Van Rapport
Postbus 60055, 6800 JB Arnhem Velperplein 8, 6811 AG Arnhem Telefoon (026) 355 13 55 Fax (026) 355 13 99
[email protected] www.kplusv.nl
Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Gemeente Zoetermeer: 'Plan van aanpak tegengaan problematiek extreem rechtse jongeren' en 'Samen beter signaleren en reageren: deskundigheidsbevordering voor jeugdpartners in Zoetermeer'
Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en
Referentie
Justitie
Arnhem, 22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
Inhoud 1
Inleiding
1
1.1
Achtergrond evaluatie
1
1.2
Opzet evaluatie
1
1.3 2
Projectbeschrijving Voor de start van het project
1 5
2.1
Betrokkenheid
5
2.2
Draagvlak en beleid
5
2.3 3
Samenwerking met externe partijen Start en opzet van het project
6 7
3.1
Start en aanleiding
7
3.2
Doelgroep en doelstellingen
8
3.3
Risico's
8
3.4
Organisatie en communicatie
9
3.5 4
Verantwoording Uitkomsten van het project
9 10
4.1
Realisatie producten/activiteiten
10
4.2
Realisatie versus budget
13
4.3
Monitoring, bijsturing en zelfevaluatie
13
4.4 5
Borging van het project Doeltreffendheid
14 15
5.1
Doelbereik en reikwijdte
15
5.2 6
Maatschappelijk effect Leerpunten
16 17
6.1
Succes- en risicofactoren
17
6.2
Samenwerking
17
6.3
Best practice
18
Bijlagen 1
Relevante definities
2
Geraadpleegde bronnen
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
1
Inleiding 1.1 Achtergrond evaluatie In het kader van de uitvoering van het Actieplan Polarisatie en Radicalisering 2007-2011 vinden verschillende activiteiten plaats. Een deel hiervan wordt mede gefinancierd door het ministerie van Veiligheid en Justitie (VenJ). Dit gebeurt door toekenning van een decentralisatie-uitkering aan gemeenten en door toekenning van een tijdelijke subsidie aan maatschappelijke organisaties. In opdracht van het ministerie van VenJ worden alle projecten en aanpakken waarvoor een decentralisatie-uitkering of een subsidie is toegekend geëvalueerd. Met deze evaluatie streeft het ministerie van VenJ een aantal doelen na: leren voor volgende projecten en aanpakken; de resultaten van projecten en aanpakken inzichtelijk maken; het bereik van projecten en aanpakken inzichtelijk maken; 'best practices' benoemen en toegankelijk maken voor betrokkenen.
1.2 Opzet evaluatie Deze evaluatie bevat de evaluatie van twee projecten waarvoor de gemeente Zoetermeer twee verschillende decentralisatie-uitkeringen heeft aangevraagd en toegewezen gekregen. Het eerste project behelst het 'Plan van aanpak polarisatie en radicalisering Zoetermeer' en het tweede project gaat over deskundigheidsbevordering en vormt een aanvullend deelproject bij het 'Plan van aanpak'. Vanwege deze samenhang hebben we ervoor gekozen de evaluatie van de twee afzonderlijke decentralisatie-uitkeringen samen te voegen. De evaluatie is uitgevoerd door bestudering van het onderzoeksplan, de beschikbare achtergronddocumentatie en eventueel beschikbare eigen evaluatiedocumenten. De projectleider heeft parallel daaraan een webenquête ingevuld. De ingevulde webenquête vormde voor de onderzoekers, tezamen met vragen naar aanleiding van de overige documentatie, de gespreksrichtlijn voor de gesprekkenronde. De onderzoekers hebben met de projectleider, beleidsadviseur Jeugd van de gemeente Zoetermeer, gesproken. Doel van de gesprekkenronde was een nadere invulling en verdieping van de uit schriftelijke bronnen verkregen informatie. Het resultaat is het onderhavige rapport. De diverse elementen uit de evaluatie zijn weergegeven in de navolgende paragrafen.
1.3 Projectbeschrijving Deze paragraaf beschrijft het project en het aanvullende deelproject van de gemeente Zoetermeer zoals deze zijn beschreven bij de gehonoreerde aanvraag voor een decentralisatieuitkering in december 2007 c.q. in juni 2009. Gemeente Zoetermeer ziet zich sinds een aantal jaren geconfronteerd met radicaliserende jongeren met extreem-rechtse sympathieën. Het beleid van de gemeente gericht op radicaliserende jongeren maakt onderdeel uit van het beleid ten aanzien van risicojeugd.
Pagina 1
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
Het algemene doel van het beleid risicojeugd is een sluitende structuur en aanpak te realiseren ten behoeve van problematische jeugdgroepen en risicojongeren onder regie van de gemeente gericht op een integrale aanpak van veiligheid, opvoeding, scholing, werk en zorg. De gemeente heeft een plan van aanpak opgesteld in het kader van preventie, pro-actie en repressie van radicaliserende jongeren. Voor dit project heeft de gemeente Zoetermeer een decentralisatieuitkering aangevraagd in december 2007. De projectnaam is: 'Plan van aanpak polarisatie en radicalisering Zoetermeer'. Het project 'Plan van aanpak polarisatie en radicalisering Zoetermeer' loopt van 2008 tot 2011 en het richt zich met name op: rechtsradicalisering/extremisme. De gemeente Zoetermeer heeft in juni 2009 een aanvullende aanvraag voor een decentralisatie-uitkering in het kader van het Actieplan polarisatie en radicalisering gedaan. De deelprojectnaam is: 'Samen beter signaleren en reageren: deskundigheidsbevordering voor jeugdpartners in Zoetermeer'. Bij de eerste aanvraag tot een decentralisatie-uitkering was een beperkt budget voor deskundigheidsbevordering opgenomen. Tijdens uitvoering van het plan van aanpak heeft de gemeente Zoetermeer samen met Radar Advies een plan ontwikkeld voor een Zoetermeers systeem van monitoren van polarisatie en radicalisering met als titel 'Alert èn genuanceerd'. Voor en goede monitoring is het van essentieel belang dat de betrokken professionals effectief signaleren en handelingsmogelijkheden hebben. Hiertoe zet de gemeente Zoetermeer in op een meer uitgebreide deskundigheidsbevordering. Voor een eenmalige extra impuls aan de deskundigheidsbevordering van een groot aantal betrokken professionals wordt voor 2009 om extra middelen gevraagd. Het project 'Samen beter signaleren en reageren: deskundigheidsbevordering voor jeugdpartners in Zoetermeer' vindt plaats in het laatste kwartaal 2009 en richt zich met name op: polarisatie; rechtsradicalisering/extremisme; islamitische radicalisering/extremisme. In de oorspronkelijke projectopzet was de volgende doelstelling opgenomen: 'Een sluitende structuur en aanpak te realiseren ten behoeve van problematische jeugdgroepen en risicojongeren onder regie van de gemeente gericht op een integrale aanpak van veiligheid, opvoeding, scholing, zorg en werk'. De gemeente heeft de volgende doelstelling toegevoegd: 'Deskundigheidsbevordering realiseren om te zorgen dat de betrokken professionals effectiever kunnen signaleren, signalen met elkaar delen en zaken oppakken'.
