Pensioen
in het kort
1
2
Inhoud 1. Het pensioen in het kort
4
2. Uw ouderdomspensioen in het kort
5
3. Hoeveel (ouderdoms)pensioen krijgt u straks?
7
4. Pensioen voor uw partner en kinderen
10
5. Wanneer verandert uw pensioen?
12
6. Gaat u met pensioen? Pensioenkeuzes!
15
7. Over het pensioenfonds
17
8. Als u een klacht heeft
18
9. Heeft u vragen?
19
10. Lastige begrippen uitgelegd
20
3
1. Het pensioen in het kort Als u binnen de zeevisserij en/of haringgroothandel werkt, bouwt u pensioen op bij de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zeevisserij (Bpf voor de Zeevisserij). Uw pensioen is een belangrijke arbeidsvoorwaarde. Het geeft de zekerheid van een inkomen naast de AOW. Uw pensioen is later een belangrijke inkomensbron. Maar pensioen gaat niet alleen over later. Als u overlijdt, kunnen uw partner en kinderen ook pensioen krijgen. En kunt u niet meer werken door een ziekte of handicap? Dan bouwt u mogelijk toch pensioen op. In deze brochure leest u meer over uw pensioen. Het is een verkorte versie van het pensioenreglement. Het volledige pensioenreglement kunt u inzien op de website van het pensioenfonds www.pensioenfondszeevisserij.nl. Heeft u geen internet? Dan kunt u het pensioenreglement ook opvragen bij Bpf voor de Zeevisserij. Mogelijk ligt het ook ter inzage bij uw werkgever.
4
2. Uw ouderdomspensioen in het kort Iedereen die in Nederland woont en werkt krijgt een AOW-uitkering. Dit is pensioen van de overheid. Dat is op dit moment iets meer dan € 1.100 bruto per maand voor alleenstaanden en ruim € 750 bruto per maand per persoon voor personen die getrouwd zijn of samenwonen. Alleen AOW betekent dus meestal een flinke stap terug in inkomen. Via uw werkgever bouwt u ook pensioen op. Dat is een aanvulling op uw AOW. Beide zijn uw inkomen voor later. Mogelijk spaart u zelf nog extra voor uw pensioen, bijvoorbeeld via een lijfrenteverzekering. Als u stopt met werken, bestaat uw inkomen dus uit de volgende onderdelen: 1. AOW van de overheid; 2. ouderdomspensioen van het pensioenfonds; 3. eventueel: voorzieningen die u zelf treft, zoals een lijfrenteverzekering.
Pensioensoorten bij Bpf voor de Zeevisserij Bpf voor de Zeevisserij kent twee soorten pensioen: 1. Ouderdomspensioen Dit is inkomen voor u als u met pensioen gaat. Als u met pensioen gaat, zorgt het pensioenfonds ervoor dat u iedere maand uw pensioen automatisch op uw rekening krijgt. 2. Nabestaandenpensioen Als u komt te overlijden, heeft uw partner recht op partnerpensioen. Uw kinderen hebben tot hun 18de recht op wezenpensioen. Of tot hun 27ste als ze studeren. Verderop in deze brochure leest u hierover meer.
5
Wie bouwt pensioen op? Als u 21 jaar of ouder bent en werkt in de zeevisserij, bouwt u pensioen op bij Bpf voor de Zeevisserij. Als voor u de CAO voor de Haringpakkers, Schuur-, Erf- en Technisch personeel van toepassing is, bouwt u pensioen op in de regeling voor walpersoneel. Is de CAO voor Trawlvisserij voor u van toepassing? Dan bouwt u pensioen op in de regeling voor zeevarenden.
Handig om te weten. Ieder jaar ontvangt u een Uniform Pensioenoverzicht van het pensioenfonds. In dit overzicht vindt u allerlei informatie over uw pensioen. U leest hier bijvoorbeeld hoeveel pensioen u later ontvangt, hoe het zit met uw pensioen als u arbeidsongeschikt wordt of hoeveel pensioen uw partner krijgt als u komt te overlijden.
