PERSOONLIJK FUNCTIONEREN:
OMGAAN MET ONZEKERHEDEN december 2000 Docentendeel
HUISARTSOPLEIDING
Algemene gegevens
Dit onderwijsprogramma is ontwikkeld door de staf van de afdeling Huisartsopleiding van de Vrije Universiteit ten behoeve van de huisartsopleiding aan de VU. De Onderwijscoördinator HAIO-onderwijs van de afdeling heeft uiteindelijk de ontwerp tekst vastgesteld. Nadere informatie kan verkregen worden bij de onderstaande personen die de ontwerp tekst hebben samengesteld. De gegevens van dit programma wordt aangeboden aan het Samenwerkings Verband Universitaire Huisartsopleidingen in Utrecht voor centrale archivering in de Centrale Onderwijs Bank. In geval anderen dan de Huisartsopleidingen, van dit programma gebruik willen maken of, indien de uitgave voor andere doeleinden of in een ander verband wordt gebruikt, geldt het volgende: Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het hoofd van de afdeling huisartsopleiding van de Vrije Universiteit. Programmamaker(s): Marion Schmitz, Lili van Rhijn
Trefwoorden ICPC LHK
: : :
Datum en naam laatste wijzigingen: 4 maart 2002, Ruud van den Berg
Contactpersoon Telefoon
: Lili van Rhijn : 020 - 4448377
Huisartsopleiding VU Medisch Centrum Overschiestraat 180 1062 XK Amsterdam
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
2
INHOUDSOPGAVE INLEIDING ............................................................................................................................................................ 4 1 1.1 1.2 1.3
AANVANGSNIVEAU EN DOELSTELLINGEN ....................................................................................... 4 Aanvangsniveau............................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Algemene doelstellingen........................................................................................................................... 4 Programma doelstellingen ........................................................................................................................ 4
2
METHODIEK ............................................................................................................................................... 5
3 3.1 3.2
ORGANISATIE ............................................................................................................................................ 6 Voorbereiding deelnemers........................................................................................................................ 6 Tijdschema................................................................................................................................................ 6
4 4.1 4.2
LITERATUUR.............................................................................................................................................. 7 Verplichte literatuur.................................................................................................................................. 7 Facultatieve literatuur ............................................................................................................................... 7
5 5.1 5.2 5.3
DOCENTINSTRUCTIE PER PROGRAMMA-ONDERDEEL EN VOORBEREIDING DOCENT .......... 8 Inhoud HAIO-deel .................................................................................................................................... 8 Voorbereiding docent ............................................................................................................................... 8 Docentinstructie........................................................................................................................................ 8
6
VOORBEREIDING SECRETARIAAT ..................................................................................................... 10
7
SAMENVATTING PERSOONLIJK FUNCTIONEREN: OMGAAN MET ONZEKERHEDEN ............ 10
BIJLAGE 1
VERPLICHTE LITERATUUR .................................................................................................... 11
BIJLAGE 2
FACULTATIEVE LITERATUUR............................................................................................... 14
BIJLAGE 3
CASUS.......................................................................................................................................... 15
BIJLAGE 4
TIPS BIJ OMGAAN MET ONZEKERHEDEN........................................................................... 16
BIJLAGE 5
WERKBLAD ................................................................................................................................ 17
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
3
INLEIDING Geconfronteerd worden met onzekerheden is inherent aan het vak huisartsgeneeskunde en is ook een aspect van het net gestart zijn met een nieuwe opleiding. Daarnaast kent iedereen zijn eigen ‘persoonsgebonden’ onzekerheden. Wanneer de onzekerheden bij de start van een opleiding, de onzekerheden van het huisartsenvak, en persoonlijke onzekerheden bij elkaar komen, kan het totaal aan onzekerheden erg groot worden en remmend werken in het leren. Het is van belang goed te leren omgaan met de angsten en emoties rond de verschillende soorten onzekerheden die belemmerend kunnen werken op het functioneren als HAIO. Het begrip "onzekerheid" is complex: enerzijds maakt het kwetsbaar om eigen fouten en onzekerheden te laten zien: dit wordt vooral zo ervaren bij een negatieve waardering van het begrip "onzekerheid". Anderzijds wordt in de huisartsopleiding zowel als in het huisartsenvak aan "onzekerheid" een positieve waarde toegekend: - onzekerheid is de basis voor diagnostisch denken - onzekerheid is een noodzakelijkheid en een motor voor het leren - onzekerheid is een noodzakelijkheid voor wetenschappelijk werk. Onzekerheid doet vragen stellen waardoor nieuwe kennis ontstaat. Dit programma ‘Omgaan met onzekerheden’ is bedoeld als een eerste aanzet tot het leren hanteren van onzekerheden, die je als huisarts (in opleiding) kunt tegenkomen. Het geeft handvatten om meer inzicht te krijgen in wáár ieders specifieke onzekerheden liggen. Door de onzekerheden uit te splitsen naar verschillende categorieën en ze in kaart te brengen, wordt het mogelijk een plan te maken hoe de eigen onzekerheden beter gehanteerd kunnen worden.
