Onderwijsprofielen in passend onderwijs Basisformat onderwijsprofiel
Openbare basisschool de Octopus Adres : Telefoon: E-mail: Website: Directeur: Intern begeleider:
Femina Mullerstraat 78 Hoofddorp 023-5622819
[email protected] www.octopusschool.nl Annemiek van Zon Ellen Jansen
Inleiding Het bestuur van basisschool De Octopus, de SOPOH, valt onder het samenwerkingsverband Haarlemmermeer. Alle besturen hebben met de komst van passend onderwijs zorgplicht. De zorgplicht betekent dat iedere leerling een passende onderwijsplek moet krijgen. De besturen werken samen in het samenwerkingsverband om de zorgplicht te kunnen garanderen. Het samenwerkingsverband (alle besturen) moet zorgen voor een dekkend netwerk. Het samenwerkingsverband maakt via de onderwijsprofielen inzichtelijk hoe zij met de scholen zorgt voor een dekkend netwerk. Het kader voor het onderwijsprofiel wordt op samenwerkingsverband-niveau ontwikkeld zodat er zicht komt op het totale netwerk. De veranderingen zijn een prima gelegenheid om met elkaar een verdere kwaliteitsslag te slaan. De focus ligt op verdere kwaliteitsverbetering. Het samenwerkingsverband, bestaande uit de samenwerking van schoolbesturen, kan zich verder ontwikkelen in het tijdig signaleren en kan doorgaan met het verbeteren van opbrengstgericht werken in leerresultaten en leerkrachtvaardigheden. Het onderwijsprofiel Passend onderwijs Haarlemmermeer Een onderwijsprofiel van iedere school bestaat uit een basiszorg, een breedtezorg en een dieptezorg (zie landelijk referentiekader). In het Samenwerkingsverband Haarlemmermeer spreken we van een basisaanbod, een breedteaanbod en een diepteaanbod en formuleren scholen een plusaanbod. De onderwijsprofielen van de PO, SBO en SO scholen gezamenlijk leveren een onderwijscontinuüm op, waarmee wij alle leerlingen een passend onderwijsaanbod kunnen geven. Het breedte en het diepteaanbod op onze scholen is een intensivering van de onderwijsaanpak zoals de school het biedt in het basisaanbod. Dit geldt voor alle vormen van onderwijs. De onderwijsprofielen geven zicht op het onderwijsaanbod voor alle leerlingen in een school. Het onderwijsprofiel moet een zichtbare kwaliteit van onderwijs waarborgen. Een goed gedifferentieerd onderwijsaanbod op de basisschool zorgt ervoor dat veel leerlingen thuisnabij onderwijs kunnen volgen en slechts een beperkt aantal leerlingen een beroep hoeft te doen op het diepteaanbod. Het onderwijsprofiel is een instrument in handen van de schooldirecteur om het onderwijsaanbod gericht te verbeteren. De vaste onderdelen van het onderwijsprofiel zijn:
Planmatig werken De leerresultaten Een helder geformuleerd onderwijsaanbod en effectieve methodieken. De bewaking van de leertijd. De instructievaardigheden Het (pedagogisch) klimaat Het klassenmanagement
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
2
We sluiten aan bij de begrippen in het waarderingskader van de inspectie en bij de vele kwaliteitsinstrumenten. Het zijn die elementen uit het primair proces die direct invloed hebben op de leerresultaten van de leerlingen. Het onderwijsprofiel hangt op deze wijze sterk samen met het onderwijskundig deel van het schoolplan en de onderdelen uit het kwaliteitssysteem van de school. Op iedere school is in het onderwijsprofiel beschreven hoe de school deze onderwijskwaliteit definieert en monitort. De vaste onderdelen van het onderwijsprofiel zijn voor al onze scholen gelijk. De onderdelen moeten beschreven worden in concreet waarneembaar gedrag. Het gedrag is meetbaar en beschreven in termen van ‘wat zie ik’. We vinden dat iedere school of ieder schoolbestuur zelf de elementen uit het onderwijsprofiel inhoudelijk vorm moet geven en eventueel een eigen ambitieniveau moet formuleren. Het betekent dat de onderwijsprofielen qua vorm vergelijkbaar zijn, maar qua inhoud per school en per bestuur moeten verschillen om te komen tot een dekkend netwerk.