AOW-leeftijd. In 2012 lag de AOW-leeftijd nog op 65 jaar. Maar vanaf 2013 is de AOW-leeftijd stapsgewijs verhoogd. Kijk voor meer informatie over de AOW-leeftijd op www.svb.nl.
6
3. Hoeveel (ouderdoms-) pensioen krijgt u straks? U bouwt een pensioen op dat u vanaf uw pensioendatum de rest van uw leven krijgt uitgekeerd. Uw werkgever betaalt mee aan uw pensioen. Iedere maand stort hij een bedrag. Zelf betaalt u ook een deel. Dit houdt uw werkgever in op uw salaris. Op uw loonstrook ziet u hoeveel dit is. Het pensioenfonds beheert dit geld. Hoeveel pensioen u opbouwt, hangt onder andere af van: • Uw salaris. Over het algemeen geldt: hoe hoger uw inkomen, hoe meer pensioen u opbouwt. Hiervoor geldt wel een maximum. U kunt dit maximum vinden op de website van het pensioenfonds. Over het inkomen hoger dan dit maximum, bouwt u geen pensioen op. • Hoe lang u werkt in de zeevisserij of haringgroothandel. Hoe langer u in deze sector werkt, hoe meer pensioen u opbouwt.
Zo wordt uw pensioen berekend 1. Pensioengevend salaris Voor de berekening van uw pensioen kijken we naar uw salaris. Daarmee bedoelen we uw loon in de zin van de wet financiering sociale verzekeringen. Dat betekent dat uw vakantiegeld en overwerk ook meetellen. Krijgt u een 13e maand? Dan kan deze ook meetellen voor uw pensioen. Voorwaarde hiervoor is dat het in uw arbeidsvoorwaarden staat. Het totaal is uw pensioengevend salaris. Belangrijk om te weten is dat u over een deel van uw pensioengevend salaris geen pensioen opbouwt. Bij de berekening van uw pensioen wordt namelijk rekening gehouden met de AOW die u ontvangt. De AOW is als het ware uw pensioen over het deel van uw salaris dat niet meetelt. Dit deel heet de franchise. Aan het begin van ieder jaar wordt de franchise aangepast aan de ontwikkeling van de AOW (voor alleenstaanden). U kunt de 7
franchise terugvinden op de website van het pensioenfonds. Over uw salaris boven de franchise bouwt u wel pensioen op, dit is de pensioengrondslag: Pensioengevend salaris - franchise = pensioengrondslag
2. Opbouwpercentage Het bedrag van het ouderdomspensioen waarop u later aanspraak kunt maken, wordt geleidelijk opgebouwd. Tegenover de premie die u elk jaar betaalt, bestaat recht op een stukje pensioen. Het maakt uit of u zeevarend bent of onder het walpersoneel valt. Walpersoneel bouwen jaarlijks 0,65 % van de pensioengrondslag aan ouderdomspensioen op. Zeevarenden bouwen jaarlijks 1,15 % van de pensioengrondslag aan ouderdomspensioen op. Het walpersoneel heeft jaarlijks per 1 januari of op de datum dat zij in dienst komen de keuze om vrijwillig deel te nemen aan de pensioenregeling voor de zeevarenden en daarmee voor de hogere opbouw.
Rekenvoorbeeld 2015 Hieronder ziet u een voorbeeldberekening van de pensioenopbouw van een medewerker die pensioen opbouwt in de regeling van zeevarenden. Er is gerekend met de bedragen die gelden voor 2015. Bouwt u pensioen op in de pensioenregeling voor walpersoneel? Dan is het opbouwpercentage 0,65% in plaats van 1,15%. De franchise bedraagt in 2015 € 15.460,50. Naam Erik, leeftijd 30 jaar Pensioengevend salaris
€ 35.000 per jaar
Franchise
€ 15.460,50
Pensioengrondslag (pensioengevend salaris – franchise) € 19.539,50 Opbouwpercentage zeevarenden
1,15%
Aantal dienstjaren tot pensioendatum (65 jaar – 30 jaar)
35 jaar
Totaal opgebouwd ouderdomspensioen als Erik 65 jaar wordt 35 jaren x 1,15% x € 19.539,50 = € 7.864,65 bruto per jaar exclusief AOW 8
Deze berekening gaat ervanuit dat het salaris en de franchise hetzelfde blijven. Doorgaans wordt uw salaris hoger met de tijd dat u bij een werkgever blijft werken en zal de franchise ook worden aangepast. Deze verhoging ziet u dan terug in de pensioenberekening. Uw pensioenregeling is namelijk een middelloonregeling waarbij er jaarlijks pensioenopbouw plaats vindt op basis van uw salaris minus de franchise van dat jaar. Walpersoneel bouwt jaarlijks 0,65% op. Walpersoneel heeft de keuze om voor het opbouwpercentage van de zeevarenden te kiezen (1,15%). Hierdoor kunt u meer pensioen opbouwen.
