Proefhoofdstuk Kantoor BSO www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Kom je cursus inkijken: Antwerpen, Frankrijklei 127, 2000 Gent, Oude Brusselseweg 125, 9050 Hasselt, Simpernelstraat 27, 3511 Brussel, Timmerhoutkaai 4, 1000 +32 3 292 33 30
[email protected] Maak van je opleiding kantoor BSO een succes! Beste toekomstige student, Hartelijk dank voor je interesse in de opleiding kantoor BSO aan het Centrum Voor Afstandsonderwijs. Op de volgende pagina’s vind je een gratis onderdeel uit elke module van deze thuisstudie terug. Ook krijg je alle nodige informatie over de werking van onze school. Neem deze info rustig door, zo krijg je een goed beeld van de inhoud van de cursus en weet je zeker dat je voor de opleiding kiest die het beste bij jou past. Noteer alvast dat alle diploma’s die je via het CVA behaalt erkend zijn en uitermate praktijk- en dus jobgericht! Om je diploma secundair onderwijs te behalen, dien je examens af te leggen bij de Centrale Examencommissie in Brussel. Bij het CVA kan je je kennis testen via een proefexamen. Zo kan je je perfect voorbereiden! Heb je na het inkijken van dit proefhoofdstuk nog vragen? Geef ons gerust een seintje op het nummer 03 292 33 30 of mail ons op
[email protected]. Onze opleidingsconsulenten beantwoorden al jouw vragen en geven je persoonlijk advies omtrent je studiekeuze. Blader je graag door de volledige cursus? Ook dat kan. Het Centrum voor Afstandsonderwijs geeft je op vier plaatsen in België de mogelijkheid om de cursussen geheel vrijblijvend in te kijken. Je kan de cursussen inkijken in de campussen van Het Centrum Voor Avondonderwijs VZW in Antwerpen, Gent en Hasselt of in Brussel. Je hoeft hiervoor geen afspraak te maken, kom gewoon vrijblijvend langs. Ik wens je veel leesplezier en alvast veel succes met je studie! Jo Vandevelde Opleidingsconsulent Centrum Voor Afstandsonderwijs
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Kantoor BSO: erkende opleiding en praktijkgerichte cursus
Deze moderne en praktijkgerichte opleiding kwam tot stand in samenwerking tussen het Centrum Voor Afstandsonderwijs en zelfstandige beroepsdeskundigen met jarenlange ervaring. Een duidelijke structuur maakt deze cursus zeer overzichtelijk. Op deze manier garanderen wij je een vlot studietraject. Op de volgende pagina’s vind je een gratis onderdeel uit elke module van de opleiding terug.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 1: AARDRIJKSKUNDE HOOFDSTUK 1: WEER EN KLIMAAT 1.1 Het weer
---- Weerpraatje ----
1.1.1 Inleiding
Vanochtend vroeg zijn er lokaal enkele rijmof ijsplekken mogelijk omdat het aan de grond hier en daar wat licht aan het vriezen is. In de lucht zitten de temperaturen echter ruim boven het nulpunt. We krijgen vandaag verder een afwisseling van wolken en opklaringen met van tijd tot tijd zelfs een aantal brede zonnige perioden. De temperaturen kunnen daarbij oplopen tot waardes van ongeveer 6 tot 7°C bij een meest zwakke tot matige wind uit zuidwestelijke richtingen. Het blijft daarbij droog. Vanavond zijn er eerst nog ruime opklaringen waarbij de temperaturen geleidelijk aan dalen naar een 2 tot 3°C. Later in de nacht neemt de bewolking toe en zou er hier en daar wat lichte regen of een bui kunnen vallen, maar zonder dat het om grote hoeveelheden gaat.
Op de televisie en op de radio krijgen we dagelijks het weerbericht te horen. Hierbij vertelt de weerman ons hoe het weer er voor de komende dagen er zal uitzien: het zal koud of warm zijn, het zal regenen of de zon zal schijnen,… Het weer is dus wat men buiten aanvoelt of ziet en is variabel in de tijd. De zon kan bijvoorbeeld de hele dag schijnen, maar ’s avonds kan het plots gaan regenen. Hoe bereikt het weerbericht de bevolking? Dagelijks wordt overal in de wereld op afgesproken tijdstippen de toestand van het weer gemeten. In elke luchtmachtbasis (bijvoorbeeld Kleine Brogel, Koksijde,…) wordt informatie verzameld over de windrichting, temperatuur, luchtdruk, hoeveelheid neerslag,… De metingen dienen minstens tweemaal per uur doorgestuurd te worden naar één van de vier hoofdbureaus in de wereld. Voor België ligt het hoofdbureau in Toulouse (Frankrijk). Het hoofdbureau stuurt dan gegevens door naar alle nationale weercentra.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Het weercentrum van België ligt in Ukkel en wordt het KMI (Koninklijk Meteorologisch Instituut) genoemd. In dit centrum worden de gegevens verwerkt en via de media in een vereenvoudigde versie aan de bevolking voorgesteld.
1.1.2 Wat is het weer?
Het weer is de toestand van de atmosfeer op een bepaald ogenblik en op een bepaalde plaats. Het weer is slechts geldig voor een korte periode, het weer is veranderlijk.
Het weer kan per minuut, per uur of per dag wijzigen, vandaar dat we van een korte periode spreken. Het weer verschilt van plaats tot plaats: men maakt een onderscheid tussen plaatselijk (Antwerpen), regionaal (de Kempen) of een groot gebied (West – Europa).
1.1.3 De weerselementen Uit het bovenstaande weerpraatje kunnen we afleiden dat het weer gekarakteriseerd wordt door een aantal elementen, die we de weerselementen noemen. De belangrijkste elementen van het weer zijn de volgende:
Temperatuur
Windsnelheid
Luchtdruk
Neerslag
Windrichting
Bewolking
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Onderstaande tabel geeft een overzicht van de instrumenten waarmee de belangrijkste elementen van het weer worden gemeten en de eenheid per weerselement:
Weerselement
Temperatuur
Luchtvochtigheid
Neerslaghoeveelheid
Luchtdruk
Windsnelheid en windkracht
Windrichting
Meetinstrument
Eenheid
Thermometer
°C
Hygrometer
%
Pluviometer
Liter per m² (l/m²)
Barometer
Hectopascal (hPa)
Anemometer
Km/uur of Beaufort
Windvaan, windhaan, windmouw,…
Kompasstreken
(Noord,
Zuid,
Oost,…)
Hieronder volgt een korte beschrijving van het ontstaan van de verschillende weerselementen:
Wolk Een wolk is een zwevende verzameling van waterdruppeltjes of ijskristalletjes of een combinatie hiervan.
Regen Regen ontstaat als er zo veel waterdruppels in de wolk zitten, dat ze tegen elkaar botsen en zo groter worden.
Mist Mist is de beperking van het zicht tot één kilometer door kleine in de lucht zwevende waterdruppeltjes.
Nevel Nevel is een vorm van mist waarbij het zicht tot verder dan één kilometer reikt.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 2: BOEKHOUDEN HOOFDSTUK 3: DE VEREENVOUDIGDE BOEKHOUDING In dit onderdeel vertrekken wij van volgende denkbeeldige situatie: je doet de boekhouding van schildersbedrijf ‘De Schone Schilder’.
3.1 Het boeken van de ingaande facturen
3.1.1 Wat is een factuur/creditnota en wat zijn de wettelijke bepalingen? 01° Wat is een factuur? Een factuur is een gereglementeerd document waarbij de verkoper aan de koper meldt hoeveel, wanneer en hoe hij moet betalen. 02° Waarom is de factuur zo belangrijk? De factuur vervult een belangrijke rol in het inningsmechanisme van de BTW. Als jij een factuur uitreikt aan een klant met bv. 1.000,00 euro BTW dan mag je klant op basis van jouw factuur 1.000,00 euro terugvorderen van de staat. 03° Bestaat er een opgelegd model? Neen. Je mag vrij kiezen welke kleur, formaat, lettertype, indeling,… je gebruikt.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
04° Hoe kan een factuur er uitzien?
