Plan verpleegkunde : Opvolging van de evolutie van de populatie « studenten verpleegkunde » in de Belgische scholen. November 2013
Inhoud Lijst met figuren ...................................................................................................................................... 3 1.
Inleiding........................................................................................................................................... 4
2.
Inschrijvingen .................................................................................................................................. 6 2.1
Totaal aantal inschrijvingen in het eerste jaar ........................................................................ 6
2.2
Inschrijvingen in het 1e jaar door verblijvende / niet-verblijvende studenten ..................... 13
2.2.1
Bachelor opleiding ........................................................................................................ 14
2.2.2
Gegradueerde opleiding ............................................................................................... 16
2.2.3
Inschrijvingen door verblijvende studenten in 2012 .................................................... 17
2.3
Geografisch ........................................................................................................................... 18
2.3.1
Scholen met meer dan 30% niet-verblijvende studenten in het eerste jaar ................ 18
2.3.2
Scholen met minder dan 5% niet-verblijvende studenten in het eerste jaar ............... 19
3.
Gediplomeerden ........................................................................................................................... 20
4.
Niet-verblijvende studenten ......................................................................................................... 24
5.
Type van vooropleiding in het secundair onderwijs ..................................................................... 27 5.1
Studenten ingeschreven in het 1e jaar verpleegkunde (academiejaar 2012-2013) ............. 27
5.1.1
Bachelors ....................................................................................................................... 27
5.1.2
Gegradueerden ............................................................................................................. 28
5.2
Afgestudeerde studenten van het academiejaar 2011-2012 ............................................... 30
5.2.1
Bachelors ....................................................................................................................... 30
5.2.2
Gegradueerden ............................................................................................................. 31
6.
Kaart met scholen verpleegkunde ................................................................................................ 32
7.
Vergelijking van de slagingspercentages tussen het Waalse en het Vlaamse gewest ................. 33
8.
Conclusie ....................................................................................................................................... 35
9.
Referentielijst ................................................................................................................................ 37
10.
Bijlage ........................................................................................................................................ 38
10.1
Tabellen................................................................................................................................. 38
10.2
Lijst met deelnemende scholen ............................................................................................ 43
10.3
Definitie van beroepsprofiel en competentieprofiel voor de Belgische verpleegkundige. .. 47
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
2
Lijst met figuren Figuur 1: Inschrijvingen per gewest ........................................................................................................ 6 Figuur 2 : Aantal inschrijvingen per type opleiding ................................................................................ 8 Figuur 3: Evolutie van het aantal inschrijvingen per gewest en per opleiding ....................................... 8 Figuur 4: Inschrijvingen 1e jaar bachelor en gegradueerde opleiding per gewest (2012) ................... 10 Figuur 5: Populatie 18-24 jarigen in 2012 ............................................................................................. 10 Figuur 6: Inschrijvingen per 10.000 18-24 jarigen en inschrijvingen per 100.000 inwoners ................ 11 Figuur 7: Evolutie inschrijvingen bachelor en gegradueerden door verblijvende en niet-verblijvende studenten .............................................................................................................................................. 13 Figuur 8: Inschrijvingen 1e jaar bachelor per gewest, verblijvende en niet-verblijvende studenten .. 14 Figuur 9: Inschrijvingen 1e jaar gegradueerde opleiding, verblijvende en niet-verblijvende studenten .............................................................................................................................................................. 16 Figuur 10: Percentage verblijvende studenten per type opleiding ...................................................... 17 Figuur 11: Kaart met scholen met meer dan 30% niet-verblijvende studenten in het eerste jaar ...... 18 Figuur 12: Kaart van scholen met minder dan 5% niet-verblijvende studenten in het eerste jaar...... 19 Figuur 13 : Evolutie van het aantal gediplomeerden per gewest ......................................................... 20 Figuur 14: Evolutie van het aantal gediplomeerden per opleidingstype.............................................. 21 Figuur 15 : Vergelijking tussen inschrijvingen 2009 en gediplomeerden 2012 .................................... 22 Figuur 16: Voorstelling van de inschrijvingen 2009 en gediplomeerden 2012 per opleiding en gewest .............................................................................................................................................................. 22 Figuur 17: Slagingspercentage per gewest en per opleidingstype ....................................................... 23 Figuur 18: Inschrijvingen 1e jaar door niet-verblijvende studenten per provincie (2012) ................... 24 Figuur 19: vertegenwoordiging van inschrijvingen 1e jaar door niet-verblijvende studenten in 2012 25 Figuur 20: Vooropleiding bij inschrijving 1e jaar bachelor per gewest ................................................. 28 Figuur 21: Vooropleiding bij inschrijving 1e jaar gegradueerde opleiding per gewest ........................ 29 Figuur 22: Vooropleiding van afgestudeerde bachelors per gewest .................................................... 30 Figuur 23: Vooropleiding van afgestudeerde gegradueerden per gewest ........................................... 31 Figuur 24: Scholen bachelor opleiding verpleegkunde ......................................................................... 32 Figuur 25: Scholen gegradueerde opleiding verpleegkunde ................................................................ 32 Figuur 26: Vergelijking slagingspercentage Vlaanderen en Wallonië, per type opleiding ................... 33
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
3
1. Inleiding Het regeerakkoord voorziet in maatregelen om de aantrekkelijkheid van het beroep van verpleegkundige te vergroten. Naar aanleiding daarvan heeft mevrouw Onkelinx, Minister van Volksgezondheid en van Sociale Zaken, op 28 augustus 2008 haar meerjarenplan voor het vergroten van de aantrekkelijkheid van het verpleegkundig beroep voorgesteld. Dit plan wordt stapsgewijs toegepast door de autoriteiten van Volksgezondheid. Het meerjarenplan voorziet in tal van maatregelen die gesitueerd kunnen worden binnen vier actiedomeinen: het verminderen van de werklast en van de stress; de kwalificaties; de verloning; en de sociale erkenning en betrokkenheid bij de besluitvorming.
Eén van de parameters die het mogelijk maakt om de globale impact van het plan te meten, is de evolutie van het aantal inschrijvingen in het eerste jaar aan de scholen die de toekomstige verpleegkundigen opleiden. Om die reden voert onze FOD sinds oktober 2009 jaarlijks een enquête bij de directies van de scholen die dergelijke opleidingen aanbieden in België (bachelors of gegradueerden1). Ook de evolutie van het aantal geslaagden in het derde jaar wordt geëvalueerd.
De voorbije twee jaren bood het academiejaar 2007-2008 het referentiepunt (nulpunt) voor de verwerking van de gegevens. Echter, de respons op de vragenlijst was dit jaar 71,6% (58/81 scholen)2. Daarom werd er voor dit rapport geopteerd om de gegevens van deze 58 scholen uit de datasets van de voorbije drie academiejaren te extraheren. Dit stelt ons in de mogelijkheid om een correcte vergelijking te geven voor deze scholen van 2009 tot 2012. Concreet houdt dit in dat 2009 het referentiejaar (nulpunt) vormt voor deze analyse.
1
In 2010 veranderde de Vlaamse gemeenschap de naam van het diploma "gebrevetteerd de verpleegkundige", uitgereikt in het kader van de secundaire beroepsopleiding van de 4 graad, in "graduaat". Dat verklaart waarom de term "graduaat" in het Nederlands gekoppeld is aan die van "brevet" in het Frans. 2
De respons was dit jaar uitzonderlijk laag. Dit kan mogelijks verklaard worden doordat de vragenlijst pas in het tweede semester van het schooljaar werd verstuurd. Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
4
De 58 scholen bieden de opleiding verpleegkunde aan op één of meerdere campussen in België.
Dit rapport biedt een overzicht van:
de evolutie van het aantal inschrijvingen in het 1ste jaar;
de evolutie van het aantal niet-verblijvende studenten in het 1ste jaar;
de evolutie van het aantal geslaagden in het 3de jaar;
de vooropleiding van de studenten in het 1ste jaar verpleegkunde;
de vooropleiding van de afgestudeerde verpleegkundigen.
Dit op federaal niveau, per gewest, en per type onderwijs.
Voor het schooljaar 2013-2014 zullen we de vragenlijst aanvullen met volgende punten:
het type van vooropleiding in het secundair onderwijs van de niet-verblijvende studenten in het eerste jaar;
het type van vooropleiding in het secundair onderwijs van de afgestudeerde niet-verblijvende studenten;
het aantal afgestudeerde niet-verblijvende studenten.
In de bijlage wordt de tabel met gegevens waarop dit rapport gebaseerd is weergegeven, alsook de lijst met de 58 scholen en het competentie- en beroepsprofiel van de verpleegkundige.
Hoe dit rapport citeren ? Croix, B., Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie « studenten verpleegkunde » in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, DG gezondheidszorg, Cel Organisatie van de gezondheidszorgvoorzieningen, juli 2013.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
5
2. Inschrijvingen We bekijken het totaal aantal inschrijvingen in het eerste jaar verpleegkunde. Nadien worden de inschrijvingen van de niet-verblijvende studenten geanalyseerd met hun impact op het nationaal plan verpleegkunde.
2.1
Totaal aantal inschrijvingen in het eerste jaar
Wat betreft het aantal inschrijvingen in het 1ste jaar verpleegkunde, kunnen we (net als de voorbije jaren) ook in 2012 een stijging vaststellen op nationaal niveau. Deze stijging van 3,4% is minder uitgesproken dan in 2011 en 2010 (respectievelijk 4,7% en 9,9%). De positieve trend is hoofdzakelijk in de Vlaamse scholen waar te nemen. Daar heeft een sterke stijging met 10,7% zich reeds in 2009 ingezet en is ook voor het academiejaar 2012 duidelijk aanwezig. Voor het eerst in drie jaar is het aantal inschrijvingen voor een verpleegkundige opleidingen in Brussel gedaald. Er werden in 2012 4,9% minder studenten ingeschreven dan in 2011.
