ASR Vastgoed Vermogensbeheer BV t.a.v. de heer E. Schroten Postbus 2008 3500 GA UTRECHT
Gemeente Leiden Bezoekadres Stadsbouwhuis Langegracht 72 Postadres Postbus 9100 2300 PC Leiden Telefoon 071-5165165 E-mail
[email protected] Website www.leiden.nl/gemeente
Datum Ons Kenmerk Onderwerp
30-03-2012 WABO 111529/161704 OLO Beslissing op uw aanvraag om omgevingsvergunning
Contactpersoon R.F.M. Bakker Doorkiesnummer (071) 5165779 datum besluit 30-03-2012
Aalmarkt 22 e.o. (Waagblok) Herontwikkeling van het (winkel)bouwblok tussen de Breestraat, Aalmarkt, Mandenmakerssteeg en Maarsmansteeg, met verbouw, sloop en nieuwbouw Datum binnenkomst 09-09-2011
Geachte heer Schroten, Op 09-09-2011 hebben wij uw aanvraag tot een omgevingsvergunning ontvangen op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) voor de locatie Aalmarkt 22 e.o. (Waagblok) voor het volgende project: “Herontwikkeling van het (winkel)bouwblok tussen de Breestraat, Aalmarkt, Mandenmakerssteeg en Maarsmansteeg, met verbouw, sloop en nieuwbouw”. Deze aanvraag bestaat uit de volgende activiteiten: • • • • • • •
Het bouwen van een bouwwerk. Het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde. Het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan. Het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument. Het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht. Een bouwwerk te slopen. Een monument als bedoeld in een zodanige verordening in enig opzicht te wijzigen;
Wij hebben besloten om de vergunning te verlenen. Eventuele indiener(s) van zienswijzen zijn van de vergunningverlening in kennis gesteld en wij wijzen erop dat rechten van derden aan het gebruik van deze vergunning in de weg kunnen staan. U treft de vergunning bijgevoegd aan. In uw omgevingsvergunning staan doorgaans voorwaarden vermeld, bijvoorbeeld de voorwaarde dat nog nadere constructieve gegevens overgelegd en beoordeeld moeten worden voordat met de werkzaamheden mag worden gestart. Het is dus belangrijk dat u kennis neemt en rekening houdt met de in uw omgevingsvergunning opgenomen voorwaarden. Ook vragen wij uw aandacht voor het onderstaande, waarbij opgemerkt moet worden dat wellicht niet alle mededelingen op uw vergunning van toepassing zijn.
Op tijd beginnen Na inwerkingtreding van uw vergunning heeft u maximaal 26 weken de tijd om met de werkzaamheden te beginnen. Na die 26 weken loopt u het risico dat de vergunning wordt ingetrokken. Uiteraard kunnen er omstandigheden zijn waardoor u niet binnen 26 weken kunt beginnen. In dat geval verzoeken wij u ons hiervan in kennis te stellen en daarbij ook aan te geven wanneer u wel kunt starten met de werkzaamheden. Betaling leges Overeenkomstig de legesverordening bent u voor het in behandeling nemen van uw aanvraag voor een omgevingsvergunning leges verschuldigd. Voor betaling van dit bedrag ontvangt u een aparte, gespecificeerde nota. Bij deze nota wordt vermeld op welke wijze u eventueel bezwaar kunt aantekenen tegen de hoogte van het legesbedrag en de gehanteerde grondslagen. Verplichting tot melden start en voortgang van de bouwwerkzaamheden Een belangrijke taak van onze inspecteurs is het controleren of er in overeenstemming met de verleende vergunning wordt gebouwd. Goedgekeurde tekeningen moeten daarom steeds op het werk aanwezig zijn en u dient het begin van de werkzaamheden alsmede de start van heiwerkzaamheden, het betonstorten voor de fundering en de verdiepingen altijd te melden. Voordat met het storten van beton mag worden begonnen, dienen de wapening, bekisting en ondersteuning van de betonconstructie voorts door het team Bouwtoezicht te zijn goedgekeurd. De keuring moet 48 uur voor de voorgenomen aanvang van het storten worden aangevraagd bij de afdeling Handhaving, team Bouwtoezicht, telefoon (071) 516 5502. Als alle werkzaamheden zijn afgerond, dient u ons hiervan in kennis te stellen. De meldingen kunt u doen via
[email protected] faxnummer 071 - 516 7880 onder vermelding van het omgevingsvergunningnummer en het perceel waarop de vergunning van toepassing is. Afvoerleidingen / riolering / herbestrating Afvoerleidingen moeten zijn aangesloten op het openbaar riool. Dit zal door de gemeente voor rekening van de vergunninghoud(st)er worden uitgevoerd. Voordat de aansluitingen worden gemaakt dient eerst een nog te bepalen bedrag ter nadere verrekening in de gemeentekas te worden gestort (gironr. 37206 ten name van de afdeling Stedelijk Beheer, Unit Civiel 1, onder vermelding van ‘aansluiting riolering Aalmarkt 22 ’). Verder moet de hemelwaterafvoer zijn aangesloten op de huisriolering *lozen op het buitenwater. Voor eventuele herbestrating, die als gevolg van de werkzaamheden uitgevoerd moet worden, dient een nog te bepalen bedrag ter nadere verrekening in de gemeentekas te worden gestort (gironr. 37206 ten name van de afdeling Stedelijk Beheer, unit Civiel 4, onder vermelding van “waarborgsom bestrating Aalmarkt 22 “). Milieu Werkzaamheden met (mogelijk) verontreinigde grond moeten plaatsvinden volgens wettelijke regels. Deze zijn opgenomen in de Wet milieubeheer, de Regeling melden bedrijfsafvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen (Landelijk Meldpunt Afvalstoffen) en het Besluit bodemkwaliteit. Indien u nog een bodemonderzoek moet verrichten, wijzen wij erop dat hieruit kan blijken dat mogelijk sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
De omgevingsvergunning treedt in dat geval pas in werking zodra is voldaan aan artikel 6.2c van de Wet algemene bepaling omgevingsrecht (Wabo). Voor toepassen van grond met kwaliteit boven de achtergrondwaarde binnen het werkgebied van Milieudienst West-Holland dient een melding gedaan te worden door middel van het meldingsformulier (www.mdwh.nl). De milieudienst beoordeelt of de partij grond mag worden 3 toegepast op de geplande locatie. Voor het toepassen van meer dan 50 m schone grond dient een melding te worden gedaan via www.meldpuntbodemkwaliteit.agentschapnl.nl. Archeologie Indien archeologische resten worden aangetroffen, dient dit op grond van artikel 53 van de Monumentenwet onmiddellijk te worden gemeld aan de minister van OC&W, door tussenkomst van de unit Monumenten en Archeologie van de gemeente, tel. nr. 071-5167950. De vondst dient gedurende 6 maanden, te rekenen vanaf de datum van de melding, ter beschikking te worden gesteld of gehouden voor wetenschappelijk onderzoek. Overige vergunningen Hoewel in de omgevingsvergunning de meeste vergunningstelsels zijn geïntegreerd, kan het toch voorkomen dat u nog andere vergunningen nodig hebt. Zo is op grond van artikel 2.10 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor het hebben van voorwerpen (keten, steigers, bouwmaterialen e.d.) op, in, over of boven de weg een afzonderlijke vergunning nodig. Volgens artikel 5.24 van de Algemene Plaatselijke Verordening is ook voor het hebben van voorwerpen in, over of boven een openbaar water een afzonderlijke vergunning nodig. Deze vergunningen kunnen worden aangevraagd bij de afdeling Service & Informatie, telefoonnummer 071-5165503, unit Parkeren, Markt en Water, postbus 495, 2300 AL Leiden. Meer informatie Voor informatie en vragen kunt u terecht bij het Servicepunt Bouwen & Wonen van de gemeente Leiden, telefoon 071 - 516 55 02 of per e-mail:
[email protected]. Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van Leiden, namens dezen,
A.H. Karbet Teamleider Vergunningen & Subsidies
Kopie aan
Kentie en Partners Architekten BV, Haarlemmerstraatweg 11B, 1165 MJ HALFWEG NH
omgevingsvergunning uitgebreid-257
Omgevingsvergunning (uitgebreide procedure) Burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden gezien het verzoek ingediend door: adres: postcode en woonplaats: ingekomen op: geregistreerd onder nummer
ASR Vastgoed Vermogensbeheer BV Postbus 2008 3500 GA UTRECHT 09-09-2011 Wabo 111529 / 161704 OLO.
waarbij een omgevingsvergunning op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) wordt gevraagd voor de locatie Aalmarkt 22 e.o. (Waagblok) voor het volgende project: “Herontwikkeling van het (winkel)bouwblok tussen de Breestraat, Aalmarkt, Mandenmakerssteeg en Maarsmansteeg, met verbouw, sloop en nieuwbouw”. Deze aanvraag bestaat uit de volgende activiteiten: • • • • • • •
Het bouwen van een bouwwerk. Het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde. Het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan. Het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument. Het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht. Een bouwwerk te slopen. Een monument als bedoeld in een zodanige verordening in enig opzicht te wijzigen;
overwegende: ten aanzien van de procedure De aanvraag tot omgevingsvergunning is op 26-09-2011 op de gebruikelijke wijze bekend gemaakt. Na bekendmaking zijn geen reacties binnengekomen. De aanvraag en de ontwerpbeschikking met bijbehorende stukken zijn op grond van de Algemene wet bestuursrecht met ingang van 13-02-2012 voor de duur van 6 weken ter inzage gelegd. Binnen deze termijn zijn geen zienswijzen en / of adviezen op de ontwerpbeschikking ingediend. ten aanzien van de activiteit bouwen De aanvraag ziet op het bouwen van een bouwwerk. Op grond van artikel 2.1, eerste lid, onder a. van de Wabo is voor deze activiteit een omgevingsvergunning vereist. Het bouwplan is getoetst aan het Bouwbesluit, de bouwverordening, Gebruiksbesluit, redelijke eisen van welstand en het bestemmingsplan. Bouwbesluit (artikel 2.10, eerste lid, onder a van de Wabo) Op grond van artikel 2.10, eerste lid, onder a van de Wabo moet de omgevingsvergunning worden geweigerd indien niet aannemelijk is gemaakt dat het aangevraagde bouwwerk voldoet aan de voorschriften zoals opgenomen in het Bouwbesluit.
