www.researchportal.be - 15 Dec 2015 11:16:00
Onderzoeksprojecten (13500 - 14000 van 29735) Mechanisms of conscious and unconscious learning Universiteit Gent Abstract: De capaciteit om te leren is cruciaal voor levend organisms. Toch bestaat er nog veel onduidelijkheid over de relatie tussen bewust en onbewuste vormen van leren en over de processen waarop deze vormen van leren gebaseerd zijn. Binnen dit IUAP project, leggen wij ons toe op leren door instructie. Organisaties: • Vakgroep Experimenteel-klinische en gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Jan De Houwer
Mechanisms of conscious and unconscious learning Universiteit Gent Abstract: Talrijke fenomenen in de klinische en gezondheidspsychologie worden gekenmerkt door een gebrek aan bewuste controle over gedrag en gevoelens. In de psychologie wordt dergelijk probleemgedrag vaak toegeschreven aan automatische processen. Deze onderzoeksgemeenschap wil contacten bevorderen tussen onderzoekers die een belangrijke bijdrage hebben geleverd in onderzoek naar het veranderen van automatische processen in klinisch en gezondheidsgerelateerd gedrag. Organisaties: • Vakgroep Experimenteel-klinische en gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Jan De Houwer
Mechanisms of brain wiring in normal and pathological conditions. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Bassem Hassan
Mechanisms of Astrocytic Gliotransmitter Release KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Matthew Holt • Mykhailo Batiuk
Mechanisms of afferent nerve sensitization underlying visceral hypersensitivity KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TARGID
Onderzoekers: • Guy Boeckxstaens • Mira Wouters • Eluisa Perna
Mechanisme voor biaxiale ordening in dunne lagen , gegroeid door ongebalanceerde magnetron sputtering. Universiteit Antwerpen Abstract: Bedoeling van dit project is: -de rol van laag energetisch ionen bombardement door een ongebalanceerd magnetron op adhesie, microstructuur, korrelgrenzen en oriëntatie van deklagen te verduidelijken. -Het bekomen van een sterke preferentiële oriëntatie in/uit het vlak voor kubische oxides, metallische en halfgeleidende materialen. -Correlatie bepalen tussen microstructuur en groeimechanisme van deklagen Organisaties: • ELEKTRONENMICROSCOPIE VOOR MATERIAALONDERZOEK (EMAT) • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Gustaaf Van Tendeloo
Mechanisme van infectie van sialoadhesine (Sn) positieve macrofagen met het respiratoir syncytieel virus (RSV) en de implicaties voor inflammatie en immuun pathologie tijdens bronchiolitis. Universiteit Antwerpen Abstract: RSV is de belangrijkste oorzaak van bronchiolitis bij jonge kinderen, welke de meest voorkomende oorzaak is van hospitaal opnames tijdens de kindertijd. Bij oudere kinderen en volwassenen is RSV geassocieerd met opstoten van asthma en COPD. Na infectie van gecilieerde epitheliale cellen in de longen, worden de symptomen van bronchiolitis veroorzaakt door een combinatie van virale cytotoxiciteit en een overdreven immuunrespons. Organisaties: • Laboratorium voor Microbiologie, Parasitologie en Hygiëne (LMPH)
Onderzoekers: • Peter Delputte • Annelies Leemans
Mechanisme van de recente evolutie van diepe slenken (Oost-Afrika en Baikal) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project beoogt de studie van de aktieve tektonische zones van Oost-Afrika en Siberië (Baikal) gekenmerkt door het voorkomen van zeer diepe tektonische slenken. Nieuwe waarnemingen zijn moeilijk verenigbaar met de klassieke modellen van "aktieve" stijging van de asthenosfeer. Integendeel, zou dit een gevolg zijn eerder dan de oorzaak van de uittrekking van de lithosfeer. Aan de oorzaak van het feit dat de kontinentale korst kan opbreken liggen twee verschijnselen: haar anisotropie en het spanningsveld dat ontstaat door de globale geotektonische evolutie. Dus bv. kan de vorming van de Baikal slenk in verband gebracht worden met deze van de Himalaya. Oude breuken werden gereaktiveerd, en op vele plaatsen spelen horizontaalverschuivingen een hoofdrol. Dit is duidelijk in strijd met de klassieke opvattingen en nog veel werk zal nodig zijn om in staat te komen, voorspellingen te kunnen maken ivm. breuken die aktief zijn of gereaktiveerd kunnen worden. De bijdrage van de VUB, in het kader van die algemene studie, betreft in de eerste plaats de datering van het vulkanisme, om de modaliteiten van de wisselwerking lithosfeer diepe delen van de mantel te verduidelijken. Organisaties: • Geochronologie
Onderzoekers: • PAUL PASTEELS
Mechanisme van dense plakvorming bij de ziekte van Alzheimer. Universiteit Antwerpen Abstract: Aggregatie van amyloid-ß (Aß) in het hersenparenchym als dense-core en diffuse plakken en in bloedvatwanden zijn de voornaamste kenmerken van de ziekte van Alzheimer. Dense-core plakken zijn neurotoxisch. Verschillende feiten suggereren dat Aß niet spontaan aggregeert in de hersenen, maar dat specifieke chaperones Aß helpen te aggregeren tot ß-sheets. Recent toonden we aan dat dense plakken zich voornamelijk ontwikkelen rond bloedvaten in zowel transgene muis modellen voor de ziekte van Alzheimer als Alzheimer patiënten, wat er op wijst dat bloedvaten een kritieke plaats zijn voor zulke Aß aggregatie-bevorderende factoren. Interessant is dat amyloïd-vrije bloedvaten ook een aantal structurele microvasculaire veranderingen vertonen in zowel Alzheimer patiënten als transgene muismodellen voor de ziekte van Alzheimer, wat er op wijst dat vasculaire pathologie ook belangrijk is in de pathogenese van de ziekte van Alzheimer. Door gebruik van transcriptoom- en proteoomanalyses heeft dit project als doel om zowel het mechanisme(s) van dense-core plakvorming aan bloedvaten op te helderen als de veranderingen te onderzoeken die optreden in deze bloedvaten vóór plakafzetting in verschillende transgene muismodellen voor de ziekte van Alzheimer. Deze studies kunnen de ontwikkeling bevorderen van nieuwe potentiële therapeutische strategieën om de ziekte van Alzheimer te voorkomen of te behandelen. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Christine Van Broeckhoven • Samir Kumar-Singh • Sandra Pereson
Mechanisme van dense plakvorming bij de ziekte van Alzheimer. Universiteit Antwerpen Abstract: Amyloïd-ß (Aß) aggregatie in het hersenparenchym in de vorm van amyloïde plakken is een neuropathologisch kenmerk van de ziekte van Alzheimer (AD). Het is interessant dat enkel dense-core plakken geassocieerd zijn met neuritische en inflammatoire pathologie in zowel AD patiënten als in muis AD modellen. De precieze neuropathologische veranderingen die optreden in de hersenen door de afzetting van amyloïd zijn echter nog niet gekend. Verschillende feiten wijzen er op dat Aß niet spontaan aggregeert in de hersenen, maar dat specifieke chaperones Aß helpen te aggregeren tot ß-sheets. Door gebruik te maken van transcriptoom- en proteoomanalyses heeft het project als doel de mechanisme(s) van dense-core plakvorming in verschillende plakvormende transgene muis AD modellen op te helderen. Zo toonden we met behulp van een transcriptoomanalyse aan dat, net zoals in AD patiënten, progranuline opgereguleerd is in microglia, neuronen en neuriten in associatie met densecore plakken in de hersenen van Tg2576 en APPPS1 muizen. Dit resultaat vormt de aanzet tot het testen van progranuline als een biomerker voor humane studies. Om verder de rol van progranuline in de AD pathogenese te onderzoeken, hebben we APPPS1 muizen gekruist met progranuline overexpressie en progranuline knock-out muizen. Deze studies kunnen de ontwikkeling bevorderen van nieuwe potentiële therapeutische strategieën om AD te behandelen of te voorkomen. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Christine Van Broeckhoven • Samir Kumar-Singh • Sandra Pereson
Mechanismen voor spanningscorrosie, oiv straling, voor roestvaste stalen in een PWR omgeving en hun gebruik in eindige elementen toepassingen (Doctoraat van Antoon STUER) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Spanningscorrosie onder invloed van straling, is een lokale vorm van corrosie, die voortkomt uit een ongunstige combinatie van spanningsconcentraties, materiaalstructuur en omgevingsinvloeden, beïnvloedt door straling. Het scheuren van het materiaal doet zich doorgaans voor als een niet duktiel, interkristallijn verschijnsel en wordt waargenomen in roestvaste stalen en nikkellegeringen, die gebruikt worden in nucleaire installaties, zoals BWR en PWR reactoren.. Internationale inspanningen richten zich tot het begrijpen van de onderliggende mechanismen en beogen in de toekomst tot een procedure te komen voor de evaluatie van de degradatie van reactormaterialen. Het doel van dit onderzoek is om (1) de mechanismen voor scheurvoortplanting te identificeren en te verifiëren en (2) hun mathematische beschrijving te implementeren in een numerieke simulatie structuur. Deze toepassing moet een hulpmiddel zijn om het fenomeen van de spanningscorrosie beter te begrijpen, en een mogelijkheid bieden om componenten, die onderworpen zijn aan invloeden die kunnen leiden tot scheurvoorplanting, te evalueren. Organisaties: • Metallurgie, Elektrochemie en Materialenkennis • Elektrotechniek-Energietechniek
Onderzoekers: • JEAN VEREECKEN • Antoon STUER • JOHAN DECONINCK
Mechanismen voor kennisbemiddeling in architectuur: Poëtisch W/Meten. (Doctoraatsproject: Ontwrichting als tactiek om zin-geving in architectuur te intensifiëren.)
KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Architectuur Sint-Lucas
Onderzoekers: • Arnaud Hendrickx • Nel Janssens
Mechanismen voor hartritmestoornissen in een fibrotisch hart: de rol van een heterogene verdeling van het gapjunctieeiwit Cx43, natriumkanalen en weefselarchitectuur Universiteit Gent Abstract: In dit project zal een gedetailleerd wiskundig model ontwikkeld worden van fibrotisch hartweefsel. Hiermee zal de rol bestudeerd worden van intercellulaire juncties, natriumkanalen en weefselorganisatie in het ontstaan van afwijkende elektrische geleiding. Aangezien afwijkende geleiding aan de basis ligt van hartritmestoornissen, zullen de resultaten van het onderzoek meer inzicht opleveren in de verschillende mechanismen die ritmestoornissen veroorzaken in fibrotische harten. Organisaties: • Vakgroep Wiskundige natuurkunde en sterrenkunde
Onderzoekers: • Henri Verschelde • Alexander Panfilov
Mechanismen verantwoordelijk voor luchtweg sensibilisatie en tolerantietegen de majeure allergenen van Dermatophagoides mijten. KU Leuven Abstract: Verschillende literatuurdata suggereren dat een deficientie van regulatoire T cellen (Treg) aan de basis ligt van het verlies van tolerantie ende ongecontroleerde sensitisatie aan onschuldige omgevingsallergenen (inhalatie en voedselallergenen) bij atopici. Wij willen ons focussen op klinisch relevante recombinant allergenen van een majeure allergeen bron (huisstofmijten), met het doel om deze deficientie en de gevolgen ervan nauwkeuriger te analyseren en om nieuwe methodes te ontwikkelen voor preventie en behandeling. Hierbij zullen we gebruik maken van een preklinisch model van luchtwegallergie bij muizen, om mechanistische studies uit te voeren over de immunologische en inflammatoire cascades veroorzaakt door huisstofmijt geïnduceerde luchtweginflammatie. Bovendien werken we aan het creëren van een transgene muisstam met een T cel receptor die specifiek is voor een dominant epitoop van het huisstofallergeen der p 2. met deze muizen zullen we op een efficiënte manier de inductie en a Organisaties: • Laboratorium Klinische Immunologie
Onderzoekers: • Jean-Marie Saint-Remy • Peter Hellings • Dominique Bullens • Jan Ceuppens
Mechanismen van zenuwbedrading in de hersenen in normale en pathologische condities (WIBRAIN). Universiteit Antwerpen Abstract: WIBRAIN is dus een nieuw initiatief, gericht op een beter begrip van de regulatie van neuronale netwerkvorming, van Drosophila tot de mens, en met aanwending van een gepast arsenaal aan moleculaire, genetische, neurofysiologische, morfologische en gedragsmatige analyseprocedures om om adequate en state-of-the-art wijze alle onderzoeksaspecten te kunnen behandelen Organisaties: • Theoretische neurobiologie en neuroengineering
Onderzoekers: • Michele Giugliano
Mechanismen van verlaagde bewegingsvaardigheid bij kinderen met overgewicht Universiteit Gent Abstract: Er wordt voornamelijk uitgegaan van de mechanische hypothese die stelt dat extra massa en de verschillende massaverdeling de lagere bewegingsvaardigheid bij kinderen met obesitas kan verklaren. Alhoewel recente studies ook een verschil suggereren in de perceptueel motorische controleprocessen en een mogelijke relatie tussen mate van fysieke activiteit en overgewicht. Doel van dit project is om deze drie mechanismen te onderzoeken. Organisaties: • Vakgroep Bewegings- en sportwetenschappen
Onderzoekers: • Ilse De Bourdeaudhuij • Matthieu Lenoir
Mechanismen van symptoomontwikkeling in refractaire gastro-oesofagale refluxziekte KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TARGID
Onderzoekers: • Jan Tack • Ans Pauwels • Charlotte Broers
Mechanismen van protectieve immuniteit bij HIV-1 geïnfecteerde personen na een periode van antiretrovirale therapie. Universiteit Antwerpen Abstract: Basishypothese: Bij "secundaire controllers" hebben HAART en het imuunsysteen samen virale mutaties in Gag, Pol en/of Env geïnduceerd, die een sterk verminderde virale fitness en immuun protectie tot gevolg hebben. Sommige mutaties hebben namelijk specifieke neo-epitopen gegenereerd, die kruis-reagerende en polyfunctionele T cel responsen tegen Gag-Pol hebben geïnduceerd en/of breed-kruis-neutraliserende antistoffen tegen Env. Deze immuunresponsen en de geassocieerde normalisatie van pathologische immuunactivatie en -dysfunctie zijn bruikbare correlaten van protectie. De neo-epitopen zijn ook goede kandidaten voor immunotherapie.
Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Zwi Berneman
Mechanismen van portale hypertensie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de UZA. UA levert aan de UZA de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Laboratorium Experimentele geneeskunde en Pediatrie (LEMP)
Onderzoekers: • Peter Michielsen
Mechanismen van pancreas regeneratie en bèta-cel neogenese. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Om type-1 diabetes te kunnen genezen door middel van ß-celtherapie, wordt gezocht naar mogelijkheden om ß-cellen in grote hoeveelheden aan te maken. In dit project wordt gezocht naar de mogelijkheid om exocriene pancreascellen te laten transdifferentieren tot endocriene cellen. Dit project zich vooral op mechanistische aspecten van de neogenese: de regulatie van pancreatische celdifferentiatie (dedifferentiatie, transdifferentiatie), de rol van gastrine in de neogenese, de rol van celadhesie en celmigratie in de morfogenese. Organisaties: • Pathologische Anatomie
Onderzoekers: • LUC BOUWENS
Mechanismen van neuronale sterfte in het ALS-FTLD (amyotrofische laterale sclerose-frontotemporale kwab degeneratie) spectrum van neurodegeneratieve aandoeningen. KU Leuven Abstract: Due to aging of Western populations, the burden of neurodegenerative disorders on health care systems, patients and their families is increasing. Next to Alzheimers disease and Parkinsons disease, diseases within the frontotemporal lobar degeneration (FTLD)/ amyotrophic lateral sclerosis (ALS) spectrum of neurodegenerative disorders are the most common.FTLD is a dementia syndrome characterized by early changes in language, personality or behaviour with marked degeneration in the prefrontal and anterior temporal cortex. In up to 40-50% of cases FTLD is a familial disease.Mutations in the microtubule-associated protein tau were themost frequent cause of dominant FTLD until recently. Dominantly inherited mutations in progranulin have recently been identified in more than 25% of familial FTLD patients.In patients with FTLD, motor neuron degeneration as seen in amyotrophic lateral sclerosis (ALS) can become partof the clinical picture. ALS is a neurodegenerative disorder characterized by Organisaties: • Laboratorium voor Neurobiologie (VRC)
Onderzoekers: • Philip Van Damme
Mechanismen van neurodegeneratie veroorzaakt door peroxisomale beta-oxidatie deficiëntie. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Cellulair Metabolisme
Onderzoekers: • Myriam Baes • Paul Van Veldhoven
Mechanismen van metabolische integratie en evolatie bij planten en microörganismen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het project is onderverdeeld in 3 delen waarin de respectievelijke expertises van elke eenheid op voordelige wijze kunnen convergeren. Deel I betreft de genetische en moleculaire dissectie van het aminozuurbiosynthese in planten terwijl de enzymologische expertise van MICR wordt voorgesteld als een ondersteuning voor studies op plantenenzymen. Deel II houdt zich bezig met de genetische controle, structuur-functie relaties en evolutie van ornithine biosynthese in microörganismen of in planten, met bijzondere nadruk op ornithine carbamoylatie in planten en de structuur-functie relaties in ornithine carbamoyltransferase van zowel microörganismen als planten. Deel III refereert specifiek naar de controle van carbamoyl-fosfaatmetabolisme in microörganismen en naar carbamoylfosfaat- "channeling" in thermophiele en mesophiele organismen (E. coli en planten). De rationale voor de associatie van twee laboratoria is gebaseerd op de grote gelijkenis van de problemen welke het ontrafelen van metabolische pathways en controlemechanismen stellen in microörganismen en planten. Organisaties: • Plantengenetica • Biologie • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • MICHEL JACOBS • GEERT ANGENON • NICOLAS GLANSDORFF
Mechanismen van kruisbescherming tegenover het H3N2 influenzavirus bij het varken en de mens (FLUCROSS) Universiteit Gent Abstract: In FLUCROSS wordt onderzocht in welke mate infectie- of vaccinatie-immuniteit tegenover varkens- en humane influenzavirussen kunnen beschermen tegenover infectie met een al dan niet antigenisch sterk verschillend varkensinfluenzavirus. Onze aandacht gaat uit naar H3N2 varkensinfluenzavirus dat een potentiële kandidaat is voor een volgende pandemie. Daarnaast wordt onderzocht hoe de interpretatie van serologische resultaten tegenover varkensinfluenzavirussen bij de mens kan verbeteren. Organisaties: • Vakgroep Virologie, parasitologie en immunologie
Onderzoekers: • Eric Cox • Kristien Van Reeth
Mechanismen van koolstofopslag in grasland-ecosystemen : invloed van klimaatsopwarming en diversiteitsverlies. Universiteit Antwerpen Abstract: Omdat de concentratie aan broeikasgassen in de atmosfeer blijft stijgen, verhoogt de kans op significante klimaatsveranderingen (IPCC, 2001a). Er zijn reeds vele studies uitgevoerd naar de effecten van verhoogde CO2 concentraties op terrestrische ecosystemen en, in minder mate, ook naar de invloed van hogere temperaturen. Een ander aspect van `global change', namelijk biodiversiteitsverlies, is minder bestudeerd. In dit project wordt de afzonderlijke en de gecombineerde impact van klimaatsopwarming en verlies van diversiteit onderzocht. Toekomstige koolstofbudgetten zullen de reflectie zijn van antagonismen en synergismen tussen deze 2 kritische `drivers' van koolstofsekwestratie, maar studies over interacties zijn bijna onbestaande. De studie wordt uitgevoerd op grasland-modelecosystemen. In twaalf klimaatsgecontroleerde groeikamers op de UIA campus (F.W.O. project), wordt de helft van de modelecosystemen onderworpen aan een temperatuursverhoging van 3°C. In elke serre worden 24 plantengemeenschappen gegroeid die bestaan uit 1, 3 of 9 verschillende graslandsoorten. Het design van de groeikamers is multifactorieel, en bevat alle combinaties van temperatuur en diversiteit, in 6 herhalingen. De studie bestaat uit 3 delen: (i) Koolstofflux-metingen en de studie van opslag en turnover van bodemkoolstof CO2-fluxmetingen laten ons toe om de inputs via fotosynthese en de outputs via boven- en ondergrondse respiratie te kwantificeren. Omdat deze fluxen niet continu kunnen worden opgevolgd, worden ze gereconstrueerd van discrete metingen door interpolatie, gebaseerd op de verbanden die er bestaan tussen de componenten van de koolstofbalans en hun voornaamste drivers (vooral straling en temperatuur). Hiervoor zullen we gebruik maken van infrarood-gasanalysatoren in dynamisch gesloten systemen. Koolstofopslag in de bodem en turnover worden geanalyseerd door d13C metingen van CO2 geproduceerd in de bodem. Omdat C3 planten worden gegroeid op C4 bodems, is het mogelijk om bodemrespiratie te scheiden in de wortel- en microbiële componenten. (ii) Ecofysiologische metingen: Ecofysiologische parameters zullen veranderen als gevolg van de 3 condities die in dit project gesimuleerd worden (temperatuursverhoging, diversiteitsverlies, en beide samen). Dit kan verklaringen geven voor geobserveerde verschuivingen van de koolstofbalans. Er wordt o.a. nagegaan hoe stomatale weerstand, nutriëntenopname en stikstofgebruiksefficiëntie, en gewastemperatuur reageren op de geïnduceerde veranderingen. (iii) Studie van fenologie en competitie: Veranderingen in fenologie kunnen een grote impact hebben op de koolstofbalans, en temperatuur is een belangrijke factor bij de timing van zowel de start als het einde van het groeiseizoen. We volgen daarom veranderingen op in lengte en dynamiek van het groeiseizoen bij hogere temperaturen (en afnemende diversiteit), zowel wat betreft individuele soorten als gemeenschappen. Daarnaast worden veranderingen in soortensamenstelling bestudeerd en trachten we de plantkarakteristieken te identificeren die bevoordeeld worden bij blootstelling aan de verschillende hier onderzochte factoren van global change. Deze bevindingen worden gelinkt aan geobserveerde veranderingen in de koolstoffluxen. Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Ivan Nijs • Hans De Boeck
Mechanismen van koolstofopslag in grasland-ecosystemen : invloed van klimaatsopwarming en diversiteitsverlies. Universiteit Antwerpen Abstract: Omdat de concentratie aan broeikasgassen in de atmosfeer blijft stijgen, verhoogt de kans op significante klimaatsveranderingen (IPCC, 2001a). Er zijn reeds vele studies uitgevoerd naar de effecten van verhoogde CO2 concentraties op terrestrische ecosystemen en, in minder mate, ook naar de invloed van hogere temperaturen. Een ander aspect van `global change', namelijk biodiversiteitsverlies, is minder bestudeerd. In dit project wordt de afzonderlijke en de gecombineerde impact van klimaatsopwarming en verlies van diversiteit onderzocht. Toekomstige koolstofbudgetten zullen de reflectie zijn van antagonismen en synergismen tussen deze 2 kritische `drivers' van koolstofsekwestratie, maar studies over interacties zijn bijna onbestaande. De studie wordt uitgevoerd op grasland-modelecosystemen. In twaalf klimaatsgecontroleerde groeikamers op de UIA campus (F.W.O. project), wordt de helft van de modelecosystemen onderworpen aan een temperatuursverhoging van 3°C. In elke serre worden 24 plantengemeenschappen gegroeid die bestaan uit 1, 3 of 9 verschillende graslandsoorten. Het design van de groeikamers is multifactorieel, en bevat alle combinaties van temperatuur en diversiteit, in 6 herhalingen. De studie bestaat uit 3 delen: (i) Koolstofflux-metingen en de studie van opslag en turnover van bodemkoolstof CO2-fluxmetingen laten ons toe om de inputs via fotosynthese en de outputs via boven- en ondergrondse respiratie te kwantificeren. Omdat deze fluxen niet continu kunnen worden opgevolgd, worden ze gereconstrueerd van discrete metingen door interpolatie, gebaseerd op de verbanden die er bestaan tussen de componenten van de koolstofbalans en hun voornaamste drivers (vooral straling en temperatuur). Hiervoor zullen we gebruik maken van infrarood-gasanalysatoren in dynamisch gesloten systemen. Koolstofopslag in de bodem en turnover worden geanalyseerd door d13C metingen van CO2 geproduceerd in de bodem. Omdat C3 planten worden gegroeid op C4 bodems, is het mogelijk om bodemrespiratie te scheiden in de wortel- en microbiële componenten. (ii) Ecofysiologische metingen: Ecofysiologische parameters zullen veranderen als gevolg van de 3 condities die in dit project gesimuleerd worden (temperatuursverhoging, diversiteitsverlies, en beide samen). Dit kan verklaringen geven voor geobserveerde verschuivingen van de koolstofbalans. Er wordt o.a. nagegaan hoe stomatale weerstand, nutriëntenopname en stikstofgebruiksefficiëntie, en gewastemperatuur reageren op de geïnduceerde veranderingen. (iii) Studie van fenologie en competitie: Veranderingen in fenologie kunnen een grote impact hebben op de koolstofbalans, en temperatuur is een belangrijke factor bij de timing van zowel de start als het einde van het groeiseizoen. We volgen daarom veranderingen op in lengte en dynamiek van het groeiseizoen bij hogere temperaturen (en afnemende diversiteit), zowel wat betreft individuele soorten als gemeenschappen. Daarnaast worden veranderingen in soortensamenstelling bestudeerd en trachten we de plantkarakteristieken te identificeren die bevoordeeld worden bij blootstelling aan de verschillende hier onderzochte factoren van global change. Deze bevindingen worden gelinkt aan geobserveerde veranderingen in de koolstoffluxen. Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Ivan Nijs • Hans De Boeck
Mechanismen van houdingsinstabiliteit bij de ziekte van Parkinson: gedragsmatige en neurale correlaten. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties:
• Neuromotorische Revalidatie
Onderzoekers: • Sabine Verschueren • Alice Nieuwboer • Elke Heremans
Mechanismen van glucocorticoide-receptor gestuurde genregulatie door Compound A: een mogelijke anti-inflammatoire stof Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt er gezocht naar de moleculaire mecahnismen van genregulatie, die aangezet en beïnvloed worden, wanneer dierlijke cellen worden behandeld met de zogenaamde Compound (CpdA), een plant-afgeleide, niet-steroïdale component met ontstekingsremmende eigenschappen, welke zijn werking uitoefent door interactie met de glucocorticoïde receptor (GR). Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Guy Haegeman • Dirk Elewaut
Mechanismen van fotokatalyse in TiO2 dunne filmen voor luchtzuivering Universiteit Gent Abstract: De processen aan de grondslag van de fotokatalytische activiteit van TiO2 dunne filmen voor de afbraak van vluchtige organische stoffen uit de atmosfeer, zullen worden onderzocht. Hiertoe wordt de invloed van filmdikte, microstructuur, samenstelling en dotering op de activiteit en op andere fysische parameters onderzocht. Het onderzoek is zowel experimenteel van aard als theoretisch (modelleren van de fotokatalytische processen). Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Dirk Poelman
Mechanismen van de ontwikkeling van allergieën Universiteit Gent Abstract: Oorzaken voor de epidemie van IgE-geassocieerde (allergische) aandoeningen zijn onduidelijk. MeDALL streeft naar het genereren van nieuwe kennis over de mechanismen van allergie initiatie, met name in de kindertijd. Om te begrijpen hoe een complex netwerk van genetische factoren en omgevingsfactoren leidt tot complexe allergische fenotypes, is er een stapsgewijze, grote en integratieve translationele benadering nodig. MeDALL omvat experts in allergie, epidemiologie, genetica, immunologie, biologie, diermodellen, biochemie en systeembiologie, een bundeling van krachten in lopende EU-projecten. Resultaten worden geïntegreerd in nieuwe complexe mathematische modellen voor de verwezenlijking van geschikte biomarkers in het kader van vroege diagnosestelling, preventie en targets voor therapie van allergie geassocieerde ziekten zoals astma en atopische dermatitis waarbij ethiek en genderdissociatie in beschouwing worden genomen. MeDALL is gericht op de verbetering van de gezondheid van de Europese burgers, het Europese concurrentie-en innovatievermogen door het aanpakken van de mondiale gezondheidskwesties. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Bart Lambrecht • Claus Bachert
Mechanismen van connexine gemedieerde bystander celdood. Universiteit Gent Abstract: Diffusie van de fysiologische molecule inositol trisfosfaat (IP3) via gap juncties is cruciaal voor bystander apoptose. Het doel van het onderzoek is om bijkomende factoren te identificeren die noodzakelijk zijn om IP3 te converteren naar een celdoodmolecule. We zullen verder ook bystander celdood onderzoeken bij andere celdoodmodaliteiten alsook in een klinisch relevant model van ischemie-reperfusie beschadiging van cardiomyocyten. Organisaties: • Vakgroep Medische Basiswetenschappen
Onderzoekers: • Luc Leybaert
Mechanismen van cerebellaire dysfunctie verzoorzaakt door peroxisomale deficiëntie KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Cellulair Metabolisme
Onderzoekers: • Myriam Baes • Stephanie De Munter
Mechanismen van cel competitie. KU Leuven Abstract: Doorheen ons leven ontstaan abnormale cellen door het sporadisch voorkomen van mutaties in normale cellen. Deze abnormale cellen worden doorgaans geëlimineerd om de weefselintegriteit te behouden. Doch, wanneer abnormale cellen niet geëlimineerd worden, kunnen deze uitgroeien tot tumoren. Het proces waarbij abnormale en mogelijks maligne cellen worden geëlimineerd door omliggende cellen, heet cel-competitie en werd ontdekt in Drosophila. Onze kennis van cel-competitie is onvolledig maar wordt gestuurd door cel-cel interacties tussen naburige cellen die leiden tot de eliminatie van de cellen met een lagere fitness (de verliezende cel), ende proliferatie van de fitte cellen (de winnaarcellen). Celcompetitie heeft dus een sterke impact op de ontwikkeling van kanker doordat het bepaalt of kanker wordt voorkomen door de eliminatie van abnormale cellen of abnormale cellen kunnen prolifereren en tumoren vormen. Niettegenstaande dit fundamentele belang van cel-competitie, is er weinig geken Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers:
• Ivan Moya • Georg Halder
Mechanismen van bewust en onbewust leren. KU Leuven Abstract: De omvattende doelstelling van dit project bestaat erin een bijdrage televeren aan het begrijpen van de mechanismen van bewust en onbewust leren. Leren, het vermogen om adaptief te reageren op veranderende omstandigheden, is een fundamenteel vermogen van elk levend organisme. Dankzij recente ontwikkelingen in methodes van neuronale beeldvorming is duidelijk geworden dat de hersenen een fundamenteel adaptief orgaan is waarvan de architectuur voortdurend aangepast wordt op basis van ervaring. Vanuitdit perspectief kan men beargumenteren dat leren een dwingend gevolg isvan het verwerken van informatie: We leren voortdurend, ongeacht of we dit nu willen of niet. Leren kan verschillende vormen aannemen. Vergelijk, bijvoorbeeld, het leren van het feit dat Steve Jobs recent is overleden met het leren uitvoeren van complexe bewegingen die betrokken zijn inflamenco dansen. Neem de verschillen tussen het leren oplossen van een rekenkundig probleem en het leren van een tweede taal. Vergelijk de m Organisaties: • OG Leerpsych. en Exp. Psychopathologie
Onderzoekers: • Tom Beckers
Mechanismennbsp;protein tau-gemediëerde neurodegeneratie:combinatie van transgene muis modellen en AAV vectoren. KU Leuven Abstract: Fundamentele en translationele gegevens uit klinisch en pre-klinisch onderzoek naar Alzheimer's dementie (AD)ondersteunen de hypothese dat amyloied de "aanzet" is, zowel in familiale als sporadische AD maar dat tauopathie de "executeur" is. De studie van de rol van proteine tau en tauopathie in de hersenen en in AD is absoluut noodzakelijk, zowel om academische als om diagnostische als therapeutische redenen.Wij testen de werkhypothese en richten ons op selecte en belangrijke vragen die fysiologie en pathologie verbinden: (i) wat is de rol van de GSK3#946; isozymen en hun activatie door amyloied?(ii) wat is de rol van proteine tau in cognitie en in dis-functie en cel-dood ?(iii) welke posttranslationele veranderingen van proteïne tau zijn in vivo belangrijk voor normale dendritische spines synapsen? (iv) wat is de relatie van Taugemediëerde neurodegeneratie en microglia-activatie?Wij combineren transgene en virale modellen, multi-disciplinaire analyse en farmacologische benadering om Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Freddy Van Leuven
Mechanismen in de ontstaansgeschiedenis van symptomen en symptoom perceptie in typische en atypische gastrooesofagale reflux ziekte. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TARGID
Onderzoekers: • Jan Tack • Ans Pauwels
Mechanismen en rol van osteogene cel beweging in botontwikkeling en pathologie. KU Leuven Abstract: De vorming van gemineraliseerde botmatrix tijdens de ontwikkeling van het skelet, botombouw, -herstel en -pathologie gebeurt door actieve, mature osteoblasten. Deze gespecialiseerde cellen zijn anatomisch gepositioneerd op het botoppervlak, en ontstaan door differentiatie van mesenchymale stam- of progenitor cellen die zich rondom of binnenin de botschacht ofte beenmergholte bevinden. Weinig is momenteel geweten over de processen die instaan voor het bewegen van osteoblast lineage cellen naar de juiste plaatsen en/of botoppervlakken waar ze als botvormende cellen gaan functioneren. Het karakteriseren van de mechanismen die deze cellulaire processen aansturen, kan bijdragen tot de ontwikkeling van nieuwe anabole therapieën voor toepassingen in het bredere botdomein. Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Christa Maes
Mechanismen en beperkingen voor insectenbeheer op kalkgraslanden Universiteit Gent Abstract: Het bepalen van factoren die leiden tot variatie in soortensamenstelling staat centraal in dit project. Aan de hand van de studie van levensgeschiedeniskenmerken zal nagegaan worden of, en hoe, de samenstelling van insectengemeenschappen op kalkgraslanden begrepen kan worden. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Dries Bonte
Mechanismen die betrokken zijn in het ontstaan van symptomen en symptoom perceptie in typische en atypische presentaties van gastro-oesofagale reflux ziekte. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TARGID
Onderzoekers: • Jan Tack • Ans Pauwels
Mechanismen betrokken in de regulatie van ghreline secretie KU Leuven
Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TARGID
Onderzoekers: • Inge Depoortere • Bert Avau
Mechanismen betrokken bij endotheelceldisfunctie in diermodellen voor atherosclerose. Universiteit Antwerpen Abstract: De invloed van hypercholesterolemie en van atherosclerotische plaques op endotheelcelfuncties wordt onderzocht in Apolipoproteïne E deficiënte muizen (Apo E-/-) en wild type muizen van verschillende leeftijd. Het onderzoek is gericht op endotheliaal stikstofoxide synthase (eNOS) en endotheelafhankelijke hyperpolariserende factor (EDHF) in aorta, femorale arterie en halsslagader. Er wordt gebruik gemaakt van een myograaf om contracties te meten; RT-PCR wordt gebruikt voor onderzoek van mRNA expressie. Organisaties: • Farmacologie • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Hidde Bult • Herta Crauwels
Mechanisme en gevolg van stress-geïnduceerde proteïneaggregatie in een prokaryoot modelsysteem. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. Levensmidd.- & Microb. Technol.
Onderzoekers: • Abram Aertsen • Sander Govers
Mechanisme en behandeling van perifere neuropathieën geïnduceerd door chemotherapie. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium voor Neurobiologie (VRC)
Onderzoekers: • Ludo Van Den Bosch
Mechanisch onderzoek naar de predictie van de farmacokinetiek van geneesmiddelen Universiteit Gent Abstract: In dit project zal nagegaan worden in welke mate physiologically based pharmacokinetic (PBPK)-modelling kan gebruikt worden om de klinische farmacokinetiek van geneesmiddelen te voorspellen in pediatrische populaties. De bestaande kennis over PBPK-modelling bij kinderen zal hiervoor verder uitgebreid worden, en het verkregen model zal getest en gevalideerd worden aan de hand van de modelgeneesmiddelen tramadol en propofol. Organisaties: • Vakgroep Bioanalyse
Onderzoekers: • Koen Boussery
Mechanische rechter ventriculaire ondersteuning bij pulmonale arteriëlehypertensie KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische Cardiale Heelkunde
Onderzoekers: • Marion Delcroix • Bart Meyns • Filip Rega • Tom Verbelen
mechanisch en tribochemisch energiedissipatieproces in structurele composieten aangewend in complexe rol-slip contacteringsvoorwaarden: on-line analyse bij middel van computervisie en analyse van materiaalrespons op mesoschaal Universiteit Gent Abstract: Koolstofvezelversterkte thermoplasten zijn structurele composietmaterialen met een groot potentieel voor tribologische toepassingen (wrijving en slijtage). In het contactoppervlak bouwen ze immers een harde laag op die een beschermende werking heeft tegen verdere slijtage. In dit project worden de mechanismen van wrijving en slijtage van dergelijke composietmaterialen in rol-slip contact experimenteel onderzocht aan de hand van on-line slijtage monitoring technieken (waaronder microscopie en beeldverwerking). Aanvullend wordt een tribochemische studie uitgevoerd van de zelfbeschermende laag op de contactoppervlakken Organisaties: • Vakgroep Mechanische constructie en productie
Onderzoekers: • Joris Degrieck • Patrick De Baets • Wilfried Philips • Wim Van Paepegem
Mechanische factoren in het ontstaan en de progressie van kraakbeenschade in het heupgewricht. Universiteit Gent Abstract: Vormvariatie van het heupgewricht zou aanleiding geven tot gewijzigde belastingspatronen en lokale piekstressen in het heupgewricht. Deze mechanismen worden in de hedendaagse literatuur toenemend verantwoordelijk gesteld voor de ontwikkeling van vroegtijdige heup osteoartrose. Het doel van deze thesis is het nagaan van de impact van variatie in heupanatomie op de belastingspatronen van het heupgewricht
tijdens activiteiten van het dagelijkse leven. Organisaties: • Vakgroep Fysiotherapie en orthopedie
Onderzoekers: • Christophe Pattyn • Emmanuel Audenaert
Mechanische eigenschappen van het trommelvlies - meting en modellering. Universiteit Antwerpen Abstract: Om het complexe gedrag van middenoormechanica en de werking van middenoorprotheses en -implantaten te bestuderen, wordt sinds het begin van de jaren '90 eindige elementen modellering toegepast. Echter, tot op heden zijn de modellen gelimiteerd tot het akoestische regime en zijn de elasticiteitsparameters van het trommelvlies nog onnauwkeurig en onvolledig bepaald. Daarom zullen we in dit project de drukvariaties in een normaal werkend middenoor in kaart brengen en de elasticiteitsparameters van het trommelvlies bepalen via inverse eindige elementen modellering van in situ punt-indentatie metingen. In de laatste fase worden de nieuwe gegevens geïncorporeerd in een model dat ook valide is voor quasi-statische drukveranderingen. Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Joris Dirckx • Jef Aernouts
Mechanische eigenschappen van het trommelvlies - meting en modellering. Universiteit Antwerpen Abstract: Om het complexe gedrag van middenoormechanica en de werking van middenoorprotheses en -implantaten te bestuderen, wordt sinds het begin van de jaren '90 eindige elementen modellering toegepast. Echter, tot op heden zijn de modellen gelimiteerd tot het akoestische regime en zijn de elasticiteitsparameters van het trommelvlies nog onnauwkeurig en onvolledig bepaald. Daarom zullen we in dit project de drukvariaties in een normaal werkend middenoor in kaart brengen en de elasticiteitsparameters van het trommelvlies bepalen via inverse eindige elementen modellering van in situ punt-indentatie metingen. In de laatste fase worden de nieuwe gegevens geïncorporeerd in een model dat ook valide is voor quasi-statische drukveranderingen. Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Joris Dirckx • Jef Aernouts
Mechanische eigenschappen en chemische bindingen aan de grensvlakken in polymeer-gebaseerde composiet materialen (InterPoCo). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Vlaamse overheid. UA levert aan de Vlaamse overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Bart Partoens
Mechanische eigenschappen en chemische bindingen aan de grensvlakken in polymeer-gebaseerde composiet materialen (InterPoCo). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Vlaamse overheid. UA levert aan de Vlaamse overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Dominique Schryvers • Artem Abakumov
Mechanische eigenschappen en chemische bindingen aan de grensvlakken in polymeer-gebaseerde composiet materialen (InterPoCo). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Vlaamse overheid. UA levert aan de Vlaamse overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract Organisaties: • Plasma, Laser Ablatie en Oppervlakte-modellering (PLASMANT)
Onderzoekers: • Erik C L Neyts
Mechanische activatie van oncogenen in YAP en TAZ in normale en kankercellen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Georg Halder • Jana Gotalskaja
Mechanica van zachte weefsels: het belang van de structuur en de densiteit van de elementen in de mechanische eigenschappen van de extracellulaire matrix. Universiteit Hasselt Abstract: Labelvrije optische microscopie voor de karakterisatie van biologische preparaten krijgt steeds meer aandacht. Cellen en weefsels bevatten componenten die onder invloed van licht met de gepaste kleur licht van een andere kleur uitzenden waardoor er contrast ontstaat. Hierbij
worden gepulste laserbronnen gebruikt. Om de volledige informatie-inhoud uit de beelden te betrekken zijn geavanceerde fysische modellen nodig. De groep Biofysica wil in samenwerking met het team van prof. V. Bito (Celfysiologie) deze technieken aanwenden voor de studie van cellulaire effecten die leiden tot hartfalen. Meer specifiek zal worden nagegaan wat de effecten zijn van oxidatieve stress en het niet-enzymatisch binden van suikers aan lipiden en eiwitten van hartcellen en de omringende structuren. Organisaties: • Biofysica • Fysiologie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Marcel AMELOOT • Virginie BITO
Mechanical and Hydrological Influences of Multipurpose Trees, Shrubs and Grasses to Stabilize Riverbanks, Landslides and Gullies in Southwest Ethiopia KU Leuven Abstract: Mechanische en hydrologische invloeden van multifunctionele bomen, struiken en grassen voor het stabiliseren van rivieroevers, grondverschuivingen en erosiegeulen in Zuidwest-EthiopiëLanddegradatie door ontbossing, erosie en grondverschuivingen is één van de grote uitdagingen van de 21e eeuw. Vooral in Afrika, waar men zich weinig bewust is van het probleem, bereikt het een alarmerend niveau. De oorzaak van landdegradatie is ontbossing als gevolg van de snelle groei van de bevolking en de steeds toenemende vraag naar landbouwgrond, brandhout, houtskool, constructiehout en andere levensbehoeften. Om het probleem te ondervangen en de bestaansmiddelen van de bevolking te verbeteren, is één van de landen ten zuiden van de Sahara, Ethiopië, het aantal waterkrachtcentrales aan het uitbreiden. Momenteel is Gilgel Gibe I de grootste hydro-elektrische dam in het land, en de bijbehorende elektriciteitscentrale levert 29% van de elektrische energiebehoefte van het land. Men schatte echter dat het Organisaties: • Afdeling Bodem- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Jan Diels • Ayalew Talema Legass
Mechanical and durability characterization and modification of worldwide sourced bamboo fibres for composites KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TC Materialentechnologie Groep T
Onderzoekers: • Aart Willem Van Vuure • N. N.
MeCagr02. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TC Bioengineering Technologie Gent-Aalst
Onderzoekers: • Hubert Paelinck
MEBETA Methodes voor het inschatten van Belgisch verkeer naar het buitenland en van buitenlands verkeer naar België Universiteit Hasselt Abstract: Het doel van dit project is een methodologie te ontwikkelen die het mogelijk maakt om het schatten van het Belgische verkeer in het buitenland en het buitenlandse verkeer in België mogelijk te maken. De resultaten moeten voor elk soort voertuig (auto's, vrachtwagens,..) gegeven worden. Daarnaast wordt de ontwikkelde methodologie eveneens toegepast om de statistieken van de laatste drie jaren (2005,2006 en 2007) te bepalen. Tijdens het eerste deel van het project zal bestudeerd worden hoe de andere Europese landen deze problematiek aanpakken. De studie van de methoden die zij gebruiken, zal eveneens op de vereiste gegevens betrekking moeten hebben. Aldus zal het mogelijk zijn om in een volgende etappe te evalueren of deze methoden in België kunnen toegepast worden in functie van de databanken die beschikbaar zijn. Daartoe zal de tweede etappe van het onderzoek bestaan uit een inventaris van de bronnen van relevante gegevens beschikbaar in België. Tijdens het derde deel van het project zullen beide inventarissen die resulteren uit de vorige etappes geconfronteerd worden. In functie van de gegevens beschikbaar in België zullen de onderzoekers bepalen welke schattingsmethoden in België kunnen toegepast worden. In de volgende etappe zullen de geselecteerde methodologieën op de Belgische gegevens toegepast worden en zullen de cijfers van 2005,2006 en 2007 worden berekend. Een vergelijking met de cijfers die in de andere landen zijn verkregen, zal noodzakelijk zijn. Organisaties: • Verplaatsingsgedrag • Data-analyse en Modellering • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Gerhard WETS • Davy JANSSENS
Meat it! Fraudedetectie in verwerkte vleesproducten Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Levensmiddelenwetenschappen en Technologie
Onderzoekers: • Kathy Messens • Roxane Van Vynckt • Mia Eeckhout
Measuring trace elements by using DGT systems (Diffusive Gradient in Thin Films) in the environment of storage sites of uranium mining process residues Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' KONING BOUDEWIJNSTICHTING' hebben voor het project ' Measuring trace elements by using DGT systems (Diffusive Gradient in Thin Films) in the environment of storage sites of uranium mining process residues' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • MARTINE LEERMAKERS
Measuring the sensory quality of wine KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Bart Nicolai • Guido De Mets
Measuring the informal economy: exploring urban dynamics Vrije Universiteit Brussel Abstract: This exploratory research aims to improve our understanding of urban economic dynamics by focusing on the role of the informal economy. The informal economy is at the same time a residual category that includes all activities not (or only partially) included in official statistics for tax, social security or labour law purposes and an analytical concept that refers to economic practices of exchange, reciprocity and redistribution (Kesteloot and Meert 1999), including illegal or non-registered work, domestic labour, community services, diaspora remittances, and survival as well as leisure strategies (Williams and Nadin 2012). The formal economy is structurally articulated with the informal economy in the sense that the reproduction of the formal economy is dependent on the existence of these various informal economic activities (Roberts 1994). As a result of globalisation and migration, the restructuring of social welfare programs, and increased job insecurity, it is often argued that recent urban development has led to an informalisation of economic activity (Williams and Windebank 2001). At the same time, our knowledge of these informal dimensions is extraordinarily limited as these are not directly measured and thus not registered in official statistics. This leads to a very selective understanding of what constitutes the urban economy and to potentially flawed policy strategies for economic development and measures against unemployment. To address these concerns, the proposed project has five objectives: 1) To explore the extent to which the informal economy is captured in existing statistics; 2) To identify gaps in data collection and indicator development underlying these statistical data; 3) To propose alternative / additional indicators and strategies of data collection in order to better map the informal economy; 4) Focusing on the case of Brussels, to identify spatial concentrations of economic activity within particular sectors and to provisionally map the informal side of these activities on, if possible, the neighbourhood level. 5) To propose sector-specific policy strategies that recognise the role of informal activities in and their contribution to sustainable economic development and neighbourhood wealth creation. Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • Bas VAN HEUR
Measuring Technology for Diagnosis and Monitoring (Out-of-Hospital) Emergencies in a General Practisce Adult Population KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Acad. Centr. voor Huisartsgeneeskunde
Onderzoekers: • Frank Buntinx • Walter Renier
Measuring, modelling and simulation. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is het uitbouwen/toepassen van meetmethodes, modellering en simulatietechnieken op diverse types systemen. Aan de hand van de geleverde steun, zullen diverse projecten extern aangetrokken en begeleid worden. Hiertoe zullen diverse bronnen van financiering beschouwd worden. Typische applicatie en systemen zijn ondermeer elektronische systemen (waaronder zowel micro-elektronica and microgolfapplicaties), thermische systemen (zoals grondgekoppelde warmtepompen en distillatiekolommen), evenals medische applicaties zoals bijvoorbeeld het verbeteren van de resolutie van PET scanners gebruikmakende van identificatietechnieken. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • Gerd VANDERSTEEN
Measuring material and 3D shape from imagery KU Leuven Abstract: This thesis will focus on the analysis of single and multi view imagerytaken under single and multiple light directions or the recovery of both the shape,
i.e. 3D structure, as well as the material characteristics of the scene. The final aim is to push unconstrained image-based capture to a new level and still arrive at realistic renderings that would otherwise require more sophisticated hardware setups.
