OPDRACHTKAART
Thema: Multimedia
Hardware 2
MM-04-02-01
Uitbreidingen voor de computer Voorkennis: Basisopbouw van de computer Intro: Moderne programma’s vragen om steeds meer geheugen en snellere computers. Hierdoor verouderen computers snel. Vaak kun je een computer opwaarderen door onderdelen te vervangen. Je moet dan wel iets van de computer afweten. In deze opdracht leer je enkele mogelijkheden om de computer op te waarderen. Ook leer je welke aansluitingen er zijn op het moederbord en welke kaarten daar bij passen. Tot slot krijg je een overzicht van drives waarmee je de computer kunt uitbreiden. Doelen: Aan het eind van deze opdracht kun je: – Een aantal uitbreidingskaarten herkennen, zoals de videokaart, netwerkkaart. – Een aantal speciale drives herkennen, zoals de DC-RW en DVD-drive. – Een advertentie voor computers begrijpen. Aan het eind van deze opdracht ken je: – Het verschil tussen de uitbreidingsslots en de kaarten die daar in passen. Activiteiten: – Lees de tekst Basisopbouw van de computer nog eens door. – Lees de tekst Uitbreidingen voor de computer. – Maak de diagnostische toets Uitbreidingen voor de computer. – Maak de praktijkopdrachten. – Vul de checklist in. – Vul de evaluatie in. Tijd: Voor de opdracht heb je ongeveer 4 lesuren: – theorie bestuderen en theorievragen maken: 2 lesuren – praktijkopdrachten maken: 2 lesuren Materiaal: – tekst Basisopbouw van de computer – tekst Uitbreidingen voor de computer – diagnostische toets Uitbreidingen voor de computer – praktijkopdrachten – checklist en evaluatie Beoordeling: Laat de docent de uitwerkingen controleren: – de antwoorden op de theorievragen – de uitwerkbladen van praktijkoefeningen 1 en 2 – de checklist – de evaluatie Later geeft de docent je de eindtoets.
Theorie Hardware 2 Uitbreidingen voor de computer Inleiding Computers zijn er voor veel verschillende toepassingen. Zo heb je computers met een uitgebreide geluidskaart. Hiermee kun je muziek opnemen en afspelen. Door de speciale programma’s kun je meerdere geluidskanalen apart opnemen en bewerken. Zo’n computer kan verschillende CD-writers hebben. Je kunt de muziek dan direct op meerdere cd’s zetten. Andere computers zijn bedoeld om technische tekeningen te maken. Deze computers hebben een speciale muis en een grote monitor. Weer andere computers hebben een uitgebreide grafische kaart. Ruimtelijke effecten worden dan snel weergegeven op het beeldscherm. Dat is heel handig, bijvoorbeeld bij een computerspel. Elk type kaart heeft een eigen type slot. Een PCI-kaart past alleen in een PCI-slot, een ISA-kaart alleen in een ISA-slot.
Thema: Multimedia MM-04-02-02 Kaarten zijn steeds vaker ingebouwd in het moederbord. Het voordeel is dat ze dan minder ruimte innemen. Bovendien heb je geen problemen met de aansluitingen. Het nadeel is dat je geen andere kaart meer kunt inbouwen. Geluidskaart Een geluidskaart is in veel gevallen niet noodzakelijk. De computer heeft standaard een kleine speaker die piepjes geeft. Met een geluidskaart kan de computer mooiere geluiden weergeven.
De geluidskaart past in één van de uitbreidingsslots. Heb je een geluidskaart, dan kun je geluid opnemen met een microfoon en het geluid opslaan in een geluidsbestand. De geluidskaart zet het geluidssignaal (microfoon) om naar een digitaal signaal (geluidsbestand). Ook kun je met een geluidskaart muziek luisteren via de computer. De geluidskaart zet het digitale signaal dan om naar een geluidssignaal. Je herkent de geluidskaart aan de stekkeraansluiting. Deze is hetzelfde als van de koptelefoonaansluiting op de walkman. Vaak koop je meteen een los versterkertje en boxen bij de geluidskaart. Je sluit dit versterkertje dan met de stekker aan op de geluidskaart.
Theorie Hardware 2 Modem Als je een verbinding wilt met het internet, kun je kiezen voor: – PSTN. Dit is een gewone telefoonlijn met een (langzaam) 56K modem. 56K betekent 56 kilobit per seconde (56 Kbps).
