2
Ontwikkeling van vriendschappen per leeftijd
5
Training sociale vaardigheden Wat leren kinderen hier?
6
Cyberpesten Een jongen vertelt hoe hij hier mee omging
In elke T een Po ipkrant sta at sitief Opvo the ed Tipkra ma centraal. en nt
6 en vrie : Opvoeden ndsch ap
Nr. 6
Opvoedtips en informatie voor álle ouders > Positief Opvoeden; Opvoeden & vriendschap, voorjaar 2013
Editie van regio Noord-Veluwe
Regio Noord-Veluwe biedt hulp Wat lees je in deze Tipkrant? Uit onderzoek blijkt dat vriendschap kunnen sluiten een van de belangrijkste voorwaarden is voor de sociale en emotionele ontwikkeling van kinderen. Door met andere kinderen te spelen leren ze zich te verplaatsen in een ander, leren ze zichzelf beter kennen en leren ze omgaan met conflicten. De ontwikkeling van vriendschap begint al op jonge leeftijd en je kunt je kind daarbij helpen als hij dit lastig vindt. Lees snel verder in deze Tipkrant over vriendschappen van kinderen, online vriendschappen en de ontwikkeling van vriendschappen. Ook staat de Tipkrant weer vol tips, ervaringen en informatie van andere ouders, kinderen en professionals die met Positief Opvoeden werken. Want als je als kind vaardigheden leert om vrienden te maken en te houden, heb je hier de rest van je leven plezier van!
Positief Opvoeden werkt Voor alle ouders > Lin, 8 jaar
Cheng, hoe leer je Lin een goede vriendin te zijn? “Meidenvriendschappen, als kind begreep ik er al helemaal niets van en nu als ouder weet ik ook niet wat ik er mee aan moet. Mijn dochter Lin heeft verschillende vriendinnetjes en 1 hartsvriendin, of zoals zij het noemen, een “Best Friend Forever.” Tenminste, vandaag is het haar hartsvriendin. Morgen of over een uurtje kan Lin ineens een briefje krijgen dat ze geen vriendinnen meer zijn en dat ze stom is. Lin snapt er ook niets van en wordt er echt verdrietig van. Ze kan niet bedenken wat ze heeft gedaan. Ik weet niet goed hoe ik er mee om moet gaan, zo’n berichtje kan je toch niet serieus nemen? En dan, uit het niets, zijn ze de volgende dag ineens weer hartsvriendinnen. Het lijkt mij het beste om de dames het maar samen uit te laten
zoeken en het allemaal niet al te serieus te nemen. Maar voor Lin is het natuurlijk wel heel serieus.
Oplossen of loslaten? Ik vraag me af of ik Lin moet leren om dit soort relatieproblemen op te lossen. Aan de ene kant wil ik haar leren om niet zomaar op te geven in een vriendschap, aan de andere kant weet ik dat vriendschappen bij kinderen soms vluchtig kunnen zijn en vaak wisselen. Het lijkt mij het handigste om
aan Lin te vragen wat zij wil. Ze zegt dat ze Monique heel leuk vindt en dat ze haar niet kwijt wil raken, maar dat ze het helemaal niet leuk vindt dat Monique ineens boos op haar kan worden. We besluiten samen een plan te maken hoe Lin en Monique hartsvriendinnen kunnen blijven en daarbij minder ruzie maken.”
Wil je weten welk plan Cheng en Lin hebben bedacht? Lees verder op pagina 3.
Welke normen en waarden je jouw kind wilt bijbrengen, is voor elke ouder anders. Hoe je gedrag van kinderen het beste kunt sturen, is uitgebreid onderzocht. Dit onderzoek en praktijkervaring laten zien dat Positief Opvoeden van Triple P kinderen de beste kansen geeft om zich goed te ontwikkelen. Bewezen is dat kinderen die positief worden opgevoed, zich prettig voelen en weinig risico lopen op het ontwikkelen van gedragsproblemen. Ouders die positief opvoeden vinden het ouderschap plezieriger. Ze hebben volop tijd en energie om te genieten van hun kinderen.
Wat is Triple P? Lees meer op pagina 8.
Voor het adres van het CJG bij jou in de buurt Zie pagina 8
2 Opvoeden & vriendschap
Wist je dat baby’s van 6 maanden interesse krijgen voor andere baby’s en daarom positief gedrag uiten. Bron: Child Psychology
Een kwart van alle kinderen sluit online vriendschap met de ouders. Bron: Norton Online Living Report
Ontwikkeling van vriendschappen
93 % van de kinderen op de basisschool heeft meer dan 2 goede vrienden. Bron: Van Dorsselaer, Zeijl, Van den Eeckhout, Ter Bogt & Vollebergh, 2007
Het hebben van goede vrienden is belangrijk voor het zelfvertrouwen van kinderen. Kinderen die vriendjes of vriendinnetjes hebben, zijn over het algemeen gelukkiger en hebben plezier op school. Uit onderzoek blijkt dat kinderen die positieve vriendschappen op de basisschool hebben, als tiener minder kans hebben op het ontwikkelen van gedrags- en emotionele problemen. Bovendien beschermt het hebben van vriendschappen kinderen tegen pesten.
> 0-4 jaar Sinds steeds meer kinderen naar kinderdagverblijven gaan en langdurig contact hebben met andere kinderen (ongeveer 3 dagen per week), zie je op deze leeftijd een vorm van vriendschap ontstaan. Steeds meer onderzoek laat zien dat kinderen op deze leeftijd al intense vriendschappen met elkaar kunnen opbouwen. Kinderen proberen contact met elkaar te maken, ofwel door elkaar aan te raken of door elkaar na te doen.
> 4-8 jaar
Ontwikkeling van vriendschap op de peuterspeelzaal Op peuterspeelzaal ‘t Kleinste Bootje in Elburg wordt Petronella gebracht. Ze ziet onmiddellijk Jessica. Ze begroeten elkaar. Is dit al vriendschap? Peuterleidster Riekie Roth vertelt dat je nog niet meteen kunt spreken van vriendschap, maar dat in de groei van baby tot peuter wel een enorme ontwikkeling plaatsvindt in het herkennen van elkaar. Riekie: “Baby’s vinden het leuk om naar elkaar te kijken. Je ziet aan hun mimiek en gedrag dat ze daarvan genieten.” Van naast elkaar spelen tot samen spelen “Bij peuters zie je hierin een enorme ontwikkeling,” vertelt Riekie. “Als kinderen twee jaar zijn, spelen ze vooral naast elkaar en imiteren ze elkaar. Wat de een doet, wil de ander ook. Ze kunnen zich echter nog niet goed inleven in de ander. Als ze drie jaar zijn, leren ze rekening te houden met elkaar. Je ziet soms dat ze een poging doen elkaar te troosten. Ook zie je dat ze elkaar helpen met bijvoorbeeld de jas aantrekken. Rond de leeftijd van drieënhalf jaar doen ze al rollenspelletjes.”
Stimuleren van sociale vaardigheden Op de peuterspeelzaal worden de kinderen ook sociale vaardigheden aangeleerd, vertelt Riekie. “We laten bijvoorbeeld een jas zien en vragen: Van wie is deze? Hiermee oefenen we betrokkenheid bij elkaar. In het kringgesprek vragen we ook altijd wie er is
en wie niet. Ook hiermee leren we kinderen naar anderen te kijken.”
Eigen wereld Riekie vertelt dat sommige kinderen het moeilijk vinden om met andere kinderen te spelen. “Daar kunnen verschillende oorzaken voor zijn. Soms zijn deze kinderen wat verlegen. Ik vorm dan een klein groepje waarin dit kind een plek krijgt. Met dit groepje doe ik dan een spelletje om hem of haar over de streep te trekken.”
belangrijk: zo weten kinderen wat wel en niet mag. Dit geeft veiligheid om lekker te kunnen spelen. Ik ben hierin zelf ook een voorbeeld voor de kinderen. Jessica pakte net een borstel af van Petronella. Daarna deed ik Jessica voor hoe ze ook de borstel had kunnen krijgen. Ik leer haar te vragen: Petronella, mag ik de borstel?”
> 8-12 jaar In de laatste klassen van de basisschool wordt het voor kinderen steeds belangrijker om geaccepteerd te worden door leeftijdsgenootjes. Ze willen graag bij een bepaalde groep horen. Ze gaan zich dan ook meer blootgeven en leren begrip voor elkaar te hebben. Ze kunnen zich beter in elkaar verplaatsen en willen dat hun vriend of vriendin zich goed voelt of het leuk vindt.
> 13-17 jaar De pubertijd is een periode waarin kinderen zichzelf ontdekken, zichzelf leren begrijpen en een grote lichamelijke ontwikkeling doormaken. Vriendschap is hierbij belangrijk om zich veilig te voelen, open te zijn, ervaringen te delen en eerlijk te zijn. Pubers doen hun best om bij een groep te horen, maar tegelijkertijd uniek te zijn.
Oplossen van ruzies “Er ontstaan ook wel eens ruzies. Meestal kijk ik die eerst even aan. Het is belangrijk dat je de kinderen kent. Ik observeer wat er gebeurt. Als het leeftijdsverschil te groot is grijp ik wel in, zeker als kinderen gaan slaan of schoppen. Ik vind het daarbij ook belangrijk dat ze leren het ook weer goed te maken. Meestal kunnen ze het ook zelf oplossen,” aldus Riekie. “Regels zijn hierbij
Vanaf 4 of 5 jaar maken kinderen nog actiever vriendschappen. Kinderen denken en doen nog sterk vanuit zichzelf. Vriendschappen ontstaan doordat kinderen veel tijd met elkaar doorbrengen, doordat ze bijvoorbeeld dicht bij elkaar wonen of samen in de klas zitten en doordat ze dezelfde interesses hebben. Op deze leeftijd leren kinderen vriendschappen maken. Ze leren wat ze wel en niet met elkaar kunnen doen, ze leren samenspelen en ruzie maken. Bij al deze activiteiten oefenen zij hun sociale vaardigheden, doordat ze rekening met elkaar leren houden.
Riekie Roth
Opvoeden & vriendschap 3
TopTips Welke tips passen bij jou? TopTip 1 Een goede gastvrouw of gastheer zijn Leer je kind wat het betekent om een goede vriend te zijn. Als nieuwe vriendjes komen spelen moeten ze zich thuis voelen. Daarvoor moet jouw kind een goede gastvrouw of gastheer zijn. Dit kan voor jou heel vanzelfsprekend zijn, maar je kind moet dit nog leren. Bespreek de regels die hierbij horen, zoals: bied de gast iets te eten of drinken aan, de gast mag eerst kiezen wat je gaat doen, laat zien waar de wc in het huis is etc.
TopTip 2 Calimero In sommige vriendschappen is veel ruzie. Kinderen zijn dan sterk tot elkaar aangetrokken en zitten elkaar constant in de haren, vooral meisjes. In dit soort situaties kunnen kinderen samen een
codewoord afspreken dat hen aan het lachen maakt. Als ze weer dreigen ruzie te maken, kan een van de twee het woord (bijvoorbeeld ‘Calimero’) roepen. Als ze dan beiden moeten lachen, verdwijnt de spanning en kan ruzie voorkomen worden.
TopTip 3 Leuke dingen in een doosje Ruzie ontstaat vaak omdat kinderen het niet eens kunnen worden over wat ze willen doen. Of ze vervelen zich en gaan kattekwaad uithalen. Zorg ervoor dat kinderen boeiende activiteiten hebben. Je kan bijvoorbeeld kinderen adviseren om samen met hun vriendje allemaal leuke activiteiten op te schrijven die ze alleen doen of met iemand. Op blauwe kaartjes schrijven ze de grotere activiteiten waar ze papa of mama bij nodig hebben, op
groene kaartjes dingen die je samen met een vriendje kunt doen (een spelletje) en op geel dingen die ze helemaal zelf kunnen (met Lego spelen, tekenen etc.). Als ze zich vervelen of het niet eens zijn over wat ze willen spelen kunnen ze een kaartje uit het kistje trekken.