Inschrijvingen per gewest 10000 9000 8000 7000 6000
Brussels gewest
5000
Vlaams gewest
4000
Waals gewest
3000
België
2000 1000 0 Inschrijvingen 1e jaar 2009
Inschrijvingen 1e jaar 2010
Inschrijvingen 1e jaar 2011
Inschrijvingen 1e jaar 2012
Figuur 1: Inschrijvingen per gewest
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
6
De daling die we sinds 2010 merken in het Waals gewest, is ook in 2012 waar te nemen. Voor het derde jaar op rij is het aantal inschrijvingen gedaald, dit jaar met 1,2% waardoor het onder het referentiejaar 2009 zakt.
Deze resultaten doen de vraag rijzen waarom enkel in Vlaanderen dergelijk positief resultaat wordt bekomen. Mogelijks werpen de verschillende (promotie)campagnes in Vlaanderen hun vruchten af. Deze campagnes gaan niet enkel uit van de Vlaamse Overheid (bv. ‘Ik ga ervoor’ (1)) maar ook van ziekenhuizen in samenwerking met hogescholen en zorginstellingen (bv. UZ Leuven met ‘IQ x EQ = VQ, de kracht van verpleegkunde’ (2)).
Ook de invoer van premies en andere acties kunnen mogelijks aan de oorsprong liggen van deze positieve trend. Zo kan de wetgeving rond ‘gezond roosteren’ en de premies voor BanaBa verpleegkundigen de visie op het verpleegkundig beroep verbeteren.
Anderzijds kan de vraag gesteld worden of het imago van verpleegkunde beter is onder de Vlaamse scholieren?
Zoals reeds vermeld, is het totaal aantal inschrijvingen in de verpleegkundige scholen gestegen met ruim 3%. Echter, het aantal inschrijvingen voor de gegradueerde opleiding is voor het eerst gedaald met 4,7%. Daarentegen is de stijging van het aantal inschrijvingen voor de bacheloropleidingen ook dit jaar waar te nemen. Er zijn 8,6% meer inschrijvingen voor de bachelor-opleidingen in 2012. Dit is duidelijk hoger dan de voorbije jaren.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
7
Aantal inschrijvingen per type opleiding 30,0% 25,0% 20,0% 15,0%
Bachelors Gegradueerden
10,0%
België 5,0% 0,0% Inschrijvingen Inschrijvingen Inschrijvingen Inschrijvingen 1e jaar in 1e jaar in 1e jaar in 1e jaar in 2009 2010 2011 2012 Figuur 2 : Aantal inschrijvingen per type opleiding
Nationaal gezien, is er een daling van het aantal inschrijvingen voor de gegradueerde opleiding (3,8% in 2012) en is er een stijging van het aantal inschrijvingen voor de bachelor-opleiding verpleegkunde (8% in 2012).
Evolutie van het aantal inschrijvingen per gewest en per opleiding 6000
Brussels gewest Bachelors
5000
Brussels gewest Gegradueerden Vlaams gewest Bachelors
4000
Vlaams gewest Gegradueerden Waals gewest Bachelors
3000 2000
Waals gewest Gegradueerden België Bachelors
1000 0 Inschrijvingen Inschrijvingen Inschrijvingen Inschrijvingen 1e jaar 2009 1e jaar 2010 1e jaar 2011 1e jaar 2012
België Gegradueerden
Figuur 3: Evolutie van het aantal inschrijvingen per gewest en per opleiding
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
8
Wanneer de inschrijvingen per gewest worden geanalyseerd, merken we dat de nationale trend enkel weerspiegeld wordt in het Vlaams gewest. In Vlaanderen zijn er bijna 7% meer studenten die kiezen voor een bacheloropleiding ten opzichte van 2009. De gegradueerde opleiding kent een daling met 6,1%.
Opmerkelijk is dat de nationale trend niet wordt weerspiegeld in het Brussels en het Waals Gewest.
In de Brusselse scholen zijn er 35% meer inschrijvingen voor de gegradueerde opleiding en 8,9% minder inschrijvingen voor de bachelor-opleiding in vergelijking met 2011. In het Waals gewest zijn er 4,7% minder inschrijvingen voor de bachelor en 4,5% meer voor de gegradueerde opleiding in vergelijking met 2011 We kunnen dus stellen dat de impact van de ‘Vlaamse inschrijvingen’ het meest doorweegt in de algemene tendens voor België. De negatieve trends van het Waalse en Brusselse gewest hebben een kleinere invloed.
De vraag kan worden gesteld waarom de Vlaamse studenten overduidelijk kiezen voor de bachelor-opleiding, waar hun Waalse en Brusselse collega’s dit niet doen. Mogelijks wordt in Vlaanderen in eerste instantie meer gestart in de bacheloropleiding om nadien, wanneer de opleiding ‘te zwaar’ wordt bevonden, over te schakelen naar de gegradueerde opleiding.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
9
Het onderstaande taartdiagram geeft het percentage van de inschrijvingen per opleiding en per gewest weer.
Inschrijvingen 1e jaar bachelor en gegradueerde opleiding in 2012 13,06% 36,19% Brussels gewest Vlaams gewest 50,75%
Waals gewest
Figuur 4: Inschrijvingen 1e jaar bachelor en gegradueerde opleiding per gewest (2012)
Het tweede diagram toont de populatie 18 tot 24 jarigen per gewest.
Populatie 18-24 jarigen in 2012
33,75% 57,24% 10,71%
Vlaams gewest Brussels gewest Waals gewest
Figuur 5: Populatie 18-24 jarigen in 2012
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
10
We
vergelijken
in
onderstaande
grafiek
het
aantal
inschrijvingen
aan
verpleegkundige scholen per 100.000 inwoners en het aantal inschrijvingen door 18-24 jarigen per 10.000 inwoners3. Dit per gewest en voor België.
Inschrijvingen per 10.000 18-24 jarigen en per 100.000 inwoners 140 120
Inschrijvingen /10.000 inw 18-24 jaar
100 80 60 40
118 97
89
84
74
106
Inschrijvingen/ 100.000 inw 104 94
20 0 België
Vlaams gewest Brussels gewest Waals gewest
Figuur 6: Inschrijvingen per 10.000 18-24 jarigen en inschrijvingen per 100.000 inwoners
België: Onder de populatie 18 tot 24 jarigen, kiezen 94 jongeren per 10.000 voor een opleiding verpleegkunde. Met 0,94% is dit net minder dan 1%. Onder de totale populatie, zijn 84 personen per 100.000 inwoners ingeschreven in het 1e jaar verpleegkunde of 0,085%.
Vlaams gewest: 89 van de 10.000 jongeren tussen 18 en 24 jaar kiezen voor een opleiding verpleegkunde. Dit is 0,9%.
3
We veronderstellen dat het grootst aantal inschrijvingen verpleegkunde binnen deze leeftijdscategorie is. In onze volgende bevraging, bevragen we ook de leeftijd van de eerstejaarsstudenten. Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
11
Voor de totale Vlaamse populatie komt dit op 74 personen per 100.000 inwoners die zijn ingeschreven in het 1e jaar verpleegkunde of 0,075%.
Brussels gewest: 118 van de 10.000 jongeren tussen 18 en 24 jaar kiezen voor een opleiding verpleegkunde. Dit is 1,2%. Voor de totale Brusselse populatie komt dit op 106 personen per 100.000 inwoners die zijn ingeschreven in het 1e jaar verpleegkunde of 1,06%.
Waals gewest: Onder de populatie 18 tot 24 jarigen, kiezen 104 jongeren per 10.000 voor een opleiding verpleegkunde. Dit is 1,04%. Onder de totale Waalse populatie, zijn 94 personen per 100.000 inwoners ingeschreven in het 1e jaar verpleegkunde of 0,094%.
De helft (50,75%) van de inschrijvingen voor de bachelor en gegradueerde opleiding verpleegkunde, gebeurt in Vlaamse scholen. Hoewel het Vlaams gewest het hoogst aantal jongeren tussen de 18 en 24 jaar heeft, kiezen slechts 89 jongeren per 10.000 voor de opleiding verpleegkunde. Dit is een lager aantal dan in Brussel en Wallonië (respectievelijk 118 en 104 per 10.000)
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
12
2.2
Inschrijvingen in het 1e jaar door verblijvende / niet-verblijvende studenten
We analyseren de evolutie van het aantal inschrijvingen voor beide types van opleiding per gewest, dit sinds 2009.
Evolutie inschrijvingen 5000 4500 4000
Bachelor verblijvende
3500 3000 2500
Gegradueerde verblijvende
2000
Bachelor niet-verblijvende
1500 1000
Gegradueerde nietverblijvende
500 0 2009
2010
2011
2012
Figuur 7: Evolutie inschrijvingen bachelor en gegradueerden door verblijvende en niet-verblijvende studenten
Sinds 2009 blijft het aantal inschrijvingen door verblijvende studenten aan de gegradueerde verpleegopleiding stabiel. Wat betreft de bachelor opleiding, stijgen de inschrijvingen door verblijvende studenten al vier jaar op rij. In vergelijking met 2009 zijn er 10,75% meer inschrijvingen.
Ook bij de niet-verblijvende studenten is er een stijging voor beide types van opleiding. Het aantal ingeschreven niet-verblijvende studenten aan de bachelor opleiding is gestegen met 51% ten opzichte van 2009. Ook het aantal inschrijvingen aan de gegradueerde opleiding is ook verdubbeld sinds 2009.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
13
2.2.1
Bachelor opleiding
We analyseren de evolutie van het aantal inschrijvingen aan de bachelor opleiding sinds 2009 voor de drie gewesten.
