Om dit aan te kunnen aanbieden dienen op de Front End server twee applicaties aanwezig te zijn:

In november 2010 lanceerde Microsoft de nieuwe versie van OCS genaamd Lync. Aan de verschillende edities is niet veel veranderd. Zo zijn er nog steeds een Standard en Enterprise Editie beschikbaar. Het verschil tussen beide versies is de locatie van de Configuration Management Store (CMS) database:  

Standard editie, heeft de CMS lokaal staan; Enterprise editie, heeft de CMS op een SQL server staan en heeft als voordeel dat deze ook hoog beschikbaar gemaakt kan worden;

De server rollen zijn wel opgesplitst in Core en optionele servers:

Core servers:   

Front End Back End Edge

Front End server Een Lync omgeving kan bestaan uit één of meerdere front end servers. Deze Front End servers zijn verantwoordelijk voor het aanbieden van de instant-messaging, presence en enterprise voice. Alle gebruikers welke Lync enabled zijn worden geplaatst op een Front End server. De Front End server bevat een applicatiepool die de volgende applicaties kan aanbieden: Front End, IM Conferencing, Telephony Conferencing, QoE agent, Conferencing Attendant, Conferencing Announcement Service, Response Group Services. Dail-in conference Met dial-in conference wordt het mogelijk voor externe gebruikers om in te bellen voor een vergadering. Hiermee kunnen zij zonder speciale hardware of software te hebben toch deelnemen aan een conference-call. Om dit aan te kunnen aanbieden dienen op de Front End server twee applicaties aanwezig te zijn:  

Conferencing Attendant, deze applicatie maakt het mogelijk om conference-calls te voorzien van audio voor gebruikers die inbellen Conferencing Announcement Service, deze service zorgt voor het afspelen van signalen wanneer er gebruikers inbellen, een conference-call verlaten en laat gebruikers horen of hun microfoon gemute of geunmute is.

Call delegation Middels call delegation is het opzetten van een chef-secretaresse schakeling mogelijk. Hiermee kan een manager zijn/haar secretaresse(s) verantwoordelijk maken voor het aannemen van gesprekken. Naast deze functionaliteit worden de volgende extra functionaliteiten beschikbaar:     

Meeluisteren met een telefoongesprek of conference call namens de manager. Inbellen op het voice gedeelte van een conference namens de manager. Afluisteren van de voice mail berichten van de manager. Opzetten van een telefoongesprek of conference call namens de manager. Gesprekken doorverbinden naar de manager

Team call Met de team call functionaliteit wordt het mogelijk om teams aan te maken. Wanneer een gesprek wordt geforward naar het team gaan bij alle leden van het team de telefoons over. Wanneer één van de leden opneemt gaan de telefoons van de overige leden niet meer over. Een leidinggevende heeft de volgende mogelijkheden wanneer er een call forward wordt ingesteld:   

Ring leader, then ring team, deze optie zal eerst de leidinggevende proberen te bereiken wanneer dit niet lukt zal het gesprek worden doorgezet naar het team. Ring leader and team simutaneously, deze optie zal leidinggevende en het team tegelijk proberen te bereiken. Ring team only during working hours, deze optie zal alleen het team proberen te bereiken tijdens kantooruren.

Reponse groups Reponse groups worden gebruikt voor het routeren van gesprekken en voor het aanmaken van wachtrijen. Deze gesprekken kunnen vervolgens doorverbonden worden aan de agents die in de betreffende response group geplaatst is. Configuratie vindt gedeeltelijk plaats via het Lync Control Panel. Het configureren van de workflow wordt middels een Web applicatie aangeboden. Hiermee wordt het mogelijk om bijvoorbeeld een leidinggevende aanpassingen te laten maken aan de workflow(s) voor zijn/haar response groups. Workflow bieden de volgende mogelijkheden:      

Call-routing algoritmes, deze optie maakt het mogelijk om te kiezen hoe een call verder wordt gerouteerd: serial, longest-idle, parallel of round-robin. Interactive Voice Reponse (IVR), geeft mensen de mogelijkheid om naast de toetsen op het toestel een optie te kiezen door deze in te spreken. Call queueing, het plaatsen van gesprekken in een wachtrij en deze vervolgens doorzetten naar een agent. Music on hold, speelt muziek af tijdens het wachten. Presence-bases routing, afhankelijk van de presence status van een gebruiker wordt een gesprek wel of niet naar de gebruiker doorverbonden. Reponse Group Templates, maakt het voor een beheerder/leidinggevende mogelijk om een een workflow te bouwen aan de hand van vaste templates.

