Monitor informele zorg Projecten ingediend in 2004
Monitor informele zorg Projecten ingediend in 2004
mevrouw drs. T. Rietveld
PON Instituut voor advies, onderzoek en ontwikkeling in Noord-Brabant oktober 2005
Het PON heeft dit onderzoek verricht in opdracht van de provincie NoordBrabant
ISBN 90-5049-362-9 © 2005 PON Instituut voor advies, onderzoek en ontwikkeling in Noord-Brabant. Het auteursrecht van deze publicatie berust bij het PON. Gehele of gedeeltelijke overname van teksten is toegestaan, mits daarbij de bron wordt vermeld. Vermenigvuldiging en publicatie in een andere vorm dan dit rapport is slechts toegestaan na schriftelijke toestemming van het PON. Deze publicatie is te bestellen onder vermelding van PON-publicatie 05-37 PON Postbus 90123 5000 LA Tilburg Telefoon: (013) 535 15 35 Fax: (013) 535 81 69 E-mail:
[email protected] Internet: www.ponbrabant.nl
Inhoud 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
2 2.1 2.2 2.3
3 3.1 3.2 3.3
4
Inleiding Doel monitor De te monitoren projecten Werkwijze Klankbordgroep Leeswijzer
5 5 5 6 6 6
Maatschappelijk debat over mantelzorg De activiteit Financiering Opmerkingen
7 7 8 8
Website informelezorgbrabant.nl onderhouden De activiteit Financiering Opmerkingen
9 9 9 9
Respijtzorgvoorzieningen in kaart brengen De activiteit Financiën Opmerkingen
10 10 10 10
Subsidie aan Kenniscentrum Zelfhulp Inleiding De activiteit Financiering Opmerkingen
11 11 11 12 12
Donatieregeling Informele zorg De regeling De projecten Resultaten Aanbevelingen bij de donatieregeling
13 13 13 15 16
Financiering projecten georganiseerde vriendschappen op maat De projecten De resultaten Aanbevelingen bij de regeling
17 17 18 19
Informele zorgprojecten met gelden Sociaal Beleid De projecten De resultaten Aanbeveling bij de regeling
20 20 21 22
Conclusies en aanbevelingen Conclusies en aanbevelingen per actiepunt Algemene conclusies en aanbevelingen
23 23 25
Bijlage 1 Overzicht aanvragers regelingen Donatieregeling Regeling georganiseerde vriendschappen op maat Sociaal beleid
27 27 27 27
4.1 4.2 4.3
5 5.1 5.2 5.3 5.4
6 6.1 6.2 6.3 6.4
7 7.1 7.2 7.3
8 8.1 8.2 8.3
9 9.1 9.2
1
Inleiding Informele zorg is een verzamelbegrip voor alle vormen van zorgverlening die niet beroepsmatig worden verricht, te weten mantelzorg, vrijwilligerszorg en zelfhulp. Uit onderzoek is gebleken dat de informele zorg, waaronder de mantelzorg, sterk onder druk staat. De provincie vindt daarom dat actie nodig is, zowel door de provincie zelf als door andere partijen, zoals zorgaanbieders en maakt zich al jaren sterk voor goede informele zorg in de provincie. De provincie wil actie stimuleren en heeft daartoe het een actiepunten voor de informele zorg ontwikkeld. In Als zorgen je vak niet is, Actieplan Informele Zorg 2004-2007 worden zesentwintig acties beschreven die nodig zijn om de positie en de ondersteuning van de informele zorg te verbeteren. In haar vergadering van 11 juni 2004 heeft de commissie Zorg, Welzijn en Cultuur extra middelen beschikbar gesteld voor de informele zorg. In 2004 is aan verschillende projecten een subsidie toegekend. Het is nu tijd om in beeld te krijgen op welke wijze deze gelden zijn besteed en wat van de projecten geleerd kan worden. Het is de eerste keer dat projecten binnen de informele zorg op deze manier gevolgd en in beeld gebracht worden. De uitvoering van deze monitor is als 26e actiepunt in het actieplan opgenomen.
1.1 Doel monitor Het doel van het monitoren is duidelijk in beeld krijgen op welke wijze, waaraan en met welk resultaat de beschikbare gelden besteed zijn. Daarnaast moet het monitoren van de projecten leiden tot het overdragen van inhoudelijke expertise. Wat hebben we uit het ene project geleerd wat ook voor andere organisaties bruikbaar is? De resultaten worden gebruikt bij het opstellen en aanscherpen van de subsidiecriteria voor projecten informele zorg. Naast het voor u liggende rapport, wordt ook een publieksversie uitgebracht om de ervaringen uit de projecten zo breed mogelijk te verspreiden.
1.2 De te monitoren projecten Als zorg je vak niet is, Actieplan Informele Zorg bevat 26 acties, waarvan aan een aantal een subsidie is toegekend. Het gaat om: 1 Maatschappelijk debat over mantelzorg. 2 Website informelezorgbrabant.nl onderhouden. 3 Respijtzorgvoorzieningen in kaart brengen. 4 Subsidie aan Kenniscentrum Zelfhulp. 5 Stimuleringsregeling Informele zorg. 6 Financiering projecten georganiseerde vriendschappen op maat. 7 Belangenbehartiging mantelzorg. 8 Stimuleringsregeling respijtzorg. De belangenbehartiging wordt in de loop van 2005 door de PRVMZ geëvalueerd. De stimuleringsregeling respijtzorg wordt in 2005 uitgezet. Beide thema’s komen daarom niet in deze monitor ter sprake.
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
5
In het kader van het sociaal beleid zijn in 2004 3 subsidies uitgekeerd voor doeleinden die te maken hebben met informele zorg. Om een breed beeld over de gelden die aan informele zorg besteed worden, nemen we deze 3 aanvragen mee in de monitor.
1.3 Werkwijze In deze monitor ligt het accent op de donatieregeling informele zorg, de stimuleringsregeling georganiseerde vriendschappen op maat en de projecten uit het sociaal beleid. Met aanvragers van deze projecten is een gesprek gevoerd. We geven een korte beschrijving van de activiteiten waaraan de middelen zijn besteed en beschrijven de resultaten van de activiteit. De overige projecten beschrijven we aan de hand van relevant materiaal en toelichtende gesprekken.
1.4 Klankbordgroep De denktank informele zorg, onder voorzitterschap van mevrouw Breebaart van de provincie Noord-Brabant, fungeerde als klankbordgroep. De denktank kwam gedurende de monitor 2 maal bijeen. In de eerste bijeenkomst van 5 juli 2005 is de opzet van de monitor besproken, in de bijeenkomst van 27 september is het conceptrapport besproken.
