www.researchportal.be - 16 Nov 2015 20:41:28
Onderzoeksprojecten (9500 - 10000 van 29735) Ontwikkeling van een hoge doorvoermethode voor de functionele annotatie vna enzymen betrokken bij de afbraak van biomassa Universiteit Gent Abstract: Om de complexe hemicellulosematrix (vertakte structuur en uiteenlopende samenstelling) te kunnen hydrolyseren, zijn verschillende enzymen (hemicellulasen) met verschillende specificiteit nodig. Zowel bij de ontdekking en initiële screening van nieuwe enzymen betrokken bij de afbraak van lignocellulose als bij de karakterisering ervan wordt noodgedwongen gewerkt met een beperkt aantal substraten (chromogene substraten, een beperkt aantal commercieel beschikbare oligosacchariden of xylaan modelsubstraten) die weinig (of misleidende) informatie prijsgeven over de substraatspecificteit van de betrokken enzymen. Recent werd ook een aparte klasse van enzymen ontdekt die lignocellulose degradatie een boost geven. Alhoewel deze enzymen aanvankelijk geklasseerd werden onder de glycoside hydrolasen (GH familie 61), wijzen alle studies duidelijk op een O2- en metaal-afhankelijk oxidatief mechanisme in aanwezigheid van (voorlopig ongekende) moleculen in de lignocellulose matrix. Eén van de hinderpalen in het onderzoek naar GH familie 61 enzymen, is de detectie en quantificatie van de gevormde oligosaccharde producten (aldonzuren en aldose). Met dit project wensen we technologie te ontwikkelen die een hoge doorvoer screening toelaat van enzymen op representatieve, biomassa-afgeleide oligosacchariden. Dit zal toelaten om enerzijds van geïsoleerde enzymen correct de substraatspecificiteit en de kinetische parameters te bepalen en anderzijds nieuwe interessante enzymen betrokken bij de afbraak van lignocellulose biomassa te ontdekken. Hiertoe zal verder gebouwd worden aan een oligosaccharide bibliotheek, afgeleid uit lignocellulose biomassa. De suikers worden parallel geanalyseerd met DSA-FACE en HPAEC-PAD en leiden tot een 2D plot waar de spots duidelijk gescheiden zijn (Multiplexed Analytical Glycomics Technologie). Deze database zal dus bijdragen tot de identificatie van ongekende producten. Er wordt ook aangetoond dat de ontwikkelde 2D technologie een meerwaarde biedt bij de detectie/kwantificatie van de producten gevormd bij de oxidatieve afbraak van lignocellulose door GH familie 61 enzymen. Vervolgens wordt een case study met arabinofuranosidasen uitgewerkt met de DSA-FACE technologie: een volledige enzymkinetiek wordt uitgevoerd (conversiesnelheid op reële substraten) en er wordt aangetoond dat de technologie -door zijn hoge resolutie- uitermate geschikt is om de substraatspecificiteit te bepalen op biomassa-afgeleide arabinoxylanen. Als sluitstuk van dit project wordt alle expertise (de bibliotheek, de kinetiek) gebruikt om aan te tonen dat de technologie een functionele annotatie toelaat in high through-put formaat van een array aan hemicellulasen. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste biowetenschappen
Onderzoekers: • Anita Van Landschoot • Ingeborg Stals
Ontwikkeling van een hepatocyten gebaseerd in vitro model voor de vroege identificatie van kandidaat geneesmiddelen die cholestase kunnen veroorzaken KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Farmacotechnologie en Biofarmacie
Onderzoekers: • Pieter Annaert • Marlies Oorts
Ontwikkeling van een HDF5 compatibele versie van Modflow en bijhorende programma's Vrije Universiteit Brussel Abstract: De Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) wenst in de toekomst veelvuldig gebruik te maken van tijdsafhankelijke grondwatermodellen. Hiervoor zal het MODFLOW model worden gebruikt. Het opstellen van tijdsafhankelijke grondwatermodellen vereist dat de randvoorwaarden eveneens tijdsafhankelijk zijn. Omdat alle modelinput in ASCII bestanden wordt opgeslagen, kunnen de Modflow invoerbestanden van een tijdsafhankelijk model zeer groot worden, waardoor de totale opslagcapaciteit nodig voor deze modellen snel zal toenemen. Om die redenen wensen we in de Modflow code een optie in te bouwen die de modelleur in staat stelt de invoerbestanden met grote heoveelheden gegevens als HDF5 file op te slaan. Het uitbreiden van de Modflow code voor het inlezen van het HDF5 invoerbestand is de opdracht beschreven in dit bestek. Het inbouwen van deze extra optie in Modflow heeft ook consequenties op de werking van andere programma's die gebruik maken van de Modflow inputbestanden. In de eerste plaats denken we aan het particle-tracking programma Modpath, dat eveneens HDF5 compatibel moet worden gemaakt. Een ander programma is Zonebudget voor het berekenen van waterbalansen. In tweede instantie moet ook de Modflow Wrapper worden uitgebreid. De Modflow wrapper is een Matlab tool die door de VMM ontwikkeld werd. Met deze tool kan men Modflow inputbestanden inlezen en aanmaken en Modflow outputfiles met berekenden resultaten inlezen. De Modflow Wrapper maakt het dus mogelijk om Matlab te gebruiken als pre- en postprocessor van Modflow input en output. Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • OKKE BATELAAN
Ontwikkeling van een handover protocol voor draadloze breedband communicatie in voertuigen Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit doctoraatsonderzoek is het ontwikkelen van een nieuw handover protocol voor toekomstige breedband cellulaire draadloze netwerken zodat ook snel bewegende gebruikers in de wagen kunnen genieten van hoge kwaliteits multimedia applicaties. De focus van dit onderzoek ligt op het ontwikkelen van een intelligent en performant pakketgebaseerd handover routerings-protocol voor het mobiele multimedia toegangsnetwerk van de toekomst. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Ingrid Moerman
Ontwikkeling van een goedkope point -of-care test voor tuberculose detectie Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Peter Bienstman
Ontwikkeling van een gevalideerd virtueel framework voor het voorspellen van vasculaire reacties na medische ingrepen Universiteit Gent Abstract: Onderzoek met als doel de ontwikkeling van een numeriek model dat toelaat zowel de begintoestand als de door mechanobiologische processen (groei van vernauwingen, trombosevorming, ?) gewijzigde toestand te bestuderen na vasculaire ingrepen. Een dergelijk model is van groot belang bij het optimaliseren van de endovasculaire ingrepen en medische hulpmiddelen (bvb. Aanbrengen bypass, voorkoming breuk van aneurysma, stentimplantatie, ?) Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Benedict Verhegghe • Pascal Verdonck
Ontwikkeling van een "gestapeld" volume-gedegenereerd schaalelement voor de simulatie van schade in grote composietconstructies onder dynamische belasting Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt een nieuwe type "gestapeld" volume-gedegenereerd schaalelement ontwikkeld. Door het opleggen van de continuiteit van de interlaminaire spanningen en de grotere aspect ratios dan bij volume-elementen, zal de schade-ontwikkeling in grote composietconstructies efficienter en nauwkeuriger gesimuleerd worden. Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Joris Degrieck • Wim Van Paepegem
Ontwikkeling van een gepreconditioneerd uniform stabiele vlakke golf methode voor de efficiente simulatie van breedband elektromagnetische structuren Universiteit Gent Abstract: De huidige vlakke golf methodes zijn numeriek onstabiel of vertonen een suboptimale efficiëntie. Op basis van de technieken die in het doctoraat van de aanvrager werden ontwikkeld, zal onderzoek verricht worden naar een methode die zowel efficiënt als numeriek stabiel is. Tegelijkertijd zullen de mogelijkheden tot preconditionering van deze methodes bekeken worden. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Daniël De Zutter
Ontwikkeling van een genexpressiehandtekening van celmotiliteit ter confrontatie met het genexpressieprofiel van het inflammatoire borstcarcinoom. (Dehousse Ridha LIMAME) Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van een genexpressiehandtekening van celmotiliteit ter confrontatie met het genexpressieprofiel van het inflammatoire borstcarcinoom. (Dehousse Ridha LIMAME) Organisaties: • Moleculaire beeldvorming, Pathologie, Radiotherapie & Oncologie (MIPRO)
Onderzoekers: • Filip Lardon • Eric Van Marck • Marc Peeters • Patrick Pauwels
Ontwikkeling van een genexpressiehandtekening van celmotiliteit ter confrontatie met het genexpressieprofiel van het inflammatoire borstcarcinoom. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de UZA. UA levert aan de UZA de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Moleculaire beeldvorming, Pathologie, Radiotherapie & Oncologie (MIPRO)
Onderzoekers: • Filip Lardon • Ridha Limame
Ontwikkeling van een genetische test voor groei bij varkens en invloed op de prestaties bij vleesvarkens Universiteit Gent Abstract: De groei (ADG) is een belangrijk economisch kenmerk voor de varkenshouderij. Het doel van dit onderzoek is het karakteriseren van het gen gelocaliseerd in een recent gevonden QTL voor ADG en een beter inzicht te verwerven in de relatie tussen spierweefselkenmerken, eiwitturnover en groei van spierweefsel en vetweefsel door metingen mbt groei, spiervezelkenmerken, karkas- en vleeskwaliteit bij unieke varkensgenotypen. Organisaties: • Vakgroep Dierlijke productie
Onderzoekers: • Stefaan De Smet
Ontwikkeling van een generisch methode-ontwikkelingsinstrument dat efficiëntie en selectiviteit.
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het voorgestelde project is gericht op het toevoegen van efficiëntie als een extra variabele aan de huidige manier van methodeontwikkeling voor vloeistofchromatografie. Door kolommen serieel te koppelen via rotor-stator kleppen met een innovatief connectiegroevenpatroon kan immers een systeem van gekoppelde kolommen verkregen worden waarvan niet alleen de totale ketenlengte automatisch kan gewijzigd worden, maar ook de inhoud (aard van de stationaire fase, partikelgrootte) van de verschillende segmenten. Hierdoor kunnen selectiviteit en efficiëntie onafhankelijk van elkaar gevarieerd worden en kan gericht gezocht worden naar hun optimale combinatie. Door de ontwikkeling van automatische zoekalgoritmes zal ook getracht worden om dit nieuwe type van methode-ontwikkeling volledig te automatiseren zodat het als een "stand alone"-applicatie kan werken (dit laatste is mogelijk doordat nu bij verschillende kolomlengtes gegevens verzameld kunnen worden). Het potentiële voordeel van de methode zal onderzocht worden op een reeks moeilijke scheidingen uit de farmacie, de voedingsindustrie en veiligheid. Om een globaal beeld te krijgen van de voordelen van de methode zal ook gewerkt worden aan de theoretische beschrijving van haar prestatielimieten als functie van de monster-complexiteit en de beschikbare druk. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • Deirdre CABOOTER
Ontwikkeling van een generische variabele-lengtemethode ontwikkelingsstrategie voor stalen met een grotevariatie inpolariteit. KU Leuven Abstract: The research proposal is focused on the development ofa new chromatographic system for chemical analysis andis therefore situated in the field of analytical chemistry. Organisaties: • Farmaceutische Analyse
Onderzoekers: • Ann Van Schepdael • Deirdre Cabooter
Ontwikkeling van een generische, variabele-lengte methode ontwikkelingsstrategie voor stalen met een grote variabiliteit in polariteit. Geneesmiddelen in afvalwater als case study. KU Leuven Abstract: Het aantal stalen waarin de polariteit van de componenten varieert tussen zeer hydrofiel en sterk hydrofoob, neemt toe. Voor deze complexe mengsels volstaat een enkele kolom niet langer om alle componenten te scheiden. Voor scheidingsproblemen met een grote variabiliteit in polariteit, stelt dit project een parallelle methode ontwikkelingsstrategie voor op gekoppelde kolommen met orthogonale stationaire fazen. Het staal wordt eerst onderverdeeld in polaire en apolaire componenten op basis van hun retentietijd op orthogonale fazen. Vervolgens wordt een aparte methode ontwikkeld voor de apolaire en polaire componenten, gebruik makend van eenstrategie waarin de lengte van de kolom wordt aangepast aan het stadiumvan de methode-ontwikkeling. Om een makkelijke omschakeling tussen verschillende kolomlengtes en selectiviteiten toe te laten, wordt elke orthogonale faze door kolommen van verschillende lengtes en samenstellingen in een automatisch kolom koppelingssysteem vertegenwoordigd. Dit sy Organisaties: • Farmaceutische Analyse
Onderzoekers: • Deirdre Cabooter
Ontwikkeling van een generisch en klinisch relevant DNA- en Immuno-sensor platform (type 3) Universiteit Hasselt Abstract: Biosensoren combineren de selectiviteit van biologische receptormoleculen met gevoelige optische of elektrische transductiemethoden, met als doel analyten waar te nemen in relevante concentraties in verschillende natuurlijk voorkomende matrices. Ondanks deze beloftevolle symbiose tussen biologie en techniek zijn slechts weinig biosensor-concepten echt geschikt voor routinematig gebruik in de dagdagelijkse klinische diagnostiek, voor de detectie van pathogenen of voor toepassing in farmacogenomics. Dit vereist immers een stabiele koppeling tussen de biologische en de technologische component, en een snelle en gevoelige signaaldetectie, liefst zonder nood aan signaalversterking. De mogelijkheid tot miniaturisatie van het sensor-platform is noodzakelijk om dit in de toekomst te kunnen integreren met microfluidics in lab-on-chiptoepassingen en tevens om point-of-care-gebruik mogelijk te maken. Tenslotte is het belangrijk aan te tonen dat deze sensor een relevante gevoeligheid en specificiteit blijft behouden bij metingen van het target in de natuurlijk voorkomende matrices. In het voorafgaand doctoraatswerk van de aanvrager werd een generisch biosensor-platform ontwikkeld gebaseerd op diamant als transducermateriaal, waaraan enerzijds DNA-moleculen werden gekoppeld voor de constructie van een DNA-sensor, en anderzijds antilichamen werden aangehecht voor de uitbouw van een immunosensor. Dit platform, dat bovendien zeer stabiel is t.o.v. bestaande platformen, blijkt een snelle, labelvrije, selectieve en gevoelige detectie van DNA-hybridisatie en antigen-herkenning mogelijk te maken met behulp van Elektrochemische Impedantiespektroscopie (EIS). Met de DNA-sensor werd -Single Nucleotide Polymorphism- (SNP)-gevoeligheid bereikt. Dit wil zeggen dat de sensor in staat is om mutaties in één nucleotide op te sporen. SNP-analyses spelen niet alleen een belangrijke rol bij het opsporen van tal van genetische aandoeningen, maar zijn tevens erg belangrijk in de ontwikkeling van de toekomstige zogenaamde -tailored medicine-, of een op maat gemaakte diagnose en therapie. Het is daarom van uitermate belang dat we deze SNP's snel en efficiënt kunnen opsporen. Voor de immunosensor werd aangetoond dat een klinisch relevante concentratie van CRP (10 nM) kon worden opgemeten in een tijdsbestek van enkele minuten. Momenteel is de sensorwerking echter hoofdzakelijk aangetoond in experimentele settings. Eerst en vooral zal de conceptuele immunosensor verder worden ontwikkeld naar een proof-of-principle van een immunosensor die geschikt is voor klinische toepassingen. De specificiteit zal worden uitgebreid naar natuurlijk voorkomende matrices, zoals serum, speeksel en cerebrospinaal vocht. Tegelijk zullen ook parameters worden onderzocht die mogelijk de gevoeligheid voor de moleculaire laag van de meetopstelling verhogen. Andere parameters, zoals een covalente aanhechtingsmethode voor de antilichamen, kunnen de stabiliteit van de sensorrespons verbeteren. Ten tweede zal de verdere ontwikkeling worden ondernomen van het conceptueel ontwerp van een DNA-sensor naar een proof-of-principle van een DNA-sensor geschikt voor klinische toepassingen. Hieronder wordt beoogd om de mutatiedetectie in korte DNA-fragmenten uit te breiden naar mutatiedetectie in langere target-DNA-fragmenten. Verder zal via het toekennen van unieke exponentiële decay-waarden aan verschillende mutaties gekomen worden tot een betrouwbare identificatie van de desbetreffende SNP's. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Luc MICHIELS • Veronique VERMEEREN
Ontwikkeling van een generische methode voor de afleiding van tranfereerbare krachtvelden voor metaal organische roosters Universiteit Gent Abstract: Metaal-organische roosters zijn fascinerende en hoogstaande materialen met veelbelovende industriële toepassingen. Aangezien er nog maar weinig theoretisch werk verricht is, vormen deze materialen een interessant onderzoeksgebied. Het doel van dit onderzoek is om een generische methode te ontwikkelen voor de afleiding van accurate krachtvelden uit kwantummechanische berekeningen en de resultaten te vergelijken met het experiment. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Veronique Van Speybroeck
Ontwikkeling van een generische methode-ontwikkelingsinstrument. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het voorgestelde project is gericht op het toevoegen van efficiëntie als een extra variabele aan de huidige manier van methodeontwikkeling voor vloeistofchromatografie. Door kolommen serieel te koppelen via rotor-stator kleppen met een innovatief connectiegroevenpatroon kan immers een systeem van gekoppelde kolommen verkregen worden waarvan niet alleen de totale ketenlengte automatisch kan gewijzigd worden, maar ook de inhoud (aard van de stationaire fase, partikelgrootte) van de verschillende segmenten. Hierdoor kunnen selectiviteit en efficiëntie onafhankelijk van elkaar gevarieerd worden en kan gericht gezocht worden naar hun optimale combinatie. Door de ontwikkeling van automatische zoekalgoritmes zal ook getracht worden om dit nieuwe type van methode-ontwikkeling volledig te automatiseren zodat het als een "stand alone"-applicatie kan werken (dit laatste is mogelijk doordat nu bij verschillende kolomlengtes gegevens verzameld kunnen worden). Het potentiële voordeel van de methode zal onderzocht worden op een reeks moeilijke scheidingen uit de farmacie, de voedingsindustrie en veiligheid. Om een globaal beeld te krijgen van de voordelen van de methode zal ook gewerkt worden aan de theoretische beschrijving van haar prestatielimieten als functie van de monster-complexiteit en de beschikbare druk. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • Deirdre CABOOTER
Ontwikkeling van een generische in vivo -systeem voor plaatsspecifieke modificatie van proteïnen met 'click'gefunctionaliseerde aminozuren voor de design van innovatieve bio-actieve materialen Universiteit Hasselt Abstract: Het covalent en georiënteerd immobiliseren van proteïnen op vaste dragers is van groot belang voor de ontwikkeling en verbetering van vele hedendaagse technologieën. Een goed voorbeeld hiervan is een biosensor. Een biosensor bestaat ruwweg uit drie delen: een biologische receptor, een signaaloverbrengend platform (transducer) en een dataverwerkingssysteem. Deze biologische receptoren zijn in staat zeer specifieke doelmoleculen, vaak aanwezig in zeer lage concentraties in de te analyseren omgeving, te herkennen en aan zich te binden. Wanneer deze binding plaatsvindt, resulteert dit in een fysico-chemische verandering in het systeem, die vervolgens omgezet wordt in een meetbaar signaal. Voor een optimale en gevoelige detectie is het nodig dat de biomoleculen georiënteerd zijn met hun actieve sites gericht naar het doelmolecule. Ook is het belangrijk dat er een stabiele binding is tussen de biomoleculen en het substraatoppervlak. Tot op heden worden proteïnen meestal random georiënteerd op het oppervlak zodat een deel gericht is met zijn actieve site naar het oppervlak, wat leidt tot een verminderde biologische activiteit van het gehele systeem. De tot nu toe gebruikte strategieën kunnen bovenstaande problemen niet oplossen. Om de problemen met oriëntatie en stabiliteit te omzeilen, zal er een in vivo methode ontwikkeld worden dat plaatsspecifiek bioorthogonale functionele groepen incorporeert in proteïnen. Aangezien er een sterk verband is tussen de conformatie en het functioneren van proteïnen en deze conformatie sterk beïnvloed wordt door factoren zoals pH en temperatuur, zijn de reactieomstandigheden voor het koppelen van het biomolecule aan het oppervlak zeer belangrijk. Een koppelingschemie dat onder milde omstandigheden kan doorgaan is nodig. Een veelbelovende oplossing voor dit kan samengevat worden onder de term "click" chemie. Deze reacties kunnen vlot opgaan in fysiologische omstandigheden en kamertemperatuur, wat hen zeer aantrekkelijk maakt voor het koppelen van proteïnen. Een zeer bekende "click" reactie is de Huisgen 1,3- dipolaire cycloadditie tussen alkynen en aziden. De introductie van "click" funcionele groepen in proteïnen zal gebeuren met behulp van de "ambersuppressie techniek". Hiervoor zal een genetisch gecodeerd, mutant, orthogonaal E.coli tyrosyl-tRNA synthetase (EcTyrRS)/tRNACUA paar ontwikkeld en gebruikt worden voor de expressie van "click" gemodificeerde proteïnen in S. cerevisiae. Een bibliotheek van mutante EcTyrRS zal geconstrueerd en gescreend worden voor de selectieve incorporatie van "click" gemodificeerde aminozuren. Het voordeel van deze strategie is dat het toelaat om proteïnen te produceren, die een genetisch gecodeerde bioorthogonale functionele groep (bv. Een alkyne of een azide) bevatten op één enkele strategisch gekozen locatie. In dit project zullen nanobodies (Nbs) gebruikt worden als proteïnesysteem. De incorporatie van een "click" gemodificeerd aminozuur op een genetisch gecodeerde positie geeft ons de controle om deze proteïnen met een welbepaalde oriëntatie covalent te koppelen. Dit maakt het mogelijk om oppervlakken te produceren die homogeen bedekt en optimaal bioactief zijn. Dit onderzoek zal gebeuren in de Biomolecule Design Group; waar al één PhD-student en één post-doc actief onderzoek doen naar de plaatsspecifieke modificatie van proteïnen en hun covalente koppeling van biomoleculen op vaste dragers. Organisaties: • Organische en Bio-polymere Chemie • Toegepaste en Analytische Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Wanda GUEDENS • Peter ADRIAENSENS • Ties STEEN REDEKER • David CORTENS
Ontwikkeling van een gekoppeld bron- en ontvangermodel voor trillingen ten gevolge van spoorverkeer in een stedelijke omgeving. KU Leuven Abstract: Bij het analyseren van het dynamisch gedrag van bouwkundige constructies is het vaak van essentieel belang om de interactie tussen de structuuren zijn omgeving in rekening te brengen. Ondanks de opkomst van rekenkrachtige en performante computers blijft het numeriek oplossen van grootschalige dynamische grond-structuurinteractieproblemen echter heel uitdagend en vanuit rekentechnisch oogpunt dikwijls onhaalbaar.Dit proefschrift focust op de ontwikkeling en toepassing van efficiënte, stabiele, en nauwkeurige technieken voor het oplossen van dynamische grondstructuurinteractieproblemen, met een nadruk op lineaire problemen geformuleerd in het frequentiedomein. Een substructuurmethode wordt aangewend, waarbij eindige elementen voor één of meerdere structuren gekoppeld worden met randelementen voor de ondergrond. De gelaagdheid van de grondwordt hierbij expliciet in rekening gebracht. Innovatieve methoden die de efficiëntie en de toepasbaarheid van bestaande driedimensionale en tweeëneenh
Organisaties: • Afdeling Bouwmechanica
Onderzoekers: • Geert Lombaert • Geert Degrande • Pieter Coulier
Ontwikkeling van een geïntegreerd teeltbegeleidingssysteem voor suikerbieten, binnen de huidige economische en ecologische randvoorwaarden Universiteit Gent Abstract: De belangrijke doelstelling van het project is de verbetering van de rendabiliteit en de milieu-impact van de suikerbietenteelt, dankzij de ontwikkeling van een geÏntegreerd en gepersonaliseerd teeltbegeleidingssysteem. De UGent (labo Fytofarmacie) onderzoekt de milieu-impact van de gebruikte gewasbeschermingsmiddelen in de suikerbietenteelt aan de hand van de POCER-indicator. Organisaties: • Vakgroep Gewasbescherming
Onderzoekers: • Walter Steurbaut
Ontwikkeling van een geïntegreerd (sociologisch en psychosociaal) verklaringsmodel voor suïcidale ideatie en pogingen bij Gentse jongvolwassenen tussen 18 en 25 jaar Universiteit Gent Abstract: De constructie van een theoretisch multi level model, dat empirisch getest zal worden in 30 Vlaamse buurten om suïcidale ideatie en pogingen bij jongvolwassenen (18-25 jaar) te verklaren. Hierbij worden eigenschappen van de sociale buurt, de (structurele) omgeving en de inwoners geïntegreerd in één model waarbij onderscheid gemaakt wordt tussen compositie en contextuele effecten. Organisaties: • Vakgroep Sociologie
Onderzoekers: • Johny Vincke • Cornelis Van Heeringen
Ontwikkeling van een geïntegreerd sequentie platform voor de analyse van gen- en genoomevolutie en transcriptionele controle in planten Universiteit Gent Abstract: Genomische data, afkomstig van verschillende consortia, zal worden gecentraliseerd in een uniform formaat (gekoppeld aan webinterface met toolbox voor additionele analyses). Hiermee worden orthologe en paraloge relaties tussen homologe genen bepaald. De genoomorganisatie zal worden bestudeerd door te zoeken naar genomische homologie in en tussen verschillende species. Bovendien zullen, met comparatieve footprinting technieken, cis-regulatorische en andere geconserveerde niet-coderende elementen worden opgespoord. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Yves Van de Peer • Karl Vandepoele
Ontwikkeling van een geïntegreerd ruimtelijk-economisch-ecologisch modelkader voor de analyse van de invloed van beleidsmaatregelen rond duurzaamheid Universiteit Gent Abstract: Het doel van het onderzoek is het ontwikkelen en implementeren van een ruimtelijk-economisch-ecologisch modelkader voor België. Het te ontwikkelen model moet de state-of-the-art in eht modelleren van economie, transport, landgebruik en milieu weergeven en kan gebruikt worden om beleidsmakers te ondersteunen bij de keuze van hun lange termijnbeleid inzake duurzaamheid. Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Frank Witlox
Ontwikkeling van een geïntegreerd farmaceutisch productiesysteem Universiteit Gent Abstract: Ontwikkeling van een geïntegreerd productiesysteem voor een meer efficiënte en gecontroleerde productie van geneesmiddelen. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Jean Remon
Ontwikkeling van een geïntegreerde tool ter ondersteuning van de diëtistenpraktijk Hogeschool Gent Abstract: Dit onderzoeksproject situeert zich in het domein van de relatie voeding en gezondheid. De wetenschappelijke kennis over deze relatie neemt op dit ogenblik in zeer snel tempo toe.Het onderzoek heeft als finaliteit de positie van de diëtist(e)/voedingsdeskundige in zijn/haar hoedanigheid van verstrekker van voedingsadvies en voedingsvoorschriften op maat van de individuele patiënt of cliënt, uit te breiden en te verstevigen. Het is de bedoeling dit te realiseren via de ontwikkeling van een geïntegreerd instrument dat alle relevante dimensies van een goede dieetkundige praktijk op een gebruiksvriendelijke manier verenigt, dat aangepast is aan de huidige stand van de wetenschappelijke kennis en bovendien de noodzakelijke flexibiliteit vertoont ten aanzien van een snel veranderend en uitbreidend dieetkundig arsenaal. Het globale doel van het project is de ontwikkeling en evaluatie van een conceptueel kader voor een optimale geïntegreerde voedingsbegeleiding en dieetkundige behandeling van de patiënt/cliënt, conform de meest recente op voldoende evidentie gebaseerde wetenschappelijke inzichten en rekening houdende met alle relevante randgegevens van de patiënt/cliënt die nodig zijn voor een holistische benadering van de specifieke voorliggende gezondheidsproblematiek. Een bijkomende doelstelling is de uitvoering van een functionele analyse ter voorbereiding op de ontwikkeling van een software pakket dat de verschillende dimensies van een dergelijk conceptueel kader op een eenvoudige en gebruiksvriendelijke wijze kan integreren en ter beschikking kan stellen als een interactief medium van de diëtist(e)/voedingsdeskundige in zijn/haar dagelijkse praktijkomgeving en voor de studenten gedurende de opleiding. Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Departement Gezondheidszorg Vesalius
• Vakgroep Informatica • Vakgroep Voeding en Diëtetiek
Onderzoekers: • Stefaan De Henauw • Veerle Ongenae • Willem De Keyzer • Mia Verschraegen • Nele Callewaert
Ontwikkeling van een geïntegreerde strategie voor de karakterisatie van nieuwe "lead" verbindingen uitgaande van natuurlijke pro-drugs en hun metabolieten. Universiteit Antwerpen Abstract: Veel natuurlijke verbindingen zijn pro-drugs welke gemetaboliseerd en geactiveerd worden na orale toediening. Dit aspect wordt echter meestal niet in rekening gebracht bij het zoeken naar nieuwe "lead" verbindingen als therapeutische middelen. In dit project zijn Filipendula ulmaria en Herniaria hirsuta geselecteerd als case studies voor de karakterisering van nieuwe "lead" verbindingen voor anti-inflammatoire drugs en drugs ter behandeling van nefrolithiase. Een LC-MS en 1H-NMR platform zal gebruikt worden voor de metabolische profilering van plant extracten. Deze extracten zullen bereid worden met generieke extractiemethoden om de volledige waaier aan bestanddelen te omvatten. Ten tweede zal het platform uitgebreid worden met een dialyse model dat de menselijke gastro-intestinale (GI) metabolisatie nabootst. Dit dialyse model zal ingezet worden om potentiële pro-drugs te activeren. Het dialysaat dat de GI metabolieten bevat zal vervolgens behandeld worden met microsomale S9 fracties om lever metabolisatie na te bootsen. De resulterende stalen (vóór en na S9 behandeling) zullen geprofileerd worden met hetzelfde LC-MS en 1H-NMR platform en vergeleken worden met de originele profielen. De geproduceerde extracten zullen ook farmacologisch geëvalueerd worden met een range van in vitro assays gerelateerd aan anti-inflammatoire en anti-nefrolithiase eigenschappen. Farmacologische en chromatografische/fytochemische data zullen geanalyseerd worden in een "metabolomics" aanpak door gebruik te maken van multivariaat data analyse om zo de farmacologisch actieve bestanddelen en hun metabolieten te karakteriseren als nieuwe "lead" verbindingen. Organisaties: • Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)
Onderzoekers: • Kris Laukens • Luc Pieters • Sandra Apers • Adrian Covaci • Sebastiaan Bijttebier
Ontwikkeling van een geïntegreerde strategie voor de karakterisatie van nieuwe "lead" verbindingen uitgaande van natuurlijke pro-drugs en hun metabolieten. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)
Onderzoekers: • Luc Pieters • Sandra Apers • Nina Hermans
Ontwikkeling van een geïntegreerde strategie voor de karakterisatie van nieuwe "lead" verbindingen uitgaande van natuurlijke pro-drugs en hun metabolieten. Universiteit Antwerpen Abstract: Een innovatieve benadering wordt voorgesteld om nieuwe "lead compounds" te karakteriseren uit natuurlijke bronmaterialen. Veel natuurproducten zijn pro-drugs, die gemetaboliseerd en geactiveerd moeten worden na orale inname. Nochtans wordt dit aspect meestal over het hoofd gezien bij het zoeken naar nieuwe geneesmiddelen. In dit project werden Nauclea pobeguinii (bast), Herniaria hirsuta (kruid), Salix soorten (wilgenbast) en Filipendula ulmaria (moerasspirea) geselecteerd als onderzoeksobjecten voor de karakterisatie van nieuwe "leads" voor geneesmiddelen tegen malaria, nierstenen, en bij ontstekingen. LC-MS en NMR platformen zullen ontwikkeld worden voor de snelle profilering van plantenextracten, bereid met behulp van een breed extractieprotocol, zodat een reeks extracten met het volledige spectrum aan inhoudsstoffen bekomen wordt. Vervolgens zal een gastro-intestinaal dialyse model toegepast worden, waarin humane metabolisatie gesimuleerd wordt, om mogelijke pro-drugs te activeren. Bovendien zal het dialysaat met de gastro-intestinale metabolieten behandeld worden met microsomale S9 fractie om levermetabolisatie na te bootsen. De verkregen gemetaboliseerde fracties (voor en na S9 behandeling) zullen eveneens in de LC-MS en NMR platformen geprofileerd worden, en vergeleken met de originele profielen. Simultaan zullen alle extracten en gemetaboliseerde fracties farmacologisch geëvalueerd worden in een reeks in vitro modellen voor activiteit tegen malaria, nierstenen of bij ontstekingen. Farmacologische en chromatografische / fytochemische gegevens zullen geanalyseerd worden met multivariate data analyse in een "metabolomics" benadering, teneinde de actieve bestanddelen of metabolieten te identificeren. Gerichte isolatie en bevestiging van de farmacologische activiteit in vitro en in vivo zal dan leiden tot de karakterisatie van nieuwe "leads" tegen malaria, nierstenen en infecties. Organisaties: • Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)
Onderzoekers: • Luc Pieters • Sandra Apers • Nina Hermans • Adrian Covaci
Ontwikkeling van een geïntegreerde strategie voor de beheersing van de allergenenproblematiek in de Belgische voedings- en catering industrie. (ALLERRISK - tweede fase) Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Belspo. UA levert aan Belspo de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Didier Ebo • Willem Stevens
Ontwikkeling van een geïntegreerde strategie voor de beheersing van de allergenenproblematiek in de Belgische voedings- en catering industrie. (ALLERRISK) Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van een geïntegreerde strategie voor de beheersing van de allergenenproblematiek in de Belgische voedings- en catering industrie. (ALLERRISK) Organisaties: • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Didier Ebo • Willem Stevens
Ontwikkeling van een geïntegreerde in vitro technologieplatform voor de studie van intestinale processen en gastheerreactie combineren Universiteit Gent Abstract: Ontwikkeling van in vitro modellen voor de intestinale lot van voedselingrediënten beoordelen In vivo experiment intestinale perfusie Organisaties: • Vakgroep Virologie, parasitologie en immunologie • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Martine De Vos • Eric Cox
Ontwikkeling van een gehumaniseerd Schizosaccharomyces pombe gistmodel voor de studie van Tau-gemedieerde cytotoxiciteit. KU Leuven Abstract: De huidige toenemende vergrijzing van de bevolking leidt er toe dat ouderdomsgerelateerde ziekten # zoals de ziekte van Alzheimer # steeds vaker de kop opsteken en een sterke sociale impact hebben op het leven van patiënten en hun familie en vrienden. De vereiste verzorging zorgt eveneens voor een zware economische last op de gezondheidszorg. De huidige therapiën voor het behandelen van patiënten met de ziekte van Alzheimer richten zich enkel op het verbeteren van de symptomen. Op dit moment zijn er nog geen goedgekeurde behandelingen met een bewezen ziektemodificerend effect. In ons laboratorium gebruiken we reeds enkele jaren Saccharomyces cerevisiae als modelsysteem voor de studie van Tau biologie. Hoewel dit organisme vele voordelen biedt, wordt een tau-gemedieerde toxiciteit er slechts in een subpopulatie van gisttransformanten geobserveerd. In het huidige project maken we gebruik van een andere gist, Schizosaccharomyces pombe. Preliminaire resultaten m.b.v. een induceerbare expre Organisaties: • Afd. Mol. Fysiol. Planten & Micro-org.
Onderzoekers: • Joris Winderickx • Tine Bynens
Ontwikkeling van een gegeneraliseerde aanpak van discrete tomografie: theorie en algoritmen. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project zal zowel worden gewerkt aan nieuwe reconstructie-algoritmen als aan de onderliggende theorie, waarbij de volgende doelstellingen centraal staan: - ontwikkeling van een efficiënt, algemeen reconstructie-algoritme voor DT - berekening van een schatting van de grijswaarden op basis van de projectie-data - bepaling van het aantal projecties dat nodig is voor een goede reconstructie Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Jan Sijbers • Kees Batenburg
Ontwikkeling van een gedifferentieerd hepatisch in vitro systeem voor lange-termijn farmaco-toxicologisch onderzoek gebaseerd op (epi)genetische modificatie van humane primaire hepatocyten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het gebruik van primaire menselijke hepatocyte kweeksels voor lange-termijn farma-toxicologische onderzoeksdoeleinden wordt tegenwoordig belemmerd door een beperkte beschikbaarheid van menselijke leverstalen en de gelimiteerde levensduur van gekweekte hepatocyten te wijten aan hun gebrek aan proliferatieve potentieel en de progressieve voorkoming van dedifferentiatie. De strategie die in dit project aan bod komt kan een oplossing bieden voor deze problemen. Organisaties: • Toxicologie, Dermato-cosmetologie en Farmacognosie
Onderzoekers: • VERA ROGIERS
Ontwikkeling van een gebruiksvriendelijk informatiesysteem van het chemisch risico in beroepsomgeving. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De doelstelling van dit project is het ontwikkelen van een beheersinstrument van het scheikundig risico ten behoeve van de preventieraadgevers, de administraties (bijvoorbeeld Tewerkstelling en Arbeid, Volksgezondheid), het Fonds voor Beroepsziekten en de organisaties die de sociale partners vertegenwoordigen. Ter aanvulling van de vaak zeer academische wetenschappelijke publicaties beoogt dit instrument het ter beschikking stellen van informatie, een toenaderingsweg en rechtstreeks nuttige en praktische aanbevelingen, die zeer snel toegankelijk zijn en regelmatig bijgehouden worden dankzij internet-technologie. Het instrument richt zich op het toxicologische aspect van de verplichtingen voorzien door de Codex over het Welzijn op het Werk die vrij dikwijls tot moeilijkheden leidt in de dagelijkse praktijk. In bepaalde gevallen (bijvoorbeeld de KMOs) bestaat de moeilijkheid eruit de informatie te vinden, in andere situaties zit het probleem in het sorteren van deze soms zeer omslachtige informatie, er de krijtlijnen uithalen, of nog, het verwoorden van praktische aanbevelingen voor de medische opvolging van blootgestelde werknemers. Tot op heden werden twee onafhankelijke instrumenten ontwikkeld, die elk een bijzonder aspect van het scheikundige risico dekt. Enerzijds een methodologische benadering van de evaluatie van het scheikundige risico verenigbaar met de preventiepolitiek in de schoot van de ondernemingen, KMO's inbegrepen (REGETOX: http://www.regetox.med.ulg.ac.be). Dit eerste lijn-instrument werd ontwikkeld aan de Universiteit
van Luik. En daarnaast een evaluatie-instrument van het carcinogeen/mutageen risico (Carcinogenic Risk in Occupational Settings, CRIOS: http://www.crios.be) ontwikkeld aan de VUB, de KUL, de ULg, de RUG, en de UCL. Het huidige project is toegespitst op de potentiële complementariteit van deze twee initiatieven waarvan de promotoren de interactie in partnerschap met het FBZ wensen te promoveren. Organisaties: • Cellulaire Genetica
Onderzoekers: • MICHELINE VOLDERS
Ontwikkeling van een gebruiksvriendelijke methodologie ten behoeve van de milieu-effectrapportage betreffende beleidsvoornemens, plannen en programma's rekening houdende met de juridische en wetenschappelijke randvoorwaarden. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is het ontwikkelen van een gebruiksvriendelijke methodologie ten behoeve van de m.e.r. betreffende beleidsvoornemens, plannenen programma's voor Vlaanderen, rekening houdend met de juridische en wetenschappelijke randvoorwaarden. Dit kan gebeuren door het opstellen van een handleiding met algemene en specifieke richtlijnen voor deze activiteiten.Daarbij zal worden uitgegaan van de vijffundamentele stappen die kunnen worden onderscheiden in de m.e.r.-procedure:screening,scoping, opstellen van het MER, participatie en kwaliteitscontrole. Het doel is binnen elk van deze stappen een gebruiksvriendelijke werkwijze te ontwikkelen. Organisaties: • Menselijke Ecologie
Onderzoekers: • David PROOT • LUC HENS
Ontwikkeling van een geautomatiseerd software platform voor ondersteuning en kwaliteitsverhoging van het coderen van klinische informatie. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project ontwikkelen we algoritmes en software om de kwaliteit van het coderen van klinische informatie in ziekenhuizen te verhogen en werken we een valorisatieplan uit. De algoritmes gebruiken state-of-the-art machine learning om inconsistenties te identificeren en codes te suggereren. We ontwerpen een business development strategie, trekken potentiële klanten aan en zoeken vervolgfinanciering. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Leon Luyten • Kim Luyckx • Bart Goethals • Koen Smets • Tim Van den Bulcke
Ontwikkeling van een geautomatiseerde detectiemethode om cytogenetiosch onzichtbare chromosoomafwijkingen bij mentaal gehandicapte patiënten op te sporen. Universiteit Antwerpen Abstract: Doel van dit project is het ontwikkelen van een geautomatiseerde detectiemethode om cytogenetisch onzichtbare chromosoomafwijkingen op te sporen bij patiënten met een mentale handicap en dit op een snelle en efficiënte manier. Wij zullen gebruik maken van de array-gebaseerde MLPA (Multiplex Ligation-dependent probe Amplification)-methode. Dit zal ultiem leiden tot een sterk verhoogd detectiepercentage bij deze groep patiënten en daaruit voortvloeiend een betere prognose voor de patiënt en een betere inschatting van het herhalingsrisico bij de familieleden. Organisaties: • Cognitieve Genetica (COGNET)
Onderzoekers: • Frank Kooy • Liesbeth Rooms
Ontwikkeling van een gamma duurzame hybride diesel-elektrische stadsbussen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Binnen dit project worden door firma Van Hool NV 3 types hybride stadsbussen ontwikkeld, waarbij de aandrijflijn door piekvermogeneenheden (supercondensatoren) geassisteerd wordt. Einddoel is een daling van het brandstofverbruik en de emissies van 20% ten opzichte van klassieke dieselmotor-gebaseerde bussen. Ook streeft men na het geluidsniveau en de life cycle cost te veminderen. Rol van ETEC/VUB is het vermogenbeheer van de aandrijflijn van de bus te evalueren en te optimaliseren. Dit gebeurt door gebruik te maken een simulatieplatform, alsook door metingen uit te voeren op een rijdende bus. Voor deze metingen wordt een geautomatiseerd data-acquisitie syteem gebouwd dat alle relevante parameters simultaan registreert en opslaat. Dit behelst zowel parameters voor geheel het voertuig zoals snelheid en inclinatiehoek, evenals parameters die de vermogenstroom beschrijven tussen de verschillende onderdelen van de aandrijflijn. Het meetsysteem is gebaseerd op hardware en software van de firma National Instruments. Voor het simulatieplatform, dat gegenereerd wordt in Matlab, wordt voor elk onderdeel van de aandrijflijn een softwaremodel geïmplementeerd, gebaseerd op gegevens afkomstig van Van Hool NV of haar onderaannemers. De simulatiesoftware bootst de wisselwerking tussen de verschillende onderdelen van de aandrijflijn na en kan aldus een beheerstrategie bepalen waarbij bvb. het brandstofverbruik of het geluidsniveau minimaal is. Ook kunnen mogelijke verbeteringen aan de elektrische dimensionering van de aandrijflijn berekend en gesuggeerd worden. Door vergelijking van de gesimuleerde resultaten met de metingen kan men zowel het simulatiemodel verfijnen als nagaan of een verbetering van het geïmplementeerde vermogenbeheer op de bus mogelijk is. De gemaakte conclusies worden vervolgens gestaafd door een tweede reeks metingen op een bus waarin het verbeterde beheer geimplementeerd is. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Thierry Clement COOSEMANS • JOERI VAN MIERLO
Ontwikkeling van een functioneel annotatie kader voor het bestuderen vande bi-directionele interactie tussen de darmflora en het humane zenuwstelsel gebruikmakend van metagenoom data KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract
Organisaties: • Laboratorium Moleculaire Bacteriologie
Onderzoekers: • Jeroen Raes • Marie Joossens
Ontwikkeling van een fotonische biosensor voor de microbiologische screening van drinkwater in Rwanda. Vrije Universiteit Brussel Abstract: concept: plastiek microchip gebaseerde aanpak wordt gebruikt om een biosensor te ontwerpen voor de detectie van E. Coli cellen. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HEIDI OTTEVAERE
Ontwikkeling van een flow sheet voor de zuivering van MGA (Merchand Grade Acid) tot PWA (Purified Wet Acid) Universiteit Gent Abstract: Bepalen van de parameters die de zuivering van MGA tot PWA bepalen bij middel van solvent-extractie. Bepaling van de ditributiecoëfficiënten van zware metalen in het tweefasen-systeem: MGA/organisch solvent. Studie van de verwijdering van zware metalen uit MGA in een tegenstroom extractiebatterij. Opstellen van een flowsheet. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste Materiaalwetenschappen
Onderzoekers: • Marc Verhaege
Ontwikkeling van een filosofische theorie voor een geschiedschrijving van het subject, de leefwereld en de ervaring Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is de ontwikkeling van een filosofische theorie die de cultuur- en mentaliteitsgeschiedenis in staat stelt de leefwereld, het subject en de ervaring tot haar onderwerp te maken. Dit zal gebeuren door te vertrekken van de cultuurfilosofie van Ernst Cassirer en door deze te contrasteren met de traditionele hermeneutiek en de historiografische praktijk. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Gertrudis Van de Vijver
Ontwikkeling van een fermentatieproces voor een product Universiteit Gent Abstract: In dit onderzoek wordt de ontwikkeling beoogd van een proces voor de productie van een product. De te ontwikkelen technologie is gebaseerd op metabolic engineering van Escherichia coli. Nadat een geschikte productiestam geconstrueerd is, dient een fermentatieproces te worden ontwikkeld en geoptimaliseerd, evenals een geschikt downstream processing route om het product in zuivere vorm uit de fermentatievloeistof te winnen. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Wim Soetaert
Ontwikkeling van een expressiesysteem voor endoplasmatisch reticulum membraaneiwitten Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt een expressiesysteem ontwikkeld voor membraaneiwitten, waarbij verschillende pathways in de eukaryote secretieweg worden gewijzigd om verhoogde hoeveelheden van homogeen geglycosyleerde membraaneiwitten te kunnen produceren. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Frans Van Roy • Nico Callewaert
Ontwikkeling van een elektronische taalleeromgeving. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van een elektronische taalleeromgeving. Organisaties: • Individueel onderzoek IOIW
Onderzoekers: • Jozef Colpaert
Ontwikkeling van een elektromechanisch model van het menselijk hart: discrete en vezel gebaseerde benaderingen Universiteit Gent Abstract: Modelling van de elektromechanische functie van het hart is belangrijk om zowel de fundamentele mechanismen van hartritmestoornissen te begrijpen als om klinische behandelingen te verbeteren. Het doel van dit project is het ontwikkelen van een elektromechanisch model van het menselijk hart. Dit door combinatie van: (1) anatomische data van IMM+IIP (Rusland); (2) contractie model van IIP en (3) elektromechanisch computationeel framework van UGent. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Alexander Panfilov
Ontwikkeling van een elektrochemische sensor voor de bepaling van benzeen, (chloor)fenolen, dioxines en PCB's Universiteit Gent Abstract: Dit project omvat de ontwikkeling van een elektrochemische sensor voor de detectie van benzeen, (chloor)fenolen, dioxines en PCB's in waterig, niet waterig milieu en gassen. Hiertoe wordt gebruik gemaakt van een elektrode gemodificeerd met metaalftalocyanines (MPc).
Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Paul Kiekens • Annemie Adriaens
Ontwikkeling van een elastoplastisch faseveldmodel voor meerfasige systemen KU Leuven Abstract: Phase-field modelling is a tool to model microstructure evolution and can give qualitative insights into the role of specific material or process parameters on the shape, size and mutual distribution of grains and phases. The major difficulties that complicate quantitative simulations for real alloys are the large number of phenomenological parameters that are often difficult to determine for real alloys and the width of the interface (<1 nm) in real alloys is usually several orders of magnitude smaller than the microstructural features and processes of interest. Massive computer resources are required to resolve the evolution of the phasefield variables at the diffuse interfaces and, at the same time, cover a system with realistic dimensions. The aim is to develop, implement andvalidate a phase field model overcoming these difficulties for quantitative prediction of the morphological evolution in realistic multi-component and multi-phase alloy systems, in particular, to coarsening Organisaties: • Duurzaam Materialenbeheer
Onderzoekers: • Patrick Wollants • Nele Moelans • Durga Ananthanarayanan
Ontwikkeling van een efficiënte antifoulische enting om de toepasbaarheid van keramische nanofiltratiemembranen tijdens waterbehandeling te verhogen. Universiteit Antwerpen Abstract: In nauwe samenweking met UA werd bij VITO recent een innovatieve methode ontwikkeld om het oppervlak van keramische membranen op een stabiele manier te modificeren. De geënte groepen zijn niet gevoelig voor rehydroxilatie, zoals in het geval van andere state-of-the-art technieken. Het doel van dit project is deze nieuwe modificatiemethode te gebruiken om een efficiënte anti-fouling coating te ontwikkelen op commerciële keramische nanofiltratie membranen om hun performantie in water te verhogen. Organisaties: • Laboratorium adsorptie en katalyse
Onderzoekers: • Vera Meynen
Ontwikkeling van een duurzaam exploitatieschema voor Europese ertsafzettingen van zeldzame aarden (EURARE). KU Leuven Abstract: With numerous European industries heavily depended on imported REE raw materials, there is a need for EU to secure a viable supply of REE minerals as well as develop from the ground up the currently non-existent European REE extraction and processing industry. The goal of the EURARE project will be (i) to characterize the potential REE resources in Europe; and (ii) to research, develop, optimize and demonstrate technologies forthe efficient and economically viable exploitation of currently available European REE deposits with minimum consequences to the environment. In the EURARE project, the mineral processing technologies currently usedfor the REEs minerals will be investigated for representative European REE ores, with a tendency for improvement by adopting new approaches forthe complete ore utilization and minimal environmental consequences, establishing integrated mineral processing systems, with zero or close to zero tailings. The current state-of-the-art processes for REE extrac Organisaties: • Afdeling Moleculair Design en Synthese
Onderzoekers: • Koen Binnemans
Ontwikkeling van een droge poederaerosol als alternatief voor sprayvaccinatie in de pluimvee-sector Universiteit Gent Abstract: Een droge poederaerosol, aangewend voor vaccinatie van pluimvee ten opzichte van virale luchtweg-aandoeningen (NCD- of IB-virus), wordt geproduceerd via micronisatie (jet-molen, kogelmolen, sproeidrogen) van een gelyofiliseerde cake tot partikels van respireerbare grootte. Toevoegen van hulpstoffen moet toelaten de infectiviteit van het vaccin-virus te waarborgen na micronisatie. Toevoegen van een drager (lactose) kan de vloei-eigenschappen en het aerosolisatie-gedrag van het poeder in een luchtstroom optimaliseren. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Chris Vervaet
Ontwikkeling van een droge poederaerosol als alternatief voor spray-vaccinatie in de pluimvee-sector Universiteit Gent Abstract: Een droge poederaerosol, aangewend voor vaccinatie van pluimvee ten opzichte van virale luchtweg-aandoeningen (NCD- of IB-virus), wordt geproduceerd via micronisatie (jet-molen, kogelmolen, sproeidrogen) van een gelyofiliseerde cake tot partikels van respireerbare grootte. Toevoegen van hulpstoffen moet toelaten de infectiviteit van het vaccin-virus te waarborgen na micronisatie. Toevoegen van een drager (lactose) kan de vloei-eigenschappen en het aerosolisatie-gedrag van het poeder in een luchtstroom optimaliseren. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Chris Vervaet • Kristien Van Reeth
Ontwikkeling van een DNA vaccin gebaseerd op het influenza A virus nucleoproteïne en het M2 eiwit Universiteit Gent Abstract: Het project beoogt de constructie en validering van een DNA vaccin waarbij een fusie tussen het ectodomein van het influenza A M2-eiwit en het nucleoproteïne tot expressie wordt gebracht door een constitutieve dierlijke promotor. De beschermende werking als profylactisch vaccin tegen influenza A infectie zal in het muismodel worden onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Xavier Saelens • Nico Callewaert
Ontwikkeling van een digitale beeldbank met didactische handleiding voor gebruik in de opleidingen “Bachelor in het onderwijs: kleuter onderwijs” en “Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs” Hogeschool Gent Abstract: De lerarenopleidingen van de partnerhogescholen hebben dringende nood aan kwaliteitsvol actueel Vlaams videomateriaal. Het gebruik van dit videomateriaal is een onmisbare schakel in het multimediaal aanbod als deel van de hogeschooldidactiek. De lectoren verhogen hierdoor hun didactisch pallet. De studenten ondervinden bovendien de meerwaarde van multimediaal werken. Het maken van video-opnames van goodpractice versterkt tevens de band met het werkveld. Opleidingen kiezen steeds vaker voor blended learning, een opleidingsvorm waarbij de leer- en onderwijsactiviteiten digitaal, op afstand en zowel synchroon als asynchroon begeleid en uitgevoerd worden. In dit proces kan online videomateriaal een belangrijke rol spelen. Het kan een onderdeel zijn in het leerpad dat aan de studenten wordt aangeboden, waar het gecombineerd wordt met individuele en groepsopdrachten. Daarnaast is differentiëring van leerwegen meer en meer het antwoord op de competentieverschillen tussen studenten. Concreet komt het hem erop neer dat de Hogeschool Gent, de Hogeschool West-Vlaanderen en de Arteveldehogeschool samen expertise uitwisselen rond de aanmaak en het gebruik van digitaal videomateriaal binnen een lerarenopleiding. Welke hardware en software geniet de voorkeur? Hoe kan het bestaande videomateriaal didactisch geïntegreerd worden? Welke rol kan de student en de lector spelen bij deze integratie? Naast het delen van expertise binnen deze denktank wordt ook nieuw videomateriaal aangemaakt op basis van gemeenschappelijke noden. Er zullen relevante klassikale lesmomenten worden gefilmd in het basisonderwijs. Dit videomateriaal zal tevens online beschikbaar worden gesteld en voorzien worden van een didactische handleiding. Lectoren zullen de studenten hierdoor competentiegerichter kunnen opleiden en beter voorbereiden op de stage- en praktijkopdrachten. Organisaties: • Departement Lerarenopleiding Ledeganck • Vakgroep Pedagogiek en Agogiek • Vakgroep Mens en Maatschappij - Educatie
Onderzoekers: • Marie-Louise Geysen
Ontwikkeling van een digitaal platform Nederlands Leren. KU Leuven Abstract: Het doel van dit project is een uitdagende en gevarieerde digitale omgeving te creëren voor alle anderstaligen die in Vlaanderen Nederlands willen leren en willen oefenen. Anderstaligen die in het Nederlands willen kunnen communiceren om in het dagelijks leven te kunnen functioneren, moeten de mogelijkheid krijgen om de talige vaardigheden die ze verwerven op vele manieren in te zetten en verder te ontwikkelen in een Nederlandstalige omgeving. Daarnaast wordt de inzet van ICT in het domein van het taalonderwijs algemeen beschouwd als een hefboom voor taalleren. Het ontwikkelen en gebruiken van een digitaal platform op maat van de leerder kan sterk complementair zijn met het NT2-onderwijs en met bestaande initiatieven in de taalstimulering in de vrije tijd. Dit wordt een platform dat anderstaligen, onafhankelijk of ze een NT2-cursus volgen of niet, de mogelijkheid wil bieden om op hun manier en wens aan de slag te gaan metNederlands. De actualiteit vormt de inhoudelijke insteek.De proje Organisaties: • Centrum voor Taal en Onderwijs Leuven
Onderzoekers: • Serge Verlinde • Kristiaan Van den Branden • Lieve De Wachter • Piet Desmet
Ontwikkeling van een digitaal platform Nederlands leren. Universiteit Antwerpen Abstract: De globale doelstelling van dit project is het vergroten van de mogelijkheden tot integratie voor onderdanen van een derde land in de Vlaamse, Europese samenleving. Specifiek doel: de integratie van derdelanders verbetert door de realisatie van een digitaal platform Nederlands leren. Organisaties: • Individueel onderzoek IOIW
Onderzoekers: • Jozef Colpaert
Ontwikkeling van een diermodel voor ruptuur van atherosclerotische plaques ter evaluatie van plaquestabiliserende therapieën. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IWT. UA levert aan IWT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Fysiofarmacologie (FAR)
Onderzoekers: • Guido De Meyer • Wim Martinet • Carole Van der Donckt
Ontwikkeling van een diermodel voor ruptuur van atherosclerotische plaques ter evaluatie van plaquestabiliserende therapieën. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IWT. UA levert aan IWT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Fysiofarmacologie (FAR)
Onderzoekers:
• Guido De Meyer • Wim Martinet • Carole Van der Donckt
Ontwikkeling van een diamant-gebaseerd biosensor platform voor de impedimetrische herkenning van antilichaamantigen binding. Universiteit Hasselt Abstract: Het voorliggende contract is een IWT-specialisatiebeurs voor de heer L. Grieten. De beurs werd toegekend voor de periode van 01.01.2008 tot 12.12.2010. Het onderzoek betreft de ontwikkeling van een diamant-gebaseerd biosensor platform voor de impedimetrische herkenning van antilichaam-antigen binding. Organisaties: • Materiaalfysica • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Patrick WAGNER
Ontwikkeling van een dendritische cel gebaseerd vaccin tegen humaan papillomavirus-geïnduceerd cervixcarcinoom. Universiteit Antwerpen Abstract: Baarmoederhalskanker is de derde meest voorkomende kanker bij vrouwen op wereldvlak. Ondanks de vooruitgang in de huidige therapieën, brengen deze behandelingen toch nog steeds verschillende nadelen met zich mee. Enerzijds is het onmogelijk om met een chirurgische ingreep alle reeds opgetreden micrometastasen te verwijderen, anderzijds oefenen radio- en chemotherapie niet uitsluitend hun effect uit op het tumorweefsel, maar zijn zij ook toxisch voor normale weefsels en onderdrukken het immuunsysteem. Daarom richten recente onderzoeken zich op nieuwe en meer efficiënte therapieën. Zo is momenteel bijvoorbeeld het opladen van dendritische cellen met tumorantigenen om op deze manier anti-tumorimmuniteit te induceren 'hot topic' in de experimentele immunotherapie. Het principe van immunotherapie is zeer specifiek het immuunsysteem te stimuleren om alzo een tumorspecifieke immuunrespons te genereren. Baarmoederhalskanker wordt sterk geassocieerd met infectie met het humane papillomavirus (HPV). Ondanks het feit dat er meer dan 20 oncogene HPV genotypes gekend zijn, zijn HPV type 16 en 18 het meest prevalent in baarmoederhalskanker. Het principe van een therapeutisch vaccin zal er dan ook in bestaan om HPV gerelateerde antigenen, zoals de E6 en E7 virale proteïnen, aan te bieden aan professionele antigenpresenterende cellen (APC), voornamelijk de dendritische cellen (DC), om een sterke T-celrespons te induceren. De aard waarin de HPV antigenen aangeboden worden aan de DC, bepaald voor een groot deel het type en de sterkte van de resulterende T-celrespons. De uitdaging op dit moment ligt erin om na te gaan welke de meest aangewezen manier is om DC te gebruiken in immunotherapeutische protocols. De generatie van een optimale cellulaire anti-tumorrespons houdt de activatie van tumorspecifieke CD8+ cytotoxische T-cellen in. Meer en meer studies benadrukken echter ook de belangrijke rol van CD4+ T-helpercellen in de regulatie van de immuunrespons. In dit project zullen we ons dan ook richten op de generatie van zowel een sterke HPV-specifieke CD4-positieve immuunrespons alsook een CD8-positieve immuunrespons. Om deze reden zullen we overgaan op de constructie van cDNA constructen voor de in vitro transcriptie van HPV 16 E6 en E7 mRNA, indien noodzakelijk in combinatie met MHC klasse II signaalsequenties (bijvoorbeeld LAMP-1). De functionaliteit van het gegenereerde mRNA zal getest worden na transfectie van dendritische cellen met dit mRNA. Proteïne-expressie zal aangetoond worden met behulp van Western blot, terwijl de MHC klasse I en/of II presentatie zal aangetoond worden met peptidenspecifieke CD8+ of CD4+ T-celklonen. We zullen eveneens starten met de ontwikkeling van een in vitro T-celactivatie protocol voor de generatie van HPV 16 E6 en E7 specifieke T-cellen met behulp van peptidengepulste DC. Daarenboven zal eveneens gestart worden met een ex vivo studie. We zullen bepalen of er in vitro een autologe immuunrespons kan opgewekt worden tegen tumorcellen van de patiënt. Hiervoor zullen we uit het perifere bloed van baarmoederhalskankerpatiënten DC genereren en deze cellen modificeren met mRNA dat codeert voor de vermelde HPV-antigenen. Na de in vitro activatie van autologe T-cellen, zullen we bepalen of er ook daadwerkelijk voldoende reactiviteit is tegen autologe tumorcellen van de patiënt. Het ultieme doel van deze experimenten is de ontwikkeling van een efficiënte strategie die gehanteerd kan worden in een klinisch model. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Zwi Berneman • Nathalie Cools
Ontwikkeling van een databank met conversiefactoren om voedingsmiddelen gecodeerd volgens FoodEx om te zetten naar het rauwe landbouwproduct Universiteit Gent Abstract: Doel van de studie is het voorzien van instrumenten om voedingsmiddelen, opgenomen in de EFSA Comprehensive Food Consumption Database en gecodeerd volgens FoodEx, om te zetten naar hun rauwe landbouwproduct. De focus in dit project ligt op het voorzien van conversiefactoren om de blootstelling aan pesticideresidu?s, geanalyseerd in het rauwe product, te bepalen. Organisaties: • Vakgroep Maatschappelijke gezondheidkunde
Onderzoekers: • Stefaan De Henauw
Ontwikkeling van een continue roetstroom in een laboratorium opstelling. Universiteit Antwerpen Abstract: Roet is één van de belangrijkste oorzaken van gezondheidsproblemen. In ons labo wordt de afbraak van dit roet bestudeerd. Om dit te kunnen doen is het echter belangrijk om roet in de gasstroom te krijgen. In dit project is het dan ook de bedoeling om een systeem te ontwikkelen dat een continue en reproduceerbare stroom van roet creëert die in de bestaande gasopstellingen kan geïmplementeerd worden. Organisaties: • Duurzame energie en luchtzuivering: DUeL
Onderzoekers: • Tom Tytgat
Ontwikkeling van een continue glucose monitor gebaseerd op een miniatuurspectrometer Universiteit Gent Abstract: In GluCAREl.1 worden zowel R&D als business development taken gepland om de kennis en intellectuele eigendom van UGent inzake silicium-gebaseerde miniatuur spectrometers verder uit te bouwen. GluCAREl.1 behoort tot het grotere omvattende incubatieproject GLuCARE gefinancieerd door IOF (GluCAREl.0) en IWT (GluCARE1.1). GluCARE heeft als doel het onwikkelen, in-vitro valideren en valoriseren van een nieuwe continue glucose meter (CGM) die fysiologische glucose concentratie kan opmeten tussen 3 en 20 mM met een nauwkeurigheid van 0.5 mM en dit gedurende 6 maanden. De ontwikkelde technologie zal vervolgens gecommercialiseerd worden via een spin-off bedrijf. Organisaties:
• Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Roeland Baets
Ontwikkeling van een contextuele theorie voor concepten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Als algemeen doel wensen we een formalisme te ontwikkelen voor de beschrijving van concepten dat expliciet hun contextuele aard in rekening brengt. Als specifieke doelen willen we het tralietheoretisch wiskundig formalisme dat oorspronkelijk werd ontwikkeld in veralgemeende quantummechanica voor de beschrijving van contextuele interacties in de microwereld aanpassen om een formele bechrijving uit te bouwen van de contextuele manier waarop concepten worden gebruikt om betekenis te genereren; de performantie van deze contextuele theorie voor concepten vergelijken met de bestaande prototype-en exemplaartheorieën, door gebruik te maken van reeds bestaande datasets voor typicaliteitsbeoordelingen, responstijden van categorisatiebeslissingen, exemplaargenereer-frequenties, frequenties in een categoriebenoemingstaak voor zowel enkelvoudige concepten als conjunctieve concepten; onderzoeken van de performantie van de contextuele theorie voor concepten op nieuwe datasets voor zeer contextuele situaties waar hetzelfde concept deeluitmaakt van verschillende conjuncties. Organisaties: • Centrum Leo Apostel
Onderzoekers: • Diederik AERTS
Ontwikkeling van een contextuele niet-klassieke (op de quantummechanica gebaseerde) theorie met het oog op het modelleren van het prijsvormingsproces van financiële opties en het modelleren van een socio-economisch systeem. Vrije Universiteit Brussel Abstract: DOELSTELLING De doelstelling bestaat in het ontwikkelen en testen van een algemene economische theorie met het oog op het modelleren van het prijsvormingsproces van financiële opties op basis van de wiskundige formalismen van de quantummechanica en in het modelleren van een socioeconomisch systeem met inachtneming van de emergente, contextuele en niet-deterministische aspecten ervan. OBJECTIEVEN 1. De aanpassing van het wiskundige formalisme van de veralgemeende quantummechanica met het oog op het modelleren van het prijsvormingsproces van financiële opties binnen een verrijkte informatiestructuur, met inachtneming van quantum-fysische concepten in verband met de onderliggende activa en de contextuele interactie van traders. 2. Het afleiden van een differentiaalvergelijking voor de prijsvorming van opties die deze verrijkte informatiestructuur binnen het kader van de Bohmiaanse interpretatie van de quantummechanica omvat. De bestudering van de verschillende oplossingen van deze partiële differentiaalvergelijking voor verschillende waarden van de informatie-risico parameter en het exploreren van de kenmerken van de overeenstemmende verzamelingen van contextueel evoluerende socio-economische systemen (Bohmiaans-quantumfysisch, klassiek stochastisch of intermediair-contextuele situaties). 3. Het ontwikkelen van een algemeen model voor de evolutie van een economisch systeem van assets (activa) en trader posities opgevat als de Contextueel gedreven Actualisering van Potentieel (Context driven Actualization of Potential - CAP) en zoals gedefinieerd door de potentiële transacties van traders. 4. Het confronteren (vergelijken) van het CAP formalisme voor de evolutie van socio-economische systemen met (i) de resultaten behaald op basis van klassieke standaard benaderingen gebaseerd op stochastische modellen, (ii) de resultaten van een experiment ontworpen met de uitdrukkelijke bedoeling de al of niet aanwezigheid te testen van waarschijnlijkheidsinterferentie in het gedrag van mensen, (iii) data van reële aandelenmarkten. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • Diederik AERTS • BART D'HOOGHE
Ontwikkeling van een contextuele, niet-deterministische evolutietheorie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het algemeen doel is de ontwikkeling van een wiskundig formalisme voor de beschrijving van evolutie dat haar zelforganiserende, contextuele, en niet-deterministische aspecten beschrijft. De specifieke doelen zijn de uitbouw van de neo-Darwinistische formele beschrijving van evolutie rekening houdend met emergentie en niet-determinisme, gebruik makend van het wiskundige tralietheoretisch formalisme dat oorspronkelijk werd ontwikkeld voor de beschrijving van contextuele en niet-deterministische interactie in de microwereld; dit formalisme implementeren in een computermodel; dit computermodel gebruiken om korte en lange-termijn gevolgen te voorspellen voor artificieel geïntroduceerde contextuele interacties, zoals (1) genetische manupulatie, en (2) introductie van allochtone soorten in een ecosysteem. Organisaties: • Centrum Leo Apostel • Biologie
Onderzoekers: • PHILIP POLK • Diederik AERTS
Ontwikkeling van een contextuele, niet deterministische evolutietheorie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het algemeen doel is de ontwikkeling van een wiskundig formalisme voor de beschrijving van evolutie dat haar zelforganiserende, contextuele, en niet-deterministische aspecten beschrijft. De specifieke doelen zijn de uitbouw van de neo-Darwinistische formele beschrijving van evolutie rekening houdend met emergentie en niet-determinisme, gebruik makend van het wiskundige tralietheoretisch formalisme dat oorspronkelijk werd ontwikkeld voor de beschrijving van contextuele en niet-deterministische interactie in de microwereld; dit formalisme implementeren in een computermodel; dit computermodel gebruiken om korte en lange-termijn gevolgen te voorspellen voor artificieel geïntroduceerde contextuele interacties, zoals (1) genetische manupulatie, en (2) introductie van allochtone soorten in een ecosysteem. Organisaties: • Centrum Leo Apostel
Onderzoekers: • Diederik AERTS
Ontwikkeling van een computationele methodologie voor de studie van subfunctionalizatie door transcriptionele divergentie van gedupliceerde genen in planten
Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt de studie van de rol van transcriptionele subfunctionalizatie als drijvende kracht van divergentie bij planten. Hiertoe zal gebruik gemaakt worden van comparatieve analyse van promoters en hun regulatorische elementen in orthologe (ontstaan door speciatie) en paraloge (ontstaan door duplicatie) genen. Er zullen methoden ontwikkeld worden om regulatorische elementen te indentificeren en hun evolutie in gedupliceerde genen te bestuderen. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Yves Van de Peer
Ontwikkeling van een 'coated-wire' potentiometrische sensor voor detectie van DNA varianten en mutaties Universiteit Antwerpen Abstract: In de menselijke genetische diagnostiek is er grote nood aan instrumenten om efficiënt en goedkoop DNA varianten en mutaties te detecteren. De huidige fluorescente methoden zijn duur en vaak ongeschikt voor doorgedreven multiplex analyses. Het doel van deze studie is het ontwikkelen van een potentiometrische 'coated wire' sensor die snel en betrouwbaar DNA varianten kan detecteren, via aanpassing van een succesvol sensorplatform dat eerder werd ontwikkeld aan de Universiteit Antwerpen. Organisaties: • Menselijke moleculaire genetica
Onderzoekers: • Lucien Nagels • Guido Van Camp
Ontwikkeling van een clusterstrategie voor rekenkundig efficiënte, fysisch gebaseerde, hydrologische modellering Universiteit Gent Abstract: Het algemene onderzoeksdoel is de ontwikkeling van een computationeel efficiënte strategie om simulaties van fysisch gebaarde, ruimtelijke hydrologische modellen uit te voeren over grote gebieden en met een fijne spatio-temporele resolutie. Meer bepaald zal een clustering van gridcellen met een gelijkaardige hydrologische respons worden uitgevoerd om de rekentijd te verlagen, zonder een aanzienlijk verlies van het voorspellend vermogen. Organisaties: • Vakgroep Bos- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Niko Verhoest
Ontwikkeling van een cellulair HIV vaccin gebaseerd op dendritische cellen getransfecteerd met mRNA coderend voor HIV antigenen. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van onderzoek is nagaan of transfectie van dendritische cellen (DC) met mRNA dat codeert voor HIV antigenen kan gebruikt worden voor de inductie van een HIV-specifieke cellulaire immuunrespons in vitro. Daartoe zal worden onderzocht of transfectie van autologe DC met mRNA coderend voor HIV antigenen aangewend kan worden voor inductie van primaire of geheugen cytotoxische T-lymfocyten (CTL) respons. Deze techniek kan aldus leiden tot een gangbare therapie ter herstel van de cellulaire immuniteit van HIV geïnfecteerde patiënten. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Zwi Berneman • Glenn A L Van Den Bosch
Ontwikkeling van een cardiovasculaire simulator voor de begroting van lekkende hartkleppen met driedimensioneel ultrageluid. Hogeschool Gent Abstract: De hoofddoelstelling van dit project is om een innovatief experimenteel model van een bewegende mitralisklep te realiseren, zo natuurgetrouw mogelijk, teneinde een goede evaluatie van de driedimensionele ultrageluidsmethode voor het begroten van het lekken van kleppen mogelijk te maken. Een natuurgetrouw experimenteel model moet beantwoorden aan de volgende normale fysiologische eisen qua opbouw en hydrodynamica. De mitralisklep, ook de linker atrioventriculaire of bicuspedalisklep genoemd, bestaat uit 2 klepblaadjes die verbonden zijn met de ventrikelwand (hartkamerwand) via papillaire spieren en chordae tendineae. De chordae tendineae verhinderen dat de klepbladen van de atrioventriculaire kleppen doorslaan in het linker atrium (voorkamer van het linker hart), wanneer de ventrikelwand contraheert en de druk in het linker ventrikel sterk toeneemt. Dit wordt echter pas gerealiseerd als de papillairspieren ook contraheren. De coördinatie tussen de contractie van de ventrikelwand zelf en de beweging van mitralisklep vormt een uitdaging om de klinische relevantie van de experimentele modellering te valoriseren. Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Mechanica
Onderzoekers: • Peter Van Ransbeeck • Benjamin Van Der Smissen
Ontwikkeling van een capacitief scheidingsproces voor het verwijderen van ionen uit gemengde geconcentreerde pekel Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Toegepaste analytische en fysische chemie
Onderzoekers: • Arne Verliefde
Ontwikkeling van een Bualgarisch netwerk voor de training van leraars in Informatie Technologies. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwikkeling en implementatie van postgraduate curricula voor de pre-, verdere, en post-service opleiding van leraren in het gebruik van informatie- en kommunikatietechnologie. Organisaties:
• Pedagogiek en Orthopedagogiek
Onderzoekers: • ARNOBIUS LIBOTTON
Ontwikkeling van een bruikbaar en schaalbaar parallel programmeermodel voor many-core architecturen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project heeft als uiteindelijk doel het gekende Fork/Join parallel programmeermodel klaar te stomen voor de toekomst, waar many-core architecturen de plaats zullen innemen van multicore architecturen. Zo een many-core programmeermodel gebaseerd op Fork/Join moet het voorspelbare en eenvoudige karakter van Fork/Join hoog in het vaandel blijven dragen en tegelijkertijd de tientallen of honderden processorkernen effici ?ent kunnen benutten. Om deze doelstelling te bereiken willen we een natuurlijke uitbreiding van het Fork/Join model formuleren die de huidige tekortkomingen uit de weg ruimt en zo het pad effent voor een vlotte schaalbaarheid in het many-core tijdperk. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • WOLFGANG DE MEUTER
Ontwikkeling van een blootstellingsmodule voor activity-based mobiliteitsmodellen Universiteit Hasselt Abstract: De doelstelling van dit onderzoeksproject is de ontwikkeling van een geïntegreerd activity-based en emissie-model dat enerzijds zorgt voor een nauwkeurige bepaling van de emissies afkomstig van het wegverkeer, en anderzijds ook de persoonlijke blootstelling van deze emissies nauwkeuriger berekent. Ook is het een uitdaging om in deze blootstellingberekening een nauwkeurigere opsplitsing te bereiken; zowel geografisch als naar tijd en naar socio-demografische parameters. Activity-Based modellen kunnen hier bijdragen tot een oplossing. Door deze geïntegreerde aanpak kunnen verschillende beleidsscenarios geëvalueerd worden aan de hand van een wijziging in blootstelling aan verkeerspolluenten. Organisaties: • Data-analyse en Modellering • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Gerhard WETS • Carolien BECKX
Ontwikkeling van een biorelevante in vitro drug release methode voor long-acting injecteerbare nanosuspensies van slecht oplosbare geneesmiddelen. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Farmacotechnologie en Biofarmacie
Onderzoekers: • Guy Van den Mooter • Nicolas Darville
Ontwikkeling van een biomimetisch hoornvlies met hoornvliesafgeleide mesenchymale stamcellen. Universiteit Antwerpen Abstract: Iedere jaar worden er 1,5 miljoen nieuwe gevallen van blindheid door beschadiging van het hoornvlies vastgesteld. In Vlaanderen alleen gaat het over 500 patiënten op jaarbasis, terwijl er jaarlijks slechts 350 hoornvliestransplantaties worden uitgevoerd. De doelstelling van dit project is om de problemen door het tekort aan donorhoornvliezen van de baan te helpen met de ontwikkeling van biomimetische hoornvliezen, geproduceerd door middel van 3D-printing en welke stamcellen van de cornea zullen bevatten. Het project zal focussen op innovatie door middel van een interdisciplinaire samenwerking tussen productontwikkeling, biomaterialen en celbiologie in de oftalmologie om een proof-of-concept te stellen voor 3D-geprinte hoornvliezen. Het uiteindelijke doel is een biomimetisch hoornvlies te creëren dat optisch transparant is en de correcte mechanische en geometrische eigenschappen bezit. Organisaties: • Translationele Neurowetenschappen (TNW)
Onderzoekers: • Marie-Jose Tassignon • Nadia Zakaria • Steffi Matthyssen
Ontwikkeling van een biomimetisch hoornvlies door middel 3D printing en stamceltechnologie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Translationele Neurowetenschappen (TNW)
Onderzoekers: • Marie-Jose Tassignon
'Ontwikkeling van een biomimetisch hoornvlies door middel 3D printing en stamceltechnologie'. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Functionele Materialen
Onderzoekers: • Eleonora Ferraris • Jennifer Patterson
Ontwikkeling van een bio-elektronische neus op basis van geïmmobiliseerde olfactorische neuronen KU Leuven Abstract: Elektronische neuzen zijn toestellen die gassensoren met patroonherkenningstechnieken combineren. Ze werden voorgesteld als snelle en goedkope alternatieven voor menselijke smaakpanels of analytische instrumenten. Maar in feite presteren deze toestellen niet goed in de aanwezigheid van vluchtige stoffen die zelfs in kleine concentraties een typisch karakteraan een bepaald aroma meegeven, waardoor het onderscheidbaar wordt van andere gelijkaardige aromas. Met het idee om het beste van zowel biologische als elektronische systemen te
combineren, was de hoofddoelstellingvan deze thesis om het potentieel te onderzoeken van een connectie tussen de biologische geursensoren (de olfactorische receptorneuronen) met een optisch of elektronisch meetplatform om hun reacties op aromacomponenten uit te meten. Ook werd een systeem geconstrueerd waarmee verschillende aromas op gecontroleerde wijze konden geproduceerd worden. Dergelijksysteem zou gebruikt kunnen worden om bioelektronische neuzen te ka Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Bart Nicolai • Evelien Micholt
Ontwikkeling van een biodiversiteit chip voor de biomonitoring van benthische gemeenschappen. Universiteit Antwerpen Abstract: In Vlaanderen wordt de biologische waterkwaliteit bepaald m.b.v. de Belgische Biotische Index (BBI). De bedoeling van dit project is de aanmaak van een biodiversiteits-chip (DNA-array) voor de identificatie van benthische macroinvertebraten. Gestart zal worden met enkele sleuteltaxa van de BBI. Met een dergelijke chip moet het mogelijk zijn om op een snellere en éénduidigere manier de waterkwaliteit te bepalen dan met de klassieke determinaties van de BBI. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Lieven Bervoets • Dries Knapen • Karlijn Van der Ven
Ontwikkeling van een bio-artificieel spiermodel voor het testen van intramusculiar injecteerbare geneesmiddelen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Ontwikkeling en Regeneratie Kulak
Onderzoekers: • Lieven Thorrez • Pieter Annaert • Lieselot Decroix
Ontwikkeling van een bio-actieve tussue-engineered hartklepmatrix Universiteit Gent Abstract: Het doel van deze studie is het opladen van acellulaire aortaklempatrices met groeifactoren bekomen door het activeeren van bloedplaatjes. De met groeifactoren opgeladen matrices zullen bezaaid worden metmyofibroblasten en endotheecellen. repopularisatie van de matrices zal gestimuleerd worden aan de hand van pulsatie flow (bioreactor). vervolgens zullen de gerecellulariseerde bio-actieve matrices geïmplanteerd worden in de pulmonaire positie in het schaapmodel. Organisaties: • Vakgroep Medische Basiswetenschappen
Onderzoekers: • Maria Cornelissen
Ontwikkeling van een behandelingsmethode voor gemengde metaalhoudende effluenten, gebaseerd op een serieopstelling van bestaande technologieën, met als basis ionuitwisselingsharsen, elektrolyse en UV-destructie Hogeschool Gent Abstract: Dit project is gericht op de verwijdering en de recuperatie van zware metalen uit afvalwaters (spoelwater, afgewerkt proceswater) waarin ook organische componenten aanwezig kunnen zijn. Deze organische bestanddelen hebben niet alleen een eigen negatieve milieu-invloed, maar bemoeilijken vaak de verwijdering van zware metalen. Deze problematiek werd eveneens behandeld in het COMBITECH-project waarin getracht werd een technologie te ontwikkelen waarbij metalen op een efficiënte wijze uit het effluent kunnen worden verwijderd en waarbij simultaan een destructie van de organische belading wordt gerealiseerd (concentratorceltechnologie). De doelstelling van dit project is dan ook om een verschillende methodiek te testen en in een eerste stap de organische contaminanten te verwijderen (indien aanwezig) en vervolgens de metalen te verwijderen via (selectieve) ionenwisselaars. Na volledig opladen van het hars met het te verwijderen zware metaal, wordt het hars geregenereerd waarbij een geconcentreerde stripoplossing van het metaal wordt verkregen. In deze geconcentreerde oplossing zijn ook geen storende reagentia meer aanwezig zodat het elektrodepositieproces, uitgevoerd op deze oplossing, kan doorgaan met een hoog energetisch rendement. Door gebruik te maken van de recent ontwikkelde concentratorceltechnologie en door optimalisatie van de harskeuze (selectiviteit) en van de elektrolyseparameters, zal getracht worden een stroomrendement boven de 75% te behalen en een zuiver metaal (> 95% bepaald met SEM EDX) te verkrijgen, dat kan worden gerecupereerd. De afzonderlijke stappen (UV-behandeling, chemische oxidatie, adsorbentharsen, ionenwisseling, strippen van het hars) werden reeds bestudeerd in de voorgaande projecten, maar de parameters van deze processen zullen nu geoptimaliseerd worden met het oog op het bereiken van een optimale efficiëntie van de elektrolyse. In het bijzonder zullen t.o.v. het ENIGMA-project andere harsen getest worden en zal de regeneratiestap en het hergebruik van het hars onderzocht worden. Binnen COMBITECH lag het zwaartepunt van het onderzoek op de metaalverwijdering i.p.v. op metaalrecuperatie. Over het aspect van verwijderen van het metaal na de elektrodepositie zijn nog weinig experimentele data voorhanden en dit zal binnen dit project uitgebreid onderzocht worden. Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen
Onderzoekers:
Ontwikkeling van een begin- en eindtoets wiskunde en Nederlands voor de eerste graad secundair onderwijs. Universiteit Antwerpen Abstract: Er worden begin- en eindtoetsen ontwikkeld voor het meten van de leerprestaties in de domeinen Nederlands en wiskunde in de eerste graad van het secundair onderwijs met het oog op een latere evaluatie van het gelijkekansenbeleid. Binnen een te ontwerpen toetsmatrijs worden items gegenereerd, waarbij voor de begintoetsen deels zal aangesloten worden bij recent peilingsonderzoek. Er vinden proefafnames plaats, gevolgd door een kalibratiestudie, waarbij gewerkt wordt met een design met ankeritems. De resultaten worden geanalyseerd met modellen uit de item-responstheorie. Organisaties: • Onderwijs Nederlands • Didactica
Onderzoekers:
• Jules Frans Daems
Ontwikkeling van een assessment-tool voor het evalueren van het innovatiepotentieel Universiteit Gent Abstract: Het Project heeft tot doel een tool te ontwikkelen op basis van de SJT-methodiek om mensen te beoordelen en feedback te geven op te identificeren competenties die het volledige innovatietraject weerspiegelen. - Identificeren van competenties die een innovatietraject weerspiegelen. - Ontwikkelen van de SJT - Opbouwen van de ontwikkelingsfeedback Organisaties: • Vakgroep Personeelsbeleid-, arbeids- en organisatiepsychologie
Onderzoekers: • Frederik Anseel
Ontwikkeling van een array-gebaseerde MLPA methode voor het opsporen van chromosoomafwijkingen. Universiteit Antwerpen Abstract: We willen een array-gebaseerde MLPA (Multiplex Ligation-dependent probe Amplification)-methode ontwikkelen om chromosoom afwijkingen op te sporen. Tot op heden is er geen eenvoudige test beschikbaar die gelijktijdig al deze zogeheten microdeleties kan diagnosticeren. Wij streven ernaar dat onze test simultaan alle bekende interstitiële en subtelomere loci kan detecteren. Het is de bedoeling dat dit project bijdraagt aan de ontwikkeling van een diagnostische test ter vervanging van de karyotypering. Organisaties: • Cognitieve Genetica (COGNET)
Onderzoekers: • Frank Kooy
Ontwikkeling van een array-gebaseerde MLPA methode voor de opsporing van microdeleties en duplicaties bij mentaal gehandicapten (type 3). Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling van deze studie is de ontwikkeling van een array-gebaseerde MLPA-methode (Multiplex Ligation-dependent Amplification) om microdeleties en duplicaties op te sporen bij mentaal gehandicapten. De test moet snel een éénduidig en betrouwbaar resultaat kunnen geven. Hiervoor, zal gebruik gemaakt worden van de 4-MAT technologie die het mogelijk maakt om simultaan alle bekende interstitiële en subtelomere loci te testen bij een groot aantal patiënten. Organisaties: • Cognitieve Genetica (COGNET)
Onderzoekers: • Frank Kooy • Liesbeth Rooms
Ontwikkeling van een array-gebaseerde MLPA methode voor de opsporing van microdeleties en duplicaties bij mentaal gehandicapten. Universiteit Antwerpen Abstract: Microdeleties en duplicaties zowel ter hoogte van de telomeren als verspreid door het genoom, zijn verantwoordelijk voor een mentale handicap bij meer dan 10% van alle patiënten. Slechts enkele van deze afwijkingen hebben een klinisch herkenbaar beeld. Dit impliceert dat meeste patiënten moeten getest worden voor alle gekende afwijkingen. Daarom willen wij een array-gebaseerde MLPA methode ontwikkelen die het mogelijk maakt simultaan alle loci te testen op een groot aantal patiënten. Organisaties: • Medische Genetica (MEDGEN)
Onderzoekers: • Liesbeth Rooms
Ontwikkeling van een alternatieve testmethode voor de 'fish early life-stage test' voor het voorspellen van chronische toxiciteit. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds CEFIC. UA levert aan CEFIC de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Veterinaire fysiologie en biochemie
Onderzoekers: • Ronny Blust • Dries Knapen
Ontwikkeling van een alternatief testsysteem voor de impactevaluatie van farmaca op het aquatische milieu. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van een alternatief testsysteem voor de impactevaluatie van farmaca op het aquatische milieu. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • Nathalie Dom
Ontwikkeling van een alternatief screeningssysteem voor klassificatie van endocriene verstoorders in het milieu. Universiteit Antwerpen Abstract: Het ontwikkelen van screeningstesten is een belangrijke stap bij de eerste identificatie van individuele endocriene verstoorders (EVs). Deze testen voor EVs zullen echter een bredere variëteit aan verschillende stoffen moeten kunnen omschrijven, dan ooit onderworpen aan screeningstesten. De vraag naar bredere in vitro systemen die detectie van multiple eindpunten mogelijk maken, staat echter in fel contrast met het beperkt gamma aan hormonale weefsels die momenteel geanalyseerd worden. Tot hiertoe werd de bijnier niet meegenomen in teststrategiën, waardoor het ganse proces van steroidogenesis in bijnier, testes en ovaria niet adequaat onderzocht werd. Deze studie combineert het voordeel van een pluripotente adrenocorticale cellijn met de capaciteit van de microarraytechniek voor analyse van duizenden genen tegelijk. De H295R cellijn omvat de ganse bichemische pathway verantwoordelijk voor steroidogenesis waardoor het multiple eindpunten voor toxiciteit tot expressie brengt, gaande van algemene effecten op alle steroidogene weefsels (vb. Aromatase) tot specifieke effecten op de functie van de bijnier. Het doel
van dit project is het ontwikkelen van een cellijn-specifieke microarray, waardoor klassificatie van EVs volgens hun werkingsmechanisme mogelijk wordt en bovendien een belangrijke stap kan betekenen in de identificatie van potentiële biomerkers. Als confirmatie en ondersteuning van de microarray analyse, zal de implementatie van proteomics daarenboven een belangrijke bijdrage betekenen bij het kaderen van deze genexpressieresultaten in een bredere metabolische context. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Wim De Coen • Caroline Vanparys
Ontwikkeling van een alternatief screeningssysteem voor klassificatie van endocriene verstoorders in het milieu. Universiteit Antwerpen Abstract: Het ontwikkelen van screeningstesten is een belangrijke stap bij de eerste identificatie van individuele endocriene verstoorders (EVs). Deze testen voor EVs zullen echter een bredere variëteit aan verschillende stoffen moeten kunnen omschrijven, dan ooit onderworpen aan screeningstesten. De vraag naar bredere in vitro systemen die detectie van multiple eindpunten mogelijk maken, staat echter in fel contrast met het beperkt gamma aan hormonale weefsels die momenteel geanalyseerd worden. Tot hiertoe werd de bijnier niet meegenomen in teststrategiën, waardoor het ganse proces van steroidogenesis in bijnier, testes en ovaria niet adequaat onderzocht werd. Deze studie combineert het voordeel van een pluripotente adrenocorticale cellijn met de capaciteit van de microarraytechniek voor analyse van duizenden genen tegelijk. De H295R cellijn omvat de ganse bichemische pathway verantwoordelijk voor steroidogenesis waardoor het multiple eindpunten voor toxiciteit tot expressie brengt, gaande van algemene effecten op alle steroidogene weefsels (vb. Aromatase) tot specifieke effecten op de functie van de bijnier. Het doel van dit project is het ontwikkelen van een cellijn-specifieke microarray, waardoor klassificatie van EVs volgens hun werkingsmechanisme mogelijk wordt en bovendien een belangrijke stap kan betekenen in de identificatie van potentiële biomerkers. Als confirmatie en ondersteuning van de microarray analyse, zal de implementatie van proteomics daarenboven een belangrijke bijdrage betekenen bij het kaderen van deze genexpressieresultaten in een bredere metabolische context. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • Caroline Vanparys
Ontwikkeling van een algemeen patiënt-afhankelijk model om pijn niveaus te beschrijven tijdens algemene anesthesie Universiteit Gent Abstract: Huidige methodes voor pijnbeoordeling vereisen bewustzijn van de patiën zijn subjectief en tonen verschillen tussen gelijkaardige metingen. Daardoor is een objectieve schaal, gebaseerd op de fundamentele biochemische mechanismen van pijn transductie, nodig om pijnniveaus te karakteriseren tijdens bewusteloosheid. Dit fundamenteel onderzoeksproject tracht nauwkeurige wiskundige modellen te ontwikkelen om pijnniveaus te voorspellen bij verdoofde patiënten en momenteel niet-beschikbare informatie te leveren aan de klinische staf. Organisaties: • Vakgroep Elektrische energie, systemen en automatisering
Onderzoekers: • Robain De Keyser
Ontwikkeling van een ab-initio Density Functional model voor de beschrijving van de polarisatie van gehydrateerde proteinen. (FWO Vis.Fel., Yang Mingli) Universiteit Antwerpen Abstract: Vertrekkend van ab-initio berekeningen en bij gebruik van verschillende exchange-correlatie functionalen zal inzicht verkregen worden in het mechanisme dat polarisatie beschrijft in een proteine-water systeem, in het bijzonder de inter-moleculaire ladingstransfer. De bekomen resultaten zullen vervolgens gemodelleerd worden door multipool modellen welke kunnen gebruikt worden in moleculaire dynamica similaties van proteine-water complexen bij niet-nul temperaturen. Organisaties: • Structuurchemie
Onderzoekers: • Christian Van Alsenoy • Mingli Yang
Ontwikkeling van een 3D numeriek model met adaptief grid voor de vorming en voortplanting van meanders in een rivier Universiteit Gent Abstract: Natuurlijke rivieren in vlak terrein vertonen meestal een meanderend verloop, dat zich zowel zijdelings als naar afwaarts voortplant. In dit projectvoorstel wordt een originele oplossingsmethodiek voorgesteld voor de numerieke modellering van de vorming en voortplanting van een meanderende rivier, waarbij bijzondere aandacht besteed wordt aan de implementatie van een adaptief grid om de dynamische wijzigingen van het rivierbed in planvorm te volgen. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Ronny Verhoeven • Peter Troch • Jan Vierendeels
Ontwikkeling van een 3-dimentionele DNA ploïdy kaart van de Arabidopsis wortel ter evaluatie van de rol van het endoreduplicatieproces bij de groei en ontwikkeling van een multicellulaire structuur Universiteit Gent Abstract: Endoreduplicerende cellen dupliceren hun genoom zonder mitose. Een belangrijke vraagstelling is hoe endoreduplicerende cellen integreren in een ontwikkelend orgaan. Om deze vraagstelling te beantwoorden zal en 3D DNA cartogram van de wortel worden gemaakt a.d.h.v. een systeem-biologische benadering. De bekomen map zal worden aangewend om de significantie van endoreduplicatie bij de ontwikkeling van de wortel te bestuderen. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Lieven De Veylder
Ontwikkeling van ecologisch en ecotoxicologisch onderbouwde kwaliteitsdoelstellingen voor waterbodems. Universiteit Antwerpen Abstract: De beoordeling van de waterbodemkwaliteit gebeurt momenteel op basis van een vergelijking met een referentiewaarde. Deze referentiewaarde is het geometrisch gemiddelde van een twaalftal onverstoorde waterlopen. Het merendeel van de waterbodems voldoet niet aan deze referentie vanwege een verhoogd gehalte aan diverse contaminanten (VMM, 2004). Omdat het niet haalbaar is om te streven naar deze referentiewaarden voor alle waterbodems is er dringend behoefte aan ecologisch en ecotoxicologisch onderbouwde kwaliteitsdoelstellingen. Dit kan dan gekoppeld worden aan een van de mijlpalen in het Milieubeleidsplan 2003-2007, namelijk het uitwerken van een normenkader voor het zogenaamde grondverzet, inclusief bagger- en ruiminsspecie. Momenteel zijn er in het kader van de waterbodemkwaliteitsmonitoring door de VMM vele data verzameld van zowel physisch-chemische parameters als de biotische samenstelling als de ecotoxicologische effecten. Deze data lenen zich bij uitstek voor het bepalen van de zogenaamde "lowest effect level (LEL)" en "severe effect level (SEL)", waarbij er gekeken wordt naar het verband tussen gehaltes aan contaminanten en het voorkomen van macrobenthos, welke een van de te monitoren groepen zijn in functie van de Europese kaderrichtlijn water, of de bepaling van het zogenaamde "treshold effect level (TEL)" en "probable effect level (PEL)", waarbij er gekeken wordt bij welke gehaltes aan contaminanten er ecotoxicologische effecten waarneembaar zijn (MacDonald, 2003). Op basis van de verkregen waarden kan een aanzet gegeven worden voor ecologisch onderbouwde kwaliteitsdoelstellingen voor de waterbodemkwaliteit. In het kader van dit onderzoek, waarvoor een eerste aanzet is gegeven in een studententhesis, worden de LEL, SEL, TEL en PEL waarden bepaald voor aile zware metalen, de individuele PCB's, OCP's en PAK's. Er zal een uitgebreide vergelijking gemaakt worden met waarden gevonden in andere landen en met kwaliteitsdoelstellingen of normen uit andere landen. Bovendien zal er gekeken worden of er een onderscheid gemaakt moet worden voor de verschillende regio's in Vlaanderen, aangezien er van nature hoge gehaltes van metalen kunnen voorkomen of omdat de biobeschikbaarheid kan verschillen afhankelijk van de bindingseigenschappen van het sediment. Op basis hiervan zal er aangegeven worden of de berekende waarden gebruikt kunnen worden als kwaliteitsdoelstellingen voor Vlaanderen. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
Ontwikkeling van ecologische modellen als beslissingsondersteunend instrument bij de opmaak van Waterbeheerplannen Universiteit Gent Abstract: In uitvoering van de kaderrichtlijn Water en het decreet Integraal Waterbeleid is de eerste generatie stroomgebiedbeheerplannen reeds opgemaakt. Tegen 2015 dient hiervan een herziening van de analyses en het maatregelenprogramma te gebeuren om te komen tot de tweede generatie waterbeheerplannen. Gezien de finaliteit van de kaderrichtlijn (goede ecologische toestand) is het van belang om acties te kunnen formuleren die gericht zijn op het verbeteren van de biologische kwaliteitselementen (BKE), maar ook het effect op de ecologische toestand te kunnen inschatten. Binnen deze opdracht wordt gewerkt aan een instrument dat in twee stappen hiertoe kan bijdragen. Enerzijds wordt gestreefd naar het inzichtelijk verwerken van de beschikbare gegevens om de belangrijkste knelpunten ter verbetering van de BKE gebiedsgericht te kunnen duiden. Dit is het verklarend luik binnen de opdracht, waartoe een kennistabel per type waterloop opgesteld wordt op schaal Vlaanderen. In een voorspellend luik bij de opdracht wordt voor een aantal proefgebieden in Vlaanderen een ecologische model uitgewerkt dat in staat moet zijn om het effect op de BKE van bepaalde voorgenomen acties in te schatten. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste ecologie en milieubiologie
Onderzoekers: • Peter Goethals
Ontwikkeling van dynamisch preventief zelfherstellende dunne films op basis van reversibele covalente netwerken Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dunne vernette polymeerfilms met reversible covalente bindingen worden ontwikkeld als een zelf-herstellend alternatief voor klassieke deklagen gevoelig voor vermoeiings- en microschade. In dit project worden innovatieve foto-reversibele covalente verbindingseenheden gesynthetiseerd, die met licht van verschillende golflengten kunnen worden gebroken en opnieuw gevormd. Een innovatieve design van de polymeernetwerken moet garant staan voor het herstellen van schade op microscopisch niveau door een continu herleggen van de reversibele bindingen, met behoud van de globale netwerkstructuur en de eraan verbonden integriteit van het materiaal. De materiaalontwikkeling wordt ondersteund met een grondige fysicochemische karakterisering, gericht op de opbouw van de fundamentele kennis gerelateerd aan de fotoreversibele en thermoreversibele reacties, het zelf-herstel proces, de interacties tussen de materialen, en de structuurverwerking-eigenschappen relaties. Geavanceerde thermische analyse technieken, met inbegrip van photoDSC, AFM-gebaseerde nanothermische analyse, en foto-nanocalorimetry zullen verder worden ontwikkeld om de thermodynamica en kinetiek te onderzoeken van de foto- en thermoreversibele reacties van de polymeermatix, en om (lokaal) de zelf-herstellende processen in dunne films te volgen. Organisaties: • Materialen & chemie
Onderzoekers: • Otto VAN DEN BERG • GUY VAN ASSCHE
Ontwikkeling van duurzaam toerisme in het Gebied dat van de Noordzee - Toepassing van het toerisme lerend gebiedsconcept Universiteit Gent Abstract: Het project van ToLearn beoogt duurzame ontwikkeling van de toerismesector die de concurrentiepositie van het Gebied van de Noordzee (NSR) in vergelijking met andere reis bestemmingen zal verbeteren. Het project voert onderzoek uit in alle NSR kustgebieden om te bepalen welke gebieden met welke specifieke uitdagingen geconfronteerd worden bij het duurzaam ontwikkelen van hun toerismesector. Op basis van deze gedetailleerde analyse wordt in elke testregio één innovatieve activiteit, die effectief blijkt in het versterken van de duurzame kwaliteit van toerisme, geselecteerd en aan alle partners voorgesteld. Organisaties: • Vakgroep Landbouweconomie
Onderzoekers: • Jacques Viaene
Ontwikkeling van ductiele roestvast staalvezelcomposieten KU Leuven Abstract: Sinds enkele jaren is er een stijgende interesse in het gebruik van staalvezels als versterking voor structurele composieten met polymeermatrix. Staalvezels werden tot nu toe vooral gebruikt voor elektromagnetische toepassingen (EM-afscherming, geleidbaarheid tapijten) en in breisels voor vormgeving van autoruiten. Staalvezels hebben echter een unieke eigenschap in vergelijking met de traditionele versterkingsvezels
(glas, koolstof): zij combineren een hoge stijfheid met een (potentieel) hoge breukrek. Dit is des te interessanter geworden sinds zeer fijne staalvezels (diameter tot <10 μm) beschikbaar zijn gekomen.Het doel van dit doctoraatsonderzoek is de belangrijkste factoren te identificeren die de mechanische eigenschappen van staalvezelversterkte polymeercomposieten bepalen, en vandaaruit deze eigenschappen te optimaliseren. Hierbij zal de aandacht vooral gaan naar de spanningsoverdracht tussen de (zeer stijve) vezels en de (slappe) matrix. Theoretische modellen zullen Organisaties: • Structurele Materialen
Onderzoekers: • Ignace Verpoest • Michael Callens
Ontwikkeling van drug-inspuit systeem met behulp van plasmonische endoscopie in de richting van enkele cel studie. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Hiroshi Ujii • Aniruddha Paul
Ontwikkeling van droge coating technologie voor de productie van colon-specifieke berberin tabletten. KU Leuven Abstract: Berberine is een plantalkaloide dat reeds geruime tijd wordt gebruikt in Vietnam. Dit product blijkt voordelig te zijn in de behandeling van inflamatie van het colon. Het product is momenteel voornamelijk beschikbaar als conventionele tablet en een hoge dosis is daardoor nodig om een voldoende hoge concentratie van het actief bestanddeel in het colon te hebben.De ontwikkeling van doseervormen die berberine specifiek in het colon vrij stellen is een mogelijke oplossing om een verhoogde geneesmiddelconcentratie te verkrijgen in het colon. Droge coating technologie is eennog weinig gebruikte technologie, maar biedt een aantal voordelen t.o.v. de traditionele filmcoatingprocessen. Het doel van dit project is dezeprocestechnologie verder te ontwikkelen en toe te passen in de bereiding van tabletten die toelaten berberine specifiek vrij te stellen in het colon en zo het therapeutisch effect te verhogen. Organisaties: • Farmacotechnologie en Biofarmacie
Onderzoekers: • Guy Van den Mooter
Ontwikkeling van drie-dimensionale X-stralen fluorescentie en absorptie micro-spectroscopie. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van drie-dimensionale X-stralen fluorescentie en absorptie micro-spectroscopie. Organisaties: • Analyse en topologische structuren • AXES
Onderzoekers: • Laszlo Vincze
Ontwikkeling van doelen en indicatoren m.b.t. preventief gezondheidsgerelateerd gedrag : een literatuurstudie en aanzet tot methodiekontwikkeling. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Deze studie naar doelstellingen en indicatoren omtrent leefstijl vertrekt van de voorstellen van de Europese afdeling van de Wereldgezondheidsorganisatie in het kader van het 'Health for All'programma. Deze voorstellen omvatten zowel doelstellingen voor het bereiken van een gezonde leefstijl bij de bevolking als indicatoren om op te volgen in hoeverre deze doelstellingen worden bereikt. Voor Nederland, Wales en Vlaanderen werd onderzocht hoe ze de ideeën, doelstellingen en indicatoren van Health for All hebben uitgewerkt en toegepast. Er werden aanbevelingen afgeleid voor het Vlaamse beleid terzake. Organisaties: • Medische Sociologie
Onderzoekers: • FREDDY LOUCKX
Ontwikkeling van DNA-chips voor toxiciteitskarakterisatie van chemicaliën bij de gewone karper (Cyprinus carpio). Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van DNA-chips voor toxiciteitskarakterisatie van chemicaliën bij de gewone karper (Cyprinus carpio). Organisaties: • ECOFYSIOLOGIE EN BIOCHEMIE • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • Lotte Moens
Ontwikkeling van DNA arrays (meetinstrument) voor de detectie van endocrine verstorende eigenschappen van zowel chemicaliën als afvalstromen bij vissen. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van DNA arrays (meetinstrument) voor de detectie van endocrine verstorende eigenschappen van zowel chemicaliën als afvalstromen bij vissen. Organisaties: • ECOFYSIOLOGIE EN BIOCHEMIE • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen
Ontwikkeling van discrete tomografie voor transmissie-elektronenmicroscopie: 3D beeldvorming van grensvlakken in keramische en halfgeleide multilagen. Universiteit Antwerpen Abstract: Het hoofddoel van dit project is het ontwikkelen van discrete tomografie voor elektronenmicroscopie. Hierbij zal worden uitgegaan van een nieuw reconstructie-algoritme dat momenteel op het Visielab wordt ontwikkeld. Het betreft het DART-algoritme: een iteratief, algebraïsch algoritme dat stappen van het SIRT-algoritme uit de continue tomografie afwisselt met discretie-stappen. Binnen de SIRT-iteraties worden telkens pixels vastgezet op één van de constante grijswaarden, waardoor een nieuw stelsel lineaire vergelijkingen wordt bekomen met minder onbekenden dan het oorspronkelijke stelsel. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Jan Sijbers • Sara Bals • Kees Batenburg
Ontwikkeling van diagnostische methoden voor de detectie van bacteriële pathogenen bij atypische community acquired pneumonie (CAP). Universiteit Antwerpen Abstract: Met betrekking tot de etiologische diagnose van atypische CAP : -Ontwikkeling van PCR voor Legionella spp / Bordetella spp -Toepassing en validatie van deze tests op klinische monsters van patiënten met CAP -Ontwikkeling van multiplex PCR voor detectie van atypische verwekkers van CAP ? -(M.pneumoniae, C.pneumoniae, L.spp, B.pertussis, B.parapertussis) -Prevalentie / incidentie van deze atypische pathogenen bij CAP ? Met betrekking tot de Legionella-epidemie in Kapellen, 1999 : -Validatie van diagnostische testen voor detectie van Legionella in een outbreak-setting -Diagnostische richtlijnen voor de detectie van Legionella Organisaties: • Medische microbiologie • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Margareta Ieven • Herman Goossens • Kristien Dirven
Ontwikkeling van diagnostische, biochemische en moleculaire methoden, de preventie en de studie van behandelingsmogelijkheden bij OXPHOS deficiënties. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Defecten van de oxidatieve fosforylatie liggen aan de basis van een heterogene groep van erfelijke aandoeningen, beter gekend als mitochondriale cytopathiëen. De incidentie werd lang sterk onderschat, maar de morbiditeit en mortaliteit van deze aandoeningen hebben een belangrijke impact op de publieke gezondheid. Honderden proteïnen betrokken in vorming en werking van deze vijf enzymatische complexen staan onder duale genetische controle, maar er is geen eenduidige correlatie tussen fenotype en genotype. Hoewel gedurende de laatste dertig jaar talrijke mitochondriale en nucleaire mutaties werden geïdentificeerd, hypothekeren deze aspecten de bevestiging van een klinische diagnose via biochemisch en moleculair onderzoek in een grote patiëntengroep. Met de ontwikkeling van nieuwe en de uitbouw van bestaande analysemethoden, wil dit complementair interuniversitair samenwerkingsproject Brussel-Gent bijdragen in het onderzoek naar de oorzakelijke onderliggende mechanismen van geïsoleerde en gecombineerde complex deficiënties. Het biochemische luik zal, naast de studie van afwijkende mitochondriale morfologie, zich vooral concentreren op identificatie en kwantificatie van subeenheden van defecte complexen (BN-PAGEproteomics). In een moleculair luik zal het accent eerder worden gelegd op qPCR, sequencing en het ontrafelen van defecten van de mitochondriale translatie machinerie. Ook de aanzet tot de ontwikkeling van een behandeling en de preventie van deze patiëntenproblematiek vraagt de nodige aandacht. Organisaties: • Embryologie en Menselijke Genetica • Pediatrie
Onderzoekers: • WILLY LISSENS • SARA SENECA • LINDA DE MEIRLEIR
Ontwikkeling van diagnostische, biochemische en moleculaire methoden, de preventie en de studie van behandelingsmogelijkheden bij OXPHOS deficiënties. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Defecten van de oxidatieve fosforylatie liggen aan de basis van een heterogene groep van erfelijke aandoeningen, beter gekend als mitochondriale cvtopathieen, De incidentie werd lang sterk onderschat, maar de morbiditeit en mortaliteit van deze aandoeningen hebben een belangrijke impact op de publieke gezondheid. Honderden proteïnen zijn betrokken in vorming en werking van deze vijf enzymatische complexen waarvan een handvol staat onder duale genetische controle. Er is geen eenduidige correlatie tussen fenotype en genotype. Hoewel gedurende de laatste dertig jaar talrijke mitochondriale en nucleaire mutaties werden geIdentificeerd, hypothekeren deze aspecten nog steeds de bevestiging van een klinische diagnose via biochemisch en moleculair onderzoek in een grote patientenqroep. Met de ontwikkeling van nieuwe en de uitbouw van bestaande analysemethoden, wil dit project bijdragen in het onderzoek naar de oorzakelijke onderliggende mechanismen van geisoleerde en gecombineerde complex deficienties. In een moleculair luik zal het accent worden gelegd op qPCR, sequencing en het ontrafelen van defecten van demitochondriale translatie machinerie. Ook de aanzet tot de ontwikkeling van een behandeling en de preventie van deze patientenproblematiek vraagt de nodige aandacht. Organisaties: • Embryologie en Menselijke Genetica • Pediatrie
Onderzoekers: • WILLY LISSENS • Kim VANCAMPENHOUT • SARA SENECA • LINDA DE MEIRLEIR
Ontwikkeling van diagnostica en innovatieve bestrijdingsmiddelen voor Chlamydiaceae infecties in de Belgische varkenssector Universiteit Gent Abstract: Varkens worden geïnfecteerd door Chlamydia psittaci, Chlamydia pecorum, Chlamydia abortus en Chlamydia suis. Deze bacteriën veroorzaken uiteenlopende ziektebeelden waaronder reproductie stoornissen. Deze infecties veroorzaken aanzienlijk economische verliezen in de varkenssector. Dit project richt zich op de ontwikkeling van nieuwe diagnostica en innovatieve bestrijdingsmiddelen voor Chlmaydia suis infecties in de Belgische varkenssector. Organisaties: • Vakgroep Virologie, parasitologie en immunologie
Onderzoekers: • Daisy Vanrompay
Ontwikkeling van diagnostica en innovatieve bestrijdingsmiddelen voor Chlamydiaceae infecties in de Belgische varkenssector Universiteit Gent Abstract: Varkens worden geïnfecteerd door Chlamydia psittaci, Chlamydia pecorum, Chlamydia abortus en Chlamydia suis. Deze bacteriën veroorzaken uiteenlopende ziektebeelden waaronder reproductie stoornissen. Deze infecties veroorzaken aanzienlijk economische verliezen in de varkenssector. Dit project richt zich op de ontwikkeling van nieuwe diagnostica en innovatieve bestrijdingsmiddelen voor Chlmaydia suis infecties in de Belgische varkenssector. Organisaties: • Vakgroep Moleculaire biotechnologie
Onderzoekers: • Eric Cox • Daisy Vanrompay
Ontwikkeling van diagnostica en innovatieve bestrijdingsmiddelen voor Chlamydiaceae infecties in de Belgische varkenssector Universiteit Gent Abstract: Varkens worden geïnfecteerd door Chlamydia psittaci, Chlamydia pecorum, Chlamydia abortus en Chlamydia suis. Deze bacteriën veroorzaken uiteenlopende ziektebeelden waaronder reproductie stoornissen. Deze infecties veroorzaken aanzienlijk economische verliezen in de varkenssector. Dit project richt zich op de ontwikkeling van nieuwe diagnostica en innovatieve bestrijdingsmiddelen voor Chlmaydia suis infecties in de Belgische varkenssector. Organisaties: • Vakgroep Moleculaire biotechnologie
Onderzoekers: • Daisy Vanrompay
Ontwikkeling van de volgende generatie kostefficiënte automobiele katalysatoren (NEXT-GEN-CAT). Universiteit Antwerpen Abstract: Het belangrijkste doel van het NEXTGENCAT project is de ontwikkeling van nieuwe milieuvriendelijke nanogestructureerde autokatalysatoren, gebruik makende van transitiemetaal nanopartikels die partieel of volledig de platinum gebaseerde metalen (PGMs) kunnen vervangen. Gebaseerd op nanotechnologie, zullen lage kost nanopartikels geincorporeerd worden in verschillende substraten, gaande van geavanceerde keramieken tot siliciumcarbides, voor de ontwikkeling van efficiënte en goedkopere katalysatoren. Organisaties: • Laboratorium adsorptie en katalyse
Onderzoekers: • Pegie Cool • Vera Meynen
Ontwikkeling van de Vlaams-Nederlandse MMPI-2 en MMPI-A Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van de studie is het aanpassen van de MMPI-2 voor gebruik in België en Nederland. De 2 voornaamste aspekten hierbij zijn enerzijds de samenstelling van geschikte normen op basis van een representatieve steekproef van normalen en anderzijds een grondige klinische validatie van het instrument. In augustus 1992 is in de Verenigde Staten de MMPI-A uitgekomen. De MMP-A is een persoonlijkheidsvragenlijst voor jongeren van 14 tot 18 jaar, hij is gebaseerd op de MMPI-2. Het is de bedoeling de Amerikaanse MMPI-A aan te passen voor gebruik in Belgie. Ook hier zijn de voornaamste aspekten de samenstelling van geschikte normen op basis van een representatieve steekproef van normalen en een grondige klinische validatie van het instrument. Organisaties: • Ontwikkelings- en Levenslooppsychologie • Persoonlijkheids- en Sociale Psychologie
Onderzoekers: • INGRID KRISTOFFERSEN • HEDWIG SLOORE • Jan DERKSEN
Ontwikkeling van de Vlaamse California Psychological Inventory Vrije Universiteit Brussel Abstract: AIgemeen doel van het project is het aanpassen van de CPI-87 voor gebruik in een Nederlandstalige populatie. De eerste fase is de vertaling van het instrument (Engels naar Nederlands), waarbij de criteria zoals gedicteerd door de American Psychological Association (Standards for Educational and Psychological Testing, 1987, APA) zullen worden gehanteerd. In de tweede fase zullen normen worden ontwikkeld op basis van een representatieve steekproef van de populatie waarvoor de CPI-87 bedoeld is ('aangepaste personen' of 'normalen'). Het is de bedoeling tevens normen te ontwikkelen voor specifieke doelgroepen (studenten, sollicitanten, ...). De derde fase beoogt de structuur en de validiteit van de Vlaamse aanpassing te onderzoeken. Volgende studies zullen worden gedaan: verbanden van de CPI met tests die gelijkaardige en/of verschillende constructen meten, Q-sorts om de interpretaties van schalen te verrijken, multivariate analyses, convergentie met de 'Big Five' factoren van persoonlijkheid. In een vierde en laatste fase willen we een pathologic-indicator ontwikkelen op basis van CPI-87 profielen. Organisaties: • Persoonlijkheids- en Sociale Psychologie
