Open Monumentenweekend in Houten 14 en 15 september 2013 Thema Macht & Pracht
Voorwoord Misschien denkt u bij de gemeente Houten niet direct aan monumenten die binnen het thema Macht & Pracht vallen. De dorpen in de gemeente waren tot ver in de twintigste eeuw agrarische gemeenschappen met de daarbij behorende bebouwing van boerderijen en woningen voor ambachtslieden. Toch is er een groot aantal gebouwen dat veel meer allure heeft dan nodig was om ze functioneel te kunnen gebruiken. Zo waren er ooit meer dan tien kastelen waarvan een aantal in de zeventiende en achttiende eeuw ingrijpend werden verbouwd en verfraaid als buitenverblijven van de rijken uit de stad. Er werden zelfs nieuwe ‘kastelen’ gebouwd zoals Oud-Wulven en Heemstede. Om de rijkdom van het geloof tot uitdrukking te brengen zijn er grote kerken gebouwd. De Katholieke kerken van Houten en Schalkwijk, beide uit de tweede helft van de negentiende eeuw, zijn kunststukjes van Neogotische architectuur. Evenals de kerk van de Katholieke gemeenschap van ’t Goy. Macht komt het beste tot uitdrukking in de bouw van de forten van De Nieuwe Hollandse Waterlinie die diende om het westen van het land te beschermen voor aanvallen vanuit het zuiden en oosten. Hoewel het bouwwerken zijn voor militaire doeleinden, zijn het zeker ook mooie gebouwen met fraaie detailleringen. In het Open Monumenten weekend is een aantal van deze monumenten te bezichtigen zoals kerken, kastelen en forten maar ook enkele boerderijen en woonhuizen waarvan de bewoners in voorbije dagen iets extra’s hebben gemaakt. Ik wens u machtig veel plezier bij het bekijken van al deze pracht. Nicole Teeuwen Wethouder monumenten en archeologie
Macht en Pracht Bij Macht & Pracht is aandacht voor verschillende soorten macht- en de pracht die er in Nederland uit voortkwam, en ons nog steeds omringt. Te denken valt bijvoorbeeld aan politieke (militaire)macht, economische macht, rechterlijke macht of kerkelijke macht. De rijkdom, schoonheid en grootsheid die macht heeft voortgebracht is overal om ons heen in gebouwen terug te vinden: kastelen en paleizen, kerken, militaire forten, buitenplaatsen en landgoederen. Landelijk is een grote diversiteit aan monumenten van Macht & Pracht op Open Monumentendag 2013 toegankelijk. De verbinding met Europa krijgt daarin extra aandacht. In 2013 is de Vrede van Utrecht herdacht, evenals de viering van 200 jaar Koninkrijk der Nederlanden. Beide herdenkingen waren aanl eiding om te kiezen voor Macht & Pracht als thema op de 27e Open Monumentendag. Vanwege de Vrede van Utrecht vindt - op donderdag 12 september – de landelijke opening van Open Monumentendag in Utrecht plaats. Binnen de gemeente Houten is kasteel Heemstede het mooiste voorbeeld van een gebouw waar macht en pracht het meest tot uitdrukking komt. Het kasteel werd in 1645 gebouwd als buitenverblijf voor Maria Agnes van Winssen en haar echtgenoot Hendrick Pieck van Wolfsweerd, beiden uit oude adellijke geslachten. Als in 1680 Diederik van Velthuysen eigenaar wordt laat hij de tuin en het kasteel verfraaien naar ontwerp van Daniel Marot. Deze Marot was niet de eerste de beste hij was namelijk ook de ontwerper van de tuin van Slot Zeist en van paleis Het Loo. Het