1.5 Leeswijzer Per hoofdstuk wordt een project van het actieplan beschreven. Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 Hoofdstuk 6 Hoofdstuk 7 Hoofdstuk 8 Hoofdstuk 9
6
Maatschappelijk debat informele zorg Website informelezorgbrabant.nl Respijtzorgvoorzieningen in kaart Kenniscentrum Zelfhulp Donatieregeling informele zorg Projecten georganiseerde vriendschappen op maat Projecten sociaal beleid Conclusies en aanbevelingen
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
2
Maatschappelijk debat over mantelzorg
2.1 De activiteit Op 26 april 2005 vond een maatschappelijk debat plaats over mantelzorg. Het debat werd georganiseerd door Brabant Balie (een podium voor het debat over diverse maatschappelijke thema's). De Brabantse Raad van Mantelzorgers, de afdeling SCO van de provincie Noord-Brabant en het PON waren betrokken bij de inhoudelijke voorbereidingen. Het doel van het debat was dat gemeenten en mensen uit het bedrijfsleven aandacht krijgen voor mantelzorgers. De uitnodiging zag er als volgt uit:
Mantelzorg Buitenspel?! Bijna 600.000 mantelzorgers in Noord-Brabant. Blijven ze anoniem? In Noord-Brabant zijn bijna 600.000 mantelzorgers dagelijks in de weer. Mantelzorg kost tijd en geld en doet een aanslag op de mentale weerbaarheid. In dit debat stelt Brabant Balie de vraag: hoe maak je mantelzorg zichtbaar voor beleidsmakers en wat moeten gemeenten en bedrijven doen om mantelzorg mogelijk te maken? Astrid Bosch, onderzoeker bij het PON, geeft zicht op de stand van de mantelzorg. Sami Inal van de Brabantse Raad van Mantelzorgers geeft drie problemen én drie oplossingen. Theater ‘Schermutseling’ brengt de mantelzorger tot leven. De avond wordt geleid door Piet de Kroon, directeur PON Noord-Brabant.
De avond werd door ongeveer 70 mensen bezocht. De bezoekers waren mantelzorgers, mensen uit het maatschappelijk middenveld, enkele gemeenteraadsleden en enkele mensen vanuit de vakbond. Ondanks inspanningen is het niet gelukt mensen vanuit het bedrijfsleven te interesseren voor het debat. De avond leverde een levendige discussie op over verschillende thema’s zoals onbekendheid van het ondersteuningsaanbod aan mantelzorgers, de beperkte mogelijkheden die mantelzorgers hebben om betaald werk te combineren met het bieden van mantelzorg, de vraag of organisaties hun aanbod regionaal moeten organiseren. De mensen vanuit de vakbond hadden een goede inbreng wat betreft de plannen die zij hebben om zorg en arbeid te combineren. Door het afwezigheid van mensen vanuit het bedrijfsleven is de discussie over de manier waarop het bedrijfsleven inspeelt op de arbeid-zorgcombinatie niet besproken. De aanwezige raadsleden zagen goede mogelijkheden voor gemeenten om de regie te gaan voeren voor de ondersteuning aan mantelzorgers.
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
7
Gezien de komende Wet Maatschappelijke Ondersteuning is dat een goede ontwikkeling, omdat die taak ook daadwerkelijk bij de gemeente komt te liggen.
2.2 Financiering De provincie heeft een bedrag van € 5000,-- beschikbaar gesteld voor het debat.
2.3 Opmerkingen Door de organisatie uit te besteden aan Brabant Balie, is gekozen om aan te haken bij bestaande structuren om debatten te organiseren. Dit heeft voordelen wat betreft de methoden van uitnodigen, het gebruik van zaal en apparatuur, de kennis van het organiseren van een debat. Een nadeel is dat de provincie minder goed in beeld komt als de initiator van het debat. Misschien had een uitnodiging van de provincie bij mensen uit het bedrijfsleven wel geleid tot participatie aan het debat. Dit blijft natuurlijk gissen. Een ander nadeel is dat ondanks de professionele organisatie nog veel inzet nodig was om zowel de inhoud als ook enkele organisatorische zaken te regelen. Het is aan te bevelen om een volgend debat op een andere manier te organiseren. Gedacht kan worden aan het houden van het debat in het provinciehuis, zodat de herkenbaarheid groot is en het eigen netwerk gebruikt kan worden. De inhoud van een dergelijk debat is erg belangrijk en vraagt veel inhoudelijke kennis. Het blijkt dat het uitbesteden van een inhoudelijk debat aan een organisatie die niet met de inhoud bekend is daarom niet wenselijk is.
8
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
3
Website informelezorgbrabant.nl onderhouden
3.1 De activiteit In september 2002 is de website www.informelezorgbrabant.nl de lucht ingegaan. Aan het opzetten van de site ging een onderzoek vooraf: Inventarisatie informele zorg in Noord-Brabant (2001). Tijdens de inventarisatie van organisaties die zich bezighouden met informele zorg zijn een aantal opvallende onderwerpen gesignaleerd. Informatie op diverse websites (bijvoorbeeld de VTZ Nederland en de vrijwilligerscentrales in Nederland) was niet geheel actueel en niet toegespitst op de Brabantse situatie. Wat tijdens de inventarisatieronde in Brabant bleek, was dat er veel behoefte was aan een actuele site. De website informelezorgbrabant.nl is opgezet om te zorgen voor actuele informatie over de informele zorg in Noord-Brabant. Bezoekers kunnen er terecht om te kijken welke soort zorg bij hen in de buurt wordt aangeboden. Daarnaast kunnen organisaties zich op de site presenteren; zij verzorgen zelf de informatie die op de site weergegeven wordt, zodat ze kunnen zorgen voor actualiteit. Daarnaast kan beleidsinformatie uit de site gehaald worden. Zijn de organisaties voor informele zorg overal in Noord-Brabant vertegenwoordigd? Hoe beantwoorden de bezoekers van de site de stellingen en reageren zij op de vragen die in het forum gesteld worden? In 2002 en 2003 is de site opgezet en ontwikkeld. In 2004 is de site verder ontwikkeld en uitgebouwd met onder andere respijtzorg en maatjesprojecten.
3.2 Financiering Het ontwikkelwerk in 2004 is door het PON uitgevoerd. Hiervoor heeft het PON 10 dagen uit de basisstructuur gebruikt en heeft de provincie NoordBrabant 6 dagen vanuit het budget informele zorg beschikbaar gesteld. De materiële kosten zijn door de provincie betaald.
3.3 Opmerkingen De website is vanaf de start door het PON ontwikkeld. Inmiddels is de site 3 jaar actueel en blijkt deze nog steeds aan de behoeften te voldoen. De site wordt goed bezocht, gemiddeld tussen de 800 en 1100 bezoekers per maand. De site is ontwikkeld, zodat voor het PON de bezigheden niet meer in hun werkzaamheden pasten. De site is begin 2005 overdragen aan de provincie en wordt nu door medewerkers van de afdeling SCO beheerd, wat goed aansluit bij hun werkzaamheden en behoeften aan informatie.
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
9
4
Respijtzorgvoorzieningen in kaart brengen
4.1 De activiteit De provincie vindt het belangrijk dat goed bekend wordt welke vormen van respijtzorg aangeboden worden en waar deze zorg geboden wordt. Een zo compleet mogelijk overzicht van respijtzorg is daarom onontbeerlijk. Het PON heeft in 2004 in het flexibel volume een start gemaakt met het in kaart brengen van de mogelijkheden van respijtzorg. Uitkomsten van dat onderzoek zijn onder andere gebruikt om de criteria voor de stimuleringsregeling respijtzorg vorm te geven. Om echter een zo compleet mogelijk beeld te geven van respijtzorgmogelijkheden was een grondiger onderzoek noodzakelijk. Hiervoor werd bij de V en V-sector, de verstandelijk gehandicaptensector, de GGZ, de jeugdzorg en via intermediairs vragenlijsten uitzetten om initiatieven op te sporen. Er werden ongeveer 300 vragenlijsten uitgezet. Om de inventarisatie zo compleet mogelijk te maken, werden instellingen gebeld wanneer van hen geen ingevulde vragenlijst retour is ontvangen. Van het project is een onderzoeksrapport verschenen. Tevens is voor mantelzorgers een publieksversie van de inventarisatie van respijtzorg verschenen. Deze is in een oplagen van 10.000 gedrukt. De boekjes zijn verspreid op de provinciale mantelzorgdag die de provincie in juni 2005 organiseerde en ook via steunpunten mantelzorg. In augustus is het boekje herdrukt (5000 exemplaren).
