fd.weekend zaterdag 1 juni 2013
Morgen
ioen: Pens moet wat u ten we
‘Werkgevers zitten nog veelal gevangen in oude denkpatronen en schatten oudere werknemers niet op hun juiste waarde’ Arbeidseconoom Joop Schippers pagina 6 ➜
Persoonlijk 3 | Techno-oplossingen 8 | Pensioen ABC 10 | Wat willen jongeren? 14
Pensioen speelt maar nauwelijks bij jongeren Er gaapt een generatiekloof in het denken over pensioen. Jongeren weten weinig over eigen situatie Lien van der Leij Amsterdam
N
aast een goed sa laris, waar hecht u het meeste aan als u van baan ver andert? Dertiende maand, auto van de zaak, stu diekostenvergoeding, kinder opvang, pensioen of bonus? Pas op: uw antwoord zal veel al uw leeftijd verklappen. Feit is dat maar 8% van de Neder landers onder de veertig een goede pensioenvoorziening hoog op zijn prioriteitenlijstje heeft staan. Veel eerder wordt gekeken naar een auto van de zaak, dertiende maand of reiskostenvergoeding. Bij ruim een op de drie 55ja rigen is een goede pensioen voorziening prioriteit nummer één. Daarna neemt de belang stelling alleen maar toe, zo blijkt uit een peiling van TNS Nipo en Het Financieele Dagblad.
Speciale bijlage
04
‘Er zijn duidelijke verschil len in attitude en kennisniveau tussen de verschillende gene raties’, stelt senior consultant Julie Visser van TNS Nipo. ‘Jongeren — in dit onderzoek de leeftijdsgroep 1839 jaar — zijn vaker geneigd de pen sioeninformatie die ze krijgen direct weg te leggen en ze zijn beduidend minder goed op de hoogte van de aanstaande ver anderingen in pensioenland.’ Die kennis wordt sowieso niet breedgedragen. Alle voor lichtingscampagnes ten spijt is het nog steeds niet al te best gesteld met het pensioenbe wustzijn van de Nederlander. Uit een eerdere poll van TNS Nipo in 2012 bleek dat zeven op de tien Nederlanders niet weten hoe hun pensioen er straks uit gaat zien. Het beeld dat naar voren komt uit deze nieuwe enquê te wijkt daar niet van af. Maar liefst 53% van de werknemers
Zorgeloos bestaan Foto: Getty
Jongeren zijn vaker geneigd informatie over pensioen direct weg te leggen
kan niet aangeven van welke pensioenregeling ze gebruik maken — eindloon, middel loon, beschikbarepremiere geling of anders. Tegen die achtergrond wekt het geen ver bazing dat maar weinig men sen (17%) zich realiseren dat er plannen zijn om het huidige pensioencontract aan te pas sen. Daarbij kijken de pensi oenfondsen naar de mogelijk
FD Morgen is een speciale bijlage over pensioen die elk kwartaal verschijnt bij FD Weekend. Deze bijlage is mede mogelijk gemaakt door Aegon. De redactie is onafhankelijk. zij steunt op een eigen ‘denktank’ van experts op het gebied van pensioenen. In speciale advertenties in deze bijlage licht Aegon zijn eigen relatie tot het pensioen toe.
heid om de vaste toezegging in euro’s (nominaal contract) om te zetten in een nieuw resultaat afhankelijk contract, waarbij pensioenuitkeringen meer in de pas lopen met behaalde be leggingsresultaten en eerder kunnen worden aangepast aan de inflatie. Jongeren zijn hier het slechtst van op de hoogte.
➜ Vervolg op pagina 2
2 Morgen Pensioen
Vervolg van pagina 1
Vrijwel alle ondervraagden onder de 40 jaar (95%) zegt hier niets van te weten. Maar ook drie op de vier 55-plussers zijn er niet mee bekend. Daarnaast beschikken jongeren over minder inzicht en overzicht. ze zijn slechter dan ouderen op de hoogte van hun eigen pensioensituatie, kunnen slecht inschatten hoe hoog hun pensioenuitkering zal zijn en zijn nauwelijks op de hoogte van de mogelijkheden om naast hun huidige pensioenregeling bij de werkgever meer pensioen op te bouwen. De gedragseconomie leert dat het gebrek aan pensioenbelangstelling onder jongeren deels toe te schrijven is aan de associaties ziek en gebrekkig die pensioen oproept. Maar, signaleert Visser, het zou ook te maken kunnen hebben met het feit dat jongeren vaker dan ouderen een pensioenregeling zien als de verantwoordelijkheid van de werkgever. ‘Uit de enquête blijkt dat jongeren de verantwoordelijkheid met betrekking tot pensioenen verschuiven en die vaker
Twee derde van gepensioneerden is bezorgd over de houdbaarheid van de AWBZ
dan ouderen bij de werkgever neerleggen’, aldus Visser. ‘Ruim een op de vijf jongeren vindt een pensioenregeling de verantwoordelijkheid van de werkgever, tegenover slechts 14% van de 55- tot 64-jarigen en 10% van de 65-plussers.’
Geen zorgen Duidelijk is dat het onderwerp pensioen voor jongeren niet of nauwelijks speelt. zorgen over de toekomstbestendigheid van het pensioenstelsel maken zij zich dan ook niet. ‘Ik ben 22 en houd me er eigenlijk totaal niet mee bezig’, aldus een van de respondenten. ‘Ik ben nog geen 30 jaar. Ik heb helemaal geen inzicht in wat er over 25 jaar aan voorzieningen zijn, laat staan over 35 jaar. Ik maak me daar momenteel niet druk over’, luidt een ander respons. Ook maken de jongeren zich weinig druk over oplopende zorgkosten als gevolg van de vergrijzing. De angst dat de AWBz (bedoeld om de kosten van langdurige zorg op te vangen) niet houdbaar blijkt, is het grootst onder gepensioneerden. Bijna twee derde van hen (61%) maakt zich daar ‘tamelijk tot zeer veel’ zorgen over, vergeleken met slechts een derde van de jongeren. Visser: ‘Dat is opvallend als je bedenkt dat dit voor de jongere generaties uiteindelijk meer gevolgen zal hebben dan voor de huidige gepensioneerden.’
advertentie
Wij willen leren van u. FD Morgen is een journalistiek onafhankelijke bijlage van het FD. Aegon vindt het belangrijk dat u dit soort informatie krijgt en wil graag weten wat u hiervan vindt. Vul een korte vragenlijst in op www.startonderzoek.nl/fdmorgen Het is een onafhankelijk onderzoek, dus vult u vooral in wat u echt denkt. Daar leren wij van. Zo kunnen wij u in de toekomst nog beter informeren.
Bedenk je toekomst.
fd.weekend zaterdag 1 juni 2013
Cijfers Oude dag
25% van de 55-plussers die zijn gestopt met werken wil wel weer aan de slag als dat kan onder eigen voorwaarden Bron: Leyden Academy on Vitality & Ageing
2,7 mln 65-plussers telt Nederland, oftewel circa 16% van de bevolking. Dat zal toenemen tot 26% in 2040 Bron: CBS
40% van de 55-plussers zegt behoefte te hebben aan financieel advies Bron: Leyden Academy on Vitality & Ageing
Pensioenfondsen hebben dekkingsgraad licht zien stijgen
Het aantal pensioenfondsen neemt gestaag af
Colofon Uitgever Eugenie van Wiechen Hoofdredacteur Jan Bonjer Coördinatie Lien van der Leij Artdirector Mick Peet Vorm en beeld Karin Aalberts Eindredactie Lien van der Leij, Féri Roseboom Aan dit nummer werkten mee: Huib Koel, Maurits Kuypers, Jan Martin, Eefje Rammeloo, Lizanne Schipper, Kato Tan, André de Vos Accountmanager market solutions Marion de Bont (020-5928637)
Tabian Hassing en moeder Marijke Hassing Foto: Kato Tan
Morgen Pensioen 3
fd.morgen zaterdag 1 juni 2013
Babyboomers en hun kroost kijken naar later Hoe ervaren de verschillende generaties de toekomstige pensioenveranderingen? Eefje Rammeloo
Marijke Hassing Consulent onderwijs Moeder Marijke Hassing (1951) is consulent onderwijs ondersteuning zieke leerlingen.