Inschrijvingen 1e jaar Bachelor opleiding 3000 2500
Brussels gewest Niet verblijvende studenten
2000
Brussels gewest Verblijvende studenten
1500
Vlaams gewest Niet verblijvende studenten
1000
Vlaams gewest Verblijvende studenten Waals gewest Niet verblijvende studenten
500
Waals gewest Verblijvende studenten
0 2009
2010
2011
2012
Figuur 8: Inschrijvingen 1e jaar bachelor per gewest, verblijvende en niet-verblijvende studenten
Het Brussels gewest Ten opzichte van 2009 was er in 2012 een stijging met 14% bij de niet-verblijvende studenten die de bachelor opleiding volgen in Brussel. In 2012 waren er 307 nietverblijvende studenten die deze opleiding kozen, in 2009 waren dit er slechts 140. Het
aantal
verblijvende
studenten
die
in
Brussel
de
bachelor
opleiding
verpleegkunde volgen, is de afgelopen vier jaar gedaald. In 2012 was 70,9 % van de Brusselse bachelor studenten verblijvend in België, in 2009 was dit nog 95,6%.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
14
Het Vlaams gewest Sinds 2009 werden er elk schooljaar minder dan 16 niet-verblijvende studenten ingeschreven voor de bachelor opleiding. In 2012 komt dit overeen met 0,49% van de inschrijvingen. Bijna alle studenten die zijn ingeschreven voor de bachelor verpleegkunde in Vlaanderen, zijn hier verblijvend (99%).
Het Waals gewest In Wallonië blijft het aantal niet-verblijvende studenten in de bachelor opleiding licht stijgen: van 339 studenten (17,4%) in 2009 naar 427 (22,4%) in 2012. De het aantal verblijvende studenten neem af met 5%
Merk op dat Wallonië in 2009 het hoogst aantal niet-verblijvende studenten aan de bachelor opleiding had (17,43%), gevolgd door Brussel (15,3%) en Vlaanderen (slechts 0,77%). In 2012 heeft Brussel het hoogste aantal niet-verblijvende studenten aan de bachelor opleiding (29,4%) gevolgd door Wallonië (22,41%). Het Vlaams gewest behoudt een bijzonder laag percentage (0,48%).
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
15
2.2.2
Gegradueerde opleiding
We analyseren de evolutie van het aantal inschrijvingen aan de gegradueerde opleiding sinds 2009 voor de drie gewesten. Inschrijvingen 1e jaar gegradueerde opleiding 2500 Brussels gewest Niet verblijvende studenten Brussels gewest Verblijvende studenten
2000 1500 1000
Vlaams Gewest Niet verblijvende studenten Vlaams Gewest Verblijvende studenten
500 0 2009
2010
2011
2012
Figuur 9: Inschrijvingen 1e jaar gegradueerde opleiding, verblijvende en niet-verblijvende studenten
Het Brussels gewest De 8 niet-verblijvende studenten die zijn ingeschreven in 2012 voor de gegradueerde opleiding, vertegenwoordigen 5,06%. We kunnen sinds 2009 stellen dat tussen de 0% (2009) en 16% (2010) van de ingeschreven studenten aan de gegradueerde opleiding niet-verblijvend waren.
Het Vlaams gewest Door de jaren heen is in Vlaanderen steeds minder dan 3% van de studenten aan het eerste jaar gegradueerde verpleegkunde niet-verblijvend. Met gemiddeld meer dan 98% van de inschrijvingen heeft het Vlaams gewest de overgrote meerderheid aan verblijvende studenten sinds 2009.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
16
Waals gewest In het Waals gewest is er sinds 2009 een stijging van het aantal ingeschreven nietverblijvende studenten voor de gegradueerde opleiding verpleegkunde. In 2009 was 23% van de inschrijvingen niet-verblijvend, in 2010 was dit reeds 50,4%, in 2011 56,4% en in 2012 was meer dan de helft van de inschrijving door niet-verblijvende studenten (59,2%).
2.2.3
Inschrijvingen door verblijvende studenten in 2012
Verblijvende studenten vertegenwoordigen op nationaal niveau 87% van de ingeschreven
bachelors
en
75%
van
de
ingeschreven
gegradueerde
verpleegkundigen. In het Brussels gewest is 71% van de ingeschreven bachelors en 85% va de ingeschreven studenten aan de gegradueerde opleiding, verblijvend in België In Vlaanderen vertegenwoordigen de verblijvende studenten 99,5% van de inschrijvingen aan de bachelor en 99,3% aan de gegradueerde opleiding. 77,6% van de ingeschreven bachelor verpleegkundigen zijn verblijvend. Voor de gegradueerde opleiding verpleegkunde gebeurde 40,8% van de inschrijvingen door verblijvende studenten.
Verblijvende studenten 100% 80% 60%
Bachelors
40%
Gegradueerden
20% 0% België Brussels Vlaams Waals gewest gewest gewest Figuur 10: Percentage verblijvende studenten per type opleiding
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
17
2.3
Geografisch
2.3.1
Scholen met meer dan 30% niet-verblijvende studenten in het eerste jaar
Figuur 11: Kaart met scholen met meer dan 30% niet-verblijvende studenten in het eerste jaar
In 12 scholen zijn meer dan 30% van de ingeschreven studenten niet-verblijvend. In 7 scholen zijn meer dan 50% van de inschrijvingen door niet-verblijvende studenten. Deze 7 scholen bevinden zich allen in het Waals gewest. In Brussel hebben vier scholen een inschrijvingspercentage van meer dan 30% door niet-verblijvende studenten. De hoge populatie aan buitenlanders in onze hoofdstad kan dit mogelijks verklaren. MOESKROEN NAMEN HORNU LIBRAMONT DOORNIK
82,86% 78,10% 75,60% 71,26% 66,19%
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
18
DOORNIK NAMEN SCHAARBEEK NAMEN ANDERLECHT SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE BRUSSEL
2.3.2
57,05% 50,61% 42,40% 42,10% 37,40% 31,42% 30,14%
Scholen met minder dan 5% niet-verblijvende studenten in het eerste jaar
Figuur 12: Kaart van scholen met minder dan 5% niet-verblijvende studenten in het eerste jaar
Er zijn in België 30 scholen waar minder dan 5% niet-verblijvende studenten zijn ingeschreven. In 16 van deze scholen zijn enkel verblijvende studenten ingeschreven en zijn allen gevestigd in Vlaanderen. Ook de andere 14 scholen zijn hoofdzakelijk gevestigd in het Vlaams gewest (uitgezonder van een school in Brussel, één in La Louvière en één in Luik). Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
19
3. Gediplomeerden Het aantal gediplomeerde studenten voor het academiejaar 2011-2012 op nationaal niveau is met 10,1% gestegen ten opzichte van het academiejaar 2011-2012. In het Waals gewest is het aantal gediplomeerden gestegen met meer dan 12% in één jaar tijd. Het Vlaams gewest kende sinds 2010 een significante stijging van het aantal gediplomeerden. In het schooljaar 2012 zijn er dubbel zoveel verpleegkundigen afgestudeerd in vergelijking met 2009. In het Brussels gewest kent het aantal gediplomeerden een daling met 17,5% in vergelijking met het voorbije schooljaar.
Afgestudeerde studenten 4000 3500 3000 2500
Brussels gewest
2000
Vlaams gewest
1500
Waals gewest
1000
België
500 0 Afgestudeerden Afgestudeerden Afgestudeerden Afgestudeerden 2009 2010 2011 2012
Figuur 13 : Evolutie van het aantal gediplomeerden per gewest
Sinds 2009 is er in België een stijgende trend waar te nemen wat betreft de behaalde diploma’s in beide opleidingen.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
20
Sinds 2010 blijft het totaal aan gediplomeerde studenten in de deelnemende scholen stijgen (3859 in 2012 ten opzichte van 3531 in 2011). Deze stijging is echter hoofdzakelijk te wijten aan de gediplomeerde bachelors.
In 2012 hebben 2547 studenten hun bachelorsdiploma behaald (oftewel 66%) en 1312 studenten (34%) studeerden af als ‘gegradueerd verpleegkundige’. Wanneer we dit vergelijken met het (referentie)jaar 2009, is er:
Een stijging met 36,1% voor de bachelors.
Een daling met 4,7% voor de gegradueerden.
De negatieve tendens voor de afgestudeerde gegradueerde verpleegkundigen die in 2010 zichtbaar was, is opgeheven: sinds 2011 is er een lichte stijging met 1,6%.
Evolutie gediplomeerden 4500 4000 3500 3000 2500
Bachelor
2000
Gegradueerd
1500
België
1000 500 0 Afgestudeerden Afgestudeerden Afgestudeerden Afgestudeerden 2009 2010 2011 2012 Figuur 14: Evolutie van het aantal gediplomeerden per opleidingstype
In België :
Zijn er in 2009, 4.793 studenten ingeschreven voor de bachelor opleiding. Hiervan behaalden 2.547 studenten hun diploma in 2012 (53,14%).
Zijn er in 2009, 3086 studenten ingeschreven voor de gegradueerde opleiding. Hiervan behaalden 1.312 studenten hun diploma in 2012 (42,51%).
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
21
Van de 7.879 inschrijvingen voor beide opleidingen , zijn 3.859 studenten geslaagd. Met andere woorden, 48,98% van de ingeschreven studenten behaalden hun diploma.
