Programma, donderdag 24 juni 2010 Academische Medisch Centrum, Amsterdam
Inleiding
Algemene informatie
Programma
Beste deelnemer,
DONDERDAG 24 juni 2010 van 8.30 – 17.00 uur
Voorafgaand aan het congres ontvangen de deelnemers de e-module Communiceren bij vermoedens van kinder mishandeling van de digitale academie The Next Page. Middels deze e-learning kunnen deelnemers oefenen in het communiceren met collega’s, ouders en kinderen. Het programma van het praktijkcongres borduurt verder op deze basiskennis.
De aanpak van kindermishandeling is in de praktijk een complexe uitdaging. Iedere professional heeft eigen emoties, die daadkracht en besluitvorming beïnvloeden en soms ook in de weg staan. Communicatie, zowel met het gezin als met betrokken professionals, speelt een cruciale rol in het handelen bij vermoedens van kindermishandeling. Om uw persoonlijke valkuilen met betrekking tot communicatie bij de aanpak van kindermishandeling te (her)kennen, organiseren het Emma Kinderziekenhuis AMC, AMK Amsterdam en Augeo Foundation dit praktijkcongres. Het programma van dit congres bestaat uit praktijk gerichte lezingen en workshops onder leiding van professionals die de dagelijkse moeilijkheden in de omgang met kindermishandeling herkennen. In intensieve, kleinschalige workshops werkt u aan uw persoonlijke vaardigheden en krijgt u handvatten aangereikt voor uw praktijk.
WAAR? Academisch Medisch Centrum, Universiteit van Amsterdam Collegezaal 1 Meibergdreef 9 • 1105 AZ Amsterdam Het AMC is goed bereikbaar met het openbaar vervoer. Automobilisten kunnen (betaald) parkeren in garage P2. Uitgebreide informatie vindt u op www.amc.nl/route.
ACCREDITATIE Voor een aantal doelgroepen is accreditatie aangevraagd (voor meer informatie kijk op www.amc.nl/congres). Op verzoek is het mogelijk een certificaat te ontvangen.
Inschrijving, koffie en thee
Plenair ochtendprogramma 9:00 uur Opening en introductie • Opening congres door dr. A. Wiegman, medische
Emma Kinderziekenhuis AMC Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Amsterdam Augeo Foundation
INSCHRIJVEN Inschrijven via www.amc.nl/congres (klik op Symposium Kindermishandeling aanpakken is communiceren en samenwerken). INFORMATIE Congresbureau Zonder Zorg Telefoon 020 – 6239744 of
[email protected]
10:45 uur Peer Gynt Frank Groothof vertelt, zingt en danst het verhaal van Peer Gynt op muziek van Grieg.
Workshops 11:40 uur Workshopronde
• Welkom en introductie door prof. dr. H.S.A.
13:05 uur Lunch 14:05 uur Vertrek naar de workshops 14:10 uur
Workshopronde 2 Zie overzicht workshops
15:35 uur Koffie en thee
Heymans, voorzitter Divisiebestuur Emma Kinderziekenhuis AMC.
9:10 uur
Plenair middagprogramma 16:00 uur Terugkoppeling en discussie
Communiceren en samenwerken
Gespreksleider: dr. H.H.F. Derkx, sociaal pediater EKZ/
Mw. drs. A.H. Teeuw, kinderarts, voorzitter Team
AMC;
Kindermishandeling AMC;
• Terugkoppeling communicatieopdracht met
In deze lezing wordt het belang van communiceren en
medewerking van Stichting STUK. Gespreksleider: prof. dr. H.S.A. Heymans, voorzitter
samenwerken aan de hand van voorbeelden belicht.
Divisiebestuur Emma Kinderziekenhuis AMC;
9:30 uur Communiceren en kindermishandeling: het belang van partnerschap
•D iscussie naar aanleiding van stellingen uit de workshops.
