No.558
April 2 0 9
KWARTZERSTAAT VAN ANNA KOSTER geb. Rotterdam 18 augustus 1844 - overl. Amsterdam 25 januari 1911
3
(deel 2 en slot) door Vic. Poolen*
Generatie W1 68. Adriaen Jacobs de Visser, geb. Dordrecht (ver~n.),"~ overl. Rotterdam (verm.) voor 1711, otr./tr. Rotterdam 1/16-5-1701, 69. Helena Jacobs Lichthart, geb. Rotterdam (vem.), overl. Dordrecht (verm.) na 1735, otr.1tr. 2e Rotterdam 10-5116-6-171 1 Willem Tliomas,j.m. van Bomstenes in Schotland, overl. na 17 11. Uit het tweede huwelijk van-HelenaJacobs'Lichthart met Willem Thornaszijn geenkinderen bekend. Op 9 oktober 1732 machtigde Lena Jacobs Lugshart, aangeduid als weduwe Ary Jacobs de Visser en logerende in het werkhuis van Rotterdam, haar zoon Jacobus de Visser en haar schoonzoon Willem van Rossum om namens haar te negotieren, daarvoor het benodige geld dat zij goeddunken op te nemen en daarvan renten en aflossingen te beloven. Als onderpand diende haar huis genaamd De Molen met schuur, getimmerte en erf, gelegen onder Schoonderloo (nabij Delf~haven"~) benedendijks en geregistreerd onder nr. 107."7 Clp 14 maart 1735 herriep Leena Lugthard, wederom aangeduid als weduwe Arij Jacobsz de Visser en wonende binnen de stad Dordrecht, al haar eerdere testamenten, en met name het gezarnelijke testament d.d. 23-8-1707 van haar en haar genoemde overleden Zij benoemde haar dochter Lijntje de Visser, echtgenote van Willem van e~htgenoot."~ Rossurn, als universele erfgenaam onder voorwaarde dat haar zoon Jacobus de Visser zijn legitieme portie wordt toebedeeld.II9 Uit het huwelijk van Adnaen Jacobs de Visser en Helena Jacobs Lichthart: a. Jacobus de Vbser,ged. Rotterdam 19-2-1702 ("op den Dijk, get. Joost Arienssen Molensijn en Neeltje Jacobs de Visser), overt. Rotterdam voor 1707. *Ridder van Catsweg 705,2804 RR Gouda ONS VOMIOESUCHT
-
59r JAARGANG (mol)
- NQ 558
b. c.
d.
Marijtie de Visser, ged. Rotterdam 20-3-1703 @v. Adriaen Jacobsen en Lena Jacobs "Schiedamsedijk, get.: Lijsbet Robberts en Gnetie Pieters). Lijntie de Visser, ged. Rotterdam 28-10-1704 ("op den Dijck, get Neeltie Visser), overl. na 1749, otr.1tr. Rotterdam 21-1016-11-1725 Willem van Rossum, ged. Bodegraven 23-12-1703, overl. na 1749, zoon van Dominicus Willems van Rossum en Maria Cornelisz. Willem van Rossum en Lijntie de Visser waren in 1749 getuigen bij de doop van het eerste kind uit het huwelijk van Lourens Koster en Adriana Visser [ = h s . 16+17]. Jacobus Arisz de Visser, ged. Rotterdam 12-6-1707 [=kwnr. 341. c
7 6 . Pieter Maertense Sprot, ged. (rcmonslrarils) Rotterdam 14-10-1657 (gct. ~ & n c k
Maartense, Maertie Lourens en Aeltie Claes), kuiper,"" beg. Rotterdam 7-4-1718 in de Nieuwe Kerk ("Dijk in de Nauwe Steeg). Pieter Maertense Sprot otr./tr. RotterdamiOverschie 17131- 10-1677, 77. Cornelia Cornelis van Amerongen, beg. Rotterdam 2-2-1724 (weduwe Pieter Sprot "Nieuwsteeg over 't armhuijs, minderjarig kind: 1, meerdeijarig kind: 1). Als ouderpaar bij het dopen van bun kinderen in de Remonstrantse Kerk werden zij vermeld als Pieter Maertense en Comelia Comelis. Pieter Sprot en Comelia van Amerongen lieten op 23 februari 1716 hun testament opmaken. Als mede-erfgenamen werden benoemd bun zoon Comelis Sprot en kleinzoon Pieter Sprot - zoon van wijlen hun zoon Maerten Sprot en Anna van der Meer - voor wat betreft zijn 'simpele en bloote, legitieme portie'. Na het overlijden van haar echtgenote Pieter Sprot, vernieuwde Comelia van Amerongen op 2 oktober 1719 baar testament, die inhoudelijk hetzelfde was als bet vorige gezamelijke testament, maar waarin nu haar zoon Comelis Sprot, keurmeester van de banngh en vis, als medevoogd werd aangewezen over eventuele minderjarige erfgenamen. Op 20 januari 1724 overleed Comelia van Amerongen en werd er op 25 april een inventarisatie op van haar goederen opgesteld, waaronder kuipersgereed~chappen.'~'Comelis Sprot was baar universele erfgenaam en haar kleinzoon Pieter kreeg als zijn legitieme portie haar buis en erf gelegen aan de Nieuwe Bee~tenmarkt.'~~ Uit het huwelijk van Pieter Maertense Sprot en Cornelia Cornelis van Amerongen: a. Trijntie Sprot, ged. (remonstrants) Rotterdam 5-12-1677 (get. Neeltie van Amrneronge), begr. Rotterdam 29-8-1678 (kv. Pieter Maemensse Sprot "op 't Waettertje in de Isseman). b. Maerten Sprot, ged. (remonstrants) Rotterdam 13-8-1679 (get. Maerten Sprot), begr. Rotterdam 5-1-1684 (kv. Pietter Maerttenssen, Dick neffen het gemenlandtshus onder Jan den barbijer). c. Cornelis Sprot, ged. (remonstrants) Rotterdam 1-1-1682 [ = h . 381. d. Maerte Sprot, ged. (remonstrants) Rotterdam 27-2-1684 (get. Willemtie Tomas), begr. Rotterdam 21-5-1685 (kv. Pietter Maerttentssen, Dick neffen gemenlandtshus). e. Trijntie Sprot, ged. (remonstrants) Rotterdam 10-6-1685 (get. Willemina Tomas), b e g . Rotterdam 29-4-1686 (kv. Pietter Maerttentssen, Dick). f. Maerten Sprot, ged. (remonstrants) Rotterdam 3-10-1686 (get. Willemma Tomas),
overl. ca. 1716, otr.ltr. Rotterdam 29-5114-6-1712Anna van der Mee; ged. Delfshaven 25-9-1686 (get. Jan van der Velde, Annetje Tijssen en Ariaentje Claes), heg. Rotterdam 5-5-1747 (vrouw van Jan Davitse Schaar, "Dijk in Bleijkerst Vest, l mindejarig en 1 meerderjarig kind), dochter van Gerrit van der Meer en Neeltje Jans van de Velde. Na het overlijden van Maarten Sprot hertrouwde Anna van der Meer, weduwe Maarten Pietersz Sprot van Delfshaven, "Schiedamse dijk op 14-212-3-1717 te Rotterdam met Jan Davidse Schaer, j.m. van Rotterdam "Schiedamse dijk.
..
78. Jan Thomasse /van Doonienì. zeeschiooer. hem. Rotîerdam 4-1-1684 in de Kerck i Jan Tninijisscn m;in \.m t.engcltiie Willmti 'LculTchrcggestcck rot de scliijpper tsr Sec. mindcrjing kind: 1).otr. tr. Rotierdan- 'No~ird\rijk ;tin Zee X 22-1- I hOX. 79. Engellie Willems, j.d. van Noortwijck op Zee "onbekend."' heg. Rotterdam 20:41691 (weduwe "Kijckersteck). L
In de doopregisters zijn de ouders van de kinderen uit dit huwelijk aangeduid als Jan Thomasse en Engeltien Willems (of overeenkomstige schrijfwijzen). Bij de kinderen werd later steeds de familienaam van Doorn(en) vermeld. Op 3-1-1680,20-2 en 22-4-1682 werden er 3 kinderen van Jan Tomijtssen "Breggestech begraven. Uit het huwelijk van Jan Thomasse van Doornen en Engeltje Willems: a. Arltje van Doornen, ged. Rotterdani 10-6-1669 (get.: Arij Jansse, Abraham C m pius, Arijaentie Thomas en Maertien Leenders), heg. Rotterdam 17-12-1744 in de Grote Kerk, eigen kelder (vrouw van Joost van Ameijde "Lenvehave hij de brug, 1 meerderjarig kind), otr.1tr. Rotterdam 7121-3-1 694 Joost Bertze (>,art Anieijde), ged. Rotterdam 8-1 1-1667 (get. Annetge Joosten), begr. Rotterdam 20-9-1751 in de Grote Kerk, eigen (weduwnaar Aaltie van Doome "Bmgsteeg, meerderjarig kind: l), zoon van Aert Joosten en Niessie Andries. h. Thomas van Doornen, ged. Rotterdam 26-5-1673 (get.: Arijaentie Tomas, Anj Janse en Haesije Tomas), meester zeilmaker, begr. Rotterdam 30-1-1756 @ejaarde man "Leuvebruggesteegh). c. Ariaantie van Doornen, ged. Rotterdam 27-6-1675 [-kwnr. 391. d. Corneles van Doornen, ged. Rotterdam 18-11-1677 (get.: Arij Janse en Haesie Thomas), overl. voor 1684. e. Aegie van Doorven, ged. Rotterdam 1-12-1680 (Haessie kv. Jan Thomasse en Engeltien Willems, get.: Arij Block, Leendert de Klerk, Ariaentie Tomas en Maertie Leenders), heg. Rotterdam 11-5-1733in de Grote Kerk, eigen (weduwe van Aart Janse van Sanen "Leuvehmgsteeg, 2 minderjarige kinderen, erfgenamen), 0tr.ltr. Rotterdam 22-218-3.1699 Aert Janse van Sanen. overl. voor 1716,"' zoon van Jan van Sanen en Mzrtijntje Simons de Pater. Op 12 december 1732 liet juffr. Aegie van Doomen haar testament opmaken en testeerde zij aan haar broeder Thomas van Doornen; haar zuster Aeltje van Doornen; Engeltje en Comelia Sprot, nagelaten kinderen van haar overleden zuster Ariaentje van Doomen; Henderik en Comelis Costeman, kinderen van haar schoonzoon Gemt Costerman en aan twee nagelaten kinderen van haar overleden dochter Engeltje van Saien (Angenieta en Amout). Het testament ONS VOORGESLACHT
-
19s JAARGANG OOWi
No. 558
99
omvane huisraad, inboel, lijfgoederen, en o.a. aan Engeltje en Comelia Sprot een aaiuieiilijk thancieel legaat."' Na haar overhjden aanvaardden Thomas van Doornen en Aert van Ameijden op 4 juni 1733 de voogdij en het executeurschap over de goederen uit haar nalatenschap."" 80. Joris Cornelisz de Raven, ged. Rotterdam 14-1-1629 (Joores h.Koemeles Jorese en Jannetge Heinderichs, get.: Ari Heinderichse en Grietge Pieters), schooliiieester, begr. Rotterdam 341-1682 ("Voogelensanck), otr.1îr. 2e RotterdamIOverscliie 131 26-5-1668 (Ouderschie) Lysabet Jans Tromper, overl. na 1673, eerder echtgenote van Adriaen de Wad. otr. l e Rotterdam 12-4-1648, 81. Cornelia Floris, begr. Rotterdam 19-9-1666 (vrouw van Joris de Raveti "Loinbardstraat). In de periode 1651 tot 1660 wordt Joris de Raven een groot aantal malen vermeld iii de akten van het oud-notarieel archief van Rotterdani als schoolmeester en getuige, inaar trad hij ook op als boekhouder van koopman Gerard van Loon. Voorts wordt Joris de Raven genoemd in de akten ms. 4991521 en 502157 uit de voorgaande periode 1585-1650. De in leven zijnde kinderen Jan, Tnjnte en Aeltje uit het huwelijk van Joris de Raven en Comelia Flons werden in december 1689 aangewezen als mede erfgenamen van Jan Comelis van der Veere, de halfbroer van hun moeder Comelia Floris (zie verder onder kwnrs. 1621163). Uit het l e huwelijk van Joris Comelisz de Raven met Comelia Floris: Aelttije de Raven, geb. Rotterdam (verm.) ca. 1649, begr. Rotterdam 13-111690 0.d. dochter van Jorets de Raven en Comelija Floorets "op de hoek van de Voegelesanck). In de testamenten van Joris Comelis Pladt gehuwd met Elisabet Rocusdr van Steenhuizen,'" houtcooper op de Nieuwehaven, opgesteld resp. 13 december 1650 en 25 juli 1651, werd een legaat toegekend aan de voordochter van Joris dei1 Raven, 'die hem testateur neef n~emde'."~ Vermoedelijk is deze voordochter de hier genoemde Aelttije de Raven. Van haar zijn namelijk in Rotterdam geen geboorte- of doopdata achterhaald en gezien de geboortedata van de overige kinderen van Joris de Raven, de datering van liet genoemde testament en de aanduiding voordochter zou zij voor 1649 geboren inorten zijn. Cornelis de Raven, ged. Ronerdam 20-1 1-1649 (get. Comelis de Rave. Willem Janse, Trintge Jans en Martge Jans), overl. voor 1689. Joanna de Raven, ged. Rottei-dam 28-1-1652 (get. docter Doesburgh, Lijsbeth Jans en Trintge Jans), overl. voor 1689. Gijsbertie de Raven, ged. Rotterdam 3-5-1654 (get. Trijntge Jans, Jan Willemse en Maertie Jans), begr. Rotterdam 7-1 1-1670 @v. Jores de Raven, oud 16 jaar "Lenestraat naast de Papekerck). Floris de Raven. ged. Rottecdani 29-7-1656 (get. Aeltje Floris, Maertge Jans en Jan Willemse), overl. Rotterdam voor 1660. Trijizfje de Raven, ged. Rotterdam 8-12-1658 (get. Pieter Jacobse, Trijntge Jans en Maertge Jans), overl. na 1689. Floris de Raven, ged. Rotterdam 7-12-1660 (get. Aeltje Flons, Trijntge Jans, Jan Willemse Cat), overl. voor 1689.
h. i.
Neeltje de Raven, ged. Rotterdam 20-12-1661 (get. Neeltje Floris (=Neeltje Willems?), Trijntge Jans en Jan Cat), overl. voor 1689. Jan de Raven, ged. Rotterdam 13-7-1664 [=kwnr. 401.
Uit het 2e huwelijk van Joris Cornelisz de Raven met Lysabet Jans Tromper: a. Cornelia de Raven, ged. Rotterdam 14-7-1669 (get. Pieter den Danser, Anna de Raven en Marijtie Jans Trompen), beg. Rotterdam 21-7-1669 (kv. Jores de Raven, "Lenestraat). b. Elysabeth de Raven, ged. Rotterdam 11-1-1671 (get. Pieter den Danser en Marina van Rijck), overl. Rotterdam tussen 2.1671 en 11-1671. c. Elisabeth de Raven, ged. Rotterdam 22-1 1-1671 (get. Pieter den Danser, Anna de Raven en Maria dc Wad). d. Adriaen de Raven, ged. Rotterdam 15-3-1673 (zet. Comelis Apselonse, Marija de Wael en Marija Trompers), beg. Rotterdam 28-3-1673 (kv. Jorijs de Raven, "Lenestraat [aanname dat het hier het craemkind Adriaan betreft]). Harmen Ariensz (den Beer), beg. Rotterdam 14-10-1680 (Harmen Areijentsse, man van Nelttije Jacobs "Oosteinde, minderjarig kind: 7), otr. 2e Rotterdam 299-1669 Marietie Jacobs, geb. Den Bommel (verm.), begr. Rotterdam 6-12-1686 in de Frantsse Kerck, kelder (Marijttije Jacobs, weduwe "Oostende Nijeue Kerck), otr.1tr. 1e RotterdandHillegersberg 1115-2-1660, Maertge Hartighsdr, overl. Rotterdam ca. 1669, tr. l e Gewit Jansse Stokvidvan Woerden, begr. Rotterdam 5-5-1658 (Gemt Stockvis, man van Metje "Kipstraat). De familienaam den Beer werd alleen genoemd bij de doop van Dirkje den Beer, het een na laatste kind uit het 2e huwelijk van Harmen Ariensz met Marietie Jacobs. Al zijn in leven gebleven kinderen uit beiden huwelijken zouden de familienaam den Beer gaan gebruiken. Uit het Ie huwelijk van Harmen Ariensz met Maertge Hartighsdr: a. Ariaantje den Beer, ged. Rotterdam 30-5-1660 [=kwnr. 411. b. Eva (den Beer), ged. Rotterdam 9-6-1662 (get.: Ariaentge Jacobs), overl. Rotterdam voor 1664. c. Eva (den Beer), ged. Rotterdam 13-7-1664 (get.: Sebille Hartich), overl. Rotterdam voor 1667. d. Eva den Beer, ged. Rotterdam 4-1-1667 (get.: Sibella Hartig), beg. Rotterdam 24-10-1757 in de Grote Kerk, eige kelder (weduwe Even van Doesburgh, "Hoogshaat over 't Raadhuis), otr.1tr. l e Rotterdam 20-416-5-1704 Adrianus Musch, ged. Rotterdam 27-1 -1671 (get. Didenck Mus, Abigael van Belle en Balichie Jans), mr. broodbakker,"* overl. voor 4-1720, zoon van Abraham Mus en Catarina van der Heijde, otr.1tr. 2e (schepentrouwboek) Rotterdam 7121-4-1720 Evert van Doesburg, bedienaar der begrafenissen, hegr. Rotterdam 24-121748 (Grote Kerk eijge kelder, bidder, man van Eva den Beer, "Haagseveer), zoon van Wouter Regis van Doesburg en Willemke Everts, eerder echtgenoot van Janneke Sebusse. Op 11 april 1720 lieten bmidegom Evert van Doesburg, weduwnaar van Jenneke Sebusse, en bmid Eva den Beer, weduwe van Adrianns Mus, hun huwelijkse voorwaarden opstellen, waarbij ieder het recht behield op de in te bren-
e.
gen goederen en verantwoordelijk was voor de daaruit voortkomende haten en lasten. Op 25 mei daarna lieten zij een gezamelijk testament opstellen en testeerde Evert van Doeshurg aan zijn ouders en Eva den Beer aan haar zuster Ariaaentie den Beer [=kwnr. 411 echtgenote van Jan de Raven; aan Dirkje den Beer [=kwnr. 82-2d], haar zuster van halve bedde en bejaarde ongehuwde dogter; aan haar nicht Magdalena Hegt, dochter van Maria van Woerden [=kwnr. 83-la] en van Jan Hegt; en aan haar neef en nicht Joris en Comelia de Raven."" [=kwnr. 40141-a en e] Op 2 juli 1727 lieten Evert van Doeshiirg, bedienaar ter begravenis, en Eva den Beer, wonende Delfsevaart over 't Hmg een nieuw gezamelijk testament opstellen en hessiepen de door hen opgestelde huwelijkse voornaarden van 11-41720 en hun gezamelijk testament van 25-5-1720. Zij benoemden elkaar wederzijds als enige en algemene erfgeiiaani. Verder kende Evert van Doeshurg een aantal legaten toe aan zijn broers en aan zijn moeder Willemke ~ j e r t s , weduwe van Wouter Regis vul Doesburg. Eva den Beer bedacht de hierboven reeds genoemden en verder Katliarina Dekliuijse, dochter van Komelis Dekhuisen de Ouden en Komelia Muscli. Arij Redelijkheid (echtgenoot van Kornelia de Raven) en Joiis de Raven werden als mede-uitvoerders van hun testainent aangewezen"' Op 23-6-1 734 lieten Evert v m Doeshusg en zijn vrouw Eva de Beer een nieuw gezanielijk testainent opmaken en wezen Joris de Raven aan als hun testamentair executeur. Inhoudelijk was het testament in hoge mate overeenkomstig huli eerdere testament, maar werden Willemke Everts en Dirkje den Beer niet meei- genoemd, werd Mana van Woerden als halfzuster van Eva den Beer aangeduid en Komelia Musch als zuster van wijlen haar eerste man."' Na liet kinderloos overlijden van Eva den Beer, weduwe van Evert van Doesburg, werd op 19 april 1759 de nalatenschap geregeld. Behoudens de legaten naar de wederzijde families erfden Komelia en Joris de Raven, als enig nagelaten kinderen van haar overleden zuster Adriaantje de Beer, haar nalatenschap en ontvingen zij ieder fl. 1259:7:5.1'3 Arijen (den Beer), ged. Rotterdam 22-4-1669 (get.: Adrijanis en Ingetie).
