www.researchportal.be - 18 Sep 2015 23:37:43
Onderzoeksprojecten (4000 - 4500 van 29735) Cycle for Life 2007 : Circulating endothelial cells in multiple myeloma: characterisation and study of their role as surrogate marker for myeloma-induced angiogenesis. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Op zondag 24 juni in Jette wordt het startschot gegeven voor de vierde editie van Cycle for Life, een fiets- en wandeltocht ten voordele van het kankeronderzoek in België. Roche organiseert Cycle for Life in samenwerking met de 7 Belgische universitaire ziekenhuizen en universiteiten, waaronder ook het UZ Brussel. Vlak voor het gezamenlijke vertrek op 24 juni, wordt in elke universiteit een project rond kankeronderzoek beloond met de opbrengst van Cycle for Life. Voor het UZ Brussel zal dit jaar gefietst en gewandeld worden voor het project 'Circulating endothelial cells in multiple myeloma: characterization and study of their role as surrogate marker for myeloma-induced angiogenesis' van Dr. I. Vande Broek met als promotor Prof. J. De Grève. Meer info: www.cycleforlife.be. Organisaties: • Immunologie en Microbiologie
Onderzoekers: • Ivan VAN RIET • Isabelle VANDE BROEK
Cyclisch AMP-afhankelijke mechanismen reguleren groei en motiliteit van tumor cellen. Universiteit Antwerpen Abstract: De mechanismen welke de proliferatie inhiberen en welke de motiliteit verlagen van tumor cellen zullen bestudeerd worden in rat C6 glioma als experimenteel modelsysteem. Het project heeft tot doel de elementen te identificeren (Rap 1, Nm23/NDPK, GSK-3, JNK) betrokken in de cAMP-afhankelijke inductie van differentiatie en in de regulatie van de expressie van ecto-nucleotide pyrofosfatasen welke de motiliteit van cellen stimuleren. Organisaties: • Cellulaire biochemie
Onderzoekers: • Herman Slegers
Cyclopentaan en furanose nucleinezuren als synthetische informatiesystemen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Medicinale Chemie
Onderzoekers: • Piet Herdewyn • N. N.
Cyclotron : Project CYCLO binnen TONA. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het terbeschikkingstellen van een 15MeV proton bundel, een bestralingsfaciliteit in Alveole 1 en hotcellen in het HOT Labo voor routine bestralingen met het VUB cyclotron voor het aanmaken van 18f batches gebruikt voor de merking van FDG. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • ALEX HERMANNE • HUGO THIENPONT
CYCLOTRON : provisie ontmanteling loopt 20 jaar. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Mechanica Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • ALEX HERMANNE • HUGO THIENPONT
CYFIP1-pathies: shared pathways in intellectual disabilities and psychiatric disorders. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Claudia Bagni
Cysteïne protease inhibitoren voor protozoaïre infecties: metacaspasen als veelbelovende, nieuwe doelwitten. Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling van dit doctoraatsonderzoek is design, synthese en evaluatie van TbMCA inhibitoren met een selectieve inhibitorische activiteit op het enzyme in de grootteorde van 10-8 - 10-9 M, een inhibitorische activiteit op Trypanosoma brucei in de grootteorde van 10-6 - 10-7 M en een verwaarloosbare cytotoxiciteit. Organisaties: • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Pieter Paula Frans Van Der Veken • Koen Augustyns • Matthias Breugelmans
Cysteïne protease inhibitoren voor protozoaïre infecties: metacaspasen als veelbelovende, nieuwe doelwitten. Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling van dit doctoraatsonderzoek is design, synthese en evaluatie van TbMCA inhibitoren met een selectieve inhibitorische activiteit op het enzyme in de grootteorde van 10-8 - 10-9 M, een inhibitorische activiteit op Trypanosoma brucei in de grootteorde van 10-6 - 10-7 M en een verwaarloosbare cytotoxiciteit. Organisaties: • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Pieter Paula Frans Van Der Veken • Koen Augustyns • Matthias Breugelmans
Cytmegalovirusinfectie als predictor van influenza vaccin respons bij bejaarden. Universiteit Antwerpen Abstract: het wordt algemeen aanvaar dat hogere leeftijd geassocieerd is met immuundysfunctie en dysregulatie. Er wordt veronderstreld dat deze immuundetoriatie gecorreleerd is met de cytomegalovirus CMV carrier status. Daarom zullen wij onderzoeken of er een correlatie bestaat tussen CMV serologische sttatus en CMV-specifieke Tcell immuniteit en hun associatie met respons op influenza vaccinatie. Dit project zal bijdragen tot de identificatie van mogelijke mechanisemen betrokken bij immunosenescentie, en kan uiteindelijk bijdragen tot nieuwe vaccin strategieen, zoals pre vaccinatie screening, die een effectieve respons nastreven bij individuen met een immuunsysteem dat minder goed werkt tgv hogere leeftijd. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Heidi Theeten
Cytogenetic biomarkers and human cancer risk. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De partners van dit project hebben voorheen aangetoond dat een hoge frequentie van chromosomale aberraties (CA) in perifere lymfocyten voorspellend is voor een toenemend kankerrisico, onachtzaam het roken of beroepsblootstelling aan carcinogenen. Het huidig multidisciplinair project beoogt het verduidelijken van de redenen voor deze resultaten. Celculturen, voorhanden van individuen vroeger onderzocht voor cytogenetische biomerkers, zullen geanalyseerd worden voor de belangrijkste genetische polymorfismen die verondersteld worden chromosoom schade te beïnvloeden. Deze data zullen gebruikt worden om die polymorfismen te verklaren die de frequentie van CAs en/of zuster chromatid uitwisselingen (SCE) en de kanker associatie van chromosoom aberraties wijzigen. De bestaande cohortes zullen heronderzocht worden om de types van CAs bepalend voor kankerrisico te identificeren en om te herevalueren of SCEs kanker kunnen voorspellen. Twee nieuwe Europese cohortes zullen samengesteld worden, een om de resultaten van CAs en SCEs te bevestigen en om het verband met de belangrijkste kankertypes te bestuderen, en een andere studie om te zien of kankerrisico voorspelbaar is door micronucleus frequentie in lymfocyten. Organisaties: • Cellulaire Genetica
Onderzoekers: • MICHELINE VOLDERS
Cytokinetisch signalisering als potentieel therapie voor langetermijn diabetes bij muizen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: EFSD/JDRF/Roche Young investigator Award in Innovative Therapy for Type 1 Diabetes) PhD scholarship for Lemper Marie. Organisaties: • Betacel Neogenese
Onderzoekers: • LUC BAEYENS
Daar staat je fiets! Een innovatieve aanpak voor het herpositioneringsprobleem van stadsfietsen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Kenneth Sörensen
DACE KU Leuven Abstract: ESS-DACE aims to secure the continuation and consolidation of the European Social Survey (ESS) as a key data source for measuring and understanding long-term changes in public attitudes across Europe. This will be achieved by strengthening the links between the 7 institutions responsible for the central design and coordination of the ESS infrastructure, as well as between the ESS and its funders, data users, national teams and a distinguished network of advisers. The objectives of the ESS infrastructure are: to chart and explain changes in Europe's social, political and moral climate (WP2, WP4); to achieve and spread improved standards of rigour in cross-national social measurement, and simultaneously to raisethe threshold standards of national surveys (WP3, WP5, WP7, WP12); to introduce and encourage the use of soundly-based attitudinal indicators of national progress, based on citizens'judgments of key aspects of theirsocieties (WP6); to undertake and facilitate the training of Europ Organisaties: • OE Centrum voor Sociologisch Onderzoek
Onderzoekers: • Geert Loosveldt
DaCoTa: Verzamelen, overbrengen en analyseren van verkeersveiligheidsdata Universiteit Hasselt
Abstract: Verkeersveiligheidsbeleid moet gebaseerd zijn op wetenschappelijke kennis en het verenigen van relevante Europese kennis is de meest efficiënte manier om kennis om te zetten in beleid. DaCoTa heeft tot doel beleidmakers geschikte data, informatie en instrumenten te bieden ter ondersteuning van het beleid. In vroegere en huidige EU projecten werd reeds een verscheidenheid aan data, informatie en methodes verzameld en dit zal zich verderzetten in de toekomst. Het is echter tijd om deze grote hoeveelheid relevante kennis toegankelijk en rechtstreeks bruikbaar te maken voor de ontwikkeling van verkeersveiligheidsbeleid en beslissingen. Organisaties: • Verkeersveiligheid • Verplaatsingsgedrag • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Tom BRIJS • Gerhard WETS • Elke HERMANS
Daily Bread , Daily Dread : woning schendingen door personeel van de veiligheidssector en hun gevolgen voor de lokale markten en bestaandmiddelen van ??in de Democratische Republiek Congo Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Studie van de derde wereld
Onderzoekers: • Koen Vlassenroot
Dairy technology - from rural to industrial scale Universiteit Gent Abstract: Doel van deze training is het verstrekken van theoretische en praktische kennis over de samenstelling en het verwerken van melkproducten. Aandacht wordt besteed aan de mogelijkheden voor lokale verwerking in ontwikkelingslanden en op kleine schaal met aangepaste technologieën. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Koen Dewettinck
Damage-associated molecular patterns: biona fide immunogene signalen of assisterende/verhogen ze enkel de antigeniciteit van stervende kankercellen? Universiteit Gent Abstract: Een beperkt aantal behandelingen tegen kanker (zoals sommige chemotherapeutica, gammastraling en fotodynamische therapie) induceert immunogene celdood (ICD) met vrijstelling van Damage-Associated Molecular Patterns' (DAMPS). In dit project willen we de rol van calreticulin en ATP in ICD bestuderen, (nieuwe) immunomodulatoren geassocieerd met deze celdood identificeren en de receptoren bestuderen die op deze immunologische effectoren reageren. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Peter Vandenabeele
Damascius' ontological relativism: a special way of reading Plato KU Leuven Abstract: This project focuses on the ontology of Damascius, the last (Neo-) Platonic philosopher from the Academy of Athens. The main approach is interpretative, finding Damascius new direction of reading Platos dialogue, the Sophist. Organisaties: • OE De Wulf-Mansioncentrum
Onderzoekers: • Gerd Van Riel • N. N.
DANGER - Het inschatten van de gevaarlijkheid van georganiseerde criminaliteit Universiteit Gent Abstract: Het doel van het project is een nieuwe systematische methodologische werkmethode voor de inschatting van de gevaarlijkheid van georganiseerde criminaliteit te verschaffen (dit vertrekkende van een integratie van de twee meest veelbelovende en haalbare benaderingen van georganiseerde criminaliteit, m.n. dreigingstudies met focus op de daders en kwetsbaarheidstudies met focus op de criminele opportuniteiten in de omgeving) en deze te testen in België. De nadruk ligt daarbij op de economische sectoren transport, catering en import-export, op de politieke omgeving alsook op de daders en/of groepen die de kwetsbaarheid van deze sectoren exploiteren. Organisaties: • Vakgroep Strafrecht en criminologie
Onderzoekers: • Tom Vander Beken
Daphne III Action: Prevalence Study on Violence and abuse against Older Women. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Europese studie rond Geweld en Misbruik tegen bejaarde vrouwen. Organisaties: • Agogiek
Onderzoekers: • DOMINIQUE VERTE
Daphnia parasite coevolution in a dynamic environment. KU Leuven Abstract: Normal 0 false false false EN-US X-NONE X-NONE MicrosoftInternetExplorer4 font-family:'Times New Roman','serif';mso-fareast-fontfamily:'Times New Roman';mso-ansi-language:NL;mso-fareast-language:EN-US;mso-bidi-language:AR-SA" lang="NL">Het isalgemeen bekend'Times New Roman','serif';mso-fareast-font-family:'Times New Roman';mso-ansi-language:NL;mso-fareast-language:EN-US;mso-bidi-
language:AR-SA" lang="NL"> dathet voorkomenen verspreiden van infectieziektes in gastheerpopulaties kan afhangenvan de nutritionele conditie van de gastheer. De mate en op welke manier voeding en voedingskwaliteit bijdraagt totde dynamieken van dierlijke infectieziektes, blijftechter onduidelijk.In deze studie hebben we ons gerichtop het ecologish modelorganisme Daphnia, eeninvertebrate gastheer die gekarakteriseerd wordt door de aanwezigheid van verschillendesymbiotische en parasitaire taxa. Bovendien is het eenvoudig om devoedselkwaliteit temanipuleren, gezien Daphniagevoed kan worden met verschillende types Organisaties: • Faculteit Wetenschappen Kulak
Onderzoekers: • Ellen Decaestecker • Benjamin Lange
Darwin KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Michel Steyaert
Darwin’s laatste idee in getallen uitgedrukt: onderzoek naar de invloed van bioturbatie op de biogeochemie van de zeebodem en de impact op de globale koolstof kringloop Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het reilen en zeilen van de aarde wordt gestuurd door de globale cycli van koolstof, stikstof, en andere elementen. Menselijk handelen oefent vandaag een sterke invloed uit op deze cycli met o.a. kimaatverandering als gevolg. Het onderzoek naar deze biogeochemische cycli is het terrein van de biogeologie, waarbij de gekoppelde evolutie van aarde en leven centraal staat. Het meeste onderzoek gaat vandaag uit naar de geomicrobiologie, waar men de invloed van de micro-organismen op globale variabelen, zoals de zuurstof en kooldioxide concentraties in de atmosfeer, onderzoekt. In dit project kijken we echter naar de impact van "macro-organismen", zoals bodemdieren en wortelende planten, wiens effecten op de bodem "bioturbatie" worden genoemd. Charles Darwin was de eerste die zich realizeerde hoe belangrijk bioturbatie wel is voor lokale bodemprocessen, en wijdde er zelfs zijn laatste boek aan. Darwin zou waarschijnlijk zeer verbaasd zijn over de reikwijdte van de effecten die we hier onderzoeken. Recent onderzoek in de paleo-ecologie wijst immers uit dat bioturbatie een belangrijke rol speelde in de "Cambrische explosie", de snelle evolutie van het leven op de oceaanbodem zowat 540 miljoen jaar geleden. De ontwikkeling van een gravende levensstijl zorgde voor een heuse omwenteling in het biogeochemisch functioneren van de oceaanbodem, waaraan de Cambrische bodembewoners zich moesten aanpassen. In dit project onderzoeken we de details van deze omwenteling, en breder, de gevolgen van mariene bioturbatie voor koolstof sequestratie en de globale koolstof kringloop. Dit doen we met behulp van een "virtuele ocaanbodem", een computermodel dat de biogeochemie van de oceaanbodem simuleert. Via computersimulaties berekenen we dan de geochemische effecten die gepaard gaan met het construeren en ventileren van gangenstelsels, en met het groeien van plantenwortels. Dergelijke simulaties verschaffen inzicht in hoe bioturbatie de omzetting van organisch materiaal in de oceaanbodem beïnvloedt, en wat de gevolgen hiervan zijn op de globale koolstof kringloop. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • Filip MEYSMAN • FRANK DEHAIRS
Data als essentiële faciliteit: mededinging en innovatie in online mediaplatforms KU Leuven Abstract: Persoonlijke gegevens zijn de nieuwe valuta van de 21ste eeuw. Online media platform aanbieders zoals Google en Facebook zijn afhankelijk van voordelen die voortvloeien uit de waardevolle informatie die ze verzamelen over gebruikers. Door gebruikers te beletten hun gegevens naar concurrerende platforms over te dragen en door concurrenten de toegang tot gebruikersgegevens op hun platforms te ontzeggen, kunnen deze aanbieders zo'n machtige positie verkrijgen die hen in staat stelt de markt te controleren ten koste van daadwerkelijke concurrentie en consumentenwelvaart. Dit project onderzoekt hoe het mededingingsrecht kan ingrijpen om deze nadelige gevolgen te herstellen.De persoonlijke gegevens die platform providers hebben verzameld is een noodzakelijke input aan het worden voor bedrijven die diensten aanbieden in concurrentie met of in aanvulling op een online platform. Door concurrenten toegang te weigeren tot de gebruikersgegevens op hun platform kunnen dominante platform aanbieders Organisaties: • Faculteit Theologie en Religiewetensch. • OE ICRI / CIR
Onderzoekers: • Wouter Devroe • Peggy Valcke • Inge Graef
Data-analyse en rapportering van een survey van de Belgische markt van Human Resources managers en algemene directeurs van bedrijven. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Survey data mbt Belgische HR managers werden geanalyseerd en de resultaten gerapporteerd Organisaties: • Arbeids- en Organisatiepsychologie
Onderzoekers: • PETER THEUNS
Data-analyse en rapportering van klantensurvey met bedoeling klantentevredenheid en kwaliteit van dienstverlening BELNET te evalueren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project omvat het opzetten, analyseren en rapporteren van een web-enquête ivm klantentevredenheid over de dienstverlening van Belnet. Het onderzoek wordt gevoerd door studenten onder begeleiding van de promotor. Na een kwalitatieve pilotstudy aan de hand van een 6-tal diepte-interviews en een eerste versie van een klantenenquête opgesteld door de opdrachtgever wordt een enquete opgesteld die via het Internet zal worden aangeboden.
Doel van de enquête is om toekomstig beleid en klantenservice van Belnet te ondersteunen. Organisaties: • Arbeids- en Organisatiepsychologie
Onderzoekers: • PETER THEUNS
Data-analyse in het kader van de ontwikkeling van een schoudermodel en analyse van de biomechanica van het sternoclaviculair gewricht. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds BVOT. UA levert aan BVOT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Toon Huysmans
Data analyse in Hyperspectrale Remote Sensing Universiteit Antwerpen Abstract: Data analyse in Hyperspectrale Remote Sensing Organisaties: • VISIE (NATUURKUNDE) • Visielab
Onderzoekers: • Paul Scheunders
Data analyse van de studie "Psychosexual development of patients with disorders of sex development (DSD)" Universiteit Gent Abstract: Aangeboren aandoeningen van de geslachtsontwikkeling brengen een verscheidenheid aan medische (inclusief chirurgische) en psychosociale uitdagingen met zich mee. Het langetermijn psychoseksueel functioneren en de levenskwaliteit van volwassen patiënten wordt onderzocht en een analyse van het klinisch beleid en alternatieve strategieën wordt uitgevoerd om het psychoseksueel en -sociaal comfort van deze patiënten te vergroten. Organisaties: • Vakgroep Uro-gynaecologie
Onderzoekers: • Martine Cools
Data-analyse van relaties tussen scheepstrafiek, windcondities, golven en erosie in intertidale ecosystemen in het Schelde-estuarium. Universiteit Antwerpen Abstract: Uit analyse van reeds beschikbare data ivm golfhoogten in intertidale ecosystemen langs het Schelde-estuarium (Rilland, NL) worden golfkenmerken van antropogene scheepsgolven versus natuurlijke windgolven bepaald. De gemeten golfhoogtes worden in verband gebracht met scheepskenmerken en met windsnelheid en –richting, en met de stromingen die ze veroorzaken. De stroomsnelheden worden gerelateerd aan optredende erosie, om uiteindelijk de invloed van antropogene scheepstrafiek versus natuurlijke processen op erosie te bepalen. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Stijn Temmerman
Data backup schedulering: een wachtrij-theoretische aanpak. Universiteit Gent Abstract: Tegenwoordig zijn we getuige van een ongeziene groei van data die geproduceerd en opgeslagen wordt. Om verlies van data te vermijden moeten regelmatig backups uitgevoerd worden. Vanwege de enorme hoeveelheid data en het grote aantal gebruikers zijn efficiënte backup scheduling mechanismen cruciaal voor grote bedrijven en in de cloud. We ontwikkelen en evalueren backup scheduling mechanismen via een wachtlijntheoretische aanpak. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Herwig Bruneel
Databank 'Klachten en gender' Universiteit Gent Abstract: Het project beoogt de ontwikkeling van een databank voor het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen mannen. Deze databank heeft tot doel de behandeling van klachten en de rapportering ervan aan de onverheden, te ondersteunen. De databank wordt opgebouwd in beide landstalen en moet een hulpmiddel zijn voor de registratie, conservatie en verwerking van klachten rond directe of indirecte discriminatie op basis van het geslacht -hierbij inbegrepen transseksualiteit-, pesterijen (als die verband houden met het geslacht van het slachtoffer) en ongewenst seksueel gedrag, welke onder de bevoegdheid van het instituut vallen. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Maryse Demoor • Guy De Tré
Databank eighteenth century collections online (ECCO) Universiteit Gent Abstract: ECCO is een door Thomson Learning - Gale geproduceerde databank, waarin de volledige tekst van zowat 150.000 Engels- en anderstalige boeken, uitgegeven in het Verenigd Koninkrijk en Amerika tussen 1701 en 1800, opgenomen is, een totaal van ongeveer 33 miljoen pagina's. ECCO is een van de meest uitgebreide documentverzamelingen die ooit op microfilm of in elektronische vorm werden
geproduceerd. Organisaties: • Vakgroep Engels
Onderzoekers: • Jean Pierre Vander Motten • Francis Maes • René Vermeir
Databanken & software voor empirisch onderzoek in financiële economie, accounting, en financiering Universiteit Gent Abstract: De vereiste databanken en software zullen verschillende (empirische) onderzoeksstromen binnen financiële economie, accounting, en bedrijfsfinanciering ondersteunen. Organisaties: • Vakgroep Accountancy en Bedrijfsfinanciering
Onderzoekers: • Rudi Vander Vennet • Sophie Manigart • Ignace De Beelde • Heidi Vander Bauwhede
Databank Ondergrond Vlaanderen Universiteit Gent Abstract: Invullen van de stratigrafische interpretatie van geotechnische gegevens in de geologische databank van de Vlaamse Gemeenschap (Databank Ondergrond Vlaanderen ? DOV) Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Patric Jacobs
Databank ondergrond Vlaanderen 2013 Universiteit Gent Abstract: Databank ondergrond Vlaanderen 2013 Vastleggen van de formele stratigrafie in boringen en sonderingen met opmaak van regionale kaarten voor een aantal typegebieden op basis van de geologie en de geotechnische karakteristieken Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Veerle Cnudde
Databank Ondergrond Vlaanderen ? DOV Universiteit Gent Abstract: Databank Ondergrond Vlaanderen (DOV)-Vastleggen van de formele stratigrafie in boringen en sonderingen met opmaak van regionale kaarten voor een aantal typegebieden op basis van de geologie en de geotechnische karakteristieken. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Veerle Cnudde
Databank Ondergrond Vlaanderen ? DOV Universiteit Gent Abstract: Databank Ondergrond Vlaanderen (DOV)-Vastleggen van de formele stratigrafie in boringen en sonderingen met opmaak van regionale kaarten voor een aantal typegebieden op basis van de geologie en de geotechnische karakteristieken Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Patric Jacobs
Databankondersteuning voor het berekenen van graafsimilariteit in biologische netwerken. Universiteit Hasselt Abstract: Bioinformaticaonderzoek is geëvolueerd van het genoom naar het proteoom (van genen naar proteïnen) en meer recentelijk ook naar het interactoom (interactie tussen proteïnen). Proteïnen zijn essentiële onderdelen van organismes en verrichten belangrijke taken in elk proces binnen een cel. Interacties tussen deze proteïnen kunnen we modelleren als een graaf of een netwerk. Andere voorbeelden van biologische netwerken zijn pathways die vanuit het standpunt van de theoretische informatica kunnen beschouwd worden als automaten verantwoordelijk voor specifieke metabolische processen. Meer en meer biologische netwerken worden verzameld in online databanken (bijvoorbeeld DIP, KEGG, WikiPathways en BioCyc). De zoekmogelijkheden in deze databanken zijn echter beperkt tot het zoeken op sleutelwoorden in metadata-velden of het opzoeken van lineaire netwerken. In het bijzonder is er geen enkele functionaliteit voorzien voor het zoeken naar netwerken gelijkaardig aan een gegeven netwerk. De belangrijkste reden voor deze beperkingen is dat de onderzochte similariteitsmaten voor biologische netwerken niet schalen naar grote verzamelingen. In de wetenschappelijke literatuur zijn bijna uitsluitend similariteitsmaten in termen van graafalignering onderzocht, wat een topologiebewarende similariteitsmaat is gebaseerd op homeomorfismen. Homeomorfismen zijn topologiebewarend in de zin dat toevoegingen en verwijderingen van knopen enkel langs paden toegelaten zijn. Er worden in de literatuur twee types van graafalignering bestudeerd. Lokale alignering zoekt naar voorkomens met een hoge similariteit van een gegeven kleine graaf in een gegeven grote graaf terwijl globale alignering, zoals de naam al doet vermoeden, de globale similariteit tussen twee grafen berekent. Aangezien beide problemen NP-hard zijn heeft men zich voor lokale alignering vooral toegespitst op het vinden van klassen grafen waarvoor alignering in polynomiale tijd kan en op probabilistische algoritmen die niet noodzakelijk altijd het optimale resultaat geven. Onderzoek naar globale graafalignering is nog jong en meestal beperkt tot het uitbreiden van lokale aligneringen. In dit onderzoeksproject willen we een ruimere klasse van similariteitsmaten onderzoeken dan enkel deze gebaseerd op graafalignering, en deze classificeren volgens precisie (biologische relevantie) en schaalbaarheid naar grote verzamelingen van netwerken.
Organisaties: • Databases en Theoretische Informatica
Onderzoekers: • Dries VAN DYCK • Frank NEVEN
Databank Statistische Informatie inzake Sociale Inclusie. Universiteit Antwerpen Abstract: Databank Statistische Informatie inzake Sociale Inclusie. Organisaties: • CENTRUM VOOR SOCIAAL BELEID • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Bea Cantillon
Databank van veertiende-eeuwse niet-lineaire Nederlandse teksten. Opbouw en linguïstisch onderzoek. Universiteit Antwerpen Abstract: Databank van veertiende-eeuwse niet-lineaire Nederlandse teksten. Opbouw en linguïstisch onderzoek. Organisaties: • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Etienne Gillis • Georges C De Schutter
database-analyse Davidsfonds Universiteit Gent Abstract: Analyse van de leden van Davidsfonds Dit houdt volgende stappen in: 1. een initiële studie van de datastructuur. Dit moet o.a. leiden tot inzicht in de sterkten en zwakten van uw huidige database. 2. analyse van uw ledenbasis (survival analyse van leden) met een initieel inzicht in welke predictoren belangrijk kunnen zijn in een model voor klantenverloop (customer churn). 3. initiële inzichten in de verschillende producten.diensten die worden aangekocht (of waaraan wordt deelgenomen door de leden). 4. predictieve analyse van klantenverloop 5. Rapportering over elementen 1-4: zowel schriftelijk als in presentatie Organisaties: • Vakgroep Marketing
Onderzoekers: • Dirk Van den Poel
Data-based mechanistic modelling of synaptic plasticity in the hippocampus KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling M3-BIORES
Onderzoekers: • Jean-Marie Aerts • Detlef Balschun • Tim Tambuyzer
Database ondersteuning voor interactieve data mining. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project heeft als doel de mogelijkheden voor een overkoepelend systeem voor data mining, een zogenaamde data mining database, te onderzoeken. Het ontwerp van een database systeem voor data mining brengt vele fundamentele vragen met zich mee. Hoe representeren we de data? Op welke manier integreren we de verschillende algoritmes in een bevragingstaal? Hoe kunnen we de bevragingen optimaliseren? Een theoretische en fundamentele benadering van deze vragen staat in dit project centraal. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Toon Calders • Jan Paredaens
Databases in beeld Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Rathenau Instituut' hebben voor het project ' Databases in beeld' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Recht Wetenschap Technologie en Samenleving • Metajuridica
Onderzoekers: • Niels VAN DIJK • SERGE GUTWIRTH • Mireille HILDEBRANDT
Database Summarizatie Universiteit Antwerpen Abstract: In dit onderzoek beogen we de ontwikkeling van verschillende technieken om databanken samen te vatten, gebruik makende van de patronen die in de databank voorkomen. Aan de hand van state of the art data mining technieken trachten we kleine verzamelingen patronen te
vinden die de data zo goed mogelijk karakteriseert. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Bart Goethals • Michael Mampaey
Database summerisatie. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit onderzoek beogen we de ontwikkeling van verschillende technieken om databanken samen te vatten, gebruik makende van de patronen die in de databank voorkomen. Aan de hand van state of the art data mining technieken trachten we kleine verzamelingen patronen te vinden die de data zo goed mogelijk karakteriseert. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Jan Paredaens • Michael Mampaey
Databases voor onderzoek op "financial constraints" Universiteit Gent Abstract: De aangevraagde infrastructuur is de verwerving van toegangsrechten tot een aantal databases die fundamentele gegevens bevatten voor onderzoek in de vakgebieden financiële economie, bedrijfsfinanciering en accounting. Organisaties: • Vakgroep Financiële economie
Onderzoekers: • Paul Van Cauwenberge • Rudi Vander Vennet • Koen Schoors
Databasing the brain - Workshop. (DB workshop) Universiteit Antwerpen Abstract: Databasing the brain - Workshop. (DB workshop) Organisaties: • Theoretische neurobiologie en neuroengineering
Onderzoekers: • Erik De Schutter
Datacenter ontwerp en implementatie aan UCLV als ICT- hub voor Cubaanse universiteiten Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Directie Onderzoeksaangelegendheden
Onderzoekers: • Rudy Gevaert • Dieter Roefs
data communication through polymer waveguides KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Patrick Reynaert • Alexander Standaert
Data-driven constraint solving. KU Leuven Abstract: Een algemene maar zeer effectieve manier om Constraint Satisfaction Problems (CSPs) op te lossen is om gebruik te maken van constraint solving technieken. In constraint solving modelleert een expert een probleem door beperkingen (`constraints') te formuleren, waarna een generieke `solver' de oplossingen vindt die aan deze beperkingen voldoen. Hoewel er vaakveel probleem-specifieke data beschikbaar is over het probleem, wordt deze veelal genegeerd bij het oplossen van CSPs. Bestaande methoden zijn dus expert-gedreven, en niet gemaakt om slim om te gaan met historische data.Ons doel is om een data-gedreven aanpak van constraint solving te onderzoeken. In deze aanpak wordt de data geïntegreerd in het constraint solving proces. Het resultaat is een dynamische aanpak die steeds goede oplossingen kan vinden, ook in veranderende omgevingen. Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Luc De Raedt • Tias Guns
Data driven modelling. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Data driven modelling. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • JOANNES SCHOUKENS
Data Driven Structured Modelling of Nonlinear Dynamic Systems (SNLSID)
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Today's state-of-the art methods for system and control design are model based. The ever increasing demand for higher performance and efficiency pushes the systems in a nonlinear operation mode so that nonlinear models are required for their design and control. The model quality and the model building cost are becoming limiting factors for further technological developments. To close the gap between the designers and the modellers we propose a fundamentally new approach to deliver highly structured nonlinear models meeting the designer's needs. From a theoretical point of view, the major contribution is the development of a new nonlinear structured modelling framework. From a practical point of view, the new nonlinear modelling paradigm will become an enabling technology to further push the performance and efficiency of system and control design. We follow a multiple approach to identify structured nonlinear models: 1)A bottom up approach that identifies complex block oriented models, including parallel and feedback structures starting from the best linear approximation of the nonlinear system. These models are highly structured from the start. 2) A top down approach in which we develop data driven structure revealing methods starting from initial unstructured nonlinear state space models. 3)An new dedicated experiment design strategy will be developed to retrieve the "best" models with the least experimental cost. Solving these problems is far beyond the actual abilities of the system identification community. However, our long standing recognized experience in frequency domain system identification in the presence of nonlinear distortions, and recent work by the PI and his co-workers guarantee the feasibility of the project. Structured nonlinear model building has applications in traditional industrial and emerging new high technological applications coming, amongst others, from the mechanical, electrical, electronic, telecommunication, and automotive field. Also biomechanical and biomedical applications can take full advantage of this new modelling strategy. Highly structured nonlinear models provide designers with (intuitive) insight that can guide them towards better solutions for tomorrow's products. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • JOANNES SCHOUKENS
Dataflow-inspired Parallel and Distributed Computing:Practical Techniques and Real-World Use Cases (Dataflowgeïnspireerd parallel en gedistribueerd computergebruik: Praktische technieken en realistische gevallenstudies) KU Leuven Abstract: Als gevolg van de komst van multi-processor system-on-chip (MPSoC) is parallel en gedistribueerd rekenen uitgegroeid tot één van de meest actieve gebieden voor onderzoek in computerwetenschappen. De belangrijkste uitdagingen in parallel en gedistribueerd rekenen zijn het ontwikkelen van parallelle programmeermodellen en de implementatie, planning,geheugenbeheer en synchronizatie ervan. Een veelbelovende techniek om deze problemen aan te pakken zijn dataflow geïnspireerde modellerings- enuitvoer technieken. Hoewel veelbelovend zijn er evenwel nog uitdagingen voor de praktische toepassing van dataflow programmering zoals (1) het niet beschikbaar zijn van herbruikbare bibliotheken, (2) debeperkingen in het uitdrukken van dynamische data-afhankelijkheden, (3)matige middleware ondersteuning, en (4) niet voldoende modellen die aangepast zijn aan de specifieke context van parallel en gedistribueerd rekenen. Dit proefschrift laat zien hoe dataflow-gebaseerde technieken het programmeren en uitv Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Yolande Berbers • Roel Wuyts • Zubair Wadood Bhatti
Datafusie en gestructureerd input- en output- machinaal leren technieken voor geautomatiseerde klinische codering. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IWT. UA levert aan IWT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Walter Daelemans • Leon Luyten • Tim Van den Bulcke • Elyne Scheurwegs
Datafusie van multi-modale informatie via geavanceerde signaalverwerking, segmentatie en registratietechnieken Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt de synthese van eendimensionale signaalinformatie en tweedimensionale beeldinformatie nagestreefd in een raamwerk waarin zowel kenmerkclassificatie, beeldsegmentatie en beeldregistratie worden geïntegreerd. Als inputsignalen worden verschillende medische modaliteiten gebruikt: electro-encephalograms, magnetische resonantie beeldvolumes en echografiebeelden van premature baby's. Het uiteindelijke doel van dit project is een theoretisch kader te ontwikkelen waarin de relevante beeld- en signaalinformatie op een hoog niveau gecombineerd kunnen worden in functie van hun diagnostische waarde. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Wilfried Philips
Datafusie voor beeldanalyse in aardobservatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Paul Scheunders
Data-gestuurde modellering van de impact van vervroegde, grootschalige HIV behandeling in Zuid-Afrika Universiteit Gent Abstract: Het project beoogt bij te dragen tot de preventie van HIV in Zuid-Afrika via HIV behandeling. De belangrijkste doelstellingen omvatten: karakterisatie van leeftijdsverschillen tussen partners en overlappende relaties; ontwikkeling van een epidemiologisch model om de relatiedynamieken en de impact van vervroegde, grootschalige behandeling op HIV incidentie te simuleren; opleiding van Master?s en doctoraatsstudenten, en de introductie van een cursus biostatistiek. Organisaties: • Vakgroep Uro-gynaecologie
Onderzoekers: • Wim Delva
Data-gestuurde modellering van de impact van vervroegde, grootschalige HIV behandeling voor de incidentie van HIV in Zuidelijk Afrika Universiteit Gent Abstract: Dit project hanteert zowel statistische als wiskundige modellen om HIV transmissie en interventies ter behandeling van HIV te modelleren in complexe seksuele netwerken. Het betreft een samenwerking tussen onderzoekers van ICRH en de onderzoeksgroep Statistiek aan de vakgroep Toegepaste Wiskunde en Computerwetenschappen, beide aan de Universiteit Gent, Censtat aan de Universiteit Hasselt, en SACEMA aan de Universiteit van Stellenbosch. Organisaties: • Vakgroep Uro-gynaecologie
Onderzoekers: • Marleen Temmerman
Data infrastructure for the study of guilds and other forms of corporate collective action in pre-industrial times. Universiteit Antwerpen Abstract: Het aanvullen en uitbreiden van de dataset over de gilden in de Zuidelijke Nederlanden. Dit bestaat uit het aanvullen van de reeds bestaande gegevens met bijkomende gegevens, dat wil zeggen uit het toevoegen van een aantal variabelen per gilde, die gekozen worden op basis van onderling overleg. Organisaties: • Centrum voor stadsgeschiedenis
Onderzoekers: • Bert De Munck
Data infrastructure for the study of guilds and other forms of corporate collective action in pre-industrial times. Universiteit Antwerpen Abstract: Het aanvullen en uitbreiden van de dataset over de gilden in de Zuidelijke Nederlanden. Dit bestaat uit het aanvullen van de reeds bestaande gegevens met bijkomende gegevens, dat wil zeggen uit het toevoegen van een aantal variabelen per gilde, die gekozen worden op basis van onderling overleg. Organisaties: • Centrum voor stadsgeschiedenis
Onderzoekers: • Peter Stabel
Data mining and soft logic Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit onderzoek handelt over de toepassing van evolutionaire berekeningen en vage technieken voor gegevens exploitatie. Het doel hiervan is het zichtbaar maken van informatie die verborgen zit in bestaande grote, verdeelde en incompatibele databanken. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • Bernard MANDERICK • ANN NOWE
Datamining voor het detecteren van fiscale fraude. Universiteit Antwerpen Abstract: Binnen een context van globalisering van de economie en steeds veranderende financiële structuren, is fraude een groot financieel probleem voor overheden. Er is een groeiende interesse in geautomatiseerde data mining systemen die fraude-patronen zoeken in data. In dit multidisciplinair project zullen we data mining technieken ontwerpen, toepassen en valideren, om zo accuraat te voorspellen welke entiteiten (bedrijven of personen) waarschijnlijke fraudeurs zijn, door rekening te houden met concepten zoals verschillende data types, privacy, intuiïtie en begrijpbaarheid van de voorspellingen. Dit voorstel zal gebruik maken van bestaande contacten bij de federale overheid, en zal de formele start zijn van een nieuw onderzoeksthema binnen de Antwerp Tax Academy. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Bruno Peeters • David Martens • Jellis Vanhoeyveld
Data mining voor privacy in sociale netwerken. KU Leuven Abstract: Online sociale netwerken en het uitwisselen van informatie zijn een onderdeel geworden van het dagelijkse leven, wat resulteert in een groot aantal mensen die de meest intieme details van hun privéleven delen op social networking sites zoals Facebook, Netlog of Twitter. Hoewel het onderzoek over Social Network Analysis en privacy aangzienlijk gegroeid is inde afgelopen jaren, blijven veel fundamentele computationele vragen onbeantwoord. Specifiek: sociale netwerken worden over het algemeen gemodelleerd als grafen waarvan de knopen personen voorstellen en de zijden "vriendschapsrelaties" vertegenwoordigen. Privacy wordt verondersteld te worden gerespecteerd wanneer bepaalde informatie niet toegankelijk is of indien die kan worden overgedragen tussen knopen zonder verder onthuld teworden. Dit eenvoudige model voldoet echter niet, zowel conceptueel alsalgoritmisch, aangezien het geen gebruik maakt van de onderlinge afhankelijkheden tussen individuen als een kernelement van het Social Web,
Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Bart Preneel • Bettina Berendt
Data mining voor privacy in sociale netwerken. Universiteit Antwerpen Abstract: Online sociale netwerken en het uitwisselen van informatie zijn een onderdeel geworden van het dagelijkse leven, wat resulteert in een groot aantal mensen die de meest intieme details van hun privéleven delen op social networking sites zoals Facebook, Netlog of Twitter. Hoewel het onderzoek over Social Network Analysis en privacy aanzienlijk gegroeid is in de afgelopen jaren, blijven veel fundamentele computationele vragen onbeantwoord. Specifiek: Sociale netwerken worden over het algemeen gemodelleerd als grafen waarvan de knopen natuurlijke personen voorstellen, en waarvan de zijden "vriendschap" links vertegenwoordigen. Privacy wordt verondersteld te worden gerespecteerd wanneer bepaalde informatie niet toegankelijk is of indien die kan worden overgedragen tussen knopen zonder verder onthuld te worden. Dit eenvoudige model voldoet echter niet, zowel conceptueel als algoritmisch, het houdt geen rekening met de onderlinge afhankelijkheden tussen individuen als een kernelement van het Social Web, en houdt geen rekening met informatie van derden. Dit project beoogt deze lacune te vullen. We bestuderen: (1) privacy design types, (2) lokaal-globaal dynamiek; (3) intelligente micro-identity management, en (4) privacy voor groepen. We zullen de ontwikkeling van nieuwe technieken voor (i) verkeersanalyse om social-network-gebaseerde interacties en gebruikersgedrag te analyseren; (ii) metrieken om lekken van prive-informatie te meten; (iii) pattern mining om realistische resultaten te identificeren op basis van simulatiemodellen gevalideerd in het toepassingsgebied van web-gebaseerde sociale netwerken. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Bart Goethals
Datamodellen voor grootschalige topografische karteringen: van 2 naar 3 dimensies KU Leuven Abstract: GRB verwijst naar een Grootschalige Topografische ReferentiedataBank die het Vlaamse gewest in België dekt. Het GRB is beperkt tot twee geometrische dimensies. Het GRB datamodel is ontwikkeld geweest bij de aanvang van de grootschalige kartering en werd aangepast gedurende de looptijd van het project. Het datamodel is in zekere mate vernaculair, zonder expliciete verwijzing naar gelijkaardige projecten noch naar internationaal geaccepteerde standaard datamodellen. Hoewel het GRB een volwaardig antwoord biedt aan de behoeften in Vlaanderen, mist het interoperabiliteit met gelijkaardige databanken, in de omringende gewesten en landen.In deze studie wordt de OGC CityGML standard naar voor geschoven als een geschikt ruimtelijk datamodel voor beide problemen, namelijk de afwezigheid van de derde dimensie,en het gemis aan interoperabiliteit. CityGML is een internationaal aanvaarde standaard voor het modelleren van stedelijke omgevingen. In tegenstelling met het GRB, voorziet CityGML wel de d Organisaties: • Afdeling Bos, Natuur en Landschap
Onderzoekers: • Koenraad Van Balen • Jos Van Orshoven • Ine De Cubber
Data over Plastics. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Greet Bilsen • Bart Nauwelaers • Peter Van Puyvelde • Patrick Reynaert • Michael Wübbenhorst
Data privacy and security in mobile environments KU Leuven Abstract: There is undoubtedly an increasing trend towards mobile communications and mobile applications. So it is to be expected that mobile devices will become the main guardians and managers of our multiple electronic identities for a broad range of applications and services which include payments, e-health, e-government, etc. The mobile companion will become the natural user interface in a ubiquitous computing environment, through which users will access services and perform their daily transactions. Most communication will occur wirelessly and other parties can be malicious. The companion should protect the interests of all the stakeholders: (1) the user who, wants to protect his privacy and prevent identity fraud or theft, but who also wants to be able to use his rights to access -preferably highly customized- services; (2) the service provider,
who needs to verify the user's rights to access services and who should be able to get access to profiling information in order to cu Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Bart De Decker • Vincent Naessens • Faysal Boukayoua
Data reductie gebaseerd op vaagruwverzamelingen Universiteit Gent Abstract: Aangezien datasets groter en groter worden is er meer nood aan datareductie technieken. Dit project werkt zowel op attribuutselectie, waarbij enkel relevante attributen worden geselecteerd, als op instantieselectie, waarbij irrelevante instanties of instanties met ruis worden verwijderd. In het bijzonder werken we op datareductie aan de hand van vaagruwverzamelingen, datareductie voor ongebalanceerde datasets en op robuuste datareductie technieken. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers: • Hans De Meyer
Dataregistratie- en evaluatiesysteem Mondgezondheid Belgische Bevolking Universiteit Gent Abstract: Haalbaarheidsstudie als piloot voor een continu dataregistratieproject naar de mondgezondheid van de Belgische bevolking voor verschillende leeftijdsgroepen. Deze haalbaarheidsstudie gebeurt in samenwerking met het Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid (WIV) en het Nationaal Instituut voor Statistiek (NIS) ten einde de bekomen gegevens te integreren in de data van de gezondheidsenquête 2008 en volgende. Hiervoor wordt een dataregistratie, koppeling en analysesysteem ontwikkeld met betrekking tot de mondgezondheid van de Belgische bevolking, gerelateerd aan de algemene gezondheid. De gegevens worden verzameld door middel van een enquête en klinisch onderzoek. Duur: 16 maanden. Organisaties: • Vakgroep Tandheelkunde
Onderzoekers: • Bruno Vanobbergen
Dataregistratie- en Evaluatiesysteem Mondgezondheid Belgische bevolking 2012-2014 Universiteit Gent Abstract: In 2008-2010 werd voor het eerst, in samenwerking met het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, een onderzoek verricht naar de mondgezondheid en determinanten van mondgezondheid van de Belgische bevolking. In de vervolgfase zal het onderzoek bestaan uit de voltooiing van de voorbereiding, de eigenlijke dataverzameling, de analyse en rapportering van het project ?Dataregistratie- en Evaluatiesysteem Mondgezondheid Belgische Bevolking 2012-2014?. Organisaties: • Vakgroep Tandheelkunde
Onderzoekers: • Jacques Vanobbergen
Data representativiteit: problemen en oplossingen Universiteit Hasselt Abstract: De kwaliteit van de gegevensbestanden, door EFSA gebruikt in het kader van risico evaluaties, en in het bijzonder de gegevens van het pesticide monitoring programma, zal geëvalueerd worden naar representativiteit en geschiktheid. De beoordeling omvat een kritische evaluatie van (1) de kwaliteit van de gegevensbestanden , (2) de impact van de steekproefneming, de steekproefgrootte en populatie kenmerken die foutief of niet in rekening gebracht werden bij het statistische verwerken van de resultaten en besluitvorming, (3) statistische technieken die toelaten om vertekening (bias) in de resultaten te verminderen. Organisaties: • Centrum voor Statistiek • Centrum voor Statistiek
Onderzoekers: • Geert MOLENBERGHS • Cristina SOTTO • Wim VAN DER ELST
Data science KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - STADIUS
Onderzoekers: • Bart De Moor • Oliver Lauwers
DATA SIM: Data Science voor het simuleren van het tijdperk van de elektronische voertuigen Universiteit Hasselt Abstract: DATASIM is gericht op het verstrekken van een volledig nieuwe en zeer gedetailleerde spatio-temporerle microsimulatie methodologie die is gebaseerd op de enorme hoeveelheden grote data van verschillende soorten en uit verschillende bronnen, met als doel om de gedetailleerde landelijke gevolgen van een massale omschakeling naar EV aan te pakken, gezien het vervlochten karakter van mobiliteit en elektriciteitsdistributienetwerken. Terwijl de toenemende beschikbaarheid van grote data over menselijke activiteiten radicaal nieuwe manieren aanbiedt om het sociale en ecologische universum te begrijpen, is het onze ambitie om binnen dit project deze informatie aan te vullen met gedragsmatige rijke data om de algemene kennis te vergroten. In termen van onderlinge afhankelijkheid, maakt de geavanceerde geïntegreerde methodologische omgeving die we voorstellen het mogelijk om meer realistische en consistente verbanden te leggen tussen verplaatsingskeuzes die gemaakt worden door individuen in de loop van een dag dan conventionele modellen, gegeven het doel om miljoenen individuele agents te simuleren, elk met hun gedetailleerde
voorspelling van ieder activiteit-verplaatsingsschema, verschillende types van activiteiten, duratie van de verplaatsing en verplaatsingsreeksen. Belangrijke doorbraken kunnen verkregen worden uit het project die leiden tot nieuwe dimensies van gebruik, die elk dicht aanleunen bij de mijlpalen die werden uitgezet in de 'European Industry Roadmap for Electrification of Road Transport from today till 2020'. Tenslotte hebben vele wetenschappers al gewezen op het feit dat het niet alleen het doel is van sociale wetenschappen om te begrijpen hoe mensen zich gedragen in grote groepen, maar om ook te begrijpen wat individuen motiveert om zich zo te gedragen. Dit fundamentele inzicht dat kan verkregen worden via dit project, is een stap in de richting van de oplossing van de belangrijke uitdaging waar we voor staan in onze samenleving, en het kan ons helpen op de langere termijn om een impact te hebben op het totale en bredere maatschappelijk welzijn. Organisaties: • Verplaatsingsgedrag • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Davy JANSSENS • Luc KNAPEN
Dataverwerking algemeen diversiteitsbeleid en aanmoedigingsfonds. KU Leuven Abstract: Aanmoedigingsfonds m.b.t. dataverwerking in het kader van het algemeen diversiteitsbeleid van de K.U.Leuven en in het kader van het Aanmoedigingsfonds. Organisaties: • Afd. Toeg. Mechanica & Energieconversie
Onderzoekers: • Martine Baelmans
Dataverzameling Sharelife (Golf 3 Share-Vlaanderen). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project omvat de data-verzameling van Share-life (Golf 3). Zie http://www.share-project.org/ voor meer informatie Organisaties: • Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)
Onderzoekers: • Dimitry Mortelmans
Datering met Chitinozoa en paleogeografische affiniteit van Paleozoïsche terranes in Roemenië en vergelijking van de structurele geologie in het NW en het ZO van de Trans-Europese Sutuurzone (TESZ). (project nummer BIL 01/34 20022003-2004) Universiteit Gent Abstract: De Trans-Europese Sutuurzone is de belangrijkste grens in de aardkorst van Europa. Over drie kleine microcontinenten in Roemenië gelegen in de TESZ is de ouderdom en paleogeografie weinig bekend. Chitinozoa-onderzoek moet dit helpen oplossen. Een structureelgeologische studie zal de vervorming in de Anglo-Brabantse vervormingsgordel (België) vergelijken met deze in Noord-Dobrogea (Roemenië). Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Jacques Verniers
Datering van het Roemeens deel van de Europese loess belt met luminescentiesignalen van veldspaat Universiteit Gent Abstract: De doelstelling van het project is een accurate en precieze chronologie op te stellen voor de meeste belangrijke loess-palaeosol sequenties in Roemenië. Hiertoe worden de moderne en innovatieve luminescentiedateringsmethoden ontwikkeld en toegepast op veldspaat. De resultaten dragen bij tot een verbeterd inzicht in het belang van atmosferische stof, niet alleen als erchief maar ook als potentiële agens van klimaatwijzigingen. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Peter Van den haute
"Dat is mijn lichaam, dat voor u gebroken wordt". Vroegmoderne sacralisatie van de literatuur, de casus van Vondels 'Altaergeheimenissen' en Huygens' 'Avondmaalsgedichten' Universiteit Gent Abstract: Dit project is gericht op een analyse van de aanwezigheid van concepten van het sacrale in de vroegmoderne poetica in relatie tot de ontwikkelende autonomisering van het literaire systeem. Die analyse zal gevoerd worden aan de hand van Joost van den Vondels Altaergeheimenissen en Constantijn Huygens? Avondmaalsgedichten. Organisaties: • Vakgroep Frans
Onderzoekers: • Jurgen Pieters
Dat smaakt naar thuis. Voeding, identiteit, plaats en herinnering in Europa vanuit een historisch perspectief (19e en 20e eeuw) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Exploratie van het concept 'thuis' in relatie tot eetcultuur Organisaties: • Geschiedenis • Politieke Wetenschappen
Onderzoekers: • PETER SCHOLLIERS • PATRICIA VAN DEN EECKHOUT
David Mamet in Vlaanderen: een opvoeringsgeschiedenis die tegelijkertijd bijna 25 jaar theaterpraktijk in Vlaanderen weerspiegelt.
