nieuwsbrief
Twice a Citizen
nummer 8 Ι augustus 2013 Ι Groep Luchtmacht Reserve
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
Geachte Reservist
Dit stukje zit ik te schrijven in Nijmegen op de middag van de intocht van de Vierdaagse. Vanmorgen heeft bij het rustpunt in Cuijk de PC-LSK het detachementsvaantje uitgereikt. Deze keer niet aan het detachement van de GLR, hoewel dat wel tot de genomineerden behoorde. Ook zonder dat vaantje hebben de leden in vier erg warme dagen een prestatie geleverd waarvoor ik veel respect heb. En dat geldt zeker ook voor de collega’s die individueel hebben gelopen.
Een andere prestatie om met veel plezier op terug te kijken zijn de Luchtmachtdagen. Naast enkele mensen van de GLR die betrokken waren bij de voorbereiding en bij het Reservistenplein, was de GLR tijdens die dagen op sterkte aanwezig en had de eervolle taak om de bewaking van het publieksvak uit te voeren. Voor zover ik heb kunnen zien was (bijna) iedereen van u tevreden met de taken en de omstandigheden en was de “klant” weer zeer tevreden met de manier waarop u uw taken hebt uitgevoerd. Ook hier alle lof voor de geleverde prestatie. Hoewel ik niet graag mensen bij naam noem - je vergeet altijd iemand die zich dan niet gewaardeerd voelt – wil ik in dit geval een uitzondering maken: majoor Rob Koorevaar heeft vanaf het eerste begin de voorbereidingen voor de GLR geleid en ervoor gezorgd dat de zaken voor u optimaal waren geregeld. Met als resultaat dat verschillende mensen mij vertelden dat dit voor u de beste Luchtmachtdagen ooit waren. Bedankt Rob!
u begint dat nu ook te merken. Ons reorganisatieplan is inmiddels op alle niveaus goedgekeurd en de uitvoering is begonnen. De eerste selectiegesprekken hebben plaatsgevonden en aan een ieder van u is een brief gestuurd waarmee u uw voorkeur voor plaatsing of indeling kenbaar kunt maken. De Staf P&O en ik doen ons best om u zo goed mogelijk op uw plaats te krijgen in de nieuwe organisatie. Daarvoor is het belangrijk dat u laat weten wat u wilt.
Inmiddels zijn wij ook opgeschoten met de reorganisatie van de GLR. En
De Commandant Groep Luchtmacht Reserve luitenant-kolonel A. (Ton) van Mastrigt
Wanneer u dit leest hebben de meesten van u de zomervakantie achter de rug en zijn weer met nieuwe energie aan de slag. Energie waarvan u gelukkig een deel aan de GLR en de luchtmacht wilt geven. En die inzet van u als reservist wordt voor de luchtmacht steeds belangrijker. Niet alleen bij de hoogtepunten zoals die waarover ik net schreef, maar zeker ook voor al die reguliere inzetten die u individueel of samen met collega’s uitvoert.«
Mijmering van de redactie Op de valreep van de zomer en in de opmaat naar het laatste seizoen opnieuw een ‘verse’ nieuwsbrief. Ook deze editie van Twice a Citizen is door de verschillende veldredacteuren en de redactie weer met plezier gemaakt. Inmiddels is de verzending van de nieuwsbrief van de Groep Luchtmacht Reserve (GLR) weer volledig op orde. Sinds de overgang van ‘papier’ naar ‘digitaal’ werd de verzending naar omvang beperkt. Nu de huidige nieuwsbrief ‘volwassen’ is geworden, kan en mag hij breed in de etalage. Kregen eerst
enkel reservisten een digitale versie, ondertussen krijgen dus ook ‘derden’ een exemplaar. Denk bijvoorbeeld aan de Luchtmachtraad, de onderdeelscommandanten, luchtmachtvoorlichters, KL, KMar et cetera. Een goede zaak menen wij. De GLR mag - zoals gezegd - prominent voor het voetlicht komen. Ook is de redactie van Twice onlangs begonnen met het bijwerken van de intranetsite van de GLR. Verlopen informatie is inmiddels verwijderd en nieuwe wetenswaardigheden werden en worden toegevoegd. De intranetsite moet een
up-to-date status krijgen. Ook hier dient de GLR goed in de spreekwoordelijke schijnwerpers te komen. In samenwerking en overleg met de Staf GLR wordt een en ander verder ingevuld. Terug naar deze nieuwsbrief. De voorliggende Twice staat weer boordevol info van en rond de velden. Opnieuw lezenswaardig en interessant, denken wij. En nog steeds van en voor reservisten. Luitenant Cor Spek Hoofdredacteur (digitale) Twice a Citizen
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
Defensie richt reservistenbureau op Defensie richt op hoog niveau een projectbureau Reservisten op. Minister Jeanine HennisPlasschaert heeft dat op 14 augustus j.l. aan de Tweede Kamer geschreven. Het bureau, dat bestaat uit reservisten en beroepsmilitairen, geeft een impuls aan de uitwerking van het toekomstige reservistenbeleid. Ook kondigt de minister samenwerking met universiteiten aan om nieuwe reserve-officieren op te leiden. Hennis hoopt dat reservisten hierdoor nog meer een integraal onderdeel worden van de Defensieorganisatie. Reservisten kunnen piekbelasting opvangen en ervoor zorgen dat er voldoende mensen zijn om langdurige operaties voort te zetten. Bovendien versterken ze de band van het leger met de samenleving. Zij ziet de reservist als ideale ambassadeur voor de krijgsmacht.
Deskundig Reservisten zijn burgers, merendeels met een civiele baan, die ervoor kiezen zich als parttimer in te zetten voor de krijgsmacht. Het grootste deel van het reservistenbestand is bestemd voor nationale operaties, maar reservisten worden steeds vaker ingezet in internationaal verband en voor specialistische taken die buiten de specifieke deskundigheid van de beroepsmilitair vallen. Dit was zichtbaar bij de operaties in Bosnië, Irak en Afghanistan.
Symposium Hoe het toekomstige reservistenbeleid eruit gaat zien, staat nog niet vast. De minister doet daarom een beroep op alle belanghebbenden om mee te denken. Het betreft onder meer de reservisten zelf, werkgevers, vakcentrales, andere overheden en politieke partijen. In november is een groot reservistensymposium om het toekomstige beleid te bespreken.
