PERSMAP Petrus Alamire – Meerstemmigheid in beeld Festival Laus Polyphoniae 19 - 30 augustus 2015 Tentoonstelling Kathedraal Antwerpen 19 augustus - 22 november 2015 Internationale conferentie New Perspectives on Polyphony 18 - 23 augustus 2015
1
Dames en Heren, Herakleitos leerde ons dat je nooit twee keer in dezelfde rivier kunt stappen. Het is een mooie metafoor voor het verglijden van de tijd die ons als zand door de vingers glijdt. Polyfonie is een overwinning op die tijd. Door zijn meerstemmigheid wordt de ervaring van het NU immers veelvuldig opgerekt in de ruimte. Simon Vestdijk heeft het ooit zo mooi verwoord in zijn Glanzende Kiemcel: 'meerstemmige muziek is het moment pellen als ware het een ui'. Deze formule omvat het mysterie van deze wondermooie muziek. En mysteries zijn mensenwerk. Muziek is verstand en emotie. Muziek maakt iets los dat vast zat en brengt in beweging wat tot stilstand was gebracht. Muziek doet iets met een mens…. Of om het met een citaat uit de populaire cultuur te zeggen, een van Tom Waits: playing music is paying attention to time Al meer dan twintig jaar is Laus Polyphoniae een meerstemming baken in het drukke ritme van onze altijd maar sneller voorthollende levens. En dit jaar doen we dat met een groots project. Peter Imhoff, alias Petrus Alamire, werd geboren rond 1470 uit een bekende koopmansfamilie in Neurenberg, waar hij werd opgeleid als musicus en muziekschrijver. In het zog van zijn handeldrijvende familieleden reisde hij naar de Lage Landen, waar hij onder andere voor Margareta van Oostenrijk en aartshertog Karel (de latere keizer Karel V) luxueuze muziekhandschriften vervaardigde. Daarnaast zien we Alamire ook fungeren als ondernemer, als spion voor Hendrik VIII en als koerier voor Erasmus en andere humanisten. Bovendien onderhield hij persoonlijke contacten met verschillende Europese hoven en met machtige handelaars en bankiers. Op die manier zijn de muziekhandschriften van hem over heel Europa verspreid geraakt. Ze behoren tot de mooiste verluchte manuscripten van de late middeleeuwen. Zij zijn niet alleen van kunsthistorisch belang, maar hebben ook een uitzonderlijke muziekhistorische waarde. De koorboeken bieden immers een uniek overzicht van de muziekproductie in de Lage Landen en Noord-Frankrijk. Ze bevatten zowel religieuze als profane muziek en het oeuvre van drie generaties componisten: van Johannes Ockeghem (14101497) en Johannes Regis (1425-1496), over Josquin des Prez (1450/1455-1521) en Pierre de la Rue (14521518) tot Jean Richafort (1480-1550) en Adriaan Willaert (1490-1562). Laus Polyphoniae 2015 wekt de wereld van Petrus Alamire tot leven met meer dan honderd muzikale activiteiten op verschillende locaties in de historische stad. Meesterwerken die sinds eeuwen onder het stof lagen, krijgt u tijdens wereldpremières opnieuw te horen. Ga gedurende twaalf dagen op muzikale ontdekkingsreis tijdens wandelingen, middag- en avondconcerten en nocturnes. Verdiep u in de wereld van de polyfonie met topensembles uit Europa en van frisse oogst uit de Verenigde Staten, tijdens de workshops van het International Petrus Alamire Lab en open lecture-performances door een schare aan internationale specialisten. Bij een tentoonstellingsbezoek in de Antwerpse Kathedraal ontdekt u de klinkende en beeldende schoonheid van originele verluchte Alamire-manuscripten naast werk van Vlaamse Primitieven. Via prachtig verluchte muziekhandschriften uit het atelier van Petrus Alamire, duikt u in het Vlaanderen en Europa van rond 1500 en
2
maakt u kennis met het toenmalige kunst- en wereldbeeld en zijn machthebbers, componisten en musici. De koor- en liedboeken, die worden bewaard in de Koninklijke Bibliotheek van Brussel en het Stadsarchief in Mechelen tonen we in al hun pracht. Meestal zijn ze bestemd om meerstemmig uit te zingen in het koor van een kerk en rijkelijk versierd met randen vol bloemen, dieren en sierlijke kalligrafische initialen. De koorboeken worden in de imposante gotische O.L.V.