Nr. 04| april 2013| 35ste jaargang | verschijnt niet in augustus | P 408.654
Misdadiger gestraft En dan ?
qpril 2013
1
Inhoud / Uit de redactie
Uit de redactie Inhoud Schriftwerk / Woord van de voorzitter Markus en het evangelie zonder einde Paus Franciscus I
blz. 3 blz. 4
In het vizier: Misdadiger gestraft. En dan? Misdaad, straf, hoe verder ? Strafrecht of herstelrecht?
blz. 5 blz. 7
Coördinatie Bezinning en Dialoog Oecumenische begeleiding Blijvend bijdragen aan vrede
blz. 9 blz. 10
Faculteit voor Protestantse Godgeleerheid Gastcolleges D. Marguerat Confessio Belgica Heidelberger Catechismus Bijbelse verhalen blz. 11
2
Nieuw Liedboek Een avondmaals- en paaslied
blz. 12
Van hier en daar Het Edict van Milaan
blz. 14
Aankondigingen
blz. 16
Glas in lood Reacties op De Kerk draait vierkant...
blz. 18
Synodevergadering Tolken
blz. 20
april 2013
De oproep om uw mening te geven over de toekomst van de kerk (KM februari) blijft de gemoederen beroeren. Vaak mondeling, soms schriftelijk, maar zonder uitzondering culminerend in een alternatieve visie op hoe het dan verder moet met de kerk. Als redactie verheugt ons dat zeer. Het bewijst immers niet alleen, dat ons blad gelezen wordt (dank u), maar ook dat de lezers betrokken zijn op de kerk. Terloops zij opgemerkt: de basisstelling dat er nogal wat schort aan/in de kerk wordt door velen onderschreven, maar zowel de diagnose als de voorgestelde remedie lopen nogal uiteen. Misschien tijd voor een echt kerkbreed en levensdiep onderzoek? Enfin, als ik dit schrijf, hebben onze broers en zussen in de romana weer een nieuwe papa: fijn voor hen, maar naast alle felicitaties, kan een protestant de gedachte ook niet onderdrukken, dat er toch ook een moment komt om – met alle respect – het huis uit te gaan en op eigen benen te gaan staan, maar dit geheel terzijde. In deze Kerkmozaïek wordt een ander thema terug opgenomen: verzoening, vergelding, straf. Rond de vrijlating van Michelle Martin (en later Michel Lelièvre) was er nogal wat commotie over de rol van de gevangenispastores. In dit nummer gaan twee terzake zeer deskundigen, ds. Anne Kooi (predikant te Brussel, voorheen predikant-directeur van het Diaconaal Centrum voor het Gevangenispastoraat in Nederland) en ds. Christian Bultinck (hoofdaalmoezenier). Beiden gaan in op de notie van het herstelrecht en stellen nadrukkelijk de vraag naar de lange-termijn-visie achter ons strafrecht. Vandaar de titel van deze Kerkmozaiek. Rest ons enkel nog u een bevrijdend Paasfeest te wensen. ____________________________________________ Namens de redactie, Dick WURSTEN.
Schriftwerk
Markus en het evangelie zonder einde
der hemevaartszegen (Lukas), zonder getuigende verschijningsverhalen (Johannes). Over Markus’ laatste verzen is in de loop van de eeuwen veel te doen geweest. Wat in 16:8 beschreven wordt - de laatst vermelde handeling van de drie vrouwen die op de eerste dag van de week naar het graf waren gegaan - beoordeelden latere redacteuren als een wel erg abrupt en enigszins shockerend einde: Ze gingen naar buiten en vluchten bij het graf vandaan, want ze waren bevangen door vrees en schrik. Ze waren zo geschrokken dat ze tegen niemand iets zeiden.
Van de vier evangelisten is Markus de meest beknopte en daarmee samenhangend, ook de meest haastige, vertellend zonder betogende adempauzes. Soms bekruipt je het gevoel, dat Jezus de verteller ternauwernood kan volgen. Alles gebeurt onmiddellijk. Het meest bijzondere van het Markusevangelie ligt echter op een dieper niveau. Het opent met de woorden: Begin van het evangelie van Jezus Christus, Zoon van God… Mogelijk doelt dit begin niet slechts op de eerstvolgende alinea’s, maar op àlle daaropvolgende tekst. Markus zou dan bedoelen, dat het evangelie met de hiernavolgende verhalen niet aan een einde is gekomen, maar gewoon doorloopt, de vroege kerk in: Dit, wat ik hier schrijf, is (nog maar) het begin. Het boeiende daaraan is, dat Markus de verhalen vertelt op een manier, waarbij hij de centrale gebeurtenissen van kruis en opstanding nog in de toekomst laat liggen. Uiteraard schrijft ook hij achteraf en dus vanuit zijn (Paas)-geloof maar - en dat is een keuze en een opmerkelijk verschil met de andere evangelisten - in zijn manier van schrijven is het net alsof hij van niets weet. Hij projecteert de opstandingsgebeurtenis en -belijdenis niet terug op de verhalen uit de voorafgaande periode. Markus beschrijft het evangelie in zijn beginnende gestalte, plat gezegd: de aanloop en de eerste stappen. En dat beginnende Evangelie loopt dan zo de kerk in, zonder afrondend zendingsbevel en belofte (Matteüs), zon-
In de NBV-vertaling volgen er daarna enkele siertekens die aangeven dat wat volgt, niet zonder meer als authentiek beschouwd moet worden. Uit onvrede én uit ongeloof dat Markus zijn evangelieverhaal ooit zo abrupt en met woorden als vrees en schrik zou hebben laten eindigen, ontstond een redactionele - meer opgewekte - epiloog, het zogeheten tweede slot. Maar in feite is 16:8 een literair hoogstandje. Juist in het onaf-zijn vindt deze evangeliebeschrijving zijn doel: een opstandingsbericht, zonder enige verschijning van de Opgestane, eindigend met een stilzwijgen. Niet toevallig is de opdracht om te zwijgen een terugkerend gebod in het Markus-evangelie. Zo bijvoorbeeld in 9:9: … dat ze aan niemand mochten vertellen wat ze hadden gezien voordat de Mensenzoon uit de dood zou zijn opgestaan. Ze namen zijn woorden ter harte maar vroegen zich onder elkaar wel af wat hij bedoelde met deze opstanding uit de dood. De bedoeling van het slot is dat de lezer de vrouwen zou inhalen, het zwijggebod achterhaald verklaren, verder gaan, de sleutel omdraaien en een nieuwe tijd binnenstappen. Immers, al wat beschreven staat, is nog maar het begin van het evangelie. _____________________________________________ ds. Steven FUITE, voorzitter
qpril 2013
3
Woord van de voorzitter
Paus Franciscus I de naamkeuze terugvoert op een zich geroepen weten, de kerk weer op te bouwen. Een moedige uitspraak, waarmee veel wordt gezegd over de huidige situatie van de Rooms-Katholieke Kerk. Echter ook woorden die bij mij onwillekeurig vrees oproepen voor toch weer een of ander restauratiebeleid, een machtsdenken. Welke kerk moet weer opgebouwd, waar is de kerk, waar is de kerk kèrk? Geen enkele kerk is er voor zichzelf.
Het is woensdagavond 13 maart. In een gepast oecumenisch kader, een diner-vergadering van het Overlegorgaan van Christelijke Kerken in België, gebeurt het: witte rook, live op de smartphones. Bij de rooms-katholieke aanwezigen slaat de eerdere lichte staat van opwinding zichtbaar om in spanning die, eens de naam bekend, uitmondt in een collectief gegoogle. Intussen vliegen de gelukwensen over tafel. Een kwartier later hangt Le Soir aan de telefoon. Ik laat uit naam van de Verenigde Protestantse Kerk in België ter gelegenheid van de verkiezing van Jorge Mario BERGOGLIO tot paus mijn hartelijke gelukwensen uitgaan naar de Rooms-Katholieke Kerk en naar alle gelovigen die tot de grootste tak van het wereldwijde en diverse christendom behoren. Even later sluit het interview met enkele hoopvolle gedachten en met een ernstige bedenking.
Mij valt in deze dagen nogal eens de vraag te beurt of ik verwacht dat de nieuwe paus de oecumenische dialoog zal stimuleren. Dat is wel wat ik hoop. En – er zijn nog meer mensen dan wij - daar mag dan wat mij betreft meteen de interreligeuze, zelfs interlevensbeschouwelijke dialoog van worden gemaakt, liefst een die het niveau van de vergaderzaal overstijgt. De recente geschiedenis leert dat het er in talloze roomskatholieke parochies en verenigingen rondom sociaaldiaconale projecten vaak veel opener en ruimdenkender aan toe gaat dan eigenlijk zou mogen. Ik hoop dat dié oecumenische inzet voor een wereld van vrede en recht, van respect en erkenning van de rijkdom van de diversiteit en vol waardering voor ieders eigenheid, met het aantreden van paus Franciscus een nieuwe impuls zal krijgen. _________________________________ Ds. Steven FUITE, voorzitter van de synodale raad.
