BOUWHISTORIE
RESTAURATIE
&
MONUMENTENZORG
2
0
1
3
-
2
0
1
5
BOUWHISTORIE
RESTAURATIE
Bert Haer Het Michgoriushuis Oldenzaal
Barbara Bonfrer
Boerderij Bruggerhof Hunsel Hugo van Heesewijk
Spinhuissteeg 12 Amsterdam Claudia van ‘t Slot
Huis Rijswijk Groessen
Ieme Heidema
Lange Mare 110 Leiden
Erwin van Pelt Kapel St-Catharinagasthuis Leiden
Jaap van der Veen
Kasteel Ter Horst
Hester Wessels
Fort Everdingen
Kasteel Neerijnen Jeroen van der Werf
Johan Jorritsma
Havezate Oldengaerde Dwingeloo
Jojanneke Clarijs Huis Bollenburg Amersfoort
Marieke van den Dungen Boerderij Snellenburg Benschop
Lennart van de Torren
Marleen Vink Voorstraat 428 Dordrecht
Oldengaerde Dwingeloo
Lotte Zaaijer Boerderij Snellenburg Benschop
Marlies van Burgsteden
Voorstraat 142-144 Dordrecht
Monique van de Looi
Voorstraat 142-144 Dordrecht
Mattias Boon
2 Grafkelders Rosendael
Rachel Halverstad
St-Catharinaklooster Harderwijk
Peter Bos
Boerderij ‘t Honderd Nieuwer ter Aa
Roel Verveer Spinhuissteeg 12 Amsterdam
Sascha van Esch De Barthkapel Den Haag Sietse van der Spuij 3 Schuren Landgoed Singraven Stef Gerrits Kasteel ter Horst Willem Versteeg
B
R
&
M
St-Bavokerk Harmelen
H
U
BEGELEIDENDE DOCENTEN André Hoek
Leo Wevers
Harriën van Dijk
Marjella Prins
Jan Dröge
Richard Rodenburg
Jan van der Hoeve
Ronald Stenvert
2
1
0
3
Met veel plezier kijken we terug op de opleiding Bouwhistorie, Restauratie en Monumentenzorg. We danken alle medewerkers en docenten voor hun inspirerende colleges, inzet en begeleiding gedurende de afgelopen twee jaar. De studenten van lichting 2013-2015.
-
2
0
1
5
Huis Rijswijk is een voormalige zestiende-eeuwse havezate in Groessen ten zuidoosten van Arnhem. Het huidige rijksmonument werd vermoedelijk gebouwd als poortgebouw, maar al snel uitgebreid met een woonvleugel tot een L-vormig woonhuis. Op oude tekeningen is te zien dat de havezate in de achttiende eeuw verpacht werd als boerderij. In de periode erna raakte het gebouw waarschijnlijk in verval, waarna men het eind negentiende eeuw ingrijpend heeft verbouwd. Hierbij zijn de kapconstructies van het poortgebouw en de woonvleugel samengevoegd en is het gehele gebouw een halve tot anderhalve verdieping verlaagd. Daarnaast werden onder andere de klooster- en kruisvensters vervangen door schuiframen.
2 Op dit moment verkeert het pand in slechte bouwkundige conditie. Aan de buitenzijde is bovendien de rijke historie als havezate nauwelijks meer afleesbaar. Tijdens het tweede deel van het afstuderen is bestudeerd hoe men bij de restauratie deze geschiedenis weer beleefbaar kan maken. Kleinschalige ingrepen, zoals deelreconstructies, bleken hiervoor de beste oplossing.
1
Om gefundeerde keuzes te kunnen maken welke onderdelen voor reconstructie in aanmerking komen en op welke wijze dit zou moeten gebeuren, is een stappenplan ontwikkeld. In het laatste deel van het afstuderen is één element aan de hand van dit stappenplan verder uitgewerkt. Het betreft de reconstructie van een kloostervenster op een plaats waar zich op dit moment een negentiende-eeuws schuifvenster bevindt.
B A R B A R A
B O N F R E R
3
4
BARBARA BONFRER - BUREAU FRANKEN Afbeeldingen 1
2 3 4
Projectmanager Bouwbegeleiding namens opdrachtgever
Huis Rijswijk vanaf de ZO-zijde, 1742, Pentekening Jan de Beijer, Gelders archief, inv.nr. 1551 3630 Tekening reconstructie van een kloostervenster in de NW-gevel Foto NW-gevel Huis Rijswijk, 2014 Schets NW-gevel Huis Rijswijk na deelreconstructies
H
U
I
S
A Genovevalaan 47 5625 EA Eindhoven
T 06 1142 5368 E
[email protected]
R
I
J
S
W
I
J
K
1
Het Michgoriushuis aan de Markstraat in Oldenzaal is genoemd naar dokter Guillaume Michgorius die rond 1820 veel gedaan heeft om de hygiënische omstandigheden in de stad te verbeteren. In het kader van de opleiding bouwhistorie heb ik het pand onderzocht. Het oostelijke deel van het gebouw stamt uit het begin van de zestiende eeuw. Later is dit uitgebouwd en is er een maniëristische gevel voorgezet met op de trappen klauwstukken van Bentheimer zandsteen. Tot in de zeventiende eeuw had het hele pand gebinten en vakwerk. Halverwege de achttiende eeuw is er een koetshuis aangebouwd en later is het pand in Lodewijk XVI/neoclassicistische stijl aangepast. De zeventiende-eeuwse plattegrond laat een scheiding zien tussen ‘wonen’ aan de voorname voorzijde en ‘werken’ en ‘opslag’ aan de achterzijde. Aan de voorzijde was er een grote kamer met een schouw, een kleine kamer en vermoedelijk een keuken met een schouw. Voor de opslag aan de achterkant (oosten) zijn de muren verstevigd en is de zoldervloer verzwaard. Waarschijnlijk was er een hijsinstallatie om goederen van de straat op de zolder te takelen. De kelder had een vrij grote toegangsdeur en een trapje vanaf de straat. Mogelijk was het Michgoriushuis in de zeventiende eeuw een handelshuis.
2
B
E
R
T
H
A
E
R
4
3
BERT HAER Afbeeldingen 1
2 3 4
De maniëristische gevel stamt uit de 17e eeuw en het koetshuis is van halverwege de 18e eeuw Klauwstuk met een leeuwenkop van Bentheimer zandsteen De oostgevel heeft restanten van vakwerk uit de 16e eeuw Reconstructietekening van een onderdeel van een mogelijke hijsinstallatie uit de 17e eeuw
Monumentenloket Gemeente Enschede
T 053 4815 539 E
[email protected]
M I C H G O R I U S H U I S
Het pand heeft lang leeg gestaan, nadat de voormalige eigenaren zijn verhuisd. De gemeente Amsterdam heeft een casco- en funderingsonderzoek naar het pand ingesteld en heeft het pand geïnspecteerd en kort daarna verkocht. Sinds 2014 is Stadsherstel Amsterdam de eigenaar. Momenteel wordt funderingsherstel uitgevoerd en wordt het pand gestript. Vervolgens zal de restauratie van het pand starten.
1
Mijn opdracht bestond uit drie delen: een schade-analyse van het pand opstellen, een restauratievisie ontwikkelen en als laatste een restauratieplan uitwerken voor een specifiek onderdeel in het pand. Ik heb ervoor gekozen om de voorgevel en de waterhuishouding van het pand nader uit te werken. Het pand Spinhuissteeg 12 is gelegen in het (oude) centrum van Amsterdam. Over het pand en de bouwgeschiedenis is weinig bekend. Het is onbekend door wie en voor wie deze woning (winkel) is gebouwd. Het pand staat in een steeg, maar is desondanks rijk uitgevoerd: forse balklagen op de bel-etage en op veel plaatsen zijn restanten van een afwerking met een decoratief papier tussen de balken aangetroffen.