Wij hebben geconstateerd dat het bouwplan op de volgende onderdelen in strijd is met het Bouwbesluit: e 1. het bouwplan voorziet in het realiseren van twee appartementen op de 3 verdieping van de nieuwbouw op de hoek Breestraat/Mandenmakerssteeg met één verticale vluchtroute (trappenhuis). Op de eronder gelegen bouwlagen valt deze verticale vluchtroute samen met de vluchtroute vanuit winkelunit 3. Hierdoor wordt niet voldaan aan de artikelen 2.105, lid 2 (in een brandcompartiment liggen ten hoogste een woonfunctie en nevenfuncties van die woonfunctie) en 2.157, lid 1 (twee rookvrije vluchtroutes ter plaatse van een toegang van een subbrandcompartiment). Het bouwplan voldoet ook niet aan de uitzonderingen zoals opgenomen in artikel 2.157, lid 4 en 5 (portiekontsluiting); 2. Ter plaatse van de V & D, winkelunit 2a, 2b en 3 wordt de maximaal toegestane oppervlakte 2 van een brandcompartiment (1000m ) overschreden, waardoor niet wordt voldaan aan artikel 2.105, lid 4; 3. de ontvluchting vanuit de woningen 1 en 2 op de hoek Breestraat/Maarsmansteeg is slechts mogelijk via één vluchttrappenhuis, waardoor niet wordt voldaan aan artikel 2.157. Zoals ook onder punt 1 is aangegeven, mogen op dit trappenhuis uitsluitend woonfuncties zijn e aangewezen. Aangezien op de 1 verdieping op dit vluchttrappenhuis vluchtmogelijkheden van winkelunit 2a zijn aangewezen, wordt niet aan artikel 2.105, lid 2 voldaan; 4. In het bij de aanvraag ingediende document ‘Overzicht gewenste ontheffingen’ d.d. 17-012012, wordt voor de in dat document genoemde onderdelen ontheffing gevraagd van het Bouwbesluit. Ontheffing wordt gevraagd omdat, in verband met de monumentale status van de genoemde panden, niet aan de nieuwbouweisen kan worden voldaan. Ten aanzien van de strijdigheden als opgenomen onder de punten 1 en 2, wordt in de aanvraag voorzien in gelijkwaardige oplossingen. Deze gelijkwaardige oplossingen zijn opgenomen in de documenten ‘Gelijkwaardige maatregelen brandveiligheid’ Waagblok te Leiden – Winkelunit 3/Appartementen A en B, kenmerk 4130/N02b, d.d. 17-01-2012 en ‘Gelijkwaardige maatregelen brandveiligheid’ Winkelunit 2a en 2b/Woning 1 en 2, kenmerk 4130/N04b, d.d. 17-01-2012. Ten aanzien van de strijdigheden als opgenomen onder punten 3, wordt in de aanvraag voorzien in een gelijkwaardige oplossing. Deze gelijkwaardige oplossing is opgenomen in het document ‘Gelijkwaardige maatregelen brandveiligheid’ Winkelunit 2a en 2b/Woning 1 en 2, kenmerk 4130/N04b, d.d. 17-01-2012. De documenten die ter onderbouwing van de gelijkwaardige oplossing bij de aanvraag zijn overgelegd, zijn ter beoordeling voorgelegd aan Brandweer Hollands Midden en akkoord bevonden. Het document ‘Overzicht gewenste ontheffingen’ d.d. 17-01-2012, is ter beoordeling voorgelegd aan Brandweer Hollands Midden. Voor zover de gevraagde ontheffingen betrekking hebben op het aspect veiligheid, is de brandweer akkoord met het afwijken van de desbetreffende voorschriften van het Bouwbesluit. Wij hebben besloten om op grond van de artikelen 1.11 en 1.12 van het Bouwbesluit af te wijken van de desbetreffende voorschriften met betrekking tot de strijdigheden als genoemd onder punt 4 omdat het de verbouw van bestaande monumentale panden betreft en er met betrekking tot het aspect veiligheid geen bezwaren zijn;
omgevingsvergunning uitgebreid-257
U heeft aannemelijk gemaakt dat het bouwplan voor wat betreft de overige aspecten voldoet aan het Bouwbesluit. bouwverordening (artikel 2.10, eerste lid, onder b van de Wabo) Op grond van artikel 2.10, eerste lid, onder b van de Wabo moet de omgevingsvergunning worden geweigerd indien niet aannemelijk is gemaakt dat het aangevraagde bouwwerk voldoet aan de voorschriften zoals opgenomen in de bouwverordening. U heeft aannemelijk gemaakt dat het bouwplan voldoet aan deze voorschriften. Op grond van artikel 2.5.30, lid 1 van de bouwverordening moet, indien een gebouw is gelegen in een deel van de gemeente dat is aangeduid op de, bij deze bouwverordening behorende kaart (binnen een straal van 1200m vanaf het Centraal Station), als zijnde een gebied dat per openbaar vervoer uitstekend of goed bereikbaar is, voor zover de omvang of de bestemming van het gebouw daartoe aanleiding geeft, ten behoeve van het parkeren of stallen van auto’s in beperkte mate ruimte zijn aangebracht in, op of onder dat gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort. Uit het bij de aanvraag omgevingsvergunning ingediende document ‘Notitie parkeren’ d.d. 09-09-2011 blijkt dat de parkeerbehoefte ten gevolge van het bouwplan toeneemt met 29 parkeerplaatsen. Binnen het bouwplan zijn geen extra parkeerplaatsen voorzien. Op grond van artikel 2.5.30, lid 6 van de bouwverordening kan worden afgeweken van artikel 2.5.30, lid 1 voor zover op een andere wijze in de nodige parkeer- of stallingsruimte wordt voorzien. Wij hebben besloten van deze afwijkingsmogelijkheid gebruik te maken omdat de parkeervraag als gevolg van de realisering van het project, in vergelijking met de totale parkeerbehoefte in de bestaande toestand, slechts in geringe mate toeneemt. Voorts wordt voor de opvang van de parkeervraag als gevolg van het groeiend aantal bezoekers van de binnenstad voorzien in de bouw van openbare parkeergarages. Voor de parkeergarage aan de Morsweg is de omgevingsvergunning inmiddels aangevraagd. Gebruiksbesluit (artikel 2.10, eerste lid, onder b van de Wabo) Op grond van artikel 2.10, eerste lid, onder b van de Wabo moet de omgevingsvergunning worden geweigerd indien niet aannemelijk is gemaakt dat het aangevraagde bouwwerk voldoet aan de voorschriften die zijn gesteld bij een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 8, achtste lid, van de Woningwet (het Gebruiksbesluit); Op grond van artikel 2.2.1 van het Gebruiksbesluit dient een gebruiksfunctie vanaf bepaalde grenswaarden te worden voorzien van een brandmeldinstallatie. In het gebouw van Vroom & Dreesman (V & D) Aalmarkt 22 dient op grond van het Gebruiksbesluit een brandmeldinstallatie met gedeeltelijke bewaking te worden aangebracht. In het bouwplan is voor de V & D een brandmeldinstallatie opgenomen met de bewakingsomvang niet-automatisch. In hoofdstuk 5 van het rapport nr. 2536-01-01A, d.d. 25-01-2012 (rapport van Floriaan) is middels gelijkwaardigheid aangetoond dat met de in het bouwplan opgenomen brandmeldinstallatie een zelfde mate van veiligheid wordt bereikt als met het Gebruiksbesluit is beoogd. Deze rapportage is ter beoordeling voorgelegd aan Brandweer Hollands Midden en voor wat betreft de voorgestelde gelijkwaardige oplossing akkoord bevonden.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
bestemmingsplan Op grond van artikel 2.10, eerste lid, onder c van de Wabo kan de omgevingsvergunning worden verleend indien de activiteit niet in strijd is met het bestemmingsplan, de beheersverordening of het exploitatieplan, of regels die zijn gesteld op grond van artikel 4.1, derde lid, of 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Ter plaatse is het Stadsvernieuwingsplan Aalmarkt e.o. (2003) van kracht en gelden de bestemmingen ‘Winkelgebied 2’ (Wi2) en ‘Winkel- en Voetgangersgebied 2 (Wi/Vo2). De activiteit bouwen is op de volgende onderdelen in strijd is met het genoemde bestemmingsplan: • binnen de bestemming Wi2 dienen ten minste 4 bovenwoningen gesitueerd te worden en gehandhaafd te blijven. Binnen de bestemming Wi/Vo2 is bepaald dat het aantal bovenwoningen in de verdiepingen minimaal 4 dient te bedragen. In het bouwplan zijn 2 bovenwoningen opgenomen, waardoor niet wordt voldaan aan de bepalingen ten aanzien van het minimaal aantal te realiseren bovenwoningen; • het bouwplan voldoet niet aan de bepalingen ten aanzien van het laden en lossen. Op de plankaart is middels de aanduiding ‘inpandig laden en lossen’ aangegeven waar, ten behoeve van de bevoorrading van de winkels, een inpandige voorziening mag worden gesitueerd. Op de plankaart is deze aanduiding aangeven ter plaatse van het pand Breestraat 80. In het bouwplan is het laden en lossen voor de V & D voorzien ter plaatse van het pand Breestraat 82; • voor de bestemming Wi2 is onder andere bepaald dat de zijgevels van de gebouwen geplaatst dienen te worden of blijven in de daarvoor op de plankaart aangegeven grenzen. Op de hoek van de Breestraat/Maarsmansteeg is sprake van het samenvoegen van bebouwingsvlakken. Het samenvoegen van panden en gebouwen is toegestaan, mits deze panden aan de voorgevel als afzonderlijke panden herkenbaar blijven en aan de voorzijde van een pand tenminste een gedeelte van de scheidingsmuur over een lengte van tenminste 4m gehandhaafd blijft. Aan de bepaling ten aanzien van het minimaal te handhaven deel van de scheidingsmuur wordt niet voldaan; • binnen de bestemming Wi2 dienen de gebouwen te worden afgedekt met een kap of daarmee vergelijkbare dakconstructie. Het plan voorziet in uitbreidingen die met een plat dak worden afgedekt, waardoor niet aan de kapbepaling wordt voldaan; • voor de bestemming Wi/Vo2 zijn voorschriften opgenomen ten aanzien van een in te richten winkelerf. Het bouwplan ziet niet op het inrichten van een winkelerf zodat niet aan de bepalingen hieromtrent wordt voldaan; • binnen de bestemming mag de goothoogte maximaal 15m bedragen. De goothoogten ter plaatse van de nieuw te realiseren winkelruimte, appartementen en trappenhuis op de hoek Breestraat/Mandenmakerssteeg bedragen respectievelijk 13,14m, 16,45m en 18,30m, waardoor de maximaal toegestane goothoogte wordt overschreden; Uw aanvraag wordt mede aangemerkt als een aanvraag om een vergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wabo. Op grond van artikel 2.12 eerste lid, sub a, onder 3 van de Wabo kan de omgevingsvergunning worden verleend indien de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en de motivering van het besluit een goede ruimtelijke onderbouwing bevat. Wij zijn van oordeel dat het plan niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en dat er sprake is van een goede ruimtelijke onderbouwing.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
