1
Academische
Basisschool de Hovenier Montfort
Sportlaan 7 6065 AJ Montfort Tel. 0475-549017 e-mail:
[email protected] www.bsdehovenier.nl
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
2
INHOUDSOPGAVE Een woord vooraf
04
Voorwoord
04
Bestuur
05
Hoofdstuk 1
Onze School
06
Hoofdstuk 2
Waar staat “ De Hovenier” voor
06
2.1 2.2 2.3
07 07 08
Hoofdstuk 3
Hoofdstuk 4
Hoofdstuk 5
Hoofdstuk 6
Bijzondere aandachtspunten Het klimaat van de school De missie en de visie van het team
De aanmelding en de plaatsing
10
3.1 3.2
11 11
Leerplicht Instromers
De organisatie van het onderwijs
11
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7
11 12 15 16 17 19 20
Kwaliteit De methoden, activiteiten en werkwijzen Lestijden en het aantal uren onderwijs Waar krijgen de leerlingen les? Verlof, vrijstelling en vrije dagen buiten vakanties Verwijdering van leerlingen Beleid bij het naar huis sturen van leerlingen
De doorstroming
21
5.1 5.2 5.3
21 21 21
Beleid t.a.v. verlengde leertijd Beleid t.a.v. verkorte leertijd Doorstroming naar het voortgezet onderwijs
De zorg voor de kinderen
23
6.1 6.2 6.3
23 24
6.4 6.5 6.6 6.7
Omgaan met leerlinggegevens Het volgen van de ontwikkeling van kinderen De wijze waarop het welbevinden en de leervorderingen worden besproken Speciale zorg voor kinderen … Ondersteuning van en plaatsing speciale school Leerlingen met een “rugzak” De school en haar resultaten
25 25 25 26 26
Hoofdstuk 7
Buitenschoolse activiteiten
28
Hoofdstuk 8
Het team
28
8.1 8.2 8.3 8.4
28 29 29 30
Hoofdstuk 9
Samenstelling van het team Groepsindeling 2013-2014 De begeleiding en de indeling van stagiaires Scholing van leerkrachten
De ontwikkeling van het onderwijs
30
9.1 9.2
30 36
Jaarplan 2013-2014 Zorg voor de relatie school en omgeving
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
3
Contacten tussen school en ouders 10.1 Ouderavonden en “open dag” 10.2 Informatieplicht aan de ouders 10.3 Schoolregels 10.4 Schoolverslagen 10.5 Ouder-enquête 10.6 Huiswerk 10.7 Informatievoorziening 10.8 Poort onderbouw 10.9 Schooltijden 10.10 Vakanties en vrije dagen 10.11 Extra verlof en voorkoming van schoolverzuim 10.12 Gymnastiek/bewegingsonderwijs 10.13 Afspraken met leerkrachten en management 10.14 Calamiteitenplan
37 37 37 37 38 38 39 39 39 39 40 40 41 41 41
Hoofdstuk 11
Instellingen en voorzieningen 11.1 Geneeskundige zorg 11.2 Samenwerking via het Zorg en Advies team 11.3 Onderwijsbegeleiding en Innovatie 11.4 Inspectie van het Basisonderwijs
42 42 43 44 45
Hoofdstuk 12
Ouders en school
46
12.1 12.2 12.3 12.4 12.5 12.6 12.7 12.8
46 47 48 49 49 50 50 50
Hoofdstuk 10
Katholieke Oudervereniging Montfort Medezeggenschapsraad Overblijfregeling Verzekeringen Klachtenregeling Pestgedrag Ouderbijdrage Sponsoring
Afspraken en wetenswaardigheden
51
13.1 Ziekteverzuim 13.2 Speelplaats 13.3 Fietsen 13.4 Kunstgras 13.5 Vergaderingen 13.6 Snoepen en trakteren op school 13.7 Gevonden voorwerpen 13.8 Jeugdabonnementen 13.9 Vijftien - minutengesprekken 13.10 Luizenscreeners 13.11 Rij - route voor auto’s die kinderen brengen
51 51 51 51 51 51 51 51 52 52 52
Hoofdstuk 14
Activiteitenkalender schooljaar 2013-2014
53
Hoofdstuk 15
Afkortingen en begripsomschrijvingen
53
Hoofdstuk 13
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
4
Een woord vooraf door Drs. Thei Timmermans Voorzitter College van Bestuur Voor u ligt de schoolgids voor het schooljaar 2013-2014 van basisschool de Hovenier. Deze schoolgids bevat belangrijke informatie voor ouders en verzorgers van de leerlingen en al diegenen die zich een beeld willen vormen van de school of een relatie hebben met de school. U kunt er in lezen waar de school voor staat, wat de doelstellingen zijn. U vindt informatie over de organisatie van de school in het schooljaar 2013-2014. Tijdens de jaarlijkse ouderavonden wordt deze informatie door het onderwijspersoneel aangevuld met groepsgerichte informatie, afspraken en regelingen. Verder staat in deze schoolgids veel algemene informatie, zoals o.a. de voorzieningen in de school, de klachtenprocedure, de regeling betreffende het overblijven van leerlingen. De directie brengt in de schoolgids verslag uit van zowel de behaalde onderwijsresultaten als de opbrengsten van de in gang gezette onderwijsontwikkeling. De inspectie inspecteert bij regelmaat de school en beoordeelt de kwaliteitsontwikkeling en het onderwijsaanbod binnen de school. De bevindingen worden neergelegd in het ‘Rapport Periodiek Kwaliteitsonderzoek’. Dit rapport kunt u inzien op www.onderwijsinspectie.nl. Naast de inzet van het personeel is de inzet en betrokkenheid van ouders en verzorgers een onmisbare factor. In eerste instantie gaat het dan om overleg en samenwerking betreffende aangelegenheden van het kind. Het is van cruciaal belang dat school en ouders het perspectief van de leer- en ontwikkelmogelijkheden van een kind gezamenlijk onderschrijven en ondersteunen. De inzet van ouders is verder van groot belang bij het goed laten functioneren van de school. Ondersteuning bij het onderwijsproces, medewerking bij activiteiten zoals creatieve middagen, sportdagen, schoolreisjes, e.d. dragen er toe bij dat genoemde activiteiten makkelijker zijn te organiseren. Daarnaast is zitting nemen in de medezeggenschapsraad en oudervereniging een mogelijkheid om beleidsmatig te participeren binnen de schoolorganisatie. Ik nodig ouders en verzorgers dan ook uit om ook dit schooljaar een actieve bijdrage te leveren. Ik dank al diegenen die zich in het afgelopen schooljaar hebben ingezet voor het schoolgebeuren. Tot slot wens ik kinderen, personeel en ouders een succesvol schooljaar 2013-2014.
Voorwoord namens het team, door Ine Simons Beste ouders/ verzorgers van alle huidige en toekomstige leerlingen en alle belangstellenden en/of mensen die zich betrokken voelen bij bs de Hovenier. Voor u ligt de schoolgids van academische basisschool de Hovenier te Montfort. In deze schoolgids vertellen we u hoe we het onderwijs en andere zaken op onze school vorm en inhoud geven. De academische basisschool de Hovenier staat voor kwaliteit. We willen net als een hovenier zorg dragen voor het scheppen van een goede bodem om te kunnen komen tot groei en bloei. De meeste kinderen zitten gedurende acht jaar op onze school. Dit is een belangrijke periode in hun leven. Wij willen in die periode de mogelijkheden van de kinderen zo optimaal mogelijk benutten. Het mooiste is dat kinderen later kunnen zeggen dat de periode op onze school een onvergetelijke periode was, waarin ze alle ruimte hebben gehad voor groei en bloei! We werken vanuit KRACHT. We nemen de KRACHT van de leerlingen en leerkrachten als uitgangspunt om te werken aan ontwikkeling. Verder staan we voor samenwerken. Inzet en betrokkenheid van zowel ouders als leerkrachten is hierbij onontbeerlijk. We staan ook voor het werken ín en áán een positieve sfeer, waar ieder zich veilig voelt om tot ontwikkeling te kunnen komen. In deze gids proberen we verder en indruk te geven van ons onderwijs, speciale zorg, activiteiten, contacten en leggen we ook verantwoording af aan alle ouders, die hun kind aan ons hebben toevertrouwd. In de jaarplanning kunt u zien waar we komend jaar op inzetten, welke aanpakpunten we gaan uitdiepen om onze kwaliteit steeds verder te verbeteren. We vragen ons vaak af: “Doen we de goede dingen en doen we die goed? Zo niet, wat kunnen we doen om ons onderwijs kwalitatief nog beter te maken?”
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
5
Deze schoolgids is tot stand gekomen met medewerking van het team, oudervereniging en met instemming van de medezeggenschapsraad. Mocht u nog suggesties hebben voor verbetering, dan bent u van harte uitgenodigd om ze ons kenbaar te maken. Wilt u nog op een andere wijze geïnformeerd worden, dan kunt u natuurlijk altijd een kijkje nemen op onze website www.bsdehovenier.nl of gewoon eens het gebouw binnen lopen. U kunt daarvoor ook een afspraak maken met de directeur. Namens het team van academische basisschool de Hovenier veel leesplezier toegewenst.
Bestuur Onze school valt onder het bestuur van stichting SWALM en ROER voor onderwijs en opvoeding. Deze stichting is verantwoordelijk voor de aansturing van 22 scholen voor primair onderwijs in de gemeenten Roermond en Roerdalen. Het betreft zowel openbare, katholieke, protestants-christelijke als bijzonder neutrale scholen. Hieronder valt ook een school voor speciaal basisonderwijs. De stichting wordt geleid door een professioneel bestuur bestaande uit 2 personen die het College van Bestuur (CvB) vormen. Zij sturen in samenwerking met het directie-overleg de scholen aan. In het directie-overleg zijn alle directeuren van de stichting vertegenwoordigd. Het College van bestuur wordt ondersteund door een stafbureau. Op dit kantoor is de nodige deskundigheid op het gebied van onderwijs, financiën, personeel en beheer aanwezig. Deze deskundigheid staat ook ten dienste van de scholen. De samenstelling van het CvB is: Drs. Kees Dekker Drs. Th. P. H. (Thei) Timmermans
interim Lid College van Bestuur Voorzitter College van Bestuur
Het stafbureau van de stichting Swalm en Roer is gevestigd: Roerderweg 35, Roermond Postbus 606, 6040 AP Roermond. Telefoon: 0475-345830 Fax. : 0475-345831 Internet: www.swalmenroer.nl E-mail :
[email protected]
Raad van Toezicht De Stichting kent een Raad van Toezicht (RvT). Deze houdt toezicht en controle op: - het functioneren van het College van Bestuur; - de verwezenlijking van de grondslag en doelstelling van de stichting; - de naleving van het beleidskader/managementstatuut; - het belang van het onderwijs en de algemene gang van zaken binnen de stichting. De samenstelling van de RvT is: Dhr. T.(Tof) Thissen ( voorzitter) Mevr. N.(Nardie) Berden- van Lier MMO Mr. B. (Bart)van ’t Grunewold Dhr. J.P.(Jan-Pieter) Janssen Ing. M. (Marc) Schroten Dhr. A (Ton) Zentjens Mevr. A.J.P. (Anja) Pijls Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
6
1.
Onze school
Basisschool “De Hovenier” Sportlaan 7 6065 AJ Montfort tel.: 0475 – 549017 e-mail:
[email protected] De Hovenier is een rooms- katholieke basisschool en behoort daardoor tot het bijzonder onderwijs. Er zijn ook enkele leerlingen met een andere geloofsovertuiging op onze school, hoewel onze schoolpopulatie overwegend katholiek is. We vinden het belangrijk om onze leerlingen respect bij te brengen voor elkaars geloof en levensovertuiging. De Hovenier wordt bestuurd door Stichting Swalm en Roer voor onderwijs en opvoeding. Het bestuur heeft 22 scholen onder haar hoede. De Hovenier heeft plusminus 280 leerlingen, verdeeld over 12 groepen. Inclusief de directie werken er 19 leerkrachten, waarvan 9 mensen een fulltime-baan en 10 personen een parttime-baan hebben. Verder zorgen 2 interieurverzorgsters er voor dat de school er netjes uitziet en hebben we een conciërge voor huishoudelijke taken, klussen en tuinonderhoud, 1 dag is er een administratieve kracht. We zitten in een mooi gebouw met ruime lokalen en veel lichtinval. Bovendien ligt onze school in een rustige omgeving en beschikken we over een eigen speellokaal voor de onderbouw, een handvaardigheidruimte, een apart ICT-lokaal, een netwerkaansluiting voor alle groepen en een gezellige gemeenschapsruimte. Naast de school liggen de sporthal en de sportvelden waarvan we ook gebruik mogen maken.
2. Waar staat Academische Basisschool "De Hovenier" voor? Onze school staat voor een optimale ontwikkeling voor iedereen, binnen ieders specifieke persoonlijke mogelijkheden. Hierbij kijken we naar zowel het kind als naar iedere medewerker. Ieder is uniek als persoon met zijn mogelijkheden en kwaliteiten. We kijken vooral náár en gaan uit ván de kracht die ieder in zich heeft. We streven ernaar dat: - Ieder zich optimaal kan ontwikkelen binnen zijn mogelijkheden. Hierbij denken we aan het eigen maken van de instrumentele vaardigheden, maar ook aan sociaal-emotionele ontwikkeling en creativiteit. Het behalen van de kerndoelen is voor ons hierbij het minimale uitgangspunt. We willen zorg dragen voor een uitdagende leeromgeving waar deskundigheid gebracht en gehaald kan worden, rekening houdend met een voortdurende veranderende maatschappij. - Ieder zich kan ontwikkelen naar zelfverantwoordelijkheid in relatie tot de ander, waarbij betrokkenheid en veiligheid centraal staan. Ieder neemt daarbij ook de verantwoordelijkheid voor het geheel. - We zetten in op open communicatie en samenwerking met respect voor ieder. Zelfstandigheid en reflectie worden ingezet om te komen tot het versterken van de ontwikkeling en te werken aan probleemoplossend handelen.
De Hovenier: samen voor b(l)oeiend onderwijs! Net als een hovenier willen we zorg dragen voor een goede bodem om te kunnen komen tot groei en tot bloei. We moeten er zorg voor dragen dat een optimale groei kan plaats vinden. Daarvoor zijn “vruchtbare grond, voldoende zon, zaad, bemesting, water en natuurlijk een goede verzorging” nodig. Als hovenier heb je vertrouwen bij de start. Je biedt een veilige plek, bent betrokken bij het proces en geeft ruimte voor ontwikkeling. Ook kijk je of er iets belemmerend werkt en dan probeer je meteen de ontwikkeling weer vlot te trekken, zodat de groei gestimuleerd wordt tot zelfstandigheid. Eerst komt het jonge groen en langzaam groeit de plant, waarbij steeds duidelijk te zien is dat elke plant weer iets anders uitstraalt.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
7
De ene plant moet gestut worden, terwijl de andere plant zelfstandig doorgroeit. Er zijn knoppen met grote en kleine bloemen, ieder prachtig om te zien. Als hovenier sta je te kijken en je geniet van al dat moois! Het team blijft kijken naar ieder kind. We zetten vooral in op de kracht van ieder. Vragen die we onszelf daarbij stellen zijn: wat heeft dit kind nodig om te groeien, welke kracht heeft de leerkracht om elk kind te ondersteunen, te begeleiden? We nemen ouders mee in het proces en samen kijken we hoe we krachten kunnen bundelen om alles goed te laten verlopen. Veiligheid is belangrijk om een goede relatie te kunnen opbouwen en vertrouwen in elkaar te krijgen. Dit is een basis om te starten met ontwikkeling. We bieden kinderen de mogelijkheid om zich te kunnen ontwikkelen in hun eigen tempo, met daarbij aandacht voor hun betrokkenheid. Creativiteit en expressiviteit zijn hierbij belangrijke elementen. Verantwoordelijkheid zal ieder, die betrokken is bij de school, moeten nemen voor zichzelf, voor de ander en voor de school. Als aan deze voorwaarden wordt voldaan, zal ieder de kracht kunnen vinden om tot optimale ontwikkeling te komen.
2.1
Bijzondere aandachtspunten
Goede resultaten in een kind- en oudervriendelijke omgeving. We zijn van mening dat een school zich niet mag beperken tot de schoolvakken, er hoort ook een stuk opvoeding bij. Onze school wil dan ook een leefgemeenschap zijn waar kinderen niet alleen iets leren, maar waar ze zich kunnen ontwikkelen in een houding van zelfvertrouwen, zelfkennis en positief gedrag. Elk schooljaar worden in alle groepen onze schoolregels regelmatig besproken. Ook dit schooljaar zal de toepassing en handhaving van deze regels de nodige aandacht krijgen. Bovendien besteden we regelmatig aandacht aan normen en waarden. Een bijzonder aandachtspunt op onze school is de leerlingenzorg. We reserveren elk jaar weer extra tijd voor leerlingen die meer aandacht nodig hebben omdat ze problemen hebben met het leerproces en hun sociale ontwikkeling. In hoofdstuk 6 gaan we dieper op onze leerlingenzorg in. Het omgaan met de computer vinden we erg belangrijk voor onze leerlingen. Elke groep heeft de beschikking over minimaal 2 computers. Bovendien hebben we een ICT-lokaal tot onze beschikking, waarin 24 multimedia pc’s staan, die via een netwerk gekoppeld zijn. In de gemeenschapsruimte zijn 2 “computereilanden” gecreëerd. De leerlingen maken gebruik van diverse softwaretoepassingen. In de hogere groepen worden ze wegwijs gemaakt in het gebruik van internet en in het maken van presentaties. Verder zijn vanaf groep 3 alle lokalen uitgerust met een digitaal schoolbord. Dit bouwen we de komende jaren uit tot digitale borden voor de groepen 1 en 2.