For the 3D shape, the initial starting point will be Structure from Motion (SFM) and adjusting the methodology to cope with intensity and color changes that go far beyond the Lambertian assumption which is typical for this approach. On the level of material representations, it is well understood that Bidirectional Distribution Functions (BRDFs) propose a sound basis to describe the lighting effects on a surface from any given lighting or viewing direction. However, the dimensionality of creating real BRDFs goes beyond any practical image recording session. The thesis will inves Organisaties: • Afdeling ESAT - PSI
Onderzoekers: • Luc Van Gool • Vincent Vanweddingen
Measuring equivalent incomes: the implementation of individual well-being measures from Belgian data (MEQIN). KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Economie en Overheid Leuven
Onderzoekers: • Erik Schokkaert
Measuring and modelling of microwave systems. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit onderzoeksproject is het opstellen van op metingen gebaseerde black-box modellen voor niet-lineaire microwave systemen met 2 of meer poorten. De metingen gebeuren a.d.h.v. de Large-Signal Network Analyzer die toelaat de absolute ingaande en gereflecteerde golven in amplitude en faze op te meten op meerdere frequenties tegelijkertijd. De modellen zullen opgesteld worden voor Continuous Wave regime, maar eveneens voor gemoduleerde excitatie. Zowel gelineariseerde modellen als niet-lineaire modellen zullen ter beschikking gesteld worden. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • Wendy VAN MOER
Measuring and modelling of dynamic systems. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De kernactiviteiten van het identificatieonderzoeksgroep liggen in het ontwikkelen van nieuwe indentificatiealgorithmes en hun toepassing op practische problemen. De onderzoeksgroep houdt zich bezig met de volgende aspecten van systeemidentificatie: - experimentontwerp - ontwikkelen van schatters - modeleren. Zowel lineaire en niet lineaire systemen, en tijdsinvariante en tijdsvariërende systemen worden bestudeerd. De volgende keuzes worden hierbij gemaakt: - periodieke signalen worden waar mogelijk gebruikt; random excitaties indien opgelegd door de gebruiker - gebruik van niet parametrische ruismodellen om de stochastische storingen te karakteriseren - gebruik van een errors-in-variables stochastisch raamwerk: alle waargenomen signalen zijn verstoord met ruis - vertrouw (na calibratie) je data en niet je vooroordelen Alhoewel het niet altijd mogelijk is om volgens deze princiepes te handelen, worden de bovenstaande richtlijnen gebruikt om keuzes te maken bij het ontwerpen van een identificatieexperiment. Een ander belangrijk aspect van deze algemene aanpak is dat het identificatieproces start met het extraheren van de systeemkennis uit de metingen. Dit geeft in een vroeg stadium van het identificatieexperiment een idee van de complexiteit van het modeleringsprobleem. Voor lineaire tijdsinvariante systemen herleid dit zich tot het niet parametrisch meten van de transfer functie. Voor niet lineaire systemen bestaat er geen uniforme aanpak (sterk afhankelijk van de gekozen modelstructuur). Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • RIK PINTELON
Measuring and modeling urban dynamics : impact on quality of life and hydrology Meting en modellering van stedelijke dynamiek : impact op levenskwaliteit en hydrologie (MAMUD) Mesure et modélisation de la dynamique urbaine: impact sur la qualité de ... Vrije Universiteit Brussel Abstract: Stedelijke groeiprocessen in de voorbije decennia hebben een sterke impact op de menselijke en natuurlijke omgeving, en beklemtonen de nood aan een meer efficiënt beheer van de stedelijke ruimte, gebaseerd op duurzame ontwikkeling. De probleemanalyse, de planning en de implementatie van een beleid gericht op duurzaamheid vereisen echter betrouwbare en voldoend gedetailleerde informatie met betrekking tot de stedelijke omgeving en haar dynamiek, evenals kennis omtrent de oorzaken, het verloop en de effecten van stedelijke verandering. Remote sensing beeldmateriaal vormt een interessante databron voor de opvolging en de modellering van stedelijke groeiprocessen en hun impact op de omgeving. Met de recente lancering van hoge-resolutie sensoren zoals Ikonos en Quickbird, die een meer gedetailleerde kartering van complexe urbane gebieden mogelijk maken, is het potentieel van satellietteledetectie voor stedelijke toepassingen sterk toegenomen. Tegelijkertijd biedt subpixel analyse van gegevens, afkomstig van sensoren als Landsat TM/ETM+, ... aan de hand van spectrale ontmengingsmethoden interessante mogelijkheden voor een meer efficient gebruik van tijdreeksen van medium-resolutie beeldmateriaal in het kader van het opvolgen en modelleren van processen van stedelijke groei. Zowel recente, hoge resolutie (HR) gegevens, als medium-resolutie (MR) tijdreeksen worden in dit project aangewend, onafhankelijk van elkaar en
in combinatie, om de opvolging en modellering van stedelijke groeiprocessen te verbeteren, dit door de koppeling van innovatieve karteringsmethoden, gebaseerd op remote sensing, aan ruimtelijke structuuranalyse en ruimtelijk-dynamische modellering. Een van de belangrijkste objectieven van het onderzoek is na te gaan hoe ruimtelijke structuuranalyse van via remote sensing bekomen informatie kan bijdragen tot een objectieve beschrijving van het stedelijk landschap die bruikbaar is voor intra-urbane en inter-urbane vergelijkingen, en voor urbane veranderingsanalyse. Om dit te realiseren worden nieuwe maten gedefinieerd om stedelijke structuren te karakteriseren, inclusief maten die gebaseerd zijn op de kartering van gradiënten van stedelijke bodembedekking (bijv. dichtheid van de bebouwde ruimte), bekomen door sub-pixel classificatie van medium-resolutie beeldmateriaal of aggregatie van hoge-resolutie karteringen van stedelijke bodembedekking. Terwijl de meeste op remote sensing gebaseerde studies rond stedelijke morfologie zich beperken tot 2-dimensionele structuren, wordt in dit onderzoek ook gebruik gemaakt van stereoscopie en multiscopie om informatie omtrent de verticale dimensie van stedelijke ruimten te bekomen, die vanzelfsprekend belangrijk is om stedelijke structuren te karakteriseren. De analyses van stedelijke structuur worden gebruikt voor de historische calibratie van een ruimtelijk-dynamisch landgebruiksmodel van het type cellular automata, gebaseerd op het EU-MOLAND model, één van de meest geavanceerde modellen van dit type. Dit moet toelaten de calibratie van het model te verbeteren. Het onderzoek concentreert zich op twee stedelijke gebieden binnen Europa (Dublin, Istanbul) die deel uitmaken van het MOLAND project. De betrokkenheid van JRC als partner verzekert de beschikbaarheid van tal van data die erg belangrijk zijn voor de uitvoering van het onderzoek. De uit remote sensing afgeleide gradiënten en structuurmaten, en de output van de modellering van landgebruiksveranderingen voor Dublin en Istanbul, worden gebruikt om de impact van urbane dynamiek op bevolkingsdichtheid en -spreiding en op de kwaliteit van de omgeving te analyseren. Een belangrijk deel van het onderzoek spitst zich ook toe op de gevolgen van stedelijke groei op runoff. Calibratie van het gebruikte runoff model wordt gebaseerd op een data-assimilatie benadering, waarbij optimaal gebruik gemaakt wordt van informatie omtrent bodembedekking en evapotranspiratie, afgeleid uit de beschikbare tijdreeks van RS data. Op basis van de resultaten van de modellering zal het risico op overstroming voor alternatieve scenario's van ruimtelijke ontwikkeling ingeschat worden, hierbij uitgaand van de resultaten van de simulatie van landgebruiksveranderingen. Organisaties: • Cartografie en Geo-informatiekunde • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • OKKE BATELAAN • FRANK CANTERS • TIM VAN DE VOORDE • Boud VERBEIREN
Measures and innovative techniques to reduce dust drift of plant protection products from applications of coated seeds KU Leuven Abstract: Normal 0 false false false NL-BE X-NONE X-NONE <w:LatentStyles DefLockedState="false" DefUnhideWhenUsed="true" DefSemiHidden="true" DefQFormat="false" DefPriority="99" LatentStyleCount="267">mso-tstyle-rowband-size:0;mso-tstyle-colband-size:0;msostyle-noshow:yes;mso-style-priority:99;mso-style-parent:"";mso-padding-alt:0cm 5.4pt 0cm 5.4pt;mso-para-margin-top:0cm;mso-para-marginright:0cm;mso-para-margin-bottom:10.0pt;mso-para-margin-left:0cm;line-height:115%;mso-pagination:widow-orphan;font-size:11.0pt;fontfamily:"Calibri","sans-serif";mso-ascii-font-family:Calibri;mso-ascii-theme-font:minor-latin;mso-hansi-font-family:Calibri;mso-hansi-theme-font:minorlatin;mso-bidi-font-family:"Times New Roman";mso-bidi-theme-font:minor-bidi;mso-ansi-language:NL-BE;}Het behandelen of coaten van zaad metgewasbeschermingsmiddelen alvorens het zaaien om ziektes en plagen tebestrijden is een wijdverspreide techniek met belangrijke voordelen. Na eenaantal incidenten van massal Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Bart Nicolai • Pieter Verboven • Wouter Devarrewaere
Measurements, Effect Assessment and Mitigation of Pollutant Impact on Movable Cultural Assets - Innovative research for market Transfer Universiteit Gent Abstract: Het MEMORI-project heeft tot doel om een dosimeter te ontwikkelen, waarbij gemonitord wordt aan welke dosis van organische gassen kunstobjecten in museumvitrines blootgesteld worden. Deze organische dampen (azijnzuur, mierenzuur) ontstaan onder meer uit houden kaders. De buitenlandse partners ontwikkelen de dosimeters, en wij onderzoeken meer specifiek de degradatie van pigmenten onder invloed van deze dampen. Deze analyses gebeuren met Ramanspectroscopie. Organisaties: • Vakgroep Archeologie
Onderzoekers: • Peter Vandenabeele
Measurement of the W boson mass at LEp2 Vrije Universiteit Brussel Abstract: De experimenten die tot hiertoe in de deeltjesfysica werden uitgevoerd wijzen erop dat ons universum kan beschreven worden als bestaande uit 6 soorten elementaire bouwstenen, de fermionen, tussen dewelke vier krachten zijn. De zwakke kernkracht wordt gerealiseerd door een kortstondige uitwisseling tussen twee fermionen van een Z of W boson. Een van de essentiële ingridiënten in de bschrijving van de zwakke wisselwerkingen is de preciese bepaling van de massa van het W-boson. Daartoe registreert men bij de LEP versneller vna het CERN sedert 1996 elektron-positron botsingen bij massamiddelpuntsenergieën gaande van 172 GeV tot GeV. De VUB-groep analyseert de gegevens genomen door het DELHPI experiment. De eindtoestand dieo.a. bestudeerd wordt is de productie van W-boson paren. Originele statistische methodes worden ontwikkeld om de W-boson massa te bepalen met een precisie van enkele tienduizendsten. Speciele aandacht gaat naar het reduceren van de systematische fout te wijten aan koppelingen tussen de vervalproducten van de twee geproduceerde W-bosonen. Organisaties: • Elementaire Deeltjes
Onderzoekers: • CATHERINE DE CLERCQ • Jorgen D'HONDT
Measurement of the neutron electric dipole moment KU Leuven Abstract: I will work on a potassium based current source which will be used for the nEDM
experiment at the Paul Scherrer Institute in Switzerland. Thebasic principle of the current source is to measure the magnetic field produced by the current using a potassium magnetometer. If the accuracyof the magnetometer is high enough we could correct for drifts in the output current thus making a very stable current source.
The first step will be to build a potassium based magnetometer and investigate itsproperties. This would eventually give us an information on how stable the current source could be.
Furthermore, I will work on an FPGA controlled data acquisition system which will be used for the measurements. The knowledge gained there will allow me to complete the current source by implementing an FPGA control of the output current. Organisaties: • Afdeling Kern- en Stralingsfysica
Onderzoekers: • Natalis Severijns • Peter Koss
Measurement Module, AChieving High-accuracy in INdustrial environments (MACHINE), towards a portable product and spin-off company KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Wim Dehaene
Measurement, Modelling and Identification of Dynamic Systems. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is om systeemidentificatiemethoden te ontwikkelen die bruikbaar zijn voor lineaire en nietlineaire systemen. Het werk omvat zowel het ontwikkelen van een theoretisch kader en het experimenteel testen van de methoden. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • JOANNES SCHOUKENS
Measurement and analysis of anonymity systems KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - COSIC
Onderzoekers: • Maria Claudia Diaz Martinez
MD-UL-070108 LIFR Raft Group-grant. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Labo Genetica Kwaadaardige Aandoeningen
Onderzoekers: • Maria Debiec-Rychter
MDMX, een nieuw therapeutisch doelwit in kanker KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Labo voor Moleculaire Kankerbiologie
Onderzoekers: • Jean-Christophe Marine • Karen Willekens
McLuhan Jubileum Conferentie
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Internationale McLuhan conferentie Organisaties: • Wijsbegeerte-Moraalwetenschappen
Onderzoekers: • Karl VERSTRYNGE
MCA van energierecuperatie bij spoorvoertuigen Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' MIVB' hebben voor het project ' Analyses multicritères de solutions de récupérations d'énergie de freinage. Phase 1: formation théorique sur le concept d'analyse multicritères phase 2: comparaison des solutions de récupérations d'énergie de freinage à l' aide de la méthodologie d'analyse multicritères.' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management • Elektrotechniek-Energietechniek • Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Annalia BERNARDINI • CATHY MACHARIS • JOERI VAN MIERLO
MBSE4Mechatronics: Modelgebaseerde Systeem Engineering methodologie voor mechatronische systemen. KU Leuven Abstract: Dit project wil een Modelgebaseerde Systeem Engineering (MBSE) methodologie ontwikkelen voor mechatronische systemen, die de ontwerper zal begeleiden doorheen het volledige ontwerptraject. Door informatie van verschillende ontwerpdisciplines te integreren tijdens alle fases van het ontwerp, zal het mogelijk zijn om optimale producten te ontwerpen op een snelle en efficiënte manier. Alhoewel een modelgebaseerde ontwerpbenaderingnu een aanvaarde methode is in de verschillende ingenieursdisciplines, zijn er vele uitdagingen wanneer een dergelijke benadering wordt toegepast op een multidisciplinair mechatronisch ontwerp. De twee belangrijksteuitdagingen zijn ondersteuning bieden voor het maken van optimale interdisciplinaire ontwerpkeuzes en het consistent houden van de verschillende discipline-specifieke ontwikkelingen. Om deze uitdagingen aan te pakken, moeten MBSE technieken ontwikkeld worden die: (1) het beslissingsproces van de systeemarchitect ondersteunen tijdens de vroege fases van Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Wim Desmet • Jan Swevers • Bert Pluymers • Goele Pipeleers
MBSE4 Mechatronics. Universiteit Antwerpen Abstract: Door de steeds toenemende complexiteit van hedendaagse mechatronische systemen, kunnen ontwerpers niet langer alle ontwerp aspecten vatten zonder computerondersteuning. Daarom wil dit project een Modelgebaseerde Systeem Engineering (MB SE) methodologie ontwikkelen voor mechatronische systemen, die de ontwerper zal begeleiden doorheen het volledige ontwerptraject. Door informatie van verschillende ontwerpdisciplines te integreren tijdens alle fases van het ontwerp, zal het mogelijk zijn om optimale producten te ontwerpen op een snelle en efficiënte manier. De twee belangrijkste uitdagingen zijn ondersteuning bieden voor het maken van optimale interdisciplinaire ontwerpkeuzes en het consistent houden van de verschillende discipline-specifieke ontwikkelingen. Organisaties: • Constrained Systems Lab (CoSys-Lab)
Onderzoekers: • Paul De Meulenaere
MBSE4 Mechatronica. Universiteit Antwerpen Abstract: Door de steeds toenemende complexiteit van hedendaagse mechatronische systemen, kunnen ontwerpers niet langer alle ontwerp aspecten vatten zonder computerondersteuning. Daarom wil dit project een Modelgebaseerde Systeem Engineering (MB SE) methodologie ontwikkelen voor mechatronische systemen, die de ontwerper zal begeleiden doorheen het volledige ontwerptraject. Door informatie van verschillende ontwerpdisciplines te integreren tijdens alle fases van het ontwerp, zal het mogelijk zijn om optimale producten te ontwerpen op een snelle en efficiënte manier. De twee belangrijkste uitdagingen zijn ondersteuning bieden voor het maken van optimale interdisciplinaire ontwerpkeuzes en het consistent houden van de verschillende discipline-specifieke ontwikkelingen. Organisaties: • Antwerp Systems and software Modelling (AnSyMo)
Onderzoekers: • Hans Vangheluwe
MBR fouling versus bioflocculation - How to model it? (Vervuiling in membraanbioreactoren versus bioflocculatie - hoe modelleer je dit?) KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Chem. en Biochem. Procestechnol.
Onderzoekers: • Ilse Smets • The ANh Cao
MAX phase-based materials for the MYRRHA pump impeller.
KU Leuven Abstract: MAX phases are ternary carbide and nitride compounds which show a remarkable combination of chemical, physical, electrical, and mechanical properties. The goal of this doctoral research is to develop a MAX phase based material which can used as a durable material for the construction ofthe pump impeller of the MYRRHA system. This development consists of four major parts: preparation of MAX phase monoliths and their cermets by means of powder metallurgy, characterisation of the microstructure of the produced MAX phase-based materials, assessement of their mechanical properties in air and liquid lead-bismuth eutectic (LBE) and evaluating the liquid metal corrosion and erosion resistance in fast flowing LBE of the produced MAX phase based materials. Organisaties: • Functionele Materialen
Onderzoekers: • Jozef Vleugels • Thomas Lapauw
Maximum a posteriori constructie van projecties met onvolledige scanhoek KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Nucleaire Geneesk. & Molec. Beeldvorming
Onderzoekers: • Johan Nuyts • Koen Michielsen
Maximizing User Benefits by Changes in Incomplete Networks KU Leuven Abstract: Gebruikersvoordelen Maximalisatie door Veranderingen in Incomplete NetwerkenElke dag worden de voertuigen van een vervoersbedrijf ingeroosterd om grote hoeveelheden pakketten te bezorgen of op de halen bij de klanten. Aangezien niet alle klanten elke dag een order plaatsen,moet per dag slechts een selectie klanten uit het klantenbestand bezocht worden. Dit leidt tot complexe planningsproblemen voor de steeds veranderende groep klanten, want de locaties van de klanten zijn wijd verspreid in een wegennetwerk. Ergens in dit netwerk is ook een depot gevestigd, waar de routes van de voertuigen start en eindigt. Het is realistisch om aan te nemen dat in een wegennetwerk niet alle locaties rechtstreeks met elkaar verbonden zijn, wat betekent dat het netwerk onvolledig is. Vanwege de dagelijks veranderende groep van klanten die bezocht moeten worden, zullen de geplande routes en daardoor ook de gebruikte wegen van het netwerk verschillen van dag tot dag. Vanuit economisch oogpunt streeft het v Organisaties: • Afdeling Industrieel Beleid / Verkeer
Onderzoekers: • Pieter Vansteenwegen
Maximilien Robespierre. Beelden van verandering in de spiegel. De figuurvan Maximilien Robespierre in de Duitse literatuur van de 20ste eeuw KU Leuven Abstract: Het onderwerp van voorliggend doctoraatsproject is de literaire weergave van Maximilien Robespierre in de Duitstalige literatuur. Centraal staat de vraag naar de ideologische presupposities en algemene sociaal-politieke themas, die aan de discursieve weergave van de literaire Robespierre ten grondslag liggen. Kortom, het project wil nagaan op welke manieren de Robespierrefiguur op literaire manier wordt geïnstrumentaliseerd omabstracte en subjectieve ideeën weer te geven. De voornaamste opgave isaan de hand van welgekozen case studies (Karl Wartenburg, Rudolf von Delius, Gertrud Kolmar, Friedrich Sieburg, Heinz Schirmann, Heiner Müller,Gert Heidenreich etc.) de relevante teksten en hun Robespierre(ver)beeld(ing)en in een bredere samenhang met (1) bredere politieke themas; (2)de specifieke historische context, de internationale Robespierrereceptie en het oeuvre van de auteurs te analyseren. Organisaties: • OG Tekst en Interpretatie Leuven
Onderzoekers: • Bart Philipsen • Michiel Rys
Maximale orders en noetherse semigroepalgebras. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de studie van Noetherse ringen is een belangrijk doel om nieuwe klassen van niet-communicatieve eindig gepresenteerde Noetherse algebras te construeren die bovendien een aantal 'goede' algebraïsche en homologische eigenschappen delen met communicatieve polymoonalgebras. In dit project zoeken wij naar een classificatie van de Noetherse semigroepalgebras die een maximaal order zijn. Bovendien wensen wij een beschrijving van de klassegroep en dus ook een beschrijving van de priemidealen van hoogte één. Speciale aandacht wordt gegeven aan de eindig gepresenteerde algebras gedefiniëerd via kwadraat-vrije monomiale homogene 2degraadvergelijkingen. Hierop worden vooral combinatorische technieken toegepast. Op deze manier verkrijgen wij een belangrijke testklasse voor het hoger vermelde probleem, maar ook verkrijgen wij alzo algebras die oplossingen geven voor de Yang-baxtervergelijkingen. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • Eric JESPERS
Maximale orders en noetherse semigroepalgebras. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De algebraische structuur van semigroep algebra's die maximale orders zijn wordt onderzocht. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • Eric JESPERS
Mattauch-Herzog ICP - massaspectrometer Universiteit Gent Abstract: Recent werd een ICP-massaspectrometer, uitgerust met een dubbelfocusserende sector veld massaspectrometer met Mattauch-Herzog geometrie, op de markt gebracht. Het grote voordeel van deze instrumentatie is dat het volledige elementaire spectrum (van Li tot U) simultaan kan worden gemeten dankzij een detector met 4800 geminiaturiseerde detectorelementen. Na een systematische evaluatie van de mogelijkheden en
beperkingen, zal deze apparatuur ? bij voorkeur in combinatie met laser ablatie als monsterintroductietechniek ? worden ingezet voor toegepast onderzoek in de domeinen van o.m. archeometrie en milieuchemie. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Frank Vanhaecke
Ma.Tr.OC - Identificatie van moleculaire therapeutische doeleinden en diagnostische/prognostische biomerkers voor de maligne transformatie van osteochondromas. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Medische Genetica (MEDGEN)
Onderzoekers: • Wim Wuyts
Matrix metalloproteïnasen (MMP's) in inflammatoire ziektes: therapeutische en functionele studie. Universiteit Gent Abstract: Gebruik makend van knockout muizen wordt de rol van verschillende MMPs in meerdere inflammatoire ziektemodellen onderzocht, en zorden deze MMPs geinhibeerd gebruik makend van kleine antilichamne, namelijk Nanobodies. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Claude Libert • Roosmarijn Vandenbroucke
Matrix metalloproteïnasen in optische zenuwregeneratie: functies en substraatidentificatie. KU Leuven Abstract: Tot op heden leiden neurodegeneratieve aandoeningen en verwondingen vanhet centraal zenuwstelsel (CZS) bij adulte zoogdieren vaak tot een permanente lichamelijke disfunctie, in belangrijke mate omdat neuronen van het CZS slechts over een gering regeneratief vermogen beschikken. Ook in het optisch modelsysteem blijft functioneel herstel uitgesloten ondanks veelvuldig onderzoek naar regeneratie van beschadigde retinale ganglioncellen. Verder onderzoek naar nieuwe regeneratieve moleculen blijft dan ook essentieel. Matrix metalloproteïnasen (MMPs) worden verondersteld betrokken te zijn bij axonale regeneratie aangezien ze processen, belangrijk bij regeneratie, zoals inflammatie, gliale reactiviteit en axonale uitgroei moduleren. Bovendien werd recent beschreven dat specifieke MMPs opgereguleerd worden in het zebravisoog tijdens de spontane regeneratie van het beschadigd optisch circuit. We zullen dan ook de rol van deze MMPs in optische zenuwregeneratie nagaan met als doel nieuwe compon Organisaties: • Afd. Dierenfysiologie en Neurobiologie
Onderzoekers: • Godelieve Moons • Kim Lemmens
Matrix computations and orthogonal functions KU Leuven Abstract: A lot of research has already been done in the field of matrix computations as well as in the field of orthogonal functions. However, the full potential of the interplay between these results has not been consideredup to now. The aim of this PhD-project is to investigate how results ofone of these domains can be applied into the other. More specifically, the following equivalences will be studied in detail: spectral transformations and basic steps of eigenvalue algorithms, computing the recurrence coefficients for orthogonal functions and specific inverse eigenvalue problems, the computation of multivariate approximants and specific matrix computations, the solution of structured linear systems and specific interpolating functions. Organisaties: • Afd. Numer. Analyse en Toeg. Wiskunde
Onderzoekers: • Marc Van Barel • Matthias Humet Cienfuegos Jovellanos
Matisse. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Functionele Materialen
Onderzoekers: • Jozef Vleugels
Mathematische modellering en economische evaluatie van vaccinatieprogramma's tegen infecties die via de lucht worden overgedragen. Universiteit Antwerpen Abstract: Het hier ingediende project beoogt het volgende te bereiken: (1) een generisch dynamisch simulatiemodel ontwikkelen voor de transmissie van infecties die verspreid worden via de lucht (`airborne' infecties), met name mazelen, bof en rubella; (2) de contactpatronen tussen verschillende leeftijdsgroepen in Vlaanderen bestuderen; (3) de kostenstructuur van het huidige vaccinatieprogramma tegen mazelen, bof en rubella in Vlaanderen bestuderen. Organisaties: • Epidemiologie en sociale geneeskunde • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Pierre Van Damme
Mathematische en experimentele benadering van magnetohydrodynamische problemen.Smeltbad controle en Thermoakoestische MHD generator KU Leuven Abstract: - PLASMACON Project: The main goal in this project is to use electromagnetic forces to decrease the concentration of plasma and also to remove the meltpool beneath the nozzle during laser cutting process. Considering the feasibility of operation on the laser cutting machine, speed of action and temperature increase, pulsed induction generator is suggested as the force production device.
- Upscaling Microwave sintering of Ceramic Material: In spite of a wide international interest in microwave sintering, the large mono-volume heating types have not been researched sufficiently yet. In channel induction furnaces, ceramic refractory material is used as an essential part of the furnace construction. This large mono-volume ceramics defines the channel of the molten metal and it alsotakes the temperature gradient from the channel to the surroundings. The classical technique is sintering by indirect resistance heating. Unfortunately, the low thermal conductivity of the ceramic leads to a n Organisaties: • Afdeling ESAT - ELECTA
Onderzoekers: • Johan Driesen • Koenraad Van Reusel • Seyyed Mohammad Hosein Mirhoseini
Mathematics learning performance and mathematics learning difficulties in China Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek focust allereerst op de ontwikkeling van een gecalibreerd meetinstrument om wiskundevaardigheden in het chinese lager onderwijs te meten. In relatie tot deze meting worden studentvariabelen meegenomen die mogelijk secundaire oorzaken kunnen weerspiegelen voor lagere wiskunderesultaten (wiskundeangst, motivatie en attitude). Wat betreft de school en leerkracht wordt informatie verzameld over instructieaanpakken en de methode. De leerkracht en leerlingvariabelen worden gemodelleerd om lagere prestaties te verklaren. Organisaties: • Vakgroep Onderwijskunde
Onderzoekers: • Martin Valcke • Anne Desoete
Mathematical reasoning by undergraduate mathematics students KU Leuven Abstract: To gain insight in the level and characteristics of mathematical reasoning by undergraduate mathematics students and to find ways to improve their mathematical reasoning, I will * implement interventions in the bachelor mathematics of two universities: KU Leuven and University of Groningen; * investigate students' mathematical reasoning in these two universities before, during and after the intervention, through task-based think-aloud interviews, observations, online tests and examination of exams. The research will be primarily qualitative. Organisaties: • Departement Wiskunde
Onderzoekers: • Johan Deprez • Aaltje Berendina Aaten
Mathematical and Statistical Models for HIV and Co-Infections Universiteit Hasselt Abstract: De Amsterdamse Cohort Studies is een longitudinaal onderzoek waarin de tijd tot HIV en hepatitis C (HCV) infectie onderzocht wordt bij injecterende drugsgebruikers. De niet-parametrische maximum likelihood estimator en de logspline estimator zal gebruikt worden om de overlevingscurve en het gevaarcurve te schatten voor verschillende subsets van gegevens. Meerdere parametrische modellen met en zonder covariaten tijdens de beoordeling van de goodness of fit zullen worden onderzocht. Een tweede onderwerp van onderzoek is de analyse van een probiotica studie met als belangrijkste doelstelling de uitbreiding van het interval gecensureerde overleving methodiek uit te breiden tot tijdsafhankelijke covariaten. Het project is een prospectieve cohort studie dat het effect van probiotica onderzoekt over de overname van de darmflora van het ziekenhuis-geassocieerde bacterie ampicilline-resistente Enterococcus faecium (ARE). Een groep van de patiënten kreeg probiotica voor enkele dagen tijdens de follow-up tijd. Het doel is om het effect van de probiotica en diverse andere covariaten te onderzoeken (inclusief de tijd variërende covariaten, zoals de kolonisatie druk, isolatie en het gebruik van antibiotica). Een derde onderwerp is de fylogenetica analyse van het hepatitis C virus (HCV). Dit onderwerp bekijkt HCV vanuit een ander perspectief, hier wordt de belangrijkste input verzorgd door injecterende drugsgebruikers uit België die reeds besmet zijn met het virus. Elke IDU deelnemer aan het onderzoek, die positief is voor HCV, biedt een DNA-sequentie van het virus. Met de DNA-sequenties is het effectieve aantal soorten in een bepaalde periode berekend; dit noemt men de klassieke skyline plot. Het belangrijkste onderzoeksthema is om diverse statistische modellen aan te passen aan de klassieke skyline percelen. Organisaties: • Centrum voor Statistiek • Centrum voor Statistiek
Onderzoekers: • Marc AERTS
Maternele immuniteit in het puerperium Universiteit Antwerpen Abstract: Er is een significante stijging van IgG bij vrouwen na een bevalling, zonder blootstelling aan antigen. Bloedvolume veranderingen in het puerperium kunnen een verklaring zijn, alsook verhoogde B cel activiteit ( long lived memory B cellen) om het verlies aan antistoffen te compenseren na de bevalling. Stalen van vrouwen op 3 tijdstippen zullen getest worden op urinezuur (concentratie) en op cytokines als surrogaat voor Th2 activatie. Organisaties:
• Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Katherine Loens
Maternale veneuze aanpassingsmechanismen in normale en pre-eclamptische zwangerschappen. Universiteit Hasselt Abstract: Het doel van dit project is het bestuderen van de fysiologie van de venen in zwangere vrouwen met behulp van veilige en niet-invasieve technieken. Mijn hypothese is dat deze kennis zal helpen in het onderzoek van ernstige zwangerschapsziektes zoals pre-eclampsie. Zo rapporteerden we reeds zwangerschapsgebonden veranderingen in de venen van organen die vaak beschadigd worden in pre-eclampsie, nl. de nieren en lever. Deze weerspiegelen gekende evoluties van cardiovasculaire parameters. We observeerden verschillen tussen normale en preeclamptische zwangerschappen, en deze suggereren dat cardiovasculaire maladaptatie mechanismen een signifante rol spelen in deze aandoening. In dit project zullen deze associaties bestudeerd worden. Het tijdsinterval tussen het maternale ECG en Doppler flow zal geanalyseerd worden doorheen normale zwangerschap en in pre-eclampsie, in relatie met andere cardiovasculaire parameters (studie A). Het verband tussen dit tijdsinterval en veranderingen van plasma volume, slagvolume, hartminuutvolume en vasculaire weerstand zal in studie B geëxploreerd worden. De graad van veranderende vascularisatie in lever en nieren doorheen de zwangerschap zal kwantitatief worden bepaald (studie C). Pilootstudie D zal evalueren of deze informatie gebruikt kan worden in de preklinische predictie van pre-eclampsie. Deze resultaten zullen bijdragen tot een beter begrip van de maternale vasculaire fysiologie tijdens normale en pathologische zwangerschappen. Organisaties: • Fysiologie
Onderzoekers: • Wilfried GYSELAERS
Maternale transitie van omega-3 vetzuren van het vleeskuikenmoederdier naar de nakomelingen KU Leuven Abstract: Door de hedendaagse genetische selectie, management en voeding, gerichtop een snelle groei en optimale voederconversie wordt het metabolisme van het hedendaagse commerciële vleeskuiken drastisch beproefd met verhoogde kans op metabole storingen als gevolg. Bovendien sterft ruim één derde van de vleeskuikens die de slachtleeftijd niet halen in de eerste levensweek. Het bekomen van een goede kuikenkwaliteit is daarom vanuit economisch standpunt heel belangrijk en start reeds bij de productie en het broedproces van het ei.Gezien de rol van ω3vetzuren bij cellulaire mechanismen en het vet- en eicosanoïdmetabolisme bij de nakomelingen, lijkt de beschikbaarheid van de ω-3 vetzuren cruciaal in de vroege pre- en postnatale periode van de nakomelingen.Het embryo is volledig afhankelijk van de dooier als primairebron van energie en nutriënten voor ontwikkeling en groei. Het voeder van het moederdier speelt hierin een belangrijke rol, aangezien het vetzuurprofiel van de broedei Organisaties: • Afdeling Dier-voeding-kwaliteit
Onderzoekers: • Johan Buyse • Astrid Koppenol
Maternale transfer, effecten en metabolisatie van polygebromeerde difenyl ethers (PBDEs) in zangvogels. Universiteit Antwerpen Abstract: Het vooropgestelde onderzoeksproject beoogt een beter inzicht te krijgen in 1) de maternale transfer, 2) de reproductieve, gedragsmatige en gezondheids- effecten en 3) de toxicokinetiek en metabolisatie van PBDEs. Omdat het deca-BDE mengsel het enige PBDE product is dat tot op heden nog gebruikt mag worden, zal er dan ook speciale aandacht aan besteed worden. Organisaties: • Ethologie
Onderzoekers: • Marcel Eens • Evi Van Den Steen
Maternale obesitas en "uterine programming": de gevolgen voor de vruchtbaarheid van de nakomeling. Universiteit Antwerpen Abstract: Een afwijkend maternaal metabolisme typisch bij metabool syndroom en obesitas wordt steeds vaker in verband gebracht met een gedaalde vruchtbaarheid. We hebben omstandig aangetoond dat bepaalde van deze metabole veranderingen de samenstelling van het micromilieu van de eicel veranderen met rechtstreeks nefaste gevolgen voor de eicel- en embryokwaliteit. Obesitas bedreigt niet alleen het algemeen welzijn wereldwijd maar wordt nu ook in verband gebracht met een hogere mortaliteit bij de volwassen nakomelingen. Fundamenteel onderzoek wijst steeds vaker op het grote belang van "uterine programming" tijdens de vroege zwangerschap. Men weet echter niet of dit programmeren veroorzaakt wordt door specifieke factoren in het obesogeen dieet dan wel door de resulterende maternale obese metabole toestand. In deze studie gaan we uit van de hypothese dat obesitas of een obesogeen dieet van de moeder rond conceptie of tijdens de hele zwangerschap het micromilieu van het groeiende embryo en de foetus beïnvloedt. Dit zal leiden tot een wijziging in de "uterine programming" met gecompromitteerde gezondheid en reproductiefysiologie van de nakomeling tot gevolg. Om deze hypothese stap voor stap te onderzoeken zal er gebruik gemaakt worden van LDLR-/- muizen die een obesogeen dieet gevoed krijgen A) meerdere weken voor geplande conceptie waardoor obesitas ontstaat; B) alleen de dagen rond het moment van conceptie of C) tijdens de volledige dracht. Bij de geboorte worden de pups van alle behandelingsgroepen uniform gevoed door "pleeg-voedsters". De nakomelingen krijgen steeds een uniform dieet en worden systematisch onderzocht waarbij per werkpakket ofwel de algemene gezondheid ofwel de ovariële reserve, het proces van folliculo- en oöogenese, de kwaliteit van het pre-implantatie embryo, of de uterine receptiviteit en het vermogen om een zwangerschap te ondersteunen tot de geboorte van een gezonde nakomeling worden bestudeerd. Dit strategisch experimenteel model laat ons toe de meest kwetsbare zwangerschapsperiode voor "uterine programming" te identificeren en de gevolgen voor elke cruciale stap in de reproductiefysiologie te beschrijven. We zijn er van overtuigd dat dit projectvoorstel een significante en cruciale bijdrage zal leveren tot het concept van "Developmental Origin of Health and Fertility" door het grote belang te beklemtonen van epigenetische invloeden van een maternaal metabolisme of dieet op de gezondheid en de vruchtbaarheid van de nakomeling. Organisaties: • Veterinaire fysiologie en biochemie
Onderzoekers: • Dorien Schrijvers • Jo Leroy • Paraskevi Karamtzioti
Maternale investering in eieren: bronnen van variatie en effecten op de nakomelingen bij in het wild levende rotspinguins. Universiteit Antwerpen
Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Ethologie
Onderzoekers: • Marcel Eens • Maud Poisbleau
Maternale investering in dooier hormonen en carotenoïden: bronnen van variatie en effecten op de nakomelingen bij in het wild levende rotspinguins. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Ethologie
Onderzoekers: • Maud Poisbleau
Maternale herkenning van de dracht bij het paard: zijn microRNAs de geheime boodschappers? Universiteit Gent Abstract: Het concept ?maternale drachtherkenning? verwijst naar de fysiologische gebeurtenissen die leiden tot het behoud van de dracht. Bij het paard is het signaal voor drachtherkenning nog steeds een mysterie, ondanks vele jaren uitgebreid onderzoek. Het doel van ons project is om inzicht te verwerven in de embryo-maternale communicatie bij het paard door een overkoepelende aanpak, gebaseerd op systeembiologie (transcriptomics-miRNomics-proteomics). Organisaties: • Vakgroep Verloskunde, voortplanting en bedrijfsdiergeneeskunde
Onderzoekers: • Ann Van Soom
Maternale effecten gemedieerd door immuniteit: bronnen van variatie in maternale antilichamen en effecten op de nakomelingen bij in het wild levende rotspinguins. Universiteit Antwerpen Abstract: De kwaliteit van de ouders evenals de omgeving waarin ze leven kunnen een effect hebben op de manier waarop nakomelingen later omgaan met de pathogenen waaraan ze worden blootgesteld. In dit voorstel zal ik de relaties tussen de immuniteit van de moeder, de vader en hun nakomelingen bestuderen. Hiervoor zal ik zowel een correlatieve als een experimentele benadering (vaccinatie van de moeders) toepassen met complementaire en herhaalde metingen. Organisaties: • Ethologie
Onderzoekers: • Marcel Eens • Maud Poisbleau
Maternal Antibodies against Mumps in a Cohort of children up to the age of 1 year. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project onderzoekt de hoeveelheid en duur van aanwezigheid van maternele antistoffen tegen bof bij zuigelingen. De titer antistffen in vrouwen in de vruchtbare leeftijd is afhankelijk van hun vaccinatie toestand, het verdwijnen van de antistoffen over de tijd en het al dan niet bloot staan aan boosters met het wilde type virus. De titer maternele antisotffen bij de kinderen wordt vermoedelijk beinvloed door de titer bij de moeders. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Pierre Van Damme • Elke Leuridan
Maternaal metabole stoornissen en subfertiliteit: verhoogde concentraties vrije vetzuren als oorzaak voor een gedaalde embryokwaliteit. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Veterinaire fysiologie en biochemie
Onderzoekers: • Peter Bols • Jo Leroy • Steven Van Cruchten
Maternaal metabole stoornissen en de gevolgen voor de eicel- en embryokwaliteit: de impact van verhoogde vrije vetzurenconcentraties tijdens eicelmaturatie op de ontwikkeling en differentiatie van het pre-implantatie embryo. Universiteit Antwerpen Abstract: We gaan in dit onderzoeksvoorstel onderzoeken wat de effecten zijn van eicelmaturatie onder verhoogde NEFA concentraties op 1) embryonale overleving, 2) embryonale groei en elongatie en differentiatie voor de implantatie. De gevolgen voor de implantatie, foetale groei en succesvol beëindigen van de dracht evenals het belang van de metabole conditie van de receptorkoeien op deze bovengenoemde parameters zal de focus vormen van het hieruit resulterend onderzoek. Organisaties: • Veterinaire fysiologie en biochemie
Onderzoekers: • Jo Leroy
Materieworkshops als pedagogische werkvorm om structuurtheorie tastbaarte maken voor architectuurstudenten , uitwisselen van praktijkervaringen tussen gemeenschappen om vernieuwende onderwijsvisies te ontwikkelen.
KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Architectuur Sint-Lucas
Onderzoekers: • Laurens Luyten
Materie en ziel. Griekse christelijke verhandelingen over menselijke conditie uit de late oudheid, en hun relatie met vroegere filosofische inzichten over materie. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Griekse Studies Leuven
Onderzoekers: • Gerd Van Riel • Caroline Macé
Materie en mens. De ontwikkeling van een medische Christelijke antropologie in de vroeg-Byzantijnse periode en haar relatie met antieke filosofie, geneeskunde en de Kerkvaders. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE De Wulf-Mansioncentrum
Onderzoekers: • Gerd Van Riel • Erika Gielen
Material transfer/Biological testing agreement (zie ook NDA 37; deleted) Vrije Universiteit Brussel Abstract: geen Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Kourosch ABBASPOUR TEHRANI
Material transfer and restricted use agreement:human embryonic stem cell lines: VUB01, VUB03_DM1 Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project beoogt het valideren van potentiële stamcellen en het testen van de haalbaarheid van de aanpak. We gebruiken als model de 'Myotone Dystrofie type 1 (DM1) of Steinert ziekte, waarvoor we toegang hebben tot een reeds beschikbare afgeleide hES cellijn die een mutantgen aan de oorsprong van DM1. Organisaties: • Embryologie en Menselijke Genetica
Onderzoekers: • INGEBORG LIEBAERS • KAREN SERMON
Material Stack Engineering of TMO based RRAM to improve retention, endurance, and variability KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Guido Groeseneken • Chao-Yang Chen
Materials processing in ionic liquid KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Functionele Materialen
Onderzoekers: • Jan Fransaer • Minxian Wu
Materials and materials processes: design, modelling and experimental validation. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Modelisatie van nieuwe vormgevingstechnieken voor materiaalcomponenten Het gaat hier voor het VUB-aandeel over vormgevingsprocessen voor polymeermatrixcomposieten en meer speciaal over de RMT (Resin Transfer Moulding) productietechniek. Om de cyclustijden te kunnen verminderen kan men werken met hogere injectiedrukken of door een verlaging van de permeabiliteitsconstanten. Hiervoor zullen numerieke simulaties uitgevoerd worden op basis van de veralgemeende wet van Darcy. Deze simulaties zullen met het experiment vergeleken worden. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • ALBERT CARDON
Materials and devices for post Si CMOS applications KU Leuven
Abstract: To continuously increase logic device performance, there is a strong interest to replace all the materials of the Si CMOS as well as to developnew device concepts. In this PhD project, alternative materials for thekey CMOS components will be investigated. This includes materials for the semiconducting channel, the gate oxide as well as the contacts. The main semiconductors of interest are novel Ge alloys as well as III/V compounds. Novel passivation schemes and oxide compounds never tested beforein this context will be explored in this project. For the metal contacts, Ge and Ga alloys will be investigated. To find the best parameters from a device perspective, device modeling will be performed taking into account the obtained experimental results for the channel materials, the gate oxide properties and the metallic contacts. Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Jean-Pierre Locquet • Chen-Yi Su
Materialen - Toegepast in design en interieur [in scène gezet] Hogeschool Gent Abstract: Het doel van het PWO M-tdi is het onderzoeken van een aantal “interessante” nieuwe materialen met toepassingspotentie voor design en interieurtoepassingen.Het levensvatbaar maken van een prototype (of reeks van prototypes) binnen het concrete werkveld van design en interieur in de zo breedst mogelijke context. De ontworpen producten komen tot stand door tijdens het ontwerpproces te toetsen aan een vooropgesteld eisenpakket. Dit eisenpakket omvat onder andere volgende aspecten: - flexibele aanpasbaarheid aan verschillende culturen;- gevoelsmatige herkenbaarheid en toegankelijkheid voor verschillende culturen- vormelijke moduleerbaarheid naar diverse functies- productdifferentiatie die telkens kan aangepast worden via demontage en wedersamenstelling tot een nieuw geheel met een andere vorm, uitzicht en gebruiksdoel. (bv. Binnenste buiten keren, het uitzicht van houten stoel wordt uitzicht van metalen tafel, …enz.)- polyvalentie naar verschillende gebruiksmogelijkheden- individuele aanpasbaarheid met een uniforme materiële cultuur- zelfbouwmogelijkheid, startend vanaf basiscomponenten, uitbreidbaar met secundaire componenten tot een gepersonaliseerde gebruiksfunctie of een esthetische behoefte.- de graad van de duurzaamheid van de toepassingen- mate van de biologische afbreekbaarheid- de mate van recycleerbaarheid- het combineren van zowel affectieve eigenschappen als functioneel mechanische eigenschappen.