Uit het 2e huwelijk van Hamen Ariensz met Marietie Jacobs: a. Margriet (den Beer), ged. Rotterdam 3-9-1670 (get.: Dirck Jacobsse). b. Jacob (den Beer), ged. Rotterdam 6-8-1673 (get.: Josijntje Anens). c. Gnetie den Beer, ged. Rotterdam 29-8-1675 (get.: Henderickie Jacohs), hegr. Rotterdam 31-8-1706 stadskerkhof ("hoek Pannekoekstraat), otr./tr. l e Rotterdam 10-3-1697 Hugo de Fontonaille, geb. 's-Gravenhage (verm.), overl. voor 1703, zv Anthonie Fontonaille en Maria Sweeris?, otr./tr. 2e Rotterdam 22-71 5-8-1703 Juriaen Perbant, ;.m. van Borstein in 't Coningijk van Pniissen (= BartensteinlBartosryce in Polen?) begr. Rotterdam 28-4-1710 ("Frankenstraat vooraan, WK-Diaken). Op 10-3-1697 te Rotterdam gingen Hugo de Fontenalje, ;.m. van 's-Gravenbage "Leuvehaven en Grietie de Beer, ;.d. van Rotterdam "Leuvehaven in ondeitrouw en trouwde nog op dezelfde dag 'zijnde twee geboden op een dach gedaen op ordre van de Heeren Burgemeesteren'. d. Dirkje den Beer, ged. Rotterdam 6-2-1678 (get. Hendnck Jacobse), ongehuwd,
e.
begr. Rotterdam 5-7-1734 in de Zuiderkerk, huur (bej. d. "St. Jacobstraat boven de Koopmaker). Kornelus (den Beer), ged. Rotterdam 4-4-1680 (get.: Annetie Jacobs).
Uit het 1e huwelijk van Maertge Hnrtighsdr niet Gerrit Jansse Stokviskan Woerden: a. Maria G e e t s Stokvis/van Woerrirn, begr. Rotterdam 13-8-1680 (vrouw van Jan Coinelijtssen, kraemvrouw "Meullestraat in de Laers, minderjarig kind: 1). tr. Johannes Comelissen H ~ g tbegr. , Rotterdam 12-5-1705 (de vrouw van Aegtie Jans "Nieuwe Frankenstraat bij de Vest, minderjarig kind: 3, meerderjarig kind: I). Johannes Comelissen Hecht, van onbekend "Goudsewagenstraat, hertrouwde als weduwnaar van Maria Gerrits Stockvis op 19-112-2-1681te Rotterdam met Aegtie Jans, ;.d. van Rotterdam "Boogertstraat. b. Hartich Gewits Stohvi~/vunWoerden, ged. Rotterdam 3-5-1650 (kv. ~ e k t Jansse van Woerden en Maertge Haitijchs, get.: Aseijaentge Jans), overl. na 1689, otr.1tr. (schepentrouwboek) Rotterdam 5122-10-1673 Aaltie Gerrits Efeng, overl. na 1689. De twee eerste kinderen uit dit huwelijk werden in 1675 en 1679 remonstrants gedoopt onder de familienaam Stokvis. Bij het eerste kind, zoon Matteé, trad o.a. Cornelis Vos [=kwnr. 1661167-d,]op als doopgetuige. De overige zes kinderen uit dit huwelijk. waarvan de laatste in 1689 werd geboren, werden eveneens remonstrants gedoopt maar onder de familienaam van Woerden. 84. Johannis (Stooutel'o) Lamberfse Akkershoek, ged. Rotterdam 4-7-1640 (get. Jan Maettense, Trindtge Jacops eii Jasper Corinus), bakker,"* begr. Rotterdam 1-31695 in de Pnjntsse Kerck (weduwnaar Tanneke Bremmerts, "Diek over de Varckestegh, 3 minderjarige en 2 meerderjarige kinderen), otr. Rotterdam 10-9-1662, 85. Tanneke Adolphs Beemers. ged. Rotterdam 29-1-1641 (get.: Adolph Mackxmilijaans van Dussel, Jacob Aeiiaense van der Wolt, Neeltgen Bakens en Tanneken Guldemonts), overl. Rotterdam tussen 1684 en 1695. Uit bet huwelijk van Johannis Akkersboek en T a ~ e k Beemers e zijn 11 kinderen bekend, waarvan er in de loop der tijd 8 overleden. Vanaf 1682 is niet meer te bepalen wie er wanneer begraven werd: zij werden allen aangeduid met kv. Johannes Ackershoek "Dick. Bij de doop van kinderen uit het huwelijk van zijn zuster Maria Akkershoek [=kwnr. 1681169-h] iiiet Simon Mick traden Johaimes Akkershoek en zijn vrouw Tanneke Beemers als getuigen op, voor het laatst in 1684. Op 1 maart 1695 werd Johannes Akershoek begraven, maar hij had op ?g(?) februari 1695 nog zijn testament laten opmaken. waarin hij zijn in leven zijnde kinderen als erfgenamen aanwees. Kennelijk na bet overlijden van de oudste zoon Lambertus werden op 29 augustus 1706 de erfgename11 opnieuw vastgesteld, te weten: Adolf Akkershoek. Anna Catharina Akkershoek echtgenote van Reinier Wijsman en Clara Akkershoek. weduwe van Cornelis Postman en wonende te ani ster dam.'^ Uit het huwelijk van Johannis Akkershoek en Taniieke Beemers: a. Lamberts .4kkershoek, ged. Rotterdam 2-8-1 663 (get. An van Ackershoeck,
Grietge Leenders en Lena Goris), overl. tussen 1695 en 1706. De doopgetuige Ai van Ackershoeck moet dezelfde zijn als Adriaan Lamberts Akkershoek, zeihnaker te Maassluis en gehuwd met Grietje Leenderts (Holierhoek), die ook als doopgetuige aanwezig was. Vermoedelijk is deze Adriaan Lamberts Akkershoek een oom van zijn vader Johannis Lamhertse Akkershoek en als doopgehiige uitgenodigd bij ontstentenis van grootvader Lambert h zie. verder aldaar]. Janse Akkersboek [=168, Caterinn Akkerskoek, geit. Rotterdam 24-2-1665 (get. Dirck van Oost. Ida van Oost en Grietje Willeins van Schilperoort), hegr. Rotterdam 7-3-1673 (kind vaii Johannes Ackershoek "Dick, mogelijk de hier genoemde Catenna). Arrtonij Akkershoek, ged. Rotterdam 20-1-1666 (get. Lieve Verschuer en Trijntge van Ackershouck), h e g . Rotterdam 5-8-1 675 (kind van Johannes Ackershoek "Dick, mogelijk de hier genoemde Antonij). AdolfAkkerrhoek, ged. Maassluis 4-7-1668, beg-. Rotterdam 28-1-1669 (k". Jan Lammertsen hakker in de Torenstraat, mogelijk de hier genoemde Adolf). Als enige uit het gezin van Johamis Akkershoek en Tainieke Beemers werd Adolf Akkershoek te Maassluis gedoopt. In het doopboek van Maassluis zijn geen doopgetuigen vermeld, maar werden alleen Johannis Ackeishoeck en Tannicke Bemers als ouders genoemd. Ook door deze doop wordt het vermoeden gesterkt van een relatie met de hierboven eerder genoemde Adiaai Lanibens Akkershoek, zeilmaker te Maassluis. Klaerfje Akkershoek, ged. Rotterdam 26-8-1670 (get. Hend. Joiickrrs en Gerretje Cruijt), hegr. Amsterdam 14-7-1740 (in de St. A.K.H.), otr./tr. l e AmsterdamíRotterdam 9-915-10-1695 Comelis Gerritsz Postman, geh. Amsterdam (verm.), wijnkoper en distillateur te Rotterdam,"' beg. Amsterdam 8-8-1704, otr. 2e Amsterdam 15-3-1709 Adolf Vasterman, geb. Burgsteenvoort, mr. chinugijn, hegr. Amsterdam 19-10-1727. Op 1 I april 1725 werd Adolf Vasterman, hoofd chirurgijn van Burgsteenvoort, gehuwd met Clara Akershoek, weduwe van Comelis Gerritsz Postman wijnkoper opgenomen in het poorterboek van Amsterdam."* Gerrit Akkershoek, ged. Rotterdam 8-1 1-1672 (get. Heijndenjck Jonckers en Maija Akershoeck), overl. Rotterdam tussen 1682 en 1706. Katrino Akkershoek, ged. Rotterdam 13-1-1675 (get. Henderich loncken en Anna Bostnati), overl. Rotterdam voor 1681. Anthonij Akkemhoek, ged. Rotterdam 15-3-1676 (get. Pieter Booman, Cornelia Ackershoeck en Lijshetli Ackershouck), overl. Rotterdam tussen 1682 en 1706. Adolph Akkershoek, ged. Rotterdani 25-17-1678 [=h. 421. Katrina Akkershoek, ged. Rotterdam 16-3-1681 (get. Pieter Bouman, Lijsbet Ackershoeck en Kornelia Ackershoeck), overl. Rotterdam voor 1687. Jacobus Akkershoek, ged. Rotterdam 5-3-1683 (get. Elisabeth Akershouck, Sijmon Mick en Marija Akershouck), overl. voor 1706. Anna Katarijna Akkershoek, ged. Rotterdam 10-1-1687 ("Schedamse Dick, get.: Sijmon Nek en Lisbet Ackershoeck), hegr. Vlaardingen 8-1752 ( h a Ackershoek), 0tr"~1tr.l e (schepentrouwhoek) Rotterdam 1116-5-1706 Reinier Wijsman, geb. Xanten-D (verm.), overl. tussen 9-1712 en 1714,"%tr.itr. 2e Rotterdam 27-3113-4-1718 Johannes Knotter, ged. Leiden 12-7-1685, mees-
ter-koekebakker, begr. Rotterdam 10-1-1720 (man van Anna Akershoek ADijk op de hoek van de Slijpensteeg), zoon van Leenderd Jansz Knotter, bij hawelijk schippershecht, en Jannetje Arieris, otr.1tr. 3x Vlaardingen 19-416-5-1722 Jon Roelofz van FVee,~el, geh. Wesel-D (verm.), mr. kleermaker, overl. na 1729, eerder echtgenoot van Barendina Maria Loncq [=kwnr. 86187-f.]. Reinier Wijsman en zijn vrouw Anna Akershoek betichtten Adolf Overbeek en zijn vrouw Quirina van den Bosch rond de jaarwisseling 17061'07 ervan dat zij de waarheid groffelijk zouden hebben overdreven en hen hadden beledigd. Daarop werd verweerd dat Reinier Wijsman en Anna Akershoek goederen uit hun huis zouden hebben ontvreemd en hebben meegenomen. Voor notaris Jacob Vink werd op 20 januari 1707 het conflict bijgelegd, onder voorbehoud dat er wederzijds geen aantijgingen meer zouden plaatsvinden."' In een op 25-9-1726 te Vlaardingen opgesteld testament, vermaakte Elizabeth Roelofs van Weesel, ongehuwde dogter "Amsterdam. aan haar broer Jan Roelofs van Weesel haar 'postelijn en verdere Oost-Indische waren' en wees zij'de (niet benoemde) liinderen van haar broer en van haar zuster Margaretha Roelofs van Weesel. gehuwd met Pieter de Vries, aan als haar enige en algemene erfgenamen."' Een laatste vennelding van Jan van Weesel vindt plaats in een te Vlaardingen opgestelde notariële akte d.d. 24-10-1729 wanneer hij en anderen, waaronder Jobanna Ackershoeck. getuigen zijn hij de opstelling van een verklaring over het onberispelijke gedrag van een goede bekende."' 86. Pliilip Barenfsz Loncq, geb. Rotterdam (verm.), meester kleermaker. heg. Vlaardingen 27-10-1707 Rentmeester Loncq, otr.1tr. RotterdanúOverschie 30-3114-4-1664 met 87. Jacomina Streng, ged. Delft 9-3-1636 (get. Camelia Arijens en Machtelt Arijensdr), beg. Vlaardingen 1-1712. Den 7en mey 1664 heeft Philps Barentsz Lonke, geboortigb van Rotterdam, de behoorlycken eedt als burger (van Vlaardingen) gedaan in hande van den schoot, ter presentie van beyde burgermeesteren. Philips Lancq was hoofd van het kleennakersgilde te Vlardingen in de perioden 1679'81, 1687-'89, 1691-'93. 1700-'02. Hij was daar tevens van 1672 tot 1690 korporaal bij het blauwe vaandel van de schutterij en daarna sergeant. In l698 wordt Philips Loncq vermeld als rentmeester in de kerk.''' In een aantal akten van omstreeks 1733. voorkomende in het Gemeente Archief van Rotterdam, wordt venvezen naar Philip Loncq die in 1695 de speciale last en procuratie bezat van vrouwe Adriana van Ruijtenhurgh, weduwe van Allard van Lhiel, die landerijen bezat in het Vlaardingerambacht.ldiEne Maria Ruijtenbergh was op 13 november 1678 getuige bij de doop van zijn dochter Allardina Loncq. Bij notariële akte d.d. 11 f e b m i 1713 werd na het overlijden van Jacomina Streng de boedelscheiding geregeld tussen de vijf in leven zijnde kinderen, te weten: Adriaan, Gola, Alderdina, Catharina en Barendina Loncq. Bij afwezigheid van een testament kreeg ieder een \ ijfde deel van de nalatenschap."" Uit het huwelijk van Philip Barentsz Loncq en Jacomina Streng: a. Barent Loncq, ged. Vlaardingen 27-1-1666 (get. Arij Jorisse van de Quack, Machteld Streng, Lijntge Jans en Anna Streng), begr. Vlaardingen 8-1673 (een ONS VM>RGLSCACHi
-
5% IMBCIANG (200*1
No 558
105
b.