poortgebouw bij boerderij De Stenen Poort is een gebouw dat enige bescherming bood aan de bewoners van de boerderij, het is echter ook een mooi Laatmiddeleeuws gebouw. Omgrachte boerderijen zoals De Stenen Poort en Overdam waren dan wel geen kastelen maar de eigenaren ervan waren wel mensen die een zekere machtspositie hadden en vaak deel uitmaakten van het dorpsbestuur of andere belangrijke functies bekleedden. In de Middeleeuwen was de kerk het middelpunt van het dorp, daaromheen stonden de boerderijen en huizen van ambachtslieden. Het belang van het geloof en de macht van de kerk werd onder andere uitgedrukt door de bouw van grote kerken met hoge torens. In de negentiende eeuw werd daarop teruggegrepen bij de bouw van monumentale Rooms Katholieke kerken. De aanleg van de Nieuwe Hollandse Waterlinie in de negentiende eeuw was in die tijd een van de grootste infrastructurele ingrepen in het land. Vanaf de Zuiderzee tot aan de Biesbosch werd een verdedigingslinie aangelegd bestaande uit forten, sluizen, kanalen en gebieden die onder water konden worden gezet. Macht en Pracht komen in deze linie dicht bij elkaar, deze ooit machtige verdedigingslinie heeft mooie architectuur en prachtige natuur. Het comité Open Monumentendag wenst u veel plezier in dit monumentenweekend en wil bij dezen alle eigenaren van de opengestelde monumenten en de vrijwilligers die bij de monumenten helpen hartelijk danken voor hun medewerking.
Opengestelde monumenten op zaterdag 14 september van 13.00 tot 17.00
Tekening van het voorplein van kasteel Heemstede uit circa 1700.
Kasteel Heemstede (Heemsteedseweg 26) In kasteel Heemstede worden rondleidingen gegeven, per rondleiding is plaats voor maximaal 25 personen. Ieder half uur start een nieuwe rondleiding. U kunt zich vanaf 6 september 9.00 uur opgeven voor één van de rondleidingen via het algemene nummer van de gemeente Houten 030- 6392611. Rondleidingen worden gegeven om 13.00, 13.30, 14.00, 14.30, 15.00, 15.30, 16.00 uur. Het huis Heemstede, dat in 1645 werd gebouwd in opdracht van Hendrik Pieck van Wolfsweerd en Maria van Winssen, was zoals de meeste nieuw opgezette buitenplaatsen in de 17e eeuw bescheiden van afmetingen. Wat betreft zijn uiterlijke verschijningsvorm wortelde het huis geheel in de Utrechtse traditie: het was een rijzig gebouw met op de afgeschuinde hoeken hoektorens en omgeven door een gracht. Die omgrachting moest een riddermatige oorsprong suggereren en was een uiting van de hang naar sociale status van de bezitter. In de directe omgeving van het huis werd een kasteeltuin aangelegd in de toen gangbare Renaissance-stijl. In 1680, toen Diderick van Velthuysen bij overdracht eigenaar werd van Heemstede, brak de glorietijd aan van het kasteel. Door de Franse kunstenaar Daniël Marot liet hij het huis vooral inwendig verfraaien en de tuinen uitleggen en herscheppen naar het voorbeeld van de grote Franse- of formele tuinen, zoals die hier ten lande al waren nagevolgd te Zeist, Leersum, Rijswijk en op andere plaatsen. Na de dood van Van Velthuysen op 20 juli 1716 wisselt de ambachtsheerlijkheid in korte tijd een aantal keren van eigenaar. Gebrek aan belangstelling voor Van Velthuysens schepping en vermoedelijk ook aan