Inschrijvingen 2009 vs. gediplomeerden 2012 9000
7879
8000 7000 6000 5000
4793 3859
4000 3000
2547
3086
2000
Inschrijvingen 1e jaar 2009 Gediplomeerden 2012
1312
1000 0 Bachelors
Gegradueerden
België
Figuur 15 : Vergelijking tussen inschrijvingen 2009 en gediplomeerden 2012
Onderstaande grafiek geeft de verdeling van het aantal inschrijvingen in 2009 en het aantal gediplomeerden in 2012. Dit per opleidingstype en per gewest.
Inschrijvingen 2009 vs. gediplomeerden 2012 per opleiding en gewest 9000 Waals gewest Gegradueerd
8000 7000 6000 5000 4000
1431
Waals gewest Bachelor
1944 1542
3000
Waals gewest Gegradueerd 489 702 771
2000
1934
1000
113 915
1468 52 377
Inschrijvingen 1e jaar 2009
Gediplomeerden 2012
0
Waals gewest Bachelor Brussels gewest Gegradueerd Brussels gewest Bachelor
Figuur 16: Voorstelling van de inschrijvingen 2009 en gediplomeerden 2012 per opleiding en gewest
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
22
Het slagingspercentage in 2012 per opleidingstype en per gewest, wordt in onderstaande grafiek weergegeven.
In het Vlaams gewest is er een hoger slagingspercentage: 76% voor de bachelor en 50% voor de gegradueerde opleiding. In het Brussels gewest ligt het slagingspercentage onder de 50% voor de beide opleidingen. In het Waals gewest is 36% van de bachelor studenten en 34% van de gegradueerde studenten geslaagd.
Slagingspercentage 80% Brussels gewest Bachelors
70% 60%
Brussels gewest Gegradueerden
50% 40%
Vlaams gewest Bachelors
76%
30% 20%
50%
41% 46%
36% 34%
10%
Vlaams gewest Gegradueerden Waals gewest Bachelors
0% % geslaagden Figuur 17: Slagingspercentage per gewest en per opleidingstype
We stellen ons de vraag welke factoren op een significante wijze de slagingskansen beïnvloeden.
De vooropleiding in het secundair onderwijs van de studenten die zich inschrijven in de scholen die verpleegkundigen opleiden?
De grote variatie aan niet-verblijvende studenten binnen de verschillende regio’s?
Is de omkadering en opvolging van de studenten verschillend tussen de verschillende regio’s?
Worden er andere normen of financieringsmethoden voor de opvolging van studenten
gehanteerd
tussen
de
verschillende
gemeenschappen
en
gewesten? Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
23
4. Niet-verblijvende studenten België staat gekend om zijn gastvrijheid voor buitenlandse studenten, en dit vooral in de gezondheidssector. Omdat deze studenten waarschijnlijk niet bereikt werden met (federale) campagnes, werd beslist om ook specifiek de evolutie van de inschrijvingen in het eerste jaar verpleegkunde te evalueren voor de niet-verblijvende studenten.
De top vier provincies waar niet-verblijvende studenten een verpleegkundige opleiding volgen (zowel de gegradueerde opleiding als de bachelor) zijn: Henegouwen, Namen, Luxemburg en Brussel.
Inschrijvingen 1e jaar 2012 door niet- verblijvende studenten 600 Henegouwen 500
Brussel Namen
400
Luxemburg
300
Luik 200
Limburg
100
West-Vlaanderen Oost-Vlaanderen
0 Inschrijvingen nietverblijvenden, 2012 Bachelor
Inschrijvingen nietverblijvenden, 2012 gegradueerde opleiding
Vlaams Brabant Antwerpen
Figuur 18: Inschrijvingen 1e jaar door niet-verblijvende studenten per provincie (2012)
Niet-verblijvende studenten schrijven zich bij voorkeur in aan een gegradueerde verpleegopleiding.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
24
Vertegenwoordiging van inschrijvingen 1e jaar door niet-verblijvende studenten 2012 80,00% 70,00% 60,00% 50,00% 40,00% 30,00% 20,00% 10,00% 0,00%
Bachelor Gegradueerde opleiding
e
Figuur 19: vertegenwoordiging van inschrijvingen 1 jaar door niet-verblijvende studenten in 2012
Niet-verblijvende studenten schrijven zich voornamelijk in voor de gegradueerde opleiding verpleegkunde in de provincies Luxemburg, Namen en Henegouwen.
Het percentage van het aantal inschrijvingen door niet-verblijvende studenten aan de gegradueerde opleiding verpleegkunde, representeert zich als volgt:
71,3% in de provincie Luxemburg
60,5% in de provincie Namen
59,7% in de provincie Henegouwen
Voor de bachelor opleiding is de vertegenwoordiging van de niet-verblijvende studenten als volgt:
32,2% in de provincie Henegouwen
29% in Brussel
28% in de provincie Luxemburg
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
25
We kunnen ons de vraag stellen waarom de niet-verblijvende studenten bij voorkeur voor de Franstalige scholen in ons land kiezen?
In Frankrijk dient men te slagen voor een ingangsexamen voordat men de studie verpleegkunde kan aanvangen. Zijn er in België veel Franse studenten die niet geslaagd zijn voor dit ingangsexamen of er niet aan wensten deel te nemen? Welke nationaliteit hebben de niet-verblijvende studenten (Europees of nietEuropees)?
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
26
5. Type van vooropleiding in het secundair onderwijs Er werd in de enquête een bijkomende vraag gesteld betreffende het type van opleiding dat de studenten verpleegkunde hadden gevolgd in het secundair onderwijs. De vooropleiding van zowel de eerstejaarsstudenten als de afgestudeerden werd bevraagd. Dit kan ons mogelijks een verband aantonen met het slagingspercentage (voor zowel de bachelor als gegradueerde opleiding).
5.1
Studenten ingeschreven in het 1e jaar verpleegkunde (academiejaar 2012-2013)
5.1.1
Bachelors
In het Brussels gewest kiezen hoofdzakelijk studenten uit het Algemeen Secundair Onderwijs voor de bachelor-opleiding (57,4%). Van alle eerstejaars bachelors in Brusselse scholen, zijn er 24,1% met een technische vooropleiding. Met 17,5% biedt het beroepsonderwijs een lagere instroom.
Ook in het Waals gewest zijn het hoofdzakelijk studenten uit het ASO die zich inschrijven voor de bachelor verpleegkunde (57,5%). 38,4% van de ingeschreven bachelor verpleegkundigen zijn afkomstig uit de technische opleidingen. Met 3,8% en 0,3% zijn de Waalse studenten uit respectievelijk het BSO en KSO minder geneigd de bachelor verpleegkunde te volgen.
Vlaanderen volgt een andere trend. In het Vlaams gewest heeft de meerderheid van de ingeschreven studenten een technische vooropleiding gevolgd (44,3%). 32,9% is afkomstig uit het ASO en 21,1% uit het BSO. Zowel in het Brussels, Waals als Vlaams gewest bieden de kunstrichtingen een zeer lage instroom aan inschrijvingen voor de bachelor verpleegkunde, respectievelijk 1%, 1,7% en 0,3%.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
27
Vooropleiding bij inschrijving 1e jaar bachelor 100% 90%
3,8% 17,5%
21,1%
80%
38,4%
70%
24,1%
60%
1,0%
50%
0,3%
44,3%
40% 30%
57,4%
20%
BSO TSO KSO
1,7%
57,5%
ASO
32,9%
10% 0% Brussels Gewest
Vlaams Gewest
Waals Gewest e
Figuur 20: Vooropleiding bij inschrijving 1 jaar bachelor per gewest
Kiezen de ASO studenten in Vlaanderen eerder voor een universitaire opleiding? Is de drempel voor BSO studenten in Vlaanderen minder hoog of is er een betere opvolging voor deze studenten voorzien? Hoe verklaren we de hogere instroom vanuit de TSO richtingen?
5.1.2
Gegradueerden
In het Brussels gewest kiezen hoofdzakelijk studenten uit het beroepsonderwijs voor de gegradueerde opleiding verpleegkunde.
Met 74,4% van het totaal aantal
inschrijvingen zijn zij significant meer geneigd deze opleiding te volgen dan de TSOstudenten (17,7%) en de ASO-studenten (7,6%). Er zijn geen studenten ingeschreven vanuit het kunstonderwijs.
Ook in het Vlaams gewest wordt dezelfde trend als in het Brussels gewest gevolgd wat betreft de inschrijvingen voor de gegradueerde verpleegopleiding. Het zijn hoofdzakelijk de studenten uit het beroepsonderwijs die kiezen voor dit type opleiding (66,8%). De TSO-studenten zijn voor 27% vertegenwoordigd en de het ASO voor 5,1%. Slechts 1,1% van het aantal inschrijvingen zijn studenten uit het kunstonderwijs.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
28
In het Waals gewest zijn de inschrijvingen meer gelijk verdeeld waardoor alle types van vooropleidingen vrijwel evenredig vertegenwoordigd zijn: 30,4%
van de
inschrijvingen is afkomstig uit het beroepsonderwijs, 27,9% uit het TSO, 22,3% uit het ASO en tenslotte 19,4% uit het kunstonderwijs.
Vooropleiding bij inschrijving 1e jaar gegradueerde opleiding 100% 90%
30,4%
80% 70% 60%
74,7%
66,8%
BSO 27,9%
50% 40%
KSO 19,4%
30% 20% 10% 0%
TSO
17,7% 0,0% 7,6% Brussels Gewest
ASO
27,0% 1,1% 5,1% Vlaams Gewest
22,3% Waals Gewest
Figuur 21: Vooropleiding bij inschrijving 1e jaar gegradueerde opleiding per gewest
Waarom is enkel in het Waals gewest de studenten uit de verschillende vooropleidingen evenredig verdeeld? Dit is zeker niet het geval in het Brussels en Vlaams gewest.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
29
5.2
Afgestudeerde studenten van het academiejaar 2011-2012
5.2.1
Bachelors
In het Brussels en Waals gewest heeft de meerderheid van de afgestudeerde bachelor-studenten een diploma algemeen secundair onderwijs. Slechts 23% van de afgestudeerden komt uit het technisch onderwijs en enkel 2,3% uit het beroepsonderwijs. In Vlaanderen komen de afgestudeerde bachelors voor 39% uit het technisch onderwijs en voor 20% uit het beroepsonderwijs. Een zeer laag percentage (0,9%) van studenten uit het kunstonderwijs behalen hun bachelor-diploma verpleegkunde.