Optionele servers:      

Mediation AV Conferencing Archiving Monitoring Director Group Chat

Mediation server De Mediation server is verantwoordelijk voor de koppeling tussen de voice gateway en de Frontend server(s). De mediation zet het verkeer om van de Front End server(s) richting de gateway van SIP/MTLS (Session Initiation Protocol/ Mutual Transport Layer Security) naar SIP/TCP en decodeert/codeert SRTP naar RTP (Realtime Transport Protocol). In Lync Server 2010 is het mogelijk naast het gebruik van een gateway die bij het bedrijf zelf staat, gebruik te maken van een SIP-trunk die wordt aangeboden door Lync gecertificeerde providers. A/V Conferencing Deze rol is nieuw in Lync Server 2010 en is nodig wanneer audio/video conferencing wordt gebruikt. Wanneer er een Standard Edition Front End Server wordt geplaatst zal deze rol automatisch worden geïnstalleerd op de Front End Server. Wordt er gekozen voor een Enterprise Edition Front End Server dan kan ervoor gekozen worden om een aparte A/V Conferencing server/pool in te richten. Edge Server Net als de Edge Transport Server van Microsoft Exchange wordt ook de Edge Server van Lync in de DMZ omgeving geplaatst. Op de Edge Server draaien verschillende services: 

 

Access Edge Service, deze service geeft interne en externe gebruikers de mogelijkheid om een verbinding met elkaar op te zetten via één vertrouwde aansluiting. Web Conferencing Edge Service, deze service maakt het mogelijk om externe gebruikers uit te nodigen voor Live Meetings. A/V Edge Service, deze service maakt het mogelijk om audio en video te delen met externe gebruikers, daarnaast biedt deze service de mogelijkheid om gebruikers hun desktop te laten delen met externe gebruikers en andersom.

Archiving Server Middels de archiving server is het mogelijk om alle instant messaging gesprekken te archiveren. Dit laatste wordt vaak gebruik voor compliancy regels waaraan voldaan moet worden. De gesprekken die worden gearchiveerd worden geplaatst in een separate SQL database.

Monitoring Server Deze rol is verantwoordelijk voor het monitoren van de gehele Lync Server 2010 omgeving. Daarnaast is het stukje CDR verplaatst naar deze server en maakt het o.a. het volgende mogelijk:   

Directe toegang tot een overzicht van gevoerde gesprekken Mogelijkheid tot het maken van rapportages Mogelijkheid voor het exporteren naar andere systemen

Director In OCS 2007 R2 kon een Front End Server nog als director worden ingericht. Dit was mogelijk door geen gebruikers te plaatsen op deze server. Vanaf Lync Server 2010 is de Director een aparte server role geworden. De functie van deze server is nog steeds hetzelfde als in OCS 2007 R2: de authenticatie van gebruikers. De Director kan geplaatst worden tussen de Edge Server en de Front End server(s) als extra beveiligings laag. Dit om eventuele aanvallen vanaf extern al te blokkeren op de Director i.p.v. op de Front End server. Group Chat Server De Group Chat Server maakt het mogelijk om chat groepen aan te maken die altijd beschikbaar blijven. Daarnaast blijft de content die in de groepen wordt geplaatst beschikbaar in tegenstelling tot een IM-group gesprek. Om gebruik te kunnen maken van deze functionaliteit zijn er drie onderdelen nodig:  



Lync Server 2010 Group Chat server, dit geeft gebruikers de Group Chat mogelijkheid Lync Server 2010 Group Chat Administration tool, dit geeft beheerders de mogelijkheid om chat rooms op te zetten en aan te geven wie hier toegang toe heeft. Lync 2010 Group Chat client, dit is een speciale client die gebruikt kan worden om connectie te maken met de Group Chat server.