Tijdens de schade-analyse bleek al snel dat het pand vooral grote schade heeft opgelopen door de verzakking richting de straatzijde en de mede hierdoor niet meer functionerende goten en hemelwaterafvoeren. Er is witen bruinrot ontstaan, schimmelvorming, aantasting van balkkoppen en van kapspanten en op diverse plaatsen aantastingen van zouten op de bouwmuren. Het maken van deze rapporten is een leerzaam traject geweest, waarbij vooral de visie een uitdaging bleek.
C L A U D I A
V A N
T
S L O T
2
3
4
CLAUDIA VAN T SLOT Afbeeldingen 1 2
3 4
Vochtschade aan metselwerk topgevel Voorgevel met indeling ramen na restauratie (tekening architect Sarlemijn, bewerkt door auteur) Schade door vocht en zouten op zolderverdieping Bovenlicht voorgevel (foto Stadsarchief Amsterdam, aug. 1980)
Bouw- en Monumententoezicht Amsterdam centrum varend erfgoed A Houthavenkade 17 R 1506 PC Zaandam T 06 1499 5971 W www.zeetjalk-volharding.nl E
[email protected]
S P I N H U I S S T E E G
1 2
De kapel van het Sint-Catharinagasthuis (Leiden), beter bekend als de Waalse kerk, is door mij onderzocht en voorzien van een restauratieplan. In 2014 is de kerk nog gerestaureerd. Vreemd om een restauratieplan te maken voor een gebouw dat net gerestaureerd is? Door beperkte financiële middelen en een oud conflict met de burgerlijke gemeente Leiden was er nog meer dan voldoende over voor een vervolgplan. De achtergevel is zeer fraai met grote baksteenformaten en ver uitgesleten voegwerk, helaas afgedekt met een waterkerende laag. Het onderliggende metselwerk kan zijn vocht en zouten niet kwijt en hierdoor schilfert de baksteen af.
1
E R W I N
Om deze schade te beperken en dit proces zoveel mogelijk stop te zetten heb ik in mijn restauratievisie voorgesteld en in mijn restauratieplan uitgewerkt: de waterkerende laag verwijderen en het zeer waardevolle historische materiaal beschermen door een bufferende pleisterlaag. Voor het verwijderen van de waterkerende laag wordt er nog een klein gedeelte opgeofferd, echter wordt nu een heel fijn laagje verwijderd en het historische materiaal blijft hierdoor behouden. Het slijtageproces wordt vrijwel stopgezet.
2
V A N
Voor de voorgevel heb ik ook een plan opgesteld. Deze gevel is in het verleden meerdere malen van gedaante veranderd. Het kerkbestuur zou graag zien dat de zeventiende-eeuwse barokke gevel weer in ere wordt hersteld. Hiervoor heb ik voorgesteld om met zoveel mogelijk behoud van historisch werk een reconstructie te maken van het zeventiende-eeuwse gevelbeeld.
P E L T
4
3
5
ERWIN VAN PELT Afbeeldingen 1 2 3
4 5
Opnameschets van de achtergevel De achtergevel met het waardevolle, historische metselwerk De voorgevel met 17e-eeuws natuursteen en 19e-eeuws metselwerk Bestaande toestand voorgevel Nieuwe toestand voorgevel
Restauratieadviseur Bureau Helsdingen A Helsdingse Voorweg 2a Vianen T 06 4148 1604 W www.bureauhelsdingen.nl E
[email protected]
KAPEL ST-CATHARINAGASTHUIS
1
Om de gehele historie van het torenfort en de Nieuwe Hollandse Waterlinie te kunnen blijven beleven, dient het fort als geheel en als onderdeel van de omgeving behouden te blijven. Verdere achteruitgang moet, naar mijn mening, tegengegaan worden en waar nodig moet in terughoudende mate herstel plaatsvinden. Voor wat de toren betreft staan vrijwel alle schades in verband met de vochtproblematiek. De hoge grondwaterstand, door het onvoldoende functioneren van de dijk, zal eerst opgelost moeten worden. Het is van belang dat dit op korte termijn gebeurt, om verder verval te voorkomen.
2
H E S T E R
Om de sfeer en het karakter te behouden stel ik voor de aanzetten van de steenbogen, de scheuren in de binnenmuren en de korstmossenbegroeiing op de gevel te handhaven. Als het water niet meer in de kelder staat en muren zijn gedroogd door ventilatie, kunnen maatregelen genomen worden om verdere achteruitgang tegen te gaan. Het watersysteem wordt weer beleefbaar gemaakt door de dakkoepel en de recente vloerafwerking in de binnenplaats te verwijderen. Witkalk op de gevels wordt teruggebracht. Interieurelementen, die nog aanwezig zijn, worden hersteld en teruggebracht in de straalvertrekken. Een “nieuwe laag” in de historie wordt gevormd door het aanbrengen van een nieuw hekwerk boven de binnenplaats en nieuwe kozijnen en ramen in de kelder, waar deze dichtgemetseld waren.
W E S S E L S
3
4
HESTER WESSELS - BURO SPIN Afbeeldingen 1 2
3 4
Historische foto van interieur (www. forten-honswijk-everdingen.nl) Foto sep 1939 - winter 1940, door AJ Schravendijk (collectie Kees Huyser) waarop witkalk duidelijk zichtbaar is. Schadeaanduiding gevel West buiten en binnen Doorsnede met binnenplaats uit Genieregister 1888
F O R T
Architect | Restauratiearchitect A Molenlaan 99 3055 EJ Rotterdam T 06 2900 4046 W www.burospin.nl E
[email protected]
E V E R D I N G E N
1
Tijdens het 2e jaar van de opleiding heb ik carréboerderij Bruggerhof in het Limburgse dorpje Hunsel onderzocht. Deze geheel in metselwerk uitgevoerde boerderij ademt de sfeer van een boerderij uit het begin van de 20e eeuw, met kleinschalige maar wel gevarieerde veehouderij en landbouw. De onderzoeken die uitgevoerd zijn, bestonden uit een bouwhistorisch onderzoek van de gehele boerderij en een verdiepend onderzoek en dendrochronologisch onderzoek van de vakwerkconstructie in de grote schuur van Bruggerhof. Omdat door de eenvoud van bouwen en afwerken alle constructies en bouwsporen goed inzichtelijk waren, kon het pand gemakkelijk worden opgenomen. Het dateren en faseren bleek lastiger te zijn, omdat Bruggerhof, evenals andere boerderijen, regelmatig verbouwd werd en hierbij vaak gebruik werd gemaakt van materialen die van elders afkomstig waren. Op het eerste oog lijkt de boerderij te dateren uit het begin van de 19e eeuw met een renovatie van de voorgevel uit het begin van de 20e eeuw. Bij het bestuderen van de constructie aan de binnenzijde van de boerderij blijkt de boerderij toch uit een eerdere periode te dateren. De eiken spantconstructies in de grote schuur en in de scheidingsmuur tussen de woning en de stal vertonen sporen van vakwerkgevels met vlechtwerk en stroleem uit de 17e eeuw of vroeger. Door het uitvoeren van een dendrochronologisch onderzoek is bevestigd dat de oudst aangetroffen onderdelen van boerderij Bruggerhof dateren uit het tweede kwart van de 17e eeuw.