Vooropleiding afgestudeerde bachelors 100% 90% 80% 70%
1,4%
3,5% 23,4%
20,6%
0,0%
60%
30,1% 0,0%
39,3%
TSO
50% 40% 30%
BSO
73,1%
20%
0,9%
68,5%
KSO ASO
39,2%
10% 0% Brussels Gewest
Vlaams Gewest
Waals Gewest
Figuur 22: Vooropleiding van afgestudeerde bachelors per gewest
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
30
5.2.2
Gegradueerden
In het Brussels en Vlaams gewest, hebben de afgestudeerde, gegradueerde verpleegkundigen veelal een vooropleiding in het beroepsonderwijs. In Brussel hebben 13% van de afgestudeerden een vooropleiding in het ASO of TSO. In Vlaanderen heeft 28% van de gegradueerde verpleegkundigen een diploma technische secundair onderwijs. 5% van deze afgestudeerde studenten hebben een ASO diploma en 2% een KSO diploma.
In het Waals gewest daarentegen, is de verdeling van de drie types secundair onderwijs eerder gelijk verdeeld. 44% van de afgestudeerde studenten heeft een TSO diploma, 25% een ASO diploma en 30% een BSO diploma.
Vooropleiding van afgestudeerde gegradueerden 100% 90%
30,7%
80% 70% 60%
74,2%
64,9%
50%
BSO 44,0%
KSO
40% 30% 20% 10%
TSO
12,9% 0,0% 12,9%
28,3%
Brussels Gewest
Vlaams Gewest
0%
0,0%
ASO
25,3% 1,6% 5,2% Waals Gewest
Figuur 23: Vooropleiding van afgestudeerde gegradueerden per gewest
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
31
6. Kaart met scholen verpleegkunde
Figuur 24: Scholen bachelor opleiding verpleegkunde
Figuur 25: Scholen gegradueerde opleiding verpleegkunde
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
32
7. Vergelijking van de slagingspercentages tussen het Waalse en het Vlaamse gewest Het slagingspercentage in het Vlaamse gewest ligt veel hoger dan in het Waals gewest. In Vlaanderen slaagt 76% voor de bachelor-opleiding en 50% voor de gegradueerde opleiding. In Wallonië is slechts 36% geslaagd voor de bacheloropleiding en 34% voor de gegradueerde opleiding.
Slagingspercentage 80% 70%
Vlaams Gewest Bachelor
60%
Vlaams Gewest Gegradueerden
50% 40%
Waals Gewest Bachelor
76%
30% 50% 20%
36%
34%
Waals Gewest Gegradueerden
10% 0% Slagingspercentage Figuur 26: Vergelijking slagingspercentage Vlaanderen en Wallonië, per type opleiding
Hoe verklaren we dit verschil?
Om hiervoor een verklaring te vinden, komen we terecht bij de PISA-studie (3). Deze internationale studie evalueert sinds 2000 om de drie jaar de competenties van 15-jarige scholieren uit verschillende landen. De kennis en vaardigheden binnen de domeinen taal (moedertaal), wiskunde en natuurwetenschappen worden uitgebreid bevraagd.
De resultaten van de PISA-studie van 2009 (3) tonen aan dat één leerling op vier uit het
Franstalig onderwijs in België niet voldoet aan ‘niveau 2’ voor de
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
33
basiscompetenties (4). Eén Franstalige leerling op vijf voldoet niet voor het domein wiskunde. In Vlaanderen daarentegen is dit slecht één scholier op acht. De leerlingen uit Vlaanderen maken deel uit van de top-tien van de 65 landen die deelnemen aan de studie. De scholieren uit Wallonië schommelen echter tussen de 23e en de 33e plaats (3). De socio-economische context beïnvloedt in grote mate de score van de leerlingen. De PISA-studie van 2009 (3) heeft aangetoond dat het risico op armoede in Wallonië dubbel zo hoog is als in Vlaanderen. Bovendien blijkt dat 28% van de deelnemende leerlingen in Wallonië van allochtone afkomst is. In Vlaanderen is dit slechts 8%. Tenslotte heeft het Nederlandstalig onderwijs in België specifieke eindtermen. In Wallonië leggen de ‘socles de compétences’ de vereiste basisvaardigheden vast. Deze zijn eerder algemeen geformuleerd en leggen de focus op de manier waarop de vaardigheden worden ontwikkeld en niet op de effectief behaalde competenties (zoals in Vlaanderen) (5).
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
34
8. Conclusie Het meerjarenplan voor de aantrekkelijkheid van het verpleegkundig beroep, heeft mogelijks een invloed gehad op het aantal inschrijvingen in het eerste jaar verpleegkunde. Op nationaal niveau is het aantal inschrijvingen aan de scholen voor zowel de gegradueerde opleiding als de bachelor-opleiding gestegen. Deze stijging is echter minder uitgesproken dan de voorbije twee jaren. Vooral in Vlaanderen is de bachelor-opleiding populair. Het aantal gediplomeerden blijft stijgen op nationaal niveau. Het slagingspercentage voor beide opleidingstypes ligt in Vlaanderen significant hoger dan in Wallonië en Brussel. Wat betreft het aantal niet verblijvende studenten: zij zijn nog steeds het meest vertegenwoordigd in de provincies Luxemburg, Henegouwen, Namen en Brussel.
Dit jaar werd een bijkomende vraag gesteld over de vooropleiding van zowel de ingeschreven studenten aan het eerste jaar verpleegkundigen als van de afgestudeerden. De enquête heeft aangetoond dat de Nederlandstalige studenten verpleegkunde in het eerste jaar bachelor zowel uit het ASO, TSO als BSO komen. Bieden de Vlaamse secundaire scholen een bredere basis voor het starten aan het hoger onderwijs? Ondanks de grote variatie aan vooropleidingen, blijft het aantal geslaagde studenten in Vlaanderen hoger.
Zijn wij gemachtigd om de vraag te stellen: hoe komt dit? De PISA studie van 2000 (3) toont aan dat de Vlaamse studenten beter voorbereid zijn op het hoger onderwijs dan hun Waalse collega’s.
De huidige economische crisis kan bepaalde vooroordelen bevestigen waardoor studenten makkelijker kiezen voor een opleiding die werkzekerheid biedt. Maar geeft dit ook voldoende motivatie om de studies tot een goed einde te brengen?
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
35
Het is hoofdzakelijk gedurende de stages dat de studenten een correct beeld vormen over hun toekomstig beroep: moeilijke arbeidsomstandigheden, complexe multidisciplinaire relaties, sociaal gezien een zwak beeld van het verpleegkundig beroep, enzovoort.
We stellen vast dat de niet-verblijvende studenten hoofdzakelijk kiezen voor de gegradueerde opleiding verpleegkunde in de provincies Luxemburg, Namen en Henegouwen. Is dit omdat zij niet wensen deel te nemen aan de ingangsexamens in het buitenland? Keren zij na hun studies terug naar hun thuisland om vervolgens daar het verpleegkundig beroep te gaan beoefenen?
Sinds kort zijn de nieuwe Europese richtlijnen in het kader van de verpleegkundige opleiding gedefinieerd (6). De leden van de Europese Commissie krijgen twee jaar de tijd om een verpleegopleiding op te richten met minstens drie academiejaren en 4.600 opleidingsuren. Bovendien werken onderzoekers uit verschillende Belgische universiteiten in samenwerking met de FOD Volksgezondheid, aan een hervorming van het beroepsprofiel en competentieprofiel van de verpleegkundige4. Dit alles tracht het imago van verpleegkunde op te krikken en de afgestudeerde studenten uit het middelbaar onderwijs te motiveren om voor dit beroep te kiezen.
4
Het rapport van dit onderzoek (Definitie van beroepsprofiel en competentieprofiel voor de Belgische verpleegkundige.) wordt momenteel gevalideerd. Een tabel met de competenties werd als bijlage toegevoegd. Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
36
9. Referentielijst 1. Vlaamse Overheid. Ik ga ervoor. Zorg en Welzijn, da’s werken met je Hoofd Handen en Hart [homapage op het internet]. c2013 [geciteerd 18 juli 2013]. Beschikbaar op http://www.ikgaervoor.be/ 2. UZ Leuven. IQ x EQ = VQ, de kracht van verpleegkunde [voorstelling op het Internet]. c2001 [geciteerd 18 juli 2013]. Beschikbaar op http://www.nvkvv.be/file?fle=520&ssn 3. Stanat, Artelt, Baumert, et al. PISA 2000: overview of the Study, Design, Method and Results [homepage op het internet]. c2002 [update 25 juni 2002; geciteerd 18 juli 2013]. Beschikbaar op www.mpib-berlin.mpg.de/pisa 4. OCDE. Compétences clés de l’OCDE [homepage op het internet]. Geen datum [geciteerd 18 juli 2013]. Beschikbaar op http://www.oecd.org/fr/carrieres/booklet%20%20cadre%20de%20competences.pdf 5. Lafontaine, D. Waarom scoort Wallonië slechter? [homepage op het internet]. c2013 [update 21 december 2012; geciteerd 18 juli 2013]. Beschikbaar op http://www.klasse.be/leraren/30628/waarom-scoort-wallonie-slechter/ 6. Europees Parlement. Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 9 oktober 2013 over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 2005/36/EG betreffende de erkenning van beroepskwalificaties en Verordening betreffende de administratieve samenwerking via het Informatiesysteem interne markt (IMI) [homepage op het internet]. 17 oktober 2013 [geciteerd 4 november 2013]. Beschikbaar op http://www.europarl.europa.eu/sides/getDoc.do?pubRef=-//EP//TEXT+TA+P7TA-2013-0408+0+DOC+XML+V0//NL
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
37
10.