1
AANVANGSNIVEAU EN DOELSTELLINGEN De HAIO's hebben enige ervaring in de praktijk opgedaan in het zelfstandig functioneren als huisarts in opleiding. Zij dienen het eerste onderwijsprogramma over acute problematiek al te hebben gehad.
1.1
Algemene doelstellingen − −
1.2
Beter leren omgaan met onzekerheden in de beroepsuitoefening als huisarts in opleiding. Inzicht verwerven in de positieve aspecten van het ervaren van onzekerheden.
Programma doelstellingen 1.
De HAIO kan beschrijven welke onzekerheden inherent zijn aan het vak huisartsgeneeskunde.
2.
De HAIO kan in een concrete situatie aangeven waar zijn onzekerheden vooral liggen: op het gebied van de huisartsgeneeskundige kennis(K), ervaring(E), attitude(A) of persoonlijke aspecten(P)
3.
De HAIO kan vertellen waarom zijn eigen onzekerheid een wezenlijke stap is bij het leren van het werken als huisarts en weet waarom het belangrijk is met mede-HAIO's en opleiders te praten over zijn onzekerheden.
4.
De HAIO kan per categorie minstens twee tips noemen om onzekerheden beter te (leren) hanteren.
5.
De HAIO heeft in een plan beschreven hoe de genoemde eigen onzekerheden op de verschillende gebieden (K-E-A-P) aan te pakken.
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
4
2
METHODIEK Tevoren: 1.
Zelfstudie: (Doelstelling 1) Doorlezen literatuur (Bijlage 1) Huiswerkvragen maken (Bijlage 2)
2.
Praktijk: (Doelstelling 1) HAIO en HAO houden een leergesprek over de onzekerheden van het huisartsenvak en hoe de HAO daarmee omgaat.
Terugkomdag: 3.
Wat maakt zoal onzeker? (Doelstelling 2) In tweetallen wordt de casus uit het huiswerk besproken: wat maakt zoal onzeker, hoe kan het nog erger ? Bijlage 4 is een werkblad dat de HAIO in de loop van het programma gebruikt om voor hem relevante gegevens die hij vast wil houden op het gebied van de 4 hieronder genoemde categorieën te noteren.
4.
Categorieën van onzekerheid (doelstellingen 1 en 2) Na inventarisatie worden de verschillende soorten onzekerheden opgesplitst in 4 categorieën vanuit het idee dat de onzekerheid beter te hanteren is als deze in deelgebieden wordt opgesplitst nl. − kennis − ervaring − attitude − persoonlijke onzekerheden.
5.
Toepassing op eigen casus (doelstelling 2) De HAIO's vertellen vervolgens (in subgroepjes) zo concreet mogelijk waar ze bang voor zijn in hun eigen casus over onzekerheid (thuis gemaakt) en oefenen het indelen in de categorieën.
6.
Praten over onzekerheden (doelstelling 3) Er wordt plenair besproken hoe het is te praten over onzekerheden met elkaar. Hoe het wordt ervaren, de zin en het belang ervan. Aandacht wordt daarbij besteed aan de normen die hierover bestaan en hoe die soms verschillen met de normen over het omgaan met onzekerheden in de kliniek. Ook komt aan de orde hoe de groepsbegeleiders aankijken tegen het (durven) bespreken van onzekerheden.
