ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Opleiding: Crebo-code: Leerweg: Niveau: Cohort:
BEVEILIGER 2 94850 Beroepsbegeleidend (BBL) 2 2012-2013
Onderwijs- en Examenregeling
1
BM-Services
ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Opleiding: Crebo-code: Leerweg: Niveau: Cohort:
BEVEILIGER 2 94850 Beroepsbegeleidend (BBL) 2 2012-2013
Versie 1.1 Onderwijs- en examenregeling opleiding Beveiliger 2 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 2. ALGEMENE INFORMATIE OPLEIDING BEVEILIGER 3. BESCHRIJVING BEROEP EN OPLEIDING 3.1. BESCHRIJVING VAN HET BEROEP 3.2. KENMERKEN VAN HET ONDERWIJS 4. INHOUD EN PLANNING OPLEIDING 4.1. KERNTAKEN VAN HET BEROEP 4.2. PLANNING VAN DE DEELKWALIFICATIES 4.3. OVERIGE ONDERWIJS- EN VORMINGSDOELEN 5. BEROEPSPRAKTIJKVORMING 5.1. DE INRICHTING VAN DE BEROEPSPRAKTIJKVORMING 5.2. DE INHOUD VAN DE BEROEPSPRAKTIJKVORMING
Onderwijs- en Examenregeling
2
BM-Services
6. HET EXAMEN 6.1. KWALITEITSBORGING EXAMINERING (KCE) 6.1. DIPLOMA EN CERTIFICATEN 6.2. HET TOETSPROGRAMMA PER DEELKWALIFICATIE 6.3. DE BEOORDELING IN DE BEROEPSPRAKTIJKVORMING 6.4. HERKANSEN EN INHALEN VAN TOETSEN 6.5. DE EXTERNE LEGITIMERING 7. EXAMENREGELS 7.1 DEELNAME AAN HET EXAMEN 7.1.1. Voorwaarden voor deelname 7.1.2. Aanwezigheid 7.1.3. Ziekte of overmacht 7.2. VRIJSTELLINGEN 7.3. GEDRAGSREGELS TIJDENS TOETSAFNAME 7.4. ONREGELMATIGHEDEN 7.5. BEKENDMAKING RESULTATEN 7.6. INZAGE EXAMENWERK 7.7. REGELING BEROEP 7.8. ORGANISATIE VAN EXAMENS 7.8.1. De examencommissie 7.8.2. Organisatie en afname van toetsen 7.8.3. Geheimhouding 7.8.4. Samenstelling van examens 7.8.5. Richtlijnen voor de beoordeling van examens 7.8.6. Onvoorziene omstandigheden Onderwijs- en Examenregeling
3
BM-Services
Onderwijs- en examenregeling opleiding Beveiliger
1. INLEIDING Dit is de Onderwijs- en examenregeling (OER) van de opleiding Beveiliger 2. Deze opleiding is ingeschreven in het Centraal Register Beroepsopleidingen onder nummer 94850 (Crebocode). Volgens de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB art. 7.4.8) moet van elke opleiding worden beschreven hoe de opleiding in elkaar zit en hoe het examen van de opleiding is geregeld. Dit wordt gedaan in deze onderwijs- en examenregeling. Deze regeling is een wettelijk verplicht document, vastgesteld op 1 februari 2012. De OER geldt voor alle cursisten die in het schooljaar 2012 – 2013 met de opleiding beginnen of zijn begonnen. Hij blijft geldig zolang de Onderwijsovereenkomst geldig is. U kunt de OER inzien bij de administratie. Naast de OER zijn er twee andere documenten waarin de opleiding wordt vastgelegd. Dit zijn: de Onderwijsovereenkomst (OOK) en de Beroepspraktijkvormingsovereenkomst (POK). In deze twee documenten samen zijn de afspraken tussen u, de school, het leerbedrijf en het landelijk orgaan vastgelegd. Deze documenten worden afgesloten aan het begin van de opleiding. Meer informatie over de OOK staat in hoofdstuk 2. Informatie over de POK staat in paragraaf 5.1. Informatie over praktische zaken van de opleiding krijgt u tijdens het lopende cursusjaar uitgereikt.
2. ALGEMENE INFORMATIE OPLEIDING De hier beschreven opleiding wordt gegeven door BM Services. Dit opleidingscentrum verzorgt middelbaar beroepsonderwijs in de beroepsbegeleidende leerweg. Dat betekent dat u werkt en leert tegelijk. U komt gedurende 17 weken1 dag per week naar school. Daarnaast bent u vier of vijf dagen per week in dienst als cursist/werknemer in een bedrijf of instelling. Het grootste deel van uw opleiding vindt dus daar plaats. BM Services verzorgt deze opleiding landelijk . Ook kunt u er allerlei cursussen volgen om uw vakkennis op peil te houden of om te leren omgaan met nieuwe technieken. Binnen BM Services wordt u praktijkgericht opgeleid. Zo kunt u een vakman of -vrouw worden die met de vereiste vakkennis in staat is zelfstandig te werken en verantwoordelijkheid te dragen. BM Services verwacht van u dat u gemotiveerd bent, over doorzettingsvermogen beschikt en respect hebt voor andere mensen. Tijdens uw opleiding wordt u daarbij ondersteund door docenten die de beroepspraktijk van binnenuit kennen en er alles aan doen u te helpen bij het behalen van het diploma.
Onderwijs- en Examenregeling
4
BM-Services
Centraal Register Beroepsopleidingen De opleiding Beveiliger is ingeschreven in het Centraal Register Beroepsopleidingen (CREBO) onder code 94850. Het is een basisberoepsopleiding d.w.z. een beroepsopleiding op niveau 2 (een toelichting op de verschillende opleidingsniveaus vind je in paragraaf 3.1). Leerweg Uw opleiding wordt aangeboden in de “beroepsbegeleidende leerweg” (BBL). Dat wil zeggen dat u werkt en leert tegelijk. U wordt voor het grootste gedeelte opgeleid (ten minste 70%) in het bedrijf of de instelling waar u een leer- arbeidsovereenkomst hebt. Studiebelastinguren Voor de opleiding geldt een studiebelasting van 3200 studiebelastinguren (SBU). Dit is het aantal uren dat u maximaal nodig hebt om het diploma van de opleiding te behalen. Hieronder valt alle tijd die u aan de opleiding besteedt op school, op het leerbedrijf en thuis. De opleiding duurt nominaal 1 jaar, maar de onderwijsovereenkomst kent een duur van maximaal 2 jaar. Toelatingseisen De WEB kent voor deze opleiding geen toelatingseisen. Om in de beveiliging te mogen werken en dus de BBL-opleiding te mogen volgen, moet u echter voldoen aan de volgende eisen: • U moet minimaal de 18-jarige leeftijd bereiken tijdens het theoretisch deel van de opleiding. • U mag niet in aanraking zijn geweest met justitie en/of politie. In opdracht van het leerbedrijf wordt er een justitieel antecedentenonderzoek uitgevoerd. Dit is wettelijk verplicht om bij een bedrijf te mogen werken of stage te mogen lopen. De opleiding wordt uitgevoerd voor verschillende doelgroepen, waarbij tenminste twee intakegesprekken gevoerd worden, alvorens in te kunnen stromen. Onderwijsovereenkomst Aan het begin van uw opleiding sluit u een Onderwijsovereenkomst (OOK) af. Dit is een overeenkomst tussen u en de school. Hierin staat welke opleiding u gaat volgen. Ook staan hierin uw rechten en plichten. De overeenkomst wordt voor de duur (maximaal 2 jaar) van de opleiding afgesloten. Op de onderwijsovereenkomst staat ook uw opleidingstraject. Er staat beschreven of u de gehele opleiding gaat doen of slechts enkele deelkwalificaties. De onderwijsovereenkomst wordt door u ondertekend. Bij minderjarigheid dienen wettelijke vertegenwoordigers te ondertekenen.
