Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2016
Afdeling Projecten Auteurs: Albert Vooijs Armand van Geijlswijk Frank de Witte Vastgesteld: d.d. 17 december 2015 Verseon: 580543
Pagina 1 van 16
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2016
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2016
Afdeling Projecten Auteurs: Albert Vooijs Armand van Geijlswijk Frank de Witte December 2009
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2016
Inhoud 1 Inleiding ...........................................................................................................................................2 1.1 Aanleiding Nota Kostenverhaal 2016 ...................................................................................2 1.2 Doel van de Nota Kostenverhaal ..........................................................................................2 1.3 Relatie Structuurvisie ...........................................................................................................2 1.4 Leeswijzer ...........................................................................................................................2 2 Systematiek kostenverhaal...............................................................................................................3 2.1 Verhaalbare kosten..............................................................................................................3 2.2 Doelstelling wettelijk kostenverhaal in de Wro ......................................................................3 2.3 Wettelijke bepalingen ten aanzien van kostenverhaal ...........................................................4 2.4 Wijzen van kostenverhaal ....................................................................................................4 3 Te verhalen kostensoorten ...............................................................................................................6 3.1 Te onderscheiden soorten kostenverhaal .............................................................................6 3.2 Gebiedseigen kosten ...........................................................................................................6 3.3 Bovenwijkse voorzieningen ..................................................................................................6 3.4 Bovenplanse kosten / bovenplanse verevening ....................................................................7 3.5 Bijdrage ruimtelijke ontwikkeling...........................................................................................8 4 Toetsingscriteria voor kostentoerekening..........................................................................................9 4.1 Wettelijk bepaling criteria voor kostentoerekening ................................................................9 4.2 Profijt ...................................................................................................................................9 4.3 Toerekenbaarheid................................................................................................................9 4.4 Proportionaliteit....................................................................................................................9 4.4.1 Het begrip proportionaliteit .......................................................................................9 4.4.2 Rekeneenheden voor proportionaliteit.................................................................... 10 4.4.3 Equivalenten ......................................................................................................... 10 4.5 samenvatting kostenverhaal............................................................................................... 10 5 De investeringen ............................................................................................................................ 11 5.1 Inleiding ............................................................................................................................. 11 5.2 Bovenwijkse voorzieningen ................................................................................................ 11 5.4 Bovenplanse kosten .......................................................................................................... 12 5.5 Bijdrage Ruimtelijke Ontwikkeling ...................................................................................... 12 6 Gemeentelijke grondexploitaties en reserves en voorzieningen, overgangsbepalingen ................... 13 6.1 Inleiding ............................................................................................................................. 13 6.2 Voorziening Bovenwijkse Voorzieningen ............................................................................ 13 6.3 Bestemmingsreserve Strategische Investeringen ............................................................... 13 6.4 Regionaal Investeringsfonds .............................................................................................. 13 6.5 Overgangsbepalingen ........................................................................................................ 13 6.5.1 Gemeentelijke grondexploitaties ......................................................................... 13 6.5.2 Particuliere grondexploitaties / bouwplannen ......................................................... 14 6.5.3 gemeentelijke exploitatieverordening ..................................................................... 14 6.5.4 Administratie verwerking ........................................................................................ 14
Bijlagen Bijlage 1:
Overzicht bovenwijkse voorzieningen
Bijlage 2:
Overzicht per bovenwijkse voorzieningen
Bijlage 3
Overzicht toerekening bijdragen bovenwijkse voorzieningen aan de kernen / projecten
Bijlage 4:
Lijst investeringen bijdrage Ruimtelijke Ontwikkeling
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2016
1 Inleiding 1.1 Aanleiding Nota Kostenverhaal 2016 Per 1 juli 2008 is de Wet Ruimtelijke Ordening (Wro), met daarin in hoofdstuk 6.4 ook regels voor het verhaal van kosten bij particuliere exploitaties, ingrijpend gewijzigd. De nieuwe regels hebben ook betrekking op de zogenaamde “bovenwijkse kosten”. Om dergelijke kosten succesvol aan particuliere grondexploitanten te kunnen doorbelasten dient de gemeente te beschikken over een nota waarin de toerekening van investeringen aan projecten is verankerd. Hiertoe is in 2010 de gemeentelijke nota Kostenverhaal vastgesteld. Onderhavige nota is een actualisatie van de nota Kostenverhaal 2010. De nota zelf is slechts op enkele ondergeschikte punten aangepast. De grootste wijzigingen betreffen de in de bijlagen opgenomen lijsten van investeringen en projecten waaraan deze (deels) toegerekend kunnen worden. Daarnaast is ten opzichte van de nota Kostenverhaal 2010 één beleidsmatig uitgangspunt aangepast: bijdragen aan reeds gerealiseerde investeringen worden tot 4 jaar nadat de investering is opgeleverd nog in rekening gebracht.
1.2 Doel van de Nota Kostenverhaal Het primaire doel van de Nota Kostenverhaal is toepassing geven aan de in de Wro gegeven mogelijkheden voor kostenverhaal van bovenwijkse voorzieningen, bovenplanse kosten en bijdragen voor de Ruimtelijke Ontwikkeling (verder RO) bij met name particuliere grondexploitaties. De nota wordt evenwel ook toegepast op de gemeentelijke grondexploitaties. Met de Nota Kostenverhaal wordt inzicht gegeven in de investeringen die voor kostenverhaal in aanmerking komen, de omvang en fasering van deze investeringen en de wijze waarop deze aan nieuwbouwprojecten toegerekend kunnen worden.
1.3 Relatie Structuurvisie Voor het verhaal van de bijdragen RO is het hebben van een gemeentelijke structuurvisie noodzakelijk. Daartoe is de Brede Structuur Visie Verdiept op 15 april 2010 met bijbehorende uitvoeringsparagraaf vastgesteld. De Nota Kostenverhaal is gebaseerd op deze uitvoeringsparagraaf, maar geeft wel het meest actuele inzicht in de investeringen qua omvang en uitvoeringstijdstip.
1.4 Leeswijzer In de hoofdstukken 2 tot en met 4 wordt nader ingegaan op de algemene, wettelijke aspecten van het kostenverhaal. Ten opzichte van de Nota Kostenverhaal 2010 zijn hierin slechts enkele ondergeschikte tekstuele wijzigingen doorgevoerd. In hoofdstuk 5 wordt ingegaan op de voorziene investeringen in Katwijk en de categorisering daarvan. Dit hoofdstuk is naar de laatste stand van zaken geactualiseerd. De relatie met de reserves en voorzieningen wordt in hoofdstuk 6 beschreven. De bijlagen bevatten geactualiseerde lijsten met investeringen en projecten waaraan deze worden toegerekend en in welke mate.
Pagina 2
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2015
2 Systematiek kostenverhaal 2.1 Verhaalbare kosten In artikel 6.13.8 en 16.13.9.c van de Wro is bepaald dat bij of krachtens algemene maatregel van bestuur nadere regels worden gesteld over de verhaalbare kostensoorten. Deze zogenaamde kostensoortenlijst is nader uitgewerkt in de artikelen 6.2.3 tot en met 6.2.6 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro). De kosten die volgens deze bepalingen verhaald kunnen worden zijn: De waarde van de gronden en opstallen Kosten om gronden vrij te maken van rechten en lasten Sloopkosten en saneringskosten Kosten van onderzoeken (b.v. milieu en archeologie) Kosten voor ontwerpcompetities Kosten voor wegnemen belemmeringen Kosten van opstellen van ruimtelijke plannen, incl. daarvoor benodigde onderzoeken Aanleg van infrastructuur (wegen, pleinen, groen, water) en openbaar vervoer voorzieningen Inrichting van openbare ruimte met straatmeubilair, speeltoestellen, kunstobjecten, openbare verlichting, brandkranen etc. Kosten van voorbereiding en toezicht Planschadekosten Compensatie voor natuurwaarden Kosten van tijdelijk beheer Kosten in verband met verwijderen milieutechnische belemmeringen (hindercirkels) Rentekosten Niet-terugvorderbare of niet-compensabele BTW Voor de berekening van de zogenaamde plankosten (opstellen gemeentelijke plannen, kosten voorbereiding en toezicht op uitvoeringswerken) zal nog een ministeriële regeling worden gegeven. Deze regeling zal de te verhalen plankosten maximeren.
2.2 Doelstelling wettelijk kostenverhaal in de Wro Grondbezit en grondexploitatie spelen een cruciale rol bij locatieontwikkeling. In de Nederlandse grondpolitiek is het recht op zelfrealisatie stevig verankerd. Indien een grondeigenaar een door een gemeente gewenste bestemming(swijziging) zelf wenst te realiseren, en hij is daartoe bereid en in staat, dan mag hij het plan zelf realiseren. Voor de wetswijziging van 1 juli 2008 ontbrak het gemeenten aan een goed juridisch kader om kosten die een gemeente had gemaakt en nog moest maken om een locatieontwikkeling mogelijk te maken dwingend aan een zelfrealisator door te berekenen. Veelal kon op basis van de gemeentelijke exploitatieverordening wel een exploitatieovereenkomst worden gesloten, maar dit was niet afdwingbaar. Steevast moest stevig onderhandeld worden over welke kosten in welke mate werden doorberekend. Zo nodig kon worden teruggevallen op de baatbelasting, maar vanwege juridische haken en ogen en de procedurele belasting werd dit niet vaak toegepast. Veel gemeenten kozen daarom voor een actieve grondpolitiek, waarbij door de gemeente grondposities werden ingenomen om via de kaveluitgifte de kosten te verdisconteren. Doordat ontwikkelaars strategische grondposities innamen was dit echter niet altijd voor de volle 100% mogelijk. Soms wachtten ontwikkelaars af tot de gemeente de gronden bouw- en woonrijp had gemaakt om vervolgens voor hun perceel een bouwvergunning aan te vragen. Deze zogenaamde free-riders deelden dan niet evenredig in de kosten.
Pagina 3
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2015
Met de Wro is de rolverdeling tussen de gemeente en de particuliere grondexploitant verduidelijkt. Voor de ontwikkelaars is duidelijk welke kosten in rekening gebracht zullen worden. Kosten die niet op de kostensoortenlijst staan kunnen in principe niet in rekening worden gebracht. Gemeenten weten dat er voor free-riders geen ruimte meer is. De verwachting is dat onderhandelingsprocessen over locatieontwikkeling en exploitatiebijdragen door het nieuwe wettelijke kader sneller en soepeler zullen verlopen. Naast het stellen van regels voor kostenverhaal geeft de Wro gemeenten (meer) mogelijkheden om locatie-eisen te stellen.
2.3 Wettelijke bepalingen ten aanzien van kostenverhaal Voor de wetswijziging van 1 juli 2008 hadden gemeenten nog een zekere vrijheid om te bepalen of ze de kosten die met een locatieontwikkeling zijn gemoeid door berekenden. Na de wetswijziging is een einde gekomen aan deze vrijheid. Een gemeente moet de kosten die met locatieontwikkeling is gemoeid verhalen. Aan dit dwingende karakter zijn wel enkele beperkingen gesteld: het kostenverhaal is gemaximeerd tot het totaal aan de opbrengsten die aan de locatieontwikkeling zijn toe te rekenen. Deze zogenaamde macro-aftopping is geregeld in art. 6.16 van de Wro. Zijn er met een locatieontwikkeling meer kosten gemoeid dan aan opbrengsten kan worden gerealiseerd, dan blijft dit verschil voor rekening van de gemeente. Niet nader is bepaald hoe dit aandeel verrekend moet worden. Alleen de werkelijke kosten kunnen in rekening worden gebracht. Als een deel van de investeringen via doorberekening wordt gedekt, mag dit deel niet worden doorberekend. Een voorbeeld hiervan zijn parkeertarieven. Ook als bijdragen van derden in de vorm van subsidies en dergelijke worden ontvangen, moeten deze met het door te berekenen bedrag worden verrekend. Er moet sprake zijn van een ruimtelijk besluit op grond van de Wro, i.c. (een wijziging van) een bestemmingsplan of een project(afwijkings)besluit. Er moet sprake zijn van een zogenaamd aangewezen bouwplan (art. 6.12 Wro). Het bouwplan moet dan voorzien in nieuwbouw of een omvangrijke verbouwing met functiewijziging (art. 6.2.1 Bro). Als een plan past in een vigerend bestemmingsplan of als er sprake is van een ondergeschikt plan is het dwingende karakter niet van toepassing. Indien een exploitatiebijdrage wordt voldaan via de bouwvergunning, is de gemeente verplicht na uitvoering van de in het exploitatieplan opgenomen werken een eindcalculatie op te stellen. Hierbij moeten de exploitatiebijdragen worden herberekend. Indien de in rekening gebrachte kosten hoger zijn dan de kosten op basis van de nacalculatie, moet de gemeente hetgeen teveel in rekening is gebracht met rente restitueren. Hierbij geldt een drempel van 5%. Als blijkt dat de in rekening gebrachte bijdragen te laag waren, kan geen naheffing plaatsvinden. Het verlies is dan voor rekening van de gemeente. Een gemeente kan dus niet willekeurig kosten in een exploitatieplan opnemen. Voor zover bovenwijkse voorzieningen ten tijde van het opmaken van de eindafrekening nog niet (geheel) zijn uitgevoerd kunnen hiervoor in de eindafrekening geen definitieve bedragen worden opgenomen. Verwacht mag worden dat ontwikkelaars een dergelijke clausule willen laten opnemen in een anterieure- of posterieure overeenkomst.
2.4 Wijzen van kostenverhaal Uitgangspunt van de Wro is kostenverhaal op basis van een gelijktijdig met het bestemmingsplan vast te stellen exploitatieplan. Een exploitatieplan is een nieuw rechtsfiguur dat met de Wro is geïntroduceerd. Een exploitatieplan bevat in ieder geval een exploitatieopzet waarin de geraamde kosten en opbrengsten met de bijbehorende fasering van realisatie zijn weergegeven. Op grond van deze exploitatieopzet wordt bepaald welke financiële bijdrage een eigenaar moet leveren in
Pagina 4
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2015
het totaal van de te maken kosten. Deze kosten worden dan bij de afgifte van een bouwvergunning in rekening gebracht. Een eigenaar kan er voor kiezen op grond van het exploitatieplan een overeenkomst te sluiten met de gemeente, een zogenaamde posterieure overeenkomst. Naast de financiële voorwaarden kunnen hierin ook andere afspraken worden vastgelegd. Een gemeente kan afzien van het vaststellen van een exploitatieplan voor zover het verhaal van kosten van de grondexploitatie over de in het plan of besluit begrepen gronden anderszins verzekerd is (art. 6.12.2.a Wro). Deze verzekering moet alle kosten betreffen en alle in het plan begrepen gronden. Als een deel anderszins is verzekerd ontkomt een gemeente niet aan het opstellen van een exploitatieplan. Het verhaal van kosten kan op de volgende manieren zijn verzekerd: Via een anterieure overeenkomst Dit is een overeenkomst die wordt gesloten voordat een exploitatieplan is vastgesteld en waarin afspraken over exploitatiebijdragen en dergelijke zijn geregeld. Hieronder vallen dus ook de gebruikelijke samenwerkings- uitvoerings- en exploitatieovereenkomsten. Door een joint venture / PPS samenwerking. Hierbij heeft de gemeente met één of meer ontwikkelaars en / of eigenaren afspraken gemaakt over gezamenlijke realisatie van de beoogde bestemming onder een afgesproken verdeling van winst en risico’s. In principe is dit een bijzondere vorm van een anterieure overeenkomst. Door actieve grondpolitiek waarbij de gemeente alle gronden in eigendom heeft en als ondernemer optreedt. De kosten van de locatieontwikkeling worden dan in de kaveluitgifte verdisconteerd.
Anterieure overeenkomst
Vaststelling exploitatieplan
Posterieure overeenkomst
Kostenverhaal via bouwvergunning
tijdsverloop
Overigens kan een gemeente wel een exploitatieplan vaststellen als het verhaal van kosten anderszins is verzekerd. In een exploitatieplan kunnen naast financiële zaken namelijk ook andere zaken zoals de fasering of de labeling van sociale woningbouw worden vastgelegd. Ondanks dat kostenverhaal via een exploitatieplan het uitgangspunt van de Wro is, blijft de vrijwillige samenwerking voorop staan. Het gemengde stelsel van zowel een privaatrechtelijk als een publiekrechtelijk spoor van kostenverhaal is daarom in de Wro voortgezet. Voor het privaatrechtelijk spoor is het niet meer noodzakelijk dat de gemeente over een exploitatieverordening beschikt. Daarmee is de weg vrijgemaakt voor een grotere vormvrijheid voor de te sluiten overeenkomsten.