Bijlage
10.1 Tabellen
GEDIPLOMEERDEN Bachelor Gewest
Gegradueerden
Totaal
Gediplom. 2009
Gediplom. 2010
Gediplom. 2011
Gediplom. 2012
Gediplom. 2009
Gediplom. 2010
Gediplom. 2011
Gediplom. 2012
Gediplom. 2009
Gediplom. 2010
Gediplom. 2011
Gediplom. 2012
Brussel
22,9%
22,5%
21,2%
14,8%
2,9%
4,6%
2,9%
4,0%
14,4%
15,5%
14,5%
11,1%
Vlaams
44,9%
47,0%
49,3%
57,6%
59,4%
58,2%
66,9%
58,8%
51,1%
51,4%
55,7%
58,0%
Waals
32,2%
30,5%
29,6%
27,6%
37,6%
37,2%
30,2%
37,3%
34,5%
33,1%
29,8%
30,9%
België
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
INSCHRIJVINGEN 1e JAAR
Bachelor
Gegradueerden
Totaal
Gewest
inschrijving 1e 2009
inschrijving 1e 2010
inschrijving 1e 2011
inschrijving 1e 2012
inschrijving 1e 2009
inschrijving 1e 2010
inschrijving 1e 2011
inschrijving 1e 2012
Brussel
19,1%
20,3%
22,3%
18,8%
3,7%
3,5%
3,1%
4,3%
13,0%
Vlaams
40,4%
39,4%
39,3%
47,3%
50,0%
54,0%
60,3%
56,0%
Waals
40,6%
40,3%
38,4%
33,9%
46,4%
42,4%
36,7%
België
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
inschrijving inschrijving 1e 2009 1e 2010
inschrijving 1e 2011
inschrijving 1e 2012
13,5%
14,2%
13,1%
44,1%
45,4%
48,2%
50,7%
39,7%
42,8%
41,2%
37,7%
36,2%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
NIET-VERBLIJVENDE STUDENTEN 1e JAAR (per gewest) Bachelor
Gegradueerden
Totaal
Gewest
Nietverblijvend 1e jaar 2009
Niet- verblijvend 1e jaar 2010
Nietverblijvend 1e jaar 2011
Nietverblijvend 1e jaar 2012
Niet- verblijvend 1e jaar 2009
Nietverblijvend 1e jaar 2010
Nietverblijvend 1e jaar 2011
Niet- verblijvend 1e jaar 2012
NietNietverblijvend verblijvend 1e jaar 1e jaar 2009 2010
Nietverblijvend 1e jaar 2011
Nietverblijvend 1e jaar 2012
Brussel
28,3%
31,8%
41,3%
41,1%
0,0%
2,5%
0,6%
0,9%
16,8%
15,3%
18,0%
19,3%
Vlaams
3,0%
1,8%
2,5%
1,7%
2,3%
2,8%
8,2%
1,7%
2,8%
2,3%
5,7%
1,7%
Waals
68,6%
66,4%
56,3%
57,2%
97,7%
94,8%
91,2%
97,4%
80,5%
82,4%
76,3%
79,0%
België
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
NIET-VERBLIJVENDE STUDENTEN 1e JAAR (per provincie) Bachelor
Gegradueerden
Totaal
Provincies
Nietverblijvend 1e jaar 2009
Niet- verblijvend 1e jaar 2010
Nietverblijvend 1e jaar 2011
Nietverblijvend 1e jaar 2012
Niet- verblijvend 1e jaar 2009
Nietverblijvend 1e jaar 2010
Nietverblijvend 1e jaar 2011
Niet- verblijvend 1e jaar 2012
Antwerpen
0,8%
0,0%
0,3%
0,0%
0,0%
0,4%
0,5%
1,2%
0,5%
Brussel
28,3%
31,8%
41,3%
41,1%
0,0%
2,5%
0,6%
0,9%
Henegouwen
50,4%
51,7%
37,6%
44,0%
72,7%
48,3%
52,0%
Limburg
0,8%
0,3%
1,1%
1,1%
0,0%
0,0%
Luik
7,3%
5,7%
6,7%
3,1%
0,0%
Luxemburg
5,7%
3,2%
3,5%
4,7%
Namen
5,3%
5,8%
8,4%
OostVlaanderen
0,0%
0,6%
VlaamsBrabant
0,4%
WestVlaanderen België
NietNietverblijvend verblijvend 1e jaar 1e jaar 2009 2010
Nietverblijvend 1e jaar 2011
Nietverblijvend 1e jaar 2012
0,2%
0,4%
0,7%
16,8%
15,3%
18,0%
19,3%
58,1%
59,5%
49,8%
45,8%
51,7%
0,0%
0,1%
0,5%
0,1%
0,5%
0,6%
0,0%
0,1%
0,1%
4,3%
2,5%
3,0%
1,5%
16,4%
10,9%
10,6%
7,0%
10,1%
7,5%
7,6%
5,9%
5,4%
8,5%
35,6%
28,6%
32,2%
6,6%
22,6%
19,9%
19,9%
0,2%
0,1%
0,0%
0,3%
0,1%
0,1%
0,0%
0,4%
0,1%
0,1%
0,5%
0,2%
0,1%
0,0%
0,0%
0,0%
0,1%
0,2%
0,2%
0,1%
0,1%
1,0%
0,3%
0,8%
0,4%
2,3%
2,1%
7,6%
0,1%
1,6%
1,3%
4,7%
0,2%
100,00%
100,00%
100,00%
100,00%
100,00%
100,00%
100,00%
100,00%
100,00%
100,00%
100,00%
100,00%
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
TYPE VOOROPLEIDING SECUNDAIR ONDERWIJS VAN DE INGESCHREVEN STUDENTEN 1e JAAR (academiejaar 2012-2013)
Brussels gewest
Vlaams gewest
Waals gewest
België
Type opleiding
Bachelor
Gegradueerd
Totaal
Bachelor
Gegradueerd
Totaal
Bachelor
Gegradueerd
Totaal
Bachelor
Gegradueerd
Totaal
ASO
57,4%
7,6%
53,9%
32,9%
5,1%
22,8%
57,5%
22,3%
42,3%
46,2%
13,6%
34,8%
KSO
1,0%
0,0%
0,9%
1,7%
1,1%
1,5%
0,3%
19,4%
8,5%
1,1%
10,1%
4,2%
TSO
24,1%
17,7%
23,6%
44,3%
27,0%
38,1%
38,4%
27,9%
33,9%
38,4%
27,2%
34,5%
BSO
17,5%
74,7%
21,6%
21,1%
66,8%
37,6%
3,8%
30,4%
15,3%
14,4%
49,1%
26,6%
Totaal
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
TYPE VOOROPLEIDING SECUNDAIR ONDERWIJS VAN DE AFGESTUDEERDE STUDENTEN (academiejaar 2012-2013)
Brussels gewest
Vlaams gewest
Waals gewest
België
Type opleiding
Bachelor
Gegradueerd
Totaal
Bachelor
Gegradueerd
Totaal
Bachelor
Gegradueerd
Totaal
Bachelor
Gegradueerd
Totaal
ASO
26,4%
5,1%
24,9%
20,5%
2,3%
13,9%
25,2%
6,4%
17,1%
23,3%
4,4%
16,7%
KSO
0,0%
0,0%
0,0%
0,5%
0,7%
0,6%
0,0%
0,0%
0,0%
0,2%
0,3%
0,3%
TSO
8,4%
5,1%
8,2%
20,5%
12,3%
17,5%
11,1%
11,2%
11,1%
14,9%
11,6%
13,7%
BSO
1,2%
29,1%
3,2%
10,7%
28,1%
17,0%
0,5%
7,8%
3,7%
5,4%
18,2%
9,9%
Totaal
36,0%
39,2%
36,3%
52,2%
43,4%
49,0%
36,9%
25,5%
31,9%
43,8%
34,5%
40,5%
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
INSCHRIJVINGEN 1e JAAR in 2009 vs. AFGESTUDEERDEN in 2012
Bachelor Gewesten
Inschrijvingen Afgesstudeerden 1e jaar 2009 2012
Gegradueerde %
Inschrijvingen Afgesstudeerden 1e jaar 2009 2012
Totaal %
Inschrijvingen Afgesstudeerden 1e jaar 2009 2012
%
Brussel
915
377
41,20%
113
52
46,00%
1028
429
41,70%
Vlaams
1934
1468
75,90%
1542
771
50,00%
3476
2239
64,40%
Waals
1944
702
36,10%
1431
489
34,20%
3375
1191
35,30%
België
4793
2547
53,10%
3086
1312
42,50%
7879
3859
49,00%
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
10.2 Lijst met deelnemende scholen Nr
Naam school
Adres
Postcode
Gemeente
Provincie
1
Centre de formation pour les secteurs infirmier et de santé
Avenue Hippocrate 91
1200
Woluwe-Saint-
Brussel
de l'ACN
Lambert
2
Katholieke Hogeschool Limburg
Oude Luikerbaan 79
3500
Hasselt
Limburg
3
Provinciale Hogeschool Limburg
Guffenslaan 39
3500
Hasselt
Limburg
4
Haute Ecole Libre de Bruxelles
Route de Lennik 808
1070
Anderlecht
Brussel
5
Haute Ecole Galilée
Rue du Marais 100
1000
Bruxelles
Brussel
6
Institut Reine Fabiola
Rue de Haerne 220
1040
Etterbeek
Brussel
7
Katholieke Hogeschool Brugge-Oostende
Xaverianenstraat 10
8200
Sint-Michiels
WestVlaanderen
8
Sint-Guido-Instituut
Sainte-Adresseplein 12
1070
Anderlecht
Brussel
9
Katholieke Hogeschool Zuid-West-Vlaanderen
Doorniksesteenweg 145
8500
Kortrijk
WestVlaanderen
10
Haute Ecole de Namur
Rue Louis Loiseau 39
5000
Namur
Namen
11
Haute Ecole de la Communauté française du Luxembourg
Rue de la Cité 64
6800
Libramont
Luxemburg
Clos Chapelle-aux-
1200
Woluwe-Saint-
Brussel
"Schuman" 12
Haute Ecole Léonard de Vinci-2 sites (Woluwe + Uccle)
Champs 43 13
HBOV- HBO5
Koning Albert I-laan 6
Lambert 8200
Sint-Michiels
WestVlaanderen
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
14
Vesaliusinstituut
Leffingestraat 1
8400
Oostende
WestVlaanderen
Vesaliusinstituut
Rijselstraat 3
8200
Sint-Michiels
WestVlaanderen
Vesaliusinstituut
Ninovestraat 169
9600
Ronse
OostVlaanderen
Vesaliusinstituut
Keramiekstraat 80
9000
Gent
OostVlaanderen
15