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
3
INHOUDSOPGAVE ONDERWIJSPROFIEL INLEIDING
1. HET ONDERWIJS PROFIEL OP DE OCTOPUS 2. PLANMATIG WERKEN Cyclus IB/OGW/Onderwijskwaliteit Basis-, plus- en minimum aanbod Diepte aanbod Grenzen aan de zorg op onze locatie Groepsoverzicht Groepsplannen Instructieplanning Schema zorgstructuur 3. LEERRESULTATEN Rekenen-Wiskunde Technisch lezen DMT-AVI Spelling Begrijpend lezen 4. LEERSTOFAANBOD Rekenen-Wiskunde Technisch lezen Spelling Begrijpend lezen 5. LEERTIJD Rekenen-Wiskunde Technisch lezen Spelling Begrijpend lezen 6. DIDACTISCH HANDELEN 7. PEDAGOGISCH HANDELEN 8. KLASSENMANAGEMENT
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
4
Hoofdstuk 1 Het onderwijsprofiel van basisschool de Octopus In dit document wordt het onderwijsprofiel van de Octopus beschreven. De Octopus is een openbare basisschool in de wijk Toolenburg. Wij hechten veel waarde aan een pedagogisch klimaat waar iedereen zichzelf kan zijn en leerlingen zich veilig voelen. Een school waar de kinderen leren om te gaan met hun eigen gevoelens en die van anderen. Onze school biedt een structuur waarin duidelijke afspraken en regels gelden waardoor leerlingen weten waar zij aan toe zijn. Deze structuur dient als basis om je als kind zo goed mogelijk te ontplooien en tot prestaties te komen. Wij vinden het belangrijk dat kinderen zich op velerlei gebieden ontwikkelen. Wij besteden veel aandacht aan de cognitieve vakken met daarnaast ook aan de sociale, creatieve en sportieve ontwikkeling. De grote lijnen van het onderwijs op de Octopus staan beschreven in de schoolgids en in het schoolplan. In dit onderwijsprofiel wordt de verbinding gelegd tussen onderwijsconcept en onderwijs op maat. Veel afspraken en regelingen zijn op schoolniveau vastgelegd. Op groepsniveau wordt het aanbod voor de leerstof beschreven op basis van de gegevens uit het onderwijsprofiel. Drie keer per jaar worden de resultaten van de leerlingen en de groepen besproken en worden wensen tot onderwijsverbetering opgenomen in de jaarplannen. Door op deze manier planmatig aan de onderwijskwaliteit te werken zal het onderwijsprofiel van de Octopus jaarlijks bijgesteld worden.
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
5
HOOFDSTUK 2 - PLANMATIG WERKEN
2.1 Cyclus IB/OGW Ter voorbereiding van een schooljaar vullen IB-er en directie de “jaarcyclus IB/OGW” in op de schoolkalender. Hiermee wordt het proces van planmatig werken aan onderwijskwaliteit en –verbetering geborgd. Opgenomen hierin worden in ieder geval de volgende planningen: Verantwoordelijkheid directie: Klassenbezoek door directie Cito periode (inclusief: data, analyse, IB gesprekken, teamanalyse) Opstellen ambitiedoelen formulieren groepsoverzicht Verantwoordelijkheid Intern begeleider - IB gesprekken, voor elke groep 4-6 per jaar (o.a. bespreken groepsoverzichten, groepsplannen, bespreken zorgkinderen) - Inleverdata groepsoverzichten, groepsplannen na de Cito periodes - Cito periode (voorbereiden, analyse, IB gesprekken) - Bespreken ambitiedoelen formulier groepsoverzicht met directie - Doorvragen over groepsoverzicht met leerkracht Verantwoordelijkheid groepsleerkracht: Opstellen jaarkalender methodetoetsen Vastleggen gegevens individuele kinderen in het LOVS Evaluaties in groepsplannen (2 per jaar) Cito periode (voorbereiden, afname, analyse, IB gesprekken, voorbereiden oudergesprekken,) Opstellen formulier groepsoverzicht: op kindniveau ambities + onderwijsbehoeftes Opstellen aangepaste groepsplannen Voorbereiden rapporten en oudergesprekken 2.2 Het basis-, minimum en plus aanbod Kinderen verschillen in aanleg. Dat brengt de vraag met zich mee: Hoe organiseer je onderwijs op maat? Uit onderzoek blijkt dat onderwijs waarin leerkrachten met drie instructiegroepen werken, het meest effectief is. Daarom wordt er op de Octopus gewerkt met een aanbod voor basis, intensief en plus. Er wordt instructie gegeven op basisniveau, voor het minimum- en plusniveau worden extra maatregelen genomen (zie hoofdstuk 4 t/m 8). Het minimum aanbod (zie ook 2.3) is voor kinderen die onvoldoende profiteren van de klassikale instructie. Indien de organisatie het toelaat worden deze kinderen door preteaching voorbereid op de klassikale les, de tijdens pre-teaching opgedane kennis stelt de kinderen in staat met meer profijt mee te doen aan de klassikale les. Tijdens het Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
6
zelfstandig werken wordt aan subgroepen verlengde instructie en/of begeleide inoefening gegeven. Vervolgens gaan de kinderen uit de subgroep met zelfstandige verwerking aan de slag waarna de leerkracht feedback geeft op het resultaat. Deze intensieve aanpak is er op gericht de minimumdoelen te behalen. Het basisaanbod is voor kinderen die voldoende profiteren van de klassikale instructie. Zij hebben geen extra instructie nodig. Het plus aanbod is voor kinderen die weinig instructie nodig hebben. Zij krijgen de leerstof compacter aangeboden en werken aan verrijkingsopdrachten. Kinderen met een plusaanbod zijn ook in het groepsplan opgenomen omdat zij regelmatig feedback nodig hebben. 