Onderwijs en Examenregeling
Medewerker Maatschappelijke Zorg Crebo 92650 – niveau 3 – BOL Cohort 2010 September 2010 – Februari 2013
Vitalis college ROC West Brabant Brinnr 25LX
Inhoudsopgave 1 Woord vooraf .............................................................................................................................................. 2 2 Leeswijzer................................................................................................................................................... 3 3 Alles over het beroep.................................................................................................................................. 4 3.1 Wat doet een medewerker maatschappelijke zorg?............................................................................ 4 3.2 Wat kun je met je opleiding doen?....................................................................................................... 5 4. Alles over de opleiding .............................................................................................................................. 7 4.1 Informatie over het onderwijs en het leren........................................................................................... 7 4.2 Wat ga je leren..................................................................................................................................... 7 4.3 Hoe is je opleiding ingedeeld?........................................................................................................... 11 e 1 jaar BOL 2010-2011 ............................................................................................................................... 17 4.4 Alles over de beroepspraktijk............................................................................................................. 18 4.5 Studiebelasting .................................................................................................................................. 18 5 Alles over begeleiding .............................................................................................................................. 19 5.1 Begeleiding bij het leren..................................................................................................................... 19 5.2 Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering .................................................................... 21 5.3 Begeleiding bij het kiezen van een andere studie ............................................................................. 21 5.4 Klachten ............................................................................................................................................. 21 5.5 Help: ik voel me bedreigd, geïntimideerd of gediscrimineerd............................................................ 21 6 Alles over beoordeling .............................................................................................................................. 22 6.1 Beoordelen om te leren en beoordelen om te kwalificeren ............................................................... 22 6.3 Studievoortgang................................................................................................................................. 28 6.4 Examen beoordelingsvormen ............................................................................................................ 30 6.5 Examens en het diplomeren .............................................................................................................. 31 6.6 Hoe is de organisatie van de examinering geregeld? ....................................................................... 32 6.7 Welke resultaten/bewijzen bewaart de school?................................................................................. 33 6.8 Waar kun je terecht als je het met een beslissing niet eens bent? ................................................... 33 7 Inspectie ................................................................................................................................................... 34 8 Addendum ................................................................................................................................................ 34 Bijlagen ........................................................................................................................................................ 35 1.Overzicht mbo – Competenties ............................................................................................................ 36 2.Leren, Loopbaan en Burgerschapscompetenties, Nederlandse Taal .................................................. 37 3.Taal competentieprofiel:........................................................................................................................ 41 4.Top – model .......................................................................................................................................... 42 5.Kwalificatiedossier ................................................................................................................................ 48 6.Diverse documenten op website........................................................................................................... 49 Verklarende woorden en begrippenlijst en afkortingen ............................................................................... 50
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
1
1 Woord vooraf Welkom op het Vitalis college, bij het cluster Welzijn Je hebt gekozen voor de opleiding Maatschappelijke zorg Bij het Vitalis college leiden we op vanuit de volgende missie: Groeien kan het beste als je jezelf kwetsbaar opstelt en je durft te verbinden. Wij scheppen de voorwaarden om je op te laten stellen en je te laten raken door de meerwaarde die je kunt hebben voor de maatschappij. Wij vragen van studenten zich te verbinden met elkaar en met de maatschappij. En gezamenlijk op te trekken in groei en maatschappelijke waarde. Hierin maken wij geen onderscheid tussen studenten en medewerkers.
Henny Verbeek, Algemeen directeur Vitalis college Yvonne Vincenten Clustermanager Welzijn
Algemene informatie brin – nummer naam van de instelling crebo nummer naam van de opleiding
25LX ROC West-Brabant, Vitalis college 92650
landelijk orgaan leerweg (bol/bbl) Niveau Cohort Ingangsdatum
Medewerker maatschappelijke zorg Calibris BOL 3 2010 - 2011 September 2010
Vervaldatum Datum waarop het bevoegd gezag de OER heeft vastgesteld Datum waarop de OER bekendgemaakt is
Februari 2013 Juli 2010 Juli 2010
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
2
2 Leeswijzer Beste student(e), Dit is de Onderwijs- en Examenregeling. We korten dit af tot OER. Met deze OER willen we je wegwijs maken in de opleiding waarvoor je gekozen hebt. De OER is een belangrijk onderdeel van de onderwijsovereenkomst die je met het ROC West-Brabant hebt gesloten. Wat kun je vinden in deze OER? Je kunt over de volgende onderwerpen informatie vinden: • De opleiding in het algemeen. • De manier waarop de opleiding geregeld is. • De manier waarop de BPV of je vorming in de beroepspraktijk geregeld is. • De beoordelingen en de examentoetsen. • De examencommissie. In de bijlage van deze OER vind je een verwijzing naar het examenreglement van het Vitalis college en regels die voor jou als student belangrijk zijn. Naast deze regels vind je in de bijlage ook de verantwoording van het onderwijs. Op basis daarvan wordt jouw diploma geldig. Deze opleiding gaat uit van het kwalificatiedossier Maatschappelijke zorg 2010 en het daarbij horende document Leren, Loopbaan en Burgerschap. Daarnaast zijn er voorgeschreven richtlijnen betreffende Nederlands. Op portal voor studenten staat nog veel meer informatie over het Vitalis college en je opleiding.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
3
3 Alles over het beroep 3.1 Wat doet een medewerker maatschappelijke zorg? Maatschappelijke zorg in het kort Je kunt komen te werken bij instellingen die ondersteuning en zorg geven op gebied van persoonlijke verzorging, wonen, dagbesteding of vrije tijd. Denk hierbij aan bijvoorbeeld: • een kleinschalige woonvorm voor ouderen of gehandicapten, • een dak- en thuislozen tehuis, • een psychiatrisch centrum, • een zorgboerderij, • een verzorging- of verpleeghuis, • een sociale werkplaats. Je streeft ernaar mensen in de maatschappelijke zorg, ook wel cliënten genoemd, zo zelfstandig mogelijk te laten functioneren in hun eigen omgeving en als lid van de samenleving. Je krijgt te maken bijvoorbeeld: • mensen met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking en/of zintuiglijke beperking • mensen met een psychiatrische aandoening • mensen met een verslavingsprobleem • mensen met een psychosociaal of gedragsprobleem • mensen met ouderdomsklachten • mensen die dak- of thuisloos zijn • vrouwen ( en hun eventuele kinderen) en mannen die te maken hebben gehad met huislijk geweld • a.s. tienermoeders • mensen die in justitiële inrichtingen verblijven • mensen die asiel zoeken in Nederland • mensen met een combinatie van problemen Jouw werk op niveau 3 in de maatschappelijke zorg • Een medewerker maatschappelijke zorg werkt als begeleider of groepsleider (ineen activiteitencentrum of woongroep), maar ook als sociaal pedagogisch beroepskracht, supportmedewerker, ondersteuner, groepsbegeleider. • Je levert informatie voor het plan van aanpak. Zo’n plan kan ook wel een handelingsplan, interdisciplinair behandelplan, begeleidingsplan, trajectplan en ondersteuningsplan genoemd worden. Hierin staat beschreven welke ondersteuning je een cliënt moet geven. • Je ondersteunt individuele cliënten of een groep cliënten zo goed mogelijk op gebied van persoonlijke verzorging, bij wonen, scholing, sport en vrije tijd. Wat voor ondersteuning een cliënt nodig heeft en welke wensen hij* heeft, is niet altijd duidelijk. Soms moet je achterhalen wat de wensen van de cliënt zijn. Je past de ondersteuning aan bij vragen, behoeften, voorkeuren, mogelijkheden, achtergrond en cultuur. Je houdt daarbij de begeleidingsdoelen en -afspraken, die beschreven staan in het plan van aanpak, als richtlijn. • Je stimuleert de cognitieve, motorische, sociale, emotionele en creatieve ontwikkeling van cliënten bij activiteiten. Bijvoorbeeld bij muziek maken, knutselen, boodschappen doen, koken, huiswerk maken, sporten. Daarbij schat je voortdurend in met welk handelen je het MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
4
• • •
beste resultaat kunt verkrijgen: motiveren, enthousiasmeren, coachen, ondersteunen, activeren (overhalen tot activiteiten), sturen of zorg overnemen. Zo nodig pas je de begeleiding aan, als er veranderingen bij de cliënt of in de situatie optreden. Daarnaast lever je ook een bijdrage aan de opvoeding van jonge cliënten. Je voert activiteiten met een groep cliënten uit en zorgt dat ze gemotiveerd de activiteit uitvoeren. Je zorgt voor een goede sfeer en houdt de voortgang de cliënten tijdens de activiteit in de gaten. Zo nodig pas je de activiteit aan. Als je veranderingen opmerkt in het gedrag en de gezondheid van de cliënt of in de situatie, dan kan je de ondersteuning aanpassen en zo nodig op tijd ingrijpen. Indien nodig geef je veranderingen door aan je leidinggevende en aan je team. Verder ben je op de hoogte van ziektebeelden, handicaps en problemen, die bij de cliënten voorkomen. Je weet welke gevolgen deze ziektebeelden, de handicaps en problemen voor de cliënt kunnen hebben.
