RIS134452a_04-JAN-2006
Opmaat nieuwe raad
Gemeente Den Haag, november 2005
Inleiding Het gaat goed met het dualisme in Den Haag. Met ruim drie jaar ervaring daarmee en nieuwe verkiezingen op komst heeft het presidium van de Haagse gemeenteraad het duaal functioneren in de achterliggende periode aan een terugblik onderworpen. Hierbij zijn tevens betrokken: - het rapport van de Stuurgroep Evaluatie Dualisering Gemeentebestuur (Stuurgroep Leemhuis) “Aangelegd om in vrijheid samen te werken, dualisering: bijsturing geboden”, december 2004; - het derde jaarbericht van de Begeleidingscommissie Vernieuwingsimpuls “Effecten van dualisering voor burgers: beweging naar buiten?”, maart 2005. Beschikkend over de ervaringen die de huidige raad heeft opgedaan, is de nieuwe raad aan zet om nieuwe werkwijzen te kiezen of bestaande te veranderen. Daarom gaat deze terugblik vergezeld van aanbevelingen aan het adres van de nieuwe raad om het duaal functioneren van de raad verder te optimaliseren.
Terugblik 7 maart 2002 betekende een keerpunt in de ontwikkeling van het lokaal openbaar bestuur. Op deze dag trad de Wet dualisering gemeentebestuur in werking. Bevoegdheden van raad en college werden ontvlochten. Ook had de wetgever de bedoeling om via het dualisme de kloof tussen burger en bestuur te verkleinen. De invoering van het dualisme in Den Haag is vooral vorm gegeven op basis van de aanbevelingen van de (bestuurlijke) Commissie Werkwijze Gemeenteraad, die – onder voorzitterschap van de burgemeester – ultimo 2001 een eindrapportage uitbracht. Hoewel niet met zoveel woorden terug te vinden in de wet, werd met de introductie van het dualisme een drietal rollen van de raad onderscheiden: een kaderstellende, een controlerende en een volksvertegenwoordigende rol. Na bijna vier jaar jaar ervaring kan worden vastgesteld dat de raad de drie rollen in het algemeen enthousiast en actief heeft opgepakt. De bestuurlijke processen verlopen in Den Haag goed en de besluitvorming door de raad vindt altijd tijdig plaats. Op onderdelen zijn natuurlijk altijd nog verbeteringen mogelijk of wenselijk: - controleren: minder maar scherper gebruik maken van de instrumenten; - kaderstellen: debat voeren op echte politieke afwegingen op hoofdlijnen, bij voorbeeld op basis van alternatieven en scenario’s en minder op details; - volksvertegenwoordigen: al veel initiatieven genomen; voortgaan op de weg om als raadsleden en als fracties “de stad in te gaan”. De kloof tussen burger en bestuur wordt op zichzelf uiteraard niet kleiner door een structuurwijziging als het dualisme. Concrete maatregelen daarentegen kunnen wèl bijdragen aan verkleining van de kloof. Op dit gebied heeft de raad de afgelopen periode tal van interessante en veelbelovende initiatieven genomen: werkbezoeken en andere bijeenkomsten van vakcommissies en stadsdeelcommissies, TV- en internetuitzendingen van raads- en commissievergaderingen, voorbeschouwingen en samenvattingen, teletekst, radiospotjes, politiek portaal, een maatschappelijke verkenning en het burgerinitiatief. Het dualisme in Den Haag heeft, zo lijkt het, veel los gemaakt aan vormen van bestuurlijke vernieuwing. Zie in dit verband ook de uitkomsten van de Stadsenquête 2005 (bijlage 1). In korte tijd heeft de raad alle werkwijzeverordeningen en daarmee de werkwijzen zèlf aangepast aan het duale stelsel. Tussentijds zijn de verschillende werkwijzen geëvalueerd en zo nodig zijn beperkte wijzigingen of aanvullingen doorgevoerd. (Zie voor een overzicht van
2