DE SCHONE SCHILDER BVBA SCHILDERSWEG 1 - 2000 ANTWERPEN Tel. 03/220 20 20 - fax 03/220 20 20 -
[email protected] - www.deschoneschilder.be BTW: BE 0123 456 789 - RPR Antwerpen - registratie: 01.11.01 KBC 733 1234567 89 - IBAN BE 69 7331 2345 6789 - BIC KREDBEBB Restaurant De Klepel Klepelstraat 2 2000
Antwerpen
Ond.nr.:
BE 0987 654 321
Te vermelden bij betaling
FACTUUR
factuurnummer:
84
factuurdatum:
05 01 2012
klantnummer:
80001
Omschrijving
Aantal
Prijs
MVH
BTW-%
BTW
Totaal
Rollen behangpapier
10
15.00
150.00
21
31.50
181.50
31.50
181.50
(afgehaald in de winkel) Vervaldatum: 05 02 2012 TOTAAL EURO
150.00
Algemene verkoopsvoorwaarden: zie keerzijde
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
05° Mag men zelf bepalen wat er op de factuur geschreven wordt? Neen! Volgende vermeldingen moeten verplicht voorkomen op de factuur: 1. Specifieke gegevens betreffende de factuur
1) De benaming factuur 2) De datum van de factuur 3) Het volgnummer van de factuur 2. Gegevens van de leverancier (= verkoper) 1) Naam en adres van de belastingplichtige
Opgelet: juridische naam + vennootschapsvorm
Voorbeeld benaming eenmanszaak: Jan Peeters
Voorbeeld benaming vennootschap: Klavertje Drie bvba
2) Het ondernemingsnummer
Vervangt het vroegere handelsregisternummer
Is dienstig als BTW-nummer
Voorbeeld: BTW BE + 10 cijfers
3) Enkel voor vennootschappen: de inschrijving in het rechtspersonenregister
Voorbeeld: RPR Antwerpen
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
4) Het rekeningnummer bij minstens één financiële instelling
Je bent verplicht om bij de start van de zaak een rekening te openen op naam van de zaak / dit nummer komt op de factuur.
Te vermelden rekeningnummer, IBAN en BIC o
Een rekeningnummer bestaat uit 12 cijfers (eerste drie cijfers = aanduiding financiële instelling - laatste twee cijfers = controlegetal
o
Geleidelijk gaan we over naar nieuwe 16-delige rekeningnummers (= voor internationale betalingen zijn deze nu reeds verplicht, maar ook voor binnenlandse betalingen zullen de oude rekeningnummers verdwijnen)
o
IBAN = Europees bankrekeningnummer
(= International Bank Account Number) vb. BE 02 + huidig rekeningnummer)
BE = land / 02 = controlegetal o
BIC = Europese bankcode vb. KREDBE BB (=KBC bank)
5) Aan te bevelen vermeldingen: telefoon, fax, e-mail, website,… . 3. Gegevens van de klant (= koper) 1) naam en adres (juridische naam) 2) het ondernemingsnummer (indien je klant een onderneming is) 4. De omschrijving van de geleverde goederen of diensten met vermelding van de hoeveelheid van de goederen of de aard van de dienst (met datum van de levering of dienst)
…
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 3: BURGERLIJK- EN HANDELSRECHT HOOFDSTUK 2: DE PERSOON EN ZIJN FAMILIE 2.1 Naam en voornaam Iedereen heeft een voornaam en een familienaam. De voornaam wordt door de ouders gekozen en onderscheidt het kind van andere gezinsleden. Sinds de 13de eeuw is het de gewoonte dat een kind de familienaam van de vader krijgt. In 2014 werd er een nieuwe wetgeving geïntroduceerd in België, onder druk van Europa. Ouders krijgen voortaan de keuzemogelijkheid:
Naam van de vader
Naam van de moeder
Een dubbele naam
Op officiële documenten zoals diploma’s moet je naam geschreven worden zoals op je identiteitskaart. Iedereen vanaf 12 jaar heeft een elektronische identiteitskaart. De zichtbare gegevens op de voorkant vermelden: naam en voornaam, geboortedatum, geboorteplaats, nationaliteit, kaartnummer, geldigheidsdatum, handtekening. De chip bevat dezelfde informatie maar door de chip kan je via je identiteitskaart een aantal handelingen elektronisch doen. Op de achterkant staat je rijksregisternummer.
Wat is jouw rijksregisternummer? ………………………………………………………………… Iedereen heeft een uniek rijksregisternummer dat altijd begint met jaartal geboortemaand geboortedag. Elektronische identiteitskaarten zijn beveiligd met een pincode. Voor meer informatie neem een kijkje op www.eid.belgium.be
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
De woonplaats is de plaats waar een natuurlijk persoon zijn hoofdverblijf heeft. Op dit adres komt alle officiële briefwisseling toe.
2.2 Woonplaats en verblijfplaats Woonplaats De woonplaats is de plaats waar een natuurlijk persoon zijn hoofdverblijf heeft, waar hij/zij volgens het recht geacht wordt te verblijven. De woonplaats is het wettelijk adres. Hier krijg je alle officiële briefwisseling zoals aanslagbiljet van de belastingen, kiesbrief,…. De woonplaats van minderjarigen is altijd bij de ouders. Als de ouders gescheiden zijn dan is de woonplaats van de minderjarige bij één van zijn ouders. Verblijfplaats De verblijfplaats is de plaats waar je in werkelijkheid verblijft. Je woonplaats is bv. Nijverheidsstraat 18, 1800 Vilvoorde. Dit is de plaats waar je ingeschreven bent in het bevolkingsregister en op dit adres krijg je alle officiële briefwisseling. Je hebt ook een appartement aan zee gekocht. Tijdens de vakanties of het weekend verblijf je daar. Je appartement aan zee is dan je verblijfplaats.
2.3 Nationaliteit
De rechtsband die een natuurlijk persoon heeft met een bepaald land noemen we nationaliteit.
Uit deze rechtsband ontstaan rechten en plichten:
Alleen de Belgen hebben in ons land de rechten van staatsburger of politieke rechten zoals kiesrecht, recht om verkozen te worden. Een vreemdeling kan in België wel overeenkomsten sluiten, in het huwelijk treden, handelaar zijn,…..
De rechte en vrijheden van de Belgen worden gewaarborgd door de grondwet.
Tip
Als je hier meer informatie over wenst:
Wetboek van de Belgische nationaliteit van 28 juni 1984
www.diplomatie.belgium.be
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
2.4 Bloed- en aanverwantschap
Bloedverwantschap is de juridische band tussen personen die ofwel van elkaar afstammen ofwel van een gemeenschappelijke stamouder afstammen.
In een gezin met 2 kinderen, Jan en Sofie, zijn de ouders van Jan en Sofie de stamouders. Als Jan op zijn beurt ook kinderen krijgt, wordt hij ook stamouder. Bloed- en aanverwantschap is vooral belangrijk in erfzaken. Hoe verder de band, hoe meer successierechten er moeten betaald worden. 2.4.1
Graad in verwantschap
De afstand tussen twee personen van eenzelfde familie noemen we de graad van bloedverwantschap.