Aantrekkelijk De minister kondigde eind mei al een aantal plannen aan om de inzet van reservisten te versterken. Zo wil Defensie de meerwaarde van de reservist beter voor het voetlicht brengen. Het moet iemands kansen op de arbeidsmarkt bijvoorbeeld vergroten. Hiermee wordt het voor werkgevers aantrekkelijk om werknemers, die tevens reservist zijn, in dienst te nemen.«
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
Bob in Bosnië (part two) ‘Op het moment van schrijven ben ik ruim twee maanden terug van mijn uitzending naar Bosnië-Herzegovina voor een EUFOR/ALTHEA-missie. Nederland heeft in deze missie een non-executive mandaat en het NLD contingent bestaat uit drie militairen. ‘In de missie was het aan een stuk door super dobro. Wij hebben een missie gedraaid van zes maanden en die tijd is omgevlogen. De Engelsen zeggen dat zo mooi: Time flies when you are having fun. Door een uitgekiende combinatie van interessant werk in een leuke werkomgeving met gezellige (internationale) collega’s in een mooi land en de mogelijkheden om zelf aan het een en ander invulling te geven is mijn verblijf in Bosnië fantastisch geweest. Terugblik Met zo’n tour of duty een paar maanden achter je is het een mooi moment om terug te kijken op het verblijf in het missiegebied en op het missieleven. En dat is een goed leven geweest. Heel anders dan thuis, de enige waar je echt rekening mee moest houden was met jezelf. De was kon je ’s morgens naar de wasserij brengen en die was dan ’s avonds gewassen en gevouwen en klaar om weer in de kast gelegd te worden. Eten (in grote hoeveelheden en een ruime keuze) stond klaar zodra je de Dining Facility (DFAC) binnenliep. En dan was de vraag “wat moet ik aan vandaag” ook nog eens gemakkelijk te beantwoorden… Doe maar iets met een camouflageprintje! Heerlijk! Contacten Een belangrijke steunpilaar om het een half jaar vol te houden is, naast het werk, de mensen en de omgeving, vooral het contact met het thuisfront. Allereerst natuurlijk het contact met mijn vrouw en kinderen. De moderne communicatiemiddelen stellen je in staat om regelmatig contact te hebben zodat het
leven thuis niet volledig aan je voorbij gaat. Via twitter, bloggen en e-mail is het onderhouden van het contact een fluitje van een cent. Op de legeringkamer en op mijn werkplek had ik alle gemakken van de (draadloze) communicatiemiddelen tot mijn beschikking. Een mobiele telefoonverbinding voor als het nodig was, een militaire waarmee ik numers van het Militaire Dienst Telefonie Netwerk (MDTN) kon bellen en internet. Het allerbelangrijkste was natuurlijk het directe persoonlijke contact. Het leuke aan deze missie was ook dat bezoek gewoon langs kon komen omdat in Bosnië een redelijke Safe and Secure Environment (SASE) gegarandeerd kan worden. Ik heb het tijdens mijn verblijf daar dan ook erg gewaardeerd dat familie en vrienden/ collega’s even een weekendje op bezoek kwamen. Het bood een unieke gelegenheid om de echte plaatjes bij het verhaal te laten zien en bij hen een onuitwisbare
indruk achter te laten. Gedurende mijn uitzending heb ik op de compound van de multinationale missie veel nieuwe mensen leren kennen. Voor zolang het duurt ga je vriendschappelijk met elkaar om. Maar afspraken over contact houden werden echter niet gemaakt omdat die in de praktijk moeilijk te handhaven zijn. Wel hebben wij ons door een flink aantal afscheidsfeestjes en –borrels heen moeten slaan. En dan begrijp je de volgende morgen heel goed waarom ze zeggen dat afscheid nemen pijn doet… Door alle opgedane kennis en de mensen die ik heb ontmoet is het een hele mooie, maar zeker ook intensieve tijd geweest waar ik met heel veel plezier op terugkijk.’ « Majoor Bob Ent (601 Squadron)
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
Beëdiging Bij een ceremonie en beëdiging leggen de betreffende militairen en burgers de eed of belofte af. Deze foto’s zijn van een beëdiging van dertig militairen en burgers op Vliegbasis Leeuwarden. Luitenant Yvonne van der Heeft (Staf GLR) opereerde voor de eerste maal als commandant Vaandelwacht, een taak die normaliter door kapitein Frank Rozeboom (604 Squadron) werd gedaan. Deze was als reserve aanwezig en werd ook ingezet doordat één van de leden uitviel.«
(Foto’s AVDD)
Twice a Citizen Tijdens de Luchtmachtdagen 2013 op Vliegbasis Volkel was sergeant-I Dave van Woesik belast met een zogenaamde “sociale patrouille.” Binnen het publieksvak was hij bezig geïnteresseerden te werven en maakte hij de reservisten en hun taken meer bekend. Op het Reservistenplein stond een grote tent waarin alle reservisten van de krijgsmachtdelen KLu, KL, KMar en KM vertegenwoordigd waren. De bedoeling was zoveel mogelijk collectief het publiek in aanraking te laten komen met het werk van de reservist. In de tent konden belangstellenden bij de specifieke stands inlichtingen verkrijgen over aanname-eisen, aanmeldingsprocedure, indiensttreding en opleidingen.
Van Woesik: ‘Met mijn speciaal door het KPU-bedrijf vervaardigde uniform probeerde ik de mensen te prikkelen door hen gerichte vragen te stellen. En met succes! Ik had aan reacties geen gebrek. Mijn outfit bestond uit een woodland uniform en een zwart kostuum, mijn dagelijks werkkleding als manager. Dit geheel symboliseerde dat ik letterlijk met één been binnen Defensie sta en met het andere been in het bedrijfsleven. Of zoals Sir Winston Churchill eerder zei: “The reservist is twice a citizen!” Met deze outfit kwam ook de slogan “Reservist: een boeiende baan naast je werk” mooi tot uiting.’«
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
Uitzending ATF-22, Masar-E-Sharif ‘Mij is gevraagd iets te schrijven over mijn uitzending naar Masar-E-Sharif (MeS) met ATF-22. Natuurlijk vind ik dat leuk. Ik heb een supertijd gehad, waarover ik zeer enthousiast ben.