2
H U G O
V A N
H E E S E W I J K
3
4
Afbeeldingen 1
2
3
4
Luchtfoto Bruggerhof uit 1950 met de bebouwing zoals deze nu nog aanwezig is. Aanzicht achtergevel woongedeelte vanuit de binnenplaats, met de kleine vensters van de opkamer. Aanzicht van de vakwerkconstructie in de grote schuur (Vlaamse schuur) gezien vanuit de inrij-opening. Achterzijde van de bakoven in de wagenschuur en Kunrader stenen als fundering onder de tussenmuur.
HUGO VAN HEESEWIJK Beleidsmedewerker Bouw- en Woningtoezicht/ Monumentenzorg Gemeente Leudal A Brugske 8 6031 BL Nederweert T 0195 634 072 (prive) 0475 857 932 (werk) W www.leudal.nl E
[email protected]
B R U G G E R H O F
H U N S E L
Het gebouwencomplex is een goed bewaard gebleven voorbeeld van de bloeiperiode die Leiden na 1574 doormaakte. In het bijzonder is het representatief voor de verstedelijking die in het bon Maredorp in deze periode plaatsvond.
1
De bouwmassa van het complex heeft haar uiteindelijke vorm al in de zeventiende eeuw gekregen als gevolg van een economische en demografische bloeiperiode van deze stad na Leidens ontzet van 1574. De hoofdvorm is wellicht zo goed bewaard gebleven door de lange periode van stagnatie die er op volgde. Blijkbaar was het complex – mede door haar omvang – ook flexibel genoeg om aangepast te kunnen worden aan de nieuwe functies die het ging vervullen en de veranderingen in de wooncultuur waaraan het blootstond. 2
I
4
3
E
M
E
H
E
I
D
E
M
A
Deze laatstgenoemde ontwikkelingen hadden echter wel hun weerslag op het pand, hetgeen vooral nog te zien is aan de kozijnen en de ruimte-indeling in het interieur. Sporadisch zijn tijdens het bouwhistorisch onderzoek wand- en plafondafwerkingen aangetroffen die hierin meer inzicht gaven, maar het merendeel hiervan was in opslag danwel verwijderd.
5
6
Eén bouwmuur is uitgebreider onderzocht. Deze muur staat tussen twee van de huizen en bevat veel bouwsporen. De muur was aanvankelijk een tuitgevel en werd achtereenvolgens opgehoogd tot een trapgevel en weer een tuitgevel. Op basis van de bouwsporen heb ik reconstructies geschetst van de zestiende- en achttiende-eeuwse schouw.
inpandig kruiskozijn
IEME HEIDEMA
Afbeeldingen 1 2 3 4 5 6
Overzichtsfoto van het complex Reconstructie van de 18e-eeuwse schouw Reconstructie van de 16e-eeuwse schouw Fasering van de bouwvolumes Inpandig kruiskozijn Tekening van de bouwmuur die nader is onderzocht
L A N G E
Inspecteur Bouwschade | Historicus
A Hogewoerd 90-2 2311 HS Leiden T 06 2445 6482 E
[email protected]
M A R E
1 1 0
1
Het kasteel Ter Horst is gebouwd omstreeks 1555 door Wijnand Hackfort, burgemeester van Arnhem. In het toenmalige kasteel zijn nog enkele fragmenten herkenbaar die duiden op restanten van een voorganger. Ze zijn echter onvoldoende om een reconstructie van de vijftiende-eeuwse situatie op te baseren. Het gebouw is opgetrokken in de overgangsperiode van laat-gotiek naar renaissance, wat bij voorbeeld zichtbaar is in de overhoeks geplaatste pinakels en de in- en uitzwenkende zijgevels. Aan het einde van de achttiende eeuw (1784-’92) werd de achtergevel opgewaardeerd tot voorgevel. De Arnhemse architect R.R. Viervant trok vóór de bestaande achtergevel een nieuwe gevel op in strenge neoclassicistische stijl. De kapverdieping werd toen tot een volwaardige woonverdieping opgewaardeerd door het hoger optrekken van de nieuwe voorgevel. Ook aan de achterzijde vond dit gedeeltelijk plaats. Tegelijkertijd bouwde hij op het voorplein twee bouwhuizen.
2
In 1907 is het kasteel opgemeten en getekend door de architect D.C.E. Knuttel, waardoor we inzicht krijgen in de negentiende-eeuwse indeling van het kasteel. De toenmalige eigenaar moderniseerde het gebouw en liet door de architect L.A. Springer een tuin aanleggen. Sindsdien zijn er aan het kasteel geen noemenswaardige ingrepen meer gepleegd.
J A A P
V A N
D E R
V E E N
3
4
5
JAAP VAN DER VEEN Afbeeldingen 1
2
3 4 5
Neoclassicistische voorgevel van kasteel ter Horst naar ontwerp van R.R. Viervant omstreeks 1784 - 1792 Ingangspartij anno 1557 van het huis naar ontwerp van Arndt Johanssen (vermoedelijk) De paviljoentoren van het huis Het oudste luik van het kasteel Reconstructie plattegrond 1ste fase ca. 1550-1555
K A S T E E L
Cultuurhistorisch Advies A Reigerpark 48 1444 AC Purmerend T 06 5122 7007 W www.jaapvanderveen.nl E
[email protected]
T E R
H O R S T
1
Kasteel Neerijnen werd in de veertiende eeuw gesticht door een telg van de familie De Cock - de familie die ook het nabij gelegen kasteel Waardenburg liet bouwen. Het bestond uit een rechthoekige zaalbouw of woontoren, die de contour van de huidige kelder van het achterhuis volgde. Nadat dit eerste gebouw tijdens de belegering van Waardenburg, in 1574, was verwoest, kwam er een groter kasteel voor in de plaats. Het had waarschijnlijk de vorm die te zien is op de tekening uit 1731. 3
2
J E R O E N
V A N
D E R
W E R F
Aan het eind van de achttiende eeuw vond er een ingrijpende verbouwing plaats. De trapgevels werden gesloopt, de kozijnen gewijzigd en de gevels gestukadoord. Zo ontstond een blokvormig gebouw met schilddaken. Het stucwerk werd aan het begin van de twintigste eeuw van de gevels verwijderd. Daarbij kwamen de sporen tevoorschijn die de eerdere verbouwingen in het metselwerk hadden achtergelaten.
4
Dit afstudeerproject is het 1e bouwhistorische onderzoek dat naar kasteel Neerijnen is gedaan. Het bestaat uit 3 delen: een bouwhistorische opname, een gedetailleerd onderzoek van het metselwerk van de westgevel en een gedetailleerd onderzoek van de kapconstructie. Hieruit is o.a. naar voren gekomen dat het kasteel in de 1e bouwfase groter is geweest dan tot nu toe werd aangenomen.