4.2 Financiën Voor het onderzoek naar respijtzorg, het schrijven van het rapport en de publieksversie, werd door het PON dagen uit het flexibele volume gebuikt en werd door de provincie 27 dagen betaald uit het budget van de informele zorg. De brochure werd door de provincie betaald. De totale kosten van het project bedroegen € 35.960,--.
4.3 Opmerkingen Er blijkt veel behoefte te zijn aan inzicht in de respijtzorgmogelijkheden. Het boekje is daarom goed ontvangen. Het nadeel is dat een boekje nooit compleet is, zodat de mantelzorgers niet alle informatie hebben en organisaties die niet in het boekje staan zich gepasseerd voelen. De website informele zorgbrabant.nl biedt wel uitkomsten om het aanbod actueel te houden, maar beeldend materiaal spreekt meer aan bij de doelgroep mantelzorgers. In de herdruk van het boekje zijn weer meer organisaties opgenomen. Het boekje zou regelmatig herdrukt moeten worden, om mantelzorgers goed te blijven informeren. Bij een volgende herdruk zal tijd beschikbaar moeten zijn om enig vervolgonderzoek uit te voeren.
10
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
5
Subsidie aan Kenniscentrum Zelfhulp
5.1 Inleiding Het Kenniscentrum Zelfhulp en Ervaringsdeskundigheid is voortgekomen uit een samenwerkingsverband van twee zelfstandige kenniscentra: het Kenniscentrum Zelfhulp en het Kenniscentrum Ervaringsdeskundigheid. Het Kenniscentrum Zelfhulp en Ervaringsdeskundigheid is een stichting die kennis ontwikkelt, verzamelt en verspreidt over zelfhulp, zelfhulpgroepen en ervaringsdeskundigheid. De stichting werkt met twee verschillende werkmaatschappijen; het Kenniscentrum Zelfhulp en het Kenniscentrum Ervaringsdeskundigheid. We beperken ons in de monitor tot het Kenniscentrum Zelfhulp.
5.2 De activiteit In 2000 is op initiatief van de stichting Zelfhulp Netwerk Eindhoven/ Kempenland het Kenniscentrum Zelfhulp opgericht. Het doel van het kenniscentrum is het verschijnsel zelfhulp in brede zin te ondersteunen. Om dit te bereiken worden vanuit het kenniscentrum regionale steunpunten voor zelfhulp opgezet en ondersteund. Voor deze doelstelling is de subsidie van de provincie bedoeld. Concrete activiteiten die uitgevoerd worden zijn onder andere het in kaart hebben van zoveel mogelijk zelfhulpgroepen in de regio, het geven van begeleiding en ondersteuning aan de zelfhulpgroepen en het zoeken van aanvullende financiering. Ook worden producten ontwikkeld die voor alle steunpunten zelfhulp bruikbaar zijn. Deze producten zijn overdraagbaar zowel binnen als buiten de provincie. In het actieplan van de provincie staan de volgende doelen opgenomen die betrekking hebben op het Kenniscentrum Informele zorg: - In 2006 functioneert in elk van de vier Brabantse regio’s een steunpunt zelfhulp. - In 2006 functioneert in elke van de vier Brabantse regio’s een samenwerkingsnetwerk informele zorg tussen steunpunten mantelzorg, steunpunten zelfhulp en coördinatiepunten vrijwillige thuiszorg.
Stand van zaken Het steunpunt in Eindhoven is al jaren actief en ingeburgerd. Veel zelfhulpgroepen weten het steunpunt te vinden. De ontwikkeling in Eindhoven is dat het steunpunt voor de hele regio gebruikt wordt, in plaats van alleen voor Eindhoven en Kempenland. Inmiddels zijn overleggen gaande om in Helmond een dependance te starten. In West-Brabant is voor het Steunpunt Zelfhulp een locatie gevonden in de informatiewinkel in Roosendaal. Nu de locatie gevonden is, wordt aan verdere uitbouw van het steunpunt gewerkt. Nog niet duidelijk is of het steunpunt een uitstraling voor heel West-Brabant gaat krijgen. Het steunpunt in WestBrabant heeft geen zelfstandig bestuur, maar valt bestuurlijk onder het Kenniscentrum Zelfhulp en Ervaringsdeskundigheid.
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
11
In ‘s-Hertogenbosch is een locatie gevonden in een school. De ontstaansgeschiedenis van het steunpunt in ‘s-Hertogenbosch is anders dan de andere steunpunten. Al enkele jaren werd door een aantal actieve vrijwilligers geprobeerd iets soortgelijks van de grond te krijgen. Na het overlijden van de initiatiefnemer hebben de andere vrijwilligers contact gezocht om uit te groeien tot een steunpunt zelfhulp. Vooralsnog financiert ook de gemeente ’s-Hertogenbosch hulp in de eigen gemeente. De gemeente ’s-Hertogenbosch is van mening dat voor financiering van hulp in de overige gemeenten in Noordoost-Brabant aanvullende financiering gezocht moet worden. In Midden-Brabant hebben in de zomer van 2005 gesprekken plaatsgevonden met onder andere Stichting Mantelzorg, RPCP, MEE, gemeente, GGD, CZ om een locatie te vinden voor het Steunpunt Zelfhulp. Dit heeft geresulteerd in de verwachte opening van het Steunpunt Zelfhulp Midden-Brabant in november 2005.
5.3 Financiering De provincie heeft voor de jaren 2004 en 2005 € 25.000,-- beschikbaar gesteld aan het kenniscentrum zelfhulp. Deze gelden worden besteed aan het inzetten van een coördinator. De coördinator wordt via BOZ ‘ingehuurd’ en besteedt 2 dagen per week aan het project. De € 25.000,-- van de provincie is voldoende om de coördinator te betalen, maar niet om ook zelfhulpgroepen te faciliteren en bijvoorbeeld voor inrichtings- en huisvestingkosten. Hiervoor worden aanvullende subsidies bij gemeenten en/of fondsen aangevraagd. Van het CZ-fonds is een subsidie van € 25.000,-- ontvangen. Eind 2004 heeft het kenniscentrum Zelfhulp vanuit de donatieregeling steunpunten mantelzorg € 5.000,-- ontvangen. Dit geld is gebruikt voor inrichtingskosten voor de steunpunten in Den Bosch en West-Brabant. De verantwoording van deze middelen wordt in het jaarverslag van het Kenniscentrum opgenomen.
5.4 Opmerkingen In 3 regio’s functioneren al regionale steunpunten zelfhulp, in de 4e regio is het steunpunt in oprichting. In de oprichting en uitbouw van de steunpunten wordt geprobeerd om zo nauw mogelijk samen te werken met steunpunten mantelzorg en de vrijwillige thuiszorgorganisaties. De coördinator besteedt veel aandacht aan deze samenwerking en lijkt daar goed in te slagen, zodat samenwerking in de loop van dit jaar en volgend jaar verder vorm gaat krijgen. De eerste doelstelling van de provincie - in elke regio functioneert een steunpunt zelfhulp - wordt dus zeker gehaald. Aan de 2e doelstelling - de opbouw van een samenwerkingsnetwerk informele zorg - wordt hard gewerkt. De provincie zal op andere partners in dit netwerk druk kunnen uitoefenen om hun medewerking aan het netwerk te geven.
