www.researchportal.be - 18 Sep 2016 16:55:44
Onderzoeksprojecten (16900 - 16950 van 29735) Medewerkingscontract - Inhoudelijk en structureel bijdragen tot het realiseren van de projectopdracht van het EMV pilootproject Recip-e. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Recip-e VZW' hebben voor het project ' Medewerkingscontract - Inhoudelijk en structureel bijdragen tot het realiseren van de projectopdracht van het EMV pilootproject Recip-e. ' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Biomedische Statistiek en Informatica
Onderzoekers: • MARC NYSSEN
COGNIMUND KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - PSI
Onderzoekers: • Tinne Tuytelaars
Onderzoek in de heterocyclische chemie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht toegekend door de Universiteit Antwerpen. De promotor levert de Universiteit Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd door de universiteit. Organisaties: • Organische synthese
Onderzoekers: • Kourosch Abbaspour Tehrani
COGNIMUND KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Theologische en Comparatieve Ethiek
Onderzoekers: • Johan De Tavernier
European Novel Imaging Systems for ION therapy Universiteit Gent Abstract: Het Envision project ontwikkelt nieuwe technieken voor on-line dosis monitoring en kwaliteitstesten door de ontwikkeling van nieuwe beeldvormingsmodaliteiten. Deze zijn gebaseerd op de interacties van de bundel met het object en laten toe om het behandelde volume te bepalen en de geleverde dosis te bepalen. Er wordt vooral gewerkt op de detectie van deeltjes die vrijkomen door nucleaire reacties (positron emittors voor in beam PET en fotonen voor in beam single particle imaging. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Stefaan Vandenberghe
De EU's transnationale macht over Centraal-Azië. De ontwikkeling en toepassing van een alternatieve aanpak voor de studie van de externe macht van de EU. Universiteit Gent Abstract: Het doctoraatsproject handelt over de relaties van de Europese Unie (EU) met Centraal-Azië. Het bestudeert meerbepaald in welke mate de EU macht uitoefent op deze periferale maar geopolitiek belangrijke regio. Het doctoraatsproject stelt dat de EU's macht in de regio niet mag worden onderschat. Om dit argument aan te tonen ontwikkelt en gebruikt het project een integratief analytisch kander dat gebaseerd is op een alternatief conceptueel instrument om externe macht te bestuderen. Dit concept, dat in het project 'transnationale macht over' wordt genoemd, steunt op inzichten van Susan Strange (1987) en Keukeleire & McNaughton (2009) i.v.m. externe macht. Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Jan Orbie
OPTiMiSE KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Groep Biomedische Wetenschappen • Faculteit Geneeskunde
Onderzoekers: • Joseph Peuskens
Het in kaart brengen, het opzetten van netwerken en het aanzetten van expats en Europeanen tot een actieve participatie in het Brusselse verenigingsleven en civiele maatschappij. Vrije Universiteit Brussel
Abstract: De instelling 'VUB' en het ' KONING BOUDEWIJNSTICHTING' hebben voor het project ' Het in kaart brengen, het opzetten van netwerken en het aanzetten van expats en Europeanen tot een actieve participatie in het Brusselse verenigingsleven en civiele maatschappij. ' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • ERIC CORIJN
Selectie van bioactieve chinoïden en analyse van een gecombineerde chemotherapie en immunoprofylaxis voor de controle van tuberculose. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project heeft tot doel om (1) innovatieve synthesen van nieuwe bioactieve 2-aza-antrachinonen te ontwerpen (UGent, VUB), (2) gerichte functionaliseringen van het 2-aza-antrachinonskelet te evalueren in het kader van een SAR-studie tot verbindingen bekomen worden met een gewenst activiteitsprofiel (UGent, VUB), (3) de in vitro en in vivo toxiciteit en genotoxiciteit van deze componenten te onderzoeken (WIV), (4) hun in vivo bacteriostatisch en bactericide vermogen te evalueren tegen M. tuberculosis (WIV), (5) hun therapeutisch potentieel te testen in twee in vivo modellen van latente tuberculose in combinatie met een post-exposure vaccinatie met plasmidisch DNA (WIV). Organisaties: • Organische synthese
Onderzoekers: • Kourosch Abbaspour Tehrani
Tussen lokaal en internationaal: liberale sociale verenigingen en ideeën in Vlaanderen en Brussel tussen 1848 en 1914. Universiteit Gent Abstract: De ontwikkeling van liberale sociale verenigingen na 1848 wordt bestudeerd om een beter inzicht te krijgen in de invulling van concepten als emancipatie en sociale vooruitgang. Het lokale verenigingsleven wordt in een internationaal perspectief geplaatst door de transnationale publieke ruimte waar het sociaal-liberale gedachtegoed rijpte en verspreid geraakte te onderzoeken. Liberale juristen en academici fungeerden als bemiddelaars tussen het stedelijke liberale verenigingsleven en deze transnationale netwerken en ook de rol van deze bemiddelaars zal centraal staan. Organisaties: • Vakgroep Geschiedenis
Onderzoekers: • Gita Deneckere
De nervus vagus als modulator van intestinale immuun homeostase. KU Leuven Abstract: Het centraal zenuwstelsel interageert op een dynamische wijze met het immuunsysteem waardoor het in staat is om ontsteking te moduleren. Recentelijk is aangetoond dat het parasympatisch zenuwstelsel, via de nervus vagus (NV), een belangrijke rol speelt in de regulatie van de immuunrespons. Stimulatie van de NV remt namelijk de activatie van immuuncellen door middel van vrijstelling van acetylcholine, welke bindt met alpha-7 nicotine receptoren op de immuuncel. In recente experimenten hebben we aangetoond dat dit mechanisme een belangrijke reductie geeft van intestinaleinflammatie opgewekt door abdominale chirurgie. Gebaseerd op deze bevindingen veronderstellen wij dat vagale innervatie van de tractus digestivus een belangrijke rol speelt in de homeostase van het intestinale immuunsysteem. Inleidende experimenten laten inderdaad een afname van regulatoire T cellen en verlies van intestinale tolerantie zien na vagotomie. De exacte interactie tussen NV en het intestinale immuunsysteem is Organisaties: • TARGID
