Preventie- en handhavingplan Alcohol gemeente Giessenlanden 1
Algemeen
Waarom is de link tussen preventie en handhaving zo belangrijk? Integrale benadering is een cruciaal kenmerk van effectief alcoholbeleid Wetenschappelijke studies laten zien dat een integrale benadering van de problematiek rondom alcohol een cruciaal kenmerk is van effectief alcoholbeleid (Reynolds, 2003). Recent onderzoek van het RIVM Centrum voor Gezond Leven, het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid STAP en het Trimbos-instituut bevestigt dat beleid op het gebied van alcoholmatiging het meest effectief is als het integraal wordt aangepakt1 (Mulder, Bovens, Franken & Sannen, 2013). De belangrijkste pijlers waarop alcoholbeleid dient te zijn gebaseerd, zijn regelgeving (grenzen stellen), handhaving (grenzen bewaken) en publiek draagvlak (grenzen overdragen) (Figuur 1). Het creëren van bewustwording bij alcoholverstrekkers en ouders is een noodzakelijke voorwaarde voor gedragsverandering, die ingegeven wordt door een helder beleid over alcoholpreventie bij jongeren. Door het versterken van de handhaving via de mogelijkheden in de Drank- en Horecawet kunnen er aanvullende effecten bereikt worden op het terugdringen van de beschikbaarheid van alcohol voor jongeren. Dit is ook het uitgangspunt van het landelijke alcoholpreventiebeleid. Naast het voorkomen van schadelijk alcoholgebruik vanuit het perspectief van de volksgezondheid en het jeugdbeleid, is het landelijke beleid ook gericht op het terugdringen van criminaliteit en verstoringen van de openbare orde.
Handhaving
Regelgeving Preventie
Publiek draagvlak Figuur 1. Integraal lokaal alcoholbeleid
beleidsmodel voor effectief (Reynolds, 2003).
Maatregelen gericht op het beperken van de beschikbaarheid van alcohol zijn het meest effectief. Alcoholgebruik is niet alleen een persoonlijke en bewuste keuze. Drinkgedrag wordt voor een groot deel ook bepaald door de omgeving, zoals de ouders, de prijs van alcohol, het productaanbod, verkoopregels, normen, tradities en het sociale netwerk. De WHO laat in een overzichtstudie naar alcoholbeleid zien dat maatregelen die de beschikbaarheid van alcohol beperken het meest effectief zijn in het terugdringen van alcoholgebruik (Babor e.a., 2010).
1
Zie de brochure Effectief Alcoholbeleid: hoe pakt u dat aan?, te downloaden via http://www.loketgezondleven.nl/gemeente-en-wijk/gezonde-gemeente/alcohol/. U kunt op deze pagina ook een korte film bekijken over effectief alcoholbeleid. In zowel de brochure als de film komt dhr. Van der Borg, burgemeester van de gemeente Molenwaard en bestuurlijk ambassadeur van Verzuip jij je Toekomst?!, aan bod.
1
De volgende omgevingsfactoren zijn van invloed op het drinkgedrag van jongeren: de prijs van alcohol; het beschikbare assortiment; het aantal verkooppunten; de leeftijdsgrenzen en naleving en handhaving daarvan; de aanwezige promotie van alcohol; de normen in de sociale omgeving van het individu (bijvoorbeeld van ouders); het overheidsbeleid. Tabel 1 geeft een overzicht van beleidsmaatregelen en hun effectiviteit zoals aangetoond in wetenschappelijk onderzoek (Babor e.a., 2010). Tabel 1. Beleidsmaatregelen en hun effectiviteit zoals aangetoond in wetenschappelijk onderzoek (Babor e.a., 2010). Maatregel
Effectiviteit
Hoeveelheid onderzoek
Minimum verkoopleeftijd
+++
+++
Verhogen van prijs (accijnzen, minimumprijs)
+++
+++
Beperken van verkooptijden
++
++
Meer handhaving
++
++
Beperken van reclame
+/++
+++
Training barpersoneel
-
+++
Een eenzijdige aanpak gericht op slechts één of twee van dergelijke factoren is gedoemd te mislukken. Preventiestrategieën die gebaseerd zijn op handhaving van wet- en regelgeving, training van alcoholverstrekkers, instellen van alcoholvrije zones en intensieve media-aandacht zijn potentieel succesvol (Holder e.a., 1999). 1.2
Verzuip jij je Toekomst?!