Onderzoekers:
• HEDWIG SLOORE
Ontwikkeling van de verspreiding van plannen van indicatoren en voorbereiding van een set van gecomputariseerde kaarten van indicatoren en het opstellen van een rapport gerelateerd met veroudering in de wereld. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Vrije navorsing. Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • YOLANDE VERHASSELT
Ontwikkeling van detectoren voor moleculaire beeldverwerking ter vergemakkelijking van borstkankerdiagnose en voor het ontwikkelen van nieuwe medicatie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Biologie Organisaties: • Natuurkunde
Onderzoekers: • STEFAAN TAVERNIER • PETER BRUYNDONCKX
Ontwikkeling van detectiemethoden voor pathogene E. coli niet-O157 in voedingsmiddelen: een eerste stap in preventie Universiteit Gent Abstract: Ontwikkeling van verrijkings- en selectieve agar media voor de isolatie van VTEC zoals O26, O103, O111 en O145 uit monsters afkomstig van rundveebedrijven en voedingsmiddelen. Tevens wordt de immunoblot- en hybridisatietechniek uitgetest voor de snelle detectie van deze pathogenen. De efficiëntie van ontwikkelde methoden zal bestudeerd worden aan de hand van een validatiestudie. Organisaties: • Vakgroep Veterinaire volksgezondheid en voedselveiligheid
Onderzoekers: • Lieven De Zutter
Ontwikkeling van de strategieën voor de efficiënte merking van biomoleculen met fluor-18 KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Radiofarmacie
Onderzoekers: • Guy Bormans • Alfons Verbruggen • Frederik Cleeren
Ontwikkeling van de reactor en vooruitgang technologie voor biomassa torrefactie Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Biosysteemtechniek
Onderzoekers: • Wolter Prins
Ontwikkeling van de procedure voor breuktaaiheid -test in lood- bismut eutectic Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Toegepaste Materiaalwetenschappen
Onderzoekers: • Kim Verbeken
Ontwikkeling van de nieuwste generatie Artilysines, enzyme-gebaseerde antibiotica tegen multidrug-resistente bacteriën KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Gentechnologie
Onderzoekers: • Rob Lavigne • Yves Briers
Ontwikkeling van dendritische cel-gebaseerde vaccins voor immuniteit en tolerantie. Universiteit Antwerpen Abstract: De kracht van het menselijk afweersysteem kan aangewend worden voor de ontwikkeling van meer specifieke immunotherapiemethoden tegen kanker en HIV infectie. Hiervoor zal het immuunstimulerend potentieel van menselijke dendritische cellen (DC) opgeladen met tumor- of HIVantigenen in vitro worden getoetst. Kennis omtrent de DC-geïnduceerde immuunstimulatie kan leiden tot de verbetering van therapeutische kankeren HIV-vaccins. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Guido Vanham • Zwi Berneman • Vigor F I Van Tendeloo
Ontwikkeling van de multi-kanaal, multi-cluster J-matrix methode. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van de multi-kanaal, multi-cluster J-matrix methode. Organisaties: • TOEGEPASTE INFORMATICA EN COMPUTATIONEEL ONDERZOEK • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Jan Broeckhove
Ontwikkeling van de mogelijkheid tot het verfijnen van niet-lineair gemoduleerde materialen uit elektronendiffractiegegevens. Universiteit Antwerpen Abstract: Er zijn drie opeenvolgende hoofddoelen in dit project: het ontwikkelen van de software, de optimalisatie van de praktische uitvoering van PED en de toepassing van de resulterende nieuwe mogelijkheden op totnogtoe onverfijnde structuren. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Joke Hadermann
Ontwikkeling van de mogelijkheid tot het verfijnen van niet-lineaire materialen uit elektronendiffractiegegevens. Universiteit Antwerpen Abstract: Er zijn drie opeenvolgende hoofddoelen in dit project: de optimalisatie van de praktische uitvoering van precessie-elektronendiffractie op niet-lineair gemoduleerde materialen, het ontwikkelen van de software voor de verwerking van de resultaten, en de toepassing van de resulterende nieuwe mogelijkheden op totnogtoe onverfijnde structuren. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Joke Hadermann
Ontwikkeling van de infrastructuur vannbsp;Clavis clavium-database. KU Leuven Abstract: De aangevraagde financiering zal worden aangewend ter ontwikkeling van de infrastructuur van de Clavis clavium-database. Deze heeft 3 doelen:nbsp;de integratie van een reeks gedrukte claves met elk een structuur en eigen kenmerken;nbsp;het updaten van verscheidene van dezenbsp;(Clavis Patrum Latinorum/Graecorumnbsp;Bibliotheca Hagiographica Latina/Graeca) via een online update platform;nbsp;het linken van de informatie geboden door de verschillendenbsp;met andere informatie op het internet. De ontwikkeling van de infrastructuur zal een duur en tijdrovend proces zijn omdat het onvoldoende gestructureerde karakter van de beschikbare data (de gedrukte claves) het omzettingsproces bemoeilijkt en een gedetailleerde data-analyse veronderstelt in functie van een customized database. Het programmeren van de infrastructuur vereist een verregaande samenwerking tussen data-analisten van de KU Leuven en programmeurs van Brepols Publishers. Na de programmering van de infrastructuur van dedatabase e Organisaties: • OG Latijnse Literatuurstudie Leuven
Onderzoekers: • Joseph Verheyden • Johan Leemans • Peter Van Deun • Gert Partoens • Mathijs Lamberigts • Gerd Van Riel • Wim François • Demmy Verbeke • Russell Friedman
Ontwikkeling van de dynamisch scanning particle image velocimetry platform: toepassing op de bloedstroom in de linker hartkamer Universiteit Gent Abstract: ?Dynamisch scanning particle image velovimetry? is een PIV gebaseerde techniek waarmee men alle componenten van de snelheidsvector kan opmeten in een volume. De technologie word in dit project toegepast de complexe driedimensionale stroming te verstaan in een experimenteel model van voor validatie van numerieke simulaties. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Pascal Verdonck
Ontwikkeling van de BioGraph-technologie voor valorisatie in de levenswetenschappen. Universiteit Antwerpen Abstract: BioGraph is een aan de Universiteit Antwerpen ontwikkelde dataminingtechnologie voor ongesuperviseerde biomedische kennisvergaring via het geautomatiseerd ontdekken van hypothesen in geïntegreerde kennisdatabanken. We onderzoeken business-development-mogelijkheden en werken deze technologie uit naar een specifieke off-the-shelf-toepassing voor de interpretatie van microarraystudies. Organisaties: • VIB DMG - Toegepaste Moleculaire Genomica
Onderzoekers: • Jurgen Del-Favero • Peter De Rijk • Bart Goethals • Anthony Liekens
Ontwikkeling van de Antwerpse Drug en Alcohol Monitor (ADAM) Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek beoogt een draaiboek uit te werken voor de implementatie van een community-based drug monitoring systeem voor de stad Antwerpen. Een lokale monitor inzake drug- en alcoholproblemen kan op een systematische en continue manier gegevens aanleveren voor
het beleid. Centraal staat het 'community fieldwork' dat essentieel is bij het in beeld brengen van een belangrijke groep gebruikers die vooralsnog 'verborgen' is gebleven. Organisaties: • Vakgroep Strafrecht en criminologie
Onderzoekers: • Tom Decorte
Ontwikkeling van de Aanbeveling Alcohol. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van de Aanbeveling Alcohol. Organisaties: • Epidemiologie en sociale geneeskunde (ESOC)
Onderzoekers: • Guido Van Hal
Ontwikkeling van data-miningtechnieken voor vergelijkende metagenoomanalyse Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is het ontwikkelen van een computationele pijplijn dat statistisch metagenome-afgeleide functies analyseert, vergelijkt en visualiseert en die biomarkers voor groepen van monsters detecteert, zowel op een fylogenetisch als functioneel niveau. Deze pijplijn zal zowel multivariabele statistieken gebruiken als machinegestuurd benaderingen, de laatste is momenteel zelden gebruikt in vergelijkende metagenomics. Ik zal de functionele en fylogenetische patronen afgeleid van deze datasets bestuderen om de invloed van dieet evenals het immuunsysteem van de gastheer op de darmflora te onderzoeken, en haar relatie tot de ziekte. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Jeroen RAES
Ontwikkeling van C-terminale peptidengebaseerde proteoomanalytische technologieën en de extensieve catalogering van granzyme protease substraten Universiteit Gent Abstract: Dit project omvat de verdere ontwikkeling van een proteoomanalytische strategie voor de isolatie van C-terminale peptiden. Hierdoor wordt de staalcomplexiteit tot een maximum gereduceerd daar elk eiwit finaal slechts door één enkel peptide vertegenwoordigd wordt. Door gecombineerd gebruik van N- and C-terminale COFRADIC, kan men een zo uitgebreid mogelijke proteoomdekking bekomen en wordt een extensievere catalogering van protease-substraten mogelijk. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Kris Gevaert • Petra Van Damme
Ontwikkeling van conceptuele modellen voor het opstellen van een geïntegreerd rivierbekkenbeheer. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Hydraulica
Onderzoekers: • Patrick Willems
Ontwikkeling van composietafzettingen type superlegering en studie van hun elektrochemisch gedrag bij lage temperaturen en van hun oxydatiegedrag bij hoge temperaturen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doeleinde van het project bestaat erin nieuwe composietdeklagen te bekomen die functionele eigenschappen bezitten in het domein of van de oxydatie-corrosie of van de catalyse. In dit laatste geval zou het soortelijk energieverbruik van de elektrolyse van water of van chlorides kunnen verminderd worden. Organisaties: • Metallurgie, Elektrochemie en Materialenkennis
Onderzoekers: • JEAN VEREECKEN
Ontwikkeling van competenties bij lerenden: van vaststellen naar interveniëren. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Instructiepsychologie en -technologie
Onderzoekers: • Lieven Verschaffel
Ontwikkeling van competenties bij lerenden: van vaststellen naar interveniëren. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • EduBROn
Onderzoekers: • David Gijbels
Ontwikkeling van chirale, asymmetrische imidazolidine liganden uitgaande van aminozuren voor groep VIII en Ib katalysatoren
Universiteit Gent Abstract: Transitiemetaalcomplexen met N-heterocyclische carbeenliganden (NHC of imidazolidine) zijn reeds lang gekend, maar pas recent begint men ten volle de mogelijkheden van deze groep verbindingen te ontdekken. Het variëren van de substituenten op de N-atomen laat tevens toe de elektronische en sterische eigenschappen van het NHC-ligand te veranderen. Deze mogelijkheid toepassen op een katalysator zal aanleiding geven tot een waaier van activiteiten. Het wordt dus zonder meer duidelijk dat de katalysator zal kunnen 'getunned' worden naargelang de omstandigheden (reactiecondities, substraten, solventen, ?). Een ander bijkomend, sterk punt is de indrukwekkende variëteit aan metaalcentra (Rh, Ru, Pd, ?) waarmee deze NHC's kunnen coördineren. Verscheidene nieuwe immobilisatietechnieken worden aldus mogelijk Niet alleen immobilisatie op een inerte drager (organische of anorganisch) maar eveneens verankering in Ionaire solventen. Organisaties: • Vakgroep Anorganische en fysische chemie
Onderzoekers: • Francis Verpoort
Ontwikkeling van chemosensoren voor endocriene disruptors: synthese en evaluatie van vaste-drager gebonden modelreceptoren Universiteit Gent Abstract: Huidig project beoogt een bijdrage te leveren voor de ontwikkeling van een efficiënt detectie/concentratiesysteem voor endocriene disruptors (EDC's). Het werkingsmechanisme van EDC's berust op een interactie met de oestrogeenreceptor. Op basis van de gekende structuur van het oestrogeen receptor - ligand bindingsdomein (Protein Data Bank) zullen hiervoor modelverbindingen op vaste drager ontwikkeld worden. Mogelijke applicaties voo rvaste-fase extractie zullen onderzocht worden. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Annemieke Madder
Ontwikkeling van chemische probes en proteomicsmethoden voor de studie van proteolytische systemen (ChemProTools) Universiteit Gent Abstract: Het ChemProTools consortium wil een technologieplatform introduceren voor de ontwikkeling van specifieke chemische probes (kleine moleculen) en hun verdere karakterisering via geadvanceerde proteomicstechnieken. Deze probes kunnen vervolgens toegepast worden in verschillende aspecten van de R&D industrie. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Kris Gevaert
Ontwikkeling van chemische isolatiemethoden en meetprotocols voor koper-, antimoon- en titaanisotopenanalyse van antiek glas door middel van multicollector-ICP- massaspectrometrie. Universiteit Gent Abstract: Een analytische methodiek, bestaande uit (i) het zuiver en kwantitatief isoleren van het analiet (Cu, Sb, Ti) van de begeleidende matrix en (ii) het verwerven van isotopische informatie via multicollector-ICP-massaspectrometrie, zal ontwikkeld worden voor herkomstbepaling van Cu-, SBen Mn- gebaseerde reagentia gebruikt in de oudheid om glas te (ont) kleuren. Ook niet-destructieve (femtoseconde) laser ablatie MC-ICP- MS zal hiertoe ingezet worden. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Frank Vanhaecke
Ontwikkeling van chemische isolatiemethoden en meetprotocols voor koper-, animoon- en titaanisotopenanalyse van antiek glas door middel van multicollector-ICP- massaspectrometrie. Universiteit Gent Abstract: Een analytischemethodiek, bestaande uit (i) het zuiver en kwantitatief isoleren van het analiet (Cu, SB of Ti) van de begeleidende matrix en (ii) het verwerven van isotopische informatie via multicollector-ICP- massaspectrometrie, zal ontwikkeld worden voor herkomstbepaling van Cu-, Sb- en Mn- gebaseerde reagentie gebruikt in de oudheid om glas te (ont)kleuren. Ook niet-destructieve (femtoseconde) laser ablatie MC-ICP-MS zal hiertoe ingezegt worden. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Frank Vanhaecke
Ontwikkeling van chemische data analyse in het domein van natuurlijke producten en complexe mengsels. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Unilever UK Central Resources Limited' hebben voor het project ' Sponsored Research Agreement Development of Chemistry approaches in the area of naturals and complex mixtures. ' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN
Ontwikkeling van cel-specifieke modellen voor TDP-43 geassocieerde ALS. KU Leuven Abstract: Met de vergrijzing van de bevolking in de Westerse samenleving, neemt ook de frequentie van neurodegeneratieve aandoeningen (NDA) toe. Deze ziekten vormen een immens medisch en sociaal probleem door hun verwoestendeimpact op zowel het leven van de patiënt als zijn/haar naaste omgeving.Tragisch genoeg blijven deze ziekten nog steeds onbehandelbaar. Eén vandeze NDAs is amyotrofische laterale sclerose (ALS). ALS treft tot 8 à 10 mensen per 100 000. Deze patiënten vertonen een progressief verlies van spierkracht met de dood tot gevolg, al dan niet gepaard met dementie.Dit is het gevolg van degeneratie van specifieke zenuwcellen in het centraal zenuwstelsel. Met dit onderzoek willen we
bijdragen aan het vindenvan een behandeling voor de schrijnende aftakeling van de getroffen patiënten. Het overgrote deel van de ALS patiënten vertoont klonters van een bepaald proteïne in hun cellen, TDP-43. Onderzoekers zijn het er over eens dat deze klonters bijdragen aan het afsterven van de zenuwcellen Organisaties: • Onderzoeksgr_Exp_Neurologie
Onderzoekers: • Wim Robberecht • Steven Boeynaems
Ontwikkeling van cDNA arrays bij de zoetwatervlo Daphnia magna voor toxiciteitskarakterisatie van chemicaliën. Universiteit Antwerpen Abstract: Het aantal stoffen dat door de mens geproduceerd wordt is enorm. Het aantal geregistreerde chemicaliën bij de Chemical Abstract Service (CAS, US 2002) overstijgt momenteel 20 miljoen. Er wordt geschat dat meer dan 100.000 verbindingen in dergelijke hoeveelheden geloosd worden dat ze een potentieel gevaar vormen voor mens en milieu (Giesy en Graney, 1989). Van deze groep van chemicaliën is slechts weinig geweten omtrent hun toxicologische eigenschappen. De meeste beschikbare data zijn gebaseerd op acute toxiciteitstesten. Er is echter slechts weinig geweten over de nadelige effecten op langere termijn, laat staan op populaties, gemeenschappen en ecosystemen. Het gebrek aan chronische en andere lange termijn data wordt jammer genoeg pijnlijk geïllustreerd door het fenomeen van endocriene verstoring. Diverse chemicaliën zijn immers in staat gebleken om te interfereren met het endocrien metabolisme van niet-target species met negatieve gevolgen op de reproductie van de soort als gevolg. Zowel door gebrekkige chronische toxiciteitsinformatie als door beperkte inzichten in de toxische werkingsmechanismen van chemicaliën is er grote onzekerheid over het mogelijk nadelig (bvb. endocrien verstorend) karakter van stoffen voor mens en milieu. Vooral voor de ecologisch belangrijke groep van ongewervelde diersoorten bestaan er voor het ogenblik geen duidelijke assays die verstoring van endocrinologische pathways mechanistisch kunnen evalueren (Ankley et al., 1998; Oberdörster en Cheek, 2000). Het is duidelijk dat er een dringende nood bestaat aan assays die op kost-effectieve wijze zowel chronische relevante als mechanistisch gedetailleerde gegevens (bijvoorbeeld i.v.m. endocriene verstoring) kunnen verschaffen. In deze studie zal een cDNA array ontwikkeld worden voor de zoetwatervlo Daphnia magna die in staat is om: 1.de relatie tussen de korte termijn biomarkereffecten en de bijhorende wijzigingen in de populatiedynamica van de watervlooien te kwantificeren, 2.de mechanismen van de toxicant-geïnduceerde effecten op de verschillende metabolische pathways te achterhalen, 3.een inzicht te geven in de verstoring van endocrien-gemediëerde effecten als gevolg van toxische blootstelling. Watervlooien zijn belangrijke testorganismen bij de ecotoxicologische evaluatie van chemicaliën en worden in deze context intensief gebruikt vanwege hun kleine afmeting, hun relatief korte levenscyclus en hun grote gevoeligheid voor diverse types contaminanten. Door haar centrale rol in diverse aquatische voedselketens vormt Daphnia magna één van de belangrijkste biologische modelsystemen voor de impact-evaluatie van milieuverontreiniging op zoetwaterecosystemen. Omdat er thans weinig tot geen genetische sequentie-informatie van Daphnia magna beschikbaar is, zal in dit project een begin gemaakt worden met de aanmaak van een cDNA array met energie, groei/molting, reproductie en mortaliteit specifieke genfragmenten als een mogelijk meetinstrument om snel en gevoelig nadelige effecten op populatieniveau te voorspellen (zie fig. 2.1). Suppresion substractive hybridisation PCR zal hierbij gebruikt worden om cDNA genbanken aan te maken die de meest relevante gentranscripten bevat die van belang zijn voor de onderliggende moleculaire processen voor groei, molting en reproductie. Na identificatie van de geïsoleerde genfragmenten zal van de verkregen cDNA's een macro-array ontwikkeld worden. De voorspellende kracht van deze cDNA array zal vervolgens voor vier `modelchemicaliën' onderzocht worden. Hiervoor wordt de relatie tussen vroegtijdige verstoring van de genexpressie en de chronische effecten op populatiedynamica bepaald. Tot slot zal meer in detail geëvalueerd worden of d.m.v. `hormoon geassocieerde' cDNA banken assays kunnen ontwikkeld worden voor de detectie van endocriene verstoorders bij ongewervelden. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • Anneleen Soetaert
Ontwikkeling van cDNA arrays bij de zoetwatervlo Daphnia magna voor toxiciteitskarakterisatie van chemicaliën. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van cDNA arrays bij de zoetwatervlo Daphnia magna voor toxiciteitskarakterisatie van chemicaliën. Organisaties: • ECOFYSIOLOGIE EN BIOCHEMIE • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • Anneleen Soetaert
ontwikkeling van capsules met evolurende brosheid en optimalisatie van helende agentia voor het realiseren van zelfhelend beton met een verlengde levensduur Universiteit Gent Abstract: fundamentele problemen zullen aangepakt worden om verdere ontwikkeling van zelfhelend beton oor praktische applicaties mogelijk te maken. helende agentia zullen verder gemodificeerd worden. geschikte encapsulatiematerialen die in staat zijn het mengproces van beton te overleven zullen ontwikkeld worden door metalen te gebruiken die variëren in brosheid. Bovendien zal onderzocht worden of zelfheling kan resulteren in een verhoogde weerstand tegen corrosie. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Luc Van Hoorebeke • Nele De Belie • Peter Dubruel
ontwikkeling van C2C kunstgras Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is om op middellange termijn(2020) een kunstgrastapijt te ontwikkelen dat terug recycleerbaar is tot een nieuw kunstgrastapijt en daarenboven even performant is als het huidige tapijt (dus voldoet aan de eisen van de FIFA) en dit met een minimale toevoeging van "virgin" materiaal Organisaties: • Vakgroep Textielkunde
Onderzoekers: • Gustaaf Schoukens
Ontwikkeling van buisvormige textielsubstraten als dragers voor membranen, inzetbaar voor diverse filtreerdoeleinden Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Textieltechnologie
Onderzoekers: • Marc Van Parys
Ontwikkeling van bot vormende weefsel engineering constructs door het gebruik van een geïntegreerd , 3D bioreactor gedreven, proces. KU Leuven Abstract: Weefsel engineering combineert de principes van medische, biomedische en ingenieurs-wetenschappen om biologische substituten te ontwikkelen diede functie van een levend weefsel kunnen herstellen, verbeteren of vervangen. Om te evolueren naar klinische toepassingen is de integratie van verschillende aspecten in een gecombineerd proces voor de ontwikkeling van constructs die in vivo botvorming kunnen stimuleren, essentieel. Dit project richt zich op het ontwikkelen van een bioreactor proces dat het in vitro gedrag van een progenitor cel populatie in een 3D omgeving kan sturen door bepaalde omgevingsparameters to controleren. Dit systeem zaldan gebruikt worden om alternatieve drager structuren voor de cellen teontwikkelen waarin poreuze 3D structuren gecoat worden met CaP in combinatie met microcarriers. Deze nieuwe drager materialen zullen dan in eenbioreactor gecontroleerde omgeving worden gebruikt om in vivo bot vormende constructs te ontwikkelen. Organisaties: • Functionele Materialen
Onderzoekers: • Jan Schrooten • Jan Van Humbeeck • Maarten Sonnaert
Ontwikkeling van biosensors voor necrotische celdood Universiteit Gent Abstract: Dit project omvat fundamenteel onderzoek naar de moleculaire mechanismen van necrotische celdood en de ontwikkeling van cellulaire reporter systemen voor koolhydraatmetabolisme en RIP1/RIP3 activatie voor RNAi en small compound library screening. Als zodanig moet dit platform toelaten kritische knooppunten van het signalisatie-netwerk en merkers voor necrose met potentiële diagnostische, prognostische en therapeutische toepassing in fundamenteel en experimenteel therapeutisch onderzoek te identificeren. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Peter Vandenabeele
Ontwikkeling van biosensoren voor optimalisatie van waterzuivering bij tank cleaning bedrijven. Universiteit Antwerpen Abstract: Bij de zuivering van afvalwaters dient men te voldoen aan een aantal strikte chemische en biologische normen. De biologische of ecologische normering is een nieuw concept en testen die toelaten om hiervoor te screenen op een snelle en routinematige manier zijn niet beschikbaar. Biosensoren zullen hiervoor worden ontwikkeld voor de sector van de tankcleanig bedrijven. De verschillende stappen van het waterzuiveringsproces zullen worden geoptimaliseerd. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Johan Robbens
Ontwikkeling van biorelevante in vitro modellen voor de evaluatie van supersaturatie - inducerende formuleringen op basis van in vivo karakterisering bij de mens. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Farmacotechnologie en Biofarmacie
Onderzoekers: • Patrick Augustijns • Joachim Brouwers • Bart Hens
Ontwikkeling van biomarkers voor metaaltoxiciteit in zoetwateralgen op basis van differentiële genexpressie- en eiwitprofielen. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van biomarkers voor metaaltoxiciteit in zoetwateralgen op basis van differentiële genexpressie- en eiwitprofielen. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • An Jamers
Ontwikkeling van biomarkers voor metaaltoxiciteit in zoetwater algen op basis van differentiële genexpressie- en eiwitprofielen. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van biomarkers voor metaaltoxiciteit in zoetwater algen op basis van differentiële genexpressie- en eiwitprofielen. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Wim De Coen • An Jamers
Ontwikkeling van biocompatibele, multifunctionele nanopartikels KU Leuven Abstract: Kanker is anno 2014 een van de meest voorkomende doodsoorzaken in de wereld, met 8,2 miljoen sterfgevallen in 2012. Kanker heeft naast een emotionele impact ook een grote invloed op de economie wereldwijd, aangezienalleen al door vroegtijdige sterfte of een blijvende handicap ten gevolge van kanker jaarlijks 895 miljard dollar verloren gaat. Hierdoor is het genezen van kanker een prioriteit wereldwijd, zowel vanuit humaan als economisch standpunt gezien. Een belangrijk punt voor het reduceren vande impact van kanker is een tijdige diagnose, voor dat metastase kan optreden. Momenteel worden tumors meestal opgespoord via CT, MRI of PET. Toch resulteert dit niet altijd een juiste diagnose, en is het ontwikkelen van nieuwe diagnosemethoden wenselijk. Een van deze nieuwe mogelijkheden tot het visualiseren van tumors is multifotonmicroscopie. Daarom zullen in dit project theranostische nanopartikels ontwikkeld worden die alscontrastmiddel gebruikt kunnen worden in Second Harmonic Generation Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Thierry Verbiest • Uwe Himmelreich • Charlotte Verstraete
Ontwikkeling van bimodale poreuze materialen voor katalyse en sorptie. (BIPOM) Universiteit Antwerpen Abstract: De partners van dit project proberen kennis op te doen die uitmondt in een economisch project op het gebied van moleculaire separatie en katalyse. Deze ontwikkeling zal gebaseerd zijn op een nieuw materiaalconcept en zal toepassingen vinden in een breed gebied. Het betreft de ontwikkeling van een nieuwe generatie katalysematerialen, absorberende materialen en membranen die bekomen worden door een gedirigeerde stapeling van nanoblokjes in een aantal macroscopische materialen onder invloed van supramoleculaire krachten. Het project wil verder betrouwbare en geschikte instrumenten ontwikkelen voor computer gestuurde innovatie, evaluatie van nieuwe chemische processen en katalysatoren, membranen en adsorbenten. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Gustaaf Van Tendeloo
Ontwikkeling van betrouwbare en energie-efficiënte netwerkprotocollen voor een Body Area Netwerk (BAN) Universiteit Gent Abstract: Dit doctoraatsproject heeft tot doel netwerkprotocollen te ontwikkelen voor een BAN met het oog op een betrouwbare en energie-efficiënte communicatie tussen de verschillende devices van het BAN. Naast routeringsprotocollen, zullen ook transport- en datalinkprotocollen ontwikkeld worden, hierbij gebruikmakend van crosslayer-optimalisatie. Tenslotte zal het BAN uitgerust worden met een gateway, die toelaat het BAN te laten communiceren met een extern IP-netwerk. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Ingrid Moerman
Ontwikkeling van besluitvormingsmodellen voor de intensificatie en diversificatie van boomteelt in een agroforestry landschapsmozaiek in Kameroen Universiteit Gent Abstract: Tropische bossen aan de savannerand vertonen een hoge graad van socioecologische dynamiek. Deze beïnvloeden het voorkomen van de boomcomponent in dit mozaieklandschap, waarbij de perceptive, noden en beheersobjectieven van de locale bevolking bepalend zijn. Dit onderzoek analyseert de landgebruiksdynamiek en de bijdrage van de boomcomponent tot strategieën voor mitigatie van klimaatsverandering. Organisaties: • Vakgroep Bos- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Robert De Wulf
Ontwikkeling van beslissingsondersteunende systemen voor de aanpak van geneesmiddel geïnduceerde QT-verlenging in de klinische praktijk. KU Leuven Abstract: Verschillende cardiale en niet-cardiale geneesmiddelen kunnen het QT-interval (een belangrijke fase in het elektrocardiogram) verlengen. Patiënten die deze geneesmiddelen gebruiken, hebben een verhoogd risico op hartritmestoornissen (Torsade de Pointes) die de oorzaak kunnen zijn van plotse cardiale dood. In de psychiatrie is het gebruik van (combinaties van) QT-verlengende geneesmiddelen dagdagelijkse praktijk. Er zijn nauwelijks gegevens beschikbaar over QT-verlenging in de klinische praktijk. Daardoor blijven artsen zitten met vragen over de relevantie van QTverlenging en hoe ze hiermee moeten omgaan.Dit project bestaat uit verschillende substudies. Farmaco-epidemiologische studies in verschillende patiëntenpopulaties zullen data opleveren over de prevalentie van het gebruik van (combinaties van) QT-verlengende geneesmiddelen. Onderzoek naar het medicatie management zal inzicht geven in de manier waarop zorgverleners op dit moment omgaan met geneesmiddeleninteracties en QT-verlengi Organisaties: • C_Farma_zorg
Onderzoekers: • Veerle Foulon • Joris Vandenberghe • Rik Willems • Isabel Spriet • Eline Vandael
Ontwikkeling van automatische reaction network genererings technology: implementatie van 3D structuur en reactiviteit Universiteit Gent Abstract: Automatische reactie netwerk genereringstechnologie wordt ontwikkeld met de nadruk op de relatie tussen de 3D-structuur en reactiviteit. Kinetische modellering van chemische systemen van belang zal worden gevalideerd met experimentele resultaten. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Guy Marin
Ontwikkeling van Automatische Netwerk Genereringstechnologie: 3D Structuur en Reactiviteit Implementatie Universiteit Gent Abstract: Automatische reactie netwerk genereringstechnologie wordt ontwikkeld met de nadruk op de relatie tussen de 3D-structuur en reactiviteit. Kinetische modellering van chemische systemen van belang zal worden gevalideerd met experimentele resultaten. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Guy Marin • Marie-Françoise Reyniers
Ontwikkeling van artificiele DNAzymen met potentiele serineprotease activiteit: een combinatorische verkennende studie Universiteit Gent Abstract: Het project beoogt het ontwerp van duplex-DNA sequenties met katalytische hydrolase activiteit. De creatie van een actieve site wordt beoogd via duplexvorming tussen twee complementaire suiker- en/of basegemodificeerde oligonucleotideketens. Gemodificeerde nucleosidebouwstenen, voorzien van extra functionele groepen zoals een imidazool-, een alcohol- en een carbonzure functie, zullen gesynthetiseerd worden en geincorporeerd in geschikte oligonucleotidesequenties. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Pierre De Clercq
Ontwikkeling van applicaties gebaseerd op schrijfonderzoek. Universiteit Antwerpen Abstract: Inputlog is een logging-instrument voor de registratie en analyse van schrijfprocessen. Op dit moment is Inputlog gebaseerd op vrij elementaire algoritmes. Dit onderzoek stelt ons in staat om meer complexe en snellere parsingregels aan de registratie te koppelen (Bison en Flex). Op die manier leggen we ook een basis voor nieuwe analyses en creëren we extra mogelijkheden voor de integratie met andere loggingprogramma's. Meer informatie op: www.inputlog.net Organisaties: • Management
Onderzoekers: • Luc Van Waes
Ontwikkeling van 'tissue engineered' hartkleppen. Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is om repulatie van biologische hartklepmatrices te verkrijgen om zo tot een vitaa tissue- engineered construct te komen dat als prototype van een tissue engineerded hartklep kan dienen. Er kunnen vier grote doelstellingen geformulieerd worden: (1) Matrix optimalisatie, (2) incorporatie van groeifactoren in de biooische matrix, (3) Repopulatie van de matrices beladen met groeifactoren en (4) in vivo evaluatie van de tissue-engçineerde kleppen. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Jean Remon
Ontwikkeling van 'tissue engineered' hartkleppen. Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is om repulaie vn biolgische hartklepmatrices te verkrijgen om zo to een viaal vissue engineered construct te komen dat als protoype van een tissueengineered hartklep kan dienen. Er kunnen vier grote doelstellingen geformuleerd woden:(1) Matrix optimalisatie, (2) Incorporatie van groeifactoren in de biolosche matrix, (3) Repopulatie van de matrices beladen met groeifactoren en (4) In vivo evaluatie van de tissue-enineerde kleppen. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Jean Remon
Ontwikkeling van antivirale strategieën tegen het hepatitis E virus. KU Leuven Abstract: Acute virale hepatitis is een ontsteking van de lever die veroorzaakt wordt door een infectie met een virus. Zo'n infectie veroorzaakt een typische geelzucht en verder ook vermoeidheid, misselijkheid,... Hepatitis Avirus en hepatitis E virus zijn de voornaamste oorzaken van een dergelijke virale hepatitis.Hoewel er een vaccin beschikbaar is tegen hepatitis A, komen er nog regelmatig uitbraken voor en bij bepaalde personen kan dit tot ernstige ziekte leiden. Momenteel zijn er echter geen geneesmiddelen beschikbaar voor de behandeling van hepatitis A. Dergelijke geneesmiddelen zouden erg nuttig zijn om uitbraken in te perken en om ernstig zieke patiënten te behandelen. Om de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen mogelijk te maken, heb ik enkele methoden ontwikkeld waarmeede antivirale activiteit van chemische moleculen getest kan worden in het labo. Hiermee kunnen grote bibliotheken van molecules getest worden om zo tot een kandidaat-geneesmiddel te komen.Hepatitis E virus veroorzaakt v Organisaties: • Laboratorium Virologie en Chemotherapie
Onderzoekers: • Johan Neyts • Yannick Debing
Ontwikkeling van anti-Factor VIII antilichamen die FVIII partieel inhiberen als een nieuw type antitrombotisch angens. KU Leuven Abstract: De mogelijkheid partiële inhibitie van FVIII-activiteit te gebruiken als nieuwe antitrombotische strategie voor de behandeling en/of preventie van trombose werd recent geëvalueerd. Dit werk is gebaseerd op de ontdekking, in het Centrum voor Moleculaire en Vasculaire Biologie, van humanemonoklonale antilichamen die de FVIII-activiteit slechts gedeeltelijk inhiberen. Verscheidene patenten werden ingediend om dergelijke antilichamen en hun gebruik voor de preventie en behandeling van trombose, te beschermen. Deze IOF onderzoeksgrant zal ondersteuning verlenen aan de klinische ontwikkeling van anti-FVIII-antilichamen. De antilichamen zullen geproduceerd worden en geëvalueerd in klinische studies door Thromb-X, een spin-off van K.U.Leuven en een Zweeds bedrijf, BioInvent. De IOF-onderzoeksgrant zal het basisonderzoek toelaten vereist om de in vitro en in vivo werkwijze van de nati-FVIII-antilichamen die geselecteerd werden voor klinische studies, volledig te bepalen. Dit onderzoek is crucia Organisaties: • Moleculaire en Vasculaire Biologie
Onderzoekers: • Jean-Marie Saint-Remy • Desire Collen
Ontwikkeling van analysemethoden voor het identificeren van nieuwe immunosuppressieve compounds KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Labo Experimentele Transplantatie
Onderzoekers: • Mark Waer • Thierry Louat • Kristien Van Belle
Ontwikkeling van analysemethoden voor grote datasets en toepassing ervan op niet-coderende genetische informatie betrokken bij psychiatrische ziekten. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IWT. UA levert aan IWT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • VIB DMG - Toegepaste Moleculaire Genomica
Onderzoekers: • Jurgen Del-Favero • Peter De Rijk • Bart Aelterman
Ontwikkeling van analogen van calcitriol met opgedrongen zijketenoriëntatie Universiteit Gent Abstract: Het project beoogt de ontwikkeling van analogen van calcitriol met dissociatie tussen celdifferentiërende en antiproliferatieve eigenschappen enerzijds en calcemische effecten anderzijds. Specifiek worden derivaten bereid gekenmerkt door (1) een CD-ringskelet waarin de C-ring ontbreekt en de D-ring een zesring is, en (2) de aanwezigheid van verankerende methylgroepen zodat aan de zijketen een bepaalde ruimtelijke oriëntatie wordt opgedrongen. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Pierre De Clercq
Ontwikkeling van amino-rijke, chemische stabiele polymeeroppervlakken via atmosferische plasma polymerizatie Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft als doel om chemisch stabiele aminorijke polymeeroppervlakken te ontwikkelen en zal zich focussen op plasmappolymerizatie van allylamine bij atmosferische druk. Dit onderzoek zou een fundamenteel begrip moeten opleveren van de relatie tussen fragementatieprocessen in atmosferische drukplasmas en de chemische samenstelling van de gevormde aminorijke oppervlakken. Deze kennis zal resulteren in geavanceerde polymeeroppervlakken met een ongekende functionaliteit. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Rino Morent • Nathalie De Geyter
Ontwikkeling van alternatieve testsystemen op basis van zebravisembryo voor de identificatie van toxische chemicaliën (ZETOX). Universiteit Antwerpen Abstract: De globale doelstelling van dit project is methoden te ontwikkelen met het zebravisembryo als alternatieve "totaal organisme benadering" om toxiciteit van chemicaliën te evalueren met een goede predictie voor humane toxiciteit. De ontwikkeling en optimalisatie van methoden met zebravisembryo zal zich toespitsen op die targetsystemen en eindpunten (bijv. neurotoxiciteit en gedrag, levertoxiciteit en metabolisme) waarvoor er nog geen gevalideerde alternatieve testen, zoals bijv. in vitro celcultuur testen, beschikbaar zijn. Organisaties: • Toxicologie
Onderzoekers: • Adrian Covaci
Ontwikkeling van alternatieve detectiemethodes voor berengeur aan de slachtlijn Universiteit Gent Abstract: IWT/SB-lichting 2014 IWT/SB/Verplanken Kaat/131420 Ontwikkeling van alternatieve detectiemethodes voor berengeur aan de slachtlijn
Organisaties: • Vakgroep Veterinaire volksgezondheid en voedselveiligheid
Onderzoekers: • Lynn Vanhaecke
Ontwikkeling van alpha-gesubsidieerde fosmidomycine-analogen als anti-malaria DOXP reducto-isomerase inhibitoren Universiteit Gent Abstract: Een mevalonaat-onafhankelijke weg voor de biosynthese van isoprenoïden, de zogenaamde DOXP-weg, werd onlangs ontdekt en gevalideerd als nieuw doelwit voor geneesmiddelenontwikkeling. Fosmidomycine, een fosfonaat dat interfereert met deze biosynteweg door inhibitie van het DOXP reducto-isomerase, is een veelbelovend antimalariamiddel. Dit project beoogt de verdere ontwikkeling van alphagesubstitueerde fosmidomycine-analogen die in vitro superieur zijn t.o.v. fosmidomycine in het remmen van de groei van P. falciparum e.a. pathogenen die gebruik maken van de non-mevalonaatweg. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Serge Van Calenbergh
Ontwikkeling van ad-hoc software en hardware voor personen met een verstandelijke handicap. Universiteit Antwerpen Abstract: Internationaal worden er grote inspanningen geleverd om verstandelijke gehandicapten toegang te bieden tot de moderne technologieën. Sinds 1990 werken de drie betrokken centra samen wat betreft het ad hoc ontwikkelen en aanpassen van software en hardware voor deze doelgroep. Dit veldwerk dient op een wetenschappelijke wijze ondersteund te worden. Enerzijds zal een database worden opgebouwd in verb and met de beschikbare producten en anderzijds zullen via de bestaande expertise belangrijke hiaten in het aanbod worden opgevuld. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADREM) • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Jan Paredaens
Ontwikkeling van Abl1 assays met behulp van vloeistofchromatografie en verschillende detectoren KU Leuven Abstract: Zoals toegelicht in hoofdstuk 1 is fosforylering eenzeer belangrijke post-translationele modificatie, die een rol speelt insignaaltransductie en de werking van de cel. Fosforylering wordt in cellen gemedieerd door PKs en mutaties in deze PKs kunnen bepaalde ziektes veroorzaken of er het gevolg van zijn. Gedurende de laatste jaren heeft men sterk ingezet op de studie van deze enzymen om pathologische mechanismes te onderzoeken en geschikte geneesmiddelen te vinden ter behandeling van deze ziektes. Meer dan 20 kinase inhibitoren werden intussen goedgekeurd door de USFDA (situatie einde 2013), waaronder IM voor de behandeling van CML. Niettegenstaande dit succesvol molecule is het nog steeds noodzakelijk om andere inhibitoren te ontwikkelen ter behandeling van ziektes waarbij PKs abnormaal functioneren. Abl1 is een nietreceptor tyrosine kinase en het hybride Bcr-Abl fusie genwordt teruggevonden in de meeste patiënten met CML en in sommige patiënten met acute lymphoblastische leukemie (AL Organisaties: • Farmaceutische Analyse
Onderzoekers: • Erwin Adams • Ann Van Schepdael • Hui Chen
Ontwikkeling van aanrijkings- en analysemethoden voor spoorbepaling van hormoonregelaars in watermonsters met behulp van gesynthetiseerde selectieve receptoren Universiteit Gent Abstract: Een methode zal worden ontwikkeld om met behulp van geïmmobiliseerde peptidomimetica, die de oestrogeenreceptor nabootsen waaraan hormoonontregelaars binden, deze EDC's aan te rijken uit watermonsters. Door gebruik van thermoresponsieve "smart polymers" als drager moet het ook mogelijk zijn selectieve chromatografische analysemethoden op punt stellen. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Pierre De Clercq • Patrick Sandra • Johan Van der Eycken • José Martins • Filip Du Prez • Annemieke Madder
Ontwikkeling van aanrijkings- en analysemethoden voor spoorbepaling van hormoonontregelaars in watermonsters met behulp van geynthetiseerde selectieve receptoren Universiteit Gent Abstract: Een methode zal worden ontwikkeld om met behulp van geïmmobiliseerde peptidomimetica, die de oestrogeenreceptor nabootsen waaraan hormoonontregelaars binden, deze EDC's aan te rijken uit watermonsters. Door gebruik van thermoresponsieve "smart polymers" als drager moet het ook mogelijk zijn selectieve chromatografische analysemethoden op punt te stellen. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Pierre De Clercq • Patrick Sandra • Johan Van der Eycken • José Martins • Filip Du Prez • Annemieke Madder
Ontwikkeling van aanrijkings- en analysemethoden voor spoorbepaling van hormoonontregelaars in watermonsters met behulp van gesynthetiseerde selectieve receptoren
Universiteit Gent Abstract: Een methode zal worden ontwikkeld om met behulp van geïmmobiliseerde peptidomimetica, die de oestrogeenreceptor nabootsen waaraan hormoonontregelaars binden, deze EDC's aan te rijken uit watermonsters. Door gebruik van thermoresponsive "smart polymers" als drager mmoet het ook mogelijk zijn selectieve chromatografische analysemethoden op punt te stellen. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Patrick Sandra • Johan Van der Eycken • José Martins • Filip Du Prez • Annemieke Madder
Ontwikkeling van aanrijkings- en analysemethoden voor spoorbepaling van hormoonontregelaars in watermonsters met behulp van gesynthetiseerde selectieve receptoren Universiteit Gent Abstract: Een methode zal worden ontwikkeld om met behulp van geïmmobiliseerde peptidomimetica, die de oestrogeenreceptor nabootsen waaraan hormoonontregelaars binden, deze EDC's aan te rijken uit watermonsters. Door gebruik van thermoresponsieve "smart polymers" als drager moet het ook mogelijk zijn selectieve chromatografische analysemethoden op punt te stellen. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Pierre De Clercq • Patrick Sandra • Johan Van der Eycken • José Martins • Filip Du Prez • Annemieke Madder
Ontwikkeling van aanrijkings- en analysemethoden voor spoorbepaling van hormoonontregelaars in watermonsters met behulp van gesynthetiseerde selectieve receptoren Universiteit Gent Abstract: Een methode zal worden ontwikkeld om met behulp van geïmmobiliseerde peptidomimetica, die de oestrogeenreceptor nabootsen waaraan hormoonontregelaars binden, deze EDC's aan te rijken uit watermonsters. Door gebruik van thermoresponsieve "smart polymers" als drager moet het ook mogelijk zijn selectieve chromatografische analysemethoden op punt te stellen. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Pierre De Clercq • Patrick Sandra • Johan Van der Eycken • José Martins • Filip Du Prez • Annemieke Madder
Ontwikkeling van aanrijkings- en analysemethoden voor spoorbepaling van hormoonontregelaars in watermonsters met behulp van gesynthetiseerde selectieve receptoren Universiteit Gent Abstract: Een methode zal worden ontwikkeld om met behulp van geïmmobiliseerde peptidomimetica, die de oestrogeenreceptor nabootsen waaraan hormoonontregelaars binden, deze EDC's aan te rijken uit watermonsters. Door gebruik van thermoresponsieve "smart polymers" als drager moet het ook mogelijk zijn selectieve chromatografische analysemethoden op punt te stellen. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Pierre De Clercq • Patrick Sandra • Johan Van der Eycken • José Martins • Filip Du Prez • Annemieke Madder
Ontwikkeling van aanpasbare geattenueerde en vectorvaccins ter bescherming tegen het porcien reproductief en respiratoir syndroom (PRRS), essentieel voor een succesvolle bestrijding Universiteit Gent Abstract: Het porcien reproductief en respiratoir syndroom virus (PRRSV) is momenteel moeilijk te controleren met de huidig geregistreerde vaccins. De geïnactiveerde vaccins induceren geen beschermende immuniteit. Ze kunnen enkel een boost-reactie geven bij immune dieren wanneer de stam in het vaccin genetisch overeenkomt met de circulerende stam. De geattenueerde vaccins hebben in de negentiger jaren een zeer goede bescherming gegeven. Het laatste decennium is de werkzaamheid sterk achteruit gegaan door het genetisch en antigenisch wegdrijven van de circulerende virussen. In het laboratorium van de promoter van dit projectvoorstel is recent een aanpasbaar geïnactiveerd vaccin ontwikkeld waarvan recent de werking in het veld werd aangetoond. Dit nieuw geïnactiveerd vaccin zal gebruikt worden om de bestaande immuniteit te boosten bij zeugen. Met het huidig onderzoek zal een aanpasbaar geattenueerd en/of vectorvaccin ontwikkeld worden dat kan gebruikt worden bij naïeve dieren (gelten en mestbiggen). Wildtype virus zal geattenueerd worden door passages op twee cellijnen die in het laboratorium van de promotor werden ontwikkeld: PK15 en ch0. Door een ingenieus selectiesysteem (verminderde vermeerdering in macrofagen maar normale vermeerdering in cellijnen) zal de attenuatie in vitro gevolgd worden. De mutanten die goed groeien in celculturen maar niet in macrofagen zullen verder in vivo getest worden op hun veiligheid en werkzaamheid (inductie van neutraliserende antistoffen en reductie viremie). Daarnaast zal het Barthavaccin gebruikt worden als vector voor het tot expressie brengen van de extodomeinen van GP2, GP3 en GP4 van PRRSV die onder regulatie staan van bepaalde eiwitten van het Barthavirus (gC, gC, tegumeneiwit...). De recombinante Barthavirussen zullen vervolgens in vivo uitgetest worden. De intramusculaire vaccinatie zal vergeleken worden met intranasale en perorale vaccinatie. Organisaties: • Vakgroep Virologie, parasitologie en immunologie
Onderzoekers: • Hans Nauwynck
Ontwikkeling van 18F-poly(2-oxazoline)-duramycin en 18F-poly(2-oxazoline)-RGD als radiotracers voor in vivo beeldvorming van tumor omgeving Universiteit Gent Abstract: De voornaamste doelstelling van dit project is om de tumorzoekende en pharmacokinetische eigenschappen van duramycine en RGD radioactieve speurstoffen te verbeteren door conjugatie met POX . Dit wordt geëvalueerd in een in vivo model van hypoxische en bestraalde niet-kleincellige longkanker. Het gebruik van deze verbeterde speurstoffen kan leiden tot een hoger tumour-achtergrond contrast alsook een snellere differentiatie tussen effectieve en niet-effectieve therapieën en aldus in efficiëntere en kostenbesparende gepersonaliseerde geneeskunde . Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Richard Hoogenboom
Ontwikkeling van 18F-poly(2-oxazoline)-duramycin and 18F-poly(2-oxazoline)-RGD als radiotracers voor in vivo beeldvorming van tumor omgeving. Universiteit Antwerpen Abstract: De voornaamste doelstelling van dit project is om de tumorzoekende en pharmacokinetische eigenschappen van duramycine en RGD radioactieve speurstoffen te verbeteren door conjugatie met POX. Dit wordt geëvalueerd in een in vivo model van hypoxische en bestraalde nietkleincellige longkanker. Het gebruik van deze verbeterde speurstoffen kan leiden tot een hoger tumour-achtergrond contrast alsook een snellere differentiatie tussen effectieve en niet-effectieve therapieën en aldus in efficiëntere en kostenbesparende gepersonaliseerde geneeskunde. Organisaties: • Moleculaire beeldvorming, Pathologie, Radiotherapie & Oncologie (MIPRO)
Onderzoekers: • Steven Staelens • Christel Vangestel • Leonie Wyffels
Ontwikkeling, validatie en toepassing van complementaire in vitro modellen ter voorspelling van in vivo klaring van geneesmiddelenkandidaten inspecifieke populaties. KU Leuven Abstract: Dit doctoraatsonderzoek is gericht op het optimaliseren, valideren en implementeren van bestaande (levermicrosomen, gesuspendeerde hepatocyten,hepatocyten in sandwichconformatie) en vernieuwende in vitro technieken(basolaterale en canaliculaire levermembraanvesikels) voor het voorspellen van de in vivo hepatische klaring van geneesmiddelen(kandidaten). Deze technieken kunnen gebruikt worden om de in vivo hepatische klaring inspecifieke populaties (bvb. de pediatrische populatie) accurater te voorspellen. Hierdoor kan een beter inzicht verkregen worden aangaande de afhankelijkheid van hepatische klaring aan wijzigingen in lichaamsfysiologie (bvb. leeftijdsafhankelijkheid) en daarmee geassocieerde invloeden op de farmacokinetiek van geneesmiddelen. In het verlengde van deze doeleinden zal gepoogd worden om een nieuw PBPK (physiologically based pharmacokinetic) model te ontwikkelen voor in vivo klaringsvoorspelling. Dit moet toelaten om veiligere en meer betrouwbare klinische studies te k Organisaties: • Farmacotechnologie en Biofarmacie
Onderzoekers: • Patrick Augustijns • Pieter Annaert • Johan Nicolaï
Ontwikkeling, validatie en klinische toepassing van assays om bloedspiegels van biologische geneesmiddelen te bepalen. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Therapeutische en Diagnost. Antilichamen
Onderzoekers: • Ann Gils • Iris Detrez
Ontwikkeling, validatie en implementatie van nieuwe strategieën en technologieën voor de evaluatie van nieuwe predictieve merkers van diabetische complicaties Universiteit Gent Abstract: Diabetes vormt, in belangrijke mate omwille van zijn langetermijn complicaties, één van de belangrijkste uitdagingen voor de gedendaagse gezondheidszorg. Het voorgestelde project beoogt de ontwikkeling van nieuwe gas- en vloeistofchromatografische strategieën die toelaten om predictieve merkers van diabetische complicaties met hoge gevoeligheid en selectiviteit te bepalen. Hiertoe zal uitgegaan worden van gedroogde bloedspots. Organisaties: • Vakgroep Bioanalyse
Onderzoekers: • Christophe Stove
Ontwikkeling, synthese en evaluatie van nieuwe potente radioliganden voor beeldvorming van PDE7 in de hersenen en de rol van PDE7 in neurologische aandoeningen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • David Thomae
Ontwikkeling, synthese en evaluatie van nieuwe potente radioliganden voor beeldvorming van PDE7 in de hersenen. Universiteit Antwerpen Abstract: Cyclic adenosine 3',5'-monophosphate (cAMP) is een intracellulaire "second messenger" en is betrokken in verschillende signaal overdachten en wordt hierbij geactiveerd door bv. hormonen en neurotransmitters. PDE7 is één van de elf fosfodiesterase families(PDEs) en het hydrolyseert specifiek cAMP; Hierdoor reguleert PDE7 de intracellulaire concentratie van deze "second messenger". Dit effect is zeer belangrijk in verschillende CNS gerelateerde ziektebeelden zoals Alzheimer, Parkinson en Huntington en toont het belang aan van PDE7 als therapeutisch doelwit. Positron Emission Tomography (PET), een in vivo beeldvormingstechniek, is een zeer krachtige tool om: (1) de verschillende stadia van een ziekteverloop op te volgen (2) de menselijke biologie te bestuderen (3) de in vivo eigenschappen van nieuwe geneesmiddelen te onderzoeken en op te volgen gedurende (pre)klinische trials. Deze techniek is kwantitatief en zeer gevoelig en bovendien niet invasief. Dit laatste is een zeer groot voordeel bij de beeldvorming van de hersenen. Radiotracers worden onderzocht om biologische doelwitten zoals receptors , enzymes of tumor te bestuderen. In de literatuur worden tot op heden geen radiotracers beschreven voor PDE7 beeldvorming. Vertrekkende vanuit bestaande PDE7 inhibitoren zullen we nieuwe verbindingen synthetiseren en deze met 11C labelen. De nieuwe radiotracers zullen in muizen geïnjecteerd worden om zo te bepalen of zij geschikt zijn om PDE7 in de hersenen te kwantificeren. Organisaties: • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • David Thomae
Ontwikkeling, synthese en evaluatie van nieuwe potente radioliganden voor beeldvorming van PDE7 en de rol van PDE7 in neurologische aandoeningen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Moleculaire beeldvorming, Pathologie, Radiotherapie & Oncologie (MIPRO)
Onderzoekers: • Koen Augustyns • Sigrid Stroobants • Steven Staelens • David Thomae
Ontwikkeling strategische visie economisch beleid Provincie Antwerpen. Universiteit Antwerpen Abstract: Traditioneel kan de provincie Antwerpen bogen op een aantal sectoren die gelden als economische sterkhouders. Met name de haven, de chemische sector, de diamantsector, de logistiek en tot voor kort de auto-industrie. Niettemin moeten we vaststellen dat een aantal sterkhouders die titel niet echt meer verdient. Het onderzoeksprogamma moet leiden naar een strategische visie waarin wordt afgebakend wat de economische speerpuntsectoren voor de Antwerpse toekomst zijn. Vanuit een grondige economische analyse van de Antwerpse economie en het bestaande Antwerpse economisch beleid worden de sterktes en zwaktes van de Provincie Antwerpen geïdentificeerd. Het economisch beleid van de Provincie Antwerpen positioneert zich binnen een zeer complex landschap van actoren en beleid. Deze complexiteit wordt onder meer gecreëerd door de verhouding tussen de verschillende provinciale departementen en instellingen, een steeds meer doorgedreven multi-level governance, en de geografische omgeving. Deze fase tracht volgende vragen te beantwoorden: Welke keuzes heeft de Provincie Antwerpen gemaakt? Welke en hoeveel middelen worden ingezet voor welke acties? Wat is de effectiviteit van de acties? Wie zijn de actoren en partners? De volgende stap is om sectoren in kaart te brengen die binnen de Provincie Antwerpen een sterk groeipotentieel bezitten: welke sectoren zijn vandaag nog klein, maar hebben in de economische realiteit van morgen de grootste groeimarges? Het is de bedoeling in kaart te brengen welke evoluties en trends gaande zijn, en op basis daarvan de sectoren te identificeren die een groeipotentieel hebben in de Antwerpse regio. Een dergelijk inzicht garandeert een duurzamere uitbouw van de economische positie van Antwerpen. Deze strategische groeisectoren kunnen enerzijds voortbouwen op lopende initiatieven bijvoorbeeld rond detailhandel, innovatie & technologie en logistiek. Anderzijds moet er ook aan innovaties binnen het beleid worden gewerkt. Indien er een beter zicht is op welke de speerpuntsectoren van morgen zijn, wordt het mogelijk om via het provinciale economisch beleid deze sectoren extra ontwikkelingskansen te bieden én een voorsprong uit te bouwen ten aanzien van andere regio's. De laatste fase zal dan ook bestaan uit het maken van een vernieuwd economisch beleid voor de Provincie Antwerpen: Welke acties, programma's, middelen zijn nodig in welke sectoren en regio's? Organisaties: • Transport en ruimtelijke economie
Onderzoekers: • Paul Matthyssens • Ann Verhetsel
Ontwikkeling strategische visie economisch beleid Provincie Antwerpen. Universiteit Antwerpen Abstract: Traditioneel kan de provincie Antwerpen bogen op een aantal sectoren die gelden als economische sterkhouders. Met name de haven, de chemische sector, de diamantsector, de logistiek en tot voor kort de auto-industrie. Niettemin moeten we vaststellen dat een aantal sterkhouders die titel niet echt meer verdient. Het onderzoeksprogamma moet leiden naar een strategische visie waarin wordt afgebakend wat de economische speerpuntsectoren voor de Antwerpse toekomst zijn. Vanuit een grondige economische analyse van de Antwerpse economie en het bestaande Antwerpse economisch beleid worden de sterktes en zwaktes van de Provincie Antwerpen geïdentificeerd. Het economisch beleid van de Provincie Antwerpen positioneert zich binnen een zeer complex landschap van actoren en beleid. Deze complexiteit wordt onder meer gecreëerd door de verhouding tussen de verschillende provinciale departementen en instellingen, een steeds meer doorgedreven multi-level governance, en de geografische omgeving. Deze fase tracht volgende vragen te beantwoorden: Welke keuzes heeft de Provincie Antwerpen gemaakt? Welke en hoeveel middelen worden ingezet voor welke acties? Wat is de effectiviteit van de acties? Wie zijn de actoren en partners? Organisaties: • Transport en ruimtelijke economie
Onderzoekers: • Ann Verhetsel
Ontwikkelingsstoornis/Leerstoornissen Universiteit Gent Abstract: Deze associatieonderzoeksgroep wil translationeel onderzoek doen vanuit interdisciplinair perspectief. Het betreft onderzoek naar 1. comorbiditeit van dyscalculie, dyslexie, DCD en ADHD in vlaanderen, 2. prodomen van leerstoornissen op jonge leeftijd, 3. kenmerken en diagnostiek van leerstoornissen op volwassen leeftijd, 4. en naar de impact, sterke en zwakke punten van personen met leerstoornissen Organisaties: • Vakgroep Experimenteel-klinische en gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Anne Desoete
Ontwikkelingsstabiliteit als maat voor individuele kwaliteit bij de Koolmees (Parus major) : een challenge experiment. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project beoogt een bijdrage te leveren tot de kennis over de relatie tussen ontwikkelingsstabiliteit en individuele kwaliteit. Dit gebeurt a.h.v. een experimentele studie naar de stressgevoeligheid van verschillende kenmerken en ontwikkelingsstadia. Hiertoe worden individuele Koolmezen onderworpen aan een milde stressbehandeling (zogenaamd `challenge experiment'), welk erop gericht is het bufferend vermogen tijdens de ontogenie te verlagen (wat zich manifesteert in een verhoogde mate van fluctuerende asymmetrie) evenwel zonder rechtstreeks op fitness in te werken. Dit laat ons toe om de mate van asymmetrie van verschillende kenmerken te vergelijken bij vergelijkbare omgevingsstress, en om asymmetrische ontwikkeling (als maat voor ontwikkelingsstabiliteit) te relateren aan individuele fitness. Veronderstelde stresseffecten worden gevalideerd aan de hand van een onafhankelijke biologische dataset (fysiologische respons variabelen). Organisaties: • Dierenecologie • Dierenecologie
Onderzoekers: • Erik Matthysen • Luc Lens
Ontwikkelingsstabiliteit als maat voor individuele kwaliteit bij de koolmees (Parus major): een challenge experiment. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkelingsstabiliteit als maat voor individuele kwaliteit bij de koolmees (Parus major): een challenge experiment. Organisaties: • ECOFYSIOLOGIE EN BIOCHEMIE • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust
Ontwikkelingssamenwerking: een wereldwijd debat Universiteit Gent Abstract: Deze debattencyclus bestaat uit 6 debatten: 1. Voorbij Kyoto: wat denkt het Zuiden? 2. Afrikaanse literatuur 3. Gendergelijkheid en ontwikkeling 4. Het hoe en wat van de verzoening in Afrika - met als case study Zuid-Afrika 5. Rising elephants 6. Obesitas and malnutrition: the double burden for the poor Organisaties: • Directie Onderzoeksaangelegendheden
Onderzoekers: • Dirk De Craemer
Ontwikkelingsproject voor een vakmentorenopleiding secundair onderwijs. Universiteit Antwerpen Abstract: Met de decretale uitbreiding van de praktijkcomponent voelen vakmentoren zich niet altijd voldoende onderlegd om hun toegenomen verantwoordelijkheid op te nemen. Tegelijk neemt de bezorgdheid van de opleiders toe over de kwaliteit van de mentorenbegeleiding als gevolg van de schaalvergroting van de samenwerkingsverbanden. In dit project wordt nagegaan of het mogelijk en wenselijk is een innovatieve mentorenopleiding te ontwikkelen op maat van alle actoren (vakmentoren, opleiders, studenten en instellingen) betrokken bij de opleiding van leraren voor het secundair onderwijs. Organisaties: • Didactica
Onderzoekers: • Jozef Colpaert • Wil Meeus
Ontwikkeling software ACLIPS (onbepaalde duur, nu gesteld tot 2004). Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling software ACLIPS (onbepaalde duur, nu gesteld tot 2004). Organisaties: • VAKGROEP MILIEU, TECHNOLOGIE EN MANAGEMENT • Engineering Management
Onderzoekers: • Nico Vandaele
Ontwikkelingsmanifestaties Van "Oddity": Inhoud, Structuur, En Relevantie Universiteit Gent Abstract: Huidig onderzoeksproject zal het terrein van 'bizarre' kinderpsychiatrische symptomen op theoretische en empirische wijze in kaart brengen in functie van een integratie met een dimensionele, kindspecifieke taxonomie ter beschrijving van persoonlijheidsgerelateerde pathologie op jonge leeftijd. De predictieve validiteit van deze symptomen op jonge leeftijd. De predictieve validiteit van deze symptomen op jonge leeftijd voor later dysfunctioneren zal worden onderzocht over groepen heen. Implicaties voor DSM5 zullen worden geëxploreerd. Organisaties: • Vakgroep Ontwikkelings-, persoonlijkheids- en sociale psychologie
Onderzoekers: • Barbara De Clercq
Ontwikkeling simulatietool elektrische straddle carrier in het kader van IWT haalbaarheidstudie Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' PSA Antwerp NV' hebben voor het project ' Ontwikkeling simulatietool elektrische straddle carrier in het kader van IWT haalbaarheidstdie' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Noshin OMAR • PETER VAN DEN BOSSCHE
Ontwikkelingsbiologisch engineeren van botweefsel. KU Leuven Abstract: Het doel van bot weefsel engineering is het herstellen van niet-helendebotdefecten door lokale en/of systemische regeneratie mechanismen. De huidige strategie, gebruikt tijdens de laatste twee decades, focustop het zaaien van embryonale, mesenchymale of progenitor cellen op biocompatibele draagstructuren, soms in combinatie met groeifactoren. Helaas heeft deze strategie tot op heden slechts geleid tot beperkte botvorming met onvoorspelbaren klinische resultaten. In dit project stellen we een innovatieve strategie voor die als doel heeft de fysiologische botvormingsprocesses nauwgezetter te imiteren, namelijk hetontwikkelingsbiologisch engineeren. In deze strategie zullen robustebotvormingseenheden, die of een intramembraneuze of een endochondrale pathway volgen, op een intelligente manier geassembleerd worden in een macrodraagstructuur en in vitro geproduceerd worden met behulp van modulaire kweekprotocols alvorens in vivo geimplantateerd te worden. De voorgestelde macrodraagstructuur, Organisaties: • Skeletale Biologie en Engineering
Onderzoekers: • Frank Luyten • Jan Schrooten • Inge Holsbeeks • Gertrudis Carmeliet • Hans Van Oosterwyck • Liesbet Geris • Maarten Moesen • Greet Kerckhofs • Scott Roberts
Ontwikkelingsbiologisch engineeren. KU Leuven Abstract: Het doel van bot weefsel engineering is het herstellen van niet-helendebotdefecten door stimulatie van lokale en/of systemische regeneratie mechanismen. In dit project M2BONE stellen we een innovatieve strategie voor die als doel heeft de fysiologische botvormingsprocessen nauwgezet te imiteren. In deze strategie zullen robuste botvormingseenheden, die of een intramembraneuze of een endochondrale weg volgen, op een intelligente manier geassembleerd worden in een macrodraagstructuur en in vitro geproduceerd worden met behulp van modulaire kweekprotocols alvorens in vivo geimplantateerd te worden. De voorgestelde macrodraagstructuur, ontworpen om massatransport te verbeteren, zal zorgen voor initiële botvorming in de individuele eenheden en vervolgens voor het opwekken van de interactie tussen de eenheden. Verschillende typesbotvormingseenheden zullen gecombineerd worden. Robuustheid enmodulariteit van de voorgestelde productieprotocols zijn essentiële aspecten en voordelen van deze Organisaties: • Skeletale Biologie en Engineering
Onderzoekers: • Johan Lammens • Jean-Marie Aerts • Frank Luyten • Jan Schrooten • Gertrudis Carmeliet • Hans Van Oosterwyck • Liesbet Geris
Ontwikkeling prototype "Proteus"-episode (Digital Ulysses). Universiteit Antwerpen Abstract: De ontwikkeling van een elektronisch prototype van 1 hoofdstuk van James Joyces Ulysses (hoofdstuk 3, `Proteus') met drie leesteksten, mogelijkheid tot collatie, tekstgenetisch onderzoek, facsimiles, topografische en lineaire transcripties (in XML) van alle beschikbare manuscripten, een search engine en multimediale annotaties. Organisaties: • Literatuurwetenschap • Literatuur van de moderniteit
Onderzoekers: • Dirk Van Hulle
Ontwikkeling , monitoring en voorspelling van gekoppelde Interacties in Materiële Duurzaamheidstesten - onderdeel van het programma maDurOS : Materiaal Duurzaamheid voor offshore Universiteit Gent Abstract: Dit project werd ingediend binnen het SIM programma "Material Durability for Off-Shore(MaDurOS)", met als industriële partners OCAS (voördinator), Allard, ArcelorMittal, Bekaert, DEME, Elsyca, G & G, Jan De Nul, Laborecel, Metalogic en Vincotte, en als academische partners KULeuven, UGent, VUB, Sirris en BIL. In een off-shore omgeving wordt een materiaal gelijktijdig blootgesteld aan verschillende degradatiemechanismen: corrosieve omgeving, vermoeiingsbelasting en abrasieve condities. Door een gebrek aan kennis over de gecombineerde werking van de mechanismen en het gebrek aan testinfrastructuur die toelaat op grote schaal en onder realistische omstandigheden materialen en structuren te valideren, is de off-shore industrie vandaag verplicht om over consercatieve veiligheidsfactoren te hanteren en is het beschikbare gecertificeerde materialenpallet beperkt, wat leidt tot hog infrastructuur-, service- en operationele kosten. Het MaDurOS programma wil deze problemen aanpakken om de competitieve positie van Vlaanderen in de off-shore industrie te waarborgen. Voorliggend SBO project is het eerste project dat binnen MaDurOS ingediend wordt en focust op de modellering van de schademechanismen.
Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie • Vakgroep Toegepaste Materiaalwetenschappen
Onderzoekers: • Patrick De Baets • Wim De Waele • Kim Verbeken • Dirk Vanderschueren
Ontwikkeling methodiek competentiebepaling werkplekleren. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project vertrekt vanuit een theoretisch raamwerk dat de integratieve componenten van de ontwikkeling van beroeps- en professionele expertise beschrijft en heeft de ontwikkeling van een methodiek van competentiebepaling voor werkplekleren tot doel. Het onderzoek loopt in verschillende fasen. In een eerste fase wordt het analysekader verder uitgewerkt. Een tweede fase bestaat uit een opportuniteitsonderzoek en een oplijsting en analyse van voorbeeldmaterialen. In een laatste fase wordt de methodologie uitgewerkt Organisaties: • EduBROn
Onderzoekers: • Vincent Donche • David Gijbels • Piet Van den Bossche
Ontwikkeling, implementatie en toepassing van het ontwerp van moleculen met optimale eigenschappen binnen het kader van conceptuele "Density Functional Theory". Vrije Universiteit Brussel Abstract: So far, most theoretical research has been limited to compute, explain and/or predict properties or reactivity of certain molecules. The aim of this project is exactly the opposite: it uses the computation of certain reactivity indices to design molecules with optimal properties and/or reactivity. The procedure consists of optimizing a nuclear-electron interaction potential v(r) that generates a molecular system (by constructing v(r) from a linear combination of atomic potentials, LCAP) with desired properties. This potential is determined by the position and type of the atoms that constitute the system. By choosing a number of sites and by linking with each site a set of possible atoms or functional groups, the coefficients of the LCAP can be varied and optimized through the minimization or maximization of our target property w.r.t. these coefficients. Finally the optimized coefficients are evaluated by constraining the nuclear charges to integer values. The first step of this project is the implementation and testing of this procedure. Next, it will be applied in more challenging problems, like finding stable singlet biradicals, searching new organic 1t-radical crystals with conducting properties and improving the interaction between polymers and carbon nanotubes without altering the mechanical and conducting properties of the latter Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • PAUL GEERLINGS • FREIJA DE VLEESCHOUWER
Ontwikkeling, implementatie en toepassing van een nieuwe berekeningsmethodologie van functionaalafgeleiden in het kader van de conceptuele DFT. Vrije Universiteit Brussel Abstract: "Density Functional Theory" (DFT) is tegenwoordig een alom gebruikt formalisme binnen de kwantumchemie. Deze theorie is gestoeld op de Hohenberg-Kohntheorema's die toelaten de grondtoestandselektronendichtheid p(r) als fundamentele variabele aan te wenden in plaats van de in de kwantummechanica doorgaans gebruikte golffunctie !. De toepassing van DFT situeert zich in twee complementaire domeinen: de computationele en de conceptuele DFT. In de computationele DFT worden atomaire en moleculaire eigenschappen berekend op basis van een variationeel principe voor p(r), dat praktisch resulteert in de Kohn-Shamorbitaalvergelijkingen. De enige onbekende in deze vergelijkingen is de zogenaamde exchange-correlatiefunctionaal EXC[p]. Accurate benaderingen van deze functionaal laten toe resultaten van vergelijkbare kwaliteit als via de meer traditionele gecorreleerde ab initio methoden te genereren, maar met een geringere computationele kost. De conceptuele DFT creëert een theoretisch kader voor concepten als elektronegativiteit, hardheid, zachtheid en "frontier molecular orbital"-reactiviteitsindices van Fukui die reeds geruime tijd door chemici worden gehanteerd. Centraal staat de idee dat de respons van een elektronisch systeem op storingen in het elektronenaantal N en de externe potentiaal v(r) (i.e. de potentiaal t.g.v. de kernen) chemisch relevante informatie verschaft. De identificatie van chemische concepten met afgeleiden naar N en functionaalafgeleiden naar v(r) laat hun berekening vanaf eerste principes toe. Tot nu toe worden bijna uitsluitend de afgeleiden naar N beschouwd, gezien daar eenvoudige "finite difference"-uitdrukkingen voor bestaan. Zo kan de Fukuifunctie [formula] bepaald worden als: [formula] en [formula], waar pN+1, pN en pN-1 de elektronendichtheden zijn van respectievelijk de (N+1)-, N- en (N-1)-elektronsystemen en waar ! en ! de rechter- en linkerafgeleiden voorstellen. Het feit dat een "finite difference"-methodologie slechts benaderend is bij gebruik van een benaderde EXC[p] en dat de noodzakelijke berekening van de meeste (N+1)-systemen moeilijk uitvoerbaar is gezien hun metastabiliteit heeft ons ertoe aangezet de mogelijkheid tot berekening van de functionaalafgeleiden naar v(r) in dit project te exploreren. Recentelijk werd in de Eenheid Algemene Chemie in samenwerking met Prof. P. W. Ayers (McMaster University, Hamilton, Canada) een nieuwe berekeningsmethodologie voor functionaalafgeleiden van het type [formula] van een grootheid q naar de externe potentiaal v(r) ontwikkeld. De centrale idee is de functie Q(r) in een basisset te ontwikkelen en de ontwikkelingscoëfficiënten te bepalen op basis van de responsen van q[v] op storingen in v(r), die we modelleren door willekeurig geplaatste puntladingen. We kunnen immers volgende eerste orde uitdrukking afleiden: [formula], met ie[1,2,...,P] en waar wi de storingen van de externe potentiaal zijn, dj de ontwikkelingscoëfficiënten en Bj(r) de basisfuncties. Wanneer het aantal storingen P groot genoeg wordt gekozen, kan dit stelsel vergelijkingen worden opgelost via een kleinste kwadraten fitting indien voor elke storing de respons in q bepaald kan worden. In eerste instantie leggen we ons toe op de berekening van de Fukuifunctie, die eveneens gedefinieerd is als de verandering van de chemische potentiaal [formula]. De rechter- en linkerafgeleiden worden respectievelijk aangewend om de regioselectiviteit t.a.v. een nucleofiele en een elektrofiele aanval te beschrijven. In de licentiaatsverhandeling werden als eerste aanzet gecondenseerde Fukuifuncties berekend voor de reactiviteitsbeschrijving van een aantal klassieke systemen, waaronder de elektrofiele aanval op monogesubstitueerde benzenen. Door als ontwikkelingsfuncties [formula] op de kernen gecenterde Dirac-d- functies te kiezen, werden resultaten van hoge kwaliteit bekomen. We wensen de methodologie nu eerst en vooral uit te breiden naar de bepaling van de lokale Fukuifuncties, die een veel fijner beeld verschaffen omtrent de reactieve regio's van het molecule. De keuze en/of ontwikkeling van geschikte basisfuncties zal hier een primordiale rol spelen. Voor de beschrijving van elektronische systemen met een oneven aantal elektronen zal een module voor de berekening van de spin-gepolariseerde DFT-descriptoren geïmplementeerd moeten worden. Voor de Fukuifunctie kunnen er dan o.a. volgende varianten gedefinieerd worden: [formula] en [formula] , waar [formula] de elektronische chemische potentiaal, [formula] de spinpotentiaal en NS =Na-Nb het spingetal voorstellen. We zullen deze nieuwe descriptoren toepassen in de beschrijving van de singlet-tripletovergangen in een reeks nitrenen (NX) en fosfinidenen (PX) (met X = H, Li, F, Cl, OH, SH, NH2 en PH2 ) en deze resultaten vergelijken met een voorgaande studie uit de onderzoeksgroep. Na de behandeling van functionaalafgeleiden van de chemische potentiaal !, zullen we ons richten op de functionaalafgeleide [formula] van de
chemische hardheid !. Deze derde orde energieafgeleide werd onlangs voorgesteld als een "duale descriptor" die simultaan de elektrofiele en nucleofiele regio's van een molecule kan onderscheiden en in sommige gevallen als een beter alternatief voor de Fukuifunctie aangewend kan worden. De regioselectiviteit van de Diels-Aldercycloadditie zal als directe toepassing worden aangewend. Onze methodologie kan derwijze geconfronteerd worden met vroegere studies. Tot hiertoe hebben we enkel functionaalafgeleiden van globale grootheden behandeld. De veralgemening naar functionaalafgeleiden van lokale functies, zoals p(r), is een uitdaging bij uitstek. De bepaling van de lineaire responsfunctie [formula] opent immers de weg naar de zachtheids-"kernel" s(r, r ') via de uitdrukking [formula]. Hoewel s(r, r ') beschouwd kan worden als een fundamentele descriptor gezien zijn inversie leidt tot de hardheids-"kernel" [formula], die op zijn beurt de lokale en globale hardheid bepaalt, wordt een daadwerkelijke berekening niet teruggevonden in de literatuur omwille van de complexiteit van de voorgestelde uitdrukkingen. Het feit dat onze perturbatieve methodologie ook tot deze functies aanleiding kan geven is van een groot fundamenteel belang. We stellen tot slot een alternatieve manier voor om een soort gecondenseerde [formula] te bepalen, geïnspireerd op recent werk van von Lilienfeld die een zogenaamde alchemische potentiaal [formula] definieert. Wanneer we p(r) benaderen door de atomaire populaties Ni en v(r') door de kernladingen Zj, kunnen we immers een gecondenseerde, lineaire responsmatrix [formula] berekenen door de grootte van de kernladingen te storen. We zullen dan een aantal klassieke systemen behandelen die reeds veelvuldig gebruikt zijn in de studie van reactiviteitsdescriptoren, zoals H2O, NH3, COH2 , carbonylverbindingen en gesubstitueerde benzenen. De relevantie van de lineaire responsmatrix en de gerelateerde zachtheids- en hardheidsmatrices kan dan worden ingeschat d.m.v. een vergelijking met de resultaten volgend uit de perturbatieve methode. Parallel met deze uitbreidings- en optimalisatiefasen van de methodologie zullen we een studie uitvoeren omtrent de reactiviteit van oppervlakken. De methode leent zich immers perfect tot de behandeling van omvangrijke systemen gezien we ons kunnen beperken tot de berekening van uitsluitend de relevante regio's door enkel daar storingen te plaatsen. In de literatuur worden descriptoren die gebaseerd zijn op de "density of states" [formula] en zijn lokale analoog [formula] gebruikt voor de beschrijving van oneindige systemen. Oppervlakken komen echter nauwelijks aan bod binnen het kader van de conceptuele DFT. Wij zullen de reactiviteit van de in de katalyse belangrijke aardalkalimetaaloxiden analyseren door een clustermodel van het oppervlak te beschouwen, waarbij we de storingen in het centrale gedeelte zullen aanbrengen om randeffecten te minimaliseren. Onze perturbatieve methodologie laat dan toe het hele spectrum aan eigenschappen op een uniforme wijze te berekenen. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • PAUL GEERLINGS
Ontwikkeling, implementatie en evaluatie van een gespreksmodel over spiritualiteit bij palliatieve kankerpatiënten in Vlaanderen. KU Leuven Abstract: The World Health Organization, in defining palliative care, combines control of pain and other symptoms with psychological, social, and spiritual care. Professional caregivers, and general practitioners in particular, often lack knowledge, attitudes and skills to talk about spiritualityat the end of life. The aim of this project is to evaluate if an existing communication model, the diamond model, can help general practitioners and nurses to talk about spirituality with their palliative patients. Caregivers will use the diamond model in palliative home care, in the pilot study followed by a semistructured interview about their experiences. Then a larger study will be set up to evaluate the use of the diamond model by means of surveys. Organisaties: • Acad. Centr. voor Huisartsgeneeskunde
Onderzoekers: • Bert Aertgeerts • Jan De Lepeleire • Emmanuël Keirse
Ontwikkeling, implementatie en evaluatie van een beslissingshulp voor vroegtijdige opsporing van prostaatkanker in Vlaanderen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Acad. Centr. voor Huisartsgeneeskunde
Onderzoekers: • Chantal Van Audenhove • Hendrik Van Poppel • Annelies Engelen
Ontwikkeling, implementatie en effectenonderzoek van een online impliciete cognitieve training voor de behandeling (zelfhulp en actieve behandeling) van mensen met een verslaving aan geld- en kansspelen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Nationale Loterij. UA levert aan de Nationale Loterij de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Kind-, Jeugd- en Volwassenpsychiatrie (CAPRI)
Onderzoekers: • Geert Dom
Ontwikkeling grondmechanische discrete elementen berekeningen op GPU Universiteit Gent Abstract: Ontwikkelingen in de grafische kaarten van computers (GPU) hebben er toe geleid dat deze tegenwoordig aanzienlijk meer rekenkracht hebben dan de centrale rekeneenheid van de computer (CPU) zelf. Dit project beoogt die rekenkracht te gebruiken voor het uitvoeren van grondmechanische berekeningen met discrete elementen door aanpassingen op bestaande software oorspronkelijk ontwikkeld voor de gamingindustrie. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Adam Bezuijen
Ontwikkeling geïntegreerde programeervaardigheden voor toegepaste biologische wetenschappen.nbsp; KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Bodem- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Erik Smolders
Ontwikkeling, farmakokinetische, in-vitro en in-vivo evaluatie van 'multi-component' direct gecoate endovasculaire stents. Universiteit Antwerpen Abstract: Het optreden van in-stent restenose is een beperking van de percutane behandelingstechnieken van coronaire atheromatose. Dit project is gericht op de ontwikkeling van 'enkelvoudige' en 'meervoudige' direct bedekte, farmaca afgevende coronaire stents. Selectieve modulatie van oxidatieve stress, gladde spiercelmigratie en proliferatie, en endotheelcelregeneratie door enkelvoudige of combinaties van locaal via stent toegediende molecules worden met dit doel onderzocht. Het project omvat zowel materiaalkundige, farmacokinetische als in-vitro en in-vivo biologisch onderzoek. Organisaties: • Cardiologie • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Johan Bosmans • Christiaan Vrints
Ontwikkeling evaluatiemethodiek ten behoeve van de systeemmonitoring Schelde estuarium. Universiteit Antwerpen Abstract: In de Ontwikkelingsschets-2010 Schelde-estuarium (OS2010) van 11 maart 2005 zijn door de Nederlandse en Vlaamse regering besluiten genomen betreffende de uitvoering van een groot aantal projecten in het Schelde-estuarium. Voor de projecten op het gebied van veiligheid tegen overstromen, toegankelijkheid en natuurlijkheid zijn specifieke besluiten genomen voor het uitvoeren van monitoring. In het kader van het verdrag over Gemeenschappelijk Beleid en Beheer werd vervolgens besloten om te komen tot één gezamenlijk monitoringprogramma. In deze studie wordt een evaluatiemethode opgesteld voor dit monitoringsprogramma. Definitie evaluatiemethodiek: hoe moeten de gegevens van de Vlaams-Nederlandse systeemmonitoring Schelde-estuarium verwerkt worden tot resultaten die een antwoord geven op of een bijdrage leveren aan de (maatschappelijke) vragen van beleid, beheer, belanghebbende en betrokkenen bij het Schelde-estuarium. De evaluatiemethodiek zal uiteindelijk bestaan uit een combinatie van modellen, andere methodieken als statistiek en experten oordeel. Gezien de complexheid van de materie, de nodige helderheid voor de procesgang en vanuit ervaringen met MOVE is verder besloten nu al een evaluatiemethodiek voor het toekomstige monitoringprogramma op te stellen. Deze methodiek moet door Nederland en Vlaanderen worden gedragen. Het monitoring programma van 10 oktober 2008 is uitgangspunt voor de evaluatiemethodiek. Met de methodiek zal om de 6 jaar een evaluatie van het functioneren van het hele systeem Schelde-estuarium worden uitgevoerd. Opdrachtgever voor de ontwikkeling van de evaluatiemethodiek is de Vlaams - Nederlandse Schelde Commissie (VNSC), vertegenwoordigd door de Stuurgroep O&M. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
Ontwikkeling, evaluatie en optimisatie van oculaire artsenijvormen voor de behandeling van droge ogen en aandoeningen ter hoogte van de retina. Universiteit Antwerpen Abstract: Er worden diverse oculaire dragersystemen ontwikkeld, in vitro en ex vivo gekarakteriseerd en in vivo geëvalueerd. Vooreerst wordt het peptide cyclosporine gekozen als geneesmiddel. Daarna wordt de meest beloftevolle formulatie verder ontwikkeld voor retinale doeleinden met een specifiek peptide. Organisaties: • Laboratorium voor Farmaceutische Technologie en Biofarmacie
Onderzoekers: • Annick Ludwig • Wim Weyenberg
Ontwikkeling en wereldwijde toepassing van een mechanistische bodem koolstofmodel (FWO Vis.Fel., Bertrand GUENET, Frankrijk). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Ivan Janssens
Ontwikkeling en wereldwijde toepassing van een mechanistische bodem koolstof model. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Ivan Janssens
Ontwikkeling en valorisatie van nieuwe methodologieën voor in vivo beeldvorming in kleine proefdiermodellen. KU Leuven Abstract: In-vivo en/of in-situ beeldvorming in kleine proefdiermodellen van de humane (patho)fysiologie met behulp van intra-vitale microscopie en moleculaire beeldvorming biedt de mogelijkheid om longitudinale studies uit te voeren in hetzelfde dier, wat nieuwe en nauwkeuriger informatie oplevert vergeleken met de traditionele, ex-vivo technieken. In-vivo beeldvorming, indien voldoende gevalideerd, wordt meer en meer belangrijk voor het ontrafelen van biologische processen in een brede waaier van biomedisch onderzoekstoepassingen, in het bijzonder de evaluatie van
nieuwe therapieën en medicijnontwikkeling. Het Molecular Small Animal Imaging Center(MoSAIC) van de K.U.Leuven wil nieuwe beeldvormingstechnieken ontwikkelen en valideren en deze beschikbaar stellen aan de onderzoeksgemeenschapen aan derden via zijn technologie- en kennisplatform. Dit project wil de onderzoeks- en valorisatie-objectieven van MoSAIC ondersteunen door het initiëren, coordineren en organiseren van technologie-transfer, Organisaties: • Afdeling ESAT - PSI
Onderzoekers: • Frederik Maes • Guy Bormans • Luc Mortelmans • Paul Suetens • Stefan Sunaert • Barbara Weyn
Ontwikkeling en validering van een carrièretransitiemodel en identificatie van variabelen van invloed op het beëindigen van de carrière bij elite atleten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar de carrière-beëindiging heeft niet alleen geleid tot het ontwikklen van diverse procesmatige "retirement" modellen maar ook tot het conceptualiseren van het carrière-einde als een "transitie" tussen twee ontwikkelingsfasen, eerder dan als een eindpunt in de ontwikkeling van het individu. In acht nemend dat er, in tegenstelling tot andere populaties, tot op heden relatief weinig systematisch en gestructureerd onderzoek werd verricht naar de carrièrebeëindiging bij professionele topsporters, stelt dit onderzoek zicht de volgende drie doelen: (a) het ontwikkelen en toetsen van een transitiemodel van het proces van topsportcarrière-einde, (b) het identificeren van variabelen (en hun samenhang) die van invloed zijn op de duur, de subjectieve perceptie en beleving, en de gevolgen van het topsportcarrière-einde, en (c) het door (a) topsporters in individuele sporten (Vrije Universiteit Brussel, topsportfederaties, topsportscholen, het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité) en (b) "significante anderen" (ouders, siblings, peers, trainers/coaches, partner ) zal bevraagd worden aan d ehand van een combinatie van kwantitatieve instrumenten en kwalitatieve technieken. Structural equation modeling zal gehanteerd worden om tot modeltoetsing te komen (zie onderzoeksdoel [a]). Organisaties: • Sportbeleid en -management
Onderzoekers: • PAUL WYLLEMAN
Ontwikkeling en validatie voedingsanamnese methodes in een klinische context. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Christophe Matthys
Ontwikkeling en validatie van zebravis epileptie aanvalmodellen voor geneesmiddelenontwikkeling KU Leuven Abstract: Tatiana Afrikanova 14.00 text-align:left;line-height:normal;mso-layout-grid-align:none;text-autospace:none" align="left">Calibri;mso-bidifont-family:Calibri;color:black">Validatie van dierenmodellenomvat een groot deel van succesvol geneesmiddelenonderzoek. In deze thesisbeschrijven we de ontwikkeling en validatie van in vivo modellen van epilepsieaanvallen in zebravis larven. text-align:left;lineheight:normal;mso-layout-grid-align:none;text-autospace:none" align="left">Calibri;mso-bidi-font-family:Calibri;color:black">De constructie van eendierenmodel voor neurologische aandoeningen bestaat uit verschillende stappenvan ontwikkeling en de systematische evaluatie van hun kwaliteit en relevantie.Gebaseerd op een hypothese van het verbandtussen verschillendehersenactiviteiten wordt een model ontwikkeld en getest. text-align:left;line-height:normal;mso-layout-grid-align:none;text-autospace:none" align="left">Calibri;mso-bidi-fontfamily:Calibri;color:black">Validatie van een model iseen Organisaties: • Moleculaire Bio-ontdekking
Onderzoekers: • Peter de Witte • Camila Esguerra • Tatiana Afrikanova
Ontwikkeling en validatie van signaalverwerkingstechnieken voor kwaliteitscontrole aan de hand van optische trillingsmetingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In talrijke werktuigkundige toepassingen is het trillingsgedrag in een groot aantal ruimtelijke locaties gewenst. Dit is in het bijzonder het geval wanneer trillingsmodevormen gebruikt worden om schade te detecteren in structuren. Inderdaad, kleine defecten (zoals delaminaties en scheuren) kunnen aanleiding geven tot gelocaliseerde veranderingen in een trillingspatroon. Een ideaal instrument om deze taak te volbrengen is het gebruk van de scanning laser Doppler vibrometer (SLDV). Omwille van een aantal moeilijkheden, die voorkomen bij het meten en verwerken van SLDV signalen in industriele omgevingen, zijn toepassingen van de scanning vibrometer veeleer beperkt tot laboratorium condities. De voormaamste beperkingen die een meer algemene toepassing van de SLDV in de weg staan zijn: -te veel (expert) gebruikers interactie is nodig om de metingen uit te voeren en te verwerken. -niet behandelde donkere (niet-reflecterende) oppervlakken kunnen aanleiding geven tot ruizige data met uitschieters. Klassieke algorithmen kunnen deze slechte kwaliteit gegevens niet adequaat verwerken. -De meettijd kan zeer hoog worden voor metingen waar een groot aantal ruimtelijke locaties moeten gemeten worden. -De rekentijd voor het verwerken van de grote hoeveelheid gegevens is typisch zeer hoog. Het doel van dit project is het ontwikkelen van signaalverwerkingstechnieken om voorgenoemde problemen te verhelpen. Organisaties: • Werktuigkunde
Onderzoekers: • STEVE VANLANDUIT
Ontwikkeling en validatie van signaalverwerkingstechnieken voor kwaliteitscontrole aan de hand van optische trillingen Vrije Universiteit Brussel
Abstract: 1. Doel van het post-doc project Full-field optische meettechieken zoals scanning laser Doppler vibrometrie, Moiré interferometrie en digitale beeldcorrelatie leveren een belangrijke bron van informatie in tal van toepassingsdomeinen zoals microelectronica, materiaalonderzoek, biomedische wetenschappen, etc. Het efficiënt en betrouwbaar verwerken van de beelden die opgemeten worden is echter vaak een zeer moeilijke taak. De hoeveelheid data is meestal zeer groot en de kwaliteit van de metingen is typisch vrij laag voor complexe toepassingen (vb. voor biologische structuren die maar weinig licht reflecteren). Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • STEVE VANLANDUIT
Ontwikkeling en validatie van omgekeerde fase vloeistofchromatografischemethoden voor zuiverheidscontrole van geselecteerde antibiotica KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Farmaceutische Analyse
Onderzoekers: • Erwin Adams • Getu Kahsay Weldu • Deirdre Cabooter
Ontwikkeling en validatie van modale analyse technieken voor falingsanalyse van micro electromechanische systemen (MEMS) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Door de recente ontwikkelingen op het gebied van micro electromechanische systemen (MEMS) wordt het meer en meer mogelijk complexe geintegreerde systemen te ontwikkelen op zeer kleine schaal. Een zeer belangrijke factor in het succesvol uitvoeren van deze systemen is de mate waarin de componenten en systemen falen. In dit project wordt een methodologie ontwikkeld om de faling van micro systemen te onderzoeken op basis van optische trillingsmetingen. Om een nauwkeurige detectie en localisatie van de falende componenten toe te laten is het gebruik van meetinstrumenten met een hoge ruimtelijke resolutie onontbeerlijk. Een ideaal instrument om deze taak te volbrengen is de scanning laser Doppler vibrometer (SLDV). In dit project wordt een raamwerk van systeem identificatie technieken ontwikkeld, die de schade detectie en localisatie in MEMS toelaat. Organisaties: • Werktuigkunde
Onderzoekers: • STEVE VANLANDUIT
Ontwikkeling en validatie van microarrays afgeleide biomerkers in ecologisch relevante blootstellingsscenario's voor de karper. Universiteit Antwerpen Abstract: In het onderzoeksproject zal een microarray-afgeleide moleculaire biomerker ontwikkeled worden voor micropolluenten in de karper (Cyprinus carpio) en zullen de geselecteerde biomerkergenen gevaildeerd worden onder complexe ecologisch relevante condities. Dergelijke biomerkergenen dienen te voldoen aan verschillende criteria om van waarde te zijn in milieurisicoevaluatie. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Philippe Jorens • Lieven Bervoets • Dries Knapen • Karlijn Van der Ven • Adrian Covaci
Ontwikkeling en validatie van methodes die de complexiteit voor gebruikers en aanbieders reduceren aan de hand van personalisatiealgoritmes, het gebruik van sociale netwerken en gebruikerscontexten Universiteit Gent Abstract: Door het enorme aanbod van audiovisueel materiaal op het internet en via TV-uitzendingen, is er nood aan nieuwe instrumenten die gebruikers assisteren bij hun keuze. Dit onderzoek behandeld personalisatiesystemen die audiovisueel materiaal aanbevelen op basis van het gebruikersprofiel. Extra deminesies om aanbevelingen te verfijnen zijn: het tijdstip van de dag, locatie, activiteit van de gebruiker, populariteit van het audiovisueel materiaal, ? Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Luc Martens
Ontwikkeling en validatie van hybride substructureringstechnieken voor akoestische simulaties Universiteit Gent Abstract: Gedetailleerde numerieke simulatie van geluidspropagatie wordt steeds belangrijker. Ondanks de stijgende groei aan rekenkracht, blijven dergelijke rekenmethodes beperkt in hun toepassingen. Vaak zijn efficiëntere/eenvoudigere methodes toepasbaar in verschillende deelgebieden van een simulatieruimte. Oplossingen voor problemen gepaard gaande met dergelijke hybride modellen worden onderzocht, zoals geschikte randvoorwaarden of overgangslagen, efficiënte en automatische opsplitsing van de simulatieruimte e.d. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Dick Botteldooren
Ontwikkeling en validatie van fingerprint chromatogrammen voor medicinale kruiden. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het project handelt omtrent de kwaliteitscontrole van fytotherapeutisch materiaal, meer specifiek, (Chinese) kruiden. Het pobleem situeert zich bij het gebrek aan controle van deze preparaten, grotendeels te wijten aan de complexiteit van hun chemische samenstelling, waardoor het vaak onmogelijk is om alle actieve stoffen te identificeren. De aanpak die momenteel het meest geschikt is voor de identificatie en kwalificatie van (medicinale) kruiden, is de fingerprint chromatografische technologie.
Het objectief van het onderzoek omvat in eerste instantie het definiëren van een methodologie die toelaat om op een snelle en efficiënte manier fingerprints voor medicinale (Chinese) kruiden te ontwikkelen, de kwaliteit van de fingerprints te beoordelen, de verkregen data te verwerken en er de relevante informatie uit te extraheren. Dit laatste laat bv. toe om verschillende species van elkaar te onderscheiden of om de activiteit/toxiciteit van een kruid te linken aan de verkegen fingerprint. Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • NELE MATTHIJS • Yvan VANDER HEYDEN • JOHANNA VERBEKE • Goedele ALAERTS
Ontwikkeling en validatie van een prototype voor brein positron emissie tomografie (PET) beeldvorming van vrij bewegende wakkere proefdieren. Universiteit Antwerpen Abstract: Bij moleculaire beeldvorming van kleine proefdieren zal men typisch het te onderzoeken dier immobiliseren. Om stress te vermijden worden de dieren verdoofd. Helaas heeft de gebruikte anesthesie een grote impact op de fysiologie van het brein. Dit project heeft tot doel om een prototype te ontwikkelen voor het scannen van vrij bewegende wakkere dieren met positron emissie tomografie (PET) om zo de klinische praktijk, waar patiënten niet verdoofd worden tijdens de scan, beter na te bootsen. Organisaties: • Moleculaire beeldvorming, Pathologie, Radiotherapie & Oncologie (MIPRO)
Onderzoekers: • Steven Staelens • Jeroen Verhaeghe
Ontwikkeling en validatie van een point-of-care apparaat om anti-TNF concentraties op te volgen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • L_Farma_biol
Onderzoekers: • Jeroen Lammertyn • Ann Gils • Thierry Verbiest • Thomas Van Stappen
Ontwikkeling en validatie van een model gebaseerd op een verplaatsbaar 3D bewegingsanalysesysteem om rompfunctie en locomotie bij CVA-patiënten te meten. Universiteit Antwerpen Abstract: Biomechanische ganganalyses hebben bijgedragen tot de kennis van bewegingspatronen. Echter, bewegingsanalyse in revalidatiecentra, thuissituaties of buitenshuis zal de meerwaarde ervan verhogen. In dit project zullen we een model ontwikkelen dat 7 bewegingssensoren linkt om rompfunctie en locomotie te bestuderen. Vervolgens zal de betrouwbaarheid en validiteit van dit Xsens model worden nagegaan door vergelijking met een Vicon camera systeem. Organisaties: • Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie (REVAKI)
Onderzoekers: • Steven Truijen • Wim Saeys • Luc Vereeck
Ontwikkeling en validatie van een microtitreerplaat model voor de evaluatie van biociden tegen Staphylococcus aureus biofilms. Universiteit Antwerpen Abstract: Biofilms worden gedefinieerd als een gestructureerde populatie bacteriën, ingebed in een zelfgeproduceerde polymere matrix en vastgehecht aan een inert of levend oppervlak. Omdat biofilms een zeer hoge resistentie bezitten tegen biociden wordt een methode voor de detectie van Staphylococcus aureus biofilms ontwikkeld. Daarnaast worden verschillende bestaande en nieuwe biociden getest op hun capaciteit om biofilmgroei te inhiberen of bestaande biofilms te doden. Organisaties: • Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA) • Laboratorium voor Microbiologie, Parasitologie en Hygiëne (LMPH)
Onderzoekers: • Paul F R C M Cos
Ontwikkeling en validatie van een golfgebaseerde techniek voor voorwaartse en inverse simulatie van vibro-akoestische problemen met trimmateriaaldemping. KU Leuven Abstract: Zowel door de steeds scherper wordende wettelijke reglementeringen inzake geluidsemissie en menselijke blootstelling aan lawaai als omwille vanhun stijgend commercieel belang, nemen de akoestische eigenschappen vaneen product een steeds prominentere rol in naast de klassieke ontwerpcriteria zoals sterkte, stijfheid, massa, levensduur en energieconsumptie.Daarnaast zorgt de nood aan verhoogde energieefficiëntie in de transportsector voor een sterke toename aan lichtgewichtconstructies. Verminderd gewicht leidt echter doorgaans tot sterk verminderde absorptie en isolatie van trillingen en geluid. In de machine- en apparatenbouw moeten vaak omkastingen of voorzetwanden de vereiste geluidsafscherming realiseren. Ook deze dienen licht, maar zeker compact (dunwandig) te zijn. De vaak laag- tot middenfrequente excitatiebronnen in transport en machinebouw, gekoppeld aan de hoge menselijke gevoeligheid voor lawaai, vooral in het midden- tot hoogfrequente gebied, maken dat goede vibro-akoestisc Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Dirk Vandepitte • Wim Desmet • Stijn Jonckheere
Ontwikkeling en validatie van een gevoelige GC-MS/MS-methode voor dopeermiddelen. Universiteit Gent Abstract: Gevoelige GC-MS/MS methode Ontwikkeling en validatie van een gevoelige GC-MS/MS-methode voor dopeermiddelen. Vlaamse Regering - Ministerie van financiën, begroting, werk en Sport Organisaties: • Vakgroep Klinische biologie, microbiologie en immunologie
Onderzoekers: • Peter Van Eenoo
Ontwikkeling en validatie van een gehumaniseerd gistmodel voor Abeta42-geïnduceerde cytotoxiciteit. KU Leuven Abstract: Ondanks ernorme inzet van verschillende onderzoeksgroepen, is het vooralsnog onduidelijk hoe, en volgens welke moleculaire mechanismen, proteïne tau en de Ab peptieden gezamelijk bijdragen tot het verlies van neuronen bij de Ziekte van Alzheimer.nbsp;Volgens een recente hypothesezou intracellulaire oligomerisatie van Ab-peptieden aanleiding geven tot cytotoxiciteit en cellulaire stress en de activatie van stress-specifieke kinasen die op hun beurt zorgen voor hyper-fosforylatie en aggregatie van proteïne tau, met celdood als gevolg.nbsp;In dit project willen we deze hypothese onderzoeken aan de hand van zgn. gehumaniseerde gistmodellen, waarbij beide proteïnen in de bakkersgist Saccharomyces cerevisiae conditioneel tot expressie worden gebracht.nbsp;Deze strategie werd voordien reeds met succes toegepast om de toxiciteitsmechanismen van proteïnen betrokken bij de Ziekte van Parkinson en Huntington teontrafelen.nbsp; Organisaties: • L_Mol_celbio
Onderzoekers: • Joris Winderickx • Mathias Verduyckt
Ontwikkeling en validatie van een cognitief model voor assistentie besturingssystemen op kruispunten: Een benadering vanuit omgevingsbewustzijn. Universiteit Hasselt Abstract: Kruispunten behoren tot de gevaarlijkste locaties binnen een wegnetwerk. Dit verhoogde ongevalsrisico staat in verband met de verhoogde complexiteit van voertuigmaneuvers op kruispunten die vaak zowel longitudinale als laterale bewegingen omvatten. Opvallend is dat, in vergelijking met andere verkeersstromen op kruispunten, het links afslaand verkeer vaker betrokken is bij ongevallen. De bedoeling van het voorgestelde onderzoek is om een meer diepgaande blik te werpen op rijgedrag op kruispunten en het onderliggende cognitieve proces te modelleren, met een speciale focus op de links afslaande bestuurder. Linkse afslagbewegingen kunnen opgedeeld worden in verschillende fasen en in iedere fase zullen de onderliggende cognitieve operaties gemodelleerd worden. Gebaseerd op omgevingsbewustzijn theorie (i.e., een welbekend theoretisch kaderwerk binnen cognitieve- en ergonomische psychologie dat gebruikt wordt om mentale of cognitieve aspecten verbonden aan veilig rijden te bestuderen) zullen de verschillende cognitieve operaties systematisch worden beschreven, geïntegreerd, en gesimuleerd. De IMOB rijsimulator zal gebruikt worden om het voorgestelde cognitieve model te kalibreren en te valideren. Daartoe zullen test scenario's met kruispunten onder variërende situationele omstandigheden ontworpen worden en aangeboden aan een gevarieerd aantal test samples (i.e., jonge onervaren bestuurders, volwassenen, 65-plussers). Aldus zal de voornaamste uitkomst van dit onderzoek een theorie-gebaseerd en empirisch gevalideerd mathematisch model voor de cognitieve processen ter ondersteuning van (links afslaande) rijhandelingen op kruispunten zijn dat kan dienen als input voor de ontwikkeling van meer accurate Intelligente Transport Systemen (ITS). Organisaties: • Verkeersveiligheid • Verplaatsingsgedrag • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Tom BRIJS • Gerhard WETS • Kris BRIJS
Ontwikkeling en validatie van een biomarker om acute en laattijdige dysfagie en therapierespons te voorspellen bij hoofden hals kankerpatiënten behandeld met radio(chemo)therapie Universiteit Gent Abstract: Zware acute en chronische dysfagie (SAD en SCD) zijn respectievelijk bijwerkingen van radio(chemo)therapie voor hoofd- en hals kanker. Het project beoogt een verfijning en validatie van een SAD biomarker en ontwikkelen van een SCD biomarker, dewelke getest worden in preventieve therapeutische interventies. Beide biomarkers zijn samengesteld via multivariate logistische regressie, gebruik makend van predictorvariabelen, waarin de causale behandelinig en de susceptibiliteit van de individuele patiënt weerspiegeld zijn. Organisaties: • Vakgroep Radiotherapie en Experimenteel Kankeronderzoek
Onderzoekers: • Wilfried De Neve
Ontwikkeling en validatie van de passieve samplers Diffusive Gradients in dunne Films (DGT) als controlehulpprogramma's om metalen dynamiek en sediment te bestuderen - water interacties in een complexe riviersysteem zoals de rivier de Zenne. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwikkeling en validatie van de passieve samplers Diffusive verlopen in dunne Films (DGT) als controlehulpprogramma's om te studeren metalen dynamiek en sediment - water interacties in een complexe riviersysteem zoals de rivier de Zenne. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • MARC ELSKENS
Ontwikkeling en validatie van automatische methodes voor de beoordeling van de spraakkwaliteit van patiënten in behandeling en nazorg/revalidatie voor kanker in het hoofd- halsgebied Universiteit Gent Abstract: Dit project wil helpen de levenskwaliteit op lange termijn te verbeteren van patiënten in behandeling voor kanker in het hoofd-hallsgebied. Die patiënten ondervinden doorgaans moeilijkheden bij het spreken, en hebben spraakrevalidatie nodig. Door de ontwikkeling van nieuwe technieken voor de automatische beoordeling van spraakkwaliteit zal dit project een nieuw meetinstrument opleveren dat onontbeerlijk is voor de uitwerking van een efficiënte evidentiegebaseerde selectie en opvolging van de spraakrevalidatie. Gestimuleerd door hoopvolle resultaten die recen werden bereikt met de automatische beoordeling van spraakverstaanbaarheid, wil dit project de spraakanalyse verder verbeteren en verruimen, en tegelijk onderwerpen aan een grootschalige validatie door het klinisch werkveld. Dat laatste zal trouwen gebeuren met steun van twee klinische centra met ruime ervaring. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Jean Martens
Ontwikkeling en validatie van analysemethodes voor de bepaling van sporenconcentraties metalen in kunststoffen Universiteit Gent Abstract: Ontwikkeling van analysemethodes op basis van atoomabsorptiespectrometrie (AAS), ICP-optische emissiespectrometrie (ICPOES), Röntgenfluorescentiespectrometrie (XRF) en ICP-massaspectrometrie (ICPMS) voor de bepaling van (sporenconcentraties aan) metalen en metalloïden in kunststoffen. GEbruik van het vaste materiaal en diepteprofilering van gelaagde materialen met um resolutie. Gebruik van de ontwikkelde methodes in real-life toepassingen - bepaling van contaminanten, bewust toegevoegde elementen en katalysatorresten. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Frank Vanhaecke
Ontwikkeling en validatie van alternatieve methoden voor het vroegtijdig herkennen van Tuberculose bovine. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Jeroen Lammertyn
Ontwikkeling en toepassing van toekomstverkenningen voor industriële activiteiten. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit onderzoeksproject is: - ontwikkelen van methoden voor toekomstige studies om een duurzame industriële productie te bereiken. - toepassen van de ontwikkelde methoden op specifieke industriële productieprocessen. Organisaties: • Duurzame energie en luchtzuivering: DUeL
Onderzoekers: • Silvia Lenaerts
Ontwikkeling en toepassing van statistische methodologie voor de analyse van het fenomeen van multi-drug resistentie in de EU: demonstratie van analytische benaderingen met behulp van antimicrobiële resistentie-isolaat gebaseerde data. Universiteit Hasselt Abstract: MDR wordt beschouwd als een belangrijk probleem voor de volksgezondheid. Het is belangrijk dat EFSA een evidence-based evaluatie kan verschaffen van de rol van de voedselproductie in de opkomst en verspreiding van meerdere drug resistant micro-organismen. Verder analytisch en methodologisch voorbereidend werk wordt verricht op de beschikbare 2010-2013 isolate-based gegevens met het oog op een meer diepgaande analyse van MDR, met name om associaties te onderzoeken tussen weerstandseigenschappen en voor het uitvoeren van tracerende analyses van de geografische en temporele verspreiding van MDR. Dit project biedt geschikte analyse methoden om deze vragen te beantwoorden en kan domeinen identificeren voor het verbeteren van bewakingssystemen. Organisaties: • Centrum voor Statistiek • Centrum voor Statistiek
Onderzoekers: • Marc AERTS • Christel FAES • Chellafe ENSOY • Stijn JASPERS • Tapiwa GANYANI
Ontwikkeling en toepassing van snelle algoritmen voor de oplossing van elektromagnetisch en akoestische veldproblemen Universiteit Gent Abstract: In dit project wensen we een snel full-wave veldsimulatie algoritme te ontwikkelen en er de toepassingen van onderzoeken voor de ontwikkeling van nieuwe elektromagnetische materialen, voor het ontwerp van hoog-frequente passieve circuits en antennes, voor de voorspelling van propagatie, voor outdoor akoestische veldsimulaties, voor het ontwerp van akoestische toestellen en ruimtes en voor de simulatie van geavanceerde passieve optische componenten. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Dick Botteldooren • Peter Bienstman • Hendrik Rogier
Ontwikkeling en toepassing van reactiviteit krachtveld voor multiscale studies van boor-gebaseerde nanomaterialen. KU Leuven
Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Kwantumchemie en Fysicochemie
Onderzoekers: • Minh Tho Nguyen • Ba Tai Truong
Ontwikkeling en toepassing van NMR diffusie- en relaxatietechnieken voor de karakterisering van supramoleculaire structuren en zelfassemblage Universiteit Gent Abstract: Nieuwe NMR technieken, gebaseerd op diffusie- en relaxatiemetingen, zullen worden ontwikkeld voor de studie van supramoleculaire assemblages. Deze technieken zullen worden toegepast binnen het kader van de structuur-functie relatie studie van synthetische varianten van het biologisch actieve pseudodesmine A, een zelfassociërend cyclisch lipodepsipeptide. Daarnaast zal de impact van biomoleculaire zelfassociate op de relaxatieparameters en het gevolg voor dynamiekstudies worden bestudeerd. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • José Martins
Ontwikkeling en toepassing van nieuwe technieken om de initiële stappenvan het infectieproces te bestuderen. KU Leuven Abstract: Virussen gebruiken cellulaire cascades om de gastheercel te infecteren.De identificatie van factoren die hierin een belangrijke rol spelen voor het Crimean-Congo hemorrhagische koorts en Rift Valley koorts virus zou nieuwe doelwitten kunnen opleveren voor de ontwikkeling van remmers. Hapoloide embryonaire stamcellen en genoom-wijde mutagenese zal toelaten om dergelijke factoren te indentificeren. Vervolgens zal hun exacte rol in de replicatie van deze virussen worden bestudeerd en zal worden onderzocht in welke mate deze perspectieven bieden voor de ontwikkeling van antivirale middelen. Organisaties: • Laboratorium Virologie en Chemotherapie
Onderzoekers: • Pieter Leyssen • Johan Neyts • Joana Duarte Da Rocha Pereira
Ontwikkeling en toepassing van nieuwe Signaalverwerking hulpmiddelen voor de detectie van schade aan roterende machines (dans). KU Leuven Abstract: De kern van het voorgestelde onderzoeksproject is de structurele gezondheid monitoring van roterende machines. Debelangrijkste doelstellingen zijn de ontwikkeling, de ontwikkeling en de implementatie van methoden en techniekengericht naar de juiste en vroege fout detectie / identificatie / diagnose / prognose van roterende machines. Het onderzoekis gebaseerd op drie belangrijke pijlers:1. Het signaal verwerkingsmethoden voor de fout detectie / diagnose / prognose bij roterende machines2. Het ontwikkelen van modellen voor het voorspellen van het dynamisch gedrag van roterende machines3. De validering van de methoden en technieken met behulp van numerieke en experimentele test cases Organisaties: • Departement Werktuigkunde
Onderzoekers: • Konstantinos Gryllias
Ontwikkeling en toepassing van nieuwe proteomics methodes. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds VITO. UA levert aan VITO de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Frank Sobott
Ontwikkeling en toepassing van nieuwe proteomics methoden. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Frank Sobott • Frederik Lermyte
Ontwikkeling en toepassing van nieuwe proteomics methoden. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Frank Sobott • Frederik Lermyte
Ontwikkeling en toepassing van nieuwe generatie thermische sonde voor onderzoek in hydraathoudende "seeps" Universiteit Gent Abstract: Nieuwe geothermische meetapparatuur zal aangeschaft worden teneinde in diepe mariene omgevingen de abnormale thermische signalen die kenmerkend zijn voor hydraataccumulaties in seeps meer in detail te analyseren. De nieuwe generatie THP sensoren laat toe om
hoge-precisie temperatuursmetingen uit te voeren op een grotere diepte in de sedimenten en dit op een meer flexibele en kostenbesparende wijze. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Jean Henriet
Ontwikkeling en toepassing van molecularly imprinted polymers (MIPs) in mycotoxinediagnostica Hogeschool Gent Abstract: Fumonisine is een mycotoxine dat hoofdzakelijk in maïs en afgeleide producten voorkomt. De aanwezigheid van fumonisine in levensmiddelen of diervoeders vormen een risico voor de gezondheid van mens en dier.De huidige detectiemethode voor fumonisine zijn gebaseerd op immunoaffiniteitskolommen. Bij de ontwikkeling van nieuwe immunologische technieken worden echter proefdieren gebruikt en de ontwikkeling wordt gekenmerkt door een hoge kostprijs, lange ontwikkelingstijd, een eenmalig gebruik en een hoge analysetijd. Er is een duidelijke nood aan alternatieve opzuiveringsmethoden die naast het garanderen van specificiteit eveneens bij voorkeur milieuvriendelijk, onbeperkt beschikbaar, goedkoop en gebruiksvriendelijk zijn.Dit projectvoorstel beoogt de ontwikkeling van een sneltest, waarbij de fumonisine met behulp van molecularly impirnted polymers en vaste fase extractie uit de maïs(producten) geëxtraheerd wordt. Vervolgens wordt hieraan een semikwantitatieve test gekoppeld op basis van fluorescente detectie. De ontwikkelde sneltest kan door de maïsverwerkende industrie worden aangewend als autocontrolesysteem. Op Europees vlak werden recent normen geïntroduceerd voor maximaal toelaatbare gehaltes aan fumonisine in maïs en maïsafgeleide producten. Tevens worden bedrijven verplicht om voor fumonisine autocontroles uit te voeren, teneinde een monitoring van het probleem op te stellen. Hierbij is in de sector (voeding en diervoeder) duidelijk nood aan een snelle, eenvoudige, goedkope en gebruiksvriendelijke analysetechniek. Een goede en betrouwbare analysetechniek biedt de maïsverwerkende industrie een eenvoudige tool aan om contaminatie van fumonisine in hun producten tot een minimum te beperken en de problematiek door een snelle ingreep beter te beheersen. Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Levensmiddelenwetenschappen en Technologie
Onderzoekers: • Peter Maene • Mia Eeckhout
Ontwikkeling en toepassing van modulaire UV-geinduceerde polymeer conjugatiereacties Universiteit Hasselt Abstract: In dit projectvoorstel, wordt op de ontwikkeling gemikt van een nieuw type polymere click reactie. Deze wordt geinduceerd door blootstelling aan UV-licht en kan vervolgens toegepast worden op een aantal verschillende polymeersystemen. Click-type reacties zijn chemische reacties die plaatsgrijpen met hoge efficientie, selectiviteit en zonder dat bij het opwerken ingewikkelde zuiveringsprocedures nodig zijn. Deze karakteristieken maken dergelijke reacties waardevolle tools in polymeerchemie voor conjugatie van individuele polymeermaterialen. Tot op dit ogenblik is er geen UV-geinduceerde reactie gekend in de polymeerwereld die voldoet aan de click-criteria, ondanks het feit dat de beschikbaarheid van dergelijke methode zeer verrijkend zou zijn en zou leiden tot vele toepassingen voor het ontwerpen van nieuwe materialen. Specifieke fotocyclisatie reacties zullen getest worden op kleine organische moleculen om hun potentieel te onderzoeken als een click-type reactie. Vervolgens zal dan het principe van de testreactie overgedragen worden op polymere systemen. Als dan deze procedures met succes uitgewerkt zijn, zal de nieuwe conjugatiereactie toegepast worden op de synthese van goed-gedefinieerde polymere materialen, nl. blok-copolymeren, sterpolymeren of moleculaire architecturen met hoge complexiteit. Organisaties: • Organische en Bio-polymere Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Thomas JUNKERS
Ontwikkeling en toepassing van LC/MS en MS/MS methoden voor de structuurkarakterisatie van flavonoïdglycosiden. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit doctoraatsonderzoek zal in een eerste fase een geschikte LC/MS methode worden op punt gesteld: hiertoe zal een HPLC systeem met fotodiode detectie worden gekoppeld met de electrospray ionisatiebron van een Autospec-oa-TOF massaspectrometer. In een tweede fase zullen MS/MS methoden gebaseerd op hoge- en lage-energie botsingsgeïnduceerde fragmentatie van geprotoneerde en gedeprotoneerde moleculen worden geëvalueerd voor de structuurkarakterisatie van flavonoïdglycosiden. Organisaties: • Bio-organische massaspectrometrie • Bio-organische massaspectrometrie
Onderzoekers: • Filip A C Cuyckens • Magda Claeys-Maenhaut
Ontwikkeling en toepassing van ICPMS-technieken voor isotopische analyse, speciatieanalyse en bepaling van edelmetalen aan de Universiteit Gent, de Randse Afrikaanse Universiteit en de Universiteit Stellenbosch Universiteit Gent Abstract: Inzetten van ICP-massaspectromie (ICPMS) voor relevante toepassingen na ontwikkelen van een gedegen analysestrategie. Accurate en precieze bepaling van Sr-isotopenverhoudingen voor datering van geologische stalen en herkomstanalyse van wijn. Koppeling van vloeistofchromatografie met ICPMS voor chroom-, vanadium-, thallium en uraanspeciatie. Bepaling van edelmetalen dmv bulk- en puntanalyse van industriële stalen. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Luc Moens • Frank Vanhaecke
Ontwikkeling en toepassing van hoge-doorvoer adsorptietechnieken voor de studie van nieuwe principes voor moleculaire scheiding. Vrije Universiteit Brussel Abstract: 1. Situering van het onderzoek Hoge doorvoer experimentele technieken werden de voorbije jaren op steeds intensere wijze gebruikt in het onderzoek naar heterogene katalyse. Ondanks het bestaan van een rechtstreekse relatie tussen adsorptie van de moleculen die deelnemen aan de reactie op het oppervlak of in de poriën van de heterogene katalysator en de katalytische omzetting, werden nauwelijks inspanningen geleverd om hoge doorvoer technieken aan te
wenden voor de studie van adsorptie-effecten in heterogene katalyse. Een goede kennis van multicomponent adsorptie-evenwichten is van groot belang in de studie van zeolietkatalyse en -scheiding. De experimentele bepaling van multi-component adsorptie-evenwichten is echter zeer arbeidsintensief en tijdrovend, wat het gebrek aan experimentele gegevens in de literatuur verklaart. 2. Doel van het onderzoek In dit onderzoek worden hoge doorvoer experimentele technieken ontwikkeld en gebruikt om adsorptie-effecten in kaart te brengen. Deze aanpak heeft tijdens de voorbije onderzoeksmandaten geleid tot de ontdekking van verscheidene nieuwe principes voor moleculaire scheiding. Bijzondere aandacht wordt besteed aan adsorptiefenomenen bij hoge graad van porievulling in microporeuze materialen. De stapeling van moleculen in zulke condities impliceert belangrijke entropische effecten, die resulteren in selectiviteitseffecten die afwijken of zelfs geheel tegengesteld zijn aan de klassieke selectiviteitspatronen. Multicomponent adsorptie van mengsels van alkanen, alkenen, aromaten, alcoholen, etc. zal met behulp van gerobotiseerde batch adsorptiemetingen en hoge doorvoer frontale analyse opgemeten worden. De invloed van moleculaire en adsorbent gerelateerde parameters op het adsorptie-evenwicht zal bepaald worden. Het onderzoek naar microporeuze materialen wordt uitgebreid van zeolieten naar een nieuwe klasse van microporeuze materialen, de metaal organische roosters (Metallo Organic Frameworks, MOF). Via statistische analyse van de dataset zal nagegaan worden welke relaties er bestaan tussen waargenomen adsorptie-eigenschappen en de systeemeigenschappen. Hiertoe zullen descriptoren voor zowel de adsorberende moleculen als het adsorbent gedefinieerd worden. Op basis van zulke descriptoren zal getracht worden om veralgemeende modellen te ontwikkelen, die toelaten om adsorptie-eigenschappen te voorspellen. Naast deze statistische analyse, zal met behulp van moleculaire simulaties getracht worden om inzicht te verwerven in pakkings-geïnduceerde selectiviteitseffecten. Een verdere uitdieping van het onderzoek spitst zich toe op de relatie tussen pakkings-geïnduceerde evenwichtseffecten en transportverschijnselen in de microporiën van het adsorbent. 3. Onderzoeksstrategie Hoge doorvoer experimentele technieken worden toegepast op geselecteerde systemen. Data-analyse gebeurt via statistische analyse en moleculaire modelering. Nieuwe principes voor moleculaire scheiding via adsorptie worden geïmplementeerd in scheidings- en/of katalytische processen. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • JOERI DENAYER
Ontwikkeling en toepassing van golfgebaseerde methodes voor bouw- en zaalakoestisch onderzoek bij lage frequenties. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Bouwmechanica
Onderzoekers: • Guido De Roeck • Arne Dijckmans
Ontwikkeling en toepassing van euleriaanse rekenmethoden voor buitenluchtakoestiek Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Dick Botteldooren
Ontwikkeling en toepassing van een methode voor speciatie van transitiemetalen in pollutiedeeltjes gebaseerd op synchrotron micro-XRD (x-straal diffractie). Universiteit Antwerpen Abstract: Het project beoogt een method op punt to stellen waarbij de verschillende moleculaire/kristallijne vormen waarin transitiemetalen (zoals bvb. Ni) zich in milieumonsters zoals microscopische kleine deeltjes bevinden, op kwantitatieve wijze kan worden bepaald. Via bestraling met een Rontgen microbundel kan een combinatie van drie analysemethoden in dezelfde apparatuur worden gebruikt om dit doel to bereiken: p-XRF (element samenstelling), is-XANES (valentietoestanden) en H-XRD (kristalfase). Organisaties: • Micro- en Sporenanalyse • AXES
Onderzoekers: • Koen Janssens • Laszlo Vincze
Ontwikkeling en toepassing van een ecohydrologisch model voor de overstromingsgebieden van Tisza rivier, als ondersteuning van het 5de kader 'Tiza River Project' Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het EC 5e kader Tisza River Project heeft als hoofddoel het beheer en herstel van de unieke en ecologisch-waardevolle overstromingsgebieden van de Tisza . Andere doelstellingen zijn de verbetering van de waterkwaliteit en het voorkomen van droogtes en overstromingen. Het Tisza-bekken behoort tot 5 landen (Roemenië, Oekraïne, Slovakije, Hongarije en Servië). Omdat de verbetering van de toestand alleen maar mogelijk is door een geïntegreerd waterbeheer zal een reeks van werkinstrumenten ontwikkeld worden door een team uit 8 Europese landen, omvattende 11 wetenschappelijke instellingen, waaronder de Vakgroep Hydrologie en Waterbouwkunde VUB. De opdracht van de VUB is de ontwikkeling van een hydrologisch model voor het ganse Tisza-bekken. Dit model moet toelaten om de impact van verschillende opties betreffende het waterbeheer te voorspellen om omstromingen en droogtes beter te controleren.Het huidige voorstel is bedoeld als ondersteuning (matching fund) van het Tisza River Project, met als doel de ontwikkeling van een kleinschalige ecohydrologisch model om de waterhuishouding van de overstromingsgebieden van de Tisza te voorspellen, met het oog op het herstel van de ecohydrologisch waardevolle ecotopen. Dit model zal gebruikt worden voor een betere interpratie en evaluatie van het veldonderzoek verricht door de andere partners in het EC 5e kader project en zal aldus een belangrijke meerwaarde opleveren voor het ganse onderzoeksproject. Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • FLORIMOND DE SMEDT
Ontwikkeling en toepassing van breed-toepasbare microscopiemethoden en merkers voor diffractie-ongelimiteerde fluctuatiebeeldvorming van dynamische biologische systemen.
KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Johan Hofkens • Jelle Hendrix • Spyridoula Karamanou
ONTWIKKELING EN TESTEN VAN NIEUWE ONDERZOEKSMODELLEN EN INNOVATIEVE BEHANDELINGSMETHODEN VOOR GASTROINTESTINALE STROMALE TUMOREN KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium Experimentele Oncologie
Onderzoekers: • Agnieszka Wozniak • Patrick Schöffski • Thomas Van Looy
Ontwikkeling en terbeschikkingstelling van een online stemtestapplicatie verkiezingen 2014. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project worden zullen zes stemtestapplicaties ontwikkeld worden. Organisaties: • Media, middenveld en politiek (M2P)
Onderzoekers: • Stefaan Walgrave
Ontwikkeling en synthese van metacaspase inhibitoren als potentiële lead verbindingen voor antiparasitaire chemotherapeutica. Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoek spitst zich toe op een cysteïne protease van Trypanosoma brucei, het metacaspase (MCA), waarvan de functie tot vandaag grotendeels onbekend blijft. Dit MCA werd reeds als doelwit gevalideerd, maar tot op heden zijn nog geen MCA inhibitoren gekend. Het project legt zich toe op een rationeel design en synthese van inhibitoren zodat op termijn een structuur-activiteitsrelatie kan worden opgesteld. In een later stadium wordt toegespitst op optimalisatie van de bekomen inhibitoren. Het einddoel is één of meerdere inhibitoren met een hoge activiteit, met selectiviteit tegenover de humane caspasen en met een voldoende chemische stabiliteit te ontwikkelen. Organisaties: • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Koen Augustyns • Maya Berg
Ontwikkeling en synthese van een selectieve Proteïne Kinase D inhibitor. KU Leuven Abstract: Sinds de ontdekking, midden jaren #70, zijn proteïne kinasen een onderwerp van interesse voor vele onderzoekers. Het duurde tot de jaren #90 dat het onderzoek in dit domein drastisch toenam. De ontdekking dat mutatie en disregulatie van proteïne kinasen een cruciale rol spelen in vele menselijke ziektes zoals kanker en hart hypertrofie, maakte van proteïne kinasen potentiële targets voor drug design. Reeds vele inhibitoren werden gerapporteerd voor verschillende van deze kinasen. Ondanks enkele veelbelovende successen, zoals Imatinib, gaat de therapeutische benadering van het kinoom nog steeds gepaard met enkele belangrijke problemen.[3] Zo targetten de meeste kinase inhibitoren de ATPbindingssite, dewelke heel vaak een hoge vorm van structurele homologie vertoont binnen de verschillende kinase families. Om die reden kan verwacht worden dat ATP-bindingssite inhibitoren weinig selectiviteit vertonen. Het gebrek aan specificiteit kan echter ongewenste neveneffecten met zich meebrengen. Organisaties: • Afdeling Moleculair Design en Synthese
Onderzoekers: • Wim De Borggraeve • Klaas Verschueren
Ontwikkeling en studie van op gemerkte stamcellen gebaseerde modelsystemen voor de inductie van scheutmeristemen Hogeschool Gent Abstract: In dit onderzoek nemen scheutmeristemen een centrale rol in. Het zijn de bovengrondse groeipunten waaruit de plantorganen worden gevormd in modulaire eenheden of fytomeren. Een klein groepje traag delende cellen in het scheutmeristeem vormt de “centrale zone”. Het is een reservoir zelfvernieuwende stamcellen dat zichzelf in theorie onbeperkt in stand kan houden. Een deel van de stamcellen verlaat de centrale zone om zijdelings de “perifere zone” en onderaan de “ribzone” te vormen. De cellen van de perifere zone zijn de moedercellen van de plantorganen. De twee antagonistische processen: orgaaninitiatie en zelfvernieuwing van stamcellen worden zorgvuldig in evenwicht gehouden. Het WUS-gen komt tot uiting in het organiserend centrum, een kleine zone net onder de stamcellen. Het stuurt een signaal naar de bovenliggende stamcellen, dat hun identiteit als stamcellen bevestigt. Zonder dit WUS-signaal zouden de stamcellen en uiteindelijk het meristeem verdwijnen. De twee buitenste lagen stamcellen brengen op hun beurt het CLAVATA3 (CLV3)-gen tot expressie. Het genproduct ervan verlaat de cellen en vormt een negatief feedback-signaal dat de transcriptie van het WUSCHEL (WUS)-gen beperkt. Indien dit niet zou gebeuren, dan zou de centrale zone abnormaal groot worden. Het SHOOT¬MERIS¬TEM¬LESS (STM)-gen komt tot expressie in een iets groter gebied. Het onderdrukt differentiatie van stamcellen tot organen (Lenhard et al., 2002) en is noodzakelijk voor de initiatie en instandhouding van het scheutmeristeem (Long et al., 1998). Stamcellen vinden niet alleen hun oorsprong in het jonge embryo, ze kunnen ook uit somatische, reeds gedifferentieerde cellen ontstaan. Ze geven dan aanleiding tot scheutmeristemen die uitgroeien tot “adventiefscheuten”. De laatste jaren zijn nog een aantal andere genen ontdekt die net zoals WUS, CLV3 en STM een rol spelen in de ontwikkeling en in standhouding van het (embryonaal reeds aanwezige) scheutmeristeem van kiemende A. thaliana: AURORA, KNAT1, HAM, AS1...(Doerner, 2003) Analyse en manipulatie van deze genen tijdens inductie en regeneratie van nieuwe adventiefscheuten op wortel, blad of stengel staat echter nog in haar kinderschoenen. Nochtans is het een onderzoeksdomein met veel praktisch potentieel. Uiteindelijk kan deze kennis leiden tot toepassingen die steunen op de regeneratie van scheutmeristemen: genetische transformatie, protoplastenfusie, chimeersynthese, polyploïdie-inductie en somatische embryogenese.
Doelstelling en onderzoeksvragen - een beter begrip verwerven in de genen die tot expressie komen tijdens de inductie van adventiefmeristemen bij de modelplant Arabidopsis thaliana. * komen tijdens de initiatie van een adventief meristeem dezelfde genen tot expressie als in een axillair scheutmeristeem: WUS, CLV3, STM, KNAT1, HAM, AS1… ? * In welke volgorde komen ze tot expressie? Welke is initieel van belang? * Zijn de meristeemzones waarin ze tot expressie komen groot genoeg om gemakkelijk te observeren? - Deze kennis gebruiken om bij andere plantenspecies (tabak, tomaat, petunia, chrysanth?) gerichter hormoonbehandelingen te beproeven voor de regeneratie van adventiefscheuten op diverse types explantaten. * Laten de modelsystemen bij deze gewassen een evaluatie toe nog voor de scheutjes zichtbaar worden? * Wat is het effect van (combinaties van) plantenhormonen of hun inhibitors op de inductie van stamcellen en scheutmeristemen? Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Plantaardige Productie
Onderzoekers: • Stefaan Werbrouck • Hans Motte
Ontwikkeling en structurele karakterisering van nieuwe nanoporeuze materialen. Universiteit Antwerpen Abstract: Nieuwe nanoporeuze silicium en niet-silicium gebaseerde materialen met gecombineerde micro- en mesoporositeit worden ontwikkeld en vervolgens katalytisch geactiveerd met transitiemetaaloxiden volgens innovatieve methoden. Een combinatie van macroscopische technieken en elektron microscopie zal gebruikt worden om een volledige structurele karakterisering van de katalysatoren te bekomen. Via TEM zal de morfologie en de poriestructuur bepaald worden en zal tevens getracht worden om de actieve metaalplaatsen in de poreuze matrix van de katalysator te localiseren. Deze informatie op nanometerschaal is van essentieel belang om het verband tussen de toegepaste synthesestrategie en de structuur en katalytische performantie van de katalysator op te helderen. Organisaties: • Laboratorium adsorptie en katalyse
Onderzoekers: • Gustaaf Van Tendeloo • Pegie Cool • Etienne Vansant
Ontwikkeling en optimalisatie van een kostenefficiënte multi-elementanalyse via instrumentele technieken o.b.v. inductief gekoppeld plasma, toepasbaar op een breed spectrum van farmaceutische producten. Universiteit Gent Abstract: De United States Pharmacopeia (USP) heeft sinds kort nieuwe richtlijnen opgesteld omtrent de toegelaten gehaltes aan elementonzuiverheden en de analytische methoden om deze te bepalen in farmaceutische stoffen. Bovendien worden mogelijkheden en beperkingen van ICP-OES en ICP-MS instrumentatie onderzocht, met het oog op de ontwikkeling van een algemeen toepasbare analysemethode die voldoet aan de nieuwe USP richtlijnen. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Frank Vanhaecke
Ontwikkeling en optimalisatie van de analyse van perfluoralkyl verbindingen in geselecteerde voedingsmatrices. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling en optimalisatie van de analyse van perfluoralkyl verbindingen in geselecteerde voedingsmatrices. Organisaties: • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Filip Lemiere • Koen Smits
Ontwikkeling en optimalisatie van biocompatibele colloïdale dragers (liposomen en nanopartikels) voor targeting naar de intracellulaire parasiet Leishmania donovani. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van het onderzoek is de ontwikkeling en optimalisatie van colloïdale dragers (liposomen en nanopartikels) die via endocytosis in de gastheercel van de parasiet worden opgenomen en het geneesmiddel (een krachtig, breed-spectrum saponine) vrijgeven. De invloed van de technologische parameters van de bereidingsprocedure op de fysicochemische eigenschappen en de endocytosis van de dragers zal onderzocht worden. Het therapeutisch effect zal in vitro en in vivo bestudeerd worden. Organisaties: • Laboratorium voor Farmaceutische Technologie en Biofarmacie
Onderzoekers: • Jo Vandervoort
Ontwikkeling en onderzoek van bio-active membranen op basis van nanovezels bekomen met elektrospinning en correlatie van de gefunctionaliseerde oppervlaktestructuur en -samenstelling met de celinteractie. Universiteit Antwerpen Abstract: De algemene doelstelling van dit project is de ontwikkeling van nieuwe strategieën voor de aanmaak, karakterisatie en biologische evaluatie van gefunctionaliseerde membranen, bruikbaar als bio-interactive scaffolds voor biomedische toepassingen zoals bij bvb. behandeling van brandwonden. Organisaties: • Massaspectrometrie (Mitac 5)
Onderzoekers: • Luc Van Vaeck
Ontwikkeling en onderhouden van een digitale tool om het verplaatsingsgedrag en de bereikbaarheid van scholen en bedrijven in kaart te brengen.
Universiteit Hasselt Abstract: Om scholen en bedrijven beter te kunnen begeleiden bij het uitwerken van een actieplan/maatregelenpakket om het aantal duurzame verplaatsingen in het woon-school en woon-werkverkeer te verhogen, willen we een digitale tool laten ontwikkelen. Een tool waarmee gegevens verzameld, verwerkt en geanalyseerd kunnen worden om een beeld te krijgen van de huidige mobiliteitssituatie van de school of het bedrijf en een idee te krijgen van mogelijke maatregelen die voor de school of het bedrijf interessant zouden kunnen zijn. Met de digitale tool moeten scholen en bedrijven op een eenvoudige en snelle manier de nodige gegevens kunnen verzamelen en verwerken. De resultaten van deze inventarisatie moeten overzichtelijk en toegankelijk zijn en gebruikt kunnen worden als vertrekbasis voor een discussie met de betrokkenen binnen de school of het bedrijf. Op basis van deze resultaten moet een proces op gang getrokken kunnen worden, met als uiteindelijk doel de opmaak van een actieplan dat de verkeersveiligheid in de omgeving van de school/het bedrijf aanpakt en het gedrag van mensen met betrekking tot milieuvriendelijke mobiliteit probeert te beïnvloeden. Organisaties: • Beleidsinformatica • Verplaatsingsgedrag • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Gerhard WETS • Davy JANSSENS • Tom BELLEMANS • Edith DONDERS • Raf NULENS • Marc GERAERTS • Luc KNAPEN
Ontwikkeling en niet-invasieve monitoring van nieuwe diermodellen op basis van lokale, somatische transgenese voor een betere diagnose en therapie van neurodegeneratieve aandoeningen. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project betreft de ontwikkeling van een nieuw platform voor de ontwikkeling van diermodellen als alternatief voor transgenese, waarbij de focus in de eerste plaats ligt op neurodegenratieve ziektes. Het basis principe steunt op het gebruik van lentivirale vectoren voor een systematische onderdrukking van verschillende genen via het principe van RNA inhibitie. Niet invasieve bio-imaging methoden, zoals in-vivo microPET, microSPECT, microCT en microMRI en bioluminiscentie zullen ontwikkeld worden en op punt gezet worden voor toepassing op kleine proefdieren. Naast transductie van adulte gedifferienteerde cellen worden in het project ook stamcell migratie als mogelijke therapeutische oplossing in deze diermodellen geviseerd. Organisaties: • Bio-imaging
Onderzoekers: • Anne Marie Van Der Linden
Ontwikkeling en modelbouw van 25 golfenergieconvertor schaalmodellen voor groot-schalige experimentele modellering in een golfbak Universiteit Gent Abstract: Ontwerp en constructie van de 25 point absorber golfenergieconvertor (GEC) schaalmodellen, aangewend voor het internationale onderzoeksproject ?WECwakes?. De GEC-modellen zijn gebruikt voor groot-schalige experimentele modellering in de DHI-golfbak ?Shalow Water Wave Basin? (Denemarken) binnen het EU-FP7-Programma, ?HYDRALAB-IV?. Deze experimentele set-up van 25 GEC?s in een park lay-out is momenteel de grootste, wereldwijd, voor het bestuderen van ?near-field? en ?far-field? zogeffecten van GEC-parken. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Peter Troch
Ontwikkeling en mechanistische karakterisatie van functionele humane hepatocyten afkomstig van postnatale progenitor/stamcellen: een nieuw in vitro model voor vroeg preklinisch onderzoek van nieuwe geneesmiddelen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: 1) Situering en motivatie van het onderzoekproject Geneesmiddelen-ontwikkeling beoogt de identificatie van farmacologisch actieve geneesmiddelen-kandidaten met een veilig toxicologisch profiel. Traditioneel wordt de risico-evaluatie van nieuwe chemische entiteiten voor humaan gebruik vooral uitgevoerd op levende proefdieren. Ethische, wetenschappelijke en economische beweegredenen, meer bepaald extrapolatieproblemen van dier naar mens, verstrengde veiligheidscriteria alsook het toenemend aantal te screenen moleculen hebben geleid tot de ontwikkeling van high-throughput in vitro modellen voor preklinische doeleinden (1). De huidig bestaande hepatische in vitro modellen zijn echter beperkt in levensduur en onderhevig aan dedifferentiatie met verlies van leverspecifieke functies tot gevolg (2-6, http://minf.ac.be/~fafy). Daarenboven zijn ze, gezien het gebrek aan gezond humaan leverweefsel (3, 6-10), voornamelijk afgeleid van knaagdieren, en bijgevolg qua biotransformatiecapaciteit en toxiciteitstarget niet echt representatief voor de humane situatie (11-12). Een potentieel alternatief is het gebruik van stamcel-technologie om functionele menselijke hepatocyten aan te maken. Humane postnatale stamcellen beschikken immers over een uniek zelfvernieuwend en multipotent vermogen, inclusief de productie van functionele hepatische cellen (13). De dienst FAFY heeft de voorbije jaren een expertise uitgebouwd, niet alleen in het ontwikkelen van in vitro modellen, gebaseerd op hepatocyten maar ook vertrekkende van postnatale stamcellen. Zo werd, in het kader van het doctoraat van de aanvrager van het huidige project, aangetoond dat neonatale rat leverepitheelcellen (RLEC) van biliaire oorsprong en adulte beenmergstamcellen, meer bepaald rat multipotente progenitorcellen (MAPC) en humane mesenchymale stamcellen (MSC), hepatische differentiatie ondergaan mits blootstelling van deze cellen aan hepatogene factoren. Dit gebeurt op sequentiële wijze volgens hun secretiepatroon tijdens de embryonale leverontwikkeling in vivo en niet volgens de traditionele gelijktijdige additie van een mengsel van deze factoren (14-20). Histon hermodellering via toediening van de histon deacetylase (HDAC) inhibitor trichostatin A (TSA) bevordert hierbij significant hun ontwikkeling tot volwaardige functionele en metabolisch induceerbare hepatische cellen (14,16,17,19). In het voorgesteld post-doc project zal, omwille van ethische, medische en economische beweegredenen die gepaard gaan met het gebruik van beenmergstamcellen, ook het hepatisch potentieel van MSC, afkomstig van beter toegankelijke en gemakkelijke verkrijgbare humane weefselbronnen (zoals humane huid en onderhuids vetweefsel) onderzocht worden. Deze bronnen bieden het bijkomend voordeel dat ze afkomstig zijn van vrijwilligers uit alle leeftijdscategorieën. Huidige strategieën ter isolatie, selectie, opzuivering, expansie en differentiatie van stamcellen zijn niet gestandaardiseerd. Vooral de onnauwkeurige definitie van het startmateriaal vormt een hindernis voor het in vitro gebruik van stamcellen. Zo ontbreekt voor zowel hematopoïetische, mesenchymale als leverstamcellen een up-to-date karakterisatie qua fenotype en functionaliteit (21-23). Deze heterogeniteit in initiële celpopulaties, bestemd voor transdifferentiatie, belemmert een accurate, onderlinge vergelijking van bekomen resultaten tussen verschillende onderzoeksgroepen. Dit hyaat kan zelfs verantwoordelijk zijn voor gerapporteerde niet-reproduceerbare resultaten. Standaardisatie is dus een 'conditio sine qua non' voor in vitro farmaco-toxicologisch onderzoek én klinische toepassing in de toekomst. In een eerste fase van het vooropgesteld post-doc project zal gezocht worden naar specifieke merkers ter isolatie en opzuivering van plastische stamcelpopulaties, die bij
voorkeur voorbestemd zijn om hepatische differentiatie te ondergaan. Ook de moleculaire signaaltransductie-cascades, die verantwoordelijk zijn voor de hepatische transitie van stamcellen zijn nog niet opgehelderd. Het tweede luik van het huidig project zal hierop toegespitst worden. Uitgaande van bekomen resultaten, worden stamcellen met geselecteerde transcriptiefactor-genen getransfecteerd ter (i) initiatie van de cascades betrokken bij hepatische differentiatie en (ii) bevordering van de hepatische efficiëntie en competentie in vitro. Tenslotte zal als eindpunt van het post-doc project de functionaliteit van de verkregen hepatische cellen uit stamcellen onder in vivo condities bestudeerd worden, wat dan weer een interessant gegeven oplevert voor verdere ontwikkeling naar meer klinisch gerichte toepassingen zoals transplantatie. 2) Doelstellingen Het ontwikkelen en mechanistisch karakteriseren van een nieuw gestandaardiseerd in vitro model van humane hepatocyten uitgaande van postnatale progenitor/stamcellen in preklinische veiligheidsstudies van geneesmiddelen. 1) Ragan I (2006) NC3Rs. 2) Vanhaecke and Rogiers (2006) Methods Mol Biol 320: 209-227. 3) Papeleu et al. (2002) Transworld Research Network, Kerala, India, vol 1, pp 199-234. 4) Papeleu et al. (2003) J Hepatol 39: 374-382. 5) Papeleu et al. (2006) Curr Enzyme Inhibit 2: 91-104. 6) LeCluysse et al. (1995) Adv Drug Del Rev 22: 133-186. 7) Rogiers V et al. (1995) Toxicol In Vitro 9: 685-694. 8) Gomez-Lechon et al. (2003a) Curr Drug Metab 4: 292-312. 9) Gomez-Lechon et al. (2003b) Altern Lab Anim 31: 257-265. 10) Gomez-Lechon et al. (2004) Curr Drug Metab 5: 443-462. 11) Rogiers (1993) VUB Press, Brussels, Belgium 77-115. 12) Woodward (1996) CRC Press Inc. and Open University of The Netherlands 415-443. 13) Allen et al. (2005) Transpl Immunol 15(2): 99-112. 14) PCT/EP2004/0012134 (VUB-014-PCT-PRIO1; Stem Cells) Differentiation of stem cells and stabilisation of phenotypical properties of primary cells. Applicant: VUB - Inventors: Rogiers V, Snykers S, Papeleu P, Vanhaecke T, Vinken M, Elaut G, Henkens T 15) PCT/EP2006/005622 Differentiation of cells. Applicant: VUB - Inventors: Rogiers V , Snykers S, Papeleu P, Vanhaecke T, Vinken M, and Henkens T 16) Snykers et al. (2003) Toxicol Lett 144(1): s56(196). 17) Snykers et al. (2006a) Altex 23: 400-405. 18) Snykers et al. (2006b) Toxicol Sci 94(2): 330-41. 19) Snykers et al. (2007a) BMC Dev. Biol: accepted. 20) Snykers et al. (2007b) Toxicol In Vitro, in press. 21) Sethe et al. (2006) Ageing Res Rev 5(1):91-116. 22) Szilvassy (2003) Arch Med Res 34(6): 446-60. 23) Dabeva and Shafritz (2003) Semin Liver Dis. 23(4): 349-362. 24) Rosenthal (2003) N Engl J Med 349: 267-274. 25) Ferrari et al. (1998) Science 279: 1528-1530. 26) Petersen et al. (1999) Science 284: 1168-1170. Organisaties: • Toxicologie, Dermato-cosmetologie en Farmacognosie
Onderzoekers: • Sarah SNYKERS
Ontwikkeling en klinische validatie van biologische merkers voor beta cel destructie in vivo Vrije Universiteit Brussel Abstract: Type 1 diabetes kan genezen worden door transplantatie van insuline producerende beta cellen. Het grootste probleem in dat ongeveer 50% van de cellen vlak na implementatie sterven. Verder optimalisatie van transplant - en immuunregulerende protocollen vereisen klinische testen die het aantal beta celsterfte kan doen afnemen. Organisaties: • Pathologische Biochemie en Fysiologie
Onderzoekers: • FRANS GORUS • Geert MARTENS
Ontwikkeling en klinische validatie van biologische markers voor beta cell destructie in vivo Vrije Universiteit Brussel Abstract: PhD Scholarship voor Lei Jiang Organisaties: • Pathologische Biochemie en Fysiologie
Onderzoekers: • Geert MARTENS
Ontwikkeling en karakterisatie van polymeer elektrolyten voor proton uitwisseling membraan brandstofcellen KU Leuven Abstract: Energie is het meest kritische probleem van deze eeuw, als gevolg van de groeiende vraag in de transport sector, alsook het residentiële en industriële verbruik. De moderne energiebronnen moeten duurzaam, milieuvriendelijk, en ongevoelig zijn voor eventuele marktschommelingen. Brandstofcellen zijn een van de meest geschikte oplossingen voor deze problematiek, dankzij het creëren van een duurzame 'waterstofeconomie', doordat ze chemische energie direct omzetten naar elektriciteit, en dit zonder verbranding. Er bestaan verschillende soorten brandstofcellen, waarvan degene die gebruik maken van een protonuitwisselingsmembraan (PEM),de meest veelbelovende lijken. De prestatie-belemmerende component van deze PEM brandstofcellen is het PEM zelf. Het PEM is een polymeer film, welke positieve ionen uit de anode naar de kathode laat stromen, en welke voorkomt dat er kortsluiting ontstaat tussen de anode en dekathode. Hedendaagse PEM brandstofcellen gebruiken dure perfluor-sulfonzuur (PFSA) memb Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Jean-Pierre Locquet • Vijay Shankar Rangasamy
Ontwikkeling en karakterisatie van fluorescente moleculaire imprinted polymeren voor nanotechnology en toepassingen in geavanceerde elektronische devices, chemo- en bio-sensoren Universiteit Hasselt Abstract: Het doel van dit project is een verdere stap te ondernemen in de ontwikkeling van elektronica gebaseerd op organische halfgeleidermaterialen. Over de laatste 20 jaar heeft het wetenschappelijk onderzoek naar dergelijke organische halfgeleiders een hoge vlucht genomen. Sinds de ontdekking van de mogelijkheid om met dergelijk materiaal een Licht Emitterende Diode te maken is een belangrijk stuk aan fundamentele kennis in fysika en scheikunde blootgelegd die specifiek is voor dergelijke halfgeleiders. In de loop der jaren heeft dat geleid naar de ontwikkeling van organische FE transistoren, zonnecellen en lasers. Recentelijk verschuift de aandacht naar het onderzoek van het gebruik van dergelijke organische halfgeleiders in sensoren en meer specifiek naar biosensoren. In dit laatste domein wenst men van de levende natuur te leren hoe hoge selectiviteit en sensitiviteit kan gerealiseerd worden naar de detectie van componenten toe die informatie geven over chemische, biochemische of fysiologische processen. Een bijkomende bijzonderheid van een bepaalde klasse van organische halfgeleiders, nl. geconjugeerde polymeren, is dat zij bijzonder sterk fluorescerende materialen zijn, die bovendien een verschijnsel vertonen van amplificatie van quenching. Dit laatste begrip betekent eigenlijk dat de specifieke interactie van een analyt met een dergelijk materiaal kan leiden tot het uitdoven van de fluorescentie niet alleen van een chromofoor in de directe nabijheid maar van alle chromoforen die op de keten aanwezig zijn. Dit fenomeen, dat zeer recent ontdekt is, opent een route naar sensoren op basis van geconjugeerde polymeren die uitgelezen worden niet noodzakelijk alleen via veranderingen in elektronische karakteristieken van een component, maar ook via veranderingen in fluorescentiegedrag. Het hoger vermeld amplificatiefenomeen kan mogelijkerwijs leiden tot het bereiken van een ongeëvenaarde gevoeligheid voor veranderingen die in een omgeving plaatsgrijpen. Een tweede element dat fundamenteel onderzoek vereist in de onwikkeling van (bio)sensoren, betreft het inbouwen van moleculaire herkenning in organische halfgeleidermaterialen. In dit project wil men dit betrachten via het realiseren van een combinatie van principes van moleculaire imprinting in hoger vermelde fluorescente geconjugeerde polymeren. Verhoopt wordt dat op deze wijze een unieke klasse van materialen beschikbaar komt die ingezet kunnen worden, als output van het geleverde fundamenteel onderzoek, in een volgende generatie van sensoren. Deze doelstelling vereist het bestuderen van de mogelijkheden van moleculaire imprinting, studie van in deze context vereiste geconjugeerde materialen, de studie van elektrische en optische karakteristieken van de beoogde materialen en het testen en bestuderen van hun gedrag in prototype sensoren. Gezien de complexiteit van het geheel zullen deze taken de inzet vereisen van de know-how van meerdere onderzoeksgroepen van het Instituut voor MateriaalOnderzoek (IMO) en ook deze van het BIOMEDische instituut (BIOMED), die in het kader van verschillende werkpakketten de hogere objectieven zullen trachten te realiseren. Organisaties: • Biofysica • Materiaalfysica • Organische en Bio-polymere Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Marcel AMELOOT • Patrick WAGNER • Thomas CLEIJ
Ontwikkeling en integratie van spraaktechnologie in cursusmateriaal voor het leren van talen (DISCO). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Nederlandse Taalunie. UA levert aan Nederlandse Taalunie de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Individueel onderzoek IOIW
Onderzoekers: • Jozef Colpaert
Ontwikkelingen in direct akoestisch cochleaire stimulatie KU Leuven Abstract: Gemengd gehoorverlies ontstaat door de combinatie van geleidingsverlies, zoals bij buiten- en/of middenoorproblemen, met een binnenoorslechthorendheid. In de (zeer) ernstige vorm, kunnen hoortoestellen of middenoorchirurgie vaak onvoldoende versterking aanbieden. In de afgelopen decadeswerden verschillende akoestische hoorimplantaten ontwikkeld met gunstige functionele resultaten voor louter conductief of beperkt gemengd gehoorverlies. Helaas kon de groep van patiënten met (zeer) ernstig gemengd gehoorverlies niet of onvoldoende geholpen worden. Zeker niet in moeilijke luistersituaties, zoals in het dagelijkse leven vaak voorkomt. Hierdoor onstaan toenemende communicatieproblemen, sociale isolatie en soms zelfs cognitief verval. Daarenboven neemt dit patiëntenaandeel toe, mede door toenemende veroudering van de wereldpopulatie en het belang van horen met twee oren.Recentelijk werd een nieuwe vorm van akoestische hoorimplantatie ontwikkeld. Via een prothese doorheen de stijgbeugelvoetp Organisaties: • Experimentele Oto-rino-laryngologie
Onderzoekers: • Jan Wouters • Christian Desloovere • Nicolas Verhaert
Ontwikkeling en implementatie van numerieke methoden in de analyse en optimaliseren van electro-magnetische apparaten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Deze studie beoogt de numerieke analyse van electromagnetische velden via numerieke methoden zoals 'Finite Element Method-FEM en/of Boundary Element Method-BEM'. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek
Onderzoekers: • JOHAN DECONINCK
Ontwikkeling en implementatie van micro-array "comparative" genoomhybridisatie voor de detectie van constitutionele chromosomale afwijkingen bij humane genetische aandoeningen Universiteit Gent Abstract: Constitutionele chromosomale afwijkingen zijn een belangrijke oorzaak van aangeboren malformaties en mentale handicap. Voor het opsporen van constitutionele chromosomale aandoeningen wordt tradidioneel een crhomosomenonderzoek uitgevoerd weliswaar met een beperkte resolutie. Met deze studie will we door middel van een veel gevoeligere methode: array CGH naar kleine deleties en/of duplicaties op zoek gaan om genen te kunnen identificeren die deze aangeboren malformaties en mentale handicap zouden kunnen verklaren.
Organisaties: • Vakgroep Orthopedagogiek • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Franki Speleman • Geert Mortier • Stijn Vermeulen
Ontwikkeling en implementatie van evidence-based trainingsprogramma's voor pleegouders. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Doelstellingen - In het buitenland effectief bevonden interventies vertalen naar de Vlaamse pleegzorgcontext en transformeren naar effectief bewezen trainingsprogramma's in de Vlaamse situatie. - Deze trainingsprogramma's toepassen bij de pleeggezinnen van de deelnemende diensten voor pleegzorg. - Een bijdrage leveren aan het onderzoek naar de effectiviteit van deze interventies en behandelprogramma's voor pleegouders in Vlaanderen. - Uit de opgedane ervaring een trainingshandboek maken dat de initiatiefnemers ter beschikking zullen stellen van alle diensten voor pleegzorg. De trainingsprogramma's beogen volgende effecten: - afname van de gedragsproblemen bij de pleegkinderen en toename van hun welbevinden in de opvoedsituatie. - toename van effectief opvoedgedrag bij de pleegouders. - verhoging van de gevoelens van competentie bij de pleegouders aangaande opvoeding/ouderschap. - daling van gezinsbelasting / opvoedingsstress bij pleegouders. - daling van het breakdown-percentage. Organisaties: • Klinische- en Levenslooppsychologie
Onderzoekers: • JOHAN VANDERFAEILLIE
Ontwikkeling en implementatie van een simulatiemodel m.b.t. het koolstofbudget van gemengde Europese bossen. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling en implementatie van een simulatiemodel m.b.t. het koolstofbudget van gemengde Europese bossen. Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Reinhart Ceulemans • David Sampson
Ontwikkeling en implementatie van een nieuwe bioassay voor de detectie en functionele evaluatie van cannabimimetica. Universiteit Gent Abstract: Cannabimimetica, stoffen die activiteit vertonen t.h.v. de cannabinoïd-receptoren, vormen een opkomende klasse van ?designer drugs?. Via klassieke analytische technieken is het niet haalbaar deze routinematig op te sporen in biologische matrices. Daarom willen we een biologische test ontwikkelen (op basis van cellijnen) die de activiteit van deze componenten kan scoren. De te ontwikkelen test zal worden toegepast voor farmacologische profilering en om biologische stalen te analyseren op de aanwezigheid van cannabinoïdactiviteit. Organisaties: • Vakgroep Bioanalyse
Onderzoekers: • Christophe Stove
Ontwikkeling en implementatie van een methodologie voor het voorspellen en interpreteren van NMR spectra van biomoleculen. Universiteit Antwerpen Abstract: De structuurbepaling van biomoleculen is een belangrijke aspect binnen de biochemische wetenschappen, dit vermits de driedimensionale structuur van een molecule een determinerende invloed heeft op verschillende van zijn chemische eigenschappen waaronder de reactiviteit. De meest gebruikte experimentele techniek voor het bepalen van structuren is een-kristal X-straal diffractie. Het is echter geweten dat de verkregen kristalstructuren meestal niet overeen stemmen met de structuur van de moleculen in oplossing welke de actieve structuur is die het molecule aanneemt in het waterig milieu van de cel. Recente ontwikkelingen in de NMR spectroscopie, waaronder de Fourier transformatie methoden en pulstechnieken, maken deze techniek zeer geschikt voor het bepalen van conformaties van biomoleculen in oplossing. Zo kunnen bovendien ook structuren bepaald worden van moleculen waarvan geen een-kristallen kunnen gemaakt worden. Het interpreteren van NMR spectra voor het bepalen van de driedimensionale structuur is echter niet triviaal. Het verband tussen de conformatie en NMR parameters als chemische verschuivingen en koppelingsconstanten is tot nu toe enkel op empirische wijze bepaald. Oit komt door het groot aantal factoren die een invloed hebben op deze grootheden, zoals bijvoorbeeld de invloed van de lokale omgeving en lange afstand substituenteffecten op de chemische verschuiving alsook de invloed van conformationele effecten op de koppelingsconstanten. Bovendien moeten verschillende experimentele technieken toegepast worden om aile chemische verschuivingen en koppelingsconstanten nauwkeurig te bepalen, dit wegens overlap, uitmiddelingseffecten, enzoverder. Het berekenen, met behulp van kwantumchemische methoden, van chemische verschuivingen en koppelingsconstanten en de opsplitsing van deze grootheden in hun verschillende bijdragen kunnen het interpreteren van de experimentele spectra sterk vereenvoudigen maar bovendien eveneens helpen bij het verschaffen van inzicht in het verband tussen de spectra en de structuur. De toewijzing van chemische verschuivingen en koppelingsconstanten kan eenduidig gebeuren en de verschillende bijdragen tot deze grootheden kunnen afzonderlijk bepaald worden. Dit heeft een groot voordeel bij atypische situaties die niet kunnen vergeleken worden met bekende data, zoals bij sterische hindering of bij aanwezigheid van relatief zeldzame chemische elementen. NMR spectra van verschillende elementen die niet routinematig gemeten worden, kunnen verkregen worden zonder de noodzaak aan aanrijking of speciale apparatuur. Organisaties: • Structuurchemie
Onderzoekers: • Christian Van Alsenoy
Ontwikkeling en implementatie van een gecorreleerde kwantumchemische methode voor de berekening van analytische gradiënten aan grote systemen.
Universiteit Antwerpen Abstract: De Schrödinger-vergelijking, die kwantumchemische informatie geeft over systemen, kan niet exact worden opgelost voor moleculen. Een veel gebruikte benaderingsmethode is de Hartree-Fock methode, die zeer efficiënt kan worden gebruikt in combinatie met de in onze onderzoeksgroep ontwikkelde multiplicatieve integraal approximatie (MIA). Op het Hartree-Fock-niveau wordt de zogenaamde correlatie-energie echter niet in rekening gebracht en de DFT-methode is een methode die hiervoor een oplossing biedt aan een aanvaardbare computationale kost. De MIA-methode is tot op heden enkel toepasbaar voor energieberekingen. Krachten zijn echter noodzakelijk voor het uitvoeren van geometrieoptimalisaties en het berekenen van o.a. vibrationele gegevens. Het ontwikkelen van de MIA-krachten, de optimalisatie van de DFTkrachtencode en de ontwikkeling van een DFT/MIA-krachten methode, vormen het doel van dit project. De methodes zullen dan worden aangewend voor studies in het kader van farmaceutisch en materiaalonderzoek. Organisaties: • Structuurchemie • Structuurchemie
Onderzoekers: • Joris Van Droogenbroeck • Christian Van Alsenoy
Ontwikkeling en implementatie van een curriculum voor een interactieve cursus vaccinologie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds WHO. UA levert aan WHO de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Pierre Van Damme
Ontwikkeling en implementatie van digitale microfluïdica voor de gedetailleerde hoge-doorvoer analyse van gestresseerde bacteriële populaties KU Leuven Abstract: De fysiologie van micro-organismen wordt steeds meer op het niveau van de individuele cel (i.e. single-cell) bestudeerd. Om deze resolutie te kunnen bereiken, wordt vaak gebruik gemaakt van fluorescente merkers die op een uiterst gevoelige, selectieve en niet-invasieve manier de detectie van specifieke intracellulaire structuren en processen mogelijk maken. Wanneer deze merkers nu gecombineerd worden met de opkomende technologie van time-lapse fluorescentiemicroscopie (TLFM), dan wordt informatie verkregen over zowel (i) de lokalisatie (spatiale resolutie) van het fluorescentiesignaal in de cel als (ii) de verdere evolutie (zowel wat betreft intensiteit als lokalisatie) ervan in de tijd (temporele resolutie) en dit op single-cell niveau. Een belangrijk obstakel bij het uitbuiten van deze nieuwe experimentele en analytische mogelijkheden, wordt gevormd door het gebrek aan technologie waarmee grote aantallen van cellen onder de microscoop geïncubeerd en gemanipuleerd kunnen worden.De doe Organisaties: • Centr. Levensmidd.- & Microb. Technol.
Onderzoekers: • Abram Aertsen • Ioannis Passaris
Ontwikkeling en implementatie van de koppeling van microfluidic devices en massaspectrometrie. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling en implementatie van de koppeling van microfluidic devices en massaspectrometrie. Organisaties: • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Filip Lemiere
Ontwikkeling en implementatie van de koppeling tussen chip-based scheidingen en massaspectrometrie. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling en implementatie van de koppeling tussen chip-based scheidingen en massaspectrometrie. Organisaties: • NUCLEOSIDE ONDERZOEK EN MASSASPECTROMETRIE EENHEID • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Filip Lemiere
Ontwikkeling en immunologische evolutie van een eetbaar malaria vaccin in transgene planten. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling en immunologische evolutie van een eetbaar malaria vaccin in transgene planten. Organisaties: • Plantenfysiologie • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Yves Guisez
Ontwikkeling en gebruik van informatie- en communicatietechnologie binnen de kleinschalige professionele context : gebruiksgerichte analyse met innovatiestrategische implicaties en sociale en technologische aspecten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project beoogt het verwerven van fundamenteel gerichte sociaal-wetenschappelijke kennisopbouw binnen de communicatiewetenschappen aangaande ontwikkeling en gebruik van technologie voor informatie en communicatie bij kleinschalige economische entiteiten binnen de professionele context. De vraag s welke interpretatieve, sociale en technologische aspecten een rol spelen bij de interactie tussen aanbod en toe-eigening van informatie- en communicatietechnologie (ICT) door kleine KMO's ook wel 'Small Office & Home Office' (SOHO) genoemd (d.i. 0 tot 9 medewerkers). Tot op heden vormt dit kleinschalig professioneel publiek een ontbrekende schakel binnen het sociaaltheoretische onderzoek, ondanks hun maatschappelijk en economisch belang. Het huidige dominante discours heeft een economische dan wel een technologisch deterministische inslag, waarbij men veelal vanuit de praxis in grote organisaties. De centrale stelling van dit project is de nietextrapoleerbaarheid van slaag- en faalfactoren van ICT bij grote bedrijven naar de SOHO-context, net zo min als die bij de residentiële gebruikers. de voornaamste bijdrage bestaat erin na te gaan welk dan wel die slaag- en faalfactoren in de SOHO-context zijn. Door middel van een multi-
methodische onderzoeksopzet distilleren we hieruit een empirisch model dat de factoren van ontwikkeling en gebruik van ICT integreert. Organisaties: • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • JEAN-CLAUDE BURGELMAN
Ontwikkeling en gebruik van een 4D-GIS systeem ter ondersteuning van de conservatie van de Calacmul-site (Mexico) Universiteit Gent Abstract: Binnen het kaderwerk van het R&D samenwerkingsakkoord tussen BELSPO en UNESCO/WHP (2007-2011) helpt een Belgisch team van experten de UNESCO en lokale partners met het conservatiemanagement van UNESCO-sites. Het Belgisch consortium ontwerpt en implementeert een 4-dimensionaal GIS voor de deskundigen van het ?Biosphere Reserve and Archaeological Urban Centre van Calakmul/Yucatan Paninsula (Mexico)? Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Philippe De Maeyer
Ontwikkeling en functionele karakterisering van specifieke inhibitoren voor inflammatoire caspases. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Pieter Paula Frans Van Der Veken • Koen Augustyns
Ontwikkeling en functionele karakterisering van specifieke inhibitoren voor inflammatoire caspases Universiteit Gent Abstract: De inflammatoire caspasen moduleren de immuunrespons, maar hun ongewenste activering is geassocieerd met immuunziekten in de mens. Echter, de ontwikkeling van inhibitoren die een onderscheid maken tussen de verschillende inflammatoire caspasen vormt nog steeds een grote uitdaging. Wij stellen hier voor een nieuwe klasse van inhibitoren te ontwikkelen die gericht zijn op specifieke inflammatoire caspasen. Dergelijke inhibitoren bieden enorme opportuniteiten voor de studie van de signaaltransductiewegen van inflammatoire caspasen, en voor therapeutische interventie. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Kris Gevaert • Mohamed Lamkanfi
Ontwikkeling en exploitatie van testsystemen voor de evaluatie van therapieën voor peroxisomale leukodystrofieën. KU Leuven Abstract: Leukodystrofieën waaronder ook peroxisomale ziekten worden gekenmerkt door inflammatie, demyelinatie en axonale degeneratie in wisselende mate.Het is algemeen aanvaard dat axonale schade uiteindelijk zal leiden totfunctionele tekorten zoals ook in multiple sclerose. We beschikken over2 muismodellen (Nestin-pex5 en MFP2 knockout muizen) waarin deze drie pathologieën ontwikkelen. In dit project willen we op basis van deze modellen testsystemen ontwikkelen om potentiële nieuwe therapieën te testen.Om een redelijke throughput van testsubstanties te bereiken, is ons eerste doel in vitro systemen op te zetten waarin deze pathologieën ontwikkelen. We zullen zowel organotypische schijfculturen als aggregaatculturen optimaliseren. Het voordeel van deze systemen is hun driedimentionele structuur en het feit dat ze gedurende langere tijd kunnen bewaard worden. Vermits we in de laatste jaren duidelijk gekarakteriseerd hebbenwanneer pathologie ontwikkelt in vivo, zullen we deze informatie nu gebr Organisaties: • Cellulair Metabolisme
Onderzoekers: • Myriam Baes
Ontwikkeling en evaluatie van voedingsvoorlichting materiaal. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Christophe Matthys
ontwikkeling en evaluatie van synthetische diamant-gebaseerde kolommen voor vloeistofchromatografie en caillaire electrochromatografie Universiteit Gent Abstract: het hydrofoob en warmte afvoerend karakter van synthetische diamant maakt dit materiaal interessant als pakkingmateriaal ovor lange HPLC kolommen die bij ultrahoge drukken kunnen gehandteerd worden waar warmteontwikkeling door frictie in de kolom en dundamentele hinderpaal vormen voor ontwikkeling van de mogelijkheden die het biedt de afvoer van joule warmte. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Frederic Lynen
Ontwikkeling en evaluatie van specifieke strategieën voor het doelgericht labelen van intracellulaire structuren met quantum dots in levende cellen Universiteit Gent Abstract: Het huidig project richt zich op de intracellulaire afgifte van fluorescente nanomaterialen (quantum dots), waarbij verschillende technologieën uitgetest worden om de partikels in het cytoplasma van de cel te krijgen. Enerzijds zal gebruik gemaakt worden van hitte-
genererende partikels, alsook de combinatie van ultrasound en quantum dots op het genereren van membraanporiën, waarbij de cytoplasmatische afgifte vergeleken wordt met microinjectie Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Kevin Braeckmans • Stefaan Soenen
Ontwikkeling en evaluatie van radioaktief gemerkte morfolino-analogen als pretargeting strategie voor "cell tracking" in vivo. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwikkeling en evaluatie van radioaktief gemerkte morfolino-analogen als pretargeting strategie voor "cell tracking" in vivo. niet ter beschikking Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • VICKY CAVELIERS • AXEL BOSSUYT
Ontwikkeling en evaluatie van radioaktief gemerkte morfolino-analogen als pretargeting strategie voor "cell tracking" in vivo. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwikkeling en evaluatie van radioaktief gemerkte morfolino-analogen als pretargeting strategie voor "cell tracking" in vivo. niet ter beschikking Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • AXEL BOSSUYT
Ontwikkeling en evaluatie van PET liganden voor de in-vivo visualisatievan fosfodiesterase type 5 (PDE5). KU Leuven Abstract: Fosfodiesterasen zijn enzymen die de signaalstoffen cAMP en cGMP hydrolyseren. Fosfodiesterase type 5 (PDE5) is het doelwit voor de behandelingvan erectiestoornissen met de gekende PDE5 inhibitor sildenafil (Viagra). De expressie van PDE5 is opgereguleerd in de longen bij pulmonairehypertensie en in het hart bij myocardiale aandoeningen.Beide pathologieën kunnen mogelijk behandeld worden met PDE5 inhibitoren.Dit project beoogd de ontwikkeling van een radioactief gemerkte speurstof die specifiek bindt aan PDE5.De straling die wordt uitgezonden bij hetverval van de gebruikte radionucliden wordt gedetecteerd door een PET camera die in combinatie met de te ontwikkelen speurstof toelaat om de expressie van PDE5 specifiek in de longen en het hart in beeld te brengen. In dit project zullen de nieuwe PDE5 speurstoffen geëvalueerd worden in diermodellen met long en hartaandoeningen om na te gaan of de speurstoffen toelaten om een pathologisch verhoogde expressie van PDE5 te detecteren.nbsp; Sle Organisaties: • Radiofarmacie
Onderzoekers: • Guy Bormans • Johan Vanhaecke • Luc Mortelmans • Johan Nuyts • Alfons Verbruggen • Olivier Gheysens
Ontwikkeling en evaluatie van partikelvormige formulaties voor een selectieve afgifte van antigenen en immuunsturende componenten aan dendritische cellen. Universiteit Gent Abstract: De ontwikkeling van profylactische vaccins tegen pathogenen zoals HIV, Mycobacterium tuberculosis en HCV vormt een enorme uitdaging en vereist wellicht de inductie van sterke T cel gemedieerde immuunantwoorden. In dit project wensen we een nieuw multifunctioneel antigeen afgifte platform te ontwikkelen dat in staat is dergelijke immuunantwoorden op te wekken door zowel antigenen als immuunactiverende componenten specifiek naar antigeenpresenterende cellen te sturen. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Johan Grooten
Ontwikkeling en evaluatie van nucleïnezuur amplificatie methodes voor de detectie van respiratoire pathogene organismen in community acquired pneumonie. (NAACAP) Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project zal resulteren in een aantal snelle 'real time' multiplex nucleïnezuur amplificatie testen (NZAT) die het gehele spectrum verwekkers van atypische pneumonie beslaan, en in algoritmes voor hun toepassing. Elk van de 4 partners zal in nauwe samenwerking met de anderen een deel van de noodzakelijke testen ontwikkelen. De combinatie hiervan zal resulteren in NASBA (RNA doelwit) en PCR (DNA doelwit) multiplex testen. De deelname van een industriële partner is van cruciaal belang om technische problemen op te lossen. De testen zullen onderling gevalideerd worden door gebruik te maken van proficiency panels. De ontwikkelde testen zullen klinisch gevalideerd worden door ze toe te passen op een significant aantal goed gedocumenteerde respiratoire monsters die door 3 partners verzameld worden. De analyse van de resultaten zal toelaten om algoritmes te ontwikkelen en toe te passen omde etiologische diagnose van CAP te stellen. Het doel van dit project is de ontwikkeling en standaardisatie van moleculaire testen met 'real time' detectie door gebruik te maken van moleculaire beacons voor de etiologische agentia verantwoordelijk voor dit syndroom en de optimalisatie van de diagnostische bruikbaarheid door de individuele testen te combineren in een multiplex vorm doordat de traditionele benadering voor de diagnose van community acquired pneumonie traag, ongevoelig en omslachtig is. De gebundelde krachten van de 4 labo's, met elk zijn eigen ervaring en competentie met betrekking tot de verschillende aspecten van het probleem, staan garant om de gestelde objectieven te verwezenlijken. De implementatie van de ontwikkelde testen moet resulteren in een verbeterde gezondheidszorg door zowel een snellere diagnostiek en een
correcte identificatie van een breed spectrum etiologische verwekkers verantwoordelijk voor community acquired pneumonie als een beter afgestemd gebruik van antimicrobiële middelen resulterend in een verminderde antibiotica druk en in een verminderde antibioticum resistentie Organisaties: • Medische microbiologie • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Margareta Ieven • Herman Goossens
Ontwikkeling en evaluatie van nieuwe tijdsgeresolveerde spectroscopische methoden om elektron- en energietransfer te karakteriseren in materialen voor organische en hybride lichtemitterende diodes en fotovoltaïsche cellen. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Mark Van der Auweraer • Eduard Fron
Ontwikkeling en evaluatie van methodes voor de bepaling van stroomdichtheids- en laagdikteverdelingen in elektrochemische systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: (Aanvullende subsidiering bij EU projekt) Dit projekt heeft als doel de ontwikkeling en evaluatie van numerieke methodes voor de berekening van stroomdichtheid- en laagdikteverdelingen van reagerende deeltjes in elektrochemische systemen van verschillende aard en industriele toepasbaarheid. De behaalde resultaten vormen essentiele ontwerpmechanismen voor een groot aantal elektrochemische industrieen. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek
Onderzoekers: • JOHAN DECONINCK
Ontwikkeling en evaluatie van methodes voor de bepaling van stroomdichtheids- en laagdikteverdelingen in elektrochemische systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: (Aanvullende subsidiering bij EU projekt) Dit projekt heeft als doel de ontwikkeling en evaluatie van numerieke methodes voor de berekening van stroomdichtheid- en laagdikteverdelingen van reagerende deeltjes in elektrochemische systemen van verschillende aard en industriele toepasbaarheid. De behaalde resultaten vormen essentiele ontwerpmechanismen voor een groot aantal elektrochemische industrieen. Organisaties: • Elektrotechniek-Energietechniek
Onderzoekers: • JOHAN DECONINCK
Ontwikkeling en evaluatie van leptine receptor antagonisten als therapeutische strategie voor de behandeling van multiple sclerosis Universiteit Gent Abstract: Het gewichtregulerende hormoon leptine speelt een belangrijke rol in het ontstaan en de progressie van een reeks T-cel gestuurde autoimmuun ziekten, waaronder multiple sclerosis (MS). In dit project wensen we nanobodies, een relatief nieuwe techniek die gebruik maakt van kameel antilichamen, gericht tegen de leptine receptor te ontwikkelen en te evalueren in een relapsing-remitting muis model voor MS. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Jan Tavernier
Ontwikkeling en evaluatie van industriele electrochemische reaktoren (DESINER) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit projekt heeft als doel om betrouwbare en algemeen toepasbare ontwerp- en testmethodes te ontwikkelen voor elektrochemische reaktoren van diverse aard en industriele toepasbaarheid. De behaalde resultaten zullen leiden tot ontwerpmethodes (CIME-tools) voor een grote verscheidenheid van takken in de elektrochemische industrie zoals vernikkelen en vergulden, etsen, anodisatie, ECM en de behandeling van electrochemisch afval. Organisaties: • Metallurgie, Elektrochemie en Materialenkennis • Elektrotechniek-Energietechniek
Onderzoekers: • ANNICK HUBIN • JOHAN DECONINCK
Ontwikkeling en evaluatie van geattenueerde vaccins op basis van fimbriële adhesinen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Probleemstelling en doelstelling. Vasthechting van een bacterie aan receptoren op de mucosa van de gastheer is de eerste stap van een bacteriële infectie. Daar deze vasthechting vaak gebeurt via fimbriële adhesinen, is het opwekken van antilichamen tegen deze adhesinen ter hoogte van de mucosa potentieel een interessante strategie om bacteriële infecties te voorkomen. Het adhesine bestaat bij de onderzochte fimbriae uit twee domeinen, een lectinedomein dat de receptor herkent en een pilinedomein, dat zorgt voor vasthechting op de basisstructuur van de pilus. Het doel van dit project is de ontwikkeling van recombinante vaccins gebaseerd op het lectinedomein van fimbriële adhesinen. Twee adhesinen werden uitgekozen als model, namelijk het FimH adhesine van type 1 fimbriae en het F17G adhesine van F17 fimbriae. Type 1 pili komen voor bij vele Enterobacteriaceae en worden beschouwd als een belangrijke virulentiefactor van uropathogene Escherichia coli (UPEC). De UPEC zijn de belangrijkste oorzaak van infecties aan de urinewegen bij de mens. Aanhechting van de kiemen aan het oppervlak van epitheelcellen van de blaas gebeurt via het FimH adhesine, op de top van bacteriële type 1 pili. F17 fimbriae komen voor bij bepaalde enterotoxigene E. coli (ETEC) van runderen en laten deze toe te binden aan het intestinaal epitheel.