Onderzoekers: • Guy Boeckxstaens • Martina Di Giovangiulio
Clinical Data Miner. Towards More Efficient Clinical Study Support (Clinical Data Miner. Naar een efficiëntere ondersteuning van klinische studies) KU Leuven Abstract: Vroege, correcte diagnose van ziektes kan zorgen voor een sterk verbeterde prognose. Klinisch diagnostisch modelonderzoek beoogt de optimalisatie van vroege diagnose door het ontwerp van diagnostische modellen gebaseerd op variabelen die zo min mogelijk invasief bekomen worden. Zulk onderzoek vergt momenteel een complex, multidisciplinair proces van verzameling en voorbewerking van gegevens, en machinaal leren.Het gebrek aan integratie tussen de in dit proces gebruikte software pakketten vereist menselijke interventie bij de voorbereiding van data voor analyse.Geëxtraheerde data moeten gecontroleerd worden op conversiefouten. Het ontbreken van informatie over de structuur van studievragenlijsten in geëxtraheerde data vergt manuele sturing bij de voorbewerking van gegevens. Bijgevolg wordt data analyse typisch slechts eenmalig toegepast, bij het bereiken van een voorafbepaald patiëntenaantal, berekend op basis vanvuistregels of Monte Carlo simulaties.Deze thesis stelt het Clinical Data Organisaties: • Afdeling ESAT - STADIUS
Onderzoekers: • Bart De Moor • Dirk Timmerman • Arnaud Installé
In vivo niet-vasieve beeldvorming van acute myeloide leukemie (AML) immunotherapie bij muizen. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is het verzamelen van data m.b.t. de implementatie van niet-invasieve beeldvormingsmethoden ter opvolging van in vivo tumorgroei / eliminatie, alsook het uittesten van verschillende vaccinatiestrategieen gericht tegen 'full spectrum' AML-antigenen. Dit project is een onontbeerlijke fase in de preklinische ontwikkeling van een autoloog tumorvaccin voor AML. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Evelien Smits
MYCOMASK - Beoordeling van de chemische risico’s van voedingsmiddelen die gemaskeerde <em>Fusarium toxines bevatten Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Plantaardige Productie • Vakgroep Levensmiddelenwetenschappen en Technologie
Onderzoekers: • Kris Audenaert • Veerle Derycke • Geert Haesaert • Mia Eeckhout
Naar computergestuurde beslissingsmethoden voor de controle van helminth-infecties bij volwassen melkvee Universiteit Gent Abstract: ). In dit project wordt gewerkt aan 1) de ontwikkeling van een stochastisch model dat de economische effecten op bedrijfsniveau van verschillende behandelstrategieën tegenover helminth-infecties simuleert; 2) de identificatie van risicogebieden en ?bedrijven voor maagdarmwormen leverbotinfecties aan de hand van een geografisch informatiesysteem en 3) de identificatie van non-invasieve beslissingsparameters voor selectieve behandeling tegenover helminth-infecties binnen het bedrijf. Organisaties: • Vakgroep Virologie, parasitologie en immunologie
Onderzoekers: • Jozef Vercruysse
Comparison of police forces in Great Britain, Denmark, Belgium and The Netherlands Universiteit Gent Abstract: In het kader van een internationaal vergelijkend onderzoek naar de politiesterkte in het Verenigd Koninkrijk, Denemarken, België en Nederland (opgedragen en gefinancierd door Politie en Wetenschap), geeft onze bijdrage een inzicht in de capaciteit van de Belgische politie in 2005 en 2008. Het numeriek materiaal, gebaseerd op de morfologie van de politiediensten, wordt uitgebreid besproken en gekaderd binnen de Belgische politiestructuur. Organisaties: • Vakgroep Strafrecht en criminologie
Onderzoekers: • Paul Ponsaers
Helping employees understand the organization: the integrative function and effectiveness of employee strategic awareness. Hogeschool Gent Abstract: The alignment of employees with organizational aspects like organizational strategy and goals/objectives has proven to be beneficial for organizational performance. A shared mindset/vision ensures that employees see the bigger picture and know what actions to pose to contribute to organizational success. Although there are many relating concepts, research about employee strategic awareness (or alignment) is still limited. Our research focuses on the integrative function and effectiveness of employee strategic awareness. Organisaties: • Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde • Vakgroep Management en Organisatie
Onderzoekers: • Sebastian Desmidt • Annelies De Vuyst
NMR-spectroscopie voor screening en diagnose van ziekten. Universiteit Hasselt Abstract: In de afgelopen decennia zijn veel nieuwe medicijnen ontwikkeld die een succesvolle behandeling van verschillende vormen van kanker mogelijk maken. Maar de mogelijkheid om de aanwezigheid van een tumor in een vroeg stadium te detecteren is meestal een belangrijke voorwaarde, maar op dit moment erg moeilijk. Naast de mammografie screening voor borstkanker zijn er geen tools beschikbaar die een routinematige screening van grote risicopopulaties mogelijk maken voor de ontwikkeling van een bepaald type kanker. Dit project beoogt de ontwikkeling van een hoge doorvoer analyse die de aanwezigheid van borst- en longkanker kan detecteren. De laatste tijd werd duidelijk dat naast genomics, transcriptomics en proteomics in het bijzonder metabolomics een hoog potentieel heeft om een belangrijke nieuwe benadering voor de ziekte screening te worden. In onze recente studie in samenwerking met Ziekenhuis Oost-Limburg (ZOL), UZ Leuven en het Leuvens Universitair Centrum voor Kankerpreventie, toonden we aan dat de analyse van de metabole samenstelling ons in staat stelt om borstkanker patiënten te onderscheiden uit de controle personen. De metabolieten die ten grondslag liggen aan deze detectie werden onlangs beschermd door patenten. Tijdens dit project zullen de verkregen resultaten verder worden gevalideerd en vertaald naar een commercieel waardevolle test. Voor de succesvolle vertaling van de verkregen onderzoeksresultaten naar commercieel waardevolle proeven moet naast O & O ook rekening gehouden worden met een aantal andere zaken. Allereerst vereist de wetgeving bij commercialisering de CE-etikettering van alle nieuwe diagnostische tests. Hiervoor moet een technische validatie opgezet worden. Bovendien moet een business plan opgezet worden, waarin een marktanalyse opgenomen is, moeten de doelstellingen en mijlpalen gedefinieerd worden en het operationele en financiële plan bepaald worden. Dit businessplan zal de leidraad van de spin-off zijn en zal gebruikt worden om de benodigde financiering te verzamelen. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Organische en Bio-polymere Chemie • Toegepaste en Analytische Chemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Peter ADRIAENSENS • Pieter STINISSEN • Kurt BAETEN