Prof. dr. P. Adriaenssens, kinderpsychiater, vertrouwensarts, directeur Vertrouwenscentrum
16:45 uur Verrassende afsluiting
Kindermishandeling Vlaams Brabant te Leuven, België; In deze lezing bespreekt prof. dr. P. Adriaenssens hoe
17:00 uur Borrel
de oprechte dialoog met ouders kan leiden tot een samenwerkingsrelatie in het belang van het kind.
-2-
1 Zie overzicht workshops
directie AMC.
Wij wensen u een goede en boeiende dag toe! KOSTEN De kosten bedragen € 200,- (incl. e-module).
Met medewerking van Stichting STUK
11:35 uur Vertrek naar de workshops Ontvangst en plenair programma vinden plaats voor en in collegezaal 1. De ruimtes voor de workshops worden op de dag zelf aangegeven. 8:30 uur
VOOR WIE? Voor alle professionals die met kinderen en ouders werken.
10:15 uur Communicatieopdracht en koffiepauze
-3-
PEER GYNT
Overzicht workshops
Frank Groothof vertelt, zingt en danst het verhaal van Peer Gynt op muziek van Edvard Grieg. Peer Gynt groeit op in een klein dorpje in Noorwegen. Zijn vader heeft met harde hand geprobeerd om Peer zijn wil op te leggen en daardoor is de jongen al vroeg het huis uit gevlucht en gaan zwerven. Hij wil niets weten van werk of een vak leren, maar avonturen beleven, dansen en vrolijk zijn. Hij gaat naar de bruiloft van zijn vriend Matz, maar de bruid, Ingrid, is nog steeds heimelijk verliefd op Peer en wil eigenlijk helemaal niet met Matz trouwen. Op de bruiloft ontmoet Peer een ander meisje, Solvejg, en vraagt haar ten dans. Maar zij mag van haar vader niet met Peer dansen en Peer zet het op een drinken. Stomdronken schaakt hij dan maar de bruid. Eenmaal in de bergen stuurt hij Ingrid weer terug omdat hij Solvejg niet kan vergeten. In zijn dorp kan hij zich voorlopig niet meer vertonen, dus hij zwerft een tijdje in de bergen.
Hij ontvlucht Noorwegen en trekt de wijde wereld in. Na veel omzwervingen belandt Peer in de Afrikaanse woestijn waar hij in de ban raakt van Anitra, de dochter van een sheik. Zij maakt hem al zijn bezittingen afhandig en volkomen berooid keert hij terug naar zijn vaderland. Voor de kust van Noorwegen steekt een geweldige storm op en zijn schip vergaat. Meer dood dan levend weet hij het strand te bereiken waar Solvejg, die al die tijd op hem heeft gewacht, hem troost.
Maar dan hoort hij dat zijn moeder ernstig ziek is. Hij gaat ‘s nachts terug om haar te verzorgen. Als zij gestorven is gaat hij weer op avontuur en onderweg ontmoet hij de dochter van de trollenkoning. Zij voert hem mee naar haar vaders hof, een grot in de bergen, waar de trollen wild feesten en dansen.
Workshop 1 Overwinnen van weerstand bij een vermoeden op seksueel misbruik: wie is er eigenlijk bang?
Workshop 3 Radiologie van kindermishandeling, de radioloog als gesprekspartner?
Mw. drs. I.A.E. Bicanic, gezondheidszorgpsycholoog,
Dr. S. Robben, kinderradioloog, Afdeling Radiologie, Academisch
Psychotraumacentrum voor Kinderen en Jongeren, Wilhelmina
Ziekenhuis Maastricht, Dr. R.R. van Rijn, kinderradioloog, Afdeling
Kinderziekenhuis UMC Utrecht, Mw. drs. I.M.B. Russel, kinderarts,
Radiologie, AMC Amsterdam
Wilhelmina Kinderziekenhuis UMC Utrecht
Wat staat communiceren over een vermoeden op seksueel misbruik in de weg? Het kind zwijgt, de dader zwijgt. Dit maakt dat de hulpverlener als eerste over de drempel moet. In gesprek gaan met kind en/of ouders is een kans. Tijdens de workshop worden de deelnemers bewust gemaakt van dysfunctionele en irreële cognities die dit gesprek in de weg kunnen staan aan de hand van een theoretisch model (GGGG model). Vervolgens wordt besproken wat helpende gedachten zijn om een gesprek wél aan te gaan en wordt in korte rollenspelen geoefend hoe de communicatie op gang kan worden gebracht.