De gemeenten in de regio Zuid-Holland Zuid hebben, in overeenstemming met de Landelijke Nota Gezondheidsbeleid, gezamenlijk het voorkomen van het gebruik van alcohol en middelen door jongeren vastgesteld als prioriteit voor gezondheidsbevordering. Deze ambitie wordt vormgegeven door het preventieprogramma Verzuip jij je Toekomst?! (VjjT)2. In VjjT werken zestien gemeenten in Zuid-Holland Zuid samen met de politie, het Openbaar Ministerie en de Dienst Gezondheid & Jeugd om het alcoholgebruik en genotmiddelengebruik onder jongeren terug te dringen. Het programma is in 2009 gestart vanuit een samenwerking tussen het Regionaal College (portefeuillehouders Openbare Orde en Veiligheid) en de Gemeenschappelijke Regeling Zuid-Holland Zuid (portefeuillehouders Volksgezondheid). In het programma zijn de pijlers beleid, handhaving en bewustwording verankerd. In de aanpak wordt zoveel mogelijk een integrale benadering gehanteerd, gericht op de beleidsterreinen Volksgezondheid, Jeugd, Onderwijs en Openbare Orde & Veiligheid.
2
www.verzuipjijjetoekomstzhz.nl
2
Na een looptijd van vier jaar is VjjT in 2012 geëvalueerd. De evaluatie liet zien dat de inspanningen van het programma de gewenste uitwerking leken te hebben op de beschikbaarheid van alcohol voor jongeren en het drinkgedrag van jongeren: Ouders zijn zich bewuster geworden van hun verantwoordelijkheid. Steeds meer ouders laten hun kind dat jonger dan 16 jaar is, thuis niet drinken. Ook is een toenemend aantal ouders van mening dat thuis ‘leren drinken’ onverstandig is; De veranderende attitude van ouders beperkt de beschikbaarheid van alcohol voor jongeren. Dit is terug te zien in het drinkgedrag van jongeren, zoals de startleeftijd waarop jongeren in de regio ZHZ beginnen met het drinken van alcohol. Deze is tussen 2006 en 2011 niet verder gedaald, waarmee een negatieve trend doorbroken is; Daarnaast is er voor het eerst sinds jaren een dalende trend te zien in het aantal alcoholvergiftigingen onder jongeren. In 2011 werd een afname in het aantal ‘comazuipers’ gemeten van 16% ten opzichte van het jaar daarvoor. Slechts op het gebied van het intensiveren van handhaving, waarbij VjjT sterk afhankelijk was van de nieuwe Voedsel- en Warenautoriteit, bleken de ambities niet waargemaakt te kunnen worden. De handhaving ontwikkelde zich hierdoor tot de achilleshiel van het programma. De Drank- en Horecawet en daarbinnen het preventie- en handhavingplan alcohol bieden kansen om de handhaving van de leeftijdsgrenzen te verbeteren. De gemeenten hebben vanaf 1 januari 2013 zelf de bevoegdheid om toezicht te houden op de naleving van de Drank- en Horecawet.
