Pittige Plus Torens
Toelichting bij de Pittige Plus Torens
Inhoud toelichting deel 1 Aan de slag met de Pittige Plus Torens.
Eenentwintig vragen ter introductie van de Pittige Plus Torens 1. Wat is de Pittige Plus Torens? 4 2. Voor wie? 4 3. Wat is het doel van de Pittige Plus Torens? 4 4. Welke vaardigheden komen aan de orde? 5 5. Welke onderwerpen komen aan de orde? 5 6. Hoe kun je de Pittige Plus Torens implementeren in het schoolprogramma? 5 7. Wat kunt u doen als er materiaal op is? 8 8. Welke Groene Peper Projecten zijn er? 9. Welke Rode Peper Projecten zijn er? 10. Welke Gele Peper Projecten zijn er?
9 11 15
11. Hoe is de opbouw van een Groene Peper Project? 17 12. Hoe is de opbouw van een Rode Peper Project? 18 13. Hoe werken de gele Toolboxen en de gele Hulpmapjes? 20 14. Hoe begeleidt de leerkracht de Peper Projecten? 15. Hoe werken de begeleidingsformulieren bij de Rode Pepers? 16. Hoe werkt het begeleidingsformulier bij de Groene Pepers? 17. Hoe werkt de beoordeling van een Peper Project?
21 22 23 24
18. Hoe registreert de leerling de voortgang van zijn Peper? (De Verrijkingsmap.) 19. Hoe wordt de verrijking per leerling overgedragen door de leerjaren heen? (De Verrijkingsmap.) 20. Voor welke scholen zijn de Pittige Plus Torens geschikt? 21. Hoe stel je groepjes leerlingen samen? 22. Te hoog ingezet?
25 26 27 28 29
Bijlagen 1. Inhoudstekening Pittige Plus Torens 2. Overzicht indeling lesmapjes in de transparante bakken
2 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
30 31
Inhoud toelichting deel 2 Achtergrondinformatie bij meer- en hoogbegaafdheid.
Tien vragen ter introductie van meer- en hoogbegaafdheid 1. Wat is meerbegaafd en wat is hoogbegaafd? 33 2. Hoeveel kinderen op school zijn meer- of hoogbegaafd? 35 3. Hoe signaleer je deze kinderen? 36 4. Wat komen begaafde kinderen tekort in de reguliere lesstof? 37 5. Welke risico’s loop je als je niets bijzonders doet voor deze leerlingen? 38 6. Wat zou er voor deze pluskinderen moeten verbeteren in het lesprogramma? 39 7. Hoe verwerk je compacten en verrijken in het rooster? 40 8. Waarin moeten deze leerlingen zich juist ontwikkelen? 41 9. Pluswerk/plusgroepen? 41 10. Jaloezie? 43
Tien pittige tips die essentieel zijn voor succes 1. Gelijkwaardige communicatie 43 2. Streng 43 3. Doch rechtvaardig 43 4. Lui 44 5. Grondige research 44 6. Kritische vragen stellen 44 7. Stimuleer performale activiteit 44 8. Ruzie 45 9. Laat je niet kisten! 45 10. Humor! 45
Budgetversie De Pittige Plus Kast is de budgetversie van de Pittige Plus Torens
46
Teamcursus deskundigheidsbevordering Digitale teamcursus deskundigheidsbevordering excellentie-onderwijs
46
Contact & nabestellingen Contactgegevens en nabestellingen
48
Versie januari 2014.
3 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
Toelichting deel 1 Aan de slag met de Pittige Plus Torens.
Eenentwintig vragen ter introductie van de Pittige Plus Torens 1. Wat is de Pittige Plus Torens? De Pittige Plus Torens is een lesconcept met verrijkingsstof voor meer- en hoogbegaafde kinderen (pluskinderen) op de basisschool. Alle benodigde materialen, “Pittige Peper Projecten” en leerkrachtmappen zitten bij elkaar in een opvallend opbergmeubel. Leerlingen kunnen zelfstandig (alleen of in groepjes) aan het Peper Project werken. De Pittige Plus Torens is laagdrempelig voor leerkrachten en begeleiders. Iedere leerkracht kan hiermee in zijn/haar klas de slimste kinderen voorzien van passende en zeer uitdagende verrijkingsstof. Met het inzetten van de Pittige Plus Torens, kan de school de groep pluskinderen uitdagende verrijking in de vorm van verbreding en verdieping bieden, waardoor ook deze leerlingen hun schooltijd effectief en leerzaam ingevuld zien. Ze worden met de Pepers veel kennis en vaardigheden rijker, waardoor ze zich niet meer vervelen op school en versnelling van deze leerlingen niet meer altijd nodig is. De Pittige Plus Torens bevatten veel open opdrachten die de creativiteit van de leerling stimuleren. Ze raken hierdoor enorm gemotiveerd!
2. Voor wie? De Pittige Plus Torens is bedoeld voor de slimste 10 a 15% van de schoolkinderen (de pluskinderen, met een IQ > circa 115). De leerlingen moeten wel kunnen lezen om de Peper Project zelfstandig (alleen of in kleine teams) te kunnen uitvoeren. Door de diversiteit aan onderwerpen en moeilijkheidsgraden binnen de Pepers is er voor ieder kind wat wils. Iedere, reguliere, basisschool kan met de Pittige Plus Torens aan de slag. Verder is de Pittige Plus torens ook zeer geschikt voor plusgroepen buiten schoolverband. Iedere school die passend onderwijs wil verzorgen voor de 15% slimste leerlingen van de school, kan met het inzetten van de Pittige Plus Torens op een eenvoudige en aantrekkelijke wijze invulling geven aan de volgende aspecten: • Uitdagend (drie-dimensionaal) verrijkingsmateriaal (verbreding en verdieping). • Zelfstandig werken (alleen of in kleine groepjes met mede plusleerlingen). • Een laagdrempelige en eenvoudige interne organisatie van de verrijking; men kan meteen aan de slag. • De begeleiding en beoordeling van de resultaten van de verrijking. • De structurele integratie van verrijkingsactiviteiten in het schoolprogramma en in het rooster van de plusleerling.
3. Wat is het doel van de Pittige Plus Torens? De Peper Projecten van de Pittige Plus Torens hebben als doel: het stimuleren van de individuele creativiteit, motivatie, doorzettingsvermogen en de performale activiteit van pluskinderen, ieder op hun eigen niveau.
4 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
Met de Peper Projecten leren de kinderen onder andere hoe ze gestructureerd hun eigen ideeën kunnen omzetten in een tastbaar en presenteerbaar eindresultaat. Met de Peper Projecten leren de leerlingen ook grondig onderzoeken, het structureren en plannen van eigen activiteiten en het goed vormgeven/presenteren van eigen ideeën en creaties aan derden. Het is denken en doen! De kinderen werken met hoofd, hart en handen!
4. Welke vaardigheden komen aan de orde? Leerlingen worden breed uitgedaagd qua vaardigheden. Vooral als ze in kleine groepjes zelfstandig aan een Peper Project werken. Dan moeten ze immers samenwerken, luisteren naar elkaar, taken verdelen, afspraken maken en nakomen, planningen maken en handhaven, discussiëren en beargumenteren, disputen oplossen, organiseren, verslagleggen, presenteren, etc.
5. Welke onderwerpen komen aan de orde? De onderwerpen van de Peper Projecten zijn zeer divers en deels extra-curriculair voor het basisonderwijs. Taal, rekenen, techniek, aardrijkskunde, geschiedenis, erfgoed, planologie, geometrie, architectuur, kunstzinnige vormgeving, media-educatie en nog veel meer onderwerpen komen aan de orde in de diverse projecten.
6. Hoe kun je de Pittige Plus Torens implementeren in het schoolprogramma? Kies voor incidenteel of structureel. De Peper Projecten van de Pittige Plus Torens kunnen op twee manieren worden ingezet: incidenteel en structureel. Net als al het andere verrijkingsmateriaal. Incidenteel werken met de Pepers is leuk voor de leerlingen. Structurele inzet is nog leuker en het levert ook het meeste rendement op. Structurele inzet van de Pittige Plus Torens leidt tot de grootste tevredenheid bij zowel meerbegaafde leerling als onderwijsgevende. Bij de structurele inzet van verrijkingsmateriaal is de volgende voorbereiding altijd van cruciaal belang:
A. Duidelijke (structurele) tijd vrij maken in het rooster (=compacten) 1. Duidelijk tijd vrijmaken in het rooster van de leerling. Zorg dat er voldoende aaneengesloten tijd is waardoor de leerling zich werkelijk kan verdiepen in het onderwerp (minimaal drie kwartier per keer). 2. Een aangepast rooster maken voor deze leerling, waarvan een exemplaar in de Verrijkingsmap* van de leerling. (*Zie hierover meer bij punt 17.) 3. Vaste activiteiten op vaste tijdstippen. NB: Probeer kleine groepjes van leerlingen te maken zodat ze samen hun problemen kunnen oplossen en minder een uitzondering in de groep zijn. Deze samenwerkingsverbanden kunnen ook groepsoverstijgend zijn.
5 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
B. Selectie van verrijkingsmateriaal uit de Pittige Plus Torens Dit gaat vaak in overleg met de leerling. Het verrijkingsmateriaal moet een pittige uitdaging zijn. Het moet een activiteit zijn waar de leerling zijn of haar creativiteit in kwijt kan en waarvan hij of zij iets kan leren. Dat hoeft niet perse inhoudelijke kennis te zijn. Bij de Pittige Plus Torens gaat het immers ook om de processen die de leerling doorloopt. Processen waarbij vaardigheden zoals werkhouding, doorzettingsvermogen, planning van eigen activiteiten worden ontwikkeld, of juist processen waarbij leerlingen hun performale activiteit en/of fijn motoriek kunnen oefenen en verbeteren. Groene, Gele en Rode Pepers: De Pittige Plus Torens bevat drie soorten Peper Projecten: Groene, Gele en Rode. Ze zijn verschillend van opzet en bieden verschillende niveau’s van uitdaging. De Groene Pepers zijn gesloten opdrachten. Ze zijn bottom-up opgebouwd. De leerling doorloopt vooraf gestructureerde stappen waarbij de uitkomst van iedere stap van tevoren min of meer vaststaat. Deze opdrachten zijn zeer geschikt voor meerbegaafde kinderen (IQ ca. 115-130) die uitdagend pluswerk willen/moeten doen. Deze Groene Pepers kunnen ook worden ingezet voor hoogbegaafde leerlingen (IQ >130), echter voor deze leerlingen zijn de Rode Pepers veelal interessanter. De Rode Pepers zijn open opdrachten. Deze zijn zeer geschikt voor meer- en hoogbegaafde leerlingen die top-down leren en divergent kunnen denken. De leerling doorloopt hier ook een gestructureerd stappenplan, waarvan de uitkomst niet vooraf vaststaat. De leerling moet de verschillende stappen zelf inhoud geven. De Gele Pepers hebben een half-open karakter. Ze vallen qua moeilijkheidsgraad en karakter tussen de groene en de rode in. Leerlingen die met de Rode Pepers werken gebruiken de Gele Pepers en de gele Toolboxen als Hulpmapjes en Toolboxen bij het uitwerken van hun Rode Peperwerkstukken. De Gele Pepers zijn echter ook geschikt als losse uitdagende verrijkingsactiviteiten voor de leerlingen die graag iets opener werken dan de Groene Pepers, maar die (nog) niet toe zijn aan het hele open karakter van de Rode Pepers. Het aantal Pepers Het aantal Pepers geeft de moeilijkheidsgraad (complexiteit) van de opdracht aan binnen een bepaalde soort Peper Projecten. Wanneer het kind kiest voor een hoge moeilijkheidsgraad, honoreer dat gerust. Het kind leert zijn eigen grenzen beter kennen door er tegenaan te lopen dan wanneer het wordt afgeschermd en nooit te weten komt waar het toe in staat is. De keuze van een Peper Project voor een leerling wordt vaak in overleg met de leerling zelf gedaan. De leerkracht of begeleider geeft echter de doorslag voor de uiteindelijke keuze.