TopTip 4 Regels voor regels Kinderen hebben duidelijke regels en grenzen nodig zodat ze weten wat er van ze verwacht wordt en hoe ze zich moeten gedragen, bijvoorbeeld bij het buitenspelen. Regels moeten vooral duidelijk maken wat een kind wél in plaats van niet mag doen (om de beurt spelen, handen en voeten bij je houden etc.). Ze werken het beste als ze eerlijk en redelijk zijn en gemakkelijk om op te volgen of te handhaven.
VRIENDSCHAPSPLAN CHENG “Om te beginnen heb ik met Lin afgesproken dat ik haar wilde helpen bij het opstellen van een plan, maar dat ik me er verder niet mee ging bemoeien. Ik vertelde haar dat zij ook een aandeel in de ruzie had en leerde haar het oude spreekwoord: ‘Waar twee vechten hebben twee schuld’.
Als eerste vroeg ik Lin wat zij belangrijk vindt in een vriendschap. Lin kwam met de volgende punten: • Vriendinnen steunen elkaar • Als je samen speelt, mag je om de beurt kiezen wat je wil doen • Je mag ook met andere kinderen spelen • Vriendinnen hebben geen geheimen voor elkaar
Lin’s plan
Daarna heeft Lin Monique bij ons thuis uitgenodigd om over de punten te praten. Ze heeft aan Monique gevraagd welke punten zij belangrijk vindt. Zo zijn ze samen tot een aantal punten gekomen, die ze daarna hebben opgeschreven in hun speciale vriendinnenboekje.
Praten met andere ouders
Zelf ben ik met de ouders van Monique gaan praten. Ik heb gevraagd wat zij vonden van de ruzies en of Monique er net zo verdrietig van werd als Lin. Dat bleek inderdaad het geval en we hebben samen nagedacht wat wij er aan kunnen doen als ouders.
Het belangrijkste vonden we dat we ons er zo min mogelijk mee bemoeien. Van ruzie maken leer je namelijk ook, zoals goed communiceren, gevoelens bespreken, onderhandelen, jezelf verdedigen en je verdiepen in gedachten en gevoelens van anderen. Uiteindelijk moeten de meiden het toch zelf leren oplossen.
Mogelijkheden Positief Opvoeden Elke ouder heeft duidelijke ideeën over de opvoeding, maar in de praktijk gaat het vaak anders. Iedereen komt wel eens in een situatie terecht waarbij je niet goed weet hoe je het aan moet pakken. Het is handig om te weten dat je niet alles zelf hoeft uit te vinden, dat veel ouders tegen dezelfde dingen aanlopen en dat er handvatten voor het opvoeden zijn. Als je begrijpt waarom je kind bepaald gedrag vertoont, kan je ook leren hoe je er voor kan zorgen dat je kind zich gedraagt zoals jij wilt. Bij Positief Opvoeden krijg je handvatten aangereikt. Je leert hoe je de ontwikkeling van je kind kan stimuleren en hoe je kan omgaan met veelvoorkomende lastige situaties. Je zal zien dat jij het gedrag van jouw kind kan beïnvloeden. Het is geen voorschrift voor hoe je moet opvoeden, want jij bepaalt zelf wat je belangrijk vindt in de opvoeding. Positief Opvoeden heeft verschillende mogelijkheden voor ouders:
Nieuwe vriendschappen
Verder heb ik met de ouders van Monique besproken dat het handig is om te stimuleren dat de meiden ook andere vriendinnen hebben. We merkten namelijk dat als Lin en Monique elke dag met elkaar speelden er veel ruzie was. Nu heeft Lin meerdere vriendinnen, maar Monique blijft natuurlijk altijd haar ‘Best Friend Forever’.”
TopTip Geef het goede voorbeeld Hoe los jij problemen op? Als kinderen hun ouders vaak ruzie zien maken, leren zij dat dit een manier is om een probleem op te lossen.
Kies wat bij jou past op www.positiefopvoeden.nl. Bij het Centrum voor Jeugd en Gezin in jouw buurt kan je ook altijd informeren naar de mogelijkheden.
4 Opvoeden & vriendschap
‘Goed’ ruziemaken leer je thuis Ruzie maken is van alle tijden en je komt het overal tegen: ver weg en dichtbij. Je kunt het niet ontlopen. Het begint al in de omgeving waarin je opgroeit. In elk gezin wordt ruzie gemaakt. Dat is maar goed ook, want ‘goed’ ruziemaken leer je thuis. Twee gezinnen van de Noord-Veluwe vertellen hierover én over hoe je het weer goedmaakt.
Familie Makkinga uit Elburg
Familie Meulenberg uit Wezep
Hinke en Arjan zijn de ouders van drie kinderen:
Wilfred en Corrie hebben vier kinderen:
Anne-Jet (13), Maartje (10) en Jochum-Jan (7)
Eliza (10), Tamar (8), Peter (5) en Marcus (3)
Hebben jullie als kinderen het fi jn met elkaar? Maartje: “Ja, alleen soms niet.” Jochum-Jan: “Ik speel soms leuk met Anne-Jet en Maartje maar we maken ook wel eens ruzie bijvoorbeeld over de afstandsbediening.” Anne-Jet: “Meestal wel, maar ik erger me ook wel eens aan hen.” Ouders: “Als het niet lekker loopt, dan proberen we uit te leggen wat er gebeurt en waarom. Je ziet dat ze het nog moeilijk vinden zich in de ander te verplaatsen. Dat hoort ook bij de leeftijd denk ik.”
TopTip Leren op je beurt wachten Als kinderen samen spelen en samen werken leert een kind op zijn beurt te wachten. Met bordspelletjes en computerspelletjes kunnen kinderen dit oefenen. Als je het spelletje meespeelt, kun je laten zien hoe het ‘om de beurt’ gaan werkt. Soms vinden kinderen het moeilijk om te zeggen wat ze willen. Help je kind door voor te doen wat hij kan zeggen – Jurre, zeg maar ‘Imran, jij bent al een keer geweest, nu ben ik aan de beurt.’ Geef je kind een compliment als hij rustig zegt wat hij wil.
Wat is ruziemaken? Maartje: “Je ergeren aan elkaar is niet echt ruzie.” Anne-Jet: ”Als je ruzie hebt, doe je heel boos.” Jochum-Jan: “Ik schreeuw wel eens als ik boos ben of iets anders wil.”
Hoe is de band tussen broertjes en zusjes?
Anne-Jet: “Dan gaan we naar mamma.” Maartje: “Als je iets niet leuk vindt, zeg je het.” Ouders: “Ik denk altijd: waarom is er op dit moment een conflict? Vlak voor het eten bijvoorbeeld is de bloedsuikerspiegel van de kinderen lager waardoor ze minder kunnen hebben. Dit is ook het geval als ze laat naar bed zijn gegaan. We zeggen dit ook tegen de kinderen, zodat ze begrijpen waarom er onenigheid is juist op die momenten.”
Wilfred en Corrie: “Hecht, de kinderen hebben erg veel aan elkaar. Ze hebben altijd iemand om mee te spelen! Je ziet dat er perioden zijn waarbij bepaalde kinderen meer of minder naar elkaar toe trekken. Dat heeft ook met het leeftijdsverschil te maken en de verschillende fasen die een kind doorloopt. Natuurlijk zijn ze elkaar ook wel eens zat en hebben ze behoefte aan rust of willen ze even niet samen spelen. Of ze willen juist met een vriendinnetje of vriendje spelen zonder broer of zus. Met spelletjes doen is het soms lastig dat de jongste ook heel graag wil meedoen, wat hij nog niet kan. Hierdoor is het lastiger het spel te spelen zoals het hoort. Dit geeft wel eens botsingen of irritaties. Gelukkig kunnen de oudste kinderen heel wat verdragen.”
‘Goed’ ruziemaken leer je thuis.
Wanneer was de laatste ruzie?
Jochum-Jan: “Ik vind stoeien wel leuk.” Maartje: “Dat is geen ruziemaken.” Ouders: “Boos zijn mag, maar we hebben wel regels. Als je boos bent doe je de ander geen pijn, noem je hen bij hun eigen naam en maak je niets stuk. Pak dan maar een kussen om op te slaan of stamp keihard met je voet op de grond ofzo. We praten regelmatig met de kinderen over hoe ze vinden dat het gaat. Wat vinden ze goed gaan en wat niet. Belangrijk is om ook in deze dingen reëel te zijn in onze verwachtingen naar elkaar. We hebben allemaal weleens onze dag niet!”
Wilfred en Corrie: “Eigenlijk gebeurt er bijna elke dag wel iets. Ruzie is dan een te groot woord maar ergernissen, meningsverschillen en irritaties zijn er gewoon. Daar moet je mee leren omgaan. Dat gaat de ene keer beter dan de andere keer.”
Hoe lossen jullie een ruzie weer op?
Hoe is de band over tien jaar? Wilfred en Corrie: “Tja, de oudste twee zijn dan volwassen en de jongste twee zijn pubers. Hopelijk is de band goed en blijven ze het leuk vinden om met elkaar op te trekken, elkaar te inspireren en
belangstelling voor elkaar te hebben. Wij als ouders hebben dan een andere rol; moeten meer loslaten en proberen om op een andere manier te begeleiden.”
Willen jullie reageren op de deze stelling: Uit onderzoek is gebleken dat ruzie tussen broertjes en zusjes goed is voor de ontwikkeling. Wilfred en Corrie: “Daar kunnen we ons wel in vinden. De kinderen leren om te gaan met anderen, gezond en respectvol assertief te zijn en te incasseren. Het is de wereld in het klein. Het is de kunst om na een ruzie weer met plezier met elkaar door één deur te kunnen en niet te blijven hangen in je boosheid.”
Opvoeden & vriendschap 5
Stop het pesten Als je zoon of dochter slachtoffer is van pesten staat hij of zij daarin niet alleen. Eén op de vijf kinderen maakt regelmatig dit soort dingen mee. Maar het feit dat pesten onder kinderen veel voorkomt wil niet zeggen dat het acceptabel is. Integendeel, pesten moet stoppen! Ernstige gevolgen Er zijn verschillende vormen van pesten zoals uitgescholden of buitengesloten worden of klasgenoten die je expres laten struikelen, je stiekem opwachten na school, je spullen verstoppen of je afpersen om geld te geven. Een redelijk nieuwe vorm van pesten die veel voorkomt is cyberpesten via internet. Maar op welke wijze ook gepest wordt, kinderen die regelmatig gepest worden, kunnen angstig, onzeker en verlegen worden. Ze kunnen ook lichamelijke klachten ontwikkelen zoals buikpijn, hoofdpijn en nachtmerries. En ze gaan met steeds meer tegenzin naar school. Pesten kan op langere termijn ernstige gevolgen hebben en leiden tot verlies van zelfvertrouwen en zelfrespect bij kinderen en zelfs depressie.
Verzwijgen Veel kinderen vertellen thuis niet dat ze gepest worden. Ze willen hun ouders niet teleurstellen – je bent immers niet populair – maar ze verzwijgen het ook uit angst dat het pesten dan erger wordt. Want stel je voor dat je vader of moeder zich ermee gaat bemoeien en de pestkop ter verantwoording roept!
Oplossen is ingewikkeld Elke ouder wil zijn kind beschermen tegen zulke ervaringen en algemeen geldt dat de school voor alle kinderen een veilige plek moet zijn. Maar pesten is een ingewikkeld probleem dat soms moeilijk uit te bannen lijkt. Er zijn slachtoffers, daders, de groep, leerkrachten en ouders bij betrokken. Al die mensen moeten meehelpen aan de oplossing ervan.
Wat kun je als ouder doen als je kind wordt gepest? • Vraag je kind precies te vertellen wat er is gebeurd. • Neem je kind serieus, vertel dat pesten veel voorkomt maar dat het niet normaal is. • Zeg dat jullie samen met anderen gaan proberen het pesten te stoppen. Benadruk dat je niets doet zonder dat je kind dat weet. • Neem contact op met de leerkracht van school. Die is er minder emotioneel bij betrokken en kan er speciaal op letten, zo nodig ingrijpen en pesten in de klas aan de orde stellen. Veel scholen hebben ook een pestprotocol, de leerkracht kan je hier meer over vertellen. • Bespreek en oefen met je kind wat hij kan doen in verschillende situaties. Op school kun je informeren naar de mogelijkheid van een socialevaardigheids training die je kind kan helpen om weerbaarder te worden. • Stimuleer het zelfvertrouwen van je kind, zoek samen naar activiteiten waar je kind goed in is, zoals sport, muziek of andere hobby’s. Prijs je zoon of dochter veelvuldig voor dingen die hij of zij goed doet.
