NBTC AFDELING RESEARCH MAART 2011
TOERISME IN PERSPECTIEF
2011 ONTWIKKELINGEN MBT T OT INKOMEND EN BINNENLANDS TOERISME NADER BEKEKEN
Toerisme in perspectief 2011 Ontwikkelingen m.b.t. inkomend en binnenlands toerisme nader bekeken
INLEIDING In dit rapport wordt een beeld geschetst van actuele trends en ontwikkelingen in het toerisme en de factoren die daarop van invloed zijn. Daarbij wordt eerst kort ingegaan op ontwikkelingen wereldwijd en in Europa; vervolgens zal nader stilgestaan worden bij de positie van Nederland. Naast een terugblik op 2010, wordt tevens een groeiverwachting gegeven voor het lopende jaar (2011). Het accent in het rapport ligt op het inkomend toerisme, maar daarnaast zal ook kort het binnenlands toerisme aan de orde komen.
INTERNATIONAAL TOERISME Na de daling van 4% in 2009 is het internationale wereldtoerisme in 2010 met Wereldwijde stijging
7% gestegen. Het totaal aantal aankomsten komt hiermee op 935 miljoen, wat
toerisme : +7%
hoger ligt dan het niveau van voor de economische crisis. Groei was er het afgelopen jaar vooral voor Azië en het Midden Oosten (respectievelijk +13% en +14%). De groei van het aantal internationale aankomsten in Europa was met 3% meer bescheiden.
Grafiek 1: Groei internationale aankomsten naar regio en aantal aankomsten 2007-2010 (% verandering t.a.v. voorgaande jaar)
30%
935 mln
472 mln 2010
204 mln 2009
151 mln
2008
2007
19%
20%
15%
13%
10%
10%
7%
7%
2%
5%
3%
1%
0%
-10%
Wereld totaal -4%
Europa
1%
5% 3%
-2% Azië/Pacif ic
14% 10%
8%
Amerika
-5%
-5%
49 mln
60 mln
6% 3%3%
Midden Oosten -6%
Af rika
Bron: UNWTO
TOERISME IN PERSPECT IEF 2011
|
JANUA RI 2011
|
NBTC
1/9
INKOMEND TOERISME NEDERLAND Inkomend toerisme 2010 Aantal buitenlandse gasten stijgt met
september heeft het NBTC een prognose gemaakt voor het gehele jaar. Hieruit blijkt dat het aantal verblijfsgasten ten opzichte van 2009 is gestegen met 11%, wat ruim boven het Europese gemiddelde ligt. Volgens de prognose is het aantal buitenlandse gasten voor heel 2010 uitgekomen op 11 miljoen. Na de dalingen in 2008 en 2009 is het aantal gasten hiermee weer terug op het recordniveau van 2007. Grafiek 2: Ontwikkeling inkomend toerisme naar Nederland (2002 – 2010)
11.500 11.010
11.000
10.000
11.000
10.740
10.500
(x 1.000)
11%
Op basis van cijfers over het inkomend toerisme van het CBS tot en met
10.104
10.010
9.500
9.912
9.645
9.595 9.180
9.000 8.500 8.000 2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010*
*Prognose NBTC Bron: CBS
De belangrijkste oorzaak die ten grondslag ligt aan de groei is het herstel van de wereldeconomie. Een tweede verklaring is het internationale kunst- en cultuurevenement Holland Art Cities; tentoonstellingen die rond dit evenement zijn georganiseerd hebben verdeeld over twee jaar enkele honderdduizenden extra toeristen naar Nederland getrokken (zie box). Een derde verklaring vormen de relatief lage prijzen van vliegtickets. Om bezettingsgraden in vliegtuigen op peil te houden zijn de tickets door luchtvaartmaatschappijen scherp in de markt gezet, wat extra passagiers tot gevolg heeft. De laatste oorzaak die genoemd kan worden zijn de extra vlieg- en treinverbindingen die in 2010 met Nederland zijn geopend. BOX: Holland Art Cities In 2009 en 2010 stonden de vier grote steden van Nederland in het teken van kunst en cultuur tijdens het evenement ‘Holland Art Cities’. Voor dit evenement bundelden tien topmusea in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht hun krachten. Dat cultuur een belangrijk motief voor een bezoek aan Nederland is blijkt ook uit tussentijdse resultaten van een onderzoek naar dit evenement.
TOERISME IN PERSPECT IEF 2011
|
JANUA RI 2011
|
NBTC
2/9
Na 1,5 jaar heeft Holland Art Cities bijna €50 miljoen aan extra inkomsten opgeleverd voor de toeristische sector in Nederland. Ruim 3,7 miljoen mensen bezochten in deze periode een of meerdere tentoonstellingen in het kader van Holland Art Cities. Hiervan kwamen 1,6 miljoen mensen uit het buitenland. 230.000 buitenlandse bezoekers gaven aan speciaal voor de tentoonstelling naar Nederland te zijn gekomen. Deze groep bezoekers gaf bijna €50 miljoen uit in ons land. Daarnaast gaven 330.000 bezoekers aan dat de bezochte tentoonstelling voor hen één van de redenen was om naar Nederland te komen. Deze groep gaf ruim €210 miljoen uit in de Nederlandse winkels, horeca, hotellerie en musea. Vrijwel alle herkomstlanden hebben aan de groei over 2010 bijgedragen. Duitsland, de belangrijkste herkomstmarkt qua bezoekers, laat een stijging zien van 5% t.o.v. 2009. Net als vorig jaar heeft Nederland geprofiteerd van de trend bij de Duitse toerist om dichterbij huis op vakantie te gaan. Groot-Brittannië liet na forse dalingen in de voorafgaande jaren weer groei zien (+11%). Het economisch herstel en een iets verbeterde koersverhouding t.o.v. de euro hebben hieraan bijgedragen. Voor België geldt eenzelfde verhaal als voor Duitsland. Ook Belgen zijn in 2010 dichterbij en korter op vakantie gegaan. Daarnaast heeft een intensievere marktbewerking geleid tot extra bezoek. Het aantal verblijfsgasten vanuit Frankrijk is met 17% toegenomen. Belangrijke redenen zijn de toegenomen frequentie van de Thalys en het evenement Holland Art Cities (zie box). Culturele evenementen trekken traditiegetrouw veel Franse bezoekers.
Flinke stijging aantal gasten uit Zuid-Europa
Een groeiend aantal low-cost) vliegverbindingen heeft er mede voor gezorgd dat het inkomend toerisme vanuit Spanje en Italië met 22% is toegenomen. Ook vanuit Scandinavië zijn een aantal nieuwe verbindingen opgestart. Samen met een weer aantrekkende zakelijke (reis)markt heeft dit geleid tot een toename van 12%. Ook vanuit Rusland zijn meer buitenlandse reizen ondernomen. Nederland heeft hiervan geprofiteerd met een toename van 19% in het aantal Russische gasten. De groei vanuit de intercontinentale herkomstmarkten was het afgelopen jaar bovengemiddeld. De belangrijkste herkomstmarkt – Verenigde Staten – liet een krachtig herstel zien na dalingen in 2008 en 2009. In 2010 is het aantal Amerikanen dat Nederland bezocht met maar liefst 16% gestegen. De aantrekkende economie en extra vliegverbindingen vormen belangrijke verklaringen. De Aziatische herkomstmarkten laten een wisselend beeld zien. Zo is bijvoorbeeld de Japanse markt gestegen met 23%. Ook het aantal aankomsten vanuit India is flink gegroeid (+31%). De groei van de economie in die landen is hier de voornaamste oorzaak van. China laat daarentegen – uitgaande van CBS-cijfers - een negatief beeld zien*). *) Een opvallende uitkomst aangezien bronnen in China zelf (i.c. aantal verstrekte visa en boekingen bij touroperators), maar ook indicatoren in Nederland (bijv. bezoekers aan specifieke attracties) duiden op een flinke groei vanuit China aan Nederland in 2010
TOERISME IN PERSPECT IEF 2011
|
JANUA RI 2011
|
NBTC
3/9