Pagina 5
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2015
3 Te verhalen kostensoorten 3.1 Te onderscheiden soorten kostenverhaal De wet gaat uit van 4 soorten te verhalen kosten: a) Gebiedseigen kosten b) Bovenwijkse voorzieningen c) Bovenplanse kosten / Bovenplanse verevening d) Bijdragen in de Ruimtelijke Ontwikkeling De spelregels voor de verhaalbaarheid zijn voor iedere groep van kosten verschillend. Overigens moet het gaan om nieuwe investeringen. Investeringen ter vervanging of reconstructie van bestaande werken en gebouwen vallen niet onder te verhalen kosten. In voorkomende gevallen kan wel de meer-investering voor een verbetering of vergroting als investering voor kostenverhaal worden geduidt.
3.2 Gebiedseigen kosten Onder gebiedseigen kosten worden de kosten begrepen die nodig zijn om een gebied juridisch en fysiek bouwrijp te maken. Naast de fysieke werken vallen hieronder dus ook de procedure- en de plankosten. Alle kosten die direct en volledig te maken hebben een locatieontwikkeling dienen op deze ontwikkeling te worden verhaald. Hieronder kunnen overigens ook kosten vallen voor werkzaamheden die niet binnen het exploitatiegebied zijn gelegen, maar wel noodzakelijk zijn voor en volledig toerekenbaar zijn aan de betreffende locatieontwikkeling. In de wetstoelichting wordt als voorbeeld natuurcompensatie genoemd.
3.3 Bovenwijkse voorzieningen Voor de wetswijziging van 1 juli 2008 waren de grenzen van het begrip bovenwijkse voorzieningen met name door jurisprudentie gevormd. Met de invoering van de Wro is het begrip wettelijk gedefinieerd. Wat onder voorzieningen moet worden verstaan, is limitatief beschreven in art. 6.2.5. Bro. Omdat de lijst limitatief is, zijn investeringen die niet in deze lijst voorkomen niet aan te merken als voorziening, en dus ook niet als bovenwijkse voorziening. Maatschappelijke voorzieningen en functionele gebouwen als een school of theater zijn geen bovenwijkse voorzieningen. Investeringskosten voor dergelijke voorzieningen kunnen dus niet als bovenwijkse kosten worden verhaald. Een sportvoorziening kan op grond van art. 6.2.5 onder e Bro worden verhaald, maar de reikwijdte is beperkt. Het moet gaan om openbare en vrij toegankelijke trapveldjes, skatevoorzieningen, basketbalveldjes etc.
Pagina 6
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2015
Art.6.2.5. Bro:tot de voorzieningen, als bedoeld in artikel 6.2.4 onder c worden gerekend: a. nutsvoorzieningen met bijbehorende werken en bouwwerken, voor zover de aanlegkosten bij of door de gemeente in rekening worden gebracht en niet via de verbruikstarieven kunnen worden gedekt; b. riolering met inbegrip van bijbehorende werken en bouwwerken; c. wegen, ongebouwde openbare parkeergelegenheden, pleinen, trottoirs, voet- en rijwielpaden, waterpartijen, watergangen, voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, bruggen, tunnels, duikers, kades, steigers, en andere rechtstreeks met de aanleg van deze voorzieningen verband houdende werken en bouwwerken; d. infrastructuur voor openbaar vervoervoorzieningen met bijbehorende werken en bouwwerken, voor zover de aanlegkosten bij of door de gemeente in rekening worden gebracht en niet via de gebruikstarieven kunnen worden gedekt; e. groenvoorzieningen, waaronder begrepen openbare parken, plantsoenen, speelplaatsen, trapvelden en speelweiden, natuurvoorzieningen en openbare niet-commerciële sportvoorzieningen; f. openbare verlichting en brandkranen met aansluitingen; g. straatmeubilair, speeltoestellen, sierende elementen, kunstobjecten en afrasteringen in de openbare ruimte; h. gebouwde parkeervoorzieningen, voor zover deze leiden tot optimalisering van het grondgebruik en verbetering van de kwaliteit van de openbare ruimte, openbaar toegankelijk zijn en voornamelijk worden gebruikt door bewoners en gebruikers van het exploitatiegebied, voor zover de aanlegkosten bij of door de gemeente in rekening worden gebracht en niet via de gebruikstarieven kunnen worden gedekt; i. uit een oogpunt van milieuhygiëne, archeologie of volksgezondheid noodzakelijke voorzieningen
Bovenwijkse voorzieningen zijn voorzieningen die ten behoeve van meerdere locaties worden aangelegd. Hierbij zijn vele varianten denkbaar, waarbij de voorziening geheel, gedeeltelijk, of in het geheel niet in een exploitatiegebied kan liggen. In alle gevallen is de voorziening echter voor meer dan één locatieontwikkeling bedoeld. Voorbeelden van bovenwijkse voorzieningen zijn: een park in een nieuwbouwwijk, dat mede bedoeld is voor twee aangrenzende toekomstige wijken; een nieuwe randweg rond twee nieuwe wijken; het saneren van een milieuhinderlijk bedrijf, waardoor woningbouw mogelijk wordt.
3.4 Bovenplanse kosten / bovenplanse verevening Dat bovenplanse kosten behoren tot de te verhalen kosten blijkt uit art. 6.13 lid 7 Wro. Art. 6.13 lid 7 Wro: Bovenplanse kosten kunnen voor meerdere locaties of gedeeltes daarvan in de explotatieopzet worden opgenomen in de vorm van een fondsbijdrage, indien er voor deze locaties of gedeeltes daarvan een structuurvisie is vastgesteld welke aanwijzingen geeft over de bestedingen die ten laste van het fonds kunnen komen.
Wat onder bovenplanse kosten moet worden verstaan is verder niet in de wet of het besluit gedefinieerd. Algemeen wordt er van uitgegaan dat hiermee bedoeld is een verevening tussen locaties, waarbij bij de ene locatie een exploitatiewinst wordt verwacht en bij de andere locatie een exploitatieverlies. Deze locaties moeten dan wel functioneel en ruimtelijk aan elkaar gerelateerd zijn, wat in een structuurvisie tot uitdrukking moet komen. Verrekening moet dan plaatsvinden via een fondsbijdrage (bestemmingsreserve). Bij het aannemen van het zogenaamde amendement Irrgang zijn deze kosten toegevoegd aan de afdwingbare te verhalen kosten.
Pagina 7
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2015
3.5 Bijdrage ruimtelijke ontwikkeling De bijdrage voor de ruimtelijke ontwikkeling vindt zijn grondslag in artikel 6.24 lid 1 onder a. Wro. Bij het aangaan van een overeenkomst over grondexploitatie kunnen burgemeester en wethouders in de overeenkomst bepalingen opnemen inzake: a. financiële bijdragen aan de grondexploitatie alsmede op basis van een vastgestelde structuurvisie, aan ruimtelijke ontwikkelingen; b. verrekening van schade die op grond van artikel 6.1 voor vergoeding in aanmerking zou komen.