Dat Jorge Mario Bergoglio zich paus FRANCISCUS laat noemen, schept hoge verwachtingen. Nooit eerder droeg een paus deze naam, waardoor deze keuze mogelijk de wens tot een nieuwe en eigen weg aanduidt. Daarenboven Pieter Bouman heeft het laatste deel van de Jezus-triologie van Joseph roept de naam Franciscus Ratzinger gelezen. Zijn bespreking eindigde met volgende treffende ontegenzeggelijk associaties op met karakterisering, die wij u toch niet wilden onthouden: de wil, zich te identificeren met de armen en de onderdrukten en met “De lezer vindt in Ratzingers boek mooie passages, getuigend van een het verlangen om dienstbaar, vredediepe en vrome spiritualiteit. Dit laatste boek van Ratzinger, nu pausvol in mensen Gods aanwezigheid te emeritus, wil zoals de eerdere delen van de trilogie vooral een onderwillen ontdekken... ook in andersbouw leveren voor kerkelijke uitspraken, betreffende Jezus èn betrefdenkenden. fende Maria. Daarin zie ik eerder kerkelijke bekommernissen dan een eerlijke poging de teksten te verstaan. Jammer.” Op het moment van schrijven, hoor ik hoe kardinaal Danneels, eveneens P.M. Bouman, Sarre, februari 2013 verwijzend naar Franciscus van Assisi,
‘Vaarwel Benedictus…’
4
april 2013
In het vizier: Misdadiger gestraft. En dan?
Misdaad, straf, hoe verder? In Kerkmozaïek van juni, juli/augustus, september en oktober 2012 schreef ik in de rubriek Schriftwerk over respectievelijk detentie, vergelding, vergeving, en verzoening. Ik schreef vanuit mijn ervaring in het Diaconaal Centrum voor het Gevangenispastoraat (DCG) in Haarlem (NL), waar ik van 2005-2011 als predikantdirecteur werkte. In Kerkmozaïek van november reageert Dick Wursten op het artikel over verzoening in de rubriek Glas in Lood.
Recht zijn loop laten hebben
Wanneer we geconfronteerd worden met mensen die zware misdaden gepleegd hebben, lopen onze emoties nog al eens hoog op. Dat is begrijpelijk: er is woede over wat slachtoffers is aangedaan. En er is een sterke drijfveer om anderen in bescherming te nemen, die als potentieel volgend slachtoffer gezien worden. Voor mensen die professioneel betrokken zijn bij delinquenten, zoals advocaten, artsen, psychologen en pastores, is die emotionaliteit lang niet altijd makkelijk. Zij staan in het kritische licht van maatschappelijke opinies en gevoelens over misdaad en straf en hebben tegelijkertijd de opdracht om zorgvuldig, evenwichtig en rechtvaardig te zijn in hun omgang met mensen die veroordeeld zijn. Het recht zijn loop laten hebben, in de zin van de erkenning dat een straf ook een bepaalde maat heeft, is immers ook een maatschappelijk belang.
Herstelgericht pastoraat
In het pastoraat aan een gedetineerde komt daar het gevoelige thema bij, dat er ook echt nagedacht en gesproken wordt over de morele en ethische kant van het handelen van de pastorant in relatie tot zijn delict. Het herstelgericht pastoraat is een nieuwe uitdaging in het gevangenispastoraat in België en Nederland. In die praktijk zal er ook sprake moeten zijn van opleiding en begeleiding van pastores, die met mensen werken die zware misdaden hebben begaan. Het zou naïef zijn om die arena te betreden zonder de specifieke problematiek van werken met gedetineerden, voldoende onder ogen te zien. In het pastoraat aan gevangenen komt de vraag naar bijbels-theologische thema’s, zoals schuld, vergeving of bekering regelmatig boven. Deze thema’s hebben binnen de gevangenissen een bijzondere urgentie. Maar gedetineerden hebben de schijn tegen: als iemand ernstige misdaden heeft gepleegd, is een vraag om vergeving of een bekering in de ogen van de buitenwacht niet zonder reden verdacht. Enige tijd geleden is dat conn
a
d
e
n
k
e
n
o
v
e
r
e
n
h
e
t
i
n
p
r
a
k
t
i
j
k
b
r
e
n
g
e
n
v
a
n
creet geworden in de discussie over de oprechtheid van de bekering van Michel LELIEVRE (zie bijvoorbeeld De Morgen, 29 januari 2013). Eerder berichtten de media breeduit over de commotie rond de vrijlating van Michelle MARTIN omdat zij onderdak kreeg bij de Clarissen in Malonne, een al dan niet als zuiver beoordeelde keuze voor een religieuze of gelovige context. Over deze concrete mensen kan ik niets schrijven, eenvoudig omdat ik ze nog nooit ontmoet heb en omdat ik de mensen die professioneel bij hun zaak betrokken zijn, nooit gesproken heb. Maar ik begrijp dat het vragen oproept rond de professionaliteit en de professie van de mensen, die als pastor met delinquenten werken. Ik kan daarover dan ook alleen maar in het algemeen wat zeggen.
Schuld benoemen
In tegenstelling tot wat misschien in de media de suggestie was, is het zeker niet zo, dat er binnen de praktijk van het gevangenispastoraat en daarin door de protestantse denominatie (waarvan de VPKB de belangrijkste kerk is) met vergeving gestrooid wordt om mensen ter wille te zijn, teneinde bekeringen op het conto van de kerk te schrijven. Er is weldegelijk een kritisch theologische reflectie op de problematiek rond het pastoraat met daders. Voordat er zinvol gesproken kan worden over een herstel van welke aard dan ook, is van groot qpril 2013
5
In het vizier: Misdadiger gestraft. En dan? belang dat in het pastoraat de schuld benoemd wordt. Namelijk dat het delict gezien wordt, besproken en gewogen wordt, reëel gemaakt en begrepen wordt. Wanneer iemand een reëel delict-inzicht heeft, wil dat helemaal niet zeggen dat hij/zij vervolgens een vraag om vergeving stelt. Iemand die beseft wat hij/zij gedaan heeft, heeft soms juist een behoefte aan straf. Dat neemt overigens niet weg dat de vraag om vergeving vaak genoeg wel aan de orde komt bij gedetineerden.
Wat is vergeven niet?
Binnen het hedendaagse pastoraat heeft Prof. Ruard GANZEVOORT (VU, Amsterdam) een belangrijke impuls gegeven aan het nadenken over vergeving. Ganzevoort stelt uitdrukkelijk dat (het proces van komen tot) vergeven slechts toebehoort aan het slachtoffer, zonder dat het op enige manier een verplichting of zelfs maar een aanbeveling kan zijn. Hij maakt dat concreet door o.a. te wijzen op wat vergeven niet is: vergeving is niet, vergeten of ontkennen wat er gebeurd is; vergeving is niet, de dader excuseren; vergeving is niet, de schuld doen verdwijnen; vergeving is niet, de gevolgen religieus bagatelliseren; vergeving is niet, het slachtoffer (jezelf) vernederen; vergeving is niet, de dader vertrouwen (1). In een onderzoek naar daders van zedenmisdrijven schrijft hij over de mogelijkheid van vergeving door een slachtoffer: Vergeving heeft dan vooral te maken met het recht van het slachtoffer. De schuldige mag geen vergeving eisen of afdwingen. De machtspositie die hij of zij zichzelf verworven heeft door het misbruik, betekent zelfs dat elke vraag om vergeving gewantrouwd moet worden als een mogelijke manipulatie, waardoor geen werkelijke vergeving plaatsvindt. (…) Werkelijke vergeving gaat uit van het erkennen van de schuld. Het onrecht wordt bij werkelijke vergeving niet verdoezeld, maar aan de kaak gesteld. Dat maakt duidelijk dat vergeving op geen enkele wijze in tegenstelling is met een confrontatie met de dader of een aanklacht tegen de dader. Terzijde, maar wel van belang, zij daarbij opgemerkt dat ook daarover alleen het slachtoffer mag beslissen. (2)
Wat mijns inziens uitdrukkelijk niet kan ontbreken in een vervolg op alle discussie, is het onder ogen zien van het bredere kader van het werken met delinquenten. We zouden ons beter rekenschap moeten geven van de maatschappelijke context van de feitelijk voorkomende criminaliteit en van die van de kans op detentie. Hoe dan ook: bijna iedereen die gevangen zit, zal eens vrijkomen. Hij of zij zal ooit weer ergens een plekje in de samenleving innemen. Het lijkt me daarom nodig om kritisch te blijven nadenken over de zin van (gevangenis)straf en over de wijze waarop die ten uitvoer gelegd wordt. Voor zover het binnen de mogelijkheden van het pastoraat op dat terrein ligt: het lijkt me alleen al met het oog op de zekere terugkeer in de samenleving zinvol om intensief met daders te werken. _____________________________________________ Mevr. ds. Anne KOOI.
(1) R.R Ganzevoort, Klem tussen schuld en vergeving; rol en recht van het slachtoffer, blz.155-157 in Houtman, C. (red. et all.) Ruimte voor vergeving. Kampen, 1998 (2) idem
Personalia Hannah EBERSON
De synodale raad meldt u het heuglijke nieuws van de geboorte van Hannah EBERSON. Zij werd op 25 januari 2013 geboren en is de flinke dochter en trots van ds. Alexander en Tonia Eberson uit Knokke. Als synodale raad wensen wij dit gezin Gods rijkelijke zegen.
Erkennen van schuld tegenover God
In het pastoraat is het ook belangrijk om klaarheid te hebben of een vraag om vergeving die voor God wordt neergelegd, een zelfstandige betekenis heeft. Het erkennen van schuld tegenover God leidt – als het goed is – tot het erkennen van schuld tegenover de wereld. Regelmatig begint dat alles met een eenzaam zelfonderzoek. Is er dan een bekering van een mens voor Gods aangezicht mogelijk? Ik heb het zien gebeuren. En voor wie is het ook meer op z’n plaats om een omkeer in zijn/ haar leven te wensen en die te realiseren, dan voor hem of haar die alles wat waardevol in het leven was, verspeeld heeft? Wat anders kunnen we verwachten wanneer we in onze kerken telkens preken over de noodzaak dat mensen voor Gods aangezicht zich radicaal omkeren?
6
april 2013
Ds. Willem DOUWES De synodale raad is heel blij met de vooruitgang die ds. Willems DOUWES boekt na zijn 2de hersenbloeding. Hij verblijft nu in het bekende Revalidatiecentrum Inkendaal te Vlezenbeek, dat gespecialiseerd is in therapieën voor patiënten zoals onze collega. We wensen hem en zijn echtgenote, Jacomien GIJSBERS, die de moed niet verliezen, heel veel sterkte. We verzoeken u, hen te blijven omringen met uw gebed.
In het vizier: Misdadiger gestraft. En dan?
Strafrecht of herstelrecht? Herstelrecht
Herstelrecht poogt zoveel mogelijk het leed van de slachtoffers van misdrijven te herstellen. Het klassiek Westers strafrecht poogt het leed dat daders hebben aangericht met gelijke munt terug te betalen. Herstelrecht heeft net als het klassiek Westers strafrecht zeer oude papieren. In culturen waar men nog in stamverband leeft, kent men op vele plaatsen nog steeds het herstelrecht. Indien één stamlid een ander stamlid heeft benadeeld, worden beiden voor de raad van oudsten geroepen en men gaat niet uit elkaar vooraleer er verzoening is geschied en de dader aan het slachtoffer de schade heeft vergoed. Dat is één van de redenen waarom zo’n stam bijeen kan blijven en niet iedereen het recht in eigen handen neemt.
Westers strafrecht
Het klassiek Westers strafrecht, dat tot enige jaren geleden het absolute monopolie had in onze strafwetgeving, is op een geheel ander principe gebaseerd. Het GrieksRomeins rechtsprincipe voor deze vorm van strafrecht gaat uit van het principe van het zoeken naar een balans en een maatschappelijk evenwicht. En wel zo, dat als er leed werd berokkend aan een burger in de samenleving, dit in balans kan worden gebracht door evenredig leed te berokkenen aan de dader. Dan is het evenwicht terug hersteld en is gerechtigheid geschied. Leed wordt gewroken en geneutraliseerd door ander leed. Denk aan de uitspraak van president Obama betreffende de dood Osama Bin Laden. Obama zei met enige trost tot het Amerikaanse publiek en de wereld: gerechtigheid geschied! Er moet leed worden berokkend aan de dader, dat in verhouding staat met het leed dat in de maatschappij werd aangericht. Er is hier geen sprake van direct herstel van de relatie tussen dader en slachtoffer, maar eerder van een soort vergelding en dus een cumulatie van het berokkenen van leed. Het leed voor het slachtoffer, de burger van de maatschappij, wordt op
deze wijze, volgens de klassieke Westerse visie op strafrecht, door de maatschappij, in balans gebracht door leed voor de dader. Met als bijkomend argument het afschrikeffect van een straf en het principe dat de algemene veiligheid van de samenleving primeert op het belang van het individu. Het slachtoffer of de familie van het slachtoffer komt hier nauwelijks in beeld. Het gaat om vrouwe Justitia met haar weegschaal. Met de ogen geblinddoekt, moet zij er voor zorgen dat het evenwicht in de maatschappij wordt bewaard. Wie het potje breekt, moet het betalen. Wie zijn achterwerk verbrand, moet maar op de blaren zitten. Vroeger was de strafmaat dikwijls lijfstraffen, dwangarbeid in de zoutmijnen of als galeislaaf, verbeurdverklaringen en de doodstraf. Na de Franse Revolutie wordt de voornaamste vorm van strafuitvoering de vrijheidberovende straf, de gevangenisstraf.
Protestantse vredeskerken
Vroeger kregen slachtoffers of hun familie zelfs niet eens de kleren terug van een vermoord familielid of dan zelfs nog bebloede kledij. De laatste jaren is het slachtoffer wat meer in beeld gekomen, maar er is nog een hele weg te gaan vooraleer het slachtoffer volledig zal worden gehonoreerd. De eerste experimenten met herstelrecht in de Westerse samenleving werden ontleend aan qpril 2013
7
In het vizier: Misdadiger gestraft. En dan? gebruiken binnen een aantal protestantse vredeskerken, namelijk de Mennonieten en de Quakers, die van ouds het gebruik van geweld en wraak afwijzen. Het is de moeite waard om eens de film Amish Grace te bekijken. Een waar gebeurd verhaal, waar een wilde schutter een schooltje vol met kinderen binnenstapt en kinderen neerschiet en uiteindelijk ook zichzelf van het leven berooft. De meest aangrijpende scène is wanneer de enkele ouders van de vermoorde kinderen een bezoek brengen aan de weduwe van de moordenaar. De weduwe kan maar niet begrijpen dat deze Mennonieten komen met een gezindheid van vergeving.
het slachtoffer krijgt geen wraak uitbetaald, maar herstel van de geleden schade. Voor zover mogelijk, bij wijze van spreken. In ons land en in andere landen, waar herstelrecht stilaan ingang heeft gevonden, kan er voor bepaalde misdrijven een regeling worden getroffen tussen dader en slachtoffer, waar de dader de geleden schade kan vergoeden en de rechter kan beslissen geen sanctie uit te spreken omdat de twee direct betrokken partijen zelf tot een oplossing gekomen zijn. Het Nieuwe Testament roept op vele plaatsen op het kwade met het goede te vergelden, bijvoorbeeld Rom. 12:21; 1 Thess. 5:15 en 1 Petr. 3:9
Terugkeer naar maatschappij
Opdracht gevangenisaalmoezeniers
Wat men bij het klassieke Westers strafrecht bovendien dikwijls uit het oog verliest, is dat de dader vroeg of laat terugkeert in de maatschappij, behalve enkele uitzonderingen, die nooit meer terug mogen keren naar de samenleving. Zal hij of zij terugkeren vanuit de gevangenis met een gevoel, gezuiverd te zijn van schuld, omdat hij of zij, haar of zijn straf heeft uitgezeten of zal hij of zij terugkeren naar de samenleving met een gevoel van haat? Met weinig kansen de gevangenis binnen en met nog minder kansen op slagen terug in de samenleving?
Bijbels strafrecht
Het Bijbels strafrecht, zelfs vanuit de Thora, gaat echter uit van een héél ander concept. Er is slechts tzedaka (gerechtigheid) als er sjalom (herstel en vrede) is bereikt. Er kan slechts van gerechtigheid worden gesproken als er herstel is van de vrede en harmonie tussen God en mensen. Hier komt duidelijk wel het slachtoffer in beeld. Er moet herstel komen voor het slachtoffer of voor zijn of haar omgeving. Wie iemand zijn oog heeft beschadigd, moet de waarde van dat oog vergelden, zie Exodus 21:23 en verder. Dat is veel menselijker dan dat de dader eveneens een oog wordt uitgerukt. Hetzelfde met een tand. Wat voor zin heeft het, de dader ook een tand uit te slaan? Dan zijn er twee met een beschadigd gebit. De dader moet aan het slachtoffer een schadevergoeding bezorgen, die overeenkomt met de schade die het slachtoffer heeft opgelopen. Zo wordt het leed niet vermeerderd, maar de schade – voor zover dat menselijk mogelijk is – vergoed en hersteld. Ook wanneer in de Thora de doodstraf wordt vermeld, bijvoorbeeld in Lev. 24:17 wordt in de Talmud Qam 83b-84a duidelijk gemaakt, dat de dader aan de familie van het vermoorde slachtoffer een geldelijke vergoeding moet geven, die het verlies van de overledene enigszins compenseert. Mogelijkerwijze was het slachtoffer de kostwinner van de familie. Als de dader wordt terechtgesteld, dan kan men spreken van wraak, wanneer echter de dader de rest van zijn leven moet werken voor het onderhoud van de familie van de vermoorde, is er misschien wel sprake van een veel langere en zwaardere en verantwoordelijkere straf. Het kwade wordt hier met iets constructief beantwoord en niet met wraak. Voor de dader wordt bepaald wat hij heeft aangericht en de omgeving van
8
april 2013
Vroeger hadden gevangenisaalmoezeniers vooral de opdracht om de gevangene snel het evangelie van vergeving te brengen. De bekende predikanten John en Charles WESLEY uit de 18de eeuw waren ook gevangenisaalmoezeniers en hadden meestal maar 48 uur de tijd om een ter dood veroordeelde op te roepen tot berouw en het vragen van vergeving aan God. Na 48 uur werd de veroordeelde terechtgesteld. Nu is het voor de gevangenisaalmoezeniers, naast de taak om te luisteren naar de gedetineerden en te bemoedigen met de Bijbelse verhalen, eveneens een grote opdracht om daders te wijzen op hun verantwoordelijkheid voor het herstellen van de geleden schade van het slachtoffer of zijn omgeving. _____________________________________________ Ds. Christian BULTINCK, Gevangenisaalmoezenier.
Website
Webmasters ds. Leendert BOSGRA (Nederlandstalig) en dhr. R. BROWET (Franstalig) zijn volop bezig met de nieuwe website van de VPKB en hebben beloofd, dat die tegen Pasen klaar zou zijn. We wachten vol spanning op het resultaat en danken hen voor hun inzet.
Coördinatie Bezinning en Dialoog
“Uw stok en uw staf, zij geven mij moed” Enkele gedachten over oecumenische begeleiding
Van november 2012 t/m februari 2013 is VPKB-predikant ds. Gerrit BUUNK, met hulp van Kerk in Actie, uitgezonden geweest als vrijwilliger in het Ecumenical Accompaniment Programme in Palestine and Israel (EAPPI), een oecumenisch begeleidingsprogramma van de Wereldraad van Kerken. De Wereldraad voert het programma uit op uitdrukkelijk verzoek van de Palestijnse kerken. De begeleiders van EAPPI werken in kleine internationale teams op verschillende locaties. Ze bieden door hun geweldloze en onpartijdige aanwezigheid bescherming aan plaatselijke Palestijnse en Israëlische gemeenschappen of organisaties. In zijn weblogs (zie VPKB-webstek) vertelde ds. Buunk over zijn persoonlijke ervaringen. Op 24 februari, bracht ds. Buunk verslag uit tijdens de vergadering van de VPKB Werkgroep Kerk in de Samenleving (KidS). Bij die gelegenheid hield Rob van Drimmelen een overweging over het begrip begeleiding. Dit artikel geeft daarvan een korte samenvatting.
Geen nieuw begrip
Begeleiding is geen nieuw begrip in het deel van de wereld, dat wel eens als het Heilige Land wordt aangeduid. In Genesis (5:24) lezen we over Henoch die wandelde met God, zoals oude vertalingen dat zo mooi weergeven. Exodus (14) verhaalt over het volk Israël dat uit Egypte en door de woestijn Sinaï door God werd begeleid overdag in een wolkkolom, ’s nachts in een lichtende vuurzuil. Het ultieme model van begeleiding, waarover we in de Bijbel lezen, is Gods incarnatie in de wereld. God zond Zijn Zoon Jezus om de mensheid te begeleiden, het dagelijks leven met ons te delen en deel te hebben zowel aan onze vreugde als aan ons lijden. Jezus wandelde met de mensen en met God. Slechts aan het kruis was Hij alleen. Het Engelse woord voor begeleiding accompaniment bevat het woord pan (Latijn:panis = brood). Een begeleider, een compagnon, is iemand met wie wij brood delen.
Emmaüsgangers
Dat word geïllustreerd in het mooie verhaal, dat wij in deze tijd van het kerkelijk jaar lezen over de Emmaüsgangers (Lucas 24:13-35). Twee mannen, één van hen Kleopas genaamd, waren op de terugweg uit Jeruzalem, waar zij verschrikkelijke ervaringen hadden meegemaakt. Ze hadden een somber gelaat. Veel mensen die hedentendage in diezelfde streek wonen, zouden zich waarschijnlijk kunnen herkennen in de ervaringen van de twee mannen, wier hoop volstrekt de grond ingeboord was vanwege het lijden en de kruisiging van een onschuldig mens. Maar Jezus begeleidde hen. Hij luisterde naar hun verhalen en Hij bemoedigde hen. Toen Jezus het brood met hen brak, realiseerden de mannen zich, dat Hij het was die hen begeleid had. Het is een prachtig verhaal over een God die, door Zijn Zoon, mensen begeleidt van wie de hoop aan scherven ligt, die zich hopeloos en hulpeloos voelen, die wanhopen, die zich letterlijk en figuurlijk ommuurd voelen en geen uit-
weg zien, die rondlopen met een somber gelaat. Begeleiden op zich is van belang. Het is het belang van een arm om de schouder van iemand, die troost en bemoediging nodig heeft. Het is het belang van het vasthouden van de hand van iemand die bescherming nodig heeft. Begeleiden is het belang van medelijden, medevoelen en invoelen. Tegelijkertijd impliceert begeleiden dat men samen op weg is.
Maar wat is het doel van die gezamenlijke tocht?
Op dit punt kunnen we terugdenken aan de mooie tekst uit Micha (6:8) die dit jaar centraal stond in de Gebedsweek voor Christelijke Eenheid: Hij heeft u bekendgemaakt, o mens, wat goed is en wat de Here van u vraagt: niet anders dan recht te doen en getrouwheid, lief te hebben en ootmoedig te wandelen met uw God. Te wandelen met God als Compagnon betekent trouw zijn en recht doen. _____________________________________________ Oecumenische begeleiding is ootmoedig, maar ferm gerechtigheid bevorderen. _____________________________________________ In de context van Israël en Palestina betekent dit, het bevorderen van een rechtvaardige vrede. Zonder dat laatste hebben noch de Palestijnen, noch de staat Israël een levenswaardige toekomst. Oecumenische begeleiding in wat men het Heilige Land noemt, betekent het begeleiden van mensen op weg naar een rechtvaardige vrede, met de bede en de hoop dat die weg ons brengt naar een bestemming waar, om de Psalmist (85:10) te citeren, trouw en waarheid elkaar omhelzen en recht en vrede elkaar met een kus begroeten: de droom van shaloom en salaam. Mooi dat de VPKB hieraan een steentje mag bijdragen en een eindje mee mocht lopen met Israëli’s en Palestijnen. ____________________________________________ Rob VAN DRIMMELEN. qpril 2013
9
Coördinatie Bezinning en Dialoog
Blijvend bijdragen aan vrede
Teruggekeerd denk ik: het is toch hoog tijd dat de bezetting van Palestina stopt en dat wij hier in Europa en dat vele anderen op de wereld eindelijk anders gaan kijken naar de situatie van de Palestijnen en de Israeli´s en anders gaan handelen om een gewoon leven in waardigheid en vrede voor alle inwoners van Palestina en Israël naderbij te brengen. Was het niet gevaarlijk daar terwijl je daar was, want het is toch oorlogsgebied ? vragen mijn buren mij. Het beeld dat men (op afstand) van oorlogsgebied heeft, is dat van permanent schieten op straat, zoals in Syrië. Dat er in Palestina meestal gewoon leven geprobeerd wordt door de bevolking, gedurende toch al 45 jaar, is amper voorstelbaar. Maar, ja, het is wél gevaarlijk, maar anders. Hier een klein voorbeeld: op de weg nabij Yanoun die pas weer door een akkoord werd open verklaard, wordt met stenen naar passerende auto´s gegooid door kinderen van het settlement, met hun ouders op de achtergrond. En de Israëlische militairen, die in dit gebied de ordehandhavende taak hebben, grijpen niet in, zo vertelt het opvolgende EAPPI-team mij. Met welk mensbeeld groeien deze kinderen op, zo kunnen we ons afvragen. Het is echt hoog tijd om anders te gaan denken, want hoe lang nog zal het duren vooraleer mensbeeld en wereldbeeld (en daarmee samenhangend Godsbeeld) weer enigszins hersteld zijn. Het zijn de mensen daar, van wie ik de vraag om anders te kijken, duidelijk te horen heb gekregen. Het is vanwege de vraag van Palestijnse christenen, dat ik ben ge-
10
april 2013
gaan om aan het EAPPI-programma mee te doen. En het is door daar aanwezig te zijn, dat ik dezelfde vraag ook heb horen klinken van Israëlische joden en van Palestijnse moslims. Het zijn christenen die van hun mede-christenen vragen, de bijbel anders te willen verstaan. Wij vragen van onze zusterkerken om de zonde van de bezetting niet te voorzien van een theologische dekmantel. Help de twee volken hier om gerechtigheid, vrede, veiligheid en liefde te realiseren (zo lezen we in het Kairos-document 2009). Het zijn joodse burgers, die van hun wereldwijde volksgenoten vragen, de staat Israël te helpen om democratie echt in praktijk te brengen (iedereen gelijke rechten). Het zijn moslim-burgers die aan hun leiders vragen om te zorgen, dat eenieder in waardigheid kan samenleven. Ik heb meerdere mensen horen zeggen: vroeger konden we ook naast elkaar leven, als moslims, christenen en joden in hetzelfde dorp, in dezelfde stad, in dezelfde landstreek. We willen gewoon in vrede onze kinderen groot brengen, net als andere mensen. ____________________________________________ Ds. Gerrit BUUNK, Werkgroep KidS. We kunnen onze betrokkenheid bij de bewoners van Israël en Palestina blijvend vorm geven, door ons via EAPPI op de hoogte te houden van het wedervaren van de oecumenische waarnemers, via http:// eappi.org/du/start.html en via de Nederlandse coördinatie in Utrecht http://www.kerkinactie.nl/projecten/Uitzending-oecumenische-begeleiders—p600 . In de gemeente kan u het Kairos-document lezen en samen een antwoord formuleren. U weet: op de komende synodevergadering in november staat het document op de agenda. Intussen is ds. Gerrit Buunk beschikbaar om bij u ter plaatse te vertellen over zijn verblijf van 3 maanden, met powerpoint-presentatie. Voor informatie en afspraken: werkgroep Kerk in de Samenleving (KidS), Greet Heslinga
Nieuws uit de Faculteit
Faculteit voor Protestantse Godgeleerdheid Gastcolleges Daniel Marguerat
Op 9 en 11 februari 2013 gaf prof. dr. Daniel Marguerat, geëmeriteerd Nieuwtestamenticus van de Universiteit van Lausanne, gastcolleges op een studiedag van de VPKB en in de FPG. Prof. Marguerat geldt als kenner van Handelingen en Matteüs en publiceerde bovendien verschillende werken over de historische Jezus. Thema van de studiedag was Du Jésus de l’histoire au Christ de la foi. In het verlengde daarvan gaf prof. Marguerat een gastcollege aan de FPG over La quête du Jésus de l’histoire et la judaïcité de Jésus. Un bilan. De studiedag was zeer goed bezocht en verliep in een goede sfeer. Vele deelnemers bleven nog napraten bij een kop koffie of thee.
Studies over de Nederlandse Geloofsbelijdenis: Analecta Bruxellensia 15
De Nederlandse geloofsbelijdenis (NGB) komt niet uit het huidige Nederland, maar uit België, en wordt daarom ook Confessio Belgica genoemd of in het Engels Belgic Confession. Zij werd niet geschreven in het Nederlands, maar in het Frans en het was Guy de Brès (of Guido de Bres) die in 1561 deze tekst over de muur van het kasteel te Doornik (Tournai) wierp. Dit was in een tijd van onderdrukking en geweld van het streng-katholieke wereldrijk Spanje tegen haar dissidente onderdanen. Dit en meer kunt u lezen in de 15de aflevering van ons jaarboek Analecta Bruxellensia, getiteld The Belgic Confession at 450. Daarin staan de bijdragen aan het symposium dat in november 2011 in de FPG Brussel gehouden werd ter gelegenheid van het 450-jarig bestaan van de NGB. Het was een gezamenlijk project van FPG, ETF en KUL, in samenwerking met de VPKB. Het nummer is tegen € 15 te koop bij onze bibliothecaresse:
[email protected]
Symposium over de Heidelberger Catechismus: 18-19 april
De Reformatie-jubilea zijn niet van de lucht. Nu is de beurt aan de Heidelberger Catechismus om zijn 450ste verjaardag te vieren. De Heidelberger is één van de populairste Reformatieteksten. Geschreven in 1563 in opdracht van keurvorst Frederik III van de Palts, werd hij al snel vertaald en verspreid door heel Europa. De boekdrukkunst – het nieuwe medium van toen – hielp daarbij enorm, evenals de strijd tegen Spanje, de nieuwe wereldmacht die het Katholieke geloof te vuur en te zwaard
verdedigde. Zo’n tekst komt niet uit de lucht vallen. Daarom is er ook aandacht voor de context waarin het geschrift is ontstaan en zich zo snel kon verbreiden. En hoe verhield de Heidelberger zich tot andere belijdenissen, hoe stonden de Lutheranen, de Doopsgezinden en andere radicale protestanten ertegenover? De Anglicanen, de Rooms-Katholieken? En hoe is de verhouding tot het Jodendom? Al deze vragen worden besproken door geleerden van uiteenlopende achtergrond en uit verschillende landen op een symposium op donderdag en vrijdag, 18 en 19 april 2013. Deze vindt plaats in de ETF in Leuven-Heverlee en is, net als het symposium over de Nederlandse Geloofsbelijdenis, een samenwerkingsproject van ETF, KUL en FPG. Het doel is, het ontstaan en de verspreiding van de Heidelberger te belichten in een breed historisch en oecumenisch perspectief. Voorlopig programma: zie website FPG > Nieuws. Verdere details worden bekend gemaakt op de speciale website.
Studienamiddag bijbelse verhalen: 15 mei
Op 1 oktober 2012 heeft prof. dr. Rudy van Moere zijn hoogleraarschap Oude Testament aan de Franstalige afdeling van de FPG beëindigd en werd hij benoemd tot faculteitshoogleraar. Wij vieren deze gebeurtenis met een studienamiddag. Prof. Van Moere heeft in zijn onderzoek en onderwijs veel aandacht besteed aan de uitleg van narratieve teksten. Daarbij is hij thuis in meerdere talen. Tijdens de studienamiddag zullen daarom sprekers in verschillende talen toelichten hoe poëtische, narratieve en historische analysemethoden ons helpen bij het verstaan van Bijbelse teksten. Wij komen bijeen op de FPG Brussel, op woensdag 15 mei (13:30-16:30) en beëindigen de namiddag met een feestelijk glas. Nadere informatie volgt op de website: www.protestafac.ac.be > Agenda. Graag van tevoren opgeven:
[email protected] Faculteit voor Protestantse Godgeleerdheid Bollandistenstraat 40 - 1040 Brussel www.protestafac.ac.be
qpril 2013
11
Nieuw Liedboek
In deze rubriek worden enkele liederen besproken, die in het Nieuwe lIedboek staan. Dit keer een avondmaals- en paaslied. Vier met alles wat in je is, Christus’ dood en verrijzenis…
Dansend aan het avondmaal. We zien het niet direct voor ons. Meestal is het toch een plechtig moment als brood en wijn rondgaan. Voor veel christenen in de wereld geldt echter, dat zij veel lijfelijker in het leven staan en hun droefheid en vreugde expressief tot uiting brengen. WanMissa Criolla het kyrië en gloria toonzet, dan komt één en al emotie boven. In het nieuwe liedboek staat een lied uit Jamaïca, dat die warme frivoliteit in haar melodie meedraagt. Het is moeilijk om bij deze volksmelodie stokstijf te blijven staan. De oorspronkelijke tekst die Fred Kaan het lied meegeeft, luidt: n
e
e
r
d
e
A
r
g
e
n
t
i
j
n
A
r
i
e
l
R
a
m
i
r
e
z
i
n
z
i
j
n
b
e
r
o
e
m
d
e
Let us talents and tongues employ, reaching out with a shout of joy: bread is broken, the wine is poured, Christ is spoken and seen and heard. Jesus lives again; earth can breathe again. Pass the Word around: loaves abound! Daarmee zou het een lied voor Pasen kunnen zijn. Ik moet denken aan die beroemde fresco van Fra Angelico, in het klooster San Marco te Florence. Deze vrome monnik schilderde in 1430 de prachtigste voorstellingen van veelal streng devote kruisvoorstellingen. Maar met Pasen, wanneer hij dat moment in de tuin vastlegt, waar Jezus aan Maria Magdalene verschijnt, krijgt zijn tekening een vrolijke touche: bloemen bloeien in de tuin en Jezus maakt met een sierlijk bijna dansend gebaar aan Maria duidelijk, dat zij Hem nu niet aan mag raken. Nolli me tangere (raak me niet aan) en Jezus rechtervoet draait al weg, alsof Hij met vreugde al op pad is en zijn leerlingen Hem in die vreugde volgen mogen. Vier met alles wat in je is Christus’ dood en verrijzenis. Aan de tafel van brood en wijn wil hij tastbaar aanwezig zijn. refrein: Hij die opstaat geeft brood en ademtocht, woord van overvloed dat ons voedt. Dit lied kan een avondmaalsviering in het lentelicht van de tuin van Pasen zetten. In brood en wijn is Christus tastbaar aanwezig. Etend en drinkend proeven wij de overvloed, brood en ademtocht. Het doet een beroep op onze talenten, op onze tong en tastzin en roept ons op om alles in te zetten voor de vreugde van Christus’ dood en verrijzenis. U moet er echt moeite voor doen om dit lied met stijve heupen uit te zingen… ___________________________________________________________________________________________ Ds. Hans NEELS, Antwerpen.