Uw salaris bepaalt de hoogte van uw pensioen. Als u meer gaat verdienen, bouwt u vanaf dat moment ook meer pensioen op. Als u parttime gaat werken en minder salaris gaat ontvangen, bouwt u minder pensioen op.
Middelloonregeling Uw pensioenregeling is een zogenoemde uitkeringsovereenkomst in de vorm van een middelloonregeling. Dit houdt in dat u elk jaar pensioen opbouwt over uw bruto jaarsalaris dat u verdient in dit jaar. U ontvangt dus een pensioen dat is gebaseerd op het salaris dat u heeft verdiend tijdens de jaren dat u deelneemt aan de pensioenregeling.
Is uw pensioen beschermd tegen inflatie Het pensioenfonds probeert ieder jaar uw pensioen te verhogen. Uiterlijk 1 juli van elk jaar neemt het bestuur hierover een besluit. Die eventuele verhoging gaat dan in op 1 juli van dat betreffende jaar. Of een verhoging mogelijk is, hangt af van de financiële positie van het pensioenfonds. Ieder jaar neemt het pensioenfonds opnieuw een beslissing over het wel of niet geven van de toeslag.
Wellicht hebt u ook bij een ander pensioenfonds een pensioen opgebouwd. Als u een overzicht wilt van alle pensioenen die u heeft opgebouwd, kunt u kijken op www.mijnpensioenoverzicht.nl.
9
4. Pensioen voor uw partner en kinderen Als u komt te overlijden, wilt u natuurlijk dat uw partner en kinderen voldoende inkomen hebben om van te kunnen leven. Daarom is er bij Bpf voor de Zeevisserij ook een partner- en wezenpensioen verzekerd. Als u komt te overlijden, krijgt uw partner zijn of haar hele leven een partnerpensioen. De hoogte van dit partnerpensioen bedraagt 70% van het ouderdomspensioen. Overlijdt u vanuit een actief dienstverband of bent u vanuit een actief dienstverband met pensioen gegaan en is uw partner jonger dan 65 jaar? Dan ontvangt uw partner een aanvulling tot 100% van het ouderdomspensioen. Deze aanvulling ontvangt uw partner tot de 65-jarige leeftijd bereikt wordt. Het partnerpensioen eindigt als de partner overlijdt.
Wie is uw partner? Als u komt te overlijden, ontvangt uw partner een partnerpensioen als: • U getrouwd bent; • U geregistreerd partners bent; • U samenwoont en u een samenlevingscontract heeft. In het contract moet onder andere staan vanaf wanneer u samenwoont. Ook als u geen partner heeft, wordt er partnerpensioen opgebouwd. Als u met pensioen gaat kunt u dit inruilen voor extra ouderdomspensioen. U leest hierover meer in hoofdstuk 6.
Pensioen voor uw kinderen Ook kinderen hebben recht op een uitkering als u komt te overlijden: het wezenpensioen. Kinderen krijgen een wezenpensioen tot hun 18e jaar of tot hun 27e jaar als ze studeren.
