Ondernemend vermogen De Nederlandse private equity-markt in 2004
april 2005
ISBN 90-809636-1-5 © 2005 NVP Overname is, met bronvermelding, toegestaan. Aan de totstandkoming van deze uitgave is de grootst mogelijke zorg besteed. Voor informatie die nochtans onvolledig of onjuist is opgenomen, aanvaarden auteur(s) geen aansprakelijkheid.
1
Inhoud 02
Toelichting
03
Voorwoord
04
Samenvatting en conclusies
04
Hoofdrol voor buyouts
04
Herstel expansiefinancieringen
04
Nauwelijks seed- en startfinancieringen
04
Gezonde portefeuilles, goed exitklimaat
04
Succes in fondsenwerving
04
Nederland volgt Europese trends
05
Private equity: factor van groot sociaal-economisch belang
05
Private equity: meer dan kapitaal alleen
05
Vooruitblik 2005
07
1 Algemene ontwikkelingen
07
Investeringen en desinvesteringen gestegen
08
Omvang portefeuille gestegen
09
Herkomst van middelen wisselt van jaar tot jaar
10
Goed klimaat voor buyouts, weinig kansen voor starters
11
2 Ontwikkelingen per financieringsfase
11
Hoofdrol voor buyouts
12
Expansiefinanciering uit het dal
12
Nauwelijks seed- en startkapitaal
12
Europese markt voor grootste buyouts, meeste deals door Nederlandse spelers
13
3 Ontwikkelingen per bedrijfssector
13
Meeste kapitaal naar productiebedrijven
13
Steeds minder investeringen in technologie
14
Terughoudendheid bij investeerders in biotechnologie
15
4 Ontwikkelingen desinvesteringen
15
Goede exitmogelijkheden
16
Faillissementen en voorzieningen drastisch gedaald
16
Secondary buyout: veel gekozen exitstrategie
17
5 Vooruitblik
17
Groei buyoutmarkt zet door
17
Opkomst nieuwe fondsen voor expansiefinanciering
17
Nauwelijks herstel seed- en startfinanciering
17
Buitenlandse kapitaalverstrekkers blijvend actief
17
Verdere verbetering exitklimaat
18
Bijlage 1 Methode van onderzoek
19
Bijlage 2 Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen
20
Bijlage 3 Begrippenlijst
2
Ondernemend vermogen 2004
Toelichting
De Nederlandse Vereniging van Participatie-
financieren zijn buiten beschouwing gelaten. Metingen
maatschappijen (NVP) onderzoekt samen met het
in andere onderzoeken betreffen vaak de totale trans-
Corporate Finance team van PricewaterhouseCoopers
actiewaarde van participaties, die een veelvoud van de
Advisory N.V. jaarlijks de belangrijkste ontwikkelingen
investering in private equity kan bedragen. De trans-
in de Nederlandse private equity-markt.
actiewaarde omvat de waarde van 100% van de aandelen en de schulden van de onderneming.
Private equity en venture capital
In Bijlage 3 is een begrippenlijst opgenomen waarin de
De term private equity wordt gebruikt voor investeringen in niet-beurs-
meest voorkomende private equity-termen worden
genoteerde ondernemingen. Private equity omvat zowel investeringen in
toegelicht.
jonge, snel groeiende (technologie)bedrijven - ook wel aangeduid als venture capital - als investeringen in volwassen bedrijven. De Nederlandse markt wordt daarbij in eerste instantie afgebakend volgens de definitie van de European Private Equity & Venture Capital Association (EVCA): zij omvat de investerings- en desinvesteringsactiviteiten van private equity-huizen die in Nederland hun hoofdkantoor hebben. Het gevolg van deze aanpak is dat ongeveer 20% van de beschreven activiteiten betrekking heeft op buitenlandse (veelal Europese) participaties. Om het beeld van de Nederlandse markt zo compleet mogelijk te maken heeft de NVP besloten om een aantal buitenlandse partijen met zelfstandig opererende Nederlandse kantoren, die zich alleen met Nederlandse participaties bezighouden, ook op te nemen in het onderzoek. De manier waarop de investeringen en desinvesteringen gemeten worden is verder toegelicht in Bijlage 1. In 2004 is in Nederland ongeveer € 3,5 mrd geïnvesteerd in private equity.1 Daarvan werd grofweg € 1,5 mrd geïnvesteerd in vier à vijf zeer grote buyouts2, die werden uitgevoerd door buitenlandse private equity-spelers die niet deelnemen aan de Nederlandse enquête (voor meer informatie: zie Hoofdstuk 2, pagina 12). Van het resterende geïnvesteerde vermogen is ongeveer 80%, ofwel € 1,7 mrd, vertegenwoordigd in de enquête. Daarmee geven de resultaten een representatief beeld van de Nederlandse private equity-markt. Tenslotte is het bij de interpretatie van de cijfers van belang te weten dat de vermelde (des)investeringen alleen de (des)investeringen van participatiemaatschappijen in private equity betreffen. De bankleningen die gebruikt worden om de transacties mede te
1 Bron: NVP-analyse 2 Buyouts zijn (vaak omvangrijke) overnamefinancieringen, waarbij het management van een onderneming samen met een participatiemaatschappij de aandelen verwerft.
3
Voorwoord
Participatiemaatschappijen verschaffen private equity,
Alweer voor de 7e maal presenteert de NVP in samen-
ofwel risicodragend vermogen. Voorbeelden zijn
werking met Corporate Finance van Pricewaterhouse-
groeifinanciering voor innovatieve ondernemingen en
Coopers Advisory N.V. de uitkomsten van het investe-
overnamefinanciering voor managers die een bedrijfs-
rings- en desinvesteringsonderzoek. Het succesvol
onderdeel verzelfstandigen of een directeur-groot-
afronden van een dergelijk omvangrijk onderzoek is
aandeelhouder opvolgen. Private equity geeft hen
niet mogelijk zonder een goede samenwerking met de
ruimte om te ondernemen.
NVP en de brede medewerking van haar leden.