Onderwijs- en Examenregeling
5
BM-Services
3. BESCHRIJVING BEROEP EN OPLEIDING 3.1. Beschrijving van het beroep In het beroepsonderwijs zijn alle beroepen en opleidingen ingedeeld in niveaus. Het niveau van een beroep of opleiding wordt bepaald door: • de moeilijkheidsgraad van de werkzaamheden • de mate van verantwoordelijkheid • de vereiste zelfstandigheid In de volgende tabel worden de niveaus van de beroepen en opleidingen weergegeven. Beroep Niveau Opleiding Assistent Niveau 1 Basisberoepsbeoefenaar Niveau 2 Specialist Niveau 2 Vakfunctionaris Niveau 3
- Assistentenopleiding - Basisberoepsopleiding - Specialistenopleiding - Coördinatoropleiding
BM Services biedt beveiligingsopleidingen aan op niveau 2. Als beveiliger wordt u ingezet op vaste posten, bij recepties van bedrijven of als mobiel - of winkelsurveillant. De beveiliger is het visitekaartje van het bedrijf waar hij/zij werkzaam is en dient daarom ook representatief en van onbesproken gedrag te zijn. Vanwege het uniform wordt er veel van hen verwacht. Aan zaken als flexibiliteit en improvisatievermogen wordt daarom ook aandacht besteed tijdens de opleiding. Tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden wordt gebruik gemaakt van moderne hulpmiddelen, die in de beveiligingsbranche noodzakelijk zijn. De beveiliger moet de Nederlandse taal goed beheersen, zowel mondeling als schriftelijk. Mondeling voor de contacten met de klant en schriftelijk voor de benodigde rapportages. Ook kennis van de Engelse taal is een pré. 3.2. Kenmerken van het onderwijs Grofweg kunt u de opleiding in twee delen splitsen: een theoretisch en een praktisch deel. Tijdens de eerste acht weken worden u kennis en vaardigheden bijgebracht die u nodig hebt om te kunnen functioneren in de branche. Vervolgens volgt een periode van maximaal 44 weken waarin een combinatie van theorie en praktijk plaatsvindt. U gaat twee a drie dagdelen per week naar school. De resterende tijd bent u werkzaam in een leerbedrijf. Gedurende de rest van de opleiding bent u in de praktijk werkzaam. Er wordt van u verwacht dat u een groot deel van de lesstof zelfstandig doorwerkt. Heeft u behoefte aan meer begeleiding, dan kunt u extra theorielessen volgen. Deze theorielessen zijn facultatief. De docent is dagelijks telefonisch beschikbaar van 16.00 tot 17.30 uur.
Onderwijs- en Examenregeling
6
BM-Services
4. INHOUD EN PLANNING OPLEIDING 4.1. Kerntaken van het beroep Uw opleiding is gebaseerd op 3 kerntaken. 1. Houdt preventief toezicht op de veiligheid 2. Treedt repressief op 3. Voert eenvoudige baliewerkzaamheden uit
Deze kerntaken geven aan wat u moet kennen en kunnen om het diploma te behalen. Sommige opleidingen hebben ook eindtermen waarin de juiste beroepshouding staat beschreven. De kerntaken samen staan in het format beroepscompetentieprofiel: Beveiliger 2. Dit document is opgesteld door het landelijk orgaan beroepsonderwijs Stichting ECABO en officieel vastgesteld door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. U kunt het format van uw opleiding inzien bij de leerlingenadministratie. U kunt hiervoor een afspraak maken met uw docent. De opleiding Beveiliger kent een aantal vakken. Deze vakken moet u verplicht volgen en behalen. Schema 4.1 Overzicht vakken en SBU’s VAKKEN TIJDENS DE OPLEIDING Studiebelastinguren (normatief) Crebocode VAKKEN Crebo Verplicht/keuze Leren en burgerschap A Rekenen 2F A Nederlands 2F A Engels 2F A 55113 Beveiliging van Gebouwen en Eigendommen A 55114 Werken binnen Wettelijke Kaders A Vrije ruimte C
Beroeps PraktijkVorming (BPV)
Legitimeren Ext. Ext. Ext. Ext Ext. Ext. Totaal
School 16 SBU 20 SBU 20 SBU 20 SBU 25 SBU 35 SBU 120 SBU 256 SBU
Minimaal
240
SBU
Toelichting schema 4.1 • In de eerste kolom staat het nummer waarmee de deelkwalificatie in het centraal register beroepsopleidingen staat vermeld. Dit is de crebocode. • In de tweede kolom staat de naam van de deelkwalificatie. • In de derde staat wat voor soort deelkwalificatie het is: een verplichte (A), een verplichte keuze (B) of een vrije keuze (C). • In de vierde kolom staat op welke manier de deelkwalificatie is gelegitimeerd: extern (Ext.) of intern (Int.) Meer informatie over de legitimering staat in paragraaf 6.5.
Onderwijs- en Examenregeling
7
BM-Services
4.2. Planning van de deelkwalificaties De reguliere opleiding Beveiliger bestaat uit: − Een theoretisch deel van ongeveer 17 weken: 2 a 3 dagdelen per week op school en 2 dagdelen vrije studie. − Een praktisch deel gedurende de verdere looptijd van de praktijkovereenkomst, af te sluiten met een praktijkexamen. Tijdens het theoretische deel bent u verplicht een aantal theorielessen te volgen. Wanneer deze theorielessen gegeven worden, hoort u van uw Opleider/werkgever. Tijdens de theorielessen: • wordt u kennis, inzichten en vaardigheden bijgebracht die u nodig hebt om te kunnen functioneren in de beveiligingsbranche; • wordt u voorbereid op het theorie-examen; • wordt de vakken Nederlands, Engels, rekenen en LB( leren en burgerschap) behandeld en geëxamineerd. Het theoretisch deel wordt afgesloten met een theorie-examen per vak. Deze worden extern geëxamineerd door de SVPB (vakinhoudelijk) en ICE (algemeen). Hiervoor heeft de onderwijsinstelling een separate examenovereenkomst afgesloten met de SVPB en met ICE. Het officiële examenresultaat vanuit de SVPB en ICE zijn bindend. De examens worden gespreid over meerdere examenmomenten.
De opleiding Beveiliger wordt voor verschillende opdrachtgevers uitgevoerd. De opbouw van de opleiding wijkt dan enigszins af van de reguliere opleiding. Er wordt van u verwacht dat u een groot deel van de lesstof zelfstandig doorwerkt. Hebt u behoefte aan meer begeleiding, dan kunt u extra theorielessen volgen. Deze theorielessen zijn facultatief. Ook kunt u gebruik maken van de telefonische helpdesk (tel: 020 - 659 78 99) of de webstudiebegeleider per email (
[email protected]). Elke dag is er een studiebegeleider beschikbaar, om tussen 16.00 uur en 17.00 uur vragen te beantwoorden. Tijdens het praktische deel van de opleiding werkt u samen met uw praktijkopleider aan de taken die vermeld staan in het door ECABO uitgegeven Praktijkwerkboek. Dit werkboek dient om uw competenties en ervaringen weer te geven en uiteindelijk tot de totstandkoming van het eindproduct, het Portfolio. Vindt uw praktijkopleider dat u alle taken uit het werkboek goed heeft uitgevoerd en voldoet uw portfolio inhoudelijk aan de eisen, dan vraagt BM Services na goedkeuring van de werkmap het praktijkexamen aan.
Onderwijs- en Examenregeling
8
BM-Services
4.3. Overige onderwijs- en vormingsdoelen De vrije ruimte In uw totale opleidingstijd is een gedeelte van de tijd gereserveerd voor activiteiten die niet direct te maken hebben met het behalen van uw diploma en voor de (verplichte) keuze Deze tijd heet “de vrije ruimte”. BM Services besteedt circa 20% van deze tijd binnen de school aan extra studiebegeleiding. U kunt op school deelnemen aan: • remedial teaching *hulp aan leerlingen met leerproblemen of gedragsstoornissen • lessen studievaardigheden • sollicitatietraining • leren omgaan met examenvrees. Er kan ook gebruik gemaakt worden van het (OLC) Open leerCentrum. Hier zijn computers, internet en studieboeken beschikbaar, Wilt u gebruik maken van de extra studiebegeleiding of het OLC dan dient u hierover een afspraak te maken met de studiebegeleider op tel 020 - 659 78 99 of via de mail
[email protected] Soms bent u verplicht deel te nemen aan onderdelen van deze “vrije ruimte”. Dit wordt dan in het intakegesprek of in begeleidingsgesprekken tijdens de opleiding met u afgesproken. Verder besteedt BM Services de vrije ruimte voor het verbeteren van de kwaliteit van de beroepspraktijkvorming. De studiebegeleider houdt daartoe contact met het leerbedrijf waar u werkt.