Thema: Multimedia MM-04-02-03 Netwerkkaart Bijna alle bedrijven met meerdere computers hebben een netwerk, een LAN (Local Area Network). Met een netwerk kun je samenwerken aan een project terwijl iedereen een eigen computer heeft. Ook kun je met een netwerk bijvoorbeeld spelletjes doen tegen elkaar. De computer moet een netwerkkaart hebben voor je hem kunt aansluiten op het netwerk. De netwerkkaart past in één van de uitbreidingsslots. Je herkent de netwerkkaart aan de aansluiting.
Intern modem – ISDN. Deze verbinding heeft twee telefoonlijnen met allebei een maximale datasnelheid van 64 Kbps. – ADSL. ADSL werkt op de bestaande telefoonlijn en heeft een maximale datasnelheid van 400 Kbps. Met ADSL kun je tegelijkertijd internetten en telefoneren op dezelfde lijn. – Kabel. Deze verbinding heeft een maximale datasnelheid van 3800 Kbps om te ontvangen en 128 Kbps om te verzenden. Voor elke verbinding heb je een speciaal modem nodig. Deze modems passen in de uitbreidingsslots op het moederbord. Er zijn ook externe modems die je op een COM-poort (USB) aansluit.
Vaak heeft een netwerkkaart een speciaal teken (telefoonhoorn met een kruis erdoor). Je kunt dan aan het speciale teken zien dat de kaart niet is bedoeld voor het modem.
Theorie Hardware 2 Grafische kaart Als je een spel met veel details op het beeldscherm wilt spelen, heb je een snelle grafische kaart of videokaart nodig. Een moderne grafische kaart heeft een eigen slot, zoals het AGP-slot.
Thema: Multimedia MM-04-02-04 Je moet goed opletten welk soort geheugen je koopt. Het DDR-SDRAM werkt alleen goed op een bepaalde frequentie (MHz). Nieuwere computers hebben een hogere frequentie en dus ook andere geheugenchips. Drives Naast de CD-Romspeler (cdr) is er de CD-Rom-opnemer (cdrw), ook wel brander genoemd. De CD-Romopnemer brandt namelijk met een laserkopje kleine putjes in de cd.
AGP-kaart De AGP-kaart werkt op een frequentie die hoger ligt dan die van de systeembus. Een snelle grafische kaart heeft een eigen processor en een eigen geheugen. Vooral als er driedimensionale effecten zijn (bijvoorbeeld rook- en schaduweffecten), heb je veel rekencapaciteit nodig. Het computerprogramma geeft alleen aan dat er bepaalde vormen en effecten moeten komen. De grafische kaart rekent alles uit en laat het beeld op het beeldscherm verschijnen. Het beeld verschijnt met een frequentie die voor het oog niet waarneembaar is. Extra geheugen Ook voor geheugen zijn er uitbreidingsslots. Dit zijn andere slots dan die voor de geluidskaart, netwerkkaart en dergelijke. Geheugen is tegenwoordig niet duur meer. Bovendien heb je voor nieuwe programma’s steeds meer geheugen nodig. Daarom is het interessant om na verloop van tijd geheugen bij te plaatsen.
DDR-SDRAM DIMM
32x/12x/48x betekent: – 32x = 4800 kilobyte per seconde cdr schrijfsnelheid – 12x = 1800 kilobyte per seconde cdrw schrijfsnelheid – 48x = 7200 kilobyte per seconde cd-rom leessnelheid Een gewone cdr kan tot 800 megabyte aan data bevatten.
Een bijzondere vorm van de CD is de DVD (Digital Versatile Disc). Hier kan veel meer op, namelijk 4,7 gigabyte (GB) per kant, per laag. De DVD kan in twee lagen beschreven worden en dan nog aan beide kanten. In totaal kun je dan 18,8 GB op een DVD kwijt.