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoeksproject in samenwerking met Rits omtrent het werk van David Mamet in Vlaanderen. Organisaties: • Germaanse Talen
Onderzoekers: • RONALD GEERTS
DBOF/12/014 Jeremy Law. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Gezins- en Orthopedagogiek
Onderzoekers: • Pol Ghesquière • Jeremy Law
DB-QueriDO: onderzoek naar het gebruik van database-technieken bij het opslaan en opvragen van gedistribueerde Semantic Web data. Universiteit Antwerpen Abstract: De specifieke onderzoeksvragen die het project wil beantwoorden zijn: 1. Hoe kunnen we effeciënte reasoning-ondersteuning bieden bij distributie? 2. Wat si een efficiënte manier om ontologie-gebaseerde data te modulariseren en distribueren? Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Jan Paredaens
DB-QueriDO: onderzoek naar het gebruik van database-technieken bij het opslaan en opvragen van gedistribueerde Semantic Web data. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project bestudeert distributie bij het bevragen van ontologie-gebaseerde data opgeslagen in een gedistribueerde collectie van Semantic Web-systemen. Als de data niet is opgeslagen in een enkele repository maar wordt aangeboden via een netwerk van verbonden repositories, komen we immers een stap dichter bij een echt Web-achtig platform voor het delen van informatie. Uiteraard moeten querying en retrieval van data uit dat netwerk het aspect van distributie in acht nemen zonder de voordelen van de formele basis voor het omgaan met ontologie-gebaseerde informatie te verliezen. De notie van distributie is eerder al bestudeerd in het veld van de relationele databases. Echter, een aantal karakteristieken van Semantic Web query-systemen maken het hergebruik van die resultaten allesbehalve triviaal. Organisaties: • Web en Information System Engineering
Onderzoekers: • OLGA DE TROYER
DB-QueriDO: Onderzoek naar het gebruik van database-technieken bij het opslaan en opvragen van gedistribueerde Semantic Web Data. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Veel nieuwe toepassingen op het web stellen eiden aan het verwerken van grootschalige en zeer diverse databestanden. Van moderne toepassingen voor het delen van foto's en encyclopedische kennis tot toepassingen gericht op het omgaan met bestanden in bijvoorbeeld de biologie. Semantic Web-onderzoek heeft het mogelijk gemaakt om effectief systemen te implementeren waar informatie van verschillende bronnen vrij kan worden gedeeld en gecombineerd. Formele talen als RDF en OWL bieden het conceptuele raamwerk. Speciale RDF opslag- en opvragingssystemen zijn ontwikkeld, bijv. Sesame, Jena. De RDF-querytaal SPARQL, wordt weldra W3C-standaard. In al deze ontwikkelingen is er beperkt aandacht geweest voor efficiënte schaalbare redeneer-strategieën om te kunnen omgaan met grote informatiecollecties in real-time. Goed verklaarbaar door de oorsprong van dit onderzoek heeft het aspect van de distributie minder aandacht gekregen en lag de focus op het automatisch redeneren met de ontologie-gebaseerde data. Echter bij toepassing op het World Wide Web zijn oplossingen noodzakelijk die nadrukkelijk rekening houden met gedistribueerde opslag van de RDF-data. Dit project bestudeert distributie bij het bevragen van ontologie-gebaseerde data opgeslagen in een gedistribueerde collectie van Semantic Web-systemen. Hiertoe wordt onderzocht hoe een combinatie van technieken voor (gedistribueerde) database-querying en ontologie-gebaseerd redeneren ingezet kan worden. Vooral logische inferentie en het semi-gestructureerde karakter van de data stellen relevante problemen. Organisaties: • Web en Information System Engineering
Onderzoekers: • OLGA DE TROYER
DCH. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - PSI
Onderzoekers: • Luc Van Gool
De 16de eeuwse glasmedaillons in het UA patrimonium en daarbuiten: een systematisch onderzoek naar materiaal- en technologiegebruik. Universiteit Antwerpen Abstract: De uitzonderlijke collectie aan glasmedaillons van het Klooster der Grauwzusters (nu Universiteit Antwerpen), daterende uit de 16de eeuw, wordt in de loop van het jaar gerestaureerd. Deze, hoogst waarschijnlijk, samenhangende collectie kunnen we, door afname van glasstalen, vergelijken met glasfragmenten uit de 16de eeuw uit de collecties J. Caen en C. Berserik. Door uitvoering van analyses willen we weten of het medaillonglas een subgroep is binnen de gekende high lime ¿ low alkaligroep door gebruik van o.a. Mn. Eveneens willen we weten of de stukken gemaakt zijn door eenzelfde atelier. Aansluitend vermoeden we dat bij het samenstellen van de analyseresultaten karakteristieken naar voren komen waarvan we nu (nog) niet volledig op de hoogte zijn.
Organisaties: • AXES
Onderzoekers: • Koen Janssens
De 16de-eeuwse stadsplannen van Jacob van Deventer als bronnen voor de middeleeuwse en vroegmoderne stadsgeschiedenis KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Middeleeuwen Leuven
Onderzoekers: • Jelle Haemers • Bram Jasper Vannieuwenhuyze • Colin Dupont
De aanleiding tot de glaciatie van het eind-Ordovicium: de verspreidingspatronen van Chitinozoa en graptolieten werpen een nieuw licht op de mogelijke oorzaken. Universiteit Gent Abstract: Dit project gebruikt de ruimtelijke verspreiding en geochemie van de planktonische Chitinozoa en graptolieten, om de afbuiging van watermassa's gedurende de aanzet van de eind-Ordovicium-glaciatie te reconstrueren en hun klimatologische impact te evalueren. Het biedt een test voor de "ocean gateway" hypothese, die een recent naar voor geschoven oorzaak voor de glaciaties in het Laat Plioceen-Pleistoceen is. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Jacques Verniers
De aanmaak van preciese twee dimensionale optishce vezelarrays door toepassing van diepe lithografie met ionen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De behoefte aan 2D vezelhouders is de grote drijfveer voor het fundamentele onderzoek dat we in dit project zullen uitvoeren. Hierbij beogen we de aanmaak van 3 types vezelhouders voor POF s, MM, SM en PM vezels. In een eerste stap zullen we 2D vezelhouders vervaardigen voor POF s en MM vezels waarbij we enkel cirkulaire gaten uit het materiaal wegetsen. Vervolgens zullen de optische vezels d.m.v. een zelfcentrerende methode in deze vezelhouder worden bevestigd. In een tweede stap worden de aldus bekomen 2D vezelhouders gecombineerd met 2D-microlenzen arrays. Hierbij zullen ondanks de nauwkeurige uitlijningsmethode altijd ongewenste koppelingsverliezen optreden. Dit zal in een derde stap worden opgelost door de vezelarrays en de microlenzen arrays in één monolithisch geheel te integreren, zodat de uitlijningsfouten volledig worden weggewerkt. Ons onderzoek zal zich in een latere fase van het project toespitsen op de aanmaak van deze vezelarrays voor SM en PM optische vezels. De expertise rond optische parallelle dataoverdracht op de VUB in het algemeen en de technologie en de ervaring op het gebied van diepe lithografie met ionen ter constructie van micro-optische componenten in het bijzonder, maken het mogelijk om de aanmaak van zulke vezelhouders te onderzoeken. Dit proces laat ons eveneens toe om vanaf deze optische componenten een master te fabriceren die vervolgens via een spuitgietproces massaproduktie moet mogelijk maken. De doelstellingen die we in dit project in drie grote fazen beogen zijn : * In een eerste fase de bestaande opstelling voor diepe lithografie met ionen en de gebruikte ets- en zwelprocessen kwantiseren en optimaliseren. *
Vervolgens deze geoptimaliseerde processen toepassen voor de aanmaak van de 3 types vezelhouders voor POF's en MM vezels.
* Ten slotte zullen we de hieruit bekomen ervaring aanwenden voor de fabricatie en de karakterisering van 2D precisie vezelhouders voor SM en PM optische vezels. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • HUGO THIENPONT
De aanschaf van gridapparatuur in het kader van de uitbouw van een Vlaams pilot gridinfrastructuur Universiteit Gent Abstract: Uitbouw van gridinfrastructuur binnen Ugent en integratie met BE grid. Opzetten van gridknopen en netwerk. Ondersteuning van gridgebruikers. Opzetten van softwareplatformen. De aanschaf van gridapparatuur in het kader van de uitbouw van een Vlaams pilot gridinfrastructuur. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Piet Demeester
De aansprakelijkheid van aandeelhouders in kapitaalvennootschappen. Onderzoek naar een sanctieregeling voor de miskenning van plichten door een aandeelhouder. Universiteit Antwerpen Abstract: In kapitaalvennootschappen (NV en BVBA) is de aansprakelijkheid van de aandeelhouders of vennoten beperkt tot hun inbreng. Vooral in situaties waar de vennootschap zelf geen verhaal meer biedt, worden pogingen ondernomen om de aandeelhouders toch aan te spreken. Dit heeft tot dus ver geleid tot een aantal rechtsfiguren die met wisselend succes worden toegepast op deelaspecten van het probleem. Dit onderzoek wil peilen naar de mogelijkheid van een coherente benadering van de problematiek van de aansprakelijkheid van aandeelhouders voor hun doen en laten in het kader van een kapitaalvennootschap. Uitgangspunt vormen de gedragsregels of plichten waaraan een aandeelhouder zich moet houden ten opzichte van de vennootschap zelf, zijn mede-aandeelhouders en derden. Binnen elk van deze relaties zullen de grondslagen en de inhoud van de plichten van aandeelhouders onderzocht worden. Deze plichten kunnen dan als maatstaf dienen voor de vaststelling van een fout die door de aandeelhouder begaan werd die tot aansprakelijkheid kan leiden. In dit onderzoek zal gebruik gemaakt worden van de functionele rechtsvergelijking met voornamelijk het Duitse, het Nederlandse, het AngloAmerikaanse en het Franse recht. Organisaties:
• Handels- en economisch recht • Onderneming en recht
Onderzoekers: • Herman Braeckmans
De aansprakelijkheid van lidstaten voor de handelingen van internationale organisaties KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Instituut voor Internationaal Recht
Onderzoekers: • Cedric Ryngaert • Ana Sofia Freitas de Barros
De aanvoer van zaad verzekeren van commercieel belangrijke bivalven in Centraal Vietnam door de larvale kweek te optimaliseren Universiteit Gent Abstract: Het project ondersteunt het onderzoekscentrum Research Institute No. 3 in Nha Trang (Vietnam) in hun ambitie om een operationeel schelpdierbroedhuis op te zetten waar zaad van de otterschelp (Luthraria rhynchaena) en de Portugese oester (Crassostrea angulata) geproduceerd worden. Dit zal enerzijds een expansie van hun onderzoeksmogelijkheden betekenen en anderzijds als voorbeeld dienen voor de boeren die in de sector willen stappen Organisaties: • Vakgroep Dierlijke productie
Onderzoekers: • Peter Bossier
De aard en determinanten van emotioneel herstel in normale en depressieve populaties. KU Leuven Abstract: Emoties zijn dynamische processen die veranderen over de tijd. Een volledig begrip van emoties kan dan ook enkel bereikt worden wanneer hun tijdsgebonden eigenschappen worden bestudeerd. Een dergelijke eigenschap isemotieduur. De studie van emotieduur is niet enkel belangrijk vanuit een theoretisch perspectief maar ook vanuit een klinische invalshoek aangezien vele psychologische aandoeningen gekenmerkt worden door lange emoties (bv. depressie) en aangezien aanhoudende negatieve emoties kunnen leiden tot cardiovasculaire ziektes. Een goed begrip van emotieduur vereisteen scherpe definitie van het einde van een emotie. Dit houdt een groteuitdaging in. Op het eerste zicht kan men zich afvragen wat die uitdaging precies inhoudt aangezien men eenvoudig zou kunnen stellen dat een emotie eindigt wanneer ze niet langer meer ervaren wordt. Echter, iemand kan aangeven een emotie niet langer meer te voelen terwijl andere (bv. biologische) parameters het tegendeel suggereren. Bovendien is het mog Organisaties: • Kwant. Psychologie en Indiv. Verschillen
Onderzoekers: • Iven Van Mechelen • Philippe Verduyn
De aard en evolutie van pre- en postzygotische reproductieve isolatie in pennate diatomeeën Universiteit Gent Abstract: Diatomeeën zijn de meest species-rijke groep van eukaryote micro-algen. Hoe hun obligate seksuele reproductie gelinkt is aan soortvorming is onbekend. Wij zullen gebruik maken van twee pennate species complexen (Seminavis robusta en Eunotia bilunaris) om de genetische architectuur van reproductieve isolatiemechanismen op te helderen. Hiervoor zal ?genotyping by sequencing? (GBS) gecombineerd worden met QTL mapping en genoomwijde associatie studies (GWAS). Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Wim Vyverman
De aard van een politieke transitie en de slaagkansen van "traditional justice". Case-studies rond Rwanda en Burundi. Universiteit Antwerpen Abstract: De aard van een politieke transitie en de slaagkansen van "traditional justice". Case-studies rond Rwanda en Burundi. Organisaties: • Instituut voor Ontwikkelingsbeleid en -beheer - overige • Politieke economie van de Grote Meren Regio
Onderzoekers: • Filip Reyntjens • Koen De Feyter • Luc Reychler
De aard van een politieke transitie en "transitional justice". Gevalstudies rond Rwanda en Burundi. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit projectvoorstel beoogt een zowel fundamenteel-wetenschappelijk als beleidsgericht onderzoek na8r de samenhang tussen de aard van een politieke transitie en "transitional justice", onder meer aan de hand van exhaustieve case-studies rond Rwanda en Burundi. Het projectvoorstel ambieert uitdrukkelijk om, vanuit een gecombineerd juridisch en politiek- wetenschappelijk oogpunt, een toegevoegde waarde te bieden aan de groeiende internationale belangstelling voor deze problematiek (zowel op het vlak van academisch onderzoek als van het beleid) door het onderzoek naar een missing link, met name de impact van de politieke determinanten en karakteristieken van een politieke transitie op de vorm en de haalbaarheid van "transitional justice". Organisaties: • Instituut voor Ontwikkelingsbeleid en -beheer - overige • Politieke economie van de Grote Meren Regio
Onderzoekers: • Filip Reyntjens
De academische Engelse taal: in dienst van het wetenschappelijk onderwijs: organisatie van een systeem met grote capaciteit.
Universiteit Antwerpen Abstract: Het project zal een grondige hervorming tot stand brengen van de huidige taalvorming aan de FCK, om tegemoet te komen aan de nieuwe eisen ten aanzien van de academische taalbeheersing Engels. Er wordt vertrokken van een geavanceerde behoeftenanalyse. Voor de materiaalontwikkeling wordt een beroep gedaan op didactisch materiaal dat beschikbaar is in Kinshasa en aan de Universiteit Antwerpen. Het project streeft naar de vorming van docenten en de introductie van een vormingssyssteem dat veel performanter en intensiever is dan het huidige. Er wordt verwacht dat studenten beheersingsniveaus kunnen halen die toegang geven tot de internationale taaltests en de internationale kwalificaties (uiteraard afgestemd op de specifieke studentengroepen: eerste- en tweedejaars en studenten die een buitenlandse specialisatie nastreven). Een multiplicatoreffect wordt op de lange termijn beoogd, door uitbreiding van het systeem naar andere universiteiten en naar het middelbaar onderwijs.. Organisaties: • Antwerps Centrum voor Pragmatiek (IPrA Research Center)
Onderzoekers: • Jozef Colpaert • Pol Cuvelier
De accuraatheid van de spraakproductie van jonge kinderen: normaal horende kinderen en dove kinderen met een cochleair implantaat. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van het project is de vroege spraakproductie te onderzoeken in twee groepen van kinderen die verschillen in auditieve peceptie, nl. kinderen met normaal gehoor (NH) en dove kinderen met een cochleair implantaat (CI). De kinderen werden longitudinaal gevolgd tussen 6 en 24 maanden (NH), en 24 maanden vanaf de activiatie van hun CI. In dit al volledig verzamelde en getranscribeerde corpus worden de lexicale producties onderzocht op hun accuraatheid, wordt de accuraatheid van de twee groepen vergeleken, en wordt gezocht naar een verklaring voor de verschillen en overeenkomsten in accuraatheid. Ultiem willen wij een beter inzicht verwerven in de rol van de auditieve perceptie in de ontwikkeling van de spraakproductie. Organisaties: • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Etienne Gillis
De actieve plaats : van katalysator tot reactor. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit is een samenwerkingsverband tussen chemici en scheikundige ingenieurs op het gebied van heterogene katalyse. Hierbij wordt getracht de actieve plaats op atomair niveau te verstaan, om van daaruit een katalysator op te bouwen in een reactor in de industrie. Organisaties: • Laboratorium adsorptie en katalyse
Onderzoekers: • Pegie Cool • Etienne Vansant
De actieve plaats : van katalysator tot reactor. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit is een samenwerkingsverband tussen chemici en scheikundige ingenieurs op het gebied van heterogene katalyse. Hierbij wordt getracht de actieve plaats op atomair niveau te verstaan, om van daaruit een katalysator op te bouwen in een reactor in de industrie. Organisaties: • Duurzame energie en luchtzuivering: DUeL
Onderzoekers: • Silvia Lenaerts
De actieve plaats : van katalysator tot reactor. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit is een samenwerkingsverband tussen chemici en scheikundige ingenieurs op het gebied van heterogene katalyse. Hierbij wordt getracht de actieve plaats op atomair niveau te verstaan, om van daaruit een katalysator op te bouwen in een reactor in de industrie. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Gustaaf Van Tendeloo
De actieve plaats: van katalysator tot reactor. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse
Onderzoekers: • Johan Martens
De actieve vrijheid van onderwijs. Een onderzoek naar de betekenis van de actieve onderwijsvrijheid en de doorwerking ervan in het Vlaamse onderwijsbeleid KU Leuven Abstract: In dit onderzoek wordt nagegaan welke rol de overheid en het vrije initiatief hebben in een rechtsorde waarin de actieve vrijheid van onderwijswordt gewaarborgd. Deze actieve onderwijsvrijheid houdt de vrijheid in om scholen op en in te richten en er les te geven in overeenstemming metde eigen levensbeschouwelijke of pedagogische opvattingen. De centrale onderzoeksvraag is tweeledig: hoe moet de actieve vrijheid van onderwijsvandaag worden ingevuld en in welke mate eerbiedigt het Vlaamse onderwijsbeleid de actieve onderwijsvrijheid. Op basis van een rechtshistorischonderzoek, een analyse van de rechtspraak van het Grondwettelijk Hof, de analyse van de adviespraktijk en de rechtspraak van de Raad van State en de verrijkende inzichten uit een rechtsvergelijkende studie van de voor ons meest relevante rechtssystemen (de Franse Gemeenschap, Frankrijk en Nederland) wordt een hedendaagse invulling gegeven aan de actieve vrijheid van onderwijs. Die moderne invulling van de actieve onderwijsvr Organisaties: • Instituut voor Constitutioneel Recht
Onderzoekers: • Stefan Sottiaux • Johan Lievens
De adaptieve rol van antimicrobiële peptiden in het immuunsysteem en de antipredatiemechanismen van amfibieën Vrije Universiteit Brussel Abstract: In 1987 werd aangetoond dat twee peptiden, gevonden in de huidsecretie van de Afrikaanse klauwkikker Xenopus laevis, in staat zijn om een brede waaier aan micro-organismen te doden. Deze peptiden werden prompt beschouwd als veelbelovende leidmoleculen voor de ontwikkeling van een nieuwe klasse antibiotica, waartegen bacteriën zeer onwaarschijnlijk resistentie zouden kunnen evolueren. Sinds deze ontdekking zijn honderden antimicrobiële peptiden (AMPs) gekarakteriseerd in andere amfibiesoorten, waardoor vandaag de dag algemeen wordt aangenomen dat deze dieren een unieke component in hun immuunsysteem hebben, die bescherming biedt tegen huidinfecties. Maar is dit echt waarvoor de AMPs in amfibieën dienen? Dit project omvat een reeks in vitro en in vivo experimenten om bijkomende adaptieve functies van AMPs te onderzoeken in zowel het immuunsysteem als in antipredator verdediging. Enerzijds onderzoeken we of AMPs bijkomende functies vervullen in de immuunrespons naast het direct doden van micro-organismen, zoals de recrutering of de regulatie en educatie van immuuncellen. Anderzijds onderzoeken we of deze peptiden zelf een toxische werking vertonen in model-predatoren (bvb. door cytotoxciteit, of door een inflammatie/allergene reactie te veroorzaken), of het effect van andere toxines kunnen verhogen (bvb. door de opname van deze toxines doorheen epithelia te versnellen). Naast nieuwe inzichten in de toxinologie van amfibieën, levert dit project ook nieuwe onderzoekspistes voor de farmacologische studie van AMPs. Organisaties: • Biologie • Toegepaste Biologische Wetenschappen • Scheikunde • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • BENOIT STIJLEMANS • VICKY CAVELIERS • Kim ROELANTS • Steven BALLET
De afbrokkeling van het publiekrechterlijk karakter van het straf(proces)recht: een goede zaak ? Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is te achterhalen hoe het slachtoffer van een misdrijf op een humane wijze kan bejegend worden zonder afbreuk te doen aan de fundamenten van het strafrechtsysteem. Deze vraag is essentieel nu er duidelijk vastgesteld kan worden dat het publiekrechtelijk karakter van het straf(proces)recht steeds meer afbrokkelt, ten gunste van een ruime betrokkenheid voor het slachtoffer. De genoemde tendens is terug te vinden in alle belangrijke fases van de strafprocedure: van de slachtofferbejegening door de politiediensten, naar de mogelijkheid om als slachtoffer zelf de strafprocedure te starten en zich in de strafprocedure te mengen (Wet Franchimont), tot bij de straftoemeting en de strafuitvoering. Organisaties: • Rechtshandhaving
Onderzoekers: • Joëlle Rozie • Stephanie Verhelst
De affectieve mechanismen onderliggend aan (de relatie tussen) extra-rol gedrag en contraproductief gedrag Vrije Universiteit Brussel Abstract: We propose a theoretical framework that explains (1) the mechanisms that trigger OCB and CWB, and (2) the mechanisms by which OCB and CWB mutually influence each other. Regarding (1), it is theorized that OCB-eliciting demands elicit different emotions, and that depending on the action readiness tendencies that are associated with these emotions, OCB or CWB is triggered. For (2), a similar affective mechanism holds: OCB/CWB in itself gives rise to a specific emotion, and this emotion elicits OCB, CWB, or withdrawal depending on the corresponding action readiness tendencies. Studying the mechanisms underlying and the connections between OCB and CWB implies a shift from the between-subject to the within-subjects level. This will be done by combining lab experiments, day reconstruction studies and experience sampling research. Organisaties: • Experimentele en Toegepaste Psychologie
Onderzoekers: • Joeri HOFMANS
De aggregatiestatus van het p53 eiwit in menselijke tumoren: een nieuwebiomerker? KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Switch Laboratorium
Onderzoekers: • Frederic Rousseau • Joost Schymkowitz • Mirian Saiz Rubio
De agrarische arbeidsorganisatie in het Noordzeegebied, 1650-1850 Universiteit Gent Abstract: Dit project wil een nieuw licht werpen op de oorzaken en gevolgen van de transformaties die zich tijdens de vroegmoderne tijd manifesteerden in de arbeidsverhoudingen en -markt binnen de agrarische sector in het Noordzeegebied. De primaire doelstelling bestaat erin om te bepalen hoe en in welke mate de wisselwerking tussen de economische, agrarische, institutionele en ecologische kenmerken of het zgn. sociaal agro-systeem van het onderzoeksgebied de overgang naar een kapitalistische arbeidsorganisatie hebben gestimuleerd, vertraagd of zelfs geneutraliseerd. Organisaties: • Vakgroep Nieuwe geschiedenis
Onderzoekers: • Erik Thoen • Eric Vanhaute
De alcohol- en drughulpverlening in de provincie Antwerpen: instroom en uitstroom.
Universiteit Antwerpen Abstract: Het drugbeleid van de federale regering benadrukt het belang van meer afstemming en overleg tussen voorzieningen in de alcohol- en drughulpverlening en stimuleert het aangaan van functionele samenwerkingsverbanden. Om dit veranderingsproces te ondersteunen is het evenwel belangrijk om over een aantal objectieve en vergelijkbare gegevens te beschikken die de omvang en de aard van de drugproblematiek in kaart brengen. Op initiatief van het Stedelijk Overleg Drugs Antwerpen (SODA) en het Overlegplatform Geestelijke Gezondheidszorg Provincie Antwerpen (OGGPA) werd daarom een registratie-onderzoek opgezet binnen de alcohol- en drughulpverlening in de provincie Antwerpen. Het onderzoek wordt gefinancierd door de Province Antwerpen en wordt uitgevoerd door de Universiteit Gent (Vakgroep Orthopedagogiek) in samenwerking met het Universitair Wetenschappelijk Instituut voor Drugproblemen (UWID) van de Universiteit Antwerpen. Met dit onderzoek willen we zicht krijgen op het aantal cliënten in de alcohol- en drughulpverlening, hun karakteristieken en de manier waarop ze gebruik maken van de zorg. Het onderzoek bestaat uit drie fasen: de opstart-, de instroom- en de uitstroomfase. Gedurende één week zullen alle cliënten worden geregistreerd die op dat ogenblik in begeleiding of behandeling zijn (opstartfase) bij één van de deelnemende centra (dagcentra, centra geestelijke gezondheidszorg, psychiatrische ziekenhuizen, psychiatrische afdelingen in algemene ziekenhuizen, medisch-sociaal opvangcentrum, crisisinterventiecentrum, centra algemeen welzijnswerk). Gedurende zes maanden zullen alle cliënten worden geregistreerd die in deze centra een vraag stellen naar behandeling (instroomfase). Tijdens de opstart- en de instroomfase zullen gegevens verzameld worden met betrekking tot de volgende categorieën: socio-demografische en drugsspecifieke gegevens, informatie over de behandelingsgeschiedenis en tenslotte ook een aantal gegevens met betrekking tot de afloop van het intakegesprek (instroom) of tot de huidige behandeling (opstart). Gedurende 12 maanden zal vervolgens geregistreerd worden op welke manier cliënten die tijdens de instroomfase een begeleiding of behandeling zijn gestart, hun begeleiding of behandeling afronden (uitstroom). Organisaties: • Epidemiologie en sociale geneeskunde (ESOC)
Onderzoekers: • Guido Van Hal
De algebraïsche structuur van Noetherse semigroepalgebras. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de studie van Noetherse ringen is een belangrijk doel om nieuwe klassen van niet-commutatieve eindig gepresenteerde Noetherse algebras te construeren die bovendien een aantal "goede" algebraïsche en homologische eigenschappen delen met commutatieve polynoomalgebras. In dit project zoeken wij naar een classificatie van de noetherse semigroepalgebras die een maximaal order zijn. Bovendien wensen wij een beschrijving van de klassegroep en dus ook een beschrijving van de priemidealen van hoogte één. Speciale aandacht wordt gegeven aan de eindig gepresenteerde algebras gedefinieerd via kwadraat vrije monomiale homogene tweedegraad vergelijkingen. hierop worden vooral combinatorische technieken toegepast. Op deze manier verkrijgen wij een belangrijke testklasse voor het vermeld probleem, maar ook verkrijgen wij alzo algebras die oplossingen geven voor de Yang-Baxtervergelijkinge. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • Eric JESPERS
De algebraische structuur van orders Vrije Universiteit Brussel Abstract: Wij onderzoeken de structuur van orders. Organisaties: • Algebra
Onderzoekers: • Eric JESPERS
De algebraïsche structuur van orders Vrije Universiteit Brussel Abstract: Wij onderzoeken de structuur van algebraische orders. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • Eric JESPERS
De algebraïsche structuur van orders Vrije Universiteit Brussel Abstract: De algebraische structuur van orders wordt onderzocht. Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • Eric JESPERS • Ann DOOMS
De amateurkunstenaar in beeld gebracht. Omvang en profiel van de actieve amateurkunstenaar Universiteit Gent Abstract: Het doel van deze studie is een uitgebreid beeld te schetsen van de amateurkunstensector. Op basis van zowel een bevolkings- als een ledenonderzoek werd een gedetailleerd beeld gegeven van het profiel van de amateurkunstenaars. Naast een socio-demografisch profiel, werd tevens onderzocht wat de drijfveren en ambities van amateurkunstenaars zijn, in welke sociale context men de creatieve hobby's beoefent, hoeveel tijd en geld er in deze kunstbeoefening kruipt, de ervaren drempels, ... . Het onderzoek maakt eveneens een vergelijking tussen amateurkunstenaars en niet-amateurkunstenaars op het vlak van hun sociaal netwerk, hun receptieve cultuurparticipatie en deelname aan het verenigingsleven. Organisaties: • Vakgroep Sociologie
Onderzoekers: • John Lievens
De amateurkunstenaar in beeld gebracht. Omvang en profiel van de actieve amateurkunstenaar. Vrije Universiteit Brussel
Abstract: Het doel van deze studie is een uitgebreid beeld te schetsen van de amateurkunstensector. Op basis van zowel een bevolkings- als een ledenonderzoek krijgen we duidelijk zicht op het profiel van de amateurkunstenaars. Naast een socio-demografisch profiel, komen we eveneens te weten wat hun drijfveren en ambities zijn, in welke sociale context men de creatieve hobby's beoefent, hoeveel tijd en geld er in deze kunstbeoefening kruipt, de ervaren drempels, ... . Het onderzoek maakt eveneens een vergelijking tussen amateurkunstenaars en nietamateurkunstenaars op het vlak van hun sociaal netwerk, hun receptieve cultuurparticipatie en deelname aan het verenigingsleven. Organisaties: • Tempus Omnia Revelat • Sociologie
Onderzoekers: • MARK ELCHARDUS • Kobe DE KEERE • Sven SANCTOBIN • JESSY SIONGERS • WENDY SMITS • Guido VANGOIDSENHOVEN
De ambigue relatie tussen individualisme en intersubjectiviteit. Een historisch-systematisch filosofisch onderzoek. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Vanuit een filosofische invalshoek wordt het verband onderzocht tussen de begrippen individualisme - het centraal stellen van het individu en zijn autonomiteit - en de intersubjectiviteit - de intermenselijke relaties op het microniveau. Meer bepaald wordt gezocht naar de factoren die verantwoordelijk zijn voor de nu eens gunstige dan weer ongunstige invloed van het individualisme op de kwaliteit van de intersubjectieve relaties, uitgaande van de vaststelling dat het individualisme zowel kan leiden naar een absolute erkenning als naar een radicale negatie van de ander. Organisaties: • Wijsbegeerte-Moraalwetenschappen
Onderzoekers: • ELSE WALRAVENS • HUBERT DETHIER
De ambtelijke beleidsvormingsrol in de maatschappelijke arena nader verkend Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde • Vakgroep Bestuur en beleid
Onderzoekers: • Diederik Vancoppenolle
De analyse van ethylglucuronide in haar als merker voor alcoholinname. Universiteit Antwerpen Abstract: Alcoholgebruik is één van de meest voorkomende oorzaken van ziektes, blessures en overlijdens. Een vroege diagnose van schadelijk gebruik van alcohol is een belangrijke stap in de ontwikkeling van een effectief beleid. De analyse van ethylglucuronide in haar is vanaf het midden van de jaren 2000 voorgesteld als potentiële merker voor het gebruik van alcohol gedurende meerdere maanden. Deze analyse zou zijn toepassing kunnen vinden in specfieke situaties zoals alcoholontwenningsprogramma's, het teruggeven van rijbewijzen, het opvolgen van alcoholgebruik tijdens en na levertransplanties, etc. Het doel van dit project is om een analytische procedure op basis van chromatografie en massaspectrometrie voor de bepaling van ethylglucuronide in hair te optimaliseren en te valideren. De ontwikkelde methode zal verder toegepast worden op haarstalen van patiënten die een levertransplantatie gehad hebben of in de toekomst zullen hebben om mogelijk alcoholgebruik te detecteren en om een mislukking van de transplantatie te voorkomen. Organisaties: • Toxicologie
Onderzoekers: • Alexander van Nuijs
De analyse van kynurenines in serum van bipolaire patienten en hun rol in affectieve en cognitieve symptomen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project onderzoekt de link tussen een upgereguleerde kynurenine pathway en klinische symptomatologie in bipolaire aandoening (BA). Een analytische methode op basis van vloeistofchromatografie-massaspectrometrie voor de detectie van kynurenines in serum wordt ontwikkeld en deze methode wordt toegepast op stalen van BA patiënten samen met monitoring van hun gemoedstoestand. Resultaten kunnen helpen in een betere kennis van BA pathofysiologie. Organisaties: • Toxicologie
Onderzoekers: • Alexander van Nuijs
De analyse van on-line algoritmen in problemen met een netwerk structuur Vrije Universiteit Brussel Abstract: Voor dit project analyseren we on-line algoritmen in problemen met een netwerk structuur. Een algoritme is een eindige reeks instructies die vanuit een gegeven begintoestand naar een beoogd doel leiden. Algoritmen staan in beginsel los van computerprogramma's, al worden voor de uitvoering van algoritmen vaak computers gebruikt. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • ANN NOWE
De androgeenreceptor, doelwit voor spier- en botbehoud in mannen KU Leuven Abstract: Androgenen zijn essentieel voor behoud van zowel bot als spieren bij mannen. Postmenopauzale osteoporose is het gevolg van oestrogeendeficiëntie bij vrouwen. Androgeen- zoals oestrogeen- deficiëntie leidt echter ooktot bot- (osteopenie) en spierverlies (sarcopenie) bij hypogonadale mannen. Hypogonadisme is inderdaad een belangrijke risicofactor voor het optreden van osteoporose bij de man. Echter, het potentieel van androgenenom osteoporose ten gevolge van hypogonadisme te herstellen is nog niet volledig onderzocht. Oude mannetjes ratten ontwikkelen na castratie, netzoals hypogonadale mannen, osteopenie en sarcopenie. Bijgevolg is dit een goed preklinisch diermodel voor het
bestuderen van androgeen effecten. Het eerste doel van deze thesis was dan ook te evalueren in hoeverre androgenen (zowel testosteron, het belangrijkste circulerende androgeen bij de man, als het synthetische androgeen 7alfa-methyl-19-nortestosterone) in staat waren om de bot- en spiermassa te herstellen in dit prek Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Dirk Vanderschueren • Frank Claessens • Mieke Sinnesael
De Anglo-Brabantvervormingsgordel en omgevende gebieden: de evolutie van een orogeen van bekkenontwikkeling tot inversie en de link tussen sedimentatie en vervorming Universiteit Gent Abstract: De vroeger voorgestelde synthese van bekkenevolutie en tektonometamorfe geschiedenis in Massief van Brabant en Condrozstrook dient getoetst te worden. Belangrijke litho- en biostratigrafische gegevens ontbreken uit boringen en ontsluitingsgebieden met veel nieuw terreinwerk. Datering met Chitinozoa in Ordovicium-Siluur dient nauwkeurig gekend te zijn. De relatie van Ardense orogenese met de sedimentatie- & vervormingsgeschiedenis in het Brabant-Condrozgebied dient uitgeklaard te worden. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Jacques Verniers
De animatiefilmsector in Vlaanderen: traditie en vernieuwing onder de loep. Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoek is een eerste gestructureerde blauwdruk van de Vlaamse animatiefilmsector. Het gaat om een beschrijving van de sector op gebied van actoren, structuren, activiteiten en problematieken maar ook om een analyse van de discoursen die heersen in de sector. De probleemstelling van het onderzoek luidt: Wat is de huidige toestand van de Vlaamse animatiefilmsector? Deze problematiek zal besproken worden aan de hand van de volgende onderzoeksvragen: Kan een Vlaamse animatiefilmsector afgebakend en gedefinieerd worden? Wat is het profiel van mensen die actief zijn in de sector? Wat is het profiel van bedrijven en hun activiteiten in de sector? Wat zijn de opinies van de verschillende actoren binnen de sector over hun eigen Vlaamse animatiefilmsector? Wat is de verhouding tussen de opleiding en doorstroming naar de sector? Op welke wijze gaat de overheid om met animatiefilm? Wat zijn de concrete cijfers van de (gesubsidieerde) animatiefilmproductie? Hoe kan de Vlaamse animatiefilm gesitueerd worden in een ruimer Europees perspectief, naar algemene tendensen en cijfermatig? Op basis van de voorgaande onderzoeksvragen komen we tot een veldanalyse, die de actoren, krachtlijnen en spanningsvelden in de sector in kaart brengt, aangevuld met een sterkte-zwakte analyse. Deel één is een database, geconstrueerd om de actoren uit de sector te inventariseren. Het tweede onderdeel wordt gevormd door de vragenlijsten bij de animatieprofessionals, producenten en organisaties en tevens bij de laatstejaarsstudenten van de verschillende animatieopleidingen. Het derde deel bevat de interviews die afgenomen worden met de vertegenwoordigers van de verschillende partijen uit de sector. De cijfergegevens vormen het vierde deel. Het gaat in eerste instantie om cijfermateriaal uit de subsidiedossiers verzameld op het VAF en op Administratie Media. Deze dossiers bevatten gedetailleerde informatie over de budgettering, de financiering (aandeel van de Vlaamse Gemeenschap en de participaties) en de uitgaven van de ingediende projecten. Daarnaast worden cijfergegevens over de Europese animatiefilmproductie geïntegreerd: het profiel van projecten op Cartoon Forum en Cartoon Movie, een overzicht van door Eurimages gesteunde projecten en bezoekcijfers voor Europese animatiefilm van het European Audiovisual Observatory. In het literatuuronderzoek worden ten slotte denkkaders over de audiovisuele sector aangehaald om ze daarna specifiek toe te spitsen op animatie. Het speelfilmbeleid in de context van de mediastrategieën van de EU wordt toegelicht en er wordt gebruik gemaakt van onderzoek naar de animatiefilm in Europa. Het onderzoek beoogt aan de hand van de resultaten een aantal wegen uit te stippelen die een mogelijke oplossing kunnen bieden voor de complexe problematiek, met concrete aanbevelingen aan beleid en overheid om de situatie te verbeteren. Organisaties: • Onderzoekscentrum Visuele en Digitale Culturen (ViDi)
Onderzoekers: • Philippe Meers
De Anolis keelvlag: evolutie van intraspecifieke signaaldiversiteit in een complex communicatiesysteem. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Beatrijs Vanhooydonck • Raoul Van Damme • Tess Driessens
De Anolis keelvlag: evolutie van intraspecifieke signaaldiversiteit in een complex communicatiesysteem. Universiteit Antwerpen Abstract: Binnen mijn project focus ik op de functie en evolutie van een complex signaleringssysteem, namelijk de Anolis keelvlag. Mijn doel bestaat erin om oorzaken te identificeren die de intraspecifieke variatie van de Anolis keelvlag drijven, met de bruine Anolis (Anolis sagrei) als gekozen modelsoort. Concreet onderzoek ik hoe verschillende selectiedrukken (predatiedruk, seksuele selectie en soortherkenning) bijdragen tot de variatie in keelvlageigenschappen (grootte, patroon, kleur) tussen A. sagrei populaties op verschillende Caraïbische eilanden. Verder worden er ook performance- en gedragsexperimenten uitgevoerd onder laboratoriumomstandigheden om de signaalfunctie van bepaalde keelvlagcomponenten nog beter te kunnen begrijpen. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Raoul Van Damme • Tess Driessens
De antecedenten en impact van waardecreatie tijdens het innovatieproces van medische apparatuur. Universiteit Antwerpen Abstract: In de healthcare industrie vinden innovatieprojecten steeds meer plaats in complexe netwerken, waarbij verschillende stakeholders zoals farmaceutische bedrijven, universiteiten en patiëntenorganisaties simultaan betrokken worden. In dit onderzoek ligt de nadruk op de factoren die de
waardecreatie in zo'n complex netwerk van stakeholders beïnvloeden en de impact die ze hebben op het innovatieproject. Op deze manier trachten we inzicht te krijgen in hoe waarde optimaal gecreëerd kan worden met meerdere stakeholders tijdens open innovatieprojecten. Organisaties: • Marketing
Onderzoekers: • Annouk Lievens • Charlotte Reypens
De Antwerpse beeldhouwer-architecten 1650-1750. Hun praktijken en positie in een Europese context herbekeken. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Architectuur en Maatschappij
Onderzoekers: • Krista De Jonge • Léon Lock
De 'ambachtsgilden' (collegia fabrum) in het Romeinse westen gedurende de Keizertijd. Universiteit Gent Abstract: Romeinse steden steunden op gepriviligieerde gilden om te functioneren. Ambachtsgilden (collegia fabri) waren erg belangrijk, maar blijven voorwerp van discussie. We bestuderen hun verspreiding, leden, organisatie, invloed en impact op economische ontwikkeling. Ons theoretisch kader steunt op ?social capital theory? en ?New Institutional Economics?. Methodologisch baseren we ons op GIS, prosopografie & sociale netwerkanalyse, norm analyse en ?entitlement mapping?. Organisaties: • Vakgroep Geschiedenis
Onderzoekers: • Koenraad Verboven
De 'herassociatie' van de civil society: Participatie als hybride collectief. Universiteit Gent Abstract: Het klassieke ideaal van de civil society wordt recent uitgedaagd door nieuwe vormen van participatie, waarbij burgers zich engageren in hybride contexten die de rationaliteiten van civil society, staat, markt en privesfeer vermengen. Om deze nieuwe conditie te begrijpen, worden in dit project een nieuw conceptueel kader en een innovatief onderzoeksdesign ontwikkeld, gericht op hybride participatie in een supermarkt (consumentenactivisme) Organisaties: • Vakgroep Sociologie
Onderzoekers: • Lesley Hustinx
De Arabische Lente: dynamieken van politieke verandering¨(Tunesië, Marokko en Egypte) Universiteit Gent Abstract: Dit project wil de dynamiek van de huidige Arabische revoluties in Egypte en Tunesië en de geleidelijke transitie in Marokko begrijpen. Dit project focust op de vorming van nieuwe knooppunten van politiek handelen en praktijken buiten het institutionele kader dat van oudsher geassocieerd wordt met "de Arabische regimes" op basis van een vergelijkend-historische analysekader. Organisaties: • Vakgroep Studie van de derde wereld
Onderzoekers: • Sami Zemni
De arbeidsmarktpositie en -mobiliteit van migranten, en de baat van de welvaartsstaat. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoeksproject situeert zich op dit snijpunt met de volgende tweeledige vraagstelling. 1) Wat zijn de determinanten van de kloof tussen immigranten en autochtonen inzake arbeidsmarktpositie en ¿mobiliteit? 2) In welke mate kan immigratie een bijdrage leveren tot het financiële draagvlak voor de sociale zekerheid in het algemeen en voor België in het bijzonder, gegeven de arbeidsmarktpositie en ¿transities van immigranten? Organisaties: • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Ive Marx • Gerlinde Verbist
De arbeidsmarkt voor mijnarbeid in Belgisch en Nederlands Limburg (c1900-c1980) : convergentie en divergentie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar 'gedrag' van de actoren op de arbeidsmarkt van de Limburgse mijnarbeid in de 20ste eeuw: combinatie van micro- en macrostudies Organisaties: • Geschiedenis • Geschiedenis
Onderzoekers: • Joeri JANUARIUS • PETER SCHOLLIERS • Bart DELBROEK
De architectuur van AZrchitectuur : de constructie van inventiviteit. Onderzoek naar de praxis en theoretische werking van hedendaagse ontwerpstrategieën. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Vastgesteld wordt dat : (werkhypothese) a) het deconstructiedenken de conventies van de architectonische cultuur met betrekking tot haar metafysische constructies in de theoretische en praktische omgang de laatste jaren flink van zijn fundamenten heeft gestoten. b) de ontwerparbeid en de didactiek in het ontwerpen niet enkel en alleen kan begrepen worden door de bestaande
ontwerpmethodologieën op basis van analyse en synthese maar tevens door een strategie in termen van een conceptueel vermogen c) een recente aandacht bestaat voor een ecologische omgang in het maken van artefacten in de ruimte en de relatie tot architectuur in termen van lange duur. Het onderzoek richt zich tot een ontwerpstrategie die de actuele beantwoordt en waarin de genoemde vaststellingen het probleemveld vormen. Organisaties: • Architectonische ingenieurswetenschappen
Onderzoekers: • RICHARD VERMUYTEN • José DEPUYDT
De architectuur van cognitieve controle: beschikt het brein over één of meerdere controle systemen? Universiteit Gent Abstract: Wij onderzoeken de cognitieve en neurale architectuur van cognitieve controle. In een eerste lijn van gedragsonderzoek wordt voor meerdere cognitieve controle processen uit de literatuur bekeken of zij met elkaar interacteren. Achterliggende gedachte is dat interacterende processen waarschijnlijk een onderliggend mechanisme delen. In een tweede onderzoekslijn wordt de (on)afhankelijkheid van deze cognitieve controle processen verder getest m.b.v. fMRI en TMS. Organisaties: • Vakgroep Experimentele psychologie
Onderzoekers: • Wim Notebaert
De argumentrealisatie van gewaarwordingsprocessen: synchrone en diachrone analyse. KU Leuven Abstract: In de zin zijn tante verstouwde drie gebakjes heeft het werkwoord verstouwen twee argumenten: zijn tante en drie gebakjes. De manier waarop de argumenten syntactisch gerealiseerd worden hier als subject en direct object staat in de syntaxis bekend als argumentrealisatie. Dit project gaat over argumentrealisatie bij werkwoorden die een gewaarwordingsproces uitdrukken, zoals verbazen, schamen of ergeren. Door hun betekenis zijn zulke werkwoorden moeilijk in te passen in een klassieke transitieve structuur met een subject en een object. Ik zal nagaan met wat voor soort constructies zulke werkwoorden voorkomen, welke verschillen er zijn tussen de verschillende werkwoorden, en hoe de argumentrealisatie in de loop van de eeuwen verandert. Elk van deze drie kwesties haakt in op lacunes in het bestaande onderzoek naar werkwoordssyntaxis. Het uitgangspunt van dit project is dat de argumentrealisatie (en syntaxisin het algemeen) semantisch en pragmatisch gemotiveerd kan worden: de keuze vo Organisaties: • OG ComForT Leuven
Onderzoekers: • Hans Smessaert • Freek Van de Velde
De articulatie van nationale identiteit in de Belgische audiovisuele media-inhouden in het licht van de globalisering en postmodernisering van het medialandschap en de ruimere samenleving. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project beoogt een analyse van de hedendaagse rol van de media in collectieve identiteitsvorming.Meer bepaald wil het onderzoek nagaan of en hoe noties van nationale identiteit ' in de moderniteit de meest centrale vorm van collectieve identificatie ' in een globaliserende en postmoderne samenleving nog gearticuleerd worden, specifiek in de audiovisuele media in België. De Vlaamse en Franstalige audiovisuele media vormen een uitgelezen studiedomein hiertoe daar de collectieve identiteitsarticulaties binnen deze gemeenschappen en hun media altijd al een centraal en complex gegeven hebben gevormd. Het project wil gaan kijken hoe omroepen collectieve identiteiten articuleren, creëren en onderhouden in veranderende media en maatschappij. Enerzijds wordt hiertoe een theoretisch kader geschetst. Anderzijds wordt een concreet onderzoek gedaan, toegespitst op de Vlaamse en Franstalige audiovisuele mediainhouden, gesitueerd binnen de belangrijkste maatschappelijke verschuivingen van de laatste decennia Hiertoe wordt zowel het beleid dienaangaande van de publieke en commerciële omroepen bestudeerd, als ook de concrete uitingen daarvan via een inhoudsanalyse van programma's. Organisaties: • Communicatiewetenschappen • Media, beleid en cultuur (MPC)
Onderzoekers: • Hildegarde Van den Bulck
De artistieke stijl subjectieve fotografie in de professionele kunstwereld in België na de Tweede Wereldoorlog. Een onderzoek vergelijkend tussen België en het buitenland wat betreft visie, vorm en techniek. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De pioniers van de Belgische fotografie. Organisaties: • Kunstwetenschappen en Archeologie
Onderzoekers: • JOHAN SWINNEN
De aspectuele bijdrage van object-argumenten aan het lexicaal aspect. Universiteit Antwerpen Abstract: In eerder onderzoek werd in het lexicale aspectuele domein een drievoudig onderscheid voorgesteld als alternatief voor het traditioneel tweevoudig (domein-neutraal) onderscheid. In dit voorstel wensen we de analyse verder uit te breiden en de aspectuele rol van directe objecten na te gaan. Hierbij zal getest worden of een drievoudig onderscheid voor nominale groepen een goed alternatief is om een antwoord te bieden op enkele problemen die zich stellen binnen het traditioneel tweevoudig onderscheid. Organisaties: • Centrum voor grammatica, cognitie en typologie
Onderzoekers: • Gretel De Cuyper
De associatie tussen blootstelling aan fijn stof en de microvasculatuur bij kinderen. Universiteit Hasselt Abstract: Verscheidene studies hebben aangetoond dat er een associatie is tussen blootstelling aan fijn stof en cardiovasculair morbiditeit en mortaliteit. Als onderliggend mechanisme worden veranderingen in de microvasculatuur aangehaald, ondersteund door het feit dat epidemiologische data suggereren dat fijn stof een invloed heeft op de microvasculatuur. Onderzoek toont aan dat de voorbeschiktheid voor
cardiovasculaire aandoeningen mogelijk zijn oorsprong heeft in utero, maar tot op heden zijn er geen studies die het effect van blootstelling aan fijn stof tijdens de zwangerschap op de microvasculatuur onderzoeken. Het doel van dit project is om de associatie tussen in utero blootstelling aan fijn stof en de microvasculatuur bij kinderen te onderzoeken als een opvolgstudie van het ENVIRONAGE geboortecohort. Gebruik makend van een niet-invasieve techniek, namelijk retina fotografie, onderzoek ik de microvasculatuur van kinderen tussen 4 en 6 jaar. Deze studie biedt nieuwe inzichten naar de impact van luchtverontreiniging op de etiologie van cardiovasculaire aandoeningen tijdens een gevoelige periode in het leven. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Tim NAWROT • Patrick DE BOEVER
De associatie tussen in utero blootstelling aan fijn stof en de microvasculatuur bij kinderen, een moleculair epidemiologische studie. Universiteit Hasselt Abstract: Verscheidene studies hebben aangetoond dat er een associatie is tussen blootstelling aan fijn stof en cardiovasculair morbiditeit en mortaliteit. Als onderliggend mechanisme worden veranderingen in de microvasculatuur aangehaald, ondersteund door het feit dat epidemiologische data suggereren dat fijn stof een invloed heeft op de microvasculatuur. Onderzoek toont aan dat de voorbeschiktheid voor cardiovasculaire aandoeningen mogelijk zijn oorsprong heeft in utero, maar tot op heden zijn er geen studies die het effect van blootstelling aan fijn stof tijdens de zwangerschap op de microvasculatuur onderzoeken. Het doel van dit project is om via een moleculair epidemiologische benadering de associatie tussen in utero blootstelling aan fijn stof en de microvasculatuur bij kinderen te onderzoeken als een opvolgstudie van het ENVIRONAGE geboortecohort. Gebruik makend van een niet-invasieve techniek, namelijk retina fotografie, onderzoek ik de microvasculatuur van kinderen tussen 4 en 6 jaar. Persoonlijke blootstelling aan luchtverontreiniging wordt geschat aan de hand van modellering op basis van indicatoren van verkeer. Biomoleculaire merkers, zoals mitochondriale DNA inhoud, worden geïmplementeerd in de analyses om hun associatie met fijn stof blootstelling en de microvasculatuur te onderzoeken. Deze studie biedt nieuwe inzichten naar de impact van luchtverontreiniging op de etiologie van cardiovasculaire aandoeningen tijdens een gevoelige periode in het leven. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Michelle PLUSQUIN • Tim NAWROT
De associatie tussen nationale en lokale richtlijnen van RF blootstelling en persoonlijke radiofrequentie elektromagnetische blootstelling: een internationale vergelijking Universiteit Gent Abstract: Het doel van het onderzoek is om een internationale vergelijking tussen België, Nederland en Zwitserland uit te voeren om de impact van nationale en internationale normen i.v.m. radiofrequentie elektromagnetische blootstelling op de bevolking te onderzoeken. Deze landen hebben verschillende blootstellingslimieten op nationaal en regionaal niveau. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Wout Joseph
De associatie van de voedselpathogeen Campylobacter jejuni met vrijlevende protozoa: het ontrafelen van celbiologische en moleculaire mechanismen betrokken bij hun interactie. Universiteit Gent Abstract: Campylaobacter jejuni associeert met vrijlevende protozoa, waardoor overleving onder ongunstige condities, verspreiding in de omgeving en introductie in nieuwe leefmilieus vergemakkelijkt wordt. In dit project worden celbiologische en moleculair-genomische technieken gebruikt om interactiemechanismen tussen C. jejuni en de modelprotozoa Acanthamoeba te ontrafelen. De invloed van de passage door protozoa op het genetische profiel en de virulentie van Campylobacter worden onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Veterinaire volksgezondheid en voedselveiligheid
Onderzoekers: • Kurt Houf
De associatie van humaan pathogene Yersinia enterocolitica stammen met vrijlevende protozoa: de ecologische relevantie van hun interacties en het effect op de fenotypische kenmerken van de bacterie. Universiteit Gent Abstract: Humaan pathogene Yersinia enterocolitica overleven de begrazing door vrijlevende protozoa, wat hun overleving in vitro ten goede komt. Dit project heeft tot doel om (i) het belang van deze bevinding in natuurlijke omgevingen te bepalen, (ii) de interactie tussen Y. enterocolitica en vrijleven protozoa beter te karakteriseren; (iii) de invloed van protozoa-aanwezigheid op bacteriële fenotypische kenmerken, zoals virulentieeigenschappen en resistentie tegenover disinfectantia, te bepalen. Organisaties: • Vakgroep Veterinaire volksgezondheid en voedselveiligheid
Onderzoekers: • Kurt Houf • Julie Baré
De Atlas der Buurtwegen als archiefbron en basis voor de uitbouw van een netwerk van trage wegen in het Vlaams en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Hogeschool Gent Abstract: De problematiek rond buurtwegen en trage wegen situeert zich in de domeinen van recht en wetgeving, historische cartografie, archivistiek, hedendaagse cartografie (positie binnen GBK, KadScan/KadVec, GRB…), ruimtelijke ordening, mobiliteit, bescherming van monumenten, landschappen, stads- en dorpsgezichten. De behandelde problematiek is complex en transdisciplinair. Dit proefschrift heeft als doel deze problematiek rond de buurtwegen in Vlaanderen op een coherente en zo volledig mogelijke manier te behandelen en vanuit de vaststellingen beleidsaanbevelingen te maken en concrete acties voor te stellen die moeten leiden tot geïntegreerde en duurzame oplossingen, geënt op de
recente ontwikkelingen op het vlak van ruimtelijke ordening en GIS op Vlaams niveau. Voornaamste thema's: - Situering van de kleine wegen (juridisch). - In kaart brengen van de problematiek rond de atlassen van de buurtwegen. - Analyse van de bestaande bronnen (waarde, relevantie, beschikbaarheid, gebiedsdekking, volledigheid,…) d.m.v. enquête - Methodologie ontwikkelen voor inventarisatie op de verschillende niveaus _ - Integratie van de onderzoeksresultaten in een GIS - Voorstellen formuleren naar de herwaardering van de buurt- en voetwegen en inpassing in de actuele ontwikkelingen in de ruimtelijke planning en mobiliteit. Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Bouwkunde
Onderzoekers: • Greta Deruyter
De audiovisuele media als factor in de relatie tussen de publieke opinie en het politieke apparaat. De dubbele gatekeeping functie van de vierde macht. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit project onderzoeken we de rol van de politieke journalist in de relatie tussen het electoraat en de politieke wereld. We gaan uit van de hypothese dat de verhouding tussen beide ingrijpend is veranderd gedurende de laatste decennia, als gevolg van sterk uiteenlopende factoren die voortspruiten uit zowel de gewijzigde realiteit van de journalistieke practijk als uit de gewijzigde benadering van de media door de politieke klasse. Er wordt een historische reconstructie gemaakt van de manieren waarop contacten tussen politici en journalisten worden (en werden) georganiseerd, gebaseerd op diepte-interviews met een representatieve reeks betrokken pertijen, (vroegere en huidige politieke journalisten en hoofdredacteuren, woordvoerders en stafmedewerkers politici). De nadruk ligt in dit onderzoek op een uitgebreide inhoudsanalyse met als object de imagovorming van politici in de audoi-visuele media en editorialen in de geschreven pers op korte en middellange termijn. Organisaties: • Geschiedenis
Onderzoekers: • ELS WITTE
De auteur is dood, lang leve de auteur: een verkenning van de conceptenauteurschap en lezerspubliek in Griekse mythografie. KU Leuven Abstract: De volgestouwde rekken in populaire boekhandels en wetenschappelijke bibliotheken laten er geen twijfel over bestaan: antieke mythologie weet de interesse van een ruim publiek te wekken. Welnu, de wetenschappelijke studie van deze antieke mythen baseert zich voornamelijk op zgn. mythografische geschriften: dergelijke minder bekende prozateksten trachten op ongekunstelde wijze de essentiële verhaallijnen van bepaalde mythen te registreren. In tegenstelling tot recente ontwikkelingen in de studie van andere antieke genres, is de cruciale rol van auteurs en hun lezers in het literaire communicatieproces nog niet ten volle doorgedrongen in het onderzoek rond Griekse mythografie. Erger nog, geleerden hebben tegenwoordig vaak de neiging om de auteur en zijn lezer als het ware te wissen uit hun discours: de mythograaf wordt vaak afgeschilderd als een slaafse compilator van vroegere teksten, terwijl het doelpubliek wordt uitgebreid tot vrijwel elke liefhebber van mythologie. Ten gevolge hierva Organisaties: • OG Griekse Studies Leuven
Onderzoekers: • Peter Van Deun • Ulrike Kenens
De automatische activatie van latente depressogene zelfschema's als psychologische kwetsbaarheidsfactor voor depressie Universiteit Gent Abstract: Er bestaan tal van kwetsbaarheidstheorieën over depressie. De doelstelling is om, aan de hand van experimenteel onderzoek, te achterhalen of de automatische activatie van negatieve zelfschema's, geobserveerd gedurende een depressie, latent blijft na remissie en detecteerbaar is na experimentele stressinductie. Er zal eveneens onderzocht worden of deze automatische activatie herval kan voorspellen. Organisaties: • Vakgroep Experimenteel-klinische en gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Rudi De Raedt
De autoriteit van de bisschop in het post-Karolingische en pre-Gregoriaanse tijdperk (ca. 900-ca. 1050): een onderzoek naar de identiteit, de daden en de autoriteit van de bisschop in West-Francië (Kerkprovincie Reims) KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Middeleeuwen Leuven
Onderzoekers: • Brigitte Meijns • Jelle Lisson
De autoriteit van de bisschop in het post-Karolingische en pre-gregoriaanse tijdperk (ca. 900-ca. 1050). Een onderzoek naar deidentiteit, de daden en de autoriteit van de bisschoppen in West-Francië (Kerkprovincie Reims). KU Leuven Abstract: Hoofddoelstelling van dit onderzoek is de studie van de complexiteit van het bisschopsambt in West-Francië tijdens de post-Karolingische en pre-Gregoriaanse periode (ca. 900-ca. 1050), een cruciale overgangsperiode in de West-Europese geschiedenis. Om te komen tot een beter begrip van het toenmalige bisschopsambt in de kerkprovincie Reims is een dubbele aanpak noodzakelijk, waarbij de aandacht zowel uitgaat naar de specificiteit als naar de totaliteit van de bisschoppelijke functie. Innoverend en onbevooroordeeld onderzoek dient enerzijds te vertrekken vanuit een grondige studie van het post-Karolingische episcopaat in se. In oudere wetenschappelijke werken weerklinkt immers geregeld een erg negatieve appreciatie van deze bisschoppen die teruggaat op de polemische geschriften van de elfde-eeuwse hervormers en op de nieuwe criteria die zij oplegden aande bekleders van het bisschoppelijk ambt. Anderzijds kan enkel een globale aanpak van het bisschopsambt recht doen aan de gesofisticeerde
Organisaties: • OG Middeleeuwen Leuven
Onderzoekers: • Brigitte Meijns
De bacteriële populaties geassocieerd met Populus tremula x alba wildtype en 2 lijnen gemodificeerd voor een lagere lignine productie: genotypische en fenotypische karakterisatie en hun potentieel in het verhogen van de biomassaproductie. Universiteit Hasselt Abstract: Omdat ligninen worden beschouwd als het belangrijkste obstakel tijdens de verwerking van plant-biomassa voor toepassingen voor eindgebruikers , heeft het wijzigen van het ligninegehalte met behulp van genetische manipulatie veel onderzoeksaandacht getrokken. Echter, lager lignine niveaus worden vaak geassocieerd met drastische veranderingen in de samenstelling van oplosbare fenolen en hebben soms negatieve effecten op de plantengroei en -ontwikkeling. In dit project zal het effect van lignine reducties op de plant-geassocieerde bacteriële populatie en het potentieel om plant-geassocieerde bacteriën te benutten om de negatieve effecten van lignine reducties te verminderen, worden onderzocht. In een eerste deel zal de diversiteit van de kweekbare en niet-kweekbare bacteriële populatie geassocieerd met Populus tremula x alba wildtype en 2 lijnen ontworpen voor lagere lignine productie worden bepaald en vergeleken. Verder zullen de geïsoleerde kweekbare bacteriële populaties getest worden op hun gebruik van verschillende koolstofbronnen in het xyleem en hun plantengroei bevorderingspotentieel. In de laatste experimenten zal een selectie van de meest veelbelovende graag-geassocieerde bacteriën worden ingeënt in Populus tremula x alba wild-type en de 2 ontworpen lijnen en het effect van inoculatie op de gezondheid van de plant, de samenstelling van xyleem extracten en de efficiëntie van de verwerking van biomassa voor eindgebruik toepassingen zullen worden geëvalueerd. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Jaak VANGRONSVELD • Daniel VAN DER LELIE • Nele WEYENS
De bacteriële populaties geassocieerd met Populus tremula x alba wildtype en 2 lijnen gemodificeerd voor een lagere lignine productie: genotypische en fenotypische karakterisering en hun potentieel in het verhogen van de biomassaproductie Universiteit Gent Abstract: De doelstelling van dit project is na te gaan welke bacteriele populaties aanwezig zijn in populier, al dan niet genetisch gewijzigd voor lage ligninehoeveelheid. Een lagere hoeveelheid lignine in de plantencelwand verbetert de houtkwaliteit voor een reeks toepassingen. Bacterien die met planten geassocieerd leven hebben een belangrijke rol in groei en ontwikkeling van de plant. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Wout Boerjan
De balans tussen verplichte informatieontsluiting en gegevensbescherming in de regulering van ondernemingen Universiteit Gent Abstract: De toenemende informatie en transparantie van gegevens op Europees vlak, meer bepaald in de handelswereld, en de toename aan beschikbare technische middelen ter verwerking van deze gegevens staan steed meer op gespannen voet met het recjt op privacy en de bescherming van persoonsgegevens (Europese Richtlijn 69/46/EC). Dit onderzoek beoogt de redactie van een juiste balans tussen beiden (a.d.h.v. empirisch onderzoek) Organisaties: • Vakgroep Economisch Recht
Onderzoekers: • Michel Tison
De ballingschap in het werk van Augusto Monterroso vanuit intertextueel perspectief. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project wordt het thema van de ballingschap onderzocht in het volledige werk van de Guatemalteekse auteur Augusto Monterroso die reeds vijftig jaar in Mexico verblijft. Daarbij wordt dieper ingegaan op verwante begrippen zoals diaspora, verschuiving, dislocatie, 'rizomatische identiteit', hybride cultuur en het Spaanse 'desexilio'. Het onderzoek behandelt de ballingschap in verschillende fases of aspecten: nationale identiteit, vervreemding (nostalgie en melancholie), 'perpetuum mobile', acculturatie en terugkeer. Studies over intertextualiteit vormen de methodologische basis van dit onderzoek. Organisaties: • Spaans • Literatuur van de moderniteit
Onderzoekers: • Rita De Maeseneer • An Van Hecke
De banden met 'thuis' koesteren: de intergenerationele overdracht van transnationale gehechtheid en praktijken. Universiteit Antwerpen Abstract: Deze studie wil de wortels van transnationalisme bij de tweede generatie migranten blootleggen, door de intergenerationele reproductie van transnationale praktijken en gehechtheid te onderzoeken. De 3 onderzoeksdoelstellingen zijn 1) de ontwikkeling van een empirisch model dat verklaart waarom en hoe de 1ste generatie praktijken en gehechtheid overdraagt 2) een beter begrip van de agency van 1ste en 2de generatie in de ontwikkeling van transnationale banden 3) de identificatie van intergenerationele snijlijnen tussen het transnationalisme van de 1ste en 2de generatie. Organisaties: • Centrum voor Migratie en Interculturele Studies (CeMIS)
Onderzoekers: • Christiane Timmerman • Rilke Mahieu
De banden met 'thuis' koesteren: de rol van het Marokkaanse diasporabeleid in de transnationale banden van de postmigratie generaties.