7.
Omgaan met onzekerheden: tips (doelstelling 4) In een groepsgesprek komt eerst aan de orde welke tips er gehaald kunnen worden uit datgene wat de HAIO met de HAO heeft besproken en vervolgens worden per categorie tips en aanbevelingen geïnventariseerd om op dat vlak verder te komen. (Bijlage 3)
8.
Persoonlijk plan (doelstelling 5) Iedere HAIO maakt voor zich een individueel plan door in zijn notities op het werkblad die aspecten op te schrijven waar hij zich de komende tijd vooral op wil richten.
9.
Een rondje hierover sluit de middag af. (Doelstelling 5)
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
5
3
ORGANISATIE
3.1
Voorbereiding deelnemers a. b. c. c.
3.2
Lees de verplichte literatuur (Bijlage 1) Voer in de week voor de terugkomdag met je opleider een leergesprek over de onzekerheden die inherent zijn aan het huisartsenvak en hoe hij daarmee omgaat. Maak de casus in Bijlage 2. Beschrijf op een half A4-tje een casus of situatie waarin je je onzeker voelde. Je mag zelf kiezen of het gaat over een contact met de opleider of over een contact met een patiënt of over een bepaald aspect van het huisartsenvak (zie ook bijlage 2). Maak voor de terugkomdag 3 kopieën van deze casus.
Tijdschema Tevoren: 1. Huiswerk: 60 min. 2. Leergesprek met HAO: 45 min.
Tijdschema
Programma
Tijdsduur
0–5
Inleiding
5 – 15
wat maakt zoal onzeker?
10 min.
15 – 40
Categorisering van onzekerheden
25 min.
40 – 85
Toepassing op eigen casus
45 min.
85 – 100
Pauze
15 min.
100 – 120
Praten over onzekerheden
20 min.
120 – 150
Omgaan met onzekerheden: tips
30 min.
Persoonlijk plan
15 min.
Rondje: wat is ieder van plan?
15 min.
5 min.
150 – 165
165 – 180
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
6
4
LITERATUUR
4.1
Verplichte literatuur − −
4.2
NHG uitgave: Huisarts en patiënt, richtlijnen en uitgangspunten. G.E.H.M. Rutten, redactie. Hoofdstuk 3 (zelf in bezit). Onzekerheden aan het begin van de opleiding. Marion Schmitz.
Facultatieve literatuur − −
De onzekere huisarts, Grol R, Mokkink H, Van Eijk J et al., Medisch Contact 1985; 45: 1400-2. Laat niet over je heen lopen. Hoe krijgt u meer zelfvertrouwen en komt u beter op voor u zelf? Merkle Dr. R. De Driehoek, Amsterdam 1994.
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
7
5
DOCENTINSTRUCTIE PER PROGRAMMA-ONDERDEEL EN VOORBEREIDING DOCENT
5.1
Inhoud HAIO-deel Inleiding, hoofdstuk 1 t/m 4, bijlage 1 t/m 5
5.2
Voorbereiding docent Docent: HAB en GW-er samen, in verband met het mengsel van typisch-HAB en typisch-GW aspecten. Lees als docent zelf het programma en de literatuur voor zover niet bekend.
5.3
Docentinstructie 1 + 2 Korte Inleiding (5 min) De HAB (bij voorkeur) geeft een inleiding op dit programma, waarin je kort wat vertelt over het omgaan met onzekerheden in de loop van de jaren door jouzelf en/of huisartsen meer in het algemeen. Verder kort aanstippen dat het ongetwijfeld op allerlei andere momenten terug zal komen als onderwerp en dat dan ook terug gegrepen kan worden op de hier gehanteerde categorieën en tips. Ga na of ieder het huiswerk heeft gedaan: leergesprek met de opleider, doorlezen literatuur en casus beschrijving. !! Het scheelt tijd wanneer je afcheckt of de HAIO’s tevoren allemaal 3 kopieen gemaakt hebben van de door hen gemaakte huiswerkopdracht. 3.
