Nr. 07 en 08 | zomer 2014| 36ste jaargang | verschijnt niet in augustus | P 408.654
Blik op oneindig
zomer 2014
1
Inhoud / Uit de redactie
Inhoud Schriftwerk / Woord van de voorzitter Jan van den Berg: Reislustige lieden Steven H. Fuite: Ga naar de mieren, luiaard, kijk hoe ze werken en word wijs
blz. 3 blz. 4
In het vizier: Blik op oneindig Annet Sinnema-Buurman: Vakantievlucht Froukje Kuijk: Ontmoeting met jezelf aan de andere kant van de wereld Jelle Brouwer: Afrikaans enthousiasme Ernst Veen: Blik op oneindig: een ode op het zoete nietsdoen...
blz. blz. blz. blz.
Coördinatie Bezinning en Dialoog Jaap de Lange: Verbonden met onze geloofsidentiteit Greet Heslinga: Ramadambrief 2014
blz. 10 blz. 12
Coördinatie Kerk en Wereld Op bezoek in Rwanda - Studiefonds Ik help een kind
blz. 13
Nederlandstalige communautaire coördinatie Maria Euwema: Adem het Goede in! Protestantse Omroep
blz. 15 blz. 16
Aankondigingen
blz. 17- 19
Nieuws uit gemeenten Anneke Vercruysse-de Raaf: Gemeenten zoeken elkaar op
blz. 20
Uw bijzondere aandacht voor Dick Wursten: Open Kerk - ook niet-gelovigen willen de kerken behouden Pieter Bouman: Wereldbon voor Internationale Vriendschap door de Kerken
blz. 21 blz. 22
Boekbespreking Zo zou je kunnen geloven
blz. 23
Colofon
blz. 24
5 6 7 8
Uit de redactie Het is weer vakantie en dan gaat bij velen de blik even op oneindig, dan willen we weg. De een doet dat letterlijk, de ander vooral in de geest; probeert afstand te nemen en tot rust te komen. In dit nummer laten we diverse mensen aan het woord die vertellen over hoe zo’n reis hun visie op het leven heeft veranderd. Hoe je in den vreemde dingen kunt ontdekken over jezelf, ook als gelovige, ook als kerk. Mocht u, beste lezer, verlof kunnen nemen - niet ieder is dat gegund - dan wensen wij u zo’n verrijkende ervaring toe. Blik op oneindig? Ja zeker, om daarna des te scherper te kunnen zien waarop het hier en nu aankomt. ______________________________________________________________________________ Namens de redactie, Dick WURSTEN
2
zomer 2014
Schriftwerk
Reislustige lieden Met het oog op de naderende vakantie pleeg ik telkenjare op de eerste zondag van de zomer gezang 747 uit het Liedboek op te geven (nummer 288 uit het oude Liedboek): Eens komt de grote zomer waarin zich ’t hart verblijdt. In een reislustige kerk als de onze valt dat altijd goed. Menigeen pakt het hele jaar door zijn koffers en gaat op reis naar verre streken. Wie veel reist, kan veel vertellen. In de Bijbel vind je dat al. Abram ging met vrouw Sarai en neefje Lot op weg naar onbekend gebied. En de magiërs uit het Oosten schommelden weken lang op hun kameel op zoek naar de koning van de Joden. Ook Jezus hield van reizen. Hij stak zelfs de grens over naar de Libanon, in vroeger tijd de parel van het MiddenOosten. Het zijn dankbare teksten om over te preken. Zo ben ik ooit in dienst van de zending terechtgekomen, onder het motto: Join the mission, see the world.
ven van een mens spreken wij in deze taal. En de gelovige begrijpt die taal. Het draagt hem uit over de grens van de dood heen. Op weg naar zijn eeuwige bestemming. Eens komt de grote zomer waarin zich ’t hart verblijdt.
Op die dag komt God op aarde met groene eeuwigheid. De hemel en de aarde wordt stralend en puur. Dat is een geweldig beeld van het einde van onze tijd. Een verlossing uit alle pijn en nood.
Met dat lied is het overigens vreemd gesteld. Het is bij mijn weten het enige gezang uit het Liedboek dat over de zomer spreekt. Lente en winter komen merkwaardigerwijs veel vaker voor in het Liedboek. Hoe zou dat toch komen? Het enige wat ik kan bedenken is dat winter en voorjaar meer liturgische hoogtijdagen bevatten. Maar dit zomerlied heeft natuurlijk een dubbele klank. Het gaat immers niet zo maar om het nieuwe jaargetijde dat is aangebroken. De rubriek waartoe dit lied behoort, is de rubriek die handelt over de voleinding. Als God zich openbaren zal op de jongste dag. De jongste dag, dat is een typische uitdrukking uit het evangelie volgens Johannes. Wel zes keer wordt het daar genoemd. In de Nieuwe Bijbelvertaling is het vervangen door de laatste dag. Een kwestie van duidelijkheid scheppen. Maar ik mis het oude begrip toch wel een beetje. Het gaf namelijk iets meer, meer dan het neutrale laatste dag. De laatste dag van de solden bijvoorbeeld, dat haalt het toch niet bij die mysterieuze jongste dag! Op die dag komt God op aarde met groene eeuwigheid. De hemel en de aarde wordt stralend en puur. Dat is een geweldig beeld van het einde van onze tijd. Een verlossing uit alle pijn en nood. In het licht van die eeuwigheid zijn al onze dagen op aarde geteld. Bij het ster-
Maar voorlopig gaan we eerst nog eens gewoon op reis, want we zijn nog lang niet levensmoe. Laat ons reislied maar schallen. We zullen het met kracht gaan zingen op die eerste zondag van de zomer! Ik wens allen die op reis gaan veel plezier en een behouden thuiskomst. __________________________________ Ds. Jan VAN DEN BERG, predikant te Brasschaat.
Bijdragen voor het volgende nummer verwacht de redactie graag uiterlijk 8 juli 2014. Thema van het septembernummer: Achteruitkijkspiegel (over W.O.I)
zomer 2014
3
Woord van de voorzitter
Ga naar de mieren, luiaard, kijk hoe ze werken en word wijs Gedachten bij Spreuken 6, 1-11
Een in de roes van het moment gedane belofte, een lichtzinnige toezegging die niet waargemaakt kan worden en meer berust op zelfoverschatting dan op werkelijkheidszin, kan pijnlijke gevolgen hebben. Als je borg staat voor je vriend, geef je je hand aan een vijand. Met die woorden geeft de Vulgata, de oude Latijnse vertaling, de beginregels van Spreuken 6 weer. Kortom: Waar mensen zich zo afhankelijk van elkaar maken, verkeren vrienden in vijanden of: waarom verstandige mensen liefst geen lening aangaan binnen de familie. Dat is wat in de taal van Spreuken 6 wordt omschreven als ondoordachte borgstelling. Heb je toch zoiets ondoordachts gedaan, zit er niets anders op dan dit onverwijld te corrigeren. Verneder je staat er letterlijk, gevolgd door de oproep om, in strijd met alle ongeschreven regels over waardigheid - in het oude oosten nog enkele dimensies dieper dan hier en nu bij ons - te gaan zeuren, herhaaldelijk aan te bellen, rammen op de deur, drammen tot de schuldenaar zélf zijn problemen oplost, en… die van jou. Maar dat vernederen, dat moet je dan wel gaan doen. En dat is lastig, want hoe krijg je jezelf zover? Zolang alles gaat zoals het moet gaan en we trots zijn op onze activiteiten, zijn we één en al daadkracht. Maar wat indien er een verkeerd besluit werd genomen? Menigeen kiest ervoor die werkelijkheid te ontkennen, uit angst voor de korte pijn, voor de confrontatie, uit schaamte, voor de schande… En daarom klinkt het: Ga naar de mieren, luiaard. Daarmee wordt geen nieuw onderwerp aangesneden. Het boek Spreuken bevat aanmerkelijk minder losse flodders dan vaak gedacht. Ga naar de mieren, luiaard. Daarmee opent een nieuwe alinea in een doorlopend verhaal. Alleen zijn we nu ‘n fase verder. Het Hebreeuwse begrip vertaald met lui heeft weinig van doen met dolce far niente. Hoe heerlijk en broodnodig kan het zijn om eens lekker niets te doen en ik wens u allen van harte een deugddoende zomertijd, ieder op zijn manier, hetzij actief of lui, ieder onder zijn eigen vijgenboom, in zijn eigen tent, vakantiehuisje, de bergen intrekkend of liggend aan het water! Wat Spreuken 6 met luiaard wil zeggen, beschrijft de angst om kansen ook echt te grijpen. Dat hoor je ook in de manier waarop hij - het personage komt nogal eens terug – elders getypeerd wordt. Even verderop klinkt het: De luiaard zegt: buiten loopt er vast
4
zomer 2014
een leeuw en blijft dus binnen. Kortom: altijd ziet hij moeilijkheden op de weg, voelt zich bedreigd, geviseerd, is zielig. Wie echter goed naar hem kijkt, ziet dat hij zélf zijn toekomst vergooit. Met veel dichterlijke vaardigheid wordt beschreven dat de luiaard niet plataf werkschuw is. Niet de weigering, maar het uitstel om aan de slag te gaan, kenmerkt hem: Nog even slapen, nog een beetje rusten… En laat dat nu letterlijk hetzelfde zijn wat net nog tegen de al te lichtzinnige borgsteller werd gezegd. Toen nog als oproep: Ga niet slapen, gun jezelf geen rust. Prachtig geschreven! Er zit verval in de tekst van Spreuken 6. Je zakt als lezer steeds dieper. Iets ondoordachts niet rechtzetten, de werkelijkheid ontkennen, angst voor de zure appel, die lamlendigheid leidt tot isolement, met misschien een grote neiging tot gekunstelde zelfrechtvaardiging. En dat is dan weer een bron voor kwaadaardigheid. Onbedoeld verkeerd handelen niet rechtzetten, fouten niet toegeven, ook niet aan jezelf, bereidt uiteindelijk het bewust verkeerd handelen voor. En omkeer is steeds moeilijker. Daarvoor is namelijk steeds meer kracht nodig en die laat zich in elke volgende fase juist steeds minder makkelijk bijeenschrapen. Maar het kan nog goed komen. Met vlijt en vooral met discipline. De luiaard moet zich laten gezeggen door de mieren. Niet om zich een leven lang af te beulen, wel om terug te komen bij wijsheid. Want ten diepste heeft wijsheid er alles mee te maken dat je weet hoe met de goede gaven van de Schepper om te gaan, dat je die goede gaven benoemt, jezelf wilt verstaan als staande in een zinsverband als een gewild, bedoeld en gewenst mens. En dat heeft niet zozeer met slimmigheid te maken, maar met echte wijsheid, met je houding. Van binnenuit, integer, niet opgelegd: Er is onder de mieren geen leider, geen aanvoerder, geen koning. Het gaat erom dat je je als mens door je fouten en je zorgen niet tot een eenzame luiaard op weg naar verbittering laat maken, met een steen op je hart. Kies in Gods naam voor de vrijheid en gun het jezelf om in jezelf een open en eerlijk mens te ontmoeten. __________________________________ Ds. Steven H. FUITE, Voorzitter Synodale Raad.