‘I
k werk nu vanaf 1970, dat is 43 jaar. Ik vind het zelf niet erg dat ik een paar maanden langer moet doorwerken. Maar ik kan me voorstellen dat je in een ander beroep denkt: oh god, ik moet nog vijf maanden. Doordat ik vroeger twee jaar lesgaf op de Spaanse ambassade heb ik een pensioenbreuk. Ik kreeg toen iedere maand een cheque, en dat was het dan. Bovendien heb ik, toen ik na zeven jaar van baan veranderde, mijn pensioen afgekocht. Van
die 7000 gulden kochten we onze eerste auto. We zijn nu nog niet zo bezig met ons pensioen. Af en toe krijgen we het bericht dat de dekkingsgraad van het ABP onder de 100% uitkomt. Dat gaat dan om een paar tientjes. Ik heb geen lijfrentes of andere aanvullende voorzieningen. Ik vind het niet erg om straks minder inkomen te hebben.
‘Als we niet meer werken kunnen we goed leven. Door de keuzes die we gemaakt hebben’
Omdat we ons gezamenlijke inkomen niet helemaal opmaken, hebben we de afgelopen jaren kunnen sparen. Over een paar jaar werken we niet meer en kunnen we goed leven. Het lijkt ons leuk om telkens drie maanden op een andere plek in het buitenland te wonen. Dat kan door de keuzes die we gemaakt hebben: we zijn nooit meegegaan in de trend om steeds een groter huis te kopen. We vinden het leuk hier in de straat en over een paar jaar is het huis afbetaald. Ook hebben we maar één auto. Mijn man Wim gaat weleens met de bus naar zijn werk. Soms is dat lastig maar we komen er altijd uit.’
Tabian Hassing Commercieel manager Tabian Hassing (1977) is commercieel manager bij Randstad Inhouse Services. Hij is getrouwd en vader van twee dochters. Zijn pensioenleeftijd is afhankelijk van de leeftijdsverwachting.
‘D
e regeling dat de pensioenleeftijd stapsgewijs naar 67 gaat, vind ik terecht. Iedereen draagt zo zijn steentje bij. De groep die nu aan het vergrijzen is, is erg groot. Ik verwacht dat de pensioenleeftijd nog wel verder omhoog zal gaan. Of 70 realistisch is weet ik niet, maar ik schat wel 68, 69. De tijd van mijn ouders was flowerpower en peace. Misschien denken we nu rationeler na over hoe het leven er over twintig, dertig jaar uitziet. Mijn
ouders hebben destijds wellicht niet goed nagedacht over hun pensioen, het is toeval dat het nu goed uitpakt voor ze. Ik kijk zo’n twee keer per jaar op de website mijnpensioenoverzicht.nl. Randstad heeft een eigen pensioenfonds en we krijgen periodiek een magazine. We worden goed op de hoogte gehouden, maar wat is mijn invloed? Je hebt het maar te accepteren. Ik heb altijd pensioen opgebouwd, behalve die paar maanden dat ik in het buitenland
‘Bij Randstad worden wij goed op de hoogte gehouden, maar wat is mijn invloed?’
zat. Voor een eventueel pensioengat heb ik geen lijfrente of verzekering. Ik doe wel mee aan een aandelenprogramma van Randstad, maar dat zie ik meer als extraatje, niet om mijn pensioen mee aan te vullen. Ik heb het idee dat je rond je 50ste weet hoe je carrière is verlopen en hoe de rest van je loopbaan uit zal gaan pakken. Ik besef dat ik méér opzij zal moeten leggen als de termijn tot het pensioen korter wordt, maar ik ga ervan uit dat het inkomen van mijn vrouw en mijzelf nog zal stijgen. Als we met pensioen gaan, zal ik minder krijgen dan mijn eindloon, maar de lasten zijn dan ook aangepast: we zullen minder geld nodig hebben voor onze kinderen en voor onze hypotheek.’
4 Morgen Pensioen
fd.morgen zaterdag 1 juni 2013
Morgen Pensioen 5
fd.morgen zaterdag 1 juni 2013
Atie Fox Verpleegkundige
robin pascoe ondernemer
Moeder Atie Fox (1951) werkte jaren als wijkverpleegkundige en nu bij indicatieorgaan CIZ. Ze is getrouwd met Jo en heeft een zoon en een dochter.
moeder robin pascoe (1959) zegde zeven jaar geleden haar vaste baan als journa list op om de engelstalige website dutchnews.nl op te richten. Ze is getrouwd met nederlander luuc en heeft twee studerende zoons. Zij heeft geen plannen om ooit te stoppen met werken.
‘O
fficieel moet ik tot 65 jaar en 7 maanden werken, maar ik hoop medio 2015 op mijn 63ste te stoppen. Ik heb lang gebruikgemaakt van de spaarloonregeling. Als die niet aansluit moet ik flexpensioen gebruiken, maar ik ga ervan uit dat dat niet nodig is. Dat komt doordat Jo tegen die tijd al een volledig pensioen krijgt. Hij is anderhalf jaar ouder en we willen tegelijk met pensioen om een bed and breakfast op te zetten in Duitsland. Ik ben premie gaan betalen op mijn 21ste, terwijl dat toen
‘Het flexpensioen lijkt heel mooi, maar je kunt beter doorwerken tot je 65ste’
eigenlijk pas rond je 25ste hoefde. Ik zat meteen bij PGGM, nu Zorg en Welzijn. Jo kreeg later een welvaartsvast pensioen terwijl mijn pensioenfonds alleen de inflatie corrigeerde. Toen ben ik het bij gaan houden. Op zich ben ik tevreden met Zorg en Welzijn. Het fonds doet zijn best. Er zitten haken en ogen aan, maar dat is zo bij alle pensioenfondsen. Je moet maar afwachten wat je straks nog krijgt. Het flexpensioen lijkt heel mooi, maar als je het gaat uitrekenen kun je beter doorwerken tot je 65ste. Met Sanne en haar broer praten we wel over onze situatie, maar niet over die van hen. Ik weet niet of je op hun leeftijd al aan pensioen moet denken. Het enige waar je op moet letten, is dat je gaten die vallen weer moet opvullen. Maar dat is iets waar onze generatie meer mee te maken kreeg dan die van Sanne. Zij moet het doen met wat er is. Ze is nog zo jong, en het pensioen is nog zo ver weg. Moet je dan nu al voorzieningen treffen voor later? Ik weet het niet.’
‘O
fficieel mag ik met mijn 67ste met pensioen, dan zal ik er 43 jaar op hebben zitten. Maar het zal er niet van komen, mede door het feit dat ik geen aanspraak kan maken op een volledige AOW. En met mij vele anderen, daar durf ik wel op te wedden. Ik vind het een hopeloos ouderwetse eis, dat je hier 50 jaar moet hebben gewoond wil je je kwalificeren voor een volledige AOW. Dankzij de verhoging van de pensioenleeftijd heb ik er overigens 4% AOW bij gekregen. Je bouwt voor ieder jaar dat je in Nederland ingeschreven staat 2% aan AOW op en omdat de Sociale Verzekeringsbank nu achteruit is gaan tellen vanaf de officiële pensioendatum — in plaats van
Sanne Fox Arts-assistent Dochter Sanne Fox (1987) werkt als arts-assistent op de afdeling cardiologie van het Jeroen Bosch ziekenhuis in Den Bosch. Net als haar moeder zit ze bij pensioenfonds Zorg & Welzijn.