Onderwijs- en Examenregeling
9
BM-Services
5. BEROEPSPRAKTIJKVORMING 5.1. De inrichting van de beroepspraktijkvorming In de beroepsbegeleidende leerweg wordt u voor circa 70% van de totale opleidingsduur opgeleid in het leerbedrijf waar u een leerarbeidsovereenkomst hebt. Dit heet de beroepspraktijkvorming. Het leerbedrijf moet aan bepaalde eisen voldoen. Als het leerbedrijf aan de eisen voldoet, wordt het erkend door het landelijk orgaan beroepsonderwijs Stichting ECABO. Alle erkende leerbedrijven staan in het bedrijvenregister van dit landelijk orgaan. Bij uw opleiding passen de volgende bedrijven of organisaties: • Private sector: beveiligingsbedrijven en bedrijfsbeveiligingsdiensten; • Publieke sector: stadswacht- en andere toezichthoudende organisaties. Tijdens uw hele opleiding bent u tenminste drie dagen per week bezig met de beroepspraktijkvorming. Voor de beroepspraktijkvorming moet een praktijkovereenkomst (POK) afgesloten worden. Dit is een overeenkomst tussen u, het leerbedrijf, het landelijk orgaan beroepsonderwijs en BM Services. In de overeenkomst wordt vastgesteld dat het leerbedrijf de beroepspraktijkvorming van de opleiding gaat uitvoeren. Op dit document staat wie uw praktijkopleider is en hoelang de overeenkomst geldt. Meestal wordt de praktijkovereenkomst voor de hele periode van de opleiding afgesloten. Wisselt u echter van leerbedrijf, dan moet u een nieuwe praktijkovereenkomst afsluiten. Op de achterzijde van de overeenkomst vindt u de algemene voorwaarden waaronder de praktijkovereenkomst geldig is. De praktijkopleider begeleidt u op uw werkplek. Hij of zij beoordeelt de taken zoals deze vermeld staan in het Praktijkwerkboek van de Stichting Vakexamens voor de Particuliere Beveiligingsorganisaties (SVPB). Dit werkboek dient door u samen met de praktijkopleider gebruikt te worden om te toetsen in hoeverre u in de praktijk kunt toepassen wat u in de theorie hebt geleerd. De schoolvertegenwoordiger bezoekt gedurende uw BPV-periode enkele malen uw leerbedrijf, om de voortgang van uw opleiding te “bewaken”. Wanneer u problemen hebt op uw werk, bespreekt u die eerst met uw praktijkopleider. Komt u er samen niet uit, dan kunt u een beroep doen op de docent van BM Services. Er wordt dan een afspraak met uw praktijkopleider gemaakt om de problemen te bespreken.
5.2. De inhoud van de beroepspraktijkvorming Tijdens het praktische deel van uw opleiding werkt u aan de taken in het Praktijkwerkboek, uitgegeven door het ECABO. Dit werkboek dient door u samen met de praktijkopleider gebruikt te worden om te toetsen in hoeverre u in de praktijk kunt toepassen wat u in de theorie hebt geleerd. De volgende deelkwalificaties komen in het werkboek aan de orde: 55113 Beveiliging van Gebouwen en Eigendommen 2 55114 Werken binnen Wettelijke Kaders 2 Indien uw praktijkopleider van mening is, dat u alle taken uit het werkboek goed hebt uitgevoerd, dan kunt u het portfolio samenstellen, waarna door de school uw praktijkexamen wordt aangevraagd.
Onderwijs- en Examenregeling
10
BM-Services
6 HET EXAMEN 6.1 Kwaliteitsborging examinering De kwaliteit van de examenprocessen en -producten worden gecontroleerd door ECABO ECABO is het kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven voor de economisch/administratieve, ICT- en veiligheidsberoepen. Ongeveer twee miljoen Nederlanders werken in deze beroepen. Tien procent van de jongeren is er voor in opleiding. ECABO is een van de zeventien kenniscentra die ons land telt. Samen vormen wij de schakel tussen beroepsonderwijs en bedrijfsleven. Vanuit een gezamenlijk doel: Een arbeidsmarkt in balans voor iedereen. 6.2. Diploma en certificaten Het diploma van uw opleiding is opgebouwd uit een aantal deelkwalificaties. U legt per deelkwalificatie één of meer toetsen af. Als een deelkwalificatie met een voldoende is afgesloten, hebt u recht op een certificaat. Als u de opleiding voortijdig of zonder diploma verlaat, ontvangt u voor de deelkwalificaties die u voldoende hebt afgerond een certificaat. Als u alle deelkwalificaties met een voldoende hebt afgesloten, ontvangt u een diploma met een cijferlijst. Om het diploma van deze opleiding te behalen moet u de vakinhoudelijke deelkwalificaties met een voldoende afsluiten. Uw opleiding heeft 7 verplichte deelkwalificaties. In het schema in paragraaf 4.1. kunt u zien welke deelkwalificaties dat zijn. Per deelkwalificatie stelt de (sub)examencommissie vast of u daarvoor geslaagd bent of niet. De eindwaardering kan worden weergegeven in de begrippen ‘onvoldoende’ , ‘voldoende’, ‘goed’, of in één van de volgende cijfers: 10 = uitmuntend 9 = zeer goed 8 = goed 7 = ruim voldoende 6 = voldoende 5 = bijna voldoende 4 = onvoldoende 3 = gering 2 = slecht 1 = zeer slecht
Onderwijs- en Examenregeling
11
BM-Services
6.3. Het toetsprogramma per deelkwalificatie Voor de deelkwalificaties die door de SVBP worden afgenomen geldt de volgende regeling: Naam examenonder deel Beveiliging van gebouwen 2 Wettelijke kaders BVL 2 Waarnemen en noteren 2 Praktijkopdracht en BVL 2 Handelen in kritieke situaties 2
Cesuur
Toetsvorm
Aantal items
Tijdsduur
67%
MC
40
40 minuten
67%
MC
40
40 minuten
67%
OW
n.v.t.
30 minuten
60%
Mondeling
n.v.t.
15 minuten
67%
Vaardigheid
3
20 minuten
Toelichting: MC = multiple choice OW = open werk Praktijkopdrachten BVL 2: de kandidaat dient tijdens de beroepspraktijkvorming de opdrachten uit het praktijkwerkboek voor Beveiliger uit te voeren. Tijdens het examen wordt gereflecteerd op de beroepspraktijkvorming.
De cijfers voor de theorie- en praktijkexamens worden afgerond op een geheel getal. Zowel voor het theorie-examen als het praktijkexamen moet minimaal een zes (5,5) behaald worden, om een deelkwalificatie met goed gevolg af te ronden. Voor de deelkwalificaties Nederlands, Engels, rekenen en LB krijgt u slechts theorie-examens. Ook hier geldt dat het afgeronde cijfer minimaal een zes (5,5) moet zijn om de deelkwalificatie te behalen. De vakinhoudelijke theorie- en praktijkexamens worden door de Stichting Vakexamens voor de Particuliere Beveiligingsorganisaties (SVPB) afgenomen. Voor deze toetsen geldt het examenreglement van de SVPB. De vakinhoudelijke theorie-examens kunnen op verschillende tijdstippen worden afgenomen, in overleg met het opleidingsteam. In principe worden de examens afgenomen op door de SVPB vastgestelde data en locaties. BM Services meldt u aan bij de SVPB voor de theorieonderdelen van het examen. Hiervoor hebben wij van u een uittreksel van het bevolkingsregister nodig. De inschrijving sluit 4 weken voor elke examendatum. De SVPB nodigt u schriftelijk uit voor het examen en geeft in deze uitnodiging tijd en plaats van het examen aan. Naar het examen neemt u de uitnodiging, alsmede een identiteitsbewijs mee (rijbewijs, paspoort, gemeentelijke identiteitskaart). Het praktijkexamen vindt plaats in het Praktijk Examen Centrum (PEC) van BM Services of het PEC van de SVPB. BM Services meldt u hiervoor aan middels het daarvoor bestemde aanmeldingsformulier. Onderwijs- en Examenregeling
12
BM-Services
Hieronder volgt het toetsplan voor de opleiding. Crebo-code deelkwalificatie: Onderwijseenheid: Periode / volgorde: Toelatingseisen: Toetsvorm:
Rekenen 2F Theorie / Afhankelijk van het traject Geen Diverse toetsen 100% via ICE
Crebo-code deelkwalificatie: Onderwijseenheid: Periode / volgorde: Toelatingseisen: Toetsvorm:
Leren en burgerschap Theorie / Afhankelijk van het traject Geen Diverse toetsen 100% via ICE
Crebo-code deelkwalificatie: Onderwijseenheid: Periode / volgorde: Toelatingseisen: Toetsvorm:
Nederlands 2F Theorie / Afhankelijk van het traject Geen Diverse toetsen 100% via ICE
Crebo-code deelkwalificatie: Onderwijseenheid: Periode / volgorde: Toelatingseisen: Toetsvorm:
Engels Theorie / Afhankelijk van het traject Geen Diverse toetsen 100% via ICE
Crebo-code deelkwalificatie: Onderwijseenheid: Periode / volgorde: Toelatingseisen: Toetsvorm:
55113 Beveiliging van Gebouwen en Eigendommen 2 Theorie /Afhankelijk van het traject Geen Multiple-choice 100% via SVPB
Crebo-code deelkwalificatie: Onderwijseenheid: Periode / volgorde: Toelatingseisen: Toetsvorm:
55114 Werken binnen Wettelijke Kaders 2 Theorie /Afhankelijk van het traject Geen Multiple-choice 100% via SVPB
Crebo-code deelkwalificatie: Onderwijseenheid: Periode / volgorde: Toelatingseisen: Toetsvorm:
Handelen in kritische situaties 2 Pratijk /Afhankelijk van het traject Geen Vaardigheid 100% via SVPB
Crebo-code deelkwalificatie: Onderwijseenheid: Periode / volgorde: Toelatingseisen: Toetsvorm:
Waarnemen en noteren 2 Pratijk /Afhankelijk van het traject Geen Open werk 100% via SVPB
Onderwijs- en Examenregeling
13
BM-Services
Crebo-code deelkwalificatie: Onderwijseenheid: Periode / volgorde: Toelatingseisen: Toetsvorm:
Parktijkopdrachten BVL 2 Pratijk /Afhankelijk van het traject Geen Mondeling 100% via SVPB
