Proefhoofdstuk Biologie TSO www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
Kom je cursus inkijken: Antwerpen, Frankrijklei 127, 2000 Gent, Oude Brusselseweg 125, 9050 Hasselt, Simpernelstraat 27, 3511 Brussel, Timmerhoutkaai 4, 1000 +32 3 292 33 30
[email protected] Maak van je opleiding biologie TSO een succes! Beste toekomstige student, Hartelijk dank voor je interesse in de opleiding biologie TSO aan het Centrum Voor Afstandsonderwijs. Op de volgende pagina’s vind je een hoofdstuk en de volledige inhoudstafel van deze thuisstudie terug. Ook krijg je alle nodige informatie over de werking van onze school. Neem deze info rustig door, zo krijg je een goed beeld van de inhoud van de cursus en weet je zeker dat je voor de opleiding kiest die het beste bij jou past. Noteer alvast dat alle diploma’s die je via het CVA behaalt erkend zijn en uitermate praktijk- en dus jobgericht! Heb je na het inkijken van dit proefhoofdstuk nog vragen? Geef ons gerust een seintje op het nummer +32 3 292 33 30 of mail ons op
[email protected]. Onze opleidingsconsulenten beantwoorden al jouw vragen en geven je persoonlijk advies omtrent je studiekeuze. Blader je graag door de volledige cursus? Ook dat kan. Het Centrum Voor Afstandsonderwijs geeft je op vier plaatsen in België de mogelijkheid om de cursussen geheel vrijblijvend in te kijken. Je kan de cursussen inkijken in de campussen van Het Centrum Voor Avondonderwijs VZW in Antwerpen, Gent en Hasselt of in Brussel. Je hoeft hiervoor geen afspraak te maken, kom gewoon vrijblijvend langs.
Ik wens je veel leesplezier en alvast veel succes met je studie!
Jo Vandevelde Opleidingsconsulent Centrum Voor Afstandsonderwijs
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
Biologie TSO: erkende opleiding en praktijkgerichte cursus
Deze moderne en praktijkgerichte opleiding kwam tot stand in samenwerking tussen het Centrum Voor Afstandsonderwijs en zelfstandige beroepsdeskundigen met jarenlange ervaring. Een duidelijke structuur maakt deze cursus zeer overzichtelijk. Op deze manier garanderen wij je een vlot studietraject. Op de volgende pagina’s vind je de volledige inhoudstafel van de opleiding en een gratis onderdeel uit de cursus terug.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
1
Het kleinste deeltje mens: de cel 1.1
De cel tot 1500 keer vergroot
1.2
De cel onder een superloupe
1.2.1 Het buitenste laagje van de cel 1.2.2 Een cel van een meercellig organisme eens dieper bekeken.
1.3
De stoffen in de cel
1.3.1 Water 1.3.2 Mineralen 1.3.3 Suikers als energiebron 1.3.4 Vetten 1.3.5 Eiwitten 1.3.6 De helpers bij de afbraak en opbouw. 1.3.7 De energieleverancier.
2
Bevruchting en geboorte bij de mens. 2.1
De noodzakelijke basis: het delen van de cel.
2.1.1 Het delen van de cel in twee identieke dochters. 2.1.2 De geslachtelijke voortplanting.
2.2
De bouw en de werking van de voortplantingsorganen.
2.2.1 Het basisverschil tussen man en vrouw. 2.2.2 Geslachtskenmerken die komen bij de puberteit. 2.2.3 We gedragen ons naar ons geslacht.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
2.3
Het ontstaan en werking van onze geslachtscellen.
2.3.1 Het ontstaan van de spermacellen. 2.3.2 De vorming van vrouwelijke geslachtscellen.
2.4
Geen zwangerschap zonder seks
2.4.1 Geslachtsgemeenschap 2.4.2 Zwangerschap hoeft niet altijd
2.5
De ontwikkeling van het kindje en zijn geboorte
2.5.1 De bevruchting van de eicel 2.5.2 De ontwikkeling van een eicel tot het begin van een mens 2.5.3 Hoe een hoopje cellen een echt mensje wordt 2.5.4 De geboorte 2.5.5 De eerste levensweken
2.6
Medische zorg bij de zwangerschap
2.6.1 Genetisch advies 2.6.2 Zwangerschapstesten
2.7
Wat als zwanger raken niet lukt?
