Liturgie voor de dienst op zondag 15 juli 2012 om 10.00 uur in de Ontmoetingskerk Voorganger: Ds. P.M.W. van der Schans Organist: Eugène Broekman Protestantse gemeente te IJsselstein
Motto: Er op uit. Goede reis! De paaskaars brandt Orgelspel We worden stil De dienstdoende ambtsdragers komen binnen De voorganger heet allen welkom AAN HET BEGIN Staande zingen van het eerste lied: Psalm 121: 1 en 4 Stil gebed Groet Bemoediging De gemeente gaat weer zitten
2 Gebed: Heer God, we vertrouwen erop: U gaat met ons mee. U zult niet slapen. U waakt over ons gaan en komen. Daarom vragen we: Sta op Heer onze God en trek met ons mee. Wees een onuitputtelijke bron van vreugde en geluk. Schenk licht in donkere uren. Blijf het einddoel van al onze wegen. Maak ons mensen onderweg, bezorgd voor elkaars leven. Voorzichtig, matig en hulpvaardig. Leid ons langs de goede weg, de weg van Jezus, al onze levensdagen, en breng ons behouden thuis. Amen. Gemeentezang: Gezang 27 (uit: Tussentijds) Smeekgebed, besloten met gemeentezang: Heer, ontferm U! (3x) Gemeentezang (loflied): Gezang 210: 1 en 2 (uit: Tussentijds) DIENST VAN HET WOORD Gebed om de opening van het Woord: Wij die dwalen en verdwalen op de kronkelpaden en de sluipwegen van een duistere wereld, wij die zelfs de weg niet weten in de doolhof van ons eigen hart en die telkens weer verwijderd raken van U, o God, en van elkaar. wij vragen U om helderheid: geef ons zicht op de weg van uw heil en maak ons vertrouwd met uw wil, want waar uw wil is, is de weg. Amen. Aandacht voor de kinderen: Gesprek aan de hand van een plaatje en een lijst van spullen om voor de vakantie mee te nemen. Jezus stuurt ons met bijna niets op pad!
3
Checklist vakantie o.a.: Kleding o Bodywarmer o Hemdjes o Jasjes o Korte broeken o Lange broeken o Maillotjes o Onderbroeken o Regenlaarsjes o Rokjes o Sandaaltjes o Schoenen o Slippers o Sokjes o Truitjes o T-shirts o Vestjes o Waterschoenen Toiletartikelen o Badschuim o Borstel o Douchegel
o Elastiekjes o Gezichtscrème o Handdoeken o Nagelschaartje o Shampoo o Tandenborstels o Tandpasta o Washandjes o Zeep Speelgoed o Boekjes o Ballonen o Bellenblaas o Cd’s/ dvd’s o Discman/ MP3 speler o Eigen rugtasje o Kleurpotloden/ stiften o Knuffel/ pop o Raamplakkers o Schrijfboekje/ dagboekje o Tekenblok
4 Gemeentezang: Gezang 20 (uit: Alles wordt nieuw 3) Keervers:
Keervers 2. En als jouw groet geen goed ontmoet, je woord geen weerklank vindt, schud dan het stof af van je voet, 't verwaait wel op de wind. Keervers 3. Wanneer je gaat in vredesnaam op weg door stad en land, dan mag je blij zijn, want jouw naam staat woordelijk in Gods hand. Keervers Het licht worden door de kinderen meegenomen Eerste Schriftlezing: Deuteronomium 19: 15 15 Eén enkel getuigenis dat iemand een overtreding heeft begaan of een misdrijf of wat dan ook, is niet geldig. Een aanklacht krijgt pas rechtsgeldigheid op grond van de verklaring van ten minste twee getuigen.