Ondanks het feit dat de materialen en producten van deze primaire bedrijven veel potentie voor interieur of designtoepassingen kunnen hebben, blijkt echter dat deze producenten zich enkel richten op industriële, niet-creatieve, niet-esthetische, niet-cultuurgerelateerde eindproducten. Ze bekommeren zich hoofdzakelijk over de “technologische en economische context” van hun materiaal of hun productieproces en niet zozeer over de eigenschappen die aangewezen zijn en noodzakelijk voor het succes van designtoepassingen (vb: het tactiele van de oppervlaktebehandeling, de esthetische gewaarwording die ontstaat vanuit de ‘materiaalvorming’, het irrationeel motorische van een materiaalcombinatie e.d.). Bovendien bezitten producenten weinig realistische ideevinding of originele verbeeldingskracht om nieuwe concepten te kunnen ontwikkelen voor de interieuren designsector. Organisaties: • Departement Koninklijke Academie voor Schone Kunsten • Vakgroep Vormgeving
Onderzoekers: • Viola van Rossum • Christophe Sonck • Dirk van Gogh
materialen die worden gebruikt tijdens postgraduaat . Natuurlijk orale implantologie Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Tandheelkunde
Onderzoekers: • Hugo De Bruyn
Materiaaltesten en niet-destructief onderzoek. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De doelstelling van dit project is de studie van het energieabsorberend vermogen van composietstructuren die in staat zijn om door een stabiel progressief falen de energie van een explosie te dissiperen en de achterliggende structurele elementen (kolommen, brugpijlers, dragende wanden, ...) van bouwkundige constructies afdoend te beschermen. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • DANNY VAN HEMELRIJCK
Materiaalkarakterisatie en schadedetectie in gelaagde media door middelvan de Ultrasone Polar scan. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Natuurkunde Kulak
Onderzoekers: • Koen Van Den Abeele • Steven Delrue
Materiaalidentificatie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • HUGO SOL
Maten van homogeniteit en heterogeniteit gericht op classificatie en op het bepalen van homogene deelgroepen in Markov modellen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Zowel in classificatie als in geaggregeerde Markov-modellen staat het concept groep (categorie, klasse, status, ...)centraal, en moet het behoren tot de groep bepaald worden aan de hand van een reeks geobserveerde en/of latente eigenschappen. Deze groepen moeten derhalve op zich (intra-) homogeen zijn, terwijl verschillende groepen onderling (inter-) heterogeen moeten zijn. Homogeniteit en heterogeniteit kunnen echter op vele verschillende wijzen worden gedefinieerd naargelang de situatie (o.a. context, aard van de variabelen, doelstelling, methodologie, en beschikbaarheid van algoritmen). Een eerste doelstelling van het project is een overzicht en evaluatie te bekomen van de invulling van de begrippen homogeniteit en heterogeniteit, met speciale aandacht voor classificatie en geaggregeerde Markov analyse, in het bijzonder toegepast op besluitvorming en kwantitatief personeelsbeleid (de specialisatiedomeinen van de twee promotoren). Dit moet toelaten recente en tot nu toe losstaande eigen ontwikkelingen in Principal Separation Analysis, Profile-Based models en Hidden-Markov models exact te kaderen. De tweede doelstelling is de verdere verfijning en combinatie van al deze concepten en methodologieën, hetgeen zal leiden tot nieuwe en krachtigere analyse-instrumenten. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management
Onderzoekers: • MARIE GUERRY • FRANK PLASTRIA
Match of mismatch? Een kosten-batenanalyse van maternale effecten bij kanaries (Serinus canaria). Universiteit Antwerpen Abstract: Ondanks het vele onderzoek naar de functie van maternale hormonen bij vogels, werden de gevonden kosten en baten tot nog toe enkel vanuit het perspectief van het jong en onafhankelijk van de opgroeiomgeving beschreven. Een gevonden effect zou echter in de ene omgeving positief kunnen zijn, maar in een andere omgeving juist negatief. Het is dus belangrijk om in dergelijke experimenten ook met de omgevingsafhankelijkheid rekening te houden. Hiernaast dienen ook de hieraan verbonden consequenties voor de ouders in acht genomen te worden. Wat optimaal is voor de ouders is immers niet noodzakelijkerwijs optimaal voor de jongen. Mogelijkerwijs is een omgevingsafhankelijke hormoondepositie de optimale strategie van de moeder ter maximalisatie van haar fitness. De adaptieve waarde van de hormoondepositie kan dus pas in deze bredere context bepaald worden. Organisaties: • Ethologie
Onderzoekers: • Marcel Eens • Jonas Vergauwen
Match of mismatch? Een kosten-batenanalyse van maternale effecten bij kanaries (Serinus canaria). Universiteit Antwerpen Abstract: Ondanks het vele onderzoek naar de functie van maternale hormonen bij vogels, werden de gevonden kosten en baten tot nog toe enkel vanuit het perspectief van het jong en onafhankelijk van de opgroeiomgeving beschreven. Een gevonden effect zou echter in de ene omgeving positief kunnen zijn, maar in een andere omgeving juist negatief. Het is dus belangrijk om in dergelijke experimenten ook met de omgevingsafhankelijkheid rekening te houden. Hiernaast dienen ook de hieraan verbonden consequenties voor de ouders in acht genomen te worden. Wat optimaal is voor de ouders is immers niet noodzakelijkerwijs optimaal voor de jongen. Mogelijkerwijs is een omgevingsafhankelijke hormoondepositie de optimale strategie van de moeder ter maximalisatie van haar fitness. De adaptieve waarde van de hormoondepositie kan dus pas in deze bredere context bepaald worden. Organisaties: • Ethologie
Onderzoekers: • Marcel Eens • Jonas Vergauwen
'Matching Funds' voor EC progr. ERBCHRXCT940437 "Study of the immuno-biology of Multiple Myeloma : a multidisciplinary approach". Vrije Universiteit Brussel Abstract: In Januari 1993 werd het project "Study of the immuno-biology of Multiple Myeloma: a multidisciplinary approach.", met Prof. Ben Van Camp als coordinator, ingediend in het kader van het Human Capital and Mobility programme (bijlage 1). Bij het toekennen van dit project werd de dienst Hematologie-lmmunologie (HEIM) van de VUB erkend als knooppunt in een pan-Europees myeloomnetwerk dat de naam European Myeloma Research Network (EMRN) kreeg (bijlage 2). De taak van dit coordinerend centrum bestaat voornamelijk uit: het beheer van de administratieve en logistieke materies, zoals het organiseren van workshops en regelmatige vergaderingen, het creëren en onderhouden van communicatielijnen tussen de participerende groepen van de geconcerteerde actie, budgetcontrole en uitwerking van rapporten en nieuwsbrieven. het centraliseren en inventarieren van wetenschappelijke materialen (cellijnen, antilichamen, primers, ...) en het zorgen voor de distributie ervan. Het standardiseren van wetenschappelijke protocols en de distributie ervan. het bijdragen tot de technologische en wetenschappelijke kritische massa. Dit gebeurt door eigen onderzoek op een deelaspect van het programma en door het begeleiden van medewerkers in het netwerk bij het verwerven van nieuwe vaardigheden . Organisaties: • Immunologie en Microbiologie
Onderzoekers: • BENJAMIN VAN CAMP
Matching Fund : realisatie van een hoogfrequent 3 poort sectoriële netwerk analyser voor niet lineaire systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De bedoeling is om op het einde van dit project een niet-lineaire netwerk analyser te beschikken die in staat is om een hoogfrequente 3poort (bvb een mixer) volledig als niet-lineair systeem te karakteriseren op basis van de gemeten data. Hiertoe dient het bestaande niet-lineaire netwerk analyser prototype uitgebreid te worden naar 6 meetkanalen en de mogelijkheid om gemoduleerde signalen te genereren. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN
Matching fund bij FWO-Onderzoeksproject 'Studie van een spectroscopische elektrische impedantietomografietechniek voor de diagnose van tandcaries'
Universiteit Antwerpen Abstract: Matching fund bij FWO-Onderzoeksproject 'Studie van een spectroscopische elektrische impedantietomografietechniek voor de diagnose van tandcaries' Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Dirk Van Dyck
Matching fund bij FWO-Onderzoeksproject 'Analyse van neuro-immunologische interacties in de dunne darm tijdens intestinale schistosomiasis' Universiteit Antwerpen Abstract: Matching fund bij FWO-Onderzoeksproject 'Analyse van neuro-immunologische interacties in de dunne darm tijdens intestinale schistosomiasis' Organisaties: • Laboratorium voor celbiologie en histologie
Onderzoekers: • Jean-Pierre Timmermans
Matching fund bij FWO-Krediet aan navorsers 'Ontwikkeling en implementatie van de koppeling van microfluidic devices en massa spectrometrie' Universiteit Antwerpen Abstract: Matching fund bij FWO-Krediet aan navorsers 'Ontwikkeling en implementatie van de koppeling van microfluidic devices en massa spectrometrie' Organisaties: • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Filip Lemiere
Matching fund bij federaal overheidsproject 'Snelle detectie en identificatie van contaminanten en biotoxines in de voedselketen met behulp van biosensoren' Universiteit Antwerpen Abstract: Matching fund bij federaal overheidsproject 'Snelle detectie en identificatie van contaminanten en biotoxines in de voedselketen met behulp van biosensoren' Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen
Matching fund bij Europees project "Prevention of sanitary risks linked to rodents at the rural/peri-urban interface". Universiteit Antwerpen Abstract: Matching fund bij Europees project "Prevention of sanitary risks linked to rodents at the rural/peri-urban interface". Organisaties: • Evolutionaire ecologie (EVECO)
Onderzoekers: • Herwig Leirs
Matching bij BRGEOZ157 : Gemeenschap herinneringen voor duurzaam stedelijk wonen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Veel allergieën, kankers en auto-immuunziekten worden veroorzaakt door een complexe interactie tussen verschillende genen, proteïnen en omgevingsfactoren. Eerdere projecten toonden reeds aan dat algemene principes, zoals uit de netwerktheorie, kunnen gebruikt worden om een brede waaier van complexe systemen te onderzoeken. Desondanks werd dit nog nauwelijks toegepast binnen de medische wetenschappen, hoewel dit volgens ons wel mogelijk is. Een belangrijk doel van dit project is het aanwenden en ontwikkelen van technieken en inzichten uit andere domeinen en complexe systemen, in het bijzonder met de hoop aanwijzingen te vinden voor gepersonaliseerde medicatie voor allergieën en multiple sclerose. Taal en taalevolutie zijn voorbeelden van dergelijke complexe systemen waarin verschillende interagerende netwerken, zoals co-occurence, semantische en syntactische netwerken, bijdragen tot het geheel. Het probleem van het ontstaan en de evolutie van natuurlijke taal vertoont ook sterke overeenkomsten met het probleem van het ontstaan van een moleculaire taal in de biologie. We denken dan ook dat de technieken en inzichten verworven en ontwikkeld voor de studie van taalevolutie zullen kunnen bijdragen tot het begrijpen van de complexe genen proteïne interacties in emergente ziektegeassocieerde gen-modules. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • LUC STEELS
Matching Audio Signals Using a Minimum Deformation Approach KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - PSI
Onderzoekers: • Dirk Van Compernolle • Mehmet Ali Çagri Tuncer
Masterrekening Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' DIVERS' hebben voor het project ' Masterrekening ' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele
eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Criminologie
Onderzoekers: • SONJA SNACKEN
Masterplan voor het NGI als Geobroker. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Instituut voor de Overheid
Onderzoekers: • Annie Hondeghem • Johan Crompvoets
masterplan Sint-Vincentius Kortrijk Universiteit Gent Abstract: De studie betreft de herbestemming en herontwikkeling van site van het voormalige 'Rusthuis Sint Vincentius' te Kortrijk. De site werd als geheel verworven door het Stadsontwikkelingsbedrijf Kortrijk. De site is ca. 0,75 ha groot en grenst ten noorden aan de Groeningestraat, en ten zuiden aan het Begijnhofpark. De herbestemming zal voornamelijk inzetten op een residentiële functie. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Bart Verschaffel
Masterplannen preservering-conservering en ontsluiting-digitalisering. Universiteit Antwerpen Abstract: De vzw Vlaamse Erfgoedbibliotheek heeft de taak om de sector van de erfgoed bibliotheken In Vlaanderen in kaart te brengen, en hierbij bijzondere aandacht te besteden aan de problematieken die haar eigen zijn. De mate van preservering en conservering van de bibliotheekcollecties enerzijds, en de mate waarin zij bibliografisch ontsloten en gedigitaliseerd zijn anderzijds, zijn twee specifieke vragen waarop momenteel geen sluitend en representatief antwoord kan worden gegeven. De opdracht bestaat erin om deze twee aspecten ten gronde te beschrijven, gebruik makend van een ruime bevraging van de sector. Omdat in Vlaanderen ongeveer 250 bibliotheken de zorg voor erfgoedcollecties op zich nemen, kan dit onderzoek slechts op basis van een goed uitgewerkte steekproef worden uitgevoerd. Organisaties: • Centrum voor stadsgeschiedenis
Onderzoekers: • Pierre Delsaerdt
Masteropleiding van docenten NOSPA. Universiteit Antwerpen Abstract: Masteropleiding van docenten NOSPA. Organisaties: • Internationale economie, internationaal management en diplomatie
Onderzoekers: • Ludo Cuyvers
Master in irrigatie. KU Leuven Abstract: In grote delen van Bolivië, de productie van landbouwgewassen op basis van irrigatie is beperkt en onstabiel omwille van klimatologische omstandigheden. Met als doel deze productie te verhogen en de lokale levensstandaard te verbeteren, besliste de Boliviaanse overheid om een nationaal plan voor regionale ontwikkeling op te zetten. Dit plan omvat grote investeringen in irrigatie. De concrete uitvoering van dat plan stoot momenteel op grote moeilijkheden omwille van een groot tekort aan hoog gekwalificeerde waterbouwkundige ingenieurs. Om aan deze nood tegemoet te komenzal dit VLIR Eigen Initiatief een Masteropleiding oprichten in "irrigatie" en waterbouwkunde aan de Universiteit van San Andres in La Paz. De opleiding zal voldoende aandacht schenken aan duurzaamheid in waterbeheeren de studie van klimaatverandering en -adaptatie rekening houdend met de verminderde beschikbaarheid van zoetwater door de afsmelting van de gletsjers in de regio. De oprichting van de Masteropleiding gebeurt Organisaties: • Afdeling Hydraulica
Onderzoekers: • Dirk Raes • Patrick Willems
Mastering the curtains. Een artistiek onderzoek naar de verhouding van beeldende kunst met erfgoed, propaganda en censuur in Iran. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit is een artistiek fotografisch onderzoek naar de verhouding van beeldende kunst met erfgoed, propaganda en censuur in Iran. Het onderzoek volgt twee pistes: 1. de Taziyeh, een culturele uiting in Iran die als propaganda-instrument wordt ingelijfd door het regime en 2. de censuur van het baha'isme en de teloorgang van het bijhorend erfgoed. Het fotografisch onderzoek analyseert de mogelijkheden van kritische representatie binnen de beeldende kunsten van beide pistes. Organisaties: • Onderzoekscentrum Visuele en Digitale Culturen (ViDi)
Onderzoekers: • Philippe Meers • Johan Pas
Mastcel proteasen als sleutelfactoren in de heropbouw van een functioneel bloedvatennetwerk na ruggenmergschade.
Universiteit Hasselt Abstract: Verstoring van de bloed-ruggenmerg barrière en microvasculaire veranderingen die de bloedtoevoer naar het zenuwweefsel aantasten vertegenwoordigen kenmerken van ruggenmergletsel (SCI). Endogene angiogenese vindt plaats, maar slaagt er meestal niet in het vasculaire bed te herstellen op de plaats van verwonding. Dit laat het beschadigde zenuwweefsel zonder goede vascularisatie, wat zelf-reparatie en geïmplementeerde herstelstrategieën aantast. Gedurende vele jaren werden mast cellen (MCs) geassocieerd met angiogene processen. In het bijzonder kunnen MC proteasen (MCP) bloedvatkieming bevorderen door de weg vrij te maken doorheen de extracellulaire matrix (ECM). Echter, de complexe bijdrage van endogene MC en hun proteasen aan herstellende angiogenese en revascularisatie werd nooit eerder onderzocht in de context van SCI. Gepubliceerde gegevens van onze onderzoeksgroep heeft al aangegeven dat MCP's fungeren als sleutelenzymen in neuroregeneratieve processen na CZS trauma. In dit project proberen we de effecten van endogene en therapeutisch toegediende MCP's in de regulatie van revascularisatieprocessen na SCI te ontrafelen. Daarom zullen we onderzoeken of MCP's, in combinatie met groeifactor-gestimuleerd aorta weefsel getransplanteerd in de laesie site, de groei van bloedvaten en het herstel van de vasculaire architectuur in het ruggenmerg verbetert. Deze resultaten zullen de relatie tussen angiogenese en neuroregeneratie in CZS letsels beter omschrijven en het therapeutisch potentieel van MCP ontdekken om de klinische uitkomst na SCI te verbeteren. Organisaties: • Morfologie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Sven HENDRIX
Mastcel proteasen als modulators van het littekenweefsel ter bevordering van neuroregeneratie na schade. Universiteit Hasselt Abstract: Axon regeneratie na trauma in het centrale zenuwstelsel (CNS)van een volwassen zoogdier is beperkt door verschillende factoren, zoals het ontbreken van groeibevorderende factoren, de lage intrinsieke capaciteit van neuronen om beschadigingen te overleven en, belangrijker, de aanwezigheid van groei -remmende factoren. De meest krachtige remmende bestanddelen in de beschadigde CZS zijn moleculen van de extracellulaire matrix (ECM), zoals chondroïtinesulfaat proteoglycanen (CSPG's). Deze proteoglycanen worden opgereguleerd na verwonding door cellen betrokken bij het proces van gliale littekenvorming en zij beïnvloeden negatief de neuriet uitgroei in vitro en axon regeneratie in vivo. In feite, bleek uitsplitsing van deze CSPG's de functionele uitkomst na CZS trauma te verbeteren. Tot nu toe zijn geen afdoende factoren beschikbaar die efficiënt de remmende ECM kunnen wijzigen tot regeneratie en herstel bevordering na CNS letsel. Door te focussen op moleculen die het pad voor axongroei kunnen ontruimen, zullen we meer inzicht krijgen in de regulerende mechanismen die ten grondslag liggen aan gliale littekenvorming, axon reparatie en functioneel herstel na een blessure. Zowel de voorlopige en gepubliceerde gegevens van onze onderzoeksgroep geven aan dat mestcel proteasen (MCP's) belangrijke enzymen zijn bij neuroregeneratieve processen na CZS trauma. MCP's hebben de mogelijkheid om ECM componenten verteren en spelen een belangrijke rol in de wondgenezing en remodeling. Het is echter nog niet geopenbaard of deze proteasen 'gliale littekens', axon regeneratie en functioneel herstel na CNS schade beïnvloeden en hoe ze dat doen. Daarom willen we de rol van MCP's in de regulatie van neuroregeneratieve processen na SCI ontrafelen. Deze resultaten zullen verdere de basismechanismen van gliale inhibitie belichten en zal het potentieel van MCP's bloot leggen om de klinische uitkomst na SCI te verbeteren. Organisaties: • Morfologie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Sven HENDRIX
Mastcellen als modulatoren van de extracellulaire matrix ter promotie van regeneratie na ruggemergschade. Universiteit Hasselt Abstract: Dit project betreft een doctoraatsonderzoek gefinancierd door het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT) met als titel "Mastcellen als modulatoren van de extracellulaire matrix ter promotie van regeneratie na ruggemergschade". Dit doctoraatsonderzoek wordt uitgevoerd binnen de onderzoeksgroep 'Functionele Morfologie', onderdeel van het Biomedisch Onderzoeksinstituut van de Universiteit Hasselt. De promotor is prof. dr. Sven Hendrix, verantwoordelijke voor de onderzoeksgroep Functionele Morfologie. Organisaties: • Morfologie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Sven HENDRIX • Tim VANGANSEWINKEL • Nathalie GEURTS
Mass transport in the growth plate: quantification of growth factor andoxygen transport to improve in vitro growth plate signaling KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Biomechanica
Onderzoekers: • Hans Van Oosterwyck • Kimon Alexandros Leonidakis
Mass spectrometry imaging & Clinical trial KU Leuven Abstract: Mass spectrometry imaging & Clinical trial using Microarrys Organisaties: • Afdeling ESAT - STADIUS
Onderzoekers: • Bart De Moor • Yousef El Aalamat
Massive Parallel Readout Circuits for In-Vivo Signal Acquisition KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Christiaan Van Hoof • Bogdan Cristian Raducanu
Massive MIMO kanaal modellering voor toekomstige draadloze netwerken Universiteit Gent Abstract: Massieve MIMO (multiple-input multiple-output) systemen bestaan uit antenne arrays met enorm veel (honderden) elementen wat het mogelijk maakt om enorme data rates te realiseren. In dit project zal er kanaalmodellering gebeuren voor massieve MIMO dmv experimentele karakterisering van de kanaaleigenschappen en zal de performantie van massieve MIMO geëvalueerd worden. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Wout Joseph
Massatransport in de groeiplaat: kwantificering van transport van groeifactoren en zuurstof voor de verbetering van in vitro groeiplaat signalisatie. KU Leuven Abstract: Meercellige organisatie in de groeischijf wordt zowel door ruimtelijke gradiënten van groeifactorconcentraties, zoals Indian Hedgehog (Ihh) en Parathyroid Hormone-related Peptide (PTHrP), als door andere omgevingsfactoren, zoals zuurstof gereguleerd. Hoewel experimenteel onderzoek en mathematische modellen het belang van de massa transport eigenschappen vandeze factoren voor de groeischijf dynamica aangetoond hebben, werd dit nooit volledig gekwantificeerd. Deze gegevens zijn niet alleen belangrijk om de dynamiek te begrijpen, maar ook om dit in vitro te reproduceren,bijvoorbeeld voor toepassingen van weefselengineering. Het doel van ditproject is het kwantificeren van de massa transport eigenschappen (diffusie, bindingsaffiniteit, consumptie, advectie) van de groeischijf voor Ihh, PTHrP en zuurstof. Nadien zullen we deze kennis toepassen en heteffect van de massa transport voorwaarden op in vitro groeischijf signalisatie, zowel voor geïsoleerde groeischijven als voor op hydrogel gebas Organisaties: • Afdeling Biomechanica
Onderzoekers: • Hans Van Oosterwyck • Maarten Roeffaers • Jan Demol • Scott Roberts
Massatransport door Koolstof Nanobuizen. Universiteit Antwerpen Abstract: Op basis van de recente doorbraken in de opening/sluiting en watervulling van koolstof nanobuizen, geboekt in de onderzoeksgroep, zal het selectieve massatransport door individuele types van koolstof nanobuizen gekarakteriseerd worden, met het oog op toepassingen in de nanofluidica en nanofiltratie. Organisaties: • Experimentele fysica van de gecondenseerde materie (ECM)
Onderzoekers: • Wim Wenseleers
Massaspel in Vlaanderen 1909-1955: opvoering, legitimeringspraktijk en impact van een sociotheatraal genre. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project wenst een omvangrijke leemte in de Vlaamse theatergeschiedenis op te vullen. Het genre dat afwisselend wordt aangeduid als openluchttheater, massaspel of spreekkoor (naargelang aard en omvang) zal worden bestudeerd onder zijn drie voornaamste aspecten: (1) de evoluties die opvoeringen en speelteksten doormaakten; (2) het kritische vertoog dat ter ondersteuning van de theatrale praktijk werd ingezet; (3) de sociopolitieke impact. Organisaties: • Onderzoekscentrum Visuele Poëtica
Onderzoekers: • Luc Van Den Dries • Frank Peeters
Massaspectrometrie toegepast op de studie van peptiden en metaal-organische verbindingen met potentiele biologische activiteit en van precursoren voor met Y-stralers gemerkte receptortracers voor PET of SPECT beeldvorming. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit kaderproject stelt zich tot doel in de massaspectrometrische behoeften te voorzien van meerdere researcheenheden van de VUB. Het bevat vier deelprojecten: - deelproject 1: "Synthese van peptide-receptorliganden. Conformationeel verstrakte peptiden: een weg naar peptidomimetica" door D. Tourwé. Dit project beoogt de ontwikkeling van een rationele strategie om uitgaande van een biologisch aktief peptide te gaan naar een pseudopeptide of niet-peptidische struktuur. - deelproject 2: "Ontwikkeling van nieuwe met Y-stralers gemerkte in vivo (in vitro) tracers voor receptoren van het CZS, perifere receptoren en tumorcellen. Veralgemeende toepassing van Cul+ gesteunde niet-isotopische uitwisseling" door J. Mertens en D. Tourwé. Dit project bevat de synthese en karakterisatie van (a) radioliganden voor receptoren van het centraal zenuwstelsel, (b) radiogejodeerde glucose transport tracers en (c) radiopeptiden voor tumoren en perifere receptoren. - deelproject 3: "Functionele stabilisatie van T-cel epitopen via conformationele verstrakking en isostere vervanging" door D. Tourwé en P. De Baetselier. Dit project stelt zich tot doel om een gekend T-cel epitoop-bevattend peptide zodanig te modificereen dat het een lange levensduur verkrijgt met behoud van zijn immunologische eigenschappen. - deelproject 4: "Organotinverbindingen" door M. Gielen. Organotinverbindingen met antikankerwerking zullen gesynthetiseerd en gekarakteriseerd worden. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • DIRK TOURWE
Massaspectrometrie als een voordelig hulpmiddel voor het onderzoek van mycotoxinen Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoek heeft betrekking op de toepassing van het potentieel van massaspectrometrie in combinatie met vloeistofchromatografie voor mycotoxine detectie in verschillende matrices namelijk bouwmaterialen met schimmelgroei, voeders, diervoeders en biologische stalen (huid). De studie zal aanvullende data leveren over de blootstelling van mens en dier aan mycotoxinen.
Organisaties: • Vakgroep Bioanalyse
Onderzoekers: • Sarah De Saeger • José Diana Di Mavungu
Massaspectrometer voor on-line LC-MS-metingen. KU Leuven Abstract: Met een massaspectrometer meet men zeer nauwkeurig de moleculaire massavan natuurlijke, synthetische en recombinante eiwitten. Bovendien is het met deze toestellen mogelijk om eiwitten te fragmenteren en zo structurele informatie in verband met proteïnemodificaties te verkrijgen. Deze modificaties hebben een effect op de biologische activiteit van cytokinen, chemokinen en proteasen en beïnvloeden hun onderlinge interacties in ontstekingsreacties en kanker. Organisaties: • Laboratorium Moleculaire Immunologie
Onderzoekers: • Ghislain Opdenakker • Paul Proost • Jo Van Damme
Massaschadeafwikkeling in Europa: een studie naar private geschillenafwikkeling, publieke mechanismen en A(O)DR Universiteit Gent Abstract: Deels geïnspireerd op Europese wetgeving, bestaan er verschillende mechanismen om massaschade-zaken op te lossen: een beroep op de overheidsrechter (private rechtshandhaving), een beroep op nationale toezichthouders (publieke rechtshandhaving) of buitengerechtelijke oplossingen (ADR en ODR). Dit onderzoeksproject zal deze mechanismen empirisch analyseren door na te gaan hoe ze functioneren in bepaalde, vooraf geselecteerde, jurisdicties. Op basis hiervan, zal hun toepasbaarheid, effectiviteit en efficiëntie worden nagegaan. Organisaties: • Vakgroep Metajuridica, Privaat- en Ondernemingsrecht
Onderzoekers: • Piet Taelman
Massageneratie en lage-energie effectieve beschrijving van QCD Universiteit Gent Abstract: Kwantumchromodynamica (QCD) is een Yang-Mills ijktheorie die de sterke kleurinteractie beschrijft. Bij hoge energie is de koppelingsconstante klein door de asymptotische vrijheid en is perturbatietheorie geldig. Bij lagere energie kunnen niet-perturbatieve effecten een rol spelen, bv door condensaten (niet-verdwijnende vacuümverwachtingswaarden). Het voorgestelde onderzoek heeft als doel om toch ook via analytische weg iets te kunnen zeggen over dergelijke niet-perturbatieve effecten in ijktheorieën. Organisaties: • Vakgroep Wiskundige natuurkunde en sterrenkunde
Onderzoekers: • Henri Verschelde
Massacustomisatie - een business model voor de toekomst Hogeschool Gent Abstract: Om zich in een globale economie beter te kunnen handhaven moeten de doelgroepbedrijven, die gelokaliseerd zijn midden in de Europese markt, een significante meerwaarde voor hun klanten creëren door hun producten of diensten maximaal te personaliseren naar de wensen van hun klanten. Om zich niet uit de markt te prijzen moeten zij dit echter kunnen doen aan minimale kosten.. Bedrijven lopen vaak vast op het voor hen ogenschijnlijk paradigma dat er vanuit de markt de tweeledige eis is naar personalisatie enerzijds (geassocieerd met hogere prijs) en naar lage prijs anderzijds (geassocieerd met massa- en eenheidsproductie). Het massacustomisatie (MC) businessmodel kan hierop een antwoord geven. MC is een business model dat erop gericht is de klant een gepersonaliseerd product/dienst aan te bieden die in een industriële setting gemaakt kan worden tegen een prijs die vergelijkbaar met deze van een massaproduct. In diverse sectoren zijn voorbeelden te vinden die het succes van massacustomisatie aantonen. Alhoewel MC zeker niet sectorgebonden is, vereist de implementatie meestal een sectorspecifieke aanpak. Massacustomisatie steunt heel sterk op nieuwe ‘enabling technologieën’, waarbinnen ICT en andere digitale technieken belangrijk zijn, maar de implementatie van dit business model reikt verder dan alleen het invoeren van nieuwe technologieën en vereist een holistische en multidisciplinaire aanpak. Om bedrijven uit 2 verschillende sectoren die duidelijk complementair zijn maar elkaar echt nodig hebben om MC mogelijk te maken, te ondersteunen bij MC-implementatie dienen Sirris, Centexbel en Flanders InShape samen dit TD project in. Deze indieners zijn samen met de Hogeschool Gent ook de uitvoerders. De doelgroepbedrijven omvatten textielbedrijven, confectiebedrijven en constructeurs van textielmachines en transportsystemen. Omdat massacustomisatie niet los kan gezien worden van andere aspecten van bedrijfsvoering is deze aanvraag opgenomen in een cluster van 4 cross-sectorale projecten in samenwerking met Flanders InShape, Centexbel, Clusta, Federplast, Optimo en Sirris. De 4 thema’s zijn : portfoliobeheer, massa-customisatie, user-gedreven innovatie en markt-gedreven innovatie. Elk thema wordt aangebracht bij een specifieke doelgroep van bedrijven uit meerdere sectoren. De doelstellingen en het werkprogramma van de 4 projecten werden op elkaar afgestemd om zowel aanvullend te zijn als om overlap te vermijden. Organisaties: • Departement Technologie • Vakgroep Mode en Textiel
Onderzoekers: • Alexandra De Raeve
"Mas-related gene" receptoren als nieuwe mediatoren van gastro-intestinale neuro-immuun communicatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Laboratorium voor celbiologie en histologie
Onderzoekers:
• Jean-Pierre Timmermans • Roeland Buckinx
MASC: Onderzoek naar en simulatie van de invloeden van landgebruik op het West-Europees klimaat Universiteit Gent Abstract: MASC MASC: Onderzoek naar en simulatie van de invloeden van landgebruik op het WestEuropees klimaat. Fed. Wet. Beleid BR/121/A2 Organisaties: • Vakgroep Bos- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Robert De Wulf
Mascara. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Hypertensie & Cardiovasc. Epidemiologie
Onderzoekers: • Jan Staessen
MASAII Universiteit Hasselt Abstract: Om de toegang tot het beroep te krijgen, wordt een master of science in de architectuur in België wettelijk verplicht om een stage van 2 jaar te doen. 6 maanden van deze stage kan in het buitenland worden uitgevoerd. In de samenleving in het algemeen en specifiek in het gebied van architectuur, kan een groeiende behoefte aan internationale en interculturele competenties worden waargenomen. Daarom wil de PHL zijn afgestudeerd Masters of science in de architectuur de mogelijkheid geven om een deel van deze verplichte stage om te zetten in een internationale werkervaring. Een succesvolle internationale stage zal een duidelijke waarde aan hun curriculum vitae toevoegen; het bewijst hun vermogen om initiatief te nemen en samen te werken, het toont hun openheid, flexibiliteit en onafhankelijkheid. In ruil, zal de PHL door middel van deze stages een beter inzicht krijgen in de profielen die nodig zijn voor de (internationale) arbeidsmarkt. Vanuit praktisch, organisatorisch oogpunt, zullen de stages plaatsvinden in het wettelijk kader dat geleverd wordt door de nationale beroepsorganisatie van architecten, met de eerste vereisten van het LLP Leonardo da Vinci PLM-programma in aanmerking genomen. Organisaties: • ArcK
Onderzoekers: • Els HANNES
Markt voor diensten, in de vorm van een onderhandelingsprocedure zonder reclame, op een analyse van de culturele diversiteit in de Franstalige Belgische filmproductie 1995-2010 Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Observatoire des Politiques Culturelles, Ministère de la Fédération Wallonie-Bruxelles' hebben voor het project ' Marché de services, sous la forme d'une procédure négociée sans publicité, portant sur une analyse de la diversité culturelle dans la production cinématographique belge francophone 1995 - 2010' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • CAROLINE PAUWELS
Marktmodel voor actieve participatie van gedistribueerde energiebronnenin de elektriciteitsmarkt KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - ELECTA
Onderzoekers: • Ronnie Belmans • Glenn Plancke
MARKT LBS : Analyse en bepaling van de mogelijke impact van location based services in directe marketing activiteiten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project beoogt de studie van de mogelijke impact van Location Based Services in directe marketing activiteiten. Voor LBS ligt de focus op GSM en UMTS cellulaire netwerken. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN • PATRICK BOETS • Carine NEUS
Marktanalyse van elektromobiliteit in België Vrije Universiteit Brussel Abstract: Marktanalyse van elektromobiliteit in België Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management • Elektrotechniek-Energietechniek
• Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep
Onderzoekers: • Kenneth LEBEAU • CATHY MACHARIS • JOERI VAN MIERLO
Market structure and innovation. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Onderzoekseenheid MSI Leuven
Onderzoekers: • N. N. • Dirk Czarnitzki
Marketing modeling for retailer, manufacturer and consumer decisions. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Marketing Leuven
Onderzoekers: • Lien Lamey • Katia Campo • Anne ter Braak • Maya Vuegen
Marketing modeling for retail decisions. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • FEB Antwerpen
Onderzoekers: • Katia Campo • Els Breugelmans • Sara Van der Maelen
Marketing modeling. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • FEB Antwerpen
Onderzoekers: • Lien Lamey • Katia Campo • Kristina Melis • Els Breugelmans
Marketing mix integration and multi-channel retailing. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • FEB Antwerpen
Onderzoekers: • Katia Campo • Kim Goeleven
Marketing Universiteit Gent Abstract: Consumentengedrag en communicatie. De modererende impact van attidundinale, persoonlijkheids- en situationele variabelen op attitude-gedragsinconsistentie: een toepassing op consumentenethiek en gezondheidsaspecten. De modererende impact van attitudinale, persoonlijkheids- en situationele variabelen op effectiviteit van communicatie. Organisaties: • Vakgroep Marketing
Onderzoekers: • Patrick Van Kenhove
Marker-based prediction of hybrid maize performance using genetic evaluation data Hogeschool Gent Abstract: Heterosis wordt klassiek gedefinieerd als de toename in omvang, kracht of productiviteit van een hybride plant tegen over het gemiddelde van zijn ouders. De oorzaak van heterosis is tot nog toe onbekend ondanks de talrijke studies en omvangrijke literatuur die reeds aan dit onderwerp besteed zijn. Het creëren van nieuwe hybride variëteiten in landbouwkundig belangrijke gewassen is dan ook een langzaam en toevalsafhankelijk proces waarbij gesteund wordt op intensieve veldproeven en het fingerspitzengefühl van de veredelaar. Deze studie beoogt de creatie van een methode om het voorkomen van heterosis bij maïs te voorspellen met een betere accuraatheid dan de huidig bestaande methodes. Om deze doelstelling te bereiken zal het onderzoek verder werken op één van de meest succesvolle methodes gebaseerd op gemengde lineaire modellen. De gebreken van deze methode zullen worden opgevangen door het gebruik van kerncelgebaseerde regressietechnieken uit het domein van Machine Learning. Deze recente datamining technieken zullen op basis van een databank met veldgegevens en de moleculaire vingerafdruk van de ouders de mogelijkheden van ongeteste nakomelingen tussen deze ouders proberen in te schatten. Dit onderzoek gebeurt in samenwerking met het Franse veredelingsbedrijf RAGT dat zijn volledige databank met veldgegevens ter beschikking stelt
onder bepaalde confidentialiteitsclausules. Dit bedrijf zal ook microsattellieten (moleculaire merkers) bepalen van alle ouderlijnen die opgenomen worden in deze studie. Het DvP (Prof. dr. ir. Erik Van Bockstaele) zal dezelfde ouderlijnen genotyperen met AFLP merkers. De statistische en machine learning gebaseerde analyses zullen gebeuren onder de vleugels van Prof. dr. Bernard De Baets en zijn onderzoeksgroep KERMIT (Universiteit Gent). De ondersteuning langs de veredelingszijde wordt voorzien door Prof. dr. ir. Geert Haesaert (Hogeschool Gent). Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Plantaardige Productie
Onderzoekers: • Geert Haesaert • Steven Maenhout
Mariene ecosysteem productiviteit in een gradiënt van toxische stress en de implicaties voor hogere trofische niveaus. Universiteit Gent Abstract: Via dit doctoraatsonderzoek wil ik nagaan op welke manier persistente organische polluentens (POPs) de primaire productie in de Noordzee beïnvloeden naast de effecten van temperatuur en nutrienten. Ook zullen de implacties van deze effecten op zeevogels, als modelorganismes voor hogere trofische niveaus, worden onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste ecologie en milieubiologie
Onderzoekers: • Colin Janssen • Frederik De Laender
Mariene convervatie paleogenomica: een nieuwe gereedschap om historische natuurlijke van anthropogene selectieve krachten te onderscheiden bij de genetische adaptatie van de bedriegde Europese paling. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Ecologie, Evolutie en Biodiv.behoud
Onderzoekers: • Gregory Maes
Mariene biogene carbonaten als archieven van klimaatsverandering : kritische evaluatie - CALMARS II (fase I) en (Fase II) (critical evaluation of marine calcareous skeletons as recorders of global climate change. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Zie Engels abstract Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • FRANK DEHAIRS
Mariene biogene carbonaten als archieven van klimaatsverandering: een kritische evaluatie. (CALMARS II - tweede fase) Universiteit Antwerpen Abstract: Vijf Belgische instellingen hebben een project opgezet om een voorspellend wiskundig model uit te werken op basis van klimaatsgegevens, die geregistreerd werden in de carbonaatskeletten van drie verschillende mariene invertebraten-taxa. Deze taxa, uitgekozen omwille van hun complementaire eigenschappen, zoals levensduur, groeisnelheid, enz., zijn kalksponzen, bivalven en echinodermata. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust
Mariene biogene carbonaten als archieven van klimaatsverandering: een kritische evaluatie (CALMARS II). Universiteit Antwerpen Abstract: Mariene biogene carbonaten als archieven van klimaatsverandering: een kritische evaluatie (CALMARS II). Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust
mariene bio diensten exploratie zee minerale rijkdommen Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Ann Vanreusel
Mariene been- en kraakbeenvissen: verschillen in fysiologie geven aanleiding tot verschillende gevoeligheden. Universiteit Antwerpen Abstract: Kraakbeenvissen bezitten een uniek systeem voor osmoregulatie. Ze hebben hoge gehalten aan ureum en trimethylamine oxide in hun lichaam waardoor zij lichtjes hyperosmotisch zijn te opzichte van hun omgeving. Hierdoor nemen zij continu water op via osmose en hoeven ze niet te drinken. Dit systeem creëert een enorme ureum gradiënt ter hoogte van de kieuwen, die mede onderhouden wordt door een ureum transporter in de basolaterale membraan. Met de huidige studie willen we effecten van omgevingsfactoren op deze transporter karakteriseren. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Gudrun De Boeck
Marie Curie ESR position in the eLiQuiD project - Dynamic source modelling of electric vehicle components KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Wim Desmet • Bert Pluymers • Matteo Kirchner
(Marie Curie - ERG (European Reintegration grant ) - ACINPLAST : Acinar cell plasticity in the adult mouse pancres. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Pathologische Anatomie
Onderzoekers: • ILSE ROOMAN
Marie Curie Conferenties en trainingscursussen over arrayCGH en moleculaire cytogenetica Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt de organisatie van drie conferenties en twee opleidingscursussen die gerelateerd zijn aan de applicatie van arrayCGH en moleculaire cytogenetica in de studie van de functie en structuur van het humane genoom in gezonde en zieke cellen. De conferenties bieden de mogelijkheid om jonge en ervaren onderzoekers uit diverse disciplines, zoals moleculaire cytogenetica, klinische genetica, beeld analyse en bioinformatica samen te brengen. Organisaties: • Vakgroep Pediatrie en genetica
Onderzoekers: • Franki Speleman
MARE-WINT: nieuwe materialen voor en betrouwbaarheid van offshore wind turbines technologie. KU Leuven Abstract: Een van de strategische doelstellingen van het industriële initiatief van het SET Plan voor wind energie is het reduceren van de kostprijs van energie door het verbeteren van de betrouwbaarheid van de wind turbines en hun componenten en het optimaliseren van de werkings- en onderhoudsstrategieën (W&O). Toenemende betrouwbaarheid en een betere werking en eenbeter onderhoud hebben een directe invloed op de beschikbaarheid van wind turbines en dus verminderen deze de kost en verhogen zij de energie output. Hierdoor wordt wind energie een competitieve energiebron. Dit wordt vooral duidelijk in de offshore sector waar W&O een groot deel van detotale kosten uitmaken. MARE-WINT zal bijdragen tot het bereiken van dit doel door bij te dragen aan de opleidingscontext van het doctoraatsprogramma van 14 onderzoekers in het multidisciplinaire onderzoek naar de constructie van de volgende generatie Offshore Wind Turbines. De opleiding focust zich op de punten die een grote impact hebben op d Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Wim Desmet • Bert Pluymers
Marché pour réaliser une étude relative aux modalités de réforme de la taxe de circulation et de la taxe de mise en circulation, sur base des performances environnementales des véhicules. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management
Onderzoekers: • CATHY MACHARIS
MARBEF
Marine biodiversiteit en ecosysteemfunctie
Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt een netwerk van 56 ?centre of excellence? gefinancierd met als voornaamste doelstelling de integratie van onderzoek en outreach rond mariene biodiversiteit en ecosystemeefunctie in Europa te maximalizeren. De activiteiten van dit netwerk zijn gegroepeerd rond drie hoofdthema?s : (1) globale patronen in biodiversiteit, (2) Ecosysteemfunctie, en (3) socio-economische impact. Onze onderzoeksgroep zal bijdragen tot activiteiten die aansluiten bij al deze thema?s Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Magda Vincx • Ann Vanreusel
MAPPIT-gebaseerde recepor interactoomanalyse Universiteit Gent Abstract: Met MAPPIT heeft onze onderzoeksgroep een unieke methode ontwikkeld voor de studie van eiwitinteracties in intacte humane cellen. In dit project zullen we deze twee-hybride methode toepassen om een beter inzicht te verwerven in de signaaloverdracht via de leptine en clucocorticoid receptoren. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Jan Tavernier
MAPPIT: een breed toepasbaar twee-hybride systeem in intacte menselijke cellen Universiteit Gent
Abstract: De MAPPIT technologie laat detectie toe van moleculaire interacties in intacte humane cellen. In dit project wordt MAPPIT verder geoptimaliseerd voor de screening van complexe cDNA bibliotheken. Specifieke toepassingsvelden zijn interacties ter hoogte van receptoren zoals de leptine receptor en Toll-like receptoren, en van signaalmodulerende eiwitten zoals leden van de SOCS en IRF eiwitfamilies. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Jan Tavernier
Mapping the black atlantis of Black Britisch women's Writing and Criticism. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dutch title: Het zwarte Atlantis van zwart-Britse schrijfsters: een verkenning van literatuur en kritiek in zowel Britse als diaspora-context English abstract: This research project on Black British Women's Writing and Criticism aims to offer a thorough examination of a growing field within contemporary British literature that has not yet been treated in its totality in the way that other categories of British women's writing have been. The study proposes to develop a framework for theorizing the field of contemporary writing produced by women of African descent in Britain that takes into consideration the field's British context as well as its positioning on the much broader continuum of literature by women of African descent. To this purpose, it engages with (black) feminism, black/African (feminist) literary criticism, (black) (British) cultural studies, and postcolonial theory. Since black feminist criticism has focused mainly on the admittedly more substantial tradition of African American women's writing, but also on black women's writing from the Caribbean and the continent of Africa, this study examines whether trans-Atlantic connections can be observed or rather a case can made for a specifically British mode of black feminist literary criticism. Organisaties: • Taal- en Letterkunde
Onderzoekers: • Elisabeth BEKERS • JOHAN CALLENS
Mapping the Antwerp-Brussels-Oudenarde tapestry complex (1600-1700) viaSocial Network Analysis KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Kunstwetenschappen Leuven
Onderzoekers: • Koenraad Brosens • Astrid Slegten
Mapping the Antwerp-Brussels-Oudenaarde tapestry complex via Social Network Analysis. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Kunstwetenschappen Leuven
Onderzoekers: • Koenraad Brosens • Klara Alen
Mappingsonderzoek architectuurcultuurbeleid Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde • Vakgroep Bestuur en beleid
Onderzoekers: • Ellen Wayenberg • Junior Burssens
Mapping/scanning van het veld in Vlaanderen m.b.t. sport als middel met een accent op maatschappelijke achterstelling. Voorstellen formuleren voor mogelijke pistes/acties/initiatieven voor de stichting vanaf 2009. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Mapping/scanning van het veld in Vlaanderen m.b.t. sport als middel met een accent op maatschappelijke achterstelling. Voorstellen formuleren voor mogelijke pistes/acties/initiatieven voor de stichting vanaf 2009. Organisaties: • Sportbeleid en -management
Onderzoekers: • MARC THEEBOOM
Mapping functional retinal inputs to the superior colliculus KU Leuven Abstract: A key function of the visual system is to make an organism aware of salient features, allowing an animal to identify prey, or an approaching predator in order to initiate the appropriate behavior. This procedure begins with the processing of the visual scene by the retina, which separates the incoming information into distinct channels that project to several central brain regions. To gain mechanistic insight into how the brainuses this information to direct attention and initiate the appropriate action it is necessary to understand which retinal channels drive a specific behavior, what relevant computations occur, and how.
The circuitry connecting the retina and the superior colliculus of the mouse provides an ideal system to address these questions, because the superior colliculus receives direct input from the retina and connects to the brainstem structures involved in the control of attention and reflexive visual functions, including the orientation of gaze, and defensive moveme Organisaties: • Afd. Dierenfysiologie en Neurobiologie
Onderzoekers: • N. N. • Vincent Bonin • Karl Farrow
Mapping existing research and identifying knowledge gaps concerning the situation of older women in Europe. (= co-fin aan EU170) Vrije Universiteit Brussel Abstract: De laatste eeuw heeft zich een spectaculaire en ongekende ontwikkeling in de levensverwachting van de Europese bevolking voltrokken, meer in het bijzonder voor vrouwen, waarbij ongeveer 1/5 van de personen in Europa bestaande is uit 50+ vrouwen. 70/127,8 miljoen vrouwen - die deel uitmaken van de 12 participerende MERI landen - zijn 50+ vrouwen. Alles samen goed voor 55% van de 50+ vrouwen. Het betreft een opvallend heterogene categorie van vrouwen en tot op vandaag zijn er vanuit het onderzoek aanwijzingen dat wetenschappelijke studies en officiële statistieken de neiging hebben om deze groep vrouwen als onafhankelijke doelgroep te negeren. Het MERI project is dan ook een antwoord op eisen die geformuleerd werden door wetenschappers, vertegenwoordigers van verenigingen en nationale regeringen tijdens een Europees Congres (2001) met als thema 'Gelijke kansen voor oudere vrouwen'. De hoofddoelstellingen van het congres waren drieërlei van aard: het bevorderen van de kennis aangaande de levenssituaties en de problemen van oudere vrouwen. Dit in functie van het bevorderen van zowel de empirische basis voor sociaal en algemeen beleid als van het werk die verricht wordt bij nationale en Europese verenigingen. Voorts het aanmoedigen van toekomstig wetenschappelijk onderzoek rond oudere vrouwen alsook het bevorderen van het bewustzijn van de algemene bevolking ten aanzien van de situatie van oudere vrouwen. Organisaties: • Agogiek
Onderzoekers: • CHRISTEL GEERTS
Mapping en modellering van ecosysteemdiensten en hun wisselwerking. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Erasmus Mundus. UA levert aan Erasmus Mundus de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
Mapping, characterizing and improving urban green services using remotesensing KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Bos, Natuur en Landschap
Onderzoekers: • Martin Hermy • Ben Somers • Jeroen Degerickx
Mapping and analysis of innovation strategies of large firms: exploration versus exploitation KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Onderzoekseenheid MSI Leuven
Onderzoekers: • Rene Belderbos • Bart Leten
MAPO-Impact van evenwichtsoefening arbeid-gezin op loopbaanverschillen tss mannen en vrouwen in Belgie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De arbeidsmarktsituatie van vrouwen en mannen is niet dezelfde. Dat vrouwen minder verdienen en een kleiner deel van hun werktijd besteden aan gesalarieerde arbeid, is bekend. Vrouwen lijken ook moeilijker carrière te maken. Weinig topposities worden ingenomen door vrouwen of meer algemeen: vrouwen stromen minder vlot door in hiërarchische jobladders. Ze lijken te botsen op een 'glazen plafond' wat resulteert in de zogenaamde verticale segregatie op de arbeidsmarkt. De algemene doelstelling van dit project is om de ontwikkeling van carrièreverschillen tussen vrouwen en mannen in België, beter te begrijpen. De carrièrekloof is het resultaat van een complex samenspel van een veelheid aan invloedsfactoren waaronder persoonlijke kenmerken (opleiding, gezinsituatie, etc.), jobkarakteristieken en discriminatie. Daarnaast hebben ook beleidsmaatregelen een invloed op carrières. In dit onderzoek wordt gefocust op de impact van de spanning arbeid/gezin op de carrièrekloof, wat betrekking heeft op bovengenoemde invloedsfactoren. Vrouwen nemen nog steeds een groter deel van het huishoudelijk werk op zich dan mannen. Dat zorgt voor een moeilijkere combinatie van arbeid en gezin en verklaart ten dele de carrièrekloof. De vraag is in welke mate genderverschillen in de interactie tussen arbeid en gezin de carrièrekloof tussen vrouwen en mannen verklaart. De carrièrekloof op de verschillende carrièreniveaus is bovendien afhankelijk van (1) persoonlijke factoren als het opleidingsniveau en de gezinssituatie, (2) afwijkende arbeidsregelingen zoals deeltijds werk of de mogelijkheid tot telewerken en (3) de aanwezigheid van gezinsvriendelijke maatregelen zoals kinderopvang of de mogelijkheid tot loopbaanonderbreking of thematische verloven. De effecten van die invloedsfactoren laten zich echter niet altijd raden. Zo vermindert de mogelijkheid tot telewerken de spanning arbeid/gezin hoewel het niet ondenkbaar is dat de promotiekansen van telewerkers lager zijn als gevolg van een verminderd contact met de werkplek. Via de Markov-methodologie waarop dit onderzoek beroep doet, kunnen individuen ingedeeld worden in groepen met gelijkaardige transitiekansen tussen de verschillende carrièreniveaus. In een eerste benadering worden de transities in de doorstroming tussen de verschillende loonniveaus onderzocht. Door te zoeken naar knelpunten in die doorstroming, proberen we de loonkloof vanuit een meer dynamische invalshoek te evalueren. Vervolgens wordt de analyse hernomen voor transities tussen verschillende carrièreniveaus, wat toelaat om promotiekansverschillen tussen vrouwen en mannen in kaart te brengen en te verklaren voor deze niveaus. Om zowel transities in een bedrijf als tussen verschillende bedrijven te kunnen onderzoeken, wordt een carrièreschaal opgemaakt die het carrièrebegrip uitbreidt tot een werkbaar meerdimensionaal concept waarin naast het inkomen ook factoren zoals beroepsstatus en autoriteit worden opgenomen.