2.7.1 Kunstmatige bevruchting, bijvoorbeeld IVF
3
De erfelijke informatie in de cel 3.1
Wat is precies DNA en RNA?
3.1.1 Hoe zijn ze opgebouwd?
3.2
DNA spreekt een codetaal.
3.3
Ze vermenigvuldigen zich
3.3.1 De genetische informatie wordt overgeschreven 3.3.2 De erfelijke informatie en zijn weg uit de celkern.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
3.4
Eiwittenketens als basis van leven
3.5
Even over onze genen.
3.5.1 Genen als dragers van kenmerken. 3.5.2 Mogelijke veranderingen in de genetische informatie.
4
Een diepere kijk op alles wat we geërfd hebben 4.1
Enkele basisbegrippen
4.1.1 Genen en allelen 4.1.2 Fenotype en genotype 4.1.3 Homozygoot en heterozygoot genotype 4.1.4 Dominante en recessieve allelen 4.1.5 Polygenie 4.1.6 Pleiotropie 4.1.7 Hypostasie en epistasie 4.1.8 Penetrantie 4.1.9 Expressiviteit 4.1.10 Cryptomerie 4.1.11 Letale allelen
4.2
De centrale figuur: Mendel
4.2.1 Waarmee het begon: het kruisen van erwtenplanten 4.2.2 Een kijk op één overgeërfd aspect per organisme 4.2.3 Een kijk op twee overgeërfde kenmerken
4.3
De bevindingen van T. Morgan.
4.3.1 Gekoppelde genen 4.3.2 Terugkruisen 4.3.3 Overkruising en onmogelijke combinaties www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
4.3.4 De genen in kaart gebracht
4.4
Een kijk op de erfelijkheid van de mens
4.4.1 Geslachtsgebonden overerving 4.4.2 Wat kan er allemaal mis gaan? 4.4.3 Genetische problemen die niet geslachtsgebonden zijn. 4.4.4 Soorten mutaties 4.4.5 Kanker als gevolg van mutaties en enkele herstelkansen
4.5
Biotechnologie en gentherapie
4.5.1 Genen van de een op de ander op een natuurlijke manier 4.5.2 Genen van de een op de ander op een kunstmatige manier 4.5.3 Enkele bemerkingen omtrent gentechnologie
5
Even iets over de evolutie van het eerste leven tot nu 5.1
Enkele aanduidingen dat er een evolutie was
5.1.1 Het bestaan van verschillende soorten 5.1.2 De paleontologie geeft ons wat hints 5.1.3 De geologie en biogeografie geven hints 5.1.4 De moleculaire biologie geeft hints
5.2
Verschillende theorieën over de evolutie
5.2.1 De theorie van Jean-Baptiste Lamarck 5.2.2 De theorie van Charles Darwin 5.2.3 Wat na Darwin?
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
5.3
De afstamming van de mens
5.3.1 De mens en de aap lijken op elkaar 5.3.2 Toch grote verschillen tussen de mens en de apen 5.3.3 De mensapen en de mens hebben dezelfde stamboom 5.3.4 Ooit werd de aap meer mens 5.3.5 Hoe hebben de bijna – mensen zich verder ontwikkeld?
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
HOOFDSTUK 3: DE ERFELIJKE INFORMATIE IN DE CEL De erfelijke informatie van een cel zit in het DNA. We hebben al gezien dat dit zich verdubbelt bij de celdeling. We moeten even dieper ingaan op het begrip DNA.
3.1 Wat zijn DNA en RNA precies? DNA is de drager van genetische informatie in zowat alle levende organismen. RNA dient voor het kopiëren van genetische informatie dat in het DNA ligt. Het DNA wordt ‘overgeschreven’ op RNA om zo celdeling mogelijk te maken. DNA en RNA lijken heel sterk op elkaar. Toch is er een klein verschil: DNA heeft als suiker desoxyribose (de D in DNA), RNA heeft ribose als suiker (de R in RNA).
3.1.1 Hoe zijn ze opgebouwd? DNA en RNA zijn nucleïnezuren. Beiden zijn ongeveer op dezelfde wijze opgebouwd. De bouwstructuren kunnen afgebroken worden via hydrolyse. Hierbij wordt H2O toegevoegd. De keten splitst zich in aparte bouwstenen, de nucleotiden.