Pagina 2
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
In de onderstaande tabel zijn de activiteiten weergegeven die bij het project en het aanvullende deelproject zijn geformuleerd. Categorie activiteiten
Welke deelprojecten en/of activiteiten waren bij de start van het project geformuleerd?
Kennisuitwisseling
1. Kenniscentrum Het bovenschoolse netwerk ZZoN krijgt een kenniscentrumfunctie voor onder andere kennis over radicalisering. In het beleid RisicoJeugd was al bepaald dat ZZoN het centrale meldpunt voor risicojongeren tussen de 10 en 24 jaar wordt, ook voor schoolgaande jeugd, waar door een multidisciplinair team voor risicojongeren een plan van aanpak wordt opgesteld.
Onderzoek
2. Monitor ontwikkelen Om de ontwikkeling van radicaliserende jongeren te kunnen volgen wordt een monitor ontwikkeld. De monitor brengt gegevens en signalen van de verschillende bestaande registratiesystemen bij elkaar: informatie uit het Jongeren Informatie Systeem (JIS), politiegegevens, signalen uit wijkoverleggen, wijkagenten, jongerenwerkers en leerplichtambtenaren. De rapportage wordt periodiek besproken in de Kerngroep Risicojeugd. Voor de monitoring moeten indicatoren, vragenlijsten et cetera worden ontwikkeld.
Meldpunt/ informatiehuishouding Training professionals
3. Verbeteren signalering en registratie Onderzoeken op welke manier radicalisering in het JIS kan worden geregistreerd. 4. Informatiemiddag scholen Informatiemiddag organiseren voor scholen over mogelijkheden om aandacht te besteden aan onderwerpen als polarisatie en radicalisering. 5. Deskundigheidsbevordering (aanvullend deelproject) Professionals leren beter te signaleren, voor eigen handelen en de monitor. Verder professionals meer handelingsmogelijkheden beiden bij het signaleren van problemen rond polarisatie en radicalisering. 6. Jongerenwerk ondersteunen Themadag organiseren voor jongerenwerkers met als doel te onderzoeken op welke wijze het jongerenwerk zich meer kan richten op activiteiten waarbij jongeren uit verschillende culturen samenwerken. De activiteiten worden vervolgens georganiseerd. Verder wordt aan jongerenwerkers een passend ondersteuningsaanbod gedaan in het kader het omgaan met radicaliserende jongeren en jongeren met verschillende culturele achtergronden.
Acties t.b.v. de doelgroep 7. 'Pellen' van groepen radicaliserende jongeren Het ontleden van jongerengroepen draagt bij tot preventie en kan aanleiding geven tot pro-actie. Ook kan vastgesteld worden dat voor individuele jongeren een repressieve aanpak adequaat is. 8. Filmproject Stichting SHOOT gaat in 2008 in Zoetermeer een filmproject opzetten 'Wie ben jij?' samen met overlastgevenden jongeren. Het duurt circa 6 maanden, waarbij een implementatieplan wordt gemaakt hoe de jongeren dichter bij de buurtbewoners kunnen worden gebracht.Het jongerenwerk zal jongeren stimuleren mee te doen. Isolatie en verder afglijden wil men hiermee voorkomen.
Pagina 3
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
Categorie activiteiten
Welke deelprojecten en/of activiteiten waren bij de start van het project geformuleerd?
Overige activiteiten
9. Opvoedingsondersteuning Medewerkers van het Kwadraad en HALT zijn getraind om de interventies voor ouders van tegendraadse jongeren aan te bieden. De gemeente wil bij wijze van pilot een interventie opzetten voor ouders van een groep extreemrechtse jongeren. De aangeboden cursus wordt geevalueerd zodat de ervaring ook in andere gemeenten kan worden ingezet. Verder worden de themabijeenkomsten voor ouders van tegendraadse jeugd uitgebreid. 10. Sociaal rampenplan In het Sociaal rampenplan worden afspraken gemaakt over de aanpak bij incidenten, informatieuitwisseling en communicatie naar pers en burgers.
De gemeente Zoetermeer heeft haar activiteiten in het plan van aanpak onderverdeeld naar de volgende categorieën: a. preventie: hieronder vallen activiteiten 4, 6, 7, 8 en 9; b. pro-actie: hieronder vallen activiteiten 1, 2, 3, 5, 7 en 10; c. repressie: hieronder valt activiteit 7. In totaal heeft het ministerie van VenJ aan de gemeente Zoetermeer een bedrag van € 121.000 toegekend voor het project 'Plan van aanpak polarisatie en radicalisering Zoetermeer'. In totaal heeft het ministerie van VenJ aan de gemeente Zoetermeer een bedrag van € 10.200 toegekend voor het aanvullende deelproject 'Samen beter signaleren en reageren: deskundigheidsbevordering voor jeugdpartners in Zoetermeer'.
Pagina 4
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
2
Voor de start van het project De volgende paragrafen gaan over de situatie voorafgaand aan de start van het project. We kijken hierbij in het bijzonder naar de bekendheid van de organisatie met het vraagstuk van polarisatie en radicalisering, het bestaande beleid en de samenwerking met externe partijen.
