onderzoek naar de telefonische bereikbaarheid? Welke verbeteracties zijn er genomen? Hoe is de bereikbaarheid nu?

Bereikbaarheids onderzoek: Vraag CDA: Pag 56. Bereikbaarheidsrapportages. Wat waren de resultaten van het externe

onderzoek naar de telefonische bereikbaarheid? Welke verbeteracties zijn er genomen? Hoe is de bereikbaarheid nu? Antwoord: Hieronder een uiteenzetting van antwoorden op de verschillende vragen gesteld in relatie tot het bereikbaarheidsonderzoek in 2013. - De resultaten zijn opgesplitst in de frontoffice en de backoffice. Waarbij de frontoffice het algemene nummer 140320 betreft en de backoffice enerzijds de doorverbinding vanuit de frontoffice en anderzijds de rechtstreekse telefoontjes naar directe nummers betreft. o De technische bereikbaarheid van de frontoffice was vanuit het onderzoek 100%. Dat wil zeggen dat alle telefoontjes van buiten naar het algemene nummer beantwoord zijn; o De snelheid van het beantwoorden was vanuit het onderzoek een verbeterpunt, waarop vervolgens verbeteracties zijn gedefinieerd; o De bereikbaarheid van de backoffice was vanuit het onderzoek ook een verbeterpunt. Dit betreft zowel de technische bereikbaarheid als de snelheid van beantwoorden. Voor beide onderdelen zijn verbeteracties gedefinieerd; -

De verbeteracties zijn terug te verdelen in vier onderdelen: techniek, instructies, discipline en organisatie o Techniek: dit punt was op orde. o Instructies/disciplines: er is een organisatiebrede campagne op de bereikbaarheid geweest met name gericht op deze onderdelen. Deze campagne bestond uit prikkelende onderdelen, zoals stickers op de spiegels, een grote opblaasbare telefonie in de kantine, polls en bereikbaarheidscijfers gepubliceerd op intranet en instructiewaaiers als hulpmiddel voor alle medewerkers. o Organisatie: vanuit de organisatie zijn ambassadeurs geworven op de telefonische bereikbaarheid blijvend te verbeteren. Daarnaast is er een continue aandacht op geweest vanuit het management team om de medewerkers zo goed mogelijk te betrekken en te instrueren op het naleven van de telefonische bereikbaarheid. Tevens is er op individueel en teamniveau instructie gegeven op organisatorische aspecten rondom de telefonische bereikbaar, zoals het doorverbinden naar collega’s, onderlinge afspraken maken bij afwezigheid en dat soort zaken.

-

De resultaten van de verbeteracties waren terug te zien in de wekelijkse bereikbaarheidscijfers, maar moeten later dit jaar ook te zien zijn in de één-meting van hetzelfde bereikbaarheidsonderzoek. Deze één-meting is gestart in april/mei van 2014. De verwachting is dat na de zomervakantie de daadwerkelijke resultaten teruggekoppeld gaan worden vanuit het externe bureau naar de organisatie. Daar is op dit moment nog niets over te zeggen.

01/01 jaar 2011 2012 2013 2014

< 30 jaar 27 27 28 22

30-40 164 152 128 122

40-50 186 190 206 204

50-60 209 206 188 179

>60 jaar 52 67 94 104

Aantallen in personen Gemiddelde leeftijd van de gehele organisatie wordt niet bijgehouden. We werken met deze leeftijdklasse-indeling om de leeftijd van het personeelsbestand te monitoren. Uit bovenstaande tabel kan geconcludeerd worden dat de gemiddelde leeftijd de afgelopen jaren ongeveer van ruim 47 jaar naar bijna 49 jaar is opgelopen. De verwachting is dat de gemiddelde leeftijd verder oploopt tot boven de 50 jaar de komende jaren.

Vraag CDA: Pag 30. Parkeerabonnementen voor de parkeergarages. Hoeveel jaarabonnementen zijn er? Wat zijn de tarieven in andere steden? Klopt het dat de tarieven een fractie zijn van andere steden zoals bijv Amersfoort. Antwoord: In 2013 zijn er 286 abonnementen voor de parkeergarages verkocht, buiten de bewoners- of bedrijfsabonnementen om. Tevens zijn er 52 vergunningen voor het parkeerterrein “Parkwijk” in 2013 verkocht. Een abonnement kost € 300,00 per jaar of € 80,00 per kwartaal en een parkeervergunningen € 250,00 per jaar of € 65,00 per kwartaal. (bewoners en bedrijfsvergunningen zijn goedkoper).

We hebben een kleine vergelijking gemaakt met de tarieven in Amersfoort en Almere. Amersfoort In Amersfoort zijn niet het soort vergunningen te koop zoals wij die kennen. In Lelystad kan iedere eigenaar van een auto een abonnement kopen. Dit om de drempel zo laag mogelijk te houden en ook forensen de mogelijkheid te bieden goedkoper in de garages te parkeren. Amersfoort kent vier soorten abonnementen. Een 24 uurs abonnement (7 dagen per week), Kantoor abonnement (tijdens kantoortijden), een nachtabonnement (maandag t/m vrijdag van 19:00 in de avond tot 07:00 in de ochtend) en een ondernemersabonnement (Maandag t/m vrijdag 08:30 - 19:00 uur, Donderdag (koop) avond 19:00 - 22:00 uur, Zaterdag 08:30 - 18:00 uur. De kosten voor De Flintgarage in Amersfoort bedragen voor deze TermijnTarief abonnementen:Soort 24 uurs Maand € 106,14 € Jaar 1.153,62 Kantoor Maand € 76,52 Jaar € 830,28 Nacht Maand € 31,62 Jaar € 265,16 Ondernemers Maand € 48,13 Jaar € 522,24 Almere Almere kent een grote hoeveelheid abonnementen. Wij hebben hieronder de vergelijkbare abonnementen met Lelystad weergegeven. Tarieven abonnementen parkeergarages Almere Stad 2014 (met uitzondering van Diagonaalgarage): Werknemers-/ bedrijfsabonnement voor 1 garage, 7 dagen per week, 24 uur per dag Per maand (31 dagen) Per kwartaal Per jaar Abonnement voor alle garages in betreffend gebied, 7 dagen per week, 24 uur per dag Per maand (31 dagen) Per kwartaal Per jaar Forensenabonnement Almere Stad, maandag t/m vrijdag, 24 uur per dag Per maand (31 dagen) Per kwartaal Per jaar

€ 68,50 € 183,90 € 676,50 € 116,80 € 340,90 € 1.351,80 € 45,70 € 123,50 € 449,80

De tarieven voor een abonnement in Lelystad zijn in vergelijking met Amersfoort of Almere gunstig geprijsd.

Onderwerp

programma

Vraag Jaarverslag ALG: Wat is de schatting van de stand van de reserves en voorzieningen op 1 juni 2014?

Algemeen

Algemeen

ALG: Waar zijn de kosten geboekt die in 2014 gemaakt zijn voor de Flevokust? Welk eerder voorbereidingskrediet is er door de raad vastgesteld mbt Flevokust?

Algemeen

Welzijn

Algemeen

Algemeen

Algemeen

Bedrijfsvoering

Algemeen

Bedrijfsvoering

Algemeen

Bedrijfsvoering

Algemeen

Bedrijfsvoering

Antwoord

Mutaties van de reserves en voorzieningen worden aan het eind van het jaar gedaan. Om een schatting te maken van de stand per 1 juni 2014 zou je kunnen uitgaan van 5/12 van de begrote onttrekkingen en stortingen in 2014. op basis hiervan zullen de reserves in het 1e half jaar 2014 van € 81,7 mln. naar € 80, 5 mln. dalen .De werkelijke mutatie eind 2014 is echter ook afhankelijk van de ontwikkeling van het rekening resultaat 2014. De voorzieningen zullen op basis van dit zelfde uitgangspunt ongeveer gelijk blijven op € 78,8 mln. De in 2014 gemaakte kosten zijn/worden verantwoord op het bouwcomplex Flevokust noord 7.1.8. Bij de jaarrekening 2014 wordt afhankelijk van de stand van zaken van het project of de gemaakte kosten t.l.v. van de dan vastgestelde grondexploitatie gebracht of t.l.v. de A-staat, bouwcomplex Flevokust noord 7.1.8. blijven (zo lang de agrarische waarde dit toestaat) , dan wel geheel of gedeeltelijk moeten worden afgeboekt. Voorbereidingskrediet bij Raadsbesluit 29-01-2013 € 690.000. Bij brief van 12-02-2014 is de raad geïnformeerd over de voorbereidingskosten. Momenteel is er een budgetaanvraag van € 320.000 in procedure.

