PRIMA aanpak van pesten voor scholen Werkblad beschrijving interventie
Gebruik de HANDLEIDING bij dit werkblad
Voor meer informatie en contact www.nji.nl/jeugdinterventies
[email protected] www.ncj.nl/onderwerpen/233/erkenningscommissie-interventies www.movisie.nl/effectievesocialeinterventies www.effectiefactief.nl
[email protected]
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Colofon Ontwikkelaar / licentiehouder van de interventie Naam VeiligheidNL Adres Rijswijkstraat 2 Postcode 1059 GK Plaats Amsterdam E-mail Telefoon 020-511 4511 Fax Website PRIMA.veiligheid.nl (van de interventie) Contactpersoon Vul hier de contactpersoon voor de interventie in, wanneer deze afwijkt van de ontwikkelaar of licentiehouder Naam Zeina Bassa Adres Rijswijkstraat 2 Postcode 1059 GK Plaats Amsterdam E-mail
[email protected] Telefoon 020-511 4582 Fax
Referentie in verband met publicatie Naam auteur Titel interventie Databank(en) Plaats, instituut Datum
Het Werkblad moet een samenvatting van de beschikbare schriftelijke informatie zijn en geeft informatie over de interventie die van belang is voor de beoordeling van de kwaliteit, effectiviteit en randvoorwaarden van de interventie. Daarnaast is de informatie bedoeld voor bezoekers van de databank(en) van de samenwerkende organisaties. Het Werkblad is een invulformulier, geordend naar onderwerp (doelgroep, doel enzovoort). De onderwerpen volgen de criteria voor beoordeling. Kijk in de handleiding die bij dit werkblad hoort ter ondersteuning bij het invullen van dit werkblad.
Dit is een gezamenlijk werkblad van de volgende organisaties
2
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Inhoud Colofon .................................................................................................................................................................. 2 Samenvatting ........................................................................................................................................................ 4 Uitgebreide beschrijving ...................................................................................................................................... 6 1. Probleemomschrijving .......................................................................................................................... 6 2. Beschrijving interventie ........................................................................................................................ 8 3. Onderbouwing ......................................................................................................................................19 4. Uitvoering ............................................................................................................................................ 23 5. Onderzoek naar praktijkervaringen ................................................................................................... 26 6. Onderzoek naar de effectiviteit ........................................................................................................... 27 7. Aangehaalde literatuur ........................................................................................................................ 29
3
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Samenvatting Eén A-4tje, maximaal 400 – 600 woorden
Doelgroep Leerlingen in het reguliere basisonderwijs in Nederland. Secundaire doelgroep: Ouders van leerlingen in het reguliere basisonderwijs worden betrokken bij de PRIMA-aanpak d.m.v. bijvoorbeeld voorlichting Intermediaire doelgroep: • Leerkrachten in het reguliere basisonderwijs in Nederland voeren de PRIMA-aanpak uit op school • Overig schoolpersoneel in het reguliere basisonderwijs kan o.a. helpen bij het naleven van de schoolregels en de surveillance Doel Het einddoel van de interventie is het voorkomen van pesten en het verminderen van het aantal basisschoolleerlingen dat gepest wordt of pest. Aanpak De activiteiten vinden plaats op drie niveaus: • Op schoolniveau, o.a. door het instellen van een Kernteam Pesten, het opstellen van een anti-pestbeleid, het verzorgen van een ouderavond of startersbijeenkomst en het afnemen van de Pestmeter – leerkrachten en Pestmeter – ouders. • Op groepsniveau, o.a. door het afnemen van de Pestmeter - leerlingen, het opstellen en regelmatig bespreken van afspraken over pesten in de groep en het volgen van een lessenserie • Op individueel niveau maatregelen om pesten te stoppen, o.a. door een werkwijze bij het signaleren, onderzoeken en behandelen van pestincidenten
Materiaal Bij de PRIMA aanpak horen een aantal handleidingen en materialen: • Handleiding voor scholen • Leerlingenboekje dat aansluit op de film Spijt! • PRIMA-Pestmeter en sociogram voor leerlingen • PRIMA-Pestmeter voor leerkrachten incl. adviezen en tools • PRIMA-Pestmeter voor ouders • E-learning module • Website: prima.veiligheid.nl
Onderbouwing Pesten is een probleem waarbij de sociale omgeving van kinderen op school een grote rol speelt. Door deze sociale omgeving te betrekken bij het veranderen van de situatie en door het opstellen en consequent naleven van duidelijke regels, kan pesten op scholen verminderd en voorkomen worden. De PRIMA aanpak is gebaseerd op het effectieve Bullying prevention program van Olweus (1993). Uit effectonderzoek bleek deze Nederlandse PRIMA aanpak effectief. Omdat borging van de activiteiten op scholen niet vanzelfsprekend was is vervolgens een uitgebreide vierjarige proefimplementatie gestart, met intensieve begeleiding en 4
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
implementatie door GGD/OBD. Effectonderzoek daarbij liet gunstige resultaten zien. Echter, het PRIMA traject was erg intensief en kostbaar. Daarom is de PRIMA aanpak doorontwikkeld tot een beter toepasbare interventie. De kern van de interventie is gelijk gebleven. Om de toepasbaarheid te vergroten wordt PRIMA aangeboden als pakket waarbij scholen activiteiten kunnen kiezen die aansluiten bij hun situatie. De intensieve begeleiding door een externe begeleider is niet meer verplicht en daarvoor in de plaats is een uitgebreide E-learning module gekomen die de kwaliteit van de uitvoering door leraren moet verbeteren. De vernieuwde PRIMA aanpak past goed binnen de Gezonde School aanpak.
Onderzoek Er is nog geen effectonderzoek gedaan naar de aangepaste versie van PRIMA. Wel is er een onderzoek uitgevoerd naar het gebruik en de waardering van het PRIMA basispakket (het lespakket en de Pestmeter voor leerlingen). Uit dit onderzoek komt naar voren dat doordat het PRIMA basispakket is gekoppeld aan de film Spijt! en de film nog niet op DVD was uitgekomen ten tijde van het onderzoek helaas nog niet veel respondenten gebruik hebben gemaakt van het PRIMA basispakket. Ondanks dit gegeven zijn de meeste respondenten wel positief over het PRIMA basispakket en zeker van plan om het te gaan gebruiken.
5
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Uitgebreide beschrijving
1. Probleemomschrijving Probleem Voor welk probleem of risico is de interventie ontwikkeld? Omschrijf aard en ernst van het probleem. Pesten is een stelselmatige vorm van agressie waarbij één of meer personen proberen een andere persoon fysiek, verbaal of psychologisch schade toe te brengen. Bij pesten is de macht ongelijk verdeeld (Van RooijenMutsaers, 2012). Daarnaast is het van belang dat pesten vaak gebeurt zonder dat de gepeste dit uitlokt. Uitingsvormen van pesten zijn: • Verbaal pesten: uitschelden, belachelijk maken en/of gemene dingen zeggen • Fysiek pesten: slaan, schoppen en/of knijpen. • Psychisch pesten; roddelen, iemand buitensluiten en/of leugens over een ander vertellen • Cyberpesten: het verspreiden nare berichten, vervelende foto’s of persoonlijke informatie over iemand via de mobiele telefoon of internet. Helaas komt pesten veel voor op scholen (van Dorst et al, submitted) vooral onder kinderen van 8 tot 12 jaar (Zeijl et al., 2005). Uit een inventarisatie van Görts & Jonker (2001) bleek dat scholen behoefte hebben aan begeleiding bij de aanpak van pesten en dat zij pesten zien als een van de belangrijkste gezondheidsthema’s. Uit een onderzoek, uitgevoerd door TNO Preventie en Gezondheid tussen 1999 en 2001, is gebleken dat een anti-pestbeleid effect kan hebben maar dat de continuering van het beleid gewenst is (Fekkes et al., 2005). Daarom heeft het NIGZ samen met TNO Kwaliteit van Leven (TNO KvL) het initiatief genomen om een landelijk antipestprogramma, de PRIMA-aanpak, te ontwikkelen. Deze aanpak is gebaseerd op het anti-pestprogramma van Dan Olweus. Dit Noorse programma is onder andere in Noorwegen, Canada, Finland en België ingevoerd en onderzocht op effectiviteit en implementeerbaarheid.
Spreiding Hoe vaak komt het probleem voor en bij wie (demografische en geografische spreiding)? Pesten komt zowel op de basisschool als in het voortgezet onderwijs vaak voor. Ruim een kwart van de scholieren pest af en toe. Ruim 10 procent van de leerlingen op de basisschool zegt in de afgelopen maanden gepest te zijn. Scholieren van het voortgezet onderwijs worden naar eigen zeggen minder gepest. Zo'n 6 procent zegt in de voorgaande periode gepest te zijn (Dorsselaer et al., 2010). Van alle kinderen tussen de 8 en 12 jaar geeft 10% aan vaak gepest te worden en nog eens 25 % wordt naar eigen zeggen soms gepest (Zeijl et al., 2005). Het aantal kinderen dat pest is de afgelopen jaren licht gedaald. Ruim 6 procent van de leerlingen zegt vaak te pesten, dit percentage is in het voortgezet onderwijs iets hoger dan binnen het basisonderwijs (Dorsselaer et al., 2010). Opvallend is dat de percentages pesters hoger zijn dan de percentages gepesten. Dit kan inhouden dat bij pesten vaak eenlingen het slachtoffer zijn van een groep. Het kan ook betekenen dat naarmate jongeren ouder worden er een grotere gêne bestaat om toe te geven dat zij gepest worden. Een nieuwe vorm van pesten is digitaal pesten. In 2007 maakte 56 procent van de jongeren zich minstens één keer per maand schuldig aan een vorm van online pesten, blijkt uit de Monitor Jongeren en Internet (Rooij en van Eijnden, 2007). 6
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Uit een onderzoek in 40 Europese landen blijkt dat pesten onder kinderen en jongeren overal voorkomt (Craig et al, 2009). Volgens dit onderzoek worden Nederlandse jongens en meisjes op de basisschool even vaak gepest, maar zijn jongens vaker pesters dan meisjes (Dorsselaar, 2007).