Universiteit Antwerpen Abstract: Deze studie wil de wortels van transnationalisme bij de tweede generatie migranten blootleggen, door de intergenerationele reproductie van transnationale praktijken en gehechtheid te onderzoeken. De 3 onderzoeksdoelstellingen zijn 1) de ontwikkeling van een empirisch model dat verklaart waarom en hoe de 1ste generatie praktijken en gehechtheid overdraagt 2) een beter begrip van de agency van 1ste en 2de generatie in de ontwikkeling van transnationale banden 3) de identificatie van intergenerationele snijlijnen tussen het transnationalisme van de 1ste en 2de generatie. Organisaties: • Centrum voor Migratie en Interculturele Studies (CeMIS)
Onderzoekers: • Christiane Timmerman • Rilke Mahieu
De bedrijfseconomische impact van de Antwerpse diamantsector. Universiteit Antwerpen Abstract: Deze studie beoogt een analyse van de bedrijfseconomische impact van de Antwerpse diamantsector. Het is de bedoeling om een objectieve bedrijfseconomische kaart te maken van de diverse spelers binnen de Antwerpse diamantindustrie, wat deze spelers (en dus de sector) op economisch vlak betekenen en wat de impact is van deze sector op andere sectoren binnen Vlaanderen/België. Organisaties: • Management
Onderzoekers: • Koen Vandenbempt
De bedrijfsoverdracht binnen familiebedrijven en de impact op de financiële structuur. Universiteit Antwerpen Abstract: De overdracht mag als één van de belangrijkste en moeilijkste fasen beschouwd worden in de levenscyclus van een bedrijf. Voornamelijk de financiering van de ganse operatie blijkt vaak tot aanzienlijke problemen te leiden. Huidig onderzoek heeft tot doel tot meer inzicht te komen in deze problematiek via een studie over het gebruik van verschillende financieringstechnieken om de overdracht te regelen. Aansluitend kan bestudeerd worden wat de impact is van de overdracht op de financiële structuur en de toekomstige groei van de onderneming. Organisaties: • Accountancy en financiering
Onderzoekers: • Eddy Laveren
De begeleiding van het doctoraat van Nadia Casabella getiteld: "Centre for Urban Research COSMOPOLIS". Vrije Universiteit Brussel Abstract: Centre for Urban Research COSMOPOLIS". Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • ERIC CORIJN
De behandeling van geïnterneerden in forensisch psychiatrische contexten. Een exploratief multimethod onderzoek naar effectieve behandelingsmodellen en voorwaarden ter implementatie in een forensisch psychiatrisch centrum, met aandacht voor specifieke doe Hogeschool Gent Abstract: Door verschillende auteurs is de laatste jaren gewezen op de precaire situatie van de geïnterneerden in België. Hoewel de overheid het belang van behandeling erkent moeten we vaststellen dat er nood is aan een gedegen en voldoende therapeutisch aanbod voor geïnterneerden. Om hieraan tegemoet te komen besliste de Minister van Justitie recent positief advies te verlenen aan de bouw van twee Forensisch Psychiatrische Centra (FPC), waarvan één in Gent en één in Antwerpen. De hoofddoelstelling van dit project bestaat erin om voorstellen te formuleren met betrekking tot de inhoudelijke en vormelijke invulling van het therapeutisch programma van het in Gent geplande FPC. In concreto worden twee subdoelstellingen vooropgesteld: 1.In kaart brengen van de ‘state of the art’ met betrekking tot bestaande en momenteel gebruikte behandelingsmodellen en -methodieken voor specifieke doelgroepen (i.c. personen met persoonlijkheidsstoornissen, psychotische stoornissen, verstandelijke beperkingen, seksuele stoornissen, etc.) binnen de geïnterneerde populatie, zowel in het buiten- als binnenland. 2.Komen tot aanbevelingen met betrekking tot belangrijke voorwaarden om bestaande behandelingsmodellen aan te passen aan en te implementeren in een FPC. Het onderzoek wordt onderverdeeld in vier onderzoeksfasen, gespreid over drie jaar. Fase 1: literatuurstudie en in kaart brengen en bezoeken van ‘good practices’ Uitvoering van een – op de richtlijnen van de Cochrane Collaboration afgestemde - systematische review gebruikmakend van de courante wetenschappelijke databanken. De voornaamste bedoeling behelst het inventariseren van de juridische en beleidsmatige aspecten met betrekking tot internering in binnen- en buitenland en het in kaart brengen van de beschikbare behandelingsmodellen voor specifieke populaties. Op basis van deze literatuurstudie en contacten met experten wordt nagegaan in welke diensten geïnterneerden opgenomen zijn, welke behandeling daar voorzien wordt, op welke achterliggende theorieën deze modellen gebaseerd zijn, etc. Deze ‘good practices’ zullen worden geïnventariseerd en eventueel bezocht. Fase 2: Kwalitatief onderzoek - Delphi-methode Een aantal uit fase 1 afgeleide stellingen worden voorgelegd aan binnen- en buitenlandse experten aan de hand van de Delphi-methode. Fase 3: Participerende observatie en ‘effect’studie Uit de ‘good practices’ worden, via purposeful sampling enkele voorzieningen geselecteerd, waar een effectmeting met gestandaardiseerde meetinstrumenten zal plaatsvinden. Via participerende observatie worden de sleutelprocessen van de behandelingsvormen in kaart gebracht. Fase 4: Integratie van de bevindingen In deze fase wordt aandacht besteed aan de integratie van de bevindingen uit fase 1, 2 en 3 en het formuleren van voorstellen tot behandeling. Organisaties: • Departement Sociaal-agogisch werk • Departement Gezondheidszorg Vesalius • Vakgroep Orthopedagogiek • Vakgroep Nursing
Onderzoekers: • Stefaan De Smet • Wing Ting To • Stijn Vandevelde
De belastingheffing van interest en dividenden onder dubbelbelastingverdragen vanuit rechtseconomisch perspectief. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Faculteit Rechtsgeleerdheid Brussel
Onderzoekers: • Niels Bammens
De beleidsovereenkomst als een instrument van een modern bestuur. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het is een kenmerk van het hedendaags bestuur dat dit laatste steeds vaker gebruik maakt van privaatrechtelijke technieken om bepaalde aspecten van het algemeen belang te verwezenlijken. Het project bestudeert een dergelijke techniek. namelijk die van de beleidsovereenkomsten. Het project besteedt achtereenvolgens aandacht aan: I ) de theorievorming in verband met de beleidsovereenkomsten; 2) de ervaring die in sommige van de buurlanden is opgedaan op het stuk van de beleidsovereenkomsten;3)de inventarisatie van beleidsovereenkomsten in Vlaanderen 4)het uitwerken van een typologie van de beleidsovereenkomsten. Het project eensdeels, een substantiele bijdrage leveren tot een betere omlijuing en bruikbaarheid van het leerstuk van de beleidsovereenkomsten en beoogt, anderdeels, een inzicht te verschaffen in de mate waarin en de manier waarop in Vlaanderen van de figuur van de beleidsovereenkomst gebruik wordt gemaakt. Organisaties: • Staats- en Bestuursrecht
Onderzoekers: • Kaat LEUS
De beleving van jonge verkeersslachtoffers (10 tot 18 jaar). Een kwalitatief onderzoek naar de ervaring van een verkeersongeval en de nasleep ervan. Universiteit Hasselt Abstract: Het project beoogt, via een belevingsonsonderzoek, te komen tot een aantal fundamentele inzichten omtrent de manier waarop jonge verkeersslachtoffers (10 tot 18 jaar) betekenis geven aan het verkeersongeval en de nasleep ervan, en dit door rechtstreeks te luisteren naar hun narratieve. De subjectieve beleving van de kinderen staat centraal: er wordt niet uitgegaan van een therapeutische of pedagogische benadering. Het is vanuit de beleving van de kinderen dat het onderzoek vorm krijgt, en niet vanuit een doelstelling gericht op hulpverlening. Organisaties: • Data-analyse en Modellering • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Gerhard WETS
De beleving van zelf, ander en affect bij verbale auditieve hallucinaties Universiteit Gent Abstract: Dit kwalitiatief onderzoek bestudeert de subjectieve ervaring van stemmen horen door middel van Interpretatieve Fenomenologische Analyse bij een schizofrene, prodromale en niet-klinische groep. Vier studies gaan na hoe stemmen horen respectievelijk: de zelfervaring al dan niet verstoort, ingebed is in relationele verhoudingen, een affectieve impact heeft en verbonden is met het voorkomen van abnormale subjectieve ervaringen. Organisaties: • Vakgroep Psychoanalyse en raadplegingspsychologie
Onderzoekers: • Stijn Vanheule
De Belgische academicus, 1920-1950: een historische analyse van het sociaal en politiek profiel van de professoren uit de faculteiten letteren en wijsbegeerte van vier Belgische universiteiten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project beoogt een analyse van de academici uit de faculteiten letteren van de 4 grote Belgische universiteiten van 1920 tot 1950. Vooreerst moet deze groep worden bestudeerd o.b.v. haar sociaal, intellectueel en universitair "kapitaal". Door prosopografisch onderzoek moeten de interne classificatiemechanismen van dit specifieke academisch veld en hun reproduktie worden onderzocht. Elementen van gender, sociale en geografische origine, carrière, diverse indicatoren van institutionele en intellectuele macht moeten worden bestudeerd. Anderzijds moet het politiek profiel van deze academici in kaart worden gebracht. Interbellum, bezetting en de onmiddellijke naoorlogse periode lenen zich daartoe, gezien het grote aantal relevante indicatoren van internationale betekenis (fascisme, Spanje, collaboratie, verzet etc.) of van typisch Belgische inslag (voertaal van universiteiten, koningskwestie etc.). Vervolgens moeten de correlaties tussenn beider reeksen data worden geanalyseerd. Concurrerende hiërarchiën en politieke attitudes, reproduktieve mechanismen en de specifieke belangenbehartiging van academici moeten worden onderzocht om de veranderende maatschappelijke positie van de sociale groep der intellectuelen beter te doorgronden. Organisaties: • Geschiedenis
Onderzoekers: • JEFFREY TYSSENS
De Belgische mondiale expansie (1831-1914). Een systematisch onderzoek naar de determinanten, actoren en evolutie van de Belgische koloniale en de financieel-industriële expansie, vanaf Leopold I tot de eerste wereldoorlog. Universiteit Gent Abstract: Gedurende de 19de eeuw was België betrokken bij een mondiale expansie die enerzijds voortkomt uit koloniale aspiraties en anderzijds uit de financiële, industriële en commerciële mondialisering van de Belgische bank- en ondernemerswereld. Dit onderzoek stelt zich tot doel een systematisch overzicht te leveren van deze dubbele Belgische expansiebeweging en de dynamiek hierachter te onderzoeken. Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Hendrik Coolsaet
De Belgische opgravingen in Lehun. Een vroege bronstijdnederzetting in Centraal-Jordanië Vrije Universiteit Brussel
Abstract: Het multidisciplinair en internationaal onderzoek in dit project wordt geleid naar de geschiedenis en ontwikkeling van de Jordaanse nederzettingen in de vroege bronstijd. Hiertoe zullen de resultaten van de opgravingen van Lehun (district Madaba) vergeleken worden met deze van de enige reeds opgegraven nederzettingen te Jawa (N-Jordanië) en Bab edh Dhra (Lisan vlakte). Lehun is de enige bekende nederzetting uit de vroege bronstijd IA-B (3200 - 3000v.Chr.) voor het bijbelse Moab-gebied. De voorbereidende werkzaamheden (prospectie van het plateau, gedetailleerde topografische plannen en geomorfologisch onderzoek) hebben uiteindelijk aangewezen dat de sectoren C1 (nederzetting) en B3 ( necropool) uitermate veelbelovend zijn. De opgravingen van deze sectoren zou een baanbrekende bijdrage zijn van onze universiteit tot de kennis van de vroege bronstijd in Jordanië op chronologisch, cultureel en paleo-ecologisch vlak. Organisaties: • Kunstwetenschappen en Archeologie
Onderzoekers: • DENYSE FREDERICQ
De belichaming van journalistieke waarden geproblematiseerd: een discoursanalyse van de articulatie van institutionele stemmen en identiteiten in de Vlaamse kranten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit onderzoek richt de aandacht op de discursieve acties van journalisten en hun instituties in situaties waarin essentiële journalistieke waarden gecontesteerd worden. Als onderzoeksobject worden cases geselecteerd waarin de aanwezigheid van externe stemmen en identiteiten in het journalistieke discours het spanningsveld in en tussen deze waarden activeert. Potentiële cases zijn bijvoorbeeld (1) de integratie van de officiële stem van de VS betreffende de aanwezigheid van WMDs in Irak of (2) de integratie van de stemmen van Deense journalistieke instanties omtrent het recente cartoondebat. Deze gevallen van contestatie worden gecontrasteerd met een derde (3) gevalstudie waarin de integratie van een externe stem relatief onproblematisch verloopt. Het gaat hier om een studie van de integratie van de stem van de WTO in economische verslaggeving. De discursieve (re)acties die gepaard gaan met de integratie van dergelijke stemmen worden dan discoursanalytisch onderzocht op verschillende niveaus. Deze corresponderen met de verschillende discoursanalytische disciplines gaande van poststructuralistische discourstheorie over CDA (Critical Discourse Analysis) tot aan SFL (Systemic Funcional Linguistics). De aandacht zal daarom zowel gaan naar de belichaming van journalistieke waarden in de tekstuele linguïstiek van concrete artikels als naar de professionele identiteiten van de journalisten, naar de identiteit van de krant als bedrijf en van de journalistiek als maatschappelijke institutie zelf. Organisaties: • Culture, Emancipation, Media and Society • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • Jo BOGAERTS • Nico CARPENTIER
De beoordeling van de educatieve behoeften van ingenieurs en onderzoekers in de luchtvaart en luchtvervoer (EDUCAIR). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Transport en ruimtelijke economie
Onderzoekers: • Tom Pauwels • Thierry Vanelslander • Eddy Van de Voorde
De bepaling van bodemvocht via radar- en radiometerwaarnemingen ter ondersteuning van waterbeheer Universiteit Gent Abstract: Dit project onderzoekt hoe aan de hand van teledetectie het bodemvocht van het aardoppervlak kan worden bepaald, en hoe deze informatie kan helpen bij operationeel waterbeheer. Zowel radar als radiometers satellietwaarnemingen worden gebruikt voor het bepalen van bodemvocht, en hun potentieel voor het voorspellen van overstromingen wordt vergeleken. Organisaties: • Vakgroep Bos- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Niko Verhoest
De bepaling van natuurlijke infiltratiegebieden voor hemelwater in het Brussels-Hoofdstedelijk Gewest. Vrije Universiteit Brussel Abstract: - Compilatie van bestande gegevens :Verschillende soorten van gegevens (geologische, topografische, pedologische, geotechnische kaarten, geologische doorsneden, boringsdata van werfen zoals metro, NMBS, luchtfoto's en satellietbeelden, piezometische gegevens, peilbuisgegevens, water-riolerings-databanks etc.) liggen verspreiden tussen een aantal instellingen & diensten (BIM UrbIS, BGD/KBIN Brussels Urban Geology, Gemeenten, Universiteiten, privé etc). - Terreinwerk : Ontbrekende gegevens zullen aangevuld worden door terrienwerk: studie van ontsluitingen, lokale ondiep boringen, veranderingen van topografie door anthropogenische effecten, werfen etc. - Cases studies : Op een aantal sites gekozen op basis van hun geologische eigenschappen (dikke lagen van de zand van Brussel, topografie met sterke helling, contact zand met onderliggende kleilangen, mogelijke overstromingsrisico door verkavelingsproject ...) wordt de waterstromingsflux (in/out) geëvalueerd (gemiddel en max. stroming tijdens perioden van sterke neerslag). - Beschrijving van de hydrogeologische eigenschappen van de ondergrond in het BHG : - Localisatie/identificatie van naturlijke stormbekkens: In sommige onstandigheiden kan de zand van Brussel de rol van naturlijke stormbekken spelen. Organisaties: • Wetenschappen van het Systeem Aarde • Geologie
Onderzoekers: • Kevin DE BONDT • Philippe CLAEYS
De berekening van de elektronische structuur van niobiumoxides. Universiteit Antwerpen Abstract: We berekenen de elektronische eigenschappen van de niobiumoxides NbO, NbO2 en Nb2O5 d.m.v ab initio elektronische structuurberekeningen via de LAPW methode. De fijnstructuur van de elektronen energieverliesspectra wordt berekend via deze bandenstructuurberekeningen en wordt vergeleken met de resultaten bekomen via de "Multiple Scattering" techniek. Vervolgens worden de
resultaten gecorreleerd aan de kristallografische structuur. Organisaties: • Theoretische studie der materie (TSM)
Onderzoekers: • Sorin Cucu
De berg baart een muis. Een onderzoek naar het gedrag van belangengroepen op het internationale niveau. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is om aan te tonen dat, hoewel lobbyen een sterk doelgericht karakter heeft, de doelgerichtheid op zich geen adequate verklaring biedt voor de politieke strategieën van veel belangengroepen. Veel is afhankelijk van contextuele factoren alsook het type organisatie. Om dit te onderbouwen concentreert mijn doctoraatsonderzoek zich op de volgende stellingen. Ten eerste, het gros van de internationale belangengroepen gaat niet voor beleidverandering, maar neigt er juist naar de status-quo te ondersteunen. Ten tweede, de mobilisatie van internationale belangengroepen is geen 'bottom-up' proces, maar wordt mede gestuurd door de noden van internationale organisaties. Ten derde, ook de organisatorische behoeften van belangenorganisaties is van belang bij het verklaren van hun gedrag. De stellingen onderzoek ik bij organisaties die actief zijn op het terrein van de WTO. Organisaties: • Instituties en Meerlagige Politiek (ACIM)
Onderzoekers: • Jan Beyers • Marcel Hanegraaff
De berg baart een muis. Een onderzoek naar het gedrag van belangengroepen op het internationale niveau. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is om aan te tonen dat, hoewel lobbyen een sterk doelgericht karakter heeft, de doelgerichtheid op zich geen adequate verklaring biedt voor de politieke strategieën van veel belangengroepen. Veel is afhankelijk van contextuele factoren alsook het type organisatie. Om dit te onderbouwen concentreert mijn doctoraatsonderzoek zich op de volgende stellingen. Ten eerste, het gros van de internationale belangengroepen gaat niet voor beleidverandering, maar neigt er juist naar de status-quo te ondersteunen. Ten tweede, de mobilisatie van internationale belangengroepen is geen 'bottom-up' proces, maar wordt mede gestuurd door de noden van internationale organisaties. Ten derde, ook de organisatorische behoeften van belangenorganisaties is van belang bij het verklaren van hun gedrag. De stellingen onderzoek ik bij organisaties die actief zijn op het terrein van de WTO. Organisaties: • Instituties en Meerlagige Politiek (ACIM)
Onderzoekers: • Jan Beyers • Dirk De Bièvre • Marcel Hanegraaff
De berg baart een muis. Verklaring voor de mobilisatie van belangengroepen op het internationale niveau. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is om aan te tonen dat, hoewel lobbyen een sterk doelgericht karakter heeft, de doelgerichtheid op zich geen adequate verklaring biedt voor de politieke strategieën van veel belangengroepen. Veel is afhankelijk van contextuele factoren alsook het type organisatie. Om dit te onderbouwen concentreert mijn doctoraatsonderzoek zich op de volgende stellingen. Ten eerste, het gros van de internationale belangengroepen gaat niet voor beleidverandering, maar neigt er juist naar de status-quo te ondersteunen. Ten tweede, de mobilisatie van internationale belangengroepen is geen 'bottom-up' proces, maar wordt mede gestuurd door de noden van internationale organisaties. Ten derde, ook de organisatorische behoeften van belangenorganisaties is van belang bij het verklaren van hun gedrag. De stellingen onderzoek ik bij organisaties die actief zijn op het terrein van de WTO. Organisaties: • Instituties en Meerlagige Politiek (ACIM)
Onderzoekers: • Jan Beyers • Marcel Hanegraaff
De bervordering van sociale ormen via handelsakkoorden van de Europese Unie Universiteit Gent Abstract: Sinds 2001 heeft de EU zich ertoe geëngageerd om sociale normen te promoten via handelsakkoorden. Sinsdien zijn heel wat handelsakkoorden met derde landen onderhandeld. Twee onderzoeksvragen staan centraal: (1) in welke mate hebben deze akkoorden sociale ,ormen gnomen? en (2) hoe kunnen we de variatie tussen de akkoorden verklaren? Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Jan Orbie
De bescherming van culturele goederen tijdens de gewapende conflicten: naar een integrale preventiestrategie. Universiteit Antwerpen Abstract: Tijdens de 20ste eeuw zijn er heel wat preventiemaatregelen ter bescherming van cultuurgoederen (zowel roerend als onroerend) tijdens gewapende conflicten ontwikkeld. Toch blijkt dat destructie en plunderingen de laatste decennia toenemen. Dit onderzoek wil dan ook nagaan wat de oorzaken zijn voor het falen van deze strategie. Daartoe wordt in een eerste fase een niet-limitatieve inventaris opgesteld van bestaande en ooit toegepaste preventiemaatregelen. Bottom-up, vanuit de verschillende preventiemaatregelen, zal een typologie worden ontwikkled, die vervolgens wordt vertaald in een modelstrategie. Een laatste fase evalueert de voorgaande, door top-down, vanuit de modelstrategie, twee casussen (Kosovo en Irak) te analyseren. Organisaties: • Management
Onderzoekers: • Annick Schramme
De bescherming van grondrechten tegen schendingen door de regelgever in convergerende nationale en Europese rechtsordes. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project beoogt een rechtsvergelijkende analyse te maken van de verhoudingen van rechtscolleges op nationaal en Europees niveau inzake de bescherming van grondrechten tegen optreden of nalaten van de materiële wetgever. Zowel nationale verhoudingen als de interactie van
het Hof van Justitie met de nationale rechter komen daarbij aan bod. De Europese dimensie speelt hierbij een bijzondere rol. Om te verzekeren dat het gemeenschaprecht volledig effect kan sorteren, moeten lidstaten hun rechtssysteem organiseren op dergelijke wijze dat elke bepaling van nationaal recht die strijdt met gemeenschapsrecht opzij kan worden gezet. In het domein van de mensenrechten moeten nationale rechters dus de rechtsbescherming waarin is voorzien in de nationale rechtsorde combineren met de verplichtingen die voortvloeien uit het Europees Gemeenschapsrecht, waarbij ze tevens moeten rekening houden met het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, dat minimum vereisten stelt inzake het niveau van rechtsbescherming. Nagegaan wordt op welke wijze knelpunten kunnen worden opgelost binnen het kader van het huidige systeem van rechtsbescherming. Vervolgens wordt onderzocht op welke wijze het huidige systeem van rechtsbescherming eventueel kan worden hervormd om te komen tot een efficiënte en coherente vorm van rechtsbescherming binnen een redelijke termijn. Organisaties: • Overheid en Recht
Onderzoekers: • Patricia Popelier • Jan Velaers
De bescherming van het contractueel evenwicht bij de vorming en uitvoering van overeenkomsten met geïntegreerde handelstussenpersonen endistributeurs. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Faculteit Rechtsgeleerdheid Kulak
Onderzoekers: • Bernard Tilleman • Evelyne Terryn • Michael Vansteenbeeck
De bescherming van ondernemingen tegen oneerlijke handelspraktijken. KU Leuven Abstract: Dit onderzoek zal zich toespitsen op de bescherming van ondernemingen tegen oneerlijke handelspraktijken. Een studie uitgevoerd door de Europese Commissie heeft aangetoond dat deze zogenaamde B2B‑oneerlijke handelspraktijken veelvuldig voorkomen. In tegenstelling tot B2C‑oneerlijke handelspraktijken heeft Europa deze materie (tot nu toe) echter slechts gedeeltelijk geharmoniseerd. Bijgevolg hebben meerdere lidstaten een eigen regelgeving uitgewerkt om ondernemingen tegen deze praktijken te beschermen. De Belgische wetgever heeft hiertoe voornamelijk een algemene norm ingevoerd die praktijken verbiedt die de beroepsbelangen van een of meer andere ondernemingen schaden of kunnen schaden. Een blik op de regelgeving die enkele nabije rechtsstelsels hieromtrent hebben opgesteld, leidt tot de conclusie dat de Belgische bescherming eerder van beperkte omvang is. Andere Europese rechtsstelsels, zoals Duitsland en Frankrijk, beschikken namelijk over bijzondere bepalingen d Organisaties: • Faculteit Rechtsgeleerdheid Kulak
Onderzoekers: • Evelyne Terryn • Sofie De Pourcq
De bestraffingskloof gedicht. Een onderzoek naar de remedies tegen irrationele en inconsistente bestraffing. Universiteit Antwerpen Abstract: De Belgische strafwetgever heeft zich nooit ingelaten over de specifieke invulling van het criterium van de ernst van het misdrijf, wat soms geleid heeft tot uiteenlopende straffen voor soortgelijke misdrijven en tot ongerechtvaardigde disproportionele straffen voor verschillende misdrijven. De strafrechter zelf beschikt dan weer over een brede waaier van bestraffingsmodaliteiten inzake strafoplegging waardoor er in de praktijk een enorme discrepantie ontstaat tussen de rechterlijke uitspraken in gelijkaardige zaken. Het project wil deze evolutie bestuderen en concrete voorstellen formuleren. Organisaties: • Rechtshandhaving
Onderzoekers: • Joëlle Rozie
De bestuurlijke sanctionering van het milieuhygiënerecht. Juridische aspecten Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek gaat uit van een brede afbakening van het sanctiebegrip (punitieve en repatoire sancties). Het omvat drie delen: een beschrijving, systematisering, analyse en evaluatie van de wetgevingspraktijk een onderzoek van de bestuurspraktijk, inzonderheid het gebruik van de beleidsvrijheid die in regel door de wetgever is toegekend aanbevelingen voor wetgevend werk, op federaal en gewestelijk niveau. Organisaties: • Vakgroep belastingrecht
Onderzoekers: • Luc Lavrysen
De beta-cel en het immuunsysteem in type 1 diabetes: handlangersnbsp;- ontwikkelen van nieuwe therapieen in type 1 diabetes door een betere kennis van de beta−- ontwikkelen van nieuwe therapieen in type 1 diabetes door een betere kennis van de b KU Leuven Abstract: Prevention of type 1 diabetes (T1D), the most common metabolic disease in childhood and adolescence, remains an elusive goal, with therapy after therapy failing to demonstrate long-term efficacy in arresting the autoimmune attack against the pancreatic insulin-producing beta-cell in people at risk for or with recent T1D. We propose to pursue an integrated approach, recognizing the crucial role of both the immune system and the beta-cell in the pathophysiology and natural history of the disease. Ourhypothesis is that besides the (auto)-immune system the beta-cell itself is a dynamic partner in the T1D disease process. We believe that this partner should not be neglected when considering new strategies for intervention and disease prevention. The beta-cell is the key as a renewablesource of new beta-cells, a provider of beta-cell antigens, a potentialsource of chemokine production and as a target not only for cell death,but also for dysfunction in the presence of inflammation and immune Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Annemieke Verstuyf • Chantal Mathieu • Frans Schuit
• Pieter Gillard • Christophe Matthys
De beta-cel in de pathogenese van type 1 diabetes: focus op de translationele post-translationele gebeurtenissen. KU Leuven Abstract: Type 1 diabetes (T1D) is een ziekte waarbij het immuunsysteem de beta cellen in de pancreas vernietigt. Een beter begrip in de oorsprong en de ontwikkeling van T1D zal uiteindelijk leiden tot preventie en genezing. In het hier voorgestelde project zal ik de afwijkingen bestuderen die aanwezig zijn in de beta cellen voor het begin van de ziekte en de gebeurtenissen die zich afspelen in the beta cel tijdens een immuunaanval. Ik zal me concentreren op afwijkingen op het proteïne niveau en de post translationele modificaties. In een eerste doelstelling wil ik meer inzicht verwerven hoe T1D tot stand komt. In de tweede doelstelling zal ik onderzoeken welke signaaltransductiewegen een rol spelen in immuun gemedieerde beta cel disfunctie en dood. In de derde doelstelling zal ik nauwer aandacht besteden aan de secretie blaasjes van de beta cel en de proteïnenen peptiden die aanwezig zijn in dit organel identificeren in een poging om nieuwe autoantigenen op het spoor te komen. Voor al deze stud Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Geert Baggerman • Chantal Mathieu • Wannes D'Hertog
De beta-cel in de pathogenese van type 1 diabetes: impact van translationele en posttranslationele regulatie. KU Leuven Abstract: Inzicht in de signaalcascades die tussenkomen bij de reacties van beta-cellen op immuunaanvallen en dit meer specifiek op het niveau van eiwitten opent nieuwe perspectieven om beta-cellen te beschermen en biedt de mogelijkheid om immuuninterventies te combineren met betacelbeschermendeinterventies voor het voorkomen alsook de behandeling van type 1 diabetes.Het algemene doel van dit project is een beter inzicht te krijgenin de eiwitveranderingen die optreden in beta-cellen onder stress en nog voor de manifestatie van diabetes. Dit kan leiden tot de ontdekking van nieuwe autoantigenen in de pathogenese van type 1 diabetes door het totaal secretoom van beta-cel te onderzoeken (doelstelling 1), door verschillende eiwitcascades die tussenkomen in beta-celdood en -verdediging tijdens immuunstress te onderzoeken(doelstelling 2); en door eiwitcascadesdie mogelijks een rol spelen in het ontstaan van het ziekteproces te identificeren (doelstelling 3). Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Chantal Mathieu • Lutgart Overbergh • Wannes D'Hertog
De beta-cel in type 1 diabetes: interactie met het immuunsysteem. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Chantal Mathieu • Lutgart Overbergh • Inne Crèvecoeur
De betekenis van buitenlandse interventies na de vrede van Westfalen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht toegekend door de Universiteit Antwerpen. De promotor levert de Universiteit Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd door de universiteit. Organisaties: • Power in History - Centrum voor Politieke Geschiedenis
Onderzoekers: • Luc Duerloo
De betekenis van China's vreedzame ontwikkeling Vrije Universiteit Brussel Abstract: kan China's vreedzame ontwikkeling werken? Met "vreedzame ontwikkeling' bedoelt China niet de verschuiving van de macht, maar een paradigma wissel. Het beweert dat zijn opgang anders zal zijn dan de expansieve machten uit het verleden en dat het als voorbeeld moet dienen foor een fundamentele revisie van de natuur van de grote politieke machten. Het maakt niet uit hoeveel macht men verkrijgt, maar hoe anderen er ook profijt uit kunnen halen. Het zou de weg kunnen plaveien voor een sterkere geïnstitutionaliseerd internationale samenwerking op het vlak van economie, milieu en veiligheid. Dit project zal dit evalueren. Organisaties: • Politieke Wetenschappen
Onderzoekers: • GUSTAAF GEERAERTS • Jonathan HOLSLAG
De Betekenis van de Dood en het Leven van Jezus in 2 Kor 4:7-15: Een Exegetisch-Theologische Studie KU Leuven Abstract: De Tweede brief van Paulus aan de Korinthiers is een van de meest persoonlijke brieven van Paulus en is nog steeds de focus van veel wetenschappelijk debat en intens onderzoek. De omtmoeting met de Verrezen Heer Jezus kan worden beschouwd als de funderende ervaring die het leven en de missie van Paulus beheerste. De hier voorgestelde studie beoogt de betekenis van de kern van de Paulijnse theologie te onderzoeken, namelijk de dood en verrijzenis van Jesus zoals gepresenteerd in 2 Kor 4:7-15. Hoe begript Paulus het lijden dat hij gedurende zijn apostolische missie te verduren heeft? En wat is de relatie tussen zijn lijdenservaring met het lijden van Jezus' leven? Ons onderzoek zal gecentreed zijn op de kernvermelding van Paulus in v.10; v. 11 en v. 14. Ons onderzoek zal zich richten op de betekenis van "de dood van Jezus in het lichaam dragen" om aldus het leven van Jezus en de hoop op verrijzenis zichtbaar te maken. Wij willen de implicaties van dit "leven" voor de huidige gelovigen di
Organisaties: • Faculteit Theologie en Religiewetensch.
Onderzoekers: • Reimund Bieringer
De betekenis van de wortel slm. Een structuralistische en cognitief-semantische analyse van een Bijbels-Hebreeuws groep lexemen KU Leuven Abstract: De Hebreeuwse wortel slm drukt zowel "compleetheid, welzijn, vrede" als"vergelding, retributie" uit. Deze twee groepen concepten zijn beide centraal voor de theologie en de betekenis van de Hebreeuwse Bijbel, maar komen bij de hedendaagse lezer als hoogst incompatibel over. Dit projectbeoogt een diepgaande nieuwe studie van deze wortel en van de verschillende woorden die ervan zijn afgeleid. Het biedt een antwoord op de vragen wat de precieze betekenissen van de wortel zijn en hoe deze betekenissen samenhangen. Daarnaast onderzoekt het project alle bijbelteksten waarin deze wortel voorkomt, inzonderheid die teksten waarvan de betekenisomstreden of onzeker is. Dit zal leiden tot een beter begrip van deze teksten - in hun context - op basis van de semantische analyse uitgevoerdin dit project. Tenslotte analyseert dit project de manier waarop de concepten uitgedrukt door de wortel slm in de Hebreeuwse bijbel worden begrepen: hoe begrepen de bijbelse auteurs concepten als "vrede" of "ret Organisaties: • OE Bijbelwetenschap
Onderzoekers: • Pierre Van Hecke
De betekenis van dynamiek op de Belgische arbeidsmarkt voor jobs en werknemers KU Leuven Abstract: De betekenis van dynamiek op de Belgische arbeidsmarkt voor jobs en werknemersHet in kaart brengen van de dynamiek op de arbeidsmarkt gebeurt tot nog toe vooral op basis van geaggregeerde statistieken, naast survey-onderzoek. In een internationale context werden pas recent data en methoden ontwikkeld die het mogelijk maken om de jobcreatie en destructie op basis van individuele ondernemingsdata te bestuderen (Bartelsmanet al., 2009). Dit resulteerde o.m. in een internationaal vergelijkendestudie in de OECD Employment Outlook (OECD, 2009). De voorbije drie jaar werd in het kader van het DynaM-project, dat staat voor Dynamiek op deBelgische arbeidsmarkt en geleid wordt door het HIVA-KU Leuven, een wetenschappelijk gevalideerde methode ontwikkeld om de dynamiek in kaart tebrengen voor België op drie niveaus: ondernemingen, jobs en werknemers.Een recente working paper komt tot de bevinding dat deze methode leidt tot een significante correctie naar beneden van de dynamiek die op basisvan r Organisaties: • HIVA-OG Arbeidsmarkt
Onderzoekers: • Ludovicus Struyven • Steven Bulté
De betekenis van een theologisch traditie-begrip voor liturgische hervormingen KU Leuven Abstract: Liturgie is wezenlijk een traditiegebeuren, dat wil zeggen een overleveringsproces waardoor een bepaalde geloofswerkelijkheid in het heden toegankelijk gemaakt wordt. Dat proces kan geblokkeerd of defect raken. Dan is er liturgiehervorming nodig. In dit onderzoek wordt getracht aan te tonen dat liturgiehervorming alleen verantwoord is als deze gericht is ophet herstel van het functioneren van de traditie. Daarbij gaat het om de dynamische relatie tussen haar beide aspecten: liturgie als monument van de traditie en liturgie als actuele gedachtenisviering. Tevens wordtgezocht naar criteria, ontleend aan het liturgisch traditiebegrip, die richtinggevend kunnen zijn voor de evaluatie van liturgische hervorming. Organisaties: • OE Pastoraaltheol. en Empirische Theol.
Onderzoekers: • Joris Geldhof
De betekenis van fluctuatie in persoonlijkheidsmanifestaties op het werk: elementaire kenmerken, antecedenten en consequenties. Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoeksproject bekijkt de dynamiek van persoonlijkheid in organizationele contexten en beschouwt hierbij zowel persoonlijkheidstrekken (?traits?) als toestanden (?states?). Traits beschrijven verschillen tussen individuen, terwijl states ingaan op concrete manifestaties van trekken op een gegeven moment. Bovendien wordt gekeken naar hoe dergelijke manifestaties fluctueren over de tijd, in functie van diverse situationele invloeden op het werk. Organisaties: • Vakgroep Ontwikkelings-, persoonlijkheids- en sociale psychologie
Onderzoekers: • Filip De Fruyt
De betekenis van het Concilie van Nicea in de Trinitaire discussies vande vierde eeuw: een historische, theologische en literaire studie van De Decretis Nicaenae Synodi van Athanasius van Alexandrië. KU Leuven Abstract: Athanasius van Alexandrië was een sleutelfiguur in de trinitaire discussies van de vierde eeuw, in het bijzonder vanwege zijn verdediging van de theologie van Nicea. Het voorliggend project bestudeert kritisch hoe hij zijn vurige steun voor het Niceaans credo uitdrukt in één van zijn geschriften, met name zijn De Decretis Nicaenae Synodi. Door de analyse van dit geschrift zullen we Athanasius# opvatting over de Niceaanse formulering van het christelijk geloof # in het bijzonder wat betreft de relatie tussen de drie goddelijke personen # reconstrueren. Ons onderzoeksdoel bestaat uit het aantonen van de relevantie van Athanasius# ideeëngoed in De Decretis Nicaenae Synodi voor de trinitaire theologie van zijn tijd en het onderzoeken hoe zijn unieke bijdrage vorm gegeven heeft aan hetdebat. We zullen ook bestuderen hoe andere contemporaine stromingen # die zich verzetten tegen de Niceaanse theologie (zoals bijvoorbeeld de Arianen en Eusebianen) # Athanasius hielpen om zijn theologie te ont Organisaties: • OE Geschiedenis van Kerk en Theologie
Onderzoekers: • Johan Leemans • N. N.
De betekenis van katallasso/katallage in de brief aan de Romeinen. Een exegetische studie van Paulus' opvatting van verzoening in het licht vanRomeinen 5,1-11 KU Leuven Abstract: De term katallasso/katallage komt voor in de antieke Griekse literatuurals aanduiding voor het herstel van een verbroken relatie tussen verschillende partijen. Het concept van een herstelde relatie komt ook voor in het Nieuwe Testament, in de eerste plaats bij Paulus. De term katallasso/katallage wordt enkel in zijn brieven gebruikt. Paulus gebruikt de term als een theologische categorie om het verlossingswerk dat God tot stand brengt in Christus te interpreteren. Hij doet dit ten eerste in 2 Corinthiërs 5 en herneemt het thema in Romeinen 5. Het is duidelijk datin Paulus# visie God altijd degene is die het initiatief neemt en mensen met zich verzoent. Maar wat precies de rol is van de mens en wat de rol van God bij het verzoeningsgebeuren, kan op basis van de tekst op velerlei wijze worden geïnterpreteerd. Rom 5,1-11 is een zeer rijke theologische tekst als het gaat over Paulus# opvatting van verzoening. Daarombeoogt dit onderzoek een diepgaande exegetische studie van Rom 5,1Organisaties: • OE Bijbelwetenschap
Onderzoekers: • Reimund Bieringer • Pierre Van Hecke • N. N.