Tijdens deze workshop wordt de radiologie van fysieke kindermishandeling behandeld en de actieve rol die de kinderradioloog hierin kan en moet spelen. Een klinisch georiënteerde (kinder)radioloog is een volwaardige gesprekspartner die deel hoort uit te maken van het locale team kindermishandeling.
Workshop 4 IPTIAGVHTTIVRAAKAMKEKCGTBPGBPPGCJGTRIPLEPVIB PPTSOSSENWAARBLIJVENDEKINDERENDAN? Mw. prof. dr. F. Lamers-Winkelman, bijzonder hoogleraar preventie en hulpverlening inzake kindermishandeling, Vrije Universiteit Amsterdam
Workshop 2 Blauwe plekken, en dan...? Mw. drs. M.J. Affourtit, kinderarts, Erasmus MC-Sophia Kinderziekenhuis
Maar Peer wil niet met de logge trollenprinses trouwen en vlucht. Hij kan ternauwernood ontsnappen en is nergens meer veilig, want ook de trollen hebben nu een appeltje met hem te schillen. Foto: Frank Groothof / Peer Gynt Fotograaf: Dirk Buwalda
-4-
In deze workshop worden diverse letsels besproken die wel of niet kunnen passen bij kindermishandeling. Differentiaal diagnostisch blijven denken is hierbij essentieel. Ook zal aan de orde komen hoe hulpverleners met ouders in gesprek kunnen gaan bij twijfel over de toedracht van het letsel.
In deze workshop discussiëren de deelnemers over de inzet van hulp aan gezinnen waarin mishandeld wordt (werd). Voor welke methodiek kies je en waarom? Krijgen ouders en kinderen gelijke kansen op hulp? Wat zijn de voor- en nadelen voor de getroffen kinderen? Helpen de methodieken de kinderen om wat er gebeurd is te verwerken?
-5-
Workshop 5 Juridische aspecten Mr. T.J. Verdam, jurist, Raad van Bestuur AMC Amsterdam
De ouderlijke zeggenschap in de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) belemmert de aanpak van kindermishandeling. De KNMG meldcode maakt het voor artsen makkelijker het beroepsgeheim te doorbreken indien er een vermoeden van kindermishandeling is. Tijdens deze workshop discussiëren de deelnemers over de grenzen waarbinnen je als hulpverlener moet handelen; welke (juridische) belemmeringen zijn er om kindermishandeling aan te pakken en welke mogelijkheden biedt de KNMG meldcode om die belemmeringen op te heffen? Hoe verhouden de noodzaak en de plicht tot communiceren zich tot bijvoorbeeld het beroepsgeheim, het belang van het kind, de positie van de ouders en de veiligheid van de hulpverlener?
Workshop 6 Geef het kind een stem! Drs. P.A.C.M. Baeten, manager Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Haaglanden, Mw. drs. L.A. Winder, gedragsdeskundige Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Haaglanden
Praten met kinderen over hun mishandeling is niet vanzelfsprekend, maar wel noodzakelijk. Deze workshop gaat over het bespreken van kindermishandeling met kinderen. Aan de orde komen onder andere de volgende weerstanden: wat wordt kinderen aangedaan door zo’n
pijnlijk onderwerp met hen te bespreken, zijn hun verhalen wel betrouwbaar en worden ze niet in een loyaliteitsconflict gebracht? Naast het bespreken van weerstanden biedt de workshop ook handvatten voor het voeren van gesprekken met kinderen. Daarbij gaat het om zaken als: onderwerpen die wel of niet met een kind besproken kunnen worden, de rol van de leeftijd van het kind, het stellen van open of gesloten vragen, instemming van en rapporteren aan ouders, betrouwbaarheid en attitude.