deze evaluaties: bijlage 2). In het kader van een recente evaluatie van het Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad en van de Verordening raadscommissies zijn wederom enkele voorstellen tot wijziging respectievelijk aanpassing geformuleerd (bijlage 3). Omdat het functioneren van de stadsdeelcommissies onderwerp van extern onderzoek is, vallen deze commissies buiten het bestek van deze opmaat. Vastgesteld kan worden dat de duale structuur van de raad – met inbegrip van de instrumenten van de raad – goed op orde is. Het verdient dan ook aanbeveling het voorlopig te doen met deze instrumentele vo rmgeving. Winst kan nog wel worden geboekt op het gebied van de cultuur – of zo men wil: de omgangsvormen – van de raad. Met name hierover worden onderstaand enkele aanbevelingen gedaan. De scheiding van verantwoordelijkheden, die eigen is aan het duale stelsel, heeft bijgedragen aan een zekere verwijdering tussen college en raad. Deels is dit begrijpelijk. Er is nu eenmaal sprake van een bepaald – op zichzelf gezond – spanningsveld, zowel ambtelijk als bestuurlijk. Daarnaast kan echter ook een zekere neiging bestaan tot departementaal denken bij collegeleden. Zo kunnen raad en college meer tegenover elkaar komen te staan (‘wij – zij”) dan wenselijk en nodig is. Bij dit beeld past dat collegeleden volgens het huidige gebruik in de raad uitsluitend verschijnen “op uitnodiging”. Een goede informatieverstrekking van het college aan de raad is essentieel1 . Over de kwaliteit van de bestuurlijke stukken zijn afspraken gemaakt tussen raad en college. Toch blijft hier een opvallend spanningsveld bestaan: hoewel de raad een nota op hoofdlijnen wenselijk acht, wordt in het debat nog vaak ingegaan op details. Dat het college met zijn informatieverstrekking hierop pro-actief inspeelt is dus heel voor de hand liggend. Het zegt overigens wel iets over de sterk uiteenlopende opvattingen in de raad over informatiebehoefte, sturing en controle.
Aanbevelingen Op grond van de ervaringen uit de (bijna) afgelopen raadsperiode worden ten behoeve van de nieuwe raad de volgende aanbevelingen gedaan: 1. Bij voorkeur vóór het zomerreces van 2006 wordt een één- of meerdaagse retraite van de nieuwe raad georganiseerd, waarbij in elk geval aandacht wordt besteed aan kennismaking, debatcultuur en politieke omgangsvormen. 2. Bij de selectie van kandidaten voor het commissievoorzitterschap wordt naast de politieke verhoudingen in de raad ook gekeken naar de kwaliteiten van individuele raadsleden voor deze functie. 3. Er komt een pool van commissievoorzitters, die wat minder gebonden zijn aan vaste commissies, zodat men elkaar makkelijk kan verva ngen. 4. Om de inhoudelijke kwaliteit van het debat in raad en commissies te vergroten wordt het mogelijk gemaakt dat per fractie verschillende woordvoerders over één onderwerp het woord voeren. Voorwaarde hierbij is dat er een spreektijdbeperking geldt. 5. Voor vergaderingen van raad en commissies wordt een sprekerslijst geïntroduceerd.
1
Rapport Stuurgroep Leemhuis, aanbeveling 8.
3
6. De voor raadsvergaderingen geldende spreektijden zijn all- in, met dien verstande dat de spreektijden voor interpellatie en tweeminutendebat hierbij buiten beschouwing blijven. 7. Integraliteit van de besluitvorming en het politieke debat kunnen ook worden bevorderd door een of meer Commissies Grote Projecten in te stellen. Dat zijn (tijdelijke) raadscommissies die voor de duur van een bepaald project van grote omvang of complexiteit door de raad zijn ingesteld op voorstel van het presidium. 8. Om het gevoel en de beeldvorming van “samen gaan voor te stad” te bevorderen is het gewenst dat het voltallige college aanwezig is bij de raadsvergaderingen2 . 9. Met erkenning van de partijpolitieke verschillen is het wenselijk dat raadsleden elkaar steunen daar waar het gaat om het handhaven van het gezag, de bevoegdheden en de instrumenten van de raad. 10. Voor het presidium wordt een aanvullende c.q. verduidelijkende taakomschrijving opgesteld. 11. Bij de samenstelling van het presidium wordt mede rekening gehouden met de persoonlijke kwaliteiten van individuele raadsleden voor deze functie (bestuurlijke ervaring, bekendheid met bestuurlijke processen, etc.). 12. Zodra de wet zulks mogelijk maakt, voorziet de raad zèlf in zijn voorzitterschap3 . Het aldus tot voorzitter gekozen raadslid is tevens voorzitter van het presidium. 13. Een goed samenspel tussen burgemeester en waarnemend raadsvoorzitter wordt bevorderd 4 . 14. Het presidium moet de regie krijgen over het proces van de raadsvergadering 5 . De voorzitter van het presidium is de waarnemend voorzitter van de raad en stuurt namens de raad de griffier aan.
