Patiënteninformatie
Borstvoeding... een goed begin Deze folder geeft u praktische informatie over het geven van borstvoeding
Inhoudsopgave Pagina 1. Voordat u met borstvoeding begint 5 Waarom borstvoeding? 5 Voorbereiding op de borstvoeding 5 Wat mag ik wel of juist niet eten? 6 2. Borstvoeding (het begin) 7 Kennismaken met de baby 7 Hoe leg ik de baby goed aan? 7 Houdingen bij het voeden 8 Borstvoeding bij een keizersnede 9 Borstvoeding bij een tweeling 9 Een baby op de couveuse-unit 10 3. Het geven van borstvoeding 10 Wanneer, hoe vaak en hoe lang voeden? 10 Regeldagen 10 Wat is borstvoeding op verzoek? 11 Krijgt mijn baby wel genoeg? 11 Wanneer drinkt mijn baby effectief? 12 Vitamine K en D 13 4. Bijvoeden 13 Wanneer is bijvoeden nodig? 13 Manieren van bijvoeden 14 5. Voorkómen en oplossen van problemen rondom borstvoeding 14 Een goede voorbereiding 14 Problemen met uw tepels 14 Tepelhoedje 15 Problemen met uw borsten 16 Darmkrampjes bij de baby 19 Te veel moedermelk 20 Het weigeren van de borst 21 Spruw 22 6. Meer informatie 22 Begeleiding bij borstvoeding 22 Nuttige adressen 22 Tot slot 25
3
Borstvoeding... een goed begin Deze folder geeft u praktische informatie over het geven van borstvoeding. De geboorte van uw baby stelt u voor de vraag: hoe ga ik mijn kindje voeden? Tergooi is voorstander van borstvoeding, omdat dat de beste start is voor uw baby. Tergooi stimuleert het geven van borstvoeding. Uit onderzoeken blijkt dat borstvoeding gezond is voor uw kind. In moedermelk zitten veel verschillende voedingsstoffen in de juiste samenstelling.
Borstvoeding De World Health Organisation (WHO) zegt het volgende over borstvoeding: ‘Exclusieve borstvoeding is aanbevolen tot de leeftijd van zes maanden, daarna moeten er naast de borstvoeding vaste voedingsmiddelen worden geïntroduceerd, terwijl met borstvoeding wordt doorgegaan tot de leeftijd van twee jaar of langer’. Het Voedingscentrum beveelt borstvoeding aan tot minimaal zes maanden, daarna zolang moeder en kind dat willen en zich daar prettig bij voelen. Onderstaand de tien vuistregels voor het kwaliteitskeurmerk voor borstvoeding. 1. Er moet een beleid ten aanzien van borstvoeding op papier staan dat we bekend hebben gemaakt aan alle betrokken medewerkers. 2. Alle betrokken medewerkers leren de vaardigheden aan die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van het beleid. 3. Alle zwangere vrouwen en moeders lichtten we na de bevalling voor over de voordelen en de praktijk van borstvoeding geven. 4. Binnen een uur na de geboorte van uw kind helpen we u geholpen met het geven van borstvoeding. 5. We leggen aan u uit hoe u uw baby moet aanleggen en hoe de melkproductie in stand gehouden moet worden, zelfs als we uw baby van u moeten scheiden. 4
6. Alle pasgeborenen krijgen geen andere voeding dan moedermelk, noch extra vocht, tenzij dit moet gebeuren op medische indicatie. 7. U en uw kind mogen op één kamer blijven (‘rooming-in’). 8. We streven ‘Borstvoeding op verzoek’ na. 9. Als uw baby borstvoeding krijgt, geven we geen speen of fopspeen. 10. Het opzetten van borstvoedings-begeleidingsgroepen moedigen we aan en we verwijzen u na ontslag naar deze groepen.
1. Voordat u met borstvoeding begint Waarom borstvoeding? Naast dat borstvoeding geven fijn kan zijn in het contact met je kind, heeft het ook medische voordelen. Moedermelk zit vol afweerstoffen, waardoor de baby beter is beschermd tegen maag-, darm- en luchtweginfecties. Ook urineweginfecties, oorontsteking en hersenvliesontsteking komen minder vaak voor bij borstgevoede baby’s. De moedermelk beschermt tegen allerlei ziekten. Eigenlijk geeft u uw baby een natuurlijke vaccinatie en werkt u mee aan het opbouwen van een afweersysteem. Moedermelk verdient beslist de voorkeur wanneer uw kind aanleg heeft voor allergie. De verschijnselen die bij een allergie horen, komen pas op een later tijdstip tot uiting en ze verlopen milder. Het geven van borstvoeding heeft ook voor uzelf voordelen. Een vrouw die minimaal zes maanden borstvoeding geeft, heeft minder kans op eierstok- en borstkanker en op osteoporose. Ook helpt het geven van borstvoeding om de baarmoeder sneller te laten samentrekken, zodat u minder bloed verliest na de geboorte. Bovendien is moedermelk altijd beschikbaar, heeft het de juiste samenstelling en exact de goede temperatuur en het is gratis.