2.1 Betrokkenheid Bij betrokkenheid gaat het om de mate waarin de organisatie voor de start van het project al betrokken was bij het vraagstuk van polarisatie en radicalisering. Zoetermeer kent al sinds 2004 problemen met overlast, geweld en steeds radicalere ideeën van het extreem rechtse jongeren. Toename van het aantal skinheads en/of Lonsdale-jongeren in combinatie met toename van het aantal incidenten heeft ertoe geleid dat de gemeente in 2006 beleid heeft opgesteld om deze jongeren aan te pakken. Zoetermeer was een van de eerste gemeenten in Nederland die beleid heeft opgesteld specifiek gericht op extreem rechtse jongeren. De gemeente Zoetermeer heeft haar beleid in 2007 verder uitgewerkt. Omdat de gemeente het van belang acht, gezamenlijk met de partners als politie en jongerenwerk blijvend aandacht te besteden aan deze problematiek, heeft de gemeente het 'Plan van aanpak polarisatie en radicalisering Zoetermeer' opgesteld'. De gemeente/organisatie is bekend geraakt met de decentralisatie-uitkering: via contacten binnen het eigen netwerk.
2.2 Draagvlak en beleid In deze evaluatie is gevraagd naar het draagvlak binnen de organisatie voor het gestructureerd tegengaan van polarisatie en radicalisering. Het gaat om de aandacht op management en/of bestuurlijk niveau in de organisatie. Dit kan onder meer tot uiting komen in beleid en concrete doelstellingen. Voor de start van het project was binnen de gemeente op bestuurlijk/managementniveau aandacht voor het vraagstuk van polarisatie en radicalisering. Het betrof beleid op het vlak van: radicalisering; extreem rechts. Dit beleid richtte zich op mogelijk radicaliserende jongeren en radicaliserende jongeren. In 2006 stelde de gemeente de 'lokale aanpak extreem rechts' op. Kenmerken van de aanpak waren: een groepsgerichte aanpak waarbij de groepsleden individueel worden aangesproken; een sluitende overlegstructuur onder regie van de gemeente waarbij zowel preventief als repressief beleid wordt ingezet. Een aantal voorstellen in de 'lokale aanpak extreem rechts' werd later uitgewerkt in de uitvoeringsnotitie RisicoJeugd, die in mei 2007 is vastgesteld door de Raad.
Pagina 5
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
Het algemene doel van het beleid RisicoJeugd is een sluitende structuur te realiseren ten behoeve van problematische jeugdgroepen en risicojongeren onder regie van de gemeente gericht op een integrale aanpak van veiligheid, opvoeding, scholing, werk en zorg. Het gaat er in de uitvoeringsnotitie RisicoJeugd (2007-2011) onder andere om dat radicaliserende jongeren tijdig worden gesignaleerd en geregistreerd. De directe omgeving van de jongeren en de ondersteunende instellingen worden hierbij betrokken. Een groot aantal regionale organisaties
1
heeft in 2007 het Convenant RisicoJeugd ondertekend. In de uitvoeringsnotitie wordt ondermeer ingezet op: vroegtijdig signaleren en informatie-uitwisseling; inzicht krijgen in problematiek en risicofactoren van problematisch gedrag/overlast door jongeren; een kenniscentrum dat expertise moet aanboren op het terrein van integratie, discriminatie, radicalisering, criminaliteit op het terrein van aanpak/methodieken en instrumenten; monitoring op concrete resultaten, effect en proces. In de aanpak worden het wijknetwerk, zorgnetwerk en het justitiële netwerk met elkaar verbonden. Ondanks een afname van de overlast die extreem-rechtse jongeren veroorzaken stelde de gemeente in december 2007 het plan van aanpak van radicalisering en polarisatie op omdat 'gezamenlijk met de partners blijvend aandacht moet worden besteed aan de problematiek'.
2.3 Samenwerking met externe partijen In de regel wordt voorafgaand aan de projecten al samengewerkt met diverse partijen. In de evaluatie is gevraagd naar de samenwerking en het succes van de samenwerking. Door de gemeente werd voor de start van het project al samengewerkt met andere externe organisaties bij het tegengaan van polarisatie en radicalisering. De gemeente/organisatie werkte voorafgaand aan dit project al samen met: welzijnswerk (bijvoorbeeld buurthuizen, jeugdcentra); politie. De gemeente kwalificeert de samenwerking met bovengenoemde organisaties als volgt: Type organisatie
De gemeente/organisatie kwalificeert de samenwerking als:
Welzijnswerk (bijvoorbeeld buurthuizen, jeugdcentra)
Enigszins succesvol
Politie
Succesvol
Volgens de gemeente is de samenwerking met welzijnswerk moeizaam omdat het jongerenwerk niet heel deskundig opereert. Bijzonder aandachtspunt bij de samenwerking is dat jongerenwerk meer aandacht krijgt voor het delen van informatie.
1
GGD, Jongerenwerk, Primair Onderwijs, Voortgezet Onderwijs, ROC, Politie, Bureau Jeugdzorg, Raad voor de Kinderbescherming, Reclassering Nederland, Openbaar Ministerie, Algemeen Maatschappelijk Werk, Verslavingszorg, HALT.
Pagina 6
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
3
Start en opzet van het project Dit hoofdstuk gaat in op de start en opzet van het project. Het gaat hierbij om de aanleiding van het project, de initiatiefnemers en de beoogde doelen en doelgroepen bij de start van het project. Ook wordt ingegaan op de succes- en risicofactoren, de organisatie en de communicatie en de verantwoording.