De beteugeling van het lichaam. Een sociologische verkenning van somatische culturen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het lichaam staat al enige tijd volop in het brandpunt van sociologische interesse. Het aantal sociologen dat het lichaam (her)ontdekken neemt gestadig toe, net als de publicaties die luidkeels de terugkeer naar het lichaam aankondigen. Toch blijft het geheel van theoretische stromingen, scholen en methoden dat zich moeizaam onder de noemer sociologie van het lichaam laat vatten, vaak opvallend onverschillig voor de concrete lijfelijkheid van sociale actoren. De studie van de uiteenlopende wijzen waarop sociale actoren invulling geven aan het feit dat ze tegelijkertijd een lichaam hebben en een lichaam zijn, wordt daarbij nog al te vaak ingeruild voor een hermeneutische aanpak die hét Lichaam herleidt tot het zoveelste vertoog of tekst die onderworpen wordt aan de bezinning van de sociale theoreticus. In dit doctoraal onderzoek staat daarentegen het ogenschijnlijk banale gegeven centraal dat menselijke dieren tegelijkertijd deel uitmaken van een biologische en maatschappelijke orde en als dusdanig dubbel in-ge-lijfd zijn. Via een vergelijkende analyse van de lichaamspraktijken die verschillende sociale groepen (klassen) in de domeinen van sport, voeding en lichaamsverzorging vertonen, wordt getracht de ongeschreven regels bloot te leggen die de verhouding van deze groepen tot hun lichaam vormgeeft. Daarbij wordt bijzondere aandacht besteed aan de wijze waarop het lichaam wordt ingeschakeld in processen van sociale onderscheiding en de bijdrage die het daarbij levert aan het naturaliseren, en bijgevolg legitimeren, van sociale ongelijkheden. Via deze weg hoopt dit onderzoek te kunnen aantonen dat ons lichaam niet enkel ons perspectief op de wereld (Merleau-Ponty) vormt, maar dat de wereld op zijn beurt het perspectief op ons lichaam bepaalt. Organisaties: • Tempus Omnia Revelat • Agogiek
Onderzoekers: • IGNACE GLORIEUX • Dieter VANDEBROECK
De betrokkenheid van de EU in de VN/Regionale multilaterale organisaties KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Leuvens Centr. Global Governance Studies
Onderzoekers: • Jan Wouters • Anna-Luise Chané
De betrokkenheid van het geheugen voor seriële orde informatie bij taalverwerving Universiteit Gent Abstract: Voorgesteld onderzoeksproject zal de interactie tussen het lange-termijn geheugen voor seriële orde-informatie en taalleren onderzoeken. We zullen het computationeel model van Page en Norris empirisch valideren en de cognitieve mechanismen onderzoeken onderliggend aan enerzijds taalleren bij kinderen en anderzijds problematische taalontwikkeling. Tenslotte zal de neurologische basis van de geheugenprocessen betrokken bij taalleren worden onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Experimentele psychologie
Onderzoekers: • Wouter Duyck
De betrokkenheid van het geheugen voor seriële orde informatie bij taalverwerving Universiteit Gent Abstract: Voorgesteld onderzoeksproject zal de interactie tussen het lange-termijn geheugen voor seriële orde-informatie en taalleren onderzoeken. We zullen het computationeel model van Page en Norris empirisch valideren en de cognitieve mechanismen onderzoeken onderliggend aan enerzijds taalleren bij kinderen en anderzijds problematische taalontwikkeling. Tenslotte zal de neurologische basis van de geheugenprocessen betrokken bij taalleren worden onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Experimentele psychologie
Onderzoekers:
• Wouter Duyck
De betrokkenheid van het geheugen voor seriële orde informatie bij taalverwerving Universiteit Gent Abstract: Voorgesteld onderzoeksproject zal de interactie tussen het lange-termijn geheugen voor seriële orde-informatie en taalleren onderzoeken. We zullen het computationeel model van Page en Norris empirisch valideren en de cognitieve mechanismen onderzoeken onderliggend aan enerzijds taalleren bij kinderen en anderzijds problematische taalontwikkeling. Tenslotte zal de neurologische basis van de geheugenprocessen betrokken bij taalleren worden onderzocht. Organisaties: • Vakgroep Experimentele psychologie
Onderzoekers: • Wouter Duyck
De betrokkenheid van SINA E3 ligaseren tijdens de nodule-ontwikkeling op Medicago truncatula Universiteit Gent Abstract: SINA eiwitten zijn E3 ligasen die betrokken zijn bij de ubiquitine afhankelijke afbraak van regulatorische eiwitten. Met dit project wordt de betrokkenheid van 3 SINA eiwitten tijdens nodulatie op Medicago truncatula ontrafeld. Hiervoor wordt een expressie-analyse uitgevoerd en worden stabiele mutanten en transgenen met een gemoduleerd transcirptenniveau onderzocht. Bovendien wordt er gezocht naar de eiwitten die hierdoor gereguleerd worden. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Marcella Holsters • Sofie Goormachtig
De bevoegdheidsverdeling in het Belgisch federaal bestel: van "exclusieve" naar "coöperatieve" uitoefening van de bevoegdheden? Universiteit Antwerpen Abstract: Het project betreft een onderzoek naar de beginselen van bevoegdheidsverdeling die thans in het Belgisch federaal bestel gelden. Het beoogt deze beginselen op te sporen door een analyse van de rechtspraak van het Arbitragehof en de adviezen van de Raad van State. Het beoogt deze beginselen te duiden in het licht van de theorie over de "coöperatieve federale staat". Het strekt er ook toe na te gaan of ze in overeenstemming zijn met het Europees recht. Organisaties: • Overheid en Recht
Onderzoekers: • Jan Velaers
De bevoegheidsverdeling in het Belgisch federaal bestel: van "exclusieve" naar "coöperatieve" uitoefening van de bevoegdheden? Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoek zal vier luiken hebben: 1. In de eerste plaats zal worden nagegaan welke basisbeginselen er thans daadwerkelijk aan de bevoegdheidsverdeling in het Belgisch federaal bestel ten grondslag liggen. Daartoe zullen de arresten van het Arbitragehof en de adviezen van de Raad van State, afdeling Wetgeving, systematisch worden ontleed. Vooral de vraag naar de mate waarin het exclusiviteitsbeginsel al dan niet dient te worden gerelativeerd, staat centraal. 2. In een tweede deel zal worden onderzocht in welke mate de ontwikkeling die zich in België voltrekt, kan worden verklaard tegen de achtergrond van de begrippen "coöperatieve federale staat" en "multilevel governance". In dit deel zal een beperkte en strikt functionele rechtsvergelijking plaats vinden naar fenomenen van niet-exclusieve bevoegdheidsuitoefening in andere federale staten en zullen anderzijds ook inzichten uit de wetgevingsleer over "mulit-level-governance" in federaal verband, worden gepresenteerd. 3. In een derde deel zal worden nagegaan -aan de hand van de (schaarse) Europese rechtspraak en aan de hand van de interne omzetting van Europese richtlijnen in het nationaal recht - of ook het Europees recht de ontwikkeling kan verklaren. 4. Tenslotte zal worden onderzocht of het noodzakelijk en/of wenselijk is om de bevoegdheidsverdelende regels uit de Grondwet en de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, o.m. deze inzake het coöperatief federalisme, verder te verfijnen met het oog op een coherente uitoefening van de bevoegdheden. Organisaties: • Overheid en Recht
Onderzoekers: • Johan Meeusen • Patricia Popelier • Jan Velaers
De bevoogding nabij? Het spanningsveld tussen pedagogisering en commercialisering in de leefwereld van kinderen. Over kinderen en gezonde voeding. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit onderzoeksproject vertrekt vanuit de economische (het kind als consument) en politieke (het kind als partciciperend burger) veranderingen die zich in de tweede helft van de twintigste eeuw in onze Westerse samenleving rond het kindzijn hebben voorgedaan. Steunend op het paradigma van de Sociology of Childhood en zijn methodologische consequenties en via de inbreng van een historische dimensie wil deze studie vanuit een kindgericht perspectief de implicaties in kaart brengen van deze veranderingen voor zowel de huidige vormgeving aan het kindzijn als voor de actuele leefwereld van kinderen. Deze studie beoogt zo een wetenschappelijke bijdrage te leveren aan meer empirische kennis over de relatie tussen kind, opvoeding en cultuur. Deze probleemstelling zoals gearticuleerd in het goedgekeurde FWO-project werd intussen geoperationaliseerd naar een studie van het discours omtrent gezondheid van en naar kinderen toe, waarbij toegespitst wordt naar het discours omtrent gezonde voeding. Onderzocht wordt (1) hoe pedagogische én commerciele actoren via reclame- en voorlichtingscampagnes kinderen aanspreken met betrekking tot hun visie over gezonde voeding en (2) hoe kinderen hier zelf mee omgaan. Daarbij staat de beleving van het "kindzijn" centraal en worden kinderen aanzien en benaderd als ervaringsdeskundigen. Hiertoe zal op representatieve wijze onderzocht worden wat gezondheid en meer bepaald gezonde voeding betekenen voor Vlaamse kinderen, welke hiervoor hun informatiebronnen ziin en hoe zij zelf omgaan met de spanning tussen de commerciele en eerder pedagogische gezondheidsboodschappen in hun leefwereld. Organisaties: • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers:
• KATIA SEGERS
De bevoogding voorbij? Het spanningsveld tussen pedagogisering en commercialisering in de leefwereld van kinderen Universiteit Gent Abstract: Het vertrekpunt van dit onderzoek lit in de economische (het kind als consument) en politieke (het kind als participerend burger) veranderingen die zich in de tweede helft van de twintigste eeuw in onze Westerse samenleving rond kindzijn hebben voorgedaan. Deze studie wil vanuit een kindgericht perspectief de implicaties in kaart brengen van de hoger beschreven maatschappelijke veranderingen voor zowel de huidige vormgeving aan kindzijn als voor de actuele leefwereld van kinderen. Organisaties: • Vakgroep Pedagogiek
Onderzoekers: • Bruno Vanobbergen
De bevoogding voorbij? Het spanningsveld tussen pedagogisering en commercialisering in de leefwereld van kinderen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De algemene doelstelling van dit onderzoeksproject zijn: nieuwe kennis ontwikkelen over het veranderend kindzijn vanuit interdisciplinair onderzoek, nieuwe methodologische kennis ontwikkelen m.b.t. het onderzoek naar kinderen, alsook een bijdrage te leveren aan het maatschappelijk debat omtrent kindzijn. In dit onderzoeksvoorstel staan de constructie, beleving en invulling van het kindzijn centraal. Wij vatten deze op als een dynamisch proces waarin zowel volwassenen als kinderen een actieve rol vervullen. Vandaag spelen deze processen zich af in het spanningsveld tussen pedagogisering en commercialisering. Dit spanningsveld leidt in de leefwereld van kinderen en in de omgang en relatie tussen kinderen en volwassenen tot wijzigende hiërarchische verhoudingen (cf. Lee, 2001). Deze probleemstelling vertaalt zich naar de volgende twee concrete onderzoeksdoelen en daaruit voortvloeiende onderzoeksvragen: I. Het identificeren en inzicht verwerven in de wijze waarop eigentijdse klassieke en nieuwe pedagogische instanties vorm geven aan het kindzijn met bijzondere aandacht voor de verschillen en overeenkomsten in dit constructieproces. -> Welk kindzijn construeren de klassieke pedagogische instanties (ouders, leerkrachten en klassieke cultuurinstellingen zoals musea) en de nieuwe, meer informele leerplatforms (media, populaire cultuur)? Van welk kindbeeld gaan deze pedagogische instanties uit? Hoe geven deze instellingen het kindzijn vorm? Hoe spreken zij het kind aan, hoe appeleren zij aan het kind? II. Inzicht verwerven in de constructie van het kindzijn zoals dit door (Vlaamse) kinderen in wisselwerking met het aangereikte en beschikbare symbolische materiaal gebeurt. -> Hoe vullen kinderen zelf hun kindzijn in aan de hand van het hen aangereikte symbolische materiaal? Welke narratieven, verhalen, voorbeelden, rolmodellen die de klassieke pedagogische instanties en nieuwe, informele leerplatforms aanreiken, gebruiken zij om hun kindzijn vorm te geven? Hoe voelen zij zich aangesproken? Hoe beleven zij en gaan zij om met de pedagogisering en/of commercialisering van hun leef- en belevingswereld? Dit onderzoeksvoorstel vindt aansluiting bij een internationale onderzoeksagende die zich in verschillende disciplines die zich met kinderen, media en cultuur bezighouden (pedagogiek, communicatiewetenschap en sociologie) het afgelopen decennium almaar nadrukkelijker heeft geprofileerd. - Ten eerste beschouwt men vandaag kinderen als volwaardige sociale actoren die niet alleen door hun sociale omgeving worden bepaald meer er zelf ook vorm aan geven (cf. Prout, 2002). - Ten tweede heeft het zogenaamde deficitmodel over het bedreigde kind plaats gemaakt voor een meer constructief paradigma dat ernaar streeft de veranderingen in de leefwereld van kinderen, te analyseren, te begrijpen en te verklaren vanuit het perspectief van het kind zelf. Dit sluit niet uit dat kwalijke situaties of evoluties worden gesignaleerd en geïdentificeerd, maar ze vormen niet (langer) het uitgangspunt van onderzoek naar kinderen, media en cultuur (cf. Buckingham, 2000; Marsh et al., 2005). Organisaties: • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • KATIA SEGERS • Jo Renate BAUWENS
De bevraging van de medewerkers van het federaal administratief openbaar ambt over het ambtelijke integriteitsbeleid. KU Leuven Abstract: De bevraging van medewerkers van het Federaal administratief openbaar ambt over het ambtelijke integriteitbeleid om te komen tot een beleidsadvies en de operationale ondersteuning van het integriteitsmanagementin het federaal administratief openbaar ambt. Organisaties: • Leuvens Instituut vr Criminologie (LINC)
Onderzoekers: • Jeroen Maesschalck
De bevraging van medewerkers van de verschillende politiezones van de provincie Vlaams-Brabant over het ambtelijk integriteitsbeleid. KU Leuven Abstract: De bevraging van medewerkers van de verschillende politiezones vande provincie Vlaams-Brabantnbsp;het ambtelijke integriteitbeleid, om te komen tot een beleidsadvies en de operationale ondersteuningvan het integriteitsmanagement. Organisaties: • Leuvens Instituut vr Criminologie (LINC)
Onderzoekers: • Jeroen Maesschalck
De bevuiling van de verbeelding. Obscene en morbide theatraliteit in het theater van de late twintigste eeuw. Universiteit Antwerpen Abstract: De bevuiling van de verbeelding. Obscene en morbide theatraliteit in het theater van de late twintigste eeuw. Organisaties: • Theaterwetenschap • Onderzoekscentrum Visuele Poëtica
Onderzoekers: • Luc Van Den Dries • Thomas Crombez
De bevuiling van de verbeelding. Obscene en morbide theatraliteit in het theater van de late twintigste eeuw. Universiteit Antwerpen
Abstract: De bevuiling van de verbeelding. Obscene en morbide theatraliteit in het theater van de late twintigste eeuw. Organisaties: • Onderzoekscentrum Visuele Poëtica
Onderzoekers: • Luc Van Den Dries • Thomas Crombez
De 'Beweging' gewogen. De christelijke werknemersbeweging in Vlaanderen en België 1980-heden KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Centrum voor Politicologie
Onderzoekers: • Emmanuel Gerard • Klaas Keirse
De bewijswaardering in strafzaken: een blinde vlek in de strafrechtshervorming? Voorstellen tot bijsturing en hervorming van het Belgische bewijsrecht van uit Europees en internationaal perspectief. Universiteit Antwerpen Abstract: Het vooropgestelde doctoraatsonderzoek concentreert zich op een blinde vlek in de strafrechtshervorming van België. De verzameling van bewijzen tijdens het vooronderzoek, de presentatie van de bewijzen op de terechtzitting en de uiteindelijke beoordeling van deze bewijzen door de rechter vormen de ruggengraat van het strafproces. Het is merkwaardig vast te stellen dat de regels over het bewijs in strafzaken vrijwel onaangeroerd bleven. De uit 1808 daterende artikelen over de zogenaamde "innerlijke overtuiging" van de rechter zijn nog steeds onverkort van toepassing. Als er dan toch wijzigingen aan het Wetboek van Strafvordering werden aangebracht, waren dit veelal voorstellen op louter pragmatische leest geschoeid.1 Het vooropgestelde doctoraatsonderzoek heeft tot doel de bewijsregels, meer in het bijzonder de regels over de bewijswaardering onder de aandacht te brengen. Dit aspect werd bij recente hervormingsstromen in België onterecht te weinig benaderd, terwijl andere procedureregels in de laatste tien jaar ingrijpend werden gewijzigd. Organisaties: • Rechtshandhaving
Onderzoekers: • Bart De Smet • Christiane Van den Wyngaert • Emmanuelle De Bock
De bewijswaardering in strafzaken: een blinde vlek in de strafrechtshervorming? Voorstellen tot bijsturing en hervorming van het Belgische bewijsrecht vanuit Europees en internationaal perspectief. Universiteit Antwerpen Abstract: Het vooropgestelde doctoraatsonderzoek heeft tot doel de bewijsregels, meer in het bijzonder de regels over de bewijswaardering onder de aandacht te brengen. Dit aspect werd bij recente hervormingsstromen in België onterecht te weinig benaderd, terwijl andere procedureregels in de laatste tien jaar ingrijpend werden gewijzigd. Sleutelen aan bepaalde aspecten van de strafprocedure kan echter het evenwicht verstoren en leiden tot onwenselijke gevolgen voor wat betreft de bewijswaardering. Zo wordt de taak van de bewijswaardering, die vroeger alleen toekwam aan de (vonnis)rechter, vandaag de dag uitgesmeerd over het gehele proces en over meerdere personen. Er wordt de vraag gesteld of dit wel de bedoeling was en of deze nieuw samengestelde familie van oude en nieuwe procedureregels wel houdbaar is. Organisaties: • Rechtshandhaving
Onderzoekers: • Christiane Van den Wyngaert • Joëlle Rozie • Emmanuelle De Bock
De bewijswaardering in strafzaken: een blinde vlek in de strafrechtshervorming? Voorstellen tot bijsturing en hervorming van het Belgische bewijsrecht vanuit Europees en internationaal perspectief. Universiteit Antwerpen Abstract: Het vooropgestelde doctoraatsonderzoek concentreert zich op een blinde vlek in de strafrechtshervorming van België. De verzameling van bewijzen tijdens het vooronderzoek, de presentatie van de bewijzen op de terechtzitting en de uiteindelijke beoordeling van deze bewijzen door de rechter vormen de ruggengraat van het strafproces. Het is merkwaardig vast te stellen dat de regels over het bewijs in strafzaken vrijwel onaangeroerd bleven. De uit 1808 daterende artikelen over de zogenaamde "innerlijke overtuiging" van de rechter zijn nog steeds onverkort van toepassing. Als er dan toch wijzigingen aan het Wetboek van Strafvordering werden aangebracht, waren dit veelal voorstellen op louter pragmatische leest geschoeid.1 Het vooropgestelde doctoraatsonderzoek heeft tot doel de bewijsregels, meer in het bijzonder de regels over de bewijswaardering onder de aandacht te brengen. Dit aspect werd bij recente hervormingsstromen in België onterecht te weinig benaderd, terwijl andere procedureregels in de laatste tien jaar ingrijpend werden gewijzigd. Organisaties: • Rechtshandhaving
Onderzoekers: • Bart De Smet • Christiane Van den Wyngaert • Emmanuelle De Bock
De (bewijs)waarde van verklaringen van (meewerkende) verdachten: hoe medewerking stimuleren? Universiteit Antwerpen Abstract: De studie onderzoekt "welke rol de verklaring van een meewerkende (on)schuldige verdachte in het Belgisch strafproces heeft?" vanuit een juridisch (bewijswaarde) alsook een rechtspsychologisch en rechtssociologisch perspectief (factoren die medewerking stimuleren). De studie omvat (1) een juridische analyse en literatuurstudie en (2) een veldstudie waarin een combinatie van kwantitatieve (vragenlijsten, dossierstudie) en kwalitatieve methoden (semi-gestructureerde interviews) wordt gehanteerd. Organisaties: • Rechtshandhaving
Onderzoekers:
• Bernard Hubeau • Joëlle Rozie • Miet Vanderhallen
Debietmetingen VMM Universiteit Gent Abstract: Uitvoeren van debietmetingen en opstellen van ijkingsformules op een reeks meetpunten op niet-bevaarbare waterlopen. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Ronny Verhoeven
De bijdrage van ectomycorrhiza fungi aan de Fe-nutritie van gastheerplanten Universiteit Hasselt Abstract: Het voorliggende contract betreft een FWO-aspirantschap van Jan Wevers onder promotorschap van prof. dr. J. Colpaert voor de periode van 01.10.2007 tot 30.09.2009. Het doctoraatsproject wil de functionele diversiteit bij ECM fungi in kaart brengen voor wat betreft Fe-opname en transfer naar de gastheerplant, de grove den. Tegelijk bepalen we de invloed van toxische Zn concentraties op de Fe-nutritie van de gemycorrhizeerde gastheer. Enerzijds wordt een veldstudie geprogrammeerd waarbij Fe- en Zn-opname en fractionering in dennen wordt bestudeerd in goed gekarakteriseerde proefpercelen langs een Zn-gradiënt in Noord-Limburg. Anderzijds worden labo experimenten omgezet om de Fe- en Zn-fluxen in gemycorrhizeerde planten te karakteriseren. In een laatste fase zal onderzocht worden welke mechanismen verantwoordelijk zijn voor de opname van Fe in geselecteerde ECM fungi. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Jan COLPAERT
De bijdrage van het intestinaal microbioom tot het human metaboloom bijchronisch nierlijden: exploratie van de colorenale link. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium Nefrologie
Onderzoekers: • Patrick Augustijns • Björn Meijers
De bijdrage van kleine bosfragmenten aan bestuivingsdiensten in landbouwlandschap Universiteit Gent Abstract: Het West-Europese boslandschap is sterk versnipperd. Toch kunnen deze bosfragmenten belangrijke ecosysteemdiensten voorzien. Bestuiving is een belangrijke ecosysteemdienst, aangezien 35% van de globale landbouwgewassenproductie hiervan afhangt. Wilde bestuivers gaan echter al jaren achteruit door het verdwijnen van semi-natuurlijk habitat. In dit onderzoek wordt getracht om het belang van deze bosfragmenten voor wilde bestuivers te kwantificeren. Organisaties: • Vakgroep Bos- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Guy Smagghe • Kris Verheyen
De bijdrage van motorische aanpassingsmoeilijkheden aan freezing bij deziekte van Parkinson: differentiele effecten op complexe gang-en balanstaken KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Neuromotorische Revalidatie
Onderzoekers: • Sabine Verschueren • Alice Nieuwboer • Farshid Mohammadi
De binnenkant van het beeld. Immersie en narrativiteit op het snijpunt van theater en film. Universiteit Antwerpen Abstract: Immersion, een begrip uit de context van Virtual Reality evoceert de lichamelijke beleving wanneer men kopje ondergaat in een andere wereld. Immersie kent evenwel ook een kunsthistorische traditie (Grau, 2003). Vanuit een eeuwenoud verlangen om voorbij de grenzen van de representatie een onmiddellijke of authentieke beleving te evoceren, ontwikkelde de plastische kunst illusionistische beeldstrategieën die de (aandacht van de) toeschouwer vervoerde naar de wereld aan de andere kant van het kader (Gombrich, 1960). Deze visuele verhaalprincipes vonden ook ingang in theater, fotografie en film. Avant-garde experimenten zoals Environmental Theater (Schechner,1973) en Expanded Cinema (Youngblood, 1970) haalden de voorstelling uit zijn conventionele kader en verplaatsten de kijker lichamelijk naar de binnenkant van de beeldruimte. In het kielzog van die evolutie en met de fascinatie voor digitale technologiën als motor, opent zich vandaag in de cultuurpraktijk opnieuw een heterogeen veld van immersieve performances. Dit project wil vanuit de theater- en cognitieve film theorie inzichtelijk maken hoe de veranderde verhouding tot het beeld een herdenking van het bestaande arsenaal aan vertelstrategieën impliceert. Hoe laten vormelijke parameters eigen aan theater en film (dramaturgie, montage, beeldcompositie) zich vertalen naar een immersieve dramatische omgeving? Welke consequenties heeft de perspectiefverschuiving voor de emotionele betrokkenheid (empathie, suspension of disbelief, gevoel van aanwezigheid)? Welke consequenties heeft de beleving van het beeld van binnenuit voor de esthetische ervaring en het kritisch oordeel? Organisaties: • Onderzoekscentrum Visuele Poëtica
Onderzoekers: • Kurt Vanhoutte • Nele Wynants
De binnenkant van het beeld. Immersie en narrativiteit op het snijpunt van theater en film. Universiteit Antwerpen Abstract: Immersion, een begrip uit de context van Virtual Reality evoceert de lichamelijke beleving wanneer men kopje ondergaat in een andere wereld. Immersie kent evenwel ook een kunsthistorische traditie (Grau, 2003). Vanuit een eeuwenoud verlangen om voorbij de grenzen van de representatie een onmiddellijke of authentieke beleving te evoceren, ontwikkelde de plastische kunst illusionistische beeldstrategieën die de (aandacht van de) toeschouwer vervoerde naar de wereld aan de andere kant van het kader (Gombrich, 1960). Deze visuele verhaalprincipes vonden ook ingang in theater, fotografie en film. Avant-garde experimenten zoals Environmental Theater (Schechner,1973) en Expanded Cinema (Youngblood, 1970) haalden de voorstelling uit zijn conventionele kader en verplaatsten de kijker lichamelijk naar de binnenkant van de beeldruimte. In het kielzog van die evolutie en met de fascinatie voor digitale technologiën als motor, opent zich vandaag in de cultuurpraktijk opnieuw een heterogeen veld van immersieve performances. Dit project wil vanuit de theater- en cognitieve film theorie inzichtelijk maken hoe de veranderde verhouding tot het beeld een herdenking van het bestaande arsenaal aan vertelstrategieën impliceert. Hoe laten vormelijke parameters eigen aan theater en film (dramaturgie, montage, beeldcompositie) zich vertalen naar een immersieve dramatische omgeving? Welke consequenties heeft de perspectiefverschuiving voor de emotionele betrokkenheid (empathie, suspension of disbelief, gevoel van aanwezigheid)? Welke consequenties heeft de beleving van het beeld van binnenuit voor de esthetische ervaring en het kritisch oordeel? Organisaties: • Onderzoekscentrum Visuele Poëtica
Onderzoekers: • Kurt Vanhoutte • Nele Wynants
De bioethische posities in China over stamcelonderzoek, medisch geassisteerde voortplanting en medisch onderzoek Universiteit Gent Abstract: Het project zal onderzoeken welke posities zich ontwikkelen in China over stamcelonderzoek, medisch geassisteerde voortplanting en medisch onderzoek. Dit zal gebeuren door de academische ethische literatuur te bestuderen, samen met de richtlijnen door overheden en beroepsverengigingen in China. De vergelijking met westerse opvattingen en de plaatsing binnen de specifieke culturele context van China moet meer inzicht opleveren. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Guido Pennings
De biofysische interacties tussen neuronale netwerken en geleidende nanodeeltjes: bouwblokken voor toekomstige neurale interfaces. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project zal ik het gebruik van kunstmatig ontwikkelde cellulaire omgevingen onderzoeken, specifiek actieve steigers ("scaffolds"), belangrijk voor het opnieuw doen groeien en herstellen van signaaltransmissie bij hersenaandoeningen. Ik zal me toespitsen op het gebruik van elektrisch geleidende nanomaterialen, zoals koolstof nanotubes (CNTs), om nieuwe groeisubstraten te ontwikkelen en interfaces die de basis zullen vormen van een nieuwe klasse van regeneratieve implantaten en slimme elektrodes die in Deep Brain Stimulation therapieën worden gebruikt. Kwantitatief begrip van de elektrofysiologie van neuronale netwerken gekoppeld aan actieve nanostrucuur materialen zijn de eerste stap naar CNS nanoengineering. Organisaties: • Theoretische neurobiologie en neuroengineering
Onderzoekers: • Michele Giugliano
De biogeochemische cyclus van zware metalen in natuurlijke zoetwaterschorren en gecontroleerde overstromingsgebieden. Universiteit Antwerpen Abstract: Als overgangsgebieden tussen land en zee herbergen estuaria specifieke en waardevolle ecosystemen en fungeren vaak als filter voor de door menselijke activiteiten verhoogde vracht van nutriënten en verontreinigende stoffen. Hierbinnen spelen intertidale gebieden een belangrijke rol. Door de geplande Gecontroleerde OverstromingsGebieden met Gecontroleerd Gereduceerd Getij (GGG) onder invloed van de getijdenwerking te plaatsen kan het areaal aan de natuurlijke intertidale gebieden uitgebreid worden. Binnen het pilootproject GGG Lippenbroek en mesocosmosopstelling in Kruibeke wordt beoogd het effect van de aanwezige contaminatie van zware metalen in kaart te brengen. De nadruk wordt gelegd op biobeschikbaarheid en de interactie met biota. De metaalcyclus vanaf opname door planten tot decompositie zal worden onderzocht. Hierbij wordt het GGG vergeleken met ingepolderde gebieden en natuurlijke slikken en schorren. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Lieven Bervoets • Patrick Meire • Eric de Deckere • Johannes Teuchies
De biogeochemische cyclus van zware metalen in natuurlijke zoetwaterschorren en gecontrolleerde overstromingsgebieden. Universiteit Antwerpen Abstract: Als overgangsgebieden tussen land en zee herbergen estuaria specifieke en waardevolle ecosystemen en fungeren vaak als filter voor de door menselijke activiteiten verhoogde vracht van nutriënten en verontreinigende stoffen. Hierbinnen spelen intertidale gebieden een belangrijke rol. Door de geplande Gecontroleerde OverstromingsGebieden met Gecontroleerd Gereduceerd Getij (GGG) onder invloed van de getijdenwerking te plaatsen kan het areaal aan de natuurlijke intertidale gebieden uitgebreid worden. Binnen het pilootproject GGG Lippenbroek en mesocosmosopstelling in Kruibeke wordt beoogd het effect van de aanwezige contaminatie van zware metalen in kaart te brengen. De nadruk wordt gelegd op biobeschikbaarheid en de interactie met biota. De metaalcyclus vanaf opname door planten tot decompositie zal worden onderzocht. Hierbij wordt het GGG vergeleken met ingepolderde gebieden en natuurlijke slikken en schorren. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Lieven Bervoets • Patrick Meire
• Eric de Deckere • Johannes Teuchies
De biogeografie van plethodonte salamanders weerspiegelt oorsprong en evolutie van antimicrobiële peptiden in de huid, die bescherming bieden tegen dodelijke chytridiomycosis Universiteit Gent Abstract: Dit project gaat na hoe antimicrobiële peptiden (AMP) in huidsekreten van plethodonte salamanders zorgen voor resistentie tegen chytridiomycose en hoe deze peptiden geëvolueerd zijn. Dit houdt in: karakterisatie van 1) het AMP arsenaal bij 3 model soorten, 2) het werkingsmechanisme van potente AMP?s op celniveau en 3) de verspreiding van genen coderend voor potente AMP?s. Organisaties: • Vakgroep Pathologie, bacteriologie en pluimveeziekten
Onderzoekers: • Frank Pasmans • An Martel
De bio-informatica-aspecten van mathematische en statistische modellen voor infectieziekten. Universiteit Hasselt Abstract: Het voorliggende contract is een intern contract van de UHasselt met BOF-middelen, toegekend aan het Centrum voor Statistiek, voor de periode van 01.01.2007 tot 31.12.2010. Het onderzoek betreft de bio-informatica-aspecten van mathematische en statistische modellen voor infectieziekten. Organisaties: • Centrum voor Statistiek • Centrum voor Statistiek
Onderzoekers: • Marc AERTS • Geert MOLENBERGHS • Ziv SHKEDY
De biologie van Artemia. De ontwikkeling en het gebruik van geschikte voedsels voor de larvenkweek van aquacultuurorganismen. Universiteit Gent Abstract: Op punt stellen van technieken voor optimale productie en gebruik van Artemia als voedselbron in vis- en garnalenkweek en als bron van eiwitten e.a. hoogwaardige componenten rol van Artemia in zoutwinningen m.b.t. kwaliteit en kwantiteit van het geproduceerde zout. Organisaties: • Vakgroep Dierlijke productie
Onderzoekers: • Patrick Sorgeloos
De biologie van gemodificieerde chemokinen tijdens acute inflammatie. KU Leuven Abstract: Ontstekingsreacties vormen een hulpmiddel bij onze afweer tegen microbiële infecties, bij het herstel van weefselschade en zijn vaak geassocieerd met tumorgroei. Strikte regulatie van de inflammatoire respons is dus essentieel voor het herstel van de normale weefselfunctie. Ongepaste vermindering van inflammatie kan leiden tot permanente weefselschade, chronische ontsteking en auto-immuunziektes. Chemokinen zijn cruciale spelers in de regulatie van leukocytenmigratie tijdens de inflammatoire respons. Chemokine-activiteit wordt gereguleerdop verschillende niveaus zoals posttranslationele modificatie en interactie met glycosaminoglycanen. Alhoewel meerdere natuurlijke chemokinemodificaties ontdekt zijn, zijn concentratiebepalingen voor specifieke chemokinevormen vaak onmogelijk. Bovendien is ondanks uitgebreide evidentie in vitro, het in vivo bewijs voor het belang van chemokine-glycosaminoglycaan-binding zeer beperkt. Met dit project willen we de complementaire expertise van de Vlaamse Organisaties: • Laboratorium Moleculaire Immunologie
Onderzoekers: • Jozef Van Damme • Sofie Struyf • Paul Proost
De biologische achtergrond van verstoorde pijninhibitie bij chronisch veralgemeende pijnklachten: samenspel tussen cytokines en de HPA-as. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Chronisch veralgemeende pijnklachten komt bij vele verschillende patiëntenpopulaties voor, ook bij patiëntengroepen waar de nadruk niet op die pijn ligt. Om de biologische complexiteit van deze chronische veralgemeende pijnklachten te doorgronden, zullen twee patiëntenpopulaties met elkaar vergeleken worden. Eén waar de pijn op de voorgrond treedt en waar reeds veel onderzoek naar verricht is, reumatoïde artritis (RA), en één waar de pijn slechts een nevensymptoom is en amper beschreven is, namelijk het Chronisch Vermoeidheid Syndroom (CVS). Wat wel al grondig bestudeerd werd bij CVS en bij RA zijn de immunologische en de hormonale afwijkingen. Beiden vertonen een hyperactief immuunsysteem en een falende Hypofyse-Hypothalamus-Bijnier-as (HHB-as). De link tussen pijn en het immuunsysteem is gekend, maar deze werd nog niet onderzocht bij RA- of CVS-patiënten. Verder is de HHB-as, gerelateerd aan pijnsensitiviteit en is cortisol betrokken bij het immuunsysteem. De nauwe relaties tussen de verschillende systemen en het feit dat zowel het immuunsysteem als de HHB-as afwijkend zijn bij CVS en RA, maakt het aangewezen om de pijninhibitie te gaan bestuderen in relatie tot de immunologische afwijkingen (pro-inflammatoire cytokines) en de deficiënte HHB-as. De twee groepen zullen vergeleken worden met elkaar een gezonde controlegroep voor wat betreft hun pijninhibitie, pro-inflammatoire cytokines en HHB-as als respons op 2 fysieke stressors. Organisaties: • Menselijke Fysiologie
Onderzoekers: • Mira MEEUS • ROMAIN MEEUSEN • JO NIJS
De biologische controle van de orale biofilms met Bdellovibrio bacteriovorus. KU Leuven
Abstract: Het sleutelprobleem in de behandeling van orale infecties, net zoals voor andere medische infectieziekten en voor industriële toepassingen (drinkwater zuivering, afvalwaterverwerking, oliewinning, papierproductie, koelwater van kernreactoren, scheepvaart, medische implantaten) is de vorming en het effectief verwijderen van biofilms. De weerstand van bacteriën aan antimicrobiële producten in een biofilm is 1000 tot 1500 maal groter dan onder een planktonische vorm(14). Daarnaast vormt het opduiken van antibiotica-resistentie in het veld van de infectieziekten een bijkomend probleem(10,11). Er is daarom nood aan alternatieve therapieën.Gezien al deze problemen is er recent een vernieuwde interesse gekomen inhet gebruik van biologische agentia voor biofilm controle. Een groep van organismen die over bovengenoemd potentieel tegen biofilms bezit, zijnbacteriën van het genus Bdellovibrio and like organisms (BALOs). BALOs zijn obligatoire bacteriële parasieten die zich enkelkunnen vermenigv Organisaties: • Parodontologie
Onderzoekers: • Marc Quirynen • Wim Teughels
De biologische gevolgen van pre- en postnatale stress: een epigenoom-wijde studie KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Onderzoeksgroep Psychiatrie
Onderzoekers: • Kathleen Freson • Stephan Claes • Elise Vangeel
De biologische gevolgen van pre- en postnatale stress: een onderzoek opepigenomisch niveau. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Onderzoeksgroep Psychiatrie
Onderzoekers: • Stephan Claes
De biologische recuperatie van stikstofnutriënten uit laagbelaste afvalstromen Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit onderzoeksproject is de ontwikkeling van een biologische stikstofrecuperatiemodule die het mogelijk maakt om stikstofnutriënten uit laag belaste afvalstromen terug te winnen en deze vervolgens als een alternatieve bron van stikstofbemesting te valoriseren. Meer specifiek wordt hierbij onderzocht of mariene nitraataccumulerende bacteriën en diatomeeën geïmplementeerd kunnen worden in de afvalwaterbehandeling om zo recuperatie van nitraat mogelijk te maken. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Nico Boon
De biotoegankelijkheid en biobeschikbaarheid van carotenoïden in levensmiddelensystemen op basis van fruit en groenten. KU Leuven Abstract: Carotenoïden zijn vetoplosbare micronutriënten aanwezig in diverse fruit- en groentesoorten. Aan deze componenten worden verschillende gezondheidsbevorderende effecten toegeschreven die echter enkel tot uiting kunnen komen indien de carotenoïden effectief opgenomen worden in het lichaam. Hiervoor moeten ze (i) vrijgezet worden uit de plantenmatrix, (ii) geïncorporeerd worden in micellen en (iii) geabsorbeerd worden doorheen de dunne darmwand. De eerste twee stappen worden omschreven door het begrip biotoegankelijkheid, terwijl de drie stappen samen door de term biobeschikbaarheid beschreven worden. De opname van carotenoïden wordt beïnvloed door verschillende factoren zoals het type olie, de structuuropbouw van de plantenmatrix en procesvoering. Tijdens dit doctoraatsonderzoek wordt getracht om enerzijds de invloed na te gaan van product- en procesfactoren op zowel de in vitro biotoegankelijkheid als in vivo biobeschikbaarheid van carotenoïden en om anderzijds recente inzichten in biot Organisaties: • Centr. Levensmidd.- & Microb. Technol.
Onderzoekers: • Marc Hendrickx • Sarah Verkempinck
De BladderPill: een geminiaturiseerd diagnose apparaat om blaasdruk te meten. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - MICAS
Onderzoekers: • Robert Puers • Dirk De Ridder
De blauwdruk voorbij: een zoektocht naar succesrijke informele monitoring en evaluatiesystemen in Rwanda en Uganda. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Ontwikkeling: processen, actoren en beleid
Onderzoekers: • Nathalie Holvoet • Nadia Molenaers
De bodem als leidraad tot betere aardappelen Universiteit Gent Abstract: De bodem van de Vlaamse Ardennen is zeer heterogeen van samenstelling, met varierende dikte van loess op een klei of zandrijk substraat, ook binnenin percelen. Met GPS-gelinkte mobiele bodemsensoren kunnen deze variabiliteit nauwkeurig in kaart gebracht en geëvalueerd worden. Aanvullende informatie komt van gewasscans. In dit project zullen verschillende percelen ingescand worden. Op basis van de uitgevoerde metingen zullen binnenin deze percelen zones afgebakend worden die best op een gedifferentieerde manier beheerd worden. Aan de telers zal een advies verstrekt worden hoe ze op de opgemeten variatie kunnen inspelen, waarbij het doel is om zowel de gewasproductie te optimaliseren als de milieubelasting the minimaliseren. Deze vorm van precisielandbouw is een volgende stap naar een betere manier om om te gaan met onze lokale productiemogelijkheden. Organisaties: • Vakgroep Bodembeheer
Onderzoekers: • Marc Van Meirvenne
De boeddhistische theorie van kinderlijke piëteit en de confucianistische studie van het 'Klassieke Werk van Kinderlijke Piëteit' tijdens de Late Ming Dynastie. Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoek bestudeert de studie van het confucianistische "Klassieke Werk van Kinderlijke Piëteit" tijdens de Late Ming Dynastie, vanuit het perspectief van de toen dominante filosofische strekking van de 'drie verenigde religies' (boeddhisme, confucianisme en taoisme). Er wordt meer in het bijzonder nagegaan hoe het confucianisme boeddhistische concepten seculariseerde. Organisaties: • Vakgroep Talen en Culturen van Zuid- en Oost-Azië
Onderzoekers: • Bart Dessein
Deboutteprijs 2012 voor project Pleegouders Versterken in Opvoeden Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het project "Pleegouders Versterken in Opvoeden" van professor Johan Vanderfaeillie (VUB promotor), en doctorandi Femke Vanschoonlandt (wetenschappelijk medewerker VUB) en Frank van Holen (coördinator, wetenschappelijk medewerker VUB en Opvang vzw) wint de eerste "Deboutteprijs". "Pleegouders versterken in Opvoeden" een initiatief van de VUB en de pleegzorgvoorziening Opvang vzw, gefinancierd door minister J. Vandeurzen, helpt pleegouders om met het externaliserend probleemgedrag van hun pleegkinderen om te gaan. Pleegouders worden hiervoor gedurende vier maanden extra ondersteund (met 10 individuele, mobiele sessies en 3 groepssessies). De ondersteuning wordt gegeven door hiervoor speciaal opgeleidde ervaren pleegzorgbegeleiders additioneel aan de reguliere pleegzorgbegeleiding. Er werden twee methodieken, gebaseerd op verschillende theoretische modellen, ontwikkeld. Één methodiek, gebaseerd op het sociaal-interactioneel model, richt zich op pleegouders van pleegkinderen tussen 3 en 12 jaar. De andere methodiek, gebaseerd op Geweldloos Verzet, wordt ingezet bij pleegouders van pleegkinderen tussen 6 en 18 jaar. Beide methodieken zijn beschreven in een behandelprotocol met bijhorende brochures en werkbladen voor pleegouders. In elke methodiek werden drie pleegzorgbegeleiders getraind. De effectiviteit van beide ondersteuningsprogramma's wordt momenteel onderzocht via een Randomized Controlled Trial door beide doctorandi. Organisaties: • Klinische- en Levenslooppsychologie
Onderzoekers: • Femke VANSCHOONLANDT • JOHAN VANDERFAEILLIE • FRANK VAN HOLEN
De Brede School Innovatie van vzw IN-Z met oog op zowel de arbeidsorganisatie als de dienstverlening. KU Leuven Abstract: Onderzoek naar de Brede School Innovatie van vzw IN-Z met oog op zowel de arbeidsorganisatie (ten aanzien van de doelgroepwerknemers) als de dienstverlening (ten aanzien van scholen en, finaal, maatschappelijk kwetsbare kinderen) . Organisaties: • HIVA-OG Onderwijs en Levenslang Leren
Onderzoekers: • Anneloes Vandenbroucke
De bron van gemaskeerde primingeffecten: het lexicaal of het episodisch geheugen? Universiteit Antwerpen Abstract: Gemaskeerde priming is een techniek waarbij een woord zo kort wordt aangeboden dat het niet bewust kan worden waargenomen, terwijl het toch een effect kan hebben op de verwerkingssnelheid van een onmiddellijk daarop volgend woord. Deze techniek wordt daarom vaak gebruikt in de psycholinguïstiek om de geheugenstructuren en -processen achter woordherkenning te onderzoeken. Recent is echter discussie ontstaan over de lexicale aard van deze zgn. gemaskeerde primingeffecten (zie Bodner & Masson, 2003, 2004, 2006): vertellen ze werkelijk iets over de structuur van het mentale lexicon of reflecteren ze residuele activatie in het episodische geheugen, waar mensen persoonlijke ervaringen opslaan? Een reeks experimenten moet antwoord geven op de vraag of een lexicale interpretatie van het effect verdedigbaar is. Gegeven de populariteit van de techniek, kunnen de uitkomsten van dit onderzoek verstrekkende gevolgen hebben voor de theorievorming m.b.t. het mentale lexicon. Organisaties: • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Dominiek Sandra
De burgemeester als regisseur van het lokale veiligheidsbeleid: onderzoek naar het 'veiligheidsdiscours' van de Vlaamse burgemeester. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Traditioneel speelt de burgemeester, als hoofd van de administratieve politie, een centrale rol in het lokale veiligheidsbeleid, maar met de opkomst van de integrale veiligheidszorg lijkt zijn rol te zijn geëvolueerd naar het bredere thema veiligheid. Voorliggend onderzoek wil inzicht verschaffen in de invulling van het veiligheidsdiscours van de Vlaamse burgemeester. Het doel van dit onderzoek is om inzicht te verwerven in de wijze waarop de burgemeester zijn rol op het gebied van de lokale veiligheidszorg ziet, welke achterliggende visie hiervoor wordt gehanteerd en de wijze waarop deze visie vorm krijgt. Organisaties:
• Criminologie
Onderzoekers: • ELISABETH ENHUS
De Burger is Elders. Maatschappelijke Betrokkenheid tussen Civil Society en Markt Universiteit Gent Abstract: Het onderzoeksproject omvat een theoretische en empirische analyse van het proces van institutionele ontgrenzing van de civil society, waarbij gefocust wordt op het diffuse grensgebied tussen civil society en markt, en meer concreet het fenomeen van werknemersvrijwilligerswerk. Vanuit een sociologisch-diagnostisch paradigma worden de institutioneel-organisatorische inbedding, de rationaliteiten, de praktijken en beleving, en de impact van deze hybride participatievorm bestudeerd. Organisaties: • Vakgroep Sociologie
Onderzoekers: • Lesley Hustinx
De "business of performance": Theaterimpresario's en het toneelrepertoire in de Zuidelijke Nederlanden tussen 1680 en 1795. Universiteit Antwerpen Abstract: Voor de eerste keer in een studie van het laat-zeventiende- en achttiende-eeuwse theater- en operaleven in Brussel, Gent en Antwerpen, zal de nadruk worden gelegd op de rol van de impresario en op de effecten van de "business van de prestaties" (dwz de manier waarop theaters werden gerund en drama werd geproduceerd en uitgevoerd) op het toneelrepertoire. Het onderzoek zal antwoorden opleveren op vragen als: Wat motiveerde impresario's om een theater te runnen? Welke esthetische en literaire aspiraties hoopten ze te realiseren en hoe hadden financiële motivaties invloed op artistieke beslissingen? Wat kan de rol van de impresario ons vertellen over de vermeende culturele (literaire) crisis van de Zuidelijke Nederlanden? Wat was de status van het verrassend grote aantal vrouwelijke impresario's? Wat voor soort toneelstukken en libretto's hebben lieten de impresario schrijven? Hoe werd buitenlands repertoire aangepast om een lokaal publiek en de lokale overheden tevreden te stellen? Hoe reageerden lokale toneelschrijvers? En tenslotte, hoe werden impresario's afgebeeld in satirische toneelstukken? Organisaties: • Instituut voor de studie van de letterkunde in de Nederlanden (ISLN)
Onderzoekers: • Hubert Meeus • Timothy De Paepe
De cadherine-superfamilie bij metazoa: evolutie, structuren en functies Universiteit Gent Abstract: Het onderzoeksproject omvat: 1. analyse van onbekende en geconserveerde cadherine-superfamilieleden in nieuw gesequeneerde metazoa-genomen; 2. verbeterde fylogenetische analyse van cadherines doorheen het dierenrijk; 3. structurele modellering van geselecteerde cadherine-superfamilieleden; 4. functionele ontrafeling door expressie-analyse van geselecteerde interessante cadherine-genen; 5. functionele ontrafeling van zorgvuldig geselecteerde cadherine-superfamilieleden door overexpressie- versus onderdrukkingsexperimenten. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Frans Van Roy
De calcificatieparadox: experimenteel onderzoek naar de associatie tussen botpathologie en vasculaire calcificatie d.m.v. in vivo micro-CT beeldvorming. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project heeft als doel meer inzicht te verwerven in de mechanismen verantwoordelijk voor de associatie tussen een verstoord botmetabolisme en ectopische verkalking van de bloedvaten d.m.v. in vivo micro-CT analyse van botveranderingen en vasculaire calcificatie in experimentele ratmodellen van osteoporose en renale osteodystrofie. Organisaties: • Pathofysiologie
Onderzoekers: • Patrick D'Haese • Nora De Clerck • Veerle Persy
De calcificatieparadox: onderzoek naar de mechanismen verantwoordelijk voor de associatie tussen stoornissen in het botmetabolisme en het optreden van vasculaire calcificatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Doelstellingen: 1. Onderzoek naar de associatie tussen vascularie calcificatie en histomorfometrische veranderingen in het bot bij osteoporotische ratten met normale en verminderde nierfunctie d.m.v. seriële in vivo micro-CT en bothistomorfometrische analyse. 2. Onderzoek naar de rol van de botturnoversnelheid en het effect van het bisfosfonaat zoledronaat op de ontwikkeling van uremie-gerelateerde vasculaire calcificatie in verschillende modellen van renale osteodystrofie. Organisaties: • Pathofysiologie
Onderzoekers: • Patrick D'Haese • Nora De Clerck • Veerle Persy • Geert Behets
De Caraïben, een ingebeelde communauteit? Im/passes in comparatief postkoloniaal onderzoek m.b.t. de Afrikaanse diaspora in vijf studies. Universiteit Antwerpen Abstract: In mijn onderzoeksplan probeer ik een tweeledige doorbaak op het gebied van postkoloniale, franstalige literaturen. Ten eerste wordt een aanzet geleverd om de Franstalige Caribische literatuur in relatie te brengen met de anderstalige Caribische literaturen. Dit taaloverschrijdend
perspectief wordt toegepast op een studie van 10 auteurs uit de Afrikaanse diaspora die telkenmale tot dezelfde generatie behoren en typologische affiniteiten hebben ("gender", "historiographic metafiction", "travel writing", "la Créole blanche", "la Médée noire"). Ten tweede wordt de "canon" en de "literaire geschiedenis" van de Caraïben herbekeken teneinde te remediëren aan de "balkanisation" van zowel literatuur als kritiek m.b.t. deze regio. Organisaties: • WERKGROEP POSTKOLONIALE LITERATUREN • Literatuur van de moderniteit
Onderzoekers: • Kathleen Gyssels
De cartografie van jussieve zinnen in het Koreaans: tussen discourse en syntaxis. Universiteit Gent Abstract: Dit project omvat vier specifieke onderzoeksvragen in verband met de syntaxis van Koreaanse jussieve zinnen: (i) het formuleren van een precieze semantische karakterisatie van de pragmatische informatie die gecodeerd wordt door jussieve partikels, (ii) het foraliseren van de syntactische codering van de pragmatische informatie van jussieve zinnen, (iii) de analyse van negatieve jussieve zinnen en (iv) de analyse van gecoordineerde jussieve zinnen, die beide afwijken van andere zinstypes. Organisaties: • Vakgroep Latijn en Grieks
Onderzoekers: • Liliane Haegeman
De cartografische onderneming van de Franse jezuïeten in China tijdens de vroege 18de eeuw: gevormd door de interactie met Qing China en Europa. KU Leuven Abstract: In 1687 zetten een groep Franse jezuïeten, gezonden door Louis XIV, voet aan wal in China. Anders dan hun voorgangers hadden zijeen specifieke opdracht: het bestuderen van een brede waaier aspecten van de Chinese samenleving en wetenschappen. Op die manier droegen zij de vroeg-moderne, Europese wetenschappen uit naar het VerreOosten, maar tegelijkertijd stimuleerden zij de ontwikkeling van die vroeg-moderne wetenschappen door Europa te confronteren met de nieuw vergaarde kennis. Deze expliciet wetenschappelijke missie betekendeeen belangrijke verandering in de Sino-Europese relaties en leidde tot het ontstaan van een invloedrijk en intercontinentaal netwerk van communicatie en circulatie.Sommige van deze missionarissen konden de keizer overtuigen met hun (Europese) cartografische technieken en kregen de opdracht om het hele keizerrijk gedetailleerd in kaart te brengen. Om ditte bewerkstelligen kregen deze missionarissen voor het eerst toegang tot zelfs de meest afgelegen provincies. Da Organisaties: • OG Sinologie Leuven
Onderzoekers: • Nicolas Standaert • Mario Cams
De causale rol van aandachtsvertekeningen bij depressie: Experimentele manipulatie van aandacht via oogregistratie technieken Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is om nieuwe technieken te ontwikkelen om aandachtsvertekeningen in depressie te manipuleren. Aandachtsvertekeningen zullen worden gemanipuleerd om zo hun rol in sociale interacties te onderzoeken. Een andere procedure zal de rol van aandacht en interpretatie in depressieve problemen onderzoeken. Beide technieken zullen ten slotte worden onderzocht bij depressieve patiënten in hoeverre ze klinische symptomen beïnvloeden. Organisaties: • Vakgroep Experimenteel-klinische en gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Ernst Koster
De causale rol van gezichtsselectieve corticale gebieden in gezichtsperceptie: fMRI-geleide microstimulatie en chemische inactivatie studies bij apen. KU Leuven Abstract: With this project we aim to explore the causal role of face-selective cortical regions in face perception. High spatial resolution fMRI will beconducted in monkeys to locate distinct face-selective regions, and neuronavigation-based fMRI-guided chemical inactivation and electrical microstimulation will be applied to these regions to examine how the behavioral performance of the monkeys in face perception will be influenced. Organisaties: • Onderzoeksgroep Neurofysiologie
Onderzoekers: • Wim Vanduffel • Qi Zhu
De causale structuur van wetenschappelijke theorieën en de aard van intertheoretische relaties Universiteit Gent Abstract: Aan de hand van een formeel kader dat gebruik maakt van causale Bayesiaanse netwerken zal ik de causale structuur van de klassieke genetica, delen van de cytologie en delen van de moleculaire genetica in kaart brengen. Daaraan gekoppeld zal ik de relaties tussen de respectievelijke netwerken van deze theorieën analyseren. Dit zal me toelaten het debat over intertheorieën analyseren. Dit zal me toelaten het debat over intertheoretische reductie in de genetica adequaat te benaderen. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Joke Meheus
De celbiologie van geprogrammeerde celdood in Arabidopsis thaliana Universiteit Gent Abstract: Geprogrammeerde celdood is een proces dat leidt tot de gecontroleerde en autonome zelfvernietiging van een cel. Wij onderzoeken de cellulaire gebeurtenissen die de precieze activatie en uitvoering van celdood sturen tijdens de ontwikkeling van de plant. Hiervoor maken we gebruik van verschillende modelsystemen (weefsels die celdood ondergaan) in Arabidopsis zoals: de aleuronlaag, de stigma-papillen en de cellen van de wortelmuts.
Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Dirk Inzé
De celcyclus in multipel myeloom: identificatie van moleculaire target(s) en evaluatie van hun potentiële waarde in de ontwikkeling van nieuwe therapieën. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Multipel myeloom (MM) is een ongeneeslijke plasmacel kanker, gekenmerkt door de aanwezigheid van de kwaadaardige cellen in het beenmerg (BM), en door de secretie van een monoclonaal paraproteine in het bloed of urine [1]. De MM cel ontwikkelt uit een B cel die somatische mutaties heeft ondergaan, een plasmablast of plasmacel (PC). Normale PC zijn gearresteerd in de G1 fase van de celcyclus en zijn strikt gecontroleerd door apoptose [2-4]. In MM zijn deze controles verloren gegaan waardoor de cellen het fenotype van "actieve" of delende PCs krijgen. MM cellen verblijven in het BM waar zij interageren met de stromale componenten via adhesie moleculen en cytokines om noodzakelijke groei en overlevingssignalen te ontvangen [5]. IL-6 en IGF-1 zijn beschreven als belangrijke groeifactoren, die niet alleen proliferatie en overleving van de MM cellen induceren maar ook bijdragen tot de veranderingen in de BM micro-omgeving [6-10]. MM cellen veranderen namelijk deze microomgeving in hun voordeel door de extracellulaire matrix af te breken, en angiogenese en osteolyse te induceren. Deze bevindingen tonen het belang aan van de micro-omgeving in MM tumor ontwikkeling. Aangezien MM nog steeds fataal is, is het noodzakelijk nieuwe therapeutische doelen te vinden om de ziekte de baas te blijven. De toename van het aantal MM cellen in het BM is niet alleen het gevolg van een verlies aan apoptotische signalen maar ook van een ontregeling van de celcyclus in het begin van de ziekte. Jammer genoeg is er weinig gekend over de mechanismen die aan de basis liggen van deze celcyclus ontregeling. Bij zoogdieren is de celcyclus voornamelijk geregeld ter hoogte van de progressie van G1 naar S via de cycline-dependente kinasen (Cdks), in samenwerking met de regulerende subeenheden, de cyclines. Cdk4 en Cdk6, elk in combinatie met één van de drie D cyclines (D1, D2 en D3) zorgen ervoor, door fosforylatie van specifieke serine residues op Rb (pSRb), dat de cellen (opnieuw) de celcyclus ingaan en doorlopen tot halfweg G1. Na het controlepunt halfweg G1, zijn cycline D-Cdk4/6 en cycline ECdk2 noodzakelijk om de cel in de S fase te brengen door threonine fosforylatie van Rb (pST-Rb). Dit leidt tot het vrijkomen van het E2F transcriptie factor, onontbeerlijk voor toegang tot de S fase. De functies van de Cdks worden negatief beïnvloed door de Cdk inhibitoren (CKIs), die bestaan uit een familie INK4 (p16INK4a, p15INK4b, p18INK4c en p19INK4d) en een familie Cip/Kip proteinen (p21Cip1, p27Kip1 en p57Kip2) [11]. Analyse van genexpressie profielen heeft aangetoond dat een verminderde uitdrukking van de CKIs kan leiden tot celcyclus progressie, bijvoorbeeld de deletie van p18 in sommige myeloomlijnen [12, 13] en de inactivatie van p16 en p15 genen door methylatie in andere MM cellen [14-16]. Aan de andere kant is het RNA van cycline D1, D2 of D3 verhoogd in de meeste MM gevallen [17-20]. Dit zou impliceren dat MM cellen sneller de celcyclus zouden ingaan door de verhoogde uitdrukking van de D cyclines. Dit wordt echter tegengesproken door het feit dat overexpressie van cycline D1 RNA gelinkt is aan een positieve prognose [21]. Bovendien hebben Ely et al [22] aangetoond dat overexpressie van alleen cyclin D1 onvoldoende is om celcyclus progressie te promoten. Het is de afwijkende co-activatie van Cdk4- cyclin D1 of Cdk6-cyclin D2 die proliferatie voorafgaat in MM cellen. Deze bevindingen demonstreren hoe Cdk4/6 de belangrijkste spelers zijn in het verlies van celcyclus controle in MM. Het labo van Prof. Chen-Kiang (Cornell Medical School, NY) heeft een kleine, celpermeabele Cdk4/6 specifieke inhibitor (PD0332991) geïdentificeerd die de Cdk4/6 fosforylatie van Rb in MM cellen in vitro kan inhiberen. Inhibitie van Cdk4/6 door PD0332991 veroorzaakt snel een G1 arrest van primaire MM cellen in vitro. Bovendien induceert PD0332991, tijdens toediening ervan, een bijna complete stop van de tumorgroei in een NOD/SCID xenograft myeloom model [23]. Deze bevindingen hebben nieuwe inzichten in de mechanismen van celcyclus ontregeling opgeleverd en scheppen de mogelijkheid om de celcyclus te targetten in MM. PD0332991 induceert aan de gebruikte concentraties celcyclus arrest zonder apoptose. Daardoor is het een ideale candidaat voor combinatie therapies, aangezien het de cellen meer gevoelig kan maken voor de andere, cytotoxische drug. In de afgelopen maanden heb ik in dit Chen-Kiang lab gewerkt om nieuwe technieken aan te leren en het gebruik van PD0332991 in 5TMM cellen te optimaliseren. Organisaties: • Immunologie en Microbiologie
Onderzoekers: • Eline MENU • Karin VANDERKERKEN
De celwand en de apoplast als primair verdedigingsmechanisme bij cadmiumblootstelling in planten Universiteit Hasselt Abstract: Tegen 2050 zal de wereldbevolking tot naar schatting 9.1 miljard bereiken, dit betekent grote uitdagingen om een duurzamere agricultuur en bio-gebaseerde economie te ontwikkelen. Planten vervullen hierin een sleutelrol via voedselproductie, voedsel en grondstoffen voor de industrie. Hun productiviteit is echter beperkt door stress uit de omgeving, zoals cadmium (Cd), een wijdverspreid toxisch metaal. Toegenomen kennis over Cd-geïnduceerde effecten bij planten zou hun rol in een duurzame toekomst moeten vrijwaarden. Cd-geïnduceerde fytotoxiciteit is gekoppeld aan oxidatieve stress wat kan resulteren in cellulaire schade, het is cruciaal om het aantal vrije Cd ionen in de cel te beperken. Doordat de plantencelwand in direct contact staat met de omgeving, is dit het primaire doelwit van Cd. De metaalbindingscapaciteit van de celwand is afhankelijk van negatief geladen pectines die gewijzigd kunnen worden door Cd blootstelling. Daarnaast, induceert Cd celwand remodelling waarbij het antioxidant ascorbaat een cruciale rol speelt bij het interconnecteren van de celwand en Cd-geïnduceerde cellulaire oxidatieve stress. Een geïntegreerde studie over de effecten van omgevingsrealistische Cd blootstelling op celwandeigenschappen wordt uitgevoerd op het organisme Arabidopsis thaliana en het gewas Medicago sativa (alfalfa). De reacties van de celwand op het niveau van mineralengehalte en distributie, proteomica, pectine biosynthese en remodelling worden onderzocht. Dit is gerelateerd aan het ascorbaatgehalte en de downstream Cdgeïnduceerde oxidatieve uitdaging wat uiteindelijk gelinked word aan de kwaliteit van de planten. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Jaak VANGRONSVELD • Ann CUYPERS • Sacha BOHLER
Decenniumdoelen 2017. Actualisering van indicatoren voor de opvolging van het beleid en ondersteuning bij de ontwikkeling van beleidsadvies. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is een vervolg-barometer opstellen die de vooruitgang/achteruitgang van de 6 decenniumdoelen ten opzichte van de nulmeting weergeeft, en tevens de evolutie in de secundaire indicatoren. Daarnaast ook een verklaring geven van de verschillende factoren die bij de evoluties een rol spelen, met de nadruk op de beleidsinspanningen, en ondersteuning bij de ontwikkeling van beleidsadvies. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers:
• Jean Vranken • Danielle Dierckx
Decenniumdoelen 2017. Ontwikkeling en Actualisering van Indicatoren voor de Opvolging van het Beleid. Universiteit Antwerpen Abstract: Decenniumdoelen 2017. Ontwikkeling en Actualisering van Indicatoren voor de Opvolging van het Beleid. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Jean Vranken
Décentralisation congolaise et participation citoyenne à la gouvernance provinciale et locale KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Instituut voor de Overheid
Onderzoekers: • Mathieu Etambala • Annie Hondeghem • Peter Ngala Ntumba
Décentralisation et gestion des conflits des compétences en République Démocratique du Congo (RDC) KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Instituut voor de Rechten van de Mens
Onderzoekers: • Marie-Claire Foblets • Patrick Devlieger • Ursil Lelo Di Makungu
De cerebrale organisatie van prosodie Universiteit Gent Abstract: Prosodie is een akoestisch signaal te beschrijven in termen van ritme, frequentie, en volume. Het verschilt van elk ander geluid doordat het een suprasegmenteel kenmerk is van spraak. In het huidige onderzoek probeert men aan de hand van fMRI (functionele Magnetische Resonantie Imaging) een netwerk bestaande uit hersengebieden die verantwoordelijk zijn voor het verwerken van dit talige fenomeen aan te tonen. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Guy Vingerhoets
De chattaal van Vlaamse tieners: een taalgeografische analyse van Vlaamse (sub)standaardiseringsprocessen. Universiteit Antwerpen Abstract: Onderzoeksvragen: -In welke mate integreren jongeren morfo-syntactische Brabandismen in hun chattaal? -Wat is de impact van de onafhankelijke variabele 'regionale herkomst'? -Vormt het antwoord op de voorgaande vragen een bevestiging van de stelling dat zich in Vlaanderen een autonoom informeel standaardiseringsproces voltrekt dat gekarakteriseerd wordt door een toenemend/veralgemeend gebruik van de/een Brabants gekleurde tussentaal? -Wat leert dit onderzoek ons over de mogelijkheden van chatmateriaal voor de studie van taalvariatie en taalverandering 'in progress'? Organisaties: • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Reinhild Vandekerckhove
De chattaal van Vlaamse tieners: een taalgeografische analyse van Vlaamse (sub)standaardiseringsprocessen tegen de achtergrond van de internationale chatcultuur. Universiteit Antwerpen Abstract: 1 Chattaal en tienertaal: glocaliseringsprocessen en de impact van het Engels: ONDERZOEKSVRAGEN -Welke rol speelt het Engels in het linguïstisch repertoire van Vlaamse jongeren? Hoe manifesteert de inbedding in de internationale chatcultuur zich in de chattaal van Vlaamse jongeren? -Welke transformatieprocessen ondergaat het Engels in de chatspeak van de tieners (op verschillende niveaus: morfologisch, semantisch, grafematisch)? -In welke mate is er een tijd van globalisering ook nog ruimte voor lokale dynamiek? Vertoont de tienertaal van Vlaamse jongeren nog regionale diversiteit? 2 De evolutie van het Nederlands in Vlaanderen: ONDERZOEKSVRAGEN: -In welke mate integreren jongeren morfo-syntactische en fonologische Brabandismen in hun chattaal: wat zijn de relatieve frequentieverhoudingen tussen Brabantse regiolectische varianten, niet-Brabantse regiolectische varianten en Algemeen Nederlandse varianten voor de verschillende variabelen? -Wat is de impact van de onafhankelijke variabele 'regionale herkomst'? Is er een correlatie tussen de relatieve vertegenwoordiging van Brabantse regiolectismen en de regio waaruit de informant afkomstig is? Integreren jongeren uit West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en Limburg Brabandismen in hun chattaal en in welke mate doen ze dat? Of: in welke mate zijn Brabantse regiolectismen expansief? -Wat is de impact van het al dan niet regio-overschrijdend karakter van de chatcommunicatie? Gebruiken jongeren van niet-Brabants/Antwerpse herkomst meer morfo-syntactische en fonologische Brabandismen in 'interregionale' communicatie dan in 'intraregionale' (lokale) communicatie? -Wat is de pragmatische functie van de gehanteerde variëteiten? Vormt het antwoord op de voorgaande vragen een bevestiging van de stelling dat zich in Vlaanderen een autonoom informeel standaardiseringsproces voltrekt dat gekarakteriseerd wordt door een toenemend/veralgemeend gebruik van de/een Brabants gekleurde
tussentaal? Wat leert dit onderzoek ons over de mogelijkheden van chatmateriaal voor de studie van taalvariatie en taalverandering 'in progress'? Organisaties: • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Reinhild Vandekerckhove
De Chicxulub Inslagkrater (Yukatan, Mexico) en de Massa-Extinctie aan de Krijt-Tertiaire Grens Vrije Universiteit Brussel Abstract: -Dit jaar begint het internationaal onderzoekprojekt, gefinancierd door ICDP (International Continental Scientific Drilling Program) met de 3 km diepe boring in de Chicxulub inslagkrater (± 200 km diameter) in Yukatan (Mexiko). De komeet- of asteroidinslag die 65 miljoen jaar geleden, aan de Krijt-Tertiair grens, deze krater vormde, is waarschijnlijk verantwoordelijk voor het uitsterven van meer dan 50% van fauna and flora op aarde. Het antwoord op de vraag waarom de dinosauriers uitgestorven zijn, bevindt zich diep in de lithologie van de Chicxulub krater. Meer dan 1024 J energie kwam vrij toen de meteoriet zich uitrest snel tot een diepte van 20 tot 30 km ingroef. Daarbij smolten en verdampten de meteoriet en veel gesteenten van de plaats van de inslag, in een enorme vuurbal of gaswolk. Op korte tijd was de atmosfeer vol stof, maar ook CO2 en SOx, dat vrij kwam als de karbonaten en evaporieten verdampten. Wiskundige modellen tonen aan dat een klimaatsverandering volgde die waarschijnlijk leidde tot de biologische crisis, maar het preciese mechanisme is nog niet goed begrepen. Om de klimaatsverandering beter te begrijpen moet het geproduceerde CO2, SOx beter gekwantificeerd worden en beter bepaald worden uit welke chemische bestanddelen het stof precies bestond. De analyse van de boorkernen van de Chicxulub krater zal veel informatie opleveren over wat er nog in de krater ligt en bijgevolg wat uit de krater werd geslingerd. Impakt is een van de belangrijkste processen in de vorming van planeten. Aangezien Chicxulub nog een jonge en goed bewaarde krater is, kan hij ook een "case-study" zijn om informatie te verstrekken over de vorming van grote inslagkraters op onze en andere planeten en over de verdeling van daarbij geejekteerd materiaal. Organisaties: • Isotopen Geologie en Evolutie van het Paleo-Milieu
Onderzoekers: • Philippe CLAEYS
De christelijke Byzantijnse receptiegeschiedenis van de Griekse versiesvan het Oude Testament. Algemene tendens gekoppeld aan een specifieke benadering via de Commentaar op Spreuken van Malachias Monachus (kritische editie en studie). KU Leuven Abstract: Het onderzoeksobject sensu lato van dit project is de receptie van de verschillende Griekse versies (christelijk en joods) van het Oude Testament in de christelijke Byzantijnse literatuur. Tot op heden is hetnbsp;van de Septuagintatekst en zijn verscheidene joodse revisies en christelijke recensies niet uitgetekend. Daar waar recente projecten hun spoor proberen te volgen in het Byzantijnseen middeleeuwse jodendom, zal dit project een eerste en a priori vernieuwende impuls bieden voor de studie van de specifiek christelijke receptiegeschiedenis. Bovenal zal aangetoond worden in welke mate Byzantijnse corpora van nut kunnen zijn voor Septuagintastudies. Om zulke vragen adequaat te kunnen beantwoorden, wordt er naast een contextuele studie van deze christelijke Byzantijnse literatuur ook een diepgravende analyse van een welbepaald werk uitgevoerd. Dit onderzoeksobject sensu stricto is de commentaar op het oudtestamentische boek Spreuken van de (laat)Byzantijnse auteur Malachias Monachus Organisaties: • OG Griekse Studies Leuven
Onderzoekers: • Joseph Verheyden • Peter Van Deun • Reinhart Ceulemans
De Cinema van de literatuur in Frankrijk (1918-1948) : van de denkbeeldige tot de praktijken. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Literatuur en Cultuur Leuven
Onderzoekers: • David Martens • Nadja Cohen
Deciphering human disease protein synphilin-1 induced inclusion body formation machineries in Saccharomyces cerevisiae KU Leuven Abstract: 1. To elucidate links and differences between pathways involved in synphilin-1 inclusion management. 2. To decipher the roles of the components identified from genome-wide screens in cell viability and aging underthe presence of synphilin-1 inclusions. 3. To identify and validate potential therapeutic targets with yeast and humanized model systems. Organisaties: • Afd. Mol. Fysiol. Planten & Micro-org.
Onderzoekers: • Joris Winderickx • N. N.
De circulatie van kennis in de vroegmoderne wetenschap (ca. 1450-1800) Universiteit Gent Abstract: De veelheid aan microgeschiedenissen die wetenschapshistorici gedurende de voorbije decennia hebben geproduceerd, hebben aangetoond dat elke vorm van kennis als een locaal geconstitueerde entiteit moet worden beschouwd. Maar hoe is wetenschap dan in staat om die locale context te overstijgen? Hoe circuleert kennis? Ons doel is de processen waardoor wetenschappelijke kennis zijn transculturele positie bereikt in kaart te brengen. Organisaties: • Vakgroep Frans
Onderzoekers: • Fernand Hallyn
Declaratief modeleren voor machinaal leren en dataontginning. KU Leuven Abstract: Declaratieve modellen specifiëren aan welke voorwaarden een oplossing van een bepaald probleem moet voldoen terwijl klassieke procedurale aanpakken specifiëren hoe die oplossing berekend moet worden. In dit project zal een declaratief modeleringsparadigma ontwikkeld worden dat zal toegepast worden op het machinaal leren, voor het ontginnen van data en voor experimentatie. Dat paradigma bestaat uit drie componenten:Een modeleringstaal, d.w.z. een hoog niveau declaratieve taal voor het specifiëren van de relevante domeinkennis, onafhankelijk van een specifieke taak.Een solver die als input een meer specifieke, taak geörienteerde taal heeft en die een oplossing voor een bepaalde computationele taak berekent.Een programmeer platform, waarin de gebruiker een algemene (programmeer)taal gebruikt om een specifieke taak in op te lossen.Vandaag bestaan er geen algemene declaratieve methodes voor het machinaal leren, het ontginnen van data of experimentatie. Vandaar dat we deze domeinen willen on Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Hendrik Blockeel • Bart Demoen • Marc Denecker • Luc De Raedt • Daniel De Schreye • Maurice Bruynooghe • Gerda Janssens
Declaratieve experimentering voor automatisch leren. KU Leuven Abstract: Dit project introduceert de notie van "declaratieve experimentering". De motivatie voor dit concept is als volgt. In de informaticaverwijst de term "declaratieve talen" naar talen waarin een probleem geformuleerd kan worden op zo'n manier dat de computer zelf een oplossing kan vinden, eerder dan dat de oplossingsmethode geprogrammeerd wordt. Een typisch voorbeeld is de declaratieve vraagtaal SQL, die het mogelijk maakt om een vraag te stellen aan een database zonder zelf de operaties te programmeren die het beantwoorden van de vraag mogelijk maken. We willen dit concept nu ook toepassen in de context van experimentele wetenschappen. Onderzoekers die een onderzoeksvraag of hypothese hebben, moeten zelf de nodige experimenten opzetten en een correcte statistische analyse uitvoeren. Hoewel veel theorie beschikbaar is over het optimaal opzetten van experimenten en het uitvoeren van correcte statistische tests, is het onrealistisch te verwachten dat elk onderzoeker voldoende gespecialiseerd Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Hendrik Blockeel
Declaratieve methoden in de informatica Universiteit Hasselt Abstract: De vraag enerzijds naar steeds grotere en complexere software systemen en anderzijds naar grotere duurzaamheid en betrouwbaarheid van die systemen stelt de informatica voor enorme uitdagingen. Bijdragen tot een betere beheersing van dergelijke systemen komen in belangrijke mate voort uit fundamenteel onderoek gericht op de ontwikkeling van "declaratieve methoden", formalismen die toelaten om systemen te beschrijven op een hoger niveau van abstractie, die een beter onderscheid maken tussen het "wat" en het "hoe" maar toch toelaten om berekeningen effeciënt uit te voeren op de gespecifieerde modellen. Logica speelt een belangrijke rol in dergelijke formalismen en speelt een belangrijke rol in vele domeinen. De wetenschappelijke onderzoeksgemeenschap "Declaratieve methoden in de informatica" stimuleert de samenwerking tussen de Vlaamse onderzoeksgroepen die bijdragen tot de ontwikkeling van een dergelijke declaratieve aanpak van informatica problemen. Tevens draagt ze bij tot het uitbouwen van internationale contacten en samenwerking en tot het nastreven van excellentie in het onderzoek. Organisaties: • Databases en Theoretische Informatica
Onderzoekers: • Marc GYSSENS
Declaratieve methoden in de informatica. KU Leuven Abstract: Ontwikkeling van declaratieve methoden voor de ondersteuning van de realisatie van betrouwbare software systemen. Het werk is gebaseerd op technieken uit de domeinen van databases, functio- neel-, logisch- en constraint programmeren. Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Maurice Bruynooghe
Declaratieve methoden in de informatica. Universiteit Antwerpen Abstract: Om tegemoet te komen aan de nood om steeds grotere en complexere software systemen te bouwen is er een groeiende vraag naar declaratieve methoden, die abstractie maken van onnodige details en zich toespitsen op de functionaliteit van de systemen. De onderzoeksgemeenschap heeft als doel de ontwikkeling van declaratieve methoden te bevorderen, in het bijzonder deze die voortspruiten uit onderzoek in gegevensbanken en functioneel en logisch programmeren. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADREM) • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Jan Paredaens
Declarative experimentation KU Leuven Abstract: In this PhD project we investigate the concept of #declarative experimentation#. Some scientific research fields, such as machine learning, rely heavily on experimentation to evaluate new hypotheses. This process isoften labor intensive for the researcher and prone to errors. Furthermore, experimentation is often restricted to only a selection of differentconditions. For example the number and cover of datasets, parameter
settings and performance metrics. Sometimes too general conclusions are made from these experiments.
In this PhD project we want to automate the process of experimentation in order to alleviate these problems. The first goal is to to find the requirements for such an automated experimentation system. Based on the requirements we design a formal language that consists of the right vocabulary to express a scientific hypothesis ina declarative way. Such a hypothesis can than be given to the system inthe form of a query. The declarative formulation implicates that the Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Hendrik Blockeel • Gitte Vanwinckelen
Declarative Machine Learning Techniques For Weakly Supervised Tasks KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Luc De Raedt • Francesco Orsini
?Decline and fall?? Sociale en culturele dynamiek in de Lage Landen in delaat-Romeinse tijd (AD270-450). Universiteit Gent Abstract: Sinds Gibbon?s Decline and fall of the Roman Empire (1776), staat de laat-Romeinse periode bekend als periode van verval. De laatste decennia staat die benadering echter ter discussie. Ons onderzoek wil dit bestuderen vanuit een moderne visie op materiele cultuur. De immigraties die in Romeins perspectief als oorzaak van verval werd neergezet, kunnen we beschouwen als nieuwe sociale en culturele formaties. Organisaties: • Vakgroep Archeologie
Onderzoekers: • Wim De Clercq
Decline of infant mortality and the emergence of the quality-quantity trade-off: Sequence analysis of the 19th century fertility transition KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Centrum voor Sociologisch Onderzoek
Onderzoekers: • Koenraad Matthys • Ward Neyrinck
De co-constructie van kennis en discours in het globale netwerk van ontwikkelingsfactoren. Een focus op water. Universiteit Gent Abstract: Inzichten van "Political Ecology" en "Science and Technology Studies" omtrent de socio-politiek processen in de productie van kennis zullen toegepast worden bij de macro analyse van het netwerk van actoren (zoals internationale organisaties, NGO's, nutsbedrijven, etc?) die actief zijn binnen de waterproblematiek in het Zuiden en hoe deze actoren kennis en een discours co-construeren omtrent die waterproblemen en hun oplossingen. Organisaties: • Vakgroep Studie van de derde wereld
Onderzoekers: • Koen Vlassenroot
De co-creatie van kennis door klanten : de aard en impact tijdens het innovatieproces van high-tech dienstverleningen Universiteit Antwerpen Abstract: Recente ontwikkelingen binnen de informatie-en communicatietechnologieën en de toenemende digitalisering van onze samenleving bieden ruime mogelijkheden om klanten te betrekken binnen het innovatieproces. Innovatie is kenniscreatie. Deze studie onderzoekt op welke manier die klantenbetrokkenheid kan bijdragen tot kenniscreatie en bestudeert hoe deze kennis opgebouwd door de klant het innovatiesucces van high tech dienstverleningen beïnvloed. Organisaties: • Marketing
Onderzoekers: • Annouk Lievens
De co-creatie van kennis door klanten : de aard en impact tijdens het innovatieproces van high-tech dienstverleningen. Universiteit Antwerpen Abstract: Recente ontwikkelingen binnen de informatie-en communicatietechnologieën (ICT) evenals de toenemende digitalisering van onze samenleving bieden tal van mogelijkheden om de klant te betrekken binnen het innovatieproces. Innovatie is een activiteit die gericht is op de ontwikkeling van kennis. In deze studie onderzoeken we op welke manier die klantenbetrokkenheid kan bijdragen tot de creatie van kennis en bestuderen we hoe deze kennis opgebouwd door de klant het innovatiesucces van high tech dienstverleningen beïnvloed. Organisaties: • Marketing
Onderzoekers: • Annouk Lievens
Decoderen van taak set representaties en zijn componenten Universiteit Gent
Abstract: Cognitieve controle wordt vaak onderzocht met taakwisselen. Wij zullen adaptatie en decoderen combineren om de functionele rol van verschillende componenten van het cognitieve controle netwerk te onderzoeken. Met deze technieken willen we ook nagaan hoe taaksetrepresentaties evolueren met opeenvolgende repetities en of er informatie over de irrelevante taakset aanwezig is in wisseltrials, wat een taakset overdrachtseffect over trials zou suggereren. Organisaties: • Vakgroep Experimentele psychologie
Onderzoekers: • Marcel Brass
De code van het mentale lexicon onderzocht met gedrags- en beeldvormingsstudies Universiteit Gent Abstract: We zullen nagaan of de verwerkingsstroom van visuele woordherkenning in het brein kan gekarakteriseerd worden door enerzijds toenemende selectiviteit en anderzijds door toenemende invariantie. Een voorbeeld van het eerste zijn neuronen die gevoelig zijn voor letters vs sublexicale eenheden vs woorden. Een voorbeeld van het tweede zijn neuronen die al dan niet abstractie maken van hoofd- en vs kleine letter. Organisaties: • Vakgroep Experimentele psychologie
Onderzoekers: • Wendy De Moor • Tom Verguts
Decoding the self-generated wave fluctuations and their role in the formation of the solar wind KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Plasma-astrofysica
Onderzoekers: • Stefaan Poedts • Marian Lazar
De cognitieve basis van wetenschap: een wijsgerig onderzoek naar de fundamentele continuïteit tussen wetenschappelijke en prewetenschappelijke vormen van kennisverwerving. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Hoe is de mens als epistemisch subject feitelijk instaat kennis te verwerven? Wat zijn de natuurlijke (i.e., in de wereld gesitueerde) omstandigheden die wetenschapsbeoefening mogelijk maken? Dit project onderzoekt de implicaties voor de wetenschapsfilosofie van empirisch en theoretisch onderzoek binnen de cognitieve wetenschappen. Uitganspunt is de vraag hoe wetenschap is kunnen uitgroeien tot een betrouwbare epistemisch instrument om de wereld te leren kennen, en, meer specifiek, welke rol menselijke cognitieve processen hierin hebben gespeeld. Binnen de ontwikkelingspsychologie, neurowetenschappen en antropologie zijn er toenemende aanwijzigingen dat ons vermogen tot wetenschappelijke kennisverwerving berust op cognitieve capaciteiten die het ontstaan van wetenschap lang voorafgaan. Er bestaat een fundamentele continuïteit tussen wetenschappelijke en prewentenschappelijke vormen van kennisverwerving. Dergelijk onderzoek is zeer interessant voor wetenschapsfilosofen die pogen een naturalistisch beeld te scheppen van wetenschap als epistemische activiteit. Voortbouwend op mijn doctoraal onderzoek wil ik met dit project een algemeen theoretisch kader uitbouwen voor een cognitieve benadering van wetenschap. Dit zalik vervolgens toetsen aan specifieke casestudies. De nadruk igt op filosofie van de wiskunde, waarmee dit project uitstekend aansluit bij mijn doctoraal onderzoek en reeds gepubliceerde artikelen, en bij de activiteiten van mijn onderzoekscentrum, het Centrum voor Logica en Wetenschapsfilosofie. Organisaties: • Centrum voor Logica en Wetenschapsfilosofie • Wijsbegeerte-Moraalwetenschappen
Onderzoekers: • JEAN VAN BENDEGEM
De cognitieve factoren van functionele uitkomst in bipolaire en psychotische stoornis. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Emmaus. UA levert aan Emmaus de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Kind-, Jeugd- en Volwassenpsychiatrie (CAPRI)
Onderzoekers: • Bernard Sabbe • Lynn Van Camp
De cognitieve modificatie van gehechtheidsgerelateerde interpretatiebias KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Gezins- en Orthopedagogiek
Onderzoekers: • Guy Bosmans • Simon De Winter
De cognitieve modificatie van onveilige gehechtheids gerelateerde interpretaties. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Gezins- en Orthopedagogiek
Onderzoekers: • Guy Bosmans
De cognitieve status van patiënt na behandeling voor refactaire epilepsie Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit onderzoek is het beschrijven van de postoperatieve cognitieve status van de patiënt behandeld voor refractaire epilepsie. Daarnaast willen we door de combinatie van Voxel Based Lesion Mapping met neurpsychologisch onderzoek bij patiënten die een anatomische resectie in de temporale kwab ondergingen, de bijdrage van de mediale temporale kwab aan de vorming van geheugenfunctioneren in kaart brengen. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Paul Boon • Marijke Miatton
De cognitieve visie op liegen: Responsinhibitie Universiteit Gent Abstract: De cognitieve visie op liegen stelt dat liegen cognitief belastend is. Een cognitief proces dat wellicht een prominente rol speelt bij liegen is responsinhibitie. Een leugenaar dient immers steeds de waarheid te onderdrukken. In dit project zal deze responsinhibitie hypothese onderzocht worden. Hierbij wordt de rol van zelfcontrole en arousal bij liegen nagegaan, alsook de neurowetenschappelijke basis van het liegproces. Organisaties: • Vakgroep Experimenteel-klinische en gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Geert Crombez
De coherente reglementering van de energie- en milieusector in de Europese Unie - met gebruik van schaliegas als casus. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Instituut voor Europees Recht
Onderzoekers: • Geert Van Calster
De collectie van data over de toepassing van pesticiden voor milieurisicobeoordelingen van pesticiden Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Gewasbescherming
Onderzoekers: • Pieter Spanoghe
De collectieve sociale rechten in het raam van het europees sociaal gemeenschapsrecht. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De plaats van collectieve sociale rechten in Europees communautair verband staat vandaag ter discussie. Bepaalde rechten worden als vanzelfsprekend aanvaard. Zij worden zlefs als sociale grondrechten beschouwd. Men denke aan de vrijheid van vereniging, het recht op sociaal overleg, het onderhandelingsrecht, het recht op informatie. Andere rechten worden eveneens aanvaard maar hun draagwijdte is onduidelijk. Dit is het geval voor het participatierecht van de werknemers aan het beheer van het bedrijfsleven. Weer andere rechten worden buiten de bevoegdheid van de Europese Gemeenschap gehouden. Men denke aan het stakingsrecht. Recente sociale acties hebben de problematiek in haar volle scherpte gesteld. Men denke aan de sluiting van Renault-Vilvoorde. Worden deze collectieve sociale rechten binnen de gemeenschap op een correcte manier beoordeeld? Een studie dringt zich op. Het Centrum Arbeidsrecht (VUB) neemt zich voor een onderzoek aan dit probleem te wijden samen met enkele andere Europese Universiteiten (Utrecht, Strasbourg, Bremen). Deze aanvraag betreft een voorbereidend onderzoeksproject Organisaties: • Sociaal Recht
Onderzoekers: • MAXIME STROOBANT
DeCoMAdS: Deployment and Configuration Middleware for Adaptive Software-as-a-Service. KU Leuven Abstract: Het DeCoMAdS project heft als doel om software-leveranciers van Software-as-a-service te ondersteunen bij het uitrollen en exploiteren van adaptieve, schaalbare en performante cloud applicaties. Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Wouter Joosen
De combinantie van hoge hydrostatische druk (HHD) en natuurlijke antimicrobiële componenten KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. Levensmidd.- & Microb. Technol.
Onderzoekers: • Christiaan Michiels • Julie Feyaerts
De combinatie van chromatografische en moleculaire descriptoren voor het voorspellen van de membraanpassage van geneesmiddelen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Een probleem dat zich stelt bij de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen is dat vele nieuwe substanties, die potentieel nuttig werden bevonden daar zij interageren met het target molecule, falen in latere stadia van de ontwikkeling. Het grootste aantal substanties faalt als gevolg van niet geschikte ADME-Tox (Absorptie, Distributie, Metabolisatie, Eliminatie, Toxiciteit) eigenschappen. Men wenst deze substanties dan ook in een zo vroeg mogelijk stadium van het onderzoek te elimineren.
Dit project is voornamelijk gericht op het voorspellen van absorptieeigenschappen. Hiervoor zal gebruik gemaakt worde, van bestaande in vitro en in silico technieken. Zo zullen chromatografische methoden, waaronder Micellaire vloeistofchromatografie (MLC), Immobilized Artificial Membrane (IAM) en een aantal orthogonale systemen, verder ontwikkeld en aangewend worden voor het bepalen van een aantal zogenaamde experimentele descriptoren. Naast deze experimentele descriptoren zullen ook theoretische descriptoren berekend worden. Met behulp van deze descriptoren kunnen dan modellen worden opgesteld, zogenaamde kwantitatieve structuur-activiteits relaties (QSARs). Het modelleren zal enerzijds gebeuren met meer klassieke modelleringsmethodes zoals Multipele Lineaire Regressie (MLR), Principale Componenten Regressie (PCR) en Partial Least Squares (PLS) en anderzijds met behulp van twee niet-lineaire modelleringstechnieken, met name Classification And Regression Trees (CART) en Multivariate Adaptive Regression Splines (MARS), die in dit domein weinig bekend zijn. Deze laatste technieken zullen ontwikkeld en vervolgens toegepast worden op verschillende datasets, die verschillende membraanpassageprocessen beschrijven (b.v. absorptie via diffusie, gastrointestinale absorptie, Caco-2-celmembraanpassage, passage doorheen de bloed-hersen barrière). Er zullen modellen opgesteld worden die respectievelijk gebruik maken van uitsluitend experimentele chromatografische, uitsluitend theoretische en een combinatie van experimentele en theoretische descriptoren. Het doel van dit project is dus een combinatie tot stand brengen tussen in silico en snel te bepalen in vitro methoden voor de voorspelling van de absorptie van nieuwe kandidaat geneesmiddelen. Wij zullen dan ook trachten finale modellen voor te stellen. Eventueel meerdere modellen per situatie, waaronder een eerste model met alleen theoretische descriptoren (een in silico model) dat in een eerste stadium van de geneesmiddelenontwikkeling kan gebruikt worden, en een tweede model dat van zowel chromatografische als theoretische descriptoren gebruik maakt. Dit laatste model zal dan beter moeten zijn dan het vorige en kan dan ook in een later stadium van de geneesmiddelenontwikkeling aangewend worden. Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN
De commerciële maatschap tussen flexibiliteit en vennootschapsvermogen: vennootschapsrecht (back) to the future (17de-18de, en 21ste eeuw). Universiteit Antwerpen Abstract: In de vroege negentiende eeuw leidde de geforceerde tweedeling in een burgerlijk en handelsrecht tot een inperking van de maatschap (societas) met een handelsprogramma. De maatschap met commerciële doeleinden steunt, volgens de Code civil (1804), op in solidum aansprakelijkheid van vennoten en mist een afgezonderd vennootschapsvermogen. Deze regels gaan niet terug op de rechtsleer, op het ius commune van het ancien régime, maar op een beleidskeuze om handelsondernemingen met vennootschapstypes te structureren. In de zeventiende en achttiende eeuw kon een beschermd vennootschapsvermogen wel met een flexibele structuur gepaard gaan. De doctrine en handelspraktijk van die perioden bieden een aanzet tot een juridische uitwerking van minder rigide vennootschapsstructuren in het hedendaagse vennootschapsrecht. Organisaties: • Onderneming en recht
Onderzoekers: • Anne-Marie Van den Bossche • Tammo Wallinga • Dave De ruysscher
De competitie over de commons in de laat middeleeuwse Kempen: Een onverkend gebied. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Power in History - Centrum voor Politieke Geschiedenis
Onderzoekers: • Tim Soens • Maïka De Keyzer
De complete bibliografie van Hugo Claus. Universiteit Antwerpen Abstract: Het redigeren van twee gecontextualiseerde bibliografieën van het werk van Hugo Claus. De eerste uitgave (2003) bevat een lijst van de verspreide publicaties, ingeleid door een analyse van Claus' publicatiepolitiek, aangevuld met een editie van ongebundelde teksten. De tweede uitgave (2004) bouwt door op de eerste en bevat een lijst van alle boekuitgaven op Claus' naam, aangevuld met het verhaal van zijn relatie met de uitgeverij als literaire institutie en met het fenomeen van het boek. Organisaties: • Literatuurwetenschap • Instituut voor de studie van de letterkunde in de Nederlanden (ISLN)
Onderzoekers: • Georges Wildemeersch
De complexe identiteit van de literatuur (1900-1950). KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Literatuur en Cultuur Leuven
Onderzoekers: • Jan Baetens • Dirk De Geest • Bart Van Den Bossche • Sascha Bru • David Martens
De complexe interacties tussen formele, informele en commerciële zorg. Een verklaringsmodel voor zorggebruik bij thuiswonende hoogbejaarden. Universiteit Antwerpen Abstract: De sociale zorgsituatie van ouderen bij wie huishoudelijke activiteiten, persoonverzorging en mobiliteit problemen scheppen, kent een duidelijke structuur. Drie zorgcircuits opereren in de thuiszorg van hoogbejaarden: het informele, het formele en het commerciële circuit. De crisis
van de verzorgingsstaat heeft geleid tot een accentuering van de rol van de familie en de markt in de zorg voor bejaarden. Een grondige bevraging van de verhouding formele/informele/commerciële zorg ontbreekt evenwel. Theoretisch inzicht en empirische informatie die het beleids- en maatschappelijk debat kunnen voeden, blijken schaars. In het doctoraatsproject willen we een verklaringsmodel ontwikkelen voor de verhouding tussen de zorgcircuits. Daarnaast willen we onderzoeken welke implicaties de verhoogde beleidsaandacht voor informele en commerciële zorg heeft voor de situatie van de zorgbehoevende bejaarden en hun informele verzorgers. Organisaties: • ONDERZOEKSGROEP SOCIOLOGIE VAN DE WELZIJNSZORG EN NON-PROFITSECTOR • Welzijn en verzorgingsstaat
Onderzoekers: • Jozef Breda • Joanna Geerts
De complexiteit van wiskundige problemen Universiteit Gent Abstract: Wiskundige logica laat wiskundigen herformuleren filosofische vragen zo nauwkeurig wiskundige vragen. Dit project is het thema voor gereedschap uit de wiskundige logica, in het bijzonder gereedschap van berekenbaarheid theorie te gebruiken om de vraag te bestuderen "Hoe ingewikkeld is het universum van wiskundige problemen?" We analyseren de complexiteit van het universum van problemen als geheel en de complexiteit van verschillende bekende concrete problemen. Organisaties: • Vakgroep Wiskunde
Onderzoekers: • Andreas Weiermann
Decompositie: een tekstgenetisch onderzoek naar literaire meertaligheid. Universiteit Antwerpen Abstract: De opzet van dit project is drievoudig: 1. het compositieproces van meertalige literaire werken reconstrueren; 2. een adequate editiemethode voor de genese van meertalige teksten uitwerken; 3. de studie van het ontstaansproces van meertalige literaire werken aanwenden voor de interpretatie ervan. Hiertoe wordt een initieel onderscheid gemaakt tussen twee soorten meertalige werken, waarbij telkens het latere werk van één auteur als casestudy dient. Organisaties: • Literatuur van de moderniteit
Onderzoekers: • Geert Lernout • Dirk Van Hulle
Decompositie methodes voor optimalisatieproblemen KU Leuven Abstract: My doctoral work involves the development of decomposition approaches for a variety of both real-world and fundamental optimization problems, including problems involving the routing of school buses, scheduling and routing of concrete delivery trucks, lock scheduling (water transport) and a number of variations on the Traveling Salesman Problem. Many of these (vehicle) routing, packing and scheduling problems are simply too bigor too complex to tackle as a single, integral problem; hence, decomposition strategies are required.My research primarily focuses on analyzingand identifying problem structures to decompose a problem into multiple, easier-to-solve, subproblems. The actual decompositions are obtained through mathematical techniques such as Column Generation or Benders' decomposition, thereby relying on Integer Programming, Constraint Programming and heuristic procedures. A number of challenges encountered while developing a decomposition strategy are scalability, preserving a not Organisaties: • Computerwetenschappen Kulak
Onderzoekers: • Patrick De Causmaecker • Greet Vanden Berghe • Joris Kinable
De computationele leerbaarheid van morfologisch complexe talen. Universiteit Antwerpen Abstract: Doelstelling van het project: Traditionele systemen voor spellingcontrole maken gebruik van een woordenlijst. Wanneer een woord niet voorkomt in de woordenlijst, markeert het systeem het woord als "fout". Recente systemen (o.a. Németh 2009) benaderen het probleem van spellingcontrole voor agglutinerende talen vanuit een andere invalshoek: een woord wordt beschouwd als een spelfout, als het niet kan worden gegenereerd door eenachterliggend morfotactisch model. In dit project onderzoeken we hoe een spellingchecker kan gebruikt worden als hulpmiddel bij het automatisch leren van een morfotactisch systeem voor het Swahili. Organisaties: • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Guy De Pauw • Walter Daelemans
De conceptuele integratie van de evolutionaire ontwikkelingsbiologie (evo-devo) in de neo-Darwinistische evolutietheorie: de uitwerking van een gen-selectionistische (selfish gene) benadering Universiteit Gent Abstract: Inhoud (max. 60 woorden): De 20ste eeuwse neo-Darwinistische evolutietheorie negeerde de complexe ontwikkelingsprocessen die van genotype tot fenotype leiden. Evo-devo, i.e. de evolutionaire studie van ontwikkelingsprocessen zelf, kwam op in de jaren 1980 en opende de ?zwarte doos? tussen genotype en fenotype. De belangrijkste doelstelling van de 21ste eeuwse evolutiebiologie en bio-filosofie is de constructie van een ?Uitgebreide Evolutionaire Synthese? die evo-devo?s onderzoeksresultaten incorporeert. Wij onderzoeken het verklaringspotentieel van de gen-selectionistische (selfish gene) evolutietheorie om bij te dragen tot deze synthese, en werken een gen-selectionistische conceptualisatie uit van evo-devo. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers:
• Johan Braeckman
Decongestie van het Distributienet door Decentrale Opslag (D³O) Universiteit Gent Abstract: De doelstelling in dit project focust zich op de integratie van de nieuwe technologische buffersystemen in decentrale productie eenheden om het verschil in tijdstip van vraag en aanbod af te vlakken. Bijgevolg kan decentrale elektrische opslag ook leiden tot een gereduceerde netbelasting Organisaties: • Vakgroep Elektrische energie, systemen en automatisering
Onderzoekers: • Lieven Vandevelde
Decongestie van het Distributienet door Decentrale Opslag (D³O) Universiteit Gent Abstract: Als doelstelling ligt de klemtoon vooral op het concreet en praktisch valideren van innovatieve technologische oplossingen aan de hand van een demonstrator. Onderzoeksgroep Lemcko ontwikkelde een vrij programmeerbaar, real life, residentieel distributienet. Deze test setup leent zich perfect om de voorgestelde innovatieve omvormers en hun Invertor/batterij-combinaties in het net te integreren. De voorgestelde oplossing kunnen onder reele condities opgebouwd worden om een realistische validatie door te voeren om zo de doelgroep te overtuigen en via een op te bouwen demonstrator de opgedane kennis en ervaring te verspreiden naar het bredere weefsel Organisaties: • Vakgroep Elektrische energie, systemen en automatisering
Onderzoekers: • Jan Desmet
De constructie en ervaring van fictionele werelden in Jane Austen fan fiction Universiteit Gent Abstract: Dit project bestudeert een corpus Pride and Prejudice fan fiction (i.e. verhalen die geënt zijn op de fictionele wereld van Jane Austens Pride and Prejudice) en reacties van lezers om postklassiek-narratologische theorieën over de fictionele wereld en "immersie" (een leeservaring waarbij de fictionele wereld echt aanvoelt) verder te verfijnen. Organisaties: • Vakgroep Frans
Onderzoekers: • Bart Keunen
De constructie van de betekenis van architectuur bij inwijdingsrituelen in de Zuidelijke Nederlanden 1564-1700 Universiteit Gent Abstract: De plechtigheden die de aanvang of de voleinding van een belangrijke bouwwerf aangaven (eerstesteenleggingen en inwijdingen van gebouwen), vormen bevoorrechte momenten voor het verwerven van inzicht in de metaforiek die met het gebouw werd geassocieerd. Het project wil middels een nauwgezette analyse van stichtings- en inwijdingsrituelen van belangrijke kerkelijke en burgerlijke gebouwen in de Zuidelijke Nederlanden (1564-1700) nagaan hoe aan deze monumenten betekenis werd toegekend, en welke betekenissen centraal stonden in de beeldvorming rond deze gebouwen. Organisaties: • Vakgroep Architectuur en stedenbouw
Onderzoekers: • Bart Verschaffel
De constructie van de Minoïsche samenleving. De formatie en interactie van groepsidentiteit op Kreta in de Midden en vroeg Late Bronstijd (ca. 2100-1470 B.C.) KU Leuven Abstract: De Kretenzische maatschappij uit de Bronstijd werd traditioneel gezien als een homogene entiteit, met identieke kenmerken over het hele eiland.Bij de studie van deze samenleving ging men voornamelijk uit van generaliserende sociale modellen, gebaseerd op de interactie tussen nederzettingen met een gelijkaardige organisatie. Deze nederzettingen, en vooral de elites die hen zouden bestuurd hebben, vormden de belangrijkste sociale eenheid in dit narratief. Recente studies hebben echter aangetoond dater een aanzienlijke temporele en regionale diversiteit bestond in de manier waarop de samenleving was geconstrueerd. Vertrekkend van recente theoretische ontwikkelingen (v.b. materiality, ANT), zal dit project de huidige staat van onderzoek overstijgen aan de hand van een innovatieve enbottom-up studie van de formatie en interactie van groepsidentiteiten op Kreta in de Midden en vroeg Late Bronstijd (ca. 2100-1470 BC). Het project zal nagaan hoe configuraties van ruimte en praktijken associati Organisaties: • OG Archeologie Leuven
Onderzoekers: • Ilse Schoep • Peter Tomkins • Nathalja Calliauw
(De)constructie van het nieuws over gezondheid: een transdisciplinair onderzoek naar berichtgeving over seniorengerelateerde thema?s. Universiteit Gent Abstract: Op basis van een transdisciplinaire samenwerking tussen communicatiewetenschappen, sociolinguïstiek, geneeskunde en sociologie, onderzoekt dit project de impact van het fel gewijzigde medialandschap op de nieuwsberichtgeving over gezondheid, met een focus op seniorengerelateerde thema?s. Vanuit een holistisch perspectief wordt de rol van verschillende stakeholders geanalyseerd: de farmaceutische industrie, beleidsinstanties, nieuwsmedia, belangengroepen en het grote publiek. Organisaties: • Vakgroep Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • Piet Bracke • Thierry Christiaens • Karin Van De Wal • Daniël Biltereyst • Geert Jacobs
De constructie van kostenefficiënte proefopzetten voor product- en procesinnovatie met behulp van geheeltallige lineaire programmering. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Peter Goos
De constructie van morele en politieke (on) verantwoordelijkheden t.o.v. Syrische en Afghaanse vluchtelingen. Een sociologische discoursanalyse van hoe de Belgische media, het publiek, het middenveld en de politiek omgaan met vluchtelingen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoeksproject analyseert de sociaal-culturele condities van moreel kosmopolitisme: hoe en wanneer welke individuen zich verantwoordelijk voelen voor het welzijn van verre anderen. Aan de hand van kwalitatieve case studies worden verschillende kosmopolitische groepen onder de loep genomen: buitenlandjournalisten, vluchtelingenwerkers en jongeren die op uitwisseling geweest zijn. Voor individuen binnen deze groepen wordt gereconstrueerd hoe zij tot hun opvattingen over mondiale verantwoordelijkheid gekomen zijn." Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Christiane Timmerman • Gert Verschraegen • Robin Vandevoordt
De constructie van sociale classificatieschema's: de beroepsstatistiek in België, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten Universiteit Gent Abstract: Veel van de informatie die onze samenleving over zichzelf verwerft, wordt kwantitatief uitgedrukt. In dit onderzoek worden ontstaan en evolutie van die statistische instrumenten in drie staten met sociologische en epistimologische methoden bestudeerd. Het zijn instrumenten die niet alleen de maatschappelijke realiteit beschrijven, maar die realiteit ook veranderen door de selectieve manier waarop zij beschreven én niet beschreven wordt. Organisaties: • Vakgroep Sociologie
Onderzoekers: • Raf Vanderstraeten
De constructie van sociale classificatieschema's: de beroepsstatistiek in België, Duitsland, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. Universiteit Antwerpen Abstract: Sedert het einde van de achttiende eeuw wordt door de statistiek een vloedgolf van 'gedrukte getallen' geproduceerd. De beroepsstatistiek is daarvan een prominent voorbeeld. In het historisch-sociologisch onderzoek is tot op heden vooral aandacht besteed aan de gedrukte getallen. In dit onderzoeksproject wordt echter stilgestaan bij de evolutie van de methodologie en classificatieschema's van die statistiek in België, Duitsland, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. Organisaties: • Facultaire Onderzoeksgroep PSW
Onderzoekers: • Raf Vanderstraeten
De contextuele ontwikkeling van cyberpestgedrag in de vroege adolescentie: een longitudinale en sociale netwerkanalyse Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoek rond cyberpesten vertoont drie leemtes: 1) er bestaat geen valide en betrouwbaar meetinstrument, 2) er is weinig aandacht voor de sociale context waarin het cyberpesten gebeurt en 3) er zijn nauwelijks longitudinale gegevens. Het doel van de voorstudie is daarom de ontwikkeling van een multidimensionaal meetinstrument. Het eigenlijke onderzoek is een panelstudie bij leerlingen uit het secundair onderwijs, waarbij het sociale netwerk van de leerlingen wordt in kaart gebracht. Organisaties: • Media & ICT/Interpersoonlijke relaties in Organisaties & Samenleving (MIOS)
Onderzoekers: • Heidi Vandebosch
De contextuele ontwikkeling van cyberpestgedrag in de vroege adolescentie: een longitudinale en "social network" analyse. Universiteit Antwerpen Abstract: De studie speelt in op drie leemtes in het bestaande onderzoek rond cyberpesten: 1) een gebrek aan een valide en betrouwbaar meetinstrument, 2) een gebrek aan aandacht voor de concrete sociale context waarin het cyberpesten plaatsvindt en 3) een gebrek aan longitudinale gegevens. Het doel van de voorstudie is daarom de ontwikkeling van een multidimensionaal meetinstrument voor cyberpesten. Het eigenlijke onderzoek wil aan de hand van een methode die reeds beproefd is bij het klassieke pesten ¿ nl. Social Network Analysis (SNA) ¿ een diepgaander inzicht verschaffen in "wie-wie-cyberpest", "wie-door-wie-gecyberpest-wordt" en "wiewie-ziet-cyberpesten". Organisaties: • Media & ICT/Interpersoonlijke relaties in Organisaties & Samenleving (MIOS)
Onderzoekers: • Michel Walrave • Heidi Vandebosch
De context verbeeld. De visuele context als betekenisgenererende factor bij narratieve en figuratieve constructie van een beeldverhaal Universiteit Hasselt
Abstract: In het huidige artistieke klimaat, waarin een graphic novel er al in slaagt om de shortlist te halen van de prestigieuze Libris Literatuurprijs 2008, wordt het beeldverhaal steeds meer als een volwaardig artistiek medium erkend. Net als bij elk zich autonomiserend medium heeft ook het beeldverhaal hierbij nood aan een specifiek ontwerptheoretisch kader. In de bestaande theoretische verhandelingen ligt de nadruk nogal eenzijdig op de gespannen verhouding tussen tekst en beeld, een problematiek die tot nu toe vooral vanuit een filmtheoretische invalshoek werd benaderd. Het voorliggende onderzoeksproject vertrekt van de hypothese dat het medium beeldverhaal over veel meer uniek potentieel beschikt. Het heeft dan ook de ambitie om op zoek te gaan naar het distinctive feature van het genre, naar datgene wat het fundamenteel onderscheidt van andere media zoals film, en een geheel uniek ontwerp mogelijk maakt. Hierbij speelt vooral een inventief gebruik van de visuele context een cruciale rol. Het is de bedoeling om de functionaliteit van deze visuele context te onderzoeken met het oog op de esthetische meerwaarde die dit kan bieden. Bijzondere aandacht gaat in dit onderzoek uit naar de wijze waarop door de visuele context betekenis wordt gecreëerd via codering, waardoor beeldenreeksen als een semiotisch te analyseren code gaan opereren. Deze codering wordt onderzocht via een artistiek onderzoek naar de vorm, de kleur en de combinatie van beide in zowel de figuratieve als narratieve constructie van een beeldverhaal. De masterscriptie van Tom Lambeens, Arme Indiaan, waarin wordt nagegaan hoe een minimale beeldtaal leidt tot een gelaagd en betekenisrijk beeldverhaal, fungeert hierbij reeds als een geslaagde eerste aanzet. Dit onderzoek beoogt in een dialectisch proces via literatuuronderzoek een specifiek op beeldverhaal toegepast semiotische analysemodel te construeren dat vervolgens kan worden gebruikt om onderzoekend te ontwerpen, waarbij het ontwerpresultaat op zijn beurt gebruikt wordt om het semiotische analysemodel te verfijnen en eventueel te verbeteren. Dat zal uiteindelijk resulteren in een ontwerptheoretische uitdieping van het genre vanuit een semiotisch en narratologisch perspectief, en de creatie van een beeldverhaal dat de grenzen van het medium aftast en verlegt. Organisaties: • Niet onderzoeksgroep gebonden projecten • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Bert WILLEMS
De controlecultuur verscherpt: de Belgische overlastaanpak. Universiteit Gent Abstract: Patronen van hedendaagse criminaliteitscontrole en hun sociale en culturele uitgangspunten, zijn een belangrijk aandachtspunt binnen de hedendaagse criminologie. De laatmoderne samenleving en haar kenmerken werden uitvoerig beschreven door diverse Anglo-saksische auteurs. De theorie van de 'controlecultuur' van Garland (2001) over Engeland en Amerika wordt beschouwd als één van de meest belanghebbende analyses van de strafrechtbedeling en de criminaliteitscontrole en neemt een prominente plaats in bij analyses van de ontwikkeling van de punitieve risicosamenleving. In dit project wordt zijn theorie getest in een niet Anglo-saksische continentale setting, en worden diverse hypothesen gesteld en getoetst aan de Belgische overlastaanpak. Organisaties: • Vakgroep Strafrecht en criminologie
Onderzoekers: • Tom Vander Beken
De controle van autofagie door Ca2+ signalen en stress condities: moleculaire mechanismen en doelwitten KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Labo Molec. en Cel. Signaaltransmissie
Onderzoekers: • Geert Bultynck • Ram Chandra Paudel
De controle van intestinale wormen en schistosomiasis in Burundi. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Imperial College. UA levert aan Imperial College de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Epidemiologie en sociale geneeskunde (ESOC)
Onderzoekers: • Jean-Pierre Van geertruyden
De controle van pijn door aandacht: een gedragsmatige en neurowetenschappelijke benadering Universiteit Gent Abstract: Het project heeft tot doel te onderzoeken hoe pijn bij mensen gemoduleerd wordt door aandacht aan de hand van gedragsmatige (mentale chronometrie) en neurofysiologische methoden (geëvoceerd potentialen). Organisaties: • Vakgroep Experimenteel-klinische en gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Geert Crombez
De controverse over genetische modificatie in Vlaanderen in kaart gebracht: naar een nieuw theoretisch kader voor de politiek van socio--?technische innovatie. Universiteit Gent Abstract: De centrale doelstelling van dit project is het ontwikkelen van een geschikt theoretisch kader voor het articuleren en begrijpen van de controverse over genetische modificatie als een proces van innovatiepolitiek. Hiertoe zal op het raakvlak van de onderzoeksgebieden van wetenschaps--? en technologiestudies en multi--?level en multi--?actor governance een diepgaande, interpretatieve gevalstudie van de Vlaamse controverse over genetische modificatie worden uitgevoerd. Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Thomas Block
De correctie van panel data schatters in dynamische modellen met cross-sectionele afhankelijkheid en endogeniteit Universiteit Gent
Abstract: De FE en CCEP schatters zijn vertekend in dynamische paneldata modellen. Voor FE bestaan vele correcties maar geen onder hen is toepasbaar in een context van endogene regressoren, een probleem dat we remediëren op basis van de bootstrap methode. De CCEP schatter is onontbeerlijk bij cross-sectionele afhankelijkheid maar werd nog niet gecorrigeerd voor vertekening. Dergelijke correcties betreffen het tweede onderzoeksdoel. Organisaties: • Vakgroep Sociale economie
Onderzoekers: • Gerdie Everaert
De correlatie tussen structurele en elektronische eigenschappen van nieuwe (multi)functionele moleculaire metaalclusters neergezet op oppervlakken en ingebed in 3D matrices. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Vaste-stoffysica en Magnetisme
Onderzoekers: • Peter Lievens • Wilfried Vandervorst • Maarten Roeffaers
De correspondentie van Philips van Marnix, Heer van St. Aldegonde (1582-1585). Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het project behelst de uitgave van de correspondentie van Philips van Marnix, Heer van St. Aldegonde voor de periode 1582-1585.Weinig figuren zijn meer rechtstreeks betrokken geweest bij de wordingsgeschiedenis van onze Nederlanden dan Marnix van St. Aldegonde (1582-1585). Als rechterhand van Willem van Oranje heeft hij immers mee de opstand tegen Filips II en de Spanjaarden helpen leiden. Marnix was niet alleen een getalenteerd diplomaat en politicus, maar ook een doorwinterd calvinistisch theoloog die te Genève bij Calvin en De Bèze in de leer was geweest. Daarenboven stonden zijn kwaliteiten als vlijmscherpe literaire satiricus en pamflettist hoog aangeschreven. Getuige hiervan zijn Biënkorf der Heilige Roomsche Kercke (1569), de scherpste satire tegen de katholieke kerk van de zestiende eeuw.Methodisch hebben wij geopteerd voor een kritische uitgave. Dat betekent dat de volledige teksttraditie van soms uitermate belangrijke brieven (o.a. die van en aan Willem van Oranje) wordt weergegeven in een kritisch apparaat. Om dit te kunnen verwezenlijken dienen eerst alle beschikbare kladjes, originelen, kopieën, vertalingen van de brieven geretraceerd te worden in de diverse archieven van Europa. Daarna volgt de ontcijfering en de vergelijking van de verschillende versies. Hieruit wordt een kritisch apparaat gedistilleerd volgens de methode vastgelegd door de Union Académique Internationale. De brieven worden van samenvatting en commentaar voorzien. Organisaties: • Latijn-Grieks
Onderzoekers: • RUDOLF DE SMET
De creatie van de Westerschelde. Een historische kijk op de transformatie van het Westerschelde-estuarium van veenriviertje tot internationale handelsroute ( ca. 1000-ca. 1500). Universiteit Antwerpen Abstract: Het ontstaan van de Westerschelde als belangrijkste monding van de Schelde (ca. 1000-1500) toont aan hoezeer Europa's rivierestuaria in historische tijden nog grootschalige transformatieprocessen ondergingen. Via retrogressieve reconstructie van de Westerschelde in een GISomgeving en geconceptualiseerd vanuit een aktieve rol van de mens, tracht dit project een nieuwe impuls te geven aan het interdisciplinaire onderzoek hieromtrent Organisaties: • Centrum voor stadsgeschiedenis
Onderzoekers: • Tim Soens
De creatie van een onderzoeksnetwerk in de menswetenschappen en de sociale wetenschappen in Karnataka (India) Universiteit Gent Abstract: Het project zal een netwerk van onderzoekers creëren aan de universiteiten en colleges van Karnataka dat erop gericht is de menswetenschappen en de sociale wetenschappen te vernieuwen en te dekoloniseren. Op die manier komt het project ook tegemoet aan de lokale vraag naar een wetenschappelijk onderbouwd debat over een hele reeds prangende maatschappelijke uitdagingen en problemen. Het onderzoeksnetwerk zal gecreëerd worden doorheen een reeks activiteiten: workshops, expert classes, lezingenreeksen, nationale conferenties, onderzoeksactiviteiten, outreach activiteiten (een culturele week, pilot courses aan ingenieurscolleges, en publieke lezingen.) Organisaties: • Vakgroep Vergelijkende cultuurwetenschappen
Onderzoekers: • Balagangadhara Rao
"Decreet Integraal Waterbeleid". Vervolgdecreet- of decreten met aanvullende titels op het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek moet leiden tot het opstellen van vervolgvoorontwerpen van Decreet (decreten) en de bijhorende memorie van toelichting (en) die een decretale basis geven voor drie centrale inhoudelijke facetten van het integraal waterbeleid, namelijk: 1.oppervlaktewater- en grondwaterkwaliteit 2. oppervlaktewater- en grondwaterkwantiteit 3. water bestemd voor menselijke aanwending. Organisaties: • Vakgroep Internationaal publiekrecht
Onderzoekers: • Frank Maes
De crisis en de heroriëntatie van de Europese welvaartstaten sedert de jaren '70: welke gevolgen voor inkomensverdeling, financiële behoeftigheid en sociale uitsluiting. Universiteit Antwerpen Abstract: In het onderzoek wordt vooral aandacht besteed aan de uitdagingen waarmee de welvaartsstaat geconfronteerd wordt met name door de volgende ontwikkelingen: de vergrijzing en het toenemend belang van Europa en globalisering meer algemeen. Het onderzoek is gestructureerd rond 8 inhoudelijke en 2 methodologische domeinen :
1. armoede en inkomensverdeling 2. beleid inzake sociale zekerheid en fiscaliteit 3. Europees sociaal beleid 4. vergrijzing 5. gezin 6. arbeid 7. gezondheid 8. onderwijs 9. simulatiemodellen om beleid te evalueren 10. data en indicatoren Organisaties: • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Jozef Breda • Bea Cantillon
De crisis van de politieke theologie: Naar een theopolitieke antropologie KU Leuven Abstract: Ons project behelst een fundamenteel onderzoek in het veld van de politieke theologie met een dubbele doelstelling. Ten eerste tracht het een overzicht te bieden van het veld als geheel met bijzondere focus op hoe de notie #stad# (polis) gehanteerd wordt door verschillende posities binnen het veld en wat de antropologische en ethische implicaties zijn van deze verschillende opvattingen. Ten tweede pleit het voor een #theologie van de stad#die zichzelf situeert tussen politiek extremisme en politieke irrelevantie. Het zal dit doen op basis van een onderliggende bijbels-theologische opvatting van mens-zijn als homo adorans, in onderscheid tot rivaliserende noties van de mens als homo politicus en homo faber. Organisaties: • OE Theologische en Comparatieve Ethiek
Onderzoekers: • Yves De Maeseneer • Jared Schumacher
De crisis van de religie en het probleem van het katholieke zelf-verstaan. KU Leuven Abstract: De crisis van de religie en het probleem van het katholieke zelf-verstaan. Organisaties: • OE Systematische Theologie & Religiewet.