C. Aftrap samen met de leerling Introduceer het Pepermapje en/of de leskist altijd uitgebreid bij de leerling(en) voordat de leerling(en) ermee start(en): Kopieer het aftrapformulier en het begeleidings- en beoordelingsformulier bij de betreffende Peper uit de leerkrachtenmap. Maak zowel een kopie voor jezelf, als een kopie voor iedere leerling die op dat moment met de Peper aan de slag gaat. Pak ieder je agenda en het aangepaste rooster van de leerling erbij en loop dan samen met de
6 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
leerling(en) door de inhoud van de Peper en/of de leskist. Als je dat gedaan hebt, weet je wat er van de leerling verwacht wordt en kun je een inschatting maken over de tijd di de leerling aan deze Peper gaat besteden. Vul dan samen de aftrap- en begeleidingsformulieren uit de leerkrachtenmap in. Maak duidelijke afspraken! In het bijzonder moet aandacht worden besteed aan het tussentijds overleg tussen leerling(en) en de leerkracht/begeleider. Maak hier duidelijke afspraken over met de leerling(en) en houd je allebei aan die afspraak! Daarmee wordt immers de kwaliteit en de voortgang bewaakt. Bespreek vooraf de eind-beoordeling! Ook wordt er, voorafgaand aan de start van het Peper Project, expliciet met de leerling besproken op welke criteria de leerling beoordeeld zal worden. Laat daar geen misverstanden over bestaan en denk daar niet lichtzinnig over. Voor deze leerlingen is het feit dat ze serieus beoordeeld worden (cijfer op het rapport!) veelal een goede stimulans om hun best te doen.
D. Begeleiding van de leerling & bewaking van de voortgang bij de Groene en de Gele Pepers: Bij de groene en de losse Gele Pepers moet een vast moment in de week worden afgesproken voor de begeleiding. Stel samen vast welke dag en welk moment dat is. Stel ook vast wanneer de Peper afgerond moet zijn. Bij de Rode Pepers: Bij de Rode Pepers worden de overlegmomenten aangegeven met Hotspots. Maak samen een eerste planning voor tussentijdse terugkoppeling op basis van de ingeschatte tijdsbesteding die staat aangegeven in de leerkrachtenmap. Stel ook een einddatum (deadline) af voor het gehele Peper Project.
E. Beoordeling tussenresultaten & voortgangsbewaking Afhankelijk van het soort Peper Project is er sprake van tastbare tussenresultaten zoals een woordspin, een vragenlijst, een ontwerp, een tijdschema, etc. Deze tussenresultaten van de leerling worden getoond en besproken op de overlegmomenten. De leerkracht dient daarbij zeer kritisch te zijn over de kwaliteit en de compleetheid van deze tussenresultaten! Als de tussenresultaten onvoldoende zijn, moeten de leerlingen deze opnieuw doen of verder uitwerken. Daarna mogen ze dan pas door naar de volgende stap van hun Peper Project. Tijdens de overlegmomenten wordt ook met de leerling ook iedere keer gekeken naar de voortgang. (Schiet het een beetje op? Haalt het kind de deadline?). Eventueel moet het afgestemde tijdschema worden bijgesteld. Wees daar dan zeer duidelijk over. (Schriftelijk vastleggen met argument van vertraging).
F. Eindbeoordeling van het werk van de leerling Deze leerlingen zijn veelal gewend dat ze op halve kracht al een heel aardig eindcijfer halen. De Peper Projecten van de Pittige Plus Torens zijn juist pittig omdat er van deze leerlingen gevraagd wordt dat ze zowel de breedte als de diepte in gaan bij een onderwerp. Daarnaast moeten ze leren om hun werk goed te plannen, afspraken na te komen en zelfstandig tot creatieve oplossingen te komen en deze goed en gestructureerd uit te werken. Tenslotte moeten ze hun eigen werk ook met en goede uitleg en onderbouwing presenteren. Op al deze aspecten wordt de leerling beoordeeld. Dat is ook vooraf met hem/haar besproken bij de aftrap van het Peper Project. Wees dus streng, doch
7 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
rechtvaardig in de beoordeling. De aangereikte criteria op de voortgangs- en beoordelingsformuilieren helpen om te komen tot een goed onderbouwde en evenwichtige eindbeoordeling van het werk van de leerling.
G. Evaluatie Zorg dat er na eindbeoordeling van het project nog een gesprek plaats vindt tussen de begeleider en de leerling. In dat gesprek moeten de sterke en zwakke punten van het werk van de leerling nog eens doorgenomen worden en moet de leerling de gelegenheid krijgen om te leren uit eigen werk en van eigen fouten. Bespreek dus de evaluatie die de leerling zelf heeft geschreven over het eigen werk en bespreek de evaluatie en de beoordeling van de leerkracht. Deze evaluatie kan ook de basis vormen voor de keuze van een nieuw Peper Project.
7. Wat kunt u doen als er materiaal op is? Als u veel gebruik maakt van de Pittige Plus Torens, kan het voorkomen dat er materiaal op raakt of vervangen moet worden. U heeft de mogelijkheid om deze materialen rechtstreeks bij de organisatie van de Pittige Plus Torens na te bestellen. U kunt de nabestellijsten dan downloaden via www.pittigeplustorens.nl of direct in de webwinkel op www.creativekidsconcepts.com. In deze lijsten staat al het lesmateriaal overzichtelijk, per les, in één overzicht. De nabestellijsten zijn Excel-bestanden, die u op de computer kunt invullen, of uit kunt printen en vervolgens in kunt vullen. Daarna kunt u deze ingevulde lijsten opslaan (of scannen) en mailen naar:
[email protected].
8 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
8. Welke Groene Peper Projecten zijn er? De Groene Pepers zijn gesloten opdrachten. Ze zijn bottom-up opgebouwd. De leerling doorloopt vooraf gestructureerde stappen (instructies) waarbij de uitkomst van iedere stap van tevoren min of meer vaststaat. Deze opdrachten zijn zeer geschikt voor meerbegaafde kinderen (IQ ca. 115-130) die uitdagend pluswerk willen/moeten doen. Deze Groene Pepers kunnen ook worden ingezet voor hoogbegaafde leerlingen (IQ >130), echter voor deze leerlingen zijn de Rode Pepers veelal interessanter.
Omschrijving inhoud Groene Peper Project
Een knikkerbaan van papier
Aantal pepers 1
Sensoren & alarm
1
Opdracht: opstellingen van diverse elektrische circuits maken waarin verschillende soorten sensoren en alarm verwerkt zitten.
Snelle auto’s & boten
2
Opdracht: bouw met het materiaal, aan de hand van de opdracht, verschillende voertuigen met verschillende soorten aandrijvingen.
Games maken
2
Opdracht: werk met een programma op de computer waarin je zelf een eenvoudig computerspel kunt maken.
Piramides van bamboe
1
Opdracht: starten met het maken van basiselementen van bamboe. Daarna: vrijheid om bouwwerk met bamboe naar eigen inzicht te maken.
Bouw de hoogste toren
1
Opdracht: met een bepaald aantal blokken zo hoog mogelijk te bouwen.
Sky-rail. Jouw pretpark! (2 boxen met materiaal)
1
Opdracht: een goed functionerende sky-rail bouwen met een kabeldraagconstructie en een mechanische knikkerlift.
Met rietjes de lucht in
1
Opdracht: bouw met rietjes een zo hoog mogelijke stevige open constructie met stevige verbindingen, die op zichzelf blijft staan. De toren kan erg hoog worden!
Mandala’s maken
1
Opdracht: leer wat een mandala is, hoe je een mandala maakt en ontwerp er dan zelf een. Dat kan met sjablonen of met passer worden uitgevoerd.
Speksteen bewerken
1
Opdracht: maak een mooie hanger of beeldje uit speksteen met behulp van de gereedschappen en instructies uit de leskist.
Leren kalligraferen
1
Opdracht: leer en bestudeer verschillende lettertypes en oefen met kalligrafeerpen en inkt het alfabet. Maak daarna zelf iets moois in kalligrafie.
Naam Groene Peper Project
Opdracht: ontwerp en bouw een knikkerbaan van papier waarbij de knikker minimaal een halve minuut onderweg is.
9 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
Geheimtaal
1
Opdracht: bestudeer het fenomeen geheimtaal en onderzoek verschillende soorten geheimtaal. Probeer en een paar uit en bedenk zelf een geheimtaal!
Zelf papier maken
2
Opdracht: leer over het productieproces van papier. Maak dan zelf papierpulp en schep je eigen vellen papier. Diverse versiertips staan omschreven.
Kristallen maken
2
Achtergrondinfo over kristallen. Opdracht: zelf kristallen maken met aluin. Let op: aluin moet voorzichtig worden gebruikt! Let op de veiligheidswaarschuwingen.
Soorten bruggen
2
Opdracht: bouw verschillende soorten bruggen van Polydron-materiaal. Leer over diverse soorten bruggen en de functionaliteit daarvan.
Sieraden maken
1
Opdracht: maak sieraden met kralen, draad en tangetjes. Eenvoudige en moeilijkere technieken.
De langste brug van papier
2
Opdracht: maak van een bepaald aantal vellen A4papier een zo lang mogelijke brug die tenminste een bepaalde belasting kan dragen.
Bouw 4 autootjes
2
Opdracht: bouw 4 verschillende autootjes. Ze verschillen van type aandrijving. Er worden enkele proeven mee gedaan.
Proefjes.nl
2
Opdracht: doe een aantal proefjes op basis van de website proefjes.nl met het materiaal uit de leskist. Bij sommige proefjes zijn filmpjes te zien op het internet.
Knopen met touwtjes
2
Opdracht: knoop met scoobidoutouwtjes verschillende vrolijke knoopwerkjes. Leer verschillende knooptechnieken.
Maak een 4-talenkwartet
2
Opdracht: maak een 4-talen kwartet. Bestudeer en gebruik daarbij de vier wat-en-hoe boekjes uit de leskoffer. Voeg plaatjes toe en maak een speldoosje.
Maak spreekwoordenkwartet
2
Opdracht: maak een spreekwoordenkwartet waarin minimaal 40 spreekwoorden verwerkt zitten. Bestudeer het spreekwoordenboek.
Een brug van spaghetti
3
Opdracht: maak van droge spaghetti een brug die tenminste 40 cm overbrugt en een bepaalde ballast kan dragen.
Wisschriften: fractals & magische vierkanten (los in de Pittige Plus Torens)
2
Opdracht: kies 1 van de 2 soorten wisschriften. Gebruik zowel het opdracht- als het werkboekje.
10 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
9. Welke Rode Peper Projecten zijn er? De Rode Pepers zijn open opdrachten. Deze zijn zeer geschikt voor meer- en hoogbegaafde leerlingen die top-down leren en divergent kunnen denken. De leerling doorloopt hier ook een gestructureerd stappenplan, waarvan de uitkomst niet vooraf vaststaat. De leerling moet de verschillende stappen zelf inhoud geven.
Naam Rode Peper Project
Aantal pepers
Omschrijving inhoud Rode Peper Project
Een dag in 2118….
1
Opdracht: hoe zou jouw dag er in 2118 uit zien? Breedte: aspecten waarover kan worden nagedacht zijn schier onuitputtelijk. Diepte: Keuze voor bepaalde, samenhangende elementen die in meer detail uitgewerkt moeten worden. Fantasie.
Ontwerp een vaandel of logo voor je school
1
Opdracht: ontwerp een vaandel of logo voor je school Symboliek, vorm en inhoud, ontwerp, typografie en compositie. Kiezen voor soort vormgeving.
Ontwerp de auto voor de toekomst
1
Opdracht: ontwerp de auto voor de toekomst. Reflectie op de geschiedenis van de auto, voor- en nadelen van auto’s. Projectie: waaraan zou mijn auto van de toekomst moeten voldoen? Argumentatie en concept ontwikkeling/ontwerp.
Maak een hoorspel
2
Opdracht: bedenk een verhaal en maak een hoorspel met een dictafoon. Verhaal maken, script schrijven, rollen verdelen, geluiden bedenken. Techniek, taal en drama.
Mijn droomschool
2
Opdracht: wat zou jij willen veranderen aan je school? Werk met de plattegrond van je school. Binnenhuisarchitectuur en architectuur. Ontwerp. Vorm en functie. Sfeer, kleur, indeling, schoolrooster, activiteiten, aanbouwen, speelplein, groenvoorziening, etc. Waarom? Kosten?
De uitdaging! (Techniek Toernooi)
2
Stappenplan om op een redelijk zelfstandig wijze met een groepje van 4 leerlingen deel te nemen aan het Techniek Toernooi in juni ieder jaar. Technische/ natuurkundige opdrachten zijn afhankelijk van het Techniek Toernooi programma in dat jaar. Ook zonder deelname aan het toernooi zelf kunnen leerlingen deze Peperactiviteit in de school uitvoeren.
Een goed doel!
2
Opdracht: leerlingen zetten samen een inzamelingsactie voor een zelf gekozen goed doel op. Research naar goede doelen. Kiezen. Plan van aanpak maken. Promotiecampagne verzinnen. Uitvoeren van plan om resultaat te behalen voor het goede doel.
11 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
Een kleuterorkest!
