Pedagogisch werkplan
Dagopvang BENJAMIN Ruimte om te groeien
INHOUDSOPGAVE
Woord vooraf
3
1. De Stamgroep
4
2. Welbevinden en ontwikkeling
8
3. Pedagogische doelen
12
4. Begrippenlijst
13
7b.WI.08 Versie 2
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 2 van 16
OPVANG
ONTWIKKELING
ONTSPANNING
OPVOEDING
ONDERWIJS
WOORD VOORAF Voor u ligt het werkplan van de dagopvanggroepen van de locatie: Benjamin Dit werkplan maakt deel uit van ons pedagogisch beleidsplan, het Wasko ABC en het Convenant Kinderopvang. In dit convenant staan de landelijke kwaliteitsregels voor de kinderopvang beschreven. In ons pedagogisch beleidsplan beschrijven wij onze algemene pedagogische visie en werkwijze. Het Wasko ABC geeft praktische algemene informatie, van Aanmelding tot Voeding. Deze drie documenten zijn te vinden op de website van Wasko (www.wasko.nl). In hoofdstuk 1 staat praktische informatie die specifiek voor de op het voorblad genoemde locatie geldt. In hoofdstuk 2 beschrijven wij hoe we met de kinderen omgaan. In hoofdstuk 3 wordt beschreven waar wij de komende periode op onze locatie extra aandacht aan besteden. In de bijlage is een begrippenlijst opgenomen. De onderstreepte begrippen in dit document worden daar toegelicht.
Mocht u na het lezen vragen hebben dan zijn wij graag bereid deze te beantwoorden.
Teamleider: Vestigingsmanager: Datum:
7b.WI.08 Versie 2
Michelle de Groot van Stiphout Marianne Kweekel maart 2015
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 3 van 16
SAMENWERKING
GROEPSOPBOUW
LEIDSTER KIND RATIO
met het onderwijs
VEILIGHEID
ACTIVITEITEN
1. DE STAMGROEP Ieder kind zit in een stamgroep, waar vaste pedagogisch medewerkers werken. Tijdens afwezigheid van de vaste pedagogisch medewerkers streven wij ernaar vaste invalkrachten op de groep in te zetten. Hierdoor zien de kinderen zoveel mogelijk vertrouwde gezichten. Op onze locatie zijn de volgende stamgroepen: Naam Naam Naam Naam Naam Naam
groep: groep: groep: groep: groep: groep:
Kapoentjes Guppies Vlinders Kikkers Bloemetjes Bijtjes
leeftijd leeftijd leeftijd leeftijd leeftijd leeftijd
0 tot 22 maanden 0 tot 22 maanden 22 mnd leeftijd tot 4 jr. 22 mnd leeftijd tot 4 jr. 0 tot 4 jaar 0 tot 4 jaar
Maximum Maximum Maximum Maximum Maximum Maximum
aantal aantal aantal aantal aantal aantal
kinderen: 9 kinderen: 9 kinderen:14 kinderen:14 kinderen:12 kinderen:12
AANTAL PEDAGOGISCH MEDEWERKERS PER KIND
Het aantal aanwezige pedagogisch medewerkers is afhankelijk van het aantal aanwezige kinderen en wordt berekend via de PKR-regeling. Wanneer het aantal kinderen op onze locatie zodanig is dat er slechts één pedagogisch medewerker aanwezig is (conform de PKR-regeling) dan hebben wij, als volgt de achterwacht geregeld: Benjamin heeft 6 dagopvanggroepen. Hierdoor komt het niet voor dat een pedagogisch medewerker alleen aanwezig is. Een aantal groepen op Benjamin wordt door 1 pedagogisch medewerker gedraaid: De Vlinders: maandag, dinsdag en woensdag De Bloemetjes: maandag en vrijdagmiddag. De medewerker van de betreffende groep draait een tussendienst: 08:00- 17:15 uur. Tijdens de dagen dat de groep alleen wordt gedraaid voegen de groepen als volgt samen: de Vlinders met de Kikkers en de Bloementjes met de Bijtjes.