Jouw sector Je bent actief in de sector sociaalagogisch werk in de branches gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg, ouderenzorg, maatschappelijke opvang, ziekenhuizen, welzijnsinstellingen, sociale werkplaatsen, penitentiaire inrichtingen of asielzoekerscentra. Meer weten? Heb je nog vragen over dit beroep, ben je nog niet zeker of dit bij je past of wil je van anderen horen wat zij van dit beroep vinden? Kijk dan op www.gobnet.nl Deze beroepsbeschrijving is opgesteld in opdracht van Calibris. Het kenniscentrum voor leren in de praktijk in Zorg, Welzijn en Sport. www.calibris.nl Jouw kwaliteiten Je hebt direct contact met cliënten, daarom is jouw persoonlijkheid doorslaggevend. Je gaat een professionele relatie met de cliënten aan. De ontwikkeling van deze kwaliteiten en eigenschappen kunnen je daarbij helpen: • Betrokken: je hebt interesse in maatschappelijke vraagstukken in het algemeen en in jouw cliënt specifiek. Vanzelfsprekend met de nodige professionele afstand. • Empathisch: je kunt je inleven in de situatie van de cliënt en je ziet, waardeert en respecteert zijn kwaliteiten, talenten en mogelijkheden. • Assertief: je kunt op een juiste, positieve manier voor jezelf opkomen. • Representatief: als vertegenwoordiger van jouw organisatie houd je van een positieve en professionele uitstraling. • Integer: je bent betrouwbaar en handelt volgens ethische normen en de beroepscode.
3.2 Wat kun je met je opleiding doen? Jouw toekomst Je kunt na je opleiding Medewerker maatschappelijke zorg een leuke baan zoeken, maar nog even doorleren kan ook. Je kunt doorstromen naar een niveau 4 opleiding, zoals de opleiding Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg of Persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen. Of je kunt kiezen voor andere MBO opleidingen op niveau 4, zoals Pedagogisch werker, Sociaal cultureel werker, Onderwijsassistent, Sociaal-maatschappelijk dienstverlener of MBO
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
5
Verpleegkundige. Met het diploma Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg of Persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen kun je doorstromen naar HBO opleidingen, bijvoorbeeld de opleiding Sociaal pedagogische hulpverlening of de opleiding HBO Verpleegkunde.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
6
4. Alles over de opleiding 4.1 Informatie over het onderwijs en het leren Het onderwijs binnen het Vitalis college is competentiegericht. Dit betekent dat wij je opleiden om het vermogen te ontwikkelen probleemoplossend te werken in beroepssituaties. We sluiten het onderwijs zoveel mogelijk aan op jouw specifieke ervaring. Het doel is dat je aantoont succesvol te kunnen functioneren in de beroepscontext / beroepssituatie. Om dit te bereiken richt het onderwijs zich op het integreren van kennis, vaardigheden en houdingsaspecten, dus op een mix van kennen, kunnen, willen en zijn.
4.2 Wat ga je leren De inhoud van de opleiding is vastgesteld door de minister en beschreven in het Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg. Daarnaast zijn aanvullende eisen gesteld m.b.t. Leer-, Loopbaan- en Burgerschapscompetenties, Nederlandse taalvaardigheden, vreemde taal en rekenen. Al deze onderdelen van de opleiding zijn door de minister vastgesteld en dus wettelijk verplicht. Dit alles komt aan bod tijdens de opleiding. Om een diploma te ontvangen moet je aan de eisen van het Kwalificatiedossier, taalvaardigheid, rekenen en LLB voldoen. Kwalificatiedossier Het kwalificatiedossier geeft een beeld van wat je moet beheersen. Het dossier bestaat uit verschillende onderdelen en beschrijft de competenties van de beginnend beroepsbeoefenaar. De beroepscompetenties zijn geformuleerd in kerntaken, met werkprocessen, competenties en componenten. Het kwalificatiedossiers is te vinden op de site van Calibris. (www.calibris.nl ) Leren, loopbaan en burgerschap (LLB) Je gaat leren hoe te leren, hoe je jezelf kunt voorbereiden op je loopbaan en je burgerschap. LLB- onderwerpen komen deels aan de orde als onderdeel van een beroepsprestatie. Soms wordt er apart aandacht aan besteed in de vorm van een workshop, een webquest of een opdracht. Je werkt zelf en deels zelfstandig aan LLB-competenties, waardoor je op het eind van de opleiding jouw ontwikkeling hierin kunt aantonen. Vreemde talen, Nederlands en rekenen Je krijgt in je beroep te maken met werkzaamheden waarbij een bepaald beheersingsniveau van de Nederlandse taal nodig is. Denk aan het schrijven van rapportages. Bij de start van de opleiding krijg je een test (0-meting), waardoor zichtbaar wordt op welk niveau je de taalvaardigheden beheerst. In de opleiding oefen je met deze vaardigheden Er wordt specifiek aan je taalvaardigheid gewerkt via Nederlandse taal (rooster). Voor studenten die een achterstand moeten inhalen is extra ondersteuning beschikbaar. Ook de eisen aan rekenen en vreemde taal zijn per kwalificatiedossier geformuleerd.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
7
Je vindt hieronder • Overzicht van kerntaken en werkprocessen uit het kwalificatiedossier. • Overzicht 25 MBO-competenties • De kerntaken van LLB • De beschrijving van het vereiste taalniveau.
Overzicht van kerntaken en werkprocessen uit het kwalificatiedossier
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
8
Overzicht 25 MBO-competenties: Voor het MBO zijn op Europees niveau 25 competenties geformuleerd. Aan een competentie hangen verschillende componenten. Per opleiding is bij de kerntaken/werkprocessen bepaald aan welke competenties en componenten je moet voldoen. (8 factoren, 25 competenties, 126 componenten)
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
9
Leren, Loopbaan en Burgerschap Het document Leren, Loopbaan en Burgerschapscompetenties beschrijft kwalificatie-eisen ten aanzien van leren, loopbaan en burgerschap. Overzicht kerntaken in het document Leren, Loopbaan en Burgerschap Kerntaken 1. Benoemt zijn eigen ontwikkeling en gebruikt middelen en wegen om daarbij passende leerdoelen te bereiken 2. Stuurt de eigen loopbaan
3. Participeert in het politieke domein in besluitvorming en beleidsbeïnvloeding 4 .Functioneert als werknemer in een arbeidsorganisatie 5. Functioneert als kritisch consument
6. Deelnemen in sociale verbanden en respectvol gebruiken van de openbare ruimte 7. Zorgt voor eigen gezondheid
Nederlands: taalvaardigheden
Werkprocessen en competenties Benoemt leerdoelen voor de eigen ontwikkeling (J M N W) Inventariseert geschikte manieren van leren (N O) Kiest bij de situatie en bij zichzelf passende manieren van leren (A M O) Plant haar eigen leerproces en voert het uit (A Q) Evalueert de gekozen manier van leren (M P) Reflecteert op eigen kwaliteiten en motieven (D G M N) Onderzoekt welk werk er is en wat bij haar past (D G M N) Stuurt de eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn (A G N U W) 3.1 Oriënteert zich op onderwerpen waarover politieke besluiten genomen worden (M N) 3.2 Vormt een eigen mening (A M) 3.3 Onderneemt acties naar aanleiding van gemaakte keuzen (A H T) 4.1 Gedraagt zich als werknemer bij het uitvoeren van werk (F P S T U V) 4.2 Maakt gebruik van werknemersrechten (A E H N T) 4.3 Stelt zich collegiaal op (E F) 5.1 Oriënteert zich op de consumentenmarkt en houdt rekening met eigen wensen en mogelijkheden (E J M N P) 5.2 Onderneemt acties om producten en diensten aan te schaffen (A H N T) 6.1 Neemt deel in diverse sociale verbanden en leeft in de openbare ruimte (A D E F N) 6.2 Voert activiteiten uit voor de leefbaarheid van haar sociale omgeving (A E Q T) 7.1 Zoekt informatie over een gezonde leefwijze (A M N) 7.2 Beslist op basis van informatie en handelt ernaar (A F L) 7.3 Onderneemt activiteiten om de gezondheid te bevorderen (E K L T) N3 Luisteren en lezen, spreken en schrijven op F2 N4 Luisteren en lezen, spreken en schrijven op F3
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
10
Nederlandse taalbeheersing
Mondelinge taalvaardigheid 4F 3F 2F 1F
Leesvaardigheid
X X
Schrijfvaardigheid Taalverzorging en taalbeschouwing
X X
X X
X X
Meten en meetkunde
Verbanden
Rekenen Getallen
4F 3F 2F 1F
Verhoudingen
X X
X X
X X
X X
Zie ook bijlage voor een beschrijving van het vereiste taalniveau voor jouw opleiding.