3.1 Start en aanleiding Aanleiding voor het opstellen in 2006 van de 'lokale aanpak extreem rechts' is een toenemend aantal incidenten met skinheads en/of Lonsdalers. De eerste keer dat deze groep zichtbaar werd was tijdens de 5 mei viering in 2004. Vervolgens hebben zich incidenten voorgedaan zoals bekladdingen met graffiti, vandalisme en geweld tegen goederen en personen. Bij een aantal incidenten komt het tot conflicten met Antilliaanse jeugd. In juli 2005 staan bij de politie ruim 200 jongeren geregistreerd als Lonsdalejongeren. Circa 30 jongeren in Zoetermeer staan bekend als doorgeradicaliseerde ex-Lonsdalers met duidelijke politieke opvattingen. Zij noemen zichzelf Jeugd Storm Nederland (voorheen Soetermeers Skinhead Front). De gemeente Zoetermeer geeft aan dat het aantal incidenten met Lonsdalers vanaf de zomer 2006 afnam. De wethouder constateerde dat de 'lokale aanpak extreem rechts' een afschrikwekkend effect heeft gehad. Het probleem is volgens de gemeente nog niet opgelost. Jongeren met extreem-rechtse sympathieën zijn moeilijker te herkennen doordat het merk Lonsdale minder populair is geworden. Regelmatig worden er nog extreem-rechtse uitingen in bekladdingen met graffiti aangetroffen. De politie schatte in dat de harde kern ten tijde van de aanvraag voor het plan van aanpak (2007) uit circa 15 jongeren bestond. Er waren op dat moment geen signalen van andere vormen van radicalisering van jongeren. Het oorspronkelijke plan van aanpak richtte zich op extreem-rechtse jongeren. Bij de aanvraag van de decentralisatie-uitkering van het aanvullende deelproject (2009) stelde de gemeente dat Zoetermeer naast de harde kern van extreem-rechtse jongeren sinds twee jaar ook signalen van moslim-radicalisme krijgt. In het kader van de monitoringsaanpak is een uitgebreide consultatieronde gehouden langs betrokken organisaties bij polarisatie en radicalisering. Hieruit bleek dat betrokkenen zich zorgen maakten over ontwikkelingen binnen de moslimbevolking. Delen daarvan zouden zich onttrekken van de samenleving en aan (omgangs)regels. De ontwikkeling van een extremistisch/salafistische groepering bood mogelijk een platform voor radicalisering van jongeren. In de consultatieronde werden ook zorgen geuit over polarisatie. Verschillende betrokkenen beaamden dat ze het idee hebben dat een deel van de allochtone bevolking zich niet welkom voelt in Zoetermeer. Het aanvullende deelproject richt zich dan ook op deskundigheidsbevordering voor problematiek rond polarisatie en radicalisering. Het initiatief tot de start van het project en het aanvullend deelproject is genomen door de projectleider binnen de eigen organisatie.
Pagina 7
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
3.2 Doelgroep en doelstellingen In de onderstaande tabel zijn de doelstellingen weergegeven zoals deze in het oorspronkelijke projectplan waren opgenomen. In de evaluatie is vervolgens gevraagd of de doelstellingen nog gelden. Tevens is de doelstelling van het aanvullende deelproject opgenomen. Doelstelling
Geldigheid doelstelling
Doelgroep
Een sluitende structuur en aanpak Doelstelling geldt nog. te realiseren t.b.v. problematische jeugdgroepen en risicojongeren onder regie van de gemeente gericht op een integrale aanpak van veiligheid, opvoeding, scholing, zorg en werk.
(Mogelijk) radicaliserende jongeren. Bij aanvang van het project in 2007 richtte de aanpak zich op jongeren met extreem-rechtse sympathieën. Gedurende het onderzoek kwamen signalen van moslimradicalisme naar voren en richtte de aanpak zich ook op jongeren met moslimradicale ideeen.
Deskundigheidsbevordering
Politie, jongerenwerk, onderwijs, zorg
Doelstelling geldt nog.
De onderstaande tabel geeft de deelprojecten of activiteiten weer en het beoogde bereik daarvan. Categorie activiteiten
Deelprojecten en/of activiteiten
Omvang beoogde doelgroep (raming)
Kennisuitwisseling
1. Kenniscentrum
Geen raming gedaan.
Onderzoek
2. Monitor ontwikkelen
Geen raming gedaan.
Meldpunt/informatiehuishouding 3. Verbeteren signalering en registratie
Geen raming gedaan.
Training professionals
4. Informatiemiddag scholen
Geen raming gedaan.
5. Deskundigheidsbevordering
120
6. Jongerenwerk ondersteunen
Geen raming gedaan.
7.'Pellen' van groepen radicaliserende jongeren
Geen raming gedaan.
Acties t.b.v. de doelgroep
8. Filmproject Overige activiteiten
9. Opvoedingsondersteuning
Geen raming gedaan.
10.Sociaal rampenplan
3.3 Risico's Kritieke succes- en risicofactoren zijn de factoren die een grote impact kunnen hebben op het welslagen van het project. In deze evaluatie is gevraagd of voorafgaand aan het project de kritieke succes- en risicofactoren inzichtelijk zijn gemaakt. Bij het Plan van aanpak radicalisering en polarisatie zijn deze factoren niet omschreven. Voorafgaand aan het aanvullende deelproject gericht op deskundigheidsbevordering is het grootste risico in kaart gebracht: het is lastig om daadwerkelijk alle betrokkenen bereid en in staat te vinden om bij de trainingen aanwezig te zijn. Deze risicofactor is geminimaliseerd doordat met het project 'Alert en genuanceerd' al veel draagvlak is gecreëerd voor de deskundigheidstraining.
Pagina 8
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
Verder zullen de wensen en vragen van de deelnemers verder worden verkend en zal het aanbod daarop worden afgestemd. Ook wordt rekening gehouden met de tijdstippen waarop de trainingen plaats vinden.
3.4 Organisatie en communicatie Het Centraal Regie Overleg Jeugd (CRO-J) bewaakt de uitvoering van de uitvoeringsnotitie Jeugd. Het CRO-J komt 2 tot 3 keer per jaar bijeen onder voorzitterschap van de wethouder Jeugd en Onderwijs en bestaat uit de gemeente, politie, MOOI Zoetermeer, GGD, Bureau Jeugdzorg, Raad voor de Kinderbescherming en Reclassering Nederland. Voor de uitvoeringsnotitie RisicoJeugd heeft de gemeente een coördinator ingesteld. Deze coördinator is tevens aandachtsfunctionaris radicalisering. Dit houdt in het bewaken en coördineren van alle activiteiten die zijn gerelateerd aan radicalisering. De rol van projectleider van dit project valt hieronder. Verder zijn er verschillende organen waarbinnen het thema radicalisering wordt besproken: In het kader van de monitor is een kernteam geformeerd dat de voortgang bewaakt. Het kernteam bestaat uit de beleidsadviseurs integratie en openbare orde en veiligheid, het hoofd wijkmanagement, politie en jongerenwerk. Wijkaanpak jongerengroepen: elke wijk voert een keer per maand overleg, deelnemers zijn wijkmanagers, jongerenwerk, opbouwwerk. Radicalisering is hierbij een vast agendapunt. Zorg Advies Team bestaat uit coördinatoren van scholen en gemeente. Zij hebben de deskundigheidstraining gevolgd en bespreken onder meer ontwikkelingen van risicojeugd. Overleg Scholen Veiligheid wordt voorgezeten door de gemeentelijke aandachtsfunctionaris radicalisering en vanuit dit orgaan worden signalen aangeleverd voor de monitor. Voor de interne en externe communicatie over de activiteiten is geen plan opgesteld. Met het opstellen van een sociaal rampenplan is wel aandacht besteed aan de communicatie naar burgers en pers in geval incidenten zich voordoen.