financiële middelen waren de oorzaak van een snel intredend verval. Toen in 1723 Essaye Gillot eigenaar werd van Heemstede bleken; “De geschoren hagen omvergehaald, vele bomen gekapt, tuinhuizen afgebroken en de meeste beelden én zelfs het lood uit de vijvers verkocht”. Gillot liet evenwel het park opknappen en kleine wijzigingen doorvoeren. Het is deze vorm en indeling van het park waarvan we thans nog globaal de contouren in het landschap kunnen waarnemen. Na de dood van Gillot zijn de tuinen geleidelijk aan opnieuw in verval geraakt en grotendeels omgezet in landbouwgrond. Tekenend voor de desinteresse van latere eigenaars is het gerucht dat Jhr. mr. I.L.C. van de Berch, in 1837 een aantal grote tuinbeelden heeft laten begraven, verveeld als hij was met hun aanwezigheid. In de loop van de 19e eeuw werd de tuin direct rondom het kasteel door middel van het planten van bomen en stuiken ingericht naar de smaak van die tijd. Na de restauratie van het kasteel werd rond het jaar 2000 de directe omgeving van het kasteel ingericht in de vorm zoals die er uit zag aan het eind van de 17e eeuw. "Nederlands Hervormde kerk" Hersteld Hervormde Gemeente Houten (Plein 27) De kerk is al vanaf 10.00 uur open. De toren kan vanaf 13.00 uur beklommen worden met groepen van circa 20 personen per half uur. Ter gelegenheid van Nationale Orgeldag en Open Monumentendag is de oude kerk aan het Plein opengesteld. In de kerk kunt u een 17e eeuwse preekstoel bekijken, een doopvont uit de 14e eeuw, achttiende eeuwse herenbanken en het grafmonument voor Diderick van Velthuysen, heer van Heemstede. Het Orgel uit 1878 is nog in oorspronkelijke
staat. De achterzijde van het orgel zal open zijn zodat men het inwendige kan bekijken. Tevens wordt er uitleg gegeven omtrent de klank en de werking van het orgel.
Het interieur van de hervormde kerk op het Plein. Aan weerskanten van het kerkschip staan de herenbanken van de kasteelbewoners uit de omtrek, van de kerkenraad en van het gerechtsbestuur. (foto Con van Staa)
De zolder van het poortgebouw bij boerderij De Stenen Poort heeft nesthokjes voor het houden van duiven.
Boerderij De Stenen Poort (Warinenpoort 90) Deze van oorsprong middeleeuwse omgrachte boerderij kan van buiten bekeken worden, het poortgebouw kunt u inlopen. Boerderij De Stenen Poort heeft haar naam te danken aan het 16de-eeuwse poortgebouw dat nog altijd de toegang tot het erf markeert. Oorspronkelijk droeg de boerderij de wat vreemde naam ‘Bovit’, een naam die al in de 15de eeuw wordt vermeld, maar waarvan de herkomst onbekend is. De Stenen Poort vormt het unieke restant van een groep omgrachte boerderijen waarvan er ooit meer dan vijftien binnen de gemeente Houten hebben gestaan. Boerderij Overdam (Rietdijk 5) Ook boerderij Overdam is omgracht geweest waarbij de toegang tot het erf werd gevormd door een zelfde soort poortgebouw als nu nog bij boerderij De Stenen Poort staat. Het erf van deze boerderij is vrij te betreden en tevens kunt u een gedeelte van de boerderij van binnen bekijken.
De duiventoren op Landgoed Wickenburgh. Het houden van duiven was in de middeleeuwen een ‘heerlijk recht’ dat was voorbehouden aan adel en kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders.