Maternal Antibodies against Mumps in a Cohort of children up to the age of 1 year. Universiteit Antwerpen
Abstract: Dit project onderzoekt de hoeveelheid en duur van aanwezigheid van maternele antistoffen tegen bof bij zuigelingen. De titer antistffen in vrouwen in de vruchtbare leeftijd is afhankelijk van hun vaccinatie toestand, het verdwijnen van de antistoffen over de tijd en het al dan niet bloot staan aan boosters met het wilde type virus. De titer maternele antisotffen bij de kinderen wordt vermoedelijk beinvloed door de titer bij de moeders. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Pierre Van Damme • Elke Leuridan
Modelleren van de klinische effectiviteit en kosteneffectiviteit van geoptimaliseerde cardiovasculaire preventie in Europa Universiteit Gent Abstract: Deze studie beoogt om via de EUROASPIREIII data inzake coronaire en hoog risico patiënten verschillende klinische scenario?s voor cardiovasculaire preventie te modelleren om zo hun klinische- en kosteneffectiviteit te kwantificeren doorheen verschillende landen in Europa. Deze informatie zal opinieleiders ondersteunen in hun pleidooi bij beleidsmakers betreffende cardiovasculaire preventie. Organisaties: • Vakgroep Maatschappelijke gezondheidkunde
Onderzoekers: • Lieven Annemans
Dynamo project/typologie fase 1 (2009-2010) en 2 (2011) Universiteit Gent Abstract: Er werd een meetinstrument ontwikkeld voor het indelen van sportclubs in vier types naargelang hun mogelijkheden en intenties inzake professioneel management. In fase één van het onderzoek werd het meetinstrument ontwikkeld en getest. In een tweede fase werd het uitgebreid meetinstrument verkort tot een versie geschikt voor recurrent gebruik en werd de verkorte versie afgenomen bij meer dan 1000 sportclubs. Organisaties: • Vakgroep Bewegings- en sportwetenschappen
Onderzoekers: • Dirk De Clercq
Tijdelijke leerstoel-op-naam : Universitair expertisecentrum PPS. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Tijdens de looptijd van de leerstoel zullen ten minste 3 evenementen worden georganiseerd die bestemd zijn voor een breed publiek van professionals in de PPS-wereld, maar met een duidelijke academische ondersteuning. Organisaties: • Bedrijfseconomie en Strategisch Beleid
Onderzoekers: • Elvira HAEZENDONCK
PM-Lab Fijnstof informatiesysteem Euregio Universiteit Hasselt Abstract: Fijnstof is in onze omgeving één van de belangrijkste bronnen voor het ontstaan en verslechteren van veel aandoeningen aan de luchtwegen en aan het hart- en vaatstelsel. Belangrijke bronnen van fijnstof zijn het verkeer, verwarmingsinstallaties en de industrie. De Euregio, een agglomeratie met veel industrie, een hoge bevolkingsdichtheid en met specifieke geografische kenmerken kent relatief hoge fijnstofconcentraties. Het is moeilijk om deze deeltjes te meten. Het maatschappelijk effect van dit project voor de Euregio bestaat uit het creëren van een basis voor de gelijke aanpak van de fijnstof problematiek over de grenzen heen. Er zijn niet alleen verschillen in de wijze waarop fijnstof wordt gemeten door de verschillende instanties, er zijn ook verschillen in de interpretatie van de gemeten gegevens (bronnenonderzoek, gezondheidseffecten), en in de toepassing van ondersteunende rekenmodellen. Er is behoefte aan afstemming in deze hele keten, te beginnen bij een grondige afstemming van de meetmethoden en meetapparatuur voor fijnstof. Dit project voorziet in de inrichting van een mobiel referentie laboratorium, dat in de drie landen op geselecteerde locaties zal worden ingezet ter vergelijking met de aanwezige apparatuur. Daardoor worden gelijkwaardige meetresultaten verkregen. Tegelijkertijd worden de gezondheidskundige effecten van het gemeten fijnstof onderzocht, niet alleen via de hoeveelheid, maar ook via een breder onderzoek naar de chemische samenstelling van het fijnstof. Met deze kennis is het mogelijk om adviezen uit te brengen, zodat doelgericht maatregelen worden geformuleerd om de specifieke bronnen in de Euregio aan te pakken. Organisaties: • Toegepaste en Analytische Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Robert CARLEER
Resterende gebruiksduur van betonconstructies rekening houdend met bestaande schade. Toepassing op het geval van corrosie geïnitieerd door carbaonatatie of chloridepenetratie Universiteit Gent Abstract: Het voorgestelde project heeft tot doel het modelleren van transport- en aantastingsmechanismen in beton, rekening houdend met schade aanwezig in de dekkingszone (bv scheuren veroorzaakt door thermische effecten of krimpbewegingen), en gebasseerd op statistische methoden. Op deze wijze wordt getracht een meer betrouwbare evaluatie te bekomen van de resterende gebruiksduur van bestaande betonconstructies. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Geert De Schutter
Socio-economische verschillen in kindersterfte in de Gaza-strook Vrije Universiteit Brussel Abstract: afwerking doctoraat Organisaties:
• Medische Sociologie
Onderzoekers: • FREDDY LOUCKX
Damascius' ontological relativism: a special way of reading Plato KU Leuven Abstract: This project focuses on the ontology of Damascius, the last (Neo-) Platonic philosopher from the Academy of Athens. The main approach is interpretative, finding Damascius new direction of reading Platos dialogue, the Sophist. Organisaties: • OE De Wulf-Mansioncentrum
Onderzoekers: • Gerd Van Riel • N. N.