‘N
atuurlijk hoop ik dat ik later net zo veel te besteden heb als nu. Maar als ik zie welke kant het opgaat, denk ik niet dat mijn inkomen op mijn 67ste dit niveau zal hebben. Ik denk dat ik zelf geld opzij moet leggen. Dat is gecompliceerd omdat mijn vriend in Australië woont. Nu spaar ik vooral om daar naartoe te gaan. En ik moet ook nog een studieschuld afbetalen. Vanaf mijn 30ste hoop ik geld opzij te kunnen leggen voor mijn pensioen. Dat pensioenfondsen de pensioenen moeten verlagen, snap ik wel. Ik begrijp dat er iets moet gebeuren zodat iedereen een pensioen krijgt. Maar het voelt niet eerlijk. Ik vind het jammer dat mijn moeder zo veel geld aan de kant legt en niet
alles terugkrijgt. En dan helemaal als ik verhalen hoor over slecht beleid bij pensioenfondsen. Had dit niet vermeden kunnen worden? Ik vind het absoluut terecht dat we langer door moeten werken. Mensen hebben tegenwoordig een steeds betere gezondheid. We kúnnen langer werken. Tegen de vergrijzing valt niet op te boksen door de jongere generatie. We kunnen werken wat we willen als twintigers, dertigers en veertigers, maar die grote grijze golf, met chronische ouderdomskwalen zoals diabetes, zal zelf ook iets moeten opbrengen. Er wordt al zo veel geld gepompt in de gezondheidszorg. Ik verwacht dat de eigen bijdrage in de zorg steeds hoger zal worden. Er wordt al gevraagd om kritischer te kijken naar de zorg. Je probeert zo doelgericht mogelijk onderzoek te doen om bijvoorbeeld de ligduur in het ziekenhuis te verkorten. Maar ik zal tegen de tijd dat ik haar leeftijd heb zeker meer moeten gaan betalen dan mijn moeder.’
vooruit vanaf je 16de, zoals vroeger — krijg ik er twee jaar bij. Dus vanuit dat oogpunt ben ik erop vooruitgegaan. Doordat ik heb besloten voor mezelf te beginnen met DutchNews.nl, heb ik natuurlijk een pensioenbreuk. Hoeveel ik mogelijk tekortkom, weet ik niet. Overigens doe ik niets om het gat te dichten, behalve dat we nu versneld onze hypotheek proberen af te lossen om de lasten straks omlaag te brengen. Een spaarrekening levert niets op en ik heb totaal geen vertrouwen in commerciële pensioenaanbieders en hun producten. Per definitie hebben commerciële aanbieders een winstdoelstelling. Ze zijn er dus voor hun aandeelhouders. Daarbij staat de woekerpolisaffaire mij nog in het geheugen gegrift. De financiële sector heeft nog een lange weg te gaan voordat die het vertrouwen van de gewone burger kan terugwinnen. Voor je oudedagsvoorziening kun je beter in stenen gaan zitten. Wij hebben naast onze woning twee appartementen. En verder rekenen wij op de kinderen, haha.
nathan pascoe Student rechten Zoon nathan pascoe van raaij (1991) rondt binnenkort zijn bachelor rechten af aan de Amsterdamse Vrije uni versiteit. daarna hoopt hij in het buitenland te studeren
‘I
Sanne Fox met moeder Atie Fox
Robin Pascoe
met zoon Nathan Pascoe
Foto’s: Kato Tan
k zie de toekomst helemaal niet zo somber in. Ik maak me geen zorgen over het voortbestaan van de AOW. Wij zitten nu misschien in een benarde positie omdat alle babyboomers tegelijk met pensioen gaan, maar over een aantal jaren zijn we weer over die demografische bult heen. En iedereen gaat langer doorwerken om de verhoudingen weer wat recht te trekken. Dan komen de dekkingsgraden van de pensioenfondsen ook wel weer boven de vereiste 105%. Tegen de tijd dat ik zelf met pensioen ga, zal de uittredingsleeftijd wel op 75 liggen. Ik wil doorwerken tot het echt niet meer kan. Ik houd mij nog niet zo met pensioen bezig, maar ik lees er wel over. Het onderwerp komt steeds vaker in het nieuws
en dan klik ik wel door. Daarbij heeft het ook juridische raakvlakken. Ik heb bij de rechtswinkel gewerkt en dan kwamen er soms vragen over. De ophef over de doorsneepremie — dat jongeren verhoudingsgewijs meer betalen dan ouderen — doet mij niet zo veel. Ik ben een voorstander van solidariteit. Waar ik wel aan hecht, is dat de pensioenfondsen een goed beleggingsbeleid voeren, gericht op stabiliteit voor de lange termijn. Net als mijn moeder zal ik te maken krijgen met een AOWgat, want ik wil straks in het buitenland studeren. Inmiddels heb ik al een stukje pensioen opgebouwd. Door mijn vakantiebaantje bij een reformwinkel krijg ik straks jaarlijks twee eurocent uitgekeerd.’
‘Ik hecht er aan dat pensioenfondsen een goed beleggingsbeleid voeren’
Verbatim ‘Bij ons is de kern: ouderen krijgen meer zekerheid en jongeren krijgen die later ook’ toon geenen Voorzitter Jonge Socialisten
‘Als pensioenfond sen de laatste jaren iets hebben laten liggen, is het wel communicatie’ peter borgdorff directeur pensioenfonds Zorg & Welzijn tijdens 10talks van KAS bank
‘In het bestaande pensioencontract, waarin nominale (...) garanties worden gegeven, staan de belangen van ouderen op gespannen voet met risicodragend beleggen in het belang van jongeren’ Arnoud boot, lAnS boVenberg en theo niJmen hoogleraren aan uvA en tilburg university in het financieele dagblad
‘Waarom de vakbonden zo graag pensioen opbouw over meer dan een ton willen begrijp ik al helemaal niet’ theo gommer Voorzitter nederlandse orde van pensioendeskundigen
fd.weekend zaterdag 1 juni 2013
Morgen Pensioen 7
fd.weekend zaterdag 1 juni 2013
Uittreder heeft nog ruim zes productieve jaren
NieuweNorm Werken Spelers op de arbeidsmarkt erkennen dat mensen ouder worden, maar vooralsnog wordt niets ondernomen om de consequenties van de vergrijzing op te vangen. NieuweNormWerken moet daar verandering in gaan brengen. Dit gezamenlijke initiatief van de in arbeid- en pensioenvraagstukken gespecialiseerde strategen Harry Smorenberg en Peter Lapperre wordt gelanceerd met een congres op 5 september 2013.
Wij moeten af van onze gedateerde opvattingen over ouderen op de werkvloer. ‘De demografie dwingt tot actie’ Lien van der Leij Amsterdam
E
en 80-plusser achter de kassa zoals Harry Smorenberg die laatst tegenkwam bij Macey’s in New York zal je in Nederland niet snel zien. ‘En dat is maar goed ook want het kwam uit financiële nood’, zegt de arbeidsmarktstrateeg. Maar feit is dat wij in de toekomst ook langer zullen moeten doorwerken en dat we ons daar goed op dienen voor te bereiden. Op zich willen mensen dat wel, constateert Joop Schippers, hoogleraar arbeidseconomie aan de Universiteit van Utrecht. ‘De gemiddelde uittredingsleeftijd is de laatste jaren opgeschoven’, zegt hij. ‘Dat is bijna een natuurlijke beweging te noemen. De 50- en 60-plussers van nu zijn beter opgeleid dan eerdere leeftijdscohorten en hebben daardoor werk dat niet alleen in hun onderhoud voorziet maar ook voldoening geeft.’ Toch moet er meer gebeuren. Nederland vergrijst in snel tempo. Niet alleen zijn er meer 65-plussers, ze worden ook steeds ouder en maken
Nederland loopt achter met beleid gericht op inzet van oudere werknemers
dus langer aanspraak op pensioen. Ook de zorgkosten nemen toe. ‘Daardoor komt de verzorgingsstaat enorm onder druk.’ Ook dreigt krapte op de arbeidsmarkt, al is dat in de huidige crisis moeilijk voor te stellen. Maar, doceert Schippers, het aantal 25- tot 65-jarigen slinkt in de periode tot 2025 met maar liefst 7%-punt tot 60% van de bevolking. ‘In hoeverre er daadwerkelijk krapte optreedt, is ook afhankelijk van technologische vernieuwingen’, nuanceert hij. Blijft het maatschappelijk probleem van een slinkende groep actieven die een steeds grotere groep inactieven moet onderhouden. Bovendien gaat er bij de huidige lage uittredingsleeftijd een schat aan menselijk kapitaal verloren. Kapitaal dat ingezet moet worden wil Nederland zijn concurrentiekracht behouden, waarschuwt Smorenberg. Smorenberg, die gespecialiseerd is in internationale pensioenvraagstukken, is zo bezorgd over het gebrek aan maatschappelijke initiatieven om langer doorwerken te stimuleren dat hij samen met collega Peter Lapperre NieuweNormWerken heeft gelanceerd, bedoeld om overheid en sociale partners aan te zetten tot concreet beleid (zie kader). ‘Nederlanders verlaten nu gemiddeld met 63,5 jaar de arbeidsmarkt’, zegt hij. ‘Terwijl met de zogeheten Workability Index wetenschappelijk is vastgesteld dat de gemiddelde
werknemer in een Oeso-land lichamelijk en geestelijk in staat is tot 70 door te blijven werken. Dat zijn ruim zes productieve jaren die niet worden benut.’