ALG: Kan het college een doorlichting Welzijn verzorgen?Het gaat om welzijn als org. Hoe tevreden zijn de organisaties die met hen werken over de ondersteuning en over Politieke vraag het aanbod. Productenboek irt subsidies en verantwoording over kwaliteit De inhuur is verdeeld over Projecten ( € 2mln); onderzoek en advies ( 50k); flexibele inzet (84k); vervanging ziekte (400 k), vacature 382 k en inhuur tbv onvoorziene actualiteiten ( soms ook adviesbureau's) 325k

Welk bedrag is in 2013 totaliteit besteed aan de inhuur van personeel, zowel voor vervanging vanwege ziekte als voor uitvoering projecten, werkzaamheden etc.? In het jaarverslag staat daar niets over vermeld. Wat is de ontwikkeling in het personeelsbestand over de afgelopen 4 jaar (aantal zie Bijlage ontwikkeling personeelsbestand medewerkers, gemiddelde leeftijd)? Wat is de ontwikkeling in inhuur over de De behoefte aan medewerkers in de toekomst zowel kwalitatief als kwantitatief (kennis, houding en vaardigheden) wordt duidelijk op het moment het College en Raad keuzes hebben gemaakt in welke dienstverlening door het ambtelijke apparaat geboden moet worden. Indien diensten worden afgestoten of elders ondergebracht dan zullen functies vervallen. Op dit moment heeft het afdelingsmanagement hierover nog geen zekerheid. Het afdelingsmanagement is al wel begonnen met het opstellen van strategische personeelsplannen (SPP’s) op basis van de kennis die ze nu hebben over welke taken zij blijven uitvoeren en de wijzigingen daarin. Dit vertalen zij naar mogelijke wijzigingen in het functiegebouw. Vervolgens wordt bekeken welke medewerkers in het huidige personeelsbestand passe in dit toekomstige functiegebouw en welke medewerkers niet en welke mogelijke nieuwe medewerkers er nodig zijn. De verwachting is dat alle SPP’s Wat is de verwachte behoefte aan nieuwe medewerkers voor de komende 4 jaar (bijv begin 2015 afgerond zijn. ivm pensionering van huidige medewerkers)? zie beantwoording vraag Inhuur

Welk bedrag is in 2013 uitgegeven aan advies en consultancy opdrachten aan externe partijen? Algemeen

Bedrijfsvoering

Hoeveel rechtszaken heeft de gemeente Lelystad gehad in 2010, 2011, 2012 en 2013 die eindigden met een uitspraak van de Raad van State?

De gemeente houdt geen aparte registratie bij van het aantal rechtszaken met een uitspraak van de Raad van State. Dit over de jaren 2010 -2013 vergt veel uitzoekwerk en zal te koste gaan van de reguliere werkzaamheden omdat er capaciteit vrijgemaakt moet worden hiervoor.

1 van 13

Onderwerp

Algemeen

programma

Marrokaanse jongeren

Sociale Cohesie

1.1 Betrokkenheid en Participatie

Maatschappelijke Stages

programma 1.2 bieden van zorg

Mantelzorg


Gezondheidszorg


Vraag

Antwoord

ALG: Bij de jaarrekening zouden we nagaan hoe het zit met de bereikte resultaten inzake het geld dat besteed is aan de problematiek rondom de Marokkaanse jongeren in de Atolwijk in relatie tot bereikte resultaten. In de stukken is daarover nauwelijks specifiek iets over te lezen. Graag alle informatie die nodig is om een juist oordeel te vellen of de 60.000 euro die eerder genoemd is in de evaluatie terug inderdaad terug kan naar de algemene middelen.

Over de jaren 2010 tot en met 2012 zijn extra middelen door het rijk beschikbaar gesteld ten behoeve van aanpak problematiek Marokkaanse jongeren. Deze middelen zijn in deze jaren ingezet en geboekt in de gemeenterekening. Over genoemde periode is een onderschrijding van € 60.000,-- gerealiseerd. Dit resultaat maakt onderdeel uit van het rekening resultaat over 2010 tot en met 2012 . Het is dus niet zo dat deze middelen alsnog ingezet kunnen worden, in dat geval zal de raad opnieuw middelen beschikbaar moeten stellen. E.e.a. is ook toegelicht in de brief aan de gemeenteraad over dit onderwerp.

Uit onze eigen peilingen blijkt dat de sociale cohesie gelijk is gebleven. De cijfers wat betreft vrijwilligerswerk hebben betrekking op landelijke onderzoeken. Pag 4. Gelezen hebbende dat er: De verwijzing naar blz. 40 kunnen we niet goed plaatsen. Op bladzijde 17 is aangegeven wat wordt - dat er geen toename is in sociale cohesie (eindscore 2009 en nu = 5,9%) - en dat er minder inwoners vrijwilligerswerk (daling van 49% in 2010 tot 45% in 2012) uitgegeven aan betrokkenheid en participatie. De uitgaven zijn min of meer gelijk aan de begroting. De Is de vraag waarom er bij participatie (pag. 40 jaarrekening) dan minder is uitgegeven lagere uitgaven hebben vooral betrekking op het bieden van zorg en dit is met name het gevolg van het feit dat het aantal uren huishoudelijke hulp is afgenomen. dan begroot? Meer algemeen is er een verband tussen de middelen die voor Er vindt op onderdelen beleidsevaluaties plaats. Elk jaar wordt er bijvoorbeeld een participatie worden uitgegeven en de te behalen resultaten? Is er al een tevredenheidsonderzoek gedaan onder Wmo gebruikers. Ook is in het kader van de nota informele zorg beleidsevaluatie geweest/ in uitvoering? het eerdere mantelzorgbeleid geëvalueerd Momenteel worden in overleg met de scholen de maatschappelijke stages geëvalueerd en bekeken op welke wijze hier een vervolg aan gegeven kan worden. In algemene zin wordt het heel zinvol geacht dat jongeren actief betrokken worden bij het vrijwilligerswerk. In de tweede helft van 2014 wordt er een vervolg op de beleidsnota “Voor Elkaar” opgesteld. De resultaten van de evaluatie zullen hierin worden Pag 6. ``Er wordt nader onderzocht of de maatschappelijke stages kunnen worden meegenomen. Vanuit de gemeente wordt er nu ca. € 55.000 uitgegeven voor de stagemakelaar. voortgezet``. Welke kosten zijn met maatschappelijke stages gemoeid? Wanneer is het resultaat van het onderzoek bekend? Het leefsituatieonderzoek (waarvan de overbelasting van mantelzorgers deel uit maakt) wordt in het vierde kwartaal van 2014 uitgevoerd. De resultaten zijn begin 2015 beschikbaar. Dit is aldus na de Pag 7. Eind 2014 vindt de peiling plaats naar overbelasting van mantelzorgers? Zijn behandeling van de Programmabegroting 2015. de resultaten van deze bekend zijn voor de behandeling van programmabegroting 2015? Zo nee wanneer dan wel. pag 8 verslag - hoe is de regie verantwoordelijkheid ingedeeld; wie is Het is niet geheel duidelijk waar deze vraag betrekking op heeft. In algemene zin kan worden gesteld dat eindverantwoordelijk voor een klant de gemeente de verantwoordelijkheid heeft dat burgers voldoende worden ondersteund. De verantwoordelijkheid voor de feitelijke zorg ligt bij de zorgaanbieders.

blz.8: Mantelzorgondersteuning: welke concrete resultaten kunnen we in 2014 verwachten mbt respijtvoorzieningen. Gezondheidszorg/ Mantelzorg


Respijtzorg is het tijdelijk overnemen van zorg met als doel de mantelzorger een adempauze te geven. Er is een mantelzorgconvenant gesloten met een aantal partijen. Wij willen daarmee o.a. bereiken dat zij de mantelzorger actief betrekken bij het invullen van de zorg. Het kan hierbij bijvoorbeeld gaan om (tijdelijke) extra inzet van thuiszorg om de mantelzorger te ontlasten. Ook wordt er nu de mogelijkheid van een logeervoorziening (respijthuis) onderzocht. Wij zullen bij de jaarrekening rapporteren over de resultaten in 2014.