TIP! Kijk eens terug naar hoofdstuk 1. Daarin heb ik ook gesproken over hydrolyse en nucleotiden!
Een nucleotide bestaat uit drie molecuulgroepen. Een suiker, een fosforzuur en een base. Door het afsplitsen van watermoleculen komen deze drie groepen aan elkaar vast te zitten.
TIP! In hoofdstuk 1 heb ik uitgebreid gesproken over het afsplitsen van watermoleculen. Zo kunnen lange ketens gemaakt worden. Ben je niet meer helemaal zeker van het verloop van het proces? Neem dan dat hoofdstuk er even bij!
De volgende tekening geeft een overzicht van de bouwstenen van nucleotiden. Zoals eerder gezegd is het suiker bij DNA desoxyribose en bij RNA ribose.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
De basen A, C, G en T kan je als volgt driedimensionaal voorstellen:
A
G
C
T
De nucleotiden van DNA en RNA bestaan altijd uit een combinatie van deze bouwstenen. Hieronder enkele voorbeelden van hoe een DNA- of RNA-nucleotide er zou kunnen uitzien.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
Nu weten we hoe zo’n klein bouwsteentje er uit ziet. Nucleotiden zijn op hun beurt de bouwstenen van grote, lange ketens. Nucleotiden kunnen aan elkaar koppelen door het afsplitsen van watermoleculen. Tussen het fosforzuur en de suikermolecule komt dan de watermolecule los. Zo ontstaat er een suikerfosfaatskelet. Daaraan binden de basen. Het geheel noemen we een polynucleotide keten. Dit skelet, in feite een lange keten, is de basis van RNA en DNA.
Eenvoudigere voorstelling:
Een RNA-molecule heeft één polynucleotide keten. Het bevat een suiker-fosfaatskelet met daarop de basen. Je zou dit als volgt kunnen voorstellen:
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
Een DNA-molecule heeft twee complementaire polynucleotide ketens. De twee ketens hangen aan elkaar vast via waterstofbruggen tussen de basen. A hangt altijd vast aan T en G aan C. Een DNA-molecule heeft dus twee strengen. Deze strengen vormen samen een soort wenteltrap: een dubbele helix.
Een meer vereenvoudigde tekening van DNA:
3.2
DNA spreekt een codetaal
De erfelijke informatie in het DNA is een handleiding voor de productie van eiwitten. Eiwitten kunnen opgebouwd worden uit 20 verschillende aminozuren.
TIP! Neem hoofdstuk 1 er even bij. Daarin werd uitgelegd hoe eiwitten eruit zien en wat ze precies doen!
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
De volgorde van de nucleotiden bepaalt de volgorde van de aminozuren in de eiwitketen. Je kan de volgorde van nucleotiden vertalen naar de volgorde van de aminozuren. Je moet daarvoor natuurlijk de vertaalsleutel vinden. In het DNA zit dus een genetische code voor de aanmaak van eiwitten. Er zijn 20 verschillende aminozuren en maar 4 verschillende nucleotiden. Op welke manier kunnen nucleotiden dan al die aminozuren correct coderen? Wel, als er telkens drie nucleotiden samen komen om één aminozuur te coderen dan komt dat dik in orde! Zo’n drie opeenvolgende nucleotiden noemen we een triplet. Vaak zijn het verschillende sequenties van nucleotiden die één aminozuur bepalen.
De genetische code is universeel. De mens heeft dus dezelfde genetische code als een bacterie. Een DNA-molecule kan informatie in code opslaan. Heel concreet bevat ze gecodeerde informatie over de vorming van eiwitten. We zeggen ook vaak dat DNA de drager van genetische informatie is. Om echt drager te kunnen zijn, moet DNA nog twee andere eigenschappen hebben: 1. Het moet zichzelf kunnen vermenigvuldigen. Zoals we al zagen, is dit in orde. 2. De code moet ook gelezen en vertaald kunnen worden. Op deze manier kan er ook echt een eiwit gevormd worden. Ongeveer 2% van het menselijk DNA heeft een coderende functie. Zij regelen de aanmaak van eiwitten. De rest is niet-coderend DNA. Dit DNA repliceert zichzelf, maar zal niet aanzetten tot de aanmaak van eiwitten. Onderzoekers zijn er nog steeds niet uit of en welke rol dit DNA speelt in ons lichaam.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
3.3
Ze vermenigvuldigen zich
Een DNA-molecule kan niet alleen informatie opslaan, ze kan deze informatie ook kopiëren en doorgeven.