3
2
Doelstellingen Preventie- en Handhavingplan Alcohol
2.1
Alcoholpreventie
VjjT geeft invulling aan alcoholpreventie in de regio Zuid-Holland Zuid. Het programma kent de volgende doelstellingen3 voor de periode 2013 t/m 2015: 1. Het tegengaan van alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar (10 t/m 17 jaar); 2. Het tegengaan van schadelijk alcoholgebruik door jongeren van 18 t/m 23 jaar. De uiteindelijke doelgroep van VjjT bestaat uit jongeren in de leeftijd van 10 t/m 23 jaar. Omdat onderzoek heeft laten zien dat vooral de sociale omgeving van jongeren bepalend is voor hun alcoholgebruik, richten de activiteiten van het programma zich primair op de omgeving van jongeren. Hieronder verstaan we ouders/verzorgers en intermediairs vanuit scholen, horeca, paracommercie, zorgkaders, politie, etc. 2.2
Handhaving
Inleiding Het handhavingsbeleid Drank en Horecawet maakt onderdeel uit van het integrale handhavingsbeleid. Het beleid omvat alle locaties en situaties die voorkomen in de Drank en Horecawet. Per locatie of situatie is uitgewerkt wat is toegestaan, onder welke voorwaarden en wat verboden is. Op deze wijze kan in een kort document worden aangegeven wat de regels zijn. Dit maakt een integrale controle mogelijk. De toezichthouder weet wat de regels zijn en kan direct een basiscontrole uitvoeren. In de handhavingsmatrix zijn de sanctiemaatregelen opgenomen. De doelstellingen van het beleid zijn tweeledig. Enerzijds de controle op de naleving van de Drank en Horecawet en anderzijds het terugdringen van alcoholgebruik door jongeren onder 18 jaar. Toezichtstrategie Toezicht is gericht op verhoging van het naleefgedrag. Het is het logische vervolg op voorlichting en preventie. Wij zullen de volgende vormen van toezicht inzetten. 1. Periodiek toezicht Bedrijven en instellingen worden periodiek gecontroleerd. Er wordt gekeken of aan alle eisen uit de vergunning is voldaan. Het gaat hierbij over bedrijven die alcohol mogen verkopen met of zonder vergunning en bedrijven waarvoor een alcoholverbod geldt (tankstations, in winkels bij tankstations, winkels bij horecabedrijven langs autowegen en autosnelwegen). 2. Toezicht op tijdelijke activiteiten Bij evenementen zal steekproefsgewijs worden gecontroleerd op de aanwezigheid van een ontheffing die op grond van art. 35 DHW moet zijn verleend. Ook wordt bij evenementen extra aandacht besteed aan de leeftijdsgrenzencontrole. Met name bij die evenementen waar veel jongeren aanwezig zullen zijn. 3. Leeftijdsgrenzencontrole. De leeftijdsgrenzencontrole richt zich op de naleving van art. 20 DHW. Het is verboden drank te verstrekken aan jongeren onder de 18 jaar. Deze controle is voornamelijk gericht op drankverstrekkers. Een ander aspect is het verbod voor jongeren onder de 18 jaar om drank bij zich te hebben in een voor het publiek toegankelijk plaats ( art. 45 DHW)
3
Het verminderen van alcoholgebruik onder jongeren kost tijd. Daarnaast wordt het drinkgedrag van jongeren door verschillende zaken beïnvloed. Ook algemene aandacht in de media, wijzigingen in landelijke wetgeving en andere omstandigheden kunnen bijdragen aan een verandering in het alcoholgebruik van jongeren.
4
4. Passief toezicht en bijzondere contoles Toezicht naar aanleiding van klachten, meldingen en handhavingsverzoeken. Dit kan leiden tot een basiscontrole en of een leeftijdsgrenzencontrole. Er worden ook bijzondere controles gehouden op doorschenken, hokken en keten als er concrete aanwijzingen zijn dat daarvan sprake is. Wij streven er na om zoveel mogelijk integrale controles te houden waarbij gecontroleerd wordt op naleving van de vergunning, maar ook op leeftijdsgrenzen. Het spreekt voor zich dat na een geconstateerde overtreding altijd een hercontrole plaatsvindt. Sanctiestrategie Bevoegdheid De wettelijke bevoegdheid tot het doen naleven van wetten en regels is gelegen in artikel 125 van de Gemeentewet en hoofdstuk 5 van de Algemene wet bestuursrecht, vooral in de artikelen 5:21 en 5:23. In enkele bijzondere gevallen is de handhavingsbevoegdheid geregeld in de desbetreffende bijzonder wet. Dit is het geval voor de Drank en Horecawet en de APV. In de artikelen 172 t/m 178 van de Gemeentewet zijn diverse bevoegdheden toegekend aan de burgemeester in het kader van de handhaving van de openbare orde, het toezicht op openbare gelegenheden etc. Handhavingsinstrumenten Onderwerp Intrekken DHW vergunning Schorsen DHW Vergunning
Artikel 31 DHW
Opmerking
32 DHW
Dit is een nieuw instrument dat alleen van toepassing is op niet-imperatieve intrekkingsgronden. De burgemeester kan de DHW vergunning voor maximaal 12 maanden schorsen
Verwijderen van bezoekers Bestuurlijke boete
36 DHW
Three strikes out
19a DHW
Bestuurlijke strafbeschikking
44a DHW e.v.