4.3 Hoe is je opleiding ingedeeld? Wanneer komt wat aan bod tijdens de opleiding?
Periode 1 en 2: Periode 1 BOL Per 1 W1 W2 W3 W4 W5
PGO
Vaardigheid
College
Workshops/WQ
Ontwikkeling zelfbeeld?? LP2 Groepen in de samenleving. LP5 Waarden/normen
Zelfbeeld 1
Beeld van welzijn
•
LP2 Zelfbeeld 2
LP5 Werkvelden OA
•
LP2 Gesprekstechn.1
LP5 Werkvelden MMZ
LP2 Gesprekstechn.2
LP5 Werkvelden SCW
•
LP2 Interview
LP5 Werkvelden PW
•
LP3 Groepsrollen, teamsamenwerking LP3 Beroepshouding
LP5 LP2 LP5 Doelgroepen Presenteren 1 Communicatie welzijn LP5 LP2 LP3 W7 Functies/disciplines Presenteren 2 Leer- Loopbaan in instellingen en Burgerschap LP5 LP2 LP1 *WS Wegwijzer incl. reflecteren, leerdoelen, pop/pap en portfolio. W6
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
• •
WS Wegwijzer*, LP1 WS Drama (basis) LP2 WS Praktijk voorbereiding** LP5 (PW niet) WS Tuin/natuur LP3 (PW) WQ Informatie vaardigheden en info OLC LP4 WQ Leerstijlen en leer – vaardigheden LP4
11
**WS Praktijkvoorbereiding: COL BPV erin verwerkt. PW andere WS (tuin en natuur) Periode 2 BOL Per 2 W1
PGO
Vaardigheid
WQ/opdracht
Workshops
Mond. Rapport.
•
•
W3
Politieke besluitvorming, Burgerschap KT3 Invloed van reclame Burgerschap KT5 Verslaving
LP3 Assertiviteit
W4
Burgerschap KT7 Sociale zekerheid
LP3 Onderhandelen
Burgerschap KT4 Religies en overtuigingen Burgerschap KT6 Discriminatie
LP3 Conflicthantering
W2
W5 W6
LP3 Feedback
LP3 Waarnemen
•
• •
LLB-Opdracht Actualiteit Burgerschap (zie SLBboek) WQ Ontwikkeling 0-18 jaar (LP5?) WQ 18 jr en ouder (LP5?) WQ LLB naar keuze KT afhankelijk van keuze
• •
WS Assertiviteit LP3 WS Drama (rollenspel) LP2? WS Creatief (nieuw) LP 3.
Burgerschap KT6 LP4 Ethiek Vrijheid Observatie basis meningsuiting Burgerschap KT6 LP4 LLB KT1 Leren: LP 1, 3, 4, LLB KT2 Loopbaan: LP 1, 2, 5 W7
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
12
Periode 3 BOL (N3 en N4) BOL Per 3 W1 W2 W3 W4 W5 W6 W7
PGO
Vaardigheid
College
Workshops
Observeren BP1.1 Persoonlijk/zorgplan BP1.2 Totaalcommunicatie BP1.1 Woonvoorzieningen BP1.2 Verstand. Beperking BP1.2 Psycho-soc. Beperking BP1.2 Lich. Beperking BP1.2
Observatiemethodieken BP1.3 Observatie rapportage BP1.3 Non-verbale communicatie BP1.1 Begeleiden van de cliënt BP1.3 Activiteitenplan 1 BP1.3 Activiteitenplan 2 BP1.3 Voorlichting/milieuvoorsch riften. BP1.2
Geschiedenis welzijnwerk BP1.1 Methodisch handelen BP1.3 Ontwikkelingstoornissen BP1.2 Groepsdynamica BP1.2 Zelfzorg/mantelzorg BP1.2 GVO (uit P2 BOL 2009) BP1.2 Arbo en CAO LLB
Verplicht: • Check-In-bus • Beeldend
Opdrachten LLB in Begeleid zelfst. werken
Periode 4 BOL (N3 en N4) BOL Per 4 W1 W2 W3 W4 W5 W6 W7
PGO
Vaardigheid
Anatomie BP1.4 Fysiologie BP1.4 Pers hygiëne BP1.4 Voeding BP1.2 Ergonomie BP1.2 Vraag gestuurd werken BP1.3 Protocollen BP1.2
Haptonomie BP1.3 ADL verzorging 1 BP1.4 ADL verzorging 2 BP1.4 ADL verzorging 3 BP1.4 Pols, bloeddruk, temperatuur BP1.2 Eten en drinken BP1.2 Mobiliteit en tiltechnieken BP1.2
Workshops
Keuze: 1x keuze uit externe WS’s 2x keuze uit interne WS’s
Opdrachten LLB in Begeleid zelfst. werken
Leerjarenoverzicht Het jaar is verdeeld in 4 perioden van 9 weken. Elke periode bestaat uit 7 lesweken, 1 bufferweek en 1 reflectieweek. MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
13
In de lesweken volg je alle onderwijsactiviteiten volgens een vast rooster. In de buffer- en reflectieweken zijn allerlei activiteiten gepland op de schooldagen, waaronder workshops, SLBgesprekken, voorgangbeoordelingen, inhaalmomenten, enz. Voor elke buffer- en reflectieweek wordt een rooster tijdig bekend gemaakt. De onderwijsactiviteiten die gepland zijn in de lesweken, kun je vinden in de voorbeeldroosters van betreffende periode en leerjaar in de studiegids.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
14
Leerlijnen Het onderwijs is opgebouwd middels leerlijnen, die het leren, de begeleiding en de beoordeling vorm geven. De integrale leerlijn is de centrale leerlijn, de andere leerlijnen zijn ondersteunend aan de integrale leerlijn. Leerlijn
Het leren is gericht op het
Leeractiviteiten
Integrale lijn of BPV-leerlijn
ontwerpen of maken van een beroepsproduct of het verlenen van een dienst, zoals in de reële beroepspraktijk voorkomt construeren van kennis door probleemsituaties te analyseren aan de hand van een stappenplan. aanleren van vaardigheden en deelvaardigheden in samenhang met de conceptuele leerlijn. reflecteren op leersituaties. Doel: het beroepsmatig handelen voortdurend te verbeteren.
Werken aan beroepsprestaties in de BPV Werken aan integrale opdrachten
Conceptuele leerlijn
Vaardigheden leerlijn Studieloopbaan of reflectielijn
PGO, college, Workshops Werken aan opdrachten en webquests verwerken vanuit WAPB. Workshops Vaardigheidstraining Studieloopbaanbegeleiding Leerdoelen formuleren (POP en PAP) Competentieontwikkeling zichtbaar maken in je PF.
De leerlijnen zijn terug te vinden in het leerplan, het rooster en het beoordelingsplan. In de leerlijnen vindt doorlopend beoordeling plaats. Deze beoordeling is gericht op je ontwikkeling. (Formatief, beoordelen om te leren, ontwikkelingsgericht beoordelen)
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
15
Consortiummethodiek We werken met de methodiek van Stichting Consortium Zorg en Welzijn. In deze methode zijn de kerntaken van het kwalificatiedossier ingedeeld in fasen, met beroepsprestaties. Deze vormen de BPV- leerlijn. Het studieprogramma is ingericht volgens en met behulp van deze fasen. Iedere fase is weer onderverdeeld in kleinere eenheden, de beroepsprestaties. Alle onderwijsactiviteiten (PGO, vaardigheid, Workshops, College, integrale opdrachten, webquests) zijn ondersteunend aan de beroepsprestaties. Alle opleidingen starten met de Intro. Daarna volgen per opleiding de beroepsspecifieke beroepsoriëntaties, ingedeeld in 3 fasen.
MMZ N3 P1-2 P3-4 P5-6 P7-8
BOL Intro BP-1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften BP-2.1 Omgaan met grensoverschrijdend gedrag BP-2.2 Begeleiden van een groep BP-2.3 Begeleiden van de individuele cliënt BP-2.4 Begeleiden bij wonen en huishouden BP-3.1 Kwaliteitszorg en deskundigheidsbevordering BP-3.2 Verdiepen in de doelgroep
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
16
Hoe ziet een lesweek eruit? In alle studiejaren zal je lesweek bestaan uit een aantal vergelijkbare onderdelen: je voert opdrachten in de beroepspraktijk uit, je oefent op school o.a. vaardigheden en je krijgt theorie. Je leert te werken volgens een bepaalde methode, de Wegwijzer. In de Studieloopbaan uren, krijg je begeleiding over je studievoortgang en bespreek je jouw portfolio. Je lesweek kan veranderen in de loop van de opleiding. 1e jaar BOL 2010-2011 Periode 3 Cohort 2010 Weekrooster 1e jaar BOL
Periode 3
Maandag Workshop
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Workshop
1
08.30 - 09.00
2
09.00 - 09.30
3
09.30 - 10.00
4
10.00 - 10.30
5
10.45 - 11.15
6
11.15 – 11.45
7
11.45 - 12.15
8
12.45 - 13.15
9
13.15 – 13.45
10
13.45 - 14.15
11
14.30 – 15.00
12
15.00 -15.30
13
15.30 - 16.00
Begeleid zelfstandig
Begeleid zelfstandig
14
16.00 - 16.30
Werken BP 60 min.
Werken LLB 60 min.
15
16.30 - 17.00
. 120 min. Vaardigheid
120 min. College
60 min. Skills
PGO 60 min.
Verwerkingsopdracht 60 min.
Engels/rekenen 60 min. SLB/BP
60 min. Praktijkdag Studieplein.
60 min. SLB Alg.
90 min. 60 min. Terugkoppelen
SLB/ Burgerschap 60 min.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
Praktijkd
60 min.
420 min.
60 min. SLB Alg. 60 min.