De notitie “omgevingsvergunning Aalmarkt 22 e.o. (Waagblok)”, waar de ruimtelijke onderbouwing onderdeel van uitmaakt (NL.IMRO.0546.PB00046-0301) is als bijlage bij dit besluit gevoegd en maakt daarvan deel uit. welstand (artikel 2.10, eerste lid 1, onder d van de Wabo) Op grond van artikel 2.10, eerste lid 1, onder d van de Wabo mag de omgevingsvergunning alleen worden verleend indien het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk niet in strijd is met redelijke eisen van welstand. In de gemeente Leiden is de Welstandsnota gemeente Leiden 2010 van toepassing. Het bouwplan voldoet niet aan de in de welstandsnota opgenomen sneltoetscriteria en is daarom voorgelegd aan de Welstands- en Monumentencommissie Leiden (WML). De WML heeft in haar vergadering van 18-01-2012 geoordeeld dat het bouwplan niet in strijd is met redelijke eisen van welstand. Wij hebben dit advies overgenomen en zijn daarmee van oordeel dat het bouwplan niet in strijd is met redelijke eisen van welstand. ten aanzien van de gemeentelijke en de rijksmonumenten De aanvraag ziet tevens toe op het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van vier gemeentelijke en drie rijksmonumenten. Op grond van artikel 2.2, eerste lid onder b voor de gemeentelijke monumenten en artikel 2.1, eerste lid, onder f voor de rijksmonumenten van de Wabo is voor deze activiteiten een omgevingsvergunning vereist. De omgevingsvergunning kan gezien artikel 2.18 van de Wabo en de Monumentenverordening 2008 en artikel 2.15 van de Wabo alleen worden verleend indien het belang van de monumentenzorg zich daartegen niet verzet. Bij de beslissing op de aanvraag dienen wij rekening te houden met het gebruik van het monument. Wij hebben de aanvraag voorgelegd aan de Welstands- en Monumentencommissie Leiden. Hieronder treft u het advies met betrekking tot de monumenten, zoals vervat in de notulen van de vergadering van 21-12-2011, aan. Toetsingskader:
Monumentenverordening, Monumentenwet
Monumentenadvies: Motivering:
Aanhouden De commissie heeft kennisgenomen van de plananalyse van M&A. De architect geeft een toelichting op het plan, met name op de aanpassingen van het plan naar aanleiding van eerdere behandelingen van het plan. De commissie heeft waardering voor het plan en de ontwikkeling die het doorgemaakt heeft. Het herstellen van veel monumentale waarden en structuren komen de monumenten en de historische binnenstad ten goede. Omdat er nog een aantal aandachtspunten zijn en omdat er nog informatie ontbreekt, is de commissie nog niet overgegaan tot een positief advies.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
Vooruitlopend op het advies stelt de commissie het volgende: - Door het ontbreken van kozijndetails zijn de gevolgen van het plaatsen van dubbel glas in de kozijnen van de monumentale panden onvoldoende inzichtelijk. Verzocht wordt horizontale en verticale principe kozijndetails van de voorgevels van de panden Maarsmansteeg 23, Breestraat 84, 86, en 88, voor zover deze nog niet aangeleverd zijn, aan te leveren. - Bij gebouw Maarsmansteeg 23 komt de getekende borstwering niet overeen met de uitgangspunten van het winkelpuienonderzoek. Geadviseerd wordt de hardstenen borstwering iets naar voren te plaatsen. - Door het toepassen van de aangevraagd dubbele beglazing (floatglas) is een goede reconstructie van de winkelpuien niet haalbaar. Dit komt door de aangepaste detaillering die nodig is voor het vrij dikke glaspakket en de visuele aantasting door de grote luchtspouw tussen de glaslagen in. Geadviseerd wordt te kiezen voor een inbraakwerende beglazing in de lijn van de toegepaste Stolker Monuglas. Door het toepassen van een geringe luchtspouw (max. 4 mm) en een getrokken buitenblad blijven de visuele gevolgen beperkt en kan gebruik worden gemaakt van de oude detaillering. - Dubbel glas en kierdichting kunnen leiden tot vochtproblemen. Voor de monumenten dienen de principes aangegeven te worden hoe de vochtproblemen voorkomen worden (bijvoorbeeld door ventilatie). - Informatie over doorvalbeveiliging ontbreekt. Verzocht wordt het ontwerp van de doorvalbeveiligingen af te stemmen op de achterliggende gevels, en de informatie aan te leveren. - Met betrekking tot het antigraffiti systeem wordt geadviseerd een systeem toe te passen dat -ook na verloop van tijd- niet zichtbaar is, de poriën van het metselwerk open laat en zelfopofferend is. Bovendien wordt geadviseerd de onderste lagen van het metselwerk boven maaiveld of natuursteen open te houden voor vochtuitdamping. - De principe werkomschrijving van de externe onderhoudswerkzaamheden (inclusief herstel beeldhouwwerken pand Breestraat 84) ontbreekt, verzocht wordt deze informatie aan te leveren. - Geadviseerd wordt per pand een kleuronderzoek en een kleurschema op te stellen, opdat de individualiteit van de panden behouden wordt. In dit verband wordt verwezen naar de nieuwe Leidse kleurenwaaier. - Positie en uitvoering van de rolluiken in de panden Aalmarkt 22 en Breestraat 84 en de expeditiedeuren in pand Breestraat 82 zijn akkoord. - Door de sloop van het pand achter de Waag, komt de achtergevel vrij. Verzocht wordt aan te geven hoe deze gevel beschermd wordt tegen weersinvloeden. - De gegevens van de horeca-afvoerpijp ontbreken. Geadviseerd wordt de pijp in een donkere matte kleur uit te voeren en de informatie aan te leveren.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
-
-
-
-
-
-
-
-
De commissie gaat akkoord met de detaillering van de nieuwe lichtkap boven de bestaande glaskap. Raamverdeling van de nieuwe kap in een lijn met de legramen verdient daarbij de voorkeur. Het isoleren van de kappen aan de binnenzijde kan grote gevolgen hebben voor de vochthuishouding in de kapconstructie, omdat een dampdichte folie bij dergelijke complexe kappen moeilijk geheel dampdicht is aan te brengen. Geadviseerd wordt de isolatie van met name de panden Breestraat 84 en 86 aan de buitenzijde of op de zoldervloer aan te brengen. Met het inkorten van pand Breestraat 82 en het slopen van het tweede achterhuis van pand Breestraat 84 (een dubbel achterhuis is zeldzaam in Leiden) gaat een deel van de oude historische structuur van het gebied verloren. Geadviseerd wordt deze structuur herkenbaar terug te laten komen in de nieuwe situatie, onder meer door de nieuwe constructie de oude contouren te laten volgen. Het aanbrengen van een luchtbehandelingkanaal in de historische gang en trappenhuis op de eerste verdieping van zowel het voor- als achterhuis van pand Breestraat 84 tast de historische structuur aan. Geadviseerd wordt het hoofdkanaal door de tweede verdieping van pand Breestraat 82 te laten lopen. Met betrekking tot het verwijderen van de tweede (historische) verdiepingsvloer in pand Breestraat 86 spreekt de commissie haar voorkeur uit deze vloer voor een gedeelte direct achter de voorgevel te behouden, als verwijzing naar de historische structuur en om te voorkomen dat de gevelramen gaan zweven. De commissie is geen voorstander van het lossnijden van de getoogde kelders onder de straat van de panden Breestraat 84 en 86, vanwege de mogelijke ouderdom van deze kelders in dit oudst bebouwde gedeelte van Leiden. Geadviseerd wordt eventuele alternatieven voor het lossnijden te onderzoeken. Het afsluiten van het monumentale trappenhuis in gebouw Aalmarkt 22 is in principe akkoord. Verzocht wordt de principe aansluitdetails aan te leveren. De trap in winkelunit 2B 1e verdieping en in beperkte mate ook 2e verdieping (detail T-02 en T-03)steken gedeeltelijk door de bestaande vloer en muur heen, waardoor onnodig veel historisch materiaal weggenomen moet worden. Geadviseerd wordt de trap geheel naast de muur te plaatsen.
Het complex bevindt zich in het oudst bebouwde gedeelte van Leiden. Om deze reden is het belangrijk dat er bouwhistorische opnamen gemaakt worden tijdens het ontmantelen en sloopwerkzaamheden. Hiermee wordt voorkomen dat historische informatie verloren gaat en ongezien verdwijnt. De uitvoering van de werkzaamheden dient te geschieden in nauw overleg met Monumenten en Archeologie van de gemeente Leiden.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
Wij hebben u / uw gemachtigde van dit advies op de hoogte gesteld, waarna u op 17-01-2012 een aangepast bouwplan heeft ingediend. Wij hebben de aanvraag opnieuw voorgelegd aan de Welstands- en Monumentencommissie Leiden. Hieronder treft u het advies zoals vervat in de notulen van de vergadering van 18-01-2012 aan. Monumentenadvies:
Akkoord.
Motivering:
De commissie is van mening dat de monumentale waarden bij de voorgestelde ingrepen in voldoende mate gerespecteerd worden. Tijdens de commissie behandeling zijn onderstaande onderdelen specifiek akkoord bevonden: borstweringsdetail (gebouw Maarsmansteeg 23), beglazing winkelpuien, doorvalbeveiliging, isolatiewerkzaamheden (zoals aangegeven in "motivatie isolatiewerkzaamheden", waarbij de commissie wel aangeeft voorstander te zijn van het isoleren van de zoldervloer en de architect vraagt dit opnieuw in overweging te nemen), anti graffiti APP-S systeem (met het advies de onderste laag (lagen) metselwerk open te houden), rolluiken, ontluchtingspijp in donker matte kleur, lichtkap, het niet volgen van de oude contouren van de panden Breestraat 82 en 84 omdat de lay-out van de winkel dit niet toelaat, het nieuwe tracé van het luchtbehandelingkanaal in de panden Breestraat 82 en 84, het verwijderen van de tweede verdiepingsvloer van het pand Breestraat 86 (in beginsel gaat de commissie niet akkoord met het verwijderen van deze vloer, maar omdat het (gedeeltelijk) handhaven van deze vloer niet past binnen de winkel lay-out gaat de commissie akkoord) en de trappen in winkelunit 2B. De uitvoering dient in nauw overleg met Monumenten & Archeologie te geschieden. In het bijzonder wordt genoemd de gevolgen van het aanbrengen van dubbel glas voor de kozijnen, de werkomschrijving, het kleuronderzoek / pandsgewijze kleurvoorstellen, het lossnijden van de getoogde kelders (tevens in overleg met constructeur), het dichtzetten van de achtergevel van de Waag (tevens in overleg met de gemeente) en de glazen pui rond het trappenhuis in V&D (principe aansluitdetails tussen glas en natuursteen balustrade dienen voorgelegd te worden aan M&A).