2
Rapport Stuurgroep Leemhuis, aanbeveling 2. Rapport Stuurgroep Leemhuis, aanbeveling 4. 4 Rapport Stuurgroep Leemhuis, aanbeveling 12. 5 Rapport Stuurgroep Leemhuis, aanbeveling 13. 3
4
Bijlage 1 Tekst overgenomen uit Steekproef onder 325 inwoners in het kader van de Stadsenquête 2005 30. Raads - en commissievergaderingen De gemeente wordt bestuurd door het college van burgemeester en wethouders en de gemeenteraad. Deze vergaderen meestal elke drie weken in raadsvergaderingen. In 2004 is een uitgebreid hoofdstuk geschreven over de bekendheid, het gebruik en de beoordeling van de informatievoorziening rond de raadsvergaderingen. Dit jaar is door middel van een beperkte steekproef (n=325) gekeken of er op stadsniveau veranderingen zijn opgetreden. Ook is de Hagenaars gevraagd of ze het eens zijn met het huidige beleid om de raadsvergaderingen voor een zo groot mogelijk publiek toegankelijk te maken. Tot slot is er uitgebreid ingegaan op ideeën, verbetermogelijkheden en discussiepunten voor de toekomst. 30.1 Bekendheid en gebruik diverse informatievormen raads- en commissievergaderingen Onderstaande tabel geeft inzicht in de bekendheid en het gebruik van de informatievormen over de raads- en commissievergaderingen. De informatie die verspreid wordt via de Posthoorn kent met 39% het hoogste (lees-)bereik, de raadsvergaderingen via Den Haag TV zijn bij bijna drie op de tien Hagenaars bekend en veel van hen hebben ook wel eens (even) gekeken. De informatie via internet is te zien op www.denhaag.nl en politiek.residentie.net. De percentages zijn vergelijkbaar met het afgelopen jaar. Tabel 30.1: Perc. Hagenaars dat bekend is/gebruik maakt van informatie (excl. weet niet)
Gebruik
Bekendheid 2004 (Samenvattingen van) raadsvergaderingen via Den Haag TV 29% (Samenvattingen van) raads- en commissievergaderingen via internet 10% Informatie over vergaderingen in Posthoorn 36% Informatie over vergadering op Infothuis 17% Stadsdeelcommissies met raadsleden 35%
2005 27% 17% 39% 20% 39%
2004 18% 3% 25% 9% 7%
2005 15% 4% 26% 10% 7%
Ja, vaker 2% 1% 10% 3% 2%
Enkele keer 13% 3% 16% 7% 5%
30.2 Beoordeling toegankelijk maken raadsvergaderingen Bijna acht op de tien Hagenaars vindt het positief dat de gemeente probeert de raadsvergaderingen voor een zo groot mogelijk publiek toegankelijk te maken en 7% vindt van niet. Tabel 30.2a: Belangrijk dat gemeente probeert de raadsverg. voor een zo groot mogelijk publiek toegankelijk te maken Ja 78% Nee 7% Geen mening/weet niet 15% 100%
30.3 Verbetermogelijkheden informatie, informatiebronnen en andere overdenkpunten Op de vraag hoe de gemeente de informatievoorziening naar de burger kan verbeteren, noemen de burgers met name het meer bekendheid geven aan de huidige kanalen, maar er worden ook andere tips worden genoemd: Tabel 30.3a: Acht door burger genoemde verbetermogelijkheden om informatievoorziening te verbeteren 1. Grotere bekendheid geven: Informatiekanalen op dit moment bij veel mensen nog nauwelijks bekend; 2. Instelling van betrokkenen: Heeft alleen zin als er geluisterd wordt naar de mensen. Inspraak lijkt nu een beetje pro forma. 3. Inhoud vooraf bekend Als je vooraf weet waar vergadering overgaat, kan je selectief kijken; nu ook minder leuke onderwerpen; 5. Eenvoudig taalgebruik: Taalgebruik voor burger begrijpelijk, geen Stadhuistaal en overbodige teksten schrappen; om een groot publiek te bereiken, zou vergadering moeten worden samengevat in duidelijk "simpele" bewoordingen. 6. Duidelijkheid/afspraken: Besluiten communiceren/wat gaat er echt gedaan worden: acties ook open en eerlijke besluitvorming ("niet stroperig”: maar openbaar en transparant); 7. Concrete voorbeelden: Actuele, praktische onderwerpen aan de orde stellen met concrete voorbeelden;
5
8. Denken vanuit burgers: 9. Niet alle onderwerpen:
Maak het voor de mensen aantrekkelijk om mee te denken, laten zien dat er echte interesse is in burgers; alleen voor publiek interessant als er iets van zijn/haar gading is tijdens zo'n vergadering; Slechts communicatie als het ‘t openbaar belang dient, over sommige onderwerpen moet bestuur zelf beslissen.