2 van 13

Onderwerp

Gezondheidszorg/ Mantelzorg

Jeugd Criminaliteit

Zorgvrijwilligers

Leerlingen vervoer

Leerlingen vervoer

programma

Vraag

Antwoord


Blz. 8: De overbelasting van mantelzorgers neemt toe. Hoe zit het hier met de doelmatigheid van de middelen die besteed worden aan mantelzorg? Kunt u uitleggen hoe deze middelen precies in het programma worden besteed? Hoeveel gaat naar welzijn voor activiteiten en hoeveel gaat naar daadwerkelijke ondersteuning?

De middelen worden ingezet conform de nota informele zorg die door de raad is vastgesteld. Er wordt in totaal ruim € 480.000 uitgegeven aan mantelzorgondersteuning. Dit budget gaat grotendeels naar Welzijn Lelystad o.a. voor het bieden van daadwerkelijke ondersteuning. Ook wordt een deel ingezet voor het werven, scholen en bemiddelen van zorgvrijwilligers.

blz. 9: welke concrete interventies (vanaf 12 jaar) zijn ingezet op de preventie van jeugdcriminaliteit?

Stichting Welzijn voert voorlichtingsactiviteiten op scholen uit, gericht op voorkomen van criminaliteit en overlast. Bij de aanpak van jeugdcriminaliteit wordt samengewerkt door onderwijs, welzijn, hulpverlening, arbeidstoeleiding , politie. Doel is steeds de jongeren perspectief te bieden en, indien nodig, te handhaven.

pag 11 verslag - kunt u getallen noemen over de toename van het aantal zorgvrijwilligers

Er zijn bij allerlei organisaties zorgvrijwilligers actief. Wij weten niet hoeveel dit er in totaal zijn.

Blz. 15 Er is 300.000 euro te veel bezuinigd bij het leerlingenvervoer, er zijn pijnlijke maatregelen getroffen. Kan het college aangeven hoeveel klachten en bezwaren zijn afgehandeld? Hoeveel beschikkingen zijn gewijzigd als gevolg van de bezwaarschriften? Is het college voornemens een deel van de maatregelen terug te draaien?

De lagere kosten van LLV ad € 300.000,- t.o.v. de begroting is het financieel effect van de uitvoering van de nieuwe verordening die is vastgesteld door de raad in mei 2013. Er geen sprake is van te veel bezuinigd, maar dat e.e.a is een gevolg van de aanscherpingen in de verordening. De vergoedingen komen nu juist terecht bij die ouders die er op grond van de verordening ook recht op hebben.Beoogd effect : “De verantwoordelijkheid voor het vervoer van en naar school bij ouders te beleggen, met daar waar noodzakelijk een vangnet door de overheid, waardoor er minder kinderen voor het leerlingenvervoer in aanmerking zullen komen en er voor de gemeente een besparing zal worden gerealiseerd”. Voorafgaand aan de in werking treding van de nieuwe verordening LLV zijn informatie avonden gegeven en is schriftelijk informatie verstrekt aan alle ouders die o.b.v. de oude regeling een vervoersvoorziening hadden. Dit heeft ertoe geleid dat er fors minder aanvragen zijn binnengekomen van de ouders. De klachten over de nieuwe regelgeving zijn, voornamelijk door de voorlichtingsavonden, beperkt gebleven . Uiteindelijk zijn er 29 bezwaarschriften ontvangen (in totaal ca 170 aanvragen), waarvan 5 aanvragen alsnog zijn toegekend (3 ambtshalve en 2 via hardheidsclausule), 16 bezwaarschriften zijn ongegrond verklaard en 8 zijn nog in behandeling bij de commissie. De vraag of het college voornemen is een deel van de maatregel terug te draaien is een politieke vraag.

blz. 12/15: Leerlingenvervoer: hebben de gewijzigde verordening en bijbehorende beleidsregels tot probleemsituaties geleid?

In geval van een probleem situatie is de hardheidsclausule toegepast. De situatie wordt per geval bekeken, in ca. 30 gevallen is een beroep gedaan op de hardheidsclausule en is de aanvraag alsnog toegekend. In deze gevallen is dus afgeweken van de algemene regels. Het is de gemeente niet bekend dat er, vanwege de toepassing van het gewijzigde beleid van het leerlingenvervoer, kinderen thuis zijn komen zitten. De afdeling monitort een en ander intensief, onder andere in overleggen met schooldirecties van de betreffende scholen.



Programma 2.1 Goede loopbaan voor iedereen


3 van 13

Onderwerp

Onderwijshuisvesting

De Steiger

SportParticipatie

Schuldhulpverlening

Regionalisering

Regionalisering

Schuldhulpverlening

programma

Vraag

Antwoord

Blz. 16 Welke inspanningen worden er ondernomen om de Impasse VO te doorbreken?

De aangekondigde planvorming door de SVOL is een schoolbestuurlijke verantwoordelijkheid. De raad heeft voor het indienen van het plan duidelijke inhoudelijke en financiële kaders gesteld. SVOL heeft aangekondigd in augustus met een voorstel voor het VMBO te komen. Vanwege het belang van een sterk VO voor de stad en de zorg over de voortgang in relatie tot het gereserveerde bedrag voor de renovatie van de bestaande gebouwen gaat het college in overleg met de SVOL.

blz. 16: vindt in aug. a.s. de bestuursoverdracht van parktijkschool De Steiger naar Eduvier plaats?

Dat klopt, in augustus vindt de bestuursoverdracht plaats.

pag 17 verslag - het streefgetal 70% 1 x per maand sporten; wat heeft u nu werkelijk behaald

In de laatste uitgebreide sportpeiling (2008) was het percentage 68%. In 2012 bleek uit het leefsituatieonderzoek dat er sprake was van een lichte stijging. In de sportnota 2013-2016 is daarom gekozen voor het vasthouden van deze lichte stijging en is dit op 70% gekwantificeerd. Bij de evaluatie van de huidige sportnota zal mogelijk (afhankelijk van budget) opnieuw een uitgebreide sportpeiling worden gehouden.

blz. 20: wat was de gemiddelde wachttijd voor schuldhulpverlening, met welke uitschieters?

