PROFESSIONELE BACHELOR IN HET ONDERWIJS: LAGER ONDERWIJS LESONTWERP

PROFESSIONELE BACHELOR IN HET ONDERWIJS: LAGER ONDERWIJS LESONTWERP Student: Heidi Vermeulen

FLLLEX: ☐xtraject 2.2: student met bachelor- of master diploma met beperkte onderwijservaring – tweede jaar

Studietrajectbegeleider: Nadine Bongaerts Mentor : Krista Pauwels (godsdienstjuf) Feedback op lesvoorbereiding ☐ in orde ☐ kleine aanpassingen nodig ☐ te herwerken en opnieuw indienen ☐ Aanvraag materiaal en voortaken:

Vul de gevraagde informatie in: stageschool

:

Sint-Annaschool Baal

leergebied

:

Levensbeschouwing: godsdienst

stageklas

:

5A

onderdeel

:

Bewogen worden en in beweging komen

aantal leerlingen

:

22

lesonderwerp

:

De Geest in beweging

Datum realisatie

:

24 april 2015

lestijden

:

9u00-9u50

1.

SITUERING IN EINDTERMEN EN/OF LEERPLANNEN ☐xGesubsidieerd Vrij Onderwijs (georganiseerd op privé-initiatief bijv. katholiek, joods, methode, …)

-

5.2.3.3. De leerlingen leren spreken over de Heilige Geest van God als bron van christelijke bewogenheid. Dat houdt in dat ze: 

Begrippen en beelden als stroming, wind en adem, stuwkracht, beweging, … leren kennen in het spreken over de God van de Bijbel



Herkennen hoe in Bijbelteksten in deze betekenis gesproken wordt over de Geest van God



De werking van de Geest leren kennen uit wat in Gal. 5, 16-23 ‘de vrucht van de Geest’ wordt genoemd.

2. BEGINSITUATIE Welke achtergrondinformatie over de leerlingen/klas/school is belangrijk voor deze les? (Zie infowijzer). Wat moeten de leerlingen al kennen/kunnen zodat de lesdoelen gerealiseerd kunnen worden? Potentiële beginsituatie: Er zijn 22 leerlingen in de klas: 11 meisjes en 11 jongens Er is een digibord met internetverbinding in de klas aanwezig. Het is een rustige klasgroep De lessen godsdienst worden meestal door de vakleerkracht gegeven, al zijn er ook lessen die door de klasjuf gegeven worden. (bvB. de lessen rond het kerkelijk jaar). De les godsdienst vindt plaats aan het begin van de dag. Er moet tijd voorzien worden voor het gebedje. Actuele beginsituatie: Het is de 2de les uit het nieuwe thema “Bewogen worden en in beweging komen”. Op basis van eerdere observaties vermoed ik dat de leerlingen Paulus en de verhalen die er bij horen niet zo goed kennen. De les vindt plaats aan het begin van de dag. Er moet dus tijd voorzien worden voor het ochtendgebed.

Professionele bachelor in het onderwijs: lager onderwijs – flexibel traject

Lesontwerp 2014 - 2015

3. BRONNEN Welke handleidingen, naslagwerken, websites, bestaande praktijkvoorbeelden, … heb je geraadpleegd om deze les voor te bereiden? Formuleer volgens de APA-methode. -

Bogaerts, H. (2013). Het ontwerpen van lessen. Leuven: Acco. Bogaerts, H., Borzée, M. (2013). Inleiding tot de didactiek voor toekomstige leerkrachten. Leuven: Acco. Dalemans, L. e.a. (2013) Tuin van Heden: Handleiding. Wommelgem: Van In. http://www.vanin-methodes.be/tuin-van-heden/intro/html/werkvormen.html (Bijbelritueel)

4. AANDACHTSPUNTEN      



Vraag tijdig je lesonderwerpen aan. Dien minstens een week vooraf je lesontwerp in bij de klasmentor, tenzij anders afgesproken met hem/haar. Het lesontwerp geeft aan de student, de klasmentor en de opleiding een duidelijk beeld van de te realiseren les. Bordschema, handouts van slides, werkbladen en alle bijlagen worden toegevoegd aan het lesontwerp. Alle oefeningen en werkbladen worden eigenhandig ingevuld. Alle rubrieken worden weloverwogen en volledig ingevuld. Iedere stap uit de lesvoorbereiding moet steeds mondeling toegelicht en verantwoord kunnen worden. Na de lesrealisatie duidt de student op de lesvoorbereiding aan waar de doelen bereikt werden (groen) en waar bijsturing nodig was (geel). Indien wenselijk formuleert de student voor zichzelf alternatieven en maakt de transfer naar volgende lessen. De student neemt zelfstandig initiatief om brede leerkansen optimaal te benutten.



5. BORDSCHEMA Welke kernwoorden, schema’s, geheugensteuntjes, … bied je aan ter visuele ondersteuning? Welke borden zijn beschikbaar: digibord, magneetbord,…?

Pagina’s uit leerwerkboek op digibord. (zie bijlage)



TIJD

Intro

10’

DOELEN: Wat wil je dat de leerlingen

LEERPROCESBEGELEIDING (instructie, vraagstelling, verwachte antwoorden) kennen/kunnen aan het einde van deze LEERLING– LERAAR-ACTIVITEIT/WERKVORMEN les/lesfase? Noteer in observeerbaar gedrag.