Ik kwam na een vlucht van zeven uur in de nacht van 8 januari op MeS aan. Bij aankomst wachtte een legeringstent. De ATF-groep die werd afgelost verbleef namelijk nog in het legeringsgebouw. In de legeringstent stonden stapelbedden, was er geen privacy en in ons geval een modderige, natte vloer omdat de weersomstandigheden in die tijd van het jaar lijken op de Nederlandse: vorst, sneeuw en nat. Na de veiligheidsbriefing moesten wij nog een uur of wat wachten voor de uitgifte van de wapens en andere spullen. Vanaf dat moment liep je altijd gewapend rond, tenzij je ging sporten. Dat was even wennen. Na ongeveer een week verhuisden wij naar het legeringsgebouw, een gebouw van twee etages hoog dat rondom beschermd werd door pantserstaal. De kamers leken op zeecontainers. Ik deelde die met mijn GLR-kamergenoot René. De kamer was weliswaar erg klein, maar uitgerust met airco en verwarming. Als je goede afspraken maakte met je kamergenoot was het prima uit te houden. Afspraken waren uitermate belangrijk omdat je toch 4,5 maand op elkaars lip
zit en iedereen wel eens één op één met zijn vrouw, kinderen of familie wilde praten. In de Lion’s Rock (de huiskamer) werden allerlei activiteiten georganiseerd, zoals de wereldberoemde bingo, tafelvoetbaltoernooien en filmavonden. Ook de thuisfrontdagen werden van hieruit georganiseerd.. Modder Hoe zag het leven er op MeS uit? Samengevat: elf nationaliteiten, twee MFR’s, twee sportlokaliteiten, 12 uurdiensten (in mijn geval) en een Mid Term feest, waar “zaagmans” de uitzending doormidden kwam zagen. Opvallend was de weersverandering. Vroor het bij aankomst, het weer veranderde gestaag naar uitermate zonnig met temperaturen van ongeveer 42 graden. Dat was minder erg dan het klinkt: door de droge lucht was het niet benauwd. Op MeS bewaakte de OGRV drie locaties: de Dutch Mountain, de plaats waar het detachement sliep en zijn vrije tijd doorbracht, de LOG/OPS area (tactische en logistieke gedeelte van het detachement)
en de opstelplaats van de vliegtuigen. Drie weken voor het eind van onze missie woedde er een verschrikkelijk noodweer, waarbij de regen overlast gaf, maar waar het water uit de bergen vlak achter de basis voor een watersnood zorgde. Alles werd nat en kwam onder een dikke laag modder die voor de mensen in de dorpjes rond de basis ronduit een ramp was: 30.000 mensen raakten dakloos, vier dorpen spoelden weg en 26 mensen verdronken. Verbondenheid De sterke verbondenheid die je met de meeste mensen van de ATF ontwikkelde maakte het meeste indruk op mij. Aan het eind van de uitzending kende je werkelijk iedereen. Iedereen had wel eens een “knakmomentje” en het was mooi en vanzelfsprekend dat je elkaar er doorheen hielp. Wij hadden het geluk deel uit te maken van een topclub van de OGRV die ons volledig accepteerde. Dit maakte dat de tijd zoveel sneller ging. Ik ben die mannen dan ook ontzettend dankbaar. Dit geldt ook voor mijn GLRcollega’s Jeroen, Herman en René.« Korporaal-I Hans Zwanenburg (604 Squadron – 2e Peloton)
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
600 Squadron - Nieuw Milligen
Nieuws van de velden Voor aanvang van de tweede JOP/MBV dag van 600 Squadron, op 25 mei jongstleden, ontving korporaal-I BertJan Disberg, assistent-instructeur bij Instructievlucht 600 Squadron, de Medaille voor Langdurige, Eerlijke en Trouwe Dienst in brons.
Voor het front van de aanwezigen ontving hij de versierselen van de TrouweDienstmedaille met de bijbehorende oorkonde uit handen van de commandant Instructievlucht 600 Squadron, eerste luitenant Erik Nieuwenhuizen.«
Op 12 juli jongstleden vierde majoor Wim Lutgert (links), weliswaar als burgermedewerker in het SBK, toch zijn 25-jarig ambtsjubileum bij het ministerie van Defensie. Vanwege de vakanties ontving Lutgert al op 1 juli, na afloop van de herdenkingsplechtigheid op de voormalige vliegbasis Soesterberg waarbij hij voor het eerst optrad als reserve paradecommandant, de bij dit jubileum behorende oorkonde uit handen van zijn voormalige chef bij de Sectie Luchtmacht Historie Staf BDL en collega-reservist, luitenantkolonel Rolf de Winter.«
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
601 Squadron - Volkel
Nieuws van de velden Operatie Chinook Down Plotseling kwam een melding binnen dat een Chinook met motorstoring een noodlanding moest maken op Vliegbasis Volkel. De heli kon vanwege de aard van de storing alleen maar landen op het Mariniersplein.
groepscommandant kreeg zijn opdracht en consignes die hij meedeelde aan zijn bewakingsgroep. De pelotonssergeant zorgde voor materiaal, eten en drinken. De radioman kreeg zijn instructies en wist wat te doen. Sommige “onverlaten” probeerden zich inmiddels toegang te verschaffen tot de basis. Door het alerte reageren van het beveiligingspersoneel konden deze met assistentie van het Initieel Reactie Team (IRT) aangehouden worden en overgedragen aan de Koninklijke Marechaussee (KMar).