-Kathedraal van Antwerpen in een bijzondere tentoonstelling visueel en auditief tot leven gebracht. Niet alleen ziet u met welk vakmanschap ze werden gemaakt, via digitale beelden van de mooiste pagina’s en de mooiste details krijgt u toegang tot het hele handschrift. In samenwerking met de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van Antwerpen wordt het verhaal van het handschrift verder geïllustreerd aan de hand van kunstwerken uit die tijd. Met een hoofdtelefoon treedt u binnen in de wereld van de laatmiddeleeuwse meerstemmigheid of polyfonie die, als ze wordt gezongen, een universum van klank opent dat vele harten kan beroeren. Deze composities, in de Lage Landen gecomponeerd, veroverden in die tijd heel Europa en werden bijzonder hoog aangeschreven Dames en heren, Richard Powers schreef in zijn boek The Goldbug Variations dat muziek van de polyfonisten hetzelfde effect heeft als een schare engelen die onverwachts op bezoek komt. En, zo merkt hij op, het is aan de kwaliteit van de zangers zelf om uit te maken of die engelen u komen troosten dan wel wurgen. Laten we er in deze harde tijden samen een troostende engel van maken. Samen. Ik dank u. Philip Heylen Schepen van Cultuur, Economie, Stads- en Buurtonderhoud, Patrimonium en Erediensten Petrus Alamire - Meerstemmigheid in beeld Laus Polyphoniae, AMUZ, 19-30 augustus 2015 Tentoonstelling Kathedraal Antwerpen, 19 augustus – 22 november 2015
3
INLEIDING Wie is Petrus Alamire (ca. 1470 – + 1536)? Peter Imhoff, alias Petrus Alamire, werd rond 1470 geboren uit een bekende koopmansfamilie in Neurenberg, waar hij vermoedelijk werd opgeleid als musicus en muziekscribent. In het zog van zijn handeldrijvende familieleden reisde hij naar de Lage Landen, waar hij in opdracht van de collegiale Onze-Lieve-Vrouwkerken van Antwerpen en ’s-Hertogenbosch muziekhandschriften vervaardigde. Niet lang nadien kwam hij in dienst van het hof van Margareta van Oostenrijk en aartshertog Karel (de latere keizer Karel V) in Mechelen. Voor hen, maar ook voor andere Europese machthebbers, maakte Alamire luxueuze muziekhandschriften, die tevens dienst deden als relatie- of politieke geschenken. Daarnaast zien we Alamire ook fungeren als ondernemer, als spion voor Hendrik VIII en als koerier voor Erasmus en andere humanisten. Het project ‘Petrus Alamire – Meerstemmigheid in beeld’ De prachtig verluchte muziekhandschriften die kalligraaf Petrus Alamire 500 jaar geleden in zijn atelier in Mechelen maakte, vormen het uitgangspunt van een uniek project. Een verzameling van 51 handschriften, vandaag verspreid over heel Europa en door het Alamire Digital Lab verzameld in 15 500 beelden, herbergt een schat aan muziek uit die tijd, polyfonie genaamd. De schitterende miniaturen illustreren een politiek of religieus thema of verwijzen naar de vorst, een machtige opdrachtgever of de ontvanger van het handschrift. In heel wat koorboeken – meestal bestemd om uit te zingen in het koor van een kerk – zijn de openingspagina’s rijkelijk versierd met randen vol bloemen en dieren. Nog talrijker zijn de sierlijke kalligrafische initialen die het begin van een muziekstuk inluiden of aanduiden waar een stem (sopraan, alt, tenor, bas) moet aanvangen. Het talrijkst echter zijn de muzieknoten die, als ze gezongen worden, een universum van klank openen dat vele harten kan beroeren. Deze polyfonie (of meerstemmige composities) in de Lage Landen gecomponeerd, veroverde in die tijd heel Europa en werd bijzonder hoog aangeschreven. Dit rijke muzikale erfgoed, waarvoor onze streken 500 jaar geleden zo gekend waren, plaatsen we in een bredere context. De tentoonstelling O.L.V.-Kathedraal Antwerpen
Via zeven bijzondere muziekhandschriften uit het atelier van Petrus Alamire die in ons land bewaard worden, duikt u in het Vlaanderen en Europa van rond 1500 en maakt u kennis met de machthebbers, componisten, musici en het kunst- en wereldbeeld uit die tijd. Het Mechels koorboek en de zes Alamire-handschriften uit de collectie van de Koninklijke Bibliotheek van Brussel – waaronder het liedboek van Margareta van Oostenrijk en de Occo-codex – zullen te bewonderen zijn. Deze koor- en liedboeken waaruit de zangers rechtstreeks zongen, worden visueel en auditief tot leven gebracht. Niet alleen ziet u met welk metier ze werden gemaakt, via digitale beelden van de mooiste pagina’s en de mooiste details, krijgt u toegang tot het volledige handschrift. In samenwerking met de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van Antwerpen zal het verhaal van het handschrift verder worden geïllustreerd aan de hand van kunstwerken uit die tijd. Met een hoofdtelefoon zal u binnentreden in een universum van 500 jaar geleden en daar hoort uiteraard ook de muziek of polyfonie zelf bij.
