Programma HBO Orthopedagogie Inhoud THEORIE PROGRAMMA 1ste jaar ............................................................................................................ 2 Antropologie & Moraal (½ u)............................................................................................................... 2 Orthopedagogie (½ u) ......................................................................................................................... 2 Pedagogie (1 u) .................................................................................................................................... 2 Psychologie (1 u) ................................................................................................................................. 2 Biologie (1 u)........................................................................................................................................ 2 Methodologie (3 u).............................................................................................................................. 2 Sociologie (½ u) ................................................................................................................................... 2 Recht & instellingen (½ u) ................................................................................................................... 2 Praktijkervaring ................................................................................................................................... 2 THEORIE PROGRAMMA 2de jaar ............................................................................................................ 3 Antropologie & Moraal (½ u)............................................................................................................... 3 Orthopedagogie (1 u) .......................................................................................................................... 3 Orthopedagogie, vier opties (1 u) ....................................................................................................... 3 Methodologie (4 u).............................................................................................................................. 3 Psychologie (1 u) ................................................................................................................................. 3 Sociologie (½ u) ................................................................................................................................... 3 Psychopathologie (1 u) ........................................................................................................................ 3 Praktijkervaring ................................................................................................................................... 3 THEORIE PROGRAMMA 3de jaar ............................................................................................................ 4 Antropologie & Moraal (1 u) ............................................................................................................... 4 Deontologie (½ u) ................................................................................................................................ 4 Documentatie & structuur v/h onderwijs (½ ) .................................................................................... 4 Recht (½ u)........................................................................................................................................... 4 Organisatieleer (½ u) ........................................................................................................................... 4 Bijzondere Methodologie (3 u½) ......................................................................................................... 4 Orthopedagogie (½ u) ......................................................................................................................... 4 Praktijkbegeleiding .............................................................................................................................. 4 PRAKTIJKBEGELEIDING TIJDENS DE STAGES ............................................................................................ 5
CVO-STEP HBO Orthopedagogie| THEORIE PROGRAMMA 1ste jaar
1
THEORIE PROGRAMMA 1ste jaar Antropologie & Moraal (½ u) Algemene bedoeling van dit vak is de opvoedersopleiding in een breder maatschappelijk kader te plaatsen. In het 1e leerjaar wordt vooral de functie en deevolutie van het gezin onderzocht. Hieraan wordt de evolutie van het denken over de opvang van gehandicapten (al dan niet binnen het gezin) gekoppeld. Orthopedagogie (½ u) De termen orthopedagogie, andragogie, orthopedagogie en agogie worden verklaard vanuit een historisch kader. De meeste aandacht gaat echter naar een eerste behandeling van enkele groepen handicaps nl. cognitieve, psychosociale en emotionele, motorische en sensorische handicaps. Pedagogie (1 u) Via een kennismaking met enkele belangrijke pedagogische tromingen wordt de betekenis en het doel van de opvoeding en het belang van een opvoedkundige relatie voor het kind toegelicht. Dit ordt ook gekaderd in de discussie erfelijkheid en/of milieu-invloed We onderzoeken tevens de noodzakelijke consequenties voor ons opvoedkundig handelen. Psychologie (1 u) De voornaamste denkrichtingen in de psychologie worden belicht waardoor de student vertrouwd geraakt met basisbegrippen uit de psychologie. Daarna wordt er vooral aandacht besteed aan het normale ontwikkelingsverloop van het kind; van de prenatale fase tot en met de kleuterperiode. Biologie (1 u) Een eerste deel behandelt de erfelijkheidsleer, hierin worden de mechanismen van overerving en specifieke erfelijke afwijkingen bestudeerd. In het tweede deel wordt kennis gemaakt met de werking van het centrale zenuwstelsel en komen de gevolgen van het disfunctioneren van de hersenen (leidend tot allerlei soorten handicaps) aan bod. Methodologie (3 u) Één uur per week wordt gebruikt als uitbreiding op het vak orthopedagogie. Heel wat aandacht gaat hierbij naar de bespreking van een algemeen orthopedagogisch kader. Er wordt ook ingegaan op de functie van de opvoeder. Twee uren per week worden besteed aan observatie & rapportage enerzijds (met praktijkopdrachten tijdens de stage) en het ontwikkelen van communicatieve en relationele vaardigheden (gespreksvoering, hulpverleningsgesprek, ...) anderzijds. Sociologie (½ u) De sociologie laat toe om het beroep van opvoeder te plaatsen binnen een brede maatschappelijke context. Bepaalde sociologische begrippen zoals sociale rol, sociale positie, socialisatie, groeperingen, enz. worden uitgelegd en geïllustreerd. Recht & instellingen (½ u) In een algemene inleiding wordt gestreefd naar het verwerven van een minimaal inzicht in het recht en de gerechtelijke organisatie. Verder worden een aantal discussies gevoerd die aansluiten bij de orthopedagogische praktijk. Praktijkervaring Centraal in de stagepraktijk van het eerste jaar staan de begrippen observatie & rapportage. CVO-STEP HBO Orthopedagogie| THEORIE PROGRAMMA 1ste jaar
2
Uiteraard worden ook specifieke opdrachten en takengegeven in functie van stageplaats en stagiair(e). Iedere cursist ontvangt gedetailleerde informatie hierover onder de vorm van een stagedraaiboek.
