Nieuwsbrief. Geen geldfabriek, maar kenniscentrum en helpdesk EERSTE INFORMATIE OVER SUBSIDIEREGELINGEN. In dit nummer

Nieuwsbrief

I N F O R M AT I E OV E R S U B S I D I E R E G E L I N G E N

EERSTE JAARGANG

In dit nummer Goede voorlichting cruciaal

•

PA G I N A 3

NUMMER

Project in beeld: Leerwerkcentrum Den Haag

1

•

PA G I N A 4

JULI 2002

Gemeenten voorgelicht over ESF3-subsidie

•

PA G I N A 5

EQUAL- consultants bezoeken projecten

•

PA G I N A 7

D E M I S S I E VA N H E T AG E N T S C H A P S Z W :

‘Geen geldfabriek, maar kenniscentrum en helpdesk’ Een goed jaar geleden startte het Agentschap SZW. De opdracht: een nieuwe organisatie neerzetten die namens de overheid subsidies verstrekt op het gebied van werk en inkomen. Directeur Jan Willem Weehuizen: “We willen een organisatie zijn die kwaliteit levert en staat voor resultaat. Naar buiten gericht, niet naar binnen.” Het Agentschap SZW ontstond vorig jaar april uit een samenvoeging van ESF-Nederland, een onderdeel van de voormalige Arbeidsvoorzieningsorganisatie en het departementale Bureau Uitvoering Europese Subsidie Instrumenten (BUESI). De organisatie is nog steeds in ontwikkeling en werkt inmiddels hard aan het krijgen van een permanente status. Begin september spreekt de Tweede Kamer zich hier over uit. Jan Willem Weehuizen heeft goede

hoop op de uitkomst. “Wat we als agentschap nu vooral proberen te doen is opnieuw vertrouwen te wekken; bij onze opdrachtgevers, bij subsidieaanvragers en bij de Europese Commissie.”

Wat we doen “Het agentschap zet Nederlandse en Europese gelden in voor projecten op het gebied van werk en inkomen. De grootste regelingen zijn ESF3 en EQUAL, naast enkele kleinere nationale regelingen, zoals

het verlenen van bijstand aan Nederlanders in het buitenland en Bedrijfsverzamelgebouwen. Onze belangrijkste opdrachtgever is het Directoraat-Generaal Arbeidsmarktbeleid en Bijstand binnen het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Maar in de toekomst kunnen daar ook regelingen van andere ministeries bij komen. Mits ze passen in ons werkterrein en we de gewenste kwaliteit kunnen leveren.”

Advies en voorlichting Het Agentschap SZW heeft tot nu toe veel energie gestoken in de nieuwe interne organisatie. Projectmatig werken, meer eigen verantwoordelijkheid, gebruik maken van lees verder op pagina 2

1

Jan Willem Weehuizen, directeur van het Agentschap SZW.

Nieuwsbrief vervolg van pagina 1

de kennis van collega’s, blijven kijken naar hoe het beter kan. Jan Willem Weehuizen: “Dat werkt niet alleen efficiënter, maar maakt het werk ook leuker. En dat straal je uit naar buiten. Dat is wat we uiteindelijk willen. Niet naar binnen zijn gericht, maar ons focussen op onze relaties. Klantcontacten intensiveren én zo vroeg mogelijk aangaan. Meer voorlichting geven over de regelingen, advies geven over het opzetten van een project en relaties op de hoogte houden van de ontwikkelingen. Die adviesfunctie neemt in ons werk een belangrijke plaats in. Naast natuurlijk het beoordelen van de projectaanvragen en het toezien op de uitvoering.”

Monitoren op resultaat Duidelijkheid en openheid is een belangrijke voorwaarde om kwaliteit te kunnen leveren, vindt Weehuizen. Het agentschap is bijvoorbeeld gebonden aan strakke regels vanuit de Europese Unie. “Die regels moeten we streng navolgen. Je wilt voorkomen dat de deelnemende organisaties na afloop van een project voor vervelende verrassingen komen te staan en in het ergste geval geld terug moeten betalen. Dat betekent dat je vooraf scherp beoordeelt, tijdens het traject bijstuurt en na afloop van een project evalueert. Elke project moet ‘Brussel-proof’ zijn. Die regelgeving is lastige materie, het is dus onze taak om als kenniscentrum en helpdesk op te treden. In feite is het monitoren van de projecten, zowel inhoudelijk als financieel, de garantie voor succes. Want dat is waar het om draait: resultaat. We zijn geen geldfabriek. De projecten die we ondersteunen moeten een daadwerkelijk maatschappelijk effect hebben.”