3.5 Verantwoording Het thema polarisatie en radicalisering van jongeren staat in de gemeente Zoetermeer hoog op de agenda. Dit blijkt uit het voorzitterschap van de wethouder van het CRO-J. Daarnaast voert de aandachtsfunctionaris radicalisering periodiek overleg over de voortgang van het Plan van aanpak polarisatie en radicalisering met zowel de wethouder Jeugd en Onderwijs als de wethouder Veiligheid. De verantwoording aan bestuur/management over de voortgang en besteding van de middelen vindt plaats: in programmabegroting en jaarverslag (P&C-cyclus gemeente); in bestuursrapportages (P&C-cyclus gemeente); door een mondelinge terugkoppeling, meerdere malen per jaar.
Pagina 9
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
4
Uitkomsten van het project Dit hoofdstuk belicht datgene wat het project heeft opgeleverd aan producten of activiteiten. Ook wordt ingegaan op het budget en het proces van monitoring en zelfevaluatie.
4.1 Realisatie producten/activiteiten Categorie activiteiten Deelprojecten en/of activiteiten Kennisuitwisseling
Gerealiseerd? Toelichting
1. Kenniscentrum
Nee, nog niet Voor andere opzet gekozen. Het bovenschoolse netwerk ZZoN krijgt een kenniscentrumfunctie voor onder gerealiseerd met als reden: andere kennis over radicalisering. In het beleid RisicoJeugd was al bepaald dat ZZoN het centrale meldpunt voor risicojongeren tussen de 10 en 24 jaar wordt, ook voor schoolgaande jeugd, waar door een multidisciplinair team voor risicojongeren een plan van aanpak wordt opgesteld
Onderzoek
2. Monitor ontwikkelen
Ja
Om de ontwikkeling van radicaliserende jongeren te kunnen volgen wordt een monitor ontwikkeld. De monitor brengt gegevens en signalen van de verschillende bestaande registratiesystemen bij elkaar: informatie uit het Jongeren Informatie Systeem (JIS), politiegegevens, signalen uit wijkoverleggen, wijkagenten, jongerenwerkers en leerplichtambtenaren. De rapportage wordt periodiek besproken in de Kerngroep Risicojeugd. Voor de monitoring moeten indicatoren, vragenlijsten et cetera worden ontwikkeld. Meldpunt/ informatiehuishouding
3. Verbeteren signalering en registratie Onderzoeken op welke manier radicalisering in het JIS kan worden geregistreerd.
Ja
Radicalisering gekoppeld aan de Verwijs Index Systeem (VIS). Alle groepsinformatie wordt hier opgeslagen. Jongerenwerkers voeren groepen in, wijkmanagers voegen informatie toe. Vervolgens volgt een plan van aanpak voor de groepen.
Pagina 10
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
Categorie activiteiten Deelprojecten en/of activiteiten
Gerealiseerd? Toelichting
Training professionals
Ja
4. Informatiemiddag scholen Informatiemiddag organiseren voor scholen over mogelijkheden om aandacht te besteden aan onderwerpen als polarisatie en radicalisering. 5. Deskundigheidsbevordering
Ja
Professionals leren beter te signaleren, voor eigen handelen en de monitor. Verder professionals meer handelingsmogelijkheden beiden bij het signaleren van problemen rond polarisatie en radicalisering. 6. Jongerenwerk ondersteunen
Deels Themadag organiseren voor jongerenwerkers met als doel te onderzoeken gerealiseerd op welke wijze het jongerenwerk zich meer kan richten op activiteiten waarbij jongeren uit verschillende culturen samenwerken. De activiteiten worden vervolgens georganiseerd. Verder wordt aan jongerenwerkers een passend ondersteuningsaanbod gedaan in het kader het omgaan met radicaliserende jongeren en jongeren met verschillende culturele achtergronden.
Acties t.b.v. de doelgroep
Jongerenwerkers hebben deelgenomen aan de deskundigheidsbevordering. In het najaar krijgen ze een specifieke training die vooral gericht is op gespreksvaardigheden om nog beter signalen op te kunnen pakken. Verder zijn het vaak jongeren die geen contact willen met het jongerenwerk waardoor er ook geen activiteiten aangeboden kunnen worden.
7. 'Pellen' van groepen radicaliserende jongeren
Deels Er deden zich weinig gerealiseerd groepen voor. De Het ontleden van jongerengroepen draagt bij tot preventie en kan aanleiding met als reden: gemeente is nu aan de geven tot pro-actie. Ook kan vastgesteld worden dat voor individuele slag met een groepje in jongeren een repressieve aanpak adequaat is. het kader van de wijkaanpak. 8. Filmproject Ja Stichting SHOOT gaat in 2008 in Zoetermeer een filmproject opzetten 'Wie ben jij?' samen met overlastgevenden jongeren. Het duurt circa 6 maanden, waarbij een implementatieplan wordt gemaakt hoe de jongeren dichter bij de buurtbewoners kunnen worden gebracht.Het jongerenwerk zal jongeren stimuleren mee te doen. Isolatie en verder afglijden wil men hiermee voorkomen.