2.3 Diepte-aanbod In de terminologie het SWV wordt het intensieve aanbod het breedte aanbod genoemd en wordt nòg een aanbod benoemd: het diepte aanbod. Het diepte aanbod is voor kinderen die niet meer aan de leerlijn van de klas kunnen meedoen (dus niet de minimumdoelen behalen) en op een eigen leerlijn gaan werken. Voor deze kinderen wordt vanaf groep zes een ontwikkelingsperspectief geformuleerd. Op de Octopus is ervaring opgedaan met eigen leerlijnen en ontwikkelingsperspectieven. Het blijft heel moeilijk om daarmee een positief effect op de leeropbrengsten en het welbevinden van genoemde kinderen te bereiken. Kinderen met een eigen leerlijn zijn niet meer betrokken bij de instructies aan de hele groep en moeten veel op eigen kracht doen. Dat is voor deze kinderen erg moeilijk. Zij missen bijvoorbeeld de coöperatieve werkvormen die tijdens de instructie aan de rest van de klas plaatsvinden. Het met elkaar over leerstof praten, het op kindniveau uitleggen en samenvatten van leerstof is juist voor kinderen met een intensieve aanpak erg waardevol. De volgende maatregelen worden nu toegepast om te voorkomen dat kinderen de minimumdoelen niet halen en op een eigen leerlijn moeten: Preventieve maatregelen: Inzet effectieve didactieken, nauwgezet volgen van de ontwikkeling van kinderen, vroegtijdige signalering, ouderbetrokkenheid, overgangen tussen leerjaren monitoren. Voor de kinderen met een intensieve aanpak: pre-teaching-klassikale lesbegeleide in-oefening-zelfstandige verwerking-feedback Individuele maatregelen voor leren leren 2.4 Grenzen aan de zorg op de Octopus Op onze school wordt bij aanmelding van een leerling een intakeprocedure doorlopen. Bij deze intake wordt gebruik gemaakt van een protocol. Aan de hand van dit protocol wordt vervolgens bezien of de school in staat is de leerling op te nemen. Centraal in de besluitvorming staat het belang van het kind en de mogelijkheden van de school om het ontwikkelingsproces van het kind te kunnen ondersteunen. Wij gaan er van uit dat de leerling gedurende 8 jaar de noodzakelijke begeleiding moet kunnen krijgen. Als blijkt dat de mogelijkheden van de Octopus ontoereikend zijn om een aangemelde leerling goed te begeleiden, zal geen inschrijving plaatsvinden. Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
7
2.5 Groepsoverzicht Voor het opstellen van het groepsoverzicht werken we met een stappenplan: Stap 1: De intern begeleider stelt het formulier groepsoverzicht op met: - Laatste 2 VS-scores uit LOVS (groepsniveau) - Gewenste VS-score op groepsniveau komende toetsing (ambitie) o Deze score wordt bepaald door directie (overleg met IB), gebaseerd op historie groep + groeps- en schoolkenmerken - Landelijke normscores voor deze 3 toetsmomenten als vergelijking Stap 2: - Groepsleerkracht voorspelt gewenste groei per leerling (ambitie op kindniveau) Stap 3: - Groepsleerkracht clustert leerlingen op aanpak (basis/plus/minimum) Stap 4: - Groepsleerkracht vult onderwijsbehoeftes in o Waar nodig, maar ZEKER voor wie een snellere groei is gewenst dan de normgroei 2.6 Groepsplannen Elk leerjaar stelt het aanbod vast voor basis, minimum en plus voor de vakken rekenen, spelling, technisch- en begrijpend lezen en legt dit vast in “leerstofdoelen”. Elk leerjaar formuleert reken-, spelling- , technisch- en begrijpend lezendoelen. De leidraad vormt wat in hoofdstuk 4 staat. Het aanbod is een samenvatting van de methode voor dat vak en specifiek gemaakt door pedagogisch handelen, didactisch handelen en klassenmanagement toe te voegen. Door vervolgens de subgroepen uit het groepsoverzicht aan het basis-, minimum- en plus aanbod toe te voegen ontstaat een groepsplan. Afhankelijk van de leeropbrengsten van de groep kan het aanbod voor basis-, minimum en plus tijdelijk bijgesteld worden. De analyse van de leerstofopbrengsten leidt tot reflectie op de kwaliteit van het onderwijs. Uit deze discussies komen verbeterpunten voort: leerstofaanbod, leertijd, didactisch- en pedagogisch handelen en klassenmanagement. In de groepsplannen worden opgenomen: De subgroepen voor rekenen, spelling, technisch- en begrijpend lezen De doelen Waarmee geoefend wordt Hoe rekening gehouden wordt met onderwijsbehoeftes Hoe er getoetst wordt Of het gestelde doel behaald is. 2.7 Instructieplanning De organisatie van onderwijs aan de subgroepen uit de groepsplannen voor rekenen, spelling, technisch- en begrijpend lezen wordt vastgelegd in een instructieplanning. Dit Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
8
plan ligt op de instructietafel van de leerkracht en geeft aan welke (sub-)groepen tijdens groepslessen en het zelfstandig werken instructie van de leerkracht krijgen. Zorgstructuur O.b.s. De Octopus
Benader ouder(s)/ lkr
1. Signaleert/observeert/onderzoekt
verzorger(s)
2. handelt in de klas 3. evalueert -> goed resultaat -> geen vervolg -> weinig resultaat -> handelen aanpassen -> geen resultaat -> lkr benadert IB
Ouder(s)/
Lkr & IB
1. Signaleert/observeert/onderzoekt (indien nodig)
Verzorger(s)
2. handelt in de klas + ev. (RT) (buiten de klas)
blijven informeren.
3. evalueert -> goed resultaat -> geen vervolg -> weinig resultaat -> handelen aanpassen -> geen resultaat -> ll bespreken in zorgteam/ ZAT
(Ouders moeten toestemming geven voor het bespreken in het zorgteam en ZAT).
Zorgteam
ZAT
Samenstelling:
(frequentie: 3 x per jr.) samenstelling:
Directeur/directrice
IB
IB
SMW (Altra)
Lkr v.d. te bespreken ll
SVK (GGD JGZ)
Medewerker OA
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
9
1. Ll en het voortraject wordt besproken Signaleert/observeert/onderzoekt (indien nodig) 2. Er wordt gekeken naar overige mogelijkheden. Geeft eventueel adviezen. 3. handelt in de klas + ev. (RT) + ev. buiten school 4. evalueert -> goed resultaat -> geen vervolg -> weinig resultaat -> handelen aanpassen -> geen resultaat-> ll wordt besproken door ouders, leerkracht en IB.