Naast Den Haag TV, de Posthoorn en internet, denken burgers ook mee over andere communicatiemiddelen. Tabel 30.3b: Acht ideeën mogelijke inzet communicatiemiddelen/bereikbaarheid burgers: Huis-aan-huis folders van 1 A4-tje waar puntsgewijs alles opstaat; Haagsche Courant is een goed middel (als die blijft bestaan!); Vaker directe post (bv. voor uitnodiging stadsdeelcommissies); E-mail: nagaan welke burgers per e-mail de besluiten & acties zouden willen ontvangen en deze opsturen; TV-West trekt een groter publiek dan Den Haag TV, dus wellicht vergaderingen op TV-West uitzenden; Kopen van een eigen pagina in de meest gelezen dagbladen (bv. Haagse Courant), om eigen visie, beleid en besluiten uit te leggen; Apart huis aan huis blad, alleen over de gemeentelijke politiek; Samenvattingen/herhalingen op meerdere tijdstippen z ijn goed idee (idee: de belangrijkste punten herhalen).
Naast bovenstaande verbetermogelijkheden, worden er in een onderzoek vele losse, kritische of grappige opmerkingen genoemd, die soms bij lezen tot verrassende ideeën kunnen leiden. Onderstaande tabel geeft enkele losse opmerkingen. Tabel 30.3c: Andere losse brainstormopmerkingen om over na te denken "You can lead a horse to the water, but you can't make him drink!!!!"; Kleine flexibele buurtorganisaties oprichten waarin 2-3 mensen de buurt vertegenwoordigen; “Mijn standpunt: ik kan niet alles doen, me overal mee bemoeien. Ik probeer mijn werk goed te doen. De gemeenteambtenaren doen hun werk, de politici ook en of ik dat goed vind bepaal ik vooral bij de verkiezingen. Dan wil ik informatie”; Zorgen dat de afstand tussen burgers en hun vertegenwoordigers (raadsleden) kleiner wordt; Informeer alleen de burger die daarin geïnteresseerd is. Dat is effectiever en kostenefficiënter; De gemeenteraad zal meer aan de burgers moet vragen; De voorzitter moet wat minder nors reageren; Geef alleen die info die voor groepen interessant is!! Lichtkrant boven Randstadgebouw weer in werking stellen!!! Er wordt te weinig tijdig meegedeeld, zodat betrokkenheid en inspraak onmogelijk wordt; Uitzendingen mogen wat professioneler. Soms heb ik het gevoel dat het gespeeld is; Betrokkenheid burgers bij politiek is mooi streven, maar hoe toegankelijk je dit soort vergaderingen ook maakt: alleen fanatiekelingen met een boodschap of missie zullen er op af komen, gevoelsmatig een klein en bekend clubje mensen. Meer de burgers laten mee denken over onderwerpen die wijk gebonden spelen. Door bv wijkgebonden enquêtes; Ook proberen meer betrokkenheid te krijgen van Hagenaars van buitenlandse afkomst; Raadsleden (leden vaste commissies) kunnen dicht bij de burgers komen om periodiek het gemeentebeleid uit te leggen. Wat was het plan in 2005? Wat is in de eerste helft van 2005 gerealiseerd en uitleg waarom bepaalde zaken niet gelukt zijn; Voor belangrijke beslissingen een referendum houden, waarbij de Gemeente zich dient te houden aan de uitslag.