17
4.4 Alles over de beroepspraktijk In de Praktijkovereenkomst (P.O.K.) wordt vastgelegd waar je de praktijk uitvoert en voor welke periode. BOL: Gedurende de gehele opleiding is het schoolse leren en het leren in de praktijk gecombineerd. Vanaf periode 2 ga je gedurende twee dagen naar de beroepspraktijk. Periode 2 is bedoeld om je te oriënteren op het beroep en de praktijk. Je werkt deze periode aan algemene leerdoelen. Vanaf periode 3 start je met de beroepspecifieke opdrachten of prestaties in de praktijk. Vanaf periode 7 (halverwege het tweede studiejaar) ga je vier dagen naar de praktijk. De school zorgt voor een praktijkplaats.
4.5 Studiebelasting Wil je precies weten hoe de verdeling van de uren eruit ziet? Kijk dan in de bijlage bij TOPmodel.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
18
5 Alles over begeleiding 5.1 Begeleiding bij het leren Onder studieloopbaanbegeleiding verstaan we alle activiteiten die erop gericht zijn om je te begeleiden bij een resultaatgerichte studieloopbaan. Studieloopbaan(planning) is het leerproces waarin je gericht informatie verzamelt over kenmerken, mogelijkheden en eisen van opleiding en beroep. Je krijgt inzicht in je eigen capaciteiten, interesses, waarden, persoonskenmerken en ontwikkeling van competenties. Je krijgt een begeleider (SLB-er) toegewezen met wie je resultaten en ontwikkeling van je leerroute bespreekt. Taken van de SLB-er: Begeleiden bij het zelfverantwoordelijk ‘leren leren’: Begeleiden op het persoonlijk vlak Het is de bedoeling dat je steeds zelfstandiger gaat leren en je zelfverantwoordelijkheid meer toeneemt. Naarmate je competentieontwikkeling toeneemt, neemt de sturing door begeleiders en SLB-er meer af en neemt je eigen sturing toe.
Deelname aan de onderwijsactiviteiten. Het spreekt voor zich dat een actieve deelname in de lessen van wezenlijk belang is. We gaan er vanuit dat je altijd aanwezig bent en een positieve, actieve leerhouding laat zien. Door afwezigheid loop je kans op studieachterstand. We maken de volgende afspraken met je: Je bent altijd volgens rooster aanwezig. Je bent dit in de onderwijsovereenkomst aangegaan. De school houdt een aanwezigheidsregistratie bij. (verplicht vanuit leerplichtwet en studiefinanciering) Jij meldt elk verzuim per dag en per onderwijsvorm met reden (vooraf, op dat moment of achteraf) via de mail aan de SLB-er.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
19
De SLB-er maakt m.b.t. je verzuim een afspraak met je. Het doel hiervan is om samen te zoeken naar mogelijkheden om achterstand en/of verzuim te voorkomen. Gemaakte afspraken leg je zelf ook vast. We houden je daar aan. Als m.b.t. verzuim lastige situaties ontstaan, volgt er een gesprek met een medewerker van het trajectbureau. Hieruit kan een advies volgen om de opleiding te beëindigen. Tweede leerjaar Jouw studievoortgang wordt gedurende de gehele opleiding gevolgd door de SLB-er. Regelmatig worden voortgang- of begeleidingsgesprekken gevoerd, op initiatief van jou en/of van de SLB-er. Op het eind van het eerste studiejaar wordt gekeken of je kunt doorgaan naar het tweede studiejaar. Je zult hiervoor moeten aantonen dat je voldoende voortgang hebt laten zien. Jouw leer- en werkhouding is hierin erg belangrijk. We gaan er van uit dat je aan het eind van het eerste jaar • minimaal 2/3 deel van de ontwikkelingsbeoordelingen LP, BP en VT van leerjaar 1 positief hebt afgesloten • een voortdurende ontwikkeling laat zien in je beroepshouding. Eind periode 4 dienen alle items van de beoordeling Leer- en Werkhouding voldoende te zijn, om de rest van de opleiding positief af te kunnen sluiten. Studenten die niet aan deze voorwaarden voldoen worden besproken in het team waarvan de SLB-er en de coördinator van het trajectbureau deel uit maken. Een negatief bindend studieadvies behoort tot de mogelijkheden. In dat geval kun je de opleiding niet vervolgen. Er wordt dan met jou bekeken wat je verdere studiemogelijkheden zijn, in- of buiten het Vitals college. Praktijkdag periode 2 Voor de BOL-student geldt: Om te kunnen starten in de praktijk, (in periode 2) dien je te bewijzen dat je hiervoor voldoende bent voorbereid. Dit doe je door de ontwikkelingsbeoordelingen te behalen in periode 1 een positieve, actieve houding te laten zien in het leerproces binnen de groep. in de leer- en werkhouding (LW) minimaal item 1 t/m 15 voldoende te scoren. Als je hier niet aan voldoet ga je met een contract (met voorwaarden) naar de praktijk. De voorwaarden in het contract worden na een aantal weken geëvalueerd. Als je geen vooruitgang laat zien, kan dit betekenen dat je de opleiding dient te beëindigen. Je krijgt dan een negatief studieadvies.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
20
5.2 Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering Indicatie wordt bij aanvang of tijdens je studie gesteld. Er volgt een melding bij SS&B (Steunpunt Studie & Beperking) wat kan resulteren in extra begeleidingstijd binnen en/of buitenschools. Aard en omvang van de begeleiding worden bepaald in samenspraak met jou de school en SS&B. Heb je een REC (regionaal expertise centrum) indicatie en LGF (leerling gebonden financiering) dan kan er in overleg met SS&B gekeken worden of dit gebruikt kan worden voor extra begeleiding of voorzieningen. Waarbij in acht wordt genomen dat de leerling tot een beroepsbeoefenaar wordt opgeleid en ook als dusdanig zelfstandig moet kunnen functioneren.
5.3 Begeleiding bij het kiezen van een andere studie Tijdens het doorlopen van je studie kan je soms tot de conclusie komen dat een opleiding binnen de zorg niet haalbaar of wenselijk is. Dit kun je bespreken met je studieloopbaan begeleider. Deze verwijst je door naar het loopbaancentrum. De zorgexpert van het loopbaancentrum gaat verder met je in gesprek en zal samen met jou (en je ouders/verzorgers) kijken naar de te nemen vervolg stappen. Bijv.: Beroepskeuze test, capaciteitentest en of mogelijk doorverwijzen naar 3e lijnszorg.
5.4 Klachten Binnen Vitalis college is er een klachtenregeling. Deze kan op diverse momenten in werking gaan Je kunt een klacht in dienen via de studieloopbaan begeleider, vertrouwenspersoon of servicebureau Meer uitleg kun je vinden in het document Deelnemersstatuut-Klachtenregeling, zie bijlage 7 van dit document. En de klachtenregeling is ook te vinden op Portal.
5.5 Help: ik voel me bedreigd, geïntimideerd of gediscrimineerd Speciaal hiervoor zijn er binnen het Vitalis college een tweetal vertrouwenspersonen aangesteld. De verwijzing naar deze personen kan via de studieloopbaan begeleider, begeleiders, instructeurs, studentenloket of via het servicebureau Ook kan je zelfstandig hier contact mee zoeken. Aan het begin van je opleiding krijg je een folder met de namen van de vertrouwenspersonen en hoe en waar ze te bereiken zijn. Je meldingen worden in vertrouwen behandeld. De directeur van het Vitalis college wordt geïnformeerd over het aantal meldingen en de aard van die meldingen, dit gebeurd zonder de naam van de melder.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
21
6 Alles over beoordeling 6.1 Beoordelen om te leren en beoordelen om te kwalificeren Tijdens de opleiding Medewerker maatschappelijke zorg heb je te maken met verschillende voortgangtoetsen per periode. Beoordelen om te leren heet ontwikkelingsgericht toetsen Het behalen van voldoende resultaten is voorwaardelijk voor deelname aan de examens. Tevens moet het gevolgde onderwijs zijn afgetekend op de aftekenlijsten als voorwaarde om aan de examens te kunnen deelnemen.. Het behalen van examens noemen we kwalificerend (dit zijn de kwalificerende examens). Je studievoortgang bespreek je elke periode met je studieloopbaan begeleider. In onderstaande schema staat aangeven welke toetsvorm wanneer afgerond wordt. Tevens moet het gevolgde onderwijs zijn afgetekend op de aftekenlijsten. Je studievoortgang bespreek je aan het einde van elke periode met je studieloopbaan begeleider.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
22
!
"
#
& #
%$# $
$$
'(
!"
!
)
) *
!
"#$
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
&
23
! "
" "
) &
) *
!
"#$
&
&'( ')'*
$! % &' '"()(* +
!
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
""% !
$'+ !!
24
!
"
,
)
!
""% !
*
'(
!! &
!
$$
"#$
&'$','+ '-
!
""% !
$'+
$! % &' '"()(* +
!!
"
( '.
&'( ','+
"
""% !
$'+ !!
"#$ ( '/'0
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
25
!
"
( '.
&'( ')'* !
&','1'2
$'+
""% ! !! "#$
( '/'0
#
( '.
!
&'( ')'*
&','1'2
$'+
""% ! !!
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
26
&
" + "
# "
", +
!
!
"
"#$
( '/'0
-'
* !
# % " " 3 !
!
" 3
!
*
$! % &' '"()(* +
2 ! ! "
4
( '.
$'+
""% ! !! "#$
( '/'0
&
" +
# "
", +
!