Participatiemaatschappijen staan normaliter niet in de
In onze dagelijkse praktijk hebben wij vaak contact
schijnwerpers, maar zij vervullen een belangrijke rol in
met de NVP-leden. Maar, karakteriserend voor de
de Nederlandse economie. Ongeveer duizend grote en
Nederlandse markt, hebben wij in toenemende mate
kleine bedrijven zijn gefinancierd met private equity.
contact met Angelsaksische huizen die hun vizier
Hun producten en diensten worden dagelijks door elke
richten op de Benelux, een ‘groeimarkt’ waar nog deals
Nederlander gebruikt: brood en banket, fietsen,
met aantrekkelijke rendementen te vinden zijn. De
keukentrappen, kinderkleding, telefoongidsen,
Angelsaksische investeerders zijn langer gewend aan
salarisstroken, cadeauartikelen en vakantiereizen
zeer competitieve ‘auctions’ resulterend in hoge prijzen
worden geleverd door bedrijven die voor kortere of
welke vervolgens zoveel mogelijk bancair gefinancierd
langere tijd gesteund zijn door private equity.
worden. Wij verwachten dat zij de Nederlandse private equity-markt nog competitiever zullen maken.
Dit onderzoek geeft een gedetailleerd beeld van de actuele ontwikkelingen in onze sector, die in toe-
Bij PwC Corporate Finance verwachten wij tevens dat
nemende mate beheerst wordt door investeringen in
2005 een opleving zal geven in corporate M&A activitei-
volwassen bedrijven. Er zijn nog maar zeer weinig
ten. Redenen daarvoor: een combinatie van gezonde
participatiemaatschappijen die investeren in jonge,
balansverhoudingen (veelal gerealiseerd door verkoop
innovatieve bedrijven. Wij hopen dat de recent door
van niet-kernactiviteiten), goede bedrijfsresultaten
het Ministerie van Economische Zaken gelanceerde
(veelal gerealiseerd door kostenverlagingen), gewenste
Regeling seed capital technostarters, die private
omzetgroei, lage rente en gestegen vertrouwen.
equity-huizen, corporate venturers en informal investors stimuleert om privaat kapitaal te mobiliseren
Private equity speelt een hoofdrol in de Nederlandse
voor dit segment, een herstel zal bespoedigen.
M&A markt. Professionaliteit en snelheid, geholpen door lage rente en goede fundingsmogelijkheden
Robert Schipper
vormen de basis voor een volwaardige industrie.
Voorzitter NVP Menno van der Meer Partner Corporate Finance bij PricewaterhouseCoopers Advisory N.V.
4
Ondernemend vermogen 2004
Samenvatting en conclusies
In 2004 zijn de investeringen in private equity door
Nauwelijks seed- en startfinancieringen
Nederlandse participatiemaatschappijen toegenomen van € 1,1 mrd naar € 1,7 mrd, een forse stijging van
In 2004 zijn de investeringen in seed- en startkapitaal
bijna 60%. De groei van de investeringen werd
gehalveerd, tot € 37 mln, het niveau van begin jaren
gedreven door de toename van grote buyouts en
negentig. Deze daling werd veroorzaakt doordat
andere late-fase financieringen. Het verbeterde exit-
weinig kapitaal beschikbaar was voor investeringen in
klimaat leidde in 2004 eveneens tot een stijging van
deze segmenten. Een aantal fondsen heeft zich terug-
de desinvesteringen, tot € 1,2 mrd (€ 965 mln in
getrokken uit de markt. Andere fondsen waren bijna
2003). Faillissementen kwamen in 2004 weinig voor,
volledig geïnvesteerd en hielden het resterende
omdat veel participatiemaatschappijen hun portefeuilles
kapitaal beschikbaar voor de bestaande portefeuille.
in 2002 en 2003 hadden geschoond. De beschikbare
Participatiemaatschappijen die wel kapitaal beschikbaar
hoeveelheid kapitaal voor investeringen in private
hadden voor seed- en startfinancieringen investeerden
equity nam sterk toe. In 2004 werd voor € 1,9 mrd aan
nog steeds zeer voorzichtig, met teleurstellende resul-
nieuwe fondsen geworven. Dit betekent dat private
taten uit het recente verleden nog in het achterhoofd.
equity een steeds belangrijkere rol gaat spelen in de Nederlandse economie.
Gezonde portefeuilles, goed exitklimaat
Hoofdrol voor buyouts
De Nederlandse participatiemaatschappijen hebben in 2004 voor € 1,2 mrd (op basis van kostprijs)
De Nederlandse participatiemaatschappijen verschaften
gedesinvesteerd, een stijging van ongeveer 25% ten
in 2004 overwegend late-fase financieringen. Buyouts,
opzichte van 2003. Het exitklimaat voor private equity-
herplaatsingen, turn-arounds en andere financieringen
investeringen is verder verbeterd. De secondary
van volwassen bedrijven stegen met ruim 75% tot een
buyout, ofwel verkoop aan een andere participatie-
recordhoogte van € 1,4 mrd. Voor het eerst vonden in
maatschappij, vormde een van de belangrijkste
Nederland meer dan honderd buyouts plaats. Daarbij
desinvesteringsmethodes. De openbare kapitaalmarkt
ging het niet alleen om bedrijfsopvolging en verzelf-
speelde als exitkanaal nauwelijks een rol. De partici-
standiging van bedrijfsonderdelen, maar ook om de
patiemaatschappijen hebben in de voorbije jaren hun
overname van portefeuillebedrijven van andere
portefeuilles geschoond: het aandeel voorzieningen en
participatiemaatschappijen, zogenaamde secondary
faillissementen daalde naar 8% (tegen ruim 30% in
buyouts. Angelsaksische partijen, die niet deelnamen
2003).
aan deze enquête, deden in 2004 enkele zeer grote buyouts in Nederland, zoals Gouden Gids, Vendex
Succes in fondsenwerving
KBB en PCM Uitgevers. Daarbij investeerden zij naar schatting € 1,5 mrd in private equity.
Participatiemaatschappijen hebben in 2004 € 1,9 mrd aan nieuwe fondsen geworven, bijna de helft meer dan
Herstel expansiefinancieringen
in 2003. Dit succes in fondsenwerving onderstreept het vertrouwen in de Nederlandse private equity-markt.