Toets
Thema: Multimedia
Hardware 2
MM-04-02-05
1. Teken lijnen tussen elk onderdeel en de bijbehorende functie. Onderdeel
Functie
CD-R CD-RW DVD-RW Laserprinter Modem Inktjetprinter Netwerkkaart
Verbinding maken met een lokaal netwerk Langdurige opslag van (audio-)gegevens Afdrukken maken voor thuisgebruik Tijdelijke opslag van (audio-)gegevens Tijdelijke opslag van (video-)gegevens Verbinding maken met het internet Afdrukken maken voor professioneel gebruik
2. Als je randapparatuur wilt aansluiten, heb je poorten nodig. Deze poorten zitten vaak op een kaart (en soms rechtstreeks op het moederbord). Vul bij elk onderdeel in op welke kaart de poort zit die je nodig hebt. Type kaart Toetsenbord Printer Boxen Netwerk Extern modem
3. In een advertentie staat de volgende tekst. Athlon 2700+, 256 KB, 200 GB, 512 MB DDR-RAM, 56 Kbps, 100 Mbps, DVD 9.6x/4.8x/32x Wat betekenen de getallen en de afkortingen? Om welk apparaat gaat het hierbij? Afkorting Athlon 2700+ 256 KB GeForce 128 MB 200 GB 512 MB DDR-RAM 56 Kbps 100 Mbps DVD 9.6x/9.6x/32x
Apparaat
Omschrijving
PRAKTIJKOPDRACHT 1
Thema: Multimedia
Hardware 2
MM-04-02-06
Herkennen en omschrijven van uitbreidingen Deze opdrachten lijken op de praktijkopdrachten bij Hardware, maar zijn uitgebreider. Dit heb je nodig: – tekengereedschap – uitwerkblad – een uitgebreide computer – tekst Uitbreidingen voor de computer ■
■
Dit ga je doen: Voorbereiden 1. Maak een zo nauwkeurig mogelijke tekening van de achterkant van de computer. 2. Zoek op alle ingestoken kaarten de symbolen die in de bevestigingsplaatjes zijn gedrukt. (Er kunnen kaarten bij zitten waarin geen symbolen zijn gedrukt.) 3. Teken elk symbool na en geef aan wat het symbool betekent. ■
■
Herkennen van de kaarten en hun aansluitingen 1. Geef van elke uitbreidingskaart de functie in de computer aan. Een volledige beschrijving is niet nodig. Geef wel de officiële benaming. Voorbeelden van uitbreidingskaarten zijn: – modem – netwerkkaart – geheugenkaart 2. Geef voor elke computeraansluiting aan wat je op die plaats kunt aansluiten. Bijvoorbeeld: de telefoon, het netwerk. ■
■
Aantekeningen
PRAKTIJKOPDRACHT 2
Thema: Multimedia
Hardware 2 Herkennen en tekenen van componenten in de computer Dit heb je nodig: – tekengereedschap – uitwerkblad – een uitgebreide computer, ZONDER netsnoer – tekst Uitbreidingen voor de computer ■
Dit ga je doen: Voorbereiden 1. Haal alle snoeren uit de aansluitingen. 2. Maak de computer open met een passende schroevendraaier. ■
Tekenen en benoemen van de hoofdcomponenten 1. Teken op je uitwerkblad de plaats van de volgende onderdelen: – extra drives (cd-r, cd-rw, dvd, enz.), – geluidskaart – videokaart – modem – netwerkkaart – RAM-chips 2. Zet de namen van de onderdelen erbij. ■
Tekenen en benoemen van de uitbreidingsslots 1. Zoek de uitbreidingsslots op. 2. Teken de slots zo nauwkeurig mogelijk na op je uitwerkblad. 3. Geef van de slots aan om welk type slot het gaat (PCI, ISA of AGP). ■
Afsluiten: 1. Plaats het deksel terug op de computer. 2. Draai het deksel vast met de juiste schroeven en een passende schroevendraaier. ■
MM-04-02-07
Checklist
Thema: Multimedia
Hardware 2
MM-04-02-08
Uitbreidingen voor de computer
Ga na of je alles goed hebt gedaan. Kruis aan wat klaar is. Leerling
Docent
Heb je alle uitbreidingskaarten van de computer nagetekend en benoemd?
O
O
Heb je voor iedere aansluiting aangegeven welke apparaten je mag aansluiten?
O
O
Heb je alle genoemde onderdelen in de computer aangegeven?
O
O
Heb je alle genoemde extra drives in de computer aangegeven?
O
O
Heb je alle uitbreidingsslots van de computer nagetekend en benoemd?
O
O
Heb je de (open) computer net zo achtergelaten als je hem aantrof?
O
O
Theorie Hardware 2
Thema: Multimedia MM-04-02-09
1. Wat vond je leuk aan deze praktijkopdrachten?
2. Wat vond je moeilijk aan deze praktijkopdrachten?
3. Had je voldoende tijd voor de praktijkopdrachten?
4. Geef jezelf een beoordeling voor deze praktijkopdrachten: O Zeer onvoldoende want: ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– O Onvoldoende want: –––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– O Zwak want: ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– O Voldoende want: ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– O Goed want: ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– O Zeer goed want: –––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
Eindbeoordeling docent Cijfer: