OCMW
Sint-Niklaas
JAARVERSLAG
2014
INHOUD
VOORWOORD
3
PREVENTIE
30
DE OCMW-RAAD
4
BOUWPROJECTEN
5
Gezond Sint-Niklaas personeelstevredenheid HUISSTIJL
31 32 36
NIET IN ONS EENTJE
38
SYNERGIE
41
DIGITALE GOEDKEURINGSFLOW FACTUREN
44
ICT
46
HET OCMW IN CIJFERS
48
Sociale dienst Woonzorgcentra Thuizorg Personeel Financiën CONTACTGEGEVENS
49 52 53 54 55 58
Het welzijnshuis Het opleidings- en oriëntatiecentrum Site ter Beke WOONZORGNETWERK
6 10 12 15
Het zorginfectiebeleid Warme avondmalen voor de bewoners Antennes dienstencentra Zoem-project SOCIALE DIENSTVERLENING
16 18 20 22 24
De balie van het Welzijnshuis Rap op Stap Texmix
25 26 28
VOORWOORD Dit jaarverslag “nieuwe stijl” geeft u een blik op de activiteiten en realisaties van het OCMW van Sint-Niklaas in 2014. Enerzijds hebben we de voorbije twee jaar de koers van ons schip uitgestippeld, door onze visie en ideeën te vertalen in beleidsdocumenten. Ons kompas wordt gevormd door het beleidsplan 2014-2019, het financieel meerjarenplan 2014-2019, het lokaal armoedeplan (als onderdeel van ons sociaal beleid), het zorgstrategisch plan (als onderdeel van ons seniorenbeleid) en het intern en extern communicatieplan (om zowel het eigen personeel als de inwoners nauwer te betrekken bij onze werking). Anderzijds hebben we niet stilgezeten om al die woorden ook in daden om te zetten. Ons schip zit in volle vaart! U zal aan de hand van dit logboek merken dat we in 2014 al een boeiend, nuttig en mooi traject hebben afgelegd. Intussen is 2015,bij het schrijven van dit voorwoord,ook al gevorderd.In die eerste maanden geraakte de werking van ons nieuwe Welzijnshuis op kruissnelheid. In mei vervoegden een postpunt en consultaties van Kind & Gezin het reeds ruime aanbod van welzijnsdiensten van stad en OCMW. Samen met de woonwinkel, de huurdersbond, het sociaal verhuurkantoor, de dienst schuldbemiddeling Waasland en het loket kinderopvang zorgen ze voor een bijzonder gevarieerd – en daardoor drempelverlagend – aanbod aan dienstverlening. Nog op sociaal vlak is de opening van ons Opleidings- en Oriëntatiecentrum in de Heistraat een belangrijk feit: het wordt een hefboom voor onze inspanningen om mensen via een persoonlijke benadering te activeren. Wellicht nog voor de zomerperiode sluiten we hieromtrent ook nog een convenant af met de VDAB. Later dit jaar staat de renovatie en uitbreiding van ons sociaal restaurant “De Variant” op het programma, en starten we ook het huisbezoekenprogramma met als doel om onze dienstverlening “aan de deur” kenbaar te maken.
Ook op het vlak van woonzorg voor senioren stomen we vooruit. De start van de bouwwerken voor het nieuwe woonzorgcentrum in het Gerdapark, achter het Welzijnshuis, is daar een treffend voorbeeld van. Voor de site in Sinaai werd recent het licht op groen gezet om het verkavelingsdossier van een deel van de gronden uit te werken, met als doel dit tegen eind 2016 administratief volledig rond te hebben. En voor onze nieuwbouwplannen in Nieuwkerken stellen we nog deze maand een bureau aan om te starten met de opmaak van een masterplan, zodat ook daar de eerste concrete stappen gezet worden om dit project te realiseren. Ook in het dienstencentrum wordt geïnvesteerd, onder meer door de lancering, in april van dit jaar, van de antennepunten in Belsele en Nieuwkerken. In Sinaai volgt zo’n antenne in 2017, en er komt ook een nieuw dienstencentrum in het stadscentrum als onderdeel van het nieuwe woonzorgcentrum. In de thuiszorg tot slot werd het project van de avondzorg positief geëvalueerd, en is het een uitdaging om dit in de toekomst verder vorm te geven. Dit alles gebeurde en gebeurt in een gezonde financiële context. Enige onzekerheid betreft de VIPA-subsidiering door de Vlaamse overheid, maar daar hopen we dit jaar toch enige klaarheid in te krijgen. Dat zal ook noodzakelijk zijn om de timing van de bovenvermelde projecten te kunnen aanhouden. Hopelijk komt er ook snel duidelijkheid over de zogenaamde inkanteling van de OCMW’s in steden en gemeenten, want dit voornemen van de Vlaamse regering blijkt juridisch niet zo vanzelfsprekend te zijn. Wat ons betreft zijn er heel wat synergieprojecten met de stad lopende, en ligt onze focus vooral daar. Op Waas niveau moet de nabije toekomst ook meer duidelijkheid verschaffen over het al dan niet verder bestuderen van de oprichting van een Waas Zorgbedrijf. U merkt dat ook 2015 een boeiende vaart wordt! Mike Nachtegael, Voorzitter 15 juni 2015 3
DE OCMWRAAD Van links naar rechts: Staand: Jens Vrebos, Liliane Verbeke, Walther Bruwiere, Bernd Van Besauw, Koen De Smet, Yvan De Bruyne, Filip Herman, Johan Uytdenhouwen, Tjeu van Diessen (secretaris), Zittend: Martine De Bondt, Geertje Afschrift, Mike Nachtegael (voorzitter), Viv Van Dingenen, Jan Van Peteghem.
Wilt u de OCMW-raad bijwonen? Dat kan. De zittingen worden gehouden in het Welzijnshuis, Abingdonstraat 99 in Sint-Niklaas. U kunt de data van de zittingen en de agenda raadplegen op www.ocmwsintniklaas.be. U vindt hier ook de publieke agenda, bondi-
4
ge toelichting en verslagen. U kunt de publieke agenda en bondige toelichting bij de raad ook gratis via e-mail ontvangen. Hiervoor stuurt u uw e-mailadres door naar
[email protected].
Bouwprojecten
UIT DE STEIGERS
VAN ADMINISTRATIEF GEBOUW VOOR HET OCMW TOT WELZIJNSHUIS Iets meer dan 1 jaar geleden stonden we JE VINDT ER ALLES ROND WELZIJN hier voor de eerste steen. Het ging allemaal razendsnel. Intense verhuisvoorbe- Het Welzijnshuis is de nieuwbouw waar alle welzijnsdiensten van OCMW en stad samen huizen. Voortaan reidingen gingen er aan vooraf. Maar de hoeven de Sint-Niklazenaars dus nog maar naar 1 adres grote verhuisoperatie van meer dan 150 als zij vragen hebben over sociale premies en tegemedewerkers verliep van een leien dak- moetkomingen, financiële en psycho-sociale steunverlening, juridisch advies, wonen en kinderopvang. Wie bij je. Strikte orders zoals wel heel weinig de sociale dienst van het OCMW wil langskomen, gaat dozen per medewerker, zetten de betrok- dus naar het Welzijnshuis in de Abingdonstraat en niet ken diensten aan tot een massale opkuis meer naar de Lodewijk De Meesterstraat. Het wordt een open Welzijnshuis. Ook de Huurdersbond Waasland vind van uitpuilende kasten vol documenten. je er. En er lopen ook nog gesprekken met Kind en GeEn het werkte. Vrijdagavond stonden alle zin en Kind en Preventie vzw om er een Consultatiebureau voor het jonge kind in onder te brengen. Met dozen netjes klaar, te wachten om op za- Bpost bekijken we de mogelijkheden voor een Postpunt. terdag verhuisd te worden naar de Abing- De gezamenlijke huisvesting past in de toenemende sadonstraat. Maandag stapten meer dan 150 menwerking tussen stad en OCMW. Het Welzijnshuis is het eerste zichtbare synergieproject en kreeg daarom medewerkers hun nieuwe thuishaven bin- ook een eigen kleedje aangemeten met een logo dat nen, nog wat onwennig tussen schilders past binnen de nieuwe gezamenlijke huisstijl van stad en andere vakmannen door. Het nieuwe en OCMW. meubilair, de thin-cliënt en de telefonie Mike Nachtegael: “Het Welzijnshuis wordt al netjes geïnstalleerd, we konden zo aan onmiskenbaar de draaischijf van het sterke sociaal beleid dat we hier in Sint-Niklaas het werk. Maar eerst nog uitpakken.... Met voeren, nu en in de toekomst.” als beloning een originele kennismaking met de andere nieuwe ‘bewoners’ tussen DE DIENSTVERLENING IN EEN zelf gemaakte fruitsla en andere lekkers. NOTENDOP Het ijs was snel gebroken... Op 12 november opende het Welzijnshuis de deuren voor het publiek.
•
• 6
Sociale dienstverlening: info en advies over sociale tegemoetkomingen en premies, budgetbegeleiding, psycho-sociale begeleiding, financiële steunverlening met begeleiding naar werk Vereniging voor Schuldbemiddeling Waasland
• • • • • •
Oplaadpunt budgetmeter Rap op Stap: reis- en vrijetijdsadvies voor mensen met een beperkt inkomen Wonen: Woonwinkel, Sociaal Verhuurkantoor Waasland en Huurdersbond Waasland Loket Kinderopvang: aanspreekpunt voor kinderopvang van 0-3 jaar, buitenschoolse en vakantieopvang Gratis juridisch advies Diverse diensten die vooral preventief werken rond welzijn in Sint-Niklaas zoals het buurtwerk, straathoekwerk, gezondheidszorg, intercultureel werk en drugbeleid.
Alle welzijnsdiensten ontvangen hun bezoekers op de gelijkvloerse verdieping in de publiekszone die gedeeltelijk doorloopt op de eerste verdieping met het Loket Kinderopvang. Ook het welzijnsbeleid krijgt vorm in het Welzijnshuis want de OCMW-voorzitter, de betrokken schepenen en de departementchefs hebben hier vanaf nu hun kabinet.
OOK DE HOOFDZETEL VAN HET OCMW Het nieuwe gebouw is eveneens de administratieve hoofdzetel van het OCMW. De zittingen van de OCMW-raad hebben voortaan plaats in het Welzijnshuis. De secretaris van het OCMW heeft hier zijn kabinet en er zijn ook nog enkele administratieve OCMW-diensten gehuisvest.
RUIME OPENINGSUREN Bij dit nieuwe welzijnsconcept horen ruime openingsuren.. Het Welzijnshuis is op werkdagen doorlopend open van 8.30 tot 16.30 uur en op dinsdag zelfs tot 19.30 uur. Sommige dienstverlening gebeurt op afspraak. We kozen ook voor een gemakkelijk te onthouden telefoonnummer 03 778 66 66 en een algemeen e-mailadres voor algemene vragen rond welzijn.
7
Tjeu van Diessen: “Het Welzijnshuis, dat is dienstverlening 3.0. Zowel het gebouw, de werkwijze als de dienstverlening zijn modern. Het 3.0 zit er in dat we de stap naar het Welzijnshuis voor dit deel van onze bevolking zo makkelijk mogelijk willen maken, niet alleen voor mensen die het zwaar hebben in hun leven – maar diensten voor een doorsnee van de bevolking. En het Welzijnshuis is niet alleen een gebouw om naar toe te komen. Vanuit dit gebouw gaan wij ook naar de bevolking toe met de buurtwerkers, straathoekwerkers, maatschappelijk assistenten, woonbegeleiders enzovoort. Bovendien is het gebouw zo flexibel opgevat dat we nog kunnen ‘upgraden’ naar een versie 3.1 enzovoort. Daarnaast is er nog een derde aspect aan verbonden: 3.0 betekent ook dat wij van hieruit willen werken aan het beperken van de kloof in onze maatschappij van zij die meekunnen en zij die uit de boot dreigen te vallen. In onze naam, het Welzijnshuis Sint-Niklaas, zit dit engagement ingebakken.”