2
Opdracht: maak een kleuterorkest. Maak de instrumenten zelf en gebruik daarbij zoveel mogelijk kosteloos materiaal. Opzet en planning maken. Inventarisatie van de benodigde materialen. Uitwerken. Testen. Instructie geven. Werken met de kleuters en hen gezamenlijk muziek laten maken.
Een goed plan?
2
Opdracht: wat zou je willen veranderen aan je stad of dorp? Werk met een plattegrond van je dorp of stad. Schetsontwerp maken. Uitwerken van eigen idee. Presentatie met argumentatie.
Mijn vakantieparadijs
2
Opdracht: maak van een onbewoond eiland een vakantieparadijs! Een eiland met nog onbepaalde hoogteverschillen, formaat, vegetatie, ligging, klimaat, etc. Leerling moet deze zaken zelf invulling geven. Research op internet. Wat moet er allemaal gebeuren op mijn eiland om het een vakantieparadijs te maken? Uitwerken en presenteren en uitleg geven bij gemaakt keuzes.
Maak een poppentheater
2
Opdracht: maak een poppentheater voor de kleuters. Verhaal, karakters, popen, decor, props, poppenkast en muziek. Oefenen. Presenteren: voor publiek optreden. Taal, beeldende vorming, drama.
Schrijf een verhaaltje voor kleuters
2
Opdracht: bedenk een verhaal dat leuk is en leerzaam voor kleuters. Research naar leerzame onderwerpen voor kleuters; navraag doen bij de kleuterjuffen. Hoofdpersonen bedenken en kort en leuk verhaaltje bedenken. Illustraties erbij maken voor bij het voorlezen. Voordracht aan de kleuters. Taal, beeldende vorming.
Maak een klassenkrant
2
Opdracht: maak een krant voor de klas. Research doen. Format kiezen voor de eigen krant. Rubrieken kiezen. Taken verdelen. Planning maken voor de hele krant. Invulling geven aan de onderdelen/rubrieken van de krant. Krant samenstellen en vormgeven. Vermenigvuldigen. Hoe wordt hij gemaakt ? Hoeveel? Wat kost dat? Verspreiden (= presentatie).
Maak een stop-motionfilm
2
Opdracht: maak een stop-motionfilm. Woordspin maken om een leuk onderwerp, personages, verhaal en scenario te bedenken. Ontwerp maken d.m.v. storyboard. Planning maken. Uitwerken van de stopmotionfilm, daarbij wordt gewerkt met bijv. klei en een digitale fotocamera. Op de computer film samenstellen met programma en definitieve versie presenteren.
Maak een spel
3
Opdracht: maak een spel! Research naar verschillende soorten spellen. Thema’s: ontwerp en uitwerken van een eigen spel. Spelregels opstellen. Testen. Bijschaven en definitief maken. Andere kinderen het spel laten spelen.
12 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
Maak een kunstroute
3
Opdracht: maak een kunstroute om met je klas te lopen. Welke kunstwerken zijn er allemaal in de buurt van de school? Heeft jouw gemeente al een kunstroute voor volwassenen? Stippel zelf een kunstroute uit voor de leerlingen van de school, startend en eindigend op het schoolplein. Maak een mooie en handzame brochure van jouw kunstroute. Loop de route met de klas.
Actie-reactiebaan
3
Opdracht: bedenk en maak een actie-reactiebaan waarbij de kettingreactie minimaal een halve minuut duurt. Research: bekijk websites en filmpjes met voorbeelden van actie-reactiebanen. Schetsontwerp maken. Inventarisatie benodigde materialen en te bouwen onderdelen. Onderdelen testen. Stellen, Geheel testen. Presentatie: definitieve totaalopstelling maken en laten zien aan de klas.
Bruggen in jouw stad
3
Opdracht: presenteer een brug uit jouw stad (met jouw foto’s en informatie over deze brug) aan je klas. Research. Techniek, planologie, design, vorm & functie, fotografie.
Organiseer een museumbezoek
3
Opdracht: organiseer een bezoek aan een museum in de buurt voor jouw klas. Museum kiezen. Contact opnemen met het museum. Leuk programma bedenken voor het museumbezoek. Programma uitwerken. Organiseer: regel tijd, geld, vervoer. Verzorg de communicatie rond het bezoek aan ouders, kinderen en leerkrachten. Feitelijk museumbezoek doen met de klas.
Organiseer een klassenfeest
3
Opdracht: organiseer een klassenfeest. Woordspin: wat komt er allemaal kijken bij een feest? Wat moet er geregeld worden? Plan maken voor het feest. Inventarisatie werkzaamheden & inventarisatie kosten maken. Voorstel maken voor juf/meester. Planning en begroting. Na akkoord: taken verdelen en uitwerken van de onderdelen. Voorbereidingen treffen. O.a. kasboekje bijhouden. Klassenfeest houden. (= Presentatie).
Maak een reclamespotje
3
Opdracht: Maak een reclamespotje. Kies zelf een onderwerp of product dat je leuk vindt. Bedenk de hoofdboodschap, de vorm, de slogan/ de grap, de visuals, een script, een scenario, etc. Maak het audiovisuele product af op de computer. Toon het reclamespotje aan de klas. Audiovisuele techniek, drama, taal.
Geen files meer!!
3
Opdracht: bedenk een manier om het fileprobleem in Nederland op te lossen. Werk deze uit en presenteer. Oplossingsrichtingen om files tegen te gaan inventariseren, argumentatie, Keuze van een oplossingsrichting ter uitwerking.
13 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
Game Maker
4
Opdracht: oefen en maak met het programma “Game Maker” een eigen computerspel waarbij je alle elementen en acties zelf bepaalt en vormgeeft. Bepaal de spelregels, de snelheid van het spel en de levels in het spel. Presenteer aan de klas als het klaar is.
Een nieuw product
4
Opdracht: bedenk zelf een nieuw product. Waarom dit? Is er behoefte aan? Waarom? Bedenk alle aspecten: productnaam, vorm & functie, verpakking, productspecificaties, varianten, prijs, verkoopmogelijkheden, reclameslogan; maak dummy, tvspotje, reclameposter, brochure, radiospotje of andere uiting van je product.
Organiseer een bedrijfsbezoek
4
Opdracht: organiseer een bezoek aan een bedrijf voor je klas. Welk bedrijf? Wat maken ze? Wat is er te zien? Keuze maken. Contact leggen met bedrijf. Kennismakingsbezoek doen. Bedenk een leuk programma voor het bedrijfsbezoek. Werk het programma uit (tijden, vervoer, communicatie). Feitelijk bedrijfsbezoek doen met de klas.
14 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
10. Welke Gele Peper Projecten zijn er? De Gele Pepers hebben een half-open karakter. Ze vallen qua moeilijkheidsgraad en karakter tussen de groene en de rode in. Leerlingen die met de Rode Pepers werken gebruiken de gele Hulpmapjes en de gele Toolboxen bij het uitwerken van hun Rode Peperwerkstukken. De Gele Pepers zijn echter ook geschikt als extra uitdagende verrijkingsactiviteiten voor de leerlingen die graag iets opener werken dan de Groene Pepers, maar die (nog) niet toe zijn aan het hele open karakter van de Rode Pepers. Naam Gele Peper
Aantal pepers
Omschrijving inhoud Hulpmapjes
Een gedicht maken
1
Achtergrondinfo over gedichten, ritmes en rijmschema’s en aantal voorbeelden van verschillende soorten gedichten.
Een verhaal schrijven
1
Achtergrondinfo over de opbouw en structuur van verhalen en een paar tips voor het schrijven van een verhaal.
Een werkstuk maken
1
Stappenplan voor het bedenken en maken van een goed werkstuk. Structuur, vereisten en tips.
Een spreekbeurt houden
1
Stappenplan voor het bedenken en maken van een goede spreekbeurt. Structuur, vereisten en tips.
Een affiche maken
1
Achtergrondinfo over soorten affiches, opbouw, compositie, communicatiedoelstelling, etc. Tips voor ontwerp van affiches.
Een brochure maken
2
Achtergrondinfo over de opbouw en structuur van brochures en tips voor het maken van een brochure. Teksten schrijven illustraties, lay-out, vouwschema’s, etc.
Een Power Point presentatie maken
2
Leidraad en tips om een PowerPoint presentatie te maken.
Een fotoreportage maken
2
Achtergrondinfo over de opbouw en structuur van een fotoreportage en een paar tips voor het maken van een fotoreportage.
Werken met Excel
2
Leidraad en tips over het werken met Excel.
Een website bouwen
3
Leidraad en tips waarmee de kinderen zelf (online) een website kunnen bouwen.
Een interview doen
3
Informatie en tips over het voorbereiden, afnemen en uitwerken van een interview.
Een tentoonstelling maken
3
Informatie en tips over het voorbereiden en het maken van een een tentoonstelling.
Een film bewerken
3
Leidraad en tips over het maken van een film. O.a. de opnames maken en de import in de PC en editting.
15 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
Toolbox oude tijdschriften
1
Oude tijdschriften voor divers gebruik
Toolbox oude kranten
1
Oude tijdschriften voor divers gebruik
Toolbox schilderen
1
O.a. penselen, mengborden, schildersschorten, pakketten met diverse papiersoorten, aquarelband, serie plakkaatverfflessen, aquarelverftubes, waterbakjes en keukenpapier, zeeppompje en handdoek.
Toolbox multimaterialen
1
O.a. touw, tape, zaag, splitpennen, spelden en naalden, garen, ijzerdraad, plakband, schilderstape, schaar, hout, etc.
Toolbox knutsel & Frutsel
1
Veertjes, glimmerfolie, foamfiguurtjes, pailletten, kralen, glimstof, glimpapier, stokjes, naald & draad, zilver(ijzer)draad, kleine tangetjes, etc.
Pittige ideeën plus
1
Magnetische plakkers en whiteboard met speciale stiften. Hiermee kunnen kinderen op een speelse manier kennis maken met het maken van woordspinnen. Ze leren gedachten en ideeën in kaart te brengen, om erover te praten en ze te ordenen.
Toolbox knip & plak / papiermaché
1
O.a. scharen, plakband, schilderstape, schoollijm, fotolijm, behangplaksel, stiften, potloden, linialen, afbreekmesjes.
Toolbox digitale fotocamera
1
Digitale fotocamera met toebehoren en een instructie voor gebruik. Tevens info over het overzetten van foto’s van de camera op de computer.
Toolbox knutselpapier
1
Diverse soorten bijzonder knutselpapier.
Toolbox dictafoon
1
Digitale dictafoon met toebehoren en een instructie voor gebruik.
Toolbox boetseren met klei
2
Klei, boetseergereedschap.
Toolbox maquette maken
2
Materiaal om maquettes met foam-board en spelden te maken. Linialen, mesje, rekenmachine, etc.
Toolbox bewegende constructies (bouw)
2
Materiaal van Tech Card (Commotion)
Toolbox Bewegende constructies (beweeg)
2
Materiaal van Tech Card (Commotion)
16 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
11. Hoe is de opbouw van een Groene Peper Project? Een Groene Peper Project heeft, zoals gezegd, een overwegend gesloten karakter. Het eindresultaat van de opdracht staat min of meer vast. De meeste Groene Peper Projecten bestaan uit een leskist met materiaal en een Groene Peperwaaier. Sommige Groene Peper Projecten zitten in een mapje dat tezamen met een leskist moet worden gebruikt. Er zijn ook 2 Groene Peper Projecten die in een groene leskoffer zitten (tevens voorzien van een Groene Peperwaaier). In de Groene Peperwaaier (of het Groene Pepermapje) vindt de leerling achtergronden, uitleg en de instructies om het Groene Peper Project uit te voeren.
Opbouw: 1. Iedere Groene Peper begint met de opdracht en wat algemene achtergrondinformatie over het betreffende onderwerp. 2. De leerlingen kunnen vervolgens kijken op de website www.pittigeplustorens.nl, in de leerlingenportal. Daar vinden ze veel links, foto’s, filmpjes en/of spellen die betrekking hebben op het onderwerp van de Groene Peper. 3. Ze volgen de uitleg en de instructies van de opdracht en kunnen dan zelfstandig aan de slag met het materiaal dat in de Groene Peperleskist zit. 4. Op regelmatige basis (de afgesproken overlegmomenten met de begeleider) heeft de leerling contact met de begeleider om te bespreken hoever de leerling met de Groene Peper gevorderd is; waar de leerling tegenaan loopt en welke vragen de leerling heeft. Samen met de leerling wordt er bij elk overleg ook gekeken naar de planning. 5. Als de Groene Peper opdracht klaar is moet de leerling altijd in de gelegenheid gesteld worden om zijn/haar resultaat aan de leerkracht en de rest van de klas te laten zien cq te presenteren. 6. Tenslotte evalueren zowel leerling als leerkracht het proces en het resultaat van de leerling ten aanzien van de Groene Peper.