Workshop 7 Wat te doen als je de enige bent in jouw team die (altijd) kindermishandeling ziet...? Mw. drs. J. Schoonenberg, vertrouwensarts, Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Amsterdam, Mw. drs. E.A. Landsmeer-Beker, kinderarts, GGZ Kinderen en Jeugd Rivierduinen
Er kunnen meningsverschillen binnen een team ontstaan over casuïstiek, waarbij de aandacht voornamelijk uitgaat naar de problemen van het kind (leerproblemen, ADHD, PDD-nos, oppositioneel gedrag, etc.) terwijl er kindermishandeling of huiselijk geweld speelt. Hoe kan je de houding van bijvoorbeeld het team op een school, GGZ, kinderkliniek, gezondheidscentrum of GGD veranderen? In deze workshop wordt geoefend met een rollenspel en motiverende gespreksvoering. Ook komt aan de orde welke rol de advies- en consultfunctie van het AMK hierin kan spelen. Er wordt aandacht besteed aan het standaard vragen in een anamnese- of aannamegesprek naar geweld thuis.
-6-
Workshop 8 Ethische aspecten Prof. dr. D.L. Willems, hoogleraar Medische Ethiek, Afdeling
Dit is een workshop die in de ochtend begint en doorloopt naar de middag; deelnemers die zich voor deze workshop inschrijven volgen slechts één workshop.
Huisartsgeneeskunde, Divisie Klinische Methoden en Public Health AMC/Universiteit van Amsterdam
Afschuwelijke incidenten rond kinderen, cijfers die wijzen op veel wat goed gaat, maar ook op zorgelijke ontwikkelingen, een streven naar ontplooiing voor alle kinderen en nieuwe kennis over preventie. Deze factoren dragen bij aan de roep om eerder en krachtiger in te grijpen bij zorgen over kinderen. Welke aard en mate van dreigende schade rechtvaardigt ingrijpen in de privésituatie? En welke (mogelijke) voorbode van een probleem maakt aanbellen zinvol en gelegitimeerd? In deze workshop discussiëren de deelnemers met behulp van de systematiek van moreel beraad over ethische dilemma’s uit de dagelijkse praktijk van vroege opsporing en vroeg ingrijpen.
Verlengde workshop 9 Ontdek wat JOUw unieke manier is om het meest spannende gesprek aan te gaan
Workshop 10 (On)veilig zwanger Mw. S.G.C.M. Brons-Kieft, maatschappelijk werker, Afdeling Verloskunde AMC, Mw. M.E. Kreyenbroek, maatschappelijk werker, Afdeling Verloskunde AMC, Mw. M. Rijkmans, maatschappelijk werker, Afdeling Verloskunde AMC
Hoe wordt bij prenatale zorg omgegaan met signalen van onveiligheid? Hoe worden deze zorgen bespreekbaar gemaakt met de zwangere en met elkaar? Hoe blijft daarbij het ziekenhuis veilig voor zowel de (aanstaande) moeder als het kind? In deze workshop worden dilemma’s in de samenwerking, zowel intern als extern, uitgewerkt.
Workshop 11 Moet het roer om of varen we de juiste koers? Mw. W.A. Koster, verpleegkundige, Spoedeisende Hulp, AMC, Mw. T.P. Zandee-Heldens, verpleegkundige, Spoedeisende Hulp, AMC
Mw. R. Heuff, trainer/actrice, trainersgroep Wilde Kastanje, Mw. I. van Kemenade, trainer/ actrice, trainersgroep Wilde Kastanje
In deze workshop wordt geoefend hoe je daadwerkelijk de zorg en vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling kan bespreken worden, zonder het contact met de ouder en het kind kwijt te raken. De workshopleiders gaan door middel van een rollenspel met de deelnemers het onderzoek aan.