Voorbereiding op de borstvoeding Vóór de geboorte Tijdens de zwangerschap kunt u al rekening houden met uw toekomstige rol als voedende moeder. Gebruik voor uw borsten bijvoorbeeld geen scherpe of uitdrogende middelen zoals zeep. 5
De kliertjes van Montgomery die zich op de tepelhof bevinden, houden de tepelhof soepel en bacteriearm door een vettige, antiseptische afscheiding. Wanneer u het prettig vind toch iets te gebruiken, kies dan voor ongeparfumeerde crème. Na de geboorte Bij het geven van borstvoeding zijn een paar punten van belang: • let op hygiëne. Was vóór het voeden eerst de handen, trek regelmatig schone kleding aan, draag zoogkompressen tussen de voedingen door en verschoon deze na elke voeding; • was de borsten dagelijks met water zonder zeep; • laat de borsten na de voeding goed drogen aan de lucht; • draag een goed steunende, niet knellende BH. Speciale voedingsbeha’s kunnen handig zijn tijdens het voeden; • bij stuwing (meestal rond de derde tot vierde dag na de geboorte) is vaak en goed aanleggen het belangrijkste advies. Soms werkt dit vooral voor uw eigen verlichting van de klachten. Soms is vooraf kolven nodig.
Wat mag ik wel of juist niet eten? Als u borstvoeding geeft, geldt als algemeen advies: eet gezond en gevarieerd. U zult wat extra moeten eten en drinken, omdat de borstvoeding per dag 500 extra calorieën vraagt. U kunt in principe alles eten en drinken. Er zijn wel wat voedingsmiddelen die prikkelend kunnen zijn voor de darmpjes van uw baby. Een pasgeboren baby heeft nog onrijpe darmen. De eerste drie maanden komen krampjes wat meer voor. Dit huilen kan ook betekenen dat de baby vaker aan de borst wil of graag bij u wil zijn. Een goede draagdoek kan dan fijn zijn. Alcohol en roken Het gebruik van alcohol gedurende de periode van borstvoeding raden we af. Zelfs kleine hoeveelheden alcohol kunnen schadelijke gevolgen hebben voor de baby. Ook het gebruik van nicotine raden we af tijdens de borstvoedingsperiode. Roken kan de toeschietreflex verminderen. Ook de baby krijgt via de melk nicotine binnen.
6
Medicijnen De meeste medicijnen kunt u gewoon gebruiken terwijl u borstvoeding geeft. Gebruik deze wel in overleg met uw behandelend arts. Als blijkt dat tijdelijk gebruik van medicijnen ongunstig is in combinatie met borstvoeding (omdat uw baby dan chemische stoffen binnenkrijgt), is kolven een goed alternatief om de borstvoeding op gang te houden. De afgekolfde moedermelk moet u dan wel weggooien. Na narcose mag u zodra u goed wakker bent de baby weer aan de borst leggen. Bij twijfel kunt u contact opnemen met de lactatiekundige. Zij kan nagaan of u met uw medicatie borstvoeding mag geven.
2. Borstvoeding (het begin) Kennismaken met de baby We leggen uw baby, als er geen bijzonderheden zijn, direct na de geboorte op uw blote huid. Dit eerste contact is van groot belang om elkaar te leren kennen. Vlak na de geboorte heeft de baby meestal een heel sterke zoek/zuigreflex. Door daarvan gebruik te maken, worden de stoffen die nodig zijn voor de melkproductie geactiveerd. We begeleiden u bij het aanleggen.