Na een scherpe daling in 2003 trad in 2004 een
Vooral buyoutfondsen hebben volop ruimte voor
herstel op in de expansiefinancieringen. Groeiende
nieuwe investeringen.
ondernemingen wisten afgelopen jaar een bedrag van € 256 mln aan te trekken, bijna 30% meer dan in
Nederland volgt Europese trends
2003. Gunstiger economische verwachtingen spelen hierbij waarschijnlijk een belangrijke rol.
De Nederlandse markt volgt min of meer de ontwikkelingen in Europa. Voorlopige cijfers van EVCA1 geven aan dat ook in Europa de investeringen stegen, zij het met slechts 5% van € 29,1 mrd tot € 30,6 mrd. Net als
1 European Private Equity & Venture Capital Association
in Nederland werden de investeringen gedomineerd
5
door het buyoutsegment (68% in Europa versus 71% in Nederland). Het bedrag aan desinvesteringen in
Private equity: factor van groot sociaal-economisch belang
Europa nam toe van € 13,6 mrd tot € 14,1 mrd. De
Het vermogen dat participatiemaatschappijen investeren in
meeste desinvesteringen vonden plaats door middel
Nederlandse ondernemingen is een factor van grote economische
van verkoop aan strategische partijen en secondary
betekenis. Ultimo 2004 hadden de Nederlandse participatie-
buyouts. Ook in Europa daalde het verlies door
maatschappijen een bedrag van € 8,4 mrd onder beheer. Dit
faillissementen sterk.
vermogen was geïnvesteerd in ruim 1.200 bedrijven die voor het
De fondsenwerving in Europa nam licht af, van € 27
overgrote deel (ongeveer 80%) in Nederland gevestigd zijn.
mrd tot minder dan € 25 mrd. Driekwart van de geworven fondsen was bestemd voor buyouts.
De groep Nederlandse bedrijven die door private equity wordt ondersteund heeft een gezamenlijke omzet van € 66,5 mrd, circa 15% van het bruto binnenlands product. Deze ondernemingen tellen gezamenlijk bijna 400.000 werknemers. Dit vertegenwoordigt ongeveer 8% van de werkgelegenheid in de Nederlandse particuliere sector.1
Private equity: meer dan kapitaal alleen Participatiemaatschappijen staan de ondernemingen waarin zij deelnemen bij met raad en daad en stellen hun uitgebreide kennis- en relatienetwerk ter beschikking. Om dat goed te kunnen doen hebben participatiemaatschappijen verschillende specialisaties, richten zich op verschillende financieringsfases en sectoren, onderscheiden zich qua gemiddeld geïnvesteerd bedrag en qua grootte van de onderneming waarin zij investeren en verschillen in de eisen die zij stellen aan hun betrokkenheid bij ondernemingen. Voordeel van deze specialisatie is dat specifieke ervaring en deskundigheid wordt opgebouwd. Deze wordt niet alleen ingezet bij de investeringsselectie, maar sorteert vooral ook effect in de betrokkenheid bij en begeleiding van portefeuillebedrijven. Recent onderzoek toont aan dat ondernemingen na een buyout vaak sneller groeien en hun winstgevendheid zien verbeteren. Tegelijkertijd gaan deze bedrijven meestal meer investeren in marketing, R&D en opleidingen en groeit hun aantal werknemers.2
Vooruitblik 2005 ■ Voor buyouts nog volop fondsen beschikbaar ■ Opkomst nieuwe fondsen voor expansiefinanciering ■ Nauwelijks kapitaal voor starters ■ Buitenlandse investeerders gaan voor grote deals, al of niet samen
met Nederlandse partijen 1 Bron: NVP, PricewaterhouseCoopers Advisory N.V. 2 Bron: Studie naar de economische en sociale effecten van buyouts in Nederland. Inzicht in de versnelde ontwikkeling van ondernemingen na een private equity-investering. NVP, 2004.
■ Verbetering exitklimaat door terugkomst strategische partijen en via
secondary buyouts
7
1
Algemene ontwikkelingen
Investeringen en desinvesteringen gestegen
1.1 Investeringen - desinvesteringen 1993-2004
De investeringen in private equity door Nederlandse participatiemaatschappijen zijn in 2004 gestegen van € 1,1 mrd naar € 1,7 mrd, een forse stijging van bijna 60%. De groei werd vooral gedreven door de ontwikkelingen in de buyoutmarkt. Zowel het aantal buyouts als het gemiddeld geïnvesteerde bedrag per buyout namen sterk toe. In 2004 is voor € 1,2 mrd gedesinvesteerd, een stijging met een kwart ten opzichte van 2003. Indien desinvesteringen in de vorm van faillissementen en voorzieningen buiten beschouwing worden gelaten, was er zelfs sprake van een stijging van 70%. Het aantal ondernemingen dat private equity wist aan te trekken steeg in 2004 van 402 tot 468. Dit werd met
1.2 Geïnvesteerd bedrag versus aantal ondernemingen 2001-2004
name veroorzaakt door een sterke stijging van het
2004
2003
2002
2001
1.688
1.061
1.301
1.400
468
402
494
551
aantal bedrijven waarin voor het eerst een private equity-investering plaatsvond. Veel participatie-
Geïnvesteerd bedrag (in € mln)
maatschappijen hebben zich een aantal jaren bezig-
Aantal ondernemingen
gehouden met sanering en versterking van hun portefeuillebedrijven, maar in 2004 was er weer volop ruimte om nieuwe investeringen te doen. Bij ruim 80% van de 468 ondernemingen waarin een private equity-financiering plaatsvond, bedroeg de investering minder dan € 5 mln. Het gemiddelde bedrag voor nieuwe investeringen lag hoog, op ruim € 7 mln, omdat driekwart van de nieuwe investeringen uit buyouts bestond. Vervolginvesteringen bedroegen gemiddeld ongeveer € 2 mln per onderneming.
8
Omvang portefeuille gestegen In 2004 bedroeg het totale vermogen onder beheer van de Nederlandse participatiemaatschappijen € 8,4 mld. Dit is een stijging met 8% ten opzichte van 2003. Zo wordt duidelijk dat de groei van het totale vermogen onder beheer sinds de tweede helft van de jaren negentig, ondanks een lichte terugval in 2001, nog steeds voortduurt. Private equity gaat daarmee een steeds belangrijkere rol spelen in de financiering van ondernemingen. Het totale bedrag onder beheer is geïnvesteerd in ruim 1.200 bedrijven, waarvan ongeveer duizend in Nederland gevestigd zijn.
1.3 Totale vermogen onder beheer 1993-2004
Ondernemend vermogen 2004
9
Herkomst van middelen wisselt van jaar tot jaar Het totaal aan nieuw aangetrokken middelen bedroeg in 2004 € 1,9 mrd, een stijging van bijna 50% ten opzichte van 2003 (€ 1,3 mrd). De gemiddelde omvang van de nieuw geworven fondsen neemt de laatste jaren toe. Doordat slechts een beperkt aantal spelers per jaar nieuwe fondsen werft, is de herkomst van de middelen sterk afhankelijk van de profielen van de wervende partijen. Dit leidt van jaar tot jaar tot grote schommelingen in de herkomst van de middelen. Dit is duidelijk te zien in tabel 1.4. De in 2004 geworven fondsen zijn vooral bestemd voor buyout- en expansiefinancieringen. De onafhankelijke participatiemaatschappijen hebben in 2004 nauwelijks nieuwe fondsen geworven. Dit gold in het bijzonder voor investeerders in biotechnologie en ICT. Een aantal institutionele beleggers is terughoudend met het verstrekken van nieuwe fondsen aan zogenaamde vroege-fase investeerders, omdat zij teleurstellende ervaringen hebben opgedaan toen zij in de periode 1999 tot 2001 voor het eerst in venture capital investeerden.