12
april 2013
Nieuw Liedboek
Twee regionale liedboekzangmiddagen
Kennismaken met een veelzijdig zangkerkboek Zaterdag 20 April, Brabantdamkerk, Protestantse kerk Gent-Centrum Zaterdag 27 April, ´De Brabantse Olijfberg‘, Protestantse Kerk Antwerpen-Noord
Samenzang en toelichting Met medewerking van diverse koren
Wanneer: zaterdag 20 April, aanvang: 14.00 u. Waar: Gent, Brabantdamkerk, Adres: hoek Brabantdam en St. Kristoffelstraat (bij St. Anna) Inkom: vrij
Wanneer: zaterdag 27 April, aanvang: 14.00u. Waar: Antwerpen, protestantse kerk Antwerpen-Noord Adres: Lange Winkelstraat 5 Inkom: vrij
Meer info: www.vpkb.be qpril 2013
13
Van hier en daar
Het Edict van Milaan (313 - 2013) en de Kerk van Constantijn
Het is dit jaar 1.700 jaar geleden, dat keizer Constantijn met het Edict van Milaan het christendom tot een geprivilegieerde godsdienst maakte.
Constantijn de Grote
Wie was Constantijn de Grote?
Constantijn werd geboren tussen 272 en 288 als de zoon van keizer Constantinus Chlorus en Helena, een vrom christin. Vanaf 293 was Constantijn aan het hof van keizer Diocletianus. Daar leerde hij de conceptie kennen van een Byzantijnse ideologie van de macht: absolute souvereiniteit tegenover het Romeinse recht. In 306, na de dood van keizer Constantius, werd hij in York, Engeland, uitgeroepen tot keizer. In 312 werd hij eerste keizer na de nederlaag van zijn rivaal Maxentius, de slag bij Ponte Milvia, Rome.
Van droom naar godsdienstvrijheid
Volgens de legende kreeg hij de nacht voor de veldslag een droom met de instructie, te vechten onder het teken van het kruis. Volgens een andere legende zag hij in de hemel een teken om onder het kruis de strijd aan te binden. Constantijn kende zijn overwinning toe aan de christelijke God en verleende kort daarop tolerantie en keizerlijke voorkeur an het christendom. Samen met zijn medekeizer Licinius vaardigde hij in 313 het Edict van Milaan uit: godsdienstvrijheid. Voor de Kerk betekende
14
april 2013
het vele privileges. Constantijn was voorstander van een beleid, waar de Kerk zo nauw als mogelijk zou aansluiten bij de staat. Het wekt dan ook geen verwondering dat hij, alhoewel ongedoopt (eerst kort voor zijn dood werd hij in Rome gedoopt) zich geroepen voelde, in te grijpen in intern-kerkelijke aangelegenheden.
Intern-kerkelijke aangelegenheden
In 313 deden de Donatisten, Noord-Afrika, een beroep op de keizer. Ze weigerden erkenning van geordineerdkerkelijk ambt aan al degenen, die onder druk het geloof hadden opgegeven en nu terugkeerden. Constantijn legde de zaak voor aan een commissie van bisschoppen, dan aan de Synode van Gallië en Italië, Arles 314 en hoorde tenslotte zelf de zaak, 316. De Donatisten verloren telkens hun zaak, legden zich er niet bij neer en noopten de keizer tot harde maatregelen om het verdict uit te voeren. Na de slag bij Chrysopolis, 324, werd Constantijn de enige keizer, hij verplaatse de hoofdstad van Rome naar Byzantium, dat hij herbouwde tot Constantinopel, stad van Constantijn, 330. Een extra-resultaat van dit beleid was dat de bisschop
Van hier en daar van Rome steeds meer macht een aanzien kreeg, kerkelijk zowel als wereldlijk, als alle andere bisschoppen en prefecten. In 325 riep de keizer een Concilie bijeen, Nicea, om het geschil rond de persoon van Christus uit de klaren, Arius en Athanasius. De keizer nam actief deel aan de debatten, een voorafschaduwing van de Byzantijnse theorie, dat de keizer de hoogste macht bezat, zowel in de Staat als in de Kerk. De overwinning van de orthodoxie, Athanasius, belette de keizer niet, later ook orthodoxe leiders te verbannen, waaronder ook Athanisus. In de Orthodoxe kerkelijke traditie van het Oosten wordt hij ook de Dertiende apostel genoemd, vereerd als een heilige is zijn feestdag, samen met zijn moeder Helena, 21 mei.
Eenzijdig gebruik van decreet
Zijn decreet betreffende godsdienstvrijheid werd sterk eenzijdig gebruikt. Christen-priesters werden vrijgesteld van belasting, veel kerkbouw (vooral op de zogenaamde heilige plaatsen: Jeruzalem, Rome, Constantinopel) werd ondersteund en in 321 werd de zondag een openbare vrije dag. In dat voetspoor verbood het Edict van Thessalonika, keizer Theodosius I de Grote, in 380 de heidense cultus voor niet-christenen. Voor de door de Kerk veroordeelde christenen was er geen godsdienstvrijheid. Tussen 391 en 392 troffen de decreten van Theodosius ook de privé-viering van de heidense cultus. Dit alles leidde in de volgende eeuwen in de praktijk tot een huwelijk tussen kerk en staat en tot bloedige vervolgingen van Katharen, Joden, Waldenzen, Moren of moslims, wat later het instellen van de inquisitie.
Verklaring van de mensenrechten
Een latere traditie, de zogenaamde Schenking van Constantijn (met vele privileges voor de paus en de kerk) was een vervalsing, in de 15de eeuw als zodanig ook aangetoond, Nikolaas van Cusa e.a. Godsdienstvrijheid zoals verstaan op het IIde Vaticaans Concilie 1965, Dignitatis humanae, erkende eindelijk ook de rechten van minderheden, ontkend gedurende eeuwen! Deze verklaring werd mogelijk in het licht van het humanisme, de verklaring van de mensenrechten van 1789 en de Verklaring Mensenrechten van de Verenigde Naties.
Romana versus Staat
In onze tijd wordt door beleidsmensen in de Kerk van Rome vaak ten onrechte een beroep gedaan op het Edict van Milaan. Terzelfdertijd wordt het begrip van een neutrale staat, laïcité, afgewezen. Het is, 50 jaar na de opening van het IIde Vaticaans Concilie, voor het Vaticaan onaanvaardbaar dat de staat in zijn beleid, godsdienstig gezien neutraal is, godsdienstvrijheid voorstaat voor allen en voor ieder in gelijke mate en kerkelijke aanspraken op een bepaalde ethiek of moraal afwijst, bijvoorbeeld huwelijksrecht, voortplanting, abortus, levenseinde. In landen als Italië, nu ook in Frankrijk, in een vrij recent
verleden ook Spanje leidde en leidt dat tot vaak heftige conflicten. De Romana spreekt in deze context van niet op te geven basisprincipes en deze gelezen zoals verstaan door het Magisterium van de Kerk. De neutraliteit van de Staat wordt geduid als een wereld zonder God, als een wereld, waar voor het trancendente geen plaats is, het wordt een conflict tussen geloof en maatschappelijke instanties.
Samenwerking gelovigen en niet-gelovigen
We leven in een pluriforme en multireligieuze en -culturele maatschappij. Het is de opdracht van de staat als neutrale instantie, telkens weer instrumenten te vinden voor ieder aanvaarbaar, verstaanbaar, godsdienstvrijheid voor ieder en in gelijke mate, de menselijke waardigheid van ieder waarborgend. Als gelovigen weten we ons allen, zonder onderscheid, als geschapen naar Gods beeld en gelijkenis, we geloven dat de God in wie we geloven, aanwezig is en werkt, ook onder hen, die wij als nietgelovigen of anders-gelovigen zien. Samen trouw zijn aan de aarde ons toevertrouwd, gelovend in de kracht van de liefde voor de medemens, zoeken we telkens nieuwe vormen van samenleven. ____________________________________________ Dr. Pieter BOUMAN, emeritus-predikant.