-'
# % "
Werkprocessen cruciaal: 1.1, 1.2, 3.3, 3.4, 3.5 voor niveau 4 ook 2.5. Cruciaal zijn die werkprocessen die algemeen gelden voor het beroep en niet afhankelijk van de werkplek
CE 1 begeleiden bij dagbesteding en CE 2 begeleiden bij wonen en huishouden in fase 2 kwalificerend
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
27
6.2 Beoordeling en je portfolio Tijdens de uitvoering van een kernactiviteit werk je aan de beroepsprestaties. Soms zijn die ontwikkelgericht als voorwaarde om aan een kwalificerend examen deel te nemen. Een aantal Beroepsprestaties zijn kwalificerend, d.w.z. het zijn examens die je voldoende moet af sluiten om je diploma te behalen. Iedere beroepsprestatie moet je geheel voldoende aantonen op een bepaald niveau. Als daaraan is voldaan, gaat dat bewijs in je portfolio. De docent die je begeleid bij deze beroepsprestaties volgt je vorderingen nauwlettend en geeft een go of / no go om door te gaan naar de volgende stap van de opdracht. Eerst maak je een plan (hoe, wat en wanneer). We noemen dit een wegwijzer. Daarna verzamel je bewijzen. Dan laat je de Beroepsprestaties beoordelen door de beoordelaar in de praktijk. Je studievoortgang maak je inzichtelijk in je portfolio. Onderdelen van het portfolio zijn het POP, het PAP, reflectie- en procesverslagen, bewijzen van competent handelen en geleverde beroepsproducten. Je portfolio geeft dus inzicht in je studievoortgang en je eigen leerproces. Je studieloopbaan begeleider volgt dit proces. Samenvattend: 1. Voorwaardelijk/ ontwikkelingsgericht De aftekenlijst van de lessen die je voldoende afrond zijn voorwaardelijk. De ontwikkelingsgerichte beroepsprestaties en de beoordeling hiervan zijn voorwaardelijk De voldoende beoordeling van je portfolio door de Studieloopbaan begeleider is voorwaardelijk 2. Kwalificerend De kwalificerende beroepsprestaties moeten volledig voldaan zijn afgetekend door de beoordelaar op stage inclusief de reflectieverslagen hiervan door de Studieloopbaan begeleider. Het assessment gesprek.
6.3 Studievoortgang Naast de resultaten die in de voortgangsregeling (onderstaand schema) genoemd worden dien je 100 % op school. Indien je hier niet aan voldoet loopt je studievertraging op en kun je niet deelnemen aan het assessment gesprek. Als je achterloopt met de gangbare looptijd van het onderwijs wordt met je studie loopbaanbegeleider bekeken wat het vervolg van je onderwijstraject wordt. Het examenbureau stelt je voortgang vast in overleg met de clusterexamencommissie. Bij het examenbureau kun je tevens een aanvraag doen om te onderzoeken of je recht hebt op vrijstellingen ten aanzien van examenonderdelen. Recente relevante diploma’s of relevante MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
28
eerder verworven competenties kunnen je opleidingstraject verkorten. In het document Examenreglement ROC WB versie competentiegericht onderwijs van het Vitalis college (www.vitaliscollege.nl) kun je de vrijstellingsgronden terugvinden.
1e leerjaar: minimaal tot en met bp 12 2e leerjaar: minimaal tot en met bp 18 Blijft over: 19, 20 Voorbereiding op Assessment gesprek oefen gesprek: P8
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
29
6.4 Examen beoordelingsvormen In deze opleiding is het afsluiten van een kernactiviteit een examen In deze opleiding is het afsluiten van een Beroepsprestatie die kwalificerend is, een examen. Je sluit een hele Beroepsprestatie (kwalificerend) af door: • de beroepsprestaties uit te voeren op het niveau van de beoordelingscriteria en hierbij alle competenties geheel aan te tonen. • een reflectieverslag volgens de STARRT te maken volgens de gestelde eisen en worden door de WAP-docent docent beoordeeld. • een assessment gesprek te voeren door middel van een Criterium Gericht Interview (CGI) met de beoordelaar en deze af te sluiten met een voldoende Voor de afsluiting van de kerntaken van Leren, Loopbaan en Burgerschap worden de projectopdrachten die je maakt bij Burgerschap beoordeeld. Deze moeten allemaal worden behaald. Werkwijze: Als je alle kwalificerende Beroeps Prestaties hebt behaald op het vereiste niveau, maak je hiervan een reflectieverslag. Elk leerjaar sluit je, af met een Assessement gesprek over één of meerdere kwalificerende Beroeps Prestaties. Het assessment gesprek bereid je voor in de week voorafgaand aan het assessment. Tijdens het assessementgesprek voer je d.m.v. een Criterium Gericht Interview, samen met twee beoordelaars (assessoren die hiervoor geschoold zijn) een eindexamengesprek over één of meerdere kwalificerende Beroeps Prestaties. Voor een kwalificerend assessment (CGI) moet je jezelf legitimeren. Als je je afmeldt bij het assessment moet je dit schriftelijk doen aan het email -adres van het OSB Examinering Welzijn , mw. E. Koulman;
[email protected]. Stuur een c.c. naar je werkbegeleider en je studieloopbaan begeleider. Herkansing. Bij een assessment gesprek (AG) heb je recht op maximaal één herkansing Bij een kwalificerende Beroeps Prestatie heb je recht op maximaal één herkansing. Deze herkansing(-en) moet je aanvragen bij de secretaris van de examencommissie mw. E. Koulman. De aanvraag moet ook ondertekend zijn door je SLB-er, deze is tevens adviseur met betrekking tot de lengte van de herkansing periode. Binnen 10 werkdagen nadat het Assessment Gesprek of Beroeps Prestatie heeft plaatsgevonden moet deze aanvraag zijn ingediend bij de examencommissie. Tenminste 5 werkdagen en uiterlijk 10 weken na het eerste Assessment Gesprek en Beroeps Prestatie kan er een herkansing worden gepland, de examencoördinator Dhr. J. van Gils plant dit. De beoordelaar van de Beroeps Prestatie plant met jou de herkansing van de Beroeps Prestatie waarvoor je een herkansing hebt. Bij het niet behalen hiervan vind verlenging dan wel een andere opleidingsadvies plaats.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
30
Indien je niet binnen 10 weken een herkansing hebt aangevraagd en uitgevoerd c.q. aangetoond wordt het resultaat als onvoldoende beoordeeld. LLB De kerntaken LLB 1 en 2 worden in de basisfase afgesloten De kerntaak LLB 4 wordt in de verdiepingsfase afgesloten tijdens de kwalificerende Beroepsprestaties De kerntaken LLB 3, 5, 6 en 7 worden afgesloten met de eindopdrachten LLB 3, 5, 6 en 7 Nederlandse taal en rekenen. Als student moet je toewerken naar een niveau voor Nederlands en rekenen ( 2 F ) Dit niveau heb je nodig voor het uitoefenen van je beroep en voor jouw deelname aan de maatschappij. Het vereiste niveau ga je deels aantonen door deelname aan schoolexamens. Je kunt niet zakken als je een onvoldoende haalt voor Nederlands of rekenen. Je niveau wordt wel op je diploma vermeld. De taal- en rekenvaardigheden die jij nodig hebt voor je beroep moet je voldoende beheersen
6.5 Examens en het diplomeren Bij het competentiegericht leren is het landelijk vastgestelde kwalificatiedossier het uitgangspunt voor de examens en dus voor de beoordeling. Deze beoordeling is noodzakelijk om je te kwalificeren Medewerker maatschappelijke zorg. De examens hebben betrekking op: • alle kerntaken uit het kwalificatiedossier • alle kerntaken uit het document Leren, Loopbaan en Burgerschap Het cluster Welzijn gebruikt producten van de Stichting Consortium Beroepsonderwijs - Zorg en Welzijn als leidraad voor de invulling van het onderwijs (zie hoofdstuk 4.2). De kerntaken uit het kwalificatiedossier zijn opgenomen in de verschillende kernactiviteiten. Deze producten worden ingezet om de examens vorm te geven. De examens worden dus afgesloten per kernactiviteit. a) Per kernactiviteit bestaat het examen uit een methodemix van deze onderdelen: • de beroepsprestaties en/of de proeve. • een reflectieverslag volgens de STARRT- methodiek • een assessement gesprek b) Bij de kerntaken Leren,Loopbaan en Burgerschap bestaat het examen uit opdrachten per kerntaak Om je diploma te behalen moet je alle kernactiviteiten en kerntaken met een voldoende afsluiten.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
31