Pestkoppen en meelopers Als je kind geen slachtoffer is maar de pestkop of een meeloper, is het net zo belangrijk om pestincidenten te bespreken zodra je ervan hoort. Ook dan kan het verstandig zijn om met de school van je kind te bepalen wat de beste strategie is om het probleem uit de wereld te helpen. Want ook kinderen die pesten missen belangrijke vaardigheden voor de sociale omgang met leeftijdgenoten.
Heb je nog vragen over het omgaan met pesten? Ga dan naar www.positiefopvoeden.nl. Hier kun je ook online een vraag aan een opvoedadviseur stellen.
Contact kunnen maken met anderen: de basis voor vriendschappen Sommige kinderen hebben moeite om voor zichzelf op te komen. Anderen hebben moeite met het maken van vrienden of worden gepest. Rico Smit, coördinator groepswerk van Maatschappelijke Dienstverlening Veluwe (MD Veluwe) vertelt dat er voor deze kinderen, in verschillende leeftijdscategorieën, trainingen zijn. Rico: “Door in een groep te oefenen en er met andere kinderen over te praten, leer je hoe je beter vrienden kunt maken. Door tips, adviezen en contact met leeftijdsgenootjes krijg je meer zelfvertrouwen en een positiever zelfbeeld. Waardoor contacten met leeftijdsgenoten beter verlopen.” Ook ouders worden bij de trainingen betrokken, vertelt Rico. “Zij kunnen kinderen stimuleren en met hen oefenen hoe je iets kunt aanpakken, zoals hoe je je voorstelt wanneer je op bezoek gaat bij iemand.” Voor ouders worden twee ouderavonden georganiseerd zodat de informatie voor ouders aansluit op het kinderprogramma.
zelfvertrouwen en leren hoe ze in bepaalde situaties anders kunnen gaan aanpakken. 3. voortgezet onderwijs (13-16 jaar) Voor jongeren uit het voortgezet onderwijs wordt een ‘empowermenttraining’ aangeboden. Hier leren jongeren grip te krijgen op hun leven, beter voor zichzelf op te komen, meer vertrouwen te krijgen en zich minder te laten beïnvloeden door anderen.
Voor jongeren op het voortgezet onderwijs is er een speciale, actievere training. ”Zij moeten actief aan het werk, bijvoorbeeld door rollenspellen en kickboksoefeningen. Jongeren ervaren waar hun krachten zitten en hoe ze die meer kunnen inzetten. Door succeservaringen op te doen wordt het zelfvertrouwen van de jongere vergroot.”
De trainingen zijn voor diverse leeftijdscategorieën: 1. basisonderwijs groep 3, 4 en 5 Bij deze leeftijdsgroep wordt gebruikgemaakt van het draaiboek ‘Tim en Flapoor’. Onder werpen die bijvoorbeeld aan bod komen zijn om de beurt praten, nee zeggen, zeggen wat je vindt/voelt/wilt en wat je kunt doen als je gepest wordt. 2. basisonderwijs groep 6, 7 en 8 Deze kinderen leren sociale vaardigheden en ontdekken zo welk effect hun gedrag heeft op anderen. De kinderen krijgen meer
TopTip Gericht prijzen Kinderen willen het graag goed doen; gedrag dat geprezen wordt zal zich dus vaker herhalen. Let er bij het prijzen op dat je zo precies mogelijk zegt wat je goed vindt. Hierdoor weet je kind welk gedrag je precies verwacht en zal hij dit vaker vertonen. Als kinderen bijvoorbeeld goed samen spelen, zeg dan: ‘Wat spelen jullie leuk samen!’ of ‘Wat goed dat jullie om de beurt met de vrachtwagen spelen!’
Rico Smit
Alle trainingen worden in het najaar weer aangeboden in samenwerking met het Centra voor Jeugd en Gezin, gezamenlijk door MEE Veluwe, Icare en MD Veluwe. De training wordt gegeven in een CJG in de regio, afhankelijk vanuit welke gemeente de meeste aanmeldingen binnenkomen. U kunt zich aanmelden bij het CJG in uw woonplaats of bij MD Veluwe (0900 23 00 230). Voor meer informatie belt of e-mailt u Rico Smit: 06 41 94 58 77 of
[email protected].
6 Opvoeden & vriendschap
Veilig Internetten Wil je meer weten over cyberpesten en hoe je veilig kunt internetten met je gezin?
Voor ouders: Kenniscentrum met informatie en tips over het omgaan met cyberpesten: mijnkindonline.nl
Voor kinderen: Tips en trucs voor kinderen over hoe je veilig kunt internetten en chatten: weetwatjetypt.nl Filmpje dat kinderen bewust maakt van de gevaren van cyberpesten en die ze kunnen doorsturen aan vrienden: keepcontrol.eu
‘Ik had niet veel zelfvertrouwen op het moment dat ik werd gecyberpest’ Sommige kinderen worden weleens gepest. Doordat kinderen tegenwoordig actief zijn op internet kunnen ze ook hier in situaties terecht komen waarin ze worden gepest. Jorrit (16) is zo’n jongen die is ‘gecyberpest’. Hij is blij dat zijn ouders niet direct met de ‘dader’ gingen bellen maar vooral aan Jorrit vroegen hoe ze hem konden helpen. Wat is volgens jou ‘cyberpesten’?
Hoe heb je gereageerd?
‘Het pesten van kinderen en mensen op internet op een manier waarop er vaak moeilijk iets aan te doen valt. Iedereen kan de vernederende woorden zien en lezen. Dat is vaak erg gênant en beschamend.
Ik heb het genegeerd en gedaan alsof er niets aan de hand was. Ik probeerde te doen alsof ik het niet gelezen had en als er iemand over begon deed ik alsof het me niet interesseerde wat anderen ervan vonden.
Hoe is dit bij jou begonnen?
Hoe zijn je ouders erbij betrokken?