‘De arbeidsmarkt moet in beweging komen om langer doorwerken daadwerkelijk mogelijk te maken’, betoogt Lapperre. ‘NieuweNormWerken wil daar een rol in spelen door zowel werknemers en werkgevers te prikkelen actief te anticiperen op langer doorwerken. Door bijvoorbeeld het opnemen van doorwerkplannen in collectieve arbeidsovereenkomsten en het smeden van persoonlijke arrangementen voor werkgever en werknemer.’
Achterstand
Nederland loopt achter met beleid gericht op duurzame inzetbaarheid van oudere werknemers, vindt Smorenberg. ‘Duitsland is op dat gebied al verder (zie pagina 8, red.) en in Japan wordt actief gestuurd op langer doorwerken. Oudere werknemers doen een stapje terug. Vaak krijgen zij een rol als coach, waarbij waardevolle kennis voor de organisatie wordt behouden.’ Die achterstand is te verklaren door gewoontevorming, zegt Schippers. ‘Nederland heeft lang een hoog geboortecijfer gekend. Werkgevers hadden altijd wel aanwas van jonge werknemers, dus was er weinig noodzaak tot beleid gericht op ouderen aan het werk houden.’ De nieuwe werkelijkheid is anders. Bij zowel werkgevers als werknemers moet het roer om. Werkgevers zitten nog veelal gevangen in oude denkpatronen en schatten oudere werknemers niet op hun juiste waarde, stelt Schippers. ‘zij onderkennen weliswaar dat ouderen hoog scoren op zachte kwaliteiten als sociale vaardigheid, nauwkeurigheid en hart voor de zaak. Maar liever selecteren zij op basis van harde kwaliteiten die beter passen in het industriële tijdperk dan bij de dienstverle-
De Britse bouwmarkt B&Q promoot al jaren de inzet van oudere werknemers in deeltijdfuncties. Foto: Reuters
‘Wij moeten voorzichtig zijn met een verdere flexibilisering van de arbeidsmarkt’
ningsmaatschappij waarin wij nu leven’, zegt hij. ‘Werkgevers realiseren zich nog onvoldoende dat hun klantenbestand ook verandert: er zullen steeds meer 50- en 60-plussers bij komen. En die zullen het prettig vinden om door een leeftijdgenoot te worden geholpen.’ Ook werknemers zullen zich moeten aanpassen. ‘Het oude denken was dat je toewerkte naar een carrièrepiek met bijbehorende salarispiek’, aldus Smorenberg. ‘Maar in de nieuwe wereld zal je veelal moeten denken in termen van opeenvolgende cycli. De arbeidsmarkt flexibiliseert en in de praktijk zal dat betekenen
dat periodes van hoge productiviteit afgewisseld worden met mindere perioden die je dan moet benutten voor bij- en omscholing. Werknemers zullen continu moeten werken aan hun employability. Die ontwikkeling is nu al gaande.’ Hoogleraar arbeidseconomie Schippers is het maar deels met hem eens. ‘Werknemers zullen zich moeten realiseren dat ze niet langer kunnen rekenen op een langjarig dienstverband’, zegt hij. ‘Maar we moeten voorzichtig zijn met een verdere flexibilisering van de arbeidsmarkt. Het overgrote deel van menselijk kapitaal wordt immers op de werkvloer
opgebouwd. Mensen gaan zich specialiseren. Elk verbroken dienstverband leidt zo tot een verlies aan menselijk kapitaal, dat in een nieuwe functie weer moet worden opgebouwd.’
Trainingspotje
Beide pleitbezorgers voor langer doorwerken zien een grote rol weggelegd voor sociale partners in het aanbieden van effectieve werk-naar-werktrajecten. Daartoe moeten de zogeheten opleidings- en ontwikkelingsfondsen die nu nog per sector worden toebedeeld flexibel kunnen worden ingezet. ‘Dat zou voor werknemers de overstap naar een andere
sector vergemakkelijken’, aldus Smorenberg. Duurzame inzetbaarheid op de arbeidsmarkt kan verder worden bevorderd door vouchers te verstrekken voor aanvullende scholing en terugkeercursussen. Daarnaast zou er in cao’s loonruimte voor omscholing moeten worden gereserveerd en zouden werknemers de gelegenheid moeten krijgen om hun dertiende maand fiscaal vriendelijk opzij te kunnen leggen in een persoonlijk trainingspotje. ‘zeker is dat als we niets doen Nederland onvermijdelijk afglijdt’, zegt Smorenberg. ‘De demografie dwingt tot actie.’
De expert
Klant is koning Elisabeth Brüggen
Foto: Joey Roberts
6 Morgen Pensioen
K
unt u zich de laatste brief van uw pensioenfonds nog herinneren? Die over herindexatie, lage dekkingsgraden en verlaagde pensioenrechten? Misschien hebt u de brief meteen gearchiveerd (‘want het zal wel belangrijk zijn’) maar als u hem echt hebt gelezen, dan ben ik benieuwd wat u ervan hebt begrepen. zelf heb ik hem grondig bestudeerd en bij mij is één zin blijven hangen: ‘Misschien hebben we niet al uw vragen kunnen beantwoorden…’ Eerlijk gezegd hebben ze niet een van mijn vragen beantwoord. Integendeel, ze hebben juist nieuwe vragen opgeroepen (wat betekent de verlaging voor mij?) en mij niet geholpen de informatie om te zetten in actie (wat moet ik nu doen?). Nu is dit maar één fonds, maar als ik kijk naar de communicatie van andere fondsen en verzekeraars, dan kan ik niet anders concluderen dat deze brief representatief is voor de pensioencommunicatie in Nederland. Die communicatie lijkt nu nog vooral gericht op de regelgevers en beleidsmakers als belanghebbenden. De inhoud is (juridisch) correct maar — helaas voor de deelnemers — niet begrijpelijk. Een Pensioenvrouwelijke deelnemer vatte aanbieders het laatst heel goed samen: ‘Pensioenfondsen spreken spreken rundvleestaal, terwijl ik ge‘rundvleestaal’ haktballen eet.’ Mijn ervaring is dat fondmaar deelsen het kennisniveau van nemers eten hun deelnemers volledig overschatten. Tijdens een gehaktballen van mijn recente workshops over pensioencommunicatie, wist de helft van de deelnemers niet eens de naam van zijn fonds. En zij krijgen dan een brief over dekkingsgraden en indexatie zonder verdere uitleg. zo’n brief stimuleert hen dan ook niet om in actie te komen. Als eerste belangrijke stap richting een betere communicatie moeten pensioenaanbieders de deelnemer centraal stellen. De communicatie moet veel meer aansluiten op het niveau van de deelnemers wat betreft inhoud, structuur en taalgebruik. In dat verband zouden pensioenaanbieders veel kunnen opsteken van consumentenmerken die de klant al jaren als koning zien. Voor een merk als Nespresso met George Clooney als boegbeeld is het natuurlijk een stuk gemakkelijker, maar inzichten in best practices kunnen voor fondsen zeer waardevol zijn. Stel deelnemers centraal en ook andere maatregelen bekend uit de academische literatuur zullen min of meer als vanzelf op hun plek vallen. Elisabeth Brüggen is assistant professor aan de faculteit business & economics , Universiteit Maastricht
8 Morgen Pensioen
fd.morgen zaterdag 1 juni 2013
Morgen Pensioen 9
fd.morgen zaterdag 1 juni 2013
Vergrijzing te lijf met nieuwe technologieën Autofabrikanten in Duitsland stellen zich in op een vergrijzende bevolking. In de showroom, maar ook op de werkvloer Maurits Kuypers Keulen
H
et traplopen valt zwaar. De gewrichten in mijn benen voelen zo stijf dat alleen al het zetten van de ene voet voor de andere een hele inspanning vergt. Het ergste is nog het gebrekkige zicht. Alleen rechtuit kan ik goed zien, wat het vinden van de volgende trede lastig maakt. ‘En probeer nu eens naar de wc te gaan’, zegt een lachende Angelika Engel, ergonomie-expert bij autofabrikant Ford Europa in Keulen. Het blijkt een lastige opgave. Ik draag handschoenen die mijn vingers hebben beroofd van hun gebruikelijke tastzin, waardoor het vinden van de juiste knoopsgat vrijwel onmogelijk is. ‘Zo voelt het dus om oud te zijn’, zegt Engel. ‘Het is een ervaring die onze ingenieurs bij Ford Europa goed kennen. Zij trekken regelmatig het zogenoemde Third Age Suit aan om te voelen hoe het is om 30 tot 40 jaar ouder te zijn.’ Ze stappen ermee in de
auto en er weer uit. Ze rijden er stukjes mee. Bekijken waar het dashboard voor verbetering vatbaar is. Engel: ‘Het pak is voor jonge ingenieurs een echte eyeopener.’ Ze krijgen er een inkijk mee in hun eigen toekomst en die van de hele maatschappij. Want de hele wereld wordt ouder, niet in de laatste plaats Europa.