Het onderzoek zal gebeuren op basis van de gegevens die verzameld werden in de Panel Study on Belgian Households (PSBH). In deze longitudinale dataset (1992-2002) werden individuen herhaaldelijk ondervraagd over hun arbeidssituatie en andere factoren die de evenwichtsoefening arbeid/gezin karakteriseren. Bovendien bevat de PSBH-databank naast individuele gegevens ook informatie op huishoudelijk niveau, wat toelaat om carrièrebeslissingen op gezinsniveau te onderzoeken. De verwachte resultaten van het voorliggende project situeren zich vooral op beleidsmatig vlak, maar ook op het vlak van fundamenteel onderzoek. Op fundamenteel niveau zijn de doelstellingen om (1) de carrière als een meerdimensionaal concept te vertalen in een werkbare carrièreschaal en (2) de kwantitatieve onderbouwing van de gehanteerde Markov-methode te verbeteren. De beleidsmatige doelstellingen zijn (1) het in kaart brengen en verklaren van de carrièrekloof, (2) het in kaart brengen en verklaren van de knelpunten in de ontwikkeling van de loon- en carrièrekloof en (3) het evalueren van de impact van de spanning arbeid/gezin op de carrièreverschillen tussen vrouwen en mannen. Organisaties: • Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management
Onderzoekers: • MARIE GUERRY
MapFlux: Het verenigen van papier gebaseerde kaarten en hun digitale tegenhangers Universiteit Hasselt Abstract: Recente controversies omtrent mobiele digitale kaarten hebben de relevantie van cartografie in mens-computerinteractie en informatievisualisatie voor mobiele toestellen aangetoond. Ondanks de vooraanstaande rol van zogenaamde "kaart apps" zijn deze niet grondig bestudeerd vanuit het perspectief van de vele en relevante onderzoeksresultaten uit het domein van cartografie. Bovendien worden de principes en "best practices", vastgelegd in cartografie, zelden geïntegreerd in het werk van computerwetenschappers en in de informaticatoepassingen. In MapFlux gaan we eerst de voornaamste cartografische problemen in populaire kaartapplicaties voor mobiele toestellen identificeren. Op basis van de academische literatuur in het domein van cartografie en het onderzoek in mobiele mens-computerinteractie en "augumented" papier, zullen we dan potentiele oplossingen, welke de leegte tussen huidige papier gebaseerde kaarten en hun digitale tegenhangers zullen overbruggen, identificeren, implementeren en evalueren. Er zijn thans veel opportuniteiten om de voordelen van traditionele cartografie te benutten om zodoende geografische informatie meer toegankelijk en bruikbaar te maken voor digitale toestellen. De kern van het onderzoek zal zich situeren in onderzoek naar fundamentele interactieprincipes voor ruimtelijke informatie. Eerder dan het vervangen van elke papier gebaseerde kaartinteractie door digitale kaartapplicaties, beogen we een symbiose van de kerneigenschappen van de papieren- en digitale wereld door het ontwerpen van hybride papierdigitale gebruikersinterfaces. Organisaties: • Expertisecentrum voor Digitale Media • Expertisecentrum voor Digitale Media
Onderzoekers: • Johannes SCHOENING
MAPCONDUCT: Een multi-as benadering om het geleidingsmechanisme van dunne film vaste-stofelektrolyten te ontrafelen. Universiteit Gent Abstract: Het projectdoel is om de samenstelling van dunne film vaste-stofelektrolyten (as 1), om de depositieomstandigheden te wijzigen (as 2), en om de depositieomstandigheden te wijzigen (as 3) te meten. Het resultaat van deze multi-asbenadering is een 3D beeld. Dit beeld moet toelaten om de belangrijkste parameter die het geleidingsmechanisme van deze materialen beïnvloeden te achterhalen. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Diederik Depla
Man, vrouw en hun representaties: een onderzoek naar de interactie van gendervertogen in tekst en subject door middel van tekstanalyse en receptie-onderzoek Vrije Universiteit Brussel Abstract: Seksuele identiteiten zijn de laatste jaren meer en meer opengetrokken, en er is dan ook sprake van een ware "discursieve explosie" waarbij oude en nieuwe identiteiten de kop op steken. Het onderzoek wil de gendervertogen in verschillende populaire media-teksten nagaan, en onderzoeken hoe respondenten die lezen. In een eerste stadium zal daarom onderzocht worden welke prestaties van mannelijkheid en vrouwelijkheid terug te vinden zijn in televisieprogramma's als "het swinpaleis", "ideale maten" en "blind date", evenals in tijdschrift artikels en foto's. In een tweede stadium zullen die teksten dan voorgelegd worden aan respondenten en door middel van kwalitatieve verwerking van dieprteinterviews zal gepoogd worden na te gaan hoe de discoursen die leven in het subject interageren met de tekstuele vertogen. Andere vragen die behandeld zullen worden zijn o.a. of mensen contradictorische discoursen (h)erkennen en vervolgens verwerpen of aanvaarden; welke tekstuele aspecten zijn bindend en dus niet vatbaan voor polysemie? Gebruik makend van een foucaultiaanse vertoog-analyse, hoopt het onderzoek dan ook een antwoord te vinden op de aloude vraag naar de kracht van de media in identiteitsvorming, en wat de mensen met deze gerepresenteerde identiteiten doen. Organisaties: • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • HANS VERSTRAETEN
Manufacturing of precise and complex shaped components in difficult tocut materials KU Leuven Abstract: Eindproducten moeten steeds langere levensduur, meer functionaliteiten,hoger rendement halen, wat zich vertaalt in steeds nauwkeurigere componenten. Een bevraging van de Vlaamse maakindustrie stelt dat binnen 5 jaren de vereiste nauwkeurigheid zal toenemen met een factor 3, maar de productiekosten zullen niet mogen stijgen. Op korte termijn zal een verhoogde procesbeheersing volstaan, maar op langere termijn kan dit enkel bereikt worden door nieuwe productietechnologieën. Dezelfde evolutie en specifieke acties zijn er in buurlanden Nederland, Duitsland en UK voor precisiemechanica en de optische industrie. Enerzijds hebben de Vlaamse OEM vlaggenschepen niet hetzelfde niveau van co-ontwikkeling opgezet met huntoeleveranciers en anderzijds wordt de typische Vlaamse toeleverancier niet betrokken bij de co-ontwikkeling. Hierdoor is de drempel voor de Vlaamse maakindustrie te hoog om op eigen houtje toptechnologie binnen te trekken en is er een nood aan een collectief initiatief om de stap Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Bert Lauwers • Jan Bouquet
Manufacturing gluten resin based natural fibre composites KU Leuven Abstract: As a co-product of the wheat starch industry, gluten is available in large amounts at relatively low cost. This, together with its intrinsic properties, makes gluten an ideal renewable candidate for conversion into bio-based, disposable, high-performance materials. In this thesis, a scientific methodology for the production of novel purely bio-based composite materials, based on a gluten matrix, will be developed. Hereto, the following questions will be addressed: Characterization of gluten resin; Compatibility and interaction between natural fibres and the gluten-based matrix; Study of the (mechanical) performance of the gluten-based composites; Studying the feasibility of various composite manufacturing routes. Organisaties: • Structurele Materialen
Onderzoekers: • Ignace Verpoest • Peter Van Puyvelde • Aart Willem Van Vuure • Nhan Vo Hong
Manufacturers and retailers going healthy: a standard health symbol andproliferation into a healthy line. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Marketing Leuven
Onderzoekers: • Lien Lamey • Anne ter Braak • Berna Basar
Manuele en mechanische defibroseringstechnieken bij littekens van brandwonden en traumata. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Oscare. UA levert aan Oscare de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie (REVAKI)
Onderzoekers: • Ulrike Van Daele • Jill Meirte
Manueel versus Cad/Cam vervaardigde frameprothesen Universiteit Gent Abstract: De klassieke frameprothese wordt vervaardigd via diverse werkmodellen en gegoten in CrCo volgens de ?verloren wastechniek?. Dit maakt het proces arbeidsintensief en tijdrovend zodat het uiteindelijk resultaat niet steeds voorspelbaar en zeker niet reproduceerbaar is. Het doel van deze studie is het maximaal automatiseren van het vervaardigingsproces en het implementeren van rapid prototyping technieken in de vervaardiging van de frameporthese, die steeds individueel en op maat van elke patiënt dient vervaardigd te worden. Naast het technisch luik is er een klinisch luik waarbij voor dezelfde patiënt zowel een klassiek vervaardigde als een digitaal vervaardigde frameprothese wordt gemaakt en getest op pasvorm, duurzaamheid, comfort, ?. Organisaties: • Vakgroep Tandheelkunde
Onderzoekers: • Godelieve Van Zeghbroeck
Mantelzorgers die zorgen voor een thuiswonende kwetsbare oudere: omgaan met acute en geleidelijke veranderingen in gezondheid en afhankelijkheid. Universiteit Antwerpen Abstract: Titel Mantelzorgers die zorgen voor een thuiswonende kwetsbare oudere: omgaan met acute en geleidelijke veranderingen in gezondheid en afhankelijkheid. Achtergrond In de nabije toekomst zal de vergrijzing van de bevolking een grote invloed hebben op de vraag naar formele en informele langdurige zorg. Informele zorg wordt voornamelijk verleend door familieleden, vooral echtgenoten en kinderen. In België verleent bijna 10% van personen die 15 jaar of ouder zijn informele zorg. Toch zijn ze vaak 'onzichtbaar'. Ze zoeken niet snel hulp, zelfs niet als ze overbelast dreigen te raken. Doel In deze studie willen we de ervaring van het zorgen voor een kwetsbare oudere die thuis woont verkennen. We zijn vooral geïnteresseerd in hoe mantelzorgers omgaan met acute en geleidelijke veranderingen in de gezondheid of afhankelijkheid van de oudere persoon. Onderzoeksvragen - Hoe ervaren mantelzorgers het zorgen voor een kwetsbare oudere persoon die thuis woont en verandert deze ervaring in de loop van de tijd? - Hoe gaan mantelzorgers om met acute en geleidelijke veranderingen in afhankelijkheid, lichamelijke en geestelijke gezondheid van de kwetsbare oudere persoon? - Wat is de impact van deze acute en geleidelijke veranderingen op de fysieke, mentale en sociale gezondheid van de mantelzorger? Methodologie We plannen een longitudinaal case study onderzoek. Een doelgerichte steekproef van ongeveer 10 mantelzorgers van kwetsbare ouderen zal worden samengesteld. In dit kwalitatieve onderzoek geven we de voorkeur aan een kleine steekproef om hun ervaringen in de diepte en longitudinaal te kunnen bestuderen. Bij aanvang en na 6 en 12 maanden zullen we interviews en assessments doen met de mantelzorgers bij hen thuis. Daarnaast doen we maandelijks semi-gestructureerde telefonische interviews met de mantelzorgers. Organisaties: • Eerstelijns - en interdisciplinaire zorg Antwerpen (ELIZA)
Onderzoekers: • Veronique Verhoeven
Mantelzorg bij HIV/Aids patienten binnen de extra-murale zorg.
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Mantelzorg, de peiler van de extramurale zorg voor HIV/ AIDS patienten, is weinig onderzocht.Ons vorig onderzoek toont nochtans dat ze economisch zeer belangrijk is: van alle zorgverrichtingen voor AIDS patienten komt ze op de 2de plaats na hospitalisaties. Deze gegevens zijn afkomstig van patiënten. In dit project willen we de mantelzorgers van de patiënten zelf onderzoeken naar aard, duur en omvang van hun taken om tot een nauwkeuriger inschatting van de kostprijs te komen, hun noden en behoeften, naar hun relatie met gezondheids- en welzijnszorg en vrijwilligersorganisaties. Ze zullen een interview krijgen d.m.v. een gestandaardiseerde vragenlijst, en een dagboek invullen. Om daartoe gemotiveerd te worden zullen ze regelmatig dienen gevolgd te worden. Dezelfde onderzoekers als bij de patiënten zullen worden ingeschakeld om de respons te maximaliseren. Naar ons weten is dergelijk diepte onderzoek niet eerder gebeurd.Het project wil de maatschappelijke kost van HIV/AIDS beter helpen inschatten, en bijdragen tot een betere samenwerking tussen professionele en informele zorg. Door ziekte van de onderzoeker is dit project nog niet gerealiseerd. Organisaties: • Maatschappelijke Gezondheidszorg
Onderzoekers: • ANNE-MARIE DEPOORTER
Manpower planning voor openbare besturen. (Meerjarig onderzoeksprogr. ter ondersteuning van de modernisering overheidsinstellingen) (Thema 4: sturing van de veranderingsprocessen) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Manpower Planning is een facet van Human Resources Management, voornamelijk gebaseerd op wiskundige modelisatie. Manpower Planning biedt ondersteuning aan het personeelsbeleid door de impact van alternatieve strategieën tegenover elkaar af te wegen. Op internationaal vlak werd reeds eerder fundamenteel onderzoek verricht aangaande kwantitatief personeelsbeleid. We verwijzen hierbij onder meer naar het onderzoek uitgevoerd door D. Bartholemew, A. Forbes en S. McClean (Statistical techniques for Manpower planning, 2nd edition, Wiley, Chichester). Reeds uitgevoerde grootschalige cases beperken zich hoofdzakelijk tot de privé-sector. De vakgroep Manpower Planning van de Vrije Universiteit Brussel verricht als één van de weinigen binnen België onderzoek op het vlak van kwantitatief personeelsbeleid. Er werd reeds heel wat expertise opgebouwd aangaande fundamenteel onderzoek (zie publicatielijst), praktijkervaring alsook aangaande onderzoek in multidisciplinair samenwerkingsverband. Dit onderzoek heeft tot doel, steunende op de reeds opgebouwde expertise, bestaande theorieën en modellen aan te passen aan de specificiteit van de overheidsinstellingen. Alzo zal een analyse van de bestaande personeelstoestand in de overheidsinstellingen toelaten om op een gefundeerde manier voorstellen te formuleren voor alternatieve scenario's aangaande het personeelsbeleid. Vooreerst moet worden gekomen tot het inventariseren van eventuele knelpunten en aspecten waaraan het personeelsbeleid aandacht dient te besteden. Zodoende is het in eerste instantie noodzakelijk de bestaande personeelstoestand op het gebied van onder meer doorstroom en afvloeiing van personeel te analyseren. Achtereenvolgens wordt een inschatting gemaakt van de gevolgen van bepaalde maatregelen omtrent o.a. recruteringen, afvloeiingen, overplaatsingen, mutaties en promoties. Kwantitatieve analyses gebaseerd op manpowermodellen zijn in staat om de impact van een bepaald promotie- en/of recruteringsbeleid in te schatten. Aldus kan de vergelijking van de output van verschillende mogelijke beleidsscenario's de beslissing aangaande een bepaald personeelsbeleid ondersteunen. Deze analyse resulteert bijgevolg in een voorstel van een aantal opties aangaande het personeelsbeleid die resulteren in een gewenste personeelstoestand waarbij onder meer de beschikbare en gewenste personeelsverdeling over de categorieën heen optimaal op elkaar zijn afgestemd. Dit houdt enerzijds in dat het voorhanden personeel meer optimaal zal worden ingezet, maar anderzijds dat er een welbepaalde recruterings- afvloeiings- en promotiestrategie zal worden vooropgesteld. De maatregelen die kunnen onderzocht worden zijn o.a. extra aanwervingen, interim-krachten, afvloeiingen, werktijdverkorting en deeltijds werken alsook overplaatsingen tussen verschillende diensten en uitbestedingen. Gevolgen die kunnen onderzocht worden zijn onder meer een slechte personeelsverdeling (verkeerde verhouding de verschillende hiërarchische niveau's), te 'oud' personeelsbestand, massale pensionering, slechte doorstroming, te dure ambtenaren, personeelstekorten of overschotten,... Organisaties: • Industriële Vestiging • Manpower Planning
Onderzoekers: • MARIE GUERRY • PETER PEETERS • FRANK PLASTRIA
Manpower planning in Belgische ondernemingen: een onderzoek naar personeelsplanning, de houding van werkgevers tegenover mathematische manpower planning en de hindernissen bij de toepassing ervan binnen HRM. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Mathematische Manpower Planning (MMP) ondersteunt de bepaling en de implementatie van de strategie van grote ondernemingen met betrekking tot het personeelsbeleid. Verscheidene nationale en internationale studies hebben aangetoond dat de toepassing van MMP leidt tot succesvolle resultaten. Andere onderzoeken in de voorbije decennia daarentegen concludeerden dat het amper wordt gebruikt door ondernemingen in de Verenigde Staten. Dit onderzoeksproject heeft als doelstelling de implementatie en de bruikbaarheid van MMP binnen Belgische ondernemingen te bestuderen en te stimuleren. De obstakels voor de implementatie moeten geïdentificeerd worden. Deze kunnen van allerlei aard zijn. Enerzijds dienen de modellen zelf te worden geanalyseerd: men gaat na of de veronderstelde hypothesen realistisch zijn en of de modellen beantwoorden aan de behoeften van ondernemingen. Anderzijds moeten ook de problemen van de implementatie van zowel HRM als operationeel onderzoek in de praktijk worden bestudeerd, gezien MMP een onderdeel vormt van operationeel onderzoek en het binnen het bedrijfsgebeuren deel uitmaakt van HRM. Tenslotte is er een verschil tussen de huidige economische context en deze waarin de basis voor de manpower modellen werd gelegd. Het effect van dit verschil op de toepasbaarheid van MMP wordt bestudeerd. Uiteindelijk leiden al deze resultaten tot het formuleren van een aantal richtlijnen voor fundamenteel onderzoek in en implementatie van MMP. Organisaties:
• Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management
Onderzoekers: • MARIE GUERRY • Tim DE FEYTER
MANpower - Energy Harvesting and Storage for Low Frequency Vibrations. KU Leuven Abstract: Perpetually self powered electronic systems that can be implanted into the human body is the application area that we have targeted for demonstration of this technology, because there are a clear set of requirementswhich will motivate the design, fabrication and test of the system under consideration. Organisaties: • Experimentele Cardiale Heelkunde
Onderzoekers: • Paul Herijgers
Mannelijk feminisme: de participatie van mannen aan bewegingen voor de emancipatie van vrouwen in België, Frankrijk en Nederland (1960-1990) Universiteit Gent Abstract: Dit doctoraatsonderzoek handelt over de samenwerking van Belgische, Franse en Nederlandse feministische groepen uit de jaren 19601990 met mannen i. v. m de mobilisatie voor de legalisering van abortus en anticonceptie, de kritiek van machtsrelaties binnen het huwelijk en de preventie van geweldpleging tegen vrouwen. Er zal zowel van schriftelijke als mondelinge bronnen gebruik gemaakt worden (interviews, archieven, feministische pers en literatuur). Organisaties: • Vakgroep Geschiedenis
Onderzoekers: • Gita Deneckere
Mannelijk en vrouwelijk communicatiegedrag in Nederlandstalige en Duitstalige jeugdtijdschriften Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het verschil tussen het vrouwelijke en het mannelijke communicatieve gedrag binnen onze maatschappij is sedert het begin van de tweede vrouwenbeweging, dus sinds de jaren zeventig onderwerp van linguïstisch onderzoek. Het recente onderzoek staat inmiddels ver weg van het oorspronkelijke, door het feminisme beïnvloede concept van 'de vrouw als slachtoffer' en gaat zich steeds meer concentreren op de verschillen en overeenkomsten van seksegebonden taalgedrag, dat fundamenteel als gelijkwaardig wordt gezien. Bij het voorgestelde sociolinguïstische onderzoek gaat het over hoe en in welke mate gender wordt geconstrueerd in een Nederlandstalig (Vlaanderen) en een Duitstalig (BRD) jeugdtijdschrift, hoe verbale communicatie tussen jongens en meisjes wordt weergegeven en welke rol jeugdtijdschriften spelen bij de overdracht van seksesterotypen. Organisaties: • Germaanse Talen
Onderzoekers: • MADELINE LUTJEHARMS
Mannelijke homoseksualiteit in Brussel, 1867-1967. Een studie van praktijken en vertogen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project wil aan de hand van gerechtsdossiers waarin sprake is van mannelijke gelijkgeslachtelijke seksuele handelingen die plaatsvonden in Brussel tussen 1867 (de introductie van het Belgisch Strafwetboek) en 1967 (ontstaan van de homobewegingen) nagaan: (1) welke elitaire en volkse vertogen over homoseksualiteit circuleerden en hoe deze vertogen een invloed hadden op de opbouw van seksuele identiteit van de betrokkenen; (2) welke betekenis stadsontwikkeling had voor de uitbouw van niet-heteroseksuele levensstijlen en identiteiten; (3) welke invloed werd uitgeoefend op dit alles werd uitgoefend door politieke transformaties en machtswissels. Organisaties: • Power in History - Centrum voor Politieke Geschiedenis
Onderzoekers: • Henk de Smaele
Manipuleren van stresstolerantie van maïs. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Studie van de manipulatie van stesstolerantie van maïs. Organisaties: • Eenheid Biofysica
Onderzoekers: • CHRISTIAAN SYBESMA
Manipuleren van het endotheel metabolisme: een nieuwe anti-angiogene benadering voor kankertherapie. KU Leuven Abstract: Het domein van anti-angiogenese therapie wordt momenteel geconfronteerdmet de beperkingen van de huidige strategieën (toxiciteit, resistentie), waardoor we conceptueel verschillende benaderingen moeten onderzoeken.We stellen daarom voor om een geheel andere en lang over het hoofd geziene strategie, om nieuwe anti-angiogene kandidaten te ontdekken, te onderzoeken. In plaats van tumoren uit te hongeren door hun bloedvoorzieningte blokkeren willen we de tumorbloedvaten uithongeren door hun metaboleenergievoorziening te blokkeren. Om de rol van metabole genen bij ontwikkeling en kanker te bepalen, zullen we gebruik maken van een zebravis (tumor) model, gecombineerd met de nieuwe, state-of-the-art zinkvinger nuclease (ZFN) knockout technologie. We zullen angiogenese tijdens ontwikkeling in ZFN gegenereerde zebravismutanten analyseren, evenals tumor angiogenese door het tumor model in deze mutanten toe te passen. We verwachten dat dit kleine diermodel waardevolle informatie zal bijbrengen ov Organisaties: • Angiogenese en Neurovasculaire Link
Onderzoekers: • Peter Carmeliet
Manipuleren van de differentiatie van embryo's en embryonale stamcellen Universiteit Gent
Abstract: De eerste differentiatie van het embryo vindt plaats op het blastocyst stadium met de vorming van het trofectoderm en de binnenste celmassa. Vervolgens groeit de binnenste celmassa uit tot hypoblast en epiblast. Met chemische kleine moleculen kan deze segregatie beïnvloed worden, zodat bvb epiblast gevormd wordt. De vraag blijft of de derivatie van stamcellen hierdoor beïnvloed wordt. Organisaties: • Vakgroep Uro-gynaecologie
Onderzoekers: • Petra De Sutter • Björn Heindryckx
Manipulatie van magnetische micropartikels in druppelgebaseerde microfluidics KU Leuven Abstract: Lab-on-a-chips en microfluïdische analysesystemen bestaan al meerdan drie decennia. Ze worden toegepast voor medische, milieu- en voedseldiagnostiek en verschijnen in verschillende configuraties en complexiteit. Wat ze allemaal gemeenschappelijk hebben zijn de kleine vloeistofvolumes, die getransporteerd worden in structuren met micrometerdimensies. Een veelbelovende en groeiende subcategorie van deze microfluïdische systemen zijn de meerfasige, druppel-gebaseerde of gesegmenteerde stroomsystemen. Discrete hoeveelheden reagentia worden vervoerd in microfluïdische kanalen, omringd met een onmengbare vloeistof of een gas, wat contaminatie tussen verschillende reactievolumes voorkomt. Deze druppeltjes, meteen typisch reactievolume van 1 microliter tot 1 picoliter, kunnen gebruikt worden als microreactorvaten voor (bio)chemische reacties of voor bioassays zoals ELISA en PCR. Ze kunnen aan hoge frequenties gegenereerd worden, tot 10.000 per seconde, wat vooral veelbelovend is voor toepassin Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Jeroen Lammertyn • Bert Verbruggen
Manipulatie van licht-materie interacties met colloïdale kristallen KU Leuven Abstract: Fotonica wordt algemeen beschouwd als de meestbelovende industrie om detechnologische evolutie voort te zetten wanneer elektronische apparaten hun limieten qua bedrijfstoerental en bandbreedte bereiken. Niettegenstaande is een efficiëntere controle over licht-materie interacties nodig om het volledig potentieel van fotonica aan te wenden. In ditwerk werd onderzocht of colloïdale fotonische kristallen gebruikt kunnen worden om dit te realiseren. Zulke colloïdale kristallen bestaan uit sferische partikels die op een regelmatige manier gestapeld zijn door zelfassemblage. Dankzij de welgedefinieerde opbouw vertonen deze kristallenstructurele kleuren die gebaseerd zijn op interferentie-effecten, net zoals in natuurlijke opalen. Daarnaast zijn er enkele fundamentele eigenschappen van fotonische kristallen die hun interessant maken om lichtmaterie interacties te manipuleren. Zo wordt licht van welbepaalde golflengtes sterk vertraagd in een fotonisch kristal en wordt de emissie van lichtbronn Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Koen Clays • Pieter-Jan Demeyer
Manipulatie van dendrietische cellen en regulatoire T cellen voor tolerantie inductie in autoimmune ziekte modellen. KU Leuven Abstract: Autoimmune diseases results from a harmful reaction of the immune system against certain cells or cell components of the patient. For example, in multiple sclerosis, misguided T lymphocytes recognize central nervoussystem myelin sheet antigens and mount a chronic inflammatory and destructive reaction against it. To initiate an immune reaction properly, T lymphocytes are dependent on specialized antigen-presenting cells: the dendritic cells, which are able to either license or prevent an adaptive immune response. Dendritic cells deliver various so-called costimulatory and third signals (based on cell cell interactions and cytokines respectively) that are required for optimal T cell activation and differentiation. This is also the case for autoimmune reactions. These signals can therefore be manipulated using blocking reagents. Using this approach, it should be possible to retain the activity of a regulatory subset of T lymphocytes (Treg cells), which down-regulate auto-reactivit Organisaties: • Laboratorium Klinische Immunologie
Onderzoekers: • Jan Ceuppens
Manipulatie van de Flux Beweging in nano-Gestructureerde Supergeleiders. Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoek is gericht op de fundamentele studie van nieuwe supergeleidende (SG) materialen waarbij de flux beweging wordt gecontroleerd doormiddel van nano-structurering. Dit leidt tot een sterke verhoging van de kritische elektrische stroom en kritisch magneetveld. Dit project omvat de studie van: (i) gecontroleerde flux beweging in nano-gestructureerde SGs met pinning centra; (ii) nieuwe vortextoestanden met inbegrip van vortex-clusters en de reuze vortextoestand geinduceed doormiddel van pinning en inperking. Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Veaceslav Misco
Manipulaties vanm ucosale antigeen-presenterende cellen door virussen voor het vergemakkelijken van hun spreiding en ontwrichting van de immuunrespons Universiteit Gent Abstract: In het projectvoorstel zal nagegaan worden hoe virussen mucosale antigeen-presenterende cellen (m-APC), met speciale aandacht voor dendritische cellen, kunnen manipuleren om zo het spreiden van het virus te bevorderen en/of de antivirale immuunrespons te verstoren. Ontrafelen van de onderliggende mechanismen zal toelaten om nieuwe en meer gerichte antivirale strategieën te ontwikkelen. Organisaties: • Vakgroep Virologie, parasitologie en immunologie
Onderzoekers: • Hans Nauwynck
Manipulaties van mucosale antigeen-presenterende cellen door virussen voor het vergemakkelijken van hun spreiding en ontwrichting van de immuunrespons
Universiteit Gent Abstract: In het projectvoorstel zal nagegaan worden hoe virussen mucosale antigeen-presenterende cellen (m-APC), met speciale aandacht voor dendritische cellen, kunnen manipuleren om zo het spreiden van het virus te bevorderen en/of de antivirale immuunrespons te verstoren. Ontrafelen van de onderliggende mechanismen zal toelaten om nieuwe en meer gerichte antivirale strategieën te ontwikkelen. Organisaties: • Vakgroep Virologie, parasitologie en immunologie
Onderzoekers: • Herman Favoreel
Manipulaties van mucosale antigeen-presenterende cellen door virussen voor het vergemakkelijken van hun spreiding en ontwrichting van de immuunrespons Universiteit Gent Abstract: In het projectvoorstel zal nagegaan worden hoe virussen mucosale antigeen-presenterende cellen (m-APC), met speciale aandacht voor dendritische cellen, kunnen manipuleren om zo het spreiden van het virus te bevorderen en/of de antivirale immuunrespons te verstoren. Ontrafelen van de onderliggende mechanismen zal toelaten om nieuwe en meer gerichte antivirale strategieën te ontwikkelen. Organisaties: • Vakgroep Klinische biologie, microbiologie en immunologie
Onderzoekers: • Bruno Verhasselt
Manipulaties van de electron transport keten als behandeling tegen de ziekte van Parkinson. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Patrik Verstreken • Melissa Vos
Manin matrices en niet-commutatieve algebraïsche meetkunde Vrije Universiteit Brussel Abstract: Manin matrices werden geïntroduceerd door Yuri Manin tijdens zijn onderzoek naar de symmetrie van niet-communicatieve algebraïsche meetkunde. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • MICHEL VAN DEN BERGH
Mandaat intercommunautaire postdoctoraal medewerker 2011-2012 - Dr. Emilie Cauet Vrije Universiteit Brussel Abstract: Mandaat intercommunautaire postdoctoraal medewerker 2011-2012 - Dr. Emilie Cauet Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • PAUL GEERLINGS
Mandaat buitenlandse postdoctoraal wetenschappelijk medewerker - Dr. Olexandr KONOVALOV (Ukraïne) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Wij onderzoeken de structuur van eenheden van groepringen en geven implementaties in GAP. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • Eric JESPERS
Managing Social Risks through Transitional Labour Markets. (TLM.NET) Universiteit Antwerpen Abstract: Het betreft hier een netwerk van onderzoekers erkend binnen het 5de EU-kaderprogramma (onderdeel::Improving Human Potential Programme) waarvan het CSB lid is. Onderzoek over arbeidsmarktverschuivingenen transities in andere sectoren van de samenleving wordt via seminaries en workshops uitgewisseld en vergeleken met het oog op een bijdrage tot het Europees sociaal model. Organisaties: • CENTRUM VOOR SOCIAAL BELEID • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Godelieve De Lathouwer
Managing financial and actuarial risks in a combined world KU Leuven Abstract: nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp; In dit Ph.D. project, onderzoeken we de onafhankelijkheid tussen financiële risicos en verzekeringsrisicos. Daarvoor modelleren we beide werelden aan de hand van een gefiltreerde kansruimte. Onmiddellijke rente en stockprijzen in de financiële wereld worden dan in dat opzicht beschreven als stochastische processen. Biometrische risicos anderzijds worden beschreven als stochastische processen in een tweede gefiltreerde kansruimte.De gecombineerde financiële en actuariële wereld wordt nu beschreven via de productruimte van de twee reeds vermelde kansruimten. Vaak wordt er aangenomen dat de stochastische processen uit de fysische wereld enerzijds en de verzekeringswereld anderzijds onafhankelijk zijn. Echter, als we de fysische kansmaat vervangen door een equivalente martingale maat om derivaten te prijzen, is de onafhankelijk tussen de stochastische processen niet automatisch verzekerd.Op een meer algemeen niveau wordt er eveneens bestudeerd hoe afh Organisaties: • OG Insurance Leuven
Onderzoekers:
• Jan Dhaene • Ben Stassen
Managen van zakelijke relaties: Hoe het inertia probleem onder controle? KU Leuven Abstract: Managing business relationships: How to control the inertia problem?Thenbsp;of this research project is to provide insights on how to make more profitable partner selection choices to better manage interfirm cooperation. More specific, we focus on the phenomenon of inertia. Inertia is the tendency of partners to stay longer in the relationship than economically defensible. Inertia results from the reluctance of managers, who are responsible for the success of the relation,to terminate an underperforming relation because it is an admission of their failure to build a successful interfirm cooperation (Bazerman et al. 1984).Interfirm cooperation has become an important topic within the management controlnbsp;as it is a popularstrategy for organizations to leverage core competencies, to penetrate new markets, to protect old ones and/or to learn or acquire new strategic capabilities. However, many of these interfirm relationships end up infailures. Recognizing the importance of adequate con Organisaties: • OG Accountancy Leuven
Onderzoekers: • Eddy Cardinaels • Alexandra Van den Abbeele
Managen in onzekere tijden Universiteit Hasselt Abstract: De Vlaamse Overheid beschikt over een vrij compleet instrumentarium om bedrijven te ondersteunen. Toch is het zo dat bedrijven die reeds geholpen werden bij het opstellen van een strategisch doorstartplan dit te weinig implementeren. In het moeilijke economische klimaat is het belangrijk dat bedrijven hun strategische focus behouden om hun toekomst veilig te stellen en continuïteit te garanderen. In een periode van 24 maanden willen we 79 KMO's bijstaan met het implementeren van hun strategische plannen. Organisaties: • Governance • Kenniscentrum voor Ondernemerschap en Innovatie
Onderzoekers: • Tinne LOMMELEN • Raf SLUISMANS
Management van virale ziektes in de garanalenkweek in Vietnam Universiteit Gent Abstract: Het voorkomen van virale ziekten in garnaalkwerkerijen in Vietnam zal bestudeerd worden. Een WSSV blootstellingstest zal ontwikkeld worden om het effect van nutraceuticals, immunompodulators en diverse management technieken op de vatbaarheid van garnalen voor WSSV na te gaan. Organisaties: • Vakgroep Dierlijke productie
Onderzoekers: • Patrick Sorgeloos • Hans Nauwynck
Management van lage graad cervixdysplasie bij HIV positieve vrouwen: effect van cryotherapie en predictors voor progressie. Universiteit Antwerpen Abstract: Objectieven van de studie: a) Bepalen of cryotherapie effectiever* is dan regeImatige follow-up voor het management van LSIL bij HIV+ vrouwen b) Bepalen of dit effect verschillend is voor HIV + dan voor HIV -vrouwen c) Bepalen van heteffect van HIV en HP V (types, shedding en insertie) op de spontane regressiekans, persistentie en progressie van LSIL d) Het nagaan van het effect van de cryotherapie op HP V shedding en insertie en HIV shedding Organisaties: • Laboratorium voor celbiologie en histologie
Onderzoekers: • Johannes Bogers
Management van financiële en actuariële' risico's: modellering, regelgeving, disclosure en markteffecten. KU Leuven Abstract: Het hoofddoel van het project bestaat erin om interdisciplinaire onderzoek te verrichten over een aantal essentiële aspecten van het risk management proces van financiële instellingen en om een aantal kwantitatieve en kwalitatieve tools te ontwikkelen die kunnen gebruikt worden bij het beheren van financiële en actuariële risico's in het kader van een financiële of een verzekeringsinstelling. Dit project bouwt voort op de resultaten van de vorige GOA/2002/01 en GOA/2007/01 projecten, die zich vooral richtten naar de verzekeringssector. In dit project wordt uitgegaan van een interdisciplinaire benadering, die de onderzoeksdomeinen actuariële wetenschappen, finance, accountancy, statistied en kanstheorie omvat. De huidige Europese solvency regulations zoals Basel II(III) en SolvencyII laten financiële instellingen toe om hun eigen 'tailormade' interne modellen op te stellen voor hun risicobeheer (ERM = Enterprise Risk Management). De resultaten van het gehele onderzoeksprojecnbsp;t zull Organisaties: • OG Insurance Leuven
Onderzoekers: • Marleen Willekens • Wim Schoutens • Cynthia Van Hulle • Jan Dhaene
Management van Azolla species in natuurlijke en landbouwkundige omgevingen Universiteit Gent Abstract: Deze studie onderzoekt tot op welk niveau de waterkwaliteit en de structurele karakteristieken van een moerassig gebied invloed hebben op Azolla in het Selkeh moeras (in Iran). Dit project focust zich op Azolla filiculoides Lam., een invasieve exoot van moerassige gebieden. Deze studie presenteert een methode voor het selecteren van de belangrijkste verklarende variabelen voor het behoud van moerasgebieden, de
restauratie ervan en beheersprogramma?s. Organisaties: • Vakgroep Plantaardige productie
Onderzoekers: • Patrick Van Damme
Management of non-profit organisations: the interaction between rewards, managerial behaviour and efficiency. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Gezien het feit dat de omgeving waarin managers van non-profit organisaties functioneren, verschilt van die van de profit bedrijven, kunnen de effecten van hun beloningstructuren nog niet accuraat voorspeld worden. Daarom stelt dit project voor om empirisch de relaties tussen belonings- en verloningssystemen voor managers, managementmotivatie, managementgedrag en management- en organisationele efficiëntie in non-profit organisaties te onderzoeken. Organisaties: • Micro-economie voor Profit en Non-Profit Sector • Arbeids- en Organisatiepsychologie
Onderzoekers: • ROLAND PEPERMANS • MARC JEGERS
Management motivatie als predictor van professsioneel succes. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project onderzoekt of management motivatie kan gehanteerd worden als voorspeller van professioneel succes bij studenten en bij actuele managers. Daartoe zal enerzijds worden nagegaan wat de precieze betekenis is van de management rol voor beide doelgroepen, om van daaruit te komen tot een operationalisatie van professioneel succes in termen van carrière ontwikkeling en management effectiviteit. Tevens zal de aanzet worden gegeven van een longitudinaal onderzoek waarbij de gehanteerde proefgroepen zullen gevolgd worden in hun verdere beroepsloopbaan om aldus de voorspellende waarde en evolutie van de management motivatie te onderzoeken. Hiermee sluiten we niet alleen aan bij een centraal onderwerp in het onderzoek van management gedrag maar worden tevens verbanden gelegd met het onderzoek van arbeidsoriëntaties/-motivatie en organisatie psychologie. Organisaties: • Arbeids- en Organisatiepsychologie
Onderzoekers: • ROLAND PEPERMANS
Management motivatie als predictor van professioneel succes Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project onderzoekt of management motivatie kan gehanteerd worden als voorspeller van professioneel succes bij studenten en bij actuele managers. Daartoe zal enerzijds worden nagegaan wat de precieze betekenis is van de management rol voor beide doelgroepen, om van daaruit te komen tot een operationalisatie van professioneel succes in termen van car~ reontwikkeling en management effectiviteit. Tevens zal de aanzet worden gegeven van een longitudinaalonderzoek waarbij de gehanteerde proefgroepen zullen gevolgd worden in hun verdere beroepsloopbaan om aldus de voorspellende waarde en evolutie van de management motivatie te onderzoeken. Hiermee sluiten we niet alleen aan bij een centraal onderwerp in het onderzoek van management gedrag maar worden tevens verbanden gelegd met het onderzoek van arbeidsorientaties/-motivatie en organisatiepsychologie . Organisaties: • Centrum voor Organisatie en Consumptiepsychologie
Onderzoekers: • ROLAND PEPERMANS
Management control. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Accountancy Leuven
Onderzoekers: • Filip Roodhooft • Tom Guilmet
Management control KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Accountancy Leuven
Onderzoekers: • Alexandra Van den Abbeele • Martine Cools • Katlijn Haesebrouck
Management accounting. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Accountancy Leuven
Onderzoekers: • Alexandra Van den Abbeele • Martine Cools • Tim Hermans
Mammoet. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract
Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Wim Dehaene
Malware: ecosystems, mechanisms, detection and countermeasures KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Wouter Joosen • M Zubair Rafique
MALDI-TOF en GPC analyses Universiteit Gent Abstract: Dow Benelux komt in het kader van deze dienstenovereenkomst op regelmatige basis analyses uitvoeren met het MALDI-TOF toestel en het GPC toestel ter karakterisering van hun polymeermaterialen. Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Filip Du Prez
Malaria in wilde chimpansees (Pan troglodytes): epidemiologische karakteristieken Universiteit Gent Abstract: In dit project worden de epidemiologische karakteristieken van malaria besmetting bij wilde chimpansees onderzocht, met name de effecten van leeftijd, dracht, STLV infectie en klimaat op Plasmodium infectie. Dit onderzoek zal gebeurden door niet-invasieve staalname en collectie van gegevens van wilde gewende chimpansee groepen in het Tai chimpanzee Project in Ivoorkust, en analyse ervan in het Robert KochInstituut, Berlijn, Duitsland. Organisaties: • Vakgroep Virologie, parasitologie en immunologie
Onderzoekers: • Pierre Dorny
Making the PRSP work: opportunities and challenges for development actors. Universiteit Antwerpen Abstract: Algemene doelstellingen van het ITP: de nationale overheid en de civiele maatschappij in de ontvangende landen evenals de donoren gebruik te laten maken van de opportuniteiten die de PRSP biedt voor een efficiëntere aanwending van de ontwikkelingshulp. Organisaties: • AID Policy
Onderzoekers: • Robrecht Renard • Nadia Molenaers
Making National Citizens: Analyzing the Impact of Nigerias National Youth Service Corps KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE LINES
Onderzoekers: • Arnim Langer • Abdul-Gafar Oshodi
Making National Citizens: Analyzing the Impact of Nigerias National Youth Service Corps KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centrum v Vredesonderzoek & Ontwikkeling
Onderzoekers: • Arnim Langer • Bart Meuleman • Maarten Schroyens
Making nanomaterials big, towards macroscopic fuinctionality throught atomic scale tailoring Universiteit Gent Abstract: Ontwerp en controle van materialen op de atomaire schaal, één van de basiselementen van nanotechnologie, vormt vandaag de basis van een brede waaier aan toepassingen. Het doel van dit project is tweeledig : enerzijds het verbreden en verdiepen van de ?toolbox? voor nanowetenschap aan UGent, en anderzijds het exploreren an nieuwe methdes voor nano-engineering door het combineren van atomaire laag depositie met self-assembly van nanokristallen. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Christophe Detavernier
Making nanomaterials big, towards macroscopic fuinctionality throught atomic scale tailoring Universiteit Gent Abstract: Ontwerp en controle van materialen op de atomaire schaal, één van de basiselementen van nanotechnologie, vormt vandaag de basis van een brede waaier aan toepassingen. Het doel van dit project is tweeledig : enerzijds het verbreden en verdiepen van de ?toolbox? voor nanowetenschap aan UGent, en anderzijds het exploreren an nieuwe methdes voor nano-engineering door het combineren van atomaire laag depositie
met self-assembly van nanokristallen. Organisaties: • Vakgroep Anorganische en fysische chemie
Onderzoekers: • Zeger Hens
Maken van een ruimtelijke quickscan voor het frontzonelandschap Universiteit Gent Abstract: In opdracht van de provincie West-Vlaanderen voerde het Labo S een studie uit naar de knelpunten tussen WO1-erfgoed en andere ruimtelijke ontwikkelingen in het frontzonelandschap. De studie is een gebiedsdekkende scan van het frontzonelandschap met daarbij aansluitend een gedetailleerder onderzoek op 7 vooraf bepaalde sites, en heeft als doel de ruimtelijke uitdagingen voor de verdere ontwikkeling van de streek in kaart te brengen. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Pieter Uyttenhove
Maken van een ruimtelijke quickscan voor het frontzonelandschap Universiteit Gent Abstract: In opdracht van de provincie West-Vlaanderen voerde het Labo S een studie uit naar de knelpunten tussen WO1-erfgoed en andere ruimtelijke ontwikkelingen in het frontzonelandschap. De studie is een gebiedsdekkende scan van het frontzonelandschap met daarbij aansluitend een gedetailleerder onderzoek op 7 vooraf bepaalde sites, en heeft als doel de ruimtelijke uitdagingen voor de verdere ontwikkeling van de streek in kaart te brengen. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Pieter Uyttenhove
Mainstreaming van Gendergelijkheid bij EU-gefinancierde samenwerking met Rwanda. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de ILO. UA levert aan de ILO de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • AID Policy • Ontwikkeling: processen, actoren en beleid
Onderzoekers: • Nathalie Holvoet
Mainstreaming van energie-efficiëntie en klimaatverandering in Built Environment training en onderzoek in het Caraïbisch gebied ( CarEnTrain ) . Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de University of West Indies. UA levert aan de University of West Indies de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Centrum voor Stadsontwikkeling
Onderzoekers: • Tom Coppens
MAGNUM BONUM : Modelling of human body and protective textiles for estimation of skin sensorial comfort and life risk of fire fighters working in extreme external conditions (EC MC IOF). Universiteit Gent Abstract: Het onderwerp van deze Marie Curie Outgoing Action is eindige elementeanalyse van brandweerlui die werken in extreme omstandigheden en die beschermd zijn door een textielproduct dat bestaat uit 3 lagen. Het project zal een antwoord bieden op vragen over warmtestress en risico?s en over draagcomfort in het algemeen. Het onderwerp is zeer complex, het omvat onderzoek naar de verschillende fenomenen die zich gelijktijdig voordoen. Nieuw aan het voorgestelde onderzoek is dat deze fenomenen samen zullen opgenomen worden in het model. Het project omvat onderzoek en implementatie evenals opleiding. Het eerste deel (2 jaar, outgoing) zal worden uitgevoerd in het College of Textiles aan de North Carolina State University, het tweede deel (1 jaar, return) aan de vakgroep Textielkunde van UGent. Organisaties: • Vakgroep Textielkunde
Onderzoekers: • Lieva Van Langenhove
Magnetostrictie in elektrostaat: modellering en ontwikkeling van een nauwkeurige opto-elektronische meetmethode. Universiteit Antwerpen Abstract: Het vergelijken van directe en indirecte methodes, zowel uit theoretisch als praktisch (meettechnisch) oogpunt, is één van de fundamentele onderwerpen die in het project aan bod komen. Een tweede fundamenteel probleem is de wiskundige modellering van het irreversibele gedrag (hysteresis) van ferromagnetische materialen. Eén van de essentiële problemen die in het project behandeld zullen worden is de eventuele koppeling tussen het magnetische en het magnetostrictieve gedrag. Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Joris Dirckx
Magneto-optische studies van excitoncomplexen en kwantummechanische koppeling voor een verbeterd kwantum-dot laser design. Universiteit Antwerpen Abstract: Als voornaamste onderdeel van optische telecommunicatienetwerken en dataopslag (CD), zijn halfgeleiderlasers een essentieel deel van de informatierevolutie. In dit project zullen we de magneto-optische eigenschappen van zelf-georganiseerde kwantum-dots bestuderen. Ons doel is
theoretisch de experimenten te ondersteunen die de effecten van kwantummechanische koppeling bestuderen om hun bruikbaarheid in lasers te verhogen. Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Francois Peeters
Magneto-electric coupling in ferromagnetic-ferroelectric heterostructures. KU Leuven Abstract: In recent years, multiferroic materials have gained interest due to thepotential application for new electronic devices. In these materials ferromagnetism and ferroelectricity exist simultaneously and they are likely to have magneto electric coupling. Due to the contradictory mechanismof both the properties, bulk multiferroic materials are rare and their structure and chemical properties prove to be difficult to control. There is another promising approach in which heterostructures composed of ferroelectric (FE) and ferromagnetic (FM) thin layers are integrated. The FE material induces the interfacial strain under the effect of an electric field, which leads to the modification of the magnetic properties of the ferromagnet. The current PhD project is embedded in this framework and aims at a deeper understanding of the magneto-electric coupling in composite multiferroic. In this study along with the conventional macroscopic magnetization measurements like MOKE or SQUID, microscopic meth Organisaties: • Afdeling Kern- en Stralingsfysica
Onderzoekers: • André Vantomme • Manisha Bisht
Magnetisme in de nano-poriën grafeen Universiteit Antwerpen Abstract: Met mogelijke toepassingen in de op koolstof gebaseerde elektronica en spintronica, nano-poriën grafeen (NPG) heeft een groot potentieel. We gaan NPG theoretisch en / of computationeel bestuderen met behulp van microscopische tight-binding Hamiltonianen. Nadruk zal liggen op de invloed van defecten in de nano-poriën rooster en de verdeling van poriën maten en vormen op de band structuur en de magnetische eigenschappen van dit materiaal. Numerieke codes zullen worden ontwikkeld om te draaien op grafische verwerkingseenheden (GPU). De overname van een high-end GPU zal voordelig ook voor andere onderzoekers in de Condensed Matter Theory groep aan de UA door de invoering van GPU computing en het bieden van mogelijkheden om codes draaien op de nieuwe machine. Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Lucian Covaci
Magnetische veldsensoren op basis van Faradayrotatie in nanomaterialen. KU Leuven Abstract: Om aan de vooropgestelde maatschappelijke en technologische ambities voor nanotechnologie te voldoen kunnen multifunctionele magnetisch-plasmonische nanostructuren een grote troef zijn. Dergelijke multifunctionele materialen, waarin functies op de nanoschaal worden gecombineerd kunnen worden gebruikt om de fundamentele interacties tussen licht en magnetismeop diezelfde schaal te ontrafelen. Verder kunnen ze ook worden toegepast in vb. de geneeskunde voor kankertherapie, in katalyse voor verbeterdereactiesnelheden bij lagere werkingstemperaturen, in sensoren voor magnetische veldsterkte en in geminiaturiseerde optische componenten zoals optische isolatoren.In het eerste deel van dit werk stellen we deberekende optische eigenschappen voor van kern-schaal magnetisch-plasmonische nanosferen en -staven in functie van samenstelling, grootte en vorm met de focus op biomedische applicaties. Met deze kennis is het mogelijk om rationeel ontworpen nanostructuren te synthetiseren met eigenschappen Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Thierry Verbiest • Ward Brullot
Magnetische-resonantiestudie van zeldzame-aardionen in ionaire roosters met het oog op optische toepassingen Universiteit Gent Abstract: De bedoeling van dit project is een magnetische-resonantiestudie van zeldzame-aardionen in materialen met een grote bandgap. Deze systemen zijn zowel vanuit fundamenteel wetenschappelijk standpunt als met het oog op optische toepassingen, zeer interessant. We wensen een bijdrage te leveren tot de ontdekking en ontwerp van nieuwe materialen en dopanten voor compacte vaste-stoflasersystemen, optische data opslag, dosimetrie, X-stralenradiografie, enz. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Paul Matthys • Freddy Callens
Magnetische resonantie in de material-, chemische- en biomedische wetenschappen Universiteit Hasselt Abstract: Magnetische resonantie aan kernen (NMR) of elektronen (EPR) ligt aan de basis van een reeks vooraanstaande spectroscopische technieken voor het onderzoek van de materie. Ze kent belangrijke toepassingen in vloeibare en in vaste toestand, in homogene en heterogene middens, in levende organismen of in organische of minerale omgeving. Ze heeft evenzeer een stormachtige ontwikkeling doorgemaakt als nietinvasieve beeldvormingstechniek. De toepassing in de klinische context is wellicht het meest vertrouwd bij het grote publiek, maar is hier allesbehalve toe beperkt, met toepassingen in het biomedische maar evenzeer het materiaalonderzoek. Ook in Vlaanderen is een zeer waardevol Magnetische Resonantie onderzoekspotentieel aanwezig, dat in talrijke toepassingsgebieden (materiaal- en polymeerwetenschappen, bio-organische structuurbepalingen, structurele biologie, in vivo NMR, biomedische toepassingen, kwantitatieve signaalverwerking, multinucleaire NMR in de organometaalchemie, karakterisatie van colloïdale dispersies, EPR in biochemische en materiaal context, functionele MRI, e.a.) actief is. De wetenschappelijke onderzoeksgemeenschap biedt een overkoepelend en
geformaliseerde structuur op Vlaams niveau dat gericht is op het samenbrengen en versterken van dit potentieel. Organisaties: • Toegepaste en Analytische Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Peter ADRIAENSENS
Magnetische Resonantie in de materiaal-, chemische en biomedische wetenschappen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Bio-imaging
Onderzoekers: • Anne Marie Van Der Linden
Magnetische Resonantie in de materiaal-, chemische en biomedische wetenschappen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Toegepaste NMR
Onderzoekers: • Roger Dommisse
Magnetische Resonantie in de materiaal-, chemische en biomedische wetenschappen. Universiteit Antwerpen Abstract: Deze WOG groepeert verschillende Vlaamse magnetische resonantie specialisten uit verschillende disciplines (fysica, scheikunde, biomedische wetenschappen, ... ). Magnetische resonantie is een breed onderzoeksgebied, zowel wat de technieken betreft (NMR, MRI, EPR) als wat de toepassingen betreft. Deze diversiteit is ook terug te vinden binnen de WOG en samen met de geassocieerde (Waalse en internationale) onderzoeksgroepen streeft de WOG naar sterke samenwerkingsverbanden waarbij ook de toegankelijkheid tot de NMR, MRI en EPR faciliteiten binnen het netwerk verhoogd worden en de complementariteit van deze faciliteiten ten volste gebruikt kan worden. Verder wil de WOG door het organiseren van jaarlijkse symposia jonge wetenschappers in het vakgebied een platform bieden om hun onderzoek voor te stellen. In dit kader wordt ook actieve deelname van de leden aan Europese activiteiten ondersteund. Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Sabine Van Doorslaer
Magnetische resonantie criteria voor vroege diagnose en therapeutische monitoring van de ziekte van Huntington gebaseerd op diffusie tensor beeldvorming. Universiteit Antwerpen Abstract: Het voorgestelde project kadert in de noodzaak om vroege diagnose en therapeutische opvolging van de ziekte van Huntington te onderzoeken. Om dit te bereiken wordt een longitudinale studie opgezet gebruik makende van transgene ratmodellen die onderworpen worden aan een innovatieve beeldvormingstechniek gebaseerd op de diffusie van water in de hersenen. Organisaties: • Bio-imaging
Onderzoekers: • Greetje Vanhoutte
Magnetische resonantie beeldvorming ter evaluatie van cognitieve disfunctie na adjuvante systemische therapie. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Radiologie
Onderzoekers: • Stefan Sunaert • Frédéric Amant
Magnetische nanopartikels gebaseerde hyperthermische behandeling voor spinale metastasen Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt de ontwikkeling en het verwerven van een dieper inzicht in een therapie voor enerzijds de stabilisering van de wervelkolom en anderzijds de hyperthermische behandeling van spinale metastatische tumoren. Magnetische nanodeeltjes in huidige beencement, kunne worden geactiveerd via een extern opgewekt magnetisch veld met als doel het botcement en aldus het omringende biologisch weefsel op te warmen. Organisaties: • Vakgroep Elektrische energie, systemen en automatisering
Onderzoekers: • Luc Dupré
Magnetische nanopartikels gebaseerde hyperthermische behandeling voor spinale metastasen Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt de ontwikkeling en het verwerven van een dieper inzicht in een therapie voor enerzijds de stabilisering van de wervelkolom en anderzijds de hyperthermische behandeling van spinale metastatische tumoren. Magnetische nanodeeltjes in huidige beencement, kunne worden geactiveerd via een extern opgewekt magnetisch veld met als doel het botcement en aldus het omringende biologisch weefsel op te warmen. Organisaties: • Vakgroep Heelkunde
Onderzoekers: • Dirk Van Roost
Magnetische halfgeleider nanostructuren, een chemische benadering van onderuit Universiteit Gent Abstract: Het project beoogt de synthese van magnetische halfgeleider nanokristallen en 2 D en 3 D structuren van nanokristallen via chemische methoden (colloïdchemie, elektrodepositie, sol-gel dipcoating). Gel dip coating). De karakterisatie gebeurt via susceptibiliteits-metingen in het donker en onder belichting en via magnetische kracht microscopie. De toepassing van magnetische halfgeleider nanokristallen voor spin-afhankelijk elektron transport wordt onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Anorganische en fysische chemie
Onderzoekers: • Serge Hoste • Patrick Bultinck • Zeger Hens
Magnetische and microstructurele studie van ferromagnetische geheugenmetaallegeringen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de federale overheid. UA levert aan de federale overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Dominique Schryvers
Magnetische adatomen op grafeen bestudeerd door middel van radioactieveionen als lokale probes. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Kern- en Stralingsfysica
Onderzoekers: • Margriet Van Bael • Lino da Costa Pereira
Magnetisatie transfer ratio (MTR) als surrogaatmerker voor ziekteheterogeniteit in multiple sclerose. (MS) KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium voor Neuro-immunologie
Onderzoekers: • Bénédicte Dubois • Patrick Dupont • An Goris
Magnetiesch en magneto-optische fenomenen in anorganische-organische hybride materialen.nbsp; KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Margriet Van Bael • Andre Stesmans • Guy Koeckelberghs • Thierry Verbiest
Magnetic properties of small transition metal (Fe, Co, Ni and Mn) oxideclusters and binary clusters KU Leuven Abstract: Metal clusters exhibit exceptional magnetic properties that are different from the corresponding bulk materials. By measuring the deflection ofa particle ensemble in a strong magnetic field gradient (Stern-Gerlach magnet), the unusual magnetic properties of clusters in the gas phase can be quantitatively determined. This way pure Fen, Con, and Nin clusterswere shown to have enhanced per-atom magnetic moments as compared to bulk materials and strong variations of the magnetic moment with cluster size were observed. In addition several elements that are paramagnetic inthe bulk appear to have ferromagnetic order in small clusters. In transition metal oxide clusters the magnetic interactions between the metal centers is theoretically predicted to depend strongly on the oxygen concentration. Oscillation of the exchange coupling with the number of oxygenatoms result in a ferromagnetic, anti-ferromagnetic, or non-magnetic coupling between the metal centers depending on the size and compositio Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Peter Lievens • Ewald Janssens • Yejun Li
Magnetic interactions between the atoms and the interplay of geometric structure and magnetism in isolated few-atom binary clusters KU Leuven Abstract: Atomic clusters, defined as aggregates of a few atoms, have strongly size dependent properties because of quantum confinement effects. The magnetic properties of small atomic clusters are dominated by quantum size effects and are different from bulk materials. Interesting magnetic phenomena such as the enhancement of spin and orbital moments, large magneticanisotropies, and size dependent magnetic screening have been predicted, but experimental confirmation is scarce and detailed understanding of the underlying mechanisms is missing.