In deze workshop komen alle aspecten van communicatie met betrekking tot kindermishandeling op de Spoedeisende Hulp aan de orde. Wat zijn de effecten van de huidige visie op kindermishandeling en van de protocollen die gebruikt worden? Een praktische workshop met veel casuïstiek en uitwisseling van persoonlijke ervaringen. Kortom, hoe reilt en zeilt het op de Spoedeisende Hulp anno 2010. -7-
Workshop 12 Zedenpolitie, een kindvriendelijke partner Dhr. T. Maijenburg, relatie- en netwerkbeheerder Bureau Zedenpolitie, Politie Amsterdam-Amstelland, Mw. A. Gerritsen, zedenrechercheur Bureau Zedenpolitie, Politie AmsterdamAmstelland
In deze workshop wordt de werkwijze van Bureau Zedenpolitie behandeld, een kindvriendelijke partner die op zoek is naar samenwerking en communicatie op het gebied van kindermishandeling. Een must in het belang van het kind! Thema’s die onder andere aan bod komen zijn: de betrouwbaarheid van het kind als getuige, een studioverhoor bij jonge kinderen en (seksuele) kindermishandeling. Aan de hand van een casus zal het belang van samenwerking en communicatie besproken worden.
Workshop 13 Meisjesbesnijdenis: Mag ik u iets vragen? Dhr. K. Bouteh, senior adviseur/trainer Pharos, Kennis- en adviescentrum Vluchtelingen, Nieuwkomers en Gezondheid, Mw. Z. Naleie, projectleider en trainer Vrouwelijke Genitale Verminking (VGV), Federatie van Somalische Associaties in Nederland (FSAN)
Hulpverleners voelen zich in hun werk vaak onzeker of belemmerd als het om meisjesbesnijdenis gaat. De omgang en communicatie met cliënten uit andere culturen gaat hulpverleners niet altijd even gemakkelijk af. Gevoelens van onzekerheid en onmacht spelen daarbij een rol. Hulpverleners hebben moeite om zich in cliënten te verplaatsen die met andere normen en
waarden zijn grootgebracht. Sommige acties, bijvoorbeeld meisjesbesnijdenis, kunnen reacties van afweer oproepen. In de preventie en aanpak van meisjesbesnijdenis speelt communicatie een belangrijke rol. Daarbinnen is culturele sensitiviteit erg belangrijk; wat bevordert en wat belemmert de communicatie met deze cliënten. Het is belangrijk dat de hulpverleners goed weten hoe deze communicatieprocessen verlopen.
Workshop 14 In gesprek met de dader, al dan niet van Nederlandse afkomst Drs. S. Aydogan, orthopedagoog, Forensisch Psychiatrische Polikliniek De Waag Amsterdam, Mw. drs. J. Yntema, GZ-psycholoog, Forensisch Psychiatrische Polikliniek De Waag Amsterdam
In deze workshop wordt ingegaan op motiverende gesprekstechnieken bij daders van kindermishandeling van allochtone afkomst. Aan de hand van (video)demonstratie en een rollenspel zullen de basistechnieken van motiverende gespreksvoering (Miller & Rollnick) uitgelegd worden. Er wordt ingegaan op de verschillende stadia van motivatie voor gedragsverandering (Prochaska & Diclemente) en het belang van het herkennen van deze stadia. Vervolgens is er gelegenheid om zelf te oefenen met een aantal basistechnieken van motiverende gespreksvoering.
Workshop 15 Mevrouw Jansen, u, eh, slaat uw kind toch niet?! Drs. R.G. Beukering, vertrouwensarts AMK Utrecht, voormalig huisarts
Alert zijn op signalen van kindermishandeling is één, er vervolgens als (huis)arts iets mee doen is twee. Ouders aanspreken op verantwoordelijkheden ten aanzien van hun kinderen, is je begeven op glad ijs. Iedere ouder kent momenten van onzekerheid. Velen staan daarbij nog onder druk door bijvoorbeeld relatie-, huisvestingsof financiële problemen. Anderen kampen met psychiatrische problematiek of verslaving. Als het toch al niet zo lekker loopt en men er ook nog ongevraagd op gewezen wordt, reageert menig ouder defensief. Tijdens deze workshop leren de deelnemers hoe de huisarts een vermoeden van kindermishandeling met ouders op een veilige en effectieve manier bespreekbaar kan maken. Door samen te oefenen, zetten de deelnemers de theorie direct om in praktijkervaring.