In een aantal gevallen is het toegestaan om een bestuurlijk boete toe te passen. De hoogte van de boete is vastgesteld in de bijlage van het Besluit bestuurlijke boete Drank en Horecawet Dit is een nieuwe maatregel. Niet DHW-vergunningplichtige bedrijven die alcohol verkopen, zoals supermarkten en snackbars, kunnen worden gesanctioneerd als ze in een periode van 12 maanden drie keer hetzelfde artikel ( art. 20, lid 1) overtreden. Met dit recht kan de burgemeester een ondernemer verbieden op alcohol te verkopen voor minmaal 1 week en maximaal 12 weken. Op grond van het Besluit OM-afdoening is een aantal feiten genoemd gerelateerd aan de Apv, waarvoor een strafbeschikking kan worden opgesteld. Bijvoorbeeld het verbod om op de daarvoor aangewezen plaatsen drank bij zich te hebben.
5
Last onder dwangsom/bestuursdwang Tijdelijke sluiting van een Horeca-inrichting Regulering paracommerciële activiteiten
125 Gemeentewet 174 Gemeentewet Horeca verordening
De Drank en Horecawet verplicht gemeenten om regels te stellen ter voorkoming van oneerlijke medededinging, waaraan paracommerciële rechtspersonen die in eigen beheer horecafacilitetien exploiteren zich te houden hebben bij de verstrekking van alcoholhoudende drank.
1. Bestuurlijke boete versus dwangsom Tenslotte kent de Drank en Horecawet het instrument bestuurlijke boete. De bestuurlijke boete kan rechtstreeks, zonder waarschuwing en zonder tussenkomst van de rechter worden opgelegd. De boete die wordt geïnd, valt toe aan de gemeente. Het voordeel van dit instrument is dat direct kan worden gereageerd op een overtreding (lik op stuk). Omdat het toepassen van de bestuurlijke boete relatief veel administratieve werkzaamheden met zich meebrengt zal dit middel beperkt worden ingezet en zal in beginsel worden gekozen voor de last onder dwangsom. 2. Strafrechtelijk optreden Op basis van een aantal artikelen in de Drank en Horecawet kan alleen strafrechtelijk worden opgetreden door middel van het opmaken van een proces verbaal. In alle gevallen, behalve bij het strafrechtelijk optreden is de burgemeester bevoegd tot het opleggen van sancties. In de bijlage is de handhavingsmatrix opgenomen. In deze matrix staat per overtreding de sanctie vermeld die hier tegenover staat. In principe wordt altijd een waarschuwing gegeven na constatering van de eerste overtreding. Handhaving en toezicht in de praktijk Overtredingen zijn ingedeeld in 3 categorieën. - Categorie 1: lichte overtredingen Deze overtredingen zijn van geringe ernst. Daarbij kunnen wij denken aan het niet ter plaatse kunnen tonen van een vergunning of een terras dat buiten de vergunde afmetingen is gerealiseerd. In deze categorie wordt eerst een ambtelijke waarschuwing gegeven. Pas in de tweede fase wordt een vooraanschrijving gestuurd. In de derde fase wordt daadwerkelijk een sanctie opgelegd. - Categorie 2: middelmatige tot zwaardere overtredingen. Er is geen sprake van een acute gevaarlijke situatie. Als eerste stap wordt het voornemen tot het opleggen van een sanctie opgelegd. De overtreder krijgt de gelegenheid om binnen korte maar redelijke termijn zelf een einde te maken aan de overtreding. Voldoet hij binnen de termijn niet, dan volgt direct een sanctie. Categorie 3: Spoedeisende overtredingen. Het gaat om ernstige en urgente zaken waarbij direct gevaar is voor milieu, volksgezondheid of veiligheid. De overtreding dient direct te worden beëindigd. Gedacht moet worden aan ernstige verstoring van de openbare orde in relatie tot het schenken van alcohol.