JEROEN VAN DER WERF Afbeeldingen 1 2 3
4
De westgevel van het kasteel in 1731, Gelders Archief inv. nr. 1699 De westgevel van het kasteel in januari 2015 Een deel van de faseringstekening van de westgevel. In lichtblauw het metselwerk uit de 1e bouwfase. Opname van bouwsporen in een deel van de westgevel
K A S T E E L
Werkzaam als Projectleider bij een architectenbureau op zoek naar werk in Bouwhistorie/ Restauratie A Izaak Evertslaan 123-3 6814 JH Arnhem T 026 321 8969 W www.tourvauban.wordpress.com E
[email protected]
N E E R I J N E N
1
De Havezate Oldengaerde, op het gelijknamige landgoed, is gelegen aan het Westeinde te Dwingeloo. De geschiedenis van dit adellijke huis gaat mogelijk terug tot de vijftiende eeuw. Vermoedelijk is het in de eerste helft van de vijftiende eeuw als een rechthoekig, één-beukig huis gebouwd. In de achttiende en negentiende eeuw is het pand diverse malen verbouwd tot de huidige verschijningsvorm, namelijk een groot twee-beukig huis met omgaand schilddak, pilastergevel en driehoekig fronton. Na wisseling van diverse eigenaren kwam in 1808 het echtpaar Van Holthe op Oldengaerde wonen. Oldengaerde is hierna niet meer door verkoop overgegaan naar een andere eigenaar, alleen door vererving. In december 2013 is na twee eeuwen familiebezit de gehele buitenplaats overgedragen door de zusters Willinge aan Stichting Het Drentse Landschap.
2
3
J O H A N
J O R R I T S M A
Het pand ademt veel historie, sleetsheid en daarmee gepaard begin van verval. Een prachtige onderzoekslocatie waar je gevoelsmatig terug gaat in de tijd. In vervolg op de schadeanalyse en restauratievisie heb ik in mijn laatste onderzoek een restauratieplan voor de suitekamer en de voorgevel geschreven. In het bijzonder heb ik mij beziggehouden met het onderzoek naar de negentiende-eeuwse interieurafwerking en het optimaliseren van de vele schuifvensters. Het doel van dit laatste was het verbeteren van het klimaat en comfort in combinatie met UV-bescherming voor de inventaris en interieurafwerking. Het eigen(wijze) karakter en de omvang vormden de grootste uitdaging om te komen tot een zuiver restauratieplan.
Afbeeldingen 1
2
3 4 5
Zicht op de 19e-eeuwse marmeren schouw, met heraldische voorstelling in stuc, van de voorsuite Doorkijkje vanuit de achterslaapkamer op de 18e-eeuwse tuinaanleg, met kenmerkend “grand canal” Detailblad venstermodificatie Oldengaerde getekend door Cornelis Pronk in 1732 Schadetekening oostgevel
4
5
JOHAN JORRITSMA Adviseur I Projectleider Monumentenadvies Noord A Emmakade 59 8921 AG Leeuwarden T 06 3448 9334 W www.monumentenadvies-noord.nl E
[email protected]
O L D E N G A E R D E D W I N G E L O O
1
Bollenburg is als ouderlijk huis van raadspensionaris Johan van Oldenbarnevelt (1547-1619) een van de beroemdste en grootste muurhuizen in Amersfoort. Deze huizen zijn vanaf ca. 1500 gebouwd op het tracé van de eerste stadsmuur. In het kader van de opleiding is voor het eerst bouwhistorisch onderzoek gedaan naar het gebouw. Het pand blijkt veel ouder dan werd aangenomen en dateert waarschijnlijk uit de periode ca. 1450-vóór 1490. Bij de bouw zijn bakstenen van de stadsmuur hergebruikt. Bollenburg blijkt een van de meest gaaf behouden muurhuizen te zijn, met onder meer souterraingewelven, moerbalken en consoles, rookkanalen en op de sporen na de volledige kapconstructie uit de bouwtijd. Zeer bijzonder zijn de twee vijftiende-eeuwse muurschilderingen van heiligen. Even bijzonder is de muurschildering van zo’n 6,5x2,5m van het Laatste Oordeel uit de tweede bouwfase rond 1575. Het pand werd toen verbouwd tot stadslint- en spinhuis waar wees- en arme kinderen de kost konden verdienen.
J O J A N N E K E
2
C L A R I J S
3
4
Daarna heeft het pand niet alleen als woonhuis voor de stedelijke elite gefunctioneerd, maar ook als herberg en drukkerij. Van deze gebruiksfases zijn slechts fragmentarisch elementen en sporen aanwezig die geen samenhangend beeld meer vormen.
Vooral aan de voorgevel met zijn vele bouwsporen is de bouwhistorische gelaagdheid goed afleesbaar. Deze gevel is nader gedocumenteerd. Tevens is van deze gevel de vijftiende-eeuwse situatie gereconstrueerd.
JOJANNEKE CLARIJS CULTUURHISTORIE Afbeeldingen 1 2 3 4
Voorzijde omstreeks 1880-1900 Archief Eemland foto 13725 Zestiende-eeuwse muurschildering van het Laatste Oordeel Bouwfasering van de voorgevel Reconstructie van oorspronkelijke 15e-eeuwse voorgevel
Architectuurhistorie Interieurhistorie Bouwhistorie Onderzoek Advies Publicatie A Tingieterstraat 4 3828 XH Hoogland T 06 4155 5614 W www.jojannekeclarijs.nl E
[email protected]
B O L L E N B U R G A M E R S F O O R T
Oldengaerde in Dwingeloo is een van de weinige complete havezaten die Drenthe nog telt. Aan het pand is goed af te lezen dat er diverse malen forse ingrepen zijn gedaan. De oudste kern dateert vermoedelijk uit de vijftiende eeuw. Het gaat hier om de scheidingswand van een halve meter dik tussen voor- en achterhuis.
Er zijn sterke aanwijzingen dat de achtergevel en zijgevels van het achterhuis opnieuw opgetrokken zijn, vermoedelijk in de negentiende eeuw. Ook is de kap in deze tijdsperiode vervangen en lager gemaakt.
De voorgevel is in de achttiende eeuw opgetrokken met een duidelijke verdeling in negen traveeën waarbij het middenrisaliet was afgewerkt met een halsgevel. In de negentiende eeuw zijn aan de gevel stapsgewijs aanpassingen gedaan met onder meer elementen in Lodewijk XV-stijl, waarbij de huidige verschijningsvorm is ontstaan. Ook de vensterafdelingen en bovenbeëindiging van de gevel zijn gewijzigd.
Aan de stijlkenmerken van stucplafonds, trap, deuromlijstingen en behang is te zien dat het interieur in de negentiende eeuw onder handen is genomen. In het archief is er weinig informatie over de diverse verbouwingen, wat een exacte datering moeilijk maakt. De gelaagdheid maakt het gebouw een zeer interessant onderzoeksobject. Aan de hand van de onderzoekresultaten zijn onder meer fasering- en waarderingstekeningen gemaakt die zeer waardevol zijn voor de geplande restauratie en herbestemming van het pand.
1
2
L E N N A R T V A N D E R T O R R E N
4
3
Afbeeldingen 1
2
3 4 5
De opvallende voorgevel met kapitelen en afwerking van het middenrisaliet Na het open maken van de vloeren kwamen een aantal interessante bouwsporen tevoorschijn Drie soorten metselwerk van verschillende ouderdom De entreepartij is versierd met houtsnijwerk in Lodewijk XV-stijl De oorspronkelijke zakgootconstructie is nog goed zichtbaar
5
LENNART VAN DER TORREN Consulent Monumenten bij Erfgoed Groen BV A Molenstraat 25 3417 HR Montfoort T 06 4979 2812 W www.erfgoedadviesgroen.nl E
[email protected]
O L D E N G A E R D E D W I N G E L O O
1
Veel materiaal is tijdens de verbouwing hergebruikt: in de deel zijn marmeren tegels, binnenluiken zijn hergebruikt voor de bedstede, etc. Ook de structuur van de plattegrond (begane grond) was terug te vinden: de positie van de voormalige achtergevel, zaal, trap en schouwen. Tijdens het verdiepende onderzoek heb ik de profilering van de deurkozijnen en deuren nader onderzocht. Dit heeft geresulteerd in een overzicht van typen profileringen. De oorspronkelijke profilering was rijk versierd met veel krullen. Vervolgens heb ik kleurpakketten van interieurelementen onderling vergeleken, wat meer duidelijkheid gaf over de ouderdom.