Vervolg kan zijn: ondersteuningsaanvraag bij het brugteam of in gesprek over een andere vorm van onderwijs en bij overeenstemming tussen ouders en school, toelaatbaarheidsverklaring invullen. Zie bronnenboek passend onderwijs.
Ouders worden betrokken bij het proces en worden gedurende het gehele proces goed op de hoogte gehouden. Medewerking van thuis is van groot belang.
Wanneer eerder in het proces (nog voor het zorgteam en het ZAT) blijkt dat de ll gebaat is bij een beschikking voor SBO, SO of ondersteuningsaanvraag, kan er besloten worden, direct de toelaatbaarheidsverklaring in te vullen. Dit gebeurt altijd samen met de ouders
Uitleg afkortingen:
Lkr
leerkracht
Ll
leerling
IB
interne begeleiding
OA
onderwijs advies
ZAT
zorg en advies team
SMW
school maatschappelijk werkster
SVK
sociaal verpleegkundige
GGD
Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst
JGZ
jeugdgezondheidszorg
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
10
SBO
speciaal basisonderwijs
SO
speciaal onderwijs
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
11
Hoofdstuk 3
LEERRESULTATEN
Leerresultaten Onderwijsprofiel in vaardigheidsscores, nieuwe norm In onderstaande tabel zijn de ondergrens en bovengrens opgenomen die horen bij de Basisgroep. In termen van vaardigheidsscore en daaronder in termen van 4D-waarde. Onder de resultaten is er ruimte voor de school om haar schoolnorm in te vullen. Spelling
M3
E3
M4
E4
M5
E5
M6
E6
M7
E7
B/M8
Landelijke norm
104115
110120
116125
117127
122132
125136
129139
133143
135145
136145
139149
4D waarde
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
schoolresultaten 107115
113123
114124
116123
122133
124138
128137
132142
135145
196217
193223
182209
185204
187215
185217
185209
185210
187215
Technisch lezen
M3
E3
M4
E4
M5
E5
M6
E6
M7
E7
B/M8
Landelijke norm
1332
2151
3471
4677
5685
6189
7193
7797
80102
83105
85107
8-18
1941
2864
3780
5989
7598
85102
187197
185205
181208
180216
189218
191219
194213
4D waarde
E8
schoolnorm
DMT
schoolresultaten DMT * ** 4D waarde
Landelijke norm AVI Schoolresultaten AVI Schoolnorm DMT Schoolnorm AVI *Vanaf groep 5: alleen de M toetsen, vanwege het feit dat niet altijd alle lln de E toetsen maken. Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
12
E8
**Vanaf E3 alleen kaart 3 invullen Begrijpend lezen
E3
M4
E4
M5
M6
M7
B/M8
Landelijke norm
-13-10
3-24
8-30
16-37
23-42
34-57
42-71
4D waarde
187-213
187-213
187-213
187-213
187-213
187-213
187-213
Huidige -12-9 schoolresultaten
3-17
6-21
24-41
20-38
35-53
4 D waarde
187-206
185-203
197-217
183-208
188-210
188-192
schoolnorm
Rekenen&wiskunde M3 3.0
E3
Landelijke norm
91-141
132-163
4D waarde
187-213
187-213
Huidige schoolresultaten
schoolnorm
Rekenen
M3
E3
M4
E4
M5
E5
M6
E6
M7
E7
B/M8
Landelijke norm
2147
3356
4165
5275
6285
7092
7598
83101
91110
96116
103121
4D waarde
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
2650
4258
5260
6285
7090
7493
7898
97113
184211
180206
188206
187196
187214
187212
185208
180208
195217
M3
E3
Huidige 17schoolresultaten 43 4 D waarde
schoolnorm
woordenschat
M4
E4
M5
E5
M6
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
E6
M7
E7
B/M8 13
E8
Landelijke norm
2959
3764
4168
4773
5159
5581
6287
6890
7699
77102
86110
4D waarde
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
187213
3770
4168
4765
5572
6071
6676
7083
7893
Huidige 19schoolresultaten 51 4 D waarde (er is (nog) geen 4.0 waarde tabel van) schoolnorm
Ondergrens
4D-waarde
Plus
213
Basis
187
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
14
Hoofdstuk 4 Leerstofaanbod Het onderwijsaanbod wordt beschreven in methodieken en materialen. In het breedte en diepteaanbod staat hoe de school intensiveert voor leerlingen met extra onderwijsbehoeften. Het aanbod wordt beschreven voor technisch lezen, begrijpend lezen, spelling, rekenen & sociale competentie. Taal Plus
1
2
Speciale activiteiten Schatkist kleuters
Basis Schatkist kleuters: - Activiteitenboek anker herfst, winter, zomer en lente. - Ankerverhaal met reuzenprentenboek of een set verhaalplaten - Handpop Pompom - Dagritme kaarten en planbord - Lettermuur, met aanvullende activiteiten naast de activiteiten bij het anker - Kleutersetje - CD-rom voor elk seizoen Ontwikkelingsmateriaal: - Ontwikkelingsmateriaal waarbij de actieve en passieve taalontwikkeling van de kinderen zelfstandig gestimuleerd wordt. Overige materialen: - Bas digitaal - School TV met Flip de Beer - Kring
Minimum
Ontwikkelingsmateriaal onder begeleiding van de leerkracht - Herhaling van de basis in de kleine kring
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
15
Rekenen Plus
1
2