Onderzoekers: • Lieven Boeve • Terrence Merrigan • Mathijs Lamberigts • Wim François • Joris Geldhof
De Cubaanse Magnolia soorten (Magnoliaceae): beoordeling van de genetische diversiteit en de onderliggende evolutionaire geschiedenis Universiteit Gent Abstract: We zullen genetische diversiteit beoordelen en evolutionaire geschiedenis bestuderen van bedreigde Cubaanse Magnolias op soorts--? en populatieniveau om evolutionaire patronen die leidden tot hedendaagse diversiteit en distributie te onthullen. Met fossielen zullen tijden van herkomst en radiatie worden geschat en uitgelijnd met bekende geologische en klimatologische geschiedenis. Vergaarde wetenschappelijke kennis zal ook waardevol zijn voor conservatie van de Cubaanse Magnolias. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Paul Goetghebeur • Isabel Larridon
De culturele economie van fanwerk in Japan: de handel in dojinshi als een hybride economie van open source culturele goederen KU Leuven Abstract: Media gemaakt door amateurs, zoals amateur-literatuur en amateur-comics, winnen dag na dag aan belang als in culturele economieën over de hele wereld. In Japan bijvoorbeeld schat men de totale waarde van de markt voor amateur-manga (dōjinshi genoemd) op tot een negende van de waarde van de hele commerciële manga-markt. Desondanks is er nog bijna geen onderzoek gevoerd naar deze amateur-manga, waardoor we maar een heel vaagidee hebben wat hun functie in de Japanse manga-markt eigenlijk is. Amateur-media worden niet enkel in Japan maar bijna overal hoe langer hoe belangrijker, en de goed ontwikkelde Japanse markt voor amateur-manga zoueen model kunnen worden voor andere markten van amateur-materiaal. Het doel van dit onderzoeksproject is de rol van amateur-manga als cultureleproducten te verduidelijken, en amateur-manga te ontsluiten voor verderonderzoek door Japanstalige en Engelstalige onderzoekers die zich specialiseren in fans en de media die fans creëren. Meer informatie is Organisaties: • OG Japanse Studies Leuven
Onderzoekers: • Willy Vande Walle • Nele Noppe
De CXCR3-chemokineliganden CXCL4, CXCL4L1 en afgeleide peptides: Signaaltransductie en rol in angiogene aandoeningen KU Leuven Abstract: Chemokines zijn lang beschreven als chemotactische cytokines die immuuncellen gidsen doorheen het lichaam en naar ontstekingshaarden. Vandaagworden de chemokines echter erkend als bijzonder multifunctionele spelers. Zo werd een belangrijke groep van
chemokines ook geassocieerd met angiogenese, de vorming van nieuwe bloedvaten vertrekkend van een reeds gevormd vasculair netwerk. Angiogenese speelt een cruciale rol tijdens de embryogenese, doch ook vele pathologische condities worden gekenmerkt door excessieve angiogenese. Zo gaat ook tumorprogressie hand in hand met intratumorale neovascularisatie. Het nieuw gevormd netwerk van bloedvaten voorziet het uitdijende tumorweefsel van voldoende zuurstof en nutriënten. Onze studie vestigt de aandacht op de bloedplaatjes-afgeleide chemokines PF4/CXCL4 en PF-4var/CXCL4L1. Deze opvallend homologe eiwitten binden de CXCR3-receptor, die onder twee vormen kan voorkomen: CXCR3A, dewelke leukocytmigratie en proliferatie stimuleert bij activatie, e Organisaties: • Laboratorium Moleculaire Immunologie
Onderzoekers: • Sofie Struyf • Katrien Van Raemdonck
De dageraad van de moderne staat: institutionele hervorming, fiscale sanering en de doordringing van de staat in de Oostenrijkse Nederlanden Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoeksproject omvat de analyse van drie staatshervormingsprojecten in de achttiende-eeuwse Zuidelijke Nederlanden, die vooral werden ondernomen in de hoop kosten te drukken en belastingsinkomsten te verhogen. Het doel is zicht te krijgen op factoren en actoren die de versterking en modernisering van het centrale staatsapparaat hebben bevorderd of tegengewerkt in een periode waarin de Verlichtingsideeën steeds meer ingang vonden. Organisaties: • Vakgroep Geschiedenis
Onderzoekers: • René Vermeir
De darmmicrobiota van pollinatoren: een ongekende en onontgonnen schatkist van biodiversiteit Universiteit Gent Abstract: Hommels, bijen en wespen zijn essentiële bestuivers van planten. Deze dieren worden bedreigd door een waaier van biotische en abiotische factoren zoals pathogenen en klimaatsverandering. Omdat duidelijk wordt dat ook bij deze bestuivers de darmbacteriën een belangrijke groeibevorderende en beschermende rol kunnen spelen, wil dit project de kweekbare darmmicrobiota van een groot aantal bestuivers beschrijven en hun functionaliteit onderzoeken. Organisaties: • Vakgroep Biochemie en Microbiologie
Onderzoekers: • Peter Vandamme
De darm-nier as: link tussen plasmaconcentraties van intestinaal gegenereerde uremische toxines en darm microbioom profielen in de opeenvolgende stadia van chronisch nierfalen. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium Moleculaire Bacteriologie
Onderzoekers: • Marie Joossens
De darm-nier as: link tussen plasmaconcentraties van intestinaal gegenereerde uremische toxines en darm microbioom profielen in de opeenvolgende stadia van chronisch nierfalen (CNF). Universiteit Gent Abstract: Het project bestuderen of er een link bestaat tussen de samenstelling en de stabiliteit van het intestinaal microbioom bij patiënten met CNF en de plasma levels van intestinaal gegenereerde eiwitgebonden uremische toxines dmv een reeks vergelijkende analyses bij verschillende stadia van CNF. Dit zal mogelijkheden aan het licht brengen om de intestinale generatie te beïnvloeden en zo de circulerende concentraties van deze toxines te verlagen met als doel de cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit bij patiënten met CNF te verbeteren. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Griet Glorieux
De Dayton Akkoorden: een voorbeeld van pro-actieve of re-actieve conflictspreventie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In decemder '95 slaagde de VS erin om een succesvolle vredesonderhandelingen te organiseren in Dayton, Ohio . De strijdende partijen uit het voormalige Yoegoslavië kwamen overeen op bijna alle punten van het vredesakkoord . Alhoewel velen sceptisch tegenover het akkoord en de uitvoering ervan stonden, zijn er sedertdien verscheidene stappen in de goede richting gezet . Maar wat met het cruciale punt: het etnisch conflict management, waaronder kunnen we het Dayton-akkoord classificeren en wat volgt er uit de theorie met betrekking tot het Dayton-akkoord en de uitvoering ervan ? Organisaties: • Politieke Wetenschappen
Onderzoekers: • GUSTAAF GEERAERTS
De deconstructie van grenzen en vertrouwelijkheid in de E.U.: een analyse van historische representaties van de "anderen" en van hedendaagse dagelijkse praktijken in grensgebieden. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar de vorming van identiteit in de inter-regio Belgisch en Nederlands Limburh aan de hand van drie mogelijke subvragen: voeding ("courses"), huwelijkspatronen ("intercourses") en ideologie ("discourses"). Organisaties: • Geschiedenis
Onderzoekers: • Karen ARIJS • PETER SCHOLLIERS
De 'deliberatieve persoonlijkheid': de herintroductie van burgers in de theorie van deliberatieve democratie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Wij streven ernaar om te vinden uit welk persoonlijkheidskenmerken bepalen of mensen deelnemen aan openbare beraadslaging, en hoe deze eigenschappen invloed vormen op het proces van overleg. Organisaties: • Politieke Wetenschappen
Onderzoekers: • Didier CALUWAERTS • CHRISTIAN DESCHOUWER
De demilitarisering van de Belgische Rijkswacht.Een historisch duiding vanuit de organisatiesociologie (1951-1997) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Centraal binnen deze studie staat de demilitarisering van de Belgische Rijkswacht.Dit opmerkelijk fenomeen binnen het politielandschap vormt de focus van een conceptuele studie.De cruciale onderzoeksvragen zijn : Wat impliceert deze wetswijziging voor het militair karakter van deze politiedienst en waarom werd de rijkswacht in 1992 gedemilitariseerd? Om een antwoord te formuleren construeren we vanuit de organisatiesociologie en de politieliteratuur een continuum met de militaire politiedienst als ene pool en de burgelijke politiedienst als andere pool. Deze twee ideaaltypen vormen samen een typologie die de studie van het militair karakter van een politiedienst mogelijk maakt via een analyse van de interne sociale organisatie ( recrutering , opleiding , tucht , kazernering , vakbond , leiderschap e.a. ) , de operationele taakuitvoering ( nadrukop ' Law and order' of community policing ) en het gezag , beheer , controle en toezicht op het functioneren van de politieorganisatie ( zie schema in bijlage ).Het doel van deze studie is de rijkswacht tussen 1957 en 1997 te positioneren op de gevormde as om op deze manier de impact van de demilitarisering te duiden. Organisaties: • Criminologie • Politieke Wetenschappen
Onderzoekers: • CHRISTIAN ELIAERTS • CHRISTIAN DESCHOUWER
De democratische legitimiteit van de rol van het Europees Hof van Justitie in de Europese rechtsorde. Universiteit Antwerpen Abstract: Het Verdrag betreffende de Europese Unie kwalificeert de Europese Unie (EU) als democratisch. "De Unie," aldus art.6 EU-Verdrag, "is gegrondvest op de beginselen van vrijheid, democratie, eerbiediging van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, en van de rechtsstaat, welke beginselen de lidstaten gemeen hebben." Binnen deze rechtsorde is het Hof van Justitie van de EG het hoogste rechtscollege dat door zijn interpretatie van de Europese verdragen erop moet toezien dat het democratische gevormde recht wordt geëerbiedigd. Artikel 220 EGVerdrag bepaalt dat het Hof van Justitie "de eerbiediging van het recht bij de uitlegging en toepassing van dit Verdrag [verzekert]". Steunend op zijn taakomschrijving, heeft het EHJ doorheen zijn rechtspraak vorm gegeven aan een autonome, communautaire rechtsorde. Vanaf de vroege jaren '60 van de vorige eeuw, heeft het EHJ een aantal opmerkelijke arresten geveld waarin het de grondslagen van deze rechtsorde neerlegde op basis van een interpretatie van de Verdragen die duidelijk verder ging dan de auteurs van de Verdragen ¿ en de nationale parlementen die de toepassing van deze Verdragen een democratische grondslag moesten geven - voor ogen stond. Gelet op de grote impact van het optreden van het Hof, is de vraag die in dit project wordt onderzocht hoe dit Hof zich verhoudt tot de idee dat de Europese rechtsorde gegrond is op het beginsel van democratie. Organisaties: • Overheid en Recht
Onderzoekers: • Johan Meeusen • Leonardus Adams
De democratische legitimiteit van (federale) politieke systemen. De Belgische casus in Europees comparatief perspectief. Universiteit Antwerpen Abstract: De Belgische federatie worstelt als meerlagig politiek systeem met aanzienlijke problemen op het vlak van democratische legitimiteit. Dit project streeft ernaar om de democratische legitimiteit van het Belgische federale politieke systeem te analyseren en te optimaliseren. Dit gebeurt door de theoretische concepten te herdenken in functie van de meerlagigheid van politieke systemen en door een vergelijkende analyse met de Europese Unie en andere (quasi-)federale politieke systemen. Organisaties: • Instituties en Meerlagige Politiek (ACIM)
Onderzoekers: • Peter Bursens • Dave Sinardet
De derde orde niet-lineaire microscopie Raman in materiële wetenschap. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Hiroshi Ujii • Maarten Roeffaers
de detectie van infectieve Norovirus in schelpdieren en de studie van de antivirale activiteit van extracten van zeevruchten Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Mieke Uyttendaele
De determinanten van de dynamieken in de auditmarkt. KU Leuven Abstract: Het doel van dit project is om de determinanten van de dynamiek van de auditmarkt te onderzoeken. Met de dynamiekvan de auditmarkt bedoelen we de jaarlijkse veranderingen in marktaandeel van bedrijfsrevisorenkantoren. Ten eersteonderzoeken we de incentieven van bedrijfsrevisorenkantoren om aan tacit collusie te doen binnen verschillende markten.We zullen marktkarakteristieken identificeren die collusie gemakkelijker of moeilijker maken en dan testen we of dezekarakteristieken geassocieerd zijn met de dynamiek in de audit markt. Ten tweede onderzoeken we of shocks in deauditmarkt de dynamiek binnen de auditmarkt beïnvloeden. Organisaties: • Faculteit Theologie en Religiewetensch. • OE Accountancy en Fiscaliteit Antwerpen
Onderzoekers: • Simon Dekeyser
De determinanten van de liquiditeitsimpact van financiële analisten – Een kwantiel-regressie aanpak Hogeschool-Universiteit Brussel Abstract: De belangrijke rol die financiële analisten vervullen op de financiële markten heeft aanleiding gegeven tot onderzoek (i) dat de invloed van analisten op informatieve efficiëntie van kapitaalmarkten analyseert (Lys en Soh, 1990; Womack, 1996; Barber et al., 2002), (ii) dat nagaat op welke wijze de financiële analisten de verspreiding van informatie beïnvloeden (Lobo en Mahmoud, 1989; Ayers en Freeman, 2003) en (iii) dat inzicht tracht te verwerven in de wijze waarop de fouten in de voorspelling van analisten kunnen worden gebruikt als een signaal om trading strategieën te implementeren (Frankel en Lee, 1998; Hughes et al., 2008). Er is echter weinig onderzoek verricht naar het effect van de financiële analisten op de liquiditeit van een aandeel. In dit project onderzoeken we het effect van voorspellingen van financiële analisten op de liquiditeit van een aandeel. In tegenstelling tot bestaand onderzoek onderzoeken we de directe impact van voorspellingen van individuele analisten op de liquiditeit van een aandeel. We onderzoeken ook de determinanten van de liquiditeitsimpact van financiële analisten d.m.v. kwantielregressie, waarbij we controleren voor endogeneiteit onder de factoren die de liquiditeit van het aandeel beïnvloeden. Deze twee onderzoeksvragen vormen belangrijke bijdragen tot de bestaande literatuur en bieden sterke onderzoeksmogelijkheden op het snijpunt van onderzoek naar het gedrag van financiële analisten en onderzoek naar de microstructuur van financiële markten Organisaties: • HUBrussel - Financien, Accountancy & Tax Onderzoek
Onderzoekers: • GEERT VAN CAMPENHOUT • KRIS BOUDT
De determinanten van voorkeurstemmen bij (sub-)lokale verkiezingen. De Antwerpse gemeenteraads- en districtraadsverkiezingen van 2006. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project gaan we op zoek naar de determinanten van voorkeurstem(proporties). We focussen op de Antwerpse gemeenteraads- en districtraadsverkiezingen die doorgaan in 2006. Terwijl ander onderzoek zich beperkt tot administratieve gegevens, betrekken wij ook surveygegevens van de kandidaten en de lijstvormers in onze analyses. Deze data vergelijken we met reeds beschikbare gegevens voor de eerste districtraadsverkiezingen van 2000, zodat we de doelmatigheid van de decentralisatie kunnen evalueren. Organisaties: • Media, middenveld en politiek (M2P)
Onderzoekers: • Peter Thijssen
De determinanten van zorgstrategieën bij laaggeschoolde vrouwen: een kwestie van geld of preferenties ? Universiteit Antwerpen Abstract: Eén van de meest opvallende tendensen van de afgelopen decennia is ongetwijfeld de massale intrede van vrouwen op de arbeidsmarkt en de daaraan gekoppelde verschuiving van het kostwinnersgezin naar het tweeverdienergezin. Anderzijds lijkt de de overgang naar een tweeverdienerssamenleving aan laaggeschoolde vrouwen te zijn voorbijgegaan: zij blijven massaal in de inactiviteit of belanden in de werkloosheid. Dit heeft belangrijke socio-economische implicaties: niet alleen hebben eenverdienergezinnen een sterk verhoogd armoede ¿ risico, dit effect wordt nog versterkt doordat laaggeschoolde vrouwen vaak samenleven met een laaggeschoolde partner met een laag verdienpotentieel. Bovendien is precies de tewerkstelling van laaggeschoolde vrouwen erg belangrijk in het kader van de Europese werkgelegenheidsstrategie: in een vergrijzende samenleving is een verhoging van de tewerkstellingsgraad noodzakelijk om de sociale zekerheid betaalbaar te houden. Het voorgestelde onderzoek wil nagaan waarom het Belgische combinatiebeleid niet gewerkt heeft voor laaggeschoolde vrouwen. Verschillende hypothesen zullen getoetst worden. Zo lijkt het aannemelijk dat financiële beperkingen het zwaarst doorwegen bij vrouwen met geringe kwalificaties. Anderzijds is het niet uitgesloten dat lager opgeleide vrouwen andere voorkeuren ontwikkeld hebben ten aanzien van de combinatie arbeid en gezin. Een derde hypothese luidt dat deze vrouwen een zwaardere gezinslast hebben: niet alleen numeriek , maar ook door een cumulatie van problemen op gezinsniveau. Het is mogelijk dat deze gezinnen naast problemen van lage scholing en een laag inkomen, verhoudingswijs vaker te maken krijgen met 'kwetsbare' kinderen met diverse problemen zoals leermoeilijkheden, gedrags-en emotionele problemen, mentale en fysieke handicaps. Organisaties: • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Joris Ghysels • Bea Cantillon
De detraditionalisering van het Vlaamse eetpatroon: realiteit of gerucht? Vrije Universiteit Brussel Abstract: Tegenwoordig is de idee dat eten zich aan geen enkele vorm van regels meer onderwerpt, sterk verspreid. Deze idee steunt op een aantal ontwikkelingen die zich de laatste twee eeuwen op vlak van voeding hebben voorgedaan en die aanleiding hebben gegeven tot een detraditionalisering en een destructurering op vlak van eetgewoonten. Essentieel bij de studie van de destructualisering van eetpraktijken is het concept van de traditionele maaltijd. Uit vroeger sociologisch onderzoek bleek dat er een vrij grote consencus bestond over hoe een maaltijd er juist moet uitzien om als maaltijd gedefinieerd te worden. In die zin kunnen we spreken van destructualisering wanneer onze eetpraktijken dit ideaalbeeld steeds minder in acht nemen. Het onderzoek is gebaseerd op de analyse van Vlaamse en Belgische tijdsbudgetgegevens. Het betreft Belgische data uit 1966 en 1999 en Vlaamse data uit 1988, 1999 en 2004, die gegevens bevatten over de duur, het tijdstip en de plaats van de maaltijd, het gezelschap waarin men verkeert bij de maaltijd en het soort maaltijd (warme maaltijd of broodmaaltijd). Ook achtergrondkenmerken zoals de opleiding, de leeftijd, de sociaal-economische status en dergelijke van de respondent zijn opgenomen in deze data. Het feit dat tijdsbudgetgegevens uit verschillende periodes beschikbaar zijn, zal ons toelaten de ontwikkelingen van de plaats van eten in het tijdsgebruik en de tijdsordening over deze periode te schetsen. Organisaties:
• Sociologie • Geschiedenis
Onderzoekers: • IGNACE GLORIEUX • Inge MESTDAG • PETER SCHOLLIERS
De diachrone studie van de Engelse datiefalternantie Universiteit Gent Abstract: Datiefalternantie verwijst naar het fenomeen waarbij werkwoorden die een soort overdracht uitdrukken, kunnen voorkomen in twee verschillende constructies (bvb. John gave mary a bood vs. John gave a book to Mary). Dit onderzoeksproject beoogt historische beschrijving van de verschillende taalveranderingen die betrokken zijn in het ontstaan en de evolutie van dit type alternantie. Tevens wordt een verklaring gezocht voor deze taalveranderingen. De onderzoeksmethode bestaat uit een literatuurstudie en (historisch) corpusonderzoek. Organisaties: • Vakgroep Duits
Onderzoekers: • Klaas Willems
De diachronie van de Franse werkwoordstijden. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project bestudeert de evolutie en de grammaticalisatie van de Franse conditionnel. Het heeft een drievoudige doelstelling. In de eerste plaats zal getracht worden de belangrijkste veranderingen in kaart te brengen die het gebruik van deze werkwoordsvorm heeft ondergaan, met name wat betreft de contexten waarin de vorm gebruikt wordt en zijn interpretaties in deze contexten. Ten tweede zullen de grammaticalisatiprocessen beschreven worden die de beschreven veranderingen kunnen verklaren, waarbij speciale aandacht zal besteed worden aan de wijze waarop nieuwe gebruiken tot stand komen. Ten slotte zullen de verschillende grammaticalisatiepaden samengevat worden in een "semantische kaart" (semantic map). Organisaties: • Centrum voor grammatica, cognitie en typologie
Onderzoekers: • Johan Van der Auwera • Adeline Patard
De diachronie van Nederlandse modale uitdrukkingen, in het bijzonder de hulpwerkwoorden. Universiteit Antwerpen Abstract: De "empirische" doelstelling van het project omvat een grondige en systematische analyse van de vorm- en betekenisontwikkeling van een steekproef van modale uitdrukkingen, vanaf het Oud- en Vroegmiddelnederlands (Ondl, Vmndl) tot vandaag. De theoretische doelstellingen van het project zijn: - het verfijnen van het inzicht in de processen van grammaticalisatie en (inter)subjectificatie. - het verbeteren van het inzicht in de structuur van de modale betekenissen, hun onderlinge relaties en hun relaties met niet-modale kwalificationele betekenissen en niet-kwalificationele betekenissen. - het aanscherpen van het inzicht in de functionele structuur van, en de vorm-functie-correlaties in de systemen van uitdrukkingsvormen van de verschillende modale betekenissen. - het nagaan van de implicaties van al het voorgaande voor de behandeling van modale betekenissen in een cognitief-functionele taaltheorie, en met name voor de hypothesen in de functionalistische literatuur i.v.m. de gelaagde representatie van kwalificationele categorieën. Organisaties: • Centrum voor grammatica, cognitie en typologie
Onderzoekers: • Jan Nuyts
De diachronische ontwikkeling van het gebruik van de woordgroepen afgeleid van het Franse travers en het Italiaanse traverso: een onderzoek naar grammaticalisatie en semantische ontwikkeling. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het voorgestelde project wil een eerste stap zijn in de algemene analyse van de diachronische evolutie en de grammaticalisatie op Romaans niveau van twee representatieve, maar vrijwel niet onderzochte prepositionele woordgroepen. Het gaat om de ruimtelijke uitdrukkingen die afgeleid zijn van het Franse travers en het Italiaanse traverso; allen stammen af van het lexicon dat zich vormde rond het Latijns tran(s)versu(m). Het onderzoek behelst een exhaustieve analyse van de evolutie van deze woordgroepen (inclusief de Latijnse) vanaf het klasiek Latijn tot het hedendaags Frans en Italiaans. De reconstructie van de respectievelijke ontwikkelingen zal worden gerealiseerd met behulp van verscheidene digitale databases. Voor een eerste classificatie en voor de formulering van werkhypothesen zal worden uitgegaan van een nog uit te werken, kritische synthese van de resultaten van de bestaande literatuur over het onderwerp. De globale interpretatie van de fenomenen volgt uiteraard naar het einde van het onderzoek toe. Deze studie zal interessante theoretisch-methodologische suggesties kunnen opleveren, die toelaten de beschrijving van grammaticalisatie en de mechanismen van semantische ontwikkeling te verfijnen. Bovendien zal dit project een belangrijke lacune in de diachronische beschrijving van de Franse en Italiaanse preposities weg kunnen werken. Organisaties: • Taal- en Letterkunde
Onderzoekers: • Thomas HOELBEEK • DIRK VANDEN BERGHE
De diagnostische uitdaging van de beeldvorming van het dorsoproximale aspect van het kogelgewricht bij het paard Universiteit Gent Abstract: De beeldvorming van het dorso-proximale aspect van het kogelgewricht bij het Belgisch Warmbloed paard, stelt ons voor een diagnostische uitdaging. Het doel van deze studie is het optimaliseren van onze diagnostische vermogens dmv een uitdieping van onze kennis van de anatomische distinctieve kenmerken van deze zoneop radiografie, echografie en artroscopie, waarbij macroscopische bevindingen en histopathologie als referentie worden gebruikt. Organisaties: • Vakgroep Medische Beeldvorming van de Huisdieren en Orthopedie van de Kleine Huisdieren
Onderzoekers: • Jimmy Saunders
De diagnostische uitdaging van de beeldvorming van het dorsoproximale aspect van het kogelgewricht bij het paard. Universiteit Gent Abstract: De beeldvorming van het dorso-proximale aspect van het kogelgewricht bij het Belgisch Warmbloed paard, stelt ons voor een diagnostische uitdaging. Het doel van deze studie is het optimaliseren van onze diagnostische vermogens door een uitdieping van onze kennis van de anatomische kenmerken van deze zone op radiografie waarbij macroscopische bevindingen en histopathologie als referentie worden gebruikt. Organisaties: • Vakgroep Medische Beeldvorming van de Huisdieren en Orthopedie van de Kleine Huisdieren
Onderzoekers: • Jimmy Saunders
De dialectwoordenschat omtrent 'Eten en Drinken' in de dialecten van Frans-, West-, Oost- en ZeeuwsVlaanderen' Universiteit Gent Abstract: Digitaal opslaan in een database van dialectlexicografische gegevens voor Frans-, West-, Oost- en Zeeuws-Vlaanderen voor het Woordenboek van de Vlaamse Dialecten (WVD) m.b.t. 'Eten en Drinken'. De relevante dialectwoordenschat wordt opgevraagd iva mondeling en schriftelijk veldwerk en wordt samengevoegd met het reeds voorhanden ongepubliceerde en gepubliceerde materiaal (sedert 1880). Op basis van het materiaal wordt een woordenboekaflevering in het vooruitzicht gesteld binnen Deel III 'Algemene Woordenschat', sectie 2 'het huiselijk leven' Organisaties: • Vakgroep Nederlandse taalkunde
Onderzoekers: • Magdalena Devos • Jacques Van Keymeulen
De didaskalische verbeelding: Hedendaagse regieboeken als genetische documenten van het artistieke werkproces Vrije Universiteit Brussel Abstract: De veronderstelling van dit project is dat de narratieve structuur, of beter de visuele narratief op het podium, wordt mede-geregisseerd en bepaald door de visuele compositie-technieken die gebruikt worden door de theatermakers tijdens de repetities. Organisaties: • Taal- en Letterkunde
Onderzoekers: • JOHAN CALLENS
De didaskalische verbeelding: Hedendaagse regieboeken als genetische documenten van het artistieke werkproces. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Onderzoekscentrum Visuele Poëtica
Onderzoekers: • Luc Van Den Dries
De directe gevolgen van vehoogde vrije verzurenconcentraties in het bloed op de viabiliteit van ovariële follikels en de ontwikkelingscompetenties van de eicel: diermodel. Universiteit Antwerpen Abstract: Heel wat epidemiologische studies hebben overtuigend aangetoond dat metabole veranderingen in het lichaam, geassocieerd met de wereldwijd toenemende incidentie van van obesitas, metabool syndroom of diabetes mellitus type II, nefaste gevolgen kunnen hebben op de vruchtbaarheid bij de mens. De gevolgen van met obesitas en diabetes geassocieerde hyperglycemie op de eicel- en embryokwaliteit werd reeds uitvoerig bestudeerd bij muizen en ratten. In dit onderzoeksvoorstel ligt de nadruk echter op een ander kenmerk van deze metabole aandoeningen: de hoge vrije vetzuren concentraties in het bloed. De interesse van de humane geassisteerde reproductiewereld in een bovien model dat gebruikt wordt om de effecten van verhoogde vrije vetzuren concentraties op de eicelontwikkelingscompetentie, granulosacelviabiliteit en ¿functie en de onderlinge mechanismen hiervan na te gaan , zet ons aan tot verder onderzoek. Organisaties: • Veterinaire fysiologie en biochemie
Onderzoekers: • Peter Bols • Veerle Van Hoeck
De directe gevolgen van verhoogde serum vrije vetzurenconcentraties op de viabiliteit van ovariële follikels en de ontwikkelingscompetentie van de eicel: diermodel. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit projectvoorstel zal worden onderzocht in welke mate hoge concentraties aan vrije vetzuren in het bloed, die heel typisch voorkomen bij onder meer obesitas en diabetes type II, doordringen tot in het follikelvocht en op die manier de eicel en de follikel direct beïnvloeden. De gevolgen hiervan voor het energie- en lipidenmetabolisme van het cumulus oocyte complex en voor de ontwikkelingscompetentie van de eicel, zullen worden bestudeerd. Heel specifiek wordt verder op zoek gegaan naar de mogelijke overdraagbare effecten op de kwaliteit van het resulterend preïmplantatie embryo. Op basis van recente, toonaangevende resultaten in het boviene fertiliteitsonderzoek kunnen we stellen dat het voorliggend onderzoeksvoorstel in belangrijke mate zal bijdragen tot de opheldering van de pathogenese van gedaalde fertiliteit bij vrouwen met voornoemde metabole aandoeningen. Organisaties: • Veterinaire fysiologie en biochemie
Onderzoekers: • Peter Bols • Jo Leroy • Veerle Van Hoeck
De directe gevolgen van verhoogde vrije vetzurenconcentraties op de viabiliteit van ovariële follikels en de ontwikkelingscompetentie van de eicel: een diermodel. Universiteit Antwerpen
Abstract: In dit project zal worden onderzocht in welke mate hoge concentraties aan vrije vetzuren in het bloed, die heel typisch voorkomen bij onder meer obesitas en diabetes type II, doordringen tot in het follikelvocht en op die manier de eicel en de follikel direct beïnvloeden. De gevolgen hiervan voor het energie- en lipidenmetabolisme van het cumulus oocyte complex en voor de ontwikkelingscompetentie van de eicel, zullen worden bestudeerd. Heel specifiek wordt verder op zoek gegaan naar de mogelijke overdraagbare effecten op de kwaliteit van het resulterend preïmplantatie embryo. Op basis van recente, toonaangevende resultaten in het boviene fertiliteitsonderzoek kunnen we stellen dat het voorliggend onderzoeksvoorstel in belangrijke mate zal bijdragen tot de opheldering van de pathogenese van gedaalde fertiliteit bij vrouwen met voornoemde metabole aandoeningen. Organisaties: • Veterinaire fysiologie en biochemie
Onderzoekers: • Peter Bols • Jo Leroy • Veerle Van Hoeck
De discretionaire ruimte bij uitvoerende politieambtenaren. Gevalstudie van het beslissingsproces over vrijheidsberoving Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde • Vakgroep Bestuur en beleid
Onderzoekers: • Marleen Easton • Fien Gilleir
De discursieve constructie van een Europese identiteit in het kader van de relaties tussen de Europese Unie (EU) en Turkije en Centraal en Oost-Europa. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de literatuur aangaande de relaties tussen de Europese Unie en Centraal - en Oost-Europa enerzijds en Turkije anderzijds is tot nog toe vooral aandacht geweest voor economische, politieke en strategische variabelen. De literatuur waarin het belang van de factor identiteit in voormelde betrekkingen wordt onderkend, breidt uit. Hoe die identiteit wordt geconstrueerd en welke rol deze vervolgens in deze relaties speelt, kwam echter nog maar weinig aan bod. Het project wil deze lacune vullen via een discoursanalyse van de EU-teksten aangaande de uitbreiding met Centraal- en Oost-Europese landen en Turkije. Zowel in het theoretisch als methodologisch raamwerk dat voor dit onderzoek wordt gekozen, staat de idee centraal dat taal en discours een cruciale rol spelen in de constructie van identiteit. De methode van discoursanalyse die wordt toegepast (Critical Discourse Analysis) bestaat uit drie stappen. Na een onderzoek van de 'feitelijke' inhoud van de vertogen, wordt nagegaan welke argumentatiestrategieën worden gehanteerd en hoe zij via linguïstische middelen worden gerealiseerd. De teksten die zullen worden onderzocht, hebben betrekking op de periode 1990-2002 wat Centraal- en Oost-Europa betreft en op de periode 1995-2004 wat de relatie met Turkije aangaat. Organisaties: • Politieke Wetenschappen • Biomedische Statistiek en Informatica
Onderzoekers: • GUSTAAF GEERAERTS • PATRICIA VAN DEN EECKHOUT • Senem DUZGIT (AYDIN)
De discursieve constructie van het levenseinde: mediarepresentaties van medische beslissingen rond het levenseinde en hun recepties Vrije Universiteit Brussel Abstract: Tegenwoordig is de levensverwachting drastisch gestegen. Deze demografische evolutie gaat gepaard met een culturele verandering met de opkomst van een nieuwe aanpak mbt de dood en het sterven, waarin een goede dood gezien wordt als een cruciaal aspect voor de kwaliteit van het leven. Het project zal zich focussen op de media representaties van het sterfproces, en hun gevolgen. Meer specifiek zal dit project zich richten op de media voorstelling rond sterfte als gevolg van een chronische ziekte en de beslissingen rond zorg aan het levenseinde die samengaan met het dit proces. De belangrijkste vraag is: Hoe vertegenwoordigen de printmedia de identiteit van de stervende onderwerp, met betrekking tot de bouw van (de goede) dood, ziekte en het institutionele kader, en hoe worden deze constructies ontvangen? Organisaties: • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • Nico CARPENTIER
De diversiteit in de prestaties van familiebedrijven ontrafeld: de effecten van ondernemerschaps- en familie oriëntatie op de ondernemingsprestaties over de generaties heen. Universiteit Hasselt Abstract: Tijdens het laatste decennium werd in verscheidene papers de vraag onderzocht of familiebedrijven beter presteren dan nietfamiliebedrijven. In vergelijking met vroegere studies bestuderen wij de "prestaties" van familiale ondernemingen als een multidimensioneel concept, namelijk een prestatiemeting die bestaat uit zowel de creatie van winst/rijkdom als uit niet-financiële en emotionele voordelen, waarbij deze laatste component vaak wordt genegeerd zowel in theoretisch alsook in empirisch onderzoek. Daarnaast bestuderen we de relatie tussen "entrepreneurial orientation" en prestaties in familiebedrijven met een specifieke focus op de verschillen tussen generaties. Vele familiale ondernemingen staan momenteel namelijk voor een dubbele uitdaging. Enerzijds zijn een groot aantal familiebedrijven tot een succesvolle onderneming uitgegroeid. Deze ondernemingen krijgen te maken met de verdere uitwerking en de realisatie van voordelen uit hun groeipotentieel, wat uiteraard een uitgesproken ondernemersgeest vereist. Anderzijds krijgen familiebedrijven te maken met de uitdaging om familiale invloed te behouden over generaties en dus met de overdracht van het bedrijf naar de volgende generatie. In die zin is het essentieel voor familiebedrijven om een ondernemersgeest te bewaren over verschillende generaties heen. Aldus bestuderen we in dit onderzoeksproject op basis van survey data en kwantitatieve analyses de EO-performance relatie en de modererende/mediërende effecten van verschillende organisatievariabelen zoals bv. de generatie en de familie oriëntatie in de context van private familiebedrijven. Organisaties: • Accountancy en financiering • Governance • Kenniscentrum voor Ondernemerschap en Innovatie
Onderzoekers:
• Wim VOORDECKERS • Tensie STEIJVERS
De documentatie van het Cappadocisch, een ernstig bedreigde minderheidstaal in Griekenland Universiteit Gent Abstract: Het cappadocisch is een ernstig bedreigde Grieks-Turkse mengtaal gesproken in Griekenland door orthodox-christelijke immigranten na de volkerenruil tussen Griekenland en Turkije in de jaren 1920. het onderzoek richt zich op de documentatie van het Cappadocisch (grammatica, lexicon, tekstcorpora), de socio-linguïstische status van de taal in de twee- tot drietalige taalgemeenschappen (Cappadocisch, Grieks, Turks) en de mogelijkheden tot revitalisatie. Organisaties: • Vakgroep Latijn en Grieks
Onderzoekers: • Marc Janse
De dood begrijpen in de utopie: een analyse van de visie, van de ziel en van het hiernamaals in de litaire utopieën van de 17e eeuw. Vrije Universiteit Brussel Abstract: - Het vetrekpunt van het project is de paradox eigen aan het utopisch denken : de utopieën ontwerpen een maatschappij die onveranderlijk is en ahistorisch, dus vrij van de dood ; maar de inwoners van de utopieën moeten wel degelijk sterven. Het onderzoek betreft de manier waarop de utopieën van de 17e eeuw een antwoord geven op deze paradox door het ontwikkelen van bepaalde opvattingen betreffende de dood en het hiernamaals. Deze vraagstelling laat toe de utopieën op een nieuwe manier te classificeren en een aantal belangrijke morele, politieke en literaire implicaties van het utopisch denken te belichten. Organisaties: • Taal- en Letterkunde
Onderzoekers: • Daniel ACKE
De 'dood van de ezel' herbekeken. Consumptieverlangens en tweedehandsmarkten in Brugge, ca. 1752-ca. 1914. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project onderzoekt het verbruik van tweedehands, 'oude' producten en antiek bij de toplaag van Brugge in de 'lange' 19de eeuw. Door een structurele en actor-gestuurde analyse te confronteren, wordt het mogelijk om consumptiegedragingen te plaatsen tegen bredere maatschappelijke veranderingen. Op die manier wordt een beter inzicht bekomen in de wijze waarop consumptieverlangens economisch én cultureel zijn geconstrueerd en ingebed. Organisaties: • Centrum voor stadsgeschiedenis
Onderzoekers: • Bruno Blondé • Ilja Van Damme
De DOXP pathway als nieuw doelwit voor antibacteriële chemotherapie Universiteit Gent Abstract: The goal of the present project is to evaluate whether the DOXP pathway has potential as a novel target for antibacterial chemotherapy (especially against biofilm-associated bacteria), which mechanisms are responsible for resistance towards DOXP pathway inhibitors, and how these resistance mechanisms can be overcome. This knowledge will subsequently be used for the rational design of novel inhibitors of the DOXP pathway. Organisaties: • Vakgroep Farmaceutische analyse
Onderzoekers: • Tom Coenye
De draagwijdte van de intergenerationele solidariteit in het Belgische pensioensysteem. Babybusters versus babyboomers. Universiteit Antwerpen Abstract: De vergrijzing vormt een fundamentele uitdaging voor de houdbaarheid van het Belgisch pensioensysteem dat hoofdzakelijk gefinancierd wordt via repartitie. We onderzoeken of het gevoerde beleid de lasten niet teveel afwentelt op de babybust-generatie. We baseren ons hiervoor niet alleen op de registratie van de geldstromen maar ons inspirerend op het werk van Louise Russell brengen we ook het economische traject dat de generaties achter de rug hebben in rekening. Organisaties: • Media, middenveld en politiek (M2P)
Onderzoekers: • Peter Thijssen
De dragers van het tekstgeheugen in Middelfranse kronieken. Ledit en de grammaticalisatie van de Franse demonstrativa. Universiteit Antwerpen Abstract: Bij het onderzoek naar de dragers van het tekstgeheugen in Middelfranse kronieken (14e-15e eeuw), trekt ledit de aandacht. Deze determinant wordt oorspronkelijk enkel in juridische teksten gebruikt en heeft een duidelijk desambiguïserende functie. Het is opvallend dat ledit in de loop van de 14e eeuw steeds vaker verschijnt in literaire prozateksten; dit kan te maken hebben met de grote omwenteling binnen de categorie van de demonstrativa die een eeuw eerder aanving, maar die pas rond de 15e-16e definitief afgerond wordt. Door de herstructurering van de demonstrativa is het tijdelijk niet mogelijk om het contrast te maken dat oorspronkelijk door cist : cil en later door celui-ci : celui-là werd aangegeven. Er is dus nood aan een desambiguïserende determinant; ledit wordt overgenomen uit de juridische taal als geschikt alternatief. Aanvankelijk heeft ledit enkel deze desambiguïserende waarde, maar naar het einde van de 14e eeuw toe leunt het gebruik ervan steeds meer aan bij het bepaald lidwoord. Daarom kunnen we stellen dat ledit een gelijkaardig grammaticalisatieproces doormaakt als het bepaald lidwoord, dat zijn oorsprong heeft in het Latijnse demonstrativum ille. Eens het paradigma van de demonstrativa hersteld is, vanaf de 16e eeuw, wordt ledit weer verbannen naar de juridische taal. Organisaties: • Antwerps Centrum voor Pragmatiek (IPrA Research Center)
Onderzoekers: • Walter De Mulder • Theofiel Venckeleer • Jesse Mortelmans
De driedoornige stekelbaars als model voor postglaciale speciatie, adaptatie en ontwikkelingsstabiliteit Universiteit Gent Abstract: De dynamiek van ruimtelijk gestructureerde populaties wordt bepaald door landschapskarakteristieken en populatie-specifieke dispersie fenomenen. Onderzoek toonde verder aan dat recente evolutieprocessen weerspiegeld kunnen worden in fenotypische karakteristieken. Dit project beoogt na te gaan of de metapopulatie structuur van de driedoornige stekelbaars in Vlaanderen aanwijzingen vertoont voor evolutionair parallellisme, en in welke mate fenotypische differentiatie historische processen weerspiegelt. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Luc Lens
De Drievoudige Dynamiek van Geloof in Een God van Liefde: Theorie, Praxis, en Liturgie KU Leuven Abstract: Dit onderzoeksproject beoogt te onderzoeken hoe de fundamenteel-sacramentele theologie van Louis-Marie Chauvet drie noodzakelijke elementen vanchristelijk leven # theorie, praxis, en liturgie # bijeen houdt in een dynamische en bezielende dynamiek. Door gebruik te maken van de inzichten van Emmanuel Levinas, als een voorbeeld van de prioritering van het theoretische, en van de inzichten van Werner Jeanrond, als een voorbeeld van de prioritering van het praktische, streeft dit project ernaar om te laten zien hoe Chauvets inclusie van de liturgie als een noodzakelijk element van het christelijk geloofsleven, in aanvulling op de elementen van theorie en praxis, kan dienen om een overtuigende en aantrekkelijke verantwoording te geven van de dynamiek van christelijk geloofsleven in onze hedendaagse postmoderne context. Dit project heeft met name aandacht voor het belang van lichamelijkheid voor de ontwikkeling van theologie en voor de wijze waarop Chauvet middels zijn sacramentele benaderin Organisaties: • OE Systematische Theologie & Religiewet.
