Nieuwsflits project 1b: verkenning ov autoriteit
Nieuwsflits project 1B: verkenning ov autoriteit JUNI 2008 | nummer 7
Start Fase 3 : uitwerking van drie oplossingsvarianten INHOUD In deze Nieuwsflits de volgende onderwerpen: z
1. Bestuurlijk Innovatie Netwerk 2. Projectteam start met fase 3; uitwerking oplossingsvarianten
z
3. 'Linke Soep': column van Geert Teisman. 4. Artkel Paul Bordewijk: “De vervoersautoriteiten: een oefening in subsidiariteit”.
z
5. Agenda voor juli 2008 terug naar boven ↑
z z
z
Start Fase 3 : uitwerking van drie oplossingsvarianten Bestuurlijk Innovatie Netwerk. Projectteam aan de slag met fase 3: uitwerking oplossingsvarianten. 'Linke Soep' van Geert Teisman Paul Bordewijk: 'De vervoersautoriteiten: een oefening in subsidiariteit.' Agenda voor juli 2008
Bestuurlijk Innovatie Netwerk.
-------------------------
Het bij elkaar brengen van bestuurders op actuele onderwerpen om te leren van elkaars
MEER INFORMATIE?
mobiliteitsoplossingen, kennis en ervaringen,staat centraal in het Bestuurlijk Innovatie Netwerk. De voorbereidingen en het organiseren van de bijeenkomsten worden verzorgd door Twynstra Gudde en Connekt. De stelling van Twynstra Gudde is: bestuurlijke innovaties zijn nodig om tot een doorbraak te komen in de
Nadere informatie over de inhoud van deze nieuwsbrief kunt u verkrijgen door een e-mail te sturen naar e.boomsma@ stadsregioamsterdam.nl
huidige mobiliteitsproblematiek. Er werden op 6 juni jl in Den Haag drie ‘Communities of Innovation’ van het Bestuurlijk Innovatie Netwerk gepresenteerd aan het overkoepelende netwerk. Deze zijn opgestart om rond het thema bestuurlijke innovatie een aantal onderwerpen verder uit te diepen. Elke Community of Innovation kent een ‘gangmaker’ die zich, samen met Twynstra Gudde en Connekt, sterk maakt voor een
Verkenning OV Autoriteit valt als project onder het programma Randstad Urgent.
succesvolle community waar bestuurders uit zowel het publieke als private veld ervaringen uitwisselen, kennis delen en vernieuwende ideeën genereren. De Communities of Innovation en gangmakers zijn: z
Vervoersautoriteit, met als gangmaker Marijke van Haaren (gedeputeerde provincie Gelderland)
z
Versnellen van besluitvorming, met als gangmaker Bruno Bruins (Randstad-gezant)
z
Publiek Private Samenwerking, met als gangmaker Eric Janse de Jonge (Lid van de Eerste Kamer
Voor meer info zie www.randstadurgent.nl
der Staten Generaal)
Randstad Urgent is een kabinetsprogramma van het ministerie van Verkeer en Waterstaat i.s.m. de ministeries van VROM, LNV, EZ, OCW, BZK en Financiën en de betrokken provincies, stadsregio’s en gemeenten in de Randstad.
De redactie van de Nieuwsbrief was op 6 juni aanwezig en tekende t.a.v. het thema vervoersautoriteit de volgende interessante en prikkelende statements op. Marijke van Haaren: 1. 20 (opdrachtgevers/aanbestedende vervoerautoriteiten) is te veel, drie (uitvoerende vervoerbedrijven) te weinig! 2. Beperk de concessiegebieden en de opdrachtgevers: tot ca. 6 tot 7. 3. Begin eerst maar met ‘n OV-autoriteit , kijk daarna naar mogelijke uitbreiding verkeer& vervoer breed. 4. Voer geen verlammende structuur discussie. Structuur volgt wel op de cultuur. 5. Geef bestuurlijk de kaders aan maar zet de uitvoering op afstand van het politiek bestuur. 6. Voorwaarde voor goede samenwerking is een gedeeld probleembesef en gemeenschappelijke benadering van de vraag: hoe kunnen we de reiziger zoveel mogelijk ten dienst zijn. Bruno Bruins: 1. Begin maar met een OV vervoerclubje à la Groningen. 2. 20 opdrachtgevers mogen best blijven bestaan, maar dwing ze om samen een dienstregeling te maken, zodat reizigers minder hoeven over te stappen. Het gebruiksgemak van de reiziger moet worden vergroot. 3. Laat eigen bevoegdheden in tact en eveneens de democratische controle, maar wellicht meer centrale sturing gewenst. 4. Gebruik als drukmiddel: termijnbinding hogere overheid van besluitvorming lagere overheid. 5. Oprichting onderling waarborgfonds infrastructuur. 6. T.a.v. Randstad OV autoriteit: we moeten niet te lang studeren en nu wel een beetje opschieten. Begin maar met iets concreets: het opzetten van randstedelijke multimodale reisinformatie. Ga aan de slag en verbeter op incrementele basisOpvallend was dat als de genoemde sprekers het hadden over een OV autoriteit ze het feitelijk niet hadden over een zelfstandige autoriteit met bevoegdheden, maar over een min of meer formele samenwerking tussen partijen en een OV Bureau zoals geformeerd is tussen de provincies Groningen en Drente en de Gemeente Groningen. Voor vragen over het Bestuurlijk Innovatie Netwerk kunt u contact opnemen met Folkert Meijer,
[email protected]. terug naar boven ↑
Projectteam aan de slag met fase 3: uitwerking oplossingsvarianten. Op 27 juni jl. was het Projectteam een dag bijeen om te werken aan de uitwerking en weging van de oplossingsvarianten die in fase 2 zijn gedefinieerd. De discussie in het Projectteam werd deskundig geleid en begeleid door Wim van Tilburg, directeur van het KPVV (Kennisplatform Verkeer en Vervoer).