1.4 Herkomst verworven fondsen in 2002 - 2004 2004
2003
€ mln
2002
€ mln
Gemiddeld 2002-2004
€ mln
€ mln
Banken
679
36%
249
20%
624
71%
517
39%
Pensioenfondsen
694
37%
404
32%
120
14%
406
30%
13
1%
154
12%
0
0%
56
4%
Verzekeringsmaatschappijen
117
6%
147
12%
0
0%
88
7%
Niet-financiële instellingen
17
1%
92
7%
38
4%
49
4%
Fonds-in-fonds
272
15%
55
4%
40
5%
122
9%
Publieke sector
10
1%
49
4%
2
0%
20
2%
Privé personen
36
2%
24
2%
35
4%
32
2%
Overige
33
2%
83
7%
19
2%
45
3%
1.871
100%
1.257
100%
877
100%
1.335
100%
Kapitaalmarkt
Totaal
10
Ondernemend vermogen 2004
Goed klimaat voor buyouts, weinig kansen voor starters
maar verstrekt door kleine gespecialiseerde investeerders, die zich zeer intensief met hun participaties bemoeien.
Het buyoutsegment is in 2004 verder gegroeid. In 2003 was de aandacht nog hoofdzakelijk gericht op de
Als gevolg van deze ontwikkelingen hadden nieuwe en
bestaande portefeuilles en deden zich weinig nieuwe
uitbreidingsinvesteringen in 2004 vooral betrekking op
investeringsmogelijkheden voor. Omdat er bovendien
groei en verzelfstandiging van volwassen bedrijven.
weinig exitmogelijkheden waren vonden veel uitbreidingsinvesteringen plaats in portefeuillebedrijven, vaak in de vorm van expansiefinanciering. Vanaf eind 2003 kregen participatiemaatschappijen weer meer aantrekkelijke investeringsvoorstellen aangeboden. Vanwege de aantrekkende economie achtte een aantal concerns de tijd rijp om goed lopende niet-kernactiviteiten te verkopen. Deze trend heeft in 2004 doorgezet. Het aantal ondernemingen dat voor het eerst private equity aantrok, steeg sterk en bereikte bijna het niveau van 2002. Driekwart van deze nieuwe investeringen betrof buyouts. Het investeringsklimaat in de vroege-fase segmenten was zeer terughoudend. Het aantal investeringen in seed- en startkapitaal werd gehalveerd, terwijl de gemiddelde omvang van de verstrekte financieringen ongeveer gelijk bleef. Dit tekent de positie waarin veel investeerders verkeren. Fondsen die bijna volledig geïnvesteerd zijn, maar nog niet veel successen hebben behaald, bewaren hun laatste kapitaal voor de echt kansrijke investeringen die het rendement van hun fonds moeten bepalen. Fondsen die nog wel over een ruime hoeveelheid kapitaal beschikken, hebben voorzichtig geïnvesteerd en hun eisen aan investeringsplan, managementteam en prijs verscherpt. Sommige fondsen zijn zelfs gestopt met investeren en hebben het resterende kapitaal teruggestort aan hun fondsverstrekkers. Seed- en startkapitaal worden alleen nog 1.5 Aantal ondernemingen waarin nieuwe en uitbreidingsinvesteringen zijn gedaan 2001-2004
2004
2003
2002
2001
Nieuwe investeringen
148
89
162
206
Uitbreidingsinvesteringen
320
313
332
345
Totaal
468
402
494
551
11
2
Ontwikkelingen per financieringsfase
Ondernemers kunnen op diverse momenten in de
Financieringsfasen
ontwikkeling van hun bedrijf een beroep doen op ■ Vroege-fase financiering:
private equity-verschaffers. Technologisch georiënteerde bedrijven hebben vaak in de vroege
– Seedfinanciering
financieringsfase behoefte aan risicodragend vermogen,
– Startfinanciering – Overige vroege-fase financiering
omdat zij nog geen omzet (laat staan winst of een positieve kasstroom) hebben, maar wel veel kapitaal
■ Expansiefinanciering
nodig hebben voor onderzoek en ontwikkeling van hun
■ Late-fase financiering
product. Seedkapitaal wordt verstrekt aan beginnende
– Buyoutfinanciering
ondernemers die onderzoek doen gericht op de
– Turn-aroundfinanciering
ontwikkeling van een eerste productconcept.
Hoofdrol voor buyouts
Startfinanciering is bedoeld voor verdere productontwikkeling en initiële marketingactiviteiten. Ondernemingen die deze fasen met succes doorlopen
In 2004 domineerden buyouts en andere late-fase
hebben, zoeken vaak vervolgfinanciering in de vorm
investeringen de private equity-markt. Samen maakten
van expansiefinanciering om productie en verkoop
deze categorieën ruim 80% van de totale private
verder te commercialiseren.
equity investeringen uit.
Ook ondernemers in productie-, handels- en dienst-
De investeringen van Nederlandse participatie-
verleningssectoren werken samen met participatie-
maatschappijen in buyouts verdubbelden van
maatschappijen. In deze gevallen gaat het meestal om
€ 578 mln tot € 1,2 mrd. Voor het eerst werden meer
late-fase financieringen: buyout- of expansiefinanciering
dan honderd buyouts opgetekend. De gemiddelde
van volwassen bedrijven met een bewezen track-
private equity-investering in buyouts steeg in 2004
record. Wanneer een buyout gepaard gaat met een
fors tot € 12,1 mln per onderneming.
reorganisatie en een extra financiering dan is sprake In turn-arounds, herfinancieringen, en overige late-
van een turn-aroundfinanciering.
fase financieringen werd € 190 mln geïnvesteerd, De ontwikkelingen in de vroege- en de late-fase
ongeveer evenveel als in 2003. Secondary buyouts
financieringen lopen de laatste jaren zeer sterk uiteen.
spelen een belangrijke rol in dit segment.