6
Bij iedere categorie hoort een stappenplan. Overtreding Categorie 1
acties 1. Brief met hersteltermijn Indien niet tijdig hersteld: 2. Vooraanschrijving met termijn en mogelijkheid tot zienswijze Indien niet tijdig hersteld: 3. Sanctiebeschikking opleggen ( bestuursdwang, last onder dwangsom, schorsen vergunning, boetbeschikking etc)
Categorie 2
In geval van een herstelsanctie, indien niet tijdig hersteld: 4. Uitvoeren sanctie ( innen dwangsommen, uitvoeren bestuursdwang 1. Vooraanschrijving met termijn en mogelijkheid tot zienswijze Indien niet tijdig hersteld: 2. Sanctiebeschikking opleggen ( bestuursdwang, last onder dwangsom, schorsen vergunning, boetbeschikking etc)
Categorie 3
In geval van een herstelsanctie, indien niet tijdig hersteld: 3. Uitvoeren sanctie ( innen dwangsommen, uitvoeren bestuursdwang Direct toepassen sanctie
7
3
Acties Preventie- en Handhavingplan Alcohol
3.1
Alcoholpreventie
De doelstellingen van VjjT zijn uitgewerkt in speerpunten en bijbehorende activiteiten voor de periode 2013-2015. Voor Giessenlanden zijn onderstaand een aantal speerpunten geformuleerd. Niet iedere activiteit/preventiemaatregel is verplicht. Organisaties en instellingen bepalen zelf of zij hier aan deelnemen. Na afloop van de vierjaarlijkse periode wordt vastgelegd wat er op het gebied van preventie, regelgeving en handhaving is gedaan. In het verslag wordt opgenomen: de genomen (specifieke) preventiemaatregelen; de uitgevoerde controles; de uitgevoerde handhavingsacties; de eventuele wijzigingen in regelgeving; Op basis van het voorgaande worden conclusies getrokken en aanbevelingen gedaan voor de komende periode. Speerpunten gemeente Giessenlanden Handhaving (alcohol)/advisering m.b.t. preventie bij gewijzigde Drank- en Horecawet De Dienst Gezondheid & Jeugd (DG&J) verzorgt (vanaf het tweede kwartaal 2014) de regionale handhavingscommunicatie. In 2014 is een mystery shopping onderzoek gehouden en in 2015 wordt een doortaponderzoek in de Horeca en bij sportverenigingen georganiseerd. Mystery shopping onderzoek Eén van de belangrijkste aspecten van de Drank- en Horecawet (DHW) is de leeftijdsgrens voor de verkoop van alcohol. Vanaf 1 januari 2014 wordt een eenduidige leeftijdsgrens van 18 jaar gehanteerd. Om een betrouwbaar inzicht te krijgen in hoeverre de leeftijdsgrens wordt nageleefd door alcoholverstrekkers, is het uitvoeren van een zogenaamd ‘mystery shopping onderzoek’ de meest objectieve methode. Hierbij doen speciaal getrainde jongeren uit de regio Zuid-Holland Zuid, onder begeleiding van onderzoekers, diverse aankooppogingen van alcoholhoudende drank bij supermarkten, slijterijen, cafetaria’s, horecagelegenheden en sportkantines in de regio Zuid-Holland Zuid. Giessenlanden is één van de gemeenten die wordt aangedaan. De resultaten van het onderzoek worden niet gebruikt om boetes uit te delen aan overtredende alcoholverstrekkers, maar dienen als informatiebron voor gemeenten. Zij kunnen aan de hand van de onderzoeksresultaten hun beleid aanscherpen waar dat nodig is. Doortaponderzoek Jongeren die uitgaan drinken vaak te veel. Dit heeft niet alleen gevolgen