4
Hierna kan u zich volledig onderdompelen in de klankwereld van de vroeg-16de-eeuwse meerstemmigheid. Al wandelend door een klank- en video-installatie van kunstenaar Rudi Knoops, ervaart u het polyfone weefsel van de muziek – als geheel of als een veelheid van individuele muzikale lijnen – en ziet u de musici aan het werk. Festival Laus Polyphoniae AMUZ en diverse historische locaties in de Antwerpse binnenstad
De muziekhandschriften van Petrus Alamire behoren tot de mooiste verluchte manuscripten van de late middeleeuwen. In dialoog met topstukken van de Vlaamse Primitieven uit de collectie van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen kan u hun bijzondere symboliek, unieke detaillering en rijke kleurenpracht ontdekken tijdens de tentoonstelling "Petrus Alamire - Meerstemmigheid in beeld" in de O.-L.-V.-Kathedraal. De handschriften zijn niet alleen van kunsthistorisch belang, maar hebben ook een uitzonderlijke muziekhistorische waarde. De koorboeken bieden namelijk een uniek overzicht van de muziekproductie in de Lage Landen en Noord-Frankrijk. Ze bevatten zowel religieuze als profane muziek, die in een tijdspanne van zeventig jaar werd gecomponeerd. Missen, motetten en chansons van drie generaties componisten vormen de kern van het repertoire: van Johannes Ockeghem en Johannes Regis, over Josquin des Prez en Pierre de la Rue tot Jean Richafort en Adriaan Willaert. Laus Polyphoniae 2015 wekt de wereld van Petrus Alamire tot leven met meer dan honderd activiteiten op verschillende locaties in de historische stad. Meesterwerken die sinds eeuwen onder het stof lagen, krijgt u tijdens wereldpremières opnieuw te horen. Ga gedurende twaalf dagen (van 19 tot 30 augustus) op muzikale ontdekkingsreis tijdens wandelingen, lunch- en avondconcerten en nocturnes. Ruim twintig topensembles uit binnen- en buitenland staan op de affiche: Huelgas Ensemble, Zefiro Torna, Cappella Pratensis, Bl!NDMAN & Collegium Vocale Gent, Mezzaluna & Lute Consort Paul O’Dette, The Tallis Scholars, Stile Antico, Cut Circle en zovele andere. Verdiep u verder in de wereld van de polyfonie tijdens de workshops van het International Petrus Alamire Lab en de open lecture-performances door een schare aan internationale specialisten als Raquel Andueza, Jennifer Bloxam, Fabrice Fitch, Jesse Rodin of Paul Van Nevel. Van harte welkom in Antwerpen tijdens Laus Polyphoniae 2015, het zomerfestival waar beeld en klank samenkomen en voor u de wereld van 500 jaar terug openbreken. Internationale conferentie: Petrus Alamire – New Perspectives on Polyphony KU Leuven, Campus Carolus, Antwerpen
Bij de opening van de tentoonstelling en de start van het festival Laus Polyphoniae zullen musicologen, uitvoerders van polyfonie en organisatoren van oudemuziekfestivals van over de hele wereld aanwezig zijn. Ze komen naar Antwerpen voor een vijfdaagse internationale conferentie waar zij in dialoog gaan over de laatste musicologische inzichten in de Alamire-handschriften, hun geschiedenis, betekenis, repertoire enz. en debatteren over de uitvoeringspraktijk van de laatmiddeleeuwse polyfonie. Nooit eerder werden musicologen, artistiek leiders van oudemuziekensembles en concertorganisatoren samengebracht in een wetenschappelijke conferentie. Link naar het programma: http://alamirefoundation.org/en/activiteiten/international-conference-petrus-alamire-newperspectives-polyphony
5
TENTOONSTELLING PETRUS ALAMIRE – ZEVEN KOORBOEKEN CENTRAAL Zeven bijzondere koorboeken staan centraal in de tentoonstelling. Ze werden gemaakt in Mechelen, waar Alamire zijn atelier had, en worden nog in ons land bewaard. Het gaat om het imposante en prachtig verluchte Mechels koorboek (bewaard in het Stadsarchief van Mechelen) en zes handschriften uit de Koninklijke Bibliotheek in Brussel. 1. Mechels Koorboek (B-MEa, Ms., s.s)
B-MEa Ms. S.s, openingsminiatuur, fol. 1v
B-MEa Ms. S.s, fol. 34v
Dit grote koorboek uit het atelier van Petrus Alamire is het enige dat in Mechelen is gebleven. Het is in bijzonder goede staat bewaard en bevat schitterende miniaturen, waarvan er een aantal vermoedelijk door miniaturist Gerard Horenbout zijn gemaakt. Dit prestigieuze boek is hoogstwaarschijnlijk gemaakt n.a.v. de meerderjarigheid van Karel (op 15 jaar) in 1515/16, op het ogenblik dat hij ook koning van Spanje wordt (1516).
2. Brussel, Koninklijke Bibliotheek, Ms. 9126 Het koorboek voor Filips de Schone en Johanna van Castilië (ca. 1505) Dit muziekhandschrift opent met een prachtig verluchte pagina waarop de opdrachtgevers en/of ontvangers van het handschrift zijn afgebeeld: Filips de Schone, de Bourgondische hertog die zopas koning van Spanje was geworden, en Johanna van Castilië, de latere ‘Waanzinnige’, ouders van Karel V. Het koorboek opent met een mis van Josquin des Prez, de meest toonaangevende componist van dat ogenblik en de meest bekende tot dan toe. Verder bevat het lijvige boek missen en motetten van componisten die allemaal een band hadden met de hofkapel van Filips, zoals Alexander Agricola en Pierre de La Rue. Het boek vertoont veel verwantschap met de beroemde Chigi Codex die nu in de Vaticaanse bibliotheek wordt bewaard. B-Br KB Ms 9126, fol. 2r
6
3. Brussel, Koninklijke Bibliotheek, Ms. 215-16 Zeven zwaarden, zeven smarten: mariale devotie rond 1500
B-Br KB 215-216, fol. 33v
Dit kleine perkamenten koorboek is niettemin merkwaardig omdat het volledig in het teken staat van het feest van de ‘Zeven Smarten van Maria’, een toenmalige populaire verering. Het handschrift behoorde toe aan Charles de Clerc (+1533) en zijn vrouw Anne Annoke, een hooggeplaatste functionaris aan het hof. Zijn wapenschild, in combinatie met dat van zijn vrouw, prijkt op de pagina’s van Pierre De La Rues Missa de Septem doloribus, speciaal geschreven voor deze devotie en de opener van het handschrift. Bij het door Pipelare speciaal geschreven motet Memorare Mater Christi, staat een klein miniatuur van Maria met de zeven zwaarden, verwijzend naar de zeven smarten van Maria. Het motet is eveneens zevenstemmig.
