4 - Opinie: De nieuwe bouw en Fugro 5 - Kerstgroet 5 - Aangescherpte piping-analyse voor waterkeringen kan kosten besparen 7 - Slim en snel geohydrologisch advies bespaart geld en tijd bij sloop/nieuwbouw kelder 8 - Fortis-medewerkers houden het hoofd koel
Bekijk ook eens onze websites: www.fugro-inpark.nl en www.fugro-nederland.nl
Jaargang 16, nr. 4, december 2005
9 - Meervoudig ruimtegebruik: bouwen op water in Vianen
Uitgave van Fugro Ingenieursbureau B.V. en Fugro-Inpark B.V.
10 - Grondonderzoek Fugro onderbouwt rol- en risicoverdeling bij aanbesteding baggerdepot Hollandsch Diep 11 - Trillingsmetingen breed uitgemeten
700 km waterkeringen van Delfland inclusief alle topografische details geheel in kaart
Hoe je een teenlijn uit een puntenwolk haalt
11 - Bodem-gerelateerde informatie Fugro nu voor iedereen toegankelijk 12 - ‘De loop van alle kabels en leidingen op het knooppunt Zaarderheike, svp!’ 12 - Eneco Utrecht stapt over naar Instap-KLIC 14 - Op je buik door de blubber of peddelend over het water 15 - Karspeldreef weer met beide benen op de grond
O
ngeveer een maand vliegen en daarna enkele maanden gegevens ver-
werken. Dat is de tijd die nodig is om zo’n 700 km aan primaire en secundaire waterkeringen in Delfland nauwkeurig in kaart te brengen. Een hele vooruitgang ten opzichte van de ruim 60 jaar die het in de 17de eeuw kostte om de prachtige kaart te vervaardigen waar de bezoeker van het Hoogheemraadschap van Delfland tegenaan loopt in de hal. Maar de productietijd is niet het enige dat in de loop der tijden is veranderd. Ir. G.R. Spaargaren van het Hoogheemraadschap en ir. H. Haasnoot van Fugro in gesprek over teenlijnen, kruinlijnen en puntenwolken.
Het opstijgen van de FLI-MAP helikopter bij een van de basisstations.
Net als alle waterschappen toetst
langzaam én zo duur zijn, en ook
Uiteindelijk bleven vijf partijen over
het Hoogheemraadschap van
voor de definitieve aanbesteding,
Delfland eens per vijf jaar de
minder informatie opleveren. Wij hebben bij de aanbesteding geko-
primaire waterkeringen op veilig-
zen voor een voorselectie. Daar-
waarvan Fugro-Inpark uiteindelijk de beste aanbieding had opge-
heid. Toen in 2003/2004 weer een nieuwe toetsingsronde naderde,
voor waren enkele eisen opgesteld
steld.’
wilde men dit combineren met het
heid, leveringsdatum en mate van
inmeten van alle secundaire kaden
conformiteit van de data met ons
in het gebied. Niet alleen om de
GIS. Een bijzondere eis was dat de correspondentie in het Nederlands moest worden gevoerd; je kunt je
hoogte te kunnen toetsen, maar
op het gebied van nauwkeurig-
Dwarsprofiel Instellingen in FLI-MAP analyst.
ook voor de overige beheertaken van het waterschap: vergunning-
dit project, geeft aan hoe één en
geen Babylonische spraakverwar-
verlening, handhaving, ruimte-
ander in zijn werk ging: ‘Wij heb-
ring veroorloven wanneer je praat
lijke ordening en preventie van calamiteiten.
ben dit keer bij de (Europese) aan-
over een belangrijk onderwerp als
besteding al specifiek om laser-
de veiligheid van onze dijken. Als
altimetrie als inwinningsmethode
je bij wijze van spreken elke keer
De heer Spaargaren, als beleids-
gevraagd. Traditioneel terrestrisch
moet uitleggen wat een teenlijn
medewerker verantwoordelijk voor
meten zou 1,5 tot 2 keer zo
is, ben je niet op de goede weg.
3D INTWIS GIS-kartering.
1
Ir. H. Haasnoot (Fugro-Inpark)
Ir. G.R. Spaargaren (Hoogheemraadschap van Delfland)
Ir. Haasnoot: ‘Het ging in Delfland in totaal om ruim 700 km, waarvan
wordt, bij een grotere vlieghoogte.
30 km primaire en ongeveer 670 km niet-primaire keringen.
op 200 m – in plaats van nu op
Sommige keringen zijn echter zó
In de praktijk betekent dit dat we 70 m – hoogte vliegen en dus in één keer een veel bredere strook
breed (150 m) dat de helikopter er driemaal overheen moet vliegen
grond kunnen scannen. Voor brede
om alles nauwkeurig en gedetail-
nen we met dit nieuwe systeem
leerd genoeg in beeld te krijgen.
concurreren met metingen vanuit
In totaal heeft de helikopter zo’n 1.300 km aan keringen “gevlogen”, afgezien van het aan- en afvliegen
een vliegtuig. Bovendien zijn straks
naar de basis.
Nieuw FLI-MAP-systeem verlengt vliegperiode, ‘ziet’ meer en scant breder
objecten zoals zeedijken kun-
Video’s, foto’s, grids, een Digitaal Terrein Model en complete kartering
teligging van de kaden te bekijken en als controle op de bestaande
De heer Spaargaren: ‘Parallel aan deze kartering loopt een groot pro-
De gedetailleerde kartering – dus inclusief alle objecten in een strook van ongeveer 15 m aan beide zijden van een kade – gebruiken
ject waarbij de waterschappen via satellietmetingen alle watergangen in kaart laten brengen, tot en met
minder vliegkilometers nodig, om-
de kleinste slootjes. De kartering van de grotere watergangen door
dat je met die grotere werkbreedte
Fugro gebruiken we als toetsing
dicht bij elkaar liggende kaden
voor deze satellietmetingen. Er is de afgelopen jaren veel veranderd
tegelijkertijd ”meeneemt”. Ook de kwaliteit van de techniek is verder verbeterd: zo kunnen we straks nog beter “door” vegetatie heenkij-
en gebouwd in ons gebied en wij willen daar een actueel beeld van krijgen. We waren dus niet alleen
gegevens.
we straks in ons GIS voor vergunningverlening, onderhoud, bij calamiteiten, en voor handhaving en toetsing. Dan blijkt ook meteen de meerwaarde van foto’s en videobeelden. Die vormen immers hard bewijs van een bepaalde situatie op een bepaald moment. Bijvoorbeeld in een discussie over of een schuur wel of niet al tien jaar op een bepaalde plek
multiple returns. De vliegperiode
geïnteresseerd in de “snelle” producten, zoals de video’s, foto’s, de
Vanaf 2006 beschikken wij ove-
voor FLI-MAP bedroeg al 200 tot
grids en het Digitale Terrein Model
staat, kan het handig zijn om aan
rigens over een sterk vernieuwd
250 dagen per jaar en dat wordt
(DTM), maar met name ook in de
de hand van gedateerde beelden
FLI-MAP-systeem, waarmee een
door deze nieuwe techniek nog
gedetailleerde kartering. Het DTM
de waarheid onomstotelijk vast
nog hogere resolutie mogelijk
eens verlengd.’
hebben we gebruikt om de hoog-
te stellen. Deze informatie zal
2
ken, doordat we gaan werken met
Project Delfland in cijfers - ruim 700 km waterkeringen: 30 km primair, 670 km secundair (410 km boezemkaden, 260 km polderkaden) - totaal 1.300 km keringen gevlogen - 20.000 pulsen per seconde (nieuw systeem: 150.000 p/s) - 600 Gb aan data - ruwe datapunten: 15-18 punten/m2 Standplaats helikopter in een weiland bij Delfgauw.
daarom ook voor veel mensen in onze organisatie bereikbaar zijn:
rondom objecten en bij vragen
de afdelingen Vergunningen & Handhaving, Keuringen, Ope-
een kruinlijn loopt. En bij 700 km
- 11.000 mozaïeken (100 m x 100 m)
dijk kom je dat soort vragen echt regelmatig tegen. Al met al was dit
- 8.000 minuten videobeeld
rationeel Waterbeheer, Beleid &
- 230.000 foto’s (neer- en voorwaarts)
waar nou precies een teenlijn of
- DTM: 1 hoogtepunt per 50 cm
verwachten dat dit eind 2005 het
de grootste opdracht die FLI-MAP tot nu toe heeft uitgevoerd waarbij zo’n gedetailleerde verwerking is
geval is. In 2006 moet dan ons
uitgevoerd.’