2.2
Het klimaat van de school
De sfeer waarin kinderen moeten opgroeien is van groot belang om uit te groeien tot volwaardige mensen. We besteden dan ook veel aandacht aan een vriendelijk en veilig klimaat. Bovendien stellen we orde en regelmaat zeer op prijs. Ook besteden we extra aandacht aan de omgang met elkaar. Het kind moet zich “thuis” voelen op onze school. Om dit te realiseren hebben we een aantal gedragsregels afgesproken. We letten erop dat deze gedragsregels worden nageleefd zodat we voldoende zekerheid geven aan ieders veiligheid en geborgenheid. Ook de contacten met u als ouder vinden we belangrijk. We stellen een open en elkaar respecterende wijze van omgang zeer op prijs. Als leerkrachten hebben we immers opdracht namens ouders het onderwijs en de opvoeding van hun kind voor een gedeelte over te nemen. Dit kan alleen gebeuren wanneer de schoolsituatie en de thuissituatie zo goed mogelijk op elkaar aansluiten. Ouders en leerkrachten moeten op één lijn zitten. Een goede samenwerking tussen school en thuis bevordert het welbevinden en de leerresultaten van uw kind. We stellen het dan ook zeer op prijs wanneer ouders naar school komt indien er vragen of onduidelijkheden zijn. We willen graag hun vraag of mening horen en er met hen over praten. Door de aanmelding van het kind op “De Hovenier” zeggen ouders in feite dat ze in grote lijnen akkoord zijn met het onderwijs op onze school. Het is duidelijk wat ze van onze school kunnen verwachten en wij weten dat ouders hiervoor gekozen hebben en hier achter staan. Uiteraard blijft er altijd ruimte over voor overleg met elkaar. Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
8
2.3
De missie en visie van het team over onderwijs
staat voor optimale ontwikkeling binnen de persoonlijke mogelijkheden van iedereen, mét zélfverantwoordelijkheid waar het kan, begeleiding op weg naar zélfverantwoordelijkheid waar het nodig is, dit alles in een relatie met de “omgevenden”, zowel leerlingen, als leerkrachten, ouders en andere betrokkenen, die gekenmerkt wordt door oprechte betrokkenheid en veiligheid. Het voorgaande is zichtbaar, waarneembaar voor iedereen die als gast onze school bezoekt en komt tot uiting in het dagelijks handelen van alle leerkrachten en leerlingen, zowel tijdens de lessen als daarbuiten, in de wijze waarop leerlingen, leerkrachten, ouders en andere betrokkenen met elkaar communiceren en elkaar bejegenen, zowel verbaal als non-verbaal. Onderstaand is in het kort omschreven hoe we de kernwaarden, waar we als school voor staan, zien en waar we invulling aan geven. Veiligheid. Zowel leerlingen als leerkrachten moeten kunnen leren, werken in een omgeving, waarin elke individuele persoon zichzelf kán, mág en durft zijn. Ieder mag zijn eigenheid hebben en deze ook tonen. Leerlingen, leerkrachten, ouders en andere betrokkenen gaan met elkaar en met de ander om op basis van respect en vertrouwen, waarbij gecommuniceerd wordt in openheid en eerlijkheid. Betrokkenheid. Betrokkenheid wordt gericht óp en getoond mét en door zowel kinderen, ouders en leerkrachten. Vanuit een te creëren duidelijkheid wordt gemotiveerd en met enthousiasme de ander in respect meegenomen. Samenwerken en open communiceren zijn voor ons daarin heel belangrijk. Ontwikkeling. Elke persoon ontwikkelt maximaal binnen zijn/haar cognitieve, creatieve en sociaal-emotionele mogelijkheden. Dit vindt plaats vanuit intrinsieke motivatie in een uitdagende leeromgeving waar deskundigheid gebracht en gehaald kan worden en waar sprake is van een passend leerstofaanbod. Onze school is een plek waar kinderen kennis, vaardigheden en attitudes ontwikkelen die ze nodig hebben in hun verdere leven om goed te kunnen presteren en functioneren. Elk kind wordt zo goed mogelijk toegerust voor zijn/haar toekomst, waarbij het voldoen aan de vastgestelde kerndoelen voor ons het minimale uitgangspunt is. Zélfverantwoordelijkheid. Zowel leerlingen als leerkrachten dragen verantwoordelijkheid voor zichzelf, voor de groep en voor de school. Elke betrokkene is verantwoordelijk voor zijn/haar eigen ontwikkelproces, waarbij doel is vakbekwaam te zijn en vakbekwaam te blijven. We zetten in op een grote mate van zelfstandigheid, waarbij met behulp van reflectie, die regelmatig plaatsvindt, verantwoorde keuzes kunnen worden gemaakt. Uitgangspunt in deze is het ontwikkelen/versterken van het vermogen tot probleemoplossend handelen. Iedereen die bij onze school betrokken is, neemt ook, passend bij zijn/haar rol, de verantwoordelijkheid voor het geheel. Samen gekozen bijbehorend motto: De Hovenier: samen voor b(l)oeiend onderwijs! Uitwerking van de missie in visie. De visie is tot stand gekomen door samen in gesprek te gaan over pedagogisch klimaat, didactisch
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
9
klimaat, leerstofaanbod, leerlingenzorg en contacten met ouders. Ten aanzien van deze thema’s zijn gezamenlijk streefbeelden en uitgangspunten geformuleerd, dit ook in relatie tot de, in de missie-vaststelling gekozen kernwaarden veiligheid, betrokkenheid, ontwikkeling en zélfverantwoordelijkheid. Tijdens het “samen in gesprek” gaan zijn Power Point presentaties gemaakt en gepresenteerd, vanuit geformuleerde stellingen zijn discussies gevoerd, waarna de gegevens zijn verzameld en uitgewerkt. In het traject was voldoende gelegenheid en tijd voor overdenking en reflectie. Ieder teamlid kan zich herkennen in de inhoud van de visie. Het voorgaande is voorwaardelijk om te kunnen leiden tot echte betrokkenheid bij de verdere stappen op weg naar praktische realisatie van deze visie. Pedagogisch klimaat/handelen. Een belangrijk uitgangspunt is dat iedereen zich prettig voelt op onze school. Een goede band tussen leerlingen, leerkrachten, en ouders is hierbij heel belangrijk. We denken in kansen voor ieder en geloven in de ‘kracht’ van ieder. Daarbij zetten we in op positieve benadering in open communicatie, wederzijds respect en het ontwikkelen van zelfverantwoordelijkheid. We werken met hart voor onderwijs samen om een omgeving te creëren waarin ieder zichzelf kan en mag zijn, met acceptatie, vertrouwen en respect voor elkaar. We willen graag dat ieder plezier in leren heeft, zodat er sprake kan zijn van constante ontwikkeling. We nemen als team hierin onze verantwoordelijkheid vanuit een voorbeeldfunctie, dit omdat een goed voorbeeld bepalend is voor het gedrag en de ontwikkeling van het individuele kind en de groep. We werken in een prettige, uitdagende en stimulerende omgeving, waarin we uit elk kind optimale ontwikkeling kunnen halen. We reflecteren op elk niveau op leerproces, leerhouding en resultaat, waarbij ook de sociaal-emotionele ontwikkeling structureel aandacht behoeft en krijgt. Didactisch klimaat/handelen. Bij het didactisch handelen wordt er optimaal ingezet op relatie, competentie en autonomie. Het onderwijs zal moeten aansluiten bij de mogelijkheden/ intelligentie(s) van ieder en we leren van en met elkaar. De leerkrachten zijn de begeleiders en streven naar een gevarieerd en uitdagend onderwijsaanbod, aansluitend bij de belevingswereld van het kind, zodat het kind open kan staan om te leren. De leerkracht heeft een positieve attitude wat betreft het denken in kansen en zoekt naar de juiste balans tussen leerkrachtgestuurd en leerlinggestuurd onderwijs, afhankelijk van de behoefte van ieder kind. Interactie, waarbinnen het overdragen van voldoende kennis gewaarborgd wordt, is hierbij voor ons een voorwaarde. We zetten in op hoge verwachtingen, zodat ieder kind zich optimaal kan ontwikkelen op eigen niveau. Differentiatie zal hierbij een punt van aandacht blijven. We zetten in op voldoende afwisseling in werkvormen. Coöperatief werken is zichtbaar in alle groepen en er wordt vaak ingezet op samenwerkend leren. Verder benutten we de leertijd zo effectief mogelijk. Structuur in de instructie en het zelfstandig werken is hierbij noodzakelijk. Het klassenmanagement is zo ingericht dat de leerkracht extra ondersteuning kan bieden. We willen kinderen zelf verantwoordelijk laten worden voor hun eigen leerproces, handelen en ontwikkeling. Zelfontdekkend en probleemoplossend leren in interactie met volwassenen, die sturing geven en begeleiden, geven we steeds meer vorm. Hiervoor is het noodzakelijk dat we blijven zoeken naar mogelijkheden voor ontwikkeling en scholing. Leerstofaanbod. We zetten in op leerstofaanbod dat uitdagend en aantrekkelijk is, aansluit bij de belevingswereld en de maatschappelijke ontwikkelingen, zodat ieder zich optimaal kan ontwikkelen. De leerkracht heeft voldoende kennis om te kunnen aansluiten aan de zone van de naaste ontwikkeling en de meervoudige intelligentie door middel van verschillende werkvormen in een uitdagende leeromgeving en diversiteit in leerstofaanbod. (coöperatieve werkvormen, DI model, weektaken, kieskast) De leerling is verantwoordelijk voor het eigen leren, maar de leerkracht bewaakt het proces. We vinden hierbij de interactie tussen de leerkracht en de leerling belangrijk, maar stimuleren ook de interactie tussen de leerlingen onderling. De kerndoelen, vanuit actuele en uitdagende methodiek aangeboden, beschouwen wij als richtinggevend en we dragen zorg voor een doorgaande lijn.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
10
De leerkracht streeft ernaar dat kinderen succeservaringen opdoen. In gezamenlijk overleg en met gezamenlijke verantwoordelijkheid worden beslissingen genomen over de begeleiding van leerlingen en elkaars leren. Zorg en begeleiding. Een belangrijk uitgangspunt voor ons is, dat er zo breed mogelijk gekeken wordt naar ieder. Dit doen we door het onderwijs af te stemmen op de leerbehoefte/ kracht van ieder, om zich optimaal te ontwikkelen binnen de mogelijkheden, rekening houdend met de onderlinge verschillen. Kijkend naar de leerlingenzorg volgen we elke leerling vanuit observaties, die zowel gericht zijn op het product als op het proces, resultaten en de registratie van het leerlingvolgsysteem. Vanuit deze gegevens worden analyses gemaakt, die verwerkt worden in een plan om op die manier de leerbehoefte van elk kind duidelijk te krijgen op zowel cognitief als sociaal-emotioneel gebied. De zorg, die nodig is, vindt zoveel mogelijk binnen de groep plaats onder begeleiding van de leerkracht. Bij specifieke zorg wordt in een duidelijke handelingsplanning onze aanpak neergezet en daarbij wordt ook de expertise van de intern begeleider en/ of externe instantie ingezet. De leerlingenzorg is een aandachtspunt voor ons allen. Dit is terug te zien in de leerlingbespreking, groepsbespreking en bespreking “groep onder de loep”. Om zo breed mogelijk te kunnen blijven kijken, voeren we gesprekken met leerlingen en ouders. Vanuit wederzijds vertrouwen, in open communicatie en met respect, delen en bespreken we de zorg. Ook wordt er steeds bekeken of wij als school op een verantwoorde wijze de juiste zorg bieden en op welk moment we de grens aan zorg hebben bereikt. Contacten met ouders. We maken de drempel voor ouders zo laag mogelijk. We zijn een “open school”, waar ouders samen met ons meedenken, in een open communicatie en met wederzijds respect, over hoe we de school nog beter zouden kunnen maken. We zijn een school waar ouders zich welkom voelen. Ouders zijn voor ons van groot belang. We zijn samen verantwoordelijk voor de ontwikkeling en de opvoeding van de kinderen en we willen daarom ook samen de loopbaan van het kind begeleiden en inzetten op een optimale ontwikkeling. Dit kan door elkaar aan te vullen en door beiden de verantwoordelijkheid te nemen. In het onderwijskundige proces/ leerstofaanbod is de leerkracht de deskundige, die de ouders informeert. We willen wel, op basis van gelijkwaardigheid, samen de verantwoordelijkheid nemen en vragen ouders om mee te denken over onderwijsgerelateerde activiteiten. Initiatief van ouders wordt serieus genomen, gestimuleerd en gewaardeerd.
3. De aanmelding en de plaatsing In de maand januari wordt een dag vastgesteld voor de aanmelding van kinderen, geboren tussen 1 augustus van het huidige jaar en 31 juli van het nieuwe jaar. Dit geldt voor de leerlingen die in het nieuwe schooljaar onze school willen bezoeken. De ouders die in Montfort komen wonen, kunnen contact opnemen met de directeur van de school, waarna ze worden uitgenodigd voor een kennismakingsgesprek waarna de inschrijving afgehandeld kan worden. De ouders van de instromers (groep 1) ontvangen ruim voordat hun kind 4 jaar wordt, via de Gemeente, een brief waarin staat wanneer en waar ze hun kind kunnen laten inschrijven. Elke school organiseert hiervoor een inschrijfmoment. Bij de aanmelding ontvangt u op school een inschrijvingsformulier, dat u op school kunt invullen. De directeur en de eventuele toekomstige leerkracht(en) van uw kind zijn dan aanwezig voor informatie en eventuele hulp bij het invullen van het formulier. We vragen ook een kopie van het paspoort waar het BSN van het kind op staat. Bij aanmelding van een leerling die op een andere basisschool staat ingeschreven, geldt dat pas tot plaatsing wordt overgegaan, nadat er overleg heeft plaatsgevonden met de school waar het kind ingeschreven staat en duidelijk is geworden dat er geen redenen zijn om toelating te weigeren. Het is belangrijk dat u ons bij de aanmelding goed informeert over bijzonderheden die van belang kunnen zijn voor het onderwijs aan en de omgang met uw kind. Indien u vooraf aan de aanmelding een bezoek aan onze school wilt brengen, is dat uiteraard mogelijk. Neem hiervoor contact op met de directeur van de school.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
11
3.1 Leerplicht Zodra uw kind 4 jaar is mag het naar de basisschool. Het kind is pas leerplichtig (Leerplichtwet) op de eerste dag van de maand, volgend op die waarin het kind 5 jaar is geworden. We verwachten alle nieuwe instromers op de dag na hun 4e verjaardag op onze school. 3.2 Instromers (zie ook beleid t.a.v. verlengde leertijd) Onze school heeft enkele momenten in het schooljaar, waarop ouders worden uitgenodigd de school te leren kennen, eventueel samen met zoon of dochter. De eerste indruk van een jong kind op school vinden we erg belangrijk. Een maand voordat uw kind 4 jaar wordt krijgt u een uitnodigingskaart van de groepsleerkracht. Het zou fijn zijn indien u in de loop van deze maand samen met uw kind na school (15.15 uur) een afspraak maakt om de nieuwe leerkracht en school te leren kennen. In de eerste week zijn de kinderen soms nog erg moe van alle nieuwe indrukken. We hebben er dan ook alle begrip voor dat u uw kind ’s middags thuis laat om uit te rusten. Na deze “gewenningsweek” verwachten we dat alle kinderen de hele week aanwezig zijn. We willen de zelfstandigheid van de kinderen graag stimuleren. Daarom willen we u vragen om aan de poort afscheid te nemen van uw kind, zodat het in de rij bij de desbetreffende leerkracht kan gaan staan. Dit geldt voor alle duidelijkheid voor de leerlingen van groep 1 en 2. Instromers mogen ook de eerste week tot aan de kapstok van de klas vergezeld worden, maar daarna is het ook voor hen de bedoeling dat ze met de leerkracht naar binnen gaan. Mochten er belangrijke zaken zijn die u aan de leerkracht wilt doorgeven, dan kunt u dit op de speelplaats vertellen of een briefje aan uw kind meegeven. Graag willen we alle ouders uitnodigen om na school regelmatig naar binnen te lopen om de werkjes van de kinderen te bekijken en een praatje met de leerkracht te maken. Mocht u graag een wat langer gesprek willen voeren (bijv. over de vorderingen van uw kind, veranderingen in de thuissituatie, etc.) dan kan daarvoor een afspraak gemaakt worden. Mocht u buitengewoon verlof willen aanvragen buiten de reguliere vakanties dan kunt u dit verzoek schriftelijk ter beoordeling aan de directeur voorleggen.
4. De organisatie van het onderwijs 4.1
Kwaliteit
In het voorwoord vermeldden we al dat scholen verschillen in werkwijze, sfeer en resultaten, kortom in kwaliteit. Op “De Hovenier” proberen we op 3 manieren te werken aan kwaliteitsverbetering: werken met goede methoden die voldoen aan de kerndoelen, goede scholing voor het personeel en het goed volgen van de resultaten van de leerlingen. 1. Methoden Steeds opnieuw wordt bekeken of de methoden nog passen binnen ons onderwijs. Bij het kiezen van nieuw lesmateriaal letten we vooral op de volgende punten: Biedt de methode voldoende leerstof? Zit er extra werk in voor kinderen die moeilijker werk aan kunnen en herhalingsstof voor kinderen die extra oefenstof nodig hebben? Ziet het materiaal er aantrekkelijk uit? Voldoet de methode aan de kerndoelen, zodat de verplichte leerstof in de methode staat? Past deze methode bij de visie van ons team? Het werken met goede, moderne methoden is één manier om kwaliteit na te streven. 2. Scholing Nog belangrijker dan de methoden die een school gebruikt, zijn de mensen die er werken. Aan hen vertrouwt u uw kind immers toe. Ons team besteedt veel tijd aan samenwerking en overleg. Wekelijks staat een team- of bouwvergadering gepland. Verder zijn er regelmatig leerlingbesprekingen waarbij de schoolbegeleider van de onderwijsbegeleiding (Veerkrachtgroep) aanwezig is. Er is ook wekelijks overleg in de clusters op onze school. (cluster 1 is groep 1-2, cluster 2 is groep 3-4, cluster 3 is groep 5-6 en cluster 4 is groep 7-8). Ons team besteedt veel aandacht aan het ontwikkelen van velerlei activiteiten, zie hiervoor het Jaarplan (hoofdstuk 9.1)
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
12
In het kader van Verbreding Techniek Basisonderwijs heeft het gehele team afgelopen schooljaren cursussen omtrent rekenen/wiskunde in relatie met Wetenschap en Techniek gevolgd. Ook komend schooljaar, 2013-2014 zal onze school deelnemen aan een cursus rond Techniek, dit in samenwerking met de Fontys Hogeschool. Sinds 2012 is onze school een Academische Basisschool. Concreet betekent dit, dat we nog meer inzetten op de onderzoekende houding van zowel kinderen als leerkrachten, dat we scholing volgen in het doen en begeleiden van onderzoeken en dat we ook, samen met de kinderen, een aantal onderzoeken uitvoeren. 3. Leerlingvolgsysteem De derde manier om de kwaliteit van het onderwijs te bewaken en te verbeteren is het werken met een goed leerlingvolgsysteem. We gebruiken hiervoor het leerlingvolgsysteem van CITO. Toetsen geven ons inzicht in de prestaties en de vorderingen van de leerling. Bovendien geven ze ons een totaalbeeld van de school. In hoofdstuk 6 van deze gids leest u hier meer over. Kinderen ontwikkelen zich van nature. Ze zijn nieuwsgierig en willen steeds iets nieuws leren. We stimuleren de kinderen op school en dagen hen uit steeds iets nieuws te ontdekken. De school is klassikaal georganiseerd, maar we blijven veel aandacht besteden aan het “coöperatief leren”. Verder zetten we in op “meervoudige intelligentie”, deze ontwikkeling wordt de komende jaren verder uitgebouwd. De leerlingen op “De Hovenier” zijn verdeeld in jaargroepen. Groep 1 t/m 4 noemen we de “onderbouw” en groep 5 t/m 8 de “bovenbouw”. Sommige groepen zijn gecombineerd. We stemmen ons onderwijs af op de leeftijd en de ontwikkeling van het kind. De kinderen van dezelfde leeftijd zitten meestal in dezelfde groep. Binnen deze groep houden we rekening met leerlingen die verder en minder ver in hun ontwikkeling, passend bij hun leeftijd, zijn. Leerlingen die moeite hebben met een bepaald onderdeel krijgen extra hulp en oefenstof. Dit gebeurt zoveel mogelijk door de groepsleerkracht binnen de eigen groep tijdens het zelfstandig werken. In elke groep is er een instructietafel waar de leerlingen terecht kunnen voor individuele hulp. Wie de stof snel beheerst krijgt extra opdrachten. De vakken taal, lezen en rekenen krijgen veel aandacht op onze school. Het zijn de basisvaardigheden die de basis vormen voor elke andere ontwikkeling. Enkele jaren geleden zijn we gestart met de organisatievorm waarin kinderen in een andere groep de instructie van een bepaald vak kunnen gaan volgen. Om dat mogelijk te maken hebben we de tijden van de verschillende vakgebieden parallel laten lopen. Uiteraard hebben de zaak- en expressie-vakken ook onze aandacht. Ook vinden we zeker zo belangrijk dat een kind zich thuis voelt op onze school en op een plezierige manier omgaat met de andere leerlingen. De sociaal-emotionele ontwikkeling van onze leerlingen krijgt dan ook veel aandacht. Vanaf schooljaar 2011-2012 maken we ter ondersteuning en versterking van deze aandacht een keuze voor het gebruik van een specifieke methode, daarnaast werken we met een pestprotocol, dat op school ter inzage ligt.
4.2
De methoden, activiteiten en werkwijzen
Het zou te ver voeren hier alle methoden en activiteiten te beschrijven. We geven hier een korte schets van de belangrijkste activiteiten en de wijzen van werken voor de verschillende onderwijsgebieden van de verschillende leeftijdsgroepen.
Activiteiten voor de groepen 1 en 2 De aanpak van groep 1 (4/5 jarigen) en 2 (5/6 jarigen) is anders dan in de andere groepen. De inrichting van de lokalen is hier op afgestemd. Er is veel afwisseling en de taken zijn kort. Een belangrijk accent ligt op de zintuiglijke ontwikkeling. Het team heeft gekozen voor de nieuwe methode ‘Speelplezier’ bij de kleuters. Jonge kinderen leren enerzijds door zelfstandig, zowel alleen als samen met andere kinderen, te spelen in een uitnodigende omgeving. Anderzijds leren zij door onder begeleiding van volwassenen te spelen. Kinderen hebben dagelijks behoefte aan zowel vrij als (be)geleid spel. Om jonge kinderen tot spelen te stimuleren is kennis over spelontwikkeling en spelstimulering dan ook van groot belang.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
13
De methode ‘Speelplezier’ is een ontwikkelde totaalmethodiek, met spel als uitgangspunt en leidende activiteit. Enerzijds worden spelactiviteiten ingezet om nieuwe leerinhouden aan te bieden en anderzijds leren kinderen door te spelen, onder leiding van een leerkracht die het spel volgt en verrijkt. De naam 'Speelplezier' staat voor de overtuiging dat kinderen taal, sociale en cognitieve vaardigheden ontwikkelen door samen met andere kinderen te manipuleren en te imiteren, door verbeeldend te spelen en te construeren. Dit doen zij onder leiding van meespelende volwassenen. 'Speelplezier' staat voor samen, volwassenen en kinderen, plezier beleven aan spel. De kinderen zitten gemiddelde twee tot drie jaar in de groepen 1 en 2. Dat is afhankelijk van hun geboortedatum en hun aard en aanleg. De vaardigheden die de kinderen in groep 1 en 2 leren en de ontwikkeling die ze doormaken, zijn erg belangrijk voor een goede start van het lees-, taal- en rekenonderwijs in de daarop volgende jaren. Voor de overgang van groep 2 naar 3 vinden we het erg belangrijk dat het kind in zijn persoonsontwikkeling hier ook echt aan toe is. Een andere voorwaarde is dat het zich voldoende vaardigheden en kennis heeft eigen gemaakt die essentieel zijn om te kunnen lezen en schrijven.
Activiteiten voor de groepen 3 t/m 8 (algemeen) In groep 3 maakt het “spelend leren” langzaam plaats voor het echte leren. De leerlingen moeten even wennen aan deze overgang. In groep 3 leren de kinderen de basisvaardigheden van het lezen, taal en schrijven. Veel vaardigheden worden in de betrekkelijk korte periode van het begin van het schooljaar tot aan de Kerst, gerealiseerd. Verder wordt in groep 3 ook gestart met het rekenonderwijs. Er wordt verder gebouwd op de vaardigheid van kennis van begrippen die de leerlingen in groep 2 hebben opgedaan. Vanaf groep 3 wordt het schrijf- en werktempo fors opgevoerd. Uiteraard komen ook alle expressievakken aan bod. In groep 4 wordt het lees- en schrijfproces verder ingeoefend. Rekenen, taal en lezen zijn nu aparte vakken. Verder komen er nieuwe vakken bij, zoals biologie, geschiedenis en verkeer. In groep 5 en 6 vinden we bijna alle schoolvakken terug. In groep 7 komt het vak Engels erbij en extra aandacht voor de spelling van de werkwoorden. Verder doet groep 7 praktisch en theoretisch verkeersexamen. In de periode mei/juni maken de leerlingen van de groepen 5, 6 en 7 bovendien de “Cito-Entree-toets”. In groep 8 worden de leerlingen opgeleid voor het jeugd-EHBO. In dit laatste schooljaar wordt aan de hand van de “Eindtoets Basisonderwijs” van het CITO en het advies van de leerkracht de keuze bepaald voor het voortgezet onderwijs. In de wet staat welke vakken de kinderen moeten leren en van elk vak zijn kerndoelen aangegeven waaraan de leerling op het eind van de basisschool moet voldoen. De leerkracht zorgt ervoor dat de leerstof behandeld wordt in zijn groep. De inhoud van de leerstof en de werkwijze in de groep wordt aan het begin van het schooljaar kenbaar gemaakt tijdens een ouder-infoavond.
Rekenen en Wiskunde Onze school gebruikt de nieuwste versie van de methode “De Wereld in Getallen”. Deze methode biedt de mogelijkheid te werken op drie niveaus en is een zgn. realistische methode. Dat betekent dat de methode uitgaat van het dagelijkse leven en niet louter rijtjes sommen aanbiedt. De leerlingen worden ook gestimuleerd om zelf allerlei oplossingen te bedenken. De leerstof is opgebouwd uit 8 thema’s. Behalve het optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen, breuken en procentsommen komen in deze thema’s projecttaken voor. In deze projecttaken leren de kinderen rekenen door het oplossen van praktische probleempjes, die ook in het dagelijkse leven voor komen, zoals maten, gewichten, afstanden, geld, klok, enz. Elk thema wordt afgesloten met een toets om te controleren of de leerlingen de stof beheersen en of ze voldoende vorderingen maken. Elke groep krijgt per week 5 uur rekenonderwijs. Ook komend schooljaar zal extra geïnvesteerd worden in de kwaliteit van het projectonderwijs en de “inbedding” van Wetenschap en Techniek in het rekenonderwijs. Dit gebeurt o.l.v. een externe rekendeskundige.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
14
Nederlandse Taal De groepen 4 t/m 8 werken met de taalmethoden “Taal in beeld” en “Spelling in beeld”. Deze taalmethode voldoet ruimschoots aan de kerndoelen voor het basisonderwijs en aan de tussendoelen voor beginnende en gevorderde geletterdheid. Alles wat basisschoolleerlingen moeten leren, komt in Taal in beeld aan bod. Dat gebeurt op een manier die kinderen aanspreekt, met veel beeld, een frisse aanpak en aansprekende oefeningen. In elke groep werkt Taal in beeld aan: - Woordenschat: Taal in beeld besteedt veel aandacht aan woordenschat. Kinderen zijn nadrukkelijk bezig met het leren van doelwoorden en woordenschatstrategieën. - Spreken / luisteren: Taal in beeld leert kinderen de beste strategieën. De methode maakt onderscheid tussen spreken, luisteren en een gesprek voeren. In interactieve lessen oefenen kinderen de vaardigheden die ze nodig hebben. - Schrijven (stellen): Schrijven is een proces. Taal in beeld leert kinderen de schrijfstrategieën die daarbij nodig zijn. Leerlingen gaan praktisch aan de slag met vaardigheden voor, tijdens en na het schrijven. Zo leert elk kind goede teksten schrijven. Spelling in beeld is de spellingmethode bij Taal in beeld. Dezelfde sterke punten en mogelijkheden voor differentiatie. Spelling in beeld leert kinderen zoveel mogelijk woorden correct te spellen. Spelling in beeld traint bovendien de denkwijze om tot de juiste spelling te komen
Lezen In groep 3 starten we schooljaar 2013-2014 met de vernieuwde methode “Veilig Leren Lezen”. Nadat de leerlingen in groep 2 voorzichtig hebben kennis gemaakt met beginnende geletterdheid wordt dan ook in groep 3 begonnen met het “echte” lezen. Ook in de hogere groepen wordt nog verder gewerkt aan de techniek van het lezen. De teksten worden moeilijker en het leestempo wordt opgevoerd. Enkele malen per jaar worden in de groepen 3 t/m 7 de vorderingen van de leerlingen getoetst d.m.v. het dyslexieprotocol, onder andere met de AVI-toets, de Drie-minuten-toets en Leestempo. Voor voortgezet technisch lezen, gebruiken we de methode “Lees maar door” voor de groepen 4 t/m 6. Vanaf groep 4 wordt ook gewerkt aan het begrijpend lezen. Dit doen we met de methode “Nieuwsbegrip XL”. Voor het oefenen van studievaardigheden werken we met “Blits” en we proberen tevens het lezen te stimuleren, onder meer door bezoeken aan de bibliotheek en deelname aan projecten in deze. Tijdens de leeslessen wordt onder andere Ralfi-lezen ingezet. Dit is een programma voor kinderen, om het leesniveau en vloeiend lezen te verhogen. Er wordt met teksten gewerkt die aansluiten bij de leeftijd van de kinderen. Het lezen blijft een belangrijk aandachtspunt binnen het team.