Conform de drie-uursregeling kan het op de volgende momenten voorkomen dat er minder pedagogisch medewerkers ingezet worden dan volgens de PKR-regeling wordt vereist: De Guppies en de Kapoentjes wijken als volgt af: Begin van de dag tussen 08:00 uur en 08:45 uur (45 min). Eind van de dag tussen 16:45 uur en 17:30 uur (45 min). Tijdens de pauze tussen 13:00-15:00 uur (45 min). 7b.WI.08 Versie 2
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 4 van 16
De Bijtjes en de Bloemetjes wijken als volgt af: Begin van de dag tussen 08:00 uur en 08:45 uur (45 min). Eind van de dag tussen 16:45 uur en 17:30 uur (45 min). Tijdens de pauze tussen 13:00-15:00 uur (45 min). De Vlinders en de Kikkers wijken als volgt af: Begin van de dag tussen 08:00 uur en 08:45 uur (45 min.). Eind van de dag tussen 16:45 uur en 17:30 uur (45 min.). Tijdens de pauze tussen 13:00-15:00 uur (1.5 uur). Op Benjamin zijn er minimaal twee pedagogisch medewerkers in opleiding. Daarnaast bieden we gelegenheid voor twee maatschappelijke stages gedurende vakanties.
Verlengd open: Van 7.00 tot 7.30 uur en van 18.00-18.30 uur is Benjamin verlengd open. Bij de 7.00 uur dienst zijn de
diensten van 7.30 uur achterwacht. Van 18.00 tot 18.30 uur is de dienst van 18.00 uur achterwacht voor Benjamin. Samenvoegen van stamgroepen: De kinderen van groep de Kapoentjes worden aan het begin en einde van de dag samengevoegd met een andere groep, namelijk de Guppies, in de ruimte van de Guppies of de Kapoentjes. Een vaste pedagogisch medewerker van de betreffende stamgroep is hierbij aanwezig. De kinderen van groep de Bloemetjes worden aan het begin en einde van de dag samengevoegd met een andere groep, namelijk groep de Bijtjes in de ruimte van de Bloemetjes of de Bijtjes. Een vaste pedagogisch medewerker van de betreffende stamgroep is hierbij aanwezig. De kinderen van groep de Vlinders worden aan het begin en einde van de dag samengevoegd met een andere groep, namelijk de Kikkers in de ruimte van de Vlinders of de Kikkers. Een vaste pedagogisch medewerker van de betreffende stamgroep is hierbij aanwezig. Voor de ouders en kind is inzichtelijk welke ruimte en groep dit is. Dit regelen wij op de volgende wijze: Ouders worden hierover geïnformeerd d.m.v. een briefje op de deur. Samenvoegen i.v.m. de kindaantallen De groepen de Guppies en de Kapoentjes op woensdagen. De groepen de Bloemetjes en de Bijtjes op maandagen. De groepen de kikkers en de vlinders op woensdagen Samenvoegen tijdens de pauzes De groepen de Bloemetjes met de Bijtjes op de maandagen en vrijdagen. De groepen de Vlinders met de Kikkers op de maandagen, dinsdagen en woensdagen. De groepen de kapoentjes en de guppies op de dinsdagen.
7b.WI.08 Versie 2
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 5 van 16
ACTIVITEITEN
Dagritme 7.30 uur 9.30 uur 10.00 uur 10.15 uur 11.15 uur 11.30 uur 12.15uur: 14.15 uur 14.30 uur 15.00 uur 16.15 uur 16.30 uur 18.00 uur
Kinderen komen binnen Fruit eten en drinken Verschonen/toilet Ruimte voor activiteiten Toilet/verschonen Lunch, brood eten Toilet/verschonen en rusten Toilet/verschonen Drinken met een kaakje Ruimte voor activiteit Toilet/verschonen Drinken met vers gesneden groente De laatste kinderen worden gehaald.