THEORIE PROGRAMMA 2de jaar Antropologie & Moraal (½ u) Het centrale thema tijdens het tweede jaar bestaat uit de verkenning van een andere cultuur (meer bepaald de Moslimcultuur) en de vergelijking van een aantal waarden, gewoonten en visies t.a.v. ziekte, handicap, opvoeding enz. met deze uit onze Westerse cultuur. Orthopedagogie (1 u) Diverse thema's worden behandeld, telkens gekoppeld aan praktijkopdrachten. Komen o.a. aan bod: handelingsplanning en programmering, handicapbeleving en -verwerking door ouders en betrokkenen; doelgericht en systematisch werken in de leefgroep; tussenkomsttechnieken; enz. Ook wordt er extra aandacht besteed aan de Bijzondere Jeugdzorg. Orthopedagogie, vier opties (1 u) De 4 grote groepen van handicaps (de cognitief, sociaal-emotioneel, lichamelijk en sensorieel gehandicapten) worden in hun specificiteit besproken. Daarnaast wordt ook ruim aandacht besteed aan communicatieproblemen en diverse methoden van Totale Communicatie. Methodologie (4 u) In een eerste deel van de cursus leert de student observatieschema’s en rapporten maken. Een tweede deel wordt besteed aan het inoefenen van gedragsbeïnvloedende technieken en het orthopedagogisch handelen vanuit specifieke denkkaders. Een derde deel bestaat uit een kennismaking met methoden van andere disciplines waarmee de opvoeder in zijn beroepssituatie te maken krijgt zoals testonderzoek. Een vierde deel tenslotte behandelt groepsdynamische vaardigheden zoals vergadertechniek, besluitvormingsprocessen en conflicthantering. Psychologie (1 u) Deze cursus sluit aan bij de leerstof van het 1e jaar. Het normale ontwikkelingsverloop van schoolkind tot hoog bejaarde wordt uitgediept. Per leeftijdsfase wordt stilgestaan bij specifieke psychische ontwikkelingsprocessen. Sociologie (½ u) In aansluiting op de cursus uit het eerste jaar komen begrippen zoals manipulatie, gezag en macht aan bod . Een tweede deel handelt over deviant gedrag en de diverse theorieën daaromtrent. Psychopathologie (1 u) Deze cursus omvat een uitvoerige kennismaking met psychiatrische aandoeningen, specifieke syndromen en het begrippenkader dat gehanteerd wordt om de psychopathologische afwijkingen te ordenen en te duiden. In een tweede deel komt een schema aan bod dat een aantal oorzaken van psychische afwijkingen behandelt. Het derde deel tenslotte behandelt een aantal (kinder) psychiatrische afwijkingen. Praktijkervaring Deels is de praktijkervaring gecentreerd rond het toepassen van de geleerde gedragstherapeutische vaardigheden. Anderzijds wordt de stagiair(e) aangezet tot het zelfstandig leveren van een actieve CVO-STEP HBO Orthopedagogie| THEORIE PROGRAMMA 2de jaar
3
bijdrage in zijn of haar werksituatie. Verderwordt het algemeen functioneren van de stagiair(e) geanalyseerd en bijgestuurd .
