Profielbeschrijving Functietitel Taaladviseur ext dienstverl
Functiedoel Aan de burgers professioneel taaladvies geven en taalkundige informatie over het Nederlands ter beschikking stellen teneinde de burgers oplossingen aan te reiken of maximaal te ondersteunen in het vinden van een gepast antwoord op hun taalkundige vragen.
Resultaatgebieden Uitbouw van specialisatie Acties en projecten in het eigen vakgebied ontwikkelen en meewerken aan andere projecten vanuit de eigen deskundigheid teneinde het kennisniveau van collega's, interne en externe doelgroepen en andere belanghebbenden te vergroten. Voorbeelden van activiteiten: Deelnemen aan interne vergaderingen en intern overleg Uitwisselen van interessante informatie en ervaringen met collega’s Signalen, specifieke behoeften en noden bij de doelgroepen op het vlak van taal- en tekstkwaliteit opvangen en interpreteren Op basis van de behoeften van de interne en externe klanten initiatieven formuleren om acties en projecten over het vakgebied op te zetten en die initiatieven in teamverband mee helpen realiseren Meewerken aan projecten van andere diensten waarin de dienst Taaladvies een fundamentele bijdrage kan leveren aan de inhoudelijke en vormelijke kwaliteit van het nagestreefde resultaat door zijn specifieke vakkennis en ervaring Deelnemen aan vergaderingen, stuurgroepen en werkgroepen in het kader van die projecten Op adequate wijze rapporteren over de resultaten van die projecten Probleemanalyse Vervolledigen, verhelderen en analyseren van de taalvraag of de problematiek teneinde over de nodige gegevens en inzichten te beschikken om een gepaste dienstverlening of doorverwijzing te kunnen uitwerken. Voorbeelden van activiteiten: De vragen die via Taaladvies.net worden gesteld, naar de betrokken taaladviesdiensten distribueren en de goede afhandeling van de vragen bewaken De binnengekomen taalvragen behandelen volgens de afgesproken prioriteiten en antwoordtermijnen De gestelde vragen grondig analyseren en indien nodig de klant om meer uitleg vragen om een precies beeld te hebben van de achtergrond en de context van de vraag (telefonisch of via e-mail) Vragen over de eigen dienstverlening beantwoorden; doorverwijzen naar andere instanties of personen als de dienst niet het gepaste antwoord kan geven op de vraag of het voorgelegde probleem De nodige administratieve gegevens verzamelen Deelnemen aan werkvloervergaderingen met de andere medewerkers van Taaladvies.net en aan andere interne of externe vergaderingen die de taaladvisering betreffen Bij afwezigheid van collega’s en bij dringende opdrachten de dienstverlening van het team verzekeren door collega's te vervangen of door ze te helpen bij de dienstverlening (intern en extern taaladvies)
Page 1 of 5
Informatie en advies Formuleren van taaladvies en verstrekken van taalkundige informatie teneinde de klant een passend antwoord te bieden op zijn vraag. Voorbeelden van activiteiten: Op een systematische, efficiënte en klantgerichte wijze taaladvies verstrekken aan de burgers die via telefoon,Taaladvies.net, e-mail, fax en brief taalvragen stellen In het kader van de taaladvisering spellingfouten, interpunctiefouten, lexicale fouten, grammaticale fouten, stijl- en registerfouten, fouten tegen tekst- en zinsstructuur, fouten tegen geldende conventies (bijvoorbeeld titulatuur, briefconventies, adressering) toelichten en de fouten verbeteren De belangrijke naslagwerken uit het vakgebied kennen en ze oordeelkundig en vlot kunnen consulteren Als bronnen of hulpmiddelen elkaar tegenspreken, een beredeneerde keuze kunnen maken voor het antwoord op de gestelde vraag Bij moeilijke of onduidelijke kwesties de inbreng vragen van collega's, andere instanties en taaladviesdiensten in Vlaanderen en Nederland, zoals de Nederlandse Taalunie, het Instituut voor Nederlandse Lexicologie en het Genootschap Onze Taal Checken of het advies of de informatie voldoet aan de verwachtingen van de klant Taaladviesteksten en andere teksten met taalkundige informatie schrijven, bijvoorbeeld voor de website van de Taaltelefoon en het e-zine Taallink Op verzoek taaladviesteksten van collega’s nalezen en voorstellen tot verbetering formuleren Rapportering Registreren en analyseren van gegevens teneinde officieel verslag uit te brengen en input te geven aan het beleid. Voorbeelden van activiteiten: De beantwoorde taalvragen registreren in de centrale databank met taalvragen (onder andere met het oog op het jaarverslag) De beantwoorde taalvragen in een of meer categorieën onderbrengen Via gerichte analyses van gegevens in de databank selecties maken voor bijvoorbeeld nieuwe taaladvieskwesties voor Taaladvies.net of voor de taalvraag van de week in