6
Bijlage 2 Overzicht evaluaties werkwijzen 2002-2005 - Inventariserende Evaluatie, RIS 101646 (5 november 2002, 2 januari 2003) - Evaluatie Raadscommissies, RIS 110349 (3 juli 2003) - Vervolg evaluatie Raadscommissies, RIS 110225 (5 november 2003) - Evaluatie Stadsdeelcommissies, RIS 112322 (5 januari 2004) - Vervolg evaluatie Stadsdeelcommissies, RIS 113905 (25 maart 2004) - Kort verslag overleg voorzitter Presidium met intentiehouders Dualisme (27 oktober 2004) - Memo vervolg plenair debat “dualisme’ raad 4 februari 2004 (12 februari 2004) - Principe afspraken retraitedag 10 april 2003 (10 april 2003) - Evaluatie Verordening ambtelijke ondersteuning, RIS 110350 (28 augustus 2003) - Verordening ambtelijke ondersteuning, RIS 119296 (24 augustus 2004) - Verordening fractieondersteuning, RIS 106133 (4 juni 2003)
7
Bijlage 3
VOORSTELLEN TOT WIJZIGING / AANPASSING VAN: - Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad (nr. 2/2003) - Verordening raadscommissies (nr. 1/2003)
De voorstellen zijn ingedeeld in een van de volgende categorieën: - categorie I: technische voorstellen; - categorie II: voorstellen voortvloeiend uit “Opmaat nieuwe raad”; - catgorie III: overige voorstellen.
Reglement van Orde: categorie I Volgnr.: Art. RvO: 1. 2, lid 1
2.
3, lid 4 sub b
3.
3, lid 4 sub c
4.
5, lid 4, 5 en 6
5.
8, lid 1
6.
12, lid 1 en 2
7.
13, lid 3
8.
17, lid 1
9.
17, lid 4
Wijziging/Aanpassing: Laatste volzin komt te luiden: ”De commissie onderzoekt de geloofsbrieven en de daarop betrekking hebbende stukken van nieuw benoemde raadsleden”. Wijzigen als volgt: “De onder a. beschreven veranderde situatie gaat in met ingang van de dag waarop de schriftelijke mededeling door de voorzitter van de raad is ontvangen”. Volzin komt te luiden: “… onder welke naam zij aangeduid wil worden”. Regeling tweeminutendebat wordt in afzonderlijk artikel ondergebracht. Bijvoorbeeld art 33 nieuw. (Daaropvolgende artt. worden vernummerd). Toevoegen dat openbare kennisgeving van raadsvergaderingen ook langs elektronische weg geschiedt. Toevoegen in beide leden dat de aanwijzing van zitplaatsen in de vergaderzaal geschiedt door de voorzitter in overleg met het presidium. (In lid 1 worden de woorden “fractievoorzittersoverleg” geschrapt). Wijzigen als volgt: “Vervolgens leest de voorzitter de namen op van de leden die bericht van verhindering hebben gezonden onder vermelding van de reden van hun verhindering”. Schrappen: “…, waaronder schriftelijke mededelingen van het college aan de raad, …”. Wegens strijdigheid met het bepaalde in art. 16, lid 6 wijzigen als volgt: “De raad stelt op voorstel van de voorzitter de wijze van afdoening van de ingekomen stukken vast”. 8
10.
21, lid 1 en 4
11.
25
12.
28, lid 3 en 4
13.
28, lid 5
14. 15.
34, lid 5, 6, 10 en 11 34, lid 9
16.
36
17.
38, lid 3
18.
38, lid 4 en 5
19.