Haute Ecole de la Province de Liège
Quai du Barbou 2
4020
Liège
Luik
15
Haute Ecole de la Province de Liège
Avenue Delchambre 13
4500
Huy
Luik
15
Haute Ecole de la Province de Liège
Avenue Peltzer 40
4800
Verviers
Luik
16
Artevelde Hogeschool
Kantienberg
9000
Gent
OostVlaanderen
17
IESCA (3 sites: Ste Waudru - St Philippe - Ste Thérèse)
Rue Trieu Kaisin 134
6061
Montignies-sur-
Henegouwen
Sambre 18
Ecole Ave Maria
Rue de Bricgniot 205
5002
Saint-Servais
Namen
19
Ecole Provinciale Secondaire d'Infirmier(e)s
Rue Henri Blès 188-190
5000
Namur
Namen
20
Institut Provincial de Nursing du Centre
Rue Milcamps 13B
7100
La Louvière
Henegouwen
21
Haute Ecole Roi Baudouin- Helha Herb
Rue Ferrer 159
7100
La Louvière
Henegouwen
22
Institut Saint-Aubin - Sainte-Elisabeth
Place Louise Godin 15
5000
Namur
Namen
23
ITEHO Jeanne d’Arc
Rue du Couvent 82bis
7700
Mouscron
Henegouwen
24
Haute Ecole de la Province de Namur
Rue Henri Blès 188-190
5000
Namur
Namen
25
Haute Ecole Provinciale du Hainaut Occidental
Rue Paul Pastur 73
7500
Tournai
Henegouwen
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
26
Hogeschool Gent
Keramiekstraat 80
9000
Gent
OostVlaanderen
Sint-Aloysiusinstituut voor Verpleegkunde
Kolveniersvest 24
2500
Lier
Antwerpen
27
Hogeschool Antwerpen
J. De Boeckstraat 10
2170
Merksem
Antwerpen
29
Technisch Instituut Sint-Carolus
Hospitaalstraat 23
9100
Sint-Niklaas
OostVlaanderen
30
IESCA St Joseph
Rue de l'Hôpital 27
6060
Gilly
Henegouwen
31
Instituut voor Verpleegkunde Aleydis
Vijfseweg 2
8790
Waregem
WestVlaanderen
32
Haute Ecole Provinciale de Charleroi - Université du
Rue de l'Espérance 95
6061
Travail 33
Ic Dien
Montignies-sur-
Henegouwen
Sambre Westlaan 99
8800
Roeselare
WestVlaanderen
34
Ecoles des Femmes Prévoyantes Socialistes
Quai du Longdoz 22
4020
Liège
Luik
35
Institut Provincial d'Enseignement Secondaire
Rue de la Samaritaine 14
6061
Montignies-sur-
Henegouwen
Paramédical La Samaritaine 36
Katholieke Hogeschool Leuven
Sambre Herestraat 49
3000
Leuven
VlaamsBrabant
37
Institut Centre Ardenne
Rue du Pressoir 8
6800
Libramont-
Luxemburg
Chevigny 38
Hoger Instituut voor Verpleegkunde Sint-Elisabeth
Herentalsstraat 70
2300
Turnhout
Antwerpen
39
Hogeschool - Universiteit Brussel
Blekerijstraat 23-29
1000
Brussel
Brussel
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
40
Sint-Augustinusinstituut
Leopoldlaan 9
9300
Aalst
OostVlaanderen
41
Sint-Franciscusinstituut voor Verpleegkunde
Naamsestraat 105
3000
Leuven
VlaamsBrabant
43
Regina Mundi
Grotetraat,27
3600
Genk
Limburg
44
Lessius Hogeschool
Zandpoortvest 60
2800
Mechelen
Antwerpen
45
Vij Technisch Instituut
Salvatorstraat 20
3500
Hasselt
Limburg
46
BenedictusPoort
Kortrijksesteenweg 1024
9000
Gent
OostVlaanderen
47
Haute Ecole Francisco Ferrer
Place Van Gehuchten 4
1020
Laeken
Brussel
48
Haute Ecole Libre du Hainaut Occidental
Quai des Salines 28
7500
Tournai
Henegouwen
42
Hogeschool West-Vlaanderen
Rijselstraat 5
8200
Brugge
WestVlaanderen
49
Hogeschool West-Vlaanderen
Marksesteenweg 58
8500
Kortrijk
WestVlaanderen
50
51
Institut d’Enseignement Secondaire Paramédical
Boulevard Président
Provincial
Kennedy 2A
Haute Ecole Provinciale Mons-Borinage-Centre
Chemin du Champ de
7000
Mons
Henegouwen
7000
Mons
Henegouwen
9100
Sint-Niklaas
Oost-
Mars 13 52
Katholieke Hogeschool Sint-Lieven
Hospitaalstraat 23
Vlaanderen 53
SITO 7
Lange Beeldekensstraat
2060
Antwerpen
Antwerpen
267
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
10.3 Definitie van beroepsprofiel en competentieprofiel voor de Belgische verpleegkundige. PROFESSIONELE VERANTWOORDELIJKHEID Definitie : neemt professionele verantwoordelijkheid voor eigen klinisch oordeel, voor zijn handelingen, voor het resultaat van zijn zorgverlening en het bestendigen van zijn competentie in ontwikkeling conform aan zijn praktijkdomein, zijn verantwoordelijkheden, volgens de geldende wet- & regelgeving. Gedragsindicatoren :
Is zich bewust van de grenzen van zijn praktijkdomein en zijn eigen competentie. Vraagt raad aan competente personen wanneer hij geconfronteerd wordt met situaties die zijn eigen kennis, competentie of praktijkervaring overschrijden. Heeft begrip voor en respecteert de verschillende niveaus van verantwoordelijkheden, eigen aan elke categorie van het verzorgend personeel. Neemt deel aan initiatieven ter verbetering van de toegang tot dienstverlening, nodig voor een effectieve zorgverlening
DEONTOLOGISCHE PRAKTIJK Definitie : werkt conform de Belgische deontologische code en de gedragscode van zijn werkgever. Gedragsindicatoren :
Neemt beslissingen conform de deontologie betreffende zijn eigen professionele verantwoordelijkheden of wanneer er ethische problemen zijn die het verpleegkundig team in het algemeen kunnen raken. Waakt over de vertrouwelijkheid en de veiligheid van de geschreven, mondelinge en elektronische informatiegegevens verkregen in de professionele context. Respecteert de rechten van de patiënt/cliënt/zorgvrager ter bescherming van zijn privésfeer en waardigheid. Respecteert de rechten van de patiënt/cliënt/zorgvrager inzake informatie, keuze en zelfbeschikking bij verpleegkundige zorg en gezondheidszorg. Verleent verpleegkundige zorg binnen de grenzen van de burgerlijke en professionele wetten en reglementen.
ZORGVERLENING Definitie : verleent pertinente zorg, effectief, aangepast aan de toestand en de voorkeuren van de patiënten/cliënten/zorgvragers met integratie van evidentie. Gedragsindicatoren :
Baseert zijn beslissingen en zijn professionele praktijk op recente kennis uit veelvoudige bronnen alsook op de beste evidentie.
Past zijn capaciteiten van kritisch denken toe en hanteert een systematische aanpak voor de oplossing van problemen en het nemen van verpleegkundige beslissingen in een ruime reeks van professionele contexten en bij de uitvoering van zorg.
Past procedures, behandelingen en interventies binnen zijn praktijkdomeinen toe, conform de zorgverleningsnormen en goede praktijkvoering. Rapporteert zijn interventies alsook de reacties van de patiënten/cliënten/zorgvragers op een precieze manier en binnen de gewenste termijn. Reageert op een adequate manier ten opzichte van onverwachte of snel evoluerende situaties. Reageert snel en op een adequate manier bij nood- of rampsituaties, met name door, indien nodig, levensreddende procedures alsook andere spoedmaatregelen te initiëren. Stelt de praktijken en de gedragingen binnen de zorgverlening die gevaarlijk zijn voor de veiligheid, de privacy of de waardigheid van de patiënt/cliënt/zorgvrager in vraag. Verleent zorg conform de beleidsnormen, protocollen en professionele & organisatorische procedures.