2.1 Investeringen naar financieringsfase 2001-2004
Seed Start/vroege fase
% van totale
% van totale aantal
investeringsbedrag
ondernemingen
2004
2003
2002
2001
2004
2003
2002
2001
0,1
1,0
2,7
0,8
0,7
3,1
5,1
2,0
2,1
6,4
11,7
8,5
9,3
20,9
16,4
18,0
Expansie/Brugfinanciering*
15,1
18,8
42,8
34,4
38,0
31,6
64,0
50,0
Buyout
71,4
54,5
31,6
46,5
29,5
19,5
10,5
12,0
Overige**
11,3
19,2
11,2
9,9
22,4
24,9
4,0
18,0
100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
Totaal
* Brugfinanciering: expansiefinanciering voorafgaand aan een beursgang ** Turn-around, herfinanciering van bankschuld, financiering van secondary buyouts
12
2.2 Aantal nieuwe buyouts versus bedrag per buyout 1993-2004
Ondernemend vermogen 2004
Expansiefinanciering uit het dal In expansiefinancieringen werd ruim € 256 mln geïnvesteerd, ofwel 15% van het in private equity geïnvesteerde vermogen. Zowel het bedrag als het aantal ondernemingen dat expansiefinanciering ontving stegen aanzienlijk. Veel ondernemingen hadden weer (meer) vertrouwen in de toekomst en trokken expansiefinanciering aan voor groei, opzet van nieuwe activiteiten of overnames. Middelgrote ondernemingen kunnen daarvoor niet op de beurs terecht, maar wel bij een participatiemaatschappij.
Nauwelijks seed- en startkapitaal In 2004 investeerden participatiemaatschappijen niet of nauwelijks in seedkapitaal en werd slechts € 35 mln 2.3 Ontwikkeling vroege-fase financiering 1993-2004
in startende ondernemingen geïnvesteerd (2003: respectievelijk € 11 mln en € 68 mln). De investeringen in deze zogenaamde vroege-fase financieringen bedroegen samen slechts 2% van het in 2004 geïnvesteerde vermogen. Ter vergelijking: in 1999 en 2000 was 20% van de geïnvesteerde bedragen bestemd voor deze groep. Het aantal bedrijven dat seedkapitaal wist aan te trekken van een Nederlandse participatiemaatschappij was de laatste jaren steeds zeer gering (tussen de tien en vijftien per jaar), maar daalde nu tot drie. Opvallend was dat nu ook het aantal bedrijven dat startkapitaal aantrok halveerde tot 44. Het gemiddelde geïnvesteerde bedrag ligt rond de € 0,8 mln.
Europese markt voor grootste buyouts, meeste deals door Nederlandse spelers De buyoutmarkt wordt gedreven door herstructureringen van grote, vaak multinationale concerns als CSM, DSM, Vendex KBB en VNU. Dergelijke partijen verkopen hun niet tot de kern behorende activiteiten liever niet rechtstreeks aan een concurrent. Een zelfstandige beursgang van een bedrijfsonderdeel was in de afgelopen jaren vrijwel onmogelijk. De verkoop aan het management en een participatiemaatschappij vormt dan een goed alternatief. Net als in andere Europese landen worden vrijwel alle middelgrote buyouts gedaan door locale, Nederlandse partijen. Daarnaast ontstaat steeds meer een Europees speelveld voor grote en zeer grote buyouts. In dat kader zijn buitenlandse buyoutfondsen zeer geïnteresseerd in de Nederlandse markt. In vergelijking met andere Europese landen werpt de wet- en regelgeving in ons land weinig barrières op voor overnemende partijen uit het buitenland. Bovendien hebben veel Nederlandse ondernemingen ervaring met buitenlandse relaties. In een viertal zeer grote buyouts, met transactiewaardes variërend van ruim € 650 mln tot meer dan € 2 mrd, werd naar schatting bijna € 1,5 mrd aan private equity geïnvesteerd. 1 Nederlandse private equity-huizen waren ook geïnteresseerd in deze transacties, maar bleken vaak niet bereid om de hoge biedingen van buitenlandse concurrenten te overtreffen. 1 Niet opgenomen in het onderzoek, zie Toelichting op pagina 2.
13
3
Ontwikkelingen per bedrijfssector
Meeste kapitaal naar productiebedrijven
3.1 Investeringen naar bedrijfssectoren 1999-2004 2
Productiebedrijven hebben in 2004 de helft van het geïnvesteerde vermogen van Nederlandse participatiemaatschappijen weten aan te trekken. De private equity-investeringen in industriële en consumentengerelateerde productiebedrijven, chemische industrie, elektronicabedrijven en overige fabricagebedrijven stegen met 47% van € 560 mln tot € 820 mln. Deze toename is het gevolg van het feit dat participatiemaatschappijen zich meer en meer richtten op latefase financieringen, met name buyouts. Dit type financiering bestaat naast aandelenkapitaal voor een aanzienlijk deel uit leningen, wat van de onderneming een stabiele kasstroom en een tamelijk voorspelbaar investeringspatroon vereist.1 Omdat veel productiebedrijven aan deze voorwaarde kunnen voldoen ligt het voor de hand dat buyouts voornamelijk in dit segment plaatsvinden.
Steeds minder investeringen in technologie De private equity-investeringen in ICT en biotechnologie daalden in 2004 met 20% tot € 130 mln. Deze daling werd vooral veroorzaakt doordat er nauwelijks nieuwe investeringen werden gedaan in bedrijven in de seeden startfase. In technologie gespecialiseerde participatiemaatschappijen hebben vooral in hun bestaande portefeuille geïnvesteerd.
1 Investeringen, rente en aflossing op de leningen moeten worden betaald uit de kasstroom. 2 ICT = ICT en industriële automatisering | Handel & Dienstverlening = Financiële dienstverlening, transport, handel en distributie, overige dienstverlening | Productie = Industriële productie, consumenten gerelateerd, chemische industrie, elektronica en andere fabricage | Overige = Bouw, landbouw, bosbouw, energie en mijnbouw, overige.