Landgoed Wickenburgh (van 13.00 tot 16.00 uur) Landgoed Wickenburgh is opengesteld wat betreft de benedenverdieping van het huis en het directe erf daaromheen. In het huis zijn archiefstukken en foto’s te zien van het landgoed in de negentiende eeuw. Van Landgoed Wickenburgh-oost is de benedenverdieping van het hoofdgebouw te bezichtigen (antiekzaak). Om 15.30 zal de bekende historicus Maarten van Rossem een voordracht geven over het thema van Open Monumentendag ‘Macht en Pracht’. In het landhuis is om 16.30 uur en om 20.00 uur een toneelvoorstelling te zien. Theatergroep TOF en Stichting Improdium brengen de eenakter Freule Julie van Strindberg. Een voorstelling over machtsverschillen tussen rangen en standen, man en vrouw, verstand en emotie: Midzomernacht, in spel van aantrekken en afstoten proberen Freule Julie en de Knecht Jean elkaar het hof te maken. Wat begint als een gevaarlijk sensueel spel wordt hoe langer hoe meer een onderlinge strijd waarvan niemand de gevolgen kan overzien. Een in 1888 tijdloos gegeven geschreven toneelstuk voor u gespeeld in 2013. Reserveren vóór 14 september via: http://wickenburgh.luondo.nl. Er is ruimte voor maximaal 45 personen per voorstelling. Kaartje á 15 euro te bestellen via de link. Op deze locatie is koffie, thee en fris verkrijgbaar. R.K. kerk ’t Goy (Beusichemseweg 104) De oude kerk van ’t Goy stond oorspronkelijk aan het Groenedijkje in het Goyse Dorp. Deze kerk raakte in de loop van de achttiende eeuw in verval en werd uiteindelijk in het begin van de negentiende eeuw gesloopt. De huidige katholieke kerk van ’t Goy werd in 1870 gebouwd door de Houtense aannemer W. de Graaf voor een bedrag van f 14.486,--. Op initiatief van pastoor W.J. van de Wiggelaar werd besloten het laatgotische kruiskerkje van Blauwkapel in een vergrote uitvoering na te bouwen. Op 5 september 1870 werd de eerste steen gelegd en ruim een jaar later op 28 september 1871 kon de kerk door de deken van Wijk bij Duurstede namens de aartsbisschop worden geconsecreerd. Het interieur van de kerk is witgepleisterd, terwijl het houten spitstongewelf is beschilderd met bloemmotieven en de vier evangelistensymbolen. In het interieur zijn verder vermeldenswaardig het neogotische
gepolychromeerde altaar uit 1888, gesneden houten kruiswegstaties, het achthoekige hardstenen doopvont met koperen deksel uit 1919 en een fraai gesneden biechtstoel.
De in 1870-71 gebouwde R.K. kerk van ‘t Goy
Opengestelde monumenten op zondag 15 september van 13.00 tot 17.00 uur Kasteel Schonauwen (Granietsteen 50) In 1305 heeft een zekere Dirk Splinter van Beusichem bezittingen in Schonauwen, die worden omschreven als ‘dat huys te Blancouwen’. Nog in datzelfde jaar draagt hij het kasteel op aan de heer van Culemborg om er vervolgens mee te worden beleend. De zoon van Dirk Splinter, Hubrecht, noemt zich al in 1306 ‘Van Schonauwen’. Hoe het kasteel er in oorsprong heeft uitgezien, weten we niet. De oudst bekende afbeeldingen van Schonauwen zijn twee tekeningen van Roelant Roghman uit ca. 1640. Het kasteel is daarop afgebeeld als een imposante vierkante waterburcht met een omgrachte voorburcht. De tekeningen van Roghman geven een beeld van een kasteel dat in eerste opzet nog uit de 14de eeuw dateert, maar in de eeuwen daarna diverse keren verbouwd is. In de loop van de 17de eeuw onderging Schonauwen zoals zo vele middeleeuwse kastelen een complete metamorfose. Was het kasteel volgens een bouwkundige rapportage door de bouwmeesters Van Vianen en Van de Pijl in 1668 nog zeer vervallen, uit een kopergravure van Cornelis Specht uit 1698 blijkt dat het kasteel inmiddels was verbouwd tot een Hollands classicistisch herenhuis met drie vleugels rond een kleine binnenplaats. Alleen de gekanteelde weermuur, de ronde hoektoren en de omgrachting waren nog intact en herinnerden aan de middeleeuwse oorsprong van het huis. Hendrik Ravee, die Schonauwen in 1812 kocht, liet het huis en zijn gebouwen op de ronde hoektoren na binnen een jaar slopen. In 1891 liet de toenmalige eigenaar, George Bingham, de toren restaureren en voorzien van een aanbouw. De toren werd daarna als zomerverblijf gebruikt. Ruim een halve eeuw later, in 1944, liet W.F. Wassink de toren opnieuw enigszins restaureren en nogmaals uitbreiden met een aanbouw. Na een grondige restauratie wordt de toren met de aanbouw sinds enkele jaren weer bewoond door de eigenaren.