4. Brussel, Koninklijke Bibliotheek, Ms 228 – Het Chansonnier van Margareta van Oostenrijk De emoties van ‘la grande dame’ Margareta in wereldlijke liederen ‘La grande dame’ en ‘bonne tante’ Margareta van Oostenrijk stond ook bekend als ‘la dame de deuil’. Haar ongelukkige huwelijksleven, het verdriet om de vroege dood van haar broer Filips en haar doodgeboren kinderen tekenden haar. ‘Grande’ was ze als kunstliteratuur- en muziekminnende dame, die ook vele geleerden rond zich verzamelde en politiek een belangrijke rol speelde. Met haar melancholische ingesteldheid lag ze aan de basis van een nieuw genre binnen het Franse chanson: het regretz-chanson. Veel van deze treurliederen zijn overgeleverd in twee liedboeken die vermoedelijk onder Margareta’s toeziend oog en met kennis van zaken werden samengesteld. Eén ervan, het grootste en rijkste, werd in het atelier van Petrus Alamire gemaakt. Het is een bijzonder persoonlijk boek met bijna uitsluitend wereldlijke liederen, waarvan er vele verwijzen naar Margareta’s persoonlijk leven. B-Br Ms 228, fol. 2
7
5. Brussel, Koninklijke Bibliotheek, Ms. IV 922 Een handschrift voor Pompejus Occo, rijke bankier in Amsterdam, voor gebruik in zijn privékapel ‘Heilige Stede’
KBR, Ms. IV 922, fol.42v vv42v42v
De Occo-codex, die gewijd is aan de verering van het Heilige Sacrament, werd vermoedelijk door de Nederlandse bankier Pompejus Occo besteld. Hij werkte in Amsterdam voor een Fugger-filiaal, de geldschieters van de keizer, en had een eigen kapel. Occo onderhield persoonlijke contacten met Petrus Alamire. Het handschrift dat hij bij Alamire bestelde, bevat o.m. missen van componisten van wie de meesten banden hadden met het Franse hof (van o.m. Mouton, Gascogne, Forestier). Heel wat prachtig ingekleurde groteske initialen kenmerken dit luxekoorboek.
6. Brussel, Koninklijke Bibliotheek, Ms. 15075 Een koorboek voor het koninklijke huwelijk van Catharina van Oostenrijk en Jan III van Portugal Opnieuw een rijkelijk koorboek met zeven missen van huiscomponist Pierre de La Rue, in opdracht van Margareta van Oostenrijk gemaakt voor Catharina, jongste zus van Karel V, naar alle waarschijnlijkheid als geschenk bij haar huwelijk met Jan III van Portugal in 1524. De miniaturen en initialen, waarbij religieuze taferelen en groteske figuren worden gecombineerd, zijn uniek en getuigen van een iets latere stijl.
KBR, Ms. 15075, fol. 1v, detail Maria- miniatuur miniatuur
8
7. Brussel, Koninklijke Bibliotheek, Ms. 6428 Een koorboek voor Keizer Maximiliaan van Oostenrijk gehavend door de tand des tijds Dit handschrift is niet alleen het op één na grootste van het hele Alamire-corpus, het is helaas ook het meest beschadigde. Alle heraldische verwijzingen, initialen en verluchtingen zijn uitgesneden. Het grote koorboek is hoogstwaarschijnlijk gemaakt voor keizer Maximiliaan, vader van Filips de Schone en Margareta van Oostenrijk. Het bevat zeven missen waarvan er zes werden gecomponeerd door Margareta’s hofcomponist Pierre de La Rue, en een mis door Heinrich Isaac, hofcomponist van Maximiliaan.
KBR, Ms 6428, fol. 62v
9
DE ALAMIRE MEDIA-INSTALLATIE – RUDI KNOOPS Concept De media-installatie van Rudi Knoops nodigt de bezoeker uit tot een fysieke wandeling door het rijke polyfone weefsel van de muziek opgetekend door Petrus Alamire. In een ruimtelijke opstelling wordt elke musicus apart geprojecteerd, beeld en klank samen. De spatialisatie van de verschillende klanklagen maakt naast een meer immersieve luisterervaring vanuit het midden van de installatie, waar de verschillende sonore lagen samensmelten tot een surroundklank, ook een meer analytische beluistering mogelijk, dicht bij één van de musici. Voor het visuele luik gebruikt Rudi Knoops de techniek van cilindrische anamorfose; een vervormde weergave die met behulp van een spiegel in de juiste proporties kan worden waargenomen. Het observeren van een enkele anamorfose brengt de bezoeker dicht bij de projectie van één individuele musicus en versterkt de analytische luisterervaring. Het meervoudige gebruik van anamorfose dwingt de bezoeker echter keuzes te maken en zet aan tot een ruimtelijke exploratie van de polyfone gelaagdheid van de muziek. In de interactie met dit universum van beeld- en klankstructuren legt de kijker/luisteraar zelf accenten op individuele muzikale lijnen, zoekt naar interessante perspectieven – auditief, visueel, of een combinatie van beide – en creëert zo zijn eigen perspectief op de uitgevoerde polyfonie.