14
Ondernemend vermogen 2004
3.2 Investeringen naar bedrijfssectoren 1999-2004 in procenten
2004
2003
2002
2001
2000
1999
Consumenten gerelateerd
14,9
25,6
11,1
18,4
16,0
7,0
Industriële producten
22,9
20,5
15,6
14,1
15,5
9,0
Biotechnologie
5,1
8,8
14,3
4,9
5,7
4,0
Overige dienstverlening
9,7
6,5
8,0
7,4
7,2
11,5
ICT
2,5
5,9
13,3
14,8
16,3
21,0
Bouw Andere fabricage
0,6
5,8
1,4
5,1
2,0
3,0
10,4
4,4
2,9
11,7
3,6
8,5
Communicatie / uitgeverijen
7,7
1,7
2,0
1,0
15,0
7,0
Chemische industrie
1,5
1,6
0,2
6,1
1,2
2,0
Landbouw, bosbouw, visserij
0,3
1,1
0,7
0,1
1,1
1,0
Transport, handel, distributie
0,1
0,7
1,4
2,5
3,3
6,5
Elektronica
0,1
0,5
0,1
0,7
0,9
2,5
Financiële dienstverlening
3,3
0,4
5,1
2,6
1,0
4,5
Energie en mijnbouw
0,0
0,3
0,0
0,5
0,6
0,0
Industriële automatisering
1,4
0,2
2,7
0,1
0,0
1,0
19,7
16,0
21,1
9,9
10,6
11,5
100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
Overige/Niet gespecificeerd Totaal
Terughoudendheid bij investeerders in biotechnologie Investeringen in biotechnologie betreffen veelal startkapitaal en vroege-fase financiering. Investeringen in deze sector vergen een lange adem, aangezien de ontwikkeling van nieuwe producten en technieken veel tijd en geld kosten. Over het algemeen moet dus een groot aantal jaren in een onderneming geïnvesteerd worden, voordat duidelijk is of die succesvol zal zijn. Het niveau van investeringen is tussen 2002 en 2004 gedaald van bijna € 190 mln tot € 90 mln. Investeerders in biotechnologie kijken kritischer naar de waardering van ondernemingen en stellen hogere eisen aan investeringsvoorstellen.
15
4
Ontwikkelingen desinvesteringen
4.1 Ontwikkeling desinvesteringen 1999-2004
In 2004 hebben de Nederlandse participatiemaatschappijen voor een bedrag van € 1,2 mrd (berekend op basis van de kostprijs) gedesinvesteerd. Dit is een stijging van 26%. Wanneer desinvesteringen in de vorm van faillissementen en voorzieningen buiten beschouwing blijven, was er zelfs sprake van een stijging van 70%.
Goede exitmogelijkheden In 2004 verbeterde het exitklimaat. De secondary buyout, dat wil zeggen desinvestering door verkoop aan een andere participatiemaatschappij, is niet meer weg te denken als exitkanaal. In 2004 werd op deze manier voor een bedrag van € 360 mln gedesinvesteerd (drie maal zoveel als in 2003: € 117 mln). Daarnaast waren veel bedrijven in de portefeuilles van private equity-huizen in staat om aandelen terug
* Doorgaans verkoop aan strategische partijen ** Zowel beursintroductie als verhandeling van stukken na beursintroductie *** Zowel verkoop aan andere participatiemaatschappij alswel aan een financiële instelling
te kopen en (achtergestelde) leningen terug te betalen aan hun aandeelhouders. De ruimere mogelijkheden om bancaire financiering aan te trekken en het gunstige renteklimaat zorgden ervoor dat ondernemingen hun financieringsstructuur konden optimaliseren. Door middel van de inkoop van eigen aandelen en terugbetalingen aan aandeelhouders werd ongeveer € 400 mln gedesinvesteerd. De verkoop van portefeuillebedrijven aan strategische partijen, vaak multinationale concerns, steeg met 15%. Evenals in andere Europese landen speelde de openbare kapitaalmarkt als desinvesteringskanaal geen rol van betekenis.
4.2 Methode van desinvesteringen 2001-2004 2004
2003
€ mln Verkoop aan derden*
206,4
2002
€ mln 17,0%
180,0
2001
€ mln
€ mln
18,7%
64,7
17,2%
121,2
18,0%
Verhandeling via effectenmarkt**
100,6
8,3%
27,5
2,9%
22,9
6,1%
69,2
10,3%
Verkoop aan andere beleggers***
360,9
29,8%
116,7
12,1%
6,6
1,8%
16,8
2,5%
399,9
33,0%
170,4
17,7%
52,2
13,8%
66,6
9,9%
(Terug) verkoop aan aandeelhouders (incl. aflossing leningen) Faillissement / voorzieningen
94,1
7,8%
315,2
32,7%
230,4
61,1%
197,0
29,3%
Overige/Niet gespecificeerd
51,1
4,2%
155,1
16,1%
0,0
0,0%
201,2
30,0%
1.213,0
100,0%
964,8
100,0%
376,8
100,0%
672,0
100,0%
Totaal
* Doorgaans verkoop aan strategische partijen ** Zowel beursintroductie als verhandeling van stukken na beursintroductie *** Zowel verkoop aan andere participatiemaatschappij alswel aan een financiële instelling
16
Faillissementen en voorzieningen drastisch gedaald In de afgelopen jaren hebben de participatiemaatschappijen hun portefeuilles gesaneerd, zowel in vroege-fase investeringen als in het buyoutsegment. Als gevolg daarvan en in combinatie met de aantrekkende economie zijn de afschrijvingen door faillissementen en voorzieningen gedaald tot minder dan 8% van de desinvesteringen (€ 94 mln). Secondary buyout: veel gekozen exitstrategie De secondary buyout is doorgebroken als nieuwe exitmethode in een periode waarin alternatieven schaars waren. Inmiddels is deze desinvesteringsmethode in heel Europa een bekend verschijnsel geworden. Bij een secondary buyout neemt een participatiemaatschappij een of meerdere participaties over van een andere participatiemaatschappij. Dit is een optie als èn het rendement voor de uitstappende partijen èn het voorspelde rendement voor de instappende partijen voldoende zijn. Een secondary buyout is bijvoorbeeld een mogelijkheid als een onderneming groeiplannen heeft of een overname wil plegen waarvoor bij de huidige participatiemaatschappij(en) onvoldoende middelen in de fondsen beschikbaar zijn. Het komt ook voor dat een onderneming aanvankelijk door meerdere participatiemaatschappijen gefinancierd is, maar de voorkeur geeft aan één partij die de totale private equity-financiering voor haar rekening kan nemen. In een aantal gevallen biedt een secondary buyout kansen voor nieuwe of recent aangetrokken managers om alsnog een aandeel in het bedrijf te nemen of om dat uit te breiden. Tenslotte kan een secondary buyout de mogelijkheid bieden om de onderneming optimaler te (her)financieren.