Wereldoriëntatie (zaakvakken) Op heel veel momenten zijn we op school bezig met de wereld om ons heen. We brengen de leerlingen kennis bij over het heden en verleden van onze aarde. We zorgen dat de leerlingen Nederland, Europa en de werelddelen leren kennen en leren hoe de mensen er leven. De leerlingen leren ook veel over de geschiedenis van ons land. Meestal gebeurt dat in aparte vakken aan de hand van aparte methoden (groep 5 t/m 8). In de onderbouw worden onderwerpen behandeld die voor jonge kinderen interessant zijn en op deze manier brengen we onze leerlingen toch al kennis en inzicht bij op het gebied van wereldoriënterende vakken. De volgende methoden worden op onze school gebruikt: - Aardrijkskunde: “Meander” - Geschiedenis: “Wijzer door de Tijd” - Verkeer: Projecten - Biologie: “Wijzer door de Natuur”
Creatieve vakken (expressievakken) Ook voor gymnastiek, muziek, tekenen en handvaardigheid worden methoden gebruikt. Vanaf groep 3 besteden we gemiddeld 4 à 5 uur per week aan deze creatieve vakken. Deze vakken brengen evenwicht in het lesprogramma, omdat zo het leren wordt afgewisseld met creatieve en lichamelijke vorming. Toch zijn deze vakken er niet louter voor de ontspanning, want ook hier wordt naar kwaliteit gestreefd.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
15
Tekenen: Handvaardigheid : Muzikale vorming:
“Tekenvaardig” (Bekadidact/ Cantecleer) “Handvaardig” ( Gekaakt/ Cantecleer) “Idee in muziek” en “Omgaan met muziek” en diverse liedbundels
Bewegen Het bewegingsonderwijs is een vast onderdeel in groep 1 en 2. Elke dag wordt er gespeeld in het speellokaal of op het schoolplein. De andere groepen gaan 2 maal per week naar de sporthal voor bewegingsonderwijs. Voor gymnastiek wordt gebruik gemaakt van: “Basisdocument bewegingsonderwijs”
Engels In groep 5 t/m 8 wordt Engels gegeven m.b.v. de methode “Real English”. Deze methode is een voorloper van een methode die veel in het voortgezet onderwijs gebruikt wordt en geeft zodoende een goede voorbereiding op het voortgezet onderwijs.
Godsdienstige Vorming “De Hovenier” is een katholieke school. Op school dragen we bij aan de ontwikkeling van de kinderen, met aandacht voor de christelijke levensvisie die overeenkomt met de leer van de katholieke kerk. Geregeld wordt er in de groepen aandacht besteed aan achtergrondinformatie en beleving van het godsdienstig en levensbeschouwelijk onderwijs. We gebruiken hiervoor de methode: "Reis van je leven", een methode voor het leer- en vormingsgebied levensbeschouwing voor het Katholiek primair onderwijs. Hierin staat de mens en de wereld centraal. Deze visie komt ook tot uitdrukking in de omgang met elkaar, in de keuze van de leermiddelen, in de taal die gesproken wordt en in de sfeer die op school heerst. Verder is er uitgebreid aandacht voor de wereldgodsdiensten.
ICT-onderwijs (computer-onderwijs) In alle groepen hebben we 2 tot 3 computers, die met regelmaat door de leerlingen worden gebruikt voor o.a. reken- of spelling-programma’s. We hebben de beschikking over een apart computerlokaal. Hierin kunnen de leerlingen van alle groepen ervaring opdoen met computergebruik en ook informatie inwinnen via internet (Kennisnet). Ook wordt er gewerkt met ondersteunende programma’s voor rekenen, taal, spelling en wereldoriëntatie. De leerlingen kunnen een spreekbeurt houden via een power-point-presentatie. Alle groepen gaan volgens een vast rooster naar het computerlokaal.
4.3
Lestijden en het aantal uren onderwijs
Vanaf het schooljaar 2011-2012 maken we gebruik van het Hoorns model, waarin de kinderen wekelijks minimaal 24 uur les hebben. Op onze school hebbende kinderen wekelijks 24,5 uur les. Op maandag, dinsdag en donderdag wordt er per dag 5½ uur lesgegeven. Op woensdag en op vrijdag wordt er per dag 4 uur lesgegeven. Per week wordt ± 7 uur aan taal besteed en gemiddeld 5 uur aan rekenen. Aan alle overige vakken (kerndoelen) besteden we minstens één lesuur. De lessen gaan altijd (behalve bij overmacht) door. Als de leerkracht ziek is, komt er een vervangende leerkracht of worden 2 groepen bij elkaar gevoegd wanneer geen vervangende leerkracht beschikbaar is. Wanneer voor langere tijd geen vervangende leerkracht beschikbaar is, lossen wij dat op door bij toerbeurt groepen bij elkaar te voegen. Dit doen we echter maximaal 2 dagen daarna zullen we over gaan tot het bij toerbeurt naar huis sturen van groepen. Wanneer dit gebeurt, krijgt u vooraf schriftelijk bericht. Iedere morgen is er pauze van 10.15 - 10.30 uur voor de groepen 3 t/m 8 en van 10.30 – 10.45 uur voor de groepen 1 en 2. De schooltijden staan vermeld in hoofdstuk 10.9. De leerlingen worden niet eerder op de speelplaats verwacht dan 15 minuten voordat de lessen beginnen. Dit geldt ook voor de middagpauze! Vanaf die tijd is er ook pas toezicht. Bij regenweer is de school 15 minuten voor de aanvangstijd van de lessen open en kunnen de leerlingen rechtstreeks naar binnen gaan. De school begint ’s morgens om 8.30 uur. Om 8.25 uur gaat de eerste bel waarbij de
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
16
leerlingen naar binnen gaan. Om 8.30 uur gaat de tweede bel en wordt begonnen met de lessen. ’s Middags gaat om 13.10 uur de eerste bel en na de tweede bel om 13.15 uur beginnen de lessen. De leerlingen van groep 5 t/m 8 gaan zelfstandig naar binnen. De leerlingen van groep 1 t/m 4 gaan om 8.25 uur in de rij staan en gaan o.l.v. hun groepsleerkracht naar binnen. We willen alle ouders/verzorgers met nadruk vragen om de kinderen op de speelplaats te laten wachten totdat de bel gaat. Als kinderen buiten de poort wachten, komt dit niet ten goede aan het overzicht en/of de verkeersveiligheid.
4.4
Waar krijgen de leerlingen les?
De spel-en gymlessen van groep 1 en 2 vinden plaats in de speelzaal en 1 maal per week in de sporthal. De gymlessen van groep 3 t/m 8 worden in de aangrenzende sporthal gegeven. Bij goed weer wordt gebruik gemaakt van de sportvelden. Het gebouw heeft 13 lokalen. We hebben 12 groepen op school. Verder is er een ICT-lokaal. Ook is er een ruimte waar de intern begeleiders (IB-ers) een eigen werkplek hebben waar zij o.a. gesprekken met ouders kunnen voeren. Bovendien heeft elke groep nog de beschikking over een extra verwerkingsruimte in de hal. Elk cluster heeft deze ruimte op eigen wijze ingericht.
Plattegrond De leerlingen van groep 1 t/m 4 gaan via de linkeringang naar binnen en de leerlingen van groep 5 t/m 8 door de hoofdingang. De gemeenschapsruimte wordt gebruikt voor gezamenlijke vieringen (kerstviering, carnaval, wereldmissiedag, musicals, ouderavonden, etc.) en verder voor lesactiviteiten zoals het volgen van televisielessen, het werken aan werkstukken, etc.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
17
Plattegrond schooljaar 2013-2014
4.5
Verlof, vrijstelling en vrije dagen buiten de vakanties
De leerplichtwet in het kort De complete wettekst kunt u vinden op het internet www.minocw.nl
Wanneer is een kind leerplichtig? Vanaf de eerste schooldag van de maand, volgend op de maand waarin het kind vijf jaar is geworden, is het kind volledig leerplichtig. Dit betekent dat uw kind 5 dagen per week onderwijs dient te volgen. De leerplicht eindigt als uw kind 18 jaar wordt.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
18
Welke wettelijke verplichtingen heeft een school o.a. ten aanzien van de leerplichtwet?
De directeur is verplicht melding te maken van vermoedelijk ongeoorloofd schoolverzuim bij de leerplichtconsulent van desbetreffende gemeente. De directeur kent extra verlof tot en met 10 schooldagen toe of wijst het af. De directeur is verplicht een aanvraag extra verlof van meer dan 10 schooldagen ter behandeling naar de woongemeente van de leerling te sturen. In- en uitschrijvingen van leerlingen worden binnen 7 werkdagen aan de desbetreffende gemeente gemeld.
Welke verplichtingen heeft een ouder o.a. ten aanzien van de leerplichtwet? De ouder dient het leerplichtige kind in te schrijven op een school en dient het kind de school te laten bezoeken. De ouder dient het kind bij ziekte tijdig voor aanvang van school af te melden.
Welk schoolverzuim wordt gemeld bij de leerplichtconsulent?
Relatief verzuim (spijbelen) Luxeverzuim (vakantieverlof) Absoluut verzuim (een kind staat op geen enkele school ingeschreven) Veelvuldig te laat komen (preventief) Twijfelachtig ziekteverzuim (preventief)
Wat kunnen o.a. de gevolgen zijn van een melding vermoedelijk ongeoorloofd verzuim?
Een gesprek op school, bij de desbetreffende gemeente, bij de leerling thuis. Verwijzen naar vrijwillige hulpverlening of het indienen van een zorgmelding bij Bureau Jeugdzorg indien de ontwikkeling van een kind ernstig bedreigd wordt. Het opmaken van een proces-verbaal indien het schoolverzuim aanhoudt tegen de ouder en/of leerling ouder dan 12 jaar. Tevens wordt er een onderzoek ingesteld door de Raad v.d. Kinderbescherming. Er zal altijd proces-verbaal worden opgemaakt tegen een ouder die na een afgewezen verlofaanvraag het kind toch ongeoorloofd van school houdt.
Hoe te handelen bij een aanvraag extra verlof? De wijze van indienen
Vakantieverlof schriftelijk indienen bij de directeur, minstens 6 weken voorafgaand aan de datum waarop verlof nodig zou zijn. Voor 10 dagen en minder neemt de directeur hierover een beslissing en deelt dit ouders/verzorgers schriftelijk mede, met mededeling van de toekennings- of afwijzingsgrond. Voor meer dan 10 dagen neemt het College van Burgemeester en Wethouders op advies van de leerplichtconsulent een beslissing. De directeur zendt de aanvraag door naar de leerplichtconsulent. De ouders/verzorgers ontvangen van de gemeente een beschikking met mededeling van de toekennings- of afwijzingsgrond. Verlof wegens gewichtige omstandigheden schriftelijk indienen bij de directeur vooraf of binnen 2 dagen na het ontstaan van de verhindering.
Wat is verlof wegens een gewichtige omstandigheid (art. 11 onder g van de wet)? Het uitgangspunt bij de beoordeling van deze aanvragen is dat dit extra verlof alleen gegeven wordt als daarmee een kennelijk onredelijke situatie vermeden kan worden. Er is dan sprake van een overmachtsituatie. Bij de afweging dient het belang van de leerling voorop te staan.
Omstandigheden waarbij een leerling in aanmerking komt voor extra verlof:
bij een wettelijke verplichting, voor zover dat niet buiten de lesuren kan geschieden; bij verhuizing (1 dag); bij het huwelijk van een bloed- of aanverwant t/m de 4e graad (1 of 2 dagen);
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
19
bij een ernstige ziekte van een bloed- of aanverwant t/m de 3e graad (duur in overleg met de directeur); bij overlijden van een bloed- of aanverwant t/m de 4e graad (maximaal 1 dag); bij de bevalling van de moeder, verzorgster, voogdes; bij 12,5-, 25-, 40-, 50- of 60-jarig ambts- of huwelijksjubileum van bloed- of aanverwanten t/m de 4e graad; voor calamiteiten en naar het oordeel van de directeur belangrijke redenen. Vakantie is nimmer een gewichtige omstandigheid!
Wanneer wordt een aanvraag voor extra verlof zeker afgewezen? 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Familiebezoek in het buitenland. Vakantie in een goedkope periode of in verband met een speciale aanbieding. Vakantie in verband met een gewonnen prijs. Uitnodiging van familie of vrienden om buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan. Eerder vertrekken of later terugkomen in verband met verkeersdrukte. Verlof voor een kind omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn. Deelname aan sportieve of culturele evenementen buiten schoolverband. Bij een voor de ouder ongunstige verdeling van vakantieweken door de werkgever die buiten de reguliere schoolvakantie vallen.
Welke uitzondering van vakantieverlof kent de leerplichtwet (art. 11 onder f.)? Wegens specifieke aard van het beroep van één van de ouders of verzorgers is het slechts mogelijk buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan. Een directeur kan verlof geven als de ouder/verzorger kan aantonen dat deze het merendeel van zijn inkomen slechts in de schoolvakantieperiodes kan verdienen. Er dient hiervoor een accountantsverklaring overlegd te worden. Omdat dergelijk verlof niet langer mag duren dan 10 schooldagen, is alleen de directeur in deze beslissingsbevoegd. De ouder/verzorger dient de benodigde bewijsstukken bij de verlofaanvraag te overleggen. Indien er met deze reden verlof wordt verleend, mag - dit maximaal éénmaal per schooljaar worden verleend en het moet ook de enige vakantie in dat schooljaar zijn voor ouder en kind. - dit niet langer mag duren dan 10 schooldagen. - dit nimmer plaatsvinden in de eerste twee lesweken van het schooljaar. Het toezicht op de leerplicht gebeurt door de leerplichtambtenaren van de gemeente Roermond. Voor verdere vragen of inlichtingen over leerplichtzaken kunt u altijd bij hen terecht. Bezoekadres: Aureool, Looskade 2, Roermond.
4.6
Verwijdering van leerlingen
Procedure voor verwijdering: Verwijdering van een leerling is een ordemaatregel die het bevoegd gezag slechts in het uiterste geval en dan nog uiterst zorgvuldig moet nemen. Er moet sprake zijn van ernstig wangedrag en een onherstelbaar verstoorde relatie tussen leerling en school en/of ouder en school. Wanneer een bevoegd gezag de beslissing tot verwijdering wil nemen, moet vervolgens de wettelijk vastgestelde procedure worden gevolgd. Stapsgewijs komt dat op het volgende neer: - Voordat het bevoegd gezag tot verwijdering van een leerling besluit hoort het zowel de betrokken groepsleraar als de ouders. - De ouders ontvangen een gemotiveerd schriftelijk besluit waarbij wordt gewezen op de mogelijkheid om binnen zes weken schriftelijk bezwaar te maken tegen dit besluit. - Het bevoegd gezag meldt het besluit tot verwijdering van de leerling direct aan de leerplichtambtenaar en aan de Inspectie Primair Onderwijs - Indien ouders bezwaar maken hoort het bevoegd gezag hen over dit bezwaarschrift. - Het bevoegd gezag neemt binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift een besluit.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
20
Voordat het bevoegd gezag dit besluit kan uitvoeren moet het voldoen aan de wettelijke verplichting (artikel 40, lid 4) er voor te zorgen dat een andere school bereid is de leerling toe te laten. Wanneer het gedurende acht weken, gerekend vanaf het tijdstip waarop het besluit tot verwijdering aan de ouder is meegedeeld, niet lukt de leerling op een andere school te plaatsen, kan het bevoegd gezag de leerling verwijderen zonder vervolgonderwijs veilig te stellen. Schorsing van leerlingen: - Het bevoegd gezag kan een leerling voor een beperkte periode schorsen, niet voor onbepaalde tijd. - Schorsing vindt in principe pas plaats na overleg met de leerling, de ouders, management en de groepsleerkracht. - Het bevoegd gezag deelt het besluit tot schorsing schriftelijk aan de ouders mee. In dit besluit worden vermeld de redenen voor schorsing, de aanvang en tijdsduur en eventuele andere genomen maatregelen. - De school stelt de leerling in staat, bijvoorbeeld door het opgeven van huiswerk, te voorkomen dat deze een achterstand oploopt. - Het bevoegd gezag stelt de Inspectie Primair Onderwijs in kennis van de schorsing en de redenen daarvoor.
4.7
Beleid bij het naar huis sturen van leerlingen (vervangingsproblematiek)
De afgelopen jaren ervaart het onderwijs en vooral ook het primair onderwijs een enorm probleem als het gaat om het vervangen (op korte termijn) van zieke (afwezige) leraren/personeelsleden. Het kan voorkomen dat de directeur van een school aan het begin van een dag geen vervanging heeft kunnen regelen en aangewezen is op een eventuele interne oplossing. Dit wil zeggen: inzetten van de interne begeleider, de remedial teacher, de ICT-er, de groepsondersteuner, de directeur. Dit is geen wenselijke situatie omdat de uitvoeringswerkzaamheden van deze functionarissen niet mogen worden geblokkeerd. Bovendien komt de totale schoolorganisatie in het gedrang, de schoolontwikkeling stagneert. Dit alles heeft een zeer negatief effect op niet alleen betrokkenen, maar op alle leerlingen en leerkrachten van de school. De directeuren van de Stichting Swalm en Roer hebben t.a.v. deze problematiek gezamenlijk beleid gemaakt. 1. Na ziekmelding van een leraar wordt alles in het werk gesteld om vervanging te krijgen. 2. Indien dit niet lukt, zal de school intern de zaak proberen op te lossen: a. door inzet van bijvoorbeeld leerkrachten die op dat moment geen groep hebben maar andere werkzaamheden. b. Door verdeling van leerlingen over meerdere groepen. 3. Omdat deze maatregel niet onbeperkt kan en mag duren, zal na 2 dagen een groep naar huis worden gestuurd. Mocht er na 2 dagen nog geen oplossing zijn, dan zal een andere groep naar huis worden gestuurd. Onmiddellijk op de dag van de ziekmelding krijgen de kinderen een vooraankondiging mee naar huis waarin wordt vermeld dat de leraar ziek is, er geen vervanging is gevonden en dat er op school intern een oplossing wordt gezocht. 4. Bij iedere nieuwe situatie zullen de ouders van betrokken leerlingen tijdig worden geïnformeerd zodat de ouders in hun thuissituatie niet in de problemen komen. 5. Wanneer er uiteindelijk (toch) een oplossing wordt gevonden, zullen de (betrokken) ouders op de hoogte worden gesteld. 6. De inspectie en het bevoegd gezag worden op de hoogte gebracht.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
21
5. De doorstroming 5.1 Beleid t.a.v. verlengde leertijd. Op onze school kan een leerling verlengde leertijd krijgen. Een dergelijk besluit wordt altijd heel zorgvuldig genomen. Dit gaat in samenspraak met de ouders/ verzorgers van de leerling, de groepsleerkracht en de intern begeleider. De directeur volgt dit hele proces. Om tot een besluit te komen tot verlengde leertijd wordt de volgende procedure gehanteerd: - Als school nemen wij niet zomaar de beslissing om uw kind verlengde leertijd te geven. Hier gaat aan vooraf dat de leerkracht u in een eerder stadium ingelicht heeft over de zorgen die er zijn. Er is dan ook extra aandacht en zorg aan uw kind gegeven in de vorm van extra instructie en mogelijk handelingsplanning. - Er is altijd overleg met ouders/ verzorgers, leerkracht(en) en IB-er. - De bespreking komt terug in het MT. Er wordt dan heel goed gekeken naar het ontwikkelingsperspectief van het betreffende kind. De uiteindelijke beslissing wordt door het MT genomen. - De groepsleerkracht, eventueel samen met de IB-er, geeft vervolgens bij de ouders/ verzorgers aan welke factoren een doorslaggevende rol spelen bij het besluit tot verlengde leertijd. Dit kan zowel liggen op sociaal-emotioneel gebied als op de ontwikkeling per leerstofgebied. - Indien ouders/ verzorgers het niet eens zijn met de beslissing vindt er overleg plaats tussen de ouders/ verzorgers, de leerkracht, de IB-er en de directeur. In dit overleg wordt het besluit nader toegelicht. Als er tijdens dit overleg aspecten naar voren komen die niet bekend waren ten tijde van de besluitvorming, wordt de verlengde leertijd van het kind opnieuw besproken in het MT. De directeur deelt daarna het definitieve besluit aan de ouders./ verzorgers mee. Gaan de ouders/ verzorgers met dit besluit nog steeds niet akkoord, dan kunnen zij handelen volgens de procedures, die zijn vastgelegd in de klachtenregeling van de Stichting en die vermeld staan in de schoolgids.
5.2 Beleid t.a.v. verkorte leertijd Uitgangspunten: Versnellen van de leertijd d.m.v. het overslaan van (een gedeelte van) een klas is in principe mogelijk, maar deze beslissing zal weloverwogen genomen dienen te worden, met speciale aandacht voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind. Er kan alleen maar sprake zijn van deze versnelling als de resultaten van een kind over een langere periode opvallend veel beter zijn dan die van de rest van de groep en de sociaal-emotionele ontwikkeling in de pas loopt. Vanaf schooljaar 2011-2012 werken we met het digitaal handelingsprotocol hoogbegaafdheid (DHH). Dit is een compleet systeem voor de identificatie en het begeleiden van hoogbegaafde leerlingen uit groep 1 tot en met 8 van het basisonderwijs. Verder hebben we een functionaris HB, HoogBegaafdheid. Het protocol is zo opgebouwd dat na het proces van signalering en diagnostiek iedere leerkracht zelfstandig hoogbegaafde leerlingen kan begeleiden. Het proces van signalering en diagnostiek is volledig geautomatiseerd. Het protocol begeleidt bij alle stappen en geeft aan het eind van het traject een individueel advies voor de leerling. Mochten er indicaties zijn die wijzen in de richting van faalangst of onderpresteren, dan wordt daar tijdig op geattendeerd. Als er een conclusie uit te voorschijn komt wordt er begeleiding geboden bij het samenstellen van een handelingsplan. In alle gevallen zal, na overleg met de ouders/ verzorgers, de groepsleerkracht aan de hand van alle bekende gegevens een advies uitbrengen, waarna de directie in samenspraak met de Interne Begeleider en de functionaris HB. de uiteindelijke beslissing neemt.
5.3
Doorstroming naar het voortgezet onderwijs
De ouders/verzorgers van de leerlingen van groep 8 worden in en vroeg stadium voorgelicht over de structuur en de mogelijkheden van vormen van het voortgezet onderwijs. De leerkrachten van groep 8 lichten tijdens een voorlichtingsavond op de basisschool (medio januari) de diverse keuzemogelijkheden toe. De onderwijsvorm en inhoud worden toegelicht.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
22
Het leerlingrapport van het CITO – leerlingvolgsysteem, de reguliere gegevens van methode-gebonden en methode-onafhankelijke toetsen, resultaten van opdrachten voor informatieverwerking worden besproken. In deze gesprekken worden ook gegevens kenbaar gemaakt en uitgewisseld m.b.t. de sociale ontwikkeling en een aantal persoonlijkheidsfactoren zoals concentratie, doorzettingsvermogen, leermotivatie, zelfvertrouwen e.d.. Voor deze bespreking wordt gebruik gemaakt van de gegevens van onze school. De CITO – eindtoets vindt in de toekomst later plaats. De gegevens van deze toets worden schriftelijk aan de ouders verstrekt. Alle gegevens worden vervat in een digitaal leerlingdossier (DLO) voor de overgang primairvoortgezet onderwijs (POVO). In dit dossier is ruime aandacht voor leerling kenmerken, schoolvorderingen, en belangstelling. Na overleg en beslissing door de ouders over schoolkeuze moet de aanmelding volgen. De ouders moeten hun kinderen zelf aanmelden op de school van hun keuze. Mogelijk dat er sommige aanmeldingen volgen via onze school. Hierover krijgen de ouders tijdig bericht. Zo spoedig mogelijk na de aanmelding vindt er overleg plaats met vertegenwoordigers van het voortgezet onderwijs. Waar nodig is nader en intensiever contact mogelijk over zorg en risicoleerlingen. De CITO – eindtoets gegevens worden eind mei verstrekt aan de scholen van voortgezet onderwijs. Het advies van het basisonderwijs is zwaarwegend. De scholen van voortgezet onderwijs laten de ouders weten of hun dochter / zoon is aangenomen op de school van hun keuze. Vertegenwoordigers van voortgezet onderwijs en vertegenwoordigers van basisonderwijs hebben regelmatig contact over onderwijsinhoudelijke zaken en aansluiting. De scholen van Voortgezet onderwijs rapporteren over de resultaten van de oud-leerlingen aan de vertegenwoordigers van de basisscholen. De extra leerlingenzorg wordt gecontinueerd in het vervolgonderwijs. Op de meeste basisscholen zitten kinderen die extra zorg krijgen, omdat ze dit nodig hebben. Het beleid achter deze ontwikkeling heet: Weer Samen Naar School (WSNS) en leerlinggebonden financiering (LGF of de zogenaamde ‘rugzakleerling’). Dit heeft ertoe geleid dat de speciale (basis-) scholen in de afgelopen jaren steeds minder leerlingen hoefden op te vangen, omdat de basisscholen zelf de extra zorg konden bieden. Aan het eind van de basisschool bespreekt de school met de ouders welke vervolgopleiding het meest geschikt voor hun kind is. Bij leerachterstand is het mogelijk dat het kind in aanmerking komt voor leerwegondersteunend onderwijs (LWOO) of praktijkonderwijs (PRO). LWOO betekent dat het kind extra hulp krijgt in het voortgezet onderwijs. PRO betekent dat het voor het kind beter is dat het deze hulp krijgt in een aparte school met nog meer extra faciliteiten. Voor kinderen die een leerlinggebonden budget hebben, geldt ook dat deze extra ondersteuning gecontinueerd kan worden in het vervolgonderwijs als ten minste voldaan wordt aan de daarvoor geldende criteria. Al deze voorzieningen geven de garantie voor extra hulp in het vervolgonderwijs. Om als leerling hiervoor in aanmerking te komen is een indicatie noodzakelijk; Het is dus geen automatisme! De leerling wordt getest en er wordt een rapport opgemaakt zodat beoordeeld kan worden of de leerling voldoet aan de geldende criteria. Hiervoor zijn verschillende routes. Een LWOO indicatie wordt afgegeven door een Regionale Verwijzingscommisie (RVC). De PRO beschikking wordt afgegeven door de Permanente Commissie leerlingenzorg (PCL) en de rugzakindicatie door de Commissie voor indicatiestelling (CVI’s) Als basisschool zullen we u en uw kind extra begeleiden bij de overstap indien een van deze drie vormen van extra leerlingenzorg aan de orde is. Niet elke basisschool geeft op dezelfde wijze extra hulp op school. Dat geldt ook voor de scholen voor vervolgonderwijs. Niet elke school voor voortgezet onderwijs heeft LWOO op dezelfde wijze ingevuld. Bij de keuze van de ouders voor de vervolgschool, zou dat een aanvullende vraag kunnen zijn: “Hoe helpen ze ons kind daar verder? Sluit deze hulp aan bij de reeds geboden hulp op de basisschool en is het noodzakelijk dat deze hulp aansluit?”
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
23
De conclusie is dus: De extra zorg op de basisschool zal in principe worden voortgezet op het voortgezet onderwijs. De wijze waarop kan (sterk) afwijken van de wijze waarop in het basisonderwijs extra zorg is verleend. Leerlingen die op de basisschool geen extra zorg hebben gehad, kunnen daarvoor in het voortgezet onderwijs toch in aanmerking komen mits ze maar voldoen aan de daarvoor geldende criteria.
6. De zorg voor kinderen 6.1
Leerlinggegevens
Leerlinggegevens zijn belangrijk omdat wij iedere leerling passend onderwijs willen aanbieden. Onder passend onderwijs in de praktijk verstaan wij het zo goed mogelijk aansluiten op het ontwikkelingsperspectief van iedere individuele leerling. Het leerlingdossier biedt de noodzakelijke informatie om de leerling zo optimaal mogelijk te laten ontwikkelen. Van belang zijn de toetsresultaten, methodegebonden toetsen en de Cito LOVS gegevens, observaties, handelingsplannen, eventueel advies van externen. Omdat wij deze gegevens over leerlingen verzamelen vallen wij onder de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Deze wet is bedoeld om ervoor te zorgen dat de gegevens over personen zorgvuldig worden gebruikt en om misbruik ervan tegen te gaan. Het zorgdossier is daarom alleen toegankelijk voor de begeleiders van een leerling in de school. We zorgen ervoor dat gegevens over leerlingen uit het leerlingdossier alleen gebruikt worden binnen de school. Het volgen van de ontwikkeling van leerlingen. Iedere leerkracht maakt een groepsoverzicht. De totale groep wordt in kaart gebracht. Dit document, ‘Groep onder de loep’ is de handreiking om te komen tot het groepsplan op het gebied van rekenen, lezen, taal enz. Het groepsplan geeft een duidelijke richtlijn wat de leerlingen aan stof verwerken, wie extra zorg nodig heeft bij een bepaald vakgebied en hoe die zorg wordt vormgegeven. De werkwijze in de praktijk ziet er als volgt uit; leerlingen krijgen instructie en kunnen zelfstandig aan de slag. De leerkracht heeft ruimte om aan de instructietafel met leerlingen aan de slag te gaan, die extra uitleg of begeleiding nodig hebben. Iedere leerling heeft uitdaging nodig. Naast de basisstof moet er in iedere groep verrijkingsstof aanwezig zijn, zodat de leerlingen op niveau kunnen blijven werken. In de school wordt er regelmatig over leerlingen gesproken, bijvoorbeeld in de groepsbespreking, de leerlingbespreking en het interne zorgoverleg. Dit overleg is nodig om de vorderingen van de leerlingen te volgen, problemen te signaleren en met de leerkrachten afspraken te maken over leerlingbegeleiding. Voor leerlingen die extra begeleiding of zorg nodig hebben, wordt samengewerkt met externe deskundigen. Dit kan zijn tijdens de consultatie met de Veerkrachtgroep of in het ZAT (Zorg en Advies Team). Als we een leerling willen bespreken met deze externen wordt er daarvoor eerst aan ouders/verzorgers toestemming gevraagd. Volgens de wet Bescherming Persoonsgegevens heeft u als ouder/verzorger recht op inzage, recht op correctie en recht op verzet. Wilt u meer weten over deze wet kijk dan op http://www.cbpweb.nl. Heeft u vragen over het leerlingdossier of over het zorgoverleg in de school, neem dan contact op met de interne begeleiders: Els Breukers, onderbouw Marc Schoutrop, bovenbouw
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
24
6.2 Het volgen van de ontwikkeling van kinderen Bij de organisatie van de zorgbreedte op onze school zijn veel personen betrokken. Behalve het kind en u als ouders zijn dat de groepsleerkracht, de interne begeleider (IB-er) en de schoolbegeleider. De interne begeleider vervult een belangrijke rol bij de begeleiding van de zorgleerlingen. Els Breukers neemt de leerlingenzorg in de onderbouw (groep 1 t/m 4) voor haar rekening. Marc Schoutrop verzorgt de leerlingenzorg in de bovenbouw (groep 5 t/m 8). Els en Marc zijn ook de contactpersonen voor ouders en hulpverleners met betrekking tot de leerlingenzorg. Els en Marc hebben beiden een aantal dagdelen ambulante tijd voor deze taak. Welke zorg geven wij aan uw kind? Vanaf de eerste schooldag wordt uw kind met de grootst mogelijke zorg omringd, zowel op leertechnisch als ook op persoonlijk ontwikkelingsgebied. Er wordt een zo goed mogelijk leerstofpakket geboden zodat elk kind zich optimaal kan ontwikkelen. Wij gaan uit van verschillende niveaus van zorg. Het Cascademodel biedt de volgende 5 niveaus van zorg: 1. Algemene zorg in de groep door de leerkracht. 2. Extra zorg in de groep door de leerkracht. 3. Speciale zorg door leerkracht, intern begeleider en Schoolbegeleidingsdienst. 4. Speciale zorg na extern onderzoek door leerkracht, IB-er en Schoolbegeleidingsdienst. 5. Bovenschoolse zorg door leerkracht, IB-er, Schoolbegeleidingsdienst, Permanente Commissie Leerlingenzorg, leerkracht Speciaal Onderwijs. Alle leerlingen worden door de eigen leerkracht in de groep gevolgd d.m.v. eigen observaties en het leerlingvolgsysteem van CITO. In de groepen 1 tot en met 8 wordt Viseon gebruikt voor de sociaalemotionele ontwikkeling. Daarnaast gebruiken we de methode “Goed Gedaan” om de sociaalemotionele ontwikkeling nog beter te kunnen begeleiden. Bovendien heeft elke leerkracht regelmatig contact met de intern begeleider over de leerlingen uit zijn of haar groep. Er worden afspraken gemaakt die ook in de volgende groepen gehandhaafd worden. Deze manier van werken wordt door het hele team gedragen om voor alle leerlingen een doorgaande ontwikkelingslijn te realiseren. Door te streven naar een zo goed mogelijke afstemming hopen wij voor uw kind een passend leerstofaanbod te kunnen bieden. Blijken er, ondanks alle extra hulp en inzet door de jaren heen problemen te bestaan, wordt er soms gekozen voor het loslaten van de groepsleerlijn. Dit houdt in dat een leerling dan wel in dezelfde groep blijft maar bijvoorbeeld gaat rekenen op het niveau van een lagere groep. In geval van dyslexie wordt bekeken in hoeverre taakreductie, extra hulp aan de instructietafel, extra tijd, compensatiestrategieën en emotionele ondersteuning nodig zijn. Er zullen goede afspraken gemaakt worden om geen achterstand te laten ontstaan. Indien nodig zal besproken worden of verder specifiek onderzoek nodig is. We hebben ook aandacht en zorg voor meer begaafde leerlingen. Leerlingen die meer aan kunnen, moeten hun uitdaging kunnen vinden in leerstof die een beroep doet op hun bovengemiddeld niveau van begaafdheid. De ouders worden regelmatig van de vorderingen van hun kind op de hoogte gehouden. Rond het eerste en het tweede rapport gebeurt dit in een 15 minuten-gesprek waarvoor alle ouders/verzorgers worden uitgenodigd. Mochten er desondanks nog vragen zijn, dan zijn ouders ten allen tijden welkom op school om deze te bespreken. Onze school is een lerende organisatie en we zullen ons ook als leerkrachten voortdurend moeten ontwikkelen en van elkaar leren. Ook dit heeft onze aandacht. In onze visie staat immers het kind voorop en niet de leerstof. Problemen (prestaties, werkhouding, sociaal emotionele ontwikkeling) moeten in een vroeg stadium worden gesignaleerd, waarna er duidelijke afspraken over de verdere begeleiding genomen moeten worden. De leerkrachten evalueren regelmatig de vorderingen van alle leerlingen en signaleren op deze manier snel eventuele tekortkomingen bij de leerlingen. De resultaten van deze toetsen worden besproken met de interne begeleider of op een gezamenlijke teamvergadering. Van elk kind wordt een
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
25
leerlingdossier bijgehouden. Hierin worden gegevens verzameld over het gezin, toetsen, rapportage, oudergesprekken en er wordt een journaal bijgehouden van alle belangrijke afspraken gemaakt tijdens besprekingen.
6.3
De wijze waarop het welbevinden en de leervorderingen van de leerlingen worden besproken
De kinderen in de groepen 1 en 2 krijgen een portfolio, vanaf groep 3 krijgen de leerlingen 3 maal per jaar een rapport en/of woordverslag mee naar huis. Rond de periode van het eerste en tweede rapport worden de ouders/verzorgers van de kinderen in alle groepen uitgenodigd voor het voeren van een 15 minuten-gesprek. Bij het laatste rapport kunnen gesprekken plaats vinden op uitnodiging van de leerkracht of op verzoek van de ouders/verzorgers.
6.4
Speciale zorg voor kinderen die niet mee kunnen
Wanneer een kind op een bepaald moment afwijkt van de gemiddelde verwachtingen, verzamelt de leerkracht extra informatie over het kind (observaties, toetsgegevens en werkresultaten). De leerkracht zal hier de aanpak op afstemmen. Wanneer de problemen ernstiger zijn zal dit besproken worden met de IB-er. De leerling kan ingebracht worden in de leerlingbespreking. Een andere mogelijkheid is dat de leerkracht het probleem bespreekt in de consultatie. Dit is een vorm van leerlingbespreking waarbij alleen de leerkracht, de IB-er en de schoolbegeleider aanwezig zijn. Uit deze adviesgesprekken krijgt de leerkracht tips, materialen of werkwijzen aangereikt om extra zorg te besteden aan de leerling. Er wordt ook m.b.v. de IB-er een groepshandelingsplan opgesteld. Hierin staat omschreven hoe de leerling aan de slag gaat en op welke termijn gekeken wordt naar de vorderingen. De leerkracht zelf voert het groepshandelingsplan uit. Op “De Hovenier” beschikken we over een ruime orthotheek. Hierin staan extra hulpmiddelen om zorgleerlingen te helpen. Indien uw kind ondanks de extra hulp een grotere achterstand dreigt op te lopen, kan de school besluiten om externe hulp in te schakelen . Er volgt dan verder onderzoek. Voor dit onderzoek hebben we uw toestemming nodig. Afhankelijk van de uitslag van dit onderzoek wordt bepaald welke vorm van hulp het beste is voor deze leerling. U wordt als ouder vanaf het begin geïnformeerd bij alle hierboven genoemde stappen. Leerlingen die extra zorg nodig hebben, worden dus in eerste instantie door de groepsleerkracht opgevangen. De leerkracht geeft deze leerling extra uitleg terwijl de andere leerlingen in de groep zelfstandig aan het werk zijn. Het kan ook zijn dat de leerling tijdelijk een lesprogramma gaat volgen dat afwijkt van het programma van de andere leerlingen.
6.5
Ondersteuning van en plaatsing op de speciale school voor basisonderwijs
Wanneer blijkt dat bij een leerling, ondanks alle pogingen van de leerkracht of remedial teacher, de gewenste verbetering van de resultaten uitblijft, zullen we steun vanuit het speciaal onderwijs vragen. We zijn aangesloten bij het samenwerkingsverband Midden-Limburg, cluster Roermond. Binnen dit samenwerkingsverband functioneert de Permanente Commissie Leerlingenhulp (PCL). Onze school kan dan een beroep doen op deze commissie voor ambulante hulp van leerkrachten uit het speciaal onderwijs bij de ondersteuning van de leerproblemen. Indien het probleem ernstig is geeft deze commissie advies over eventuele plaatsing op een speciale school voor basisonderwijs. Een regionale verwijzingscommissie (RVC) zal dit advies van de leerlingenhulp nog eens opnieuw beoordelen. De RVC bepaalt uiteindelijk of het kind op deze speciale school voor basisonderwijs geplaatst kan worden. De overheid probeert via het project “Weer samen naar school” de groei van het speciaal onderwijs te remmen. De basisscholen proberen zo weinig mogelijk leerlingen te verwijzen naar de speciale school voor basisonderwijs en proberen deze leerlingen op de eigen basisschool hulp te bieden. Om deze redenen heeft de leerlingenzorg op onze school dan ook hoge prioriteit. PCL en SWV: Postadres: PCL Swalm en Roer Postbus 606 6040 AP Roermond Voorzitter mw. M.Wissing-Koot Ambtelijke secretaris mw. M. Steijvers
Leden: Mevr. Helmine Steyvers( psycholoog/orthopedagoog Mevr. Manon Boerland (namens basisscholen) Mevr. Kirsten Belt ( SBO)
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
26
6.6
Leerlingen met een "Rugzak" (Leerlinggebonden financiering)
Vanaf 1 augustus 2002 is de Wet Expertise Centra (WEC) van kracht en kunnen leerlingen met een handicap geïntegreerd in het basisonderwijs geplaatst worden, voorzien van een zogeheten 'rugzak'. Daarin zitten middelen om een daadwerkelijke integratie ook effectief te maken. Leerlinggebonden financiering is bedoeld voor kinderen met een handicap of stoornis die extra voorzieningen nodig hebben om basis- of voortgezet onderwijs te kunnen volgen. Het gaat om kinderen met een verstandelijke, zintuiglijke of lichamelijke handicap, om kinderen met psychiatrische problemen of ernstige leer- en/of gedragsproblemen, om kinderen met een meervoudige handicap of om langdurig zieke kinderen. Het gaat dus om kinderen die aantoonbaar, zonder extra ondersteuning, geen reguliere school kunnen bezoeken. Voorwaarde voor de Leerlinggebonden financiering is een "toelaatbaarheidsverklaring". Deze verklaring wordt afgegeven door de Commissie van Indicatiestelling (CVI). Voor alle duidelijkheid: er bestaat geen plaatsingsplicht, iedere school zal voor ieder verzoek opnieuw een afweging moeten maken. Kern is de vraag of de combinatie van handicap en de extra onderwijsondersteuning die noodzakelijk is spoort met de mogelijkheden van de school. De toetsingscriteria in deze zijn aangescherpt. Op lange termijn is financiering door gewijzigd landelijk beleid niet duidelijk.
6.7
De school en haar resultaten
De laatste jaren ligt binnen het basisonderwijs steeds meer nadruk op kwaliteit en eindresultaten en de CITO-score is steeds vaker de bepalende graadmeter voor de juiste schoolkeuze. Natuurlijk moet er op school geleerd worden en zijn resultaten zeker belangrijk. Maar naast de cognitieve vaardigheden of het echte ”leerwerk”, moeten ook de sociale vaardigheden en expressievakken goed aan bod komen. Kinderen moeten zich vooral thuis voelen op school! Als de CITO-toets alleen niet maatgevend is, wat dan eigenlijk wel? Een andere goede graadmeter is de flexibiliteit van een school. Hoe gaat een school om met leerlingen die niet aan het verwachtingspatroon voldoen. Kunnen ze deze leerlingen aan boord houden of niet? Nog een goede graadmeter is het welbevinden van een kind. Hoe voelt het zich thuis op school? Wanneer een kind iets leert, het succeservaringen opdoet, er een leuke sfeer is, het voldoende vriendjes/vriendinnetjes heeft, zit het lekker in zijn vel en komen de capaciteiten (resultaten) van elk kind aan het licht. Terecht wil men in Den Haag weten wat de opbrengsten zijn van alle overheidsinvesteringen in het onderwijs en hoe de kwaliteit van verschillende scholen ten opzichte van elkaar is. Maar dat is nu juist heel moeilijk meetbaar. De CITO-toets is op zichzelf een goed instrument dat de vaardigheden op cognitief gebied voor elke individuele leerling meet. Het probleem is echter dat kinderen op school veel meer leren dan uitsluitend lezen, taal en rekenen en dat blijft helaas buiten de beoordeling. Voor een eerlijke beoordeling van hoe een school het doet, zou je in feite moeten kunnen kijken waar het beginpunt voor elke leerling ligt en hoeveel hij in de loop der jaren op school heeft bijgeleerd. Dat blijkt praktisch gezien een ondoenlijke zaak. Toch willen we u enkele cijfers niet onthouden. Het aantal verwijzingen naar speciaal onderwijs of naar speciaal basisonderwijs over de afgelopen 10 jaar ziet er als volgt uit:
Schooljaar: 2003 – 2004 2004 – 2005 2005 – 2006 2006 – 2007 2007 – 2008 2008 – 2009 2009 – 2010 2010 – 2011 2011 – 2012 2012 – 2013
Aantal leerlingen: 0 leerlingen 2 leerlingen 2 leerlingen 5 leerlingen 0 leerlingen 2 leerlingen 1 leerling 1 leerling 1 leerling 0 leerlingen
Dit is gemiddeld 1,4 leerlingen over de afgelopen periode van 10 leerjaren.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
27
De CITO-scores van de “Eindtoets basisonderwijs” zagen er voor onze school de afgelopen jaren als volgt uit:
Schooljaar: 2003 - 2004 2004 - 2005 2005 - 2006 2006 - 2007 2007 - 2008 2008 - 2009 2009 - 2010 2010 - 2011 2011 - 2012 2012 - 2013
CITO score: 542,5 537,6 538,8 539,6 540,9 542,6 538,5 538,3 538,2 535,5
Dit is een gemiddelde CITO-score van 539,25 over de afgelopen periode van 10 leerjaren. Hoewel we ons er terdege van bewust zijn dat de kwaliteit van het onderwijs niet is af te lezen uit uitstroomgegevens naar het voortgezet onderwijs alleen, willen we u die cijfers niet onthouden. Vanaf schooljaar 2009-2010 is het getal gecorrigeerd voor LG (leerling-gewicht). Voorheen hoefde deze correctie niet te worden toegepast. De cruciale vraag is echter: “Wat vertellen deze cijfers precies?” Wat zegt het als het percentage vwoleerlingen met 10 % daalt of stijgt in vergelijking met het vorige schooljaar? Uitstroomgegevens van onze school naar het voortgezet onderwijs:
Jaar 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013
LWOO 3 leerlingen 1 leerling 0 leerlingen 0 leerlingen 1 leerling 2 leerlingen 0 leerlingen 1 leerling 0 leerlingen 0 leerlingen 0 leerlingen 0 leerlingen 0 leerlingen
VMBO 6 leerlingen 13 leerlingen 10 leerlingen 6 leerlingen 10 leerlingen 3 leerlingen 6 leerlingen 6 leerlingen 11 leerlingen 12 leerlingen 12 leerlingen 9 leerlingen 19 leerlingen
MAVO / HAVO 18 leerlingen 12 leerlingen 12 leerlingen 6 leerlingen 8 leerlingen 13 leerlingen 7 leerlingen 9 leerlingen 6 leerlingen 5 leerlingen 3 leerlingen 7 leerlingen 1 leerling
HAVO / VWO 14 leerlingen 10 leerlingen 11 leerlingen 14 leerlingen 17 leerlingen 9 leerlingen 15 leerlingen 18 leerlingen 17 leerlingen 8 leerlingen 16 leerlingen 22 leerlingen 18 leerlingen
Op “De Hovenier” maken we gebruik van het Cito-leerlingvolgsysteem. Jaarlijks worden er op 2 tijdstippen in het jaar methodeonafhankelijke toetsen afgenomen voor spelling en rekenen. Door de Cito-gegevens krijgen we beter zicht op de kwaliteit en de voortgang van de belangrijkste vakgebieden. Ook kunnen we het verloop over een aantal jaren goed volgen. Bovendien bieden de resultaten ons de mogelijkheid om tijdig bij te sturen indien de totaalscore hiertoe aanleiding geeft. Een overzicht van de resultaten vindt u na afname bij de volgende rapportage. De groepen 5, 6 en 7 maken aan het eind van het schooljaar de Entree-toets. De resultaten helpen ons bij het goed kunnen volgen van de voortgang in de ontwikkeling en bij het zorgen voor een goed vervolg wat betreft aansluiting van de lesstof.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
28
7. Buitenschoolse activiteiten Het grootste gedeelte van de lessen wordt besteed aan onderwijs, maar er is ook tijd voor feesten, vieringen en andere activiteiten. Omdat we een katholieke school zijn, besteden we uiteraard aandacht aan Kerstmis en Pasen. Met Kerstmis organiseren we een gezamenlijke activiteit voor alle leerlingen met behulp van ouders en houden we een kerstviering. Met Pasen is er voor alle groepen een activiteit gepland. Jaarlijks wordt er voor alle groepen een "spel-doe-dag" of sportdag georganiseerd. Ook gaan de leerlingen van alle groepen elk jaar op schoolreis. Ouders worden tijdig geïnformeerd over de bestemming en over de hoogte van de bijdrage. De leerlingen van groep 8 hebben elk jaar een schoolverlaterskamp. Gedurende 4 dagen trekken de leerlingen van groep 8 o.l.v. de eigen leerkrachten en met hulp van enkele ouders, met elkaar op ter afsluiting van hun basisschoolperiode. Tijdens dit kamp doen de leerlingen veel aan sport en spel, houden ze een fiets-oriëntatietocht en een nachtspel. Verder maken ze een eigen programma dat bestaat uit sketches, play-back-optredens, etc. ter afsluiting van het kamp. Het carnavalsfeest wordt ’s morgens ingevuld met een ‘Kinjerzitting’. ‘s Middags is er een kleurrijke optocht in samenwerking met de carnavalsvereniging, waarbij eveneens de jeugdprins en de “grote” prins met hun gevolg aanwezig zijn. Elke groep organiseert zijn eigen specifieke activiteiten zoals herfst- en lentewandeling met opdrachten, schaatsmiddag, etc. Groep 7 organiseert in samenwerking met andere basisscholen in Roerdalen een praktisch verkeersexamen. Verder zijn er nog talloze groepsgebonden activiteiten zoals: speurtochten, natuurprojecten, wandelingen, speeltuinbezoek, etc. We proberen ook elk jaar een culturele activiteit voor de leerlingen te organiseren.