Welke regelingen voert het agentschap uit? Doel en doelgroep Bijstand Buitenland Met de regeling Bijstand Buitenland kan aan Nederlanders gevestigd in het buitenland bijstand worden verleend. Volgens de nieuwe Invoeringswet kan per 1 januari 1996 voor nieuwe gevallen geen aanvraag meer worden ingediend. SZW ontvangt de declaraties van financiële bijstand van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Jaarlijks worden circa 5.000 declaraties ingediend. BVG Bij de ontwikkeling naar Centra voor Werk en Inkomen is het streven zoveel mogelijk te werken met Bedrijfsverzamelgebouwen (BVG). De subsidieregeling geeft financiële ondersteuning aan organisaties die uitkeringen en reïntegratie regelen en gezamenlijk op één locatie opereren. Casemanagement De regeling Casemanagement stimuleert het invoeren en toepassen van klantmanagement, als extra impuls voor de activering en uitstroom van werklozen. Bij klantmanagement krijgen werkzoekenden een vast aanspreekpunt toegewezen. Ze worden daardoor eerder en frequenter opgeroepen en efficiënter begeleid. EQUAL De experimentele regeling EQUAL beoogt met behulp van transnationale partnerschappen innovatieve manieren te bevorderen om discriminatie en ongelijkheid op de Europese arbeidsmarkt tegen te gaan. De samenwerking kan uitmonden in het uitwisselen van kennis en ervaringen of in het gezamenlijk ontwikkelen van producten of systemen. De regeling loopt van 2000 tot 2006. ESF3 Met de regeling ESF doelstelling 3 stimuleert het Europees Sociaal Fonds in Nederland activiteiten op het gebied van reïntegratietrajecten van werklozen en scholing van werkenden. De huidige regeling loopt van 2000 tot 2006. RPA De stimuleringsregeling Regionale Platforms Arbeidsmarktbeleid (RPA) subsidieert de totstandkoming van platforms. Het initiatief voor de oprichting van een platform ligt bij de gemeenten. SPAG Met de Stimuleringsregeling Projecten Allochtone Groepen (SPAG) kunnen gemeenten met een sluitende aanpak van het arbeidsmarktbeleid en een projectmatige aanpak van de werkloosheid van allochtonen, aanvullende projecten uitvoeren. Deze stimuleringsprojecten richten zich op activering en begeleiding naar werk of scholing.

NIEUW BELEID

In opdracht van

directie Bijstand en Gemeentelijk Activeringsbeleid

ESF doelstelling 3 subsidie voor kinderopvang directie Uitvoering Werk en Inkomen

directie Bijstand en Gemeentelijk Activeringsbeleid

directie Arbeidsmarktbeleid Bijzondere Groepen

directie Arbeidsmarktbeleid Bijzondere Groepen

directie Uitvoering Werk en Inkomen

directie Arbeidsmarktbeleid en Bijstand

Voor herintredende vrouwen is opnieuw aan het werk gaan vaak lastig door het tekortschieten of ontbreken van kinderopvang. Het Europees Sociaal Fonds biedt mogelijkheden om knelpunten op dit terrein te verminderen. Voor kinderopvang kan op basis van ESF doelstelling 3 subsidie verstrekt worden, mits de opvang noodzakelijk is voor het reïntegratietraject. Aan de aanvraag en uitvoering van projecten met kinderopvang zijn voorwaarden verbonden:

• ESF-subsidie van kinderopvang is gekoppeld aan het traject en/of de looptijd van het project. Met andere woorden: zodra het traject van de deelnemer eindigt, houdt ook de ESF-subsidie van de kinderopvang op. De kinderopvang mag maximaal doorlopen tot het einde van een eventuele proeftijd (maximaal twee maanden na de plaatsing op regulier werk). • ESF-subsidie voor een project waar alleen kinderopvang dé activiteit is, is eveneens mogelijk. De kinderopvang moet dan wel deel uitmaken van reïntegratietrajecten en gelijktijdig of later starten dan het reïntegratietraject. • Deelnemers moeten nominatief in de projectadministratie opgenomen worden. • De ESF-regeling gaat voor de kosten van kinderopvang uit van marktconformiteit. Wanneer de kinderopvang al deels of volledig gefinancierd is uit andere bron(nen), is subsidie vanuit het ESF niet mogelijk. Voor meer informatie kunt u terecht bij de Service Units van het Agentschap SZW (zie achterpagina).