Ondernemend vermogen 2004
17
5
Vooruitblik
De NVP verwacht voor 2005 een aanhoudende groei
gepubliceerde stimuleringsmaatregelen het mogelijk
van de buyoutmarkt, waarbij grotere transacties een
zullen maken om nieuwe, kleine, investeringsfondsen
steeds belangrijkere rol gaan spelen. Ondernemingen
voor technostarters op te zetten. De NVP hoopt dat
in de seed- en startfase zullen blijvend geconfronteerd
deze fondsen zullen bijdragen aan het herstel van de
worden met krappe financieringsmogelijkheden.
financieringsmogelijkheden voor ondernemingen in de seed- en startfase. Nieuwe financieringsmogelijkheden
Groei buyoutmarkt zet door
zullen gepaard moeten gaan met stimulering van kennisexploitatie door universiteiten en andere kennis-
Algemeen wordt een voortgaande groei van het
instellingen.
aandeel buyouts verwacht. Er is vooralsnog geen gebrek aan fondsen voor dit segment. Multinationals kunnen in een aantrekkende economie aanleiding
Buitenlandse kapitaalverstrekkers blijvend actief
vinden om niet-kernactiviteiten af te stoten. Kleinere beursgenoteerde bedrijven raken steeds meer
Buitenlandse, met name Amerikaanse en Britse,
geïnteresseerd in het alternatief dat financiering met
kapitaalverstrekkers zullen actief blijven in de
private equity hen kan bieden. In beide gevallen kan
Nederlandse markt. Het gaat daarbij om buitenlandse
een buyout een goede oplossing vormen.
private equity-huizen die soms in samenwerking met binnenlandse partijen in grote Nederlandse onder-
Opkomst nieuwe fondsen voor expansiefinanciering
nemingen willen investeren. Incidenteel kunnen daarmee zeer grote bedragen gemoeid zijn. Het merendeel van de transacties zal echter in handen
De NVP voorziet een verdere groei van de expansie-
blijven van Nederlandse participatiemaatschappijen.
financieringen. Momenteel wordt een aantal fondsen opgezet die zich op de financiering van sterk
Verdere verbetering exitklimaat
groeiende, volwassen ondernemingen zullen richten. Omdat aan dergelijke investeringen hogere risico’s
Als de betere economische vooruitzichten werkelijk-
verbonden zijn dan aan buyouts, liggen de verwachte
heid worden dan zal de verkoop van portefeuille-
en vereiste rendementen navenant hoger. Later in
bedrijven aan strategische partijen weer toenemen.
2005 zullen deze fondsen actief worden.
Daarnaast zal de secondary buyout zich als exitmethode handhaven. Enig herstel van de beurskoersen
Nauwelijks herstel seed- en startfinanciering
zal kunnen leiden tot nieuwe exitmogelijkheden waarbij portefeuillebedrijven door middel van een beursgang nieuw risicodragend vermogen ophalen.
Voor 2005 wordt nog nauwelijks herstel van de vroege-
Vooralsnog biedt de lage rentestand echter voldoende
fase financieringen verwacht. Internationaal wordt de
mogelijkheden voor bancaire herfinanciering.
verwachting uitgesproken dat na de technologie-hype van eind negentiger jaren juist in de komende jaren de prijs-kwaliteit verhouding van de proposities goed zal zijn. Daardoor zal achteraf bezien deze investeringsperiode tot de betere rendementen leiden. In Nederland is het aantal actieve investeerders in dit segment momenteel echter zeer klein. Een aantal heeft zijn aandachtsgebied verschoven naar tweede- en derde-ronde expansiefinancieringen. Anderen moeten eerst nieuw kapitaal aantrekken voordat zij tot nieuwe investeringen kunnen overgaan. De NVP verwacht dat de recent door het Ministerie van Economische Zaken
18
Ondernemend vermogen 2004
Bijlage 1
Opzet van het onderzoek
Doel
Aan de enquête is een begrippenlijst toegevoegd om ervoor te zorgen dat alle respondenten de vragen op
Het onderzoek is uitgevoerd door Pricewaterhouse-
dezelfde manier invullen.
Coopers Advisory N.V. (PwC) en Thomson Ventures Economics in opdracht van de NVP en de European
De verzamelde data zijn door PwC verwerkt en op
Private Equity & Venture Capital Association (EVCA).
consistentie getoetst. Waar nodig is bij de respondenten
Doel is inzicht geven in de geworven fondsen, de
navraag gedaan om de juistheid en compleetheid van
investeringen en de desinvesteringen van in Nederland
de gegevens te waarborgen.
actieve participatiemaatschappijen. De rentabiliteit van de investeringen wordt afzonderlijk onderzocht.
Meetmethode
Aanpak
Van participatiemaatschappijen met een Nederlands hoofdkantoor worden alle geworven fondsen, investe-
In januari 2005 zijn enquêteformulieren toegezonden
ringen en desinvesteringen gemeten. Ongeveer 20%
aan 51 in Nederland actieve participatiemaatschappijen.
van de (des)investeringsbedragen heeft betrekking op
Het betreft met name participatiemaatschappijen die
buitenlandse, veelal Europese participaties. Van
in Nederland hun hoofdkantoor hebben. Een klein aan-
Nederlandse kantoren van buitenlandse private equity-
tal buitenlandse partijen met een Nederlands kantoor
huizen worden alleen de Nederlandse activiteiten
is toegevoegd om het beeld van de Nederlandse markt
gemeten.
te completeren. 36 partijen hebben de formulieren ingevuld geretourneerd (responspercentage 77%).
Bij geworven fondsen is gemeten hoeveel nieuw kapitaal
4 fondsen bleken niet meer actief te zijn. De
de participatiemaatschappijen hebben aangetrokken.
respondenten vertegenwoordigen samen € 8,4 mrd
Voor onafhankelijke participatiemaatschappijen zijn
aan vermogen onder beheer. Aangezien het overgrote
alle nieuw aangetrokken middelen geteld. Voor capti-
deel (ongeveer 80%) van het door Nederlandse
ves zijn zowel de door het moederbedrijf gedurende
participatiemaatschappijen geïnvesteerde vermogen
2004 gefinancierde investeringen geteld als eventueel
in het onderzoek is vertegenwoordigd, geeft het een
door de captive extern aangetrokken middelen.
representatief beeld van de hoogte en samenstelling van de verworven fondsen, investeringen en
De omvang van de investeringen heeft slechts betrekking
desinvesteringen in 2004.
op de investeringen in private equity. Alle leningen waar zekerheden tegenover staan, zijn buiten beschouwing
De enquête bestond uit twee delen. Deel A verzamelde
gelaten. Metingen in andere onderzoeken betreffen vaak
informatie over:
de totale transactiewaarde van participaties, die een
■ het profiel van de participatiemaatschappij, het
veelvoud van de investering in private equity kan
aantal investment professionals, het type
bedragen. De transactiewaarde omvat de waarde van
participatiemaatschappij (zelfstandig of captive);
100% van de aandelen en de schulden van de onder-
■ geworven fondsen in 2004 (omvang, herkomst
neming.
en verwachte besteding); ■ investeringen in 2004 (totale omvang, aantal onder-
De omvang van de desinvesteringen heeft eveneens
nemingen en aantal investeringen, splitsingen
alleen betrekking op de investeringen in private equity.
naar financieringsfase, land en bedrijfssector);
De desinvesteringen worden weergegeven tegen de
■ desinvesteringen in 2004 (totale omvang, aantal
kostprijs van de oorspronkelijke investeringen. De
ondernemingen en aantal desinvesteringen,
daadwerkelijk gerealiseerde rendementen worden
splitsing naar methode van desinvestering).
gepubliceerd in het rentabiliteitsonderzoek.