THEORIE PROGRAMMA 3de jaar Antropologie & Moraal (1 u) Na een overzicht in vogelvlucht van de ontwikkeling van het Westers denken (met een kennismaking met enkele van de bekendste filosofen in de geschiedenis) richten we onze aandacht op een kritische analyse van de gezondheids- en welvaartszorg in onze samenleving. Dit gebeurt aan de hand van het boekje van Hans Achterhuis: Markt van welzijn en geluk. Deontologie (½ u) Vertrekkende van gevalsstudies worden de verplichtingen en verantwoordelijkheden van de opvoeder geanalyseerd en deontologisch ondersteund. Documentatie & structuur v/h onderwijs (½ ) Via een kort historisch overzicht worden de huidige tendenzen in het onderwijs verduidelijkt. Er wordt ook ingegaan op de specifieke structuur en werking van het gewone en buitengewone onderwijs. Recht (½ u) De specifieke plaats van de opvoeder in het aansprakelijkheidsrecht wordt behandeld. Verder worden eveneens bijzondere beschermingsmaatregelen bestudeerd en het jeugdbeschermingsrecht. Organisatieleer (½ u) Na een kort historische schets van de gehandicaptenzorg worden het Vlaams Fonds en zijn voorzieningen in de gehandicaptensector even toegelicht. Ook de tegemoetkomingen voor mensen met een handicap worden aangehaald. Tevens wordt een kort overzicht gegeven van de evolutie binnen de Jeugdzorg. De voorzieningen binnen de Bijzondere Jeugdbijstand worden eveneens verduidelijkt. Bijzondere Methodologie (3 u½) Diverse thema's worden behandeld, waarbij telkens geprobeerd wordt zoveel mogelijk praktijksituaties in te brengen. Komen o.a. aan bod methodisch werken met de leefgroep; systeemtheoretische inzichten toegepast op het gezin en de instelling; communicatie- en communicatieproblemen teamwerking, interne en externe communicatie, contextuele therapie, … In het kader van het werken aan een eindwerk maken de studenten kennis met specifieke onderzoeksmethoden en eisen die aan een scriptie worden gesteld (zowel naar vorm als naar inhoud). Orthopedagogie (½ u) De belangrijkste tendenzen in de kwaliteitszorg worden bestudeerd en dit concreet toegepast op de eigen stagepraktijk. Praktijkbegeleiding Praktijkbegeleiding in het derde jaar wordt gedeeltelijk geïntegreerd in de realisatie van een eindwerk. Hierbij wordt de klemtoon gelegd op een systematische en pedagogisch verantwoorde aanpak van een orthopedagogisch probleem dat zich stelt in de werk(stage)situatie. Daarnaast wordt CVO-STEP HBO Orthopedagogie| THEORIE PROGRAMMA 3de jaar
4
de student(e) uiteraard ook begeleid in het werken aan individuele aandachtspunten die onder meer tijdens de voorgaande stages boven water kwamen.
PRAKTIJKBEGELEIDING TIJDENS DE STAGES Inleiding Een opleiding in het kader van sociale promotie biedt doorgaans een gereduceerd lessenpakket aan in vergelijking met de opleidingen met volledig leerplan. Toch is het afgeleverde diploma op het einde van de studies ook dit van Gegradueerde in de Orthopedagogie. Om het gereduceerd lessenpakket maximaal te laten renderen is een uitgebreide praktijkervaring noodzakelijk. De kennis opgedaan tijdens de stages kan dan optimaal geïntegreerd worden in de cursussen die tijdens de lessen gegeven worden. Omgekeerd kunnen de theoretische inzichten en vaardigheden uit deze lessen in de praktijk getoetst en toegepast worden. Eisen gesteld aan de stagepraktijk Het is daarom dat we hoge eisen stellen aan de stages. Enerzijds verwachten we dat minimaal 600u stage gelopen wordt in een instelling die beantwoordt aan onze eisen. Daarnaast worden de stageervaringen van de studenten op de voet gevolgd door onze stagebegeleiders tijdens een 4 à 5-tal begeleidingsgesprekken. Op deze gesprekken zijn naast de student(e) ook de stagebegeleider van de instelling en deze van de school aanwezig. Samen wordt het functioneren van de student(e) geëvalueerd en – waar nodig – bijgestuurd. Individuele werkpunten zorgen men met de overige stageopdrachten voor de evolutie van de student(e) tot een volwaardige opvoed(st)er. Om een optimale begeleiding te kunnen garanderen worden slechts stageplaatsen aanvaard binnen een afstand van 50 km van Hasselt. Praktisch Studenten die een baan hebben die als stageplaats kan beschouwd worden, lopen hun stage tijdens hun werk. Concreet duurt hun stageperiode van 1 oktober tot 30 april van het lopende schooljaar. Werklozen en alle studenten die een baan uitoefenen buiten het werkveld moeten een stage van minimaal 600u. Zij nemen hiertoe zelf contact op met een instelling die beantwoordt aan de eisen van de opleiding. Een lijst met deze instellingen is verkrijgbaar bij de opleiding. Let wel! Deze periode van 600u is echt een minimum. Doorgaans eisen de instellingen zelf een langere stageperiode. Stagedraaiboek Meer informatie over de concrete organisatie van de stage, begeleiding en de wijze van evalueren vindt men in een stagedraaiboek dat bij de aanvang van de opleiding overhandigd wordt.
CVO-STEP HBO Orthopedagogie| PRAKTIJKBEGELEIDING TIJDENS DE STAGES
5