Tabel 1: Aankomsten van buitenlandse toeristen in Nederland (2006 – 2010) (x1.000) 2006
2007
2008
2009
+/-
8.598
8.904
8.285
8.214
8.890
8%
- Duitsland
2.812
2.833
2.669
2.744
2.870
5%
991
1.101
1.109
1.172
1.280
9%
1.913
1.902
1.639
1.409
1.560
11%
- Frankrijk
608
613
575
574
670
17%
- Zwitserland
173
177
152
164
180
10%
- Italië
398
398
370
368
450
22%
- Spanje
392
436
368
351
430
22%
- Scandinavië
375
371
353
326
360
12%
- België - Gr.-Brittannië
- Rusland
87
95
107
101
120
19%
849
979
945
1.004
970
-3%
Amerika
1.325
1.274
1.068
1.018
1.210
19%
- USA
1.047
991
800
767
890
16%
- Canada
134
126
116
104
130
22%
- Brazilië
39
60
61
60
90
42%
Azië
602
617
556
564
640
14%
- Japan
143
130
116
100
120
23%
- China (incl. Hong Kong) - India
108
124
130
147
140
-5%
37
42
51
50
70
31%
Australië en Oceanië
120
121
112
109
150
35%
93
92
84
84
110
26%
10.738
11.008
10.104
9.921
11.000
11%
- Overig Europa
Afrika Totaal Bron: CBS
Hotels hebben qua
2010*
Europa
*Prognose NBTC
De groei van het inkomend toerisme wordt in z’n geheel veroorzaakt door de
bezoekers een goed
groei van het aantal gasten dat in Nederlandse hotels verbleef (+14%). Het
jaar gehad
aantal gasten in verblijfsrecreatieve accommodaties (campings, bungalows en groepsaccommodaties) stabiliseerde ten opzichte van 2009.
TOERISME IN PERSPECT IEF 2011
|
JANUA RI 2011
|
NBTC
4/9
Verwachtingen inkomend toerisme 2011 De ontwikkeling van de wereldeconomie heeft veel invloed op het Economisch herstel
internationaal toerisme. Het IMF verwacht dat het herstel van de
zet naar verwachting
wereldeconomie in 2011 door zal zetten, al is de groeiverwachting iets lager
door
dan voor 2010 (4,2%). Voor de meeste Europese economieën wordt een lichte groei verwacht. Evenals voorgaande jaren zal de groei het hoogst zijn in de opkomende markten in Azië (zie tabel 2). Het economisch herstel is onzeker en hoewel de recessie voorbij is, de gevolgen zijn dat duidelijk nog niet. Verwacht wordt dat in de meeste westerse economieën de werkloosheid verder zal oplopen en dat de koopkracht onder druk zal komen te staan door overheden die bezuinigen. Tabel 2: Economische groeiverwachting (2009 – 2015) Mutatie t.o.v. voorgaande jaar in % 2009
2010
2011
2015
Duitsland
-4,7
3,3
2,0
1,3
Frankrijk
-2,5
1,6
1,6
2,1
Italië
-5,0
1,0
1,0
1,3
Groot-Brittannië
-4,9
1,7
2,0
2,6
Euro zone
-4,1
1,7
1,5
1,7
Verenigde Staten
-2,6
2,6
2,3
2,6
Canada
-2,5
3,1
2,7
2,0
5,7
9,7
8,4
8,1
China
9,1
10,5
9,6
9,5
Japan
-5,2
2,8
1,5
1,7
4,8
4,2
4,6
Europa
Amerika
Azië India
Wereld
-0,6
Bron: IMF / oktober 2010
Naast het broze herstel van de wereldeconomie zullen de volgende aanbod en omgevingsfactoren invloed uitoefenen op het inkomend toerisme in 2011: Positief / stimulerend
Negatief / remmend
. Meer vliegverbindingen
. Stijgende kamerprijzen in A’dam
. Enkele grote culturele tentoonstellingen
. Stijgende olieprijs
. Pasen valt laat
. Introductie weedpass
. Zwakkere euro
TOERISME IN PERSPECT IEF 2011
|
JANUA RI 2011
|
NBTC
5/9
De UNWTO verwacht een verdere groei van het wereldwijde toerisme in 2011, al zal deze met 4 à 5% minder sterk zijn dan in 2010. De groei zal voornamelijk voor rekening van opkomende landen komen, de groei voor Europa wordt verwacht achter te blijven.