Concepttekening van de installatie
Anamorfose Voor het visuele luik van de Alamire-media-installatie kiest Rudi Knoops voor de techniek van anamorfose. Die wordt als volgt gedefinieerd in het New English Dictionary (1884): “Een verwrongen projectie of tekening van een object: zo, dat het vanuit een bepaalde invalshoek of via een reflectie in een gepaste spiegel gezien, normaal en in de juiste proporties wordt waargenomen; een vervorming.” Anamorfose is ontstaan in de renaissance als een onderstroom – of een corruptie – van de regels van het lineaire of centrale perspectief. Het is een optisch curiosum dat speelt met de wetten van het lineaire perspectief en die wetmatigheden tegelijkertijd expliciteert. Het bekendste voorbeeld van het gebruik van anamorfose is waarschijnlijk het schilderij De Ambassadeurs van Hans Holbein uit 1533 (National Gallery, Londen, ill. 1). De
10
juiste gezichtshoek van de waarnemer is de sleutel om de vertekende afbeelding op de voorgrond van dit schilderij te decoderen en zo te komen tot de weergave van een schedel. Dit is een voorbeeld van perspectivische of optische anamorfose, waarbij geen fysiek hulpmiddel nodig is. Het innemen van een extreem schuine positie ten opzichte van het afbeeldingsvlak is de sleutel om het vervormde beeld op de juiste wijze te zien. Bij een tweede type anamorfose – de catoptrische anamorfose – zijn wel fysieke hulpmiddelen nodig: hierbij worden speciale spiegels (kegel, piramide, cilinder) gebruikt om het beeld te reconstrueren. Zo wordt in cilindrische anamorfoses een cilindervormige spiegel gebruikt. De reflectie in de cilindrische spiegel toont het gereconstrueerde beeld. Jean-François Nicerons tekening van Sint-Franciscus van Paola in La Perspective Curieuse van 1638 (ill. 2) illustreert het principe van vervorming in cilindrische anamorfose. Het is een transformatie van een cartesisch coördinatensysteem naar een bijna polair coördinatensysteem. Lagen en reflecties: een luisterbeleving Elke musicus wordt afzonderlijk en van kop tot teen gefilmd tegen een zwarte achtergrond. Het beeldmateriaal wordt daarna vervormd geprojecteerd op verschillende schermen. Midden in elk vervormd beeld bevindt zich een cilindrische spiegel. De opname is alleen in de oorspronkelijke vorm terug te zien vanuit een specifiek gezichtspunt ten opzichte van deze spiegel. Deze visuele gelaagdheid krijgt een tegengewicht via de sonore meerstemmigheid van de opname: bij elk van de beeldlagen klinkt immers het bijbehorende geluid, en de ideale ‘luisterhoek’ komt steeds exact overeen met de waarnemingshoek voor de visuele anamorfose. De manier waarop deze gemanipuleerde auditieve en visuele lagen de interactie met de installatie beïnvloeden is frappant. Het geluid wordt immers het beste waargenomen vanuit het midden van de installatie, waar de verschillende sonore lagen samenvallen tot een ‘surround sound’. Voor het visuele gedeelte daarentegen is er geen ideaal standpunt om een volledig overzicht te krijgen. Voor iedere anamorfose afzonderlijk is het wel mogelijk een ideale gezichtshoek te vinden, maar door het vermenigvuldigen van de anamorfose wordt de kijker uitgenodigd – en zelfs gedwongen – om keuzes te maken. De zoektocht naar een goed gezichtspunt duwt de waarnemer weg van het midden van de installatie. Het is die spanning, die frictie tussen klank en beeld, die de waarnemer op zoek doet gaan naar interessante perspectieven – auditief, visueel, of een combinatie van beide. Op die manier nodigt de installatie de bezoeker uit tot een wandeling door de gelaagdheid van de renaissancepolyfonie zoals opgetekend door Petrus Alamire. De kijker/luisteraar wordt uitgedaagd om op zoek te gaan naar een persoonlijk perspectief en zelf accenten te leggen op individuele lijnen in de muziek: een interactief spel dat toelaat een blik te werpen op het actuele onderzoek rond polyfonie en audiovisuele technieken.
11
CONCEPTPLAN TENTOONSTELLING PETRUS ALAMIRE – MEERSTEMMIGHEID IN BEELD
12
DUIDING BIJ DE DIGITALE ONTSLUITING VAN DE MANUSCRIPTEN (artikel Staalkaart 2013) Een muzikale doorbraak De digitale ontsluiting van de manuscripten van Petrus Alamire Bart Demuyt, gepokt en gemazeld in de oude muziek, is een man van vele huizen en organisaties: Alamire Foundation, Huis van de Polyfonie, AMUZ, Laus Polyphoniae. Als artistiek leider van deze organisaties heeft hij een grootschalig project opgezet rond het manuscriptenfonds van Petrus Alamire, de illustere 16de-eeuwse muziekkalligraaf. Bart Demuyt weet als geen ander wat samenwerken en netwerken betekent. Zelfs de deuren van de prestigieuze Biblioteca Apostolica Vaticana gingen voor hem open. De vrucht van deze bijzondere samenwerking rond Alamire zal een heuse doorbraak teweegbrengen in de muziekwereld, verzekert hij ons, na een lang gesprek in het Huis van de Polyfonie op de schitterende site van de Abdij van Park in Heverlee.