Het hoofd van de regioafdeling West van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, heeft namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, bij brief van 26-01-2012, nr. CIK 2011 2303 het volgende positieve advies uitgebracht: Mijn advies luidt positief in achtneming van hieronder staande opmerkingen (zie motivering en aanbevelingen). Over het plan is een intensief vooroverleg gevoerd.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
Gaande het proces zijn planaanpassingen doorgevoerd onder meer met betrekking tot het hoofdtrappenhuis van het warenhuis en de luifel, het daklandschap en de dakopbouwen, waardoor het plan aan kwaliteit heeft gewonnen en de monumentale waarden zoveel mogelijk recht zijn gedaan. Het plan is zowel op objectniveau (rijksmonumenten het warenhuis V&D aan de Aalmarkt 22 en het gebouw In den Vergulde Turk aan de Breestraat 84) als in relatie tot de karakteristiek van het beschermde stadsgezicht Leiden bekeken. Ook de onderlinge samenhang van de rijksmonumenten en de samenhang met de omringende panden maakte deel uit van de planbeoordeling. Ik herhaal –conform mijn opmerking in het préadvies- dat in het voorliggende plan nauwelijks wordt ingegaan op de relatie van het plan met de gegroeide en bestaande cultuurhistorische betekenis van het gebied en van de bouwkundige structuur. Ik adviseer u om de gemaakte afwegingen nader inzichtelijk te maken. daklandschap Het daklandschap van het Waagblok is een structuurbepalend onderdeel van het beschermde stadsgezicht. Bovendien is het daklandschap vanuit diverse punten in de stad e een duidelijk waarneembare “5 gevel”. Het is een positieve ontwikkeling om het daklandschap van het Waagblok uitgaande van de gebouwstructuren in zijn geheel te beschouwen als een ontwerpopgave. In het voorliggende ontwerp worden de bestaande en nieuw toe te voegen dakopbouwen bekleed met een zinken gevelbeplating. Tevens wordt bij de toevoeging van nieuwe volumes op het dak rekening gehouden met de oorspronkelijke gevellijn (achtergevel) van het monumentale warenhuis. Ik adviseer u hierover positief. gevels Karakteristiek voor het warenhuis V&D betreft de gevelopbouw met de glazen winkelpuien. Deze winkelpuien vormen een doorlopende band aan de Aalmarkt en de Maarsmansteeg. De nieuwe entree voor de winkel aan de Maarsmansteeg/Breestraat voegt zich in deze structuur dat wil zeggen binnen het stramien en in de rooilijn. In de oorspronkelijke opbouw van de gevel vormt de luifel aan de Maarsmansteeg een belangrijk element tussen het winkelfront op de begane grond en de overige verdiepingen. In het voorliggende ontwerp wordt de bestaande, zwaar uitgevoerde luifel vervangen door een luifel die slanker is gedetailleerd. De detaillering van de luifel is uitgebreid in het vooroverleg aan de orde geweest. De voorgestelde nieuwe belijning is akkoord, behoud van inspringing (neg) aan de bovenzijde wordt toegejuicht, alleen de diepte zou meer in overeenstemming moeten worden gebracht met de oorspronkelijke verhoudingen en maatvoering van de gevel. Ten aanzien van de reiniging van het metselwerk adviseer ik u dit uit te voeren met lauw water onder lage druk (geen stoom, aangezien de hitte de bakhuid van de steen beschadigt). interieur Het interieur van het warenhuis heeft in de loop van de tijd vele wijzigingen ondergaan, waarbij veel monumentale onderdelen zijn verdwenen.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
De resterende relatief gave interieurelementen bestaan uit het monumentale hoofdtrappenhuis en de vlucht/personeelstrappenhuizen. Het hoofdtrappenhuis heeft een achterwand met glas-in-lood ramen van Joep Nicolas, marmeren lambriseringen en trapleuningen, vaste vitrines, en is gelegen rond een vide die oorspronkelijk gedekt was met een witglazen kap. Het hoofdtrappenhuis was bewust tegen de zijgevel geplaatst om zo gesloten verkoopvloeren te realiseren. Tegelijkertijd vormde het trappenhuis het oriëntatiepunt in de winkel. Door latere plaatsing van de roltrappen, die in het planvoorstel worden verdubbeld, lijkt het hoofdtrappenhuis overbodig te zijn geworden, echter voor de architectuur van het gebouw speelt het trappenhuis de hoofdrol. In het plan wordt het trappenhuis met een glazen afscheiding dichtgezet. Ik adviseer u om bij de plaatsing van scheidingswanden de ruimtelijke betekenis van de trappartij een doorslaggevende rol te laten spelen. Positief ben ik over het behoud van het trappenhuis en over het terugbrengen van de lichtkap. Ten aanzien van de (historische) installaties adviseer ik om bijzondere onderdelen van deze installaties bij voorkeur in het pand zelf te behouden. Ik betreur het dat de overige dienstentrappenhuizen gesloopt worden. Ik adviseer u deze monumentale onderdelen te documenteren. Tegen het afscheiden van een deel van het warenhuis ten behoeve van een nieuwe winkel aan de Maarsmansteeg/Breestraat heb ik geen bezwaar, mits daarbij rekening wordt gehouden met de doorgaande winkelpuien en de inpandige betonnen hoofdstructuur (kolommen). Ik ben positief over het uitvoeren van een nader kleurenonderzoek en ga ervan uit dat de resultaten richtinggevend zijn voor het op te stellen schildersbestek. ‘In den Vergulde Turk’ Het pand In den Vergulde Turk aan de Breestraat wordt ter plaatse van de achtergevel verbonden met het warenhuis. Hiervoor wordt een tweede achterhuis gesloopt. Met de sloop gaan alle monumentale waarden verloren. Ik adviseer u dan ook dit achterhuis uitvoerig te documenteren. De hoofdopzet en de indeling van het rijksmonument blijven verder herkenbaar en beleefbaar. De verschillende historische interieurelementen, zoals het glas-in-lood legraam, trappenhuis en stucplafonds, worden hersteld. Het integreren van deze elementen bij de herontwikkeling beschouw ik als een pluspunt. Bij de toepassing van het isolatieglas (Stolker Monuglas) ga ik ervan uit dat de detaillering en profilering van raam en kozijn behouden blijven. Ten aanzien van de reiniging van het metselwerk adviseer ik u dit uit te voeren met lauw water onder lage druk (geen stoom). Ik ben positief over het uitvoeren van een nader kleurenonderzoek en ga ervan uit dat de resultaten richtinggevend zijn voor het op te stellen schildersbestek. Bij mijn advies doe ik u de volgende aanbevelingen: De historische onderdelen die van waarde zijn, zoals bijvoorbeeld het tweede achterhuis Breestraat 84 en de dienstentrappenhuizen in het warenhuis, zorgvuldig te documenteren. De opmerkingen zoals hierboven staan verwoord ondermeer ten aanzien van het kleurenonderzoek, de installaties en omgang met het metselwerk te verwerken in de voorschriften.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
Wij zijn, gelet op het onderhavige verzoek en het uitgebrachte advies door de Welstands- en Monumentencommissie Leiden, en het advies van de Minister, het volgende van oordeel: • Geadviseerd wordt om de zoldervloer van Breestraat 86 te isoleren in plaats van de kap om vochtproblemen en ingewikkelde aansluitingen te voorkomen. • De onderste la(a)g(en) metselwerk dient/dienen vrij te worden gehouden van de anti graffitisystemen, zodat het metselwerk boven het maaiveld en boven aansluitingen op hardere onderliggend werk kan ademen om vochtproblemen te voorkomen; dit is als voorwaarde in het besluit opgenomen. • De ontluchtingspijp van de horeca in Maarsmansteeg 23 dient in een donkere matte kleur te worden uitgevoerd; dit is als voorwaarde in het besluit opgenomen. • Met het maken van doorbraken in de voormalige gebouwscheidende muren gaat historische materiaal verloren en een deel van de historische structuur wordt doorbroken. Doordat de doorbraken worden uitgevoerd als een portaal, de doorbraken op een afstand van de gevels worden gemaakt en waar mogelijk worden uitgevoerd in een formaat van een deur, worden de gevolgen zoveel mogelijk beperkt. Mede gezien de gehele ontwikkeling van dit gebied waarbij vele monumentale panden worden opgeknapt en herbestemd en de gemeentelijke doelstelling tot het maken van grotere winkelunits gaan wij in deze situatie akkoord met deze ingreep. Omdat hier sprake is van het oudste bebouwde gedeelte van Leiden geldt hierbij als voorwaarde dat een bouwhistorische opname gemaakt dient te worden tijdens het ontmantelen en de sloopwerkzaamheden. Hiermee wordt voorkomen dat historische informatie verloren gaat en ongezien verdwijnt. • Met het afbreken van het tweede achterhuis van Breestraat 84 gaat een voor Leiden zeldzaam dubbel achterhuis verloren. Dit is een ernstige aantasting van de cultuurhistorische waarden. Echter, in dit achterhuis zijn reeds vele ingrijpende wijzigingen uitgevoerd. Voorts hangt het behoud van de kelder en de gehele ontwikkeling van dit gebied, waarbij vele monumentale panden worden opgeknapt en herbestemd af van de sloop van dit achterhuis. Gezien deze omstandigheden gaan wij akkoord met deze ingreep. Hierbij wordt eveneens als voorwaarde gesteld dat een bouwhistorische opname gemaakt dient te worden tijdens het ontmantelen en de sloopwerkzaamheden. • Met het grotendeels verwijderen van de tweede verdiepingsvloer van Breestraat 82 gaat een deel van het historische materiaal en de structuur verloren. Gezien de beperkte zeldzaamheid van de vloerdelen en de balken, het behoud van het eerste balkvlak bij de voorgevel en gezien het zichtbaar behouden van de balkkoppen in de muren blijven de gevolgen voor het monument beperkt. Wel wordt geadviseerd om ook het tweede balkvlak en de bovenliggende vloer te behouden om nog meer van de structuur in stand te houden. • Per gebouw en gebouwdeel dient een kleurenonderzoek te worden uitgevoerd en deze kleuren dienen een basis te vormen voor schilderwerk van het exterieur. Het kleurenonderzoek en het kleurenvoorstel dienen ter goedkeuring aan het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden voorgelegd; dit is als voorwaarde in het besluit opgenomen. • Nader dient onderzocht te worden of het lossnijden van de historische kelders onder de Breestraat constructief noodzakelijk is. Indien de noodzaak wordt aangetoond, dient het lossnijden en de wijze waarop dit gebeurt ter goedkeuring aan het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden voorgelegd; dit is als voorwaarde in het besluit opgenomen.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Het tijdelijk waterdicht maken van de achtergevel van de Boterhal dient in nauw overleg met het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden uitgevoerd; dit is als voorwaarde in het besluit opgenomen. Het verzoek van de Minister om de gemaakte afwegingen over de relatie van het plan met de gegroeide en bestaande cultuurhistorische betekenis van het gebied en de bouwkundige structuur inzichtelijke maken, wordt overgenomen en is als voorwaarde in het besluit opgenomen. Het advies van de Minister om de luifel dieper uit te voeren dan nu is aangevraagd om meer in overeenstemming met de oorspronkelijke verhoudingen en maatvoering van de gevel aan te sluiten, wordt niet overgenomen. Het verkleinen van de luifel verbetert de ruimtelijke kwaliteit van de smalle steeg. Dit komt het aangezicht van de monumentale gevels in de straat ten goede. Het reinigen van het metselwerk dient terughoudend te worden uitgevoerd om de bakhuid van de bakstenen niet te beschadigen. Hierbij gaat de voorkeur uit om terughoudend met stoom om te gaan en zoveel mogelijk te reinigen met (zo min mogelijk) lauw water onder een lage druk. De Minister adviseert om bij de plaatsing van de glazen afscheiding rond het trappenhuis de ruimtelijke betekenis van de trappartij een doorslaggevende rol te laten spelen. Door de glazen afscheiding met een zo slank mogelijke kozijn uit te voeren en het trappenhuis toegankelijk te houden voor bezoekers is dit advies verwerkt in de aanvraag. De detaillering van de aansluiting van de glazen pui op het historische marmer van het trappenhuis Aalmarkt 22 dient ter goedkeuring aan het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden voorgelegd; dit is als voorwaarde in het besluit opgenomen; Het advies van de Minister om van de historische installaties de bijzondere onderdelen van deze installaties in het pand te behouden, is overgenomen en is als voorwaarde in het besluit opgenomen. De Minister adviseert om bij het afscheiden van de winkelruimte aan de Maarmansteeg de doorgaande puien en de inpandige kolommenstructuur te respecteren. In de aanvraag blijft de doorgaande winkelpui behouden en de kolommenstructuur gehandhaafd, waardoor dit advies is verwerkt in de aanvraag. Bij het toepassen van isolatieglas (Stolker Monuglas) dient de bestaande detaillering en profilering van de ramen en kozijnen behouden te blijven; dit is als voorwaarde in dit besluit opgenomen; De werkomschrijving met daarin de uitgangspunten van de herstelwerkzaamheden van het exterieur (behandeling aangetast houtwerk, inboeten metselwerk en voegwerk, verwijderen of behoud historische verflagen, wijze van herstel beeldhouwwerk, herstel/vervangen stucwerk en dergelijke)dient nader te worden uitgewerkt en ter goedkeuring aan het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden voorgelegd; dit is als voorwaarde in het besluit opgenomen. Bij het maken van doorbraken in de voormalige gebouwscheidende wanden (historische perceelsgrenzen) van alle panden, het ontmantelen van Breestraat 84 en 86, het afbreken van het tweede achterhuis van Breestraat 84 en het afbreken van de trappenhuizen van Aalmarkt 22 dienen er bouwhistorische opnamen gemaakt te worden, conform de Bouwhistorische Richtlijnen 2009. Een plan van aanpak hiervoor dient ter overleg en goedkeuring aan het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden voorgelegd.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
•
De definitieve bouwhistorische rapportages dienen voor het einde van de werkzaamheden te worden verstrekt aan het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie; dit is als voorwaarde in het besluit opgenomen. De uitvoering dient in nauw overleg met het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden uitgevoerd; dit is als voorwaarde in het besluit opgenomen.