- 2,3 miljoen karteer-registraties
Onderzoek moeten tegelijkertijd in het systeem kunnen werken. Wij
complete beheerregister – dus inclusief de gegevens over alle watergangen en allerlei andere kenmerken – gereed zijn.’
De heer Spaargaren: ‘Ook voor Delfland was dit een bijzonder project, vooral vanwege de omvang van de kartering, maar ook door-
Uniek project door omvang kartering en toepassing laser-altimetrie
dat wij helemaal hadden ingezet op laser-altimetrie; een voor ons relatief nieuwe techniek. Dit heeft
ons overigens ook de nodige gratis publiciteit opgeleverd, onder andere in het Acht Uur Journaal van de NOS en op de regionale tv-zender TV West.’
De heer Haasnoot: ‘Het uitwerken van de ingewonnen data blijft relatief de meeste tijd vergen. Er is zelfs een dijkvak van 4,5 km geweest, waarbij 29.000 handelingen van een operator nodig waren om tot een volledige kartering te komen. De operator heeft de beschikking over alle gereflecteerde pulsen die door de sensor worden opgevangen en weergegeven in een zogenoemde x-, y- en z-wolk. Behalve deze puntenwolken krijgt een operator ook video-beelden en foto’s te zien van het desbetreffende traject. Bepaalde delen van het verwerkingsproces zijn geautomatiseerd, zoals het toepassen van filters (om te zien of het vegetatie of bebouwing betreft) en het automatisch bepalen van het grondniveau, maar uiteindelijk komt het neer op het vakmanschap van de operator. Dit geldt met name De heer Spaargaren bij een 17de eeuwse kaart van Delfland.
3
Opinie
De nieuwe bouw en Fugro participeren in deze transitie van de bouw, om daarmee een sterkere uitgangspositie te bereiken. Daarom denkt Fugro na over een mogelijke nieuwe rol als bouwpartner vanuit haar kerncompetentie als specialistische consultant en dataleverancier op het gebied van de geo-engineering. Vanuit mijn parttime functie bij Fugro, die ik uitoefen naast mijn hoofdtaak als decaan van de Faculteit Civiele Techniek & Geo-wetenschappen van de TU Delft, ben ik nauw betrokken bij deze herpositionering, daarbij gesteund door discussies De Nederlandse bouwsector raakt
waaraan ik deelneem als lid van de
steeds sterker doordrongen van
GWW-werkgroep van de Regie-
de noodzaak te veranderen naar
raad Bouw.
een meer transparante, innovatieve bedrijfstak met een betere prijs-kwaliteitverhouding. De Regieraad Bouw en het publiek private samenwerkingsverband PSIBouw – dat ook het gelijknamige BSIKprogramma uitvoert – zijn ingesteld om de beoogde transitie van de bouwsector te accommoderen. Hoewel vele nuttige bijeenkomsten, symposia, workshops, talrijke goede intenties en ambitieuze plannen zijn ontwikkeld, is het onvoldoende duidelijk hoe de individuele bedrijven zelf deze verandering van het bouwproces het best kunnen versnellen. Uiteraard gezien vanuit de eigen rol en ondernemersperspectieven. Eén ding is wel duidelijk: de modernisering van de bouw heeft slechts kans van slagen bij een goede samenwerking tussen de verschillende bouw-actoren, traditioneel ingedeeld in opdrachtgevers (publiek en privaat) en opdrachtnemers (ingenieursbureaus, aannemers en toeleveranciers). Ook Fugro, dat overigens slechts enkele procenten van haar wereldwijde omzet realiseert in de Nederlandse bouw, wil graag
4
De aandacht van de Regieraad gaat in eerste instantie uit naar verbetering van de spelregels tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers. Onderkend wordt dat op dit moment, mede door de praktijk van de strakke regelgeving, onvoldoende incentives aanwezig zijn die het voor bedrijven aantrekkelijk maken te investeren in nieuwe concepten, oplossingen, producten of diensten. Terecht wil de Regieraad daarom de speelruimte die de nieuwe Europese aanbestedingsregelgeving (ARW 2005) per 1 december 2005 biedt voor Nederland, optimaal benutten. Het gunnen op basis van de economisch voordeligste aanbieding in plaats van de laagste prijs wordt daarbij gestimuleerd, evenals de mogelijkheid om varianten in te dienen (‘unsolicited proposals’). Het is nuttig hierbij te realiseren dat de nieuwe opdrachtgeversrol niet alleen wordt gespeeld door de overheid, maar evenzeer door de hoofdaannemers zelf die traditioneel grote delen (40 tot 80%) van hun omzet uitbesteden aan onderaannemers.
Naar mijn mening zou de Regieraad zich sterker moeten maken voor vergroting van het innovatievermogen van de bouwsector. Hiervoor is een meer kennis-intensieve sector nodig, te bereiken door o.a. opleiding van een nieuwe generatie van professionele opdrachtgevers en opdrachtnemers, een grotere inzet van (gepromoveerde) onderzoekers en academici, een hogere waardering van de intellectual property rights (IPR), een betere uitwisseling van goed begrepen ‘best practices’ en een creatievere inzet van jonge professionals (‘Nieuwbouw’). Binnen Fugro heb ik recent een interne workshop georganiseerd met de vraag hoe wij zouden kunnen bijdragen aan het vernieuwingsproces. Opgemerkt werd dat überhaupt de rol van de ingenieursbureaus – in vergelijking met die van de aannemers –onderbelicht lijkt in de discussies. Dit geldt in versterkte mate voor de rol van een gespecialiseerd ingenieursbureau als Fugro, dat vaak handelt in opdracht van een breder publiek of privaat ontwerpend bureau of van een aannemer. Uit de workshop kwam naar voren dat Fugro in het nieuwe bouwproces de aanzienlijke meerwaarde vanuit haar geo-knowhow nog meer dan nu ten goede wil laten komen aan haar opdrachtgevers of bouwpartners. Om deze hogere meerwaarde te realiseren, zijn drie voorwaarden van groot belang. Ten eerste zou bij de selectie van gespecialiseerde bureaus de aantoonbare kwaliteit (proven quality) expliciet als criterium moeten worden meegenomen. Fugro is bereid mee te denken over de vraag hoe deze performance-criteria geformuleerd zouden kunnen worden. In de tweede plaats zou de geo-
knowhow – gezien de grote technische, financiële en planningsrisico’s verbonden aan het onzekere gedrag van de ondergrond – in een vroegtijdig stadium van het ontwerp en de uitvoering moeten worden betrokken. De faalkosten in de bouw kunnen daarmee aanzienlijk worden gereduceerd. Concepten als Geo-Q – ontwikkeld door GeoDelft en gesteund door het Nederlandse platform van geo-engineers Geoforum – zouden daartoe als standaard moeten worden gehanteerd. Een derde voorwaarde is het verticaal in de keten werken met strategische partners, gericht op het totale bouwproces, in plaats van werken voor eenmalige opdrachtgevers met losse projecten, gericht op suboptimalisatie op projectniveau. Fugro is als partner bereid haar eigen workflow goed af te stemmen of zelfs deels te integreren met die van haar opdrachtgevers. Onze best practice heeft aangetoond dat dit zeer effectief is en met minder transactiekosten kan. Deze aanpak vormt de inzet en het aanbod van Fugro om verder zinvol in PSIBouw te kunnen participeren. Gezocht wordt naar onderzoekprojecten, voorbeeld pilot-projecten en bouwpartners, om hier invulling aan te geven. In de tussentijd gaat Fugro uiteraard gewoon door met het leveren van kwaliteit, dus met dát doen waar wij goed in zijn.