Wat maakt zoal onzeker (10 min)
Dit aan de hand van de 1e casus uit bijlage 2. Doel: opwarmer voor inventarisatie van wat zoal onzeker kan maken. Opdracht: − bespreek in tweetallen welke onzekerheden deze casus voor ieder oproept als hij/zij zelf de dokter zou zijn. − wat zou je in de casus kunnen veranderen opdat je er meer onzekerheden in tegen zou komen? Wijs op het Werkblad (bijlage 4) dat tijdens het programma gebruikt kan wordt om aantekeningen te maken. Aan het eind van het programma wordt gevraagd een selectie te maken uit de aantekeningen bij het opstellen van een plan. 4. Inventarisatie en categorisering van onzekerheden (25 min) a. Inventarisatie: "Welke onzekerheden worden herkend in de casus?" Dit op het bord (eventueel sheet m.b.v. overheadprojector) - in steekwoorden - inventariseren. Diep de gevoelens eromheen uit. b. “Wat zou de casus nog moeilijker maken en meer onzekerheden opleveren?" Toevoegen aan de inventarisatie. Niet teveel veralgemeniseren, maar vooral ook persoonlijke verschillen tussen HAIO's aangeven of verduidelijken. Van belang is de moeilijkheid te verhelderen en dus nog niet naar de oplossing ervan te gaan, dat komt later aan de orde. c. Ordening in categorieën Vervolgens de genoemde onzekerheden onderbrengen in de 4 categorieën zoals beschreven in het stuk van Marion Schmitz: kennis, vaardigheid, beroepsattitude en persoon. d. Bespreking van iedere categorie en de aspecten die daaraan zitten (analoog aan de Inleiding) maar dan zoals de groepsleden dat voor zichzelf herkennen uit hun eigen ervaringen. Tussen haakjes zijn hieronder mogelijke vragen voor uitdieping vermeld. De discussie gaat dus over onzekerheden verband houdend met: gebrek aan kennis (bv. heeft de meerdere kennis verkregen uit het programma. Acute benauwdheid geholpen om je minder onzeker te voelen op dat vakgebied?) M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
8
− − −
gebrek aan ervaring (al zelfstandig gefunctioneerd in acute situaties?) beroepsattitude ten aanzien van het huisartsenvak (wat kwam uit het leergesprek met de opleider?) persoonlijke aspecten (waar kun je zoal onzeker/angstig over zijn, wat zou er kunnen gebeuren aan mogelijke rampen? Hoe erg is het als je laat zien waar je onzekere over bent?).
Betrek bij de discussie ook het leergesprek dat de HAIO's met de opleider over het onderwerp gehad hebben en ervaringen naar aanleiding van. acute situaties. Doel van de discussie is duidelijk te maken dat onzekerheden op te splitsen zijn in verschillende deelgebieden. Ga nog niet teveel in op hoe ermee om te gaan, dat komt in onderdeel 7. In programma-onderdeel 5 moet worden geoefend met het opsplitsen van een onzekerheid met behulp van de casus die thuis op papier is gezet. 5. Bespreken van eigen casus in subgroepjes van 3 (45 min) De casus die thuis is gemaakt over een situatie waarin de HAIO zich onzeker voelt wordt nu in subgroepjes uitgewerkt. Om beurten staat ieders casus centraal (15 min per HAIO). Na een korte uiteenzetting van de casus worden de volgende vragen besproken: − welke onzekerheden ervaart de inbrenger in deze casus? De anderen helpen deze zo concreet mogelijk te formuleren. Waar ben je bang voor? − in welke categorieën vallen ze onder te brengen? N.B. Waarschuw dat het niet de bedoeling is met elkaar over de inhoud van de casus in discussie te gaan! P A U Z E (15 min) 6. Groepsgesprek: Praten over onzekerheden (20 min) Hoe is het om met elkaar over