Op de dagopvang worden contacten met kinderen uit andere groepen gestimuleerd door het opendeurenbeleid. Dit beleid stimuleert dat kinderen zelf (leren) kiezen met wie en waar ze willen spelen. Op onze locatie geven we op de volgende wijze invulling aan het open deurenbeleid: Op Benjamin staan alle groepsdeuren open waarvan de groep open is. Dit vinden wij een manier van welkom heten. De vier groepen op de benedenverdieping zijn per twee aan elkaar verbonden en hebben hun tussendeur op bepaalde tijden open zodat de kinderen vrij naar de andere groepsruimte te gaan. Indien er een activiteit aangeboden wordt, zijn ze vrij om er aan mee te doen. In de algemene hal worden er structureel activiteiten aangeboden. Kinderen mogen zelf kiezen of ze eraan mee willen doen. Wij houden rekening met de leeftijd die bij de activiteit hoort. VEILIGHEID
Naar aanleiding van een zedenzaak in Amsterdam heeft de commissie Gunning allerlei suggesties gedaan om de veiligheid te vergroten. Wij hechten groot belang aan een open en professioneel werkklimaat, waarbij de drempel om elkaar aan te spreken op bepaalde gedragingen zo laag mogelijk is. Voor zowel ouders als medewerkers hebben we beschreven waar ze terecht kunnen met vragen, signalen en klachten. Wij gaan uit van het ‘vierogenprincipe’. Dit houdt in dat we er zorg voor dragen dat er altijd iemand mee kan kijken of luisteren. Dit doen we onder andere door stamgroepen zo nodig samen te voegen en door de ruimtes transparant te houden. Binnen Wasko zijn er afspraken gemaakt om zorg te dragen voor de veiligheid. Voorbeeld: wanneer ouders hun kind niet zelf komen ophalen, wordt het kind uitsluitend na toestemming van de ouders aan een andere volwassene meegegeven. Elk jaar wordt er een risico-inventarisatie gemaakt inzake (brand)veiligheid, gezondheid en hygiëne. Op onze locatie hebben wij naast de algemene afspraken de volgende maatregelen genomen: Op Benjamin hebben wij een deurcode en geven deze alleen mee aan de ouders of verzorgers. De code wordt ieder jaar vernieuwd.
7b.WI.08 Versie 2
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 6 van 16
Benjamin heeft een schrift waarin staat welke bedrijven mogelijk langs kunnen komen voor een reparatie of iets dergelijks. De afspraak is, indien het bedrijf niet bij ons bekend is of was aangemeld, zij niet binnen gelaten worden. Aan bedrijven of andere onbekenden personen wordt om een identiteitsbewijs gevraagd. De vier groepen beneden hebben een gezamenlijke natte ruimte. Benjamin beschikt over veel ramen, overal is er inkijk in de groepsruimtes. De benedengroepen hebben een tussenverbinding, die bijna altijd open staat of afgesloten is d.m.v. een laag hekje. Op deze manier is er toezicht vanuit de naastgelegen groep.
SAMENWERKING MET HET ONDERWIJS
De samenwerking met het onderwijs stimuleren wij door: Het overdrachtsformulier voorschoolse voorziening. Dit is een observatielijst, die we invullen wanneer een kind bijna vier jaar is en overgedragen wordt aan school. In overleg met ouders sturen wij dit formulier naar de betreffende school. Wanneer er zorgen zijn over de overgang naar school bespreken we dit met ouders en kan er eventueel een mondelinge overdracht plaatsvinden met school, waarin aanpak en zorgen worden gedeeld. Kinderen, die bijna vier jaar zijn, krijgen uitdagende opdrachten en spelmateriaal om hen voor te bereiden en uit te dagen. Het dagverblijf heeft ook overleg met scholen om goed op de hoogte te zijn van wat een kind te wachten staat wanneer hij/zij naar groep 1 gaat, waardoor wij als dagopvang weten hoe we hen kunnen voorbereiden.
7b.WI.08 Versie 2
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 7 van 16
ONDERSTEUNING
AUTONOMIE
STRUCTUUR
COMMUNICATIE
BEGELEI-
STIMU-
DING
LEREN
2. WELBEVINDEN EN ONTWIKKELING Door haar/zijn manier van werken stimuleert de pedagogisch medewerker het welbevinden en de ontwikkeling van de kinderen. Om invulling te geven aan de 5 O’s worden de volgende interactievaardigheden gebruikt: Het bieden van emotionele ondersteuning Tonen van respect voor de autonomie Het bieden van structuur en het stellen van grenzen Praten, uitleggen en luisteren Het begeleiden van de interacties tussen de kinderen Het stimuleren van de ontwikkeling HET BIEDEN VAN EMOTIONELE ONDERSTEUNING
Wij zorgen er voor dat de kinderen zich emotioneel veilig, gerespecteerd, gewaardeerd en geaccepteerd voelen bij ons. Dit doen wij op de volgende manieren: ● Stimuleren van de zelfredzaamheid: wij stimuleren, motiveren en helpen de kinderen tijdens het aan- en uitkleden, opruimen, zelf eten enz.. Wij prijzen en belonen de kinderen als ze dit goed doen. Dat doen we met onze enthousiaste houding, vrolijke intonatie in de stem en klappen in de handen. Kan extra door middel van stickers en beloningskaartjes. ● Wij zorgen ervoor dat de kinderen en ouders het gevoel krijgen welkom te zijn. Dit begint al met een enthousiaste begroeting, we lopen altijd op het kind en ouder af. Als wij bezig zijn met een kind of andere ouder geven wij aan dat we er zo aankomen. Wij vragen hoe het met het kind gaat en of er nog bijzonderheden zijn, zodat we in kunnen spelen op mogelijke zaken die het wel en wee van het kind kunnen beïnvloeden. Op die manier laten wij onze betrokkenheid zien. Wij hebben de deuren naar de hal open en de hekjes dicht. Zo creëren we een warm welkom. ● Wij besteden veel aandacht aan het wennen. Nieuwe kinderen komen tweemaal wennen, eenmaal een uur met de ouders en eenmaal twee uur alleen. We laten de keuze aan de ouder of pedagogisch medewerker. De pedagogisch medewerker bekijkt wat goed is voor het kind. Indien een kind erg aanhankelijk is verzoeken we zonder ouders te wennen. Streven is dat een kind eenmaal slapen en eenmaal eten oefent. Voorafgaand aan het wennen gaat de pedagogisch medewerker van de peutergroep al een keer langs op de babygroep om zijn of haar gezicht te laten zien aan de baby`s die overkomen.