Voor verdere details over de examinering van SVPB verwijzen wij naar hun site; http://www.svpb.nl
Onderwijs- en Examenregeling
14
BM-Services
6.4. De beoordeling in de beroepspraktijkvorming In hoofdstuk 5 vindt u algemene informatie over hoe de beroepspraktijkvorming deel uitmaakt van de verschillende deelkwalificaties. In deze paragraaf staat hoe in de beroepspraktijkvorming precies wordt beoordeeld. Het cijfer voor het praktijkgedeelte van een deelkwalificatie komt als volgt tot stand: U dient, om aan het praktijkexamen te kunnen deelnemen, ten minste 1 maal te hebben deelgenomen aan het theorie-examen. Het cijfer voor het praktijkgedeelte van een deelkwalificatie komt als volgt tot stand: tijdens het afnemen van het examen wordt u getoetst op de onderdelen waarneming, portfolio en proeven van bekwaamheid, waarin u middels een 3-tal casussen uw bekwaamheden moet aantonen. De SVPB behaald het resultaat. 6.5. Herkansen en inhalen van toetsen De examens die afgenomen worden door de SVPB mag u zo vaak herkansen als u wilt. Hierbij zijn de kosten voor een her-examen wel voor de kandidaat. BM Services meldt u hiervoor eenmalig aan. De inschrijving sluit 4 weken voor elke examendatum. De deelkwalificaties Nederlands, Engels, rekenen en LB worden op school getoetst. U mag deze deelkwalificaties zo vaak herkansen als u wilt. Hierbij zijn de kosten voor een her-examen wel voor de kandidaat. 6.6. De externe legitimering De toetsen van de inhoudelijke deelkwalificaties moeten goedgekeurd worden door een zogeheten exameninstelling van buiten de school. Dit wordt externe legitimering genoemd. De exameninstelling die de externe legitimering van uw opleiding verzorgt, is: Kenniscentrum ECABO. Deze besteedt de examinering uit aan: Stichting Vakexamens voor de Particuliere Beveiligingsorganisaties (SVPB). De SVPB is bij wet aangewezen als examenbureau. De toetsen van de inhoudelijke deelkwalificaties worden op de volgende manier extern gelegitimeerd: • Legitimering van Onderwijs- en Examenregeling, waaronder reglement, processen en procedures. • Het aanleveren van gelegitimeerde toetsen (voor zowel theorie als beroepspraktijkvorming) voor alle inhoudelijke examenonderdelen door de exameninstelling. • Het verzorgen van afname en beoordeling van theorietoetsen door de exameninstelling. • Het verzorgen van afname en beoordeling van praktijktoetsen door de exameninstelling.
Onderwijs- en Examenregeling
15
BM-Services
7. EXAMENREGELS ( zie ook bijlage examencommissie) In het vorige hoofdstuk is de inhoud van de examens beschreven. In dit hoofdstuk worden de regels voor deelname, gedrag, vrijstellingen enz. beschreven. Officieel is een examen een onderzoek naar kennis, inzicht, vaardigheden die een kandidaat (u dus) bij voltooiing van de opleiding zich moet hebben eigen gemaakt. Een toets vormt de (deel)afsluiting van een deelkwalificatie en is een onderdeel van het examen. Alle regelingen rond het examen gelden dan ook voor toetsen.
7.1 Deelname aan het examen 7.1.1. Voorwaarden voor deelname U mag alleen deelnemen aan de examens van de opleiding waarvoor u bent ingeschreven. Daarnaast gelden voor deelname de volgende aanvullende voorwaarden: • U moet in het bezit zijn van een geldige onderwijsovereenkomst en in een later stadium een praktijkovereenkomst van de opleiding. Als u niet in het bezit bent van een praktijkovereenkomst op het moment dat u zich inschrijft voor het examen of het examen maakt dan beslist de examencommissie of u mag deelnemen aan het examen. • U moet zich op de juiste manier inschrijven voor elke toets (zie paragraaf 6.2). • U voldoet aan de verdere voorwaarden die staan beschreven in paragraaf 6.2. 7.1.2. Aanwezigheid U bent verplicht deel te nemen aan de toetsen waarvoor u bent ingeschreven. Als u niet deelneemt aan een toets, moet u aan de examencommissie van uw opleiding een schriftelijke verklaring overleggen waarop de reden van het verzuim is vermeld. De examencommissie oordeelt over de geldigheid van het verzuim. Als u een geldige verzuimreden hebt, komt de eerstvolgende toetsgelegenheid in plaats van de verzuimde toetsgelegenheid. Als u geen geldige verzuimreden hebt, dan is de verzuimde toetsgelegenheid geldig. Hierdoor wordt het recht op het totaal aantal toetskansen beïnvloed. Tevens worden ook de examenkosten bij u in rekening gebracht. 7.1.3. Ziekte of overmacht Verzuim aan toetsen door aangetoonde ziekte of een andere vorm van overmacht, kan aangemerkt worden als geldig verzuim. De examencommissie oordeelt over de geldigheid van het verzuim. 7.2. Vrijstellingen Vrijstelling betekent dat u geen toetsen hoeft te maken om één of meer deelkwalificatie(s) te behalen. Vrijstelling kunt u om de volgende reden krijgen: 1. U hebt de deelkwalificatie waarvoor u vrijstelling krijgt, al behaald bij een erkende instelling. De vrijstelling die vermeld staat bij 1 wordt Eerder Verworven Competentie (EVC) genoemd. Voor het verkrijgen van deze vrijstelling gelden de volgende regels: • Deze vrijstelling wordt tijdens de intake vastgelegd aan de hand van het volgende bewijsstuk: door de uitgevende of andere bevoegde instantie gewaarmerkte kopieën van de certificaten of het diploma waaruit blijkt dat de deelkwalificatie is behaald. • Deze vrijstelling behoeft niet te worden aangevraagd bij de examencommissie omdat ze in de Wet (WEB artikel 7.4.3.3) is vastgelegd, geniet wel de voorkeur. • De studiebelastingsuren en het behaalde cijfer worden meegenomen naar de nieuw te volgen kwalificatie. Onderwijs- en Examenregeling
16
BM-Services
• Op de cijferlijst bij het diploma wordt niet het behaalde cijfer vermeld maar de tekst EVC. Vrijstellingen worden schriftelijk vastgelegd in de OOK (Onderwijsovereenkomst) door middel van een vrijstellingsverzoek formulier welke ondertekend wordt door het bevoegd gezag. WEB Artikel 3b. Vrijstellingen onderdelen Nederlandse taal en rekenen De deelnemer is vrijgesteld van het examen in het onderdeel Nederlandse taal of rekenen van een beroepsopleiding indien aangetoond is dat: a. hij het examen in het betreffende onderdeel heeft afgelegd zoals is vastgesteld voor een beroepsopleiding van eenzelfde dan wel een hoger niveau als bedoeld in artikel 7.2.2, derde lid, van de wet; b. hij een eindwaardering voor het betreffende examenonderdeel van ten minste het cijfer 6 heeft behaald; en c. er na het studiejaar waarin hij het examen in het betreffende onderdeel heeft afgelegd nog geen twee studiejaren zijn verstreken.
Als bijlage is een document toegevoegd met de werkwijze en samenstelling van de examencommissie, hierin staat de EVC procedure ook vermeld. 7.3. Gedragsregels tijdens toetsafname De examencommissie kan gedragsregels vaststellen die afwijken van de gedragregels die in deze paragraaf staan beschreven. Als dit gebeurt, wordt u hier uiterlijk één week voor de vastgestelde examendatum van op de hoogte gebracht. a. Gedragsregels voor theorietoetsen Voor aanvang van de toets U moet minimaal 5 minuten voor de toets begint in de examenlocatie aanwezig zijn. U moet zichzelf kunnen legitimeren met een geldig legitimatiebewijs (paspoort of identiteitskaart). Niet-toegestane hulpmiddelen en communicatiemiddelen moet u inleveren of moeten uitstaan. Tijdens de toets 1. U mag het eerste half uur de examenlocatie niet verlaten. Als de af te nemen toets maximaal één uur duurt, mag u het eerste kwartier de examenlocatie niet verlaten. 2. U mag het laatste half uur de examenlocatie niet verlaten. Als de af te nemen toets maximaal één uur duurt, mag u het laatste kwartier de examenlocatie niet verlaten. 3. U mag de examenlocatie niet verlaten tijdens toetsen die maximaal een half uur duren. Het einde van de toets 1. U levert het toetsmateriaal, de gemaakte opgaven en het eventueel gebruikt kladpapier in bij de examinator of surveillant. b. Te laat komen U mag nog deelnemen aan een toets als u binnen een half uur nadat de toets is begonnen, aanwezig bent in de examenlocatie en nog geen andere kandidaten de locatie hebben verlaten. Voor toetsen die maximaal één uur duren geldt het volgende. U mag nog deelnemen aan een toets als u binnen een kwartier nadat de toets is begonnen, aanwezig bent in de examenlocatie en nog geen andere kandidaten de locatie hebben verlaten. Voor toetsen die maximaal een half uur duren geldt dat u niet meer mag deelnemen aan de toets als u te laat komt. c. Gebruik hulpmiddelen In de oproep voor de toets staan de hulpmiddelen vermeld die u tijdens een toets mag of moet Onderwijs- en Examenregeling
17
BM-Services
gebruiken. d. Gedragsregels voor praktijktoetsen De gang van zaken voor, tijdens en na de praktijktoetsen wordt tijdig aan u bekend gemaakt. Verder gelden dezelfde gedragsregels over legitimering en het inleveren van toetsmaterialen als voor theorietoetsen.