Workshop 17 De rode lap of de rode loper? Drs. D.R.C.M. Biesbroeck, SEH arts, Mw. drs. T. Sieswerda, basisarts, coördinator Team Kindermishandeling AMC Amsterdam
Personeel op de Eerste Hulp krijgt regelmatig te maken met ouders die zorgwekkend gedrag vertonen waarbij mogelijk kinderen betrokken zijn. Hoe maak je je zorgen bespreekbaar met de ouders, zonder het contact te verbreken? Wat zijn de mogelijkheden als hulpverlener met betrekking tot kinderen waar je geen behandelrelatie mee hebt? Is een AMK melding de oplossing of zijn ook andere stappen mogelijk?
Workshop 16 To talk or not to talk?
Workshop 18 Wat zijn dat voor ouders, die hun kind mishandelen?
Mw. dr. E.M. Euser, orthopedagoog, Infant Mental Health Centrum,
Prof. dr. F. Boer, emeritus hoogleraar Kinder- en Jeugdpsychiatrie
Nederlands Psychoanalytisch Instituut, Mw. drs. K. Muller,
AMC/de Bascule, Academisch Centrum voor Kinder- en
psychotherapeut, Infant Mental Health Centrum, Nederlands
Jeugdpsychiatrie
Psychoanalytisch Instituut
In deze workshop wordt ingegaan op hoe hulpverleners bespreekbaar kunnen maken wat zij horen en zien gebeuren tussen ouder en kind. Wat te doen wanneer de omgang van ouders met hun kinderen zorgwekkend is, -8-
maar er nog niet echt sprake is van mishandeling? Hoe kunnen hulpverleners een veilige omgeving creëren waarin ouders over moeilijke ervaringen kunnen praten? Welk gereedschap is hiervoor nodig en moet er in alle gevallen wel over gesproken worden?
De eerste en begrijpelijke reactie op ouders die hun kind hebben mishandeld is er een van onbegrip en afschuw. Het is belangrijk dat hiermee niet wordt volstaan. De achtergronden van mishandeling zijn divers. Kennis hiervan is nodig om te beoordelen welke rol ouders nog in -9-
het leven van hun kind kunnen spelen en om tot betere preventie te komen. In deze workshop wordt besproken welke factoren bij ouders een rol spelen bij mishandeling. In interactie met de deelnemers wordt vastgesteld wat dit inhoudt voor het beleid en voor preventie.
Workshop 19 In 85 minuten alle neuzen dezelfde kant op Mw. drs. L. Vogtländer, kinder- en jeugdpsychiater, De Waag Utrecht,
Hoe kunnen de communicatiepatronen tussen betrokkenen - gezinsleden, hulpverleners en instellingen na signalering van kindermishandeling veranderd worden? Na signalering behoeft niet alleen het kind behandeling, maar ook de context waarin het kind leeft. Hoe kunnen ouders betrokken worden bij de behandeling en welke rol spelen andere hulpverleners, met name de Jeugdzorg, daarbij? Hoe kunnen opeenvolgende behandelfasen veiligheid vergroten en traumaverwerking bevorderen? Op deze vragen wordt tijdens de workshop ingegaan.
en andere hulpverlener kan echter met een vermoeden geconfronteerd worden. Het is dan essentieel dat deze hulpverlener het vermoeden direct zelf kan bespreken. Ouders blijken namelijk op het acute moment vaak het meest open te staan voor hulp. In deze workshop worden praktische handvatten geboden over hoe dit gesprek met ouders en kind aan te gaan en de deelnemers kunnen met een trainingsacteur naar hartenlust oefenen!
Workshop 23 Risicotaxatie
Mw. drs. M.M. Visser, coördinator, Kinder- en Jeugdtraumacentrum Haarlem
Iedereen die met kinderen werkt wil hetzelfde: het stoppen van eventuele kindermishandeling en zorgen voor een veilig klimaat voor het kind. Maar wat daar voor nodig is, daar verschillen de meningen nog wel eens over. In deze workshop wordt een consult gegeven volgens de Signs of Safety methodiek, met als doel: in 85 minuten alle neuzen dezelfde kant op.