Speciale activiteiten Schatkist kleuters
Basis
Met sprongen vooruit - Schatkist - Computerprogramma Bas telt mee - Kring - Ontwikkelingsmateriaal
Minimum
Herhaling van de basis in de kleine kring - Ontwikkelingsmateriaal onder begeleiding van de leerkracht
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
16
Technisch lezen Plus
3
Zongroep volgens methode VLL -Humpie Dumpie -Tutor lezen - Deze kinderen hebben bij aanvang van groep 3 volledige letterkennis en kunnen MKM- woorden correct en vlot lezen. (AVI M3) - Leesboekjes op eigen niveau ( oa. Ster en spetter serie)
Basis
Maangroep volgens methode VLL - aanvullend materialen/werkvormen: - spelletjes bij VLL - Computerprogramma VLL - Tiptop - Piccolo - Letterbingo - Leesmotivatie: Activiteiten Kinderboekenweek, betekenisvolle teksten - Magnetische letterdoos - stickerboekjes - Duo lezen - Kopieerbladen : woordzetter en letterzetter - Spreekbeeld - Woordendoos - Klikklakboekjes - Boekjes veilig en vlot - ringboekjes - letters flitsen - woordrijen oefenen - tutorlezen
-
Minimum
- Verlengde instructie maangroep volgens de methode - Handelingsplan - kopieerbladen veilig in stapjes als huiswerk
-
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
17
Technisch lezen Plus
4
5
6
7
8
Estafette aanpak 3 - Vrij lezen
Basis
Estafette aanpak 2 - Vrij lezen
Minimum
Estafette aanpak 1 - Vrij lezen - Duo lezen
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
18
Begrijpend lezen Plus
4
5
6
7
8
Baklessen Goed Gelezen ( ruit kaarten)
Basis
Methode Goed Gelezen wordt gevolgd Baklessen Goed Gelezen(ster kaarten) Structureel gebruik Cito Hulpboek Structureel aanvullend materiaal: - Begrijpend Lezen (Ajodakt) groep 6 t/m 8 - Denkwerk (Bekadidact) grp 7 & 8 - Piccolo - Computer programma’s - Suggesties woordenschat ‘Taalpilots’ zie bijlage Onderstaande ‘evidence-based’ strategieën worden ook toegepast bij andere (zaakvak) teksten. Zie begrijpend lezen niet als apart vak. Uit onderzoek is gebleken dat de ‘evidence-based’ strategieën (Kees Vernooy en Joop Stoeldraijer, 2007) effectief zijn bij het begrijpen van teksten. De strategieën zijn dan: - Leesdoel bepalen: Waarom ga ik deze tekst lezen ? - Voorspellen: Waar zou de tekst overgaan? - Gebruik maken van voorkennis over het onderwerp: Wat weet ik al ? - Jezelf vragen stellen tijdens het lezen: Begrijp ik het nog? Wat kan ik doen als ik het niet begrijp? - Visualiseren van de tekst: Voorstellingen maken van de tekst en schema’s of woordwebben maken. - Samenvattingen maken van de tekst: Waar gaat de tekst over? Wat is het belangrijkste thema? Wat is de hoofdgedachte? - Jezelf vragen stellen na het lezen van de tekst: Ben ik te weten gekomen wat ik wilde weten? Wat vind ik van de tekst? Wat weet ik nog niet?
Minimum
Voorinstructie methode Baklessen Goed Gelezen (bolletjes kaarten)
Bij discrepantie tussen technisch lezen en begrijpend lezen: - Voorinstructie - Tekst vooraf thuis laten voorlezen en lezen (dit geldt ook voor de diverse vakgebieden) - Moeilijke woorden vooraf bespreken - Vooraf een leesvraag meegeven - Werken aan het technisch leesniveau
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
19
Rekenen
3
Plus
Methode: Alles Telt
4
5
6
7
8
7
8
- Plusprogramma : werkschrift en de ‘plus’-opdrachten - Voor de sterke rekenaars: Plusschrift - Plustaak - wiskunde
Basis
Methode: Alles Telt - Basisstof: werkschrift en ‘verder’-opdrachten - Kwismeester - Computersoftware Ambrasoft - Piccolo
- met sprongen vooruit
Minimum Maatwerk+ computerprogramma - Groen
- Oranje
- Blauw
- Rood
- Geel
- Oefenboekjes rekenen bij de methode
- Met sprongen vooruit
Woorden schat Plus
3
4
5
6
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
20
Basis
3: Veilig leren lezen 4 t/m 8: Woordenschat Taal op maat en bijbehorend computer programma
Minimum
Samenvatting geschiedenis ; lastige woordenschrift erbiij
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
21
Spelling
4
Plus
Werkboek Leerlingsoftware
Basis
Werkboek Spellingkaarten Spelling maatje Leerlingsoftware stickers
Minimum
Kopieerbladen Leerlingsoftware Verlengde instructie
5
6
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
7
8
22
Hoofdstuk 5 Leertijd (per vakgebied) De leertijd wordt beschreven in gestelde leertijd (roostertijd) in aantal uren per week. De leertijd wordt verder verfijnd in gerealiseerde en effectieve leertijd in termen van percentages van de gestelde leertijd. De gerealiseerde leertijd is het percentage van de roostertijd dat daadwerkelijk aan het vak besteed wordt. De effectieve leertijd is een percentage van de gerealiseerde leertijd waarop de leerlingen daadwerkelijk met de les bezig zijn.