Op dit moment is de wachttijd zeer wisselend. De langste periode was ongeveer 10 maanden. Gerekend nadat de intake heeft plaatsgevonden. Bij het IDO is deze teruggebracht naar gemiddeld twee maanden door de inzet van extra vrijwilligers en verruiming van de openingstijden. Bij de MDF is de wachttijd nog steeds erg lang. In de wachttijdperiode is er een dagelijks telefonisch spreekuur beschikbaar voor alle vragen en worden andere vormen van hulpverlening ingezet, zoals algemeen maatschappelijk werk, inkomens-check en papierenbrigade. In de wachttijdperiode wordt zoveel mogelijk huis en haard beschermd om uitzetting te voorkomen



Programma 2.2 Meer Sport en Recreatie

Programma 2.3 Verhogen Arbeidsparticipatie en inkomensondersteunin g

het antwoord op deze vraag wordt nagestuurd ( ivm afwezigheid van de betrokken beleidsmedewerker ) Programma 2.3 Verhogen Pag 21. Wanneer heeft de gemeente de raad meegedeeld dat om het project van een Arbeidsparticipatie en inkomensondersteunin regionale backoffice te beëindigen? het antwoord op deze vraag wordt nagestuurd ( ivm afwezigheid van de betrokken beleidsmedewerker ) Programma 2.3 Verhogen Arbeidsparticipatie en inkomensondersteunin g Pag 21. Hoeveel heeft het project om te komen tot een regionale backoffice tot dusver gekost? Ten laste van welk budget is dit geboekt Blz. 22 Schuldhulpverlening; wat is de wachttijd op dit moment? Wat wordt er De bijzondere bijstand voor de kosten van beschermingsbewind nemen toe, als gevolg van het na-ijlen ondernomen om de wachttijden te beperken? Wat is de toename van bewindvoering van de economische crisis en de toename van de werkloosheid vooral onder ZZP-ers. De Gemeente in Lelystad? Welke kosten zijn daarmee gemoeid? Lelystad moet (wettelijke taak) bijzondere bijstand verlenen voor de kosten van het beschermingsbewind. Indien de kantonrechter beschermingsbewind heeft ingesteld en de kosten daarvan heeft vastgesteld, moet het college de noodzaak van de kosten in beginsel aannemen. Er is geen voorliggende voorziening waar een beroep op kan worden gedaan voor de kosten van bewindvoering. Het aantal aanvragen is de Programma 2.3 afgelopen jaren toegenomen naar gemiddeld 900 aanvragen (2011 € 370.000,-; 2012 € 520.000; 2013 € Verhogen 590.000,- ). De toename laat zich het best vertalen in de kostenontwikkeling, aangezien niet iedere Arbeidsparticipatie en aanvraag qua kostenomvang vergelijkbaar is. inkomensondersteunin g De oplossingsrichting ligt meer in de preventieve sfeer: het minnelijke traject bij schuldbemiddeling leidt uiteindelijk tot minder aanvragen bij de rechtbank en minder uitspraken bewindvoering. De vakafdeling is op dit moment in gesprek met haar partners om meer in te zetten op de preventieve aanpak

4 van 13

Onderwerp

programma

Programma 3.2 Fietsroutes en Fietsbeleid Optimaliseren stedelijk Beheer

Vraag

Antwoord

Blz. 29 Wie heeft het besluit genomen het beleid met betrekking tot het stimuleren Het stimuleren van fietsgebruik bij afstanden tot van het fietsgebruik bij afstanden onder de 7,5 km? Kunt u de doelmatigheid aantonen 7,5 km. is afgeleid uit de doelstellingen in Nota van de inspanningen die zijn gedaan om het aantal fietsritten korter dan 7,5 km? Mobiliteit Flevoland (3.5 Beleidsdoelen en evaluatie: "Het aandeel van de fiets in de verplaatsingen tot 7,5 km neemt toe ten opzichte van 2005" ). Om budgettaire redenen is naar het aantal fietsritten korter dan 7,5 km in 2013 geen onderzoek gedaan.

Zie Bijlage Parkeer Abonnementen Parkeren

Programma 3.3 Versterken Duurzaamheid

Afvalscheiding


Afvalstoffen heffing


Afvalstoffen

Vergroten duurzaamheid



Pag 30. Parkeerabonnementen voor de parkeergarages. Hoeveel jaarabonnementen zijn er? Wat zijn de tarieven in andere steden? Klopt het dat de tarieven een fractie zijn van andere steden zoals bijv Amersfoort. het antwoord op deze vraag wordt nagestuurd ( ivm afwezigheid van de betrokken beleidsmedewerker ) Pag 31. Het afvalscheidingspercentage in Lelystad bedraagt sinds 2009 ongeveer 55%. Betekent dit dat gescheiden plastic afval inzamelen niets heeft opgeleverd? Welke acties zijn in 2013 in gang gezet en wanneer in 2014 krijgt de raad concrete voorstellen die een bijdrage leveren aan het realiseren van een scheidingspercentage van 65%? Blz. 33: Inzake afvalstoffenheffing: Waar is het bedrag van de opbrengst over 2013 De opbrengst van de afvalstoffenheffing staat onder de "niet toegelichte (kleine) verschillen". Ten van € 7.995.000 gereserveerd? Hoe kostendekkend is de opbrengst? opzichte van de begrote opbrengst is er € 28.000 minder ontvangen en vanwege de geringe afwijking niet afzonderlijk verantwoord. Het gerealiseerde dekkingspercentage bedraagt ca. 105%. Blz. 33: Lelystad produceert veel meer kg afval per persoon dan het landelijk gemiddelde. Wat gaat u daar aan doen? Blz. 33: DEon? Kunt de doelmatigheid van de daar besteedde middelen aantonen? Wat is er concreet bereikt met het geld dat daarin is geïnvesteerd?

Dit is ons bekend. Wij willen overwegen om dit mee te nemen in ons masterplan duurzaamheid. Daarbij is het wel belangrijk om af te wegen wat de inspanning en wat de opbrengsten zullen zijn om hier in te gaan investeren. Lelystad heeft twee keer een financiële bijdrage geleverd aan de onderzoeken die zijn gedaan voor DEon. Er is een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd waarvan de provincie 50% voor rekening heeft genomen en de overige 7 partijen de resterende 50% (gelijk verdeeld). Lelystad heeft aan het haalbaarheidsonderzoek € 5161,- bijgedragen. De tweede bijdrage is geleverd aan het opstellen van het businessplan, dat de basis moest vormen voor het oprichten van DEon. Daarbij is de aanneemsom over de 10 toen deelnemende partijen gelijk verdeeld, te zijn € 15.000,- per partij. Lelystad heeft daarmee door 20.161 euro uit te geven een onderzoek mede mogelijk gemaakt met een waarde van € 225.000,-. De dekking voor deze bedragen is gevonden in de rijksbijdrage voor de uitvoering van het klimaatbeleid, de SLOK gelden. Deze gelden zijn bedoeld om onderzoeken als deze te ondersteunen. Wat concreet is bereikt is dat de levensvatbaarheid van een instrument als DEon is uitgewerkt tot en met businessplanniveau. Na een haalbaarheidsonderzoek met positieve uitkomst heeft de stuurgroep DEon besloten tot het opstellen van het businessplan. Het businessplan toonde aan dat DEon kon voldoen aan de doelstellingen die door de initiatiefnemers (waaronder Lelystad) vooraf zijn gesteld. Om hen moverende redenen heeft aantal partijen (niet zijnde Lelystad) desalniettemin besloten niet te participeren in het op te richten Deon. Dat maakte dat het investeringsvolume te gering werd om de multipliereffecten te bereiken die in de gezamenlijkheid wel mogelijk waren. Uiteindelijk heeft dat er toe geleid dat de provincie, ondanks de steun van Lelystad de verdere uitwerking van DEon heeft gestaakt, en na een interne evaluatie heeft besloten tot een heroriëntering rond de oprichting van DEon. Die heroriëntatie heeft opgeleverd dat DEon alsnog wordt opgericht, maar met een veel kleiner werkbudget, waarbij gemeenten en andere partijen de kans krijgen aan te sluiten na oprichting. De oprichting van DEon is aanstaande, daarna zal Lelystad met de stichting in gesprek gaan om de mogelijkheden en de voor- en nadelen van deelname te bespreken. De uitkomsten van het haalbaarheidsonderzoek en de businesscase zijn daarbij zeker van belang.

5 van 13

Onderwerp

Werkgelegenheidscijfers

programma

Vraag

Antwoord

Blz 36Wat is er meer te zeggen over de werkgelegenheidscijfers. Is het een afname pur sang of zijn er meer bedrijven gegaan en ook bedrijven gekomen? Is er ook het een en ander bereikt? Wat dan?