Sociale zekerheid en zorgverstrekking in het buitenland. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Arbeids- en Socialezekerheidsrecht
Onderzoekers: • Paul Schoukens • Danny Pieters • Tomislav Sokol
Cinematografische visualiseringen van beeldende kunst Hogeschool Gent Abstract: Dit project, dat de studie omvat van diverse representaties van beeldende kunst in film, beoogt onder meer onderstaande doelstellingen te realiseren: (1) de publicatie van een boek getiteld "Screen Art: A Museum Guide to Fictitious Art and Artworks in Film" (edited by Steven Jacobs & Susan Felleman). (2) de productie van een film door Nicolas Provost, die daarbij gebruik zal maken van het beeldmateriaal dat werd verzameld in de context van de publicatie. (3) De samenstelling van een DVD en een bijhorende publicatie over de Belgische kunstdocumentaire uit de jaren 1940 en '50. Organisaties: • Departement Koninklijke Academie voor Schone Kunsten • Vakgroep Theoretische omkadering van de kunstpraktijk • Vakgroep Audiovisuele kunsten
Onderzoekers: • Vito Adriaensens • Steven Jacobs • Lisa Colpaert • Karel De Cock
Episode II Hogeschool Gent Abstract: Dit onderzoek gaat over hoe beelden de wereld kunnen verklaren door hun finctie voor een kijkerspubliek op te nemen in zichzelf en hoe dit authenticiteit en liefde mogelijk maakt. Zoals bekend wordt de wereld duchtig gefilmd en heeft de consumptie van die beelden een directe invloed op de wereld zelf. De Franse filosoof André Glucksmann ging zo ver te stellen dat de uitkomst van de oorlog in Joegoslavië niet door Kalashnikovs of bommen bepaald zou worden, maar door camera’s. De Canadese schrijver Michael Ignatieff stelt in zijn boek Virtual War dat wij allemaal conscripts zijn in de wereldwijde conflicten. We worden weliswaar niet onder de wapens geroepen, we worden ingeschakeld als kijker. Tegelijkertijd is het duidelijk dat welk product, idee of groepering dan ook dat de sympathie van een globaal kijkerspubliek wil wegdragen zich zal moeten voegen naar de verlangens en de verzuchtingen van dat publiek. Zo doet zich de vreemde situatie voor dat mensen in oorlog dolgraag gefilmd willen worden omdat daar hun leven van afhangt; ze worden bekeken door anderen die vooral zichzelf willen zien. Toch is het niet desinteresse of cynisme dat de buitenwereld onkenbaar maakt; medeleven als reactie op afgebeelde fenomenen is al even ontoereikend. Susan Sontag stelt in Regarding the Pain of Others: “Als we mededogen voelen, kunnen we ons inbeelden dat we niet medeplichtig zijn aan de oorzaken van het lijden. Ons mededogen is zowel een brevet van onschuld als van onmacht.” De beelden zelf lijken een methodologische patstelling te verzekeren. Men kan de wereld slechts tonen door hem af te beelden, terwijl het juist de afbeeldingen ervan zijn die de wereld commodificeren in een economie die geen kennis van de wereld, maar kennis en vervulling van eigen verlangens tot doel heeft. Afbeeldingen laten de machtsverhoudingen tussen zij die kijken en zij die bekeken worden intact en maken daarmee de werkelijkheid onkenbaar. Zulke beelden verduisteren eerder dan ze duidelijk maken. Ze verhinderen een authentieke omgang met de wereld en uiteindelijk verhinderen ze liefde. Een werk dat de verhouding tussen kijkers en bekekenen wil onderzoeken, eerder dan er zich aan te onderwerpen, kan het zich dus niet veroorloven de fenomenen op aarde af te beelden. Zo’n werk moet de wereld en zijn oorzaken en gevolgen niet als externe fenomenen afbeelden, maar dat alles, in zijn interne werking, zelf zijn. Zoals Joseph Kosuths Five words in blue neon kan een kunstwerk zich onafhankelijk maken van zijn omgeving door zijn eigen oorzaken en gevolgen reeds in zich op te nemen. Het kan daarmee de economie waar het onvermijdelijk deel van uitmaakt ontdubbelen, en wonderwel, juist door het over zichzelf te hebben, externe fenomenen zichtbaar maken. Omdat zonder een expliciete omgang van de commodificering van de wereld via afbeeldingen geen enkel beeld van die wereld authentiek kan zijn,
en omdat zonder authenticiteit liefde geen kans maakt, en omdat zonder liefde ook materie geen zin heeft, werk ik sinds enige jaren aan een serie werken met de betrachting de wereld te verklaren vanuit zijn functie voor het kijkerspubliek. Deze werken, die de vorm van films hebben, passen in een lange schilderkunstige traditie van Las meninas van Velasquez en l’Atelier du peintre van Courbet tot de explosie van kunst die in de 20ste eeuw vooraleerst zichzelf, voor welk extern fenomeen dan ook, wil afbeelden. In deze films probeer ik de agenda en de verwachtingen van het kijkerspubliek in het beeld te verwerken om er onafhankelijk van te worden. Op wonderlijke manier maakt deze act van autoreferentie, die iets ijdels heeft, ruimte voor een reëel bestaand humanisme. Tot op heden zijn uit deze serie, die mijn gehele artistieke praktijk behelst, twee werken in de openbaarheid gebracht, Episode 1 (2003) en Episode 3 (2008). Daarnaast bestaan verschillende aanzetten om het moeilijkste deel te