onzekerheden te praten? Doel van de discussie: om met leren verder te komen, is openheid over eigen onzekerheden van groot belang: durven je onzekerheden te bespreken met je opleiders en mede HAIO's? Probeer dit doel te bereiken door b.v. aan de orde te stellen dat: − wij in onze opleiding de openheid juist positief beoordelen, maar dat vraagt van sommige HAIO's wel een andere aanpak dan zij gewend zijn. − welke zin heeft het praten over onzekerheden? − wat zijn de ervaringen tot nu toe op dit gebied: − tijdens de studie − vroegere werkervaringen Tijdens de studie en in de meeste werksituaties is men meestal meer bezig zichzelf zekerder voor te doen dan men is. Dit is ook gangbaar in onze samenleving uit angst voor een negatieve beoordeling. − Vertel zo nodig (nogmaals) hoe je als groepsbegeleiders aankijkt tegen het vertellen van onzekerheden door HAIO's. 7. Omgaan met onzekerheden (30 min) Vraag eerst aan de HAIO's kort te vertellen wat hun HAO vertelde over het leren hanteren van onzekerheden en noteer deze tips. Hebben ze zelf tips, die mogelijk bruikbaar zijn voor anderen ? Vraag hen vervolgens hiermee bijlage 3 aan te vullen. Waarschijnlijk hebben de eerste 3 categorieën al wat aandacht gehad eerder in het programma, dus zorg in ieder geval dat de laatste over de persoon voldoende aan bod komt. Houd de tijd goed in de gaten hiervoor. Zorg dat er in ieder geval voldoende tijd over is voor het invullen van het eigen werkplan (onderdeel 8 en 9). 8. Uitwerken van eigen plan ten aanzien van omgaan met onzekerheden (15 min) Ieder bekijkt voor zich Het Werkblad, Bijlage 4 en leest punten die men in de loop van het programma heeft genoteerd. De HAIO's schrijven daarna die punten op waar ze de komende tijd vooral aandacht aan willen besteden. 9. Rondje: wat heb je geleerd? (15 min) Rondje naar aanleiding van concrete voornemens die ieder maakt voor de komende tijd. Laat ieder 1-2 belangrijkste aandachtspunten/leerpunten noemen.
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
9
6
VOORBEREIDING SECRETARIAAT Geen.
7
SAMENVATTING PERSOONLIJK FUNCTIONEREN: OMGAAN MET ONZEKERHEDEN Aan het begin van de opleiding versterken − onbekendheid met een nieuw vak − de onzekerheden inherent aan het huisartsenvak zelf en − persoonlijke onzekerheden elkaar. Dit zou een leerblokkade op kunnen leveren, mede gezien vanuit de houding zoals die gebruikelijk in de kliniek ontwikkeld wordt ten aanzien van het omgaan met onzekerheden: vooral je onzekerheid niet laten zien. Doel van het programma is beter leren omgaan met de verschillende soorten onzekerheden en inzicht verwerven in de positieve aspecten van onzekerheden: onzekerheid doet vragen stellen waardoor nieuwe kennis ontstaat. Aan de hand van eigen casuïstiek onderscheidt de HAIO onzekerheden die liggen op het gebied van kennis, gebrek aan ervaring, attitude en persoonlijke aspecten. Met mede-HAIO's wordt uitgewisseld hoe de onzekerheden op de verschillende gebieden aangepakt kunnen worden. Iedere HAIO stelt hiertoe een persoonlijk plan op, toegespitst op de verschillende categorieën van onzekerheid: kennis, ervaring, attitude en persoonlijke aspecten.
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
10
BIJLAGE 1 − −
VERPLICHTE LITERATUUR NHG uitgave: Huisarts en patiënt, richtlijnen en uitgangspunten. G.E.H.M. Rutten, redactie. Hoofdstuk 3 (Verplicht boekje, heeft HAIO zelf in bezit). Onzekerheden aan het begin van de huisartsopleiding. Marion Schmitz.
