Nederlandse Vereniging van Banken
Bank|Wereld Kwartaalblad, nummer 3, december 2011
Bankiers voor de klas
‘Nepmail. Daar trapt u niet in!’ Zorgen over de eurozone
Bank|Wereld
Uitgesproken
Banken leren kinderen goed met geld omgaan
12
Financiële educatie werkt! Prinses Máxima, ballonnen en petjes, gratis spaarblikken en 37.500 kinderen die in de klas een Cash Quiz speelden onder leiding van een bankmedewerker. Financiële educatie kan heel leuk zijn, bleek in de Week van het geld.
Feestelijke opening Ambtenaren van Financiën mogen niet gewoon via de hoofdingang naar binnen, maar worden naar een zij-ingang geleid. Een meer dan levensgrote Week van het geld-munt geeft aan het plein voor het ministerie een feestelijk tintje. Bij de ingang staat een schoolklas met paarse petjes op vol spanning te wachten, net als een batterij fotografen en cameramensen. De vrolijke hectiek komt door de komst van Prinses Máxima. De opening van de Week van het geld wordt opgeluisterd door de prinses, die erevoorzitter is van het platform Wijzer in Geldzaken, de overkoepelende organisator van de week vol financiële educatie voor basisschoolleerlingen. De Week van het geld werd dit jaar voor de tweede keer gehouden, van 7 tot 12 november. Als de prinses onder luid gejoel van de schoolkinderen op de voorste rij heeft plaatsgenomen, houdt minister van Financiën Jan Kees de Jager een toespraakje over het belang van de Week. ‘Er zijn veel mensen, en veel landen, die moeite hebben met het omgaan met geld. Dat is jammer, want dat is goed te voorkomen: als je inkomen en uitgaven maar in balans houdt,’ zegt De Jager tegen de kinderen. Zelf heeft hij het rond z’n achtste geleerd en hij heeft er nu, als minister van Financiën, nog steeds plezier van.
Bank|Wereld 13
Opeens fietst een jongetje van een jaar of tien op een blinkend witte Week van het geld-krantenbezorgfiets het ministerie in. ‘Meneer, meneer! Het laatste financiële nieuws!’, roept de jongen enthousiast met een Week van het geld-krant in de hand. Even later overhandigen De Jager en de krantenjongen de geldkrant aan een lachende Prinses Máxima. Ook Máxima benadrukt het profijt dat je ervan hebt als je je uitgaven binnen het budget weet te houden. Ze hoopt dat door de themaweek ‘heel veel kinderen heel veel leren’ over geld en goed met geld omgaan. Cash Quiz tijdens gastlessen De hele week vinden op zo’n 1.000 basisscholen in Nederland totaal vijftienhonderd gastlessen plaats over omgaan met geld. Medewerkers van acht banken en van de Nederlandse Vereniging van Banken geven les aan leerlingen van groep 7 of 8 (kinderen van tien, elf jaar). De aftrap van dit bankenprogramma van de Week van het geld vindt ‘s maandags plaats in Den Haag. ‘s Middags verwisselen zeven topmanagers van de deelnemende banken (Rabobank, SNS Bank/ RegioBank, ABN AMRO, ING, Delta Lloyd Bank, Friesland Bank, Triodos Bank) hun colbertjasje voor een Week van het geld-trui. Daarna gaan ze in koppels de klas in om hun gastles te geven; het vierde koppel wordt compleet door Arthur Reitsma, beleidsadviseur Financiële Educatie bij de NVB.