maken, Episode 2, het deel waarin alles duidelijk moet worden. Episode 2 is als het centerpiece van een middeleeuws drieluik, waarvan de zijpanelen de circumstantial evidence tonen: rechters, misdadigers, maagden, paarden, de kakofonie van wat zich op aarde allemaal afspeelt, terwijl het centrale luik de grond van de zaak vertegenwoordigt of afbeeldt. De aanbidding van het Lam, de Kruisiging, of wat het ook zij. In Episode 2 zal de relatie tussen de werkelijkheid en de beelden daarvan dieper begrepen worden, en, hopelijk, getranscendeerd worden. De afbeeldingen zullen niet meer enkel tonen, maar zijn. Dit kan een enkele film worden, of een serie korte films, of andersoortige kunstwerken. Organisaties: • Departement Koninklijke Academie voor Schone Kunsten • Vakgroep Autonome kunsten
Onderzoekers: • Erwin Wittevrongel • Renzo Martens
CORINTHIAM: Central Offices Responsible for the Integration at Home of Internationalization as Assurance of quality in the Meda region Vrije Universiteit Brussel Abstract: De samenwerking tussen EHEA en het de regio Midden-Oosten versterken door structurele maatregelen te nemen voorzien die uitwisselingen, gezamenlijke programma's en wederzijds erkenning van diploma's vergemakkelijken. Organisaties: • Sociaal Onderzoek
Onderzoekers: • Carlos MACHADO GARCIA
Ontwikkeling van nieuwe HIV microbiciden. Universiteit Antwerpen Abstract: Ontwikkeling van nieuwe HIV microbiciden. Organisaties: • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Koen Augustyns • Muthusamy Venkatraj
Optimale gebouwen voor intelligente energienetwerken. KU Leuven Abstract: Een recente hernieuwing van de EU-wetgeving 2002/91/EG verplicht ons nul-energie woningen te bouwen tegen 2020, welk van een verhoogde implementatie van hernieuwbare energie en een intelligent energienetwerk een condicio sine qua non maakt. Als zondanig focust het voorgestelde doctoraatop de noodzakelijke transdisciplinaire aanpak van gebouw energiebesparing op wijkniveau.Drie doelen zijn ingesteld. De eerste doelstelling behandelt een bottom-up lokaal energie-service (BLUES) model welke de gebouwgerelateerde vraag op zowel de schaal van een gebouw zone, een enkel gebouw en een gebouw wijk beschrijft welke bepaald wordt door de diversiteit in de bevolking en typologie op mesoschaal. Het BLUES model wil een brug slaan tussen stadsplanning en -ontwikkeling enerzijds, en thermische en elektrische district ingenieurstechnieken anderzijds. De uitvoering van het model zal - samen met complementaire parallel onderzoek bijandere afdelingen omtrent zowel thermische als elektrische energie - res Organisaties: • Departement Burgerlijke Bouwkunde
Onderzoekers: • Dirk Saelens • Ruben Baetens
Towards a 3D GIS based monitoring tool for Preventive Conservation Management of the World Heritage City of Cuenca (Naar een 3D GIS gebaseerd monitoring instrument voor preventieve conservatie van de werelderfgoed stad Cuenca) KU Leuven Abstract: Heritage Conservation is not a simple practical issue and in order to know why a building or site is important or valuable it is also essentialto understand it. This necessarily involves a close approach to the heritage site in order to record and gather all forms of relevant information pertaining to it. The information that facilitates an understanding of the monument including its survey becomes a prerequisite for conservation. It implies that much of the time of a restoration the architect or heritage recorder is spent on site, analyzing the building and collecting photos, data and measurements which will be used later.
The processof the decision-making will also depend on reflections of different types, which are crucial to the assessment process for identifying, the values of the heritage site and the significance of the building as part ofthe heritage of the city.
The computer revolution has provided at least partial solutions to these tasks but, so far, has addressed onl Organisaties: • Faculteit Wetenschappen
Onderzoekers: • Koenraad Van Balen
Technische ondersteuning bij capaciteitsopbouw socialezekerheidsinstellingen Universiteit Gent Abstract: Het project geeft ondersteuning aan de socialezekerheidsinstellingen in Turkije, met het oog op de voorbereiding van een mogelijke toetreding tot de Europese Unie. In het bijzonder wordt aandacht besteed aan het geven van training en het uitschrijven van een handboek en strategische rapporten, met het oog op de toepassing van de Europese Coordinatieverordeningen inzake sociale zekerheid voor migrerende werknemers (883/2004 en 987/2009). Hoe dient de Turkse wetgeving ook aan dit Europees kader te worden aangepast ? Organisaties: • Vakgroep Sociaal recht
Onderzoekers: • Yves Jorens
24u. zorgsteunpunt binnen het Zorgbedrijf Antwerpen. Universiteit Antwerpen Abstract: Bij de onderzoeksopdracht '24u zorgsteunpunt binnen het Zorgbedrijf Antwerpen' zal volgende opdracht worden uitgevoerd: onderzoek naar de huidige en toekomstige zorgbehoeften, het zorggebruik van het huidige aanbod en de mogelijkheden van de nieuwe zorgvormen (PAS, ADL-Steunpunt). Organisaties: • Welzijn en verzorgingsstaat