Ik was ongeveer 12 jaar en zat op Hyves, een sociaal netwerk. Een vriend heeft toen een vervelende ‘krabbel’ (berichtje op profiel dat zichtbaar is voor iedereen) op mijn profiel geplaatst. Ook stuurde hij ‘krabbels’ naar anderen in mijn vriendengroep of ze mee wilden doen met mij negeren omdat ik irritant scheen te zijn. Ik vond het natuurlijk niet leuk, vooral omdat ik me erg machteloos voelde. Het was in een periode waarin ik niet veel zelfvertrouwen had en dit werd daardoor alleen maar erger.
Ik heb het mijn ouders verteld. Dat was wel moeilijk, maar mijn moeder reageerde erg behulpzaam. Ze luisterde goed, maar ging niet ineens dramatische acties uithalen, zoals de ouders van de jongen bellen. Dat wil je niet. Dan lijkt het alsof je het zelf niet aankunt. Ook al is dit soms wel zo, dat wil je niet laten merken. Ook relativeerde ze wat er was gebeurd, maar niet te overdreven. Dat was prettig. Ik voelde me hierdoor gewaardeerd en niet zo nutteloos en ‘vriendloos’ als daarvoor. Na het gesprek
met mijn ouders heb ik de jongen gesproken die het had geplaatst. Hij zei dat hij het niet zo slecht bedoelde en er spijt van had.
Hoe kijk je nu aan tegen vriendschappen? Niet anders dan voorheen. Het boeit me ondertussen ook minder wat anderen van me denken. Ik heb ook meer zelfvertrouwen.
Welke tip heb jij voor ouders? Luister goed naar je kind, doe geen overdreven dingen, praat er over en vertel wat je doet. Ga geen dingen achter de rug van je kind om doen. Als je kind daarachter komt, is het vertrouwen weg.’
Stel je vraag online!
TopTip Stel samen regels op voor social media
Toon belangstelling en bespreek zorgen
Kinderen tot 12 jaar Jonge kinderen hebben regels nodig, ook voor het gebruik van social media. Als je kind een profiel aanmaakt op een sociale netwerksite, doe dit dan samen. Jij kunt daarin bepalen wat je kind invult aan persoonlijke informatie zoals leeftijd en bijvoorbeeld de regel opstellen dat je kind alleen maar vrienden mag uitnodigen en accepteren die hij kent.
Kinderen van 12-18 jaar Net zoals bij jonge kinderen is het belangrijk om te weten waar je kind zich mee bezig houdt. Is jouw tiener veel bezig met online contacten? Ga met je tiener in gesprek om uit te wisselen wat de voordelen, nadelen of risico’s zijn van internet en social media. Vertel wat jij er leuk aan vindt, maar ook waar jij je zorgen over maakt.
Bijvoorbeeld over het uitwisselen van foto’s via Twitter waar je nog jaren later door achtervolgd kan worden. Probeer je tiener te stimuleren een aantal oplossingen te bedenken hoe hij hiermee zou omgaan en hoe hij zo’n situatie kan voorkomen.
Op de website staat praktische informatie over Positief Opvoeden. Handige tips en adviezen helpen je het gedrag van je kind te begrijpen en hiermee om te gaan. Wanneer de tips en adviezen jouw vraag niet beantwoorden, kun je deze online stellen aan een opvoedadviseur. Binnen twee werkdagen krijg je via de mail een antwoord op je vraag.
Ga naar de website en stel je eigen vraag!
Opvoeden & vriendschap 7
(On)Sociale media Het gebruik van internet en sociale media verandert met de dag. Het wordt niet meer alleen voor huiswerk gebruikt maar ook voor andere doeleinden. Nieuwe hypes volgen elkaar in rap tempo op: Hyves wordt Facebook; MSN wordt Skype. Wij, groep 8 van De Goede Herderschool in Ermelo, zijn gevraagd naar ons online leven. Gemiddeld zitten wij 50 minuten per dag achter de computer. Facebook, Hyves en Skype zijn vooral geliefd bij de meiden; jongens spelen over het algemeen het liefst een spelletje. Chatten, op welke manier dan ook, is het populairst. Het is makkelijk, gezellig en leuk. Je durft meer te zeggen dan je normaal zou doen. Verkering vragen bijvoorbeeld. Aan chatten zitten echter ook veel nadelen: er wordt geroddeld, je kunt eraan verslaafd raken en de tijd voor echte vrienden neemt af.
(Online) Vrienden Op een enkeling na heeft iedereen tegenwoordig Hyves en/of Facebook. Hyves verliest aan populariteit: steeds meer kinderen gebruiken Facebook omdat je hiermee ook in contact kunt blijven met vakantievriendjes uit andere landen. Gemiddeld hebben wij 125
online vrienden per persoon: klasgenoten, vakantievrienden, familieleden, kennissen maar hier en daar ook onbekenden.
Gevaren Samengevat is het online wereldje leuk en uitdagend, maar we zien er ook het gevaar van in. Al je gegevens zijn bijvoorbeeld op internet te bekijken. Typ je je eigen naam in bij een zoekmachine, dan vind je plaatjes van jezelf en de vermelding van je Twitter- of Hyvesaccount. Soms staat ook je telefoonnummer en adres erbij. Het risico op een internetverslaving is ook groot: een spelletje doen is erg leuk, maar je vergeet snel de tijd en zit dan uren achter elkaar achter de pc. Sociale contacten verwateren doordat het spelletje leuker is. Er wordt niet meer buiten gespeeld, maar achter de buis. Pedofielen zijn ook een gevaar op sociale
media. Mensen die zich anders voordoen dan ze zijn. Die een fake account aanmaken zodat ze jonger lijken dan ze zijn. Voor je het weet, moet de webcam aan en zit je tot aan je nek in de problemen. Gelukkig is dat bij ons niet het geval geweest.
Ervaringen Toch komen wij met onze 11-13 jaar wel onwenselijke dingen tegen. Zo waren we een spelletje aan het spelen op internet toen er plotseling een pop-up verscheen met naakte vrouwen. Twee meiden uit groep 8 skypten met een jongen van 14. “Opeens wilde hij de webcam aandoen en vroeg hij: Willen jullie iets mannelijks zien? Daar schrokken we zo van dat we direct Skype uitdeden en de jongen blokkeerden.” Ook wordt Skype vaak gebruikt om te roddelen. Zo wordt over bepaalde kinderen wel eens wat naars
gezegd. Andere kinderen drukten op een verkeerde advertentie of zoiets en kwamen zo op een pornowebsite.