8. Het team 8.1
Samenstelling van het team
Het team van “De Hovenier” bestaat uit: De directie, gevormd door de directeur, Ine Simons. Managementteam, bestaande uit de directeur en beide interne begeleiders, Els Breukers en Marc Schoutrop. De IB-ers zijn tevens bouwcoördinatoren voor de verschillende bouwen. Els Breukers verzorgt de coördinatie voor de clusters 1 en 2 die gevormd worden door de groepen 1 tot en met 4, Marc Schoutrop verzorgt de coördinatie voor de clusters 3 en 4 die gevormd worden door de groepen 5 tot en met 8. De ICT-er, Arno Niessen, die naast de lesgevende taken, de leerkrachten ondersteunt bij de inzet van de computer bij het onderwijs en hiervoor ook ambulante tijd heeft. De groepsleerkrachten, die naast hun lesgevende taken ook nog schooltaken hebben. Deze taken zijn vastgelegd in het taakbeleid. Zij plegen wekelijks overleg met elkaar in een plenaire vergadering of in een bouwvergadering. Ook hebben ze wekelijks overleg in hun cluster. Een conciërge, die huishoudelijke taken en het tuinonderhoud verricht. Verder verzorgt hij allerlei klusjes in en rond de school. De administratieve kracht, Mandy Jacobs, die ondersteunt met administratieve taken. 2 interieurverzorgsters, Zus Konings en Ida Beckers, die er voor zorgen dat de school er netjes en verzorgd uitziet.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
29
8.2
Groepsindeling 2013- 2014
Naam Ma Groep Cindy 1-2 A Straetemans
Di Cindy Straetemans
Woe Vervanging Hannie Lemmen
Marlies Mom Els Breukers Erichetta Rey Josien Houtvast Linda Urlings Lilianne van Montfort Emy Houben Rachel Holshuijsen Marc Schoutrop Mieke Dingelstad Huub Hoogtanders
Marlies Mom Els Breukers Erichetta Rey Josien Houtvast Linda Urlings Lilianne van Montfort Emy Houben Rachel Holshuijsen Marc Schoutrop Mieke Dingelstad Huub Hoogtanders
Lilian Kivits Els Breukers Linda Urlings Josien Houtvast Debbie Curfs Lilianne van Montfort Emy Houben Rachel Holshuijsen Marc Schoutrop Ans Schreurs Huub Hoogtanders
Groep 1-2 B Groep 1-2C Groep 3A Groep 3B-4A Groep 4B Groep 5A Groep 5B-6A Groep 6B Groep 7A Groep 7B-8A Groep 8B
Do Vervanging Hannie Lemmen Lilian Kivits Aniek Jacobs Erichetta Rey Josien Houtvast Debbie Curfs Lilianne van Montfort Emy Houben Nog in te vullen Anouk Creemers Ans Schreurs Huub Hoogtanders
Vr Vervanging Hannie Lemmen Lilian Kivits Els Breukers Erichetta Rey Josien Houtvast Debbie Curfs Lilianne van Montfort Emy Houben Nog in te vullen Marc Schoutrop Ans Schreurs Arno Niessen
Overige taken: Intern begeleider/ bouwcoördinator: onderbouw (cluster 1 en 2, groep 1 t/m 4) : Els Breukers, bovenbouw (cluster 3 en 4, groep 5 t/m 8) : Marc Schoutrop. Beiden zijn, op jaarbasis, gemiddeld twee dagen per week ambulant. Coördinator automatisering: Arno Niessen.
Eindverantwoordelijk Directeur, Ine Simons Heinsbergerweg 73 6061 AH Posterholt Tel. 0475-401992
8.3
De begeleiding en inzet van stagiaires van de Fontys Pabo Sittard
Als opleidingsschool geven we elk jaar aan studenten Pabo ruimschoots de gelegenheid om praktijkervaring op te doen, dit in samenwerking met Fontys Pabo Sittard. Dit gebeurt door middel van het concept duaal en werkplek gestuurd leren. Dit concept gaat ervan uit, dat de student het beste leert als hij van meet af aan volledig in de onderwijsorganisatie wordt geplaatst. Hij/zij wordt in de praktijk geconfronteerd met een bepaalde problematiek, bestudeert theorie die hierbij hoort en vertaalt deze in gerichte, succesvolle aanpak. Wij bieden studenten kansen praktijkervaring op te doen in onder- of bovenbouw zodat zij voor de afstudeerfase zo breed mogelijk met allerlei leeftijdsgroepen in aanraking zijn geweest.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
30
Als opleidingsschool onderschrijft het team de visie de studenten zoveel mogelijk kansen tot ontwikkeling te bieden, daarbij begeleiding en ondersteuning te ontvangen door enthousiaste en ervaren groepsleerkrachten. (mentoren) Het motto hierbij is: “van en met elkaar leren”. De persoonlijke ontwikkeling van de student wordt gevolgd door de schoolopleider, Maaike Vos. Tevens houdt zij intervisiegesprekken met de groep studenten waarbij een casus wordt ingebracht en vervolgens volgens een bepaald model het probleem nader verhelderd wordt. Zij ondersteunt ook mentoren in de begeleiding. Door scholing is zij vak- en begeleidingsdeskundig om studenten te stimuleren het beste uit zichzelf te halen. Tevens zijn er studenten uit overige opleidingen op onze school aanwezig. Zij worden alleen begeleid door de groepsleerkracht.
8.4
Scholing van leerkrachten
Ieder jaar stelt het team in een teamvergadering een nascholingsplan op. In dit plan wordt aangegeven welke onderdelen van ons onderwijs bijgesteld of verbeterd moeten worden. Zie hiervoor hoofdstuk 9.
9. De ontwikkeling van het onderwijs op "De Hovenier"
9.1
Een aantal jaren geleden zijn we gestart met “Adaptief Onderwijs”. Adaptief onderwijs wil zeggen: onderwijs dat aansluit bij de ontwikkelingsmogelijkheden en intelligenties van het individuele kind. Wij zetten in op hoge verwachtingen. Ieder kind krijgt kansen om zich op het eigen niveau optimaal te ontwikkelen. Leerlingen krijgen de lesstof aangeboden op een niveau dat aansluit bij hun ontwikkelingsmogelijkheden. Zelfstandig werken door leerlingen speelt hierbij een belangrijke rol. Leerlingen, die daar behoefte aan hebben, krijgen extra uitleg en instructie. Dit gebeurt o.a. aan de instructietafel die in elke groep aanwezig is. De andere leerlingen gaan dan zelfstandig met hun werk aan de slag. Verder hebben we de laatste jaren meerdere nieuwe methoden ingevoerd. De invoering van deze nieuwe methoden vergt veel voorbereiding en overleg van de leerkrachten. We willen blijven inzetten op kwaliteitsverbetering. Coöperatief leren krijgt op onze school in de groepen veel aandacht. Bij coöperatief leren zijn de leerlingen vanaf groep 3 in groepjes geplaatst en voeren ze gezamenlijk een opdracht uit, waarbij ook onderlinge taken zijn afgesproken. Dit coöperatief leren is speerpunt binnen het team m.b.t. leerlingenzorg in het kader van adaptief onderwijs. Deze aanpak sluit volledig aan bij de visie die we als team hebben over onderwijs. In onze visie staat immers niet de leerstof maar de kracht (sterkte) van ieder kind. Ook de meervoudige intelligentie bij kinderen is voor ons een aandachtspunt. We kijken steeds meer naar de zaken waar een kind goed in is om van daaruit tot ‘leren’ te komen. Uiteraard blijft de leerlingenzorg in het nieuwe schooljaar weer onze aandacht houden. Tijdens de leerlingbesprekingen en consultaties komt het accent te liggen op het werken met individuele handelingsplannen of groepsplannen. Het werken hiermee willen we nog verbeteren. Bovendien heeft de sociaal emotionele ontwikkeling van de leerlingen ook in het nieuwe schooljaar weer onze volledige aandacht, waarbij we vanaf november 2011 gebruik gaan maken van een methode voor sociaal emotionele ontwikkeling en waarbij we de sociaal-emotionele ontwikkeling volgen met een leerlingvolgsysteem, Viseon.
Jaarplan 2013-2014 (schoolontwikkelingsplan)
De volgende onderwerpen hebben het nieuwe schooljaar onze aandacht. De voornemens m.b.t. de ontwikkeling van de kwaliteit van ons onderwijs zijn gebaseerd op: De wekelijkse evaluatie van onderdelen uit het jaarplan in de bespreking van het MT en de tussentijdse evaluatie in het team van februari 2013 Een constant reflecteren op wat we doen. Doen we de goede dingen? Doen we deze dingen goed? Wat stellen we bij? Onderwerpen waaraan we in het schooljaar 2012 – 2013 gewerkt hebben en die nog verder uitgediept dienen te worden. De aangepakte missie en visie.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
31
Onderstaande punten uitvoeren in samenwerking met team en eventueel externen Techniek Team/ extern (Fontys) Lezen en taal gecombineerd met SLIMPLAN Team Structureren zorg Directie/ IB-ers/ extern (VKG) Planmatige aanpak Directie/ extern (VKG) Communicatie Team Professionele cultuur Team Van “groep onder de loep” naar groepsplan Team en externe (VKG) Sociaal-emotionele ontwikkeling Team Zelfstandig werken dag- en weektaken Team Differentiatie binnen de groep van HB tot individuele Team begeleiding Werken in clusters Team Maatjeswerk Team Nevenruimten Team Vergroten ouderbetrokkenheid Team Aanpak LEA Team Aanpak ICT Team Overleg voortgezet onderwijs Team Gebouwelijke aanpassingen Directie Bij alle punten richten we ons steeds meer op het neerzetten van kwaliteit. We werken eraan dat ons onderwijs voor al onze kinderen, niet alleen voor de gemiddelde leerling, maar ook voor de zwakkere en begaafdere leerling aantrekkelijk en uitdagend blijft. We willen kinderen motiveren en zorg dragen voor betekenisvol leren. Coöperatief leren, het werken aan zelfkennis, omgaan met eigen emoties en die van anderen, doelen stellen, reflecteren en evalueren zijn punten waar we veel aandacht aan willen besteden. Vaardigheden die nu van belang zijn, maar ook zeker in de toekomst. TECHNIEK Afgelopen jaar hebben we het project Vindplaats afgesloten. Dit project heeft een verdere positieve ontwikkeling in gang gezet. Vanuit dit project is een opstart gemaakt met experimenteerhoeken/ exploratiehoek in alle groepen. Op dit moment zien we dit terug binnen de clusters, waarbij de nadruk ligt op het ontwikkelen van een onderzoekende houding bij de kinderen. Bij het rekenen zien we een verdere uitbouw van de W&T inhoud bij de projectlessen. Ook is er een ‘Kijkkader” ontwikkeld dat ons ondersteunt om de lessen van W&T goed te kunnen neerzetten. Vanuit dit kader kunnen de lessen worden geëvalueerd. Komend jaar zal de ontwikkeling vooral gericht moeten zijn op: - Zorg dragen voor borging, doorgaande lijn en ontwikkeling. - Gestructureerd aan bod laten komen van W&T in de clusters met betrekking tot waarborging continuïteit. Het wordt een vast agendapunt tijdens de bouwvergadering om de doorgaande lijn te bewaken en te stimuleren. In de bouwwerkvergaderingen worden lessen gezamenlijk uitgewerkt en wordt de doorgaande lijn van groep 1 t/m 8 besproken. De bijeenkomsten met het team plannen we in ons jaaroverzicht om zorg te dragen voor continuïteit. - Nog meer inzet van W&T bij het rekenonderwijs en ons verder verdiepen in de integratie naar andere vakgebieden. - Samen met externen op zoek gaan naar hoe we W&T kunnen integreren binnen ons taalonderwijs en met name binnen de woordenschat. De taak van het MT in deze zal vooral gericht zijn op het bewaken en volgen van de ontwikkelingen, waarbij we ons steeds richten op de inhoudelijke aanpak, zorg dragen voor de evaluaties, financiële mogelijkheden worden mee genomen, coördinatoren worden gefaciliteerd en gestimuleerd om zaken, samen met het team, grondig neer te zetten en verder te ontwikkelen.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
32
Om alles goed te laten verlopen gaan de coördinatoren van W&T op gezette tijden observeren binnen de groepen om de doorgaande lijn te kunnen bewaken en indien nodig zorg te dragen voor individuele ondersteuning. SLIMPLAN De coöperatieve werkvormen worden in alle groepen gebruikt. De borging en doorgaande lijn vragen nog aandacht. We zetten komend jaar in op het schoolbreed afspreken van werkvormen en met welk doel ze worden ingezet. Een leerkracht maakt een planning voor komend schooljaar om hiermee samen met het team aan de slag te gaan. Hierbij zetten we vooral in op: gebruik bepaalde werkvormen binnen cluster, het doelgericht inzetten van werkvormen, maatjeswerk e.d. Er vinden in de groepen observaties door leerkracht en directeur plaats. LEZEN EN TAAL De methode ‘Speelplezier’ is bij de kleuters ingevoerd. Het komend jaar wordt vooral aandacht besteed aan het bieden van de juiste zorg, aan de registratie van zorg en de juiste aansluiting naar groep 3. Voorwaarden voor aanvankelijk lezen moeten duidelijk zijn. Lezen en taal blijft voor ons een aandachtspunt. We blijven zoeken naar aanpakpunten voor verbetering van ons onderwijs. Komend jaar starten we binnen groep 3 met een nieuwe methode. We kiezen voor Veilig Leren Lezen. De daarop volgende jaren willen we een leesmethode gaan invoeren vanaf groep 4. Om goed te kunnen aansluiten bij onze nieuwe methode van lezen zullen we voor het nieuwe schooljaar nog een keuze moeten maken voor een passende schrijfmethode. Komend jaar zetten we ons taal-leesplan duidelijk neer. Een aantal leerkrachten gaan hiermee aan de slag. Ze maken een plan van aanpak om dit samen met het team op te stellen. We zetten vanuit elke groep doelen neer voor 2013-2014 om duidelijk te krijgen welke aanpak binnen onze school nodig is om elk kind op het juiste niveau te krijgen. Vanuit deze gegevens stellen we binnen elk clusterplan de leesvormen vast, die vervolgens in het schooloverzicht komen. Met woordenschat hebben we afgelopen jaar een fundament neergelegd. We hebben gewerkt vanuit “Met woorden in de weer” van Verhallen ed. Komend jaar gaan we hiermee verder. Een leerkracht plant hiervan de aanpak. Het dyslexieprotocol vraagt nog schoolbrede aanpak. We besteden komend jaar niet alleen aandacht aan de juiste afname en de interpretatie van die gegevens, maar zetten vooral in op het plegen van de goede interventies. We gaan op vaste momenten overleg hierover plannen. Het is in ieder geval duidelijk dat we komend schooljaar starten met de Cito toets Begrijpend Luisteren. Het werken met de taalmethode vraagt ook teambrede aanpak. Tijdens de evaluatie van de methode vielen een aantal zaken op en werd duidelijk dat er in bepaalde groepen dingen worden aangepast. We leggen afspraken op schoolniveau vast. Op dit moment bezinnen we ons op het omruilen van de methode voor de nieuwste versie. Begrijpend lezen vraagt ook onze continue aandacht. Komend jaar gebruiken we nieuwsbegrip XL. Daarnaast willen we komend schooljaar lessen vanuit het ‘hulpboek begrijpend lezen van Cito’ gaan gebruiken. Als MT zetten we in op volgen en bewaken van de ontwikkeling. We doen observaties binnen de groepen, maar bieden daarnaast ook de mogelijkheid dat leerkrachten bij elkaar gaan kijken. Verder worden de besprekingen goed gepland binnen het jaarplan. STRUCTUREREN ZORG We werken al een aantal jaren vanuit: de KRACHT van het kind, de KRACHT vanuit de groep en de KRACHT vanuit de leerKRACHT Komend jaar wordt dit verder uitgebouwd en wordt gezamenlijke verantwoording neergezet. Er wordt nog meer ingezet op eenduidigheid, duidelijkheid en structuur binnen de zorg. We hebben een opstart gemaakt met een handboek, waarin alle afspraken omtrent zorg te vinden zijn. Dit is duidelijk gecommuniceerd met het team. Ook zijn er ‘zorgklappers’ van de IB-ers waar alle belangrijke gegevens in te vinden zijn van de zorg en van de zorgleerlingen van een bepaald jaar. We blijven inzetten op eigen ontwikkeling en professionaliteit van de IB-ers.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
33
Afgelopen jaar hebben IB-ers en directie zich meer gericht op de groepen. De observaties waren cyclisch vastgelegd in een jaarplan. De bespreking van de observaties is als belangrijk ervaren. Het benoemen van de KRACHT en de daaraan verbonden ontwikkelpunten zijn als prettig en stimulerend ervaren. Het is belangrijk dit te continueren. De leerlingbespreking is een vast onderdeel in de bouwvergadering Vanuit onze leerlingpopulatie kijken we naar de doelen die wij als school stellen. Vervolgens wordt er samen met de leerkrachten gekeken naar wat dit betekent voor het stellen van de doelen binnen de groep. Daarna wordt ook gekeken naar wat dit betekent voor de individuele leerling. Het werken met het groepsdocument en groepsoverzicht in “Groep onder de loep” is goed neergezet. Het invullen en de bespreking ervan gebeuren 2x per jaar. Het ‘Groepsplan’ is afgelopen jaar in gebruik genomen voor taal, lezen en rekenen. Zowel “Groep onder de loep” en het ‘groepsplan’ worden meegenomen bij de bespreking in de overdracht. De kinderen, die een grotere achterstand hebben op een of meerdere vakgebieden gaan werken vanuit een I.O.P. We blijven inzetten op de gezamenlijke verantwoordelijkheid. Dit betekent dat we duidelijk moeten blijven communiceren, afspraken moeten vastleggen, controleren in de groepen en op vaste momenten moeten reflecteren met het team. De IB-ers blijven samen met VKG de zorg verfijnen. PLANMATIGE AANPAK DOOR DIRECTIE De directie werkt vanuit doelen aan kwaliteitsverbetering. De zorg voor kwaliteit staat voor zowel directie als team zeer hoog. Het team geeft aan dat men vindt dat de directie de zaken op orde heeft en dat men het gebruik van de coöperatieve werkvormen tijdens de teambijeenkomsten als prettig ervaart. Inzet op reflectie en transparantie blijft belangrijk. Welke goede dingen kunnen we doen en doen we die dingen goed. Bewust zijn van aanpak, van oorzaak, gevolg en vervolg en structureel plannen in deelstappen. De PDCA-cirkel steeds neerzetten en volgen. Afstemming zal goed moeten blijven lopen. Overleg MT is transparant. Leerkrachten vinden de actielijst op netwerk. Directie wil samen met VKG blijven “sparren” over aanpak en veranderingsprocessen om daardoor nog planmatiger zaken neer te kunnen zetten. COMMUNICATIE Communicatie is een blijvend punt van aandacht. Op elk vlak is open communicatie mogelijk, zowel in team, bouw als cluster. Het blijft belangrijk elkaar aan te spreken op het neerleggen van zaken op de plek waar het hoort. We hebben hierin allemaal een voorbeeldfunctie en verantwoordelijkheid. Een belangrijke regel die we steeds toepassen is: “Praten doen we met elkaar en niet over elkaar." Het blijft een punt van aandacht dat alle informatie op de juiste plek terecht komt. We willen er als team zorg voor dragen dat alles transparant is en zichtbaar blijft binnen onze ontwikkeling en het neerzetten van kwaliteit. PROFESSIONELE CULTUUR We gaan met elkaar om op gelijkwaardige voet. Ieder wordt aangesproken op wat hij/ zij kan, op zijn/ haar KRACHT. Ieder spreekt voor zichzelf en men spreekt elkaar aan op gedrag, met respect voor ieder. In onze professionele cultuur wil ieder blijven inzetten op kwaliteit en ontwikkeling en stelt ieder voor zichzelf leerdoelen en is er sprake van een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Er zullen hierbij soms risico’s genomen moeten worden. De leiding zal op alle niveaus blijven werken aan de ontwikkeling van respect voor elkaar. Er is transparantie en duidelijkheid. Naast de wekelijkse team- en/of bouwvergadering vinden er wekelijks clusterbesprekingen en parallelbesprekingen plaats. Er zijn werkbesprekingen en actielijsten. Bij deze besprekingen wordt al gebruikt gemaakt van elkaars kwaliteiten. We blijven zoeken naar de KRACHTEN die binnen ons team aanwezig zijn en naar welke KRACHTEN zeker nog ontwikkeld moeten worden. We zetten ook in op het uitdiepen van elkaars kwaliteiten en zoeken ernaar KRACHTEN meer te bundelen. Dit zal verder vorm moeten krijgen in een doorgaande lijn. Ontwikkelen blijft belangrijk, maar ook de verantwoordelijkheid, schoolbreed, zal door ieder gedragen moeten worden. De organisatiestructuur binnen de school is zichtbaar en transparant en ook hier zien we open communicatie terug op alle vlakken en in alle lagen.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
34
VAN “GROEP ONDER DE LOEP” NAAR GROEPSPLAN ‘Groep onder de loep’ wordt door ieder 2x per jaar ingevuld, besproken met de IB-er en als zinvol ervaren. Het format vraagt blijvende aandacht. We dragen er zorg voor het steeds gebruiksvriendelijker en overzichtelijker te maken. De gegevens van het Cito LOVS nemen we mee bij rapportage. Vanuit de gegevens wordt het ‘Groepsplan’ opgesteld. Dit wordt gedaan voor spelling, lezen en rekenen. Hierin staan duidelijk de 3 niveaus vermeld. ‘Groep onder de loep’ en ‘Groepsplan’ worden overgedragen aan de volgende groep. SOCIAAL-EMOTIONELE ONTWIKKELING VISEON wordt schoolbreed gebruikt. Afgelopen jaar hebben we samen met het team en externe ondersteuning gekeken naar Viseon om te komen tot eenduidigheid in aanpak. Bij de start van het schooljaar wordt Viseon ingevuld voor alle leerlingen en door de leerlingen vanaf groep 6. De 2e afname gebeurt bij leerlingen met een D- en E-score, of bij leerlingen waarvan de leerkracht of IB-er denkt dat het belangrijk is om een nieuwe afname te doen. We hebben dit jaar ervaren dat het heel belangrijk is om de gegevens goed te interpreteren binnen elke groep. We hebben daarvoor een stappenplan ontwikkeld, dat gebruikt wordt bij de bespreking tussen leerkracht en IB-er. Methode SEO “Goed Gedaan” is vorig schooljaar aangeschaft. We hebben afgelopen jaar ingezet op een goede implementatie hiervan. Schoolbreed zijn dezelfde lessen aangepakt. Tijdens bouwbesprekingen hebben er op gezette tijden evaluaties plaats gevonden. Komend jaar dragen we er zorg voor dat de ouderbrieven op Isy worden geplaatst. De regels en afspraken binnen onze school zullen steeds bekeken moeten worden, zichtbaar gemaakt moeten worden en door ieder worden nageleefd. Het pesten blijft onze continue aandacht vragen. We werken nu met de ‘Dat mag niet’ klapper. Komend jaar bespreken we hoe we het pestgedrag binnen onze school nog verder kunnen ‘indammen’. ZELFSTANDIG WERKEN EN DAG- EN WEEKTAKEN Het zelfstandig werken is zichtbaar binnen onze school. De dagplanning in alle groepen en de weektaken in de bovenbouw zijn zichtbaar, net zoals de extra opdrachten. Het blijft belangrijk om dit schoolbreed in doorgaande lijn neer te zetten. Evaluaties en duidelijke afspraken hierover zijn een ‘must’. Bespreking met de kinderen wordt als heel belangrijk gezien. De evaluaties van de lessen vormen een onderdeel van het werken volgens het directe instructiemodel. (DIM) We zijn er ons terdege van bewust dat leerkrachten het verschil maken in het onderwijs. We blijven daarbij kijken welk instructiegedrag nodig is om de beste prestaties bij leerlingen boven te krijgen. Goed en succesvol onderwijs vereist ook een zorgvuldige planning van alle instructiefasen van de les. Het werken vanuit het DIM-model vraagt blijvende aandacht. De groepsklapper is een vast onderdeel in elke groep. Daarin zijn de afspraken te vinden van elke groep, de weekplanning en de belangrijkste zaken die iedere leerkracht moet weten. De instructietafel wordt in elke groep gebruikt tijdens het zelfstandig werken en iedere leerkracht zal in dagplanning moeten aangeven op welke momenten de instructietafel wordt ingezet. Komend jaar wordt nog meer ingezet op doorgaande lijn zelfstandig werken en op het gebruik van week/dagplanning en kieskaart. DIFFERENTIATIE BINNEN DE GROEP van HB TOT INDIVIDUELE BEGELEIDING We gaan uit van de KRACHT van ieder. Alle leerkrachten vullen 2x per jaar ‘Groep onder de loep’ in. De eerste keer gebeurt dit in september/november. De tweede keer wordt dit ingevuld in april/mei. Na invulling volgt een bespreking met de IB-er. Bij dit gesprek is eventueel de directie aanwezig. Na ‘Groep onder de loep’ gaan we aan de slag met ‘Groepsplan’. Hier staan duidelijke doelen vermeld. Het ‘Groepsplan’ lezen, rekenen en spelling is verder uitgewerkt in 3 niveaus. Bij de kleuters is uitgewerkt taal, rekenen en spel. Het werken vanuit de 3 niveaus is zichtbaar in de groep. Werken met IOP gebeurt alleen bij hoge uitzondering, omdat we alle leerlingen het groepsproces willen laten volgen. De kinderen met een IOP staan in het schooloverzicht. De IB-er draagt zorg voor structurele evaluatie en bijstelling, dit gebeurt op gezette tijden.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