Wim van Tilburg Het Projectteam besprak de volgende onderwerpen: 1. Een uitdieping van de vier opgaven die in de bestuurlijke notitie zijn bepaald om de samenhang en de samenwerking van het OV in de Randstad te verbeteren. 2. Een bespreking van de afwegingscriteria om de genoemde oplossingsvarianten te beoordelen. 3. Een eerste verkenning van de politiek-bestuurlijke haalbaarheid van de verschillende varianten.
Projectteamleden Nico van Paridon, Rob Schouten en Ellen Vrielink Het is nog te prematuur om verslag te doen van de uitkomsten. Op 3 juli zal de ambtelijke klankbordgroep bijeenkomen. Het Projectteam zal daar de resultaten van haar werkzaamheden presenteren en ter discussie brengen. terug naar boven ↑
'Linke Soep' van Geert Teisman Prof. dr. ing. G.R. (Geert) Teisman. Geert Teisman is hoogleraar Bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Hij studeerde hts-verkeerskunde en sociologie en promoveerde op complexe besluitvorming. Geert Teisman schreef onder de titel: "Linke Soep" een column voor de bestuurlijke expertmeeting van 3 maart jl. die hij vanwege tijdgebrek destijds niet (geheel) heeft kunnen uitspreken. Daarom vindt u in deze nieuwsbrief dat deel van zijn column dat specifiek betrekking heeft op zijn reactie op de door Berenschot genoemde drie oplossingen: Samenwerking Plus, OV Bureau en OV autoriteit. “Mijn eerste stelling is dat het - aangezien niemand snapt hoe het mobiliteitsysteem in de Randstad in elkaar zit- onverstandig is om iemand de macht te geven daarover autonoom vergaande beslissingen te nemen. Deze autoriteit kan (nog) onvoldoende met kennis van zaken besluiten, weet dus niet wat het mobiliteitbelang is in de Randstad. Op basis van resultaten uit het verleden zijn vèrgaande besluiten veelal niet haalbaar en daar waar ze wel haalbaar zijn genereren ze niet zomaar betere oplossingen. Elke nieuwe autoriteit creëert nieuwe afstemmingproblemen. Voor een uitgebreide argumentatie verwijs ik naar mijn artikel over de Randstadprovincie in het blad Bestuurskunde medio vorig jaar. Een van de problemen van nieuwe afstemming na installatie van een Randstedelijke OV autoriteit is die tussen het (inter-) nationale mobiliteitsysteem en de Randstedelijke: hoe verhoudt zo’n autoriteit zich tot Prorail, NS, Havenbedrijf Rotterdam, NV Schiphol en zo voort en zo verder? Waar ik wèl enthousiasme voor kan opbrengen zijn de eerste twee opties: samenwerking Plus en OV Bureau. Om deze tot stand te brengen moeten er wel twee voorwaarden worden gecreëerd en dat wordt een lastige opgave. Wat zijn voorwaarden voor gezamenlijke actie? Uit de literatuur weten we dat nodig zijn: 1. Gevoel van wederzijdse afhankelijkheid: bestaat er onder OV bestuurders een gevoel dat ze van elkaar afhankelijk zijn? Mijn nulhypothese: dat gevoel ontbreekt, partijen hebben last van elkaar, maar roepen: ‘ik heb last van je, bemoei je er niet mee! 2. Als dat gevoel van wederzijdse afhankelijkheid doorbreekt is er een prikkel nodig om samen aan de slag te willen gaan. De tragiek in de Randstad is dat deze ontbreekt. Het MIT beloont concurrentiespel en niet samenwerking. De eigen politieke achterban van rijk, provincies en gemeenten gelijk belonen nulsom spelen en niet samenspelen. 3. Als aan deze voorwaarden is voldaan is het arrangement verder een fluitje van een cent. Er zijn in het buitenland mooie voorbeelden, zoals Martin de Jong al aangaf voor Bay area in USA. In Haaglanden is al mooi geëxperimenteerd met SWING. Deze moeten we niet kopiëren, maar ze kunnen ons wel inspireren. Tot zover mijn oplossing. En mijn oplossing is natuurlijk direct weer een (kip-ei) probleem. Een