Technisch 1* lezen Plus Basis Minimum
2*
3
4
5
8,50
6,50
6,50
2
3
4
5
3,25
5
5
5
3
4
5
2
2
4
6
7
8
6,50
6,50
6
7
8
5
5
5
7
8
2
2
6,50
(* betreft hier Taal voor kleuters)
Rekenen 1 Plus Basis Minimum
Begrijpend 1 lezen Plus Basis Minimum
Woordenschat 1 Plus Basis Minimum
Spelling Plus
1
2
4
2 2,75
2
Basis Minimum
Sociale 1 competentie Plus Basis Minimum
3
2
2
4
3,25
3,25
5
3
3
3
4
6 3,25
4
2
2
5
3
3
6
6 3
5
2
3,25
2,5
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
6
7
8
3,25
3,25
7
8
3
3
7
2,5
8
2,5
2,5
23
Hoofdstuk 6 Didactisch handelen We sluiten aan bij de opvattingen van de Inspectie die het als volgt omschrijft: “Het didactisch handelen van de leerkracht is gericht op het ontlokken en bevorderen van leerprocessen waarbij de leerkracht sturing geeft aan het leerproces en de eigen keuzes van leerlingen. Zo vraagt de leerkracht zich voortdurend af welke hulp, opdracht of aanwijzing gegeven kan worden om leerlingen te helpen tot leren te komen.” Uitgangspunt bij het didactisch handelen is het werken met een instructiemodel. Daarnaast is het van belang dat de leerkracht afstemt op het niveau van de leerlingen. Instructiemodel: - De school werkt met het directe instructie model - De school heeft bepaald welke elementen ze per les-fase terug wil zien in de les. Deze staan in het volgende schema: Plus
Introductie: kort en bondige uitleg van de opdracht /soms geen uitleg Inoefening/verwerking: - Leerling gaat zelfstandig aan het werk Terugkoppeling: - Leerling rapporteert aan de leerkracht over het gemaakte werk(hij geeft aan wat hij geleerd heeft en hoe het werken ging)
Basis
Introductie: - Leerkracht geeft de start van de les duidelijk aan (voorkennis activeren, doel vorige les herhalen) - Leerkracht vertelt het doel van de les en dit is zichtbaar in de groep. - Leerkracht relateert de inhoud van de les aan herkenbare praktische situaties - Leerkracht vertelt wat de leerlingen deze les gaan doen (lesopbouw) Instructie: - Leerkracht laat de leerlingen nadenken over oplossingen/strategieën - Leerkracht geeft uitleg over inhoud van de opgaven - Leerkracht creëert betrokkenheid door vragen te stellen en leerlingen opgaven voor te laten doen Inoefening: - Leerkracht maakt samen met de leerlingen een opgave Verwerking: - Leerkracht vertelt of schrijft op het bord wat de leerlingen moeten doen. - Leerkracht maakt duidelijke afspraken over wanneer en hoe de leerling om hulp mag vragen (Stoplicht, timetimer, kleurenklok, vragenkaart) - Leerkracht zorgt voor regelmatige feedback - Leerkracht loopt vaste rondes door de groep
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
24
Terugkoppeling: - Leerkracht houdt de nabespreking direct na de in oefening/verwerking - Leerkracht vraagt na of en wat de leerlingen van de stof hebben begrepen - Leerkracht vat de les en het lesdoel samen (met de leerlingen) - Leerkracht complimenteert de leerlingen met wat ze geleerd hebben
minimum Instructie: - Leerling krijgt verlengde instructie aan de instructietafel of bij de leerkracht - Leerkracht doet de opgave goed voor . Inoefening: - Leerkracht maakt opgave samen met de leerling Verwerking: - Leerkracht vertelt de leerlingen wat ze moeten doen
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
25
Hoofdstuk 7 Pedagogisch handelen (algemeen) Het pedagogisch handelen van de leerkrachten is afgestemd op het versterken van de drie basisbehoeften van de leerlingen, te weten: relatie, competentie en autonomie. Relatie: De leerlingen voelen zich geaccepteerd. Ze horen erbij. Ze zijn welkom. Ze voelen zich veilig. Er wordt met de leerlingen gepraat en niet over hen. Competentie: De leerlingen ontdekken dat ze de taken die ze moeten doen, aankunnen. Ze ontdekken dat ze steeds meer aankunnen. Autonomie: Leerlingen willen vrijheid en zelfbepaling. Ze willen verantwoordelijk zijn voor hun eigen taken. Zij kunnen (in elk geval voor een deel) hun leergedrag sturen. Visie op pedagogisch handelen Leerkrachten geven ruimte aan het autonomie gevoel van hun leerlingen. Ze honoreren initiatieven van leerlingen. Ze waarderen ideeën van leerlingen en wat ze ermee doen. Ze dagen leerlingen uit om eigen oplossingen te bedenken. Ze laten de leerlingen zelf keuzes maken bij het doen van taken (hoe en wat). Ze laten de leerlingen meebepalen bij de inrichting van het lokaal en vertrouwen organisatorische zaken aan leerlingen toe. Voor leerkrachten, leerlingen en ouders geldt dat ze respect hebben voor elkaar en voor de omgeving. Algemene schoolregels gelden voor allen en worden door allen nageleefd, waarbij voor een ieder geldt: Goed voorbeeld doet goed volgen. Gedrag Rondom het omgaan met (on)gewenst gedrag zijn afspraken op een rij gezet. Deze afspraken worden nageleefd door alle leerkrachten en hebben betrekking op alle leerlingen.