12
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
6
Donatieregeling Informele zorg
6.1 De regeling De provincie heeft ervoor gekozen om organisaties informele zorg in 20042007 te ondersteunen. Jaarlijks is een bedrag van € 20.000,-- beschikbaar, per jaar voor verschillende doelgroepen. In 2004 was het bedrag bestemd voor steunpunten mantelzorg. In 2005 is het bedrag bestemd voor de zelfhulp, in 2006 voor organisaties in de vrijwillige thuiszorg en in 2007 voor samenwerkingsprojecten. In september 2004 heeft de provincie de steunpunten mantelzorg een brief gestuurd met de procedure en een aanvraagformulier. Per steunpunt kon maximaal € 500,-- aangevraagd worden. In de procedure was aangegeven waarvoor de gelden inzetbaar waren: - De activiteiten moesten gericht zij op minimaal een van de in het Actieplan informele zorg benoemde doelgroepen: jonge mantelzorgers, allochtone mantelzorgers, en/of mantelzorgers van GGZ-cliënten. - De regeling was bedoeld voor financiering van eenmalige activiteiten. - De aanvragers moesten bereid zijn om hun activiteiten op de website informelezorgbrabant.nl te vermelden. - De aanvragers moesten bereid zijn een kort verslag voor externe publicatie te maken. - De aanvraag moest namens een steunpunt mantelzorg gedaan worden. - De aanvraag moest voor 8 oktober 2004 bij de provincie binnen zijn. Het aanvraagformulier gaf de aanvragers handvatten in de gegevens die zij moesten aanleveren. Gevraagd werd naar de activiteit, aanleiding en doel van de activiteit, de samenwerkingspartners, de tijd wanneer de activiteit uitgevoerd werd, de bereidheid om op de website te vermelden en een extern verslag aan te bieden. De aanvraag hoefde in totaal niet meer dan 1 A4 te bevatten.
6.2 De projecten De donatieregeling is toegekend aan 12 aanvragers vanuit een steunpunt mantelzorger. Om het volledige bedrag van € 20.000,-- te besteden hebben deze aanvragers allemaal een bedrag van € 1.250,-- toegekend gekregen. Apart staat de toekenning van € 5.000,-- uit de regeling aan het Kenniscentrum Zelfhulp. Dit geld is besteed aan inrichtingskosten van steunpunten. De activiteiten moesten betrekking hebben op een van de 3 genoemde doelgroepen: jonge mantelzorgers, allochtone mantelzorgers of mantelzorgers van GGZ-cliënten. Van de 12 aanvragen hadden er 6 betrekking op jonge mantelzorgers, 3 op allochtone mantelzorgers en 3 op mantelzorgers van GGZ- cliënten.
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
13
- Projecten voor jonge mantelzorgers Voor de jonge mantelzorgers werden projecten ingediend die bedoeld waren om hen te bereiken en hen bewust te maken van hun positie. Een project wilde dat doen door onder andere een prijsvraag uit te schrijven, een project door een survival te organiseren en de andere projecten door voorlichting op scholen te geven. Het project dat startte met de prijsvraag is in volle gang. Een jonge mantelzorger kan door een vriend of vriendin genomineerd worden als mantelzorger. Wie wint, gaat samen een dag op stap. Het project wordt ook op scholen uitgevoerd, waar naast een voorlichtingsfilm, de leerlingen door toneel attent gemaakt worden op mantelzorg. De leerlingen worden betrokken door hen onder andere een uitnodigingsposter te laten maken. In dit project is nadrukkelijk de samenwerking gezocht met een jongerenwerker, maar ook met scholen en maatschappelijk werk. Vijf van de steunpunten die een donatie voor jonge mantelzorgers aangevraagd hebben, werken samen binnen het SVT Informele Zorg West-Brabant. Een van de steunpunten was gestart een survival voor jonge mantelzorgers te organiseren. Deze activiteit is niet doorgegaan wegens gebrek aan belangstelling, terwijl er wel veel gelobbyd was en er samengewerkt werd met andere organisaties. Een proefles is gegeven op een school om jongeren attent te maken op mantelzorgers. Het bleek lastig jongeren te boeien, daarom wordt er nu gezamenlijk gezocht naar een invulling voor de lessen op de scholen. Er is nu overleg met een toneelgroep die langs verschillende scholen gaat. Dit is uitgeprobeerd en slaat wel aan. Op dit moment worden contacten gelegd met scholen (voor zo ver dat nog niet gebeurd was) en in het najaar vinden de meeste bijeenkomsten plaats. In de projecten wordt samengewerkt met de scholen en een toneelgroep. Omdat de steunpunten onder de SVT Informele Zorg West-Brabant vallen, hebben zij regelmatig overleg en maken zij gebruik van elkaars ervaringen. Ook is een afspraak gepland met een consulent jonge mantelzorg van een steunpunt mantelzorg in Midden-Brabant. Deze consulent heeft al veel ervaring opgedaan met het werken met jonge mantelzorgers. - Projecten voor allochtone mantelzorgers Twee van de drie donaties zijn gebruikt om de folders van de steunpunten te vertalen voor Turkse en/of Marokkaanse mantelzorgers. Hiervoor heeft een van de initiatieven contact gezocht met het vrouwenbestuur uit een moskee en de andere met de GGD. De folders zijn inmiddels gereed en verspreid. De steunpunten krijgen nu vragen vanuit deze groepen. De derde donatie is gebruikt om casussen uit te werken om de werkprocessen van steunpunt mantelzorg, vluchtelingenwerk en maatschappelijk werk beter op elkaar aan te laten sluiten. Het project is nog in uitvoering; er wordt met verschillende gezinnen gesproken over hun ondersteuningswensen. - Projecten voor mantelzorgers van GGZ- cliënten Het eerste project is erop gericht informatiebijeenkomsten op te starten voor mantelzorgers van mensen met een depressie. Er wordt een draaiboek en een lezing gemaakt en de bijeenkomst gaat in het najaar plaatsvinden.
14
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
Het tweede project richt zich erop dat inloopbijeenkomsten inhoudelijk verdiept kunnen worden. De donatie is ingezet om boeken te kopen, folders te laten maken, een film te kopen en sprekers uit te nodigen. Het derde project is voor jonge mantelzorgers van GGZ-cliënten. Voor deze jongeren wordt een activiteitendag georganiseerd om hen zo in beeld te krijgen voor vervolgactiviteiten.
6.3 Resultaten De voortgang van de projecten die in aanmerking kwamen voor de regeling is verschillend. In een aantal gevallen werden concrete activiteiten bedacht die snel opgepakt konden worden. Bijvoorbeeld het ontwikkelen van een folder voor anderstaligen. Andere keren lag er al een plan, waarvoor nog geen financiering lag. Deze plannen konden met de gelden van de regeling uitgevoerd worden. Lastiger is het wanneer op het moment van verschijnen van een donatieregeling nog nagedacht moet worden over de besteding van de gelden. Dit soort initiatieven zijn meestal nog niet in de uitvoeringsfase.