MEDIA/MATERIAAL/ORGANISATIE - materiaal waarvoor de student zelf zorgt - materiaal dat in de klas aanwezig is en waarvoor de mentor zorgt

Basisdoel:

Ochtendgebed: lln die het gebed moet doen komt naar voor, kaarsje wordt Kaarsaansteker aangestoken, lkr en lln maken kruisteken, lln leest gebed, opnieuw De leerlingen kennen het thema van de kruisteken. les. Slide met themabeeld Lkr laat slide met themabeeld zien. Cd 2 nr 3: themalied  Lkr vraagt aan lln of ze nog weten hoe het thema noemde Leerwerkboek pag 73 Lkr zegt dat er bij dit thema ook een lied hoort. Lkr zegt dat lln kunnen meevolgen met tekst (lkr projecteert pag uit leerwerkboek)  Lkr laat lied horen  Lkr zegt dat lln mogen meezingen

10’

Basisdoel

Lkr vraagt aan lln wat ze nog weten van de vorige les.

Bijbelverhaal “Gedreven door de Geest” Kinderbijbel

- De leerlingen leren het bijbelverhaal Lkr vult aan: in vorige les ontdekt dat mensen om verschillende redenen in ‘Gedreven door de Geest’ kennen. beweging komen: door hobby, door interesse, door engagement,… Lkr vertelt dat ze nu een Bijbelverhaal gaan lezen waarin mensen bewogen worden en in beweging komen door de Geest van God. Lkr vertelt dat het verhaal gaat over Paulus die een brief schrijft aan de christenen van Galate.

Kern

Lkr voert het Bijbelritueel uit:       

lkr neemt de bijbel (terwijl kinderen kijken) lkr legt hem op een goed zichtbare plaats lkr opent de bijbel bij het verhaal dat ze wil vertellen (Gal. 5, 13-24): Gedreven door Gods geest 1 ll mag de kaars naast de open bijbel zetten en aansteken lkr vraagt de kinderen om stil te worden terwijl ze het verhaal vertelt Na het verhaal mag 1 ll de kaars uitblazen en wegzetten Lkr legt de bijbel weg

Lkr vraagt aan lln of ze op de Bijbelse tijdband kunnen zoeken in welke Slide met bijbelse tijdband OF prent 13 in bordboek periode Paulus rond trok om het verhaal van Jezus te verkondigen. Lkr vraagt in welk boek het bijbelverhaal thuishoort. (Handelingen) L



5’

5’

5’

Basisdoel: Lkr bespreekt het Bijbelverhaal klassikaal Klasgesprek .De leerlingen kennen de betekenis van het verhaal van Paulus  Waarom is Paulus boos? (om de onenigheid en ruzie tussen de christenen in Galate)  Hoe kunnen de mensen leven volgens de Geest van God? (aan anderen denken in plaats van alleen aan zichzelf)  Wat zijn de gevolgen als mensen niet leven volgens de Geest van God? (ontrouw / bijgeloof / jaloezie / verdachtmakingen / ruzies / woede) Basisdoel: Lln nemen leerwerkboek op pag 77/ Leerwerkboek pag 77 oef 2 De leerlingen weten wat leven volgens de Geest van God is. Lkr maakt oef 2 klassikaal. Lkr doet mee aan het digibord. Basisdoel

Lkr laat het lied “De Geest van de Heer” horen. Lln kunnen meevolgen in hun leerwerkboek op pag. 77

Cd 2 nr 5 Leerwerkboek pag 77

De leerlingen weten hoe de Geest van God voorgesteld wordt. Klassikale bespreking: 

Verwerking



12’

Basisdoel: De leerlingen kunnen schriftelijk neerschrijven hoe zij leven naar de Geest van God zien in hun leefwereld.

Hoe wordt de Geest van God voorgesteld in het lied? (bron / brandend vuur / torenhoge vlam / storm / golven / taal) Wat doet de Geest van God met mensen? (maakt geestdriftig en sterk / geeft nieuwe moed / toont hoe te leven)

 Lkr vertelt dat lln nu zelf even gaan doen of ze Paulus zijn. Ze gaan zelf een Blad met papierrol op brief te schrijven. Niet aan de christenen van Galate maar wel aan zichzelf en aan hun klasgenoten om te zeggen hoe ze moeten leven naar de Geest van God. Lkr legt uit dat het de bedoeling is dat ze in de brief schrijven hoe de leerlingen persoonlijk denken dat leven naar de Geest van God is. Lkr legt uit dat ze voorbeelden moeten geven vanuit hun eigen leefwereld. Over wat ze nu verkeerd doen maar ook over hoe ze wel in de Geest van God kunnen Online klok leven. Lkr benadrukt dat er geen namen genoemd mogen worden. De brief hoeft niet superlang te zijn, maar 10 regeltjes is toch het absolute minimum. Lkr wijst er ook op dat een brief een aanspreking en een afsluiting heeft. Lkr vertelt dat lln mogen werken tot aan het einde van de les 9u50. Lkr zet een online klok op het digibord. Lkr deelt bladen uit. Lln beginnen brief te schrijven.



De leerwerkboeken lln.

+ de brieven worden opgehaald door de aangeduide

Lesovergang

3’



PROFESSIONELE BACHELOR IN HET ONDERWIJS: LAGER ONDERWIJS LESONTWERP

Recommend Documents