In het vizier: Blik op oneindig
Vakantievlucht ‘Über den Wolken muss die Freiheit wohl grenzenlos sein’ Reinhard Mey
Pas de laatste paar dagen voor vertrek, krijg ik er last van. Dan neemt een lichte stress bezit van mij. Ik wil, nee ik móét van alles afmaken, ordenen en voorbereiden. Mijn geest op scherp. Nog een paar dagen, dan ga ik op vakantie. Bepakt en bezakt op het vliegveld. Al honderd keer gecheckt of ik mijn paspoort wel bij me heb en mijn reispapieren. Of wat in mijn handbagage moet zitten ook werkelijk in mijn handbagage zit. Boekje, leesbril, aspirines. Tot het uiterste gespannen. Want ik ga op vakantie. De koffers zijn afgegeven en daarmee ook een deel van mijn bestaan. Bijna tot de essentie teruggebracht, stap ik het vliegtuig in en zoek mijn zetel. Ik heb een plaatsje bij het raam. Stewardessen stellen zich in het gangpad op en tonen met een geruststellende routine wat we moeten doen als het ergste wat ons overkomen kan, ons ook daadwerkelijk gaat overkomen. Ik hoop dat zíj het dan nog weten en dat ik dat niet hoop tegen beter weten in. Stewardessen zijn per slot van rekening ook maar mensen. De motoren ronken, het vliegtuig verzamelt al zijn krachten om straks de sprong te kunnen maken. Ook van mij maakt een gevoel van opwinding zich meester. Het toestel zet zich in beweging, sneller en sneller gaan we. Totdat we de grond onder onze voeten verliezen. We vertrouwen op de boordcomputers en de deskundigheid van de piloten. En op die van de stewardessen natuurlijk. Ik kijk door het raam naar al het vertrouwde dat aan ons voorbijschiet en steeds kleiner wordt. Zie gebouwen en weilanden omzoomd door wegen en sloten. Het blikkeren van de auto’s in de zon. Nog geen uur geleden was ik zelf ook zo klein. Ik zie het land, herken de kustlijn. Maar waar zijn de grenzen die mijn geboortegrond herkenbaar maken? Ik zie ze niet. En hoewel we dat natuurlijk al lang niet meer geloven – dat God boven in de hemel zetelt en wij hier beneden wonen – kan ik er toch niet aan ontkomen. Dat ik naar Ah, ziet dat er zó uit van bovenaf. b
e
n
e
d
e
n
k
i
j
k
e
n
d
e
n
k
En dat ik alles even in een ander perspectief zie. Dat vertrouwen en die wereld zonder grenzen. Alsof ik niet alleen fysiek maar ook met mijn gedachten ineens een beetje dichter bij de hemel ben. Als ik weer thuis kom van mijn reis zal alles weer hetzelfde zijn. De planten zullen dorst hebben en op de meubels ligt een laagje stof. Als ik mijn computer aanzet, zullen de e-mails binnenstromen. Niet aan denken nu. Dat is voor later. Misschien is dit pas écht vakantie: op de vleugels van je gedachten uitstijgen boven de wolken van het dagdagelijks bestaan en even een glimp opvangen van de hemel. Dus waar u ook heengaat en welk vervoermiddel u ook kiest. Of al reist u alleen in de geest. Ik wens u een prettige vlucht! ________________________________ Annet SINNEMA-BUURMAN
:
zomer 2014
5
In het vizier: Blik op oneindig
Ontmoeting met jezelf aan de andere kant van de wereld
Komend uit een warm nest, klaargestoomd in een goed gestructureerde school in Hasselt, was de enige moeilijke keuze die ik tot dan toe gemaakt had: aan welke studie wil ik beginnen? Het werd de studie Bio-ingenieur en ik verhuisde daarvoor naar een eigen kot in het Leuvense, wel beseffend dat je vandaar uit toch nog om de vijf tellen naar papa kunt bellen als er een lamp kapot is of de wasbak verstopt. En dan, uiteindelijk, lokt het onbekende… Ik had tot dan toe al heel wat kennis vergaard maar qua levenswijsheid sta je nog helemaal nergens. Een beetje meer tijd had ik nodig, want een vluchtige citytrip of een snel-snel vakantie geeft enkel de illusie dat je van een avontuur geproefd hebt. Een spannende reis, echt kunnen integreren in een andere cultuur en meeleven op het ritme aan de andere kant van de wereld, heeft me dan ook een heel andere kijk gegeven op bepaalde dingen in het dagelijks leven hier. Ik vond op internet het natuurpark Torres del Paine in Patagonia in Chili, in het staartje van de wereld. Vrijwilligerswerk voor één maand in de bijhorende milieuorganisatie zou het aanknopingspunt en het begin zijn van een reis die ik verder oningevuld liet. Wwoofing moments Het park was inderdaad een paradijs. Slapen in tentjes, in een schitterende omgeving, waar het in de lente nog makkelijk tot het vriespunt gaat, overdag harde handarbeid en - het leukste - in de rustmomenten de Chilenen die in deze vallei werkten, wat beter leren kennen. Het was ook direct een vuurdoop omdat ik nog haast geen Spaans kende en Chilenen, zeker hier in een geïsoleerd deeltje van de rest van het continent, het moeilijkste dialect spreken. Toch voelde ik me al snel thuis in dit land en vormde me een beeld van hoe ik verder wilde reizen. Hierna ben ik van het Zuiden helemaal tot het Noorden van Chili gereisd. Op het gemakje uiteraard om mezelf de tijd te geven
6
zomer 2014
de verstopte ontmoetingen en schoonheden van dit land te ontdekken. Ik heb o.a. in Chiloe, een eiland langs Chili, wwoofing gedaan (willing workers on organic farms), waar ik voor twee weken opgenomen werd in een Chileens gezinnetje. Chiloe is een eiland met enkel platteland, aardappelboeren en 1001 volksmythen, omdat het er altijd zo mistig is. Ik bracht hier Kerst en Nieuwjaar door en was blij om in deze periode me echt thuis te voelen. Gedurende mijn reis vond ik het heerlijk om enkel mijn trekkersrugzak te hebben en met weinig spullen rond te komen. Ik had mijn tent, tien onderbroeken en een slaapzak. Met nieuwjaar hebben we met een hoop vrienden in Chiloe langs een rivier in een ongerept stukje natuur gekampeerd en ik was zo dom om mijn tent in een doorgang voor koeien te zetten. Die nacht werd mijn tent geruïneerd door de horens van één van deze. Mijn huisje en zekerheid voor de rest van mijn reis was naar de vaantjes en nu kon ik niet even papa of mama bellen om te vragen wat ik moest doen. Ik heb mijn tent eigenhandig genaaid. Eén dag bloed zweet en tranen en ik kon weer verder. Liften en loslaten Chili is een prachtig land en met zo’n diversiteit moet je er echt de tijd voor nemen om de subtiele overgangen goed op te snuiven. Ik heb dan ook voor het grootste deel gelift. Maar zo heb ik wel de Atacama-woestijn doorkruist, nadat ik tien dagen in een prachtige vallei zes uur boven Santiago bij de Hare Krishna’s heb geleefd. Ik had geen flauw benul in welke gemeenschap ik terecht kwam, maar daar heb ik wel alle vooroordelen overboord gegooid en een enorm respect voor hen opgebouwd, wat overigens wederzijds was, want zij bewonderden ook mijn verhalen en interpretatie van God en mijn geloof. Ik heb nog door Bolivia gelift en heb er onvergetelijke mensen ontmoet en idem dito ervaringen opgedaan, te veel om in dit artikel allemaal te beschrijven. Nu ik terug ben, heb ik helemaal niet de drang om nog veel meer te ontdekken of te zien, maar ik ben ongelofelijk dankbaar dat ik de kans had deze mooie reis te maken en zoveel levenservaring op te doen. De manier waarop mensen van andere culturen handelen of met elkaar omgaan, kan zo speciaal en leerrijk zijn en op zulke momenten moet je vooral even je eigen standpunten of gebruiken kunnen loslaten, je oren spitsen en observeren. Bolivia en Chili zullen altijd een speciaal plaatsje in mijn hart hebben. _______________________________________ Froukje KUIJK.