Overdraagbaarheid en PR Het overdraagbaar maken van de uitkomsten is door de provincie als eis meegegeven. Hieraan wordt verschillend gewerkt. Bijvoorbeeld de folders voor anderstaligen zijn vrij makkelijk in andere regio’s te gebruiken. Alleen de specifieke informatie, over bijvoorbeeld het steunpunt, moet aangepast worden. Draaiboeken of uitgeschreven lezingen zijn ook goed overdraagbaar naar andere regio’s. Binnen de regio van de SVT Informele Zorg West-Brabant worden ervaringen uitgewisseld over activiteiten die wel of niet haalbaar zijn. Het zal meerwaarde bieden wanneer deze ervaringen breder uitgedragen kunnen worden, bijvoorbeeld dat een draaiboek gemaakt wordt hoe een informatiebijeenkomst voor scholen voorbereid en ingevuld kan worden. Wanneer er een werkgroep rondom een activiteit is opgezet, zal binnen die werkgroep aan kennisoverdracht gewerkt worden. PR is een goed middel om aan overdraagbaarheid te werken. Contacten met lokale pers hebben bijgedragen tot bekendmaking van verschillende projecten. Ook intermediairs zorgen voor een goede verspreiding van de projecten. Nog niet alle projecten die met de donatie zijn uitgevoerd worden op de website informelezorgbrabant.nl vermeld. Soms omdat er nog niet aan gedacht is om het project te vermelden, soms omdat het project nog niet uitgevoerd is en/of dat er nog niet voldoende over te vermelden is.
Meningen over de donatieregeling Alle aanvragers vonden de regeling helder en laagdrempelig. Zij zijn ook erg positief omdat de donatie hoger uitviel dan dat in eerste instantie de bedoeling was. Iedereen was van mening dat de aanvraag indienen niet moeilijk was omdat aangegeven was wat er kort en bondig ingediend moest worden. Wel werden opmerkingen gemaakt dat de indieningstermijn slechts enkele weken was. Enkele steunpunten hadden daar moeite mee, omdat in die tijd ook de dag van de mantelzorg voorbereid moest worden.
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
15
Over de hoogte van de donatie wordt verschillend gedacht. Aanvragers geven aan dat het bedrag organisaties in staat stelt om dingen in gang te zetten die anders waarschijnlijk niet of moeizaam vormgegeven kunnen worden. Verschillen zijn er in de opmerkingen over de hoogte, variërend van “het is eigenlijk heel weinig” tot “het geeft ons een goeie mogelijkheid”. Enkele keren werd gezocht naar cofinanciering omdat het geld gebruikt werd om een groter project te financieren. Enkele keren werd aangegeven dat het lastig was om geld in te zetten, omdat er altijd een vervolg aan projecten zit en dit een eenmalige donatie is.
Leerpunten De aanvragers hebben een aantal leerpunten aangegeven. Nog niet alle initiatieven gaven punten aan, omdat zij de projecten nog niet aan het uitvoeren waren. Samenwerking wordt erg belangrijk gevonden. Door met relevante partijen samen te werken heeft een project meer kans van slagen. De projecten voor jonge mantelzorgers hebben de meeste kans van slagen wanneer er met bijvoorbeeld jongerenwerkers of consulenten jonge mantelzorgers samengewerkt wordt. De groep jonge mantelzorgers blijkt moeilijk te bereiken, samenwerking met ervaren mensen is daarom een pre. Binnen de SVT Informele Zorg West-Brabant leren de steunpunten van elkaar. Voor deze regeling hebben ze vooral elkaars ervaringen geleerd wat niet lukt en gaan met elkaar aan de slag om te kijken wat wel werkt. Voor een aantal projecten is een werkgroep gevormd waar deskundigen zitting in hebben. Zo wordt gebruik gemaakt van kennis en ervaringen. Enkele keren werd aangegeven dat er niet zo maar gestart moet worden met een project omdat er geld beschikbaar is, maar dat er eerst een goed plan gemaakt moet worden.
6.4 Aanbevelingen bij de donatieregeling De regeling heeft steunpunten in staat gesteld om activiteiten uit te voeren die zij anders niet of later uitgevoerd zouden hebben. De regeling is daarom succesvol. Wat opvalt is dat niet alle steunpunten een aantal kleine dingen op de plank hebben liggen waaraan ze een bedrag van € 500,-- kunnen besteden, maar dat zij zoeken naar ‘structurele’ inzet. Terwijl een donatieregeling ook goed in te zetten is voor kleine zaken, bijvoorbeeld drukkosten van folders, inhuren spreker, zaalhuur voor bijeenkomst et cetera. Extra nadruk zal in vervolg gegeven kunnen worden op de eenmaligheid van dergelijke regelingen. De aanvraag is eenvoudig en behoeft geen aanpassing. Gelet op het bedrag en de geringe benodigde informatie is een aanvraagperiode van 4 weken voldoende. Aanvragers kijken soms erg aan tegen het schrijven van bevinding en/of een verantwoording. Om de overdraagbaarheid en de PR te verbeteren kan een formulier naar de aanvragers gestuurd kunnen worden waarin om de verantwoording gevraagd wordt volgens een vast stramien. Bovendien kan nogmaals gewezen worden op het belang de activiteit op de site www.informele zorgbrabant.nl te vermelden en eventuele overdraagbare dingen (zoals draaiboeken en lezingen) op de site te noemen, zodat anderen daarvan gebruik kunnen maken.
16
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
7
Financiering projecten georganiseerde vriendschappen op maat De provincie heeft vijf gevarieerde projecten middelen gegeven om uitvoering te geven aan ‘georganiseerde vriendschappen op maat’. De aanvragers hadden allemaal een project ingediend bij de provincie wat paste in de doelstelling en doelgroepen van het Actieplan Informele Zorg. Hieronder beschrijven we eerst in het kort de projecten waarna we inzoomen op de resultaten.
7.1 De projecten Video hometraining (VHT) VHT is bekend en succesvol in de jeugdzorg. Dit project richt zich erop om VHT toe te passen in de ouderenzorg en op een dusdanige manier dat mantelzorgers ondersteund worden in de verzorging die zij verlenen. Het project is een samenwerking tussen 2 thuiszorgorganisaties en 2 steunpunten mantelzorg. De mensen die met VHT aan de slag willen, zijn inmiddels geselecteerd. Hun scholing vindt plaats in de zomer en najaar 2005. Gestart is met mensen van de thuiszorg, mensen van het steunpunt volgen. Het project kon snel van start gaan, omdat de plannen er al waren. Een tegenvaller is dat het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) maar erg weinig indiceert, zodat geen personeelsbudget beschikbaar is om de VHT uit te voeren. In november 2005 is een tussenevaluatie van het project gepland. Het project heeft € 15.000,-- ontvangen en dit geld is besteed aan de aanschaf van camera’s, het opleiden van personeel en de samenwerking met organisaties. De organisaties zijn tevreden over het bedrag, al hadden ze graag ook budget gekregen om personeel in te zetten, zodat er zonder CIZ-indicatie gewerkt kan worden.
Theater voor jonge mantelzorgers Dit project richtte zich erop jonge mantelzorgers samen theater te laten maken over hun eigen leefwereld. Het doel was om jongeren assertiever te maken, hen bewust te laten worden van hun positie als mantelzorgers en hen een leuke activiteit aan te bieden. Jonge mantelzorgers zijn benaderd, na veel lobby’s in netwerken, en zij mochten een vriend of vriendin meenemen naar de activiteit. De jongeren hebben theater gemaakt, hiervan is ook een DVD verschenen en een videoband om scholing mee te geven. Ook is er een productbeschrijving gemaakt, zodat de activiteit goed overdraagbaar is. Het project heeft € 10.000,-- ontvangen. De medewerkers zijn tevreden over dit bedrag.
Samenwerken tegen ouderenmishandeling In het samenwerkingsproject tegen ouderenmishandeling werkt de GGD samen met steunpunten mantelzorg. In het project is een cursus om ouderenmishandeling tegen te gaan ontwikkeld en in 3 gemeenten uitgeprobeerd. De cursus bestaat uit 6 dagdelen en is voornamelijk bestemd voor mantelzorgers. De cursus slaat goed aan.