Optioneel kan een extra service geïnstalleerd worden om de content van de chat rooms te archiveren om te voldoen aan compliance regels.

Wijzigingen Lync 2010 t.o.v. OCS 2007 R2 Eén van de grotere veranderingen in Lync is dat alle instellingen worden opgeslagen in een centrale database, de Central Management Store (CMS) genaamd. Deze database bevat:   

Configuratie van Lync Server componenten Policies van Lync Server componenten XML documenten met hierin de deployment topology

Tijdens de setup van een server role haalt de server zelf de gegevens uit deze database op. Hiermee bepaald de setup de componenten die op de betreffende server geïnstalleerd moeten worden. Dit is één van de grote verbeteringen van Lync ten opzichte van OCS. In OCS zaten er veel haken en ogen aan de setup iets wat met deze versie niet meer van toepassing is. Om te voorkomen dat een server niet meer kan functioneren wanneer de connectie naar de Central Management Store wegvalt, heeft elke server een lokale kopie van de database. Mocht een connectie dan onverhoopt toch niet beschikbaar zijn dan kan de server zonder problemen blijven functioneren. De Central Management Store controleert met regelmaat of alle servers beschikken over de laatste update. Hoe verloopt dit proces met een Edge Server? Hiervoor zijn er twee opties:  

HTTP verkeer toelaten van de CMS naar de Edge, updates worden altijd geïnitieerd van de server die de CMS bezit; handmatig configuratie updates toepassen, via deze methode dient er een export gemaakt te worden van de configuratie en dient deze vervolgens geïmporteerd te worden op de Edge.

Virtualisatie Lync omgeving Virtualisatie wordt vandaag de dag veel toegepast. Microsoft heeft dit ook gezien en wanneer men de support policy van het virtualiseren van Lync t.o.v. OCS bekijkt dan is hier een grote verandering in te zien. Echter is het virtualiseren van Lync nog steeds beperkt, zo wordt een gevirtualiseerde Standard Edition Front End server slechts in enkele scenario’s ondersteund. Survivable Branch Appliance Nieuw in Lync is de mogelijkheid om in een branch office een Survivable Branch Appliance (SBA) te plaatsen. Dit heeft als voordeel dat mocht de connectie naar het hoofdkantoor wegvallen, gebruikers gebruik kunnen blijven maken van de telefonie functionaliteiten van Lync. Deze SBA’s zijn via diverse leveranciers beschikbaar waaronder: AudioCodes, NET en Dialogic.

Bandbreedte Lync calls Ondanks dat er tegenwoordig vaak voldoende bandbreedte beschikbaar is tussen vestigingen kan het wenselijk zijn dit enigszins te limiteren. Met behulp van Call Admission Control is het mogelijk om het bandbreedte verbruik van gesprekken te limiteren of zelfs helemaal niet toe te staan. In dit laatste geval kan er bijvoorbeeld voor gekozen worden om het gesprek i.p.v. via de WAN verbinding via een PSTN verbinding plaat te laten vinden. Lync Control Panel Het beheren van de Lync Server omgeving gebeurd middels het Lync Control Panel of Powershell. Het Lync Control Panel is een web-applicatie die gebaseerd is op Silverlight. Eén van de vereisten is dan ook dat de Silverlight plug-in staat geïnstalleerd op de server/desktop waarop de management tools geïnstalleerd staan.

Client wijzigingen In OCS 2007 R2 waren er nog twee aparte clients: de Communicator Client en de Live Meeting client. Deze laatste client is, zoals de naam al doet vermoeden, nodig om deel te kunnen nemen aan meetings. Vanaf Lync zijn beide clients geïntegreerd en hoeft er slechts één client geïnstalleerd te worden. Een andere belangrijke wijziging is dat er geen gebruik meer gemaakt wordt van aparte opslag plekken voor contacts. In Lync zijn alle contacts samengevoegd en geplaatst in de Unified Contacts Store. Dit laatste is een functionaliteit die alleen geboden wordt i.c.m. Microsoft Exchange 2010 SP1.