Gevolgen Wat zijn de mogelijke gevolgen (immaterieel en materieel) als er nu niet wordt ingegrepen (zowel voor de doelgroep als in maatschappelijke zin)? Pesten kan negatieve gevolgen hebben voor de gezondheid van kinderen: uit verschillende onderzoeken blijkt dat er een sterk verband is tussen gepest worden en een grote verscheidenheid aan psychosomatische klachten en depressie. Kinderen die gepest worden, hebben vaker gezondheidsklachten, zoals hoofdpijn, buikpijn, bedplassen en slaapproblemen dan kinderen die niet gepest worden (Williams et al, 1996; Fekkes et al, 2004), en hebben ze zes maal zo vaak een zware indicatie voor depressie (Fekkes et al, 2004). Een andere studie laat zien dat ook pesters hoog scoren op depressiviteit (Salmon et al, 1998). Kaltiala-Heino et al (2000) laten zien dat gepest worden samenhangt met bang zijn en depressiviteit en bij jongens met eetproblemen en dat zelf pesten samenhangt met excessief drinkgedrag en bij meisjes met eetproblemen. Olweus (1993, 1994) stelt dat pesten een onderdeel is van een meer algemeen anti-sociaal gedragspatroon: zo zijn jongens op de basisschool pestgedrag vertonen als jongvolwassenen vier keer zo vaak betrokken zijn bij criminele activiteiten en alcoholmisbruik vergeleken met niet-pestende jongens.
7
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
2. Beschrijving interventie
Het werkblad is ook geschikt voor een samenvattende beschrijving van complexe of samengestelde interventies. Dit zijn interventies die uit twee of meer afzonderlijke onderdelen bestaan. Denk aan interventies met aparte onderdelen voor verschillende doelgroepen, zoals een leefstijlinterventie die zowel gericht is op de community als de school als de individuele leerkracht. Of aan interventies met verschillende modules die bij een doelgroep ‘op maat’ worden toegepast. Naarmate er meer onderdelen zijn is het aan te bevelen de structuur visueel weer te geven in een schema. Dit geldt met name voor de subdoelen en voor de aanpak van de interventie. Zie verder bij de betreffende paragrafen hieronder.
2.1
Doelgroep Uiteindelijke doelgroep Wat is de uiteindelijke doelgroep van de interventie?
Alle leerlingen in het reguliere basisonderwijs in Nederland.
Expositiegegevens In Nederland volgen 1.498.095 leerlingen regulier basisonderwijs (CBS, schooljaar 2012/2013) Secundaire doelgroep: Ouders van leerlingen in het reguliere basisonderwijs worden betrokken bij de PRIMA-aanpak d.m.v. bijvoorbeeld voorlichting
Intermediaire doelgroep Zijn er intermediaire doelgroepen? Zo ja, welke? • •
Leerkrachten in het reguliere basisonderwijs in Nederland kunnen de PRIMA-aanpak uitvoeren op school Overig schoolpersoneel in het reguliere basisonderwijs kan o.a. helpen bij het naleven van de schoolregels en de surveillance
Expositiegegevens In 2011/’12 waren er 6965 basisscholen in Nederland en 127 duizend voltijdbanen in het basisonderwijs. Binnen het basisonderwijs is 82 procent van het personeel leerkracht. De overige hebben een leidinggevende of onderwijsondersteunende functie (CBS, 2013).
Selectie van doelgroepen Hoe wordt de doelgroep en - indien van toepassing - de (intermediaire) doelgroep(en) geselecteerd? Zijn er contra-indicaties? Zo ja, welke? De PRIMA aanpak is ontwikkeld voor het reguliere onderwijs. 8
PRIMA – Modulaire Aanpak
2.2
interventienummer
Doel Hoofddoel Wat is het hoofddoel van de interventie?
Het einddoel van de interventie is het voorkomen van pesten en het verminderen van het aantal basisschoolleerlingen dat gepest wordt of pest.
Subdoelen Wat zijn de subdoelen van de interventie? Indien van toepassing: koppel de subdoelen aan de betreffende (intermediaire) doelgroepen, bijvoorbeeld in een schema. Subdoelen van de interventie zijn: • Leerkrachten, ouders, andere bij de school betrokken volwassenen en leerlingen hebben kennis over en zijn zich bewust van pestgedrag. • Leerkrachten, ouders, andere bij de school betrokken volwassenen en leerlingen zijn actief betrokken bij het veranderen van de situatie. • De school heeft duidelijke afspraken over de aanpak van pesten en leeft deze consequent na. • De school zorgt voor steun en bescherming van de slachtoffers van pesten.
2.3
Aanpak Opzet van de interventie Hoe is de opzet van de interventie? Denk aan volgorde, frequentie, intensiteit en duur - indien van toepassing. Voeg hier eventueel een schema in. De kern van de PRIMA aanpak is dat een anti-pestbeleid wordt opgezet en uitgevoerd op school. De PRIMA aanpak is een schoolbrede aanpak die leerlingen, leerkrachten en ouders betrekt bij de aanpak van pesten. Er wordt op drie niveaus gewerkt: schoolniveau, groepsniveau en individueel niveau:. Schoolniveau: • Het maken van een invoeringsplan voor de verschillende onderdelen van het antipestbeleid; • Het opzetten van een Kernteam Pesten dat de invoering coördineert; • Het instellen van een schoolbrede gedragscode over het omgaan met pesten op school; • Het organiseren van een schoolbrede ouderbijeenkomst over het project en pesten in het algemeen; • Het afnemen van de PRIMA pestmeter op internet bij alle leerlingen van de bovenbouw en bespreken van resultaten. De pestmeter is een vragenlijst die inzicht biedt in de omvang van het pestprobleem en aangeeft hoe en waar er gepest wordt. De uitkomsten van het instrument kunnen samen met de leerlingen geëvalueerd worden en als basis dienen om pestgedrag in de klas aan te pakken; • Het organiseren van een startbijeenkomst. Groepsniveau: 9
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
• Het maken van groepsregels over pesten, bijvoorbeeld: We pesten elkaar niet; We proberen een kind dat gepest wordt te helpen; We vertellen het aan de juf of meester als we zelf of als andere kinderen gepest worden; We proberen ervoor te zorgen dat niemand buitengesloten wordt; • Het voeren van groepsgesprekken over de groepsregels; • Het geven van een lessenserie over pesten in groepen 6, 7 en 8 (lespakket bij de film ‘Spijt’; • Het organiseren van een ouderbijeenkomst per groep; Individueel niveau: • Instellen van een surveillanceplan; • Onmiddellijk ingrijpen als er gepest wordt; • Systematisch onderzoeken van vermoedens van pesten; • Voeren van gesprekken met ouders en leerlingen als er gepest wordt; • Doorverwijzen van leerlingen naar hulpverlenende instanties als ze niet op bovenstaande manieren geholpen kunnen worden (Hoekstra et al, 2007). In de E-learning module zijn alle drie de niveaus opgenomen. Zie kopje inhoud voor meer uitleg over de e-learning. Minimale uitvoering: Een school die aan de slag gaat met de PRIMA-aanpak voert gedurende minimaal twee jaar stapsgewijs activiteiten uit gericht op het opzetten, uitvoeren en continueren van een structureel antipestbeleid. Met de vernieuwde aanpak van PRIMA kan de school zelf bepalen welke activiteiten ze onderneemt, afhankelijk van de behoeften en mogelijkheden van de school. De school gebruikt de pestmeters om te bepalen welke activiteiten voor de school relevant en nodig zijn om pesten effectief aan te pakken. Uitgangspunt blijft dat scholen worden gestimuleerd het gehele pakket in te voeren,. maar we moedigen elke stap aan die een school zet op weg naar een structurele en planmatige aanpak van pesten Het advies daarbij is dat de school minimaal de volgende activiteiten uitvoert (zie ook de handleiding bij het totaalpakket): o De school stelt een invoeringsplan op voor de twee schooljaren o Alle leerkrachten en betrokken staf volgen de e-learning module van PRIMA. o De school vormt een Kernteam Pesten bestaande uit minimaal 3 en maximaal 6 personen. Dit kernteam komt minimaal elke maand bij elkaar om de voortgang en knelpunten met betrekking tot PRIMA te bespreken. De coördinator van het Kernteam Pesten is de kartrekker van PRIMA. o Alle leden van het Kernteam Pesten volgen twee intervisiebijeenkomsten die de school organiseert. o De Pestmeter wordt afgenomen: Pestmeter leerlingen (twee meetmomenten), Pestmeter leerkrachten en Pestmeter ouders. Voorwaarde: Pestmeters worden ingevuld door alle betrokkenen (leerlingen, directie, teamleiders, leerkrachten, MR/ouderschap raad, selectie ouders) om een evenwichtig beeld te krijgen hierop. o De Prima/Spijt! lessenserie wordt uitgevoerd. o Een ouderbijeenkomst op school en/of groepsniveau wordt georganiseerd. o Er wordt geëvalueerd aan het einde van ieder schooljaar met het Kernteam Pesten over hoe de invoering van Prima verloopt.