Een man met een missie Bart Demuyt is ook een man met een missie, zoveel is duidelijk. Meteen steekt hij vol vuur van wal: "De Alamire Foundation, het Internationaal Centrum voor de studie van de muziek in de Lage Landen, is eigenlijk vooral bekend om zijn onderzoek rond de polyfonie, met een specifieke focus op het werk van Petrus Alamire en zijn atelier. Intussen bestaat de stichting, een joint venture tussen de Onderzoekseenheid Musicologie van KU Leuven en Musica, Impulscentrum voor muziek, al twintig jaar. De missie was van meet af aan duidelijk: wetenschappelijk onderzoek, maar steeds met het oog op valorisatie naar praktijk en maatschappelijke impact. Daarom ook heb ik vijf jaar geleden heel bewust de overstap gemaakt van de artistieke leiding van het Concertgebouw in Brugg e naar het Leuvense onderzoekscentrum, omdat het me tal van mogelijkheden bood om wetenschap om te zetten naar praktijk. Ik ben een groot pleitbezorger van het slopen van de muren, hoe dun ook, tussen de wereld van de uitvoerders en die van de wetenschappers. Om die reden ben ik wat later ook ingegaan op de vraag uit Antwerpen om de artistieke leiding op mij te nemen van het muziekcentrum AMUZ, waar ik al langer bij het oudemuziekfestival Laus Polyphoniae betrokken was. Op voorwaarde weliswaar dat dit zou leiden tot een nauwe samenwerking tussen Leuven en Antwerpen. Het is immers een ware troef om als studiecentrum met een duidelijke missie van wetenschap en valorisatie ook daadwerkelijk een internationaal platform te hebben om te valoriseren. En de Sint-Augustinuskerk is niet zomaar een platform. Het is schitterend gerestaureerd erfgoed, dat als concertzaal een nieuwe bestemming kreeg. Het is een toplocatie, zowel architecturaal als akoestisch. Dit laat ons toe om een werking uit te bouwen waarbij we op internationaal niveau de materie brengen waarmee we in Leuven bezig zijn." Bart Demuyt is niet aan zijn proefstuk toe. In het verleden leidde hij het Concertgebouw, was hij directeur van het oudemuziekfestival Musica Antiqua in Brugge, voordien educatief medewerker bij Muziekactief en Musica, plekken waar hij telkens de nodige ervaring opdeed. "Wat me tijdens heel mijn parcours opviel, is de nood om de brug te maken tussen wetenschap en muziekpraktijk. En dan gaat het niet zozeer om een fysieke plek, maar eerd er om een manier van werken. Een simpel voorbeeld: als ik indertijd als festivalorganisator hoorde dat een bepaalde musicoloog bezig
13
was met een onderwerp, dat interessant was om te implementeren in een festivalcontext, dan probeerde ik musicoloog en uitvoerder samen te brengen rond dat thema. Daar vloeiden dan plannen uit voor een concert, dat we een jaar later inplanden. Daarna lag de samenwerking een heel jaar stil tot een paar dagen voor het concert. Ik vond het telkens erg jammer dat de tijd tussenin z o goed als onbenut bleef. Zo ontbrak het nodige rijpingsproces, waarbij ideeën als kleine zaadjes kunnen worden geplant om rustig te groeien. We misten een trefpunt, waar muziekwetenschappers en muzikanten, mensen uit andere disciplines ook, ruimte en adem krijgen om samen rond iets te denken en te werken. Om na een tijd even goed te kunnen besluiten dat men verkeerd bezig is. Wat niet kan, als er onmiddellijk een concert moet volgen. Met die manier van werken hebben we volgens mij in het verleden veel kans en gemist." Met het Huis van de Polyfonie is dat trefpunt er nu wel. Gehuisvest in de pas gerestaureerde Mariapoort van de Abdij van Park. "Die prachtige locatie kregen we zowat in de schoot gegooid. Op een bepaald moment vroeg de burgemeester van Leuven me of we met onze organisatie deel wilden uitmaken van de abdijsite. Een voorstel waar we maar al te graag op ingingen. Het Huis heeft een belangrijke laboratoriumfunctie en ruimte om instrumenten te verzamelen. Twee voorbeelden. Polyfonie wordt vaak gezi en als louter vocaal. We weten evenwel, onder meer uit iconografisch materiaal, dat er ook klavierinstrumenten werden gebruikt. Tot op vandaag is dat onontgonnen gebied. Wel, binnenkort kunnen we met de steun van de Provincie Vlaams-Brabant investeren in een gotisch orgel. Dat instrument zal dan ten dienste staan van musici en wetenschappers, die met deze materie bezig zijn. Een ander muzieklabo gaat over de ‘mise en page’. Een verlucht muziekhandschrift stond op een pupiter, waar de zangers voor stonden. Ze focusten met zijn allen op dat ene boek, waarin ze naast de noten via de vele versieringen een soort codetaal deelden. Leg daarnaast een muziekdruk van hetzelfde muziekstuk zonder illuminaties. Wij onderzoeken nu of de mise en page wezenlijk invloed heeft op het klankresultaat." Alle wegen leiden naar Rome Pendelen tussen Antwerpen en Leuven is dagelijkse kost. Sinds kort is er een nieuwe werkstek: Rome. Wetenschappers van de Alamire Foundation en de KU Leuven hebben toestemming gekregen van het Vaticaan om alle muziekhandschriften met muziek uit de Lage Landen, die zich in meerdere collecties van de Vaticaanse bibliotheek bevinden, te digitaliseren en van metadata te voorzien. Deze collecties bevatten topmanuscripten uit de late 14de tot vroege 17de eeuw, waaronder de manuscripten van Petrus Alamire.
