Nota behandeling zienswijzen bestemmingsplan Hengelo Noord INLEIDING Tijdens de terinzagelegging van het ontwerp bestemmingsplan “Hengelo Noord”, van 19 juli 2006 tot en met 29 augustus 2006, zijn er schriftelijke zienswijzen ingediend bij de gemeenteraad van Hengelo door de volgende personen/instanties: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
J. Arendsen, Meester Molendijkweg 29, 7559 PS Hengelo (tevens mondelinge zienswijze) J. Roelofs, Parijsstraat 33, 7559 KN Hengelo B. ter Laak, Berlijnstraat 36, 7559 WH Hengelo R. Denekamp, Parijsstraat 39, 7559 KN Hengelo H.P.H. Kwast, Londenstraat 83, 7559 KV Hengelo E.M. Ensink, Landmansweg 168, 7557 XK Hengelo Stichting Wijkraad Hasseler Es, Postbus 8051, 7550 KB Hengelo (tevens mondelinge zienswijze) J. Teesink en H. Teesink-Everts, Ko Arnoldistraat 5, 7558 TX Hengelo R. Roelvink, Topweg 30, 7559 PH Hengelo
Binnen de genoemde periode zijn mondelinge zienswijzen ingediend door de volgende personen/instanties: 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19.
NPB Bouwbedrijf en Mega projecten BV, Postbus 752, 7600 AT Almelo E. Franken, A. van Dalsumstraat 10, 7558 NA Hengelo M. Vronik, Antwerpenstraat 2, 7559 NH Hengelo J. Kogelman, Dr. Schaepmanstraat 76, 7557 JD Hengelo Buurtvereniging de Topweg, M. Roelvink – van den Brom, Topweg 30, 7559 PH Hengelo B. Kiphardt, E. Flipsestraat 51, 7558 DT Hengelo R. Kippers, Kees van Baarenstraat 29, 7558 DC Hengelo H.J.L. Alberink, Kees van Baarenstraat 48, 7558 DD Hengelo R. Klein Bleumink, P. Pellastraat 148, 7558 HK Hengelo P. Busscher, Kees van Baarenstraat 60, 7558 DE Hengelo
Hieronder worden de ingediende zienswijzen puntsgewijs samengevat en van commentaar voorzien. ZIENSWIJZEN Ad. 1 a.
J. Arendsen, Meester Molendijkweg 29, 7559 PS Hengelo Volgens het ontwerp bestemmingsplan mag er op het perceel met een agrarische bestemming een schuur worden gebouwd. Wenst dat dit bij de vaststelling zodanig wordt gewijzigd dat de bouw van twee of drie woningen ter plekke mogelijk wordt gemaakt. b. Wil graag dat de bestemming “bos” zodanig wordt aangepast dat in de voorschriften “paden” wordt geschrapt. Dit om recreatief gebruik van het bos te voorkomen. Er zijn nu geen paden aanwezig en wil dat graag zo houden. Behandeling zienswijzen a. Het is juist dat op het betreffende perceel een schuur gebouwd mag worden. De realisatie van een twee- of drietal woningen op het betreffende perceel is ruimtelijk gezien echter niet aanvaardbaar. Op het naastgelegen perceel is een vrijstaande woning aanwezig. Gezien de ligging van het perceel ten opzichte van deze woning is ruimtelijk gezien maximaal één woning aanvaardbaar. Bij vaststelling zal deze bouwmogelijkheid worden opgenomen. b. Aangezien de percelen die als “bos” bestemd zijn particulier eigendom zijn, wordt bij vaststelling de betreffende bepaling uit de voorschriften verwijderd.
Ad. 2 a.
J. Roelofs, Parijsstraat 33, 7559 KN Hengelo Wil graag dat de rooilijn op zijn perceel zodanig verplaatst wordt dat deze evenwijdig loopt aan de Dublinstraat en op een gelijke afstand tot de openbare weg loopt als de voorgevelrooilijn van de woningen aan de Dublinstraat (gewenste situatie is in bijlage bij de zienswijze weergegeven). Noemt een aantal voorbeelden in de buurt waar dit ook het geval is. Vraagt tevens andere situaties in de wijk gelijk te behandelen. Behandeling zienswijzen a. Voor geheel Beekpark Noord zijn de hoeksituaties opnieuw bekeken en waar nodig aangepast conform het uitgangspunt dat rooilijnen zoveel mogelijk evenwijdig dienen te lopen aan de achtergelegen zijstraten. Voor wat betreft Parijsstraat 33 heeft dit tot gevolg dat er nog enige uitbreidingsruimte ontstaat. Ad. 3 a.
B. ter Laak, Berlijnstraat 36, 7559 WH Hengelo Wil graag dat bij vaststelling van het bestemmingsplan de regeling voor carports zodanig gewijzigd wordt dat ruimte wordt geboden een carport op te richten die circa de helft van de woningen al heeft gerealiseerd voor 2003. b. Wenst dat zowel een luifel als een aan-/uitbouw tot maximaal 1,5 meter buiten het bouwvlak gelegen mag zijn. In het ontwerp bestemmingsplan staat namelijk dat aan-/uitbouwen en bijgebouwen minimaal 2,5 meter achter de voorgevel gelegen moeten zijn. Behandeling zienswijzen a. Wanneer men een carport voor de voorgevelrooilijn wenst op te richten biedt de vrijstellingsbepaling uit artikel 3.4.1 wellicht een mogelijkheid. Er kan dan in het specifieke geval worden bekeken of met maximaal twee meter kan worden afgeweken van de bouwgrenzen indien dat vanuit stedenbouwkundig oogpunt wenselijk is. b. Ondergeschikte bouwdelen aan een hoofdgebouw (zoals een erker, luifel, balkon etc.) mogen buiten het bouwvlak worden opgericht. Een aan-/uitbouw is echter van een heel andere orde van grootte en dient daarom binnen een bouwvlak gebouwd te worden. Ad. 4 a. b. c. d. e. f. g. h. i.
j.