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
17
Het project heeft € 7.500,-- ontvangen. De aanvragers waren erg tevreden en hebben net zo veel pilots uitgevoerd als mogelijk was met het bedrag. Zij zouden graag nog veel meer projecten uitvoeren of de cursus in hun reguliere activiteiten aan willen bieden, omdat het erg succesvol is.
Maatjesproject Het maatjesproject is ervoor bedoeld mensen met een psychiatrische achtergrond te koppelen aan maatjes om hen samen leuke dingen te laten doen en hen in de maatschappij te laten meedraaien. Er waren al maatjesprojecten in de GGZ, deze projecten zijn uitgebreid voor deze specifieke doelgroep. Aan het project is € 10.000,-- uitgekeerd. Dit geld is besteed aan deskundigheidsbevordering van de vrijwilligers en de vrijwillige coördinatoren. Er is een training ontwikkeld om de mensen te scholen en de trainingen zijn gegeven. Er is niet bekend hoeveel maatjes er precies gevonden zijn. Het geld werd gezien als mooie aanvulling op het budget, al was het niet voldoende om er een heel project mee te draaien.
Inloophuis voor mensen met kanker In dit inloophuis kunnen mensen met kanker bij gastvrouwen en –heren terecht voor een gesprek, buiten de medische sfeer. Zij kunnen ook informatie krijgen en met lotgenoten spreken. Het huis heeft geen structurele financiering en is volledig afhankelijk van giften. Het huis bestaat nu een jaar en het aantal bezoekers, ook de vaste bezoekers, groeit. Dit toont aan dat er behoefte is aan en degelijk initiatief. Het inloophuis heeft een bedrag van € 5.000,-- ontvangen wat besteed is aan alle gangbare dingen zoals, salaris coördinator, opleiding gastvrouwen, aanvullingen in bibliotheek, verzekeringen, consumpties et cetera. Het huis is erg tevreden met het bedrag, omdat ze volledig afhankelijk zijn van giften.
7.2 De resultaten De gelden zijn verschillend ingezet. In drie gevallen zijn er nieuwe dingen uitgeprobeerd; jongeren theater laten maken, VHT voor ouderen en cursus tegen ouderenmishandeling. In 2 gevallen is het geld ingezet om ontwikkelde zaken verder door te laten gaan. In alle gevallen hebben de gelden ertoe bijgedragen dat goede ideeën door konden gaan of uitgevoerd konden worden. Bijna al het projectgeld is al besteed.
Overdraagbaarheid De video hometrainingen, het toneel voor jongeren, de cursussen voor mantelzorgers en ook de maatjesprojecten zijn overdraagbaar. In de opzet is hiermee rekening gehouden en is bijvoorbeeld gewerkt aan een draaiboek. Het VHT-project kan goed overgedragen worden naar andere organisaties. Bijvoorbeeld de camera’s zijn in beheer van het Brabantse Steunpuntenoverleg en de opgeleide mensen kunnen de VHT elders geven en voorlichting geven. Het theater voor jonge mantelzorgers heeft een draaiboek, een video en een DVD opgeleverd die elders ook goed bruikbaar zijn. Het maatjesproject is overdraagbaar naar andere doelgroepen.
18
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
Meningen Alle aanvragers zijn erg positief over het gekregen bedrag. Ook zijn zij positief over de mogelijkheid om met een ambtenaar van de provincie te overleggen. De gelden hebben ervoor gezorgd dat er projecten uitgevoerd zijn, die anders niet of later uitgevoerd zouden worden.
Leerpunten De aanvragers hebben allemaal een projectvoorstel ingediend. Dit hield in dat zij de activiteiten goed voorbereid hadden en gebruik gemaakt hadden van ervaringen. Zo is als leerpunt genoemd dat een activiteit voor jonge mantelzorgers goede kans van slagen heeft wanneer de activiteit aansprekend is. Ook is het vragen van een kleine bijdrage van die jonge mantelzorgers goed om commitment te krijgen. Een ander leerpunt is dat het verwerven van draagvlak voor een bepaald plan van groot belang is om een plan te laten slagen.
7.3 Aanbevelingen bij de regeling Aanvragers hebben de provincie weten te vinden, zonder dat er een specifieke regeling uitgegeven was. De aanvragers hadden allen van te voren een goed idee, waarop aan aanvraag bij de provincie ingediend is. Al het geld dat aan de projecten gegeven is, is al bijna besteed. Dit blijkt dus heel goed te werken, ideeën konden op die manier doorgang vinden. De regeling heeft organisaties in staat gesteld om innovatieve en creatieve projecten uit te kunnen voeren. De provincie heeft hieraan een belangrijke bijdrage kunnen leveren. Deze regeling is daarom zeer waardevol en dient behouden te blijven. Een nadeel van deze regeling kan zijn, dat niet iedereen de provincie weet te vinden, en dus niet iedereen van een dergelijke regeling gebruik kan maken.
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
19
8
Informele zorgprojecten met gelden Sociaal Beleid Regio’s kunnen een beroep doen op de subsidieregeling Sociaal Beleid. Voor deze subsidieregeling kunnen plannen ingediend worden die voortkomen uit de Regionale Sociale Agenda. In de plannen, die op het gebied van wonen, zorg en welzijn liggen, willen groepen organisaties gezamenlijk aan de slag. In 2004 zijn 3 subsidies toegekend aan (groepen) organisaties die een project dat met informele zorg te maken heeft ingediend hadden. Deze projecten nemen we mee in de monitor. Hieronder beschrijven we eerst kort de projecten, vervolgens de resultaten.
8.1 De projecten Mantelzorgers in beeld in Zuidoost-Brabant In dit project zijn in 3 gemeenten pilots uitgevoerd om moeilijk bereikbare doelgroepen mantelzorgers in beeld te krijgen en uit te proberen hoe zij het beste te bereiken zijn en welke methode voor deze doelgroepen gebruikt kunnen worden. De pilots zijn voor de doelgroepen: allochtonen, mantelzorgers van mensen met niet-aangeboren hersenletsel en jonge mantelzorgers. De voorbereidingen hebben veel tijd gekost, maar zijn wel goed verlopen. De uitvoering van de projecten loopt voornamelijk in het najaar van 2005, zodat nog niets over de resultaten te zeggen is. Voor het project was in 2003 een plan ingediend en er was € 42.000,-aangevraagd. De helft van het bedrag is toegekend, de andere helft moest als cofinanciering, in de vorm van dagen, door de participerende organisaties ingezet worden. Van het moment van aanvragen tot uitvoering zijn er verschillende kartrekkers voor het project geweest. Nu is er een zelfstandig projectleider actief en is er een stuurgroep rond het project. In december 2005 is een bijeenkomst gepland, waarin de uitkomsten kenbaar worden gemaakt. Het project is overdraagbaar, maar zal altijd naar de lokale situatie aangepast moeten worden. Er liggen dan plannen, maar waarschijnlijk ontbreekt het mensen in hun reguliere tijd om het uit te gaan voeren. Men is tevreden met de financiering.