In het vizier: Blik op oneindig
Afrikaans enthousiasme De kerken in Europa worden oud. Niet alleen de gebouwen zijn monumenten van een geleefd geloof. Ook het geloof zelf verschuift naar de rand van het bestaan en heeft de neiging te verstarren en te verstenen. Mensen komen er niet meer voor in beweging, ze worden er niet meer echt door in beweging gebracht. Natuurlijk merken we dat wel, maar we zijn niet goed in staat er iets aan te doen. Is het een natuurwet, een proces waar elke beweging vroeger of later mee wordt geconfronteerd? Geloof vanzelfsprekende plaats Het is met die vraag in het hoofd, dat ik in 2012 Rwanda bezocht. De Église Presbyterienne au Rwanda, onze zusterkerk daar, bestaat nog maar goed 100 jaar - in het begin van de 20e eeuw kregen missie en zending voet aan de grond en vond het evangelie van Jezus Christus ingang in de harten van de Rwandezen. En nog steeds zijn de kerken een factor van belang in het dagelijkse leven van de mensen, vooral op het platteland. Het is geen uitzondering, als een gemeente meer dan duizend leden telt, die op zondag in groten getale de diensten bezoeken. En het is ondenkbaar, dat die binnen een uur afgelopen zouden zijn al was het alleen maar omdat de vele verschillende koren die de gemeente telt, allemaal graag iets ten gehore willen brengen waar ze urenlang op hebben geoefend. Je kunt daar natuurlijk bij aantekenen, dat de kerken ook weinig concurrentie ondervinden. Dat er bij voorbeeld geen televisie is, die zoveel tijd van de mensen vraagt als bij ons. Je kunt opmerken, dat het begrip tijd in het besef van een Afrikaan een andere rol speelt dan bij ons. Maar je kunt niet ontkennen, dat het geloof daar overal een bijna vanzelfsprekende plaats in het leven van de mensen en in de maatschappij inneemt. Onze antwoorden niet overnemen Dat betekent natuurlijk niet, dat Rwanda voor christenen een aards paradijs is. Er zijn wel degelijk kanttekeningen te maken. Kijk bijvoorbeeld naar de positie van de kerk, die wel moet oppassen zich van ieder commentaar te onthouden dat politiek kan worden opgevat. Kijk naar het gegeven dat ook het christelijk geloof de gruwelen van 1994 niet heeft kunnen voorkomen - iets dat toch onbegrijpelijk is als gemeenschapszin en naastenliefde echt in de harten leven. En ook het gevoel, dat in de EPR veel
van de grote vragen van de 20e eeuw nog nauwelijks aan de orde zijn gesteld en de theologie nog praktisch onveranderd is ten opzichte van 100 jaar geleden, kan betekenen dat er nog grote uitdagingen wachten. Maar in ieder geval hoeft dat niet te betekenen, dat de Afrikaanse kerken onze antwoorden moeten overnemen. Zoveel is de relatie inmiddels toch wel veranderd. Leven in dankbaarheid Het is niet langer zo, dat wij de leermeesters zijn die het weten en zij de leerlingen die ons moeten leren napraten. Als we iets kunnen leren van de secularisatie van onze samenleving, dan is dat om ons opnieuw nederig op te stellen. Als kerken, die - net als elk gelovig individu - ook de wijsheid niet in pacht hebben, maar afhankelijk zijn van de genade van God om met vallen en opstaan iets van Hem te laten zien in de wereld. En als we iets kunnen leren van onze broeders en zusters in Rwanda, dan is het, dat we er niet zullen komen zolang we alles enkel rationeel benaderen - niet als kerk en niet als cultuur. Als we niet de verwondering hervinden - om het leven, om de Ander, om het evangelie - en doorgaan om alles kapot te analyseren en iedereen kapot te kritiseren, dan ziet het er voor onze toekomst niet best uit. Maar als we weer kunnen leren om gewoonweg enthousiast te zijn en echt te leven uit dankbaarheid, te zijn met ons hart bij de Heer, dan hebben we nog grote dingen te verwachten. ____________________________________________________ Ds. Jelle BROUWER, predikant te Mechelen-Noord.
zomer 2014
7
In het vizier: Blik op oneindig
Blik op oneindig: een ode op het zoete nietsdoen… Het woord nietsdoen is, in onze taal, geen zelfstandig begrip, maar slechts een afgeleide van het begrip doen. Dat zegt al iets over ons uitgangspunt: doen is blijkbaar een positief begrip. En daarvoor hebben we het ontkennend voorvoegsel niets gezet: niets-doen is blijkbaar een negatief begrip. Hoe zit dat?
ger, flierefluiter, zonneklopper, lanterfanter, duimendraaier, pierewaaier, baliekluiver, slampamper, klaploper, leegloper, beuzelaar, luiwammes, lapzwans, dagdief, doeniet (!), kortom: werkschuwtuig. Zingeving Deze geringschattende kijk op nietsdoen hangt mijns inziens samen met onze onmacht om zin te zien in tijd los van arbeidstijd. Tijd, die niet wordt afgewisseld door arbeidstijd (de tijd dus van de werklozen) zien wij hoofdzakelijk als bron van onnut en verveling. Het grootste deel van onze zingeving hebben wij aan de (loon)arbeid verbonden. Het gevolg daarvan is weer dat wij ons pas iets waard voelen als wij werk hebben. Wie iets doet (lees: wie een baan heeft en geld verdient) is iets. Wie beknot wordt in z’n werk, voelt zich ook in z’n eigenwaarde beknot. Wie niets doet (lees: wie geen baan heeft en geen geld verdient) is niets. En zo is het doen, verstaan als loonarbeid, één van de hoogste (zingevende) waarden geworden op de waardenschaal van onze maatschappij.
Foto: Hilde Van Gerwen (vakantie in Kreta)
Scheldwoord In het meest positieve geval plaatsen wij het nietsdoen in de tijd-na-gedane-arbeid: nietsdoen als welverdiende beloning. We noemen het dan: pauze, vrije tijd, vakantie, rust, enz. Maar voor het nietsdoen op zich, dus zonder dat het wordt afgewisseld door arbeid, hebben we in onze taal in feite geen woord of het is een scheldwoord. Een scheldwoord waartoe derhalve, in onze maatschappij, al de werkelozen, vaak verplicht (!) tot niets doen, veroordeeld zijn: kasseienslijper, vliegenvan-
8
zomer 2014
Andersom Op die manier is doen voor ons dus het positieve en nietsdoen (doen, met het ontkennend voorvoegsel niets) het negatieve begrip. Hetzelfde, maar dan met een negatief achtervoegsel, zien we bij de woorden werk/werk-loos, arbeid/arbeidsloos. Bij de Klassieken was het precies andersom. In het klassieke Grieks en Latijn wordt het woord voor werken negatief uitgedrukt, en het woord voor nietsdoen positief. Nietsdoen, is in ’t Grieks: scholè. In ’t Latijn: otium. Om nu het tegendeel van nietsdoen (werk, werkzaamheid) uit te drukken, wordt er in beide talen een ontkennend voorvoegsel voor gezet. In ‘t Grieks: ascholè. In ’t Latijn: negotium! Onderdrukkend Terecht zou men nu kunnen tegenwerpen dat dit te maken heeft met het feit dat de Klassieken de slavenarbeid goedkeurden. De arbeid (het negatieve ascholé/
In het vizier: Blik op oneindig negotium) was het domein van de slaven, het nietsdoen (het positieve scholé/otium), was het domein van de wijsgeren en andere hooggezetenen. Akkoord. Maar dan mogen we ook wel eens wijzen op het onderdrukkende karakter van onze eigen arbeidsmoraal. Om te beginnen zit dat karakter in onze maatschappelijke structuren, waarin de waarde van mens vooral in termen van efficiëntie en rentabiliteit gemeten wordt, waarbij de humaniteit in de marge wordt gedrukt als tweederangshobby voor softies en naïevelingen en waarbij gedwongen werkloosheid maar met grote moeite erkend wordt als sociaal en humaan onrecht. Bid en werk Misschien kunnen we zeggen dat, in Europa, de arbeid als waarde vooral door de monniken (op al of niet vermeende bijbelse gronden) is uitgevonden. Alom bekend is de uitspraak (rond 500) van de ordestichter Benedictus: ora et labora = bid en werk. Oorspronkelijk echter, in de Middeleeuwen, gold dit gezegde in hoofdzaak voor de kloosterlingen, niet voor de gewone mensen. Die waren weliswaar genoodzaakt te ploeteren voor hun levensonderhoud, maar zodra ze voldoende eten hadden vergaard, deden ze liever niets dan zich af te tobben voor wat ze niet nodig hadden. Wij noemen dat ledigheid, voor hen was het levenslust. Arbeid hing samen met dwang en noodzaak. Nietsdoen hing samen met eigen wil en vrijheid.
Tijd: je geld of je leven? Het beroemdste en meest tot de verbeelding sprekende gedeelte over, wat ik waag te noemen: nietsdoen in de bijbel, is ongetwijfeld Mattheüs 6:25-34. Het gedeelte over de vogelen des hemels en de leliën des velds. Poëtisch proza tegen de heiligheid van de arbeid, zouden we het kunnen noemen. Of: tegen de arbeid als heilige geldkoe. Het is immers nauw verbonden met het voorafgaande gedeelte (6:24) waar Mattheüs schrijft: Niemand kan twee heren dienen (…) gij kunt niet God dienen én Mammon (de geldgod). Een nog altijd actuele aanklacht tegen ons westerse tijd-is-geld-besef. We kunnen nu uit deze gedeelten van Mattheüs concluderen wat tijd in de bijbel wél en niet is. Ze wordt niet gedomineerd door geld (verzamelt u geen schatten op aarde, 6:19) ze is dus niet allereerst geld-tijd of arbeidstijd. Ze is wél: levenstijd. Het gaat hier immers om de aandacht voor het leven zelf (…is leven niet meer dan (…) ziet naar de vogelen (…) let op de leliën…). Hier wordt gezegd: tijd is niet geld, maar tijd is leven. We zouden het misschien een lofdicht kunnen noemen op het door God geschonken en gedragen leven. Een ode op het leven, zoals dat door God bedoeld is. En dat blijkt een ode op het onbezorgde leven te zijn. Of, laten we zeggen: een ode op het… zoete nietsdoen. _____________________________________________ ds. Ernst VEEN, predikant te Leuven.