Week van het geld 2012: 50.000 spaarblikken uitgedeeld 1.500 gastlessen gegeven 1.100 gastdocenten voor de klas 1.000 scholen doen mee
In klas 8B staat Jurgen Vroegh, directeur Betalen, Sparen & Financieren van de Friesland Bank, gebroederlijk naast Christiaan Smit, regiodirecteur Kantoren Zuid-Holland van ING. Het lijkt wel of het bankenkoppel dagelijks voor de klas staat. De leerlingen luisteren aandachtig naar ‘de mensen van de bank’. Bijna alle kinderen steken hun vinger op als hun wordt gevraagd wie een bankpasje heeft. ‘Waarom betaalt een bank rente?’, wil ‘meester’ Jurgen Vroegh weten. ‘Omdat de bank blij is met het geld’, zegt een leerling. ‘Ja, maar waarom?’, vraagt Jurgen. ‘Dan kunnen zij het weer uitlenen aan anderen’, verklaart de leerling. De gastdocenten hebben zichtbaar lol in hun rol als meester. En ze zijn tevreden over hun leerlingen. Na enkele vragen uit de losse pols,begint het hoofdprogramma: het speciaal voor de week door de NVB, het NIBUD en Identity Games ontwikkelde spel Cash Quiz. Als volleerde quizmasters begeleiden Jurgen Vroegh en Christiaan Smit de klas bij het spelen van de Cash Quiz. De klas is opgedeeld in groepjes, die ieder een eigen groepsnaam hebben gekozen en als team meespelen. Voor goede antwoorden krijgen ze ‘zakgeld’. Het groepje dat het eerst 50 euro heeft is de winnaar. Overigens wordt er gespeeld met ‘speelgeld’, maar dat hindert de kinderen niet. Christiaan kijkt vrolijk rond als hij de eerste vraag stelt: ‘We doen eerst een proefvraag: ze zeggen wel dat meisjes beter kunnen sparen dan jongens. Klopt dat?’
Bank|Wereld
zal één school geloot worden die met alle groepen 7 en 8 een dag naar het Geldmuseum in Utrecht mag. ‘Spaar voor een doel’ De NVB is een belangrijke partner van Wijzer in Geldzaken, het platform dat de consument helpt ‘wijzer in geldzaken’ te worden en voor basisschoolleerlingen de Week van het geld heeft opgezet. Arthur Reitsma, die namens de NVB het bankenprogramma tijdens de week coördineert, is ‘heel blij’ dat zo veel bankmedewerkers zich zo enthousiast inzetten voor de Week van het geld. ‘Financiële educatie is heel belangrijk en als je er vroeg mee begint, werkt het het beste', zegt Reitsma. Ook NVB'ers geven daarom gastlessen tijdens de week. NVB-directeur Wim Mijs gaf zelf twee lessen op de school van zijn kinderen. Mijs vraagt, nadat hij zichzelf losjes heeft geïntroduceerd (‘Ik doe iets met banken’), of de klas eigenlijk weet wat een bank is. Je kunt er geld lenen en je kunt er geld sparen, zegt de klas. Mijs is tevreden, maar wil dat sparen het liefst nog wat stimuleren — een van de doelen van de banken. Dus geeft Mijs meteen een tip: ‘Bedenk een spaardoel. Want als je weet waarvoor je wilt sparen, is sparen veel gemakkelijker.’ De Cash Quiz is soms lastig, maar op andere momenten weten de leerlingen Mijs te verrassen met een goed antwoord op een lastige vraag. Zo weet iemand dat er – wat waarde betreft –
Uitgesproken
Bij de eerste ‘echte’ vraag blijkt dat het besef van de waarde van geld bij sommige kinderen nog beperkt is. Op de vraag hoeveel een goudvis kost, antwoordt een groepje bloedserieus ‘23,50 euro’. Veel andere groepjes zitten meer in de buurt, met bedragen tussen de 2,50 en 8 euro. Soms zijn de gastdocenten streng: het team Dagobert Duck schat dat een patatje met 1,80 euro kost. Volgens de spelgegevens kost het echter gemiddeld 2,05 euro. ‘Dus het is fout. Jullie krijgen geen zakgeld.’ Bij rekenvragen valt op dat eenvoudigere geldsommen gemakkelijk gemaakt worden, maar dat ingewikkeldere sommen voor sommige groepjes nog lastig zijn. Zo is voor iedereen wel duidelijk dat je 6,50 euro overhoudt als je 14 euro hebt en iets koopt van 7,50 euro. Bij een ingewikkeldere vraag moet beoordeeld worden of iets goedkoper is als je het via internet in de Verenigde Staten koopt of als je het in Nederland koopt. Daarvoor moet je de dollarprijs omrekenen en je moet ook de verzendkosten erbij betrekken. Sommige groepjes hebben het antwoord goed, maar het is duidelijk een lastige vraag. Na afloop mogen de leerlingen zelf vragen stellen, aan de mensen van de bank. Een meisje wil weten waarom er niet ‘gewoon’ meer biljetten van 50 of 100 euro worden gemaakt, als ze even duur zijn om te maken als die van 5 of 10 euro. Christiaan legt het gevaar van inflatie uit: ‘Als jullie zo oud zijn als wij, kost een patatje misschien wel 5 euro. Alles wordt steeds duurder. En als je zomaar veel geld bijmaakt wordt alles sneller duurder.’ Na afloop mag de klas de Cash Quiz houden. ‘Yes, we mogen hem houden', roept iemand. De gastdocenten verlaten de klas met een grote glimlach. Uit alle winaars die het spel hebben gespeeld
14
Bank|Wereld 15
acht verschillende euromunten zijn. ‘Briljant’, roept Mijs, die meer weg heeft van een liefhebbende vader dan van een strenge leraar of quizmaster. Voor de quiz werkt het prima. En de kinderen, de juf en Mijs zelf zijn heel enthousiast over de quiz. ‘We gaan de quiz zeker nog eens doen', zegt de juf. Ten slotte krijgen de leerlingen, net als de leerlingen op de andere deelnemende scholen, een spaarblik waarop je met een schoolkrijtje een spaardoel kunt schrijven. ‘Ik ga sparen voor een outfit van Barcelona’, zegt een jongetje. Toch geen Máxima Munt Donderdag wordt opnieuw door Prinses Máxima opgeluisterd. In de Koninklijke Munt in Utrecht zou zij, volgens de geldkrant, de eerste Week van het geld-munt slaan. Ook hier heerst een feestelijke, opgewonden stemming. Er is een schoolklas uit Groningen die bij het slaan van de munt aanwezig mag zijn omdat een leerling uit de klas, Chanelle Marcos, het winnende ontwerp heeft gemaakt. Voordat de ‘munt’ geslagen wordt, moet de muntmeester echter wel wat rechtzetten: ‘Eigenlijk is het geen munt, maar een penning, die door Prinses Máxima wordt geslagen. Het is namelijk niet bedoeld als wettig betaalmiddel. Het is een herdenkingspenning.’ De prinses lacht vrolijk om de nuancering en slaat even later met veel lawaai de eerste Week van het geld-penning. *Er zijn verschillende commissies bij de NVB. De CCZ is verantwoordelijk voor beleidsmatige, toezichts- en publiekszaken binnen het 'retail domein'.
Ter afsluiting is een besloten bijeenkomst met de prinses en de Commissie Consumenten Zaken* (CCZ) van de NVB georganiseerd; vertegenwoordigers van de acht deelnemende banken en de NVB zijn hierbij aanwezig. Tijdens dit gesprek is het belang van financiële educatie en de rol van banken besproken. Wim Mijs heeft het boekje ‘Wijs met geld’ gepresenteerd aan de prinses en de CCZ-leden. Alle individuele financiële educatieprojecten zijn in dit boekje verzameld. Arthur Reitsma heeft het spel overhandigd aan Prinses Máxima en hoopt voorzichtig dat de prinses dit spel met haar kinderen gaat spelen. Spaarzamer Ook volgend jaar willen de banken weer een Week van het geld organiseren. ‘Want financiële educatie werkt!’, zegt Arthur Reitsma. De Wijzer in geldzaken Junior Monitor 2011 lijkt hem gelijk te geven. Nederlandse kinderen zijn spaarzamer geworden. Kinderen sparen meer in vergelijking tot 2008. 84% van de basisschoolkinderen tussen de acht en de twaalf jaar krijgt zakgeld. Slechts 14% van de ondervraagden geeft het meeste geld direct uit, terwijl dit in 2008 nog respectievelijk 23% in groep 5/6 en 30% in groep 7/8 betrof. Arthur Reitsma | Consumentenzaken
[email protected]