Workshop 21 Eén gezin, één plan, één werker!
Mw. J. Derks, maatschappelijk werker Emma Kinderziekenhuis
Mw. M. Bekker, werkbegeleider Bureau Jeugdzorg Agglomeratie
Kinderziekenhuis AMC Amsterdam
Deze workshop gaat over het voeren van de regie op de hulpverlening aan overlastgevende multi-probleem gezinnen op basis van een gezinsgerichte methodiek (FFPS); één gezin, één plan, één werker!
Workshop 20 Na signalering: andere communicatie mogelijk maken
AMC Amsterdam, Mw. E.S. Visser, maatschappelijk werker Emma
Mw. dr. S.N. Brilleslijper-Kater, orthopedagoog Team
Hoe wordt een inschatting gemaakt van de gezinssituatie bij (een vermoeden van) kindermishandeling? Is de veiligheid van het kind gewaarborgd, zijn er andere kinderen en is er al hulpverlening actief? Deze workshop gaat over de communicatie met ouders, het netwerk rondom ouders en externe betrokkenen, zoals de huisarts, hulpverleners en leerkracht. Met als doel: bepalen wat het kind en het gezin nodig hebben.
gerelateerde Stoornissen van de Bascule, Academisch
Workshop 22 Ga het gesprek vandaag zelf aan!
Centrum voor Kinder- en Jeugdpsychiatrie, Dr. R.J.L. Lindauer,
Mw. drs. C. Sleeboom, kinderchirurg VU medisch centrum
kinder- en jeugdpsychiater, Cluster gezinnen en Centrum voor
Amsterdam, Mw. drs. M. Haagmans, content expert Research &
Workshop 24 Risicozwangerschappen: trek tijdig aan de bel!
Traumagerelateerde Stoornissen van de Bascule, Academisch
Development The Next Page, Augeo Foundation
Mw. mr. A.C. Enkelaar, kinderrechter te Amsterdam, Mw. drs. V.M.
Mw. drs. R. Beer, klinisch psycholoog, Centrum voor Trauma
Workshop 25 Communicatie over seksuele kennis en seksueel gedrag als indicatie voor mogelijk seksueel misbruik bij peuters en kleuters.
Amsterdam, Dhr. J. Schoutsen, werkbegeleider Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam
Centrum voor Kinder- en Jeugdpsychiatrie.
beperking, is tijdig aan de bel trekken van groot belang. Nu worden er nog te vaak pas na de geboorte acties in gang gezet, terwijl men de problemen al maandenlang ziet aankomen. Juiste preventie is belangrijk; ook vóór de geboorte is er meer mogelijk dan men denkt. Dit vraagt om het vroegtijdig in gang zetten van hulpverlening, waar nodig in een gedwongen kader. Mogelijkheden en belemmeringen van wet, internationale verdragen en hulpverlening komen in deze workshop aan de orde.
Kindermishandeling AMC Amsterdam
Wat is normaal gedrag en normale kennis over seksualiteit bij jonge kinderen? Aan de hand van casuïstiek en videofragmenten wordt behandeld hoe seksueel misbruikte kinderen communiceren over seksualiteit en hoe deze verbale en non-verbale signalen bespreekbaar gemaakt kunnen worden.
Penn, beleidsadviseur Raad voor de Kinderbescherming Amsterdam
In veel ziekenhuizen is het gebruikelijk dat de kinderarts met een gezin communiceert als er sprake is van kindermishandeling. Iedere specialist, verpleegkundige - 10 -
Als het gaat om aanstaande moeders met een verslaving, psychiatrische problemen of een ernstige verstandelijke - 11 -
INFORMATIE Congresbureau Zonder Zorg Telefoon 020 – 6239744 of
[email protected]
Dit praktijkcongres is een initiatief van het Emma Kinderziekenhuis, het Academisch Medisch Centrum Amsterdam, het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Amsterdam en Augeo Foundation.
organisatie
sponsors