Arbeid in de Bijbel: éérst de Sabbat! Het is onmogelijk om over de arbeid in de Bijbel te spreken zonder over de Sabbat te spreken. Sterker: zonder éérst over de Sabbat te spreken. Want, is het in onze (wereldlijke) maatschappij zo dat de rustdagen in ’t teken staan van de arbeidsdagen (rusten om weer te kunnen werken), in de Bijbel staat de arbeid onder het teken van de sabbatdag. Zeker, de sabbatdag is een rustdag (sabbat = rusten: God zelf rustte op de zevende dag), maar allereerst is de sabbatdag: gedenkdag waarin centraal staat dat de joodse arbeidsslaven uit de slavernij in Egypte bevrijd werden, en wel: door de sterke arm van God. Als zodanig is de sabbatdag eerst en vooral: bevrijdingsdag en goddelijk gedenkteken, opgericht opdat de mens nooit zal vergeten: in de ogen van God ben ik niet bedoeld om slaaf te zijn (wat ook al duidelijk wordt door het feit dat de éérste volle dag van Adam een sabbatdag was!). Van wie dan ook. Waarvan dan ook. Noch slaaf van zijn arbeid (of van zijn baas!), noch slaaf van zijn nietsdoen. Pas wie dat in het oog houdt, pas wie uitgaat van de Sabbat, kan gaan spreken over de arbeid in de bijbel. En dan spreekt het vervolgens vanzelf dat dat bijbels arbeidsbegrip nooit tot een onderdrukkend arbeidsethos kan leiden! Ook het zweet uws aanschijns van na de zondeval (Gen.3:19), staat onder het (bevrijdings)teken van de Sabbat. Illustratief daarvoor is bijvoorbeeld dat, in de Decaloog, éérst het sabbatsgebod en pas daarna het arbeidsgebod aan de orde komt (Ex.20:8; Deut.5:12). zomer 2014
9
Coördinatie Bezinning en Dialoog / Christendom-Jodendom
Onderstaand artikel nam de commissie Jodendom over onder dank aan de auteur.
Verbonden met onze geloofsidentiteit Jaap de Lange
Of hij of zij dat nu leuk vindt of niet: een beetje christen is onopgeefbaar verbonden met het volk Israël. Dat kan niet anders. Maar juist daarom schuurt het af en toe ook zo. Juist omdat die verbondenheid een gegeven is, waarvan je je niet los kunt maken.
Dat begint al met de erkenning dat de kerk het geloof van Israël gekregen heeft. De wortels van het christelijk geloof liggen dáár! Christenen kunnen hun geloofsidentiteit niet begrijpen buiten het jodendom en de joodse traditie om. Meer en meer ben ik me dát bewust geworden. Niet alleen heeft het Nieuwe het Oude Testament nodig, maar het evangelie van Jezus Christus is ingekaderd in het joodse geloof en haar traditie. Zo zijn het evangelie en de christelijke geloofswaarden ook te duiden vanuit de fundamentele Oudtestamentische begrippen gerechtigheid en barmhartigheid. Zeker, het christelijk geloof heeft een eigen ontwikkeling doorgemaakt, die ten dele al is waar te nemen in het Nieuwe Testament en die in de eeuwen daarna zich heeft voortgezet. Daar is een eigen waardevolle traditie uit voortgekomen, maar één die de kerk ook losser maakte van het jodendom. Tot wat voor schade en schande dat in Europa geleid heeft, hoeft geen betoog. Geschiedenis Naast dit fundamentele is er dan ook een historische aanleiding voor die zin in de kerkorde van de Protestantse Kerk in Nederland over de onopgeefbare verbondenheid. Gezien de geschiedenis van de Joden in Europa vanaf pakweg de middeleeuwen tot en met de holocaust, kon de kerk na de tweede wereldoorlog met minder niet
10
zomer 2014
toe. Al was het maar om zelf nog in de spiegel te kunnen kijken. Ook daarom is er sprake van onopgeefbare verbondenheid met het volk van Israël. Het gaat niet over staat of politiek. Dat zijn andere categorieën. Er is sprake van het volk, van mensen. Waar de verbondenheid met mensen veronachtzaamd wordt, klopt onmenselijkheid op de deur. De invalshoek van de kerkorde is om in die verbondenheid te zoeken naar het verstaan van de Schriften als bron van geloof. Zo ligt de historische setting van het kerkorde-artikel in het verlengde van een fundamentele verbondenheid. Positieve krachten Maar echte verbondenheid bestaat niet uit alleen ja en amen knikken. Integendeel. Echte verbondenheid uit zich ook in kritische vragen. Het één sluit het ander niet uit. Te meer niet nu Israël zelf een belangrijke macht geworden is met alle verleidingen van dien. Hoe geef je in die complexe situatie vorm aan die onopgeefbare verbondenheid? Niet door tegenstellingen aan te wakkeren. Maar door mensen en instanties te steunen, die zich positief inzetten voor onderling begrip en dialoog. En tot m’n verrassing vind je die mensen steeds weer aan beide zijden van het conflict. De inzet van Nes Ammim valt daaronder, maar ik denk in dit verband vooral ook aan wat Ophir Yarden (verbonden aan The Interreligious Coordinating Council in Israel in Jeruzalem en gericht op dialoog en samenleven) nog onlangs desgevraagd naar voren bracht: 1) breng het conflict van hier niet mee naar je eigen land. Het scherpen van de tegenstellingen bij jullie helpt ons niet. 2) Steun de Palestijns-christelijke gemeenschappen hier. Het is belangrijk dat zij er zijn. Zij kunnen
Coördinatie Bezinning en Dialoog / Christendom-Jodendom mee de vredestichters zijn en zij kunnen voorkomen dat het conflict ontaardt in een religieus conflict tussen joden en moslims. De term beloofd land leidt tot ordinair landje pik. De term heilig land voert ondertussen tot onheilige praktijken. Verbondenheid in zo’n situatie, zou dat het kunnen zijn? Positieve krachten in de verschillende bevolkingsgroepen steunen, die gericht zijn op ontmoeting en dialoog, zodat het weer een land van belofte wordt. En steun geven, bemoediging aan Palestijns-christelijke gemeenten in hun vaak benarde situatie. Wordt het niet tijd om te onderzoeken of er weer zoiets als partnergemeenten geïnitieerd zouden moeten worden? ____________________________________________ Dr. J.J. DE LANGE is emeritus hoogleraar praktische theologie aan de Faculteit voor Protestantse Godgeleerdheid in Brussel. Dit artikel werd eerder geplaatst in het kwartaalblad Kerk & Israël Onderweg van de Protestantse Kerk in Nederland.