10
Het wezenpensioen bedraagt 14% van het ouderdomspensioen voor ieder kind. Het wezenpensioen wordt verdubbeld met ingang van de eerste dag van de maand, waarin het kind ouderloos wordt. Moeten nabestaanden pensioen aanvragen? Als u komt te overlijden, krijgen uw nabestaanden bericht van ons over het aanvragen van een partner- of wezenpensioen. Ze hoeven uw overlijden dus niet aan ons door te geven. Wij krijgen hierover namelijk bericht van de gemeente. Woonde u samen en had u uw partner niet bij ons aangemeld? Dan moeten uw nabestaanden na uw overlijden wel de benodigde informatie aan ons doorgeven waarmee wij kunnen vaststellen of, en aan wie wij een partnerpensioen moeten uitkeren. Woonde u in het buitenland op het moment van overlijden, dan is het ook belangrijk dat uw nabestaanden contact met ons opnemen. Wij ontvangen vanuit het buitenland namelijk niet automatisch overlijdensberichten.
11
5. Wanneer verandert uw pensioen? U staat er misschien niet direct bij stil. Maar een verandering in uw persoonlijke situatie kan invloed hebben op uw pensioen. Bijvoorbeeld als u gaat scheiden of als u arbeidsongeschikt raakt. Het is belangrijk dat u hier rekening mee houdt. Hieronder zetten we de belangrijkste gebeurtenissen voor u op een rijtje. Samenwonen en trouwen Als u gaat trouwen of samenwonen, verandert er voor uzelf niet zoveel. Uw partner krijgt dan recht op partnerpensioen. In hoofdstuk 4 kunt u daarover meer lezen.
Uit elkaar gaan Als u en uw partner uit elkaar gaan, is uw pensioen misschien niet het eerste waar u aan denkt. Toch is het belangrijk hierover afspraken te maken. Als u getrouwd was of een geregistreerd partnerschap had, heeft uw ex-partner namelijk recht op een deel van het ouderdomspensioen dat u heeft opgebouwd in de periode dat u getrouwd of geregistreerd partners was. Volgens de wet heeft uw ex-partner recht op de helft van het ouderdomspensioen. U kunt ook samen andere afspraken maken over de verdeling. Deze moet u dan schriftelijk vastleggen, bijvoorbeeld in uw echtscheidingsconvenant. Als u samenwoonde Als u samenwoonde, kunt u het opgebouwde pensioen niet laten verdelen door het pensioenfonds. U zult dan zelf de gemaakte afspraken moeten uitvoeren. Pensioenuitkering en overlijden De pensioenuitkering voor uw ex-partner start tegelijk met uw pensioenuitkering. Uw ex-partner krijgt deze uitkering zolang u leeft. Overlijdt uw ex-partner eerder dan u? Dan krijgt u het deel van het pensioen van uw ex-partner weer zelf uitgekeerd.
12
Overlijdt u eerder dan uw ex-partner? Dan ontvangt uw ex-partner dit deel van uw pensioen niet meer. Mogelijk krijgt uw ex-partner wel bijzonder partnerpensioen. Bijzonder partnerpensioen Als u komt te overlijden, heeft uw ex-partner recht op (een deel van) het partnerpensioen dat u tot aan de scheiding heeft opgebouwd. Dit pensioen heet bijzonder partnerpensioen. Moet u iets regelen? U hoeft uw scheiding niet aan ons door te geven, uw gemeente informeert ons hierover. Geef wel binnen twee jaar aan ons door of, en zo ja hoe, u het pensioen wilt verdelen.
Kinderen Als u kinderen krijgt, verandert er niets aan uw pensioenopbouw. De gemeente brengt het pensioenfonds op de hoogte als u kinderen krijgt.
Werkloos Als u werkloos wordt, stopt de opbouw van uw pensioen. U kunt via Bpf voor de Zeevisserij nog maximaal drie jaar vrijwillig pensioen opbouwen. Dit moet u zelf betalen. De voorwaarde is dat u al tenminste drie jaar pensioen opgebouwd had bij Bpf voor de Zeevisserij.