c.
d. e. f.
g.
kind van Philips Lonck, vermoedelijk de hier genoemde Barent). Gola Loncq, ged. Vlaardingen 17-4-1667 (get. Anj Pieterse Streng, Margrieta Streng, Jan Barense Loncq en Maettge Arens). beg. Vlaardimgen 6-1750, otr. Vlaardingen 24-4-1695 Gewit Cori~eliszSonne, raad en vroedschap Vlaardingen,"' hegr. Vlaardingen 2-2- 1741. Uit het huwelijk vm Gesrit Cornelisz Sonne en Gola Loncq zijn drie kinderen bekend, die kennelijk niet in leven zijn gebleven, want overeenkomstig hun gezamelijk testament van 30-6-1695 kwam de nalatenschap van Gola Loncq toe aan nakomelingen van haar broers en zusters. Op l 0 juli 1750 vond de verdeling van de erfenis plaats, die voomainelGk bestond uit obligaties. De aanwedge nabestaanden waren Dina de Wit, enig nagelaten dochter van Allardina Loncq, en Gola en Jacoha Akershoek, de enig in leven zijnde nagelaten kinderen van Katharina L o n ~ q . " ~ Adrianus Loncq, ged. Vlaardingen 27-4-1669 (get. Catarina Jans en Joost Franse Loncq), meester kleermaker, hegr. Vlaardingen 4-1716 (Adriaan Loncqhùijs), otr. Vlaardingen 22-4-1696 Lysbeth Vrancken van der Vlucht. geb. Poortugaal (verm.), overl. na 1726. Vermoedelijk is Lysheth Vrancken van der Vlucht afkomstig uit Poortugaal, want op 3-5-1693 ging te Vlaardingen in ondertrouw Maritje Vraiickm ian der Vlucht, j.d. geb. te P~ortugaal,"~ die huwde met Jacob Willemse de 'i>s. Adrianus Loncq was mr. kleermaker en van 1698 tot 1700 hoofdman van het kleermakersgilde. In 1697 trad hij op als collectant van het weeshuisbu~je.'~" Lysbeth Vrancken van der Vlucht hertrouwde 7-1-1719 te Vlaardingen met Willem Janse van Vliet. Dit echtpaar was getuige bij de doop op 14-1-1725 van Elisabeth, dochter van Jan van Weesel en Anna Katharina Akkershoek [=kwu-. 84/85-11 en op 19-5-1726 wederom bij de naamgenote, na overlijden in maart 1725 van eerdergenoemde Elisabeth. Jacobus Loncq, ged. Vlaardingen 7-1-1671 (get. Adriaen Adriaense Streng en Aletta Smit), overl. voor 1713. Barendina Loncq, ged. Vlaardingen 24-12-1674 (get. Machteld Ariens), begr. Vlaardingen 7-1675 (een kind van Phillips Loncke). Brrmndiiiu Maria Loncq, ged. Vlaardingen 31-5-1676 (get. Machteld Strengh ei1 Maria Strengh), b e g . Vlaardingen 11- 1721, otr./tr. Vlaardingen/Rotterdam 12128-2-1713 Juii Rodofs: van Weesel, geh. Wesel-D (venn.), nu. kleermaker. overl. na 1729. Jan v a l Wesel, van Rotterdam gekomen, legde op 28 april 1714 te Vlaardirigen de burger- en poortereed af. Na het overlijden van Barendina Maria Lonck hertrouwde Jan van Wesel in 1722 met Anna Katarijna Akkershoek [=kwiir. 84/85-11, weduwe van Johannes Klopper. Alderdina Loncq, ged. Vlaardingen 13-11-1678 (get. Mana Ruijtenhergh), naaister, begr. Rotterdam 25-4-1737 bij Visserdijk, meerdejarig kind: I), tr. (buitenecht.) Vlaardingen (verm.) ca. 1710 ... de Wit. Allardina Lonk, meerdejarige dochter ARotterdam, gaf haar zwager Gerrard Sonne op 19 juli 1712 machtiging voor het in ontvangst nemen en vereffenen van het haar toekomende deel van de erfenis van haar moeije Machteld Strengh, weduwe van Arij Joritsz van den Quak, overleden te Voorburg."' (zie ook kwnr. 1741175-h.)
h.
Op 28-8-1722 kreeg Alderdiiia Loncq een verlopige verblijfsvergunning te Rotterdam. In de provisionele administratie is daarover het volgende op,oeno. men: 'Allardina Lonk, geboortig van Vlaerdinge. oud 44 jaeren, met haar kind genaemt Dina de Wit, oud omtrent 12 jaeren. In de inarge is vermeld: 4e wijk 5e smaldeel'. In een afrekeningstaat, opgemaakt op 22 en 29 november 1729, wordt vermeld dat Dina Lonck sinds 1 mei 1727 een bovenkamer huurde iii een huis aan de Keijzersgracht voor fl. 42,- perjaar."' In een inventarisatie van ontvangsten en betalingen, opgemaakt op 24 augustus 1727, wordt Allardine Loncq vermeld, aan wie als naaister fl. 7:5:0 was uitbetaald en in een afrekening d.d. 29 mei 1733 wordt zij als lindenaaijster aangeduid.l5' Op 24 februari 1733 was zij mede-ondertekenaarster in een uitdelingsakte.15* Catharina (Philips?) Loncq. geh. Vlaardingen (venn.) [ = k m . 431. Gezien de getuigen bij de doop van haar kinderen is aangehouden dat zij het jongste kind is uit het huwelijk van Philip Barentsz Loncq en Jacomina Streng
92. John Smith, geh. Londen-E ca. 1657 (parocliie St. Andrew Holhern?), wever, hegr. Londen-E 25-10-1713 (parochie St. M a q le Bow), tr. Ie NN, ovcrl. voor 1684, tr. 3x Londen-E 10-2-1b89 (parochie St. Giles Cripplegate) M a n Shortred Bridget. b e g . Londen-E 20-1 1-1734 (parochie St. Mary le Bow). eerder echtgenote van Benjamin Banvell. tr. 2e St. Leonard Shareditch 27-10-1684, 93. M a y Corton, geb. Londen-E ca. 1654 (parochie St. Andrew Holbern?), o\,erl. voor 1689. Extract d.d. 7-6-1932, Particulars of Marriage Licence - Faculty Office: Date 27th October 1684 - Between John Smith of the Parish of Saint Andrew Holbern London, widower, and Mary Cotton of the same Parish, a maiden of the age of about thirty years and she at her o m disposing. To many at St. Leonard Shareditch in the County of Middlesex."' Uit het 2e huwelijk van John Smith met Mary Cotton: a. John Smith, geb. Londen-E 1-6-1686 [=kwnr. 461 Uit het 3e huwelijk van J o h Smith niet Mary Shortred Bridget: a. Joseph Sniith, ged. (eng. episcop.) Londen-E 27-8-1693 (parochie St. Mary Ie Bow), begr. Londen-E 2-4- 1712. b. Mary Smith, ged. (eng. episcop.) Londeii-E 3-10-1695 (parochie St. Mary Ie Bow), begr. Londen-E 6-11-1733. 94. William George Pennington, geb. ca. 1656, makelaar, koopnian, overl. Rotterdam 30-8-1738, tr. 2e Londen-E (verm.) 27-2-1691 Sara Cotton, begr. Rotterdam 18.21717, eerder echtgenote van John Marsh.,"" Ir. Ie Londen-E 17-7-1686, 95. Anna lngrurir, overl. voor 1691. Uit het l e huwelijk van William George Pennington met Anna Ingram (zie verder OV, jrg. 51 (1996), blz. 326 voor meer informatie over William George Pennington en zijn huwelijken):
a.