Medewerking gevraagd
Na de aanslag in het Joods Museum van Brussel zaterdag 24 mei 2014 met vier dodelijke slachtoffers kwam een golf van verontwaardiging los. De VPKB gaf onmiddellijk een persbericht uit met meeleven met de nabestaanden en een veroordeling van elke vorm van geweld – zie daarvoor de site van de kerk. Ook de Werkgroep Jodendom van de VPKB schreef aan het Centraal Israëlitisch Consistorie. Dezer dagen is op TV en in de kranten een waaier van reacties verschenen. Binnen de Werkgroep wordt een map aangelegd met dergelijke artikels. Van de studies rond antisemitisme/antijudaïsme wordt een inventaris gemaakt. U kunt daaraan ook bijdragen door uw reacties of door te signaleren waar indringende studies zijn verschenen. Ook binnen de kerken moeten wij ons opnieuw bezinnen rond dit thema. Het adres is:
[email protected] of D. Rouges, Lindelei 30 - 2531 Vremde
zomer 2014
11
Coördinatie Bezinning en Dialoog / Christendom-Islam
Ramadanbrief 2014 Boodschap bij gelegenheid van het feest aan het einde van de Ramadanmaand 2014 (28/29 juli)
Voor moslims begint op 28 juni de vastenmaand. De meeste moslims respecteren tijdens de heilige Ramadanmaand het vasten overdag. Sinds vele jaren wordt ter gelegenheid van de Ramadan een zorgvuldig opgestelde brief geschreven en in zes talen vertaald. Daarbij wordt de hand gereikt naar moslimgemeenschappen hier bij ons. De brief die elk jaar over een nieuw en belangrijk thema in de dialoog handelt wordt geschreven in samenwerking met verschillende personen. De VPKB Werkgroep Islam is hier ook nauw bij betrokken. Dit jaar is het thema: gastvrijheid en vluchtelingen. De handtekening van één van de Belgische bisschoppen en die ds. Steven Fuite, voorzitter van de VPKB, houdt in dat de tekst en het initiatief een officieel karakter hebben om dialoogopbouwend te functioneren. De hoop is dat er blijvende contacten ontstaan tussen christelijke en islamitische gemeenschappen en groepen. De tekst van de brief kan daarbij een aanleiding tot uitwisseling en dialoog zijn. Alle gemeenten ontvangen de brieven, inclusief een handleiding. Zij worden aangemoedigd om deze zo breed en constructief mogelijk te verspreiden. Alle informatie is te vinden op de website: www.vpkb.be
Ramadankaart Er is ook een Ramadan wenskaart 2014. Daarmee kunt u ter gelegenheid van het einde van de Ramadan moslims in uw buurt of op uw werk geluk toewensen. De tekst op de kaart is een open wens en kan door iedereen gebruikt worden. Een klein maar heel betekenisvol gebaar. Zo draagt u bij aan de opbouw van goede relaties in uw buurt, de werkvloer, in organisaties en op andere plaatsen. De binnenzijde van de kaart bevat een wens aan moslims in het Nederlands, Frans, Engels, Spaans, Turks en Arabisch. Daarnaast is er ook plaats genoeg om een eigen boodschap te schrijven. Prijs wenskaart: 0,60 € per stuk (excl. verzendingskost) / Korting van 10% vanaf 50 exemplaren. Maar er is meer: deze wenskaart is onderdeel van het eerste, vernieuwende én baanbrekende wenskaartenpakket ZIN-VOLLE FEESTEN voor de superdiverse samenleving. In dit pakket worden voor het eerst negen religieuze en levensbeschouwelijke wenskaarten samen uitgegeven. De vraag Wie ken ik in mijn omgeving met een andere levensbeschouwing of religie dan de mijne? zet je creatief in beweging. Het pakket biedt een ruime keuze om wensen te sturen: één dit bahá’í nieuwjaar, één voor het Pasen van katholieken, protestanten en orthodoxen, maar ook voor Boeddhadag, joods Nieuwjaar, het islamitisch offerfeest (Id Al-Kebir), Kerstmis, het feest van het vrijzinnig humanisme en Diwali of lichtjesfeest. Hoe bestellen:
[email protected] of 02 502 11 28 ___________________________________________________________________________________________ Namens de werkgroep Christendom-Islam, Greet Heslinga
12
zomer 2014
Coördinatie Kerk en Wereld
Op bezoek in Rwanda Studiefonds Ik help een kind Na een reis naar Rwanda in 2004, werd ik gevraagd om mee te werken met het project Studiefonds Ik help een kind. Na tien jaar wilde ik graag eens terug gaan naar het land, waar ik inmiddels onder andere door mijn betrokkenheid bij het Studiefonds, een aantal mensen ken. Ook wilde ik graag met eigen ogen zien en horen hoe het met het project in Rwanda gaat en ook met de jongeren, die uit het Studiefonds gesteund worden. In februari van dit jaar was ik, samen met mijn man, Jaap Houtman, in Rwanda. We hebben een groot deel van het land gezien. Er zijn goede asfaltwegen. Maar eenmaal verder landinwaarts wordt het moeilijker (25 km/ uur!). Het Rwandese heuvellandschap is prachtig, de uitzichten overweldigend. Overal zie je grond in cultuur gebracht. Op kleine stukjes (familie-) grond worden bananen, thee, koffie, ananas verbouwd. Ook zijn er grotere landbouwprojecten. Dat Rwanda een land in opbouw is, valt op. Kigali, de hoofdstad, waar ik ook in 2004 was, was onherkenbaar veranderd in een westers aandoende stad met grote gebouwen en luxeboulevards. Een schone stad ook. In Rwanda wordt een milieubewust beleid gevoerd. Met een plastic tas kom je het land niet in! Ik ontmoette er de diaconale verantwoordelijken van onze partnerkerk, die het project Ik help een kind opvolgen. Ook bezocht ik verschillende secundaire scholen, sprak met de schoolverantwoordelijken en met een tien-
Op bezoek bij Felix, 17 jaar, Ecole Secundair Mutunda (dichtbij Butare), afdeling wiskunde-economie-aardrijkskunde. Wil techniek studeren.
tal jongeren, die uit het Studiefonds gesteund worden. Zie de foto’s hieronder. Wat opviel was de ernst waarmee de jongeren studeren en hun dankbaarheid voor de steun, die zij van de kerk krijgen. Ook valt het op, dat de jongeren ver van huis zijn (gemiddeld 50 à 60 km) en dat zij, uitgezonderd de vakanties, op school verblijven. Er wordt voor hen (gemiddeld 400 leerlingen per school) gekookt, maar zij doen zelf de afwas, waarvoor het water op een houtvuur (!) warm gemaakt wordt. Ze slapen in volle slaapzalen met stapelbedden. Weinig ruimte voor zichzelf. Maar buiten is de zon en er wordt veel gesport. En studeren onder een boom gaat ook! Hoewel niet iedereen er in slaagt om na het examen werk te vinden of om door te studeren, de meesten vinden werk of studeren verder. Ook onze partnerkerk doet veel om ervoor te zorgen dat de jongeren aan het werk komen. Soms in het kader van de kerk.Onze partnerkerk heeft immers scholen, ziekenhuizen, poliklinieken en guesthouses, waar goed gevormde mensen nodig zijn. Hoe dan ook, de jongeren die ik ontmoette, zijn blij en dankbaar voor deze kans die hun gegeven wordt. Dankzij velen uit onze kerk! _____________________________________________ Greet HESLINGA, voorzitter werkgroep Studiefonds Ik help een kind
Janet, 18 jaar en wees; volgt een opleiding voor boekhouding aan het Institut Presbytérienne in Kirinda. Zij is de beste leerling van de school. zomer 2014
13
Coördinatie Kerk en Wereld
Studiefonds Ik help een kind Een kleinschalig en duurzaam project Uit dit Studiefonds ontvangen de armste jongeren van onze partnerkerk in Rwanda (EPR) financiële steun voor hun secundaire studies. Wist u dat het Studiefonds Ik help een kind ... ... vorig jaar 40.732,99 € aan giften heeft ontvangen? ... in december 2013, 78 jongeren hun diploma haalden, dankzij deze steun? ... er vorig jaar 118 individuele donateurs een bijdrage gaven? ... er vorig jaar 22 gemeenten een bijdrage gaven? ... de giften komen uit Wallonië, Vlaanderen en Brussel? ... in januari aan 78 nieuwe jongeren steun werd toegezegd? ... er dit jaar 272 jongeren gesteund worden? ... het schooljaar in Rwanda gelijk loopt aan het kalenderjaar? ... ons streefbedrag 39.000 € is? Helpt u mee om dit streefbedrag ook dit jaar weer te halen? Inmiddels is er al weer een mooi bedrag aan giften binnengekomen. Het gaat hier niet om noodhulp, om de eerste levensbehoeften, zoals eten en gezondheidszorg. Het Studiefonds is een project voor de langere termijn: jongeren opleiden, jongeren weerbaarder maken, jongeren kansen geven en hoop op een betere toekomst ! U wordt hierbij uitgenodigd om te investeren in iets wat op de langere termijn haar effecten zal afwerpen. Help mee aan de vorming van jongens èn meisjes die hen kansen biedt voor een betere toekomst! Alvast hartelijk bedankt voor uw steun aan dit project van onze kerk! Contactpersoon: Greet Heslinga (
[email protected])
Dankzij het studiefonds haalden Cesarie Uwimana en Jeanette Furala hun diploma secundair onderwijs in december 2013!
Lees meer op de website www.vpkb.be - bestuur en organisatie-diaconaat-ik help een kind Voor de folder en de Nieuwsbrief (november 2013): www.protestantsesolidariteit.be/nl/wat/ondersteuning-vanlokale ontwikkelings-initiatieven
Postzegel- en kaartenactie gaat door ! Voor het sorteren en de verkoop van postzegels en kaarten konden we vele jaren vertrouwen op Lydia Villegas. De opbrengst van deze actie was voor het Studiefonds Ik help een kind. Omdat zij vanwege gezondheidsproblemen daar vorig jaar mee moest stoppen, waren we al langer op zoek naar iemand, die (een deel van) haar werk kon overnemen. Lydia Villegas overleed op 4 mei jl. Wij gedenken haar met grote dankbaarheid. Er is inmiddels iemand gevonden, die bereid is om ervoor te zorgen dat de postzegel- en kaartenactie voortgezet kan worden. Daar zijn we erg blij mee! Vorig jaar bracht deze actie 750 € op. Postzegels en kaarten kunnen verder afgegeven worden op het Synodebureau in Huis van het Protestantisme in de Brogniezstraat 44 in Brussel. Alvast bedankt!