Onze tips • Kijk uit met wat je op internet zet. Criminelen lezen ook wanneer je op vakantie bent of een avondje gezellig bij familie op bezoek bent. (Anna) • Link je Hotmail naar je vaders of moeders mailaccount. Zo zijn ook zij direct op de hoogte van nare berichtjes. (Benthe) • Vertel altijd je ouders dat je iets vervelends heb gezien, gehoord of meegemaakt. • Neem kinderbeveiliging (filter) voor het internet. Die blokkeert rare sites en reclames. (Esther) • Accepteer geen vreemden. (Johan) • Vertel niemand je wachtwoord, behalve je ouders. (Sven) • Kies een niet al te makkelijk wachtwoord. (Hester) • Zet geen swipecode op je mobiel. Je vettige vingerafdrukken verraden de code als je scherm donker is/uit staat en je de telefoon tegen het licht houdt. (Corné) • Klik geen reclames aan of linkjes waarop staat dat je bijvoorbeeld een iPad hebt gewonnen. (Julian) • Geef nooit foto’s van jezelf aan anderen. Die kunnen mensen bewerken en op internet zetten. Daar blijft het voor altijd! (Gerhard)
Short Message Service-tips ff brb biw w8n nwtv Hih Gmj Hoest Sry Xagj
Wat vind jij? Hoe kijken ouders tegen een situatie aan? Elk nummer vragen wij naar hun ervaringen. Deze keer staat de stelling centraal:
Ilone (34), Ojani (7)
Marissa (23), Noah (5)
‘Tot voor kort dacht ik van niet, maar de invloed van buitenaf wordt steeds groter. Ojani gaat steeds meer zijn eigen leven leiden met vriendjes, logeerpartijtjes, sporten en verjaardagsfeestjes. Zijn wereld wordt steeds groter en daarmee ook de invloed van buitenaf.’
‘Op dit moment ben ik het er niet mee eens. Noah is pas vijf jaar, dus ik ben op dit moment de meest invloedrijke persoon in zijn leven. Ik kan mij voorstellen dat het later misschien zal veranderen. Als het verandert, hoop ik dat het positief is.’
Amira (37), Hasna (15), Yassin (9)
‘De vriendjes van mijn kinderen hebben meer invloed op mijn kinderen dan ik.’
Mark (48), Art (11), Loesje (13) ‘Daar ben ik het niet mee eens. Ik denk dat ze inmiddels zo oud zijn dat ze wel hun eigen gang gaan, ze doen wat ze willen, maar dat komt voort uit mijn opvoeding. Ze zijn dus niet heel erg beïnvloedbaar door hun vriendjes of vriendinnetjes.’
‘Volgens mij heb je als ouder tot een jaar of zeven/acht nog vrij veel invloed op je kind. Toen Hasna een jaar of acht was begon de mening van vriendjes en/of vriendinnetjes belangrijker te worden. Voor die tijd was haar wereld een stuk kleiner. Bij Yassin begint dat nu een beetje te komen. Als hij voetbalt
-
Even Be right back Ben ik weer Wachten Nog wat te vertellen? Hoe is het? Goed, met jou? Hoe is het? Sorry Ik zag je
bij ons in de straat heb ik niet altijd zicht op wat hij daar zegt en doet. In die zin heb ik minder invloed op het gedrag van mijn kind.’
Rachell (27), Jeremy (3) ‘Jeremy’s vader en ik hebben nu de meeste invloed op ons kind. Hij is ook nog te jong om vatbaar te zijn voor andere kinderen. Ik kan me wel voorstellen dat als Jeremy naar de middelbare school gaat de invloed van buitenaf steeds groter wordt. Dat vind ik wel een beetje spannend. Ik weet niet wat ik zou doen als Jeremy met verkeerde mensen om zou gaan.’
8 Over instanties Wat is Triple P, Positief Opvoeden? Triple P staat voor Positief Pedagogisch Programma. Het is een opvoedmethode voor ouders die als doel heeft de opvoeding van kinderen makkelijker te maken. Triple P leert je op welke manier je het goede gedrag van je kind kunt stimuleren. Je leert ook hoe je kunt omgaan met gedrag dat je niet graag ziet. Positief Opvoeden helpt kinderen om de vaardigheden te leren die ze nodig hebben in het leven. Je leert je kind bijvoorbeeld om goed te communiceren, respect te hebben voor anderen, problemen op te lossen en positief te denken.
Colofon Jantsje Sietsma (Icare) Franca Schuiling (Gemeente Nunspeet) Mees Hendriksen (CNS ‘De Regenboog’) Tineke Knegtering (CJG Ermelo) Marianne Ameshoff (Icare) SO&T, Amsterdam Triple P Communications, Amsterdam
inmiddels in veel landen met succes gebruikt. Veel beroepskrachten die met ouders en kinderen werken in de regio Noord-Veluwe werken ook met Positief Opvoeden, Triple P.
Meer informatie over Triple P vind je op www.positiefopvoeden.nl.
Basisprincipes De vijf basisprincipes van Positief Opvoeden zijn:
1 2 3 4 5
Triple P werd 30 jaar geleden in Australië ontwikkeld door de psycholoog Matthew Sanders, hoogleraar aan de universiteit van Queensland. Het programma wordt
ADRESSEN
Kinderen een veilige en stimulerende omgeving bieden Kinderen laten leren door positieve ondersteuning
Concept en creatie: Triple P Communications, Amsterdam Met dank aan: Peuterspeelzaal ‘t Kleinste Bootje, familie Meulenberg, familie Makkinga, Rico Smit en Basisschool De Goede Herderschool.