In this research project I will investigate isolated few-atom binary clusters with the objective to buildup fundamental knowledge about the magnetic interactions between the atoms and about the interplay of geometric structure and magnetism. The binary clusters will be produced in a laser vaporization source and will be studied in molecular beams, i.e., in absence of any support or medium. Temperature dependent magnetic deflection experiments will be use Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Peter Lievens • Ewald Janssens • Johan van der Tol
Magnetic functionalization of graphene for spintronic applications KU Leuven Abstract: Magnetische functionalisatie van grafeen voor toepassingen in spintronicaEen elektron is een fundamenteel deeltje met een lading e. In de conventionele electronica manipuleert men elektronen op basis van deze lading. Het elektron heeft echter een tweede intrinsieke eigenschap, namelijk de spin. Wanneer een elektron zich bijvoorbeeld in een magnetisch veld bevindt, kan deze spin twee waarden aannemen: 'up' of ' neer' (parallel of antiparallel met het veld, respectievelijk). In de zogenaamde spintronica onderzoekt met hoe men elektronen kan manipuleren op basis van hun spin, naast hun lading. Dit onderzoek zag zijn levenslicht met de ontdekking van het giant magnetoresistance (GMR) effect door Fert and Grünberg (Nobelprijs Fysica 2007). Dit effect werd snel na de ontdekking toegepast in de leeskoppen van magnetische harde schijven, waardoor deze drastisch verkleind konden worden. Zo kan men inzien dat spintronica niet enkel interessant is voor fundamenteel onderzoek (naar de inter Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Ewald Janssens • Joris Van de Vondel • Jeroen Scheerder
Magnetic and electric properties of multiferroic thin-film manganites KU Leuven Abstract: The PhD project aims at investigating the coupling between electric and magnetic order parameters in multiferroic complex oxide thin films. These materials exhibit simultaneously ferroelectric and magnetic ordering. The two ferroic order parameters are strongly entangled by a magneto-electric coupling, allowing the reversal of the ferroelectric polarization by applying a magnetic field or the control of the magnetic order parameter by an electric field. This unique property makes multiferroic materials very good candidates for designing tunable multifunctional spintronic devices. The coexistence of ferroelectricity and magnetic order wasfound in rare earth manganites RMnO3.
The PhD research project can be divided into three parts. The first part involves development and realization of the preparation of the thin film manganite (YMnO3, YbMnO3, SmMnO3, HoMnO3, TbMnO3 and GdMnO3) samples. The second part involves detailed structural, magnetic and electric characterization of the th Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Christian Van Haesendonck
MAGIS Brugge: Marcus Gheeraerts Informatie Systeem, een dynamisch digitaal kennisplatform voor de Brugse geschiedenis. KU Leuven Abstract: MAGIS Brugge is een multidisciplinair onderzoeks- en ontsluitingsproject rond het bekende 16de-eeuwse vogelvluchtplan van Brugge gegraveerd door Marcus Gheeraerts. Via een recent ontwikkelde digitale techniek,de digitale thematische deconstructie, wordt in een eerste fase een diepgaande inhoudelijke analyse van de complexe 16de-eeuwse kaart gerealiseerd. De duizenden en duizenden cartografische elementen die op de kaart zullen worden ontdekt, worden in een tweede fase gekoppeld aan een topografische databank en een GIS, die op hun beurt moeten uitgroeien toteen dynamisch kennisplatform en werkinstrument over de Brugse geschiedenis. Op deze basis zullen topografische elementen kunnen worden opgeroepen en kaartbestanden gecreëerd, die op hun beurt zullen leiden tot nieuwe inzichten over de historische topografie, stedelijke ontwikkeling, segregatiepatronen, socio-economische structuur van het vroegmoderne én laatmiddeleeuwse Brugge. De diverse partners betrokken in MAGIS Brugge zulle Organisaties: • OG Middeleeuwen Leuven
Onderzoekers: • Brigitte Meijns • Brecht Dewilde • Jelle Haemers • Bram Jasper Vannieuwenhuyze
MAGICAL: Making Games in collaboration for learning in health science education. KU Leuven Abstract: Digital games are widely regarded as powerful learning tools with the potential to foster development of transversal skills. How best to exploit that potential in formal education is still a matter of scientific discussion, and this constitutes a key research question pursued in this project. The aim is to propose and test an innovative methodology for leveraging the potential of digital games for developing transversal abilities such as digital competence, reasoning skills and creativity. To this end the project applies a collaborative learning by doing" pedagogical approach to Game Based Learning. Gaming environments containing specific authoring features will be employed to allow all learners (including those with learning difficulties) not just to play games but also to create their own by collaborating in groups.Even if the adopted tools are rich, simple to use, flexible and motivating, their effectiveness and added educational value largely depends on how they are used:student a Organisaties: • D. Farmaceutische & Farmacologische Wet.
Onderzoekers: • Nathalie Charlier
Magentaproject : Managementleidraad voor ouders van jonge kinderenmet een handicap of chronische ziekte. KU Leuven Abstract: Een kind met een handicap of met een chronische ziekte vraagt van ouders verhoogde en langdurige zorg. Het belang van goed functionerende gezinnen en goede Levenskwaliteit in het gezin (Family Quality of Life / FQOL) is ondertussen erkend.nbsp;Het Magentaproject geeft bijzondere aandacht aan ouders van kinderen van 0 tot 14 jaar.nbsp;De focus ligt op het vinden van een goede balans tussen Zorg, Werk en Leven. In workshops met ouders worden ideeën vanuit managementliteratuurvertaald naar de gezinscontext : beslissen, organiseren, teamwerk, deelnemen aan overleg, time management,..nbsp;Er zal nagegaan worden of deze input ouders helpt om de zorg voor hun kind op te nemen en/of tedelen met anderen en de draagkracht van de ouders kan versterken. Organisaties: • OE Gezins- en Orthopedagogiek
Onderzoekers: • Beatrijs Maes
MADS Domain Proteins Function and Evolution Through PPI and Protein Structural Studies KU Leuven Abstract: In plants, type II MADS domain transcription factors have a similar gene sequences, but a very diverse functions and interaction patterns. Herewe will try to illuminate the reason for such diversity at the molecular level, utilizing protein-protein interaction assays we can narrow downthe possible mutations that lead to such functional diversification. This will be followed by comparative and evolutionary studies in addition to transgenic plant experiments to confirm our findings, and to get better understanding of the evolution of such system and it's role in plant diversity. In parallel we will resolve the three dimensional structure of at least one of the MADS domain transcription factors, using X-ray crystallography and/or NMR, a very important step since no such structures have been reported until now. This combined with the mutational studies will give a very informative data about the interaction patterns at the molecular level, and help understanding the functional diversity. Organisaties: • Afd. Mol. Fysiol. Planten & Micro-org.
Onderzoekers: • Koen Geuten • Tareq Alhindi
MACSI-net : Mathematics, computing and simulation for industry.(TN) Vrije Universiteit Brussel Abstract: MACSI-net is een initiatief van twintig stichtende knopen (universiteiten) en meer dan tachtig industriële knopen van veertien landen om een open netwerk te vormen voor de vooruitgang van de Mathematica, Numerieke Berekeningen en Simulatie voor de industrie. Doelstellingen Het is meer dan ooit duidelijk dat de industrie meer en meer uitdagende problemen kent, die niet meer door experimenten alleen kunnen opgelost worden. Momenteel is er nog steeds een kloof tussende de geaccumuleerde (potentiële) kennis in academische instituten (meestal niet goed georiënteerd naar industriële toepassingen) enerzijds, en de expertise of kennis over het potentieel van wetenschappelijke berekeningen in veel takken van de industrie, meer bepaald KMO's, anderzijds. Daarom zal het netwerk zich toespitsen op strategieën om de interactie tussen de industrie en de academische wereld te verbeteren, teneinde voor de industrie (meer bepaald KMO's) een bron te verschaffen met geavanceerde mathematische en numerieke tools, alsook de academische wereld meer bewust te maken van de noden van de industrie. Het netwerk heeft de lange-termijn doelstelling om het concurrentievermogen van de Europese industrie te verhogen, door volledig gebruik te maken van het potentieel van de toegepaste mathematica en de numerieke wetenschap. Omschrijving van het werk Het netwerk heeft vier activiteitsgebieden : (1) Onderzoek. Strategische bijeenkomsten zullen worden georganiseerd in verschillende industriële domeinen; initieel zullen wij ons concentreren op : aëronautica, materiaal processing, chemie, milieu, bio-engineering en geneeskunde, telecommunicatie, energie. Teneinde het netwerk doeltreffend te maken, worden drie interactie types voorgesteld : Werkgroepen, Strijdkrachten en Teams. (2) Industriële relaties. Het spreekt vanzelf dat het voornoemde concept sterk afhankelijk is van de betrokkenheid van de industrie. Daarom zal een comité voor industriële relaties de ontwikkelingen op de voet volgen. De webpagina, de Nieuwsbrief en bezoeken aan bedrijven zullen deel uitmaken van deze activiteit. (3) Training. Het opleiden van jonge onderzoekers, zowel graduaat als post-graduaat, die tijdelijk in de industrie zullen werken, heeft ook nood aan geconcerteerde actie. (4) Infrastructuur. Nieuwe contacten leggen met strategische gebieden en geïnteresseerde nieuwe knopen zal een belangrijke taak vormen. Om informatie over de MACSI-net activiteiten te verspreiden, zijn een website en een nieuwsbrief uiterst belangrijk. Een andere belangrijke taak is het onderhouden van de electronische faciliteiten van het netwerk en de verschillende computerwetenschappelijke componenten, in het bijzonder een zeer gesofisticeerde interactieve data uitwisselingsmogelijkheid. Elk van deze vier gebieden zal gecoördineerd worden door een speciaal subcomité. De algemene coördinate zal in handen zijn van het uitvoerend comité, dat ook de voorzitters van elk van de subcomités zal omvatten. De Strategie Raad is verantwoordelijk voor de lange-termijn strategie en een uitkijk op mathematica in de industrie. Deze zal bestaan uit personen met een hoge zichtbaarheidsgraad en expertise, waarvan minstens 50% uit de industrie komen. Mijlstenen en verwachte resultaten Strategische bijeenkomsten met vertegenwoordigers van industriële takken, waar methodologieën en benaderingen zullen besproken worden met gegevens uit reële problemen. State of the art verslagen met wegenkaarten voor verder onderzoek en ontwikkeling. Verder : voorstellen voor de plaatsing van jonge onderzoekers in de industrie en omgekeerd, en geregelde bijeenkomsten tussen industriële afdelingen en onderzoeken over hoe mathematische en numerieke wetenschappen kunnen helpen om hun problemen aan te pakken. Organisaties: • Stromingsmechanica
Onderzoekers: • CHARLES HIRSCH
Macrotypografie in een digitale omgeving. Onderzoek naar de leesbaarheid op beeldschermen voor personen met een beperkte digitale geletterdheid. Universiteit Hasselt Abstract: Een eerste vraag die moet worden beantwoord, is hoe een website wordt gelezen en waarin dat verschilt van het lezen van gedrukte of geprinte tekst. Onderzoek van Nielsen (1997) toont aan dat mensen webpaginas op een andere wijze lezen dan paginas op papier. Mensen
zouden zelfs de bladzijden eerder scannen dan lezen, waardoor de weergegeven teksten webvriendelijk moeten zijn met korte zinnen en bruikbare hyperlinks (Nielsen,1997). Concreet wil ik nagaan hoe het lezen (skimming, scannen, scrollen, ) van een webpagina op een beeldscherm in relatie tot de lay-out (het gebruik van de horizontale en verticale ruimte) en de structuur van de hypertekst kan worden geoptimaliseerd voor personen met een beperkte digitale geletterdheid. Het betreft een onderzoek naar factoren op macroniveau die van belang zijn voor de opneembaarheid van een tekst. Het praktisch luik zal bestaan uit het ontwerp van verschillende screen lay-outs aan de hand van de verschillende parameters, op macroniveau getest. Die parameters zijn: de zetwijze, de regellengte en de interlinie in verhouding tot de corpsgrootte, het kleurcontrast, het regelcontrast, kleur binnen de regels als dimensie en de structuur van de hypertekst. Een belangrijk aspect dat ik niet over het hoofd wil zien, zijn de emotionele motieven van de ontvangers. Al te vaak wordt er immers van uitgegaan dat mensen lezen als machines en in dit opzicht verschilt mijn onderzoek dan ook van dat van mijn voorgangers. Lezen staat niet los van subjectieve en emotionele reacties; voorkeuren en afkeren zijn niet te vermijden. Organisaties: • Data-analyse en Modellering • Niet onderzoeksgroep gebonden projecten • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Bert WILLEMS
Macrophyten en stikstof dynamiek: processen studies op specimens uit de bovenlopen van de Schelde Rivier. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De toepassing van de "European Water Framework Directive" heeft de turbiteit van kleine europese rivieren sterk verbeterd, wat de groei van macrophyten terug mogelijk maakte. Maar grote biomassa's kunnen nu ontwikkelen doordat nutriënten concentraties (NH4+,NO3-,PO43)afkomstig van landbouw en stedelijke gebieden nog altijd hoog liggen in onze dicht bevolkte stromingsgebieden. Dit kan de waterafvoer in de zomer belemmeren, wat het overstromingsgevaar vergroot. Een van de meeste gebruikte beheersstrategie is het afmaaien van macrophyten in de zomer. We kennen echter onvoldoende de ecologische implicatie van dit maaien op, bijvoorbeeld, de nutriënten transfer naar de stroomafwaartse wateren. Het objectief van dit project past in dit kader: de studie van de opname, translocatie, en hiervan mogelijke afgifte van N-nutriënten tijdens de groei van sommige talrijk aanwezige rivier macrophyten. De resultaten zullen geïntegreerd worden in een breder project dat een nieuw model zal ontiwkkelen voor de beschrijving van macrophytengroei in kleine europeese rivierbekkens (MANUDYN II project). Eerst zullen in-vitro experimenten uitgevoerd worden op schaal van één proefplant met 15N tracers om het effect van licht, temperatuur en nutriënten concentraties op de opname en afgifte van N te bepalen. Daarna zullen we experimenten uitvoeren op een groter schaal, namelijk een macrophytenmat, om de interactie tussen stromingssnelheid en N opname te bepalen. Voor deze experimenten zullen we gebruik maken van een "flume" systeem (artificiële rivier). Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • NATHALIE BRION
Macrophyten en nutriënt dynamiek: proces en veldstudies in de bovenlopen van rivieren - Manudyn II. (tweede fase) Universiteit Antwerpen Abstract: Doordat in situ, heterogene en complexe interacties ontstaan tussen waterstroming, sediment en macrofyten patches, is het bestuderen van het effect van licht, temperatuur en nutrienten op de groei en degradatie van macrofyten een complex process (MANUDYN en andere projecten). Daarom zullen er in MANUDYN II experimenten uitgevoerd worden op verschillende schalen met een stijgende complexiteit, gaande van individuele planten naar een complexe interactie van verschillende planten patches. Op de ruimtelijke schaal zal dit project opgesplitst worden in drie delen: individuele planten, planten patchen en rivier secties. Hierdoor zullen we meer inzicht krijgen in de ruimtelijke engineering capaciteit van macrofyten. Het koloniseren van historisch verontreinigde rivieren zal immers plaats vinden vanuit individuen. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
Macrophyten en nutriënt dynamiek: proces en veldstudies in de bovenlopen van rivieren - MANUDYN II. (FASE 1 en Fase 2) Macrophytes and nutrient dynamics: process and field studies in the upper reaches of river basins - MANUDYN II. (FASE 1 en Fase 2) Vrije Universiteit Brussel Abstract: De troebelheid in onze rivieren is in het algemeen sterk gedaald sinds de rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI's) werkzaam zijn. De verhoogde lichtbeschikbaarheid heeft het kiemen en daaropvolgend de groei van waterplanten mogelijk gemaakt. Enorme biomassa's waterplanten ontwikkelen zich doordat de beschikbare anorganische nutriëntenconcentraties (NH4+, NO2-, NO3- en PO43-), deels afkomstig van intensieve landbouw maar ook van huishoudelijk en industriële activiteiten wegens onze dichtbevolkte regio's, nog steeds vrij hoog zijn. De aanwezigheid van deze macrofyten wijzigt de hydraulische eigenschappen van de rivieren in die zin dat waterafvoer gehinderd wordt en het risico op overstromingen sterk verhoogt (Sand-Jensen, 1998; Stephan & Gutknecht, 2002; Trepel et al., 2003). Een van de meest gebruikte beheersmaatregelen is dan ook het maaien van de macrofyten om overstromingen in bebouwde gebieden te vermijden. Het Manudyn I project heeft zich vooral gefocused op de rol die macrofyten hebben in de nutriëntcyclering in het Netebekken. Resultaten tonen dat macrofyten wel degelijk een impact hebben op de nutriëntenbalans in rivieren. Bijkomend is er aangetoond dat bepaalde macrofyten ook zware metalen uit het sediment, zoals koper, opnemen en die dus een belangrijke, natuurlijk zuiverende rol kunnen spelen. Toch zijn de onderliggende mechanismen die deze macrofyt-nutriënt interacties beïnvloeden niet helemaal duidelijk. Opname mechanismen en nutriëntbronnen (sediment of oppervlaktewater), de opslag in de plant en eventueel de vrijstelling van nutriënten en metalen in het water zijn slechts vaag gedefinieerd. Worden nutriënten en metalen vooral in de biomassa van de macrofyten opgeslagen? Of kunnen zij beschouwd worden als een overgangscompartiment die nutriënten en metalen oppompen om deze daarna af te geven aan de waterfase? En wat gebeurt er wanneer de macrofyten afsterven in het najaar? Wat is de invloed van temperatuur en lichtintensiteit op de groei en het afsterven van macrofyten? Verder toonde het Manudyn I project dat er duidelijke verschillen bestaan in het opnamegedrag tussen verschillende macrofytensoorten. Het Manudyn II project zal zich daarom vooral toespitsen op processtudies. Het doel is hier om duidelijkheid te scheppen over de opname, de opslag en de vrijstelling van nutriënten en metalen gerelateerd aan de groei en het afsterven van enkele veel voorkomende macrofyten en deze relaties te beschrijven. De resultaten zullen gebruikt worden om nieuwe modellen te ontwikkelen die processen op verschillende schaalniveaus beschrijven en om de modellen uit het eerste Manudyn project te verfijnen. Dit project zal uitgevoerd worden aan de hand van verschillende werkpakketten. Het eerste werkpakket zal alle kleinschalige experimenten omvatten, namelijk op het niveau van één enkel individu van een macrofytensoort. Het tweede werkpakket pakt het onderzoek op het niveau van
een macrofytenpatch aan en het derde werkpakket bestaat uit veldexperimenten met verschillende macrofytenpatches. In een vierde en laatste werkpakket zullen de resultaten modelmatig en op verschillende schalen benaderd worden. Eén van de doelstellingen van het eerste werkpakket bestaat erin fluxen van opname/afgifte van nutriënten voor sommige macrofytensoorten en algen te definiëren als functie van lichtintensiteit, temperatuur en van NH4+ en NO3- concentraties. O2 and CO2 productie of verbruik zal nagegaan worden met een foto bioreactor systeem. Deze experimenten zullen uitgevoerd worden in korte tijdsspannes en op verschillende tijdstippen in het groeiseizoen met isotopische verdunningstechnieken. De groei, het afsterven en de concentraties aan N, P en C in de biomassa van de planten zullen bestudeerd worden groei- en decompositie-experimenten op lange termijn (verschillende maanden) als functie van lichtintensiteit, temperatuur, NH4+ en NO3- concentraties en ook de invloed van bacteriën en fungi zal getest worden. Verder zal de interactie tussen macrofytenwortels en het sedimentporiënwater, aangaande de nutriënten, onderzocht worden door het sediment en de wortels te scheiden van het oppervlaktewater en de bovengrondse biomassa. Dit zal zowel met artificieel als met reëel sediment gebeuren. Om deze strict macrofyt gerelateerde nutriënt- en elementprocessen te begrijpen, is het noodzakelijk dat ook de epibenthische uitwisseling tussen sediment (zonder macrofyten) en water gekend is. Deze experimenten zullen in cilindrische potten uitgevoerd worden. Bovendien wordt de interactie plant-sediment-water ook in situ uitgevoerd met speciaal daarvoor voorziene cilindrische potten die rond de macrofyten in het veld worden geplaatst. Om deze drie voorgenoemde processen te achterhalen, worden isotopische technieken gebruikt. Een aantal extra expirementen zullen worden uitgevoerd om de relatie tussen koper en sommige macrofytensoorten te achterhalen. Koperverontreinigde sedimenten met macrofyten zullen vergeleken worden met niet-verontreinigde sedimenten met macrofyten en hetzelfde zal vergeleken worden zonder macrofyten. Koper zal in alle compartimenten opgevolgd worden; het poriewater van het sediment, het oppervlaktewater en in de biomassa. In het tweede werkpakket zal het effect van variabele hydraulische condities onderzocht worden door middel van isotopische technieken. In een grote stroomgoot zullen verschillende stroomsnelheden opgelegd worden om nutriëntopname en O2/CO2 productie of consumptie na te gaan op verschillende locaties in macrofytenpatches met verschillende dichtheden. In de tweede plaats zal de brekingssterkte van enkele macrofytensoorten bepaald worden. In het derde werkpakket zal nutriëntopname in situ, in twee riviersecties met macrofytenpatches (één sectie in de Aa en één in de Semois), onderzocht worden. Twee types van veldstroomgoten zullen opgesteld worden in elke riviersectie: het eerste type zal de afvoer in de ene stroomsectie doen versnellen, het tweede type zal in de parallelle stroomsectie de stroming doen vertragen. Isotopische technieken zullen gebruikt worden om verschillen in opname tussen de types veldstroomgoten na te gaan en op verschillende locaties in de macrofytenpatches. Het modelerings werkpakket bestaat uit twee belangrijke doelstellingen: een instrument voor data en experiment analyse en de ontwikkeling van dynamisch mechanistische macrofyt modellen, met als eindproduct een gebruiksvriendelijk instrument voor waterbeheerders dat antwoorden biedt op de rol van macrofytendynamiek op waterkwaliteit in rivieren. Modellen zullen op verschillende niveaus ontwikkeld worden, gaande van macrofyt groeimodellen van verschillende species tot modellen in functie van omgevingscondities (licht, nutriënten, ...) via het gedrag in patches tot de integratie ervan op ecosysteemniveau. Het ecosysteemmodel van een rivier met macrofyten kan gebruikt worden als een middel om scenario's te bestuderen van macrofytenverwijdering en daarmee het effect op nutriëntenopslag of -verwijdering en van het schatten van het functioneren van een ecosysteem na herstelprojecten. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • FRANK DEHAIRS • NATHALIE BRION
Macrophyten en nutriënt dynamiek: proces en veldstudies in de bovenlopen van rivieren - Manudyn II. Universiteit Antwerpen Abstract: De troebelheid in onze rivieren is in het algemeen sterk gedaald sinds de rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI's) werkzaam zijn. De verhoogde lichtbeschikbaarheid heeft het kiemen en daaropvolgend de groei van waterplanten mogelijk gemaakt. Hun aanwezigheid wijzigt de hydraulische eigenschappen van de rivieren in die zin dat waterafvoer gehinderd wordt en het risico op overstromingen sterk verhoogt. Een van de meest gebruikte beheersmaatregelen is dan ook het maaien van de macrofyten om overstromingen in bebouwde gebieden te vermijden. Het Manudyn I project heeft zich vooral gefocused op de rol die macrofyten hebben in de nutriëntcyclering in het Netebekken. Resultaten tonen dat macrofyten wel degelijk een impact hebben op de nutriëntenbalans in rivieren. Bijkomend is er aangetoond dat bepaalde macrofyten ook zware metalen uit het sediment, zoals koper, opnemen en die dus een belangrijke, natuurlijk zuiverende rol kunnen spelen. Toch zijn de onderliggende mechanismen die deze macrofyt-nutriënt interacties beïnvloeden niet helemaal duidelijk. Verder toonde het Manudyn I project dat er duidelijke verschillen bestaan in het opnamegedrag tussen verschillende macrofytensoorten. Het Manudyn II project zal zich daarom vooral toespitsen op processtudies. Het doel is hier om duidelijkheid te scheppen over de opname, de opslag en de vrijstelling van nutriënten en metalen gerelateerd aan de groei en het afsterven van enkele veel voorkomende macrofyten en deze relaties te beschrijven. De resultaten zullen gebruikt worden om nieuwe modellen te ontwikkelen die processen op verschillende schaalniveaus beschrijven en om de modellen uit het eerste Manudyn project te verfijnen. Dit project zal uitgevoerd worden aan de hand van verschillende werkpakketten. Het eerste werkpakket zal alle kleinschalige experimenten omvatten, namelijk op het niveau van één enkel individu van een macrofytensoort. Het tweede werkpakket pakt het onderzoek op het niveau van een macrofytenpatch aan en het derde werkpakket bestaat uit veldexperimenten met verschillende macrofytenpatches. In een vierde en laatste werkpakket zullen de resultaten modelmatig en op verschillende schalen benaderd worden. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
(Macro)molecular chemistry and catalysis by hyperbranched polymers on biomass KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse
Onderzoekers: • Bert Sels • Steven-Friso Koelewijn
Macrofytenpatches als biogeochemische hotspots: impact op waterkwaliteit van rivieren? Universiteit Antwerpen Abstract: Macrofytenpatches als biogeochemische hotspots: impact op waterkwaliteit van rivieren? 1. Probleemstelling
In aquatische ecosystemen zijn waterplanten (macrofyten) belangrijk voor de structurele biodiversiteit. Als primaire producenten zijn zij van levensbelang voor zeer veel organismen. Ook op systeemniveau spelen macrofyten een zeer belangrijke rol. De processen die hierbij belangrijk zijn en de omstandigheden waaronder deze plaatsvinden zijn echter onvoldoende gekend. Toch is een goede kennis belangrijk om bijvoorbeeld juiste beleidsdaden te kunnen nemen m.b.t. de verbetering van onze oppervlaktewateren. Bovendien impliceert hun aanwezigheid ook grote invloeden naar de ganse hydraulica toe. Macrofyten hebben als "ecological engineers" een directe invloed op stroomsnelheidspatronen en patronen in sedimentatie en erosie. Veranderingen in deze patronen hebben een rechtstreekse invloed op de biodiversiteit. 2. Doelstelling Het is de bedoeling het basisidee te testen of macrofytenpatches in een waterloop biogeochemische hotspots zijn. Er zijn immers sterke indicaties dat de processen in de bodem onder macrofytenpatches een grotere impact hebben op de waterkwaliteit dan de tot hiertoe onderzochte pelagische processen. Om deze hypothese te toetsen zijn er drie onderzoeksvragen vooropgesteld: 1) Bestaan er biogeochemische hotspots in macrofytenpatches en welke is hun kwantiteit? 2) Welke maximale breedtes en lengtes kunnen patches onder gegeven omstandigheden aannemen? 3) Wat is theoretisch de totale maximale oppervlakte die patches kunnen innemen in een stuk waterloop onder gegeven omstandigheden (en wat is het totale effect van deze patches op waterkwaliteit)? 3. Methodiek en technologie Onderzoeksvraag 1) zal beantwoord worden door data te verzamelen in het veld. In nauwkeurig gekozen patches zal het organische materiaal gekarakteriseerd worden en denitrificatie- en siliciumprocessen als proxi opgevolgd worden. Al deze data worden dan rechtsreeks gekoppeld aan patronen van stroomsnelheid, sedimentatie en erosie in en rond de patch. Hierbij komen veldwerktechnische aspecten aan bod (stroomsnelheidmetingen, meten van denitrificatie in situ, staalname, labotechnieken voor analyse,¿). De resultaten worden achteraf zowel met een diagenetisch model als statistisch geanalyseerd. Onderzoeksvraag 2) zal beantwoord worden aan de hand van de resultaten van in situ experimenten. Hierbij worden in bestaande waterlopen flumes gecreëerd waarin de limiterende factoren (stroomsnelheid, erosie-sedimentatie) voor patchgroei worden gekwantificeerd. Ook worden de dimensies van een groot aantal patches opgemeten ter vergelijking met de flume experimenten. Onderzoeksvraag 3) wordt modelmatig benaderd met het Delft3D-model. De data van onderzoeksvraag 1 zullen het model kalibreren, de data van onderzoeksvraag 2 zullen het model valideren. Met dit model willen we de impact van macrofytenpatches op waterkwaliteit schatten voor grotere riviertrajecten (100-1000 m). Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire • Stijn Temmerman • Jonas Schoelynck
Macrofytenpatches als biogeochemische hotspots: impact op waterkwaliteit van rivieren? Universiteit Antwerpen Abstract: Macrofytenpatches als biogeochemische hotspots: impact op waterkwaliteit van rivieren? 1. Probleemstelling In aquatische ecosystemen zijn waterplanten (macrofyten) belangrijk voor de structurele biodiversiteit. Als primaire producenten zijn zij van levensbelang voor zeer veel organismen. Ook op systeemniveau spelen macrofyten een zeer belangrijke rol. De processen die hierbij belangrijk zijn en de omstandigheden waaronder deze plaatsvinden zijn echter onvoldoende gekend. Toch is een goede kennis belangrijk om bijvoorbeeld juiste beleidsdaden te kunnen nemen m.b.t. de verbetering van onze oppervlaktewateren. Bovendien impliceert hun aanwezigheid ook grote invloeden naar de ganse hydraulica toe. Macrofyten hebben als "ecological engineers" een directe invloed op stroomsnelheidspatronen en patronen in sedimentatie en erosie. Veranderingen in deze patronen hebben een rechtstreekse invloed op de biodiversiteit. 2. Doelstelling Het is de bedoeling het basisidee te testen of macrofytenpatches in een waterloop biogeochemische hotspots zijn. Er zijn immers sterke indicaties dat de processen in de bodem onder macrofytenpatches een grotere impact hebben op de waterkwaliteit dan de tot hiertoe onderzochte pelagische processen. Om deze hypothese te toetsen zijn er drie onderzoeksvragen vooropgesteld: 1) Bestaan er biogeochemische hotspots in macrofytenpatches en welke is hun kwantiteit? 2) Welke maximale breedtes en lengtes kunnen patches onder gegeven omstandigheden aannemen? 3) Wat is theoretisch de totale maximale oppervlakte die patches kunnen innemen in een stuk waterloop onder gegeven omstandigheden (en wat is het totale effect van deze patches op waterkwaliteit)? 3. Methodiek en technologie Onderzoeksvraag 1) zal beantwoord worden door data te verzamelen in het veld. In nauwkeurig gekozen patches zal het organische materiaal gekarakteriseerd worden en denitrificatie- en siliciumprocessen als proxi opgevolgd worden. Al deze data worden dan rechtsreeks gekoppeld aan patronen van stroomsnelheid, sedimentatie en erosie in en rond de patch. Hierbij komen veldwerktechnische aspecten aan bod (stroomsnelheidmetingen, meten van denitrificatie in situ, staalname, labotechnieken voor analyse,¿). De resultaten worden achteraf zowel met een diagenetisch model als statistisch geanalyseerd. Onderzoeksvraag 2) zal beantwoord worden aan de hand van de resultaten van in situ experimenten. Hierbij worden in bestaande waterlopen flumes gecreëerd waarin de limiterende factoren (stroomsnelheid, erosie-sedimentatie) voor patchgroei worden gekwantificeerd. Ook worden de dimensies van een groot aantal patches opgemeten ter vergelijking met de flume experimenten. Onderzoeksvraag 3) wordt modelmatig benaderd met het Delft3D-model. De data van onderzoeksvraag 1 zullen het model kalibreren, de data van onderzoeksvraag 2 zullen het model valideren. Met dit model willen we de impact van macrofytenpatches op waterkwaliteit schatten voor grotere riviertrajecten (100-1000 m). Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire • Stijn Temmerman • Jonas Schoelynck
Macrofagen als mediatoren van protectieve auto-immuniteit. Universiteit Hasselt Abstract: Dit project is erop gericht de invloed van macrofaag-fenotypes, gevormd onder neuro-inflammatoire condities, op oligodendrocyten en Tcel reacties te onderzoeken, waarbij de door macrofagen geproduceerde factoren worden geïdentifeerd en gevalideerd. Deze doelstelling wordt bereikt door de volgende vraagstellingen te beantwoorden: 1) Welke wijze van macrofaag-activatie is het meest protectief voor oligodendrocyten? 2) Hoe moduleren de macrofaag-fenotypes auto-reactieve T-cell responsen?