Uit het feit dat deze kosten apart in de wet zijn genoemd, en geen onderdeel uitmaken van de kostensoortenlijst volgt dat een bijdrage in de ruimtelijke ontwikkeling geen kostenpost is die in het exploitatieplan kan worden opgenomen. De bijdrage is daarmee niet afdwingbaar, maar kan slechts op basis van vrijwilligheid in een anterieure worden overeengekomen. Bovendien is bepaald dat hiervoor onderbouwing moet worden gevonden in de structuurvisie. Evenmin als de bovenplanse kosten is in de wet of het besluit gedefinieerd welke investeringen beschouwd kunnen worden als een bijdrage Ruimtelijke Ontwikkeling. Wel kunnen uit de kamerstukken voorbeelden worden gehaald van wat onder ruimtelijke ontwikkeling moet worden begrepen, zoals: rood voor groenontwikkelingen natuur, recreatie, waterberging en infrastructuur in een ander gebied volkshuisvestelijke compensatie saneren en opknappen oude bedrijfsterreinen parkeerfonds De meningen van de diverse deskundigen verschillen of culturele en / of maatschappelijke voorzieningen in de vorm van een theater, zwembad, kinderdagverblijf, buurthuis en dergelijke ook onder het begrip bijdrage ruimtelijke ordening vallen. Deze meningen zijn ook verdeeld ten aanzien van de vraag of dan de totale investering inclusief de te realiseren opstal onder dit begrip vallen of dat het bij deze gevallen alleen gaat om de grondcomponent. Zolang het tegendeel niet is bewezen zijn dergelijke investeringen opgenomen in de lijst van bijdragen voor de ruimtelijke ontwikkeling. Sommige kostensoorten die hiervoor als voorbeeld voor bijdragen in de ruimtelijke ontwikkeling zijn aangehaald, zijn ook te vatten als een voorziening zoals opgenomen in de kostensoortenlijst. Uit de hiervoor uit de kamerstukken genoemde voorbeelden van Ruimtelijke Ontwikkelingen blijkt dat sommige soms ook als bovenwijkse voorziening kunnen worden aangemerkt. Dit betreft dan o.a. de aanleg van natuur, recreatie en waterberging. Het zal van de feitelijke omstandigheden en waarschijnlijk ook de mate van concreetheid afhangen onder welke categorie een dergelijke investering dient te vallen. Het wachten is op jurisprudentie op dit punt.
Pagina 8
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2015
4 Toetsingscriteria voor kostentoerekening 4.1 Wettelijk bepaling criteria voor kostentoerekening Onder 3.2 van deze nota is aangegeven dan gebiedseigen kosten, zijnde alle kosten die direct en volledig te maken hebben een locatieontwikkeling, op deze ontwikkeling dienen te worden verhaald. In alle andere gevallen zal moeten worden bepaald of de kosten kunnen worden toegerekend, en zo ja in welke mate. Uitgangspunt is een evenredige kostentoerekening. De wettelijk grondslag hiervoor is te vinden in art. 6.13.6. Wro. Art. 6.13.6 Wro: Kosten in verband met werken, werkzaamheden en maatregelen waarvan het exploitatiegebied of een gedeelte daarvan profijt heeft, en welke toerekenbaar zijn aan het exploitatieplan worden naar evenredigheid opgenomen in de exploitatieopzet.
In de wetstoelichting wordt gesproken over de 3 toetsingscriteria profijt, toerekenbaarheid en proportionaliteit. Deze criteria zijn overigens alleen bij het exploitatieplan, en de evt. op basis daarvan te sluiten posterieure overeenkomst, van toepassing. In het zogenaamde anterieure traject bestaat op dit punt onderhandelingsvrijheid, en kan de gemeente inzetten op een hogere bijdrage. Evenals de gebiedseigen kosten dienen deze criteria alleen op locatieniveau te worden beschouwd, en niet per bouwperceel binnen een locatie.
4.2 Profijt De eerste toets betreft de beoordeling of een locatie nut heeft van de aan te leggen voorziening. Aangetoond zal moeten worden dat het exploitatiegebied in enige mate profijt heeft van de betreffende voorziening. Dit is een absoluut criterium, het is ja of nee. Veel of weinig is hierbij niet van toepassing.
4.3 Toerekenbaarheid Hierbij wordt getoetst of er een causaal verband is tussen de ontwikkelingslocatie en de te treffen voorziening. Zou de voorziening ook aangelegd worden als de betreffende locatie niet tot ontwikkeling zou worden gebracht? Maar ook andersom: wordt een ontwikkeling (mede) mogelijk door een getroffen of te treffen voorziening. Aangetoond zal moeten worden dat de voorziening ook mede voor de betreffende ontwikkelingslocatie wordt aangelegd. Ook hier is sprake van een absoluut criterium.
4.4 Proportionaliteit 4.4.1 Het begrip proportionaliteit Als meerdere locaties profijt hebben van een voorziening, worden de kosten over deze locaties verdeeld. De verdeling vindt plaats naar rato; de locatie met het meeste profijt draagt het meeste bij. Van veel voorzieningen zullen ook de bestaande woningen en bedrijven profijt hebben. Hieraan zal dan ook naar rato een bijdrage worden toegerekend. Bij voorzieningen die een groot deel van de gemeente bestrijken zal dan ook het merendeel van de voorziening aan de bestaande wijken zijn toe te rekenen. Het gevolg hiervan is dat per definitie slechts een klein gedeelte van dergelijke investering aan de nieuwbouwlocaties is toe te rekenen. Financiering van het niet als bovenwijks aan ontwikkelingslocaties toe te rekenen deel zal dan uit de algemene middelen moeten
Pagina 9
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2015
plaatsvinden, al dan niet met bijdragen van derden. Uit het proportionaliteitsbeginsel volgt een percentage van de investering dat aan een locatieontwikkeling is toe te rekenen.
4.4.2 Rekeneenheden voor proportionaliteit Om de proportionaliteit te bepalen dient een rekenmethode te worden gehanteerd die uitgaat van objectiveerbare eenheden. Er is gekozen om voor de proportionaliteitsberekening uit te gaan van wooneenheden. Rond de betreffende bovenwijkse voorziening is een cirkel getrokken waarvan aannemelijk is dat de daarbinnen liggende woningen profijt hebben van die voorziening. Voor de uiteindelijke berekening is de cirkel aangepast aan het stratenpatroon om de wooneenheden te kunnen bepalen. Hoe meer wooneenheden van de voorziening profiteren, hoe groter de cirkel is. Hoe groter de cirkel, hoe groter het aandeel van bestaande woningen in de bijdrage aan de voorziening zal zijn en daarmee hoe kleiner de aan nieuwe woningen toe te rekenen bijdrage.
4.4.3 Equivalenten Omdat zowel bestaand bebouwd gebied als nieuwbouwlocaties niet slechts uit woningen bestaan moet voor andere functies een omrekenfactor worden bepaald. Hierbij wordt uitgegaan van onderstaande equivalenten. functie Woning Bedrijven Winkels/Horeca Kassen
Equivalenten Aantal / eenheid 1 1 ha. 150 m² bvo
Factor 1 27 1
10.000 m²
1
Om de berekeningen niet te complex te maken zijn andere functies zoals maatschappelijke en culturele voorzieningen alsmede agrarische ontwikkelingsgebieden buiten beschouwing gelaten.
4.5 samenvatting kostenverhaal In de vorige hoofdstukken is omschreven welke kosten kunnen worden verhaald, hoe ze kunnen worden verhaald en welke criteria en overige wettelijk bepalingen daarbij van toepassing zijn. In onderstaande tabel zijn de onderlinge relaties schematisch weergegeven.
Kenmerk Anterieure overeenkomst Posterieure overeenkomst Bouwvergunning Afdwingbaar Eindafrekening / nacalculatie
Toetsingscriteria
Kostensoortenlijst Opgenomen in structuurvisie Fondsvorming
Bovenwijkse voorziening
Bovenplanse kosten
Verhaalbaar Verhaalbaar Verhaalbaar Ja Facultatief in overeenkomsten
Bijdrage Ruimtelijke ontwikkeling
Verhaalbaar Verhaalbaar Verhaalbaar Ja Facultatief in overeenkomsten Verplicht bij bijdrage via Verplicht bij bijdrage via bouwvergunning bouwvergunning Niet bij anterieure overeenkomst Niet bij anterieure overeenkomst Wel bij posterieure Wel bij posterieure overeenkomst en bij overeenkomst en bij bouwvergunning bouwvergunning Nee, maar wel direct in wet Ja opgenomen Niet noodzakelijk Noodzakelijk
Verhaalbaar Niet verhaalbaar Niet verhaalbaar Nee Niet van toepassing
Facultatief
Facultatief
Verplicht
Niet van toepassing
Nee Noodzakelijk
Pagina 10
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2015
5 De investeringen 5.1 Inleiding In de uitvoeringsparagraaf van de Brede Structuurvisie (verdiept) structuurvisie zijn alle voorziene ontwikkelingen benoemd. Nog niet iedere ontwikkeling is even gedetailleerd uitgewerkt. De plannen kennen dan ook verschillende niveaus van gedetailleerdheid. In sommige gevallen is een uitgebreide calculatie aanwezig, in andere gevallen zijn aannames gedaan op basis van kengetallen.