Grootvader Frans 2e graad
Vader Ludo 1e graad
Dochter Christel
Tussen Christel en Ludo is er een bloedverwantschap in de eerste graad. Tussen Christel en haar opa Frans is er een bloedverwantschap in de tweede graad.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Grootvader Frans 2e graad
Vader Ludo
Oom Pierre 1e graad
Dochter Christel 3e graad
Dochter Christel is geen rechtstreekse afstammeling van oom Pierre, maar ze zijn wel bloedverwanten. Ze zijn bloedverwanten in de derde graad. 2.4.2
Lijn in verwantschap
De opvolging van graden noemen we de “lijn”. Dus de eerste graad, tweede graad en derde graad is de lijn in verwantschap. 2.4.3
Bloedverwantschap in rechte lijn
We onderscheiden de opgaande lijn en de neerdalende lijn. De opgaande lijn Verbindt de persoon met diegene van wie hij afstamt = ascendenten. De opgaande lijn in het vorige voorbeeld is dus Christel – Ludo – Frans. Ludo en Frans zijn de ascendenten, of voorouders, van Christel.
De neerdalende lijn Verbindt de ouder met de personen die van hem/haar afstammen = descendenten. In het voorgaande voorbeeld geeft dat dus opa Frans, papa Ludo, dochter Christel. Christel is een descendent, (klein)kind, van Ludo en Frans. Tussen Christel en opa Frans bestaat er een bloedverwantschap in rechte lijn in de tweede graad.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 4: ENGELS
Dit proefhoofdstuk wordt momenteel geoptimaliseerd, zodat wij jou een kwalitatieve cursus kunnen aanbieden die up-to-date is. Zo kan jij er zeker van zijn dat jouw cursus aan de strengste vereisten voldoet!
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 5: FRANS HOOFDSTUK 2: DES RENSEIGNEMENTS Informatie vraag je overal: op reis, in het station, aan de telefoon, etc. Hoe stel je beleefd een vraag aan de telefoon of hoe geef je een oproep voor een collega door? Hoe vraag je informatie via mail of brief ? In dit hoofdstuk leer je een eenvoudig gesprek voeren aan de telefoon of een korte mail/brief opstellen.
2.1
Demander des renseignements par téléphone
2.1.1 Dialogue 1: Ne quittez pas!
Aan de receptie bij de firma Démépro. Beluister track 15 en beantwoord de vragen.
a) Welke zin/uitdrukking wordt gebruikt… 1- Om naar de naam te vragen: Vous êtes? C’est de la part de qui? A qui j’ai l’honneur ?
2- Om met iemand te kunnen spreken… Passez-moi… Je voudrais parler à Puis-je parler à…
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
3- Om naar de reden van het telefoontje te vragen … C’est pour quoi? C’est à quel sujet? Il s’agit de quoi?
4- Om te vragen of de andere persoon even aan de lijn wil blijven… Ne me quittez pas! Un instant, s’il vous plaît. Ne quittez pas!
5-om te zeggen dat de gezochte persoon niet aanwezig is… Il n’est pas là. Le poste ne répond pas. Il est en réunion
6- Om de persoonlijke gegevens te noteren: Je peux avoir votre numéro? Je peux prendre vos coordonnées? Votre numéro?
7- Als antwoord op een bedanking: Je vous en prie Il n’y a pas de soucis De rien
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
b) Neem nu p. 38 in het boek Express1 en schrijf de standaardzinnen voor een telefoongesprek op in je notitieboekje. Maak vervolgens oefening 4 (‘Communiquez’) op p. 38. Gebruik de zinnetjes die je net hebt overgeschreven in de dialoog hieronder. Bruno Dubosq neemt contact op met GALLY. Hij krijgt de receptioniste aan de lijn. Dialogue 1: Bruno Dubosc appelle la société GALLY
Standardiste: Société GALLY, bonjour. Bruno:………………………………………………………………………. Standardiste:…..…………………………………………………………… Bruno:….. …………………………………………………………………. Standardiste:….. ………………………………………………………….. Bruno:… ……………………………………………………………………
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 6: GESCHIEDENIS HOOFDSTUK 4: MOEILIJKE OOST- WESTVERHOUDINGEN NA WOII Wie claimt de wereldoverheersing? De Tweede Wereldoorlog had de wereld op zijn kop gezet. Frankrijk, tot 1940 één van de toonaangevende landen in de wereld, had geen weerwerk kunnen bieden aan de Duitse aanvalsdrift en verloor al haar internationale slagkracht. Daarnaast bleven ook tal van andere kleinere landen, waaronder België, in zak en as achter. De landen die wel succesvol waren zagen hun kans om de macht te grijpen. Voortaan zouden de VSA, Sovjetunie en Engeland de wereldpolitiek in handen nemen. Toen WOII nog volop aan de gang was, zochten deze landen al contact om samen hun tactiek ten opzichte van de asmogendheden te bespreken, maar ook om te onderhandelen over de herverdeling van de wereld eenmaal de overwinning een feit zou zijn.
4.1 Het ontstaan van een bipolaire wereld Tussen 1941 en 1945 planden de geallieerde machten een twintigtal conferenties. We bespreken enkel de ontmoetingen die bepalend geweest zijn voor het uitzicht van het naoorlogse wereldbeeld. De derde conferentie van Moskou (Rusland, oktober 1943) Hier werd het idee geboren om in navolging van de Volkenbond een permanente alliantie op te richten. Dit zou uiteindelijk leidden tot de VN (= Verenigde Naties). Conferentie van Teheran (Iran, november – december 1943) Dit was vooral op strategisch gebied een zeer belangrijke conferentie. Nazi-Duitsland leek te moeten buigen voor de geallieerden. Franklin Roosevelt (Amerika) en Winston Churchill (Engeland) wilden extra druk zetten op het Duitse leger in Oost-Europa, maar hadden daar de hulp van Rusland voor nodig. De Sovjetunie had op dat moment al ernstige verliezen geleden. Jozef Stalin (Sovjetunie) eiste in ruil voor Russische steun heel wat gebiedsuitbreiding eenmaal de oorlog beëindigd was. Roosevelt en Churchill zwichtten uiteindelijk voor de vraag van Stalin, zodat de Sovjetunie na WOII plots een zeer uitgestrekt en machtig rijk werd. De wens om na afloop van WOII een permanente internationale samenwerking op te richten werd nog eens uitdrukkelijk herhaald en door de deelnemende landen bevestigd.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Conferentie van Jalta (Oekraïne, februari 1945) Opnieuw waren de drie groten van de partij. De Tweede Wereldoorlog leek voor de geallieerden een positief einde te krijgen, zodat Franklin Roosevelt, Winston Churchill en Jozef Stalin volop de nadruk legden op wat er na de oorlog moest gebeuren.
De wens tot internationale samenwerking werd geconcretiseerd. Er werd afgesproken om in april 1945 een vergadering te laten plaatsvinden in San Francisco, met als doel het oprichten van de Verenigde Naties.
Daarnaast werd er ook vastgelegd welke straf de Duitsers moesten krijgen. De geallieerden hadden hun lesje van het verdrag van Versailles goed geleerd en legden Duitsland geen herstelbetalingen op. Landen mochten zich wel schadeloos laten stellen, waardoor de asmogendheden uiteindelijk toch nog 22 miljard dollar moesten ophoesten. Daarnaast moest de militaire slagkracht verminderd worden en moesten er heel wat gebieden afgestaan worden.
Rusland had de meeste verliezen geleden en wilde dan ook compensatie. Stalin slaagde hier met verve in. Van de 22 miljard dollar schadeloosstellingen ging de helft naar de Sovjetunie. Bovendien werd het duidelijk dat, zonder dat er concrete afspraken werden gemaakt, de Sovjetunie heel wat invloed zou mogen uitoefenen in Oost-Europa.