Taallink; op die manier blinde vlekken in het aanbod opsporen en signaleren Bekendmaking van de dienstverlening en prospectie Bekendheid creëren rond de dienstverlening teneinde mogelijke klanten of partners te informeren of aan te trekken. Voorbeelden van activiteiten: De website van de Taaltelefoon actueel houden Journalistieke bronnen doorzoeken en op basis daarvan tekstmateriaal voor het e-zine Taallink schrijven De e-zineberichten voor Taallink aanmaken en naar de abonnees versturen De dienstverlening van de Taaltelefoon bekendmaken en profileren, bijvoorbeeld door middel van advertenties en publicaties, en door deel te nemen aan seminaries, beurzen, sociale media Netwerken en het imago van de Taaltelefoon uitdragen Desgewenst vanuit de eigen vakkennis en knowhow een bijdrage aan gespecialiseerde opleidingen verlenen of presentaties geven Kennis m.b.t. het vakgebied Actief bijhouden en uitwisselen van kennis en ervaring met betrekking tot het vakgebied teneinde de kwaliteit van de dienstverlening op individueel en afdelingsniveau te optimaliseren. Voorbeelden van activiteiten: Vakliteratuur en documentatie bestuderen om op de hoogte te blijven van de ontwikkelingen in het vakgebied en om de eigen vakkennis te vergroten Overleg plegen over talige aangelegenheden met vakgenoten en andere instanties, in het bijzonder met het Genootschap Onze Taal en de Nederlandse Taalunie De actualiteit volgen via onder meer e-zines over taal van andere instanties Deelnemen aan opleidingen, studiedagen en informatiesessies die betrekking hebben op het vakgebied of op algemene vorming om de eigen vakkennis en de knowhow van de dienst verder te ontwikkelen Adviseren over de aankoop van publicaties voor de interne bibliotheek van Taaladvies en eventueel voor andere instanties De technische ontwikkelingen in het vakgebied kennen en opvolgen
Page 2 of 5
-
De reglementering en/of wetgeving in het vakgebied kennen en opvolgen
Vaktechnische competenties
Je bent grondig vertrouwd met de normatieve taalkunde van het Nederlands. Je beheerst het Nederlands zeer grondig: je kunt vlot, bondig en foutloos formuleren en stellen, en spreekt verzorgd Nederlands. Je bent vertrouwd met het taalgebruik van de overheid. Je hebt een grondige kennis van de naslagwerken en het bronnenmateriaal voor de taal- en tekstadvisering. Je bent pc-vaardig (Outlook en Word in het bijzonder). Je hebt grondige ervaring in het gebruik van internet.
Gedragscompetenties Probleemanalyse n1 Een probleem duiden in zijn verbanden. Op een efficiënte wijze op zoek gaan naar aanvullende, relevante informatie. Ziet de essentie van het probleem: - Verzamelt informatie over de achtergronden en oorzaken - Maakt duidelijk onderscheid tussen hoofd- en bijzaken bij het analyseren van een probleem - Omschrijft duidelijk de kern van het probleem - Verwerft een algemeen inzicht in de problematiek - Gaat systematisch te werk bij het analyseren van een probleem 360°-inlevingsvermogen n1 Het vermogen om uitgesproken en onuitgesproken informatie op te pikken en adequaat daarop te reageren ten aanzien van medewerkers, collega's, klanten, hiërarchie, etc. Ziet en begrijpt evidente gevoeligheden: - Leeft zich in de denk- en gevoelswereld van de andere in - Houdt rekening met de omstandigheden waarin de andere zich bevindt - Betrekt sociaalmenselijke aspecten bij zijn analyse van de situatie - Leidt uit het gedrag van de andere specifieke behoeften af - Benadert de andere met oog voor een culturele context, geslachtsgebonden eigenheden, mogelijke beperkingen en kan daar vlot mee omgaan Luisteren n2 Tonen (non-)verbale boodschappen op te nemen en te begrijpen, en doorvragen bij onduidelijkheden. luistervaardig: zorgt ervoor dat de boodschap volledig werd gegeven en begrepen: - Schept een situatie die uitnodigt tot een gesprek (bv. stiltes laten) - Geeft tussendoor een correcte samenvatting van wat gezegd is - Vraagt opheldering, een reden of oorzaak als hij niet begrijpt wat de andere zegt - Vraagt door bij boodschappen die onafgewerkt lijken (bv. halve zinnen, aarzelingen) - Reageert (verbaal) op non-verbale signalen van zijn gesprekspartner
Page 3 of 5