Onderzoekers: • Lieven Boeve • Timothy Derrick Witherington
De Drugs for Neglected Diseases Working Group: stimulering van de ontwikkeling van geneesmiddelen voor tropische ziekten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Jaarlijks sterven 17 miljoen mansen aan infectieziekten. Meer dan 90% hiervan leeft in ontwikkelingslanden. Terwijl de medische wetenschap steeds geavanceerdere geneesmidellen en techologieën ontwikkelt om de levenverwachtingen en kwaliteit van de rijkere bevolking te verhogen, wordt zeer weinig inspanning gedaan met betrekking tot tropische ziekten. Bijna niemans schijnt nog geïnteresseerd te zijn in het ontwikkelen van goede en betaalbare geneesmiddelen tegen deze ziekten. Van de 1233 nieuwe geneesmiddelen die op de markt kwamen tussen 1975 en 1997, waren er slechts 11 bestemd voor tropische ziekten. Bovendien zijn de bestaande geneesmiddlen vaak te duur voor de zeer arma bevolking uit het Zuiden. De Drugs for Neglected Diseases Working Group is een nieuwe multidisciplinaire werkgrope die dit probleem wil aankaarten op de interantionale agenda. In eerste instatnie worden de redenen voor dit probleem verder in kaart gebracht. Vervolgens zullennieuwe en creatieve oplossingen voorgesteld en uitgewerkt worden ten einde de ontwikkeling en beschikbaarheid van geneesmiddelen voor deze ziekten te verzekeren. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • LODE WYNS
De dynamica van een kwantum veel deeltjes systeem Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is het rigoureus bestuderen van uitgebreide kwantumsystemen, specifiek gericht op de tijdsevolutie van zulke systemen. Verstrengeling is het fysische concept dat deze evolutie moeilijk te begrijpen maakt. Verschillende klassen toestanden zoals MPS zijn speciaal ontworpen om voor gelijkaardige problemen. Het gebruik van deze toestanden ligt aan de basis van diverse benaderingsmethodes van de tijdsevolutie. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Frank Verstraete
De dynamiek achter het Europese 'beleid' van regionale samenwerking in de Zuidelijke Caucasus: een constructivistische benadering Universiteit Gent Abstract: Het doel van het onderzoek is na te gaan waarom in de Zuidelijke Caucasus geen samenwerkingsverbanden ontstaan, ondanks de inspanningen van de EU om dit te bewerkstelligen. Er wordt nagegaan hoe de EU de regionale samenwerking tracht aan te moedigen. Er wordt verondersteld dat de asymmetrische relatie (de overheden in de Zuidelijke Caucasus als objecten) de oorzaak is van de uitkomst. Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Hendrik Vos • Jan Orbie
De dynamiek tussen nationale en regionale grondrechtenbescherming in Europa: naar convergentie? Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoeksproject heeft als doel de dynamiek tussen nationale en regionale grondrechtenbescherming in Europa te ontleden en vast te stellen of deze dynamiek één is naar convergentie. Het project zal eerst de recente hervormingen over de grondrechtenbescherming van Europese grondwetten bestuderen met het doel om na te gaan of deze hervormingen zijn gebaseerd op gelijkaardige of convergerende ideeën van een ideaal grondwettelijk model. Vervolgens, zal het project de recente dynamiek in de grondrechtencatalogi van Europese grondwetten bestuderen om te zien of recent geadopteerde grondwettelijke rechten transposities zijn van internationale of regionale rechten, of zij voortkomen uit een nationale grondwettelijke dynamiek. Aangezien gelijkaardige grondrechtencatalogi in Europese grondwetten niet voldoende zijn om een Europese harmonisatie te bewerkstelligen, blijft de interpretatie van deze rechten van essentieel belang. Een significante focus zal daarom ook gelegd worden op de vraag of de interpretatiemethodes die worden gehanteerd door grondwettelijke hoven in Europa en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens aan het convergeren zijn. Tot slot, met de totstandkoming van het EU Charter – de meest recente en uitgebreide Europese grondrechtencollectie – en de waarschijnlijke toetreding van de Europese Unie tot het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, is het
essentieel om te evalueren of dit Charter een verdergaande convergentie van grondrechtenbescherming in Europa zal teweegbrengen. Organisaties: • Overheid en Recht
Onderzoekers: • Patricia Popelier • Sarah Lambrecht
De dynamiek tussen nationale en supranationale grondrechtenbescherming in Europa: naar convergentie? Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoeksproject heeft als doel de dynamiek tussen nationale en regionale grondrechtenbescherming in Europa te ontleden en vast te stellen of deze dynamiek één is naar convergentie. Het project zal eerst de recente hervormingen over de grondrechtenbescherming van Europese grondwetten bestuderen met het doel om na te gaan of deze hervormingen zijn gebaseerd op gelijkaardige of convergerende ideeën van een ideaal grondwettelijk model. Vervolgens, zal het project de recente dynamiek in de grondrechtencatalogi van Europese grondwetten bestuderen om te zien of recent geadopteerde grondwettelijke rechten transposities zijn van internationale of regionale rechten, of zij voortkomen uit een nationale grondwettelijke dynamiek. Aangezien gelijkaardige grondrechtencatalogi in Europese grondwetten niet voldoende zijn om een Europese harmonisatie te bewerkstelligen, blijft de interpretatie van deze rechten van essentieel belang. Een significante focus zal daarom ook gelegd worden op de vraag of de interpretatiemethodes die worden gehanteerd door grondwettelijke hoven in Europa en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens aan het convergeren zijn. Tot slot, met de totstandkoming van het EU Charter – de meest recente en uitgebreide Europese grondrechtencollectie – en de waarschijnlijke toetreding van de Europese Unie tot het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, is het essentieel om te evalueren of dit Charter een verdergaande convergentie van grondrechtenbescherming in Europa zal teweegbrengen. Organisaties: • Overheid en Recht
Onderzoekers: • Patricia Popelier • Sarah Lambrecht
De dynamiek van etnische mobilisatie : België en Zwitserland Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het (doctoraats)project "De dynamiek van etnische mobilisatie: België en Zwitserland" is een vergelijkend en verklarend onderzoek naar het wel/niet ontstaan van (succesvolle) etnische/regionale politieke partijen in België en Zwitserland na WO II. Het onderzoek richt zich met name op de vraag waarom de politieke mobilisatie rond de regionale breuklijn in België in deze periode geleid heeft tot succesvolle overkoepelende etnische/regionale politieke partijen (VU, RW, FDF) terwijl in nZwitserland de mobilisatie beperkt blijft tot de vorming van onbeduidende bewegingen en (een uiterst klein aantal) strikt kantonnale etnische/regionale partijen. Organisaties: • Politieke Wetenschappen
Onderzoekers: • PATRICK STOUTHUYSEN
DE DYNAMIEK VAN LOKALE HIV-1 EPIDEMIEËN: De Colombiaanse en Belgische Cohorten KU Leuven Abstract: DE DYNAMIEK VAN LOKALE HIV-1 EPIDEMIEËN: De Colombiaanse en Belgische CohortenIn 2012 waren er wereldwijd ongeveer 35 miljoenmensen met een HIV besmetting en liepen er 2 miljoen mensen die besmetting op. Preventieve maatregelen en een groter bereik van antiretroviralebehandeling (ART) resulteerde tussen 2001 en 2012 in een daling van de HIV incidentie met meer dan50% in 26 landen. Het geobserveerde effect van ART op de incidentie van HIV in de bevolking zorgde voor een bijsturing van klinische richtlijnen in de richting van vroegtijdige behandeling en het opzetten van een test-en-behandel strategie of behandelenals preventie (treatment as prevention, (TasP)) in sommige landen. Het is echter nog niet duidelijk of deze aanpak in verschillende omstandigheden kosteneffectief zal zijn. Daarom moeten lokale overheden beter geinformeerd worden met actuele gegevens over de kernmerken van de lokale HIV epidemies, omdat zij de ontwikkeling van doeltreffende preventieve maatregelen kunnen beïnv Organisaties: • Klinische & Epidemiologische Virologie
Onderzoekers: • Anne-Mieke Vandamme • Kristel Van Laethem • Andrea Pineda Pena
De dynamiek van taalactiviteit - een evolutionaire reconstructie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Vanuit een belichaamde filosofie en in overeenstemming met systeemtheoretische benaderingen wordt de vraag naar de historischbiologische ontstaanscontext van de verschillende taalgedragingen gesteld. Het ontstaan van onze taalactiviteit zal in drie fasen gereconstrueerd worden. (1) Aan de hand van studies naar diverse pathologieën en persoonlijkheidsstoornissen (m.b. schizofrenie en afasie), zal de interrelatie tussen emoties, motoriek, denken en taal worden aangetoond. (2) Hierna wordt de taalactiviteit vanuit de antropologie opgedeeld in de verschillende taalgedragingen (emoties, expressies, gebaren en abstract denken). (3) Als laatste fase zal de evolutionaire oorsprong van emoties, expressies , gebaren en abstract denken onderzocht worden, respectievelijk vanuit de ethologie, primatologie, psycholinguïstiek en neurologie, om zo het ontstaan van de taalactiviteit te reconstrueren. Organisaties: • Centrum voor Logica en Wetenschapsfilosofie
Onderzoekers: • JEAN VAN BENDEGEM
De dynamiek van taalactiviteit - een evolutionaire reconstructie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit project wordt de dynamiek van de taalactiviteit bestudeerd vanuit een evolutionair perspectief Organisaties: • Wijsbegeerte-Moraalwetenschappen
Onderzoekers: • JEAN VAN BENDEGEM
De dynamische dwarsligger. Vrije Universiteit Brussel
Abstract: Trillingen ten gevolge van spoorverkeer vormen een steeds belangrijker milieuprobleem. Eén oorzaak is de verminderde, of afwezige, trillingsisolatie en -demping door het toepassen van ballastloos spoor. Een nieuwe generatie dynamische dwarsliggers kan een oplossing blijken voor de huidige problemen. Dit onderzoeksproject zal zich concentreren op enkele belangrijke aspecten van de trillingsproblematiek bij spoorwegen. De werking en de invloed van dwarsliggers op dynamisch vlak in het kader van de volledige spoorwegopbouw zal worden onderzocht. er zijn vier objectieven: - de ontwikkeling van een numeriek model dat toepasbaar is bij de studie van bestaande en nieuwe situaties waar trillingshinder wordt waargenomen of vermeden moet worden. - Het inpassen in het model van een dwarsligger met variablele flexibiliteit en dempingskarakteristieken. - Afleiden van de ontwerpregels voor de "ideale" dynamische dwarsligger. - Het praktisch ontwerp van de "ideale" dynamische dwarsligger. - Het praktisch ontwerp van de "ideale " dwarsligger voor de reductie van door spoorwegen geïnduceerde trillingen. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • HUGO SOL
De dynamische wisselwerking van cognitieve controle in insomnia. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Patiënten met slapeloosheid/insomnia rapporteren stoornissen in het cognitief functioneren. Echter, zowel gedrags- en neurologisch onderzoek naar deze klachten wijzen op tegenstrijdige resultaten. De 'Dual Mechanisms of Control' theorie van Braver (2007; 2012) stelt dat een verminderde cognitieve efficiëntie veroorzaakt kan worden door veranderingen in de temporele wisselwerking van de neurale aansturing van cognitieve controle mechanismen. Cognitieve controle verwijst naar onze vaardigheden om een nieuwe strategie te plannen, te evalueren, zijn uitvoering te controleren en te corrigeren voor mogelijke fouten. Meerbepaald, er wordt gesteld dat patiënten met insomnia moeilijkheden hebben met het handhaven van bepaalde relevante taakdoelen en met het anticiperen en verhinderen van mogelijke verstoringen. In dit project zullen we, gebaseerd op bovenvermelde theorie, gebruik maken van een meer dynamische benadering om te onderzoeken hoe patiënten met insomnia cognitieve controle aanspreken en onder welke omstandigheden deze aansturing faalt. Daarenboven, dit project zal onderzoeken of deze afwijkende patronen van neurale activatie omkeerbaar zijn en getraind kunnen worden. Door het integreren van een cognitieve strategie training, zullen we nagaan of een verschuiving naar een meer efficiënte cognitieve controle aansturing kan vastgesteld worden in patiënten met insomnia. Met dit project wordt er beoogd meer inzicht te verkrijgen in de dynamische wisselwerking en flexibiliteit van cognitieve controle in insomnia. Bijgevolg, deze inzichten kunnen belovende indicaties bieden met betrekking tot cognitieve interventies in de klinische praktijk. Organisaties: • Experimentele en Toegepaste Psychologie
Onderzoekers: • Eva VAN DEN BUSSCHE • Olivier MAIRESSE
De ecologie van het mededingingsrecht. Universiteit Antwerpen Abstract: Hoewel er verhitte discussies over disproportionele regellast en bureaucratie op zowel nationaal als Europees niveau gevoerd worden is er maar weinig kwantitatief onderzoek gedaan naar de exacte grootte van regelgeboorte, regelverandering en regelsterfte. Dit is waar wij onze bijdrage aan de bestaande literatuur willen leveren. In lijn met andere ecologische theorieën, zoals organisatie-ecologie, is ons uitgangspunt dat de historie van formele regels wordt gekenmerkt door algemene statistische eigenschappen. Dit impliceert dat formele regels op een systematische wijze evolueren. Concreet betekent dit dat we een gedetailleerde telmethode gebruiken om voor de periode 1962-2008 vast te stellen hoe groot de precieze hoeveelheid mededingingsregels is, zowel op EU als op nationaal niveau (Nederland). Naast de mogelijkheid om de intrinsieke dynamiek binnen dezelfde regelpopulatie te identificeren (density-dependence) stelt deze aanpak ons ook in staat om de dynamiek tussen verschillende populaties (cross-density effecten) te bestuderen, zoals de relatie tussen de EU en de lidstaten. Bovendien passen we dezelfde ecologische aanpak toe op de handhaving van mededingingsrecht, een subdomein dat in onze ogen nauw verbonden is met regeldynamiek. Organisaties: • Management
Onderzoekers: • Arjen van Witteloostuijn • Wesley Kaufmann
De economie van het hofleven. Interactie tussen hof en stad in de laatmiddeleeuwse en vroegmoderne Nederlanden. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Centrum voor stadsgeschiedenis
Onderzoekers: • Luc Duerloo • Peter Stabel
De economie van podiumkunsten: een vergelijking van Engeland, Frankrijk, Nederland en Vlaanderen. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project worden drie gerelateerde vragen gesteld in de context van een vergelijking van Engeland, Frankrijk, Nederland en Vlaanderen voor het geval van de podiumkunsten: 1) Wat zijn de institutionele verschillen in de kunstomgeving van Nederland vis-à-vis Vlaanderen tegen de achtergrond van de Angelsaksische en continentaal-Europese benaderingen? 2) Wat zijn overeenkomsten en veschillen tussen succesvolle en niet-succesvolle kunstproducenten in Nederland en Vlaanderen? 3) In welke mate kunnen verschillen in succes-en faalfactoren worden verklaard vanwege institutionele verschillen? Organisaties: • Management
Onderzoekers: • Arjen van Witteloostuijn
De economische crisis en de gender loonkloof Universiteit Gent Abstract: Een beter begrip van de wijze waarop de huidige economische crisis mannen en vrouwen heeft beïnvloed is belangrijk voor het ontwerpen van een effectief gendergelijkheidsbeleid. Dit project onderzoekt hoe de huidige economische crisis de gender loonkloof in Europa beïnvloedt. De verandering in deze loonkloof wordt ontleed in gender verschillen in de verdeling van individuele kenmerken en van de beloningen voor deze kenmerken. Organisaties: • Vakgroep Sociale economie
Onderzoekers: • Gerdie Everaert
De economische effecten van balanceringsmechanismen in elektriciteitsmarkten. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Algemene economie
Onderzoekers: • Jan Bouckaert • Geert Van Moer
De economische regulering van Brussels Airport. Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling van dit project komt neer op het doorlichten van de economische regulering zoals die nu bestaat voor Brussel Airport en in het formuleren van een onafhankelijk advies (second opinion) ter verbetering van de bestaande situatie. Mogelijke aandachtspunten zijn de duur van de gereguleerde periode, de problematiek van single versus dual till, het afstemmen van de tarieven op die van de referentieluchthavens, het niveau van de economische regulering en de rol van de economische regulator. Organisaties: • Transport en ruimtelijke economie
Onderzoekers: • Tom Pauwels • Thierry Vanelslander • Eddy Van de Voorde
De economische, technische, organisatorische en artistieke aspecten van de productie van het geïllustreerde boek in de 17de eeuw. Casestudy: de samenwerking tussen het graveursatelier Galle en de Officina Plantiniana (1600-1676), Universiteit Antwerpen Abstract: Casestudy over de samenwerkingsrelatie tussen de Plantijnse uitgeverij en het Galle-prentenatelier in de periode 1600-1676 op het vlak van de boekillustratie. Deze studie beoogt een analyse van: 1. De productiewijze van de geïllustreerde werken; 2. De samenwerkingsverbanden die bedrijven aangingen om te komen tot een succesvolle productie en distributie van hun producten; 3. De invloed uitgeoefend door geïllustreerde boeken op de vorming van de beeldcultuur; 4. De rol van Antwerpen (en meer bepaald van de uitgeverij Moretus en van het prentenatelier Galle) in de productie en verspreiding van het geïllustreerde boek in Europa tijdens de 17de eeuw. Organisaties: • CENTRUM VOOR CULTUUR- EN STADSGESCHIEDENIS • Centrum voor stadsgeschiedenis
Onderzoekers: • Arnout Balis • Alfons Thijs
De economishe impact van de kunstsector in de economie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Vrije Universiteit Brussel Abstract: De betekenis van de kunstsector in de Brusselse economie kan benaderd worden via de tewerkstelling of via de toegevoegde waarde die ze creëert.Gezien het grote gebrek aan relevant statistisch materiaal hieromtrent,zal hiertoeeen databank opgesteld worden.De gegevens in deze databank weerspiegelen de aktiviteit van zowel " bedrijven " , VZW'sals zelfstandige werknemers, die de " producenten" zijn in de kunstsector .Op basis van deze gegevens omtrent bovenvermelde maatstaven zal de relatieve belangrijkheid van de kunstsector in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gekwantificeerd worden. Organisaties: • Micro-economie voor Profit en Non-Profit Sector
Onderzoekers: • MONA GRINWIS PLAAT STULTJES • IRIS VANAELST
De eenheden groep van een order in een eindig dimensionale rationale algebra. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen abstract Organisaties: • Wiskunde
Onderzoekers: • Eric JESPERS
De eeuwige wederkeer van de revenant Hogeschool Gent Abstract: Ik ben geboren uit Armeense ouders in Syrië en leef sinds mijn jeugd in België. Mijn eigen vreemde, Armeense afkomst en die van anderen is één van de thema’s in mijn werk, dat zich kenmerkt zich door een grote diversiteit aan media: fotografie, tekst, neon, video, geluid, installatie en publicatie. Ik onderzoek vragen rond migratie en verschuivingen in culturele context en betekenis, en tegelijkertijd sta ik stil bij de conceptuele mogelijkheden en potenties van het kunstwerk zelf; de wijze waarop het kan communiceren met de toeschouwer, het verbonden kan worden met een ruimere traditie of de grenzen van het bevattelijke verruimt of doorbreekt. De breuk is het (nood)lot van de vreemdeling; hij heeft definitief iets achter zich gelaten, maar dit blijft hem bespoken, en het blijft zijn identiteit meebepalen. Migratie en diaspora: het herinneren, verdwijnen, vergeten, verliezen, verhuizen, verraden, de verdamping, verbrokkeling van
identiteit, taal, familie, cultuur, geschiedenis - het uitdoven van traditie. ‘Ballingschap maakt een kadaver van het oude lichaam, van de oude taal.’ (Kriteva, 1988) ‘Het is een wonder: het moment, vliegensvlug aanwezig, vliegensvlug voorbij, er vóór een niets, erna een niets. Dit moment komt toch nog als spook terug en verstoort de rust van een later moment.’ (Nietzsche, 1873-1876) Dit bespookt worden van de vreemdeling is enerzijds eigen aan ‘het menselijke leven dat op zichzelf terugkomt’, en anderzijds verwant met onze historische ervaring vandaag, die gedefinieerd wordt door de ambigue invloeden en latente aanwezigheid van onopgeloste geschiedenissen, van revenants en van de moderniteit. ‘Eigen aan het menselijke leven is dat het op zichzelf terugkomt, moet terugkomen omdat het nu eenmaal door zijn ‘geweest-zijn’ wordt achternagezeten. … ‘Modern’ is dus vreemd genoeg de ervaring niet aan de eigen tijd, niet aan de moderniteit toe te komen, te worden bespookt door fascinaties, gehechtheden, passies, religies waarvan het kritische bewustzijn zich bevrijd waande.’ (Vande Veire, 1996) Mijn moeder is geboren en opgegroeid in Libanon, en ook ons gezin zou zich vestigen in Beiroet, ware het niet voor de Libanese burgeroorlogen (1975-1991). De Armeense en Libanese geschiedenissen kennen beide ongeëvenaarde, buitengewone catastrofen: enerzijds genocide (die of vergeten is en/of ontkend wordt), anderzijds burgeroorlog (en een eigen soort van vergeten door de ‘unjust and scandalous general amnesty law that was passed by parliament on 28 March 1991, Law No. 84/91’). (Toufic, 2007) Withdrawl of tradition past a surpassing disaster is één van de concepten van de Libanese filosoof Jalal Toufic (Toufic, 2000). Een buitengewone ramp zorgt, behalve voor verlies (of het uitdoven) van traditie, ook voor de terugkeer van de revenant: een bespookt worden dat specifiek gelieerd is aan de ervaring van (en aan het leven na) de buitengewone ramp. Zowel de Libanesen als de Armeniërs (uit Anatolië, nu in diaspora) kunnen hun doden niet vergeten - elk op hun eigen manier: de Armeense situatie is ontstaan en evolueert sinds 1915, de Libanese sinds 1975. De houding en het discours van de Armeniërs (in diaspora) tegenover de onopgeloste geschiedenis van deze ramp en hun verlies is door de generaties heen geëvolueerd. Terwijl de Libanesen nog middenin de uitlopers van de verschillende burgeroorlogen leven. Deze doden, of liever: undead (Toufic, 2003) blijven terugkomen; de term (of het concept) revenant is afgeleid van het Franse woord revenir. In de huizen van Armeniërs over de hele wereld keren de doden terug op kalenders, posters, in boeken of liederen, op artefacten zoals wandtapijten, bij de jaarlijkse herdenkingen,… In de straten van Beirut verschijnen de revenants ondermeer op posters van martelaren, en andere undead, die een enorme invloed hebben op het leven in Libanon en voor politieke doeleinden worden misbruikt. Een Engelse gezegde leert ons ‘dead men tell no tale’, maar zowel bepaalde personages in fictie (zoals bij Shakespeare), als martelaren via hun vooropgenomen video-testamenten vertellen de doden hun verhalen aan de levenden. In mijn werk sta ik stil bij de conceptuele mogelijkheden en potenties van het kunstwerk zelf. Zoals mijn eigen geschiedenis gelaagd is, zo bevat ook mijn discours verwijzingen naar verschillende filosofen of schrijvers (en hun concepten), zoals Baudelaire, Melville, Duras, Borges, Nietzsche, Toufic, Wittgenstein, Derrida, en anderen. Mijn werk verwijst ook naar andere beeldende kunstenaars door het gebruik van verschillende strategieën van herhaling. Kunstenaars hanteren al lang strategieën van herhaling. Het citeren, kopiëren en modificeren van belangrijke werken uit de kunstgeschiedenis stonden centraal bij het (neo-)klassieke model om kunst te produceren. Dit model werd, gedurende de laatste twee eeuwen, herhaaldelijk betwist door het geloof dat moderne individuen radicaal nieuwe kunst moeten maken door de verdienste van hun eigen spontane creativiteit. Postmoderne critici vielen deze cultus van het individuele genie aan en er ontstond een discursieve ruimte waarin het belang van auteurschap en originaliteit werd betwijfeld. De paradigma’s van strategieën van herhaling (zoals appropriation, re-enactment, remake, retake, repetitie, nabootsing, kopie, verdubbeling, gerneming, etc.) kenmerken sindsdien de hedendaagse kunsten. Mijn eigen positie betreffende appropriation is een andere dan die verdedigd door kunstenaars in het verleden, zoals de generatie kunstenaars en theoretici van de jaren ’80, of die van de popart, surrealisme, dadaïsme of het classicisme. ‘…the specific difference between the momentum of appropriation in the 1980s and today lies in a decisive shift in the relation to the object of appropriation – from the re-use of a dead commodity fetish to the invocation of something that lives through time …’ (Verwoert, 2007) Strategieën van herhaling stellen kritisch in vraag of negeren de eisen en paradigma’s van het modernisme (het geloof in de vooruitgang, de eis van de radicale breuk met het verleden, ...). De herhaling bouwt een labyrint op in plaats van een rechte lijn. Het is net in een labyrint (of een ruïne) dat de revenant kan wederkeren (Toufic, 2003) en een breuk veroorzaken. ‘The cultural experience (that) the discourse of appropriation conveys under the sign of postmodernity is that of a radical temporal incision’ (Verwoert, 2007). De wederkeer kan voor een breuk zorgen, een breuk in de tijd: ‘it makes events untimely through recurrence’ (Toufic, 2000). Deze breuk in de tijd is net wat de revenant – die altijd in wezen oneigentijds is door zijn wederkeer veroorzaakt. Organisaties: • Departement Koninklijke Academie voor Schone Kunsten • Vakgroep Fotografie • Vakgroep Autonome kunsten
Onderzoekers: • Mekhitar Garabedian • Manon De Boer
De effecten van auditor gender op de controleverklaring. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit onderzoek wenst de effecten van auditor gender op de inhoud van het controleverslag en de zwaarte van de controleverklaring te bestuderen. Op internationaal vlak is, met uitzondering van een beperkt aantal studies, nog geen onderzoek verricht naar de effecten van gender in een audit context. De externe auditor heeft als taak om via het controleverslag een deskundig oordeel uit te brengen over de getrouwheid van de financiële staten en vervult alzo een belangrijke taak ten aanzien van diverse belanghebbenden. Vermits onderzoek in de cognitieve psychologie en marketing aantoont dat vrouwen op een andere wijze informatie verzamelen en interpreteren, alsook een ander risicoprofiel vertonen, veronderstellen we een significant verband tussen auditor gender en de wijze waarop kritisiche bedrijfssituaties worden gerapporteerd in het controleverslag en de invloed ervan op de geformuleerde controleverklaring. Na een grondige literatuurstudie inzake genderverschillen, zullen de gevormde hypothesen getoetst worden aan de hand van een uitgebreid laboratorium-onderzoek (o.a. via nazicht van de schriftelijke bekwaamheidsexamens van Belgische kandidaat-revisoren) en veldonderzoek van de jaarlijks neergelegde controleverslagen. De resultaten van dit onderzoek kunnen belangrijke implicaties hebben op de keuze van de auditor door de geauditeerde onderneming. Daarnaast kan het onderzoek ook belangrijk zijn voor auditkantoren in termen van personeelsbeleid en toewijziging van personeel aan auditopdrachten en voor de samenstelling van teams die in het kader van periodieke kwaliteitscontroles, werkdossiers van andere revisoren nakijken. Dit onderzoek moet leiden tot de afwerking van een doctoraal proefschrift in de Toegepaste Economische Wetenschappen. Organisaties: • Accountancy, Auditing en Bedrijfsfinanciering
Onderzoekers: • DIANE BREESCH • JOEL BRANSON
De effecten van biodiversiteit op de werking van mariene bodemecosystemen Universiteit Gent Abstract: We zullen onderzoeken hoe ruimtelijke heterogeniteit op kleine schaal en horizontale en verticale, multilevel interacties de relatie tussen biodiversiteit en ecosysteem functie (primaire en secondaire productie, EPS secretie, OM minteralisatie en denitrificatie door prokaryoten) beïnvloeden in intergetijden-, ondiepe subtidale en diepzee sedimenten. Hiertoe zullen we veldstudies en experimenten met goed gekarakteriseerde organismen gebruiken. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Koen Sabbe
De effecten van blootstelling aan seksualiserende media op de seksuele ontwikkeling van adolescenten. KU Leuven Abstract: Het postdoctoraat project onderzoekt hoe media het welzijn van jongerenbeïnvloeden door middel van vijf studies. Een eerste longitudinale studie beoogt kennis over media effecten, seksualiteit, objectivering en ontwikkelingstheorie te combineren om te onderzoeken hoe sensatiezucht de relaties tussen media, zelfobjectivering en seksueel gedrag modereert. Een tweede longitudinale studie reageert op de vraag naar meer onderzoek naar verklarende factoren voor seksuele media effecten door te testen of gender stereotype normen over seksueel gedrag de relaties tussen mediagebruik en seksueel gedrag mediëren. Een derde longitudinale studie bouwt verder op literatuur over culturele verschillen in media-adoptie en onderzoekt hoe Amerikaans televisieprogrammas het seksuele gedrag van Amerikaanse en Belgische jongeren beïnvloeden. Een vierde experimentele studie onderzoekt hoe verschillende seksualiserende ervaringen relateren tot zelfobjectivering door te vergelijken hoe jongeren reageren op blo Organisaties: • OE School vr Massacommunicatieresearch
Onderzoekers: • Steven Eggermont • Laura Vandenbosch
De effecten van cognitieve vermoeidheid op factoren die samenhangen met voetbalprestatie Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek zal dat invloed van cognitieve vermoeidheid en cognitieve training op prestaties in voetbal nagaan. Deze prestaties omvatten de volgende aspecten: het nemen van beslissingen, technische uitvoering in dribbelen, passen en trappen, en prestatie bij intermittente looptests. De central hypothese is dat cognitieve vermoeidheid een positief effect en cognitieve training en negatief effect op deze parameters zal hebben. Organisaties: • Vakgroep Bewegings- en sportwetenschappen
Onderzoekers: • Matthieu Lenoir
De effecten van etnische buurten op de arbeidsmarktintegratie van allochtonen. Universiteit Antwerpen Abstract: Het voorgestelde onderzoek heeft als doel de effecten te analyseren van etnische geografische concentraties op de arbeidsmarktintegratie van mensen met een immigratie achtergrond. Het effect van etnische geografische concentraties is immers niet a priori duidelijk. Organisaties: • Algemene economie
Onderzoekers: • Bruno De Borger • Liesbet Okkerse
De effecten van financiële integratie en de EMU op de werking van financiële instellingen en markten: een industrieel economische analyse. Universiteit Antwerpen Abstract: De effecten van financiële integratie en de EMU op de werking van financiële instellingen en markten: een industrieel economische analyse. Organisaties: • VAKGROEP ALGEMENE EN PUBLIEKE ECONOMIE • Algemene economie
Onderzoekers: • Jan Bouckaert
De effecten van klimaatsverandering op senescentie en stress bij planten : een geïntegreerde studie via fluorescentie en beeldvorming. Universiteit Antwerpen Abstract: De effecten van globale klimaatsverandering op bladsenescentie en stress zijn slecht gekend maar uitermate relevant voor de toekomstige koolstofsekwestratie van ecosystemen. De hoofddoelstelling van dit onderzoek is nagaan of en hoe de bladsenescentie op het einde van het groeiseizoen, en in tweede instantie stressresponsen, gewijzigd worden door verschillende aspecten (in casu, verhoogde [CO2], temperatuur, [O3]) van een voorspeld toekomstig klimaat. De specifieke doelstellingen van dit onderzoeksvoorstel kunnen als volgt worden samengevat: (1) inzicht verwerven in het proces van bladsenescentie en de stressrespons van planten onder toekomstige klimaatsomstandigheden; (2) onderzoeken of een eventuele wijziging van het tijdstip en het verloop van senescentie of de stressgevoeligheid van planten in een toekomstig klimaat gevolgen heeft voor de productie en koolstofopslagcapaciteit van de vegetatie; (3) een bestaand fluorescentie-beeldvormend systeem verder implementeren voor de `remote' detectie van chl a fluorescentie in vegetaties; (4) de toepasbaarheid van dit systeem onderzoeken voor de bepaling van de fotosynthese op bestandsniveau . Het onderzoek zal uitgevoerd worden binnen bestaande experimenten of projecten op (1) artificiële grasecosystemen van verschillende diverstiteit die blootgesteld worden aan een verhoogde omgevingstemperatuur (+3ºC) waardoor waarschijnlijk periodes van waterstress zullen optreden tijdens de zomer; (2) een populieren (drie Populus spp.) hakhoutplantage waarin 300 m2-proefvlakken groeien onder toekomstige [CO2] en waar tevens het effect van bodemvruchtbaarheid wordt onderzocht d.m.v. gecontroleerde bemesting; (3) een ozongevoelige plantensoort (bv. Trifolium) blootgesteld aan verhoogde [O3].
Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Birgit Gielen • Reinhart Ceulemans
De effecten van locoregionale anesthesie op de ventriculaire functie bij pulmonale hypertensie KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Anesthesiologie & Algologie
Onderzoekers: • Piet Claus • Carlo Missant • Gert Poortmans • Steffen Rex
De effecten van lood op de spermakwaliteit van vogels met bijzondere aandacht voor de rol van oxidatieve stress. Universiteit Antwerpen Abstract: De effecten van lood op de spermakwaliteit van vogels met bijzondere aandacht voor de rol van oxidatieve stress. Organisaties: • Ethologie
Onderzoekers: • Tom Dauwe
De effecten van mentale representaties van leerkrachten van dyadische leraar-leerlingrelaties op sociale informatieverwerking: Nieuwe inzichtengebaseerd op affectief priming onderzoek KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE School- en Ontwikkelingspsychologie
Onderzoekers: • Karine Verschueren • Guy Bosmans • Katja Petry • Jantine L. Spilt
De effecten van neuromodulatie op de neuronale netwerken ex vivo: het verkennen van leren en conditionering in onstoffelijke systemen, door real-time optogenetic stimulatie. Universiteit Antwerpen Abstract: De oprichting van een actieve controle en een volledige experimentele begrip van de activiteit van neuronale netwerken in vitro heeft een aantal belangrijke implicaties voor zowel fundamenteel als toegepast aspecten van de huidige neurowetenschappelijk onderzoek. Door recente technische ontwikkelingen, is ons laboratorium tot oprichting van routine optische controle van neuronale prikkelbaarheid door het implementeren van optogenetic methoden en in het huis van virale vector transfectie. Samen met de studie van cellulaire en netwerk-niveau elektrofysiologie, in vitro neuronale netwerken in staat stellen het aanpakken van een aantal belangrijke onopgeloste kwestie in de neurowetenschappen wanneer hun farmacologische, biochemische en celbiologische aspecten worden beschouwd. In dit voorstel richten we ons op neuromodulatie met specifieke betrekking tot gedrag, leren en neuroplasticiteit. We gericht op het karakteriseren van de rol van specifieke neuroactive biomoleculen zoals neurotrofinen, cannabinoïden, glucocorticods en dopamine, in het kader van een elektrofysiologische optogenetic-bediende stimulatie systeem van neurale netwerken in vitro. Door het leveren van deze moleculen in direct tijdsverband met specifieke patronen van elektrische activiteit nabootsen realistische fysiologische beloning gebaseerde en gedrags-resultaten gebaseerde interacties tussen elektrische activiteit en biochemische neuromodulatie van het centrale zenuwstelsel. Organisaties: • Theoretische neurobiologie en neuroengineering
Onderzoekers: • Gabriele Musumeci
De effecten van oculomotor omscholing op de functie van de bovenste en onderste ledematen bij progressieve MS. Een proof-of-concept studie van de International Progressieve MS Alliantie. Universiteit Hasselt Abstract: Zo'n twee derde van de personen met Multiple Sclerose (MS) vertoont ataxie. Personen met ataxie hebben traditioneel last van verschillende symptomen zoals een spiertremor, ongecoördineerde oog-, hand-, en voetbewegingen, problemen met balans en wandelvaardigheid. Aangezien medicatie en operatie hier slechts een beperkt effect op hebben, wordt personen met ataxie meestal revalidatie voorgeschreven. De bovengenoemde symptomen veroorzaken vaak moeilijkheden met lezen, objectmanipulatie en het ontwijken van obstakels. Deze problemen worden mogelijks veroorzaakt door de pijlsnelle, ongecoördineerde oogbewegingen die personen met ataxie onbewust maken, waardoor ze geen nauwkeurige oogbewegingen naar stilstaande en bewegende objecten kunnen maken. Dit kan ervoor zorgen dat objecten niet scherp worden waargenomen en visuele feedback niet optimaal kan worden gebruikt. Visuele feedback speelt nochtans een cruciale rol in de bewegingsplanning van arm- en voetbewegingen. In andere patiëntengroepen met ataxie werd reeds aangetoond dat onnauwkeurige oogbewegingen resulteren in een verminderde controle van arm- en voetbewegingen. Verschillende onderzoekseenheden hebben echter aangetoond dat in bepaalde patiëntenpopulaties oogbewegingscontrole kan worden 'hertraind' en dat dit kan leiden tot een verbeterde balans en wandelvaardigheid. Het huidige project wil enerzijds nagaan in welke mate personen met MS een achteruitgang vertonen in dagelijkse activiteiten zoals wandelen, balanceren, reiken en lezen. Anderzijds willen we onderzoeken of 4-wekendurende oogbewegingstraining deze vaardigheden kan verbeteren. Hiervoor zullen er 30 personen met MS, die de typische symptomen van ataxie vertonen, onderzocht worden. Oorspronkelijk zullen de oogbewegingen worden geregistreerd terwijl ze bovengenoemde taken uitvoeren. Vervolgens zullen de proefpersonen willekeurig worden onderverdeeld in een trainingsgroep en controlegroep. De trainingsgroep zal bovenop zijn normale therapie een 4-wekendurende oogbewegingstraining volgen, terwijl de controlegroep enkel de normale therapie verderzet. Het trainingsprogramma zal worden begeleid met een DVD en handboek en is bijgevolg eenvoudig thuis uit te voeren. Na 4 weken volgt er tenslotte een vergelijking om na te gaan of de trainingsgroep beter presteert op de functionele taken dan de controlegroep.