7b.WI.08 Versie 2
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 8 van 16
HET TONEN VAN RESPECT VOOR DE AUTONOMIE
Wij gaan er vanuit dat elk kind uniek is en recht heeft op eigen ideeën en wensen. Het bevorderen van de autonomie vinden wij erg belangrijk. Dit doen wij op de volgende manieren: ● Wij bieden ruimte aan de initiatieven van het kind. Kinderen krijgen de ruimte om ergens voor te kiezen (denk aan het speelgoed, wat te eten enz.). We letten hierbij wel op dat de keuzes bij de leeftijd horen en passen binnen de algemene normen en waarden. Tevens letten wij op dat de kinderen niet te veel keuzes krijgen, zodat het voor hen duidelijk en overzichtelijk blijft om een bewuste keuze te maken. ● Wij observeren de kinderen in hun spelgedrag en geven ze de ruimte om zelf dingen op te lossen. Als er een situatie is tussen twee kinderen kijken we eerst of het ze lukt hier samen uit te komen. Indien dit niet lukt, bieden we hulp. We grijpen in als de veiligheid van het kind in gevaar komt. We leren de kinderen om het na een conflict het goed te maken, d.m.v. een kusje te geven, een knuffel of sorry te zeggen. ● Wij bieden speelgoed aan in open kasten en doorzichtige bakjes zodat ze zien wat er inzit en weten waar ze uit mogen kiezen. We stimuleren ze het speelgoed uit die kasten zelf te pakken. ● We geven de kinderen ruimte om te praten en een gesprek te leiden. We geven kinderen dan individuele aandacht. We stellen open vragen maken oogcontact en gaan daarvoor als we staan door onze knieën. ● We stimuleren de kinderen te praten over hun gevoelens. Dit doen we door gevoelens te benoemen en uit te leggen zodat zij de emotie gaan herkennen. Zij leren zo dat er ruimte is om gevoelens te uiten en hoe ze dit kunnen doen. We benoemen onze eigen emotie (ik ben nu zo blij/boos of verdrietig) ,maar ook hun emotie (ik zie dat je blij/verdrietig bent) en vragen ze waarom ze blij of verdrietig zijn. Zo leren ze hun non-verbale emotie verbaal te maken. HET BIEDEN VAN STRUCTUUR EN STELLEN VAN GRENZEN
Kinderen ontwikkelen zich het beste in een liefdevolle, veilige omgeving. Door regels te stellen en structuur te bieden, krijgen kinderen vat op hun omgeving. Wij zorgen voor een veilig klimaat door: ● Gebruik te maken van dagritmekaarten en pictogrammen omdat kinderen behoefte hebben aan een duidelijk ritme en herkenbaarheid. Ook hebben we opruimkaarten – pictogrammen en doorzichtige opruimbakken. Deze zijn te vinden in de kasten waar het speelgoed ligt zodat de kinderen weten waar het speelgoed hoort. ● Gebruik te maken van een nadenk/time-outstoeltje. Dit doen we zodat het kind even de ruimte krijgt om na te denken over een negatieve situatie. Na tweemaal waarschuwen moet het kind hierop plaatsnemen om na te denken wat er fout ging. Kinderen zitten maximaal een minuut per leeftijd op het nadenkstoeltje. Na de denktijd bespreken we en evalueren we de situatie zodat het kind hiervan iets kan leren. ● We geven kinderen de keuze bij het eetmoment maar wel met duidelijke grenzen. We bieden alleen gevarieerde gezonde voeding aan. Kinderen krijgen eerst een boterham gezond met melk of water. Daarna een tweede boterham of evt. een cracker. We praten over gezond en minder gezond eten. We bieden de kinderen variatie. Appelstroop valt onder gezonde voeding en mag als eerste boterham. Het zelfstandig smeren bekijken we naar de ontwikkeling van het kind. Wanneer kinderen 3 jaar zijn mogen ze zelfstandig eten aan een apart gedekte tafel. ● De kinderen hulp te bieden bij het wisselen van een activiteit. Wij bereiden kinderen voor door hen ruim van te voren aan te geven dat er een andere activiteit gaat plaatsvinden en wat er van hen wordt verwacht. Bijvoorbeeld: zo meteen gaan we opruimen en dan aan tafel om te eten.
