Onderwerpen • Wat is sociaal isolement?
Onkundig en onaangepast: eenzaamheid en sociaal isolement
• Oorzaken en gevolgen • De leefsituatie van sociaal geïsoleerden • Wat kunnen we doen aan sociaal isolement? • Conclusies
Dr. Anja Machielse 12 februari 2007
Wat is sociaal isolement?
Sociale contacten in Nederland*
Iemand is sociaal geïsoleerd wanneer hij/zij weinig of geen (betekenisvolle) contacten heeft en zich daar eenzaam en ongelukkig door voelt.
Twee aspecten • Objectief: omvang van het netwerk
Sociaal weerbaar
Contactarm
(64%)
(8%)
Eenzaam
Sociaal geïsoleerd
(22%)
(6%)
• Subjectief: gevoelens van eenzaamheid *Bron: Hortulanus, R., Machielse A. & L. Meeuwesen (2003). Sociaal isolement. Een studie over sociale contacten en sociaal isolement in Nederland. Den Haag: Elsevier Overheid.
Sociaal isolement en leeftijdscategorie
Sociaal isolement en burgerlijke staat
Totaal
6%
Totaal
6%
18 - 29 jaar
4%
Ongehuwd
6%
30 - 44 jaar
5%
Gehuwd
4%
45 - 64 jaar
6%
Gescheiden
13%
12%
Verweduwd
14%
65 jaar en ouder
1
Sociaal isolement en sociaal-economische status
Totaal
6%
Hoog
2%
Midden
3%
Laag
12%
Oorzaken van sociaal isolement Maatschappelijk • Individualisering en veranderde sociale verhoudingen
Sociaal isolement en etniciteit Totaal
6%
Nederlands
6%
Suriname/Antillen
16%
Marokko/Turkije
14%
Overig
11%
Echtscheiding Vrienden blijven juist weg, omdat… als je gaat scheiden dan laten ze je allemaal vallen… er blijft niks over.
• Nadruk op zelfredzaamheid en autonomie • Verhoogde arbeidsparticipatie, met name van vrouwen
(vrouw, 50 jaar)
Persoonlijk • Ingrijpende levensgebeurtenissen • Geringe sociale competenties (sociale vaardigheden, probleemoplossend vermogen, zelfvertrouwen, etc.)
Gezondheidsproblemen Als het niet goed met je gaat dan blijven mensen weg. Dat is mijn ervaring. En je wil het zelf ook niet. Je wil liever contacten als je over leuke dingen kan praten.
Gevolgen van sociaal isolement • Sterke eenzaamheidsgevoelens • Beperkte zelfredzaamheid • Geen sociale steun • Negatief zelfbeeld
(man, 46 jaar)
• Schaamte en ontkenning • Vervaging referentiekader • Gezondheidsklachten
2
Hoe ziet het leven van sociaal geïsoleerden er uit? • Meestal alleenstaand, soms een partner of een ander gezinslid • Geen of weinig contact met familieleden • Geen vrienden
Familie Van mijn broers, daar hoor ik eigenlijk niks meer van. Zij ook niet van mij hoor, en dat is al tientallen jaren zo... 20, 25 jaar zeker wel. Ik zou ook niet meer weten hoe ze eruit zien. Ik vind het natuurlijk niet zo leuk, maar ik doe er ook geen moeite voor.
• Geen contact met buren • Soms (vrijwilligers)werk, maar meestal niet
(man, 52 jaar)
• Meestal geen lid van verenigingen/organisaties • Tijdsbesteding
Scheiding werk en privé-leven Collega’ s alleen... voor de rest niks. Die zie ik op het werk. Na het werk, als ik buiten de poort ben, ben ik alles vergeten. Op het werk heb ik mijn collega’ s, buiten de poort ken ik ze niet meer. (man, 50 jaar)
Energie en daadkracht Ja, er zijn zoveel dingen die ik wil doen, maar die doe ik
Structuur Het gaat erom dat je per dag of per week of per maand een aantal dingen hebt. Dat is gewoon belangrijk om door te gaan met leven. Anders heb je de neiging om de hele dag tv te kijken of computerspelletjes te doen. En de rest laat je dan gaan. (man, 42 jaar)
Behoefte aan andere mensen
niet… alles kost zoveel tijd en energie. Dus je moet keuzes maken. Dan kies ik voor televisie kijken en computerspelletjes. Nou ja ... die andere dingen die doe ik gewoon niet.