Deze studie is de eerste die het verband tussen oogbewegingscontrole en de uitvoering van dagelijkse activiteiten systematisch zal onderzoeken bij personen met MS en kan bijgevolg belangrijke inzichten verschaffen voor de juiste en veilige uitvoering van deze activiteiten. Daarenboven zal worden nagegaan of deze oogbewegingscontrole kan worden geoptimaliseerd via thuistraining om zo de levenskwaliteit en zelfstandigheid van personen met MS te verbeteren. Bij positieve resultaten kan deze trainingsstudie leiden tot een grotere vervolgstudie. Organisaties: • Revalidatiewetenschappen • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Peter FEYS
De effecten van organisationele autonomie in de publieke sector: een vergelijkende en verklarende analyse. KU Leuven Abstract: Tijdens de laatste decennia hebben de overheden in de meeste OESO-landen verzelfstandigde agentschappen opgericht. Sindsdien is er heel wat onderzoek verricht om deze processen te beschrijven en te verklaren. Er is daarentegen nog maar weinig onderzoek gedaan naar de effecten van deze hervormingen, bijvoorbeeld naar het effect op de prestaties en het gedragvan dergelijke organisaties.Dit onderzoek test effecten van organisationele autonomie op (a) de beheers- en beleidscepaciteit, (b) de beheers- en beleidsprocessen en (c) verantwoording van de organisaties. Deze drie factoren zijn door vorig onderzoek geïdentificeerd als noodzakelijke voorwaarden voor betere prestaties voor zulke organisaties. Het onderzoek maakt gebruik van een unieke dataset die survey-data van meer dan 1000 agentschappen in een tiental Europese landen, met elk hun eigen politiek-administratieve systemen. Deze data wordt gebruikt om hypothesen te testen obv theorieën als rational choice institutionalisme, organisati Organisaties: • OE Instituut voor de Overheid
Onderzoekers: • Koen Verhoest • Geert Bouckaert
De effecten van pijnonderzoek en analgetisch stimuleren van onderrugpijn bij patienten Vrije Universiteit Brussel Abstract: Nervomatrix is gespecialiseerd in pijnstillers. Organisaties: • Menselijke Fysiologie
Onderzoekers: • JO NIJS
De effecten van royalactine op het verouderingsproces bij Caenorhabditis elegans. KU Leuven Abstract: Royalactine-gemedieerde levensduurverlengingIn de bijenkolonie zwaait de koningin de scepter over enkele duizenden vrouwelijke werksters. Maar hoe komt deze bijenkoningin aan de macht? De sleutel tot een lang en gelukkig leven op de troon zit niet in haar genen, maar wel in de voeding die ze voorgeschoteld krijgt. Royalactine speelt hierin een centrale rol. Dit glycoproteïne is aanwezig in koninginnegelei, een complex mengsel waarmee koninginnen hun hele leven gevoed worden.Hierdoor worden bijenkoninginnen niet alleen veel groter en vruchtbaarder dan de werksters, maar leven ze ook tot tien maal langer.Opmerkelijk genoeg zorgt royalactine ook bij fruitvliegjes (Drosophila melanogaster) en bodemnematoden (Caenorhabditis elegans) voor een verlenging van de levensduur. Het blijft echter onzeker waaraan royalactine nu juist zijn positieve invloed op levensduur te danken heeft.In dit doctoraat zal worden onderzocht worden hoe royalactine in staat is om de levensduur en levenskwaliteit van C Organisaties: • Afd. Dierenfysiologie en Neurobiologie
Onderzoekers: • Liliane Schoofs • Giel Detienne
De effecten van snelle klimaatopwarming op het verband tussen benthische biodiversiteit en biogeochemisch functioneren in polaire mariene systemen. Universiteit Gent Abstract: Polaire mariene ecosystemen ondergaan heden ten dage drastische veranderingen, doordat zij zeer gevoelig zijn aan opwarming van het oppervlaktewater en afsmelten van ijskappen. In dit project willen we de invloed van deze snel veranderende omgeving op de biodiversiteit en biogeochemische processen in de zeebodem van polaire mariene ecosystemen bestuderen. Deze effecten zullen worden onderzocht in een Arctische diepzee site en een Antarctische kust site. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Ann Vanreusel
De effecten van spiervermoeidheid, cognitieve complexiteit en tijdsdrukop proprioceptieve controle van bewegingen in jonge en oudere volwassenen. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Bewegingscontrole & Neuroplasticiteit
Onderzoekers: • Stephan Swinnen • Matthieu Boisgontier
De effecten van zware metaal contaminatie op de trofische interacties binnen plant-insect-parasitoïd systemen Universiteit Antwerpen Abstract: De effecten van zware metaal contaminatie op de trofische interacties binnen plant-insect-parasitoïd systemen Organisaties: • EVOLUTIONAIRE BIOLOGIE • Evolutionaire ecologie (EVECO)
Onderzoekers:
• Ronald Verhagen • Jan Scheirs
De effectiviteit van Brand Placement: naar een integratief raamwerk. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit doctoraatsproject doelt op de ontwikkeling van een integratief raamwerk voor het onderzoeken van de effectiviteit van brand placement. Doorheen een serie van 4 onderscheiden werkpakketten willen we bestuderen hoe (1) kenmerken van de merkplaatsing, (2) kenmerken van het publiek, (3) contextuele factoren en (4) cross-media effecten de werking van brand placement beïnvloeden. Met een combinatie van kwalitatieve en kwantitatieve methoden willen we een integratief model ontwikkelen om de effectiviteit van brand placement te vatten. Zodoende verdiepen we de wetenschappelijke kennis omtrent dit opkomend fenomeen, en helpen we Vlaamse mediabedrijven hun economische return-onmarketing-investment te optimaliseren. Organisaties: • Marketing
Onderzoekers: • Nathalie Dens • Yann Verhellen
De effectiviteit van de handhavingspiramide bij milieu-inbreuken: toetsing van een governance visie op handhaving van de miileunormering binnen de afvalverwerkingsindustrie Universiteit Gent Abstract: In haar doctoraatsonderzoek nam Lieselot Bisschop (vakgroep Strafrecht en Criminologie - UGent) transnationale milieucriminaliteit onder de loep. Ze onderzocht de illegale handel in elektronisch afval (e-waste) en in tropisch hout, in het bijzonder de trafiek tussen Europa en West- en Centraal-Afrika. Zowel herkomst, transitlocaties als bestemming werden onderzocht en de vele betrokken partijen bevraagd. Organisaties: • Handelswetenschappen en Bestuurskunde
Onderzoekers: • Gudrun Vande Walle • Marleen Easton
De effectiviteit van de handhavingspiramide bij milieuinbreuken: toetsing van een governancevisie op handhaving van de milieunormering Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde • Vakgroep Bestuur en beleid
Onderzoekers: • Gudrun Vande Walle • Lieselot Bisschop
De effectiviteit van de Vlaamse bibliotheken. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit onderzoeksproject analyseert de effectiviteit van Vlaamse openbare bibliotheken in het aantrekken van leners in het algemeen, en laagopgeleiden, mannen, en ouderen in het bijzonder. Verder wordt er ook nagegaan welk type bibliotheek kan rekenen op tevreden gebruikers. Er wordt gekeken naar wat de bibliotheken zelf kunnen doen om op deze terreinen te verbeteren. Daarom wordt in de analyses gecontroleerd voor factoren die de bibliotheek niet zelf in de hand heeft, zoals bijvoorbeeld de bevolkingssamenstelling in de gemeente waarin de bibliotheek gelegen is. De resultaten kunnen een input zijn voor het bibliotheekbeleid. De analyses gebeuren op basis van de gegevens van het gebruikersonderzoek bij Vlaamse openbare bibliotheken in 2004. Voor dat onderzoek werd in 165 bibliotheken aan een aselecte steekproef van geregistreerde leners gevraagd om een enquête in te vullen. Na het onderzoek vulden de bibliothecarissen een vragenlijst in over hun bibliotheek. Naast de gegevens van het gebruikersonderzoek werd ook gebruik gemaakt van de BIOSgegevens over de collectie van de openbare bibliotheken. Indicatoren over de bevolkingssamenstelling van de gemeente tenslotte werden berekend op basis van gegevens van het Nationaal Instituut voor de Statistiek. Wat het algemeen bereik van bibliotheken betreft, blijkt dat bibliotheken met een brede collectie, een groot aantal PC's, brede openingsuren, en weinig lidgeld meer bezoekers aantrekken. Het percentage laagopgeleiden dat de bibliotheek bezoekt wordt grotendeels verklaard door de kenmerken van de gemeente waarin de bibliotheek gelegen is. Dit wijst erop dat bibliotheken zelf weinig kunnen doen om het zeer kleine aantal laagopgeleiden op te trekken, en dat de in dit onderzoek opgenomen bibliotheekkenmerken hier alleszins niet toe bijdragen. Bibliotheken met een uitgebreide collectie audio-visuele materialen en bibliotheken die minstens vier weekavonden open zijn, trekken meer mannelijke bezoekers aan. Oudere bezoekers worden dan weer vooral aangetrokken door uitgebreide openingsuren in het algemeen, en vooral wanneer de bibliotheek elke voormiddag tijdens de week geopend is. De tevredenheid van de bibliotheekgebruikers hangt vooral samen met hun individuele achtergrond: jongeren, mensen die veel tijdsdruk ervaren, en hoogopgeleiden zijn in het algemeen minder tevreden over alle aspecten van de bibliotheek. In grote bibliotheken, bibliotheken met een groot percentage audio-visuele materialen of een hoog lidgeld, zijn de gebruikers minder tevreden. Organisaties: • Tempus Omnia Revelat • Sociologie
Onderzoekers: • IGNACE GLORIEUX • TOON KUPPENS
De effectiviteit van integriteitbewaking voor de preventie van corruptie: een gedeelde verantwoordelijkheid van publieke en private sector Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde • Vakgroep Bestuur en beleid
Onderzoekers: • Marleen Easton • Gudrun Vande Walle
De effectiviteit van interventies ter promotie van fysieke activiteit bij ouderen en personen met speciale noden: de rol van motivationele en sociaalpsychologische processen. KU Leuven Abstract: In de vergrijzende samenleving worden de mogelijke voordelen van fysieke activiteit [FA] met betrekking tot onafhankelijkheid en verschillende aspecten van gezondheid vaak beklemtoond. Recent onderzoek wijst bovendien op de sterke associatie tussen gezond ouder worden eneen fysiek actieve levensstijl, ook wanneer deze pas op latere leeftijdwordt aangenomen (Hamer, Lavoie, & Bacon, 2013). Binnen de onderzoeksgroep Fysieke Activiteit, Sport en Gezondheid werden in voorgaande doctoraten reeds interventies opgezet, gebaseerd op de Zelfdeterminatietheorie (Deci & Ryan, 1985), ter ondersteuning van psychologische basisbehoeften en gericht op het bevorderen van een fysiek actieve levensstijl. Deze toonden veelbelovende korte- én langetermijneffecten aan bij weinig actieve volwassenen en ouderen (bv.Opdenacker, Delecluse, & Boen, 2011; Pelssers et al., 2013; Van Hoecke et al., 2012). Voortbouwend op deze vorige onderzoeken, zullen in dit doctoraatsproject nieuwe interventies ontwor Organisaties: • Fysieke Activiteit, Sport & Gezondheid
Onderzoekers: • Filip Boen • Jan Seghers • Jari Vanroy
De effectiviteit van merkplaatsing: extensies van de Tripartite Typology en het Balance model en de impact van disclosure. Universiteit Antwerpen Abstract: Ten gevolge van de dalende effectiviteit van de traditionele reclamespot, zoeken adverteerders naar alternatieven zoals brand placement, om tot de consument door te dringen. Brand placement is een hybride reclamevorm waarbij een commerciële boodschap in een mediacontext wordt geïntegreerd. Dit onderzoek zal nagaan op welke manier bepaalde factoren (reacties van de consument op tv-programma's, herhaalde blootstelling aan brand placement, voorafgaande merkervaring, het onthullen van het feit dat gebruik gemaakt wordt van brand placement) de effectiviteit en aanvaardbaarheid van brand placement beïnvloeden. Organisaties: • Marketing
Onderzoekers: • Patrick De Pelsmacker • Marijke Wouters
De effectiviteit van myofasciale technieken ter preventie en behandeling van schouderklachten na de okseluitruiming voor borstkanker KU Leuven Abstract: De behandeling van borstkanker bestaat o.a. uit borstchirurgie, okseluitruiming en radiotherapie. Deze behandelingen hebben een belangrijk effect op de myofasciale structuren van de schouder, romp en oksel en kunneneen vicieuze cirkel van verklevingen, bewegingsbeperkingen en pijn in de spieren, fascia en gewrichten rond de schoudergordel creëren. Het effect van myofasciale technieken ter preventie en behandeling van deze dysfuncties van het bovenste lidmaat na okseluitruiming voor borstkanker is nog niet onderzocht. Een eerste gerandomiseerde gecontroleerde studie zal het preventief effect van myofasciale technieken, naast traditionele kinesitherapie, op dysfuncties van het bovenste lidmaat na de okseluitruiming voor borstkanker onderzoeken. Een tweede gerandomiseerde gecontroleerde studie zal het behandeleffect van myofasciale technieken onderzoeken bij borstkanker patiënten met chronische klachten van het bovenste lidmaat en een okseluitruiming minstens 1 jaar geleden. Daarnaast zul Organisaties: • Neuromotorische Revalidatie
Onderzoekers: • Marijke Van Kampen • Marie-Rose Christiaens • Nele Devoogdt • An De Groef
De effectiviteit van stemtherapie bij patiënten met een functionele dysfonie. Universiteit Gent Abstract: Het doel van de studie is het onderzoeken van de effectiviteit van stemtherapie bij patiënten met een functionele stemstoornis. 1. Vergelijking van korte en lange termijn outcome van verschillende stemtherapieën. 2. Vergelijking van de outcome van intensieve korte termijntherapie met klassieke stemtherapie. 3. Vergelijking van de outcome van stemtherapie bij professionele stemgebruikers versus niet professionele stemgebruikers met een functionele dysfonie. Organisaties: • Vakgroep Spraak-, Taal- en Gehoorwetenschappen
Onderzoekers: • Kristiane Van Lierde • Evelien D'haeseleer
De effectiviteit van verschillende boodschapstrategieën in gezondheidscampagnes: de impact van de modererende invloed van type of gezondheidsrisico en persoonlijkheidskenmerken op het belang van cognitieve versus affectievecomponenten in één- versus twee Universiteit Gent Abstract: Deze studie onderzoekt de effectiviteit van verschillende boodschapstrategieën in gezondheidscampagnes. Hierbij gaat de aandacht vooral uit naar de impact van de modererende invloed van type of gezondheidsrisico, evenals verscheidene persoonlijkheidskenmerken, op het belang van cognitieve versus affectieve componenten in één- versus tweezijdige boodschappen. Organisaties: • Vakgroep Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • Patrick De Pelsmacker • Veroline Cauberghe
De effectiviteit van werkplek interventies op het bevorderen van fysieke activiteit en het verminderen van sedentair gedrag onder sedentaire werknemers
KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Fysieke Activiteit, Sport & Gezondheid
Onderzoekers: • Filip Boen • Jan Seghers • Anass Arrogi
De effexten van Roux-en-Y gastric bypass op obesitas-geïnduceerde insulineresitentie, beta celdysfunctie, dyslipidemie en inflammatie in muizen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Chantal Mathieu • Lutgart Overbergh • Bart Van Der Schueren • Roman Vangoitsenhoven
De efficiëntie van aandacht voor bedreigende informatie: een experimentele analyse Universiteit Gent Abstract: Er wordt nagegaan adhv klassieke conditionering of de dreigwaarde van stimuli de efficiëntie van detectie van een bedreigende doelstimulus faciliteert, zelfs indien gecontroleerd wordt voor visueel onderscheidende kenmerken (top-down). Bovendien wordt dmv het "additional singleton" paradigma onderzocht of de dreigwaarde van een afleider interfereert met de detectie van een neutrale doelstimulus en zo ja, onder welke voorwaarden (bottom-up). Organisaties: • Vakgroep Experimenteel-klinische en gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Geert Crombez
De efficiëntie van de Europese voorschriften inzake vennootschapskapitaal en alternatieve technieken ter bescherming van vennootschapsschuldeisers Universiteit Gent Abstract: De voorschriften inzake kapitaalvorming en kapitaalbescherming bij vennootschappen, zoals deze voortvloeien uit de TweedeVennootschapsrichtlijn, staan internationaal onder toenemende druk. Er wordt onderzocht of deze voorschriften erin slagen de doelstellingen van de Richtlijn te realiseren, of de Richtlijn gebaseerd is op een efficiënte aanpak van schuldeiserbescherming en welke alternatieven voor schuldeiserbescherming denkbaar en concreet implementeerbaar zijn tegenover het huidige systeem. Organisaties: • Vakgroep Economisch Recht
Onderzoekers: • Eddy Wymeersch • Hans De Wulf
De efficiëntie van driftreducerende maatregelen ter beveiliging van het milieu in Vlaanderen Universiteit Gent Abstract: Het voorkomen van drift geeft aanleiding tot een betere ziektecontrole van gewassen en minimaliseert verspilling van sproeimiddelen. Doel is het modelleren van drift bij spuittoepassingen van pesticidenformuleringen en daarmee samengaand risicoanalyses voor mens en milieu. Om dit te realiseren wordt een model, dat drift voorspelt op basis van de druppelgroottespectra van nevels, ontwikkeld. Modelvalidatie gebeurt met behulp van reeële pesticidetoepassingen. Organisaties: • Vakgroep Bewegings- en sportwetenschappen • Vakgroep Gewasbescherming • Vakgroep Biosysteemtechniek
Onderzoekers: • Walter Steurbaut
De efficiëntie van Futures Markets Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Financiële economie
Onderzoekers: • Michael Frömmel
De eigenheid van de onderzoeksovereenkomst. KU Leuven Abstract: DE EIGENHEID VAN DE ONDERZOEKSOVEREENKOMST Economische vooruitgang en de daarmee gepaard gaande welvaart van een land worden sterk bepaald door het innovatievermogen van het industriële weefsel. De overheid, kennisinstellingen1 en industrie sluiten hierdoor onderzoeksovereenkomsten om innovatieve kennis te creëren en efficiënt samen te werken. Er bestaat geen type onderzoeksovereenkomst vermits elke onderzoeksovereenkomst onder andere afhankelijk is van de specifieke doelstellingen bepaald door de sector en de structuur van het bedrijf en de markt waarbinnen de verschillende contractspartijen (overheid/industrie/kennisinstellingen) opereren. Andere determinanten hebben betrekking op het potentieel van de onderneming en de financieringsmiddelen. Het uit te voeren (wetenschappelijk) onderzoek en de verbintenis om de resultaten van het onderzoek mee te delen aan de cliënt/medeonderzoeker maken het voorwerp uit van de onderzoeksovereenkomst. Het onderzoek kan gaan van de bestudering van Organisaties: • Instituut voor Familiaal Vermogensrecht
Onderzoekers:
• Bernard Tilleman • Alain Laurent Verbeke • Joris Swennen
De elektronische editie van de correspondentie en tegen-correspondentie van Louis Paul Boon. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project verricht, op een methodologisch onderbouwde manier en met gebruikmaking van de meest geavanceerde editietechnieken, fundamenteel onderzoek naar de structuren en hyperstructuren in de correspondentie en tegen-correspondentie van Louis Paul Boon. Naast belangrijke (auto)biografische en poëticale inzichten betreffende de schrijver Louis Paul Boon en zijn (literaire) correspondenten, biedt deze elektronische editie, inclusief uitvoerige annotaties, bovendien een brede kijk op de naoorlogse Nederlandse letterkunde en, meer algemeen, het culturele bedrijf in zijn historisch-maatschappelijke context. Organisaties: • L.P. Boon Centrum • Instituut voor de studie van de letterkunde in de Nederlanden (ISLN)
Onderzoekers: • Kristiaan Humbeeck • Joris Gerits
Deel II : Specifieke milieuzorgsystemen voor BSO en TSO Vrije Universiteit Brussel Abstract: Als vervolg op het 'Groene School' project ging het project 'Specifieke milieuzorgsystemen voor het Beroepssecundair onderwijs (BSO) en Technisch secundair onderwijs (TSO)' in oktober 1998 van start. Na het 'Groene School'-project werden de volgende vaststellingen gedaan. Het aangeboden milieuzorgsysteem van het 'Groene School'-project is voornamelijk op maat van het algemeen secundair onderwijs ontworpen. De verschillen tussen ASO en BSO/TSO zijn zowel op pedagogisch als op milieubelastend vlak aanzienlijk groot. De milieubelasting in de praktijklokalen/ateliers van BSO/TSO scholen vertoont gelijkenissen met de overeenkomstige bedrijfssector. De ontwikkeling van een milieuzorgsysteem, dat rekening houdt met zowel de pedagogische als de praktijk-georiënteerde karakteristieken van de eigen werkomgeving, kan een belangrijk effect sorteren op het milieusparend gedrag van de werknemers in milieugevoelige sectoren. Het ontwikkelde materiaal wordt aan de scholen bezorgd onder de vorm van een compact en begeleidend werkboek voor de leerlingen dat hen op een actieve manier toelaat de eigen milieuimpact in te schatten en hen instrumenten aanbiedt om milieusparend tewerk te gaan. Voor de leerkrachten wordt een handleiding uitgewerkt waarin staat hoe zij de leerlingen kunnen bijstaan in het milieuprogramma. Organisaties: • Menselijke Ecologie
Onderzoekers: • David PROOT • LUC HENS
Deelname aan de Posthumus onderzoeksschool (Nederland). Universiteit Antwerpen Abstract: Deelname aan de Posthumus onderzoeksschool (Nederland). Organisaties: • Centrum voor stadsgeschiedenis
Onderzoekers: • Bruno Blondé
Deelname aan Flanders' FOOD onderzoeksprojecten 2,3 en 6 : werkpakket "vleesproducten Vrije Universiteit Brussel Abstract: Eén van de voornaamste doelstellingen van Flanders' FOOD is kennisontwikkeling via onderzoeksprojecten. Flanders' FOOD projecten worden uitgevoerd door diverse kennisinstellingen (universiteiten, hogescholen en andere centra) en zijn afgestemd op de noden van de deelnemende bedrijven. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Luc DE VUYST
Deelname aan het CMS (compact Muon Solenoïd) project in CERN Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt de algemene bijdrage van de Gentse onderzoeksgroep "Experimentele Deeltjesfysica" aan het CMS-experiment aangevraagd. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Dirk Ryckbosch
Deelname aan het CMS (Compact Muon Solenoïd) project in het CERN. Universiteit Antwerpen Abstract: Deelname aan het CMS (Compact Muon Solenoïd) project in het CERN. Organisaties: • Elementaire-Deeltjesfysica
Onderzoekers:
• Pierre M S J Van Mechelen • Eddi De Wolf
Deelname aan het decoderingscomité in verband met de detectie van nieuwe vormen van sociale onrechtvaardigheid. Universiteit Antwerpen Abstract: Het gaat om een opdracht voor de Koning Boudewijnstichting. De verantwoordelijke werd gevraagd om 4 keer per jaar de verhalen van bevoorrechte getuigen te lezen en samen met anderen te analyseren, om er interessante actiepistes voor de stichting uit te halen. Organisaties: • CENTRUM VOOR SOCIAAL BELEID • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Godelieve De Lathouwer
Deelname aan Network of Excellence: TARGET. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De vakgroep ELEC is een van de 10 onderzoeksinstellingen ter wereld die beschikt over een hoog-frequente niet-lineaire netwerk analyzer (LSNA). Gezien ELEC bij de initialisatie van deze wetenschappelijke ontwikkeling betrokken was geniet het van een bevoorrechte positie om de toepasbaarheidsgrenzen ervan als eerste te verleggen. In dat licht hebben we ons onderzoek gericht naar het karakteriseren van de nietlineair eigenschappen van on-wafer hoog-frequente-schakelingen. Deze nieuwe ontwikkeling past in het kader van een samenwerking die de vakgroep ELEC opgebouwd heeft met de afdeling DESICS van IMEC en anderzijds bij een recent opgericht Network of Excellence, namelijk het NoE TARGET (zie hiervoor http//www.target-net.org). Een zestal vorsers hebben hun onderzoek in deze richting gesitueerd. Het zijn Mevr. Wendy Van Moer (Doc. Assistent), Mevr. Charlotte Soens (Aspirant IWT) en de heren Daan Rabijns (Aspirant IWT), Dimitri Linten (Aspirant IWT) en Ludwig De Locht (Aspirant IWT). Ons onderzoeksproject is integraal opgenomen in het NoE TARGET als zijnde het ontwerpen van RF SSPA's (Radio Frequency Solid State Power Ampliefier's) waarbij de hoog-frequente niet-lineaire netwerk analyser een sleutelrol vervult. Dit NoE project betekent voor de vakgroep ELEC een prestigevol contract maar legt ook verplichtingen op. Het verbindt ELEC tot het vervullen van wetenschappelijke prestaties (in ons geval metingen) voor de TARGET-groep. Dit omvat twee luiken: we moeten genoeg personeel ter beschikking stellen. De bijdrage van het 6-de Kaderprogramma tot het NoE TARGET herleidt zich essentieel tot het dekken van de vergaderkosten (travel costs). Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • YVES ROLAIN • Wendy VAN MOER • ALAIN BAREL
Deelname decoderingscomité. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen abstract beschikbaar Organisaties: • Sociologie
Onderzoekers: • IGNACE GLORIEUX
Deelname van de UA, UGent en VUB in het CERN CMS (Compact Moun Solenoïd) experiment aan de LHC (Large Hedron Collider) in CERN. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project maakt deel uit van de zg. Big Science financiering voor deelname aan grote internationale onderzoeksfaciliteiten. De financiering laat de deelname toe aan het CMS experiment in CERN en behelst logistieke steun onder de vorm van personeel, bijdragen tot de 'Maintenance and Operation' van de detector en uitbouw van lokale GRID infrastructuur. Organisaties: • Elementaire-Deeltjesfysica
Onderzoekers: • Pierre M S J Van Mechelen • Eddi De Wolf
Deelname van de UA, UGent en VUB in het CERN CMS (Compact Muon Solenoïd) experiment aan de LHC (Large Hadron Collider) in CERN. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project maakt deel uit van de zg. Big Science financiering voor deelname aan grote internationale onderzoeksfaciliteiten. De financiering laat de deelname toe aan het CMS experiment in CERN en behelst logistieke steun onder de vorm van personeel, bijdragen tot de 'Maintenance and Operation' van de detector en uitbouw van lokale GRID infrastructuur. Organisaties: • Natuurkunde
Onderzoekers: • WALTER VAN DONINCK • STEFAAN TAVERNIER • CATHERINE DE CLERCQ • Jorgen D'HONDT
Deelname van gastheercellen aan de ontwikkeling en het kwaadaardige fenotype van tumoren. Universiteit Antwerpen Abstract: Het Kom Op tegen Kanker Project is een interuniversitair project (KUL, RUG, UA, VUB) en interdisciplinair (moleculaire celbiologie, anatomopathologie, oncologie) project dat de moleculaire samenspraak van gastheercellen en kankercellen, betrokken bij de ontwikkeling en het gedrag van kwaadaardige tumoren beoogt te bestuderen. De tumortypes die bestudeerd worden zijn desmoiden, mammacarcinomen, coloncarcinomen en multipel myeloom. De betrokken gastheercellen zijn endotheelcellen, stromale fibroblasten en myofibroblasten, osteoclasten. De moleculen behoren tot de signaal/signaaltransductie/cellulaire response pathway die de samenspraak tussen kankercellen en gastheercellen mogelijk maken. Organisaties: • Anatomopathologie • Moleculaire beeldvorming, Pathologie, Radiotherapie & Oncologie (MIPRO)
Onderzoekers: • Eric Van Marck
Deelnemen aan het volwassenonderwijs in Vlaanderen vanuit de ervaring van de cursist Vrije Universiteit Brussel Abstract: The research project is funded by the Flemish Ministry of Educaiton on "Participation in adult education in Flanders from the experiences of course participants" Organisaties: • Educatiewetenschappen
Onderzoekers: • Chang ZHU • Koen DE PRYCK
Deelproject "Analyse Samenwerkingsopportuniteiten" binnen de Strategische Werkgroep Collaboratieve netwerken". Universiteit Antwerpen Abstract: Deelproject "Analyse Samenwerkingsopportuniteiten" binnen de Strategische Werkgroep Collaboratieve netwerken". Organisaties: • ITMMA
Onderzoekers: • Wout Dullaert
Deelsturcturen in eindige meetkunde. Universiteit Gent Abstract: Als buitenlandse onderzoeker brengt Tamas Szönyi belangrijke expertise van de hongaarse wiskundeshool bij aan UGent. hij is een autoriteit op de polynomiale en probabilistische methode. Dit zijn twee methodes om eigenschappen van deelsturcturen uit de eindige meetkunde te bewijzen di niet met meetkundige technieken bewezen kunnen worden. Hij zal seminarievoordrachten geven, en samenwerken met Ugent onderzoekers. Organisaties: • Vakgroep Wiskunde
Onderzoekers: • Leo Storme
Deeltijds kunstonderwijs Universiteit Gent Abstract: Het uitvoeren van een juridisch onderzoek met betrekking tot de vrijheid van onderwijs in het deeltijds kunstonderwijs. Organisaties: • Vakgroep Publiek recht
Onderzoekers: • Ludo Veny
Deeltjes grootte en deeltjes interactie bepalingen in geconcentreerde dispersies. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geconcentreerde dispersies zullen bestudeerd worden met behulp van foton correlatie spectroscopie met optische vezeldetectoren. Voorgesteld wordt de bijdragen van de collectieve en de zelfdiffusie te scheiden door het gebruik van een "veel-kleuren" techniek waarbij verschillende laser-golflengten worden aangewend. Voor de verdere quantificatie van de deeltjes interacties zal beroep worden gedaan op twee complementaire technieken: bepalingen van electroforetische mobiliteiten en dispersie rheologie. Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • ROBERT FINSY
Deel van de studie m.b.t. het uitvoeren van een innovatieve omruiling van schulden tegen onderwijs Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds UNESCO. UA levert aan UNESCO de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Impact van globalisatie
Onderzoekers: • Danny Cassimon
De emancipatorische elasticiteit van de islam: de relatie tussen goddelijke autoriteit, culturele authenticiteit en menselijke emancipatie in het politieke discours van Egyptische moslimintellectuelen Universiteit Gent Abstract: Mijn doctoraat omvat een onderzoek van de actuele politisering van de islam, aan de hand van een studie van de rol van autoriteit, authenticiteit en emancipatie binnen het hedendaagse discours van moslimintellectuelen in Egypte. Ik leg het politiek-semiotisch proces bloot, een fenomeen waarbij traditionele religieuze tekens potentiële dragers worden van moderne betekenissen, zoals mensenrechten, secularisering, democratie en emancipatie. Organisaties: • Vakgroep Studie van de derde wereld
Onderzoekers: • Sami Zemni • Jo Van Steenbergen
De emissiehandel in broekasgassen in de EU en de VS. Invloed en opportuniteiten voor derde landen, in casu China Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek gaat na binnen welke juridische context China aan emissiehandel in broeikasgassen kan doen. Vertrekkende van de internationale emissiehandel tussen landen onder het Kyotot Protocol, zal worden nagegaan hoe de emissiehandel tussen private entiteiten juridisch is geregeld in de EU en in de VS. Deze vorm van emissiehandel zal worden getoetst aan de mogelijkheden in China om hetzij aan interne emissiehandel te doen, hetzij de Chinese emissiehandel te koppelen aan het Europese emissiehandelsysteem.
Organisaties: • Vakgroep Internationaal publiekrecht
Onderzoekers: • Frank Maes
De Emoties van Rationele Actoren. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht toegekend door de Universiteit Antwerpen. De promotor levert de Universiteit Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd door de universiteit. Organisaties: • Centrum voor Filosofische Psychologie
Onderzoekers: • Bence Nanay • Johannes Van 't Klooster
De encyclopedische roman. Deelonderzoek ter aanvulling van de definitie van het romangenre. Universiteit Antwerpen Abstract: In de Verenigde Staten leeft The Great American Novel nog slechts voort als cliché, maar dat belet een aantal Amerikaanse auteurs niet om totaliserende romans te schrijven'zij het niet zonder invraagstelling van het concept totalisering. Met The Recognitions van William Gaddis en vooral Gravity's Rainbow van Thomas Pynchon als matrix worden recente Amerikaanse encyclopedische romans geanalyseerd op hun historische context, hun representatietechnieken en hun manipulatie van de lezer. Organisaties: • Literatuurwetenschap • Literatuur van de moderniteit
Onderzoekers: • Luc Herman
De endogene en therapeutische rol van galanine bij caverneuze zenuwbeschadiging KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Stamcelbiologie en Embryologie
Onderzoekers: • Frank Van der Aa • Catherine Verfaillie • Maarten Albersen • Emmanuel Weyne
De endosomale en exosomale compartimentering van signaalcascades: Relevantie van het syntenine-syndecan netwerk voor kanker. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Antonius Roebroek • Etienne Waelkens • Sabine Tejpar • Johannes Creemers • Pascale Zimmermann
De entheseale stress hypothese: biomechanische factoren en inflammatie als sleutelmechanismen in het ontstaan en de progressie van ankyloserende spondylitis. KU Leuven Abstract: Ankyloserende spondylitis (AS) is de bekendste vorm van spondyloartritis (SpA), een groep frequente chronische musculoskeletal aandoeningen. Deernst van AS en andere SpAs is belangrijk voor patiënten en voor de maatschappij. De prevalentie bedraagt tussen 0.3 en 1%. De lange termijnprognose wordt bepaald door structurele veranderingen in het skelet met ankylose van de wervelzuil en de sacroilliacale gewrichten. Dit aspect van de ziekte wordt onvoldoende gecontroleerd met de medicaties die op dit moment ter beschikking zijn. Ankylose herhaalt het proces van botvorming tijdens de ontwikkeling. Wij hebben aangetoond dat bot morfogenetische proteïnen hierin een belangrijke rol spelen en hebben recent de entheseale stress hypothese naar voor geschoven als verklaring voor dit specifieke fenomeen. In dit project willen wij deze hypothese verder exploreren en nieuwe strategieën ontwikkelen om botnieuwvorming te vermijden. Wij zullen hierbij de invloed van biomechanische factoren op botnieuwvor Organisaties: • Skeletale Biologie en Engineering
Onderzoekers: • Rik Lories
DEEP. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Plasma-astrofysica
Onderzoekers: • Giovanni Lapenta
DEEP-ER. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties:
• Instructiepsychologie en -technologie
Onderzoekers: • Geraldine Clarebout
De epidemiologie van malignant mesothelioma in Belgie. KU Leuven Abstract: We intend to provide comprehensive data and state-of-the-art statistical analyses, based on existing national and regional sources of information about the temporal trend in the past incidence of a malignant mesothioma (MM) in order ot make reliable projections regarding the futuredisease burden; the spatial distribution of MM cases in Belgium in order to detect/confirm the existence of hot spots; the exposure profile of patients with MM in order to determine the specific contributions of occupational , paraoccuppational and environmental exposures to asbestos, with a particular attention devoted to the risk associated with (administrative) work in buildings containing asbestos. Organisaties: • Pneumologie
Onderzoekers: • Kristiaan Nackaerts
De epidemiologie van suïcidepogingen in Vlaanderen (2011-2012) Universiteit Gent Abstract: Aan de hand van het IPEO en KIPEO instrument worden de epidemiologische gegevens over de incidentie van suïcidepogingen en de kenmerken van de suïcidepogers in de spoegevallendiensten van deelnemende Algemene ziekenhuizen in Vlaanderen verzameld. Op basis van deze registraties wordt er beleidsrelevante informatie over de preventie van zelfdoding in het algemeen en de opvang van suïcidepogers in het bijzonder aangeleverd. Organisaties: • Vakgroep Psychiatrie en medische psychologie
Onderzoekers: • Cornelis Van Heeringen • Gwendolyn Portzky
De epidemiologie van suïcidepogingen in Vlaanderen (2013-2014) Universiteit Gent Abstract: Aan de hand van het IPEO en KIPEO instrument worden de epidemiologische gegevens over de incidentie van suïcidepogingen en de kenmerken van de suïcidepogers in de spoegevallendiensten van deelnemende Algemene ziekenhuizen in Vlaanderen verzameld. Op basis van deze registraties wordt er beleidsrelevante informatie over de preventie van zelfdoding in het algemeen en de opvang van suïcidepogers in het bijzonder aangeleverd. Organisaties: • Vakgroep Psychiatrie en medische psychologie
Onderzoekers: • Cornelis Van Heeringen • Gwendolyn Portzky
De epigenetische regulatie van SYK in melkklierstamcellen van honden en katten. Universiteit Gent Abstract: Het doel van deze studie is om de epigenetische regulatie van het tumor suppressor gen SYK te bestuderen in stamcellen van de melkklier van honden en katten, met het oog op het verwerven van meer inzicht in borstkanker. Organisaties: • Vakgroep Vergelijkende Fysiologie en Biometrie
Onderzoekers: • Gerlinde Van de Walle
Deep Impact. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de context van de NASA Deep Impact space mission was komeet 9P/Tempel1 in Juli 2005 het onderwerp van een nooit eerder geziene wereldwijde observatiecampagne. De komeet werd tijdens perihelium passage door verschillende ruimtetuigen waargenomen: de Deep Impact mission, de Hubble Space Telescope, Spitzer, Rosetta, XMM. Alle grote sterrenwachten ter wereld namen deel aan de campagne (radio tot infrarood metingen). Nooit eerder werd een dergelijk diepgaand observationeel netwerk georganiseerd. In samenwerking met DLR (German Aerospace Center) heeft de VUB meegewerkt aan de Deep Impact grondcampagne met waarnemingen in Chili (Paranal en Armazones) en Zuid Africa (South African Astronomical Observatory). een jaar na het Deep Impact gebeuren zijn alle gegevens in finale vorm voor analyse beschikbaar, en wensen wij gedurende de koemnde twee jaar het volledig data arsenaal te analyseren en te interpreteren. Organisaties: • Natuurkunde
Onderzoekers: • CHRISTIAAN STERKEN
De epistemische structuren van pseudowetenschappen en de logica van irrationele overtuigingen: een sceptisch en epistemologisch onderzoek Universiteit Gent Abstract: Veel wetenschappers en filosofen beschouwen zogenaamde 'pseudowetenschappen' niet als een interessant onderzoeksobject, omdat deze theorieën 'evident fout' zijn. Niettemin kan een diepgaand epistemologisch en sceptisch onderzoek naar pseudowetenschappen een licht werpen op verschillende interessante kwesties: 1) de cognitieve mechanismen die irritionele overtuigingen ondersteunen, 2) de kenmerkende epistemische structuren van pseudowetenschap, 3) het wetenschappelijk demarcatiecriterium, 4) epistemische immunisatiestrategieën, 5) de dynamiek van intellectueel zelfbedrog. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Johan Braeckman
Deep removal of CO2 by high alumina zeolites. KU Leuven
Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse
Onderzoekers: • Christine Kirschhock • Karl Lauwers
De eptitheel-mastcel interactie bij chronische neusslijmvliesontsteking KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium Klinische Immunologie
Onderzoekers: • Peter Hellings • Jan Ceuppens • Mira Wouters • Inge Kortekaas Krohn
De ernst van het misdrijf als criterium voor de bestraffing in de Europese en internationale rechtsorde. Universiteit Antwerpen Abstract: Nieuwe politieke objectieven in de Europese Unie zijn de ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid, het streefdoel van 'harmonisatie' en 'wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging' in strafzaken. Intussen ziet men een wildgroei aan teksten op diverse gebieden, gaande van terrorisme over mensen- en drughandel tot de seksuele uitbuiting van minderjarigen. Op het vlak van de sanctionering is er vooral nood aan een 'ius commune' omtrent de ernst van de misdrijven, daar het strafwaardig karakter van de misdrijven in vele rechtsstelsels een determinerend element is. Het project wil deze evolutie bestuderen en concrete voorstellen formuleren. Organisaties: • Publiek recht : staatsrecht • Rechtshandhaving
Onderzoekers: • Christiane Van den Wyngaert
De essays van Carlos Fuentes: een retorisch-discursieve benadering. KU Leuven Abstract: Dit onderzoeksproject vormt de eerste systematische studie van het essayistische werk van de hedendaagse Mexicaanse auteur Carlos Fuentes, van wie vooral het fictionele oeuvre werd bestudeerd. De doelstelling van het project bestaat in het beschrijven van de retoriek van het essay zoalsbeoefend door Fuentes, met bijzondere aandacht voor zijn discursieve inbedding en interne verscheidenheid. In plaats van Fuentes essays als ondergeschikt aan zijn romanproductie te beschouwen, zullen we deze teksten als een corpus met een relatieve autonomie behandelen. Vanuit een retorisch oogpunt willen we de specificiteit van Fuentes beschouwende discours in kaart brengen, dat talloze fictionele kenmerken integreert. Door de studie van de narratieve technieken en stijlkenmerken die deessayistische en fictionele vorm gemeen hebben, draagt het project op een meer literair-theoretisch niveau bij tot een beter begrip van de relatie tussen het essay en het fictionele als twee genres of modi. Daarenbo Organisaties: • OG Liter-Discours-Identiteit Kulak
Onderzoekers: • Dagmar Vandebosch • Reindert Dhondt
De essentiële uitdagingen betreffende de modellering van een optimaal elektriciteitsproductiesysteem in een CO2beperkte samenleving. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Toeg. Mechanica & Energieconversie
Onderzoekers: • William D'haeseleer • Erik Delarue
De ethiek van neuromodulatie Universiteit Gent Abstract: Mijn project is gesitueerd binnen de neurothiek, een domein dat de ethische, wettelijke en sociale implicaties van neurologische kennis en neurologische toepassingen onderzoekt. Ik verricht onderzoek naar de wijsgerige en ethische vragen (zoals vragen over persoonlijke identitiet, mind-body relatie, verantwoordelijkheid en crimineel gedrag) met betrekking tot neuromodulatie (directe interventie in de hersenen) voor psychiatrische stoornissen. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Johan Braeckman
De etiologie van het aromatase inhibitor-geïnduceerde musculoskeletaal syndroom in borstkankerpatiënten KU Leuven Abstract: De derde generatie aromatase inhibitoren (AI) worden in toenemende matevoorgeschreven in de behandeling van hormoon receptor positieve borstkanker bij postmenopauzale vrouwen. Deze geneesmiddelen inhiberen het aromatase enzyme en induceren zo een uitgesproken reductie van de reeds lagepostmenopauzale oestrogeenniveaus. Helaas ervaart tot de helft van dezepatiënten ernstige gewrichtsklachten, ook het AI-geïnduceerd musculoskeletaal syndroom (AIMSS) genoemd. Dat syndroom omvat naast gewrichtspijn ook (ochtend)stijfheid, spierpijn en het carpal tunnel syndroom. AIMSS heeft een negatieve invloed op de levenskwaliteit en therapietrouw van depatiënten en resulteert uiteindelijk in vroegtijdige behandelingsbeëindiging in 1 op 5 patiënten. In deze doctoraatsstudie rapporteerden 74% van de AI gebruiksters nieuwe of verslechterde spier- en gewrichtsklachtenten opzichte van 37% in de tamoxifen groep. Dit vertaalde zich in een meer uitgesproken grijpkrachtsverlies in patiënten met AI-geïnduceerde Organisaties: • Gynaecologische Oncologie
Onderzoekers: • Johan Verhaeghe • Dirk Vanderschueren • Patrick Neven • Anneleen Lintermans
De EU's transnationale macht over Centraal-Azië. De ontwikkeling en toepassing van een alternatieve aanpak voor de studie van de externe macht van de EU. Universiteit Gent Abstract: Het doctoraatsproject handelt over de relaties van de Europese Unie (EU) met Centraal-Azië. Het bestudeert meerbepaald in welke mate de EU macht uitoefent op deze periferale maar geopolitiek belangrijke regio. Het doctoraatsproject stelt dat de EU's macht in de regio niet mag worden onderschat. Om dit argument aan te tonen ontwikkelt en gebruikt het project een integratief analytisch kander dat gebaseerd is op een alternatief conceptueel instrument om externe macht te bestuderen. Dit concept, dat in het project 'transnationale macht over' wordt genoemd, steunt op inzichten van Susan Strange (1987) en Keukeleire & McNaughton (2009) i.v.m. externe macht. Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Jan Orbie
De EU in humanitaire ontwijding, Fase 2. Staat-van-de-kunst over Humanitaire ontmijding Technologies, Producten, Diensten en Praktijken in Europa.(EUDEM). Vrije Universiteit Brussel Abstract: De EU in humanitaire ontmijning, Fase 2. Staat-van-de-kunst over Humanitaire ontmijding Technologies, Producten, Diensten en Praktijken in Europa.(EUDEM). Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • HICHEM SAHLI • Maximilian BARAIS • KARIN DE BRUYN
de EU mededinginsrechtelijke aanpak van licentieweigering inzake intellectuele eigendomsrechten: potentieel coor china. Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek geeft een grondige analyse van het EU mededingingingrechtelijke kader met betrekking tot licentieweigering inzake instellectuele eigendomsrechten. het onderzoekt of en in welke mate de aanpak van de Europese commissie en het Hvjeu een bijdrage kan betekenen voor de Chinese anti-monopolie aanpak terzake. Organisaties: • Vakgroep Europees Recht
Onderzoekers: • Inge Govaere
De EUROASPIRE IV survey Universiteit Gent Abstract: De EUROASPIRE studies (I, II, III en IV) zijn Europese surveys uitgevoerd onder auspiciën van de European Society of Cardiology met de bedoeling cardiovasculaire risicofactoren bij coronaire patiënten en hoog-risico individuen in kaart te brengen, alsook hun behandeling op basis van medicatie en levensstijl-aanpassingen te beschrijven. Op die manier willen we evalueren hoe het staat met de implementatie van de huidige wetenschappelijke evidence-based richtlijnen zoals de Joint European Guidelines on Cardiovascular Disease Prevention. De Vakgroep Maatschappelijke Gezondheidkunde is ondermeer het centrale statistische centrum voor elk van deze enquêtes. Organisaties: • Vakgroep Maatschappelijke gezondheidkunde
Onderzoekers: • Dirk De Bacquer
De europeanisering van Belgisch buitenlands beleid: een politiek-wetenschappelijke analyse Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoek bestudeert de impact van het Europees buitenlands beleid op Belgisch buitenlands beleid. Hierbij wordt gesteund op twee case studies: de Afrikaanse Grote Meren en het Midden-Oosten. Met het schetsen en verklaren van de determinanten die deze invloed stuwen beoogt dit werk het inzicht in de ruimere relatie tussen nationaal en Europees buitenlands beleid te verruimen. Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Hendrik Coolsaet
De Europeanisering van de rechterlijke macht in de Oostelijke buurlanden van de Europese Unie Universiteit Gent Abstract: Dit project onderzoekt of en hoe het juridisch kader en het extern beleid van de EU (specifiek het Europees Nabuurschapsbeleid) bijdraagt tot de Europeanisering van de rechterlijke macht in de Oostelijke buurlanden van de Europese Unie. Het analyseert de resultaten van regelgevende convergentie in de relaties tussen de EU en Oekraïne, Moldavië, Wit-Rusland, Armenië, Azerbeidjan, Georgië en Rusland. Organisaties: • Vakgroep Europees Recht
Onderzoekers: • Peter Van Elsuwege
De European Quality of Care Pathways (EQCP) studie. KU Leuven Abstract: De European Quality of Care Pathways (EQCP) studie is een internationalonderzoek van de Katholieke Universiteit Leuven, dat optreedt als internationale coordinator, in nauwe samenwerking met de Amedeo Avogadro University van Oost Piemonte, Italië en de European Pathway Association. De EQCP studie is een cluster Randomised Controlled Trial over de impact van zorgpaden op outcomes en dit voor patiënten met exacerbatie van Chronisch Obstructief Longlijden en patiënten met een Proximale Heupfractuur. Naast de meer klinische invalshoek heeft de studie tevens tot doel om deimpact van zorgpaden op multidisciplinaire teamwerking te onderzoeken. Het onderzoek wordt uitgevoerd in België,
Nederland, Ierland, Italië en Portugal. Organisaties: • Centr. Ziekenhuis- en Verplegingswet.
Onderzoekers: • Walter Sermeus
De Europese 2020 strategie en het werkgeleegenheidspakket van de EU: werknemersorganisaties en meer en beter werk. KU Leuven Abstract: Deze studie gaat over de kwaliteit van jobs in sectoren waar jobgroei in het vooruitzicht wordt gesteld, met name de gorene economie, de IT-sector en de zorgsector. Daarnaast wordt gekeken naar de rol die werknemersorganisaties kunnen spelen in het verzekeren van de jobkwaliteit en in het verbeteren van de jobkwaliteit daar waar er nieuwe risicos opduiken en gekende risicos verergeren. HIVA zal onderzoek doen naar de kwaliteit van jobs in de nieuwe en groeiende sectoren gekeken met bijzondere aandacht voor potentiêle nieuwe risicos. Dit zal bijdragen tot een evaluatie van het succes van de werkgelegenheidsstrategie. De bevindingen wordenvertaald in een trainingsinstrument (powerpoint met documentatie). Organisaties: • HIVA-OG Arbeid en Organisatie
Onderzoekers: • Monique Ramioul
De Europese erfrechtverklaring KU Leuven Abstract: Op 27 juli 2012 publiceerde de Europese Unie een verordening waarin de verwijzingsregels voor internationale nalatenschappen worden geharmoniseerd ('Erfrechtverordening'). In deze verordening wordt tevens een Europese erfrechtverklaring ingesteld, die erfgerechtigden, beheerders van de nalatenschap en testamentuitvoerders moet toelaten hun erfrechtelijke prerogatieven in een andere lidstaat te staven. In die zin biedt de Europese erfrechtverklaring een supranationaal alternatief voor de gelijkaardige nationaalrechtelijke instrumenten die reeds in veel lidstaten bestaan, maar die eerder zelden in een andere lidstaat hun volle werking kunnen ressorteren. In dit proefschrift wordt onderzocht welke de juridische functie is van de Europese erfrechtverklaring, op welke manier de Europese erfrechtverklaring zich verhoudt tot de bestaande nationaalrechtelijke instrumenten en of de Europese erfrechtverklaring in haar huidige vorm afdoende werking heeft om het doel te vervullen waartoe zij werd Organisaties: • Instituut voor Familiaal Vermogensrecht
Onderzoekers: • Walter Pintens • Alain Laurent Verbeke • Elise Goossens
De Europese Gemeenschap als collectief lid van de Wereldhandelsorganisatie. Een juridisch onderzoek van de interne institutionele mechanismen op basis waarvan de Europese Gemeenschap optreedt binnen de Wereldhandelsorganisatie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het onderzoek kan ingedeeld worden in vier deelaspecten: 1) Bevoegdheidsverdeling 2) Besluitvorming 3) Vertegenwoordiging 4) Rechterlijk toezicht Via het onderzoek van de vier deelsaspecten moet het mogelijk zijn om de institutionele en juridische mechanismen van het "collectieve" WTO lidmaatschap van de EG op een zo omvattend mogelijke manier te onderzoeken. De vier deelaspecten staan daarbij niet los van elkaar maar zullen elkaar beïnvloeden. De bevoegdheidsverdeling is van belang voor de nalayse van de drie andere deelaspecten (besluitvorming, vertegenwoordiging en rechterlijk toezicht). De analyse van de besluitvorming en het systeem van vertegenwoordiging zal nuttige inzichten verschaffen voor een analyse van het probleem van het rechterlijk toezicht. Op die manier zal de praktisch en theoretisch belangrijke problematiek van de collectieve deelname van de EG in de WTO voor het eerst op een omvattende wijze worden bestudeerd vanuit een brede theoretische basis en vanuit meerdere invalshoeken. Het onderzoek zal overigens ook van belang zijn voor de problematiek van de deelname van de EG (of de EU) in andere internationale organisaties dan de WTO. In zo goed als alle andere internationale organisaties (met uitzondering misschien van de FAO) zijn het vooralsnog de individuele lidstaten, en niet het Europees Collectief, die naar voor treden. Hoogstwaarschijnlijk is het echter slechts een kwestie van tijd vooraleer het collectieve optreden via de EG (of de EU) ook in andere internationale organisaties de norm wordt. De ervaringen en inzichten verworven in het kader van de WTO zullen dan ongetwijfeld nuttig blijken. Organisaties: • Internationaal en Europees recht
Onderzoekers: • TONY JORIS
De Europese publieke sfeer vanuit top-downbenadering: het spanningsveld tussen intenties en praktijk in het communicatiebeleid van de EU getoetst in drie cases: de Europese president, het klimaatdebat en de nieuwe Europese Commissie Universiteit Gent Abstract: De kloof tussen de EU en haar burgers is een actueel twistpunt waarbij een tekort aan Europese publieke sfeer (EPS) dikwijls als missing link aangeduid wordt. Dit onderzoek speelt daarbij twee hoofdhypotheses tegen elkaar uit en gaat na of de intenties van de EU op vlak van communicatiebeleid en de EPS niet verwezenlijkt raken door "niet kunnen" of "niet willen". Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Hendrik Vos
De Europese Unie als globale actor en haar impact op de international rechtsorde. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Instituut voor Internationaal Recht
Onderzoekers: • Jan Wouters • Jed Odermatt
De Europese Unie en de informatiekloof: een politiek-wetenschappelijke analyse van de besluitvorming binnen en de autonomie van Directoraat-Generaal Communicatie Universiteit Gent Abstract: Dit opzet bestudeert de besluitvorming van het Directoraat-Generaal Communicatie van de Europese Commissie van uit een Principal Agent Perspectief. Het onderzoek focust op de graad van autonomie in de beleidsvoering van dit DG en dit vanuit de machtsverhoudingen die spelen tussen dit DG en andere cruciale actoren zoals het Europees Parlement en de lidstaten. Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Hendrik Vos • Jan Orbie
De Europese Unie en de informatiekloof - een politiek-wetenschappelijke analyse van de werking van DirectoraatGeneraal Communicatie bij de Europese Commissie Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoek focust zich op de kloof tussen jongeren en de EU. Meer specifiek wordt er gekeken naar welk beeld jongeren uit het laatstejaar middelbaar hebben van de EU, of ze zich er al dan niet mee identificeren en hoe zij de notie Europees burgerschap interpreteren. Tevens wordt er gekeken naar de rol van leerkrachten in het verschaffen van infor en kennis over de EU en in welke mate zij het concept Europees burgerschap overbrengen op hun leerlingen en welke inhoud daar wordt aan gegeven. Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Hendrik Vos
De evaluatie van de beleidsmaatregelen uit de Nationale Actieplannen Sociale Insluiting 2001-2003 en 2003-2005 voor het thema "Menswaardig Inkomen". Universiteit Antwerpen Abstract: De evaluatie van de beleidsmaatregelen uit de Nationale Actieplannen Sociale Insluiting 2001-2003 en 2003-2005 voor het thema "Menswaardig Inkomen". Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Jean Vranken
De evaluatie van de nierfunctie bij de hyperthyroide kat door middel van een nietinvasieve functionele beeldvormingstechniek Universiteit Gent Abstract: De evaluatie van de nierfunctie is een essentiële factor in hyperthyroide katten. Het doel van het huidige project is het evalueren van de nierfunctie aan de hand van verschillende perfusie parameters met behulp van contrast echografie vóór en na de behandeling van hyperthyroid katten en tevens om te onderzoeken of contrast echografie uitgevoerd voor de behandeling kan dienen al een voorspellende methode voor de ontwikkeling van renale dysfunctie. Organisaties: • Vakgroep Medische Beeldvorming van de Huisdieren en Orthopedie van de Kleine Huisdieren
Onderzoekers: • Jimmy Saunders
De evaluatie van een computer-getailorde interventie gericht op het reduceren van sedentair gedrag Universiteit Gent Abstract: Dit project zal een online computer-getailorde interventie gericht op het reduceren van zitten ontwikkelen, implementeren en evalueren bij gezonde volwassenen. Na de piloottesting, zal het programma geëvalueerd worden aan de hand van 3-groepen gerandomiseerde en gecontroleerde studie. Zowel korte als langetermijneffecten zullen vergeleken worden bij deelnemers die (1) advies op maat, (2) standaard advies, of (3) geen advies krijgen. Organisaties: • Vakgroep Bewegings- en sportwetenschappen
Onderzoekers: • Ilse De Bourdeaudhuij
De evaluatie van het evaluatiesysteem van het onderwijspersoneel Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoek evalueert de werking en de effecten van personeelsevaluatie binnen het secundair onderwijs, CLB?s en CVO?s. Concreet wordt onderzocht welke kenmerken de evaluatiesystemen vertonen, hoe verschillende actoren dit ervaren en wat de effecten zijn van personeelsevaluatie. Het onderzoek bevraagt 90 onderwijsorganisaties via een survey en in 18 onderwijsorganisaties worden enkele bevoorrechte getuigen bevraagd aan de hand van semi-gestructureerde interviews. Organisaties: • Vakgroep Onderwijskunde
Onderzoekers: • Geert Devos
De evaluatie van het evaluatiesysteem van het onderwijspersoneel. Universiteit Antwerpen Abstract: Aan de hand van dit onderzoek zullen knelpunten opportuniteiten van leerkrachtevaluaties in secundaire scholen in kaart gebracht worden. Hierbij zal zeker aandacht besteed worden aan de kenmerken van goed leerkrachtevaluatiesystemen, alsook aan bepalende contextvariabelen die de goede werking van leerkrachtevaluaties bevorderen. Dit kan leiden tot een evaluatie van het huidige beleid inzake leerkrachtevaluaties wat kan leiden tot aanpassingen in het ruimere strategische, onderwijs- en personeelsbeleid. Organisaties:
• EduBROn
Onderzoekers: • Peter Van Petegem • Jan Vanhoof
De evaluatie van het evaluatiesysteem voor leerkrachten in het basisonderwijs en deeltijds kunstonderwijs Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek wil de werking van leerkrachtevaluatie en zijn effecten binnen het basisonderwijs en deeltijds kunstonderwijs analyseren en evalueren. Concreet zal onderzocht worden welke kenmerken de evaluatiesystemen vertonen, wat het uitzicht van deze evaluatiesystemen bepaalt, hoe verschillende actoren (o.a. directies en leerkrachten) dit ervaren en wat de effecten zijn van leerkrachtevaluaties. Het onderzoek bevraagt de directeur en alle leerkrachten in 100 scholen voor basisonderwijs en 10 scholen voor deeltijds kunstonderwijs via een survey. Daarnaast worden de coördinerend directeur, de directeur, een vakbondsafgevaardigde en twee leerkrachten van 15 basisscholen en 3 scholen voor deeltijds kunstonderwijs bevraagd aan de hand van semi-gestructureerde interviews. Organisaties: • Vakgroep Onderwijskunde
Onderzoekers: • Geert Devos
De evaluatie van het evaluatiesysteem voor leerkrachten in het basisonderwijs en deeltijds kunstonderwijs. Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoek wil de werking van leerkrachtevaluatie en zijn effecten binnen het basisonderwijs en deeltijds kunstonderwijs analyseren en evalueren. Concreet zal onderzocht worden welke kenmerken de evaluatiesystemen vertonen, wat het uitzicht van deze evaluatiesystemen bepaalt, hoe verschillende actoren (o.a. directies en leerkrachten) dit ervaren en wat de effecten zijn van leerkrachtevaluaties. Het onderzoek bevraagt de directeur en alle leerkrachten in 100 scholen voor basisonderwijs en 10 scholen voor deeltijds kunstonderwijs via een survey. Daarnaast worden de coördinerend directeur, de directeur, een vakbondsafgevaardigde en twee leerkrachten van 15 basisscholen en 3 scholen voor deeltijds kunstonderwijs bevraagd aan de hand van semi-gestructureerde interviews. Organisaties: • EduBROn
Onderzoekers: • Peter Van Petegem • Jan Vanhoof
De evaluatie van scholengemeenschappen in het basis-en secundair onderwijs. Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoek wil de werking en de variatie van de scholengemeenschappen (SG-en) in het basis - en secundair onderwijs analyseren en evalueren. Er wordt onderzocht wat de meerwaarde is van de SG-en, welke kenmerken van het beleidsvoerend vermogen van SG-en hierin bepalend zijn (doelgerichtheid, teamkenmerken en besluitvormingsproces) en wat de impact van de input-en contextkenmerken (o.m. schoolbesturen, onderwijsnet, grootte, aantal FTE's). Het onderzoek bevraagt coördinerend directeurs, directeurs, coördinaten en schoolbesturen van 76 SG-en in het basisonderwijs en 53 SG-en in het secundair via een survey. Daarnaast worden directieleden, schoolbesturen, coördinaten en leerkrachten via semi-gestructureerde interviews en focusgesprekken van 8 SG-en bevraagd. Organisaties: • EduBROn
Onderzoekers: • Peter Van Petegem
De evolutie van de lange gevangenisstraffen in Belgie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar de mogelijke verklaringen voor de indrukwekkende stijging van de evolutie van het profiel van deze langgestraften, en het aantal langgestrafte gedetineerden in de Belgische gevangenissen. Beschrijving van de evolutie van het profiel van deze langgestraften, via studie van de penitentiaire en gerechtelijke dossiers. Organisaties: • Criminologie
Onderzoekers: • SONJA SNACKEN
De evolutie van de lange gevangenisstraffen in België. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar de mogelijke verklaringen voor de indrukwekkende stijging van de evolutie van het profiel van deze langgestraften, en het aantal langgestrafte gedetineerden in de Belgische gevangenissen. Beschrijving van de evolutie van het profiel van deze langgestraften, via studie van de penitentiaire en gerechtelijke dossiers. Organisaties: • Criminologie
Onderzoekers: • SONJA SNACKEN