44, lid 2 en 3
Lid 1 wijzigen als volgt: “Zodra een onderwerp op de (voorlopige) agenda van de raad is geplaatst, kan ieder lid zich ter griffie laten inschrijven op de sprekerslijst, onder vermelding van de gedachte spreektijd”. Lid 4 wijzigen als volgt: “De voorzitter verleent het woord naar de volgorde van de sprekerslijst”. Wijzigen als vo lgt: “Onverminderd het bepaaalde in artikel 26 van de Gemeentewet kan de voorzitter een spreker, indien deze zich in de gevallen van de artikelen 20, vijfde lid, en 24, derde en vierde lid, niet naar zijn aanwijzingen gedraagt, voor het aan de orde zijnde onderwerp het woord ontnemen”. Toelichting: art. 26 Gemeentewet voorziet in de mogelijkheid een lid het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen; bij herhaling van zijn gedrag kan hem vervolgens de toegang tot de vergadering voor ten hoogste drie maanden worden ontzegd”. In overeenstemming brengen met de tekst van art. 32, lid 1 van de Gemeentewet. Schrappen: “…, gesteund door minimaal vier andere leden, …”. Wijzigen als volgt: “… waarin een lid zich op grond van het bepaalde in artikel 28, lid 1 van de Gemeentewet …”. Toelichting: verwijzing naar de Gemeentewet in overeenstemming brengen met gewijzigde wetsbepalingen. “Het vragenuur”wijzigen in “De mondelinge vragen”. Wijzigen als volgt: “Hierna kan namens elke fractie, behoudens de fractie die de vragen heeft gesteld, één lid aanvullende vragen stellen; …”. In nieuw lid bepaling opnemen over sprekersvolgorde: eerste termijn interpellant en college, tweede termijn interpellant, overige raadsleden en college. Tweede volzin van lid 6 komt te luiden als volgt: “…; hun spreektijd is beperkt tot één termijn en bedraagt maximaal vijf minuten per fractie met uitsluiting …..”. Toevoegen: “… en stelt het college respectievelijk het presidium in de gelegenheid zijn mening omtrent een initiatiefvoorstel …”. Toevoegen: “… het college respectievelijk het presidium …”. Eerste volzin wijzigen als volgt: “Ieder lid van de raad kan aan een persoon als bedoeld in het eerste lid alsmede aan ieder ander persoon die door de raad is aangewezen tot lid van een in het eerste lid bedoeld openbaar lichaam of orgaan schriftelijke vragen stellen. Lid 3 wordt dienovereenkomstig aangepast. Toelichting: met deze toevoeging worden ook degenen die buiten de kring van de in het eerste lid genoemde personen vallen onder de werking van dit artikel gebracht. Een wettelijke basis voor deze verantwoordingsplicht is te vinden in art. 16, lid 3 van de Wet gemeenschappelijke regelingen. 9
20.
48, lid 2
21.
--
Wijzigen als volgt: “… op aanbeveling van het presidium, twee of meer medewerkers van de griffie aan, die de griffier bij afwezigheid achtereenvolgens vervangen”. Nieuw lid toevoegen met als strekking dat presidium gemachtigd wordt na wijziging van het RvO artikelen te vernummeren.
Reglement van Orde: categorie II Volgnr.: Art. RvO: 22. 1a, lid 2 (juncto art. 2:6 Organ.verord. van de raad)
23.
6, lid 1
24.
11
25.
19, lid 1
26.
20, lid 3
Wijziging/Aanpassing: Aan de tekst de volgende volzin toevoegen: ”De voorzitter van het presidium is de waarnemend voorzitter van de raad”. Taken en bevoegdheden van het presidium zijn geregeld in art. 2:6 e.v. van de Organisatieverordening van de raad van de gemeente Den Haag (nr. 19/2002). Een verduidelijking va n de taakomschrijving van het presidium moet dus haar beslag krijgen in deze organisatieverordening. Toe te voegen een nieuw lid aan art. 2:6 van de Organisatieverordening: “Het presidium is bevoegd, gehoord de commissievoorzitters, aanwijzingen op te stellen ten behoeve van een uniforme werkwijze van de commissies”. Wijzigen als volgt: “Het voltallige college ontvangt een doorlopende uitnodiging om in de vergadering aanwezig te zijn en aan de beraadslaging deel te nemen”. Lid 1 en 2 vervangen door een nieuw lid: “Bij afwezigheid van zowel de voorzitter als de waarnemend voorzitter wordt het voorzitterschap van de raad vervuld volgens een door het presidium op te stellen rooster, waarin de leden en plaatsvervangende leden van het presidium zijn opgenomen”. Wijzigen als volgt: “… waarbij per fractie één lid dan wel verschillende leden het woord voert (voeren) …”. Toelichting: indien verschillende woordvoerders optreden, blijft de reguliere spreektijdbeperking van kracht. Wijzigen als volgt: “De in dit Reglement afzonderlijk vermelde spreektijden voor interpellatie en tweeminutendebat worden voor de toepassing van dit artikel buiten beschouwing gelaten. Toelichting: de spreektijden zijn all- in, met uitzondering van de voor interpellatie en tweeminutendebat vastgestelde spreektijden; deze komen bovenop de reguliere spreektijden.