Prof. Ir. Louis de Quelerij Directeur Fugro Ingenieursbureau B.V.
Kerstgroet
Het jaar 2005 wordt gekenmerkt door verschillende bijzondere
successen. Met ons brede pakket van specialistische diensten en
gebeurtenissen. Het afscheid van de heer Ir. G-J. Kramer, die
hoge kwaliteit staan we goed
Fugro als President-Directeur de afgelopen 23 jaar zo succesvol heeft geleid, werd met zowel externe relaties als het Fugro-personeel op navenante wijze groots
gesteld om onze opdrachtgevers ook in 2006 van dienst te zijn met onze ‘state of the art’ kennis en technologie.
gevierd. Ook stevenen we dit jaar af op zowel een recordomzet als
Mede namens onze medewerkers wens ik u allen een gezond en voorspoedig 2006!
-winst. Dit vooral dankzij de hogere investeringen in de olie- en gassector. Maar ook in de andere
Ir. K.S. Wester
sectoren waren er de nodige
President-Directeur Fugro N.V.
Pleistocene zandlagen zorgen soms voor verrassingen
Aangescherpte piping-analyse voor waterkeringen kan kosten besparen
D
e wijze waarop een waterkering faalt, wordt het faal- of bezwijk-
mechanisme genoemd. De waterkering kan haar functie dan niet meer vervullen. Voorbeelden van faalmechanismen bij dijken
Voor het wel of niet optreden van het faalmechanisme ‘piping’ is de bodemopbouw van belang. Wat is piping precies? Een voorbeeld: in veel polders bestaat de bovenzijde van de bodem uit relatief waterondoorlatende lagen; bijvoorbeeld
zijn onder andere macrostabiliteit van het binnen- of buitentalud,
een deklaag van klei of veen. Onder deze lagen bevindt zich
zettingsvloeiing en piping. Problemen op dit laatste gebied kunnen soms – letterlijk – dieper
vaak een zandlaag, die juist relatief
liggen dan vaak op het eerste gezicht lijkt.
lijk hoger dan het waterpeil in de
goed doorlatend is. De waterstand buiten de polder ligt vaak aanzienpolder, dat immers kunstmatig laag wordt gehouden door middel van poldergemalen. Soms loopt een diepere zandlaag onder een dijk door en staat buiten de polder in contact met een rivier, een kanaal
5
werkelijkheid vaak complexer:
gaf aan dat dit mechanisme sterk
dit pakket bestaat uit meerdere
gevoelig is voor variaties in de doorlatendheid van de zandlaag.
lagen met onderling verschillende doorlatendheden. De toplaag van het zandpakket – vlak onder de
Daartoe is in opdracht van de
deklaag – is bepalend voor de
Provincie Groningen een geohy-
erodeerbaarheid, maar de onderliggende lagen bepalen mede de mate van toestroming van kwel-
drologisch onderzoek begonnen,
water naar de pipe. In de toetsing volgens het model-Sellmeijer
Piëzo-sonderingen, doorlatend-
wordt dit in de regel opgelost door de doorlatendheid in te schatten
korrelverdelingen vormen de basis
op basis van korrelverdelingen van de onderliggende grove zandlaag. Dit is een veilige benadering.
met als resultaat een meerlaags grondwaterstromingsmodel. heidsproeven, pompproeven en voor dit geohydrologisch model. Deze gegevens waren gedeeltelijk afkomstig uit de Geo-databank. De uitkomsten van dit model zijn
De praktijk: piping bij de Eemskanaaldijken?
gebruikt voor een onderbouwde inschatting van de doorlatendheid
Fugro heeft in opdracht van de
in de piping-berekeningen met de
Provincie Groningen een onderzoek uitgevoerd naar de stabiliteit
methode-Sellmeijer.
van de kaden langs het Eemskanaal. Eén van de aspecten in
Proces van welvorming (bron: Technisch Rapport Zandmeevoerende Wellen, TAW 1999)
het onderzoek was een mogelijke ondermijning van de dijk als gevolg van piping onder de kade. Het resultaat van de piping-toets (methode-Sellmeijer) was dat een
of de zee. Hierdoor kan zich een hoge waterdruk opbouwen in deze
dige) methode ‘Bligh’. Als meer
laag, die tot gevolg kan hebben
samenstelling van de voor piping gevoelige zandlaag, hanteert men
groot aantal dijkvakken niet bleek te voldoen. Het probleem zat in de aanwezigheid van Pleistocene
wel ontstaat.
vaak de methode ‘Sellmeijer’. Deze methode levert een gedetailleerder
zandlagen die qua doorlatendheid sterk van elkaar afweken.
Zandmeevoerende wellen
toetsingsresultaat op, dat meestal gunstiger uitvalt.
Een praktische oplossing voor dit probleem is het verleggen van de kwelsloot, zodat de afstand tussen
bij duikers en op plaatsen waar de
Naast de erosiegevoeligheid is
ondoorlatende laag is doorbroken
ook de doorlatendheid van de zandlaag van belang. De methode Sellmeijer maakt gebruik van kor-
het intreepunt en het uittredepunt van de kwelstroom wordt verlengd.
dat de deklaag opbarst en er een
Wellen ontstaan meestal op de bo-
gegevens bekend zijn van de
dem van sloten vlak achter de dijk,
door bijvoorbeeld boorgaten. Een wel is in het algemeen geen directe bedreiging voor de stabiliteit van een dijk. Dit is anders als de wel veel zand meevoert: dan kunnen gangen – ofwel pipes – ontstaan. Piping kan na verloop van tijd
relverdelingen van de voor piping gevoelige laag. Op basis van deze korrelverdelingen wordt de gevoeligheid voor uitspoeling van gronddeeltjes bepaald. Daarnaast
dijklichaam. Dit mechanisme is in
moet de doorlatendheid van de piping-gevoelige laag worden
het verleden de oorzaak geweest
ingeschat. Hiervoor gebruikt men
van veel dijkverzakkingen en
vaak kD-waarden uit geologische kaarten of empirische relaties, die
leiden tot ondermijning van het
-doorbraken.
zijn gebaseerd op korrelverdelin-
Toetsing van piping: Bligh, Sellmeijer of... Fugro Voor de toetsing van piping en het ontwerp van dijken wordt vaak gebruikgemaakt van de (eenvou-
6
gen. In het model-Sellmeijer is het
Meerlaags grondwaterstromingsmodel (bron: ir. H.S.O. Kapinga)
Op basis van het geohydrologisch onderzoek bleek een groot aantal
Meer detail nodig: Fugro stelt meerlaags grondwaterstromingsmodel op
stukken van de kaden alsnog te
Gezien de lengte van de trajecten en de benodigde verlegging van de kwelsloten, heeft de Provincie Groningen Fugro de opdracht gegeven het mechanisme piping
dien konden de versterkingsmaat-
gedetailleerder te analyseren. Aanleiding hiertoe was het ‘beheerders-oordeel’: uit veldwaarne-
kostenbesparing op.