Locatie en uitvoerders Waar wordt de interventie uitgevoerd en door wie? Indien van toepassing per onderdeel beschrijven. De interventie wordt uitgevoerd op basisscholen. Over het algemeen wordt deze interventie geïmplementeerd door een locatiemanager of directeur. Leerkrachten zullen de interventie dan verder uitvoeren. 10
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Inhoud van de interventie Welke concrete activiteiten worden uitgevoerd en – eventueel – in welke volgorde? Indien van toepassing per onderdeel samenvatten. Bij interventies op maat: geef aan wat op basis van welke criteria wanneer wordt uitgevoerd. Geen uitputtende beschrijving van activiteiten; het is voldoende als de lezer zich een beeld kan vormen van wat er gedaan wordt en hoe. Zoals eerder beschreven bestaat de PRIMA aanpak uit verschillende onderdelen. De verschillende onderdelen worden hieronder opgesomd, enkele worden vervolgens nader besproken en uitgelegd. Onderstaande tijdsplanning met bijbehorende acties is een advies voor scholen om een zo groot mogelijk effect te behalen. In deze planning start de PRIMA-aanpak aan het begin van een schooljaar, scholen kunnen ook op een ander moment starten, dan verschuift de planning uiteraard. Voorafgaand aan het eerste invoeringsjaar; Laatste maand voor de zomervakantie • Stel een Kernteam Pesten samen en een coördinator van dit Kernteam Pesten. Het Kernteam Pesten telt minimaal vier en maximaal zes personen en bestaat uit: de (vestiging)directeur of diens plaatsvervanger; de intern begeleider; een bovenbouwleerkracht of bovenbouwcoördinator; een onderbouwleerkracht of onderbouwcoördinator en eventueel één of twee bij de school betrokken ouders. • Maak een invoeringsplan op schoolniveau, bestaande uit een globaal tijdsschema en alle onderdelen van de aanpak en bespreek dit binnen je team. In de handleiding is als voorbeeld een advies een invoeringsplan incl tijdsplanning opgenomen. De gedetailleerde invulling van de activiteiten en aandachtspunten voor het schoolbrede beleid worden later ingevuld op basis van de resultaten van de afgenomen pestmeters. Eerste invoeringsjaar; september tot en met december • De Prima-Pestmeter (voor leerlingen, voor leerkrachten en andere personeelsleden en voor ouders) wordt afgenomen. De Pestmeter resulteert in concrete adviezen en geeft tools voor de aanpak die aansluit bij de situatie op de school. (zie uitgebreide uitleg verderop in de tekst ) • Per groep wordt een sociogram gemaakt. Met een sociogram krijgt de leerkracht inzicht in sociale relaties binnen de groep. Tevens toont een sociogram welke leerling(en) als pester(s) of gepeste(n) worden gezien. Met de resultaten van een sociogram kan de leerkracht het klimaat in de groep bespreekbaar maken en eventueel verbeteren. • De e-learningmodule wordt gevolgd. (zie uitgebreide uitleg verderop in de tekst) • Tijdens een vergadering wordt ingegaan op de e-learningmodule. Advies is om te kijken of er aanvullend op de e-learning behoefte is naar een training op maat om kennis of vaardigheden verder te verdiepen, die in overleg met een gecertificeerd PRIMA-begeleider opgesteld wordt. (zie onder ‘extra ondersteuning vanuit PRIMA’) • Er wordt een schoolbrede startbijeenkomst gehouden waarin de gekozen aanpak met alle betrokkenen (kernteam, directie, leerkrachten en andere personeelsleden) worden besproken. • Er wordt een bijeenkomst voor ouders georganiseerd op school- en/of groepsniveau. • Er wordt een Gedragscode opgesteld, bestaande uit een reeks afspraken, waarin staat wat de school onder pesten verstaat en wat er van alle betrokkenen wordt verwacht. Deze sluit aan bij de resultaten van de pestmeter. • Kernteam Pesten komt regelmatig bijeen (1x per twee weken) om de invoering van alle onderdelen te organiseren. • De Prima-invoering komt minimaal 1x per maand ter sprake in het Prima-overleg voor alle betrokken leerkrachten en personeelsleden en tenminste 1x in het schoolbestuur en de Medezeggenschapsraad. • In de groepen worden door de leerkracht groepsafspraken gemaakt met de leerlingen over pesten en de omgang met elkaar. • De groepsafspraken komen tijdens kringgesprekken minimaal maandelijks aan de orde. • Het Prima-lespakket bij de film Spijt! wordt uitgevoerd (zie uitgebreide uitleg verderop in de tekst) 11
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Eerste invoeringsjaar; januari tot en met juni • Alle tot nu toe genomen maatregelen worden geëvalueerd (1x per maand) in het Kernteam Pesten. • Alle voortgangen van Prima worden tenminste 1x per maand besproken tijdens besprekingen voor alle betrokken personeelsleden. • Er worden Prima-intervisiebijeenkomsten georganiseerd. • Herhalen van de groepsafspraken over pesten, minimaal 1x per maand tijdens kringgesprekken. • Er wordt een bijeenkomst voor ouders georganiseerd op school- en/of groepsniveau. • Er wordt een surveillanceplan opgesteld en de overige personeelsleden worden geïnstrueerd. • Er wordt ‘het onmiddellijk ingrijpen bij pesten’ ingevoerd. • Er worden begeleidende gesprekken met de pesters, gepeste leerlingen en hun ouders gevoerd. Eerste invoeringsjaar; In elk geval na de voorjaarsvakantie Het tweede meetmoment van de Prima-Pestmeter voor leerlingen wordt afgenomen om resultaten te vergelijken. Tweede invoeringsjaar Aan het begin van het tweede invoeringsjaar vindt de evaluatie plaats van het eerste Prima-jaar. Het invoeringsplan wordt zo nodig aangepast en de samenstelling van het Kernteam Pesten kan eventueel worden gewijzigd. In het tweede jaar gaat het om een herhaling en verdieping van de lesstof. Alle onderdelen van het eerste invoeringsjaar worden gecontinueerd. Nieuwe leerkrachten moeten de e-learningmodule alsnog volgen. E-learning module voor leerkrachten Digitale en laagdrempelige deskundigheidsbevordering voor de leerkrachten en andere personeelsleden.De e-learning heeft de volgende onderdelen: 1. Hoe signaleer je pesten? 2. Hoe handel je? Oefenen met situaties 3. Hoe communiceer je? 4. Hoe doorbreek je dilemma’s? 5. Hoe betrek je je collega’s? Aan de hand van casuïstiek komen de volgende onderdelen voorbij: Werken met PRIMA (alle onderdelen) Over pesten (vormen (rollen en signaleren) Acties tegen pesten (pester, klas, gepeste, ouders en schoolbreed) Afrondende casus (hoe communiceer je, hoe doorbreek je dilemma’s, hoe handel je?) Tevens is er een digitale bibliotheek opgenomen vol extra documenten rond pesten op school en alle bijbehorende tools van de PRIMA aanpak die de school nodig heeft. Voor de e-learning worden fragmenten uit de film SPIJT! gebruikt. De duur van de cursus bedraagt 1 uur. Wie de cursus met goed resultaat doorlopen heeft, ontvangt een certificaat. E-learning is een laagdrempelig en praktisch alternatief voor veel reguliere trainingen, omdat ze de deelnemer veel minder moeite kosten. De voordelen van e-learning zijn: - Flexibel leren: de deelnemer kan zelf bepalen wanneer hij of zij wil leren en het leermoment desgewenst opdelen in meerdere blokken. - Besparing trainingstijd: de deelnemer kan in eigen tempo leren en de voor hem niet relevante onderdelen van de lesstof overslaan. - Actueel: een e-learning is gemakkelijk actueel te houden. - Rijke leeromgeving: in een e-learning module is het mogelijk om op meerdere manieren dezelfde lesstof aan te bieden, zodat een cursist zelf kan aangeven hoe hij graag wil leren. Ook kan er in de online leeromgeving gemakkelijk een overzicht worden geboden van andere interessante links voor de cursist. - Onafhankelijk: een e-learning gaat altijd door. Je hebt niet te maken met afzegging of verplaatsing van een training of opleiding bijvoorbeeld door een tekort aan deelnemers. 12
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Het advies is om na de e-learning module een bijeenkomst te houden met de leerkrachten over de resultaten. Tevens wordt er geadviseerd om aan de hand van de e-learning te peilen naar behoefte voor een face to face opmaat training met een gecertificeerde Prima begeleider.
PRIMA-pestmeter Dit onderdeel bestaat uit een Pestmeter die ingevuld wordt door leerlingen, een Pestmeter die ingevuld wordt door leerkrachten en een Pestmeter die ingevuld wordt door ouders. Zo krijgt een school een goed beeld van de situatie. Uit de praktijk (Smith et al., 2004) blijkt namelijk dat scholen een ‘eye-opener’ nodig hebben als het gaat om pesten in hun klas/school. Ze erkennen vaak dat pesten een groot probleem is bij andere scholen, echter bij hen gebeurt het niet. Met behulp van een vragenlijst (Pestmeter) over pesten kan meer kennis over de omvang en de aard van het pestprobleem op een school worden opgedaan. Deze bewustwording is nodig bij de aanpak van pesten. De Pestmeter bestaat uit drie digitale vragenlijsten. Eén vragenlijst voor ieder doelgroep. Eén voor de leerkrachten, één voor leerlingen en één voor ouders. De school ontvangt 1 inlog en daarmee hebben ze toegang tot alle Pestmeter onderdelen (leerlingen, leerkrachten en ouders onderdeel). De Pestmeter ziet er als volgt uit: Pestmeter - leerlingen en Pestmeter - leerkrachten en Pestmeter - ouders
Pestmeter - leerlingen: Invullen resulteert in een score voor jouw school/klas (pestgedrag). Pestmeter – leerkrachten: Invullen resulteert in een score voor jouw school en concrete adviezen over pestaanpak acties. Pestmeter – ouders: Invullen resulteert in een score/beeld in hoeverre omgangsvormen en het beleid ten aanzien van pesten bij ouders leeft. Pestemeter – leerlingen: Eye-opener voor directie en leerkrachten om actie te ondernemen. Pestmeter – leerkrachten: meteen actie ondernemen door leerkrachten met de bijbehorende tools. Pestmeter – ouders: controle voor de school of ouders anders denken over de pestaanpak van de school en betrokkenheid van ouders vergroten.