Overige activiteiten
9. Opvoedingsondersteuning
Nee, nog niet gerealiseerd Medewerkers van het Kwadraad en HALT zijn getraind om de interventies voor ouders van tegendraadse jongeren aan te bieden. De gemeente wil bij met als reden: wijze van pilot een interventie opzetten voor ouders van een groep extreemrechtse jongeren. De aangeboden cursus wordt geëvalueerd zodat de ervaring ook in andere gemeenten kan worden ingezet. Verder worden de themabijeenkomsten voor ouders van tegendraadse jeugd uitgebreid.
10. Sociaal rampenplan
Gericht op ouders van de 'pelgroep'. Er deden zich geen grote probleem met jongeren voor.
Ja
In het Sociaal rampenplan worden afspraken gemaakt over de aanpak bij incidenten, informatieuitwisseling en communicatie naar pers en burgers.
De monitor is ontwikkelt en een duidingssessies van de eerste resultaten heeft plaatsgevonden. De resultaten onderstrepen de toelichting van de projectleider dat de doelgroep is veranderd en dat om deze reden enkele activiteiten uit het plan van aanpak radicalisering en polarisatie zijn bijgestuurd of niet hebben plaatsgevonden.
Pagina 11
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
Het straatbeeld van Zoetermeer is veranderd en het blijkt lastig om groepen jongeren te identificeren, te duiden en in te schatten of, en zo ja welke aanpak geschikt is. De monitor geeft het volgende inzicht: In Zoetermeer zijn de 'Lonsdalejongeren' die enkele jaren gelden voor veel ophef zorgden, grotendeels uit het straatbeeld verdwenen. Radicale extreem-rechtse jongeren zijn er nog wel, maar in mindere mate en minder zichtbaar en de 'meelopers' van enkele jaren geleden zijn afgehaakt. Verder vormen zich nieuwe groepen van jongeren met (extreem)rechtse ideeën, waarvan niet duidelijk is in hoeverre zij radicaliseren en een gevaar vormen voor de veiligheid in Zoetermeer. In Rokkeveen, de 'witste' wijk van Zoetermeer, wordt een bepaalde (niet-politieke) afkeer van 'buitenlanders' openlijk geuit. In deze wijk is het aantal discriminatieklachten ook relatief hoog. Het risico op polarisatie is daarmee zeker aanwezig. Er is sprake van een verschuiving van de aandacht van extreem-rechts radicalisme naar islamitisch radicalisme in Zoetermeer. Dit komt enerzijds door het uit beeld verdwijnen van de 'Lonsdalejongeren' en anderzijds door het in beeld verschijnen van orthodoxe moslims. Of deze ook radicaal zijn, is niet duidelijk. Het belang van het onderscheid tussen orthodox en radicaal werd door meerdere gesprekspartners benadrukt. Er is onvoldoende zicht op wat er leeft in de moslimgemeenschap. In algemene zin, concludeert de monitor, worden polarisatie en radicalisering momenteel in Zoetermeer niet als grote problemen gezien. Er zijn af en toe incidenten die met polarisatie en radicalisering te maken (kunnen) hebben, maar de afgelopen jaren is geen sprake geweest van een duidelijke toename of afname van dergelijke incidenten. Dit wil niet zeggen dat dit in de toekomst zo zal blijven. Er is weinig zicht op het afgenomen aantal rechts-radicale jongeren, de nieuwe groepen met extreem-rechtse ideeën, en islamitisch radicalisme, waardoor het moeilijk vast te stellen is wat de dreiging van deze groepen is. Het project in Zoetermeer geeft weer dat risicogroepen binnen de maatschappij snel kunnen opkomen en verdwijnen en dat het lastig is om deze groepen goed in beeld te krijgen. Ondanks de integrale aanpak lijkt het voor de gemeente nauwelijks mogelijk om gericht preventief te sturen en loopt zij achter bij nieuwe situaties en ontwikkelingen van risicogroepen. Naar onze opvatting heeft de gemeente een forse stap vooruit gezet met het ontwikkelen van de monitor: dit kan een goede tool blijken te zijn om een completer inzicht te krijgen in ontwikkelingen en hiaten van de aanpak.
Pagina 12
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
4.2 Realisatie versus budget Voor het project is een budget opgesteld. In dit budget is een verdeling opgenomen tussen een bijdrage door VenJ en de bijdrage door de gemeente (in uren en in een bijdrage aan de 'out of pocket'-costs). Voor de posten die zijn gedekt door VenJ-gelden geldt het volgende: het oorspronkelijk begrote budget is onvoldoende gebleken voor het realiseren van de doelstelling op het gebied van de deskundigheidsbevordering. Bij de tweede aanvullende aanvraag voor een decentralisatieuitkering heeft de gemeente hiertoe om aanvullende middelen verzocht en toegewezen gekregen. Verder kostte de aanlooptijd voor het daadwerkelijk opzetten van de monitor meer tijd en geld dan van tevoren was ingeschat. Daar staat tegenover dat een aantal activiteiten niet is gerealiseerd vanwege afname van de doelgroep.
4.3 Monitoring, bijsturing en zelfevaluatie Een onderdeel van projectmanagement is monitoring en vervolgens bijsturing. De realisatie van de projectdoelstelling en het bereik naar de doelgroep is op de volgende wijze gemonitord: de projectleider heeft regie op de projecten en stuurt bij; de monitor volgt de ontwikkelingen ten aanzien van polarisatie en radicalisering en deze resulaten worden geduid in duidingssessies met alle betrokken partijen. Categorie activiteiten
Deelprojecten en/of activiteiten
Is er sprake geweest van bijsturing?
Eventuele toelichting
Kennisuitwisseling
1. Kenniscentrum
Ja
Er is voor gekozen om een groot aantal professionals direct te trainen.
Onderzoek
2. Monitor ontwikkelen
Ja
Uiteindelijk is de monitor een veel groter onderdeel geworden van het project met niet alleen het doel om te monitoren maar ook om profesionals bewust te maken van de problematiek en daar alert en genunanceerd mee om te gaan. Hieraan gekoppeld heeft de activiteit deskundigheidsbevordering meer gewicht gekregen.
Meldpunt/informatiehuishouding3. Verbeteren signalering en registratie
Nee
Training professionals
4. Informatiemiddag scholen
Nee
5. Deskundigheidsbevordering
Ja
Gedurende het project meer accent gekregen. Hiervoor zijn aanvullende gelden verstrekt door VenJ.