5.2 Bovenwijkse voorzieningen In bijlage 1 is een tabel opgenomen van de als bovenwijkse investeringen gekwalificeerde uitgaven. In de tabel is de verhouding weergegeven tussen het aandeel dat ten laste van nieuwe ontwikkelingen kan worden gebracht (omschreven als aandeel grondbedrijf) en het aandeel dat is toe te rekenen aan de bestaande woningvoorraad en ten laste van de algemene middelen moet komen. In totaal is er netto (exclusief subsidies en bijdragen van derden) een bedrag van bijna 54 miljoen euro met deze investeringen gemoeid. Het merendeel hiervan betreft de zogenaamde RIF projecten. De gemeente Katwijk heeft zich verplicht tot bijdragen aan het door de regio Holland Rijnland beheerde Regionaal Investerings Fonds (RIF). Enkele van de uit dit fonds (mede) te financieren projecten zijn als bovenwijkse (regionale) voorziening gekwalificeerd en als zodanig in de toerekeningstabellen opgenomen. Met de in 2010 genomen aanvullende besluitvorming ziet de Katwijkse bijdrage aan het RIF er als volgt uit: Bijdrage per gemeente aan RIF Katwijk
Bijdrage Bijdragen per Bijdrage extra Totale bijdragen oorspronkelijk Bijdrage extra jaar eenmalig RIF 26.465.062 3.528.674 1.764.337 8.627.300 38.621.036
De besteding van het RIF is thans als volgt voorzien met in de laatste kolom het aandeel van de gemeente Katwijk dat in de toerekeningstabellen is opgenomen: Regionaal investeringsfonds RijnlandRoute Rijn-Gouwelijn (west) HOV-NET HOV Noordwijk - Schiphol Noordelijke verbinding tussen N206 en A44 en A4 / Duinpolderweg Offensief van Teylingen / versterking Greenport Duin- en Bollenstreek Milieu en landschap / Regionaal groenprogramma Maatregelen middengebied
Oorspronkelijk 2007
Gewijzigd 2010
Aandeel Katwijk
37.500.000 37.500.000 0 0
75.000.000 0 37.500.000 5.000.000
15.531.248 0 7.765.624 1.035.417
37.500.000
12.500.000
2.588.541
10.000.000
10.000.000
2.070.833
20.000.000 0
20.000.000 20.000.000
4.141.666 4.141.666
Op grond van de aangehouden proportionaliteit varieert de aan nieuwe woningbouw toe te rekenen bijdrage Bovenwijkse Voorzieningen per project. Als bijlage 2 is een specificatie per bovenwijkse investering bijgevoegd.
Pagina 11
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2015
Ten slotte is als bijlage 3 (2 presentaties, A en B) een totaaloverzicht van de toerekening van de bovenwijkse investeringen aan de diverse projecten opgenomen. Het is mogelijk dat zich nieuwe initiatieven voordoen en bebouwing plaatsvindt buiten de in bijlage 3 opgenomen bouwlocaties. Voor die bebouwing zal de bijdrage voor Bovenwijkse Voorzieningen worden gehanteerd van de meest nabij gelegen locatie die wel in bijlage 3 is opgenomen. Bij de toerekening van Bovenwijkse Voorzieningen wordt onderscheid gemaakt tussen uitleglocaties en reconstructies in de bestaande bebouwing. Daar waar sprake is van sloop met vervangende nieuwbouw zijn de voor de te slopen woningen in de plaats komende woningen te beschouwen als reeds bestaande bebouwing. Hieraan zal geen toerekening van Bovenwijkse Voorzieningen plaatsvinden. Als er sprake is van sloop met vervangende nieuwbouw, zal de bijdrage Bovenwijkse Voorzieningen dan ook worden berekend over het saldo van de nieuw te bouwen woningen minus de te slopen woningen.
5.4 Bovenplanse kosten Zoals uit de uitvoeringsparagraaf van de structuurvisie blijkt, zijn er op dit moment nog geen concrete bovenplanse kosten benoemd. Wel wordt een mogelijkheid open gehouden om via een daartoe in te stellen reserve een bovenplanse verevening toe te passen voor sociale woningbouw. Indien een locatie met voldoende verdiencapaciteit toch onder de norm blijft voor wat betreft het percentage te realiseren sociale woningbouw kan een bijdrage worden toegerekend. Uit deze reserve kan dan weer aanspraak worden gemaakt door locaties waarin meer dan het minimale percentage sociale woningbouw wordt gerealiseerd.
5.5 Bijdrage Ruimtelijke Ontwikkeling In de uitvoeringsparagraaf van de structuurvisie zijn de in bijlage 4 opgenomen investeringen benoemd als bijdragen voor de Ruimtelijke Ontwikkeling. Zoals in hoofdstuk 3.5 is aangegeven is de wet en de wetsgeschiedenis niet eenduidig wat betreft het begrip bijdrage RO. Voor deze nota worden ook de investeringen in culturele en maatschappelijke voorzieningen hieronder verstaan en dan zowel wat betreft de grondcomponent als de investering in de opstal. In totaal is er netto (exclusief subsidies, bijdragen derden en reeds geoormerkte eigen middelen) voor bijna 28 miljoen euro aan deze investeringen geraamd. In de berekeningen is uitgegaan van een woningbouwproductie van 7.954. Dit resulteert in een omslag van afgerond € 3.509 per wooneenheid. Op de bijdragen RO zijn de toetsingscriteria profijt, toerekenbaarheid en proportionaliteit niet wettelijk van toepassing. De wet laat deze toerekeningsmethodiek wel toe. De bijdrage moet in onderhandeling over een anterieure overeenkomst tot stand komen. Om die reden wordt afgezien om de proportionaliteit toe te passen en voor de toerekening uit te gaan van een eenduidig bedrag per nieuw te bouwen woning(equivalent) van € 3.509. Als een bestaand woongebied wordt gereconstrueerd en er vervangende nieuwbouw wordt gerealiseerd, speelt nog het volgende. Zonder de herontwikkeling zouden bestaande woningen geen bijdrage leveren in de bijdragen RO. Voor het aantal nieuwe woningen dat het aantal gesloopte woningen vervangt is het daarom redelijk om de bijdrage RO te matigen. De bijdrage voor vervangende nieuwbouw wordt gesteld op 50% van de reguliere bijdrage, derhalve € 1.754,50 per woningequivalent. Indien meer woningen worden gebouwd dan gesloopt geldt voor de toegevoegde wooneenheden wel de bijdrage van € 3.509,-- per woning.
Pagina 12
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2015
6 Gemeentelijke grondexploitaties en reserves en voorzieningen, overgangsbepalingen 6.1 Inleiding Over kostenverhaal bij grondexploitaties en de instelling, voeding en onttrekking van daarvoor benodigde reserves en voorzieningen zijn diverse eerdere beleidsnota’s verschenen en zijn de benodigde besluiten genomen. In dit hoofdstuk wordt hier nader op ingegaan.
6.2 Voorziening Bovenwijkse Voorzieningen De gemeente kende een voorziening Bovenwijkse Voorzieningen, ingesteld bij raadsbesluit van 1 juli 2004 (oude gemeente Katwijk). Naar aanleiding van daartoe strekkende opmerkingen van de accountant is in 2015 een reserve bovenwijkse voorzieningen ingesteld. Om in het raadsvoorstel beschreven redenen wordt er van uitgegaan dat de bijdragen vanaf 2015 weer in een voorziening worden geadministreerd. Omdat er op grond van het BBV onderscheid gemaakt moet worden in bijdragen van derden voor bovenwijkse voorzieningen en bijdragen uit eigen gemeentelijke grondexploitaties dienen er 2 voorzieningen te worden aangehouden. Bijdragen bovenwijks worden in deze voorzieningen gestort en door middel van een subadministratie gelabeld voor de benoemde bovenwijkse voorzieningen.
6.3 Bestemmingsreserve Strategische Investeringen De grondslag voor de bijdragen RO wordt gevormd door de uitvoeringsparagraaf van de Brede Structuurvisie (Verdiept). Voor de uitvoering van de BSV is de Bestemmingsreserve Strategische Investeringen (BSI) ingesteld. De op basis van anterieure overeenkomsten te ontvangen bijdragen RO worden daarom toegevoegd aan de bestemmingsreserve BSI.