Onderwijs- en Examenregeling
18
BM-Services
7.4. Onregelmatigheden a. Als u bij de toetsing zogenaamde onregelmatigheden pleegt, kan de examencommissie maatregelen tegen u treffen. Voordat de maatregel wordt opgelegd, wordt u gehoord. U kunt zich hierin bij laten staan door een meerderjarige. Als u minderjarig bent, kan uw wettelijke vertegenwoordiger u bijstaan. b. Als onregelmatigheid wordt in ieder geval aangemerkt: • Spieken • Het niet opvolgen van instructies van examinatoren en surveillanten • Het gebruik van niet-toegestane hulpmiddelen • Het van elkaar lenen of gaan halen van toegestane hulpmiddelen • Het bij zich dragen van niet-toegestane moderne communicatiemiddelen De examencommissie beoordeelt verder of gedragingen, handelingen en dergelijke als onregelmatigheid zijn aan te merken. c. Als u zich tijdens een toets schuldig maakt aan bedrog of als u een onregelmatigheid pleegt, dan wijst de examinator of de surveillant u erop dat: • U zich aan bedrog dan wel onregelmatigheid schuldig maakt - dit vermeld zal worden in het proces-verbaal - u verdere deelname aan de toets wordt ontzegd. Dit laatste gebeurt na overleg met de voorzitter van de examencommissie of de plaatsvervanger daarvan. Eventueel bewijsmateriaal wordt direct ingenomen. d. Als u een onregelmatigheid pleegt worden de volgende maatregelen genomen: - uw toets wordt beoordeeld met het cijfer 1 - u verspeelt een toetskans. Het recht op uw totaal aantal toetskansen wordt dus beïnvloed. e. U zelf of als u minderjarig bent uw wettelijke vertegenwoordiger wordt schriftelijk van de maatregel in kennis gesteld. Ook het leerbedrijf wordt van de maatregel schriftelijk in kennis gesteld. 7.5. Bekendmaking resultaten De uitslag van elk examenonderdeel of toets wordt door de examencommissie binnen zes schoolweken na afname van de toets bekend gemaakt. Uitslagen die de totale (deel)kwalificatie betreffen worden schriftelijk aan u medegedeeld. De uitslag van het examen wordt door de examencommissie binnen zes schoolweken na de afsluiting van uw opleiding aan u bekend gemaakt. 7.6. Inzage examenwerk Binnen twee schoolweken nadat de toetsresultaten bekend zijn gemaakt, hebt u het recht uw toets in te zien. Inzage betekent dat u recht hebt op bespreking van de toets en op een motivering van de beoordeling onder toezicht van de examencommissie. Een verzoek tot inzage kunt u schriftelijk indienen bij de examencommissie. Uw toets wordt samen met de toetsopgaven en de beoordelingscriteria bewaard door de examencommissie. Als de aard en de omvang van uw toets het niet toelaat bewaard te worden, dan worden de protocollen bewaard. De bewaringstermijn is zes maanden. De termijn begint op de dag dat de toetsresultaten worden bekend gemaakt.
Onderwijs- en Examenregeling
19
BM-Services
7.7. Regeling Beroep a. Beroep en termijn voor indienen Als u het oneens bent met een beslissing van de examinator dan went u zich tot de examencommissie, indien u het echter niet eens bent met de uitspraak van de examencommissie dan kunt u hiertegen in beroep gaan bij de Commissie van Beroep van BM Services stuurt dan een beroepschrift aan het bevoegd gezag. De termijn die u hebt om een beroepschrift in te dienen bedraagt twee weken. De termijn vangt aan op de dag nadat de beslissing door de examinator of de examencommissie is bekend gemaakt. b. Minnelijke schikking Nadat u het beroepschrift hebt ingediend, kunt u in overleg met de examinator of de examencommissie alsnog proberen tot een ‘minnelijke schikking’ (overeenstemming) te komen en daarmee het probleem op te lossen. Als dit lukt, hoeft het ingediende beroep niet te worden behandeld. c. Verzending Bij ontvangst voorziet de Commissie van Beroep het beroepschrift van een dagstempel. De dagstempel toont de datum waarop het beroep is ingediend en is doorslaggevend bij de vaststelling van de termijn van twee weken waarbinnen het beroepschrift ingediend moet worden. De Commissie van Beroep stelt de examinator of de examencommissie op de hoogte van het ingestelde beroep. d. Beroepschrift (in eerste instantie dus gericht aan de examencommissie) Het beroepschrift bevat: • naam en adres van de indiener • datum van indiening • omschrijving van de beslissing of maatregel waartegen beroep wordt ingediend (kopie meesturen) • de gronden van het beroep. Het beroep wordt ingediend bij het bevoegd gezag: Examencommissie BM-Services Schipholweg 307 1171 PL Badhoevedorp Email:
[email protected]
Bij het niet eens zijn met de beslissing van de examencommissie dan kunt u zich richten tot de commissie van beroep College van Beroep BM Services t.a.v. Commissie van Beroep Schipholweg 307 1171 PL Badhoeveodorp Email:
[email protected]
Onderwijs- en Examenregeling
20
BM-Services
e. Termijn uitspraak beroep De Commissie van Beroep beslist zo mogelijk binnen twee weken na indiening van het beroep. De Commissie kan de termijn eenmaal verlengen met een maximum van twee weken. f. Beroep externe legitimering U kunt ook in beroep gaan tegen beslissingen die genomen zijn door of onder verantwoordelijkheid van de exameninstelling met betrekking tot het afnemen van extern gelegitimeerde examens. Dit kan bij de Commissie van Beroep voor de Extern Gelegitimeerde Examens. De commissie behandelt het beroep volgens de procedure die door de commissie is opgesteld en vastgesteld. De Commissie stelt de (sub)examencommissie op de hoogte van het ingestelde beroep. 7.8. Organisatie van examens 7.8.1. De examencommissie De directie van BM Services heeft één centrale examencommissie ingesteld. De leden zijn: de directeur opleidingen, de manager onderwijs, de medewerker training & quality, de management assistente en twee externen. De centrale examencommissie is verantwoordelijk voor de kwaliteit en de evaluatie van de examens en toetsen voor alle opleidingen binnen het opleidingscentrum. Ook is zij verantwoordelijk voor het opzetten van een efficiënte examenorganisatie en voor het afnemen van de examens en het beoordelen van de resultaten. 7.8.2. Organisatie en afname van toetsen De manager onderwijs stelt het examenrooster op, voordat de opleiding heeft aangevangen. Tevens instrueert hij de examinator. Eén van de docenten vermenigvuldigt en verspreidt de toetsen. Na afname worden de toetsen verzameld en opgeborgen. De cursisten mogen de toetsruimte verlaten wanneer de laatste kandidaat gereed is. 7.8.3. Geheimhouding Een ieder die betrokken is bij de uitvoering van de examinering en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van de examinering noodzaak tot bekendmaking voortvloeit. 7.8.4. Samenstelling van examens 1. De examencommissie selecteert de toetsen die bij de examens horen. 2. De toets gaat de omvang van het vereiste eindniveau (2F) niet te buiten. BM-Services heeft contact met Cito om zo advies te verkrijgen over het samenstellen van examens een door Cito samengestelde checklist voor als leidraad gebruikt bij het samenstellen van de vragen, in de bijlage van de examencommissie is de checklist opgenomen.
Onderwijs- en Examenregeling
21
BM-Services
7.8.5. Richtlijnen voor de beoordeling van examens 1. Elke toets wordt objectief aan de hand van dezelfde normen en op gelijke wijze beoordeeld. 2. Elke toets wordt beoordeeld aan de hand van normen die vastgesteld zijn in een beoordelingsvoorschrift. 3. De kandidaten zijn op de hoogte gebracht van de normering die bij de beoordeling wordt gehanteerd. 4. Beoordelaars moeten hun beoordeling kunnen motiveren. De beoordeling moet consistent zijn en in overeenstemming zijn met de beoordelingscriteria. 7.8.6. Onvoorziene omstandigheden In geval van omstandigheden waarin de onderwijs- en examenregeling niet voorziet, beslist het bevoegd gezag in samenspraak met de Centrale examencommissie.