EEN OPEN, MODERN GEBOUW De bouw startte in het voorjaar van 2013 en betekent een investering van 11,7 miljoen euro. Het is een ontwerp van het vrouwelijke architectenduo Els Claessens en Tania Vandenbussche (ECTV). Het gebouw staat op de vroegere terreinen van voetbalclub FC Gerda in de Abingdonstraat. Eind 2014 start daar overigens ook de bouw van een nieuw woonzorgcentrum van het OCMW. Het volledige binnengebied rond de gebouwen wordt tegen eind 2016 ingericht tot een publiek park met een verkeersluwe doorsteek naar de Kongostraat. De nieuwbouw, een vierkant compact en energiezuinig gebouw, met een oppervlakte van 6442 m² is zeer modulair opgevat en biedt huisvesting voor maximaal 168 personen. Aan de Abingdonstraat telt het gebouw bovengronds 2 bouwlagen, aan de tuinzijde 3. De publiekszone met onthaal, wachtzone en gespreksruimtes situeert zich langs de straatzijde. De personeels- en burelenzone bevindt zich langs de parkzijde. Beiden staan met elkaar in contact via de patio die doorzicht biedt en voor rechtstreeks daglicht en verluchting zorgt in alle ruimtes. De patio zal in de zomer open staan en in de winter gesloten worden. Het schept een tussenklimaat dat in de zomer aangename lucht naar binnen brengt en in de winter de grootste kou buiten houdt. Ondergronds is parkeerruimte voor 53 wagens en een ruime fietsenberging voor de medewerkers. Het personeel heeft ook een eigen personeelsingang aan de kant van het park. Het compacte rechthoekig gebouw is bekleed met een lichtgrijze, geglazuurde gevelsteen die voor een subtiele reflectie zorgt. Bij de verhuis waren her en der nog firma’s bezig met de nodige afwerking. Op vrijdag 12 december openden het OCMW en de stad het Welzijnshuis met tal van genodigden. Minister van Welzijn Jo Vandeurzen zegde op het laatste moment af omwille van een ministerraad die verplaatst was naar aanleiding van het overlijden van wijlen koningin Fabiola.
8
9
IN ONTWIKKELING
10
HET OPLEIDINGS- EN ORIËNTATIECENTRUM IN AANBOUW De oprichting van een Opleidings- en Oriëntatiecentrum is een belangrijke schakel in de arbeidstrajectbegeleiding en is één van de actieplannen (actieplan 13) in de beleidsnota van het OCMW. In zo’n opleidings- en oriëntatiecentrum toetst men, onder meer via screenings/ assessments en voortrajecten over welke vaardigheden en eigenschappen mensen met een OCMW-uitkering beschikken. Zo krijgen de sociale dienst en de deelnemers van het opleidingscentrum een goed zicht op hun competenties en wat ze nog kunnen bijschaven. De sociale dienst kan hen vervolgens begeleiden naar een beter passend opleidings- of beroepstraject met een hogere slaagkans op latere tewerkstelling.
OOC. “Door het gezamenlijk gebruik kunnen we de beschikbare ruimtes optimaal benutten,” aldus nog Mike Nachtegael, voorzitter van het OCMW en Den Azalee. Het gebouw heeft een oppervlakte van 1850 m² en omvat naast diverse ateliers voor onder meer hout- en metaalbewerking, 3-leslokalen en een opleidingskeuken ook ruimtes voor het textielatelier, de ateliers van het arbeidszorgproject De Variatie, de dienst afvalherwinning en ook een nieuwe dienst - het metaal- en herstelatelier - van de sociale werkplaats Den Azalee. Den Azalee en het OCMW hopen de nieuwbouw in gebruik te nemen tegen oktober 2014.
“Met elke succesvolle activering helpen we een alleenstaande of gezin ook structureel uit het gevaar om in de armoede te verzeilen,” Op 13 mei startte de bouw van het Opleidings- en Oriëntatiecentrum van het OCMW en Den Azalee in de KMO-zone Nobels-Peelman achter de Kringwinkel in de Heistraat. Op 12 mei legden het OCMW en Den Azalee de eerste steen in aanwezigheid van Fons Leroy, gedelegeerd bestuurder van de VDAB (Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding). Den Azalee investeert 2,3 miljoen euro in de bouw waarvan het OCMW een groot deel zal huren voor het 11
SITE TER BEKE
12
NIEUWE TOEKOMST VOOR HET VOORMALIGE RUSTHUIS SINT-KATHARINA Het oude OCMW-rusthuis Sint-Katharina in Sinaai wordt verbouwd tot 24 flats voor senioren en een dienstencentrumantenne door de Sint-Niklase Maatschappij voor de Huisvesting. Dat kwamen het OCMW en de Sint-Niklase Maatschappij voor de Huisvesting (SNMH) midden 2014 overeen in een samenwerkings- en erfpachtovereenkomst. De SNMH krijgt het gebouw en de grond waarop het staat voor 40 jaar in erfpacht.
aal huurstelsel verhuurd worden aan senioren van 70 jaar of ouder zoals bepaald in het doelgroepenplan 70+ van de stad Sint-Niklaas.
De SNMH hoopt te kunnen starten met de verbouwingen in 2015. De flats zouden dan klaar zijn in 2017. Het OCMW zal de dienstencentrumantenne uitbaten.
Het OCMW engageert zich op haar beurt om tijdig te zorgen voor de nodige infrastructuurwerken, parkeerplaatsen en wegenis rondom zoals uitgetekend in het masterplan voor de site Ter Beke.
Het oude rusthuis Sint-Katharina is sinds november 2013 buiten gebruik na de verhuis van de bewoners naar het nieuwe woonzorgcentrum Het Lindehof in Belsele. Het OCMW wou snel een herbestemming van het gebouw. Een haalbaarheidsstudie wees in augustus 2013 reeds uit dat het gebouw bouwtechnisch nog jaren meekan, in grote mate aanpasbaar is en kan omgebouwd worden tot een gebouw dat aangepast is aan de huidige energie- en oppervlaktenormen zodat het zich leent voor verbouwing tot appartementen. Het OCMW blijft eigenaar van het gebouw en de grond maar geeft het huidige gebouw voor 40 jaar in erfpacht aan de SNMH die het gebouw zal laten verbouwen en de seniorenflats zal beheren. Er komen in totaal 24 flats. De sociale woongelegenheden zullen binnen het soci-
In ruil voor de terbeschikkingstelling van het gebouw bouwt de SNMH voor het OCMW een antenne van het dienstencentrum van ca 400 m² op de gelijkvloerse verdieping. Daarvoor zal de SNMH het gebouw uitbreiden aan de noordelijke kopgevel. Het OCMW zal het dienstencentrum uitbaten waar de (oudere) Sinaainaren dan terechtkunnen voor warme maaltijden, info en ondersteuning om zolang mogelijk in eigen omgeving te kunnen blijven wonen. De bewoners van de appartementen zullen natuurlijk ook gebruik kunnen maken van het aanwezige dienstencentrum.
PLANNEN MET DE TERREINEN ROND SINT-KATHARINA Voor de gronden rond het oude Sint-Katharina, de zogenaamde site ‘Ter Beke’, werkten we een masterplan of toekomstplan uit samen met een stuurgroep, waarin we niet alleen verenigingen en belangengroepen uit Sinaai betrokken maar ook de buurtbewoners en alle inwoners van Sinaai. De studiebureaus maakten, samen met het OCMW, een aantal stadsdiensten en verschillende vertegenwoordigers van de verenigingen, die actief zijn op en rond het gebied, een eerste evaluatie van de huidige situatie. Op basis van de gesprekken heeft het studiebureau Brut een aantal ideeën uitgewerkt en omgezet naar prikke-
lende en inspirerende beelden. En natuurlijk wilden het studiebureau en het OCMW ook weten wat de buren en de inwoners van Sinaai van deze ideeën dachten. In de week van 6 januari was er een info– en inspraakweek, waar we alle inwoners van Sinaai de kans gaven om zich een mening te vormen en hun ideeën te geven over het toekomstplan voor de site ‘Ter Beke’. Naast de plannen met het oude rusthuisgebouw, komt nog de ontwikkeling van nieuwe woongelegenheden op de gronden die op het gewestplan als woongebied opgetekend staan. Er is gezocht naar een goede inplanting van de nieuwe woningen en naar een passende ontsluiting en parkeeroplossing. Het masterplan richt zich in de eerste plaats op de ontwikkeling en inrichting van de publieke ruimte van het OCMW-domein tussen het Wijnveld, de Vleeshouwersstraat en de Hooimanstraat. Maar het masterplan bood ook de kans om een bredere visie op te bouwen rond de ad-hoc gegroeide cluster van jeugd-, sport- en andere voorzieningen die nabij het rusthuis zijn gelegen. Het is immers een kwaliteit dat zoveel dorpsfuncties verzameld zijn op één plek, nabij het dorpscentrum en de Dries. De school, de naschoolse opvang, de sport- en jeugdverenigingen, het ontmoetingscentrum en de sporthal liggen nabij elkaar, maar het ontbreekt aan een gezamenlijke uitstraling en een goede toegankelijkheid. Daarbij is er veel aandacht uitgegaan naar de trage weggebruiker en het landschappelijke karakter van de site. Daarnaast wil men het gesloten en verborgen binnengebied openen met nieuwe voorkanten die van het binnengebied een aangenaam verblijfsgebied maken, waar gesport, gespeeld, gewoond en gezorgd kan worden, waardoor dit project het dorpscentrum van Sinaai verder versterkt! Het studiebureau Brut deed vervolgens op basis van de informatie– en inspraakweek een aangepast voorstel. Het was dan aan stad en OCMW om op basis van al 13
dit voorbereidend werk keuzes te maken. Zoals in het masterplan werd aangegeven, heeft de stad intussen gronden gekocht die palen aan de OCMW-site, voor de realisatie van een speelbos en mogelijke huisvesting van de KLJ. In een volgende fase komen er dan formele procedures, zoals een ruimtelijk uitvoeringsplan, een verkavelingsplan, aanvraag verkavelingsvergunningen enzovoort... Maar dat staat op de agenda voor 2015. De uitvoering van het masterplan met de ontwikkelingsmogelijkheden van de bouwgronden moet onder meer geld in het laatje brengen voor de realisatie van het nieuwe beleidsplan zorgstrategie dat in 2014 is opgemaakt.
14
Woonzorgnetwerk
ZORGINFECTIEBELEID
HET ZORGINFECTIEPREVENTIEBELEID IN ONZE WOONZORGCENTRA EEN PROEFPROJECT MET VERSCHILLENDE ACTOREN Op 22 januari 2014 werd in de Egyptische zaal van AZ Nikolaas het startschot gegeven voor het proefproject van de Federale Overheidsdienst “Voorstel voor een wetgevend initiatief met het oog op de beheersing van zorginfecties in woonzorgcentra“. Naast AZ Nikolaas, als coördinerend ziekenhuis, werden de woonzorgcentra van het OCMW van Sint-Niklaas en de woonzorgcentra van SamenOuder geselecteerd voor dit proefproject. In het kader van dit proefproject dienden wij een structuur uit te bouwen die zorginfectiepreventie binnen onze woonzorgcentra mogelijk maakte. Om deze doelstellingen te realiseren werden volgende initiatieven genomen: 1. Overleg zorginfectie in elk woonzorgcentrum Naast de CRA (coördinerend raadgevend arts) maakt de referentieverpleegkundige zorginfectiebeleid deel uit van dit team. Dit team staat in voor de dagdagelijkse aspecten van het zorginfectiebeleid. Wekelijks heeft in elk woonzorgcentrum een overleg plaats tussen de CRA en de referentieverpleegkundige, die bewoners met een infectieus beeld bespreken, de ingestelde therapie ter behandeling van de infectie bespreken en focussen op eventueel voorgeschreven antibiotica. Voor dit overleg baseren de CRA en de referentieverpleegkundige zich op de registratie van de infectie(s) in het zorgdossier en op het medicatieoverzicht. Van elk overleg wordt een verslagje opgemaakt.