In of uit dienst gaan Als u van baan verandert, kan dit, afhankelijk van de situatie, gevolgen hebben voor uw pensioen. Er zijn drie situaties mogelijk: U gaat voor het eerst werken binnen de zeevisserij/haringgroothandel Als u gaat werken binnen de zeevisserij en/of haringgroothandel, start u met de opbouw van pensioen bij Bpf voor de Zeevisserij. De minimumleeftijd is 21 jaar. De opbouw start op 1 januari van het jaar waarin u 21 jaar wordt. Heeft u al pensioen opgebouwd bij een ander pensioenfonds of een andere pensioenverzekeraar, dan kunt u de opgebouwde waarde van het pensioen overdragen aan Bpf voor de Zeevisserij. Meer over deze waardeoverdracht leest u de brochure ‘Pensioen en waardeoverdracht’.
13
U verandert van werkgever binnen de sector Verandert u van werkgever, maar blijft u werken binnen de zeevisserij of haringgroothandel? Dan verandert er niets in uw pensioen. Deze bedrijven zijn allemaal aangesloten en maken dus gebruik van de pensioenregeling van Bpf voor de Zeevisserij. U gaat buiten de sector werken Als u vertrekt uit de zeevisserij of haringgroothandel, dan bouwt u geen pensioen meer op bij Bpf voor de Zeevisserij. U kunt de opgebouwde waarde van het pensioen wel overdragen naar de pensioenuitvoerder van uw nieuwe werkgever. Meer over deze waardeoverdracht leest u de brochure ‘Pensioen en waardeoverdracht’. Pensioen zelf voortzetten Heeft uw nieuwe werkgever geen pensioenvoorziening? Of begint u voor uzelf en wilt u toch pensioen opbouwen? Dan heeft u de mogelijkheid tot vrijwillige voortzetting van uw pensioenopbouw bij Bpf voor de Zeevisserij. Dit kan maximaal drie jaar als u zelf de hele premie betaalt, dus inclusief het deel dat uw werkgever betaalde.
Arbeidsongeschikt U kunt ziek worden. Misschien kunt u hierdoor nog maar gedeeltelijk of helemaal niet meer werken. U bent dan (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt. Als u arbeidsongeschikt raakt, kunt u toch (gedeeltelijk) pensioen blijven opbouwen. Het pensioenfonds betaalt uw pensioenpremie namelijk (gedeeltelijk) door zolang u arbeidsongeschikt bent en recht heeft op een WIA- of WAO-uitkering. Hoe groot dat deel is, hangt af van de mate van uw arbeidsongeschiktheid.
Overlijden Als u komt te overlijden hebben uw eventuele partner en kinderen recht op nabestaandenpensioen. Nabestaandenpensioen bestaat uit partnerpensioen en wezenpensioen. Meer hierover kunt u lezen in hoofdstuk 4.
Verhuizen Gaat u verhuizen in Nederland? Dan hoeft u dit niet door te geven aan het pensioenfonds.
14
6. Gaat u met pensioen? Pensioenkeuzes! Voordat u met pensioen gaat, kunt u een aantal keuzes maken waarmee u uw pensioen afstemt op uw wensen. Mogelijk wilt u de eerste jaren meer pensioen en daarna minder. Of misschien wilt u een hoger of lager partnerpensioen. Ongeveer een half jaar voordat u met pensioen gaat, ontvangt u van ons bericht over het aanvragen van uw pensioen. Op dat moment maakt u uw keuzes. Welke keuzes heeft u? Als u met pensioen gaat, heeft u de volgende keuzes: Keuze 1: U kunt eerder met pensioen gaan Wilt u eerder stoppen met werken? Dit kan vanaf 60 jaar. Stem dit van tevoren af met uw werkgever. Eerder met pensioen gaan heeft wel financiële gevolgen. U ontvangt minder pensioen, omdat u minder jaren pensioen heeft opgebouwd en omdat u langer pensioen ontvangt. Houd er verder rekening mee dat u nog geen AOW-uitkering krijgt. In 2012 lag de AOW-leeftijd nog op 65 jaar. Maar vanaf 2013 is de AOW-leeftijd stapsgewijs verhoogd. Kijk voor meer informatie over de AOW-leeftijd op www.svb.nl. Keuze 2: U kunt later met pensioen gaan U kunt ook later met pensioen gaan dan op uw 65-jarige leeftijd. U kunt doorwerken tot uw 70ste. Stem dit van tevoren af met uw werkgever. Als u later met pensioen gaat, stopt de pensioenopbouw wel op uw 65ste. Echter, omdat u de pensioenuitkering uitstelt en de eerste jaren geen pensi-
15
oen ontvangt, is het dan te ontvangen bedrag hoger. U ontvangt daarna dus meer pensioen per maand. Keuze 3: U ruilt het partnerpensioen in voor een hoger ouderdoms pensioen U kunt vóór uw pensioen ingaat het partnerpensioen helemaal of gedeeltelijk omzetten in een hoger ouderdomspensioen. Dit heet uitruil. Uitruil kan zinvol zijn als u geen partner heeft, of als uw partner zelf een goed inkomen heeft. Uw partner moet akkoord gaan met deze keuze. Keuze 4: U wilt eerst meer pensioen en later minder Als u met pensioen gaat, ontvangt u maandelijks een vast bedrag aan pensioen. Maar u kunt er ook voor kiezen om eerst een hoger pensioen te ontvangen en daarna een lager pensioen.