Tools en adviezen voor de school en leerkrachten, bijv.: Ouderbijeenkomst Surveillanceplan Invoeringsplan Kernteam opstellen Afspraken (gedragscode) Tekst nieuwsbrief / schoolkrant Intervisiebijeenkomsten Evaluatieformulieren Sociogram Maatregelen pesten stoppen
13
doorverwijzingen naar partners en elearning
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
PRIMA Pestmeter – leerlingen De PRIMA Pestmeter – leerlingen is een meetinstrument gebaseerd op de wetenschappelijke vragenlijst van Olweus meet pestgedrag in de klas. Het meetinstrument wordt 2 x per jaar ingezet. Leerlingen van de bovenbouw vullen hem in (ca. 40 vragen). De Pestmeter - leerlingen die anoniem, in een klaslokaal, door de leerlingen wordt ingevuld biedt inzicht in het aantal leerlingen dat in de groep gepest wordt en zelf pest, op welke manieren leerlingen gepest worden en zelf pesten en op welke plekken in en rond de school het pesten plaatsvindt. Ook verschaft het informatie over wat er volgens de leerlingen op school gedaan wordt om het pesten tegen te gaan. Met behulp van de Pestmeter kan de school de uitgangssituatie bij hun school vastleggen. Daarnaast kunnen er vergelijkingen gemaakt worden tussen verschillende meetmomenten en zo de ontwikkelingen binnen de groep gemonitord worden. De Pestmeter is dus in feite een nulmeting en een instrument dat als evaluatie middel gebruikt kan worden binnen de school. De Pestmeter - leerlingen wordt tijdens ieder schooljaar twee maal afgenomen: na de herfstvakantie en na de voorjaarsvakantie. Zo wordt er nagegaan of de daling aan de verwachtingen voldoet en of er werkelijk minder gepest wordt. De Pestmeter – leerlingen wordt tevens als onderzoekstool gebruikt om jaarlijks een actueel inzicht te krijgen in de frequentie van pesten op school. Met de Prima – leerlingen instrument kunnen de effecten van de invoering van de Prima aanpak op pesten in de groepen 6,7 en 8 in kaart worden gebracht. Deze Pestmeter wordt door de leerlingen op de computer ingevuld. De gegevens zijn direct beschikbaar voor de groepsleerkrachten en voor de school. PRIMA Pestmeter - leerkrachten De Pestmeter – leerkrachten (35 vragen) verschaft inzicht in de beginsituatie van de school voor wat betreft hun pestaanpak. De vragen worden beantwoord met ‘ja’ of ‘nee’. Hieruit vloeit een op maat advies voort over de vervolgstappen. Daaruit vloeien er adviezen en tools voor hun pestaanpak op school. De resultaten van de Pestmeter dienen als startpunt; tips voor verbeteringen worden aan de uitslag gekoppeld. De Pestmeter kan op een later tijdstip nog eens ingevuld worden om zo te zien of er iets veranderd is. De vragenlijst wordt door alle leerkrachten van de school ingevuld om een representatief beeld te krijgen van de situatie. Tevens heeft de Pestmeter – leerkrachten als doel dat de leerkrachten meteen actie kunnen ondernemen aan de hand van de aangereikte adviezen. Voorbeelden van adviezen en tools die uit de pestmeter voortkomen: • Gedragscode: Bij een negatief antwoord op de vraag: “Is er een uitwerking van een pestbeleid?” volgt het advies: “Maak een gedragscode met daarin afspraken die voor leerkrachten, overige professionals, leerlingen en ouders geldt.” Gevolgd door een verdere toelichting. Bij de verdere uitwerking van dit advies kan de tool (voorbeeldgedragscode) gebruikt worden. • Deskundigheidsbevordering: Bij een negatief antwoord op de vraag: “Zijn er professionaliseringsbijeenkomsten over pesten voor personeelsleden (en vrijwilligers)?” volgt het advies: “Organiseer minimaal één keer per jaar een professionaliseringsbijeenkomst en meerdere intervisiebijeenkomsten. PRIMA geeft face-to-face-trainingen. Tevens is er een elearningprogramma ontwikkeld dat u kunt volgen. Ga daarvoor naar de volgende pagina: http://veiligheid.infolearn.nl. Het Kernteam Pesten kan ook een bijeenkomst organiseren”. Tevens wordt een verdere toelichting op professionalisering gegeven. Ouderbijeenkomst: Aan de hand van een negatief antwoord op de vraag “Organiseert uw school minstens één keer per jaar een ouderbijeenkomst met als onderwerp ‘pesten’?” geeft de pestmeter advies over het belang van het betrekken van ouders bij schoolactiviteiten en er volgen tips om de betrokkenheid te stimuleren, en een format voor het organiseren van een Ouderbijeenkomst. In de praktijk blijkt het vaak moeilijk te zijn om ouders te betrekken bij schoolactiviteiten. In deze tool worden hiervoor een aantal activiteiten genoemd die de school kan uitvoeren om ouderbetrokkenheid te vergroten. Want een actieve betrokkenheid van leerkrachten en ouders bij pesten is belangrijk. Eén manier om dit te doen is het organiseren van een ouderavond of – bijeenkomst. Dit kan op zowel groeps- als schoolniveau. Wat is pesten en pestgedrag, hoe ga je om 14
PRIMA – Modulaire Aanpak
-
-
interventienummer
met je kind dat gepest wordt en wat doet de school. De uitnodiging is positief geformuleerd: hoe gaan we met elkaar om. De school ontvangt een voorbeeld uitnodigingsbrief en een format voor de ouderbijeenkomst. Surveillanceplan: Deze tool geeft aan hoe men het surveilleren op school zo kan organiseren dat pestincidenten beter kunnen worden opgemerkt. Het is belangrijk dat er goede supervisie is tijdens de pauzes. Pesten vindt vooral plaats tijdens pauzes en voor of vlak na de lestijden. Door goed toezicht kunnen pestincidenten beter worden opgespoord. Maar goed toezicht werkt ook preventief: het is een belangrijk middel om pesten te voorkomen. De inrichting van het schoolplein is van belang om goed surveilleren mogelijk te maken. Er is een beschrijving gemaakt voor een goed surveillanceplan en een voorbeeld plan aangereikt Pesten stoppen: Deze tool beschrijft de maatregelen die de school kan nemen om pesten te stoppen en hoe men het beste kan handelen als men een pestincident ontdekt. Als er gepest wordt is de leerkracht verantwoordelijk om dit te stoppen. Bij PRIMA is een duidelijke beschrijving opgenomen hoe leerkrachten dit kunnen doen en hoe men het beste kan handelen als men een pestincident ontdekt (inclusief tips, technieken en protocollen voor gesprekken met de pester, de gepeste leerlingen en hun ouders). Tenslotte staan er tips beschreven voor het onderzoeken van vermoedens van pesten. Vaak is het voor leerkrachten en andere volwassenen op school niet eenvoudig om het hoe en wat van pestincidenten te ontrafelen. In deze module wordt aangegeven hoe leerkrachten hierbij systematisch te werk kunnen gaan.
Een lijst met alle beschikbare tools en adviezen: Belang betrekken ouders Herstelcontract Logboek voorbeeld Opbouw gesprek gepeste Opbouw gesprek pester Schoolbeleid pesten voorbeeld School surveillance Sociogram Surveillanceplan Schoolbrede startbijeenkomst Schoolbrede ouderbijeenkomst Ouderbijeenkomst op groepsniveau Voorbeeld hoofdstuk pesten in schoolgids Voorbeeld gedragscode Opstellen Kernteam Pesten Prima spel voor leerkrachten Voorbeeld van gemaakte afspraken Kenmerken rollen pesten Afspraken over hoe pesten wordt aangepakt Mogelijkheden Pesten onderzoeken Format intervisiebijeenkomsten Uitleg Pestmeter Manieren om ouders te betrekken Groepsafspraken opstellen Groepsgesprekken voeren Positief klimaat in klas bevorderen Afspraken met ouders
PRIMA Pestmeter - ouders Een actieve betrokkenheid van leerkrachten en ouders bij pesten is belangrijk. Daarom is er ook een pestmeter voor ouders ontwikkeld. De Pestmeter - ouders is een digitale vragenlijst (16 vragen) die idealiter ingevuld wordt door ca. 30 ouders om te achterhalen hoe ze denken over de aanpak van pesten van de school. Op die manier kun je goed vergelijken wat de leerkrachten vinden (interne controle) en wat de ouders vinden 15
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
(externe controle). Ook is het een tool om betrokkenheid bij ouders te creëren en een brug naar hen te slaan. In de Pestmeter - ouders komen onderwerpen als hoe veilig het kind zich voelt op school, welke waarden en gedragskenmerken de ouder terugziet op de school, of de ouder bekend is met het pestbeleid, of ze bekend zijn met de stappen die ze kunnen ondernemen en wat de doet de school aan de orde. PRIMA lespakket bij de film “Spijt!” De school ontvangt het lesprogramma PRIMA bij de film ‘Spijt!’. Het lespakket bestaat uit 6 lessen van elk 30-45 minuten, en is gericht op de bovenbouw van het basisonderwijs. Het doel van het lespakket is dat leerlingen leren de ernst in te zien van pesten, leren zich meer bewust te worden van de rollen die te onderscheiden zijn bij pesten en welke (rol)len ze zelf spelen. Daarnaast leren de leerlingen dat ze invloed kunnen uitoefenen om pesten te stoppen of tegen te gaan en op welke manier ze dit kunnen doen. Het leerlingenboekje bestaat uit zes hoofdstukken. Ieder hoofdstuk bevat circa 4 opdrachten waarin de informatie uit het hoofdstuk verwerkt is. De hoofdstukken zijn: 1. Plagen en pesten 2. Zes rollen bij pesten 3. Pesten doet pijn 4. Cyberpesten 5. Wat kun je doen? 6. Het pesten stoppen De lessenserie bevat ook een handleiding (24 pagina’s) voor leerkrachten met instructie over hoe de lessen gegeven kunnen worden.
Extra: theater voorstelling Scholen worden op de PRIMA website geattendeerd op de theatervoorstelling van Playback. De voorstellingen die zij ontwikkeld hebben voor ouders en leerlingen geven een positieve impuls aan het werken aan een veiliger schoolklimaat. De attendering zou kunnen in de vorm van een banner op de site, die direct linkt naar Playback, waar mensen dan voorstelling kunnen boeken. Extra ondersteuning vanuit PRIMA Scholen die behoefte hebben aan verdere ondersteuning, biedt Prima de gelegenheid contact te zoeken met certificeerde begeleiders. Op de website geven we een overzicht van gecertificeerde begeleiders die op maat advies en training kunnen geven. Deze begeleiders zijn getraind door VeiligheidNL. Scholen maken prijsafspraken met de trainer die ze willen inhuren. Voor de volgende onderdelen kan er een gecertificeerde begeleider worden betrokken: Workshop Prima tijdens een teamoverleg (2 uur) als startpunt voor de school om alle leerkrachten te betrekken. Op maat advies aan de hand van de Pestmeter. Eerst worden alle pestmeters (leerlingen, leerkrachten en ouders) uitgezet. De gecertificeerde begeleider maakt hier analyses van. Vervolgens komt er een opmaat advies uitrollen over de aanpak van pesten op de school. Tenslotte wordt er een kick-off georganiseerd op de school. Op maat face to face training na het doorlopen van de e-learning module Intervisiebijeenkomsten Ouderbijeenkomst
2.4
Ontwikkelgeschiedenis Betrokkenheid doelgroep Was de doelgroep betrokken bij de ontwikkeling van de interventie, en op welke manier?