17 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
12. Hoe is de opbouw van een Rode Peper Project? Een Rode Peper Project heeft een open karakter. Het eindresultaat van de opdracht staat niet vooraf vast. De leerling bepaalt bij de Rode Peper zelf de inhoudelijke denkrichting die hij/zij, naar aanleiding van de opdracht, wil uitwerken. De leerling bepaalt ook de vorm waarin hij/zij de het idee wil vormgeven en presenteren. De Rode Peper Projecten zitten in rode mapjes in de mapjesladen van de Pittige Plus Torens. Bij de uitvoering van de Rode Peper Projecten maken de leerlingen gebruik van de materialen en de informatie die in de gele Toolboxen en in de gele Hulpmapjes in de Pittige Plus Torens aanwezig zijn. Leerlingen kiezen zelf welke gele Toolboxen en/of Hulpmapjes ze bij het uitwerken van hun Rode Peper Project gebruiken. In de Rode Pepermapjes vindt de leerling achtergronden, uitleg en de instructies om het Rode Peper Project uit te voeren. De leerling wordt door de opbouw van de Rode Peper (zie het mapje) gedwongen om het Rode Peper Project gestructureerd aan te pakken. Daarbij doorloopt de leerling altijd de volgende fasen: • Onderzoeksfase • Ontwerpfase • Planningsfase • Uitvoeringsfase • Afrondingsfase
Binnen deze fasen kent de Rode Peper een aantal stappen, zoals: brainstormen, woordspin maken, vragenlijst maken, deskresearch, ontwerpen, tijdschema maken en presenteren. Opbouw: 1. Iedere Rode Peper begint met de opdracht en wat algemene achtergrondinformatie over het betreffende onderwerp. 2. De leerlingen kunnen vervolgens kijken op de website www.pittigeplustorens.nl, in de leerlingenportal. Daar vinden ze veel links, foto’s, filmpjes en/of spellen die betrekking hebben op het onderwerp van deze Rode Peper. 3. Dan volgen ze de stappen van onderzoeksfase, de ontwerpfase, de planningsfase, de uitvoeringsfase en de
18 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
afrondingsfase. Ze zijn dan zelfstandig aan de slag met het Rode Pepermapje en de materialen en informatie uit de gele Toolboxen en/of Hulpmapjes die ze zelf hebben gekozen voor het uitwerken van hun idee. 4. De leerling komt na iedere stap een Hotspot tegen. Dat is een icoontje onderaan de bladzijde die de leerling eraan herinnert dat hij/zij naar de begeleider/leerkracht moet gaan om het tussenresultaat te laten zien en te bespreken. Tijdens de Hotspot krijgt de leerling feedback over de kwaliteit (en het gewenste niveau) van zijn/haar tussenresultaat en krijgt de leerling al dan niet fiat om door te gaan naar de volgende stap in het Rode Peper Project. Tijdens dit Hotspotmoment wordt ook iedere keer de voortgang besproken ten opzichte van de eerder gemaakte planning. Eventueel kan tijdens een Hotspot-moment gezamenlijk besloten worden om de planning aan te passen. Dat moet schriftelijk in het begeleidings- en beoordelingsformulier van zowel leerling als leerkracht worden vastgelegd. 5. Als de uitvoeringsfase van het Rode Peper Project is afgerond, moet de leerling altijd in de gelegenheid gesteld worden om zijn/haar resultaat aan de leerkracht en de rest van de klas te presenteren. 6. Tenslotte evalueren zowel leerling als leerkracht het proces en het resultaat van de leerling ten aanzien van de Rode Peper.
19 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
13. Hoe werken de gele Toolboxen en de gele Hulpmapjes? In de Pittige Plus Torens zitten Gele Pepers: zowel gele Hulpmapjes als gele Toolboxen. Met deze informatie en instructies van de Hulpmapjes, en de materialen uit de Toolboxen kunnen de leerlingen die een Rode Peper Project doen, uit een heel groot scala aan uitwerkingsmogelijkheden van hun ideeën kiezen. Zo zijn er onder andere de volgende gele Hulpmapjes: Een spreekbeurt houden, Een verhaal schrijven, Een fotoreportage maken, Een interview doen, Een gedicht maken, Een Powerpoint presentatie maken, Een website bouwen, Een brochure maken, Een werkstuk maken, etc..
En er zijn o.a. de volgende gele Toolboxen met materialen en Toolboxwaaiers met uitleg: Toolbox pittige ideeën plus, Toolbox multimaterialen, Toolbox schilderen, Toolbox kleien, Toolbox maquette maken, Toolbox knutsel & frutsel, Toolbox knip & plak, etc. De Gele Pepers zijn echter ook geschikt als extra uitdagende verrijkingsactiviteiten voor de leerlingen die graag iets opener werken dan de Groene Pepers, maar die (nog) niet toe zijn aan het hele open karakter van de Rode Pepers.
20 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
14. Hoe begeleidt de leerkracht de Peper Projecten? De leerkracht vindt in De Pittige Plus Torens twee leerkrachtenmappen waarin een compleet overzicht staat van alle Peper Projecten die in de Pittige Plus Toren zitten. Daarnaast zitten er bij ieder Peper Project 1 of 2 kopieerbladen in waarmee de leerkracht de leerling kan begeleiden en beoordelen. In deel 1 van de leerkrachtenmappen zit de leerkrachtinfo voor de gele en Groene Pepers. In deel 2 zit de leerkrachtinfo voor de Rode Pepers. Introduceer het gekozen Pepermapje en/of de leskist altijd uitgebreid bij de leerling(en) voordat de leerling(en) ermee start(en): Kopieer het aftrapformulier (kopieerblad I) en het begeleidings- en beoordelingsformulier (kopieerblad II) bij de betreffende Peper uit de leerkrachtenmap. Maak zowel een kopie voor jezelf, als een kopie voor iedere leerling die op dat moment met de Peper aan de slag gaat. Pak ieder je agenda en het aangepaste rooster van de leerling erbij en loop dan samen met de leerling(en) door de inhoud van de Peper en/of de leskist. Als je dat gedaan hebt, weet je wat er van de leerling verwacht wordt en kun je een inschatting maken over de tijd die de leerling aan deze Peper gaat besteden. Vul dan samen de beide formulieren uit de leerkrachtenmap (= 2 A4tjes per persoon) in.
Maak duidelijke afspraken! In het bijzonder moet aandacht worden besteed aan het tussentijds overleg tussen leerling(en) en de leerkracht/begeleider. Maak hier duidelijke afspraken over met de leerling(en) en houd je allebei aan die afspraak! Daarmee wordt immers ook de voortgang bewaakt.
Bespreek de eindbeoordelingscriteria vooraf! Ook wordt er, vóór de start van het Peper Project, expliciet met de leerling besproken op welke criteria de leerling beoordeeld zal worden. Laat daar geen misverstanden over bestaan en denk daar niet lichtzinnig over. Voor deze leerlingen is het feit dat ze serieus beoordeeld worden (cijfer op het rapport!) veelal een goede stimulans om hun best te doen.
Kortom: Door het Peper Project samen vooraf door te nemen en de twee formulieren samen in te vullen, wordt voor zowel de leerling als de leerkracht duidelijk: • Waar het Peper Project over gaat; • Hoeveel tijd er ongeveer gemoeid is met het maken van het Peper Project; • Wanneer de leerling aan het Peper Project zal werken; • Wanneer verwacht wordt dat de leerling(en) er (ongeveer) mee klaar zijn; • Wat allemaal een rol zal spelen bij de beoordeling van de leerling aan het eind van het Peper Project.
Vragen tijdens de uitvoer: Tijdens het uitvoeren van een Peper kunnen de kinderen vragen hebben. Deze moeten ze tussentijds kunnen stellen aan de begeleider/leerkracht. Het is raadzaam om vooraf af te spreken op welke momenten (tijdstippen) dat mogelijk is. Leerlingen moeten in eerste instantie proberen om zelf hun problemen op te lossen. Eventueel eerst met hulp van andere leerlingen. NB: lees de tips in deze toelichting over de wijze van behandeling van vragen van plusleerlingen.
21 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
15. Hoe werken de begeleidingsformulieren bij de Rode Pepers? Bij de Rode Pepers worden de overlegmomenten met de leerkracht/begeleider in de leerlingenmapjes aangegeven met Hotspots. Maak samen een eerste planning voor tussentijdse terugkoppeling op basis van de ingeschatte tijdsbesteding die staat aangegeven in de leerkrachtenmap. Stel ook een einddatum (deadline) af voor het gehele Peper Project. Tijdens het project moet de leerling zelf (op de Hotspot momenten) naar de begeleider/leerkracht toe komen om het tussenresultaat in het Peper Project te bespreken. Pas als de leerkracht/begeleider akkoord is met de kwaliteit/niveau van het tussenresultaat, mag de leerling door naar de volgende stap in het Rode Peper Project. Zo kan de leerkracht/begeleider, tijdens het uitvoeren van het Peper Project, de kwaliteit en de “hoogte van de lat” voor de leerling borgen en/of de leerling bijsturen als de kwaliteit van het tussenresultaat niet voldoende is. Hoe veeleisender (met onderbouwing van de eisen) de leerkracht is op de momenten van de Hotspots, hoe meer de leerling leert van het Peper Project. Door de begeleiding van de Rode Pepers op de Hotspot-momenten hoeft de leerkracht niet continu bij de uitvoer van het Peper Project aanwezig te zijn om toch de kwaliteit en de voortgang van het Peper Project “onder controle” te hebben. Deze gestructureerde vorm van “Hotspot”begeleiding maakt het mogelijk om de leerling(en) overwegend zelfstandig met de Pepers bezig te laten zijn, terwijl in de korte “Hotspot” begeleidingsmomenten (deze hoeven maar 10 minuten te duren) de leerkracht zorg kan dragen voor een goede inhoudelijke begeleiding. Daarbij kan hij/ zij tevens de voortgang van het werken met de Pepers goed in de gaten houden (en registreren op de begeleidingsformulieren).
22 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
16. Hoe werk je met het begeleidingsformulier bij de Groene Pepers? Bij de groene pepers moet een vast moment in de week worden afgesproken voor de begeleiding. Stel samen vast welke dag en welk moment dat is. Stel ook vast wanneer de groene peper moet zijn afgerond. Tijdens het project kan de leerling zelf naar de begeleider/leerkracht toe komen om het tussenresultaat in het peperproject te bespreken of om een vraag te stellen. Door de begeleiding van de groene pepers zoveel mogelijk op vaste momenten af te spreken, hoeft de leerkracht niet continu bij de uitvoer van het peperproject aanwezig te zijn. Toch kan de leerkracht zo de voortgang, de kwaliteit en de motivatie van de leerling tijdens het peperproject in de gaten houden. Op deze wijze is het mogelijk dat de leerling(en) overwegend zelfstandig met de pepers bezig zijn, terwijl de leerkracht de voortgang en de kwaliteit van het werken met de pepers goed in de gaten kan houden (en registreren). Dit maakt het beoordelen van het eindresultaat ook eenvoudiger voor de leerkracht.
23 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
17. Hoe werkt de beoordeling van een Peper Project? Deze leerlingen zijn veelal gewend dat ze op halve kracht al een heel aardig eindcijfer halen. De Peper Projecten van de Pittige Plus Torens zijn juist pittig omdat er van deze leerlingen gevraagd wordt dat ze zowel de breedte als de diepte in gaan bij een onderwerp. Daarnaast moeten ze leren om hun werk goed te plannen, afspraken na te komen en zelfstandig tot (creatieve) oplossingen te komen en deze goed en gestructureerd uit te werken. Tenslotte moeten ze hun eigen werk ook met en goede uitleg en onderbouwing presenteren. Op al deze aspecten wordt de leerling beoordeeld. Dat is ook vooraf met hem/haar besproken bij de aftrap van het peperproject. Wees dus streng , doch rechtvaardig in de beoordeling. De aangereikte criteria op de voortgangs- en beoordelingsformuilieren helpen om te komen tot een goed onderbouwde en evenwichtige eindbeoordeling van het werk van de leerling. Geef tekst en uitleg bij de cijfers die je op de subcriteria geeft.