35
Op dit moment werken een aantal kinderen met een individueel handelingsplan als er specifieke aanpak nodig is binnen een bepaald gebied. Het individuele handelingsplan is in aanpak duidelijk en overzichtelijk en het wordt structureel geëvalueerd en bijgesteld. Gelijke tijden op rooster wat betreft lezen, taal en rekenen continueren we om zo mogelijkheden te scheppen voor het volgen van instructie binnen een andere groep. We hebben de mogelijkheid dat kinderen kunnen doorstromen naar een hogere groep. Dit is altijd na een gedegen onderzoek en in overleg met onze HB-functionaris. De inzet van de juiste materialen blijven we goed blijven. Ook richten we ons op de afspraken vanuit onze protocollen. Er vindt teamscholing plaats in kennis betreffende differentiatie. WERKEN IN CLUSTERS Het clusteroverleg heeft een goede ontwikkeling doorgemaakt afgelopen jaar. Er wordt gewerkt met cluster coördinator. Elk cluster overlegt 1x per week. Er wordt gewerkt met agenda en afsprakenlijst. De afwezige duopartner wordt geïnformeerd door de aanwezige duopartner. Op de agenda van de bouwvergadering is de terugkoppeling van het cluster een vast agendapunt, dit om de doorgaande lijn te waarborgen. De inzet is komend jaar weer gericht op leren van en met elkaar en op de doorgaande lijn binnen school. Samen de verantwoordelijkheid dragen binnen de ruimte van zelfverantwoording is een belangrijk aandachtspunt. Komend jaar wordt op vaste momenten overleg gepland tussen clustercoördinatoren en directie. MAATJESWERK We blijven inzetten op maatjeswerk en op leren van en met elkaar. De leerkracht zal zelf de verantwoordelijkheid moeten nemen hierin. Ieder zal zelf moeten aangeven bij het MT als hij/zij wil observeren bij ‘maatje’. De directie blijft stimuleren en waar mogelijk faciliteren. Komend jaar stimuleren dat de leerkracht een collega uitnodigt om te komen kijken in zijn/ haar groep. NEVENRUIMTEN Het team zet steeds meer in op gezamenlijkheid. Ieder cluster heeft de verantwoordelijkheid over de aangrenzende nevenruimten. In overleg wordt gekeken naar manieren om hier structuur in aan te brengen en hoe we het kunnen inzetten. Ieder is verantwoordelijk voor en kan aangesproken worden op het opruimen van de nevenruimten. Er zijn duidelijke afspraken over het gebruik en over de gedeelde verantwoordelijkheid van deze ruimten. Het is belangrijk dat er vanuit rust gewerkt kan worden, zowel binnen als buiten de groep. Leerkracht blijft de groep controleren die buiten de groep werkt. Algemene ruimten zoals de bergingen verdienen blijvende aandacht van alle collega’s. VERGROTEN OUDERBETROKKENHEID Blijft constant punt van aandacht. We zijn er ons van bewust dat voor de ontwikkeling van kinderen goed partnerschap tussen de school en de ouders belangrijk is. We blijven zoeken naar mogelijkheden om dit goed vorm te geven en verder uit te bouwen. Om ouders goed te informeren maken we gebruik van Isy. Dit informatiesysteem wordt verder uitgebouwd. We zijn zoekende naar mogelijkheden om ouders meer te betrekken bij school en blijven inzetten op laagdrempeligheid. We nemen dit ook mee in de bespreking met MR en KOM. Komend jaar zetten we thema’s voor ouders op Isy. Ook de ouderbrieven van “Goed Gedaan” verspreiden we via Isy. AANPAK LEA Samenwerking met verenigingen verloopt positief. Afgelopen jaar hebben we naast de muziekverenigingen ook contact gelegd met de andere verenigingen binnen het dorp. Samen met de verenigingen zijn we gaan bekijken of we vanuit de subsidiegelden (Combivouchers) projecten kunnen neerzetten, passend binnen ons onderwijsconcept. Het project MuziKidz blijft positief verlopen en we zoeken komend jaar weer naar mogelijkheden om muziek binnen de school goed neer te zetten. We blijven zoeken naar samenwerking met bv: ZAT, PSZ, bieb.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
36
AANPAK ICT De meeste groepen werken met digitaal bord. De kleuters kunnen gebruik maken van verrijdbaar bord. De ICT-er ondersteunt leerkrachten met het gebruik van het bord. Het digitaal (ver)werken vraagt nog aandacht. We kijken komend jaar goed naar hoe we dit vorm geven, zeker wat betreft het Cito LOVS. De opvolging van onze ICT-er is een groot aandachtspunt. OVERLEG VOORTGEZET ONDERWIJS De overlegsituaties worden komend jaar nog duidelijker vastgelegd. Contact met Connect College verloopt open en positief. Besprekingen met andere scholen kunnen nog verder worden uitgebouwd. Coördinator bovenbouw is bij alle besprekingen en wordt op de hoogte gehouden van gemaakte afspraken. De overdracht verloopt webbased met een digitaal dossier. De overdrachtsformulieren worden voordat ze definitief worden gemaakt bekeken door en besproken met IB-er en directie. Verder zal er meer gecommuniceerd moeten worden met het team, omdat het duidelijk is dat betrokkenen in deze te weinig kennis hebben. Ook werken we aan een duidelijk beeld betreffende aansluiting van het onderwijs bij het VO. GEBOUWELIJKE AANPASSINGEN Aanpassingen die nodig zijn nemen we mee in aanpak. Directie blijft dit volgen, ook toekomstgericht, dit in relatie tot behoefte gebruik gebouw. Vooral lichtwering en verduistering (digiborden) en luchtregeling/ klimaatbeheersing blijven grote punten van aandacht en vragen aanpassing op korte termijn.
9.2 Zorg voor de relatie school en omgeving Onze school is een onderdeel van het samenwerkingsverband Roermond en omstreken. Hierdoor is er veel contact tussen onze school en andere basisscholen en scholen voor speciaal onderwijs. Een coördinerende rol bij dit alles is weggelegd voor de onderwijsbegeleidingsdienst (Veerkrachtgroep en/of andere). Verder heeft de school regelmatig contact met de Pabo i.v.m. stagiaires en is er frequent overleg met de GGD m.b.t. een gezonde ontwikkeling van onze leerlingen op velerlei gebied.
Samenwerking bibliotheek en school Lezen is zeer belangrijk voor kinderen. Door te lezen ontwikkelt het kind zijn taalvermogen. In schooljaar 2013-2014 wordt een schoolbibliotheek gerealiseerd. Het lenen van boeken is gratis.
Samenwerking met de gemeente Op het gebied van lokaal onderwijsbeleid is er regelmatig overleg met elkaar. Samen is de Lokaal Educatieve Agenda (LEA) opgesteld, waarin een aantal punten zijn opgenomen, waaraan we dit schooljaar werken, zoals: 1. actief werken aan sociale competenties, weerbaarheid en burgerschap, 2. ontwikkelen van laagdrempelige toegang tot informatie over opvoeden en opgroeien, 3. ontwikkelen van, op preventie gerichte, ondersteuning van ouders bij opgroei- en opvoedproblemen, 4. verder ontwikkelen van goede overdracht tussen consultatiebureau, PSZ, Kinderopvang, basisschool en voortgezet onderwijs, 5. deelname van andere instellingen in overleg over risicoleerlingen, 6. verder ontwikkelen van al opgebouwde zorgstructuren ten behoeve van kinderen met speciale ondersteuning, 7. verder ontwikkelen van de samenwerking met de plaatselijke verenigingen, gericht op het kind. Ook op het gebied van milieu-educatie is er een goed contact met de gemeente. De gemeente functioneert ook als coördinator bij projecten als “Boomplantdag” en bij het MOP-project (Milieu Ontmoetings Programma), het jeugdverkeersexamen, het natuur-adoptieproject (paddenpoel) en het VEBO-project (Verkeers Educatie Basisonderwijs).
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
37
10. Contacten tussen school en ouders 10.1
Ouderavonden en “Open Dag”
Jaarlijks worden er diverse ouderavonden georganiseerd. Soms voor alle ouders, soms voor een gedeelte van de ouders. We hebben een klassikale informatieavond in het begin van het schooljaar. U kunt dan kennismaken met de leerkracht van uw kind en ontvangt informatie over de lesstof, materialen en werkwijzen. Tevens kunt u veel informatie vinden op onze website www.bsdehovenier.nl Daarnaast vinden we het belangrijk om u op de hoogte te houden over de vorderingen en resultaten van uw kind op school. Hiervoor zijn in de loop van het schooljaar ouderavonden gepland (“15-minuten -gesprekken“). U hoort te zijner tijd op welk moment u kunt aangeven welke avond voor u het meest geschikt is.
10.2 Informatieplicht aan de ouders We gaan op school op een bepaalde manier om met het informeren van ouders over hun kinderen. Ieder ouder heeft in principe recht op informatie van de school over zijn of haar kind. Dat is ook het uitgangspunt bij ons op school. Er zijn echter wel verschillen. De ene ouder heeft recht op meer informatie dan de andere. (Een enkeling heeft zelfs helemaal geen recht op informatie) Dat heeft te maken met de wettelijke hoedanigheid waarin ouders verkeren. Voor ouders die met elkaar getrouwd zijn of samenwonen en die het gezag over hun kinderen hebben, is de situatie het makkelijkst. Zij krijgen steeds gezamenlijk alle informatie over hun kind. Voor ouders die gescheiden zijn, die niet meer bij elkaar wonen maar wel het gezag hebben, ligt het niet anders. Zij hebben allebei recht op alle informatie over hun kind. Ouders die geen gezag (meer) hebben over hun kind, hebben ook recht op informatie over hun kind, in dit geval is het recht op informatie beperkt. De ouder zal daar echter wel zelf om moeten vragen. De school hoeft uit zichzelf geen informatie te geven aan deze ouders. Als het gaat om de vader, moet deze bovendien het kind hebben erkend, anders heeft hij helemaal geen recht op informatie, ook niet als hij erom vraagt. Met betrekking tot het voorgaande heeft de ouder alleen recht op informatie over belangrijke feiten en omstandigheden, dus informatie over schoolvorderingen en evt. sociaal-pedagogische ontwikkelingen op school. In bepaalde gevallen hebben de ouders geen recht op informatie. Dit kan het geval zijn indien een rechter of psycholoog heeft geoordeeld dat het geven van informatie aan een ouder het kind zal schaden. Er zijn kinderen bij ons op school, waarvan de ouders niet bij elkaar wonen. Wij vinden het belangrijk om beide ouders goed te informeren over de ontwikkeling van hun kind of kinderen. Voorwaarde is natuurlijk wel dat beide ouders zelf hun verschillende adressen kenbaar maken aan de directeur. Aan beide ouders wordt dan de volgende informatie verstrekt: de schoolgids, het rapport en de uitnodiging voor de ouderavonden. Deze informatie wordt in tweevoud aan het kind meegegeven. Als één van de ouders dit anders wil, kan hij of zij contact opnemen met de directeur. Hierbij wordt aangetekend, dat voor een ouderavond beide ouders worden uitgenodigd voor een gezamenlijk gesprek en dat we het als school wenselijk vinden als beide ouders aanwezig zijn. Alleen in bijzondere gevallen kan hiervan worden afgeweken. Het originele rapport wordt altijd aan het kind verstrekt en het kind krijgt één kopie mee als ouders niet meer op één adres wonen. Alle overige informatie wordt aan het kind in enkelvoud meegegeven. Op verzoek wordt de overige informatie ook aan de ouder verstrekt waar het kind op dat moment niet woont.
10.3
Schoolregels
Overal waar mensen samenleven zijn afspraken en regels onvermijdelijk. Achter die regels zitten doelen, die we samen willen bereiken. Afspraken zijn onder andere nodig voor de goede gang van zaken en voor de veiligheid van de kinderen. Daarom willen we de volgende punten onder uw aandacht brengen.Voor een goede gang van zaken in de groep, is het belangrijk een aantal duidelijke afspraken met de leerlingen te maken. De bedoeling van die afspraken en regels is dat ze van de klas een omgeving maken waar leren optimaal kan plaats vinden en waar kinderen zich veilig voelen. Als basis worden onder andere de volgende schoolregels gebruikt:
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
38
Voor groot en klein zullen we aardig zijn. De school is van binnen een wandelgebied, buiten hoeft dat lekker niet. We zullen goed voor de spullen zorgen, dan zijn ze weer te gebruiken morgen. Als ik of een ander een regel zou vergeten… laten we dat elkaar weten
10.4 Schoolverslagen (rapporten) Omdat er een groot verschil zit in het aantal lesdagen voor het kerst,- paas- en overgangsrapport, hebben we besloten om het schooljaar in 3 evenredige perioden te verdelen van ongeveer 13 weken (zie activiteitenkalender op website). De kinderen van groep 1 en 2 hebben een portfolio. Vanaf groep 3 krijgen de leerlingen 3 maal per jaar een rapport en/of woordverslag mee naar huis. Rond de periode van het eerste en tweede rapport worden de ouders/verzorgers van de kinderen in alle groepen uitgenodigd voor het voeren van een 15 minuten-gesprek. Bij het laatste rapport kunnen gesprekken plaats vinden op uitnodiging van de leerkracht of op verzoek van de ouders/verzorgers.
10.5
Ouder-enquête
In het schooljaar 2010-2011 hebben we een onderzoek gehouden over de kwaliteit van het onderwijs op onze school. Dit onderzoek is door alle scholen van de Stichting Swalm en Roer gehouden. Op onze basisschool hebben 86 van de 189 ouders/verzorgers aan het onderzoek deelgenomen. Genoemde getallen laten een responspercentage zien van 46% dat voldoende hoog is om van representatieve resultaten te kunnen spreken. De uitkomsten van het onderzoek, waaraan ook is deelgenomen door management, leerkrachten en kinderen, leveren onze school een aantal “ontwikkelvragen” op waaraan we, naast een aantal andere zaken, de komende jaren zeker de nodige aandacht zullen schenken. De in te vullen vragen hadden betrekking op een zestal verschillende onderdelen: Onderwijs en leren, Leiderschap, Bedrijfsvoering, Cultuur, Personeel en Verwachtingen. Onderstaand ziet u een samenvatting per genoemd onderdeel. Onderwijs en leren. Over de lessen en de begeleiding van de leerlingen zijn het management, lesgevend personeel, de ouders en leerlingen tevreden tot zeer tevreden. De leerlingen beoordelen de mate waarin zij leren samen te werken met andere leerlingen en de mate waarin zij structureel de gelegenheid krijgen om elkaar te helpen, hoger dan het landelijk gemiddelde. Wel geven de leerlingen aan, minder tevreden te zijn over de mate waarin ze geprikkeld worden tot nadenken en over de mate waarin ze geprikkeld worden om tot leervragen te komen. De mate waarin de school aandacht besteedt aan actuele thema’s wordt relatief hoog beoordeeld door het management en de leerlingen, de aandacht voor de verschillende geloven en culturen krijgt van de ouders en van het lesgevend personeel een relatief lage score. De ouders en het management zijn ten opzichte van het landelijk gemiddelde zeer tevreden over het gebruik van computers. De wijze waarop de school omgaat met toetsen leidt tot tevredenheid. De ouders geven een hoge beoordeling voor de mate waarin zij een onderzoek naar de belangstelling bij de ouders voor een continurooster als wenselijk ervaren. Leiderschap. Alle groepen zijn zeer tevreden over de mate waarin de directie aanspreekbaar is en over de mate waarin de directie op de hoogte is van de gang van zaken op school. Bedrijfsvoering. Over de huisvesting en over de opgeruimde indruk die de school maakt, zijn alle groepen zeer tevreden. De leerlingen zijn ten opzichte van de andere groepen minder te spreken over de mate waarin het sanitair regelmatig wordt schoongemaakt. De leerlingen zijn ten opzichte van het landelijk gemiddelde minder tevreden ten aanzien van de schoolkeuzevoorlichting voor de leerlingen en ouders. De ouders geven aan, relatief goed op de hoogte te zijn van de klachtenregeling. Cultuur. De ouders en de leerlingen geven aan, tevreden te zijn met betrekking tot de sfeer en de sociale omgang. Alle groepen zijn zeer te spreken over de mate waarin de leerkrachten respectvol met de leerlingen omgaan. De veiligheid wordt positief beoordeeld, het management is ten opzichte van de andere groepen minder te spreken over het toezicht tijdens het overblijven.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
39
Management en personeel geven aan dat de mening van de leerlingen relatief minder meetelt op school. De ouders zijn gemiddeld tevreden over de mate waarin zij voldoende betrokken zijn bij de school. Personeel. De ontwikkelingsmogelijkheden worden goed beoordeeld. Ten aanzien van het overleg en de medezeggenschap is het lesgevend personeel ten opzichte van de andere groepen minder tevreden. Het lesgevend personeel is ten opzichte van het landelijk gemiddelde minder tevreden over de mate waarin besluitvorming zorgvuldig plaatsvindt, over de taakverdeling en over de taakbelasting. Verwachtingen. De ouders zijn tevreden over hun keuze voor de school. Volgens hen maakt de school de verwachtingen waar en de ouders raden ook andere ouders aan om voor de school te kiezen. Tijdens de komende schoolplanperiode, van 2011 tot 2015, werken we aan de onderdelen die onder het landelijk gemiddelde gescoord hebben en aan een aantal zaken waarover we, ondanks een gemiddelde of bovengemiddelde score, van mening zijn dat ze nog verbetering behoeven. Concrete aanpakpunten vindt u terug in de “veranderingsparagraaf”, het Jaarplan, hoofdstuk 9.1
10.6
Huiswerk
Soms krijgt uw kind wel eens huiswerk mee om thuis nog eens extra te oefenen of omdat het zijn werk in school niet binnen de gestelde tijd af had. Vanaf groep zes krijgt iedereen huiswerk. Als er reden is om het huiswerk niet te maken, wilt u dan a.u.b. een handtekening zetten op de plaats waar het werk gemaakt moest worden, zodat we weten dat u het werk gezien heeft en we hierover met u contact kunnen opnemen.
10.7 Informatie via Isy Tijdens het schooljaar zijn er een aantal momenten dat we informatie voor u hebben, hetzij voor de ouders/verzorgers van alle kinderen of voor de ouders/verzorgers van één of meerdere groepen. Die informatie plaatsen we op Isy, een digitale informatiemogelijkheid waarvoor elke ouder een inlogcode krijgt. Zo proberen we u op de hoogte te houden van de belangrijkste gebeurtenissen op school. Verder wordt regelmatig op de website informatie aan ouders verstrekt. Op Isy worden mededelingen en artikelen geplaatst over onderwerpen die betrekking hebben op het onderwijsgebeuren.
10.8
Poort onderbouw (naast sporthal)
Tijdens de lesuren is normaal gesproken ook de poort voor de onderbouw (naast de sporthal) geopend. Mocht de poort na de lesuren gesloten zijn, dan kan gebruik worden gemaakt van de hoofdpoort aan de Sportlaan.
10.9
Schooltijden
De schooltijden van onderbouw en bovenbouw beginnen en eindigen gelijk. Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag
08.30 uur - 12.00 uur 13.15 uur - 15.15 uur 08.30 uur - 12.00 uur 13.15 uur - 15.15 uur 08.30 uur - 12.30 uur Vrij 08.30 uur - 12.00 uur 13.15 uur - 15.15 uur 08.30 uur - 12.30 uur Vrij
Elke morgen is er pauze van 10.15 uur - 10.30 uur voor de groepen 3 tot en met 8 en van 10.30 uur - 10.45 uur voor de groepen 1 en 2. Elke morgen en middag gaat om 8.25 uur en 13.10 uur de eerste bel, waarbij de leerlingen naar binnen gaan. Het is de bedoeling dat alle kinderen dan aanwezig zijn. Om 8.30 uur en om 13.15 uur beginnen de lessen. De leerlingen worden niet eerder op de speelplaats verwacht dan 15 minuten voordat de
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
40
lessen beginnen. Dit geldt ook voor de middagpauze! Vanaf die tijd is er ook pas toezicht. Vanaf het moment dat het toezicht begint, is het ook de bedoeling dat de kinderen op de speelplaats zijn en niet buiten de poort blijven staan. Bij regenweer is de school 15 minuten voor de aanvangstijd van de lessen open en kunnen de leerlingen rechtstreeks naar binnen gaan.