Hoe leg ik de baby goed aan? Goed aanleggen is de belangrijkste factor voor het al dan niet slagen van de borstvoeding. De baby wordt zo snel mogelijk aangelegd, in ieder geval nog op de verloskamer. De verpleegkundigen geven u advies, zodat u leert hoe het aanleggen verloopt en u er handigheid in krijgt. Aandachtspunten bij het aanleggen: • zorg voor privacy en een rustige, prettige omgeving; • neem een goede en ontspannen houding aan. Bijvoorbeeld goed gesteund door kussens en bij zittend voeden lekker rechtop. Zie de illustraties hierna; • zorg ervoor dat uw baby wakker en ontspannen is. Breng een huilende baby eerst tot rust. Wacht met het aanleggen tot uw baby aangeeft te willen drinken: zoeken, sabbelen op knuistjes, smakgeluidjes maken; 7
• uw baby moet goed gesteund dicht tegen u aan liggen; • uw baby moet met zijn lijfje en hoofdje op één lijn liggen: buik tegen buik; • ondersteun de borst, door deze te vormen naar het mondje; • lok een zoekreflex uit, door met de tepel de bovenlip van uw baby te strelen; • breng uw baby naar de borst en niet uw borst naar de baby; • zorg ervoor dat uw baby de tepel en een gedeelte van de tepelhof in zijn mondje neemt; • let erop dat de lipjes van uw baby naar buiten zijn gekruld. Het is normaal dat u tijdens het voeden wat naweeën voelt. Dit is een teken dat de borst goed wordt gestimuleerd en dat de baarmoeder daardoor samentrekt, zodat u minder bloed verliest.
Houdingen bij het voeden
Voedingshoudingen bij één baby
8
Voedingshoudingen bij tweelingen
Borstvoeding bij een keizersnede Ook na een keizersnede (sectio caesarea), of u nu een algehele narcose of een ruggenprik heeft gehad, kunt u borstvoeding geven. De melkproductie komt gewoon op gang. Direct na de geboorte via de keizersnede wordt uw baby zodra dit kan bij u neergelegd. Met efficiënte pijnstilling en hulp bij het aanleggen zijn geen problemen te verwachten voor het geven van borstvoeding na een keizersnede. Wel is het belangrijk om extra aandacht te besteden aan een comfortabele voedingshouding en ondersteuning, vanwege pijn door de wond. Een goede houding na een keizersnede is de rugbyhouding. Maar u kunt ook op de rug blijven liggen of op uw zij draaien. In dat geval is het belangrijk dat u goed wordt ondersteund door kussens.
Borstvoeding bij een tweeling Borstvoeding werkt volgens een vraag- en aanbodsysteem: hoe vaker uw baby drinkt, hoe meer melk er wordt aangemaakt. Dit systeem zorgt ervoor dat in geval van een tweeling er voldoende melkproductie is voor beide kinderen. Belangrijk is om vanaf het begin uit beide borsten te laten drinken. U kunt in het begin, om het aanleggen goed onder de knie te krijgen en de borstvoeding op gang te brengen, uw baby’s het beste één voor één voeden. Daarna kunnen beide baby’s tegelijk worden aangelegd. Het is goed om per voeding uw baby’s te wisselen van borst. 9
Als de voeding goed op gang is gekomen, kunt u de kinderen ook per dag wisselen van borst. Verschillende houdingen zijn mogelijk (zie de illustraties). Verder is het van belang om uw conditie goed in de gaten te houden. Eet goed en gezond, drink naar behoefte en neem voldoende rust.
Een baby op de couveuse-unit Bij een zieke of te vroeg geboren baby is de moedermelk extra belangrijk. Op de website van Tergooi kunt u de folder vinden: Borstvoeding bij de zieke of te vroeg geboren baby, www.tergooi.nl/ folder1284.pdf
3. Het geven van borstvoeding Wanneer, hoe vaak en hoe lang voeden? Een gezonde, voldragen baby heeft de eerste twee dagen eigenlijk voldoende aan de eigen reserves en de eerste moedermelk (colostrum), totdat de melkproductie goed op gang is. Dit kan een paar dagen duren. Om de borstvoeding op gang te brengen, is het vooral de eerste dagen belangrijk om uw baby zo vaak mogelijk aan te leggen, minimaal acht tot twaalf keer per 24 uur. Het is goed om beide borsten aan te bieden. Als de melkproductie eenmaal op gang komt, is het raadzaam de ene borst aan te bieden tot uw baby loslaat en de tweede borst alleen als ‘toetje’ te geven. Zo krijgt uw baby de kans om de vettere, meer voedzame ‘achtermelk’ tot zich te nemen. Hoe lang uw baby drinkt, is van kind tot kind verschillend en het varieert ook per voeding. Hierbij spelen de toeschietreflex, de activiteit en de eetlust van uw baby een rol. Naarmate uw baby ouder wordt, wordt de drinktijd meestal korter.