5 Prediker 4:9-12 9 Je kunt beter met zijn tweeën dan alleen zijn, want – dat is zeker – samen zwoegen loont. 10 Wanneer twee vrienden samen zijn en een van beiden valt, helpt de ander hem weer overeind, maar wie alleen is en ten val komt is beklagenswaardig, want hij heeft niemand die hem op de been helpt. 11 Wanneer je bij elkaar slaapt, geef je warmte aan elkaar, maar hoe krijgt iemand die alleen slaapt het ooit warm? 12 En iemand die alleen is kan zich niet verdedigen wanneer hij aangevallen wordt, maar met zijn tweeën houd je stand. Een koord dat uit drie strengen is gevlochten, is niet snel stuk te trekken. Gemeentezang: (3x) Gezang 162 (uit: Tussentijds) Tweede Schriftlezing: Markus 1:16-20 en 3:13-15 1,16 Toen Jezus langs het Meer van Galilea liep, zag hij Simon en Andreas, de broer van Simon, die hun netten uitwierpen in het meer; het waren vissers. 17 Jezus zei tegen hen: ‘Kom, volg mij! Ik zal van jullie vissers van mensen maken.’ 18 Meteen lieten ze hun netten achter en volgden hem. 19 Iets verderop zag hij Jakobus, de zoon van Zebedeüs, en zijn broer Johannes, die in hun boot bezig waren met het herstellen van de netten, 20 en direct riep hij hen. Ze lieten hun vader Zebedeüs met de dagloners achter in de boot en volgden hem. … 3,13 Hij ging de berg op en riep al degenen bij zich op wie hij zijn keuze had laten vallen, en ze kwamen naar hem toe. 14 Hij stelde twaalf van hen aan als apostel; ze moesten hem vergezellen, en hij wilde hen ook uitzenden om het goede nieuws bekend te maken. 15 Ze kregen de macht om demonen uit te drijven. Gemeentezang: Gezang 47: 1 en 3 Derde Schriftlezing: Markus 6: 6-13 Hij trok rond langs de dorpen in de omtrek en onderwees de mensen. 7 Hij riep de twaalf bij zich en zond hen twee aan twee uit, en gaf hun macht over de onreine geesten. 8 Hij droeg hun op niets mee te nemen voor onderweg, geen brood, geen reistas en geen geld, alleen een stok. 9 Sandalen mochten ze wel dragen. ‘Maar,’ zei hij, ‘trek geen extra kleren aan.’ 10 En ook zei hij: ‘Als jullie ergens onderdak krijgen, moet je daar blijven tot je verder reist. 11 Maar als jullie ergens niet welkom zijn en de mensen niet naar jullie willen luisteren, moet je daar weggaan en het stof van je voeten schudden ten teken dat je niets meer met hen te maken wilt hebben.’ 12 Ze gingen op weg en riepen de mensen op om tot inkeer te komen, 13 en ze dreven veel demonen uit en zalfden veel zieken met olie en genazen hen. Gemeentezang: Gezang 313: 1, 4 en 6 Verkondiging: Gemeente van onze Heer Jezus Christus! Hij trok rond langs de dorpen in de omtrek en onderwees de mensen. 7 Hij riep de twaalf bij zich en zond hen twee aan twee uit, en gaf hun macht over de onreine geesten. 8 Hij droeg hun op niets mee te nemen voor onderweg, geen brood, geen reistas en geen geld, alleen een stok. 9 Sandalen mochten ze wel dragen. ‘Maar,’ zei
6 hij, ‘trek geen extra kleren aan.’ 10 En ook zei hij: ‘Als jullie ergens onderdak krijgen, moet je daar blijven tot je verder reist. 11 Maar als jullie ergens niet welkom zijn en de mensen niet naar jullie willen luisteren, moet je daar weggaan en het stof van je voeten schudden ten teken dat je niets meer met hen te maken wilt hebben.’ 12 Ze gingen op weg en riepen de mensen op om tot inkeer te komen, 13 en ze dreven veel demonen uit en zalfden veel zieken met olie en genazen hen. Dat stukje uit Markus 6 is er echt zo één waarbij ik me afvraag: wat moet ik er mee? Of wat moeten wij ermee, vandaag, hier en nu? Is het alleen maar voor de leerlingen, de discipelen die op stage worden gestuurd? Is het voor dominees en PIO’s zoals Amanda Muis laatst bij ons? Maar geen traktement meer geven, geen pastorie, geen eten en drinken bij je. Of voor ambtsdagers verder: ouderlingen, ouderling-kerkrentmeesters en diakenen? En is het bedoeld voor u als gemeenteleden? Willen we het gedeelte