2

C O N TA C T

S E RV I C E U N I T S Z WO L L E , D E N H A AG E N E I N D H OV E N :

Goede voorlichting cruciaal voor snelle behandeling aanvragen

Wijzigingen in het beleid van ESF3 Dit voorjaar is een aantal wijzigingen doorgevoerd in het beleidskader van de ESF3-regeling (vastgesteld in 2001). De belangrijkste wijzigingen zijn:

• De doelgroep gemeenten is uitgebreid. Mochten voorheen alleen de grotere gemeenten ESFsubsidie aanvragen, nu is de regeling opengesteld voor alle gemeenten in Nederland. • Ook het aantal bedrijfstakfondsen dat ESF-subsidie kan aanvragen voor de scholing van werkenden, is uitgebreid. Nieuw zijn: Stichting Arbeidsmarktbeleid Zorg en Welzijn; Stichting Scholings- en Werkgelegenheidsfonds Timmerindustrie; Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van Mobiele Kranen; Stichting Scholing en Werkgelegenheid Meubel; Stichting Sectorraad Afbouwbedrijfstakken; Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Zeescheepvaart; Stichting A&O Fonds Grafimediabranche; Stichting Kwaliteitsbevordering Kleinschalig Personen Vervoer; Stichting Opleidingen voor het Besloten Busvervoer. • ESF-subsidie voor reïntegratie van personen die jonger zijn dan 23 jaar en langer dan zes maanden werkloos. De ESF3-wijzigingen en een toelichting op de wijzigingen zijn opgenomen in

V.l.n.r.: Kees Sterrenburg, Ruud Goossens en Hans Cramer.

Wie geïnteresseerd is in ESF3-subsidies of er vragen over heeft, kan aankloppen bij een van de drie Service Units van het Agentschap SZW. De medewerkers daar spannen zich in voor een snelle en goede behandeling van de aanvragen. Daarbij hebben zij het hele traject onder hun hoede: van het geven van voorlichting tot het beoordelen van de aanvragen en de controle over de afhandeling. “De ESF3-regeling is summier opgesteld en biedt daarom veel mogelijkheden en onmogelijkheden”, begint Ruud Goossens, manager van het ESF-3-team in Den Haag. “We geven daarom algemene voorlichting over ESF3, maar mensen kunnen ook met heel specifieke vragen bij ons terecht. Komt een medewerker hier er niet direct uit, dan kan hij de hulp inroepen van onze interne helpdesk. Door een goede voorlichting

verloopt de voorbereiding van de aanvraag beter en dat zorgt weer voor een betere en snellere afhandeling bij ons.” Kees Sterrenburg (Zwolle) voegt daaraan toe: “We reageren niet alleen op vragen, maar stellen ons ook actief op. Zo hebben we dit voorjaar een aantal voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd bij verschillende gemeenten. Dat was nodig omdat tegenwoordig de gemeenten zelf verantwoordelijk zijn voor de aan-

de Staatscourant van 6 maart 2002.

3

vragen. Je moet dan echt goed op de hoogte zijn van de mogelijke subsidies om je beleid goed vorm te geven.” Hans Cramer (Eindhoven) besluit: “In het verleden hebben aanvragers wel eens gedacht dat tussentijds de regels werden aangepast. Dat had veel te maken met onvoldoende informatie. Het aanvragen en beoordelen van ESF3 is nu veel beter georganiseerd dan vroeger. Er is meer duidelijkheid. Dat willen we graag laten zien. We trekken trouwens wel een grens: iedereen kan alle gewenste informatie krijgen, maar wij adviseren aanvragers niet hoe ze een project moeten opzetten om in aanmerking te komen voor subsidie.” De Service Units kunt u mailen via de website agentschapszw.nl. Bellen of een afspraak maken, kan natuurlijk ook (zie achterpagina).