Boerderij Snellenburg in Benschop heeft een bijzondere historie. Het is rond 1700 gebouwd als voornaam landhuis voor de familie De Milan Visconti en in 1886 is het pand verbouwd tot boerderij. De bouwmassa bestond oorspronkelijk uit twee lagen en een schilddak. Tijdens de verbouwing is de bouwmassa met een verdieping verlaagd en voorzien van twee zadeldaken. Op het eerste gezicht lijkt het landhuis nauwelijks meer herkenbaar in de boerderij. Uit de bouwhistorische verkenning bleek dat in het interieur verrassend veel bewaard is gebleven.
L
O
T
T
E
Z
In het laatste werkstuk heb ik een bouwhistorische verkenning gemaakt van het naastgelegen koetshuis dat eveneens in de 1e helft van de achttiende eeuw is gebouwd. Hier zijn vergelijkbare bouwelementen aangetroffen die de datering of reconstructie van bouwelementen in het voormalige landhuis bevestigden.
A
A
2
I
J
E
R
4
3
Afbeeldingen 1
2
3
4
Voormalig landhuis Snellenburg (ca. 1700) voorgevel bron: Het Utrechts Archief Reconstructie van de plattegrond van het landhuis op basis van aangetroffen bouwsporen Boerderij Snellenburg (2015), voorgevel foto: Schep Makelaardij Bouwfasering van de plattegrond van de boerderij plattegrond: M. van den Dungen
LOTTE ZAAIJER Architect | Bouwhistoricus A Scheeperslaan 11 3707 XN Zeist T 06 2480 0536 W www.lottezaaijer.nl E
[email protected]
S N E L L E N B U R G B E N S C H O P
1
Huis Snellenburg is misschien wel een van de meest ongebruikelijk boerderijen in de omgeving. Op het eerste gezicht lijkt er niet zoveel bijzonders te zien. De vormgeving is verwant aan die van verschillende boerderijen in de omstreken van Benschop. Maar wanneer men beter kijkt, of de boerderij binnen gaat, blijkt al snel dat er vreemde en zeer luxe onderdelen in de boerderij aanwezig zijn. Zo ligt er marmer op de vloer van de deel en zit er een groot ornament in Lodewijk XIV-stijl in een van de kamers. Allemaal onderdelen van een rijke geschiedenis; de geschiedenis van een boerderij die ooit een landhuis was. De verbouwing van landhuis naar boerderij in 1886 is op een zeer pragmatische, maar technisch niet geheel doordachte wijze uitgevoerd.
2
3
M A R I E K E V A N D E N D U N G E N
Van deze verbouwing zijn in de huidige boerderij de consequenties, in de vorm van schades, nog goed terug te zien. Om de boerderij weer in orde te maken, is het noodzakelijk om al het achterstallige onderhoud aan te pakken. Echter alleen dit aanpakken is op termijn niet voldoende. Technisch gezien is de constructie van de stal van de boerderij niet in orde. Dit zal aangepakt moeten worden om in de toekomst verdere vervolgschade te voorkomen.
4
eigen gewicht en veranderlijke belasting
wind druk
eigen gewicht en veranderlijke belasting
wind
Deze ruimte was niet toegankelijk tijdens de opnames. anker
trekstang spatkracht spatkracht
trek
spatkracht
Mijn restauratievisie voor de boerderij is tweeledig; maximaal conserverend in het achterhuis, de ruimte waar werd gewerkt, als tegenhanger van de reconstructie van de luxe van weleer in het voorhuis. Dwarsdoorsnede _ krachten
MARIEKE VAN DEN DUNGEN Afbeeldingen 1 2 3 4
Achtergevel van Huis Snellenburg rond 1830 Voorgevel Huis Snellenburg na verbouwing tot boerderij Schadetekening van de huidige achtergevel Dwarsdoorsnede met het krachtenspel van de constructie
Architect A Cor Vlotlaan 7 3526XV Utrecht
T E
06 5327 1071
[email protected]
S N E L L E N B U R G B E N S C H O P
1
Voorstraat 428 in Dordrecht is een betrekkelijk eenvoudig rijksmonument, gelegen in de oudste straat van Dordrecht. De informatie over de historie van het pand komt vooral uit het pand zelf. Het pand bestaat uit een voorhuis en een iets hoger achterhuis. De voorgevel is een negentiende-eeuwse lijstgevel met een winkelpui. Vooral aan de balklagen is te zien dat het pand achter de gevel ouder is: zestiende- of zeventiende-eeuws. Tussen het voorhuis en het achterhuis bevindt zich een kelder, die mogelijk nog ouder is en half is ingestort. Delen van een bijzondere houten vakwerkwand met een invulling van metselwerk zijn nog te zien in het interieur.
2 22.06 D 24.26AD
24.13A
24.22D
25.05B 2889
2427
24.25CD 24.13B
2672
2248
3.02
246
24.02
1107
24.12A 24.16C
34.01CD
24.15C 2328 type A 24.04C
22.04A 1182
1263
type A 24.04C 24.04C
2.02
22.04A
30.05B
30.05B
30.05B 34.02A
757
26.03C
type C 24.12A 24.16C
40.02C
22.06 D
24.22D
2532
8110 + P
24.25CD 24.13B
30.02A 30.05B
3306
4014
34.03A
8380 + P
24.03A 30.05B 30.02A
22.06 D
5810 + P 1188
24.08A
24.01A 24.09A
24.03A 25.03C
42.02 D 24.05A
30.05B
2805
24.01B
24.04C
2556
4610 + P
2294
24.04C
11353
26.02C
40.06B
1.01 3299 3648
0.01
2770 + P
22.05 C 24.10A
0.02
3990
22.04A
0.03
26.01A 24.10A
44.01CD
820
22.06 D 22.15B
P=0
M
22.16D
R
P=0
22.06
35.03C
A
22.06 D
24.02A 24.14A
A'
24.07A
0.06
0.05
De schade aan het pand is aanzienlijk; die heb ik eerst onderzocht en in kaart gebracht. In mijn restauratievisie is het belangrijk te proberen dit pand zelf het verhaal van zijn geschiedenis te laten vertellen: de geschiedenis van de gewone Dordtse mannen en vrouwen. Ik wil het pand opnieuw betekenis geven in de context van zijn omgeving (nog altijd een woon-winkelstraat) en geschikt maken voor hedendaags gebruik. Daarvoor is het noodzakelijk een aantal comfortverbeterende maatregelen te treffen en ook de energiezuinigheid onder de loep te nemen. Hoe je dat doet zonder de bouwhistorische waarde aan te tasten, was de uitdaging van dit project.
1200- P
C'
L
langsdoorsnede B-B'
E
E
N
V
I
N
K
3
4
MARLEEN VINK - IN ARCHITECTUUR Afbeeldingen 1 2 3
4
Foto van de voorgevel in de Voorstraat Tekening schadeopname langsdoorsnede Foto van de balklaag 1e verdieping voorhuis met peerkraalsleutelstuk Schets voorstel restauratie balklaag
Architect - Restauratiearchitect A Schiekade 189, unit 509 3013 BR Rotterdam T 06 26898414 W www.in-architectuur.nl E
[email protected]
V O O R S T R A A T
4 2 8
1
Ik heb onderzoek gedaan naar Voorstraat 142-144 te Dordrecht, samen met bouwhistoricus Monique van de Looi. Dit pand leek aanvankelijk ‘makkelijk’, een woonhuispand met standaard soorten schade. Lekkage, optrekkend vocht, scheuren, uitvallend voegwerk, rotte kozijnen, het komt allemaal voor. Bij nader onderzoek bleek dat hier sprake was van in oorsprong drie panden. De verbouwingen vanaf de zestiende eeuw -het bouwjaar ligt ergens in de vijftiende eeuw- hebben geleid tot diverse schades, inclusief verzakkingen en de bijbehorende scheurvorming.