voldoen aan de veiligheidseisen met betrekking tot piping. Bovenregelen voor de kadevakken die nog niet voldeden, uitgekiender worden ontworpen. In beide gevallen leverde dit een aanzienlijke
mingen van de beheerder tijdens perioden met hoge waterstanden
helaas alleen mogelijk uit te gaan van een watervoerend pakket met één uniforme doorlatendheid.
op het Eemskanaal was gebleken
Met name voor piping via het
volgde. Een gevoeligheidsanalyse
Meer informatie: L. Zwang,
Pleistocene zandpakket is de
van de piping via het Pleistoceen
030 - 602 81 93,
[email protected]
dat de situatie in het veld veel gunstiger was dan uit de toetsing
Senioren houden de voeten droog
Slim en snel geohydrologisch advies bespaart geld en tijd bij sloop/nieuwbouw kelder
Een woonzorgcentrum is een multifunctioneel complex, meestal opgebouwd rondom levensloopbestendige woningen. Alles is erop gericht mensen zo lang mogelijk comfortabel en zelfstandig te laten wonen in hun vertrouwde omgeving. Naast in zorg en wonen voorziet een woonzorgcentrum vaak ook in andere faciliteiten, zoals een kapper, een ontmoetingszaal e.d. Het plan voor de nieuwe ‘Volckaert’ bestaat uit een
Aanleg nieuwe kelder met bemaling
verpleeghuis, een verzorgingshuis, een welzijnscentrum, zorgwoningen, een dagbehandeling en -verzorging, een polikliniek, een hospice en een HOED-praktijk. Het gehele bouwwerk heeft een bruto vloeroppervlak van zo’n 35.000 m2. Het totale bouwproject neemt drie tot vier jaar in beslag en verloopt gefaseerd. Allereerst worden de zorgwoningen en het verpleeghuis gebouwd. Pas als de bewoners verhuisd zijn naar hun nieuwe omgeving, wordt het oude gebouw gesloopt. Op deze wijze hoeven de bewoners niet (tijdelijk) elders te gaan wonen, wat door deze groep kwetsbare oudere mensen als zeer belastend wordt ervaren. Door de fasering en de beperkte bouwruimte was het gehele bouwproces logistiek een interessante uitdaging. In 2003 heeft Fugro Ingenieursbureau in opdracht van constructeur Blaauw en Partners al grondonderzoek uitgevoerd voor dit project. Hierdoor kwam Fugro in contact met Plan & Projectpartners, die het gehele bouwproces aanstuurden. De afdeling Geohydrologie van Fugro raakte vervolgens nauw betrokken bij het project en kon hierdoor vroegtijdig aangeven waar mogelijke knelpunten in het gehele ondergrondse bouwproces zaten. De sloop van de huidige kelder onder het oude verpleeghuis en de bouw van de nieuwe kelder vormden de eerste problemen die moesten worden opgelost. Fugro adviseerde een retourbemaling toe te passen en een grondwateronttrekking aan te vragen bij de Provincie Noord-Brabant voor
Foto’s: J. Tel, FIBV
V
erpleeghuis ‘De Volckaert’ in Dongen is ruim 30 jaar oud en voldoet – zoals zo veel verplegings- en verzorgingshuizen in Nederland – niet meer aan de huidige wettelijke en gebruikseisen. Grondige renovatie bleek economisch onhaalbaar, zodat werd gekozen voor nieuwbouw. Na veel voorbereidingen is een plan ontwikkeld voor een uitgebreid woonzorgcentrum op de locatie van het huidige gebouw.
De nieuwe kelder naast het bestaande hoofdgebouw
het gehele bouwproces. Hierdoor was het niet nodig onderwaterbeton toe te passen, wat veel geld bespaarde. Ook waren de sloop en de nieuwbouw van de kelder hierdoor gemakkelijker uit te voeren. Fugro heeft tot nu toe geadviseerd bij de fundering, de damwand van de bouwput, het verkrijgen van grondwateronttrekkingsvergunning, het uitvoeren van een bemalingsproef en een retourproef, en
het plaatsen van een beheeronttrekking naar aanleiding van een in de omgeving aanwezige grondwaterverontreiniging. Omdat de bouw van het gehele woonzorgcomplex pas in 2007 wordt afgerond, is het de verwachting dat Fugro hier nog wel enkele adviezen of werkzaamheden zal uitvoeren.
Meer informatie: J. Tel, 070 - 311 11 36,
[email protected]
7
Zomerwarmte in december, winterkou in juli
Fortis-medewerkers houden het hoofd koel
I
n samenwerking met Deerns raadgevende ingenieurs heeft Fugro de mogelijkheden on-
derzocht voor het realiseren van een energie-opslagsysteem voor een groot kantoorgebouw van Fortis ASR. De belangstelling voor dit soort duurzame systemen is de laatste jaren sterk toegenomen, zowel uit oogpunt van milieu als van kostenbesparing. Voor verwarming en koeling van het pand in Utrecht kan Fortis geBron: Topografische dienst Kadaster Emmen, blad 31H, 2005
bruikmaken van duurzame ondergrondse energieopslag. Bij deze techniek wordt overtollige koude of warmte tijdelijk opgeslagen in de ondergrond en pas gebruikt wanneer er vraag naar is. Zo wordt winterkoude in de ondergrond opgeslagen voor het leveren van koeling in de zomer. Tegelijkertijd kan met het systeem in de zomer warmte worden opgeslagen voor verwarming in de winter. Deerns heeft als adviseur van gebouwinstallaties onderzocht op welke wijze het opslagsysteem optimaal kan worden geïntegreerd in de bestaande klimaatinstallaties. In overleg met Fugro zijn de energiehoeveelheden en het maximale vermogen die de energieopslag dient te leveren, vastgesteld. Fugro adviseert ten aanzien van het ondergrondse deel van het opslagsysteem. Voor het opslaan van warmte of koude in de ondergrond wordt grondwater gebruikt. Fugro heeft onderzocht dat voor het leveren van het gewenste koelvermogen kan worden volstaan met één koude en één warme bron. De haalbaarheid en het ontwerp van
8
Opgeslagen warmte en koude in de ondergrond op het terrein van Fortis en bij drie opslagsystemen in de omgeving.
het bronnensysteem zijn gebaseerd op de resultaten van door Fugro uitgevoerd grondonderzoek op de locatie. Met een pulsboring tot 50 m diepte en het nemen van grondmonsters is duidelijk inzicht verkregen in de doorlatendheid en daarmee in het waterleverend vermogen van het opslagpakket. Daarnaast zijn op verschillende diepten in het opslagpakket vijf peilbuizen geplaatst. In deze buizen heeft Fugro ter hoogte van het filter de waterkwaliteit en de grondwaterstroming
gemeten. De gegevens over de waterkwaliteit zijn gebruikt voor het advies voor het bronontwerp ter voorkoming van putverstopping. Het verkregen inzicht in de stromingssnelheid en -richting van het grondwater is gebruikt voor het bepalen van de mate waarin energieverliezen in het opslagpakket optreden.
stemen in gebruik. Fugro houdt bij het ontwerp en de vergunningaanvraag rekening met de aanwezigheid van omliggende systemen, zodat deze niet negatief worden beïnvloed (verlies van rendement). Hiervoor worden berekeningen gemaakt met een 3D grondwateren warmtetransport-model van de ondergrond.