Regeldagen Het is normaal dat een baby soms een dag heel vaak wil drinken. U kunt dan het idee krijgen dat u alleen maar met voeden bezig bent. We noemen dit ‘clusteren’. Hiermee wordt het maken van de melk extra gestimuleerd. Uw baby regelt dat dan zelf. 10
Wat is borstvoeding op verzoek? De eerste dag na de geboorte slaapt een baby meestal veel. Na de eerste dag kan een baby wat vaker wakker zijn en gevoelig lijken voor prikkels. Uw baby alleen in de luier, op uw blote borst (huid op huid contact) is dan de beste plek. Daar voelt hij zich veilig. Het is belangrijk om erop te letten wanneer uw baby licht slaapt. Uw baby kan op dat moment smakkende geluidjes maken of probeert op zijn handjes te zuigen. Dan is het een goed moment uw baby de borst te geven. Als de voeding na twee tot drie dagen goed op gang gekomen is, kunt u gaan voeden op verzoek. Dat houdt in: voeden zo vaak en zo lang als uw baby wil. Dit zal meestal om de twee tot drie uur zijn, maar de tussentijd kan ook korter zijn. Dit is normaal. Rooming-in houdt in dat uw baby dag en nacht bij u op de kamer verblijft. Dit heeft als voordeel dat u aan de signalen van uw baby kunt horen en zien wanneer deze zich meldt. U leert sneller herkennen wat uw baby wil. Op de couveuse-unit is rooming-in niet mogelijk. U bent wel de hele dag welkom. De voordelen van voeden op verzoek zijn: • de melkproductie komt vlot op gang; • uw baby valt minder af; • er is minder kans op stuwing (zie hoofdstuk 5, Problemen met uw borsten).
Krijgt mijn baby wel genoeg? Zoals al eerder gezegd, heeft een gezonde pasgeborene voldoende aan de kleine hoeveelheden moedermelk die er de eerste dagen zijn. Afvallen is dan een normaal verschijnsel. Afvallen tot ongeveer zeven procent is zelfs heel nuttig voor de gezondheid van een op tijd geboren gezonde baby. In Tergooi wegen we uw baby eenmaal per dag bloot, om te snel afvallen tijdig op te merken. Dit gewicht noteren we op de voedingslijst. Uw baby mag maximaal tien procent van het geboortegewicht afvallen. (Bij zeven procent kijken we goed naar het aanleggen en drinken van de baby). Als dit zich voordoet, bekijken we wat voor hulp nodig is. Zoals vaker en beter aanleggen, kolven, goede pijnbestrijding. Alleen op medische indicatie, in opdracht van de kinderarts, kunnen we u aanraden uw kind tijdelijk bij te voeden. 11
Hoe ziet u verder dat uw kind genoeg krijgt? • Uw baby heeft zes tot acht natte luiers per 24 uur vanaf de vierde dag na zijn geboorte. • Uw baby heeft de eerste zes weken minimaal eenmaal per 24 uur een poepluier. • De eerste weken heeft uw baby verschillende keren per dag ontlasting. Dunne en veel ontlasting bij een gezond borstvoedingskind is geen diarree, maar normaal. De kleur van de ontlasting is mosterdgeel, maar kan ook soms groen van kleur zijn. Later wordt de ontlasting dikker en heeft deze een groter volume. • Uw baby meldt zich voor de voedingen. • Uw baby is tevreden na de voeding. • Uw baby maakt een alerte, ontspannen indruk. • Uw baby valt de eerste week ongeveer zeven procent af en komt daarna minimaal 100 gram per week aan. • Uw borsten voelen soepeler aan na het drinken.
Wanneer drinkt mijn baby effectief? Er zijn verschillende manieren om te zien of uw baby goed drinkt. Juist drinkgedrag • Uw baby is goed aangelegd (zie in hoofdstuk 2 ‘Hoe leg ik de baby goed aan?’). • U ziet duidelijk zichtbare bewegingen van de kaakspieren bij uw baby. • De zuigbewegingen zijn ritmisch, eerst zijn ze kort (na het toeschieten van de melk) en dan worden ze langer. • De pauzes tussen de zuigbewegingen zijn kort en aan het einde van de voeding langer. • U hoort en/of ziet slikbewegingen. Goede signalen bij de baby • Zie hierboven ‘Krijgt mijn baby wel genoeg?’. • Uw baby heeft een gezonde kleur. • Hoe vaak uw baby aan de borst wil drinken, is geen graadmeter voor te weinig voeding. Het is normaal als uw baby soms twaalf keer per etmaal aan de borst wil drinken. 12
Goede signalen bij u • U voelt het zuigen van de baby zonder pijn (alleen het eerste aanzuigen van de baby kan tijdelijk een pijnlijk gevoel geven, dit moet wegzakken tijdens het drinken). • U voelt de baarmoeder samentrekken en eventueel het lekken van de andere borst (vaak nog niet in de eerste dagen). • U wordt licht slaperig/soezerig tijdens het voeden, wat veroorzaakt wordt door hormonen die de melkproductie tot stand brengen. • Na het voeden ziet uw tepel er niet wit en vervormd uit. • U bent ontspannen tijdens het voeden.