2
M A R L I E S V A N B U R G S T E D E N
Bijzonder aan het pand is dat 3 hier vanaf 1874 het eerste kinderdagverblijf van Nederland heeft gezeten, tot 2013. Daarnaast is het ooit een rijk huis geweest, eigendom van een van de vier burgemeesters van Dordrecht. Dit blijkt ook uit de vondst van een plafondschildering in kwabstijl, uit ongeveer 1679. Deze vondst is tot nu toe de enige in zijn soort in Dordrecht.
4
MARLIES VAN BURGSTEDEN Afbeeldingen 1 2
3 4
Voorgevel Voorstraat 142-144 Van oorsprong drie panden (afbeelding Christine Weijs, gemeente Dordrecht) Scheurvorming door verzakking in de binnenplaats Plafondschildering aangetroffen in 142
Beleidsmedewerker Monumenten en Archeologie gemeente Krimpenerwaard A Grotekerksbuurt 86 3311CB Dordrecht
T E
V O O R S T R A A T
06 1863 2484
[email protected]
1 4 2 - 1 4 4
Op de begraafplaats “Rosendael” te Rozendaal die dateert van omstreeks 1840, zijn twee bijzondere grafkelders van de Familie van Huijssen van Kattendijke gebouwd. De ene grafkelder is van omstreeks 1843 in neogotische stijl en de andere is van omstreeks 1860 in neoclassicistische stijl. Ze zijn tegen elkaar gebouwd, maar het zijn wel twee aparte grafkelders.
1
Aan de grafkelders zijn redelijk veel schades waar te nemen, zoals roestende stalen liggers, loszittend stucwerk, scheuren in het natuursteen, scheuren en barsten in het dakbeschot en vandalisme aan de houten grafkisten en de gietijzeren ramen. Mijn visie om de grafwerken weer een eeuw te laten schitteren op de begraafplaats, wordt door middel van terughoudend restaureren bereikt: -Door de natuursteen licht te reinigen waardoor zijn patina behouden blijft. -Het metselwerk te herstellen waar nodig en het dak te repareren met middelen die hetzelfde uiterlijk hebben. -Aan de binnenzijde het stucwerk te vervangen en de gewelfribben te herstellen.
2
Met al deze ingrepen aan de twee bijzondere grafkelders van de familie Huijssen van Kattendijke, hoop ik de rust en sfeer te behouden die goed passen bij een laatste rustplaats.
M
A
T
T
I
A
S
B
O
O
N
3
4
MATTIAS BOON - STEENHOUWERIJ MAARSSEN Afbeeldingen 1
2 3 4
Voorzijde grafkelder Huijssen van Kattendijke met op de achtergrond de gerestaureerde grafkelder “Luden” Huijssen van Kattendijke Schadebeeld linker zijde grafkelder Huijssen van Kattendijke Schadetekeningen grafkelder Huijssen van Kattendijke
Restauratie Steenhouwer Chef Werkplaats A Techniekweg 40 3542 DT Utrecht T 06 4182 1598 W www.steenhouwerijmaarssen.nl E
[email protected]
G R A F K E L D E R S R O S E N D A E L
1
In de panden zijn nog vele authentieke elementen aanwezig die door de eeuwen heen zijn aangebracht. Bijzonder is de laat-17e-eeuwse schildering op een enkelvoudige balklaag met kwabornamenten en gebundelde takken die tijdens het bouwhistorisch onderzoek ontdekt is. Net zo bijzonder is de schouw in rococo-stijl met daarboven een camaïeuschildering. In een groot deel van de ruimten zijn oude elementen weggewerkt achter een verlaagd systeemplafond. Tijdens het verdiepingsonderzoek naar de interieurafwerking van Voorstraat 142 zijn, boven het systeemplafond, vele behangresten gevonden waaronder gevelouteerde behangsels uit 1840-1850 en uit 1860-1870. Maar ook restanten van een juten plafondbespanning die vermoedelijk te dateren is aan het einde van de 19e eeuw.
In het kader van de opleiding is er bouwhistorisch onderzoek gedaan naar de bebouwing op Voorstraat 142 en 144 in Dordrecht, beter bekend als ‘De Blije Hoek’. Bijna 140 jaar lang hebben vele kinderen hier gespeeld. In 1877 werd hier namelijk de eerste kinderbewaarplaats van Nederland gevestigd. Maar de oorsprong van de gebouwen gaat veel verder terug. De bebouwing op Voorstraat 144 is gedeeltelijk 15e-eeuws. Op Voorstraat 142 stond in de 16e eeuw ook al bebouwing. De panden zijn tot eind 19e eeuw afzonderlijk in gebruik geweest als woningen tot de kinderbewaarplaats de panden ging gebruiken voor de opvang van arbeiderskinderen.
M O N I Q U E
2
V A N
D E
L O O I
4
3
Afbeeldingen
MONIQUE VAN DE LOOI
1
Monumentenadviseur Gemeente Moerdijk
2
3 4
Huidige voorgevel van Voorstraat 142-144 Zuigelingenkamer kinderbewaarplaats rond 1900 Regionaal Archief Dordrecht inv.nr. 551-10348 Eind-17e-eeuwse schildering op balkenplafond Grijs gedecoreerd behang met daarboven een golvende, gevelouteerde border uit 1840-1850
A Hoeves 5 5482 NL Schijndel
T 06 2700 2097 E
[email protected]
V O O R S T R A A T
1 4 2 - 1 4 4
Elke keer als ik op de snelweg A2 richting het zuiden rijd, valt mijn oog op de monumentale boerderij ter hoogte van het dorp Nieuwer ter Aa. De boerderij is gelegen aan de rivier ‘De Kromme Angstel’ en wordt al enige jaren niet bewoond. Op het moment dat we de opdracht kregen vanuit de Hogeschool Utrecht om een pand te zoeken als afstudeerobject, was mijn keuze dan ook snel gemaakt en deze viel op boerderij ’t Honderd. Na wat navraag te hebben gedaan ontdekte ik dat de boerderij in eigendom is van de Dienst Landelijk Gebied (DLG) en dat deze in onderhandeling was met een potentiele koper. In eerste instantie stond DLG niet positief tegenover mijn verzoek om de boerderij te gebruiken voor mijn afstudeeropdracht.
Begin september kwam ik via de gemeente in contact met de mogelijke toekomstige eigenaar van de boerderij, de familie Boxhoorn uit Nieuwer ter Aa. De heer en mevrouw Boxhoorn waren echter wel positief over mijn verzoek om de boerderij te gebruiken voor mijn afstuderen. Uit recentelijk bouwhistorisch onderzoek van Menze de Graaf is naar voren gekomen dat dit wel een heel bijzondere boerderij is zowel bouwhistorisch als cultuurhistorisch. De oudste onderdelen van de boerderij gaan terug tot ca. 1580. Bijzonder zijn de gedrukte spitsboog met een ezelsrugboog boven de entree en de nog aanwezige muurstijlen met moerbalken, korbelen en sleutelstukken in de kaasruimte.