6. Jongerenwerk ondersteunen
Ja
De gemeente onderneemt actie om de jongerenwerkorganisaties te helpen bij het realiseren van de doelstelling.
7. 'Pellen' van groepen radicaliserende jongeren
Ja
Er zijn een aantal acties gericht op de radicaliserende groepen geweest. Er bleken minder groepen dan van tevoren ingeschat. De gemeente heeft verder te maken met veel niet politiek georiënteerde baldadigheid. Hier wordt pellen toegepast.
8. Filmproject
Nee
Acties t.b.v. de doelgroep
Pagina 13
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
Categorie activiteiten
Deelprojecten en/of activiteiten
Is er sprake geweest van bijsturing?
Eventuele toelichting
Overige activiteiten
9. Opvoedingsondersteuning
Ja
Er deed zich geen geschikte doelgroep voor voor de opvoedingsondersteuning. Er was wel een aanbod geregeld.
10.Sociaal rampenplan
Nee
De gemeente is van plan een zelfevaluatie uit te voeren na afloop van het project.
4.4 Borging van het project De borging heeft betrekking op de wijze waarop de uitkomsten en leerpunten van het project een structurele plaats hebben gekregen in het beleid van de gemeente/organisatie. Dit betekent, bijvoorbeeld, dat de kennis, contacten en producten die zijn ontstaan in het project, nu structureel worden toegepast door de initiatiefnemende organisatie en door andere betrokken organisaties. Er is na afronding van het project binnen de eigen organisatie meer aandacht voor processen van polarisatie en radicalisering dan voor de start van het project. De aandachtsfunctionaris radicalisering is de spil in de organisatie voor de aanpak van deze problematiek. Zij draagt er zorg voor dat de resultaten van de aanpak radicalisering worden ingebed in het beleid van de gemeente. Mede op basis van de voortgang van het project is besloten om het RisicoplanJeugd breder in te steken. Naast het Jeugdbeleid en het Veiligheidsbeleid is nu ook binnen het Leefbaarheidsbeleid aandacht voor het voorkomen van polarisatie binnen wijken. Met de betrokken partners wordt nauw samengewerkt en aan de hand van de resultaten van de monitor zijn bij de duidingssessie afspraken gemaakt op welke wijze de resultaten worden ingebed in het beleid van de betrokken externe organisaties.
Pagina 14
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
5
Doeltreffendheid De doeltreffendheid komt aan bod aan de hand van het doelbereik, de reikwijdte en de maatschappelijke effecten van het project.
5.1 Doelbereik en reikwijdte Bij doelbereik gaat het om de realisatie van de doelstellingen. Reikwijdte betreft de mate waarin in het project de beoogde doelgroepen zijn bereikt. De onderstaande tabel geeft het doelbereik weer zoals dat door de gemeente/organisatie zelf wordt ervaren. Doelstelling
Realisatie doelstelling
Eventuele toelichting
Plan van aanpak:
Deels
Het 'Plan van aanpak' is nog in uitvoering. Wel is gebleken dat de doelgroep diffuus was en is het 'Plan van aanpak' op onderdelen bijgesteld. De projectleider geeft aan dat een aantal voorstellen nog door het college moeten worden goedgekeurd.
Deels
Veel deelnemers geven aan dat ze veel geleerd hebben in de training maar dat ze het lastig blijven vinden om goed te signaleren.
Een sluitende structuur en aanpak te realiseren t.b.v. problemtische jeugdgroepen en risicojongeren onder regie van de gemeente gericht op een integrale aanpak van veiligheid, opvoeding, scholing, zorg en werk. Aanvullend deelproject: Deskundigheidsbevordering realiseren om te zorgen dat de betrokken professionals effectiever kunnen signaleren, signalen met elkaar delen en zaken oppakken.
De onderstaande tabel geeft de reikwijdte van het project weer. Doelgroep
Is de beoogde Omvang doelgroep? doelgroep bereikt?
Komt het gerealiseerde bereik overeen met de raming vooraf?
(Mogelijk) radicaliserende jongeren.
Gedeeltelijk
Weet niet/onbekend
Er was geen raming vooraf.
120
Ja
Politie (wijkagenten), Ja jongerenwerk, wijkmanagers (gemeente), onderwijs, zorg, allochtonenorganisaties, ambtenaren, toezichthouders, welzijnswerkers.
Pagina 15
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
5.2 Maatschappelijk effect Uiteindelijk moeten de projecten bijdragen aan het verder tegengaan van polarisatie en radicalisering in de maatschappij. Dit is het beoogd maatschappelijk effect van de door het ministerie ondersteunde projecten. Het project heeft volgens de projectleider enigszins bijgedragen aan een daadwerkelijke vermindering van processen van polarisatie en radicalisering in de samenleving. Binnen de gemeente Zoetermeer vinden verschuivingen plaats van mogelijke risicojongeren. Met de eerste meting van de monitor zijn de verschuivingen aardig in beeld gebracht. Het blijft lastig om de groepen te identificeren en de oorzaken van deze verschuivingen te benoemen. Het project heeft verondersteld bijgedragen aan vermindering van processen van polarisatie doordat: van het beleid gericht op polarisatie en radicalisering een afschrikwekkend effect uitgaat op (mogelijk) radicaliserende jongeren; overlastgevende jongeren en buurtbewoners met elkaar in contact zijn gebracht via het project SHOOT; binnen scholen het bewustzijn voor het onderwerp polarisatie en radicalisering ontstaat en signalen worden afgeven in overleggen met gemeente; professionals meer alert zijn op verschijningsvormen van polarisatie en radicalisering.
Pagina 16
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
6
Leerpunten Dit hoofdstuk belicht de geconstateerde succes- en risicofactoren, de samenwerking en elementen in het project die eventueel kunnen dienen als goede voorbeelden.