Vitamine K en D Als een baby borstvoeding krijgt, is het advies om extra vitamine K en D te geven. Dit spreekt de verloskundige of de verpleegkundige met u af.
4.
Bijvoeden
Wanneer is bijvoeden nodig? Bijvoeden blijkt zelden nodig als uw baby vanaf de geboorte vaak en goed aangelegd is, zodat de melkproductie goed op gang wordt gebracht. Soms is het noodzakelijk dat uw baby toch bijvoeding nodig heeft, dit gebeurt dan op medische indicatie. Dat is: • als de bloedsuikerspiegel te laag is; • als de baby tien procent of meer is afgevallen; • als het geboortegewicht erg laag of juist erg hoog is. Onder bijvoeding verstaan we: • afgekolfde moedermelk; • kunstmatige zuigelingenvoeding. Als er toch moet worden bijgevoed, doen we dit in principe met afgekolfde moedermelk. Als u het advies om te kolven krijgt, raadpleeg dan de folder kolven , deze vindt u op de website van Tergooi www.tergooi.nl/folder31303.pdf. Het is van belang om de productie goed op gang te brengen. 13
U kolft zo vaak als de baby zou drinken en ook één keer in de nacht (als de baby niet aan de borst kan/mag drinken). We kiezen in principe niet voor kunstmatige zuigelingenvoeding. Als er onvoldoende melkproductie is, moeten we kunstvoeding gebruiken.
Manieren van bijvoeden Als er toch bijvoeding moet worden gegeven, dan wordt dit gedaan met een lepeltje, cupje, voedingsspuitje of door middel van fingerfeeding. Op de website van Tergooi vindt u de folder Fingerfeeding www.tergooi.nl/folder1245.pdf. Bij voorkeur met vingervoeden. We kunnen u de techniek leren zodat u zelf uw kind kunt bijvoeden. Er wordt met een fles bijgevoed wanneer de baby jonger is dan 36 weken.
5. Voorkómen en oplossen van problemen rondom borstvoeding Een goede voorbereiding Een goede voorbereiding kan u straks helpen om problemen aan te pakken of te voorkomen. U kunt een informatiebijeenkomst over borstvoeding bijwonen (www.tergooi.nl/folder1205.pdf) en u kunt erover lezen. Zie hiervoor achter in deze folder het hoofdstukje: Nuttige adressen.
Problemen met uw tepels Ingetrokken, vlakke tepels. Echt ingetrokken tepels zijn zeldzaam. Wie ingetrokken tepels heeft die met zuigen wel naar buiten komen, kan in de eerste dagen meer moeite hebben om de baby te leren zuigen. Het kan ook meer pijn doen. Soms kan dat wel enkele weken duren. Bij platte tepels kun je bedenken dat de baby in principe niet aan de tepel hoeft te zuigen, maar aan de tepel én de tepelhof. Hij neemt een flinke ‘hap’ van de borst, zuigt dan vacuüm en daarmee komt de tepel vanzelf op het achterste zachte gehemelte terecht. Goed aanleggen is essentieel en ook het vermijden van fopspeen en flessenspeen de eerste dagen, indien mogelijk. 14
Tepelhoedje Het gebruik van een tepelhoedje adviseren we alleen verwijderen bij te vroeg geboren baby’s en soms wanneer het goed pakken van de borst niet lukt. Bij het gebruik van een tepelhoedje kan het zijn dat de baby de borst minder goed kan legen. Extra aandacht dus voor het op gang komen van de melkproductie en de groei van de baby. Gevoelige, pijnlijke tepels, tepelkloven De eerste keer aanleggen van uw baby kan in het begin wennen zijn. Uw borst en tepel moeten wennen aan hun nieuwe functie, waarbij de borst wordt opgerekt en de tepel onderhevig is aan zuigkracht. Oorzaken van pijn en/of kloofjes kunnen zijn: • niet goed aanleggen van uw kind; • te korte tongriem; • verkeerde zuigtechniek; • gevoelige huid (vaak bij vrouwen met rood haar); • spruw (zie verderop in dit hoofdstuk); • irritatie als gevolg van natte kompressen, zeep, crème; • verkeerd gebruiken van de kolf; • uw baby van de borst halen zonder het vacuüm te verbreken. Adviezen bij gevoelige, pijnlijke tepels, tepelkloven • Bij aanhoudende pijn uw baby van de borst halen en opnieuw aanleggen. Vraag hulp en uitleg. • Zorg voor een goede houding tijdens het voeden en wissel de verschillende houdingen af (zitten, liggen, baker/rugbyhouding), om de pijnlijke kant van uw tepel te ontzien. • Begin met voeden aan de minst pijnlijke kant. De toeschietreflex zorgt ervoor dat uw pijnlijke borst al melk laat toeschieten, zodat de baby daar minder hard aan hoeft te zuigen. • Wek de toeschietreflex op door middel van massage en warme kompressen zodat de melk al stroomt als uw baby gaat drinken. • Ga vaker maar korter voeden. Uw baby is dan minder hongerig en zal rustiger drinken. Let erop dat uw baby zowel de tepel als de tepelhof goed in de mond neemt.