7b.WI.08 Versie 2
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 9 van 16
●
●
Eén of twee kinderen per dag speciale aandacht te geven. Dit doen we in de vorm van een hulpje van de dag (ster van de dag). Een kind vanaf twee jaar mag deze dag keuzes maken (welke kleur beker, naast welk kindje of juf zitten en overal mee helpen zoals de tafel dekken ed.) Familiemuur, op iedere groep is er op een zichtbare plek voor de kinderen een familiemuur. Daar hangen foto’s van de familie van de kinderen.
COMMUNICATIE: PRATEN, UITLEGGEN EN LUISTEREN
Wij maken de buitenwereld en gevoelswereld voor kinderen begrijpelijk door te praten, uit te leggen en naar de kinderen te luisteren. ● Wij stimuleren de taalontwikkeling op de volgende manieren: - Wij zingen minimaal eenmaal per dag liedjes; zo leren en herkennen kinderen woorden. - Wij hebben de hele dag door één op één gesprekjes met de kinderen. We dagen ze uit tot vertellen door open vragen te stellen. We dwingen kinderen niet tot praten! - Tijdens alle activiteiten vertellen we wat we aan het doen zijn. Dit is herkenbaar voor kinderen en ze horen veel herhaling, bv. ik ga nu de tafel dekken met de borden en het bestek enz. - Wij stimuleren kinderen door hun emotie te laten benoemen. Dat kan door je eigen emotie te benoemen, ik ben nu zo blij/boos of verdrietig. Maar je kunt ook hun gedrag benoemen, bv. ik zie dat je blij/verdrietig bent. We vragen aan het kind waarom ben je blij of verdrietig? Zo leren ze hun emotie te uiten zowel verbaal als non-verbaal. - In groepsgesprekken krijgen alle kinderen even de aandacht en stimuleren we ze tot vertellen. Zo stimuleren ze elkaar en gaan ze enthousiast vertellen. Stille afwachtende kinderen worden zo uitgelokt hierin mee te gaan. De stille afwachtende kinderen helpen we met vertellen door vooraf met ze voor te bereiden wat ze hebben gedaan. Dit doen we minimaal eenmaal per dag. ● Wij communiceren op de volgende manier met de ouders: - Wij besteden veel aandacht aan het haal- en brengmoment. Wij stimuleren de kinderen (afhankelijk van de ontwikkeling van het kind) zelf te vertellen aan de ouders wat hij of zij die dag heeft gedaan. - De pedagogisch medewerkers van Benjamin vertellen vanuit de visie de 5 O’s; Opvoeding, Opvang, Ontwikkeling, Ontspanning en Onderwijs, hoe de dag verlopen is. We geven advies en informatie over het wel en wee van hun kind. - Indien een kind niet komt opdagen, bellen wij altijd de ouder of verzorger. Wij vragen naar de reden van het wegblijven. Indien een kind zo ziek is dat hij/zij niet mee kan doen aan het groepsproces, nemen we contact op met de ouder of verzorger en vragen we hen om hun kind te komen halen. HET BEGELEIDEN VAN DE INTERACTIES TUSSEN DE KINDEREN
Wij stimuleren de verbondenheid in de groep en het wij-gevoel op de volgende manieren: ● Tijdens de dag gaan we meerdere momenten gezamenlijk aan tafel. We ruimen gezamenlijk op en hebben gezamenlijke activiteiten. Tijdens de tafelmomenten geven we alle kinderen de ruimte om te praten en stimuleren ook het samen praten over of met elkaar (zie hierboven benoemd). Tevens geven we de kinderen de mogelijkheid om te bidden voor het eten. Zo creëren we een wij-gevoel. ● We communiceren met kinderen door op hun hoogte te praten (door de knieën), oogcontact te maken en niet verder dan twee meter van hen vandaan te staan. Alleen in noodgevallen en onveilige situaties roepen we op afstand. In alle andere gevallen lopen we naar de kinderen toe. 7b.WI.08 Versie 2
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 10 van 16
●
We stimuleren kinderen tot samenspel. We bieden activiteiten aan op meerdere plekken in de eigen groep of op andere groepen. De kinderen mogen hier vrijwillig aan deelnemen. Indien kinderen hier moeite mee hebben, stimuleren we ze door ze aan te zetten tot spel. We gaan met het kind naar een activiteit blijven erbij tot hij/zij het op zijn/haar gemak is. Herhalen is hier belangrijk. De eerste keer zal het kind gelijk mee terug willen maar als je dit herhaalt leert het kind dat samenspel leuk kan zijn.