Iets meer over werkgelegenheidscijfers De werkgelegenheidscijfers staan overigens opgenomen onder “Werken aan de basis” en niet onder 4.2 Kwaliteit aanbod versterken. 2012/2013 is een hele zware periode geweest voor de economie. Conclusie (op basis van gegevens van mei 2012 tot mei 2013; zijn de recentste gegevens): de werkgelegenheid in Lelystad is min of meer in tact gebleven: 29.265 voltijds banen (is enkele jaren geleden net boven de 30.000 geweest). Over de hele linie (in alle sectoren) is de werkgelegenheid gedaald, muv de gezondheidszorg. De werkgelegenheid is in tact gebleven door een flinke groei van werkgelegenheid in de gezondheidszorg (900 banen –parttime en fulltime-). Veranderingen in de werkgelegenheid zijn saldo van grote dynamiek. In heel Flevoland zijn er 20.500 banen bijgekomen en verdwenen er circa 23.700 (Economie en Arbeidsmarkt 2013-2014 Flevoland).

Programma 4.2 Kwaliteit aanbod versterken

Wat is er bereikt? Zelfstandige loket heeft verschillende bedrijven bijgestaan zodat zij konden blijven voortbestaan/doorstarten. Ondernemersplein.

zie antwoord bij vraag D66 Werkgelegenheidscijfers Pag 36. Wat is het aantal voltijdsarbeidsplaatsen nu? BLZ 39: Waar zijn de Vestigingscijfers 2013 te vinden ?

Vestigingscijfers

Programma 4.2 Kwaliteit aanbod versterken

Veiligheidshuis

Programma 5.1 Veiligheid

bereikbaarheids rapporatges

Programma 6.1 gemeentelijke Dienstverlening

Pag 48. In 2014 sluit Lelystad aan bij Veiligheidshuis Flevoland voor een periode van twee jaar. Halverwege2015 vindt een evaluatie plaats of de aansluiting wordt gecontinueerd. Welk raadsbesluit ligt er aan ten grondslag? Wat moet de aansluiting opleveren voor de veiligheid in Lelystad?

Pag 56. Bereikbaarheidsrapportages. Wat waren de resultaten van het externe onderzoek naar de telefonische bereikbaarheid? Welke verbeteracties zijn er genomen? Hoe is de bereikbaarheid nu?

Dynamiek vestigingen: Lelystad telde in 2012 6.506 vestigingen. In 2013 waren dat er 6.726. De afgelopen jaren neemt het aantal bedrijfsvestigingen toe (afgelopen jaar: 933 nieuwe oprichtingen –nieuwe bedrijven- en 171 vestigers –reeds bestaande bedrijven van elders-, tegenover 709 opheffingen en 142 vertrokken bedrijven) –data Kamer van Koophandel-. Het grootste deel van de nieuwe vestigingen in Lelystad gaat buiten de gemeente om (wanneer het geen grondtransactie betreft of een wijziging van de bestemming). In 2013 had de gemeente betrokkenheid met onder andere de komst van KFC. in de programmabegroting 2014 (pagina 77) is aangegeven dat Lelystad vanaf 2014 participeert in het Veiligheidshuis Flevoland. De meerwaarde van deelname is voor gemeente Lelystad de directe samenwerking, afstemming en informatie-uitwisseling tussen de zorg- en strafrechtketen van, met name, het Openbaar Ministerie. Jaarlijks worden 10 complexe, ketenoverstijgende casussen, waarbij sprake is van ernstige problematiek, in behandeling genomen. Dit draagt bij aan het voorkomen en verminderen van recidive, (ernstige) overlast, criminaliteit en maatschappelijke uitval. De kosten bedragen € 20.000,-per jaar en komen ten laste van het budget sociale veiligheid.

Zie Bijlage Bereikbaarheidsrapportages

6 van 13

Onderwerp

Wet Hof en Financiële positie

programma

Paragraaf 3.2 Financiering

Vraag

Antwoord

ALG: Kunt u in relatie tot de cijfers de betekenis van de wet Hof aangeven voor de financiële positie?

De wet Hof geeft aan dat een gemeente zich aan een bepaalde norm moet houden voor wat betreft het EMU saldo; er zitten geen sancties aan verbonden als de gemeente deze norm niet haalt. Deze EMU norm zegt niet zoveel over de financiële positie van 1 gemeente maar geeft informatie op Macroniveau. Sturen op het EMU saldo is voor gemeenten niet eenvoudig. Toelichting: De EMU norm is op transactie basis en niet op het baten-en lasten stelsel die gemeenten hanteren en zoals alle gemeentelijke administraties ook zijn ingericht. Om te kunnen sturen zou dus naast de registratie op het baten en lasten in principe ook een registratie op transactie basis opgezet moeten worden, geen eenvoudige klus en een klus waar ook altijd extra handelingen voor nodig zijn; een soort dubbele boekhouding. Door het verschil in uitgangspunt van registratie kan het zijn dat het EMU saldo beneden de norm is maar tegelijkertijd de begroting wel in evenwicht is. De financiële positie van een gemeente kan op verschillende manieren bepaald worden door o.a. het weerstandsvermogen, schuldpositie en sluitende begroting maar ook in hoeverre de structurele lasten en baten in evenwicht zijn. Gemeenten worstelen nog met de manier waarop het best gestuurd kan worden op het Emusaldo. Om het Emusaldo te kunnen beïnvloeden zouden bijvoorbeeld uitgaven en investeringen uitgesteld kunnen worden daardoor verschuift de transactie bijvoorbeeld naar de toekomst. Het blijft lastig omdat de gemeente bijvoorbeeld op x moment een gebouw in gebruik neemt maar dat de officiële transactie pas later plaats vindt. In hoeverre heeft sturing van een gemeente effect op het EMU saldo? De landelijke norm is 3% ; het Rijk provincies en gemeenten alle gemeenten bijelkaar ( dus landelijk) kunnen voor 0,38% invloed uitoefenen. Voor een gemeente als Lelystad gaat het om een (klein) deel van de 0,38%. daarnaast is optimale sturing op gemeentelijk niveau is landelijk nog een vraagstuk waar het Rijk bezig is.

7 van 13

Onderwerp

Bedrijfsvoering

Grondbedrijf

programma

Paragraaf 3.1 bedrijfsvoering

Paragraaf 3.3 Grondbeleid

Vraag

Antwoord

blz. 58; $ 3.1. Bedrijfsvoering: Is er informatie beschikbaar vanuit een medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO)? Wordt er 2-jaarlijks een MTO gehouden?

Het MTO wordt iedere 3 jaar gehouden. De samenvatting van het MTO is beschikbaar en kan doorgestuurd worden ( zie bijlage) . Let wel: Deze gegevens zijn niet wel beschikbaar voor medewerkers college en raad maar niet openbaar en zorgvuldigheid is gewenst.

Blz. 64 Welke partij doet de inschatting van de marktontwikkelingen en de waarde van De inschatting van de marktontwikkelingen wordt niet door een specifieke (externe) partij uitgevoerd, maar de grex mbt de MPG? is een totaal van alle bij elkaar verzamelde informatie t.a.v. het hele scala van prijsontwikkelingen en marktontwikkelingen in de breedste zin van het woord. zie de toelichting volgende vraag

Bouwleges

Bouwleges

Paragraaf 3.4 Locale Heffingen

Pag 68. Leges. Deze zijn veel lager dan begroot? Dit wordt toegeschreven aan geringe bouwactiviteiten. Zijn deze in 2013 sterk gedaald tov 2012? Of is in 2013 groei geprognoticeerd maar niet gerealiseerd? Blz. 69 Opnieuw zijn de leges mbt bouwvergunningen veel hoger begroot dan gerealiseerd. Betekent dit dat de capaciteit opnieuw niet is teruggebracht?