14
zomer 2014
Uw bijdrage kunt u storten op een speciale rekening voor dit project van Protestantse Solidariteit Iban: BE15 1259 3020 4530 Bic: CPHBBE75 Brogniezstraat 46, B-1070 Brussel o.v.v. Ik help een kind (Fiscaal attest vanaf 40 Euro) www.protestantsesolidariteit.be projecten Ik help een kind
Nederlandstalige communautaire coördinatie / Jeugd
Adem het Goede in! ProJOP Zomergedachten:
Op mijn werkkamer hangt een papiertje met een spreuk die op de spreukenmuur werd geschreven tijdens de Nieuwjaarshappening: Exhale da bullshit. Inhale da Good shit (letterlijk vertaald: Adem de onzin uit. Adem de goede dingen in). Ik vind dit erg grappig, omdat het zo’n typische stoere verwoording is voor een 14-jarige die een levensfilosofie opschrijft. Maar tegelijk is het een inspirerende gedachte: adem het slechte uit en het Goede in, met een hoofdletter en een heel klein tweede o’tje. Adem in wat van God komt Een mooie gedachte om mee de zomer in te gaan, een periode om op adem te komen, ook van het kerkelijk (jeugd)werk. Om nieuwe energie op te doen en misschien nieuwe richting te vinden. Om evaluerend terug te kijken en vooruit. Om je eigen geloof te voeden misschien, om jezelf op te laden, zodat je weer iets hebt om door te geven. Om je af te vragen: wat inspireert mij en de mensen (kinderen) die ik ontmoet? Adem krijgen gaat in de Bijbel over leven, over de ziel. Voor sommigen zijn hun taken misschien een belasting. Je bent het beu, je bent moe, waarvoor doe je het eigenlijk? Het is dan heerlijk om eens even te kunnen uitslapen en uitgebreid ontbijten. Exhale da bullshit. Stap 1. Maar dan is het zowel voor de jongeren die we iets voor proberen te leven als voor onszelf de kunst om in te ademen in verbinding met God. Wat adem je in deze zomer? Zon, zee, pintjes en alles vooral even vergeten? Of nieuwe Geestkracht? Dit kost misschien enige inspanning, maar we mogen er op vertrouwen dat we er ook de kracht toe krijgen. Zoals in Ezechiël 37 staat: Ik zal jullie adem geven zodat jullie tot leven komen. Dat is Stap 2. Inhale da Go(o)d shit. Waarvoor doe je het eigenlijk? Een goede vraag om je te stellen. Je weet niet altijd wat er blijft plakken bij kinderen en jongeren. Des te belangrijker om jezelf af te vragen wat je wilt meegeven. Vertel je gewoon een verhaal of vertel je een levensles? Wat zegt een verhaal jezelf? Authenticiteit is een
van de belangrijkste dingen in jeugdwerk: kinderen en jongeren voelen of je er zelf iets mee kunt, of je enthousiast bent, of je oprecht bent. Onlangs werd mij op een districtsvergadering gevraagd waarom ik mijn werk zo graag doe. Waarom doe je het? Omdat ik keer op keer leer van de dialoog met kids en jongeren. Omdat ik het een eer vind om een steentje bij te dragen aan hun ontwikkeling, en omdat ik me steeds opnieuw geïnspireerd weet door dingen die jongeren zeggen en doen. Het vraagt wel inademen in verbinding met hen, en met God. Exhale da bullshit, inhale da Good shit. Ik vind dat een mooie houding, het heeft iets nuchters. Nu even serieus gasten, waar gaat het om? Dus laat ik me inspireren door zo’n onnozele spreuk. Maar ook door de prachtige psalmvertalingen op het Antwerps weekend, de bemoedigende woorden op jongerenweekend, het samen zingen in Dendermonde en de startdienst, het samen met allerlei leeftijden een team vormen tijdens het voetbaltoernooi, de diepgaande catechesegesprekken in Gent, de jeugdvieringen in verschillende kerken, een goede doel actie in Boechout. Enzovoort. Geloof overbrengen Terugkijkend op het afgelopen schooljaar ben ik dankbaar voor de mooie momenten en nieuwe ontmoetingen. Ik hoop dat we met ProJOP onderweg zijn naar een goede ondersteuning van het jeugdwerk in onze kerk. zomer 2014
15
Nederlandstalige communautaire coördinatie / Protestantse Omroep Samen kunnen we hiervoor zorgen: een project dat niet slechts een clubje enthousiastelingen betreft, maar ons allemaal, als een basisvoorziening in onze kerkgemeenschap. Mijn respect gaat dan ook uit naar iedereen die zich keer op keer inzet om iets van hun geloof over te brengen op kinderen en jongeren. Dankjewel! Ik wens jullie allen Gods adem toe deze zomer! Komende activiteiten Deze zomer gaat ProJOP op ‘OH JO! Roadshow’ langs verschillende gemeentes. Kindernevendiensten kunnen een verzorgd namiddagprogramma boeken rond Jona of Jozua.
We zijn aanwezig op de Geuzenfeesten in Horebeke voor info, gesprek en entertainment. Kompaskamp zorgt in juli voor vrolijke zomerkampen in de Ardennen. Neem zeker nog eens een kijkje op de website, de Pinterest en Facebook voor inspiratie. In de Kerkmozaïek van september mag u het programma voor volgend seizoen verwachten, met o.a. voetbal, weekends, sing-in’s en vorming! __________________________________ Maria EUWEMA, Jeugdwerkondersteuner ProJOP.
Woensdag 16 juli 2014 Radio 1 om 19:05 Onkruid op de akker Bert BEUKENHORST PROTESTANTSE OMROEP vzw HUIS VAN HET PROTESTANTISME Brogniezstraat 44, 1070 Brussel www.vpkb.be
16
zomer 2014
Woensdag 20 augustus 2014 Radio 1 om 19:05 Engagement Bert BEUKENHORST
Aankondigingen
Bevestiging Johannes BRONSVELD In een feestelijke eredienst werd op zondagmiddag 8 juni dhr. Hans (Johannes) Bronsveld bevestigd als missionair kerkelijk werker te Geraardsbergen.
Protestantse Brabantdamkerk Gent presenteert: Art surge in church van 21 juni tot 27 juli 2014
(weekends en doorlopend tijdens de Gentse Feesten van 14u tot 18u) Voor de 9e keer op rij organiseert de Brabantdamkerk te Gent een zomers kunstenproject. Deze keer zal het jongerencollectief KAPOW een tentoonstelling op touw zetten en optredens en animatie verzorgen. De tentoonstelling bestaat uit: - Skate board art collection (kunstig gemaakt met skate boards) - Exodus Movement (foto’s van sociaal project met Marokkaanse jongeren) - Interiors (creaties in het kerkgebouw) De opening zal plaatsvinden op zaterdag 21 juni om 20u. Dan speelt de Braziliaanse groep MOCAMBO en voert KAPOW een skate-demonstratie uit. Binnenin de kerk kan je luisteren naar de sfeervolle filmmuziek van THE ERROR TEAM. Je bent vriendelijk uitgenodigd. Inkom gratis. Verdere inlichtingen: ds. Johan Temmerman (09 223 55 26 of
[email protected])
Herdenking eerste Synodevergadering april 1839 17 oktober 2014
Op vrijdag 17 oktober 2014 willen we de 1ste synodevergadering van de protestantse kerk, 175 geleden, herdenken. Het programma wordt voor het ogenblik door het moderamen van de Synodale Raad uitgewerkt met medewerking van de Brusselse predikanten. Zonder in details te treden, willen we al een tipje van de sluier lichten. De feestelijke herdenking begint in de namiddag in de Brusselse Museumkerk en eindigt ’s avonds in de Protestantse Kerk Brussel met een academische zitting.
Houd de datum nu al vrij, want het wordt een heel origineel programma, zeker indien we voor bepaalde programma-onderdelen de gevraagde toestemming van de Brusselse burgemeester krijgen. Aan het moderamen van de Synodevergadering is gevraagd om op de komende vergadering van november 2014 bij de liturgie bijzondere aandacht te besteden aan de 1 ste synode. zomer 2014
17
Aankondigingen
Dillingen aan de Sûre, tussen Diekirch en Echternach Een heerlijke ervaring als voorganger en als hoorder! (Ds. R. van Amstel) Voorgaan in de Grote Witte Tent ademt ongedwongenheid uit. (Dr. J. Temmerman) Kerkdiensten worden in de Grote Witte Tent door voorgangers en bezoekers als een prettig samenzijn ervaren. Aankomende zomer 2014 bent u van harte welkom in onze tent tijdens de kerkdiensten, die aanvangen om 10:00. In de kerkdienst gaat een predikant voor, wordt er gebruik gemaakt van een liturgie en is er muzikale begeleiding. 20 juli 27 juli 03 augustus 10 augustus
ds. Freek-Jan Daane, Vrije Evangelische Gemeente Leeuwarden ds. Van Amstel, PKN Amsterdam ds. Louis Kruger, PKN schipperspredikant Rotterdam “Koningskerk”
De werkgroep Geuzenfeest heeft voor het 11e Geuzenfeest opnieuw het thema “HET GOEDE LEVEN” gekozen, maar met als ondertitel Rechtvaardig & Duurzaam. Rechtvaardigheid betekent dat eenieder de kans krijgt, zijn talenten te ontplooien om volwaardig mens te worden. In een wereld waarin ongelijkheid tussen rijk en arm blijft toenemen, staat de rechtvaardigheid onder druk. De strijd tegen ongelijkheid zal dan ook een belangrijk gespreksonderwerp worden. Ook duurzaamheid is een aspect van het goede leven. Onze aarde is immers eindig en het klimaat nadert een kantelmoment. Op het Geuzenfeest willen wij graag samen zoeken naar wegen om beter en respectvoller om te gaan met energie en al het goede wat de aarde geeft. Anders leven hoeft niet slechter leven te zijn. Meer nog, het kan ons dichter bij het goede leven brengen. Om hierover van gedachten te kunnen wisselen hebben wij NIC BALTHAZAR bereid gevonden om naar Horebeke te komen en hij belooft ons een interactieve lezing! Een deel van de opbrengst van het feest gaat dit jaar opnieuw naar het project Ik help een kind van Protestantse Solidariteit en naar het project Born in Africa, dat zich ook bezig houdt met de opleiding van Afrikaanse kinderen en jongeren. Inschrijven voor de eetfestijnen op beide dagen kan via onze website: www.geuzenfeest.be De werkgroep hoopt u en met familie en vrienden op het Geuzenfeest te mogen begroeten. Met hartelijke groeten, Eelkje Claus, namens de werkgroep Geuzenfeest.