10.10
Vakanties en vrije dagen in schooljaar 2013-2014
Vakanties. Herfstvakantie van Kerstvakantie van “Voorjaars”vakantie van Meivakantie van Zomervakantie van
maandag maandag maandag maandag maandag
14-10-2013 tot en met vrijdag 23-12-2013 tot en met vrijdag 03-03-2014 tot en met vrijdag 28-04-2014 tot en met vrijdag 14-07-2014 tot en met vrijdag
18-10-2013. 03-01-2014. 07-03-2014. 09-05-2014. 22-08-2014.
Vrije dagen/middagen: Najaarskermis, voor team studiedag, maandag 25 november 2013. Vrijdag 6 december Sint Nicolaas, is afspraak op stichtingsniveau. Goede Vrijdag 18 april 2014. Paasmaandag 21 april 2014. Hemelvaart 29-05-2014 tot en met 30-05-2014. Pinksteren, maandag 9 juni 2014. Zomerkermis, maandag 16 juni 2014, voor team teamdag. Kinderen ook vrij op: Nog in te plannen op datum: 1 woensdag voor studie, is studiedag voor alle werknemers van Swalm&Roer, datum bij start schooljaar 2013-2014 nog niet bekend. Ouders worden meteen geïnformeerd op het moment dat de datum bekend is. Beschikbaar aan uren: 1281,50 uur Vrije uren: 337,50 uur Lesuren: 944,00 uur Urenberekening vakanties en vrije dagen. Omschrijving Alle groepen Beschikbaar 1281,50 u. Vakanties 294,00 u. Restant 987,50 u. Najaarskermis, team studie, 25-11-2013 5,50 u. Sint, vrijdag 06-12- 2013 4,00 u. Goede Vrijdag 18-04-2014 4,00 u. Pasen, maandag 21-04-2014 5,50 u. Hemelvaart 29-05-2014 t/m 30-05-2014 9,50 u. Pinksteren, maandag 09-06-2014 5,50 u. Zomerkermis, 16-06-2014 5,50 u. Studiedag Swalm en Roer, datum? 4,00 u. Totaaltelling vrije dagen/uren Lesuren schooljaar 2013-2014
10.11
43,50 u. 944,00 u.
Extra verlof en voorkoming van schoolverzuim:
De ouders/verzorgers van leerplichtige leerlingen (vanaf 5 jaar) worden vriendelijk verzocht zich te houden aan de schoolvakanties en vrije dagen. We voeren op school een terughoudend beleid in het, op schriftelijk verzoek van de ouders, verlenen van toestemming voor schoolverzuim i.v.m. bijzondere gebeurtenissen of het afwijken van het vakantierooster.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
41
Alle extra verlofaanvragen moeten dan ook schriftelijk worden aangevraagd en mondeling worden toegelicht. Bij verhindering i.v.m. belangrijke omstandigheden kan de directeur na een tijdige, schriftelijke aanvraag, verlof verlenen, zie hiervoor hoofdstuk 4, punt 5.
10.12
Gymnastiek/bewegingsonderwijs
De groepen 1 en 2 krijgen regelmatig bewegingsonderwijs in de speelzaal van onze school. De kinderen hebben hiervoor gymschoenen nodig. Zet u s.v.p. de naam of een teken op deze gymschoentjes zodat uw kind ze herkent. De groepen 3 t/m 8 maken gebruik van de sporthal. De kinderen hebben hiervoor nodig: gymschoenen (zonder gladde zool en géén zwarte zool), een gymbroek, een shirtje of gympakje. Wilt u alle gymkleding a.u.b. voorzien van naam. I.v.m. de hygiëne gaan na elke gymles de gymspullen mee naar huis. Indien uw kind om een of andere reden niet kan deelnemen aan de gymlessen, stelt u de leerkracht hiervan dan (liefst schriftelijk) op de hoogte.
Gymrooster groep 3 t/m 8 schooljaar 2013-2014
Dagen en tijden
Groepen
Locatie
Maandag 13.15 u. - 14.15 u. Maandag 14.15 u. - 15.15 u. Dinsdag 13.15 u. - 14.15 u. Dinsdag 14.15 u. - 15.15 u. Woensdag 11.30 u. - 12.30 u. Woensdag 11.30 u. - 12.30 u. Donderdag 13.15 u. - 14.15 u. Donderdag 14.15 u. - 15.15 u. Vrijdag 11.30 u. - 12.30 u. Vrijdag 11.30 u. - 12.30 u.
Groep 4a en 4b Groep 6b en 8b Groep 5a en 5b-6a Groep 7a en 7b-8a Groep 3a en 3b Groep 6b en 8b Groep 4b en 7b-8a Groep 7a en 5a Groep 3a en 3b-4a Groep 5b-6a
Sporthal in 1 zaal Sporthal Sporthal Sporthal Speelzaal Sporthal Sporthal Sporthal Sporthal Sporthal
10.13
Afspraken met leerkrachten, management of directeur
Wanneer ouders een gesprek wensen met de directeur, leden van het management of een van de leerkrachten is dat uiteraard altijd mogelijk. Wel graag vooraf een afspraak maken. Korte mededelingen kunt u uiteraard voor of na school doen, zonder afspraak. De schoolleiding is ambulant. (geen lesgevende taak) De IB-ers (leden van het management) zijn gemiddeld twee dagen per week ambulant.
10.14
Calamiteitenplan
Op school hebben we een calamiteitenplan dat beschrijft hoe we op school moeten handelen wanneer er voor leerlingen en andere aanwezigen een levensbedreigende situatie ontstaat in het gebouw. Ondanks allerlei voorzorgsmaatregelen en preventieve voorzieningen kan er toch een brand of een andere calamiteit ontstaan waarbij het van belang is het gebouw zo snel en veilig mogelijk te verlaten. Indien er echt een calamiteit plaats vindt op onze school worden de leerlingen opgevangen in de sporthal. Na een telefoontje van de leerkracht kunt u uw kind hier dan komen afhalen!! Niet zelf bellen i.v.m. het blokkeren van de telefoonlijn!! In het ontruimings- of calamiteitenplan wordt, door middel van taken en instructies, aangegeven wie welke actie moet ondernemen. Daarnaast bevat dit plan een aantal aantekeningen waarop onder meer de vluchtwegen zijn vermeld die de in het gebouw aanwezige personen moeten volgen. Jaarlijks zal een ontruimingsoefening met de leerlingen worden gehouden.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
42
11. Instellingen en voorzieningen 11.1 Geneeskundige zorg (GGD-Midden-Limburg) Geneeskundige zorg (GGD-Midden-Limburg)
WEGWIJZER JEUGDGEZONDHEIDSZORG 0-19 JAAR Jeugdgezondheidszorg (JGZ) in Nederland bestaat al meer dan 100 jaar, is uniek in de wereld en biedt basiszorg aan alle kinderen in de leeftijd van 0 tot 19 jaar. Zo ook in de regio Limburg-Noord, waar de JGZ door de GGD Limburg-Noord, als onderdeel van de Veiligheidsregio, wordt aangeboden. WAARVOOR KUNT U BIJ ONS TERECHT? In het wettelijk vastgelegd Basistakenpakket JGZ 0-19 staat welke zorg er op welke momenten aan kinderen in Nederland moet worden geboden. De JGZ biedt deze basiszorg en richt zich op het bevorderen van een gezonde groei en ontwikkeling van kinderen vanaf de zwangerschap tot de leeftijd van 19 jaar. Naast het kind staat de opvoeder centraal en wordt rekening gehouden met de omgeving waarin het opgroeit. Extra aandacht gaat uit naar kinderen en gezinnen waar gezond en veilig opgroeien niet vanzelfsprekend is. Jeudgezondheidszorg voor aanstaande ouders, zuigelingen en kleuters Al tijdens de zwangerschap kan de JGZ ondersteuning bieden. Tot 4 jaar bezoekt uw kind regelmatig het consultatiebureau waar de groei en ontwikkeling wordt gevolgd en waar u terecht kunt met vragen. Ook kunt u uw kind laten vaccineren tegen een aantal kinderziekten. Als vragen op het consultatiebureau onbeantwoord blijven, dan kan de verpleegkundige u ook thuis bezoeken. Jeugdgezondheidszorg voor kinderen in het reguliere en speciale basis- en voortgezet onderwijs Om de groei en ontwikkeling van uw kind goed te kunnen volgen, is de JGZ regelmatig op school om uw kind te onderzoeken/screenen. Daarnaast wordt uw kind in deze periode op bepaalde leeftijden gevaccineerd. HOE GAAN WE TE WERK? Vaste contactmomenten Tijdens de wettelijk vastgelegde contactmomenten, die voor ieder kind gelijk zijn, volgen we samen met u het gezond en veilig opgroeien van uw kind. Spreekuren Ook buiten de vaste contactmomenten kunnen er vragen of problemen zijn op het gebied van gezond en veilig opgroeien. Ouders of jongeren kunnen zelf een gesprek of onderzoek vragen op het spreekuur bij het team JGZ. Ook kunnen ouders gebruik maken van het inloopspreekuur op het consultatiebureau. Pedagogisch spreekuur Opvoeden roept soms vragen, zorgen en twijfels op. Het pedagogisch spreekuur is bedoeld als kortdurende opvoedingsondersteuning. Ook hiervoor kunt u bij ons terecht. Logopedie Om te zorgen dat kinderen zonder spraak/taalproblemen het basisonderwijs instromen, wordt in een vroeg stadium, op het consultatiebureau logopedie ingezet. Op de basisschool wordt uw kind uitsluitend door de logopedist gezien als er (mogelijk) spraak/taalproblemen zijn.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
43
Het onderstaand document is zo ontvangen als gescand pdf, school is niet verantwoordelijk voor de leesbaarheid.
11.2
Samenwerking met externen via het Zorg en Advies Team. (ZAT)
Elke school moet er voor zorgen dat de leerlingen zo goed mogelijk de school doorlopen. Soms is daarbij extra zorg nodig. Dat kan zorg zijn op het gebied van leren, maar ook zorg op het gebied van gedrag, of zorg omdat een leerling niet lekker in zijn vel lijkt te zitten. Soms heeft de school bij het begeleiden van zorgleerlingen hulp van anderen nodig. De school werkt daarvoor samen met mensen die deskundig zijn op dat gebied, bv. mensen van de onderwijsbegeleidingsdienst, of mensen van Bureau Jeugdzorg (BJZ), en het Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW). Net zoals de meeste andere scholen in Roermond en omgeving, werkt ook onze school samen via een ZAT. Dit betekent een Zorg en Adviesteam. In het ZAT zit een vaste medewerker van school (de intern begeleider), en ook vaste medewerkers van BJZ, AMW en Jeugdgezondheidszorg. Als het nodig is, kunnen er soms ook andere deskundigen bij zitten, bv. de leerplichtambtenaar, of iemand van de onderwijsbegeleidingsdienst, of ambulante begeleiders vanuit het speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs. Wij willen er zo voor zorgen dat er op tijd de goede zorg wordt gegeven, het liefst als de problemen nog niet te groot zijn. Ook willen we dat school en deskundigen buiten de school goed samenwerken, en
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
44
samen één plan maken voor een kind. We hopen dat de drempel naar de hulpverlening niet zo hoog is als we vanuit de vertrouwde omgeving van de school de zorg aanbieden of op gang brengen. De werkwijze. Op geregelde tijdstippen komt het ZAT op school bij elkaar om te spreken over leerlingen die extra zorg nodig hebben. Ook buiten de bijeenkomsten van het ZAT houdt de intern begeleider, als dat nodig is, contact met de betrokken instellingen. In het ZAT wordt besproken hoe we met een bepaald probleem om kunnen gaan. Kan de intern begeleider zelf aan de slag, of is er hulp nodig van de deskundigen? En welke hulp is dan het beste? Ook bespreken we wat er gebeurd is met de leerlingen die tijdens de vorige bijeenkomsten besproken zijn. Is de hulp al gestart? Heeft het gewerkt? Moeten we nog andere afspraken maken?, enz. Verder kunnen we vanuit het ZAT nog de volgende dingen doen: Bespreken wat de intern begeleider of de leerkracht nodig heeft aan adviezen om zelf met het probleem verder te kunnen. Een gesprek houden op school met de ouders om adviezen te geven of om te proberen dat de ouders hulp aanvaarden. Het kind bekijken in de klas om te zien hoe het daar met hem gaat. De plannen van school en de plannen van de hulpverlening goed bij elkaar aan laten sluiten, zodat het één plan wordt voor een kind. Hulpgesprekken organiseren op vraag van de ouders zelf. Hulp of gesprekjes vanuit jeugdzorg of maatschappelijk werk organiseren met de kinderen zelf. Als we een leerling willen bespreken in het ZAT of met andere hulpverleners, zal de school hiervoor altijd eerst schriftelijk toestemming aan de ouders vragen. Het is mogelijk om een leerling anoniem te bespreken in het ZAT wanneer ouders geen toestemming hebben gegeven. Omgaan met leerlinggegevens De gegevens van de leerlingen die de school verzamelt in het ZAT, maar ook de informatie die de school krijgt van de ouders, of de meer algemene informatie over de leerling (zoals de naam en het adres, het verzuim, de toetsresultaten, enz.) komen allemaal in het leerling-dossier van de leerling te staan. Al deze informatie is nodig om de leerling goed onderwijs en goede zorg te kunnen geven. We gaan heel zorgvuldig om met deze gegevens. Dat moeten we ook, omdat dat valt onder de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Wilt u meer weten over deze wet kijk dan op http://www.cbpweb.nl. Deze wet is er om ervoor te zorgen dat gegevens over personen zorgvuldig gebruikt worden, en dat er geen misbruik van deze gegevens gemaakt wordt. Daarom mogen de gegevens van het leerling-dossier alleen binnen de school gebruikt worden. De ouders moeten dan ook altijd eerst toestemming geven als de school informatie over de leerling wil bespreken met anderen, of als anderen informatie over een leerling willen vragen bij de school. Als u vragen hebt over het leerling-dossier of over het zorgoverleg in de school, neem dan contact op met de interne begeleiders: voor de onderbouw Els Breukers, voor de bovenbouw Marc Schoutrop.
11.3
Onderwijsbegeleiding en Innovatie: Veerkracht Groep
Basisschool de Hovenier maakt gebruik van meerdere externe partners in onderwijsontwikkeling. Dit kan zijn op gebied van: management en organisatie, leerlingenzorg en vakinhoudelijke ontwikkeling. VeerKrachtGroep draagt bij aan het werkelijk met elkaar in contact komen van alle betrokkenen. Contact over wat men voor elkaar kan betekenen als leer- en inspiratiebron. VeerKrachtGroep prikkelt mensen om daarover na te denken en dit te ervaren. Zo ontstaat helderheid, opnieuw verbinden en aan de slag gaan met leren/werken vanuit een nieuw perspectief. Uitgaan van persoonlijke kracht en kwaliteiten van mensen creëert betrokkenheid en is duurzaam. De Perspectievencirkel© is het vertrekpunt om helder te krijgen wat ertoe doet voor alle betrokkenen. De Perspectievencirkel© plaatst alle betrokkenen op een gelijke positie, als full partners binnen het proces. We verkennen elkaars mentale modellen (overtuigingen) en ervaringen. Vanuit het overzicht
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
45
van het systeem ontstaan gezamenlijke ideeën die bijdragen aan de verdere ontwikkeling van organisatie en individuen.
“Kleine en grote mensen bezield, betrokken en blij naar school en werk gaan”. Het ontdekken van je eigen kernkwaliteiten en deze volop inzetten leidt tot kracht en energie en brengt je steeds dichter bij je doel. De weg ernaar toe is weliswaar spannend, maar vanuit vertrouwen op kwaliteiten van jezelf en de anderen om je heen ook ónt-spannend. Zo ontstaat het gevoel dat wat je doet, past bij wie en wat je wilt zijn. De basis van waaruit wordt gewerkt is; SLIMPLAN: Samenwerkend leren zorgt voor betrokkenheid, voor het gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het leerproces. De werkvormen laten interactie ontstaan tussen leerlingen. Leraren leren leerlingen leren, door positieve feedback te geven op het plan, het proces, het product en de persoon. Leraren leren coöperatieve werkvormen efficiënt, gericht op didactische en pedagogische doelen, in te zetten. Daarbij is de werkvorm een middel om actief leerlingen te werken aan dat wat er echt toe doet. O.a. dankzij deze actieve werkvormen krijgen leerlingen de kans informatie op verschillende manieren te verwerken. Auditief, visueel, interactief; alle intelligenties komen aan bod. Eén-zorgroute en Handelings Gericht Werken: van leraren wordt verwacht dat zij steeds beter afstemmen op de onderwijsbehoeften van hun leerlingen en doelgericht werken aan opbrengsten. Binnen het Handelingsgerichte werken versterkt de leraar zijn denken en voelen over deze behoeften en wordt hij vaardiger in vormgeven van een sterk basisaanbod binnen de groep. Het gaat om de kanteling van onderwijs vanuit de methode naar onderwijs vanuit de leerling. Dat vereist kijken naar kinderen, pedagogische sensitiviteit en responsiviteit en zicht hebben op leerlijnen. Het vraagt een gedegen zorgstructuur binnen de school waarbij zowel de leerlingen als het leren van de leraar centraal staat. VeerKrachtGroep draagt bij aan die kanteling door leraren te laten nadenken over het beeld dat zij van hun groep hebben. Wat hebben deze leerlingen nodig, welke instructie behoeften hebben deze leerlingen, welke pedagogische aanpak? Wat betekent dit voor jouw handelen in de klas? Welke periodedoelen stel je voor subgroepjes in je klas en hoe stem je daarin af op de ontwikkeling van je leerlingen? Hoe betrek je leerlingen en ouders in deze ontwikkeling, de doelen en het proces daar naar toe? Didactische vakgebieden: bs De Hovenier werkt aan bovengenoemde thema’s in haar schoolontwikkeling onder begeleiding van VeerKrachtGroep en koppelt deze thema’s o.a. aan het vakgebied taal. Met daarin onderdelen als spelling, woordenschat, technisch en begrijpend lezen. Daarmee zijn het geen losse onderdelen waar leerkrachten in geschoold worden, maar is het een integraal ontwikkelingstraject. Het gaat om ‘beter worden zonder ziek te zijn’. Het gaat om aansluiten bij dat wat goed gaat, wat kwaliteit is om dat vervolgens uit te bouwen en te versterken.
11.4 Inspectie van het Basisonderwijs Rijksinspectiekantoor Eindhoven Dagelijks bereiken de inspectiekantoren vele telefoontjes van ouders, leerlingen en andere onderwijsconsumenten met vragen over het onderwijs in het algemeen of de inspectie in het bijzonder.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
46
Het beleid van de rijksoverheid is erop gericht alle vragen bij één “loket” binnen te laten komen. Dat is Postbus 51. De inspectie beantwoordt daarom vanaf 1 juni 2004 geen telefonische vragen meer van onderwijsconsumenten. Het meldpunt is op eenvoudige wijze telefonisch te bereiken: Meldpunt vertrouwensinspecteurs: 0900 – 1113111 (tijdens kantooruren en tegen lokaal tarief) Vragen over onderwijs kunnen telefonisch gesteld worden via: 0800 – 8051 (gratis), of via de website van het Ministerie van Onderwijs: www.rijksoverheid.nl/ministeries/ocw. Adres van de inspectie voor vragen van ouders is: Inspectie van het onderwijs
[email protected], website van de Inspectie: www.onderwijsinspectie.nl Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900 – 1113111 (lokaal tarief).
12. Ouders en school 12.1
Katholieke Oudervereniging Montfort (KOM)
Net als de plaatselijke voetbalvereniging, is een Oudervereniging een zelfstandige organisatie met leden en een bestuur. Leden kiezen er voor om lid te worden van de vereniging en betalen als lid contributie vereniging zijn plannen voor het komende jaar kenbaar maakt en waarin het verantwoording aflegt voor het gevoerde beleid van het afgelopen jaar. Ook wordt dan de hoogte en de bestemming van de contributie bepaald. De Oudervereniging organiseert vervolgens in overleg met de school de leuke activiteiten voor de leerlingen, of maakt het mogelijk dat de school die organiseert door het geven van een gift, betaald van de ingezamelde contributie.
Voordeel oudervereniging Het grote voordeel van een Oudervereniging ten opzichte van een Ouderraad is dat een vereniging volgens de wet een zekere zelfstandigheid (rechtspersoonlijkheid) heeft. Daardoor kan een Oudervereniging een eigen bankrekening hebben, officiële overeenkomsten aangaan, zelfstandig besluiten nemen en dergelijke. Een Ouderraad kan dat allemaal niet, die functioneert geheel onder verantwoordelijkheid van de school. Meer informatie over de Ouderraad en de Oudervereniging zijn te vinden in de NKO-brochure: “Heeft uw school al een oudervereniging?”
Vrijwillige ouderbijdrage Scholen mogen van ouders om een vrijwillige ouderbijdrage vragen voor de leuke activiteiten, zoals feesten, vieringen en schoolreizen. De school en de ouderraad krijgen hiervoor geen geld van de overheid. De vrijwillige ouderbijdrage is aan wettelijke regels gebonden: • scholen moeten duidelijk maken dat het om een vrijwillige bijdrage gaat; • jaarlijks moet aan ouders een gespecificeerde overeenkomst worden aangeboden: • op die overeenkomst moeten ouders kunnen aangeven aan welke activiteit hun kind wel of niet meedoet; • er moet een kwijtscheldings- en reductieregeling zijn voor ouders die wel willen, maar niet kunnen betalen; • scholen mogen geen nieuwe leerlingen weigeren omdat hun ouders de vrijwillige ouderbijdrage niet willen betalen; • de ouders in de medezeggenschapsraad moeten instemmen met de hoogte en de bestemming van het ingezamelde geld. Bovenstaande informatie is gebaseerd op artikel 40, lid 1 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 27, lid 2 van de Wet op het voortgezet onderwijs, artikel 13 onder c. en 14, lid 2, onder c. van de Wet medezeggenschap op scholen. N.B.: Soms wordt de contributie voor een oudervereniging ook met de term “vrijwillige ouderbijdrage” aangeduid. Er gelden dan andere spelregels.
Vrijwillig, maar niet vrijblijvend Zonder geld van de ouders, kunnen de leuke activiteiten niet worden bekostigd. De vrijwillige ouderbijdrage is dus geen extra geld, maar geld dat echt nodig is. Ouders hebben de vrije keuze om hun
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
47
kind wel of niet aan de leuke activiteiten mee te laten doen. Wil men echter meedoen, dan moet men in principe ook betalen. Tenzij men dat echt niet kan. Voor die ouders moet er een kwijtscheldings- en/of reductieregeling zijn. Ouders die wel kunnen, maar niet willen betalen, lopen het risico dat hun kind wordt uitgesloten van de leuke activiteiten. Voor deze kinderen en voor de kinderen van de ouders die er bewust voor hebben gekozen om hun kind niet mee te laten doen, moet de school een alternatief programma aanbieden als de activiteiten onder schooltijd plaatsvinden.
Bestuursleden KOM: Yvonne Dijke Bosring 11 6065 DC Montfort
Monique Reinders (secretaris) Sylvia Verkoulen Brummeberg 12 Heistershof 48 6065 BL Montfort 6065 DD Montfort
Monique Reijnen Heistershof 24 6065 DD Montfort
Paulien Goertz Veestraat 20a 6065 AB Montfort
Vivian Evers Vlasbree 18 6065 BZ Montfort
Gerda Coenen (penningmeester) Vlootveestraat 21 6065 NC Montfort
Linda Zillen Aan het Water 5 6065 AN Montfort
Ed Coenen (voorzitter) Dijkstraat 7 6065 AT Montfort
Dayen Roijakkers Heistershof 54 6065 DD Montfort
Diana Tobben Velvin 30 6065 BJ Montfort
Veronique Cüppers Vlasbree 34 6065 BZ Montfort
12.2
Medezeggenschapsraad
Medezeggenschap is, in onze samenleving, een niet meer weg te denken onderdeel van besturen. Op basis van de “Wet Medezeggenschap Onderwijs” is de inspraak van ouders en personeel bij de besluitvorming van het bestuur van onze school, wettelijk geregeld. Om u enig inzicht te geven in het reilen en zeilen van de Medezeggenschapsraad (M.R.) volgt hieronder een korte uitleg: op onze school bestaat de Medezeggenschapsraad uit 4 ouders en 4 leerkrachten. Een duidelijke taak van de Medezeggenschapsraad is het bevorderen van openheid, openbaarheid en het overleg op onze school.