3.3.1
De genetische informatie wordt overgeschreven
Om genetische informatie te kunnen doorgeven aan een dochtercel moet deze informatie gekopieerd worden. Vooraleer de celdeling begint, verdubbelt de DNA-molecule. Dit is DNA-replicatie.
Eerst maken de twee strengen zich los van elkaar. De waterstofbruggen tussen de basenparen gaan stuk. Zo ontstaan er twee losse strengen. Op elke losse streng zullen nieuwe nucleotiden vastklikken. Steeds zal een nucleotide vasthangen aan een ander met een complementaire base. De nieuwe nucleotiden bewegen zich vrij rond in het cytoplasma. Elke cel heeft een extra voorraadje nucleotiden. De nucleotiden gaan door het kernmembraan naar de kern en zullen daar meewerken aan de DNA-replicatie.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
Onder invloed van DNA-polymerase, een enzym, zullen de losse nucleotiden ook strengen vormen. Zo ontstaan er twee dubbele strengen van genetisch materiaal. Deze twee strengen zijn identiek. Elke dochtercel krijgt er één. De dochtercellen zijn genetisch dus ook identiek.
3.3.2 De erfelijke informatie en zijn weg uit de celkern Het DNA zit in de celkern. Dit DNA bevat de code voor de opbouw van eiwitten. Deze opbouw van eiwitten gebeurt in de ribosomen. Hoe kan de erfelijke informatie van de celkern in de ribosomen geraken? Het DNA zelf kan immers de kern niet verlaten… Als een bepaald eiwit gemaakt moet worden, zullen chemische prikkels het DNA stimuleren. Alleen het stukje DNA dat de codering bevat voor dat precieze eiwit wordt geprikkeld. Enkel het juiste stukje DNA wordt geactiveerd. Van dit stukje wordt een afdruk gemaakt, die sterk op het origineel lijkt en dezelfde genetische informatie heeft. Het maken van deze afdruk verloopt grotendeels hetzelfde als de DNA-replicatie. Toch zijn er ook enkele verschillen. 1. De vrije nucleotiden bevatten ribose (als suiker) en geen desoxyribose. 2. A bindt aan U en niet aan T Er ontstaat geen complementaire DNA-streng maar een RNA-molecule.
TIP! In het begin van dit hoofdstuk heb ik verteld over het verschil tussen DNA en RNA.
Dit RNA is boodschapper-RNA, afgekort mRNA (messenger-RNA). Dit mRNA wordt ook via transcriptie gevormd. Bij transcriptie ‘opent’ de DNA-molecule. Er ontstaan twee losse strengen. Het aflezen van de genetische informatie van één streng is nu mogelijk. Op zo één streng komen de nucleotiden te zitten die complementair zijn aan de basen op de streng. Deze vrije nucleotiden, die aan de basen gekoppeld zijn, worden een nieuwe enkelvoudige streng, het mRNA. Deze streng is een perfecte afdruk van de genetische informatie op het DNA. Een triplet in het mRNA wordt een codon genoemd. Zo’n codon is complementair ten opzichte van het DNA. De mRNA molecule komt los van het DNA en kan door de poriën van het kernmembraan naar de andere delen van de cel. Zo kunnen de juiste eiwitten in de ribosomen gemaakt worden.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
3.4
Eiwitketens als basis van leven
mRNA zorgt ervoor dat de juiste eiwitketens gemaakt worden. Onze genetische informatie geeft de aanzet, maar hoe maken de ribosomen dit werk af? Eiwitten worden in de ribosomen gemaakt. Ribosomen bestaan uit een groot en een klein deel. Beiden delen komen los van een elkaar voor in de cel. Beide delen bevatten RNA-moleculen en eiwitten. Door het mRNA zetten de eiwitten zich vast op het RNA. Zo ontstaan actieve ribosomen. Zij kunnen beginnen aan hun dagtaak.