vervoerautoriteit variant a en b is een fluitje van een cent, mits voldaan is aan voorwaarde 1 en 2. Aan voorwaarde 1 en 2 is niet voldaan, dus is het arrangement onmogelijk. De weg daaruit is te vinden in innovatiestudies. Ga gewoon beginnen met een arrangement, doe dat in de wetenschap dat deze na verloop van tijd wordt afgeschoten (bijvoorbeeld door politici die roepen dat dit geen integraal bestuur is; u kunt dit voorspellen), kies wel een arrangement met enige robuustheid (lees gevoel van urgentie; denk aan de afstemming lightrail en prorail en richt de samenwerking vooral op praktisch infrabeheer en overstapmogelijkheden bij de poorten van de vier grote steden en denk aan de afstemming weg, rail en bus en richt de samenwerking vooral op praktische overstapfaciliteiten bij de poorten van de Randstad). En plan nu al een traject van opstaan na elke keer dat je bent afgeschoten. Zo vinden de meeste echte innovaties plaats. Probeer ook meerdere wegen uit, zodat de kans toeneemt dat behoudzuchtigen per ongeluk vergeten een van de innovaties af te schieten, waardoor het uitgroeit tot een gedegen vernieuwing. Dit noemen we wel de strategie van variatie en selectie. Kiezen moet je niet vooraf en definitief doen. Dat is erg link bij complexe systemen. Kiezen doe je door te doen, te experimenteren, te reflecteren en te selecteren en vooraf helder te maken wat het lange termijndoel is en dat elke weg die perspectiefrijk lijkt tijdelijk afgelopen mag worden.” Aldus Geert Teisman in zijn column 'Linke Soep'.
terug naar boven ↑
Paul Bordewijk: 'De vervoersautoriteiten: een oefening in subsidiariteit.' Het onderwerp Vervoerautoriteit is ‘hot’! Zo schreef Paul Bordewijk (Publicist en adviseur) in Bestuur & Gemeente (35, nr 5/6, mei/juni: 22-25) er een artikel over onder de titel: “De vervoersautoriteiten: een oefening in subsidiariteit”. Hij schrijft: “Leidend in de discussie over de gewenste schaal in het openbaar vervoer zou het subsidiariteitsbeginsel moeten zijn dat voorschrijft dat beslissingen over collectieve voorzieningen gelegd moeten worden op het bestuursniveau dat correspondeert met het bereik van die voorziening, Legt men de beslissing op een lager niveau dan worden er suboptimale beslissingen genomen omdat niet alle relevante belangen worden meegenomen. Legt men de beslissing op een te hoog niveau, dan staat me te ver af van degene die feitelijk belang hebben van de voorziening en dat kan ook tot suboptimale beslissingen leiden.”
Paul Bordewijk Bordewijk constateert dat het hanteren van het subsidiariteitprincipe t.a.v. de weginfrastructuur redelijk goed geregeld is in Nederland met gemeentelijke wegen, provinciale wegen en rijkswegen. Maar op het gebied van het OV is het ingewikkelder. In de historie van de bestuurlijke organisatie van het OV verdwenen de drie niveaus binnen het openbaar bestuur die bij het wegbeheer nog wel aanwezig zijn. Er zijn twee niveaus overgebleven: dat van het hoofdspoornet en dat van het regionale OV. Dat laatste wordt deels aangestuurd door de provincies en deels door de stadsregio´s. Hij schetst vervolgens dat er a.g.v. deze situatie twee soorten klachten zijn: de OV autoriteiten verwaarlozen grensoverschrijdende verbindingen, dus de schaal van de huidige OV autoriteiten zou te klein zijn. De
andere klacht is dat de provincies te ver afstaan van de lokale verkeersproblematiek, dus deze provinciale schaal zou weer te groot zijn. Bordewijk concludeert: “Er is geen ideale schaal.” Overigens heeft hij heeft ook allerlei bezwaren tegen een vervoersautoriteit voor de Randstad onder andere omdat zo’n autoriteit niet is ingebed in de structuur van het openbaar bestuur en omdat die volledig afhankelijk zou zijn van rijkssubsidies. Hij bepleit een actievere rol van het Rijk, die het initiatief zou moeten nemen te komen tot een kaart van het Nederlandse railnet in 2050, die geleidelijk wordt gerealiseerd. Hij is van mening dat de concessieverlening afhankelijk van het bereik van de verbinding bij het rijk of bij de regionale autoriteiten moet liggen, die dan wel moeten samenwerken. “Grenzen zullen er altijd zijn, het gaat er om dat bestuurders bereid zijn daar overheen te kijken”. terug naar boven ↑
Agenda voor juli 2008 In de maand juli staat nog de volgende actie op het programma: z
3 juli Ambtelijke Klankbordgroep.
N.B. Op 2 juli zou de Raad van Advies van de Randstad Urgent bij elkaar komen om samen met de Minister en staatssecretaris van V en W te spreken over de Verkenning OV autoriteit. Om agendatechnische redenen is dit overleg verdaagd en zal het waarschijnlijk in augustus plaatsvinden. Nieuwsflits Verkenning OV Autoriteit nummer 8 verschijnt rond 30 juli 2008. terug naar boven ↑