Ann Pennington, geb. Londen-E 31-12-1688 [ = h m471
Uit het 2e huwelijk van William George Pennington met Sara Cotton: a. Wiliium Pennington, overl. ca. 1727. 112. Hans Burrkhard Hammes, ged. (Ev. Luthers) Traben a/d Mosel-D 31-10-1636, schepen, overl. Traben d d Mosel-D 26-2-1724, tr., 113. Moria Elistiheth Glaser, ged. (Ev. Luthers) Traben a/d Mosel-D 22-5-1645. overl. Traben a/d Mosel-D 23-9-1719. Uit het huwelijk van Hans Burckhard Hanimes en Maria Elisabeth Glaser: a. Johan ChnsfoforiisHammes, ged. (Ev. Luthers) Traben d d Mosel-D 10-9-1671 [=kwnr. 561. Generatie VIII 152. Maerten Pielerse (Sprot), geb. Rotterdam (verm.), begr. Schoonderloo 3-5-1688 (Maerte Pieters, weduwnaar Lijsbeth Cornelis "in 't Manhuijs, vervoert naar Schoonderloo), otr./tr. 2e Rotterdam/Hillegersberg 3117-1-1672 met Lijsbet Cornelis, overl. voor 1678, eerder echtgenote van FranckDirrben, otr./tr. Ie Rotterdam 12126- 11-1656, 153. Trijntje Vrancken, overl. voor 1672. Op 29-4-1688 liet Maerten Pieterse Sprot "Oude Mannenhuis zijn testament opmaken. Hij liet zijn goederen en bezittingen na aan Pieter Maertensz Sprot zijn zoon uit het eerste huwelijk met Trijntje Franken en aan Cathaxina Maertens zijn dochter uit het laatste huwelijk met Lijsbeth Comelis."' Uit het Ie huwelijk van Maerten Pieterse (Sprot) met Trijntje Vrancken: a. Pieter Maertense Sprot, ged. (remonstrants) Rotterdam 14-10-1657 [=kwnr. 761. b. Maritie Maertense (Sprot), ged. (remonstrants) Rotterdam 22-8-1660 (get.: Franck Jacobse en Maertie Louwers) Uit het 2e huwelijk van Maerten Pieterse (Sprot) met Lijshet Cornelis: a. ChafharinaSprot. ged. (remonstrants) Rotterdam 3-9-1673 (get.: Beatris ende Jannetje), begr. Rotterdam 3-3-1753 in de Nieuwekerk huwgraf (weduwe Jasper Bisseling "Molensteeg bij de Blaak, 4 uur geluid, 1 meerderjarig kind), r Bisseling, ged. (remonstrants) otr./tr. Rotterdam 11126-12-1695met J a s p ~ va11 Rotterdam 11-1-1671 (get.: Jasper Jaspersz van Vuijeren en Willemijntje Jaspers van Vuijeren), binnen~chipper,'~~ beg. Rotterdam 7-1 1-1739 in de Noorderkerk, liuur ("Walesteeg ild Watersteeg, de vrouw Cathaxijna Sprot, meerderjarig kind: l), zoon van Henrlrick Jacobsz van Bisseling en Ar& Jaspers van Vuileren. 160. Cornelis Jorisse (de Raven), overl. ca. 1650, otr./tr. Rotterdam 18-313-4-1679, 161. Jannitpi Heyndricb, begr. Rotterdam 21-8-1 650 (vrouw van Joost Jaspersz, bezemmaker "Wijnstraat), tr. 2e met Joost Juspersen Mars. bezemmaker "Wijnstraat, hegr. Rotterdam 19-3-1692 (Joost Maest "Kortevijnstraat).
Op 18-3-1629 gingen Joris Comelisz en Annetje Hendricx in ondertrouw. Hoewel de volgorde van de namen Joris en Comelis niet overeenkomstig zijn, toch aangehouden dat het hier om het betreffende ouderpaar gaat, ook omdat het een mogelijke naamsvenvarring zou kunnen zijn met hun recds 2 maanden eerder geboren zoon Joris Comelisz. Voordat hij zou gaan Iieitrouweii niet Brigitta Willems, schonk Joost Jaspersen Maes, besemmaecker, op 8 oktober 1650 aan Joris de Raven, schoolmeester en zoonuit het eerste huwelijk van zijn overleden vrouw Jannitgen Heyndrick, haar kleren, een haardijzer en enig geld.li9 Uit het huwelijk van Joost Jaspersen Maes en Jannitgen Heyndrickx zijn geen kindereq bekend. Uit liet huwelijk van Comelis Jorisse en Jannitgen Heyndriclot: a. Joris Cor?relisz de Raven, ged. Rotterdam 14-1-1629 (Joores h.Koemeles Jorese en Jaimetge Heinderichs) [-kwnr. 801. 162. Fluris Janse, begr. Rotterdam 7-6-1648 ("Dijk), tr., 163. Trijntge Jans, beg. Rotterdam 5-2-1689 (weduwe "Lammerstraat), tr. 2e Cornelis van der Veere, begr. Ronerdani 22-3-1681 (Comelis van der Veer "Lammertstraat). Naar aanleiding van het kinderloos overlijden van Jan Comelis van der Veere in OostIndië werden op 12 december 1689 de erfgenamen vastgesteld. Dat waren: -Neeltje Jans, echtgenote va11 Barent Barentse, dochter van AeItje Floris - zijn halve zuster. -Jan, Tnjnte en Aeltje de Rave, kinderenvan Comelia Floris - zijn I d v e zuster [=kmr. 811. -Aaije Comelis van de Veere, weduwe Comelis Coinelisz - zijii volle zuster. Neeltje Jans ei] Jan de Rave werden gemachtigd om de nog te innen maandgelden en andere uitkenngeii bij de Oostindische Compagnie der Stad Delft in ontvangst te nemenr6'
Uit het huwelijk van Floris lanse en Trijntge Jans: a. Aeltje Floris, ged. Rotterdam 10.1 1-1628 (get.: Cnelis Janse en Maertge Anàries), overl. voor 1689, tr. Jan Willerns Gat(?), overl. voor 1689. Jan WillemseiJan Willemse CatiJan Cat was getuige bij de doop van 3 kinderen van Jan de Rave en Comelia Floris [= kwnrs. 80+81]: op 29-7-1656 bij Floris de Rave, op 7-12-1 660 bij diens naamgenootje, beide keren in aanwezigheid van Aeltje Flons, en op 29-12-1661 bij Neeltje de Rave, in aanwezigheid van Neeltje Floris. Mede gezien de hierboven genoemde notariële akten is aangenomen dat Aeltje Floris met Jan Willem Cat gehuwd was en Neeltje Jans hun dochter was (en dat Neeltje Floris niet juist is door een foutief toegeschreven patronyin). 8 l]. b. Cornelia Floris [=hm. Uit het 2e huwelijk van Trijntge lans met Comelis van der Veere: a. Aaje Cornelis van der Veere, overl. na 1689. otr./tr. RotterddOverschie 111 24-5-1670 Cornelis Cornelisz, geb. Utrecht (verm.), overl. voor 1689. b. Jan Cor.nelisvan der Veere, overl. Oost-Indië ca. 1689. 166. Hartogh Christiaensz, geb. Hoeswinckel(Munster)-D, rooms katholiek. beg. Rotterdam 11-10-1643, tr. (rooms katholiek) Rotterdam 10-5-1626. ONS VOORGESLACHT
-
5YrlAARGANG 120W
-
No. 5 %
109
167. Yeffgen/Eva hfattheijsdr, geb. Gladhach-D, rooms katholiek, hegr. Rotterdam 156-1658, otr.1tr. 2e (schepentrouwboek) Rotterdam 16-613-7-1644 Jan Mom, overl. na 1644, eerder echtgenoot van Maycke Verhoux. De persoonsgegevens van Hartogh Christiaensz en Yeffgen Matthijsdr. zijn deels ontleend aan het artikel 'Een oudere generatie van het geslacht Osy' door J.P. van der Weele.16' Dit echtpaar als grootonderlijk paar van Adriaantje den Beer [=kwiu. 411 en haar zuster Eva den Beer [=kmr. 82183-d] is een reconstructie op basis van dit artikel, de vermoedelijke vernoeming van Eva den Beer naar Yeffgen Matthijsdr, een aantal bepalingen in de door Eva den Beer opgemaakte testamenten en het testanient dat Maria van Spijck (zie hieronder hij kind c), bejaarde dochter wonende bij haar oom+Comelis de Vos, op 22 november 1723 had laten opmaken en dat later werd herzien.162 In de genoemde publicatie vali J.P. van der Weele wordt Jan Mom als Jan Moy vermeld. Uit het 2e huwelijk van Eva Manheijsdr met Jan MoWMoy zijn geen kinderen bekend. De genoemde Maria van Spijck benoemde haar neef Jan Osij als algehele erfgenhm en legde enkele legaten vast: aan Comelis Vos, gehuwd geweest iiiet de zuster van haar moeder; aan haar achternicht Pieternelletie Osij, gehuwd met Willem van Os; aan haar achterneef Jan Osij Hartingszoon; aan haar nicht Elisabeth Osij; aan haar achteineef Joris de Raven [=kwnr.?O] (een souinia van fl. 100 en bovendien alle gedrukte hoeken) en aan haar broer Nicolaas van Spijck. Op 19 decemher 1732 herzag zij haar testament. Bedacht werden haar nichten Ariaantie van Woerden [=kwnr. 411, weduwe yan Johan82183-d], echtgenote van Evert van Doesnes van Rave, en Eva van Woerden [=hm. burg en haar achternicht Pieteruelleke Osi;, echtgenote van Willem van Os, die ieder fl. 500,- werden toegekend. Aan Joris en Cornelia de Rave en aan Eva van Woerden werden al haar hoeken nagelaten. Tevens wordt ene Martha Hegt genoemd en benoemde zij voorts Jan Osij den Ouden "Wijnhaven als enige erfgenaam. Uit liet huwelijk van Hattogh Christiaensz en YeffgenIEva Manheijsdr: a. Christina/Stijnfje Hartighs, ged. (rooms katholiek) Rotterdam 29-5-1627 (dochter van Hartogh Christianus en Eva Manhias, get. Agatha Gerhardus), overl. na 1683,"' otr.1tr. (schepentrouwboek) Rotterdam 14-114-2-1646. Jan Balthensz (Jan Balser, Fransman j.111. van Gascogne), geb. Eauze-F (mogelijk) ca. 1619. rooms katholiek, paardenkoper, hegr. Ronerdam 24-8-1683 (paerdekoepper "over 't Wetshuijts). Volgens de insclui~vingshij zijn schepen-ondertrouw op 14-1-1646 te Rotterdam was Jan Balthensz afkonistig uit Gascogne. De familienaam Osy van zijn nakomelingen zou mogelijk afgeleid kunnen zijn van het plaatsje Eauze ten zuiden van Bordeaux. In een rikte uit 1657 wordt hij als 38-jarige aangemerkt. Vermoedelijk is hij als 17-jarige in Rotterdam terecht gekomen als paardeliverzorger hij een franse eenheid cavallerie in Staatse dienst, die d a r in 1635 zou inschepen voor temgkeer naar Frankrijk. Door omstandigheden gedwongen moest er een jaar op inscheping worden gewacht en werden de paarden uit bittere armoede verkocht. Mogelijk dat Jan Balthensz daarin een rol had gespeeld en hij daarom besloot om als paardenkoper in Rotterdam te blij vei^.'^ Jan Osy (de Ouden), de jongste zoon uit het huwelijk van Jan Baltensz en Stijntje Hartigdsdr, zette in 1720 het door hem en zijn zoon Jan Osy gevoerde wijnkopersbedrijf om in het handelshuis Joan Osy & Zoon. Het handelshuis 110