Op basis van de informatie in het mRNA rijgen de ribosomen aminozuren aan elkaar. Zo ontstaan eiwitten. Dit proces noemt men translatie. De informatie van het mRNA wordt vertaald naar een bepaalde volgorde van
aminozuren.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
Het hele proces kan voorgesteld worden zoals de afbeelding hiernaast: Aminozuren zitten los in de cel. Een ander type RNA, het tRNA of transfer-RNA brengt de aminozuren naar de ribosomen. Het tRNA herkent het aminozuur met het corresponderende deeltje op de mRNA-streng. De structuur van het tRNA is aangepast aan deze speciale werking. Zo ziet een tRNA-molecule er uit:
Bovenaan zit de leeskop die bestaat uit drie nucleotiden. De nucleotiden vormen een triplet, het anticodon. Met dit kopje kan de informatie op de mRNA-streng worden afgetast. Na wat zoeken wordt dan het passende codon gevonden. Het uiteinde van het tRNA heeft een bindingsplaats voor een aminozuur. Zo bindt het tRNA met een aminozuur dat bij het triplet van nucleotiden hoort. Via het tRNA wordt het juiste aminozuur op het mRNA triplet gezet.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
De koppeling tussen het tRNA en het aminozuur gebeurt onder invloed van een vertaalenzym. Dit zijn moleculen die twee talen spreken. Enerzijds kennen ze de nucleotidetaal, anderzijds de aminozuurtaal van de eiwitten. De vertaalenzymen zorgen ervoor dat de juiste eiwitten gemaakt worden. Zij moeten immers de vele nucleotidetripletten koppelen aan de bijhorende aminozuren. Het hele proces kan zo voorgesteld worden:
Eens het vertaalenzym zijn werk heeft gedaan, gaat het proces verder. De aan elkaar gekoppelde aminozuren en tRNA gaan zich vasthechten aan het mRNA. Het codon van het mRNA zal zich vasthechten aan het corresponderende anticodon van het tRNA. Er ontstaat dus opnieuw een afdruk. Zo kan de oorspronkelijke genetische informatie van het DNA gevonden worden. Door de koppeling van het tRNA aan het mRNA worden de aminozuren in de juiste volgorde geplaatst. Een ander enzym zorgt ervoor dat de aminozuren aan elkaar gekoppeld kunnen worden. De binding tussen het aminozuur en het tRNA wordt verbroken.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
Het hele proces van de eiwitsynthese wordt schematisch voorgesteld op de afbeelding op de volgende pagina.
Verschillende ribosomen kunnen tegelijkertijd eiwitten maken. Verschillende ribosomen kunnen vetrekken van hetzelfde mRNA om identieke eiwitten te produceren. Eens het eiwit gevormd is, komt het in het endoplasmatisch reticulum (ER) terecht.
TIP! In het eerste hoofdstuk heb ik over het endoplasmatisch reticulum en het Golgiapparaat gesproken. Neem dat hoofdstuk erbij voor meer uitleg.
In het endoplasmatisch reticulum worden eiwitten verder verwerkt. Van daaruit worden ze naar het Golgiapparaat vervoerd. Deze verdere verwerking is nodig. De eiwitketens die de ribosomen maken zijn nog niet klaar voor gebruik. Het eiwit moet op een bepaalde manier opgevouwen worden om echt te kunnen werken. Dat opvouwen gebeurt in het endoplasmatisch reticulum.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
Eiwitketens zijn gevormd en ze zijn actief. Dit is evenwel niet het laatste dat er te zeggen valt over de eiwitten. Eiwitten hebben namelijk vier soorten structuren. 1. Primaire structuur: dit duidt gewoon op de volgorde van de aminozuren. Zij bepalen welk eiwit het is. 2. Secundaire structuur: vaak zullen de ketens van aminozuren verdichten tot een soort spiraal- of dakstructuur. 3. Tertiaire structuur: hierbij is de eiwitketen opgevouwen tot een zeer complexe driedimensionale structuur. 4. Quarternaire structuur: bij deze structuur worden tertiaire structuren samen gebracht in een nog complexere structuur. Een mooi voorbeeld is hemoglobine in het bloed. Vier hemoglobineeenheden verenigen zich en vormen samen een actieve molecule.