Afspraken, van toepassing op alle leerlingen
00: Omgaan met gedrag
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
26
01: Pedagogisch handelen gericht op de relatie Basis
- In de start van het schooljaar bespreken de leerkrachten de gedragsregels van de school in de groepen. Hierna worden samen met de leerlingen groepsafspraken gemaakt met betrekking tot gedrag en omgang met elkaar. Deze worden ook zichtbaar in de klas gemaakt. - In de hele school werken we met de sociaal emotionele methode ‘Leefstijl’ waarin thema’s worden behandeld die te maken hebben met sociaal-emotionele vaardigheden voor jonge mensen die aansluiten bij de leergebied specifieke kerndoelen als wel bij de leergebied overstijgende kerndoelen van het primair onderwijs. Binnen Leefstijl komen de leerlingen in aanraking met een groot aantal onderwerpen die een actief burgerschap en de sociale integratie bevorderen. - De leerkracht ontvangt en begroet de leerlingen bij het begin van de dag. - De leerkracht kijkt de leerlingen aan als hij met hen spreekt en andersom. - De leerkracht maakt beredeneerde keuzes bij het samenstellen van groepjes leerlingen om het samenwerken te bevorderen. - De leerkracht benoemt de afgesproken gedragseisen en houdt de leerlingen en zichzelf daar consequent aan. - De leerkracht hanteert consequent het pestprotocol. - Regelmatig worden de regels besproken en benoemd. De regels hangen zichtbaar in de klas. - De leerkracht praat alleen met betrokkenen over de leerlingen en hun thuissituatie. - Voor leerkrachten, leerlingen en ouders geldt: respect hebben voor elkaar en voor de omgeving. Algemene schoolregels gelden voor allen en worden door allen nageleefd, waarbij voor eenieder geldt: goed voorbeeld doet goed volgen. - De leerkracht maakt gebruik van positieve en corrigerende maatregelen om gedragingen te veranderen. - De leerkracht neemt tijdens de instructie een centrale positie in de klas in, zodat hij/zij voor alle leerlingen goed te zien is. - De leerkracht hanteert een positief klimaat, en geeft bij voorkeur positieve feedback. - De leerkracht signaleert structureel opvallend gedrag. - De leerkracht bespreekt overtreden gedragsregels met de leerling en checkt of de afspraken hierover bekend zijn. - De leerkracht houdt actief toezicht op het plein tijdens pauzemomenten. -De leerkracht spreekt zijn interesse uit naar de leerling over schoolwerk, spel en culturele achtergronden. De leerkracht bevordert effectieve communicatie tussen thuis en school. minimum - De leerkracht signaleert onzekerheid bij de leerling in leer- en
gedragssituaties en ondersteunt de leerling in zijn behoefte aan veiligheid en acceptatie door dingen samen en/of voor te doen. - De leerkracht koppelt een tweetal leerlingen aan elkaar die elkaar ondersteunen in het werk; bijvoorbeeld een dyslectische leerling krijgt een goede lezer als ondersteuner naast zich (maatje, tutor). - Iedere leerkracht is op eigen manier bezig met complimenten en positieve benadering gericht op het individu. - De leerkracht bespreekt risico leerlingen tijdens de groep/leerlingbespreking. - Via een goede overdracht van leerkracht op leerkracht kan er Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
27
geanticipeerd worden op specifiek gedrag van bepaalde leerlingen.
02: Pedagogisch handelen gericht op de competentie Basis
- De leerkracht spreekt zijn vertrouwen uit in de leerlingen in het omgaan met elkaar. Hij gaat hierbij uit van hoge, maar realistische verwachtingen. - De leerkracht gebruikt de methode voor sociaal emotionele ontwikkeling Leefstijl. - De leerkracht laat zien, dat hij het gewenste gedrag heeft opgemerkt in woord en gebaar. Bijvoorbeeld door een duim op te steken. - De leerkracht sluit elk dagdeel af met positieve feedback op het gewenst gedrag, gericht op het werk dat de leerlingen hebben gedaan (product gericht). - De leerkracht spreekt met de leerlingen over hun kwaliteiten om hen bewust te maken van hun mogelijkheden. - De leerkracht signaleert structureel opvallend gedrag. - De leerkracht geeft les volgens het directe instructiemodel (benoemen van het doel van de les, inoefenen en evalueren) Minimum De leerkracht bespreekt met een leerling zijn gedragsmogelijkheden en
ondersteunt hem door vertrouwen uit te spreken in zijn capaciteiten. - De leerkracht schrijft het bereiken van gewenst gedrag toe aan de inzet van de leerling zelf. - De leerkracht vergelijkt de leerling met zichzelf. - De leerkracht bespreekt risicoleerlingen tijdens de groepsbespreking. - De leerkracht bevordert effectieve communicatie tussen thuis en school. - De leerkracht bespreekt risicoleerlingen in het zorgteam. - De leerkracht maakt een OPP voor deze leerling
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
28
03: Pedagogisch handelen gericht op de autonomie Basis
De leerkracht gebruikt de methode voor sociaal emotionele ontwikkeling Leefstijl. - De leerkracht daagt alle leerlingen uit om aan het woord te komen en geeft de leerlingen de ruimte om hun gedachten en gevoelens onder woorden te brengen. - De leerkracht daagt de leerlingen uit om mee te denken over belangrijke gedragsregels in de groep. - De leerkracht herinnert de leerlingen via complimenten aan de opgestelde gedragsregels. - Leerlingen maken afspraken met elkaar. - De leerkracht laat de leerlingen mee denken en mee beslissen over (feestelijke) activiteiten in de groep. - De leerkracht laat de leerlingen een eigen aandeel hebben o.a. bij het verzorgen van de voorstellingen van hun groep. - De leerkracht creëert onderwijsleersituaties, bijvoorbeeld tijdens het kringgesprek, waarin leerlingen elkaar de ruimte geven voor een eigen inbreng, en waardeert die positief. - De leerkracht zorgt voor verschillende werkvormen Bijvoorbeeld het maken van een bouwwerk, het plakken van een collage, het schrijven van een verhaal, de invulling van de voorstellingen. - De leerkracht bespreekt met de leerlingen hoe zij om kunnen gaan met leerlingen in de groep die extra onderwijsbehoeften hebben en maakt hierover afspraken.