Simulatiepak In de EU is sinds 1990 het aantal 65-plussers opgelopen van 13,9% naar 17,2%. Volgens demografische prognoses van de Europese Commissie zal dit percentage in 2060 verder zijn gestegen tot 30%. Een enorme stijging dus, waar een producent als Ford ernstig rekening mee moet houden. ‘Met behulp van het Third Age Suit hebben we in het ont-
‘Gekleed in het Third Age Suit van Ford voel ik me plots dertig jaar ouder’
werp van auto’s al veel dingen veranderd’, zegt Engel. ‘Wijzigingen die niet alleen ten goede komen aan ouderen. Uiteindelijk heeft iedereen er baat bij.’ Zo kwamen ingenieurs er snel achter dat de achterklep van een traditionele Ford te hoog open zwenkt voor oudere en kleinere mensen. Er moest een oplossing worden bedacht voor de neksteun die voor dezelfde groep mensen het zicht belemmerde. Het stuur en de pedalen werden verstelbaar gemaakt, zodat iedereen er beter mee uit de voeten kan. Ook aan het Third Age Suit zelf worden geregeld verbeteringen aangebracht. Twee decennia geleden omarmde oud-Ford-manager Richard Parry-Jones als eerste het pak, toen nog in rudimentaire vorm. In de jaren erna is het pak veel professioneler geworden. Het bestaat feitelijk uit meerdere mobiliteitsbeperkende stukken, die ieder op zich verstelbaar zijn om het handicapsniveau te verhogen of verlagen. De ellebogen, enkels, knieen en onderrug zijn ingepakt in materiaal dat het lopen en opstaan verzwaart. Schouder-
Speciale bril en oordopjes beperken zicht en gehoor Kraag die het moeilijk maakt achterom te kijken Ingepakt met materiaal dat het lopen en opstaan verzwaart
Schouderbanden trekken de rug krom
Handschoenen beperken de tastzin en bewegingsvrijheid van polsen en vingers
Simulatiepak van Ford helpt ingenieurs voor ouderen te ontwerpen. Foto: Ford
banden trekken de rug krom en handschoenen zorgen voor beperkte tastzin en bewegingsvrijheid van polsen en vingers. Daaroverheen komt een rode Ford-overall met een kraag die het moeilijk maakt achterom te kijken. En ten slotte beperken een speciale bril en oordopjes het zicht en het gehoor. Het pak is inmiddels in bredere kring bekend. In Parijs wordt het gebruikt in een onderzoeksinstituut om te kijken welke problemen ouderen ondervinden bij het doen van boodschappen. In de VS wordt ermee getest in ziekenhuizen en architectenbureau Hahn & Helten laat zich erdoor inspireren bij bouwtekeningen.
BMW heeft al tienduizend arbeidsplaatsen aangepast voor ouderen
stijgt van 25% nu tot ruim 30% in 2020, een trend die daarna alleen maar verder doorzet. ‘We wisten dat we iets moesten doen’, zegt Jochen Frey van BMW. ‘We zijn daarom in 2007 gestart met het pilotproject “Heute für Morgen” in onze fabriek in Dingolfing.’ De pilot begon bij de montageafdeling voor achterassen waar de leeftijd van de betrokken werknemers werd opgevoerd van 39 jaar tot 47 (het verwachte niveau in 2017). Later werden ook andere productieprocessen bij het project betrokken met volgens Frey een grote impact op alle fabrieken van BMW in Duitsland en Oostenrijk. Jörg Hinsberger, projectleider van Heute für Morgen, is erg enthousiast over de kennis die is opgedaan en de aanpassingen die zijn doorgevoerd. Zoals zwenkbare beeldschermen met grotere letters zodat iedereen ze kan lezen, een loep voor precisiearbeid, ergonomische zitmogelijkheden, fitnessoefeningen en fysiotherapie, liefst nog tijdens werktijd. ‘We hebben inmiddels tienduizend arbeidsplaatsen aangepast op basis van wat we hebben geleerd’, zegt Hinsberger. Bij investeringen in fabriekshallen wordt goed nagedacht over de fysieke belasting van de werknemer. We gaan daar nu veel nauwkeuriger mee om dan vroeger. Dat is niet alleen goed voor de gezondheid van oudere werknemers, maar ook voor de jongere werknemers.’
gaan doen in de auto-industrie bij de productie van elektrische auto’s. Waarom juist hier? De elektrische auto staat nog in de kinderschoenen. Productieprocessen zijn onderhevig aan grote veranderingen. En dat vraagt om veel flexibiliteit van de ingezette robots, een flexibiliteit die de krachtige en zeer snelle robots die nu worden gebruikt helaas niet bieden. De Locobot wordt ontworpen
als ‘een echte collega aan de lopende band’, zegt Christian Wögerer van Profactor. Zo kan de robot helpen bij het optillen van accu’s of stukjes rijden met zware spullen. Hij wordt makkelijk bedienbaar, herprogrammeerbaar en veel goedkoper. Een beetje industriële robot kost snel ruim €400.000. De prijs voor een Locobot komt volgens Wögerer op maximaal €70.000.
Werkvloer BMW is eveneens op zoek naar inspiratie. De producent van luxewagens weet net als Ford dat hij auto’s moet bouwen die geschikt zijn voor alle leeftijdsklassen. Maar dat niet alleen. Hij moet ook iets doen voor zijn steeds ouder wordende werknemers. Duitsland is het snelst vergrijzende land van Europa. Voor BMW betekent dit dat het aantal werknemers boven de 50
Innovaties Hulp bij ouder worden Roboknuffel voor dementenzorg Hij roept zachtjes om zijn moeder, kijkt je aan met grote donkere ogen en voelt zacht en warm aan. De 57 cm lange en 2,7 kilo zware zeehondenrobot Paro was al jaren een succes in moederland Japan, maar breekt inmiddels ook door in steeds meer Nederlandse en Duitse
verzorgingshuizen. De robbenbaby kan demente ouderen voorzien in de emotionele behoeftes, iets waar het het verplegend personeel vaak niet aan toekomt. Daar komt bij dat hij bacterievrij is, onvermoeibaar en nooit chagrijnig. Ideaal dus voor het vaak overbelaste personeel van bejaardenhuizen. Tegenstanders zijn er ook. Zij vinden het een riskant fenomeen als mensen vervangen
worden door zorgrobots zoals Paro. Dat de verzorgingshuizen hier geen boodschap aan hebben, blijkt uit de cijfers. In Duitsland hebben rond de 50 verzorgingshuizen een of meerdere Paro’s in huis. Daarnaast zijn er minstens evenveel die er een in bruikleen hebben. In Nederland zijn er sinds 2010 circa 85 verkocht door Focal Meditech, dat de exclusieve verkooprechten heeft.