Synodebureau Dhr. Daniël SMETS, die op 01.01.2011 aantrad als administratief directeur, als opvolger van dhr. Yvon BROHEZ, is sinds begin december 2012 met ziekteverlof naar aanleiding van een burn-out. Na rijp overleg heeft hij besloten zijn functie neer te leggen. Zijn opzegtermijn loopt tot 31 mei 2013. Opdat mevr. Martine HENDRIX (boekhouding) meer tijd kan vrijmaken voor boekhoudkundige taken, werd ondertussen een groot deel van haar werk voorlopig verdeeld onder een aantal personeelsleden. De rekeningen en begrotingen van de plaatselijke gemeenten worden verzendklaar gemaakt door mevr. Christine VAN BELLE, facturen (o.a. voor Kerkmozaïek) worden gemaakt door dhr. Joseph VANGANSBEKE, terwijl de formulieren die ingediend worden bij de FOD Justitie voor vacaturevergoedingen, beheerd worden door mevr. Bea BAETENS. Een woord van hartelijke dank en waardering is hier zeker op zijn plaats. We mogen ons gelukkig prijzen dat we gedurende drie maanden twee maal weeks mogen rekenen op de hulp van mevr. Brigitte ALESSANDRONI (uit de gemeente Fontaine-l’Evêque) op de dienst Boekhouding. De synodale raad bespreekt nu hoe hij deze situatie zo best mogelijk op zo kort mogelijke termijn kan oplossen.
qpril 2013
15
Advertentie
Nieuwe penningmeester De synodale raad is nog altijd op zoek naar een nieuwe penningmeester. Er waren een aantal voorzichtige contacten met mogelijke kandidaten, maar zonder positief resultaat. Hieronder vindt u nog eens de taakomschrijving.
Taakomschrijving penningmeester In samenwerking met de synodale raad, de opdracht, ontvangen van de synodevergadering, realiseren. De penningmeester zal zich in het bijzonder specialiseren in de goede zorg van de financiën en het patrimonium van de VPKB, in samenwerking en overleg met de Coördinatie Administratie en Financiën. Klassieke taken van een penningmeester • Opstellen van de jaarlijkse begroting en de jaarrekeningen van onze kerk. Tussentijdse opvolging i.v.m. lopende uitgaven en inkomsten. • Nodige kennis hebben of opbouwen van de boekhouding van de VPKB en de bijhorende financiële en wettelijke aspecten om pro-actief bij te sturen waar nodig en om snel en accuraat op veranderingen te kunnen inspelen. • Toezicht / opvolging beheer van ons toegekend patrimonium. • Deelnemen aan verschillende werkgroepen in verband met het beheer van ons patrimonium.
Protestantse Omroep vzw Brogniezstraat 44 1070 Brussel _________________________
Taken in verband als lid van de synodale raad • Bijwonen van de maandelijkse vergaderingen van de synodale raad en zijn moderamen (2x10 per jaar) (sommige beslissingen hebben een financiële impact). • Als lid van de VPKB-vleugel, de vergaderingen bijwonen van de centrale raad van de Administratieve raad voor de Protestants-Evangelische Eredienst (sommige beslissingen hebben een financiële impact). Theoretisch vergadert de centrale raad maandelijks. • Toelichting geven van de financiën en de begroting op de verschillende kerkelijke niveaus/personen (synodevergadering, synodale raad, district, penningmeesters). Vragen beantwoorden en advies geven i.v.m. de financiële aspecten van ons kerk-zijn. • Deelnemen aan de werkgroep Projecten. Deze werkgroep telt 6 leden en verdeelt de subsidies die zij van buitenlandse donateurs ontvangt. Aangezien de administratieve directeur betrokken is bij de verschillende aspecten van de taak van penningmeester, dient het werk te gebeuren in onderling overleg.
VRT Radio 1 Woensdag 17 april om 20:03
Ideale Profiel penningmeester Reeds geruime tijd actief lid van de VPKB en liefst ervaring op de verschillende kerkelijke niveaus (plaatselijk, regionaal…). Niveau kennis: expert-boekhouder of financieel directeur.
Bijbel actueel: Emmaüsgangers ds. Bert BEUKENHORST
Personen die geïnteresseerd zijn, kunnen zo vlug mogelijk contact leggen met de voorzitter van de synodale raad, ds. Steven FUITE:
[email protected]
April
16
april 2013
Aankondigingen De Bijbel als leraar in het maatschappelijk verzet Studiedag zaterdag 13 april Wat betekent het om vandaag christen te messiaanse beweging te maken? Vaak komen we bij het beantwoorden van die vraag niet verder dan wat wollige waarden… Niettemin vinden we in de bronnen van onze traditie vlijmscherpe maatschappelijke analyses, indringende vragen, weerbarstige politieke visies die mensen van de weg tot een duidelijke stellingname en praktijk uitdagen. Bijbelkenners gaan in dialoog met vertegenwoordigers uit christelijk geïnspireerde middenveldorganisaties zoals de vakbond. z
i
j
n
,
o
m
m
e
e
Sprekers o.a. • Huub Oosterhuis (dichter-theoloog, De Nieuwe Liefde Amsterdam) • Elke Vandeperre (coördinator vzw Motief) • Guido Deckers (nationaal ACV-propagandist, actief bij FAN) • Sophie Vanonckelen (coördinator Ecokerk) Praktisch Datum: 13 april 2013, van 13u00 tot 17u00 Plaats: De Oude Abdij, Drongenplein 26 in Drongen Inschrijven: www.motief.org
Gemeenschap Sant’Egidio bestaat 45 jaar 28 april dankviering Antwerpen
In de Lage Landen wordt deze verjaardag gevierd op zondag 28 april om 17:00 met een feestelijke dankviering in de OLV-kathedraal te Antwerpen. Saint’Egidio zet zich onder andere in voor daklozen. Kamiano is de naam van de restaurants voor thuislozen van de gemeenschap van Sant’ Egidio in Antwerpen en Brussel. De naam verwijst naar pater Damiaan. Tweemaal per week biedt Kamiano in Antwerpen aan gemiddeld 350 daklozen en mensen in moeilijkheden gratis een volledige verse warme maaltijd aan. Bovendien kunnen de noodlijdenden van de stad er ook terecht voor een warme douche, medische eerstelijnszorg en juridische en administratieve hulp. Uw bijdrage is van harte welkom op een van volgende rekeningen : Vereniging voor Solidariteit (fiscaal aftrekbaar vanaf 40 euro) KBC – IBAN: BE95 4098 5637 5658 BIC: KREDBEBBBNP Paribas Fortis IBAN: BE14 2200 0370 0483 – BIC: GEBABEBB
qpril 2013
17
Glas in lood
Een reactie op het nummer van Kerkmozaïek De Kerk draait vierkant...
verschillende manieren doen en enig geloof in enige God lijkt weinig meerwaarde te hebben. Wie zich vroeger in Gods hand legde, die worstelt er zich nu uit. Eindelijk bevrijd?
Alleen geloof, alleen de Schrift, alleen genade…
Het artikel van ds. Temmerman is veelzijdig. Hij geeft aan dat de kerk niet meegaat met nieuwe communicatie en ook, dat de tweetaligheid geen verbreding of verdieping meebrengt, eerder integendeel. Na dat negatieve komt het inhoudelijke: over Jezus-de-Jood en over een inclusief Christendom dat meer openheid en creativiteit toelaat, ruimte voor de gelovige. De verkaveling, het infuus van overheidswege, de verdorpsing zijn dan weer aspecten van de malaise. Een betere salariëring voor de dominee en uitdagingen voor de vrijwilliger zijn de praktische hints. Ds. Knop is eerder ontmoedigend in zijn eindeloze opsomming van problemen. Veel oordelen daarin: oubollig, immens, pover, onaansprekelijk, krampachtig, angst, afkeurend gemompel, hokjes, gemis en… wel 6x het woord gebrek! Niets lijkt te deugen. Het aangeboden recept is daarentegen des te eenvoudiger: ga de wereld in en zoek de mensen op zoals Jezus deed. Dan hoor je wat er gevraagd wordt. Doe dan, wat gedaan moet worden. Word diaconaal en cultureel actief en doe het met kortlopende projecten. Daarin treedt hij ds. Temmerman bij : hou de vrijwilligers zinvol bij de les, maak het doenbaar. En wat kan ik hier over zeggen?