ONS VOOKOESLCilT
5 Y ~ l r l a K G h V G(20011
No 558
zou zich vooimmelijk richten op de Oostenrijkse Nederlanden en een belangrijke rol gaan spelen in de financiering van de Oostenrijkse vorsten. Tot halverwege de 19e eeuw zou die rol onder Koning Willem I worden voortgezet en in 1817 een van hun nakomelingen als baron een verheffing in de adelstand opleveren.'65 b. Maertgen Harr~ghsdr[ = k m . 831. c . Grietgen Harfighs, geb. Rotterdam, otr.!tr. (schepentrouwboek) Rotterdam l! 18-4-1656 Dirk Jarrsz van Spijck, j.m. van Groningerland."" Uit dit huwelijk de eerder genoemde Maria van Spijck, bij haar overlijden "Wijnhaven ten huize van Jan Osy, beg. 7-2-1733 in de Prinsekerk; eigen graf. Sebilla Hartighs, begr. Rotterdam 4-8-1694 in de Nijeue Kerck, kelder (vrouw d. van Kornellets de Vots "Nijeueinart naest de Klerck, hoedemaker), tr. Cornelis Vos, overl. verm. Rotterdam tussen 1723 er1 1733. Comelis Vos was op 17-11-1675 getuige hij de (remonstrantse) doop van Mattee Stokvis, kleinzoon van zijn schoonzuster Maertgen Hartighsdr. zoon van Hartich Stokvis!van Woerden. 168. Lambert Janse Akhcrshork, geb. ca. 1614, zeilmaker, teer- en pekverkoper, b e p . Rotterdam 28-12-1653 (Lambert Jam, zeilmaker "Geld. kade). otr. Rotterdam 24-1635, 169. Claertgen Adriurns, hegr. Rolterdam 3-12-1651 (de vrouw van Lambert laiisz zeilmaker), overleden na de geboorte van haar kind. Lambrecht Janss van Aeckershoek wordt in een verklaring d.d. 3-10-1610 van de picken teervercoopers van Gouda genoemd als 26 jaar oud. zeylmaecker en pickvercooper en teervercoper van Gouda.'*' Lambrecht Jansz Aeclershock, zeylmaker 28 jaar, legde op 4 april l643 een verklaring af. waarin h4 vermeldde dat door het hoge water de turf in de kelder van De Vergulde Clock ronddreef.I6%n op 6 september 1644 liet hij, zeylmaker en teer- en pekverkoper, "op de Geldersecade in de Drie Canefassen, een schuidbekentenis van 600 gulden opstellen.'69 De ouders van Lambert Janse Akkershoek zijn niet achterhaald. Vanwege het vroegtijdige overlijden van zowel Lambert Janse Akkershoek als van zijli vrouw en Clartgen Adriaens, waren Adriaan Lambert Akkersboek, zeilmaker te Maassluis en zijn vrouw Grietje Leenderts Holierhoek- vemioedelijk als oudste in leven zijode naaste familieleden - op 2-8-1663 doopgetuigen bij Lambert, het eerste kind uit bet huwelijkvan Jobannes Lambertse en Tanneke Beemers (zie kwnrs. 84+85). Deze Adriaan Lambeit Akkershoek, zeilmaker te Maassluis, zou dan een broer van de vader (en daarmee een oom) van Lambert Janse Akkershoek geweest kunnen zijn. Vermeld wordt vooits dat een Leendert Akkershoek - uit het huwelijk van het genoemde echtpaar Adriaan Lamberts Akkershoek en Grietje Leenderts Holierhoek - als Leonard Akerslioek de vermoedelijke stainvader is van het Brielse/Ouddorpse geslacht Akershoek.'" Een onomstotelijke bewijsvoering over deze vermoedelijke familierelaties kon echter (nog'?) niet worden geleverd. Waar bij de hieronder genoemde kinderen het pawonym Lamberts is aangegeven zijn de ouders in het doopregister vermeld als Lambert Janse en Claertge Arigens. de overige kinderen onder de familienaam Akkershoek (of overeenkonistige schrijiwijzrn). Later werden alle kinderen met de familienaam Akkershoek vermeld.
Uit het huwelijk van Lambert Janse Akkershoek en Claertgen Adriaens: a. Trindfge Laniherfs Akkershoek, ged. Rotterdam 23-2-1635 (get.: Trindge Jacobs en Lijsbet Heijnderichs), overl. ca. 1636. b. Trijnfge Lamberts Akkcrshoek, ged. Rotterdam 16-12-1636 (get. Ari Machtgieken), overl. na 1681, otr./tr. Rotterdamíiiillegersberg (verm.) 10125-91656 Lieve Versdi~ur.geb. Rotterdam (verm.), mr. schilder en beeldsnijder, overl.hegr. Rotterdam 14118-12-1686 in de Frantsse Kerck - kelder (Lijeffe Verschuer, weduwnaar "Boemttijens). Op 23 juni 1683 liet Lieven Verschuere, schilder en beeldsnijder, weduwnaar van Trijntje Lambrecht Akershoek een nieuw testament opstellen en regelde hij de nalatenschap ten gunste van zijn kinderen Pieter. Lambertus en Meijnsje. Zijn zwager Johannes van Akershoek wees hij aan als voogd over minderjarige erfgenamen. Naar aanleiding van het overlijden van zijn zoon ambertus pastte hij op 23 november 1686 zijn testament aan en kende hij tevens aar1 Elisabeth Ackershouck, zuster van zijn vrouw, een legaat toe van fl. 50." Zij was op 28-8-1661 gehuge geweest bij de doop van zijn zoon Johannes Verschure. Op 22 februari 1687 vond door Johannes Aeckershoeck (voogd over Meijnsje Verschuur) en Lijsbeth Ackershoek, meerderjarige ongehuwde dogter, de notariële afwikkeling plaats van de nalatenschap van de op 15 december 1686 overleden Lieven Verschueren, mr. fijnschilder. Catharina Verschuur. een kleindochter van hem zou in haar testament van 1733 haar achterneef Adolf Akershoek [= kwnr. 421 voor de helft van haar bezit als erfgenaam aanwijzen. c. Elisabeth Lumberts Akkershoek. geb. ca. 1638, ongehuwd, overl. na 1687. Aangenomen is dat Elisabeth Akkershoek een direct jongere zuster is van Trijntge Lamberts Akhershoek (zie opmerking hierboven). Zij had op 19-21675 ook op als getuige bij de doop van Gerredt Mick, zoon van haar zuster Maria. gehuwd met Siom Mick. d. Arij LuniberfsAkkershoek, ged. Rotterdam 14-2-1638 (get.: Lisbeth Hendrickx en Nichtgen Arens), comiiues recherche Brielle, overl. na 1712. In een notariële akte uit de periode 1681-1690 wordt te Rotterdam naar ene Adriaan Ackershoeck, commies recherche Brielle, verwezen.'" Gezien de leeftijd zou deze Adriaan de hier zenoemde zoon Arij Lamberts geweest kunnen zijn uit het huwelijk van Lambert Akershoek en Clartgen Adriaens en naar de vader van Claertje Adriaens zijn veinoemd. In 1676 was Adiaen Ackershouck, commissaris, lid geworden van de Waalsclie Gemeente te Brielle, waarvan luj gedurende twee periodes (1679-1683 en 1689-1695) ouderling was. In een Res(olutie?) Mag(istrata?) van 3 december 1712 werd de secretaris van Brielle gelast om Adriaan Ackershouk te Nijmegen te schrijven, dat zijn schulden waren betaald."' e. Johunnis (Stooufe?)Akkershoek, ged. Rotterdam 4-7-1640 [=kwm. 841. f. Cornelia LumberfsAkkershoek, ged. Rotterdam 8-1-1645 (get. Aechtge Hoocke), begr. Rotterdam 7-4-1733 stadskerkhof (weduwe Pieter Bouwman, "Leeuwenstraat in 't midden, 3 meerderjarige kinderen), otr./tr. Rotterdam 26-101911-1670 Piefer Willems Bouwrrian, ged. Rotterdam 28-8-1650 (get. Pieter Willemse Bouwman en Betken Korsavant), mr. broodbakker, overl. Rotterdam voor 10- 1714, zoon van Willeni Pieferse Bouwman en Lijsbett Joppetr Vijssenbnrch.
Johannes Akkershoek en zijn vrouw Tanneke Beemers rijn op 9-2-1677 getugen bij de doop van Klara en op 11-8-1682, samen met Maritie Akkerslioek, bij de doop van Cornelis, kinderen uit het huwelijk van Comelia Akkershosk met Pieter Bouwman. Op 29 october 1714 verkocht Comelia Ackershoeck, weduwe en boedelhoudster van Pieter Willems Bouwnian - mr. broodbakker, haar huis en erf met het aflaet poorte en de vrije gang daar neffen aan de noordzijde van de Leuvesîraat voor de somma van fl. 1750.-.I" Op 14 oktober 1716 assisteerde zij haar meerderjarige dochter Elisabetli Bouwman, die huwelijkse voorwaarden liet opstellen tussen haar en de weduwnaar Dieter van der Most, grootschipper ter zee? e. Moria Lambrechts Akkershoek, ged. Rotterdam 28-5-1647, begr. Rotterdam 21-5-1700 ("op 't Franse Watertje), otr./tr. Rotterdam 9123-4.1673 Sim'on Mick, geh. Wormer (verm.), landmeter, begr. Rotterdam 27-7-1699 in de Nieuwe Kerk - kelder (man van Marijtje Akershoek, "Hoogstraat bij 't gemeenlandshuis, nalatende 1 meerderjarig kind). Op 22 maart 1686 verleende Simon Mick, landmeter, aan Johannis Akershouc machtiging om hem voor de Heren Vredemakers te vertegenwoordigen."" h. Pieter Akkershoek, ged. Rotterdam 6-2-1649 (get. Pieter Vethuise ende zijn wou, Rutger Schuierman, Jasper Coninck en Aert Leeuderse). i. Jacobus AL-kel-shoek, ged. Rotterdam 26-1 1-1651 (Leeudert Cruijt en Pietertge Comelis). Lanibert Jans, mogelijk een van de Iiier genoemde kindeBegr. 10-9-1656 h,. ren Pieter of Jacobus.