Het bevoegd gezag, BM Services
M. van ’t Veer Directeur Business Marketing Services BV
Onderwijs- en Examenregeling
22
BM-Services
Examencommissie BM-Services Klachtenregeling College van Beroep
Onderwijs- en Examenregeling
23
BM-Services
Examencommissie BM-Services Wat doet de examencommissie? De examencommissie zorgt ervoor, dat de diploma’s die de opleiding van Business Marketing Services uitreikt aan deelnemers gebaseerd zijn op een verantwoorde en rechtvaardige toetsing van de kennis, vaardigheden en attitudes die de opleiding nastreeft. Zij bekijkt afwijkingen naar boven en naar onder, ofwel of deelnemers ten onrechte wel of ten onrechte niet slagen voor een examen. De opleidings- en examenregeling (OER) is dé richtlijn voor het werk van de examencommissie. In de taak van de examencommissie spelen de examens/tentamens, de gang van zaken tijdens en rondom examens/tentamens en de beoordeling van examens en werkstukken een belangrijke rol. De examencommissie wijst examinatoren aan, ziet toe op een ordelijk verloop van tentamens en de inzage, bestrijdt fraude, bepaalt de sanctie voor frauderende studenten, bevordert en controleert de kwaliteit van de toetsing, beslist over de toepassing van de OER en gaat na of bijzondere omstandigheden afwijkingen van de regels rechtvaardigen. Ook het verlenen van vrijstellingen, de toelating tot de opleiding of het onderwijs in de volgende fase en de toelating tot examens of tentamens vormen het werkterrein van de examencommissie. Wanneer neem je contact op met de examencommissie? In de volgende situaties kun je overwegen contact op te nemen met de examencommissie: 1. Als je meent dat er iets mis is met de wijze waarop een toetsing gaat plaatsvinden of heeft plaatsgevonden. 2. Als je goede redenen hebt om de vaststelling van het cijfer in twijfel te trekken en overleg met de examinator (vrijwel altijd een van de docenten van de cursus) geen oplossing heeft gebracht. 3. Als je naar jouw mening ten onrechte niet bent toegelaten tot onderwijs of een toetsing. 4. Als er bijzondere omstandigheden een rol hebben gespeeld bij een terechte afwijzing of uitsluiting. 5. Als je meent dat bijzondere omstandigheden rechtvaardigen dat je een extra gelegenheid moet krijgen voor een toetsing of beoordeling en wachten op de eerstvolgende reguliere gelegenheid voor jou onevenredig nadelig uitpakt. Je tekent dan bezwaar aan tegen de betreffende beslissing of je dient een verzoek in. Hoe neem je contact op met de examencommissie? Het eerste aanspreekpunt is de voorzitter van de examencommissie. Dat kan schriftelijk (t.a.v. dhr. W.T. van Leeuwen, 1171 PL, Badhoevedorp) of via de email
[email protected]. Vermeld bij elk verzoek in ieder geval je naam, adres, woonplaats, telefoonnummer en e-mailadres. Geef tevens aan welke opleiding je volgt en in welke fase je zit (bijvoorbeeld eerste jaar of tweede jaar) Beschrijf je verzoek of bezwaar zo helder mogelijk en baseer je daarbij op de regels (OER). Beschrijf tevens eventuele aantoonbare bijzondere omstandigheden zo helder mogelijk en voeg zo mogelijk bewijsstukken toe. Onder normale omstandigheden ontvang je binnen 4 weken een reactie van de examencommissie. De examencommissie en de docenten De opleiding en de examencommissie helpt docenten bij het op peil houden van de kwaliteit van de toetsing. Hiervoor ontwikkelt zij richtlijnen. De examencommissie toetst regelmatig of toetsing wel verantwoord plaatsvindt. Hoe voorkom je dat je een beroep moet doen op de examencommissie? Je kunt beter je leerboeken bestuderen dan de OER. Mocht je toch nog vertraging oplopen, let dan goed op de regels die beogen studievertragingen te beperken, zoals de beperkte geldigheidsduur van examen/tentamenresultaten. Sla geen examen/tentamengelegenheid over. Als de kans bestaat dat je niet wordt toegelaten tot onderwijs in de volgende fase of tot examens/tentamens, ga dan goed na welke regels gelden en maak voor jezelf een haalbaar studieplan. Neem vervolgens contact op met de docent en bespreek met hem of haar je voornemen om je tot de examencommissie te richten met een verzoek of bezwaar.
Onderwijs- en Examenregeling
24
BM-Services
Verzoeken aan de examencommissie Aanvraag van vrijstellingen Indien je meent in aanmerking te komen voor een vrijstelling van een bepaald vak omdat je je in een eerdere studie al verdiept hebt in dat vak, dan kun je een vrijstellingsverzoek indienen. In een vrijstellingsverzoek geef je nadrukkelijk aan om welk vak het gaat (inclusief vakcode) en op basis van welk(e) vak(ken) bij welke studie je recht op vrijstelling meent te hebben. Voeg daartoe minimaal een gewaarmerkte cijferlijst / diploma waaruit de behaalde resultaten en de studiebelasting blijken. De examencommissie zal vervolgens in overleg met de docent van het vak waarvoor vrijstelling wordt aangevraagd beslissen of deze kan worden verleend. Bij vrijstellingverzoeken hanteert de examencommissie onder andere de volgende toetscriteria:
Het vak op grond waarvan vrijstelling aangevraagd wordt is van tenminste dezelfde omvang als het vak waarvoor een vrijstelling wordt aangevraagd.
Qua stof overlappen beide vakken elkaar sterk De vrijstelling kan alleen toegekend worden indien de aantoonbare bewijslast minimaal op MBO niveau II of hoger is. Fraude “Onder fraude wordt verstaan het handelen of nalaten van een examinandus, dat erop is gericht het vormen van een juist oordeel over zijn kennis, inzicht en vaardigheden geheel of gedeeltelijk onmogelijk te maken.” Spieken tijdens tentamens is een vorm van fraude, maar ook het kopiëren van uitwerkingen van opdrachten van collega-studenten wordt aangemerkt als fraude. Een bijzondere vorm van fraude is “plagiaat”. Plagiaat is een inbreuk op het auteursrecht van een ander. Er is sprake van plagiaat als men niet of niet juist verwijst of citeert in bijvoorbeeld werkstukken, opdrachten, papers, theses of andere wetenschappelijke producten die gemaakt worden ten behoeve van een vak. Plagiaat is een wetenschappelijke doodzonde. Het is daarom niet verwonderlijk dat de examencommissie hard optreedt tegen deze vorm van fraude. Afhankelijk van de zwaarte van het delict kan de examencommissie plagiaatplegers voor 1 jaar uitsluiten van alle onderwijsactiviteiten. Er gaan zelfs stemmen op om deze maximale strafmaat verder te verhogen. De commissie doet overigens pas uitspraak na de betrokkenen gehoord te hebben. Ook studenten die andere studenten in de gelegenheid hebben gesteld plagiaat te plegen kunnen gestraft worden. Dat is bijvoorbeeld het geval bij studenten die willens en wetens de uitwerkingen van een opdracht doorgeven aan een medestudent die vervolgens dit werk als eigen werk inlevert. Ook bij groepswerk hebben collega-studenten de plicht na te gaan of het deelwerk van teamgenoten vrij is van plagiaat. Dat kan bijvoorbeeld door er expliciet naar te vragen. Op juiste wijze citeren en verwijzen naar wetenschappelijke teksten voorkomt dat je onbedoeld plagiaat pleegt. Wat te doen, in indien u het niet eens bent met de beslissing van de examencommissie Als u het oneens bent met een beslissing van de examinator of examencommissie kunt u hiertegen in beroep gaan bij de Commissie van Beroep van BM Services stuurt dan een beroepschrift aan het bevoegd gezag. De termijn die u hebt om een beroepschrift in te dienen bedraagt twee weken. De termijn vangt aan op de dag nadat de beslissing door de examinator of de examencommissie is bekend gemaakt. b. Minnelijke schikking Nadat u het beroepschrift hebt ingediend, kunt u in overleg met de examinator of de examencommissie alsnog proberen tot een ‘minnelijke schikking’ (overeenstemming) te komen en daarmee het probleem op te lossen. Als dit lukt, hoeft het ingediende beroep niet te worden behandeld. c. Verzending Bij ontvangst voorziet de Commissie van Beroep het beroepschrift van een dagstempel. De dagstempel toont de datum waarop het beroep is ingediend en is doorslaggevend bij de vaststelling van de termijn van twee weken waarbinnen het beroepschrift ingediend moet worden. De Commissie van Beroep stelt de examinator of de examencommissie op de hoogte van het ingestelde beroep.