voor de gezondheid van de jongeren, maar ook voor de openbare orde en veiligheid. Uit verschillende regionale, landelijke en Europese studies komt naar voren dat jongeren, ook al hebben ze teveel gedronken, in diverse gelegenheden toch nog alcohol kunnen kopen. In 2015 wordt een ‘doortaponderzoek’ uitgevoerd in de regio Zuid-Holland Zuid. Dit onderzoek heeft als doel de naleving van het wettelijk verbod op doorschenken bij dronkenschap te toetsen. Het onderzoek wordt in opdracht van Verzuip jij je Toekomst?! uitgevoerd bij horecagelegenheden en sportverenigingen in de regio. Bij de dataverzameling wordt gebruik gemaakt van getrainde acteurs. Advisering aanpak openbare dronkenschap Per overtreding wordt afgewogen welke sanctie bij jongeren het meest passend is. Boa’s investeren in het gesprek met de overtreders. Zij kunnen dan bijvoorbeeld zowel een gesprek aangaan met de overtreder als de ouders. Het doel van dit gesprek is vooral uitleg geven waarom de gedraging strafbaar is en welke gevolgen overmatig alcoholgebruik kan hebben. Dit wordt door het OM op het ZHZ-niveau opgepakt. In 2014 bereidt het OM samen met VjjT en Halt een notitie voor. Kern van de notitie is een voorstel tot een nieuwe beleidslijn, waarbij
8
jongeren < 18 jaar met alcohol in de openbare ruimte standaard naar Halt worden doorverwezen i.p.v. een boete. Bewustwording (alcohol en andere drugs) “Verzuip jij je Toekomst?!-actiemaand”, waarbij supermarkten, horeca, sportverenigingen, scholen, politie, jongerenwerk, etc. vanuit hun eigen verantwoordelijkheid en met steun van VjjT activiteiten organiseren. Deelname in 2015 is slechts mogelijk voor een beperkt aantal gemeenten. Welke gemeente deelneemt wordt in het eerste kwartaal van 2015 bepaald. Ouders en opvoeders zijn en blijven een belangrijke doelgroep. Doelstelling is ouders en opvoeders te wijzen op hun kracht, invloed en rol binnen de opvoeding als het gaat om de preventie van middelengebruik door jongeren. Dit gebeurt door hen te overtuigen dat goed voorbeeldgedrag in middelengebruik goed doet volgen, steun te bieden om middelengebruik te ontmoedigen en ouders te voorzien van tools voor het stellen van grenzen aan jong beginnend middelengebruik. Bij het bereiken en informeren van ouders wordt waar mogelijk gebruik gemaakt van bewustwordingsacties en social media om de landelijke websites onder de aandacht te brengen. Basisscholen worden alleen op aanvraag ondersteund met interventieprogramma’s voor leerlingen, ouders en docenten op het thema alcohol en roken, of wanneer uit cijfers blijkt dat het alcoholgebruik hoger is dan gemiddeld. Voorbeelden van activiteiten zijn het preventieprogramma De Gezonde School en Genotmiddelen (zie hieronder bij Jongeren) en de ouderavond “Help, mijn kind wordt een puber!”