16
Met deze werkwijze voldoen wij tevens aan 3. Oprichting team zorginfectiebeleid de bepalingen van het woonzorgdecreet, namelijk de verplichte registratie van infec- 3.1. Specifieke taken van dit team tieziekten, de ingestelde behandeling en het voeren van een strikt antibioticabeleid. • het uitwerken van procedures en richtlijnen inzake zorginfectiebeleid 2. Oprichting van een comité zorginfectiebeleid • toezicht op de toepassing van de preventiemaatregelen en het gebruik van de door het Dit comité staat in voor de goede werking comité gevalideerde procedures of van het van het zorginfectiebeleid binnen de wooninfectiedraaiboek zorgcentra en fungeert als overlegplatform • registratie/ surveillance van zorginfecties voor de verschillende betrokken instanties. • opleiding van de zorgmedewerkers inzake inHet comité keurt alle procedures en werkwijfectiebeheersing zen in het kader van het zorginfectiepreventie• ontwikkelen van een antibioticabeleid beleid goed, signaleert problemen en formu• organisatie van audit(s) en evaluaties leert voorstellen/ adviezen ten behoeve van het • communicatie en samenwerking met de lokazorginfectiebeleid binnen de woonzorgcentra. le huisartsenkring • communicatie en samenwerking met AZ NiOns comité is als volgt samengesteld: kolaas • communicatie en samenwerking met alle on• vanuit het OCMW: de CRA’s, vertegenwoordidersteunende diensten binnen het OCMW en ging van de directie, de dagelijks verantwoormet de scholen delijken van onze woonzorgcentra, onze referentieverpleegkundigen zorginfectiebeleid, 3.2. Concrete realisaties van het team zorginfectiebede arbeidsgeneesheer en veiligheidsdeskunleid in 2014 dige van onze arbeidsgeneeskundige dienst Provikmo, onze preventieadviseur • volgende procedures werden uitgewerkt: • vanuit AZ Nikolaas: de geneesheer-ziekenMRSA – CPE – Clostridium difficile – gebruik huishygiënist, de geneesheer-geriater, de zieniet steriele latexvrije wegwerphandschoekenhuishygiënist en de zorgmanager transnen – correct afnemen van stalen voor lamurale zorg boratoriumonderzoek – wissel van inconti• de zorginspectie werd uitgenodigd, maar is nentiemateriaal – dekolonisatie na MRSA en hierop niet ingegaan. Van elk overleg met het herscreening – gebruik van ontsmettingsmidcomité wordt een verslag opgemaakt. delen op oppervlakken – hygiëneplan voor de woonzorgcentra In 2014 kwam het comité 3 maal samen voor • ontwikkeling van een registratiedocument overleg. voor zorginfecties. Op basis van dit registratiedocument trekken wij maandelijkse statistieken zowel naar zorginfecties als naar antibioticagebruik • een antibioticumbeleid werd ontwikkeld door onze CRA’s en werd goedgekeurd door de CRA’s Waas en de huisartsenkring. In het kader van
•
het naleven van het antibioticumbeleid werden flow-charts ontwikkeld die op elke zorgeenheid als sensibilisatie-instrument naar de huisartsen werden uitgehangen fotoshoot in onze woonzorgcentra om een idee te krijgen van de opvolging handhygiëne, de zorghygiëne op de verschillende zorgeenheden, de gebruikte materialen en de orde en netheid in het woonzorgcentrum. De resultaten van de fotoshoot worden in 2015 besproken met de verschillende woonzorgcentra, een bespreking die moet resulteren in een aantal verbeteracties.
3.3. Opleiding referentieverpleegkundigen •
onze referentieverpleegkundigen volgden in 2014 een opleiding van 40 uren ‘zorginfectie, zorghygiëne en zorginfectiebeleid‘. Deze opleiding werd georganiseerd door het NVKVV.
17
WARME MAALTIJDEN
18
WARME AVONDMALEN VOOR DE BEWONERS IN DE WOONZORGCENTRA EEN GESMAAKT PROJECT De omschakeling van warme lijn naar een ontkoppeld kookproces werd gerealiseerd in 2012. Het jaar nadien werd vooral gewerkt rond het verfijnen van de menuplanning en het verbeteren van de kwaliteit van de geleverde maaltijden. In 2014 werd gestart met één warm avondmaal per maand. De regeneratiekarren die aanwezig zijn in de decentrale keukens maken het mogelijk om ook tijdens het avondmaal warme gerechten aan te bieden: balletjes in de tomatensaus, vol-au-vent, loempia…. Op de bewonersraden in de woonzorgcentra werd het project zeer sterk gesmaakt. De vraag werd gesteld of de frequentie van warme maaltijden niet kon worden opgetrokken. Sindsdien wordt er door de centrale keuken met veel plezier elke 14 dagen een warme maaltijd voorzien voor de bewoners. De volgende winterperiode 2015-2016 wordt dit nog versterkt en zal er elke week een warm avondmaal worden aangeboden. Samen met de warme maaltijden voorziet de keuken ook 2 maal per maand een volwaardige koude schotel ( haring – tonijn met perzik – maatjes - …. ). Dit gehele aanbod doorbreekt het monotone aanbod van brood en charcuterie binnen het avondmaalconcept, wat resulteert in een enorme meerwaarde zowel naar afwisseling als naar kwaliteit toe.
19
OPSTART ANTENNES
20
OPSTART ANTENNES DIENSTENCENTRA ZORG DICHTER BIJ DE BEWONERS VAN DE DEELGEMEENTEN BRENGEN Het staat buiten kijf en talrijke onderzoeken bevestigen dat de sociale cohesie in onze samenleving verbrokkelt en de vanzelfsprekende natuurlijke zorgbronnen, zoals familiale verbanden, verdwijnen door allerlei omstandigheden. Waar vroeger de buurtwinkel, de postbode, de leverancier aan huis nog enige vorm van sociale controle vertegenwoordigden en een rol hadden, is dit nu in onze digitaal georganiseerde maatschappij en omwille van de economische leefbaarheid verdwenen. Onderzoek bij 60-plussers toont aan dat deze mensen wel degelijk weten wat er ter rapen valt op de markt van de zorg, maar zeer moeilijk de stap er naartoe zetten. Naarmate men hoogbejaard wordt, ziet men een verhoogde dreiging van isolement van kwetsbare mensen.
2. 3. 4. 5. 6.
dienstencentra, antennes van dienstencentra, benutten van publieke entiteiten zoals buurthuizen. Laagdrempelig en outreachend werken om de toegankelijkheid te vergroten Participeren aan een divers en kwaliteitsvol aanbod van zorg (als laagste trap van een zorgcontinuüm) Mee behartigen van kwaliteitsvolle zorgtrajecten Bijzondere aandacht en detectiegevoeligheid ontwikkelen voor de meest kwetsbaren Versterken van onze “hefbomen”: vrijwilligers en mantelzorgers.
Deze werkingen zullen vorm moeten krijgen en groeien binnen een proces waarbij gebruikers, vrijwilligers en medewerkers betrokken zijn. De opening en operationalisering van 2 antennepunten in 2015 werd voorbereid. Naamgeving:
Vanuit de reglementering worden de opdrachten van de dienstencentra meer als thuiszorgondersteunend, drempelverlagend naar de zorg en met een outreachend karakter omschreven.
Antennepunt Belsele Antennepunt Nieuwkerken
Met de ontwikkeling van de dienstencentra (De Wilg en een nieuw LDC op de Gerdasite) en de antennes van de dienstencentra (Belsele, Nieuwkerken en later Sinaai) willen we bijdragen tot de verhoging van de levenskwaliteit van plaatselijke bewoners , hun deelname aan het sociaal leven bevorderen en de plaatselijke sociale cohesie versterken.
In de antennes zullen volgende zaken worden aangeboden: • warme maaltijden • kapsalon • mogelijkheid tot het nemen van een bad • cafetaria • informatie en advies m.b.t. zorgvragen • intake hulpvragen • eerste registratie en doorverwijzen hulpvragen.
In 2014 werd een visie uitgewerkt en geconcretiseerd in een aantal acties voor de volgende jaren: 1. De bereikbaarheid van functies zoals ze aanwezig zijn in ‘t Punt en het LDC verhogen door het ontwikkelen van meerdere aanspreekpunten, bv. meerdere
Het aanbod:
Inschrijvingen zullen gebeuren via de balies van het WZC of telefonisch bij de dienstencentrumleiders.
Bereikbaarheid en laagdrempeligheid, 1 aanspreekpunt voor zorgvragen ‘t Punt heeft zijn profiel waargemaakt. Via mond tot mond reclame zijn we vooral in Sint-Niklaas bekend en gewaardeerd. Dit staat in schril contrast met de deelgemeenten. Het is de bedoeling om de antennes te benutten om het element zorg dichter bij de plaatselijke burgers te brengen. Dit kan door reeds bestaande permanentie-uren uit te breiden en bijkomende contactmomenten te organiseren. De medewerkers sociale dienst woonzorgcentra zijn organiek ondergebracht onder de thuiszorg. Hierdoor worden ’t Punt en de antennes van het LDC aanspreekpunten voor zorgvragen via een systeem van permanenties en trajecten van zorgvragen. Kwaliteitsvolle zorgtrajecten en verwerking van zorgvragen De medewerkers Woonzorg werken een systematiek uit m.b.t. het behandelen van zorgvragen en het includeren van die zorgvragen in opvolgingstrajecten. Het vernieuwde geautomatiseerde dossier opvolgingsysteem COT moet hierbij ondersteuning geven. Alle medewerkers van alle zorgvormen dienen hierbij eenzelfde visie uit te dragen en zich te richten op afstemming en samenwerking ten bate van de gebruikers. Bijzondere aandacht en detectiegevoeligheid ontwikkelen voor de meest kwetsbaren In de toekomst zullen via outreachende activiteiten kwetsbare gebruikers benaderd worden en wordt er gewerkt naar het ontwikkelen van zorgnetwerken. Hierbij spelen mantelzorgers en vrijwilligers een belangrijke rol. Het zal dan ook een uitdaging zijn om hen te werven, te ondersteunen en te waarderen in hun rol als zorgondersteuner.
21
ZOEM!
22
ZOEM! ZORG OP ELK MOMENT PIONIERS IN DE ZORGSECTOR De vergrijzing leidt tot een stijgend aantal chronisch zieken en een toenemende multimorbiditeit bij zorgvragers. De vermaatschappelijking van de zorg wordt in elke zorgsector doorgedreven. Chronische ziekte wordt gekenmerkt door lange duur en er is sprake van een grote verscheidenheid aan aandoeningen. In het algemeen worden chronische ziekten omschreven als irreversibele aandoeningen zonder uitzicht op volledig herstel en met een relatief lange ziekteduur en dus ook een langdurig beroep op zorg. Vier typen chronische ziekten: • • • •
levensbedreigende ziekten zoals kanker en beroerte; aandoeningen die tot periodiek terugkerende klachten leiden, zoals astma en epilepsie; aandoeningen die progressief verslechteren en invaliderend van aard zijn, zoals reumatoïde artritis en chronisch hartfalen; chronische psychische stoornissen.
Bij multimorbiditeit treden meer ziekten tegelijk op. Multimorbiditeit is de algemene term voor het optreden van meer dan één (chronische) ziekte in één individu tijdens een bepaalde periode. Multimorbiditeit leidt vaak tot extra gezondheidsproblemen De aanwezigheid van twee of meer chronische ziekten leidt regelmatig tot problemen bij de gebruikers, zoals beperkingen in functioneren en verlies van kwaliteit van leven, meer zorggebruik, meer kans op complicaties bij behandeling en een hogere kans op vroegtijdige sterfte. Omdat er vaak veel verschillende zorgverleners betrokken zijn bij de behandeling, dreigt de zorg versnipperd te raken.
De overheid legt de nadruk op de vermaatschappelijking van de zorg. Dit vertaalt zich in regelgevingen waarbij de toegangen tot elke residentiële zorg vernauwd worden. Op de eerste lijn ontstaat hierdoor de nood aan specialistische zorg. De thuishospitalisatie in de thuiszorg maar ook in de thuisvervangende milieus zoals de woonzorgcentra, dagverzorgingscentra, kortverblijven ... is een feit.
•
Gevolg hiervan zijn bijsturingen in reglementeringen zowel op Vlaams als Federaal niveau die dit moeten operationaliseren. De instroom naar zorgberoepen wordt sterk gestimuleerd en binnen de zorgberoepen wordt de verdeskundiging doorgedreven. Concreet betekent dit dat verschillende poetshulpen binnen onze organisatie de opleiding tot zorgkundige volgen en dat verschillende verzorgenden ingestapt zijn in bijscholingsmodules om het certificaat van zorgkundige te halen. Binnen de thuisverpleging voltrekt zich eenzelfde evolutie.