Wij zijn van oordeel dat op grond van het vorenstaande en na zorgvuldige afweging van alle in het geding zijnde belangen en gelet op de Monumentenverordening 2008 en de Monumentenwet 1988 het belang van de monumentenzorg zich niet verzet tegen het onder voorwaarde verlenen van de vergunning voor deze activiteit. Deze voorwaarden zijn verderop opgenomen bij het definitieve “BESLUIT”. ten aanzien van het slopen Op grond van artikel 8.1.1 van de bouwverordening van de gemeente Leiden is het - als de 3, hoeveelheid sloopafval meer zal bedragen dan 30 m dan wel het verwijderen van asbest verboden om zonder omgevingsvergunning bouwwerken, standplaatsen en woonwagens daaronder begrepen, te slopen. Op grond van artikel 2.2, eerste lid, onder a van de Wabo wordt deze vergunningplicht gezien als een omgevingsvergunningplicht. Uw aanvraag ziet op deze activiteit. Het slopen betreft mede het verwijderen van asbest. U heeft een asbestinventarisatie-rapport overgelegd. De Omgevingsdienst West-Holland heeft dit rapport goedgekeurd. Wij zijn van oordeel dat het rapport aan de geldende wet- en regelgeving voldoen en de vergunning onder voorwaarden kan worden verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij het definitieve “BESLUIT”. Wij zijn van oordeel dat de vergunning kan worden verleend voor deze activiteit onder het stellen van voorwaarden c.q. voorschriften ter bescherming van de aangrenzende panden en percelen. Deze voorwaarden zijn verderop opgenomen bij het definitieve “BESLUIT”. ten aanzien van het slopen in een beschermd stadsgezicht. De aanvraag ziet op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stadsgezicht. Op grond van artikel 2.1, eerste lid, onder h van de Wabo is voor deze activiteit een omgevingsvergunning vereist. Uw aanvraag is mede aangemerkt als een aanvraag om een vergunning voor deze activiteit. Op grond van artikel 2.16 Wabo kunnen wij de vergunning weigeren indien niet aannemelijk is gemaakt dat op de plaats van het te slopen bouwwerk een ander bouwwerk kan of zal worden gebouwd. Een onderdeel van de sloopwerkzaamheden betreft het slopen van de bebouwing (Mandenmakerssteeg 8 – 10) grenzend aan het pand ‘De Waag’. Nieuwbouw op deze locatie is wel voorzien, maar maakt geen onderdeel uit van deze aanvraag omgevingsvergunning. Het is naar ons oordeel aannemelijk dat op de plaats van het te slopen bouwwerk een ander bouwwerk kan of zal worden gebouwd, op grond van de volgende overwegingen:
omgevingsvergunning uitgebreid-257
•
•
•
op 28-06-2011 heeft het college het ontwerp bestemmingsplan Aalmarkt – Mandenmakerssteeg e.o. deel 1 Waagblok vastgesteld. In het ontwerp bestemmingsplan is opgenomen dat op de locatie van Mandenmakerssteeg 8 – 10 een bouwvolume gerealiseerd kan worden; voorafgaand aan het vaststellen van het ontwerp bestemmingsplan heeft de gemeenteraad op 20-01-2011 het stedenbouwkundig plan Aalmarkt vastgesteld en heeft het college besloten het beeldkwaliteitsplan Aalmarkt d.d. 06-10-2010 ter inzage te leggen. Zowel in het stedenbouwkundig plan als het beeldkwaliteitsplan is ter plaatse van Mandenmakerssteeg 8 – 10 een glazen bouwvolume voorzien; de gemeente krijgt de beschikking over de locatie Mandenmakerssteeg 8 – 10 om een uitbreiding ten behoeve van de Waag te kunnen realiseren. Hiertoe is in 2011 door de gemeenteraad een kaderbesluit genomen, waarbij een voorbereidingskrediet voor het project is verstrekt;
ten aanzien van het uitvoeren van een werk geen bouwwerk zijnde Op grond van artikel 2.1, eerste lid, onder b van de Wabo is het verboden om zonder omgevingsvergunning een project uit te voeren, voor zover dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit het uitvoeren van een werk of van werkzaamheden, in gevallen waarin dat bij een bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit is bepaald. Uw aanvraag ziet op een van deze activiteiten. Het bouwplan zal worden gerealiseerd in een zone waarvoor op grond van het Paraplubestemmingsplan Archeologie gedeeltelijk de dubbelbestemming Waarde – Archeologie 2 (gebieden van archeologische waarden binnen de singels) geldt. De voor Waarde-Archeologie 2 aangewezen gronden zijn mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden. In dit gebied gelden voor ruimtelijke plannen de volgende criteria: archeologisch onderzoek moet plaatsvinden, indien de bodem wordt verstoord over een oppervlakte van meer dan 25 m2 en dieper dan 50 cm. De adressen Breestraat 76 t/m 84 oneven en Mandenmakerssteeg 8-10 worden gerealiseerd in een zone waarvoor de dubbelbestemming Waarde-Archeologie 2 geldt. Volgens het bouwplan vinden op deze locatie Breestraat 76 t/m 80 oneven en Mandenmakerssteeg 8-10, de volgende activiteiten onder het maaiveld plaats. In eerste instantie wordt de huidige bebouwing (Vögelepand) gesloopt. De in de grond aanwezige kelder en de aanwezige fundatie wordt hierbij gespaard. Bij de bouw van het nieuwe pand zal gebruik worden gemaakt van de bestaande fundering. Vloeren van het toekomstige pand worden hoger aangelegd dan die van de te slopen panden. Wel zullen twee liftputten en twee putten t.b.v. een trafo worden aangelegd. Deze putten worden voorzien van schroefinjectiepalen. De kelders hebben een 2 gezamenlijke omvang van circa 40m . Archeologische verwachting Op 23 augustus 2011 is een bureauonderzoek opgesteld door archeologisch adviesbureau The Missing Link: J. de Jong, 2011. Archeologisch bureauonderzoek Waagblok, Aalmarkt, gemeente Leiden The Missing Link, Woerden. Uit dit bureauonderzoek blijkt dat het gehele plangebied een hoge archeologische verwachting heeft voor resten daterend vanaf de Late Middeleeuwen (12e eeuw). Verwacht worden resten die zijn gerelateerd aan de vroegste fase van de stedelijke ontwikkeling van Leiden.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
Onder de huidige bebouwing aan de noordzijde van de Breestraat kunnen achtererven van het voormalige Leidse dijkdorp worden verwacht. In latere fases (vanaf het begin van de 13e eeuw) kunnen tevens resten van bouwwerken worden verwacht. Gezien de aanwijzingen voor ambachten (smid, leerlooier en schoenmaker) tijdens de opgraving van de Aalmarktschool, moet hier ook in het plangebied rekening mee worden gehouden. De verwachte diepteligging is vanaf maaiveld tot ca. 3 m onder maaiveld. Op de locatie Breestraat 76 t/m 84 oneven en Mandenmakerssteeg 8-10 is de huidige bebouwing voorzien van een kelder. Bij de aanleg van deze kelder zal een groot deel van de archeologische resten reeds zijn verstoord. Dit betekent echter niet dat alle resten zijn verdwenen. Omdat de ingrepen onder het maaiveld minimaal gehouden zijn, is geen uitgebreid archeologisch onderzoek noodzakelijk. Wel wordt geadviseerd om de sloop van het pand en de nieuwbouw aan de Breestraat 76 t/m 80 oneven en Mandenmakerssteeg 8-10 plaats te laten vinden onder archeologische begeleiding. Dat wil zeggen dat tijdens de graafwerkzaamheden die in het kader van de sloop en de nieuwbouw plaatsvinden een archeoloog aanwezig is om eventueel aanwezige archeologische resten te documenteren. Voorafgaand aan de archeologische begeleiding dient conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA) een programma van eisen (PvE) te worden opgesteld. Dit PvE dient ter beoordeling te worden voorgelegd aan het team Monumenten & Archeologie van de gemeente Leiden. De archeologische begeleiding moet worden uitgevoerd door een daartoe gecertificeerde instelling (www.sikb.nl) onder toezicht van het team Monumenten & Archeologie van de gemeente Leiden. Wij zijn van oordeel dat de vergunning kan worden verleend voor deze activiteit onder het stellen van bovenbenoemde voorwaarden. Deze voorwaarden zijn verderop opgenomen bij het definitieve “BESLUIT”.