Robot als collega aan lopende band Mensen op de werkvloer worden steeds ouder en productieprocessen complexer. Voor een groep bedrijven en instituten— waaronder projectleider Profactor en BMW— is dit reden een nieuw soort ‘low cost robot’ te ontwikkelen. De Locobot moet vooral dienst
De expert
Smart DC Jacqueline Lommen
H
et is onvermijdelijk. De risico’s verbonden aan pensioen verschuiven naar de werknemers. Werkgevers en financiële instellingen willen de lasten van onvoorspelbare rendementen en hogere levensverwachtingen niet meer in de boeken nemen. Geen prettig vooruitzicht, maar een voldongen feit waar we beter proactief op kunnen inspelen in plaats van ons tegen verzetten. Al vele jaren ben ik betrokken bij het inspelen op deze ommezwaai. In de eerste plaats via de introductie van de premiepensioeninstelling. De PPI is een alternatief voor het pensioenfonds of de verzekeraar en sluit aan bij het uitvoeringsmodel dat elders in de EU gemeengoed is. De PPI mag geen risico’s in de boeken nemen en kent daardoor lagere solvabiliteit- en governance-vereisten. De nalevingslasten en operationele kosten zijn navenant lager. In de tweede plaats via het ontwikkelen van een slimme beschikbarepremiepensioenregeling: ‘smart DC’. Wat is daar zo slim aan? Voor de werkgever is gunstig dat deze pensioentoezegging stabielere premielasten kent en niet leidt tot IFRS balansverplichtingen. Smart DC is echter vooral gericht op het beschermen en faciliteren van de werknemers. Pensioen is Het pensioen is immers afhankelijk van de behaalde niet zo ingebeleggingsresultaten op de wikkeld, we door werkgever en werknehebben het in mer ingelegde premies. Elke werknemer heeft een eigen Nederland account. De pensioenspaarpot is daarmee in persooningewikkeld lijk eigendom. Eens gegeven gemaakt pensioen, blijft gegeven. Via default keuzes en lifecycle beleggen wordt de samenstelling van de opgebouwde spaarpot automatisch aangepast aan de levensfase en de risico’s van de financiële markten, inflatie en rentestand. Als vanouds wordt gebruikgemaakt van de kostenvoordelen en het gemak die voortkomen uit collectiviteit en worden de risico’s van overlijden, arbeidsongeschiktheid en lang leven solidair gedeeld. De website (en tegenwoordig zelfs een app) en een pensioenplanner maken het mogelijk om op elk moment goed in te schatten welke maandelijkse uitkering later volgt. Daar gaat het immers om. Pensioen is niet zo ingewikkeld, we hebben het naar mijn mening in Nederland ingewikkeld gemaakt. Het nieuwe smart DC-pensioen is begrijpelijk en integer. Het zorgt ervoor dat werknemers weer gaan waarderen dat hun werkgever een pensioenpot voor ze opbouwt. Jacqueline Lommen is directeur Europese pensioenen bij Robeco
10 Morgen Pensioen
fd.morgen zaterdag 1 juni 2013
Morgen Pensioen 11
fd.morgen zaterdag 1 juni 2013
Regel uw toekomst
1. Zoek uit waar u recht op hebt De meeste mensen zijn verzekerd voor de AOW, een basispensioen dat door de overheid wordt verstrekt. Via de site van de Sociale Verzekeringsbank, www.svb.nl, kunt u zien wat u krijgt.
2. Kijk goed naar uw overzicht Bouwt u ook pensioen op via de werkgever, dan krijgt u jaarlijks een Uniform Pensioenoverzicht. Hierin staat welke regeling u hebt, hoeveel u hebt opgebouwd en wat u kunt verwachten als u met pensioen gaat.
3.
Denk aan de toekomst
Hoeveel pensioen u later nodig hebt, hangt af van uw toekomstige uitgaven en wensen. Op www.mijnpensioenoverzicht.nl krijgt u een indicatie van wat u grofweg per maand netto te besteden zult hebben.
4.
Wie en wat in pensioenland Tussen de euro die u inlegt als werknemer en de euro die u krijgt als gepensioneerde zit een reeks bedrijven. De pensioensector, van APG tot PPI André de Vos Utrecht
B
ekendste spelers in de pensioensector zijn de pensioenfondsen, maar hun aantal neemt af. Veel kleine pensioenfondsen groeien de complexiteit en het strenge toezicht boven het hoofd. Ze sluiten zich aan bij andere fondsen of brengen de pensioenen onder bij een verzekeraar. Er zijn drie soorten fondsen: ondernemingsfondsen van individuele bedrijven, bedrijfstakfondsen voor sectoren zoals de bouw of de zorg, en een handjevol beroepsfondsen voor vrije beroepen, zoals artsen en loodsen. Pensioenfondsen innen
premies en keren pensioen uit, beleggen geld en houden deelnemers en gepensioneerden op de hoogte. Sommige kleinere pensioenfondsen zijn niet meer dan een bestuur van afgevaardigden van werknemers (vakbonden) en werkgevers. Het uitvoerende werk wordt uitbesteed aan commerciële bedrijven, die dat voor meerdere pensioenfondsen doen.
Pensioenuitvoerders
Sinds 2008 hebben de grote pensioenfondsen hun uitvoeringsbedrijven afgesplitst. Het fonds neemt de beslissingen, het uitvoeringsbedrijf doet het werk. In de praktijk worden veel fondsen geadviseerd door hun eigen uitvoerder, die immers alle kennis in huis heeft.
APG is de afgesplitste uitvoerder van ambtenarenpensioenfonds ABP, PGGM de uitvoerder van Zorg en Welzijn en Mn de uitvoerder van de metaalpensioenfondsen. Pensioenfonds en uitvoerder zijn nauw met elkaar verbonden. Zo zijn de metaalfondsen eigenaar van Mn. PGGM is een coöperatie met een bestuur bestaande uit werknemers en werkgevers, dezelfde
Eén pensioeneuro kan wel vier tot vijf vermogensbeheerders passeren
partijen die de dienst uitmaken in het pensioenfonds. Naast hun eigenaarfondsen hebben de uitvoerders ook andere pensioenfondsen als klant. De grote uitvoerders zijn de belangrijkste spelers in pensioenland. Ze zijn actief in de hele pensioenketen. Ze verzorgen de administratie en communicatie met deelnemers en gepensioneerden, ze adviseren pensioenbesturen en ze doen het vermogensbeheer. APG, PGGM, Mn en Syntrus Achmea beheren samen zo’n € 600 mrd pensioenvermogen.
sioenfondsen een apart bestuursbureau, waar medewerkers zich bezighouden met de aansturing van en controle op de externe partijen die worden ingeschakeld. Het bestuursbureau ondersteunt het fondsbestuur.
Bestuursbureau
Vermogensbeheerder
Omdat pensioenfondsen toch wel graag grip willen houden op wat er met het geld gebeurt, hebben de wat grotere pen-
Administratiekantoor
De pensioenadministrateur zorgt ervoor dat de premies op tijd worden geïncasseerd bij de juiste mensen en dat de pensioenen op tijd worden uitbetaald. Soms doet een fonds dit zelf, vaker wordt dit uitbesteed. Vermogensbeheerders zijn de kern van het pensioenbedrijf. Zij beleggen de miljarden aan pensioenpremies met als doel
rendement halen, zodat de premies betaalbaar blijven. Vermogensbeheer is een verzamelterm voor een uitgebreid internationaal scala aan bedrijven die zijn gespecialiseerd in alle denkbare vormen van beleggen. Grote pensioenuitvoerders als APG, PGGM en Mn beleggen deels zelf direct in bedrijven, maar stoppen ook weer geld in fondsen van andere vermogensbeheerders met een eigen vakgebied. Dat kan variëren van beleggen in grondstoffen tot staatsobligaties of hedgefondsen. Beleggingsfondsen kunnen op hun beurt weer geld uitbesteden aan nog kleinere gespecialiseerde ‘beleggingsboetiekjes’, die vooral in de VS en Groot-Brittannië actief zijn. Eén pensioeneuro kan zo wel vier tot vijf vermogensbeheerders passeren voordat hij ergens in wordt geïnvesteerd. Voordeel van die getrapte constructie is de vergaande specialisatie met grotere kans op hogere rendementen. Nadeel is dat elke vermogensbeheeder een klein percentage van de toevertrouwde euro afroomt. Het lastige hieraan is dat zelden goed is na te gaan in hoe-
414
pensioenfondsen waren er eind 2012. In 2005 waren dat er nog 800
verre specialisatie en kosten in evenwicht zijn.
Adviseurs
In alle takken van de pensioensector zijn adviseurs actief. De adviseur van het mkb helpt werkgevers met het opstellen van een goede pensioenregeling. Gespecialiseerde bedrijven als Cardano en Ortec helpen grote pensioenfondsen met hun risicomanagement. Naarmate pensioenfondsen meer uitbesteden, groeit de behoefte aan adviseurs en daarmee de afhankelijkheid.
Verzekeraars
Niet alle werknemers zitten bij een pensioenfonds. Veel bedrijven brengen hun pensioen onder bij een verzekeraar. Te-
gen een bepaalde inleg (de premie) wordt een bepaald bedrag (pensioen) verzekerd. Soms is dat bedrag geheel afhankelijk van de beleggingsopbrengsten, soms wordt het pensioen gegarandeerd.
PPI’s
De premiepensioeninstelling bestaat sinds 2011. Nu zijn er negen. Feitelijk is een PPI niet meer dan een vorm van collectief beleggen. Er is geen sprake van een gegarandeerd pensioen, maar het pensioen is afhankelijk van de gemaakte rendementen: een zogenaamd beschikbarepremiepensioen. Voordeel ten opzichte van individuele pensioenpotjes is dat samen beleggen goedkoper is, en dat er een zekere vorm van solidariteit mogelijk is. Een PPI mag zelf geen pensioenuitkeringen doen. Op de pensioendatum wordt het opgebouwde pensioen in een bankspaarrekening of lijfrente gestopt. Ook het nabestaandenpensioen is niet automatisch geregeld in een PPI. De meeste PPI’s zijn samenwerkingsverbanden van pensioenuitvoerders, banken en verzekeraars.