Onderwijs- en Examenregeling
25
BM-Services
d. Beroepschrift Het beroepschrift bevat: • naam en adres van de indiener • datum van indiening • omschrijving van de beslissing of maatregel waartegen beroep wordt ingediend (kopie meesturen) • de gronden van het beroep. Het beroep wordt ingediend bij het bevoegd gezag: BM Services t.a.v. Commissie van Beroep Schipholweg 307 1171 PL Badhoeveodorp Email:
[email protected] e. Termijn uitspraak beroep De Commissie van Beroep beslist zo mogelijk binnen twee weken na indiening van het beroep. De Commissie kan de termijn eenmaal verlengen met een maximum van twee weken. f. Beroep externe legitimering U kunt ook in beroep gaan tegen beslissingen die genomen zijn door of onder verantwoordelijkheid van de exameninstelling met betrekking tot het afnemen van extern gelegitimeerde examens. Dit kan bij de Commissie van Beroep voor de Extern Gelegitimeerde Examens. De commissie behandelt het beroep volgens de procedure die door de commissie is opgesteld en vastgesteld. De Commissie stelt de (sub)examencommissie op de hoogte van het ingestelde beroep. Samenstellen Examens Bij het samenstellen van de examens houdt de examencommissie contact met CITO om adviezen te vragen bij het samenstellen van examenvragen. BM-Services heeft de volgende checklist ontvangen vanuit Cito.
Onderwijs- en Examenregeling
26
BM-Services
Checklist voor Examencommissie BM Services n.a.v. advies Cito Deze lijst is bedoeld om afgerond conceptmateriaal te screenen. De lijst wordt met name gebruikt voor het screenen van meerkeuze-items (toetsen). Algemeen Lees en beantwoord de vraag zonder naar de sleutel te kijken. Als het antwoord fout is, ligt dat dan aan de vraag? Controleer hiervoor of: a. er wel een goed antwoord is, b. er misschien meerdere goede antwoorden zijn, c. de vraag onduidelijkheden bevat, d. de alternatieven onduidelijkheden bevatten. Voer de controle b t/m d ook uit als het antwoord goed was. Is de vraag belangrijk genoeg om te stellen? (Raakt hij aan hoofdzaken? Past hij in de toetsmatrijs?) Meet de vraag ook wat de constructeur wilde meten? (Is het doel duidelijk?) Is de vraag alleen te beantwoorden op basis van vakinhoudelijke kennis? Zijn de vragen onafhankelijk? (dat wil zeggen dat door het goed beantwoorden van een willekeurige vraag uit de toets, ook duidelijk wordt wat het goede antwoord op een andere vraag uit dezelfde toets is.) De stam Bevat de stam een duidelijke vraag of opdracht? Bevat de stam voldoende informatie om de vraag te kunnen beantwoorden? Bevat de stam geen overbodige informatie? Is de stam precies, beknopt en grammaticaal juist geformuleerd? Bevat de stam geen dubbele ontkenning? Als de stam een ontkenning bevat, is deze dan in Kapitalen aangegeven? De alternatieven Zijn alle afleiders aannemelijk? Wordt in het goede alternatief niet een term uit de stam herhaald? Staan er geen woorden als 'altijd', 'nooit' of 'alle' in enkele afleiders? Zijn er dubbele ontkenningen tussen de stam en één of meer alternatieven? Sluiten de alternatieven elkaar uit? Zijn de alternatieven ongeveer even lang? Sluiten de alternatieven grammaticaal en inhoudelijk goed aan op de stam? Bevatten de alternatieven geen herhalingen uit de stam of van elkaar? Zijn de alternatieven logisch gerangschikt? (alfabetisch of op volgorde van grootte) Zijn de alternatieven voldoende van elkaar te onderscheiden? Relevantie en inhoudsvaliditeit Past de vraag binnen de toetsmatrijs? Heeft de vraag betrekking op het te toetsen vak(gebied)? Blijkt uit de vraag duidelijk welke leerstof en/of vaardigheid getoetst wordt? Heeft de vraag een aanvaardbare moeilijkheidsgraad (schatting) voor het bedoelde onderwijs? Is de vraagvorm geschikt voor het doel? Is de vraag voorzien van objectieve beoordelingscriteria? (sleutel bij meerkeuzevragen en antwoordmodel bij open vragen)
Onderwijs- en Examenregeling
27
BM-Services
Taalgebruik Is de vraag grammaticaal juist geformuleerd? Bevat de vraag een eenvoudige zinsconstructie? Bevat de vraag een dubbele ontkenning? Bevat de vraag onnodig moeilijke woorden? Bevat de vraag onnodige tussenvoegsels? Is de vraag negatief gesteld? Is dat nodig? Kan de formulering van de vraag aanleiding geven tot misverstanden? Bestaat er gevaar dat de vraag door klemtoonverschuiving duidelijk van betekenis verandert? Het gebruik van context Het gebruik van afbeeldingen kan in bepaalde gevallen handiger zijn dan alleen omschrijvingen. De functionaliteit van de afbeelding dient voorop te staan. Is het gebruik van plaatjes, grafieken etc. functioneel? Zijn de plaatjes, grafieken, tekeningen, etc. duidelijk getekend? Zijn de tekeningen correct? Is de eventuele toelichting bij de plaatjes etc. duidelijk, kort en helder geformuleerd? Bevat de toegevoegde tekst overbodige informatie? Presentatie Een goede lay-out van toetsmateriaal is een belangrijke randvoorwaarde om een toets te maken. Heeft men zich gehouden aan algemeen geldende conventies wat betreft symboolgebruik, interpunctie e.d.? Zijn tabellen e.d. op fouten gecontroleerd? Zijn de verwijzingen in de vraag naar een tekst, tekening, tabel juist?
Onderwijs- en Examenregeling
28
BM-Services
29
Samenstelling van de examencommissie BM-Services Voorzitter: Dhr. W.T. van Leeuwen Leden: Dhr. M. van’t Veer Dhr. J. Piersma Dhr. R. Koning Dhr. P. de Potter Secretariaat
Mevr. A. Willebrands heeft een ondersteunende rol en heeft geen stemrecht.
Beoordelaars examens; Docenten, Dhr. W.T. van Leeuwen, Dhr. J. Piersma en Dhr. M. van’t Veer. Adviserende leden, tevens lid van college van Beroep: Mevr. E. Vonk & Mevr. M.B.J. Scheuter. Samenstelling van het college van Beroep van BM-Services Voorzitter Leden
Drs M Ris, Mevr E. Vonk, Mevr. M.B.J. Scheuter,
sinds 1 aug 2008, herbenoemd voor twee termijn sinds 1 aug 2008, herbenoemd voor twee termijn sinds 1 aug 2008, herbenoemd voor twee termijn
Contact Examencommissie BM-Services Schipholweg 307 1171 PL Badhoevedorp Email:
[email protected] College van Beroep BM Services t.a.v. Commissie van Beroep Schipholweg 307 1171 PL Badhoeveodorp Email:
[email protected]
30
RECHTSBESCHERMING – Klachtenregeling-
Allereerst heeft u contact gehad met de examencommissie, wanneer u hierin tegen beroep wilt gaan, dan kunt u dit richten aan het college van beroep van BM-Services. Artikel 1
Recht van Beroep voor de Examens
BM Services kent een College van Beroep voor de Examens. Het adres van het College luidt: Schipholweg 307, 1171 PL Badhoevedorp Of per email naar
[email protected] Artikel 2 1. 2. 3.
4. 5. 6. a. b. c. d. e. 7. 8. 9. 10. 11.
Bezwaar
De cursist die rechtstreeks in zijn belang is getroffen door of die zich niet kan verenigen met handelingen of besluiten die door een lid van het personeel of een cursist, jegens hem zijn verricht dan wel genomen, heeft het recht een bezwaarschrift bij de directeur in te dienen. Ingeval van een beslissing kan de cursist, die daar de voorkeur aan geeft, ook rechtstreeks beroep instellen bij het College van Beroep. Indien sprake is van een schriftelijk medegedeelde beslissing en daarbij tevens de mogelijkheid voor bezwaar en/of beroep wordt aangegeven, dient die aanwijzing te worden gevolgd. Indien het bezwaarschrift bij een ander is ingediend dan in het voorgaande bepaald, wordt gehandeld alsof aan het in lid 1 en 2 van dit artikel bepaalde is voldaan. Het bezwaarschrift met de overgelegde stukken wordt, na aantekening van de datum van ontvangst, doorgezonden naar de directeur. Aan de belanghebbende wordt hiervan gelijktijdig mededeling gedaan. Het bezwaarschrift wordt door de betrokken cursist bij aangetekend schrijven ingediend binnen vier weken nadat het betreffende besluit werd genomen, c.q. het besluit aan de betrokken cursist ter kennis werd gebracht. Bij overschrijding van de termijn, zoals bedoeld in lid 4, ten gevolge van omstandigheden die de belanghebbende niet kunnen worden verweten, laat de directeur een niet ontvankelijkheidverklaring van het verzoek op die grond achterwege. Het bezwaarschrift is ondertekend en bevat ten minste de volgende gegevens: naam, postadres, woonplaats en opleiding van de cursist; aanduiding van de persoon of het orgaan dat de bestreden handeling heeft verricht of het bestreden besluit heeft genomen; de omschrijving van de handeling of het besluit waartegen het bezwaar is gericht; de datum waarop de handeling is verricht of het besluit werd genomen, respectievelijk aan de belanghebbende ter kennis werd gebracht; de gronden waarop het bezwaar berust. De directeur gaat na of via minnelijke schikking een voor de betrokken cursist aanvaardbare oplossing tot stand kan worden gebracht. De directeur beslist binnen vier weken na indiening van het bezwaarschrift. Indien een beslissing niet binnen de gestelde termijn is genomen, wordt deze geacht te zijn geweigerd. De beslissing, zoals bedoeld in lid 8, wordt gedagtekend, met redenen omkleed en in een voor beroep vatbare vorm bij aangetekend schrijven aan de belanghebbende verzonden. Tegen deze beslissing kan de betrokken cursist in beroep gaan bij het College van Beroep, zoals bedoeld in artikel 4 lid 1, sub b. Dit artikel is van overeenkomstige toepassing op de aspirant-cursist en ex-cursist.