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
11
ONZEKERHEDEN AAN HET BEGIN VAN DE HUISARTSOPLEIDING Marion Schmitz Onzekerheden in het vak huisartsgeneeskunde in het algemeen In de basisopleiding heeft het leren werken als arts vooral in de kliniek plaatsgevonden. De situatie in de kliniek is een totaal andere dan die in de huisartsen praktijk: Kenmerkend voor de geneeskunde in de eerste lijn zijn o.a. de volgende aspecten: -
de huisarts fungeert als poortwachter van de geneeskunde: het is de vraag of een patiënt wel met zijn klacht bij de huisarts moet zijn, of dat deze ergens anders thuishoort. - de huisarts ziet de patiënt in een (zeer) vroeg stadium van een ziekteproces, waarbij de symptomen van een ziektebeeld regelmatig nog niet zo duidelijk ontwikkeld zijn - de factor "tijd" is belangrijk in het omgaan met (nog) onduidelijke ziektebeelden. Sommige klachten/ symptomen kúnnen zich ontwikkelen tot een duidelijk ziektebeeld waar geneeskundige zorg voor nodig is, maar soms verdwijnen de symptomen vanzelf, veelal zonder dat met enige zekerheid een diagnose is gesteld. Wanneer een patiënt in een vroeg stadium gezien wordt, is het onzeker hoe het verdere beloop van het ziektebeeld zal zijn. - de huisarts beschikt over een beperkt aantal onderzoeksmogelijkheden in vergelijking met de kliniek. Deze gegevens betekenen dat in de huisartspraktijk een totaal andere werkwijze noodzakelijk is als in de kliniek waar allerlei soorten onderzoek beschikbaar zijn om informatie voor de diagnostiek te verschaffen. Soms wordt in de huisartsenpraktijk een diagnose nooit duidelijk en blijkt dat ook niet nodig te zijn. De huisarts moet kunnen werken met een groot aantal onzekerheden, die inherent zijn aan het oplossen van medische problemen in de eerstelijn. Onzekerheden aan het begin van de opleiding Aan het begin van de opleiding zijn er voor de HAIO nog veel vragen onbeantwoord: - houdt de huisartsgeneeskunde in wat ik ervan verwacht? - zal ik het leuk vinden? - heb ik genoeg voorkennis om in de stage zelfstandig te kunnen werken? - kan ik het wel: is huisartsgeneeskunde een geschikt vak voor mij? - zal ik geaccepteerd en gewaardeerd worden door mijn opleiders, en/of de patiënten? - zal het mij lukken in acute situaties adequaat te handelen? - zal het mij lukken me in de opleidingsgroep op mijn gemak te voelen? - hoe combineer ik de opleiding met mijn privé-leven? Met mijn man/vrouw, vriend/vriendin en/of kinderen? - hoe zorg ik voor een goede woonsituatie? Onbeantwoorde vragen brengen onzekerheden met zich mee. Indeling van mogelijk bestaande onzekerheden De onzekerheden die de HAIO tegenkomt in de beoefening van het huisartsenvak kunnen ingedeeld worden in de volgende vier aspecten: (1) Kennis Als HAIO ben je basis-arts wanneer je de huisartsopleiding binnenkomt: sluiten de recente ervaringen en kennisniveau aan bij wat er van de HAIO verwacht wordt in de praktijk van de huisarts-opleider? Weer de studieboeken induiken en zorgen dat je zoveel mogelijk huisartsgeneeskundige kennis ophaalt is één van de mogelijkheden om jezelf iets zekerder te gaan voelen in het werk. Kennisvermeerdering helpt slechts ten dele, want het vakgebied is zo groot dat er altijd dingen blijven waar je onvoldoende kennis over hebt om je zeker te kunnen voelen.