3) Wat is de identiteit van de protectieve factoren, gesecreteerd door macrofagen? Samengevat zullen wij in deze studie, die gebaseerd is op recente ontwikkelingen binnen het MS onderzoek, de beschermende potentie van macrofagen tijdens neuro-inflammatie bestuderen. Dit onderzoek maakt gebruik van vernieuwende technieken en bouwt verder op voorgaande studies in ons laboratorium. De bekomen resultaten zullen mogelijk leiden tot nieuwe inzichten in de pathologie van MS en tot de identificatie van nieuwe beschermende eiwitten. De moleculaire mechanismen en therapeutische waarde van de geïdentificeerde protectieve factoren zullen in vervolgstudies verder worden onderzocht. Uiteindelijk kan dit werk van groot belang zijn voor de ontwikkeling van nieuwe therapieën voor MS. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Jerome HENDRIKS
Macrofagen als mediatoren van protectieve auto-immuniteit. Universiteit Hasselt Abstract: MS wordt gekarakteriseerd door T-cellen reactief tegen myeline componenten, oligodendrocytapoptose en de aanwezigheid van myelinefagocyterende macrofagen in sclerotische plaques. Wat de precieze bijdrage is van de laatstgenoemde macrofaag populatie op de neuroinflammatoire respons in MS-laesies is tot op heden niet geweten. Tevens is er nog onduidelijkheid op welke manier de micro-omgeving in het parenchym, waarin de myeline fagocyterende macrofagen zich tijdens MS bevinden, een invloed heeft op hun differentiatie en functie. Op basis van eerdere studies en preliminaire resultaten uit onze onderzoeksgroep stel ik dat myeline fagocytose door macrofagen een anti-inflammatoir, protectief fenotype induceert in deze immuun-cellen.Mogelijkerwijs zijn deze myeline-fagocyterende macrofagen betrokken bij de herstelfase van RR-MS patiënten door o.a. het induceren van een anti-inflammatoire immuun-respons en het moduleren van oligodendrocyt viabiliteit. Het doel van dit project is een beter inzicht te krijgen in het fenotype en de mogelijke protectieve functie van myeline-fagocyterende macrofagen in sclerotische plaques. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Niels HELLINGS • Jeroen BOGIE
Macrofagen als mediatoren van protectieve auto-immuniteit Universiteit Hasselt Abstract: Het contract betreft een mandaat voor een FWO-postdoctoraal onderzoeker, m.n. J. Hendrikx aan BIOMED (UHasselt) voor de periode van 01.10.2007 tot 30.09.2010. Het onderzoek richt zich op macrofagen als mediatoren van protectieve auto-immuniteit. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Pieter STINISSEN • Jerome HENDRIKS
Macrofaag activatie syndroom in systemische juveniele idiopathische artritis: onderzoek naar afwijkingen in het werkingsproces van interferon-gamma (IFN-g) en de rol van 'suppressor of cytokine signaling-3' (SOC-3). KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium Immunobiologie
Onderzoekers: • Patrick Matthys • Carine Wouters • Karen Put
Macrofaag activatie syndroom in IFN-gamma-deficiënte muizen: sleutelrolvan NK-cellen en rol van een defect in de IFNgamma signaalweg. KU Leuven Abstract: Het immuunsysteem verdedigt ons lichaam tegen indringers of schadelijkecellen via sterke ontstekingsreacties. Deze reacties moeten ook tijdig afgebroken worden door regulatorische feedbackmechanismen om onnodige weefselschade te voorkomen. De balans tussen pro- en antiinflammatoire pathways wordt strikt gecontroleerd door cytokinen, de boodschappermoleculen van het immuunsysteem. Eén van deze cytokinen, interferon-gamma (IFN-gamma), werd historisch beschouwd als een typisch pro-inflammatoir cytokine. Sinds zijn ontdekking werden er echter ook belangrijke regulatorische functies van IFN-gamma aan het licht gebracht.Systemische juveniele idiopathische artritis (sJIA) is een ernstige inflammatoire ziekte die optreedt tijdens de kinderjaren. Men vermoedt dat de ziekte wordt veroorzaakt door defectieve regulatorische feedbackmechanismen, waardoor inflammatoire reacties niet afgebroken worden. Typische symptomen van sJIA zijn ontstoken gewrichten, piekende koorts, huiduitslag, gezwollen lym Organisaties: • Laboratorium Immunobiologie
Onderzoekers: • Patrick Matthys • Anneleen Avau
Macro- en microstudie van het reservoir van Mycobacterium ulcerans in Buruli ulcus (BU) endemische gebieden in Benin en de Democratische Republiek Congo (DRC). Universiteit Antwerpen Abstract: In samenwerking met Beninese (PNLUB, LRM, UAC) en Congolese partners (PNLUB, UNIKIN, INRB, IPN, IME-ziekenhuis) zal een omgevingsstudie van BU verricht worden in endemische gebieden in Benin en DRC. Een betere kennis van het reservoir van M. ulcerans en de bepaling van omgevingsrisicofactoren zullen een enorme bijdrage leveren in de strijd tegen deze ziekte en het mogelijk maken om aangepaste, goedkope preventiemiddelen te ontwikkelen. Organisaties: • Laboratorium voor Microbiologie, Parasitologie en Hygiëne (LMPH)
Onderzoekers: • Luc Kestens • Patrick Suykerbuyk
Macro- en microstudie van het reservoir van Mycobacterium ulcerans in Buruli ulcus (BU) endemische gebieden in Benin en de Democratische Republiek Congo (DRC). Universiteit Antwerpen Abstract: In samenwerking met Beninese (PNLUB, LRM, UAC) en Congolese partners (PNLUB, UNIKIN, INRB, IPN, lME-ziekenhuis) zal een omgevingsstudie van BU verricht worden in endemische gebieden in Benin en DRC. Een betere kennis van het reservoir van M. ulcerans en de bepaling van omgevingsrisicofactoren zullen een enorme bijdrage leveren in de strijd tegen deze ziekte en het mogelijk maken om aangepaste, goedkope preventiemiddelen te ontwikkelen. Organisaties: • Laboratorium voor Microbiologie, Parasitologie en Hygiëne (LMPH)
Onderzoekers: • Luc Kestens • Patrick Suykerbuyk
Macro-economische volatiliteit en menselijke kapitaalvorming Universiteit Gent Abstract: Dit project onderzoekt de invloed van macro-economische volatiliteit op menselijke kapitaalvorming. We gaan na of omvangrijke conjunctuurschommelingen de economische agenten aanzetten tot meer dan wel tot minder scholingsinspanningen. Het project omvat zowel theoretisch als empirisch werk. Organisaties: • Vakgroep Sociale economie
Onderzoekers: • Freddy Heylen • Gerdie Everaert
Macro-economie en de arbeidsmarkt: meten en verklaren van de toestand op de arbeidsmarkt Universiteit Gent Abstract: Nauwkeurige schattingen van de toestand van de arbeidsmarkt vormen de basis van succesvol macro-economische beleid. Dit onderzoek beoogt de huidige meting te verbeteren door (i) gebruik van meer geschikte arbeidsmarktindicatoren dan de standaard werkloosheidsgraad, (ii) rekening te houden met tijdsvariërende coëfficiënten in de relatie van arbeidsmarktindicatoren met andere macro-economische variabelen en (iii) het benutten van de panel structuur van de data. Organisaties: • Vakgroep Sociale economie
Onderzoekers: • Gerdie Everaert
Macroautofagie: een gemeenschappelijk pathomechanisme voor mutant small heat shock proteïnes in perifere neuropathieën? Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • VIB DMG - Perifere Neuropathieën
Onderzoekers: • Vincent Timmerman • Delphine Bouhy
Mac Lane cohomologie en deformaties van exacte en getrianguleerde modellen. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project beoogt het veralgemenen van een ringinvariant tot de wereld van exacte en getrianguleerde modellen. Het gaat meer bepaald over de Mac Lane cohomologie, die zelf gezien kan worden als een veralgemening van een andere ringinvariant, de Hochschild cohomologie. Een natuurlijke vraag is dan hoe de relaties tussen beide noties zich gedragen in de uitbreiding tot deze nieuwe setting. Organisaties: • Fundamentele Wiskunde
Onderzoekers: • Wendy Lowen • Frederik Caenepeel
Machtsverhoudingen en relaties tussen retailers en producenten. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • FEB Antwerpen
Onderzoekers: • Els Breugelmans • Michiel Van Crombrugge
Machtsverdeling en mensenrechten. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds VLIR. UA levert aan VLIR de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Politieke economie van de Grote Meren Regio
Onderzoekers: • Stefan Vandeginste
Machtsstructuren in de Nieuwe Tijd. Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoek wil macht en het gebruik van macht vanuit verschillende invalshoeken benaderen. Het zoekt enerzijds naar de verwoording en de uitbeelding van de macht en probeert op die manier te achterhalen hoe men in de nieuwe tijd over macht en bewind dacht. Daarnaast wil het ook machtscircuits in kaart brengen. Beide benaderingen vullen elkaar aan. Op die manier wil het komen tot een genuanceerder beeld van het ontstaan van de moderne politieke en machtsstructuren. Organisaties: • Power in History - Centrum voor Politieke Geschiedenis
Onderzoekers: • Luc Duerloo
Machtsevenwicht en internationaal recht. De Europese diplomatie en de uitwerking van de internationale orde, 18de eeuw en post-1945. Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek wil nagaan in welke mate het Europese machtsevenwicht van de vroege achttiende eeuw (1713-1740) terugkeert in de Europese contestatie van de schijnbaar bipolaire wereldorde na 1945. De juridische vertaling van een multipolaire orde vormt daarbij het analytisch kader, de diplomatieke correspondentie (door juristen maar weinig behandeld naast verdragen en doctrine) de voornaamste bron. Organisaties: • Vakgroep Grondslagen en geschiedenis van het recht
Onderzoekers: • Dirk Heirbaut
Machine Understanding of Text KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Marie-Francine Moens • N. N. • Steven Bethard
Machine Understanding of Text KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Marie-Francine Moens
Machine Reading and Knowledge Acquisition for Hybrid Search KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Marie-Francine Moens • Denis Lukovnikov
Machine learning with constraints on energy consumption KU Leuven Abstract: Machine learning is een onderzoeksveld binnen artificiële intelligentiedat bestudeert hoe programmas modellen kunnen leren uit gegevens (voorbeelden) en hoe deze modellen kunnen worden toegepast om betere prestaties te bekomen. Deze programmas hebben als doel om relaties of functies,die impliciet voorkomen in de gegevens, te leren of te ontdekken. Machine learning is traditioneel gericht op het leren van maximaal nauwkeurige modellen.Omwille van de exponentiële groei van rekenkracht tijdens de laatste decennia krijgt computationele efficiëntie tegenwoordig een relatief lage prioriteit. Dankzij de opkomst van mobiele apparaten die op batterijen werken of zelf hun energie vergaren, wordt dit problematisch omwille van de beperkingen op de hulpmiddelen van deze apparaten: ze werken op batterijen (soms niet-vervangbare en nietoplaadbare batterijen), er is beperkte koeling van de chip, er is beperkt geheugen beschikbaar ... We willen onderzoeken hoe we deze hulpmiddelen (resources) effici Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Hendrik Blockeel • Jesse Davis • Aäron Verachtert
Machine Learning Techniques for Physical Therapy. KU Leuven Abstract: 1. Probleemstelling en doelstelling(en) Het typische proces van een revaliderende patiënt is een afwisseling van bezoeken aan de kinesist en thuis oefenen. Er is geen controle over de oefeningen thuis,waardoor die vaak foutief uitgevoerd worden. Dit is niet alleen een probleem voor de patiënt, die dan trager vooruitgaat, maar dit brengtook een grote kost met zich mee. Het automatisch analiseren van sensorinformatie over de patiënt die een revalidatieoefening uitvoert, kan het mogelijk maken om feedback te geven. Hiervoor moet er echter nog significante vooruitgang in machine learning geboekt worden. Het doel van dit project is de nodige technieken hiervoor te ontwikkelen. Deze technieken moeten 1) kunnen omgaan met onzekere informatie die van desensoren komen, 2) snel feedback kunnen geven en 3) rekening kunnen houden met het dynamische aspect van de revalidatieoefeningen. Er zal gewerkt worden met probabilistische grafische modellen, dit veelgebruikte machine learning formalisme kan o Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Jesse Davis • Jessa Bekker
Machine learning technieken voor het schatten van gewasarealen op subpixel niveau. KU Leuven Abstract: Aardobservatie speelt een belangrijke rol bij het vroegtijdig monitorenvan landgebruik en landbouwgewassen. Tijdseries van satellietbeelden met een medium tot lage ruimtelijke resolutie (MERIS, MODIS) zijn goedkoopbeschikbaar. Hun hoge temporele resolutie laat toe wolken te maskeren en de fenologische informatie die ze bevatten is van belang voor een accurate classificatie van landbouwgewassen. Met behulp van subpixel classificatietechnieken kan het oppervlakteaandeel van elk gewas in elke pixel bepaald worden. Machine learning algoritmes zijn veelbelovende technieken voor sub-pixel classificatie van landbouwgewassen. De resultaten die momenteel op pixelniveau bekomen worden zijn echter onvoldoende accuraat voor gedetailleerde spatio-temporele monitoring van gewassen en de daarmee verbonden oogstschattingen. De verklaring voor de lage pixel performantie van gewasclassificaties met neurale netwerken kan gezocht worden inhet samenspel van drie factoren: de invloed van veld- en gewaseigen Organisaties: • Afdeling Bos, Natuur en Landschap
Onderzoekers: • Jos Van Orshoven • Stien Heremans
Machine learning technieken voor datamining en hun toepassingen. Universiteit Antwerpen Abstract: De onderzoeksgemeenschap streeft naar de versterking en de coordinatie van het Vlaamse onderzoek op het gebied van machine learning voor datamining in het algemeen, en bepaalde belangrijke toepassingen zoals bioinformatica en tekstmining in het bijzonder. Vlaamse participanten: Computational Modeling Lab (VUB), CNTS (UA), ESAT-SISTA (KU Leuven), DTAI (KU Leuven), ISLab (UA). Organisaties: • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Walter Daelemans
Machine learning technieken voor datamining en hun toepassingen. Universiteit Antwerpen Abstract: De onderzoeksgemeenschap streeft naar de versterking en de coordinatie van het Vlaamse onderzoek op het gebied van machine learning voor datamining in het algemeen, en bepaalde belangrijke toepassingen zoals bioinformatica en tekstmining in het bijzonder. Vlaamse participanten: Computational Modeling Lab (VUB), CNTS (UA), ESAT-SISTA (KU Leuven), DTAI (KU Leuven), ADReM (UA). Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Bart Goethals
Machine learning technieken voor datamining en hun toepassingen. Universiteit Antwerpen Abstract: De onderzoeksgemeenschap streeft naar de versterking en de coordinatie van het Vlaamse onderzoek op het gebied van machine learning voor datamining in het algemeen, en bepaalde belangrijke toepassingen zoals bioinformatica en tekstmining in het bijzonder. Vlaamse participanten: Computational Modeling Lab (VUB), CNTS (UA), ESAT-SISTA (KU Leuven), DTAI (KU Leuven), ADReM (UA). Organisaties: • Linguistiek • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Walter Daelemans
Machine learning techieken voor datamining en hun toepassingen. Universiteit Antwerpen Abstract: Machine learning techieken voor datamining en hun toepassingen. Organisaties: • ALGEBRA-MEETKUNDE/LABORATORIUM INTELLIGENTE SYSTEMEN • Algebra, meetkunde en ISLAB
Onderzoekers: • Alain Verschoren
Machine learning on chip for chip configuration KU Leuven Abstract: Chips get more and more configurable, to allow them to adapt to the circumstances they operate in. However, the biggest problem is currently onthe control of all these configuration knobs. This currently results inunder-utilisation of the configurability of our chips, and hence in suboptimal (energy-inefficient) operation. Machine learning technique seempromissing to let the chip learn itself the relationship between its knob settings, its performance and its energy-efficiency. However, not enough work has been done to understand the cost of running learning algorithms on chip. Current learning is almost exclusively ran in software, oron platforms with very few parameters, hence limiting its application domain. This PhD thesis will explore the hardware cost and performance ofvarious machine learning techniques in silicon, and apply towards optimal hardware self-configuration. Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Marian Verhelst • Wannes Meert • Steven Lauwereins
Machine Learning for the prediction and the rehabilitation of musculoskeletal injuries KU Leuven Abstract: Het aantal jongeren dat aan hoge intensiteit sport beoefent is in stijgende lijn. Deze evolutie heeft helaas ook een serieuze toename van het aantal ernstige blessures, zoals het scheuren van de kruisbanden inde knie, tot gevolg. Onderzoek heeft aangetoond dat dergelijke blessures
ook aanleiding geven tot permanente letsels en aandoeningen op latere leeftijd zoals een verhoogde kans op arthritis.Aan sportblessures hangt naast fysieke ongemakken op korte en lange termijn voor de geblesseerde persoon,ook een serieus kostenplaatje vast. De belasting op zowel de sociale zorgverzekering als de revalidatiesector valt dan ook niet te onderschatten. Verder hebben blessures bij professionele atleten ook nietverwaarloosbare gevolgen. De vraag naar hulpmiddelen om enerzijds het aantal blessures te verminderen en anderzijds de revalidatie van blessureste bespoedigen is daarom evident. De revalidatie van blessuresverloopt momenteel vaak trager dan mogelijk zou zijn.De doelstelling van dit project Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Jesse Davis • Tim Op De Beéck
Maatstaven en determinanten van het objectief belastingvermogen Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde • Vakgroep Bestuur en beleid • Vakgroep Algemene Economie
Onderzoekers: • Junior Burssens
Maatschappelijk verantwoord ondernemen en ethische clausules in zakencontracten KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Faculteit Rechtsgeleerdheid Kulak
Onderzoekers: • Bernard Tilleman • Alain Laurent Verbeke • Ingmar Samyn
Maatschappelijk verantwoord en sociaal ondernemerschap - MVSO Universiteit Gent Abstract: De aog focust zijn onderzoek op de volgende onderzoeksvragen: Welke competenties moeten bedrijven(clusters) ontwikkelen voor het realiseren van sociale waardecreatie? Hoe worden prioriteiten gesteld in het dagelijkse beheer en bestuur van bedrijven (en van bedrijventerreinen) die sociale en economische waarde combineren? Welke kritieke performantie-indicatoren hanteert men? Welk 'business model' wordt gehanteerd door bedrijven(clusters) die sociale en economische waarde combineren? Organisaties: • Vakgroep Management, Innovatie en Ondernemerschap
Onderzoekers: • Aimé Heene
Maatschappelijk onbehagen en de erosie van het maatschappelijk draagvlak van de verzorgingsstaat. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de jaren '70 van de 20ste eeuw kwam de verzorgingsstaat onder zware druk te staan. De grote steun die de verzorgingsstaat tot dan toe kon genieten, werd in vraag gesteld. De verzorgingsstaat zou tot luiheid en een zwakke verantwoordelijkheidszin leiden, zou de spontane structuren van steun en liefdadigheid vernielen, zou mensen in de werkloosheid houden en op die manier ook de economie verzwakken, zo luidde de kritiek. Het opduiken van die kritiek mag echter niet worden verward met het wegdeemsteren van het draagvlak van de solidariteit en de sociale zekerheid. Uit bevolkingsonderzoeken bleek dat, ondanks de economische ontwikkelingen, de neoliberale kritieken en de doorgevoerde hervormingen, de houding van de bevolking tegenover het sociaal zekerheidsstelsel relatief onberoerd en positief bleef. In Vlaanderen zijn geen studies beschikbaar die toelaten een dergelijke evolutie over de tijd te trekken. Een representatieve studie door onze vakgroep uit 2001 bij meer dan 3500 Vlamingen wees wel uit dat de steun voor de verzorgingsstaat vrij groot is, maar dat de scherpe kritiek op de verzorgingsstaat toch ook zijn weg heeft gevonden naar de opvattingen van een aantal burgers. Men dient daarin toch een erosie van het draagvlak van de solidariteit en de sociale zekerheid te onderkennen. Vandaar de belangstelling voor de oorzaken van die houding. In dit onderzoek nemen we het draagvlak voor solidariteit bij de bevolking onder de loep. We hebben hiervoor zes databanken ter onze beschikking (over een tijdsperiode van 1996 tot 2006). Ten eerste wordt de hoogte van dit draagvlak en de evolutie ervan over de laatste 10 jaar in Vlaanderen geschetst. Ten tweede worden de verklaringen voor de steun voor of het verzet tegen de verzorgingsstaat getoetst. Een dominante stelling luidt dat de steun voor de sociale zekerheid dient te worden verklaard vanuit (welbegrepen) eigenbelang. Volgens deze opvatting steunen mensen de verzorgingsstaat en de sociale voorzieningen omdat zij daar zelf baat bij hebben of zouden kunnen hebben. Een andere veelgehoorde theorie legt daarentegen veel meer nadruk op culturele determinanten, en meent dat de steun voornamelijk dient te worden verklaard op basis van opvattingen, houdingen, overtuigingen en dergelijke meer. De bevindingen worden tenslotte gespiegeld aan een kwalitatief onderzoek. Naast diepgaande kwantitatieve analyses op verschillende databanken, voorzag dit project immers ook in een kwalitatieve aanvulling op basis van diepte-interviews met 23 Vlamingen. Organisaties: • Tempus Omnia Revelat • Sociologie
Onderzoekers: • MARK ELCHARDUS • SASKIA DE GROOF
Maatschappelijk georiënteerd werkprogramma voor het langetermijnbeheer van categorie B en C afval en CARL project. Universiteit Antwerpen Abstract: Deeltaak 1: Begeleiden en adviseren van NIRAS bij de voorbereiding en uitwerking van een maatschappelijk georiënteerd werkprogramma voor het langetermijnbeheer van categorie B en C afval. De focus ligt daarbij op het uitwerken van voorstellen voor de concrete invulling van een participatieproces rond deze thematiek en de uitwerking daarvan in de praktijk; en dit in nauwe samenwerking met de betrokkenen. Deeltaak 2: Onderzoek en coördinatie van het CARL project, een internationaal sociaal wetenschappelijk onderzoeksproject rond publieke participatie in het beheer van radioactief afval. Dit komt neer op het opmaken van een landenrapport over de huidge stand van zaken in België en
het in een verdere fase verder uitdiepen van bepaalde, nog af te bakenen topics, in een comparatieve studie over de deelnemende landen (België, Canada, Slovenië, Zweden en het Verenigd Koninkrijk) heen. Organisaties: • Milieu en Samenleving (M&S)
Onderzoekers: • Erik A O J Van Hove • Ilse Loots
Maatschappelijke participatie van ouderen in West-Vlaanderen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onze huidige moderne samenleving wordt geconfronteerd met een demografisch fenomeen waarbij ouderen een steeds belangrijker deel van de bevolking uitmaken. De meeste demografen verwachten echter in de komende decennia een gestage groei tot 2050 waarbij ongeveer een derde van de inwoners van België zestig jaar of ouder zullen zijn. De vergrijzing en veranderende samenstelling van de bevolking kan belangrijke consequenties hebben voor de maatschappij. De maatschappij dient zich niet alleen aan te passen aan een steeds ouder wordende bevolking. De gemeenschap komt tevens voor verschillende uitdagingen te staan waarmee zij geen ervaring of traditie hebben, en waarop zij tot op heden geen antwoord heeft weten te vinden. De provincie voert al 15 jaar een beleid dat erop gericht is de maatschappelijke participatie van ouderen te verhogen. De Provincie is op een punt gekomen dat ze wilt weten of het gevoerde beleid effect heeft gehad. Om een antwoord te krijgen op deze vraag wenst de Provincie een onderzoek te laten uitvoeren. Organisaties: • Educatiewetenschappen
Onderzoekers: • DOMINIQUE VERTE
Maatschappelijke participatie van jongeren. (+ bestelling bij MJA lastens dit project) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project wil maatschappelijke participatie van jongeren in kaart brengen, zowel via kwalitatief als kwantitatief onderzoek. In de eerste fase wil het project op zoek gaan naar de betekenis van maatschappelijke participatie voor jongeren in Vlaanderen. De decentralisatie van het jeugdbeleid naar het gemeentelijk niveau in 1993 heeft namelijk voor een nieuwe dynamiek gezorgd in het gemeentelijk jeugdwerk en in nieuwe werkvormen in het verenigingsleven in het algemeen en het jeugdwerk in het bijzonder. Maatschappelijke participatie kan dus niet langer herleid worden tot participatie aan een jeugdbeweging of jeugdhuis. Onderzoek heeft namelijk uitgewezen dat participatie aan jeugdverenigingen, maar ook participatie aan verenigingen die niet tot het traditionele jeugdwerk behoren (zoals sociale verenigingen, derde wereldorganisatie) een positieve samenhang vertoont met diverse indicatoren van maatschappelijke integratie. Een differentiatie van maatschappelijke participatie dient zich wel degelijk aan. Het is de bedoeling in het eerste deel om indicatoren van maatschappelijke participatie te ontwikkelen. Deze indicatoren hebben betrekking op diverse werkvormen, kwaliteit en intensiteit van participatie. Hiervoor zal een literatuurstudie en een bevraging van experten plaatsvinden. In het tweede stadium willen we de factoren (zowel individuele als structurele factoren) en motivatie van al dan niet maatschappelijke participatie onderzoeken en de effecten van diverse vormen van maatschappelijke participatie op burgerschapshoudingen, zelfbeeld en vaardigheden. Hiervoor zal een survey afgenomen worden bij een representatieve steekproef van de Vlaamse jongerenbevolking in minstens 60 Vlaamse gemeenten. Organisaties: • Tempus Omnia Revelat • Sociologie
Onderzoekers: • MARK ELCHARDUS • Sven SANCTOBIN • WENDY SMITS
Maatschappelijk engagement via de media Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' KONING BOUDEWIJNSTICHTING' hebben voor het project ' Maatschappelijk engagement via de media' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • Nico CARPENTIER
Maatschappelijke diversiteit in juridische argumentatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Een onderzoek naar de wijze waarop verwijzingen naar maatschappelijke diversiteit worden gebruikt in argumentatieve communicatie in rechtbanken. Op basis van authentieke rechtbankinteractie, transcripties van strafzittingen verzameld tijdens veldonderzoek, wordt onderzocht hoe en in welke situaties het thema maatschappelijke diversiteit door deelnemers aan strafzittingen (magistraten, aanklager, advocaten, verdachte) gehanteerd wordt bij het beoordelen van de strafwaardigheid van de gepleegde feiten. Organisaties: • Antwerps Centrum voor Pragmatiek (IPrA Research Center)
Onderzoekers: • Jozef Verschueren
Maatschappelijke diversiteit en het recht Vrije Universiteit Brussel Abstract: De hedendaagse samenlevingen worden steeds meer geconfronteerd met een reeeks spanningen die rechtsreeks verband houden met de aanwezigheid van een grote diversiteit aan waarden, visies, culturen, waarheden, ethische/ religieuze overtuigingen en, natuurlijk ook, belangen. Onderhavig project strekt tot het rechtstheoretisch, rechtsvergelijkend en positiefrechtelijk onderzoek van de rol die het recht van een democratische rechtsstaat behoort te spelen ten aanzien van deze maatschappelijke diversiteit. M.a.w. zullen de spanningen en conflicten rond maatschappelijke diversiteit, zowel descriptief als prospectief, worden bekeken tegen de achtergrond van de met elkaar verweven fundamentele waarden en principes van het Westers politiek-juridisch denken, met name de democratie, de mensenrechten, de rechtsstaat en de individuele vrijheid.Het project wordt opgedeeld in een rechtstheoretisch, een rechtsvergelijkend en een positiefrechtelijk luik, dat meer in het bijzonder op het mensenrecht zal worden toegespitst. Als einddoel strekt het project tot de aanmaak en de uitbouw van een bruikbaar conceptueel raamwerk voor
de juridische benadering en het maatschappelijk beheer van problemen die gepaard gaan met maatschappelijke diversiteit. Organisaties: • Metajuridica
Onderzoekers: • SERGE GUTWIRTH
Maatschappelijke baten en kosten van onderwijs en leerervaring. Een micro-benadering. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Vlaamse overheid. UA levert aan de Vlaamse overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Facultaire Onderzoeksgroep PSW • School en Politiek (SeP)
Onderzoekers: • Dimokritos Kavadias
Maatschappelijke aanvaarding van verkeers- en vervoersmaatregelen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Interuniversitair opleidingsprogramma rond verkeerskunde. Binnen dit project moet de Vakgroep Bedrijfseconomie en Strategisch Beleid de inhoud voorbereiden en definiëren voor het sub-thema 'Maatschappelijke aanvaarding van vervoersbeleidsmaatregelen'. Dit subthema zal een groot aantal specifieke actuele vervoersthema's met hoge beleidsrelevantie aansnijden vanuit het perspectief van vijf sequentiële determinanten van maatschappelijke aanvaarding, met name: (1) de potentiële effectiviteit van beleidsmaatregelen en -strategieën, ervan uitgaande dat individuen op een differentiële wijze reageren op verschillende "incentives". (2) de legitimiteit van beleidsmaatregelen en -strategieën: het betreft hier de mate waarin groepen "geloven" dat de uitvoering van beleidsmaatregelen en -strategieën zinvol en wenselijk is. (3) de implementeerbaarheid van beleidsmaatregelen en -strategieën, waar in het bijzonder de administratieve implementeerbaarheid alsook de implementeerbaarheid door de doelgroepen centraal staan. (4) ex post beheersing. Dit concept dekt een aantal elementen waaronder de ex post evaluatie van maatregelen, enz... (5) overdraagbaarheid. De finale effectiviteit van beleidsmaatregelen en -strategieën wordt vaak gedermineerd door hun "overdraagbaarheid" naar andere locaties. Organisaties: • Bedrijfseconomie en Strategisch Beleid
Onderzoekers: • ROSETTE S'JEGERS
Maatregelen en innovatieve technieken ter beperking van stofdrift van gewasbeschermingsmiddelen bij de toepassing van gecoat zaad. KU Leuven Abstract: Dit projectvoorstel heeft als doelstelling het risico en het belang vanstofdrift van gewasbeschermingsmiddelen bij de toepassing van gecoat zaak in te schatten via een gecombineerde experimentele en modelmatige aanpak. Het einddoel is de ontwikkeling van reductiemaatregelen en innovaties in zaaitechniek.Deze doelstelling zal geraliseerd worden via de ontwikkeling van: (1) een meetopstelling en -protocol voor het bepalen van de stofemissie van zaaimachines onder gecontroleerde omstandigheden, (2) een meetopstelling en -protocol voor het meten van stofdrift onder praktijkomstandigheden, (3) een model dat het gedrag van stof in de machine simuleert, om de effecten van machineontwerp en -instellingen op stofgeneratie te onderzoeken, (4) een model dat het gedrag van het vrijgestelde stof in de omgeving beschrijft om zo de effecten van omgevingsen bodemcondities of stofdrift te evalueren, (5) innovaties aan de zaaimachines ter reductie van het stofdrift risico. Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Bart Nicolai
MAAT: Multibody Advanced Airship for Transport Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar luchtschip cruiser feeder - globaal transport systeem voor medium en lang bereik transport. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • DEAN VUCINIC • STEVE VANLANDUIT
M3Strength: Efficiënte voorspellende modellen voor de sterkte van composieten Universiteit Gent Abstract: SIM SBO M3 Strength Efficiënte voorspellende modellering voor de sterkte van composiet materialen Via dit eerste SBO Project, "M3Strength", zal het "M3" programma zich in een eerste stap richten op de sterkte van composiet materialen; de sterkte is namelijk de belangrijke drijvende factor tijdens het ontwikkelingsproces van structurele toepassingen in de automobielbouw, de luchtvaart en de windenergiesector. De sterkte zal bestudeerd worden voor alle belangstinsregimes: (quasi-) statisch, dynamisch (vermoeiing) en stootbelasting (crash-crush). Het Project moet resulteren in een belangrijke stap voorwaarts. (i.v.m. tot de state of the art) met betrekking tot voorspellende CAE voor toepassingen in de aangehaalde toepassingsdomeinen, met daarbij tevens belangrijke spill-over naar andere sectoren. SIM - 130546 Organisaties: • Vakgroep Toegepaste Materiaalwetenschappen
Onderzoekers: • Joris Degrieck
M3STRENGTH KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract
Organisaties: • Structurele Materialen
Onderzoekers: • Stepan Vladimirovitch Lomov
Lupinen: sleutel tot duurzame eiwitproductie Hogeschool Gent Abstract: Door de nood aan eiwitproductie op eigen bedrijf wil dit project een aantal knelpunten rond de teelt van lupinen wegwerken en een breder toepassingsveld aansnijden. Uit het PWO-project BIOT-501 (Optimalisatie van de teelttechniek van het eiwitgewas LUPINEN en inpasbaarheid in de dierlijke en menselijke voeding) is gebleken dat lupinen een interessante nutritionele samenstelling en interessante toepassingsmogelijkheden hebben. Tevens werden een aantal teelttechnische aspecten duidelijk in kaart gebracht. Binnen het teelttechnische luik bleven zeker twee knelpunten die ofwel niet konden opgelost worden binnen de tijdslimiet van drie jaar, ofwel niet kaderden in de doelstellingen van het lopende project. 1.Fytopathologisch luik Lupinen blijken meer gevoelig te zijn voor ziektes dan eerst gedacht werd. Daarom is het noodzakelijk om de ziekteproblematiek duidelijker in kaart te brengen. Dit luik beoogt dan ook een studie van de meest voorkomende ziektes: Colletotrichum spp., Sclerotinia en Pleiochaeta setosa om finaal te komen tot een duurzame, geïntegreerde ziektebeheersing. Dit kan door enerzijds inzicht te verkrijgen in de schimmels en anderzijds door de beheersing van de ziektedruk en/of – aantasting. Inzicht wordt verworven door het uitvoeren van een moleculaire en morfologische identificatie en door onderzoek te verrichten naar de groei en ontwikkeling van de schimmels en naar hun waardplantenspectrum. Beheersing van de ziektedruk wordt bekomen door onderzoek naar resistente lupinelijnen te verrichten, door een moleculaire detectiemethodiek voor Colletotrichum op zaaizaad op punt te stellen en door na te gaan welke fungiciden werken tegen de verschillende schimmels. 2. Mechanische onkruidbestrijding In het eerste project werd een aanzet gegeven tot het oplossen van het onkruidprobleem op een mechanische manier, maar dit vergt uitgebreider onderzoek. Verschillende systemen en rijafstanden worden onderzocht om te komen tot een beheersingsstrategie die bruikbaar is in de biologische teelt. Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Levensmiddelen- en Agrotechnologie • Vakgroep Plantaardige Productie
Onderzoekers: • Joos Latré • Kris Audenaert • Geert Haesaert • Kevin Dewitte • Thomas Coussens
Lungtarget KU Leuven Abstract: Lung cancer is the most common cancer fatality in Europe (335000 deaths/yr). Non-small cell lung cancer (NSCLC) consists 85% of the cases, with5 yr survival >15%. Hence, this proposal focuses on the urgent need for better NSCLC therapies. This is a European problem at societal andscientific level: better therapies are needed to keep the spiralling costs of European health systems under control, and the required expertise(basic science, clinical, biotech, experimental therapeutics) is scattered over the EU. Because of the diversity of the NSCLC problem (and the small/medium size of the project) we are focusing on two particular problems: 1) to find solutions for the currently clinically observed resistance problems with epidermal growth factor receptor (EGFR) targeting therapies (10% of NSCLC patients), and 2) to find a solution for the clinically unmet need for NSCLC patients with KRAS mutations (30% of NSCLC), for whom there virtually is no cure (besides very modest effects of platinu Organisaties: • Labo Proteïne Fosforylatie en Proteomics
Onderzoekers: • Johan Van Lint
Lunetteduinen en geassocieerde panafzettingen als archief van het jong-quartaire paleomilieu in de zuidwestelijke Kalahari, Namibië: een OSL-chronometrische studie geïntegreerd in een geomorfologisch en sedimentpetrologisch onderzoek. Universiteit Gent Abstract: Het onderzoeksproject beoogt een gedetailleerde chronometrische studie van de Omongwa lunetteduin en zijn geassocieerde pan (Omaheke, Namibië) aangevuld met een sedimentologisch en mineralogisch onderzoek. De ouderdomsbepalingen gebeuren met optisch gestimuleerde luminiscentie toegepast op kwarts. De studie wil achterhalen welke processen en factoren verantwoordelijk waren voor de duinvorming en -evolutie en wanneer zij precies actief waren. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Peter Van den haute
Luminescerende lanthanide-MOFs Universiteit Gent Abstract: Dit project handelt over het ontwerp en de synthese van metaal-organische netwerken (metal-organic frameworks, MOFs) die geoptimaliseerd zijn naar luminescentie-eigenschappen toe. Deze MOFs bestaan uit driewaardige lanthanide-ionen die karakteristieke luminescentie vertonen in het zichtbare of nabij-infrarode spectrale gebied. Deze ionen worden aan elkaar gekoppeld via te synthetiseren nieuwe ?linker? moleculen, tot een 3D-netwerk met superieure stabiliteit. Organisaties: • Vakgroep Anorganische en fysische chemie
Onderzoekers: • Francis Verpoort • Pascal Van Der Voort • Rik Van Deun
Luminescerende Lanhanide-Gedoteerde Nanodeeltjes als Bimodale Contraststoffen voor MRI en Optische Beeldvorming. KU Leuven
Abstract: Kanker heeft een grote impact op onze maatschappij en wordt daarom als één van de meest gevreesde ziektes beschouwd. Een snelle, efficiënte diagnose is daarom wenselijk. Magnetic Resonance Imaging (MRI) is hierbij een zeer nuttige techniek, maar voor een optimaal gebruik is de toepassing van contraststoffen noodzakelijk. Bimodale contraststoffen worden beschouwd als een volgende generatiestap in het opsporen van kanker, zodat een betere gevoeligheid en resolutie verkregen wordt. In dit project worden bestaande contraststoffen gecoördineerd aan luminescerende lanthanide gedoteerde nanodeeltjes, waardoor een geïnduceerd contrast verkregen wordt van de MRI en optische beelden. Organisaties: • Afdeling Moleculair Design en Synthese
Onderzoekers: • Koen Binnemans • Tatjana Vogt • Sophie Carron
Luminescence with high quantum yield in glasses doped with Ag nanoclusters KU Leuven Abstract: Solid state systems, such as oxyfluorode glasses containing Ag nanoclusters, open new perspectives for using the luminescence of Ag nanoclusters for different applications, where arbitrary shaped bulk, thin films orfibre hosts for Ag nanoclusters are required. Depending on the host material, tuning of Ag nanoclusters emission wavelength and breadth will beinvestigated. The composition and structure of the luminescent Ag nanoclusters will be studied both experimentally and theoretically, especially for small numbers of Ag atoms forming the clusters. Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Victor Moshchalkov • Mikhail Shestakov
LumiCoR: luminescentieconversie door remote fosforen Universiteit Gent Abstract: Het objectief binnen LumiCoR is het verwerven van kennis over nieuwe luminescente materialen voor toepassing in remote phosphor LED systemen. Hierbij wordt de volledige waardeketen bekeken: van de ontwikkeling van nieuwe materialen, over het inbedden ervan in remote phosphor convertoren (RPC) en de integratie van deze RCP's met pomp-LEDs in remote phosphor LED systemen voor algemene verlichting en voor achtergrondverlichting van beeldschermen. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen • Vakgroep Anorganische en fysische chemie
Onderzoekers: • Zeger Hens • Philippe Smet
LUMICOR. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TC Elektrotechniek (ESAT) Gent-Aalst
Onderzoekers: • Peter Hanselaer • Youri Meuret
Luisternetwerk van notarissen. Persoonlijke en patrimoniale planning voor zorgenkinderen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Koning Boudewijnstichting. UA levert aan de Koning Boudewijnstichting de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract Organisaties: • Persoon en vermogen
Onderzoekers: • Frederik Swennen
LUIK VIETNAM : R. VAN LOON : Universitaire ontwikkelingssamenwerking tussen VUB en andere Ontwikkelingslanden Universiteit Hanoi. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De hoofddoelstelling ten aanzien van het programma Institutionele Universitaire Samenwerking bestaat in een substantiële verbetering van de kwaliteit van het onderwijs in de eerste cyclus van de basisopleiding. De HUT vraagt daarom een specifieke ondersteuning van de labo's vooe de basiswetenschappen die instaan voor de practische en theoretische vorming van alle eerstejaars in scheikunde, fysiaca en een workshop voor electronica. Als algemene argumentatie wordt aan de ene kant gewezen op het belang van een kwalitatieve verbetering van de basisopleiding, die doorgaans op relatief weinig belangstelling kan rekenen van internatonale donoren, en wordt aan de andere kant gewezen op het belang van een kwalitaieve verbetering van de basisopleiding, die doorgaans op relatief weinig belangstelling kan rekenen van internationale donoren, en wordt aan de andere kant gewezen op de tegenstelling tussen de slechte uitrusting van deze labo's en departementen enerzijds en de zware onderwijsbelasting (cf. alle eertejaarsstudenten - jaarlijks niet minder dan drieduizend- krijgen van deze departementen/labo's hun praktica en theoretische vorming in de basiswetenschappen) anderzijds. Tenslotte wordt geargumenteerd dat een investering in de basiswetenschappen ten goede komt aan alle eerstejaarsstudenten van de universiteit en daardoor tegemoet komt aan de criteria van de VLIR m.b.t. de institutionele impact van de samenwerking. de indrukkken opgedaan tijdens een bezoek aan de betrokken labo's bevestigden de moeilijke situaties van de betrokken labo's -enerzijds ondergewaardeerd in termen van uitrusting en bestaffing, anderzijds overbevraagd in termen van studentenaantallen. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • RONALD VAN LOON
Lugones en Vasconcelos: een Neo-Helleense visie op de Nieuwe Wereld? De invloed van de klassiek Griekse traditie op de Spaans-Amerikaanse identiteitsvorming Universiteit Gent
Abstract: Het gedachtegoed van de auteurs Leopoldo Lugones en José Vasconcelos wordt gekenmerkt door een niet-aflatende zoektocht naar een contintentale (Spaans-Amerikaanse) en nationale (Argentijnse/Mexicaanse) identiteit. Dit vergelijkend onderzoek wil nagegaan of hun gedeelte fascinatie voor de klassiek Griekse cultuur een verklaring kan bieden voor de gelijkenissen tussen hun ideeën in verband met identiteitsvorming op politiek-ideologisch, filosofisch en pedagogisch vlak. Organisaties: • Vakgroep Romaanse talen (andere dan het Frans)
Onderzoekers: • Eugenia Houvenaghel
Luchtweginfecties in de huisartspraktijk : naar een evidence-based beleid. Universiteit Antwerpen Abstract: Voor talrijke problemen waarmee in de eerste lijn wordt geconsulteerd, ontbreekt harde evidentie om het beleid te onderbouwen. Daarenboven bestaat er een probleem om beleid gebaseerd op voorhanden onderzoeksbewijs te implementeren in de dagelijkse praktijk. Dit leidt in beide gevallen tot suboptimale patiëntenzorg en misbruik van de beschikbare middelen. Luchtweginfecties zijn hiervan een goed voorbeeld (Coenen S. Antibiotica voor hoesten in de huisartspraktijk [Proefschrift]. Universiteit Antwer- pen 2003). Voor lage luchtweginfectie (LLWI) ontbreekt eenduidige evidentie betreffende de effectiviteit van antibiotica. Bovendien laat het onderzoeksbewijs niet toe patiënten te identificeren die (geen) baat zouden hebben van een behandeling met een antibioticum. Voor middenoorontsteking met effusie (OME) bieden antibiotica een erg geringe winst. Aan de andere kant is er wel relevante onderbouwing van de algemene effectiviteit van heelkunde bij OME. In dit verband echter is er een zwakke selectiviteit gedocumenteerd bij de verwijzingen van huisartsen naar neus-, keel-, oor-specialisten (NKOs). Het huidige onderzoeksproject wil bijdragen aan de ontwikkeling van interventies om de voorspellende waarde van OM verwijzingen te verhogen en om pragmatische keuzes in verband met het gebruik van antibiotica voor alle patiënten met LLWIs en voor belangrijke klinische subgroepen patiënten met LLWIs te bevorderen. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Samuel Coenen • Herman Goossens • Paul Van Royen
Luchtweginfecties in de huisartspraktijk : naar een evidence-based beleid. Universiteit Antwerpen Abstract: Voor talrijke problemen waarmee in de eerste lijn wordt geconsulteerd, ontbreekt harde evidentie om het beleid te onderbouwen. Daarenboven bestaat er een probleem om beleid gebaseerd op voorhanden onderzoeksbewijs te implementeren in de dagelijkse praktijk. Dit leidt in beide gevallen tot suboptimale patiëntenzorg en misbruik van de beschikbare middelen. Luchtweginfecties zijn hiervan een goed voorbeeld (Coenen S. Antibiotica voor hoesten in de huisartspraktijk [Proefschrift]. Universiteit Antwer- pen 2003). Voor lage luchtweginfectie (LLWI) ontbreekt eenduidige evidentie betreffende de effectiviteit van antibiotica. Bovendien laat het onderzoeksbewijs niet toe patiënten te identificeren die (geen) baat zouden hebben van een behandeling met een antibioticum. Voor middenoorontsteking met effusie (OME) bieden antibiotica een erg geringe winst. Aan de andere kant is er wel relevante onderbouwing van de algemene effectiviteit van heelkunde bij OME. In dit verband echter is er een zwakke selectiviteit gedocumenteerd bij de verwijzingen van huisartsen naar neus-, keel-, oor-specialisten (NKOs). Het huidige onderzoeksproject wil bijdragen aan de ontwikkeling van interventies om de voorspellende waarde van OM verwijzingen te verhogen en om pragmatische keuzes in verband met het gebruik van antibiotica voor alle patiënten met LLWIs en voor belangrijke klinische subgroepen patiënten met LLWIs te bevorderen. Organisaties: • Eerstelijns - en interdisciplinaire zorg Antwerpen (ELIZA)
Onderzoekers: • Samuel Coenen • Herman Goossens • Paul Van Royen
Luchtverontreiniging door fijne stofdeeltjes en merkers van inflammatie en hemostase bij oudere personen met diabetes. Universiteit Hasselt Abstract: Doelstellingen: 1. Het bestuderen van de kortetermijneffecten van fijne stofdeeltjes op pulmonale en cardiovasculaire parameters (endotheel en plaatjesfunctie) bij personen met diabetes en ouderen waarbij parameters worden gemeten bij dezelfde persoon tijdens verschillende seizoenen en tijdens periodes met relatief hoge en lage concentraties aan fijn stof in de buitenlucht. 2. Nagaan of personen met diabetes die medicatie met een anti-inflammatoire werking nemen (o.a. stanines) minder gevoelig zijn voor de effecten van luchtverontreiniging (indien hiervoor de power groot genoeg is). Onze doelgroep behelst relatief gezonde personen met diabetes die regelmatig op de diabetesconsultatie van Gasthuisberg komen. Exclusiecriteria omvatten actief roken, ernstige cardiovasculaire complicaties en astma. Ouderen worden gerekruteerd via service-flats waarbij een veldlaboratorium ter plaatsen zal worden ingericht. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Tim NAWROT
Luchtkwaliteit gerelateerd aan vluchtige organische stoffen in binnen en buitenlucht van geselecteerde locaties Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit onderzoek is het opbouwen van een dataset over luchtkwaliteit. Hierbij zal voornamelijk aandacht gegeven worden aan de groep van de vluchtige organische stoffen. Deze dataset zal gebruikt worden om concentratie en blootstellingsniveaus te vergelijken tussen verschillende geografische locaties, waar momenteel weinig tot geen data beschikbaar zijn. Organisaties: • Vakgroep Duurzame Organische Chemie en Technologie
Onderzoekers: • Herman Van Langenhove
Luchtidentificatie-registratie voor cultureel erfgoed: klimaatkwaliteit verbeteren (AIRCHECQ). Universiteit Antwerpen
Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de federale overheid. UA levert aan de federale overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Erfgoed en duurzaamheid
Onderzoekers: • Olivier Schalm
Luchtidentificatie-registratie voor cultureel erfgoed: klimaatkwaliteit verbeteren (AIRCHECQ). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de federale overheid. UA levert aan de federale overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • AXES
Onderzoekers: • Karolien De Wael
Luchtidentificatie-registratie voor cultureel erfgoed: klimaatkwaliteit verbeteren (AIRCHECQ). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de federale overheid. UA levert aan de federale overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Antwerp Systems and software Modelling (AnSyMo)
Onderzoekers: • Serge Demeyer
Luchtfotografie in Wallonië. Fonds Ch. Leva- Integratie en digitalisatie (Photographie aérienne en Wallonië. Fonds Ch. Leva Intégrations et digitalisations). Universiteit Gent Abstract: Na de inventarisatie van de luchtfotografische beelden uit de collectie Leva, zal overgegaan worden tot het digitaal verwerven van deze analoge foto's door de Région Wallone. De begeleiding van dit proces en de uiteindelijke integratie ervan in de reeds ontwikkelde databank en de GIS-applicatie maakt deel uit van dit project. Organisaties: • Vakgroep Archeologie
Onderzoekers: • Jean Bourgeois
Luchtfotografie in Wallonië - Fonds Ch. Leva - databank en digitalisatie Universiteit Gent Abstract: Ontwikkelen en vervolledigen van de databank "Waalse luchtfotografie" met luchtfoto's van het "Fonds Ch. Leva". Het vernoemd fonds werd door de Waalse Gemeenschap integraal aangekocht. Digitalisatie van het Fonds Ch. Leva. Organisaties: • Vakgroep Archeologie
Onderzoekers: • Jean Bourgeois
Lucas houding tot de Wet: Een exegetische studie van Lucas 16:1-31 KU Leuven Abstract: Het project wil de hypothesis onderzoeken dat de beweringen over de Wet in Lk 16, met name in het bijzonder de schijnbare contradictorische uitspraken die naast elkaar voorkomen in vv 16-18, en de aanbeveling om naar Mozes en de Profeten te luisteren, polemieken zijn met de Joodse leiders zoals ze worden gepersonifieerd in de Farizeeën die ervan beschuldigd worden noch de Wet noch de boodschap van Jezus te volgen. Het onderzoek probeert Lukas# houding tot de Wet in 16:1-31 te behandelen als een eenheid (unit). Vertrekkend van het historisch-kritische perspectief, hierbij gebruik makend van de literair-kritische and sociaal wetenschappelijke methode, zullen wij Lukas#s houding ten opzichte van de Wet onderzoeken in de tekst én de contekst van het hele hoofdstuk 16. Vervolgens trachten we te bepalen hoe zijn houding funtioneert in de polemieken en hoe ze verweven is met de Christelijke boodschap van de verkondiging van het Rijk (Gods) en de promotie van de zorg voor de armen. Wij zullen Organisaties: • OE Bijbelwetenschap
Onderzoekers: • Joseph Verheyden • Lazaro Ervite
LTL+ : Life Tech Limburg + Universiteit Hasselt Abstract: Life Sciences wordt internationaal erkend als een exponentieel groeiende sector waarvan het innovatiepotentieel zeer groot is. Hierbij is er nood aan instanties die de 'vruchtbare bodem' kunnen voorzien voor innovatiestimulering tussen bedrijven, academische en klinische partners. Bovendien staat de life sciences sector voor aanzienlijke uitdagingen. Om deze uitdagingen om te zetten naar opportuniteiten is er nood aan sturing en begeleiding om zoals uit de zelfevaluaties is gebleken 'partners die elkaar niet of niet snel zouden ontmoeten' met elkaar te laten samenwerken aan potentiële vernieuwingsideeën. Op basis van de zelfevaluatie en een bevraging van de betrokken partijen, wil deze verlengingsaanvraag 'LifeTechLimburg+' het succesvolle concept van de technologiecafés naar een hoger niveau brengen door zowel te verbreden als te verdiepen. In functie van het thema, doelstelling, en actoren dient een aangepaste brainstormtechnologie ingezet te worden (verbreden). Verdiepen in de zin dat er inhoudelijke keuzes worden gemaakt. Bovendien is uit de evaluatie gebleken dat het volledige potentieel van de life sciences sector nog niet bereikt wordt door het ontbreken van een profilering van de sector. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Pieter STINISSEN
, an automated reed organ Hogeschool Gent Abstract: a computer controlled robotic harmonium with 6 octaves and 9 registers Organisaties: • Departement Conservatorium • Vakgroep Scheppende Muziek
Onderzoekers: • Godfried-Willem Raes
, an automated bassoon with extended playing possibilities Hogeschool Gent Abstract: research and development towards the realization of a robotic bassoon Organisaties: • Departement Conservatorium • Vakgroep Scheppende Muziek
Onderzoekers: • Godfried-Willem Raes
LRRK2 geassocieerde signaal cascades: validatie en evaluatie van de fysiologische relevantie van kandidaat substraten van het LRRK2 proteine KU Leuven Abstract: De ziekte van Parkinson (PD) is de meest algemeen voorkomende neurodegeneratieve aandoening in de wereld. De klinische kenmerken van deze ziekte worden veroorzaakt door een onverklaarbaar verlies van de nigrostratiale dopaminergische zenuwcellen die belangrijk zijn tijdens de controle van vrijwillige bewegingen. Recente studies hebben gemuteerde genen geïdentificeerd in families met PD. Functionele karakterisatie van deze PD-gerelateerde genen gaven belangrijke aanwijzingen in de potentiële pathobiologische mechanisms die leiden tot deze ziekte. Mutaties in LRRK2 werden herkend als een belangrijke en vaak voorkomende genetische oorzaak vanfamiliale en sporadische PD. Er is echter weinig gekend over de functievan dit proteïne, maar er zijn sterke bewijzen dat zijn kinase activiteit cruciaal is voor de LRRK2-gerelateerde toxiciteit. De identificatie en karakterisatie van de substraten van LRRK2 zijn daarom noodzakelijk, en zijn tevens het doel van dit project. We trachten dit te onderzoe Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Bart De Strooper • Patrik Verstreken • Raquel Cruz Carvalho da Cunha
L.P.-Boon Verzameld Werk. Universiteit Antwerpen Abstract: Het Verzameld werk van Louis Paul Boon zal worden uitgegeven in 24 delen en bevat naast alle in boekvorm verschenen romans en verhalen, ook bloemlezingen van o.m. de 'Boontjes', het journalistieke werk en de brieven van Boon. Elk deel bevat naast een wetenschappelijk verantwoorde presentatie van de leestekst, ook een informatief nawoord, een tekstverantwoording en een bibliografie. Uitvoerig editiecommentaar, inclusief een integraal variantenapparaat en woordverklaringen, wordt ter beschikking gesteld op de site van het L.P. Boon-documentatiecentrum (www.lpbooncentrum.be), waar ook extra informatie over elk deel van het Verzameld werk te vinden is. De uitgave van het Verzameld werk is een samenwerking tussen het Louis Paul Boon-documentatiecentrum (Universiteit Antwerpen), de Vakgroep Nederlands (Universiteit Gent) en de Amsterdamse uitgeverij De Arbeiderspers. Het Verzameld werk wordt gepubliceerd in een vorm die gericht is op een breed publiek. Organisaties: • Instituut voor de studie van de letterkunde in de Nederlanden (ISLN)
Onderzoekers: • Kristiaan Humbeeck
Loyaliteitsconflicten aan de basis? Kerkelijke litigiositeit voor de Raad van Brabant in de 18de eeuw. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Nieuwe Tijd Leuven
Onderzoekers: • Eddy Put • N. N.