R. Denekamp, Parijsstraat 39, 7559 KN Hengelo Wil graag dat het ontwerp bestemmingsplan niet enger wordt gemaakt dan de bestaande bestemmingsplannen. Het bestemmingsplan is immers gericht op beheer van de bestaande situatie. In hoofdstuk 4 van de toelichting staat dat bebouwingsgrenzen de lijn evenwijdig aan de straat volgen. In een groot aantal situaties is dat echter niet het geval. Wenst dan ook dat de bebouwingsgrens voor zijn perceel evenwijdig aan de straat gelegd gaat worden. Is bij Parijsstraat 15 ook gedaan. Vraagt om de maximale goothoogte op dezelfde hoogte te stellen als de maximale bouwhoogte, aangezien alle woningen een goothoogte tussen de 7 en 10 meter hebben in plaats van de in het ontwerp bestemmingsplan opgenomen 5 meter. Verzoekt om de omvang van de aan- en bijgebouwen te koppelen aan een bebouwingspercentage van 20% voor kavels tot 500 m2 in plaats van een vast aantal m2. Het komt de rechtsgelijkheid ten goede, namelijk de 50 m2 komt nu bij een kavel van 500 m2 neer op 10% en bij een kavel van 200 m2 komt dit neer op 25%. Vraagt om het ontwerp bestemmingsplan zodanig aan te passen dat luifels, dakoverstekken en vaste zonwering niet alleen aan hoofdgebouwen, maar ook aan aan/uit- en bijgebouwen gebouwd mogen worden tot maximaal 1,5 meter buiten het bouwvlak en binnen het bestemmingsvlak. Vraagt om de maximale diepte voor hoofdgebouwen naar 13 meter te vergroten ter plaatse van de woningen aan de Parijsstraat in plaats van de in het ontwerp bestemmingsplan genoemde 11 meter. In het nu geldende bestemmingsplan bedraagt de bouwdiepte ook 13 meter. Wenst dat voor carports in de Vossenbelt en het Broek een aparte regeling wordt opgenomen, zodat deze tot 1,5 meter voor de voorgevellijn gebouwd kunnen worden en dat deze niet meetellen in het maximale aantal m2 voor aan-/uit- en bijgebouwen. Verzoekt om de maximale bouwhoogte voor overdekte halteplaatsen en/of abri’s en voor fietsenstallingen (bestemming “verkeersdoeleinden”) vast te stellen op drie meter. Er is geen noodzaak om deze bouwhoogte op te rekken naar 6 c.q. 4 meter. Verzoekt om de toegelaten hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, binnen de bestemming “water” vast te stellen op twee meter. Tijdens de beantwoording van de reacties op het startdocument is aangegeven dat de maximale bouwhoogte voor dergelijke bouwwerken op 3 meter wordt gesteld. Nu staat er in het ontwerp bestemmingsplan een maximale bouwhoogte van 10 meter. Wil de ingediende zienswijzen eventueel graag mondeling komen toelichten.
Behandeling zienswijzen a. Uitgangspunt voor het gebied is de bestaande situatie waarbij de huidige situatie wordt vastgelegd. Qua bebouwingsvoorschriften (bijvoorbeeld goot- en nokhoogten) wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de bestaande situatie en ook de bebouwingsgrenzen volgen zoveel mogelijk de bestaande bebouwing, of volgen de lijn evenwijdig aan de straat. Om het bestemmingsplan niet te star te maken wordt in veel gevallen alleen gewerkt met een maximale goot- en nokhoogte en wordt bijvoorbeeld een uitzondering gemaakt voor die bouwwerken die al hoger zijn dan de maximale hoogte. Om nog verdere flexibiliteit te bewerkstelligen zal met vrijstellingsbepalingen worden gewerkt. b. Voor geheel Beekpark Noord zijn de hoeksituaties opnieuw bekeken en waar nodig aangepast conform het uitgangspunt dat rooilijnen zoveel mogelijk evenwijdig dienen te lopen aan de achtergelegen zijstraten. c. Op verzoek van appellant is gekeken naar de bouw- en goothoogtes van de woningen aan de Parijsstraat. Gebleken is dat er sprake is van woningen waarvan (een deel van) de hoofdbouw een plat dak heeft. In die gevallen komt de in het ontwerp bestemmingsplan opgenomen goothoogte niet overeen met de goothoogte van deze woningen. Bij vaststelling zal dit worden aangepast. d. De maximaal toegestane oppervlakte aan aan-/uit- en bijgebouwen wordt gerelateerd aan de kavelgrootte. Er is voor gekozen om binnen de bestemming woondoeleinden niet te werken met bebouwingspercentages en zoveel mogelijk aan te sluiten bij de bepalingen die Hengelo de laatste jaren in de nieuwe bestemmingsplannen heeft opgenomen. De bepaling omtrent het maximaal toegestane oppervlak aan aan-/uit- en bijgebouwen zal bij vaststelling dan ook niet worden gewijzigd. e. Luifels, erkers, balkons, dakoverstekken, vaste zonwering et cetera zijn aan te merken als ondergeschikte bouwdelen bij een hoofdgebouw. Dergelijke uitbreidingen zijn aan een aan-/uit- en bijgebouw vaak niet aan te merken als ondergeschikt. Een dergelijke regeling is dan ook niet passend indien het gaat om aan-/uit- en bijgebouwen. Wel merken wij op dat in de wijze van meten nog en aantal ondergeschikte bouwdelen genoemd staan die bij het bouwen van aan-/uit- en bijbouwen buiten beschouwing worden gelaten. f. Naar aanleiding van het verzoek van appellant zal bij vaststelling van het bestemmingsplan in de voorschriften worden opgenomen dat de maximale bouwdiepte voor hoofdgebouwen, voor percelen die vallen binnen plankaarten 5, 6, 7 en 8 buiten beschouwing wordt gelaten, aangezien in de nu geldende bestemmingsplannen een dergelijke regeling ook niet was opgenomen. g. Voor dergelijke carports biedt het artikel 19, lid 3 vrijstellingenbeleid een uitkomst. Hierin is het mogelijk om van geval tot geval te bekijken of een dergelijke carport gerealiseerd kan worden. In dit beleid telt de oppervlakte van de carport niet mee in het maximaal toegestane oppervlak aan aan-/uit- en bijgebouwen. h. De regeling die betrekking had op overdekte halteplaatsen en/of abri’s en voor fietsenstallingen komt bij de vaststelling te vervallen. Dergelijke gebouwtjes vallen dan onder artikel 9.2.1. sub b, met een maximale bouwhoogte van 4 meter. i. Dit betreft inderdaad een fout in de voorschriften. De maximale bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal bij vaststelling worden aangepast en worden teruggebracht naar 3 meter, zoals ook reeds is aangegeven bij het startdocument. j. De schriftelijke zienswijze was duidelijk van opzet en goed leesbaar. De opmerkingen en verzoeken waren helder. Het was dan ook niet nodig dat appellant een mondelinge toelichting diende te geven. Ad. 5 a.