De Hervormde kerk van Schalkwijk gezien vanaf de overzijde van het spoor.
N.H. kerk en toren Schalkwijk (Brink 10) De oude Sint Michaëlskerk van Schalkwijk is vermoedelijk rond het midden van de 12de eeuw door de bisschop van Utrecht gesticht. Over het eerste kerkgebouw is weinig bekend; de restanten doen vermoeden dat het een eenvoudig Romaans zaalkerkje is geweest. Van de toren zijn de twee onderste geledingen nog uit de 13de eeuw. Aan het einde van de 14de of in het begin van de 15de eeuw moet een begin zijn gemaakt met de vergroting en vernieuwing van het kerkgebouw. 18de-eeuwse prenten tonen een laatgotische kruisbasiliek met een driezijdig gesloten koor en een laag dwarsschip. Het koor en de middenbeuk van de gotische kerk waren aanmerkelijk hoger dan die van de Romaanse voorganger. Om de oude toren tot zijn recht te laten komen, werden de twee bestaande geledingen met een verdieping in gotische stijl verhoogd. In 1803 zijn het kerkschip en het dwarsschip gesloopt en vervangen door de tegenwoordige zaalkerk. Het koor werd aanzienlijk verlaagd. In de kerk zijn de getuigenissen van honderden jaren gebruik duidelijk zichtbaar in het interieur. Zo staat er een eikenhouten preekstoel op een hardstenen voet uit 1648 opgesteld. Boven de preekstoel hangt het orgel uit 1881. Tot het kerkmeubilair behoren verder een eikenhouten doophek en twee rijen zitbanken uit de 17de eeuw. Langs de zijmuren staat een aantal herenbanken uit ca. 1700, onder andere van Vuylcoop, Schalkwijk en Wickenburgh. Tegen de muur aan de kant van de toren, waarin zich oorspronkelijk de hoofdingang tot de kerk bevond, staat het uit 1754 daterende praalgraf van Balthasar de Leeuw, ambachtsheer van Schalkwijk van 1738 tot 1754.
Villa Nuyens is een van de eerste villa’s die in Schalkwijk werd gebouwd.
Villa Nuyens (Provincialeweg 11) Deze villa is alleen vanaf de openbare weg te bezichtigen.
Deze stadse villa in chalet-stijl werd in 1892 in opdracht van dokter Nuyens gebouwd. De letter N in de windvaan herinnert nog aan de opdrachtgever. Tot aan het eind van de vorige eeuw bleef dit pand het woonhuis annex praktijk van de Schalkwijkse huisartsen. De gevels zijn rijk versierd met siermetselwerk, gepleisterde banden en hoek- en sluitstenen. Opvallende elementen zijn de grote erker met gesneden stijlen, de windveren met makelaars die door siersmeedwerk worden bekroond, en de met vierpassen gedecoreerde goot op gesneden klossen.
De vakken met kruiden en bloemen in de tuin van Jonkheer Ram.