Nieuwsbrief P RO J E C T I N B E E L D

L E E RW E R K C E N T RU M I N D E N H A AG

Het eerste diploma sinds het zwemdiploma Het Leerwerkcentrum van de Haagse Sociale Dienst draait voor een belangrijk deel dankzij Europese ondersteuning uit het ESF-fonds. Het centrum geeft trainingen om werklozen sociaal te activeren en voor te bereiden op een baan. ESF-subsidiecoördinator René de Graaf en administrateur Rob van der Capellen vertellen over de dagelijkse praktijk. Over de noodzaak van een strakke administratie, maar vooral over de mensen achter de cijfers.

Het Leerwerkcentrum begon zo’n tien jaar geleden. Via collega-afdelingen Werkkompas, verantwoordelijk voor regie en casemanagement, en Werkbij, speciaal gericht op jongeren, krijgt het trainingscentrum cursisten doorverwezen die zonder hulp en extra opleiding moeilijk een baan kunnen vinden. Begon het Leerwerkcentrum aanvankelijk met een begroting van vijf ton (in guldens) en één vestiging, inmiddels is het uitgegroeid tot vijf filialen en een professionele projectorganisatie. Voor 2001 kwam de helft van het budget uit het ESF3-fonds, ongeveer twee miljoen euro.

Wat doet het Leerwerkcentrum? René de Graaf: “Het begeleidingstraject bestaat globaal uit drie stappen. Eerst is er de basisdiagnose, om te kijken wat iemand wil en kan. Stap twee is de basisperiode; het bijbrengen van sociale vaardigheden, rekenen en taal. Daarna volgt de praktijktraining, specifiek gericht op een bepaal-

Administrateur Rob van der Capellen (l) en ESF-subsidiecoördinator René de Graaf.

de branche. Techniek, bosbouw, zorg, dienstverlening of tuinbouw bijvoorbeeld. In totaal duurt het traject ongeveer een half jaar. De kracht van het centrum is de individuele aanpak. We ontwikkelen eigen lesmethoden en gaan uit van het niveau en de vaardigheden van elke leerling afzonderlijk.”

“De kracht van het centrum is de individuele aanpak.We gaan uit van het niveau en de vaardigheden van elke leerling afzonderlijk.” Wat voor cursisten krijgt het centrum? Rob van der Capellen: “We komen langzamerhand toe aan de echt moeilijke gevallen op de arbeidsmarkt. Mensen met een drugsverleden, torenhoge schulden, psychische belemmeringen of een combinatie van problemen. Veel allochtonen ook en een grote groep vluchtelingen die de taal niet goed spreekt. Een hele diverse groep, waar veel meer bij komt kijken dan alleen het geven van een cursus. Dat vraagt om een intensievere begeleiding en kost meer geld. Hoe ga je alleen al om met traumatische ervaringen van vluchtelingen? Een woordspelletje als ‘galgje’- raad het woord want anders ‘hang’ je - kan niet meer. Twee Iraanse cursisten liepen tijdens het spelletje huilend weg: hun ouders was dit overkomen. Daar sta je vooraf niet bij stil.” Levert het wat op? Rob van der Capellen: “Die vraag wordt me vaak wat sceptisch gesteld. Zo’n centrum kost veel geld en wat zie je ervan terug? Dat kan ik natuurlijk niet in vijf minuten voorrekenen, maar: ja, het lévert wat op! Afgelopen jaar in ieder geval al 1.352 cursisten, waarvan ongeveer 65% doorstroomt naar een baan of een vervolgopleiding. Twee docenten van het Leerwerkcentrum waren bijvoorbeeld ooit zelf cursist. Naast uitzicht op werk geven de trainingen mensen ook weer eigenwaarde. Ze zijn trots op wat ze hebben geleerd.”

4

René de Graaf: “Laatst sprak ik iemand na afloop van een gezondheidstraining. Apetrots omdat hij een diploma had gekregen. Dat was sinds het halen van zijn zwemdiploma niet meer gebeurd!” “Achter de cijfers, achter elke investering steekt een verhaal; het gaat over mensen”, concludeert Rob van der Capellen.

Gemeenten voorgelicht over ESF3-subsidie

Wat zijn de ervaringen met de huidige ESF3-regeling? Rob van der Capellen: “De regeling is nooit 100% duidelijk. Voorheen kwamen jongeren onder de 23 jaar bijvoorbeeld niet in aanmerking voor het ESF-fonds*, inmiddels wel. Dat scheelt nogal voor ons!” René de Graaf: “Dat soort wijzigingen moet je als beleidsmedewerker dus heel

Iedere Nederlandse gemeente kan Europese subsidie krijgen bij het opzetten van reïntegratietrajecten voor werklozen of praktijkscholing ter voorkoming van uitval. Dit voorjaar organiseerde het Agentschap SZW daarom een aantal voorlichtingsbijeenkomsten voor gemeenten.