-
170. Anthony Bremers, kleennaker, begr. Rotterdam 11-1-1654 (kleermaker "Toomstraat), otr. Rotterdam 17-5-1637, 171. Trijntje Adolphs (va11 Dimel), dochter van Adolph Mackxmilijaans, kleennaker (hegr. Rotterdam 12-5-1652) en Neeltje Balten (begr. Rotterdam 30-9-3688). Uit het huwelijk van Anthony Beemers en Trijntje Adolphs:"' a. Amielen Walen Beemers, ged. Rotterdam 27-2-1639 (get.: Adolf MawnuJliaens, Joost Huldemont en Jons Abramse van der Hagen). b. Tanneke Beemers, ged. Rotterdam 29- l - l64 1 [=kwnr. 851. c. Gilles Beemers (in het doopregister is de fmilienaam als Beniers opgegeven), ged. Rotterdam 24-10-1642 (get.: Adolf Mucbtsijmelians, Neeltge Balten en Tanneke Guldemont). d. Johannis Beemers, ged. Rotterdam 1-7-1644 (get.: Adolf Mackxmilijaan, Willem Wallen, Susanna Pieters de Grau en Tanneke Guldemans), begr. Rotterdam 22-7-1670 in de Franse Kerck, kelder (Jan Beemers "op den Dick hij den Koeimijnk van Engelandt, veinioedelijk de hier vermelde Johannis Beemers). e. Anna Beemers, ged. Rotterdam 24-4-1647 (get.: Jan Pieters Bout, Sara Samuels en Geertruijt van der A(?), overl. Rotterdam voor 1649. f. AnfonijBemners,geb. Rotterdam ca. 6-1647, begr. Rotterdam 23-6-1647 ("Toomstraat). g. Anno Beemers, ged. Rotterdam 28-2-1649 (get.: Adolpli Mwniilijaemus. Neeltgen Balten en Elysabedh Evermans). h. A ~ l t o ~ lBeemers, ij hegr. Rotterdam 3-12-1651 ("Toomstraat'). ONS VOOROESLACHT
59s I l l h R G U G
(>OM) - No 558
113
172. Barent (Loncq), [r., 173. ... Philips?, dochter van Philip Comelisse en Maertgen Jacobs Het geslacht LoncLonke is door Floris E. Heijmans uitgebreid behandeld in de 'Genealogie rondom Hendrick Comelisz Loncke van Roosendaele', bijgewerkt tot en met 11-8-1994'"8 en waarin een verband met de Goudse tak en de hier genoemde Barend Loncq wordt verondersteld. Jhr. A.A.G.C. de Rotte beschreef reeds eerder in 'Fragmentgenealogie Loncq'"' deze Goudse tak, maar hij heeft echter geen melding gemaakt van een Barent Loncq. De sclioonouders van Barend (Loncq) zijn gereconstrueerd aan de hand van de naamgevingen van zijn kinderen en van de kinderen van zijn veronderstelde schoonzuster Stijntje Plulips. gehuwd met Barent Lamherse, en waarvan ook doopgetuigen bekend zijn. Voor de leefiijds-rangschikking van de kinderen van Barend (Loncq) zijn hun huwelijksdata aangehouden. Uit het huwelijk van Barent (Loncq) en ... Philips?: a. Jan Barents (Loncq), geh. Rotterdam (verm.), stadsmeter v.d. wollen laken en carsayen, overl./begr. Rotterdam 619-9.1685 (Jan Barentssen weduwnaar Maerttijens G e n t s "Oppert in de Groette Portsereij; minderjarig kind: 1, meerdejarig kind: S), oh. Rotterdam 14-7-1647 met Maertje Ariens, begr. Rotterdam 8-11-1673 (VI-ouw van Jan Barentsse "Oppert over dhr. Balijou; kerk). Flip Barentse en Stijntje Bareiits traden in 1662 als getuigen op hij de doop van zoon Jan uit het huwelijk van Jan Barentse en Maertge Arijens. Alleen bij de doop van hun laatste kind Barent werd in l h66 de familienaam Loncx vermeld. Als Jan Barense Loncq en Mnertge h e n s zijn zij als getuigen vermeld bij de doop op 17 april 1667 te Vlaardingen van Gola Loncq, dochter van Philips Loncq. h. Maria Barents (Loncq), geh. Rotterdcm (vei~n.),overl. na 1688. otr. Rotterdam 10-10-1655 met Lambert Jansse (Woegop). overl. na 1688.'6" Op 2-5-1666 werd het laatst bekende !&d uit liet huwelijk van Lan~beitJansse en Maria Barents gedoopt, waarbij de vader voor de eerste maal met de familienaam Vroeyop werd vermeld. Als getuigen bij eerdere dopen traden op Jan Barentse (Loncq), Pflip Barentse en Stijntge Barents en waaruit de familie-relaties zijn verondersteld. c. Stijntje Barents (Loncqj, geb. Rotterdam (verm.), begr. Rotterdam 21-8-1687 (Stijntje Baerens Lonck, vrouw van Willein Scheurenberg "Steijger bij de Valkenbmgge), otr.1tr. Ronerd~iiiHillegersherg22-416-5-1663 met Wilkm Snrenbergh, j.m. van Dusseldorp "Kipstraat, bierdrager en burger van Rotterdam,lxloverl. na 1687. d. Philip Burenrs Loncq. geb. Rotterdam (verm.) [=kwnr. 861.
174. Adriami Piere>ivzSnz.ng,geb. Schoonhoven (venii.). overl.hegr. Breda 27.12-16681 2-1-1669 (begr. in de Grote Kerk. overluid), otr.lti-. 2e Delft (ondertrouwboek Gerecht)/Breda 20-8110-12-1650 Grietgen Saviircls, geb. Delft (verm.), overl. voor 1668, tr. Ie, 175. Gooltien Adriaensen, begr. Breda 1-4-1647 in de Grote Kerk, overluid. 114
ONS VOOKGEELNHT
IUrI.L*KOWG(IUIMI
-
Na. 558
ûp 5 oktober 1620 werd ene Adriaen Peetersz Strang, komende van Schoonhoven, ingeschreven als poorter van Breda.''' Onderzoek in het Streekarchief Krimpenerwaard (dec. 2000) heeft geen aanvullende gegevens opgeleverd omtrent de afkomst van Adriaaan Pietersz Streng uit Schoonhoven of het aldaar omstreeks 1711 overlijden van zijn dochter Maria Streng. Wel is in het Gemeentearchief van Rotterdam een akte d.d. 31-12-1632 aangetroffen waarin genoemd wordt ene Balten Willemsz Streng die in Schoonhoven woonde en gehuwd was met Weyntgen C~melisdr.'~' Op 12 juni 1669 werden er de nodige machtigingen opgesteld naar aanleiding van het overlijden van Adriaan Pietersz Streng1" en waarvan op 6 januari 1670 voor de notaris te Breda de verdeling van zijn erfenis plaats vond onder zijn in leven zijnde kinderen, t.w. (in alfabetisch volgorde): Adriaen Adriaens, stadstimmerman, echtgenoot van Alletta Smits "St. Jansstraat (thans Vlaszak), Anna echtgenote van Joannes Boon te Rotterdim, Jacomina echtgenote van Philips Loncq te Vlaardingen, Machtelt echtgenote van Jorss'en van der Quack te Voorburg, Mxia ("Schoonhoven), Pieter Adriaensen ("Rotterdam) 'en Sara Adriaensen ("Rotterdam).'"
Uit het Ie huwelijk van Adriaan Pietersz Streng met Gooltien Adriaensen: a. Pieter Adriaens Streng, geh. Breda (verm.), mr. steenhouwer, hegr. Breda 126-1674 (overl. te Rotterdam, begr. in de Grote Kerk te Breda, overluid), otr.!tr. RotterddBreda 10-6118-9-1647 (met attestatie van Rotterdam) Catharina van der Mijl, geh. Breda, overl.hegr. RotterddBreda 9112-6-1674 (weduwe "Suijthlaeck, vervoert naar Breda en aldaar begraven in de Grote Kerk). b. Sara Streng, ged. Delft 30-1-1632, bejaarde ongehuwde dogter, overl. Voorburg 15-3-1719. Als moeder van Sara Streng wordt Geertge genoemd. Aangenomen is dat dit een transcriptiefont betreft van de naam G~oltje.'~* Op 5 september 1712 liet Sara Streng, (meuij van Arij Boon) te 's-Gravenhage haar testament opmaken.18*Zij legateerde aan Arie Boon - zoon van haar nister Anna Streng - een obligatie van fl. 1000,-, die hij na haar overlijden bij de boedelscheiding op 17 januari 1720 toegedeeld kreeg."' (Zie ook onder d) c. Jacomina Streng, ged. Delft 9-3-1636 [=kmmr. 871. d. Anna Streng, ged. Breda 20-10-1638, overl. tussen 1676 en 1706, 0tr.ltr. Rotterdam 7123-1 1-1666 Jan Claesz Boon, geb. Rotterdam (verm.), wijnkoper, overl. na 1676, zoon van Claes Boon en Niesije Cornelis. In het huwelijk van Jan Claes Boon en Anna Streng werden 6 kinderen geboren, waarvan de laatste in 1676 werd gedoopt. Gezien de aanwezigheid van Claes Boon en Niesije Comelis bij de doop van twee naamgenoten zijn dezen als ouders van Jan Claes Boon verondersteld. Hun zoon Arij Boon huwde in 1704 te Rotterdam met Lijntje Jans, die als weduwe van Arie Boon op 4 januari 1729 (en herzien op 15 februari 1730) haar testament liet opmaken (zie ook kwnr. 42). Op 16 april 1729 schonk zij de obligatie van fl. 1000,-, die Arij Boon van zijn menij Sara Streng had geerfd, aan de diaconie armen van Kralingen.18B e. Adriaan Streng, stadstimmerman van Breda, overl.!begr. Breda 14117-7-1688 in de Grote Kerk, overluid, otr./tr. DelfdBreda 17-2112-5-1663 (met attestatie van Delft) Aletta Matthijssen Smit, geh. Breda, overl.ibegr. Breda 215.1 1-1689 in de Grote Kerk. ONS MORGESLACKI
ruernnncn~o0004) -
NO. 558
115
f.
Maria Streng, bejaarde dame, "Schoonhoven, overl. Schoonhoven 171 1. In haar testament van 26 juni 1706, opgemaakt te Vlaardingen' wordt Maria Streng aangeduid als bejaarde dame wonende te Schoonhoven en worden haar volgende familieleden bedacht: Jacomina Streng echtgenote van Philips Loncq, Arie Boon zoon van haar zuster Anna Streng zaliger, de kinderen van Camelia Streng echtgenote v'an Hendrik Gardenier, de kinderen van Gola Streng "hdiën, 't kind vaii Adriaan Streng "Breda en aan Machteld Streng echtgenote van Arij Jorisse van der Quackl'+(Comelia Streng was een dochter van haar omstreeks 1674 overleden broer Pieter en Gola en Adriaan Streng waren de nagelaten kinderen van haar in 1688 overleden broer Adriaan. Sara Streng wordt niet genoemd in het testament van Maria Streng, mogelijk omdat die reeds van hoge ouderdom was en geen kinderen naliet). Naar aanleiding van bet overlijden van Maria Streng te Schoonhoven laten de erfgenamen Jacomina Streng weduwe Philips Loncq "Vlaardingen, Magteld Streng weduwe Joris van der Quack "Vooi-burg en Sara Streng hej. ongehbwde dochter "Voorburg op 8 december 171 1 een notariële akte opstellen betreffende een aan Arie Boon uit de erfenis toekomende losrentebrief.'"" g. hfaclìtelil Streng, overl. Voorburg ca. 6-1712, tr. Arij Jorisse van de Quack, overl. Voorburg (verm.) tussen 1670 en 1672. Magteld Arents Strengh, weduwe van Adriaan Joris van der Quack, was op 1 mei 1672 betrokken bij de overdracht van een ~bligatie.'~' Op 12 februari 1686 liet zij haar testament opmaken en verdeeld haar niet onaanzienlijke vennogen aan haar broers en zusters, onder de bepaling dat haar huizenbezit onderling verdeeld moest worden en niet mocht worden verkocht.'*' Op 24 januaii 171 1 werd haar testament hezien en werden als erfgenamen benoemd: Cathwinn Loncq, Gola Loncq "Vlaardimgen, Allardina Loncq, Barendina Loncq bejaarde dogter "Vlaardingen, Arij Boon "Rotterdam meerderjarige zoon van Anna Streng en Sara Streng bejaarde ongehuwde dogter."' Na haar overlijden kreeg Adolf Akershoek [=kwnr. 421. echtgenote van Catharina Loncq op 9 augustus 1712 van deze erfgenamen procuratie om aanwezige rentelosbneven te vereffenen.'''