6.4 Regionaal Investeringsfonds Zoals in paragraaf 5.3 is aangegeven, zijn enkele uit het RIF mede te financieren investeringen geduid als een bovenwijkse voorziening. De hiervoor ontvangen bijdrage zou dan ook toegevoegd moeten worden aan de voorziening bovenwijkse voorzieningen. Ter financiering van de gemeentelijke bijdragen aan het RIF is echter een bestemmingsreserve ingesteld met precies voldoende omvang om de toekomstige bijdragen te kunnen voldoen. Het saldo van deze reserve is onttrokken aan de reserve BSI. De bijdragen voor bovenwijkse voorzieningen die worden ontvangen voor de bovenwijkse RIF investeringen worden daarom toegevoegd aan de reserve BSI.
6.5 Overgangsbepalingen 6.5.1 Gemeentelijke grondexploitaties Na vaststelling van deze nota kostenverhaal zullen de uit deze nota volgende bijdragen voor bovenwijkse voorzieningen in de plaats komen van de tot heden in de grondexploitaties opgenomen bijdragen. Dit wordt bij de eerstvolgende herziening van de grondexploitaties meegenomen.
Pagina 13
Nota Kostenverhaal Gemeente Katwijk 2015
6.5.2 Particuliere grondexploitaties / bouwplannen Voor diverse particuliere ontwikkelingen zijn samenwerkingsovereenkomsten gesloten. De in deze overeenkomsten vastgelegde bijdragen voor bovenwijkse voorzieningen en RO kunnen niet aan de nieuwe grondslag worden aangepast. De contractuele verplichtingen blijven gelden. Bij nieuwe contracten zullen de nieuwe bedragen uit deze nota worden toegepast.
6.5.3 gemeentelijke exploitatieverordening Onder de oude WRO was de gemeente verplicht een exploitatieverordening vast te stellen. Deze exploitatieverordening blijft op grond van artikel 9.1.17 van de Invoeringswet Wro van toepassing op: a) exploitatieovereenkomsten die zijn afgesloten voor de inwerkingtreding van de nieuwe Wro; b) exploitatieovereenkomsten die na 1 juli 2008 worden gesloten en die strekken tot de uitvoering van een bestemmingsplan dat valt onder het regiem van de oude Wro (ontwerp ter visie gelegd voor 1 juli 2008). De nieuwe Wro stelt het vaststellen van een (nieuwe) exploitatieverordening facultatief. In de nota kostenverhaal 2010 is bepaald dat er geen aanleiding is een nieuwe verordening vast te stellen. Er zijn geen gewijzigde inzichten die nu tot een ander standpunt leidt.
6.5.4 Administratie verwerking De ontvangen bijdragen uit zowel de gemeentelijke grondexploitaties als de particuliere initiatieven worden als volgt administratief verwerkt; bijdragen aan de voorziening Bovenwijkse Voorzieningen worden ten laste van het betreffende project verantwoord in het jaar waarin de verkoop van bouwrijpe gronden heeft plaatsgevonden en wel naar rato van de verkochte bouwkavels; bijdragen aan de reserve BSI worden als winstbestemming ten laste van het betreffende project verantwoord bij het beëindigen van de projectadministratie c.q. het sluiten van het betreffende gemeentelijke grondcomplex.
Pagina 14
Bijlage 1: overzicht bovenwijkse investeringen
Toerekening van bovenwijkse kosten aan bestaand gebied en nieuwe woningen/bedrijven Kosten Investering
Raming
Dekking
Subsidies/ bijdragen
2015-na 2020
Bestaand gebied 89% 981.021
nieuwe projecten 11% 118.979
Netto
Realisatie
1.100.000
1 Westerbaan
4.000.000
2 Rijnlandroute (RIF)
16.092.098
-
16.092.098
2015-na 2020
80% 12.907.998
20% 3.184.100
8.046.049
-
8.046.049
2015-na 2020
79% 6.375.409
21% 1.670.640
1.072.807
-
1.072.807
2015-na 2020
81% 864.976
19% 207.830
Noordelijke verbinding tussen N206 en A44 en 5 A4 / Duinpolderweg (RIF)
2.682.016
-
2.682.016
2015-na 2020
81% 2.162.440
19% 519.576
6
Verkeersmaatregelen Rijnsburg
5.381.000
4.681.000
700.000
2015-na 2020
84% 587.384
16% 112.616
7
Verleggen en verdiepen N206
27.500.000
5.000.000
22.500.000
2015-na 2020
86% 19.334.054
14% 3.165.946
8
Aansluiting A44 - Flora Holland
2.200.000
2.200.000
2015-2020
79% 1.730.651
21% 469.349
54.392.970
0
3 HOV-net (RIF)
4
HOV Noordwijk-Schiphol (RIF)
Totalen
66.973.970
2.900.000
12.581.000
44.943.940
9.449.038
Bijlage 2: overzicht per bovenwijkse investering Met duiding van de invloedssfeer van de investering voor de bepaling van de proportionaliteit.
Project
1 Westerbaan
Vastgelegd in:
Soort inv estering
Bov enwijkse Voorziening
Verhaalbaar middels: Anterieure ov ereenkomst Exploitatieplan Posterieure ov ereenkomst
Uitv oeringsperiode
201 5-na 2020
Inv esteringsraming Bruto inv estering Bijdragen Netto inv estering
4.000.000 2.900.0001 .1 00.000
V erhaalbaarheid Profijt v oor bestaande gebieden
Brede StructuurVisie en Integraal Verkeers- en Verv oers Plan
Bijdrage van: Prov incie Regio Overige
2.900.000 -
Toe te rekenen aan bestaande v oorraad 89,2%
Profijt v oor nieuwe gebieden
981 .021 Toerekenbaar aan nieuwe projecten
1 0,8%
1 1 8.97 9
Wijze v an bepaling toerekenbaarheid: Katwijk kent div erse bouwprojecten. Uit de BSV, De BSV Verdiept en het IVVP blijkt dat om de mobiliteit, de bereikbaarheid en het leefklimaat te kunnen waarborgen de wegenstructuur moet meegroeien.
Project
2 Rijnlandroute (RIF)
Vastgelegd in:
Soort inv estering
Bov enwijkse Voorziening
Verhaalbaar middels: Anterieure ov ereenkomst Exploitatieplan Posterieure ov ereenkomst
Uitv oeringsperiode
201 5-na 2020
Inv esteringsraming Bruto inv estering Bijdragen Netto inv estering
1 5.531 .248 1 5.531 .248
V erhaalbaarheid Profijt v oor bestaande gebieden
Brede StructuurVisie, Regionaal Investerings Fonds en Integraal Verkeers- en Verv oers Plan
Bijdrage van: Prov incie Regio Overige
-
Toe te rekenen aan bestaande v oorraad 80,2%
Profijt v oor nieuwe gebieden
1 2.458.1 22 Toerekenbaar aan nieuwe projecten
1 9,8%
3.07 3.1 26
Wijze v an bepaling toerekenbaarheid: Katwijk kent div erse bouwprojecten. Uit de BSV, De BSV Verdiept en het IVVP blijkt dat om de mobiliteit, de bereikbaarheid en het leefklimaat te kunnen waarborgen de wegenstructuur moet meegroeien.
Project
3 HOV -net (RIF)
Vastgelegd in:
Soort inv estering
Bov enwijkse Voorziening
Verhaalbaar middels: Anterieure ov ereenkomst Exploitatieplan Posterieure ov ereenkomst
Uitv oeringsperiode
201 5-na 2020
Inv esteringsraming Bruto inv estering Bijdragen Netto inv estering
7 .7 65.624 7 .7 65.624
V erhaalbaarheid Profijt v oor bestaande gebieden
Regionaal Investerings Fonds
Bijdrage van: Prov incie Regio Overige
-
Toe te rekenen aan bestaande v oorraad 7 9,2%
Profijt v oor nieuwe gebieden
6.1 53.21 0 Toerekenbaar aan nieuwe projecten
20,8%
1 .61 2.41 4
Wijze v an bepaling toerekenbaarheid: Katwijk kent div erse bouwprojecten. Uit de BSV, De BSV Verdiept en het IVVP blijkt dat om de mobiliteit, de bereikbaarheid en het leefklimaat te kunnen waarborgen inv esteringen in het openbaar v erv oer noodzakelijk zijn.