“Naast uitzicht op werk geven de trainingen mensen ook weer eigenwaarde. Ze zijn trots op wat ze hebben geleerd.” goed in de gaten houden.” Rob van der Capellen: “Je houdt altijd interpretatieverschillen van de regelgeving. Je hebt daarom een strakke administratie nodig en moet gedetailleerd boven tafel krijgen hoe de gemaakte kosten zijn opgebouwd.” René de Graaf: “We hebben gelukkig een contactpersoon bij het Agentschap SZW waarmee het goed zaken doen is. Tussentijds contact is heel belangrijk om grote discussiepunten achteraf te voorkomen.” *) Geïnterviewde Rob van der Capellen heeft het over een aanpassing van de ESF3-regeling. In de rubriek Nieuw Beleid op pagina 3 leest u meer over de wijzigingen in het beleidskader.

Gemeenten blijken vaak wat huiverig voor het aanvragen van ESF-subsidie: te ingewikkeld en lastig. Voor de ESF3-regeling van 2000-2006 is er daarom intensief contact geweest tussen ministeries, gemeenten en de VNG. Op basis van dat overleg is de regeling op een aantal punten aangepast. Deze sluit nu beter aan op het gemeentelijke arbeidsbeleid. Bepalingen die niet vereist zijn door de Europese Unie, zijn geschrapt. Dat geeft minder kans op fouten in de uitvoering van een gesubsidieerd project.

V E R S L AG

Spreker Gerrit van Romunde van de VNG riep tijdens de voorlichtingsbijeenkomsten daarom op toch vooral gebruik te maken van de regeling. “Maken we geen gebruik van de ESF-gelden, dan gaan deze onbenut naar Brussel terug. Bovendien is het deelnemen aan ESF-projecten een effectieve manier om de Europese Commissie te laten zien wat je met actief lokaal beleid kunt bereiken op het terrein van werkgelegenheid.” Rick Wagner, consultant van het Agentschap SZW gaf een aantal praktische aandachtspunten: ont-

5

wikkel allereerst een ‘businessplan’ met de strategie en aanpak van het reïntegratieproject. De kosten van deze voorbereidingsfase mogen meegenomen worden in de uiteindelijke begroting. Houd verder als gemeente regie en beheer in eigen hand, want de aanvrager blijft verantwoordelijk voor de verstrekte subsidie, niet de uitvoerende partijen. En tot slot: timmer de financiering vooraf goed dicht. Een onzekere financiering komt de kwaliteit van een project niet ten goede. Louis Oosterik deed namens de gemeente Almelo verslag van zijn ervaringen met het opzetten en uitvoeren van een ESF-project. Oosterik waarschuwde gemeenten: wees geen ‘stempelkantoor’. Hij pleitte voor aansluiting bij het reguliere beleid van de gemeente, het nastreven van een integrale aanpak en een duidelijke projectaansturing. Ook voor samenwerkingsverbanden in bedrijfssectoren is onlangs een voorlichtingsbijeenkomst gehouden. De verslagen van beide bijeenkomsten over ESF-3 kunt u aanvragen bij de Service Unit in Den Haag.

Nieuwsbrief SIGNAAL

C O N G R E S OV E R G E N D E R MAINSTREAMING

Gelijke kansen voor mannen en vrouwen Wat is gender mainstreaming? Samengevat: rekening houden met de verschillen tussen mannen en vrouwen zodat de kwaliteit van het (overheids)beleid verbetert en het beleid meer effectief is. Spanje organiseerde er een Europees congres over. Conclusie van de Europese Commissie: de lidstaten hebben nog bar weinig doelstellingen geformuleerd voor een goede aanpak van gelijke kansen voor man en vrouw. Op 14 en 15 juni verzamelden meer dan 300 mannen en vrouwen zich in het Spaanse Santander om te praten over ‘Gelijke kansen voor mannen en vrouwen in de Europese Structuurfondsen’. Het congres werd georganiseerd door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van Spanje, in samenwerking met de Europese Commissie. In de huidige arbeidsmarkt is er verschil in salarishoogte tussen beide seksen, verschil in opleidingsniveau en zitten vrouwen vaker zonder werk dan mannen. In de nieuwe Structuurfondsen Verordening (1260/1999) wordt gender mainstreaming al veel explicieter dan in het verleden als een van de doelstellingen genoemd. Toch is de toegewezen ESF-subsidie voor projecten die dit thema ter harte nemen, vrij laag. Voor de Europese Commissie hoog tijd om aandacht te vragen voor dit onderwerp. Gelukkig bood het congres ook positieve voorbeelden van genderprojecten. Bewustwording binnen bedrijven en overheid bleek de eerste stap, bijvoorbeeld met het aanbieden van trainingen voor personeelsfunctionarissen of beleidsmedewerkers. Voor het ESF in Nederland is nu de vraag: hoe kunnen we bijdragen aan het tegengaan van gendersegregatie in sectoren, een goede toegang bieden tot de arbeidsmarkt voor eenieder en de combinatie van zorg en aanbod stimuleren?