Zittend van links naar rechts: Winston Churchill, Franklin Roosevelt en Jozef Stalin tijdens de conferentie van Jalta
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Conferentie van Potsdam (Duitsland, juli – augustus 1945) De straffen die de asmogendheden opgelegd kregen in februari 1945 (conferentie van Jalta) werden tijdens de conferentie van Potsdam verder uitgewerkt. De belangrijkste bepaling was de indeling van Duitsland in bezettingszones: een Engelse, Russische, Franse en Amerikaanse zone. Ook Berlijn werd in vier zones verdeeld.
2 3
Ook de hoofdstad Berlijn werd in dezelfde zones verdeeld
1 1
2
3
4 4 Verdeling van Duitsland in vier bezettingszones: Franse zone (1), Engelse zone (2), Russische zone (3) en Amerikaanse zone (4)
Winston Churchill (Engeland), Harry Truman (VSA) en Jozef Stalin (Sovjetunie)
Deze verdeling lijkt op het eerste zich een beetje vreemd, maar kadert perfect in de veranderende relatie tussen de grootmachten. Op de voorgaande conferenties werd nog met een open geest onderhandeld, maar nu stonden alle partijen onder hoogspanning.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
De landen wilden elkaar niet te veel cadeautjes geven, uit angst om de politieke macht in de toekomst te verliezen aan één van de andere landen. Daarom besloten ze Duitsland in vier zones op te delen, zodat elk land evenveel kreeg. Ze gingen hierin zo ver dat ook de hoofdstad mooi in vier gelijke delen opgedeeld werd.
In de loop van de conferentie van Potsdam werd Winston Churchill opgevolgd door Clement Attlee (links op de afbeelding).
De geallieerde machten beschouwden elkaar immers niet langer als partners. Nu de gezamenlijke vijand was weggevallen, veranderden de belangen. Vooral de Sovjetunie en de VSA eisten hierin een hoofdrol. Er werd nog wel afgesproken om in de komende maanden (als ook Japan verslagen zou zijn) een nieuwe vredesconferentie te organiseren, maar die zou nooit meer plaatsvinden. De afstand tussen Sovjetunie en VSA was ondertussen zo groot geworden dat onderhandelingen niet meer mogelijk waren. Er ontstond op deze manier opnieuw een bipolaire wereld1. Dit hield in dat er een machtstrijd ontstond tussen twee supermachten: het Oosten aan de ene kant (Sovjetunie met al haar satellietstaten) tegenover het Westen aan de andere kant (VSA gesteund door de Verenigde Naties). De moeilijke Oost-West verhoudingen zouden uiteindelijk uitmonden in een echt conflict: ‘de Koude Oorlog’. Dit conflict wordt verder in de cursus uitgebreid behandeld.
1
Er was al eerder sprake van een bipolaire wereld in deze cursus, namelijk tijdens de Eerste Wereldoorlog (Triple Entente tegenover Driebond).
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 7: KANTOORTECHNIEKEN HOOFDSTUK 2: TAKEN
2.5 Logistieke ondersteuning
Onder logistieke ondersteuning wordt verstaan: “Het in goede banen leiden van de vergadering en de voorbereiding ervan”;
Stap 1 Om er voor te zorgen dat je niets vergeet bij de voorbereiding van een vergadering, kan je best een stappenplan maken. Wat ga je eerst doen? Maak van het stappenplan een checklist, zodat je telkens je een stap hebt afgewerkt, een vinkje kan plaatsen. Aan dit onderdeel moet je dan niet meer denken. Voorbeeld stappenplan:
Taak
Verantwoordelijke
Datum en agenda vaststellen
Voorzitter
Vergaderplaats reserveren
Secretaresse
Agendapunten verzamelen
Secretaresse
Opmaken agenda
Secretaresse
Lijst deelnemers samenstellen
Secretaresse
Convocatie opstellen
Secretaresse / voorzitter
Convocatie versturen
Secretaresse
Vergadermap samenstellen
Secretaresse
Afgehandeld
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Wegwijzers voorzien
Secretaresse
Drank en/of eten voorzien
Secretaresse
Vergaderruimte klaarzetten en schikken Apparatuur en benodigdheden klaarzetten
Onthaal van de vergaderleden
Secretaresse
Secretaresse
Secretaresse
Stap 2 De checklist afwerken 1. Datum en agenda vaststellen
Dit is meestal de taak van de voorzitter van de vergadering, maar het kan ook voorkomen dat je directeur vraagt om dit zelf te doen. In geval dat je het zelf moet doen, bekijk je de agenda en stel je een aantal datums voor aan de deelnemers van de vergadering. Pas op! Niet te veel keuze laten, anders zit je met het probleem dat iedereen op een ander moment wel of niet kan. Stel maximum drie mogelijk momenten voor. Als je een gemeenschappelijke datum hebt gevonden, is het tijd om iedereen die betrokken is bij de vergadering in te lichten. Dit doe je meestal door een convocatie op te stellen. Zelfs als je de deelnemers per mail uitnodigt, is het beleefd om een convocatie in de bijlage te sturen. Maar voor je aan de brief kan beginnen, moet je wel zeker zijn dat er een vergaderruimte beschikbaar is op de gekozen datum. 2. Vergaderplaats reserveren
Het kan zijn dat de vergadering zal plaatsvinden binnen het bedrijf, maar het is ook perfect mogelijk dat deze zal plaatsvinden buiten het bedrijf.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Keuze van de vergaderplaats: o Locatie
Is er wel voldoende parkeergelegenheid?
Wat met de bereikbaarheid?
Sluit het aan bij de wensen van het bedrijf?
o Vergaderruimte
Is de verlichting goed? Is er airconditioning? Zijn er voldoende tafels, stoelen?
Is de ruimte geschikt ingericht, bijvoorbeeld geen storende kleuren.
Is de ruimte voldoende geïsoleerd voor geluid?
Is de ruimte goed verlucht?
o Mogelijkheden
Beschikt de ruime over presentatiemateriaal? Kunnen laptops aangesloten worden? Zijn er voldoende stopcontacten? Is er een geluidinstallatie aanwezig?
3.
Is er voldoende plaats voor de deelnemers? Zitten ze niet te dicht op elkaar?
Agendapunten verzamelen
Als je zeker bent dat je een geschikte vergaderruimte gevonden hebt, is het tijd om over te gaan naar het volgende punt op de checklist en dat is het verzamelen van de agendapunten. Het is belangrijk dat alle deelnemers inspraak krijgen in het verloop van de vergadering. Dat is immers waar een vergadering om draait, dat mensen bepaalde punten met elkaar kunnen overleggen. Deze stap komt dus nog duidelijk voor de officiële uitnodiging voor de vergadering. Stuur een mail of een brief naar de deelnemers en vraag wat zij graag op de agenda van de vergadering willen zetten. Doe dit tijdig, want de uitnodiging met daarin de agendapunten vermeld, moet ten laatste drie weken voor de vergadering verstuurd zijn.
Als je deze agendapunten verzameld hebt, geef je ze aan de voorzitter. Hij/zij zal bepalen welke agendapunten van toepassing zijn voor de bijeenkomst. Het is immers niet mogelijk om alles op te nemen wat de deelnemers vragen.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
4.
Opmaken agenda
De voorzitter zal de agendapunten terug aan jou overhandigen, zodat je een mooie standaardlijst kan maken. Deze lijst wordt aangehecht aan de uitnodigingsbrief. Indien het slechts om enkele agendapunten gaat, kunnen deze ook gewoon opgenomen worden in de brief. 5.