15
• Verbreek het vacuüm voordat u uw baby van de borst haalt. Dit doet u door een vinger in het mondhoekje te steken, totdat de baby loslaat. • Laat uw tepels na het voeden met een druppel moedermelk goed drogen aan de lucht (moedermelk heeft een genezende werking). • Gebruik zonodig tepelbeschermers om de tepel vrij te houden van kleding. • Rite Aid Hydrogel Breast Discs kan helpen om de tepel te laten genezen. • Eventueel een dun laagje Lanoline tepelzalf op uw tepels smeren. • Let op hygiëne, verwissel de zoogkompressen na iedere voeding en draag elke dag een schone bh. Was uw borsten alleen met water. • Gedurende enkele dagen starten met kolven als het voeden te pijnlijk is en voeden door middel van vingervoeden.
Problemen met uw borsten Stuwing De eerste dagen na de geboorte komt de melkproductie op gang. Uw borsten voelen vol aan. Dit is normaal en verdwijnt vanzelf. Ernstige stuwing kan ontstaan door te kort, te weinig en verkeerd aan te leggen, fopspenen en het geven van bijvoeding. Signalen van stuwing • Uw borsten voelen gespannen en pijnlijk aan. • De borsten zijn meestal rood van kleur. • Temperatuurverhoging kan optreden. • Soms voelt u over uw hele borst kleine harde verdikkingen. • Uw baby drinkt niet goed en kan de tepel beschadigen. • Bij ernstige stuwing lekken de borsten weinig of geen melk en de moeder heeft verhoging. Dit kan wel 38 °C zijn. Adviezen bij stuwing • Leg uw baby vaak aan in wisselende houdingen. • Leg vlak voor de voeding warme kompressen op uw borst, dit verwijdt de melkkanaaltjes en bloedvaten waardoor de melk makkelijker kan stromen. • Masseer uw borst tijdens het voeden of kolven. 16
• Gebruik zo nodig een elektrische kolf om de spanning eraf te halen. • Draag een steunende BH, die niet te strak zit. • Laat uw baby naar behoefte drinken, voed op verzoek, vaak en ook ’s nachts. • Let op het ontstaan van harde plekken in de borst. • Bij ernstige stuwing helpt het als de borsten eenmalig worden leeggekolfd. Dreigende borstontsteking Oorzaken van een dreigende borstontsteking kunnen zijn: • verstopte melkgang; • te volle borsten, bijvoorbeeld door het overslaan van een voeding; • spruw van uw baby; • een andere infectie van buitenaf; • knellende (beugel)BH; • u voelt zich vermoeid of gestresst; • het gebruik van tepelhoedjes; • u drukt uw borst in om het neusje van uw baby vrij te houden. Signalen van een dreigende borstontsteking • Onaangenaam blijvend gespannen gevoel in de borst, dat na de voeding niet afneemt. • Pijnlijke, harde, soms rode plekken in de borst. • Temperatuur rond de 38 °C en soms een wat grieperig gevoel. Adviezen bij dreigende borstontsteking • Leg uw baby als eerste aan de meest pijnlijke borst, zodat deze borst goed leeggedronken wordt. Eventueel even beginnen te voeden aan de ‘goede’ borst tot de melk is toegeschoten. • Gebruik warme kompressen voor de voeding. Hierdoor kan de melk gemakkelijker stromen. • Masseer tijdens de voeding voorzichtig de harde plekken. • Voed op verzoek, maar minimaal om de drie uur en minimaal één keer ’s nachts. • Wissel de verschillende voedingshoudingen af (dan worden ook andere melkkanaaltjes gestimuleerd). • Vermijd druk op de borsten en draag geen knellende kleding. • Zorg altijd voor een goede hygiëne (altijd handen wassen). 17
• Neem extra rust (niet uw borst, maar u moet zelf meer rust nemen). • Vraag om een pijnstiller. • Stop niet met de borstvoeding. Doorgaan met borstvoeding is in deze situatie het allerbeste, anders belemmert u de doorstroming van de voeding waardoor de klachten kunnen verergeren. Borstontsteking Oorzaken van een borstontsteking kunnen zijn: • tepelkloven; • oververmoeidheid; • onvoldoende legen van de borst; • onvoldoende hygiëne; • verkeerd aanleggen; • spruw; • knellende kledingstukken. De signalen zijn: • plotselinge pijnlijke borst; • 24 uur flinke koorts met rillerigheid; • grieperig gevoel met hoofd- en spierpijn; • harde warme rode plekken in de