H.P.H. Kwast, Londenstraat 83, 7559 KV Hengelo Wenst dat de regeling voor speeltoestellen bij de vaststelling zodanig wordt dat deze niet op het perceel naast zijn woning gebouwd kunnen worden. Nu is dit perceel bestemd tot verkeers- en verblijfsdoeleinden, waarbinnen het plaatsen van dergelijke toestellen mogelijk is. Behandeling zienswijzen a. De betreffende strook grond heeft in het nu geldende bestemmingsplan de bestemming wegverkeer. Gronden met deze bestemming zijn onder andere bestemd voor wegen (hoofdzakelijk voor het doorgaande verkeer), voor de ontsluiting van aanliggende of nabij gelegen gronden, groen en dergelijke. Het oprichten van bouwwerken, geen gebouw zijnde, is op deze gronden toegestaan, mits de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3,5 meter, met dien verstande dat de hoogte van voorzieningen ten behoeve van verkeer en verlichting maximaal 7,5 meter mag bedragen. Het is dus niet zo dat op grond van het nu geldende bestemmingsplan helemaal geen bouwwerken zijn toegestaan. In het kader van de actualisatie worden zoveel mogelijk de geldende bestemmingen voor percelen in het nieuwe plan overgenomen. Aangezien voor het betreffende perceel thans een “verkeersbestemming” geldt, maar geen sprake is van “doorgaand verkeer”, is in het bestemmingsplan Hengelo Noord de betreffende strook grond bestemd tot “verkeers- en verblijfsdoeleinden”. Gronden aangewezen voor “verkeers- en verblijfsdoeleinden” zijn onder andere bestemd voor wegen, paden, groenvoorzieningen, speelvoorzieningen en dergelijke. Wanneer percelen een dergelijke bestemming hebben, betekent dit echter niet dat deze ook daadwerkelijk benut zullen worden voor de aanleg van wegen en/of plaatsing van speeltoestellen. Reeds aanwezige bermen, voetpaden, wegen et cetera kunnen binnen deze bestemmingen gewoon gerealiseerd worden en/of aanwezig blijven.
Ad. 6 a.
E.M. Ensink, Landmansweg 168, 7557 XK Hengelo (namens K.S. Tjoe) Wil graag dat de bestemming bij de vaststelling zodanig wordt dat ze een goede parkeervoorziening kunnen realiseren, die passend is bij de maximale capaciteit van het restaurant aan de Deurningerstraat 302. Behandeling zienswijzen a. Tijdens een mondelinge toelichting op de zienswijze is duidelijk geworden dat bij het opstellen van de zienswijze gebruik is gemaakt van de plankaart van het voorontwerp bestemmingsplan in plaats van het ontwerp bestemmingsplan. De bestemming van het perceel in het ontwerp bestemmingsplan is al zodanig dat parkeerplaatsen kunnen worden aangelegd op de gewenste plekken. Tijdens het gesprek zijn van gemeentewege de randvoorwaarden aangegeven (onder andere dat de in- en uitrit niet gescheiden mogen worden. Ad. 7 a.