Mondelinge uitdrukkingsv. n1 Spreken in een taal zodat het publiek tot wie u zich richt u begrijpt. Weet de eigen boodschap vlot en begrijpelijk te verwoorden: - Communiceert duidelijk en 'to the point' Legt (technische) gegevens op een begrijpelijke wijze uit - Beperkt het gebruik van jargon - Antwoordt doelgericht en beknopt - Is goed verstaanbaar (volume, articulatie, tempo) - Spreekt vlot - Ondersteunt zijn boodschap met aangepast non-verbaal gedrag Netwerken n1 Ontwikkelen en bestendigen van relaties, allianties en coalities binnen en buiten de eigen organisatie of entiteit en die aanwenden om informatie, steun en medewerking te verkrijgen. Maakt actief gebruik van de bestaande contacten voor de eigen opdracht: - Neemt regelmatig opnieuw contact op met anderen om zijn bestaande netwerk te onderhouden - Werkt regelmatig samen met collega's uit andere entiteiten voor specifieke problemen - Beschikt over enkele vaste contactpunten binnen de organisatie op wie hij regelmatig een beroep doet - Werkt actief mee aan vragen die vanuit andere afdelingen komen (deelt informatie, geeft advies, etc.) - Neemt zelf contact op om informatie, steun of samenwerking te verkrijgen - Maakt gebruik van contacten die ontstaan zijn bij beurzen, seminaries, vakverenigingen, opleidingen Schriftelijke uitdrukkingsv.n2 Een schrijfstijl hanteren die past bij de boodschap en de doelgroep. Structureert zijn boodschap en hanteert een gepast taalgebruik afhankelijk van de situatie of het publiek: - Stelt eenduidig leesbare documenten op die beknopt en ter zake zijn - Levert teksten met een duidelijke structuur (zowel inhoudelijk als vormelijk, en de inhoud en vorm zijn op elkaar afgestemd) - Gebruikt een stijl die aangepast is aan de situatie (zakelijk, onderhoudend, informatief, etc.) - Gebruikt een taal die aan het publiek aangepast is (bv. licht jargon toe, schrijft 'leesbare' teksten, etc.) - Houdt in taalgebruik en boodschap rekening met de behoeften en beperkingenvan de verschillende doelgroepen Voortdurend verbeteren n2 Voortdurend verbeteren van het eigen functioneren en van de werking van de entiteit, door de bereidheid om te leren en mee te groeien met veranderingen. Ontwikkelt zich binnen de eigen functie en werkt actief mee aan het verbeteren van de uitvoering van taken: - Maakt zich vertrouwd met nieuwe materies die relevant zijn voor de eigen taak (bv. nieuwe regelgeving, informaticatoepassingen, werkmethoden, etc.) - Informeert zich over nieuwe ontwikkelingen met betrekking tot de eigen functie (leest vakliteratuur, neemt deel aan congressen, etc.) - Past nieuwe richtlijnen, kennis, informatie en inzichten toe in de praktijk - Gaat na of en hoe nieuwe tendensen en ontwikkelingen in de eigen functie ingezet kunnen worden - Zoekt actief naar mogelijkheden om de uitvoering van het takenpakket te verbeteren en werkt die mogelijkheden verder uit tot concrete voorstellen Klantgerichtheid n2 Met het oog op het dienen van het algemeen belang, de legitieme behoeften van verschillende soorten (interne en externe) klanten onderkennen en er adequaat op reageren.
Page 4 of 5
Onderneemt acties om voor de klant de meest geschikte oplossing te bieden bij vragen en problemen die minder voor de hand liggen: - Past binnen de bestaande procedures en planning de dienstverlening of het product aan om de klant verder te helpen - Geeft de klant waar hij recht op heeft op de best mogelijke wijze - Levert, rekening houdend met bestaande procedures, sneller of meer dan afgesproken is aan de klant - Gaat expliciet na of de klant tevreden is met de aangeboden oplossing en dienstverlening - Probeert zelf een antwoord te geven op een vraag of klacht. Verwijst zo nodig door of zoekt hulp - Biedt een zo optimaal mogelijke oplossing voor de klant Samenwerken n2 Met het oog op het algemeen belang een bijdrage leveren aan een gezamenlijk resultaat op het niveau van een team, entiteit of de organisatie, ook als dat niet meteen van persoonlijk belang is. Helpt anderen en pleegt overleg: - Steunt de voorstellen van anderen en bouwt daarop voort om tot een gezamenlijk resultaat te komen - Stemt de eigen inbreng/prioriteiten/aanpak af op de behoeften van de groep - Houdt rekening met de gevoeligheden en met de verscheidenheid van mensen - Biedt hulp aan bij problemen, ook al valt de taak niet onder de eigen opdracht - Vraagt spontaan en proactief de mening van anderen Betrouwbaarheid n2 Handelen vanuit de codes van integriteit, zorgvuldigheid, objectiviteit, gelijke behandeling, correctheid en transparantie uitgaande van de basisregels, sociale en ethische normen (diversiteit, milieuzorg, etc.) Afspraken nakomen en zijn verantwoordelijkheid opnemen. Brengt sociale en ethische normen in de praktijk: - Neemt de verantwoordelijkheid op zich voor zijn eigen handelen (past geen paraplupolitiek toe) - Leeft de deontologie na die eigen is aan de functie of het functieniveau - Spreekt anderen erop aan als ze niet conform bestaande regels en afspraken handelen - Handelt consequent: neemt in soortgelijke omstandigheden soortgelijke standpunten in of een soortgelijke houding aan. - Kan inschatten of informatie al dan niet verder kan of mag worden verspreid - Vertoont voorbeeldgedrag rond basisregels en afspraken
Page 5 of 5