Lijst deelnemers samenstellen
Het is ook belangrijk dat iedereen een uitnodiging krijgt en dat er geweten is wie er verwacht wordt op de vergadering. Daarom is het handig om een deelnemerslijst samen te stellen. Deze heeft verschillende voordelen: o Je kan de lijst gebruiken om aan de uitnodiging te hechten; o Je kan de lijst gebruiken op de dag van de vergadering als aanwezigheidslijst; o Het is een geheugensteuntje aan wie je een uitnodiging moet sturen.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 8: NEDERLANDS HOOFDSTUK 1: EEN KORTE, ZAKELIJKE TEKST SCHRIJVEN
1.1 Een synthese of samenvatting maken Als jij een film samenvat, ben je dan ook langer aan het vertellen dan de film geduurd heeft? Of kijken je toeschouwers je bedenkelijk aan omdat ze niet begrijpen waarover je het nu eigenlijk hebt? Overkomt je hetzelfde wanneer je een krantenartikel, je cursus, een vergadering, enz. wilt samenvatten. Zoals je ziet, maak je meer dan eens een synthese.
Een samenvatting of synthese geeft snel een overzicht van de inhoud van een lange tekst, een dik rapport of een boek. Soms komen lezers zelfs niet verder dan de samenvatting. Het is dus belangrijk dat die goed en kort weergeeft waar de tekst over gaat.
Als een tekst goed geschreven is, is het maken van een samenvatting niet zo moeilijk. Neem de eerste zin van elke alinea en zet ze achter elkaar. Dit moet een goed beeld geven van de inhoud van de tekst. Maar wat doe je als daar een onbegrijpelijke schematische tekst uit voortkomt?
Hoe lang mag die samenvatting zijn? Soms staat in de opgave hoeveel woorden je synthese mag bevatten. Een algemene stelregel is ook dat je inkort tot ongeveer 1/4de van de oorspronkelijke tekst. Duizend woorden breng je dus terug tot 250. Het doel dat je je stelt, kan ook bepalend zijn voor de lengte van de synthese. Wat mag je weglaten en wat niet? Ook dat hangt o.m. af van het doel dat je je stelt. Vanzelfsprekend moet de verkorte versie nog steeds duidelijk zijn. Het stappenplan wil je hierbij helpen.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
1.2 Een leesstrategie
1.2.1 Globaal, zoekend (oriënterend), en intensief lezen Je kunt op verschillende manieren een tekst (of boek) lezen:
Globaal lezen
Dit betekent dat je in grote lijnen kan vertellen weet waar de tekst over gaat. Als je globaal leest, onthoud je geen details maar alleen de algemene (globale) informatie.
Zoekend of oriënterend lezen
Dit betekent dat je heel gericht zoekt naar bepaalde informatie. Als iemand jou bijvoorbeeld vraagt “wat zegt de schrijver in de tweede alinea?”, en jij leest dat stukje, dan ben je zoekend aan het lezen.
Intensief lezen
Dit betekent dat je heel geconcentreerd alle informatie in het tekstfragment leest. Als je intensief hebt gelezen kan je veel details navertellen.
Waarom is dit belangrijk? Dit is belangrijk omdat het je op het examen veel tijd kan sparen. Je moet veel vragen beantwoorden, in weinig tijd! Als je bijvoorbeeld de vraag krijgt: ‘waar gaat de tekst over?’ dan weet je dat je globaal moet lezen. Maar als je bijvoorbeeld de vraag krijgt ‘wat vindt de schrijver van de tekst van dit onderwerp?’ dan moet je intensief lezen. En wanneer lees je zoekend? Als de vraag bijvoorbeeld is ‘wat zegt de schrijver van de tekst in de derde zin over het onderwerp?’.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 9: SOCIAAL & FISCAAL RECHT HOOFDSTUK 3: SOCIAAL ZEKERHEIDSRECHT
3.1 Doel en nut Het doel van de sociale zekerheid is aan alle werknemers een menswaardig bestaan te verzekeren in alle omstandigheden, vooral dan in die gevallen waarin de werknemer in de onmogelijkheid verkeert arbeid te verrichten en zich zo een inkomen te verschaffen.
De sociale zekerheid voorziet in:
Een vervangend inkomen
Als de werknemer niet in staat is om te werken door ziekte, werkloosheid , ouderdom en vakantie
Een aanvullend inkomen
Verhoging van het loon in geval van kinderlast.
Als de werknemer werkonbekwaam is ten gevolge van een arbeidsongeval is een andere reglementering van toepassing.
Sociale verzekeringen zijn verplicht. In principe zijn alle personen die verbonden zijn door een arbeidsovereenkomst volledig onderworpen aan de sociale zekerheid. Dit zijn dus alle werkgevers en alle werknemers. Sommige werknemers zijn maar gedeeltelijk onderworpen. Dit geldt o.a. voor professionele sporters, dienstboden of huispersoneel en leerlingen verbonden door een leerovereenkomst.
Het deel dat door de werkgever en door de werknemer wordt betaald, wordt berekend op het loon van de werknemer. Het totaal van de werknemersbijdrage is 13,07 % Bij arbeiders moet voor de berekening van de RSZ-bijdrage het brutoloon eerst verhoogd worden met 8% omdat het gewone vakantiegeld uitbetaald door de vakantiekas ook onderworpen is aan RSZ-bijdragen. Voor jobstudenten is de bijdrage 2,71% op voorwaarde dat ze niet meer dan 50 dagen werken tijdens het kalenderjaar.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
3.2 Structuur RSZ De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid wordt gefinancierd door:
Bijdragen van de werknemers
Bijdragen van de werkgevers
Subsidies van de overheid
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid wordt onderverdeeld in: RVP: Rijksdienst voor Pensioenen Betaalt rechtstreeks aan de sociaal verzekerde RVA: Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening Betaalt aan de hulpkas voor werkloosheidsuitkeringen of via de vakbond. Deze betalen aan de sociaal verzekerde. RIZIV: Rijksdienst voor ziekte- en invaliditeitsverzekering Deze dienst kent ook de RIZIV-nummers toe aan medische handelingen en bepaalt de graad van invaliditeit. RIZIV betaalt aan HZIV (Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsuitkering), dit is hetzelfde als een ziekenfonds, maar heeft een openbaar statuut en aan de ziektefondsen. HZIV en de ziektefondsen betalen uiteindelijk aan de sociaal verzekerden. RKW: Rijksdienst voor Kinderbijslag Betaalt aan de verschillende kinderbijslagfonden. Deze betalen kinderbijslag aan de rechthebbenden (meestal de moeder). RJV: Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie Verantwoordelijk voor de jaarlijkse vakantie van arbeiders en kunstenaars: betaalt aan de vakantiekassen. De vakantiekassen betalen op hun beurt vakantiegeld uit aan arbeiders en kunstenaars. FAO: Fonds voor Arbeidsongevallen Controleert of elke werkgever wel een verzekering tegen arbeidsongevallen heeft en of de wetgeving correct wordt nageleefd: betaalt aan de verschillende verzekeringsinstellingen. Zij betalen op hun beurt de slachtoffers van een arbeidsongeval. FBZ: Fonds voor Beroepsziekten Betaalt rechtstreeks aan de sociaal verzekerde.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 10: TEKSTVERWERKING HOOFDSTUK 22: INHOUDSOPGAVEN
In een document kan je handmatig een inhoudsopgave toevoegen. Ook al bestaat er een opdracht in Word die je hierbij helpt, het blijft een tijdrovend werkje en bij iedere wijziging aan het document moet de inhoudsopgave manueel aangepast worden. Het kan ook efficiënter, en Word helpt hiermee. Om een door Word gegenereerde inhoudsopgave toe te voegen aan jouw document, moet je (kop)stijlen gebruiken voor de tekst die je wil opnemen in de inhoudsopgave. Met de verschillende (kop)stijlen duid je de structuur in jouw document aan (Kop1, Kop2, Kop3). Bij het opmaken van de inhoudsopgave gaat Word zoeken naar deze kopstijlen en de informatie gebruiken om de inhoudsopgave automatisch aan te maken. Als je nadien wijzigingen aanbrengt in het document, dan kan de inhoudsopgave automatisch bijgewerkt worden. Met de opdracht inhoudsopgave in de groep inhoudsopgave van het tabblad verwijzingen open je een galerie met inhoudsopgavestijlen. Je kan ook opteren om een inhoudsopgave te maken op basis van aangepaste stijlen die je hebt toegepast in het document. We nemen de verschillende opties even door aan de hand van oefeningen.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
22.1 Handmatige inhoudsopgave Open het bestand Oefening Word_Inhoudsopgave op het studentenplatform. In dit document werden titels en ondertitels in het vet aangeduid. Plaats de cursor bovenaan het document en gebruik de opdracht handmatige inhoudsopgave.