Stichting Wijkraad Hasseler Es, Postbus 8051, 7550 KB Hengelo Wil graag dat de bestemming “groenvoorzieningen” en “verkeers- en verblijfsdoeleinden” bij de vaststelling zodanig worden aangepast dat het binnen deze bestemmingen niet langer mogelijk is om overal speelvoorzieningen te plaatsen. De huidige bestemmingsplannen in de Hasseler Es geven duidelijkheid waar speelvoorzieningen kunnen worden geplaatst. Speelterreintjes brengen geluidhinder, visuele hinder en vormen van overlast met zich mee. Voorgesteld wordt om de volgende criteria op te nemen voor het plaatsen van speeltoestellen: 100% consensus door om- en aanwonenden over de plaatsingsmogelijkheid consensus over de plaats waar de toestellen worden geplaatst consensus over de afstand tot de woningen van om- en aanwonenden. b. Het is niet voldoende duidelijk welke beroepsmatige activiteiten wel of niet worden toegestaan binnen de bestemming “woondoeleinden”. Gezien de impact op de woonomgeving dienen bedrijven met frequente verkeersbewegingen en bedrijven die veel parkeerplaatsen in woongebieden opeisen, zoals taxi-, transport-, koeriersbedrijven en autorijscholen uitgesloten te worden uit woongebieden. Behandeling zienswijzen a. Gronden aangewezen voor “groenvoorzieningen” en “verkeers- en verblijfsdoeleinden” zijn onder andere bestemd voor wegen, paden, groenvoorzieningen, speelvoorzieningen en dergelijke. Om bestemmingsplannen niet te star te maken is er voor gekozen om binnen deze bestemmingen onder andere de plaatsing van speelvoorzieningen mogelijk te maken. Wanneer percelen een dergelijke bestemming hebben, betekent dit echter niet dat deze ook daadwerkelijk benut zullen worden voor de plaatsing van speeltoestellen. Wanneer echter sprake is van de realisatie van speel- en jeugdvoorzieningen tracht de gemeente Hengelo omwonenden zoveel en zo vroeg mogelijk te betrekken bij de invulling van de aangewezen plekken (met andere woorden: welke speel- en jeugdvoorzieningen ziet men graag in de wijk?). Zo worden er bijvoorbeeld inloopbijeenkomsten georganiseerd waar medewerkers van de gemeente aanwezig zijn die een toelichting kunnen geven. Hierbij zijn ook kinderen van harte welkom om mee te kijken en mee te denken. De door de Wijkraad voorgestelde criteria voor het plaatsen van speeltoestellen zijn doorgegeven aan de afdeling Wijkservice. b. Zoals in de voorschriften te lezen is (artikel 3.5.2) zijn aan huis verbonden beroepen uitsluitend onder bepaalde voorwaarden toegestaan. Hier worden genoemd: het mogen geen zodanige verkeersaantrekkende activiteiten betreffen ten gevolge waarvan extra verkeersmaatregelen, waaronder parkeervoorzieningen, noodzakelijk worden. Verder mag er ook geen hinder worden of kunnen worden toegebracht aan het woonmilieu. Op deze wijze worden aan huis verbonden beroepen met frequente verkeersbewegingen uitgesloten. Ad. 8 a.
b.
c.
J. Teesink en H. Teesink-Everts, Ko Arnoldistraat 5, 7558 TX Hengelo De publicatie en ter inzage legging van het ontwerp bestemmingsplan heeft (net als in 2005 met het voorontwerp) in de vakantieperiode plaatsgevonden. Er ontstaat de indruk dat dit bewust zo is gepland. De gemeente Hengelo zou uit respect voor haar burgers een voorbeeld kunnen nemen aan een aantal andere gemeenten in Overijssel waarbij zowel het college en de raad hebben besloten bepaalde zaken niet te behandelen of ter inzage te leggen in de vakantieperiode. De publicatie was onjuist en/of de ter inzage legging onvolledig. De plankaarten lagen niet bij de gemeentewinkel, maar uitsluitend bij de afdeling Bouwen ter inzage. Na melding hiervan is de omissie niet hersteld. Ikzelf ben niet in mijn belangen geschaad, maar het is niet uit te sluiten dat derde belanghebbenden wel in hun belangen zijn geschaad. Er zou opnieuw gepubliceerd moeten worden en een correcte terinzagelegging moeten plaatsvinden. Verder is de informatie op de website van de gemeente Hengelo niet actueel en betrouwbaar. De stand van zaken is gedateerd. De gemeentewinkel wordt structureel aangewezen als de infobalie van de gemeente Hengelo, terwijl voor bijvoorbeeld bestemmingsplannen de balie van Bouwen het belangrijkste infopunt blijkt te zijn. Het bestemmingsplan wordt gepresenteerd als een conserverend plan. Dit is echter misleidend, aangezien er wel verschillende ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt.
d.
Zoals ook al eerder per brief aangegeven (deze brief dient als herhaald en ingelast te worden beschouwd), is het onacceptabel dat het perceel Deurningerstraat 310 als “woondoeleinden” is bestemd, met daarbij een groot bestemmingsvlak. Er ligt geen goede ruimtelijke onderbouwing aan ten grondslag. Als een woning valt onder het overgangsrecht en legalisatie is gewenst dan is het gebruikelijk de bestaande toestand positief te bestemmen met een geringe uitbreidingsmogelijkheid. Daarvan is hier absoluut geen sprake. De aanduiding die aangeeft dat er slechts één woning is toegestaan geeft geen enkele garantie. Het is slechts een kleine stap om met een vrijstelling of partiële herziening alsnog meerdere woningen op het perceel te realiseren. De oppervlakte van het perceel met de bestemming woondoeleinden biedt zeker ruimte voor veertig woningen. Verzoekt om duidelijkheid te verschaffen van de intenties voor dit perceel. Indien het de bedoeling is de bestaande toestand