De toepassing van energieopslag neemt de laatste jaren een vlucht. Ook in de directe omgeving van het kantoor van Fortis is dit merk-
Meer informatie: L. Vos,
baar: er zijn meerdere opslagsy-
070 - 31 11 454,
[email protected]
Een zandplas met verrassingen
Meervoudig ruimtegebruik: bouwen op water in Vianen
I
uitgevoerd naar een geschikte locatie voor een zogenoemde MUltiFunctionele Accommodatie (MUFA) bij zwemplas ’t Slijk. Deze zwemplas is ooit ontstaan door zandwinning voor de aanleg van rijksweg A2, maar er was onduidelijkheid over belangrijke factoren, zoals de exacte contouren, de hellinghoeken van de onderwater-taluds, eventuele obstakels, enzovoort. De plas moest dus in details in kaart worden gebracht om te kunnen bepalen of hier wel kan worden gebouwd. Een hal van het bestaande sportcentrum naast de plas was bij een brand beschadigd en de gemeente wilde onderzoeken of nieuwbouw mogelijk was. Het plan was de MUFA te verplaatsen tot ín de voormalige zandwinput, binnen de geluidscontouren van de A2. Hierdoor zou de mogelijkheid ontstaan op de plaats van het huidige sportcentrum woningen en eventueel kantoren te bouwen. Het vermoeden bestond dat de feitelijke contouren van de plas afweken van het oorspronkelijke plan. Zo zouden delen van de plas vermoedelijk zijn gedempt met asfaltschollen en betonmateriaal van de voormalige A2. In het verleden werd hier gedoken, maar hiermee is gestopt nadat de brandweer waarschuwde dat de taluds op sommige plekken bijna verticaal staan en dus gevaar voor duikers opleveren. Voor een goed inzicht in de bodemopbouw en de contouren is daarom besloten niet-destructief en destructief onderzoek uit te
Foto: C.J.E. Bos, FIBV
n opdracht van de Gemeente Vianen heeft Fugro een technische haalbaarheidsanalyse
Sonderen vanaf een ponton met spudpalen
voeren. Per onderzoekfase zijn de uitkomsten met de opdrachtgever geëvalueerd en de vervolgstappen bepaald. Het niet-destructieve onderzoek bestond uit: - een multibeam bathymetriesurvey op het water; - een magnetometrie-survey op
het maaiveld, afhankelijk van de grondwaterstand en de elektrische geleidbaarheid van de lagen.
een eventuele bodemlaag met veel weerstand, wat de diepteregistratie zou verstoren.
Op grond van het niet-destructief
De uitkomst van sonderingen
onderzoek is geconcludeerd dat
bevestigden het beeld van het
een aantal locaties in en om de
niet-destructieve onderzoek. Alle
plas ongeschikt is voor de bouw
resultaten van de uitgevoerde
het water en op het land; - grondradar-metingen op het land.
van een zwembad. Op deze
metingen zijn verwerkt in een
plekken is het talud zeer steil of
overzichttekening waarin ook
zijn veel obstakels gedetecteerd.
obstakels staan aangegeven. Op
Op het grootste gedeelte van het
basis van deze gegevens worden
terrein waren geen belemmeringen
geen geotechnische problemen
aanwezig, zodat de gemeente
verwacht. Wel blijken zich vlak
dáár de meest gewenste locatie
naast de voorgestelde bouw-
Uitslag niet-destructief onderzoek: niet overal bouwen!
kon aangeven. Vervolgens zijn de
locatie onder water steile hellingen
uitkomsten van het niet-destructief
te bevinden. Het best kan zo veel
onderzoek geverifieerd met behulp
mogelijk worden voorkomen in
Met de multibeam-peilingen is de oppervlaktevorm van de plas in kaart gebracht. De magnetometriesurvey is uitgevoerd met behulp van een gradiometer, die verstoringen in het aardmagnetisch veld meet. Het doel van deze metingen is het in kaart brengen van ijzerhoudende objecten die zich op of onder de oppervlakte van de bodem bevinden.
van land- en watersonderingen.
deze steile taluds steunpunten aan
Het destructieve onderzoek bestond uit diepe en ondiepe sonderingen op het land en in het water.
Om een indruk te krijgen van de verstoringen in de ondergrond op het land, is een grondradar ingezet. Met deze radar kunnen verstoringen worden gedetecteerd tussen 3 en 6 m onder
te brengen. Als op deze plek toch
Uitslag destructief onderzoek: niet overal bouwen!
moet worden gefundeerd, zullen
Omdat een raster van sonderingen op het land lokaal slechts enkele kleine obstakels of puinresten opleverde, verwachtte Fugro geen problemen tijdens de bouw. Aansluitend zijn sonderingen te water uitgevoerd vanaf een ponton die is uitgerust met spudpalen. Hierdoor blijft die ponton gecentreerd boven het sondeergat en geeft de sondering een representatief beeld van de bodem. Door z’n grote gewicht kan de ponton niet omhoog worden gedrukt bij
worden gedaan.
speciale aanpassingen moeten
Meer informatie project ’t Slijk in Vianen: C. Bos, 030 - 602 81 75,
[email protected] Meer informatie niet-destructieve metingen: R. Plugge, 070 - 311 11 00,
[email protected] Meer informatie geotechnisch onderzoek op het water: G. de Vries, 070 - 311 11 38,
[email protected]
9
SBR Trillingenseminar 2005
Trillingsmetingen breed uitgemeten
O
Gastsprekers bij dit seminar kwamen van Clark Risk Management Services en TNO Bouw. Leidraad voor het programma waren de door de Stichting Bouw Research (SBR) opgestelde richtlijnen met betrekking tot de oorzaak ‘trillingen’ en de mogelijke gevolgen: schade of hinder.
Foto: R. Plugge, FIBV.
m de onduidelijkheden in trillingen en trillingsmetingen die op verschillende vlakken binnen de bouwwereld bestaan, te verduidelijken en om het nut van correct meten inzichtelijk te maken, heeft Fugro deze zomer samen met IFCO Funderingsexpertise een seminar georganiseerd over trillingsmetingen.
Trillingenseminar SBR: het beantwoorden van vragen uit het publiek. V.l.n.r.: R. Dolman (Clark Risk Management Services), A. Koopman (TNO Bouw), R. Ophof (Fugro Ingenieursbureau) en F. van Weele (IFCO funderingsexpertise).
Allereerst is een uiteenzetting
te bepalen. Daarnaast blijkt de
gegeven van de geschiedenis van
wijze van meten van groot belang.
de richtlijnen zoals die in de loop
Zowel de inzet van de juiste
der tijden zijn ontwikkeld: uit een
meetapparatuur als correct gebruik
redelijk complexe grafiek in de
ervan zijn van groot belang.
beginjaren tot aan de huidige, door jurisprudentie vastgelegde richtlijnen. Aan de hand van praktische voorbeelden kregen de deelnemers te zien hoe men het best kan meten en waarop men dan moet letten. Eenduidigheid in de huidige SBR Richtlijn 2002 maakt het makkelijk om snel en eenvoudig grenswaar-
Trillingsmeten is méér dan het plaatsen van een trillingsopnemer ergens aan een gebouw. De SBR Richtlijn beschrijft hóe en op welke locaties gemeten dient te worden om een zo objectief mogelijk beeld te krijgen van de trillingsintensiteiten, die ontstaan door bijvoorbeeld bouwwerkzaamheden of verkeerspassages.
den voor schade aan bebouwing
Het doel van het meten van trillingen is uiteraard: het voorkómen van schade. Deze schade kan direct zichtbare schade zijn in de vorm van bijvoorbeeld scheuren, maar ook indirect zichtbaar, in de vorm van kosten door stagnatie in de bouwtijd.
van de trillingen, maar bijvoorbeeld van een grondwaterstandverlaging. Tijdens het seminar kwam naar voren dat binnen de toegepaste richtlijnen nog steeds onduidelijkheden bestaan over sommige onderwerpen. De sprekers hebben deze onduidelijkheden op een
Door middel van trillingsmeten tijdens bouwwerkzaamheden en het juiste gebruik van de SBR Richtlijn kan worden bespaard op onnodige kosten achteraf. Indien men tijdens bouwwerkzaamheden heeft gemeten, is ook aantoonbaar dat eventuele schade niet het gevolg is
praktische wijze verduidelijkt en waar nodig uitvoerig uitgelegd en toegelicht.