borst die niet verdwijnen na het voeden. Adviezen bij borstontsteking • Neem in ieder geval 24 uur bedrust en probeer goed te eten. Neem eventueel paracetamol. • Raadpleeg na 24 uur uw huisarts wanneer er geen verbetering is. • Houd uw temperatuur in de gaten. • Drink extra. • Geef om de twee uur borstvoeding; ook ’s nachts. • Gebruik koude kompressen vlak na de voeding ter verlichting van de pijn. • Gebruik warme kompressen voor de voeding, hierdoor kan de melk makkelijker gaan stromen. • Als uw baby niet voldoende blijkt te drinken, start dan met kolven. • Tijdens de borstontsteking is het belangrijk dat u niet gaat stoppen met de borstvoeding. Ook wanneer u antibiotica moet gebruiken kan de melk gewoon aan de baby gegeven worden. 18
• Vraag eventueel om een pijnstiller. • Volg verder ook de adviezen onder ‘Dreigende borstontsteking’.
Darmkrampjes bij de baby De meeste baby’s krijgen last van darmkrampjes omdat de spijsvertering op gang komt na de geboorte en de darmen nog moeten wennen aan hun nieuwe taak. Mogelijke oorzaken van darmkrampjes zijn: • uw baby heeft mogelijk veel lucht heeft binnen gekregen tijdens het voeden; • uw baby krijgt te veel voormelk; • een onrijp zenuwstelsel; • uw baby krijgt teveel of te weinig voeding; • uw voedingspatroon, bijvoorbeeld door het gebruik van te veel koffie; • allergie bij uw baby; • soms is er ook geen oorzaak te vinden. Wanneer uw baby last heeft van darmkrampjes, zal hij één of meer van de volgende signalen uiten: • uw baby huilt veel; • uw baby trekt zijn knieën tegen de buik; • uw baby is moeilijk te troosten; • uw baby heeft een opgezet buikje; • uw baby heeft veel behoefte om te zuigen; • de ontlasting van uw baby kan dun zijn, • uw baby kan spartelende bewegingen gaan maken. Adviezen bij darmkrampjes: • veel lichaamscontact geven, dit geeft een gevoel van geborgenheid; • wrijven over de rug of buik; • uw baby een warme doek geven op de buik, • uw baby goed laten boeren. Als uw baby erg gulzig of slordig drinkt, ook halverwege de voeding laten boeren; • uw baby in een warm badje doen; • uw baby in buikligging op de arm dragen.
19
Te veel moedermelk Sommige moeders maken veel melk aan. Wanneer dit te veel wordt, kan het lastig zijn. De baby kan dan bijvoorbeeld te veel voormelk binnenkrijgen, en niet aan de vette achtermelk toekomen. Hier kan de baby onrustig van worden en groene ontlasting van krijgen. Ook kan een baby zich verslikken door een sterke toeschietreflex. De baby kan spugen en de borsten kunnen gespannen blijven. Hier volgen een paar tips: • Geef één borst per keer, laat deze borst wel goed leeg drinken. • Voed op verzoek en bied zo nodig nogmaals dezelfde borst aan. • Draag een goed passende, niet knellende beha. • Ga tijdens het voeden achterover zitten en leg uw kind aan met zijn buik op uw buik. • Laat de eerste melk wegstromen. • Ga blokvoeden, voed binnen een bepaalde tijd (bijvoorbeeld 3 uur) steeds dezelfde borst. Raadpleeg hiervoor een lactatiekundige. De baby krijgt te weinig moedermelk binnen Veel moeders hebben wel eens het gevoel dat zij onvoldoende borstvoeding hebben. Soms kan dit echt een probleem zijn. De oorzaak kan zijn dat de toeschietreflex niet of onvoldoende functioneert. Dit kan ontstaan als de baby niet goed aanligt. Advies: bied de eerste borst aan totdat uw baby loslaat, daarna pas de tweede borst aanbieden. Wanneer er onvoldoende melkproductie is, dan moet u beginnen uw baby vaker aan te leggen. Dat wil zeggen ongeveer twee à drie dagen om de twee uur voeden of gaan starten met kolven om de melkproductie goed op gang te brengen. Signalen die wijzen op te weinig melk • Uw baby huilt veel of huilt niet en gedraagt zich onrustig of juist opvallend rustig en lusteloos. • Uw baby wil veel drinken, drinkt kort, wordt dan onrustig of boos of drinkt erg lang. • Uw baby groeit onvoldoende en valt af. • Uw baby heeft weinig, harde of groene ontlasting. • Uw baby heeft weinig plasluiers.