HET STIMULEREN VAN DE ONTWIKKELING
Wij laten kinderen ‘groeien’ door ze nieuwe ervaringen op te laten doen. ● Wij spelen minimaal eenmaal per dag (afhankelijk van het weer) actief buiten. Wij bieden minimaal één spel aan wat past bij het thema en de ontwikkeling van de kinderen. Als het nodig is, splitsen we de groepen op en gaan we naar het babyplein. Wij zorgen ervoor dat we als pedagogisch medewerker met een actieve houding, gericht op de kinderen, op het plein staan of rondlopen. ● Wij spelen actief binnen. We hebben meerdere speelhoekjes of creëren speelhoekjes zoals een parcours uitzetten om te gymmen. Wij werken met een activiteitenplanning met vaste thema’s, we gebruiken de ’piramideboeken’ vanuit de peuterspeelzaal. We richten de groepen per thema in met een themahoek. De activiteiten worden afgestemd op het niveau en aandachtsgebied van de kinderen. Uitgangspunt voor de activiteiten zijn de 5 O’s van de visie van WASKO. De tussendeuren zijn open op de baby- en verticale groepen. Dit doen we zodat we de kinderen de ruimte geven een ander groep te verkennen en te kiezen waar ze willen spelen. ● Wij observeren doorlopend de kinderen met als doel in te spelen op de aandachtsgebieden van de kinderen. Wij hanteren de werkwijze “focus op kinderen” en het formulier “specifieke aanpak per kind”. Wij kijken gericht of er een specifiek aanpak nodig is bij het kind. Te denken valt aan extra zorg/ondersteuning/advies/hulp bieden, maar ook aan uitdagingen aanbieden bv als het kind zich sneller ontwikkelt dan anderen. ● Wij stimuleren de ontwikkeling van de zelfredzaamheid. We leren de kinderen zichzelf aan- en uit te kleden en hun jassen en schoenen zelf aan te doen. Maar ook waar alle spullen en speelgoed horen zodat ze leren opruimen. We leren ze ook zelf naar het toilet te gaan. We helpen ze hiermee door het voor te doen, het samen te doen en de kinderen te belonen. We werken met beloningen in de vorm van het enthousiasme van de pedagogisch medewerkers, stickers en kaarten.
7b.WI.08 Versie 2
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 11 van 16
3. PEDAGOGISCHE DOELEN Ieder jaar spreken wij drie pedagogische doelen af waar we op onze locatie extra aandacht aan besteden. Deze doelen komen tot stand in samenspraak met de oudercommissie. In de periode van 01-01-2015 tot 31-12-2015 staan de volgende doelen centraal: Doel 1: Het aanbieden van gerichte activiteiten die aansluiten bij de ontwikkeling van de kinderen. Actie: Er wordt een gewerkt vanuit de methodeboeken van Piramide en brengen een verdieping aan, aan een thema. Er wordt gewerkt met een thema jaarplanning. Beoogd resultaat Door een bewuster aanbod van activiteiten wordt er een hogere stimulering van de ontwikkeling van de kinderen bereikt. Doel 2: De woordenschat en eigenwaarde verhogen van het kind. Instrument: Interactief voorlezen Acties: Actief gebruikmaken van de nieuw ingerichte voorleesbibliotheek in de hal. Samenwerken met de bibliotheek wordt verder uitgebreid. De kinderen betrekken bij het verhaal, de kinderen de ruimte geven om mee te praten en ideeën naar voren te brengen en mee te denken en oplossingen te zoeken. Beoogd resultaat:
de kinderen meer kennis laten maken met actief lezen, waardoor er aan alle interactieve vaardigheden aandacht wordt gegeven door de pedagogisch medewerkers. Het voorlezen wordt gekoppeld aan het thema van het moment, het zal heeft. Door de kinderen actief te betrekken bij een verhaal leren ze meer dan wanneer ze niets inbrengen en stil moeten blijven zitten
Doel 3
Verbouwen van voeding en gezonde voeding aanbieden.