Methodiek. Er zal gebruik gemaakt worden van geattenueerde Salmonella stammen die in levende vorm toegediend worden. De lectinedomeinen van de adhesinen zullen op het oppervlak van de Salmonella vaccinstammen uitgedrukt worden als fusieproteïnen met een E. coli autotransportereiwit. Van de F17G zullen twee varianten, een met interne zwavelbrug (F17a-G) en een zonder zwavelbrug in het lectinedomein (F17b-G) onderzocht worden. Om te controleren of de adhesinen op het oppervlak van de bacteriecellen uitgedrukt zijn, zal gebruik gemaakt worden van (i) agglutinatietesten, (ii) herkenning door specifieke antilichamen in immunofluorescentie experimenten, (iii) enzyme linked immunosorbent assay (ELISA) van hele cellen en (iv) degradatie door extern toegediende proteasen, gevolgd door sodiumdodecylsulfaat-polyacrylamide gel electrophoresis (SDS-PAGE) en Western blot. Als de lectinedomeinen op het oppervlak uitgedrukt worden, zal overgegaan worden naar vaccinatie-experimenten waarbij het immuunantwoord op deze lectinedomeinen zal nagegaan worden. Verschillende vaccinatiestrategieën zullen uitgetest en vergeleken worden. In eerste instantie zullen als proefdieren BALB/c muizen gebruikt worden die oraal en nasaal geïmmuniseerd worden met (i) levende en (ii) afgedode Salmonella vaccinstammen die het lectinedomein van de adhesinen uitdrukken op het oppervlak. Er zal tevens geïmmuniseerd worden door injectie van (iii) gezuiverde totale fimbriae en (iv) gezuiverde lectinedomeinen om na te gaan of het gebruik van een carrierbacterie de verwachte voordelen biedt. Telkens zal, op verschillende tijdstippen na immunisatie, met behulp van ELISA de titer aan IgAs en IgGs tegen het lectinedomein van de adhesinen in serum en in speeksel nagegaan worden. Verder zal gecontroleerd worden of de antilichamen de binding van bacteriën kunnen inhiberen. Dit is mogelijk door inhibitie van agglutinatie te bepalen aan de hand gist- (voor type 1 fimbriae) en erythrocytsystemen (voor F17 fimbriae). Voor F17-fimbriae zal tevens een in vitro systeem gebruikt worden om de binding van de bacteriën aan intestinale villi, in aan- en afwezigheid van antilichamen na te gaan. Indien inhibitie van binding slaagt, kan onderzocht worden of gevaccineerde muizen na challenging resistent blijken te zijn. Hiervoor zal voor F17 het Duchet-Suchaux neonatal ETEC challenge model en het intranasaal ETEC model gebruikt worden. Voor UPEC zal het experimenteel muismodel voor bacteriële cystitis gebruikt worden. Verder kan, als de muisexperimenten positief zijn, overgegaan worden op proeven met andere dieren. Samenwerkingen. VUB onderzoeksgroep Ultrastructuur (expressie en zuivering lectinedomeinen) VUB onderzoeksgroep Cellulaire en Moleculaire Immunologie (vaccinatie-experimenten) Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • JEAN-PIERRE HERNALSTEENS • Nani VAN GERVEN
Ontwikkeling en evaluatie van een recombinant vaccin tegen malaria bij het rund veroorzaakt door Theileria parva. Universiteit Antwerpen Abstract: `East coast fever' (ECF) is een door teken overdraagbare ziekte veroorzaakt door de complexe protozoaire parasiet Theileria parva. Deze met Plasmodium spp. verwante parasiet veroorzaakt een hoge mortaliteit van runderen in grote gebieden van Oost en Centraal Afrika. De sporozoieten van T. parva infecteren de B- en T-lymfocyten waarop de gastheer via een cytotoxische T-cel (CTL) respons reageert. Deze cellulaire CD8P+P immuunreactie bij ECF is zeer sterk en waarschijnlijk door een beperkt aantal antigenen bepaald, in tegenstelling tot de zwakke en complexe immuunreactie in het geval van Plasmodium. Een van die antigenen is (mogelijk) gelegen in de polymorfisch immunodominante molecule (PIM), een membraaneiwit dat door een `single copy' gen wordt gecodeerd en overvloedig aanwezig is in het pathogene schizontstadium. Vaccins die samengesteld zijn uit recombinante eiwitten zijn dikwijls zwak immunogeen en moeten daarom samen toegediend worden met zogenaamde adjuvantia. Zelf-assemblerende partikels die gekoppeld zijn aan specifieke antigenen kunnen de toelevering van deze antigenen aan antigen presenterende cellen bevorderen en eveneens als adjuvans fungeren van de gecoëxpresseerde eiwitten. Hepatitis B core antigen (HBcAg) is zo een drager- en immunostimulerende molecule die bestaat uit 180 subeenheden die elk een `spike' vormen. Door insertie van een antigen in deze `spikes' worden de immunologische eigenschappen van de core overgedragen op het insert. In de loop van dit project zullen recombinante hybride partikels van HBcAg en het getrunceerde PIM van T. parva aangewend worden als vaccin in runderen. Zo zal getest worden of het gebruik van HBcAg als dragermolecule een relevante cellulaire immuniteitsreactie opwekt met het oog op verdere toepassingen met betrekking tot de mens en zal een bijdrage geleverd worden aan de ontwikkeling van een veilige immunisatietechniek voor ECF. Organisaties: • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Yves Guisez • Michiel Etienne Janssens
Ontwikkeling en evaluatie van een recombinant vaccin tegen malaria bij het rund veroorzaakt door Theileria parva. Universiteit Antwerpen Abstract: `East coast fever' (ECF) is een door teken overdraagbare ziekte veroorzaakt door de complexe protozoaire parasiet Theileria parva. Deze met Plasmodium spp. verwante parasiet veroorzaakt een hoge mortaliteit van runderen in grote gebieden van Oost en Centraal Afrika. De sporozoieten van T. parva infecteren de B- en T-lymfocyten waarop de gastheer via een cytotoxische T-cel (CTL) respons reageert. Deze cellulaire CD8P+P immuunreactie bij ECF is zeer sterk en waarschijnlijk door een beperkt aantal antigenen bepaald, in tegenstelling tot de zwakke en complexe immuunreactie in het geval van Plasmodium. Een van die antigenen is (mogelijk) gelegen in de polymorfisch immunodominante molecule (PIM), een membraaneiwit dat door een `single copy' gen wordt gecodeerd en overvloedig aanwezig is in het pathogene schizontstadium. Vaccins die samengesteld zijn uit recombinante eiwitten zijn dikwijls zwak immunogeen en moeten daarom samen toegediend worden met zogenaamde adjuvantia. Zelf-assemblerende partikels die gekoppeld zijn aan specifieke antigenen kunnen de toelevering van deze antigenen aan antigen presenterende cellen bevorderen en eveneens als adjuvans fungeren van de gecoëxpresseerde eiwitten. Hepatitis B core antigen (HBcAg) is zo een drager- en immunostimulerende molecule die bestaat uit 180 subeenheden die elk een `spike' vormen. Door insertie van een antigen in deze `spikes' worden de immunologische eigenschappen van de core overgedragen op het insert. In de loop van dit project zullen recombinante hybride partikels van HBcAg en het getrunceerde PIM van T. parva aangewend worden als vaccin in runderen. Zo zal getest worden of het gebruik van HBcAg als dragermolecule een relevante cellulaire immuniteitsreactie opwekt met het oog op verdere toepassingen met betrekking tot de mens en zal een bijdrage geleverd worden aan de ontwikkeling van een veilige immunisatietechniek voor ECF. Organisaties: • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Yves Guisez • Michiel Etienne Janssens
Ontwikkeling en evaluatie van een nieuwe vaccinatiemethodologie voor een verbeterde CTL-opwekking tegenover de apicomplexa parasiet Theileria parva door middel van antigenen gefusioneerd met hsp chaperones. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoek beoogt het uittesten van drie verschillende HSPs als dragermoleculen van antigenen en hun vermogen om in een zoogdiermodel een meer efficiënte immuunreactie te induceren met een verhoogde CTL-respons tegenover de protozoaire parasiet T. parva. Daarbij zalook kwantitatief nagegaan worden in hoeverre de drie HSPconstructen verschillende immunologische reacties teweegbrengen door hun mogelijkheid tot "cross- presentation" van de antigenen naast de cytosolische MHC-I presentatie. Bovendien zal het gebruik van HSP gekoppelde antigenen ingepast worden in heterologe prime-boost schema's waarbij zowel het hepatitis B core antigen (HBcAg) als een Listeria monocytogenes als ook een naakt DNA-construct zullen uitgetest worden op hun CTL-responsen (vaccinconstructen worden ofwel aangemaakt binnen de samenwerking UA-ITG; Guisez, Geysen, of zijn ter onzer beschikking; KULeuven-ITG). Organisaties: • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Yves Guisez • Ine De Goeyse
Ontwikkeling en evaluatie van een nieuwe vaccinatiemethodologie voor een verbeterde CTL-opwekking tegenover de apicomplexa parasiet Theileria parva door middel van antigenen gefusioneerd met hsp chaperones. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoek beoogt het uittesten van drie verschillende HSPs als dragermolecule voor antigenen en van hun vermogen om in een zoogdiermodel een sterke en efficiënte immuunreactie te induceren met een verhoogde CTL-respons tegen de protozoaire parasiet T. parva. Het mHSP70 (mycobacteriële HSP70) zal gebruikt worden als controle, omwille van de beschikbaarheid van vele literatuurgegevens als meest gebruikte fusieproteïne. Het bHSP70 (het HSP70 van Bos taurus) zal gebruikt worden om de hypothese na te gaan of specifieke gastheer chaperones de CTL-reactie gunstig kunnen beïnvloeden en het tHSP90 (HSP90 van T. parva) omwille van het feit dat deze als één van de T. parva CTL inducerende antigenen werd geïdentificeerd (E. Taracha, persoonlijke communicatie). Daarbij zal ook kwantitatief nagegaan worden of hun mogelijkheid tot 'cross-presentation', naast de cytosolische MHC-I presentatie, de immunologische reactie zal versterken. Organisaties: • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Yves Guisez • Ine De Goeyse
Ontwikkeling en evaluatie van een nieuwe generatie radiofarmaca gemerkt met Rhenium-188 voor de behandeling van hepatocellulair carcinoom en Bcel non Hodgkin lymfoom Universiteit Gent Abstract: De ontwikkeling van nieuwe Re-Lipiodol gemerkte derivaten met behulp van Re(+I)(CO)3 merkingstechniek, de ontwikkeling van antiCD20 gemerkte antilichaamderivaten met behulp van nieuwe bifunctionele chelatoren geschikt voor binding van Re(+I)(CO)3. Ontwikkeling en evaluatie van een nieuwe generatie radiofarmaca gemerkt met Rhenium-188 voor de behandeling van hepatocellulair carcinoom en Bcel non Hodgkin lymfoom. Organisaties: • Vakgroep Radiotherapie en Experimenteel Kankeronderzoek
Onderzoekers: • Filip De Vos • Rudi Dierckx • Christophe Van De Wiele
Ontwikkeling en evaluatie van een nieuwe accinatiemethodologie voor een verbeterde CTL-opwekking tegenover de apicomplexa parasiet Theileria parva door middel van antigenen gefusioneerd met hsp chaperones. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoek beoogt het uittesten van drie verschillende HSPs als dragermolecule voor antigenen en van hun vermogen om in een zoogdiermodel een sterke en efficiënte immuunreactie te induceren met een verhoogde CTL-respons tegen de protozoaire parasiet T. parva. Het mHSP70 (mycobacteriële HSP70) zal gebruikt worden als controle, omwille van de beschikbaarheid van vele literatuurgegevens als meest gebruikte fusieproteïne. Het bHSP70 (het HSP70 van Bos taurus) zal gebruikt worden om de hypothese na te gaan of specifieke gastheer chaperones de CTL-reactie gunstig kunnen beïnvloeden en het tHSP90 (HSP90 van T. parva) omwille van het feit dat deze als één van de T. parva CTL inducerende antigenen werd geïdentificeerd (E. Taracha, persoonlijke communicatie). Daarbij zal ook kwantitatief nagegaan worden of hun mogelijkheid tot 'cross-presentation', naast de cytosolische MHC-I presentatie, de immunologische reactie zal versterken. Organisaties: • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Yves Guisez • Ine De Goeyse
Ontwikkeling en evaluatie van een nanobody -morfolino construct als pretargeting strategie voor celle imaging in vivo. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Nanobodies zijn 15kDa proteïnen afgeleid van zware-keten antilichamen die men terugvindt bij Camelidae. Ze vertonen unieke eigenschappen tov conventionele antilichamen en antilichaam fragmenten op het gebied van stabiliteit, oplosbaarheid en epitoop-herkenning. Naast therapeutische toepassingen, kunnen nanobodies ook gebruikt worden als tracers voor in vivo beeldvorming. Voor de detectie van tumoren werden specifieke Nanobodies gegenereerd gericht tegen tumor-geassocieerde antigenen. Na merking met 99mTc werden hoge kwaliteit 3D beelden bekomen met pinhole SPECT/CT die een duidelijke tumor accumulatie tonen van het gemerkt nanobody, in verhouding met het aantal antigenen dat uitgedrukt wordt ter hoogte van de celmembraan. Wanneer men echter cellen in vivo wil detecteren die slechts een gering aantal specifieke merkers uitdrukt, zal een meer sensitieve detectie-techniek vereist zijn. We trachten zo een techniek te ontwikkelen gebaseerd op pretargeting van cel-gerichte Nanobodies die een morfolino staart dragen. Morfolinos zijnn oligonucleotiden met een unieke sekwentie. In een tweede tijd wordt een 99mTc gemerkt antimorfolino toegediend die zich specifiek ter hoogte van de cellen zal opstapelen en zo een meer intensief radioaktief signaal zal uitzenden. In eerste instantie zal een Nanobody-morfolino construct gesynthetiseerd worden. In in vivo experimenten met kleine proefdieren zal vervolgens tumordetectie via Nanobody-morfolino pretargeting vergeleken worden met targeting via rechtstreeks gemerkte Nanobodies. Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers:
• AXEL BOSSUYT
Ontwikkeling en evaluatie van een interventie om een actieve levensstijl te promoten bij recent gepensioneerde volwassenen Universiteit Gent Abstract: In dit project zal een interventie ontwikkeld, geïmplementeerd en geëvalueerd worden om bij recent gepensioneerde volwassenen een actieve levensstijl te promoten. Na het bepalen van de kritische determinanten van deze gedragingen aan de hand van focugroepen en een observationele studie, zal een multidimensionele interventie ontwikkeld en geïmplementeerd worden. Korte (3 maanden) en lange (12 maanden) termijn effecten van de interventie zullen worden onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Bewegings- en sportwetenschappen
Onderzoekers: • Ilse De Bourdeaudhuij
Ontwikkeling en evaluatie van een gemeenschappelijk lio-traject voor de Specifieke Lerarenopleidingen van ELAnt. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoeksproject heeft tot doel de huidige situatie i.v.m. het lio-traject in kaart te brengen aan de hand van een evaluatie van de huidige lio-trajecten, om vervolgens een gemeenschappelijk format voor de lio-baan te ontwikkelen, zowel wat betreft begeleiding als beoordeling. Daarbij worden de randvoorwaarden voor een succesvolle implementatie geïnventariseerd. Organisaties: • EduBROn
Onderzoekers: • Mathea Simons • Elke Struyf • Wil Meeus
Ontwikkeling en evaluatie van een BRUG-interventie (BRUG: Borstkanker Re-integratie vanUit Gezondheidszorg). KU Leuven Abstract: Borstkanker treft alsmaar meer mensen op jongere leeftijd. Door betere behandeling is de overlevingkans toegenomen en is borstkanker een chronische aandoening geworden. Het (terug) kunnen werken is voor veel patiënten een heel belangrijk onderdeel in het herstel en het verhogen van de levenskwaliteit. Dit onderzoeksproject heeft als doel om een BRUG begeleidingstraject te ontwikkelen en te implementeren. De begeleiding zal ingebed worden in de bestaande zorg en zal worden afgestemd op de mogelijkheden en vragen van borstkankerpatiënten. Een mimic randomised controlled trial zal worden opgezet om de aanpak te evalueren. Organisaties: • Omgeving en Gezondheid
Onderzoekers: • Lode Godderis
Ontwikkeling en evaluatie van artsenijvormen met een therapeutisch eiwit gebruikt voor oculaire doeleinden Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project worden via een factorial design diverse oculaire dragersystemen voor gereguleerde afgifte van een peptide onderzocht. In vitro en in vivo studies worden uitgevoerd om geschikte kandidaten te selecteren. Aanvankelijk wordt gewerkt met het peptide cyclosporine. Het ontwikkelde technologisch platform kan nadien worden aangewend om andere therapeutisch interessante peptiden in een geschikte artsenijvorm te incorporeren. Organisaties: • Laboratorium voor Farmaceutische Technologie en Biofarmacie
Onderzoekers: • Dave Van Den Plas
Ontwikkeling en evaluatieonderzoek van een pedagogisch preventieprogramma omtrent opvoedings- en gezinsondersteuning bij genotmiddelengebruikvan vroege adolescenten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Sedert 1994 bouwde de vakgroep ONLE de nodige expertise op inzake de registratie van genotmiddelengebruik bij adolescenten. De gegevens vormen een basis voor preventieactiviteiten van adolescenten in Vlaanderen. Het toenemende genotmiddelengebruik bij adolescenten, ook in de vroege adolescentie (12 tot 15 jaar) leidt tot hogere opvoedingsspanningen bij de ouders.Geleidelijk aan werd in onze onderzoeken de focus ook gericht op de invloed van ouders op het genotmiddelengebruik van adolescenten. De ontwikkeling van preventieprogramma's omtrent genotmiddelengebruik waarbij zowel ouders als hun adolescenten zijn betrokken, wordt internationaal als noodzakelijk geacht.Het onderzoek heeft tot doel na te gaan welke elementen belangrijk zijn bij een programma van opvoedingsondersteuning en tevens de effectiviteit van het opvoedingsondersteuningsprogramma te bekijken. Het onderzoek omvat vier fasen. In een eerste fase zal aan de hand van literatuurstudie en secundaire analyse van de epidemiologische genotmiddelenonderzoeken van de vakgroep ONLE een begrippenkader worden opgesteld dat aan de preventiewerkers zal worden voorgesteld. Aan de hand van een Delphi-onderzoek zal in een tweede fase nagegaan worden hoe het opvoedingsprogramma gestalte moet krijgen. In een derde fase wordt het preventieprogramma samen met de preventiediensten van genotmiddelengebruik uitgetest. Parallel aan het programma zal via een 'Solomon Four Group Multivariate Repeated Measures' onderzoeksdesign de effectiviteit van het preventieprogramma worden nagegaan. Organisaties: • Ontwikkelings- en Levenslooppsychologie
Onderzoekers: • PATRICK LAMBRECHT • CAROLINE ANDRIES
Ontwikkeling en efficiëntie-evaluatie van innovatieve dermato-cosmetische lotions met werking op de barrièrefunctie van de huid. (Onderzoeksmandaat (beurs) : Kristien DE PAEPE) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van het huidig project situeert zich in het studiedomein van de barrièrefunctie van de menselijke huid en betreft een industriële toepassing waarbij vernieuwende dermato-cosmetische producten ontwikkeld zullen worden die een waardevolle bijdrage kunnen betekenen tot een meer efficiënte huidverzorging. Hierbij gaat de interesse vooral uit naar het op punt stellen van een sprayformulatie, een galenische vorm die momenteel erg in trek is wegens de hygiënische en gebruiksvriendelijke eigenschappen. De samenstelling van deze lotions dient zodanig te worden geformuleerd dat de producten naast het beoogde beschermend en herstellend effect ook zouden beschikken over reinigende eigenschappen. Een tweede belangrijke vraagstelling in dit onderzoeksproject, is de geschiktheid van de te ontwikkelen lotions voor de impregnatie van papieren
neuszakdoekjes. Deze doekjes dienen dan de eigenschappen te bezitten om de barrière van de nasolabiale zone te beschermen en ook te helpen om het genezingsproces te ondersteunen. Om deze doelstellingen te realiseren dienen een aantal biofysische technieken ontwikkeld en verder op punt gesteld te worden. Dit betreft voornamelijk: (i) de technieken om huidreliëfmetingen uit te voeren, (ii) methoden om op niet-invasieve wijze huidstripping mogelijk te maken, (iii) impregnatietechnieken voor cosmetische doekjes, enz. Tevens dient ook een deel basisonderzoek te gebeuren in die domeinen waarvan er tot nu toe geen literatuurgegevens voorhanden zijn. Dit is zeker het geval voor de barrièrefunctie van de nasolabiale zone, zowel onder normale gezonde omstandigheden, als bij een neusverkoudheid. Organisaties: • Toxicologie, Dermato-cosmetologie en Farmacognosie
Onderzoekers: • VERA ROGIERS
Ontwikkeling en consolidatie van sequentiële representaties bij impliciet leren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het verwerven van een vaardigheid wordt veelal gekenmerkt door het impliciet leren van een sequentie, aangezien meestal een opeenvolging van gebeurtenissen in de tijd geleerd wordt. Hoewel er al veel onderzoek naar impliciet sequentieleren gebeurd is, is het nog steeds niet duidelijk hoe de opgedane sequentiële kennis precies gerepresenteerd wordt. Om hier meer inzicht in te verwerven, gaan we in het huidige project het abstractieniveau, de snelheid van ontwikkeling en de mate van consolidatie van perceptuele en motorische sequentiële representaties na. In tweede instantie zullen we onderozeken of de resultaten gevonden bij een jongvolwassenen populatie, veralgemeenbaar zijn naar kinderen, dewelke andere neurale systemen zouden rekruteren bij het verwerven van sequentiële vaardigheden. Organisaties: • Experimentele en Toegepaste Psychologie
Onderzoekers: • Eva VAN DEN BUSSCHE • ERIC SOETENS • Natacha DEROOST
Ontwikkeling en capaciteitsopbouw van de ISIS gebaseerde "Library Automation Software": ondersteuning en duurzaamheid (DOCBIBLAS III). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds VLIR. UA levert aan VLIR de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Universitair beheer en administratie • Onderzoeksgroep Boek, Bibliotheek en Informatie
Onderzoekers: • Egbert De Smet
Ontwikkeling en capaciteitsopbouw van de ISIS gebaseerde "Library Automation Software": Implementatie-initiatieven (DOCBIBLAS II). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project heeft als doel een implementatie-phase toe te voegen aan het DOCBIBLAS I project waarin een bibliotheek-automatisering gebaseerd op UNESCO's CDS/ISIS technologie werd ontwikkeld. De software is beschikbaar en trainingsmaterialen getest in een workshop, terwijl een brede ISIS FOSS-community (wereldwijde groep van ISIS-gebruikers) nood heeft aan ondersteuning. Het project wil in de eerste plaats die ondersteuning ontwikkelen voor VLIR/UOS partner-bibliotheken. Organisaties: • Onderzoeksgroep Boek, Bibliotheek en Informatie • Informatie, Emancipatie & Ontwikkeling
Onderzoekers: • Egbert De Smet
Ontwikkeling en bouw van electroplating- en PC-gestuurde radiochemiesystemen Vrije Universiteit Brussel Abstract: studie rond de Ontwikkeling en bouw van electroplating- en PC-gestuurde radiochemiesystemen Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT • PIERRE VAN DEN WINKEL
Ontwikkeling en analyse van 'tools' die toelaten de activiteit van Rho GTPasees te moduleren in vitro en in vivo Universiteit Gent Abstract: Ons recent werk toont aan dat verschillende pathogene bacterien door interferentie met Rho GTPasen de immuunrespons van de gastheer kunnen beinvloeden. Het huidige project focuseert zich op de ontwikkeling en het uittesten van een aantal 'tools' en benaderingen die moeten toelaten om de activiteit van Rho GTPasen in vitro en in vivo te herstellen met als doel de infectie te bestrijden. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Rudi Beyaert
Ontwikkeling Cryokristallografie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwikkeling van cryokristallografische methoden op biologische samples. Ontwikkeling in het algemeen en heel in het bijzonder naar synchrotron data-acquisitie toe.Heel in het bijzonder wensen we netwerken van conservatieve watermoleculen in eiwitstructuren nauwkeurig te documenteren alsook de rol van H2O moleculen in hoog-resolutie proteïne-carbohydraat complexen. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen • Natuurkunde
Onderzoekers: • FREDDY POORTMANS • REMY LORIS • DOMINIQUE MAES
Ontwikkeling binnen de VUB van een programma om een verbrandingsoven te modulleren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Emissienormen voor afvalverbrandingsoven betreffende dioxines, zware metalen, CO en NOx worden meer en meer streng. Nochtans is de optimalisatie van de verbranding (die essentieel is om de polluenten "aan de bron" te kunnen verminderen) zeer meoilijk aan te pakken bij gebrek aan een efficient simulatiewerktuig. Vandaag kan slrechts de gasstroming gesimuleerd worden, zonder de invloed van het bed van afval of de radiatie met de wanden in rekening te kunnen brengen. De ontwikkeling van een programma dat rekening houdt met al deze factoren, zou uniek zijn in de wereld en zou de VUB een leaderpositie op dat vlak geven. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • ALFONS BUEKENS
Ontwikkeling an L- en D- 18F-alkyl - fenylalanine en 18F-leucine analogen als tumor specifieke tracers voor PET. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwikkeling van L- en D- 18F-alkyl - fenylalanine en 18F-leucine analogen als tumor specifieke tracers voor PET. niet ter beschikking Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • JOHN MERTENS • AXEL BOSSUYT
Ontwikkeling ALD technologie voor Schelp project Universiteit Gent Abstract: Binnen Philips werkt men momenteel aan de ontwikkeling van een kwikvrije gasontladingslamp. Dit heeft een aantal gevolgen naar de reacties die binnenin de lamp zullen gebeuren. Hierdoor kunnen er mogelijk problemen onstaan bij een aantal componenten in de lamp. Om hiervoor een oplossing te vinden zien we een mogelijke oplossing in het toepassen van dunnen lagen om deze componenten tijdens bepaalde stappen te beschermen van externe invloeden. Het onderzoek is opgesteld als een combinatie van een wetenschappelijke vraagstelling met daarmee verbonden praktische testen op lanpcomponenten of samenstellingen. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Christophe Detavernier
Ontwikkelen v score of index vr biologisch kwaliteitselement 'macrofyten' vr Vlaamse rivieren & meren overeenkomstig de Europese kaderrichtlijn water-uittesten v/d Europese ontwerphandleiding 'refcond' vr dit kwaliteitselement in Vlaanderen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwikkelen v score of index vr biologisch kwaliteitselement 'macrofyten' vr Vlaamse rivieren & meren overeenkomstig de Europese kaderrichtlijn water-uittesten v/d Europese ontwerphandleiding 'refcond' vr dit kwaliteitselement in Vlaanderen Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • LUDWIG TRIEST
Ontwikkelen van tijdsefficiënte algoritmes voor dieptefuncties gebaseerd op technieken uit de computationele meetkunde, en nieuwe toepassingen op economische data. Universiteit Antwerpen Abstract: Het eerste doel is om het begrip lokatiediepte verder te onderzoeken, en om tijdsefficiente algoritmes te construeren om de diepte en de bijhorende contours en lokatieschatter te berekenen voor een gegeven dataset in 2, 3, of meer dimensies. Ook zal gepoogd worden dit werk uit te breiden naar het even belangrijke probleem om de scatter structuur van de data te karakteriseren. De tweede doelstelling is om economische systemen, zoals inflatie en het handelen op financiele markten, te analyseren met behulp van dieptefunkties en andere robuuste technieken. Organisaties: • Statistiek en gegevensanalyse • Robuuste en toegepaste statistiek
Onderzoekers: • Anja Struyf • Peter Rousseeuw
Ontwikkelen van sorghum varieteiten met hoge voedingswaar de (Bobo Dioulasso) - Burkina Faso. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwikkelen van sorghumvariëteiten met hoge voedingswaarde - Burkina Faso. Het project situeert zich in het kader van een algemeen sorghum-verdelingsprogramma uitgevoerd door de INErA te Burkina Faso onder de coördinatie van het CNRST en met ondersteuning van het ICRISAT-netwerk in West-Afrika. De INERA heeft als opdracht de onderzoeksprograama's betreffende de plantenproductie te bepalen en uit te voeren, en zowel de valorisatie van de resultaten als de opleiding van het wetenschappelijk en technisch personeel te verzekeren. Het researchcentrum van ICRISAT in Samanco mali werkt nauw samen met de INERA verantwoordelijke voor het Sorghum-Mil-Maïs project. Bovendien, zullen de bekomen resulaten en variëteiten een toepassing kunnen vinden voor een bredere zone in West Afrika dan Burkina zelf, o.a. in Mali en Niger, waar bepaalde landbouwkundige gebieden door dezelfde agro-climatische voorwaarden gekarakteriseerd zijn en waar Sorghum ook het belangrijkste voedingsgewas en de belangrijkste bron van energie en proteïnen voor de plattelandsbevolking is. Organisaties: • Plantengenetica
Onderzoekers: • GEERT ANGENON
Ontwikkelen van snelle, niet-invasieve technologieën voor het aantonen van functionaliteit en effectiviteit van pro- en prebiotica bij de mens : biomerker bruikbaar bij gezonde proefpersonen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Functionele levensmiddelen zijn levensmiddelen waarvan op voldoende wijze is aangetoond dat ze op positieve wijze één of meerdere functies van het organisme, in verband met welzijn, gezondheid of vermindering van ziekterisico's, beïnvloeden. Het gebruik van pro- en prebiotica in de humane voeding is een drijvende factor geweest in het ontwikkelen van een groeiende waaier aan functionele levensmiddelen. Het gebruik en de verspreiding van deze levensmiddelen is echter weinig gereglementeerd, ondanks het feit dat een wezenlijke impact op de gezondheid van mens (en dier) wordt beoogd. Naast relatief beperkte inzichten in de microbiële biocomplexiteit van de humane colonflora is het ontbreken van deze voedingsproducten te onderzoeken allicht één van de belangrijkste oorzaken voor het gebrek aan concrete onderzoeksgegevens met deze producten. De motivatie voor het tot stand komen van het huidig project is de noodzaak aan de bevolking de juiste voorlichting te verschaffen omtrent de functionaliteit van dergelijke voeding en de industrie objectieve wetenschappelijke criteria aan te reiken, waaraan nieuwe voedingsformules dienen te beantwoorden. Het beschikbaar maken van goed-gedefinieerde protocollen zal de overheid toelaten een striktere regelgeving op te stellen teneinde de kwaliteit van de te commercialiseren producten te garanderen en te controleren. Een allereerste bekommernis bij het opstellen van die protocollen is het vinden van geschikte biomerker(s) die het mogelijk maakt specifieke processen van het gastro-intestinaal metabolisme, meer bepaald de bacteriële activiteit van de darmflora, op te volgen. Biomerker is de meting die de verandering aangeeft in een biologisch proces en/of structuur, die resulteert uit de interactie van het biologisch systeem met omgevingsfactoren, de voeding inbegrepen. Vanuit microbieel standpunt zal dit project er toe bijdragen de technieken te verbeteren die het mogelijk maken ook die bacteriën te identificeren, die in relatief klein aantal aanwezig zijn in de massa bacteriën van het colon. Verder zal een beter inzicht verkregen worden in de in situ functionaliteit van de probiotische bacteriën in een complexe biologische matrix : vorming van metabolieten en fysicochemische veranderingen in het milieu. Vanuit gastro-intestinaal standpunt zal het mogelijk zijn elk individu te 'screenen' naar het al of niet gunstige microklimaat in het colon. Deze indicatie geeft mogelijk dezelfde aanduiding voor de algemene gezondheid van het individu als bloeddruk en bloedcholesterol gehalte hebben. De gezamenlijke studie zal de voedingsindustrie een zeer geschikt middel ter hand stellen om én functionaliteit én efficiëntie aan te tonen van de pre- en probiotische voeding in ontwikkeling. Hieruit kan ook naar de consument toe eerlijke voorlichting gegeven worden over deze voedingsproducten. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Luc DE VUYST
Ontwikkelen van scores of indices voor het biologisch kwaliteitselement fytoplankton voor de Vlaamse rivieren, meren en overgangswateren overeenkomstig de Europese kaderrichtlijn water Universiteit Gent Abstract: Binnen 15 jaar na de inwerkingtreding van de Europese Kaderrichtlijn Water moeten alle oppervlaktewateren een goede ecologische toestand halen. Terdefiniëring van deze toestand zal op basis van reeds bestaande en nieuw te verwerven data over abundatie, biomassa en taxonomische samenstelling een score ontwikkeld worden voor het biologisch kwaliteitselement fytoplankton in Vlaamse oppervlaktewateren. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Wim Vyverman
Ontwikkelen van scores of indices voor de biologische kwaliteitselementen 'bentische ongewervelden, macroalgen, angiospermen en fytoplankton' voor de Vlaamse overgangswateren overeenkomstig de Europese kaderrichtlijn Water. Universiteit Antwerpen Abstract: Sinds december 2000 is de Europese Kaderrichtlijn Water van kracht. De kaderrichtlijn Water richt zich op de bescherming van water in alle wateren en stelt zich ten doel dat alle europese wateren tegen 2015 een `goede toestand' hebben bereikt en dat er binnen heel Europa duurzaam wordt omgegaan met water. Deze richtlijn vereist het formuleren van ecologische doelstellingen voor de verschillende types van wateren. Dit project omvat een theoretische studie naar de mogelijkheden om dergelijke ecologische doelstellingen te formuleren. In dit project gaat het om de bepaling van doelstellingen voor verschillende biologische kwaliteitselementen (bentische ongewervelden, angiospermen, macroalgen en fytoplankton) op basis waarvan de verschillende types wateren kunnen opgedeeld worden in waterkwaliteitsklassen. Functioneel-ecologische theorieën zullen gebruikt worden als onderbouwing. Organisaties: • Ecosysteembeheer • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
Ontwikkelen van planningsmethode en software voor optimalisatie van laadnetwerk voor elektrische voertuigen in stedelijke regio's, gemeenten en bedrijven Universiteit Gent Abstract: De doelstelling van dit project is om een planningsmethodiek, geïmplementeerd in een module van een GIS-systeeem, uit te bouwen waarmee het consultingbedrijf 4iS op een efficiënte manier advies kan geven aan overheden en grote bedrijven, om een investeringsbeslissing voor laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen te motiveren en rationeel te onderbouwen. Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Philippe De Maeyer
Ontwikkelen van metabolomics gereedschappen: MALDI-MS voor kleine moleculen Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoek omvat 2 grote doelstellingen: enerzijds is er de optimalisatie van de MALDI-ionisatietechniek voor kleine moleculen. Verschillende matrices worden geëvalueerd naar ionisatierendement, matrixinterferentie, reproduceerbaarheid en robuustheid. Matrixvrije alternatieven zullen ook onderzocht worden. Anderzijds wordt deze techniek, gebaseerd op MALDI en accurate massa-analyse, toegepast in het metabolomics onderzoek. Deze methode moet toelaten om via multivariaat technieken verschillen tussen groepen monsters aan te tonen op metabolieniveau. Organisaties: • Vakgroep Anesthesiologie
Onderzoekers:
• Jan Van Bocxlaer
Ontwikkelen van instrumenten voor het meten, het monitoren en het bevorderen van de pedagogische kwaliteit in de voorschoolse kinderopvangvoorziening. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Ervaringsgericht Onderwijs
Onderzoekers: • Ferdinand Laevers
Ontwikkelen van instrumenten voor het meten, het monitoren en het bevorderen van de pedagogische kwaliteit in de voorschoolse kinderopvang Universiteit Gent Abstract: Ontwikkelen van drie instrumenten die met elkaar verbonden zijn maar elk een eigen finaliteit hebben:1. Een wetenschappelijk meetinstrument dat een globaal beeld geeft van de pedagogische kwaliteit in de voorschoolse kinderopvangvoorzieningen. Het uitvoeren van een nulmeting behoort eveneens tot de opdracht.2. Een instrument, afgeleid van het wetenschappelijk meetinstrument, te gebruiken door een controlerende instantie,waarmee de pedagogische kwaliteit van een individuele opvangvoorziening wordt bewaakt via monitoring. Dit instrument moet een minimale norm omvatten.3. Een instrument dat elke opvangvoorziening kan gebruiken om de eigen werking te evalueren en te bevorderen. Dit instrument moet in overeenstemming zijn met het wetenschappelijk meetinstrument en het monitoring -instrument.Voorafgaand aan de ontwikkeling van deze drie instrumenten moet een pedagogisch raamwerk uitgebouwd worden. Dit raamwerk vormt de gemeenschappelijke basis voor de ontwikkeling van de 3 instrumenten Organisaties: • Vakgroep Sociale agogiek
Onderzoekers: • Michel Vandenbroeck
Ontwikkelen van indicatoren en instrumenten voor geïntegreerd beheer van tijdelijke wetlands in aride gebieden en biologische bestrijding van schadelijke soorten. KU Leuven Abstract: Ontwikkelen van kosteneffectieve indicatoren voor kwaliteit van wetlands, en het invoeren van biologische bestrijding van schadelijke soorten als muggen, die als vector fungeren voor mens en dier. Organisaties: • Afd. Ecologie, Evolutie en Biodiv.behoud
Onderzoekers: • Luc Brendonck • Maarten Van den Broeck
Ontwikkelen van geavanceerde PCB (en kabel) interconnect modeling tools om het ontwerp en de verificatie van 100Gb / s interconnectieverbindingen mogelijk te maken Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Daniël De Zutter
Ontwikkelen van een wiskundig model voor bevoorradingsoptimalisatie en risico analyse van open sales contracten Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft tot doel het ontwikkelen van een wiskundig stochastisch model dat het minimaliseren van voorraad en het analyseren van risico's van "open sales" contracten toelaat. Organisaties: • Vakgroep Technische bedrijfsvoering
Onderzoekers: • El-Houssaine Aghezzaf
Ontwikkelen van een snelle kwantificeringsmethode voor schadelijke sporenvormers in melk. Hogeschool Gent Abstract: Melk en afgeleide zuivelproducten vormen een basiselement in de dagelijkse voeding van de mens. In België wordt jaarlijks gemiddeld 2,9 miljard liter rauwe melk opgehaald en verwerkt. De kwaliteit en de veiligheid van de melk is dan ook essentieel. Bacteriën aanwezig in de rauwe melk worden afgedood door een hitteproces, namelijk pasteurisatie (16 s bij 72-80°C), sterilisatie (15 min bij 120°C) of Ultra High Temperature (UHT) behandeling (2 à 4 s bij 145°C). Sommige bacteriën (behorend tot de genera Clostridium en Bacillus s.l.) kunnen echter pasteurisatie overleven als hitteresistente sporen; enkelen kunnen zelfs een UHT-behandeling overleven. Na de hittebehandeling kunnen deze sporen ontkiemen tot vegetatieve cellen en de veiligheid en de kwaliteit van de melk negatief beïnvloeden. De schadelijke effecten van de sporenvormers situeren zich op 3 vlakken: i/ bedreiging van de volksgezondheid door de productie van toxines, ii/ melkbederf door productie van extracellulaire enzymes en iii/ verstoring van verdere verwerkingsprocessen. In Vlaanderen wordt de kwaliteit van de rauwe melk onder andere geanalyseerd via het kiemgetal, dit wil zeggen, het aantal bacteriële cellen per ml, maar ondanks de nadelen die men in de zuivelindustrie ondervindt wordt het sporengetal niet bepaald. In Zweden is er wel een norm opgelegd voor de sporenvormende pathogeen Bacillus cereus, namelijk minder dan 10000 kolonievormende eenheden per ml gepasteuriseerde melk op de dag voor de houdbaarheidsdatum. Concreet betekent dit dat er op de verpakkingsdag van de gepasteuriseerde melk niet meer dan 10 sporen per 100 ml mogen teruggevonden worden. De controletests hiervoor vereisen echter een incubatieperiode van 6 dagen. Ook in Nederland wordt de melk wel geanalyseerd op de aanwezigheid van boterzuurbacteriën maar dergelijke tests nemen 4 dagen in beslag. Een snelle detectie- en kwantificeringsmethode die de aanwezigheid van problematische hitteresistente sporenvormende bacteriën snel en eenduidig kan aantonen zal niet alleen een enorme tijd- en geldwinst betekenen voor de industrie, maar kan ook op gebied van volksgezondheid een belangrijke rol spelen in het voorkomen van voedselvergiftigingen. Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Chemie
Onderzoekers: • An Coorevits • Anita Van Landschoot
Ontwikkelen van een set van gebruiksvriendelijke testkits voor snelle discriminatie tussen gevaarlijk en niet-gevaarlijk afval voor complexe afvalstoffen op basis van biologische en chemische testen Universiteit Hasselt Abstract: Dit is een samenwekingsovereenkomst in het kader van het Milieu-InnovatiePlatform (MIP) tussen: UHasselt, UAntwerpen, VITO, OVAM, Aminal, en enkele industriële partners. Onderwerp van deze overeenkomst is interdisciplinair biosensor onderzoek. Meer specifiek gaat het om het ontwikkelen van een set van gebruiksvriendelijke testkits voor snelle discriminatie tussen gevaarlijk en niet-gevaarlijk afval voor complexe afvalstoffen op basis van biologische en chemische testen. Resultaten zijn eigendom van het MIP. Het project verloopt verder volgens de bepalingen zoals opgesteld in voorliggende overeenkomst. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Luc MICHIELS
Ontwikkelen van een prototype point-of-care (bedside) toepassing voor de bepaling van vrije bilirubine, een biomerker voor bilirubine neurotoxiciteit bij pasgeborenen. Universiteit Antwerpen Abstract: Passage van vrij bilirubine (FB) door de bloed/hersenbarrière veroorzaakt neurotoxiciteit bij neonaten (doofheid, Kernicterus). De huidige methodes voor FB bepaling zijn complex en moeilijk toepasbaar. Een eenvoudige en directe methode voor FB bepaling werd in ons labo Klinische Chemie ontwikkeld. Doel is de bepaling van FB breed toepasbaar te maken als point-of-care test voor screening en follow-up van neonatale icterus. Organisaties: • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Viviane O M Van Hoof
Ontwikkelen van een platform voor de selectie en formulering van nasofaryngeale probotica. Universiteit Antwerpen Abstract: Probiotica zijn vooral gekend als voedingssupplementen die een positief effect kunnen hebben op de humane gezondheid door de microbiële balans in het darmsysteem te verbeteren. Infecties van neus en keel vertonen een gelijkaardig microbieel onevenwicht, maar hiervoor zijn probiotica nog maar weinig onderzocht. Locale sprays of tabletten met gecontroleerde vrijzetting en adhesie, en dan vooral met Lactobacillus species, zouden de bestaande therapie van deze infecties kunnen verbeteren. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC)
Onderzoekers: • Sarah Lebeer • Filip Kiekens
Ontwikkelen van een perfecte replica ( 3D-Dentalike) ter vervanging vande humane voor de evaluatie en training in de endodontie (wortelkanaalbehandeling). KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Biomaterialen - BIOMAT
Onderzoekers: • Paul Lambrechts
Ontwikkelen van een "pakket vergroening" voor secundaire scholen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De Vlaamse Gemeenschap besteedt sinds lang aandacht aan het integreren, ondersteunen en uitdragen van milieubeleid. Sinds 1 april 2006 gebeurt de coördinatie hiervan door het Departement LNE, Afdeling Milieu-integratie en subsidiëringen, Dienst Doelgroepenbeleid en Natuuren Milieueducatie. Onder deze dienst ressorteert het project Milieuzorg op School (MOS) dat instaat voor educatieve informatie aan scholen van kleuter- tot hogeschool. De Groene School maakt daar sinds september 2002 deel vanuit. De Vakgroep Menselijke Ecologie van de Vrije Universiteit Brussel heeft een stevige ervaring in het werken rond natuur- en milieueducatie. Een overzicht van recente relevante projecten wordt gegeven in deel 3: de door de opdrachthouder voorheen uitgevoerde soortgelijke opdrachten. Tien jaar geleden vertrouwde de Vlaamse Gemeenschap de vakgroep het project Groene School toe. In het kader van dat project werd in 2001 de werkmap Groene School: naar een milieuzorgsysteem voor de Vlaamse secundaire scholen ontwikkeld. Deze map bestrijkt de themas: energie, water, afval, materialen, verkeer, groenvoorziening en keuken en kantine. Het project Milieuzorg op School loopt zowel in de basis- , secundaire en hogescholen. Het belangrijkste doel is dat jonge mensen stilstaan bij de impact van hun eigen gedrag op het milieu. Het milieuzorgsysteem streeft naar duurzame ontwikkeling, wat wil zeggen dat er voorzien wordt in de behoeften van de huidige generatie zonder daarmee de toekomstige generaties in gevaar te brengen om ook in hun behoeften te kunnen voorzien. Daarnaast is het milieuzorsysteem een systematisch en samenhangend geheel dat zorgt voor het voorkomen en het beheersen van de milieubelasting. Het is vooral een systeem om een ecologische denkwijze gestalte te geven in de dagelijkse schoolpraktijk. Deze basispeilers van het milieuzorgsysteem komen terug in elk van de verschillende onderwijsniveaus. Het MOS-project zorgt er verder voor dat er een duidelijke link wordt gelegd naar de eindtermen milieueducatie. Organisaties: • Menselijke Ecologie
Onderzoekers: • David PROOT • LUC HENS • Rebecca LEFEVERE
Ontwikkelen van een multischaal modelleringsplatform voor het optimalizeren van radicalaire polymerisatieprocessen Universiteit Gent Abstract: Een multischaal modelleringsplatform wordt ontwikkeld voor radicalaire polymerisatieprocessen dat toelaat bestaande industriële radicalaire polymerisatieprocessen te optimaliseren en nieuwe functionele polymeermaterialen te ontwikkelen met hoogtechnologische toepassingen.
Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Guy Marin
Ontwikkelen van een moleculaire gegevensbank voor de forensische identificatie van Afrikaanse kleine zoogdieren. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkelen van een moleculaire gegevensbank voor de forensische identificatie van Afrikaanse kleine zoogdieren. Organisaties: • EVOLUTIONAIRE BIOLOGIE • Evolutionaire ecologie (EVECO)
Onderzoekers: • Herwig Leirs
Ontwikkelen van een methodologie voor het beschrijven van dispersie interacties op DFT niveau. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Structuurchemie
Onderzoekers: • Alisa Krishtal
Ontwikkelen van een instrument voor een lokale veiligheidsanalyse t.b.v. de beleidscel Preventie van de stad Antwerpen. Universiteit Antwerpen Abstract: Het maken van ee lokale veiligheidsanalyse voor een stad als Antwerpen is gezien haar diversiteit aan problematieken niet eenvoudig. OASeS zal de beleidscel Preventie dan ook ondersteunen bij het ontwikkelen van een instrument om tot een betrouwbare veiligheidsanalyse te komen. Organisaties: • OASeS - ONDERZOEKSGROEP ARMOEDE, SOCIALE UITSLUITING EN DE STAD • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Jean Vranken
Ontwikkelen van een innovatieve technologie voor de productie van MAP-verpakt, voorgebakken brood met verbeterde krokantheid en microbiële houdbaarheid Universiteit Gent Abstract: Brood verliest na het bakken snel zijn verse karakter. Ook bij voorgebakken brood vormt dit een belangrijk probleem. De ontwikkeling van MAP-verpakt voorgebakken brood op basis van twee deeglagen, namelijk een korstdeeglaag en kruimdeeglaag, kan een oplossing bieden voor het bekomen van: A. een verhoogde mate van krokantheid in het afgebakken product; B. een verbeterde microbiële houdbaarheid van het voorgebakken product. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste biowetenschappen
Onderzoekers: • Mia Eeckhout
Ontwikkelen van een hoogtechnologisch platform voor de zuivering van natuurlijke of synthetische verbindingen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Vlaamse overheid. UA levert aan de Vlaamse overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)
Onderzoekers: • Bert Maes • Luc Pieters • Sandra Apers • Koen Augustyns
Ontwikkelen van de Price vergelijking voor het integreren van evolutie in gemeenschapsecologie. KU Leuven Abstract: Het voorgestelde onderzoek heeft tot doel het beter begrijpen van eco-evolutionaire dynamieken en het onderzoeken naar methoden om deze dynamieken adequaat te kunnen beschrijven. Organisaties: • Afd. Ecologie, Evolutie en Biodiv.behoud
Onderzoekers: • Luc De Meester • Lynn Govaert
Ontwikkelen van Analyse Methoden voor de Simultane Opname van Twee PET Tracers met in vivo Validatie en Toepassingen voor Oncologie en Neurologie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Moleculaire beeldvorming, Pathologie, Radiotherapie & Oncologie (MIPRO)
Onderzoekers: • Jeroen Verhaeghe
Ontwikkelen of afwikkelen? Hoe scholen omgaan met onderpresterende leraren. Universiteit Antwerpen Abstract: De bevindingen van vier decennia schooleffectiviteitsonderzoek tonen aan dat de kwaliteit van leraren meer bijdraagt tot het verklaren van variatie in leerlingprestaties dan school- en klaskenmerken (zoals sociale compositie). Dit houdt in dat de leerlingresultaten van onderpresterende leraren over het algemeen minder stijgen dan die van effectieve leraren. Cumulatieve effecten van ineffectieve leraren worden omschreven als alarmerend en meetbaar over meerdere jaren in de schoolloopbaan van leerlingen. (Representatieve) gegevens over het aantal onderpresterende leraren in het Vlaamse onderwijs zijn niet beschikbaar. Bovendien is er, ook internationaal, weinig bekend over de manier waarop scholen omgaan met onderpresterende leraren. De huidige kennisbasis slaagt er niet in om gedegen conceptueel en empirisch werk te presenteren omtrent hoe scholen (kunnen) omgaan met slecht presterende leraren. Naast het beschrijven van de kenmerken en het voorkomen (i.e. aandeel in de lerarenpopulatie) van onderpresterende leraren richt deze studie zich op het verklaren van verschillen in de manier waarop scholen omgaan met onderpresterende leraren. Om te doorgronden welke processen van betekenis zijn, is het van cruciaal belang om te begrijpen dat de reactie van de school(leider) contextspecifiek is. Om deze variatie volledig vast te leggen, bouwen we verschillende soorten 'onderpresteren' en een breed scala aan strategieën om ermee om te gaan in het conceptueel kader in. Daarnaast erkennen we dat (onder)presterende leraren zijn ingebed in een sociale context. Daarom onderscheiden we twee groepen van (ondersteunende en belemmerende) factoren, met name schoolcultuur- en leiderschapskenmerken. Een zorgvuldig ontworpen multi-methode benadering staat gerant voor het beantwoorden van de vooropgestelde onderzoeksvragen. De ecologische validiteit van het conceptuele kader wordt gegarandeerd op basis van een literatuurstudie en een Delphi-studie. In het kwantitatieve deel van de empirische onderzoeksfase worden schriftelijke vragenlijsten afgenomen in een representatieve steekproef van 80 Vlaamse basisscholen. Naast dit survey-onderzoek, worden 6 case studies opgezet met het oog op het verzamelen van kwalitatieve gegevens omtrent hoe scholen omgaan met onderpresterende leraren. De gegevens worden verzameld met behulp van logboeken en semi-gestructureerde diepteinterviews. Daarnaast zal ook een netwerkanalyse-benadering de inzichten in de bestudeerde processen verrijken. Organisaties: • EduBROn
Onderzoekers: • Jan Vanhoof • Piet Van den Bossche • Loth Van Den Ouweland
Ontwikkelen methode voor interculturele gevoeligheden Hogeschool Gent Abstract: Het project speelt in op het volgende thema: “de ontwikkeling van pakketen rond vorming en toeleiding naar werk in het kader van een leven lang leren.” De ongekwalificeerde uitstroom van allochtone jongeren is in vergelijking met autochtone jongeren nog steeds hoger, hierdoor zijn hun kansen op duurzame tewerkstelling ook lager. Het project wil op een innovatieve manier de ongekwalificeerde uitstroom van allochtone jongeren aanpakken. Organisaties: • Departement Lerarenopleiding Ledeganck • Vakgroep Pedagogiek en Agogiek
Onderzoekers: • Helena Sienaert
Ontwikkelen, implementeren en evalueren van een professionaliseringspakket voor het gebruik van elektronische leeromgevingen in het Secundair Onderwijs Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Lerarenopleiding Ledeganck • Vakgroep ICT - Educatie • Vakgroep Pedagogiek en Agogiek • Vakgroep Mens en Maatschappij - Educatie
Onderzoekers: • Cindy De Smet • Veerle Lagaert
Ontwikkelen en valideren van een planningsmethode voor de KCO processen Universiteit Gent Abstract: Het ontwikkelen van een planningsalgoritme voor administratieve processen dat rekening houdt met variabiliteit en onzekerheid. Organisaties: • Vakgroep Technische bedrijfsvoering
Onderzoekers: • Hendrik Van Landeghem
Ontwikkelen en valideren van een instaptoets voor de cursus Maatschappelijke Oriëntatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Om de reeds verworven competenties van inburgeraars te screenen ervaart de Vlaamse overheid de nood aan een instaptoets, zodat een inburgeringstraject op maat en zo doelgericht en efficiënt mogelijk kan verlopen. Het onderzoeksproject heeft tot doel een instaptoets te ontwikkelen en te valideren op een wetenschappelijk verantwoorde wijze. De instaptoets moet meer specifiek aangeven in welke mate de module Maatschappelijke Oriëntatie dient te worden gevolgd door een nieuwe inburgeraar. Organisaties: • EduBROn
Onderzoekers: • Rita Rymenans • Sven De Maeyer
Ontwikkelen en toepassen van een methodiek voor het omzetten van de Belgische bodemkaart volgens het Belgisch bodemclassificatiesysteem naar een bodemkaart volgens het internationale World Reference Base systeem Hogeschool Gent
Abstract: Omzetten Belgische bodemlegende in een internationaal bodemclassificatiesysteem (WRB) Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Plantaardige Productie
Onderzoekers: • Geert Baert
Ontwikkelen en toepassen van een methodiek voor de vertaling van de Belgische bodemclassificatie van de kustpolders naar het internationale WRB systeem en generaliseren van de WRB-bodemkaart voor gans Vlaanderen naar het 1/250000 schaalniveau Universiteit Gent Abstract: De opdracht van het onderzoek is in eerste instantie de omzettingsmethode van het Belgische bodemclassificatiesysteem naar het WRBsysteem verder uit te diepen zodat ook de legende van de bodemkaart voor de kustpolders kan omgezet worden naar het WRB systeem. Alle nog niet omgezette bodemkaartbladen van Vlaanderen gegeneraliseerd worden van het 1:50.000 naar het 1:250.000 schaalniveau. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Eric Van Ranst
Ontwikkelen en optimaliseren van stochastische individu-gebaseerde simulatiemodellen door middel van parallelle multicore rekentechnieken. Universiteit Antwerpen Abstract: In de studie van de epidemiologie van infectieziektes, is men sterk geïnteresseerd in het voorspellen van de evolutie van nieuw opkomende pathogenen of om de effecten van doelgerichte of universele interventieprogramma's op de verspreiding van infectieziektes in humane populaties in kaart te brengen. Voor vele van deze onderzoeksvragen, zoals in de initiële fase van een pandemie, zijn "toeval" ("stochasticiteit") en heterogeniteit in risico's sleuteldeterminanten voor het al dan niet verder verspreiden van een infectie, of het al dan niet effectief en kosten-effectief zijn van interventies om dit te vertragen of te verhinderen. Daarom vormen stochastische individu-gebaseerde simulatiemodellen een waardevol alternatief voor de tot nu toe veelgebruikte deterministische compartimentele modellen. Gezien de computationele complexiteit van individugebaseerde simulatiemodellen in grote populaties moeten efficiënte programmeertechnieken ontwikkeld en toegepast worden teneinde onzekerheidsanalyses en zinvolle calibratieprocedures mogelijk te maken. We stellen in dit onderzoeksproject vier centrale multidisciplinaire onderzoeksvragen: (1) wat is de computationeel meest efficiënte manier om een nieuwe opkomende infectieziekte-epidemie te modelleren? (2) wat is de meest efficiënte manier om onzekerheidsanalyses en calibratie-procedures uit te voeren in een stochastisch individu-gebaseerd model voor pandemische griep? (3) Wat zijn de hoofdfactoren die de verspreiding van pandemische griep in Vlaanderen beïnvloeden? (4) Gegeven sleuteleigenschappen van pandemische griep (scenarios gedefinieerd in relatie tot het basisreproductiegetal, het serieel interval en de morbiditeit en mortaliteit in verscheidene subgroepen in de populatie), welke preventie en controle maatregelen zijn het meest effectief en kosten-effectief om de verspreiding ervan in Vlaanderen te temperen? Het ontwikkelde simulatiemodel zal initieel gebruikt worden voor Vlaanderen maar onze beoogde generisch ge-optimaliseerde programmatie is cruciaal voor een efficiënte toepassing op andere regios in de wereld, en op andere opkomende pathogenen. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Jan Broeckhove • Philippe Beutels • Niel Hens
Ontwikkelen en implementeren van een community-based interventie om een meer ondersteunende sociale en fysieke omgeving te creëren voor veranderingen in levensstijl om diabetes bij kwetsbare gezinnen in heel Europa te voorkomen Universiteit Gent Abstract: Het doel van het Feel4Diabetes-project is het ontwikkelen, implementeren en evalueren van een community-based interventie die zich specifiek richt op kwetsbare families (i.e. families met een lage SES in hoge inkomenslanden en families uit lage en middelmatige inkomenslanden). Meer specifiek wordt er geprobeerd om een meer ondersteunende sociale en fysieke omgeving te creëren die levensstijlveranderingen promoot om zo overgewicht, obesitas en type 2 diabetes te voorkomen. Organisaties: • Vakgroep Bewegings- en sportwetenschappen
Onderzoekers: • Greet Cardon
Ontwikkelen en implementatie van vage tijdruimtelijke modellen in een geografisch informatie systeem Universiteit Gent Abstract: Dit project probeert modellen op te stellen om vage ruimtelijke gegevens in een GIS voor te stellen en te bevragen. Posities kunnen immers niet steeds exact bepaald worden. Een bijkomend probleem duikt op wanneer posities veranderen doorheen de tijd. Dit project focust op het opstellen van modellen voor vage ruimtelijke verplaatsingen in een GIS. Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Philippe De Maeyer
Ontwikkelen en fundamentele evaluatie van hoge efficiëntie capillaire vloeistofchromatografie. Universiteit Gent Abstract: Dit project is gericht op het gebruik van capillaire kolommen in vloeistofchromatografie. Meer gevoelige MS detectie kan bekomen worden met capillaire LC door de sterk verhoogde ionisatieefficientie en, door de sterk verlaagd thermische massa, kunnen er heel wat voordelen uit hoge temperatuur micro-LC met monolitische verwacht worden. Het project is o.a. gericht op het vervaardigen van zo lang mogelijke capillaire kolommen voor hoog-resolutie vloeistof¬chromatografiescheidingen en op hun gebruik voor de analyse van complexe monsters. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Frederic Lynen
Ontwikkelen en fundamentele evaluatie van hoge efficiëntie capillaire vloeistofchromatografie.