Low power wireless sensor networks design KU Leuven Abstract: A wireless sensor network (WSN) consists of spatial distributed autonomous sensors to monitor physical or environmental conditions, such as temperature, sound, pressure, etc. and to cooperatively pass their data through the network to a main location. Distributed wireless sensor networks are an important element of the emerging smart ambient environment as envisioned in the future internet of things. Wireless sensor nodes attached to things will make objects smart and connected into a network wherethey can sense signals and transmit them into the network, or where they can receive information from the network and other nodes. One key problem of such wireless sensor networks is the energy provision for the sensor nodes. Batteries could be used but have a limited lifetime. Fully autonomous sensor nodes that utilize energy harvesting techniques are an alternative. At the same time, low power communication is a good solutionfor data transfer in such energy-constrained sensor networks. In t Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Georges Gielen • Marian Verhelst • Iman Khajenasiri
Low Power Micro-Architecture-Technology Exploration KU Leuven Abstract: Titel: Exploratie van micro-architectuur en technologie voor laag vermogenAbstract:Een van de belangrijkste aspecten tijdens het schalen naar 20nm en 14nm is de verhoogde invloed op vermogen en snelheid van de verbindingen. Dit effect is nog groter indien FinFET transistoren zouden worden gebruikt. Dit proefschrift richt zich op technieken voor het wijzigen van de micro-architectuur en het ontwerpen van laag-energie processoren op een zodanige wijze dat de draadlengtes worden verminderd. Dit kan door bibliotheken zoals design-ware/chip-ware te annoteren met plaatsingsinformatie. Het proefschrift zou ook het verband onderzoeken tussen de verschillende technologische opties en een goed ontwerp hierin. Organisaties: • Geassocieerde Afdeling ESAT - INSYS
Onderzoekers: • Rudy Lauwereins • Matthias Hartmann
LOW-POWER EN DRAADLOOS BODY-SENSOR-NETWORK VOOR DE KWANTIFICATIE VAN DAGELIJKSE FYSIEKE FITHEID EN BEWEGING KU Leuven Abstract: Dit doctoraatswerk zal zich toespitsen op de integratie van de huidige accelerometrietoepassingen naar één enkel draadloos systeem dat uitbreidbaar is met fysiologische metingen. Het onderzoek ligt in de lijn van andere onderzoeksprojecten van de groep ESAT-MICAS, die kaderen in onderzoek naar geminiaturiseerde, draagbare en comfortabele elektronica. Er zalook worden onderzocht of dit nieuwe systeem een nauwkeurige opvolging voorziet van de bewegingen van de gebruiker op een energie-efficiënte manier. Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Robert Puers • Jeroen Lecoutere
Low-level software security. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Frank Piessens • Job Noorman
Low energy SerDes for Green ONU Universiteit Gent Abstract: Tele- en datacominfrastructuur is een belangrijke energieconsument. Wanneer een Passief Optisch Netwerk (PON) de glasvezel tot aan huis brengt, zijn datadebieten van 10gigabit/seconde en meer mogelijk. Dit project onderzoekt, hoe het energieverbruik van PON glasvezel-modems drastisch kan worden verlaagd zonder afbreuk te doen aan aan kwaliteit van nieuwe breedbandapplicaties. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Jan Vandewege
Low damage plasma processing of ultralow dielectric constant materials for advanced interconnect application KU Leuven Abstract: Low-k materials are introduced in order to reduce the RC delay in interconnects, together with Cu wiring. In order to successfully integrate these materials, interconnects need to be build following the so-called damascene approach, where first the dielectric is deposited and patterned.After that, Cu is deposited in the features and polished to create the wiring. However, integration of advanced low-k material suffers from severe damage during BEOL processes (mask deposition, plasma etch, CMP). Toovercome the challenge with low-k integration, two approaches can be followed: searching for alterative material with better compatibility withintegration process; searching for new patterning methods that contribute to less process damage. In the work with new interconnected materials, I contributed to the evaluation of three different kinds of low-k candidates (porous silica, polymer and metal organic framework): 1. Evaluation of UV curing for porous silica low-k 2. Damage restoration mec Organisaties: • Afdeling Moleculair Design en Synthese
Onderzoekers: • Stefan De Gendt • Liping Zhang
Low-cost waferscale kunststof micro-fluidic biofotonische chips Vrije Universiteit Brussel Abstract: Aanvraag materiaal ikv studie rond biofotonische chips Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HEIDI OTTEVAERE
Low-cost, high-performance processes for water treatment KU Leuven Abstract: In this study, low-cost, high-performance processes for water treatmentare considered in view of alleviating challenges in water quality in a non-industrial and non-municipal context. This comprises e.g., hospital wastewater (for which membrane technology as well as adsorption can be
used) and remote communities (often in developing countries, which require a robust treatment method). The PhD will consider new materials for adsorption and pressure driven membrane technology; properties of these materials will be assessed and related to engineered applications. Organisaties: • Afd. Procestechnologie v. Duurzame Syst.
Onderzoekers: • Bart Van der Bruggen • Kerwin Wong
Low bandgap materialen met een verhoogde diëlektrische constante voor toepassingen in organische zonnecellen Universiteit Hasselt Abstract: Organische zonnecellen vormen een aantrekkelijke bron van hernieuwbare energie complementair aan andere fotovoltaïsche technologieën. Ondanks de enorme vooruitgang in device-efficiënties (momenteel rond de 10%) dienen een aantal fundamentele aspecten zeker nog verder onderzocht te worden. Eén van de voorgestelde manieren om de efficiëntie te verhogen, is het gebruik van fotoactieve materialen met een verhoogde diëlektrische constante (relatieve permittiviteit, epsilon-r). Dit project beoogt dan ook de synthese van nieuwe low bandgap polymeren en analoge kleine moleculen met een hogere diëlektrische constante en hun evaluatie in organische zonnecellen. Organisaties: • Organische en Bio-polymere Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Wouter MAES
Lost (and Found). A Critical Study and Analysis of the History of Research on Lost Documents and Hypothetical Sources of Early Christianity KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Bijbelwetenschap
Onderzoekers: • Joseph Verheyden • Elisabeth Hernitscheck
Lords and Ladies of the Rings: An analysis of four literary networks in London and Paris (1900-1920) Universiteit Gent Abstract: Dit project onderzoekt de werking, samenstelling en het belang van vier culturele netwerken tussen 1900-1920 in Londen en Parijs aan de hand van de literair-sociologische theorie van Pierre Bourdieu. In een case studie wordt dieper ingegaan op de vraag hoe literaire netwerken instrumenteel zijn in de verspreiding van filosofisch, psychoanalytisch en sociologisch gedachtegoed als dat van Bergson, Freud en Marx. Organisaties: • Vakgroep Engels
Onderzoekers: • Maryse Demoor
"LoopExplorer": Accurate identificatie van de telefoonlijnopbouw van een abonnee voor een xDSL communicatie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: "LoopExlporer" is een expert systeem dat toelaat uit SELT metingen een accurate identificatie door te voeren van de lijnopbouw vanuit een telefooncentrale (Central Office) naar een abonnee (CPE). Het is gebaseerd op een belief network en werd getraind met data van het Belgacom netwerk. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
Loopbanen van leerkrachten : determinanten van instroom, loopbaanduur en uitstroom. KU Leuven Abstract: Deze onderzoekslijn beoogt om optimaal gebruik te maken van de reeds bestaande (administratieve) databestanden. Door deze bestanden maximaal te exploiteren en te koppelen moet het mogelijk zijn om verschillen in instroom en uitstroom van lerarenloopbanen te verklaren. Tevens zullen modellen geschat worden die de duur van lerarenloopbanen verklaren. Hierbij zal telkens rekening gehouden worden met zowel individuele kenmerken en schoolkenmerken als met de macro-economische (regionale en intertemporele) context. Organisaties: • OE IBSE Antwerpen
Onderzoekers: • Mike Smet
Loopbaanperspectieven op werk. Universiteit Antwerpen Abstract: De centrale doelstelling van dit onderzoek is om (1) de voornaamste veronderstellingen over loopbanen in de wetenschappelijke literatuur en het arbeidsmarktbeleid te identificeren, (2) de juistheid van deze veronderstellingen te toetsen a.h.v. bestaand empirisch onderzoek en bijkomende analyses op bestaande data en (3) vanuit de opgemerkte lacunes in bestaande data een voorstel tot survey design voor loopbaanonderzoek te formuleren. Bovendien zal het onderzoek helpen om adviezen te formuleren over de mate waarin bestaande en toekomstige beleidsmaatregelen de beoogde impact bereiken. Organisaties: • Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)
Onderzoekers: • Dimitry Mortelmans
Loopbaanonderbrekers onder de loep. Een onderzoek naar de leefsituatie en tijdsbesteding van gebruikers van het tijdskrediet in Vlaanderen.
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Eerder onderzoek van de TOR-groep benadrukte de belangrijke functie die bezoldigde arbeid vervult voor de maatschappelijke integratie van individuen. Arbeid is o.m. belangrijk, zoniet onmisbaar voor het ontwikkelen van een sociale oriëntatie en gevoel van verbondenheid met anderen, is een belangrijke bron van (abstracte) sociale contacten, structureert de individuele en sociale tijd en is belangrijk als voedingsbodem voor het sociale weefsel van de samenleving. Het doctoraatsonderzoek van Vanderweyden daagt een aantal van de centrale stellingen van het TOR-onderzoek naar de betekenis van arbeid uit. In haar proefschrift stelt ze de these in vraag dat betaalde arbeid onder alle omstandigheden de beste integrator is. Volgens haar is betaalde arbeid minder onmisbaar voor de sociale integratie van mensen dan doorgaans wordt aangenomen. Zo blijkt dat gepensioneerden, huisvrouwen en deeltijds werkenden onder bepaalde omstandigheden of in bepaalde opzichten hun situatie zelfs gunstiger beleven dan (voltijds) werkenden. De onderzoeksgroep Cultuur en Welzijn van de UA/PSW en de onderzoeksgroep TOR van de VUB wilden in onderhavig project hun expertise samenvoegen en deze problematiek van het belang van arbeid en niet-arbeid voor de sociale integratie nader onderzoeken. Hiertoe gaan we na hoe de sociale integratie verloopt van mannen en vrouwen die bewust hun arbeidsparticipatie (tijdelijk) afbouwen. Het onderzoek bestaat uit het afnemen van een vragenlijst bij ongeveer 1600 Vlaamse loopbaanonderbrekers: 400 mannelijke en 400 vrouwelijke voltijdse onderbrekers en 400 mannelijke en 400 vrouwelijke deeltijdse onderbrekers. Als controlegroep wordt de steekproef aangevuld met ongeveer 300 voltijds werkende Vlamingen. Bij de helft van de loopbaanonderbrekers - egaal verdeeld over de verschillende strata - werden tijdsbudgetdagboekjes afgenomen (voor tijdsbudgetcijfers is geen controlegroep vereist aangezien de resultaten vergeleken kunnen worden met een representatieve steekproef van Vlamingen uitgevoerd in 2004). De combinatie van een uitgebreide vragenlijst en de tijdsbestedingsgegevens zal unieke informatie opleveren over de leefsituatie van een populatie die er bewust voor opteert tijdelijk niet of minder te werken. Sinds 1 januari 2006 wordt het project volledig uitgevoerd door TOR. Organisaties: • Sociologie
Onderzoekers: • IGNACE GLORIEUX • Jessie VANDEWEYER • Bert DESMET
Loopbaanonderbrekers onder de loep. Een onderzoek naar de leefsituatie en tijdsbesteding van gebruikers van het tijdskrediet in Vlaanderen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit onderzoek willen we de leefsituatie en tijdsbesteding vangebruikers van loopbaanonderbreking in Vlaanderen bestuderen en aan de hand van de gerealiseerde steekproef van loopbaanonderbrekers de onderzoeksthese naar het belang van arbeid en niet-arbeid voor sociale integratie nader onderzoeken. Er bestaan hieromtrent twee hypothesen: 'arbeid is belangrijk, zo niet onmisbaar voor sociale integratie' en 'succesvolle integratie is ook mogelijk door niet of minder te werken'. Rond beide hypothesen werden reeds analyses uitgevoerd (zie aanvraag verlening FWO-project in bijlage). In het huidig aflopend FWO-onderzoeksproject waren oorspronkelijk twee onderzoeksinstellingen (UA en VUB) en twee vorsers betrokken (één vorser voor 4 jaar aan UA en één vorser voor 2,5 jaar aan VUB). Door omstandigheden viel de UA-vorser weg na 1 jaar en 9 maanden. Deze werd pas 3,5 maanden later vervangen, waardoor de VUB-vorser tijdelijk met een dubbel takenpakket kwan te zitten. De reeds beperkte onderzoekstijd aan de VUB, die van bij aanvang bedoeld was om een vorser met onderzoekservaring een doctoraat te laten schrijven, werd hierdoor nog ingekort. In de 2,5 jaar zal de literatuurstudie op punt staan en zullen de voornaamste onderzoekshypothesen door middel van analyses getoetst kunnen worden. De tijd om deze resultaten te ordenen en neer te schrijven in een doctoraat ontbreekt echter. Het bijkomend onderzoeksjaar zal gebruikt worden om dit onderzoeksproject te laten uitmonden in een doctoraat. Organisaties: • Sociologie
Onderzoekers: • IGNACE GLORIEUX • Jessie VANDEWEYER
Loopbaanonderbrekers onder de loep. Een leefsituatie- en tijdsbestedingsonderzoek bij de gebruikers van het tijdskrediet in Vlaanderen. Universiteit Antwerpen Abstract: Loopbaanonderbrekers onder de loep. Een leefsituatie- en tijdsbestedingsonderzoek bij de gebruikers van het tijdskrediet in Vlaanderen. Organisaties: • Cultuur en welzijn
Onderzoekers: • Katrijn Vanderweyden • Koen Pelleriaux
Loonsystemen en loonvormen op en naast de werkvloer: een sociaal-culturele geschiedenis van het loon in België, 1846 1910. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar vormen van loonsystemen in de Belgische industrie rond 1900. Centrale vraag is de wijze waarop het loon van arbeiders en bedienden werd berekend, rekening houdend met de gigantische veranderingen op het vlak van de technologie, de arbeidsverhoudingen en de inbreng van de overheid. Organisaties: • Geschiedenis
Onderzoekers: • Widukind DE RIDDER • PETER SCHOLLIERS
Looking inside MEMs packages KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Departement Materiaalkunde
Onderzoekers: • Ingrid De Wolf • Bo Wang
Longtransplantatie.
KU Leuven Abstract: Longtransplantatie is een algemeen aanvaarde therapeutische optie voor patiënten met "end-stage" longziekte. De lange termijnoverleving van longtransplantatiepatiënten is echter zeer laag, met een mediane overleving van 5 jaa. Deze beperkte overleving is een gevolg van chronische afstoting.Dit project heeft als finaal doel het verlagen van de chronische afstoting (met ca 25%) en de daarmee gepaard gaande mortaliteit (met 15%) na longtransplantatie. Er zal getracht worden om de neutrofiele inflammatie te voorkomen met behulp van hoge dosissen Vitamine D. De fibroproliferatie bij fBOS-patiënten zal behandeld worden met montelukast.1. Uitvoeren van een prospectieve, dubbel-blinde gerandomizeerde, placebo-gecontroleerde klinische studie, waarin 100 patiënten, 1 maand na hun longtransplantatie gerandomiseerd worden in een Vitamine D-groep (maandelijkse orale dosis van 100.000 eenheden) of placebo-groep. Gedurende 2 tot 3 jaar zal de chronische afstoting bij deze patiënten opgevolgd worden. Organisaties: • Pneumologie
Onderzoekers: • Geert Verleden
Long term trends in assortative mating and male influences on fertility KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Centrum voor Sociologisch Onderzoek
Onderzoekers: • Jan Van Bavel • Koenraad Matthys • Eli Nomes
Long term stability of enhancement mode GaN power devices KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Guido Groeseneken • Tian-Li Wu
Long-term, prospective study evaluating clinical and molecular biomarkers of epileptogenesis in a genetic model of epilepsy-tuberous sclerosis complex KU Leuven Abstract: to examine the risk factors and biomarkers of epilepsy and to identify possible new therapeutic targets to block or otherwise modify epileptogenesis in humans. Biomarker analysis will be performed by a multidisciplinary, systematic approach in three clinical settings. Organisaties: • Orgaansystemen
Onderzoekers: • Lieven Lagae
Long term optimization of future electricity systems: Addressing flexibility and market design issues. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Toeg. Mechanica & Energieconversie
Onderzoekers: • William D'haeseleer
Long term optimization of future electricity systems: Addressing flexibility and market design issues KU Leuven Abstract: Gedreven door de bezorgdheid omtrent opwarming van de aarde en energiebevoorradingszekerheid, alsook door het streven naar een eengemaakte interne Europese elektriciteitsmarkt, is er een fundamentele transitie gaande in het Europese elektriciteitssysteem. Grote hoeveelheden hernieuwbare energietechnologieën maken hun intrede in het elektriciteitssysteem. Bepaalde van deze hernieuwbare energietechnologieën, zoals windmolens en photovoltaïsche zonnepanelen worden gekenmerkt door een hoogst variabele en moeilijk te voorspellen elektriciteitsproductie. Bovendien hebben deze technologieën doorgaans hoge investeringskosten en zeer lage marginale kosten. De impact van dit soort technologieën op het elektriciteitssysteem is tweevoudig. Doordat de productie en de afname van elektriciteit continu in balans dient te zijn, wordt de vraag naar elektriciteit afkomstig van conventionele elektriciteitscentrales lager, meer volatiel en minder voorspelbaar. Het gevolg is dat er meer nood is aan flexibil Organisaties: • Afd. Toeg. Mechanica & Energieconversie
Onderzoekers: • William D'haeseleer • Erik Delarue • Kris Poncelet
Long-term neurocognitive outcome of critically ill children after hospital discharge. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de opdrachtgever. UA levert aan de opdrachtgever de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Toxicologie
Onderzoekers: • Philippe Jorens • Adrian Covaci
Long-term indirect electricity storage via synthetic fuels for back up in a future sustainable electricity generation system dominated by intermittent renewables.
KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Toeg. Mechanica & Energieconversie
Onderzoekers: • William D'haeseleer • Erik Delarue • Andreas Belderbos
Long-term environmental and land use change in central Tigray (Ethiopia) KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Bodem- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Jozef A. Deckers • N. N.
Long-term developments in the technology of iron craft production: a case study in the territory of Sagalassos KU Leuven Abstract: A tentative chronology of local iron production in the territory of Sagalassos starts in pre-Roman times, when iron production was performed atthe site of Düzen Tepe, likely exploiting local magnetite placer sands.In early Roman times, iron was supplied to the city of Sagalassos through the smelting of close-by hematite ores from the Aglasun Dagalri area.For the late Roman period, iron ores from the area of Camoluk, just south of the territory of Sagalassos, are a likely source of raw iron. In the early Byzantine period, magnetite-titanite placer sands from Dereköy,5 km east of Sagalassos, have been exploited for their iron. However, the technology and chaîne opératoire of iron production is still understudied. Conversely, near the artisanal quarter of Sagalassos, at Gökpinar,a possible metal working site was discovered in 2010, which may reveal more on production sequences of metal production in the area. The proposed project wishes to study how, when and where mineral resources for i Organisaties: • Afdeling Geologie
Onderzoekers: • Patrick Degryse • Kim Eekelers
Longitudinale veranderingen in de stofwisseling van de hersenen van neonatale transgene 'Huntington's Disease' ratten, bestudeerd met MR-spectroscopie, in rust en stimulatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Bio-imaging
Onderzoekers: • Marleen Verhoye
Longitudinale studie van de motivatie voor het lerarenberoep en de betrokkenheid bij het lerarenberoep van student leraren en beginnende leraren: uitbreiding van het FIT-Choice kader Universiteit Gent Abstract: Voortbouwend op het FIT-choice kader, bestudeert dit onderzoeksproject (1) hoe de motivatie voor het lerarenberoep en de betrokkenheid bij het lerarenberoep van studentleraren wordt beïnvloed door de professionele contexten die ze ervoeren tijdens de lerarenopleiding, resulterend in een beslissing omtrent beroepsinstap en (2) hoe motivaties en betrokkenheid ontwikkelen bij beginnende leraren en zodoende hun geplande retentie in dit beroep beïnvloeden. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Antonia Aelterman
Longitudinale opvolging van het psychosociaal welzijn van niet-begeleide minderjarigen - Trajecten en welzijn van nietbegeleide minderjarigen van Afghaanse origine Universiteit Gent Abstract: Hulpverleners, voogden en beleidsinstanties via het aanbieden van nieuwe inzichten en kennis zijn ondersteund in het werken met nietbegeleide minderjarigen, in het bijzonder met kinderen en jongeren van Afghaanse afkomst Organisaties: • Vakgroep Sociale agogiek
Onderzoekers: • Ilse Derluyn
Longitudinale opvolging van het psychosociaal welzijn niet-begeleide minderjarigen Universiteit Gent Abstract: De centrale doelstelling van het project is om de kennis van hulpverleners, voogden en beleidsinstanties t.a.v. het psychosociaal welzijn en de verwachtingen van niet-begeleide minderjarigen (NBM) te vergroten. Hiertoe wordt een groep van 100 NBM opgevolgd, vanaf hun aankomst in België en over een periode van anderhalf jaar. Op regelmatige tijdstippen worden er zelfrapportage vragenlijsten en/of een interview afgenomen. Organisaties: • Vakgroep Orthopedagogiek
Onderzoekers: • Eric Broekaert
Longitudinale methoden voor de complexe interacties bij populaties van ouderen. Universiteit Hasselt Abstract: Gemotiveerd door toepassingen in de gezondheidszorgsgerelateerde gedrags- en maatschappijwetenschappen, vertegenwoordigt het voorgestelde project een unieke en strategische samenwerking tussen klinische wetenschappers, onderzoekers uit de gedrags-en sociale
wetenschappen (BSS) en methodologische experts. Deze diverse groep van toegepaste onderzoekers zal de bestaande longitudinale analyse methoden uitbreiden om zich te concentreren op modellen voor complexe interacties en dynamische patronen van risicos relevant voor gezondheidsgerelateerde onderzoek, met name onderzoek naar de ziekte en invaliditeit processen bij ouderen. Dit voorstel is een directe reactie op de programma-aankondiging Methodologie en Meten in gedrags- en maatschappijwetenschappen (PA-07-060), en de verschillende geselecteerde onderdelen van dit initiatief vertegenwoordigen een aanzienlijke inspanning om vooruitgang te boeken in de bestaande analytische methoden voor de verwerking van longitudinale gegevens naar een nieuw nutsniveau voor BSS onderzoekers. Organisaties: • Centrum voor Statistiek • Centrum voor Statistiek
Onderzoekers: • Geert MOLENBERGHS
Longitudinale in vivo opvolging van PET biomerkers in modellen voor neurologische aandoeningen. Universiteit Antwerpen Abstract: Chronische neurologische aandoeningen zoals epilepsie en schizofrenie zijn erg moeilijk te behandelen en hebben een nefaste impact op de levenskwaliteit van patiënten en hun omgeving. Tot op heden is er geen therapie beschikbaar die deze ziektebeelden kan genezen of de ontwikkeling en progressie ervan kan vertragen. De aard van de aandoeningen is uitermate complex en waarschijnlijk liggen uiteenlopende dysfuncties die zowel spatieel als temporeel variëren aan de basis. Opmerkelijk is dat voorafgaand aan de ontwikkeling van het symptomatische ziektebeeld er een jarenlange "stille" of "latente" periode optreedt waar uiterlijke symptomen afwezig zijn. Wetenschappelijk onderzoek suggereert dat dit gerelateerd kan worden aan een traumatische gebeurtenis (bv. status epilepticus, koortsstuipen, infectie, een genetisch deficit, etc.) die zich voordoet tijdens een kritische fase in de levensloop. Patiënten worden meestal pas gediagnostiseerd in een verder stadium van de aandoening, gekenmerkt door klinische symptomen. Momenteel is er weinig humaan onderzoek gedaan naar de latente periode omdat lange-termijn prospectieve studies tijdens deze stille periode erg moeilijk op te starten zijn. Ons begrip van de neurofysiologische processen die zich afspelen tijdens deze kritische fase van de ontwikkeling van deze ziektes is dan ook beperkt. Het is bijvoorbeeld niet geweten welke factoren ertoe bijdragen dat slechts een bepaalde groep van individuen uiteindelijk zal geaffecteerd zijn door de aandoening. Een beter inzicht hierin kan potentieel leiden tot vroege identificatie en behandeling van risicopatiënten. Wetenschappelijk onderzoek geeft aan dat neuroinflammatie een belangrijke rol speelt in het herorganiseren van neuronale netwerken na een traumatische gebeurtenis. Dit onderzoek zal de ontwikkeling van neuroinflammatie opvolgen in relatie met de functionele integriteit van de hersenen in proefdiermodellen met behulp van Positron Emission Tomography (PET). In vivo beeldvorming die gebruik maakt van biomerkers is een nieuwe en veelbelovende discipline die ons inzicht in deze ziektebeelden zal vergroten en de ontwikkeling van nieuwe medicijnen zal bevorderen. De recente technologische vooruitgang op het vlak van toegewijde beeldvorming van kleine proefdieren, laat onderzoekers voor het eerst toe om basisonderzoek op een niet-invasieve longitudinale manier uit te voeren. Het translationeel karakter van het onderzoeksvoorstel zal daarom de implementatie van basiswetenschappelijke kennis naar humane toepassingen faciliteren. Organisaties: • Translationele Neurowetenschappen (TNW)
Onderzoekers: • Samir Kumar-Singh • Steven Staelens • Stefanie Dedeurwaerdere
Longitudinale in vivo follow-up van PET biomerkers in modellen van neurologische aandoeningen. Universiteit Antwerpen Abstract: Chronische neurologische aandoeningen hebben een nefaste impact op de levenskwaliteit van patiënten. Multidisciplinaire teams hebben sterke vooruitgang geboekt op het vlak van diagnose, behandeling en follow-up van deze patiënten door verschillende technieken zoals neurologisch onderzoek, EEG en medische beeldvorming te combineren. Neurologische aandoeningen zijn uitermate complex; uiteenlopende dysfuncties die zowel spatieel als temporeel variëren, liggen aan de basis. In vivo beeldvorming die gebruik maakt van biomarkers is een nieuwe, veelbelovende discipline, die het inzicht in deze ziektebeelden zal vergroten en de ontwikkeling van nieuwe medicijnen zal bevorderen. De bedoeling van dit project is om aan de hand van proefdiermodellen (focus op epilepsie en schizofrenie) en PET biomerkers (neuronale activiteit en neuroinflammatie) de ziektes in kaart te brengen. Bovendien laat deze translationele aanpak toe om kennis uit het labo efficënt over te brengen naar de kliniek. Organisaties: • Translationele Neurowetenschappen (TNW)
Onderzoekers: • Stefanie Dedeurwaerdere
Longitudinale case studie "Leven met diabetes". Haalbaarheidsstudie naar het gebruik van multipele methoden van dataverzameling en analyse om inzicht te krijgen in de complexiteit van individuele zorgtrajecten van diabetespatiënten. Universiteit Antwerpen Abstract: De diagnose van diabetes betekent voor de patiënt een ingrijpende verandering in zijn levensstijl en vraagt een levenslange opvolging van de behandeling. Een goed diabetes management veronderstelt dat de professionele zorgverlener inzicht heeft in de attitudes en levensstijl van de patiënt en in de betekenis die de ziekte voor de patiënt heeft. Dit soort informatie is niet beschikbaar op basis van de klassieke populatiegerichte onderzoeksmethoden. Door longitudinale opvolging van de individuele patiënt proberen we in deze studie de patiënt in zijn sociale context en in de loop van de tijd beter te begrijpen. Tussen april en november 2005 zullen 6 tot 8 diabetespatiënten en hun omgeving intensief opgevolgd worden (interviews, dagboeken, gegevens uit het medisch dossier, contacten met zorgverleners). Met de studie willen we de haalbaarheid van dataverzameling m.b.v. multipele methoden nagegaan. Door gestructureerde vergelijkende casus analyse proberen we inzicht te krijgen in de complexiteit van individuele zorgtrajecten van diabetespatiënten. Organisaties: • Eerstelijns - en interdisciplinaire zorg Antwerpen (ELIZA)
Onderzoekers: • Paul Van Royen
Longitudinale analyse v culturele waarden in Vlaanderen : Houdingen,attitudes & orientaties v Vlamingen t.o.v. arbeid. (PBO 98:Beleidsdomein Planning & statistiek/Thema 60 :"analyses op meetinstrument "Culturele verschuivingen in Vlaanderen Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit onderzoek staan 4 onderzoeksthema's centraal: het arbeidsethos van Vlamingen, hun arbeidstevredenheid, de mate waarin arbeid een sociale oriëntatie faciliteert en de impact die een mogelijke (toekomstige) dreiging met werkloosheid heeft op dit alles. Deze onderzoeksvragen worden beantwoord door middel van analyses op de data van de surveys van de afdeling Planning en Statistiek. Arbeidsethos: betreft het geheel
aan normen en waarden die in de samenleving gelden met betrekking tot arbeid. Over dit concept werd een itembatterij uitgewerkt, die an Vrind-3 werden toegevoegd. Arbeidssatisfactie betreft de tevredenheid van werkenden mbt de diverse aspecten van hun werk. Ook hierover werd een itembatterij toegeoegd aan Vrind-3. Organisaties: • Sociologie
Onderzoekers: • IGNACE GLORIEUX
Longitudinale analyse van culturele waarden in Vlaanderen: de nieuwe sociale kwestie en de bereidheid tot solidariteit. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Jaarlijks voert de administratie Planning en Statiestiek een survey uit bij 1500 Vlamingen. Op basis van die gegevens wordt in onderzoek nagegaan in hoeverre de Vlamingen bereid zijn nog bij te dragen voor sociale zekerheid. Het lijkt mogelijk dat het draagvlak voor een sociale zekerheid taant onder druk van de toenemende voorspelbaarheid van risico op ziekte en werkloosheid enerzijds en anderzijds door de perceptie van de sociale zekerheidsstelsels als een reguliere verzekering in plaats van een solidariteitsmechanisme. Deze hypothese wordt in de internationale literatuur naar voor geschoven maar werd voor Vlaanderen nooit getoetst. Precies daarom werd, op onze vraag, in de tweede, 'VRIND-survey' een aantal vragen daaromtrent ingelast. De survey laat eveneens toe de hypothese te toetsen voor verschillende groepen in de populatief. Het lijkt waarschijnlijk dat de hogergeschoolden, gegeven hun kleiner risico minder bereid zijn om nog bij te dragen aan de sociale zekerheid. Organisaties: • Tempus Omnia Revelat • Sociologie
Onderzoekers: • MARK ELCHARDUS • ANTON DERKS • WENDY SMITS
Longitudinale analyses van culturele waarden in Vlaanderen : de wantrouwige samenleving. (Progr. Beleidsgericht onderzoek 98/Beleidsdomein:planning & statistiek/Thema 60 :Analyses op meetinstrument 'culturele verschuivingen in Vlaanderen) Vrije Universiteit Brussel Abstract: In 1997 verklaarde 48% van de volwassen Vlamingen dat zij geen of weinig vertrouwen hebben in het parlement; 54% had geen of weinig vertrouwen in de regering en 59% geen of weinig vertrouwen in de politieke partijen. Het percentage Vlamingen dat politieke partijen echt vertrouwt was toen al onder de 10 gezakt. De vertrouwenscrisis is inmiddels een vertrouwd verschijnsel. Het wantrouwen is woord en beeld geworden en wij volgen de vertrouwenscrisis via opeenvolgende schokkende gebeurtenissen en onthullingen. Vanaf 1996 is het nochtans mogelijk de aard en de oorzaken van het wantrouwen op een meer systematische wijze te onderzoeken. In 1996 en 1997 werd in de APS-survey gepeild naar het vertrouwen van de Vlamingen in hun instellingen. Met de APS-survey van 1998 en 1999 kunnen we nagaan welke instellingen aan vertrouwen hebben gewonnen en welke aan vertrouwen hebben ingeboet. Bovendien kunnen we onderzoeken wat de aard en de oorzaken van het wantrouwen zijn. Organisaties: • Sociologie
Onderzoekers: • MARK ELCHARDUS
Longitudinaal onderzoek van biomechanische, biochemische en biometrische prestatiebepalende parameters van de sprintstart bij jonge elitesprinters in het kader van talentdetectie en trainingsbegeleiding. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het aandeel van snelle spiervezels is voor het sprinten, het explosief starten in het bijzonder, een belangrijke prestatiebepalende parameter (A. Mero et al. 1992). Het voorliggende project stelt zich dan ook tot doel bij jonge sprinters een beter inzicht te verwerven in de evolutie van de spiersamenstelling (fast-slow- twitch) zoals gemeten in specifieke sprongtests (Bosco et al. 1983) en gebruikmakend van electromyografisch "getunde" wavelets (Wakeling et al. 2001). Daarbij komen nog de driedimensionele biomechanica van de sprintstart (Mero et al. 2006, Hunter et al.. 2004. Schache et al. 2000) en een selectie prestatiegerelateerde biochemische parameters (Poortmans et al. 2003. 2005 ) aangevuld met biometrische indicatoren voor lichaams-samenstelling(Sands et al.. 2005. Spenst et al, 1993). Hiervoor zouden 60 talentvolle jonge sprinters. samen met een controlegroep, vanaf 14 jaar longitudinaal doorheen hun adolescentie jaarlijks getest worden. Bij een deelpopulatie zal tevens nagegaan worden hoe jonge sprinters fysiologisch reageren op een acute belasting zoals bij sprintintervaltraining (Twist & Eston, 2005). Deze studie biedt daarom een unieke gelegenheid om biomechanische en biochemische parameters te bestuderen die invloed hebben op de sprintprestatie, de start in het bijzonder, en op de inspanningsbelasting doorheen de adolescentie bij jonge sprinters. Het is tenslotte de ultieme bedoeling om de onderzoeks resultaten terug te koppelen naar de trainers en begeleiders van jonge sprinters voor een optimale talentdetectie en -begeleiding. Organisaties: • Biometrie en Biomechanica
Onderzoekers: • BARTOLD VAN GHELUWE
Longitudinaal onderzoek naar de effecten van het remodeleren van winkels op klanten en werknemers Universiteit Gent Abstract: Het veranderen van de fysische omgeving van winkels heeft impact op zowel klanten als werknemers. Ahv kwantitatieve en kwalitatieve data willen we de impact van een remodeling op zowel klanten als werknemers longitudinaal in kaart brengen: zowel na als tijdens de remodeling. Organisaties: • Vakgroep Management, Innovatie en Ondernemerschap
Onderzoekers: • Bart Larivière
Longitudinaal effect en cruciale factoren voor succes van BTX-A behandeling, bij kinderen met cerebrale parese, retrospectieve studie, gesteunddoor Allergan n.v. (unrestricted educational grant). KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract
Organisaties: • Orgaansystemen
Onderzoekers: • Katleen Desloovere • Guy Molenaers
Long-distance transported dust storm particles : chemical speciation, classification and source region characterisation. Universiteit Antwerpen Abstract: De bedoeling van het project is om kwantitiatieve informatie te verzamelen over de samenstelling van het bodemstof uit centraal Azië in de atmosfeer in China. Organisaties: • Micro- en Sporenanalyse • Massaspectrometrie (Mitac 5)
Onderzoekers: • Freddy Adams • Luc Van Vaeck
Lonergans Natural Theology: A bridge for philosophical religious dialogue KU Leuven Abstract: To analyze criticisms concerning approaches to contemplating the existence of God implored in the modern and post modern eras of philosophy andto pose whether a natural theology derived from Bernard Lonergan can address these criticisms. Organisaties: • OE Metafysica, Godsdienst- & Cultuurfil.
Onderzoekers: • William Desmond • Joris Geldhof • Donald Devon
Loneliness in adolescence: the role of social information processing, social interaction, and genetic effects KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE School- en Ontwikkelingspsychologie
Onderzoekers: • Luc Goossens
Loneliness in adolescence: the role of social information processing, social interaction, and genetic effects KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE School- en Ontwikkelingspsychologie
Onderzoekers: • Luc Goossens
L'onction pré-baptismale dans la théologie syrienne des 3ème et 4ème siècles. Etude de signification. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Pastoraaltheol. en Empirische Theol.