te consolideren verzoekt appellant zijn opmerkingen in acht te nemen (zie brief). Indien het perceel een potentiële woningbouwlocatie is dan wens ik openheid van zaken. e. Vraagt naar de status van de op het perceel Deurningerstraat 310 aanwezige (bij)gebouwen: zijn de woning en bijgebouwen met een bouwvergunning tot stand gekomen? Dit is relevant voor de beoordeling van de inpasbaarheid in het nieuwe plan. f. Het perceel Deurningerstraat 310 is thans bestemd tot “openbaar groen”. Dat is in het ontwerp bestemmingsplan gewijzigd in “woondoeleinden” en “bos”. Op het perceel is sprake van een weelderige flora en fauna. Heeft voor het betreffende perceel onderzoek plaatsgevonden naar de flora en fauna en zijn de resultaten daarvan betrokken bij het opstellen van het ontwerp bestemmingsplan? g. Het weg bestemmen van het openbaar groen ten behoeve van de bestemming “woondoeleinden” is in strijd met het door de raad vastgestelde gemeentelijk groenplan (GGP), waarin het perceel deel uitmaakt van een “groene wig”. Evenmin blijkt uit het plan dat voldoende rekening is gehouden met de bestaande bekenstructuur, waarvan in het GGP en het bekenplan het belang van instandhouding en bescherming wordt bepleit. De bomen en houtopstanden vallen onder de beschermende werking van de Boswet. Het zonder deugdelijke onderbouwing weg bestemmen van openbaar groen waarop zich houtopstanden bevinden die vallen onder de beschermende werking van de Boswet is onacceptabel en in strijd met een goede ruimtelijke onderbouwing. h. Indien besloten wordt naar aanleiding van de zienswijze het plan aan te passen verzoek ik dit met mij te communiceren alvorens tot vaststelling van het plan over te gaan. Behandeling zienswijzen a. Het is juist dat de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan plaats heeft gevonden in de vakantieperiode. Dit is echter niet bewust gepland. Het ontwerpbestemmingsplan is op 30 mei 2006 behandeld door het college en op 4 juli 2006 door de raadscommissie Fysiek. Aansluitend is het ontwerpbestemmingsplan gedurende zes weken ter inzage gelegd met als gevolg dat dit in de zomerperiode plaatsvond. Het voorontwerpbestemmingsplan heeft ter inzage gelegen van 22 juni 2005 t/m 19 juli 2005. De vakantieperiode (schoolvakantie regio noord) liep destijds echter van 16 juli 2005 t/m 4 september 2005. Het voorontwerpbestemmingsplan heeft dus in de zomerperiode ter inzage gelegen, maar slechts drie dagen in de vakantieperiode (tevens is destijds, voorafgaand aan de terinzagelegging, op 20 juni 2005 een inloopavond georganiseerd waar mensen het voorontwerp konden inzien en opmerkingen kenbaar konden maken (deze avond is bezocht door ongeveer 170 personen). Er zal echter getracht wordt plannen zo min mogelijk gedurende vakantieperioden ter inzage te leggen. b. Het is inderdaad juist dat in de publicatie op 18 juli 2006 vermeld stond dat het ontwerpbestemmingsplan Hengelo Noord zowel bij de Gemeentewinkel als bij de afdeling Bouwen kon worden ingezien. Hiertoe is het bestemmingsplanboekje inclusief bijbehorende CD-ROM neergelegd in de Gemeentewinkel. Op de CD-ROM staan de plankaarten die op verzoek geopend kunnen worden door een medewerker/-ster van de Gemeentewinkel. Er is voor gekozen om alleen bij de balie van de afdeling Bouwen een complete set tekeningen neer te leggen, omdat de medewerkers aan deze balie hier volledige informatie over kunnen verschaffen en zonodig kunnen terugvallen op de afdeling Ruimtelijke Ordening en Verkeer (welke afdeling evenals de afdeling Bouwen in het stadskantoor is gevestigd). Appellant geeft tevens aan dat van overige bij het plan horende bijlagen niets is gebleken. Het ontwerpbestemmingsplan bevat vijf bijlagen welke alle deel uitmaken van het bestemmingsplanboekje (bijlagen vanaf pagina 72). c. In het bestemmingsplan Hengelo Noord wordt in principe de bestaande situatie vastgelegd. Eventuele concrete ontwikkelingen kunnen echter in het nieuwe bestemmingsplan worden meegenomen. Op pagina 24 van het ontwerpbestemmingsplan Hengelo Noord is een passage opgenomen met betrekking tot een aantal ontwikkelingen in het plangebied. d. Ten tijde van de oprichting van de woning maakte het perceel deel uit van Weerselo’s grondgebied. De nu geldende bestemming is “openbaar groen”. Aangezien er sinds eind jaren ’60 reeds sprake is van een woning ligt het voorhanden de bestaande toestand positief te bestemmen en in te passen in het bestemmingsplan Hengelo Noord. Op verzoek van appellant is de grootte van het bestemmingsvlak bekeken. Gebleken is dat het bestemmingsvlak in het ontwerpbestemmingsplan inderdaad een te groot formaat heeft gekregen. Het is ook niet de bedoeling om de realisatie van meerdere woningen op het perceel mogelijk te maken in het bestemmingsplan Hengelo Noord. De grootte van het bestemmingsvlak “woondoeleinden” wordt bij vaststelling van het bestemmingsplan dan ook verkleind. e. Ten tijde van de oprichting van de woning maakte het perceel deel uit van Weerselo’s grondgebied. Voor de oprichting van de woning en een schuur zijn de bouwvergunningen terug te vinden in het archief. Deze zijn door de voormalige gemeente Weerselo overgedragen aan de gemeente Hengelo. Van de overige bijgebouwen is binnen de gemeente Hengelo niet bekend of hiervoor in het verleden een bouwvergunning is afgegeven.
f.
g.
h.