"Rome maakt deel uit van een veel groter verhaal, waarmee we intussen al meer dan vier jaar bezig zijn. Alles begon met een evaluatie van onze werking binnen de Alamire Foundation. Waar zijn we mee bezig? Waarop willen we inzetten voor de toekomst? Een van onze grote sterktes is de studie van het uitermate waardevolle handschriftenc orpus van Petrus Alamire. Deze kalligraaf bundelde het werk van de toonaangevende componisten van toen in een zestigtal kostbare koorboeken. Die codices bestaan zo goed als allemaal nog, maar zijn verspreid over
14
heel Europa. Vijf dus in het Vaticaan, maar ook in München, Jena, London, Montserrat, Oxford, Verona, Firenze, Wenen, en uiteraard ook in de Lage Landen, in Brussel, Mechelen en ‘s -Hertogenbosch. In het verleden hebben we al heel wat onderzoek gedaan rond de Alamire -codices. Maar tegelijk realiseren we ons hoeveel onderzoekspotentieel er nog in het oeuvre van Alamire steekt. Een groot deel is nog steeds niet ontsloten. We willen dus voluit inzetten op dit muzikale erfgoed, en dit op een hedendaagse manier. Vandaar het plan om al die manuscripten te digitaliseren. Dit zal het onderzoek van die unieke bronnen en de conservatie van die kostbare boeken enkel ten goede komen. In Oxford University, waar men ook bezig is met het Alamire-corpus, vonden we een onderzoekspartner, die bereid was om samen binnen afzienbare tijd het volledige corpus te digitaliseren." Tot zover het onderzoeksverhaal. Nu nog de middelen en de nodige fondsen. "We vonden het heel belangrijk om zelf de tools in handen te hebben om de digitale beelden te maken. Samen met collega David Burn, professor musicologie aan de KU Leuven, heb ik steun gezocht bij de Hercules Stichting die infrastructuur voor wetenschappelijk onderzoek financiert. Met hun steun konden we van start gaan met het Alamire Digital Lab, een mobiel labo met de beste a pparatuur die in de wereld voorhanden is. Met scans, waarmee men beelden in zeer hoge resolutie – tot 100 miljoen pixels – kan digitaliseren. Details die met het blote oog niet te zien zijn, kunnen op die manier erg uitvergroot worden. Zo merken we bijvoorbeeld dat bepaalde versieringen overschilderd zijn. Ze werkten ook vaak met verschillende scribenten aan één codex. Met deze uiterst scherpe beelden kunnen we nu veel preciezer vaststellen welk werk er bij eenzelfde scribent hoort. Ook het transcriberen va n deze digitale beelden naar hedendaagse partituren wordt mogelijk met een technologische tool. Dit alles levert tal van nieuwe elementen en inzichten op die we in ons onderzoek kunnen implementeren. We hebben dit mobiele labo intussen op verschillende plekken in Europa ingezet en zijn nu zo goed als rond met de digitalisering van het hele corpus (ca. 17 500 beelden) van Alamire.” Op het Vaticaan na, dat eerst terughoudend reageerde op de vraag uit Leuven. Maar Demuyt liet zich niet zomaar afwimpelen. Het kostte hem een goed jaar van onderhandelen voor de deuren van de Bibliotheca Apostolica opengingen. "Best te begrijpen dat ze niet meteen laaiend enthousiast waren. Er liggen daar tienduizenden manuscripten te wachten op digitalisering. Ze begrepen wel de nood van onze kant, maar binnen de agenda van de bibliotheek was ons Alamire-project absoluut geen prioriteit. Dan heb ik mijn stoute schoenen aangetrokken en resoluut het belang van ons hoogtechnische labo en de wetenschappelijke expertise van de Alamire Foundation, niet alleen rond Alamire maar ook rond de polyfonie van de Lage Landen, in de weegschaal geworpen. Uiteindelijk zijn we overeengekomen om niet enkel de zes Alamire manuscripten te digitaliseren, maar tegelijk het volledige corpus muziekhandschriften uit de Lage Landen in het bezit van het Vaticaan. Welgeteld 14 000 pagina's, die ook nog eens minutieus moeten worden geanalyseerd en beschreven. Begin november zijn we met een grote vrachtwagen met onze apparatuur naar Rome ge trokken, waar we nu zes maanden lang kamperen. Al is kamperen niet meteen het juiste woord! Drie van onze medewerkers (roterend uit een pool van zeven) werken zo goed als constant ter plekke. Het is immers erg behoedzaam en geconcentreerd werken. Om dat alles te financieren kreeg ik gehoor bij minister Schauvliege, die snel inzag dat het een enorme kans was om dit waardevolle erfgoed uit onze regio wereldwijd kenbaar te maken. De ontsluiting van al deze manuscripten uit de Vaticaanse bibliotheek is inderdaa d ontzettend goed nieuws. Als je weet wat daar allemaal inzit en als je bedenkt hoe weinig er voor onze komst ontsloten was, mag je gerust spreken van een doorbraak. Eind dit jaar hopen we naar buiten te komen met alle
15