3.5
3.5.1
Even over onze genen
Genen als dragers van kenmerken
Genetische informatie zit in het DNA onder de vorm van genen. Een gen is een stukje van een DNAmolecule dat bestaat uit een aantal tripletten/codogenen. De genen coderen de vorming van een bepaald eiwit. Het eiwit is verantwoordelijk voor het uitkomen van een erfelijke eigenschap. Het gevormde eiwit kan bijvoorbeeld zorgen voor de kleur van bloemblaadjes. Als het eiwit niet gevormd wordt, komen er bloemen met een afwijkende kleur.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
Meestal zijn er meerdere eiwitten en meerdere genen nodig voor één erfelijk kenmerk. Een bepaald uiterlijk kenmerk is immers het gevolg van een hele rits aan chemische reacties.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
3.6 Vragenreeks 1) Wat hoort bij elkaar? Zet de letter bij het juiste cijfer in het kadertje. 1. desoxyribose
a. G
2. A
b. corepressor
3. C
c. specifieke drager erfelijke informatie
4. DNA – polymerase
d. U
5. codon
e. DNA
6. codogen
f. mRNA
7. histidine
g. bij DNA-replicatie kunnen de vrije nucleotiden een streng vormen
1
2
3
4
5
6
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
7
2) Kies het juiste antwoord. Zet het juiste lettertje in het kader. 1) Het DNA bestaat uit: a. 100% coderend DNA b. 20 % coderend en 80 % niet coderend DNA c. 2 % coderend en 98 % niet coderend DNA 2) Het maken van een ‘afdruk’ van het DNA volgt het volgende proces: a. Loskomen van de 2 DNA strengen – vrije nucleotiden met complementaire basen hechten zich aan de losse streng – de vrije nucleotiden vormen een nieuwe streng – er ontstaat een nieuwe dubbele helix b. Loskomen van de 2 DNA strengen – vrije nucleotiden met complementaire basen hechten zich aan de losse streng – de vrije nucleotiden vormen een nieuwe streng – de nieuw gevormde streng komt los, dit is de afdruk
van
het
DNA
en
bevat
dezelfde
genetische
informatie
c. Loskomen van de 2 DNA strengen – vrije nucleotiden met complementaire basen hechten zich aan de losse streng – de vrije nucleotiden vormen een nieuwe streng – de nieuw gevormde streng komt los, dit is de afdruk van het DNA en bevat andere genetische informatie 3) Het anticodon op de tRNA-molecule heeft de volgende fucntie: a. het hecht vast aan het juiste aminozuur b. het hecht vast aan het juiste codon op het DNA c. het hecht vast aan het juiste codon op het mRNA 4) als een meercellig organisme een inductor nodig heeft om enzymen te produceren dan staat deze onder: a. negatieve controle b. positieve controle c. externe controle Vraag 1
Vraag 2
Vraag 3
Vraag 4
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
3) Juist of fout? 1) In een DNA-molecule hangen de twee polynucleotide ketens via de basen aan elkaar vast. Juist/fout 2) Elk aminozuur wordt door slechts één triplet bepaald. Juist/fout 3) Na de DNA-replicatie zijn er twee dubbele DNA strengen. Deze zijn verschillend van elkaar. Juist/fout 4) Translatie is een proces waarbij, in de ribosomen, mRNA vertaald wordt in de aanmaak van aminozuren. Juist/fout 5) tRNA is een soort sleutel die het mRNA verbindt met het juiste aminozuur. Juist/ fout 6) Als de ribosomen eiwitketens hebben gemaakt, zijn deze meteen functioneel. Juist/fout 7) Alle cellen in het menselijk lichaam hebben identieke genen. Toch heeft de mens verschillende celtypen omdat bepaalde genen inactief gemaakt worden. Juist/fout
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
Afstandsonderwijs = studeren op je eigen tempo