De afgelopen jaren zijn de geraamde opbrengsten leges bouw-, sloop- en gebruiksvergunningen geleidelijk verlaagd van 2013 € 1.398.000,- naar € 927.000,- voor 2014. In de meerjarenbegroting is vanaf 2015 weer een verhoging te zien. Bij de begroting 2015 zal er een voorstel ingediend worden voor een structurele aframing aan inkomsten. Bij honorering van dit voorstel wordt de opbrengstcapaciteit meerjarig terug gebracht. Bij de doorlichting van programma 6 (2013) is ingegaan op de kostendekkendheid van de leges. Hieruit blijkt dat de baten en lasten op het gebied van de bouwleges niet zover uit elkaar liggen. Dit geldt ook voor 2014. De legesinkomsten zijn sterk afhankelijk van de grotere projecten en de laatste jaren zit dit percentage op 4 a 5 % van de aanvragen (terwijl dit percentage enkele jaren geleden nog 7 a 8% bedroeg). Met name de terugloop in grote bouwprojecten heeft een nadelig effect op de legesinkomsten er wordt wel veel verbouwd, dus qua aantallen van te behandelen aanvragen is geen teruggang meer, echter dit levert nauwelijks leges op. Het absolute bedrag voor onbenutte belastingcapaciteit is gestegen als gevolg van 3 effecten: 1 De afvalstoffenheffing is kostendekkend gemaakt door kostenreductie, dus daar zit geen onbenutte belastingcapaciteit in; 2: vwb rioolrecht worden in tegenstelling tot 2013 ook de Niet- woningen meegenomen in de berekening van de onbenutte belastingcapaciteit (dit omdat in 2013 is besloten om een rioolrecht voor niet woningen in te voeren onder gelijktijdige verlaging van de OZB niet woningen); 3 voor wat betreft de OZB, in 2013 is in tegenstelling tot 2012 door de discussie over de macronorm de onbenutte belastingcapaciteit niet te berekenen en nu dus niet meegenomen.

Onbenutte Belasting Capaciteit

Paragraaf Weerstandsvermogen

Pag 78. Waarom stijgt de onbenutte belastingcapaciteit met ongeveer 10% (was 2.418.850 en is nu 2.663.000). Hoe is de verdeling over rioolheffing, max tarieven OZB en afvalstoffenheffing?

Borgstellingen

Pag 81. De gemeente heeft zo´n 125 miljoen aan borgstellingen uitstaan bij de risicoinventarisatie? Het risico voor verbonden partijen wordt geschat op 10% en op de WsW op 1%. Dit lijken erg lage percentages. Hebben andere gemeenten dit ook zo laag ingeschat?Eén van de borgstellingen betreft HVC, 21,5 miljoen? Hanteren andere gemeenten ook 10% kans?

Het Besluit Begroten en Verantwoorden (BBV) geeft aan hoe de paragraaf weerstandsvermogen opgesteld dient te worden. Deze omschrijving is vrij beperkt, zie het begin van de paragraaf weerstandsvermogen op blz. 7. Hierdoor is het maken van een vergelijking met andere gemeenten lastig. Sommige gemeenten nemen risico’s inclusief bedragen op, bij andere wordt alleen een top 10 of een uitkomst van een risicosimulatie opgenomen. Daar waar wel bedragen opgenomen zijn, gaat dit van borgstellingen tot 100% of helemaal niet opnemen. Voor de borgstellingen WsW wordt of geen bedrag opgenomen of wordt het risico als laag ingeschat. Het bepalen van een percentage is natuurlijk een kwestie van inschatten en is geen exacte wetenschap. Als we kijken naar de borgstellingen, dan zal een borgstelling pas geclaimd worden bij een faillissement of surséance van betaling. In 2013 zijn er 8.275 bedrijven (excl. Eenmanszaken en natuurlijke personen) failliet gegaan volgens het CBS op een totaal van ca. 563.000 bedrijven (excl eenmanszaken). Een percentage van 10% lijkt daarmee ruim. Voor de WsW geldt dat het een indirecte garantstelling is en de kans bijzonder klein, zie ook de toelichting op bladzijde 81. Hoewel het totaal bedrag aan borgstellingen voor HVC fors is, hanteren we ook hier 10%. De kans dat het tot een volledige inroep van de borgstellingen komt is klein, HVC zal dan in een eerder stadium bij betalingsproblemen een beroep doen op de aandeelhouders, zij zal dan de aandeelhouders vragen exploitatietekorten aan te zuiveren. Hiervoor is een aanvullend risico opgenomen.

8 van 13

Onderwerp

programma

Vraag

Pag 81. Het bedrag aan verstrekte leningen bedraagt 9,8 miljoen? De kans wordt op 5% geschat. Is deze kans onderbouwd? Klopt het bedrag 8.554?

Verstrekte Leningen

Borgstelling HVC

Schuldquote

Grondbedrijf

Voorziening Gehandicapten

Paragraaf 3.2 Financiering


Antwoord Het totaal bedrag aan verstrekte leningen bedraagt 9,8 mln, deels is hiervoor een voorziening getroffen. Resteert een mogelijk risico van ca. 8,5 mln. Het percentage is lager dan bij de borgstellingen omdat een borgstelling áls deze ingeroepen wordt, ook altijd voor het volledige bedrag ingeroepen wordt. Met de verstrekte leningen is de kans dat deze voor het volledige bedrag niet terugbetaald kan worden een stuk kleiner, dan zal er eerder gevraagd worden om een uitstel van aflossing totdat er weer ruimte ontstaat. Ook hier geldt, bij de percentages blijven het inschattingen Zie ook het antwoord bij 2. Behalve de borgstellingen bestaat het risico dat er bij een negatief resultaat de aandeelhouders gevraagd wordt hun deel daarvan bij te storten. Tot op heden heeft HVC hier niet voor gekozen. Er zijn behalve gegarandeerde leningen, ook niet gegarandeerde leningen. In geval van faillissement van HVC zijn wij als aandeelhouders wel verantwoordelijk voor de totale restschuld van HVC (hoewel strikt genomen juridisch niet, aangezien HVC een N.V. is, maar moreel/maatschappelijk genomen wel) en dus ook voor het niet gegarandeerde deel.

Pag 82. HVC. Is dit het enige risico dat gelopen wordt met HVC gezien het enorme bedrag van uitstaande leningen ? Jaarrekening P8: Hier staat de definitie van de schuldquote. Graag de specificatie van de gebruikte De schuldquote wordt berekend op basis van de balansposten en de het totaal aan inkomsten die ook in bedragen voor de berekening die uitkomt op de genoemde 75%. de jaarrekening staan. Op pagina 8 staat en korte samenvatting maar in de paragraaf financiering van het Jaarverslag wordt de berekening nader toegelicht. zie ook de bijlage voor specificatie P9: Risicoprofiel “weerstandsvermogen binnen het grondbedrijf is niet toereikend (fors De norm van het weerstandsvermogen wordt berekend in de MPG. Op basis van een risico-inventarisatie beneden de norm). Welke norm? wordt per grondexploitatie een risicoprofiel opgesteld. Het totaal van deze risicoprofielen is normaliter gelijk aan de t.b.v. de vastgestelde grondexploitaties benodigde risicoreserve. Constaterend dat de benodigde risicoreserve sec. kleiner is dan het totaal van de opgestelde risicoprofielen is er sprake van een onderdekking. Ten aanzien van de niet in exploitatie genomen gronden wordt in de MPG ( op basis van de IFLO norm) 10% van de boekwaarde als norm gehanteerd.

Pag.19 (Voorzieningen gehandicapten)Onder punt 2 staat: het in 2013 betalen van een factuur van december 2012 (nadeel van € 56.000,-). Als deze factuur van december 2012 is, waarom is deze dan niet via de crediteuren in 2012 in de boeken Programma 1.2 Bieden gekomen? Of, indien die factuur later is ingediend, waarom is die te verwachten post dan niet opgenomen in 2012 als overlopend passivum? van Zorg

Het klopt dat de factuur van 2012 via de transitoria geboekt had moeten worden bij de jaarrekening 2012. Voorgaande jaren is steeds over de periode van december tot december (uitgaande van 12 perioden/maanden) de facturen betaald. Dit is nu hersteld en leidt daarom tot het (eenmalig) verantwoorden van 13 maanden. Vanaf 2014 wordt dan op de juiste wijze de maanden in het jaar geboekt, dus de factuur van december wordt bij de jaarrekening 2014 (indien later ingediend via de transitoria) geboekt en komt dan ook in de boeken van 2014.