BESLUIT Burgemeester en wethouders besluiten: 1. in te stemmen met de bij de aanvraag ingediende gelijkwaardige oplossing zoals opgenomen in de volgende documenten: - ‘Gelijkwaardige maatregelen brandveiligheid’ Waagblok te Leiden – Winkelunit 3/Appartementen A en B, kenmerk 4130/N02b, d.d. 17-01-2012; - ‘Gelijkwaardige maatregelen brandveiligheid’ Winkelunit 2a en 2b/Woning 1 en 2, kenmerk 4130/N04b, d.d. 17-01-2012; - rapport nr. 2536-01-01A, d.d. 25-01-2012, voor wat betreft hoofdstuk 5, gelijkwaardigheid brandmeldinstallatie; 2. ten behoeve van de strijdigheden met het Bouwbesluit, zoals opgenomen in het document ‘Overzicht gewenste ontheffingen’ d.d. 17-01-2012, op grond van de artikelen 1.11 en 1.12 af te wijken van de desbetreffende voorschriften van het Bouwbesluit;
omgevingsvergunning uitgebreid-257
3. op grond van artikel 2.5.30, lid 6 van de bouwverordening af te wijken van artikel 2.5.30, lid 1 van deze verordening omdat op een andere wijze in de nodige parkeer- of stallingsruimte wordt voorzien; 4. de omgevingsvergunning te verlenen voor het project: “Herontwikkeling van het (winkel)bouwblok tussen de Breestraat, Aalmarkt, Mandenmakerssteeg en Maarsmansteeg, met verbouw, sloop en nieuwbouw” , dat bestaat uit de volgende activiteiten: • Het bouwen van een bouwwerk. • Het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde. • Het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan, met toepassing van artikel 2.12, lid1, sub a, onder 3 van de Wabo. • Het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument. • Het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht. • Een bouwwerk te slopen. • Een monument als bedoeld in een zodanige verordening in enig opzicht te wijzigen; 5. aan deze vergunning de volgende voorwaarden te verbinden: Ten aanzien van de activiteit ‘het bouwen van een bouwwerk’ 1. op grond van artikel 2.9.1 van het Gebruiksbesluit dient de brandveiligheid, met name het veilig vluchten gedurende de bouwfase bij V & D, gewaarborgd te zijn. Ruim voor aanvang van de desbetreffende werkzaamheden dient inzichtelijk te worden gemaakt wanneer bestaande trappenhuizen gesloopt zijn en nieuwe trappenhuizen gerealiseerd zijn en welke winkeldelen gedurende die periode in gebruik zijn; 2. de brandwerende beglazing van het monumentale trappenhuis T1, stramien F/G – 5/3, dient te voldoen aan het Ew criterium; 3. er mag niet eerder met de werkzaamheden worden aangevangen dan nadat de beschermende maatregelen ten behoeve van de te beschermen diersoorten zijn ingediend en zijn goedgekeurd; 4. u mag niet eerder met de betreffende werkzaamheden (laten) beginnen dan nadat aannemelijk is gemaakt dat de hieronder genoemde (constructieve) gegevens voldoen aan de bepalingen van het Bouwbesluit. Hiertoe dienen tenminste 3 weken voor aanvang van de werkzaamheden de volgende gegevens via het Omgevingsloket Online te worden overgelegd. De Ministeriële regeling omgevingsrecht 2010 (Mor) paragraaf 2.2 artikel 2.7 is van toepassing op de nader in te dienen gegevens. Er wordt dringend aanbevolen om de aanbevelingen van het Compendium Aanpak Constructieve Veiligheid te hanteren bij het indienen van constructieve stukken. Voor aanvang van deze werkzaamheden moeten deze stukken door het team Vergunningen en Subsidies beoordeeld zijn: a. een aanpassing van het rapport nr. 2536-01-01A, d.d. 25-01-2012 (rapport Floriaan). Deze rapportage heeft niet de goedkeuring voor wat betreft het aspect ontvluchting. Zo zijn de in het rapport genoemde aantal personen met name voor de begane grond excessief hoog en niet georiënteerd op de werkelijk te verwachten aantallen personen. Hierbij wordt opgemerkt dat de plattegrondtekeningen qua bezettingsgraad rechtstreeks naar de rapportage van Floriaan verwijzen, inclusief de opsteldatum van 25-01-2012. Ook dit dient te worden gecorrigeerd;
omgevingsvergunning uitgebreid-257
b. gegevens en bescheiden met betrekking tot belastingen en belastingcombinaties (sterkte en stabiliteit) en de uiterste grenstoestand van alle (te wijzigen) constructieve delen van het bouwwerk alsmede van het bouwwerk als geheel c. de berekening van de brandwerendheid van de constructie ten gevolge van een inpandige brand; d. de gegevens en sterkteberekeningen van glasconstructies. Glasconstructies zoals vloeren, trappen, balkons, daken en balustraden dienen weerstand te kunnen bieden aan de belastingen vermeld in NEN6702. Hierbij moet ook worden voldaan aan de bepalingen omtrent stootbelasting in NEN 6702; art 9.5 en 9.6. Het bestand zijn tegen stootbelastingen kan ook worden aangetoond door middel van een glaszakvalproef in geval van vloeren daken en luifels respectievelijk een glaszakslingerproef in geval van verticale afscheidingen ter plaatse van hoogteverschillen; e. de gegevens van bevestigingsmiddelen voor het opvangen van gevelelementen en metselwerk. De bevestigingsmiddelen die aan het buitenklimaat worden blootgesteld dienen te worden uitgevoerd in roestvaststaal, kwaliteit 3.16. In afwijking hiervan kan in overleg met de gemeente Leiden, afdeling Vergunningen en Subsidies, plaatselijk en onder bepaalde voorwaarden, thermisch verzinkt staal met een duplex systeem worden toegepast volgens NEN 1275 respectievelijk NPR 5254; f. de berekening van hekwerken en hun bevestigingen; g. indien paalsystemen worden toegepast waar voor geen NEN-normen, certificaten of beoordelinsrichtlijnen zijn, dan zullen gegevens moeten worden ingediend waaruit gelijkwaardigheid op basis van NEN 6700 blijkt. Voor de Sobupalen moet de vijzelkracht minstens de waarde hebben zoals die volgt uit het Rapport van GeoDelft 4047800044v1 van april 2003. Voor de paalafstanden tussen nieuwe en (evt.) bestaande kan aangehouden worden de "richtlijnen kwaliteit woningbouw Amsterdam 1995; h. een controleberekening van opdrijven bij de hoogste grondwaterstand, deze dient in beginsel te zijn gesteld op het niveau van onderkant kelderdek; i. de berekening van de keldervloerwapening en de paalbelastingen waarbij rekening is gehouden met een grondwaterstand die kan optreden door een in de buurt te plaatsen bron- of oppervlaktebemaling ten behoeve van bijvoorbeeld rioleringswerkzaamheden. Deze belasting mag niet als een bijzondere belasting worden gezien; j. in geval van ontgraven (direct) naast een bestaande fundering (op staal), een controleberekening van de draagkracht van de bestaande fundering in de tijdelijke en nieuwe toestand rekening houdend met eventuele horizontale belasting uit grond onder de belendende vloer. Ook moeten berekeningen van metselwerkconstructies met horizontale belastingen ingediend worden; k. de uitwerkingen van de aanbevelingen in paragraaf 5 van het funderingsadvies van Fugro; l. beschouwingen over de constructieve consequenties van zandaanvullingen; m. een rapport over de trillingsinvloed op de belendingen ten gevolge van sloop-, hei- of andere werkzaamheden waaronder ook begrepen de invloed van het manoeuvreren van materieel; n. een rapport over het geluidsniveau bij belendingen ten gevolge van werkzaamheden en een voorstel voor het meten van geluid bij de belendingen; o. een rapportageplan betreffende alle te monitoren zaken. De gegevens die beschikbaar komen tijdens het monitoren (dienen binnen 24 uur te worden aangeleverd);
omgevingsvergunning uitgebreid-257
p. q. r. s.
een inventarisatie van de funderingen in de omgeving; een inventarisatie van de gemiddeld laagst bekende grondwaterstand; een tekening met te monitoren hoogtepunten en grondwaterstanden; een monitoringsplan voor de hoogtemeetpunten, het freatische en diepe grondwater, kabels en - leidingen met daarin opgenomen de kritische waarden; t. een bouwputtekening en -berekening met daarop vermeld de maaiveldbelastingen; u. Basisdocument Brandbeveiliging; v. Programma van Eisen (PvE) van zowel de brandmeldinstallatie als de ontruimingsalarminstallatie; w. certificaten van toe te passen brandwerende voorzieningen; Ten aanzien van de activiteit ‘het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde’ 1. voorafgaand aan de archeologische begeleiding dient conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA) een Programma van Eisen (PvE) te worden opgesteld. Dit PvE dient ter beoordeling te worden voorgelegd aan het team Monumenten & Archeologie van de gemeente Leiden. In het ideale geval vormt dit PvE onderdeel van de vergunning; 2. de archeologische begeleiding moet worden uitgevoerd door een daartoe gecertificeerde instelling (www.sikb.nl) onder toezicht van het team Monumenten & Archeologie van de gemeente Leiden; Ten aanzien van de activiteiten ‘Het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument’ en ‘een monument als bedoeld in een zodanige verordening in enig opzicht te wijzigen’ 1. De uitvoering dient in nauw overleg met het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden uitgevoerd; 2. Bij het maken van doorbraken in de voormalige in de voormalige gebouwscheidende wanden (historische perceelsgrenzen) van alle panden, het ontmantelen van Breestraat 84 en 86, het afbreken van het tweede achterhuis van Breestraat 84 en het afbreken van de trappenhuizen van Aalmarkt 22 dienen er bouwhistorische opnamen gemaakt te worden, conform de Bouwhistorische Richtlijnen 2009. Een plan van aanpak hiervoor dient ter overleg en goedkeuring aan het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden voorgelegd. De definitieve bouwhistorische rapportages dienen voor het einde van de werkzaamheden te worden verstrekt aan het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie; 3. Indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden tot dan toe onbekende onderdelen van het monument worden aangetroffen, waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat deze (cultuur)historische waarde bezitten, dient, voordat de werkzaamheden die met die onderdelen samenhangen worden voortgezet, het team Monumenten & Archeologie (071516 5299) daarvan in kennis te worden gesteld; 4. De werkomschrijving met daarin de uitgangspunten van de herstelwerkzaamheden van het exterieur (behandeling aangetast houtwerk, inboeten metselwerk en voegwerk, verwijderen of behoud historische verflagen, wijze van herstel beeldhouwwerk, herstel/vervangen stucwerk en dergelijke) dient nader te worden uitgewerkt en ter goedkeuring aan het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden voorgelegd;
omgevingsvergunning uitgebreid-257