Moet u iets doen? Een half jaar voordat u 65 jaar wordt, ontvangt u van ons een formulier waarmee u uw pensioen kunt aanvragen. Hierop kunt u ook uw keuzes voor het ouderdomspensioen aangeven. Wilt u eerder of later met pensioen? Overleg dan eerst met uw werkgever en neem daarna contact met ons op. Houdt u er wel rekening mee dat u dit op tijd aanvraagt, namelijk drie maanden van tevoren. Alleen dan kunnen wij zorgen dat u uw pensioen op tijd ontvangt.
Rekenen met uw pensioenplanner Op www.pensioenfondszeevisserij.nl vindt u de pensioenplanner. Met de pensioenplanner kunt u de gevolgen van persoonlijke keuzes op uw pensioen nagaan. Hoeveel pensioen ontvangt u bijvoorbeeld als u eerder met pensioen wilt gaan? U kunt ook contact met ons opnemen als u wilt weten wat bepaalde keuzes betekenen voor uw pensioen.
16
7. Over het pensioenfonds U bouwt pensioen op bij Bpf voor de Zeevisserij. Het Bedrijfstakpensioenfonds is een stichting en heeft daarmee geen winstoogmerk. De eindverantwoordelijkheid van het pensioenfonds ligt bij het bestuur. Het bestuur bestaat uit twee werknemersleden, twee werkgeversleden en een onafhankelijk voorzitter. Gezamenlijk nemen zij beslissingen over uw pensioen(regeling), de premies en de toeslag. Het pensioenfonds heeft verschillende advies- en inspraakorganen, zoals de Deelnemersraad en het Verantwoordingsorgaan. De Deelnemersraad behartigt de belangen van de (oud-)deelnemers en gepensioneerden. De Deelnemersraad adviseert het bestuur over bijvoorbeeld premies, beleggingen, toeslag en de inhoud van de pensioenregeling.
Toezichthouders De toezichthouders De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) houden toezicht op het pensioenfonds. DNB ziet erop toe dat de bezittingen van het pensioenfonds in verhouding zijn met onze verplichtingen en dat eventuele tegenvallers kunnen worden opgevangen met de opgebouwde reserves. Het pensioenfonds is verplicht regelmatig aan DNB te rapporteren. De AFM werkt aan eerlijke en transparante financiële markten. Daarnaast houdt de AFM toezicht op de informatie over financiële producten, zoals pensioenen, en op de manier waarop financiële instellingen omgaan met hun klanten.
17
8. Als u een klacht heeft Natuurlijk proberen wij u zo goed mogelijk van dienst te zijn. Bent u toch niet tevreden over onze dienstverlening? Dan vragen we u ons eerst te bellen. Tijdens dit gesprek bespreken we uw klacht. Vaak kunnen we het probleem dan meteen samen oplossen. Ons telefoonnummer is (050) 522 50 22. Als u belt, houd dan uw Burgerservicenummer of pensioennummer bij de hand. Wij kunnen u dan beter van dienst zijn. Als wij telefonisch uw probleem niet oplossen, kunt u er voor kiezen een klacht in te dienen.