Een aansprekende discipline hanteren Realistische verwachtingen hebben Goed voor jezelf zorgen
Opvoedadvies volgens Positief Opvoeden, Triple P Elburg CJG Elburg Lange Wijden 33a, Elburg T: (0525) 78 81 01 www.cjgelburg.nl
Opvoedspreekuur CJG Maandag en dinsdag: 13:00 uur tot 15:00 uur Woensdag- en donderdagmorgen: 08:30 uur tot 10:30 uur
Opvoedspreekuur CJG Maandag en dinsdag tussen 10 en 12 uur Dinsdag en donderdag tussen 13:00-15:00 uur
Ireneschool Dirk Staalweg, Ermelo T: (0341) 55 75 75
Basisschool Het Octaaf Weitakkerstraat 2, Elburg T: (0525) 68 10 59 De Wildemaet Schipluidenstraat 23, Elburg T: (0525) 68 19 17
Kinderdagcentrum Beertje Puk Bulderweg 1, Ermelo T: (0341) 55 42 94 Peuterspeelzaal Ukkie Pukkie Zeeweg 98, Ermelo T: 06 30 40 89 52
Praktijk logopedie haptotherapie Zwanebloem 10, Elburg T: (0525) 68 56 94
Stichting Basisvoorziening Peuterspeelzaalwerk Ermelo Postbus 176, Ermelo T: 06 34 92 98 18
Peuterspeelzaal ‘t Bottertje Botterstraat 71B, Elburg T: (0525) 68 54 46
Bambino Amanietlaan 9, Ermelo T: 06 43 61 25 51
Stichting Peuterspeelzalen Elburg Postbus 41, Elburg T: (0525) 68 35 68
Blokkendoos Raadhuisplein 4, Ermelo T: (0341) 56 73 84
Stichting Kinderopvang Elburg Postbus 76, Elburg T: (0525) 68 35 68
Klavertje Vier De Wetstraat 8-10, Ermelo T: 06 20 62 10 12
Van Kinsbergenschool Paterijstraat 4, Elburg T: (0525) 68 12 95
Olleke Bolleke Eksterstraat 134, Ermelo T: 06 42 38 42 25
Gastouderbureau ViaViela Elburg Biesenkamp 62, Elburg T: 06 33 03 58 52
Paddestoeltje IJsbaanweg 15, Ermelo T: 06 23 10 78 81
Elspeet Peuterspeelzaal Klein Duimpje Nachtegaalweg 2, Elspeet T: (0577) 49 21 54
‘t Speuldertje Garderenseweg 205, Ermelo T: 06 10 53 04 73
Ermelo CJG Ermelo Dokter van Dalelaan 12, Ermelo T: (0341) 79 99 09 www.cjgermelo.nl
‘t Woelige Hoekje Eksterstraat 134, Ermelo RK Prins Willem Alexander school De Wetstraat 8/10, Ermelo ‘t Harde OBS De Blerck Tiendmaat 2, ‘t Harde T: (0525) 65 12 72
De Duif Leisteenstraat 1, ‘t Harde T: (0525) 65 17 27
SPCJ-Radix Postbus 370, Nunspeet T: (0341) 26 15 33
Peuterspeelzaal Pinokkio Kruisakkerweg 43, ‘t Harde T: (0525) 65 25 32
Landstede Welzijn Veluvine F.A. Molijnlaan 186, Nunspeet T: (088) 850 77 66
Harderwijk CJG Harderwijk Wethouder Jansenlaan 200, Harderwijk T: (0341) 79 99 04 www.cjgharderwijk.nl
Dr. A. Verschoorschool Postbus 425, Nunspeet T: (0341) 25 30 52
Opvoedspreekuur CJG Maandag t/m vrijdag: 10:00 tot 12:00 uur Woensdagmiddag: 14:00 tot 16:00 uur SKH Stichting Kinderspeelzalen Harderwijk Burg. Kempersstraat 7a, Harderwijk T: (0341) 46 01 83 Kleine Ikke BV Melis Stokelaan 93, Harderwijk Hattemerbroek Nassauschool Leeuwerikstraat 21, Hattemerbroek ‘t Loo Peuterspeelzaal Kukeluussien Bovenheigraat 59, ‘t Loo T: 06 13 80 60 67 CNS ’t Loo Bovenheigraaf 59, ‘t Loo Nunspeet CJG Nunspeet Stationsplein 18a, Nunspeet T: (0341) 79 99 02 www.cjgnunspeet.nl Opvoedspreekuur CJG Maandag, woensdag, donderdag, vrijdag: 09:00 tot 11:00 uur Chr. Gastouderbureau Het Mosterdzaadje Industrieweg 70, Nunspeet T: (0341) 25 68 64
De Ambelt locatie Nunspeet VSO Elspeterweg 40, Nunspeet Oldebroek CJG Oldebroek Callunastraat 15, Wezep T: (038) 799 90 08 www.cjgoldebroek.nl Opvoedspreekuur CJG Maandag van 14:30 tot 16:30 uur Woensdag en vrijdag van 9:00 tot 11:00 uur Buitenschoolse Opvang Bijdehand Tulpstraat 1, Oldebroek T: 06 23 95 15 67 Kinderopvang Romi Van Asch van Wijcklaan 57, Oldebroek T: (0525) 63 73 70 Oosterwolde Peuterspeelzaal Roezemoes Van Oldebarneveldweg 17, Oosterwolde T: 06 33 16 62 49 Oostendorp CBS Prins Willem Alexander Zuiderzeestraatweg, Oostendorp Putten CJG Putten Engweg 8, Putten T: (0341) 79 99 07 www.cjgputten.nl Opvoedspreekuur CJG Maandag t/m donderdag: 14:00 tot 16:00 uur Peuterspeelzaal ‘t Zwaluwennest Postbus 13, Putten T: (0341) 35 44 45
Christelijke Peuterspeelzaal ’t Zwaluwnest Brinkstraat 58, Putten T: (0341) 42 95 58 Dependance Husselerveld/ Bijsteren Verzetslaan 17, Putten St. Peuterspeelzaal De Vrijbuitertjes (Nel Boerman) Rimpelerweg 2, Putten T: (0341) 37 00 47 Andere locatie: P.C. Hooftstraat 35, Putten Wezep De Goede Herderschool Veluwelaan 8, Wezep T: (038) 376 08 08 Stichting Kindercentrum Oldebroek Postbus 36, Wezep Buitenschoolse Opvang Eigenwijs Clematisstraat 10, Wezep T: 06 20 78 23 55 Kinderdagverblijf en Gastouderburo De Zevensprong Wolthuisweg 5, Wezep T: (038) 376 23 44