letterlijk nemen dan moeten we veel loslaten en opgeven. Met niks op pad. Daar ga je met je mooie rugzak, met je luxe fiets en knopenteller; je grote auto met super de luxe navigatiesysteem… Het is hoe dan ook een gedeelte dat knaagt aan je. En misschien is dat ook wel zo bedoeld! Ik zie vanuit zo’n gedeelte mensen geïnspireerd op pad gaan als pelgrims, te voet naar Santiago de Compostella. En ik zie mensen op z’n allereenvoudigst kamperen. Door sommigen ook wel kramperen genoemd. Tja, en dan ga je zaterdag op pad met een auto volgeladen en een kar erachter met een prachtige tent er in, plus luie stoelen, skottelbraai en al. En de Komfortplatz is al gereserveerd… Het eerste opmerkelijke in het stukje is dat Jezus de leerlingen eerst bij zich roept. De 12 worden bij hem geroepen. Je leest er bijna over heen. Maar zó is de beweging van de roeping: eerst naar binnen toe, naar Jezus. Eerst naar binnen, ook hier binnen, in een ruimte aan God gewijd. Je kunt niet zonder de verbondenheid met Jezus. Dat geeft houvast, ondersteuning. Maar het is ook nodig om het gezag, de autoriteit van Jezus mee te krijgen. Hij delegeert zich zelf aan ons mensen. Je krijgt macht. Macht om iets uit te richten. Macht over onreine geesten. Macht over datgene wat ingaat tegen de goede Geest van God. Dat het er twaalf zijn – dat staat voor de 12 stammen van Israël. De apostelen zijn de nieuwe stamvaders. Ze moeten het volk Israël verzamelen en vormen tot de nieuwe gemeenschap van het Rijk van God. Ze staan met elkaar model voor de gemeenschap van kinderen van God, broers en zussen van Jezus. Maar dan toch ook: Naar buiten, er op uit! Dan ook de beweging naar buiten. Oók straks van hier uit, vanuit de kerk naar buiten. Om zo te zeggen: de wereld in. Ik sta stil bij drie opvallende dingen uit het vervolg. Het gaat over de tweetallen, over de stok en over dat zo weinig spullen meenemen onderweg. 1. Twee aan twee: De 12 worden er op uitgestuurd. Nog niet definitief. Maar wel voor een soort tussentijdse oefentocht; een stage; een proeftijd. Ze worden twee aan twee uitgezonden. Daarmee geven ze een voorproefje van de nieuwe gemeenschap die ze gaan vormen. Ze geven vast iets weer van de
7 gemeenschap die het Rijk van God past. Waar vriendschap is en liefde, daar is God. Ubi caritas… En uit Deuteronomium lezen we ook, dat twee getuigen een zaak vast maken. Dan heb je een betrouwbaar bewijs. Bij Prediker lezen we hoe twee sterker zijn dan één. Zo kun je elkaar tot steun zijn. Elkaar bemoedigen, troosten, goede raad geven. Twee weten ook meer dan één. In Markus 1 lazen we daarom ook al hoe de eerste leerlingen van Jezus in paren worden geroepen. Geen wonder dat Jehova-getuigen ook vaak met z’n tweeën huis aan huis gaan. En dat vroeger – toen er nog genoeg ouderlingen waren ze twee aan twee op huisbezoek gingen. Dat was iets positiefs. En niet bedoeld om mensen bij wie je op bezoek ging te overdonderen. Of ter controle, zoals die in het boek en de film ‘Een vlucht regenwulpen’ van Maarten ’t Hart waar twee ouderlingen op bezoek gaan. Bij het slotgebed is de ene geconcentreerd aan het bidden. Terwijl de andere ouderling met open ogen de boekenkast bestudeerd of er geen foute lectuur in huis is. Twee aan twee, samen – dat werkt stimulerend. Dan een ander punt. Dat van de 2. Stok De leerlingen mogen op hun stage niks meenemen. geen brood, geen reistas en geen geld. Alleen een stok. Sandalen mochten ze nog wel dragen. Maar verder alleen een stok. Misschien was het wel meer een knuppel, dan een staf of wandelstok. Hij diende tot steun. Maar in elk geval ook ter verdediging. Om honden, wolven en bandieten van het lijf te houden. Er is nog een gedachte aan te koppelen. Te meer daar de leerlingen ook de taak krijgen om mensen te genezen. De woorden van Markus roepen ook Hermes op, de boodschapper van de goden. Hier zie je hem.
