Praktijkseminarie ICT&TaalOnderwijs doelgroep BaKO BaLO
15 BaSO
SLO
tijdperspectief : week maand semester traject regulier
opleiding
werk
opleidingsonderdeel: vak
Uitdaging
Doel Aanpak/oplossing
ped
stage
De recente ontwikkelingen op het vlak van informatie- en communicatietechnologie bieden aan de taalleraar een indrukwekkend arsenaal aan nieuwe mogelijkheden om te werken in de richting van (semi-) autonoom en ontdekkend leren, waardoor ook differentiatie op het niveau van de taaltaken mogelijk wordt. De nieuwe eindtermen verplichten hem ook een ICT-luik in de taalles te integreren. Voor veel starters een te weinig bekend en ontgonnen terrein. Hoe kan men deze volwassenen-in-opleiding op een eigentijdse manier in contact brengen met de vele ict-tools zodat ze die ook werkelijk benutten in hun lessen? Een vakgerichte, nuttige ICT-training bieden voor taalleerkrachten. Basismethodiek bestaat erin dat de studenten tijdens seminaries de
nodige uitleg en een breed palet aan suggesties krijgen om er dan thuis en op de stage verder mee te experimenteren. De studenten werken naast het verbeteren van de persoonlijke ICTvaardigheden naar volgende didactische doelen toe:
een weblog, wiki en elektronisch portfolio leren gebruiken ICT effectief in de eigen klaspraktijk leren aanwenden een elektronische leeromgeving als cursusleider leren gebruiken digitale leerpaden ontwerpen digitaal lesmateriaal produceren.
In concreto wordt het seminarie als volgt uitgewerkt. Het seminarie 'ICT voor het talenonderwijs' bestaat uit 3 workshops, noodzakelijke contactmomenten tijdens de drie maanden die voorzien
zijn voor zelfstudie en experimenten. Tot het startgereedschap van de student horen: een webmailadres: K.U.Leuven webmail, Hotmail, Gmail, ... een persoonlijke blog op de blogserver van K.U.Leuven toegang tot de wiki van jouw groep (via Toledo of de Centrale K.U.Leuven Login) Toledo+ (met je portfolioruimte) een eloV-account met bijhorende oefencursus (aangeleverd door de docent) De verschillende onderdelen zijn: Module 1 basisvaardigheden
1. Succesvolle zelfstudie bewijzen o.a. via Blackboardquizjes i.v.m. ICT-vaardigheid en de exploratie van didactische websites. 2. Didactische software downloaden, installeren en gebruiken 3. Communicatiekanalen gebruiken: geavanceerde mailfuncties (o.a. filterregels toepassen), blogs, wiki's, groepsdiscussiefora Blog:
Vraag een persoonlijke blog aan op de blogserver van de K.U.Leuven.
Stel jezelf voor op de pagina 'Over'. Zorg voor een digitale pasfoto (maak hiervoor gebruik van grafische software), wat informatie over jezelf (je studies, je vrijtijdsbezigheden, enz.) en een drietal werkende links naar je favoriete websites.
Hou op deze blog een dagboek bij over je leerproces: wat heb je allemaal geprobeerd, welke problemen heb je ervaren, wat heb je bijgeleerd. Hierbij is het natuurlijk ook de bedoeling dat je zo goed mogelijk met een blog leert werken: experimenteer met de layout, zorg voor een gepersonaliseerde header, fleur je posts op met afbeeldingen of andere mediabestanden, enz.
Je kan zelf bepalen wie toegang heeft tot je blog. Uiteraard moeten de begeleiders zeker toegang krijgen. Eventueel geef je ook je medestudenten toestemming om je blog te bekijken en laat je hen toe om te reageren. Door je medestudenten op de hoogte te houden motiveer je hen en zet je hen aan om ook te oefenen en te experimenteren.
Wiki:
In de ICT & TO wiki van jouw groep bespreek je samen met je medestudenten een aantal didactische ICT-toepassingen.
Kies minstens drie didactische software pakketten of online toepassingen die je zelf gaat uittesten. Onder 'Websites' en op de wiki zelf vind je een aantal concrete mogelijkheden. Het staat je vrij om ook met andere tools aan de slag te gaan, op voorwaarde tenminste dat deze nuttig kunnen zijn voor de lespraktijk.