De medezeggenschapsraad bestaat uit: Namens de ouders: Mevr. Judith Goossens-Verzellenberg Kampweg 9, 6065 CC Montfort tel. 0475-542567
Mevr. Laure Lucassen Gelreweg 38, 6065 CN Montfort tel. 0475-542337
Mevr. Sharon van der Horst Dhr. Ronald Dijke Hoogstraat 1, 6065 BA Montfort Bosring 11, 6065 DC Montfort tel. 0475-542703 tel. 0475-542318 Namens het personeel: Dhr. Huub Hoogtanders (voorzitter) Mevr. Debbie Curfs (penningmeester) Mevr. Hannie Lemmen (Mevr. Marlies Mom vervangend) vacature Dhr. Marc Schoutrop De medezeggenschapsraad mag alle beleidszaken, die de school betreffen, bespreken, zoals het personeelsbeleid, schoolwerkplan, schooltijden en lesrooster, vakantierooster, buitenschoolse activiteiten en het bedenken van oplossingen voor bezuinigingsmaatregelen. De medezeggenschapsraad kan over deze aangelegenheden voorstellen doen aan het schoolbestuur en standpunten kenbaar maken. Het schoolbestuur is verplicht bepaalde zaken aan de M.R.voor te leggen. De M.R. heeft voor sommige aangelegenheden instemmingbevoegdheid, in andere zaken adviesbevoegdheid. Bovenschoolse aangelegenheden worden behandeld door de GMR waarin Els Breukers zitting heeft.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
48
De directeur woont de vergaderingen gedeeltelijk bij, heeft een adviserende rol en is tevens vertegenwoordiger van het bestuur. Het medezeggenschapsreglement waarin het een en ander is geregeld, ligt ter inzage op school. De vergaderingen van de M.R. zijn openbaar en vinden ongeveer 6 keer per jaar plaats. Wanneer de aard van één of meerdere te behandelen items vertrouwelijk is, kan de vergadering van de M.R. in besloten vorm worden voortgezet. De agenda/notulen van de vergaderingen kunt u vinden op de site van onze school. Om de 3 jaar vinden er verkiezingen plaats, waarbij de ouders zich kandidaat kunnen stellen. Hebt u vragen dan kunt u bij de leden van de Medezeggenschapsraad aankloppen. Het mailadres van de MR is:
[email protected] Na de fusie is er uit de leden van de 9 M.R.’ s een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad geformeerd (GMR).
12.3
Overblijfregeling
Op school bestaat de mogelijkheid voor kinderen om over te blijven; iedere dag of incidenteel (m.u.v. de woensdagmiddag en de vrijdagmiddag). Het overblijven wordt gecoördineerd door Stichting Kinderopvang Roerstreek. Coördinator in deze is Janine Raemakers tel. 0475-520595 Aanmelden De registratie, administratie en facturering van het overblijven wordt gedaan met behulp van “overblijven met Edith”, een online systeem voor het overblijven. U kunt als ouder/verzorger op een eenvoudige manier de overblijfmomenten van uw kind bepalen, namelijk gedurende 24 uur per dag, 7 dagen per week. U kunt tot 3 maanden vooruit al aangeven wanneer uw kind gaat overblijven en tot 9.00 uur ’s ochtends van de overblijfdag nog afmelden of toevoegen. De kosten van het overblijven zijn € 1,90 per overblijfmoment. U betaalt na ontvangst van een gespecificeerde factuur per maand de afgenomen overblijfmomenten. De betaling gaat per automatische incasso. Het is van belang dat alle ouders/verzorgers, dus ook diegenen die hun kind incidenteel gebruik laten maken van het overblijven, zich inschrijven in het systeem. Dit is eenvoudig en kost weinig tijd. Aan de inschrijving zijn geen kosten verbonden. Het inlogadres voor het overblijven is www.overblijvenmetedith.nl. Na geklikt te hebben op inloggen, klikt u op inlognaam en wachtwoord aanvragen. U vult uw gegevens in en krijgt daarna een inlognaam en wachtwoord. Het is verstandig om dit te noteren, want deze gegevens zijn alleen bij u bekend. Vragen bij voorkeur stellen via het mailadres
[email protected] of eventueel telefonisch aan Tiny Stienen tel. 0475-404259. Voor hen die privé niet beschikken over een computer met internetfaciliteit, is op school in de computerruimte een computer beschikbaar. Wel even melden bij de conciërge. Algemene regels De kinderen blijven over in de handvaardigheidruimte en de gemeenschapsruimte van de school De kinderen worden begeleid door minimaal 2 overblijfkrachten De overblijfkrachten zijn aanwezig van 11.45 uur tot 13.15 uur. De overblijfperiode begint om 12.00 uur en duurt tot 13.00 uur Men begint gezamenlijk met eten Kinderen nemen zelf hun lunch mee. Onder lunch verstaan wij brood met beleg en ev. iets hartigs. Snoep en koek zijn niet toegestaan. Tijdens het overblijven wordt er voor thee, halfvolle melk, yoghurtdrank of chocomel gezorgd. Wanneer kinderen van thuis cup a soup meenemen, wordt dit voor hen klaargemaakt. Na het eten kunnen de kinderen tekenen, knutselen, spelletjes doen en bij goed weer buiten spelen onder leiding van een overblijfkracht. Het vaste overblijfteam bestaat uit: Dion Aben, Birgitte Bänziger, Anita Boels, Daniëlle Hilgers, Ans Kurstjens, Diana Mans, Marion Mehlkop, Astrid Maessen, Ilse Simons, Ria Wolters.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
49
12.4
Verzekeringen
Door de Stichting Swalm en Roer zijn voor de scholen een aantal verzekeringen afgesloten. Onderstaand worden ze genoemd. 1. Aansprakelijkheidsverzekering voor alle personeel, vrijwilligers enz. Maximum per aanspraak € 2.500.000. Bij schades aan roerende en onroerende zaken geldt een maximum van € 50.000 per aanspraak. De aanspraken per verzekeringsjaar zijn per school € 5.000.000 resp. € 100.000. Schade door diefstal, vermissing, zoekraken en verduistering zijn uitgesloten. Eigen risico: per aanspraak ondergeschikten € 5.000 en aanspraak overige schade € 100. 2. Collectieve ongevallenverzekering voor alle personeel, vrijwilligers, leerlingen. Verzekering geldt voor schoolse- en buitenschoolse verband houdende activiteiten en voor de benodigde reistijd van en naar huis. Vezekerde bedragen: bij overlijden € 2.500 bij invaliditeit € 25.000 geneeskundige kosten € 1.000 tandheelkundige hulp per element € 1.000 De aansprakelijkheids- en de ongevallenverzekering gelden ook voor schoolreisjes. Let op: dit betekent dat schade aan en diefstal van eigendommen niet verzekerd is. Schade aan eigendommen zal uitsluitend worden vergoed indien dit is ontstaan door aansprakelijkheid (nalatigheid) van personeel. Naast deze verzekeringen is het voor ouders/verzorgers mogelijk voor hun kind de ongevallenverzekering uit te breiden tot een 24-uurs dekking. Verder is het mogelijk dat ouders/verzorgers voor hun kind een eigendommenverzekering afsluiten. Mochten ouders/verzorgers van deze mogelijkheid/mogelijkheden gebruik willen maken, dan kunnen ze contact opnemen met Annelies Thijsse, e-mail
[email protected], tel. 070-3568690 of met Ruud van Houten, e-mail
[email protected], tel. 071-3643151. 3. Inzittende-verzekering. Deze verzekering is bedoeld als aanvullend bij vervoer vanwege schoolactiviteiten. 4. Inventaris van de scholen is via de gemeente verzekerd.
12.5
Klachtenregeling
Overal waar gewerkt wordt zijn wel eens misverstanden. Af en toe worden er zelfs fouten gemaakt. Het is belangrijk deze zaken in eerste instantie te bespreken met de direct betrokkene/de groepsleraar. U en uw kind zullen hierbij altijd serieus genomen worden en er zal naar de best mogelijke oplossing gezocht worden. Mocht u het gevoel hebben dat er geen gezamenlijk goede oplossing gezocht wordt, dan is het altijd mogelijk de directeur hierover aan te spreken. Wanneer u niet tot een oplossing van het probleem kunt komen in overleg met de groepsleraar en/of de directie van de school, is het mogelijk gebruik te maken van de contactpersoon van de school. De contactpersoon voor de ouders van onze school is: Mevr. Judith Goossens, Kampweg 9, 6065 CC Montfort, tel. 0475-542567. De contactpersoon zal bekijken of de eerste stappen voor het oplossen van het probleem zorgvuldig zijn uitgevoerd. Het is niet de bedoeling dat de contactpersoon zelf oplossingen gaat zoeken. Wel wordt bekeken wie verder ingeschakeld moet worden om tot een oplossing te komen. Als het nodig is kan de contactpersoon u doorverwijzen naar de schooldirectie en/of het college van bestuur en mogelijk naar een externe vertrouwenspersoon. Deze externe vertrouwenspersoon zal u begeleiden bij het realiseren van een oplossing, dan wel begeleiden bij het indienen van een klacht bij het bestuur. Ook kan de vertrouwenspersoon u informeren over en begeleiden bij het indienen van een klacht bij de Landelijke Klachten Commissie. Onze school heeft een klachtenregeling waarin precies staat beschreven hoe er met een klacht wordt omgegaan. Deze regeling ligt op school ter inzage. Stichting Swalm en Roer waar onze school onder valt is aangesloten bij een van de Landelijke Klachten Commissie (LKC). Op deze plaats zal uw klacht uiteindelijk behandeld worden. Afhankelijk van de grondslag, levensovertuiging en openbare karakter van de school kan een klacht gedeponeerd worden bij verschillende commissies. De klachtencommissie
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
50
voor onze school is: Landelijke klachtencommissie Katholiek onderwijs, Postbus 82324, 2508 EH Den Haag, tel: 070-3925508 Website klachten en geschillencommissie: www.onderwijsgeschillen.nl Samengevat dienen onderstaande stappen doorlopen te worden: 1. altijd eerst overleg met de groepsleraar; bij onvoldoende resultaat: 2. overleg met de directie; bij onvoldoende resultaat: 3. overleg met contactpersoon; bij onvoldoende resultaat: 4. overleg met college van bestuur en/of inschakelen: 5. vertrouwenspersoon; bij onvoldoende resultaat: 6. indienen van een klacht bij de aangesloten landelijke klachtencommissie.
12.6 Pestgedrag Pesten komt helaas op iedere school voor, ook bij ons. Het is een probleem dat wij onder ogen zien en op onze school serieus willen aanpakken. Dit geldt ook met betrekking tot het “digitaal pesten”. Daarom laten we het onderwerp regelmatig aan de orde komen binnen de lessen, zodat het ook preventief kan werken. Regelmatig komen dan ook onderwerpen als veiligheid, omgaan met elkaar, aanpak van ruzies, etc… aan de orde. Er is een pestprotocol op school aanwezig en ook is er een protocol opgesteld voor het gebruik van de computer en van Internet. Beide protocollen kunt u vinden op de website van onze school.
12.7 Ouderbijdrage Zie hoofdstuk 12.1
12.8 Sponsoring Met betrekking tot sponsoring zijn er op landelijk niveau richtlijnen vastgesteld. Deze zijn opgenomen in een landelijk vastgesteld convenant. Bij sponsoring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan een bevoegd gezag, directies, leraren, onderwijsondersteunend personeel of leerlingen, waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt. We denken hierbij aan gesponsorde lesmaterialen, advertenties in een schoolkrant, uitdelen van producten, sponsoring van activiteiten als sportdagen, schoolreisjes, e.d. en sponsoring van gebouw/inrichting/computerapparatuur. Het ouderdeel van de M.R. moet instemmen met sponsoring als daaruit verplichtingen voortvloeien waarmee leerlingen worden geconfronteerd. Aan het convenant liggen 3 belangrijke uitgangspunten ten grondslag, die door alle convenantspartners worden onderschreven. Deze luiden als volgt: Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. Er mag geen schade worden berokkend aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen. Sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en het fatsoen. Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de scholen en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen. Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden, dan wel in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die de school aan het onderwijs stelt. Het onderwijsproces mag niet afhankelijk zijn van sponsormiddelen. Onze school voert een terughoudend beleid t.a.v. de aanwending van materiële of geldelijke bijdragen. We maken er zeker geen gebruik van wanneer naar de leerlingen of ouders toe bepaalde verplichtingen kunnen ontstaan.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
51
13. Afspraken en wetenswaardigheden 13.1
Ziekteverzuim
Ingeval van ziekte van uw kind of afwezigheid om een andere reden vragen we u om de school vóór de aanvang van de lessen op de hoogte te stellen. Dat kan d.m.v. een briefje dat u meegeeft aan een andere leerling of per telefoon: (0475) – 549017.
13.2
Speelplaats
We verwachten dat alle kinderen op tijd op school zijn. Een kwartier voor aanvang van de school gaat de poort open en is er toezicht. Stuurt u uw kind a.u.b. niet te vroeg naar school. De kinderen van groep 1 t/m 4 gaan samen met de leerkracht naar binnen en de kinderen van groep 4 t/m 8 gaan zelfstandig naar binnen. Bij geregeld te laat komen zijn we genoodzaakt een melding te doen bij de ambtenaar Leerplichtzaken.
13.3
Fietsen
Voor kinderen die in de buurt van de school wonen is het gewenst dat ze niet met de fiets naar school komen. Er is maar een beperkt aantal stallingplaatsen en te voet komen is veiliger! Uit veiligheidsoverwegingen mag er op de speelplaats niet gefietst worden. Zet de fiets netjes in het rek. Fietsen met dikke banden worden op een aparte plaats gezet. Er mag niet tussen de fietsen gespeeld worden.
13.4
Kunstgras
Op het speelplaatsgedeelte voor de groepen 1 en 2 bevindt zich een bult van kunstgras waarop kinderen liggen, zitten of spelen. Deze bulten nodigen echter ook uit om te kruipen en te glijden. Helaas kan hierdoor de broek wat verkleuren of kunnen de schoenen iets afschuren.
13.5
Vergaderingen en besprekingen
Deze zijn vastgesteld op maandag en donderdag van 16.00 uur tot 17.30 uur. Gedurende die tijd is het team niet beschikbaar.
13.6
Snoepen en trakteren op school
Uit onderzoek blijkt dat er een verband is tussen verkeerd eetgedrag en het ontstaan van overgewicht en welvaartsziekten. Ook blijkt dat kinderen te weinig groenten en fruit eten en te vaak kiezen voor ‘ongezonde’ tussendoortjes. Wat de kinderen eten is de verantwoordelijkheid van ouders/verzorgers, maar met het programma van Schoolgruiten kunnen wij als school kinderen helpen gezonder te leren eten en de basis leggen voor een gezond leven. De praktijk heeft uitgewezen dat het werkt. We hebben al 2x mogen deelnemen aan Schoolgruiten en van daaruit hebben we als school het beleid neergezet er naar te streven alleen groenten en fruit toe te staan als tussendoortje. (eventueel een droge cracker of gezonde boterham) We willen alle ouders/ verzorgers vragen om hier uw medewerking aan te geven! Voor sommige kinderen is de morgen erg lang zonder iets extra's te eten. Het kan dan verstandig zijn uw kind groente of fruit mee te geven om in de pauze op te eten. De leerlingen van groep 1 en 2 eten hun tussendoortje in de groep op. Het is wel verstandig dat u de naam op de trommel zet en dat u uw kind niet te veel meegeeft.
13.7
Gevonden voorwerpen
Op school is een doos waarin gevonden voorwerpen worden bewaard. Is uw kind iets kwijt, informeert u dan s.v.p. even bij de groepsleerkracht. Twee keer per jaar worden de gevonden voorwerpen uitgestald in de gemeenschapsruimte van de school. Spullen die hierna niet zijn afgehaald worden opgeruimd.
13.8
Jeugdabonnementen
Omdat we lezen belangrijk vinden voor de ontwikkeling van het kind willen we de volgende tijdschriften bij u aanbevelen: Doremi (kleuters), Okki, Taptoe, Hello You
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
52
U kunt via school een abonnement nemen op deze boeken en tijdschriften. U ontvangt te zijner tijd een opgaveformulier. 13.9 15-minutengesprekken Twee keer per jaar worden de ouders uitgenodigd om tijdens het 15-minutengesprek de vorderingen en het gedrag van hun kind met de groepsleerkracht te bespreken. Aan het einde van het schooljaar vinden er ook gesprekken plaats op uitnodiging van de individuele leerkracht of op verzoek van ouders/verzorgers. Wilt u echter een uitvoeriger gesprek dan kunt u een nieuwe afspraak maken. De data voor de 15-minutengesprekken kunt u vinden op het jaaroverzicht. Indien er tussentijds problemen zijn krijgt u altijd een uitnodiging voor een gesprek met de leerkracht, eventueel samen met de IB-er. Het initiatief voor een gesprek kan uiteraard ook van de ouders uit gaan wanneer zij thuis merken dat hun kind ergens problemen mee heeft.
13.10 Luizenscreeners Zoals u waarschijnlijk weet doet het probleem van hoofdluizen zich de laatste jaren op elke school regelmatig voor. Dit betekent overigens niet dat de lichaamshygiëne bij de kinderen onvoldoende in acht wordt genomen. Onze school werkt met een “kriebelteam”, bestaande uit ouders, die op woensdag na elke langere vakantie (grote-, herfst-, kerst- en meivakantie) alle kinderen controleren op luizen en neten. Dat controleren kan alleen goed en snel als de haren niet ingevlochten zijn, als de kinderen geen gel hebben gebruikt, enz. De ouders hebben hiervoor speciale instructie gekregen van de jeugdverpleegkundige van de GGD. Bovendien hebben ze allemaal een “Hoofdluisscreeners-contract” getekend, waarin zij verklaren zich te houden aan een aantal richtlijnen aangaande hygiëne en privacy.
13.10 Rij-route voor kinderen die met de auto gebracht worden De verkeerswerkgroep spant zich in om de schoolomgeving zo veilig mogelijk te maken voor de kinderen en hun ouders. Daarom zijn er enkele gedragsregels opgesteld om tot een veilige schoolomgeving te komen. Bij de aanvang van het nieuwe schooljaar willen we deze regels nog eens onder de aandacht brengen van alle mama’s, papa’s, oma’s, opa’s en alle mensen die kinderen naar school brengen of aan school ophalen.
Met de auto naar school: Speciaal voor kinderen die met de auto gebracht en gehaald worden is er de in/uitgang naast de sporthal, Achter de Hoven, die te bereiken is via de Zandstraat en de Sportlaan. Het is dus niet de bedoeling om via de Wilhelminastraat of langs de basisschool te rijden. Ook is het niet de bedoeling om te parkeren in de Wilhelminastraat of in de Sportlaan. Parkeer dus alleen a.u.b. op de parkeerruimte Achter de Hoven! Na het uitstappen van de kinderen kan men doorrijden (niet keren), langs de tennisvelden, om aan het eind van de weg links af te slaan richting Zandstraat. Tip: In de auto nemen kinderen niet bewust deel aan het verkeer. Probeer daarom zoveel mogelijk te voet of met de fiets te gaan, zodat de kinderen aan het verkeer wennen.
Te voet of met de fiets naar school: Kinderen die te voet of met de fiets zijn maken gebruik van de in/uitgang aan de Sportlaan. Deze in/uitgang is opgesplitst in een gedeelte voor voetgangers en een gedeelte voor de fietsers. Begeleiders te voet kunnen de kinderen binnen het hekwerk opvangen, waarna ze gezamenlijk kunnen oversteken. Fietsen van begeleiders worden geplaatst aan de overkant van de weg, om zo bij de school alle ruimte voor de kinderen te laten. Wij willen iedereen dringend vragen om bovenstaande aanwijzingen op te volgen. Uiteraard komt dit zeer ten goede aan de veiligheid van alle kinderen.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
53
14. Activiteitenkalender schooljaar 2013-2014 De activiteitenkalender kunt u bekijken op onze website: www.bsdehovenier.nl
15. Afkortingen + begripsomschrijvingen Afkortingen: VKG CITO WSNS IB-er ICT-er RT RVC PCL M.R. GMR POP
: VeerKracht Groep, Onderwijsbegeleidingsdienst : Centraal Instituut voor Toetsontwikkeling : Weer Samen Naar School : Interne begeleider : Informatie en communicatie technologie : Remedial teacher : Regionale Verwijzingscommissie : Permanente Commissie Leerlingenhulp : Medezeggenschapsraad. : Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad : Persoonlijk Ontwikkelings-Plan
Begripsomschrijvingen Remedial teacher: Interne begeleider: ICT-er: Schoolbegeleider:
Leerling bespreking: Consultatie: Orthotheek: Licorlijst: PCL:
RVC:
Leerkracht die extra hulp geeft aan leerlingen, die moeite hebben met het volgen van het normale lesprogramma. Leerkracht die extra zorg besteedt aan de leerlingenzorg. Hij zit leerlingenbesprekingen voor en ondersteunt de leerkrachten bij de begeleiding van zorgleerlingen. Leerkracht die zorg draagt voor informatie en communicatie technologie. Hij/zij zorgt voor goed functioneren en gebruiken van computers en digiborden. Een persoon van de OBD, die de leerkrachten ondersteunt bij het zoeken of geven aan extra hulp aan leerlingen. Ook ondersteunt hij het team bij het zoeken naar nieuwe methodes. Team/bouwbespreking waarbij de leerkracht een probleem rond een leerling inbrengt (leer- of gedragsprobleem). Hij krijgt adviezen van alle andere teamleden. Dit is een leerlingbespreking waarbij naast de leerkracht alleen de IB-er en de schoolbegeleider aanwezig is. Hierin staan toetsen en extra materialen die gebruikt worden bij de begeleiding van kinderen met extra zorg. Met deze lijst kan de leerkracht een sociaal-emotioneel “plaatje”maken van de leerling(afhankelijkheid, teruggetrokkenheid, etc). Permanente Commissie Leerlingenzorg Zij houdt zich o.a. bezig met de verwijzing van leerlingen van het basisonderwijs naar het speciaal onderwijs. Een onafhankelijke commissie die toetst of een leerling in aanmerking komt voor een bepaalde vorm van speciaal onderwijs.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013
54
WSNS:
Zorgsysteem: Viseon: VKG: CITO LOVS: M.R.:
Weer Samen Naar School. In het kader van WSNS wordt in het basisonderwijs gewerkt aan het vergroten van de zorg voor leerlingen, om zo het aantal verwijzingen naar de speciale school voor basisonder- wijs te verminderen. Een door de school gehanteerd systeem, dat er voor zorgt, dat het onderwijs zo nauwkeurig mogelijk aansluit bij de behoeften van alle leerlingen in de groep. Volgsysteem om de ontwikkeling op sociaal emotioneel gebied in kaart te brengen. VeerKrachtGroep: onderwijsbegeleidingsdienst Volgsysteem om de ontwikkeling op kennisgebied in kaart te brengen. Een “vereniging” die bestaat uit ouders en leerkrachten van onze school. Hun hoofdtaak is invloed uitoefenen op het beleid van de school door advies- en instemmingsrecht.
Schoolgids 2013-2014, uitgebreide versie, augustus 2013