6.6 Hoe is de organisatie van de examinering geregeld? Procedures De clusterexamencommissie verstrekt tijdig voor aanvang van een periode de opdrachten, betrekking hebbend op die periode, die ertoe moeten leiden dat: − tijdig bekend is welke toetsen wanneer en waar worden aangeboden; − bekend is wie mag deelnemen c.q. geacht wordt deel te nemen aan een toets; − de toetsentiteit tijdig beschikbaar is; − de vereiste lokaliteiten beschikbaar en in orde zijn; − de vereiste examinatoren en surveillanten beschikbaar zijn. Ter waarborging hiervan gelden de volgende procedures. Bij de procedures is aangegeven door middel van welke inputdocumenten of modelformulieren wordt gewaarborgd dat de uit te voeren taken op de juiste wijze worden uitgevoerd om tot de gewenste output(documenten) te komen. Binnen het cluster Welzijn regelt het examenbureau de organisatie van examens, de registratie van beoordelingen/ resultaten en het uitschrijven van diploma’s. In het examenplan is de kwalificerende beoordelingen vastgelegd. De ontwikkelingsgerichte beoordelingen geven sturing aan je leer- en ontwikkelproces. De bewijslast hiervan bewaar je in je ontwikkelingsportfolio. In je beoordelingsportfolio verzamel je alle documenten waarop je beoordeeld wordt. Voor het examenbureau zijn alleen deze documenten van belang. Het examenbureau legt van iedere student een examendossier aan. Dit blijft eigendom van het examenbureau. Hierin worden bewaard: - originele beoordelingslijsten van de kwalificerende examens voorzien van handtekening beoordelaar(-s) en student, datum, plaats afname examen - bewijzen van vrijstellingen (EVK) voorzien van handtekeningen Er is een centrale examenregeling ROC West-Brabant. Deze kun je vinden op de site www.vitaliscollege.nl kies MBO >> studenteninfo >> examenreglement >> B. Examenreglement ROC WB versie competentie gerichtonderwijs. In deze regeling zijn de examenrechten van studenten vastgelegd in 2 hoofdstukken en 3 bijlagen: - De regeling en de organisatie van de examens - Bezwaar en beroep - Bijlage 1: Begrippenlijst - Bijlage 2: Examencommissies - Bijlage 3: Afwijkende toetsing en examinering We adviseren je dit document aandachtig door te nemen.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
32
De examencommissie houdt zich bezig met: • het verbeteren van de kwaliteit van de examens • het organiseren van binnensschoolse examens • het uitvoeren van regelingen die bestaan rondom examens zoals: • het verlenen van vrijstellingen • het aanwijzen van examinatoren en simulatie cliënten • het verwerken van verzoeken om versnelling/ vertraging / opstroom / afstroom • het vaststellen van resultaten van de deelnemer en de consequenties hiervan voor de voortgang • het in eerste aanleg behandelen van klachten m.b.t. de examinering. • het verstrekken van diploma’s en certificaten De voorzitter
Clustermanager mw. Y. Vincenten
De secretaris
Mw. E. Koulman
Administratief medewerker
Mw. E. Pronk en Mw. E. Rits
Lid van de opleidingen Zorghulp en Helpende Zorg & Welzijn, niveau 1 en 2 Lid van de opleiding Medewerker Maatschappelijke Zorg, niveau 3 en 4
Mw. M. van Bezouw Dhr. J. van Gils
6.7 Welke resultaten/bewijzen bewaart de school? In je portfolio bewaar je al je bewijzen ten aanzien van examinering. Op school bewaren we deze bewijzen voor de onderwijsinspectie en voor jouw zekerheid. Alle bewijzen (examenproducten) worden voor zover mogelijk zes maanden na diplomering bewaard. De vaststelling van je resultaten worden deze verwerkt in een digitaal leerlingvolgsysteem. Na diplomering bewaren we een kopie van je diploma. Na zes maanden worden alle bewijzen door het examenbureau cluster Welzijn vernietigd.
6.8 Waar kun je terecht als je het met een beslissing niet eens bent? In uitzonderlijke gevallen kan het voorkomen dat je het niet eens bent met de einduitslag van een examen of de manier waarop je bent beoordeeld. Je dient dan binnen 14 dagen na bekendmaking van de uitslag je bezwaar schriftelijk te melden bij het Examenbureau Vitalis college cluster Welzijn t.a.v. Secretaris van de clusterexamencommissie, Terheijdenseweg 414 Breda. Dit geldt alleen voor de kwalificerende beoordeling (de examens), dus niet voor andere vormen van beoordeling tijdens je studieloopbaan. Voor die gevallen ga je naar je studieloopbaanbegeleider. Meer informatie over beroep en bezwaar vind je in de bijlage Examenreglement ROC WB versie competentiegericht onderwijs www.vitaliscollege.nl of deelnemersstatuut/ klachtenprocedure, Deelnemersstatuut hoofdstuk C. In het examenreglement van het ROC-West-Brabant is een klachtencommissie examens opgenomen. Hier kun je terecht met zaken waarover je het binnen het cluster Welzijn Vitalis college niet eens kunt worden.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
33
7 Inspectie De inspectie van het onderwijs is belast met de kwaliteitscontroles op de examens. Hiervoor wordt een jaarlijks terugkerende audit gehouden. Resultaten van de audits worden gepubliceerd op de websites van de inspectie en van ROC West-Brabant.
8 Addendum In een addendum vind je alle aanpassingen en wijzigingen, die na het vaststellen en bekendmaken van een OER nog worden doorgevoerd. De kans op een addendum is voor jullie wat groter omdat de beschreven opleiding een experimentele opleiding is. Bij het opzetten van een experimentele opleiding komt het voor dat er tussentijds zaken bijgesteld of aangepast moeten worden, bijvoorbeeld omdat ze niet blijken te werken. Zodra de aanpassing bekend is wordt deze opgenomen in een aangepaste versie. Je kunt er als student op vertrouwen dat je nooit de dupe zult worden van het ontbreken van informatie.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
34
Bijlagen 1. Overzicht MBO competenties 2. Leren Loopbaan en Burgerschap Kerntaken en Werkprocessen 3. Taal competentieprofiel Medewerker maatschappelijke zorg 4. Top - model 5. Kwalificatiedossier – overzicht kerntaken 6. Relatie Kerntaken en kernactiviteiten 7. Diverse documenten op de website www.vitaliscollege.nl
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
35
1.Overzicht mbo – Competenties A
Beslissen en activiteiten initiëren
N
Onderzoeken
B
Aansturen
O
Creëren en innoveren
C
Begeleiden
P
Leren
D
Aandacht en begrip tonen
Q
Plannen en organiseren
E F G
Samenwerken en overleggen Ethisch en integer handelen Relaties bouwen en netwerken
R S
Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten Kwaliteit leveren
H
Overtuigen en beïnvloeden
T
Instructies en procedures opvolgen
I J
Presenteren Formuleren en rapporteren
U V
Omgaan met verandering en aanpassen Met druk en tegenslag omgaan
K
Vakdeskundigheid toepassen
W
Gedrevenheid en ambitie tonen
L M
Materialen en middelen inzetten Analyseren
X Y
Ondernemend en commercieel handelen Bedrijfsmatig handelen
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
36
2.Leren, Loopbaan en Burgerschapscompetenties, Nederlandse Taal Het brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschapscompetenties beschrijft: • kwalificatie eisen ten aanzien van leren, loopbaan en burgerschap. • eisen aan Nederlands in het kader van leren, loopbaan en burgerschap. Samen met het kwalificatiedossier wordt aangegeven wat verwacht wordt van een mbogediplomeerde. Het document biedt door zijn opzet de mogelijkheid om in een beroepscontext aandacht te besteden aan Leren, Loopbaan en Burgerschap. In de opleiding is komt LLB zowel afzonderlijk op het lesrooster als geïntegreerd in het onderwijs voor.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
37
Overzicht kerntaken in het document Leren, Loopbaan en Burgerschapscompetenties Kerntaken uit brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap (leerjaar 1) Kerntaken
Beroepsprestaties
Kerntaak 1 Benoemt zijn eigen ontwikkeling en gebruikt middelen en wegen om daarbij passende leerdoelen te bereiken
Het eigen leerproces
Kerntaak 2 Stuurt de eigen loopbaan
Hoe stuur ik mijn loopbaan?
Kerntaak 3 Participeert in het politieke domein, in besluitvorming en beleidsbeïnvloeding
Werkprocessen 1.1 benoemt leerdoelen voor de eigen ontwikkeling
JMNW
KA Intro naar Professie BP Het eigen leerproces
Ondersteunend en richtinggevende Leerlijn Regie - Integraal BPV - leerlijn
1.2 inventariseert geschikte manieren van leren
NO
KA Intro naar Professie BP Het eigen leerproces
Regie - Integraal BPV - leerlijn
X
1.3 Kiest bij de situatie en bij zichzelf passende manieren van leren . 1.4 Plant zijn eigen leerproces en voert het uit.
AMO
KA Intro naar Professie BP Het eigen leerproces
Regie - Integraal BPV - leerlijn
X
AQ
KA Intro naar Professie BP Het eigen leerproces
Onderwijs
Summ
X
1.5 Evalueert de gekozen manier van leren.
MP
KA Intro naar Professie BP Het eigen leerproces
X
2.1 Reflecteert op eigen kwaliteiten en motieven
DGMN
KA Intro naar Professie BP Hoe stuur ik mijn loopbaan
Regie - Integraal BPV - Conceptueel - Vaardigheids Vrije ruimte leerlijn Regie - Integraal BPV - Conceptueel - Vaardigheids Vrije ruimte leerlijn Regie - Integraal BPV - leerlijn
2.2 Onderzoekt welk werk er is en wat bij hem past.
DGMN
KA Intro naar Professie BP Hoe stuur ik mijn loopbaan
Regie - Integraal Vrije ruimte leerlijn
X
2.3 Stuurt de eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn.
AGNUW
KA Intro naar Professie BP Hoe stuur ik mijn loopbaan
Regie - Integraal BPV - Vrije ruimte eerlijn
X
X
X
3.1 Oriënteert zich op onderwerpen waarover politieke besluiten genomen worden.
MN
Opdracht KT 3 LLB
Conceptueel integraal leerlijn
X
3.2 Vormt een eigen mening.
AM
Opdracht KT 3 LLB
Conceptueel integraal leerlijn
X
AHT
Opdracht KT 3 LLB
Integraal Conceptueel - Vrije ruimte leerlijn
X
3.3 Onderneemt acties naar aanleiding van gemaakte keuzen.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
Competenties
38
Kerntaak 4 Functioneert als werknemer in een arbeidsorganisatie
4.1 Gedraagt zich als werknemer bij het uitvoeren van het werk. 4.2 Maakt gebruik van werknemersrechten. 4.3 Stelt zich collegiaal op.