Meer informatie: R. Ophof, 070 - 311 14 46,
[email protected]
Fugro-informatie voor iedereen toegankelijk: www.fugro-nederland.nl Naast de Geodatabank en de on-
over bijvoorbeeld bodemopbouw,
Deze dienstverlening zal verder
line offerte-opties bestaat sinds kort
type funderingen en bemalingen, of
worden ontwikkeld op basis van de
de ‘Fugro vraagbaak’. Fugro stelt
over welk type onderzoek is aan te
wensen van gebruikers.
hiermee haar uitgebreide kennis en
bevelen voor een bepaald project.
ervaring, opgedaan bij duizenden
De informatieaanvrager kan zelfs
projecten gedurende meer dan
aangeven binnen welke termijn hij
Meer informatie:
45 jaar, beschikbaar aan haar
of zij antwoord wil ontvangen van
R. Brandenburg, 070 - 311 11 66,
relaties. Het gaat om informatie
Fugro.
[email protected]
11
KernGIS Rijkswaterstaat gevuld met kabel- en leidinggegevens
‘De loop van alle kabels en leidingen op het knooppunt Zaarderheike, svp!’
W
elke gegevens heb je nodig om een rijksweg te beheren? In ieder geval méér dan alleen de lengte en de breedte. Speciaal voor vragen op dit gebied heeft Rijkswaterstaat KernGIS ontwikkeld; de landelijke (geo-) informatiestandaard voor beheer, onderhoud en ontwikkeling van het droge areaal.
relevante informatie. Momenteel helpt Fugro-Inpark Rijkswaterstaat hiermee, in opdracht van de Adviesdienst Geo-Informatie en ICT (AGI). De opdracht betreft het converteren van gegevens voor de dienstkringen Zuid-Limburg en Noord-Holland van enkele aan wegen gerelateerde thema’s, zoals Openbare Verlichting, Verkeersregelinstallaties, Monitoring en Riool.
Het systeem ontsluit álle relevante gegevens; niet voor niets heeft dit product een eigen slogan: ‘KernGIS, wéten wat je beheert’. Uiteraard moet het systeem worden gevuld met actuele, voor beheer
Eenmaal ingevoerd, kan Rijkswaterstaat de informatie snel en eenvoudig opvragen uit de KernGIS-database, bijvoorbeeld voor het opstellen van bestekken of onderhoudsplannen. Het systeem beantwoordt
ook makkelijk ‘losse’ vragen die vaak worden gesteld bij beheer en onderhoud van wegen en alles daaromheen. Bijvoorbeeld ‘Hoeveel lichtmasten model X staan langs de A9 tussen hectometer 45,3 en 50,8 en wanneer zijn ze geplaatst?’ Of: ‘Geef een overzicht van de loop van alle kabels en leidingen op het knooppunt Zaarderheike!’ Het wordt dus ook relatief eenvoudig het proces voor de afhandeling van KLICmeldingen geheel of gedeeltelijk geautomatiseerd te laten verlopen.
Kabels en leidingen en daaraan verbonden objecten in KernGIS.
Meer informatie: M. Voogt, 0610 - 92 73 96,
[email protected]
Fugro-module is gebruiksvriendelijk én efficiënt
Eneco Utrecht stapt over naar Instap-KLIC
T
oen twee jaar geleden bij Eneco Utrecht alle beheerkaarten digitaal
beschikbaar kwamen, was de beslissing om ook de KLICmeldingen digitaal te gaan verwerken, snel genomen. Het
dere afhandeling gaat eenvoudig en snel. Een bijkomend voordeel van de verwerking in MicrostationV8 is dat de KLIC-meldingen in pdf-formaat gearchiveerd, geraadpleegd en per e-mail verstuurd kunnen worden.
pakket dat destijds werd aangeschaft, werkte echter niet naar wens, en inmiddels heeft Eneco alsnog gekozen voor de module Instap-KLIC van Fugro-Inpark. De module van Fugro-Inpark blijkt in een Microstation-omgeving de beste keuze te zijn. Met Instap-KLIC kunnen bijvoorbeeld topografische ondergronden en beheerkaarten in MicrostationJ/SE, Microstation-V8, DWG, DXF en zelfs rasterbestanden worden gebruikt voor de KLIC-meldingen, zonder dat eerst een digitale conversie nodig is. Ook de gehele ver-
Het gaat bij Eneco Utrecht om de beheerkaarten van laagspanning, middenspanning, hoogspanning, telemetrie, datanet, gas en warmte: bij de ingebruikneming van de nieuwe module mocht dus niets fout gaan. De overstap is voor deze zeven thema’s tegelijk afgehandeld. Inmiddels draait Instap-KLIC al weer enige tijd naar volle tevredenheid en verwerkt Eneco probleemloos zo’n 240 meldingen per week.
van de gemeente Utrecht en Van den Berg infrastructuren onlangs de Instap-KLIC module aangeschaft. De aannemer gebruikt de module voor de verwerking van alle KLIC-meldingen van Casema in heel Nederland. In de eerste week bij Van den Berg werden maar liefst 600 meldingen verwerkt!
Meer informatie: H. Toonen, 06 - 51 78 78 01,
[email protected], of P. Driessen, 06 - 51 78 78 02,
[email protected],
Visual: Eneco Utrecht
Naast Eneco Utrecht hebben ook de afdeling Openbare Verlichting Afhandeling van een KLIC-melding met betrekking tot verschillende thema’s.
12
Fugro breidt dienstenpakket 3D-laserscanner uit
Snelle deformatiemetingen met behulp van een fase scanner
A
Foto’s: Fugro-Inpark B.V.
l enkele jaren is FugroInpark actief met 3D laserscanning. Voor toepassingen in de industrie, de infrastructuur en de architectuur wordt hiervoor een zogenoemde puls scanner ingezet. Deze beschikt over een optimale combinatie van scanbereik en nauwkeurigheid. Zo kan een object op een afstand van 50 m op enkele millimeters nauwkeurig in drie dimensies worden vastgelegd. De ontwikkelingen van de laserscanning-techniek staan ondertussen niet stil. Daarom beschikt Fugro-Inpark sinds enige tijd niet alleen over puls scanner, maar ook over een close range scanner én een fase scanner.
Impressie van het interieur van de buis van de Tweede Heinenoordtunnel. Inzet: vergelijking van het 3D-tunnelmodel met de ideaalsituatie.