Een thuisstudie volgen aan het Centrum Voor Afstandsonderwijs is de meest flexibele manier om je erkend diploma te behalen. Met een thuiscursus start je namelijk wanneer het jou het beste uitkomt. Je studeert waar en wanneer je wil, en legt examen af wanneer jij er klaar voor bent. Erg handig als jouw leven meer is dan studeren alleen! Tijdens je studie kan je rekenen op de professionele begeleiding van een persoonlijke docent. Met de taken die je docent aan elk hoofdstuk heeft toegevoegd, oefen je jezelf in de praktijk, en bereid je je optimaal op het examen voor. Heb je vragen, of wil je je gemaakte oefeningen uit de cursus laten verbeteren? Dan stuur je je docent een mailtje via het online leerplatform (je krijgt een toegangscode bij inschrijving). In het inschrijvingsgeld is twaalf maanden begeleiding van je docent inbegrepen. Klaar met studeren? Dan leg je examen af op één van onze examenlocaties in Antwerpen, Brussel, Gent of Hasselt. Je hebt vijf jaar de tijd om je examen af te leggen en je beslist zelf wanneer je dit wil doen. Dit kan bijvoorbeeld al na drie maanden, maar ook na een jaar; de keuze is aan jou! Geslaagd? Dan krijg je je diploma binnen de 14 dagen. Je kan hiermee meteen solliciteren als werknemer of als zelfstandige starten (mits je ook een attest bedrijfsbeheer hebt). Al onze diploma’s zijn erkend en zijn een fikse meerwaarde op de arbeidsmarkt. Niet van de eerste keer geslaagd? Geen nood. Je kijkt je examen in, en leert van je fouten. Vervolgens mag je gratis herexamen afleggen. Examen afleggen is trouwens nooit verplicht.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
Zes ijzersterke redenen om te studeren aan het CVA 1. Je behaalt een erkend diploma Het Centrum Voor Afstandsonderwijs bezit het ISO 9001-2008 certificaat. Dit is een onafhankelijk kwaliteitslabel dat elk jaar opnieuw, na een grondige audit, moet worden toegekend. Zowel ons cursusmateriaal als de docenten en de secretariaatswerking kregen en krijgen een positieve beoordeling. Dit is jouw beste garantie voor een kwaliteitsvolle en degelijke opleiding. Het Centrum Voor Afstandsonderwijs is door een groot aantal beroepsfederaties erkend. Je kan je met je diploma bij deze federaties aansluiten en genieten van allerlei voordelen. Bij werkgevers in verschillende sectoren heeft het diploma een grote troef bij je sollicitatie en biedt het je vaak werkzekerheid. Bovendien zijn onze diploma’s internationaal erkend door de International Association of Professional Education (IAPE), die alle beroepsopleidingen wereldwijd registreert en accrediteert. De IAPE controleert en beoordeelt de kwaliteit van professioneel onderwijs van instellingen zoals universiteiten, hogescholen, publieke en private opleidingsverstrekkers, docenten en onderwijsinstellingen voor volwassenen. 2. Je kiest voor een praktijk- en jobgerichte opleiding Al onze opleidingen en cursussen worden ontwikkeld en geschreven door zelfstandige specialisten met jarenlange beroepservaring. Je gaat er meteen mee aan de slag. Dankzij onze jarenlange ervaring weten we precies welke onderwerpen, extra uitleg of praktijkvoorbeelden het verschil maken. Hierdoor bereik je snel je doel: je carrière een boost geven of een nieuwe job vinden. Het contact tussen jou en je docent is maximaal door gebruik van ons online studentenplatform. Al je vragen zullen binnen de 48 uren worden beantwoord. Momenteel is er in het bedrijfsleven veel vraag naar goed opgeleide werknemers. Het diploma dat je behaalt is een internationaal erkend diploma. Deze cursus biedt daarom zeer goede perspectieven op de arbeidsmarkt en een groot voordeel tijdens je sollicitatie. Veel afgestudeerde studenten startten reeds hun eigen succesvolle zaak na het volgen van een opleiding bij het CVA. Wij zijn dan ook een echte ondernemersschool die startende
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