5. Bij het toepassen van isolatieglas (Stolker Monuglas) dient de bestaande detaillering en profilering van de ramen en kozijnen behouden te blijven; 6. De detaillering van de aansluiting van de glazenpui op het historische marmer in het trappenhuis van Aalmarkt 22 dient ter goedkeuring aan het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden voorgelegd; 7. Het tijdelijk waterdicht maken van de achtergevel van de Boterhal dient in nauw overleg met het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden uitgevoerd; 8. De ontluchtingspijp van de horeca in Maarsmansteeg 23 dient in een donkere matte kleur te worden geschilderd; 9. Per gebouw en gebouwdeel dient een kleurenonderzoek te worden uitgevoerd en deze kleuren dienen een basis te vormen voor schilderwerk van het exterieur. Het kleurenonderzoek en het kleurenvoorstel dienen ter goedkeuring aan het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden voorgelegd; 10. De onderste la(a)g(en) metselwerk dient/dienen vrij gehouden te worden van de anti graffitisystemen, zodat het metselwerk boven het maaiveld en boven aansluitingen op hardere onderliggend werk kan ademen om vochtproblemen te voorkomen; 11. Er dient nader onderzocht te worden of het lossnijden van de historische kelders onder de Breestraat constructief noodzakelijk is. Indien de noodzaak aangetoond wordt, dient het lossnijden en de wijze waarop dit gebeurt ter goedkeuring aan het College, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie te worden voorgelegd; 12. De gemaakte afwegingen over de relatie van het plan met de gegroeide en bestaande cultuurhistorische betekenis van het gebied en de bouwkundige structuur dienen inzichtelijke gemaakt te worden en te worden versterkt aan het Collega, door tussenkomst van het team Monumenten & Archeologie; 13. Van de historische installaties dienen de bijzondere onderdelen in het pand te behouden te blijven; Ten aanzien van de activiteit ‘een bouwwerk te slopen’ 1. de sloopvergunning en de daarbij behorende stukken dienen te allen tijde op de slooplocatie aanwezig te zijn; 2. het slopen en verwijderen, voor zover het betrekking heeft op het asbest, moet worden opgedragen aan een deskundig bedrijf dat is gecertificeerd conform SC-530 en dit bedrijf dient voorafgaand aan de sloop bekend te worden gemaakt bij de gemeente ; 3. indien met de werkzaamheden wordt gestart dient dit tenminste één week van te voren schriftelijk te worden gemeld bij de afdeling Handhaving, team Bouwtoezicht; 4. indien het slopen van asbest krachtens aanneming van werk wordt uitgevoerd, moet dit schriftelijk aan het districtshoofd van de Arbeidsinspectie worden gemeld. Voorts moet het tijdstip waarop met slopen van asbest wordt begonnen, alsmede door welk bedrijf dit wordt uitgevoerd worden gemeld; 5. de vergunninghouder dient het asbestverwijderingsbedrijf ten minste alle asbesthoudende materialen te laten verwijderen; 6. tijdens de asbestverwijdering dient het sloopterrein te zijn afgezet en ontoegankelijk te zijn voor het publiek; 7. de asbestverwijdering dient zo milieuvriendelijk mogelijk te worden uitgevoerd; 8. de asbesthoudende materialen dienen direct gescheiden gehouden te worden van de overige materialen;
omgevingsvergunning uitgebreid-257
9. de asbesthoudende materialen dienen direct in stevig luchtdicht plastic verpakt te worden en voorzien te worden van waarschuwingsstickers asbest; 10. de asbesthoudende materialen die te groot zijn mogen in een afgesloten container worden opgeslagen; 11. binnen 2 weken dient de asbestvrij verklaring uitgevoerd conform de NEN 2990 en door een daartoe bevoegd laboratorium gezonden te worden aan de afdeling Handhaving, team Bouwtoezicht; 12. binnen 2 weken dient een volledig ingevulde begeleidingbrief (stortbon) gezonden te worden aan de afdeling Handhaving, team Bouwtoezicht; 13. indien na de asbestvrijverklaring tijdens de verdere sloop onverwacht asbest wordt aangetroffen dient de sloper de sloop onmiddellijk te staken en meteen de afdeling Handhaving, team Bouwtoezicht en de Arbeidsinspectie te informeren; 14. er mag geen afval in de bodem van het werkterrein worden gebracht; 15. leidingen van PVC en PE dienen van het overige afval worden gescheiden en afgevoerd naar een bevoegde verwerker van kunststofafval; 16. het overige, niet onder de voorgaande punten te rangschikken afval, dienen naar een daartoe bevoegde verwerker worden afgevoerd; 17. er dient een registratie van de afvoer van het sloopafval worden bijgehouden waaruit blijkt, dat dit afval overeenkomstig de hiervoor gestelde voorwaarden is afgevoerd; 18. de bebouwing achter De Waag wordt gesloopt. Door de sloop van deze bebouwing komt de achtergevel van De Waag vrij. Aangegeven dient te worden hoe deze gevel wordt beschermd tegen weersinvloeden; bijgevoegde documenten De volgende toegevoegde gewaarmerkte stukken maken deel uit van de vergunning: • Notitie “omgevingsvergunning Aalmarkt 22 e.o. (Waagblok)”, waar de ruimtelijke onderbouwing onderdeel van uitmaakt (NL.IMRO.0546.PB00046-0301); • Asbestinventarisatierapport 161704 1309952837921 2011-05-17 Asbest Mw Stuart.pdf van 09-09-2011; • Asbestinventarisatierapport 161704 1309952994010 Gebruikersprotocol VD Leiden V2 2010.pdf van 09-09-2011; • Asbestinventarisatierapport 161704 1309953025105 NEN 2991 VD Leiden 2010.pdf van 09-09-2011; • Onderzoeksrapport chemische verontr 161704 1314706993477 Bodemonderzoek Waagblok kaart.pdf van 09-09-2011; • Onderzoeksrapport chemische verontr 161704 1314707327823 Bodemonderzoek Breestraat 76-80.pdf van 09-09-2011; • Onderzoeksrapport chemische verontr 161704 1314707373473 Grondwatermonitoring 2010.pdf van 09-09-2011; • Onderzoeksrapport chemische verontr 161704 1314707543255 Historisch bodemonderzoek Waagblok.pdf van 09-09-2011; • Onderzoeksrapport chemische verontr 161704 1314707585941 Staking bodemsanering 2001.pdf van 09-09-2011; • Overig 161704 1314775818101 bSR-notitie 0712 Aalmarkt II III.PDF van 09-09-2011; • Overig 161704 1314775978547 0720-b Quick scan Mandenmakerssteeg DEF.pdf van 09-09-2011;
omgevingsvergunning uitgebreid-257
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Overig 161704 1315382333287 FUGRO rapport 3010-0328-001.R01BB120208.pdf van 09-09-2011; Constructietekening 161704 1315383418618 constructietekeningen bestaande toestandBB111031.pdf van 09-09-2011; Kleurenfoto's 161704 1315479112528 fotobladen bestaande toestandBB120208.pdf van 09-09-2011; Overig 161704 1315480723418 notitie parkerenBB120208.pdf van 09-09-2011; Overig 161704 1315490879477 Constructieve werkomschrijving 09-09-2011 versie 2BB111215.pdf van 09-09-2011; Overig 161704 1315576401022 kleur- en materialenlijst.pdf van 09-09-2011; Situatietekening 161704 1315576942960 WL O-SIT-O-SIT.pdf van 09-09-2011; Situatietekening 161704 1315577926327 WL I-SIT-I-SIT.pdf van 09-09-2011; Plattegrond 161704 1315578576244 WL S- -1-S- -1BB111215.pdf van 09-09-2011; Plattegrond 161704 1315578621623 WL S-00-S-00.pdf van 09-09-2011; Plattegrond 161704 1315578687369 WL S-01-S-01.pdf van 09-09-2011; Plattegrond 161704 1315578711892 WL S-02-S-02.pdf van 09-09-2011; Plattegrond 161704 1315578735193 WL S-03-S-03.pdf van 09-09-2011; Plattegrond 161704 1315578766949 WL S-04-S-04BB110921.PDF van 09-09-2011; Plattegrond 161704 1315578790230 WL S-05-S-05.pdf van 09-09-2011; Detailtekening 161704 1315579398966 WL I-20 det.pdf van 09-09-2011; FTP 161704 1315580084002 papierenformulier.pdf van 09-09-2011; Overig 161704 1322662085610 sprinklergebieden 20111129.pdf van 30-11-2011; Onderzoeksrapport chemische verontr 161704 1322664673467 Briefrapportage bodemonderzoek VD - Aalmarkt 22 - Leiden.pdf van 30-11-2011; Overig 161704 1322665202921 Bouwveiligheidsplan WaagblokBB120208.pdf van 30-11-2011; Sloopveiligheidsplan 161704 1322665477566 Sloopveiligheidsplan WaagblokBB120208.pdf van 30-11-2011; Asbestinventarisatierapport 161704 1322665767359 2009184breestraat76tm80.pdf van 30-11-2011; Asbestinventarisatierapport 161704 1322666054121 PAV-17563 1.1 beheersplan asbest 15-03-2010.pdf van 30-11-2011; Asbestinventarisatierapport 161704 1322666211555 PAV-17563 NEN 2991 risicoonderzoek versie 1.1.pdf van 30-11-2011; Asbestinventarisatierapport 161704 1322666357551 Servic MR PD 24027611 Aalmarkt 22.pdf van 30-11-2011; Constructietekening 161704 1322666434349 KB-001-KB-001BB111215.pdf van 30-11-2011; Overig 161704 1322666510453 Monitoringsplan SB-0 14447BB120208.pdf van 30-11-2011; Overig 161704 1322666569150 BB-berekeningen nieuwbouw en bestaandBB120208.pdf van 30-11-2011; Overig 161704 1322666680682 Bestaand hoofdtrace installaties VDBB120208.pdf van 30-11-2011; Overig 161704 1322666752993 Nieuw hoofdtrace installaties VDBB120208.pdf van 30-11-2011; Overig 161704 1322666866288 leidingplannen nieuwbouw en bestaandBB120208.pdf van 30-11-2011; Overig 161704 1322666937268 overzicht noodoverlaten SB-001BB120208.pdf van 30-11-2011;
omgevingsvergunning uitgebreid-257
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Overig 161704 1322667485092 sloop en bouwkosten 20111129.pdf van 30-11-2011; Kleurenfoto's 161704 1322668032832 extra fotobladen bestaande toestand.pdf van 30-11-2011; Plattegrond 161704 1322670995508 WL O--1-O- -1 ABB111215.pdf van 30-11-2011; Plattegrond 161704 1322671027880 WL O-00-O-00 ABB111215.pdf van 30-11-2011; Plattegrond 161704 1322671057511 WL O-01-O-01 A.pdf van 30-11-2011; Plattegrond 161704 1322671080435 WL O-02-O-02 A.pdf van 30-11-2011; Plattegrond 161704 1322671109123 WL O-03-O-03 A.pdf van 30-11-2011; Plattegrond 161704 1322671135901 WL O-04-O-04 A.pdf van 30-11-2011; Plattegrond 161704 1322671174031 WL O-05-O-05 A.pdf van 30-11-2011; Plattegrond of doorsnedetekening 161704 1322671204077 WL O-09-O-09 A.pdf van 30-11-2011; Plattegrond of doorsnedetekening 161704 1322671236604 WL O-10-O-10 ABB111215.pdf van 30-11-2011; Opnametekening van de bestaande sit 161704 1322671256066 WL O-30-O-30.pdf van 30-11-2011; Plattegrond 161704 1322672488393 WL I-06-I-06 A.pdf van 30-11-2011; Geveltekening 161704 1322672509843 WL I-07a-I-07a A.pdf van 30-11-2011; Plattegrond of doorsnedetekening 161704 1322672655784 WL I-09-I-09 ABB111215.pdf van 30-11-2011; Plattegrond of doorsnedetekening 161704 1322673036572 WL I-11-I-11 A.pdf van 30-11-2011; Detailtekening 161704 1322673352032 WL I-13 A det.pdf van 30-11-2011; Detailtekening 161704 1322673837030 WL I-14 A detBB111215.pdf van 30-11-2011; Detailtekening 161704 1322673907260 WL I-15 A det.pdf van 30-11-2011; Detailtekening,Plattegrond of doors 161704 1322675490119 WL I-19-I-19 A.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322675722852 WL I-21-I-21.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322675813044 WL I-23-I-23BB111202.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322676315320 WL I-24-I-24.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322676358621 WL I-25-I-25.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322676503003 WL I-26-I-26.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322676538396 WL I-26-I-26a.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322676560375 WL I-27-I-27.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322676580696 WL I-27-I-27a.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322676702612 WL I-28-I-28.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322676860617 WL I-30-I-30BB111201.pdf van 30-11-2011 Aanvullende detailtekeningen 161704 1322676904752 WL I-31-I-31.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322676931083 WL I-32-I-32.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322676962721 WL I-33-I-33.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322676986581 WL I-34-I-34.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322677044441 WL I-40-I-40.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322677070236 WL I-41-I-41.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322677087703 WL I-42-I-42.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322677823507 WL I-43-I-43.pdf van 30-11-2011;