Stuur een e-mail of brief U kunt uw klacht per e-mail of per brief indienen. Vermeld hierin:
• • • • •
een duidelijke omschrijving van uw klacht; de reden of redenen van uw klacht; uw adres; uw telefoonnummer; uw Burgerservicenummer of uw pensioennummer.
Onze contactgegevens Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zeevisserij Postbus 11129 9700 CC Groningen e-mailadres:
[email protected]
Wanneer krijgt u antwoord? Binnen vijf werkdagen nadat u uw klacht heeft opgestuurd, krijgt u een ontvangstbevestiging met daarin de datum waarop u uiterlijk antwoord krijgt. Bpf voor de Zeevisserij streeft ernaar uw klacht binnen vijftien werkdagen af te handelen.
18
9. Heeft u vragen? Heeft u na het lezen van deze brochure vragen? Of wilt u meer informatie? Kijk dan op www.pensioenfondszeevisserij.nl. Neemt u dan contact met ons op: (050) 522 50 22, bereikbaar op maandag tot en met vrijdag van 9.00 tot 17.00 uur. E-mailen kan ook:
[email protected]. Postadres: Postbus 11129, 9700 CC Groningen Bezoekadres: Europaweg 27, 9723 AS Groningen Vermeld in uw correspondentie uw pensioennummer. Wij kunnen u dan beter van dienst zijn.
19
10. Lastige begrippen uitgelegd
20
Deelnemer
In een pensioenregeling spreken wij over deelnemers. Dit zijn de werknemers voor wie tijdens een dienstverband premie wordt betaald aan het fonds. Een deelnemer is ook degene, voor wie de pensioenopbouw na het einde van het dienstverband (vrijwillig) wordt voortgezet.
Franchise
Dat is het deel van het salaris waarover geen ouderdomspensioen wordt opgebouwd. Dat is namelijk niet nodig. Iedereen krijgt van de overheid een AOW-uitkering. In 2012 lag de AOWleeftijd nog op 65 jaar. De komende jaren gaat de AOW-leeftijd in stapjes omhoog. Het pensioen van Bpf voor de Zeevisserij komt daar bovenop. De franchise is dus eigenlijk het deel van het loon waarvoor de AOW al in een pensioen voorziet.
Ouderdomspensioen
Het ouderdomspensioen is het belangrijkste onderdeel van de pensioenregeling. Het is een levenslange uitkering die in principe ingaat op de pensioenleeftijd van 65 jaar en stopt als de gepensioneerde overlijdt.
Partnerpensioen
Pensioen ten behoeve van uw partner.
Pensioengevend salaris
Het pensioengevend salaris is dat deel van uw salaris waarover u een pensioen opbouwt. Omdat u ook een AOW-uitkering ontvangt van de overheid, bouwt u niet over uw gehele pensioengevend salaris een pensioen op.
Pensioengrondslag
Dit is het pensioengevend salaris min de franchise (dat deel waarover u géén pensioen opbouwt). Met de pensioengrondslag wordt de hoogte van uw pensioen berekend.
Pensioenpremie
Het geld dat een werkgever periodiek aan het pensioenfonds afdraagt voor de financiering van pensioen.
Waardeoverdracht
Het overdragen van de waarde van pensioenaanspraken om pensioenverlies te voorkomen wanneer een werknemer van werkgever wisselt.
Wezenpensioen
Pensioen ten behoeve van de kinderen van een (gewezen) deelnemer. Uitkering vindt plaats na overlijden van de (gewezen) deelnemer.
21
In deze brochure staat algemene informatie over het pensioenreglement. Hoewel deze brochure met veel aandacht is gemaakt, kan het voorkomen dat informatie gewijzigd, verouderd of onjuist is. Daarom kunt u alleen rechten ontlenen aan het pensioenreglement. De Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zeevisserij is niet aansprakelijk voor schade die iemand ondervindt omdat er onjuiste of verouderde informatie in deze brochure staat.
22
23
Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zeevisserij Postbus 11129 9700 CC Groningen
24