ondernemers met veel plezier begeleidt in hun eerste stappen naar een carrière als zelfstandig ondernemer. 3. Je kiest voor maximale flexibiliteit Thuisstudie is uiterst flexibel. Jij bepaalt zelf wanneer je studeert, hoe lang, en wanneer je examen aflegt. Je hebt je toekomst dus zélf in de hand! Ideaal als je je studie wil combineren met een job, kinderen of andere activiteiten. 4. Je weet zeker dat je de opleiding kiest die bij je past Nog vragen? Extra informatie nodig? Kom dan gewoon langs op één van onze inkijklocaties (Antwerpen, Brussel, Gent, Hasselt) voor een adviserend gesprek met één van onze professionele opleidingsconsulenten. Zij helpen jou met veel plezier bij het ontwikkelen van een studietraject dat volledig aan jouw eisen en wensen voldoet. Je kan er ook je volledige cursus inkijken! 5. Je kan boeiende stages lopen Het CVA helpt je carrière op weg! Heel wat studenten kiezen ervoor om tijdens hun opleiding stage te lopen, ook al is dat in de meeste gevallen geen verplichting. Je docent begeleidt je in jouw keuze van een stageplaats en jouw opleidingsconsulenten brengen de nodige papieren in orde. Een handige manier om praktijkervaring op te doen, waardevolle referenties te krijgen en connecties te leggen! 6. … Dit aan een uiterst scherpe prijs! Wist je dat het CVA elk jaar meer dan 12.000 studenten telt? Door die schaalgrootte kunnen we jouw cursus tegen een bijzonder scherpe prijs laten drukken en verzenden. Zonder in te boeten op de kwaliteit van het lesmateriaal. Het examen dat je aflegt op onze school is in je inschrijvingsgeld inbegrepen (inclusief herkansingen!). Geen verborgen kosten bij het CVA! Je kan mogelijk genieten van extra financiële voordelen bij je inschrijving, zoals de Ondernemerskorting voor startende ondernemers, korting indien meerdere familieleden dezelfde opleiding volgen, korting bij het volgen van een studietraject dat bestaat uit meerdere cursussen enz. Bel onze opleidingsconsulenten (03 292 33 30) tijdens je inschrijving om te weten voor welke korting jij in aanmerking komt.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
Overtuigd? Start vandaag nog! Schrijf je snel en eenvoudig in: Wie studeert aan het Centrum Voor Afstandsonderwijs heeft een streepje voor. Moderne werkgevers hechten veel belang aan permanente bijscholing en een praktijkgerichte kennis. Onze school bouwde in de loop der jaren op dit vlak een ijzersterke reputatie op. Alle diploma’s die je behaalt via het Centrum Voor Afstandsonderwijs zijn erkend, en verhogen je kansen op de arbeidsmarkt. Jouw keuze gemaakt? Dan hoef je je alleen nog in te schrijven. Je hebt hiervoor 3 opties: 1. Je vult het inschrijvingsformulier in op www.centrumvoorafstandsonderwijs.be 2. OF je mailt naar
[email protected] 3. OF je maakt gebruik van het inschrijvingsformulier op de volgende pagina (als je je rechtstreeks op één van onze locaties komt inschrijven). Je inschrijving is pas definitief nadat we ook je cursusgeld ontvangen. Het inschrijvingsgeld voor de cursus biologie TSO bedraagt €190 en bevat de kostprijs van het cursusboek, de begeleiding van jouw docent en het (her)examen bij ons op school. Na ontvangst van je inschrijvingsgeld krijg je van ons een bevestigingsmail. Je krijgt je cursus dan binnen de week toegestuurd, zodat je meteen aan de slag kan! Veel succes!
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30
INSCHRIJVINGSFORMULIER THUISSTUDIE BIOLOGIE TSO Naam: Voornaam: Straat + Huisnummer: Postcode + Gemeente: Telefoon: GSM: E-mailadres: Geboortedatum: Heb je bij ons al een cursus gevolgd?
JA - NEE
Wens je een factuur na je betaling?
JA - NEE
Bij ja, vul hier je bedrijfsnaam en BTW-nummer in: O Ik ga akkoord met de algemene voorwaarden zoals ze vermeld staan op onze website.
(handtekening)
Je inschrijving is pas definitief nadat we ook je inschrijfgeld ontvangen. Het inschrijvingsgeld voor de cursus toegepaste biologie TSO bedraagt €190 en bevat de kostprijs van de cursus, de begeleiding van je docent en je examen bij ons op school (en eventuele herexamens).
Veel succes met je opleiding en je verdere carrière!
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected] +32 3 292 33 30