Onverschilligheid
Het is de onverschilligheid die de kerken steeds meer parten gaat spelen. Men kan de dingen op tientallen
18
april 2013
Dat zijn uitgangspunten voor mensen die niets hebben en die in de woestijn weerstand moeten bieden. Travel light. Deze drie vormen een goede bagage voor wie niets te verliezen heeft en alles te winnen. Maar… dat is niet de situatie van de westerse Christenen! Die zijn stinkend rijk en zitten vast aan hun verworvenheden. Ga naar huis – verkoop wat je hebt – geef het de armen – kom terug – volg Mij . Alles goed en wel, maar wie volgen wij? Jezus of een duistere club die manipuleert? Ik wil wel voor Jezus sterven, zei Erasmus, maar niet voor Luther. Er is een groot wantrouwen, ook bij de kerkleden. En we zijn lui. Zonder kerk gaat het ook wel. Goed, zelfs!
Solidariteit met de zwakken
Met de mond belijden we solidariteit met de zwakken en – geconfronteerd met het lijden wereldwijd dankzij de media – kopen we ons schuldgevoel af met giften en goede acties. Maar in stilte wringen we tegen. Want: wie is mijn naaste? Elke opportunist die Here, Here roept? Elkeen die zijn hand ophoudt? Ik denk dat de kerken zich niet moeten verliezen in diakonie aan lui die wel nemen maar niet geven. Zij profiteren, zij zuigen energie weg. We moeten opnieuw bedenken: wie is mijn naaste? Voor joden en moslims gaat het alleen om de geloofsgenoten. Moeten wij dan wél de hele wereld op de schouders nemen? Veel gelovigen voelen zich in de hoek gedrongen van derdewereld- en vierdewereldsloofjes. Hebben we niks béters te doen? Naar mijn gevoel is het model Jezus, vriend van de zwakken een vernauwing. Zijn titels zijn Koning, Hogepriester, Profeet. Dacht ik toch.
Inertie
We zijn nogal inert, dat is waar. Wat nu naar de kerk komt, is gemiddeld ver voorbij de vijftig. Helaas is die groep eerder behoudsgezind dan creatief. We weten wat we hebben en willen het niet verliezen. Jeugd vliegt er radicaler in, maar die mag in het beste geval onze waterdrager zijn. We hebben allemaal trouwens zo véél mo-
Van hier en daar gelijkheden voor onze vrije tijd! Dat is niet meer terug te draaien. Twitter, Facebook of blogs… voegen niets toe. Het gaat in de kerk immers niet om snelle communicatie, dat geeft veel geschreeuw en weinig wol. Het gaat om kritisch denken en spreken, om luisteren en ontdekken opdat samenhang wordt gevonden tussen onszelf en de leefwereld en al het onzegbare daarbuiten. Niet navelstaren, maar samen bijbelteksten uitspitten. Een geduldswerk.
Zoek de plaatsen-van-genade
De maakbare mens, samenleving, vriendenkring… die stadse wereld staat ver af van de tijd dat de aarde, de zee, de dieren aan ons gaven en van ons namen. GENADE als een geschenk, een uitdaging, past daar niet meer in. We leven niet meer op de boerenbuiten, graven niet in de aarde, biddend om regen of zon. De kerk staat nu haaks op de realiteit van de gelovigen en blijkt tegelijkertijd ook maar mensenwerk te zijn. Minder vergaderen en blabla is zeker welkom. Just do it. Maar hoe? Willen wij met geloof, schrift en genade iets aanvangen, dan moeten we naar de plekken waar genade voelbaar is en blijft: het leven zelf. Geboorte, groeien, verliefd worden, huwelijk, verdriet, scheiding, dood, ziekte, aftakeling, ongeval. Daar, waar jou iets overkomt en waar je met Job alleen maar kunt zeggen: De Heer heeft gegeven, de Heer heeft genomen, de naam des Heren zij geprezen, daar moeten we naar toe. Met elkaar de spanning, de leegte uithouden. Vloekpsalmen en dankpsalmen zingen, zoals Waar blijft U met Uw wonderen? Wat wij doen met de ontvangen talenten op déze plaats, in déze tijd, wordt een levende kerk. Benadert dit misschien het Ga de straat op van ds. Knop ? Tot slot Een club die niet weet hoe ze verder moet, gaat nieuwe statuten schrijven. NIET DOEN ! De woorden van Christus, die van Paulus en die van oude Kerkvaders en grote Reformatoren zijn en blijven onze statuten. Die stroeve en harde punten moeten we laten inwerken. Geen halfzachte lieflijke samen-op-weg-compromissen bedenken, zo van iedereen blij, iedereen mee. Het mag best wel eens botsen, als het maar niet persoonlijk wordt. Zonder spanning geen licht. Zonder wrijving geen glans. Het kan met hedendaagse kennis en werkmethoden. Want we zijn geen fossielen.
Jubileumjaar 2017 500 jaar Reformatie Dit wordt een belangrijk evenement voor protestantse kerken. De VPKB wordt nu al uitgenodigd om deel te nemen aan voorbereidende vergaderingen voor internationale vieringen van het jubileumjaar.
Slotkerk, houtsnede van Lucas Cranach de Oude (1509)
De synodale raad wil als VPKB onze tijd en energie vooral erop te richten om ons in eigen land te profileren samen met onze partners. We willen er een echte happening van maken en van de gelegenheid gebruik maken om te tonen, dat wij een open Kerk zijn.
Vele rondjes mening-geven maken alleen maar moe. Een wijsheid die ik ooit meekreeg: als je niet weet hoe je iets moet aanpakken, dan moet je er eerst heel lang en goed naar kijken. Als je dan nog steeds niet weet hoe je het moet aanpakken, pak het dan gewoon ààn. Succes ermee ! _____________________________________________ Paul SANDERS
qpril 2013
19
Synodevergadering en colofon
Synodevergadering Tolken Afgevaardigden en bezoekers op synodevergaderingen weten dat de tolken een cruciale rol spelen in het goede verloop van de zittingen. Oudgedienden (als we hen zo mogen noemen) zijn mevr. Antoinette PANHUIS en mevr. ds. Marie-Claire VANDOOREN, op wie wij ook dit jaar hopen te rekenen. Daarnaast heeft dhr. Rudy LIAGRE, die in november 2012 voor het eerst tolkte, zich bereid verklaard om opnieuw mee te werken en ook dr. ds. Rudy VAN MOERE zal zijn steentje bijdragen. Personen die op deze manier willen meewerken aan de komende synodestudiedag Ambten van 15 juni a.s. , kunnen zich graag opgeven bij
[email protected]
Perspectieven en krachtijnen n.a.v. synodevergadering 2012
Na de synodevergadering 2012 werden drie werkgroepen ingesteld om zich te buigen over: · De statuten van de ARPEE · De visie van de Kerk en Ambten in de VPKB · Artikel 39 – Geschillenregeling in de VPKB. De werkzaamheden van deze groepen vorderen goed en verlopen volgens plan.
Colofon
Verantwoordelijke uitgever ds. Steven FUITE Redactieteam Bea Baetens ds. Arjan Knop ds. Ernst Veen dr. Dick Wursten Redactieadres: Brogniezstraat 44 - 1070 Brussel tel.: +32-(0)2-511 44 71 fax.: +32-(0)2-510 61 74 E-mail:
[email protected] Website : http://www.vpkb.be Prijzen Kerkmozaïek • Individueel abonnement: 20,00 euro • Groepsabonnement: 15 euro (vanaf minimum 5 exemplaren naar éénzelfde adres) • Steunabonnement: 25,00 euro Vorige nummers Kerkmozaïek http:/www.hipgo.be/kerkmozaiek/ Storten kan op onderstaand rekeningnummer van de Verenigde Protestantse Kerk in België Brogniezstraat 44 - 1070 Brussel IBAN BE29 0680 7158 0064 BIC GKCCBEBB De redactie behoudt zich het recht voor om bepaalde artikelen niet te publiceren, indien nodig in te korten en/of redactioneel te bewerken. Zij is niet verantwoordelijk voor de inhoud van de artikelen en slechts ten dele voor de stijl. Organisaties en tijdschriften, niet behorend tot de VPKB, die artikelen uit het maandblad Kerkmozaïek geheel of gedeeltelijk wensen over te nemen of te bewerken, dienen dit schriftelijk aan te vragen op het redactieadres. Wat betreft de richtprijs voor advertenties kunt u zich wenden tot de redactie. Zij behoudt zich het recht voor om deze al dan niet te plaatsen.
(Foto’s: eetzaal La Foresta, synode 2012)
20
april 2013
Sluitingsdatum volgende Kerkmozaïek : 9 april 2013.
le ss ru B 0 7 0 1 4 4 t aa trs ze in g ro B , ET I U F n ev et S .s d : se rd ad n ez f a n e re ve gt i u . w t n ra e V le ss u r B 0 7 0 1 : r o to n ak et fi gf A
Creatie cover: Drukkerij N. de Jonge n.v., 1850 Grimbergen