Bouw samen met je medestudenten een overzichtelijk artikel op over de door jou gekozen ICT-toepassingen. Maak hierbij zeker ook gebruik van de wiki-functie 'overleg'. Dit zijn enkele mogelijke aspecten die je kan bespreken: algemene informatie (bv. functie, beschikbaarheid, installatie), werkwijze, didactische toepassingen, voordelen, nadelen, enz. Een concreet voorbeeld van een artikel vind je op de wiki.
Deze opdracht laat je ook toe om te leren werken met een wiki. Een aantal basisprincipes vind je terug via de link 'Blogs en wiki's' in de cursusnavigatie.
Groepsforum:
In geval van problemen kan je terecht op het groepsforum. Hier kan je concrete vragen stellen en elkaar verderhelpen (klik op 'Mijn groepen' en ga naar 'Discussieruimte voor groep').
Module 2 e-leren
1. Je zal tijdens de seminaries als lesgever leren werken met de elektronische leeromgeving eloV. Ontwikkel een (embryonale) onlinecursus met daarin tenminste één vragenpool of een elektronisch leerpad. Het inzetten van de eloV-cursus tijdens de lesstage wordt speciaal aangemoedigd. 2. In een elektronisch portfolio hou je je vorderingen bij en reflecteer je over je leerproces. (Je kan hiervoor eventueel de info op je blog recupereren.) In het portfolio komt eveneens de export van je eloV-vragenpool of leerpad. Bijkomende info
Equipe/instelling/persoon
Karel Van Rompaey Contact:
[email protected]
TPACK-analyse
Vakinhoudelijke kennis Eén van de uitdagingen voor de docent is het verzamelen van een brede reeks interessante en waardevolle websites en tools waarin een ruim publiek studenten zijn gading vindt: Engels, Frans, Spaans, Japans, …. De vinger op de pols houden van de meest recente ontwikkelingen is een must. Technische kennis De docent moet van alle markten thuis zijn en op de hoogte zijn van een breed spectrum aan toepassingen. Didactische kennis Niet één specifiek technisch medium staat hier centraal. Wel het laten ontdekken door de studenten van een breed spectrum aan ICT-gereedschappen die ze vervolgens in de praktijk toepassen. De groep medestudenten speelt hierbij een belangrijke ondersteunende rol.
Leerprocesanalyse Actief en betekenisvol De basistoon is gezet. Praktisch nut en nieuwe ontdekkingen zijn de zuurstof van het leren; Hoe ervaren de studenten deze aanpak? “ Het is handig dat we kunnen kennis maken met de digitale tools die het lesgeven vergemakkelijken of leuker maken zowel voor de leerlingen als voor de leerkrachten. Ik vind het goed dat we info hebben gehad over deze digitale mogelijkheden, waarvan ik niet eens wist dat ze bestonden, bv. kruiswoordraadsels maken, Irfanview, ... Leuk om te onthouden en te gebruiken tijdens de latere schoolcarrière!” Onderstaande blog geeft dit mooi weer.
Deze onlinecursus mikt op zelfredzaamheid en autonoom leren. Cursisten worden aangemoedigd om regelmatig informatie te komen sprokkelen, om deel te nemen aan discussiefora en oefeningen te maken. Via quizjes en tests met feedback en hernieuwbare scores kan je deels je vooruitgang meten, maar vooral de (virtuele) contacten met groepsgenoten kunnen stimuleren. Er zitten dus nogal wat communicatieopdrachten in het takenpakket. Zelfstandig is dus helemaal geen synoniem voor individueel en op zijn eentje. Doelgericht en contextueel Een van de mogelijke struikelstenen bij deze methodiek is werken in de mist. Van bij de start worden duidelijke afspraken gemaakt en worden de evaluatiecriteria duidelijk aangegeven: Punten voor het seminarie ICT&TO worden toegekend op basis van parameters die de activiteiten, de inzet en vorderingen van de deelnemers bewijzen:
deelname aan de seminaries: 30% inhoud blog: 15% bijdragen tot de wiki: 15% bijdragen tot de groepsfora: 5% deelname aan quizjes: 5% kwaliteit van e-portfolio: 10% kwaliteit eloV-cursus: 20%
Er is ook duidelijkheid rond de omgeving waarin gewerkt wordt. De wiki bv. biedt een interactieve speeltuin waarin binnen een vast maar open kader een ruim aanbod aan suggesties gegeven wordt met een duidelijke richting:
Collaboratief Hoe wordt het collectieve leren optimale kansen gegeven? De eerste seminaries zijn verplicht. Als men mikt op de kracht van het "collectieve leren" waar studenten elkaar helpen en stimuleren, dan kan dit pas lukken als iedereen simultaan in de leerprocessen stapt en de deadlines respecteert. De workshops worden verschillende keren aangeboden , de data zijn goed op voorhand gekend; dit betekent dat iedereen aanwezig kan zijn. Een gezamenlijke start biedt kansen tot samenwerkend leren. Iedereen is op hetzelfde moment met dezelfde taken bezig. Collectief is bovendien gelukkig genoeg geen synoniem voor eenheidskoek. Ook in deze context is de beginsituatie van de studentengroep bijzonder heterogeen. Sommige SLO-studenten hebben minder ervaring met ICT, anderen zijn zeer gevorderde gebruikers. Deze cursus biedt echter mogelijkheden tot ontwikkeling voor iedereen. Studenten die zich bij de beginners rekenen zullen zich extra toeleggen op ICT-basisvaardigheden en de didactische software die tijdens de seminaries wordt geïntroduceerd. Gevorderde gebruikers zullen zich sneller door de basisvaardigheden kunnen heen werken, maar van hen wordt verwacht dat zij zich ontpoppen tot helpende assistenten voor de medestudenten en dat zij op eigen initiatief didactische softwarepakketten testen en erover rapporteren in de fora.