Zorgkundigen combineren dit met kleine huishoudelijke activiteiten en spenderen 30 minuten aan deze zorg. Hiermee kunnen ze in die tijdspanne 8 gebruikers helpen per avondronde. Verpleegkundigen concentreren zich op de strikt verpleegkundige opdrachten. Verpleging aan huis en de dienst voor gezinszorg van ‘t Punt pionieren in deze materie. Daarom wordt het project met toenemende interesse gevolgd vanuit de overheden. De formule is succesvol voor alle betrokken partijen maar legt meteen ook een aantal probleemvelden bloot. Een aantal vanzelfsprekendheden zullen verdwijnen door deze ontwikkelingen: zorgkundigen in de thuiszorg hebben geen 9 to 5 job meer, de Vlaamse overheid zal de urencontingenten die besteed mogen worden aan uitzonderlijke uren moeten verbreden indien ze de eigen visie gerealiseerd willen zien …
Al deze evoluties hebben een effect op de taakinvullingen en in dat kader moet het Zoemproject gezien worden. Het Zoemproject is een samenwerking tussen Verpleging aan huis en de Dienst voor gezinszorg. Het project wil avondzorg aanbieden tot 21u ’s avonds. Het ondersteunt gebruikers bij de laatste zorg. Een zorg die perfect kan worden opgenomen door een zorgkundige i.p.v. een verpleegkundige omdat het toegelaten taken zijn voor zorgkundigen zoals: • • •
Klaarmaken voeding en controle op voedselinname bij diabetespatiënten Nakijken voldoende vochtinname (belangrijk bij o.a. CVA-patiënten) Uitkleden en in bed helpen van patiënten (kan gepaard gaan met intiem toilet)
• •
Extra aandacht voor voetverzorging, algemene hygiëne, … Ondersteuning van de verpleegkundige bij zwaar zorgbehoevende patiënten, waarbij de zorg moeilijk of niet alleen kan worden uitgevoerd Begeleiding en ondersteuning bij eenzame ouderen (partnerverlies, gezondheidsverlies, dementie, …).
Het samenwerken boven de organisatiegrenzen heen is boeiend en niet vanzelfsprekend. Het verzekeren van continuïteit en het inbouwen van flexibiliteit is voor de dienst voor gezinszorg een werkpunt. Het is belangrijk dat de communicatie tussen de avond- en ochtendzorg goed verzorgd wordt. Onze bevindingen en ervaringen kunnen van belang zijn voor andere organisaties die zich noodgedwongen, in de toekomst, op eenzelfde pad zullen moeten begeven.
23
Sociale dienstverlening
EEN AANTREKKELIJK AANSPREEKPUNT DE BALIE VAN HET WELZIJNSHUIS Op 10 november 2014 is het Welzijnshuis in gebruik genomen en op 12 december officieel geopend. In het Welzijnshuis vind je de sociale dienst van het OCMW en de welzijnsdiensten van de stad. De organisatie van de balie is een verdere stap in de samenwerking tussen beide. De gemeenschappelijke balie wordt bemand door personeel van zowel de stad als het OCMW, alsook de Huurdersbond. De aansturing ervan gebeurt door de teamverantwoordelijke van de balie en administratie sociale dienst OCMW. De balie is de eerste kennismaking met het Welzijnshuis. Wanneer iemand het Welzijnshuis binnenkomt, springt ze onmiddellijk in het oog. Een laagdrempelig en uitnodigend onthaal is een belangrijke doelstelling voor het Welzijnshuis. Iedere bezoeker van het Welzijnshuis wordt ontvangen door iemand aan de onthaalbalie . Daar zal hij/zij onmiddellijk worden geholpen door één van onze baliemedewerkers. De onthaalbalie is gedurende de volledige openingsuren van het Welzijnshuis bemand. Aan de onthaalbalie kunnen mensen terecht voor enkele algemene vragen, het maken van een afspraak en zich aanmelden voor een reeds gemaakte afspraak.
•
•
•
We streven naar een open, cliëntvriendelijk, laagdrempelig en vlot georganiseerd onthaal. Onthaalmedewerkers zijn als eerste aanspreekpunt hierin dus zeer belangrijk. Om deze reden werd er extra vorming voor alle baliemedewerkers voorzien. Deze vorming is zowel methodisch (klantgericht onthaal) als praktisch (o.a. software, productkennis, kennismaking van de verschillende diensten…). De dagelijkse bemanning van de balie gebeurt door:
Afhankelijk van de gestelde vraag, wordt er doorverwezen naar:
• •
•
• •
•
wachtzone: hier kunnen mensen plaatsnemen indien zij langskomen voor een afspraak of een permanentie van één van de diensten in het Welzijnshuis. De betrokken medewerker dient hen daar op te halen. snelbalie: aan deze balie kan men terecht voor een
aantal administratieve handelingen zoals het aankopen van taxicheques, indienen en ophalen van medische kaarten, het opvragen van allerhande attesten, alsook voor hulp bij het opladen van de budgetmeter, enz... woonloket: specifieke vragen rond het thema wonen kunnen hier gesteld worden. Van daaruit wordt mogelijks verder doorverwezen. Ook een overzicht van panden die momenteel te huur staan in Sint-Niklaas en de deelgemeenten kan men hier opvragen. loket kinderopvang: voor elke vraag met betrekking tot kinderopvang, wordt doorverwezen naar het loket kinderopvang. Dit is telkens in de voormiddag bereikbaar. maatschappelijk assistent van team onthaal: die zit eveneens aan de balie. Hij of zij kan de producten die een (beperkt) sociaal onderzoek vergen afleveren.
•
1 onthaalmedewerker 1 snelbaliemedewerker (die eveneens onthaal doet als er iemand extra aan het onthaal binnenkomt) 1 woonloketmedewerker 1 maatschappelijk werker (in de mate van het mogelijke fysiek aanwezig) 1 onthaalmedewerker die de telefonie en de e-mail vragen verzorgt.
25
RAP OP STAP
26
RAP OP STAP VIERT ZIJN EERSTE VERJAARDAG In november 2013 startte het OCMW met het sociaal reisen vrijetijdskantoor Rap op Stap. Vanuit de sociale dienst vinden we het belangrijk om in te zetten op sociale, culturele en sportieve participatie. Het deelnemen aan culturele en maatschappelijke activiteiten kan immers activerend werken en op verschillende terreinen deuren openen. Vrijetijdsparticipatie zorgt er mee voor dat mensen uit hun isolement geraken en (terug) een plaats kunnen vinden in de samenleving. Ook vanuit gezondheidsperspectief is het noodzakelijk om af en toe een mentale en fysieke timeout in te bouwen en tijdelijk te kunnen ontsnappen aan stress.
dat met vrijwilligers werkte. In januari stapte ook het Welzijnshuis in Blankenberge in de formule met vrijwilligers. Onze vrijwilligers zijn ervaringsdeskundigen, daardoor staan ze dicht bij onze klanten en kunnen ze hen goed adviseren. Momenteel bestaat het team uit 7 vrijwilligers, begeleid door een maatschappelijk assistent van het team vorming en tewerkstelling. Onze vrijwilligers werken in duo’s en vullen elkaar perfect aan. Zo kan de ene beter met de computer werken terwijl de andere net verbaal sterker is. De vrijwilligers worden ondersteund vanuit het OCMW. Er is regelmatig overleg en zij kregen verschillende vormingen. Eerst hebben zij een opleiding gevolgd over het Voor mensen met een gering inkomen is dit niet zo evident. boekingssysteem en Rap op Stap. Verder kregen ze een baZij moeten financiële keuzes maken en voor vakanties en sisvorming onthaal en telefoon en een vorming over het vrije tijd schiet er meestal niets of heel weinig over. werken met een computer. De vrijwilligers luisteren goed en proberen te achterhalen Het OCMW is al langer lid van Steunpunt Vakantieparti- wat de mensen exact willen, zodat ze hen een vakantie op cipatie. Zij brengen sociale organisaties, met hun klanten, maat kunnen aanbieden. Niet alleen onze klanten maar en de toeristische partners, met hun speciaal voor Vakan- ook onze vrijwilligers voelen zich in hun sas bij dit project. tieparticipatie uitgewerkt aanbod, samen. Vakantieparticipatie voert hierover de onderhandelingen, de verminde- We startten in 2014 met twee halve dagen maar onderringen worden gedragen door de vakantie-aanbieders zelf. tussen is het Rap op Stapkantoor 3 halve dagen per week Rap op Stap, een verlengde van Steunpunt Vakantiepar- geopend: maandagnamiddag, woensdagvoormiddag en ticipatie, is een vorm van reiskantoor waar mensen zelf vrijdagnamiddag. kunnen komen boeken. Voor het bestaan van het reiskantoor werd er geboekt door de maatschappelijk assistenten Het zichtbaarder en toegankelijker maken van de reeds van het OCMW. Mensen die geen uitkering kregen van het bestaande dienstverlening, is een wezenlijk onderdeel van OCMW kwamen hier dus zelden terecht. Dit terwijl vele de werking van Rap Op Stap. mensen hiervoor toch in aanmerking komen. De verschil- Hierin verschilt het Rap op Stapkantoor van Sint-Niklaas lende categorieën zijn: van de andere Rap op Stapkantoren. Al van voor de ope• personen met een leefloon ning van het Rap op Stapkantoor deed het OCMW inspan• personen met OMNIO of WIGW-statuut ningen om mensen met een laag inkomen leuke ontspan• werknemers van sociale en beschutte werkplaatsen ningsmomenten aan te bieden. Zo heeft het OCMW van • mensen in budgetbegeleiding of schuldbemiddeling. Sint-Niklaas met meer dan 50 verenigingen (sportclubs, musea, enz.) een samenwerkingsovereenkomst afgesloten, Door het lidmaatschap van het OCMW bij Rap op Stap zor- waarbij het ondermeer tussenkomt in de abonnementen gen we er mee voor dat het aanbod bij de juiste mensen en lidgelden voor haar cliënteel. Ook cinematickets en terechtkomt. toegangskaarten voor optredens en theatervoorstellingen Tot januari 2015 waren we het enige Rap op Stapkantoor worden regelmatig verdeeld. Verder bespreken we met
elke kandidaat-reiziger telkens ons systeem van de Kansenpas. Rap op Stap helpt niet alleen bij het zoeken naar een prettige activiteit of vakantie, maar ook bij de praktische kant van een uitstap, bijvoorbeeld het vervoer. In 2014 boekten we 32 daguitstappen (voor 62 personen), 22 reizen (voor 55 personen), 51 personen kwamen informatie vragen maar kwamen ofwel (nog) niet in aanmerking of kwamen niet meer terug. Het ROS (Rap Op Stap) loopt goed. We zien nu al een grotere participatie van onze vrijwilligers en steeds meer mensen die langskomen voor een daguitstap of een vakantie. We zien echter ook dat er nog steeds een hoge drempel is voor een aantal culturele zaken, plaatselijke evenementen en groepsactiviteiten. Vandaar dat we denken aan een buddysysteem. Vanuit het ROS zien wij de buddy als een vrijwilliger die een tijdje optrekt met iemand, mee drempels overstapt en nieuwe en vooral positieve ervaringen mogelijk maakt. Het ontwikkelen van een aanbod met aandacht voor het wegwerken van niet-financiële drempels, zoals beperkte mobiliteitsmogelijkheden, het niet goed weten wat men kan verwachten en hoe zich te gedragen, geen direct gezelschap, schaamte,… is eveneens opgenomen in de werking van ons Rap Op Stapkantoor. Het buddyidee is nog jong, maar we hebben al een succes(je) geboekt : een dame, die alleen nooit op een uitstap zou gaan, werd begeleid door een van onze vrijwilligers en ze hebben er samen een leuke dag aan overgehouden. In de opstart zouden het de vrijwilligers zijn van Rap op Stap maar dit zou kunnen groeien, net als het Rap op Stapkantoor zelf. Andre: “Het doet mij veel om zoveel mensen tevreden te kunnen stellen.”