Onderzoekers: • Jozef Breda
Conferentie 'Boekproject' Vrije Universiteit Brussel Abstract: Conferentie 'Boekproject' Organisaties: • Politieke Wetenschappen
Onderzoekers: • GUSTAAF GEERAERTS
Giften Vrije Universiteit Brussel Abstract: Gift vanwege Bastaerts G. ter ondersteuning wetenschappelijk onderzoek Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • HENRI DE GREVE
Actualisatie van de kartering & analyse van de evolutie van de onbebouwe (groene) gebieden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project omvat drie luiken: 1. Gedetailleerde kartering van stedelijk groen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (2009) aan de hand van hoge resolutie remote sensing en ruimtelijke analyse van de groene ruimte op basis van landschapsecologische indices. 2. Monitoring van de evolutie van de groene ruimte in Brussel en omgeving aan de hand van een tijdreeks van medium-resolutie remote sensing data. 3. Analyse van 10 typische cases van verstedelijking, versnippering en kwaliteitsevolutie van de groene ruimte. Organisaties: • Algemene Plantkunde en Natuurbeheer • Cartografie en Geo-informatiekunde • Geografie
Onderzoekers: • FRANK CANTERS • NICO KOEDAM • TIM VAN DE VOORDE • Cheung Wai CHAN
Evaluatie van de steun van het Europees Sociaal Fonds voor gendergelijkheid. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds FGB. UA levert aan FGB de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Danielle Dierckx
Middelengebruik bij personen met verstandelijke beperkingen. De ontwikkeling van een doelgroepspecifiek instrumentarium voor screening en assessment. Hogeschool Gent Abstract: 1. Probleemstelling Hoewel er reeds een aantal eerdere studies verschenen zijn, wordt pas sinds de jaren tachtig specifiek (wetenschappelijke) aandacht geschonken aan middelenmisbruik en/of -afhankelijkheid bij personen met verstandelijke beperkingen. De bevindingen van deze onderzoeken zijn (vrij) recent in een aantal internationaal gepubliceerde overzichtsartikelen bij elkaar gebracht (zie bijvoorbeeld Burgard, Donohue, Arzin & Teichner, 2000; Coco & Harper, 2002a en 2002b; Degenhardt, 2000; McGillicuddy, 2006). Hoewel het moeilijk is om de prevalentie van middelengebruik bij personen met verstandelijke beperkingen in te schatten, wordt aangenomen dat personen met verstandelijke beperkingen evenveel of iets minder alcohol en andere middelen gebruiken in vergelijking met personen zinder beperkingen (zie bijvoorbeeld Edgerton, 1986; Westermeyer, Kemp & Nugent, 1996). Zij vertonen wel vaak 'andere' gebruikspatronen, die onder andere gepaard gaan met 'binging' episodes (Cocco & Harper, 2002a). Tot op heden is er nog maar weinig onderzoek verricht naar de behandelingsresultaten van interventies bij personen met verstandelijke
beperkingen die middelen misbruiken (Bugard et al., 2000). Meer klinische aandacht en (hieraan gekoppelde) wetenschappelijke studies zijn dan ook nodig, bijvoorbeeld om na te gaan of en in hoeverre personen met verstandelijke beperkingen toegang hebben tot de reguliere drughulpverlening (Lottman, 1993), wat de effecten zijn van programma's die gericht zijn op het vergroten van sociale vaardigheden (McGillicuddy & Blane, 1999), hoe cliënten kunnen worden geörienteerd naar de meest geschikte vorm van behandeling of begeleiding (client matching) en welke veranderingen - op basis van specifieke noden en behoeften - aan bestaande hulpverlenersmodaliteiten mogelijks effect zouden kunnen hebben op het behandelingsresultaat van personen met verstandelijke beperkingen (Paxon, 1995). Een noodzakelijke voorwaarde voor het creëren van dit aanbod en het verder onderzoeken van de effectiviteit ervan is een gedegen doelgroepspecifieke screening en assessment door middel van gestandaardiseerde en gevalideerde instrumenten. Verschillende onderzoekers wijzen op de absolute noodzaak van het ontwikkelen van een dergelijk instrumentarium, waarbij aangegevne wordt dat bestaande instrumenten (zoals de (Europese versie van de) Addiction Severity Index (Europ-Asi), één van de meest gebruikte instrumenten binnen de verslavingszorg) niet of nauwelijks bruikbaar zijn (cf. McGillicuddy, 2006) en mogelijks leiden tot een onderrapportage van de werkelijke prevalentie. Een bijkomende moeilijkheid is dat de reeds beschikbare onderzoeksgegevens met betrekking tot deze doelgroep zeer moeilijk vergelijkbaar zijn omwille van grote methodologische verschillen in de gepubliceerde studies, gaande van onduidelijkheden en inconsistenties met betrekking tot gehanteerde definities (voor zowel het begrip 'verstandelijke beperking' als het begrip 'druggebruik en -misbruik'); de representativiteit van de geselecteerde steekproeven; de gehanteerde criteria om verstandelijke beperking te operationaliseren; het gebrek aan longitudinale studies en het ondoordacht gebruik van bestaande instrumenten en de hieraan verbonden (te) hoge cut-off scores (zie bvb. Burgard et al., 2000; Coco & Harper, 2002a en 2002b; McGillicuddy, 2006).