Steunpunt mantelzorg Maasland In de regio Maasland heeft de gemeente Oss met 5 kleinere gemeenten een plan ingediend om een steunpunt te realiseren. Het doel van het steunpunt is om door het aanbieden van activiteiten mantelzorgers te ondersteunen zodat ze het zorgen langer vol kunnen houden. Het plan is in de regiovisie afgesproken, en ingediend in kader van sociaal beleid. Het plan gaat uit van een steunpunt, met de daarvoor bedoelde coördinator en activiteitenbudget. Het is nu echter niet meer de bedoeling dat er een nieuw instituut gebouwd wordt, maar juist een soort netwerk. Dit idee is door voortschrijdend inzicht ontstaan. Gemeente Oss heeft de thuiszorgorganisatie, een zorginstelling en het welzijnswerk gevraagd om met een gezamenlijk plan te komen. Deze organisaties hebben aangegeven dat de overheid concurrentie wil en dat ze daarom
20
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
apart willen indienen. De zorginstelling en de welzijnsorganisatie hebben nu toch samen een voorstel ingediend, de thuiszorg komt met eigen voorstel. Voor het oorspronkelijke plan is € 56.000,-- aangevraagd en de aanvragers hebben ook nog € 8.000,-- gekregen voor onderzoek naar wensen en behoeften van mantelzorgers. Dit laatste onderzoek heeft echter niet de gewenste resultaten opgeleverd, omdat er voornamelijk geëxtrapoleerd is uit landelijk onderzoek. Van de € 56.000,-- is nog geen geld ingezet. Er vindt veel overleg plaats, maar tot nu toe zijn er nog geen concrete afspraken. Het is wel de planning dat in het najaar 2005 overeenstemming bereikt wordt met de deelnemende gemeenten. Het proces is moeizaam, vooral de kleinere gemeenten zijn bang dat zij straks opdraaien voor betaling aan structuren die opgezet zijn. Het is lastig omdat enkele van de kleine gemeenten ook onder andere regio’s vallen. Deze zijn dus helemaal voorzichtig. Vooruitlopend op de WMO is iedereen afwachtend omdat ze niet weten hoeveel geld er beschikbaar komt.
Uitbreiden activiteiten steunpunt mantelzorg Uden/ Veghel Sinds 2001 bestaat het steunpunt Uden/Veghel. Met de gelden van Sociaal Beleid is het de bedoeling om verdere activiteiten te ondernemen. In totaal is ruim € 37,000,-- beschikbaar gesteld. Er is ingezet op 4 activiteiten namelijk het vergroten van de bekendheid van het steunpunt, het signaleren van knelpunten en hiaten, het opzetten van een ondersteuningsgroep voor mantelzorgers van mensen met dementie en het stroomlijnen van de inzet van CVTM-gelden. Voor de PR is er een plan ontwikkeld (door een extern bureau), wat nu wordt uitgevoerd. Ook worden er folders gedrukt. Er zijn goede contacten met lokale media. Ander PR-activiteiten zijn in gang gezet (bijvoorbeeld offerte video), maar worden nog niet uitgevoerd. Het signaleren van knelpunten is nog niet gedaan, in verband met de wisseling van coördinatoren. Vorig jaar zijn 2 ondersteuningsgroepen gehouden, dit jaar 1. Dit wordt uitgevoerd door het Algemeen Maatschappelijk Werk. Een extern bureau heeft de inzet van CVTM-middelen bekeken. Het rapport is bijna gereed.
8.2 De resultaten Twee van de drie projecten zijn op dit moment in uitvoering, het derde project is in de aanvangsfase. Er zijn nog geen concrete resultaten te melden. De projecten borduren voort op bestaande zaken en zijn niet echt vernieuwend. Het kostte alle projecten lange tijd, soms meer dan 2 jaar, om het project daadwerkelijk uit te (gaan) voeren.
Overdraagbaarheid De projecten zijn gericht op de regio, wat ook niet verwonderlijk is omdat het gaat om een regionale subsidie. De steunpunten bieden activiteiten aan voor de regio waarin ze werkzaam zijn. Het project Mantelzorg in beeld wordt uitgevoerd in een aantal gemeenten, maar kan ook in andere gemeenten uitgevoerd worden.
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
21
Meningen De aanvragers zijn tevreden over de regeling. Het zijn substantiële bedragen. Wel wordt opgemerkt dat er activiteiten opgezet worden, die vragen om vervolg. Omdat de regeling niet structureel is, maakt dat het vaak moeilijk dingen op te pakken. Het overleg dat plaatsvindt met de provincie wordt als positief ervaren.
Leerpunten Bij alle projecten zijn meerdere partijen betrokken. Dit vraagt om afstemming, overleg en dergelijke. Dit kost, zeker bij de aanvang van de projecten, veel tijd. De kans is dan reëel aanwezig dat men in overleggen verzandt en dat concrete uitvoering op zich laat wachten.
8.3 Aanbeveling bij de regeling In deze regeling gaan substantiële bedragen om, de projecten die ingediend zijn, hebben daarom een flinke omvang. Projecten lijken naar de subsidieregeling toegeschreven. De provincie zal het overleg met de projectorganisaties extra kunnen versterken, om te komen tot snellere en betere resultaten.
22
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
9
Conclusies en aanbevelingen
9.1 Conclusies en aanbevelingen per actiepunt Via het provinciaal beleid informele zorg is het mogelijk om activiteiten die te maken hebben met informele zorg te financieren. Een grote variatie aan activiteiten hebben in het afgelopen jaar een bijdrage gehad en deze monitor heeft inzicht gegeven in de voortgang van deze activiteiten. Dankzij deze financiering zijn er tal van projecten van de grond gekomen die anders niet uitgevoerd zouden worden. Daarom is al gelijk te constateren dat de regeling een groot succes is en dat de provincie op deze manier een grote bijdrage geeft aan de ontwikkeling van de informele zorg. De op- en aanmerkingen bij de projecten zetten we nog kort op een rij. In de voorgaande hoofdstukken zijn al verschillende aanbevelingen opgenomen, deze noemen we hier nogmaals, aangevuld met algemene opmerkingen.
Maatschappelijk debat mantelzorg Een maatschappelijk debat is een goede manier om aandacht te vragen voor het onderwerp mantelzorg. Hierbij is het wel van groot belang dat de juiste mensen die iets met het onderwerp te maken hebben aanwezig zijn. De provincie was tijdens het debat niet goed in beeld. Een aanbeveling is om het volgende debat zelf in de hand te houden en te laten organiseren door mensen die ook inhoudelijk van het onderwerp op de hoogte zijn. Voor de herkenbaarheid van de provincie is het beter het debat op het provinciehuis te laten plaatsvinden.
www.informelezorgbrabant.nl De website www.informelezorgbrabant.nl is een succes. De site wordt veelvuldig bekeken en er is inmiddels veel informatie op vermeld. De site wordt beheerd door mensen van de afdeling SCO van de provincie, zodat de provincie dicht bij de informatie zit. Het is van belang dat de site actueel blijft. We bevelen hierbij aan om regelmatig acties te ondernemen om de site actueel te houden. Hierbij kan gedacht worden aan het versturen van een mailing naar de organisaties die genoemd worden, maar ook om de site breed onder de aandacht te brengen van organisaties die nog niet op de site vermeld staan.
Respijtzorgvoorzieningen in beeld Een groot aantal voorzieningen die respijtzorg aanbieden zijn inmiddels in kaart gebracht. Van dit project is een onderzoeksrapport en een publieksversie verschenen. De provincie is inmiddels al met aanbevelingen uit het onderzoeksrapport aan de slag, onder andere door de invoering van een stimuleringsregeling en een informatiecampagne. Ook worden verder plannen gemaakt om initiatieven voor respijtzorg te ondersteunen. De publieksversie voldoet aan de wensen van veel mantelzorgers. Ook voor respijtzorg geldt dat het belangrijk is om een actueel aanbod in beeld te hebben. De voorzieningen worden op de website informelezorgbrabant.nl
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
23
genoemd en zullen ook daar actueel gehouden moeten worden. Maar ook de publieksversie zal regelmatig ververst moeten worden.