Kijk en vergelijk: komt u tekort?
Vergelijk uw verwachte inkomsten met uw mogelijke uitgaven. Nu kunt u nog bijsturen. Bedenk ook dat veranderingen in uw levenssituatie grote gevolgen kunnen hebben voor uw pensioen.
5. Hoe vult u uw pensioen aan? Het kabinet wil de fiscaal vriendelijke opbouw van pensioen beperken. Wel zijn er plannen voor een nettopensioenspaarfaciliteit (zie p. 13). En u kunt zelf sparen of beleggen om uw pensioen op te hogen. advertentie
“Hoe voorkom ik als CFO hoge rekeningen?” Door tijdig uw pensioenregeling aan te passen. Zo voorkomt u extra loonheffingen. Hoe? Kijk op www.aegonadfis.nl
Bedenk je toekomst.
Morgen Pensioen 13
fd.weekend zaterdag 1 juni 2013
“Pensioenadvies wordt pensioenplanning.” Jean-Pierre Damme
Salesmanager Pensioen Aegon Intermediair “Hoe ik mijn eigen toekomst zie? Ik zou ook later nog financieel in staat willen zijn veel te kunnen reizen. Iets van de wereld zien. Maar altijd weer thuiskomen, een thuisbasis, want ik ben een familiemens. In ons werk zien we dat pensioenadvies steeds meer opschuift naar werknemersadvies, naar pensioenplanning. Pensioenadviseurs krijgen steeds meer vragen. Fiscale, juridische en beleggingsvragen. Bij Aegon helpen we de adviseurs. Of ze nu wel of niet een relatie met ons hebben. We zetten ons in voor het hoogste niveau van advies. Want het allerbelangrijkste: hoe meer kennis de klant uiteindelijk heeft, hoe bewuster zijn of haar financiële keuzes voor de toekomst.” Daarom is er de Aegon Academie. Trainingen en opleidingen voor pensioenadviseurs. Kijk op aegon.nl/academie
Feiten & cijfers
De expert
Denken aan jezelf
Netto pensioen Patty Kuijper
S
Met de jaren groeit de belangstelling voor pensioen. Mannen zijn meer geïnteresseerd dan vrouwen Interesse in pensioenzaken 18 t/m 39 jaar
40 t/m 54 jaar
55 t/m 64 jaar
In %
In %
In %
In %
In wat voor soort regeling bouwt u nu pensioen op? Anders Eindloon Middelloon
In %
Weet niet Hoe staat u tegenover uw pensioen? Interessant om Vervelend om over te praten over te praten
In %
Wat zijn belangrijke secundaire arbeidsvoorwaarden*?
18 t/m 39 jaar
55 t/m 64 jaar Pensioen Ziektekostenvergoeding Eerder stoppen Dertiende maand Scholingvergoeding Reiskostenvergoeding Overwerktoeslag
Ziektekostenvergoeding Dertiende maand Reiskostenvergoeding Scholingvergoeding Pensioen Overwerktoeslag Eerder stoppen 0
10
20
30
Meneer, leest u uw pensioeninformatie? Ja, neem ik grondig door
Bedenk je toekomst.
In %
*Als eerste genoemd, in %
40
Nee, leg ik meteen weg
0
10
20
30
En u, mevrouw?
40
Ja, neem ik grondig door Nee, leg ik meteen weg
In %
Bron: TNS-NIPO
ociale partners hebben in het akkoord van afgelopen maand de mogelijkheid van een nettospaarfaciliteit geopperd. Daarmee zou de aangekondigde beperking van de fiscaal vriendelijke pensioenopbouw kunnen worden gecompenseerd. Ik ben benieuwd hoe de pensioensector hiermee om zal gaan. De introductie van een nettopensioen zou namelijk een kleine revolutie betekenen. In pensioenland is de omkeerregel (onbelaste aanspraak, de uitkering wordt belast) altijd de norm geweest. Bij een nettopensioenspaarfaciliteit wordt de belasting voldaan op het moment dat de aanspraak ontstaat. De vraag is of de werknemer hierop zit te wachten. Je betaalt dan vooraf belasting over een uitkering die je misschien in de toekomst nooit zal krijgen, dat voelt niet goed. Het alternatief is geen pensioen, maar meer salaris, dat je zelf op een bankrekening kunt zetten. Als de sector de nettopensioenspaarfaciliteit wil verkopen, is een belangrijke vraag daarom wat de voordelen zijn ten opzichte van een gewone bankrekening. De fiscaal gedreven adviseur kan erop wijzen dat over de nettospaarfaciliteit geen belasting hoeft te worden betaald in box 3. Maar ik vraag me af of werknemers overtuigd worden met een jaarlijkse besparing van 1,2%. Als ik het hier met een vriend over zou hebben, zou Introductie ik willen weten wat er gebeurt bij overlijden. Staat er dan van nettovoldoende geld op je bankspaarfaciliteit rekening om te zorgen dat je partner niet in de problemen zou kleine komt? Wat gebeurt er als je arrevolutie beidsongeschikt wordt? Heb dan voldoende inkomen om betekenen in jedoor te gaan met sparen? Wat pensioenland ga je doen als je ouder wordt dan verwacht en je bankrekening leeg begint te raken? En kent die rekening een minimumrendementsgarantie? Dan bespreken we de verzekeringselementen van pensioen, die al veel te lang onvoldoende aan de orde komen. Daarmee gaan we terug naar de kern van verzekeren: samen de risico’s delen die je alleen niet kunt dragen. Die benadering zou de betrokkenheid van werknemers verhogen en de pensioensector helpen. Natuurlijk moeten de (polis)kosten van het (verzekerings)product niet te hoog zijn en helder gecommuniceerd worden, die les hebben we wel geleerd. Helaas hebben overheid en sociale partners blijkbaar geen vertrouwen in de verkoopkansen van dit nieuwe product, want zij reppen in het akkoord over verplichtstelling via de cao. Dat zou een gemiste kans zijn ... Mr. drs. Patty Kuijper CPL is manager detachering Welten Pensioen Professionals
14 Morgen Pensioen
fd.morgen zaterdag 1 juni 2013
Morgen Pensioen 15
fd.morgen zaterdag 1 juni 2013
Jongeren infiltreren pensioenfonds
belangpensioen. Dat moet je niet te hard gaan herverdelen.’
Uitstappen
Het generatieconflict over pensioen wordt vaak overtrokken, zeggen jongeren. Maar zij willen wel meepraten Lizanne Schipper Den Haag
N
iet alle jongeren zien pensioen als een ver-van-mijnbedshow. Toen de jongerenvakbonden van CNV, FNV en MHP de afgelopen jaren deelnemers ronselden voor een serie informatieve bijeenkomsten over het pensioenstelsel, was de animo te groot voor het aantal beschikbare plaatsen. Natuurlijk loopt niet iedereen warm voor het onderwerp, erkent medeorganisator IJmert Muilwijk (28), voorzitter van CNV Jongeren. ‘Maar voor invloed heb je geen hoge cijfers nodig. Een paar frontrunners is genoeg.’ Want het doel van de bijeenkomsten is niet louter informatief. Met een serie van zeven masterclasses worden jongeren klaargestoomd voor
een functie bij de pensioenfondsen. Daarnaast voorziet een denktank het Pensioenlab, waar zestig jongeren aan meedoen, de gevestigde pensioenwereld op gezette tijden van (ongevraagd) advies. Van de twintig deelnemers aan de eerste ronde masterclasses in 2011 zijn inmiddels vijftien jongeren bij een pensioenfonds aangetreden. Het merendeel zit in de adviserende deelnemingsraad, drie zijn meteen doorgestoomd naar het bestuur. Ook bij ambtenarenfonds ABP zitten nu enkele jongeren in de deelnemingsraad.