16
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Bij de ontwikkeling van de oorspronkelijke PRIMA-methode zijn leerkrachten, intern begeleiders en GGD medewerkers betrokken geweest. Uit onderzoek (Kreutzer, 2013) onder de gebruikers van de oorspronkelijke PRIMA-methode kwam naar voren dat het gehele PRIMA traject te zwaar en tijdsintensief is voor scholen. Om de toepasbaarheid in de praktijk te vergroten is besloten de manier waarop PRIMA wordt uitgevoerd enigzins aan te passen. Voorafgaand aan de ontwikkeling van deze aanpassingen zijn er twee doelgroeponderzoeken (Kreutzer, 2013) uitgevoerd en zijn er focusgroepgesprekken met leerkrachten gehouden. Bij de doorontwikkeling van de originele PRIMA aanpak naar de nieuwe aanpak van PRIMA is er meegelezen door een schooldirecteur die adviezen en feedback heeft gegeven op de verschillende onderdelen.
Buitenlandse interventie Is de interventie buiten Nederland ontwikkeld en wat is aangepast met het oog op de uitvoering in Nederland? Nee de interventie is in Nederland ontwikkeld, maar is wel gebaseerd op de ideeën van de Noorse Dan Olweus, die rond 1980 de eerste schoolbrede anti-pestmethode ontwikkelde
2.5
Vergelijkbare interventies In Nederland uitgevoerd Worden in Nederland vergelijkbare interventies uitgevoerd, zo ver bekend? Welke? Zijn deze opgenomen in één van de databanken met (potentieel) effectieve interventies ?
Er zijn in Nederland de afgelopen decennia vele interventies op het terrein van pesten ontwikkeld. Met name sinds medio jaren negentig heeft het thema pesten op school veel aandacht gekregen. Organisaties in Nederland die op dit gebied actief zijn, zijn onder meer het Algemeen Pedagogisch Studiecentrum (APS) met Pestweb, het Instituut voor Kanjertrainingen met de Kanjertraining en het Centrum School en Veiligheid. Verder is landelijk de pesttest en het nationaal onderwijsprotocol (een initiatief van de vier landelijke ouderorganisaties voor het onderwijs) beschikbaar. Momenteel loopt er een onderzoek vanuit Universiteit Groningen naar de KIVA aanpak die is ontwikkeld door de Finse Universiteit van Turku.
Overeenkomsten en verschillen Wat zijn de belangrijkste overeenkomsten en verschillen (puntsgewijs)? De originele PRIMA anti-pestmethode heeft enkele bestaande nationale initiatieven, zoals het onderwijsprotocol, opgenomen, maar onderscheidt zich van de bestaande initiatieven doordat effecten van de aanpak zijn aangetoond. PRIMA is meer dan een pestinterventie; deze aanpak onderscheidt zich voornamelijk van andere programma’s door: - De PRIMA aanpak is niet een korte eenmalige interventie maar een structurele aanpak van pesten op scholen die niet alleen gericht is op de invoering maar ook op de continuering van het anti-pestbeleid. - Leerkrachten, ouders en leerlingen worden betrokken bij de aanpak van pesten. - De aanpak is op maat in te zetten door de school; afhankelijk van de specifieke situatie op school en wat al gedaan wordt op school kunnen prioriteiten gesteld worden en activiteiten uitgevoerd.
Toegevoegde waarde Wat is de toegevoegde waarde van deze interventie ten opzichte van hierboven genoemde vergelijkbare interventies in één van de databanken met (potentieel) effectieve interventies? 17
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
De nieuwe aanpak van PRIMA biedt een goede mogelijkheid om bestaande initiatieven rondom de aanpak van pesten op de basisschool in Nederland te bundelen. De PRIMA aanpak is een goed voorbeeld van een structurele, planmatige aanpak waar alle geledingen van de school intensief bij zijn betrokken. De aanpak van PRIMA sluit aan op de actuele ontwikkelingen in het basisonderwijs. Er is veel politieke aandacht voor het thema, dat regelmatig op het niveau van de Tweede Kamer aan de orde komt. Scholen hebben er in hun dagelijkse praktijk veel mee te maken. Pesten heeft een enorme impact op de sfeer op school. Daarnaast houdt een toenemend aantal scholen zich bezig met programma’s voor sociaal-emotionele ontwikkeling. De PRIMA aanpak sluit hier goed op aan vanwege de aandacht voor sociale vaardigheden van leerlingen en de verankering van een anti-pestbeleid op de school. Ook is PRIMA een goed voorbeeld van een aanpak volgens de Gezonde School Methode vanwege het planmatige en structurele karakter.
18
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
3. Onderbouwing Oorzaken Welke factoren veroorzaken het probleem? Pesten wordt als volgt gedefinieerd: “Een leerling wordt gepest wanneer hij/zij herhaaldelijk en voor een langere periode wordt blootgesteld aan negatieve acties verricht door één of meerdere medeleerlingen”. Met een negatieve actie wordt bedoeld dat de leerling pijn gedaan wordt, fysiek, met woorden, of op een andere manier. Bij pesten is er sprake van een verschil in macht tussen leerlingen, in fysiek of psychologisch opzicht. Daarnaast is het van belang dat pesten vaak gebeurt zonder dat de gepeste dit uitlokt. Er spelen veel factoren een rol bij het tot stand komen van pesten; daarbij wordt over het algemeen onderscheid gemaakt tussen factoren die te maken hebben met kenmerken van het kind zelf (zowel dader als slachtoffer) en factoren uit de omgeving (Van Rooijen-Mutsaers, 2012). Vrijwel alle schoolbrede anti-pestmethoden zijn gebaseerd op de ideeën van Noorse Dan Olweus, die rond 1980 de eerste schoolbrede anti-pestmethode ontwikkelde (Dake et al, 2003, Vreeman & Carroll, 2007, Smith et al, 2004). Olweus (1993) stelde dat pesten kan worden gezien als een onderdeel van een algemeen anti-sociaal en regelbrekend gedragspatroon. Er zijn vier factoren geïdentificeerd die samenhangen met het ontwikkelen van een agressief reactiepatroon bij kinderen (Olweus,1993). Dit zijn: • de emotionele houding van de opvoeders: met name gebrek aan warmte en belangstelling • de mate waarin de opvoeders agressief gedrag van het kind heeft getolereerd en toegestaan: gebrek aan heldere grenzen • het gebruik van ‘power assertive’ opvoedmethoden: bijvoorbeeld door fysiek te straffen of heftige emotionele uitbarstingen • het temperament van het kind: een kind met een actief en heethoofdig temperament zal eerder een agressief gedragspatroon ontwikkelen.
Aan te pakken factoren Welke factoren pakt de interventie aan en welke, in paragraaf 2.2. benoemde, (sub)doelen horen daarbij? Op basis van bovenstaand risicofactoren beschrijft Olweus (1993) de principes van een programma dat agressief gedrag, of meer specifiek pesten voorkomt en terugdringt: “Het is belangrijk om een schoolomgeving (en idealiter ook een thuisomgeving) te creëren die gekarakteriseerd wordt door warmte, positieve belangstelling en betrokkenheid van volwassenen enerzijds, en door stevige grenzen aan onacceptabel gedrag anderzijds. Ten derde moeten in het geval van overtreding van de grenzen en regels niet-vijandige en niet-fysieke sancties consequent worden toegepast. In deze laatste twee punten ligt impliciet ook een zekere mate van monitoring en surveillance van de activiteiten van de leerlingen binnen en buiten school besloten.” De sociale omgeving speelt dus een belangrijke rol bij het ontstaan en het laten bestaan van agressief gedrag, of meer specifiek pesten. Ook Vreeman & Carroll (2007) beschrijven pesten als systemisch groepsproces, waarbij slachtoffers, pesters, hun leeftijdsgenoten, ouders, leerkrachten en andere volwassenen in de schoolen thuisomgeving een rol spelen. Pesten is volgens hen alleen aan te pakken door op meerdere doelgroepen, en dus meerdere niveau’s, tegelijkertijd in te zetten. Ook Fekkes et al (2005) stellen op basis van Nederlands onderzoek dat het belangrijk is om alle partijen in en rond de school te betrekken bij het voorkomen en 19
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
terugdringen van pesten door middel van een schoolbrede aanpak. De bovengenoemde principes van een programma om pesten tegen te gaan, zijn door Olweus vertaald naar een aantal specifieke maatregelen op school-, groeps- en individueel niveau. Door deze maatregelen in te voeren, wordt gebruik gemaakt van de bestaande sociale omgeving van leerlingen: leerkrachten, mede-leerlingen, ouders en andere volwassenen in de schoolomgeving. Al deze betrokkenen zorgen voor een herstructurering van de sociale omgeving. De PRIMA anti-pestmethode is gebaseerd op de theorie van Olweus en pakt met de schoolbrede aanpak de gehele sociale omgeving van het kind aan.