Kenniscentrum Zelfhulp Het Kenniscentrum Zelfhulp is hard bezig de doelstellingen te realiseren. Er dient goed gekeken te worden hoe de werkzaamheden in regulier aanbod ingebed kunnen worden, zodat het niet altijd projecten blijven.
Donatieregeling informele zorg De gelden voor de donatieregeling informele zorg zijn toegekend aan 12 steunpunten mantelzorg. Ook het Kenniscentrum Zelfhulp heeft een donatie gekregen. Nog niet alle 12 aangevraagde projecten zijn uitgevoerd. Om het geld op een goede manier in te zetten vindt er overleg plaats en maken instellingen gebruik van ervaringen van anderen. In het kader van deze regeling is dat niet echt noodzakelijk, omdat het om een kleine donatie gaat, waarvan het geld in lopende projecten gestoken kan worden. Een aantal samenwerkende steunpunten hebben vergelijkbare projecten ingediend, zodat ervaringen uitgewisseld kunnen worden. Ook wordt informatie ingewonnen bij een consulent mantelzorg met brede ervaring op het gebied van jonge mantelzorgers. Dit komt de besteding ten goede. Projecten aanvragen is voor veel mensen een drempel. Het standaardformulier heeft goed geholpen mensen over deze drempel heen te helpen. Om de evaluatie en de PR nogmaals onder de aandacht te brengen zou hiervoor ook een standaardformulier gestuurd kunnen worden.
Financiering georganiseerde vriendschappen op maat De financiering voor projecten georganiseerde vriendschappen op maat is aan 5 projecten toegekend. Deze gelden zijn bijna allemaal voor vernieuwende ideeën ingezet. Aanvragers hebben een projectplan ingediend, zonder dat sprake was van een vastgestelde regeling. De projecten zijn in een kort tijdsbestek, met veel resultaat uitgevoerd. Deze regeling blijkt erg in de behoeften te voorzien. Aanvragers hebben goed over een project nagedacht, alvorens het in te dienen. Dit komt de kwaliteit van de projecten zeker ten goede. Continuering van deze regeling is daarom wenselijk.
Regeling sociaal beleid Drie projecten informele zorg kwamen in aanmerking voor de regeling Sociaal Beleid. Aan deze regeling is een vaststaand bedrag gekoppeld, waar mensen aanspraak op kunnen maken. Het gaat hierbij om samenwerkingsafspraken tussen verschillenden partijen, wat soms leidt tot vertraging in de uitvoer. Ook gaat het om grote bedragen, waarvoor de nodige voorbereiding getroffen moet worden. Het idee bij deze regeling ontstaat dat mensen erg graag in aanmerking willen komen voor de subsidie zonder van te voren goed de plannen te maken en consequentie te overdenken. Overleg met de provincie omtrent de regeling wordt bijzonder op prijs gesteld en zou uitgebreid kunnen worden om tot snellere en betere resultaten te komen.
24
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
9.2 Algemene conclusies en aanbevelingen Het goede behouden De subsidies worden alom gewaardeerd en leiden tot mooie dingen. De provincie blijkt een goede aanjager van projecten in de informele zorg te zijn. Een functie die de provincie ook voor zichzelf weggelegd ziet. Het behoud van gelden voor de informele zorg is daarom aan te bevelen.
Neem zelf ook het voortouw De provincie heeft in Als zorgen je vak niet is. Actieplan informele zorg, maar ook in commissievergaderingen, keuzes gemaakt voor projecten die zij van belang vindt. De provincie kan sturen op die projecten en deze in de markt wegzetten, zoals het maatschappelijk debat, het onderzoek respijtzorg en het kenniscentrum. Door zelf projecten uit te kiezen kan de provincie haar aanjaagfunctie verder waarmaken. Hiervoor geldt dus ook dat het goed is voor de provincie om gelden voor informele zorg zelf in te kunnen zetten.
Beloon nieuwe initiatieven Innovatie en nieuwe methoden kunnen vaak niet in gewone tijd ontwikkeld worden en passen goed in een subsidieregeling van de provincie. De provincie kan via deze regelingen innovatie en creativiteit belonen en in gang laten zetten.
Behoud diversiteit Er is sprake van verschillende regelingen: een donatieregeling voor kleine bedragen, een open regeling voor grotere bedragen en de mogelijkheid om binnen de regeling Sociaal Beleid projecten voor de informele zorg in te dienen. Verscheidenheid heeft voor- en nadelen. Een belangrijk voordeel is dat de provincie de mogelijkheid heeft om, zonder veel rompslomp, aan projecten een bijdrage te geven. Een voordeel voor organisaties is dat ze, wanneer ze een goed projectvoorstel indienden dat relevant is voor de provincie, een bijdrage kunnen aanvragen. Uit de monitor is gebleken dat vooral die projecten snel en succesvol uitgevoerd worden. Een nadeel is dat er verschillende aanvraagmanieren en dergelijke zijn en dat niet alle organisaties van open aanvraagmogelijkheden op de hoogte zijn. We bevelen aan om de verscheidenheid te behouden en de verschillende regelingen op de websites van zowel de provincie als www.informelezorg brabant.nl te vermelden. Gebruik van standaardformulieren voor de aanvraag en de verantwoording verhogen het gebruiksgemak en de duidelijkheid.
Aandacht voor uitwisselen van ideeën. De provincie heeft het afgelopen jaar aan een scala aan projecten een financiële bijdrage gegeven. In de meeste gevallen vraagt de provincie naar een verantwoording van de gelden. Soms ook een verantwoording die openbaar gemaakt kan worden. In lang niet alle gevallen was deze
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
25
verantwoording al gegeven. De provincie dient hierop toe te zien dat die verantwoording er komt. Een aantal van de projecten leent zich uitermate goed om als voorbeeld te dienen voor andere aanvragers. De provincie zal daarom voor verspreiding kunnen zorgen. Er kan uitwisseling plaatsvinden door vertonen van een video, openbaar maken van werkplannen en handboeken et cetera. De provincie kan hiervoor ruimte bieden, onder andere door het houden van een conferentie bijvoorbeeld begin volgend jaar. De publieksversie die op verzoek van de provincie van dit rapport gemaakt wordt, komt hieraan al tegemoet. De versie zal breed verspreid worden.
26
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
Bijlage 1 Overzicht aanvragers regelingen
Donatieregeling -
Brede Welzijnsinstelling Geldrop Coördinatiepunt vrijwillige thuiszorg regio Helmond Kruisvereniging Breda Steunpunt Mantelzorg Bergen op Zoom Steunpunt Mantelzorg Drimmelen Moerdijk Steunpunt Mantelzorg Etten-Leur en Zundert Steunpunt Mantelzorg Land van Cuijk Steunpunt Mantelzorg Land van Heusden en Altena Steunpunt Mantelzorg Roosendaal Steunpunt Mantelzorg Steenbergen Stichting Mantelzorg Tilburg e.o. Stichting Welzijn Deurne
Regeling georganiseerde vriendschappen op maat -
Stichting Zuidzorg, Eindhoven Stichting Mantelzorg Midden-Brabant GGD Hart voor Brabant, ‘s-Hertogenbosch Humanitas, Roosenedaal Toon Hermans Huis, Waalwijk
Sociaal beleid -
Werkgroep informele zorg van het regioberaad Verpleging en Verzorging, Wonen en Welzijn, Helmond Portefeuillehoudersoverleg Uden/Veghel Gemeente Oss, in samenwerking met 5 andere gemeenten
PON-rapportage: MONITOR INFORMELE ZORG
27