Onderzoekers: • Joris Geldhof
Lokalisatie- en responseigenschappen van één of meerdere onzuiverheidsatomen in een Bose-Einstein condensaat Universiteit Antwerpen Abstract: Onzuiverheidatomen in een Bose-Einstein condensaat worden beschreven door een model dat ook toepassingen heeft in verschillende andere takken van de fysica. Het bekendste voorbeeld is een elektron gekoppeld aan roostertrillingen, ook wel gekend als het polaron uit de vaste stoffysica. Toch zijn er nog enkele belangrijke openstaande vragen over dit model en bestaat er onenigheid over sommige resultaten. De reden dat deze nog niet zijn opgelost is dat het tot nog toe niet mogelijk was om experimenteel het regime van sterke koppeling te bekijken. De reden dat we nu dit model in een Bose-Einstein condensaat willen bekijken is dat dit een zuivere kwantum toestand is, waardoor de interpretatie van experimenten niet wordt bemoeilijkt door factoren waar men geen vat op heeft. Men kan ook enkele aspecten van het systeem erg nauwkeurig instellen, zoals bijvoorbeeld de interactiesterkte. Dit laat toe om het regime van sterke koppeling experimenteel te verwezenlijken. Het doel van dit project is de theoretische beschrijving van dit systeem. Zo zullen de responseigenschappen worden afgeleid voor willekeurige koppelingssterkte, maar ook het effect van meerdere onzuiverheden wordt bekeken. Door er steeds zorg voor te dragen dat de theoretische voorspellingen afgestemd zijn op het experiment zal dit toelaten voor het eerst de sterke koppelingseigenschappen van het model experimenteel te testen. Organisaties: • Theorie van kwantumsystemen en complexe systemen
Onderzoekers: • Jacques Tempere • Wim Casteels
Lokale toegevoegde waarde creatie door middel van kennisoverdracht in de verwerking van cacao en chocolade. Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Koen Dewettinck
Lokale structuur en magnetische ordening in laagdimensionale ferromagnetische en antiferromagnetische halfgeleiders. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Kern- en Stralingsfysica
Onderzoekers: • André Vantomme • Lino da Costa Pereira
Lokale oorlogsgeschiedenis en herdenking van de eerste wereldoorlog Universiteit Gent Abstract: De honderdste verjaardag van de Eerste Wereldoorlog zal niet onopgemerkt voorbijgaan. Tientallen steden en gemeenten maken zich klaar om hun oorlogsverleden uit te pluizen en te presenteren. Maar wat valt er eigenlijk te herdenken? Hoe vertalen we dit verleden naar projecten voor een breed publiek, zonder te vervallen in ?herdenkingsgeweld?? Dit project publieksgeschiedenis wil inspelen op een reële nood in het praktijkveld door enerzijds enkele antwoorden te geven, maar ook door vragen op te roepen. Het einddoel is een praktisch georiënteerde handleiding die het lokale oorlogsverleden in de schijnwerpers plaatst. De initiatiefnemers van herdenkingsprojecten zijn in praktijk immers lokale spelers en ook de subsidiestructuren richten zich op gemeentes en regio?s. Bovendien kan de focus op het lokale de studie van de Eerste Wereldoorlog vernieuwen. Organisaties: • Vakgroep Geschiedenis
Onderzoekers: • Antoon Vrints
Lokale observatie van de dynamica van het supergeleidende condensaat. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Joris Van de Vondel
Lokale netwerken ter bevordering van de participatie van kansengroepen in cultuur en sport. Universiteit Antwerpen Abstract: Lokale netwerken ter bevordering van de participatie van kansengroepen in cultuur en sport. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Danielle Dierckx
Lokale netwerken en politieke werving. De 'missing link' tussen politieke vraag en politiek aanbod. Universiteit Antwerpen Abstract: Sinds 1 januari 2001 is in Antwerpen de binnengemeentelijke decentralisatie van start gegaan. Concreet betekent dit dat rechtstreeks verkozen districtsraden een deel van het overheidsbeleid in Antwerpen op zich nemen. Deze binnengemeentelijke decentralisatie is doorgevoerd om de dialoog tussen de burger en de lokale overheid te herstellen. Het voorliggende onderzoeksvoorstel wil nagaan of de Antwerpse politiek hier al dan niet in slaagt en om welke reden. Er zal worden nagegaan in welke mate politieke partijen via hun werking en via de werving van hun (kandidaat-)mandatarissen al dan niet voeling hebben met de burgers. Zijn de mandatarissen en miltanten voldoende ingeschakeld in het sociale leven van hun buurt of district? Is de omvang van hun sociaal en cultureel kapitaal een voorwaarde voor hun succes? Organisaties: • ONDERZOEKSGROEP BURGER EN POLITIEK • Burgerschap, gelijkheid en diversiteit (CED)
Onderzoekers: • Guido Dierickx • Peter Thijssen
Lokale metrisch gegenereerde theorieën. Universiteit Antwerpen Abstract: 1)Classificatie van lokale en globale metrisch gegenereerde theorieën. 2)Verfijnde classificatie van lokale theorieën. 3)Studie van invarianten in bepaalde lokale theorieën. 4)Relevantie van nationaal en internationaal onderzoek in de categorische topologie. Organisaties: • Fundamentele Wiskunde
Onderzoekers: • Robert Lowen • Anneleen Van Geenhoven
Lokale metrisch gegenereerde theorieën. Universiteit Antwerpen Abstract: 1)Classificatie van lokale en globale metrisch gegenereerde theorieën. 2)Verfijnde classificatie van lokale theorieën. 3)Studie van invarianten in bepaalde lokale theorieën. 4)Relevantie van nationaal en internationaal onderzoek in de categorische topologie. Organisaties: • Fundamentele Wiskunde
Onderzoekers: • Robert Lowen • Anneleen Van Geenhoven
Lokale magnetische eigenschappen en magnetoelektrische koppeling in monofasische en composiet multiferroische films via chemische oplossing synthese Universiteit Hasselt Abstract: Magneto-elektrische multiferroïca, materialen en gekoppelde magnetische en ferro-elektrische eigenschappen, worden wereldwijd enthousiast onderzocht door hun potentie richting baanbrekende elektronische toestellen dankzij hun rijke chemie en fysica. Hierin zijn de ferroelektrische en magnetische eigenschappen en hun kruiskoppeling van bijzonder belang. BiFeO3 is het enige gekende kamertemperatuur éénfase multiferroïcum. Haar eigenschappen zijn nog niet volledig begrepen, ondanks grote inspanningen. Verver lijkt de koppeling van magnetische en ferro-elektrische eigenschappen niet ideaal voor toestellen. Als alternatief worden magneto-elektrische heterogestructureerde composiet films beschouwd waarbij de koppeling veel sterker kan zijn. Tot dusver zijn geheel oplossing gebaseerde routes richting de assemblage van gecontroleerde nanogestructureerde composietfilms nog niet gerapporteerd, ondanks specifieke voordelen (bv. preventie van interdiffusie ten gevolge van de lage toegepaste temperaturen, en potentieel voor een grote variëteit van nano-heterostructuren met gecontrolleerde morfologiën). Ons project stelt voor om verder te gaan dan de huidige state of the art door: De synthese van éénfase en gecontrolleerde heterogestructureerde nanocomposiet multiferroïsche films door oplossing depositie, Lokale sondering van magnetisme en spin-phonon koppeling in multiferroïsche dunne films door geävanceerde synchotron en neutron metingen. De unieke combinatie van beiden, de lokale sondering van composietfilms, zal onze hoogste ambitie zijn. De mogelijkheid om ferro-elektrische en magnetische componenten van het systeem apart te sonderen, afkomstig van de oplossing synthese benadering, voorziet een unieke en ongekende combinatie van chemie en fysica. Organisaties: • Anorganische en Fysische Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Marlies VAN BAEL • An HARDY
Lokale magnetische eigenschappen en magneto-elektrische koppeling in monofasische en composiet multiferroische films via chemische oplossing synthese KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Kern- en Stralingsfysica
Onderzoekers: • Kristiaan Temst
Lokale klachtenbehandeling in Vlaanderen. Een bestuurskundige analyse volgens de 'exit-voice' theorie. Universiteit Antwerpen Abstract: De relatie tussen de burgers en de overheid staat actueel onder druk. Bij overheden bestaat de perceptie van een problematische relatie met de burger (de zogenaamde `kloof' tussen burgers en bestuur) en het gevoel dat hun democratische gehalte en legitimiteit is afgezwakt. Om politiek, bestuur en beleid `dichter bij de burger' te brengen, worden uiteenlopende, wat onsamenhangende initiatieven genomen, die de invloed van maatschappelijke actoren op de beleidsvorming moeten versterken. Deze ontwikkeling ligt in de wetenschappelijke lijn van de `exit-voice' theorie van Hirschman. Om te voorkomen dat ontevreden burgers `exit'-mogelijkheden zouden kiezen (vb. een stem uitbrengen op een extreemrechtse partij), gaan overheden vorm geven aan diverse `voice'-mogelijkheden. Hiermee willen ze kanalen ter beschikking stellen waarlangs burgers hun `stem' kunnen laten horen. Binnen deze context is onmiskenbaar een rol weggelegd voor lokale klachtenbehandeling. Ook lokale besturen worden geconfronteerd met het legitimiteitvraagstuk en voelen de noodzaak om voice-mechanismen vorm te geven. Bovendien wordt klachtenbehandeling in feite het meest verwacht in de lokale besturen. Het gaat immers om een bestuur dicht bij de burgers, waar conflicten tussen burgers en overheidsadministratie zich frequent voordoen. Klachtenbehandeling richt zich op de individuele burger die niet tevreden is over een individuele implementatiebeslissing, die voor die burger van belang is. In dit onderzoek nemen we de sociale realiteit van klachtenbehandeling op lokaal niveau onder de loep. Aan de hand van een theoretische en doorgedreven studie van de nationale en internationale beleids- en managementliteratuur worden concepten gedefinieerd en wordt een ideaaltypische voorstelling gemaakt van het lokale klachtenbehandelingssysteem. Vervolgens zullen we al de bestaande klachtenbehandelingsinitiatieven bij lokale besturen op een systematische wijze in kaart brengen. We analyseren daarbij de doelstellingen die lokale besturen voor ogen hebben bij het opzetten van een klachtenbehandelingssysteem, evenals de procedurele kenmerken en processen van lokale klachtenbehandeling. De resultaten van dit onderzoek worden aan de hand van discrepantieonderzoek afgezet tegenover het ideaalmodel uit de eerste fase van het onderzoek. De bevindingen van dit discrepantieonderzoek verschaffen duidelijkheid over eventuele tekortkomingen en stellen ons in staat om concrete verbetervoorstellen te formuleren, gevoed vanuit de inzichten die werden verworven in het raam van dit onderzoeksproject. Organisaties: • Management & Bestuur (M&B)
Onderzoekers: • Ria Janvier • Nancy Peeters
Lokale in vivo modulatie van intimale verdikking en experimentele athero-sclerose. Universiteit Antwerpen Abstract: Intimale verdikking is een voedingsbodem voor atherogenese. Het aanbrengen van een siliconen manchet rond de halsslagader van het konijn induceert een verdikking van de intima binnen 14 dagen Het manchetmodel heeft het grote voordeel dat moleculen lokaal ter hoogte van de vaatwand (in de manchet) kunnen worden toegediend, wat de kans op systemische bijwerkingen sterk reduceert. Enerzijds zal de atherogenese capaciteit van verschillende moleculen worden bestudeerd. Anderzijds zullen methoden die intimale verdikking of atherosclerose mogelijk kunnen verminderen, zoals gentransfer en antisense strategieën, onderzocht worden. Organisaties: • Fysio-farmacologie • Fysiofarmacologie (FAR)
Onderzoekers: • Guido De Meyer
Lokale Integrale Veiligheidsanalyse. (LIVA) Universiteit Antwerpen Abstract: Lokale Integrale Veiligheidsanalyse. (LIVA) Organisaties:
• Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Jean Vranken
Lokale en systemische effecten van verhoogde metaalconcentraties op Arabidopsis thaliana: integratie van genexpressie en wortelgroei in een mono- en multipollutiecontext ter bepaling van moleculaire parameters met ecologische relevantie. Universiteit Hasselt Abstract: De doelstelling van dit project is de preciezere bepaling van de rol van een aantal genen die in de transcriptoomanalyse naar voor gekomen zijn, waarbij ook het fysiologisch/ecologische aspect aan bod zal komen. De studie zal verder uitgebreid worden door ook Zn op de nemen, vermits Zn meestal samen met Cd voorkomt in vervuilde bodems.In gepubliceerde studies worden planten meestal blootgesteld aan één enkel metaal. Vermits Cu en Zn redox-actief zijn en daardoor direct oxidatieve stress veroorzaakt, is het interessant een vergelijking te maken van de specifieke moleculaire responsen die de verschillende metalen veroorzaken, zowel afzonderlijk als in een multipollutiecontext. De uitkomsten van het project. De preciezere bepaling van de rol van genen in de moleculaire en cellulaire mechanismen van metaaltoxiteit is interessant vanuit fundamenteel biologisch standpunt. Er zal bijkomende kennis vergaard worden betreffende reactie van de plant op verschillende metalen en specificiteit van de onderliggende signalisatiemechanismen in een multipollutiecontext. Vermits een aantal genen en mutanten bestudeerd kan worden , kan een hiërachie van de responsen opgesteld worden. Dit sluit aan bij de "forward genetics approach" en draagt bij tot het ophelderen van vroege responsen op metaalstress. Het bestuderen en vergelijken van de effecten van Cd, Cu en Zn tesamen is een meer realistische situatie naar de problematiek van vervuiling toe. De mogelijkheid bestaat om de resultaten te valideren op een aantal gekarakteriseerde vervuilde bodems, en voor de expressie van orthologe genen in planten die zouden gebruikt kunnen worden als alternatieve gewassen op deze bodems (vb. populier). Dit kan bijdragen tot het onderzoek naar monitoring van vervuiling en fytoremediatie, een speerpunt van het onderzoek binnen de groep milieubiologie. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Tony REMANS
Lokale en globale classificatie en functioneel topologische studie van metrisch gegenereerde theorieën. Universiteit Antwerpen Abstract: 1)Classificatie van lokale en globale metrisch gegenereerde theorieën. 2)Verfijnde classificatie van lokale theorieën. 3)Studie van invarianten in bepaalde lokale theorieën. 4)Relevantie van nationaal en internationaal onderzoek in de categorische topologie. Organisaties: • Fundamentele Wiskunde
Onderzoekers: • Robert Lowen • Anneleen Van Geenhoven
Lokale duurzaamheidsindicatoren voor Tsjechische Steden en Gemeenten Universiteit Gent Abstract: Het doel van het project is het bevorderen van het gebruik van duurzaamheidsindicatoren in Tsjechische steden en gemeenten. Het voorwerp van het project is de organisatie van ervaringsuitwisseling over het participatief ontwerpen van duurzaamheidsindicatoren. In diverse workshops gaan de partners dieper in op de ervaringen in de opmaak van een duurzaamheidsbarometer voor de regio Kortrijk. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Ruddy Doom
Lokale detailhandel in drugs in Antwerpen. Een exploratief onderzoek. Drugmonitor 2012-2013 Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek kadert in het Beleidsplan Drugs 2005-2007 van de Stad Antwerpen en focust op het laagste niveau van de lokale Antwerpse drugsmarkt in cannabis, cocaïne, heroïne, XTC en amfetamines. Een kwalitatieve casestudy combineert diepte-interviews en dossierstudie om zo de profielen van de detailhandelaars en organisatiepatronen te schetsen en de impact van de voorbije en huidige beleidsstrategieën te evalueren. Organisaties: • Vakgroep Strafrecht en criminologie
Onderzoekers: • Tom Decorte
lokale culturele architectuur Universiteit Gent Abstract: dit is een onderzoek naar de relatie tussen de architecturale vormgeving van lokale culturele instellingen en de functies die ze vervullen. Het onderzoek werd gegund aan de onderzoeksgroep LaboA en opgestart op 3 april 2012 Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Bart Verschaffel
Lokale configuraties van het feminisme, religie en seculariteit. Door Hendrika Petronella van den Brandt Universiteit Gent Abstract: Ik geef een bijdrage te heroverwegen lokale West-Europese configuraties van het feminisme, religie en seculariteit door: Onderzoeken hoe theorieën over religie, seculariteit en feminisme ons begrip van discoursen / praktijken van organisaties van de Vlaamse vrouwen kunnen bevorderen. En omgekeerd: hoe discoursen / praktijken van organisaties van Vlaamse vrouwen kunnen nieuwe theoretische inzichten in / begrip van lokale configuraties van feminisme, religie en seculariteit produceren. Organisaties: • Talen en Culturen
Onderzoekers: • Chia Longman
Lokale bepaling van botadaptatie na chirurgische ingrepen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Biomechanica
Onderzoekers: • Gerrit van Lenthe • Karen Mys
Lokale benchmarking: Vlaamse gemeenten in een vergelijkend perspectief KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Instituut voor de Overheid
Onderzoekers: • Geert Bouckaert • Jesse Stroobants
Lokale belastingen internationaal bekeken - het belasten van overheden. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het onderzoeksdomein van de lokale en regionale is in wezen een binnenlandse aangelegenheid, wat evenwel niet wegneemt dat een studie van lokale en regionale fiscaliteit vanuit een internationale dimensie een belangrijke benaderingshoek is. Het onderzoeksluik dat voor 2002 wordt vooropgesteld is internationaal maar heeft tevens een zeer actueel binnenlands belang. Het betreft meer bepaald de vraag hoe in andere federale en niet-federale landen wordt omgesprongen met de fiscaliteit t.a.v. goederen bestemd voor de openbare dienst. Daar waar het principe van de vrijstelling van de goederen bestemd voor de uitoefening van de openbare dienst tot voor kort in België een vast gegeven was, hebben zowel de regionalisering als het gebruik van belastingen om niet fiscale doelstellingen te realiseren, het principe van deze vrijstelling op de helling gezet. Vraag die moet worden beantwoord is of en hoe in andere landen word belet dat het federaal, regionaal of lokaal niveau goederen belast die door andere gezagsniveaus worden aangewend voor de uitoefening van de taken van openbaar nut die hen werden toevertrouwd. Kan een regio het federaal parlement belasten, kan een gemeente het gevangenisgebouw belasten, kan de federale overheid de gemeentelijk afvalverbrandingsinstallatie belasten. Daarmee samenhangend is er de vraag naar de compensatie voor de regio of gemeente die bulkt van overheidsgebouwen. In het licht van het evoluerend gebruik van de fiscaliteit is er tenslotte de vraag of bv. ok het leegstaand en verwaarloosd overheidsgebouw nog van een vrijstelling geniet. Dit project wordt gecombineerd met een extern gefinancierd project Organisaties: • Fiscaal Recht
Onderzoekers: • Fien BUNDERVOET • Augustus GOEGEBUER • MIGUEL DE JONCKHEERE
Lokala analyse van anorganische en organische componenten aan oppervlakken van vaste materialen door middel van statische secundaire ionen-massaspectrometrie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In bijna alle toepassingen van bvb. aluminium zoals verpakking, constructie, lithografie, etc., speeltde oppervlakte-engineering een essentiële rol. Hiervoor worden tal van behandelingen uitgevoerd die de morfologie, structuur en samenstelling van het oppervlak bëïnvloeden. Klassieke analyse dmv electronenmicroscopie, XPS, Auger electronen spectrometrie en dynamische SIMS zijn ontoereikend omdat het de ultieme oppervlakte chemie is die bepalend is voor bvb. corrosie, bevochtiging, adhesie en andere eigenschappen. Statische SIMS zal ingeschakeld worden in de fundamentele studie van de oppervlakte chemie op een aantal model aluminium substraten waarbij de chemie nauwkeurig gestuurd wordt. De resultaten zullen gecorreleerd worden met fysische grootheden zoals oppervlaktelading en ~ potentiaal. Het onderzoek omvat meting van de hydratatiegraad van een aluminiumoxyde oppervlak. Hiertoe moeten de verschillende oxyde en hydroxyde groepen aan het oppervlak kunnen gekarakteriseerd worden; detectie van functionele groepen zoals chromaten en fosfaten na chemische behandeling van het aluminium substraat; karakterisatie van organische residues op het oppervlak. Organisaties: • Metallurgie, Elektrochemie en Materialenkennis
Onderzoekers: • JEAN VEREECKEN
Lokaal aftasten van de magnetostructurele eigenschappen van op grafeen geerde atomen d.m.v. radioactieve ionen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Kern- en Stralingsfysica
Onderzoekers: • Lino da Costa Pereira
Logistieke Samenwerkingsverbanden. Algoritmes voor operationele en tactische besluitvorming in gezamenlijke routeplanning. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoeksproject stelt tot doel het ontwikkelen van algoritmes voor het oplossen van collaborative vehicle routing problems. Deze dienen de logistieke besluitvorming binnen een horizontale samenwerking van ondernemingen te ondersteunen bij het gezamenlijk plannen van de (fijn)distributie. Dit zal zich ook vertalen naar het oplossen van tactische vraagstukken met betrekking tot winstverdelingsmechanismen of de
optimale samenstelling van de coalitie. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Kenneth Sörensen • Christof Defryn
Logistieke samenwerkingsverbanden. Algoritmes voor operationele en strategische besluitvorming in gezamelijke routeplanning. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoeksproject stelt tot doel het ontwikkelen van algoritmes voor het oplossen van collaborative vehicle routing problems. Deze dienen de logistieke besluitvorming binnen een horizontale samenwerking van ondernemingen te ondersteunen bij het gezamenlijk plannen van de (fijn)distributie. Dit zal zich ook vertalen naar het oplossen van tactische vraagstukken met betrekking tot winstverdelingsmechanismen of de optimale samenstelling van de coalitie. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Kenneth Sörensen • Christof Defryn
Logistieke modellen: scheiding problemen en mogelijke oplossingen Universiteit Hasselt Abstract: Een veelvoorkomend statistisch probleem dat voorkomt in de toepassing van logistische modellen om binaire respons gegevens te analyseren is het scheiding probleem dat, indien niet juist aangepakt, het inferentieproces kan compromitteren en kan resulteren in bevooroordeelde (biased) conclusies, bv. met betrekking tot de relevantie van een bepaalde factor bij de aan- of afwezigheid van een effect in een organisme. Dit project zal oplossingen bediscussiëren voor meer complexe datastructuren en richtlijnen voorstellen over hoe met het scheiding probleem om te gaan. Organisaties: • Centrum voor Statistiek • Centrum voor Statistiek
Onderzoekers: • Marc AERTS • Christel FAES • Trias Wahyuni RAKHMAWATI
Logistieke en inhoudelijke ondersteuning bij de organisatie van het Cultuurcongres 2006 ban het ESA Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen abstract beschikbaar. Organisaties: • Sociologie
Onderzoekers: • IGNACE GLORIEUX • Sven SANCTOBIN
Logisch-filosofische studie van de notie "relevantie" in wetenschappelijk en alledaags redeneren Universiteit Gent Abstract: Het ontwikkelen van een algemeen logisch-filosofisch kader dat ons in staat stelt om de relevantie te expliciteren die voorkomt in menselijke redeneerprocessen. Het betreft zowel deductieve relevantie, heuristische relevantie, als de relatie tussen beide. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Diderik Batens
Logische Geometrie en haar Toepassingen. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Centr. Logica en Analyt. Wijsbegeerte
Onderzoekers: • Roger Vergauwen • Lorenz Demey
Logische Geometrie en haar Toepassingen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Centr. Logica en Analyt. Wijsbegeerte
Onderzoekers: • Roger Vergauwen
Logica's en inferentie-systemen voor verificatie en het afdwingen van policies (SIEP). KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Marc Denecker
Logica, redeneren en rationaliteit
Universiteit Gent Abstract: Tijdens de periode van de Wiener Kreis was er een sterke link tussen logica, redeneren en rationaliteit. Om meerdere redenen werd deze link in vraag gesteld. Het idee achter dit project is dat de tijd rijp is om de link te herstellen, niet op basis van klassieke logica, maar op basis van adaptieve logica's. Verschillende domeinen zullen worden onderzocht, zoals moreel redeneren, alledaags redeneren en ampliatief redeneren. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Joke Meheus
Logement Public - cahier des charges spécial des charges n° CGKR/CNTR/2012/07 Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar de publieke huisvestingsector in het kader van het opstellen van een discriminatiebarometer Wonen voor het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding. Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • Bas VAN HEUR • Michael RYCKEWAERT
Locomotorische deficits als gevolg van traumatisch hersenletsel: een longitudinale studie omtrent de invloed van hersenaandoeningen op spatiotemporeel waarnemingsgedrag en gangdeficits tijdens de rehabilitatiefase. KU Leuven Abstract: De relaties tussen ruimtelijke en temporele waarnemingspatronen en gang/motoriekbeperkingen na een traumatisch hersenletsel (TBI) worden onderzocht. Eerdere studies hebben aangetoond dat TBI problemen veroorzaakt incognitie zoals, aandacht, planning van vaardigheden en snelheid van informatieverwerking alsook stoornissen in oogbewegingen / oculomotorische controle en beperkingen in het lopen en evenwicht. Ondanks het grote belang van visuele begeleiding tijdens het wandelen, is er vooralsnog geen informatie beschikbaar over de relatie tussen stoornissen in de controlevan 'gezichtsvermogen' /gaze-parameters en de beperkingen in hetgaan / beweging bij volwassenen of kinderen met een TBI. Ook de relatietussen de beperkingen in de motoriek en de door medische beeldvorming bewezen neurale schade na TBI is niet onderzocht. Deze studie onderzoekt deze aspecten in kinderen / jongeren met een mild, matig en ernstig TBI,met bijzondere aandacht voor visuele begeleiding en het looppatroon in sit Organisaties: • Bewegingscontrole & Neuroplasticiteit
Onderzoekers: • Marc Sabbe • Stefan Sunaert • Stephan Swinnen • Jacques Duysens
Locomotor deficienties na traumatische hersenschade: een studie naar deinvloed van hersenbeschadiging op het spatieel-temporeel kijkgedrag en gangdeficienties tijdens de revalidatie bij jonge patiënten KU Leuven Abstract: Traumatisch hersenletsel (TBI), veroorzaakt door gesloten hoofdtrauma, wordt vaak geassocieerd met aanzienlijk cerebraal letsel, diffuse axonale schade en soms grote focale laesies. Deze structurele hersenlaesies kunnen problemen veroorzaken in gedrag, cognitief en executief functioneren, evenals bewegingscontrole, posturale stabiliteit en de controle van oogbewegingen. Het visueel systeem is een breed gedistribueerd netwerk dat gebieden deelt met de bovengenoemde functionele systemen. Hierom lijken de kwaliteit van oogbewegingen een geschikte voorspellende maat om functionele prestaties te beoordelen en kan tevens gebruikt worden om de graad van structurele hersenintegriteit in the schatten bij TBI patiënten. Hoewel er bewijs is voor het verband tussen de kwaliteit van het stappatroon en visuele oriëntatie, evenals het verband tussen motorische controle en structurele hersenschade, ontbreekt de integratie van deze functionele modaliteiten in TBI patiënten nog. In dit project willen we Organisaties: • Bewegingscontrole & Neuroplasticiteit
Onderzoekers: • Stephan Swinnen • Jacques Duysens • Sharissa Corporaal
LOCOMORPH- Krachtige voortbeweging en bewegingen van robots via morfologie en morfose. Universiteit Antwerpen Abstract: Locomorph stelt zich tot doel om de (voort-)beweging van robots in termen van efficiency en betrouwbaarheid te verbeteren, vooral wanneer ingezet in ongekende omgevingen. Dit project is multidisciplinair en combineert benaderingen uit de biologie, de biomechanics, de neurowetenschappen, de robotica en 'embodied intelligence' om de (voort-)beweging in dieren en robots te bestuderen, zich daarbij toespitsend op concepten zoals morfologie en morfosis. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Peter Aerts
Locatiebeslissingen van auditbedrijven. KU Leuven Abstract: Het doctoraatsproject zal verder bouwen of de paper van W Numan and M Willekens die gaat over 'an empirical test of spatial competition inthe audit market'. In deze paper wordt de locatiebeslissing als gegevenbeschouwd. Er bestaan echter verschillende determinanten die meespelen in de locatiebeslissing van auditbedrijven. Bijgevolg zullen we deze determinanten bestuderen en zo nagaan wat de locatiebeslissing van auditbedrijven bepaalt. Organisaties: • OG Accountancy Leuven
Onderzoekers: • Ann Gaeremynck • Lisa De Wachter
Locatieanalyse van logistieke diensten met toegevoegde waarde in logistieke ketens voor Chinese exportproducten. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Erasmus Mundus - CONNEC. UA levert aan Erasmus Mundus - CONNEC de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • ITMMA
Onderzoekers: • Theo Notteboom
Local versus Global Electricity Markets KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - ELECTA
Onderzoekers: • Ronnie Belmans • Gerrit Jan Schaeffer • Ariana Isabel Ramos Gutierrez
Local structure and magnetism of dilute magnetic semiconductors KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Kern- en Stralingsfysica
Onderzoekers: • André Vantomme • Lino da Costa Pereira • Tiago de Lemos Lima
Local probing of novel materials using Mössbauer spectroscopy KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Kern- en Stralingsfysica
Onderzoekers: • André Vantomme • Lino da Costa Pereira
Local probing of low−dimensional dilute magnetic materials. KU Leuven Abstract: The proposed research program is devoted to low−dimensional dilute magnetic materials. Model systems consist of transition−metal doped oxides (3−dimensional host), and magnetic adatoms on graphene (2−dimensional host). The main goal is to provide a detailed understanding of the local structure, local magnetism and how they are coupled, using complementary local probe techniques based on intense particle beams (radioactive ions and synchrotron radiation). Organisaties: • Afdeling Kern- en Stralingsfysica
Onderzoekers: • Lino da Costa Pereira
Localisatie van pijn op het lichaam: een neuropsychologische analyse Universiteit Gent Abstract: Een adequate reactie op pijnlijke stimuli vereist vaak een referentiekader waarin zowel nociceptieve als visuele nformatie in een lichaamsschema en de onmiddellijke aansluitende ruimte geïntefreerd wordt. Bedoeling van het project is om dit peripersoonlijke lichaamsschema experimenteel te onderzoeken in gezonde vrijwilligers en in patiënten met chronische pijn. Organisaties: • Vakgroep Experimenteel-klinische en gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Geert Crombez • Valéry Legrain
Locale coalities en de politieke economie van conflict in India: De analyse van een livelihood-complex in Telangana (Andhra Pradesh) en Nagaland Universiteit Gent Abstract: Conflicten in India worden meestal geanalyseerd vanuit een indernationaal perspectief waarbij het conflict met Pakistan als belangrijke verklaringsgrond wordt gebruikt om de interne problemen te begrijpen. Wij willen echter deze interne conflicten begrijpen vanuit een lokaal, livelihood-perspectief. We onderzoeken hiervoor de driehoeksrelatie tussen lokale overheden, rebellen en de lokale bevolking in twee langdurige conflictgebieden: Telengana (Naxalieten) en Nagaland (NSCN). Organisaties: • Vakgroep Studie van de derde wereld
Onderzoekers: • Koen Vlassenroot
Locale atmosferische luchtdrukvariaties en hun effect op mensen. Universiteit Antwerpen Abstract: We meten de microvariaties in luchtdruk op verschillende plaatsen, en corelleren deze aan medische aandoeningen. We meten in testpersonen de veranderingen in hartritme, bloeddruk en aandacht wanneer er luchtdrukfluctuaties aanwezig zijn. De rol van het oor als drukdetector in deze fenomenen wordt bestudeerd. Organisaties:
• Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Joris Dirckx
Local and regional community structure and functional groups analysis of zooplankton along urbanization gradients. KU Leuven Abstract: We attempt to understand how the interaction between local processes (i.e. determined by local environmental drivers) and regional processes (i.e. dispersal of individuals between communities) in determining the match between species composition of local communities and environment gradients is altered across a broad range of organism groups. To achieve this, we will determine species composition for the different assemblages in the different patches and plots and relate their characteristics to environmental and spatial variables, including those variables that quantify the degree of anthropogenic disturbance at both the local and regional scale. This results in a hierarchical analysis [(patches within plots (with replication); plots within the polygonal (no replication)] ofmetacommunity structure. We will not focus on species identities only, but will also put a strong emphasis on an analysis of community values for key ecologically relevant traits (cf. trait-based approach to commun Organisaties: • Afd. Ecologie, Evolutie en Biodiv.behoud
Onderzoekers: • Luc De Meester • Jessie Engelen
Local added value creation through knowledge transfer in cocoa and chocolate processing Universiteit Gent Abstract: Trainingsprogramma waarbij theoretische kennis en practische vaardigheden met betrekking tot cacaoverwerking en chocoladeproductie worden aangeleerd aan deelnemers uit ontwikkelingslanden met de bedoeling toegevoegde waarde te creëren voor de cacao die lokaal geproduceerd wordt, en dit met behulp van kleinschalige processen en apparatuur. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Koen Dewettinck
Local added value creation through knowledge transfer in cocoa and chocolate processing Universiteit Gent Abstract: Trainingsprogramma waarbij theoretische kennis en practische vaardigheden met betrekking tot cacaoverwerking en chocoladeproductie worden aangeleerd aan deelnemers uit ontwikkelingslanden met de bedoeling toegevoegde waarde te creëren voor de cacao die lokaal geproduceerd wordt, en dit met behulp van kleinschalige processen en apparatuur. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Koen Dewettinck
Local added value creation through knowledge transfer in cocoa and chocolate processing Universiteit Gent Abstract: Trainingsprogramma waarbij theoretische kennis en practische vaardigheden met betrekking tot cacaoverwerking en chocoladeproductie worden aangeleerd aan deelnemers uit ontwikkelingslanden met de bedoeling toegevoegde waarde te creëren voor de cacao die lokaal geproduceerd wordt, en dit met behulp van kleinschalige processen en apparatuur. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Koen Dewettinck
L.-M. Chauvets theologische opzet: tussen universaliteit en particulariteit en continuïteit en discontinuïteit -- een systematisch-theologisch onderzoek op het snijvlak van cultuurtheologie en filosofische theologie. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Systematische Theologie & Religiewet.
Onderzoekers: • Lieven Boeve
lle, niet-emotionele trekken in de adolescentie: Assessment en biologische markers Universiteit Gent Abstract: In DSM-5 worden kille, niet-emotionele (CU) trekken voorgesteld als specifier van de gedragsstoornis, terwijl deze trekken ook vervat zijn in het As-II treksysteem. Huidig project onderzoekt hoe CU trekken geassocieerd zijn met As-II trekken in een eerste onderzoekslijn, terwijl een tweede onderzoekslijn naar de biologische basis bekijkt of CU en brede DSM-5 trekken gelijkaardige hormonale reactiviteit vertonen op stressors. Organisaties: • Vakgroep Ontwikkelings-, persoonlijkheids- en sociale psychologie
Onderzoekers: • Barbara De Clercq
L. Lactis strategie voor inductie van antigen specifieke tolerantie: onderliggende mechanismen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Chantal Mathieu • Dana Cook
Living imagined identities? Een longitudinale analyse van de impact van online dating discours op de identiteitsbeleving van Russischtalig-Belgische koppels
Universiteit Antwerpen Abstract: Het project combineert taalkundige pragmatiek, antropologie en communicatiewetenschappen voor de studie van transnationale "internethuwelijken". De processen van identiteitsconstructie van Russischtalig-Belgische koppels, met speciale aandacht voor de constitutieve rol van online datingsites, worden onderzocht. De meerwaarde betreft het interdisciplinaire en longitudinale opzet, etnografisch identiteitsonderzoek in een premigratiecontext en de insluiting van een mannelijk perspectief. Organisaties: • Antwerps Centrum voor Pragmatiek (IPrA Research Center)
Onderzoekers: • Jozef Verschueren • Christiane Timmerman • Hildegarde Van den Bulck
Liverpolycystosis mechanism of human disease: From bench to bedside. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Hepatologie
Onderzoekers: • Frederik Nevens • Adrianus van Pelt • Frederik Temmerman
Live-ondertiteling met spraaktechnologie: Procedure voor kwaliteitsverbetering. Universiteit Antwerpen Abstract: Met logging software wordt een analyse gemaakt van live-ondertitelingsprocedures voor televisie waarbij een 'respeaker' gebruik maakt van spraaktechnologie om ondertitels te produceren volgens de block-methode en de scrollingmethode. Het onderzoek betreft het rendement van de spraakherkenning, de ondertitels geproduceerd volgens beide methodes en de cognitieve schrijfprocessen die daar deel van uitmaken. Einddoelen: het verbeteren van de logging en het uitwerken van procedures voor de kwaliteitsverbetering van live ondertiteling. Organisaties: • Management
Onderzoekers: • Luc Van Waes • Mariëlle Leijten
Live-ondertiteling met spraaktechnologie: procedure voor kwaliteitsbewaking. Universiteit Antwerpen Abstract: In het voorliggende project streven we ernaar om via gerichte observatie een analyse te maken van de specifieke ondertitelingscontext waarbij een 'respeaker' spraaktechnologie gebruikt om ondertitels (live) te produceren, zowel volgens de block-methode als volgens de scrollingmethode. De nadruk daarbij ligt op de analyse van problemen die de accuraatheid van de herkenning negatief beïnvloeden. Omdat de VRT mee optreedt als partner (contactpersoon: de heer Bernard Dewulf), spitsen we ons onderzoek toe op de openbare omroep. De openbare omroep is trouwens de enige die op dit ogenblik met spraaktechnologie werkt voor het produceren van ondertitels in Vlaanderen. Deze samenwerking biedt ons de mogelijkheid om in optimale omstandigheden procesobservaties uit te voeren en stelt ons in staat om een representatief en voldoende homogeen corpus samen te stellen. De samenwerking garandeert ook een betere beleidsopvolging en sociale serviceverlening. De toepassing van spraakherkenning bij de productie van ondertitels en de correctie (bij de block-techniek) gebeuren onder hoge tijdsdruk. Bovendien gaat het om de omzetting van een gesproken taalregister naar een geschreven neerslag, wat een extra complicatie inhoudt. Dit zorgt ervoor dat we hier te maken hebben met een van de allermoeilijkste toepassingen van de nieuwe technologie. Vanuit onderzoeksstandpunt is dit echter zeer aantrekkelijk omdat op die manier een schrijfcontext ontstaat die ons de mogelijkheid biedt de 'computer-mens'-interactie in al zijn scherpte te observeren en meteen de observatiemethode te verfijnen. In het project benaderen we de observatie en de analyse vanuit drie invalshoeken: 1.spraaktechnologie: op welke manier bepaalt het gebruik van spraaktechnologie de productie (proces) van ondertitels en de uiteindelijke kwaliteit ervan (o.a. delay, foutanalyse, foutpreventie, training)? 2.ondertiteling: welke specifieke kenmerken karakteriseren de ondertitels die via respeaking geproduceerd worden (1) volgens de block-methode en (2) volgens de scrolling-methode? Beide technieken zijn vergelijkbaar met de kenmerken van open, interlinguale ondertiteling: schrijf- vs. spreektaal, parafrase, synthese, maar vertonen ook pun-ten van overeenkomst met het herformuleren dat eigen is aan simultaan tolken. Wat is de delay bij beide vormen van ondertiteling? 3.cognitieve schrijfprocessen: welke cognitieve knopen zijn observeerbaar tijdens het 'schrijven' van de ondertitels (o.a. pauze- en revisiegedrag; zie Leijten en Van Waes 2005)? De cognitieve knopen kunnen bijdragen tot een beter inzicht in de problemen die hersprekers ervaren en kunnen zo een input vormen voor trainingsprocedures. Organisaties: • Management
Onderzoekers: • Luc Van Waes
Live cell imaging van fosfatidylserine-annexine A5-gemedieerde pinocytosis: studie van targeted drug delivery voor baarmoederhalskanker Universiteit Antwerpen Abstract: 'Targeted drug delivery' maakt gebruik van moleculen die therapeutica leiden naar een specifieke plaats. Annexine A5 (anxA5) bindt met hoge affiniteit aan membranen die fosfatidylserine (FS) blootstellen en induceert internalisatie. FS-anxA5-gemedieerde pinocytose werd beschreven voor apoptotische cellen en tumorcellen. FS komt echter ook voor op het oppervlak van virus-geïnfecteerde cellen en endotheliale cellen van tumorbloedvaten. AnxA5 gekoppeld aan therapeutica kan dus bruikbaar zijn in anti-kanker of anti-virale therapie. Deze studie onderzoekt de internalisatie en het intracellulaire traject van anxA5. 'Live cell imaging' technieken worden gebruikt om anxA5 te volgen in real-time in verschillende cellijnen. Op basis van de humaan papillomavirus-geïnduceerde cervicale carcinogenese zal de studie bepalen of virale infectie, dan wel neoplasie, essentieel zijn voor anxA5 internalisatie. Op die manier worden de specifieke omstandigheden van FS-blootstelling en anxA5-internalisatie onderzocht. Ook het effect van de conjugatie van therapeutische moleculen aan anxA5 op de internalisatie, subcellulaire traffiek en celviabiliteit worden geëvalueerd. Organisaties: • Laboratorium voor celbiologie en histologie
Onderzoekers: • Gaëlle Boulet
"Little Sister" low-cost monitoring bij de zorg van ouderen. Universiteit Antwerpen Abstract: Ondanks toenemende fysieke beperkingen wensen vele bejaarden zo lang mogelijk autonoom te leven en te kunnen blijven genieten van het comfort van hun eigen woning. Electronica en ICT systemen kunnen de ouderen hierbij van dienst zijn door alarmerende situaties te detecteren (zodat een hulpverlener kan ingeschakeld worden), of door het verzamelen van nuttige informatie in het kader van thuiszorg. Ook voor de professionele hulpverlener biedt een dergelijk systeem tal van voordelen. Het doel van het Little Sister project is dan ook om een low-cost oplossing te ontwikkelen die toch de nodige functionaliteit aanbiedt om ouderen voldoende te beschermen en te assisteren. Organisaties: • Modeleren van Systemen en Internet Communicatie (MOSAIC)
Onderzoekers: • Christian Blondia
LIT Search. KU Leuven Abstract: Het programma van Stockholm 2009-2013 vormt een routekaart voor procedurele vrijwaring in de EU-lidstaten. Het hoofdstuk over de rechten van het individu in strafprocedures in het bijgevoegde actieplan pleit voor wetgeving inzake vertolking en vertaling. In Richtlijn 2010/64/EU betreffende het recht op vertolking en vertaling in strafprocedures worden gemeenschappelijke minimumvoorschriften vastgelegd die moeten worden toegepast op tolk-en vertaaldiensten in strafprocedures, met het oog op een groter wederzijds vertrouwen tussen de lidstaten. Om adequate vertolking en vertaling en efficiënte toegang daartoe te bevorderen, worden de lidstaten gevraagd om een register van gekwalificeerde vertalers op te stellen.Dergelijk register wordt tussen raadslieden en betrokken autoriteiten uitgewisseld. LIT Search beoogt een snelle en efficiënte grensoverschrijdende toegang tot gerechtstolken en/of -vertalers. Politieagenten, rechters, openbare aanklagers en advocaten, alsook EU- en andere burgers Organisaties: • OG QLVL Antwerpen
Onderzoekers: • Hendrik Kockaert
Lithium-ion batteries with increased power and energy density. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Jan Fransaer • Jean-Pierre Locquet • Koen Binnemans • Jin Won Seo
Lithium (7Li/6Li) en boor (11B/10B) isotopen: aanvullingen op ons huidig biogeochemisch arsenaal aan tracers in de Aard- en Planetaire Wetenschappen Universiteit Gent Abstract: Ontwikkeling van analytische methodes voor chemische isolatie van de targetelementen Li en B uit verscheidene types matrices voor daaropvolgende hoogprecieze isotopische analyse via multi-collector ICP ? massaspectrometrie. Li ( ?7Li) and B (?11B) isotopenverhoudingen zullen gebruikt worden als plaeoproxies, om informatie te verkrijggen over o.m. de heersende temperatuur, de CO2-gehaltes en de mate van oppervlakerosie in het verre verleden. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Frank Vanhaecke
Lithium (7Li/6Li) en boor (11B/10B) isotopen: aanvullingen op ons huidig biogeochemisch arsenaal aan tracers in de Aard- en Planetaire Wetenschappen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwikkeling van analytische methoden voor Lithium en boor isotopen Organisaties: • Geologie
Onderzoekers: • Philippe CLAEYS
Lithische technologie van het finaalpaleolithicum en het vroegmesolithicum in de Kempen. Een onderzoek naar gedragsverandering in de overgang van Pleistoceen naar Holoceen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Uitgangspunt en vraagstelling De fabricatie en manipulatie van lithische artefacten is een aan sterke regels gebonden proces dat van generatie op generatie wordt aangeleerd en doorgegeven. Of men er bewust mee uitpakt of niet, deze technologische vaardigheid weerspiegelt altijd een culturele traditie. Veranderingen in de technologische basis van prehistorische culturen kwamen in principe maar moeizaam tot stand, meestal als een noodgedwongen of opportunistische aanpassing aan veranderende omstandigheden. In dit project zoeken we een verklaring voor variabiliteit in de lithische technologie van jager-verzamelaar gemeenschappen in de overgang van de laatste ijstijd naar de huidige tussenijstijd (14000 tot 9000 jaar geleden). Het rijk archeologisch archief van finaalpaleolithische en vroegmesolithische sites van de Kempen vormt hiervoor de basis. Dit onderzoek bouwt verder op recente technologische studies van vergelijkbare ensembles uit de aangrenzende valleien van de Maas (De Bie & Caspar 2000) en de Schelde (Perdaen 2004). Onderzoekskader Intensief onderzoek in de Kempen heeft de laatste jaren nieuw licht geworpen op gedragspatronen van laatglaciale en vroegholocene gemeenschappen. De aandacht ging daarbij vooral naar de studie van nederzettingssystemen en landgebruik (De Bie & Van Gils 2006 & in druk). De eerste kolonisten (de Federmessergroepen), die hier tijdens de Alleröd-oscillatie, op het einde van de laatste ijstijd, de regio bevolkten, installeerden er een strak nederzettingspatroon. In grote mate werd dit bij aanvang van het Holoceen verder gezet (of heropgenomen) door de vroege mesolithische groepen. De aantoonbaar sterke voorkeur voor droge zandruggen nabij (voormalig) open water liet toe een groot aantal (nieuwe) archeologische sites van deze periodes op te sporen en de omvang en rijkdom ervan in kaart te brengen. Enkele bedreigde sites werden ook op grote schaal opgegraven. Dit leverde de laatste jaren heel wat nieuw bronnenmateriaal op. Grondige analyse van de materiële cultuur bleef voorlopig evenwel beperkt tot een deel van één site die reeds vroeger werd
opgegraven (Meer-Meirberg; Van Noten 1978). Intersite vergelijkingen tussen ensembles van de betrokken tradities bevinden zich nog in een primair stadium (De Bie 1999). Intussen hebben bovenstaande studies van de valleisites, en doorgedreven onderzoek op de loessgronden (vooral door de Franse school; Valentin 1995, Ducrocq 2001), in aangrenzende regio's heel wat inzichten opgeleverd in de regionale en chronologische variabiliteit van de finaalpaleolithische en vroegmesolithische industrieën. Het inzetten van de daar ontwikkelde sleutels moet toelaten ook op de meer noordelijke zandgronden van de Kempen op zoek te gaan naar diagnostische technologische kenmerken en deze te spiegelen aan de klassieke typologische evolutie van de werktuigen bij deze culturen. Omwille van recurrente problemen van stratigrafische en chronologische controle (door beperkte sedimentatie en posterieure bodemprocessen zijn de materiële resten van de opeenvolgende occupaties op het terrein vaak nauwelijks gescheiden), is deze zoektocht hoe dan ook pertinent. De belangrijkste vraag is evenwel wat de diverse technologieën precies leren over het gedrag van toenmalige gemeenschappen. Binnen dit project willen we verschillende factoren bekijken die van invloed kunnen zijn geweest. Organisaties: • Kunstwetenschappen en Archeologie
Onderzoekers: • Marc DE BIE
Literatuur, Vlaamse Beweging en maatschappij (1914-1950). Universiteit Antwerpen Abstract: Het project beoogt een systematische beschrijving en analyse van de complexe wisselwerking tussen de samenleving in Vlaanderen van 1914 tot 1950 en de literatuur uit die periode, waarbij literatuur beschouwd wordt als een medium voor het politiek-institutionele denken binnen de Vlaamse Beweging. Vanuit een radicaal-retorische opvatting van de historische realiteit wordt zorgvuldig in kaart gebracht hoe 'Vlaanderen' mede door het publieke optreden van schrijvers tot stand is gekomen in een reeks, specifiek gecodeerde, performances (van politieke manifesten en essays over uitgesproken 'literaire' teksten tot voorleesavonden en redevoeringen, optochten en demonstraties). Organisaties: • Instituut voor de studie van de letterkunde in de Nederlanden (ISLN)
Onderzoekers: • Joris Duytschaever • Kristiaan Humbeeck • Geert Buelens • Alfons Thijs • Herman Van Goethem
Literatuurstudie met als doel ' identificeren bewijsmateriaal gebaseerde beleid, strategieën en acties dat bevorderlijk is voor de dekking van de universele gezondheidszorg met mensgerichte en geïntegreerde zorg. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Literatuurstudie met als doel het identificeren van bewijsmateriaal-gebaseerde beleid, strategieën en acties dat bevorderlijk is voor de dekking van de universele gezondheidszorg met mensgerichte en geïntegreerde zorg. Organisaties: • Huisartsen en zorg rond het levenseinde
Onderzoekers: • JAN VANDEVOORDE • DIRK DEVROEY
Literatuurstudie effect LED-reclameborden. Universiteit Hasselt Abstract: In het kader van de actualisering van de regelgeving inzake de zone van achteruitbouw (tussen rooi- en bouwlijn) langs gewestwegen wenst het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) na te gaan wat de impact is van LED-reclame op de weggebruiker. Zowel binnen het AWV als RWO en LNE is men er meer en meer voor gewonnen om deze nieuwe vorm van publiciteitsvoering - omwille van de ernstige afleidingsfactor langs gewestwegen niet meer toe te laten. Hierbij wordt aan IMOB gevraagd om als onafhankelijk orgaan op korte termijn te onderzoeken wat de effecten zijn van dergelijke reclame op het rijgedrag. Wat hebben de weggebruikers gezien? In welke mate wordt hun aandacht afgeleid? Verhoogt de reactietijd van bestuurders? Het onderzoek dient opgesplitst te worden in twee luiken, met name een literatuurstudie en een onderbouwing van de argumentatie m.b.v. de rijsimulator (aan de hand van verschillende proefopstellingen). Dit project is beperkt tot het eerste luik van de offerteaanvraag: de literatuurstudie. Organisaties: • Verkeersveiligheid • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Tom BRIJS • Kris BRIJS • Joris CORNU
Literatuurstudie betreffende de methodologie voor een meting van overheidsuitgaven drughulpverlening in Europa Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit onderzoek is om een overzicht te bieden van de methoden die worden gebruikt om overheidsuitgaven in (illegale) drughulpverlening te meten, en om aanbevelingen te formuleren om de beste methode uit te voeren in toekomstige studies. Organisaties: • Vakgroep Accountancy en Bedrijfsfinanciering
Onderzoekers: • Johan Christiaens • Freya Vander Laenen
Literatuuronderwijs Herbekeken vanuit een Media en Cultuur Perspectief Universiteit Gent Abstract: In het onderzoek van de groep 'Cultuur & Educatie' over de impact van de narratieve wending in onderwijs en de lerarenopleiding, zal het voorstel van Steven Tösösy de Zepetenk voor een 'systematische en empirische aanpaak' voor het (vergelijkend) bestuderen van literatuur leiden tot een nieuw perspectief op literatuuronderwijs als een subsysteem van cultuur en een vorm van media-onderwijs. Organisaties: • Vakgroep Onderwijskunde
Onderzoekers: • Ronald Soetaert
Literatuur in wording: voorgeschiedenissen van een modern concept (12e-18e eeuw). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Instituut voor de studie van de letterkunde in de Nederlanden (ISLN)
Onderzoekers: • Frank Willaert
Literatuur in wording: voorgeschiedenissen van een modern concept (12e-18e eeuw). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ruusbroecgenootschap
Onderzoekers: • Veerle Fraeters
Literatuur in wording: voorgeschiedenissen van een modern concept ( 12e-18e eeuw) Universiteit Gent Abstract: De komende vijf jaar zal deze WOG onderzoeksinitiatieven lanceren over de genealogie van het moderne literatuurconcept. Het Ruusbroecgenootschap participeert met onderzoek naar de ontwikkeling van (1) genealogische, poëticale en stilistische kenmerken van religieus proza en religieuze lyriek, en (2) regionale en culturele netwerken waarbinnen religieuze teksten en ideeën circuleerden. Organisaties: • Letterkunde
Onderzoekers: • Jurgen Pieters
Literatuur in vertaling Universiteit Gent Abstract: Het betreft onderzoek over literatuur vertalen op het snijpunt van twee disciplines: de literatuur- en de vertaalwetenschap (HoGent, departement Vertaalkunde UGent, meerdere literatuurdepartementen). Deze samenwerking kan inzichten opleveren over concepten, methodologie en paradigmawissels met betrekking tot literaire procédés, strategieën en conventies alsook met betrekking tot processen van receptie en canonisering. Bedoeling is ook om de momenteel gefragmenteerde expertise te bundelen. Organisaties: • Vakgroep Romaanse talen (andere dan het Frans)
Onderzoekers: • Ilse Logie
Literatuur en "the extended mind": een herziening van het modernisme. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project past het begrip 'extended mind' toe op het literaire modernisme. De interactie van een schrijver met zijn of haar manuscripten wordt beschouwd als integraal aspect van de 'extended mind', dat rechtstreekse gevolgen kan hebben voor de bewustzijnsvoorstelling van personages. De focus op bewustzijnsvoorstelling in het literaire modernisme wordt vaak voorgesteld als een 'inward turn'; deze visie wordt herzien via manuscriptonderzoek en cognitieve narratologie. Organisaties: • Literatuur van de moderniteit
Onderzoekers: • Geert Lernout • Luc Herman • Dirk Van Hulle
Literatuur en mediavernieuwing: het probleem van de genreveranderingen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoeksdomein Het genrebegrip is een van de oudste, meest gereputeerde en meest fundamentele categorieën van de literatuur en de literatuurstudie. Literaire genres zijn alomtegenwoordig; men treft ze zowel aan in fictie als in non-fictie, zowel in het highbrow- als in het lowbrow-segment van de cultuur, zowel bij vernieuwende als bij traditionele teksten, zowel bij gedrukte literatuur als bij literatuur die op andere manieren wordt gerealiseerd of opgevoerd. Er bestaan bijgevolg talloze publicaties die de notie van het genre algemeen of meer concreet bestuderen en trachten te conceptualiseren. Van oudsher heeft men daarbij vooral oog gehad voor genretaxonomieën en voor de wezensomschrijving van genres. Sommigen beschouwen genres als specifieke vormen van menselijk spreken waarvan de essentiële kenmerken kunnen worden vastgelegd, terwijl anderen er juist van uitgaan dat genres slechts kunnen worden beschreven vanuit een functionalistisch (en dus relativistisch en niet-essentialistisch) perspectief. Meer recent heeft de digitale revolutie geleid tot fundamentele veranderingen in de literatuur en tot een groeiend bewustzijn van het belang van de specifieke 'mediatiseringen' en de materiële verschijningsvormen van literatuur. Dergelijke ontwikkelingen dwingen onderzoekers om de 'theorie' en de 'praktijk' van het genre radicaal te herdenken, en om de notie van het genre nadrukkelijker te analyseren binnen het meer dynamische kader van het 'generische'. Doelstellingen en onderzoeksvragen Het voorgestelde onderzoek positioneert zich in de voorhoede van die recente ontwikkelingen in de genretheorie. Het project -- op basis van materiële, contextuele en historische aspecten van de literatuur van de laat-negentiende, twintigste en eenentwintigste eeuw -- een reeks van nieuwe vragen aan de orde met betrekking tot de verhouding tussen genrevorming en veranderingen op mediatechnologisch vlak: 1) Hoe wijzigen genres door het verschijnen van nieuwe-mediatechnologieën en, omgekeerd, op welke manier dragen nieuwe-mediatechnologieën bij tot het ontstaan van nieuwe genres? 2) Welke rol speelt literatuur bij de institutionalisering van die nieuwe-mediatechnologieën (die vaak slechts 'overleven' als ze erin slagen nieuwe en specifieke inhouden tot stand te brengen)?
3) Welke repercussies heeft deze nieuwe benadering van genres voor onze ideeën over literatuur en, belangrijker, voor de uiteenlopende manieren waarop we met literatuur omgaan (schrijven, lezen, uitgeven, becommentariëren, etc.)? Wat zijn de gevolgen voor de sleutelaspecten van de literaire ervaring, zoals bijvoorbeeld de notie 'fictie'? 4) Wat is het statuut van een notie als literair genre binnen die praktijken, die sterk worden gevormd en beïnvloed door veranderingen op het vlak van media? 5) Hoe kunnen we het traditionele genreconcept nieuw leven inblazen, niet zozeer als een set van formele en thematische voorschriften, maar als een culturele praktijk die gekenmerkt wordt door de nieuwe relaties tussen productie en receptie in een mediacontext die in het teken staat van een onmiskenbare hybriditeit. De verschuiving van de notie 'genre' (als een statisch taxonomisch principe) naar het principe van het 'generische' is in dit licht cruciaal. Meer in het algemeen focust het voorgestelde onderzoek op drie types van vragen: 1) genre en verandering: de studie van het principe van genretransformaties; 2) genre en literatuur: de studie van de grenzen van de literatuur (het documentaire versus het literaire, het fictionele versus het niet-fictionele, het echte versus het onechte, het ongemedieerde versus het gemedieerde, het gedrukte versus het ongedrukte woord) en de impact daarvan op genrekenmerken, genresystemen, genretheorieën; 3) genre en maatschappij: de studie van de culturele en sociale impact van de transformaties (auteurs- en lezerstheorieën, de literaire gemeenschap, literatuuronderwijs, waardesystemen, feedback op het medium, grensvervaging tussen tekst en context, werk en niet-werk) Organisaties: • Taal- en Letterkunde
Onderzoekers: • JOHAN CALLENS
Literatuur en cultuur in beweging: literaire vertalers (m/v) in Vlaanderen, 1830-1914. Een analyse van hun bemiddeling bij de receptie van literatuur, hun vertaalopvattingen en de culturele beeldvorming via tekstinterne vertaalstrategieën en procedés. Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Vertaalkunde • Vakgroep Nederlands
Onderzoekers: • Stefaan Evenepoel • Liselotte Vandenbussche
Literatuur die de censor nooit onder ogen kreeg! Het alternatieve literaire circuit in Antwerpen aan het einde van de zeventiende eeuw. Universiteit Antwerpen Abstract: Het vertrekpunt van het onderzoek is Het Mengelmoes, een tot nu toe onontgonnen Antwerps handschrift uit 1696. Het bevat een doelbewust samengestelde collectie van meer dan 300 teksten, veelal liederen, die nooit aan de kerkelijke censuur werden onderworpen. Via een analyse van deze teksten in hun historische context, en een vergelijking van de teksten in Het Mengelmoes met door de censor goedgekeurde teksten uit parallelle genres (bv. liederen in de Nederlandse Liederenbank), wil ik achterhalen hoe de teksten en liederen functioneerden. Het doel van het onderzoek is het bepalen van een referentiekader voor de alternatieve literatuur in de zeventiende-eeuwse Zuidelijke Nederlanden. Organisaties: • Instituut voor de studie van de letterkunde in de Nederlanden (ISLN)
Onderzoekers: • Hubert Meeus • Sven Molenaar
Literature and media innovation: the question of genre transformations. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Literatuur en Cultuur Leuven
Onderzoekers: • Jan Baetens
Literacy development in bilingual children: Evidence from French-English and French-Dutch Immersion programs. Universiteit Antwerpen Abstract: Literacy development in bilingual children: Evidence from French-English and French-Dutch Immersion programs. Organisaties: • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Dominiek Sandra
Listening effort in school-age cochlear implant users KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Experimentele Oto-rino-laryngologie
Onderzoekers: • Astrid Van Wieringen
LIQUIDSMOKE: Het gebruik van rookcondensaten als veilig en duurzaam alternatief voor het traditioneel roken van vleeswaren. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TC Bioengineering Technologie Gent-Aalst
Onderzoekers: • Hubert Paelinck • Luc De Cooman
Liquid Phase reaction with integrated separation in continious chromatographic and membrane reactors.(INTREASEP) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Veel chemische processen gebruiken homogene catalyse met hoog energie verbruik en zware milieuvervuiling: door de lage conversie moeten reagentia worden gerecycleerd en worden veel nevenproducten gevormd. Voor partiële oxidatie van koolwaterstoffen en esterificatie zal worden onderzocht hoe alternatieve reactor-scheidingsapparaten kunnen worden ontwikkeld: membraan en chromatografische reactoren. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • GINO BARON
Liquid metal salts for the electrodeposition of metal layers KU Leuven Abstract: Ionic liquids are solvents that exist entirely of ions. They are interesting for electrochemical applications (electrodeposition of metals, butalso as electrolyte in batteries) because of their wide electrochemicalwindow, the presence of intrinsic ionic charge carriers and their low vapour pressure. Electrodeposition of metals is an important industrial process. Many metals such as copper, gold, silver or zinc can be deposited from aqueous solutions. This is not possible for other metals such as aluminium because of their very negative deposition potential and the inevitable production of hydrogen gas. Ionic liquids can provide an alternative. Incorporating a metal ion in the structure of the ionic liquid isan elegant solution for the limited solubility of many metal salts. When this metal is incorporated in the cation of the ionic liquid, it will be attracted towards the negatively charged cathode during the electroreduction, which causes higher mass transfer. During this project, fur Organisaties: • Afdeling Moleculair Design en Synthese
Onderzoekers: • Jan Fransaer • Koen Binnemans • Jeroen Sniekers
Liquid chromatogram couples to a mass spectrometer for bioanalytical applications. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Medicinale Chemie
Onderzoekers: • Arthur Van Aerschot • Jozef Rozenski • Piet Herdewyn