Verantwoording Verantwoord hoe met deze aanpak ook daadwerkelijk de (sub)doelen bij deze doelgroep(en) bereikt worden. Het effectonderzoek naar de Noorse methode waar PRIMA op is gebaseerd, werd in 1983-1985 uitgevoerd door Dan Olweus. Ongeveer 2500 leerlingen van 11-14 jaar deden mee aan het onderzoek. Door gebruik van de methode namen pestproblemen af met minimaal 50%, terwijl het sociale klimaat in de klassen verbeterde (Olweus, 1994). Net als in andere landen is ook in Nederland onderzoek gedaan naar een antipestprogramma ontwikkeld op basis van het oorspronkelijke programma van Olweus (Fekkes 2005). Het programma is onderzocht in tweejarig effectonderzoek, 2000-2001. In het eerste jaar nam het aantal leerlingen dat gepest werd met ongeveer 20 procent af. In het tweede jaar werd daarentegen geen effect meer gevonden. De verklaring daarvoor ligt volgens de onderzoekers in de verschillen in aandacht in het eerste en tweede jaar. In het eerste jaar besteedden de scholen veel aandacht aan de invoering van het beleid, maar in het tweede jaar verslapte de aandacht. Op controlescholen werd in het tweede jaar juist meer gedaan aan anti-pestbeleid. Ook bleken niet alle scholen alle activiteiten uit te voeren. Op basis van deze bevindingen zijn NIGZ en TNO Kwaliteit van Leven, samen met GGD Nederland en Edventure in 2004 het PRIMA project gestart. De afkorting staat voor PRoefIMplementatie Anti-pestbeleid in het basisonderwijs. Het PRIMA project is een vierjarige proefimplementatie van het anti-pestprogramma op 27 basisscholen. Deze implementatie ging gepaard met intensieve begeleiding. PRIMA is dus de Nederlandse bewerking van het programma van Olweus. Er is een uitgebreide proefimplementatie geweest van 2 jaar met intensieve begeleiding en implementatie door GGD/OBD. Effectonderzoek naar de PRIMA aanpak laat gunstige resultaten zien. Zo stelt Van Rooijen-Mutsaers (2012) in haar artikel dat de originele schoolbrede PRIMA anti-pestmethode in Nederland het programma is dat tot nu toe het best is onderbouwd . Als sterke kant van de originele PRIMA aanpak wordt de begeleiding van scholen bij het uitvoeren en continueren van anti-pestactiviteiten benadrukt (Hoekstra et al., 2007 ). Onderzoek (Kreutzer, 2013) naar de toepasbaarheid laat echter zien dat het PRIMA traject intensief en kostbaar is. Daarom is PRIMA met financiering van Kinderpostzegels Nederland doorontwikkeld. De kern van de interventie is gelijk gebleven. Om de toepasbaarheid en het gebruik te bevorderen wordt PRIMA aangeboden als pakket waarbij scholen activiteiten kunnen kiezen en die aansluiten bij hun situatie. De intensieve begeleiding door een externe begeleider is niet meer verplicht en daarvoor in de plaats is een uitgebreide E-learning module gekomen die de kwaliteit van de uitvoering door leraren moet verbeteren. Het inhuren van een gecertificeerde externe begeleider is echter nog wel steeds mogelijk. De verwachting is dat het bereik van het aantal deelnemende scholen aan PRIMA aanzienlijk zal toenemen nu de aanpak van PRIMA is vernieuwd. In onderstaande tabel worden subdoelstellingen van PRIMA gekoppeld aan de (deels aangepaste) onderdelen van de interventie en de betrokkenen in de sociale omgeving.
Subdoelstellingen PRIMA aanpak 1. Het vergroten van het
Sociale omgeving van leerlingen op school School incl. Leerkrachten in Ouders leerkrachten de groep (Groepsniveau) (Schoolniveau) (Schoolniveau) E-learning PRIMAOuderbijeenkomst 20
Mede-leerlingen (Groepsniveau) Lesprogramma bij
PRIMA – Modulaire Aanpak
bewustzijn van en de kennis over pestgedrag.
2. Het verkrijgen van actieve betrokkenheid van leerkrachten, ouders en anderen bij het veranderen van de situatie. 3. Het ontwikkelen van duidelijke afspraken tegen pesten.
4. Zorgen voor steun en bescherming van de slachtoffers van pesten.
interventienummer
module
Pestmeter voor leerlingen en het sociogram
Instellen van Kernteam Pesten Pestmeter- leerkrachten incl. tools en adviezen zoals: • Organisatie van ouderavond • Opstellen van Gedragscode met heldere regels en sancties • Opstellen en uitvoeren van surveillanceplan Pestmeter- leerkrachten incl. tools en adviezen (zoals het opstellen van afspraken over pesten in de klas, en regelmatig bespreken) Individueel niveau Richtlijnen voor het zoeken naar hulp buiten de school
de film Spijt! Pestmeter-ouders Pestmeter voor leerlingen
Gedragscode met heldere regels en sancties en afspraken in de klas
Individueel niveau Bij pestincidenten: gesprekken van de leerkracht met slachtoffer, pester en hun ouders adhv protocollen
Een belangrijk nieuw onderdeel in de aanpak van PRIMA de e-learning module. Met de e-learning module kunnen leerkrachten hun deskundigheid vergroten. Het is een laagdrempelig alternatief voor de intensieve begeleiding en training door een externe uit de eerdere opzet van PRIMA. We weten dat dit laatste voor scholen een grote drempel vormt. De begeleiding was misschien wel effectief, maar als scholen er geen gebruik van maken is de impact klein. E-learning is mogelijk minder effectief dan face to face begeleiding, maar de verwachting is dat de impact ervan groter is, omdat het gebruik hoger zal liggen. Daarnaast is de Pestmeter uitgebreid. Zo is er een onderdeel voor ouders gekomen om betrokkenheid bij ouders te creëren en een brug naar hen te slaan. En met behulp van de Pestmeter voor ouder kan er goed vergeleken worden of de opinie van leerkrachten en ouders m.b.t. pesten overeen komen. Ook is de Pestmeter voor leerkrachten uitgebreid. Alle beschikbare handleidingen, stappenplannen, activiteiten en andere tools zijn gedigitaliseerd en beschikbaar als er ingelogd wordt op een leerkrachten Pestmeter account. Daarnaast krijgen leerkrachten na het invullen van de Pestmeter een advies over welke activiteiten en tools het beste ingezet kunnen worden. De uitkomsten van de Pestmeter worden dus automatisch gekoppeld aan adviezen. Dit onderdeel vangt dus ook een deel van het wegvallen van de externe begeleiding op. Het onderzoek van Olweus naar zijn preventiemethode die is ontwikkeld op de manier die hierboven is beschreven, heeft laten zien dat door het invullen van de subdoelstellingen ook de hoofddoelstelling, verminderen en voorkomen van pesten, gehaald werd (Olweus, 1994). Een belangrijk werkzaam element van de PRIMA anti-pestmethode is de schoolbrede aanpak. Van RooijenMutsaers (2012) schrijft in haar artikel, geschreven voor het Nederlands Jeugd Instituut, over wat werkt tegen pesten dat betere resultaten worden behaald wanneer meerdere interventies tegelijkertijd worden ingezet. Dat gebeurt in de schoolbrede aanpak. Een schoolbrede aanpak houdt in dat interventies op drie niveaus, schoolniveau, groepsniveau en individueel niveau, gecombineerd worden. Zo'n aanpak is tot nu toe het best onderbouwd en het meest geaccepteerd (Van Rooijen-Mutsaers, 2012).
21
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Werkzame elementen Wat zijn de werkzame elementen die de doelen van de interventie realiseren? Geef een puntsgewijze opsomming. Pesten is een probleem waarbij de sociale omgeving van kinderen op de basisschool een grote rol speelt. Door deze sociale omgeving te betrekken bij het veranderen van de situatie en door het opstellen en consequent naleven van duidelijke regels, kan pesten op basisscholen verminderd en voorkomen worden. In de publicatie van het NJI over Wat werkt tegen pesten (Rooijen-Mutsaers, 2012) wordt een overzicht gegeven van werkzame bestanddelen in het aanpakken van pesten, gebaseerd op systematische reviews en metaanalyses. Geconcludeerd wordt dat programma’s gebaseerd op de interventie van Olweus het best werken. De volgende werkzame elementen gelden voor de PRIMA aanpak: Effectieve opzet: - Schoolbrede aanpak: interventie wordt op drie niveaus, schoolniveau, groepsniveau en individueel niveau gecombineerd en alle partijen in en rond de school worden betrokken bij het voorkomen en terugdringen van pesten. - Er wordt gebruik gemaakt van de bestaande sociale omgeving van leerlingen: leerkrachten, mede-leerlingen, ouders en andere volwassenen in de schoolomgeving. - Met behulp van de Pestmeter kan meer kennis over de omvang en de aard van het pestprobleem op een school worden opgedaan. Dit ondersteund bewustwording, en vormt een basis voor het organiseren/uitvoeren van activiteiten die aansluiten bij de situatie op de school. Effectieve elementen: - Ouderbijeenkomsten, informeren en betrekken van ouders - Disciplinerende methoden (gedragscode met regels en sancties) - Monitoring en surveillance van activiteiten van de leerlingen binnen en buiten school - Training van leerkrachten (e-learning) - Klassikale afspraken tegen pesten - Schoolbeleid tegen pesten - Schoolbrede bijeenkomst over pesten - Het gebruik van video’s om het bewustzijn van leerlingen rondom pesten te verhogen - Monitoring met behulp van de pestmeter en goede surveillance met behulp van de beschrijving van een goed surveillanceplan en een voorbeeld plan dat aangereikt wordt.
22
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
4. Uitvoering Materialen Welke materialen zijn beschikbaar voor de uitvoering, werving en evaluatie van de interventie? Bij de PRIMA aanpak horen een aantal handleidingen en materialen: • Handleiding voor scholen • Leerlingenboekje dat aansluit op de film Spijt! • Handleiding voor leerkrachten bij lessenserie • PRIMA-Pestmeter en sociogram voor leerlingen • PRIMA-Pestmeter voor leerkrachten incl. adviezen en tools • PRIMA-Pestmeter voor ouders • E-learning module • Website: prima.veiligheid.nl De resultaten van het onderzoek naar effect en implementatie van de originele PRIMA anti-pestmethode in Nederland zijn beschreven in een artikel en als factsheet: • Het artikel: ‘Effects of an anti-bullying program in Dutch elementary schools’ door A. van Dorst, M. Crone, E. Dusseldorp, C.H. Wiefferink en T.G.W.M. Paulussen (submitted) • De factsheet: ‘Preventie van pesten op basisscholen volgens de PRIMAmethode’ door A. van Dorst, K. Wiefferink, E. Dusseldorp, F. Galindo Garre, M. Crone en Th. Paulussen van TNO in Leiden.
Type organisatie Welk(e) soort(en) organisatie(s) kan /kunnen de interventie uitvoeren? De PRIMA aanpak wordt uitgevoerd op basisscholen. De lessenserie is bedoeld voor de bovenbouw (groep 6,7,8).
Opleiding en competenties Welke opleiding /training en specifieke competenties van de uitvoerders zijn vereist? Uitvoerders zijn leerkrachten van basisscholen. Deze leerkrachten moeten in ieder geval de e-learning module van Prima volgen en de Pestmeter voor leerkrachten invullen.
Kwaliteitsbewaking Hoe wordt de kwaliteit van de interventie bewaakt? Scholen kunnen naar eigen behoefte de hulp inhuren van een professioneel begeleider die helpt bij de implementatie en uitvoering van de interventie. Dit is echter niet verplicht en de keuzes om dit te doen ligt bij de scholen zelf. VeiligheidNL registreert welke scholen het basispakket of de extra modules bestellen en welke aantallen er worden afgenomen. Onder de scholen die het pakket hebben besteld wordt door VeiligheidNL de komende jaren implementatie onderzoek naar de waardering en het gebruik van het pakket gedaan.