Deel B verzamelde gedetailleerde informatie over de
Het vermogen onder beheer is weergegeven tegen de
individuele portefeuillebedrijven en de afzonderlijke
kostprijs van de oorspronkelijke investeringen.
investeringen en desinvesteringen.
19
Bijlage 2 Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen De Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen (NVP) behartigt de belangen van de participatiemaatschappijen in Nederland. De doelen van de NVP zijn: ■ Samen met de overheid werken aan adequate regel-
geving voor de private equity sector en haar klanten ■ Beleggers informeren over de kenmerken van private
equity als asset class ■ Ondernemers informeren over de mogelijkheden
van private equity voor ondernemingsfinanciering ■ De bekendheid en het imago van private equity
verbeteren om bovengenoemde doelen te bereiken ■ Bijdragen aan verdere professionalisering van de
private equity-sector De NVP heeft ongeveer vijftig leden. De leden zijn participatiemaatschappijen die als hoofdactiviteit hebben het verstrekken van risicodragend vermogen aan niet-beursgenoteerde vennootschappen. De investeringsactiviteiten van de NVP-leden strekken zich uit van financiering van de seed- en startfase, tot expansiefinanciering, tot financiering van buyouts en andere late-fase financieringen. Een aantal leden is onderdeel van een bank, verzekeraar of pensioenfonds. Anderen zijn onafhankelijk. Ook regionale ontwikkelingsmaatschappijen zijn aangesloten bij de NVP. 95% van het aantal private equity-investeringen en ongeveer 80% van de in Nederland geïnvesteerde bedragen komt voor rekening van leden van de NVP. Meer informatie over de activiteiten van de NVP en haar leden is te vinden op www.nvp.nl.
20
Ondernemend vermogen 2004
Bijlage 3
Begrippenlijst
Brugfinanciering
Investeringen om de groei die
voorafgaat aan een beursintroductie te financieren.
Late-fase financiering
Verzamelnaam voor buyout-
financiering en overige financiering voor volwassen ondernemingen.
Buyoutfinanciering
Financiering van overnames
waarbij een deel van de aandelen geplaatst wordt bij
Management buyout (MBO)
het zittende management (management buyout,
of bedrijfsonderdelen aan het zittende management.
MBO) of bij nieuw management (buy-in).
Bij grotere buyouts wordt vaak een deel van de
Verkoop van een bedrijf
aandelen door een participatiemaatschappij gekocht, Captive (fonds)
Dochter van bank of verzekeraar of
die samenwerkt met het management.
soms van een institutionele belegger. Een van de kenmerken van een captive fonds kan zijn dat het
Marktkapitalisatie
financieel een beroep doet op de moeder op het
aandelen geïnvesteerde vermogen.
De waarde van het totale in
moment dat de captive een aantrekkelijk participatievoorstel heeft. Als gevolg hiervan is de omvang van
Private equity
het beschikbare vermogen bij deze fondsen niet altijd
teerde ondernemingen. Private equity omvat zowel
goed meetbaar.
investeringen in jonge, snel groeiende
Investeringen in niet ter beurze geno-
(technologie)bedrijven - ook wel aangeduid als venDesinvesteringen
Gehele of gedeeltelijk afstand
ture capital - als investeringen in volwassen bedrijven.
nemen van een participatie, door verkoop aan andere aandeelhouders of derden, danwel (terug)betaling van
Private equity-huis
Participatiemaatschappij.
leningen, interest en dividend, danwel afschrijving op een participatie vanwege afwaardering of faillissement.
Secondary buyout
Buyout waarbij de participatie
wordt overgenomen door een andere participatieEVCA
European Private Equity & Venture Capital
maatschappij.
Association. De Europese brancheorganisatie voor private equity en venture capital.
Seedfinanciering/-kapitaal
Financiering voor
onderzoek, bepaling en ontwikkeling van het initiële Exit
Type desinvestering, namelijk verkoop van een
concept voordat de start-upfase wordt bereikt.
participatie in een onderneming. Startfinanciering/-kapitaal Expansiefinanciering
Financiering voor het verder
commercialiseren van productie en verkoop bij
Financiering voor
productontwikkeling en initiële marketingactiviteiten van beginnende ondernemingen.
ondernemingen die hun productontwikkeling voltooid hebben, maar nog geen winst genereren. Ook gebruikt
Turn-aroundfinanciering
voor groeifinanciering in volwassen bedrijven.
dat verlies lijdt en waarvan de continuïteit zonder
Investering in een bedrijf
extern vermogen niet is gewaarborgd. Door middel Financieringsfase
De fase waarin een onderneming
zich bevindt, op het moment dat kapitaal verstrekt
van een investering en een reorganisatie kan de onderneming weer levensvatbaar worden.
wordt. De volgende financieringsfasen worden onderscheiden: seed, start, expansie, buyout en overig
Venture capital
(turn-around en herfinancieringen).
groeiende (technologie)-bedrijven, waaraan relatief
Investeringen in jonge, snel
hoge risico’s verbonden zijn. Fonds-in-fonds
Fonds dat in andere participatiefond-
sen deelneemt en derhalve indirect participeert.
Vroege-fase financiering
Verzamelnaam voor seed-
en startkapitaal en overige financiering voor de eerste Investor buyout (IBO)
Verkoop van een bedrijf of
bedrijfsonderdelen aan een participatiemaatschappij.
groeifasen van beginnende ondernemingen.
NVP Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen Breitnerstraat 3 1077 BL Amsterdam Postbus 75129 1070 AC Amsterdam T +31 (020) 571 22 70 F +31 (020) 670 83 08 E
[email protected]