Project
4 HOV NoordwijkSchiphol (RIF)
Vastgelegd in:
Soort inv estering
Bov enwijkse Voorziening
Verhaalbaar middels: Anterieure ov ereenkomst Exploitatieplan Posterieure ov ereenkomst
Uitv oeringsperiode
201 5-na 2020
Inv esteringsraming Bruto inv estering Bijdragen Netto inv estering
1 .035.41 7 1 .035.41 7
V erhaalbaarheid Profijt v oor bestaande gebieden
Regionaal Investerings Fonds
Bijdrage van: Prov incie Regio Overige
-
Toe te rekenen aan bestaande v oorraad 80,6%
Profijt v oor nieuwe gebieden
834.829 Toerekenbaar aan nieuwe projecten
1 9,4%
200.587
Wijze v an bepaling toerekenbaarheid: Katwijk kent div erse bouwprojecten. Uit de BSV, De BSV Verdiept en het IVVP blijkt dat om de mobiliteit, de bereikbaarheid en het leefklimaat te kunnen waarborgen inv esteringen in het openbaar v erv oer noodzakelijk zijn.
Project
5 Noordelijke v erbinding tussen N206 en A44 en A4 / Duinpolderweg (RIF)
Vastgelegd in:
Soort inv estering
Bov enwijkse Voorziening
Verhaalbaar middels: Anterieure ov ereenkomst Exploitatieplan Posterieure ov ereenkomst
Uitv oeringsperiode
201 5-na 2020
Inv esteringsraming Bruto inv estering Bijdragen Netto inv estering
2.588.541 2.588.541
V erhaalbaarheid Profijt v oor bestaande gebieden
Regionaal Investerings Fonds
Bijdrage van: Prov incie Regio Overige
-
Toe te rekenen aan bestaande v oorraad 80,6%
Profijt v oor nieuwe gebieden
2.087 .07 4 Toerekenbaar aan nieuwe projecten
1 9,4%
501 .468
Wijze v an bepaling toerekenbaarheid: Katwijk kent div erse bouwprojecten. Uit de BSV, De BSV Verdiept en het IVVP blijkt dat om de mobiliteit, de bereikbaarheid en het leefklimaat te kunnen waarborgen de wegenstructuur moet meegroeien.
Project
6 Verkeersmaatregelen Rijnsburg
Vastgelegd in:
Soort inv estering
Bov enwijkse Voorziening
Verhaalbaar middels: Anterieure ov ereenkomst Exploitatieplan Posterieure ov ereenkomst
Uitv oeringsperiode
201 5-na 2020
Inv esteringsraming Bruto inv estering Bijdragen Netto inv estering
5.381 .000 4.681 .0007 00.000
V erhaalbaarheid Profijt v oor bestaande gebieden
Reparatie bestemmingsplannen Rijnsburg
Bijdrage van: Prov incie Regio Overige
4.681 .000 -
Toe te rekenen aan bestaande v oorraad 83,9%
Profijt v oor nieuwe gebieden
587 .384 Toerekenbaar aan nieuwe projecten
1 6,1 %
Wijze v an bepaling toerekenbaarheid: De Raad v an State heeft enkele Rijnsburgse bestemmingplannen vernietigd op grond v erkeersafwikkeling. Er is besloten tot betreffende maatregelen ter reparatie van de bestemmingsplannen.
1 1 2.61 6
Project
7 Verleggen en v erdiepen N206
Vastgelegd in:
Soort inv estering
Bov enwijkse Voorziening
Verhaalbaar middels: Anterieure ov ereenkomst Exploitatieplan Posterieure ov ereenkomst
Uitv oeringsperiode
201 5-na 2020
Inv esteringsraming Bruto inv estering Bijdragen Netto inv estering
27 .500.000 5.000.00022.500.000
V erhaalbaarheid Profijt v oor bestaande gebieden
Brede StructuurVisie en Integraal Verkeers- en Verv oers Plan
Bijdrage van: Prov incie Regio Overige
5.000.000 -
Toe te rekenen aan bestaande v oorraad 85,9%
Profijt v oor nieuwe gebieden
1 9.334.054 Toerekenbaar aan nieuwe projecten
1 4,1 %
3.1 65.946
Wijze v an bepaling toerekenbaarheid: Katwijk kent div erse bouwprojecten. Uit de BSV, De BSV Verdiept en het IVVP blijkt dat om de mobiliteit, de bereikbaarheid en het leefklimaat te kunnen waarborgen de wegenstructuur moet meegroeien.
Project
8 Aansluiting A44 Flora Holland
Vastgelegd in:
Soort inv estering
Bov enwijkse Voorziening
Verhaalbaar middels: Anterieure ov ereenkomst Exploitatieplan Posterieure ov ereenkomst
Uitv oeringsperiode
201 5-2020
Inv esteringsraming Bruto inv estering Bijdragen Netto inv estering
2.200.000 2.200.000
V erhaalbaarheid Profijt v oor bestaande gebieden
Brede StructuurVisie en Integraal Verkeers- en Verv oers Plan
Bijdrage van: Prov incie Regio Overige
-
Toe te rekenen aan bestaande v oorraad 7 8,7 %
Profijt v oor nieuwe gebieden
1 .7 30.651 Toerekenbaar aan nieuwe projecten
21 ,3%
469.349
Wijze v an bepaling toerekenbaarheid: Katwijk kent div erse bouwprojecten. Uit de BSV, De BSV Verdiept en het IVVP blijkt dat om de mobiliteit, de bereikbaarheid en het leefklimaat te kunnen waarborgen de wegenstructuur moet meegroeien.
Bijlage 3: overzicht toerekening bijdragen Bovenwijkse voorzieningen aan de kernen / projecten Katwijk
18 133 7.667 454 1.135 6.292 15.681 871
MVKV
25 185 10.649 630 1.576 8.739 21.780 871
Axi-terrein
69 17.635 1.740 4.350 4.203 28.944 56.872 824
Uxem
13 3.323 328 820 792 5.453 5.184 15.899 1.223
Landwaard
91 23.258 2.295 5.737 5.543 38.173 75.005 824
Emmaschool
12 3.067 303 757 731 5.034 9.891 824
329 2.429 140.144 66.671 8.297 20.742 115.007 353.291 1.074
Valkenburg
Garage Dijksman
62 15.846 1.564 3.909 3.776 26.008 51.102 824
Van Klaveren
Greenportwonin gen
104 318 Westerbaan 7.679 Rijnlandroute (RIF) 44.301 81.275 HOV-net (RIF) 30.108 HOV Noordwijk-Schiphol (RIF) 2.623 8.019 Noordelijke verbinding tussen N206 en A44 en A4 / Duinpolderweg 6.557 (RIF)20.049 Verkeersmaatregelen Rijnsburg 19.368 Verleggen en verdiepen N206 72.710 133.394 Aansluiting A44 - Flora Holland 126.808 Totaal bijdrage 163.977 388.914 Per woning 1.577 1.223
15 3.834 378 946 914 6.292 12.363 824
't Duyfrak
405 103.511 10.213 25.534 24.667 169.889 333.814 824
Korte Vaart
313 79.997 7.893 19.733 19.064 131.297 124.814 382.799 1.223
Klei Oost Zuid
162 41.404 4.085 10.213 9.867 67.956 64.600 198.126 1.223
Rijnsburg
Oude Flora
Zeehospitium
Particuliere ontwikkelingen
371 94.821 9.356 23.390 22.596 155.627 147.943 453.733 1.223
1.572 11.608 669.627 455.090 39.643 99.108 549.517 1.824.593 1.161 Valkenburg
Frederiksoord Zuid
Katwijk
Kleipetten Zuid
18 4.600 454 1.135 1.096 7.551 14.836 824
De Horn
374 27.616 159.313 9.432 23.579 261.475 481.415 1.287
Kleipetten