27
TEXTIELSORTERING TEXMIX
28
TEXTIELSORTERING TEXMIX: OP NAAR TEWERKSTELLING VIA EEN TAALBAD INSPELEN OP EVOLUTIES Inspelen op evoluties en maatschappelijke noden en een passend antwoord aanbieden, is een uitdaging waar het OCMW en de sociale dienst voor staat. De sociale dienst beoogt op een effectieve en efficiënte wijze te reageren op tendensen binnen het cliëntenbestand en een passend aanbod te bieden. Een voorbeeld hiervan is het Texmix voortraject. Door de toestroom van het aantal Syriërs eind 2013, stelden we binnen ons cliëntenbestand een groei vast van mensen met een specifiek profiel. Het betrof een groep mensen die op zich relatief snel inzetbaar waren op de arbeidsmarkt, maar vooral ernstig belemmerd werden door de beperkte kennis van het Nederlands. Zij hadden een schoolse ervaring tot hoger opgeleide universitaire opleidingen en/of professionele ervaringen in het land van herkomst, maar konden hier niet aan de slag wegens de taal. De meesten onder hen waren nieuwkomers die nog niet lang in België verbleven. Specifiek voor deze groep is het voortraject Texmix uitgewerkt. Het opzet van het traject was om met een 12-tal anderstalige mensen gedurende 6 maanden intensief aan hun Nederlands te werken en hen te laten kennismaken met werken in België. Het doel was om de deelnemers een adequate voorbereiding te geven voor een doorstroom naar de arbeidsmarkt (sociale economie of privé). Vanuit de dienst werd de integrale trajectbegeleiding gehanteerd. Uitgangspunt hierbij is de maatzorg en de empowermentgedachte. Er is gekeken naar de interesses en sterke punten van de cliënt om een traject met maximale ondersteuning uit te bouwen. De koppeling en verwevenheid van taalverwerving en tewerkstelling, was het kenmerk van dit voortraject. Bij
de start van het traject werd een taalbad aangeboden. Dit was essentieel om te kunnen participeren aan de activiteiten. De algemene aanpak van de lessen Nederlands was altijd om van een concrete situatie te vertrekken, die zo dicht mogelijk aansluit bij de leefwereld van de cursisten en hun toekomstige werkomgeving. De input van de cursisten is hierbij onmisbaar. Deze functiegerichte opdrachten bereiden de cursisten voor op reële spreeksituaties op de werkvloer. De arbeidsmatige activiteiten, met name de textielsortering, waren een middel om het Nederlands onder de knie te krijgen en door oefening het geleerde Nederlands uit de taallessen te oefenen. Er was steeds een duidelijke terugkoppeling naar de lessen taal tijdens de activiteiten op de werkvloer. Nederlands verwerven was daardoor geen schoolse aangelegenheid maar levensecht. Men sprak in de les over wat men deed in textielsortering en andersom.
van OCMW Sint-Niklaas. Van de 10 deelnemers stroomden er meteen aan het einde van het project 9 door naar een tewerkstelling in het kader van artikel 60 van de OCMW-wetgeving, in de sociale economie van vzw den Azalee. Eén medewerker van deze 9 kon tijdens het traject artikel 60 doorstromen naar een tewerkstelling in het NEC. Eén medewerker koos ervoor niet door te stromen naar de sociale economie en begon met Free Lance contracten in de muziekwereld. We kunnen dus stellen dat het voortraject liep zoals vooropgesteld.
Er is ook voldoende aandacht besteed aan basisattitudes die noodzakelijk zijn om aan het werk te gaan en vooral te blijven. Om hen allen een realistisch beeld te laten vormen van de arbeidsmarkt, werden er in de loop van het voortraject 2 bedrijfsbezoeken in de privé sector georganiseerd, en werden alle werkvloeren van VZW den Azalee bezocht. Ook de externe stage was een essentieel onderdeel van het voortraject. Op deze manier werden ze voorbereid op een verdere tewerkstelling en werden zij geëvalueerd. Om hun netwerk te verruimen en om hen de sociale diensten van de stad Sint-Niklaas te laten kennen, werd er een dienstentocht georganiseerd en brachten we een bezoek aan het Red Star Line museum in het kader van 50 jaar migratie. Concreet zijn er een 20-tal mensen uitgenodigd voor een screening en 10 personen zijn gestart in dit voortraject. Het betrof 10 deelnemers vanuit het team langdurige begeleiding en het team vreemdelingen 29
Preventie
GEZOND SINT-NIKLAAS Het Waasland zette 2014 gezond in. Maar liefst zeven gemeente- en OCMW-besturen van de regio van Logo-Waasland vzw ondertekenden het charter ‘Gezonde Gemeente’, waaronder natuurlijk ook de stad en het OCMW van Sint-Niklaas. Zij willen in de nabije toekomst meer werk maken van gezondheidsbevordering bij de inwoners en de medewerkers. Soms lezen we dat het niet goed gesteld is met onze gezondheid. Een goede gezondheid hangt voor een groot deel samen met een gezonde levensstijl. Gezonde voeding, stoppen met roken, vaccinaties, valpreventie … dragen hiertoe bij. Daarom vinden wij het als stad en OCMW onze gezamenlijke taak om rond deze thema’s te werken.
Grote banners sierden de gevels van de OCMW- en stedelijke gebouwen. Op 7 oktober spelden OCMW-voorzitter Mike Nachtegael en secretaris Tjeu van Diessen het roze lintje, symbool van de strijd tegen borstkanker, op bij de diensthoofden. Daarbij vroegen ze aan de diensthoofden dat zij op hun beurt het roze lintje opspelden bij hun medewerkers. De medewerkers konden ook naar infosessies over de nog altijd meest voorkomende doodsoorzaak bij vrouwen. Medewerkers die borstkanker gehad hebben, deden hun getuigenis in beide personeelsmagazines.
In oktober, de internationale maand waarin borstkanker en borstkankerpreventie alle aandacht krijgt, lanceerden stad en OCMW een grote campagne rond borstkankerpreventie.
31
PERSONEELSTEVREDENHEID
WEL IN JE VEL - JOUW MENING TELT TEVREDENHEIDSENQUÊTE OCMWPERSONEEL Tijdens de periode van 11 september tot 24 oktober 2014 werd bij het personeel van het OCMW een tevredenheidsenquête afgenomen. Dit gebeurde door onze externe preventiedienst Provikmo onder de noemer ‘WEL IN JE VEL – jouw mening telt’. Deze enquête was in navolging van de vorige die plaats had in 2009. Deze vorige tevredenheidsenquête is indertijd de aanleiding geweest tot het opstarten van tal van verbeterprojecten: het intern communicatieplan, het aanwezigheidsbeleid in functie van het terugdringen van het ziekteverzuim, de aanstelling van de ploegverantwoordelijken voor de hoteldienst, de nieuwe werking van de keukens, de groepsbevorderende activiteiten, … 1. HOEVEEL MEDEWERKERS HEBBEN DE ENQUÊTE INGEVULD? 307 respondenten op 832 medewerkers hebben de enquête ingevuld ofwel een responspercentage van 36,90%. Voor een aantal personeelsgroepen (hoteldiensten, keukens en verzorgenden residentieel en logistieke hulpen) is het responspercentage dus eerder laag. De resultaten voor deze personeelsgroepen moeten dan ook met de nodige omzichtigheid worden behandeld. 2. RESULTATEN 1. Algemene resultaten 6 op 10 van onze medewerkers zijn tevreden tot zeer tevreden. Bijna 1 op de 5 medewerkers is eerder tot
32
Opgesplitst per personeelsgroep geeft dit volgende responsresultaten:
PERSONEELSGROEP
RESPONSRESULTAAT
Paramedici, animatoren, dagelijks verantwoordelijken seniorenzorg, hoofdverpleegkundigen en verpleegkundigen
43,57%
Verzorgenden residentieel en logistieke hulpen
22,59%
Thuiszorg behalve administratie hiervan
42,70%
Hoteldiensten
25,41%
Keukens
25,42%
Technische dienst, logistiek, post en koerier, repro
42,86%
Administratie
60,87%
Sociale dienstverlening inclusief administratie hiervan
66,07%
zeer ontevreden. Daarmee ligt de tevredenheid van de OCMW-medewerkers in lijn met de tevredenheid van medewerkers bij andere organisaties. Meer in detail en vergeleken met de tevredenheid van medewerkers bij andere organisaties (= benchmark) geeft dit het volgende: Indictatorpercentages op algemene tevredenheid van de organisatie
OCMW SINT-NIKLAAS (307) Zeer tevreden
15,31
Eerder tevreden
45,60
neutraal
16,29
eerder ontevreden
17,92
zeer ontevreden
4,89
Indictatorpercentages op algemene tevredenheid van de benchmarkt
BENCHMARK Zeer tevreden
16,18
Eerder tevreden
48,07
neutraal
17,79
eerder ontevreden
13,37
zeer ontevreden
4,59
2. Resultaten per thema Over taakinhoud en relaties met collega’s en chefs zijn de medewerkers het meest tevreden. Minder scoren de arbeidscondities en de arbeidsvoorwaarden. Ook stress, loopbaanplanning en ontwikkelingsmogelijkheden en de combinatie werk-gezinsbalans vormen een aandachtspunt. Wat ook opvalt: tussen de 40 en 66 medewerkers geven aan dat ze al geconfronteerd zijn met verbaal geweld en zelfs pesterijen van collega’s of diensthoofden. Dit vormt een belangrijk aandachtspunt. 3. Resultaten per personeelsgroep 1. Paramedici, animatoren, dagelijks verantwoordelijken seniorenzorg, hoofdverpleegkundigen en verpleegkundigen. Algemene tevredenheid: 60% is zeer tevreden en tevreden. Aandachtspunten: taakinhoud, organisatiecultuur en stress. 2. Verzorgenden residentieel en logistieke hulpen
Algemene tevredenheid: 43% is zeer tevreden en tevreden. De medewerkers hier geven op verschillende thema’s een negatievere score. Zij zijn de personeelsgroep die het meest ontevreden is. 3. Thuiszorg behalve administratie hiervan. Algemene tevredenheid: 68% is zeer tevreden en tevreden. Aandachtspunten: arbeidsrelaties en – voorwaarden. 4. Hoteldiensten. Algemene tevredenheid: 65% is zeer tevreden en tevreden. De medewerksters hoteldienst scoren in het algemeen positiever dan het gemiddelde van de organisatie. 5. Keukens. Algemene tevredenheid: 67% is zeer tevreden en tevreden. Aandachtspunten: arbeidsrelaties, ontwikkelingsmogelijkheden, arbeidsvoorwaarden, cultuur, stress. 6. Technische dienst, logistiek, post en koerier, repro. Algemene tevredenheid: 67% is zeer tevreden en tevreden. Aandachtspunten: arbeidsvoorwaarden (inkomen), organisatiecultuur. 7. Administratie. Algemene tevredenheid: 73% is zeer tevreden en tevreden. De medewerkers van 33
Tevredenheidspercentage van de organisatie
OCMW SINT-NIKLAAS (307) Taakinhoud
% zeer tevreden
% eerder tevreden
% neutraal
% eerder ontevreden
% zeer ontevreden
14,98
52,77
17,26
11,40
3,58
Ontwikkelingsmogelijkheden
6,19
35,83
28,99
19,54
9,45
Relaties met collega’s en chefs
12,70
48,53
21,50
15,31
1,95
Organisatiecultuur
12,38
43,65
23,45
15,64
4,89
Arbeidscondities
8,79
37,79
28,01
17,26
8,14
Werk-gezinsbalans
13,68
38,76
28,01
14,66
4,89
Arbeidsvoorwaarden
8,79
35,83
30,29
15,96
9,12
Stress en loopbaanplanning
9,12
37,79
36,71
16,61
9,77
de administratie scoren in het algemeen positiever dan het gemiddelde van de organisatie. 8. Sociale dienstverlening inclusief administratie hiervan. Algemene tevredenheid: 57% is zeer tevreden en tevreden. Aandachtspunten: taakinhoud, cultuur (grensoverschrijdend gedrag door derden), werk-gezinsbalans, stress. 4. Resultaten per leeftijdscategorie, anciënniteit, contract en arbeidsregime. Wat de leeftijdsgroepen betreft, zijn de min 25-jarigen en de plus 54-jarigen in het algemeen minder tevreden. De overige leeftijdsgroepen zijn ofwel meer tevreden ofwel even tevreden als het gemiddelde van de organisatie. Medewerkers met meer dan 20 jaar anciënniteit zijn op alle thema’s minder tevreden. De overige anciënniteitsgroepen zijn ofwel meer tevreden ofwel even tevreden als het gemiddelde van de organisatie.