De close range scanner maakt gebruik van triangulatie en kan objecten op korte afstand binnen enkele seconden in beeld brengen, met sub-millimeter nauwkeurigheid. Dit wordt onder andere gebruikt bij rapid prototyping en inspectie van bijvoorbeeld industriële objecten. Daarnaast vindt deze techniek toepassingen in de architectuur.
ken, heeft Fugro-Inpark in opdracht van Gemeentewerken Rotterdam een deel van de Tweede Heinenoordtunnel gescand. Dit project vormt de basis voor een mogelijke toepassing bij de boortunnels voor Randstadrail. Omdat de toegangstijden voor werkzaamheden daar beperkt zullen zijn, is de belangrijkste eis dat de
De fase scanner heeft als
metingen snel plaatsvinden. In
groot voordeel dat oppervlak-
plaats van 10 tot 15 minuten
ken sneller in beeld kunnen
scantijd kan met een fase
worden gebracht dan met een
scanner binnen enkele minu-
puls scanner. Een beperking
ten een volledig 360º gezichts-
is de nauwkeurigheid, die bij
veld in 3D worden gemeten.
langere afstanden dan onge-
Na de eerste testmeting is
veer 15 m afneemt in vergelij-
een kunstmatige deformatie
king met puls scanner. Om de
aangebracht. Met de laserdata
mogelijke inzet van een fase
kon deze deformatie met een
Meer informatie:
scanner voor het analyseren
nauwkeurigheid van enkele
E. Claassen, 076 - 543 18 50,
van deformatie te onderzoe-
millimeters worden bepaald.
[email protected]
13
Deformatiemetingen kunstwerken Rijkswaterstaat
Op je buik door de blubber of peddelend over het water
Landmeetploeg aan het werk bij een duiker onder de A15.
Foto: M. van den Foto: Brink, M. van Fugro-Inpark. den Brink, Fugro-Inpark.
S
inds afgelopen juni is Fugro-Inpark voor Rijkswaterstaat bezig met een groot aantal deformatiemetingen aan kunstwerken. Het gaat om 61 viaducten, bruggen, aquaducten en (fiets)tunnels over of onder rijkswegen in Zuid-Holland, met name langs de A4 en de N11. De opdracht wordt uitgevoerd in opdracht van de Adviesdienst Geo-Informatie en ICT (AGI) van Rijkswaterstaat. Om verschillende redenen een bijzonder project.
Landmeetploeg aan het werk bij een duiker onder de A15.
Omdat de metingen worden verricht óp of in de onmiddellijke nabijheid van snelwegen, gelden strikte veiligheidseisen. Bij veel van de metingen zijn rij- of vluchtstrookafzettingen noodzakelijk. Af en toe mag Fugro zélf een
meetinstrument en de reflector of de waterpasbaak. Daarnaast is de planning hier erg belangrijk. Omdat de wegafzetting slechts één nacht mag blijven staan, moet de meting binnen de tijd afgerond worden en mogen geen meetfouten optreden.
vluchtstrookafzetting aanbrengen, maar rijstrookafzettingen moeten altijd door een gespecialiseerd en gecertificeerd bedrijf worden uitgevoerd, conform de CROWrichtlijnen. Voor een aantal kunstwerken, zoals op knooppunt Ypenburg, was het noodzakelijk de linkerrijbaan af te zetten. Dit is alleen ’s nachts toegestaan, om de doorstroming van het verkeer niet te belemmeren. Dit brengt voor de landmeter lastige werkomstandigheden met zich mee: er moet wel goede kunstverlichting aanwezig zijn om de metingen te kunnen uitvoeren. Voor landmeten moet er immers zicht zijn tussen het
14
Landmeters moeten vaak creatief zijn in het vinden van de beste route om hun werkplek te bereiken. Soms kan de meetlocatie alleen via een steil talud worden bereikt, elders moet de landmeter zich onder lage bruggen doorwringen of moet men over allerlei hekken klimmen. Soms worden honderden meters weiland doorgebanjerd, mét apparatuur – dit om veilig achter de geleiderail te komen en geen auto op de vluchtstrook te hoeven parkeren. Andere kunstwerken zijn alleen bereikbaar per rubberboot. De horizontale en verticale deformaties die met de metingen moeten worden aangetoond, zijn
vaak klein: in de orde van enkele millimeters. Dit maakt dat het belangrijk is de meetopzet zodanig te kiezen dat de vereiste nauwkeurigheden worden gehaald. Deze meetopzet is van tevoren bepaald en doorgerekend, zodat al vóór de metingen kan worden gesteld dat de meting – bij normale uitvoering – succesvol zal zijn. Overigens gaat het niet bij alle deformaties om millimeters: sommige kunstwerken bleken sinds de vorige metingen enkele centimeters gedeformeerd. De bijzondere omstandigheden in het veld maken deze opdracht veelzijdig en daarmee uitdagend. Het is belangrijk zowel de logistieke uitdagingen als de geodetische vraagstukken goed te sturen. Tot op heden lukt dat goed: de overeengekomen planning én de vereiste nauwkeurigheden worden telkens gehaald. En – misschien wel het belangrijkste – er hebben
zich geen gevaarlijke situaties of ongevallen voorgedaan.
Meer informatie: M. Bomers, 070 - 317 07 76
[email protected]
Karspeldreef weer met beide benen op de grond Fugro-Inpark volop actief bij vernieuwing Bijlmermeer
S
Karspeldreef vóór de verlaging.
Foto’s: G.Dister, FIN Foto: G. Dister, Fugro-Inpark
tadsdeel Amsterdam Zuidoost is al enkele jaren bezig met grootscheepse veranderingen. In het kader van het project ‘Vernieuwing Bijlmermeer’ vindt herstructurering plaats van woningen, winkelcentra, openbare ruimte en infrastructuur. Eén van de vele deelprojecten is het verlagen van de Karspeldreef, een belangrijke verkeersader in de Bijlmer.
De nieuwe verlaagde Karspeldreef.
De wegenstructuur in stadsdeel Zuidoost is opgebouwd rondom een aantal belangrijke ontsluitingswegen, de zogenoemde dreven. Deze zijn destijds zo’n 3 meter boven het maaiveld aangelegd om het autoverkeer te scheiden van langzamere verkeersdeelnemers. Inmiddels zijn de inzichten veranderd en moet o.a. de Karspeldreef worden verlaagd om meer het uiterlijk van een stadsstraat te krijgen, met twee hoofdrijbanen en aan weerszijden bomen. De nieuwe woonwijken van de omliggende ‘K-buurt’ zijn met deze dreef verbonden via buurtwegen. Uiteindelijk komen langs de Karspeldreef nieuwe woningen en winkels, die bereikbaar zijn via ventwegen met brede trottoirs en parkeerplaatsen. Dit gebeurt niet in één keer: de ventwegen, parkeerplaatsen en trottoirs worden pas aangelegd als de woningen en winkels klaar zijn. Als eerste is nu de weg afgegraven en zijn de twee hoofdrijbanen en de zijbermen aangelegd, inclusief de nieuwe bomen. Het gebied rondom de hoofdrijbanen wordt voorlopig ingericht. Het hele project is in vier fasen uitgevoerd van januari t/m mei 2005. Er was een harde deadline in verband met het groot
onderhoud aan de nabijgelegen A9. Omdat zeer veel werkzaamheden in een korte periode moesten worden uitgevoerd, heeft men de uitvoering stevig aangepakt door de volledige weg af te sluiten en door langere werkdagen te maken. Dit leidde ertoe dat het project ruimschoots op tijd klaar was. Op 13 mei 2005 kon de officiële opening van de nieuwe Karspeldreef plaatsvinden, voorzien van een feestelijk tintje.
(wenstracé-procedure). • Vervaardigen van technische werktekeningen.