. In groep 7 van het basisonderwijs krijgt ieder kind, samen met zijn/haar ouders, voorlichting over het onderwerp alcohol in het Preventief Gezondheidsonderzoek. Ook in de tweede klas van het voortgezet onderwijs vindt er een gesprek met het kind (nu zonder ouder) plaats over alcohol. In 2013 is voor de eerste maal gestart met de bewustwordingsactie Alcohol NEE contract. Deze actie is in 2014 herhaald. Doelstelling is dat kinderen in gesprek gaan met hun ouders over het gebruik van alcohol (en dat eventueel vastleggen in een contract). Alcoholverstrekkers: horeca en evenementen Horeca en evenementen zijn belangrijke trekpleisters voor jongeren. Om het personeel bewust te maken van hun maatschappelijke verantwoordelijkheid kunnen zij getraind worden in het verantwoord alcohol schenken en het herkennen van middelengebruik (BarCode, Eerste Hulp Bij Drank- en drugsongelukken in het Uitgaanscircuit). Evenementen De DG&J bezoekt evenementen (zoals de kermis, (school)feesten en festivals) die in Giessenlanden worden gehouden. De dienst adviseert evenementenorganisaties over beleid m.b.t. middelengebruik. Er wordt voorlichting gegevens tijdens evenementen door zogenaamde ‘peers’ (jongeren die voorlichting geven aan jongeren). Alcoholverstrekkers: detailhandel en sportverenigingen Stimuleren van verbetering van de leeftijdscontrole bij alcoholverkoop met detaillisten en brancheorganisaties. DG&J ondersteunt hierin door op verzoek aan te schuiven bij horeca overleggen. Jongeren Stimuleren van basisscholen gebruik te maken van het preventieprogramma De Gezonde School en Genotmiddelen. Dit wordt vanuit de DG&J ondersteund. De uitvoer ligt bij Youz (Bouman GGZ). DGSG bestaat uit vier pijlers: (1) ondersteuning van directie bij het opstellen van genotmiddelenbeleid, (2) training voor docenten in signaleren en begeleiden van risicovol middelengebruik door leerlingen, (3) ouderavonden en (4) digitale lesmodules voor leerlingen.
9
3.2
Handhaving
Wij starten met het informeren van alle bedrijven en instellingen. Zij worden geïnformeerd over de regels uit de Drank en Horecawet. Wat mogen zij, onder welke voorwaarden en wat mag niet. Als eerste moeten zij onderzoek of hun vergunning nog actueel is. Hierbij wordt vermeld dat zij binnen een bepaalde periode actie moeten ondernemen. Na die periode vinden de basiscontroles plaats. De controles op de leeftijdsgrenzen vinden al eerder plaats. In de periode van 2015 t/m 2016 zal bij alle bedrijven en instellingen een basiscontrole worden uitgevoerd. Steekproefsgewijs worden er integrale controles uitgevoerd bij evenementen. Leeftijdscontroles worden uitgevoerd bij de gelegenheden waar veel jongeren aanwezig zijn. Wij streven ernaar om na iedere controle in overleg te gaan met het bedrijf of de instellingen waar de controle heeft plaatsgevonden en naar aanleiding van de bevindingen goede afspraken te maken. Deze afspraken moeten worden nagekomen. Het niet nakomen zal leiden tot gerichte sancties. 4
Uitvoering
Alcoholpreventie Voor de uitvoering van de acties gericht op alcoholpreventie wordt verwezen naar de strategie van Verzuip jij je Toekomst?! voor de periode 2013 t/m 2015. Handhaving De burgemeesters van Giessenlanden, Hardinxveld-Giessendam, Molenwaard, Zederik, Leerdam, Gorinchem en Papendrecht hebben een convenant gesloten over de mogelijkheid tot samenwerking en de inzet van BOA ’s op elkaars grondgebied. Werkafspraken worden gemaakt op basis van dit convenant.