24 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
18. Hoe registreert de leerling de voortgang van zijn Peper? (De Verrijkingsmap!) De leerling werkt met een eigen Verrijkingsmap. De Verrijkingsmap is een leerlinggebonden map, die de leerling door de schooljaren heen met zich meeneemt. In de Verrijkingsmap wordt het peper project bijgehouden. In de Verrijkingsmap worden de ingevulde aftrap- en voortgangsformulieren die bij een peperproject horen, opgeborgen. In de Verrijkingsmap worden ook de tussenresultaten van het peperproject opgeslagen en de afspraken bijgehouden. Zo heeft zowel de leerling als de begeleider/leerkracht te allen tijde makkelijk inzicht in de status van het onderhanden verrijkingsmateriaal. Er kan nog even terug gekeken worden naar bijvoorbeeld een ontwerp dat de leerling maakte of een woordspin. Ook kunnen zowel leerkracht als leerling hierin gemakkelijk terug vinden wat de afspraken rond het peperproject allemaal waren. Bijvoorbeeld: wanneer moet het Peper Project af zijn? Deze Verrijkingsmap kan voor alle verrijking van de meer- en hoogbegaafde leerling gebruikt worden. Dus ook de overige verrijking voor bijvoorbeeld taal en rekenen kunnen hierin worden opgeborgen en geregistreerd. Meer uitleg over het gebruik van de Verrijkingsmap is te vinden in de Verrijkingsmap zelf.
25 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
19. Hoe wordt de verrijking van de leerling overgedragen door de leerjaren heen? (De Verrijkingsmap!) In de leerling-gebonden Verrijkingsmap wordt genoteerd welk verrijkingsmateriaal door de leerling al is gemaakt. Onder het tabblad “overzicht verrijkingsmateriaal” wordt dit bijgehouden vanaf de eerste keer dat de leerling verrijking krijgt. Dat overzicht gaat van het ene leerjaar op het andere gewoon door. Zo kan een leerkracht jaren na dato nog zien dat de leerling een bepaalde verrijkingsopdracht al een keer heeft gedaan (en wanneer).
26 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
20. Voor welke scholen zijn de Pittige Plus Torens geschikt? Iedere school die passend onderwijs wil verzorgen, ook voor de 15% slimste leerlingen van de school, kan met het inzetten van de Pittige Plus Torens op een eenvoudige en aantrekkelijke wijze invulling geven aan de volgende aspecten: • Uitdagend (drie-dimensionaal) verrijkingsmateriaal • Interne organisatie van de verrijking • Begeleiding- en beoordeling van de resultaten van verrijking • Structurele integratie van verrijkingsactiviteiten in het schoolprogramma De Pittige Plus Torens biedt verrijkingsmateriaal dat inzetbaar is voor alle basisscholen die “iets” willen doen voor hun pluskinderen. Deze basisscholen kunnen al met de Pittige Plus Torens een begin maken met hun zorg voor de meerbegaafde leerlingen. De Pittig Plus Torens zijn niet alleen gericht op de hoogbegaafde kinderen, maar ze zijn gericht op alle pluskinderen: zowel voor de meer-begaafde leerlingen als voor de hoogbegaafde leerlingen. Het bevat uitdagende projecten voor alle kinderen met een IQ vanaf 115 (circa 15% van de leerlingen). Niet iedere school is even ver gevorderd met het aanbieden en organiseren van verrijking voor hun plusleerlingen. De heer Jan Hendrickx, oprichter van de Leonardostichting, heeft de zorg voor meer- en hoogbegaafden in niveaus ingedeeld conform de opbouw van de zorg zoals die al wordt gegeven aan leerlingen die om andere redenen extra zorg nodig hebben: Niveau 0: Niveau 1: Niveau 2: Niveau 3: Niveau 4: Niveau 5:
Geen speciale zorg; meerbegaafden draaien mee in dezelfde stof en hetzelfde tempo. Verkorten van instructie en circa 1 uur per week ruimte voor extra werk voor meerbegaafden. Inperken oefenstof en circa 3 uur per week ruimte voor extra werk voor meerbegaafden Zeer weinig oefenstof basisvaardigheden en met extra-curriculaire onderwerpen. Plusklassen: 1 (of>) dagdelen geen standaard lesprogramma maar projecten in plusklas. Verwijzing van hoogbegaafden (IQ > 130) naar de Leonardo school. Zie www.leonardoschool.
Niveau 1-4: De Pittige Plus Torens bieden verrijkingsmateriaal dat inzetbaar is voor basisscholen vanaf Niveau 0 tot en met niveau 4. Basisscholen die “iets” willen doen voor hun pluskinderen, kunnen met de Pittige Plus Torens een begin maken met hun zorg voor de meerbegaafde leerlingen. De Pittige Plus Torens zijn daarnaast niet alleen gericht op de hoogbegaafde kinderen, maar ze zijn gericht op alle pluskinderen: zowel voor de meerbegaafde leerlingen als voor de hoogbegaafde leerlingen. Zij bevatten uitdagende projecten voor alle kinderen die gebaat zijn bij een verrijkt programma. Niveau 5: De Leonardoschool is veelal een hoogbegaafden afdeling (complete alternatieve leerlijn) binnen een reguliere school. Leonardo-onderwijs biedt een compleet aangepast lesprogramma alléén voor hoogbegaafde kinderen (IQ > 130 = circa 2% van de leerlingen) van de basisschool. We spreken hier dus over basisscholen die zich op niveau 5 bevinden, volledig gericht op de groep hoogbegaafden. NB: Ook scholen met Leonardo onderwijs hebben de Pittige Plus Torens reeds in gebruik.
27 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
21. Hoe stel je groepjes leerlingen samen? Individuele leerling in de klas Door de opbouw van de peperactiviteiten en de aangereikte begeleidingsformulieren zijn de pepers inzetbaar voor een individuele leerling in een klas die verrijkt moet worden. De leerling werkt overwegend zelfstandig, maar heeft natuurlijk wel terugkoppelingsmomenten nodig met de begeleider/ leerkracht.
Groepje leerlingen in de klas Leuker is het als het lukt om 2 of meer kinderen uit dezelfde groep samen met verrijking te laten werken.
Plusgroep in de school Sommige scholen werken met plusgroepen, waarin de slimste leerlingen van de midden– en bovenbouw enkele uren per week een apart plus-programma krijgen. Deze groep kan dus worden samengesteld uit leerlingen van verschillende groepen door elkaar. De plusgroep heeft meestal een bepaalde tijd (bijvoorbeeld op de dinsdagmiddag) en een bepaalde plaats (extra lokaal) om te werken. De plusgroep kan een flinke groep zijn (10 a 20 leerlingen). De meeste plusgroepen hebben ook 1 of 2 begeleiders. Dit kunnen leerkrachten, IB-ers of ouders zijn. Aan het eind van deze toelichting zijn een aantal tips opgesomd die essentieel zijn in de omgang en begeleiding van deze groep leerlingen.
Plusgroep buiten de school/bovenschools Er zijn ook scholen die gezamenlijk een plusgroep regelen. Deze plusgroepen worden dan veelal bovenschools georganiseerd en gefaciliteerd.
28 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
22. Te hoog ingezet? Het aantal Pepers geeft de moeilijkheidsgraad (complexiteit) van de opdracht aan binnen een bepaalde soort Peper Projecten. Wanneer het kind kiest voor een hoge moeilijkheidsgraad, honoreer dat gerust. Het kind leert zijn eigen grenzen beter kennen door er tegenaan te lopen dan wanneer het wordt afgeschermd en nooit te weten komt waar het toe in staat is. De keuze van een Peper Project voor een leerling wordt vaak in overleg met de leerling zelf gedaan. De leerkracht of begeleider geeft echter de doorslag voor de uiteindelijke keuze. Soms blijkt gaandeweg de uitvoering van het Peper Project dat deze toch te moeilijk is voor de betreffende leerling (of het betreffende leerlingengroepje). In dat geval is aan te raden om de leerling(en) wel de Peper zover mogelijk af te laten maken, maar ze veel meer (ook inhoudelijk) te begeleiden en aan te sturen. Zorg dan bij de keuze van een volgende Peper dat je voor deze leerlingen kiest voor een minder aantal Pepers. Ook kan het zijn dat je inschatting van de leerling was dat hij/zij het open karakter van een Rode Peper wel aan zou kunnen, maar dat in praktijk blijkt dat dit toch niet het geval is. Ook dan heeft het de voorkeur om de leerling(en) wel de Peper zover mogelijk af te laten maken, maar ze veel meer (ook inhoudelijk) te begeleiden en aan te sturen. Geef door extra instructies en aanwijzingen de leerling meer richting en maak daarmee de opdracht meer gesloten. Het is in dit geval natuurlijk aan te raden om de leerling in het vervolg (voorlopig) te verrijken met de groene en de Gele Pepers.
29 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
Plank 8e gat vanaf bovenkant
Kristallen maken
Maak een 4-talenkwartet
Toolbox digitale fotocamera
Maak een spreekwoordenkwartet
Dictafoon
Wisschriften
Inhoudstekening van de Pittige Plus Torens.
handmixer afwasmiddel olijfolie
Bijlage 1
Plank 5e gat vanaf vaste plank
Toolbox pittige ideeën plus
Toolbox multimaterialen Gele Hulpmapjes
Gele, Groene en Rode Pepermapjes
Rode Pepermapjes
Rode Pepermapjes
Toolbox maquette maken Rij met 2 vaste planken
Toolbox knutsel & frutsel
Toolbox schilderen Rij met 3 vaste planken De langste brug van papier Geheimtaal
Toolbox knip & plak / papier-maché Mandala’s maken Toolbox knutselpapier
Een knikkerbaan van papier Leren kalligraferen
Toolbox bewegende constructies (bouw)
Snelle auto’s en boten
Sensoren & alarm Bouw de hoogste toren
Toolbox bewegende constructies (beweeg)
Sky-rail box Jouw pretpark II
Planken deze rij 7e gat vanaf scharnier vd deur
Sky-rail box Jouw pretpark I Een brug van spaghetti
Met rietjes de lucht in!
Sieraden maken
Toolbox oude kranten
Knopen met touwtjes
Toolbox oude tijdschriften
Bouw 4 autootjes
Zelf papier maken
gekleurd A4-papier snijmat lijntjesschrift 6 bekerglazen
Toolbox boetseren met klei
wit A4-papier
Toolbox speksteen bewerken
Proefjes.nl
klei
Piramides van bamboe Soorten bruggen
30 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Planken in deze rij 5e gat vanaf onderkant
Meubel links, bak rechts
31
De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Een gedicht maken
Een interview doen
Een werkstuk maken
Een spreekbeurt houden
Een affiche maken
Een brochure maken
Een PowerPoint presentatie maken
Een fotoreportage maken
Werken met Excel
Een website bouwen
Een verhaal schrijven
Meubel links, bak links
Een tentoonstelling maken
Een film bewerken
Een knikkerbaan van papier
Sensoren & alarm
Snelle auto’s en boten
Games maken
Een dag in 2118
Ontwerp een vaandel of logo voor je school
Ontwerp de auto van de toekomst
Maak een hoorspel
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
Bijlage 2
Overzicht indeling lesmapjes in de transparante bakken.
Meubel rechts, bak rechts
32
De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Maak een kunstroute
Actie-reactiebaan
Bruggen in jouw stad
Organiseer een museumbezoek
Organiseer een klassenfeest
Maak een reclamespotje
Geen files meer!
Game Maker
Maak een nieuw product
Organiseer een bedrijfsbezoek
Mijn droomschool
De uitdaging! (Techniek Toernooi)
Een goed doel!
Een kleuterorkest
Een goed plan?
Mijn vakantieparadijs
Maak een poppentheater
Schrijf een verhaaltje voor kleuters
Maak een klassenkrant
Maak een stop-motionfilm
Maak een spel
Toelichting deel 1; aan de slag met de Pittige Plus Torens
Vervolg overzicht indeling lesmapjes in de transparante bakken van de Pittige Plus Torens.
Meubel rechts, bak links
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
Toelichting deel 2 Achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid.
Tien vragen ter introductie meer- en hoogbegaafdheid 1. Wat is meerbegaafd en wat is hoogbegaafd? Een IQ (Intelligentie Coëfficiënt) is een score op een intelligentietest ten opzichte van het deel van de bevolking met dezelfde leeftijd. De groep mensen, waar de testscore op gebaseerd is, heeft een gemiddelde score van 100 en een standaardafwijking van 15. Het grootste deel van de bevolking (68%) heeft een IQ tussen de 85 en 115. 13% van de kinderen heeft een IQ boven de 115; we noemen hen intelligent (meer begaafd). 2% van de kinderen is zeer intelligent (hoog begaafd); zij hebben een IQ van meer dan 130. In deze Gausscurve hieronder zien we de normale verdeling van het IQ. Statistisch is 10 % a 15% van de leerlingen van de school meer- of hoogbegaafd.