6.1 Succes- en risicofactoren Terugkijkend zijn bij het project (tot nu toe) de volgende succesfactoren te benoemen: In het voortraject zijn alle deelnemende organisaties betrokken waardoor draagvlak is ontstaan. Urgentie bij de wethouder voor het onderwerp polarisatie en radicalisering. De deelnemers aan de deskundigheidstraining zijn getraind in de samenstelling waarin ze normaal samenwerken, zodat niet alleen inidividuen maar ook teams deskundiger zijn geworden. De deskundigheidstraining is gegeven door een expert op het gebied van extreem-rechts en een expert op het gebied van moslimradicalisme (zelf moslim). Beiden zijn zeer deskundig en konden goed inspelen op alle vragen die er leefden. De gemeente Zoetermeer is erin geslaagd om zeer breed bij professionals het alert zijn op signalen van radicalisering en polarisatie te herkennen en te delen binnen hiervoor opgezette structuren. De monitor brengt de verschillende signalen van radicalisering en polarisatie bijeen. In een duidingssessie worden de resultaten met professionals en gemeente besproken. De betrokkenheid van de projectleider bij het onderwerp en het onvermoeibaar onder de aandacht brengen van het thema polarisatie en radicalisering. Terugkijkend zijn bij het project (tot nu toe) de volgende risicofactoren te benoemen: Doordat radicalisering niet een erg in het oog springend probleem is, had het draagvlak minder kunnen zijn. Extreem-rechts heeft sinds twee jaar geen prioriteit meer bij de politie. Binnen Zoetermeer komen risicogroepen snel op en kunnen ook weer verdwijnen. Ondanks de integrale aanpak lijkt het voor de gemeente nauwelijks mogelijk om gericht preventief te sturen en loopt zij achter bij nieuwe situaties en ontwikkelingen van risicogroepen.
6.2 Samenwerking In het kader van de evaluatie is gevraagd of het project heeft bijgedragen aan een verbetering van de samenwerking met betrokken organisaties. Het antwoord is: ja, enigszins. De volgende kennis is overgedragen: 120 professionals zijn getraind in het onderwerp radicalisering en polarisatie; de resultaten van de monitor zijn gedeeld in een duidingsbijeenkomst met alle betrokkenen en er zijn afspraken voor het vervolg gemaakt.
Pagina 17
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
6.3 Best practice Er is sprake van een 'best practice' als het afgeronde project of elementen ervan geschikt zijn als positief voorbeeld voor andere organisaties die een dergelijk project willen starten. De projectleider vindt het project en elementen ervan geschikt als positief voorbeeld/'best practice' voor andere organisaties die een dergelijk project willen starten. De volgende elementen van het project zijn geschikt als voorbeeld/'best practice': De monitor brengt de informatie van alle betrokken partners samen en de resultaten worden met alle betrokken partners geduid. De deskundigheidsbevordering van alle betrokken professionals (scholen, welzijnswerkers, wijkmanagement et cetera) bij het thema polarisatie en radicalisering waardoor de professionals daadwerkelijk bewust zijn geworden van en alert voor de problematiek.
Pagina 18
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
Bijlage 1 Relevante definities Onderstaande toelichting is gebaseerd op de definities zoals die door de AIVD en het ministerie van VenJ worden gehanteerd: Activisme is de benaming voor het fenomeen waarbij personen of groepen op buitenparlementaire wijze maar binnen de grenzen van de wet, streven naar bepaalde idealen. Borging van projecten: de verankering van het beleid ontwikkeld in het project, de kennis opgedaan in het project en de resultaten van projecten in de dagelijkse uitvoering door betrokken organisaties. Borging blijkt onder anderen uit de wijze waarop het beleidsonderwerp aandacht krijgt in nieuw beleid, verantwoordelijkheden voor het beleidsonderwerp zijn toegewezen in de organisatie en middelen zijn toegekend om het beleidsonderwerp uit te werken en uit te voeren. Decentralisatie-uitkering: een uitkering die via het Gemeentefonds ter ondersteuning en stimulering van de aanpak op lokaal niveau door het Rijk wordt verstrekt aan gemeenten. Extremisme is het fenomeen waarbij personen of groepen, bij het streven naar bepaalde idealen, bewust over de grenzen van de wet gaan en (gewelddadige) illegale acties plegen. Polarisatie is de verscherping van tegenstellingen tussen groepen in de samenleving die kan resulteren in spanningen tussen deze groepen en toename van segregatie langs etnische en religieuze lijnen. Radicalisering is het proces van toenemende bereidheid om diep ingrijpende veranderingen in de samenleving (eventueel op ondemocratische wijze) na te streven, te ondersteunen of anderen daartoe aan te zetten. Ingrijpende veranderingen zijn ontwikkelingen die een gevaar kunnen opleveren voor de democratische rechtsorde (doel), vaak met ondemocratische methoden (middel), die afbreuk doen aan het functioneren van de democratische rechtsorde (effect). Subsidie: een financiële bijdrage op grond van een tijdelijke subsidieregeling die door het Rijk wordt verstrekt aan zelfstandige rechtspersonen met als doel de ondersteuning van bovenlokale activiteiten ten behoeve van het voorkomen of tegengaan van polarisatie en radicalisering onder jongeren. Terrorisme is het uit ideologische motieven dreigen met, voorbereiden of plegen van op mensen gericht ernstig geweld, dan wel daden gericht op het aanrichten van maatschappijontwrichtende zaakschade, met als doel maatschappelijke veranderingen te bewerkstelligen, de bevolking ernstige vrees aan te jagen of politieke besluitvorming te beïnvloeden. De aan polarisatie en radicalisering verbonden fenomenen en processen kunnen zich manifesteren vanuit rechtse of linkse politieke overtuiging, vanuit islamitische geloofsovertuiging, of vanuit verbondenheid met dierenrechten.
Pagina 1
22 november 2010 Ons kenmerk 1011276-020/ive/aht
Bijlage 2 Geraadpleegde bronnen Aanvraag decentralisatie-uitkering 'Plan van aanpak polarisatie en radicalisering Zoetermeer', gemeente Zoetermeer, december 2007. Aanvraag decentralisatie-uitkering 'Samen beter signaleren en reageren; deskundigheidsbevordering voor jeugdpartners in Zoetermeer', gemeente Zoetermeer, juni 2009. Webenquête. Monitor radicalisering en polarisatie Zoetermeer, eerste meting, mei 2010, concept versie 28 mei 2010. Gesprek met projectleider, beleidsadviseur Jeugd op 1 juni 2010 in Zoetermeer.
Pagina 1