Acties
Voedingsbeleid voor Benjamin schrijven met de pedagogisch medewerkers. Uitgaande van gezonde voeding en uitgaande van de uitgangspunten van het voedingsadvies van Wasko en het voedingscentrum. Moestuin aanleggen waar iedere groep eigen groentes kweekt en verzorgt. Gezonde voeding interessanter maken door het op een uitnodigende manier aan te bieden of met ze te kopen en koken.
Beoogd resultaat:
Kinderen bewuster maken van voeding en wat ze eten en waar het vandaan komt.
Het pedagogisch werkplan wordt jaarlijks geëvalueerd en op basis daarvan bijgesteld
7b.WI.08 Versie 2
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 12 van 16
BEGRIPPENLIJST Begrip Stamgroep Vaste pedagogisch medewerker (pm’er) dagopvang
Stamgroepruimte Vaste ruimte in relatie tot het halen en brengen
Vaste ruimte in relatie tot samenvoegen groepen op bepaalde dagen
Incidenteel extra dag(deel) afnemen
7b.WI.08 Versie 2
Definitie Een vaste groep kinderen in de dagopvang met vaste pedagogisch medewerkers* met een vaste ruimte. Een pedagogisch medewerker die toegewezen is aan een vaste stamgroep per opvangdag.
Een vaste, passende ingerichte ruimte waar het kind in de dagopvang het grootste deel van de dag aanwezig is. In principe hebben alle kinderen een vaste stam-/basisgroep. Wel kan besloten worden om kinderen in een andere ruimte te ontvangen of weer op te laten halen waarbij een vaste pedagogisch medewerker aanwezig is. Voor zowel kinderen als ouders moet inzichtelijk zijn welke ruimte dit is. Indien het kindaantal het toelaat, kunnen stamgroepen samengevoegd worden tot één groep waarbij in principe een vaste pedagogisch medewerker aanwezig is, uitgaande van een kloppende PKR. Voor zowel kinderen als ouders moet inzichtelijk zijn welke ruimte en welke groep dit is.
Een dag(deel) waarvoor opvang wordt afgenomen welke buiten de vaste contracturen valt.
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Opmerkingen * Dit geldt voor het structurele rooster, behoudens ziekte, (bij) scholing, verlof of vakantie. Aan één kind worden maximaal 3 vaste pedagogische medewerkers gekoppeld. Per opvangdag is minimaal één van deze pedagogisch medewerkers werkzaam op de groep van dat kind. Deze pedagogisch medewerker is tevens het vaste aanspreekpunt voor ouders. Indien in grotere groepen met drie pedagogisch medewerkers tegelijk wordt gewerkt**, dan worden er maximaal 4 vaste pedagogisch medewerkers toegewezen. ** Afhankelijk van de samenstelling van de groepen en PKR.
Het gaat hierbij om het begin en het eind van de opvangdag.
Bijvoorbeeld tijdens vakanties en dagen met een (structureel) lage bezetting.
Voorwaarde is dat maximale stamgroepsgrootte / basisgroepsgrootte evenals het aantal pedagogisch medewerkers gehandhaafd blijft (PKR). Convenantpartijen zijn van mening dat geborgenheid en gevoel van veiligheid voor kind en voor de groep als geheel voorop staan.
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 13 van 16
Structureel dag(deel) op andere vaste groep
Uitgangspunt is dat bij het afnemen van een extra dag(deel) het kind in de oorspronkelijke stam-/basisgroep geplaatst wordt. Wanneer de groepsgrootte het niet toelaat het kind een extra dag(deel) in deze groep te plaatsen, kan in overleg met ouders besloten worden het kind voor die dag/dagdeel in een andere vaste groep te plaatsen.
Schriftelijke toestemming van ouders is nodig. Indien deze situatie zich voordoet, mag een kind in maximaal 1 andere groep geplaatst worden, waarbij de eis van maximaal 2 stamgroepruimtes niet wordt losgelaten. Zodra plek is op de oorspronkelijke stamgroep wordt het kind automatisch overgeplaatst (dit wordt tevens vermeld in de plaatsingsovereenkomst, inclusief de uiterste datum die volgt uit de planning van het kindercentrum). Ondernemer moet (op verzoek van inspecteur) kunnen aantonen dat niet eerder in oorspronkelijke groep plek was. Indien de ouder het kind liever op de andere groep wil laten plaatsen dan dient hiervoor een regulier overplaatsingsverzoek ingediend te worden.