34
Personeelsleden met een deeltijdse tewerkstelling zijn over het algemeen minder tevreden dan hun collega’s die voltijds werken. Enkel over de combinatie werk – gezinsbalans zijn ze meer tevreden. Bij contractuelen is de ontevredenheid iets hoger dan bij statutairen. Tot slot scoren leidinggevenden positiever op alle thema’s dan niet-leidinggevenden. 3. WAT GAAN WE MET DEZE RESULTATEN DOEN. Uit de resultaten van dit onderzoek komen een aantal aandachtspunten naar voor. We weten nu waarover de medewerkers tevreden en minder tevreden zijn. Om hierop op een goede manier te kunnen inspelen, is verder onderzoek wenselijk. We willen immers preciezer weten waarom de medewerkers minder tevreden zijn over bepaalde thema’s. Daarom zullen in het najaar van 2015, eveneens onder begeleiding van Provikmo, acht werkgroepen worden opgestart. Deze werkgroepen worden samengesteld uit medewerkers van de verschillende personeelsgroepen. De bedoeling van deze werkgroepen bestaat erin om dieper in te gaan op de resultaten van deze tevredenheidsenquête, de bestaande aandachtspunten
verder uit te diepen en te komen tot een reeks van verbetervoorstellen. Het is op basis van deze verbetervoorstellen uit de acht werkgroepen, dat het managementteam van het OCMW begin 2016 een definitief actieplan zal opmaken.
35
Huisstijl
NIEUWE HUISSTIJL: SINT-NIKLAAS ALS STERK MERK! Op 4 november lanceerden stad en OCMW hun nieuwe gezamenlijke huisstijl. Een half jaar werkten beide communicatiediensten intensief samen aan de ontwikkeling ervan, samen met de firma Nelson Inspires uit Leuven. Dat de stad en het OCMW samen deze nieuwe huisstijl lanceren, is best uniek. Als centrumstad en OCMW zijn we hiermee een voorloper. Het nieuwe logo is een strakke en vereenvoudigde weergave van de vorm van de Grote Markt, het symbool bij uitstek voor Sint-Niklaas. Het marktplein is het bruisende hart van de stad en de ontmoetingsplaats voor mensen van alle verschillende achtergronden en culturen. De lijnen op het logo symboliseren de belangrijkste looplijnen tussen de luifels op de markt. Met de nieuwe huisstijl willen stad en OCMW hun dienstverlening duidelijk herkenbaar maken voor inwoners en bezoekers. Eenvormigheid en eenheid van stijl zijn daarbij belangrijk. Bovendien worden meer en meer diensten ondergebracht op één locatie en gaan ze daar samenwerken of zelfs helemaal versmelten. Naast het algemene logo zijn er deellogo’s beschikbaar voor diensten met een eigen publiekswerking, die zich zo kunnen profileren als een sterk merk. Zo profileert onze woonzorg en thuiszorg (thuiszorgcentrum ’t Punt) zich voortaan als Woonzorgnetwerk. Dé blikvanger van deze ‘synergie’, het Welzijnshuis, kreeg onmiddellijk het nieuwe kleedje aangemeten. En ook alle grote communicatiemedia van stad en OCMW zaten bij de lancering onmiddellijk in de nieuwe huisstijl: websites, banieren, Stadskroniek, briefhoofden, omslagen…
37
Communicatie
NIET IN ONS ÉÉNTJE NAAR EEN EXTERN COMMUNICATIEPLAN VOOR HET OCMW
Onder het motto ‘Onbekend is onbemind?’ hield het OCMW van 15 mei tot 5 juni een bevraging bij de bevolking van Sint-Niklaas naar de bekendheid van de dienstverlening, het imago en de communicatie van het OCMW. De bevraging diende als insteek en 0-meting voor het externe communicatieplan. De opmaak van het externe communicatieplan is één van de acties uit de beleidsnota van het OCMW. We willen immers alle inwoners en welzijnsorganisaties in de toekomst beter informeren en sensibiliseren en in het bijzonder de meest kwetsbare doelgroepen. Bevraging online en op papier Kennen de inwoners van Sint-Niklaas het OCMW van Sint-Niklaas? Weten ze waarvoor ze bij het OCMW allemaal terecht kunnen? Zetten ze de stap naar het OCMW of liever niet? Bereikt het OCMW de mensen die dit het meest nodig hebben? Kennen de mensen ons van onze website, folders, via de stadskroniek, krantenartikels of via via? Hoe kunnen we de bevolking en onze (mogelijke) klanten nog beter bereiken? Op deze en andere vragen zochten we een antwoord via de bevraging. Geïnteresseerden konden de bevraging online invullen op www.ocmwsintniklaas.be of www.sint-niklaas.be. Wie de bevraging liever op papier
invulde, kon een vragenlijst afhalen en invullen op 40 locaties in Sint-Niklaas en de deelgemeenten. Ruim 600 mensen vulden de bevraging in. 700 mensen werkten eraan mee Naast de bevraging liepen tegelijkertijd ook een aantal focusgroepen om de kwalitatieve invalshoek uit te diepen. Een kernteam samengesteld uit een afvaardiging uit de diverse departementen, de secretaris en de communicatieambtenaar ging met de vele gegevens aan de slag. De stuurgroep met externe stakeholders uit partnerorganisaties fungeerde als GPS en wees ons mee de weg vanuit de ervaringen en bevindingen van de leden met de beoogde doelgroepen. Dens communicatie begeleidde en stuurde de totstandkoming van het externe communicatieplan. De grote lijnen en voorgestelde acties zijn ook teruggekoppeld aan een vertegenwoordiging van externe partners die vanuit hun deskundigheid en ervaring intensief meewerkten aan het plan. In totaal zijn bijna 700 personen betrokken bij de totstandkoming van het plan. We doen het dus niet in ons eentje. Naast de bepaling van doelstellingen, beoogde doelgroepen, communicatiemix en –acties ligt de focus ook op de ontwikkeling van monitoring- en evaluatie-instrumenten die ons helpen om de externe communicatiedoelstellingen, beoogde resultaten en acties te ontwikkelen, (bij) te sturen en te evalueren. 7 strategische communicatiekrachtlijnen We bundelen alle externe communicatieacties onder zeven strategische communicatiekrachtlijnen (7 SK): 1. Klant is koning: Het OCMW communiceert vanuit de vraag van de klant zelf, niet vanuit het eigen aanbod. Klantvriendelijkheid staat hierbij centraal. 39
2. Een huis van vertrouwen: Het OCMW profileert zich als een huis van vertrouwen met oog en oor voor iedereen. 3. Met de deur in huis: Het OCMW zet in op een proactieve benadering van klanten en potentiële klanten. Ambassadeurs van de organisatie leggen gerichte huisbezoeken af. 4. Niet in ons 1tje: Het OCMW werkt nauw samen met een netwerk van primaire partners en intermediairen. Zij houden mee de vinger aan de pols, zodat hulpbehoevenden tijdig opgespoord worden. 5. Durven en doen: Het OCMW Sint-Niklaas draagt haar pioniersrol op het vlak van woonzorg actief verder uit. 6. Met de tijd mee: Het OCMW communiceert op een eigentijdse manier. De website vormt de draaischijf van de externe communicatie en stuurt de digitale middelen van het OCMW mee aan. 7. Op een stevige basis: OCMW-medewerkers op alle niveaus bepalen mee het imago van de organisatie. Ze houden zich aan de gedragscode die deel uitmaakt van de huisstijl van de organisatie. In totaal zitten er 44 acties in het plan waaronder 26 externe communicatie-acties en 18 interne acties gebundeld in 7 interne werkpunten. 7 interne werkpunten De externe communicatie heeft immers alleen kans op slagen als de interne werking van het OCMW hierop afgestemd is en alle medewerkers de stijl van het huis mee uitdragen.
40
1. Organisatiestructuur met aanspreekpunten 2. De (huis)stijl van de OCMW-medewerkers 3. Geen goede externe communicatie zonder goede interne communicatie 4. Communicatietoets in alle teams 5. Korte contactlijnen met (potentiële) klanten 6. Aandacht voor klachten en meldingen 7. Een stevige onderbouw voor alle communicatieambities Een groep medewerkers werkt een aantal acties verder uit tot een concrete projectfiche tijdens een communicatiedag op 31 maart. De uitvoering van het plan wordt over enkele jaren gespreid met quick-wins, prioritair aan te pakken acties en ... Meten = weten Om de actiefiches concreet uit te werken en de voortgang van acties te meten en te evalueren, zetten we zowel kwantitatieve als kwalitatieve pre- en posttestinstrumenten in. Zo krijgen we een evenwichtig beeld van de voortgang en kunnen we de uitvoering van het extern communicatiebeleidsplan opvolgen en waar nodig bijsturen. Tevens Het externe communicatiebeleidsplan wordt in de zomer van 2015 voor goedkeuring voorgelegd aan de OCMW-raad.
Synergie
SYNERGIE TUSSEN STAD EN OCMW DE SAMENWERKING OPTIMALISEREN CONCRETE UITWERKING AANLEIDING Net zoals bij vele andere lokale besturen, bestaat ook in Sint-Niklaas sinds een aantal jaren het streven om de onderlinge samenwerking tussen stad en OCMW te verstreken en te formaliseren. Dit voornemen is ook prominent terug te vinden in de beleidsnota’s van beide besturen. In uitwerking hiervan werden in de loop van 2013 reeds een aantal beleidsbeslissingen genomen. Zo gingen het College en de OCMW-Raad principieel akkoord om synergie na te streven voor volgende diensten van stad en OCMW: • • • •
personeelsdiensten technische diensten logistiek/ administratieve dienst openbare werken/ aankoopdienst/ magazijnen welzijnsdiensten
ALGEMENE WERKWIJZE De concrete uitwerking van de verschillende synergietrajecten werd in het najaar van 2013 opgestart aan de hand van een aantal werkgroepen met de betrokken dienstverantwoordelijken. Het project wordt gecoördineerd door een stuurgroep bestaande uit beleidsverantwoordelijken en ambtenaren. Gezien de omvang en complexiteit van het project werd eveneens in het najaar van 2013 de beslissing genomen om een externe begeleiding in te roepen. Zo werd er met de firma Möbius een raamcontract afgesloten met een globale omschrijving van de opdracht. Naargelang de bestaande noden kan deze opdracht verder concreet worden ingevuld. 42
Personeelsdiensten Het traject rond de synergie van de personeelsdiensten werd opgestart met een reeks van individuele gesprekken waar alle betrokken medewerkers zelf hun mening/visie over het synergieverhaal kwijt konden. In 3 werkgroepen (HR, loonbeheer en tijdsadministratie) werd de huidige werking in kaart gebracht. Tevens werd een eerste aanzet genomen tot het afstemmen van de verschilpunten. Op basis van een opgemaakte taakinventaris in deze werkgroepen werd ook een analyse qua tijdsbesteding uitgevoerd. De conclusies hiervan werden meegnomen in de uitwerking van de toekomstige organisatiestructuur. Deze nieuwe organisatiestructuur werd uitgewerkt door een werkgroep met de leidinggevenden van de beide diensten. Naast een nieuw organogram met de bepaling van het aantal benodigde voltijds equivalenten, werden ook de toekomstige profielen voor de dienst uitgewerkt met telkens een meer gedetailleerde taakomschrijving. De definitieve vastlegging van dit alles gebeurde na een inspraakmoment waarbij de medewerkers zich konden uitspreken over de nieuwe organisatiestructuur alsook over de toekomstige rol die zij zichzelf hierbinnen toebedelen. Tot slot werden via een interne procedure de leidinggevende functies voor de toekomstige personeelsdienst ingevuld. In 2015 zal vooral werk worden gemaakt van de verdere uitwerking van de toekomstige processen. Tegen 1 januari 2016 moeten alle processen uniform zijn en moet de nieuwe manier van werken verankerd zijn. In de loop van 2015 verhuizen de twee diensten ook naar een nieuwe, gezamenlijke locatie in het stadhuis.
In het verlengde van de werkzaamheden rond de synergie van de personeelsdiensten, werden ook de arbeidsvoorwaarden, faciliteiten en voordelen voor alle personeelsleden van stad en OCMW in kaart gebracht en op elkaar afgestemd. Concreet ging het over zaken zoals uurregelingen, parkeermodaliteiten, activiteiten zoals nieuwjaarsreceptie en personeelsreis, … Het uitgangspunt hierbij was dat medewerkers van stad en OCMW die op dezelfde plaats/dienst werken en gelijkaardig werk doen, op een gelijke manier moeten worden behandeld. Bij dit alles werd gezocht naar een zo gunstig mogelijke regeling voor iedereen, dit binnen de bestaande budgetten. Cluster ‘techniek’ (technische diensten/ logistiek/ administratieve dienst openbare werken/ aankoopdienst/ magazijnen) De opzet hier was grotendeels hetzelfde als bij de personeelsdiensten. Ook hier waren er individuele gesprekken en werkgroepen waar de huidige werking in kaart werd gebracht. Tevens werd een nieuwe basisorganisatiestructuur voor het geheel van de cluster techniek uitgetekend. De werkzaamheden zijn echter minder verder gevorderd dan bij de personeelsdiensten. Aangezien al de hierboven vermelde diensten gehuisvest gaan worden in een nieuw gebouw op een nieuwe locatie, ging de aandacht hoofdzakelijk uit naar de voorbereiding hiervan: opmaak lastenboek met een scenariokeuze rond globale indeling gebouw, toewijzing aannemer,… In het najaar van 2014 werd effectief gestart met de werken aan het nieuwe gebouw. De ingebruikname ervan is voorzien voor mei 2015. In 2015 is eveneens de ingebruikname voorzien van een nieuw centraal magazijn voor stad en OCMW. In 2014 werden de voorbereidende werkzaamheden hiervoor eveneens opgestart.