De tuin van Jonkheer Ram en kasteelterrein Schalkwijk (Tedwijkseweg 2a) De stichting van het kasteel Schalkwijk ligt ergens tussen de ontginning van dit gebied rond 1130 en het jaar 1250, toen ridder Arnold van Schalkwijk het huis opdroeg aan graaf Otto van Gelre. De oudste vermelding van het geslacht Van Schalkwijk dateert echter al uit 1128, wanneer in een brief melding wordt gemaakt van ene Egidius of Gillis van Schalkwijk. In 1304 woedde er een oorlog tussen de Vlamingen, gesteund door een aantal edelen uit Het Sticht (globaal de tegenwoordige provincie Utrecht) enerzijds en de graaf van Holland met zijn broer, de Utrechtse bisschop Guy van Avesnes, anderzijds. De Vlamingen werden bij de Lek verpletterend verslagen, waarbij Hendrik en Berthold van Schalkwijk sneuvelden. Het kasteel van Schalkwijk werd vervolgens door Jan van Culemborg ingenomen en met de grond gelijk gemaakt. Het slot werd echter kort daarna weer opgebouwd. In 1634 kocht Adriaan Ram het kasteel Schalkwijk van jhr. Philips Doubleth en niet lang daarna, in 1647, de ambachtsheerlijkheid over Schalkwijk van de graaf van Culemborg. Daarmee had hij de rechtsmacht over het gebied in handen. Deze Adriaan Ram was overtuigd katholiek en liet ter wille van zijn familie en de grotendeels katholiek gebleven burgerij van Schalkwijk een toren van zijn kasteel inrichten als noodkapel. Tevens nam hij, zogenaamd als huisonderwijzer, de priester Dirk Jacobsz van der Horst in dienst. Zestien jaar lang bleef de slotkapel als schuilkerk fungeren, tot in 1651 een inval werd gedaan door Johan Strick van Linschoten, maarschalk van het Sticht. Nadat de maarschalk in eerste instantie was verjaagd, kwam hij nog diezelfde dag terug met een groot aantal manschappen, en nam het kasteel in. Adriaan Ram, zijn echtgenote en een aantal medeplichtigen werden gevangen genomen en in Utrecht berecht. De toren waarin de schuilkerk was ondergebracht, werd tot op de grond afgebroken, hijzelf werd van zijn rechten als ambachtsheer vervallen verklaard en samen met zijn gezin voor de duur van 10 jaren uit stad en landen van Utrecht verbannen. Al in het midden van de 18de eeuw moet het kasteel in verval zijn geraakt. In ieder geval is het kasteel vóór 1811 gesloopt, aangezien in dat jaar bij een verkoop slechts sprake was van een stuk grond. De tuin naast het kasteelterrein is in 2008 gereconstrueerd. Buiten dat de tuin historisch verantwoord is in zijn beplanting, is het gewoon een mooie plek om even rond te lopen en te genieten van de rust die er heerst. De tuin toont veel kruidachtige planten, bloembedden en fruitbomen. Centraal ligt de waterput. De put om water uit te putten geldt als symbool voor het putten van geestelijke kracht voor de ziel uit het geloof. Bij de tuin is een handleiding geschreven die -uitvoeriger dan op het bord met uitleg bij de tuin- vertelt over de historie van de tuin naast de vroegere ridderhofstad, de reconstructie alsmede de historische beplanting. R.K. Kerk (Jonkheer Ramweg 18) In de kerk worden rondleidingen gegeven, het orgel wordt bespeeld en er is een film te zien over de restauratie. In het najaar van 1876 kreeg de toenmalige pastoor Hilhorst van het aartsbisdom opdracht een nieuwe kerk te bouwen, ter vervanging van de uit 1760 daterende en nog in 1838 vergrote schuilkerk. Ondanks krachtige tegenstand van twee van de vier kerkmeesters werden de bouwplannen voortvarend doorgezet. Er werd een bouwfonds ingesteld, dat uiteindelijk een bedrag van fl.96.867,- zou omvatten. Als architect werd Alfred Tepe aangezocht, wiens ontwerp in de jaren 1878-1879 zou worden gerealiseerd. In zijn "Geschiedenis van de bouwstijlen" zou professor Gugel later hierover opmerken: " Eene zeer opmerkelijke stichting van Tepe, die den oud-nederlandschen baksteenbouw tot een onderwerp van ernstige studie heeft gemaakt, is de kerk te Schalkwijk, waarvan de fraaie buitenordonnantie een bij uitnemendheid nationaal karakter draagt. Meer dan uit eenig ander werk blijkt uit deze
frissche en teekenachtige schepping hoe meesterlijk en zelfstandig het talent van den meester de oud-nederlandsche typen weet te herscheppen".
Huize Ruimzicht met zijn schuren is onder invloed van ‘De Kringenwet’ geheel in hout opgetrokken.