31
Artikel 3 1. 2. 3. 4. 5. 8. 9. 10.
BM Services kent een College van Beroep waarbij degene die rechtstreeks in zijn belang is getroffen door een beslissing, zoals bedoeld in artikel 4 lid 1, in beroep kan gaan. Het College van Beroep, zoals bedoeld in lid 1, bestaat uit drie leden, de voorzitter daaronder begrepen. De voorzitter en plaatsvervangend voorzitter worden benoemd door de directie. Twee leden worden benoemd uit de geleding onderwijzend personeel van de instelling. De benoeming van de leden van het College van Beroep geschiedt voor de termijn van twee jaren, of wanneer het cursisten betreft, voor de termijn van maximaal één jaar. Zij zijn opnieuw benoembaar. Op eigen verzoek worden de leden uit hun functie ontheven. Het College van Beroep wordt bijgestaan door een secretaris, die wordt aangewezen door de directie. De desbetreffende personen verstrekken aan het College van Beroep de gegevens die het nodig heeft voor het uitvoeren van de taak van het College.
Artikel 4 1.
2.
Recht van Beroep
Bevoegdheden College van Beroep
Het College van Beroep oordeelt over het beroep tegen: a. beslissingen ter zake van een van de maatregelen (huisregels); b. beslissingen ter zake van een bezwaar; c. beslissingen van een examencommissie, alsmede de behandeling tijdens het afleggen van de examens of een onderdeel daarvan; Met een beslissing wordt gelijk gesteld een weigering om te beslissen. Indien een beslissing niet binnen de daarvoor bij of krachtens de wet of dit statuut gestelde termijn of, bij het ontbreken van zulk een termijn, niet binnen redelijke tijd is genomen, wordt het nemen van de beslissing geacht te zijn geweigerd.
Artikel 5
Instelling van Beroep
1.
Het met redenen omkleed beroepschrift wordt ingediend bij het College van Beroep binnen vier weken nadat de beslissing aan de belanghebbende is medegedeeld, de handeling ten opzichte van de belanghebbende is verricht, of de behandeling door de belanghebbende is ondergaan. Bij overschrijding van deze termijn ten gevolge van omstandigheden die de belanghebbende niet kunnen worden verweten, laat het College van Beroep de niet-ontvankelijkheidverklaring op die grond achterwege.
2.
Het beroepschrift is ondertekend en bevat: a. naam, huisadres, woonplaats en opleiding van de appellant, b. vermelding van de persoon of personen die de aan het beroep onderhevige beslissing heeft of hebben genomen, c. een duidelijke omschrijving van de beslissing, respectievelijk handeling waartegen het beroep is gericht, met indien mogelijk overlegging van een afschrift daarvan, of indien het beroep is gericht tegen het weigeren van een beslissing, een duidelijke omschrijving van de beslissing die naar het oordeel van de appellant had moeten worden genomen; d. de gronden waarop het beroep rust.
3.
De voorzitter van het College van Beroep stelt degene die in beroep is gegaan ervan in kennis als gegevens in het beroepschrift ontbreken en nodigt hem uit deze binnen een door de voorzitter te stellen termijn alsnog te verstrekken. In geval de cursist niet binnen die termijn de gegevens verstrekt, kan het beroep op die grond nietontvankelijk worden verklaard.
32
Artikel 6 1.
Minnelijke Schikking en Verweerschrift
Alvorens het beroep in behandeling te nemen kan het College van Beroep het beroepschrift zenden aan het orgaan waartegen het beroep is gericht met de uitnodiging om in overleg met de betrokkene na te gaan of een minnelijke schikking van het geschil mogelijk is. Het betreffende orgaan deelt binnen vier weken aan het College van Beroep mee, onder overlegging van daarop betrekking hebbende stukken, tot welke uitkomst het beraad heeft geleid. Is een minnelijke schikking niet mogelijk gebleken, dan wordt het beroepschrift door het College van Beroep in behandeling genomen. In geval een minnelijke schikking niet mogelijk is gebleken, wordt bij de stukken, zoals bedoeld in lid 2, een verweerschrift van het betreffende orgaan gevoegd. Indien de voorzitter van het College van Beroep heeft besloten een minnelijke schikking achterwege te laten, bepaalt hij de termijn waarbinnen het verweerschrift kan worden ingediend. Van het verweerschrift wordt onverwijld een afschrift gezonden aan de appellant.
2. 3. 4. 5.
Artikel 7 1.
Vereenvoudigde Behandeling
De voorzitter van het College van Beroep kan onmiddellijk uitspraak doen, indien hij van oordeel is dat het College van Beroep kennelijk onbevoegd is, of het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, dan wel de verdere behandeling van het beroep hem niet nodig voorkomt. De appellant, respectievelijk de verweerder, kan binnen vier weken nadat de uitspraak, zoals bedoeld in lid 1, is toegezonden, verzet indienen bij het College van Beroep.
2.
Artikel 8 1.
Vaststelling Plaats en Tijdstip Behandeling
De voorzitter van het College van Beroep bepaalt op zo kort mogelijke termijn plaats en tijdstip waarop de behandeling van het beroep zal plaatsvinden. Aan partijen wordt daarvan tijdig kennis gegeven. Het College van Beroep kan uit eigen beweging de door het College nodig geachte inlichtingen inwinnen en de op het geding betrekking hebbende stukken opvragen. Voor de behandeling ter zitting worden alle op het geding betrekking hebbende stukken gedurende ten minste drie dagen bij het College van Beroep voor belangstellenden ter inzage gelegd. De voorzitter van het College van Beroep kan bepalen dat stukken van zeer persoonlijke aard slechts ter inzage worden gelegd voor partijen. Partijen kunnen tot uiterlijk vijf dagen voor behandeling een beargumenteerd verzoek tot uitstel doen aan de voorzitter van het College van Beroep. De beoordeling van het verzoek is aan de voorzitter van het College.
2. 3.
4.
Artikel 9 1.
2. 3.
Uitspraak
Indien het College het beroep gegrond acht, bepaalt deze: - dat onder door het College te stellen voorwaarden het desbetreffende orgaan binnen vier weken opnieuw een beslissing neemt, of, indien een beslissing geacht wordt te zijn geweigerd, alsnog een beslissing neemt, dan wel - dat onder door het College te stellen voorwaarden en binnen een door het College te stellen termijn het afsluitend examen dan wel een onderdeel daarvan opnieuw of alsnog kan worden afgelegd. Het College van Beroep zendt haar uitspraak, gedagtekend, met redenen omkleed aan de partijen, bij aangetekend schrijven. De uitspraak is verkrijgbaar voor belangstellenden. Het College van Beroep kan bepalen dat in afschriften voor belangstellenden de namen van de partijen worden weggelaten.
33
Artikel 10 1. 2.
In zaken waarin het belang van de appellant een onverwijlde voorziening bij voorraad vordert, kan deze in afwachting van de uitspraak in de hoofdzaak, aan de voorzitter van het College van Beroep een voorlopige voorziening vragen bij een met redenen omkleed verzoekschrift. Het verzoek om een voorlopige voorziening kan ook worden opgenomen in het beroepschrift.
Artikel 11 1. 2.
Voorlopige Voorziening
Herziening
Herziening van een uitspraak van het College van Beroep kan op verzoek van elk van de twee partijen plaatsvinden op grond van nader gebleken feiten en omstandigheden die, indien deze eerder bekend waren geweest, tot een andere uitspraak zouden hebben kunnen leiden. Op het verzoek tot herziening is voor zover mogelijk het voor de rechtsgang van een normale procedure geldende van overeenkomstige toepassing.
Badhoevedorp, BM Services
M. van ‘t Veer directeur
34
35
36
37
38
39