Zwak begaafd
Intelligent meer begaafd
Geestelijk gehandicapt
Zeer intelligent hoog begaafd Normaal 68 % van de bevolking
2.3%
40
50
13.6%
60
70
34,1%
80
90
34,1%
100
13,6%
110
120
2.3%
130
140
150
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
10
25
40
55
70
85
100
115
130
145
160
175
IQ Wechsler Wisc
IQ Cattell III
Gausscurve Niet op alle basisscholen is dat percentage gelijk. Op sommige scholen is een concentratie van begaafde leerlingen te vinden. Denk echter niet te snel dat het op uw school wel zal meevallen. Met het blote oog is niet te zien wie wel en wie niet begaafd zijn. Ook uw eigen opleiding heeft u waarschijnlijk niet geleerd om begaafde kinderen te detecteren. En zelfs de meest doorgewinterde leerkracht blijkt in de praktijk niet vanzelfsprekend de slimmere leerling eruit te kunnen pikken. De meerbegaafde leerlingen vertonen vaak gedrag wat gezien wordt als behorend bij hoogbegaafdheid. Ze werken hard en hebben er plezier in om er een schepje bovenop te doen. De echt hoogbegaafde leerling is echter vaak snel uitgekeken op de reguliere leerstof en wordt helemaal niet uitgedaagd door er nog een beetje meer van te krijgen. Deze leerling heeft heel andere uitdagingen nodig.
33 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
Het gedrag dat de leerlingen laten zien is dus heel verwarrend: wie gemotiveerd is hoeft helemaal niet de intelligentste leerling te zijn en wie onderpresteert zou wel eens een heel slim kind kunnen zijn. Reden genoeg om het signaleren van begaafde leerlingen professioneel aan te pakken. De reguliere lesstof voor de basisschool is geschreven voor de grote groep leerlingen met een IQ tussen de 85 en 115 (68% van de leerlingen). Pluskinderen worden door deze reguliere leerstof echter vaak onvoldoende uitgedaagd. Pluskinderen hebben minder uitleg en minder herhaling nodig om zich nieuwe dingen eigen te maken dan de gemiddelde leerlingen. Het zijn de leerlingen die zich gaan vervelen als ze geen verrijkingsstof aangereikt krijgen. Kortom: Statistisch gezien heeft iedere basisschool te maken zowel met leerlingen die qua intellectuele capaciteiten achterblijven (links op de curve), als met leerlingen die qua intellectuele capaciteiten voor lopen (rechts op de curve) ten opzichte van het gemiddelde. Model van professor Mönks Strikt genomen betekent hoge intelligentie (IQ > 130) op zich nog niet dat een persoon ook hoogbegaafd is. Om werkelijk hoogbegaafd te zijn moet de persoon ook creatief zijn (in denken en doen) en gemotiveerd zijn (de intentie en de gedrevenheid hebben) om zijn/haar intellectuele en creatieve capaciteiten om te zetten in uitzonderlijke prestaties. Professor Mönks heeft aan die drie aspecten (hoog IQ, creativiteit en motivatie) nog 3 omgevingsfactoren (externe stimuli) toegevoegd. Dit is te zien is in het onderstaande multifactorenmodel van Mönks. Het model onderscheidt 3 belangrijke beïnvloedende omgevingsfactoren voor het tot zijn recht komen van een hoogbegaafd potentieel: • Thuis (gezin) • School (klas, aanpak, groep) • Peers (ontwikkelingsgelijken, kameraden, vrienden)
School
Peers
Motivatie
Hoogbegaafdheid
Creativiteit
Buiten gewone capaciteiten
Thuis
Het multifactorenmodel van Mönks
Welke mogelijkheden hebben hoogbegaafde kinderen? Wat kunnen ze? Zij kunnen top-down denken. Deze kinderen denken divergent. Ze maken veelal grote denksprongen, leggen veel dwarsverbanden, willen en kunnen sneller en dieper op materie ingaan en de materie in een bredere context plaatsen.
34 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
Ze hebben nauwelijks herhaling van de leerstof nodig. Zij begrijpen nieuwe leerstof vaak in één keer. Veel hoogbegaafde kinderen zouden zich de stof van de basisschool waarschijnlijk binnen 4 jaar eigen kunnen maken, in plaats van de 8 jaar die ervoor staan. Er is dus verrijking nodig! De basisschooltijd duurt nou eenmaal 8 jaar (of 7, indien het kind een jaar is versneld/een klas heeft overgeslagen).
2. Hoeveel kinderen op school zijn meer- of hoogbegaafd? Zo goed als iedere school heeft een aantal meer- of hoogbegaafde leerlingen. Dat is immers een logisch gevolg uit de bovenstaande Gauss-curve. Gemiddeld zal dat 10 tot 15% van het totaal aantal leerlingen zijn. Op een leerlingenaantal van 300 is dat ongeveer 30 tot 45 leerlingen! Van sommige leerlingen is het bekend dat ze meer- of hoogbegaafd zijn. Vaak zijn er echter ook meer- en hoogbegaafde leerlingen waarvan dat (nog) niet als zodanig is erkend of gesignaleerd.
35 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
3. Hoe signaleer je deze kinderen? Er circuleren allerlei lijstjes met kenmerken van begaafdheid. Nadelen ervan zijn dat onduidelijk is hoeveel kenmerken een kind moet vertonen en bovendien passen veel begaafde leerlingen zich zo aan, dat sommige kenmerken op school niet goed uit de verf komen. Een meer professionele aanpak is het hanteren van een goed signaleringsinstrument vanaf de instroom van de leerling tot en met groep 8. Twee veel gebruikte middelen zijn het Sidi-R (signalering en diagnosticering hoogbegaafdheid) en het DHH (Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid). Bij beide zit een cd-rom waarop gegevens over de leerling worden omgezet in overzichten en in het laatste geval wordt ook een handelingsadvies gegeven. Bij beide instrumenten is de leerkracht sterk betrokken. In het laatste geval heeft de leerkracht echter minder invloed op de maatregelen die uit de signalering voortvloeien. Het Sidi-R gaat er vanuit dat de school de signalering doet en het plan van aanpak schrijft, het DHH geeft standaardmaatregelen en kan ook bijvoorbeeld adviseren om een intelligentieonderzoek te laten doen. Het is echter de vraag of het beslist noodzakelijk is om te weten of een kind meerbegaafd of hoogbegaafd is. Op de werkvloer van het onderwijs blijkt namelijk dat meerbegaafde leerlingen goed reageren op de voor hoogbegaafde kinderen bedachte maatregelen. Het wordt dan een dure aangelegenheid om het exacte IQ (waar overigens nog een marge op zit) te meten, terwijl vooraf ook al duidelijk was dat de leerling de bij begaafdheid horende maatregelen zou moeten krijgen. Hoogbegaafde kinderen zijn veelal snel van begrip, denken divergent, zijn vaak origineel en creatief met hun oplossingen, denken associatief, zijn als een “spons”, hebben vaak een ruime woordenschat, zijn meestal analytisch ingesteld, willen het naadje van de kous weten als ze in een bepaald onderwerp zijn geïnteresseerd en hebben een opvallend groot rechtvaardigheidsgevoel. Op de site van de Pittige Plus Torens (www.pittigeplustorens.nl) staat een lijst met veelvoorkomende kenmerken van hoogbegaafde kinderen. Ook zijn verwijzingen toegevoegd naar de instanties die kunnen helpen bij signaleringsvraagstukken ten aanzien van hoogbegaafdheid. Let op, deze lijst biedt geen uitsluitsel over de begaafdheid van een kind. Hoogbegaafde kinderen lopen grote risico’s als ze niet worden gesignaleerd op de basisschool. Als er geen aandacht en aangepast programma is voor hen, gaan ze zich chronisch vervelen. Daardoor kunnen er problemen optreden als verveling, onderpresteren, sociaal isolement, problematisch gedrag in de klas, fysieke klachten als hoofdpijn en buikpijn ’s morgens voor het naar school gaan, etc.
36 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
4. Wat komen begaafde kinderen tekort in de reguliere lesstof? Uitdaging, complexiteit en tempo. Daarnaast mist ook de top-down benadering van nieuwe materie. Deze leerlingen hebben behoefte aan kennis over de context waarin de te leren materie geplaatst moet worden. “Waarom moet ik dit leren? Wat is het belang van deze informatie? Wat kan ik ermee?” Wat (hoog-)begaafde kinderen in de klas onder andere kan frustreren, is de opbouw van veel methodes in het basisonderwijs. Onderwijsmethodes hebben een bottom-up opbouw. De methode gaat uit van convergent denken en het stapelen van kleine stukjes informatie waardoor uiteindelijk, na veel kleine stapjes en veel oefenen, een totaal beeld ontstaat dat betekenis heeft. Deze bottom-up opbouw werkt slecht bij slimme kinderen. Slimme kinderen zijn kritisch en efficiënt in hun denken en vragen zich altijd eerst af waarom ze iets doen/lezen (wat is het einddoel van de exercitie? Wat heb ik er aan?) Ze denken top-down. De denk- en werkstappen van de meeste methodes zijn voor hen veel te klein, de diepgang is ontoereikend en er is sprake van heel veel herhaling in zowel de instructie als in de oefenstof. De kennis die de kinderen daarbij opdoen is voor de pluskinderen oppervlakkig en het tempo is in hun beleving erg traag. En dat dag-in-dag-uit. Een top-down denker heeft behoefte aan top-down onderwijs. Ze hebben een overzicht nodig van de eisen die aan hen worden gesteld en inzicht in de stof voordat ze er goed mee aan de slag kunnen. Spelling- en grammaticaregels bijvoorbeeld zouden moeten worden uitgelegd als regel met de bijbehorende terminologie en niet moeten worden opgebouwd uit kleine stukjes waarvan lange tijd nog niet duidelijk is wat ze gemeen hebben. Een term als ‘kikkerwoorden’, waarmee de medeklinkerverdubbeling wordt bedoeld, werkt alleen maar verwarring in de hand wanneer later de echte term wordt geïntroduceerd. Niet zelden zeggen hoogbegaafde leerlingen na jaren van getob: “O, zit het zo. Had dat dan meteen gezegd!” Dit illustreert hun grote behoefte aan duidelijkheid en vooral eenduidigheid. Het is natuurlijk lastig om het groepje begaafde leerlingen top-down les te geven waar de rest van de groep de methode volgt, maar scholen die daartoe zijn overgegaan hebben er goede ervaringen mee.
Het probleem van de herhaling Reguliere lesmethodes bevatten veel herhalingsopdrachten. Voor meer- en hoogbegaafden is het aantal herhalingen vaak veel te groot. Als je begrijpt hoe de dingen in elkaar zitten doordat je inzicht hebt, is het immers niet meer nodig om door oefening inzicht te verwerven. Als je dan toch veel moet ‘oefenen’ werkt dat verveling, irritatie en onnauwkeurigheid in de hand. Meer- en hoogbegaafde kinderen vragen zich vaak oprecht verbaasd af waarom ze zo vaak hetzelfde moeten doen. Ze snappen het toch allang? Om dit tegen te gaan zijn onder auspiciën van de Stichting Leerplan Ontwikkeling (SLO) compacte versies gemaakt van reken- en taalmethodes. Hiermee kan de leerkracht het programma voor de leerling compacten en verrijken. Wanneer overbodige herhaling wordt geschrapt (compacten) wordt tijd gecreëerd voor verrijking. De leerkracht heeft dus opdrachten of materialen nodig. De Pittige Plus Torens voorzien in een groot deel van die behoefte.
37 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
5. Welke risico’s loop je als je niets bijzonders doet voor deze leerlingen? Wanneer niet wordt erkend dat begaafde kinderen andere onderwijsbehoeften hebben, draaien ze geheel mee met de groep. Ze krijgen meer dan eens dezelfde uitleg, ze herhalen veel wat ze al beheersen en het tempo waarin de stof wordt aangeboden is voor hen meestal te laag. Natuurlijk zijn er ook veel momenten waar ze wel hun ei kwijt kunnen, maar elke dag weer wordt een groot deel van de tijd doorgebracht met voor hen geestdodende activiteiten.
Hoe voelt dat nou? Om de impact van deze situatie op de leerling meer inzichtelijk te maken doen we een gedachte experiment. Wanneer we projectie maken van deze schoolsituatie van een meer- of hoogbegaafde leerling op een werksituatie van een hoogopgeleide volwassene, dan zou je tot de volgende situatieschets kunnen komen: Jouw chef legt zes weken achter elkaar aan je uit dat je jouw bureau op een bepaalde manier moet schoonmaken, terwijl dit niet eens voorkomt in je taakomschrijving. Als deze schoonmaakklus tot tevredenheid van je meerdere is uitgevoerd mag je later ook de bureaus van anderen aanpakken. En pas als dat lukt kun je het computerprogramma gaan ontwerpen waarvoor je was aangenomen. Al die tijd heb je best plezier met je collega’s maar daar kwam je in eerste instantie niet voor! Wat er met deze werknemer gebeurt is duidelijk: eerst is hij verbaasd dat hij iets anders moet doen, vervolgens verveelt hij zich te pletter en tenslotte heeft hij helemaal geen zin meer om voor deze baas nog een fantastisch programma te ontwerpen. Hij haakt af en zit zijn tijd uit totdat hij een betere baas heeft gevonden. Onderpresteren is dan een feit geworden. De vergelijking gaat natuurlijk niet helemaal op, maar helaas is dit wel wat er gebeurt met kinderen die stelselmatig onder hun eigen niveau moeten werken en niet worden uitgedaagd om de talenten, die hen zo onderscheiden, te ontplooien in de onderwijssituatie. Deze kinderen kunnen het niet helpen dat ze andere onderwijsbehoeften hebben. Adaptief onderwijs moet het ook voor hen mogelijk maken dat ze de begeleiding krijgen die ze nodig hebben.