Dit jaar zullen circa 80.000 vroegpensioeners een maand AOW moeten missen
Dat jongeren over het pensioenstelsel meepraten is belangrijk, vinden de jongerenvakbonden. ‘De voedingsbodem voor een generatieconflict is er, en we hebben nu nog de mogelijkheid om die strijd te vermijden’, meent Muilwijk. Niet door de verplichte deelname aan pensioenfondsen te schrappen, maar door binnen het bestaande systeem de risico’s voor jongeren te beperken. ‘Wij willen best een beetje solidariteit behouden, maar het moet niet zo zijn dat jong standaard meer betaalt dan oud.’ Solidariteit hoort vooral thuis bij de eerste pensioenpijler, dus de AOW. ‘Die kosten gaan sowieso omhoog. Als jongere ben ik best bereid daarvoor te gaan, gesteld dat de AOW-leeftijd verder omhooggaat en mensen zelf meer zorgkosten gaan betalen. Maar het aanvullende pensioen is eigen-
Deelnemers aan het Pensioenlab proosten met reageerbuisjes bij de aftrap van de denktank bij de Nederlandsche Bank. De buisjes staan symbool voor pensioenexperimenten. Foto: CNV
Als de pensioenfondsen onevenredige solidariteit blijven afdwingen, heeft de verplichtstelling volgens de jongeren uiteindelijk geen overlevingskans. Dan stappen zij uit het systeem. Waarom dan niet iedereen de vrijheid geven om zijn eigen pensioenpotje op te bouwen? Simpelweg omdat pensioenfondsen de beste uitvoerders zijn, vindt Muilwijk. ‘Dankzij die gedwongen winkelnering kan een fonds het vermogensbeheer veel goedkoper uitvoeren. Er is massa en er hoeft geen geld naar reclame.’ Bovendien kun je samen beter de klappen opvangen. Idee is dat uitschieters in rendement worden uitgesmeerd over meerdere jaren, zodat er geen pech- of geluksgeneraties ontstaan. Stel dat de dekkingsgraad van een fonds door een beursdip 20% te laag is, dan krijgen gepensioneerden over een periode van vijf jaar 4% minder totdat de dekkingsgraad weer op peil is. Als de rendementen pieken, wordt die meevaller even geleidelijk gedeeld. Muilwijk: ‘Op dit moment is het volstrekt onduidelijk van wie de overschotten en tekorten zijn. Het slechte nieuws wordt uitgesteld, tekorten worden doorgeschoven. Dat kun je niet eeuwig doen.’ Wat voorop moet staan, is transparantie, helderheid over wat je als pensioendeelnemer kunt verwachten. Gegarandeerde bedragen zitten er niet meer in, dat is voor jongeren duidelijk. Maar zij willen niet in het duister tasten over hun pensioeninkomen, zoals nu het geval is. En het verwachte
pensioen moet geïndexeerd zijn, dus aangepast aan inflatie. Anders weet je nóg niks. Ander belangrijk punt waarvoor de jongeren zich hard maken is de degressieve waardeopbouw van pensioenen. Daarbij betalen jong en oud dezelfde premie, maar bouwen jongeren meer waarde op omdat hun geld langer de tijd heeft om te renderen. ‘Omdat een euro van een jongere meer waard is dan die van een 55-jarige, zou de jongere eigenlijk minder premie moeten betalen’, zegt Muilwijk. ‘Maar dat zou tot oneerlijke concurrentie leiden, omdat ouderen dan veel duurder op de arbeidsmarkt zijn.’ Oplossing is een hogere waardeopbouw aan het begin van de loopbaan, wat ook veel eerlijker is voor jonge werknemers die voor zichzelf beginnen. ‘Zoals het nu is geregeld, heb je dan de hoofdprijs betaald aan pensioenpremie, terwijl je er heel weinig voor terugkrijgt.’
Invloed De jongeren willen zich niet alleen uitspreken over het pensioenstelsel, maar ook invloed hebben op de besluitvorming. Een positie bij de pensioenfondsen werkt het beste, maar is wel ‘slow politics’, zegt Muilwijk. En om daar echt iets voor elkaar te krijgen, is doortimmerde technische kennis een must. ‘Bij de fondsen zitten mondige gepensioneerden met veel kennis. Je moet van goeden huize komen om die weerwoord te geven. Als jongeren moeten wij het bij wijze van spreken beter snappen dan de voorzitter van het pensioenfonds, anders komen we er niet doorheen. Als je effect wilt hebben, moet je er met gestrekt been in gaan.’
Toon Geenen, 24
‘Als voorzitter van de Jonge Socialisten zit ik niet op de lijn dat ouderen het geld van jongeren afpakken. Voor mensen die nu worden gekort op hun pensioen is het ook heftig. Als door slechte rendementen te weinig wordt opgebouwd, hebben jongeren nog 30 jaar of meer om er iets
aan te doen, ouderen niet. Daarom vind ik dat de bandbreedte van jaarlijkse plussen of minnen gekoppeld moet worden aan leeftijd. Als je jong bent, mag er in een jaar zo’n 8% van de opbouw af of bij, maar vanaf 55 jaar worden die minnen en plussen minder zwaar. Ik ben niet voor een degressieve opbouw waarbij jongeren met dezelfde premie meer opbouwen dan ouderen. Dat zet Jeroen Dejalle, 26 de solidariteit onder druk. ’
68%
van de werknemers in Nederland verwacht als gevolg van de financiële crisis langer te moeten doorwerken
36%
Iets meer dan een op de drie vrouwen zegt goed tot zeer goed op de hoogte te zijn van hun pensioensituatie; bij mannen is dat twee op de drie
10
Mensen die deze eeuw zijn geboren, de zogenoemde ‘millennials’, zullen naar verwachting minimaal tien verschillende banen hebben tijdens hun werkzame leven
69%
van de Nederlandse werknemers ziet pensioen als een gedeelde verantwoordelijkheid tussen werknemer en werkgever. Jongeren zien dat minder
11%
Uit de praktijk Wat denken jongeren? ‘Meer zekerheid voor ouderen’
Cijfers Oude dag
‘Uitgedroogde kerstboom’ ‘Sinds begin dit jaar zit ik in de deelnemersraad van het ABP, via de Pensioenmasterclass. Gebrek aan interesse bij jongeren is echt geen goede zaak. Ons pensioenstelsel is een uitgedroogde kerstboom waarin we nog wat groene slingers proberen te hangen. Het klopt
niet dat ik de schade moet opruimen voor ouderen, terwijl ik zelf uitzicht heb op veel minder pensioen, meer premie betaal en meer risico loop. Maar hoe het dan wel moet? In elk geval moeten deelnemers hun pensioenaanspraak makkelijker kunnen meenemen naar een volgende baan. Een degressieve opbouw past daar ook bij, zodat je niet hoeft in te leveren als je voor jezelf begint.’
‘Het gaat nu veel te hard omlaag’
Klaartje de Boer, 27
‘Tijdens mijn rechtenstudie vond ik pensioenrecht heel leuk. Ik zit er nu tot over mijn oren in, als beleidscoördinator van de vakcentrale MHP. Er worden nu maatregelen genomen die echt inhakken op de pensioenambitie van mensen. Ik ben tegen de verlaging van het opbouwper-
centage en de aftopping voor inkomens boven de ton. Maak je een steile carrière, dan ga je er later dus sterker in levensstandaard op achteruit. Het vervelende van zo’n inkomensgrens is ook dat de politiek elk moment die verder kan verlagen. Met deze maatregelen zullen mensen vermoedelijk nog maar een pensioen kunnen sparen van de helft van hun laatste salaris. Het gaat nu veel te hard omlaag.’
van de Europese werknemers zegt te verwachten dat ze nooit volledig zullen stoppen met werken
63,6 jaar
was de gemiddelde uittredingsleeftijd van Nederlandse werknemers in 2012
“Een jaar reizen. Zuid-Amerika, Noord-Afrika, het Midden-Oosten...” Lynn Bartels “Ik ben dansdocent en coördinator bij een jeugdtheaterschool. En ik ben nu een studie Kunstgeschiedenis aan het afronden. Met die studie had ik niet echt een vooropgezet plan. Ik zie het als een verrijking, als persoonlijke ontwikkeling. Hoe mijn leven er over tien jaar uitziet? Geen idee! Als de prins op het witte paard langskomt; wie weet trouwen, 1 kind misschien en op z’n minst een huisje in een warm land. Ik ben in ieder geval blij dat ik een vast contract heb en pensioen opbouw. Wat ik wel zeker wil, is een jaar ertussenuit. Maar of dat kan…” Daarom is er de website speeljetoekomst.nu. Daar kun je spelenderwijs zien wat de gevolgen zijn van bepaalde gebeurtenissen in jouw leven voor je financiële toekomst.
Bedenk je toekomst.