20
Overige adviezen • Creëer een rustige omgeving tijdens het voeden. • Vind een ontspannen houding om te voeden. • Eet volwaardige maaltijden. • Geef uw baby geen bijvoeding, tenzij de kinderarts dit voorschrijft. • Gebruik geen fopspeen of tepelhoedje. • Sla geen nachtvoedingen over.
Het weigeren van de borst Wanneer uw baby gedurende meerdere voedingen weigert te drinken en daar niet gelukkig over is, dan spreken we over borstweigeren. Mogelijke oorzaken kunnen zijn: • aangeboren afwijkingen aan mond en /of kaak; • moeite hebben met het aanleren van de borstvoedingstechniek; • moeizame bevalling met medische ingrepen; • het geven van voeding met een fles of het geven van een fopspeen; • vlakke, ingetrokken of zeer grote tepels; • pijn bij het drinken, bijvoorbeeld spruw; • stuwing; • geel zien, sufheid en slaperigheid de eerste dagen; • de baby maakt een moeizame start na de bevalling; • scheiding van moeder en kind; • uw baby wordt dwangmatig aangelegd, bijvoorbeeld door te duwen tegen het achterhoofd. Adviezen bij het weigeren van de borst • Gebruik de zoek- en hapreflex van uw baby en een goede manier van aanleggen om hem weer terug aan de borst te krijgen. • Zorg voor een rustige, ontspannen omgeving. • Zorg dat u comfortabel zit of ligt. • Druk wat colostrum uit uw tepel voor de smaak. • Als uw baby de borst niet goed pakt, haal uw baby dan van de borst en probeer opnieuw goed aan te leggen. • Als uw baby blijft tegenstribbelen, kolf dan de moedermelk af, voed eventueel bij en neem rustig de tijd om uw baby vertrouwd te maken met de borst in de mond. 21
Spruw • Dit kan een reden zijn waarom het voeden pijnlijk is, en de baby niet goed drinkt. Zie voor meer informatie de folder op onze website: Spruw www.tergooi.nl/folder32148.pdf.
6.
Meer informatie
Begeleiding bij borstvoeding Vereniging Borstvoeding Natuurlijk Postbus 119, 3960 BC Wijk bij Duurstede T (0343) 57 66 26 www.borstvoedingnatuurlijk.nl La Lèche League Nederland Postbus 212, 4300 AE Zierikzee T (0111) 41 31 89 www.lalecheleague.nl
Nuttige adressen Internetadressen • www.borstvoeding.com; • www.borstvoeding.startpagina.nl; • www.zorgvoorborstvoeding.nl (Stichting Zorg voor Borstvoeding); • www.nvlborstvoeding.nl (Nederlandse Vereniging van Lactatiekundigen); • www.borstvoedingverdientijd.nl (filmpje); • www.borstvoedingscentrumhetgooi.nl.
© Tergooi 000336715 31082015
Patiëntenverenigingen Vereniging van ouders van couveusekinderen Postbus 1024, 2260 BA Leidschendam T (070) 386 25 35 www.couveuseouders.nl
22
Vereniging van ouders van meerlingen Postbus 14, 1300 AA Almere T (036) 531 80 54 http://nvom.net/ned Vereniging van Keizersnede ouders (VKO) Contrabas 53 4876 VG Etten-Leur T (076) 503 71 17
Tot slot Het Vrouw Moeder Kind Centrum van Tergooi biedt u deze folder aan. Bij vragen en / of opmerkingen kunt u contact opnemen met de lactatiekundigen. T 088 753 22 15 (maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 09:00 – 15:00 uur). e-mail:
[email protected] www.borstvoedingscentrumhetgooi.nl
23
T 088 753 1 753 www.tergooi.nl Locatie Blaricum Rijksstraatweg 1 1261 AN Blaricum Locatie Hilversum Van Riebeeckweg 212 1213 XZ Hilversum Locatie Weesp C.J. van Houtenlaan 1b 1381 CN Weesp