Voeg na de inhoudsopgave een Pagina-einde toe. Bewerk nu de Inhoudsopgave door op de velden te klikken en de correcte titels en pagina’s in te vullen. Kopieer en kleef een bestaande lijn om een volgende lijn van hetzelfde niveau in te vullen. In Oefening7word zie je hoe het resultaat er uitziet. Hou vooral in het oog hoeveel tijd dit in beslag neemt. Als er nu, bijvoorbeeld op pagina een extra deel tekst van 2 pagina’s wordt toegevoegd, is alles opgeschoven en moeten alle paginanummers manueel terug gewijzigd worden.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 11: TOEGEPASTE ECONOMIE HOOFDSTUK 2: KOSTEN EN KOSTPRIJSBEREKENING De kosten verbonden aan de gedraaide omzet zijn van enorm belang bij de analyse van een bedrijf. Zijn twee brouwerijen met een jaaromzet van 100 miljoen euro even goed bezig? Ons antwoord zal genuanceerd zijn indien we weten dat brouwerij A jaarlijks 90 miljoen euro kosten heeft terwijl brouwerij B jaarlijks 95 miljoen euro kosten heeft. Dit betekent immers een winst van respectievelijk 10 miljoen euro en 5 miljoen euro, oftewel dubbel zoveel winst voor brouwerij A dan voor brouwerij B! Indien je er in slaagt om jouw omzet sneller te doen groeien dan jouw kosten, heeft dit direct impact op jouw winst. Het is dan ook van belang om jouw kosten goed te begrijpen.
De kostprijs heeft een bepalende invloed voor de verkoopprijs van producten. Bij zeer hoge kosten zal je moeten kiezen tussen een te hoge verkoopprijs en amper omzet of lage en zelfs negatieve winstmarges.
2.1 Kosten: begrippen
Kosten zijn uitgaven die je moet doen om een bepaald product of dienst te kunnen leveren en dus kortom om je werk te kunnen doen.
Er zijn verschillende soorten kosten: Vaste of constante kosten Vaste kosten zijn kosten die een bedrijf altijd moet maken wanneer het een product of dienst produceert, dit ongeacht hoeveel het bedrijf produceert. Het zijn kosten die altijd zullen blijven om in staat te zijn om simpelweg operationeel te zijn. Voorbeeld: Kosten van een oven in een broodjeszaak. Ongeacht het aantal broodjes dat verkocht wordt, de initiële investering voor de oven blijft even hoog.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Variabele kosten Dit zijn kosten die een bedrijf maakt naarmate er geproduceerd wordt. De variabele kosten zullen dus veranderen met de bedrijfsdrukte die er heerst. Wanneer er meer wordt geproduceerd, zullen de variabele kosten in totaal hoger worden, dit terwijl de vaste kosten hetzelfde zullen blijven. De variabele kost per eenheid blijft stabiel ongeacht het aantal verkochte eenheden. De vaste kost per eenheid daalt bij een stijging van het aantal verkochte eenheden. De investering kan immers worden gespreid over meer eenheden. Voorbeeld: Kosten van deeg in een broodjeszaak. Elk broodje dat verkocht wordt betekent een kostprijs van enkele eurocenten voor het deeg.
2.2 Kostprijsberekening We nemen een broodjeszaak als voorbeeld doorheen deze sectie. Op basis van onderstaande (sterk vereenvoudigde) resultatenrekening zullen we de theorie kaderen met de praktijk.
Bedrijfsopbrengsten Omzet: 1000 broodjes per week
€ 156 000 € 156 000
Bedrijfskosten Afschrijvingen op: Broodmachine Koelinstallaties Oven Huurgelden Uitgekeerd loon Grondstoffen Groenten Sauzen Charcuterie & Kaas Brooddeeg
€ 110 033 € 5 833 € 833 € 3 333 € 1 667 € 8 400 € 36 000 € 59 800 € 15 600 € 13 000 € 20 800 € 10 400
Bedrijfswinst/verlies
€ 45 967
(A) Totale Kostprijs Om de totale jaarlijkse kostprijs te bepalen, kunnen we ons baseren op de kosten die we terugvinden in de jaarrekening. Deze kosten bestaan uit vaste (bijvoorbeeld broodmachine, salaris, koelinstallaties, ovens, …) en variabele kosten (bijvoorbeeld verbruik van groenten, mayonaise, kaas, …), maar op dit moment is dit onderscheid nog niet belangrijk. In het voorbeeld van onze broodjeszaak bedragen de totale kosten dus 110.033 euro. www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
(B) Kostprijs per Eenheid Stel dat we aan onze klanten gemiddeld 3 euro per broodje vragen en we 1.000 broodjes per week verkopen. Hoeveel euro kosten staan hier tegenover? Voor de variabele kosten is dit eenvoudig. Stel dat we weten dat we voor elk broodje 0,30 euro kosten hebben voor groenten, 0,25 euro voor sauzen, 0,40 euro voor charcuterie/kazen en 0,20 euro voor het brooddeeg. In totaal zijn de variabele kosten voor één broodje dus 1,15 euro.
Is onze winst dus 1,85 euro (3 euro verkoopprijs minus 1,15 euro grondstoffen)? Jammer genoeg niet, want dan zouden we geen rekening houden met de vaste kosten. Om deze broodjes te kunnen verkopen, hebben we een winkel gehuurd en installaties aangekocht. Hoe gaan we deze vaste kosten nu interpreteren? Deze kosten zijn er sowieso, onafhankelijk van de hoeveelheid die verkocht is. Toch gaan we deze kosten toewijzen op basis van de verkochte hoeveelheid. Laten we hiervoor het maandelijkse huurgeld als voorbeeld nemen. De huur van de winkel bedraagt 700 euro, dus 8.400 euro op jaarbasis. We verkopen 52.000 broodjes per jaar. Voor elk broodje hebben we dus 0,16 euro kosten (8.400 euro kosten gedeeld door 52.000 verkochte eenheden) voor de huur van de winkel. Om de totale vaste kosten per eenheid te berekenen, dienen we dezelfde berekening te maken voor de andere vaste kosten.
Kostprijs per eenheid
Totale Vaste Kosten Totaal Verkochte Eenheden
+
Totale Variabele Kosten Totaal Verkochte Eenheden
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 12: TOEGEPASTE INFORMATICA HOOFDSTUK 2: GEGEVENS INVOEREN, WIJZIGEN, WISSEN EN OPMAKEN In cellen kunnen we getallen, tekst, formules, datums, … invoeren. Zo kan je bijvoorbeeld lijsten maken van artikelen met hun aankoop en verkoopprijs, of je kan er budgets mee maken, berekeningen mee uitvoeren, gegevens analyseren, inventarislijsten opmaken, verkoopgegevens verwerken, zakencijfer en bruto marge mee berekenen…De mogelijkheden zijn onbeperkt. Vooraleer je gegevens invoert is het handig om eerst een titel te voorzien. Zo weet je later nog precies wat in welke kolom staat.