SWOT -analyse Sterktes:
“Ik vind het vooral zeer nuttig dat we zoveel praktische info krijgen en dat niet alles abstract blijft, maar we het ook zelf 'hands on' kunnen proberen.” (studentenevaluatie). Duidelijk één van de bouwstenen van de aanpak die bijzonder goed in de smaak valt: praktisch, nuttig, zelf uitproberen. Samenwerken, het collaboratieve aspect wordt ook als bijzonder waardevol omschreven en is een mooie opstap naar het samenwerken in vakgroepen in hun latere job. Bedreigingen Onderstaande uitspraak van studenten wijst op een van de gevaren van deze aanpak. “Ik vind het heel nuttig en ik leer ontzettend veel bij (ik ben dan ook een absolute kluns op vlak van ICT). Voor mij persoonlijk zou meer begeleiding beter zijn, want het is allemaal nogal veel informatie in een keer, en veel zaken weet ik niet meer tegen dat ik het thuis nog eens opnieuw wil proberen. Ik veronderstel dat voor de meeste studenten drie seminaries genoeg zijn, maar voor mij zouden het er dubbel zoveel mogen zijn” Niet-ervaren studenten moeten dus ook bij hun zelfstandig leren ondersteund worden. De groep medestudenten kan veel goedmaken. Het groepsgebeuren wordt trouwens als één van de sterktes in het programma ervaren “Inderdaad nuttig, op mijn stageschool zijn ze al bijzonder blij dat ik enige kennis van EloV heb. Ook nieuwe programma's leren kennen heeft zo zijn voordelen. De groepsfora zijn eigenlijk nog het leukste van allemaal: elkaar een beetje op weg helpen, lezen dat anderen met een bepaald programma ook problemen hebben gehad,...” In onderstaande stelling van een student zitten de voetangels van deze werkwijze vervat: “Het is nuttig dat ieder op zijn eigen tempo kan werken en zelf kan kiezen wat voor hem of haar goed van pas zou kunnen komen. Soms is het wel moeilijk om zelf thuis alles uit te zoeken en vraagt het veel meer zelfdiscipline en motivatie om zelf aan de slag te gaan.” Vaak zijn studenten ook verrast door de tijd die deze manier van werken van hen vraagt. Anderzijds wordt doelbewust niet altijd verwezen naar de laatste softwareversies. In de cursus staan ook schermafdrukken uit oudere omgevingen die in scholen soms nog gebruikt worden: WinXP, Office 2003, ... SLO-cursisten gebruiken evenmin allen hetzelfde besturingssysteem: zij zijn flexibel genoeg om daar geen probleem van te maken. Wat is norm(aal)? Schermafdrukken en werkprocedures in de cursus zijn grotendeels gebaseerd zijn op Microsoftprogrammatuur. Dit kan Mac-gebruikers en aanhangers van open source (Linux) teleurstellen. Alle sympathie ten spijt kan men in de cursus niet aan de slag gaan met verschillende besturingssystemen. Hoewel in enkele scholen geëxperimenteerd wordt met alternatieven blijft de
realiteit dat 99% van de informaticatoepassingen in Vlaamse secundaire scholen Microsoftgeoriënteerd zijn. De cursus kan niet anders dan met die realiteit rekening houden.