Kerntaak 5 Functioneert als kritisch consument
5.1 Oriënteert zich op de consumentenmarkt en houdt rekening met eigen wensen en mogelijkheden. 5.2 Onderneemt acties om producten en diensten aan te schaffen.
FPSTUV
In de kernactiviteiten Opdracht KT 4LLB
AEHNT
In de kernactiviteiten Opdracht KT 4LLB
EF
In de kernactiviteiten Opdracht KT 4LLB
Regie - Integraal BPV - Conceptueel - Vaardigheids Vrije ruimte leerlijn Regie - Integraal BPV - Conceptueel - Vaardigheids Vrije ruimte leerlijn Regie - Integraal BPV - Conceptueel - Vaardigheids Vrije ruimte leerlijn BPV - Conceptueel - Vaardigheids leerlijn
X
X
X
X
EJMNP
Opdracht KT 5 LLB
AHNT
Opdracht KT 5 LLB
BPV - Conceptueel - Vaardigheids leerlijn
X
Kerntaak 6 Deelnemen in allerlei sociale verbanden en respectvol gebruiken van de openbare ruimte
6.1 Neemt deel in diverse sociale verbanden en leeft in de openbare ruimte.
ADEFN
Opdracht KT 6 LLB
Regie - Integraal BPV - Conceptueel - Vaardigheids Vrije ruimte leerlijn
X
6.2 Voert activiteiten uit voor de leefbaarheid van zijn sociale omgeving.
AEQT
Opdracht KT 6 LLB
Regie - Integraal BPV - Conceptueel - Vaardigheids Vrije ruimte leerlijn
X
Kerntaak 7 Zorgt voor de eigen gezondheid (vitaal burgerschap)
7.1 Zoekt informatie over een gezonde leefwijze.
AMN
Opdracht KT 7 LLB
X
7.2 Beslist op basis van informatie en handelt ernaar.
AFL
Opdracht KT 7 LLB
EKLT
Opdracht KT 7 LLB
Regie - Integraal BPV - Conceptueel - Vaardigheids Vrije ruimte leerlijn Regie - Integraal BPV - Conceptueel - Vaardigheids Vrije ruimte leerlijn Regie - Integraal BPV - Conceptueel - Vaardigheids Vrije ruimte leerlijn
7.3 Onderneemt activiteiten om de gezondheid te bevorderen.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
X
X
39
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
40
3.Taal competentieprofiel: In het brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap zijn taalcompetentie profielen opgesteld. Hier is vastgesteld welk minimaal niveau per opleidingsniveau behaald moet worden. Het beheersingsniveau voor Nederlands, is ook in het Kwalificatiedossier te vinden.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
41
4.Top – model Overzicht leerjaar 1
1
2
Verwerven competenties in de arbeidssituatie
30
11
Verwerven kennis buiten de (gesimuleerde) arbeidssituatie
156
154
Van de 1600 SBU's zijn de volgende uren IIVO
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
186
597 783
Totaal aantal sbu' s 432
77
28
Overige deelnemeractiviteiten
Totaal aantal SBU's
Samen en afhankelijk van anderen-begeleid
3
432
Verwerven competenties in de gesimuleerde arbeidssituatie Verwerven vaardigheden buiten de (gesimuleerde) arbeidssituatie
Subtotaal onbegeleide/begeleide deelnemeractiviteiten
Samen en afhankelijk van anderen-onbegeleid
Individueel en temidden van groep-begeleid
N3V1
Individueel en temidden van groep-onbegeleid
Individueel en onafhankelijkbegeleid
Eerste leerjaar
Individueel en onafhankelijkonbegeleid
V1008 92650BOL MMZ N3V1
77
28 105
10
20
30
212
181
434
131
140
686
4
14
18
357
355
1600
712
1600 984
42
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20
Deelnemeractiviteiten SLB/LLB PGO College Vaardigheidstraining Nederlands Begeleid zelfstandig werken aan opdrachten Rekenen PGO OLC BPV Evalueren en beoordelen Introductie Vital Societyprojecten Workshop Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Totaal SBU's
Onbegeleid
Begeleid
134 75 30 78 35 60
119 56 7 62 14 105
42 66 30 4 10 56
14 42 432 11 14 20 84
620
980
IIVO *
IIVO * : Deze kolom wordt niet automatisch ingevuld door het model en is derhalve optioneel. U kunt hier handmatig de IIVO-uren invullen ter onderbouwing van de 850-uren norm.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
43
Overzicht leerjaar 2
1
2
Verwerven competenties in de arbeidssituatie
Totaal aantal sbu' s
Samen en afhankelijk van anderen-begeleid
Samen en afhankelijk van anderen-onbegeleid
Individueel en temidden van groep-begeleid
Individueel en temidden van groep-onbegeleid
Individueel en onafhankelijkbegeleid
Tweede leerjaar
Individueel en onafhankelijkonbegeleid
V1008 92650BOL MMZ N3V1
3
864
864
Verwerven competenties in de gesimuleerde arbeidssituatie Verwerven vaardigheden buiten de (gesimuleerde) arbeidssituatie
15
5
Verwerven kennis buiten de (gesimuleerde) arbeidssituatie
85
76
137
96
166
100
945
137
96
156
342 394
Overige deelnemeractiviteiten Subtotaal onbegeleide/begeleide deelnemeractiviteiten Totaal aantal SBU's Van de 1600 SBU's zijn de volgende uren IIVO
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
1045
233
166
156 322
1600 1600 1197
44
Onbegeleid
Begeleid
IIVO *
Deelnemeractiviteiten 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20
SLB Integrale opdracht, aansturing Werken aan integrale opdracht Aansturen Vital Society Werken aan Vital Society Nederlands, rekenen Werken aan projecten Begeleid zelfstandig werken aan LLB, BP praktijk/BPV Evalueren en beoordelen Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Totaal SBU's
66 22 85 5 40 55 55 60 15
68 41 76 13 40 27 35 28 864 5
403
1197
IIVO * : Deze kolom wordt niet automatisch ingevuld door het model en is derhalve optioneel. U kunt hier handmatig de IIVO-uren invullen ter onderbouwing van de 850-uren norm.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
45
Overzicht leerjaar 3
1
2
Totaal aantal sbu' s
Samen en afhankelijk van anderen-begeleid
Samen en afhankelijk van anderen-onbegeleid
Individueel en temidden van groep-begeleid
Individueel en temidden van groep-onbegeleid
Individueel en onafhankelijkbegeleid
Derde leerjaar
Individueel en onafhankelijkonbegeleid
V1008 92650BOL MMZ N3V1
3
Verwerven competenties in de arbeidssituatie Verwerven competenties in de gesimuleerde arbeidssituatie Verwerven vaardigheden buiten de (gesimuleerde) arbeidssituatie
22
4
Verwerven kennis buiten de (gesimuleerde) arbeidssituatie
101 129
42
129
42
453
453
49
176 171
Overige deelnemeractiviteiten Subtotaal onbegeleide/begeleide deelnemeractiviteiten Totaal aantal SBU's Van de 800 SBU's zijn de volgende uren IIVO
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
22
4 26
171
101
502 603
800 800 548
46
Onbegeleid
Begeleid
IIVO *
Deelnemeractiviteiten 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
PGI SLB Workshop Evalueren en beoordelen Nederlands/rekenen BPV
21 80 60 22 69
21 28 28 4 14 453
252
548
Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Naam activiteit Totaal SBU's
IIVO * : Deze kolom wordt niet automatisch ingevuld door het model en is derhalve optioneel. U kunt hier handmatig de IIVO-uren invullen ter onderbouwing van de 850-uren norm.
MMZ N3 BOL 92650 OER 2010 v 05-07-2010 ( 3)
47
5.Kwalificatiedossier Het Kwalificatiedossier t.a.v. de opleiding Helpende Zorg en Welzijn ligt ter inzage in het OLC van het cluster Welzijn. Tevens kun je dit document terugvinden op https://portal.rocwb.nl/ . en op http://www.calibris.nl/onderwijs Overzicht kerntaken en werkprocessen: Kerntaak 1: Kerntaak 2:
Opstellen van en begeleidingsplan Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg.