1
P
E
T
E
R
B
O
S
Inmiddels was er bij de gemeente ook een verzoek binnengekomen om de boerderij aan te wijzen als gemeentelijk monument.
2
3
Zowel de familie Boxhoorn als Menze de Graaf wil ik bedanken; zonder hun toestemming en bijdrage had ik mijn afstudeeropdrachten niet kunnen uitvoeren.
PETER BOS - MONUMENTEN EN BOUW Advies | Ontwerp | Support Afbeeldingen 1 2
3
Voorgevel van de boerderij Detail van de gedrukte spitsboog met ezelsrugboog boven de entree Detail van het sleutelstuk in de kaasruimte
B O E R D E R I J
A Nesciolaantje 6 3634 AA Loenersloot T 06 2293 1317 W www.peterbosmonumenten.nl E
[email protected]
T
H O N D E R D
In 2014–2015 zijn enkele gebouwen van het voormalige 15e-eeuwse Sint-Catharinaklooster in Harderwijk bouwhistorisch onderzocht. Tevens is dendrochronologisch onderzoek uitgevoerd. Na de reformatie werd het vrouwenklooster in 1582 gesloten. Vervolgens heeft het klooster meerdere gebruiksfuncties gehad. De belangrijkste daarvan was de huisvesting in 1600 van het Gymnasium Velavicum (in 1647 verheven tot Gelderse Academie).
Klooster 15 diende tijdens de periode van de Gelderse Academie voor de opslag van natuurkundige instrumenten en als lesruimte. De rapporten van het uitgevoerde onderzoek zijn te raadplegen op www.burgerweeshuisharderwijk.nl.
De onderzochte gebouwen zijn in eigendom van de Stichting het Burger Weeshuis Harderwijk. Het betreft het voormalige hoofdgebouw van de zusters (Academiestraat 14); het voormalige gasthuis (Klooster 17/17a en Klooster 19) en de lage aanbouw uit 1739 (Klooster 15).
Bijzonder in het voormalige hoofdgebouw van de zusters is onder andere de kelder met kruisgewelven, in het midden rustend op bakstenen zuilen. Verder is het toegepaste boogfries in de noordgevel van het voormalige gasthuis vermeldenswaardig. Bovendien zijn bijzonder de 15e-eeuwse sleutelstukken van het type ‘schuine kant als profiel, waarin hol’. Sleutelstukken van deze vorm zijn tot op heden slechts in enkele andere gebouwen in Harderwijk aangetroffen.
1
2
R A C H E L
Het onderzoek heeft diverse nieuwe zaken aan het licht gebracht. Hierbij valt te denken aan de datering en de gebruiksgeschiedenis van de onderzochte panden. Dit heeft ertoe geleid dat de gemeente i.s.m. de Stichting het Burger Weeshuis Harderwijk de huidige informatievoorziening over de onderzochte panden aanpast aan de nu beschikbare kennis.
H A L V E R S T A D
4
3
Afbeeldingen
RACHEL HALVERSTAD - HALVERSTAD
1
Archeologie | Bouwhistorie
2
3
4
Klooster 15-19 (links op foto) en Academiestraat 14 (midden op foto) gezien vanaf Kloosterplein Sleutelstuk van het type ‘schuine kant als profiel, waarin hol’ uit de 15e eeuw Kruisgewelven in de kelder van het voormalige hoofdgebouw van de zusters Boogfries in de noordgevel van Klooster 17/17a
A Prins Hendrikweg 82 3881 GG Putten
T 06 4688 7165 E
[email protected]
SINT-CATHARINAKLOOSTER
1
2
Spinhuissteeg 12 is gelegen in een dwarsstraat van de wallen in Amsterdam. De klokgevel en de deur met snijwerk in Lodewijk XV-stijl geven het pand een datering in het derde kwart van de achttiende eeuw. Stadsherstel heeft het pand verworven om het te redden van verder verval. Tijdens de ontmanteling van de recente afwerklagen is bouwhistorisch onderzoek verricht. Er bleek weinig over het pand bekend. De eerste bebouwing stamt uit het eerste kwart van de zeventiende eeuw, maar is niet meer duidelijk af te lezen. In het pand is de balklaag op de bel-etage zeer zwaar vergeleken met de spanten in de kap. Tevens liggen de balken per verdieping niet mooi boven elkaar en de trappenhuizen ‘wringen’ tussen de balken. Deze bouwkundige afwijking is nu voor het eerst uitgetekend en verklaard.
3
De afwijking komt door de wens van destijds voor de bouw van een ruime ‘leugenaar’. Dit is de ruimte achter de klokgevel die de suggestie wekt van een extra verdieping. Om meer ruimte te realiseren is een extra balk geplaatst die het spant direct achter de leugenaar opvangt. Dat deze ingreep de trappenhuizen in de verdrukking bracht, komt doordat de balklagen er al waren. De hoofdindeling van het pand blijkt dus bepaald door de verbouwing van de achttiende eeuw in een oudere structuur.
R
O
E
L
V
E
R
V
E
E
R
5 4
4
ROEL VERVEER Afbeeldingen 1 2 3 4 5
Voorgevel Spinhuissteeg 12 Ontleding opbouw balklagen Trappenhuis zolder na ontmanteling, gezien richting leugenaar Lambrisering voorkamer 1e verdieping Faseringstekening van de lambrisering en omliggende elementen per verdieping
Bouwhistorie | Conditiemeting | Bouwkundige Opname | Meerjarenonderhoudsplanning A Van Hogendorpstraat 137-3 1051 BM Amsterdam
T 06 5064 1550 E
[email protected]
S P I N H U I S S T E E G
1 2
In het kader van de opleiding zijn 3 werkstukken gemaakt. Het eerste werkstuk was een schade- en constructieanalyse. De grootste schades worden veroorzaakt door lekkage van het dak. Nader onderzoek wordt
geadviseerd naar de aansluitingen van de tent- en zadeldaken op het opgaande metselwerk. Werkstuk 2 beschrijft de restauratievisie. Omdat het pand geen monumentenstatus heeft, is hier ook een waardestelling gemaakt. Ik ben met name ingegaan op hoe om te gaan met de glas-in-loodpanelen die nog aanwezig zijn in de kapel (40% is nog aanwezig) en wat te doen met de ontbrekende delen. Moet je die klakkeloos kopiëren en aanvullen? Uiteindelijk heb ik een voorstel uitgewerkt waarbij het loodnet wordt gekopieerd, maar het gekleurde glas niet exact hetzelfde wordt ingevuld. Zo ontstaat er toch een harmonieus geheel. Er is een verschil tussen de oorspronkelijke en de nieuwe panelen, maar dat zal niet meteen opvallen. In werkstuk 3 is een bestek met tekeningen en een begroting gemaakt van de restauratie en reconstructie van de glas-in-loodpanelen van de kapel.
1
2
De Barthkapel is een uitbreiding uit 1906 aan de achterzijde van een pand aan de Prinsegracht 36 te Den Haag, dat sinds 1894 in eigendom was van ‘De Liefdezusters van de Heilige Carolus Borromeus’. De architect was L. Faber. Nadat de zusters in de jaren zeventig van de vorige eeuw zijn vertrokken, wilde de gemeente de panden aan de Prinsegracht en de kapel laten slopen om plaats te maken voor nieuwbouw. Dit is gelukkig niet gebeurd. De Stichting Behoud Waardevol Erfgoed is nu eigenaar van de kapel en verhuurt de kapel en refter voor culturele activiteiten en als woonruimte.