Huize Ruimzicht (Waalseweg 18) B. van Rinsum uit Wilnis ontwierp het houten woonhuis onder een ver overstekend, met geglazuurde platte sluitpannen gedekt mansardedak in 1930 voor landbouwer H. van Rinsum. De houten wanden worden aan het gezicht onttrokken door een witte bepleistering. Het meest opvallende aspect van het pand vormt de ingangspartij, die bestaat uit een paneeldeur met Art-Déco-motieven en glas-in-lood boven- en zijlichten. Op de dakschilden zijn aan vier zijden grote dakkapellen geplaatst. Achter het huis staan enkele houten schuren met pannen zadeldaken en een vierroedige kapberg. De reden dat het pand en de bijgebouwen in hout zijn opgetrokken ligt in de nabijheid van Het Werk aan de Waalsewetering (Waalseweg ad 22). Het pand is een van de weinige restanten van houtbouw onder invloed van de Kringenwet. Deze wet die van 1853 tot 1951 van kracht was bepaalde dat rond alle belangrijke forten zogenaamde kringen werden ingesteld. Binnen deze kringen mocht afhankelijk de afstand tot het fort, alleen in hout gebouwd worden of ten dele in steen. In de buitenste kring was alles toegestaan men liep alleen het risico dat in geval van oorlog op last van de militaire commandant alle gebouwen, bomen en andere obstakels zonder vorm van proces werden opgeruimd. Fort ‘Het Werk aan de Waalsewetering’ (Waalseweg ad 22) In 1875 werd ten noorden van de Waalseweg "Het Werk aan de Waalsewetering" aangelegd als een omgracht en gesloten aardwerk met een bomvrije kazerne. Doel van de batterij was het bestrijken van de Achterdijk en een hoger gelegen strook niet inundeerbaar land ( land dat vanwege zijn hogere ligging niet onder water te zetten was) rond kasteel Vuylcoop. Verder hield het de Waalseweg en het voorterrein onder vuur. De bomvrije kazerne bestaat uit twee verdiepingen. De zware bakstenen muren zijn voorzien van natuurstenen blokken rond de deur- en vensteropeningen. Vanwege zijn natuurwaarden is het fort door Staatsbosbeheer in beheer genomen. In het kader van het Nieuwe Hollandse Waterlinie-project, waarbij de diverse forten verschillende bestemmingen krijgen, is bij dit fort het militaire karakter hersteld. Het pand Waalseweg 22 is in 1876 gebouwd als woning voor de fortwachter.
De dikke muren en ramen met zware houten luiken van de bomvrije kazerne van fort ‘Het Werk aan de Korte Uitweg’.
Fort ‘Het Werk aan de Korte Uitweg’ (Lange Uitweg 42A) Dit fort werd in 1871 aangelegd in opdracht van het Ministerie van Oorlog. Het ligt ten noorden van Fort Honswijk aan het eind van de zogenaamde Gedekte Gemeenschapsweg, die beide forten met elkaar verbindt. Aanvankelijk was het een kleine open aarden batterij, maar in de jaren 1876-1879 werd deze verbouwd tot een geheel omgracht, gesloten aarden werk en voorzien van een bomvrije kazerne en remise. De bezetting bestond uit 120 manschappen die de beschikking hadden over 10 stukken geschut. Het fort wordt beheerd door de Stichting ‘Het Werk aan de Korte Uitweg’ die allerlei activiteiten op en rondom het fort organiseren. Deze stichting heeft tevens fondsen gevonden waardoor grootschalige restauraties konden worden uitgevoerd. Op deze locatie is koffie, thee en fris verkrijgbaar. Open Monumentendag wordt georganiseerd door de gemeente Houten en ‘Comité Open Monumentendag Houten’ bestaande uit; Bianca Steentjes, Monique Schilders, Hans Schemmekes, Bert van der Houwen en Otto Wttewaall. Zie voor meer informatie over Open Monumentendag de landelijke site: www.openmonumentendag.nl