Ogenblikkelijk werd door 601 Squadron een beveiligingsplan gemaakt en werd met de groepscommandanten het plan doorgenomen. Allereerst moest het Mariniersplein afgezet worden met één toegangscontrolepost (tcp) door middel van een rondombeveiliging. Binnen die beveiligingszone zou het plein met concertinas beveiligd worden, waarbij een tweede tcp aan de andere kant moest komen. Zo kon er niet in één rechte lijn naar de Chinook gelopen of gereden worden. De taken werden verdeeld en iedere
Plotseling dook bij tcp1 een monteur op. De monteur kwam met een bedrijfswagentje aan, stelde zich netjes voor, liet een ID zien en vertelde wat er moest gebeuren. Toen de monteur gevraagd werd zijn werkopdracht te laten zien, bleek deze vergeten te zijn. Vervolgens werd nagegaan wie hem deze opdracht had gegeven. De naam van majoor R. Koorevaar werd genoemd. De majoor in kwestie werd gebeld en bleek van niets te weten. Wel gaf hij de opdracht de persoon aan te houden. Onwel Aan het einde van de dag vond een ander incident plaats. Een auto, die met behoorlijke snelheid kwam aanrijden, leek de tcp of zelfs de Chinook te willen rammen. Het voertuig, met daarin twee mannen, flitste door de eerste tcp en reed zich vast in de tweede beveiligingslinie van concertinas. De bewaking regeerde direct en zeer accuraat volgens de voorgeschreven consignes. Toen de zaak onder controle was, bleek dat de bestuurder onwel was geworden en - met zijn voet op het gaspedaal - de
macht over het stuur was verloren. De twee inzittenden bleken bewusteloos. Het IRT was snel ter plaatse en er werd al eerste hulp verleend. Via de MGD kwam een ambulance ter plaatse. De stand-by groep werd ingezet om beide tcp’s te versterken en voor begeleiding van de ambulance te zorgen. Oefening Dit scenario was onderdeel van de oefening Mod 5/8. Bevelsvoering, bevelsuitgifte, communicatie, verplaatsen, TCP controle, IRT, EHBO, radioprocedure, aanhoudingstechnieken, aanspreken van personen, overdracht verdachten, reactievermogen, patrouillegang en autorijden, het zat allemaal verwerkt in een realistisch draaiboek. Zo kon een duidelijk(er) beeld ontstaan hoe groot de kennis van de diverse onderwerpen was en wat nog verbeterd moest worden. «
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
Uit de oude doos… Een paar foto’s uit de oude doos en wel de oprichting van de Groep Luchtmacht Reserve (GLR) op 20 november 2004 op Vliegbasis Eindhoven. Generaal-majoor H. (Hans) de Jong droeg op 20 november 2004 het commando op aan luitenant-kolonel P. (Peer) Dekkers. Op de foto’s zijn (onder meer) waar te nemen luchtmachtadjudant Piet van der Sloot en majoor Ron Peereboom (†).«
MC aan het woord... Zoals de meesten van u van een welverdiende vakantie hebben genoten, is er ook een periode van rust aangebroken voor de MC GLR. In ons geval was er storm voor de stilte. Voor de vakantieperiode werd op verschillende gebieden namelijk nog wel een aantal belangrijke stappen gezet. In dit bericht kort aandacht hiervoor. Reorganisatie De MC heeft ingestemd met het voorlopig reorganisatieplan. Nu er instemming is van de MC, de bonden en CLSK gaat het proces verder. De eerste stappen heeft u inmiddels ook kunnen zien. Allereerst werden vacatures gepubliceerd voor de nieuw op te richten Integrale Planning Cell (IPC), te vergelijken met het voormalige Bureau Operaties. Daarnaast kreeg u een brief over de belangstellingsregistratie. Hierin stond dat uw functie is vervallen. Dit geldt voor alle reservisten. U kunt uw belangstelling kenbaar maken voor een andere functie en in sommige gevallen (ook) voor uw vorige functie. Dat laatste geldt
met name voor RSD’ers en korporaals bewaking. De MC heeft vernomen dat het vervallen van de functie voor een aantal van u nogal rauw op het dak is gevallen. De commandant heeft in gesprekken met de MC altijd aangegeven dat in de nieuwe organisatie plaats is voor alle huidige reservisten. Een belangrijk uitgangspunt dat nog steeds van kracht is. De volgende stappen zijn de brief die u over de (voorgenomen) plaatsing. Daarna volgt een functietoewijzing. Zoals in de brief over de belangstellingsregistratie is aangegeven, zou u kunnen solliciteren naar één van de specifieke functies. In dat geval gaat aan de plaatsing een sollicitatieprocedure vooraf. De MC begrijpt dat de reorganisatie zeer belangrijk is voor alle reservisten. Mochten er vragen of opmerkingen zijn, benader dan uw MC-lid. JOP De MC heeft de commandant gevraagd naar het JOP programma 2014 en de
planning hiervan. Dit opdat u tijdig geïnformeerd zult worden over de data van de trainingsmomenten. Currency Op voorstel van de Commandant GLR is de geldigheidsduur van de currency vereenvoudigd. De MC is akkoord gegaan met dit voorstel: Als iemand in het jaar T zijn JOP volgt, dan is deze geldig tot en met het gehele jaar T +1. Dus wie dit jaar het JOP voltooid, is tot en met eind 2014 current. De MC GLR stelde als voorwaarde dat het JOP niet “opgerekt” zou worden naar twee jaar en de GLR zich daarmee houdt aan de geldende Defensieregelgeving. MC GLR 2014 MC-leden hebben een zittingstermijn van vier jaar. Na deze periode zullen nieuwe verkiezingen worden gehouden. Voor de MC GLR geldt dat deze in 2014 zullen worden georganiseerd.«
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