18
zomer 2014
Aankondigingen
Het goede leven RECHTVAARDIG & DUURZAAM Programma Zaterdag 16 augustus 16:00 18:00 19:00 19:45 20:45 22:30
Geuzenolympics: 4-tal spellen voor groepen van maximum 6 personen, vooraf inschrijven op
[email protected] Feestelijke opening van het 11e Geuzenfeest door de Koninklijke Harmonie Sint-Cecilia; reünie van Geuzenfeestmedewerkers – met welkomstdrink “Triooo Couvreur” – sfeervol aperitiefconcertje Fiesta spaghetti Italiano, ook vegetarisch Pingpong Doce – Latijns-Amerikaanse muziek Kampvuur met muziek
Zondag 17 augustus 10:00
Oecumenische eredienst, met ds. Tihamér Buzogány en pastoor-deken Raf Vermeulen, opgeluisterd door Katleen Vandenbossche, zang met pianobegeleiding Clown Benjamin: kinderanimatie en -opvang 12:00 Lunchconcert door Katleen Vandenbossche 13:00 - 17:00 Boekenbeurs Abraham Hans Protestants historisch museum: tentoonstelling Boekbanden van boekbinder Daniël Walraed 13:30 NIC BALTHAZAR: lezing Verander de klimaatverandering, rechtvaardig en duurzaam 14:30 Afrikaanse kids fun De koffer van Mzee, Afrikaanse cultuur, knutselen en dansen met Eunice Wambui en Dawda Konteh SOEPerHELD, spannend spel rond duurzame voeding, voor tieners, door Globelink 15:00 - 16:00 stipt Tentoonstelling en lezing Glasraamrestauratie door Aletta Rambaut 15:00 Workshops Het goede leven: · Maria Magdalena: workshop voor vrouwen (Sabine Schowanek) · Het goede leven: praatcafé (Johan Gezels) 16:30 Zangdienst in de Nieuwe Kerk, opgeluisterd door het koor De Vlaamse Olijfberg 17:30 19:00 21:00
ESTA LOCO, concert Spaanse wereldmuziek en dans Vlaamse barbecue, ook vegetarisch Hilde Rogge vertelt rond het kampvuur
Doorlopend kinderactiviteiten, info- en verkoopstands. zomer 2014
19
Nieuws uit gemeenten
Gemeenten zoeken elkaar op Op een zondag in mei 2013 preekte ds. Bernard-Zoltàn Schümmer in de gemeente van Vilvoorde, in oktober deed ds.Edwin Delen hetzelfde in Fontaine-l’Evêque. Dit jaar gingen we een stapje verder: drieënveertig leden van de gemeente Vilvoorde gingen op zondag 11 mei op bezoek bij deze Franstalige zustergemeente in Fontaine-l’Evêque.
de wijn rond - werd het gebouw opnieuw in gebruik genomen. Het was een zegenrijke, warme en spontane kerkdienst met ongeveer honderdvijftig aanwezigen. Door de dienst, het warme onthaal en de onderlinge gesprekken voelden we ons sterk met elkaar verbonden.
... en wereld
Kerk ... ’s Morgens in alle vroegte vertrokken we per bus. Tijdens de reis repeteerden wij het lied dat de rode draad zou zijn voor de dag Père, unis-nous tous. We werden opgewacht door de predikant Bernard-Zoltàn Schümmer, die ons rondleidde door het kerkgebouw en een korte uitleg gaf over de rijke geschiedenis ervan. Het gebouw werd onlangs door leden uit de eigen gemeente verbouwd. Ds. Schümmer toonde ons de vernieuwde kerkruimte. In het aangebouwde gedeelte, dat vanwege het glazen dak op een veranda lijkt, staat een olijfboom van ongeveer 400 jaar oud. Frappant dat deze kerk ooit een casino was. Net als voorheen de kerk van Vilvoorde... In een feestelijke dienst, waarin beide predikanten voorgingen en waarin we het Avondmaal vierden - kerkenraadsleden van beide gemeenten deelden het brood en
20
zomer 2014
Na een smakelijke, door gemeenteleden zelf bereide maaltijd, vertrokken we naar het Kasteel van Fontaine -l’Evêque, waarin zich sinds enkele jaren het stadhuis bevindt. We werden verwelkomd door de burgemeester. Een schepen leidde ons door het gebouw, waarin een aantal jaren geleden ook een tentoonstelling over Calvijn te zien was. Een boottocht op de Sambre bracht een moment van rust. Bij de ruïnes van de Abdij d’Aulne kon iedereen zich tot slot tegoed doen aan het streekbier. Na een vreugdevolle en een goedgevulde dag reden we huiswaarts, in de hoop elkaar in de toekomst opnieuw te mogen ontmoeten. Wat is het verrijkend elkaar als VPKBkerken over de taalgrens heen te mogen ontmoeten en elkaar zo beter te leren kennen. ___________________________________ Namens de gemeente te Vilvoorde, Anneke VERCRUYSSE-DE RAAF.
Uw bijzondere aandacht voor
Open kerk Ook niet-gelovigen willen de kerken behouden Tachtig procent van de Europeanen vindt dat kerken en kloosters een onmisbaar onderdeel vormen van de samenleving. Let wel: ze denken daarbij niet perse aan de gelovige gemeenschappen, maar aan de gebouwen. Ongeveer een gelijk percentage vindt ook dat het de plicht van de overheid (samenleving) is om te helpen deze gebouwen te behouden en onder de aandacht te brengen van het brede publiek.
Enquête Deze gegevens komen uit een enquête die het netwerk Future for Religious Heritage in april 2014 coördineerde. Zo’n 6.000 Europeanen van alle leeftijden (boven de 18) uit Frankrijk, Duitsland, Groot-Brittannië, Engeland, Spanje, België, Nederland, Polen en Zweden werden ondervraagd. Een zeer ruime meerderheid vindt dat deze gebouwen een essentieel onderdeel uitmaken van het Europese culturele erfgoed. Gevraagd naar de reden, suggereren velen dat precies dit erfgoed cruciaal is voor de Europese identiteit. 79 % wil ook dat deze gebouwen een rol blijven spelen als de samenleving zich verder ontwikkelt en de kerk zelf misschien niet meer in staat is al die gebouwen te bewaren en te benutten. Vooral in rooms-katholieke gebieden staan velen huiverig tegenover een seculier gebruik van deze gebouwen (Polen 67%, Zweden 40%), een niet onlogisch resultaat. Veelbelovend lijkt een soort middengebied: samenbindende activiteiten met een niet commercieel karakter. Onkerkelijke kerkelijkheid? Opvallend is dat de kerkbetrokkenheid (qua geloof of kerkgang) hierbij maar een beperkte rol speelt. Gelovig of niet, er blijkt een brede steun voor het investeren in het behoud en de valorisatie van juist dit erfgoed. Op de vraag of de overheid ook in de toekomst moet bijdragen aan het restaureren van kerkelijk erfgoed scoorde Frankrijk het hoogst (89 procent). Dit resultaat is toch wel opvallend te noemen, omdat de scheiding van kerk en staat (laïcité), voor de burgers dus niet betekent dat de staat geen taak heeft ten opzichte het kerkelijk erfgoed: De kerk is te belangrijk voor de samenleving om haar beheer enkel aan gelovigen over te laten, heeft ooit iemand gezegd. Protestantse kerken ? Veel protestantse kerken zijn enkel open op zondag. Dat is jammer. Sommige staan op interessante locaties in de grote steden (onthaal, stille ruimte) en veel van onze kerken hebben een verhaal te vertellen. Dat geldt natuurlijk voor onze geklasseerde kerken. Deze hebben vaak een heel bewogen geschiedenis. Het geldt echter ook
Koen de Smet leest voor uit het ‘dagboek van Josef K.’ voor recentere kerken, die als protestantse kerken zijn gebouwd. Het verhaal van het Belgisch protestantisme is de moeite van het vertellen waard. De gebouwen zijn (en bevatten) stille getuigen van een bewogen geschiedenis. Vaak zit er in de bouwgeschiedenis van onze kerken een schat aan diepmenselijke verhalen over betrokkenheid, inzet, offerbereidheid, trots van een minderheid die in een overwegend katholiek land. Open kerk, maar dan ? Maar ja: dan zet je de kerk open, en dan komt er niemand… Niet te snel het hoofd laten hangen. We zijn niet alleen op de wereld. Zorg voor een goede timing. Zet uw kerk open op een moment dat anderen dat ook doen. Sluit aan bij Monumentendagen of Erfgoedactiviteiten. Doe mee als er in de buurt van uw kerk een feest is of andere activiteiten. Open, gastvrij. En zorg er dan voor dat als men binnenkomt dat men iets te zien, te horen, of te ervaren heeft (stilte hoort daar ook bij). Anders heeft het natuurlijk weinig zin. Wist u dat er een vereniging Open Kerken bestaat (www.openkerken.eu) die al jaren ervoor ijvert om gebedshuizen open te stellen voor het brede publiek. En dat deze vereniging het eerste
zomer 2014
21
Uw bijzondere aandacht voor weekend van juni heeft uitgeroepen tot Open Kerken Dagen. En dat gaat niet alleen over architectuur of beeldende kunst, of pittoreske dorpjes. Dat gaat over zoveel meer: over een plek in een drukke stad die eens niet uitgebaat wordt vanwege commercie, over een ruimte die getuigt van een andere tijdsbeleving, een gebouw dat het hier en nu overstijgt. Ervaring In Antwerpen deden we mee met de Open Kerken Dagen en meteen maar volop. Het historisch kerkgebouw aan de Lange Winkelstraat was twee dagen open voor publiek. We stonden in het Vlaamse programmaboekje, en waren met de smartphone/ tablet te vinden via geotagging. Natuurlijk trokken de gekende historische gebouwen in de stad de grootste massa bezoekers, maar ook bij ons werd de kaap van 100 bezoekers vlot overschreden. En de mensen kwamen echt om het gebouw eens te zien, te horen wat er daar te doen was, het verhaal te leren kennen over de Groote Oorlog, 14-18
(thema van de Open Kerken Dagen). En er was wat te zien (een eenvoudige tentoonstelling, een powerpoint), er was wat te horen (het orgel, een literaire lezing Uit het dagboek van Josef K., een project van de kleine expeditie rond WO I). We hadden ook wat te vertellen, want voor en tijdens de oorlog was er in deze kerk een grote en invloedrijke Duitstalige protestantse (Lutherse) gemeenschap, die haar sporen heeft nagelaten. Maar daarover leest u wel meer in ons speciale oorlogsnummer dat na de zomer zal verschijnen. _____________________________________________ dr. Dick WURSTEN, inspecteur PEGO. * Future for Religious Heritage (FRH) is een niet-religieus, Europees netwerk dat zich inzet voor het behoud van roerend en onroerend religieus erfgoed. FRH is actief in meer dan dertig landen in Europa.