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
12
(2) Vaardigheden Het opdoen van ervaringen en vaardigheden in de praktijk kost tijd. Naarmate je meer ervaren bent neemt de onzekerheid meestal af. Het huisartsen vak is zo breed, dat je nooit alles meegemaakt hebt of alles kan weten: steeds weer kunnen nieuwe ziektebeelden en nieuwe situaties je verrassen of overvallen. Soms in zeer acute situaties moet je adequaat een (medisch) probleem kunnen oplossen. In de diensten speelt dit het sterkste, want daar krijg je ook te maken met onbekende patiënten, vaak zonder enige voorinformatie. Onzekerheid ontstaat dus niet alleen door een gebrek aan ervaring, maar het is ook eigen aan het vak zelf. (3) Beroepsattitude en attitude ten aanzien van het leren De angst een diagnose te missen met ernstige gevolgen voor de patiënt is reëel en blijft een moeilijke zaak om mee te leren omgaan. Het vraagt in de eerstelijn om een andere houding en werkwijze tav. van de geneeskunde dan die geleerd is in de kliniek. In de kliniek en tijdens de co-schappen is vaak een houding aangeleerd van: je zekerder voordoen dan je bent, vooral je onzekerheden niet laten zien want dan kun je een slechte beoordeling krijgen. Dit wordt in de huisartsopleiding niet als bevorderlijk voor het leren gezien: slechts door open te praten over wat je moeilijk vindt en waar je onzeker over bent, kun je zorgen dat fouten tijdig opgevangen worden, kun je erover leren en er verder mee komen. Dit betekent dat gemaakte "fouten" juist goed materiaal zijn om van te leren. Dan moet je het wel aandurven om daar openlijk over te praten. (4) Persoonlijke aspecten Zorgen voor voldoende kennis en ervaring is niet voldoende: er moet ook geleerd worden hoe met de onzekerheden, die inherent zijn aan het vak, om te gaan. Het is van belang te leren communiceren over je onzekerheden met je opleider, maar ook als dokter met de patiënt in verband met wat je te bieden hebt aan diagnostiek en beleid. Deze openheid vraagt ook persoonlijke kracht om de confrontatie aan te gaan. Zal de ander je niet veroordelen, moet je van jezelf eigenlijk alles al kunnen, of mag je het (nog) niet weten? Daarnaast heeft ieder zijn eigen persoonlijke gebieden waar hij/zij onzeker over is vanuit de eigen opvoeding, geschiedenis en leefsituatie. Bv.: Onzeker zijn over hoe je overkomt, of mensen je wel aardig vinden, of je de ruimte krijgt of kan maken, die je nodig hebt om goed uit de verf te komen. Zal het je lukken in acute situaties het hoofd koel te houden en adequaat te handelen? Lukt het je - ook onder druk systematisch een probleem op te lossen? Ook de persoonlijke leefsituatie: het al wel/niet een partner gevonden hebben, gesetteld zijn in je privé situatie, nu wéér in opleiding zijn en niet weten waar je terecht zal komen, kan mede een rol spelen in gevoelens van onzekerheid. Vanuit de persoonlijke ontwikkeling heeft de een beter geleerd met de eigen onzekerheden om te gaan dan de ander.
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
13
BIJLAGE 2 • •
FACULTATIEVE LITERATUUR
De onzekere huisarts, Grol R, Mokkink H, Van Eijk J et al., Medisch Contact 1985; 45: 1400-2. Laat niet over je heen lopen. Hoe krijgt u meer zelfvertrouwen en komt u beter op voor u zelf? Merkle Dr. R. De Driehoek, Amsterdam 1994.
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
14
BIJLAGE 3
CASUS
Maak (1) en (2) ter voorbereiding van de terugkomdag.
(1) CASUS: Beantwoord de vragen bij deze casus. Mevrouw Smit, 40 jaar, is vandaag bij je op het spreekuur geweest met klachten over pijn op de borst. Ze voelde zich gisteren op het werk plotseling erg benauwd. Ze had dit nooit eerder gehad. Gisteravond tijdens de aerobicles had ze ook een aanval gehad. Ze is toen gestopt, na een kwartiertje was het over en is ze naar huis gegaan. Ze maakt zich hier ernstig ongerust over. Haar vader is overleden aan een hartinfarct. In de intake bleek ook dat er spanningen op het werk waren (reorganisatie van het bedrijf met dreigende ontslagen). Bij onderzoek vind je geen bijzonderheden. Je legt haar uit dat het hyperventilatie is. 's Avonds denk je na over deze casus en begin je plotseling te twijfelen. a.
Wat zou er door je heen kunnen gaan?
b.
Wat zou je aan de casus kunnen veranderen/toevoegen waardoor je meer onzekerheid zou toenemen?
(2) EIGEN SITUATIE/CASUS Beschrijf op een half A4-tje een casus of situatie waarin je je onzeker voelde. Je mag zelf kiezen of het gaat over een contact met de opleider of over een contact met een patiënt of over een bepaald aspect van het huisartsenvak.