S A S C H A
V A N
3
E S C H
5
4
Afbeeldingen 1 2 3 4
5
Oostgevel Barthkapel Westgevel tekening schadeopname Interieur, zicht vanaf het koor richting kapel Overzicht bestaande glas-in-loodpanelen, boven vensters westzijde, onder vensters Oostzijde Reconstructie kapelvensters westzijde
B A R T H K A P E L
SASCHA VAN ESCH - XSCH ARCHITECT Architectuur | Restauratie | Interieur | Monumenten A Frankenstraat 87 2582 SJ Den Haag T 06 4102 4393 W www.xsch-architect.nl E
[email protected]
D E N
H A A G
1
Op Landgoed Singraven in Twente liggen drie, zwaar verwaarloosde boerenschuren die ik bestudeerd heb. Hoewel mijn studierichting restauratie was, kon ik het niet laten de ontstaansgeschiedenis te achterhalen. De leem/vakwerkschuur blijkt bijvoorbeeld al een paar keer verplaatst te zijn. Mijn onderzoek ging over het nogmaals verplaatsten van een dergelijke schuur, maar ook over het behoud van de sfeer. Denk daarbij grote rommelige ruimtes, eenvoudige praktische interieurs, spantenconstructies, verroest gereedschap, vogelnestjes en de geur van gemaaid gras. Dit wordt het beste verwoord in dit gedichtje van Tielke Engels: 3
2
S I E T S E
V A N
D E R
S P U I J
De oude boeren schuur ligt roerloos in de voorjaarszon Het gereedschap hangt verroest aan de evenzo verroestte haken Door een gat in het dak een straal zonlicht Die een gouden cirkel vormt in het droge gele zand op de grond Al maanden is het stil zo stil en bewegingloos Soms komt een kromme grijsaard Een rondje dromen over vroeger langs de verstofte spullen. Niets beweegt en er veranderd niets Tot de boerenzwaluw binnenvliegt Met zijn frisse kleuren en zijn rappe vlucht Brengt hij opnieuw het leven in de oude schuur Maakt met zijn verse nest en zijn schreeuwende jongen De cirkel van het leven ieder jaar opnieuw weer rond
4
SIETSE VAN DER SPUIJ - URBANIZER Afbeeldingen 1 2 3 4
de vakwerk- of leemschuur op Singraven het interieur van de schuur ‘Erve Loman’ ankerbalkgebint van de vakwerkschuur de ruïne van de schuur ‘Erve Schiphorst’
S C H U R E N
Architect | Aannemer A Wittevrouwensingel 99 3514AM Utecht T 06 2613 8903 W www.urbanizer.nl E
[email protected]
S I N G R A V E N
S
T
1
Omstreeks 1557 liet de Arnhemse burgemeester Wijnand Hackfort (1522-1563) ten noordoosten van het dorp Loenen Kasteel ter Horst bouwen. Het gebouw werd gerealiseerd in de bouwstijl van de vroege renaissance, vermoedelijk naar een ontwerp van Arndt Johanssen. Tussen 1784 en 1792 werd het aanzicht van het huis drastisch veranderd naar een ontwerp van de Arnhemse architect Roelof Roelofsz Viervant (1755-1819) in de neoclassicistische bouwstijl. Het voor- en achterhuis werden wat betreft functie omgedraaid. De voorgevel werd de achtergevel en de achtergevel werd de huidige voorgevel. Omstreeks 1907 vond de laatste verbouwing c.q. restauratie plaats. Dit betrof met name het interieur en er werd een houten loopbrug naar een ontwerp van rijksbouwmeester D.E.C. Knuttel gerealiseerd.
2
3
E
F
G
E
R
R
I
T
S
Het gebouw vertoont redelijk veel schade. Deze schade is veelal ontstaan door verwering van het materiaal in combinatie met achterstallig onderhoud. Met name de invloed van regen en wind heeft zijn sporen nagelaten. Uitgespoeld voegwerk, corroderend ijzerwerk en houtrot bepalen het beeld van de gevels. Het huis is in feite de drager van boodschappen uit het verleden. Door de bouwsporen in de gevels is de geschiedenis vanaf de zestiende tot en met negentiende eeuw duidelijk af te lezen. Een dergelijk gebouw als Kasteel ter Horst vraagt om een conserverend en partieel herstel. Alleen gebreken dienen verholpen te worden, zodat het beeld en de technische staat in de toekomst behouden blijven.
4
STEF GERRITS - VERLAAN EN BOUWSTRA Afbeeldingen 1 2 3
4
Fragment voormalig toegangspartij Huidige achtergevel in vroege renaissance-stijl Huidige voorgevel Kasteel ter Horst in neoclassicistische bouwstijl Restauratieplan achtergevel
K A S T E E L
Ontwerper | Projectleider A Badhuisstraat 2 4132 BR Vianen T 0347 376 528 W www.verlaanenbouwstra.nl E
[email protected]
T E R
H O R S T
1
2
De Sint Bavokerk te Harmelen is in 1916 gebouwd. Dit rijksmonument is van algemeen belang vanwege de architectuurhistorische waarde als voorbeeld van een pseudo-basiliek in neoromaanse stijl. De kerk met pastorie is ontworpen door Jan Stuyt met de voor hem kenmerkende detailleringen. Met name het toepassen van een fries van zwart-witte tegeltjes, wit gesausde stucvlakjes binnen het rode (sier)metselwerk en de toepassing van rode keramische dakbedekking zijn esthetisch zeer bepalend. Uit mijn schadeanalyse van het gebouw komt naar voren dat er veel schade aan het metselwerk is door roestende ringankers. De exacte locatie van de ringankers is niet bekend, maar uit het schadebeeld is een redelijke indruk ontstaan waar de ringankers zich bevinden. Bij de restauratie dient rekening gehouden te worden met ‘verborgen’ schade door de roestende ringankers. De ringankers zullen vrijgehakt moeten worden en worden beschermd tegen verdere corrosie. Vervolgens moet het metselwerk op een deskundige en zorgvuldige wijze hersteld worden en wel zo, dat de aanhelingen niet tot verstoring van het gevelbeeld zullen leiden. Een ander punt van zorg en aandacht betreft de dakbedekking. Ongeveer een derde van de karakteristieke en waardevolle siergevelpannen is door roestende bevestigingsnagels gescheurd. Ook de sterk verweerde asbestleien op de torenspitsen en de doopkapel zijn aan
W I L L E M
V E R S T E E G
3 vervanging toe. Om de esthetische en architectuurhistorische waarde te behouden en zichtbaar te maken dienen deze vervangen te worden door roodkeramisch materiaal conform de oorspronkelijke situatie. Uiteraard dienen ook alle overige decoratieve elementen hersteld of teruggebracht te worden.
4
WILLEM VERSTEEG Vergunningverlener Bouw- en Woningtoezicht Omgevingsdienst Midden-Holland Afbeeldingen 1 2 3 4
Foto St. Bavokerk te Harmelen Foto beschadigde keramische siergevelpan met voluut Schets ingemetseld ringanker Schadeopnametekening rechter zijgevel
A Thorbeckelaan 5 2805 CA Gouda T 06 8362 2207 W www.odmh.nl E
[email protected]
S T - B A V O K E R K H A R M E L E N
COLOFON Tekstredactie: Jojanneke Clarijs Vormgeving: Hester Wessels Drukwerk: Hogeschool Utrecht Deze publicatie is mede mogelijk gemaakt door de Hogeschool Utrecht
2
0
1
3
-
2
0
1
5