In de Flora- en Faunawet (2002) wordt, bij werkzaamheden waarbij een schadelijk effect optreedt voor beschermde soorten (op de plek van de werkzaamheden), inzicht vereist in de aanwezigheid van beschermde planten- en diersoorten en de gevolgen van de werkzaamheden op deze soorten. Indien de werkzaamheden leiden tot bijvoorbeeld vernietiging of verstoring van vaste rust- en verblijfplaatsen van beschermde soorten kan het noodzakelijk zijn dat hiervoor ontheffing of vrijstelling van artikel 75 van de Flora- en Faunawet benodigd is. Aangezien er op het betreffende perceel geen sprake is van werkzaamheden en de aanwezige flora en fauna door inpassing van het perceel in het bestemmingsplan Hengelo Noord gehandhaafd blijven is een flora- en faunaonderzoek niet benodigd en derhalve niet uitgevoerd. Er is getracht het perceel dusdanig te bestemmen dat zo goed mogelijk wordt aangesloten bij de huidige situatie. Op het perceel is een woning met bijgebouwen aanwezig en het overige terrein is ingevuld door bos. In het ontwerpbestemmingsplan was er inderdaad sprake van dat een groot deel van het bos de bestemming woondoeleinden had gekregen. Op verzoek van appellant is dit echter bekeken en bij vaststelling zal het bestemmingsvlak “bos” worden vergroot, zodat het groene karakter van het perceel ook in het bestemmingsplan terug te vinden zal zijn. Appellant zal worden geïnformeerd over de aanpassingen die doorgevoerd zullen worden naar aanleiding van zijn zienswijze.
Ad. 9 a.
R. Roelvink, Topweg 30, 7559 PH Hengelo Verzoekt om uitbreiding van het bouwvlak voor het perceel Topweg 30. Zou graag zijn kinderen de mogelijkheid bieden om op hetzelfde perceel een woning op te richten, conform de bij de zienswijze gevoegde bijlage. b. Geeft daarnaast aan dat er onduidelijkheid bestaat over welke plankaart de juiste versie is. Bij de gemeentewinkel was geen kaart aanwezig en de versie van de plankaart die bij de afdeling Bouwzaken werd gehanteerd, correspondeerde niet met de via Internet beschikbare kaart. Betreurt dat diegenen van de gemeente waar hij met vragen terecht kon, tijdens de inzage periode met vakantie waren. Zou graag zijn zienswijze mondeling toelichten. Behandeling zienswijzen a. Op verzoek van appellant is bekeken of de bouw van een extra woning op het perceel aanvaardbaar is. Er is sprake van een groot perceel waar nu een vrijstaande woning en schuur aanwezig zijn. Uit nadere beschouwing is gebleken dat zowel vanuit ruimtelijk oogpunt als vanuit milieutechnisch oogpunt een extra woning aanvaardbaar en inpasbaar is. Bij vaststelling zal deze bouwmogelijkheid worden opgenomen; b. De gemeentewinkel beschikte slechts over een CD-ROM en had de betreffende plankaarten dus alleen digitaal voorhanden. Er is getracht de juiste kaarten op internet te publiceren, maar de bestanden waren dusdanig groot dat dit helaas niet is gelukt. Appellant heeft van de afdeling Bouwen destijds een kopie van de plankaart ontvangen en gaat er van uit dat dat de juiste versie is (fragment als bijlage bij zienswijze gevoegd). Dit fragment is inderdaad correct, dus heeft appellant (uiteindelijk) de juiste gegevens ontvangen. Tijdens de inzage periode waren er op de afdeling Ruimtelijke Ordening en Verkeer diverse ambtenaren aanwezig waar appellant met vragen en/of opmerkingen had terecht gekund. Wellicht heeft de verwijzing naar deze ambtenaren niet correct plaatsgevonden.
Ad. 10 NPB Bouwbedrijf en Mega Projecten BV, Postbus 752, 7600 AT Almelo a. Wenst dat de maximale bouwdiepte van 11 meter komt te vervallen (conform de geldende bestemmingsplannen). b. Wil graag dat voor de percelen aan de Namenstraat de bouwhoogte van 10 meter naar 11 meter wordt verhoogd en dat de goothoogte komt te vervallen (zoals in het geldende plan). Behandeling zienswijzen a. Bij vaststelling wordt in de voorschriften opgenomen dat de maximale bouwdiepte voor hoofdgebouwen voor percelen die vallen binnen plankaarten 5, 6, 7 en 8 buiten beschouwing wordt gelaten, aangezien in de nu geldende bestemmingsplannen een dergelijke regeling ook niet was opgenomen. b. Bij vaststelling wordt op de plankaart de bouwhoogte aangepast en gaat maximaal 11 meter bedragen voor de percelen aan de Namenstraat. De goothoogte komt te vervallen conform het geldende bestemmingsplan. Ad. 11 E. Franken, A. van Dalsumstraat 10, 7558 NA Hengelo (namens de familie Stroink) a. Verzoekt om wijziging van de aanduiding “3” naar “4”, zodat er naast de bestaande woning nog drie woningen op het perceel E. Mauhstraat 115 kunnen worden gebouwd. Behandeling zienswijzen a. Dit betreft een onvolkomenheid op de plankaart. De aanduiding “3” is vervangen door “4”.