2. Onderzoeksvragen en doelstellingen De prevalentie en aard van middelengebruik, -misbruik en verslaving bij persoenen met verstandelijke beperkingen is in de Vlaamse context tot op heden niet of uiterst weinig onderzocht. Verder studie met betrekking tot deze onderwerpen in ons inziens echter zeer belangrijk, niet in het minst om zo een duidelijk beeld te krijgen op de omvang en aard van voornoemde moeilijkheden. Het is pas wanneer deze vragen afdoend beantwoord zijn, dat o.i. kan nagegaan worden welke behandelingsmodaliteiten het best aansluiten bij de specifieke noden van cliënten met verstandelijke beperkingen (cf. supra). Voorliggend onderzoek richt zich dan ook op het in kaart brengen van het middelengebruik en -misbruik bij personen met verstandelijke beperkingen in Vlaanderen. De studie heeft hierbij twee belangrijke doelstellingen: 1) Het ontwikkelen van een - aan de doelgroep aangepast - gestandaardiseerd instrumentarium, met aandacht voor de psychometrische eigenschappen ervan (validiteit en betrouwbaarheid). 2) Het in kaart brengen van de prevalentie en aard van het middelengebruik bij personen met verstandelijke beperkingen (met inbegrip van belangrijke leefgebieden waarop middelengebruik invloed kan hebben, cf. Europ-Asi). Deze doelstellingen kunnen worden vertaald in volgende onderzoeksvragen: 1) Welke instrumenten voor screening en assessment van middelengebruik, -misbruik en -afhankelijkheid worden momenteel gebruikt bij personen met een verstandelijke beperking? 2) Wat zijn voor- en nadelen van de gehanteerde instrumenten en in welke mate kunnen/dienen deze aangepast worden aan specifieke noden van de doelgroep? 3) Wat zijn de psychometrische eigenschappen van het ontwikkelde instrumentarium? 4) Wat is de prevalentie van middelengebruik bij personen met verstandelijke beperkingen in Vlaanderen? 5) Wat zijn belangrijke kenmerken van middelengebruik bij personen met verstandelijke beperkingne in Vlaanderen (aard gebruik, frequentie, soort middel, motieven tot gebruik, invloed op andere leefgebieden gerelateerd van (Kwaliteit van Bestaan, etc.) en hoe percipiëren de personen zelf het gebruik en de gevolgen ervan?
3. Methodologie Het onderzoek bestaat uit vier verschillend werkpakketten, tijdens dewelke zowel kwantitatieve als kwalitatieve onderzoeksmethoden zullen worden gebruikt (triangulatie), met hetoog op het ontwikkelen van een aangepast instrumentarium en het in kaart brengen van prevalentie en kenmerken van middelengebruik bij personen met verstandelijke beperkingen. De beschrijving in werkpakketten garandeert een flexibel verloop van ht onderzoek, gezien de onderzoeksresultaten van één werkpakket de organisatie en aanpak van de andere werkpakketten kunnen beïnvloeden. Organisaties: • Departement Sociaal-agogisch werk • Vakgroep Orthopedagogiek
Onderzoekers: • Wing Ting To • Stijn Vandevelde
Passages ‘Managers van Diversiteit’ Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Technologie • Departement Sociaal-agogisch werk • Vakgroep Talen • Vakgroep Sociale wetenschappen
Onderzoekers: • Charlotte De Kock • Christian Van Kerckhove • Eva Vens • Stefanie Devloo
The Inspiring Open Innovation Team Project. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Faculteit Wetenschappen • Facultaire Diensten IIW Gent-Aalst
Onderzoekers: • Geert De Lepeleer
De contextuele ontwikkeling van cyberpestgedrag in de vroege adolescentie: een longitudinale en "social network" analyse. Universiteit Antwerpen Abstract: De studie speelt in op drie leemtes in het bestaande onderzoek rond cyberpesten: 1) een gebrek aan een valide en betrouwbaar meetinstrument, 2) een gebrek aan aandacht voor de concrete sociale context waarin het cyberpesten plaatsvindt en 3) een gebrek aan longitudinale gegevens. Het doel van de voorstudie is daarom de ontwikkeling van een multidimensionaal meetinstrument voor cyberpesten. Het eigenlijke onderzoek wil aan de hand van een methode die reeds beproefd is bij het klassieke pesten ¿ nl. Social Network Analysis (SNA) ¿ een diepgaander inzicht verschaffen in "wie-wie-cyberpest", "wie-door-wie-gecyberpest-wordt" en "wiewie-ziet-cyberpesten". Organisaties: • Media & ICT/Interpersoonlijke relaties in Organisaties & Samenleving (MIOS)
Onderzoekers: • Michel Walrave • Heidi Vandebosch
Interculturele competentie: de rol van modale partikels bij de verwerving van formeel en informeel taalgebruik in het Duits. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is onderzoek naar de rol van modale partikels bij de verwerving van formeel en informeel taalgebruik van het Duits (bij Nederlandstaligen). De onderzoeksopzet kadert binnen de actuele problematiek van de verwerving van sociolinguïstische competentie ter bevordering van interculturele communicatie. Het voorgestelde onderzoek wil nagaan hoe Nederlandstalige leerders van het Duits omgaan met formeel en informeel taalgebruik in de doeltaal. Daarbij wordt er specifiek gelet op hun interpretatie (receptie) en gebruik (productie) van modale partikels in verschillende registers. Uit het weinige onderzoek totnogtoe over dit thema is namelijk gebleken dat de modale partikels vaak een probleem vormen bij de verwerving van het Duits als vreemde taal, zelfs voor gevorderden. Hierdoor ontstaan bij interculturele communicatie vaak misverstanden, die het imago van het Duits als vreemde taal geen goed doen. Daarom zal er ook worden gekeken naar het verband tussen formaliteit en beleefdheid (gedefinieerd in termen van modaliteit) en de rol van het al dan niet gebruiken van modale partikels daarbij. Organisaties: • Taal- en Letterkunde
Onderzoekers: • KATJA LOCHTMAN • WIM VANDENBUSSCHE
Becketts bibliotheek: leessporen en hun interpretatieve implicaties. Universiteit Antwerpen Abstract: Centraal in dit project staan de lectuurnotities en marginalia in de nog nooit volledig onderzochte, persoonlijke bibliotheek van de Ierse schrijver Samuel Beckett. Enerzijds biedt deze bibliotheek een schat aan nieuwe informatie (zoals Becketts aantekeningen in de marge); anderzijds omvat ze niet alle boeken waar Beckett ooit mee gewerkt heeft (wat onder meer blijkt uit andere leesnotities in aparte notitieboekjes). Het project zal daarom (1) nagaan wat de relevantie is van de voorhanden leessporen voor de interpretatie van Becketts werk en (2) de lacunes in de bibliotheek in kaart brengen. Organisaties: • Literatuur van de moderniteit