Achterwachtregeling dagopvang
Indien de mogelijkheid bestaat dat er slechts één pedagogisch medewerker aanwezig is, op het moment dat er kinderen aanwezig zijn op de vestiging, is er een achterwachtregeling van toepassing. Deze regeling houdt in dat in geval van calamiteiten er een achterwacht beschikbaar dient te zijn die binnen ambulance-aanrijtijden in de vestiging aanwezig kan zijn. Inzichtelijk moet zijn wie deze persoon is en waar deze te bereiken is. Tevens dient deze achterwacht tijdens de openingstijden bereikbaar te zijn. Een meerderjarig persoon met wie de aanbieder aantoonbaar de afspraak heeft gemaakt dat deze wordt ingezet in geval van een noodsituatie. Wettelijke toegestane norm vanaf het moment dat melding is gedaan is opgenomen in de Wet Ambulancezorg.
Deze achterwachtregeling is niet van toepassing tijdens 3-uursregeling.
Achterwacht
Ambulanceaanrijtijden
7b.WI.08 Versie 2
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 14 van 16
Drie-uursregeling
Opendeurenbeleid
7b.WI.08 Versie 2
Voor de flexibiliteit in de organisatie is het mogelijk dat in de dagopvang ten hoogste drie uur per dag (niet aaneengesloten) minder beroepskrachten worden ingezet dan volgens de pedagogisch medewerker – kind ratio is vereist, maar nooit minder dan de helft van het benodigde aantal pedagogisch medewerkers. Is er in zo’n situatie slechts één pedagogisch medewerker in het kindercentrum, dan is er ter ondersteuning ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig. Afwijken van de vereiste pedagogisch medewerker – kindratio is niet toegestaan tussen 09.30 en 12.30 uur en tussen 15.00 en 16.30 uur. Vóór 09.30 uur en na 16.30 uur mag de afwijking van de pedagogisch medewerker – kindratio niet langer duren dan anderhalf uur aaneengesloten en in de pauzeperiode tussen 12.30 en 15.00 uur niet langer dan twee uur aaneengesloten. Dit alles met een maximum van drie uur per dag. In de informatie voor ouders wordt expliciet beschreven hoe invulling wordt gegeven aan de inzet van pedagogisch medewerkers een de randen van de dag en tijdens de middagpauze. Er wordt concreet aangegeven op welke tijdstippen wordt afgeweken van de vereiste pedagogisch medewerkerkindratio. Een pedagogische methode waarbij kinderen de gelegenheid krijgen om binnen de locatie, buiten de eigen vaste ruimte met kinderen van andere groepen te spelen.
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
In het pedagogisch beleidsplan wordt beschreven hoe aan het open deurenbeleid invulling wordt gegeven.
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 15 van 16
Wenbeleid
Wenbeleid extern
PKR-regeling
7b.WI.08 Versie 2
Beleid dat beschrijft hoe omgegaan wordt met kinderen die doorstromen naar een andere groep binnen een kindercentrum. Er wordt voldoende tijd en aandacht besteed aan de versoepeling van de overgang naar een nieuwe situatie voor het kind. Afspraken over het wennen worden gemaakt in overleg met de ouders. Indien voor een bepaalde periode op een dag gewend wordt, mag de PKR voor beide groepen (de stamgroep waar het kind vandaan komt en de stamgroep waar het kind naar toe gaat) in totaal bepaald worden. Het kan hierbij gaan om: - kinderen die de leeftijd hebben om naar een andere groep door te stromen. - kinderen die eerder toe zijn aan een volgende groep en alvast gaan spelen op de nieuwe groep. - kinderen die een aangepast wenbeleid nodig hebben omdat ze vanwege hun ontwikkeling((s)niveau) later dan de leeftijd waarop ze door zouden moeten schuiven, overgaan naar de volgende groep. Beleid dat beschrijft hoe omgegaan wordt met het wennen van kinderen die instromen op een kindercentrum. Er wordt voldoende tijd en aandacht besteed aan het wennen aan de nieuwe situatie voor het kind. Afspraken over het wennen worden gemaakt met de ouders. Zie de nieuwe PKR-rekentool op de website.
Documentverantwoordelijke: Teamleider
Ingangsdatum: maart 2015
Evaluatiedatum: april 2016
Pagina 16 van 16