2.1 Een nieuwe werkmap beginnen Open een lege Excel 2010 werkmap door onder de office- knop, “Nieuw” en daarna “Lege werkmap” te selecteren.
2.2 De celwijzer verplaatsen Bij het openen van een werkmap staat de celwijzer automatisch in cel A1. Je kan de celwijzer verplaatsen door: 1) Gewoon in een cel te klikken 2) De pijltjestoetsen of volgende toetsencombinaties te gebruiken
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Symbool
Functie
Één cel naar links
Één cel naar rechts
Één cel omlaag
Één cel omhoog
CTRL +
Naar links, naar de volgende cel die gegevens bevat
CTRL +
Naar rechts, naar de volgende cel die gegevens bevat
CTRL +
Naar beneden, naar de volgende cel die gegevens bevat
CTRL +
Naar boven, naar de volgende cel die gegevens bevat
HOME
Naar de eerste kolom in het werkblad
CTRL + HOME
Naar de eerste cel van het werkblad
CTRL + END
Naar de laatste cel (in het werkblad) die gegevens bevat
3) Met de opdracht “Ga naar” via de toets F5 of via de opdracht Zoeken in de groep Bewerken van het tabblad Start. Geef in het dialoogvenster dat opent, de cel in waarnaar je de celwijzer wil verplaatsen.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
2.3 Tekst invoeren Voeg in cel A1 de titel ‘Product” in. Als je na de “t” TAB drukt, kom je onmiddellijk in veld B1 terecht. Druk je echter ENTER, dan kom je in veld A2 terecht. We zullen eerst de titels ingeven, dus is het nu handiger om met TAB te werken. In het veld B1 komt titel “Productcategorie”. Je merkt dat de titel breder is dan je kolom. Dat zullen we later aanpassen. In kolom C komt titel “Land van Herkomst”, in kolom D “Aankoopprijs”, in kolom E “Verkoopprijs”, in kolom F “Aantal verkocht 2009”.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
MODULE 13: WISKUNDE HOOFDSTUK 2: PERCENTREKENEN
2.1 Begrip percent
Het begrip percent komt van het latijn per cent en betekent per honderd. We kennen dit begrip maar al te goed vanuit de solden, taksen, schoolresultaten, interest enz.
In dit hoofdstuk wordt aangeleerd hoe je met percenten moet rekenen, daarna zien we hoe dit zich vertaald naar de toepassingen uit het dagelijkse leven.
2.2 Berekening van percent Het bepalen van een percentage van iets doe je steeds door het aantal van wat je zoekt te delen door het totale aantal en daarna te vermenigvuldigen met honderd. Dit klinkt misschien moeilijk, maar met een eenvoudig voorbeeld wordt dit meteen duidelijk. Op een kantoor werken 10 mensen, 8 vrouwen en 2 mannen. We willen weten hoeveel percent van de werknemers vrouw zijn. We delen dus 8 door 10 en vermenigvuldigen met 100. De uitkomst is 80 %. Op dezelfde manier kunnen we het percentage mannen bepalen. We delen 2 door 10 en vermenigvuldigen met 100, dit geeft 20 %.
Het valt ook op dat 80 % en 20 % samen 100 % vormen. In probleemstellingen waarbij men iets splitst in verschillende delen zal de som van hun percentages steeds honderd zijn. We hadden het percentage mannen dus ook kunnen vinden door het verschil te maken 100 % - 80 %. Ter verduidelijking nog een voorbeeld. In een nest van 8 poesjes zitten 4 witte, 1 zwarte en 3 gevlekte poesjes. Bepalen we het percentage witte poesjes, 4 gedeeld door 8 maal 100, vinden we 50 %. Op dezelfde manier voor het zwarte poesje, 1 gedeeld door 8 maal 100, vinden we 12,5 %. Het percentage gevlekte poesjes kunnen we op net dezelfde manier vinden, maar ook door het verschil te maken: 100 % - 50 % - 12,5 % = 37,5 %.
In vele toepassingen is het eenvoudig deze methode te gebruiken. Behaal je 75 % op een examen, dan had je 75 % van de vragen juist en 25 % van de vragen fout. Krijg je in de solden 60 % korting dan betaal je nog 40 %.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Maar deze methode is niet altijd aangewezen: als je weet dat 10 % van de bevolking werkloos is dan wil dit niet zeggen dat de andere 90 % werkt. Je moet nog rekening houden met de jongeren, gepensioneerden, huisvrouwen, huismannen enz.
2.3 Aantal bepalen aan de hand van het percentage Een aantal bepalen aan de hand van een gegeven percentage doe je door de omgekeerde weg uit te voeren. Dit doe je om bijvoorbeeld te berekenen hoeveel korting je krijgt op een afgeprijsd artikel. Je deelt het totaal door honderd en vermenigvuldigd met het percentage. In een stedelijke school met 500 leerlingen volgt 60 % van de leerlingen zedenleer. We willen weten hoeveel leerlingen dit zijn dus we delen 500 door 100 en vermenigvuldigen met 60, zo vinden we 300.
We kunnen 300 ook korter vinden door eenvoudig 500 te vermenigvuldigen met 0,6 afkomstig van de breuk 60 / 100. Op dezelfde manier kunnen we snel procentuele toenamen of afnamen berekenen, dit vind je terug in de paragraaf toepassingen.
2.4 Toepassingen Voor elke toepassing wordt er een voorbeeld uitgewerkt en zijn er oefeningen te vinden in paragraaf 2.3.
2.4.1 Schoolresultaten Voor het examen wiskunde kan je maximaal 250 punten scoren, je slaagt erin om 225 punten te behalen. Hoeveel percent heb je dan juist? Deel 225 door 250 en vermenigvuldig met 100. Zo vind je 90 %.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
2.4.2 Koopjes
Een broek kost normaal 120 euro. Op de eerste dag solden krijg je 40 % korting. Hoeveel moet je de broek nog betalen? Je krijgt 40 % korting dus je betaalt nog 60 %. 120 gedeeld door honderd maal 60 geeft 72, dus je betaalt nog 72 euro.
2.4.3 Interest Op je spaarrekening staat gedurende één jaar 10.000 euro, de bank geeft je hierop 3 % interest. Wat is dan het bedrag op je spaarrekening na één jaar. Deel 10.000 door 100 en vermenigvuldig met 3 dan vind je 300. Er komt dus 300 euro bij, zo staat er na één jaar 10.300 euro op je spaarrekening.