EVALUATIE & KLINISCH OORDEEL/ASSESSMENT
Definitie : doorloopt het hele proces om tot een evaluatie en een klinisch oordeel/assessment te komen.
Gedragsindicatoren :
Verzamelt objectieve, subjectieve, nauwkeurige en relevante gegevens via verpleegkunde en systematische gezondheidsevaluaties.
Organiseert, analyseert, synthetiseert en interpreteert gegevens uit meerdere bronnen om een verpleegkundige diagnose te kunnen afleiden en een zorgplan op te stellen.
Deelt en rapporteert zijn observaties nauwkeurig en opportuun en dit in overeenstemming met de professionele normen en het organisatorische beleid.
INFORMATIE & EDUCATIE VAN DE PATIËNT/CLIËNT/ZORGVRAGER Definitie : geeft gezondheidsvoorlichting & -opvoeding aan de patiënten/cliënten/zorgvragers op zoek naar een verbetering van hun manier van leven, om gedrag te stellen dat ziekte en ongevallen voorkomt en om om te gaan met een verandering van de gezondheidstoestand en handicap of een overlijden. Gedragsindicatoren :
Oriënteert en/of geeft GVO aan patiënten/cliënten/zorgvragers bij het nastreven en/of onderhouden van hun capaciteiten om een autonoom leven te leiden.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
48
Grijpt alle mogelijkheden aan om individuen, gezinnen en gemeenschappen te oriënteren en GVO te geven over de activiteiten ter preventie van ziekte en over een gezonde manier van leven.
ZORGPLAN OPSTELLEN Definitie : formuleert een volledig zorgplan, met vermelding van de zorgresultaten gebaseerd op verpleegkundige diagnostiek en evaluatie, gezondheidsevaluatie, de bijdrage van andere leden van het zorgteam en de normen van de verpleegkundige praktijk Gedragsindicatoren :
Maakt gebruik van kritisch denkvermogen en klinisch redeneren bij het planningsproces van de zorgverlening, op basis van zijn kennis van verpleegkundige wetenschappen en van andere disciplines. Bepaalt de zorgprioriteiten in samenwerking met andere zorgverleners en patiënten/cliënten/zorgvragers. Betrekt in de mate van het mogelijke patiënten/cliënten/zorgvragers bij het plannen van zorg waarbij er rekening mee wordt gehouden dat zij beschikken over correcte en begrijpelijke informatie, hetgeen hen toelaat behandelingen te aanvaarden met kennis van zaken. Analyseert en herbekijkt het zorgplan op reguliere basis, indien mogelijk, in samenwerking met andere leden van het sociale team/zorgteam en met de patiënten/cliënten/zorgvragers. Rapporteert op nauwkeurige en regelmatige basis het zorgplan en de daaraan gekoppelde handelingen.
EVALUATIE Definitie :evalueert in overleg met patiënten/cliënten/zorgvragers, gezinnen en/of zorgverleners en andere leden van het zorgteam, de gerealiseerde vooruitgang t.a.v. gewenste zorgresultaten. Gedragsindicatoren :
Controleert en rapporteert op nauwkeurige en volledige wijze de gerealiseerde vooruitgang t.a.v. de gewenste zorgresultaten. Maakt gebruik van de informatie die tijdens de evaluatie werd verkregen om het zorgplan aan te passen.
COMMUNICATIE & INTERPERSOONLIJKE RELATIES Definitie : initieert, ondersteunt en onderbreekt op gepaste wijze zorgrelaties dankzij zijn vaardigheden, communicatie en interpersoonlijke relaties. Gedragsindicatoren :
In de relatie met de patiënt/cliënt/zorgvrager wordt de nodige afstand bewaard.
Blijft objectief bij het luisteren naar de ander.
Respecteert meningen die van de zijne verschillen.
Bevordert de uiting van andere meningen en invalshoeken. Communiceert mondeling, schriftelijk of elektronisch op een duidelijke en nauwkeurige manier en dit vanuit zijn professionele verantwoordelijkheid.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
49
Respecteert het principe van de vertrouwelijkheid van de zorgverlening. Gaat op een respectvolle en cultureel gepaste manier om met patiënten/cliënten/zorgvragers, familie en/of het verzorgend personeel van een andere culturele oorsprong. Vergemakkelijkt de toegang tot informatie of geeft alle vragen in verband hiermee door aan de juiste persoon. Communiceert en deelt relevante informatie inzake de meningen van patiënten/cliënten/zorgvragers, gezinnen en/of het verzorgend personeel, met andere leden van het zorgteam belast met de zorgverlening. Past zijn vaardigheden als pleitbezorger toe bij patiënten/cliënten/zorgvragers die niet in staat zijn zichzelf te vertegenwoordigen of te spreken voor zichzelf. Vraagt de interventie van een persoon belast met het verdedigen van de belangen van de patiënt/cliënt/zorgvrager of verzorgend personeel inzake moeilijk te nemen beslissingen, informed consent of bij een taalprobleem.
LEIDERSCHAP & MANAGEMENT Definitie :verlangt en ijvert binnen het kader van zijn competentiedomein voor een gunstige werkomgeving. Gedragsindicatoren :
Past zijn leiderschap en benadering aan naargelang de omstandigheden. Benadert conflictsituaties, zonder zelf enig oordeel uit te brengen, met behulp van communicatietechnieken en bestaande systemen om oplossingen te zoeken. Werkt mee aan het goed functioneren van de equipe door het benadrukken van doelstellingen die een klimaat van respect en vertrouwen binnen de equipe bevorderen. Is in staat om zijn leiderschapsstijl aan te passen aan de verwachtingen van de andere teamleden om hen te ondersteunen.
Organiseert zijn werk in functie van prioriteiten.
Doet aan timemanagement.
Werkt mee aan de professionele en educatieve ontwikkeling van studenten en collega's. Geeft feedback, doet suggesties voor verandering en kan correct omgaan met de impact van verandering op eigen praktijk of organisatie.
INTERPROFESSIONELE GEZONDHEIDSZORG Definitie : past zijn interprofessionele basiskennis toe in zijn werkomgeving. Gedragsindicatoren :
Begrijpt en waardeert de rollen, kennis en vaardigheden van de leden van het zorgteam ten opzichte van de eigen verantwoordelijkheid. Werkt samen met andere professionele gezondheidswerkers om de toegang voor patiënten/cliënten/zorgvragers tot de verpleegkundige zorg en andere gezondheidsdiensten te bevorderen. Vertegenwoordigt en ondersteunt de mening van de patiënten/cliënten/zorgvragers en/of zorgverstrekkers bij de besluitvorming van het interprofessioneel team. Transfereert de patiënten/cliënten/zorgvragers naar de bevoegde diensten en dit zodanig dat de patiënten/cliënten/zorgvragers toegang hebben tot de best mogelijke zorg.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
50
VEILIGE ZORGOMGEVING Definitie : neemt passende maatregelen om een veilige zorgomgeving te kunnen verzekeren en dit conform de nationale wetgeving en de geldende procedures inzake veiligheid en gezondheid op het werk. Gedragsindicatoren :
Identifieert de bestaande en potentiële veiligheidsrisico's en rapporteert elke bezorgdheid in verband hiermee aan de bevoegde instanties.
Zorgt ervoor dat de therapeutische substanties veilig worden opgeslagen en toegediend. Verzekert een correcte toediening en opvolging van medicatie, evalueert de bijwerkingen, titreert doseringen in overeenstemming met de voorschriften. Respecteert de procedures ter preventie van infecties en komt tussen bij inbreuken gesteld door andere zorgverleners.
Kent zijn verantwoordelijkheden en de procedures te volgen in geval van rampsituaties.
Neemt deel aan verbeteringsprocedures en kwaliteitscontroles.
DELEGEREN & SUPERVISIE Definitie : delegeert en superviseert zorg op een adequate manier. Gedragsindicatoren :
Delegeert activiteiten aan derden rekening houdend met hun vaardigheden, niveau van voorbereiding, competentieniveau en wettelijk kader. Aanvaardt gedelegeerde activiteiten rekening houdend met zijn persoonlijk competentieniveau en wettelijk kader. Blijft de verantwoordelijkheid nemen bij het delegeren van bepaalde aspecten aan derden. Begrijpt en waardeert de rollen, kennis en vaardigheden van de leden van het zorgteam ten opzichte van de eigen verantwoordelijkheid.
ONTWIKKELING VAN HET BEROEP Definitie : draagt bij tot de ontwikkeling van het verpleegkundig beroep. Gedragsindicatoren :
Bevordert de verspreiding, het gebruik, de controle en het herbekijken van normen en richtlijnen van een goede praktijkvoering.
Bevordert en beschermt een positief beeld van het verpleegkundig beroep.
Is een rolmodel voor studenten, leden van het zorgteam en anderen. Waardeert onderzoek in de verpleegkunde als een bijdrage ter bevordering van de kwaliteitszorg.
LEVENSLANG LEREN Definitie : past levenslang leren toe. Gedragsindicatoren :
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
51
Neemt verantwoordelijkheid op voor zijn permanente vorming, professionele ontwikkeling en up-to-date houden van zijn competenties. Gebruikt elke gelegenheid om te leren uit contacten met andere zorgverleners in de zorgsector. Stelt zichzelf regelmatig in vraag inzake zijn praktijk d.m.v. kritische reflectie, zelfevaluatie en evaluatie door collega's.
Croix, B. & Craps, A. Plan Verpleegkunde: « Opvolging van de evolutie van de populatie studenten verpleegkunde in de Belgische scholen. », FOD Volksgezondheid, november 2013.
52