Ad. 12 M. Vronik, Antwerpenstraat 2, 7559 NH Hengelo a. Verzoekt om de bouwgrens op de hoek van de Antwerpenstraat en de Brusselstraat bij de vaststelling van het bestemmingsplan aan te passen zodat de bouwgrens op de perceelsgrens komt te liggen en aan de zijkant bijgebouwd kan worden (conform het nu geldende bestemmingsplan). Behandeling zienswijzen a. In de zienswijze wordt erop gewezen dat de bouwgrenzen op het perceel anders komen te liggen dan in het nu geldende bestemmingsplan Vossenbeld, deelplan Binnenveld. Dit betekent in dit geval een beperking van de bouwmogelijkheden. Dit betreft inderdaad een fout op de plankaart. Bij vaststelling worden de bouwgrenzen in het deelgebied Binnenveld aangepast en net zo neergelegd als in het nu geldende bestemmingsplan. Ad. 13 J. Kogelman, Dr. Schaepmanstraat 76, 7557 JD Hengelo a. Is de nieuwe bewoner van het perceel Antwerpenstraat 2 en wenst op de hoogte te worden gehouden over de zienswijze van M. Vronik (hierboven nr. 12). Behandeling zienswijzen a. In de zienswijze wordt erop gewezen dat de bouwgrenzen op het perceel anders komen te liggen dan in het nu geldende bestemmingsplan Vossenbeld, deelplan Binnenveld. Dit betekent in dit geval een beperking van de bouwmogelijkheden. Dit betreft inderdaad een fout op de plankaart. Bij vaststelling worden de bouwgrenzen in het deelgebied Binnenveld aangepast en net zo neergelegd als in het nu geldende bestemmingsplan. Ad. 14 Buurtvereniging de Topweg, M. Roelvink – van den Brom, Topweg 30, 7559 PH Hengelo a. Vraagt of de bestemming van onder andere het speelterreintje tegenover Topweg 17 niet groen moet zijn. b. Vraagt of het fietspad aan de Topweg naast de huisnummers 24 en 26 tot aan de Oude Binnenveldweg niet moet worden aangegeven op de plankaart. c. Constateert dat het fietspad Topweg doorloopt tot aan de Deurningerstraat, maar dat dat niet op de kaart staat aangegeven. d. Er lijkt geen echte eenduidigheid te zitten in de bestemmingen “groen” of “grijs” en dan met name voor wat betreft de speelvoorzieningen en de fietspaden (zie ook de pagina’s 60 en 63 van het ontwerpbestemmingsplan Hengelo Noord). Behandeling zienswijzen a. De grote stroken openbaar groen en stukken “structuurgroen” zijn bestemd als “Groenvoorzieningen”. De kleine percelen groen in de wijk zijn in het nieuwe bestemmingsplan nagenoeg allemaal bestemd als “Verkeer- en verblijfsdoeleinden”. Aangezien het terrein aan de Topweg geen structuurgroen betreft is dit perceel bestemd tot “Verkeers- en verblijfsdoeleinden”. b. Om de plankaarten zo overzichtelijk mogelijk te houden is er voor gekozen om fiets- en voetpaden niet allemaal apart te bestemmen. De gronden bestemd als “Groenvoorzieningen” zijn onder andere bestemd voor fiets- en wandelpaden. Het bedoelde fietspad aan de Topweg valt hier dan ook binnen en is als zodanig bestemd. c. Om de plankaarten zo overzichtelijk mogelijk te houden is er voor gekozen om fiets- en voetpaden niet allemaal apart te bestemmen. De gronden bestemd als “Groenvoorzieningen” zijn onder andere bestemd voor fiets- en wandelpaden. Het bedoelde fietspad aan de Topweg valt hier dan ook binnen en is als zodanig bestemd. d. De grote stroken openbaar groen en stukken “structuurgroen” zijn bestemd als “Groenvoorzieningen”. De kleine percelen groen in de wijk zijn in het nieuwe bestemmingsplan nagenoeg allemaal bestemd als “Verkeers- en verblijfsdoeleinden”. Zowel op gronden bestemd tot “Verkeers- en verblijfsdoeleinden” als op gronden bestemd tot “Groenvoorzieningen” is het mogelijk om fiets- en voetpaden en speelvoorzieningen te realiseren. Ad. 15 B. Kiphardt, E. Flipsestraat 51, 7558 DT Hengelo a. Wil een groter stuk grond kopen dan nu is aangegeven op plankaart 2 van het ontwerpbestemmingsplan. Bij voorkeur een stuk grond aan de noord- en oostzijde van het perceel. Het oppervlak van dit stuk is ongeveer 90 m2 (conform de bij de zienswijze gevoegde bijlage). Dat stuk wordt niet goed onderhouden en aankoop ervan levert meer privacy op. Zou de genoemde grond graag aankopen van de gemeente en verzoekt om wijziging van de bestemming naar “Woondoeleinden”. Behandeling zienswijzen a. Onder strikte voorwaarden wordt de mogelijkheid geboden gemeentelijk snippergroen en reststroken te verkopen aan belanghebbenden. De vraag van aankoop is dan ook neergelegd bij de afdeling Wijkservice. Uit nadere beschouwing is gebleken dat het betreffende perceel niet in aanmerking komt voor verkoop. De bestemming van het betreffende perceel is dan ook niet gewijzigd.