Het inkomend toerisme zal in 2011 naar verwachting licht groeien
Tegen de achtergrond van de hiervoor genoemde omstandigheden/ ontwikkelingen verwacht het NBTC dat het inkomend toerisme naar Nederland in 2011 met zo’n 3% zal stijgen naar 11,3 miljoen verblijfsgasten. De BRIClanden zullen relatief gezien het hardst groeien, de Europese belangrijke landen van herkomst zullen een beperkte(re) groei tonen.
Tabel 3: Verwachtingen inkomend toerisme in 2011 naar herkomstgebied Land van herkomst
+/- t.o.v. 2010
Verwachting 2011 (x 1.000)
Duitsland
+ 3%
2.960
België
+ 6%
1.350
Groot-Brittannië
+ 5%
1.640
Frankrijk
+ 3%
690
Italië
+ 1%
450
Spanje
+ 1%
440
+ 4%
380
+ 10%
130
Scandinavië (incl. Finland) Rusland Overig Europa
0%
1.150
Verenigde Staten
+ 4%
920
Canada
+ 5%
130
Brazilië
+ 10%
Japan China (incl. Hong Kong) India
90
+ 6%
130
+ 6%
150
+ 10%
Overig wereld
70
0%
Totaal
670
+ 3%
11.350
Bron: NBTC
TOERISME IN PERSPECT IEF 2011
|
JANUA RI 2011
|
NBTC
6/9
BOX: trein- en vliegverbindingen Door de verdere verbetering van de wereldwijde economische situatie worden er diverse extra vlucht- en treinverbindingen tussen Nederland en andere bestemmingen gerealiseerd. De Thalys heeft in 2010 haar dagelijkse frequentie tussen Amsterdam en Parijs van 8 naar 10 verhoogd en het aantal vluchten tussen Nederland en met name de USA en Zuid-Europa is flink opgeschroefd. Naast de economische verbetering kan ook de vliegtax die in Duitsland is ingevoerd per 1 januari in 2011 voor extra vluchtverbindingen zorgen. Toen in Nederland de vliegtax werd ingevoerd ging dit gepaard met tientallen vluchtverbindingen die verdwenen van Nederlandse luchthavens, het verlies van banen en het uitwijken van Nederlandse passagiers naar luchthavens in het buitenland. De vliegtax die in Duitsland is ingevoerd zal naar verwachting het omgekeerde effect voor Nederland hebben. Ryanair heeft al besloten flink te snijden in het aantal bestemmingen dat vanaf Duitsland wordt aangedaan. Doordat het voor vliegtuigmaatschappijen nu aantrekkelijker is vanuit Nederland te vertrekken leidt dit mogelijk tot een verplaatsing van de vluchten naar Nederlandse luchthavens. Dit heeft weer een positief effect op het inkomend toerisme. Uit eerder onderzoek blijkt dat elke extra vluchtverbinding 20% extra passagiers oplevert. Dit zou een belangrijke economische impuls kunnen betekenen voor de Nederlandse luchthavens (naast directe en indirecte werkgelegenheid, ook toerisme, autoverhuur, hotelovernachtingen, etc.).
TOERISME IN PERSPECT IEF 2011
|
JANUA RI 2011
|
NBTC
7/9
BINNENLANDS TOERISME Binnenlandse vakanties 2010 Uit cijfers van het ContinuVakantieOnderzoek blijkt dat in 2010 in totaal zo’n
Aantal binnenlandse
17,7 miljoen vakanties door Nederlanders in eigen land zijn doorgebracht. Ten
vakanties daalt met
opzichte van 2009 betekent dit een daling van 250.000 vakanties (-1%).
een kwart miljoen in
Alleen de hotellerie liet een groei zien (+6%), wat mede verklaard kan worden
2010
door de prijsacties die gevoerd zijn. De bungalow- (-5%) en kampeersector (-3%) lieten beide een daling zien van het aantal vakanties. Belangrijkste verklaringen voor de daling van het aantal binnenlandse vakanties vormen de herstellende economie, de extra lange meivakantie en het matige weer in de tweede helft van de zomer. Allen zorgden zij voor een verschuiving van het aantal vakanties naar het buitenland. De bestedingen aan binnenlandse vakanties bleven met 2,8 miljard euro gelijk aan 2009. De Noordzeebadplaatsen en de Veluwe en Veluwerand zijn evenals andere jaren het meest bezocht, beide gebieden lieten echter wel een daling van het aantal vakanties zien.