Luchtmachtdagen 2013 De Koninklijke Luchtmacht viert 100 jaar militaire luchtvaart in Nederland. Een hoogtepunt in dat jubileumjaar vormden de Luchtmachtdagen op Vliegbasis Volkel. In de 100 jaar dat het luchtwapen vanuit Nederland actief is, heeft het zijn nut en waarde continu bewezen. Of het nu de inzet was tijdens de treinkaping bij De Punt in 1977, het conflict op de Balkan in de jaren ’90, humanitaire hulp aan Haïti in 2010, de ISAFmissie boven Afghanistan, het blussen van branden met helikopters of de nimmer aflatende bewaking en bescherming van het Nederlandse luchtruim. Het personeel van de Koninklijke Luchtmacht zet zich in voor de veiligheid van Nederland en alle Nederlanders en draagt bij aan de stabiliteit waar ook ter wereld. Maar liefst 220.000 bezoekers maakten tijdens de Luchtmachtdagen kennis met de luchtmacht en het personeel dat al deze inzet mogelijk maakt. Tot die laatste categorie behoort ook de Groep Luchtmacht Reserve (GLR). Ook binnen de organisatie van de Luchtmachtdagen is de GLR een belangrijke schakel geworden. Op Volkel hadden de collega’s de bewaking op zich genomen van het publieksvak. Een belangrijke taak die goed was geregeld. Op deze pagina’s een beeldverslag van twee prachtige dagen. De Luchtmachtdagen 2014 zijn op 20 en 21 juni op Vliegbasis Gilze-Rijen.«
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
RESERVIST in BEDRIJF… baanbrekend! Nieuwsgiering geworden door bovenstaande slogan, verzamelden zich onlangs ruim 150 werkgevers op Vliegbasis Volkel. Daags voorafgaande aan de groots opgezette Luchtmachtdagen organiseerde het ServiceCentrum Employer Support Reservisten, samen met de luchtmacht, deze bijeenkomst. Het doel was duidelijk: werkgevers, al of niet met één of meer reservisten in dienst, moesten weten dat een reservist geen last is voor het bedrijf, maar juist meerwaarde biedt! Onder het dagvoorzitterschap van generaal-majoor b.d. Henny Melker kwamen drie sprekers aan het woord: Peter Sakkers van Transport en Logistiek Nederland, de Inspecteur Reservepersoneel Krijgsmacht generaal-majoor Bart Hoitink en Raymond Knops, lid van de CDA Tweede Kamerfractie en Defensiespreker voor die partij. Sakkers benaderde het thema vanuit het perspectief van het bedrijfsleven. Hij zag vooral meerwaarde in de koppeling van uitstromend beroepspersoneel met de reservist. Door de vergrijzing ontstaat er in de toekomst een tekort op de arbeidsmarkt. Dat opent mogelijkheden voor bedrijven en Defensie om medewerkers ‘samen te delen.’
(Vlnr:) Ronald Knops (CDA Defensiewoordvoerder), generaal-majoor Bart Hoitink (Inspecteur Reservepersoneel Krijgsmacht) en Peter Sakkers (Transport en Logistiek Nederland).
Druk Juist dit element stond volgens Hoitink centraal in de uitwerking van de Visie op het reservistenbeleid, die de minister van Defensie op 29 mei naar de Kamer stuurde. In zijn betoog benadrukte Hoitink dat uitbreiding van het reservistenbeleid absoluut niet bedoeld is als een goedkope vervanging van beroepspersoneel. ‘De bezuiniging op de organisatie door de inkrimping van het fulltimepersoneel is al ingeboekt. Met reservisten kunnen wij de druk op de organisatie verkleinen en toch het voortzettingsvermogen zeker stellen.’ Alsof het zo was gepland, vergaderde diezelfde middag de Vaste Kamercommissie Defensie (VCD) met de minister onder andere over dit onderwerp. Knops moest dan ook direct na afloop naar Den Haag. Maar voor zijn vertrek kon hij de werkgevers nog meegeven dat veiligheid geen zaak is van de politiek en de krijgsmacht alleen. Ook de samenleving heeft hierin een verantwoordelijkheid. ‘Er zijn maar weinig dossiers in de Kamer, waarover de fracties het helemaal eens zijn,’ aldus Knops. ‘Het reservistenbeleid is daar waarschijnlijk de belangrijkste van!’ Ludiek De leerzame forumdiscussie werd op ludieke wijze afgesloten. Zonder dat het publiek, maar ook de sprekers dat vooraf wisten, daagde een schilder de
dagvoorzitter uit, door tóch nog een vraag te willen stellen. Hij kreeg de kans niet en werd behoorlijk vervelend. Twee ‘toevallig’ aanwezige GLR-bewakers wisten de amokmaker - volgens de geweldsinstructie – snel te overmeesteren. Twee reservisten van de Koninklijke Marechaussee, namen de arrestant over en voerde hem met gillende sirenes af.«
De ”lastige” schilder werd snel door de aanwezige reservisten overmeesterd. (Foto’s SC ESR)
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
GLR bij eeuwfeest luchtmacht Op 1 juli jongstleden vond bij het monument “voor de gevallen kameraden” (het oudste luchtmachtmonument van Nederland) op de voormalige vliegbasis Soesterberg de officiële viering plaats van de 100e verjaardag van de Koninklijke Luchtmacht. Nadat de civiele en militaire autoriteiten, veteranen, postactieven, een delegatie van de inwoners van Soesterberg, vertegenwoordigers van de Koninkljke Vereniging “Onze Luchtmacht” en deputaties van de onderdelen hun plaats hadden ingenomen en het vaandel was ingetreden volgde de toespraak van de Commandant Luchtstrijdkrachten, luitenant-generaal A. Schnitger. In zijn toespraak richtte de CLSK eerst het woord tot de naaste familie en vrienden van de luchtmachtcollega’s die in 2012 waren overleden. Hij stelde hun komst naar Soesterberg zeer op prijs om gezamenlijk met de andere aanwezigen hun dierbaren te herdenken. Vervolgens beschreef de generaal in vogelvlucht het allereerste begin van het Nederlandse luchtwapen dat op die dag precies een eeuw bestond, evenals de belangrijke rol die de Bakermat Soesterberg daarin speelde. Wat het heden betreft stelde de CLSK dat het luchtwapen een essentieel en relevant onderdeel van de Nederlandse krijgsmacht is dat aan de nationale en internationale ambities op het gebied van vrede en veiligheid vorm kan geven en ook daadwerkelijk geeft. Voor de luchtmacht zag de generaal, ondanks
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
de (extra) bezuinigingen en reorganisaties, ook in de toekomst perspectief. Het belangrijkste ‘kapitaal’ daarbij is het personeel dat, volgens de CLSK, de professionaliteit, de flexibiliteit en het doorzettingsvermogen in huis heeft om de naderende grote uitdagingen aan te gaan.