Inhoudelijk zal er in 2015 verdergewerkt worden aan de toekomstige processen alsook de verdere uitwerking van de nieuwe organisatiestructuur voor de cluster ‘techniek’. Welzijnsdiensten Voor het geheel van de welzijnsdiensten werd een ietwat afwijkend traject gevolgd. De beleidskeuze hier was om de dienstverlening voorlopig niet te integreren. Via een aantal werkgroepen werd wel al werk gemaakt van een geïntegreerde baliewerking waarbij ook de openingsuren van beide organisaties op elkaar werden afgestemd en gelijkgesteld. De focus lag vooral op de opening van het nieuwe Welzijnshuis waar onder meer de welzijnsdiensten van stad en OCMW gehuisvest werden. In een werkgroep werd de hele verhuisoperatie grondig voorbereid en op woensdag 12 november 2014 ging het nieuwe Welzijnshuis open voor het publiek. Aan de organisatiestructuur van zowel de stedelijke welzijnsdiensten als de sociale dienstverlening van het OCMW werd in 2014 niets gewijzigd. Dit is gepland voor 2015.
43
Digitale goedkeuringsflow
PER JAAR 16.000 HANDTEKENINGEN OP PAPIER MINDER DIGITALE GOEDKEURINGSFLOW INKOMENDE FACTUREN In 2014 zijn er in de boekhouding een kleine 8.000 werkings- en investeringsfacturen geregistreerd volgens de nieuwe regelgeving van de Beleids- en BeheersCyclus (BBC). Al deze facturen moesten voor advies en goedkeuring worden gehandtekend door bestelgemachtigden, budgethouders, … Concreet wil dit zeggen dat er voor 1 factuur gemiddeld 2 handtekeningen moet worden verzameld, oftewel 16.000 in totaal. Om deze handtekeningen te verzamelen, moesten de budgethouders naar de dienst boekhouding komen. Daar lag hun stapeltje geregistreerde facturen te wachten op hun goedkeuring: “Mag deze factuur op het betreffende budget worden aangerekend?”. Tijden veranderen en budgethouders verhuizen naar andere locaties, dus was het tijd om het goedkeuringsproces te digitaliseren. Hierdoor kan de budgethouder vanop zijn thin client inloggen in het boekhoudprogramma en in het programma zelf zijn of haar goedkeuring geven. Zo hoeven ze geen verplaatsing te maken om hun facturen goed te keuren. Mooi in theorie, maar in de praktijk komt er wel wat bij kijken. Om op afstand te kunnen oordelen over een factuur, moet deze ook digitaal beschikbaar zijn voor de budgethouder. De medewerkers op de boekhouding kregen elk een speciale badge, zodat hun ingescande factuur rechtstreeks naar een vooraf bepaalde locatie op het netwerk wordt weggeschreven.
tuur digitaal moeten goedkeuren. Het boekhoudpakket moest zo worden ingesteld, dat aan elke factuur een groep kan worden meegegeven die deze factuur eerst naar persoon X stuurt voor advies en vervolgens naar persoon Y als budgethouder. Eens de factuur digitaal ter beschikking was en de goedkeuringsgroepen waren ingesteld, konden we op zoek naar een proefpersoon om de instellingen te testen en zo de nodige bijsturingen te doen. De budgethouder algemene zaken en al diegenen die zijn facturen van exploitatie voor advies moesten tekenen, mochten de spits afbijten. Door hun ervaringen hebben we dit proces kunnen optimaliseren. Eens het min of meer op punt stond, hebben we dit stap voor stap uitgebreid naar alle exploitatiefacturen van alle budgethouders. Her en der doken er nog verkeerde instellingen op, maar deze werden dan gecorrigeerd. Een volgende stap was dan om ook de investeringsfacturen te digitaliseren. Buiten de bestelbon, moest hier ook de beslissing bij de factuur zitten. Deze kan eenvoudig als extra bijlage in het programma worden geladen. Zo werden de grootste stromen aan inkomende facturen en hun validatie gedigitaliseerd. Hierdoor kan de budgethouder waar en wanneer hij toegang heeft tot het boekhoudprogramma, zijn facturen bekijken en valideren. Ook kan er op een eenvoudigere manier informatie uit het boekhoudprogramma worden gehaald, zonder dat we op zoek moeten naar een papieren factuur.
Vanuit het boekhoudpakket kan die ingescande factuur digitaal worden opgehaald en geregistreerd. Bij de registratie moet er een goedkeuringsgroep worden meegegeven. Deze groep bepaalt welke personen de fac45
ICT
KLAAR VOOR DE TOEKOMST VERNIEUWDE ICT-OMGEVING SERVERS Onze ICT-omgeving beschikt sinds 2014 over vernieuwde hardware oam plaats te bieden aan alle software, databanken, bestanden, mails, servers enz. van het OCMW. Hiervoor werden 12 servers aangekocht die verdeeld zijn over onze serverrooms in de Azalealaan en op de Grote Markt. Op deze 12 machines of ‘hypervisors’ draaien om en bij de 120 Windows en Linux servers voor software, bestanden en databanken. De vernieuwing was nodig omdat de vorige machines met een gemiddelde bezetting van 80 % bijna op hun tandvlees zaten. Door deze vernieuwing is de bezetting gedaald tot 20% waardoor onze organisatie de komende 5 jaar probleemloos kan uitbreiden en kan voldoen aan de toenemende eisen die ontstaan door de groeiende automatisering. De machines zijn van het merk Fujitsu type Primergy RX 300 S8 met daarin 40 logische processoren en 196 GB RAM (Random Access Memory). De koppeling met de SAN/storage gebeurt tegen een snelheid van 8 GB/ sec. Dit komt neer op een verdubbeling van de snelheid tegenover deze in de oude omgeving. Alle servers draaien in een cluster onder het platform VMware virtualisatie ESX 5.1. De cluster staat in HA of high availability die ervoor zorgt dat bij een hardware defect of uitval van één van de 12 machines, de andere 11 probleemloos overnemen zonder dat de gebruiker hier iets van merkt.
ber channel disk omdat dit het snelst toegankelijk is. De schijven draaien elk aan een snelheid van 15.600 toeren waardoor ze sneller informatie opslaan en informatie ter beschikking kunnen stellen. Dit systeem kan ook modulair en eenvoudig worden uitgebreid. Dit is belangrijk voor de verdere digitalisatie (denk maar aan het inscannen van papieren archieven) van onze organisatie. De machine is volledig klaar om ons de komende 5 jaar voldoende capaciteit en snelheid te bieden. Een belangrijk detail is dat er twee storage boxen opgesteld zijn: één in elke dataroom. Deze twee boxen zijn een volledige spiegel van elkaar. Bij een ernstig probleem op één van de beide sites in de dataroom (brand, wateroverlast, ….) is onmiddellijk een volledig up to date identieke omgeving beschikbaar van de site die schade heeft geleden.
SAN/STORAGE Omdat de vernieuwing van de servers een grondige opwaardering betekent, moet ook de opslagruimte van de 120 servers de hogere snelheid aankunnen. We kochten hiervoor een Fujitsu Eternus DX 200 systeem met een totale capaciteit van 20 TB van type fi47
HET OCMW IN CIJFERS
800 700 600 500 400 300 200 100 0 jan-09 mrt-09 mei-09 jul-09 sep-09 nov-09 jan-10 mrt-10 mei-10 jul-10 sep-10 nov-10 jan-11 mrt-11 mei-11 jul-11 sep-11 nov-11 jan-12 mrt-12 mei-12 jul-12 sep-12 nov-12 jan-13 mrt-13 mei-13 jul-13 sep-13 nov-13 jan-14 mrt-14 mei-14 jul-14 sep-14 nov-14
jan-12 februari maart april mei juni juli augustus september oktober november december jan-13 februari maart april mei juni juli augustus september oktober november december jan-14 februari maart april mei juni juli augustus september oktober november december
SOCIALE DIENST SOCIALE DIENST IN CIJFERS
ONTHAAL HISTORIEK ONTHAAL: GEMIDDELDE AANTAL PER WERKDAG
25
20
15
10 5
0
LEEFLOON HISTORIEK LEEFLOON
49
TOTAAL AANTAL DOSSIERS MET LEEFLOON PER JAAR TOTAAL
AANTAL 2008
AANTAL 2009
AANTAL 2010
AANTAL 2011
AANTAL 2012
AANTAL 2013
AANTAL 2014
1013
1053
1163
1115
1067
1057
1152
Het aantal leefloners per maand ligt een stuk lager dan in de periode 2009-2010. Het totaal aantal leefloners per jaar daarentegen is hoger dan in 2009, en haalt bijna het aantal van in 2010. Dit betekent dat er meer mensen zijn die een korte(re) periode leefloon genieten. In 2014 is er een lichte stijging van het aantal -25jarigen, van 30% naar 33%. En een lichte daling van de 65+ers, die gaan van bijna 6% naar 3,5%. BIJSTAND
HISTORIEK BIJSTAND
300 250 200 150 100 50 jan-12 februari maart april mei juni juli augustus september oktober november december jan-13 februari maart april mei juni juli augustus september oktober november december jan-14 februari maart april mei juni juli augustus september oktober november december
0
AANTAL DOSSIERS MET AANVULLENDE STEUN PER JAAR TOTAAL
50
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
117
186
170
154
170
160
125
2014 164
ART. 60 AANTAL PERSONEN IN ART. 60 PER JAAR 300 250 200 150 100
2014
2013
2012
2011
2010
2008
2007
2006
2005
2004
2003
0
2009
50
DOORSTROMING ART.60 DOORSTROMINGSCIJFER
2012
2013
2014
Reguliere tewerkstelling privé
8
10
18
Interim
7
11
15
Kwalificerende opleiding+ werkloosheidsvergoeding
Dienstencheques regulier
2
3
1
Artikel 60
2
3
Reguliere tewerkstelling OCMW
1
1
Werkloosheidsuitkering
46
63
50
Zelfstandige activiteit
2
1
1
Leefloon/bijstand
15
18
9
Wep+
2
3
7
Leefloon na eerste sanctie RVA
Doelgroepmedewerker andere werkplaats
1
1
Doelgroepmedewerker Azalee
8
2
Beschutte werkplaats Sine IBO
DOORSTROMINGSCIJFER
2012
2013
2014 4
1
Ziekte-uitkering/ invaliditeit
15
Buitenland
2
1
Detentie
2
1
1
Geen inkomen (samenwonend, ten laste)
5
2
Onbekend
6
2
8
127
121
120
1
1
TOTAAL
3 1
1
BUDGETHULPVERLENING AANTAL DOSSIERS OPGENOMEN IN TEAM BUDGETHULPVERLENING TOTAAL
2010
2011
2012
2013
2014
140
158
165
179
190 51
WOONZORGCENTRA