23
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Randvoorwaarden Wat zijn de organisatorische en contextuele randvoorwaarden voor een goede uitvoering van de interventie? -
Draagvlak voor adoptie van de PRIMA aanpak bij management/directie van een school; Draagvlak voor het uitvoeren van de PRIMA aanpak bij leerkrachten van basisscholen
Implementatie Is er een systeem voor implementatie? Geef een samenvatting. De basismodule (lespakket en Pestmeter voor leerlingen) is breed verspreid bij de film ‘Spijt’ door deze, ondersteund door Stichting Kinderpostzegels Nederland, gratis te verstrekken aan basisscholen en scholen voor het voortgezet onderwijs. Daarnaast konden scholen dankzij een (royale) bijdrage van de Stichting Kinderpostzegels de film SPIJT! tot en met november 2013 voor maar €5,- bestellen. Ook is PRIMA op de volgende wijze onder de aandacht gebracht: • Mailing naar alle scholen voor BO; • Leerkrachten en/of ouders konden met hun kinderen gratis naar voorpremières van de film Spijt!, her en der in het land. De eerste duizend bestellers konden zich aanmelden voor deze preview. Voor overdracht van de interventie bestaan de E-learning module en de handleidingen en materialen (zie onder materialen). Implementatie PRIMA VeiligheidNL “controleert” niet of een school PRIMA implementeert zoals bedoeld. Wel wordt periodiek (om de paar jaren) een gebruikersonderzoek uitgevoerd om te kijken hoe PRIMA wordt gebruikt en gewaardeerd en hoe PRIMA kan worden verbeterd. De resultaten van deze onderzoeken worden tevens gebruikt om het aanbod (zoals bijv. de E-learning module en de Pestmeter) beter te laten aansluiten bij de doelgroep en daarmee indirect ook de implementatie te verbeteren.
Kosten Wat zijn de kosten van de interventie? Het PRIMA basispakket (lespakket incl. inloggegevens voor de Pestmeter) wordt gratis verstrekt aan scholen De film spijt kan voor €9,95 mee besteld worden. De lessenserie die aansluit bij de film Spijt! en de pestmeter voor leerlingen, leerkrachten en ouders is tegen een vergoeding van de verzendkosten te bestellen. Voor de E-learning module, het creatieve onderdeel en de ondersteuning van een professioneel begeleider dient een vergoeding betaald te worden. Kosten voor deze modules zijn: • E-learning module: €19,95 • Het creatieve onderdeel: prijs in overleg met Playback die een theatervoorstelling kan verzorgen • Ondersteuning van een professioneel begeleider: scholen maken prijsafspraken met de trainer die ze willen inhuren Personele kosten Naast aanschafkosten zijn er natuurlijk ook personele kosten van de interventie. Het is echter moeilijk in te schatten hoeveel uur de school kwijt is met het uitvoeren van de interventie. Personele kosten zijn namelijk afhankelijk van de grote van de school, hoeveel medewerkers er zijn betrokken en afhankelijk van welke 24
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
activiteiten er worden uitgevoerd. Hieronder een indicatie van de urenbesteding van de belangrijkste onderdelen: • Volgen van de e-learningmodule duurt circa 1 uur. • Lessenserie geven: 6 x les van circa 30-45 minuten (excl voorbereiding van gemiddeld …. Minuten per les.). • Het invullen van de Prima-Pestmeter voor leerlingen duurt maximaal 40 minuten. • Het invullen van de Prima-Pestmeter voor leerkrachten duurt circa 30-60 minuten. • Het invullen van de Prima-Pestmeter voor ouders duurt maximaal 20 minuten. • Kernteam Pesten kost ca 1 uur per week voor implementatie
25
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
5. Onderzoek naar praktijkervaringen Onderzoek en resultaten Is er onderzoek gedaan naar de praktijkervaringen met de interventie en wat zijn daarvan de meest relevante uitkomsten? Procesevaluatie PRIMA nieuwe aanpak –Marlotte Fabrie (VeiligheidNL), November 2013 In november 2013 is een onderzoek uitgevoerd onder de bestellers van het PRIMA basispakket (lespakket + Pestmeter voor leerlingen). Doel van het onderzoek is inzicht krijgen in het bereik, het gebruik, de succes- en faalfactoren en de waardering van het basispakket en de specifieke onderdelen daarvan. Het onderzoek bestond uit een online vragenlijst die verstuurd is naar alle bestellers van het PRIMA basispakket. Respons: Aan 910 bestellers van het PRIMA basispakket is een vragenlijst toegestuurd, 155 bestellers hebben de vragenlijst geheel of gedeeltelijk ingevuld; respons 17%. Het is zeer waarschijnlijk dat een groot deel van de bestellers die niet gereageerd hebben nog geen gebruik hebben gemaakt van het van het PRIMA basispakket. Belangrijkste resultaten: In totaal heeft 23% van de respondenten al gewerkt met het PRIMA basispakket. Bijna driekwart van de respondenten 73% heeft nog niet met het PRIMA basispakket gewerkt, maar is wel van plan om dit te gaan doen. Veruit de belangrijkste rede om nog niet gewerkt te hebben met het PRIMA basispakket is het feit dat de respondenten de film SPIJT! nog niet hebben ontvangen en ze het lespakket graag willen koppelen aan de film. Ook tijdgebrek is een reden die vaak genoemd wordt als er gevraagd wordt waarom men nog geen gebruik gemaakt heeft van het PRIMA basispakket. Het PRIMA basispakket bestaat uit verschillende onderdelen. Van alle respondenten geeft 87% aan gebruik te (gaan) maken van het PRIMA lespakket (het leerlingenboekje en de leerkrachtenhandleiding) en 37% aan gebruik te (gaan) maken van de digitale Pestmeter, 48% zegt dit misschien te gaan doen. Een groot deel (56% a 65%) van de respondenten onderschrijft dat het PRIMA lespakket duidelijk, nuttig, praktisch in gebruik, effectief, informatief, bruikbaar en toepasbaar is. Slechts 9% van de respondenten is van mening dat het PRIMA basispakket tijdrovend is. Het oordeel over het PRIMA lespakket is dus vrij positief. Het merendeel van de respondenten (24% a 33%) onderschrijft ook dat de digitale Pestmeter duidelijk, nuttig, praktisch in gebruik, effectief, informatief, bruikbaar en toepasbaar is. Van alle respondenten is 10% van mening dat de digitale Pestmeter tijdrovend is, een even groot deel is het daar echter niet mee eens. Aangezien een groot deel van de respondenten nog niet met de digitale Pestmeter heeft gewerkt hebben veel respondenten ‘Weet ik (nog) niet’ ingevuld, Hierdoor is het lastig om echt conclusies te trekken over de waardering van de digitale Pestmeter. De belangrijkste reden voor de respondenten om het PRIMA basispakket te bestellen/gebruiken is het feit dat het pakket een SPIJT! ‘jasje’ heeft en daardoor dus te koppelen is aan de film SPIJT! (71%). Ook willen veel respondenten met behulp van het pakket pesten op hun school voorkomen (68%) of verminderen/stoppen (60%). Van alle respondenten geeft 37% aan het PRIMA basispakket te hebben besteld/gebruikt omdat het pakket duidelijk is en praktisch in gebruik. Gemiddeld krijgt het PRIMA basispakket een 7,7 als rapportcijfer Conclusie: Doordat het PRIMA basispakket is gekoppeld aan de film Spijt! en de film nog niet op DVD was uitgekomen ten tijde van het onderzoek hebben helaas nog niet veel respondenten gebruik gemaakt van het PRIMA basispakket. Ondanks dit gegeven zijn de meeste respondenten wel positief over het PRIMA basispakket en zeker van plan om het te gaan gebruiken.
26
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
6. Onderzoek naar de effectiviteit Onderzoek in Nederland Is er onderzoek gedaan naar de effectiviteit van de interventie in Nederland en wat zijn daarvan de uitkomsten? Vermeld ook reviews en meta-analyses. Er is nog geen onderzoek gedaan naar de effectiviteit van de nieuwe aanpak van PRIMA.