Missing man Na een overdenking van het hoofd Geestelijke Verzorging, dominee Jan Tom Schneider, en het gebed van dominee Ids Smedema werd één minuut stilte in acht genomen. De plechtigheid werd afgesloten met het “Wilhelmus” en het overvliegen van vier F-16’s in de missing man formatie. Daarna volgde het defilé langs het monument waarbij de nabestaanden in de gelegenheid werden gesteld om bloemen te leggen. Aan deze stijlvolle gebeurtenis leverde de GLR traditioneel een belangrijke bijdrage. Behalve de geheel uit luchtmachtreser-
visten bestaande vlaggenwacht, kransdragers, monumentwacht en vaandelwacht, onder commando van kapitein Frank Rozeboom, traden de majoors Fred Hage en Wim Lutgert respectievelijk op als paradecommandant en reserve paradecommandant. Eerste luitenant Yvonne van der Heeft gaf tekst en uitleg over de plechtigheid en de PC-GLR, majoor Rens Pater evenals de chef-staf GLR, majoor Tim Bentvelzen maakten deel uit van de GLR-deputatie.«
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
CIOR Employer Support Symposium Ook internationaal wordt Employer Support een steeds belangrijker onderwerp voor reservisten. Dat bleek 1 augustus jl. duidelijk tijdens het CIOR Employer Support Symposium in het Tsjechische Brno. Daar werd tijdens de International Conference on Employer Support for the Reserves in een kleiner verband nog over doorgepraat. Eén ding kwam prominent naar voren: veiligheid is niet de verantwoordelijkheid van de krijgsmacht alleen, ook de samenleving, alsook de werkgever, moet daar een rol in spelen.
Jaarlijks komen de verantwoordelijke leiders van NAVO landen bijeen voor het Summer Congress van het NATO Reserve Forces Committee (NRFC). Zij doen dat gelijktijdig en op dezelfde locatie als de bijeenkomst van de Interallied Confederation of Reserve Officers (CIOR). Alle onderwerpen rond het reservistenbeleid komen hier aan de orde. Dit jaar stond het congres voor een groot deel in het teken van Employer Support. Voorsprong Tijdens de opening van het symposium benadrukte de Tsjechische NAVO ambassadeur, Jiří Šedivý, dat de NAVO niet een standaardisatie van de reservist nastreeft. Hij concludeerde wel dat het wereldwijd makkelijker is de reservist te overtuigen dan de werkgever. Volgens de ambassadeur ‘brengt een medewerker met een actieve militaire achtergrond het bedrijf op voorsprong.’ Dit werd nog eens onderstreept door twee
Franse werkgevers, de CEO van Sogiti (CAP Gemini) Luc-François Salvador en Frédéric Bouffard, Hoofd Risico Management van de Franse oliegigant Elf. Naast de discussie over de verantwoordelijkheid voor de wereldveiligheid blijkt ook het hebben van wetgeving voor bescherming van reservisten op de arbeidsmarkt een issue te zijn. De Verenigde Staten kennen de Uniformed Services Employment and Reemployment Rights Act (USERRA). Andere landen zoals Canada, het Verenigd Koninkrijk en Australië hebben ook dergelijke wetgeving, maar passen deze zelden tot nooit toe. De voorzitter van de Amerikaanse Reserve Officers Association (ROA), major-general (retired) Andrew Davis, legde uit dat met de USERRA in de hand reservisten niet mogen worden gediscrimineerd bij interne of externe sollicitaties en dat de werkgever verplicht is hem of haar terug te nemen na operationele inzet,
Receptie van het Tsjechische Ministerie van Defensie in het Spilberk Kasteel in Brno.
Deel Nederlandse delegatie. Vlnr: kolonel Dick Scherjon (projectleider Studie Reservistenbeleid), Marcel van Houten (beleidsadviseur DDAOG/IRP), generaal-majoor Bart Hoitink (DDAOG/Inspecteur Reservepersoneel Krijgsmacht) en luitenant-kolonel Gert Dijk (voorzitter KVNRO). (Foto’s ES SCR) tot maximaal vijf jaar. Duidelijk was dat deze wetgeving lang niet altijd positief werkt. ‘Werkgevers zijn niet dom’, aldus Davis, ‘Afwijzen voor een functie kan natuurlijk ook op andere formele gronden.’ De algemene mening tijdens het symposium was dat niet de wetgeving doorslaggevend is, maar juist het overtuigen van de werkgever dat reservisten een grote meerwaarde vormen een belangrijke factor is. Afdwingen van beslissingen verbetert de werksfeer nooit. «
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
300 pagina’s over eeuw militaire luchtvaart Bijna drie weken voordat de luchtmacht haar officiële verjaardag vierde en daags voor de luchtmachtdagen, was het voor de luchtmacht toch al een feestelijke dag. De directeur van het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH) Piet Kamphuis maakte bij de boekpresentatie op 11 juni duidelijk waarom. Hij kenschetste de Koninklijke Luchtmacht als een bijna honderdjarige, maar vitale grijsaard. ‘En dan moet je niet te lang wachten met een cadeautje, dus daarom vieren we nu al een feestje.’ Luchtmachthistoricus en auteur Rolf de Winter presenteerde die dag zijn boek over een eeuw militaire luchtvaart in Nederland aan de C-LSK, luitenantgeneraal S. (Sander) Schnitger. Een weliswaar dik boek, maar toch minder veelomvattend dan bij de vorige jubilea. Een duidelijke keuze, want volgens uitgever Boom die het boek op de markt brengt, is dat tegenwoordig ‘too much’. Dat betekent dus keuzes maken. De Winter geeft duidelijk aan dat dit boek alleen over de Nederlandse en niet over de twee andere militaire vliegdiensten gaat die het koninkrijk kende. Van de Marine Luchtvaartdienst en de Militaire Luchtvaart van het Koninklijk Nederlands Indisch Leger zijn de geschiedenissen gelukkig al in belangrijke mate geboekstaafd. Maar dan nog. ‘Kill your darlings blijft noodzakelijk’, geeft de Winter aan. ‘Je moet zorgen voor een evenwichtig beeld van een eeuw. Helaas maak je dan toch steeds weer keuzes uit materiaal dat je eigenlijk allemaal wilt gebruiken. Daar ontkom je niet aan.’ Filmpjes Ruim een jaar was De Winter bezig met archiefwerk, scheiden van kaf en koren, checken en re-checken en schrijven aan een wetenschappelijk verantwoord boek. ‘Leuk? Natuurlijk! Je werkt er veel meer aan dan veertig uur per week, maar door dat plezier heb je voldoende peut om door te gaan. Als historicus is dit
mijn ding. Het blijft een boek, maar de toevoeging van filmpjes via Layer is echt een verrijking. Van sommige situaties is geen goed fotomateriaal, maar wel filmbeeld. Daar was vroeger niets mee te doen, maar nu is dat ook te gebruiken en versterkt het je verhaal. Bovendien spreekt dat ook juist de jonge generatie aan.’