Vitalis/cluster/startjaar/crebo/bol of bbl/naam, niveau versie
48
6.Diverse documenten op website Diverse documenten met informatie voor de student Deze documenten/bijlagen zijn te vinden via link http://www.vitaliscollege.nl/index.asp?p_id=3542 of te benaderen via www.vitalis.college.nl kies MBO, Kies Studenteninfo
Op de website van het Vitalis college: www.vitaliscollege.nl staan onder de keuze knop ‘Studenteninfo’ verschillende documenten waarin belangrijke aanvullende informatie wordt gegeven. In sommige gevallen wordt in het oer naar deze documenten verwezen.Per document wordt hierna een korte toelichting gegeven. 1
Examenreglement 2009 en aanvulling op dit reglement
In het examenreglement worden je rechten en plichten m.b.t. de examinering artikelsgewijs toegelicht. Als je een competentiegerichte opleiding volgt kies je de competentiegerichte versie. Denk o.a. aan
2
Deelnemersstatuut / klachtenprocedures
Te laat komen bij toetsing legitimeren afmelden bij toetsing door ziekte of andere redenen inzake en bespreekrecht afwijkende toetsing vrijstellingen Hierin staan je rechten en plichten beschreven. Deel C bevat de klachtenprocedure die binnen het ROC WB van kracht zijn, o.a. bezwaar en beroep examens en toetsen ongewenste omgangsvormen toelating en verwijdering Met je SLB kun je bespreken welke OER voor jou is
3
Oer –en
4
OOK/POK
Dit document bevat de juridische tekst en een uitleg over je onderwijs overeen komst en je praktijk overeen komst.
5.
Overige informatie
o.a. de info gids, veiligheidsaspecten e.d.
6.
Procedure bij fraude
Wat is fraude en hoe wordt er bij vermoedelijke fraude (onregelmatigheid) gehandeld.
Vitalis/cluster/startjaar/crebo/bol of bbl/naam, niveau versie
49
Als student van het Vitalis college heb je recht op inzage in verschillende regelingen, procedures en protocollen. Via onderstaande links, kun je de documenten inzien en downloaden. 1. Examenreglement 2. Deelnemersstatuut / klachtenprocedures 3. Oer-en 4. OOK / POK 5. Overige informatie 6. Procedure bij fraude
Bijlage 10 Verklarende woorden en begrippenlijst
Verklarende woorden en begrippenlijst en afkortingen CLEC,
Cluster examencommissie draagt zorg voor de organisatie, afname, regelingen en kwaliteit van de examens.
Assessement
Het assessement is een toetsvorm waarbij de student in een afgebakende periode een kernactiviteit uitvoert en daarop beoordeeld wordt.
Begeleider / docent De docent die jou begeleidt bij een aantal leeractiviteiten. De docent kan in de stage-instelling de werkbegeleider ondersteunen bij het begeleiden van jouw leerproces. Beroepscompetenties
De kennis, houding en vaardigheden die je (nodig) hebt om in beroepssituaties probleemoplossend te kunnen werken.
Beroepsprestatie
Grote integrale opdrachten waar je een bepaalde periode op school en in de beroepspraktijk aan werkt.
BPV
BeroepsPraktijkVorming, de vorming/ het leren in de beroepspraktijk (stage).
Brondocument LLBurgerschap
Dit is een wettelijk gemaakt verslag (notitie) waarin staat wat je aan burgerschap (maatschappij vaardigheden kennis en houding) minimaal moet kunnen aantonen, tevens staat hierin aangegeven hoe je werkt aan leren en je te ontwikkelen
Vitalis/cluster/startjaar/crebo/bol of bbl/naam, niveau versie
50
Burgerschapscompetenties
De kennis, houding en vaardigheden die je als werknemer en burger in de maatschappij nodig hebt.
Checklist
Een aftekenlijst met onderdelen waaraan je moet voldoen om de activiteit of leerlijn met een voldoende af te kunnen sluiten.
Context
De beroepssituatie, de leersituatie of de maatschappelijke situatie.
CGI
Criterium gericht interview, Gesprek wat een onderdeel van het assessement is.
Feedback
Terugkoppeling naar een ander. Je zegt of schrijft wat je van het concreet gedrag van een ander vindt in de vorm van: “ k heb---of ik vind --. “
Functionele samenwerkingsrelatie
Een samenwerking die van je wordt verwacht zowel binnenschools als in de beroepspraktijk.
Huiswerkklas
Een lesactiviteit die gericht is op je resultaten uit te werken/ bij te werken
I.R.M.
Integraal Reflectie Moment. Drie maal per jaar ga je met je studieloopbaanbegeleider een gesprek aan over je studievoortgang.
I.V.R.
Integraal Vaststellings Moment 1 keer per fase vaststellen of je deel kunt nemen aan het assessment gesprek en je alle beoordelingen/ aftekenlijsten en bewijsstukken kunt aanleveren om vast te stellen. Dit wordt door de SLB er en assessor vastgesteld en aangeleverd.
Inhoudelijke analyse
Een overzicht van aandachtspunten die voor, tijdens en na een vaardigheid belangrijk zijn. Deze aandachtspunten staan in een schema uitgewerkt.
Interactief
Interactie met de ander
Intervisie
Intervisie is een methode om samen met groepsgenoten te werken aan het oplossen van problemen in beroeps-/werksituaties.
Kernactiviteit
Dit is een leer- en exameneenheid, een deel is van het onderwijsprogramma.
Kerntaak
Een landelijk vastgestelde examen eenheid (geheel)
Leeractiviteiten
De opdrachten waaraan je gaat werken (individueel of met een groep(je). Acties die je doet om iets te bereiken
Vitalis/cluster/startjaar/crebo/bol of bbl/naam, niveau versie
51
Leercompetenties
De kennis, houding en vaardigheden die je nodig hebt om leersituaties met succes aan te kunnen pakken. Dat wil zeggen dat je een passende procedure of manier kiest en toepast om in die situatie de juiste resultaten te bereiken.
Leerlijnen
Dit is een didactisch model dat in het beroepsonderwijs gericht is op ‘beroepsbekwaamheden’ Wij onderscheiden 4 leerlijnen: Integrale leerlijn: WAP/projectopdrachten; intervisie; projectdag Conceptuele leerlijn: theorie; hoorcollege; burgerschap; Nederlands rekenen - Vaardigheidsleerlijn: skills huishoudelijk; skills verzorgende/ verpleegkundige vaardigheden; skills activiteitenbegeleiding; skills interactief; skills ICT - SLB – leerlijn: POP, Portfolio, leren leren. Grote integrale opdrachten waar je een bepaalde periode vooral op school aan werkt. (Bij de kernactiviteit Intro) -
Leerprestatie O.L.C.
Open Leer Centrum is een ruimte in de school waar je op diverse manieren informatie kunt opzoeken.
OER
Onderwijs Examen Regeling Een document waarin beschreven staat hoe jouw opleiding is opgebouwd en op welke wijze je het diploma kunt behalen. Een belangrijk onderdeel hierin is het toetsplan.
Onderwijsmagazijn Is een boek wat een verzameling bevat van alle leeractiviteiten in een bepaalde periode, eigenlijk zijn het alle lessen van de school bijvoorbeeld theorielessen Portfolio
Een verzamelmap (dossier) waarin je bewijzen (producten, beoordelingslijsten, eigen reflecties) verzamelt om je persoonlijke groei en je groei als beroepsbeoefenaar aan te tonen.
Portfolio Nederlandse taal en rekenen
Een onderdeel van je portfolio map waarin je bewijzen verzamelt voor je Nederlandse taal en rekenontwikkeling
Referentiekader Nederlandse taal en rekenen
Een wettelijk gemaakt verslag (nota) waarin staat welk niveau van Nederlandse taal en rekenen nodig is in het Middelbaar Beroepsonderwijs. Niveau 2 en 3 2F staat ook op de site van Vitalis college
Studieplein
Een werkplek in de school waar je met een groepje studenten aan een
Vitalis/cluster/startjaar/crebo/bol of bbl/naam, niveau versie
52
opdracht werkt. Protocol
Een vastgesteld vaardigheidsschema, waarin staat beschreven hoe een bepaalde vaardigheid of vaardigheid dient te worden uitgevoerd.
Reflecteren
Het terugkijken naar voorafgaande situaties om te zien hoe het gegaan is en vooral hoe je zelf in die situatie hebt gereageerd of gehandeld met als doel om ervan te leren.
Studieloopbaanbeg De docent die je begeleidt tijdens je leertraject en regelmatig de eleider voortgang met je bespreekt. Transfer
Datgene wat je hebt geleerd kunnen toepassen in een nieuwe vaardigheid of in een nieuwe situatie.
Vaardigheidsopdracht
Een opdracht waarmee je een vaardigheid aanleert in de vaardigheidslokalen of in de BPV aan de hand van een vast stappenplan.
Voorkennis
Theorie (kennis) die je hebt opgezocht, bestudeerd en dus nu ook beheerst voordat je met een bepaalde opdracht of vaardigheid aan de slag gaat.
Vrije ruimte
Een lesactiviteit die diverse onderwerpen kan hebben om je te ontwikkelen bijvoorbeeld extra rekenles een themakamp voorbereiden een activiteit voor je stage voorbereiden ten dele worden onderwerpen door docente bepaald ten dele door jezelf door een eigen keuze van onderwerp
WAP
Werken aan beroeps prestaties
Werkbegeleider
De medewerker in de stage-instelling, die jou tijdens de BPV begeleidt.
Zevensprong
Een werkmethode die soms gebruikt wordt bij probleemtaken en theorie bestaat uit zeven stappen die je in een vast volgorde doorloopt om het probleem op te lossen.
Vitalis/cluster/startjaar/crebo/bol of bbl/naam, niveau versie
53