omgevingsvergunning uitgebreid-257
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Aanvullende detailtekeningen 161704 1322677843331 WL I-44-I-44.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322677909387 WL I-45-I-45.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322677929800 WL I-46-I-46.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322678222091 WL I-47-I-47.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322678706942 WL I-48-I-48.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322678732388 WL I-49-I-49.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen en doo 161704 1322678775637 WL I-50-I-50.pdf van 30-11-2011; Aanvullende detailtekeningen 161704 1322678800650 WL I-51-I-51.pdf van 30-11-2011; Asbestinventarisatierapport Maarsmansteeg 23.pdf van 17-01-2012; Overig 161704 1326803378682 4130N01b - vluchtcapaciteiten winkel 3.pdf van 17-01-2012; Overig 161704 1326803467176 4130N02b - gelijkwaardigheid winkelunit 3 - appartementen A en B.pdf van 17-01-2012; Overig 161704 1326803526564 4130N03b - vluchtcapaciteiten winkel 2a en 2b.pdf van 17-01-2012; Overig 161704 1326803558347 4130N04b - gelijkwaardige veiligheid - winkel 2a,2b -woningen 1en 2.pdf van 17-01-2012; Overig 161704 1326804358446 Wijziging nieuw hoofdtracee installaties VDBB120208.pdf van 17-01-2012; Overig 161704 1326804391797 lijst ontheffingen 20120117BB120208.pdf van 17-01-2012; Overig 161704 1326804935686 beglazing winkelpuien.pdf van 17-01-2012; Overig 161704 1326804988149 beschrijving anti graffiti APP-S.pdf van 17-01-2012; Overig 161704 1326805018446 motivatie isolatiewerkzaamheden.pdf van 17-01-2012; Werkbeschrijving Bijzondere onderde 161704 1326807953282 werkbeschrijving monumenten 20120117.pdf van 17-01-2012; Plattegrond 161704 1326811567769 WL I--1-I- -1 B.pdf van 17-01-2012; Plattegrond 161704 1326811604537 WL I-00-I-00 B.pdf van 17-01-2012; Plattegrond 161704 1326811640699 WL I-01-I-01 B.pdf van 17-01-2012; Plattegrond 161704 1326811674913 WL I-02-I-02 B.pdf van 17-01-2012; Plattegrond 161704 1326811709427 WL I-03-I-03 B.pdf van 17-01-2012; Plattegrond 161704 1326811757765 WL I-04-I-04 B.pdf van 17-01-2012; Geveltekening 161704 1326811783221 WL I-07b-I-07b B.pdf van 17-01-2012; Geveltekening 161704 1326811828574 WL I-08a-I-08a B.pdf van 17-01-2012; Geveltekening 161704 1326811863808 WL I-08b-I-08b B.pdf van 17-01-2012; Plattegrond of doorsnedetekening 161704 1326812709753 WL I-10-I-10 B.pdf van 17-01-2012; Plattegrond 161704 1326812768513 WL I-05-I-05 B.pdf van 17-01-2012; Aanvullende detailtekeningen en doo 161704 1326813011071 WL I-29-I-29 A.pdf van 17-01-2012; Detailtekening 161704 1326816754677 WL I-18 B.pdf van 17-01-2012; Detailtekening 161704 1326817057215 WL I-17 B.pdf van 17-01-2012; Detailtekening 161704 1326818823005 WL I-16 B.pdf van 17-01-2012; Overig 161704 1327672739673 2536 01 vluglk01A.pdf (rapportage Floriaan) van 27-01-2012; Archeologisch bureauonderzoek 161704 1314708369368 archeologisch bureauonderzoek WaagblokBB120208.pdf van 09-09-2011; Constructietekeningen nieuwe toestand van 09-09-2011; beschikking instemming deelsanering, kenmerk 2012002401, d.d. 06-03-2012.
omgevingsvergunning uitgebreid-257
mededelingen • er dient een coördinator aangesteld te worden die verantwoordelijk is voor het indienen van de gegevens en bescheiden ten behoeve van de constructieve toets aan het Bouwbesluit. Deze gegevens en bescheiden dienen in een zodanige vorm te worden aangeleverd dat een goede en efficiënte afhandeling van de bouwconstructieve beoordeling mogelijk is. Daarvoor is ook de samenhang tussen de berekeningen en tekeningen en overige bescheiden van de afzonderlijke constructieonderdelen van het bouwwerk noodzakelijk; • berekeningen volgens de eindige elementen methode dienen te voldoen aan de aanwijzingen die zijn gegeven in de "Uitwerking indieningsvereisten EEM-berekeningen" april 2011 van het Centraal Overleg Bouwtoezicht( constructies); • met de uitvoering van de desbetreffende werkzaamheden mag niet worden begonnen voordat de daarop betrekking hebbende tekeningen en/of berekeningen door de gemeente Leiden, afdeling Vergunningen en Subsidies zijn beoordeeld. Tevens dienen deze constructietekeningen en/of -berekeningen op het werk aanwezig te zijn; • de kanaalplaten moeten in verband met de brandwerendheid worden berekend en gedetailleerd volgens de laatst bekende inzichten zoals bijvoorbeeld de publicatie van de Bond van Fabrikanten van Betonproducten van juni 2011; • voor het toepassen van brandwerende coatings gelden naast het Bouwen met Staal-rapport 2003.01 nog aanvullende eisen zoals o.a. het uitsluitend toepassen in binnenklimaat; • staalconstructies die niet controleerbaar zijn na de oplevering dienen voorzien te zijn van een behandeling die een duurzaamheid van 50 jaar garandeert; • bij de vervaardiging van eventuele poeren met een dikte van meer dan 1,2m waarbij van trekspanningen gebruik wordt gemaakt moeten maatregelen worden getroffen om inwendige extra trekspanningen ten gevolge van thermische invloeden te beperken; • van eventuele betonconstructies met tand- en nokopleggingen moet een heldere berekening volgens de vakwerkanalogie worden opgesteld met daar van afgeleid de verankeringslengte van het wapeningsstaal. Hierbij moeten tevens de trekkrachten t.g.v. krimp, kruip en thermische vervorming in rekening zijn gebracht; • de grondwaterstand in de omgeving mag niet lager worden dan de gemiddeld laagst bekende natuurlijke grondwaterstand; • de zettingen van belendingen dienen als volgt te worden beperkt: - de maximale rotatie bij neerwaartse doorbuiging is 1:500; - de maximale rotatie bij opwaartse buiging is 1:700; - bij monumentale belendingen mogen de rotaties slechts 60% van de genoemde waarden bedragen; - in de rotatie dient te zijn opgenomen 35% van de zetting van de belending zoals die volgens berekening al zou hebben plaatsgevonden; • trillingen aan belendingen moeten minimaal voldoen aan SBR richtlijn-A; • schade of ernstige hinder voor de omgeving moet zo veel mogelijk worden voorkomen; • als grens voor geluidhinder kunnen de waarden die worden gegeven in de Circulaire Bouwlawaai 2010 van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu worden gehanteerd; • extra aandacht wordt gevraagd voor de kwetsbaarheid van de Waag. De afdracht van spatkrachten uit het bestaande dak lijkt dubieus. Het plaatsen van trillingsmeters op dit gebouw ten tijde van het werken met zwaarder materieel in de buurt van deze belending wordt dringend aanbevolen;
omgevingsvergunning uitgebreid-257
•
•
•
•
•
indien één of meerdere van de eisen wat betreft trillingen en geluidshinder worden overschreden dienen de veroorzakende werkzaamheden worden gestaakt en moet de inspecteur van het Team Bouwtoezicht van de Gemeente Leiden onmiddellijk op de hoogte te worden gesteld. De werkzaamheden mogen pas weer worden hervat indien het Team Bouwtoezicht de maatregelen die worden voorgesteld heeft goedgekeurd; werkzaamheden met (mogelijk) verontreinigde grond moeten plaatsvinden volgens wettelijke regels. Deze zijn opgenomen in de Wet milieubeheer, de Regeling melden bedrijfsafvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen (Landelijk Meldpunt Afvalstoffen) en het Besluit bodemkwaliteit. Richtlijnen voor veiligheid zijn vastgelegd in CROW-publicatie 132: ‘Werken in en met verontreinigde grond en verontreinigd (grond)water’. 3 3 het voornemen om meer dan 50 m grond af te graven of meer dan 1.000 m grondwater te onttrekken moet de initiatiefnemer melden bij de Omgevingsdienst West-Holland via het meldingsformulier Bodemverontreiniging (www.odwh.nl). bij het gebruik van bouwputbemaling is de initiatiefnemer verplicht om contact op te nemen met het Hoogheemraadschap van Rijnland voor het onttrekken van grondwater en met het Hoogheemraadschap van Rijnland (oppervlaktewater), de Omgevingsdienst (riool) en de gemeente (riool) voor de lozingseisen en eventuele lozingsbeperkingen van het grondwater. voor toepassen van grond met kwaliteit boven de achtergrondwaarde binnen het werkgebied van de Omgevingsdienst West-Holland dient een melding gedaan te worden door middel van het meldingsformulier (www.odwh.nl). De Omgevingsdienst beoordeelt of de partij grond mag 3 worden toegepast op de geplande locatie. Voor het toepassen van meer dan 50 m schone grond dient een melding te worden gedaan via www.meldgrond.nl.
inwerkingtreding Deze vergunning treedt in werking met ingang van de dag na afloop van de termijn van 6 weken, gerekend vanaf de dag na die waarop dit besluit ter inzage is gelegd. Indien tijdens genoemde termijn van 6 weken bij de rechtbank een verzoek om voorlopige voorziening wordt ingediend, treedt deze beschikking niet eerder in werking dan nadat op het verzoekschrift is beslist. Onverminderd bovenstaande treedt de beschikking pas in werking zodra het besluit met kenmerk 2012002401 d.d. 06-03-2012 van de Omgevingsdienst West-Holland, waarmee is ingestemd met het deelsaneringsplan, in werking is getreden. Verzonden: 30-03-2012 Burgemeester en wethouders, namens dezen,
A.H. Karbet Teamleider Vergunningen en Subsidies
omgevingsvergunning uitgebreid-257
Gemeente Leiden
Aan de Minister van OCW p/a de directeur van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed t.a.v. de heer M. Stafleu afdelingshoofd regio West Postbus 1600 3800 BP Amersfoort
Datum Ons Kenmerk Onderwerp
30-03-2012
Bezoekadres Stadsbouwhuis Langegracht 72 Postadres Postbus 9100 2300 PC Leiden Telefoon 071-5165165 E-mail
[email protected] Website www.leiden.nl/gemeente
Contactpersoon R.F.M. Bakker
BV 111529 / Olonr 161704
Doorkiesnummer (071) 5165779
Beslissing op uw aanvraag om omgevingsvergunning
datum verzenden 30-03-2012
Aalmarkt 22 e.o. (Waagblok) Herontwikkeling van het (winkel)bouwblok tussen de Breestraat, Aalmarkt, Mandenmakerssteeg en Maarsmansteeg, met verbouw, sloop en nieuwbouw Datum binnenkomst 09-09-2011
Geachte heer Stafleu, Hierbij ontvangt u een afschrift van het besluit met betrekking tot de aanvraag om een omgevingsvergunning voor bovengenoemd rijksmonument. Hoogachtend, Burgemeester en Wethouders van Leiden, namens dezen,
A.H. Karbet Teamleider Vergunningen en Subsidies
Bijlage
afschrift besluit BV 111529 / Olonr 161704