Luitenant-kolonel Rolf de Winter maakt als reservist deel uit van de Groep Luchtmacht Reserve, 600 Squadron, RSD poule.«
(Bron: Vliegende Hollander – Foto KLu)
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
All-ranks Battle Field Tour Ieper op vrijdag 11 oktober 2013 Onlangs is aan al het personeel van de GLR een uitnodiging gestuurd om deel te nemen aan de all-ranks Battle Field Tour (BFT) op vrijdag 11 oktober 2013. Die dag bezoeken wij de slagvelden uit de Eerste Wereldoorlog rond de Belgische stad Ieper. Deze BFT is niet alleen bedoeld om de deelnemers kennis te laten nemen van de verschrikkingen van een oorlog. Het is ook ter ondersteuning van de saamhorigheid binnen de GLR.
mee wil. Dat mag meer! Dus dames, waar blijven jullie?
Tot nu toe hebben zich 35 collega’s aangemeld. Het is de organisatie opgevallen dat één vrouwelijke GLR-collega
Graag tot ziens op 11 oktober in de bus naar Ieper.«
Het maximum aantal deelnemers is 44. De deadline voor de inschrijving is 1 september aanstaande. Als het maximum wordt overschreden dan wordt degene die zich alsnog aanmeldt op een reservelijst geplaatst.
Ieper Menenpoort
Wees er snel bij.
Mensen & Mutaties In dienst Geen
Uit dienst Luitenant-kolonel Geerdes, Ruud
600 Squadron RSD
1-06-2013
Adjudant Haas, Theo de
604 Squadron
1-06-2013
Sergeant-I Carels, Johannes
603 Squadron
1-06-2013
Korporaal-I Vliet, Jannie van
600 Squadron RSD
1-06-2013
Korporaal-I Risah, Léonie
604 Squadron
1-07-2013
Korporaal-I Sanden, Jan van der
602 Squadron
1-07-2013
Bron: GLR Mutaties zijn verwerkt tot en met 15-08-2013. Aan bovenvermelde opstelling kunnen geen rechten worden ontleend.
Aanmelding via de mail naar majoor drs. Wim Lutgert op
[email protected].
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
Vliegend Verleden In het verleden werd in deze rubriek niet alleen aandacht besteed aan de levensloop van vooraanstaande personen uit de geschiedenis van de Nederlandse militaire luchtvaart maar ook aan de geschiedenis van vliegvelden, onderdelen en dergelijke. In de vorige drie afleveringen stonden twee voorlopers van de Groep Luchtmacht Reserve centraal, het Vrijwillig Landstormkorps Luchtwachtdienst (VLSK-Lwd) en het Vrijwillig Landstormkorps Luchtafweerdienst (VLSK-Lad). In deze aflevering wordt aandacht aan een andere voorloper van de GLR, het Korps Luchtwachtdienst (KLD). Kort na de capitulatie van de Nederlandse strijdkrachten in 1940 waren het VLSK-Lwd en het VLSK-Lad op last van de Het embleem van het Duitse bezetter Korps Luchtwachtopgeheven. In dienst 1948 werd de draad althans wat de luchtwachtdienst betreft weer opgepakt toen, op papier, het Korps Luchtwachtdienst (KLD) in de organisatie van de Luchtstrijdkrachten (LSK) werd opgenomen. De formele oprichting van het KLD vond echter pas op 1 mei 1950 plaats. Tot eerste commandant werd kolonel J.J. Sissingh benoemd. De taak die het KLD, dat organisatorisch onder het Commando Luchtverdediging (CLV) werd geplaatst, kreeg toebedeeld was het signaleren, melden en blijven volgen van vijandelijke (Sovjetrussische) vliegtuigen die het Nederlandse luchtruim op
Een toren van het KLD met raatbouwconstructie.
lage hoogte binnenvlogen. Dat was in die tijd, de Koude Oorlog was net begonnen, nodig omdat de destijds bestaande radartechniek nog niet effectief kon worden ingezet tegen laagoverkomende vliegtuigen. Om die leemte op te vullen moest het KLD het Nederlandse luchtruim tot 5.000 voet (circa 1650 meter) gaan bewaken. Opzet Om het luchtruim goed te kunnen bewaken werd ons land verdeeld in acht sectoren met de naam luchtwachtgroepen. Deze groepen waren gevestigd in Deventer, Amersfoort, Breda, Alkmaar, Rotterdam, Leeuwarden, Groningen en Breda. Elke groep bestond uit 26 tot 41 luchtwachtposten en een luchtwachtcentrum. Uiteindelijk moesten er 276 posten komen, een aantal dat in 1955 daadwerkelijk werd bereikt. Er bestonden twee soorten luchtwachtposten. Enerzijds waren er de posten op de vreemdsoortige raatbouwtorens (138), ontworpen en geconstrueerd onder toezicht van het Centraal Bouwbureau van de Genie. Boven op de toren was een observatieplatform geplaatst met in het midden een ronde tafel met daarop een kaart van de omgeving, met de positie van de toren in het midden. Anderzijds werden er posten geplaatst op bestaande gebouwen zoals torens, molens en fabrieken (137). Waarnemingen werden niet alleen gedaan met een speciaal apparaat, het zogenaamde luchtwachtinstrument,
maar ook via het gehoor. Dat laatste was namelijk de enige waarnemingsmethode bij nacht en bij slecht zicht. De luchtwachtposten waren per driehoek (en soms per vierhoek) geformeerd. Een dergelijke formatie kreeg de naam ‘kring’. De luchtwachtposten die zich binnen een kring (er waren 80 kringen) bevonden hielden onderling en met het lokale luchtwachtcentrum contact via een telefoonnet. Het luchtwachtcentrum was het knooppunt waaraan alle posten binnen een bepaalde luchtwachtgroep hun waarnemingen meldden. Die meldingen werden geregistreerd op een plottafel en met een plastic pijltje (plotje) bijgegehouden. Elke plotster (het overgrote deel van de plotters was vrouwelijk) droeg de verantwoordelijkheid voor een kring. Naast de plottafel stond in het luchtwachtcentrum een verticaal opgesteld long-range bord waarop alle vluchtmeldingen van naburige luchtwachtgroepen werden geregistreerd. Op die manier konden vliegtuigen die het detectiegebied van de ene luchtwachtgroep verlietenen het andere binnenvlogen permanent worden gevolgd. Vervolgens gaven alle luchtwachtcentra hun informatie door aan het hoofdkwartier van het KLD in Zeist. Vandaar werden alle gegevens doorgezonden naar het CLV die op haar beurt (indien nodig zoals in oorlogstijd) de gevechtsvliegtuigen, luchtdoelartillerie en de Bescherming Bevolking (BB) alarmeerde.