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
15
BIJLAGE 4
TIPS BIJ OMGAAN MET ONZEKERHEDEN
Een aantal van de volgende aspecten kunnen aan de orde komen met betrekking tot. het vergroten van het probleemoplossend vermogen bij onzekerheden: 1. 2. 3. 4. 5.
Eerste stap: stilstaan bij en aandacht geven aan een gevoel van onzekerheid Analyse maken van wat er precies speelt: wát maakt me onzeker en met welke categorie onzekerheden heeft dit te maken Delen van onzekerheden met anderen: de HAO, HAIO's, thuis en ook met patiënten (zie onder). Methodiek bedenken hoe de gevonden lacunes op te vullen Concreet plannen in je agenda om het daadwerkelijk uit te voeren
Per categorie valt o.a. te denken aan: Kennis - je hoeft niet alles te weten, als je maar wel weet waar je je informatie kan halen. Zelf zorgen voor een goed systeem daarin. - een strategie weten voor hoe om te gaan met iets dat je niet weet is belangrijker dan de exacte kennis kunnen reproduceren: vergroten van probleemoplossend vermogen - inbouwen van zekerheden bij patiënten: wat het aandeel van de patiënt-zelf daarin kan zijn bij gebruikmaking van de factor tijd als de diagnose nog niet duidelijk is. Ervaring - bij gebrek aan ervaring je goed voorbereiden op bijvoorbeeld. acute situaties: een checklistje maken met punten waar je aan moet denken, telefoonnummers. etc. Van tevoren mogelijke problemen doordenken hoe je die op zou kunnen lossen. Maak hierbij ook gebruik van de ervaringen van HAO en HAB. - van ervaringen leer je het meest als je er ook bij stilstaat wat je eruit geleerd hebt: een casus bespreken met de opleider die goed gegaan is en waarom, kan minstens zo belangrijk zijn als het bespreken van wat niet goed ging. Attitude - bespreken van onzekerheden met patiënten: d.w.z. duidelijk en eerlijk zijn over wat je niet weet en wat je zelf verder uit wil zoeken - onzekerheden open durven bespreken is geen zwakte maar getuigt van durf en lef. Je kunt het alleen als je je sterk genoeg voelt om een lacune onder ogen te zien. Persoonlijke onzekerheden Leren omgaan met onzekerheden en angsten van jezelf als mens en dokter: analyseer waar je bang voor bent: wat voor ergs denk je dat je kan overkomen als dokter? Poets dat niet gelijk weg maar zie het onder ogen: analyseer waar je precies bang voor bent. Hoe erg zou het voor je zijn als ........ (vul maar in) Onderzoek wat er reëel is in de angst en wat je jezelf aandoet aan onrealistische normen en te hoge idealen. Kun je accepteren dat je nooit alles zult weten en dat je nooit alles goed kan doen en dus ook fouten maakt, dat niet iedereen je aardig kan vinden. Kortom je eigen denken over hoe je het moet doen geeft je onzekerheden. Probeer jezelf kritisch op dergelijke hoge normen te bevragen en te corrigeren. Alleen jijzelf kan toleranter worden tav. van wat je van jezelf moet kunnen, waardoor je spanning afneemt en je je zekerder gaat voelen. Bij voldoende inzet kun je het op dit moment niet beter dan dat je het nu doet!
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
16
BIJLAGE 5
WERKBLAD
Schrijf in iedere categorie op wat je vast wilt onthouden in verband met omgaan met onzekerheden
1. Kennis
2. Ervaring
3. Attitude
4. Persoonlijke onzekerheden
Tot slot: - Onderstreep waar je je de komende tijd op wilt richten. - Valt je nog iets op over jezelf, als je deze punten bij elkaar overziet: hoe kijk je nu tegen (je) onzekerheid aan?
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
17
M:\HO\OWP\1E JAAR\PERSFUNCTIONEREN + MACRO\OWP - PERSOONLIJK FUNCTIONEREN - OMGAAN MET ONZEKERHEDEN - 2000.DOC
18