9 van 13

Onderwerp

Afwikkeling Vordering

Kleine verschillen

Kleine verschillen

bestuurlijke Boetes

Leges Rijbewijzen en Bouwvergunningen

College Onvoorzien

programma

Vraag

Pag.35 (Afwikkeling vordering): Daar staat: Incidenteel hogere lasten als gevolg van het buiten invordering stellen van een verordening (nadeel van € 108.000,-)Vraag: Programma 4.1 Werken Wat houdt dit precies in? aan de Basis

Dat klopt de kleine verschillen betreffen kleine afwijkingen op producten. Meestal gaat het om afwijkingen tussen de 0 - € 40 k. Deze kleine verschillen bijelkaar kunnen wel hoger dan € 50k zijn zoals hier € 130 k. Hierbij is een consistente lijn gekozen met de rest van het document waar ook dit criterium is gebruikt met als uitgangspunt dat op hoofdlijnen wordt gerapporteerd Om het document leesbaar te houden wordt gekozen voor consolideren van kleine verschillen. Hoe lager het abstractie niveau hoe uitgebreider de jaarstukken . de Gemeente Lelystad rapporteert in tegenstelling tot andere gemeenten al op een redelijk laag abstractieniveau. Het is aan de raad om te bepalen welk abstractieniveau gewenst is. De afwijking van - € 130k zit voornamelijk in verschillende communicatie onderdelen zoals Publieksvoorlichting -58k ( had volgens t criterium wel benoemd moeten worden) , Digitale- en interne communicatie 19k,Communicatie projecten -10k, Bestuurscommunicatie -44k ; Acquisitie+ 20k; overig < -€ 5k totaal -€ 19k

P40: Verschil van €71K in lasten wordt niet verder toegelicht afwijkingen hoger dan 50K dienen te worden toegelicht. Graag uitleg.

Dat klopt de kleine verschillen betreffen kleine afwijkingen op producten. Meestal gaat het om afwijkingen tussen de 0 - € 40 k. Deze kleine verschillen bijelkaar kunnen wel hoger dan € 50k zijn zoals hier +€ 71 k. Hierbij is een consistente lijn gekozen met de rest van het document waar ook dit criterium is gebruikt met als uitgangspunt dat op hoofdlijnen wordt gerapporteerd. Om het document leesbaar te houden wordt gekozen voor consolideren van kleine verschillen. Hoe lager het abstractie niveau hoe uitgebreider de jaarstukken . de Gemeente Lelystad rapporteert in tegenstelling tot andere gemeenten al op een redelijk laag abstractieniveau. Het is aan de raad om te bepalen welk abstractieniveau gewenst is. het verschil van € 71 zit oa in Dierenopvang -4k , Sociale veiligheid -1K, Juridisch advies+ 42k ,Advisering. Openbare Orde & VeiligheidsBel. +33k

P40: Er wordt in 2014 €40K begroot voor bestuurlijke boetes terwijl in €2013 5K is ontvangen. Er wordt gezegd dat moet worden onderzocht hoe de opbrengsten kunnen verhoogd. Dat vind ik een rare opmerking voor boetes; is de controle voldoende? Zijn boetes kwijt gescholden of oninbaar gebleken? Anders lijkt me een realistischere begroting in deze redelijker.

De raming van € 40.000,-- is door de gemeenteraad vastgesteld. Op dat moment waren er nog onvoldoende ervaringscijfers omtrent de opbrengsten van de bestuurlijke boete. In de praktijk blijkt deze lager uit te vallen dan voorzien. Een mogelijke verhoging kan worden bereikt door, meer dan nu, repressiever op te treden en uitbreiding van het aantal BOA's. Er zijn nauwelijks boetes kwijtgescholden of oninbaar gebleken.

Pag.42 (Leges rijbewijzen en bouwvergunningen): Is de begroting 2014 leges rijbewijzen op basis van 2013 aangepast dat het nog tot 2015 kan duren dat het aantal verkochte rijbewijzen zal ‘aantrekken’?Is de begroting 2014 leges bouwvergunningen t.o.v. de ervaringen in 2013 naar beneden bijgesteld?

zie voor legesbouwvergunningen vraag 27. Voor wat betreft de leges rijbewijzen geldt het volgende: In de begroting voor 2015 en verder is er een voorstel ingediend voor bijstelling van de inkomsten van rijbewijzen. Voor 2014 heeft er voor de leges rijbewijzen geen bijstelling plaatsgevonden. Deze afwijking is gemeld in de crisismonitor.

Programma 5.1 veilige stad

Programma 6.1 gemeentelijke Dienstverlening

Programma 6.1 Gemeentelijke dienstverlening

Om uiteenlopende redenen is het soms niet mogelijk om een vordering geheel of gedeeltelijk te innen. Indien besloten wordt om een bedrag niet in te vorderen brengt dat incidentele lasten met zich mee ter hoogte van de vordering.

Pag.38 (P44 Imago versterken): Daar staat bij lasten een verschil van - € 130.000. Van het verschil wordt helemaal geen specificatie gegeven, terwijl het toch een substantieel bedrag betreft (bijna 7% afwijking t.o.v. de begroting) en het sowieso een afwijking is > dan € 50.000. Kunnen wij een nadere specificatie krijgen? Programma 4.4 Imago versterken

Programma 5.1 veilige stad

Antwoord

P43: Waarom is de overschrijding ondersteuning college (€78K) niet in mindering De overschrijding had technisch gezien obv een begrotingswijziging inderdaad in mindering worden gebracht op het overschot College onvoorzien (P.45 ad €135K)? Graag toelichting op gebracht op het overschot College onvoorzien. Toelichting op afwijkingen > 50k omdat het hier kleine de afwijking (groter dan 50K) verschillen betreft die bijelkaar groter zijn dat 50k. Om het document leesbaar te houden wordt gekozen voor consolideren van kleine verschillen. Hoe lager het abstractie niveau hoe uitgebreider de jaarstukken . de Gemeente Lelystad rapporteert in tegenstelling tot andere gemeenten al op een redelijk laag abstractieniveau. Het is aan de raad om te bepalen welk abstractieniveau gewenst is.

10 van 13

Onderwerp

Kapitaalverstrekkingen

OMALA

debiteuren Algemeen

Debiteuren Belastingen

Lening IJsselmeer ziekenhuis

Parkeren

Begrotingswijzigingen 2013

programma

Vraag

Antwoord

P56: Kapitaalverstrekkingen: Kunnen wij een specificatie van de percentages bezit aandelen kapitaal en stemrecht krijgen?

Voor de aandelenpercentages zie het bijgevoegde excelbestand. Voor wat betreft het stemrecht geldt over het algemeen dat besluiten in de aandeelhoudersvergaderingen met meerderheid van stemmen worden genomen. Als het gaat om zwaarwegende besluiten dan wil dat ook nog wel eens 2/3 van de stemmen zijn of moet er op de vergadering tenminste de helft van het geplaatste aandelenkapitaal aanwezig zijn. Dit kan per deelneming verschillen.

P56: Hoe zitten de verhoudingen tussen OMALA NV en OMGC CV precies? Is OMALA NV voor 100% of eigenaar van OMGC CV of andersom of wat?

OMALA NV treedt op als enig beherend vennoot van Ontwikkelings Maatschappij Airport Garden City CV. De gemeente Almere, gemeente Lelystad en de provincie Flevoland zijn (stille) commanditaire vennoten. De projectorganisatie is ondergebracht bij OMALA NV. OMALA NV verricht haar werkzaamheden t.b.v. OMAGC CV.

P63: Tabel debiteuren algemeen naar ouderdom: Ik neem aan dat de tabel gebaseerd is op ouderdom na factuurdatum. Graag een tabel op “ouderdom na vervaldatum” ? Dit om beter te kunnen beoordelen hoe de voorziening dubieuze debiteuren (€219K) zich hiermee verhoudt.