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
Het interieur van het luchtwachtcentrum in Alkmaar met het verticale long range bord. Personeel Voor een volledige inzetbaarheid had het KLD 5.200 personeelsleden nodig die echter niet door de krijgsmacht geleverd konden worden. Daar kwam bij dat het personeel in kleine groepjes over het hele land verspreid moesten worden. Een dergelijke decentralisatie zou ten aanzien van onder meer voeding en onderkomens hoge kosten met zich mee brengen. Om die reden werd dan ook besloten om, met name voor de bemanning van de torens, vrijwilligers uit de burgerbevolking aan te trekken. Daarbij werd speciaal gezocht naar lokale mannelijke burgers tot 60 jaar zonder gebreken aan ogen en oren en die over een goede conditie beschikten. Dat laatste was noodzakelijk omdat zij, indien nodig, snel de trappen van een toren moesten beklimmen. Zij die zich aanmeldden werden voorzien van een uniform en met name getraind in vliegtuigherkenning. Bovendien konden zij, na de instelling van de Vrijwilligersmedaille in 1958, voor deze onderschei-
ding in aanmerking komen. Hoewel die vrijwilligers maar een klein deel van hun vrije tijd hoefden op te offeren bleek de animo om zich aan te melden bij de burgerij maar klein te zijn. Het gevolg was dat het KLD gedurende haar hele bestaan een personeelstekort zou kennen.
Ondergang In 1964 werd het KLD drastisch ingekrompen. Het Korps kon zich in feite alleen nog handhaven in de noordelijke provincies en in de kop van NoordHolland omdat alleen daar nog vrijwilligers te vinden waren. Er waren twee oorzaken die leidden tot het regeringsbesluit om het KLD in te laten krimpen. De eerste oorzaak was de ontwikkeling van de vliegtuigtechniek. Toestellen die vlogen met de snelheid van het geluid hadden hun intrede gedaan zodat het hele waarnemings- en meldingssysteem in een zeer rap tempo verouderd was. De tweede oorzaak was de zeer snelle technische verbetering van de radarsystemen. Kortom, het KLD werd door de tijd ingehaald en in 1968 viel definitief het doek toen minister van Defensie, W. den Toom, in de Defensienota van dat jaar stelde dat de regering besloten had om het KLD op te heffen omdat de kosten niet meer in verhouding stonden tot de operationele waarde. Op 1 juni 1968 werden de twee laatste lucht-wachtgroepen, Leeuwarden en Alkmaar, opgeheven en hield het KLD op te bestaan.«
Op de luchtwachtpost werd met behulp van het zogenaamde luchtwachtinstrument de positie van een vliegtuig bepaald. Met de headset werd de informatie doorgegeven aan het luchtwachtcentrum.
Twice a Citizen e-nieuwsbrief augustus 2013
Colofon Twice a Citizen is een uitgave van de Groep Luchtmacht Reserve (GLR) van de Koninklijke Luchtmacht. De nieuwsbrief verschijnt zes keer per jaar. De uitgave is niet alleen bedoeld voor actieve reservisten binnen de KLu, maar wordt ook gelezen door iedereen die beroepsmatig met de reservecomponent te maken heeft. Twice a Citizen kan via de hoofdredacteur of via het postadres GLR ook door belangstellenden worden aangevraagd. Kopij Bijdragen dienen uiterlijk vóór iedere eerste maandag van de maanden januari / maart / mei / juli / september / november bij de redactie te zijn ingeleverd. Kopij bestaat uit (maximaal) 400 woorden (minder dan een A-4.)
GLR-militairen verzenden hun kopij en fotomateriaal bij voorkeur via hun veldredactie. Extern:
[email protected] Schriftelijk kan ook Redactie Twice a Citizen p.a. Aalburgsestraat 23 4261 BJ Wijk & Aalburg
De redactie behoudt zich het recht voor om, zonder opgaaf van verdere redenen, bijdragen te weigeren, in te korten of aan te passen waar en wanneer nodig. Hierover kan niet worden gecorrespondeerd. Ingezonden tekst of foto’s worden niet geretourneerd.
E-mailadreswijzigingen Groep Luchtmacht Reserve t.a.v. CLSK / SRES MPC 83A - Postbus 52 3886 ZH Garderen Postadres GLR Groep Luchtmacht Reserve MPC 83A - Postbus 52 3886 ZH Garderen
Hoofdredactie
Veldredactie
Luitenant C.J. Spek b.c. 600 Squadron Nieuw Milligen
Luitenant Y. van der Heeft Staf GLR Nieuw Milligen
Sergeant -I M. Casu 600 Squadron Nieuw Milligen
Sergeant-majoor J. Piket 601 Squadron Volkel
Sergeant-I J.P. Slootweg 603 Squadron Nieuw Milligen
Sergeant-I D. van Woesik 604 Squadron Gilze-Rijen
Majoor J. van Buren Staf CLSK/SRES Breda
Eindredactie
Majoor drs. W.H. Lutgert 600 Squadron Nieuw Milligen
Coverfoto - Actie tijdens oefening “operatie Chinook down” op Vliegbasis Volkel.
Sergeant S. Visser 602 Squadron Eindhoven