Impressie van de Karspeldreef na de verlaging.(Stadsdeel Z-O, A’dam)
voorbereiding uit te besteden aan Fugro-Inpark. Aanleiding hiervoor was dat Fugro-Inpark al enkele jaren projecten voor het stadsdeel technisch voorbereidt en daardoor goed op de hoogte is van de lokale situatie. In hoofdlijnen zijn de volgende voorbereidende werkzaamheden uitgevoerd: • Overleg met de nutsbedrijven
• Opstellen van RAW-bestekken met betrekking tot de aanleg van tijdelijke wegen en de verlaging van de Karspeldreef (incl. de sloop van een aantal viaducten). • Vervaardigen van een uitvoerings- en faseringsplan, inclusief overleg met het stadsdeel, politie, brandweer, Gemeentelijk Vervoer Bedrijf en een aantal werkgroepen. Meer informatie: M. Kuilboer, 020 - 651 08 34,
[email protected] of G. Dister, 020 - 651 08 64,
[email protected]
Opening met spektakel ‘Close Act’.
Niet alleen tijdens de uitvoering bestond grote tijdsdruk; ook voor de technische voorbereiding van het project was de tijd beperkt. Mede om deze reden besloot het stadsdeel Zuidoost de technische
Uitvoering van de verlaging.
15
Fugro and the revamped construction sector The Dutch construction sector is increasingly aware of the necessity to transform itself into a more transparent and innovative industry with a better price/quality ratio. Fugro is also keen to participate in this transformation in order to enhance its position in the sector. Fugro is therefore considering a possible new role as a building partner based on its core competency as a specialist consultant and data provider in the field of geo-engineering. Fortis employees keep their cool In collaboration with Deerns consulting engineers, Fugro has been examining the possibility of constructing an energy storage system for a large office building of Fortis ASR. Interest in sustainable systems of this type has increased markedly in recent years, for both ecological and cost-savings reasons. Fortis will be able to use sustainable underground energy storage for both heating and cooling. In the process, the surplus cold or heat is temporarily stored underground and only tapped into when it is required. In this way, the winter cold is stored underground to provide cooling in summer. In summer, heat can be stored to provide heating in winter. Fugro soil survey helps delineate tasks and risks for sludge depot tender The Dutch Directorate-General for Public Works and Water Management Zuid-Holland (Rijkswaterstaat) is planning a dredge-spoil depot including a services site constructed in the Hollandsch Diep, across from the Moerdijk industrial estate. As part of the ‘innovative’ tender process, Rijkswaterstaat requires an accurate division of tasks and risks. For this to be done, a better understanding of the soil conditions and the quality of the sand and clay to be removed is required. Eneco Utrecht changes to Instap-KLIC When all Eneco Utrechts’s management maps became available in digital form two years ago, the decision to process the KLIC reports digitally as well was soon made. The package acquired at the time did not work satisfactorily however and Eneco has now opted for Fugro-Inpark’s Instap-KLIC module. Crawling through the mud or paddling across the water Since June of this year, Fugro-Inpark is busy conducting numerous deformation measurements on engineering structures for Rijkswaterstaat. Deformations were measured on 61 fly-overs, bridges and (bicycle) tunnels over or under national roads in the Province of Zuid Holland, particularly along the A4 and N11 motorways. The work was commissioned by the Geo-information and ICT (AGI) Advisory Service (Adviesdienst Geo-informatica en ICT (AGI)) of Rijkswaterstaat. The challenging field conditions make this into a very special project.
16
Phase scanner allows rapid deformation measurements Fugro-Inpark has been engaged in 3D laser scanning for several years. Fugro-Inpark now not only has a pulse scanner, but a close-range scanner and a phase scanner as well. The close range scanner uses triangulation and is able to survey objects at close range with sub-millimetre accuracy within seconds. The major advantage of the phase scanner is that surfaces can be surveyed faster than with a pulse scanner. Fugro-Inpark actively involved in Bijlmermeer regeneration The Amsterdam Zuidoost sub-municipality has been making large-scale changes for several years. As part of the ‘Bijlmermeer Regeneration’ project, residences, shopping centres, public spaces and the infrastructure are being restructured. One of the many subprojects involves lowering the Karspeldreef; a major arterial road in the Bijlmermeer. The road network in the Zuidoost sub-municipality is structured around a number of important access roads such as the Karspeldreef. These access roads were originally constructed some 3 metres above average ground level in order to separate motor traffic from slower forms of traffic. Town-planning ideas have changed since then and several of these roads, including the Karspeldreef, are being lowered to give them the appearance of tree-lined urban roads with two main carriageways. The new ‘K-buurt’ residential areas on either side are linked to the Karspeldreef by means of local neighbourhood roads. Eneco Utrecht switches to Instap-KLIC When all Eneco Utrecht’s management maps became available in digital form two years ago, the decision to process the KLIC reports digitally as well was soon made. The package acquired at the time did not work satisfactorily however and Eneco has now opted for Fugro-Inpark’s Instap-KLIC module. The Fugro-Inpark module is proving to be the best choice in a Microstation environment. With Instap-KLIC it is for instance possible to use topographic substrates and management maps in Microstation-J/SE, Microstation-V8, DWG, DXF and even raster files for the KLIC reports without the need to first convert them into digital format. Rijkswaterstaat’s KernGIS (Core GIS) filled with cable and pipeline data What information does one need to manage a national road? Certainly more than just its length and width. To answer questions like this, Rijkswaterstaat has developed KernGIS, the national (geo-) information standard for the management, maintenance and development of its ‘dry’ infrastructure. Obviously the system needs to be filled with up-to-date information relevant to infrastructure management. Commissioned by the Geo-information and ICT (AGI) Advisory Service, Fugro-Inpark is assisting Rijkswaterstaat in doing just this. The project covers the Zuid-Limburg and Noord-Holland Districts and involves converting data for some road-related themes such as Public Lighting, Traffic Control Equipment, and Monitoring and Sewers.
Fugro INFO is een uitgave van Fugro Ingenieursbureau B.V. en Fugro-Inpark B.V., onderdeel van Fugro N.V., een internationaal opererende groep ingenieursbureaus op het gebied van geotechniek, milieu, geosurvey en plaatsbepaling, met wereldwijd ruim 8.000 medewerkers in meer dan 50 landen. Oplage: 7.500 exemplaren.
Colofon
English Summary
Correspondentie-adres: Fugro-Inpark B.V. Postbus 3000, 2260 DA Leidschendam. T 070 - 317 07 00 F 070 - 317 07 50 Fugro op Internet: www.fugro.nl
Redactie: ing. G. Jansen, mr. Ph. Reedijk, mw. M.T.M. Speekenbrink, ing. N.J.T. Spijkers.
Productie: Maas Communicatie, Rotterdam. Fugro INFO wordt verspreid onder relaties en medewerkers van de Fugro-Groep Nederland. Overname van (delen van) artikelen is toegestaan, indien de bron wordt vermeld.
Fugro Ingenieursbureau B.V. Veurse Achterweg 10 Postbus 63, 2260 AB Leidschendam T 070 - 311 13 33 F 070 - 327 70 91 Vestigingen in: Arnhem, Amsterdam, Breda, Groningen, HardinxveldGiessendam, Leidschendam, Nieuwegein en Weert Fugro-Inpark B.V. Dillenburgsingel 69 Postbus 3000, 2260 DA Leidschendam T 070 - 317 07 00 F 070 - 317 07 50 Vestigingen in: Arnhem, Amsterdam, Breda, Leeuwarden en Leidschendam
Overzicht van Fugro-vestigingen in de Benelux.