De tabel debiteuren is inderdaad gebaseerd op ouderdom na factuurdatum. Het maken van een tabel op ouderdom na vervaldatum moet extracomptabel plaatsvinden en vergt enige tijd. Maar de vervaldatum ligt altijd minimaal 30 dagen na factuurdatum, tenzij de wettelijke termijn anders is. Voor facturen rondom begraven is de vervaltermijn ruimer gesteld. De ouderdom is maar 1 van de aspecten waarop de hoogte van de voorziening is gebaseerd, er wordt ook gekeken naar de aard van de vordering, de zekerheid die hier tegenover staat en een inschatting door het team dat de invordering verzorgt.

P63: En eenzelfde tabel voor “Debiteuren belastingen” inclusief enige voorziening.

De voorziening dubieuze debiteuren belastingen wordt niet alleen bepaald op de ouderdom van de vorderingen maar ook verwachtingen met betrekking tot schuldsaneringen, faillissementen en ervaringscijfers. De vervaltermijnen kunnen onderling verschillen. Bijvoorbeeld bij een machtiging 11 maanden, bij grote bedragen 1 maand en bij reguliere vorderingen 4 maanden. Daarmee is het onderdeel vervaldatum meegenomen in de berekening voor de omvang van de voorziening. Belastinggegevens zoals debiteuren vallen onder de werking van artikel 67 AWR de geheimhoudingsplicht.

Pag.58 (Stichting IJsselmeerziekenhuizen)Er staat: de aflossing heeft nog niet plaatsgevonden in afwachting van de vaststelling van de solvabiliteitspositie van het ziekenhuis. Het gaat hierbij om de solvabiliteit van het ziekenhuis ultimo 2012. Inmiddels zou dat toch wel bekend moeten zijn? Zo ja, ligt dat < of > dan 15%? Zo nee, wanneer is er dan zicht op?

Er is nog geen jaarrekening van de Stichting IJsselmeerziekenhuizen maar uit de tussentijdse rapportages en voorlopige cijfers 2013 is te concluderen dat de Solvabiliteit in 2013 kleiner zal zijn dan 15%. De financiele prognoses zijn goed maar door de geplande investeringen voor behoud van een financieel gezond ziekenhuis in Lelystad is de verwachting dat de solvabiliteit de komende periode nog onder de 15% zal blijven. In 2009 is in de gemeentelijke begroting voor de kwijtschelding van de lening een reservering gemaakt voor het totale bedrag van € 2.000.000,-. In 2013 is daarvan 1/3 deel afgeschreven.

Balans: Financiële vaste Activa

Balans: Financiële vaste Activa

Balans Debiteuren

Balans Debiteuren

Balans Overige Langlopende (verstrekte) Leningen

Balans Bestemde reserves

Pag.72 (Egalisatiereserve Parkeren): De vermindering bedroeg in 2013 € 1.417.000. De € 295.000 betreft de begrote onttrekking voor Parkeren Kust van € 253.000 en een incidentele extra Hiervan wordt aangegeven dat dit o.a. voor € 722.000 bestaat uit een negatief onttrekking van € 41.000 als gevolg van herstelwerkzaamheden ten behoeve van de overdracht van het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening en voor € 400.000 uit 1-malige frictiekosten als parkeerterrein Batavia Stad. gevolg van het opheffen van Perspectief. Waaruit bestaat de overige € 295.000 (20,8% van de totale vermindering)?

De begrotingswijzigingen in programm 2 en 6 hebben betrekking op 2 grote mutaties : 1. De begrotingswijziging als gevolg van de bijsturingsmaatregelen in de crisismonitor van mei 2013, deze heeft resultaateffect; 2.De technische wijzigingen uit de decembernotitie. deze heeft ook resultaat effect als gevilg van bijvoorbeeld het doorschuiven van projecten ( zie ook de financiele verordening voor criteria). Deze wijzigingen hebben effect op bijna alle programma's maar de grootste bedragen zitten in 2013 in Bij programma 2,2 en 2.6 zijn er grote afwijkingen tussen de begroting en de realisatie. deze 2 programma's. Naast deze wijzigingen zijn er ook wijzigingen als gevolg van besluiten die door de Is dit tussentijds gemeld? Bij 2.6 wordt bijv eerst de primitieve begroting naar beneden raad zijn genomen in het jaar 2013. Deze laatste hebben meestal geen resultaat effect omdat er geen besluiten meer worden genomen zonder dat daar dekking tegenover staat. bijgesteld met 1,5 miljoen. Vervolgens gaat het resultaat bij de realisatie de andere kant op, 4,8 miljoen. Hoe kan dit zo snel wijzigen?

11 van 13

Onderwerp

Subsidies

programma

Algemeen

Vraag

Er is overzichtelijk weergegeven aan welke partijen subsidies wordt verleend. Welk bedrag is min of meer structureel en welk bedrag is incidenteel? Welk totaal bedrag aan subsidies is in 2010, 2011, 2012 verleend?

Antwoord

Ongeveer €3,7 mln. geclassificeerd kan worden als eenmalig en de rest als structureel. Voor wat betreft de gegevens 2010-2012: Het subisidieregistratiesysteem is in 2013 bij de gemeente geimplementeerd. Voor 2013 werden de betalingen natuurlijk wel in de boekhouding bijgehouden maar niet als zodanig geregistreerd dat deze snel en makkelijk kon worden gegenereerd. Dat is wel geregeld vanaf 2013. Het alsnog genereren van deze informatie zal veel extra capaciteit vragen.

12 van 13

Onderwerp

Vraag

Antwoord

Algemeen

Algemeen Houdt het tegenkomen van de term ‘niet actuele budgetten 2013’ wat dan weer resulteert in negatieve bedragen. Dit houdt toch hopelijk niet in dat de begrotingen in 2014 ook niet goed zijn geactualiseerd?

Niet actueel betekent dat voor 2013 de budgetten niet actueel zijn. Als er geen verdere toelichting bij staat betekent dit dat voor de jaren daarna de budgetten inmiddels zijn geactualiseerd voor de komende jaren. Mocht dit niet zo zijn dan staat er expliciet bij dat dit bij de begroting 2015 wordt geactualiseerd.

Algemeen

Klopt het, dat in absolute zin het totale eigen vermogen, dat betekent het saldo van álle reserves inclusief het rekeningresultaat van 2013, met € 5,0 miljoen is gedaald van 86,3 miljoen naar € 81,3 miljoen? (inclusief zoals het college wil de storting in de ROS van 4,7 miljoen

Wet Normering Topinkomens

programma

Accountantsverslag

Accountantsverslag: Pag. 18 (WNT Lelystad): Daarin staat: De gemeente maakt gebruik van het besluit van de minister van BZ d.d. 2-3-’14 om voor het verslagjaar 2013 publicatie van interim niet topfunctionarissen die het grensbedrag overschrijden achterwege te laten. In hetzelfde besluit is aangegeven dat hierop geen accountantscontrole hoeft te worden uitgevoerd.Blijkbaar is het een keuze om hier wel/niet gebruik van te maken. Wat is de reden geweest om van dit besluit wel gebruik te maken?

Dat klopt. Op blz 66 van de jaarrekening is het totaal van alle reserves te zien. Bestemming van het rekeningresultaat naar een andere reserve bijvoorbeeld de ROS betekent alleen een verschuiving tussen reserves. De daling van het Eigenvermogen in 2013 heeft vooral te maken met verschuiven van reserves van het Grondbedrijf naar voorzieningen van het Grondbedrijf, de jaarlijks daling van de NUOn reserve ter compensatie van weggevallen dividend en dekken van tekort op de parkeerexploitatie.

het ministerie heeft verschillende criteria geformuleerd op basis waarvan kan worden bepaald of een interim niet-topfunctionaris het grensbedrag overschrijdt. Op basis van deze criteria zijn er bij de gemeente Lelystad geen interim niet-topfunctionarissen die het grensbedrag overschrijden en om die reden ook niet genoemd in de jaarrekening.

13 van 13

onderzoek naar de telefonische bereikbaarheid? Welke verbeteracties zijn er genomen? Hoe is de bereikbaarheid nu?

Recommend Documents