WOONZORGCENTRA IN CIJFERS AANTAL OPNAMES 2011
AANTAL OPNAMES 2011
AANTAL OPNAMES 2011
AANTAL OPNAMES 2011
De Spoele (open in 2012) (120 opnamemogelijkheden)
0
65
39
28
De Plataan (80 opnamemogelijken)
51
3
21
34
Populierenhof (80 opnamemogelijkheden)
18
31
26
24
17
12
63 incl.bewoners St-Katharina
15
65
77
46
47
GEMIDDELDE LEEFTIJD 2011
GEMIDDELDE LEEFTIJD 2011
GEMIDDELDE LEEFTIJD 2011
GEMIDDELDE LEEFTIJD 2011
De Spoele (in 2011 Albert-Elisabeth)
81
82
84
85
De Plataan
84
80
83
82
Populierenhof
83
82
84
86
Het Lindehof
86
80
83
84
Ter Wilgen
82
82
81
84
BEZETTINGSCIJFER 2011
BEZETTINGSCIJFER 2011
BEZETTINGSCIJFER 2011
BEZETTINGSCIJFER 2011
De Spoele (in 2011 Albert-Elisabeth)
96,33%
94,83%
95,55%
99,14%
De Plataan
93,44%
76,74%
68,42%
94,47%
Populierenhof
97,20%
94,40%
95,12%
98,48%
Het Lindehof
90,55%
97,32%
94,60%
96,68%
Ter Wilgen
91,37%
89,60%
96,53%
98,39%
WOONZORGCENTRA
Het Lindehof (90 opnamemogelijkheden) Ter Wilgen (177 opnamemogelijkheden)
WOONZORGCENTRA
WOONZORGCENTRA
52
THUISZORG
THUISZORG IN CIJFERS CIJFERGEGEVENS AVONDDIENST Opstart: maandag 03.11.14 Periode 2014: 03.11.14 - 31.12.14 Aantal gepresteerde dagen in 2014: 59 Aantal gepresteerde uren in 2014: 231,45 AANTAL UITZONDERLIJKE PRESTATIES: Van 20u - 21u tijdens weekdagen: 41uur Van 17u tot 21u tijdens weekend: 72uur Gemiddeld aantal uren/dag: 3,9 uur/dag Gemiddeld aantal verplaatsingen per dag: 6 Aantal cliënten 2014: 7 Aantal verplaatsingen per avond: 6 Gemiddeld aantal kilometers per avond: 19km GEMIDDELDE VERPL AATSINGSTIJD: per avond: 45 minuten per verplaatsing: 7,5 min GEMIDDELDE PRIJS PER HULPBEURT: Voor 8u op weekdagen: 2,4€/half uur Na 8u op weekdagen en op zaterdag: 3,25€/half uur Zondag en feestdagen: 4,3€/half uur
53
PERSONEEL
PERSONEEL IN CIJFERS PERSONEEL PER CATEGORIE OP 1 JANUARI 2012
2014
2015
FTE
KOPPEN
FTE
KOPPEN
FTE
KOPPEN
FTE
KOPPEN
statutairen
365,40
483,00
359,62
479,00
350,80
467,00
356,50
470,00
TOT. STATUTAIREN
365,40
483,00
359,62
479,00
350,80
467,00
356,50
470,00
168,35
218,00
170,05
225,00
161,50
222,00
165,90
225,00
jobcreatie
1,00
2,00
2,00
3,00
1,00
2,00
1,00
2,00
gesco
84,25
104,00
84,00
113,00
87,95
120,00
87,60
113,00
253,60
324,00
256,05
341,00
250,45
344,00
254,50
340,00
wep +
15,00
15,00
15,50
16,00
17,50
18,00
18,30
19,00
art.60
105,90
108,00
111,30
113,00
119,90
122,00
129,60
132,00
Dienstencheques
4,80
6,00
3,30
4,00
3,25
4,00
2,25
3,00
Brugproject
8,95
17,00
7,80
15,00
7,37
14,00
11,05
21,00
Bio (beroepsinlevingsovereenkomst)
1,80
3,00
2,41
4,00
2,41
4,00
2,40
4,00
TOT. SOCIALE TEWERKSTELLINGEN
136,45
149,00
140,31
152,00
150,43
162,00
163,60
179,00
TOTAAL
755,45
956,00
755,98
972,00
751,68
973,00
774,60
989,00
contractuelen (art.56,…) sif/gemeentefonds
TOT. CONTRACTUELEN
54
2013
OCMWFINANCIËN
OCMW-FINANCIËN IN CIJFERS In 2014 is de nieuwe reglementering in verband met de Beleids- en BeheersCyclus (BBC) ingevoerd. Hierdoor is de gemeentelijke bijdrage geen bijpassing meer in het tekort van een OCMW, maar is ze een onderdeel geworden van de opbrengsten van het OCMW. Om te bepalen of er een financieel evenwicht is, wordt er in de BBC gekeken naar het resultaat op kasbasis en naar de autofinancieringsmarge. Het resultaat op kasbasis (€ 13.303.288) is het saldo van het gecumuleerde budgettaire resultaat en de bestemde gelden. Het is met andere woorden het totaal aan beschikbare liquide middelen op het einde van het financiële boekjaar indien alle kortetermijnvorderingen en -schulden zouden gerealiseerd zijn, waarbij de middelen die al een bestemming hebben gekregen, in mindering worden gebracht. We beschikken hier over € 7.300.527 méér dan voorzien in het budget (€ 6.002.761). Anderzijds hebben we op de investeringsuitgaven € 7.162.672 minder uitgegeven dan voorzien (€ 9.234.759 i.p.v. € 16.397.431), maar zullen deze uitgaven in de toekomst nog volgen. Per saldo zitten we dus net op schema.
ringsmarge gepland om tekorten in latere jaren van het meerjarenplan op te vangen. Wat de staat van kosten en opbrengsten betreft, zijn de kosten voor bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen goed voor € 37.533.226. De specifieke kosten sociale dienst OCMW dragen voor € 8.300.456 bij in de kosten, waarvan € 7.235.112 gesubsidieerd of gerecupereerd is. Per saldo bedragen de kosten sociale dienst dus € 1.065.344. De opbrengsten uit de werking zijn goed voor € 21.965.563, terwijl de werkingssubsidies € 35.831.798 bedragen.
De exploitatie-uitgaven bedragen € 54.670.152 en de exploitatieontvangsten zijn € 59.075.471. Per saldo is er € 2.174.576 minder uitgegeven dan gebudgetteerd. De investeringsuitgaven zijn € 9.234.759 en de investeringsontvangsten € 1.285.283 oftewel per saldo € 5.760.852 minder dan in het investeringsbudget voorzien. De uitgaven van het liquiditeitenbudget bedragen € 2.962.748 en de ontvangsten van dit budget bedragen € 14.790.504. Per saldo is er € 1.196.421 minder uitgegeven dan in het budget is voorzien. De autofinancieringsmarge (€ 3.161.211) geeft weer hoeveel middelen er uit exploitatie overblijven nadat de periodieke leningsuitgaven hiermee reeds verrekend zijn. Er was in 2014 een overschot op de autofinancie55
JAARREKENING
EINDBUDGET
INITIEEL BUDGET
4.405.319
2.230.343
1.319.193
A. Uitgaven
54.670.152
58.321.345
58.454.401
B. Ontvangsten
59.075.471
60.551.688
59.773.594
16.512.650
16.512.650
20.223.483
42.562.821
44.039.038
39.550.111
-7.949.476
-13.710.328
-13.669.938
A. Uitgaven
9.234.759
16.397.431
16.757.041
B. Ontvangsten
1.285.283
2.687.103
3.087.103
III. ANDERE ( B -A)
11.827.756
13.024.177
13.024.177
A. Uitgaven
2.962.748
3.009.239
3.009.239
2.962.748
3.009.239
3.009.239
2.462.748
2.509.239
2.509.239
500.000
500.000
500.000
14.790.504
16.033.416
16.033.416
14.733.017
15.970.000
15.970.000
57.487
63.416
63.416
57.487
63.416
63.416
IV. BUDGET TAIR RESULTAAT BOEKJAAR ( I+II+III )
8.283.599
1.544.192
673.432
V. GECUMULEERD BUDGET TAIR RESULTAAT VORIG BOEKJAAR
5.260.999
4.583.211
5.298.282
VI. GECUMULEERD BUDGETTAIR RESULTAAT ( IV+V )
13.544.598
6.127.403
5.971.714
241.310
124.642
83.587
241.310
124.642
83.587
13.303.288
6.002.761
5.888.127
RESULTAAT OP KASBASIS I. EXPLOITATIEBUDGET ( B -A)
1.a. Belastingen en boetes 1.b. Algemene werkingsbijdrage van andere lokale overheden 1.c. Tussenkomst door derden in het tekort van het boekjaar 2. Overige II. INVESTERINGSBUDGET ( B -A)
1. Aflossing financiële schulden a. Periodieke aflossingen b. Niet-periodieke aflossingen 2. Toegestane leningen 3. Overige transacties B. Ontvangsten 1. Op te nemen leningen en leasings 2. Terugvordering van aflossingen van financiële schulden a. Periodieke terugvorderingen b. Niet-periodieke terugvorderingen 3. Overige transacties
VII. BESTEMDE GELDEN ( TOESTAND OP 31 DECEMBER ) A. Bestemde gelden voor exploitatie B. Bestemde gelden voor investeringen C. Bestemde gelden voor andere verrichtingen VIII. RESULTAAT OP KASBASIS ( VI -VII ) 56
JAARREKENING
EINDBUDGET
INITIEEL BUDGET
6.002.456
3.953.069
3.041.919
A. Exploitatieontvangsten
59.075.471
60.551.688
59.773.594
B. Exploitatie-uitgaven exclusief de nettokosten van schulden (1-2)
53.073.015
56.598.619
56.731.675
54.670.152
58.321.345
58.454.401
1.597.137
1.722.726
1.722.726
2.841.246
3.007.396
3.007.396
A. Netto-aflossingen van schulden
1.244.108
1.284.670
1.284.670
B. Nettokosten van schulden
1.597.137
1.722.726
1.722.726
3.161.211
945.673
34.523
AUTOFINANCIERINGSMARGE I. FINANCIEEL DRAAGVLAK (A- B )
1. Exploitatie-uitgaven 2. Nettokosten van de schulden II. NETTO PERIODIEKE LENINGSUITGAVEN (A+B )
AUTOFINANCIERINGSMARGE ( I - II )
VEEL MEER CIJFERS OVER ONZE DIENSTVERLENING IN 2014 KUNT U RAADPLEGEN OP WWW.OCMWSINTNIKL AAS.BE, BELEIDSINFO, JAARVERSL AGEN. 57
CONTACTGEGEVENS DIENSTEN OCMW SINT-NIKLAAS OCMW SINT -NIKLAAS
WOONZORGNETWERK
WOONZORGCENTRA
Abingdonstraat 99 9100 Sint-Niklaas Tel: 03 778 60 00 Fax: 03 778 60 01 e-mail:
[email protected] website: www.ocmwsintniklaas.be
Lamstraat 23 9100 Sint-Niklaas Tel: 03 778 55 55 e-mail:
[email protected] website: www.tpunt.be
WZC TER WILGEN Hospitaalstraat 10 9100 Sint-Niklaas Tel: 03 778 58 00
Openingsuren onthaalbalie: • •
elke werkdag van 8.30 tot 16.30 uur op dinsdag tot 19.30 uur.
WELZIJNSHUIS Abingdonstraat 99 9100 Sint-Niklaas Tel: 03 778 66 66 e-mail:
[email protected] Openingsuren onthaalbalie: • •
elke werkdag van 8.30 tot 16.30 uur op dinsdag tot 19.30 uur.
Openingsuren onthaalbalie: •
elke werkdag van 9 tot 12.30 uur en van 13 tot 16 uur
Spreekuren ‘info en advies’: • •
elke werkdag van 9 tot 12.30 uur in de namiddag op afspraak
WZC DE SPOELE Lamstraat 44 9100 Sint-Niklaas Tel: 03 778 50 00 WZC HET LINDEHOF Kerkstraat 11 9111 Belsele Tel: 03 778 52 00
WZC POPULIERENHOF Woonzorgnetwerk is ook het aanspreekpunt voor alle Turkyen 2 vragen rond serviceflats de Goudbloem en De Pries- 9100 Nieuwkerken teragie, ouderenwoningen, ouderenflats Sint-Rochus, Tel: 03 780 57 00 dagverzorgingscentrum De Sprankel en de woonzorgWZC DE PL ATAAN centra. Hospitaalstraat 12 9100 St-Niklaas Tel: 03 778 54 00 SOCIALE DIENST WOONZORGCENTRA Lamstraat 44 9100 Sint-Niklaas Tel. 03 778 55 90 of 91 E-mail:
[email protected]
VZW DEN AZALEE Heistraat 115 9100 Sint-Niklaas Tel. 03 766 70 45 Fax. 03 766 70 46 E-mail:
[email protected] Website: www.vzwdenazalee.be 58
59
V.U.: Mike Nachtegael, Abingdonstraat 99, 9100 Sint-Niklaas