Onderzoekers: • Geert Lernout • Dirk Van Hulle
Bijbelse stilering in de Griekse en Latijnse Acta Martyrum en Passiones van de Late Oudheid (vierde tot de zesde eeuw) Universiteit Gent Abstract: Een corups van ongeveer 250 laatantieke Acta Martyrum é Passiones wordt geanalyseerd op hun Bijbelse stilering: gaande van expliciete citaten tot impliciete allusies. Daarbij wordt nagegaan hoe deze stilering bijdraagt tot een (hagiografisch discours' dat aantoont hoe de Bijbelse wetmatigheden ook in een post-Bijbelse wereld geldig blijven, en hoe de ideale christenheid eruit ziet. Organisaties: • Vakgroep Latijn en Grieks
Onderzoekers: • Kristoffel Demoen
Structurele en chemische karakterisering van materialen op micro- en nanoschaal Universiteit Hasselt Abstract: De belangrijkste doelstellingen van deze WOG beogen het in stand houden en verbeteren van de coherentie van het fundamenteel onderzoek i.v.m. micro- en nanoscopische materiaalkarakterisering in Vlaanderen. Dit zal gebeuren door het wederzijds ter beschikking stellen van geavanceerde apparatuur voor specifieke materiaalkundige, fysische en chemische probleemstellingen, het uitwisselen van onderzoekers en onderzoeksresultaten, het gezamenlijk organiseren van lezingen en symposia, het gezamenlijk indienen van onderzoeksvoorstellen op regionaal, nationaal en internationaal niveau en het stimuleren van het onderzoek via het aantrekken van postdoctorale onderzoekers of gastprofessoren. Daarnaast worden enkele welgekozen buitenlandse laboratoria betrokken in de onderzoeksgemeenschap. De keuze van deze buitenlandse onderzoeksgroepen is ingegeven door de vraag naar complementariteit met de bestaande expertise in Vlaanderen. De gemeenschappelijke symposia zullen de deelnemende onderzoekers en laboratoria bovendien in staat stellen de continue veranderende mogelijkheden van de verschillende technieken naar waarde te schatten zodat de opties voor concrete samenwerkingsverbanden worden versterkt en aan de meest recente noden en technische specificaties voldoen. Het accent van de onderwerpen die aan bod komen ligt vooral op de fundamentele en methodologische aspecten van materiaalkarakterisering, hoewel de technologische aspecten niet uit het oog verloren worden, vooral via de inbreng van enkele toepassingsgerichte partners. Typische voorbeelden van deze materialen zijn koolstof gebaseerde systemen, nieuwe halfgeleidersystemen ("low-k"), homogene en heterogene katalysatoren, supergeleidende materialen, magnetische materialen, enz.. Nieuwe technologische mogelijkheden in de betrokken laboratoria laten toe deze groep aan materialen uit te breiden naar minder klassieke onderwerpen, waaronder bv. organische systemen zoals polymeren in coatings, vragen rond self-healing en self-assembly, composiet- of hybridematerialen bestaande uit een matrix en kleine deeltjes zoals metaalnanopartikles of koolstofnanodraden met eigenschappen(mechanisch, chemisch, ...)sterk verschillend van die van de matrix, beschermende metaal-oxide lagen op staal of legeringen, etc. Organisaties: • Materiaalfysica • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Marc D'OLIESLAEGER
Redactie "Huisarts Nu". Universiteit Antwerpen Abstract: Redactie van het magazine "Huisarts Nu". Organisaties: • Eerstelijns - en interdisciplinaire zorg Antwerpen (ELIZA)
Onderzoekers: • Paul Van Royen
De rol van Nanos- en Pumilio-familieleden in tumorprogressie Universiteit Gent Abstract: Nanos eiwitten zijn RNA-bindende eiwitten, waarvan het zinkvingerdomein geconserveerd is tot in Drosophila, en die moleculaire complexen vormen met translatie-regulerende Pumilio-eiwitten. Onze projectdoelstellingen zijn meervoudig maar telkens gerelateerd aan een mogelijk belangrijke rol van Nanos en Pumilio eiwitten in tumorale kwaadaardigheid. Specifieke muistumormodellen worden hiervoor ontwikkeld. De bruikbaarheid als doelwit voor moleculaire therapie van humane kanker wordt onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Frans Van Roy • Pieter De Bleser
De feminisering van justitie in België (20ste eeuw) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project betreft de feminisering van justitie in België en de impact ervan op de werking van het gerechtelijk apparaat en zijn actoren. In drie opeenvolgende onderdelen gaat de aandacht naar: het begin van die feminisering en de wetgeving die ze mogelijk gemaakt heeft; de evolutie van de man/vrouwverhoudingen en ongelijkheden binnen de magistratuur sinds de jaren 1940-50; de reële en/of vermeende karakteristieken van vrouwelijke rechtspraak, en de bestaande genderbepaalde beeldvorming omtrent justitie en de staat. We spiegelen de Belgische casus daarbij aan evoluties in Frankrijk en Nederland. Dit onderzoek sluit aan bij een groeiende internationale belangstelling voor de dialectiek tussen gender en (ge)recht. We stellen een coherente analyse voor die de ambitie heeft om de verschillende aspecten in de wisselwerking tussen vrouweneisen, gelijke rechten en moderne rechtspraak in hun onderlinge samenhang te begrijpen. Daarbij wordt gebruik gemaakt van wetenschappelijke literatuur, officiële documenten, benoemingsdossiers, archieven van personen en verenigingen, interviews, en informatie uit buitenlandse documentatiecentra. De link tussen genderperspectieven en rechtstheorie en -geschiedenis opent een geheel nieuw onderzoeksterrein, waarin in het bijzonder de prosopografie van en de beeldvorming omtrent vrouwelijke magistraten in België sterk onderbelicht is in vergelijking met onderzoek terzake in landen die behoren tot de Angelsaksische rechtstraditie. Dit project wil die leemte opvullen. Organisaties: • Onderzoeksgroep Vrouwenstudies • Metajuridica
Onderzoekers: • Eva SCHANDEVYL • MACHTELD DE METSENAERE