38 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
6. Wat zou er voor de pluskinderen moeten verbeteren in het lesprogramma? Algemeen wordt erkend dat begaafde leerlingen minder herhaling nodig hebben, dus dat kan voor een groot deel worden geschrapt. De routeboekjes van het SLO zijn op die gedachte gebaseerd. Verder hebben ze behoefte aan top-down uitleg van de leerstof. Dit stelt de onderwijsgevende voor de taak om zelf de leerstof opnieuw in te delen en uitleg te geven vanuit het grote geheel. Bij rekenen moet dus bijvoorbeeld worden uitgelegd dat het bij vermenigvuldigen en delen om hetzelfde principe gaat, maar dan in omgekeerde volgorde. Om die reden moet de leerling beide dan ook tegelijkertijd aangeboden krijgen. Dit vereist ook van de leerkracht een portie creatief denken, hoewel die eigenlijk alleen de leerstof anders hoeft te rangschikken en de strakke lijn van de methode moet kunnen loslaten. Meer over top-down lesgeven is te vinden op www.slimpuls.nl. Daarnaast moeten ook kinderen die in een heel hoog tempo leren in staat worden gesteld om de kennis en vaardigheden die ze tot nu toe hebben opgedaan, regelmatig toe te passen. Liefst in complexe, uitdagende opdrachten. Het is evident dat dit het niveau van de methode overstijgt. Het inzetten van de Pittige Plus Torens is daartoe een zeer geschikt middel. Hierin zitten complexe en uitdagende opdrachten waarbij de begaafde leerling zijn of haar creatieve denkvermogen (creërend denken) werkelijk moet aanspreken.
39 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
7. Hoe verwerk je compacten en verrijken in het rooster? Om te kunnen verrijken, moet er altijd iets ‘gecompact’ worden. Verrijking kost tijd, dus die moet ergens gevonden worden. Wanneer compacten wordt georganiseerd met behulp van de routeboekjes van het SLO, zal een leerling regelmatig een beetje tijd ‘over’ hebben voor verrijkingswerk. Op andere dagen wordt alle stof geschrapt en is er veel tijd voor ander werk. Daar zit niet altijd dezelfde regelmaat in. Soms valt zo’n lege dag op maandag, een andere keer op donderdag bijvoorbeeld. Zo is onvoorspelbaar hoeveel tijd er dagelijks aan verrijkingswerk kan worden besteed. Begaafde kinderen hebben behoefte aan duidelijkheid, dus is dat voor de leerling geen prettige werkwijze. Zij zijn erbij gebaat te weten wat hen te wachten staat. Bovendien moeten ze weten dat het verrijkingswerk een verplichtend karakter heeft - ze hebben het immers nodig om hun creatieve denkvermogen te kunnen gebruiken – en daarom moet dat dus een structurele plaats in hun rooster krijgen. Een voorbeeld van een aangepast rooster met vaste verrijkingsmomenten is opgenomen in de Verrijkingsmap, die is bijgeleverd bij de Pittige Plus Torens. In dat voorbeeld is het rekenen voor de leerling geclusterd op twee dagen per week waarin hij al het maakwerk van de hele week doet, althans wat daarvan overblijft volgens het routeboekje. Dit stimuleert tevens om lekker door te werken, iets wat veel slimmeriken niet vanzelfsprekend doen bij het reguliere werk. De enige uitzondering op dit schema van vaste verrijkingstaken is het moment waarop er nieuwe uitleg wordt gegeven aan de groep. Op dat moment roept de leerkracht deze leerling even bij de groep, maar meteen na de uitleg gaat hij weer verder met zijn verrijkingswerk. Ook kan de leerkracht ervoor kiezen om nieuwe uitleg te geven op ‘Jouw moment met de leerkracht”. Dit biedt tevens de mogelijkheid om de uitleg topdown te geven. En dan kan de leerling helemaal volgens rooster aan zijn verrijkingstaken werken. Verder kan de onderwijsgevende zelf compacten, bijvoorbeeld bij de zaakvakken of wanneer een reken- of taalmethode wordt gebruikt waarvoor geen routeboekjes beschikbaar zijn. Maak ook dan een aangepast rooster voor de leerling (zie voorbeeldrooster in de Verrijkingsmap). Verder biedt het gebruik van de Verrijkingsmap meteen een goede basis voor continuïteit in de verrijking. Leerlingen nemen de map mee naar het volgende leerjaar waar vanaf week 1 hetzelfde stramien kan worden voortgezet. Kinderen die voor de zomervakantie gebaat waren bij een compact en verrijkt programma zijn dat immers na de vakantie ook. Als ze eerst in een gat vallen, is er meer nodig om hen weer op de rails te krijgen dan wanneer ze gewoon door kunnen gaan op de weg die ze al gingen.
40 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
8. Waarin moeten deze leerlingen zich juist ontwikkelen? Voor de meeste slimme leerlingen geldt dat zij zich bij uitstek moeten ontwikkelen op de volgende gebieden, om later in hun leven meer succes (en profijt) te hebben van hun eigen begaafdheid: a. Leren om niet alleen dromen en fantaseren, maar ideeën echt omzetten tot presenteerbare eindresultaten; b. Leren om hun divergente denken te stroomlijnen en keuzes te maken om tot effectiviteit en voortgang te kunnen komen; c. Leren om uit een overvloed aan informatie de gewenste/benodigde gegevens te filteren. d. Leren om hun eigen ideeën en gedachten onder woorden te brengen en teamleden te overtuigen; e. Leren te luisteren naar andermans ideeën; f. Leren te argumenteren binnen een team; g. Leren samen te werken in de uitvoering; h. Leren vooruit te zien en het plannen van eigen activiteiten; i. Leren om concrete afspraken te maken en zich daaraan te houden.
9. Pluswerk/Plusgroepen? Voordelen van pluswerk individueel Als je slimme kinderen alleen aan verrijkingsmateriaal zet, dan heeft dat met name als voordeel dat je erg flexibel en leerlinggericht verrijking kunt aanbieden binnen de klas. Er hoeft geen rekening te worden gehouden met interesses en roosters van andere plusleerlingen, noch met extra lokalen of begeleiders. De groepsleerkracht zelf kan deze plusleerlingen individueel begeleiden in de groep, gelijk met de andere zorgkinderen in de groep.
Voordelen van pluswerk in groepjes in de klas Als je er echter voor kiest om groepjes pluskinderen in de klas samen aan verrijkingsmateriaal te zetten, heeft dat als voordeel dat het veel leuker en leerzamer is voor de betreffende leerlingen. Ze hebben steun (sociaal en inhoudelijk) aan elkaar als “peer”groep, ze leren samenwerken en elkaar helpen en ze voelen zich minder een uitzondering in de groep. Op deze wijze pluskinderen verrijken biedt nog steeds de mogelijkheid tot begeleiding door de groepleerkracht binnen het klaslokaal. Daarvoor hoeft dus geen extra begeleider en/of lokaal te worden vrijgemaakt.
Voordelen van plusgroepen in een apart lokaal Als je een apart lokaal met eigen materiaal en werkplekken voor de pluskinderen kunt regelen en daarbij ook een begeleider (leerkracht, IB er en/of ouder) die deze groep leerlingen in de plusgroep begeleidt, dan kun je pluskinderen uit diverse groepen van de school tezamen verrijken. Je kunt werken met grootschaligere verrijkingsprojecten en materialen, die in dat lokaal kunnen blijven staan en waaraan ze elke keer weer door kunnen werken. Een structureel georganiseerde plusgroep in de school helpt ook voor de continuïteit van de verrijking door de jaren heen. De plusgroep wordt dan immers een “erkend instituut” binnen de muren van de school. De organisatie van begeleiding van een plusgroep kan op vele manieren plaats vinden. Het hangt af van de mogelijkheden en de ambities van de school. Die zijn per school verschillend. NB: in al deze varianten kan echter uitstekend met de Peper Projecten van de Pittige Plus Torens worden gewerkt!
41 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
Iedere school zal ook zelf beleid moeten maken over wie er in aanmerking komt voor verrijking. Daar kunnen schoolbegeleiders natuurlijk ook bij helpen. Een aantal adressen van schoolbegeleiders op dit gebied kunt u vinden op de website van de Pittige Plus Torens (www.pittigeplustorens.nl). Op de website www.pittigeplustorens.nl staat ook een forum waarop scholen hun gedachten kunnen wisselen over vragen en ideeën met betrekking tot beleidsmatige en praktische keuzes ten aanzien van het onderwijs aan de meer- en hoogbegaafde leerlingen. Vragen als: Hoe maak je een duidelijk intake-beleid voor de plusgroepen? Betrek/informeer je de ouders? Enzovoort.
10. Jaloezie? Wat te doen bij jaloezie van andere kinderen of andere ouders? Dat is een probleem waar menig school tegenaan loopt als ze overgaan tot het verrijken van plusleerlingen. Hierover een aantal tips: • Zorg voor een helder en goed omschreven intake-beleid met bijbehorende criteria voor het bieden van verrijking of het deelnemen aan een plusgroep. Dit is dan gemakkelijker communiceren met ouders. • Leg aan de andere kinderen in de klas uit waarom de pluskinderen het andere (moeilijkere) werk moeten doen (in plaats van mogen!). Trek bijvoorbeeld de vergelijking met het extra werk en de extra begeleidingstijd) die andere kinderen krijgen als ze achter lopen met lezen of rekenen. Dit leidt meestal tot meer begrip bij de andere leerlingen. • Laat je niet verleiden om niet-plusleerlingen aan dezelfde opdrachten te zetten als de plusleerlingen. Ten eerste zullen de niet-plusleerlingen deze verrijkingsstof niet aankunnen zonder extra instructie van de leerkracht en ten tweede doet het ernstig afbreuk aan de kwaliteitswaarde die de plusleerling voor zichzelf toekent aan het verrijkingsmateriaal. • Tot slot: Tijd slijt.
42 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
Tien pittige tips die essentieel zijn voor succes Tip 1: Gelijkwaardigheid in communicatie • Spreek met deze leerlingen op basis van gelijkwaardigheid, zoals je een volwassen persoon zou • • •
bejegenen. Daarmee ontstaat een open communicatie met deze kinderen. Ze voelen zich voor vol aangezien en gerespecteerd. Gebruik gerust volwassen woorden. Beter te moeilijke woorden die je vervolgens uitlegt, dan spreken in “Jip & Janneke taal”. Adresseer ook het feit dat voor hen speciaal materiaal en/of een plusklas is gerealiseerd en dat je daarom van ze verwacht dat ze zich voor 100% zullen inzetten tijdens deze plusactiviteiten. Door gelijkwaardige communicatie wordt wederzijds vertrouwen gewonnen en respect.
Tip 2: Streng Veel van deze kinderen zijn ongedurig (veel gedachtes en gedachtesprongen in hun hoofd) en tamelijk lui. Eis vanaf het begin rust, aandacht, discipline en inzet. Spreek ze hier altijd op aan! • Streng op werkhouding • Leerlingen zijn stil en kijken je aan tijdens instructiemomenten. • Leerlingen beantwoorden luid en duidelijk eventuele vragen. • Leerlingen houden hun werkplaats netjes. • Leerlingen ruimen altijd hun eigen spullen op en doen alles weer netjes terug in de Pittige Plus Torens. • (Groepjes) leerlingen houden rekening met elkaar bij het uitvoeren van hun Peper Project. • Streng op resultaat • Zorg dat je voorafgaand aan een Peper Project duidelijk hebt aangegeven wat je van de leerling verwacht en waarop de leerling zal worden beoordeeld. Hoe hoog ligt de lat? Welke aspecten van hun werk worden beoordeeld? Hiervoor worden de aftrap- en begeleidingsformulieren bij ieder project (zie de leerkrachtenmap) gebruikt. • Zorg dat je bij ieder terugkoppelingsmoment tijdens het project de resultaten toetst aan de afspraken op het begeleidingsformulier en herinner de leerling(en) aan de afgesproken verwachtingen. • Bij gebreken geef je telkens goed aan waar het aan schort en waaraan de leerling nog moet werken of verbeteren. Je kunt ook vragen aan de leerling waarom het (tussen)resultaat schort aan kwaliteit? • Niet goed genoeg is: terug en opnieuw! Verrijking is geen spelletje. De consequenties van vertraging moeten door beide partijen worden opgetekend. • Zorg dat de leerlingen altijd een goed onderbouwd eindcijfer krijgen voor hun verrijkingswerk (zie de beoordelingscriteria op het begeleidingsformulier). • Zorg dat de leerling vooraf weet dat het cijfer voor de verrijkingsactiviteiten ook op hun rapport komt.