10
5
Resultaten
De twee hoofddoelstellingen van VjjT zijn vertaald in een aantal operationele doelstellingen, die laten zien welke resultaten er begin 2016 worden verwacht. 1. Het tegengaan van alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar (10 t/m 17 jaar): ▪ De gemiddelde startleeftijd van jongeren voor het drinken van alcohol is verder toegenomen (12,9 jaar in 2011); ▪ Het percentage jongeren van 12 t/m 17 jaar dat de afgelopen maand4 alcohol heeft gedronken, is verder afgenomen (26% in 2011); ▪ Het percentage jongeren van 12 t/m 17 jaar dat de afgelopen maand10 aan binge drinken heeft gedaan (5 of meer glazen bij één gelegenheid) is verder afgenomen (20% in 2011); ▪ Het percentage jongeren van 12 t/m 17 jaar dat dronken of aangeschoten is geweest in de afgelopen maand10 is verder afgenomen (12% in 2011); ▪ Het percentage ouders dat aangeeft dat zijn of haar kind thuis géén alcohol mag drinken voor het 18e levensjaar is ten minste 70% (92% in 2011 voor de 16 jaar-grens); ▪ Het percentage ouders dat denkt dat het verstandig is om jongeren thuis te leren drinken is verder afgenomen (30% in 2011); ▪ Het percentage ouders dat aangeeft dat zijn of haar kind geen middelen (soft- of harddrugs) mag gebruiken voor het 18e levensjaar is ten minste 70%; ▪ Er is sprake van een verbetering in de naleving van de wettelijke leeftijdsgrenzen voor alcoholverkoop in supermarkten, sportverenigingen, slijterijen en horeca (22% in 2011)5. 2. Het tegengaan van schadelijk alcoholgebruik door jongeren van 18 t/m 23 jaar: ▪ Het percentage jongeren van 18 t/m 23 jaar dat de afgelopen maand10 aan binge drinken heeft gedaan (4 of meer glazen bij één gelegenheid voor vrouwen, 6 of meer glazen bij één gelegenheid voor mannen), is verder afgenomen (12% in 2009); ▪ Het aantal jongeren van 16 t/m 23 jaar dat als gevolg van een alcoholvergiftiging wordt behandeld door ambulancepersoneel is verder afgenomen (58 jongeren in 2011); ▪ Het aantal alcoholgerelateerde incidenten waarbij jongeren van 16 t/m 23 jaar betrokken zijn en dat door de politie wordt geregistreerd, is verder afgenomen (1.030 incidenten in 2010); ▪ Er is sprake van een verbetering in de naleving van het wettelijk verbod op doorschenken bij dronkenschap in de horeca (17% in 2010)11. Vallend onder beide hoofddoelstellingen: ▪ Minimaal 50% van alle scholen voor voortgezet onderwijs is alcoholvrij voor leerlingen en voldoet hiermee aan de criteria van het landelijke keurmerk Alcoholvrije School (tot nu toe 2 scholen in 2012); ▪ Er is een werkende keten van vroegsignalering en verwijzing van jongeren met risicovol alcoholgebruik, waarbij jongeren worden verwezen naar een preventief contactmoment met een professional (pilotproject in 2011-20126).
Gebruikte literatuur Babor, T., e.a. (2010). Alcohol: no ordinary commodity. Research and public policy. Second Edition. Oxford: Oxford University Press. Holder, H.D. (1999). Alcohol and the community. A systems approach to prevention. Cambridge: Cambridge University Press.
4
De specificatie ‘afgelopen maand’ heeft te maken met de vraagstelling in het onderzoek.
5
De verantwoordelijkheid voor het organiseren en uitvoeren van handhaving om de naleving van alcoholverstrekkers te controleren, ligt bij de gemeente. Verzuip jij je Toekomst?! zal gemeenten adviseren en ondersteunen om dit goed vorm te geven, maar kan hier geen directe invloed op uitoefenen. 6
De pilot is in de gemeenten Binnenmaas, De Waard (nu: Molenwaard) en Dordrecht uitgevoerd. De resultaten zijn op te vragen bij de projectleider van Verzuip jij je Toekomst?!.
11
Mulder, J., Bovens, R., Franken, F., & Sannen, A. (2013). Proces in uitvoering. Een zoektocht naar de operationalisatie van cruciale procesfactoren in de uitvoering van regionale alcoholprojecten. Utrecht: Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid (STAP). Reynolds, R.I. (2003). Building confidence in our communities. London: London Drug Policy Forum.
12