De Wereldbond voor Internationale Vriendschap door de Kerken: 1914-2014 In augustus van dit jaar zal het 100 jaar geleden zijn dat te Konstanz, Zwitserland, bijna 100 afgevaardigden uit 13 landen bijeen kwamen om te pogen, het uitbreken van een oorlog te voorkomen. Men verwachtte ruim 150 deelnemers, maar de voorbereidingen voor een oorlog troepentransporten, mobilisatie... - zorgden ervoor dat er tenslotte slechts 90 deelnemers waren. De meesten onder hen waren als privé-persoon aanwezig. De conferentie was op zichzelf al een gebeurtenis van historisch belang. Voor het eerst in de geschiedenis kwamen kerkelijk betrokkenen bijeen voor een vredesinitiatief: uit België de predikanten Anet en Durant van de Eglise Chrétienne Missionaire Belge, en Lebeau, Rey en Rochedieu van de Bond van Kerken. Durant en Rochedieu waren beiden synodevoorzitter. Ds. Teissonniëre was aanwezig voor de Eglise Protestante Libérale. De plaats van samenkomst was het Inselhotel, het voormalig klooster van de Paters Dominikanen en in 1414 centrum van een vernieuwingsconcilie. Hier werd de Tsjechische hervormer Jan Hus gevangen gehouden en een jaar later, op 6 juli 1415, gedood op de brandstapel. Kerken voor vrede De opening van de conferentie was gepland voor 3 augustus, maar de oorlogsverklaring dwong de leiding de conferentie reeds op 1 augustus te openen én de conferentie te verdagen. De deelnemers wisten Londen te bereiken via een Duits vrijgeleide. Daar werd op 5 augustus de Wereldbond van de Kerken voor de Bevordering van Internationale Vriendschap gesticht.
22
zomer 2014
Daar de officiële kerkelijke medewerking vrij beperkt bleef, werd tijdens de oorlog te Bern (1915) besloten de naam te wijzigen in Wereldbond voor de Bevordering van Internationale Vriendschap door de Kerken. De Wereldbond organiseerde in de jaren na W.O.I tot kort voor het uitbreken van W.O.II een groot aantal conferenties voor vredeswerk, ook voor jongeren en studenten: Kopenhagen 1922, Rijsel 1924, Praag 1928, Fano 1934... Op aandringen van Dietrich Bonhoeffer raakte men ook betrokken bij de Duitse kerkstrijd. Financiële zorgen en interne spanningen - onder andere vanwege het aandringen op een grotere openheid naar andere religieuze bewegingen - zorgden steeds weer voor periodes van crisis. Al deze jaren bleven de kerken in ons land actief betrokken. Vanaf Advent 1927 werd in vele plaatselijke gemeenten een Vredeszondag georganiseerd. Tijdens de oorlogsjaren was er een actieve samenwerking met de Wereldraad van Kerken in oprichting: hulp aan krijgsgevangenen en Joodse vluchtelingen. Als in 1946 de Wereldraad en de Internationale Zendingsraad besluiten tot het oprichten van een Commissie van de Kerken voor Internationale Zaken is de rol van de Wereldbond, mede door de financiële problemen en interne spanningen, uitgespeeld. Vlak voor de officiële stichting van de Wereldraad van Kerken in Amsterdam (1948) heft de Wereldbond zichzelf op te Genève. ___________________________________________________ Dr. Pieter M. BOUMAN.
Boekbespreking
Zo zou je kunnen geloven een verantwoording van het christelijk geloof in de moderne tijd De dogmaticus Maarten Wisse schreef een boekje, waarin hij probeert het christelijk geloof op een toegankelijke manier begrijpelijk te maken. Zijn benadering is dat hij verschillende vormen van geloofsbeleving bespreekt om dan aan de hand van de doop en het avondmaal te formuleren, waar het in het christelijk geloof echt om gaat. Betekenisverlies Het feit dat de Vrije Universiteit in april van dit jaar een debatnamiddag organiseerde over dit boek geeft aan, dat we hier te maken hebben met een serieuze presentatie van het christelijk geloof in de moderne tijd. Maarten Wisse is niet uit op rationele argumenten voor het christelijk geloof, maar wil wel duidelijk maken hoe het kan. Na lezing van het boekje vind ik zijn beschouwing vooral geschikt voor bezinning in kerkelijke kring. Waar staan wij voor? Wat is voor ons de essentie van het christelijk geloof? De door Wisse geboden typologie is een uitstekend vertrekpunt voor bezinning. Een woord dat steeds terugkeert in zijn beschouwing is betekenisverlies. Herhaaldelijk vraagt Wisse zich af of bij een bepaalde benadering essentiële elementen van het christelijk geloof verloren zijn gegaan. Vier soorten christendom In het traditionele christendom is de mens schuldig en hulpeloos. Het hiernamaals krijgt een grote nadruk in de prediking. Wisse stelt: in vroeger tijden was dit een functioneel geloof. Meer dan vroeger lijkt het dat het leven maakbaar is. Dat mensen tegenwoordig hun leven, dankzij techniek en wetenschap, meer in eigen hand kunnen nemen. Een logisch gevolg hiervan is, dat het leven hier en nu belangrijker is geworden. Wisse concludeert: de rigiditeit van het traditionele christendom, het verkrampt vasthouden aan vormen en het niet serieus nemen van voor de hand liggende vragen, leidt tot betekenisverlies. In het gemoderniseerde christendom gaat het om het doen van gerechtigheid. God is een partner van de mensen. Modern christendom is potentieel wervend. Toch wordt deze spiritualiteit het meest getroffen door kerkverlating. Persoonlijke zonde en vergeving van schuld zijn naar de achtergrond verschoven. God wordt een sinterklaasgod. Bij hem staat het licht altijd op groen. Men zoekt schoonheid in een goed verzorgde liturgie, maar er is een grote tegenstelling tussen de teksten in die liturgie en de moderne geloofsbeleving. In het evangelicale christendom zijn gebed, stille tijd, bekering en de ervaring van Gods aanwezigheid kernpunten in de geloofsbeleving. Hoger opgeleiden ervaren
er echter een tendens tot versimpeling en een gebrek aan diepgang. Bovendien begint het evangelische Godsbeeld soms overeenstemming te tonen met de sinterklaasgod van het gemoderniseerde christendom. Wisse neemt het op voor het buitenkerkelijke christendom. Er is geen waterdichte scheiding tussen het gemoderniseerde christendom en het buitenkerkelijke. We vinden veel christelijke teksten bij populaire artiesten. Een gebrek van het buitenkerkelijke christendom is het niet serieus nemen van het kwaad en het wezenlijk voorbij gaan aan Jezus. Doop en Avondmaal Voor Wisse komt alleen in een radicaal verstaan van de zonde van een mens het eigene van het christelijk geloof uit de verf. In de doop leggen we het oude leven af en begint Christus een nieuw leven met ons. In het avondmaal worden we geconfronteerd met het feit, dat de zonde nooit helemaal weg is. Bij het avondmaal wordt iedereen gelijk. Het maakt niet uit of je getrouwd bent of alleen, hetero of homo, aldus Wisse. Op deze manier formuleert hij een midden tussen zijn reformatorische achtergrond en de moderniteit. De grootste verdienste van het boek Zo zou je kunnen geloven vind ik de introductie van het begrip betekenisverlies. In een veranderende wereld gaat het erom steeds opnieuw de kern van het christelijk geloof tot leven te laten komen. _____________________________________________ Jart VOORTMAN Een iets uitgebreidere recensie staat op: www.opengeloven.net
zomer 2014
23
Advertentie
Zomer 2014 Kerkdiensten in Spa
Colofon Verantwoordelijke uitgever ds. Steven FUITE Redactieteam Bea Baetens Annet Sinnema-Buurman ds. Ernst Veen dr. Dick Wursten Redactieadres: Brogniezstraat 44 - 1070 Brussel tel.: +32-(0)2-511 44 71 fax.: +32-(0)2-510 61 74 E-mail:
[email protected]
Bent u deze zomer met vakantie of op uitstap in Spa? Zoals in voorgaande jaren worden er ook tijdens de maanden juli en augustus 2014 elke zondag om 9:30 tweetalige (Frans/Nederlands) kerkdiensten georganiseerd te Spa. Adres:
Protestantse kerk rue Brixhe 24 4900 SPA
Elke zondag om 9:30. Iedereen welkom !
Website : http://www.vpkb.be Prijzen Kerkmozaïek • Individueel abonnement: 20,00 euro • Groepsabonnement: 15 euro (vanaf minimum 5 exemplaren naar éénzelfde adres) • Steunabonnement: 25,00 euro Vorige nummers Kerkmozaïek http:/www.kerkmozaiek.be Storten kan op onderstaand nieuwe rekeningnummer van de Verenigde Protestantse Kerk in België Brogniezstraat 44 - 1070 Brussel ING BE06 3100 0835 5022 De redactie behoudt zich het recht voor om bepaalde artikelen niet te publiceren, indien nodig in te korten en/of redactioneel te bewerken. Zij is niet verantwoordelijk voor de inhoud van de artikelen en slechts ten dele voor de stijl. Organisaties en tijdschriften, niet behorend tot de VPKB, die artikelen uit het maandblad Kerkmozaïek geheel of gedeeltelijk wensen over te nemen of te bewerken, dienen dit schriftelijk aan te vragen op het redactieadres. Wat betreft de richtprijs voor advertenties kunt u zich wenden tot de redactie. Zij behoudt zich het recht voor om deze al dan niet te plaatsen. Sluitingsdatum volgende Kerkmozaïek: 8 juli 2014.
24
zomer 2014
le ss ru B 0 7 0 1 4 4 t aa trs ze in g ro B , ET I U F n ev et S .s d : se rd ad n ez f a n e re ve gt i u . w t n ra e V le ss u r B 0 7 0 1 : r o to n ak et fi gf A
Creatie cover: Nik Colson, 1731 Zellik