157 98 Westerbaan 3.478 3.618 Rijnlandroute (RIF) 66.877 41.745 HOV-net (RIF) 45.451 22.697 HOV Noordwijk-Schiphol (RIF) 3.959 2.471 Noordelijke verbinding tussen N206 en A44 en A4 / Duinpolderweg 9.898 (RIF) 6.179 Verkeersmaatregelen Rijnsburg Verleggen en verdiepen N206 109.764 68.515 Aansluiting A44 - Flora Holland Totaal bijdrage 239.428 145.225 Per woning 1.525 1.482
1.612 11.903 686.665 466.670 40.652 101.630 563.500 1.871.020 1.161
Rijnsburg ZW-Duinvallei
Havengebied fase 2
Rijnsoever Noord
Grondexploitities gemeente
964 246.382 24.311 60.776 58.714 404.377 794.560 824
Buitengebied
Katwijk
8.680 2.218.458 218.896 547.239 528.670 3.641.075 1.730.651 8.884.988 1.024
Dorp
2.869 63.554 1.222.111 830.568 72.352 180.879 2.005.807 4.375.272 1.525
Valkenburg Buitengebied
5.691 210.113 2.424.202 1.647.530 143.518 358.795 3.978.756 8.762.913 1.540
Dorp
1.207 44.563 514.147 30.439 76.096 843.851 1.509.096 1.250
aan den Rijn
Noord
1.426 10.530 607.435 123.847 35.961 89.904 996.961 1.864.638 1.308
Landelijk gebied
Aantal woningen 6.243 2.840 Westerbaan 460.985 167.765 Rijnlandroute (RIF) 2.659.338 1.209.758 HOV-net (RIF) 1.807.332 822.173 HOV Noordwijk-Schiphol (RIF) 157.438 71.620 Noordelijke verbinding tussen N206 en A44 en A4 / Duinpolderweg 393.596 (RIF)179.051 Verkeersmaatregelen Rijnsburg Verleggen en verdiepen N206 4.364.676 1.985.533 Aansluiting A44 - Flora Holland Totaal bijdrage 9.843.366 4.435.899 Per woning 1.577 1.562
't Heen
Midden
aan Zee
Bestaand gebied
Rijnsburg
5.000 73.840 2.129.856 1.447.487 126.092 315.230 1.747.828 5.840.333 1.168
Katwijk
Oude Flora
Greenportwoningen
Van Klaveren
Korte Vaart
Dorp
Buitengebied
't Duyfrak
371 Nee Nee 0% Ja Ja 1% Nee Nee 0% Ja Ja 1% Ja Ja 1% Ja Ja 3% Nee Nee 1% Ja Ja 7%
162 Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 1% Nee Nee 0% Ja Ja 3%
313 Nee Nee 0% Ja Ja 1% Nee Nee 0% Ja Ja 1% Ja Ja 1% Ja Ja 3% Nee Nee 1% Ja Ja 6%
405 Nee Nee 0% Ja Ja 1% Nee Nee 0% Ja Ja 1% Ja Ja 1% Ja Ja 4% Nee Nee 1% Nee Nee 0%
91 Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 1% Nee Nee 0% Nee Nee 0%
13 Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0%
69 Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 1% Nee Nee 0% Nee Nee 0%
318 Nee Nee 0% Ja Ja 1% Nee Nee 0% Ja Ja 1% Ja Ja 1% Ja Ja 3% Nee Nee 1% Ja Ja 6%
62 Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 1% Nee Nee 0% Nee Nee 0%
12 Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Nee Nee 0%
15 Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Nee Nee 0%
1.612 Ja Ja 1% Ja Ja 4% Nee Nee 6% Ja Ja 4% Ja Ja 4% Nee Nee 0% Ja Ja 3% Nee Nee 0%
1.572 Ja Ja 1% Ja Ja 4% Ja Ja 6% Ja Ja 4% Ja Ja 4% Nee Nee 0% Ja Ja 2% Nee Nee 0%
329 Ja Ja 0% Ja Ja 1% Ja Ja 1% Ja Ja 1% Ja Ja 1% Nee Nee 0% Ja Ja 1% Nee Nee 0%
5.000 Ja Ja 7% Ja Ja 14% Ja Ja 19% Ja Ja 12% Ja Ja 12% Nee Nee 0% Ja Ja 8% Nee Nee 0%
Axi-terrein
Landwaard
18 Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Nee Nee 0%
Uxem
Emmaschool
964 Nee Nee 0% Ja Ja 2% Nee Nee 0% Ja Ja 2% Ja Ja 2% Ja Ja 8% Nee Nee 2% Nee Nee 0%
MVKV
Garage Dijksman
2.869 8.680 Ja Nee Ja Nee 6% 0% Ja Ja Ja Ja 8% 14% Nee Nee Nee Nee 11% 0% Ja Ja Ja Ja 7% 21% Ja Ja Ja Ja 7% 21% Nee Ja Nee Ja 0% 76% Ja Nee Ja Nee 9% 16% Nee Ja Nee Ja 0% 79%
Klei Oost Zuid
104 Ja Ja 1% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0%
Frederiksoord Zuid
374 Ja Ja 3% Ja Ja 1% Nee Nee 0% Ja Ja 1% Ja Ja 1% Nee Nee 0% Ja Ja 1% Nee Nee 0%
Kleipetten Zuid
98 Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0%
De Horn
Aansluiting A44 - Flora Holland
157 Ja Ja 0% Ja Ja 0% Nee Nee 1% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0%
Kleipetten
8
5.691 Ja Ja 19% Ja Ja 16% Nee Nee 21% Ja Ja 14% Ja Ja 14% Nee Nee 0% Ja Ja 18% Nee Nee 0%
Valkenburg
Buitengebied
Verleggen en verdiepen N206
1.207 Ja Ja 4% Ja Ja 3% Nee Nee 0% Ja Ja 3% Ja Ja 3% Nee Nee 0% Ja Ja 4% Nee Nee 0%
Dorp
7
1.426 Ja Ja 1% Ja Ja 4% Nee Nee 2% Ja Ja 3% Ja Ja 3% Nee Nee 0% Ja Ja 4% Nee Nee 0%
aan den Rijn
Verkeersmaatregelen Rijnsburg
Zeehospitium
6
ZW-Duinvallei
Noordelijke verbinding 5 tussen N206 en A44 en A4 / Duinpolderweg
Havengebied fase 2
HOV NoordwijkSchiphol (RIF)
Rijnsoever Noord
4
Noord
3 HOV-net (RIF)
Landelijk gebied
2 Rijnlandroute (RIF)
6.243 2.840 Ja Ja Ja Ja 42% 15% Ja Ja Ja Ja 17% 8% Ja Ja Ja Ja 23% 11% Ja Ja Ja Ja 15% 7% Ja Ja Ja Ja 15% 7% Nee Nee Nee Nee 0% 0% Ja Ja Ja Ja 19% 9% Nee Nee Nee Nee 0% 0%
't Heen
1 Westerbaan
Aantal woningen Profijt Toerekenbaar Proportionaliteit Profijt Toerekenbaar Proportionaliteit Profijt Toerekenbaar Proportionaliteit Profijt Toerekenbaar Proportionaliteit Profijt Toerekenbaar Proportionaliteit Profijt Toerekenbaar Proportionaliteit Profijt Toerekenbaar Proportionaliteit Profijt Toerekenbaar Proportionaliteit
Midden
Investering
aan Zee
Toerekening van bovenwijkse kosten aan projecten en bestaande en nieuwe woningen/bedrijven
Rijnsburg
25 Ja Ja 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0%
18 Ja Ja 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0% Ja Ja 0% Nee Nee 0%
Bijlage 4: Investeringen Bijdragen Ruimtelijke Ontwikkeling
Investering
Totaal raming
Nieuwe toekomst gerichte bibliotheek
4.576.000
Versterken recreatieve functie Valkenburgse Meer
1.075.000
Offensief van Teylingen / Versterking Greenport (RIF)
2.070.833
Milieu en landschap / Regionaal Groenprogramma (RIF) Maatregelen middengebied (RIF)
Subsidies / andere dekking
planning realisatie
4.576.000
2015-na 2020
137.500
2015-na 2020
-
2.070.833
2007-2020
4.141.666
-
4.141.666
2007-2020
4.141.666
-
4.141.666
2007-2020
Cultuurhuis aan Zee
4.576.000
-
4.576.000
2015-na 2020
Gemeenschapshuis Valkenburg
1.500.000
-
1.500.000
gereed 31-12-2015
Zwembad Aquamar (gebouw / inrichting / buitenruimte)
5.435.000
-
5.435.000
2015-na 2020
1.212.675
-
1.212.675
2015-na 2020
120.750
-
120.750
2015-2020
Uitbreiding Sportpark Duyfrak Uitbreiding begraafplaats Duinrust Totaal
28.849.590
-
Netto
937.500
937.500
27.912.090