Buitenlandse vakanties stabiel gebleven
Het aantal buitenlandse vakanties is in 2010 stabiel gebleven ten opzichte van 2009 (18,4 mln. vakanties). Doordat vliegtickets gunstig in de markt werden gezet om bezettingsgraden zo hoog mogelijk te houden is het aantal vliegvakanties in 2010 gestegen (+5%). Dit is ten koste gegaan van het aantal autovakanties, welke met 1% gedaald zijn. De toename in aantallen vliegvakanties heeft geleid tot een toename aan vakanties in het Middellandse Zeegebied (+4%) en in verre reizen (+10%). De bestedingen aan buitenlandse vakanties daalden het afgelopen jaar met zo’n 100 miljoen euro naar 12,2 miljard euro.
Grafiek 3: Ontwikkeling binnen- en buitenlandse vakanties
20 binnenland 19
18,7
18,5
(x mln.)
18,1
18 17
buitenland
18,0 17,1
16,8
17,8 17,3 17,1
17,617,6
17,5
18,4 18,4 18,0 17,7
16,8
16,4
16 15 2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
Bron: CVO
TOERISME IN PERSPECT IEF 2011
|
JANUA RI 2011
|
NBTC
8/9
2010
De meest populaire bestemming voor een buitenlandse vakantie was afgelopen jaar Duitsland (3,2 mln. vakanties), ondanks een daling van 8%. De nummer twee Frankrijk zag het aantal vakanties met 1% stijgen naar 2,9 miljoen. Binnen Europa waren Turkije (+18%) en Groot-Brittannië (+12%) de belangrijkste stijgers. Verwachting binnenlands toerisme 2011 De verwachting van het CPB is dat het herstel van de Nederlandse economie
Stabilisatie
zal doorzetten. Voor 2011 wordt een economische groei geraamd van zo’n
Nederlandse vakantiemarkt
1¾%. Tegelijkertijd is de verwachting dat de koopkracht licht zal dalen. Gelet op de grote samenhang tussen de economische ontwikkeling en het vakantiegedrag betekent dit waarschijnlijk een verdere stabilisatie van de vakantiemarkt. Mede op basis van het onderzoek van NBTC-NIPO Research naar vakantieplannen voor komende zomer (zie onderstaande box) verwacht het NBTC dat het aantal binnenlandse vakanties licht zal dalen en het aantal buitenlandse vakanties licht zal stijgen. BOX: vakantieplannen zomer 2011 Uit grootschalig onderzoek onder de Nederlandse bevolking van NBTC-NIPO Research (januari 2011) blijkt dat 71% van de Nederlanders komende zomer beslist of waarschijnlijk op vakantie wil *). Het aantal Nederlanders met zomervakantieplannen (11,2 miljoen) ligt daarmee iets hoger dan vorig jaar. De meeste zomervakantieplannen betreffen een vakantie in het buitenland. Circa 7,9 miljoen Nederlanders zijn van plan om in de zomer van 2011 naar het buitenland te gaan. Dat zijn er 65.000 (+1%) meer dan vorig jaar. Van de buitenlandse bestemmingen zijn Frankrijk en Spanje het meest populair. Italië en Groot-Brittannië laten de meeste groei zien. Na twee jaar van groei is de belangstelling voor een vakantie in eigen land licht gedaald en wel met ongeveer 40.000 plannen (-2%). Hiermee is Nederland komende zomer de vakantiebestemming voor zo’n 2,5 miljoen Nederlanders. Zo’n 800.000 Nederlanders hebben nog geen keus gemaakt voor een binnenof buitenlandse vakantie. Van alle vakantiegangers die vooraf iets willen regelen voor komende zomer heeft ruim 30% dit begin januari reeds gedaan. Vergeleken met vorig jaar ligt het aantal gerealiseerde boekingen voor de zomervakantie daarmee zo’n 5% hoger. *) vakanties van een week of langer
TOERISME IN PERSPECT IEF 2011
|
JANUA RI 2011
|
NBTC
9/9