Minimum De leerkracht bespreekt met de leerlingen het verantwoordelijk zijn voor
elkaar. - De leerkracht bespreekt met de leerlingen hoe zij zelfstandig hun problemen kunnen oplossen. - De leerkracht bespreekt met de leerlingen hoe om te gaan met verschillen tussen leerlingen wat betreft zelfstandigheid, werkniveau en het dragen van verantwoordelijkheid. - De leerkracht bespreekt risicoleerlingen tijdens de groepsbespreking. - De leerkracht bevordert effectieve communicatie tussen thuis en school. - De leerkracht bespreekt risicoleerlingen in de ZAT vergadering.
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
29
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
30
Hoofdstuk 8 Klassenmanagement Klassenmanagement bestaat zoveel mogelijk uit structureren van ruimte, tijd en activiteit zodat de leerkracht de geplande activiteiten uit kan voeren. We onderscheiden hierbinnen de organisatie van de fysieke ruimte en de organisatie van de ruimte rondom het lesgeven, waarbij het leerkrachtgedrag en de leerkrachtvaardigheden een belangrijke rol spelen. 01: Ruimte Plus
Basis - De klassenregels hangen zichtbaar in de klas.
- De klok en time-timer hangen op een zichtbare plaats in de klas. - De dagplanning staat op het bord. - Het materiaal ligt op vaste plekken en kunnen door leerlingen zelf gepakt en opgeruimd worden op vaste plaatsen. - De computers staan op een overzichtelijke plaats, zodat de leerkracht kan zien wat de kinderen doen, maar andere kinderen niet worden afgeleid. - De klas is zo ingericht dat er ruimte is voor een instructieplaats. - De leerlingen weten waar ze het gemaakte werk kunnen inleveren/neerleggen. - De wisseling van de les verloopt rustig, de leerkracht begeleidt de wisseling. - In de groep is een klassenmap beschikbaar waarin:
Minimum - Er zijn indien nodig kleine time-timers beschikbaar voor op de tafel van de
leerling. - Er zijn plekken in de klas/gang aanwezig waar kinderen apart kunnen werken, of in de klas een plek los van de tafelgroep waar rustig kan worden gewerkt. - Er zijn koptelefoons beschikbaar ter ondersteuning bij de computer. - Er wordt gebruik gemaakt van aanpakkaarten voor kinderen met Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
31
aandachts-en werkhoudingsproblemen. Er zijn koptelefoons, studybuddy’s, wiebelkussens om leerlingen de kans te geven om rustig te werken.
02: Tijd Plus - De leerkracht laat de leerling een deel van de leerstof zelfstandig
verwerken. - De leerkracht zorgt dat er voldoende (verdiepings/verrijkings)materiaal beschikbaar is waar de kinderen zelfstandig mee aan de slag kunnen als het basiswerk klaar is. - De leerkracht zorgt voor compacting - en verrijkingsmateriaal.
Basis
- De leerkracht gebruikt een rooster waarin hij alle lessen plant. - De leerkracht houdt zich aan de roostertijden ( met uitzondering voor speciale momenten). - De leerkracht werkt volgens een vast dagrooster , dit is een duidelijk rooster ook voor invalkrachten. - De leerkracht geeft duidelijk aan hoeveel tijd de kinderen hebben om hun taak af te maken. - De leerkracht maakt duidelijke afspraken wat betreft het huiswerk. - De leerkracht maakt duidelijke afspraken wat betreft de toetsen.
Minimum
- De leerkracht maakt voor de leerling een planning m.b.v. een stappenplan of pictogrammen of maakt samen met de leerlingen een planning.
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
32
03: Activiteit Plus
Basis
- De leerkracht legt de materialen voor de les zo klaar dat de leerlingen ze zelf kunnen pakken. - De leerkracht vertelt voor de les of er sprake is van:
- De leerkracht geeft de tijdsplanning aan. - De leerkracht vertelt een paar minuten voor het eind van de les wanneer de les eindigt. Hierna krijgen de leerlingen nog enkele minuten om hun werk af te maken. - Doel van de les wordt zoveel mogelijk voorafgaand aan de les aan de leerlingen verteld (directe instructiemodel). - Aan het eind van de les wordt kort geëvalueerd of het doel van de les is bereikt. - De leerkracht geeft aan hoe leerlingen die hun werk afhebben kunnen nakijken en verbeteren. - De leerkracht zorgt voor voldoende correctiemateriaal. - De leerkracht zorgt ervoor dat er voor leerlingen die klaar zijn met het opgegeven werk, altijd over zinvol extra werk kunnen beschikken.
Minimum De leerkracht legt materialen voor de leerlingen klaar op een afgesproken
plaats of op de tafel van de leerling. De leerkracht zoekt aangepast materiaal voor de leerlingen. De leerkracht ondersteunt de leerlingen bij startproblemen.
Onderwijsprofiel februari 2014 Passend Onderwijs Haarlemmermeer
33