In de huidige arbeidsmarkt is er verschil in salarishoogte tussen beide seksen, verschil in opleidingsniveau en zitten vrouwen vaker zonder werk dan mannen.

6

S TA N D VA N Z A K E N

Afgerond Projectnaam: Projectperiode: Aanvrager: Aangevraagde subsidie: Doelstelling:

ESF-3/SOL Tender 1/2001/C2 1 februari 2001 - 31 december 2001 Stichting Opleidingsfonds voor de Levensmiddelenindustrie e

6.559.382, ESF3-regeling Met training en opleiding de vakbekwaamheid en inzetbaarheid van werknemers in de voedingen genotmiddelenindustrie verhogen en de doorstroom binnen de branche bevorderen.

Waar is de subsidie aan besteed? De Stichting Opleidingsfonds voor de Levensmiddelenindustrie (SOL) geeft bedrijven uit deze branche subsidie voor het trainen en opleiden van werknemers. De bedrijven dienen daarvoor op eigen initiatief een scholingsplan in en ontvangen subsidie van SOL als zij aan de doelstellingen van het project voldoen (zie hierboven). De bedrijven kopen zelf de scholing in, via reguliere onderwijsinstellingen of via particuliere opleidingsorganisaties. Deelnemende bedrijven in 2001 waren ondermeer Grolsche Bierbrouwerijen Nederland, Nutricia Unilever Bestfoods, IgloMora en Friesland Coberco Dairy Foods. Binnen het Tender 1-project ging het vooral om lager geschoold personeel (80%), met name productiemedewerkers, technisch personeel, verpakkingsmedewerkers en administratief personeel. Zij volgden praktijk- en functiegerichte trainingen om een bepaalde startkwalificatie te behalen, zoals machinegerichte opleidingen, heftruckopleidingen en technische opleidingen. Anderen kregen cursussen op het gebied van algemene ontwikkeling en algemene vaardigheden of cursussen ter voorbereiding op scholing, zoals taaltrainingen. Behalve op het verhogen van de vakbekwaamheid, richtte het project zich verder op cursussen om te leren werken volgens de wettelijke vereisten op het gebied van veiligheid en hygiëne.

Wat is er bereikt? Uiteindelijk zijn 3.653 werknemers geschoold. De doorstroming naar boven en naar andere bedrijven blijkt inderdaad op gang gekomen. Aan de ‘onderkant’ is meer ruimte ontstaan voor nieuwe medewerkers. Enkele hobbels waren er ook. SOL merkte tijdens de duur van het project bijvoorbeeld dat de declaratieformulieren waarmee de stichting werkt, door de bedrijven niet altijd even gemakkelijk ingevuld konden worden. Het opleidingsniveau van een deelnemer kan bijvoorbeeld hoog zijn, terwijl deze in de praktijk toch nog specifieke kennis of vaardigheden mist. De handleiding die SOL momenteel voor de deelnemende bedrijven ontwikkelt, geeft daarom ook ondersteuning bij het invullen. Een andere ervaring tijdens dit ESF-project: hoe kun je de wettelijk vastgestelde eindtermen koppelen aan de resultaten van de uitgevoerde cursussen? De stichting concludeert dan ook dat het nodig is om gedurende de uitvoering van het project met de deelnemers in contact te blijven om deze kwesties te bespreken.