Onderzoek naar vergelijkbare interventies Is er onderzoek gedaan naar de effectiviteit van deze of een vergelijkbare interventie (in Nederland en in het buitenland) en wat zijn daarvan de uitkomsten? Vermeld ook reviews en meta-analyses. In 2006/2007 is ook PRIMA onderzocht op effectiviteit, door van Dorst et al. Dit onderzoek staat hier beschreven Effects of an anti-bullying program in Dutch elementary schools Dorst, A. van, Crone, M.R. Dusseldorp, E., Wiefferink, C.H., & Paulussen, T.G.W.M. (submitted) Onderzoeksvragen Dit Nederlandse onderzoek naar de effectiviteit van PRIMA had twee onderzoeksvragen: (1) het evalueren van het effect van de PRIMA-methode en (2) de invloed van de mate van gebruik van de methode door de leerkrachten op het pesten op de basisscholen. Onderzoeksopzet Het onderzoek is uitgevoerd gedurende twee schooljaren (2005-2006 en 2006-2007) op 49 basisscholen in de regio Rotterdam. Voor de effectevaluatie is gebruik gemaakt van een quasi-experimenteel pre-test/posttest design met controlegroep. Scholen mochten zelf kiezen of ze als interventie- of als controleschool deelnamen aan de studie. Zevenentwintig interventiescholen werkten volgens de PRIMAmethode, de 22 controlescholen stond het vrij een eigen beleid t.a.v. pesten te volgen. Door middel van de digitale Pestmeter, een vertaling van de Bully/Victim Questionnaire van Olweus, is het pestgedrag van de leerlingen in groep 6, 7 en 8 twee schooljaren gevolgd: de metingen werden gedaan in oktober 2005 (T0), juni 2006 (T1), oktober 2006 (T2, voor de nieuw ingestroomde leerlingen) en juni 2007 (T3). Leerkrachten hielden een logboek bij met de uitgevoerde activiteiten. Deze logboeken werden in januari en juni van 2006 en 2007 verzameld. Deelnemers: Op T0 waren er 27 interventiescholen met in totaal 2048 leerlingen in groep 6, 7 en 8 en 22 controlescholen met in totaal 1509 leerlingen in groep 6, 7 en 8. In het tweede schooljaar deden nog 22 interventiescholen en 18 controlescholen mee. Leerlingen die in het eerste jaar in groep 6 of 7 zaten, konden ook het tweede jaar worden gevolgd, als ze in groep 7 of 8 zaten. In totaal konden 962 leerlingen op interventie- (47% respons) en 669 leerlingen op controlescholen (44% respons) twee jaar lang worden gevolgd. Analyse Het onderzoek heeft gebruik gemaakt van twee uitkomstmaten voor gepest worden en twee voor pesten: • samengestelde maat (gemiddelde van 8 items, range 1-5: nooit-meer dan 1x /wk) o één algemene vraag en zeven vragen over de vorm van gepest worden (Cronbach’s _: 0,80) o één algemene vraag en zeven vragen over de vorm van pesten (C’s _: 0,75) • dichotome maat (één algemene vraag, categorieën < of _ 2-3 keer per maand) o gepest worden (“Hoe vaak ben jij de afgelopen drie maanden gepest?”) o pesten (“Hoe vaak heb jij de afgelopen drie maanden gepest?”) 27
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Met behulp van multilevel regressieanalyse met twee niveaus (school en leerling) is gekeken naar de relatie tussen het gebruik van PRIMA en het effect op pesten bij leerlingen, met interventie-/controleconditie, de baselinewaarde van pesten/gepest worden, groep (6, 7 of 8) en geslacht als covariaten. De effecten zijn na het eerste schooljaar en, voor leerlingen die de totale periode deelnamen, ook na twee schooljaren onderzocht. Resultaten Jaar 1 Samengestelde maat: Op baseline was de gemiddelde scoren op gepest worden 1,6 en pesten 1,3, op zowel interventie- als controlescholen. Op T1 was dit afgenomen naar 1,4 en 1,2 voor interventiescholen en naar 1,5 en 1,2 op controlescholen: een effect ten gunste van de PRIMA methode (gepest worden: p=0,01; pesten: p=0,09). Het effect van de PRIMA-methode op gepest worden was het sterkste in groep 6. Dichotome maat: Op baseline werd 21% van de kinderen gepest, op zowel interventie-als op controlescholen. Op interventiescholen pestte 8% wel eens andere kinderen, op controlescholen 7%. Op T1 was dit afgenomen tot resp. 14% en 6% op interventiescholen en resp. 16% en 6% op controlescholen. Het verschil in afname tusseninterventie- en controlescholen was met de dichotome maat niet significant. Jaar 2 Samengestelde maat: Onder leerlingen die 2 jaar deelnamen aan het onderzoek nam gepest worden af van 1,7 op T0 tot resp. 1,3 (interventie) en 1,4 (controle) op T3. Pesten nam af van 1,3 op T0 tot 1,2 op T3 in beide condities. Het verschil tussen interventie- en controlescholen is na twee jaar niet statistisch significant. Dichotome maat: Pesten nam onder leerlingen die 2 jaar deelnamen aan het onderzoek af: gepest worden ging van 22% naar 9% op interventiescholen en van 24% naar 10% op controlescholen, en pesten van 7% naar 5% (interventie) en van 8% naar 4% (controle). Deze verschillen zijn niet statistisch significant. Effect van mate van gebruik In het eerste jaar was het gebruik van de methode op schoolniveau gemiddeld (3,48 op een schaal van 1-6), in het tweede jaar iets lager (3,12). Op groepsniveau was het\ gebruik goed: in jaar 1 was de index 7,88 op een schaal van 1-11, in jaar 2 was dit 7,20. Gesprekken met pesters en slachtoffers van pesten (op individueel niveau) werden in jaar 1 door 51% van de leerkrachten gehouden, in jaar 2 was dit opgelopen tot 57%. Leerkrachten die twee jaar meededen aan de methode (n=47), gaven aan dat de maatregelen die op schoolen groepsniveau werden genomen in jaar 2 afnamen (p<0,001), terwijl maatregelen op individueel niveau gelijk bleven. Een grotere mate van gebruik van PRIMA op individueel niveau was gerelateerd aan een sterkere afname van gepest worden (p<0,05) en pesten (p<0,05) in jaar 1. Mate van gebruik van maatregelen op school- en groepsniveau in beide jaren en maatregelen op individueel niveau in jaar 2 waren niet gerelateerd aan pestgedrag. Discussie De resultaten laten een effect van de PRIMA-methode op gepest worden zien in het eerste jaar van de studie. Na twee jaar is het aantal leerlingen dat gepest wordt afgenomen, maar omdat dit zowel op interventie- als op controlescholen is gebeurd, zijn de verschillen tussen de condities niet statistisch significant. De onderzoekers geven twee mogelijke verklaringen voor deze onverwachte afname op de controlescholen. Ten eerste konden scholen zelf kiezen of ze als interventie- of als controleschool wilde deelnemen. De meeste deelnemende scholen wilden deelnemen om iets te gaan doen aan de pestproblematiek op school, maar kozen soms toch voor de controleconditie om de last van de onderzoeksactiviteiten zo laag mogelijk te houden. Alle controlescholen gaven aan dat ze school- en groepsregels over pesten hadden, en 45% voerde groepsgesprekken over pesten. Ten tweede vulden zowel leerlingen in de interventie- als de controleconditie de digitale Pestmeter in, waarbij ook de leerkrachten op de controlescholen toegang hadden tot de resultaten. De onderzoekers concluderen op basis van bovenstaande resultaten en overwegingen dat de PRIMAmethode een toegevoegde waarde heeft voor het voorkomen van pesten op school, en dat, op basis van de waargenomen afname in het gebruik en effect, meer aandacht nodig is voor de periode die volgt op de initiële implementatie van de schoolbrede aanpak van pesten.
28
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
7. Aangehaalde literatuur Maak een alfabetische lijst van alle in deze beschrijving aangehaalde literatuur, en gebruik hiervoor de APA-normen (variant met kleine letters). Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). (2014). Statline databank. Binnengehaald 9 januari 2014 van http://statline.cbs.nl. Craig, W., Harel-Fisch, Y., Fogel-Grinvald, H., Dostaler, S., Hetland, J., Simons- Morton, B., Molcho, M., Mato, M.G. de, Overpeck, M., Due, P., Pickett, W. HBSC Violence & Injuries Prevention Focus Group; HBSC Bullying Writing Group (2009). A cross-national profile of bullying and victimization among adolescents in 40 countries. Int J Public Health. 54(Suppl 2):216-24. Dake, J.A., Price, J.H., & Telljohann, S.K. (2003). The nature and extent of bullying at school. J Sch Health. 73(5):173-180. Dorsselaer, S. van, Looze, M. de, Vermeulen-Smit, E., Roos,S. de, Verdurmen, J., Bogt, T. ter, Vollebergh, W. (2010). 'Gezondheid, welzijn en opvoeding van jongeren in Nederland : HBSC 2009'. Utrecht: Trimbosinstituut Dorst, A. van, Crone, M., Dusseldorp, E., Wiefferink, C.H., & Paulussen, T.G.W.M. (submitted). Effects of an anti-bullying program in Dutch elementary schools. Dorst, A. van, Wiefferink, K., Dusseldorp, E., Galindo Garre, F., Crone, M. & Paulussen, Th. (2008). Preventie van pesten op basisscholen volgens de PRIMA-methode. Leiden, TNO. Fekkes, M., Pijpers, F.I., Verloove-Vanhorick, S.P. (2004). Bullying behavior and associations with psychosomatic complaints and depression in victims. J Pediatr., 144(1):17-22. Fekkes, M., Pijpers, F.I., Verloove-Vanhorick, S.P. (2005). Bullying: who does what, when and where? Involvement of children, teachers and parents in bullying behavior. Health Educ Res., 20(1):81-91. Fekkes, M., Pijpers, F.I., Verloove-Vanhorick, S.P. (2006). Effects of an antibullying school policy on bullying and health symptoms. Arch Pediatr Adolesc Med., 160(6):638-644 Görts, C. & Jonkers, R. (2001). Gezondheid op school. Een inventariserend onderzoek naar schoolgezondheidsbeleid in Nederland. Haarlem: Rescon, research & consultancy. Hoekstra, F., Beek, J. ter, Wiefferink, K. & Buijs, G. (2007) Proefimplementatie van het PRIMA antipestbeleid op basisscholen. tsg. 85(4):196-198. Kaltiala-Heino I, Rimpela M, Rantanen P, Rimpela A (2000), Bullying at school: an indicator of adolescents at risk for mental disorders. JAdolesc 23:661-674 Kreutzer, P. (2013). Vooronderzoek keuze-modules PRIMA methode, Basis- en voortgezet onderwijs. Amsterdam: OneTwentyone Kreutzer, P. (2013). Deel 2 vooronderzoek keuze-modules PRIMA methode, Basis- en voortgezet onderwijs. Amsterdam: OneTwentyone Olweus, D. (1993). Bullying at School: What we know and what we can do. Oxford: Blackwell.
29
PRIMA – Modulaire Aanpak
interventienummer
Olweus, D. (1994). Bullying at school. Basic facts and an effective intervention programme. Promotion & Education, 1(4): 27-31. Rooij, T. van, Eijnden, R. van den (2007). 'Monitor internet en jongeren 2006 en 2007 : ontwikkelingen in internetgebruik en de rol van opvoeding'. Rotterdam: IVO, wetenschappelijk bureau voor onderzoek over verslaving, leefwijzen, maatschappelijke ontwikkelingen Rooijen-Mutsaers, K van (2012). Wat werkt tegen pesten? Utrecht, NJI. (http://www.nji.nl/nl/Watwerkt_Pesten.pdf) Salmon G, James A, Smith DM (1998), Bullying in schools: self reported anxiety, depression, and self esteem in secondary school children. BMJ 317:924-925 Smith, J.D. & Schneider, B.H. (2004). The effectiveness of whole-school antibullying programs: a synthesis of evaluation research. School Psych Rev. 33(4):547-560. Vreeman, R.C. & Carroll, A.E. (2007). A systematic review of school-based interventions to prevent bullying. Arch Pediatr Adolesc Med., 161: 78-88. Williams, K., Chambers, M., Logan, S., Robinson, D. (1996). Association of common health symptoms with bullying in PRIMAry school children. BMJ, 313(7048), 17-19. Zeijl, E., Crone, M., Wiefferink, K., Keuzenkamp, S., Reijneveld, M. (2005). 'Kinderen in Nederland'. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP)
30