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Hoge performantie vloeistof chromatografie (HPLC) is de meest verspreide scheidingstechniek. De techniek vindt toepassing in bijna elke in elke tak van de industrie en is van cruciaal belang voor chemisch, biologisch en farmaceutisch onderzoek. Het scheidend vermogen van HPLC is slechts een fractie van wat mogelijk is met GC zoals voorgesteld word in Figuur 1 voor een mengsel van polychloorbifenyl (PCB) componenten. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • GERT DESMET
Ontwikkelen en fundamentele evaluatie van hoge efficëntie capillaire vloeistofchromatografie. Universiteit Gent Abstract: Dit project is gericht op het gebruik van cappilaire kolommen in vloeistofchromatografie. Meer gevoelige MS detectie kan bekomen worden met capillaire LC door de sterk verhoogde ionisatieefficientie en, door de sterk verlaagd thermische massa, kunnen er heel wat voordelen ui hoge temperatuur micro- LC met monolitische verwacht worden. Het project is o.a. gericht op het vervaardigen van zo lang mogelijke cappilaire kollomen voor hoog- resolutie vloeistofchromatografiescheidingen en op hun gebruik voor de analyse van complexe monsters. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Patrick Sandra • Frederic Lynen
Ontwikkelen en beheren van cylische distributiestrategieën in de logistiek. Universiteit Antwerpen Abstract: Het uitgangspunt van voorliggend project is om deze beide strekkingen in de literatuur over rittenplanning met voorraadoverwegingen samen te brengen door de basisassumpties te doorbreken: (i) situaties met een inherente vraagonzekerheid vergen niet noodzakelijk een dynamische, korte-termijnaanpak; en (ii) een cyclische oplossing kan ook geschikt zijn onder veranderende omstandigheden. De resulterende onderzoeksvraag, die de grondslag vormt van dit project, is de volgende: in hoeverre is een cyclische aanpak geschikt voor distributieplanning in situaties met inherente vraagonzekerheid, en hoe kunnen efficiënte distributiepatronen dan opgebouwd en onderhouden worden? Organisaties: • ITMMA
Onderzoekers: • Wout Dullaert
ontwikkelen duurzaam Phytophthora-resistente aardappelen Universiteit Gent Abstract: Fase 1: Generatie, opgroei en moleculaire selectie van cisgene transformanten. Fase 2: True-to-typeness analyse en bladtoetsen in de serre. Fase 3: Kleinschalige veldproe(f)(ven) voor het nagaan van de resistentie onder reële praktijkomstandigheden en het selecteren van een beperkt aantal elitelijnen. Fase 4: Meer grootschalige veldproeven voor het produceren van materiaal voor meer gedetailleerde analyse, waaronder ook analyse van de kwaliteits- en verwerkingseigenschappen. Fase 5: Het marktrijp maken van de geselecteerde elite-lijnen door middel van het uitvoeren van grootschalige veldproeven die onder meer tot doel hebben om de data te genereren die noodzakelijk zijn voor het stofferen van een marktaanvraagdossier. Vervolgens gevolgd door het doorlopen van de benodigde procedures voor markttoelating en opname op de rassenlijst. Organisaties: • Vakgroep Moleculaire biotechnologie
Onderzoekers: • Godelieve Gheysen
Ontwikkeleing van een uitgebreide methodologie voor het voorspellen van de infectiviteit van het humane Norovirus en voor de studie van de interactie tussen het humane Norovirus en verschillende microbiële omgevingen. Universiteit Gent Abstract: Deze studie bestaat uit twee delen: I. Een uitbreiding studie op de binding gebaseerde methodieken: een methodologie voorspellen van de besmettelijkheid van NoV door het evalueren van zowel virale capside functie en genoomintegriteit vestigen; II. Onderzoek van de interactie tussen NoV en bacteriologische omgevingen, waaronder het menselijke spijsverteringsstelsel milieu en de microflora tijdens biologische behandelingen. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Mieke Uyttendaele
Ontwikeling van biomerkers voor stralingsgevoeligheid en onderzoek naar onderliggende mechanismen bij vrouwen die in aanmerking komen voor het starten van mammografiescreening op jonge leeftijd. Universiteit Gent Abstract: straling kan DNA schade veroorzaken en dit leidt tot een verhoogd kankerrisico. Bij vrouwen met een familiale belasting worden mammografieonderzoeken gestart op jonge leeftijd. Een significant aantal patiënten uit deze groep heeft een defect in de borstkankergenen BRCA1 of BRCA2 die een rol spelen bij het herstellen van DNA schade. Mogelijks hebben deze vrouwen dus een hoger risico op het ontwikkelen van een stralingsgeïnduceerde borsttumor. Momenteel zijn er geen gegevens beschikbaar omtrent de veiligheid en efficiëntie van het starten van mammografiescreening op jonge leeftijd bij deze risicogroep. Het doel van deze studie is dan ook de ontwikkeling van een biomerker om stalingsgevoeligheid te voorspellen en inzicht te verkrijgen in de genen betrokken bij borstkanker en stralingsgevoeligheid. Organisaties: • Vakgroep Medische Basiswetenschappen
Onderzoekers: • Anne Vral
Ontwerp volgens grenstoestanden van modulaire constructies met stijve schaalelementen in cementcomposiet. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Probleemstelling In het kader van duurzaam ontwerpen, wordt steeds vaker gestreefd naar een minimum aan materiaal. Klassieke constructies benutten een belangrijke hoeveelheid materiaal, enkel voor het dragen van het eigengewicht. Lichtgewicht constructies kunnen
hiervoor een alternatief bieden. Ook kunnen de afmetingen geoptimaliseerd worden door zoveel mogelijk in de meest efficiënte belastingstoestand van uniforme spanning te werken. Echter, sollicitatie in druk leidt tot knikgevaar, en sollicitatie in trek tot uitwendige verankeringsproblemen. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies • Geografie
Onderzoekers: • Tine TYSMANS • JAN WASTIELS
Ontwerp volgens grenstoestanden van modulaire constructies met stijve schaalelementen in cementcomposiet. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Probleemstelling In het kader van duurzaam ontwerpen, wordt steeds vaker gestreefd naar een minimum aan materiaal. Klassieke constructies benutten een belangrijke hoeveelheid materiaal, enkel voor het dragen van het eigengewicht. Lichtgewicht constructies kunnen hiervoor een alternatief bieden. Ook kunnen de afmetingen geoptimaliseerd worden door zoveel mogelijk in de meest efficiënte belastingstoestand van uniforme spanning te werken. Echter, sollicitatie in druk leidt tot knikgevaar, en sollicitatie in trek tot uitwendige verankeringsproblemen. Een ander aspect in de bouwkunde dat steeds belangrijker wordt, is het transport en de snelle opbouw (en eventueel afbraak) van constructiesystemen. Moduleerbaarheid van constructies is heden ten dage zeker een pluspunt. Tensegrity constructies bieden een antwoord op voornoemde problematiek. Een tensegrity systeem wordt gecreëerd wanneer een set van discontinue componenten in druk interageren met een set discontinue componenten in trek om een stabiel volume in de ruimte te vormen. Voor bouwkundige toepassingen worden zij vaak bekleed met textielmembranen, om een afscherming van de buitenwereld te bekomen zonder een belangrijke gewichtstoename. Dit brengt echter bouwfysische problemen (lage thermische isolatiewaarde en akoestische weerstand) en problemen van brandveiligheid met zich mee, wat de toepassingsmogelijkheden van tensegrity constructies beperkt. Een ander type lichtgewicht constructies dat een efficiënte spanningstoestand beoogt, zijn schaalconstructies. Continue schalen in gewapend beton elimineren bovenvermelde nadelen van textielconstructies, maar verhogen wegens de noodzakelijke wapeningsdekking uiteraard in belangrijke mate het gewicht. Men kan tot een compromis komen door beide constructieconcepten te combineren: modulaire tensegrity constructies, waarbij de mazen worden uitgevoerd in stijve sandwichpanelen met lichtgewichtkern en huiden in cementmatrixcomposiet, teneinde het gewicht en de thermische en akoestische isolatie-eigenschappen te optimaliseren, en tevens de brandveiligheid te verzekeren. Opdat de huiden van de sandwichpanelen dun en dus licht genoeg gemaakt zouden kunnen worden, moet staal als wapening vervangen worden door vezels. Hierbij stelt zich echter het probleem dat deze vezels voldoende stijfheid en sterkte moeten bieden tijdens het nascheurgedrag van de vezelcement. Gedragsmodellen voor composietmaterialen stellen dat hiervoor stijve en sterke vezels in voldoende mate moeten aanwezig zijn, gelegen volgens de optredende trekspanningen. Dit kan niet bekomen worden met het voor mortel en beton traditionele premix systeem, maar wel met vezels in textielvorm, al dan niet geweven [1]. Glasvezels vormen de aangewezen versterking, ware het niet dat hun duurzaamheid beperkt wordt in een alkalische cementmatrix, zelfs voor de duurdere alkali resistente ARglasvezels [2]. Een mogelijke oplossing hiervoor is het gebruik van IPC, Inorganic Phosphate Cement, ontwikkeld aan de Vrije Universiteit Brussel. IPC heeft gelijkaardige eigenschappen als andere cementen, maar bereikt een neutrale pH na uitharding. Hierdoor is IPC compatibel met gewone E-glasvezels, waardoor de aanmaak van een kost-efficiënte en duurzame cementmatrixcomposiet mogelijk is. Zeer dunne laminaten (tot 1mm dikte) kunnen gefabriceerd worden. Doelstelling en methodologie: Het gebruik van sandwichpanelen bestaande uit glasvezelverstevigde cement opent een heel nieuw onderzoeksen toepassingsdomein. De IPC-composieten bezitten immers - in tegenstelling tot textielmembranen - stijfheid, zowel in hun vlak als in buiging of torsie. Door het actief meewerken van matrix en vezels in de krachtenoverdracht, zal het gedrag van de hele constructie stijver worden, zonder overmatige gewichtstoename. Dankzij de combinatie van de principes van tensegrity constructies met het gebruik van sandwichpanelen met IPC composiethuiden, kan men denken aan het ontwerpen van een constructie, die de voordelen vertoont die inherent zijn aan beide concepten en die voordien niet samen realiseerbaar waren: lichtgewicht constructies met verhoogde vrijheid van vormgeving, minimale uitwendige verankering, goede brandveiligheid, goede akoestische en thermische isolatie, en economische voordelen door onder andere het eenvoudige transport en de snelle opbouw en afbraak. Een uitgebreid onderzoek is echter nodig om de invloed van de sandwichpanelen als actief onderdeel op de werking van een tensegrity constructie te kunnen bepalen. Het onderzoek zal kunnen gebruik maken van de kennis verzameld door een in 2006 neer te leggen doctoraatsstudie omtrent dit onderwerp, uitgevoerd door een ingenieur-architect aan de vakgroep Mechanica van Materialen en Constructies (MeMC) van de Vrije Universiteit Brussel [3]. Hierin wordt de haalbaarheid bestudeerd om hyperbolische paraboloïde sandwichmodules aan te wenden in tensegrity draagconstructies. De nadruk van het onderzoek ligt op de modulaire opbouw van het geheel, en op de mogelijkheden van architecturale vormgeving. Het constructief ontwerp wordt in laatstgenoemd onderzoek echter niet bestudeerd: een lineair elastisch materiaalgedrag wordt verondersteld, wat in hedendaagse constructieve ontwerptechnieken volgens de grenstoestanden onvoldoende is voor een volledig en veilig ontwerp. Het doel van dit onderzoeksvoorstel is het ontwerp, volgens de filosofie van de Eurocodes, van met sandwichpanelen aangevulde tensegrity constructies, en kadert in het onderzoek naar de eigenschappen en constructietoepassingen van IPCcomposieten dat aan de Vrije Universiteit Brussel verricht werd en wordt. Het ontwerp volgens de Eurocodes omvat het nazicht van zowel gebruiksgrenstoestanden (GGT) als uiterste grenstoestanden (UGT). Door het scheurgedrag van een cementcomposiet is zijn respons sterk nietlineair onder trekbelasting: wanneer een hoeveelheid vezels boven de kritische volumefractie gebruikt wordt, bekomt men een stabiele scheurontwikkeling, een residuele stijfheid in de nascheurfase, en een aanzienlijk verhoogde trekweerstand (35 tot 150 MPa). Hierdoor zijn niet enkel voor de UGT, maar ook voor het nazicht van de GGT, niet-lineaire gedragsmodellen noodzakelijk voor het ontwerp. Niet-lineaire eindige elementen pakketten, beschikbaar op de vakgroep MeMC (ANSYS, FEMLAB, ABACUS), kunnen hiervoor gebruikt en zonodig aangepast worden. Een aanzet hiertoe werd reeds gegeven in het FWO-project G.0191.98 waar een voetgangersbrug met IPC sandwichpanelen gedimensioneerd werd. Hier ging het echter om vlakke panelen, die uniaxiaal en uniform in hun vlak belast worden [4]. De uitbreiding naar schaalconstructies, onder invloed van variabele belastingscombinaties, verhoogt de complexiteit van het ontwerp, en is een kerntaak van huidig onderzoeksvoorstel: de spanningstoestand wordt multiaxiaal en tevens niet uniform over het constructie-element. Experimentele gegevens zijn beschikbaar uit andere onderzoeken, die de gehomogeniseerde respons van matrix scheurvorming en matrix-vezel interactie weergeven. Deze dienen uitgewerkt te worden tot gedragsmodellen op mesoschaal, en ingebouwd in de berekeningspakketten. Na het integreren van deze modellen in de bestudeerde constructies kan de invloed van lokale niet-lineariteiten op het globale gedrag geëvalueerd worden. Door het niet uniform zijn van de spanningstoestand, zowel over de dikte van een element als over zijn oppervlakte, is het bijvoorbeeld voor het nazicht van de GGT van doorbuiging essentieel te evalueren welke de invloed van de verspreiding en de intensiteit is van lokale materiaal niet-lineariteiten op de globale stijfheid van de constructie. Kennis van deze invloed, en het - indien mogelijk - formuleren van richtlijnen terzake kan mede de ontwerpmethodiek voor het bestudeerde constructietype helpen uit te bouwen. Een ander uit constructief oogpunt belangrijk element dat zal onderzocht worden, is in hoeverre de effectieve bijdrage van de sandwichelementen in de stijfheid en sterkte van de gehele constructie, de werking, en dus ook de structuur van het geheel van de tensegrity drukelementen kan beïnvloeden, en zelfs hun aanwezigheid (gedeeltelijk) kan overbodig maken. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • JAN WASTIELS
Ontwerp van zelflerende systemen voor efficiënt beheer van volgende generatie context-bewuste diensten Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek zal bijdragen tot het ontwerp van zelflerende systemen voor het ontdekken van nieuwe relaties in ontologieën en de efficiënte distributie van de software componenten van context-bewuste applicatie over de beschikbare resources. Een aantal relevante gevallenstudies zullen gedefinieerd worden in het domein van eHealth en Web2.0, vermits het gebruik van workflows voor efficiënte dataverwerking
in deze domeinen zeer belangrijk is. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Filip De Turck
Ontwerp van zeer hoge snelheid CMOS basisband schakelingen voor draadloze toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Er bestaat een stijgende vraag naar steeds hogere datasnelheden en volumes in draadloze telecommunicatie. Om deze gigabit per seconde snelheden mogelijk te maken is er nood aan basisband schakelingen die deze datasnelheden aankunnen. Dit impliceert filters met hoge bandbreedte en snelle analoog digitaal convertoren (ADCs). Deze filters en ADCs moeten in CMOS geïmplementeerd worden om verschillende redenen: ten eerste moeten filters en ADCs om economische redenen geïntegreerd worden in het digitale deel van het circuit dat bijna altijd in de meest geavanceerde generatie van CMOS geïmplementeerd zal worden. Ten tweede zal typisch door schaling van de technologie het vermogenverbruik van deze bouwblokken dalen zodat hoge snelheden realiseerbaar worden in draadbare systemen. Deze schaling brengt echter ook enkele problemen voor de designer met zich mee: lagere voedingspanning, grotere lekstromen en toenemende mismatch om er maar enkele te noemen. In dit doctoraat zal gezocht worden naar oplossingen voor deze problemen in filters en ADCs, terwijl er gekeken wordt naar nieuwe topologieën die de voordelen van de geschaalde technologie uitbuiten. Deze topologieën zullen geïmplementeerd worden in zowel commerciële technologie als in 45 nm IMEC technologie. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • MAARTEN KUIJK
Ontwerp van zeer hoge snelheid CMOS basisband schakelingen voor draadloze toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Er bestaat een stijgende vraag naar steeds hogere datasnelheden en volumes in draadloze telecommunicatie. Om deze gigabit per seconde snelheden mogelijk te maken is er nood aan basisband schakelingen die deze datasnelheden aankunnen. Dit impliceert filters met hoge bandbreedte en snelle analoog digitaal convertoren (ADCs). Deze filters en ADCs moeten in CMOS geïmplementeerd worden om verschillende redenen: ten eerste moeten filters en ADCs om economische redenen geïntegreerd worden in het digitale deel van het circuit dat bijna altijd in de meest geavanceerde generatie van CMOS geïmplementeerd zal worden. Ten tweede zal typisch door schaling van de technologie het vermogenverbruik van deze bouwblokken dalen zodat hoge snelheden realiseerbaar worden in draadbare systemen. Deze schaling brengt echter ook enkele problemen voor de designer met zich mee: lagere voedingspanning, grotere lekstromen en toenemende mismatch om er maar enkele te noemen. In dit doctoraat zal gezocht worden naar oplossingen voor deze problemen in filters en ADCs, terwijl er gekeken wordt naar nieuwe topologieën die de voordelen van de geschaalde technologie uitbuiten. Deze topologieën zullen geïmplementeerd worden in zowel commerciële technologie als in 45 nm IMEC technologie. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • MAARTEN KUIJK
Ontwerp van warmtewisselaars op basis van de volume-uitmiddelingstheorie Universiteit Gent Abstract: In industriële en residensiële processen worden dagelijks grote hoeveelheden warmte overgedragen met behulp van warmtewisselaars. Elke verbetering van de warmteoverdracht heeft een belangrijke invloed op het brandstofverbruik en de uitstoot van broeikasgassen. Het doel van dit onderzoeksproject is om nieuwe geoptimaliseerde warmtewisselaars te ontwerpen voor vloeistof-lucht toepassingen op basis van de volumeuitmiddelingstheorie (VAT). Organisaties: • Vakgroep Mechanica van stroming, warmte en verbranding
Onderzoekers: • Michel De Paepe
Ontwerp van strategische betrouwbare supply netwerken en ontwikkeling van hun verwante robuuste tactische planningsalgoritmen Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoeksproject wil de mogelijkheden exploreren die gecombineerde hiërarchische en holistische benaderingen kunnen bieden om aldus meer betrouwbare supply netwerken en robuuste planningsmethoden voor deze netwerken te ontwikkelen. Het belangrijkste doel is de ontwikkeling van een meta-model dat robuuste algoritmen en methodes kan integreren, die op hun beurt plannen leveren die niet alleen in termen van onzekerheid van omgevingsvariabelen maar ook in termen van de aggregatie- en desaggregatieprocedures robuust zijn. Organisaties: • Vakgroep Technische bedrijfsvoering
Onderzoekers: • Hendrik Van Landeghem • El-Houssaine Aghezzaf
Ontwerp van SRAM geheugens met een ultralaag vermogen en een hoge snelheid KU Leuven Abstract: Moderne draagbare elektronische aparaten zoals smartphones, tablets enlaptops worden steeds geavanceerder en krachtiger. Hiervoor hebben zij eengrote geheugencapaciteit nodig. Doordat de opslagcapaciteit vanbatterijen nietvoldoende is geëvolueerd om voor deze toepassingen een lange gebruiksduurtussen oplaadbeurten te garanderen, is het nodig om deze geheugens zo zuinigmogelijk te laten zijn, en dit zowel tijdens actief gebruik als tijdensstand-by. Tegenstrijdige vereisten zoals hoge geheugensnelheid en lagekostprijs maken het ontwerp van zulke geheugens erg uitdagend. Deze thesisonderzoekt verschillende circuittechnieken om dit ontwerp tot een goed einde tebrengen. Deze technieken werden getest in enkele prototypes in modernechiptechnologieën. Organisaties:
• Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Wim Dehaene • Bram Rooseleer
Ontwerp van Robust Smart Systems door gebruik van HALT. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TC Elektrotechniek (ESAT) Oostende
Onderzoekers: • Davy Pissoort
Ontwerp van representaties en schaalbare codeersystemen voor semi-regelmatige en onregelmatige mazen met zeer hoge resolutie Universiteit Gent Abstract: Driedimensionale mazen worden steeds gedetailleerder, wat samengaat met steeds meer data. Dit levert niet alleen problemen op voor visualisatie, maar ook voor opslag en transmissie. Deze geheugen- en bandbreedteproblemen zullen aangepakt worden door schaalbare codeersystemen te onderzoeken. Hierbij zullen representaties en codeersystemen voor zowel semi-regelmatige als onregelmatige mazen behandeld worden, rekening houdend met de afweging tussen codeerefficiëntie en visuele kwaliteit. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Rik Van de Walle
Ontwerp van regelaars met een vaste orde voor lineaire systemen met oneindige dimensie en varierende parameters, gebaseerd op de optimalisatie van stabiliteits- en H2-Hoo criteria. KU Leuven Abstract: Het doel van het project is het ontwikkelen van geavanceerde methodologieen voor het ontwerp van regelaars en ze te verzoenen met de noden vanuit de industrie. Deze noden zijn viervoudig. Regelaars zijn nodig die rekening houden met (i) tijdsvarierende parameters (lineaire modellen met tijdsvarierende parameters lenen zich tot het modelleren van mechatronische systemen zoals wafer-stages, pick-and-place robots, enz.) , (ii) eenoneindig-dimensionale dynamica (de meeste van deze systemen worden gekenmerkt door een inherente spatio-temporale verdeling van de toestandsvariabelen), (iii) onzekerheid op de modellen, en (iv) een regelaar met eenopgelegde structuur. Op dit moment bestaat er geen aanpak die met al deze noden rekening houdt. De bestaande Lyapunov-gebaseerde technieken kunnen toegepast worden op systemen met tijdsvarierende parameters, maar beperken zich tot kleinschalige problemen en voldoen niet aan vereisten (iii) en (iv). De bestaande eigenwaardengebaseerde technieken, langs Organisaties: • Afd. Numer. Analyse en Toeg. Wiskunde
Onderzoekers: • Wim Michiels • Jan Swevers • Goele Pipeleers
Ontwerp van prioriteitsprotocollen en QoS in de ZigBee standaard Hogeschool Gent Abstract: Draadloze sensornetwerken of meer specifiek LR-WPAN (Low-Rate Wireless Personal Area Networks) zijn al geruime tijd vastgelegd in een standaard, ontwikkeld door IEEE-SA (Institute of Electrical and Electronics Engineers Standards Association) onder het nummer IEEE 802.15.4. Door kostprijs en vermogenverbruik op de eerste plaats te zetten en grotere bitsnelheden en bereiken pas op de tweede plaats, staat deze standaard in sterk contrast met de huidige draadloze technologieën. Hij heeft dan ook niet de bedoeling om in concurrentie te gaan met andere standaarden, maar wil ze eerder aanvullen wat betreft de ondergrens voor bitsnelheid, vermogenverbruik en kostprijs. Een uitbreiding bovenop deze IEEE 802.15.4 standaard wat betreft de netwerk- en de applicatieaspecten, is vastgelegd door het industriële consortium met de naam ZigBee Alliance. Typische toepassingen kunnen worden gevonden in domotica, inbraakdetectie, gebouwautomatisering, industriële automatisering, patiëntenmonitoring, lokalisatie... Voor een draadloos sensornetwerk modelleren we elke stap van zender naar ontvanger in een testplatform met een bestaand softwarepakket (Matlab, Simulink, LabVIEW, Glomosim, NS2, ...). Er wordt ook een uitgebreid propagatiemodel toegevoegd, zodat reflecties, transmissies en diffracties van de voortgeplante stralen in de meest complexe testomgevingen kunnen worden gesimuleerd. De belangrijkste eigenschappen worden grondig uitgetest: energieverbruik, zelf-organiserend zijn van het netwerk, invloed van storingen, frequentieband, afstanden en dergelijke. Met data-acquisitiekaarten krijgen we meetresultaten met een gemengd gesimuleerd/gerealiseerd netwerk. Daarenboven bekijken we de mogelijkheid van lokalisatie in dergelijke netwerken. Ook wordt een koppeling met het internet via een Ethernet Gateway uitgebreid onderzocht en geïmplementeerd. We zoeken naar mogelijkheden om prioriteiten en Quality of Service (QoS) toe te voegen in het transmissieprotocol. Door de minder voorspelbare beschikbaarheid, door de beperkte stabiliteit van de verbinding en door de lagere bandbreedte is er immers een grote nood naar dergelijke draadloze QoS niveaus. Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Elektronica
Onderzoekers: • Jo Verhaevert • Frank Vanheel
Ontwerp van parallelle programmatuur in een object-georienteerd software engineering raamwerk met performantieoptimalisatie door het afstemmen van granulariteit Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit onderzoek wensen we we enkele cruciale aspecten inzake ontwikkeling van parallelle programmatuur in een modern software engineering perspectief te plaatsen. De efficiëntie van een parallelle toepassing wordt bepaald door de overeenstemming tussen granulariteit van het probleem (informeel : verhouding van de reken- tot de communicatievereisten) en de granulariteit van het parallel doelplatform (informeel : verhouding van de rekensnelheid tot de effectieve communicatiesnelheid). Door na te gaan hoe granulariteit kan worden aangepast in diverse problemen en voor verscheidene doelen, zullen we algemene software engineeringtechnieken ontwikkelen, dewelke zullen leiden tot een methodische benedering van het ontwikkelen van efficiënte, adapteerbare en overdraagbare parallelle programma's. Ter evaluatie zullen we onze strategie toetsen aan diverse aspecten van gedistribueerd renderen, die voordeel zouden kunnen halen uit onze nieuwe aanpak.
Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica • Informatica en Telecommunicatie
Onderzoekers: • THEO D'HONDT • ERIK DIRKX
Ontwerp van nieuwe multi-domein netwerkalgoritmen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De single-type ACO algoritmen maken gebruik van actoren die onderling allemaal samenwerken. Deze samenwerking wordt gecoördineerd door het gebruik van kunstmatige feromonen die de mieren achtergelaten op de links van de probleemgraaf. Goede links krijgen een hoger feromoongehalte en trekken meer mieren aan, en worden als dusdanig nog meer versterkt. Dit autokatalytisch proces zorgt ervoor dat op links die tot betere oplossingen behoren meer en sneller feromoon wordt opgebouwd en zodoende convergeert dit proces tot de beste oplossing. De feromonen laten de mieren toe om te communiceren door hun omgeving. Met dit systeem kunnen de mieren op een gedistribueerde en asynchrone manier zoeken naar de beste oplossing. Bij de multi-type versie, werken alle mieren van een zelfde type samen, zoals op de gebruikelijke manier, maar zijn de types onderling in competitie. Dit wordt gerealiseerd doordat eigen feromoon een aantrekking uitvoert op de mieren, maar vreemd feromoon een afstotend effect heeft. Op deze manier kan men in een graaf op een simultane manier meerdere zo disjunct mogelijke paden vinden, die samen een zo klein mogelijke kost hebben, of kan men een set van disjuncte werkpaden leggen, die samen door een backup boom worden beschermd. In deze laatstgenoemde applicatie wordt aangetoond dat het mogelijk is enerzijds de competitie tussen de types aan te wenden om de disjunctheid van de werkpaden te garanderen, maar tegelijkertijd ook de samenwerking tussen de mieren te exploiteren om de back-up paden te laten convergeren in een back-up boom. De bruikbaarheid van deze multi-type techniek zal geëvalueerd worden binnen de meerdomeinsnetwerkproblematiek met aandacht voor aspecten zoals computationele kost en de hoger vermelde performantieparameters en vergeleken worden met andere, mogelijk heuristische, benaderingen. Naast bovenvermelde multi-type ACO techniek, die tot de groep van de reinforcement leertechnieken behoort, zal COMO ook nog andere gerelateerde reinforcement leertechnieken evalueren. Een techniek die recent beschreven werd is die van Continual Exploration. In deze benadering wordt de graad van exploratie in elke knoop bepaald in functie van de entropie van de probabiliteitsdistributie voor het selecteren van een volgende actie of link. Deze techniek laat toe op een zeer doeltreffende manier de belasting op een netwerk te spreiden. Binnen het voorgestelde project gaan we onderzoeken of we deze benadering kunnen aanwenden voor het bepalen van de paden binnen de interconnectienetwerken en voor de keuze van de gateways in de te connecteren domeinen. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • ANN NOWE • KRIS STEENHAUT
Ontwerp van nieuwe modellen en technieken voor rekenintensieve financiële toepassingen. Universiteit Antwerpen Abstract: In de internationale financiële markten vindt de afgelopen decennia een enorme groei plaats in de handel van steeds complexere producten, zoals exotische opties en interestproducten, en deze groei zet zich almaar door. Voor het beurs- en bankwezen is het van cruciaal belang deze producten nauwkeurig, en zo snel mogelijk, te kunnen prijzen. De simulatie van de huidige gesofistikeerde prijsmodellen is vaak echter zeer rekenintensief wanneer klassieke technieken zoals Monte-Carlo methoden of binomiale bomen worden gebruikt, en praktische analytische prijsformules zijn meestal niet voorhanden. In dit project richten wij ons op nieuwe modellen en technieken voor het robuust en efficiënt prijzen van moderne financiële producten. We onderzoeken twee complementaire aanpakken: de eerste is gebaseerd op partiële differentiaalvergelijkingen en de tweede op kwantummechanische padintegralen. Bij de eerste aanpak zullen operator-splitmethoden en roostervrije methoden worden beschouwd voor de effectieve numerieke oplossing van deze, vaak meerdimensionale, vergelijkingen. Bij de tweede aanpak zullen padintegraalformules voor financiële producten worden onderzocht door gebruik te maken van de huidige theorie van fysische veeldeeltjessystemen en van de comonotoniciteitscoëfficiënt. De ontwikkelde modellen en computationele technieken zullen steeds onderling worden gevalideerd. Organisaties: • Toegepaste wiskunde en numerieke analyse
Onderzoekers: • Ann De Schepper • Annie Cuyt • Jacques Tempere • Karel In't Hout
Ontwerp van nieuwe methodes voor het meten en modelleren van microwave meerpoortsystemen en hun niet-lineair gedrag. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit doctoraat bestaat er in het gedrag van niet-lineaire RF en microwave meerpoortsystemen op te meten en uit deze metingen black-box-modellen te extraheren. Dit doel is echter te ambitieus. Een niet-lineair systeem is zo complex dat het zo goed als onmogelijk is om er een model uit te extraheren dat voor alle excitaties een goede beschrijving geeft. Daarom zullen we een dergelijk model extraheren voor een welbepaald systeem én een klasse van excitatiesignalen. In een telecomcontext ligt de spectrale inhoud veelal ongeveer vast, gezien de bandbreedte en de modulatie van het signaal a priori bekend zijn. We zullen dan aan de hand van een beperkt aantal metingen een model voor het koppel systeem + excitatieklasse ontwikkelen, dat geldig is voor alle signalen in die klasse. Een model extraheren is echter niet voldoende. Al te vaak bieden CAD paketten aan de hand van hun optimizers reeds modelextractie aan, gebaseerd op metingen (en simulaties). Het grote nadeel van deze aanpak is het gebrek aan modelvalidatie: een designer kan zo goed als onmogelijk inschatten of dergelijk model al dan niet het systeemgedrag beschrijft. Vandaar dat we in de context van dit werk een tweestapsmethode willen ontwikkelen. In een eerste stap gaan we proberen om beter te begrijpen hoe het systeem zich gedraagt, zoals we dit bij een Lineair TijdsInvariant (LTI) systeem doen aan de hand van een Frequentie Response Functie (FRF). Pas in een tweede stap zal men overgaan tot de modellering. Het resultaat van model en meting voor een bepaalde excitatie kunnen dan worden vergeleken om de validatie te realiseren. Voor tweepoortversterkers heeft een dergelijke aanpak zijn degelijkheid reeds bewezen. In dit project willen we dit uitbreiden tot meerpoortsystemen die in hoofdorde lineair zijn zoals meerpoortversterkers om vervolgens uit te breiden naar andere meerpoorten die in hoofdzaak niet-lineair zijn zoals mixers. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Koen VANDERMOT
Ontwerp van nieuwe methodes voor het meten en modelleren van microwave meerpoortsysemen en hun niet-lineaire gedrag. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit doctoraat bestaat er in het gedrag van niet-lineaire RF en microwave meerpoortsystemen op te meten en uit deze metingen black-box-modellen te extraheren. Dit doel is echter te ambitieus. Een niet-lineair systeem is zo complex dat het zo goed als onmogelijk is om er een model uit te extraheren dat voor alle excitaties een goede beschrijving geeft. Daarom zullen we een dergelijk model extraheren voor een welbepaald systeem én een klasse van excitatiesignalen. In een telecomcontext ligt de spectrale inhoud veelal ongeveer vast, gezien de bandbreedte en de modulatie van het signaal a priori bekend zijn. We zullen dan aan de hand van een beperkt aantal metingen een model voor het koppel systeem + excitatieklasse ontwikkelen, dat geldig is voor alle signalen in die klasse. Een model extraheren is echter niet voldoende. Al te vaak bieden CAD paketten aan de hand van hun optimizers reeds modelextractie aan, gebaseerd op metingen (en simulaties). Het grote nadeel van deze aanpak is het gebrek aan modelvalidatie: een designer kan zo goed als onmogelijk inschatten of dergelijk model al dan niet het systeemgedrag beschrijft. Vandaar dat we in de context van dit werk een tweestapsmethode willen ontwikkelen. In een eerste stap gaan we proberen om beter te begrijpen hoe het systeem zich gedraagt, zoals we dit bij een Lineair TijdsInvariant (LTI) systeem doen aan de hand van een Frequentie Response Functie (FRF). Pas in een tweede stap zal men overgaan tot de modellering. Het resultaat van model en meting voor een bepaalde excitatie kunnen dan worden vergeleken om de validatie te realiseren. Voor tweepoortversterkers heeft een dergelijke aanpak zijn degelijkheid reeds bewezen. In dit project willen we dit uitbreiden tot meerpoortsystemen die in hoofdorde lineair zijn zoals meerpoortversterkers om vervolgens uit te breiden naar andere meerpoorten die in hoofdzaak niet-lineair zijn zoals mixers. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Koen VANDERMOT
Ontwerp van nieuwe antisense oligonucleotiden voor covalente hybridisatie via een cycloadditiereactie Universiteit Gent Abstract: Centraal in dit project staat het ontwerp van een nieuw type antisense oligonucleotide dat de mogelijkheid biedt voor plaatsspecifieke covalente bindingsvorming na hybridisatie met de targetsequentie. Na synthese en inbouwen van een bouwsteen die voorzien is van een furanbevattende aromatische bouwsteen zal hybridisatie met complementaire RNA sequenties en RNA sequenties die leiden tot het optreden van een uitstulping in de duplex, bestudeerd worden Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Annemieke Madder
Ontwerp van nieuwe antisense aligonucleotiden voor covalente hybridisatie via een cycloadditiereactie Universiteit Gent Abstract: Centraal in dit project staat het ontwerp van een nieuw type antisense oligonucleotide dat de mogelijkheid biedt voor plaatsspecifieke covalente bindingsvorming na hybridisatie met de targetsequentie. Na sythese en inbouwen van een bouwsteen die voorzien is van een furanbevattende aromatische bouwsteen zal hybridisatie met complementaire RNA sequenties en RNA sequenties die leiden tot het optreden van een uistulping in de duplex, bestudeerd worden. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Annemieke Madder
Ontwerp van netwerkarchitecturen voor optische pakketgeschakelde netwerken met volledige optische headerverwerking Universiteit Gent Abstract: Volledig optische headverwerking is een variante van optische pakketschakeling die de mogelijke discrepatie tussen vezelcapaciteit en routsnelheid in toekomstige IP-gebaseerde optische netwerken kan wegwerken. Ontwerp van netwerkarchitecturen voor optische pakketgeschakelde netwerken met volledige optische headerverwerking . Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Mario Pickavet
Ontwerp van mobiele intelligente sensorsystemen gebaseerd op een elastische interconnectie-technologie Universiteit Gent Abstract: Dit doctoraatsonderzoek beantwoordt aan de toenemende nood aan draagbare elektronische systemen, die alsmaar complexer worden en vaak gebruik maken van zeer geavanceerde sensoren, zonder dat het comfort en de mobilitiet van de menselijke drager worden beperkt. Daartoe zullen deze mobiele autonoom functionerende sensorsystemen ontworpen worden op basis van recent ontwikkelde flexibele en elastische interconnectie-technologieën. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Jan Doutreloigne
Ontwerp van mixed-signal architecturen voor 5 GHz WPAN transceivers Vrije Universiteit Brussel Abstract: Voor mixed-mode chips is het belangrijk dat de ruis afkomstig van digitale delen van de chip niet storend werken op de analoge ontvangers en zendonderdelen op dezelfde chip. De koppelingsmechanismen en mogelijke oplossingen, en meettechnieken hiervoor worden bestudeerd Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • MAARTEN KUIJK
Ontwerp van microtonale instrumenten met expressiemogelijkheden
Hogeschool Gent Abstract: Het project betreft de bouw en ontwikkeling van een volwaardig akoestisch kwarttoonsorgel met computersturing, evenals de mogelijkheid tot manuele instrumentale bespeling. In de loop van de 20ste eeuw werden er weliswaar door verschillende instrumentenbouwers en componisten specifieke instrumenten ontwikkeld en gebouwd voor het verklanken van kwarttoonmuziek, maar deze bleken geen van alle succesrijk. Ondanks het ontbreken van een specifiek instrumentarium, is het aantal componisten dat gebruik maakt van microtonale intervallen in de muziek van de 20ste eeuw en vandaag aanzienlijk. Noodgedwongen worden deze partituren steeds met een nogal loslopende precisie uitgevoerd. Onder meer daarom loont het de moeite om een instrument te ontwerpen (en ook daadwerkelijk te bouwen) dat van nature uit zuiver akoestisch is, maar dat de bespeling volledig aan computerbesturing overlaat. Een bouwdagboek wordt bijgehouden. Organisaties: • Departement Conservatorium • Vakgroep Scheppende Muziek
Onderzoekers: • Godfried-Willem Raes
Ontwerp van inplantbare antennes en karakterisering van in-to-out-body draadloze verbindingen in een Wireless Body Area Network (WBAN) Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project bestaat uit het ontwerp van een antenne die kan worden ingeplant in het lichaam, de karakterisering van de inbody en in-to-out-body draadloze verbinding tussen de implantaten binnen en de knooppunten buiten het lichaam en de bepaling van de absorptie van elektromagnetische straling van de ontworpen antenne. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Hendrik Rogier
Ontwerp van hoogperformante koppelingen voor 'casing' and 'tubing' Universiteit Gent Abstract: Hoogperformante koppelingen worden ingezet bij het boren naar fossiele grondstoffen. De koppeling wordt gekenmerkt door het schroefdraadprofiel, een afdichtingsvlak en een opmaakneus. In dit project wordt de invloed van deze geometrische kenmerken op de mechanische integriteit van de koppelingen numeriek en experimenteel onderzocht en dit voor verschillende statische belastingscondities. Deze kennis is noodzakelijk voor het bepalen van een optimaal ontwerp. Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Wim De Waele
Ontwerp van hoogperformante CMOS versterkers voor wireline communicatie KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Patrick Reynaert • Jan Cools
Ontwerp van het Internet van de volgende generatie naar multi-service netwerken. (Euro-NGI) Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project heeft als doel een europees centrum van excellentie uit te bouwen rond het onderwep van het Internet van de volgende generatie. Dit netwerk zal de diversiteit aan technologie?n voor het ontwerp van effici?nte en flexibele architecturen voor het Internet van de volgende generatie bestuderen, alsook nieuwe inventieve architecturen voorstellen die voldoen aan de behoeften van nieuwe diensten en tenslotte kwantitieve methoden ontwikkelen die toelaten deze architecturen te evalueren Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia
Ontwerp van Haven Oostende: Numerieke Modellering van Golfvoortplanting Universiteit Gent Abstract: Numerieke modellering van golfindringing, golfvoortplanting en golfdiffractie voor de nieuwe Haven van Oostende, doorheen alle ontwerpfases van de nieuwe golfbrekers en de geometrie van de binnenhaven. De tijdsdomein modellen SimWave (Boussinesq) and MILDwave (mild-slope) zijn aangewend binnen een integrale studie van de Haven Oostende, en zijn gecalibreerd/gevalideerd d.m.v. laboratorium proeven met schaalmodellen en prototype data uit een meetcampagne. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Peter Troch
Ontwerp van groene technologieën met moleculaire modellering Universiteit Gent Abstract: Een onderzoeksverblijf van een jaar aan de University of California, Berkeley, om geavanceerde nanomaterialen te ontwerpen voor de verwijdering van CO2 en voor het ontwerp van de volgende generatie lithium-batterijen, door middel van moleculaire modellering. Moleculaire Dynamica en Monte Carlo simulaties zijn nodig om de beweging van lithium-ionen en CO2 te volgen in de tijd en hun gedrag te verstaan. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Veronique Van Speybroeck
Ontwerp van geïntegreerde plannings- en wachtlijnmodellen voor het opsten roosters die resulteren in geoptimaliseerde mensenstromen en maximalisn veiligheid.
KU Leuven Abstract: Onderzoek naar en het ontwerp van geïntegreerde plannings- en wachtlijnmodellen voor het opstellen van roosters die resulteren in geoptimaliseerde mensenstromen en maximalisatie van veiligheid. Organisaties: • Onderzoeksgroep KBPRO Brussel
Onderzoekers: • Liesje De Boeck • Jeroen Belien • Genserik Reniers • Tony Wauters
Ontwerp van geïntegreerde plannings- en wachtlijnmodellen voor het opstellen van roosters die resulteren in geoptimaliseerde mensenstromen en maximalisatie van veiligheid. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Onderzoeksgroep KBPRO Brussel
Onderzoekers: • N. N. • Jeroen Belien
Ontwerp van gedistribueerde signaalverwerkingsalgoritmen en schaalbare hardwareplatformen voor energie-vsperformantie- adaptieve draadloze akoestische sensornetwerken. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - STADIUS
Onderzoekers: • Marc Moonen • Marian Verhelst • Alexander Bertrand
Ontwerp van gedistribueerde parameter- en signaalschattingsalgoritmen en gecombineerde netwerklaag resourceallocatie voor spraakverbetering inad-hoc draadloze akoestische-sensornetwerken. KU Leuven Abstract: Een draadloos akoestisch sensornetwerk ('wireless acoustic sensor network' (WASN)) bestaat uit een set microfoonnodes die willekeurig verspreid zijn over een omgeving, en die met elkaar communiceren via draadloze verbindingen om een gezamenlijke taak uit te voeren. Een belangrijk voordeel van WASNs is dat veel microfoons gebruikt kunnen worden die een grote oppervlakte omspannen, wat meer verscheidenheid (en dus meerinformatie) geeft in de opgenomen signalen. De gezamenlijke taak is danom een parameter of een signaal te schatten op een gedistribueerde manier, waarbij de nodes met elkaar samenwerken om een betere schatting te bekomen, zoals bv. een ruis-gereduceerde spraakopname. Onze eerste doelstelling is om bestaande gedistribueerde spraakverbeteringsalgoritmes uit te breiden met gedistribueerde parameterschattingen, bv. voor dereverberatie en schatten van spraakkenmerken voor spraakherkenning. Onze tweede doelstelling is om signaalschattingsproblemen te onderzoeken in WASNs waar de Organisaties: • Afdeling ESAT - STADIUS
Onderzoekers: • Marc Moonen • Alexander Bertrand
Ontwerp van geavanceerde netwerkalgoritmen en datastructuren voor tijdsafhankelijke, stochastische en dynamische grafen Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoek omvat de fundamentele eigenschappen van tijdsafhankelijke, stochastische en dynamische grafen onderzoeken en hoe deze gebruikt kunnen worden voor de ontwikkeling van nieuwe en efficiënte algoritmen. Deze wisselende omstandigheden zorgen voor een continue veranderende probleemstelling. Stochastische en tijdsafhankelijke grafen zoals telecommunicatienetwerken, sociale netwerken en (publieke) transportnetwerken vereisen aangepaste aandacht om de complexiteit en uitvoeringstijd onder controle te houden. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Mario Pickavet • Pieter Audenaert
Ontwerp van geavanceerde netwerkalgoritmen en datastructuren voor complexe netwerkproblemen Universiteit Gent Abstract: Deze aanvraag voor doctoraatsfinanciering behandelt hoogcomplexe netwerk- en graafproblemen, die in vele praktische domeinen voorkomen zoals telecommunicatie, transport en logistiek, bio-informatica, etc. Om deze problemen op een efficiente en schaalbare manier aan te pakken, zijn geavanceerde algoritmische technieken en datastructuren vereist, die op een oordeelkundige manier gecombineerd worden. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Mario Pickavet • Pieter Audenaert
Ontwerp van fout-tolerante permanent-magneet synchrone machines Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Elektriciteit
Onderzoekers: • Peter Sergeant
Ontwerp van energie-efficiënte digitale schakelingen bij extreem lage voedingsspanningen KU Leuven Abstract: Tegenwoordig is energie-efficientië vaak een doorslaggevende parameter bij het ontwerp van digitale systemen, gedreven door het steeds toenemende aantal draagbare applicaties. Gsms zijn een voor de hand liggend voorbeeld, maar momenteel worden ook veel andere draagbare elektronische toestellen ontwikkeld, met minder strenge eisen inzake snelheid, maar nog kritischere energievereisten. Aangezien hun autonomie afhankelijk is vanhet gelimiteerde energiebudget, is onderzoek naar significante verbeteringen in energieverbruik per operatie levensnoodzakelijk. Vooral medische toepassingen, zoals biomedische sensornodes, hebben veel baat bij een drastisch verhoogde energieefficientië. Door de voedingsspanning van digitale CMOS circuits extreem te reduceren, verlaagt hun dynamisch energieverbruik op kwadratische wijze. Bijgevolg kan het opereren van digitale systemen bij ultralage voedingsspanningen zorgen voor significante energiebesparingen. Deze operatie op extreem lage voedingsspanningen s Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Wim Dehaene • Nele Reynders
Ontwerp van een systeem voor Stochastische en Geavanceerde Hulpmiddelen Planning. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project wil de bestaande resultaten met betrekking tot de geavanceerde hulpmiddelen planning uitbreiden. Het project bestaat uit twee luiken: een gedeelte dat zich concentreert op de link met de supply chain, meer specifiek het demand management en een gedeelte dat zich richt naar de uitvoering van de planningsbeslissingen. Bij het eerstgenoemde komen verschillende zaken aan bod zoals vraagonzekerheid (en het effect op de doorlooptijd), het tegenwerken van het opzweepeffect (en de determinanten van dit laatste) en tot slot de vraag naar differentiatie van de doorlooptijd naar klanten en producten toe. Het tweede deel bestaat uit een studie van de mechanismen om de planning ten uitvoer te brengen en omvat het ontwerpen van authorisatie- en vrijgavepolitieken, het introduceren van veiligheidstijd in dit mechanisme, het toewijzen van klantenorders aan productie-orders en een onderzoek naar de mate waarin knelpunten deze onderzoeksvragen kunnen beïnvloeden. Organisaties: • VAKGROEP MILIEU, TECHNOLOGIE EN TECHNOLOGIEMANAGEMENT • Engineering Management
Onderzoekers: • Nico Vandaele
Ontwerp van een robuuste, meerlaagse, actieve vraagsturingsarchitectuuronderworpen aan communicatiebeperkingen. KU Leuven Abstract: Het primaire doel van dit onderzoeksproject bestaat uit het ontwerp en de evaluatie van een technische controleframework voor Belgische laagspanningsdistributienetten onder de beperking van een realistisch, suboptimaal communicatienetwerk, wat leidt tot een meer resiliënt en robuust distributienet. Dit framework zal worden uitgebreid met duidelijke stimulansen voor alle actoren in het huidige energielandschap, door gebruik te maken van Service Level Agreements, dewelke een vooraf gedefinieerde kwaliteit van de dienstverlening vastleggen. Op toestelniveau ligt de nadrukvan dit werk op gedistribueerde generatoren en residentiële lasten met een hoge waarde in actieve vraagsturing (bv. elektrische voertuigen, boilers).De optimale afstemming tussen de hiërarchische controlelagen onderling en de suboptimale communicatie-infrastructuur leidt tot een robuust en economisch realiseerbaar Smart Grid. Organisaties: • Afdeling ESAT - ELECTA
Onderzoekers: • Geert Deconinck • Sandro Iacovella
Ontwerp van een mobiele membraandestillatie afvalwaterzuiveringsinstallatie voor het on-line zuiveren van afvaldialysaat tijdens een dialysebehandeling Universiteit Gent Abstract: Met het oog op het zuiveren van afvalwater afkomstig van een dialysebehandeling, wordt gezocht naar de optimale geometrie van een membraandestillatie module. Dit gebeurt op basis van in vitro experimenten op prototype modules en numerieke simulaties. Hierbij worden verschillende parameters zoals vloeistofsamenstelling, temperaturen en vloeistof debieten gevarieerd. Met de ontwikkelde module wordt een zuiveringscircuut ontworpen voor on-line gebruik bij dialyse. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Pascal Verdonck
Ontwerp van een inplanteerbare micro-actuator. Universiteit Antwerpen Abstract: Diverse technieken kunnen aangewend worden om elektrische energie om te vormen naar een lineaire beweging. Uit een voorstudie blijkt dat de elektromagnetische weg het meest haalbare is. Het doel is hiermee een ontwerp te maken van een inplanteerbare micro-actuator. De medische toepassingen situeren zich vooral in het aansturen van microkleppen, drug-delivery-systems en hoogfrequente stimulatie. Organisaties: • Medische elektronica
Onderzoekers: • Stefaan Peeters
Ontwerp van een herconfigureerbare MEMS-gebaseerde schakelmatrix voor een geautomatiseerd distributie-frame in telecommunicatie-toepassingen Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit onderzoeksproject is het ontwerp van een zeer compact, kost-efficiënt en robuust MEMS-gebaseerd geautomatiseerd distributie-frame voor het telefonie kopernetwerk. Het moet schaalbaar zijn van kleine straatkabinetten tot grote systemen in de telefonie centrales, en dient een willekeurige, dynamisch herconfigureerbare connectie mogelijk te maken tussen alle binnenkomende en uitgaande telefoonlijnen. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Jan Doutreloigne
Ontwerp van een geïntegreerde leeromgeving voor het verwerven van competenties in de ontwikkelingsevaluatie van jonge kinderen. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Jeugdgezondh
Onderzoekers: • Karel Hoppenbrouwers
Ontwerp van een formeel model voor het JRM-protocol. Universiteit Antwerpen Abstract: Een communicatieprotocol kan op verschillende manieren beschreven worden. De meest preciese methode is een formeel model, zoals bijvoorbeeld een eindige-toestands-automaat. Het voordeel van een formeel model is dat men hiermee de volledigheid en de correctheid van het voorgestelde protocol kan aantonen. Doe! van dit project is, dmv een tijdsgestuurde eindige-toestands-automaat, een formeel model te ontwikkelen voor het JRM (Java Reliable Multicast) protocol. Organisaties: • TOEGEPASTE INFORMATICA EN COMPUTATIONEEL ONDERZOEK • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Gunther Stuer • Tom Dhaene
Ontwerp van een electroplating system Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het ontwerpen van een electroplating systeem. Electroplating: Proces waarin een laag van een metaal wordt gestort op metalen of nietmetalen elektrode door elektrolyse in een elektrolytische cel. Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • PIERRE VAN DEN WINKEL
Ontwerp van een efficient randelement gebaseerd algoritme voor de modellering van elektronmagnetische verstrooiing aan willekeurige geometrieen Universiteit Gent Abstract: Dit project vetrekt van een solver geschreven voor academische doeleinden die steunt op onderzoeksresultaten verricht binnen het domein van boundary element methods (BEM). Deze solver lost het verstrooiingsprobleem aan zowel perfecte geleiders als diëlektrica op door een randintegraalvergelijking te discretiseren met een BEM. Het bekomen stelsel wordt iteratief opgelost, de vereiste matrix-vector vermenigvuldigen worden versneld met een breedband snel multipool algoritme, het aantal iteraties wordt geminimaliseerd door toepassing van een Calderon preconditioner en de solver kan uitgevoerd worden op meerdere machine door middel van een schaalbaar asynchroon parallellisatiealgoritme. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Daniël De Zutter
Ontwerp van een draadloos testbed voor car-to-car communicatie Universiteit Gent Abstract: Er wordt nieuwe hardware en software ontwikkeld voor kanaalmetingen met het oog op toekomstige draadloze communicatiesystemen Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Hendrik Rogier
Ontwerp van een autonoom batterijgevoed, zelfgedragen hijssysteem voor personen en lasten Universiteit Gent Abstract: Het betreft een ontwikkeling van een batterijgevoede soort takel die men zelf draagt en waarbij men naar believen op en neer kan dalen. Het is een hulpmiddel bij onderhoud aan gebouwen, windturbines, bomen, berghellingen. De ontwikkeling beoogt een lichtgewicht uitvoering op basis van een hoogrendement borstelloze permanente magneet aandrijving met bijhorende regelelektronica, ontworpen voor een breed temperatuursbereik. Organisaties: • Vakgroep Elektrische energie, systemen en automatisering
Onderzoekers: • Alex Van den Bossche
Ontwerp van beperkte-referentie perceptuele metrieken voor de kwaliteitsanalyse van beeld- en videomateriaal. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Tegenwoordig is een hoge beeldkwaliteit bij multimedia-services erg belangrijk. Het eindproduct heeft een hele E2E keten doorlopen, gaande van productie over transmissie tot visualisatie. Elke stap kan kwaliteitsverlies veroorzaken, waardoor de impact op de kwaliteitservaring moeilijk te meten valt. Toch is vanuit de industrie een grote vraag naar automatische kwaliteitsmonitoring d.m.v. objectieve metrieken. De betrouwbaarste kwaliteitsmetrieken van vandaag hebben echter het origineel referentiemateriaal nodig en dat is juist niet beschikbaar bij de eindgebruiker. Vaak is het wel mogelijk om beeldeigenschappen (i.e. specifieke informatie over het beeld) van het origineel materiaal door te sturen via een nevenkanaal, zij het met een beperkte datacapaciteit. Mijn doctoraatsonderzoek kan in drie taken onderverdeeld worden: -Het bepalen van een collectie deelmetrieken die elk een bepaald aspect van de perceptuele kwaliteit meten;
-Compressie van de benodigde beeldeigenschappen m.b.v. dimensiereductie en sensitiviteitsanalyse; -Het combineren van de verschillende deelmetrieken tot één enkele beperkte-referentie (BR) kwaliteitsmetriek voor automatische kwaliteitsmonitoring. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • Ann DOOMS
Ontwerp van analoge CMOS circuits voor millimergolf toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Traditioneel wordt het ontwerp van geïntegreerde analoge bouwblokken voor hoogfrequente toepassingen gedaan in III-V halfgeleider technologieën zoals GaAs en InP. In deze technologieën beschikt men immers al lange tijd over snelle transistoren. Bovendien laat de hoge weerstand van het substraatmateriaal (vb. GaAs: 107-109 ohm-cm) toe om passieve componenten te maken van goede kwaliteit. CMOS technologie biedt anderzijds wel de mogelijkheid om het analoge en het digitale gedeelte op een kost effectieve manier te integreren op één enkele chip. Door de continue schaling wordt deze technologie bovendien inzetbaar voor de millimetergolfmarkt. Het hoofddoel van dit doctoraatsonderzoek is om na te gaan welke ontwerpstrategie het best kan gevolgd worden indien er gewerkt wordt in de "grijze" frequentieband tussen gelokaliseerd en gedistribueerd CMOS - ontwerp. Er zal naar gestreefd worden om vuistregels op te stellen, op basis waarvan een ontwerper een optimaal ontwerp kan realiseren in de beschouwde frequentiezone. Van doorslaggevend belang bij de keuze van de ontwerpstrategie, is de kwaliteit van de bijhorende passieve componenten (spoelen, capaciteiten en transmissielijnen). Gezien het verlieslatende karakter van het silicium substraat zijn passieve componenten van goede kwaliteit echter niet vanzelfsprekend. We zullen, aan de hand van veldsimulaties, deze componenten (onder verschillende topologieën) modelleren en kwalificeren in de beschouwde frequentieband. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Karen SCHEIR
Ontwerp van analoge CMOS circuits voor millimergolf toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Traditioneel wordt het ontwerp van geïntegreerde analoge bouwblokken voor hoogfrequente toepassingen gedaan in III-V halfgeleider technologieën zoals GaAs en InP. In deze technologieën beschikt men immers al lange tijd over snelle transistoren. Bovendien laat de hoge weerstand van het substraatmateriaal (vb. GaAs: 107-109 Ohm-cm) toe om passieve componenten te maken van goede kwaliteit. CMOS technologie biedt anderzijds wel de mogelijkheid om het analoge en het digitale gedeelte op een kost effectieve manier te integreren op één enkele chip. Door de continue schaling wordt deze technologie bovendien inzetbaar voor de millimetergolfmarkt. Het hoofddoel van dit doctoraatsonderzoek is om na te gaan welke ontwerpstrategie het best kan gevolgd worden indien er gewerkt wordt in de "grijze" frequentieband tussen gelokaliseerd en gedistribueerd CMOS - ontwerp. Er zal naar gestreefd worden om vuistregels op te stellen, op basis waarvan een ontwerper een optimaal ontwerp kan realiseren in de beschouwde frequentiezone. Van doorslaggevend belang bij de keuze van de ontwerpstrategie, is de kwaliteit van de bijhorende passieve componenten (spoelen, capaciteiten en transmissielijnen). Gezien het verlieslatende karakter van het silicium substraat zijn passieve componenten van goede kwaliteit echter niet vanzelfsprekend. We zullen, aan de hand van veldsimulaties, deze componenten (onder verschillende topologieën) modelleren en kwalificeren in de beschouwde frequentieband. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Karen SCHEIR
Ontwerp van adaptieve logica?s voor het formeel-exact bestuderen van centrale onderwerpen uit de hedendaagse wetenschapsfilosofie. Een aanzet tot een nieuwe formele wetenschapsfilosofie Universiteit Gent Abstract: Een groot aantal wetenschapsfilosofische concepten kunnen niet gedefinieerd worden op basis van klassieke logica, omdat ze betrekking hebben op dynamische en niet-monotone redeneerprocessen. In dit project worden adaptieve logica?s, waarmee dit wel mogelijk is, ontworpen en toegepast. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Diderik Batens • Erik Weber
Ontwerptechnieken voor CMOS RF vermogenversterkers KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Patrick Reynaert • Brecht François
Ontwerp, synthese en evaluatie van diverse enzyminhibitoren als potentieel antiparasitaire verbindingen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project omvat een verdere uitbreiding van het onderzoek naar reeds vertrouwde doelwit enzymen waar het nu noodzakelijk blijkt nieuwe onderzoekslijnen uit te bouwen. Het omvat daarnaast enkele nieuwe enzymen en nieuwe benaderingen. De voornaamste doelstelling is het ontwerpen en bereiden van krachtige en selectieve inhibitoren van een reeks enzymen in het domein van parasitaire aandoeningen als malaria en trypanosomiasis. Deze inhibitoren kunnen een belangrijk middel zijn om de biologische functie van het enzym te ontrafelen en (of) kunnen aan de basis liggen van de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen. Het ontwerpen gaat steeds gepaard met een structuur-activiteitsrelatie onderzoek. Andere doelstellingen zijn: het zo nodig optimaliseren van biologisch actieve verbindingen naar een gunstiger farmacokinetisch profiel toe en het opstellen van adekwate syntheseprocedures. Organisaties:
• Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Pieter Paula Frans Van Der Veken • Achiel Haemers • Koen Augustyns
Ontwerpstudie voor een PET-scanner gebaseerd op het gebruik van nieuwe scintillatoren en avalanche fotodiodes. Vrije Universiteit Brussel Abstract: This project consists of design and construction of a simulation prototype scanner based on 2 detector moduled, for which also Monte Carlo simulations are developed. This is the starting point for a design study for a clinical PET-scanner and a small animal PEET scanner. Organisaties: • Elementaire Deeltjes
Onderzoekers: • STEFAAN TAVERNIER
Ontwerpregels voor natuurvriendelijke oevers (NVOs) op niet-tijdgebonden bevaarbare waterwegen belast door scheepsgolven. Universiteit Gent Abstract: Varende schepen genereren een specifiek patroon van aanvallende golven op de oever. Steunend op experimentele meetresultaten word een kwantificatie beoogd van het effect van deze mechanische golfwerking op een NVO-type oeververdediging en een synthese in uitgebreide en verfijnde ontwerpregels voor het ontwerp van doeltreffende NVOs op bevaarbare waterlopen met druk scheepvaartverkeer. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Peter Troch
Ontwerpoptimalisatie in simulaties van chaotische turbulente stromingenmet toepassing op de reductie van wrijvingsverliezen in turbulente grenslagen. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Toeg. Mechanica & Energieconversie
Onderzoekers: • Stefan Vandewalle • Johan Meyers
Ontwerpmethodologie en technieken voor het bouwen van een Knowledge Management omgeving. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het betreft toegepast onderzoek in verband met methodologieën en technieken die gebruikt kunnen worden bij het meer toegankelijk maken van alle vormen van kennis die in een bedrijfsomgeving aanwezig zijn. Hte onderzoek betreft in het bijzonder de methodologieën die kunnen gebruikt worden bij het ontwerpen en implemnteren van een knowledge portal. er moet hierbij een knowledge architecture ontworpen worden
Onderzoekers: • EDUARD VANDIJCK
Ontwerp, implementatie en evaluatie van krachtige leeromgevingen. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwerp, implementatie en evaluatie van krachtige leeromgevingen. Organisaties: • Onderwijs Nederlands • Didactica
Onderzoekers: • Jules Frans Daems
Ontwerp, implementatie en evaluatie van krachtige leeromgevingen. Universiteit Antwerpen Abstract: Gedurende het voorbije decennium hebben zich binnen de onderwijspsychologie, onderwijstechnologie en de ontwerpkunde ('instructional design') belangrijke en veelbelovende ontwikkelingen voorgedaan die (erg) relevant zijn voor het onderzoek en de ontwikkeling van krachtige leeromgevingen. Hoewel het onmiskenbaar is dat de ontwikkelingen binnen deze (sub)disciplines een aantal gelijkenissen vertonen, is er behoeft aan een systematische confrontatie en integratie van de theoretische denkkaders, de onderzoeksmethoden en de empirische bevindingen uit de drie genoemde (sub)disciplines. Organisaties: • VAKGROEP GERMAANSE TAAL- EN LETTERKUNDE • Didactica
Onderzoekers: • Jules Frans Daems
Ontwerp, evaluatie en validatie van veiligere virale vectoren voor gentherapie KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Moleculaire Virologie en Gentherapie
Onderzoekers: • Rik Gijsbers • Jan De Rijck • Dominique Van Looveren
Ontwerp en werking van een airborne wind energie systeem en glijdende horizon schatter experimenten KU Leuven Abstract: Ik zal onderzoek doen naar controle van verankerde vliegtuigen. Een nieuwe technologie maakt gebruik van verankerde vliegtuigen om windenergie op te wekken. Het doel is aan te tonen dat controle van dergelijke vliegtuigen mogelijk is op een small-scale opstelling. Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Jan Swevers • Moritz Diehl • Kurt Geebelen
Ontwerpen voor kleine series Universiteit Gent Abstract: IWT TETRA 130772: Ontwerpen voor kleine series In het Project "Ontwerpen voor kleine series" ontwikkelen de projectpartners Industrial Design Center, Sirris en Flanders Inshape een ontwerpmethode ?met ondersteunende tools? voor kleine series. Deze methode kan worden gebruikt door zowel ondernemingen als studenten ontwerptechnieken. Organisaties: • Vakgroep Industrieel Systeem- en Productontwerp
Onderzoekers: • Jan Detand
Ontwerp en validatie van gevorderde systeemidentificatietechnieken voor Operationele Modale Analyse in aanwezigheid van eXogene ingangssignalen (OMAX). Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwerp en validatie van gevorderde systeemidentificatietechnieken voor Operationele Modale Analyse in aanwezigheid van eXogene ingangssignalen (OMAX). Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies • Elektriciteit • Werktuigkunde
Onderzoekers: • RIK PINTELON • HUGO SOL • PATRICK GUILLAUME • STEVE VANLANDUIT
Ontwerp en validatie van gevorderde systeemidentificatietechnieken voor Operationele Modale Analyse in aanwezigheid van eXogene ingangsignalen (OMAX) Vrije Universiteit Brussel Abstract: In vele werktuigkundige en bouwkundige toepassingen worden de trillingsmetingen uitgevoerd in zgn. "operationele" condities. Denk bijvoorbeeld aan bruggen/gebouwen die door het verkeer/de wind geëxciteerd worden of aan "Flight Flutter Testing" waarbij de vliegtuigvleugels bij de verschillende vluchtcondities door windstoten en turbulenties geëxciteerd worden. Deze operationele of natuurlijke krachten kunnen meestal niet opgemeten worden ("ongekende ingangssignalen"). Om het dynamisch trillingsgedrag van structuren onder bedrijfsomstandigheden te identificeren aan de hand van de opgemeten responssignalen werden er aangepaste "output-only" systeemidentificatietechnieken ontwikkeld. Deze vrij recente discipline noemt men de "Operationele Modale Analyse" (OMA). Operationele testen kunnen aanzienlijk verschillen van laboratoriumtesten. De randvoorwaarden en belastingscondities zijn meestal verschillend waardoor b.v. bestaande niet-lineaire effecten gelineariseerd worden rond verschillende werkingspunten. Tijdens operationele testen wordt de invloed van de omgeving beter in beschouwing genomen (voorbelasting, aëro-elastische interacties, ...). Verder biedt de OMA nieuwe mogelijkheden zoals de "in-situ" diagnose van structuren en machines (schadedetectie). Dit verklaart de grote belangstelling die er bestaat voor efficiënte systeemidentificatie- technieken die in staat zijn om valabele modellen te extraheren rechtstreeks uit operationele data. De huidige OMA aanpak heeft echter ook nadelen. Zo is het niet mogelijk om het volledig modaal model te identificeren met een "output-only" aanpak (de modevormen zijn slechts op een schaalfactor na bepaald). Verder worden sommige trillingsmodes niet altijd voldoende geëxciteerd door de operationele krachten. Naast de operationele krachten zijn bijgevolg eveneens externe actuatoren vereist om de structuur voldoende te exciteren. Deze gecontroleerde "exogene" ingangssignalen zijn meetbaar en kunnen eveneens geoptimaliseerd worden. Daar men nu over zowel ingangs- als uitgangssignalen beschikt, maakt men in de praktijk gebruik van "input-output" schatters (de klassieke "Experimentele Modale Analyse" aanpak). Bij de "Experimentele Modale Analyse" (EMA) wordt de excitatie ten gevolge van de omgeving (de operationele krachten) beschouwd als "stoorruis". Deze stoorruis wordt geëlimineerd door de gebruikte "input-output" systeemidentificatietechnieken. De "Operationele Modale Analyse" aanpak daarentegen maakt enkel gebruik van deze zgn. "stoorruis" (de opgemeten exogene ingangssignalen worden niet in beschouwing genomen tijdens de schatting). Er is dus nood aan een gemengde experimentele/operationele systeemidentificatiemethodologie die zowel de gekende krachten (exogene ingangssignalen) als de (ongekende) operationele krachten in beschouwing neemt om een zo nauwkeurig mogelijk model te identificeren. Deze vaststelling heeft eveneens vrij fundamentele implicaties op de bestaande generieke systeemidentificatietechnieken zoals b.v. de "errors-invariables" frequentiedomein "Maximum Likelihood" (ML) schatter. Men kan aantonen dat, ten gevolge van de gebruikte uitmiddelingstechnieken bij het bepalen van het niet-parametrisch ruismodel, de ML schatter niet meer statistisch efficiënt is in deze situatie. De gebruikte uitmiddelingstechnieken elimineren de invloed van de stoorruis of, met andere woorden, de bijdrage van de (stochastische) operationele krachten. Men kan dus besluiten dat de bestaande generieke systeemidentificatietechnieken houden geen rekening met de specifieke eigenschappen van de zgn. "stoorruis" in mechanische/bouwkundige systemen. Dit aspect is heel belangrijk indien men zulke systemen wenst te modelleren in bedrijfsomstandigheden waar veel stoorruis aanwezig is ten gevolge van de ongekende operationele krachten. Belangrijke toepassing hiervan zijn de "monitoring" van civiele constructies zoals bruggen; de "in-situ" detectie van schade in o.a. veiligheidskritische vliegtuigonderdelen en composietmaterialen; het nauwkeurig modelleren van b.v. landbouwkundige voertuigen in operationele condities of vliegtuigvleugels bij verschillende vluchtcondities ("flight flutter testing").