materiaal uit de gedigitaliseerde handschriften. Wat in grote mate ontoegankelijk was, zal dan via de nieuwe digitale databank IDEM (Integrated Database for Early Music) voor iedereen beschikbaar zijn. Ik verzeker u, dat zal in de muziekwereld echt iets teweegbrengen." Collectief geheugen En uiteraard vergeet Bart Demuyt in alle euforie zijn missie niet. "Dit resultaat is niet enkel van betekenis voor de wetenschappers of voor de muzikanten die met oude muziek bezig zijn, maar heeft ook een grote maatschappelijke impact. Neem nu het onderwijs. We zijn ervan overtuigd dat de Polyfonisten van de Lage Landen van dezelfde orde zijn als de Vlaamse Primitieven. Niettemin stellen we vast dat een schilder als Jan van Eyck in grote mate ingang heeft gevonden in het onderwijs, terwijl de naam van een grootmeester als Josquin des Prez helemaal niet tot het collectieve geheugen behoort. Er valt dus nog een hele weg af te leggen. Wij hebben dan ook een dossier ingediend bij het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT) en kregen – als eerste organisatie uit het culturele veld – een fikse toelage, voor verder onderzoek van het Alamire-corpus en tevens voor de valorisatie van dat onderzoek. Het uitgangspunt van IWT/SBO (Strategisch Basis Onderzoek) is namelijk dat je je wetenschappelijke bevindingen op alle mogelijke manieren gaat delen met alle partners binnen de maatschappij die er van kunnen gebruikmaken. En die partners zijn zeer uiteenlopend: het dagonderwijs, deeltijds kunstonderwijs, kunsteducatieve organisaties, professionele muziekensembles en dansgezelschappen, ook amateurgezelschappen, tot zelfs het kleuteronderwijs en de kinderkribbes. Bij al die partners dienen we de overweging te maken hoe we onze kennis kunnen delen. Wat uiteraard evidenter is bij het Huelgas Ensemble van Paul Van Nevel dan voor kleuters en peuters. Hier kan het bijvoorbeeld gaan om het ontwikkelen van speltechnieken om de muziektaal van anno 1500 via een spel ingang te laten vinden bij de jeugd, waardoor de drempel naar de oude muziek voor volgende generaties misschien makkelijker wordt. Vergelijk het met een creatieve puzzel van een Van Eyckschilderij." Gelukkig kan Bart Demuyt bij dit alles rekenen op de steun van trouwe partners. Medewerkers van KU Leuven en Oxford University, van AMUZ én niet het minst van zijn eigen Alamire Foundation. "Ik heb het geluk om daar een heel sterke raad van bestuur achter mij te hebben, onder het stimulerende voorzitterschap van prof. em. Herman Vanden Berghe. Ten slotte hebben we er ook de Universit eit van Antwerpen bij betrokken om het implementatieproces in de maatschappij te begeleiden. En we zijn naar de KU Leuven-ingenieurs van ESAT gestapt. Zij werken nu aan een programma waardoor bij wijze van spreken met één druk op de knop de hedendaagse transcriptie van een oud muziekhandschrift uit de printer rolt. Tot op vandaag is het transcriberen een ontzettend tijdrovende karwei. Als dat lukt, dan staat de hele musicologische wereld op zijn kop. De partner die het laatst in beeld komt is AMUZ (Festival van Vlaanderen – Antwerpen). Dat wordt het trefpunt in 2015. Dan staat Laus Polyphoniae volledig in het teken van de muziek uit de Alamirehandschriften. Daarnaast organiseren we ook een wereldcongres. En Laus Polyphoniae wordt het startpunt voor een reizende tentoonstelling, waarbij we de schatten van Alamire vanuit de insteek van de nieuwste technologie en de jongste wetenschappelijke bevindingen aan de bezoeker zullen tonen. Van Antwerpen gaat de tentoonstelling naar Rome, vandaar naar 's -Hertogenbosch, dan naar London en York om verder heel Europa rond te reizen. Op die manier zal dit rijke muzikale en kunsthistorische patrimonium ver over de grenzen heen worden verspreid."
16
En wie weet, besluit Demuyt, ziet de muziekgeschiedenis van de Lage L anden er binnenkort wel anders uit. "Bij elke stijlperiode hoort een canon, die door een breed publiek wordt gedeeld. Iedereen zal ongetwijfeld Bach noemen voor de barok, Mozart en Beethoven voor het classicisme. We kunnen hier terecht spreken van een canon, omdat heel veel barokke en klassieke muziek beschikbaar is. Vandaag hebben we ook een canon van de polyfonie, maar eigenlijk baseren we die op een veel te klein gebied. We hebben uit die periode ook ontzettend veel anoniem werk. Zodra alles ontsloten is, kan zo'n anoniem werk misschien aan een bepaalde componist worden toegeschreven. Wel, ik durf te beweren dat we pas met zekerheid kunnen zeggen dat Josquin tot de canon van de polyfonie behoort, als het Alamire -corpus en de vele andere werken uit diezelfde periode gedigitaliseerd en onderzocht zijn. Dit digitaliseringsproject voedt ons stap voor stap met nieuwe stof en informatie die op hun beurt de bron worden voor nieuwe projecten." (Leen Boereboom - © Staalkaart, 2013 http://www.staalkaart.be/?q=artikels/een-muzikale-doorbraak)
17
PERSCONTACT AMUZ Klaartje Heiremans +32 (0)3 292 36 58 | +32 (0)499 347 955 |
[email protected] Beeldmateriaal vindt u in het persluik van de AMUZ-website: www.amuz.be/pers Wachtwoord: Pers-W8chtwoord CONTACT ALAMIRE FOUNDATION Klaartje Proesmans +32 (0)16 32 37 46 |
[email protected] www.petrusalamire.com
18
PARTNERS
19