I N T E R N AT I O N A A L S TA R T M O N I T O R B E Z O E K E N IN NAJAAR:

EQUAL-consultants bezoeken projecten Dit najaar kunnen alle EQUAL-projecten een telefoontje verwachten van het Agentschap SZW. De consultants van het EQUAL-team beginnen dan namelijk met het maken van afspraken voor een monitorbezoek. Het streven is om alle projecten twee keer per jaar te bezoeken. Elk project krijgt bovendien vaste contactpersonen binnen het team.

Het monitorbezoek is bedoeld om de drempel tussen het agentschap en de projecten te verlagen.

Wat is het doel van zo’n bezoek? Het uitgangspunt is dat beide partijen er wat aan hebben. De EQUAL-consultants zien wat er in de projectpraktijk gebeurt, financieel, maar vooral ook inhoudelijk. Als je geen concreet beeld hebt van een project, is het lastig beoordelen wat er speelt en of het goed gaat. De consultants praten tijdens hun bezoek dan ook graag met deelnemers aan een project, zij zijn tenslotte de eindgebruiker. Hebben ze er wat aan gehad, hoe was de begeleiding? Soms gaat het niet direct om projectdeelnemers, maar om bijvoorbeeld het ontwikkelen van een methodiek. Een demonstratie vergroot dan het begrip. Uit eerdere ervaringen is gebleken dat projecten zelf het ook waarderen om te kunnen laten zien wat ze doen en niet alleen te praten over kosten en cijfers.

Valkuilen in de multiculturele weg Transnationale samenwerking is een essentieel onderdeel van de EQUAL-projecten. Het idee achter de structurele samenwerking met andere Europese partners is samen leren én van elkaar leren. Maar het samenwerken in een multicultureel projectteam wil in de praktijk nog wel eens tegenvallen. Hoe ga je om met cultuurverschillen? Cultuur is een systeem van vanzelfsprekendheden. Maar in contact met iemand van een andere cultuur, blijken die vanzelfsprekendheden niet zo vanzelfsprekend te zijn. En dat levert vaak problemen op. Waar Italianen en Ieren bijvoorbeeld hoog scoren op assertiviteit en competitief gedrag, zijn Zweden en Nederlanders meer gericht op verantwoordelijkheid en zorg. De Nederlander ziet de Italiaan dus al gauw als hard, materialistisch, macho en niet in staat tot teamwork. De Italiaan op zijn beurt vindt de Hollander te soft, zonder duidelijk doel en hoeft hem daarom niet serieus te nemen. Gecombineerd met een andere manier van communiceren, is het onbegrip al snel compleet.

Adviezen Waar moet je dus op letten wanneer je deelneemt aan een intercultureel project? Een paar adviezen: wees jezelf bewust van de cultuur-

Voor de aanvrager is een monitorbezoek hét moment om alle vragen en actuele knelpunten voor te leggen aan de consultants. Het bezoek is dan ook nadrukkelijk bedoeld om de drempel tussen het agentschap en de projecten te verlagen. Een advies van het EQUAL-team: zorg dat u bij een monitorbezoek de juiste mensen namens uw project aan tafel hebt: iemand die meer weet over de administratie, iemand die het project inhoudelijk goed kent, enzovoort. Tussentijdse contact is heel belangrijk, vindt het EQUAL-team. Niet alleen kun je kennis en ervaringen uitwisselen, het voorkomt onaangename verrassingen in het eindtraject.

7

verschillen, leef je in in de ander en relativeer de eigen cultuur. Leg taalproblemen niet persoonlijk bij één iemand neer, maar zoek als projectteam naar een acceptabele oplossing. Geef veel voorbeelden en samenvattingen wanneer je zelf de voertaal goed machtig bent. Omgekeerd, als je de taal niet goed spreekt: laat dat dan vooral duidelijk merken. Onderbreek, benoem wat niet duidelijk is en vraag om toelichting. Bovenstaande adviezen gaf de Stichting Kontakt der Kontinenten in februari tijdens een voorlichtingsbijeenkomst voor EQUALprojecten. Het volledige verslag van deze bijeenkomst kunt u vinden in de bibliotheek van agentschapszw.nl. Het EQUALteam hoort graag of u vindt dat dit onderwerp een vervolg moet krijgen. Stuur uw reacties naar [email protected].