Binnen het klassieke prediction error raamwerk kunnen parametrische ruismodellen geschat worden die gemeenschappelijke polen hebben met het systeemmodel. Dit laat om rekening te houden met zowel de aangelegde als de operationele (ongekende) krachten. Deze klassieke aanpak houdt echter geen rekening met het feit dat voor de operationele krachten gezien, de actuator deel uitmaakt van het systeem. Dit veroorzaakt een o.a. een verschuiving van de resonantiefrequenties en dus een conflict met het systeemmodel gezien vanuit de opgelegde krachten. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • RIK PINTELON
Ontwerp en validatie van gevorderde systeemidentificatietechnieken in het domein van de operationele modale analyse. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de klassieke experimentele modale analyse worden de metingen op de structuur onder test uitgevoerd in een labo en beschikt men zowel over de ingangssignalen (aangelegde krachten) als over de uitgangssignaln ( opmeten verplaatsingen van de structuur in meerdere punten). Echter, in vele werktuigkundige en bouwkundige problemen is het heel moeilijk of zelfs onmogelijk om de structuur extern te exciteren en/of de inwerkend krachten te meten. denk bijvoorbeeld aan offshore platforms die geëxciteerd wordt door zeegolven, of aan bruggen/gebouwen die door verker/de wind geëxiteerd worden. De operationele modale analyse biedt nieuwe mogelijkheden zoals in situ- "model-based" diagnose en schadedetectie in structuren en machines. De doelstellingen van het project zijn: - De ontwikkeling van een globale en robuutse strategie voor de analyse van multivariabele responssignalen gebaseerd op een "Maximum Likelihood" systeemidentificatie-aanpak. - De evaluatie van de methodologie op pracktische meetproblemen: 1) het in situ karakteriseren van compositiematerialen (voor schadedetectie doeleinden). 2) het modelleren van b.v. het proeisysteem van een tractor via operationele responsmetingen (voor controle doeleinden). Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies • Werktuigkunde
Onderzoekers: • HUGO SOL • MARC VAN OVERMEIRE • PATRICK GUILLAUME
Ontwerp en validatie van gevorderde systeemidentificatietechnieken in het domein van de operationele modale analyse. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Tijdens de voorbije jaren werd in de onderzoeksgroep "Trillingen en Akoestiek" van de vakgroep Werktuigkunde (WERK) veel aandacht besteed aan het ontwikkelen van aangepaste systeenidentificatietechnieken voor het experimenteel modelleren van het dynamisch trillingsgedrag van mechanische structuren in labo-omstandigheden. Met dit project wenst men deze technieken te veralgemenen naar de 'operationele' modale analyse. Bij operationele modale analyse wordt het dynamisch gedrag van een systeem bepaald aan de hand van responsmetingen opgenomen tijdens bedrijfsomstandigheden. In-situ testen kunnen aanzienlijk verschillen van labotesten. De randvoorwaarden en belastingscondities zijn meestal verschillend waardoor bv. bestaande niet-lineaire effecten gelineariseerd worden rond verschillende werkingspunten. Bovendien wordt tijdens operationele testen de invloed van de omgeving beter in beschouwing genomen (voorbelasting, aëro-elastische interacties,...) . Verder biedt de operationele modale analyse nieuwe mogelijkheden zoals in-situ "model-based" diagnose en schadedetectie in structuren en machines. Dit verklaartde grote belangstelling die er bestaat naar identificatietechnieken die in staat zijn valabele modellen te extraheren rechtstreeks uit operationele modellen. Vervolgens wenst men deze technieken te valideren en hun toepasbaarheid na te gaan in twee representatieve vakgebieden van de operationele modale analyse, nl.: 1) Schadedetectie doeleinden: Het in-situ karakteriseren van composietmaterialen aan de hand van contactloze operationele responsmetingen (in samenwerking met de dienst MEMC; 2) Modellering (en controle) doeleinden: Het modelleren van het sproeisysteem van een tractor via operationele responsmetingen (in samenwerking met de KUL/PMA). Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies • Werktuigkunde
Onderzoekers: • HUGO SOL • MARC VAN OVERMEIRE • PATRICK GUILLAUME
Ontwerp en validatie van gevorderde systeemidentificatietechnieken in het domein van de operationele modale analyse. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de klassieke experimentele modale analyse worden de metingen op de structuur onder test uitgevoerd in een labo en beschikt men zowel over de ingangssignalen (aangelegde krachten) als over de uitgangssignaln ( opmeten verplaatsingen van de structuur in meerdere punten). Echter, in vele werktuigkundige en bouwkundige problemen is het heel moeilijk of zelfs onmogelijk om de structuur extern te exciteren en/of de inwerkend krachten te meten. denk bijvoorbeeld aan offshore platforms die geëxciteerd wordt door zeegolven, of aan bruggen/gebouwen die door verker/de wind geëxiteerd worden. De operationele modale analyse biedt nieuwe mogelijkheden zoals in situ- "model-based" diagnose en schadedetectie in structuren en machines. De doelstellingen van het project zijn: - De ontwikkeling van een globale en robuutse strategie voor de analyse van multivariabele responssignalen gebaseerd op een "Maximum Likelihood" systeemidentificatie-aanpak. - De evaluatie van de methodologie op pracktische meetproblemen: 1) het in situ karakteriseren van compositiematerialen (voor schadedetectie doeleinden). 2) het modelleren van b.v. het proeisysteem van een tractor via operationele responsmetingen (voor controle doeleinden). Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies • Werktuigkunde
Onderzoekers: • HUGO SOL • MARC VAN OVERMEIRE • PATRICK GUILLAUME
Ontwerp en validatie van gevorderde signaalverwerkingstechnieken voor het verwerken van optische metingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: 1. Doel Zowel single point als full-field optische meettechieken zoals (scanning) laser Doppler vibrometrie en anemometrie, Moiré interferometrie en digitale beeldcorrelatie leveren een belangrijke bron van informatie in tal van toepassingsdomeinen zoals micro-electronica, materiaalonderzoek, biomedische wetenschappen, kwaliteitscontrole etc. Het efficiënt en betrouwbaar verwerken van de beelden die opgemeten worden is echter vaak een zeer moeilijke taak. De hoeveelheid data is meestal zeer groot en de kwaliteit van de metingen kan laag zijn voor complexe toepassingen en/of weinig reflecterende objecten, waardoor de meettijd dikwijls de hoogte ingejaagd wordt [1]. Tijdens mijn doctoraat werd aangetoond dat de verwerking van optische meetgegevens op een zeer efficiënte manier kan gebeuren in het frequentiedomein aan de hand van parametrische identificatietechnieken [2]. Voor dit project zal een twee-dimensionale frequentie domein systeemidentificatie techniek geïntroduceerd in
[3] veralgemeend worden naar een aantal andere applicatiedomeinen: - Verwerking van Moiré franje patronen - Digitale beeldcorrelatie voor het opmeten van snelheidsvelden (stromingen) en rekvelden (vaste stoffen). - Laser Doppler Anemometrie (LDA) metingen verwerken, specifiek naar periodische verschijnselen zoals akoestische velden of stromingsvelden in een zog. 2. Doelstellingen Ontwikkeling van een 2D systeemidentificatie algoritme voor het adaptief schatten van de globale frequentie, fase en amplitude van een sinusoïdaal franjepatroon. Dit basisalgoritme zal worden aangewend in verschillende andere algoritmes voor: - Het schatten van de lokale 2D vertraging tussen 2 gecorreleerde beelden; phase delay (voor de verdere toepassing bij digitale beeldcorrelatie (DIC) en 'Particle Image Velocimetry', PIV). - Het 1D systeem identificatie basisalgoritme zal gebruikt worden om de vaak onregelmatig bemonsterde data van LDA-metingen te synthetiseren. Deze onregelmatige sampling is vooral een probleem bij heel sterke akoestische velden of stromingsvelden in het algemeen aangezien de verplaatsingen daar veel groter zijn. Verder zullen verschillende experimenten uitgevoerd worden om de brede toepasbaarheid van de methodes te illustreren: - PIV stromingsmetingen (o.a. het snelheidsveld rond een cilinder in een windtunnel aangezien dit volledig in de literatuur beschreven is). - Scheurgroeimetingen van vliegtuigonderdelen en composietmaterialen tijdens vermoeiingsproeven met behulp van DIC. - Meting van het topografie van micro structuren aan de hand van Moiré technieken, met meerdere franje projectie richtingen. - LDA metingen (o.a. het snelheidsveld rond een cilinder in een windtunnel en op sinusoïdale akoestische velden). Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • Joris VANHERZEELE
Ontwerp en validatie van gevorderde signaalverwerkingstechnieken voor het verwerken van optische metingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: 1. Doel Zowel single point als full-field optische meettechieken zoals (scanning) laser Doppler vibrometrie en anemometrie, Moiré interferometrie en digitale beeldcorrelatie leveren een belangrijke bron van informatie in tal van toepassingsdomeinen zoals micro-electronica, materiaalonderzoek, biomedische wetenschappen, kwaliteitscontrole etc. Het efficiënt en betrouwbaar verwerken van de beelden die opgemeten worden is echter vaak een zeer moeilijke taak. De hoeveelheid data is meestal zeer groot en de kwaliteit van de metingen kan laag zijn voor complexe toepassingen en/of weinig reflecterende objecten, waardoor de meettijd dikwijls de hoogte ingejaagd wordt [1]. Tijdens mijn doctoraat werd aangetoond dat de verwerking van optische meetgegevens op een zeer efficiënte manier kan gebeuren in het frequentiedomein aan de hand van parametrische identificatietechnieken [2]. Voor dit project zal een twee-dimensionale frequentie domein systeemidentificatie techniek geïntroduceerd in [3] veralgemeend worden naar een aantal andere applicatiedomeinen: - Verwerking van Moiré franje patronen - Digitale beeldcorrelatie voor het opmeten van snelheidsvelden (stromingen) en rekvelden (vaste stoffen). - Laser Doppler Anemometrie (LDA) metingen verwerken, specifiek naar periodische verschijnselen zoals akoestische velden of stromingsvelden in een zog. 2. Doelstellingen Ontwikkeling van een 2D systeemidentificatie algoritme voor het adaptief schatten van de globale frequentie, fase en amplitude van een sinusoïdaal franjepatroon. Dit basisalgoritme zal worden aangewend in verschillende andere algoritmes voor: - Het schatten van de lokale 2D vertraging tussen 2 gecorreleerde beelden; phase delay (voor de verdere toepassing bij digitale beeldcorrelatie (DIC) en 'Particle Image Velocimetry', PIV). - Het 1D systeem identificatie basisalgoritme zal gebruikt worden om de vaak onregelmatig bemonsterde data van LDA-metingen te synthetiseren. Deze onregelmatige sampling is vooral een probleem bij heel sterke akoestische velden of stromingsvelden in het algemeen aangezien de verplaatsingen daar veel groter zijn. Verder zullen verschillende experimenten uitgevoerd worden om de brede toepasbaarheid van de methodes te illustreren: - PIV stromingsmetingen (o.a. het snelheidsveld rond een cilinder in een windtunnel aangezien dit volledig in de literatuur beschreven is). - Scheurgroeimetingen van vliegtuigonderdelen en composietmaterialen tijdens vermoeiingsproeven met behulp van DIC. - Meting van het topografie van micro structuren aan de hand van Moiré technieken, met meerdere franje projectie richtingen. - LDA metingen (o.a. het snelheidsveld rond een cilinder in een windtunnel en op sinusoïdale akoestische velden). Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • Joris VANHERZEELE
Ontwerp en synthese van specifieke inhibitoren van dipeptidyl peptidase (DPP II): een onderzoek naar het belang van DPP II in het metabolisme van biologisch actieve peptiden. Universiteit Antwerpen Abstract: Inleiding: Enzymen zijn als katalysatoren van biochemische reacties essentiële elementen in het onderzoek naar het functioneren van ons organisme. De kennis van hun structuur, werkingsmechanisme en functies geeft ons tevens belangrijke informatie bij de studie van de biochemische basis van ziektes en bij de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen. Ons laboratorium heeft een uitgebreide ervaring met dipeptidyl peptidase IV (DPP IV). Dit is een protease dat dipeptiden afsplitst van het Nterminale gedeelte van peptiden met bij voorkeur proline of alanine op de voorlaatste positie. DPP IV heeft een belangrijke functie in het immuunsysteem en is betrokken bij het metabolisme van biologisch actieve peptiden als GFR (growth hormone releasing factor), GLP-1 (glucagonlike-peptide-1) en GIP (glucose-dependent insulinotropic polypeptide). Daarom, en recent onderzoek heeft dit ook aangetoond, zijn inhibitoren van DPP IV therapeutisch interessante verbindingen als immunosuppressiva, en bij niet-insuline afhankelijke diabetes en groeihormoon deficiëntie. Het dipeptidyl peptidase II (DPP II) is een zeer analoog enzym, waarover echter nog zeer weinig gekend is. De fysiologische functies van DPP II zijn nog onduidelijk maar waarschijnlijk speelt het, naar anologie met DPP IV, een belangrijke rol in de metabolische inactivatie van sommige oligopeptiden of hun fragmenten. Doelstelling: Dit doctoraatsonderzoek spitst zich toe op het achterhalen van de substraatspecificiteit van DPP II, waarna deze informatie kan gebruikt worden voor het ontwerpen en synthetiseren van inhibitoren, specifiek voor DPP II. Deze inhibitoren kunnen vervolgens aangewend worden in het onderzoek naar de biologische functie van DPP II en het therapeutisch belang van zijn inhibitie. Organisaties: • Medicinale chemie • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Kristel Senten • Koen Augustyns
Ontwerp en synthese van Multifunctionele PPV-Gebaseerde Nanopartikels voor Multiple Sclerose Onderzoek Universiteit Hasselt Abstract: Multiple sclerose (MS) is een chronische ziekte waarbij het immuun systeem schade berokkent aan het centrale zenuwstelsel door myeline schedes te vernietigen. In 85% van de gevallen heeft de ziekte een patroon dat afwisselt tussen de verergering van symptomen en remissie. Hoewel er al veel onderzoek naar deze ziekte is gedaan, is de zoektocht naar de oorzaak nog steeds gaande. Dit komt mede doordat de bloed-brein barrière (BBB) functioneert als een neuro-beschermend schild. Afhankelijk van de staat van de ziekte kan de BBB permeabel of niet permeabel zijn. Dit onderzoek heeft de ambitie om een methode te ontwikkelen om ziekteactiviteit in het centrale zenuwstelsel the visualiseren bij een gesloten BBB. Dit gebeurt via de synthese van gefunctionaliseerde nanopartikels (NPS), bestaande uit nieuwe multifunctionele polymeren zoals poly(p-phenylene vinylene). Synthese van de NPs, materiaal ontwikkeling en de biomedische toepassing zullen geadresseerd via een multidisciplinaire aanpak. De NPs worden gekarakteriseerd met dynamische licht verstrooiing, transmissie elektron microscopie, x-straal fotoelektron spectroscopie, etc. Hierna worden er in vitro studies uitgevoerd om de toxiciteit, immuun respons en cellulaire opname te testen. Aan de hand van de resultaten worden polymeer mixen gekozen voor in vivo dierstudies waarbij er wordt gekeken naar plasma stabiliteit, biodistributie en MS hersenactiviteit. Dit onderzoek zal resulteren in een beter begrip van NP gebruik in het menselijk lichaam, met name de hersenen, en nieuwe inzichten verschaffen in het verloop van MS. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Organische en Bio-polymere Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Niels HELLINGS • Thomas JUNKERS
Ontwerp en synthese van enzyminhibitoren voor serine proteasen, cyteïne proteasen en C-N ligasen met behulp van parallelle vaste fase synthese. Universiteit Antwerpen Abstract: Onderzoek naar inhibitoren van enzymen is een der belangrijkste aspecten in geneesmiddelontwikkeling. Nieuw ontworpen structuren wordt via parallele vaste fase methodes bereid. Meer specifieke doelwitten in dit project zijn: enzymen uit het trypanothione synthetase complex als potentiële trypanocide verbindingen; dipeptidylpeptidase inhibitoren als mogelijke geneesmiddelen bij immuunaandoeningen en diabetes; prolylendopeptidasen als mogelijke geneesmiddelen bij dementie. Organisaties: • Medicinale chemie • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Achiel Haemers • Koen Augustyns
Ontwerp en synthese van enzyminhibitoren voor serine proteasen, cysteine proteasen en C-N ligasen met behulp van parallelle vaste fase synthese. (FWO Vis.Fel., El-Tantawy El-Sayed Ibrahim) Universiteit Antwerpen Abstract: Prolyl oligopeptidase (POP) is een endopeptidase met serine protease activiteit dat splitst ter hoogte van de C-terminale zijde van prolyl resten. Recent werd er een POP enzyme geïsoleerd uit infectieuze vormen van Trypanosoma cruzi, de verwekker van de Chagas ziekte. Het enzym blijkt een cruciale rol te spelen bij de invasie van de parasieten in mammalia cellen, en is dus een goed doelwit voor de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen. Inhibitoren van POP zijn inderdaad in staat de invasie te bemoeilijken. Bovendien zijn inhibitoren die in ons laboratorium ontwikkeld werden, ook in staat om de parasiet te doden. In dit project zal er een uitgebreide reeks van POP inhibitoren aangemaakt worden. Deze inhibitoren zullen zowel enzymkinetisch als antiparasitair in vitro en in vivo onderzocht worden. Organisaties: • Medicinale chemie • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Koen Augustyns
Ontwerp en synthese van antagonisten van het TSLP complex op basis van chemo- en bio-informatica. Universiteit Antwerpen Abstract: Atopische aandoeningen zijn een belangrijk probleem in de hedendaagse geneeskunde. Het pro-inflammatoire cytokine TSLP speelt een sleutelrol in deze pathologieën. Het doel van dit project is de ontwikkeling van kleine moleculen die in staat zijn TSLP signalisatie te verstoren, vertrekkende uit chemo- en bio-informatica. Dergelijke kleine moleculen zouden de rol van TSLP in verschillende ziektes kunnen ophelderen en zouden een vertrekpunt kunnen zijn voor verdere ontwikkeling van geneesmiddelen die ingrijpen op deze pathway. Organisaties: • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Hans De Winter • Dries Van Rompaey
Ontwerp en synthese van alternerende copolymeren met kroonether side loops voor moleculaire herkenning Universiteit Gent Abstract: Binnen dit project zullen we de ontwikkeling van een nieuwe eenvoudige methode voor de bereiding van sequentie gecontroleerde alternerende copolymeren die zijketen lussen tussen elke twee opeenvolgende monomeren omvatten. Deze nieuwe polymeren zullen worden ontwikkeld tot multiresponsive polymeeroplossingen, slimme polymeer sensoren, responsieve hydrogelen, moleculaire spieren en polyrotaxane entcopolymeren met een hoog potentieel voor het gebruik als stress-releasing materialen. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Richard Hoogenboom
Ontwerp en supervisie van een irrigatie-experiment en een zaadtoevoegingexperiment. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds King Saud University. UA levert aan King Saud University de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.
Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Ivan Nijs
Ontwerp en sturing van luchtwassers voor stalsystemen Universiteit Gent Abstract: Dit doctoraatsproject is gericht op de optimalisatie van luchtwassers voor de beperking van mamoniak-, geur- en broeikasgasemissies uit stalsystemen. Bijzondere aandacht wordt besteed aan de relaties tussen verschillende soorten emissies en de implicaties voor procesontwerp en sturing. Deze doelstelling zal worden bereikt door een combinatie van modelbouw, simulaties, labo- en volleschaalexperimenten. Organisaties: • Vakgroep Biosysteemtechniek
Onderzoekers: • Eveline Volcke
Ontwerp en realisatie van een staprevalidatierobot aangedreven door actuatoren met aanpasbare soepelheid. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwerp en realisatie van een staprevalidatierobot aangedreven door actuatoren met aanpasbare soepelheid. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • DIRK LEFEBER
Ontwerp en realisatie van een multimediale presentatie 'Boma', in het kader van de tentoonstelling 'Congo: de koloniale tijd' Universiteit Gent Abstract: De multimediale presentatie schetst een beeld van Boma, de hoofdstad van de Kongo Vrijstaat, rond 1900. Zowel architectuur, stedenbouw als sociale geschiedenis komen daarbij aan bod. Ze is opgebouwd rond een ruime selectie historische foto's uit de bijzonder rijke collectie van het KMMA over deze stad. De presentatie laat de bezoeker toe een aantal thematische verhalen over Boma te ontdekken via een parcours dat hij/zij in hoge mate vrij kan bepalen. De presentatie wordt opgenomen in de tentoonstelling die aan de koloniale geschiedenis van Congo wordt gewijd en wordt mogelijks ook via de website van het KMMA consulteerbaar. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Emiel De Kooning • Johan Lagae
Ontwerp en realisatie van een geautomatiseerd en online systeem voor deanalyse, beschrijving en interpretatie van onderzoeksgegevens over de identiteit van katholieke scholen in een pluraliserend onderwijslandschap. Integratie van inhoudelijke, technische KU Leuven Abstract: Aan het Centrum Academische Lerarenopleiding in de Faculteit Theologie en Religiewetenschappen wordt sinds 2007 een uitgebreide onderzoeksmethodologie ontwikkeld om de levensbeschouwelijke en religieuze identiteit van katholieke onderwijsinstellingen in kaart te brengen. Dit gebeurt in samenwerking met het Catholic Education Commission of Victoria (CECV) inAustralië. Naast documentenanalyse en interviewonderzoek, wordt daarbijook gebruik gemaakt van een pakket vragenlijsten die online aangeboden worden op http://identiteitsonderzoek.be/ (in het Nederlands) en http://www.schoolidentity.net (in het Engels). De resultaten van dit vragenlijstonderzoek verschijnen op het computerscherm in de vorm van geautomatiseerde datatabellen en grafieken, die vervolgens geïnterpreteerd moeten worden.
Specifiek aan deze cruciale stap in het onderzoek doet dit doctoraatsproject in de Religiestudie een significante bijdrage. De onderzoeksvraag luidt: kunnen we de computer zo programmeren dat hij de ond Organisaties: • OE Pastoraaltheol. en Empirische Theol.
Onderzoekers: • Didier Pollefeyt • Jan Bouwens
Ontwerp en prestatie-analyse van routeringsalgoritmen in ad hoc netwerken. Universiteit Antwerpen Abstract: Verschillende bestaande routeringsalgoritmen zullen vergeleken worden met bijzondere aandacht voor througput, schaalbaarheid en de snelheid van het opzetten van connecties. Dit zal vooral gebeuren met het oog op de toepassing van ad hoc netwerken bij rampscenarios. Naast het vergelijken van bestaande routeringsalgoritmen zal ook gezocht worden naar nieuwe routeringsalgoritmen die niet enkel de throughput, schaalbaarheid en snelheid van connectiesetup verbeteren, maar die ook een zekere quality of service voor bijvoorbeeld videostreams kunnen garanderen. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia • Erwin Van de Velde
Ontwerp en prestatie-analyse van routeringsalgoritmen in ad hoc netwerken. Universiteit Antwerpen Abstract: Verschillende bestaande routeringsalgoritmen zullen vergeleken worden met bijzondere aandacht voor througput, schaalbaarheid en de snelheid van het opzetten van connecties. Dit zal vooral gebeuren met het oog op de toepassing van ad hoc netwerken bij rampscenarios. Naast het vergelijken van bestaande routeringsalgoritmen zal ook gezocht worden naar nieuwe routeringsalgoritmen die niet enkel de throughput, schaalbaarheid en snelheid van connectiesetup verbeteren, maar die ook een zekere quality of service voor bijvoorbeeld videostreams kunnen garanderen. Organisaties:
• Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia • Erwin Van de Velde
Ontwerp en performantie evaluatie van medium access controle (MAC) algoritmen in breedband access netwerken. Universiteit Antwerpen Abstract: In het kader van dit project trachten we de performatie te bepalen van random acces algoritmen. Deze algoritmen worden in hedendaagse acces netwerken, b.v., HFC of draadloze netwerken, gebruikt door eindgebruikers om bandbreedte te reserveren. De evaluatie gebeurt vanuit een theoretisch, alsook een praktisch oogpunt. Ook zal er heel wat aandacht besteed worden aan het mee ontwikkelen van de onderliggende queueing theorie, alsook de theorie van stochastische processen. Organisaties: • Prestatieanalyse en telecommunicatiesystemen (PATS) • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia • Benny Van Houdt
Ontwerp en optimalisatie van IC-verpakkingen en PCB-Technologieën voor hoge frequenties. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Niet-lineaire modellen en niet-lineaire netwerkanalyser. De wetenschappelijke bijdrage vervat in dit deel heeft tot doel de verbetering te realiseren van de modellisatie van niet-lineaire microgolf telecommunicatiecomponentenen systemen om de optimalisatie ervan te kunnen ondernemen. Dit omvat enerzijds het opstellen van betere modellen zelf en het oplossen van de hieraan verbonden meetproblemen van het prototype van de niet-lineaire netwerkanalyser. Dit omvat anderzijds toepassingen van de niet-lineaire modellen op drivers en recievers van telecomcircuiten waar de eerste pogingen van de niet-lineaire optimisatie ondernomen zullen worden. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • JOANNES SCHOUKENS • ALAIN BAREL
Ontwerp en optimalisatie van IC-verpakkingen en PCB-technologieën voor hoge frequenties Vrije Universiteit Brussel Abstract: Niet-lineaire modellen en niet-lineaire netwerkanalyser. De wetenschappelijke bijdrage vervat in dit deel heeft tot doel de verbetering te realiseren van de modellisatie van niet-lineaire microgolf telecommunicatiecomponentenen systemen om de optimalisatie ervan te kunnen ondernemen. Dit omvat enerzijds het opstellen van betere modellen zelf en het oplossen van de hieraan verbonden meetproblemen van het prototype van de niet-lineaire netwerkanalyser. Dit omvat anderzijds toepassingen van de niet-lineaire modellen op drivers en recievers van telecomcircuiten waar de eerste pogingen van de niet-lineaire optimisatie ondernomen zullen worden. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • JOANNES SCHOUKENS • ALAIN BAREL
Ontwerp en optimalisatie van hybride beton-metselwerk schoorsystemen Universiteit Hasselt Abstract: Bij hybride constructies worden verschillende bouwmaterialen, -methoden, -processen en constructiedetails slim gecombineerd tot innovatieve structurele oplossingen om zo een efficient en economisch antwoord te bieden op specifieke prestatiecriteria van gebouwen en gebouwonderdelen. Het doe/ van derge/ijke structurele oplossingen is de ontwikkeling van synergetische constructieve systemen waarbij de globale prestaties superieur zijn aan de som van de prestaties van de afzonderlijke componenten. In het licht van deze context, zal het huidige onderzoeksproject zich richten op de ontwikkeling van innovatieve hybride oplossingen waarbij structuurelementen uit beton en metselwerk gecombineerd worden. Het doe/ is om geoptimaliseerde systemen te ontwikkelen die voldoen aan de hoogste eisen op het gebied van structurele stabiliteit, terwij/ de bouwkosten en de milieu-impact geminima/iseerd worden. De resultaten zullen vertaa/d worden naar aanbevelingen die rechtstreeks implementeerbaar zijn door architecten, studiebureaus en aannemers. Organisaties: • Bouwkunde
Onderzoekers: • Herve DEGEE
Ontwerp en ontwikkeling van zelfstructurerende nanomaterialen voor vloeistofchromatografie Vrije Universiteit Brussel Abstract: De complexiteit van vragen die tegenwoordig beantwoord moet worden door middel van chemische analyse stijgt exponentieel. Aangezien de gevestigde scheidingstechnologieën de huidige scheidingsproblemen niet kunnen oplossen is er een totaal nieuwe aanpak nodig om toekomstige uitdagingen aan te kunnen gaan. Dit voorstel beoogt de ontwikkeling van revolutionaire zelfstructurerende nanomaterialen toegepast voor complexe uitdagingen gegenereerd door biomarker studies en klinische diagnostiek. De nieuwe synthetische nanomaterialen zullen ongeevenaarde mogelijkheden geven voor hoge resolutie vloeistofchromatografie met massaspectrometrie-detectie (LC-MS). De morfologie en het chemisch oppervlak van de nanomaterialen zullen specifiek worden afgestemd op toekomstige scheidingstechnieken: ultrahoge druk LC, hoge temperatuur LC en tweedimensionale LC. Daarnaast zal er een nieuwe baanbrekende techniek worden ontwikkeld: ruimtelijke chromatografie. Hierbij worden complexe mengels gescheiden waarbij elke piek wordt gekarakteriseerd door zijn coördinaten in een vlak of in een driedimensionale ruimte. Deze techniek heeft de potentie om duizenden componenten te scheiden zonder dat de tijdschaal van huidige analyses wordt verlengd. De nanomaterialen van de toekomst worden ontwikkeld in capillaire formaten en in chips en zullen worden toegepast in vooruitstrevende life science-applicaties, zoals: -Fingerprinting van complexe eiwit- en peptidemengsels in geoptimaliseerde één- en multidimensionale LC-MS.
-Geavanceerde chipscheidingen, inclusief ruimtelijke chromatografie. -Het ontwikkelen van kwantitatieve structuur-retentie-verbanden voor ééndimensionale LC scheidingen met MS/MS data analyse om de betrouwbaarheid van peptide-identificatie te verbeteren. Dit project beoogt het realiseren van het scheiden van zeer complexe mengsels met als doel biomarkers studies in een stroomversnelling te brengen en ziektebeelden in beeld te brengen. Om in de toekomst sneller medische diagnoses te kunnen stellen en nieuwe therapieën te kunnen voorschrijven zijn er analytische technieken nodig zoals beschreven in dit voorstel. De geplande onderzoeksactiviteiten passen naadloos in de activiteiten van het departement Chemical Engineering van de VUB. Door de nadruk te leggen op applicaties in life science en biotechnologie, versterkt het huidige voorstel de positie van het departement en zal het samenwerkingsverbanden binnen de universiteit en tussen de universiteiten versterken. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • Sebastiaan EELTINK • GERT DESMET
Ontwerp en ontwikkeling van nieuwe selectieve HDAC6-inhibitoren met toepassingen in kankertherapie Universiteit Gent Abstract: Dit project zal inhaken op de actuele interesse in HDAC6 als een therapeutische target, met als doel de ontwikkeling en evaluatie van nieuwe HDAC6-inhibitoren als mogelijke nieuwe kandidaat-geneesmiddelen voor kankertherapie. Het onderzoek zal zowel activiteiten inhouden m.b.t. het ontwerp, de synthese en de biologische studie van nieuwe moleculen als werkzaamheden m.b.t. de studie van de functionele inhibitie van tumorcelactiviteiten door de nieuwe HDAC6-inhibitoren. Organisaties: • Vakgroep Duurzame Organische Chemie en Technologie
Onderzoekers: • Olivier De Wever • Matthias D'hooghe
Ontwerp en ontwikkeling van molecular imprinted polymers met hoge affiniteit voor het template op basis van één bouwsteen. Universiteit Hasselt Abstract: Dit onderzoeksproject concentreert zich specifiek op het ontwikkelen van nieuwe syntheseroutes om Molecular Imprinted Polymers (MIPs) te synthetiseren. MIPs zijn synthetische polymere analogen van anti-lichamen, m.a.w. moleculen die als receptor kunnen dienen voor andere moleculen. In deze zin zijn ze een mogelijk onderdeel van een sensorsysteem voor biomoleculen. Door gebruik te maken van een 'template molecule' in aanwezigheid van alle componenten om de MIP te synthetiseren wordt een nano-poreuse matrix verkregen met een affiniteit voor het gebruikte 'template molecule'. We stellen ons tot doel methoden te ontwikkelen die de heterogeniteit aan bindingsplaatsen beperken, zodanig dat MIPs verkregen worden die naast een hogere capaciteit tevens een hogere selectiviteit en specificiteit vertonen. Dit wensen we te realiseren door de crosslinker actiever te betrekken bij het binden van het 'template' molecule. Dit zal gebeuren door de synthese van multifunctionele crosslinkers waarbij naast de functionele groep, die instaat voor polymerisatie, ook functionele groepen aanwezig zijn die een actieve rol spelen in het aanleveren van de zwakke interacties voor het binden van het 'template'. Organisaties: • Organische en Bio-polymere Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Dirk VANDERZANDE
Ontwerp en ontwikkeling van hoge-resolutie scheidingstechnieken voor het opstellen van metabolietprofielen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Metabolieten zijn de tussen- of eindproducten die ontstaan nadat een chemische stof in een biologisch systeem metabolisme heeft ondergaan. Dankzij het ontwerp en de ontwikkeling van hoge-resolutie scheidingstechnieken, kunnen wij metabolietprofielen ontwerpen. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • Sebastiaan EELTINK • GERT DESMET • Hamed EGHBALI
Ontwerpen methodiek klantentevredenheidsstudie Groen- en Recreatie domeinen provincie Antwerpen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Provincie Antwerpen. UA levert aan de Provincie Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Media, middenveld en politiek (M2P)
Onderzoekers: • Peter Thijssen
Ontwerpen, matrijzenbouw en procesparameters voor verwerken van polyolefine-recyclaten bij spuitgieten Universiteit Gent Abstract: Polyolefine (PO) post-consumer recyclaatfracties bestaan uit een mengeling van polypropyleen (PP).polyethyleen (PE) en een kleine hoeveelheid overblijvende contaminanten. Ze kunnen bij spuitgieten en extrusie ingemengd worden in "virgin" materiaal om materiaalkost te reduceren. Hoewel deze recyclaatfracties reeds commercieel te verkrijgen zijn, blijft er voor kmo's een grote drempel bestaan om over te schakelen op de inmenging ervan in de bestaande productie. Organisaties: • Vakgroep Industriële Technologie en Constructie
Onderzoekers:
• Ludwig Cardon
Ontwerp en karakterisatie van op het menselijk lichaam aangebrachte antennes. Universiteit Gent Abstract: Ontwerp en karakterisatie van op het menselijk lichaam aangebrachte antennes Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Hendrik Rogier
Ontwerp en karakterisatie van een een 10Gbps DQPSK 60GHz draadloze link voor Fiber-To-The-Air Universiteit Gent Abstract: "In dit project wordt een geïntegreerde 10Gbps DQPSK 60GHz zender voor draadloze communicatie gekarakteriseerd. Ook zal een complementaire ontvanger worden ontworpen." Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Dries Van Thourhout
Ontwerp en implementatie van een lage-kost standbepaling- en controlesysteem met innovatieve star tracker algoritmes. KU Leuven Abstract: Om de camera, antennes of zonnepanelen van een satelliet correct te kunnen richting moet een satelliet zijn oriëntatie in de ruimte kennen. Netzoals de scheepsvaarders vroeger naar de sterren keken om te bepalen welke kant ze uit gingen, kan een satelliet de sterren gebruiken om zijn stand in de ruimte te bepalen.Om dit te doen wordt een beeld van de sterren genomen door een component die Star Tracker heet. Dit beeld wordt dan vergeleken met een databank van gekende sterposities. Op deze manier kunnen de algoritmes van de star tracker bepalen welke sterren de camera ziet en gebaseerd daarop kan de stand van de satelliet bepaald worden. In dit project zullen nieuwe algoritmes ontwikkeld worden die zullen toelaten om de stand sneller en nauwkeuriger te bepalen.Een andere sensor aan boord, de Inertial Measurement Unit (IMU) bepaalt de rotatiesnelheid van de satelliet.Met deze twee bronnen kan de stand van de satelliet beter bepaald worden dan met de twee bronnen afzonderlijk. De informati Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Bart Vandenbussche • Joris De Schutter • Tjorven Delabie
Ontwerp en fabricage van een wegwerp meetcel voor single particle tracking Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Universiteit Gent' hebben voor het project ' Ontwerp en fabricage van een wegwerp meetcel voor single particle tracking' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HEIDI OTTEVAERE • HUGO THIENPONT
Ontwerp en evaluatie van rtPA beladen microbubbels voor sonotrombolyse. Universiteit Gent Abstract: Trombolytica worden aangewend voor het oplessen van bloedklonters by ischemische herseninfarcten en acute hartinfarcten. Hiervoor worden de trombolytica intraveneus geïnjecteerd binnen de drie uur na het optreden van de eerste symptomen. Recent werden ook microbubbles en ultrasound geïntroduceerd om de trombus mechanisch te degraden. De doelstelling van de project om microbubbles aan te maken die beladen zijn met trombolytica. De hypothese is dat de intraveneus geïnjecteerd microbubbles hun trombolytica gericht zullen vrijgeven ter hoogte van de trombus na ultrasound bestraling en hierdoor de systemische neveneffecten van de trombolytica zullen verminderen. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Joseph Demeester
Ontwerp en evaluatie van een software-planningsomgeving voor transkatheter aortaklep implantatie KU Leuven Abstract: Aortaklepstenose is een cardiovasculaire aandoening sterk gerelateerd aan de leeftijd van de patient. Eenmaal de aandoening symtomatisch wordt,zijn de vooruitzichten slecht met een mortaliteit die kan oplopen tot 50% na 2 jaar. De klassieke behandeling bestaat uit een openhartoperatie waarbij de zieke klep verwijdert wordt en vervangen wordt door een prothese. Voor patienten voor wie een openhartoperatie een te hoog risico inhoud, is er transkatheter aortaklep implantatie (TAVI): een nieuwe technique waarbij de klep percutaan wordt ingebracht. Doordat de verkalkte klep niet wordt verwijderd is het echter niet eenvoudig om de juiste maat van het implantaat te bepalen en om lekken te voorkomen. 50% van de patiënten lijdt dan ook aan op zijn minst een milde vorm van lekkage langsheen het implantaat. Om de interacties tussen anatomie en implantaat beter te begrijpen en om complicaties te voorkomen wordt er een virtuele planning van de TAVI ingreep ontwikkeld. Op basis van preinterventione Organisaties: • Afdeling Biomechanica
Onderzoekers: • Jozef Vander Sloten • Bart Bosmans
Ontwerp en evaluatie van DSL-systemen met exploitatie van 'common mode'-signalen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: DSL-technologie (`digital subscriber line') laat toe breedbanddiensten aan te bieden over de`twisted pair' koperdraden van het huidige telefonienetwerk. Elektromagnetische koppeling tussen verschillende koperparen in dezelfde bundel leidt echter (vooral in nieuwe systemen die
bijvoorbeeld gebruik maken van hogere frequenties) tot overspraak en daardoor beduidende performantievermindering, eventueel zelfs volledige uitval. Via dynamisch spectrummanagement en overspraakonderdrukkingstechnieken kan een gedeeltelijk herstel aangeboden worden. In dit project wordt theoretisch onderzocht hoe de (tot dusver afwezige) exploitatie van 'common mode'-signalen kan bijdragen tot een substantiële bekamping van deze performantievermindering en eventueel zelfs voor een supplementaire capaciteitsverhoging zou kunnen zorgen. Specifiek zal daarbij aandacht besteed worden aan transmissiekanaalkarakterisering en fysische lijn- en overspraakmodellering, en aan het ontwikkelen van theoretische concepten voor een verbeterd dynamisch spectrummanagement dat expliciet gebruik maakt van 'common mode'-signalen en eventueel -signalisatie. Overspraakonderdrukking en DSM in het bijzonder zijn recente thema's die momenteel internationaal zeer veel aandacht krijgen, zowel in de academische wereld (e.g. Stanford University, USA) als in bedrijven en standardisatie-organisaties. De exploitatie van 'common mode' signalen biedt hierbij wellicht nieuwe mogelijkheden, die echter tot dusver veruit onontgonnen bleven. Daarom is het hier voorgestelde onderzoek o.i. waardevol, strategisch en relevant. Daarenboven is het tegelijkertijd fundamenteel en expliciet toepassingsgeoriënteerd, waarbij de bekomen resultaten uiteindelijk moeten resulteren in zowel wetenschappelijke publicaties als (op langere termijn) concrete realisaties. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
Ontwerp en evaluatie van DSL-systemen met exploitatie van 'common mode'-signalen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: DSL-technologie ('digital subscriber line') laat toe breedbanddiensten aan te bieden over de 'twisted pair' koperdraden van het huidige telefonienetwerk. Elektromagnetische koppeling tussen verschillende koperparen in dezelfde bundel leidt echter (vooral in nieuwe systemen die bijvoorbeeld gebruik maken van hogere frequenties) tot overspraak en daardoor beduidende performantievermindering, eventueel zelfs volledige uitval. Via dynamisch spectrummanagement en overspraakonderdrukkingstechnieken kan een gedeeltelijk herstel aangeboden worden. In dit project wordt theoretisch onderzocht hoe de (tot dusver afwezige) exploitatie van 'common mode'-signalen kan bijdragen tot een substantiële bekamping van deze performantievermindering en eventueel zelfs voor en supplementaire capaciteitsverhoging zou kunnen zorgen. Specifiek zal daarbij aandacht besteed worden aan transmissiekarakterisering en fysische lijn-en overspraakmodellering, en aan het ontwikkelen van theoretische concepten voor een verbeterd dynamisch spectrummanagement dat expliciet gebruik maakt van 'common mode'-signalen en eventueel-signalisatie. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
Ontwerp en evaluate van een Brain Computer Interface headset voor alternatieve communicatie en diagnostische ondersteuning. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is om de vereisten te ontdekken voor het ontwerp van een comfortabele en draadloze EEG headset die een eerste stap zal zijn in de richting van medisch goegekeurde EEG-BCI toestellen die door patienten gebruikt kunnen worden om te communiceren en door dokters voor de diagnose van hersenstornissen. Nieuwe modellen van het menselijke hoofd zullen worden gemaakt d.m.v. statistische analyse, verschillende types materialen en elektrodes zullen worden vergeleken en de druk die door de headset wordt uitgeoefend op het hoofd zal worden gesimuleerd om een optimaal ontwerp te bekomen, dat toegevoegde waarde zal genereren voor alle betrokken partijen. Dit ontwerp zal dan geproduceerd worden en geëvalueerd door een groep gezonde testpersonen, waarna het zal gevalideerd worden door ALS-patiënten. Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Jan Sijbers • Daniël Lacko
Ontwerpen en toepassen van het classificatiesysteem voor de collectie kunstwerken van de Vlaamse Gemeenschap Universiteit Gent Abstract: classificatiesystemen kunstwerken Ontwerpen en toepassen van het classificatiesysteem voor de collectie kunstwerken van de Vlaamse Gemeenschap Vl. Overh. - kunsten en erfgoed Organisaties: • Vakgroep Kunst-, Muziek- en Theaterwetenschappen
Onderzoekers: • Steven Jacobs
Ontwerpend onderzoek naar een regionaal openbaarvervoerssysteem in dialoog met het Vlaamse landschap KU Leuven Abstract: Dit onderzoek vertrekt van de vaststelling dat er nood is aan een performant openbaar vervoerssysteem dat een tussenschakel vormt tussen de goed uitgebouwde busnetten in de stedelijke gebieden enerzijds en de vlottetreinverbindingen tussen de steden anderzijds. Het reizigerspotentieel buiten de steden blijft nu grotendeels onderbenut. De chronische congestie van autowegen in Vlaanderen is de aanleiding om dit openbaar vervoerssysteem in eigen bedding te organiseren, via een light-rail systeem.
De inplanting van nieuwe transportinfrastructuur wordt vaak enkel bestudeerd in functie van de transportnoden, en niet in functie van nieuwe mogelijkheden voor ruimtelijke ontwikkeling. In het onderzoek wordt de aanleg van een nieuw openbaarvervoerssysteem ingezet om het landschap meer te structureren. Ruimtelijke strategieën worden uitgewerkt en toegepast op een representatief gebied binnen de Vlaamse Ruit. Dit resulteert in concrete ontwerpvoorbeelden voor representatieve tracés of knooppunt Organisaties: • Departement Architectuur
Onderzoekers: • Michael Ryckewaert • Marcel Smets • Erik De Deyn
Ontwerp en control van brede frequentieband voor multimedia toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar ontwerp, ontwikkeling en controle van broadband netwerken voor multimedia applicaties Organisaties: • Laboratorium voor Systeem en Software Engineering
Onderzoekers: • VIVIANE JONCKERS
Ontwerp en controle van performante lichtgewicht actuatoren op basis van pneumatische artificiële spieren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Mechanica Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • PATRICK GUILLAUME
Ontwerp en beheer van Telecommunicatienetwerken ter garantie van Quality of Experience Universiteit Gent Abstract: Het project bestudeert technieken om end-to-end kwaliteitsgaranties te bieden voor genetwerkte multimediale applciaties. Hiertoe worden technieken onderzocht die een globaal optimale optimalisatie nastreven tussen applicatie en netwerk. In het bijzonder wordt de problematiek van (eventueel snel) bewegende gebruikers onderzocht, waarbij de applicatie de gebruikers om kwaliteitsreden volgt. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Bart Dhoedt • Filip De Turck
Ontwerp en beheerder van content distributie netwerken voor schaalbare en gepersonaliseerde multimediale streaming diensten met kwaliteitsgarantie Universiteit Gent Abstract: Het onderzoeksproject bestudeert dienstontplooiingen voor gepersonaliseeerde consumptie van en interactie met multimediale informatie. Content Distributie Netwerken, Grids en Peer-to-Peer Netwerken komen hierbij aan bod omwille van hun flexibele, schaalbare en performante karakteristieken bij het aanbieden van streaming multimedia content. Gedistribueerde protocols en algoritmen voor netwerkdimensionering, serverplaatsing en -selectie, routering en scheduling worden onderzocht en geëvalueerd via testbedimplementaties. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Piet Demeester
Ontwerp en analyse van schaarstructuren voor mobiele architecturale toepassingen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het past een snel veranderende samenleving om over structuren te beschikken die hun vorm en functie kunnen aanpassen om zo te voldoen aan wijzigende omstandigheden, of die snel en gemakkelijk kunnen worden ingezet om hun architectonische functie uit te oefenen en die achteraf verwijderd kunnen worden zonder beschadiging van de locatie. Hoewel het onderzoeksveld van ontplooibare structuren relatief jong is, is het principe van transformeerbare objecten en ruimtes continu toegepast doorheen de geschiedenis (de Mongoolse yurt, het velum van het Romeinse Colosseum). Tegenwoordig zijn de belangrijkste toepassingsgebieden de lucht- en ruimtevaartindustrie, die zeer compacte, lichtgewicht lading (zonnepanelen) vereisen, en de architectuur, zoals plooibare daken voor sportstadions (Wimbledon) of mobiele, tijdelijke lichtgewicht structuren (tenten voor noodsituaties, recreatieve doeleinden) [1]. Mobiele onderdaksystemen zijn ontworpen om bescherming te bieden tegen weeromstandigheden en om te functioneren als ruimte voor een breed spectrum van menselijke activiteiten (noodopvang na natuurrampen, expositie- en recreatieve structuren, tijdelijke gebouwen in afgelegen bouwplaatsen en verplaatsbare hangars en onderhoudsfaciliteiten). Over het algemeen hebben ze een weerbeschermend membraan opgehangen aan een transformeerbare staafstructuur, welke gemakkelijk kan worden verplaatst en snel kan worden gemonteerd op onvoorbereide sites [2]. Voor dit doel zijn een specifiek type ontplooibare structuren, nl. schaarstructuren zeer effectief: naast de makkelijke transporteerbaarheid hebben ze het grote voordeel van snelheid en gemak bij het opzetten en demonteren, en een grote volume-expansie tijdens de ontplooiing [3]. Schaarstructuren bestaan uit schaareenheden, die op hun beurt bestaan uit twee balkelementen die met elkaar verbonden zijn via een intermediair scharnier dat een relatieve rotatie toelaat. Door het aaneenschakelen van schaareenheden aan de eindknooppunten kan een driedimensionale structuur gevormd worden, die kan transformeren van een compacte bundel tot een volledig ontplooide en grotere configuratie (Fig. 1). Na ontplooiing wordt het mechanisme omgezet in een dragende constructie door toevoeging van mobiliteitsbeperkingen (zoals verankeringen). Ontplooibare structuren verlenen de architectuur een dynamiek en multifunctionaliteit die conventionele statische structuren niet kunnen bieden door hun onvermogen zich aan te passen. Hoewel veel verschillende ontplooibare systemen zijn voorgesteld in de literatuur, hebben weinigen succesvol hun weg gevonden naar het gebied van de tijdelijke constructies. Een oorzaak hiervan kan gevonden worden in de complexiteit van het ontwerpproces [4-6], gebrek aan ervaring of het ontbreken aan informatie. De scharnierknopen, die de expansie van de structuur verzekeren tijdens het ontplooiingsproces, vereisen een zorgvuldige detaillering en een grondige kennis is vereist van de specifieke 2D-en 3D-configuraties die aanleiding geven tot een volledig ontplooibare geometrie. Het belangrijkste gegeven is dat er een direct verband bestaat tussen de geometrie van de schaarstructuur enerzijds en het kinematische en het structurele gedrag anderzijds, zowel tijdens de ontplooiingfase als in de finale ontplooide gebruiksfase. De tot hiertoe voorgestelde oplossingen zijn steeds 'ad hoc' en voor een specifieke toepassing, waarbij telkens het ontwerpproces opnieuw doorlopen moet worden en de ontwerper zich eerst alle aspecten hieromtrent moet eigen maken. Bovendien bemoeilijkt een specifieke oplossing het mogelijk hergebruik van componenten voor een andere toepassing. In het veld van de tijdelijke constructies kan het toepassen van een generieke, multi(her)configureerbare schaarcomponent, die afhankelijk van de toepassing, op een aantal verschillende manieren kan geschakeld worden tot een constructie, een meerwaarde betekenen. Organisaties: • Architectonische ingenieurswetenschappen
Onderzoekers: • Niels DE TEMMERMAN
Ontwerp en analyse van NVH gedrag van lichtgewicht paneel en materiaalsystemen, gebruik makend van geavanceerde CAE tools
Universiteit Gent Abstract: De ontwikkeling van numerieke methodes voor de optimalisatie van toegevoegde materiaallagen en demping binnen het ontwerp van lichtgewichtsmaterialen (inclusief composieten) en de opbouw van kennis en know-how omtrent de ontwikkelde technieken en optredende mechanismes bij de twee eindgebruikers Organisaties: • Vakgroep Toegepaste Materiaalwetenschappen
Onderzoekers: • Wim Van Paepegem
Ontwerp en analyse van kinetische structuren in de architectuur. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Kinetische structuren verlenen de architectuur een dynamiek en multifunctionaliteit die conventionele statische structuren niet kunnen bieden door hun onvermogen zich aan te passen. Door voor de constructie van aanpasbare structuren gebruik te maken van lichtgewicht geprefabriceerde componenten kunnen de bouwtijd, arbeid ter plaatse en transportkosten sterk worden gereduceerd. Informatie voor ontwerpers van aanpasbare structuren ontbreekt of is sterk gefragmenteerd. Het doel van dit onderzoeksproject is het opstellen van een uitbreidbaar gedocumenteerd referentieschema voor het ontwerpen van kinetische architectuur. Het moet de ontwerper in staat stellen een passend structureel systeem te kiezen in functie van vooropgestelde behoeften, criteria en randvoorwaarden. Deze kunnen zijn: functie/bestemming, geometrie, ontplooiingsmechanisme, e.a. architectonische vereisten,... Na een overzicht van de bestaande systemen en een evaluatie van hun toepasbaarheid, wordt m.b.v. van de verkregen informatie een gedocumenteerd referentieschema opgesteld. Waar in het schema typologieën of structurele systemen ontbreken, zal dit aangevuld worden met concepten uit andere disciplines en eigen voorstellen. Beproefde mechanismen en principes voor ontplooibare structuren uit andere domeinen zoals de natuur, ruimtevaart, auto-industrie, scheepsbouw kunnen in architecturale toepassingen geïmplementeerd worden. Schaalmodellen zullen ontwikkeld en getest worden. Organisaties: • Architectonische ingenieurswetenschappen
Onderzoekers: • MARIJKE MOLLAERT
Ontwerp en analyse van garbage collection algoritmen voor flash-based solid-state drives. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Benny Van Houdt
Ontwerp- en analysetechnieken voor rekenintensieve simulaties: Kriging versus rationale metamodellering. Universiteit Antwerpen Abstract: Simulatie en modellering zijn alomtegenwoordig in computationele wetenschappen. Typische applicatiedomeinen zijn queueing problemen, computer- en telecommunicatie netwerken, weersvoorspellingen, elektromagnetisme. oppervlakte- en vorm re engineering of reconstructie, bevolkingsdynamica, supply chain management, voorraadbeheer, econometrie en zo voort. Tijdens het ontwerp en de analyse van een complex systeem, worden computergestuurde fexperimenten of simulaties vaak als leidraad gebruikt om het aantal dure prototypes of real-Iife metingen te beperken. Ondanks de voortdurende toename aan rekenkracht en snelheid, kan de computationele kost van complexe simulaties met hoge betrouwbaarheid nog steeds zeer hoog zijn, voornamelijk tijdens optimalisatie- en sensitiviteitanalyses, vernlits één enkele simulatie van een ontwerp verscheidene uren in beslag kan nemen. Een vereenvoudigd model van loet oorspronkelijk complexe fenomeen is dan cruciaal. Vermits real-Iife experimenten vaak te duur zijn en te veel tijd in beslag nemen, zijn virtuele ontwerpomgevingen, waarin een model \vordt berekend en de parameters worden geoptimaliseerd, van wezenlijk belang. Onafhankelijk van het feit of het gaat om deterministische- of randomsimulaties, concentreren we ons op methodes voor rekenintensieve simulaties, waarmee simulaties bedoeld worden die, voor iedere uitvoering, veel computertijd vragen. Elke uitvoering zorgt ervoor dat het simulatiemodel van z'n beginstaat in een eindstaat terecht komt. De beginstaat is afhankelijk van de specifieke combinatie van al de inputs ( ook wel variabelen, parameters of factoren genoemd) van het simulatiemodel. In de voorbije jaren zijn verscheidene technieken voor het ontwerp en de analyse van computergestuurde experimenten, onafhankelijk van elkaar, in verschillende diciplines ontwikkeld. In zijn basisvorm, bestaat elke techniek uit de volgende drie essentiele stappen : I) In een eerste stap wordt het (mogelijk grootschalig) aantal variabelen die een impact hebben op het complexe systeem, gescreend en de parameterruimte wordt verkleind. Enkel de belangrijke variabelen blijven over. II) Daarna wordt een globaal model geconstrueerd, dat indien mogelijk de volledige parameterruimte dekt. In dit project worden twee belangrijke methodes bestudeerd: Kriging en rationale metamodellering. Vermits modellen steeds aan striktere eisen moeten voldoen, worden beide technieken vergeleken en gecombineerd om zo tot de meest geschikte oplossing te komen. III) Tot slot worden de optimale waarden voor de parameters van het model bepaald aan de hand van een optimalisatiemethode. Organisaties: • Computationele wiskunde
Onderzoekers: • Brigitte Verdonk • Tom Dhaene • Annie Cuyt