Ad. 16 R. Kippers, Kees van Baarenstraat 29, 7558 DC Hengelo a. Zou op het stuk gemeentegrond naast zijn perceel, dat in het ontwerp bestemmingsplan de bestemming woondoeleinden heeft gekregen, graag een uitbouw aan de woning realiseren en vraagt hier bij de vaststelling rekening mee te houden. Behandeling zienswijzen a. Op verzoek van appellant is de situering van de woning en de gewenste uitbreiding bekeken. Gebleken is dat een dergelijke uitbreiding ruimtelijk gezien aanvaardbaar is. Bij vaststelling van het bestemmingsplan wordt het bouwvlak op het betreffende perceel aangepast. Ad. 17 H.J.L. Alberink, Kees van Baarenstraat 48, 7558 DD Hengelo a. Wil graag de groenstrook naast zijn perceel (minimaal 3 meter breed) aankopen van de gemeente zodat hij met de auto/caravan bij huis kan komen en wenst dat de bestemming van deze grond gewijzigd wordt in “woondoeleinden”. Behandeling zienswijzen a. Onder strikte voorwaarden wordt de mogelijkheid geboden gemeentelijk snippergroen en reststroken te verkopen aan belanghebbenden. De vraag van aankoop is dan ook neergelegd bij de afdeling Wijkservice. Uit nadere beschouwing is gebleken dat het betreffende perceel niet in aanmerking komt voor verkoop. De bestemming van het betreffende perceel wordt dan ook niet gewijzigd. Ad. 18 R. Klein Bleumink, P. Pellastraat 148, 7558 HK Hengelo a. Zou graag de bouwgrens aan de voorzijde van de woning gewijzigd zien, zodanig dat de ruimte tussen de berging, het woonhuis en de erfgrens bebouwd kan worden (conform de bij de zienswijze gevoegde bijlage). b. Wenst dat de goothoogtebepaling ter hoogte van de bestaande hoofdbouw weggelaten of aangepast wordt zodat een opbouw gerealiseerd kan worden zoals de buren op huisnummer 144/146 en 238-248. Behandeling zienswijzen a. Op verzoek van appellant is de situering van de woning en bijbehorende berging bekeken. Gebleken is dat voor woningen in de omgeving de mogelijkheid bestaat de ruimte tussen berging, woonhuis en erfgrens te bebouwen. In dit geval is de bouwgrens in het ontwerp bestemmingsplan dan ook te strak langs de woning van appellant gelegd. Bij vaststelling van het bestemmingsplan zal de bouwgrens alsnog worden aangepast, zodat ook hier de ruimte tussen berging, woonhuis en erfgrens bebouwd kan worden. b. De goothoogte zoals opgenomen in het ontwerp bestemmingsplan laat de gewenste opbouw inderdaad niet toe. Dit betreft een fout op de plankaart. Aangezien in de nabije omgeving van de Paul Pellastraat 148 wel dergelijke opbouwen gerealiseerd zijn conform het geldende bestemmingsplan, zal bij vaststelling de betreffende goothoogte worden aangepast. Ad. 19 P. Busscher, Kees van Baarenstraat 60, 7558 DE Hengelo a. Geeft aan dat een goothoogte van 4 meter en een nokhoogte van 10 meter veel te hoog zijn voor het type woningen. Er staan hier platte bungalows, die dicht op de grens gebouwd zijn. Een dergelijke kap zou veel te fors zijn op deze woningen. Stelt voor om voor de platte bungalows een maximale goothoogte van 3 meter en een maximale bouwhoogte van 7 meter op te nemen. Behandeling zienswijzen a. Uit nadere beschouwing is gebleken dat er inderdaad sprake is van bungalows. Conform het verzoek van appellant zullen bij vaststelling de goot- en bouwhoogte worden aangepast.
CONCLUSIE
a. Een aantal (gedeelten van) zienswijzen wordt gelet op bovenstaande behandeling gegrond verklaard: 1. Naar aanleiding van de zienswijze van J. Arendsen is de bestemming van het perceel gelegen aan de Mr. Molendijkweg 29 gewijzigd van agrarische doeleinden in woondoeleinden. 2. Naar aanleiding van de zienswijze van J. Roelofs is de bouwgrens op het perceel Parijsstraat 33 op de plankaart aangepast.
3.
4. 5. 6.
7. 8. 9. 10. 11.
Naar aanleiding van de zienswijze van R. Denekamp is de bouwgrens op het perceel Parijsstraat 39 aangepast en is de bepaling met betrekking tot de maximaal toegestane goothoogte voor percelen gelegen aan de Parijsstraat van de plankaart verwijderd. Verder wordt artikel 3.2.1, sub f zodanig aangepast dat de maximale bouwdiepte voor percelen weergegeven op de plankaarten 5, 6, 7 en 8 buiten beschouwing wordt gelaten. Ook zijn artikel 9.2.1, sub d en sub e komen te vervallen en is de bouwhoogte als genoemd in artikel 15.2.2 zodanig gewijzigd dat de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal 3 meter mag bedragen. Naar aanleiding van de zienswijze van J. Teesink en H. Teesink-Everts is de bestemming van het perceel Deurningerstraat 310 voor een deel gewijzigd van woondoeleinden in bos en is het bijbehorende bouwvlak verkleind. Naar aanleiding van de zienswijze van R. Roelvink is de aanduiding met betrekking tot het maximaal aantal te bouwen woningen op de plankaart aangepast en het bouwvlak vergroot. Naar aanleiding van de zienswijze van NPB Bouwbedrijf en Mega Projecten BV is artikel 3.2.1, sub f zodanig aangepast dat de maximale bouwdiepte voor percelen weergegeven op de plankaarten 5, 6, 7 en 8 buiten beschouwing wordt gelaten. Verder wordt op de plankaart de maximaal toegestane bouwhoogte voor percelen aan de Namenstraat gewijzigd van 10 in 11 meter en wordt de bepaling met betrekking tot de maximaal toegestane goothoogte voor deze percelen van de plankaart verwijderd. Naar aanleiding van de zienswijze van E. Franken is de aanduiding met betrekking tot het maximaal aantal te bouwen woningen op de plankaart aangepast. Naar aanleiding van de zienswijze van M. Vronik is de bouwgrens op het perceel Antwerpenstraat 2 op de plankaart aangepast. Naar aanleiding van de zienswijze van R. Kippers is de bouwgrens op het perceel K. van Baarenstraat 48 op de plankaart aangepast. Naar aanleiding van de zienswijze van R. Klein Bleumink is de bouwgrens op het perceel P. Pellastraat 148 op de plankaart aangepast en is de maximaal toegestane goothoogte op de plankaart gewijzigd. Naar aanleiding van de zienswijze van P. Busscher zijn de goot- en bouwhoogte voor de percelen aan de K. van Baarenstraat 56 en 58 op de plankaart aangepast.
b. Voor de overige (gedeelten van) zienswijzen geldt dat in de door appellanten aangevoerde argumenten onvoldoende termen zijn te vinden om in het plan verdere wijzigingen aan te brengen. Deze zienswijzen worden ongegrond verklaard.
Afdeling Ruimtelijke Ordening en Verkeer Januari 2006