Tip 3: Doch rechtvaardig • Deze kinderen hebben veelal van jongs af aan een veel groter rechtvaardigheidsgevoel dan hun leeftijdsgenootjes. Consequent en rechtvaardig zijn in je handelen als leerkracht/begeleider is
43 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
•
daarbij belangrijk voor je acceptatie door deze leerlingen als autoriteit. Als je eenmaal duidelijke afspraken met deze leerlingen hebt gemaakt en ze op een volwassen wijze hebt bejegend, zul je nauwelijks problemen ondervinden bij het begeleiden van deze leerlingen.
Tip 4: Lui • Veel pluskinderen neigen naar lui-zijn omdat ze niet gewend zijn om zich erg te moeten inspannen • • •
voor de reguliere opdrachten op school. Beantwoord een vraag van een plusleerling zoveel mogelijk met een wedervraag. Deze leerlingen moeten zich oefenen in het zelfstandig zoeken van oplossingen. Als een leerling vraagt: waar is de schaar? Dan kun je rustig antwoorden: waar denk je? Ga er maar een zoeken. Als een leerling vraagt: wat is een hefboom? Dan kun je rustig zeggen dat hij/zij dat op het internet moet opzoeken.
Tip 5: Grondige research • Kinderen willen vaak zo snel mogelijk aan de slag, bijvoorbeeld door meteen te gaan bouwen. De
•
meeste Peper Projecten beginnen echter met een uitgebreide onderzoeksfase, die vooraf gaat aan de ontwerp- en uitvoegingsfase. Zorg dat de leerlingen de research grondig aanpakken. Hoe grondiger het onderzoek, hoe beter het ontwerp en hoe beter (beargumenteerd en uitgewerkt) het eindresultaat zal zijn. En… hoe meer ze ook leren over het onderwerp (= verdieping en verbreding). Zorg dus dat ze zich hier niet te gemakkelijk vanaf maken. Stel zo nodig kritische inhoudelijke vragen om ze (nog) breder over het onderwerp aan het denken en onderzoeken te zetten.
Tip 6: Kritische vragen stellen Tijdens de uitvoering van de Pepers kun je als begeleider regelmatig kritische vragen stellen. Dat kan/moet in alle fasen van de Peper Projecten. Bijvoorbeeld: • “Waarom gebruik je dit tape? Is dit het beste tape om deze materialen aan elkaar te verbinden?” • “Hoeveel verschillende reacties (hefbomen, tandwielen, etc) hebben jullie tot nu toe in je ontwerp voor de actie-reactiebaan verwerkt? Moeten jullie er niet nog een paar aan toevoegen als je naar de opdracht kijkt?” • “Welke bronnen heb je tot nu toe gebruikt bij je deskresearch?” (Meestal is dit alleen het internet). • “Heb je al in de bibliotheek gezocht naar boeken over dit onderwerp? Of in de Atlas?” • “Welke onderdelen van je project vind je het belangrijkste om te vertellen en uit te leggen in je presentatie aan de klas? Waarom die aspecten wel en die niet?”
Tip 7: Stimuleer de performale activiteit • Als een leerling bij een doe-opdracht snel afhaakt met “het lukt me niet” of “het kan niet”, zet hem/haar dan direct weer aan het werk. Geef eerst alleen maar mondelinge ideetjes en tips. Als
44 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
• •
dat niet helpt, dan mag de begeleider wel voordoen hoe iets zou kunnen worden opgelost (zo ontkracht je de stelling van de leerling “het kan niet”). Daarna moet de leerling echter zelf het werk doen (eventueel met mondelinge begeleiding). Als het de leerling dan ook lukt, ontkracht dat de stelling “ik kan het niet”. Als een leerling zelf constateert dat hij/zij iets wel kan, waarvan hij/zij eerder zeker was dat hij/zij dat niet kon, geeft dat een hoge mate van empowerment aan de leerling. Tevens heeft de leerling ervaren dat doorzetten en uitproberen loont. Natuurlijk geef je complimenten als het de leerling gelukt is!
Tip 8: Ruzie • Als de plusleerlingen in een groepje werken aan een opdracht, ontstaat er vaak ruzie. Vooral de
•
• • •
eerste keer dat ze met de Pepers werken. Dit heeft te maken met het feit dat de(ze) leerlingen niet gewend zijn om zelfstandig in een groepje (in teamverband) te werken aan een open opdracht die ze ook gezamenlijk tot één eindresultaat moeten brengen. Als er een groepje pluskinderen bij elkaar zit, heb je te maken met een groepje divergente, originele en snelle denkers. Als ze overleggen ontstaat er snel ongeduld met elkaar omdat iedereen al zijn/haar gedachten en ideeën wil uitspreken. Ideeën kunnen bosten, ego’s kunnen botsen en er wordt vaak heel slecht naar elkaar geluisterd. Het is dan zaak om de leerlingen expliciet op dat gedrag te laten reflecteren. Bespreek rustig en open wat je in de groep ziet gebeuren en vraag hen hun mening waarom dit gebeurt. Laat iedere leerling reflecteren op zijn/haar eigen rol en gedrag hierin. Bespreek vervolgens dat het belangrijk is dat de leerlingen naar elkaar luisteren: meer mensen = meer ideeën = een betere oplossing/eindresultaat. Geef ook aan dat je soms, door te luisteren naar een idee van een ander, zelf op een nieuw en nog beter idee kunt komen dan je al had.
Tip 9: Laat je niet kisten! • Deze kinderen onthouden bijna alles wat hun pad kruist. Zowel wat ze zien als wat ze horen. Ze
• •
pinnen anderen graag vast op eerdere uitspraken of inconsistente uitspraken. Dat gebeurt soms heel opdringerig en brutaal (wiseguy). Daarentegen zijn ze voor zichzelf niet altijd even streng op dit gebied. Laat je niet kisten als een hoogbegaafd kind je er (op soms brutale en beschuldigende manier) op wijst dat je iets “eerder heel anders had gezegd”… Geef het kind dan rustig aan dat meningen en uitspraken kunnen veranderen en dat je de toon waarop ze tegen je spreken niet accepteert. Deze kinderen moeten bij uitstek leren om op een elegante en tactische manier te communiceren wat zij opmerken. Dit is naar de toekomst van groot belang voor de acceptatie van deze “wiseguys” door hun omgeving.
Tip 10: Humor! Meer- en hoogbegaafde kinderen zijn vaak erg in voor een grap of een leuke woordspeling. Maak daar gebruik van; bijvoorbeeld om het ijs te breken en contact te krijgen met nieuwelingen in een groep.
Kijk ook eens op www.pittigeplustorens.nl
45 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
Budgetversie
De Pittige Plus Kast is een goede keus voor scholen die een start willen maken met passend onderwijs voor hun excellente leerlingen, maar die hiervoor beperkte financiële middelen hebben. De Pittige Plus Kast bevat alle Rode Peper Projecten en alle Gele Toolboxen/Hulpmapjes uit de Pittige Plus Torens. Met de Pittige Plus Kast kunt u direct uw talentvolle leerlingen de uitdaging bieden die ze nodig hebben.
Inhoud Pittige Plus Kast • Alle rode peperactiviteiten uit de Pittige Plus Torens • Alle gele hulpmapjes & alle gele toolboxen • De 2 leerkrachtmappen uit de Pittige Plus Torens • 9 portfoliomappen “Mijn Verrijkingsmap” • Inclusief de verrijdbare, gele opbergkast
Teamcursus deskundigheidsbevordering
U kunt, samen met uw team, na(ast) het lezen van deze toelichting nog veel deskundiger worden op het gebied van Excellentie(onderwijs). De laagdrempelige digitale teamcursus deskundigheidsbevordering Excellentieonderwijs is nu beschikbaar! Leer alles over meer- en hoogbegaafdheid. Leer hoe excellentie-onderwijs op een goede, professionele en uitdagende manier binnen de school aangeboden kan worden. De cursus wordt online aangeboden en is daardoor zeer flexibel in te zetten. U kunt deze cursus met elkaar (het team) volgen, met bijvoorbeeld het digibord en de printversie van de cursus. Maar het is ook mogelijk dat iedere leerkracht deze cursus op de eigen computer, op het gewenste tijdstip, volgt. Na aanschaf heeft het gehele leerkrachtenteam permanent toegang tot de online cursus.
Specificaties van de teamcursus • Digitale, multimediale cursus; • Voor 10 tot 20 leerkrachten van 1 basisschool; • Duur: 3 x circa 1,5 uur • Kan individueel, achter eigen computer op school, gevolgd worden; • Kan in teamverband, met digiboard op school, gevolgd worden; • En kan met een (downloadable) syllabus gevolgd worden; • Cursusmateriaal is, na de cursus, ook permanent inzetbaar in de klassen.
46 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
Cursusdeel 1: Achtergronden Meer- en hoogbegaafdheid 1.1. Inleiding 1.2. Welke kinderen zijn meer- en hoogintelligent? 1.3. Hoogintelligent versus hoogbegaafd; model van Renzulli/Mönks 1.4. Waaraan herken je de hoogbegaafde leerlingen? 1.5. Problemen van hoogbegaafde kinderen op school 1.6. Waarom aangepast onderwijs bieden aan deze kinderen? 1.7. Structurele borging excellentieonderwijs 1.8. Introductie van de Pittige Plus Torens Cursusopdracht, deel 1
Cursusdeel 2: Doel, structuur, materiaal en begeleiding van verrijking 2.1. Doel van verrijken algemeen 2.2. Doel van verrijking qua leereffecten 2.3. Belangrijke criteria voor verrijkend lesmateriaal. 2.4. Onderzoekend en ontwerpend leren 2.5. Structuur voor Leren-leren : het TASC-model 2.6. Hoe begeleid je de leerlingen? 2.7. Hoe beoordeel je hun werk? 2.8. Opbrengstgericht werken, meetbare leeropbrengsten 2.9. Rijke leeromgeving Cursusopdrachten, deel 2
Cursusdeel 3: Implementatie en de praktijk van het excellentieonderwijs 3.1. Hoe signaleer/selecteer je de leerlingen? 3.2. Compacten en verrijken. 3.3. De verrijkingsmap 3.4. Verrijking in de plusklas en/of verrijking in de groep. 3.5. Welke verrijking voor welke kinderen? 3.6. Tien praktische tips voor goede begeleiding 3.7. Resumé: Hoe theorie en praktijk samen komen 3.8. Beleid maken voor structureel verrijken in de school Cursusopdracht, deel 3
Prijs- en bestelinfo De actuele prijs- en bestelinfo van de complete cursus kunt u vinden op www.pittigeplustorens.nl.
Scherpe prijs voor de Pittige Plus Torens bezitter Indien u en uw team graag de cursus wilt volgen, maar de Pittige Plus Torens (dus het cursusmateriaal) reeds bezit hebt, kunt u contact met ons opnemen om de scherpe prijs van de cursus (zonder het cursusmateriaal) op te vragen. U kunt ook voor het complete aanbod gaan en de cursus meebestellen bij de aanschaf van de Pittige Plus Torens.
Gratis en vrijblijvend de cursus bekijken Via www.pittigeplustorens.nl kunt u inloggegevens aanvragen om de cursus gratis en vrijblijvend twee weken te bekijken.
47 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.
Toelichting deel 2; achtergrondinfo bij meer- en hoogbegaafdheid
Contact Voor vragen of meer informatie kunt u contact met ons opnemen: Tel.nr.:
0113 25 7000
E-mail:
[email protected] [email protected] Postadres: Creative Kids Concepts BV Frans den Hollanderlaan 10a 4461 HN Goes Websites: www.pittigeplustorens.nl www.creativekidsconcepts.com www.ckcwebshop.nl Twitter: Concepts4kids PittigePlus Facebook: Creative Kids Concepts
(Na)bestellingen / webshop (Na)bestellingen kunt u doen via www.creativekidsconcepts.com en www.ckcwebshop.nl.
48 De Pittige Plus Torens ®, © Virginie Gmelich Meijling - van Dooren 2008, in licentie gegeven aan Creative Kids Concepts B.V.