Nieuwsbrief COLOFON

A G E N DA Oktober 2002 Voorlichting voor accountants en administrateurs In oktober organiseert het Agentschap SZW in het kader van de ESF3- en EQUALregelingen een voorlichtingsbijeenkomst voor accountants en administrateurs. Het programma gaat in op de financiële en administratieve aspecten van de subsidieregelgeving, op controle en toezicht op de uitvoering en naleving van deze regels en op de plaats en rol van de externe accountant hierin. Wilt u een uitnodiging ontvangen voor deze bijeenkomst, stuur dan een e-mail met uw NAW-gegevens naar [email protected] Najaar 2002 Monitorbezoeken EQUAL-projecten (zie pagina 7 van deze Nieuwsbrief)

V R A AG & A N T WO O R D Kan ‘Europa’ een beschikking van het Agentschap SZW nog terugdraaien? De Europese Commissie kan geen beschikking(en) terugdraaien. De verantwoordelijkheid ligt hiervoor bij het Agentschap SZW. Alleen als achteraf nieuwe feiten aan het licht komen, is het mogelijk om een reeds afgegeven beschikking te wijzigen.

?

Wat doen de monitorcomités EQUAL en ESF3? De monitorcomités zijn ingesteld op basis van artikel 35 van Verordening 1260/1999 van de Europese Commissie (EC). Ze houden toezicht op de regelingen EQUAL en ESF3. In de comités zitten vertegenwoordigers van de Europese Commissie, het ministerie van SZW, andere ministeries, sociale partners en de VNG. De directeur van het agentschap is adviseur.

?

Beide monitorcomités beoordelen voorgelegde besluiten, verslagen en eventuele wijzigingsvoorstellen van de beschikkingen van de EC. Ze hebben de bevoegdheid om deze af te keuren of aan te nemen. De comités gaan regelmatig na of de Europese doelstellingen wel worden gehaald. Ook evalueren ze de resultaten die met het uitvoeren van de EC-beschikkingen zijn bereikt. Daarbij kunnen bijvoorbeeld interpretatiekwesties aan de orde komen. Binnen een monitorcomité vindt ook de communicatie plaats met de sociale partners. Hun achterban, gebundeld in samenwerkende organisaties, zijn immers ook vaak projectaanvragers. De monitorcomités rapporteren aan de minister van Sociale Zaken. Kijk ook bij ‘Veelgestelde vragen’ op de website.

www.agentschapszw.nl De website van het Agentschap SZW biedt subsidie-aanvragers en geïnteresseerden informatie over het agentschap en de regelingen die het agentschap uitvoert. Zowel de doelstellingen en beleidskaders als de praktische zaken rond de subsidieverstrekking komen daarbij aan bod. Ook onderwerpen uit deze Nieuwsbrief zijn op de website terug te vinden: • Beleidswijzigingen • Actualiteiten • Verslagen van voorlichtingsbijeenkomsten • Veelgestelde vragen

Redactiecommissie Hans Cramer (voorzitter) Beate van den Berg Joyce Law Frans Frederiks Maarten Wegerif Miranda van Crey (eindredacteur) [email protected] Met medewerking van Henk Oosting, Sandra de Wit Vincent Dobbe,Vanessa Monfils - directie ABG/ afdeling ESM Rob van der Capellen, René de Graaf Gemeente Den Haag Liesbeth Rutjes - SOL Concept, vormgeving en teksten Taalent tekstschrijvers bv, Utrecht Script unlimited, Utrecht Fotografie Mark Prins Leerwerk Centrum Den Haag Adressen Landelijk bureau Zoetermeer (redactieadres) Boerhaavelaan 7 2713 HA Zoetermeer Postbus 73 2700 AB Zoetermeer Telefoon: 079 371 23 00 Fax: 079 371 23 71 Service Unit Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 2595 BJ Den Haag Postbus 90801 2509 LV Den Haag Telefoon: 070 333 43 81 Fax: 070 333 40 66 Service Unit Eindhoven Fellenoord 170 5611 ZB Eindhoven Postbus 115 5600 AC Eindhoven Telefoon: 040 264 94 30 Fax: 040 264 94 44 Service Unit Zwolle Hanzelaan 310 8017 JK Zwolle Postbus 40107 8004 DC Zwolle Telefoon: 038 469 55 55 Fax: 038 469 57 31

EUROPESE UNIE Europees Sociaal Fonds

Agentschap SZW is een onderdeel van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid waaraan de Ministers van Financiën en Sociale Zaken en Werkgelegenheid de status van tijdelijk agentschap hebben verleend.

Aan de inhoud van deze nieuwsbrief kunnen geen rechten ontleend worden.

8