Ik ben de hele dag thuis, maar soms heb ik geen zin meer om de hele dag thuis te zijn... dan ga ik weg, bijvoorbeeld een rondje in de stad en dan kom ik meteen weer terug, ik blijf niet staan, gewoon een rondje lopen, gewoon mensen zien.
(vrouw, 26 jaar)
(man, 40 jaar)
3
Wat maakt interventies zo moeilijk? • Sociaal geïsoleerden zijn ‘onzichtbaar’ en daardoor moeilijk te vinden • Sociaal geïsoleerden hebben een passieve handelingsstrategie; ze vragen zelf niet om hulp • Sociaal geïsoleerden zijn wantrouwend naar anderen • Sociaal geïsoleerden zijn vaak bang voor verandering: gevolg is verzoening, rationalisering en ontkenning • Sociaal geïsoleerden vragen niet om hulp omdat ze dat niet willen, maar omdat ze het niet kunnen.
Wantrouwen Als er wat is, probeer ik het grotendeels in mijn eigen op te lossen. Ik praat er niet zo snel over… ik zie het nut daar niet zo van in… dan denk ik, kletsen jullie maar over jezelf, ik dop mijn eigen boontjes wel. Dat gaat me redelijk tot goed af... Het duurt misschien wat langer, maar ik regel dat zelf wel. (man, 53 jaar)
• De problematiek is zeer complex: opstapeling en verstrengeling van diverse problemen
Zelfredzaamheid Ik heb altijd van alles in huis. Dus ik hoef niet speciaal de deur uit om dingen te gaan halen, ik heb altijd wel dingen in huis… altijd zorgen dat je niet zonder komt te zitten.
Ontkenning Ik weet niet wat eenzaam is. Nee, nee… ik ben alleen… maar ik voel me echt niet eenzaam. Ik zeg misschien als ik geen tv in huis had, dat ik dan misschien eenzaam zou zijn, maar ik voel me niet eenzaam.
(man, 42 jaar) (vrouw, 54 jaar)
Verzoening en berusting Je went er ook aan natuurlijk. Het is heel moeilijk om iets te veranderen. Ik ben toch anders dan andere mensen. Maar soms grijpt het je dan een beetje aan, zo van wat ben ik toch alleen en ... waarom maak ik er geen eind aan, maar ja ... waarom wel? (vrouw, 41 jaar)
Wat is nodig? • Een breed signaleringsnetwerk: welzijnswerk, maatschappelijk werk, sociaal-cultureel werk, opbouwwerk, GGD/GGZ, verslavingszorg, kerken, woningcorporaties, thuiszorg, scholen, maaltijddiensten, wijkagenten, huisartsen, etc. • Samenwerking tussen professionele organisaties en vrijwilligersorganisaties • Vraagverheldering is van groot belang: vertrouwen winnen en inzicht in de specifieke problematiek krijgen • Een groot deel van de doelgroep heeft structurele ondersteuning en begeleiding nodig
4
Behoefte aan begeleiding Ik ben nog steeds een mens dat moeilijk contacten maakt. Ik heb er wel behoefte aan, maar dan moet je wel mensen vinden waar het mee klikt… en dat is moeilijk, want die kom je niet op straat tegen… dan moet je op plekken komen waar anderen zijn. (vrouw, 59 jaar)
Conclusies • 6% van de Nederlanders van 18 jaar en ouder is sociaal geïsoleerd. • Sociaal isolement komt in alle bevolkingscategorieën voor; het begint vaak al op jonge leeftijd • Het voorkomen en bestrijden van sociaal isolement is een ingewikkelde en complexe zaak • De doelgroep is lastig te bereiken; signaleren vergt kennis van een aantal overlevingsstrategieën • Ook als sociaal isolement gesignaleerd is, is het lastig om de situatie goed in kaart te krijgen en een passende interventie te vinden • Persoonlijke begeleidingstrajecten zijn cruciaal
Literatuur Hortulanus, R., A. Machielse & L. Meeuwesen (2003). Sociaal isolement. Een studie over sociale contacten en sociaal isolement in Nederland. Den Haag: Elsevier Overheid. Machielse, A. (2003). Niets doen, niemand kennen. De leefwereld van sociaal geïsoleerde mensen. Den Haag: Elsevier Overheid. Machielse, A. (2006). Onkundig en onaangepast. Een theoretisch perspectief op sociaal isolement. Utrecht: Jan van Arkel.
5