10
Reglement van Orde: categorie III Volgnr.: Art. RvO: 27. 15
28.
38, lid 6
Wijziging/Aanpassing: Gehele artikel schrappen. Toelichting: het spreekrecht voor burgers in de raad voegt i.h.a. niet veel toe, omdat de betreffende voorstellen reeds aan de orde zijn geweest in commissievergaderingen, waar burgers spreekrecht hebben in twee termijnen. In de praktijk ligt het accent van het spreekrecht voor burgers al bij de commissiebehandeling. Om dit belang te onderstrepen zullen de verslagen van commissievergaderingen te zamen met de inspreekteksten, voorzover deze betrekking hebben op onderwerpen die in de raad aan de orde komen, aan alle raadsleden worden toegezonden. Ieder lid kan zich zo op de hoogte stellen van hetgeen de insprekers naar voren hebben gebracht. Ook zullen de inspreekteksten in het RIS worden opgenomen. Komt te luiden als volgt: “De voorzitter stelt het initiatief aan de orde op de door de raad vastgestelde datum”. Overige deel van dit lid schrappen.
Verordening raadscommissies: categorie I Volgnr.: Art. Verord.: 29. 3, lid 2 30. 4, lid 5
Wijziging/Aanpassing: Wijzigen als volgt: “Bij afwezigheid van een voorzitter …”. Eerste volzin wijzigen als volgt: “… voor te komen op de geldig verklaarde lijst van kandidaten …”. (NB: De leden van dit artikel moeten vernummerd worden). Toelichting: met deze wijziging wordt duidelijk gemaakt dat de betreffende waarnemer respectievelijk fractievertegenwoordiger op dezelfde lijst moet hebben gestaan als die waarop degene stond in wiens plaats hij treedt.
31.
6
32.
9
33.
14, lid 6
34.
17
Wijzigen als volgt: “Een commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of een of meer groeperingen uit de raad, die gezamenlijk ten minste een vijfde deel van het aantal leden in de raad vertegenwoordigen, het nodig oordelen …”. Toevoegen de volgende volzin: “De stukken worden tevens langs elektronische weg beschikbaar gesteld”. De twee laatste volzinnen wijzigen als volgt: “Zo nodig laat de voorzitter hem uit de vergadering verwijderen. Bij herhaling kan hem bij besluit van de commissie voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergaderingen van de betreffende commissie worden ontzegd”. Wijzigen als volgt: 11
35.
18
“Indien een onderwerp door het presidium ter behandeling wordt overgedragen aan twee of meer commissies, vergaderen deze commissies daarover gezamenlijk. Deze vergadering wordt voorgezeten door de in acciënniteit oudste voorzitter. Een gecombineerde vergadering met de Rekeningencommissie …”. Wijzigen als volgt: ”Tijdens commissievergaderingen kunnen moties en amendementen worden aangekondigd”. De tweede volzin vervalt.
Verordening raadscommissies: categorie II Volgnr.: Art. Verord.: 36. 3, lid 1
37.
3, lid 2
Wijziging/Aanpassing: Wijzigen als volgt: “De raad benoemt uit zijn midden leden die de commissies voorzitten’. Eerste volzin wijzigen als volgt: ”… wordt de voorzitter vervangen door een plaatsvervangend voorzitter, door het presidium uit de kring van commissievoorzitters aan te wijzen”.
Verordening raadscommissies: categorie III Volgnr.: Art. Verord.: 38. 8
Wijziging/Aanpassing: Voorgesteld wordt hier het fenomeen ‘procedurevergadering’ te introduceren. In de lijn hiermee wordt de voorlopige agenda niet langer door de voorzitter, maar door de commissie opgesteld. (lid 2). Introductie van procedurevergaderingen leidt cok tot aanpassing van art. 16 (Advieslijst).
1-12-2005 12