184. ... Snritlr, geb. ca. 1630, tr.. 185. m. Uit het huwelijk van ... Smith en NN: a. John Smith, geb. Londen-E ca. 1657 [=kwnr. 921. b. Edward Smith, geb. ca. 1660, overl. na 1715. Onder vemijzing naar 'the pedigree of the family of William Smith rouge dragon 1605 is pnnted in the Genealogist 1882 vol. V1 p.213 ff published by J Paul Rylands', worden bij de dope11 van de diverse kinderen uit het huwelijk van John Smith en Ann Pennington [=hm46+47] 8 doopgetuigen genoemd, waaronder uncle Edward Smith in 1713 en in 171 De genoemde doopgetuigen zijn echter niet vermeld in het doopboek van de Engelse Episcopale Kerk te Rotterdam. 224. Hans HenrickHammanns (gezegd Hammes), ged (Ev. Luthers) Traben ald Mosel-D
24-6-1604, beg. Trahen ald Mosel-D 5-1-1687, zoon van Joharmes Hammans?, tr.. 225. Barbara Frantz dochter van Daniël Frnnt. Uit het huwelijk van Hans Henrick Hammatins en Barbara Frantz: a. Hans Burckhard Hammes, ged. (Ev. Luthers) Traben a/d Mosel-D 3 1- 10-1636 [=kWnr. 1121. AFKORTINGEN AdP Acte de Présence, digitale database R'dam basisgegevens Oud Notarieel Archief ANF Algemeen Nederlandsch Familiehlad Bev. reg. Bevollungsregister Centraal Bureau voor Genealogie Den Haag CBG ev. en volgende bladenhladzijden EEK Engels Episcopale Kerk ELG Evangelisch Lutherse Gemeente Inventaris nummer inv. nr GAA Gemeentearchief Amsterdam GAR Gemeentearchief Rotterdam GAsG Gemeentearchief 's-Gravenhage GAV Gemeentearchief Vlaardingen NA Nationaal Archief Den Haag Ned. Leeuw Nederlandsche Leeuw NNA Nieuw Notarieel Archief ona Oud Notarieel Archief OSA Oud Stedelijk Archief VHS Familiearchief Van Hoeij-Smith WVR Collectie Wijnaendts van Resandt A Wonendelverblijvende NOTEN 115. Geboortedata en ouden van Adriaen Jacabs Visser zijn in het Gemeentearchief Dordrecht niet achterhaald. Mogelijk bettefl de vcniielding 'laïob deVissec Vr.' rijn moeder. die daii op 3 oktober 1702 iii de Grote Kerk te Dordrecht werd begraveii. (iati. 2001) 116. A.J. van der Aa, Aordriik~hidig iiiiiinlenb o d iicr N<ïic~ilnirrieir. 117. GAR. om inv. nr. 2022. blz. 783. 118. GAR. om inv. nr. 1792. blc 193. 119. GAR. i m a inv. N. 3885. blz. 71. 120. GAR. toeg nr. 17- Gildenarchief, Kuijpersgilde inv. nr. 67, 'Het Boek van de Gildebroeders die huuie proeve afgelegd hebben': le Maert 1678 heeft Pieter Maertenne Sprot sijn proef grdaen. 121. GAR, ona inv. nr. 2055, blz. 83 en h v . nr. 2058. blz. 765. 122. GAR, ona in\, i r . 2063 blz. 221-250. 123. Nadere p e p , c n s omtrent huwelijk te Noordwijk en geboortedata en ouders van Engeltje
ONS V O R G L S L A C H T
-
iur IAARGANG
GOOB
-
No. 518
Willemr zijn niet achterhaald. 124. GAR. ona iriv. nr. 2054, blz. 651 en inv. N. 2055, blz. 55: In deze schuldbekentenis d.d. 5 fcbniaci 1716 wordt A e a e van Doom genoemd als weduwe van Aen Janse Sanen. 125. GAR. o m iuv. iu. 2071. blz. 652. 126. GAK Weeskamer - register van Voogdijen, inv. nr. 1733-1733, blz. 103. 127. G
117
135. 1-36, l.:7.
138. 139. IJO.
sclnijving als tweede voornaam Staoute. De betekenis of verbastering van deze naam is niet duidelilk en werd verder ook niet meer bij hem aangetroffen. GAR, ona inv. nr. 727 (en andere vewemeldingen in de periode 1681-1690): div. venuijringen naar Johannes Akkershoek als bakker. GAR, ona inv. N. 1541, akte nr. 45. GAR, om inv. N. 1789, akte N. 178: machtiging d.d. 18 september 1704 afgegeven door door Clara Akershoeck, wonende te Amsterd m wcduwe en boedelhoudster van Comelis Postma. GA*, registr. N. I l, blz. 40. GAR, inv. nr. 1541, akte N. 30: Huwelijkse voorwaarden d.d. 30-4-1706. Op 264-1712 werd het kraamkind begaven vin Rijniers Wisman, "Hoogsiraat bij de KeiZecsWAilt.
141. 142. 143. 144. 145. 146. 147. 148. 149.
150. 151. 152. 153. 154. 155.
156.
157. 158. 159.
G.4R. aris i b s . nr. 1799, blz. 265: een akte d.d. 29 mact 1714 waarin Anna Akershoek genoemd wordt als weduwe en erîgenaam van Reinier Wilsman. GAR, ona inv. nr. 1773, akte nr. 15. GAV, Nolarchief inv. nr. 25. GAV, Nolarchief inv. nr. 28. GAV, uit aantekeningen van dhr. HlLuth. stadsarchivaris. GAR, onainv. N. 2362, blz. 76, inv. nr. 2366. blz. 338 en inv. nr. 2570, blz. 1121. GAV. Nolarchief inv. nr. 19 GAV, Not.archief inv. nr. 28 d.d. 5-12-1728 en inv. nr. 34 d.d. 1-10-1737. GAR, m a inv. nr 2875, blz. 595. De atkomst van Lysbeth en Maritje Vrancken van de Vlucht is niet achterhaald door de latere dateringen van de Doop- en Trouwboeken van Poomgaal. GAV, uit aantekeningen van dhr. H.I. Luth, stadsarchivaris. GAR, ona inv. nr. 1447, blz. 819. GAR, m a inv. nr. 2360, blz. 696. GAR, ona inv. nr. 2568, blz. 769 en inv. nr. 2512, blz. 665. GAR, o m inv. N. 1907, blz. 465. CBG, WVR-dossier Smith. CBG, dossier Van Hoeij Smith: Overige geboorte-, huwelijks- en overlijdcnsdata van John Smith en rijn kinderen rijn ontleend aan een brief van het CBG aan F. Christian te Parijs. CBG, WVR- dossier Smith: aantekeningen bij schematische onretten. Voor Sara Marsh-Coton wordt v e m z e n naar 'Harleian Society Vol. XXXI, p. 212'. GAR, ona inv. nr. 1553, blz. 783. GAR,onainv.m. 1170,fo. 174testamentd.d. 13-1 1-1708. GAR-AdP, inv. nr. 87, akte nr. 173.
GAR, om inv. N. 1349, aktenim. 119 en 150. Ned. Leeuw - jrg. 1939, kol 271-273. GAR, onainv. nr. 2221, bh. 1351 ai inr. iir. 2237, blz. 937. Ned. Leeuw - jrg. 1939, kol. 273. Citaat: Stijntle Hartigsdr overleefde haar inaii. maar schijnt elders gestonren te zijn. Ned. Leeuw - jrg. 1939, kol. 272. Rotterdams Jaarboekje 1954, blz. 154 ev. In het Gronings Archief zijn geen nadere gegevens over Dirk Jansr van Spilk achterhaald. CAR-AdP, ona inv. nr. 169, acte nr. 73. GAR-AdP, ona inv. N. 95, akte N. 184. GAR-AdP, om inv. nr. 115, akte 89. ANF, jrg. 1894-nr. 11, blz. 5 ev.: H. De Jager, De Briekche Vroedschap in de ,oren 16181794 (vervolgl. Onr Voorpslacht,jrg. 16 (1961). blz. 197 cv.: J, de Vries, Kwarlienfuut van Juharines Lodder en Maatje Breen. GAR, m a inv. nr. 727, akte nr. I40 sn ina. nr. 1129, akte N. 384. GAR, ana diverse akten, periods 1681-I 690. ANF, jrg 1894 n r . I l,blz. 5. GAR. m a inv. N. 1799, blz. 1013. GAR, ona inv. N. 1801, blz. 991. GAR, ona inv. nr. 727, akte rir. 217. Aaiiwllsnde infomatie over de kitid
i?Bcmwrr w Trijwje .4úo/phs iiei Dimd is niet g e w i d m Aaiiverig in het CBG te Den Haag. De Il«pvikiiiiui. jaargang 1918 b l z . 209 ev. mrt \ ~ w ï h l z 214 . de "Bewilzen". GAR. oiia i i i x i r . 1303, blz. 252. In dit testaiiiait d.d. 29-6-1688 van hun zoon Johannes Vrnegop worden Lambert Vroegop en Maria Loiicq genoemd als zijn nog in leven zilnde ouders. GAR. oiiii inv. nr. 1238, a h e nr. 8: testament d.d. 18-3-1684. GA-Breila, index ingeschreven poorters. GAR-AdP, o m inv. N. 137, blz. 598. GAR. ona inv. N. 415, akte nr. 49. GA-Breda, ona inv. nr. 225, blz. 445 ev. GA-Delft, Digitale Stamboom, DTB inv. N. 55, fo. 108". GAsG, Notprotocol inv. N. 1194. U.=, ona inv. nr. 1899, blz. 54. GAR, ona inv. nr. 21 10, blz.12 en inv. nr. 1899, blz. 54. GA\'. Nol. archief inv. N. 17. GAV, Nor. archief inv. N. 18. GAsG, Nol. protocol inv. N. 251, blz. 306. GAsG, Nol. protocol inv. N. 427, blz. 51 1 ev. G A G . Notarieel Protocol inv. nr. 1193. GAR. aria inv. nr. 1174, blz. 834. CGB. WVR-dossier Smith: aantekeningen bij selicmatische opzetten.
ONS WORGESWCHI
Idr
JMKOANO (20M)
No. 558