Met ronde hoed en reizigersmantel. Maar ook met een staf. Die staf had linten en later slangen. Hier zien we het wat beter:
8
Deze staf symboliseert als geheel vrede, bescherming en genezing. Vooral in de Verenigde Staten wordt het teken gebruikt als medisch symbool. Je zou ook kunnen denken aan de esculaap. Dat is dit symbool:
U kent het van de sticker die nogal eens te vinden is op de auto van een huisarts. Dat teken is verbonden met de Griekse halfgod Asclepius en met medicijnen en genezing. Het bestaat uit een slang die zich rond een staf draait. Die slang staat in de esculaap symbool voor de genezing, omdat dit dier zijn huid kan afwerpen. Dat verwijst naar herboren worden en genezing, maar ook naar de dood, omdat een slangenbeet de dood kan brengen. Dan nog het laatste punt dat ik naar voren wil halen. Het gaat om de gedachte van het 3. Niks meenemen. Niks anders dan een stok meenemen dus. Wat moet je daar dan mee? Je kunt er heel zwaar tegenaan kijken: “O, wat moeten we veel opgeven! Wat moeten we een boel loslaten!” Je kunt het ook anders bekijken: “Wat heerlijk, dat er maar zo weinig echt nodig is!” Geen bagage mee. Alleen een stok en eventueel dan nog die sandalen. Het doet denken aan de uittocht uit Egypte. Daarmee wordt er iets gezegd over de haast waarmee je weer verder moet kunnen gaan. Je moet mobiel zijn. Snel weer op kunnen breken en verder gaan. De boodschap is dringend. Het is belangrijk dat die snel veel mensen bereikt. En als je eerst nog alles bij elkaar moet pakken zijn je kansen mogelijk al weer verkeken. Geen bagage mee. Daarmee wordt ook iets gezegd over het vertrouwen op God. Er is niks anders waar je op hebt terug te vallen – dan alleen God. “Zo maar te gaan, met een stok in je hand…” Maar God gaat met je mee. En je mag je afhankelijk maken van de gastvrijheid van anderen.
9 Geen bagage mee. Daarmee wordt ook aangegeven dat er niets anders belangrijk is, dan God alleen. Als je veel spullen hebt moet je ook extra opletten. Je moet je inspannen om al die dingen te kunnen kopen. En als je ze hebt moet je ze in de gaten houden. En in tijden van crisis en schaarste is het met angst en beven afwachten of je nog wel meer kunt kopen en of je oude spullen wel kunt vervangen. Kortom, je bent met van alles bezig, behalve met God en zijn Rijk. Daar kom nog iets bij: je bent door al het andere niet alleen afgeleid van God. Maar ook van anderen om je heen. Als je bepakt en bezakt komt, dan heb je je handen vol aan je zelf en dus geen zicht op een medemens in nood. Met lege handen ben je vrij een ander een handje te helpen. Als je bepakt en bezakt komt met het verhaal over de liefde van Jezus dan komt dat niet aan. Eigenlijk zeg je dan tegen de mensen: ‘We hebben jullie niet nodig. Maar jullie hebben ons wel nodig.’ En daar zitten mensen van vandaag niet zo op te wachten. Die zijn juist zelfstandig en ook meer op zichzelf gericht. Die zitten helemaal niet zo gauw te denken dat ze iets missen. Laat staan Jezus missen. We zijn vanmorgen hier in dit huis van God samen geroepen door God. Naar binnen gehaald. Maar we gaan ook weer naar buiten. We worden er op uit gestuurd. En in het spoor van de apostelen kunnen tekenen van het Koninkrijk laten zien. Mensen komen tot hun recht en worden heel. Daarmee wordt de opdracht van Jezus overgegeven naar de leerlingen. En daarmee ook naar ons. In het spoor van Jezus mogen we er op uit trekken. “Zomaar te gaan met zijn woord als bewijs.” En als we ergens binnen gaan, dan zal het eerste woord een woord van vrede en van liefde zijn. Het is goed dat deze woorden van Markus aan ons knagen. Dat ze ons terugbrengen bij de kern. Bij wat wezenlijk belangrijk is. We staan ver af van de opdracht van Jezus. Kan het zijn omdat we Jezus te veel op een voetstuk hebben gezet? Vgl. een gedicht van Karel Eykman. Jezus is zo hoogverheven. Jezus is zo onnavolgbaar. Jezus is ook zo volmaakt ons past alleen eerbiedigheid. Jij moet niet zo tegen hem opzien; dat zou hij zelf ook niet willen. Hoe meer je hem hoog gaat aanbidden; hoe minder je op hem durft lijken; hoe minder jij jezelf gaat vinden. En zo heeft hij niets aan jou. Jezus gaat ons zo te boven. Jezus staat zo boven de mensen. Jezus is zo aan God gelijk daaraan tippen wij toch nooit. Jij moet er niet zo tegen opzien Hem te volgen in je leven. Hij liet zich er niet op voorstaan, dat hij goddelijker is dan jij.
10 Hij wilde je zonder kapsones nabij zijn: je komt hem tegen in de straat. Amen Meditatief moment: orgelspel Gemeentezang: Gezang 79: 1, 2 en 3 (uit: Tussentijds) De kinderen van de nevendienst komen terug DIENST VAN HET ANTWOORD Gedachtenis Willem Gerrit Knoppert: Op vrijdag 6 juli overleed Willem Gerrit Knoppert, 69 jaar. Wim werd een paar jaar terug ziek. Hij kreeg kanker die zich langzaam maar zeker op meerdere plaatsen in zijn lichaam vastzette. Operaties en kuren volgden, maar mochten uiteindelijk niet baten. Dat hij steeds meer moest inleveren was niet gemakkelijk voor hem en zijn dierbaren. Wim werd in de oorlog in Putten geboren. Hij heeft daar als kind de nodige ervaringen van meegekregen. Hij was bouwvakker en werkte in het aannemersbedrijf van de familie. Toen dat ophield te bestaan werd hij ambtenaar. Hij kwam met zijn gezin naar IJsselstein. Hier kwam hij bij Bouw- en woningtoezicht en werd hij milieu-inspecteur. Hij was nauw betrokken bij vele panden in de binnenstad. Daaronder ook de molen. De grote hobby van Wim was bezig zijn met foto’s. Hij was betrokken bij de oprichting van de fotoclub EfElf en werd niet zo heel lang geleden erelid. Een andere grote hobby was de tuin; eerst aan de Noord IJsseldijk, later naast het huis. Wim kon moeilijk gevoelens uiten. Het was ook heel lastig om emoties van anderen te begrijpen. Wim is zwaar Calvinistisch opgevoed in Putten. In de afgelopen jaren kwam er langzaam maar zeker iets van ruimte en mildheid. Dat gaf hem soms ook rust. Afgelopen donderdag kwamen we samen in de aula van Monuta Isselheem. Aansluitend was de teraardebestelling op De Hoge Akker. Laten we Willem Gerrit Knoppert in stilte gedenken. Gebeden: dankgebed – voorbeden – stil gebed – samen bidden van het Onze Vader Wie dat wil kan de kinderen uit de crèche halen Delen van de bloemengroeten Inzameling van de gaven
11 AAN HET EINDE Gemeentezang (staande) slotlied: Gezang 51 Uitzending Zegen Gemeentezang: Amen! (1x) Orgelspel Inzameling van de gaven bij de uitgang