2.4.4 Taksen Je ontvangt een offerte van 450 euro voor allerlei kantoormateriaal. Op deze offerte staat vermeld dat deze prijs exclusief BTW is. Wat is dan de prijs inclusief BTW? (BTW op kantoormateriaal is 21 %) Zonder BTW betaal je 450 euro, hier komt 21 % bij. Deel 450 euro door 100 en vermenigvuldig met 21. Je vindt dan 94,5 euro. De prijs met BTW inbegrepen is dus 450 + 94,5 euro = 544,5 euro.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Afstandsonderwijs = studeren op je eigen tempo
Een thuisstudie volgen aan het Centrum Voor Afstandsonderwijs is de meest flexibele manier om je erkend diploma te behalen. Met een thuiscursus start je namelijk wanneer het jou het beste uitkomt. Je studeert waar en wanneer je wil, en legt examen af wanneer jij er klaar voor bent. Erg handig als jouw leven meer is dan studeren alleen! Tijdens je studie kan je rekenen op de professionele begeleiding van een persoonlijke docent. Met de taken die je docent aan elk hoofdstuk heeft toegevoegd, oefen je jezelf in de praktijk, en bereid je je optimaal op het examen voor. Heb je vragen, of wil je je gemaakte oefeningen uit de cursus laten verbeteren? Dan stuur je je docent een mailtje via het online leerplatform (je krijgt een toegangscode bij inschrijving). In het inschrijvingsgeld is twaalf maanden begeleiding van je docent inbegrepen. Klaar met studeren? Dan leg je examen af op één van onze campussen in Antwerpen, Brussel, Gent of Hasselt. Je hebt vijf jaar de tijd om je examen af te leggen en je beslist zelf wanneer je dit wil doen. Dit kan bijvoorbeeld al na drie maanden, maar ook na een jaar; de keuze is aan jou! Geslaagd? Dan krijg je je diploma binnen de 14 dagen. Je kan hiermee meteen solliciteren als werknemer of als zelfstandige starten (mits je ook een attest bedrijfsbeheer hebt). Al onze diploma’s zijn erkend en zijn een fikse meerwaarde op de arbeidsmarkt. Niet van de eerste keer geslaagd? Geen nood. Je kijk je examen in, en leert van je fouten. Vervolgens mag je gratis herexamen afleggen. Examen afleggen is trouwens nooit verplicht.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Zes ijzersterke redenen om te studeren aan het CVA 1. Je behaalt een erkend diploma Het Centrum Voor Afstandsonderwijs bezit het ISO 9001-2008 certificaat. Dit is een onafhankelijk kwaliteitslabel dat elk jaar opnieuw, na een grondige audit, moet worden toegekend. Zowel ons cursusmateriaal als de docenten en de secretariaatswerking kregen en krijgen een positieve beoordeling. Dit is jouw beste garantie voor een kwaliteitsvolle en degelijke opleiding. Het Centrum Voor Afstandsonderwijs is door een groot aantal beroepsfederaties erkend. Je kan je met je diploma bij deze federaties aansluiten en genieten van allerlei voordelen. Bij werkgevers in verschillende sectoren heeft het diploma een grote troef bij je sollicitatie en biedt het je vaak werkzekerheid. Bovendien zijn onze diploma’s internationaal erkend door de International Association of Professional Education (IAPE), die alle beroepsopleidingen wereldwijd registreert en accrediteert. De IAPE controleert en beoordeelt de kwaliteit van professioneel onderwijs van instellingen zoals universiteiten, hogescholen, publieke en private opleidingsverstrekkers, docenten en onderwijsinstellingen voor volwassenen. 2. Je kiest voor een praktijk- en jobgerichte opleiding Al onze opleidingen en cursussen worden ontwikkeld en geschreven door zelfstandige specialisten met jarenlange beroepservaring. Je gaat er meteen mee aan de slag. Dankzij onze jarenlange ervaring weten we precies welke onderwerpen, extra uitleg of praktijkvoorbeelden het verschil maken. Hierdoor bereik je snel je doel: je carrière een boost geven of een nieuwe job vinden. Het contact tussen jou en je docent is maximaal door gebruik van ons online studentenplatform. Al je vragen zullen binnen de 48 uren worden beantwoord. Momenteel is er in het bedrijfsleven veel vraag naar goed opgeleide werknemers. Het diploma dat je behaalt is een internationaal erkend diploma. Deze cursus biedt daarom zeer goede perspectieven op de arbeidsmarkt en een groot voordeel tijdens je sollicitatie. Veel afgestudeerde studenten startten reeds hun eigen succesvolle zaak na het volgen van een opleiding bij het CVA. Wij zijn dan ook een echte ondernemersschool die startende
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
ondernemers met veel plezier begeleidt in hun eerste stappen naar een carrière als zelfstandig ondernemer. 3. Je kiest voor maximale flexibiliteit Thuisstudie is uiterst flexibel. Jij bepaalt zelf wanneer je studeert, hoe lang, en wanneer je examen aflegt. Je hebt je toekomst dus zélf in de hand! Ideaal als je je studie wil combineren met een job, kinderen of andere activiteiten. 4. Je weet zeker dat je de opleiding kiest die bij je past Nog vragen? Extra informatie nodig? Kom dan gewoon langs op onze secretariaten (Antwerpen, Brussel, Gent, Hasselt) voor een adviserend gesprek met één van onze professionele opleidingsconsulenten. Zij helpen jou met veel plezier bij het ontwikkelen van een studietraject dat volledig aan jouw eisen en wensen voldoet. Je kan er ook je volledige cursus inkijken! 5. Je kan boeiende stages lopen Het CVA helpt je carrière op weg! Heel wat studenten kiezen ervoor om tijdens hun opleiding stage te lopen, ook al is dat in de meeste gevallen geen verplichting. Je docent begeleidt je in jouw keuze van een stageplaats en jouw opleidingsconsulenten brengen de nodige papieren in orde. Een handige manier om praktijkervaring op te doen, waardevolle referenties te krijgen en connecties te leggen! 6. … Dit aan een uiterst scherpe prijs! Wist je dat het CVA elk jaar meer dan 12.000 studenten telt? Door die schaalgrootte kunnen we jouw cursus tegen een bijzonder scherpe prijs laten drukken en verzenden. Zonder in te boeten op de kwaliteit van het lesmateriaal. Het examen dat je aflegt op onze school is in je inschrijvingsgeld inbegrepen (inclusief herkansingen!). Geen verborgen kosten bij het CVA! Je kan mogelijk genieten van extra financiële voordelen bij je inschrijving, zoals de Ondernemerskorting voor startende ondernemers, korting indien meerdere familieleden dezelfde opleiding volgen, korting bij het volgen van een studietraject dat bestaat uit meerdere cursussen enz. Bel onze opleidingsconsulenten (03 292 33 30) tijdens je inschrijving om te weten voor welke korting jij in aanmerking komt.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
Overtuigd? Start vandaag nog! Schrijf je snel en eenvoudig in: Wie studeert aan het Centrum Voor Afstandsonderwijs heeft een streepje voor. Moderne werkgevers hechten veel belang aan permanente bijscholing en een praktijkgerichte kennis. Onze school bouwde in de loop der jaren op dit vlak een ijzersterke reputatie op. Alle diploma’s die je behaalt via het Centrum Voor Afstandsonderwijs zijn erkend, en verhogen je kansen op de arbeidsmarkt. Jouw keuze gemaakt? Dan hoef je je alleen nog in te schrijven. Je hebt hiervoor 3 opties: 1. Je vult het inschrijvingsformulier in op www.centrumvoorafstandsonderwijs.be 2. OF je mailt naar
[email protected] 3. OF je maakt gebruik van het inschrijvingsformulier op de volgende pagina (als je je rechtstreeks op één van onze locaties komt inschrijven). Je inschrijving is pas definitief nadat we ook je cursusgeld ontvangen. Het inschrijvingsgeld voor de cursus Kantoor BSO bedraagt €1490 en bevat de kostprijs van het cursusboek, de begeleiding van jouw docent en het proefexamen bij ons op school. Na ontvangst van je inschrijvingsgeld krijg je van ons een bevestigingsmail. Je krijgt je cursus dan binnen de week toegestuurd, zodat je meteen aan de slag kan! Veel succes!
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30
INSCHRIJVINGSFORMULIER KANTOOR BSO Naam: Voornaam: Straat + Huisnummer: Postcode + Gemeente: Telefoon: GSM: E-mailadres: Geboortedatum: Heb je bij ons al een cursus gevolgd?
JA - NEE
Wens je een factuur na je betaling?
JA - NEE
Bij ja, vul hier je bedrijfsnaam en BTW-nummer in: O Ik ga akkoord met de algemene voorwaarden zoals ze vermeld staan op onze website.
(handtekening)
Je inschrijving is pas definitief nadat we ook je inschrijfgeld ontvangen. Het inschrijvingsgeld voor de cursus Kantoor BSO bedraagt €1490 en bevat de kostprijs van de cursus, de begeleiding van je docent en je proefexamen bij ons op school.
Veel succes met je opleiding en je verdere carrière!
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] 03 292 33 30